2 minute read

Predatie van boerenzwaluwnesten

Boerenzwaluwen en uilen zijn beide erfvogels, vaak gaat dat goed samen maar zeker niet altijd. Een deel van de mislukte broedsels van boerenzwaluwen valt namelijk toe te schrijven aan uilen. In Twente werd in de periode 1993-2004 op negentien erven onderzoek gedaan naar boerenzwaluwen door uilenbeschermer Johan Drop. Nesten werden o.a. gevolgd, vogels geringd en predatie in kaart gebracht in het kader van ‘Euring Swalow Project’ (voorheen ‘Boerenzwaluw Project Nederland’). Van de 2.670 legsels in die periode, mislukten er 366 (14%) waarvan 55 (2%) door uilen. De overlast van uilen was maar gering en kan plaatselijk verschillen. Toch is de overlast vaak met grote gevolgen op het verloop van het broedseizoen en de betreffende locatie. Vooral in muizenarme jaren – als er veel voedselschaarste is – komt predatie van zwaluwen (vogels) vaker voor.

Zowel kerkuilen als steenuilen kunnen het op zwaluwen hebben gemunt. Het eerste voorteken van een uilenbezoek aan een boerenzwaluwlocatie is vaak het ongewoon lage aantal broedvogels dat wordt aangetroffen in de broedruimte. Meer zekerheid geeft de controle aan de nesten. Vaak treft men een groot aantal verlaten of lege nesten aan. Ook is er af en toe in nesten gerommeld of zijn eieren stuk. Soms worden ook plukresten en ringen van zwaluwen gevonden of veren van de desbetreffende uil. De impact van het ongenode bezoek is voor het verdere verloop van het broedseizoen vaak groot. Krijgt de uil de kans om herhaaldelijk zijn slag te slaan, dan wordt de broedruimte door zwaluwen geheel verlaten. Het kan jaren duren eer dat ze terugkeren. De vogels die deze ervaring hebben opgedaan verlaten dat erf. Pas als er nieuwe (jonge) zwaluwen zich in volgende jaren vestigen zullen er weer paren gaan broeden. Het voorkomen van predatie door uilen is in de praktijk niet altijd eenvoudig. Bij gesloten broedruimtes – waar zwaluwen alleen via de ramen naar binnen kunnen – is door het verkleinen van de vliegopeningen overlast eenvoudig te voorkomen. Ook kan er grofmazig kippengaas worden gespannen voor de stalramen. In open stallen zou men kunnen experimenteren met het spannen van kippengaas voor de nesten. Vooral wanneer meerdere nesten op dezelfde lijn aan balken zijn bevestigd zou dit kunnen werken.

Advertisement

Er zijn genoeg ervaringen In Brabant waarbij de zwaluwen zijn afgenomen of verdwenen na de komst van een broedsel van de kerk- of steenuil. Aan de andere kant zijn er voorbeelden van erven waar zwaluwen en uilen al jaren succesvol langs elkaar leven. Kent u zelf één van deze situaties, dan horen we dit graag! Stuurt u dan een e-mail naar uilenbeschermingbrabant@gmail.com.

Brabants Landschap is van mening dat met het plaatsen van nestkasten door uilenwerkgroepen er rekening moet worden gehouden met de aanwezigheid van zwaluwen. Het is beter om een bestaande kolonie zwaluwen in stand te houden, dan een nieuwe broedlocatie aan te bieden voor steen- of kerkuil. Het plaatsen van nestkasten in een stal waar ook boerenzwaluwen broeden, raadt Brabants Landschap af. Ook het maken van een invliegopening voor de kerkuil in een gevel waaraan huiszwaluwen broeden, is af te raden. Uiteindelijk is de keuze aan de erfeigenaren en de lokale vrijwilligers, maar het advies is om geen nieuwe uilenkasten te plaatsen op erven met zwaluwkolonies. Met dank aan Johan Drop (Natuur-en vogelwerkgroep De Grutto).