4 minute read

Ulaanbaatar

Advertisement

Ulaanbaatar

Kharkhorin

Mongolië

Bayanzag Go Dalanzadgad b i W o e s t i j n

Zamyn-Uud

DE MONGOOLSE NOMADEN HEBBEN EEN ZEER GROOT RESPECT VOOR HUN DIEREN EN DE NATUUR WAARIN ZE LEVEN.

China

Ten tijde van Genghis Khan (begin 13de eeuw), een van de schrikwekkendste en machtigste krijgsheren aller tijden, was Mongolië zelfs een heel machtig land. Het strekte zich uit van midden China tot aan de Zwarte Zee. Zo’n 200 jaar later was het veroverde gebied al weer uiteen gevallen. Het grootste deel van het land werd door China ingenomen. Pas in 1911 werd er een onafhankelijkheidsverklaring getekend. Toen de laatste koning in 1924 stierf werd Mongolië, onder invloed van de SovjetUnie, uitgeroepen tot een Volksrepubliek. Als communistische staat maakte Mongolië nooit deel uit van de Sovjet-Unie. In 1990 werden democratische hervormingen doorgevoerd en sinds 1991 is Mongolië een echte democratie.

Ofschoon rijk aan bodemschatten (olie en koper) is Mongolië een arm land. De infrastructuur, van de 42.000 km aan wegen is slechts 2000 km geasfalteerd, is niet optimaal te noemen en het gebrek aan een haven helpt ook niet echt bij de uitvoer van grondstoffen. Met haar 3 miljoen inwoners is Mongolië het dunst bevolkte land ter wereld. Bijna de helft woont in steden en de andere helft leeft nog als rondtrekkende herders in traditionele ronde tenten (gers). Deze nomaden hebben een zeer groot respect voor hun dieren en de natuur waarin ze leven. Ofschoon een hard bestaan, zijn zij toch altijd heel vrolijk en verwelkomen gasten met open armen. Er wordt veel gezongen en gedanst.

Mongolië is bijna 40 keer zo groot als Nederland en heeft een extreem landklimaat, koude droge winters en hete zomers waarin de regen valt. Het land bestaat uit bergen, heuvels en dalen, uitgestrekte grasvlaktes, bossen, steppen en woestijnen. De in het zuiden gelegen Gobi-woestijn, die gedeeltelijk ook door China loopt, is zelfs de op een na grootste woestijn ter wereld. Meer dan de helft van het land is begroeid met gras dat gebruikt wordt om de enorme kuddes runderen, geiten, schapen, kamelen en vooral paarden te laten grazen. Men schat dat er zo’n 25 miljoen stuks vee vrij door Mongolië wandelt.

De grote variëteit aan landschappen brengt natuurlijk ook een levendige flora en fauna met zich mee. Elk gebied kent zijn eigen vegetatie die over het algemeen uit laag groeiende planten bestaat zoals veldbloemen, kruiden en struiken. Alleen in het noorden vindt men veel naaldbomen, het leefgebied van wolven, beren, herten, elanden en lynxen. Tussen Ulaanbaatar en de Gobi-woestijn komen nog verschillende in het wild levende diersoorten voor zoals het Przewalski-paard, de Bactrische kameel, de Gobi-beer en de Ibex.

Ulaanbaatar

Het hoofddoel van een reis naar Mongolië is voor de meeste reizigers toch eerder een tocht door de uitgestrekte natuur van het land dan een bezoek aan de minder bekende hoofdstad. Toch is deze bijzondere stad zeer aan te bevelen. Je vindt hier een unieke combinatie tussen traditioneel en modern. Hierdoor krijgt de stad een charmante uitstraling die je niet vaak meer in grote steden tegenkomt. Het is een drukke en levendige stad. Ulaanbaatar is voor een ieder die het bezoekt een onverwachte verrassing.

De hoofdstad van Mongolië kreeg in 1924, bij het uitroepen van de Mongoolse Volksrepubliek, de naam Ulaanbaatar dat ‘Rode Held’ betekent. Gelegen op een hoogte van ca. 1400m is het de koudste hoofdstad ter wereld en er is geen hoofdstad zover verwijderd van zee als Ulaanbaatar. Tot begin 20ste eeuw was de stad eigenlijk niets meer dan een nederzetting van verschillende gerkampen. Naamsbekendheid kreeg Ulaanbaatar eigenlijk pas door de Trans Mongolië Spoorlijn, een aftakking van de wereldberoemde Trans Siberië Spoorlijn, de kortste en snelste verbinding tussen Moskou en Beijing. De meeste treinreizigers, die dan al zo’n 7 dagen in de trein hebben gezeten, bezoeken Ulaanbaatar voor een aantal dagen. Doorgaans trekt men vanuit de stad naar een van de nationale natuurparken waar men in een van de vele gerkampen overnacht.

Vandaag de dag woont een derde (ca. 1.2 miljoen) van de totale Mongoolse bevolking in deze relatief kleine hoofdstad terwijl er in de rest van het land nauwelijks 2 inwoners per vierkante kilometer wonen. Het is vooral de jeugd die naar de grote stad trekt. Veel hoofdstadbewoners leven nog in originele gers, die in een halve kring om de stad zijn neergezet. Sinds 2001 ontwikkelt de stad zich in een extreem hoog tempo: straten worden geasfalteerd, hoge flat- en kantoorgebouwen schieten als paddenstoelen uit de grond en winkels en restaurants openen hun deuren. Kijk niet verbaasd als er voor een rood stoplicht een Mercedes uit de nieuwste serie naast een traditioneel geklede ruiter te paard staat te wachten.

Ulaanbaatar telt een aantal zeer indrukwekkende bezienswaardigheden. Het Sükhbaatar Plein (Genghis Khan Plein), vernoemd naar generaal Sükhbaatar die in 1921 de bevrijdingsoorlog tegen de Chinezen inzetten, vormt het centrum van de stad. Het Gandanklooster, het grootste en belangrijkste boeddhistische klooster van Mongolië, dat in 1809 werd opgericht. Men kan het klooster het best ’s morgens rond 9.30 uur bezoeken in verband met de indrukwekkende ochtendgebeden van de nog in het klooster wonende monniken. Het voormalige Winterpaleis van de Bogd Khan, de spirituele leider en laatste koning van Mongolië, is ook zeker een bezoek waard.

This article is from: