
2 minute read
Pleidooi voor behoud van graven op kerkhof
In het Peelbelang van vorige week staat het artikel ‘Zorgen over steeds leger kerkhof’. Daarin wordt de wens geuit om graven te laten bestaan om zo het karakter van een kerkhof te behouden. Door de jaren heen zijn de gebruiken rondom dood veranderd en kiezen minder mensen ervoor om begraven te worden op een kerkhof.
Door het ruimen van graven verandert het beeld van een kerkhof. Liep je voorheen langs de graven, las je de namen op de zerk en dacht: “O ja, die ken ik. Die was …” Zo zullen velen zich de overledenen voor de geest halen terwijl ze langs de graven lopen. De sfeer op een kerkhof met graven is sereen, de stilte prettig. Meestal ben je er niet lang alleen want er is vaak iemand die ook even bij het kerkhof langsloopt; een klein moment van herkenning en verbinding.Je komt niet alleen mensen tegen op een kerkhof, maar ook een konijn dat de bloemen afknabbelt, vogels die een lied zingen en veel insecten en andere kleine diertjes die je pas ziet als je even gaat zitten.
De meeste kerkhoven liggen rond de kerk of in het centrum. Hierdoor is het een plek die door vele mensen bezocht kan worden. Een plek waar vele dorpsgenoten een rustplaats hebben, waar je herinneringen kunt ophalen. Waar graven vertellen over het geloof en de katholieke symbolen, over de hoop op een weerzien in het hiernamaals. Wat is er nodig om de graven te behouden? Is 10 jaar grafrechten betalen voldoende? Kunnen we afspreken dat na 10 jaar geen grafrechten meer hoeven te worden betaald, maar dat nabestaanden wel zelf voor het onderhoud blijven zorgen?
Ik wil pleiten voor het behoud van graven op de kerkhoven. Voor een andere kijk naar de grafrechten. Voor een andere kijk op het financieren van de kosten van kerkhoven.
Franka van Berlo
Je zult op een zondagmiddag tijdens het kijken naar het NK veldrijden voortdurend een hinderlijk gebrom horen of nog erger zeven nachten per week gehinderd worden door gebrom en trillingen van apparaten uit de buurt die de hele nacht aanstaan. Zou u dan ook geïrriteerd raken?
Mede naar aanleiding van een artikel in het Peelbelang betreffende drie bouwplannen in Asten. Bij een van die bouwplannen te weten het appartementencomplex aan de Prins Bernhardstraat 38 in Asten is sprake van overschrijding van ‘enkele decibellen’ volgens wethouder Bankers.

Een aantal jaren terug heeft ondergetekende die in de buurt van dit complex woont en waar diverse horecagelegenheden gelegen zijn, al zijn beklag gedaan bij de gemeente inzake geluidsoverlast. Een medewerker van de afdeling Milieu is komen kijken en gaf aan dat er weinig aan te doen zou zijn. Omdat ik hiermee niet tevreden was heb ik mijn klacht ingediend bij B7W en bij de toenmalige commissaris van de Koningin. Toen kwamen er wel garen op de klos. Ook nu weer heel onbevredigend omdat de medewerker van de toenmalige Milieudienst (nu Omgevingsdienst ZuidoostBrabant) niet wenste in te gaan op de veroorzaker(s). Je moet mijns inziens niet de gevolgen oplossen maar de veroorzaker opsporen.
Nu zijn we jaren verder en eindelijk wordt aandacht besteed aan het probleem. Voor degenen die met hetzelfde probleem zitten verwijs ik naar de Facebookgroep Lotgenoten laagfrequent geluid en naar de site van Stichting laagfrequent geluid. Je komt er dan achter hoe steeds meer personen in ernstige mate last krijgen van geluidsoverlast. Bij laagfrequent geluid kan de oorzaak liggen bij de toename van warmtepompen en airco’s maar ook ventilatiesystemen en koelinstallaties.
“Je moet ermee leren leven”, was de opmerking die bij mij is blijven hangen. Inmiddels na allerlei trajecten te hebben doorlopen klopt die opmerking ook wel. Maar dat wil niet zeggen dat er door de gemeente geen zorgplicht is inzake geluidsoverlast. Des te meer door de toename van het aantal warmtepompen en airco’s voor verwarming. Maar vergeet ook niet het aantal decibellen wat bij muziekactiviteiten geproduceerd wordt. Ik vraag me trouwens weleens af of een horecaeigenaar weet hoever de bastonen van zijn muziekinstallatie reiken.
Graag wil ik bij deze de gemeente Asten oproepen om zorgvuldig om te gaan met de klachten inzake geluidsoverlast en desnoods met de klager(s) in gesprek te gaan, zodat er ook werkelijk iets aan gedaan kan worden en ze de zaak niet laten versloffen.