
14 minute read
Essay HET LAM GODS: een verhaal over God en mens
HET LAM GODS: Een verhaal over god en mens
Technische termen
Advertisement
• antependium: geborduurd voorhang van een altaar
• grisaille: grijsschildering
• halo: lichtkrans
• kwartlunetten: in de vorm van een kwart-cirkel
• retabel: altaarstuk In het weliswaar door Corona geboycotte Van Eyck-jaar mag tussen de vele afgelaste lezingen en bezoeken misschien toch nog een woordje klinken over het onvolprezen meesterwerk van de gebroeders Hubrecht en Jan, het retabel van het Lam Gods in de Gentse Sint-Baafskathedraal� Naar aanleiding van de magistrale restauratie en de tentoonstelling in het Museum voor Schone Kunsten werd natuurlijk over dat werk al zoveel verteld, dat je niet goed weet wat je daar nog zou moeten aan toevoegen� Gelukkig moet in een bijdrage voor Adem-
tocht niets toegevoegd worden� Ik wil me beperken tot het aspect dat voor onze lezers allicht het meest relevant is, namelijk het ‘verhaal’ van het retabel� De vele wetenschappelijke, sociale en kunsthistorische aspecten zijn stuk voor stuk meer dan de moeite waard, maar wat bezoekers toch altijd weer vragen is: “Wat stelt dat nu eigenlijk voor? Wat staat erop? Wat is de betekenis van al die verschillende panelen?” Om kort te gaan: wat vertelt het Lam Gods de bezoeker eigenlijk?
Zes eeuwen terug
We moeten om te beginnen de oefening maken om mentaal een zestal eeuwen terug te gaan in de tijd� Wanneer vandaag toeristen de Gentse kathedraal betreden, dan is dat bijna uitsluitend om esthetische motieven� Ze gaan er namelijk niet bidden, maar een kunstwerk van wereldklasse bewonderen� We moeten goed beseffen dat dit zes eeuwen geleden niét de primaire manier was waarop men naar religieuze kunstwerken keek� Een religieus kunstwerk, bovenal wanneer het voor een publieke plaats zoals een kerk geschapen was, had een prominent maatschappelijke functie� Die kwam overeen met de christelijke humus waarop de hele westerse middeleeuwse cultuur tierde� Een religieus kunstwerk was zowel in de ogen van de opdrachtgever en de uitvoerder als van de beschouwer allereerst bedoeld als een offerande aan God en zijn heiligen, en verder als een uitnodiging tot devotie, als een catechese ook en morele onderrichting� Zo was het ook met de brandramen in de kerken� Zij beeldden de hele Bijbelse geschiedenis uit als lof aan God(1) en als belering van de gelovigen� Eigenlijk kan men dat nog goed vergelijken met de functie van iconen in orthodoxe kerken vandaag�
De primaire bedoeling van het Lam Gods was fundamenteel dezelfde� De opdrachtgevers, de schatrijke fi nancier en schepen van de stad Joos Vijd en zijn echtgenote Lysbette uit het roemruchte geslacht Borluut, waren beiden kinderloos� Als vrome parochianen van de centrale Sint-Jansparochie van de stad wilden zij hun steentje bijdragen tot de bouw van de nieuwe gotische kranskapellen van hun parochiekerk, de Sint-Jan� Hun kerk zou pas in 1540 de naam van Sint-Baafs aannemen, en in 1559 tot kathedraal van het nieuw opgerichte bisdom Gent verheven worden� Als sponsors van de zuidelijke Vijdkapel wilden de echtelingen ook een liturgische ‘fundatie’ of stichting verzorgen� Zij lieten een akte opstellen, waarbij zij geld ter beschikking stelden om elke dag een heilige Mis plus dagelijks gebed te verzekeren, ‘ten eeuwigen dage’, ter ere van God, de heilige Maagd Maria en alle heiligen� Voor het altaar waarop die dagelijkse eucharistie plaatsvond lieten zij ook het altaarstuk vervaardigen dat wij vandaag als ‘Lam Gods’ bewonderen� Het is belangrijk die connectie te zien: het altaarstuk maakte namelijk als een soort decor deel uit van de dagelijkse misviering, en de eerste bedoeling ervan was dus zonder twijfel op die eucharistie gericht� Maar in die tijd sprak men niet van eucharistieviering� Men had het uitsluitend over het heilig misoffer of sacrifi cie: “De onbloedige vernieuwing van Christus’ bloedig offer op Calvarie�” - zo leerden wij het zelfs nog in de catechismus van onze lagere school!
In functie van het dagelijks misoffer
Het Lam Gods moest dus op de allereerste plaats illustreren wat zich daar in de kapel liturgisch voltrok: het opdragen van het misoffer� De link naar het centrale paneel – het paneel dat op het altaar rustte – is dan ook vlug gelegd� De blik wordt automatisch getrokken naar Christus, staande op het altaar, als het Lam dat geofferd wordt� Het bloed dat in een gotische kelk spuit verwijst evident naar het eucharistisch bloed� De borstwonde zelf is een duidelijke verwijzing naar Jezus’ zijdewonde op het kruis�
Ook in Van Eyck’s tijd werden schapen immers niet met een steek in de borst gedood, maar gekeeld� Dat het een borstwonde is, duidt niet op een vergissing van de schilder, maar verwees voor iedereen meteen naar de lansstoot in Jezus’ zijde, zoals verteld in het evangelie van Johannes�(2) Rond het Lam knielen engelen in aanbidding� De vier achterste engelen dragen alle instrumenten van de passie: kruis, doornenkroon, geselkolom, lans, spons, roeden… Dat moest de gelovigen er steeds aan herinneren dat de mis, op het altaar opgedragen, de hernieuwing is van Jezus’ kruisoffer� Maar het bloedende, gekruisigde Lam leeft! Het staat recht en kijkt je in de ogen� Christus is verrezen, Hij leeft, en interpelleert jou die naar Hem kijkt�
Het hele onderste register van het geopende retabel draagt in zijn vormgeving duidelijke verwijzingen in zich naar het Boek der Openbaring of Apocalyps, dat in Van Eyck’s tijd eveneens aan de evangelist Johannes toegeschreven werd� De auteur schildert in Apocalyps een visioen van Christus als een machtig, zegevierend Lam, waarrond zich een ontelbare menigte verzamelt tot lof en eer�(3) Dat is wel wat we op het hele register te zien krijgen: alle verlosten stromen toe naar de weide waar het Lam op het altaar vereerd wordt, met op de achtergrond het hemelse Jeruzalem dat in het boek Apocalyps de Stad Gods wordt, de woonplaats van allen die bij Christus horen�(4)
Vooraan rechts zien we de apostelen geknield en, achter hen, de martelaren in rode gewaden, gerangschikt volgens de kerkelijke hiërarchie� Aan de overzijde, achter de knielende profeten van het Oude Testament, een bonte menigte� Hier evoceert de kunstenaar wellicht de hele wereld van het jodendom en andere niet-christenen, eveneens ter aanbidding van het Lam aanschuivend� In de achtergrond links zien we tussen de heesters de heiligen naar voren treden die we ‘belijders’ noemen, dit wil zeggen niet-martelaren; aan de overzijde rechts staan de heilige vrouwen, met bloemen bekranst en met palmtakken in de hand�
Het centrale paneel loopt gewoon door in de vier zijpanelen� Links zien we de Ridders van Christus, geïdealiseerde kruisridders die hun leven en zwaard in dienst van Christus stellen� Uiterst links is een kopie van het fameuze paneel van de Rechtvaardige Rechters – fameus eigenlijk omdat het origineel ontbreekt� Het werd in 1934 gestolen en nooit teruggevonden� Met rechtvaardige rechters worden de rechtvaardige bestuurders van de maatschappij bedoeld� Op het rechterluik van het retabel staan eerst de kluizenaars die naar Christus opstappen, en uiterst rechts de pelgrims onderweg, onder de leiding van de reus Sint-Christoffel� Zo heeft Van Eyck de hele wereld, verleden en heden, rond het Lam Gods gegroepeerd�
Tussen de apostelen en profeten in staat een achthoekig marmeren waterbekken, waarin uit een bronzen schacht twaalf waterstraaltjes klateren� Op de rand schreef de schilder dat het de Bron van Levend water is, ontspringend aan de troon van God en van het Lam�(5) De twaalf waterstraaltjes symboliseren zonder enige twijfel de twaalf stammen van Israël en de twaalf apostelen, waarop de Kerk gebouwd werd� We hoeven er niet echt aan te twijfelen dat dit waterbekken, met zijn achthoekige vorm én de duiding als Bron van levend water, geschilderd werd als een verwijzing naar het doopsel� Doopsel en eucharistie zijn de beide basissacramenten die de weg openen naar de verlossing in Christus�
Alles wat we hier gaandeweg ontdekken en bewonderen speelt zich af onder het licht van de Heilige Geest� Uit een subtiele halo verspreiden fi jne stralen zich over het hele paneel, alles en iedereen omvattend binnen Gods eigen licht�
In het bovenregister van het enorme altaarstuk domineren drie schitterende gestalten het hele gebeuren� Links Maria, als konin-
gin van de hemel een buitengewoon rijke bloemenkroon dragend, omgeven met de twaalf sterren van de Apocalyps; tegenover haar de patroon van de kerk, Johannes de Doper, die om die reden op beide zijden van het retabel aanwezig moest zijn� Hij staat erop als profeet en aankondiger van de Messias, die hij discreet met de vinger aanwijst� Die Messias, Jezus Christus, troont majestatisch in het midden, nu niet meer als het paaslam dat naar de slachtbank geleid werd, maar als Hogepriester en Koning der koningen� Op zijn hoofd de tiara van het hogepriesterschap, aan zijn voeten de kroon van zijn heerschappij over alle heersers en koningen� Links en rechts van de drie centrale personages merken we twee heerlijke kleinere panelen met zingende en musicerende hemelbewoners� Zo wordt het hele gebeuren, onder en boven, omraamd door een nooit ophoudende lofzang�
Adam en Eva: aanvang en einde van onze heilsgeschiedenis
Maar dan merken we iets wat in die hele context van glorierijke liturgie rond het Lam eigenaardig overkomt� In grijsmarmeren nissen staan onze stamouders, Adam en Eva� Hoewel deze beide gestalten al sedert de voltooiing van het altaarstuk de aandacht van de bezoekers sterk naar zich hebben toegetrokken, lijken ze hier, in de context van het hemelse gebeuren, aanvankelijk wat uit de toon te vallen� Wat staan ze daar eigenlijk te doen? Ze werden duidelijk geschilderd in herinnering aan de zondeval� Meditatief voor zich uit starend, dat wel, maar naakt, de schaamte bedekkend met vijgenbladeren, en Eva met de verboden vrucht nog in de hand� Boven hen schilderde Van Eyck in twee kleine kwartlunetten zelfs de eerste gevolgen van die zogeheten erfzonde: de broedermoord van Kaïn op Abel�(6) Abel werd in het kleine toneeltje boven Adam afgebeeld met een lammetje dat hij aan God opdraagt� De herder Abel werd in de christelijke traditie reeds lang gezien als een voorafbeelding van het ware Lam Christus, en past zo perfect in de hoofdthematiek van het werk!(7)
De meeste specialisten denken dat Adam en Eva eigenlijk secundair in het retabel gekomen zijn, omdat ze picturaal gezien veel meer behoren tot het genre van het gesloten retabel dan van het geopende� Zoals de schenkers en de beide Johannesbeelden staan ook zij in donkere nissen, en verwonderlijk niet in de open natuur zoals je dat van Adam en Eva in de tuin van Eden zou verwachten! Dat secundaire hoeft ons niet al te zeer te verwonderen, want het is best mogelijk dat het concept van het retabel in zijn lange wordingsgeschiedenis enkele aanvullingen en wijzigingen heeft ondergaan� Indien de centrale voorstelling door Hubrecht ontworpen werd, dan schrijven de meeste onderzoekers Adam en Eva toe aan de ‘fase’ Jan, net als de hele gesloten zijden van het retabel� Hubrecht stierf namelijk in 1426, en het retabel werd pas ontsloten in 1432� De kwestie wie wat schilderde is nog steeds niet opgelost, maar we weten dat Hubrecht het schilderij aanvatte, en dat Jan het voltooide�
Met het aanbrengen van Adam en Eva naast de hemelse fi guren wordt bij nader toezien een nieuw element toegevoegd aan de oorspronkelijke idee van de aanbidding van het eucharistisch Lam� Het is een element dat de thematiek van het werk breed gaat opentrekken, en een verbinding zal scheppen met de gesloten zijde� Adam en Eva staan volgens de Bijbelse mythe door hun zondeval aan de oorsprong van zonde en kwaad in de wereld� Zij vertegenwoordigen hier dus het hele menselijk geslacht in zijn geschiedenis die door zonde en kwaad ge-
tekend is� Maar hun zonde is ook de aanzet geweest van de hele verlossingsgeschiedenis, die ons tot de heerlijkheid van de verlossing bracht� Zij vertegenwoordigen daar in de hemel dus de hele mensheid in de verlossing en de heerlijkheid! Zo gezien staan onze stamouders er wel degelijk op hun plaats, en, wat meer is, zij vormen een ‘trait d’union’ tussen de geopende en de gesloten zijde� Want wanneer we het retabel sluiten, wat krijgen we dan te zien? Helemaal bovenaan kijken we naar de aankondiging van de komende verlosser� In de Middeleeuwen werd het hele Oude Testament enkel gelezen als een wachtkamer voor de komst van Christus� De komst van de Messias was volgens de christelijke toenmalige traditie aangekondigd door de profeten� Welnu, Jan Van Eyck schilderde twee van die zogeheten messiaanse profeten, Zacharja en Micha�
Maar men was ervan overtuigd dat ook in de heidense wereld de komst van een verlosser was aangekondigd, en wel door antieke zieneressen die de naam van ‘Sibillen’ droegen� Van Eyck schilderde er eveneens twee, de Sibille van Cumae en die van Eritrea� Precies hetzelfde zal later Michelangelo doen in de Sixtijnse kapel: hij schilderde in het gewelf zeven profeten en vijf sibillen als aankondigers van de Messias� Onder die vier profetenfi guren krijgen we dan in een mooi Vlaams interieur het tafereel te zien waar de hele mensheid op wacht: de aankondiging van de engel Gabriël aan Maria� Maria Boodschap, 25 maart, het moment van de incarnatie, en het begin van Jezus’ heilbrengend optreden op aarde�
Tot slot
Wanneer we het geheel van dit ongemeen rijke altaarstuk bekijken, dan lijkt de cirkel wel gesloten� We beginnen bij Adam en Eva, de aanvang van een mensengeschiedenis die uitziet naar redding en verlossing uit zonde en dood� Profeten en sibillen kondigen de komst van de Verlosser aan, en Maria ontvangt hem in haar schoot om hem aan de wereld te schenken� In de kruisdood en verrijzenis van de Heer, elke dag in de eucharistie gecommemoreerd, wordt dan de verlossing voltrokken, en in de sacramenten van doopsel en eucharistie krijgen de mensen toegang tot Gods heerlijkheid�
Het is wel duidelijk geworden, denk ik, dat het Lam Gods op zijn manier dezelfde functie vervulde als de cyclus van brandramen of mozaïeken in kerken en kathedralen� De gelovigen kregen tot hun bewonderende verbazing een overzicht van de hele heilsgeschiedenis te zien, voedsel voor onderweg, grond van hun hoop en levenszin�
In de hele periode toen het werk zijn liturgische functie nog vervulde, werd het retabel normaal in gesloten toestand gehouden� De mensen keken dus naar de voorspelling van Christus’ komst en naar de annunciatie� Enkel op zon- en feestdagen werden ze deelgenoot van de heerlijkheid die in feestelijk coloriet aan de binnenzijde geschilderd was�
Wie ik eigenlijk eerst had moeten vermelden, noem ik het laatst� Het zijn de vier plechtige personages die ons als het ware begroeten bij het binnentreden van de kapel, en die ons gidsen naar het mysterie dat zich op het altaar afspeelt en in het meesterwerk geschilderd werd� Op de hoeken knielen de vrome schenkers aan wie we het altaarstuk te danken hebben� Het zijn Joos Vijd en zijn echtgenote Lysbette Borluut� Tussen hen in de beide heiligen die verantwoordelijk zijn voor de thematiek� Zij staan er in grisaille als marmeren beelden� Links staat de patroon van de kerk, Sint-Jan de Doper, met op zijn arm het Lam Gods waar hij naar wijst� Zo kondigt hij al meteen de voorstelling van de binnenzijde aan� Naast hem, met jonge krullenbol, Johannes de Evangelist� Het is namelijk enkel Johannes die in zijn evangelie Jezus aanwijst als ‘zie het Lam Gods, dat de zonden van de wereld wegdraagt’� Deze woorden legt de
evangelist er trouwens in de mond van de Doper� Zij zijn ook geborduurd in het prachtige rode antependium voor het altaar, en bepalen de hoofdthematiek van het hele werk�(8) Maar de evangelist Johannes werd ook gezien als de auteur van het boek Apocalyps, het visioen van de liturgie rond het Lam, waaraan het hele centrale toneel met de aanbidding van het Lam gewijd is� Hij verdient dus wel zijn plaats als mede-gastheer en inleider op het retabel�
Kan het rijker, kan het omvattender? Misschien is het helemaal niet nodig dat alles te weten, om met open mond van verbazing het meesterwerk te bewonderen� Het is echter mijn overtuiging dat kennis de emotie niet hindert, maar verdiept en verrijkt� Moge de kennis van het theologische verhaal ook Uw emotie bij het belangrijkste schilderij van ons land begeleiden en voeden�
(1) Dat ze primair als lof aan God bedoeld waren blijkt wel uit het feit dat vele van de prachtigste glasramen zo hoog in de kathedralen waren aangebracht, dat de mensen beneden ze niet eens konden lezen en bewonderen. God, zijn engelen en de heiligen daarentegen wel! (2) Joh 19, 31-37 (3) Apc 5,6-10; 7, 4-12; 14,1-5 en passim. (4) Apc 21,9 – 22,5 (5) Opnieuw verwijzend naar Apocalyps: 22, 1-2. (6) Zie voor dat alles Gen. 2-4. Let erop dat de vrucht hier geen appel is – de Bijbel spreekt nergens van een appel -, maar een citrusvrucht! Zie voor dat alles (7) Ook op de stenen troonleuningen van de Madonna met kanunnik Van der Paele – in het Groeningemuseum te Brugge – schilderde Jan Van Eyck Adam en
Eva en de broedermoord. (8) Joh 1, 29
Peter Schmidt Kannunik van het Sint-Baafskapittel, emeritus docent KUL
