
2 minute read
FLEXIBELE WERKUREN MAG JE VRAGEN
from Vakbeweging 966
by ACVCSC
© Shutterstock Een wetsontwerp in uitvoering van een Europese richtlijn voorziet dat werknemers het recht moeten hebben om aangepaste werkregelingen te vragen, bijvoorbeeld om zorg te verlenen aan een familielid. Het gaat echter om een weinig ambitieuze poging voor een betere werk-privébalans.
“Flexibelere werkuren voor werknemers die voor iemand zorgen”, kopten enkele kranten recent. Alleszins voorbarig, aangezien het wetsontwerp nog moet worden ingediend in het parlement. Al mogen we ervan uitgaan dat het wetsontwerp wellicht snel doorheen het parlement zal gaan, aangezien het weinig ambitieus is.
Advertisement
Europese richtlijn
Het wetsontwerp moet zorgen voor de omzetting van een Europese richtlijn uit 2019 over het evenwicht tussen werk en privéleven voor ouders en mantelzorgers. Deze richtlijn voorziet inderdaad dat werknemers het recht moeten hebben om aangepaste werkregelingen te vragen, bijvoorbeeld om minder (en dus minder betaalde) uren te werken. De werkgever mag dit probleemloos weigeren, voor zover hij dit motiveert. Helaas voorziet noch de Europese richtlijn, noch de Belgische omzetting daarvan in een rol voor het overleg op ondernemings- of sectoraal vlak. Wellicht zal er onder andere daardoor in de praktijk weinig veranderen. Enerzijds is het nu evenmin verboden om eens iets aan de werkgever te vragen, anderzijds kunnen werknemers die structurele oplossingen nodig hebben in België terugvallen om onze verlofstelsels (tijdskrediet, ouderschapsverlof, …), die meteen ook inkomensverlies compenseren en de opbouw van rechten binnen de sociale zekerheid garanderen. Daarnaast staan we zeker achter de vraag naar meer flexibiliteit voor de werknemer, bijvoorbeeld voor de grootste groep van werknemers die niet kunnen telewerken. Vaak wordt voor hen strikt vastgehouden aan de uurregelingen zoals ze bestaan, met geen ruimte om een uur vroeger of later te starten. Maar als er binnen een ploeg een akkoord is om op bepaalde dagen een uur vroeger of later te beginnen zodat die persoon zijn kinderen naar of van school kan brengen zonder dat dit de arbeidsorganisatie in het gedrang brengt, waarom zou je dat dan niet doen? Om aan die vraag te voldoen is het nodig om dat op ondernemings- of sectorvlak te bekijken. Op individueel niveau, tussen werknemer en werkgever, is het bijna onmogelijk om dergelijke afspraken te maken. Deze wet zou het overleg kunnen vergemakkelijken en het zou het een kader kunnen geven.
Ouderschaps- en zorgverlof
Waarover de kranten niet schreven: de richtlijn legt de lidstaten ook verplichtingen op inzake ouderschapsverlof en zorgverlof. Zo moeten de EU-lidstaten een voldoende hoge uitkering voor ouderschapsverlof voorzien zodat beide ouders dit opnemen. Lees: de uitkeringen moeten omhoog, zodat ook de meest verdienende partner – doorgaans de man – aangemoedigd wordt om zorgtaken op te nemen. Inzake zorgverlof voorziet de richtlijn dat werknemers recht hebben op vijf dagen zorgverlof per jaar. Dat wordt ook effectief ingevoerd in ons land, maar onbezoldigd. Je zou recht hebben op dit verlof als je zorg moet verlenen aan een gezins- of familielid omwille van dringende medische redenen. Waardoor je beter verlof om dwingende reden opneemt, waarvoor toch in zekere mate de gelijkstelling voor diverse rechten geregeld is. Al wordt voor het zorgverlof de mogelijkheid voorzien dat er in de toekomst een uitkering zou kunnen komen. Kortom, we kunnen bezwaarlijk spreken van een ambitieuze omzetting van de richtlijn.