DOSSIER - In Real life

Page 1

dossier

IN REAL LIFE Het jeugdhuis als coldspot We groeien op in een digitale wereld met touchscreens en online vrienden. Net daarom verlangen we steeds meer naar authenticiteit, naar echte contacten en ervaringen. Naar real life. En dat vind je in een jeugdhuis.

dossier•1

INR EALL IFE


dossier•2

REAL LIFE

Jeugdhuizen blinken uit in ' 'echt en gezellig

420 jeugdhuizen bereiken in Vlaanderen meer dan 50.000 jongeren. Op 16 november stonden zij in de kijker tijdens de Dag van de Jeugdhuizen. Ze blonken die dag uit in echt en gezellig, want net dat maakt hen groots. Ze zijn real life en in een drukke tijd van bits en bytes is dat vaak heel welkom. Tekst: Lotte Van de Werf

420 jeugdhuizen zijn lid van Formaat, de federatie van jeugdhuizen. Ze zijn er in alle maten en gewichten: groot, klein, chaotisch, gestructureerd, in het dorp en in de stad. Wat hen bindt? Ze zijn succesvol in hun kleinschaligheid. Ze zijn echt, oprecht en authentiek. 52.352 jongeren weten dat al. Ze vinden het er ‘leuk’. En meer dan 7000 jonge vrijwilligers zorgen er dag in dag uit voor dat die jeugdhuizen open zijn en een aanbod hebben. En dat delen ze uiteraard allemaal graag op hun favoriete social netwerksite.

zorgden ze voor een authentieke en extreem gezellige ervaring.

Op de Dag van de Jeugdhuizen zetten de jeugdhuizen hun ‘echtheid’ de kijker. Een huiskamerconcert, zetelzitwedstrijd, buurtdag, sloefenfeest, akoestisch optreden of avond zonder elektriciteit? Op 16 november

In een voortrazende digitale wereld waar we liken, sharen, taggen en smilen, hebben we steeds meer behoefte aan authentieke ervaringen en ontmoetingen. We leven in een digitale wereld. Sociale media zijn niet meer

Formaat onderstreept het belang van jeugdhuizen met de ‘Real life campagne’. Jeugdhuizen zijn 420 echte ontmoetingsplekken waar jonge mensen vrienden maken, dromen delen en een netwerk vormen. Waar je een echte glimlach krijgt, geen smiley. Waar je vrienden maakt, niet toevoegt. Waar een tag een vorm van graffiti is. En waar home meer is dan een button op een website.

weg te denken uit het leven van jongeren. Uit recent onderzoek van de Universiteit Antwerpen bij jongeren (12-18 jaar) blijkt dat negen op tien jongeren actief is op sociale media. Uit dat zelfde onderzoek blijkt ook dat het versterken van echte vriendenrelaties het hoofdmotief is om actief te zijn op sociale netwerksites. Als reactie op de digitale rush "komen mensen graag op adem in het oorspronkelijke, het eigene, het nabije en het authentieke”, zo schrijft ook trendwatcher Herman Konings (Sub Rosa, Lannoo 2011). In het jeugdhuis kan dat. Jongeren zijn er thuis. Ze komen er op adem. En ze beleven er, real life.


IN REAL LIFE 4 straffe slogans versterken de campagne. 200 mensen maakten voor de Dag van de Jeugdhuizen een eigen online banner. In real life • is home meer dan een button op een website. • maak je vrienden, je voegt ze niet toe. • krijg je een glimlach, geen smiley. • is een tag een vorm van graffiti.

Sofie (23), Tel 18 “Dit is een toffe en duidelijke campagne. De slogans zijn heel raak. Het is een campagne die toegankelijk en herkenbaar is voor jeugdhuizen en jongeren. Vooral de stickers zijn een succesnummer. Er werd bijna om gevochten bij ons in het jeugdhuis. We hebben zelfs overwogen om gepersonaliseerde stickers te laten drukken op basis van de module waar je een eigen banner mee kon maken. We hebben dat toch niet gedaan uit schrik om GAS te krijgen: jongeren zouden de stickers uiteraard overal willen plakken.” Benieuwd naar wie Sofie online en offline is? Lees het op pagina 7 van dit dossier.

Kelly (17) “Ik vind dit een zeer sterke, leuke en interessante campagne. Het drukt mensen met hun neus op de feiten. Het echte leven is belangrijk. Mijn favoriete slogan? ‘In je jeugdhuis maak je vrienden, je voegt ze niet toe’. Dat klopt als een bus.” Benieuwd naar wie Kelly online en offline is? Lees het op pagina 11 van dit dossier.

COLUMN

HET JEUGDHUIS, EEN ECHTE ONTMOETINGSPLEK VOOR 52.000 JONGEREN IN DIGITALE TIJDEN We kunnen alles, we weten alles. Op twee seconden leg ik contact met de hele wereld. Ook als ik me op 3.000 meter hoogte bevind of ergens boven de Atlantische Oceaan zweef. Erger nog, ik vind dat vanzelfsprekend. Onlangs vloog ik van Polen naar Brussel. Twee uur lang kon ik mijn mails niet checken. Ik betrapte me erop hoe me dat frustreerde. Het deed me denken aan de tijd waarin ik een roker was en opkeek tegen een treinrit van een uur zonder sigaret. Iedereen surft gretig mee op deze oneindige wave van informatie, contacten en verjaardagsverzoeken. Onze smartphones fungeren als extra ledematen. En je rolt er zo in, of je dat nu wil of niet. Mijn zoontje is nog maar net een jaar oud en zijn foto is al niet meer weg te slaan van Facebook. En dat zonder dat ik zelf nog maar één van zijn prachtige foto’s heb gepost. We leven snel, we delen alles met al wie we kennen. We staan onder druk om een mailtje dat vandaag binnen kwam, gisteren te beantwoorden. Zelfs na middernacht in bed checken we onze mails, tweets en Facebookfeed. In die digitale drukte, heb ik af en toe nood aan rust. Nood aan een goeie babbel, zonder foto’s en ringtones. Met mensen die naar mij kijken, in plaats van naar hun telefoon. Nood aan even niet moeten en gewoon samen zijn met vrienden.

En geloof me, ik ben niet alleen. Ik hoor het van mijn vrouw, van mensen rondom me. Ik lees het in boeken van trendwatchers en onderzoeksrapporten. In deze voortrazende digitale tijd zoeken we af en toe naar de pauzeknop. We verlangen dan naar authentieke, analoge ervaringen en echte ontmoetingen. Log off afternoons zijn volgens trendwatcher Herman Konings (Sub Rosa, 2011) steeds populairder. Mensen schakelen hun telefoons en laptops uit en hebben aandacht voor echte contacten. Konings benoemt dit fenomeen als social notworking en ziet dit als de trend van de toekomst. Die zoektocht naar het authentieke vind je niet alleen bij nostalgische dertigers zoals mezelf. Ook jongeren zoeken naar een evenwicht tussen de digitale snelwegen en authentieke ervaringen. Zo lees ik in het boek ‘De jeugd is tegenwoordig’ (De Bruykere, 2011), dat jongeren steeds meer op zoek zijn naar echte contacten en ontmoetingen. Gelukkig zijn er nog voldoende plekken waar jongeren deze echte ontmoetingen en contacten vinden. Het jeugdhuis is daar, ondertussen al ongeveer 51 jaar, één van. Een plek waar je niets moet, waar je kan binnenvallen voor een korte babbel, een lange nacht, een wervelende activiteit of waar je je simpelweg kan uitleven. Een plek waar je vrienden maakt en ze niet toevoegt, waar je ze een schouderklopje geeft in plaats van een ‘por’. Of een plek waar je eventjes de informatiestroom on hold kan zetten, om dan een uur later al je opgedane authentieke ervaringen te delen via Instagram en Facebook. Een plek ten slotte waar je, om het met de woorden van Herman Konings (uit Sub Rosa, 2011) te zeggen, “het ruisen van het bloed nog hoort, de smaak van de deugnieterij nog proeft en de geur van de vriendschap nog ruikt.”

Gerd Vanmeenen is stafmedewerker visie en onderzoek bij Formaat, een jonge dertiger en jonge vader.

dossier•3

Gerd Vanmeenen


dossier•4


htheid c e r a a n k e o z p O ereld w le a it ig d e d in

Jongeren groeien op in een digitale wereld met touchscreens, online vrienden, sociale media en de blitse en snelle wereld van het wereldwijde web. Net daarom verlangen ze steeds meer naar authenticiteit, naar echte contacten en ervaringen. Vanwaar komt die drang? En hoe kunnen jeugdhuizen er op inspelen? Trendwatcher Herman Konings neemt ons mee op een trip tussen digitaal en real life. Interview: Gerd Vanmeenen

Als we de cijfers mogen geloven gaan jongeren slapen met Facebook. Hoe digitaal is de huidige generatie? Konings: “We noemen de huidige generatie jongeren de digital natives of zelfs de digital Aboriginals. Van kindsbeen worden ze geconfronteerd met technologie en digitale ervaringen, met bits en bytes. Toch hecht deze generatie jongeren nog veel belang aan het analoge. Meer dan trendwatchers twintig jaar geleden konden vermoeden. Sociale media bijvoorbeeld zijn heel belangrijk, maar doen jongeren ook net verlangen naar authentieke en echte ervaringen.”

Die drang naar het authentieke, hoe uit dat zich? Konings: “Dat uit zich op veel vlakken. Jongeren zijn bijvoorbeeld aangetrokken door een nostalgische communicatiestijl. Neem nu het boek ‘Jong Goud’ van Formaat. Die kinderlijke tekening op de cover lijken iets uit de jaren ’60 en ’70 en toch is het net iets dat jongeren aanspreekt. Ook het succes van vinyl is een goed voorbeeld. De elpees uit een vorige generatie zijn vandaag enorm populair bij jonge twintigers. En als mensen, ook jonge mensen, mogen kiezen tussen een echte krant op zaterdagmorgen of een krant op een tablet, dan kiezen ze meestal voor de echte krant. Want die ritselt, die kun je vastpakken. Analoge ervaringen zijn de interessantste, de meest unieke.”

Ik raad jeugdhuizen aan om te focussen op de grootste rijkdom die mensen kunnen hebben: de analoge communicatie, het samenzijn met vrienden, het samen lachen. (Herman Konings)

En op vlak van ontmoeting?

Hoe kunnen jeugdhuizen hier op inspelen?

Konings: “Ik neem even het voorbeeld van de jeugdbeweging. Jeugdbewegingen bereiken, ondanks de daling in geboortes en het feit dat er minder jongeren zijn dan dertig jaar geleden, nog altijd ongeveer evenveel leden als vroeger. Niet ondanks sociale media, net dankzij die sociale media. Jongeren zien er dat vrienden of andere jongeren in die jeugdbewegingen leuke dingen doen en daar willen ze dan ook bij zijn. Sociale media stimuleren met andere woorden analoge, echte ontmoetingen. Voor jeugdhuizen is dat ongetwijfeld hetzelfde: het jeugdhuis is een plek om live samen te komen. Het is niet voor niets de baseline van de ‘Real life’ campagne van Formaat.”

Konings: “Als het jeugdhuis zijn activiteiten wil laten leven bij zijn doelgroep, is het goed dat je aanwezig bent op Facebook, YouTube en Instagram. Deze kanalen houden het jeugdhuis digitaal in leven. Ze geven het jeugdhuis een permanente, toegankelijke, online basis waar jongeren ideeën kunnen posten en foto’s kunnen bekijken. Zo kan je jongeren activeren. Sociale netwerken geven je bovendien de kans om over de grenzen heen te kijken, naar andere jeugdhuizen. Het kan dus een tool zijn om inspiratie en ideeën op te doen. Als alle jeugdhuizen een sterke, online plek hebben, dan wordt jeugdhuiswerk veel zichtbaarder. En dat biedt kansen op vlak van bijvoorbeeld fundraising. Uiteraard werkt dat allemaal enkel als het echte de moeite is. Het ultieme genot blijft de plek zelf. Waar je live met je vrienden kan communiceren.”

Herman Konings:

“Facebook en Instagram geven het jeugdhuis een permanente online basis waar jongeren ideeën posten en foto’s bekijken. Maar het ultieme genot blijft de plek zelf.”

Het digitale en analoge versterken elkaar met andere woorden? Konings: “Ja, de mix tussen online en offline, tussen digitaal en authentiek is wat jongeren aantrekt. Alle digitale en online prikkels uit het jeugdhuis bannen, is het slechtste wat je kan doen. Dat werkt niet. Jongeren zullen het niet pikken. Het idee alleen al dat iets geweerd wordt, ‘het magnietisme’, daar zijn jongeren allergisch aan. Het is wel belangrijk om jongeren te stimuleren om op zoek te blijven gaan naar authentieke contacten en ontmoetingen. Daar kan het jeugdhuis uiteraard een rol in spelen. Het is een provider van echte contacten.”

dossier•5

S HET JEUGDHUI T O P S D L O C S L A


dossier•6

De aanwezigheid van digitale snufjes neemt alsmaar toe. Zullen de jongeren van later nog steeds teruggrijpen naar authentieke ervaringen als de tablet het knuffelbeertje vervangt? Konings: “Er volgt nu inderdaad een generatie, nu nog jonge kinderen, die vanaf dag één in aanraking komt met het digitale. Het wordt interessant om te zien welke effect de bits en bytes op die generatie zullen hebben. Hier bestaat zeker een sluimerend gevaar van overdigitalisering. Een van die gevaren is het feit dat kinderen gewoon zijn om de hele tijd naar hun knieën te staren, waar hun tablet ligt. Ze kijken elkaar dus niet meer aan als ze spreken. Er bestaat hier zelfs al een term voor ‘ADHD’ of Any Device Head Down. Als men kinderen observeert die met een tablet spelen, is het ook opmerkelijk dat ze veel minder lachen dan tijdens authentieke spelletjes met echte vriendjes. We moeten oppassen dat jonge kinderen niet veranderen in digitale zombies die alles vanuit hun schoot beleven. Noem mij dan een sadist, maar laat die kinderen liever rondjes lopen met het risico dat ze zich bezeren aan scherpe randjes. Dat is het echte leven.”

Zal het zo’n vaart lopen, denk je? Konings: “Neen, maar we moeten er wel voor zorgen dat kinderen en jongeren nog voldoende analoge ervaringen opdoen. Gelukkig delen heel wat jonge ouders die vrees. Ze vinden het belangrijk om hun kinderen voldoende echte, analoge prikkels aan te bieden. Zo staat er in de ‘top tien’ van sinterklaascadeautjes (Het Nieuwsblad) veel meer analoog speelgoed, zoals poppen, voorleesboeken en auto’s, dan digitale producten. Dat is volgens mij een goede zaak. We moeten die drang naar het authentieke levendig houden.”

Coldspot?

Een coldspot is een plaats waar het ‘authentieke ervaren’ en het ontmoeten op de eerste plaats komen. Waar je verwijzingen naar vroeger terugvindt, zoals een oude lamp of een ouderwetse zetel en waar je toch, zij het subtiel digitale, impulsen krijgt. Dit interview vond bijvoorbeeld plaats in een coldspot: een koffiehuis waar de koffie op een ambachtelijke manier wordt gezet, waar je met elkaar kan keuvelen in een interieur dat aan de jaren zeventig doet denken en waar je via een netjes verborgen Wi-Fi-installatie toch kan connecten.

Herman Konings:

“Niets is zo rijk als the real life. Als je jongeren zou vragen om een top tien op te maken van de beste momenten, zijn dat uitsluitend analoge ervaringen.” waar ze in principe niet gestoord worden door bits en bytes. Om dan later op Facebook of Instagram rond te bazuinen hoe geweldig het was.

Heb je nog een laatste tip voor de jeugdhuizen? Er is dus nog een toekomstpubliek voor de jeugdhuizen als authentieke plekken? Konings: “Jeugdhuizen zullen in de toekomst waarschijnlijk een populaire plek blijven voor jongeren. De tieners die nu 10 tot 16 jaar zijn, de volgende generatie jeugdhuisjongeren dus, zijn nog grotendeels analoog opgevoed. Die drang naar echte en authentieke ervaringen zal er bij hen zeker nog zijn. Jeugdhuizen moeten daarop inspelen. Ik zou hen aanraden om te focussen op de grootste rijkdom die mensen kunnen hebben: de analoge communicatie, het samenzijn met vrienden, het samen lachen. Niets is zo rijk als the real life. Als je jongeren zou vragen om een top tien op te maken van de beste momenten, zijn dat uitsluitend analoge, echte ervaringen. Elke vorm van communicatie is veel interessanter als ze van vlees en bloed is.

Konings: “Wees creatief. Focus op een sterk aanbod met een duidelijke meerwaarde voor jongeren. De huidige generatie jongeren wordt vaak geconfronteerd met een gebrek aan tijd, geld en ruimte. Tegelijkertijd merken we dat steeds meer jongeren hoger geschoold zijn en zich breder oriënteren door te reizen of een buitenlandse stage te doen. Ze worden vaak beschreven als ‘strategische navigatoren’ omdat ze ondanks een gebrek aan geld, tijd en ruimte, toch proberen het onderste uit de kan te halen. Dat uit zich bijvoorbeeld in een grote vraag naar kwaliteit. Dit is zeer relevant voor het jeugdhuiswerk. Zorg dat je je onderscheidt van andere initiatieven, dat jongeren zien wat je meerwaarde is en dan zullen ze de deur van het jeugdhuis ook in 2020 blijven platlopen.”

Welke boodschap moeten jeugdhuizen uitstralen? Konings: “Ik denk dat jeugdhuizen het als hun mission statement moeten blijven zien om jongeren een echte, analoge ontmoetingsplaats te bieden. Een plaats waar je aan social notworking kan doen. Een plaats waar jongeren samen hun interesses kunnen delen. Een coldspot,

Herman Konings:

“Jeugdhuizen moeten het als hun mission statement blijven zien om jongeren een echte ontmoetingsplaats te bieden.”

Herman Konings is ma ster in de theoretische psychologie en beheerder van het Antwerpse trend- en toekomstonderzoeksbureau Pocket Ma rketing/nXt. Als trendanalist en consum entenpsycholoog geeft hij onder de hoofd ing 'De Toekomst Is Onder De Rozen' reg elmatig adviesrondes en spreekbeurte n aan bedrijven, genootschappen en het hoger onderwijs over socio-culturele versch uivingen, trendwaarnemingen en toekomstverw achtingen. ww w.nxt.be


dossier•7

SOFIE (23) Tekst: Katrien Van den Broeck • Foto: Cédric Dezitter

“Niets gaat boven in real life samen dingen doen, als is Facebook de ideale afspreektool”

it

Identik

ofie Naam: S en d: 23 Leeftij : Tel 18, Eker is u h d 0 g 0 u 7 e J n: vriende en: 40 Online r week vriend e f i L keer pe Real ook: 2 b e c a F Checkt

“Ik heb ongeveer 700 vrienden op Facebook. Wie dat zijn? Huidige vrienden en vrienden van vroeger op school onder andere. Iedereen waarmee ik bevriend ben op de sociale netwerksite, ken ik ook in het echte leven. Of toch de meesten. Heel af en toe accepteer ik een ‘request’ van iemand die ik niet ken, als we genoeg gemeenschappelijke vrienden hebben. Ik vind het belangrijk om regelmatig contact te hebben met mijn vrienden. Mensen met wie ik al lang geen contact had, probeer ik te verwijderen uit mijn vriendenlijst. Al komt dat er niet vaak van, omdat het zo veel werk is. Waarvoor ik Facebook vooral gebruik? Om contact te houden met mensen die ik anders niet meer zie, om foto’s te delen, om af te spreken met vrienden, om feestjes te delen en om in te checken op locaties. Dat laatste doe ik om mijn vrienden een stille hint te geven om ook naar de plek te komen waar ik ben. En stiekem speel ik ook spelletjes op Facebook. Dat is het enige dat verborgen is voor iedereen. De rest van mijn profiel is openbaar voor al mijn vrienden. In het echte leven ontmoet ik mijn vrienden vooral in het jeugdhuis op woensdag, vrijdag en zaterdag. Het jeugdhuis heeft een belangrijke rol in mijn leven als ontmoetingsplek. Mijn vriendengroep daar bestaat uit ongeveer veertig mensen. Het is dus de ideale afspreekplek als ik veel mensen wil zien. Een keer per maand ga ik voor quality time met twee goeie vriendinnen. We zakken dan samen af naar ’t stad, waar we starten met een ontbijt met schuimwijn. Nadien doen we iets leuks. De laatste keer bezochten we het MAS. En ’s avonds drinken we nog iets en gaan we samen eten. Niets gaat boven in real life samen dingen doen, al is Facebook de ideale afspreektool.”


dossier•8

Gegevens: Apestaartjaren (Mediaraven)

N U H N E N E R E G JON K R E W T E N E N ONLI figures Facts &

80%

80 % VAN DE JONGEREN IN VLAANDEREN LOGT DAGELIJKS IN OP FACEBOOK

5.400.000 FACEBOOK EN YOUTUBE ZIJN DE POPULAIRSTE WEBSITES BIJ JONGEREN

90%

90 % VAN DE JONGEREN GEBRUIKT FACEBOOK ACTIEF

IN BELGIË BESTAAN MOMENTEEL 5.4 MILJOEN FACEBOOKPROFIELEN

?

POTENTIELE FACEBOOKVRIENDEN VAN JONGEREN ZIJN… GOEDE VRIENDEN

200 MEER DAN DE HELFT VAN DE 12-18 JARIGEN HEEFT MEER DAN 200 VRIENDEN OP FACEBOOK

(UIT JEUGDHUIZEN, JEUGDBEWEGINGEN, SPORTCLUBS, SCHOOL…)

VRIENDEN VAN VROEGER MEDELEERLINGEN OP SCHOOL OUDERS EN FAMILIELEDEN ORGANISATIES OF MERKEN (ONG EEN DERDE VAN DE JONGEREN)

LEERKRACHTEN

(ONG EEN VIERDE VAN DE JONGEREN)

DE NUMMER 1 REDEN VAN JONGEREN OM SOCIAAL TE NETWERKEN IS OM CONTACT TE HOUDEN MET OFFLINE VRIENDEN EN REAL LIFE AF TE SPREKEN

43%

ONBEKENDEN

(ONG EEN VIERDE VAN DE JONGEREN)

43% VAN DE JONGEREN DEFRIEND MENSEN OMDAT ZE DIE NIET PERSOONLIJK KENNEN

JONGEREN GEBRUIKEN SOCIALE NETWERKEN OOK VOOR SCHOOLWERK


dossier•9

MORENO (16) Tekst & foto: Arnout Simons

“Geef mij maar een echte babbel. Via chat kan je geen nuances leggen en ontstaan er foute interpretaties” “Na een rondje defrienden, heb ik nu ongeveer tweehonderd vrienden op Facebook. Waarom defrienden? Constant likes ontvangen van wildvreemden, dat werkte stevig op mijn zenuwen. Ik heb dus de vrienden overgehouden die ik echt ken, met wie ik graag foto’s en updates deel en van wie ik graag likes ontvang. Ik heb ook twee verschillende Facebookaccounts. Zo hou ik mijn baas en collega’s netjes gescheiden van mijn nachtelijke escapades in het jeugdhuis. Ik zou niet willen dat er foute foto’s bij de foute personen terecht komen. In het echte leven heb ik twintig vaste vrienden. Vijftien van hen wonen – samen met mezelf – half in het jeugdhuis. Live babbelen met vrienden in het jeugdhuis is veel leuker dan chatten. Via chat kan je geen nuances leggen en je mist de gezichtsuitdrukking en intonatie. Daardoor ontstaan er al snel foute interpretaties. Geef mij dus maar een fijne babbel aan de toog met mijn echte vrienden. Het jeugdhuis is voor mij dé plaats om nieuwe mensen te leren kennen en om af te spreken met mijn vrienden, ongedwongen en real life.”

it

Identik

oreno Naam: M e d: 16 j Oostend Leefti Korre, e D : s i Jeugdhu ienden: 200 vr 0 Online nden: 2 fe vrie Real Li


dossier•10

Guillaume Van der Stighelen

COLUMN

JEUGD Je wist dat ze er zaten. De vaste gasten. David met zijn sportkennis en de overtuiging dat het met het Belgisch voetbal nooit meer goed zou komen. Bernard met veel twijfels over zijn toekomst, hem ingepompt door een vader die uit eigen ervaring heel goed wist wat je te wachten staat als je verkeerde keuzes maakt. Caroline die alle teksten uit het hoofd kende van Cat Stevens en Jacques Brel en ze met dreigende ogen citeerde als je weer eens niet begreep wat ze bedoelde. Johnny, die zijn bewondering voor iedereen meteen omzette in getrakteerde pinten. En ook Suzy. Suzy met het gewillige lichaam. Suzy die in ruil voor wat aandacht en begrip altijd bereid was om een antwoord te bieden op de vragen die in boeken over geschiedenis en algebra nooit aan bod kwamen. Je wist dat ze er zaten als je binnen kwam. Ze zouden nauwelijks dag zeggen. Behalve Suzy dan. En Johnny. Je ging bij hen zitten en ze knikten. Ze wisten niets over de harde woorden die daarnet thuis waren gevallen. Over de pijn die je voelde. Je zou het hen ook niet vertellen. Want de pijn die volwassenen elkaar aandoen, wie begrijpt daar iets van.

Je wist dat de zetels versleten waren. De muren waren bezet met slagersmessen. Lampen werden gedempt met papier. De man achter de toog had lange haren. En een rond brilletje. Van het soort dat het ziekenfonds toen gratis gaf. Hij draaide platen van Ferre Grignard. Tot Caroline met haar ogen draaide. Want je moest de teksten van Dylan lezen. Je wist dat ze er zaten. En je wist ook dat er af en toe iemand anders binnen kwam. Een nieuw gezicht. Misschien iemand van het andere geslacht zelfs. Iemand die van de duistere afgrond die toekomst heet een

mooie vallei kon maken waarin je samen kon afglijden. Hand in hand. Gedragen door touwen en een weefsel van fijne lieve woorden die zonder lawaai en geweld een gaatje boorden in het harnas rond je hart. Maar je wist ook dat zij er zaten. Thuis. Toen je het sleutelgat zocht. Te laat. Zij. De mensen die altijd foute woorden vonden om te zeggen dat ze van je hielden. Bezorgd om jou. En nog meer om zichzelf. Of ze het wel goed deden. Of de buren zouden zeggen, als het misliep met jou: “die mensen hebben het nog zo gezegd.” En dan wou je dat Johnny er was. En David. En Caroline en Bernard en Suzy. Vooral Suzy.

Guillaume Van der Stighelen is vader, reclameman en opiniemaker. In 2012 schreef hij het essay ‘Echt’. Een boek dat inzoomt op onze zoektocht naar authenticiteit en onze worsteling met wat 'echt' of 'onecht' is. Speciaal voor Formaat Magazine schreef Guillaume een warme column over echte, authentieke vriendschap en ontmoeting. Real life op zijn puurst.


dossier•11

KELLY (17) Tekst: Lotte Lambin • Foto: Lena Verstraete

‘Ik word niet vrolijk van Facebook, maar ik check het wel elke dag.” “Ik heb 754 vrienden op Facebook. Ik ken lang niet iedereen daarvan ook in het echt. Ik aanvaard nieuwe vriendschapsverzoeken vanaf dat ik genoeg vrienden gemeenschappelijk heb met iemand. Ik post zelf nog weinig. Ik erger mij vaak aan wat mensen posten, vandaar dat ik dat zelf niet vaak meer doe. Voor de Dag van de Jeugdhuizen heb ik wel iets gepost en af en toe plaats ik een berichtje over het jeugdhuis. Waarvoor ik het sociale netwerk dan wel gebruik? Ik kijk vooral naar wat andere mensen doen. En het is handig om bij te blijven als het gaat over verjaardagen en evenementen in de buurt. Wat ik wel regelmatig gebruik, is de chatfunctie. Met mijn klasgenoten wissel ik er vragen uit over huistaken. En ik gebruik het om te babbelen en af te spreken met mijn echte vrienden. Eigenlijk wordt ik helemaal niet vrolijk van Facebook, maar ik check het wel elke dag. Ik maak wel actief gebruik van Tumblr. Je hebt hier je eigen blog, je eigen identiteit. Het voordeel van dit medium is dat het toont wie je bent. Het is een ideaal medium om bijvoorbeeld foto’s die ik zelf heb getrokken te delen. Offline heb ik tien echte vrienden met wie ik regelmatig afspreek om iets te doen. Er gaat niets boven echte gesprekken en afspraken. Ik kijk mensen graag in de ogen als ik met ze praat. En dat kan alleen in het echte leven. De drempel is soms wel lager om bepaalde gevoelens via chat of sms, net omdat je iemand niet in de ogen moet kijken. Geef mij maar een avondje cinema met mijn lief of een logeerpartij met mijn beste vriendin in plaats van een avond Facebook. Het jeugdhuis is een belangrijke, ‘echte’ ontmoetingsplek. Momenteel zit ik er nog niet zo vaak. Ik ben de jongste mede­werker en ben volop bezig om meer leeftijdsgenoten aan te trekken. Maar ik weet nu al: dit is een plek waar je jezelf kan zijn. Waar meestal dezelfde mensen zitten en waar ik me op mijn gemak voel. Je kan als je daar zin in hebt gewoon in je jogging naar het jeugdhuis gaan, zalig toch.”

it

Identik

elly Naam: K re d: 17 j i t f e Erpe Me e L : Dido, 54 s i u h d g Jeu n: 7 vriende en: 10 Online iend r v e f i Real L


Hoe ‘Rea ben jij?

Test hoe gehecht jij bent aan het échte leven. Ben jij een all-time real life-aanhanger of hou je ervan om stiekem je statusupdates te bekijken terwijl je in het jeugdhuis zit?

1 JE KOMT THUIS VAN SCHOOL/WERK/IETS ANDERS, HET IS

4 HET IS VIER UUR ’S NACHTS, JE LIGT NET IN BED NA EEN

Ik weet al lang wat er die avond allemaal gepland is in de buurt. Mijn smartphone staat al de hele dag rood van de meldingen en uitnodigingen die ik krijg. Enkel nog eens vlug checken waar de meeste vrienden van mij zullen zijn, hen ter bevestiging een bericht sturen, mijn status updaten om anderen te laten weten wat ik die avond doe, en ik kan met een gerust hart aan de avond beginnen. Vanavond ga ik naar het jeugdhuis. Ik zie wel wie daar aanwezig is en kijk dan hoe de avond verder verloopt. Even vlug Facebook checken om te zien welke evenementen die avond gepland zijn, een paar vrienden opbellen om te vragen waar zij heen gaan en de avond is gepland.

Niet gehoord, mijn gsm ligt nog in de badkamer. Ogen open, klaarwakker en meteen vijf personen in je hoofd waarvan het bericht zou kunnen zijn. Vlug even kijken, ik antwoord morgen wel.

VRIJDAG EN JE HEBT NOG NIETS TE DOEN DIE AVOND. WAT DOE JE?

2 DE AVOND IS AL GOED BEZIG, JE ZIT MET VRIENDEN IN

HET JEUGDHUIS. ALS ER ENKELE VRIENDEN VERTREKKEN VALT ER EEN STILTE IN DE BENDE. WAT DOE JE?

Ik vraag iedereen wat ze nog willen drinken, de glazen zijn bijna leeg en wat extra vloeistof maakt de tongen weer wat los. Ik zag daarnet thuis, op Facebook, dat er een goed optreden is gepland in het jeugdhuis enkele dorpen verder. Ik vraag wie zin heeft om mee te gaan. Even naar het toilet. Mijn Facebookstatus had een halfuur geleden drie likes, wie weet heeft iemand een reactie gegeven …

HEERLIJK FEESTJE IN HET JEUGDHUIS EN JE GSM GAAT AF, WANT JE HEBT EEN BERICHTJE.

5 VRIJWILLIGERSVERGADERING IN HET JEUGDHUIS, VOL-

GENDE WEEK IS ER EEN GROOT FEEST WAARVOOR VEEL MENSEN WORDEN VERWACHT. HET BESTUUR WIL WETEN HOEVEEL MENSEN ER ONGEVEER ZULLEN AFKOMEN.

Vlug even checken hoeveel mensen er op aanwezig staan op het Facebookevenement. Exact is het niet, maar het geeft wel een beeld van wat we kunnen verwachten. Even denken hoeveel volk er vorig jaar was, met die regen zullen er waarschijnlijk wel wat minder mensen komen. Maar aan de andere kant is er dit jaar geen grote fuif van de scouts die voor concurrentie zorgt … Ik maakte het Facebook-evenement aan en update het bijna twee keer per dag. De statistieken tonen aan dat de laatste dagen een verhoogde activiteit is. De actie voor een gratis pint als je bij aankomst inlogt op Foursquare zorgt er ook voor dat er meer mensen willen afkomen.

3 RADAR! HÉT VORMINGSWEEKEND VOOR ELKE TOEGEWIJ-

Jij houdt van real life. Jij houdt van het echte leven en hebt geen nood aan een extra leven op het virtuele net. Vaak leg je je GSM ergens neer om dan uren later te merken dat je drie gemiste oproepen hebt. Foto’s op Facebook uploaden doe je niet wegens te ingewikkeld.

No problemo, die opladers van Iphones zijn allen dezelfde. Er lopen hier duizend mensen rond met zo’n oplader. Een uurtje of twee zonder gsm, daar gaat een mens niet van dood. Gsm? Die heb ik niet bij. Of ja, toch wel, die zit ergens in mijn rugzak. Dat kan mij onmogelijk overkomen. Ik heb drie opladers mee (voor de zekerheid) en laadt mijn gsm elke nacht op. Dat moet ook want dat G4 netwerk verbruikt nogal wat batterij …

Jij bent mixt digitaal en real Jouw virtuele leven is een verlengstuk van het échte leven. Facebook houdt je op de hoogte van waar er feestjes zijn en wie er naar toe gaat. Aan de hand daarvan maak jij je avondplannen. Die gsm dient vooral om af te spreken met vrienden, je legt hem dan ook niet graag te ver weg.

DE JEUGDHUISVRIJWILLIGER. JE BENT VAN DE PARTIJ, HET IS ZATERDAGNAMIDDAG, JE GSM-BATTERIJ IS PLAT ÉN JE BENT JE OPLADER VERGETEN …

Jij bent een digital freak. Facebook, Pinterest, Foursquare, Twitter, Instagram … overal heb jij een account. Wie op de hoogte wil blijven van wat je allemaal doet en wat je van plan bent, kan het daar up-to-date checken. Je virtuele vriendengroep is gigantisch. Afspreken met vrienden doe je regelmatig, al vind je het moeilijk om niet elk kwartier je statussen up te daten via je smartphone.

dossier•12

- TESlTLif-e’


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.