Architectenweb magazine #11

Page 1

architectenweb Thema Scholen Interview Moke Architecten

Project De Spreeuwen

Achtergrond Gepersonaliseerd leren

nummer 11 — jaargang 4 — juli 2016



Een entree die indruk maakt, kosten bespaart en veiliger is voor kinderen

Spelende kinderen lopen veel vuil en vocht naar binnen. Met als gevolg hoge schoonmaakkosten, onnodige slijtage van vloeren en een smoezelige uitstraling. Bovendien verhoogt dit het risico op uitglijden en andere ongelukken. Een goed schoonloopsysteem bevordert verder het imago, de eerste indruk is tenslotte goud waard! Speciaal voor scholen heeft emco daarom het hoogwaardige emco 3-zonereinigingssysteem ontworpen. Binnen het systeem kunt u kiezen uit vele unieke inlagen, zoals ruwharige tapijtstroken, cassetteborstels, rubber, textielborstels en MAXIMUS tapijtstroken. Alle inlagen zijn leverbaar in vele kleuren en exclusieve dessins. Ze zijn harmonieus of juist contrastrijk met elkaar te combineren. Ook Cradle to Cradle en het gebruik van ECONYL-garen (100% gerecycled materiaal) behoort tot de mogelijkheden. Wat emco bovendien bijzonder maakt is een andere kleur van het aluminium draagprofiel, zoals bijvoorbeeld zwart. Voor sfeer en veiligheid kunnen bovendien logo’s of ledverlichting worden geïntegreerd. Kijk eens wat emco heeft geleverd:

Arcus College Heerlen

Ezinge Meppel

OBS Mettegeupel Oss

KOZ-complex Rotterdam www.emco-bau.com


Partners Een overzicht van de partners van Architectenweb.

MBI

4 — architectenweb


world leading in bamboo

The Floor is Yours

R

architectenweb — 5


SHARE YOUR STORY ON ARCHELLO

www.archello.com


TOTAALEVENEMENT MET FOCUS OP PRODUCTINNOVATIES VOOR ARCHITECTEN, INTERIEURARCHITECTEN EN VOORSCHRIJVERS

ARCHITECT @WORK THE NETHERLANDS

Rotterdam Ahoy 14-15 sept. 2016 6° editie - 13:00-20:00 THEMA: ARCHITECTUUR & WATER < SEMINARS by Architectenweb < EXHIBIT Wonders of Water by MATERIA < IMAGES by DAPh @ATW_INTL #ATWNL WWW.ARCHITECTATWORK.NL

treer s i g Re t code me 455 19

ORGANISATIE Beurzen Adviesbureau T 030 298 22 93 netherlands@architectatwork.com Mediapartners

Sponsors

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

BELGIUM

THE NETHERLANDS

LUXEMBOURG

FRANCE

UNITED KINGDOM

GERMANY

AUSTRIA

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

ARCHITECT @WORK

SWITZERLAND

ITALY

SPAIN

DENMARK

SWEDEN

TURKEY

CANADA


In dit nummer

16 62

34 10—15 In beeld Een paar van de opgaven in de scholenbouw: renovatie en uitbreiding van bestaande gebouwen, creatie van gezond binnenklimaat en accommoderen van Het Nieuwe Leren. 16—21 Voortbouwen aan ruimtelijke kwaliteit In plaats van de zoveelste uitbreiding te ontwerpen voor basisschool De Spreeuwen, besloot Happel Cornelisse Verhoeven om verder te bouwen op de bestaande typologie. 22—27 Zo natuurlijk als mogelijk Broekbakema en Paul de Ruiter Architects hebben beide in het ontwerp van een basisschool getracht om via een vernieuwend vloersysteem natuurlijker te ventileren. 28—31 Duurzaamheid door denken voor de lange termijn Op basis van levenscyclusanalyses koos DP6 bij ROC Friese Poort voor tapijttegels van Desso en vinylvloeren van Tarkett. 32—33 Verse lucht voor frisse lokalen Met zijn Healthy School Project biedt Renson een combinatie van oplossingen die energiezuinige ventilatie via de gevel mogelijk maken. 8 — architectenweb

34—39 Opkomst van gepersonaliseerd leren In het basis- en voortgezet onderwijs voltrekt zich in stilte een revolutie. Steeds meer scholen stappen over op gepersonaliseerd leren, dat kinderen een grote zelfstandigheid geeft en hen in staat stelt om zich veel breder te ontwikkelen. In gesprek met Merel de Boer (ICS adviseurs) en Maurice de Hond (O4NT / Steve Jobs Scholen).

40—45 “Omarm de beperkingen van het bestaande” Aan de hand van vier cases laat Atelier PRO zien dat bestaande schoolgebouwen meer mogelijkheden bieden dan velen denken. 46—47 Twaalf tinten wit en vergrijsde kleuren Voor kinderen met een geestelijke beperking ontwierp Simone Drost Architecture een school die afgestemd is op hun zintuigelijke belevingswereld. 48—49 Terug tot de kern In Santpoort heeft MB architecten rond een oud trappenhuis een nieuwe school ontworpen met trekken van de Amsterdamse School. 50—55 Een list voor extra kwaliteit Een interview met architect Gianni Cito van Moke Architecten over vernieuwingen in de materialisering en de typologie van schoolgebouwen.


Hoofdredactioneel

76—79 Nieuwe producten

Door de hoge eisen die aan het binnenklimaat van schoolgebouwen gesteld worden, in combinatie met lage budgetten, is in onderwijsruimten bijna niet meer te ontkomen aan kunstmatige ventilatie en verlaagde plafonds. Wanneer goed uitgevoerd, levert dit uitstekende scholen op. Maar onderwijsruimten kunnen hiermee ook snel eenvormig worden en veel ventilatiesystemen blijken in de praktijk toch minder goed te functioneren dan van tevoren bedacht. Vooral dat laatste knaagt bij veel architecten, die steeds vaker maar liefst een derde van het bouwbudget voor klimaatinstallaties moeten reserveren. Om je je als architect aan bovengenoemde praktijk te onttrekken is veel inventiviteit nodig. Gianni Cito van Moke Architecten spreekt in die context over het bedenken ‘listen’ (p50). Door het ontwikkelen van nieuwe typologieën en door slim te materialiseren is hij de standaard bouwpraktijk regelmatig te slim af. In bepaalde situaties is een school van maar één bouwlaag een stuk goedkoper, kan het níet slopen van bestaande bebouwing voor goedkope extra ruimte zorgen, en kan de extra verdiepingshoogte onder sheddaken benut worden voor extra tussenverdiepingen in de lokalen. De ambitie om natuurlijker te ventileren vraagt een vergelijkbare inventiviteit van architecten. Op het scholencongres verklaarde architect Aldo Vos van Broekbakema dat je als architect helemaal niet alles van klimaatinstallaties hoeft af te weten. Het gaat erom dat je er een visie op ontwikkeld en de oplossingen die installatie-adviseurs aandragen durft te bevragen. Bij Brede School Lisse heeft die dialoog een nieuw ventilatiesysteem opgeleverd dat gebruikmaakt van de kanalen in de houten kanaalplaten. Paul de Ruiter Architects is het gelukt om met een vergelijkbare vloerconstructie bij bassischool Het Dok voornamelijk natuurlijk te ventileren (p22). Als antwoord op de lage bouwbudgetten in de scholenbouw kan gedacht worden aan DBMO-contracten. Hierbij wordt niet alleen de bouw, maar ook het onderhoud en de schoonmaak in één keer voor een periode van 25-30 jaar aanbesteed. Extra investeringen in bouwkundige kwaliteit, die besparingen opleveren in het gebruik van het gebouw, kunnen dan al snel de moeite lonen. Bij de bouw van de twee DBMO-scholen die Twynstra Gudde onlangs begeleidde (p62) is te zien dat deze contractvorm niet zozeer een andere materialisering uitlokt – op dat vlak worden gewoon slimme keuzes gemaakt – maar dat extra geïnvesteerd wordt in energiebesparende maatregelen. Op de daken van beide scholen liggen bijvoorbeeld PV-cellen. Daarnaast wordt verwacht dat de klimaatinstallaties beter zullen presteren, aangezien de verantwoordelijkheid hiervoor van ontwerp- tot en met gebruiksfase bij hetzelfde consortium ligt. Binnen de scholenbouw vragen ook twee andere opgaven steeds meer aandacht: de renovatie van bestaande schoolgebouwen en de opkomst van gepersonaliseerd leren. Zowel Happel Cornelisse Verhoeven (p16) als Atelier PRO (p40) laten zien hoe de kracht van het bestaande gelezen kan worden en hoe hier in uitbreidingen op voortgebouwd kan worden. Bestaande gebouwen lenen zich echter niet altijd voor nieuwere onderwijsvormen. Een van die nieuwe onderwijsvormen die sterk in opkomst is, is gepersonaliseerd leren (p36). Hierbij krijgen leerlingen de verantwoordelijkheid en vrijheid om hun eigen dagen in te delen. In een wereld waarin steeds meer informatie vrij beschikbaar is, hoeven leraren dit niet meer klassikaal te presenteren, maar kunnen leerlingen dit zelf tot zich nemen en hier direct mee aan de slag gaan. Bij dit gepersonaliseerde leren worden de traditionele klaslokalen vervangen door een mix van kleinere en grotere ruimten. Hoewel er allerlei modellen voor bestaan en er al verschillende ontwerpen zijn en worden gerealiseerd, vraagt het richting de toekomst nog veel denkwerk. Vraagt gepersonaliseerd leren om wezenlijk andere schoolgebouwen?

74 Colofon en advertentie-index

Michiel van Raaij Hoofdredacteur

56—57 Tekens aan de wand Door toepassing van speciaal stucwerk van Strikolith konden bij Brede Basisschool Moerwijk letters opgenomen worden in de gevel. 58—59 Kleurige connectie met de omgeving De sporthal van het Gerrit Komrij College is visueel met zijn omgeving verbonden door een kleurrijke stalen gevelbekleding van Colorcoat Prisma. 60—61 “Kijk hoe leerlingen de buitenruimte gebruiken” Een goed ingerichte buitenruimte, met bijvoorbeeld maatwerk buitenmeubilair, ondersteunt de uitstraling van een school. 62—67 Kansen voor DMBO in scholenbouw De afgelopen jaren begeleidde Twynstra Gudde de bouw van twee DBMO-scholen. Welke voordelen biedt deze contractvorm? 68—73 Een heldere structuur Binnen de scholenbouw hanteert JHK Architecten een heel eigen benadering. Een interview met architect Titia Luiten.

22 74—75 Nog één extra foto De school die plaats moest maken voor de Markthal in Rotterdam nog één keer op de foto met de afgeronde Markthal op de achtergrond.

architectenweb — 9


Contrast Steeds meer bestaande scholen zijn toe aan renovatie. In Den Dungen heeft De Architectenwerkgroep Tilburg (DAT) een bestaande structuralistische school vernieuwd en voorzien van een passende uitbreiding. Twee waaiers van zeshoekige klaslokalen zijn behouden en voorzien van een nieuwe houten gevel. Het voorheen donkere hart ertussen is omgetoverd tot een lichte trappenhal, die naar de uitbreiding op de verdieping leidt. Die nieuwbouw is uitgevoerd in stucwerk en kraagt aan twee zijden uit. Door het subtiele contrast met de oudbouw dat zo ontstaat, toont het bureau de gelaagde geschiedenis van de school en houdt de structuralistische basis zijn eigen plek. — Foto Petra Appelhof 10 — architectenweb


architectenweb — 11


Scherm Door de steeds hogere isolatiewaarde van gevels kunnen klaslokalen door de zon snel opwarmen. Ook kan een felle zon digitale schermen onleesbaar maken. Het voorkomen van het binnenvallen van direct zonlicht heeft BDG Architecten in zijn ontwerp van MFA Westerbork tot thema gemaakt. Het schoolgebouw is door het bureau rondom voorzien van een lamellenscherm dat de hoogstaande zon van het voorjaar tot en met het najaar uit de klaslokalen weert, zonder daarbij het uitzicht te beperken. Het scherm geeft de school een heel eigen uitstraling, waarbij het gebouw – onder bepaalde hoeken gezien – in de lucht lijkt op te lossen. — Foto Gerard van Beek 12 — architectenweb


architectenweb — 13


Het Nieuwe Leren Op de campus van de Erasmus Universiteit in Rotterdam is naar ontwerp van Paul de Ruiter Architects een algemeen onderwijsgebouw gerealiseerd. Hier kunnen studenten van alle opleidingen terecht om te studeren. De grootste onderwijsruimtes liggen onderin het gebouw, samen met werkplekken voor kleinere groepjes studenten, terwijl er naar boven toe steeds meer zelfstudieplekken zijn. De bovenste verdieping is zelfs volledig gereserveerd voor deze zelfstudie. Voor het bijpraten met medestudenten is de grootste ruimte gereserveerd: de gebouwhoge trappenhal die alle ruimten en verdiepingen met elkaar verbindt. — Foto Jeroen Musch 14 — architectenweb


Lorem Ipsum Xeriorro que conecae que nonectur? El ipsant, omnihilit id enimoluptat at facea nia nim audam, sitibus id que mi, sit, sequatem et invelita doloritat et fuga. Sedipit ibusdaes que libus, quidio. Nequiae rspiend andemqui apient omnihil iandende si sunt et et int asimend aectin evelectum idemo coreritatur minvellupta nos esto most lita quam et fugiatibust fugia voluptas quam, aborent estrum lab imagnia spedissi rerum ut omnisquat. Reperi omnis adiorae stiatioria comnistiam, ut re millupiciis dolor suntur andae la alibusdant dolo iduciam quasint et, ut adit, comnimi ncienitis moles dolorente dole. — Foto Xxx Xxx architectenweb — 15


Voortbouwen op ruimtelijke kwaliteit

In plaats van basisschool De Spreeuwen in Mechelen te voorzien van de zoveelste uitbreiding, besloot Happel Cornelisse Verhoeven Architecten verder te bouwen op de bestaande typologie, en nieuwbouw en oudbouw een gemeenschappelijke uitstraling te geven.— tekst Kirsten Hannema

16 — architectenweb


architectenweb — 17

Foto: Karin Borghouts


Orde en structuur. Het zijn twee belangrijke ingrediënten voor goed onderwijs. In een rommelige ruimte is het moeilijk om je te concentreren; dat geldt zowel voor leraren als leerlingen. In noodcontainers voelt niemand zich thuis. Toch zijn veel schoolgebouwen chaotisch: een wirwar van ad hoc aan elkaar geplakte hoofd- en bijgebouwen. Niet bewust zo ontworpen, maar mettertijd zo gegroeid. Basisschool De Spreeuwen in het Belgische Mechelen is een sprekend voorbeeld hiervan. De school is opgericht in 1931 en gesitueerd op een langwerpig kavel dat zich uitstrekt tussen de Battelsesteenweg en de Leuvensevaart. Door de jaren heen had de school zich, als een rupsje nooitgenoeg, stapsgewijs uitgebreid tot een bonte aaneenschakeling van gebouwen en pleinen. En nog was er niet genoeg ruimte. In 2010 werd door toenmalig Vlaams Bouwmeester Marcel Smets een Open Oproep uitgeschreven voor tien nieuwe kleuterklassen en een sanitaire voorziening. Het Nederlandse bureau Happel Cornelisse Verhoeven Architecten won door – heel brutaal – de opgave te negeren. “Het zou de zoveelste aanbouw worden aan een complex dat van toevalligheden aan elkaar hing”, vertelt architect Ninke Happel. “Gebouw en buitenruimte hadden niets meer met elkaar te maken. Wij wilden die trend doorbreken.” Het architectenbureau besloot om de opwaardering van de bestaande kleuterschool en de buitenruimte tot uitgangspunt van het ontwerp te 18 — architectenweb

maken. “Het gebouw was een kind van zijn tijd, de schrale jaren tachtig. Grijze betonsteen, simpele leien daken. Niets bijzonders, maar toch werd het gekoesterd door de leerkrachten, vanwege de brede, lichte klaslokalen met directe toegang naar buiten en de gangloze plattegrond, waarbij de lokalen rond een centrale ruimte liggen. Daarom besloten we die typologie over

De bestaande brede, lichte klaslokalen met directe toegang naar buiten werden gekoesterd

Boven Een van de binnenhoven is op initiatief van de architecten getransformeerd tot ‘buitenspeelkas’.

Rechterpagina Om de oudbouw en nieuwbouw tot een geheel te smeden is de school rondom voorzien van een uniforme dakomlijsting.

te nemen, maar het gebouw wel een hedendaags smoel te geven.” Het ontwerp blinkt uit door zijn eenvoud: de nieuwbouw is (typologisch) gespiegeld ten opzichte van het bestaande kleuterblok, waardoor een tweemaal zo lang, rechthoekig volume is ontstaan. Hierdoor is het aantal bouwvolumes beperkt, bleef ruimte over voor een speelplein en ontstaat een herkenbaar ‘adres’ aan de achtergelegen vaart. Om de twee bouwdelen tot een geheel te smeden, is rondom een betonnen dakrand aangebracht en zijn de gevels voorzien van een zandkleurige vertinlaag.


Foto’s: Karin Borghouts

“Het is de kwaliteit van het bestaande gebouw die maakt dat we tot dit ontwerp zijn gekomen” De entree, verplaatst naar het midden, verbindt de oude met de nieuwe vleugel en biedt toegang tot een overdekte speelplaats, van waaruit de nieuwe lokalen worden ontsloten. Deze ‘buitenspeelkas’ vormt het collectieve hart van de school, en wordt ook gebruikt door de buurt. “Ik begreep dat er inmiddels zelfs mensen vragen of ze hier kunnen trouwen”, lacht Happel. “En dan te bedenken dat die ruimte niet eens in het programma was opgenomen. Het is de kwaliteit van het bestaande gebouw die maakt dat we tot dit ontwerp zijn gekomen.” Niet dat het bestaande pand perfect was. “De brede puien van de klaslokalen hebben we wel in de nieuwe lokalen teruggebracht, maar in een verbeterde vorm. De borstweringen zijn nu van betonsteen gemaakt, met een natuurstenen dorpel waarop leerlingen kunnen zitten als er buiten lesgegeven wordt. Verder hebben we gewerkt met dezelfde materialen, ook vanwege het beperkte budget. Het is een ruwbouwstrategie. De kanaalplaten blijven in het zicht, maar zonder dat lullige naadje ertussen; we houden ze tien centimeter uit elkaar en hebben in die sleuf de verlichting opgenomen. De stapeling van de betonstenen hebben we precies uitgetekend, in lijn met de deuren en kanaalplaten. Dat brengt rust in de ruimtes.” Welke lessen kunnen we leren van dit project als het aankomt op het bouwen bij bestaande scholen? “Wij vinden dat je oude gebouwen > zoveel mogelijk moet inzetten bij

Plattegrond oude situatie

Plattegrond nieuwe situatie

Gevelaanzicht

Dwarsdoorsnede

architectenweb — 19


Situatie

Door zijn symmetrische opzet en eenvoudige materialisatie gaat van het overdekte plein een indrukwekkende rust uit.

20 — architectenweb


Foto’s: Karin Borghouts

“De vraag is: hoe kun je een gegeven gebouw inzetten en versterken?”

Boven Door de kanaalplaten tien centimeter uit elkaar te leggen kon de verlichting opgenomen worden in de ruimte ertussen. Rechts De betonstenen in zowel exterieur als interieur heeft het architectenbureau volledig uitgetekend.

een nieuw ontwerp, tenzij ze een fundamenteel stedenbouwkundig of typologisch probleem vormen, waardoor veranderend gebruik niet mogelijk is.” De opdracht was hier om een nieuw gebouw te maken. Het waren de architecten die de opdrachtgever ervan wisten te overtuigen om verder te gaan met de bestaande school. Met als gevolg dat deze – voor hetzelfde budget – een flinke opknapbeurt kreeg. Maar Happel meent dat je meer kunt doen dan ‘voortbouwen op’. “De vraag is: hoe kun je het gegeven gebouw inzetten en versterken? Dat is de kunst van bouwen in de bestaande omgeving.”

De uitbreiding van basisschool De Spreeuwen komt in eerste instantie voort uit een idealistisch idee: de wens om de band tussen de gebruikers en het gebouw te behouden. “Het concept ontstond vanuit de bestaande typologie en de stedenbouwkundige situatie. Tegenwoordig kijken we nog preciezer, naar hoe het gebouw in zijn omgeving staat, hoe wordt het gebruikt, en wat de fysieke realiteit is. Een betonnen gebouw verander je nu eenmaal niet in een houten sculptuur. Het maken van een bouwkundige waardestelling is bij ons inmiddels een vast onderdeel bij de start van een project.” De ruimtelijke waarde die Happel Cornelisse Verhoeven hier heeft toegevoegd is evident. Hopelijk biedt het houvast en inspiratie voor de volgende uitbreiding. Want de groei van De Spreeuwen blijkt nauwelijks bij te benen: er staan alweer nieuwe noodlokalen naast de nieuwbouw. — architectenweb — 21


Zo

mogelijk 22 — architectenweb

Door strengere regelgeving is het praktisch onmogelijk geworden om basisscholen nog natuurlijk te ventileren. Bij twee nieuwe basisscholen komen Broekbakema en Paul de Ruiter Architects door toepassing van vernieuwende vloersystemen toch een heel eind. — tekst Kirsten Hannema

Foto’s: Menno Emmink

natuurlijk als


De Brede School in Lisse biedt onderwijs voor moeilijk lerende kinderen. In zijn ontwerp koos Broekbakema daarom voor natuurlijke materialen en kleuren.

Begane grond

Een derde van het bouwbudget gaat inmiddels op aan installaties

Fris, het is een bijvoeglijk naamwoord dat de laatste jaren veelvuldig wordt genoemd in combinatie met school. Het wordt geassocieerd met frisse buitenlucht en de zon op je huid, wat de gezondheid zou bevorderen – het idee achter de openluchtscholen, waarvan de eerste in 1913 in Den Haag opende, maar die mettertijd hun deuren sloten omdat de leer-

prestaties te wensen over lieten. Bij fris denken we aan puur natuur, duurzaam bouwen, een schonere en betere wereld. En aan frisse denkbeelden: vernieuwende onderwijsvormen en hedendaags design. Sinds 2008 is er de Frisse School, een ‘keurmerk’ voor energiezuinige scholen met een gezond binnenklimaat. Aanleiding was onderzoek naar het binnenmilieu in basisscholen, waaruit bleek dat het met de luchtkwaliteit in de klas vaak slecht gesteld is, iets wat ziekte bevordert en de prestaties belemmert. Aan deze Frisse Scholen zit iets tegenstrijdigs, want ze zijn steeds ‘kunstmatiger’. Vroeger werd simpelweg een raam opengezet om het lokaal te luchten, wat wel vaak gepaard ging met tochtklachten, en warmteverlies – met de stijgende > olieprijzen rees de energienota de pan uit. Frisse Scholen architectenweb — 23


Boven Verse lucht wordt bij de Brede School in Lisse ingebracht via de houten kanaalplaatvloer. Linksonder Ventilatieschema van de Brede School in Lisse.

kennen een heel arsenaal aan (energiezuinige) installaties om de luchtkwaliteit en temperatuur op orde te houden. Een derde van het bouwbudget gaat inmiddels op aan installaties; geld dat anders aan het gebouw en het onderwijs besteed had kunnen worden. Het is een problematische ontwikkeling, juist omdat de budgetten in het (basis)onderwijs zeer beperkt zijn. Aldo Vos, architect-directeur bij Broekbakema, vindt dat we voor ons comfort veel te afhankelijk zijn geworden van complexe installaties. Computersystemen en apparaten die ‘slecht worden begepen, lawaai maken, en bakken met geld kosten’. Dat moet beter kunnen, en vooral ook simpeler. Zijn pleidooi: ontwerp het binnenklimaat met bouwkundige middelen. Onder de titel ‘Bouwen zonder installaties: utopie of werkelijkheid’ schreef hij vorig jaar een serie artikelen hierover op de website van Broekbakema, waarin hij de mogelijkheden onderzocht om ‘een energiezuinig gebouw te ontwerpen dat comfortabel is, waarin de gebruiker zelf het binnenklimaat 22 — architectenweb

regelt, waar een aangename temperatuur heerst, de lucht vers is en met slechts een handjevol technische installaties om dit voor elkaar te krijgen’. Het kan, daar is hij van overtuigd. Ga maar kijken op de Zernikecampus in Groningen, waar Broekbakema de Energy Academy Europe bouwt, een instituut waarin onderwijs, wetenschap en bedrijfsleven samenwerken. Dit (energiepositieve) gebouw wordt straks volledig natuurlijk geventileerd met behulp van een innovatieve ‘zonneschoorsteen’ die frisse lucht aanzuigt. Maar niet elke opdracht leent zich voor een dergelijk experimentele aanpak, en budgetten voor basisscholen zijn lager dan voor universiteiten. Het ontwerp voor de Brede School in Lisse is een eerste stap richting een bouwkundig klimaatontwerp. “In het programma van eisen stond dat het een Frisse School klasse B moest worden”, vertelt Vos. “Dan zit je min of meer vast aan een mechanische ventilatie; de gestelde waarden kun je niet

Foto’s: Menno Emmink

Rechtsonder De bibliotheek van de Brede School in Lisse.


Links en midden De jongste kinderen spelen bij Het Dok in Oegstgeest op het maaiveld, de oudere kinderen spelen op de eerste verdieping.

Onder Bij Het Dok wordt verse lucht direct van buiten tussen de houten balken ingebracht. Daar wordt die via kleine perforaties over de ruimte verspreid.

Foto’s: Sonia Arrepia

De vloeren fungeren als luchtkanalen, de geperforeerde plafonds zijn inblaasroosters garanderen met een natuurlijk systeem. Te openen ramen zijn overigens ook een eis.” Vos legt uit dat het een school voor speciaal onderwijs is, voor moeilijk lerende kinderen. “Zij hebben behoefte aan rust en regelmaat in de omgeving. Daarom hebben we gekozen voor natuurlijke materialen en kleuren.” Zowel voor de gevelafwerking als het interieur – binnenwanden, kanaalplaatvloeren en plafonds – is hout gebruikt. “Het geeft een mooi beeld, en de geperforeerde plafondplaten dragen bij aan een prettige akoestiek.” Daarnaast vervullen de houten kanaalplaten een rol bij de ventilatie. “Volgens het bestemmingsplan mocht het gebouw maximaal zeven meter hoog zijn. Bij twee bouwlagen heb je dan een hoogte van 3,5m, terwijl een Frisse School klasse B om een vrije hoogte van 3,2m vraagt. Met een vloerpakket van 30 cm plus verlaagd plafond past dat nooit. Toen hebben we gekeken of we de luchtbehandeling konden

integreren in de houten kanaalplaten.” De vloeren fungeren als luchtkanalen, de geperforeerde plafonds zijn inblaasroosters. Elk lokaal heeft een eigen, CO2-gestuurde luchtbehandelingsunit, die onder het (verlaagde) plafond van de toiletten is geplaatst. “Op deze manier heb je een gebouw met een minimale constructiehoogte en een prachtige afwerking.” Vos is niet de enige architect die op zoek is naar alternatieven voor de ingewikkelde installaties die de scholenbouw domineren. Ook bij Paul de Ruiter architecten gelooft men dat energiezuinige en gezonde onderwijshuisvesting bouwen eenvoudiger en beter kan. “We wilden een werkelijk duurzame school maken”, zegt architect Noud Paes over basischool Het Dok in Oegstgeest. “Ik besef dat duurzaamheid een heel breed begrip is. Waar het ons om gaat, is dat Frisse Scholen nu erg gericht zijn op het energieverbruik. Maak het gebouw luchtdicht, zet PV-panelen en een energiezuinige kast op het dak, en klaar. Maar daarmee heb je nog geen goede school. architectenweb — 25


Dwarsdoorsnede

1e verdieping

De gevel van Het Dok weerspiegelt de kleurenpracht van het nieuw aangelegde groen rond de school. Onder Zicht op een van de ‘pleinen’ op de begane grond van Het Dok.

Ik vind dat we kritisch moeten zijn; hoe duurzaam is zo’n aanpak?” Met Het Dok hoopt het bureau een trend te zetten, waarbij scholen weer natuurlijk geventileerd worden. Samen met Arup ontwikkelden de architecten hier een even eenvoudig als ingenieus systeem voor. De opzet is vergelijkbaar met de Brede School in Lisse. Het gebouw bestaat uit een houten constructie, waarbij de ruimte tussen de gordingen als luchtkanaal dient en de lucht via het geperforeerde plafond het lokaal in ‘valt’. Het verschil met het ontwerp van Broekbakema is dat hier verse lucht via roosters in de gevel naar binnen wordt gehaald. De lucht stroomt voor verwarming/koeling langs een waterbuizensysteem, dat in de draagconstructie is opgenomen en is aangesloten op een warmte/ koudeopslag. Vervolgens verspreidt de lucht zich via het plafond in het lokaal. “De hoeveelheid ventilatielucht is vele malen groter dan het bouwbesluit voorschrijft, waardoor de luchtsnelheid heel laag is en je geen last van tocht krijgt”, legt Paes uit. De afvoer verloopt via dezelfde gaatjes in het plafond; tussen de toe- en afvoerkanalen zit een tussenschot. Op twee centrale plekken in het gebouw wordt de lucht mechanisch afgevoerd waardoor de luchtstroom gegarandeerd is. Niet elke school durft zo’n experimentele aanpak aan. “Je moet er echt achter gaan staan als school. De interim directeur van de school, Jan van Iersel, heeft een cruciale rol gespeeld bij de keuze om het op deze manier te doen.” Of Paes het 22 — architectenweb

Foto’s: Sonia Arrepia

Begane grond


“Naast frisse lucht in het schoolgebouw wordt buiten zijn steeds belangrijker” spannend vond, toen het gebouw ‘in werking’ trad? “Natuurlijk, maar uiteindelijk is het gewoon natuurkunde, je weet hoe de lucht stroomt. En verder is het eigenlijk een heel eenvoudig systeem. Dat is het grote voordeel van low-tech bouwen.” Geklimatiseerde lucht in een lokaal is natuurlijk mooi, maar het kan niet op tegen de frisse buitenlucht. “Dit gebouw is gericht op beweging en buiten spelen. Het Dok heeft een eigen visie op onderwijs; er wordt niet gewerkt vanuit klaslokalen, maar in zogeheten schoolkamers. Daar komen de groepen ‘s ochtends bij elkaar, waarna ze zich over het gebouw verspreiden en aan de slag gaan.

Het is een school waar kinderen niet de hele dag in één lokaal zitten. Ook hebben we zoveel mogelijk op de begane grond gebouwd, zodat de kinderen direct naar buiten kunnen.” De school is ontworpen rond een cirkelvormig groene binnenplaats met een poort die afgesloten kan worden. “Naast frisse lucht in het schoolgebouw wordt buiten zijn steeds belangrijker”, denkt Paes. “Kinderen brengen een groot deel van de dag binnen door, en in steden verdwijnen veel speelgebieden. Soms komen jongeren nauwelijks buiten op een dag, ze schuiven direct vanuit het klaslokaal achter de televisie of gamebox.” —

Voordat de lucht bij Het Dok het lokaal in komt, kan die nog verwarmd of gekoeld worden.

architectenweb — 25


— advertorial

Duurzaamheid

door denken voor de lange termijn

28 — architectenweb

In het glooiende landschap van de campus Drachten ligt een van de duurzaamste scholen van Nederland. Het gebouw voor de sector Zorg en Welzijn van ROC Friese Poort ontving al het ontwerpcertificaat BREEAM-NL Excellent. Binnenkort wordt ook het oplevercertificaat verstrekt. Dit heeft DP6 architectuurstudio bereikt door het energieverbruik van het gebouw te minimaliseren, het toekomstbestendig te maken, maar ook door materialen te kiezen op basis van levenscyclusanalyses.


advertorial— Links De splitlevel organisatie van de school introduceert op vanzelfsprekende wijze een brede tribune onderin het atrium. Rechts Hout en bamboe verzachten het daglicht dat overvloedig van boven het atrium binnenvalt.

De campus van ROC Friese Poort bestaat uit grasbegroeide heuvels met solitaire bomen: een open landschap met lange lijnen, waarin de verschillende gebouwen tot hun recht komen. Langs de campusboulevard strekt zich over de gehele lengte een houten bank uit, die fungeert als plek voor ontspanning en ontmoeting. Vanaf de campusboulevard worden de gebouwen ontsloten. In het midden ligt het gebouw voor Zorg en Welzijn. Zowel het gebouw als de campus zijn ontworpen door DP6 architectuurstudio. Foto’s: Michel Kievits

Golvende gevellijnen In de architectuur van het schoolgebouw heeft DP6 de dialoog met het landschap opgezocht. Kenmerkend voor het ontwerp is een ‘verspringende gelaagdheid’. De gebogen lijnen die zich als een accordeon in de gevel aftekenen, lijken de glooiingen in het landschap te weerspiegelen. Lichtere horizontale lijnen in de gevel worden afgewisseld met houten panelen. De vloei-

ende, zachte vormen in de gevel laten volgens projectarchitect Richelle de Jong het karakter van de opleiding zien. Het zijn dragende en beschermende bewegingen, “als het toesteken van een helpende hand.” Met overstekken en een luie trap richting de entree heeft DP6 voor een geleidelijke overgang van buiten naar binnen gezorgd. Het hout in de gevel komt vervolgens terug in het atrium, waar het gecombineerd is met bamboe. Buiten en binnen lopen zo echt in elkaar over. In het interieur verzachten het hout en bamboe het daglicht, dat overvloedig van bovenaf binnenvalt. De weerkaatsing van daglicht op het hout geeft het interieur warmte en intimiteit. “Zoals die ook in het oude gebouw van Zorg en Welzijn was te vinden”, aldus De Jong. Het gevouwen ritme in de gevel laat ook de beweging van de vloeren en trappen in het gebouw zien. De vloeren aan weerszijden van het centraal gelegen atrium verspringen ten opzichte van elkaar telkens een halve verdieping. Elk > architectenweb — 29


— advertorial

Links Met zijn geplooide lijnen weerspiegelt de school als het ware het glooiende landschap van de campus. Onder Door de splitlevel organisatie ontbreken harde grenzen tussen verdiepingen.

opleidingsteam heeft aan een van de zijden van het atrium een eigen plek en geborgen omgeving voor de studenten. Door de splitlevel houden de teams onderling zichtcontact. Daarnaast, zo legt DP6 uit, is het makkelijk ‘oversteken’ en maakt de verspringende gelaagdheid het gebouw flexibeler in te delen. Als een opleiding te groot wordt voor een vleugel in het gebouw, kan die eenvoudig overlopen naar een ander deel van het gebouw.

Beleving van de gebruiker

De facility manager had goede ervaringen met de vinylvloeren van Tarkett 30 — architectenweb

echt bij de opleidingen past. Door de materialisatie en de kleine schaal van het atrium voelt dit hart van het gebouw intiem en geborgen aan. De verspringende verdiepingen en de grote transparantie zorgen voor mooie zichtlijnen dwars door het gebouw. En de vloeiende vormen in de gevel zijn ook in het interieur zichtbaar, wat het gebouw een bepaalde zachtheid geeft.” DP6 heeft, met het oog op de toekomstbestendigheid van het gebouw, tevens ingespeeld op de mogelijkheid van een veranderde indeling of zelfs een gehele verandering van functie. Die flexibiliteit heeft het interieur dankzij een casco met open vloeren. Ook in het installatie-

ontwerp, de plafonds en de indeling van de gevels is rekening gehouden met een mogelijke wijziging van indelingen.

Op de lange termijn In het ontwerpproces is ook voortdurend vooruit gekeken naar de gebruiksfase. “Van materialen die we mogelijk zouden toepassen zijn levenscyclusanalyses gemaakt”, vertelt De Jong. “Aan de hand daarvan konden we de juiste keuzes maken met het oog op gebruik op de lange termijn. Met betrekking tot schoonmaak en technisch onderhoud is goed gekeken naar zowel materiaalgebruik als detaillering en bereikbaarheid voor de schoonmaak.”

Foto’s: Michel Kievits Foto’s rechtsmidden en onder: Tarkett

Het ontwerp- en bouwproces van het gebouw voor Zorg en Welzijn is vanaf het eerste schetsontwerp ingericht volgens de eisen van de BREEAM-NL Excellent-certificaat, dat het ook heeft gekregen. De beoogde duurzaamheid was van invloed op alle ontwerpkeuzes. Het betekende bijvoorbeeld dat er rekening gehouden is met de toekomstwaarde van het gebouw, dat voor nu en later een prettige omgeving moet bieden voor de gebruikers. “De beleving van het gebouw is heel bijzonder en prettig”, zegt De Jong. “De gebruikers geven aan dat het gebouw


advertorial—

Boven De lokalen zijn voorzien van luchtreinigend tapijt van Desso. Rechts en onder Bij de verkeersruimten en een enkel lokaal is gekozen voor een zeer slijtvaste vinylvloer van Tarkett.

houdend mogelijk”, aldus de projectarchitect. “In de lokalen wilde ROC Friese Poort graag zachte vloerbedekking. Hier is gekozen voor een luchtreinigende vloerbedekking van Desso.”

Architectuur en installaties De gebouwschil heeft DP6 zo minimaal mogelijk gehouden: “Het gebouw is heel compact. Door de eenvoudige vierkante vorm heeft het relatief weinig geveloppervlak.” Ook is de gevel bijzonder goed geïsoleerd. Het architectenbureau heeft de gevelindeling geoptimaliseerd om zoveel mogelijk gebruik te maken van binnenvallend daglicht, in plaats van kunstverlichting. In het gebouw zijn ledlampen en daglichtafhankelijke verlichting toegepast. De ventilatie is CO2-gestuurd. “Het CO2-gehalte wordt met een sensor per onderwijsruimte gemeten, zodat er minder wordt geventileerd waar en wanneer dat kan. Hierdoor wordt het energieverbruik beperkt”, legt De Jong uit. PV-panelen op het dak voorzien het gebouw van elektriciteit. Een systeem voor warmte-koudeopslag in de bodem Een product dat hierbij naar voren kwam zorgt voor duurzame temperatuurbewas bijvoorbeeld het heterogeen vinyl heersing van het gebouw. Dankzij deze van Tarkett. Zowel bij dagelijks als peri- toepassingen behaalt het schoolgebouw odiek onderhoud dient reinigingsgemak een EPG-score die 63% lager uitvalt dan hier de mens. Daarnaast had de facility het bouwbesluit vereist. manager goede ervaringen met het De architectuur speelt ook op een product wat betreft slijtvastheid, vertelt zeer directe manier in op de natuurlijke De Jong. “Bij de BREEAM-beoordeling omgeving: met geïntegreerde nestelmohad deze vloerbekleding bovendien op gelijkheden heeft het gebouw ook giertwee credits een positieve invloed.” De zwaluwen en vleermuizen als tevreden vinyl vloerbekleding die is toegepast gebruikers. — in zowel de hallen als de drukbelopen verkeersruimten heeft een zeer hoge slijt- Meer informatie weerstand. De collectie is bovendien vrij Tarkett Denariusstraat 21 van ftalaten. DP6 koos voor een dessin 4903 RC Oosterhout NB waarvan de grijze kleur en textuur doen 076 5780 786 vloeren.projecten.tarkett.nl denken aan beton, “zo rustig en terug-

DP6 koos voor een dessin waarvan de kleur en textuur doen denken aan beton

architectenweb — 31


— advertorial

3-in-1 oplossing: doekzonwering, zelfregelend ventilatierooster en naverwarming.

Verse lucht voor frisse lokalen

Bij het streven naar een Frisse School komt het erop aan om energiegebruik en gezond binnenklimaat te laten rijmen. Isoleren en luchtdicht bouwen houden dan wel de energiefactuur binnen de perken, maar correct ventileren mag daarbij niet over het hoofd gezien worden voor een gezond binnenmilieu. Met zijn Healthy School Project biedt Renson energiezuinige oplossingen die bijdragen aan een gezond en aangenaam binnenklimaat. Het Programma van Eisen ‘Frisse Scholen’ is niet voor niets geschreven: uit onderzoeken is gebleken dat de kwaliteit van het binnenmilieu bij een groot aantal scholen ondermaats is. Een Frisse School heeft volgens de Nederlandse overheid een laag energieverbruik en een gezond binnenmilieu als het 32 — architectenweb

gaat om luchtkwaliteit, temperatuur en comfort, licht en geluid. Het Renson Healthy School Concept biedt hiervoor een geïntegreerde oplossing met een combinatie van drie elementen: continue en gecontroleerde basisventilatie via de gevel, nachtkoeling en buitenzonwering voor de glasgevels.

Zelfregelende kleppen Basisventilatie via de gevel zorgt voor een goede luchtkwaliteit. Verse lucht wordt toegevoerd via zelfregelende roosters boven de ramen, terwijl een centrale ventilatie-unit met CO2-gestuurde kleppen – de Healthconnector – zorgt voor de afvoer van vervuilde binnenlucht.


advertorial—

Rechts Met Fixvent worden doekzonwering en ventilatie gecombineerd. Links Met Thermotune kan binnenkomende lucht voorverwarmd worden.

type 432. Deze bredere roosters worden langs de ramen geplaatst. Zonne-instraling kan worden beperkt met bijvoorbeeld structurele aluminium zonweringssystemen, die horizontaal boven (als luifel) of verticaal voor de ramen kunnen worden geplaatst. Verder biedt Renson zonwering met windvaste screens. Fixvent is zelfs een systeem dat doekzonwering en ventilatie combineert. Een bijkomend voordeel voor de architect is dat het Fixvent-systeem discreet is geplaatst bovenop de raamprofielen.

Frisse Scholen

Foto’s en beelden: Renson

Healthy School Concept Continue en gecontroleerde basisventilatie via de gevel, nachtventilatie en buitenzonwering.

Als de bezettingsgraad van het lokaal laag is, bijvoorbeeld omdat kinderen buiten spelen of zich in werkgroepjes over het gebouw verspreiden, is ventileren met een hoog debiet overbodig. Sensoren in de lokalen meten dan ook het CO2-gehalte en stemmen daar het benodigde ventilatiedebiet op af. Zo wordt enkel dan geventileerd wanneer nodig: op maat van de behoeften en energiezuinig. De zelfregelende klep in het rooster reageert op drukverschillen; daardoor is het mogelijk om ook bij hoge winddruk het luchtdebiet constant te houden en tocht te vermijden. De binnenklep is bovendien zo vormgegeven dat die de binnenkomende verse lucht langs het plafond binnenleidt. Dit zogeheten coanda-effect zorgt ervoor dat verse lucht die binnenkomt automatisch mee opgewarmd wordt door de warme binnenlucht die stijgt. De natuurlijke ventilatie vraagt volgens Renson een minimum aan

onderhoud, door het ontbreken van een uitgebreid luchtkanalennet: een economisch interessant punt voor scholen.

Temperatuurbeheersing De temperatuur in het lokaal speelt een belangrijke rol in het comfort en de luchtkwaliteit. Op warme dagen kan het broeierig heet worden in klaslokalen met grote ramen, wat de leeromstandigheden niet bevordert. Daarom biedt Renson ook oplossingen voor intensieve ventilatie (nachtkoeling) en oplossingen die de zoninstraling beperken (buitenzonwering). De nacht of de ochtend kunnen worden gebruikt om het gebouw af te koelen met grote natuurlijke luchtstromen. Deze intensieve ventilatie verbruikt geen energie, want de natuurlijke koelte wordt opgenomen in de massa van het gebouw en overdag terug afgegeven. De luchttoevoer in de lokalen gebeurt via roosters met een hoge doorlaat, zoals het opbouwrooster

Optioneel is de uitbreiding van het ventilatiesysteem met Thermotune voorverwarmingsmodules voor binnenkomende verse lucht. De combinatie van raamventilatie met die voorverwarmingsmodules voorkomt een koudeval, legt Renson uit. Dit garandeert een comfortabel binnenklimaat; doordat de binnenkomende lucht steeds minimaal 15˚C is, blijft het tochtvrije coanda-effect behouden. In Nederland loopt momenteel een proefproject met een geïntegreerde oplossing van basiskoeling, intensieve nachtkoeling, buitenzonwering en voorverwarming; de eerste resultaten zijn dermate positief dat naast een testlokaal intussen ook andere klaslokalen op dezelfde manier verbouwd werden. Het Healthy School Concept is volgens Renson voor elke school naar wens aanpasbaar. Het kan, zo stelt de firma, voldoen aan de behoefte van natuurlijke ventilatie binnen de eisen van het Bouwbesluit en Frisse Scholen A, B of C. — Meer informatie Renson Maalbeekstraat 10 B-8790 Waregem +32 56 627 111 info@renson.nl www.renson.nl

architectenweb — 33


Het Hyperion Lyceum heeft Ector Hoogstad Architecten georganiseerd rond een vide en een patio met een mix van studie- en ontmoetingsplekken.

In het basis- en voortgezet onderwijs voltrekt zich in stilte een revolutie. Steeds meer scholen stappen over op gepersonaliseerd leren, dat kinderen een grote zelfstandigheid geeft en hen in staat stelt om zich veel breder te ontwikkelen. Op die manier kunnen de kinderen vooral ook die vaardigheden leren die in de 21e eeuw van hen gevraagd worden. — tekst Michiel van Raaij

34 — architectenweb

“Wij hebben nog nooit zoveel vragen over gepersonaliseerd leren gehad als in de afgelopen jaren”, vertelt huisvestingsadviseur Merel de Boer van ICS adviseurs. “Er begint echt iets te borrelen.” Onder docenten ervaart zij een groeiende onrust over hoe om te gaan met de overdaad aan vrij beschikbare informatie. “Is de leeropbrengst van het traditionele klassikale onderwijs wel groot genoeg?” Rond de problemen van het traditionele klassikale onderwijs drukt ondernemer Maurice de Hond zich nog wat scherper uit. “In het traditionele onderwijs leer je niet wie je bent, niet wat je passies zijn en niet waar je talenten liggen. Bij je eindexamen moet je de meeste energie stoppen in het vak waar je niet goed in bent en waar je de rest van

je leven ook weinig meer mee zult doen.” De vraag die hij met het mede door hem opgerichte onderwijsconcept van de Steve Jobs Scholen wil beantwoorden is: welke vaardigheden wil je kinderen meegeven om ze klaar te stomen voor de wereld over tien, vijftien jaar? De oplossing wordt steeds vaker gezocht in gepersonaliseerd leren: onderwijs waar het kind, binnen een bepaalde structuur, zijn eigen leerweg kiest. De Hond is ervan overtuigd dat dit voor kinderen het beste is en heeft daarvoor het concept van de Steve Jobs Scholen ontwikkeld. De Boer ziet dit als adviseur de laatste jaren ook een vlucht nemen. Ze wijst daarbij onder meer op het Zweedse onderwijsconcept van de Kunskapsskolan. Zowel De Hond als De Boer zien dat steeds meer scholen deze

Beelden: Ector Hoogstad Architecten Foto: O4NT / Steve Jobs Scholen

Opkomst van gepersonaliseerd leren


Boven Het Hyperion Lyceum, ontworpen door Ector Hoogstad Architecten, komt op Overhoeks in Amsterdam Noord tussen twee torens in te staan.

of andere concepten in zijn geheel of in delen overnemen. Er zijn inmiddels zo’n vijftig middelbare scholen die volgens het Kunskapsskolan onderwijsconcept werken. De meesten daarvan staan in Zweden, maar in Nederland bieden inmiddels ook ruim twintig scholen gepersonaliseerd leren volgens deze methode aan. Het concept van de Steve Jobs Scholen is in ons eigen land ook populair. Eind dit jaar zullen er volgens De Hond veertig basisscholen zijn die op die manier werken, waarKinderen aan het werk in een van de Steve Jobs Scholen.

van de meesten in Nederland staan. In Rotterdam wordt komend najaar nog een Steve Jobs School voor ruim 600 kinderen geopend.

Computer van mensen De in het Westen dominante onderwijsvorm, die door de overheid via examens nog altijd wordt afgedwongen, stamt volgens de Brits-Indiase onderwijsonderzoeker Sugata Mitra uit de tijd van de koloniën. Voor de bureaucratie die nodig was om die internationale rijken te runnen, is volgens hem een ‘computer’ gebouwd die geheel uit mensen bestond. Het schoolsysteem werd erop ingericht de mensen die hiervoor nodig waren op te leiden. Die mensen moesten volgens hem drie dingen kunnen: “Ze moesten duidelijk kunnen schrijven, want de data werd met de hand geschreven; ze moesten kunnen lezen; en ze moesten uit hun hoofd kunnen optellen, aftrekken, delen en vermenigvuldigen.” Hij voegt eraan toe dat al die mensen ook identiek moesten zijn, zodat ze zonder problemen op allerlei plekken in de wereld aan de slag konden. Het goed kunnen lezen is nog altijd belangrijk, maar het netjes kunnen schrijven en hoofdrekenen is dat veel minder – daar hebben we nu computers voor. In zijn keynote op Het Tweede Grote Scholencongres vroeg Maurice de Hond de zaal hoeveel van de aanwezigen nog met de hand schreven en hoeveel van die handgeschreven notities nog door anderen gelezen worden. Bij > architectenweb — 35


Op de Steve Jobs Scholen bepalen kinderen zelf in welke houding ze werken. Het meubilair biedt hen een reeks van mogelijkheden.

Links Over de hele wereld worden Steve Jobs Scholen geopend, zoals hier in ZuidAfrika. Onder Een blik in een van de vaklokalen van een Kunskapsskolan.

die laatste vraag staken slechts enkelen hun hand op. Snel en accuraat kunnen typen is veel belangrijker geworden. En dat wordt op de meeste scholen niet eens geleerd.

Niet inhoud, maar vaardigheden centraal

36 — architectenweb

worden. De inhoud is veel minder belangrijk, volgens hem zelfs onbelangrijk. Je kunt alles nu immers razendsnel online opzoeken. “Voorheen moesten we veel uit ons hoofd leren ‘just in case’ we het ooit nodig zouden hebben. Nu zoeken we het ‘just in time’ op.” Wil je weten hoe een historische gebeurtenis precies plaatsvond? Binnen een paar minuten heb je het online gevonden en gelezen.

Gepersonaliseerd onderwijs Bij zowel de Steve Jobs Scholen als de Kunskapsskolan kiezen de kinderen aan het begin van de dag uit de aangeboden opties wat ze die dag gaan doen en hoe ze hun dag opbouwen. Bij de Steve Jobs Scholen kunnen de kinderen op hun iPad hun rooster van die dag samenstellen. Daarbij is geen totale vrijheid, want de software monitort of ieder kind wel aandacht besteed aan alle vakgebieden. Een aantal onderdelen in het onderwijsaanbod is ook gebonden aan een bepaald tijdstip, zoals een lezing die gegeven wordt. Binnen de Kunskapsskolan is er eveneens een stevige structuur die vanuit de school bepaald is en waarin vastgelegd is wat er per week bij iedere leerling langs moet komen.

Foto’s: O4NT / Steve Jobs Scholen Foto onder: Kunskapsskolan

Nu steeds meer van ons werk door computers wordt overgenomen, gaat het er volgens de Amerikaanse onderzoekers Erik Brynjolfsson en Andrew McAfee om vaardigheden te ontwikkelen die deze ‘machines’ nog niet goed kunnen uitvoeren. In hun boek Het Tweede Machinetijdperk pleiten zij voor de ontwikkeling van vaardigheden zoals kritisch denken, brede patroonherkenning, complexe communicatie, en misschien wel het belangrijkste: ideatie, het formuleren van nieuwe ideeën. Het heeft volgens hen geen zin om te leren wat computers toch al beter kunnen. Het gaat erom typisch menselijke vaardigheden beter te ontwikkelen, zodat er vruchtbare samenwerkingen kunnen ontstaan tussen mensen en machines. Dat is volgens hen de toekomst waar we ons op moeten richten. Een groot deel van de oprichters van de meest succesvolle bedrijven in Silicon Valley heeft op een Montessori School gezeten. “Daar hebben ze geleerd hun nieuwsgierigheid te volgen”, stelt de Amerikaanse journalist Peter Sims. Ook worden kinderen daar gestimuleerd “de regels aan hun laars te lappen en zichzelf te motiveren, kritische vragen te stellen over de wereld om hun heen en met eigen oplossingen te komen.” Vaardigheden als ideatie, brede patroonherkenning en complexe communicatie worden volgens Brynjolfsson en McAfee in een dergelijk schoolsysteem veel beter ontwikkeld dan in het traditionele onderwijs. Het gaat om het leren van vaardigheden, benadrukt ook De Hond. Vaardigheden waarmee een leven lang geleerd kan


Foto’s: Gerard van Beek

In het Calvijn College in Amsterdam lopen alle verkeersstromen via een centraal plein: letterlijk en figuurlijk het hart van de school.

Iedere docent heeft een ‘stamgroep’ onder zijn hoede van waaruit de dag gestart en afgesloten wordt. De docent is daarnaast specialist in een bepaald vakgebied, dat hij/zij op verschillende niveaus geeft. Klassikaal legt de docent maar weinig uit, zijn rol is vooral die van moderator van discussies en coach van kleinere groepjes en individuele leerlingen. Bij de Steve Jobs Scholen volgt ieder kind het onderwijs op zijn eigen niveau, waarbij de software op de iPad exact bijhoudt hoever een kind is. Docenten hoeven het werk van de kinderen niet meer na te kijken: ze zien met een druk op de knop hoe ver een kind is en kunnen hun tijd zo gebruiken om kinderen individueel te helpen wanneer ze er even niet uitkomen. Op de Steve Jobs Scholen vindt er iedere zes weken een persoonlijk gesprek plaats tussen de coach, het kind en een van de ouders over het individuele ontwikkelingsplan. Bij de Kunskapsskolan vindt er zelfs iedere week met iedere leerling een coachingsgesprek plaats. De Boer: “Zulke persoonlijke aandacht krijg je in het reguliere onderwijs niet.” Waar leerlingen in het traditionele, klassikale onderwijs continu gestuurd worden in wat ze doen, en heel veel van hun eigen creativiteit afleren, daar moeten ze in het gepersonaliseerde leren hun eigen verantwoordelijkheid nemen en wordt hun creativiteit gestimuleerd. “Je leert zelf te leren”, aldus De Boer. “Daar heb je de rest van je leven wat aan.” Kinderen die gepersonaliseerd onderwijs volgen halen volgens De Boer

niet per se hogere cijfers dan kinderen die traditioneel onderwijs volgen. “Ze ontwikkelen zich namelijk veel meer in de breedte.” En in de huidige Citotoetsen en eindexamens worden die zo belangrijk geachte nieuwe vaardigheden maar heel beperkt getoetst. “De kinderen op de Kunskapsskolan in Zweden zijn wel gelukkig met de autonomie die ze hebben”, vertelt De Boer. “Dat doet echt wat met ze.” Op basis van zijn eigen ervaringen kan De Hond dat beamen: “Kinderen ervaren de vrijheid die ze krijgen als zeer positief.” Volgens hem kunnen kinderen zich een stap terug naar het traditionele onderwijs al snel niet meer voorstellen.

Aan het begin van de dag kiezen kinderen wat ze die dag gaan doen waar geknutseld wordt, staan lange werkbanken klaar. Voor lezingen is een auditorium ingericht. Voor zelfstudie is een stilteruimte ingericht. Voor >

Mix van ruimtes Bij de Steve Jobs Scholen en Kunskapsskolan zijn voor de verschillende vakgebieden en activiteiten een variëteit aan ruimtes ingericht. Voor een vak waar met elkaar gediscussieerd kan worden, is een soort arena ingericht. Bij een vak

Boven Naast zijn centrale plein biedt het Calvijn College haar leerlingen ook kleinere leerpleinen. Links Met zijn glanzende zwarte gevel en chromen accenten is het Calvijn College in Amsterdam West een opvallende verschijning.

architectenweb — 37


Het Calvijn College biedt een grote diversiteit aan studieplekken in zowel open als gesloten ruimten.

38 — architectenweb

Brede kaders omhullen een deel van de werkplekken in het Technasium van het Jeroen Bosch College.

Voor de verschillende activiteiten is een variëteit aan ruimtes ingericht

Foto boven: Gerard van Beek Foto onder: Pjotr-design en Studio013

brainstorms is een scrummuur ingericht. Enzovoorts. Gedurende de dag bewegen de kinderen zich, volgens hun (deels) zelf opgestelde rooster, van ruimte naar ruimte. En voor de kinderen zijn ook sta- en fietsplekken mogelijk, denkt De Boer. Op het scholencongres vertelde De Hond dat zijn onderwijsconcept in basis in ieder schoolgebouw ingepast kan worden, maar dat een school die georganiseerd is rond een overdekt plein – waar kinderen zelfstandig kunnen leren – waarschijnlijk ideaal is. Grote open ruimtes blijven akoestisch echter altijd lastig. Daarom adviseert De Boer om het schoolgebouwen in verschillende, afzonderlijke zones in te delen, waarbij in de ene zone meer dynamiek en geluid toegelaten wordt, en in een andere zone meer rust en stilte heerst. Daarnaast ziet ze een grote diversiteit aan ruimtes ontstaan, van grotere ruimtes waar de ‘stamgroepen’ bij elkaar kunnen komen, via kleinere ruimtes waar in groepjes gewerkt kan worden, tot en met kleine kamertjes waar individueel gewerkt kan worden. Die hele kleine kamertjes worden in de Kunskapsskolan in Zweden al veel gerealiseerd, in Nederland heeft De Boer die nog niet gezien. Deze mix van ruimtes wordt in iedere school die gepersonaliseerd leren aanbiedt weer anders uitgewerkt, afhankelijk van de wensen van de organisatie en stedenbouwkundige situatie. In het Calvijn College in Amsterdam naar ontwerp van architect Erik Wiersema van bureau PPHP liggen de onderwijsruimtes rond een overdekt plein waar iedereen elkaar tegenkomt. Naast afgesloten ruimtes van klein tot groot, kent het onderwijsgebouw ook een


“Over 20 jaar zal er nergens meer klassikaal lesgegeven worden” Buiten biedt het Melanchton Berkoden zijn leerlingen een zonnig terras aan het water.

Het Melanchton Berkroden is georganiseerd rond een gemeenschappelijk en overdekt plein.

Foto’s: Luuk Kramer

die om wezenlijk verschillende plekken vragen”, analyseert De Boer. “In veel van de bestaande scholen wordt kinderen nog niet of nauwelijks keuze geboden.” grote diversiteit aan werkplekken in de open ruimte er tussen in. Op zijn nieuwe locatie in Amsterdam Noord ligt het Hyperion Lyceum straks ingeklemd tussen twee hoge torens. De nieuwbouw van deze school heeft Ector Hoogstad Architecten daarom ontworpen rond een patio en een vide, die beiden daglicht diep het gebouw in brengen. Rond die binnenhoven heeft het architectenbureau een driedimensionaal netwerk van gemeenschappelijke ruimtes gelegd, waar de leerlingen elkaar kunnen ontmoeten en individueel of in groepjes kunnen studeren. De nieuwe huisvesting van Melanchton Berkroden hebben 01-10 Architecten en Spring Architecten ook weer ontworpen rond een gemeenschappelijk plein. Hier komen alle verkeersstromen samen en is er zicht op alle activiteiten in de school. Een gewelfd houten plafond zorgt ervoor dat daglicht hier indirect binnenvalt. Voor elk van de vier schooljaren is er op de verdieping een gebied van 500 m2 ingericht. Doordat de betonnen draagconstructie een overspanning heeft van zestien meter zijn deze gebieden eenvoudig in te richten voor theorie- of praktijklessen en voor meer individueel of juist meer in groepsverband werken. “We zijn ons er steeds bewuster van dat er verschillende leerstijlen bestaan,

Van uitzondering naar regel Architecten die gevraagd worden om schoolgebouwen te ontwerpen waar nu nog klassikaal lesgegeven gaat worden, wil De Boer op het hart drukken rekening te houden met mogelijke veranderingen in het ontwerp. “Een schoolgebouw gaat al gauw een paar decennia mee, terwijl we weten dat dit eraan komt. Houd daar in het ontwerp van de draagconstructie en de klimaatinstallatie rekening mee.” De Kunskapsskolan is een onderwijsconcept voor middelbare scholen. Met zijn Steve Jobs Scholen richt De Hond zich momenteel op basisscholen,

maar hij denkt al wel na over middelbare scholen. De Boer ziet wat dat betreft kansen voor wat ze ‘0-18 scholen’ noemt. Scholen ontwikkelen volgens haar steeds meer hun eigen profiel. “Door de combinatie van basisschool met middelbare school krijgt een school al snel een schaal die een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk maakt.” Kinderen kunnen zo ook in een doorlopende leerlijn begeleid worden. “Over tien tot twintig jaar zal er nergens in Nederland meer klassikaal lesgegeven worden”, stelt De Hond vol overtuiging. Of alle scholen op die termijn al over zijn op het gepersonaliseerde onderwijs, dat weet De Boer niet. “Maar er zal in ieder geval geen enkele school meer zijn die enkel nog klassikaal les zal geven.” Er staat ons kortom een hoop te wachten de komende periode. —

Rechts Dankzij grote overspanningen kunnen de onderwijsgebieden eenvoudig opnieuw ingedeeld worden.

architectenweb — 39


De oude kapel van het Edith Stein College in Den Haag wilde Atelier PRO niet teveel programma geven. Deze huisvest nu de aula en enkele lokalen.

40 — architectenweb


“Omarm de

beperkingen Foto: Luuk Kramer

van het bestaande” Elk bestaand schoolgebouw biedt zijn eigen mogelijkheden voor renovatie. Een gesprek met architect Pascale Leistra van Atelier PRO over de ervaringen die het bureau met deze opgave heeft opgedaan. Het architectenbureau herkent regelmatig meer potentie in de bestaande bebouwing dan de opdrachtgever zelf voorzien had. — tekst Leon Sebregts

architectenweb — 41


Links In zijn architectuur bouwt de nieuwbouw van het Edith Stein College Den Haag voort op de behouden gebleven kapel van de oude school. Onder De nieuwbouw van het Edith Stein College is georganiseerd rond een hoge vide en op verschillende niveaus met de oudbouw verbonden.

Bestaande schoolgebouwen hebben sociale, economische en architectonische waarde

Renovatie: tussen wal en schip? Volgens een recent rapport van de Algemene Rekenkamer is het niet best gesteld met de kwaliteit van de schoolgebouwen die al wat langer staan. Het binnenklimaat van de scholen wordt in tachtig procent van de gevallen als matig tot slecht beoordeeld. De gebouwen zijn voor het overgrote deel niet meer toegerust op de huidige onderwijspraktijk en zijn toe aan renovatie of vernieuwbouw. Bij renovatie lopen schoolbesturen echter vaak vast in een woud van regels en onduidelijke verantwoordelijkheden op 42 — architectenweb

financieel en juridisch vlak. Budgetten zijn gebaseerd op normen uit 1985 en zijn niet aangepast op de huidige eisen uit het Bouwbesluit betreffende binnenklimaat en techniek, en ontwikkelingen in het onderwijs zelf, zoals het gebruik van ICT en moderne leervormen. Wettelijk gezien zijn gemeenten verantwoordelijk voor nieuwbouw van scholen, terwijl schoolbesturen de zorg hebben voor de exploitatie en het onderhoud. Wat renovatie betreft is een grijs gebied ontstaan. Gemeenten willen vaak niet meebetalen aan een ingrijpende en levensduurverlengende renovatie, omdat dit ‘onderhoud’ volgens hen tot de verantwoordelijkheid van het schoolbestuur behoort. Schoolbesturen rest hierdoor vaak niets anders dan nieuwbouw aan te vragen. Volgens de PO-Raad, de sectororganisatie voor het primair onderwijs, schiet deze ontwikkeling haar doel voorbij. De rekening, die bij nieuwbouw anderhalf tot twee keer zo hoog is als bij renovatie, komt uiteindelijk toch bij de gemeente terecht. Leistra komt dergelijke dilemma’s in de praktijk vaak tegen, maar geeft aan dat het wel degelijk mogelijk is om

de belangen op één lijn te krijgen. “De verschillende potjes van gemeenten en schoolbesturen blijven enorm belangrijk en achter de schermen spelen er belangen waar je vaak geen weet van hebt. Duidelijke afspraken tussen gemeente en schoolbestuur kunnen er echter voor zorgen dat de discussie verschuift van het aantal vierkante meters naar een gezamenlijke, inhoudelijke visie op de huisvesting.”

De meerwaarde van renovatie Atelier PRO ziet in renovatie of vernieuwbouw verschillende voordelen ten opzichte van nieuwbouw. “De sfeer van oude gebouwen, met prachtige details als balken, glas-in-lood en hoge plafonds is met nieuwbouw niet te evenaren. Daarnaast hebben bestaande (school) gebouwen een grote sociale waarde, ze zijn als het ware in ons collectieve geheugen gegrift. Het zijn vaak bakens in de stedelijke context.” In de afweging tussen nieuwbouw en renovatie, gaat het er volgens Leistra vooral om alle betrokkenen het idee van renovatie te laten omarmen, ze de kwaliteiten van het be-

Foto’s: Luuk Kramer

De thuisbasis van Atelier PRO, een organisch gegroeid kantoor in, rondom en onder een duintuin in de Haagse Archipelbuurt, belichaamt de ontwerpfilosofie van het bureau en toont het belang dat Atelier PRO hecht aan de genius loci. Architect Pascale Leistra: “De contextuele benadering die deze plek kenmerkt, vormt ook het uitgangspunt in onze onderwijsprojecten.” Met groot enthousiaste vertelt ze over projecten waar het bureau aan werkt of heeft gewerkt.


Links Het Metis Montessori Lyceum in Amsterdam wordt richting het Oosterpark uitgebreid met een nieuwe vleugel. Onder Door dragende wanden te voorzien van bogen wist Atelier PRO het bestaande gebouw van het Metis Montessori Lyceum van binnen te openen en zo een leerplein mogelijk te maken.

ruimtelijke aanpak, zijn uiteraard ook de akoestiek en luchtkwaliteit in het gebouw verbeterd, waarmee de school het predicaat Frisse School B kreeg.” Op dit moment werkt Atelier PRO aan de uitbreiding van het Metis, waardoor het gebouw een gezicht krijgt richting het nieuw ingerichte Oosterpark.

Jaren dertig: Edith Stein College Den Haag

staande te tonen. “Veel schoolbesturen willen graag fancy en nieuw, maar voor sommige onderwijsorganisaties kan een renovatie juist veel onvoorziene voordelen met zich meebrengen.” Aan de hand van vier recente onderwijsprojecten van Atelier PRO illustreert Leistra de kansen die renovatie kan bieden.

Beeld: Atelier PRO Foto’s: Dirk Verwoerd

Begin twintigste eeuw: Metis Montessori Lyceum Amsterdam

“Het Edith Stein College, een jaren dertig-school in de Haagse binnenstad, had in tegenstelling tot het Metis Montessori ruimtelijk teveel beperkingen om volledig te kunnen hergebruiken. “Leslokalen waren slechts 36 vierkante meter groot en deuren van lokalen stonden altijd open om nog enige transparantie te bereiken. Het schoolbestuur had daarom al besloten om een deel van de school te slopen, voordat wij samen met Heijmans aan de Design&Buildopgave begonnen. Gelukkig hebben we de karakteristieke kapel met annex wel kunnen behouden, waardoor de >

“Enkele jaren terug renoveerden we voor het Metis Montessori Lyceum de voormalige ‘Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus’ in het Oosterpark in Amsterdam. De hoogte van de ruimten en de aanwezigheid van karakteristieke details als smeedijzeren traphekken, gewelven en tegelvloeren kregen we cadeau. Ondanks de klassieke opzet van het gebouw met klaslokalen langs een gang, konden we met enkele eenvoudige ingrepen modern onderwijs mogelijk maken. Het strenge ritme van klaslokalen is doorbroken middels bogen in dragende wanden, zodat voormalige klaslokalen en de gang nu samen een leerplein vormen, waar leerlingen individueel of in groepjes kunnen werken. Naast de architectenweb — 43


“Voor ieder type school is met renovatie een passende onderwijsomgeving te creëeren” 44 — architectenweb

deze aankon. Uiteindelijk hebben we dit weten te beperken tot de aula, een muzieklokaal en enkele creatieve lokalen. De kapel is de centrale ‘schatkamer’ van de school, multifunctioneel inzetbaar en middels de brug boven de poort vanuit het gehele gebouw eenvoudig te bereiken.”

Achter het bestaande gebouw van het Vakcollege & Aloysius de Roosten is in nieuwbouw ruimte gemaakt voor een leerplein.

Jaren vijftig: Vakcollege & Aloysius de Roosten Eindhoven “De opgave voor Vakcollege & Aloysius de Roosten in Eindhoven bestaat uit de renovatie van een vierlaagse gangschool met praktijkhallen uit de wederopbouwperiode en de nieuwbouw van extra onderwijsruimten. Het gebouw stond op de nominatie om gesloopt te worden, maar wordt waarschijnlijk binnenkort als gemeentelijk monument aangewezen.” De school, van het zogenaamde LTS-type, leent zich niet voor activiteitgericht leren, maar is volgens Leistra ideaal voor de beide scholen die erin gevestigd gaan worden. “Sommige groepen leerlingen hebben nog steeds veel baat bij het wat traditionelere, klassikale onderwijs. De theorielessen vinden plaats in de lokalen in het hoofdgebouw, terwijl het techniekonderwijs in de hallen wordt gegeven. Het oorspronkelijke gebruik van het gebouw wordt hiermee eer aan gedaan. Door de plint van de ‘hoogbouw’ transparant te maken, ontstaat

Beelden: Atelier PRO

bakenfunctie van het gebouw voor de wijk behouden blijft. Een nieuwe doorgang in de as van het Louis Couperusplein zorgt ervoor dat leerlingen eenvoudig kunnen doorstromen naar het groene speelplein aan de zuidzijde en het gebouw zich nog beter voegt in het stedelijk weefsel.” “Doel van de aanbesteding was om een zo compact mogelijk gebouw te realiseren om zo ruimte op de kavel over te houden voor sport, spel, tuinieren en buiteneducatie. In de nieuwbouw is dat gelukt door de gymzaal verdiept aan te leggen, waarbij het dak fungeert als podium voor de verschillende onderwijsafdelingen. Voor de kapel hebben we ons steeds afgevraagd hoeveel programma


Boven Met een nieuwe entree krijgt de jaren zeventig-school, waar de Islamitische basisschool Okba ibnoe Nafi zich in vestigt, een nieuw gezicht. Onder Een groene loper verbindt de nieuwe entree, de patio en de gebedsruimte.

Links De plint van de ‘hoogbouw’ van Vakcollege & Aloysius de Roosten is door Atelier PRO met een glazen gevel naar de buurt geopend.

meer interactie met de buurt. Nieuwbouw achter de hoogbouw verbindt de gangschool en de hallen en huisvest een mavo. Hier is uiteraard meer ruimte voor moderne onderwijsvormen. De vernieuwbouw wordt in de zomer van dit jaar opgeleverd.”

Jaren zeventig: Islamitische basisschool Okba ibnoe Nafi Breda In tegenstelling tot de drie andere scholen die vanwege hun architectonische, stedenbouwkundige of sociale kwaliteit breed gewaardeerd worden, ligt dit bij de Islamitische basisschool in de multiculturele wijk Doornbos-Linie in Breda wel anders. Leistra: “Het bestuur had in eerste instantie twijfels bij het idee van renovatie van een in betonsteen opgebouwde jaren zeventig-school en

opteerde voor nieuwbouw. De aanstaande renovatie levert deze specifieke school, die uitgaat van klassikaal onderwijs, echter veel meerwaarde op. Twee vleugels met lokalen omarmen een patio en rondom ligt de school in het groen. De klaslokalen zijn prima van formaat, hebben een bijzondere doorsnede en een aangename lichtinval. Dankzij de keuze voor renovatie heeft de school straks een behoorlijke overmaat en een eigen gebedsruimte. Met de budgetten voor nieuwbouw zou dat niet mogelijk zijn geweest.” Met enkele simpele ingrepen voorziet Atelier PRO de school van een hedendaags gezicht. “We introduceren een groene loper die een nieuw entreevolume, gebedsruimte en patio met elkaar verbindt. De school krijgt een rustig interieur met veel wit, en accenten in

de kleur groen en in hout. Enig nadeel van de bestaande situatie is de beperkte plafondhoogte. De installatietechnische voorzieningen die nodig zijn om Frisse School B te behalen worden daarom per klas geregeld.”

Kettingreactie De voorbeelden tonen aan dat de praktijk van het renoveren en vernieuwbouwen van scholen heel gevarieerd is. “Voor ieder type school, modern of meer traditioneel, is met renovatie een passende onderwijsomgeving te creëren.” Leistra besluit: “Zodra je de beperkingen hebt weten te omarmen, levert renovatie of vernieuwbouw een volstrekt unieke school op en ontstaat in de dynamiek van het hergebruik een kettingreactie aan vervolgoplossingen.” — architectenweb — 45


— advertorial

In de Rotterdamse wijk Hillegersberg ligt de nieuwe KOZ Máximaal; een karaktervol gebouw dat plaats biedt aan onderwijs en dagopvang voor kinderen tot twintig jaar met een geestelijke beperking. Voor deze kwetsbare kinderen heeft Simone Drost Architecture een rustige en veilige basis ontworpen, afgestemd op hun zintuiglijke belevingswereld.

46 — architectenweb

KOZ Máximaal brengt een aantal instellingen samen, die voorheen verspreid gevestigd waren. De gebruikers – de Sint Mattheusschool, het Rotterdam College, de Stichting Pameijer en BijDeHand – delen niet alleen de ruimte, maar ook hun kennis. Door intensieve samenwerking tussen de instellingen kunnen de kinderen grotendeels binnen Máximaal blijven.

Zintuiglijk en herkenbaar Simone Drost Architecture kreeg de opdracht een gebouw te ontwerpen waar leerlingen, personeel en ouders zich thuis zouden voelen. “Een veilige plek met karakter”, zo omschrijft schooldirecteur Geert Jan Reinalda het. Drost

heeft het gebouw een heldere structuur gegeven door middel van vorm, ritme en kleur. De zintuiglijke beleving is leidraad geweest in het ontwerp. De expressieve gevel is uitgevoerd in hout, dat de kinderen prettig vinden om aan te raken. In de gevel vormen naar voren springende balken een ritmisch reliëf met verschillende herfstkleuren, waaraan de kinderen hun domein herkennen. De hoofdingang is vormgegeven als een uitgesproken beeldmerk, dat de boodschap uitdraagt: ‘Wij mogen er zijn!’ De plattegrond is als een boomblad: vanuit het hart van het gebouw strekken zich drie lobben, waartussen tuinen liggen. De keuze voor een staalskelet en betonvloeren in twee verdiepingen gaf

Foto’s: Roos Aldershoff Fotografie

Twaalf tinten wit en vergrijsde kleuren


advertorial—

Boven Architect Simone Drost heeft voor KOZ Máximaal een tactiel houten exterieur ontworpen. Rechts Door te werken met componenten kan met EKOTEX eenvoudig voor iedere situatie de juiste wandafwerking samengesteld worden.

lokalen en groepsruimten hebben de binnengebieden een organische vormentaal. Het creëert voor de kinderen een duidelijk verschil tussen hun ‘thuis’ – de groepsruimte – en de andere ruimten. Elk domein is herkenbaar aan zijn eigen ‘bewegende’ gekleurde vorm op de wand, die leerlingen kunnen volgen.

het architectenbureau de vrijheid om te variëren in raamgrootte en klassenindeling. Stalen kolommen in de hal en de gang vormen een lijn die kinderen kunnen volgen naar hun lokaal. Binnen een lob brengt de continue route je altijd terug bij het begin. Door de vorm van een drielobbig blad kon Drost ervoor zorgen dat alle lokalen langs de gevel liggen en een deur naar de tuin hebben. De relatie met buiten is voor deze kinderen belangrijk om te kunnen aarden. In de binnengebieden, aan de andere kant van de gang, liggen ruimten waar kinderen tijdelijk verblijven, zoals snoezelruimten, therapieruimten, speellokalen en leskeukens. Tegenover de rechte wanden van de

Afgestemde wandafwerking Het architectenbureau heeft een licht en prikkelarm interieur ontworpen. Er is bijvoorbeeld ruim aandacht besteed aan geluidsisolatie en akoestiek. Per lob heeft elk middengebied een eigen kleur en vorm, waarmee de diverse domeinen herkenbaar zijn. De ‘bewegende’ gekleurde vormen op de wanden nodigen weer uit om te volgen. “Gevoeligheid van deze doelgroep geldt ook voor sfeer”, vertelt Drost. “Na onderzoek hebben we twaalf soorten wit, naast vergrijsde kleuren toegepast.” Daarbij is gekozen voor EKOTEX Excellente Wandafwerking, een concept waarbij de architect zelf de componenten kan samenstellen. Zo kan de wandafwerking worden afgestemd op de toepassing. In Máximaal heeft Simone Drost Architecture in overleg met leverancier Relius gekozen voor EKOTEX 9800 Extra Fijn, een type glasweefsel dat vele malen sterker is dan traditioneel

glasweefsel of vinyl wandbekleding. Met een stootbelasting van minimaal 20 KN maakt het ook metal-studwanden minder kwetsbaar. Als afwerking is gekozen voor EKOTEX Excellent muurverf, een matte schrobvaste en oplosmiddelvrije verf. Op kwetsbare wanden, zoals in gangen, is de één-component PU-verzegeling EKOTEX Decofinish aangebracht als extra bescherming. De dagcentra zijn afgewerkt met EKOTEX Hygiëne muurverf, die een bacteriewerende werking heeft. In het hart van het gebouw liggen een gymzaal, een speellokaal, het muzieklokaal en de Brasserie. De ruime en lichte Brasserie fungeert als praktijklokaal voor de leerlingen; zowel medewerkers als buurtbewoners kunnen hier eten. Op de verdieping worden voor de oudere leerlingen werksituaties nagebootst, met bijvoorbeeld werkplaatsen en een groentewinkel. Ook hier ontmoeten de kinderen en de buurt elkaar. — Meer informatie EKOTEX Excellente Wandafwerking Dieselweg 9 3752 LB Bunschoten 033 - 247 15 15 info@ekotexwandafwerking.nl www.ekotexwandafwerking.nl

architectenweb — 47


— advertorial

Terug tot de Voor de nieuwbouw van de Bosbeekschool in Santpoort koos MB architecten een ontwerp in de stijl van de Amsterdamse School, met verzorgd metselwerk. Het hart van het nieuwe gebouw wordt gevormd door het historische trappenhuis uit het begin van de twintigste eeuw.

48 — architectenweb

De Bosbeekschool staat op een prominente plek in Santpoort-Noord, waar in 1866 al een schooltje met twee lokalen verrees. In de loop van meer dan een eeuw heeft het gebouw tal van verbouwingen ondergaan. “De Stichting Santpoort, die zich inzet voor behoud van wat ze cultuurhistorisch waardevol acht, vond dat de school een monumentale waarde had”, vertelt architect René van der Maten. “Ze wilde het gebouw daarom behouden, maar zag in dat de staat te slecht was. Toen is besloten om de kern met het trappenhuis te behouden

en daar omheen een nieuwe school te realiseren.” Het originele trappenhuis, in een sobere versie van de Amsterdamse School-stijl, stamt uit het begin van de twintigste eeuw. In de omgeving van de school staan veel historische panden, waaronder veel wit gestucte gebouwen. “We konden twee dingen doen: met het ontwerp aansluiten bij de omgeving, of bij de originele kern”, zegt Van der Maten. Het bureau koos voor aansluiting op het trappenhuis en won met het ontwerp de besloten competitie.

Foto’s: Erik Poffers

kern


advertorial —

Boven De Allura-vinylstroken van Forbo Flooring zijn eenvoudig te reinigen en in de klaslokalen uitgevoerd in een licht houtdessin. Onder De architectuur van de Bosbeekschool is een eigentijdse interpretatie van de Amsterdamse School.

Ingetogen houtdessin

Rond het oude trappenhuis in Amsterdamse School-stijl heeft MB architecten een nieuwe school ontworpen.

Voor de gangen wenste de architect een vloer met een donkere, warme uitstraling.

MB architecten maakte een ontwerp met verzorgd metselwerk in een warmrode en donkerrode baksteen. Elementen als de plaatsing van de vlaggenmast en de kozijnen doen denken aan de Amsterdamse School. Dat geldt ook voor de verticale toepassing van pannen in een donkergrijze kleur. Hiermee sluit MB architecten bovendien aan bij het zwarte leiendak van de nabijgelegen kerk en het zwarte pannendak van een villa op de hoek. De school is vormgegeven als een aaneengesloten bouwblok met haaks daarop gesitueerd een tweede bouwblok, dat aan de kopse zijde is afgerond. Het biedt een mooi vloeiend beeld bij nadering vanaf de rotonde, aldus het architectenbureau.

In het interieur heeft de architect de Amsterdamse School-stijl niet doorgezet. “Het trappenhuis is gerestaureerd, maar de rest van het schoolinterieur heeft een moderne en ingetogen uitstraling gekregen”, legt Van der Maten uit. “Een kleurig interieur is wel heel vrolijk, maar kan voor de kinderen ook heel onrustig zijn. Daarom hebben we alleen kastenwanden in kleur uitgevoerd en kregen bijvoorbeeld de vloeren een lichte tint met houtdessin.” In samenspraak met het schoolbestuur en de opdrachtgever – Stichting Openbaar Primair Onderwijs IJmond – is gekozen voor een vloerbekleding met Allura-vinylstroken van Forbo Flooring. De opdrachtgever wenste een product dat makkelijk te reinigen en tevens op klein formaat leverbaar is. Dankzij de stroken kan bij beschadigingen eenvoudig een deel van de vloerbekleding worden vervangen. In de Allura-collectie vond de architect het gewenste houtdessin; voor de lokalen in een rustige, lichte tint en voor de gangen met een donkere, warme uitstraling. Overigens is bij de entree een Coral schoonloopmat van Forbo Flooring toegepast. Het schoolgebouw moest 22 lokalen omvatten, maar de voetafdruk mocht niet meer vierkante meters dan de bestaande samenstelling van bouwdelen beslaan. Daarnaast moesten de monumentale bomen op het schoolplein behouden blijven. MB architecten heeft dit opgelost door de school in twee bouwlagen te realiseren. “In tegenstelling tot veel hedendaagse scholen liggen de lokalen daarbij niet aan weerszijden van de gang”, zegt Van der Maten. “De lokalen liggen aan een kant van de gang, die we aan de schoolpleinzijde hebben gelegd. Eigenlijk zoals bij een klassieke schoolindeling.”— Meer informatie Forbo Flooring T +31 (0)75 647 74 77 E contact@forbo.com I www.forbo.com

architectenweb — 49


Een list voor extra kwaliteit

Omdat de jeugd de toekomst heeft en kinderen een groot deel van hun tijd in leslokalen doorbrengen, beschouwt architect Gianni Cito van Moke Architecten de scholenbouw als een van de belangrijkste ontwerpopgaven – een stelling die hij de afgelopen jaren onderschreef met drie spraakmakende schoolgebouwen. “Scholen mogen, nee móéten iets betekenen.” — tekst Kirsten Hannema Wat is de overeenkomst tussen een school en een gevangenis? De vraag klinkt naargeestig, maar architect Gianni Cito vraagt het opgewekt. “Beide gebouwtypen gaan over controle en overzicht bewaren. Beiden zijn opgebouwd uit cellen”, geeft hij het antwoord. “Het grote verschil is: in een gevangenis droom je van thuis. Ik wil gebouwen maken die zo goed zijn dat je thuis droomt van school. Gebouwen die perfect functioneren voor de leraar, terwijl het kind zich volledig vrij voelt. Dat is de sleutel tot succes.” Daar waar de meeste architecten het ontwerpen van een museum of theater als de ultieme opdracht zien, beschouwt 50 — architectenweb

Cito woningbouw en onderwijsgebouwen als het hoogst haalbare. De jeugd heeft immers de toekomst. In deze gebouwen brengen kinderen een groot deel van hun dagen door, in deze ruimtes groeien ze op. Niet dat hij gelooft in een maakbare samenleving. Maar hij denkt wel dat architectuur kan bijdragen aan een fijner leven. Dat is wat hij wil bereiken met zijn bureau Moke Architecten, waarmee hij de afgelopen jaren een drietal bijzondere scholen bouwde. Lange tijd was scholenbouw een veronachtzaamde ontwerpopgave. “Tot in de jaren tachtig en negentig oogden de meeste scholen als standaard kantoren. Het zag er niet uit, de lucht in de lokalen was ongezond, en er was veel ziekteverzuim.” Daarom werd er in de jaren nul door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) onder de noemer Frisse Scholen geld vrijgemaakt voor renovatie van gebouwen, waarbij energieverbruik en binnenklimaat op orde worden gebracht.


Links Met zijn rode betonnen gevels, ronde ramen en zaagtanddak geeft De Zeven Zeeën een statement af in herstructureringswijk De Banne in Amsterdam Noord. Onder Een ‘waterval’ van trappen vormt bij De Zeven Zeeën een multifunctionele verbinding met de eerste verdieping.

Foto’s: Thijs Wolzak

“Nu wordt dat budget direct meegenomen in nieuwbouw”, legt Cito uit. Wat voor rapportcijfer zou hij scholen toen en nu zou geven? “We komen van een 4, we zitten op een 8.” Het 4de gymnasium in Amsterdam, waar zijn kinderen naar toe gaan (ontwerp Paul de Ruiter Architects) vindt hij “goed in elkaar zitten”. “Er is veel aandacht voor duurzaamheid, een grote gymzaal op het dak, en er zijn speciale muziekkamers en editrooms, waar leerlingen filmpjes kunnen monteren. Met name dat laatste vind ik interessant: hoe de culturele visie van de school naar ruimtes is vertaald.”

Steeds meer een eigen profiel Die visie wordt steeds belangrijker voor de architectuur, ziet Cito. “Klaslokalen vormen weliswaar nog steeds de basis, > architectenweb — 51


Boven Door de fonteintjes niet in de toiletten maar in de gangen te plaatsen, konden deze extra breed worden. Onder Sheddaken brengen noorderlicht in de lokalen van De Zeven Zeeën.

1e verdieping

Begane grond

“Onder schoolbesturen is er steeds meer aandacht voor ruimtelijke kwaliteit” al worden gesloten structuren steeds meer opengebroken. Ruimtes met veel glas en grote schuifdeuren zijn flexibeler in gebruik en maken het mogelijk om gebruikersgroepen met elkaar te verbinden. Dat zie je bijvoorbeeld bij ons project voor De Zeven Zeeën in Amsterdam Noord, waar basisschool, voorschool en een ouderkamer onder een dak zijn samengebracht. Maar wat me vooral opvalt, is dat steeds meer scholen een eigen profiel ontwikkelen. De Zeven Zeeën is een Daltonschool, maar daarnaast heb je Jenaplan, tweetalig onderwijs… vrijwel elke school onderscheidt zich op een of andere manier. Daarmee trek je kinderen, ouders, leraren aan. En je kunt het koppelen aan het gebouw. Op dit moment – Cito pakt een maquette in de vorm van Mondriaans beroemde schilderij Victory Boogie Woogie erbij – werken we aan een prijsvraag voor een school in Groningen, waar kunst een centrale rol inneemt. Dan wil je ook atelierruimte, een plek voor optredens; ons idee is om die visie in alles tot uitdrukking brengen. Ik zie het gebouw ook als meer dan een school: een centrum voor de wijk. En ik besef dat we met dit plan óf gaan winnen, óf keihard verliezen. Het is een uitgespro52 — architectenweb

Voor een school waar kunst centraal staat heeft Moke Architecten een school ontworpen met een Victory Boogie Woogie-plattegrond.


Met zijn uitgestrekte, ronde vorm en houten gevels ligt De Rietwierde op een vanzelfsprekende manier in het Groningse landschap.

15

Doorsnede

de r

k

k

k

k

k

k

k

k

Begane grond

Boven Alle lokalen in De Rietwierde zijn met dubbele deuren aangesloten op het gemeenschappelijke speelplein.

Foto’s: Thijs Wolzak

Onder De enkele bouwlaag van De Rietwierde werd mogelijk gemaakt door de keuze voor een ander, sneller bouwsysteem zonder bouwkraan.

“Wat ik interessant vind is hoe de culturele visie van een school zich vertaalt in architectuur”

ken ontwerp. Dat vind ik belangrijk: herkenbaarheid. Schoolgebouwen mogen iets betekenen, móéten iets betekenen.” Tot een paar jaar terug vormden gebouw en ideologie twee gescheiden werelden. “Je had de vastgoedafdeling die de huisvesting regelde, en je had het docententeam, dat zich bezighield met de inhoud. Tegenwoordig wordt de directie en het onderwijsteam vaker bij het ontwerp betrokken. Daarnaast zie je dat er meer aandacht is voor ruimtelijke kwaliteit. Vroeger werd vooral gekeken naar leerprestaties; hoe het gebouw er uit zag was een tweede. Tegenwoordig pikken ouders het niet meer dat hun kind acht jaar in een container zit.”

Buiten de gebaande paden denken Naast de onderwijsvisie speelt de locatie een hoofdrol in de ontwerpen van Moke. “Is het een dorpsschool voor boerenjochies, of bouw je voor straatschoffies in Amsterdam Noord? Het is mooi als de plek in het gebouw tot uitdrukking komt.” De Zeven Zeeën is met zijn rode betonnen gevels, ronde ramen en zaagtanddak een brutaal statement in de herstructureringswijk De Banne. Brede school De Rietwierde in de Groningen wijk Reitdiep voegt zich met zijn glooiende vorm en houten gevels op vanzelfsprekende wijze in het omringende landschap. De Rietwierde was in 2012 de eerste school die Cito (destijds werkzaam bij Dok Architecten,) voltooide. “Het gebouw huisvest twee basisscholen en een voorschool, maar het idee is dat je met z’n allen naar school gaat en de wegen zich dan scheiden”, vertelt Cito. “Andere inzenders hadden een blok met drie pleinen eromheen, wij hebben een langgerekt gebouw rond een enorm plein geplooid. Dat gemeenschappelijke sprak aan, maar ons gebouw had wel meer geveloppervlak. Om binnen het budget te blijven, moesten we een ‘list’ verzinnen. Wat scheelt, is dat het gebouw slechts één laag is; je hebt geen liften, trappen en bouwkraan nodig. Door vervolgens met een bouwsysteem te werken dat als een trein doordendert, wonnen we bouwtijd en dus geld.” > architectenweb — 53


Boven De Gekko ligt rond en boven een gemeenschappelijk speelplein.

Langsdoorsnede over lokalen

Links De extra hoogte die Moke in de lokalen van De Gekko kon maken, heeft het gebruikt om entresols toe te voegen.

pui B, deur

Langsdoorsnede over binnenplaats

1e verdieping

Begane grond

54 — architectenweb

List – het woord valt regelmatig. Een goede school ontwerpen is volgens Cito vooral ook een kwestie van de juiste trucs kennen. Neem kleuterschool De Gekko in het Belgische dorp Bonheiden. De bedoeling was om de nieuwbouw op de plaats van het voormalige gemeentehuis te bouwen. Cito stelde voor dat gebouw te behouden. “Daarmee kregen we zomaar 400m2 cadeau!” Het bespaarde geld is besteed aan extra hoge ruimtes: 5,5 meter. Zo ontstond de mogelijkheid om entresols in de lokalen te maken, met een grote diversiteit aan speelplekken. Het kloosterachtige karakter van het gemeentehuis – nu de sfeervolle entree – vormde ook de basis voor het ontwerp, georganiseerd rond een besloten binnenplein. “Maar het mooiste is dat de geschiedenis voortleeft. In dit gebouw deden mensen geboorteaangifte, zijn ze getrouwd – iedereen kent het gebouw en heeft er wel een verhaal bij.” Bij De Zeven Zeeën koos Cito juist voor een gebouw dat zich onderscheidt van zijn omgeving, met een opvallende betonnen gevel. Duur? “De speciaal vervaardigde panelen kosten meer dan de standaard baksteen, maar doordat ze eenvoudig te plaatsen zijn, bespaar je op de bouwkosten, en door


Foto’s: Thijs Wolzak

Door het oude gemeentehuis van Bonheiden te behouden en onderdeel te maken van de school kreeg Moke veel ruimte cadeau.

het accumulerend vermogen van beton heb je een natuurlijke koeling en geen dure airco nodig.” Nog zo’n vondst: door de fonteintjes niet in de toiletruimtes, maar in de gangen te plaatsen, konden deze extra breed gemaakt worden. Zodoende zijn ze ook als les- en speelruimte te gebruiken. De centrale trap in de hal vervult een dubbelrol als tribune, waarbij het aangrenzende speellokaal – door middel van schuifpuien te openen – als podium dient. Zelfs de ruimte onder de trap is slim benut; daar bevindt zich een kleine bibliotheek. Cito is tevreden, de school is tevreden, en de Nederlandse scholenbouw zit dus al op een cijfer 8. Wat is er nodig om

op een 10 uit te komen? “Het zou goed zijn als de natuur meer onderdeel van de school wordt. Met de ventilatiesystemen en vloerverwarming van nu is het binnenklimaat zo goed gecontroleerd; ik vind dat je ook best eens wat kou mag voelen. De buitenscholen in Scandinavië vind ik zeer inspirerend. Dat je niet alleen de ramen kunt open zetten en natuurlijke materialen gebruikt, maar ook daadwerkelijk vanuit het lokaal naar buiten stapt – zoals bij de Rietwierde.” —

“Ik wil gebouwen maken die zo goed zijn dat leerlingen thuis van school dromen”

De Rietwierde en De Gekko zijn door Gianni Cito van Moke Architecten ontworpen op het moment dat hij nog bij Dok Architecten werkzaam was. architectenweb — 55


— advertorial

Tekens

aan de wand

Twee basisscholen hebben een gezamenlijk onderkomen gekregen in een nieuw gebouw in het Haagse Moerwijk-Noord. Taal en communicatie zijn belangrijke thema’s binnen beide scholen; architectenbureau DP6 heeft die thema’s tot uitdrukking gebracht in zowel het heldere interieur als de vriendelijke gevel, met speelse letters in het speciale pleisterwerk van Strikolith.

De Brede Basisschool (BBS) Moerwijk in Den Haag biedt met een veilig en overzichtelijk gebouw onderdak aan twee basisscholen met elk een eigen doelgroep. De Kleine Wereld is een multiculturele basisschool met lessen op verschillende niveaus, de Cor Emousschool is speciaal voor kinderen met communicatieve problemen. In de visie van DP6 was het bieden van zowel geborgenheid als voldoende uitdaging het speerpunt bij het gebouwontwerp.

Overzichtelijk Het architectenbureau heeft een heldere, open sfeer en overzichtelijke ruimten nagestreefd. De gymzalen zijn opgetild, waardoor de begane grond bij binnenkomst ruimtelijkheid, overzicht en oriëntatie biedt. De scholieren zien meteen waar hun eigen school en hun eigen plek is. In het exterieur vormen de opgetilde sportzalen een hoogteaccent, met aan weerszijden de vleugels van de school uitgestrekt. Daglicht valt van bovenaf binnen, langs de gymzalen. Direct achter de entree ligt het kloppend hart van de brede school, waar ruimte is voor activiteiten van onder andere het LeerKansenProfiel, zoals voorstellingen, dans, muziek en techniek. Een riante zitkuil, waarvan de treden meteen dienst doen als zitplaatsen, biedt zicht op het podium, dat is gecombineerd met de speellokalen van De Kleine Wereld. De groepsruimten van de scholen zijn gesitueerd in de vleugels die zich aan twee zijden van dit hart uitstrekken. De ruimten van De Kleine Wereld liggen aan de zuidoostzijde, die van de Cor Emousschool aan de noordwestzijde. In beide vleugels zijn de groepsruimten gelegen rond een eigen overzichtelijk ‘binnenpleintje’, legt DP6 uit. 56 — architectenweb

De keramische ronde tegels zijn aangebracht op spanningverdelend mortelweefsel van Strikotherm.


advertorial — In het stucwerk van de opgetilde gymzalen zijn keramische ronde schijven opgenomen die schrijfletters vormen.

Foto’s: Michel Kievits

In de gevels van de school wordt stucwerk afgewisseld met baksteen.

Taal centraal Binnen het schoolgebouw heeft het architectenbureau door gebruik van natuurlijke materialen als hout en linoleum, en witte wanden een rustige en lichte sfeer gecreëerd. Op een aantal plekken, zoals in de vergaderruimten,

de speel- en zithoeken en de bibliotheek, zijn gedekte kleuren toegepast. Taal en communicatie staan centraal bij beide scholen: dit heeft DP6 tot uitdrukking gebracht in exterieur en interieur door middel van een ‘lettermuur’ op de gevel van de gymzalen. Het pleisterwerk is hier voorzien van keramische ronde tegels die schrijfletters vormen. De muur stelt taal letterlijk en figuurlijk centraal; hij fungeert ook als oriëntatiepunt. De tegels konden worden verwerkt dankzij de toepassing van een afwerking die bestaat uit een spanningverdelend mortelweefsel van Strikotherm en een toplaag van Strikotherm UAP. Het weefsel zit boven in de laag om spanningen door bijvoorbeeld temperatuurverschillen op te vangen. Het fijngeschuurde oppervlak is met de Schuurpleister Silicaat (0,5 mm) glad afgewerkt. Tot slot zorgt het tweelaags verfsysteem Pearlcoat met het Strikoxan afparelend effect voor een

extra bescherming van de gevel, zodat deze langer schoon blijft. Het pleisterwerk is aangebracht op het Strikolith gevelisolatiesysteem, waarbij isolatieplaten verlijmd zijn op de bestaande constructie. Door de directe verlijming ontstaan geen convectieverliezen en kon bij BBS Moerwijk een optimale thermische prestatie worden behaald. DP6 heeft het witte, decoratieve pleisterwerk afgewisseld met baksteen in de gevels; zo heeft het bureau het nieuwe schoolgebouw een vriendelijke en karaktervolle uitstraling gegeven, en aansluiting gevonden bij de materialen van de naastgelegen woonblokken. — Meer informatie Strikolith Lissenveld 9-13 4941 VK Raamsdonksveer 0162 514 750 www.strikolith.com

architectenweb — 57


— advertorial

Verticale kleurbanen breken het grote gesloten gevelvlak van het sportgebouw.

Kleurige connectie met De nieuwe huisvesting voor het Gerrit Komrij College in Winterswijk zorgt voor verbinding. In meerdere opzichten. De nieuwbouw brengt voorheen verspreid gelegen onderwijsrichtingen, met circa 1.300 leerlingen, samen onder een dak en creëert tegelijkertijd een ontmoetingsplek voor de inwoners van de gemeente. Tot het complex behoort ook een nieuwe sporthal, die visueel met de school en de omgeving is verbonden door de gevelbekleding uit stalen profielen met Colorcoat Prisma.

58 — architectenweb

Het nieuwe schoolgebouw staat op een goed bereikbare, groene locatie aan de rand van de binnenstad en op loopafstand van het station. De plek is mede gekozen vanuit stedenbouwkundige overwegingen: de nieuwbouw moet de herontwikkeling van de spoorzone aanjagen, en oost en west over het spoor heen verbinden. Om die reden huisvest het gebouw naast een school ook maatschappelijke voorzieningen. Zo hebben de Stichting ter bevordering van het Technisch Onderwijs en de Stichting Bibliotheek Oost-Achterhoek een plek in het gebouw, en biedt het complex behalve de leerlingen ook de inwoners van Winterswijk een theaterzaal met 224 zitplaatsen. Naast de nieuwbouw van de school is tegelijkertijd een nieuwe binnensportaccommodatie gerealiseerd. Op advies van BDP.khandekar zijn de school en de sporthal als afzonderlijke gebou-

Doorwaadbaar De architect heeft, mede vanuit het idee van verbinding, een transparant schoolgebouw ontworpen. Vanwege de relatief kleine kavel heeft Seelen de verschillende onderwijsrichtingen gestapeld. De leerwegen op de begane grond zijn van buitenaf zichtbaar; met de praktische VMBO-vakken die hier hun ruimtes kregen, oogt de school levendig. Hoger in het gebouw hebben HAVO en VWO hun plek. In het interieur staan onderwijsruimtes in open verbinding met elkaar en kunnen docenten en leerlingen van de ene lesruimte in de andere kijken. Door de twee ingangen heeft het gebouw een grote toegankelijkheid en ‘doorwaadbaarheid’. Ook dit maakt het Gerrit Komrij College een ‘openbaar gebouw’. De opdrachtgever en de architect hebben uitdrukkelijk gekozen voor een bijzondere vormgeving, als sterke stimulans voor de gewenste herontwikkeling van het gebied. BDP.khandekar heeft de leslokalen verdeeld over twee halfronde

Foto’s: Ronald Tilleman

de omgeving

wen, maar wel als samenhangend bouwproject opgezet, vertelt projectarchitect Marcel Seelen.


advertorial —

De voorgelakte stalen profielen van Colorcoat Prisma zijn verkrijgbaar met tot dertig jaar garantie.

vleugels rondom een atrium. Een kegelachtig volume – de ‘hanging basket’ – in het atrium bevat het auditorium en een aantal speciale leslokalen. Het volume geeft het atrium een menselijke maat en vormt het kloppend hart van de school.

Gekleurde banen en vlakken

Links Aan de zijde waar een woonwijk gepland is, heeft het sportgebouw een rustige groene kleur gekregen. Onder De stalen puntprofielen geven de gevel een interessante schaduwwerking.

Tegenover het open karakter van het schoolgebouw vormt de sportaccommodatie een relatief gesloten volume. Vanwege de eis dat de lichtinval beperkt zou zijn, heeft Seelen het sportgebouw nagenoeg geheel ingepakt in een gevel van stalen puntprofielen. De architect koos hiervoor vanwege de interessante schaduwwerking en om aan te sluiten bij het gebogen stalen dak van het schoolgebouw. De profielen zijn gemaakt van Colorcoat Prisma, waarbij Seelen met gebruik van verschillende lakkleuren de sporthal laat aansluiten op de omgeving. Zo heeft de gevel aan de zijde van het schoolgebouw een roodtint die aansluit bij het rode baksteen van de school. Een andere zijde is uitgevoerd in verticale kleurbanen; de afwisseling breekt het grote vlak, terwijl de banen tevens een dialoog aangaan met de horizontale kleurbanen van het metselwerk in de schoolgevel. Aan de zijde waar door de gemeente een woonwijk is gepland, heeft Seelen het voorgelakte staal toegepast in een rustige groentint. De openbare ruimte rond de school en de sporthal is kwalitatief hoogwaardig ingericht. Met veel groen en een freerunning parcours is het een prettige verblijfsplek voor de leerlingen en de inwoners van Winterswijk. — Meer informatie Colorcoat Connection helpline T +31 (0) 251 492 206 E Colorcoat.ConnectionEU@ tatasteel.com I www.colorcoat-online.com

architectenweb — 59


— advertorial

Hogeschool Leiden stemde de keuze van het buitenmeubilair af op de inrichting van de tuin.

“Kijk hoe leerlingen de buitenruimte gebruiken” Het dakterras van het Drenthe College in Assen is voorzien van verschillende banken, waarop de pauzerende leerlingen in groepjes kunnen zitten en ‘chillen’. De speciaal vervaardigde tribunebank geeft ze zicht op het circuit van de TT. De weloverwogen inrichting geeft de buitenruimte een meerwaarde voor de gebruikers en ondersteunt de uitstraling van de school.

60 — architectenweb

Of het nu een kleuterschool, basisschool, een ROC of een universiteit betreft, elk onderwijsgebouw heeft een buitenruimte. Een ruimte voor buitenactiviteiten en pauzes, voor toegangspaden, fietsenstallingen of een tuin, kortom: een ruimte die functioneel, maar ook esthetisch een verlenging van het gebouwontwerp kan zijn. Het inrichten van die buitenruimtes blijkt echter regelmatig een ondergeschoven kindje, constateert Falco, producent van straatmeubilair. “Het wordt vaak aan het einde van het project overgelaten aan de school of de opdrachtgever”, zegt projectadviseur Erik Vos. Wat hem betreft is dat een gemiste kans. Als een school toe is aan de inrichting van de buitenruimte, kiest ze meestal uit de catalogus het meubel dat ze zo’n beetje voor ogen had. “Dat komt

in het bestek en wordt geplaatst”. Spijtig, meent Vos, want op basis van gesprekken tussen opdrachtgever en producent is een passender resultaat mogelijk. De onderneming kan bijvoorbeeld adviseren over geschikte producten en over de plaatsing ervan in de ruimte. “Het is belangrijk om rekening te houden met de loop- en aanvoerroutes, met ruimte voor een eventuele glazenwasser, maar ook hoe leerlingen bijvoorbeeld de ruimte gebruiken”, zegt Vos. “Zet niet alle bankjes in een rijtje, want kinderen willen als groepjes bij elkaar zitten, hangen, loungen.” Als voorbeeld van de mogelijkheden geeft hij de terreininrichting bij RSG Wiringherlant in Wieringerwerf. “De ouderraad van Wiringherlant had geld ingezameld en wilde daarmee iets in de buitenruimte


advertorial—

Fietsparkeren Het fietsparkeren is volgens Falco een issue. Vos heeft meegemaakt dat bij een lagere school rekken voor fietsen voor volwassenen waren geplaatst, terwijl de onderneming speciale modellen voor kinderfietsen heeft. “Te vaak wordt uitgegaan van een standaardrek”, zegt hij. “Dat kan niet meer, met de vele verschillende fietsen – krattenfietsen, omafietsen, cruisers – van tegenwoordig. Falco kan daarin adviseren en ontzorgen. Maak een inventarisatie van de percentages aan soorten fietsen en scooters, kom naar ons met een DWGbestand en geef aan wat de ruimte is, wat het budget is en hoeveel plekken gecreëerd moeten worden. Dan maakt Falco een plan en je zult zien dat we niet een en hetzelfde rek gebruiken.”

Voor het Drenthe College ontwikkelde Falco een speciale tribunebank, die uitzicht biedt op het TT circuit van Assen.

Links Bij de Hogeschool Leiden werd een standaard bank op een specifieke bakstenen basis gemonteerd.

doen. We hebben zeven robuuste banken geleverd, in diverse uitvoeringen met niveauverschillen, met een geïntegreerde plantenbak en als tribunebanken.”

Rechts Maatwerk buitenmeubilair voor RSG Wiringherlant.

een radius gezien, die goed aansloot bij de organische vormen waarin haar tuin Maatwerk al was aangelegd”, vertelt Vos. “In die Als in gesprekken met de klant blijkt dat collectie zijn de meubels voorzien van er speciale wensen of er een bijzondere een betonnen voet en daar zit een prijssituatie is, kan de producent zijn meubels kaartje aan. We hebben een oplossing en andere inrichtingselementen aanpas- ontwikkeld met een eenvoudiger stalen sen. Zo zijn de banken voor de schoprofiel. De hogeschool wilde een gemetlengemeenschap in Wieringerwerf op selde muur in de tuin betrekken in het maat gemaakt. Maatwerk is mogelijk van ontwerp; we hebben de zittingen daar eenvoudig tot uitgebreid: van uitvoering direct op gemonteerd.” De hogeschool in een andere RAL-kleur of met kleine wilde tevens een aantal picknicksets. aanpassingen – zoals de poefjes op basis Falco adviseerde de Falco-Ocho, waar van een standaardbank voor de Amstelgebruikers makkelijk de voeten onder campus – tot meubels met ingrijpender kunnen zetten. aanpassingen. “De Hogeschool Leiden Het blijft opmerkelijk, vindt Vos, dat had in ons assortiment een bank met bij het ontwerp van een schoolgebouw

de inrichting van de buitenruimte zelden wordt meegenomen. Terwijl ze het beeld van de school mede bepaalt. “Wat is er mooier dan vanaf het begin een compleet plan te hebben”, zegt hij. “Je hoeft het niet ineens in te vullen; de school kan eventueel per jaar bezien of ze nieuwe elementen plaatst, maar het handvat is er. Laat in het plan zien hoe mooi het geheel kan zijn.” — Meer informatie Falco BV Weitzelweg 8 7671 EJ Vriezenveen 0546 554 444 info@falco.nl www.falco.nl

architectenweb — 61


Kansen voor DBMO in scholenbouw De afgelopen jaren zijn er twee scholen gerealiseerd volgens een DBMO-contract: Brede School Joure en het voorzieningencluster De Veste in Borne. Wat betekende deze integrale contracten voor de rol van de betrokken partijen en welke kwaliteit leverden de bijbehorende processen op? Een gesprek met de betrokken adviseurs en architecten. — tekst Michiel van Raaij

“De realisatie van het gebouw is pas het begin, het draait om de dertig, veertig jaar erna”, stelt huisvestingsadviseur John Dols van Twynstra Gudde. “Architecten en bouwers hebben maar weinig idee van hoe het gebouw vervolgens gebruikt wordt.” Dat werd ze ook nooit gevraagd. Maar wat Dols betreft mag er wel wat meer aandacht komen voor het onderhoud en beheer van het gebouw. Hoeveel scholen ken jijzelf, als lezer van dit artikel, die slecht onderhouden zijn of waarvan een deel van de installaties niet goed meer werkt? Vast wel een aantal. Uit het onderzoek dat BBA Binnenmilieu heeft gedaan naar het binnenklimaat van Rotterdamse scholen kwam naar voren dat de installaties, ook bij nieuwe scholen, vaak niet zo werkten als bedacht. Sommige installaties bleken niet goed aangesloten, anderen waren niet goed onderhouden en weer anderen werden verkeerd bediend of waren vanwege het geluid dat ze maakten maar helemaal uitgezet.

Één verantwoordelijke partij “Het grote voordeel van een DBMO-contract is dat er één partij verantwoordelijk is voor het gebouw”, 62 — architectenweb

vertelt huisvestingsadviseur Hanneke van Schijndel van Twynstra Gudde. In plaats van dat er een hele reeks van partijen na elkaar betrokken zijn bij het gebouw, is er één consortium van begin tot eind betrokken bij het gebouw. Van het ontwerp en de bouw (Design & Build) tot en met het onderhoud en het beheer (Maintain & Operate). “Als gebruiker heb je al die tijd één aanspreekpunt.” In de afgelopen jaren heeft Twynstra Gudde de realisatie begeleid van twee DBMO-scholen: Brede School Joure en voorzieningencluster De Veste in Borne. Het consortium dat Brede School Joure bouwde, stond onder leiding van Facilicom, bouwer was Pellikaan, architect was Bureau Bos. Het consortium dat voorzieningencluster De Veste in Borne realiseerde werd geleid door Dura Vermeer, terwijl LKSVDD verantwoordelijk was voor het ontwerp. In de praktijk zorgen de DBMOcontracten er bijvoorbeeld voor dat de verschillende partijen die bij het gebouw betrokken zijn elkaars werk niet meer ter discussie hoeven te stellen of elkaar tegen kunnen werken. In het ontwerpproces denken ze immers allemaal al mee over hoe het gebouw moet worden. “Wij lieten de

Voorzieningencluster De Veste in Borne naar ontwerp van LKSVDD.

schoonmaker bijvoorbeeld meedenken over de keuze van de vloerbedekking en wandbekleding”, vertelt architect Hans van den Dobbelsteen van LKSVDD. Dat leverde niet per se een andere keuze op dan hijzelf zou maken. “Maar de gemaakte keuze is wel steviger onderbouwd.” En in de beheerfase zal hier geen discussie meer over zijn. Eenzelfde voordeel ervoer de architect bij de samenwerking tussen de installatie-adviseur en installateur. Doordat ze niet na elkaar aan het gebouw werkten, maar samen de installaties moesten uitwerken, konden ze elkaars werk niet ter discussie


Foto: Vincent van der Hoven

stellen, maar werden de installaties snel concreet. “Een verademing”, aldus Van den Dobbelsteen. “Vanaf de eerste dag was het binnenklimaat in het door LKSVDD ontworpen voorzieningcluster in Borne gewoon goed”, vult Van Schijndel aan, die toegeeft dat ze dat niet vaak meemaakt. “Met een DBMO-contract heb je voor de afgesproken periode en prijs een goed onderhouden gebouw, waar alle installaties werken.” Eventuele problemen worden door het verantwoordelijke consortium gegarandeerd opgelost.

Durven los te laten “Het grootste thema in de evaluatie van deze processen is het durven loslaten”, vertelt Dols. Dat is voor veel opdrachtgevers niet zo eenvoudig. Maar de gemeente Borne heeft als ambitie om een regie-organisatie te worden en dit soort projecten uit te besteden. De projectleider van het voorzieningencluster had

eerder bij Kulturhus Borne gezien hoe ingewikkeld de bouw kan zijn en wilde het anders aanpakken. “Het is bij een DBMO-contract vervolgens niet zo dat je als opdrachtgever en gebruiker geen invloed meer hebt op het gebouw, je denkt daar natuurlijk uitgebreid over mee”, vertelt Dols. “Maar dan met name over de gebruiksmogelijkheden, de logistiek en de flexibiliteit, en niet zo zeer over de specifieke oplossingen.” Als opdrachtgever moet je op het juiste moment los kunnen laten. Zowel Brede School Joure als voorzieningencluster De Veste in Borne zijn aanbesteed op basis van een vaste prijs. Het consortium dat voor die prijs het beste gebouw kon maken won. “Gunning op basis van de laagste prijs heeft wat ons betreft nooit de voorkeur”, vertelt Dols. “Dat levert altijd gedoe op als het om de prijs-kwaliteitsverhouding gaat.” > Omdat bij een school het budget voor de bouw en architectenweb — 63


Boven, onder en rechterpagina onder Voorzieningencluster De Veste in Borne naar ontwerp van LKSVDD.

Plattegrond De Veste

1e verdieping

het onderhoud van verschillende partijen komt, respectievelijk de gemeente en de school zelf, kan het in de praktijk lastig zijn het geheel samen aan te besteden. In Joure hadden de DB en MO-delen van het contract daarom een eigen vaste prijs. In Borne was er simpelweg een DBMO-prijs. “Dat laatste is wat ons betreft wel het beste”, stelt Dols. Het consortium wordt dan immers in staat gesteld met bouwkundige ingrepen te besparen op het onderhoud en de schoonmaak. Vanuit sturing op Total Cost of Ownership kan dan simpelweg de meeste synergie ontstaan. Wat betreft de uitvraag zelf is het volgens Dols en Van Schijndel belangrijk om deze zo eenvoudig mogelijk te houden. Met de enorme boekwerken die het Rijksvastgoedbedrijf voor zijn aanbestedingen produceert geeft de rijksoverheid wat hen betreft het verkeerde voorbeeld. De uitvraag bij voorzieningencluster De Veste in Borne bestond uit vijftig pagina’s. Meer niet. Een uitgebreider document kost alle 64 — architectenweb

partijen alleen maar geld en staat een creatieve oplossing voor de gestelde opgave alleen maar in de weg. Ten opzichte van DBFMO mist bij DBMO de F in het pakket. Doordat gemeenten zelf goedkoop kunnen lenen is de aanbesteding van die F bij de bouw van scholen in de meeste gevallen voor hen niet interessant. Wanneer voor DBMO gekozen wordt, adviseert Twynstra Gudde in de regel om de contractperiode op tenminste 25 jaar te leggen. Dan zit de eerste vervangingsronde van verschillende onderdelen van het gebouw er volgens Van Schijndel tenminste in.

Het ene team is het andere niet Het integrale ontwerpproces dat ten grondslag ligt aan DBMO-scholen vraagt van alle betrokken partijen een nieuwe houding. Veel bouwers zijn daar volgens Dols nog niet klaar voor, hoewel hij wel ziet dat het steeds beter gaat. Van den Dobbelsteen voegt eraan toe dat het

zichzelf uitsorteert: bepaalde bouwers specialiseren zich hierin. Dura Vermeer, dat voorzieningencluster De Veste in Borne ontwikkelde, noemen Dols en Van den Dobbelsteen als voorbeeld van zo’n bouwer. “Dura Vermeer zet echt ander soort mensen in op dit soort projecten en focust echt op de wensen van de opdrachtgever en de gebruikers”, zien ze allebei. De afgelopen jaren heeft LKSVDD ook bewust steeds meer van dit soort processen gedaan, vertelt Van den Dobbelsteen. “Het was even wennen dat de bouwer het tempo in het ontwerpproces aangeeft, in plaats van

Foto’s: Vincent van der Hoven

Begane grond


“Het voordeel van DBMO is dat er één partij verantwoordelijk is voor het gebouw”

Foto boven: Pellikaan Foto onder: Vincent van der Hoven

Boven Brede School Joure naar ontwerp van Bureau Bos.

dat je dat als architect zelf doet.” Maar het voordeel is dan wel weer dan vanaf het begin van het ontwerpproces alle noodzakelijke kennis om tafel zit en dat het ontwerp in een latere fase niet opnieuw bevochten hoeft te worden. Het ontwerp staat in één keer. “Ongeveer een derde van ons portfolio betreft dit soort integrale opdrachten”, vertelt architect Raban Haaijk van Bureau Bos. Doordat binnen Bureau Bos ook adviseurs werken op het gebied van draagconstructies, installaties, bouwfysica en zelfs onderhoud, is Haaijk gewend integraal te ontwerpen. Daarbij merkt hij dat hij als architect al snel een centrale positie in het proces inneemt, wat niet betekent dat hij alles bepaalt. “Veel communicatie over het project komt van de architect. Ook zijn wij als architect gewend om het verhaal van het gebouw te vertellen.” Binnen het team moet er wel een ‘klik’ zijn, benadrukt

Haaijk. De vertegenwoordigers van de verschillende partijen moeten volgens hem in staat zijn om over de grenzen van hun eigen discipline heen te kijken en voor een gezamenlijke resultaat te gaan. Binnen het consortium dat de Brede School realiseerde werkte dat volgens hem goed. “We hebben echt vanuit Total Cost of Ownership kunnen ontwerpen”, vertelt Haaijk. “Wanneer ik een ontwerpbeslissing aan de andere partijen nog niet ‘verkocht’ kreeg, was die blijkbaar nog niet goed genoeg. De juiste oplossingen werden direct door iedereen omarmd.” Bij de selectie van de consortia dat deze scholen mochten realiseren waren – naast het ontwerp zelf – de samenwerking binnen die consortia en het inlevingsvermogen in de gebruikers belangrijke criteria. “Zonder goede samenwerking binnen het ontwerpteam en inlevingsvermogen in de klant kan het consortium nooit tot het beste product komen”, stelt Dols, die vertelt dat hij hier in de concurrentiegerichte dialoog voorafgaand aan de gunning samen met de opdrachtgever en de gebruikers steeds een goed beeld van kreeg. “Het ontwerp dat het winnende consortium voor de Brede School Joure had gemaakt, werd door ons niet per se als beste beoordeeld. Maar er zat een wel een goed team, dat ook nog eens de beste procesvaardigheden had”, vervolgt Dols: “Toen de brede school gerealiseerd was vonden alle vijf gebruikers dat ze in de beste hoek van het gebouw zaten. Dat heeft Bureau Bos heel goed gedaan.”

Sneller, goedkoper, beter Wat hebben de DBMO-contracten concreet opgeleverd bij het voorzieningencluster De Veste in Borne en Brede School Joure? Allereerst zijn de gebouwen veel sneller tot stand gekomen dan anders. “De realisatie van een voorzieningencluster als dat in Borne duurt normaal gesproken van de start van de programmering tot en met de oplevering toch al gauw vier tot vijf jaar”, denkt Dols. “Nu duurde dat traject van programmering tot oplevering maar twee-en-een-half jaar.” “Het eerste ontwerp voor voorzieningencluster De Veste in Borne is in twee maanden tijd gemaakt. Hoewel > architectenweb — 65


de opdrachtgever het niet zo noemt, zit je dan feitelijk al op bestekniveau”, verklaart Van den Dobbelsteen. “Dat is topsport. Dat kun je alleen als je als team daar goed op voorbereid bent en allemaal daarin getraind bent.” Hoewel de architect af en toe meer tijd wenst om het ontwerp te laten rijpen, moet hij toegeven dat in die zeer korte tijd gewoon een hele hoge kwaliteit wordt geleverd. Hij begrijpt daarom goed dat steeds meer opdrachtgevers een dergelijk traject vragen. “Het zijn gewoon superefficiënte processen.” BIM werkt daarbij volgens Van den Dobbelsteen op de achtergrond mee als enabler. “Daarin kent ieder gebouwonderdeel zijn eigen fase.” Zo is het mogelijk dat de draagconstructie al volledig uitgewerkt is, terwijl aan de inrichting nog gewerkt wordt. “BIM stelt je zo in staat om tegelijkertijd te bouwen en te tekenen.” En dat scheelt weer tijd. Van den Dobbelsteen spreekt zijn waardering uit over de samenwerking met Dura Vermeer bij voorzieningencluster De Veste in Borne. Zijn rol als architect werd door de bouwer echt gewaardeerd. Met zijn bureau zat Van den Dobbelsteen in alle fasen van het proces aan tafel en kreeg hij de opdracht om al het tekenwerk te verzorgen.

Het zit ‘m in de details Leveren DBMO-contracten nu ook meer architectonische kwaliteit op dan traditionele contractvormen? Die vraag vinden de betrokkenen lastig om te beantwoorden. Dat ligt in basis maar net aan hoe de uitvraag geformuleerd is, die moet dat in een slim puntensysteem waarderen. 66 — architectenweb

Over hoe de uitvraag bij voorzieningencluster De Veste in Borne was opgesteld is Van den Dobbelsteen zeer te spreken. Die beloonde het groter maken van de klaslokalen. Met een slim ontwerp lukte het LKSVDD om de bruto-netto verhouding in het gebouw te verbeteren. Zo heeft het gebouw uiteindelijk 10% meer nuttige ruimte gekregen dan in basis gevraagd werd. “Met opdrachtgevers stellen wij altijd een lijst op van eisen en wensen”, vertelt Dols. “Hoe meer er van die wensen door de consortia ingevuld worden, hoe beter.” In Borne was die extra ruimte zo’n wens. In Joure is het consortium voor 25 jaar verantwoordelijk voor het onderhoud en de schoonmaak van het gebouw, in Borne gaat het om een periode van zelfs 30 jaar. Volgens de betrokken architecten levert dat niet direct andere keuzes voor materialen op, hoewel hier wel steeds goed over nagedacht wordt. De verschillen met gebouwen die voortkomen uit traditionele processen zitten ‘m vooral in de details. In Joure zijn hoog geplaatste ramen voorzien van een schuine vensterbank, zodat daar minder stof blijft liggen. Ook zijn de

Foto’s: Pellikaan

Boven, midden, onder en rechterpagina Brede School Joure naar ontwerp van Bureau Bos.


Plattegrond Brede School Joure

1e verdieping

Begane grond

spiegels in de toiletten daar naast de wasbakken geplaatst, zodat haren op de grond vallen en de wasbakken minder snel verstoppen. De voorinvesteringen die in de gebruiksfase besparingen opleveren zitten vooral op het gebied van energie. Dat kun je het snelst berekenen, verklaart Van den Dobbelsteen. Zowel in Joure als in Borne zijn extra investeringen gedaan om de gebouwen energiezuiniger te maken en liggen er PV-cellen op het dak die een deel van de elektriciteitsvraag voor hun rekening nemen. Dat verdient zich gewoon ruimschoots terug. Bij beide projecten kan het aantal PV-cellen uitgebreid worden op het moment dat dat rendabel blijkt.

volgens Haaijk uitermate flexibel. In een van de kopgevels zijn ook geen stabiliteitsvoorzieningen opgenomen, zodat het gebouw daar nog eenvoudig is uit te breiden. Voor zo’n lange termijn is het natuurlijk wel belangrijk met scenario’s goed door te rekenen hoe het gebouw in die periode gebruikt zal worden. “Je moet afspraken maken over de situatie dat een lokaal leegstaat”, zegt Van Schijndel hierover. In krimpgebieden moet hier extra goed naar gekeken

Investeringen op het gebied van energie leveren in de gebruiksfase flinke besparingen op worden. Maar er moet ook rekening gehouden worden met de wisselende populariteit van een school bij ouders. Schoolverzamelgebouwen kunnen daarvoor een oplossing vormen. Zowel de adviseurs van Twynstra Gudde als de bij de projecten betrokken architecten verwachten dat er in de toekomst meer scholen volgens DBMOcontracten gerealiseerd zullen worden. De voordelen zijn immers niet te ontkennen: de opdrachtgever wordt echt ontzorgd en het is – wanneer goed ingestoken – gewoon goedkoper, sneller en beter. Nu schoolbesturen zelf verantwoordelijk zijn voor het onderhoud en schoonmaak van hun gebouwen kan dat een extra zorg zijn, sluit Haaijk af. “Met een DBMO-contract is de kwaliteit van het gebouw over 25 jaar gegarandeerd. Voor schoolbesturen is dat winst. Zij kunnen zich weer volledig richten op hun kerntaak: goed onderwijs geven.” —

Flexibiliteit Is het in het snel veranderende onderwijslandschap voor scholen haalbaar om zich voor 25-30 jaar vast te leggen op hun gebouw? Volgens Dols van Twynstra Gudde is dat in veel situaties uitstekend te doen. Al moeten de gebouwen natuurlijk wel zeer flexibel zijn in hun structuur, om tussentijdse wijzigingen mogelijk te maken. Brede School Joure heeft vijf gebruikers die allemaal hun eigen ‘huisje’ hebben met een begane grond en eerste verdieping. Het hele gebouw staat ook op het stramien van een half klaslokaal. Daarmee is het gebouw architectenweb — 67


Een heldere

structuur Binnen de scholenbouw laat JHK Architecten een heel eigen geluid horen. Weg van allerlei frivoliteiten richt het architectenbureau zich op het ontwerpen van helder georganiseerde gebouwen die zowel functioneel als flexibel zijn. Naast het ontwerpen van nieuwe onderwijsgebouwen wordt het bureau steeds vaker gevraagd om bestaande onderwijsgebouwen te herstructureren. — tekst Michiel van Raaij

“Het is schokkend wat je soms tegenkomt in onderwijsgebouwen”, begint architect Titia Luiten van JHK Architecten. “Vooral de gebouwen uit de jaren ‘90 zitten vaak vol met dure grappen en grollen, die geen enkele verandering in het ruimtegebruik toestaan.” Op de De Uithof begeleidt het architectenbureau de herstructurering van vier bestaande onderwijsgebouwen en het ontwerp van een nieuw onderwijsgebouw voor de Hogeschool Utrecht (HU). Luiten laat de plattegronden van de bestaande gebouwen zien: allemaal even eigenzinnig en even lastig aan te passen aan de veranderende onderwijsbehoeften. Een slimmere inzet van deze onderwijsgebouwen levert niet alleen veel op voor studenten en docenten, maar bespaart ook geld, stelt Luiten. Door de docenten niet langer een vaste werkplek aan te bieden, maar een flexwerkplek, bespaart de HU miljoenen euro’s per jaar. Geld dat gebruikt kan worden om beter onderwijs te geven. Voor de verschillende gebouwen van de HU heeft JHK een gemeenschappelijke logica ontwikkeld, die vertaald is naar een beeldkwaliteitsplan op gebouwniveau. Ieder gebouw wordt apart aanbesteed, waarna steeds een andere architect deze samen met een bouwer verder zal uitwerken. Bij gebouw Heidelberglaan 7 is nu al te zien hoe die strategie uitpakt. Om het gebouw beter aan te haken op de looproutes op De Uithof is de entree van de smallere zijstraat naar de hoofdstraat verplaatst. De grote open ruimte in het midden van het gebouw is omgevormd tot een smallere binnenstraat met tal van voorzieningen die ook ‘s avonds op zijn. Hier kunnen studenten elkaar ontmoeten en groepswerk doen. Vanuit de binnenstraat is ook zicht op meer besloten functies, zoals 68 — architectenweb

het laboratorium en de gymzaal. Het is deze aanpak – het vanaf de basis herdenken van de bestaande onderwijsgebouwen en een functionele en flexibele structuur neerleggen – die het bureau steeds toepast en die voortkomt uit de lange geschiedenis van het bureau.

In de traditie van het Modernisme Dit jaar bestaat JHK architecten zestig jaar. Het ooit door K.F.G. Spruit opgerichte bureau heeft in de loop van de jaren verschillende namen en directies gehad. “Iedere directeur heeft weliswaar zijn eigen profiel gehad, maar ook de continuïteit van


Foto: Femke van den Heuvel

De grote open ruimte in het midden van gebouw Heidelberglaan 7 op De Uithof heeft met een nieuwe binnenstraat een heldere structuur gekregen.

het bureau steeds voorop gesteld. Misschien wel mede daardoor is er altijd een heel natuurlijke opvolging vanuit het bureau zelf geweest”, vertelt Luiten, die JHK Architecten momenteel samen met Chris de Jonge leidt. K.F.G. Spruit ontwierp in het verlengde van de wederopbouw door heel Nederland kantoren, winkelcentra, woningen en civiele werken. Met de tijd zijn de opgaven veranderd en inmiddels werkt JHK Architecten veel meer aan maatschappelijk vastgoed. Maar de Modernistische ontwerpopvatting van de oprichter is onderdeel gebleven van het DNA van het bureau. JHK Architecten wil gebouwen ontwerpen die zeer func-

tioneel zijn en tegelijkertijd door hun robuuste structuur zeer flexibel zijn. “We gaan door tot de puzzel klopt”, zegt Luiten. “In de kern gaat het ons om de structuur van het gebouw. We willen dat de vorm en uitstraling echt vanuit de functionaliteit van het gebouw groeit. Zo ontstaat wat ons betreft echte schoonheid.”

Entree in het onderwijs Via de verschillende opdrachten die JHK Architecten uitvoerde op de High Tech Campus van Philips in Eindhoven bouwde het bureau ervaring op in onderzoeks- en > architectenweb — 69


Linksboven De binnenstraat van gebouw Heidelberglaan 7 biedt ook een blik op verschillende onderwijsruimten. Midden Aan de Heidelberglaan heeft het bestaande onderwijsgebouw op De Uithof zijn nieuwe entree gekregen. Linksonder Ontwerpstappen van de transformatie van Heidelberglaan 7.

huidige gebouwstructuur

zichtbaar onderwijs en onderzoek aan de centrale as

nieuwe entree

70 — architectenweb

ontmoetingsgebouwen. “Vijftien jaar geleden hebben we ervoor gekozen om die lijn van maatschappelijk vastgoed verder uit te bouwen en daarmee ons portfolio te verbreden”, vertelt Luiten. Precies op het moment dat de kredietcrisis uitbrak en het commerciële vastgoed waar het bureau veel in deed terugliep, ontving het bureau twee opdrachten voor onderwijsgebouwen: de combinatie van vmbo en mbo op de Unielocatie in Rotterdam en de Dutch HealthTec Academy (DHTA) in Utrecht. Vanwege de referentie-eisen die in de meeste aanbestedingen voor

JHK Architecten wil gebouwen ontwerpen die functioneel en flexibel zijn onderwijsgebouwen gesteld worden, zorgden deze opdrachten ervoor dat het bureau vanaf dat moment voet aan de grond had in het onderwijs. “Vanaf daar konden we erin verder”, constateert

Tekeningen: JHK Architecten Foto’s: Femke van den Heuvel

centrale as


“In de kern gaat het ons om de structuur van het gebouw”

Boven Het bestaande atrium van gebouw Zernikeplein 7 wordt opnieuw ingericht als foodcourt. Rechts Aan weerszijden van het bestaande hart van het gebouw zijn nieuwe vleugels voorzien.

Beelden: JHK Architecten

Luiten. Inmiddels vormt het maatschappelijk vastgoed het grootste deel van het portfolio van het bureau. Binnen het spectrum van onderwijsgebouwen werkt JHK Architecten vooral aan gebouwen voor het middelbaar, hoger en universitair onderwijs. De functionele ontwerphouding van het bureau wordt daar volgens Luiten het beste gewaardeerd.

Hanzehogeschool Groningen Een van de projecten waar JHK Architecten momenteel aan werkt is de reorganisatie van gebouw Zernikeplein 7 van de Hanzehogeschool Groningen. De opgave startte met de vraag om het huidige ensemble van onderwijsgebouwen aardbevingsbestendig te maken en te verduurzamen, maar resulteerde in een plan waarin de helft van het complex wordt vervangen.

Door een lange serie van verbouwingen en uitbreidingen was “een soort octopus” ontstaan: een labyrintisch gebouwencomplex met zeven ingangen. In het nieuwe ontwerp blijft het bestaande atrium als hart van het gebouw behouden. In het atrium wordt een foodcourt ingericht. De onderwijsruimtes komen in twee ringen aan weerszijden hiervan te liggen. Om tot de kortste looplijnen te komen heeft JHK Architecten dwars op de as die het atrium vormt een tweede as ontworpen die door de binnenhoven heen steekt. “Omdat de onderwijsvraag ieder jaar anders is, hebben we vooral een structuur ontworpen”, legt architect Luiten van JHK Architecten uit. De nieuwe vleugels krijgen overal een breedte die ideaal is voor een indeling met lesruimtes aan weerszijden van een middengang, maar ook voor open kantoor- of studielandschappen. Elke opleiding krijgt zijn > architectenweb — 71


De Faculteit Wiskunde en Natuurkunde in Leiden wordt in fases gebouwd. Dit is een impressie van het eindresultaat.

Midden De getrapte bouwmassa van het Horizon College begeleidt de leerlingen richting het atrium in het midden van het gebouw.

Boven harchiciis evel unt latque peru ssinctae omnih

Rechts Impressie van de centrale as binnen de kamstructuur die Inbo en JHK Architecten voor de Faculteit Wiskunde en Natuurkund in Leiden hebben ontworpen.

Unielocatie De strategie die JHK Architecten bij de bestaande onderwijscomplexen hanteert, is ook bij de nieuwbouwprojecten van het bureau terug te zien. De Faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen in Leiden, die het bureau samen met Inbo heeft ontworpen, heeft een heldere kamstructuur gekregen. 72 — architectenweb

De verschillende vleugels haken hierbij aan op een centrale as, die voorzien is van gebouwhoge vides, en zo alles en iedereen binnen het gebouw met elkaar verbindt. In het Horizon College dat het bureau in Purmerend heeft ontworpen, liggen alle onderwijsruimtes in een ring rond een centraal atrium. In Rotterdam Zuid, op de Unielocatie, heeft JHK Architecten een nieuw onderwijscomplex ontworpen dat huisvesting biedt voor twee scholen, een vmbo-school (het Zuiderparkcollege, LMC Voortgezet Onderwijs), en een mbo-school (ROC Zadkine). Door de scholen te bundelen ontstaat een doorgaande leerlijn, die voortijdige schooluitval moet tegengaan. De scholen liggen naast elkaar aan een boulevard, waar verschillende leerwerkbedrijven van de scholen zichtbaar zijn voor de stad. Vanaf die boulevard heeft iedere school zijn eigen

Beeld Horizon College: JHK Architecten Beelden FWN Leiden: Inbo / JHK Architecten Beeld Unielocatie: JHK Architecten Foto’s: Jeroen Musch; foto boven: Rhalda Jansen

eigen plek op de bestaande en nieuwe vleugels, maar kan zich daar wat betreft zijn ruimtegebruik eenvoudig ontwikkelen. Voor de gevel heeft JHK Architecten een flexibel systeem ontwikkeld dat gerelateerd is aan de verschillende eisen die er vanuit de onderwijsruimten aangesteld wordt. Luiten: “Doordat die eisen op iedere plek anders zijn, zal er een gevarieerd gevelbeeld ontstaan.”

Links Ebit liaeptat do quatur sundio laborpos exers rciuntist accup vitae nosam as


Linksboven Op de eerste verdieping zijn de twee scholen op de Unielocatie in Rotterdam via een ‘praktijkstraat’ met elkaar verbonden. Linksmidden De praktijklokalen op de Unielocatie liggen achter ‘winkelpuien’ aan ‘straten’. Rechts Het vmbo en de mbo op de Unielocatie liggen naast elkaar aan een nieuwe boulevard in Rotterdam Zuid. Linksonder Beide scholen op de Unielocatie hebben een eigen entree met een brede trap die naar de ‘praktijkstraat’ op de verdieping leidt.

De scholen op de Unielocatie bieden samen een doorgaande leerlijn aan

estiam um hicitat

oluptae dellest spe ptam s et

ingang. Hier vandaan leiden brede trappen naar de aula’s en de achterliggende ‘praktijkstraat’ op de eerste verdieping, die beide scholen intern met elkaar verbindt. “Met zijn volume en materialisatie vormt het nieuwe scholencomplex een structurerend element in de stedelijke omgeving van Hart van Zuid en zoekt het aansluiting bij de naastgelegen gebouwen uit de wederopbouwperiode”, vertelt Luiten. “De detaillering van de elementengevel en de gehele buitenschil is echter scherp en eigentijds en plaatst het gebouw daarmee in zijn eigen context.” — architectenweb — 73


— advertorial

Nog één extra foto

Begin 2006 stemde de gemeente Rotterdam in met de verkoop van anderhalve hectare grond aan de Binnenrotte voor de bouw van de Markthal. In dit gebied stonden naast een parkeergarage ook twee lagere scholen, de montessorischool Jan Prins en de katholieke school Willibrord. Onder de Markthal waren veel nieuwe parkeerplaatsen voorzien, maar voor de scholen moest een andere locatie worden gevonden. De scholen boden samen plaats aan zo’n 850 leerlingen. Uiteindelijk is de keuze gemaakt om de scholen te vestigen in het voormalige De Brede School aan de Nieuwstraat in Rotterdam gebouw van de Sociale Academie, dat direct achter de nog te is meer dan een geslaagd transformatieproject. Het bouwen Markthal lag. De transformatie van dit bakstenen gecreëerde de ruimte die nodig was voor de bouw bouw uit de jaren ’70, oorspronkelijk ontworpen door Kraaijvan de Markthal. Architectuurfotograaf Jan Paul vanger, is uitgevoerd door het Rotterdamse architectenbureau Mioulet, lid van DAPh, documenteerde het project Arconiko. en keerde er dit jaar terug voor een extra beeld: de De opdracht was niet eenvoudig. In het gebouw moesten school met de Markthal in de achtergrond. twee peuterspeelzalen, twee lagere scholen, twee gymzalen en een buitenschoolse opvang (BSO) worden ondergebracht. In — foto’s Jan Paul Mioulet/DAPh 74 — architectenweb


advertorial—

Links De buitenruimte van de twee scholen ligt op het dak van het getransformeerde gebouw. Onder Wat ooit binnenplaats was, is door Arconiko omgetoverd tot levendig atrium.

creëren van de noodzakelijke buitenruimte, altijd een moeilijke opgave in een dicht bebouwde binnenstad, werd een bijzondere oplossing bedacht. Deze bevindt zich namelijk boven op het dak. Ook de luchtbehandelingsinstallatie heeft hier een plek gekregen. Uiteraard moest de constructie hiervoor wel worden versterkt en is het dak voorzien van een extra hoog hek om de veiligheid van de kinderen te garanderen. De BSO en de peuterspeelzaal bevinden zich onderin De twee scholen die het gebouw. op de plek van de Als laatste grote ingreep werd een Markthal stonden zijn ondergebracht in het verdiepingsvloer weggebroken om ruimte voormalige gebouw te maken voor twee gymzalen. Aan de van de Sociale buitenzijde bleef het oude uiterlijk vrijwel Academie erachter. geheel behouden. Enkelglas maakte wel plaats voor dubbelglas en de zonwering werd voorzien van elektrische besturing. Zelfs de kozijnen rond de oude binnenplaats werden hergebruikt als binnenwanden rond het atrium. Voor het project won Arconiko in 2010 de vakjuryprijs van de Rotterdam Architectuurprijs. Het ligt voor de hand dat de fotograhet bestaande academiegebouw bevond fie van een gebouw dat zoveel functies zich een bescheiden buitenruimte op herbergt, niet in een dag gedaan kan de begane grond, die door het gebouw worden. Architectuurfotograaf Jan Paul omsloten werd. Arconiko benutte deze Mioulet legde het project in opdracht ruimte door hier een object in te schuiven van Arconiko vast en bezocht het gebouw en dit om te bouwen tot een overdekt meerdere keren tussen maart 2009 en atrium. Het atrium zorgt voor daglicht april 2010. De buitenzijde werd op verinval tot diep in het gebouw en de nodige schillende momenten gefotografeerd en extra binnenruimte. De ingreep verbindt er werden aparte sessies ingepland voor ook de verschillende ruimtes en maakt het fotograferen van de lagere scholen, de het gebouw open van binnen. BSO en de peuterspeelplaats terwijl die In het gebouw zijn de verschillende in gebruik waren. Wellicht de meest bescholen niet fysiek van elkaar gescheiden. kende foto van dit project is een opname Verschillende kleuren, oranje en blauw, die werd genomen door een bovenlichtje geven aan bij welke school een ruimte van een trappenhuis van een gebouw aan hoort. Algemene ruimtes zoals het de overzijde van de straat. Hierop is goed atrium zijn groen geschilderd. Voor het de speelplaats op het dak te zien, met het

Laurenskwartier in de achtergrond en een bouwput ernaast. Het project was af, maar er ontbrak nog een beeld. Een foto waarop de school samen met het gebouw te zien is dat door deze transformatie mogelijk werd gemaakt: de Markthal. Op verzoek van Arconiko maakte Mioulet nog één opname van de brede school aan de Nieuwstraat en kan eindelijk het hele verhaal verteld worden. — DAPh staat voor Dutch Architectural Photographers. Het is een collectief van zelfstandige architectuurfotografen bestaande uit: Hennie Raaymakers, Imre Csány, Jan Paul Mioulet, Katja Effting en Thea van den Heuvel. Meer informatie www.daph.nl

architectenweb — 75


Nieuwe

producten

Adembenemend uitzicht met AluK Infinium AluK introduceert Infinium, een hoogwaardig en uniek schuifdeursysteem. De glasvlakken reiken van muur tot muur en van vloer tot plafond. In combinatie met uiterst slanke stijlen (21 mm interlock) geeft dit een minimalistische uitstraling, onbelemmerd uitzicht en ruim binnenvallend daglicht. Het systeem combineert een onderscheidend ontwerp met uitstekende thermische en akoestische prestaties. Bovendien zorgt het innovatieve ontwerp voor een foutloze werking. Infinium is geschikt voor elk architectonisch ontwerp en voldoet aan alle bouwkundige eisen. aluk.nl 76 — architectenweb


Het begint met de draagconstructie De plek waar we werken, onderwijs krijgen of zorg ontvangen, heeft een directe invloed op ons welbevinden. Er moet genoeg licht, frisse lucht en ruimte zijn om ervoor te zorgen dat we gezond blijven. VBI, specialist op het gebied van duurzaam en flexibel bouwen, en op het gebied van prefab vloerelementen, heeft hier veel ervaring mee. VBI denkt daarom graag mee met opdrachtgevers, architecten en aannemers over de draagconstructie, maar ook over herindeelbaarheid, overspanningen, lichtinval en ventilatie. Essentieel op de weg naar een healing environment. vbi.nl

Vrijstaand ligbad als blikvanger Markante vrijstaande ligbaden van duurzaam en sterk geëmailleerd titaniumstaal zijn een specialisme van Bette. De Duitse fabrikant levert vele architectonische ligbaden, waaronder uitvoeringen met een kunstzinnig en sculpturaal karakter. Voor elke designstijl heeft Bette ligbaden in tal van kleuren en afmetingen; zelfs baden in bi-colour zijn mogelijk. Het aanbod omvat bijpassende wastafels in dezelfde vormentaal en strakke meubels in kleur of met houtmotief. Ze zorgen voor harmonie of contrast en bieden extra comfort. Designbüro Tesseraux + Partner tekende voor alle ontwerpen. bette.nl architectenweb — 77


Brandwerend daklicht HR++ glas Heruvent B.V. uit Cuijk heeft nu ook 30 of 60 minuten brandwerende vlakke lichtkoepels. Deze zijn voorzien van HR++ isolatieglas en worden compleet, in één geheel, geleverd. De daklichten kunnen worden toegepast in geval van een brandwerendheidseis van het bevoegde gezag. Heruvent heeft de keuze uit 60 minuten RE classificatie of REI classificatie. RE houdt het vuur in de onderliggende ruimte tegen. REI houdt daarnaast ook de straling tegen. De daklichten zijn getest op brandwerendheid in het laboratorium van adviesbureau Peutz en voldoen aan de Nederlandse én de Europese regelgeving. vlakkelichtkoepel.nl

Goede akoestiek verbetert leerprestaties Een prettige leeromgeving is voor leerlingen van groot belang. Soundblox akoestische betonblokken vormen een uitstekende, innovatieve oplossing voor het vraagstuk van de akoestische klimaatbeheersing en zijn zeer geschikt voor toepassing in klaslokalen en sport- en gymzalen. Met deze akoestische blokken wordt hinderlijke nagalm in de ruimte gereduceerd, waardoor een goede verstaanbaarheid gecreëerd wordt. Soundblox vormt een uitstekende mogelijkheid om geluidsabsorptie te integreren in een stabiele (scheidings-) wand en biedt naast zijn functionaliteit tal van mogelijkheden, qua vormgeving en design, om de gewenste uitstraling te realiseren. soundlessacoustics.com 78 — architectenweb


Tegels van formaat Het Graafschap College te Doetinchem heeft gekozen voor tegels in het grote formaat 120 x 120 cm van Gigacer. Deze fabriek uit Faenza (Italië) staat bekend als de eerste Europese fabriek met een tegelpers van deze afmeting. Gigacer biedt een breed assortiment aan kleuren, maten, afwerkingen en diktes als 4,8 mm, 12 mm en 24 mm. Uniek, want daarmee kunnen de binnentegels ineens doorgelegd worden naar buiten, zoals bij het Graafschap College is gedaan. Intercodam heeft Gigacer geïntroduceerd in Nederland en is sinds vele jaren de exclusieve distributeur van deze bijzondere fabriek. intercodam.com

Creëer uw eigen design voor Taralay Premium Gerflor draagt bij aan een goede en fijne onderwijsomgeving. Met voor iedere ruimte – van gangen, leslokalen en collegezalen tot gymzaal en praktijkruimte – een totaalpakket voor de optimale bescherming van vloeren en wanden. Als u kiest voor Taralay Premium op de vloer, dan kiest u voor een vinylvloer die voldoet aan de strenge eisen voor een frisse school. Taralay Premium is eenvoudig te reinigen, heeft een lage emissie van vluchtige stoffen, een hoge brandclassificatie Bfl-s1 en er is een akoestische versie met een geluidsisolatie van 16 dB. Kies uit een van de vele designs die beschikbaar zijn of creëer uw eigen design. mytaralaybygerflor.com architectenweb — 79


INSPIRERENDE STRAATBEELDEN

Speelse schoolpleinen Verrassing zit in eenvoud In de brochure Speelse schoolpleinen vindt u volop inspiratie voor een uitdagend schoolplein. Van diverse elementen voor het ontwerpen van groeneilanden tot kleurrijke tegels om kinderen te stimuleren meer te bewegen. En in het kader van natuur en educatie zijn er de nieuwe Watertegels met groeven waarmee je je eigen waterpatroon kunt maken van slingerende geultjes en waterplassen.

www.struykverwoinfra.nl

Via Architectenweb.nl blijven iedere dag duizenden Nederlandse ontwerpers op de hoogte van het laatste architectuurnieuws, recent opgeleverde projecten en de nieuwste producten. Breng ook eens een bezoek aan onze website en abonneer je op onze wekelijkse Architectenweb nieuwsbrief.

Q

T 0800 - 555 55 54


Silverguard

Silverguard is een zacht en soepel kunstleer welke een metallic glans heeft met de uitstraling van stof. Silverguard voldoet aan zeer hoge eisen en is zeer geschikt voor de volgende markten; Contract, Healthcare, Transportation, Marine/Outdoor, Office Seating, Residential, Airports en Hotels.

B y Davant

elke CENTIMETER telt Ontdek N70. Met zijn exclusief formaat van 24 cm lang en 7 cm breed is hij langer en slanker dan zijn vriendjes. En dat telt! N70 is beschikbaar in 2 diktes van 4 en 5 cm. meer architecturale vrijheid meer karakter meer isolatie minder mortel minder ruimteverlies minder milieubelastend

Ontmoet hem op www.nelissen.be/N70

N70/4

N70/5

Âą240x70x40

Âą240x70x50

Kiezelweg 460 I B-3620 Kesselt (Lanaken) I + 32 12 44 02 44 I nelissen.be


Colofon Architectenweb magazine Architectenweb magazine verschijnt tweemaal per jaar. ISSN 1877-8690

Redactieadres Architectenweb B.V. Pedro de Medinalaan 5c 1086 XK Amsterdam 020 - 71 30 600 redactie@architectenweb.nl www.architectenweb.nl Uitgever Martijn Postmus mp@architectenweb.nl Hoofdredacteur Michiel van Raaij mvr@architectenweb.nl Redactie Robert Muis rm@architectenweb.nl Ronnie Weessies rw@architectenweb.nl Medewerkers aan dit nummer Kirsten Hannema, Sjoerd Reitsma, Karin Roelofse, Leon Sebregts Ontwerp Solar Initiative, Amsterdam Drukkerij Veldhuis Media Coverbeeld Thijs Wolzak

82 — architectenweb

Advertentie-index Advertenties Jenneke Hellemons jh@architectenweb.nl Joël Machin jm@architectenweb.nl Bart Sakkers bs@architectenweb.nl Vrijwaring Uitgever en auteurs verklaren dat dit blad op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld. Evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook. © 2016 — Architectenweb B.V. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen en/of op enigerlei wijze worden gereproduceerd zonder schriftelijke toestemming van Architectenweb B.V. Het binnenwerk van Architectenweb magazine is gedrukt op FSC-gecertificeerd papier.

Branded content Falco — 60 Forbo — 48 Ekotex — 46 Renson — 32 Strikolith — 56 Tarkett — 28 Tata Steel — 58 Advertenties Archello — 6 Architect@Work — 7 Emco — 3 Nelissen — 81 Reynaers — 2 Saint-Gobain Glass — 84 Struyk Verwo — 80 VBI — 83 Vyva Fabrics — 81 Advertorials AluK — 76 Bette — 77 Gerflor — 79 Intercodam — 79 Soundless Acoustics International — 78 VBI — 77 Vlakke Dakkoepels — 78


Wat is een gezond binnenklimaat?

AOC Terra College, Eelde

Een gezond binnenklimaat is een klimaat dat past bij de functie van een gebouw. VBI bouwt daarom mee aan duurzame, flexibele en comfortabele woon- en werkomgevingen die steeds aan te passen zijn aan de wensen van de eindgebruiker. Of het nu gaat om geluid, licht, temperatuur of luchtkwaliteit. Flexibel comfort noemen we dat. Meer weten? Bel +31 (0)26 379 79 79 of volg ons via @flexibelcomfort

www.vbi.nl


pp! A e uw e i N

Download de GLASS App. Een schat aan productinfo!

pp Glass A

Met de GLASS App op je tablet heb je

✓ Easy-to-use

alle productbrochures van Saint-Gobain

✓ Productinfo in enkele kliks

Glass altijd up-to-date.

✓ Uitgebreide waaier aan

Beschikbaar voor tablets in de App store van Apple

Saint-Gobain Glass producten

✓ Laatste nieuwsberichten

voor iOS 6 en hoger, in Google Play voor Android, en via www.the-glass-app.com.

DOWNLOAD OOK


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.