Warmtenetwerk Magazine 7 - 2010

Page 1

WARMTENETWERK MAGAZINE

ISBN 97 8-90-7

geeft bo eken en brochure tot duur s uit die zame op inspirere lossinge n n. ww w.mgmc. nl

nd nederla Warmte in

Maar lie fst 40% van het Dat is ve brandsto el mee ffenverb r dan vo vrachtve ruik van or opw rkeer. Ne Nederlan ekking derland land oo d is voor van elek is aardga k een gr warmte triciteit sland bi oo . t aantal en voor hebben j ui ts gevond auto’s en pr te ojecten, k, maar en om on Deze pr w w e hebben aa ze aard r we he ojecten ga in el sv on cr oorraad maken s eatieve het leve ons niet een lang oplossin rt ons oo alleen m ere leve gen k schone Het woo nsduur inder af re luch te geve hankelijk rd stad t en min n. sverwar van aard op met de r m br ing roep gas, maa oeikasga het com t in Ne r ssen op munistis stadsver . derland ch tijdp warmin nog va erk in g in bijv Moskou ak asso Oost-Eur oorbee als het ci ld Stockh op at ie a. ni s eu Maar de wste m met Zw olm verh odel va eden en moderne oudt zich n Volvo Denemar maar to tegenove tegenove ken is Ne ch hebb r die va r een Tr derland en we in n abant. Ve kouden een kabo ons land etten. In rgeleken uter bij een aant dit boek deelnem warmte al uiters maakt u ers aan netten, t innova kennis het War Naast tie m ve et m warmte tenetw de prak een aant - en erk een tijkvoorb al voorbe achtergr bijdrage eelden elden, w ondinfor aan hebb geeft di aar matie innovatie en gele t boek over en verd. s bij ve ee er n gi e in Ne rwarmin grote ho visie va g en ko derland, n de stic eveelhei eling, to hting W d w ar m te in ekomst armtene Europa, ige ontw twerk op ikkelinge 2020. n en de

Klaas de

Jong

Wa r m t e

Warmte

- e n Ko u

Jong

taan er ook in!’

NR 7. HERFST 2010

in neder

d e n et t e

l and

n in de p

Klaas de

8171-12

-6

raKtiJK

‘De m o o is In Vee l n o vatie te p roje ve o c a c ht p lo s te n ! e r g ener g ie! ro n din fo s in g e n ! W r m a r mte V is ie atie ov in op E n n de to e k Eu ropa e r ! og v ee l m o m st! ee r !’

• Boek over warmte- en koudenetten in Nederland • München gaat over op geothermie voor warmtenetten • Denemarken in EU enige netto exporteur van energie dankzij wind en warmte


Inhoud 3

Introductie

4

Interviews met leden

6

Jaarbijeenkomst 2010

8

Boek ‘Warmte in Nederland’

9

Aanbieding petitie aan Tweede Kamer

10

Denemarken in EU enige netto exporteur van energie

12

Verslag studiereis München

Kernvragen bij het regeerakkoord •

Biomassacentrale Pfaffenhofen • Pullach warm met geothermie •

14

München breidt warmtenet uit •

15

Absorptiewarmtepomp • Netwerken zijn onroerend goed Berichten

17

Agenda

18

Deelnemersoverzicht

19

Colofon

2

Het doel van de in 2008 opgerichte stichting Warmtenetwerk is een duurzame warmte- en koudevoorziening in Nederland en Vlaanderen. Met het Warmtenetwerk Magazine willen we u kennis laten maken met de ontwikkelingen en mogelijkheden van warmte- en koudenetten en met het netwerk aan spelers op dit gebied. Meer dan 120 organisaties nemen deel aan het warmtenetwerk.

Kernvragen bij het regeerakkoord

13

16

Introductie

Baggeren voor warmteleiding • Boeken van deelnemers •

WARMTENETWERK MAGAZINE

Terwijl het kabinet Balkenende bij haar aantreden overmoedig riep dat Nederland de meest duurzame economie van Europa zou worden, heeft het nieuwe kabinet Rutte een heel wat bescheidener opstelling. Nederland heeft in Brussel 14% duurzame energie voor 2020 beloofd en meer dan dat is volgens het regeerakkoord van Rutte verspilling van geld. Tegenover het gebrek aan daadkracht voor duurzame energie staat een opvallende daadkracht als het gaat om kernenergie. Er moet gewoon een kerncentrale gebouwd worden. Mogelijk is het nut van zo’n miljarden verslindende centrale voor onze nieuwe regering zo evident, dat het niet nodig is om te bekijken of dit een oplossing is voor onze problemen. Voor mij is het niet zo logisch. Er zijn verschillende nieuwe en heel grote centrales in aanbouw. De investeerders zijn bij hun beslissingen uitgegaan van de mogelijkheid om stroom te exporteren naar Duitsland. Daar had men immers besloten om alle bestaande kerncentrales stil te leggen. Ook onze overheid is bij de plannen voor windparken op zee uitgegaan van de optie om stroom te exporteren. Helaas voor ons is de nieuwe Duitse bondsregering onder Angela Merkel op dit radicale besluit terug gekomen. Daarmee is de behoefte aan nog meer centraal vermogen niet aanwezig. Sterker nog, het wordt nu al dringen op het elektriciteitsnet. Als we ergens behoefte aan hebben, dan is het aan snel op- en afschakelbaar vermogen en niet aan een starre kerncentrale. Een kerncentrale lost ook weinig op als het er om gaat minder afhankelijk te worden van import van energie. Als ik me niet vergis, hebben we in Nederland geen uraniummijn. Als Nederland met een slinkende aardgasvoorraad toch minder

afhankelijk van het buitenland wil worden, dan kunnen we een voorbeeld nemen aan Denemarken. Als enige in de EU is dit land er in geslaagd om netto exporteur van energie te worden terwijl men bij de eerste energiecrisis nog voor 99% afhankelijk was van import. Hergebruik van warmte en windenergie zijn de wapens van Denemarken. Met verbazing constateerde Jes Christensen, directeur van de Danish Board of District Heating, bij een bezoek aan Nederland, dat we nauwelijks iets doen aan de verspilling van warmte. Een goed warmtebeleid is onmisbaar als we langer willen profiteren van onze aardgasvoorraad en als we onze afspraak over duurzame energie in de EU willen nakomen. En als er beslist een kerncentrale moet komen, dan moet die uiteraard warmte gaan leveren. Tenslotte is het elektrisch rendement van een kerncentrale nog steeds bedroevend slecht en wordt er meer dan twee keer zoveel warmte weggegooid als er aan nuttige elektriciteit uit komt. Jammer voor de Zeeuwen maar Borssele is dan een slechte locatie. Bij Vlissingen is al een gigantisch overschot aan restwarmte van industrie en centrales. Maar als dit kabinet lef heeft, dan plannen ze die centrale toch gewoon in Den Haag. Tussen de nieuwe centrales, die ontworpen zijn om alle warmte in de zee te lozen, zit één witte raaf. De nieuwe centrale in Diemen is ontworpen om maximaal warmte te leveren. Daarvoor wordt zelfs een warmteleiding over een traject van 8 kilometer aangelegd naar Diemen. Daar zouden ze zelfs in Denemarken trots op zijn.

NR 7. HERFST 2010

Klaas de Jong

3


Inhoud 3

Introductie

4

Interviews met leden

6

Jaarbijeenkomst 2010

8

Boek ‘Warmte in Nederland’

9

Aanbieding petitie aan Tweede Kamer

10

Denemarken in EU enige netto exporteur van energie

12

Verslag studiereis München

Kernvragen bij het regeerakkoord •

Biomassacentrale Pfaffenhofen • Pullach warm met geothermie •

14

München breidt warmtenet uit •

15

Absorptiewarmtepomp • Netwerken zijn onroerend goed Berichten

17

Agenda

18

Deelnemersoverzicht

19

Colofon

2

Het doel van de in 2008 opgerichte stichting Warmtenetwerk is een duurzame warmte- en koudevoorziening in Nederland en Vlaanderen. Met het Warmtenetwerk Magazine willen we u kennis laten maken met de ontwikkelingen en mogelijkheden van warmte- en koudenetten en met het netwerk aan spelers op dit gebied. Meer dan 120 organisaties nemen deel aan het warmtenetwerk.

Kernvragen bij het regeerakkoord

13

16

Introductie

Baggeren voor warmteleiding • Boeken van deelnemers •

WARMTENETWERK MAGAZINE

Terwijl het kabinet Balkenende bij haar aantreden overmoedig riep dat Nederland de meest duurzame economie van Europa zou worden, heeft het nieuwe kabinet Rutte een heel wat bescheidener opstelling. Nederland heeft in Brussel 14% duurzame energie voor 2020 beloofd en meer dan dat is volgens het regeerakkoord van Rutte verspilling van geld. Tegenover het gebrek aan daadkracht voor duurzame energie staat een opvallende daadkracht als het gaat om kernenergie. Er moet gewoon een kerncentrale gebouwd worden. Mogelijk is het nut van zo’n miljarden verslindende centrale voor onze nieuwe regering zo evident, dat het niet nodig is om te bekijken of dit een oplossing is voor onze problemen. Voor mij is het niet zo logisch. Er zijn verschillende nieuwe en heel grote centrales in aanbouw. De investeerders zijn bij hun beslissingen uitgegaan van de mogelijkheid om stroom te exporteren naar Duitsland. Daar had men immers besloten om alle bestaande kerncentrales stil te leggen. Ook onze overheid is bij de plannen voor windparken op zee uitgegaan van de optie om stroom te exporteren. Helaas voor ons is de nieuwe Duitse bondsregering onder Angela Merkel op dit radicale besluit terug gekomen. Daarmee is de behoefte aan nog meer centraal vermogen niet aanwezig. Sterker nog, het wordt nu al dringen op het elektriciteitsnet. Als we ergens behoefte aan hebben, dan is het aan snel op- en afschakelbaar vermogen en niet aan een starre kerncentrale. Een kerncentrale lost ook weinig op als het er om gaat minder afhankelijk te worden van import van energie. Als ik me niet vergis, hebben we in Nederland geen uraniummijn. Als Nederland met een slinkende aardgasvoorraad toch minder

afhankelijk van het buitenland wil worden, dan kunnen we een voorbeeld nemen aan Denemarken. Als enige in de EU is dit land er in geslaagd om netto exporteur van energie te worden terwijl men bij de eerste energiecrisis nog voor 99% afhankelijk was van import. Hergebruik van warmte en windenergie zijn de wapens van Denemarken. Met verbazing constateerde Jes Christensen, directeur van de Danish Board of District Heating, bij een bezoek aan Nederland, dat we nauwelijks iets doen aan de verspilling van warmte. Een goed warmtebeleid is onmisbaar als we langer willen profiteren van onze aardgasvoorraad en als we onze afspraak over duurzame energie in de EU willen nakomen. En als er beslist een kerncentrale moet komen, dan moet die uiteraard warmte gaan leveren. Tenslotte is het elektrisch rendement van een kerncentrale nog steeds bedroevend slecht en wordt er meer dan twee keer zoveel warmte weggegooid als er aan nuttige elektriciteit uit komt. Jammer voor de Zeeuwen maar Borssele is dan een slechte locatie. Bij Vlissingen is al een gigantisch overschot aan restwarmte van industrie en centrales. Maar als dit kabinet lef heeft, dan plannen ze die centrale toch gewoon in Den Haag. Tussen de nieuwe centrales, die ontworpen zijn om alle warmte in de zee te lozen, zit één witte raaf. De nieuwe centrale in Diemen is ontworpen om maximaal warmte te leveren. Daarvoor wordt zelfs een warmteleiding over een traject van 8 kilometer aangelegd naar Diemen. Daar zouden ze zelfs in Denemarken trots op zijn.

NR 7. HERFST 2010

Klaas de Jong

3


Interviews met nieuwe leden Mijnwater Heerlen zoekt combinaties Mijnwater Heerlen (officieel Mijnwaterbedrijf NV) is onlangs lid geworden van het Warmtenetwerk en heeft meteen leuk nieuws: het project met de verwarming van gebouwen door middel van mijnwater wordt voortgezet. Projectleider Jean Weijers van het bedrijf, dat eigendom is van de gemeente Heerlen, vertelt trots: “Hiermee willen we de energievoorziening in de regio verduurzamen om nationale en internationale doelstellingen te halen.” Het bedrijf wil het rendement voor het bedrijf verhogen door het systeem verder te verbeteren en door andere initiatieven voor duurzame energie direct of indirect te integreren met het mijnwatersysteem. Mijnwater Heerlen zal het systeem van het oppompen van warm water en warmtelevering gaan exploiteren. Van 2006 tot 2008 is in Heerlen gewerkt aan het pilotproject Mijnwater. Het water waarmee de voormalige steenkoolmijnen na 1970 zijn volgelopen, heeft in de diepst gelegen mijnschachten een relatief hoge temperatuur, terwijl de temperatuur in de min-

Waterexpertise Tauw bruikbaar in Warmtenetwerk Energie uit afvalwater is momenteel een van de speerpunten in de onderzoekactiviteiten van ingenieursbureau Tauw. “De groenste energie is volgens ons de energie die er al is, maar die niet wordt gebruikt. Verspilling is een heel slechte zaak.” zegt consultant Rada Sukkar. Daarom ontwikkelt Tauw nieuwe technieken. De douchewarmtewisselaar kan in ieder huis een verschil maken. Een andere sector waarin Tauw één van de grootste bureaus is, is die van bodemwarmte: het oppompen en de opslag van bodemwarmte en –koude. Het bureau werkt zowel met WKO (op 20 tot 50 meter diepte) en geothermie (op zo’n twee kilometer diepte). Op dit gebied werkt Tauw aan visie, planning, ontwerp en realisatie van projecten. Tauw houdt ontwikkelingen en regelgeving in Nederland én in Europa nauwgezet in de gaten om daarvan te leren en vooruit te komen. Na het lezen van het manifest en nadat zij hoorde over overleggen met de Tweede Kamer, vond de consultant het een goed idee lid te worden van het Warmtenetwerk. “Het is belangrijk dat we duurzame energie aan de man weten te brengen. Dat is het beste voor onze leefomgeving. Warmtenetwerk denkt daarover hetzelfde als wij.” Een tweede reden om lid te worden is het in contact komen met andere spelers op de warmtemarkt. “Ons netwerk is oorspronkelijk gevormd vanuit waterbedrijven. We hebben veel contact met waterschappen en gemeentes, maar bijvoorbeeld niet met energieleveranciers. Deze zijn ook goed vertegenwoordigd in het Warmtenetwerk, en door lid te worden kunnen we wellicht ook met hen tot nieuwe ideeën en samenwerking komen.”

der diep gelegen schachten relatief laag is. De warmte en koude uit het mijnwater wordt gebruikt om ruim tweehonderd gebouwen, zowel woningen als bedrijven als publieke voorzieningen, te verwarmen en te koelen. Het project werd mede gefinancierd door de Europese Unie. Directe aanleiding om lid te worden van het Warmtenetwerk was de excursie naar München, waar Weijers graag bij wilde zijn. “Doordat Mijnwater Heerlen zich bezighoudt met het oppompen van warmte en koude is er een één op één relatie met het Warmtenetwerk. We houden ons met dezelfde dingen bezig en wilden graag kennismaken met de andere mensen uit het netwerk.” Er was nog een andere reden om lid te worden. “Wij willen ook graag andere technieken op het gebied van duurzame energievoorziening gaan toepassen. Warmtekrachtkoppeling, ook in combinatie met het mijnwater, is bijvoorbeeld zeer interessant.”

Deerns wil met collega´s bouwen aan duurzame leefomgeving “Eén van de duurzame aspecten binnen de gebouwde omgeving is duurzame energieopwekking. Door gebruik te maken van bijvoorbeeld restwarmte is een hoog duurzaamheidsgehalte te behalen. Het uitwisselen van energie tussen gebouwen zorgt voor een verlaging van energiekosten en investeringen”, zegt Paulien van Wieringen, hoofd marketing en communicatie van Deerns Raadgevende Ingenieurs. Deerns speelt hierop in, aldus Van Wieringen. “Wij zijn bij uitstek in staat om een optimale energiebalans te ontwikkelen binnen de gebouwde omgeving, bijvoorbeeld door gebruik te maken van warmte- en koude-netwerken. Dergelijke netwerken hebben wij ontwikkeld en zijn inmiddels toegepast bij het Oosterdokseiland, de Philips High Tech Campus en UvA Roeterseilandcomplex.” “Deerns vindt het belangrijk om expertise en kennis uit te wisselen met collega’s om een duurzame leefomgeving te stimuleren. Deelname aan het Warmtenetwerk maakt deze uitwisseling van expertise mogelijk. De ontwikkelingen binnen ditvakgebied zijn belangrijk, zeker in de huidige economische tijden, waarin we moeten zorgen dat projecten rendabel blijven.”

4

WARMTENETWERK MAGAZINE

Cogen Vlaanderen wil expertise op het gebied van warmtenetwerken delen Cogen Vlaanderen werd op 4 september 2001 opgericht. De doelstelling van Cogen Vlaanderen is actief bij te dragen aan de ontwikkeling van kwaliteitsvolle WKK in Vlaanderen. Jörg Baeten, communicatiemedewerker van Cogen Vlaanderen, vertelt: “Wij zijn ervan overtuigd dat WKK een belangrijke rol moet spelen in duurzame ontwikkeling. Dit kan op het gebied van energiepolitiek en het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen. Onze organisatie is over de jaren gegroeid tot het expertisecentrum en de ontmoetingsplaats voor het WKK-gebeuren in Vlaanderen.” Op het vlak van WKK heeft Cogen Vlaanderen al geruime tijd goede contacten met Cogen Nederland en Cogen Projects. Door de ontwikkeling van de micro-WKK is de samenwerking met beide organisaties intensiever geworden. Cogen Vlaanderen is

ervan overtuigd dat ze uit eenieders ervaringen, zowel op technologisch als regelgevend vlak, van elkaar kunnen leren. “Op vlak van warmtenetwerken hebben wij hier in Vlaanderen niet echt veel ervaring, in tegenstelling tot Nederland. WKK biedt echter vaak een mogelijkheid voor een warmtenet en vice versa. Hierdoor waren reeds contacten met Warmtenetwerk en in het bijzonder met Klaas de Jong. Wij zijn overtuigd van de expertise die Warmtenetwerk in huis heeft en wilden onze samenwerking graag officieel maken. Daarom hebben wij besloten lid te worden. Het eerste gevolg daarvan was de lezing over warmtenetten van de heer De Jong op onze basiscursus WKK. Dit jaar was trouwens de eerste keer dat wij in deze basisopleiding WKK aandacht schonken aan warmtenetten, tot tevredenheid van de deelnemers.”

Rabobank; meer aandacht voor duurzame warmte “Rabobank is sinds jaar en dag actief met financiering van duurzame energie, waaronder duurzame warmte. Dit ligt perfect in lijn met onze visie op duurzaamheid en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Omdat dit vaak onderdeel is van een woninghypotheek; de reguliere financiering van bedrijven, overheden en instellingen of via leasing gaat, is het minder zichtbaar dat wij hierin actief zijn”, zegt Ivan Das, investment manager duurzame energie bij Rabobank. Eén van de vele projecten waaraan Rabobank bijdraagt is het Geothermieproject van Ammerlaan Grond & Hydrocultuur in Pijnacker. Hier wordt door middel van geothermie naast warmtelevering aan de eigen tuinbouwkassen van Ammerlaan ook een nabijgelegen zwembad en een sporthal van warmte voorzien. “Vanuit het verleden lag de focus, mede als gevolg van subsidiemaatregelen en ander overheidsbeleid, veelal op projecten gericht op het opwekken van groene stroom en op energievoorziening per individuele woning of kantoor. Sinds enkele jaren hebben echter ook de voordelen van bijvoorbeeld duurzame warmte uit geothermie en het grootschalig benutten van (rest)warmte uit de industrie onze aandacht. Rabobank is bijvoorbeeld betrokken bij geothermie projecten en we kijken ook naar de doorstart van Warmtebedrijf Rotterdam en diverse andere duurzame initiatieven op het gebied van warmte. Het manifest ´2020: 2 x 200 PJ´ van Warmtenetwerk spreekt ons bijzonder aan omdat (duurzame) warmte ook naar onze mening meer aandacht zou moeten krijgen in de energiemix”, aldus Das.

NR 7. HERFST 2010

Rabobank juicht de initiatieven voor duurzame warmtenetwerken daarom toe en signaleert dat de totstandkoming en de financiering in de praktijk vaak een complexe aangelegenheid is, waar veel private en publieke partijen bij betrokken zijn. Rabobank verwacht via deelname aan Warmtenetwerk, met haar brede ledenbasis uit onder andere de publieke sector, energie, bouw & installatie en de advieswereld, een structurele bijdrage te kunnen leveren aan de verdere realisatie van deze aansprekende vorm van duurzame energie. Dit wil Rabobank doen op het gebied van financiering en door het bij elkaar brengen van verschillende partijen, waardoor van elkaar wordt geleerd en het wiel niet steeds opnieuw hoeft te worden uitgevonden.

Nog meer nieuwe deelnemers Sinds het lentenummer van ons magazine hebben zich naast het geïnteviewde vijftal nog meer nieuwe deelnemers aangesloten bij het Warmtenetwerk. Dat zijn researchinstituut Deltares te Delft, aannemer Baas, ingenieursbureau Lievense te Breda, Cornelissen Consulting te Deventer, havenschap Groningen Seaports te Delfzijl en ingenieursbureau XYZ te Arnhem. Een profiel van deze organisaties is te vinden op onze site www.warmtenetwerk.nl

5


Interviews met nieuwe leden Mijnwater Heerlen zoekt combinaties Mijnwater Heerlen (officieel Mijnwaterbedrijf NV) is onlangs lid geworden van het Warmtenetwerk en heeft meteen leuk nieuws: het project met de verwarming van gebouwen door middel van mijnwater wordt voortgezet. Projectleider Jean Weijers van het bedrijf, dat eigendom is van de gemeente Heerlen, vertelt trots: “Hiermee willen we de energievoorziening in de regio verduurzamen om nationale en internationale doelstellingen te halen.” Het bedrijf wil het rendement voor het bedrijf verhogen door het systeem verder te verbeteren en door andere initiatieven voor duurzame energie direct of indirect te integreren met het mijnwatersysteem. Mijnwater Heerlen zal het systeem van het oppompen van warm water en warmtelevering gaan exploiteren. Van 2006 tot 2008 is in Heerlen gewerkt aan het pilotproject Mijnwater. Het water waarmee de voormalige steenkoolmijnen na 1970 zijn volgelopen, heeft in de diepst gelegen mijnschachten een relatief hoge temperatuur, terwijl de temperatuur in de min-

Waterexpertise Tauw bruikbaar in Warmtenetwerk Energie uit afvalwater is momenteel een van de speerpunten in de onderzoekactiviteiten van ingenieursbureau Tauw. “De groenste energie is volgens ons de energie die er al is, maar die niet wordt gebruikt. Verspilling is een heel slechte zaak.” zegt consultant Rada Sukkar. Daarom ontwikkelt Tauw nieuwe technieken. De douchewarmtewisselaar kan in ieder huis een verschil maken. Een andere sector waarin Tauw één van de grootste bureaus is, is die van bodemwarmte: het oppompen en de opslag van bodemwarmte en –koude. Het bureau werkt zowel met WKO (op 20 tot 50 meter diepte) en geothermie (op zo’n twee kilometer diepte). Op dit gebied werkt Tauw aan visie, planning, ontwerp en realisatie van projecten. Tauw houdt ontwikkelingen en regelgeving in Nederland én in Europa nauwgezet in de gaten om daarvan te leren en vooruit te komen. Na het lezen van het manifest en nadat zij hoorde over overleggen met de Tweede Kamer, vond de consultant het een goed idee lid te worden van het Warmtenetwerk. “Het is belangrijk dat we duurzame energie aan de man weten te brengen. Dat is het beste voor onze leefomgeving. Warmtenetwerk denkt daarover hetzelfde als wij.” Een tweede reden om lid te worden is het in contact komen met andere spelers op de warmtemarkt. “Ons netwerk is oorspronkelijk gevormd vanuit waterbedrijven. We hebben veel contact met waterschappen en gemeentes, maar bijvoorbeeld niet met energieleveranciers. Deze zijn ook goed vertegenwoordigd in het Warmtenetwerk, en door lid te worden kunnen we wellicht ook met hen tot nieuwe ideeën en samenwerking komen.”

der diep gelegen schachten relatief laag is. De warmte en koude uit het mijnwater wordt gebruikt om ruim tweehonderd gebouwen, zowel woningen als bedrijven als publieke voorzieningen, te verwarmen en te koelen. Het project werd mede gefinancierd door de Europese Unie. Directe aanleiding om lid te worden van het Warmtenetwerk was de excursie naar München, waar Weijers graag bij wilde zijn. “Doordat Mijnwater Heerlen zich bezighoudt met het oppompen van warmte en koude is er een één op één relatie met het Warmtenetwerk. We houden ons met dezelfde dingen bezig en wilden graag kennismaken met de andere mensen uit het netwerk.” Er was nog een andere reden om lid te worden. “Wij willen ook graag andere technieken op het gebied van duurzame energievoorziening gaan toepassen. Warmtekrachtkoppeling, ook in combinatie met het mijnwater, is bijvoorbeeld zeer interessant.”

Deerns wil met collega´s bouwen aan duurzame leefomgeving “Eén van de duurzame aspecten binnen de gebouwde omgeving is duurzame energieopwekking. Door gebruik te maken van bijvoorbeeld restwarmte is een hoog duurzaamheidsgehalte te behalen. Het uitwisselen van energie tussen gebouwen zorgt voor een verlaging van energiekosten en investeringen”, zegt Paulien van Wieringen, hoofd marketing en communicatie van Deerns Raadgevende Ingenieurs. Deerns speelt hierop in, aldus Van Wieringen. “Wij zijn bij uitstek in staat om een optimale energiebalans te ontwikkelen binnen de gebouwde omgeving, bijvoorbeeld door gebruik te maken van warmte- en koude-netwerken. Dergelijke netwerken hebben wij ontwikkeld en zijn inmiddels toegepast bij het Oosterdokseiland, de Philips High Tech Campus en UvA Roeterseilandcomplex.” “Deerns vindt het belangrijk om expertise en kennis uit te wisselen met collega’s om een duurzame leefomgeving te stimuleren. Deelname aan het Warmtenetwerk maakt deze uitwisseling van expertise mogelijk. De ontwikkelingen binnen ditvakgebied zijn belangrijk, zeker in de huidige economische tijden, waarin we moeten zorgen dat projecten rendabel blijven.”

4

WARMTENETWERK MAGAZINE

Cogen Vlaanderen wil expertise op het gebied van warmtenetwerken delen Cogen Vlaanderen werd op 4 september 2001 opgericht. De doelstelling van Cogen Vlaanderen is actief bij te dragen aan de ontwikkeling van kwaliteitsvolle WKK in Vlaanderen. Jörg Baeten, communicatiemedewerker van Cogen Vlaanderen, vertelt: “Wij zijn ervan overtuigd dat WKK een belangrijke rol moet spelen in duurzame ontwikkeling. Dit kan op het gebied van energiepolitiek en het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen. Onze organisatie is over de jaren gegroeid tot het expertisecentrum en de ontmoetingsplaats voor het WKK-gebeuren in Vlaanderen.” Op het vlak van WKK heeft Cogen Vlaanderen al geruime tijd goede contacten met Cogen Nederland en Cogen Projects. Door de ontwikkeling van de micro-WKK is de samenwerking met beide organisaties intensiever geworden. Cogen Vlaanderen is

ervan overtuigd dat ze uit eenieders ervaringen, zowel op technologisch als regelgevend vlak, van elkaar kunnen leren. “Op vlak van warmtenetwerken hebben wij hier in Vlaanderen niet echt veel ervaring, in tegenstelling tot Nederland. WKK biedt echter vaak een mogelijkheid voor een warmtenet en vice versa. Hierdoor waren reeds contacten met Warmtenetwerk en in het bijzonder met Klaas de Jong. Wij zijn overtuigd van de expertise die Warmtenetwerk in huis heeft en wilden onze samenwerking graag officieel maken. Daarom hebben wij besloten lid te worden. Het eerste gevolg daarvan was de lezing over warmtenetten van de heer De Jong op onze basiscursus WKK. Dit jaar was trouwens de eerste keer dat wij in deze basisopleiding WKK aandacht schonken aan warmtenetten, tot tevredenheid van de deelnemers.”

Rabobank; meer aandacht voor duurzame warmte “Rabobank is sinds jaar en dag actief met financiering van duurzame energie, waaronder duurzame warmte. Dit ligt perfect in lijn met onze visie op duurzaamheid en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Omdat dit vaak onderdeel is van een woninghypotheek; de reguliere financiering van bedrijven, overheden en instellingen of via leasing gaat, is het minder zichtbaar dat wij hierin actief zijn”, zegt Ivan Das, investment manager duurzame energie bij Rabobank. Eén van de vele projecten waaraan Rabobank bijdraagt is het Geothermieproject van Ammerlaan Grond & Hydrocultuur in Pijnacker. Hier wordt door middel van geothermie naast warmtelevering aan de eigen tuinbouwkassen van Ammerlaan ook een nabijgelegen zwembad en een sporthal van warmte voorzien. “Vanuit het verleden lag de focus, mede als gevolg van subsidiemaatregelen en ander overheidsbeleid, veelal op projecten gericht op het opwekken van groene stroom en op energievoorziening per individuele woning of kantoor. Sinds enkele jaren hebben echter ook de voordelen van bijvoorbeeld duurzame warmte uit geothermie en het grootschalig benutten van (rest)warmte uit de industrie onze aandacht. Rabobank is bijvoorbeeld betrokken bij geothermie projecten en we kijken ook naar de doorstart van Warmtebedrijf Rotterdam en diverse andere duurzame initiatieven op het gebied van warmte. Het manifest ´2020: 2 x 200 PJ´ van Warmtenetwerk spreekt ons bijzonder aan omdat (duurzame) warmte ook naar onze mening meer aandacht zou moeten krijgen in de energiemix”, aldus Das.

NR 7. HERFST 2010

Rabobank juicht de initiatieven voor duurzame warmtenetwerken daarom toe en signaleert dat de totstandkoming en de financiering in de praktijk vaak een complexe aangelegenheid is, waar veel private en publieke partijen bij betrokken zijn. Rabobank verwacht via deelname aan Warmtenetwerk, met haar brede ledenbasis uit onder andere de publieke sector, energie, bouw & installatie en de advieswereld, een structurele bijdrage te kunnen leveren aan de verdere realisatie van deze aansprekende vorm van duurzame energie. Dit wil Rabobank doen op het gebied van financiering en door het bij elkaar brengen van verschillende partijen, waardoor van elkaar wordt geleerd en het wiel niet steeds opnieuw hoeft te worden uitgevonden.

Nog meer nieuwe deelnemers Sinds het lentenummer van ons magazine hebben zich naast het geïnteviewde vijftal nog meer nieuwe deelnemers aangesloten bij het Warmtenetwerk. Dat zijn researchinstituut Deltares te Delft, aannemer Baas, ingenieursbureau Lievense te Breda, Cornelissen Consulting te Deventer, havenschap Groningen Seaports te Delfzijl en ingenieursbureau XYZ te Arnhem. Een profiel van deze organisaties is te vinden op onze site www.warmtenetwerk.nl

5


Jaarbijeenkomst 2010 ‘We nodigen Warmtenetwerk uit om mee te denken over een nieuw beleid voor warmte’. Deze uitspraak van Eric Eijkelberg, plaatsvervangend directeur energie en duurzaamheid bij het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie was een mooi moment op de jaarbijeenkomst van de stichting Warmtenetwerk op 13 oktober in ’s Hertogenbosch. Aanleiding voor de toespraak van Eijkelberg was de overhandiging van het boek ‘Warmte in Nederland’. Eijkelberg was blij verrast met dit uitgebreide overzicht van warmte- en koudenetten in Nederland. De uitreiking van het boek was bepaald niet het enige nieuws op de bijeenkomst. Voorzitter Gijs de Man meldde in zijn jaaroverzicht niet alleen heel veel activiteiten, maar ook een positieve ontwikkeling bij de warmtewet. Die wordt veel eenvoudiger dan de oorspronkelijke opzet en zal daardoor goed uitvoerbaar zijn, verwacht De Man.

In 2011 effect warmte op EPC en energielabels De warmtewet is niet het enige hot item bij regelgeving in de warmtesector. Dat geldt ook voor de energieprestatienormen en energielabels voor gebouwen. Tot nu toe levert externe warmtelevering in normen en labels geen effect op. Hans van Wolferen van TNO legde in een helder betoog uit, dat er een nieuw instrument is ontwikkeld om de duurzaamheid van warmtelevering wel te kunnen verrekenen. Basis voor de berekeningen wordt de nieuwe norm EMG, die duurzaamheid in een gebied kan vastleggen. Vanuit de EMG kan de invloed van warmtelevering en van lokale elektriciteitsopwekking op de EPC, de energieprestatienorm voor nieuwbouw, of op het energielabel voor bestaande bouw worden berekend. De verlaging van de EPC is bij warmtelevering afhankelijk van de kwaliteit van de externe warmtelevering. Daarbij wordt gekeken naar de warmtebron. Des te minder fossiele energie gebruikt wordt voor de opwekking van warmte, des te groter is de invloed op de EPC.

Om te voorkomen, dat er huizen minder goed worden geïsoleerd, geldt de verlaging van de EPC vanaf een waarde van 0,8. De waarde van 0,8 moet worden bereikt met isolatie en andere gebouwgebonden maatregelen. Pas daarna gaat de invloed van externe warmtelevering gelden. Van Wolferen liet aan de hand van een grafiek zien hoe verschillende oplossingen uitwerken. De grafiek maakte ook duidelijk, dat met alleen isolatie en warmtelevering geen EPC van nul gehaald kan worden. In deze norm telt ook het gebouwgebonden elektriciteitsverbruik mee. Opwekking van duurzame elektriciteit binnen het gebied is nodig om nul te scoren en de overheid wil toe naar die nul. Bij projecten met warmtekrachtkoppeling op biomassa is dat al het geval, maar het ministerie van VROM worstelt nog met criteria voor biomassa. De invoering van de EMG is helaas vertraagd doordat er problemen zijn met de nieuwe EPC. Daarom zal er voorlopig met gelijkwaardigheidsverklaringen moeten worden gewerkt om duurzame technieken, die niet in de huidige EPC zijn verwerkt, te kunnen waarderen.

Message House

ISSO vernieuwt publicatie warmteleidingen

Wat is je identiteit, wat zijn je kernwaarden en competenties, wat is je boodschap en hoe breng je die naar verschillende partijen? Dat zijn de vragen, die bestudeerd worden in het project ‘Message House’. Alice Stollmeyer, een van de deelnemers aan de werkgroep communicatie, lichtte de ontwikkelingen toe bij het Message House. Dit huis heeft drie pijlers: • Visie en beleid (hoe) • Kennis en innovatie (met wat) • Netwerk en partners (met wie) Het manifest voor 2020, dat Warmtenetwerk in het voorjaar publiceerde in perscentrum Nieuwspoort staat centraal in visie en beleid van het Warmtenetwerk. De al lopende activiteiten als excursies, congressen, lobby voor betere regelgeving, magazine en website passen in de visie van het Message House en zullen in 2011 verder worden uitgebouwd. Dankzij de groei van het Warmtenetwerk tot nu al 130 deelnemende organisaties wordt ook de derde pijler van het Message House steeds sterker.

ISSO, het kennisinstituut van en voor de installatiesector, publiceerde in 1979 een handleiding over grondleidingen voor warmtetransport. Deze publicatie moest hoognodig worden herschreven, vertelde André Derksen van ISSO. De oude richtlijn was geschreven voor de traditionele stadsverwarming, maar er zijn nu ook kleinschalige warmtenetten, er zijn andere materialen beschikbaar en er zijn nieuwe installatietechnieken. Derksen benaderde vorig jaar de stichting Warmtenetwerk met de vraag om steun bij het vernieuwen van de publicatie. Dankzij financiële steun en deelname aan de contactgroep vanuit de werkgroep techniek & innovatie, die het schrijfproces begeleidt, kon het werk van start gaan. De nieuwe handleiding werkt met een modelplan kwaliteitsborging klimaattechniek, waarin alle fasen van het proces voor een warmtenet en ook voor een koudenet worden behandeld. De nieuwe publicatie zal in de zomer van volgend jaar gereed zijn.

MESSAGE HOUSE Concept Stichting Warmtenetwerk streeft naar duurzame warmte als leidend principe in de energiehuishouding in Nederland

Visie & beleiD

Kennis & innovatie

Netwerk & partners

Hoe?

Met wat?

Met wie?

Externe warmtelevering, EMG, EPC en energielabel

6

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

7


Jaarbijeenkomst 2010 ‘We nodigen Warmtenetwerk uit om mee te denken over een nieuw beleid voor warmte’. Deze uitspraak van Eric Eijkelberg, plaatsvervangend directeur energie en duurzaamheid bij het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie was een mooi moment op de jaarbijeenkomst van de stichting Warmtenetwerk op 13 oktober in ’s Hertogenbosch. Aanleiding voor de toespraak van Eijkelberg was de overhandiging van het boek ‘Warmte in Nederland’. Eijkelberg was blij verrast met dit uitgebreide overzicht van warmte- en koudenetten in Nederland. De uitreiking van het boek was bepaald niet het enige nieuws op de bijeenkomst. Voorzitter Gijs de Man meldde in zijn jaaroverzicht niet alleen heel veel activiteiten, maar ook een positieve ontwikkeling bij de warmtewet. Die wordt veel eenvoudiger dan de oorspronkelijke opzet en zal daardoor goed uitvoerbaar zijn, verwacht De Man.

In 2011 effect warmte op EPC en energielabels De warmtewet is niet het enige hot item bij regelgeving in de warmtesector. Dat geldt ook voor de energieprestatienormen en energielabels voor gebouwen. Tot nu toe levert externe warmtelevering in normen en labels geen effect op. Hans van Wolferen van TNO legde in een helder betoog uit, dat er een nieuw instrument is ontwikkeld om de duurzaamheid van warmtelevering wel te kunnen verrekenen. Basis voor de berekeningen wordt de nieuwe norm EMG, die duurzaamheid in een gebied kan vastleggen. Vanuit de EMG kan de invloed van warmtelevering en van lokale elektriciteitsopwekking op de EPC, de energieprestatienorm voor nieuwbouw, of op het energielabel voor bestaande bouw worden berekend. De verlaging van de EPC is bij warmtelevering afhankelijk van de kwaliteit van de externe warmtelevering. Daarbij wordt gekeken naar de warmtebron. Des te minder fossiele energie gebruikt wordt voor de opwekking van warmte, des te groter is de invloed op de EPC.

Om te voorkomen, dat er huizen minder goed worden geïsoleerd, geldt de verlaging van de EPC vanaf een waarde van 0,8. De waarde van 0,8 moet worden bereikt met isolatie en andere gebouwgebonden maatregelen. Pas daarna gaat de invloed van externe warmtelevering gelden. Van Wolferen liet aan de hand van een grafiek zien hoe verschillende oplossingen uitwerken. De grafiek maakte ook duidelijk, dat met alleen isolatie en warmtelevering geen EPC van nul gehaald kan worden. In deze norm telt ook het gebouwgebonden elektriciteitsverbruik mee. Opwekking van duurzame elektriciteit binnen het gebied is nodig om nul te scoren en de overheid wil toe naar die nul. Bij projecten met warmtekrachtkoppeling op biomassa is dat al het geval, maar het ministerie van VROM worstelt nog met criteria voor biomassa. De invoering van de EMG is helaas vertraagd doordat er problemen zijn met de nieuwe EPC. Daarom zal er voorlopig met gelijkwaardigheidsverklaringen moeten worden gewerkt om duurzame technieken, die niet in de huidige EPC zijn verwerkt, te kunnen waarderen.

Message House

ISSO vernieuwt publicatie warmteleidingen

Wat is je identiteit, wat zijn je kernwaarden en competenties, wat is je boodschap en hoe breng je die naar verschillende partijen? Dat zijn de vragen, die bestudeerd worden in het project ‘Message House’. Alice Stollmeyer, een van de deelnemers aan de werkgroep communicatie, lichtte de ontwikkelingen toe bij het Message House. Dit huis heeft drie pijlers: • Visie en beleid (hoe) • Kennis en innovatie (met wat) • Netwerk en partners (met wie) Het manifest voor 2020, dat Warmtenetwerk in het voorjaar publiceerde in perscentrum Nieuwspoort staat centraal in visie en beleid van het Warmtenetwerk. De al lopende activiteiten als excursies, congressen, lobby voor betere regelgeving, magazine en website passen in de visie van het Message House en zullen in 2011 verder worden uitgebouwd. Dankzij de groei van het Warmtenetwerk tot nu al 130 deelnemende organisaties wordt ook de derde pijler van het Message House steeds sterker.

ISSO, het kennisinstituut van en voor de installatiesector, publiceerde in 1979 een handleiding over grondleidingen voor warmtetransport. Deze publicatie moest hoognodig worden herschreven, vertelde André Derksen van ISSO. De oude richtlijn was geschreven voor de traditionele stadsverwarming, maar er zijn nu ook kleinschalige warmtenetten, er zijn andere materialen beschikbaar en er zijn nieuwe installatietechnieken. Derksen benaderde vorig jaar de stichting Warmtenetwerk met de vraag om steun bij het vernieuwen van de publicatie. Dankzij financiële steun en deelname aan de contactgroep vanuit de werkgroep techniek & innovatie, die het schrijfproces begeleidt, kon het werk van start gaan. De nieuwe handleiding werkt met een modelplan kwaliteitsborging klimaattechniek, waarin alle fasen van het proces voor een warmtenet en ook voor een koudenet worden behandeld. De nieuwe publicatie zal in de zomer van volgend jaar gereed zijn.

MESSAGE HOUSE Concept Stichting Warmtenetwerk streeft naar duurzame warmte als leidend principe in de energiehuishouding in Nederland

Visie & beleiD

Kennis & innovatie

Netwerk & partners

Hoe?

Met wat?

Met wie?

Externe warmtelevering, EMG, EPC en energielabel

6

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

7


Aanbieding petitie aan Tweede Kamer

d n a l r e d e n n i e t Wa r m t t e n in d e p r a K t iJ K

Klaas de Jong

W a r m t e - e n Ko u d e n e

Klaas de Jong

Warmte in nederland

Boek ‘Warmte in Nederland’

‘De m o oiste p roje cten ! In n ovatieve op lo ss in ge n ! Ve el a chte rg ro n din fo rm at ie over en ergie! Wa rm te in Eu ropa ! V is ie op de to ek om st! En n o g ve el m ee r! ’

Klaas de Jong, m.m.v. Stichting Warmtenetwerk € 9,95 | 100 pag | paperback | 2010| isbn 978 90 78171 12 6 Voor warmte en koude worden enorme hoeveelheden fossiele brandstof verstookt. En dat is zonde, ook van het milieu, als je weet dat er zoveel warmte of koude voor het opscheppen ligt. Zo wordt jaarlijks in Nederland aan restwarmte het equivalent van maar liefst 15 miljard m³ aardgas weggegooid. Om de al beschikbare warmte of koude te benutten is infrastructuur nodig: warmte- en koudenetten. Wie daarbij nog de associatie heeft met de stadsverwarming in het voormalige Oostblok, zal met dit boek ‘genezen’ worden. Een enorm scala aan creatieve, inspirerende projecten met warmte en koude passeert de revue. Grote kans dat de lezer onmiddellijk in de eigen omgeving gaat kijken, op zoek naar vergelijkbare prachtkansen. Naast de praktijkvoorbeelden geeft dit boek bovendien een grote hoeveelheid achtergrondinformatie over energie in Nederland en warmte in Europa. Het belicht innovaties bij verwarming en koeling, schetst toekomstige ontwikkelingen en komt met een visie voor het jaar 2020. Via www.mgmc.shopfactory.com kunt u ‘Warmte in Nederland’ online bestellen. Bij vragen en staffelbestellingen kunt u mailen naar info@mgmc.nl

8

WARMTENETWERK MAGAZINE

Op 2 november bood een delegatie van Warmtenetwerk bestaande uit Rob Kemmeren, Hans Buitenhuis, Kees den Blanken en Klaas de Jong en Wim Verhoog van uitgeverij Maurits Groen MGMC een petitie in de vorm van het boek ‘Warmte in Nederland’ aan de vaste kamercommissie voor economische Zaken, Landbouw en Innovatie (ELI) aan. Boris van der Ham nam het boek als voorzitter van deze nog in oprichting verkerende commissie aan. Hieronder volgt de toespraak van Klaas de Jong, auteur van het boek:

Reportage EO-radio over petitie Warmtenetwerk Het radioprogramma ‘Dit is de dag’ wijdde op 2 november een reportage aan de aanbieding van de petitie door Warmtenetwerk. Daarvoor bracht men bezoek aan een van de praktijkvoorbeelden uit het boek ‘Warmte in Nederland’.

www.eo.nl/ditisdedag

Voorzitter,

Navigeren naar tabblad ‘Reportages’

In het voorjaar kwam een delegatie van de Danish Board of District Heating op werkbezoek in ons land. De stichting Warmtenetwerk heeft toen samen met hen een congres over warmte gehouden. Het leek de Deense ambassade een goed idee om een kamerlid te vragen om een toespraak te houden op dit congres. Diens eerste spontane reactie was: ‘Stadsverwarming, dat is toch iets uit het communistisch tijdperk’. Die uitspraak was voor mij aanleiding om een boek te schrijven over de prachtige duurzame projecten die er al zijn in ons land en over de innovatiekracht van Nederlandse ondernemers uit de warmtesector. Wist u dat een Nederlandse aannemer een hoofdrol heeft gespeeld bij de aanleg van een warmteringleiding om Wenen of dat een Nederlandse fabrikant van warmteleidingen onlangs een groot contract in China heeft gesloten. Uiteraard staat in het boek ook de Europese context met Denemarken als lichtend voorbeeld. Bij de eerste energiecrisis was dit land evenals Japan voor haar energievoorziening voor 99% afhankelijk van import. Nu is het de enige netto exporteur van energie in de EU dankzij een sterk beleid op windenergie en warmte. Warmte weggooien is verboden in Denemarken en daardoor houden ze energie over voor export.

‘Duurzame energie voor klarenbeek.’

Voorzitter, ik vermoed dat u bij petitieaanbiedingen vooral het verzoek krijgt om meer ambitie te tonen en vooral meer geld beschikbar te stellen. Warmtenetwerk komt nu met de vraag of we niet erg ambitieus zijn. In het regeerakkoord staat dat ons nieuwe kabinet niet meer 20% duurzame energie in 2020 wil, maar conform de afspraken met de EU 14%. Dat lijkt heel wat makkelijker, maar vergis u niet. De EU rekent niet met primaire energie zoals we in ‘het programma Schoon en zuinig’ gewend zijn. Om de 14% volgens de rekenregels van de EU te halen, moet er in de komende tien jaren een formidabele prestatie worden geleverd. Die zal zich vooral moeten concentreren op duurzame warmte. Het mooie is dat we in onze bodem gigantisch veel aardwarmte bezitten en dat we aan organisch afval en reststromen nu 200 PJ ongebruikt laten. Voorzitter, het is de taak van de Tweede Kamer om er op toe te zien dat dit kabinet haar belofte nakomt. We kunnen meteen een goede start maken door in de SDE 2011 het budget wat te verschuiven richting warmtekrachtkoppeling met biomassa. Het kan toch niet zo zijn, dat een blinde loterij beslist of een aanvraag met een optimale warmtebenutting gehonoreerd wordt of een aanvraag waarbij alleen elektriciteit wordt opgewekt en alle warmte wordt weggegooid. Toch is dat wat er in 2010 en 2009 is gebeurd. Voorzitter, de aanleg van warmtenetten is een investering voor de lange termijn die ons op een kosteneffectieve manier veel minder afhankelijk maakt van fossiele energie. De rente is nu laag, dat is een mooie startpositie. Met betere regelgeving zoals voor energielabels en vergemakkelijking van de financiering moeten we de doelen voor 2020 op een economisch verantwoorde manier kunnen halen. Lees ons boek over warmte in Nederland door en laat u inspireren tot een warm beleid.

NR 7. HERFST 2010

Overzicht opleidingen De werkgroep opleidingen van Warmtenetwerk heeft een overzicht gemaakt van alle opleidingen op het gebied van warmte- en koudedistributie. Dat blijken er heel veel te zijn; het aanbod varieert van monteuropleidingen tot cursussen voor ontwerpers en technisch-commerciële functies. In de werkgroep, die uit tien personen bestaat, nemen vertegenwoordigers van warmtebedrijven, aannemers en opleidingsinstituten deel. Van uit de laatste groep zijn dat ROC ASA en Avans Plus. Voorzitter van de werkgroep Hendrik Jan Kors constateert, dat er al veel bezoekers zijn voor het overzicht van de opleidingen op de website van Warmtenetwerk. In het komende jaar wil de werkgroep zich richten op kwaliteitaspecten van de verschillende opleidingen.

9


Aanbieding petitie aan Tweede Kamer

d n a l r e d e n n i e t Wa r m t t e n in d e p r a K t iJ K

Klaas de Jong

W a r m t e - e n Ko u d e n e

Klaas de Jong

Warmte in nederland

Boek ‘Warmte in Nederland’

‘De m o oiste p roje cten ! In n ovatieve op lo ss in ge n ! Ve el a chte rg ro n din fo rm at ie over en ergie! Wa rm te in Eu ropa ! V is ie op de to ek om st! En n o g ve el m ee r! ’

Klaas de Jong, m.m.v. Stichting Warmtenetwerk € 9,95 | 100 pag | paperback | 2010| isbn 978 90 78171 12 6 Voor warmte en koude worden enorme hoeveelheden fossiele brandstof verstookt. En dat is zonde, ook van het milieu, als je weet dat er zoveel warmte of koude voor het opscheppen ligt. Zo wordt jaarlijks in Nederland aan restwarmte het equivalent van maar liefst 15 miljard m³ aardgas weggegooid. Om de al beschikbare warmte of koude te benutten is infrastructuur nodig: warmte- en koudenetten. Wie daarbij nog de associatie heeft met de stadsverwarming in het voormalige Oostblok, zal met dit boek ‘genezen’ worden. Een enorm scala aan creatieve, inspirerende projecten met warmte en koude passeert de revue. Grote kans dat de lezer onmiddellijk in de eigen omgeving gaat kijken, op zoek naar vergelijkbare prachtkansen. Naast de praktijkvoorbeelden geeft dit boek bovendien een grote hoeveelheid achtergrondinformatie over energie in Nederland en warmte in Europa. Het belicht innovaties bij verwarming en koeling, schetst toekomstige ontwikkelingen en komt met een visie voor het jaar 2020. Via www.mgmc.shopfactory.com kunt u ‘Warmte in Nederland’ online bestellen. Bij vragen en staffelbestellingen kunt u mailen naar info@mgmc.nl

8

WARMTENETWERK MAGAZINE

Op 2 november bood een delegatie van Warmtenetwerk bestaande uit Rob Kemmeren, Hans Buitenhuis, Kees den Blanken en Klaas de Jong en Wim Verhoog van uitgeverij Maurits Groen MGMC een petitie in de vorm van het boek ‘Warmte in Nederland’ aan de vaste kamercommissie voor economische Zaken, Landbouw en Innovatie (ELI) aan. Boris van der Ham nam het boek als voorzitter van deze nog in oprichting verkerende commissie aan. Hieronder volgt de toespraak van Klaas de Jong, auteur van het boek:

Reportage EO-radio over petitie Warmtenetwerk Het radioprogramma ‘Dit is de dag’ wijdde op 2 november een reportage aan de aanbieding van de petitie door Warmtenetwerk. Daarvoor bracht men bezoek aan een van de praktijkvoorbeelden uit het boek ‘Warmte in Nederland’.

www.eo.nl/ditisdedag

Voorzitter,

Navigeren naar tabblad ‘Reportages’

In het voorjaar kwam een delegatie van de Danish Board of District Heating op werkbezoek in ons land. De stichting Warmtenetwerk heeft toen samen met hen een congres over warmte gehouden. Het leek de Deense ambassade een goed idee om een kamerlid te vragen om een toespraak te houden op dit congres. Diens eerste spontane reactie was: ‘Stadsverwarming, dat is toch iets uit het communistisch tijdperk’. Die uitspraak was voor mij aanleiding om een boek te schrijven over de prachtige duurzame projecten die er al zijn in ons land en over de innovatiekracht van Nederlandse ondernemers uit de warmtesector. Wist u dat een Nederlandse aannemer een hoofdrol heeft gespeeld bij de aanleg van een warmteringleiding om Wenen of dat een Nederlandse fabrikant van warmteleidingen onlangs een groot contract in China heeft gesloten. Uiteraard staat in het boek ook de Europese context met Denemarken als lichtend voorbeeld. Bij de eerste energiecrisis was dit land evenals Japan voor haar energievoorziening voor 99% afhankelijk van import. Nu is het de enige netto exporteur van energie in de EU dankzij een sterk beleid op windenergie en warmte. Warmte weggooien is verboden in Denemarken en daardoor houden ze energie over voor export.

‘Duurzame energie voor klarenbeek.’

Voorzitter, ik vermoed dat u bij petitieaanbiedingen vooral het verzoek krijgt om meer ambitie te tonen en vooral meer geld beschikbar te stellen. Warmtenetwerk komt nu met de vraag of we niet erg ambitieus zijn. In het regeerakkoord staat dat ons nieuwe kabinet niet meer 20% duurzame energie in 2020 wil, maar conform de afspraken met de EU 14%. Dat lijkt heel wat makkelijker, maar vergis u niet. De EU rekent niet met primaire energie zoals we in ‘het programma Schoon en zuinig’ gewend zijn. Om de 14% volgens de rekenregels van de EU te halen, moet er in de komende tien jaren een formidabele prestatie worden geleverd. Die zal zich vooral moeten concentreren op duurzame warmte. Het mooie is dat we in onze bodem gigantisch veel aardwarmte bezitten en dat we aan organisch afval en reststromen nu 200 PJ ongebruikt laten. Voorzitter, het is de taak van de Tweede Kamer om er op toe te zien dat dit kabinet haar belofte nakomt. We kunnen meteen een goede start maken door in de SDE 2011 het budget wat te verschuiven richting warmtekrachtkoppeling met biomassa. Het kan toch niet zo zijn, dat een blinde loterij beslist of een aanvraag met een optimale warmtebenutting gehonoreerd wordt of een aanvraag waarbij alleen elektriciteit wordt opgewekt en alle warmte wordt weggegooid. Toch is dat wat er in 2010 en 2009 is gebeurd. Voorzitter, de aanleg van warmtenetten is een investering voor de lange termijn die ons op een kosteneffectieve manier veel minder afhankelijk maakt van fossiele energie. De rente is nu laag, dat is een mooie startpositie. Met betere regelgeving zoals voor energielabels en vergemakkelijking van de financiering moeten we de doelen voor 2020 op een economisch verantwoorde manier kunnen halen. Lees ons boek over warmte in Nederland door en laat u inspireren tot een warm beleid.

NR 7. HERFST 2010

Overzicht opleidingen De werkgroep opleidingen van Warmtenetwerk heeft een overzicht gemaakt van alle opleidingen op het gebied van warmte- en koudedistributie. Dat blijken er heel veel te zijn; het aanbod varieert van monteuropleidingen tot cursussen voor ontwerpers en technisch-commerciële functies. In de werkgroep, die uit tien personen bestaat, nemen vertegenwoordigers van warmtebedrijven, aannemers en opleidingsinstituten deel. Van uit de laatste groep zijn dat ROC ASA en Avans Plus. Voorzitter van de werkgroep Hendrik Jan Kors constateert, dat er al veel bezoekers zijn voor het overzicht van de opleidingen op de website van Warmtenetwerk. In het komende jaar wil de werkgroep zich richten op kwaliteitaspecten van de verschillende opleidingen.

9


Denemarken in EU enige netto exporteur van energie Tijdens de eerste oliecrisis in de zeventiger jaren waren Denemarken en Japan het sterkst afhankelijk van de import van energie. Beide haalden maar liefst 99% van hun energieverbruik uit het buitenland. De Denen wilden niet weer geconfronteerd worden met de gevolgen van een boycot door de olielanden in het Midden-Oosten of soortgelijke problemen bij de aanvoer van steenkool. Om veel minder afhankelijk te worden van het buitenland voerde de Deense regering een aantal beleidsmaatregelen in. Het heeft boven verwachting gewerkt al hebben de Denen ook wat geluk gehad met het vinden van aardgas op de Noordzee. Maar vergeleken met Nederland is de Deense aardgaswinning niet indrukwekkend en toch presteren ze op de statistiek van de EU t.a.v. in- en uitvoer van energie beduidend beter dan Nederland. Wat is het geheim van het Deense succes? Dat is de factor W, die staat voor windenergie en voor warmte. Het Deense succesverhaal van windenergie is welbekend. Maar dat geldt niet voor warmte, terwijl dat een minstens even grote invloed heeft gehad en voor de producenten van warmteleidingen en dergelijke net als bij de fabrikanten van windturbines geleid heeft tot dominante posities op de wereldmarkt voor de Deense industrie. Tijdens een bijeenkomst op Schiphol, georganiseerd door de Deense ambassade en het Warmtenetwerk lichtte Jes Christensen, directeur van de Danish Board of District Heating (DBDH) toe wat de succesfactoren zijn van het Deense beleid.

Bouwvergunning afhankelijk van afzet restwarmte

Shell, Dong en TAS verwarmen samen vier steden

Exportsucces Deense industrie dankzij sterke thuismarkt

Beperkingen aan het lozen van koelwater was een van de eerste maatregelen, die de Deense regering na de oliecrisis nam. Wie een elektriciteitscentrale wil bouwen in Denemarken, die moet eerst aantonen, dat de afzet van warmte is geregeld. Zonder een goed plan voor aansluiting op een warmtenet geen vergunning. Dat geldt overigens niet alleen voor centrales, maar ook voor afvalverbranders en industrie. Als gevolg daarvan leveren alle Deense afvalverbranders nu warmte aan een warmtenet en zonder uitzondering halen ze een energetisch rendement van 80%. Dat bespaart niet alleen enorm veel energie, maar is ook nog prettig voor de portemonnee van de Denen. Dankzij de inkomsten uit warmte zijn de tarieven voor afvalverwerking veruit de laagste binnen de EU. De laatste ontwikkeling bij afvalverbranding is de inzet van absorptiewarmtepompen, die het rendement zelfs tot 100% opkrikken door het terugwinnen van condensatiewarmte uit de schoorsteen. Overigens is deze ontwikkeling afkomstig uit buurland Zweden. De afvalverbrander Vestforbrænding Kopenhagen is inmiddels al voorzien van deze techniek. Het warmtenet van Kopenhagen is een van de grootste van Europa.

Het warmtetransportbedrijf TVIS koppelt vier steden: Fredericia, Kolding en Vejle op Jutland en Middelfart op het eiland Fünen. Meer dan 55.000 woningen en een groot aantal bedrijven zijn aangesloten op de gekoppelde netten. Veertig procent van de warmte voor deze steden is afkomstig van de raffinaderij van Shell in de haven van Fredericia. De resterende warmte wordt geleverd door de afvalenergiecentrale van TAS in Kolding en een warmtekrachtcentrale van DONG. Het transportnet heeft een lengte van 80 kilometer. De in totaal acht lokale warmtebedrijven nemen via een vijftigtal afleverstations op diverse plaatsen in totaal 5.000 TJ af van TVIS. Het net wordt nog steeds uitgebreid waarbij ook dorpen in de omgeving worden aangesloten. TVIS is een fraai voorbeeld van hoe een warmtetransportbedrijf een functie kan vervullen tussen meerdere warmteproducenten, steden en warmtedistributiebedrijven.

Het aandeel van producten en diensten voor de energiesector in de totale export van Denemarken is met 21% uitzonderlijk hoog, meldt Christensen. Dat de Deense windturbinefabrieken met veel succes wereldwijd hun producten leveren, is geen nieuws. Minder bekend is, dat Deense bedrijven als Logstor, Danfoss en Kamstrup wereldwijd bij de marktleiders in de warmtesector horen. Het zijn ook op de Nederlandse markt bekende namen. Dat geldt niet voor de Deense ingenieursbureaus, die gespecialiseerd zijn op het gebied van ontwerp en beheer van warmte- en koudenetten. Export is ook voor hen van groot belang, maar zij hebben zich vooral gericht op de grote markten in Oost-Europa en het Midden-Oosten. Stadsverwarming Purmerend maakt nu met de introductie van ‘Slimnet’ gebruik van de Deense know how bij de optimalisatie van de bedrijfsvoering van warmtenetten. Bureau COWI gaat in Purmerend dynamisch netbeheer invoeren om warmteverliezen en pompenergie te minimaliseren en aankoppeling van nieuwe warmteproducenten te vergemakkelijken.

Bezoek Deense delegatie aan Nederland Van 17 t/m 20 mei 2010 bezocht een delegatie van de Danish Board of District Heating (DBDH) verschillende deelnemers aan het Warmtenetwerk. Samen met de Denen hielden we op Schiphol een dag over warmte en koude.

Absorptiewarmtepomp bij Vestforbrænding in Kopenhagen

10

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

11


Denemarken in EU enige netto exporteur van energie Tijdens de eerste oliecrisis in de zeventiger jaren waren Denemarken en Japan het sterkst afhankelijk van de import van energie. Beide haalden maar liefst 99% van hun energieverbruik uit het buitenland. De Denen wilden niet weer geconfronteerd worden met de gevolgen van een boycot door de olielanden in het Midden-Oosten of soortgelijke problemen bij de aanvoer van steenkool. Om veel minder afhankelijk te worden van het buitenland voerde de Deense regering een aantal beleidsmaatregelen in. Het heeft boven verwachting gewerkt al hebben de Denen ook wat geluk gehad met het vinden van aardgas op de Noordzee. Maar vergeleken met Nederland is de Deense aardgaswinning niet indrukwekkend en toch presteren ze op de statistiek van de EU t.a.v. in- en uitvoer van energie beduidend beter dan Nederland. Wat is het geheim van het Deense succes? Dat is de factor W, die staat voor windenergie en voor warmte. Het Deense succesverhaal van windenergie is welbekend. Maar dat geldt niet voor warmte, terwijl dat een minstens even grote invloed heeft gehad en voor de producenten van warmteleidingen en dergelijke net als bij de fabrikanten van windturbines geleid heeft tot dominante posities op de wereldmarkt voor de Deense industrie. Tijdens een bijeenkomst op Schiphol, georganiseerd door de Deense ambassade en het Warmtenetwerk lichtte Jes Christensen, directeur van de Danish Board of District Heating (DBDH) toe wat de succesfactoren zijn van het Deense beleid.

Bouwvergunning afhankelijk van afzet restwarmte

Shell, Dong en TAS verwarmen samen vier steden

Exportsucces Deense industrie dankzij sterke thuismarkt

Beperkingen aan het lozen van koelwater was een van de eerste maatregelen, die de Deense regering na de oliecrisis nam. Wie een elektriciteitscentrale wil bouwen in Denemarken, die moet eerst aantonen, dat de afzet van warmte is geregeld. Zonder een goed plan voor aansluiting op een warmtenet geen vergunning. Dat geldt overigens niet alleen voor centrales, maar ook voor afvalverbranders en industrie. Als gevolg daarvan leveren alle Deense afvalverbranders nu warmte aan een warmtenet en zonder uitzondering halen ze een energetisch rendement van 80%. Dat bespaart niet alleen enorm veel energie, maar is ook nog prettig voor de portemonnee van de Denen. Dankzij de inkomsten uit warmte zijn de tarieven voor afvalverwerking veruit de laagste binnen de EU. De laatste ontwikkeling bij afvalverbranding is de inzet van absorptiewarmtepompen, die het rendement zelfs tot 100% opkrikken door het terugwinnen van condensatiewarmte uit de schoorsteen. Overigens is deze ontwikkeling afkomstig uit buurland Zweden. De afvalverbrander Vestforbrænding Kopenhagen is inmiddels al voorzien van deze techniek. Het warmtenet van Kopenhagen is een van de grootste van Europa.

Het warmtetransportbedrijf TVIS koppelt vier steden: Fredericia, Kolding en Vejle op Jutland en Middelfart op het eiland Fünen. Meer dan 55.000 woningen en een groot aantal bedrijven zijn aangesloten op de gekoppelde netten. Veertig procent van de warmte voor deze steden is afkomstig van de raffinaderij van Shell in de haven van Fredericia. De resterende warmte wordt geleverd door de afvalenergiecentrale van TAS in Kolding en een warmtekrachtcentrale van DONG. Het transportnet heeft een lengte van 80 kilometer. De in totaal acht lokale warmtebedrijven nemen via een vijftigtal afleverstations op diverse plaatsen in totaal 5.000 TJ af van TVIS. Het net wordt nog steeds uitgebreid waarbij ook dorpen in de omgeving worden aangesloten. TVIS is een fraai voorbeeld van hoe een warmtetransportbedrijf een functie kan vervullen tussen meerdere warmteproducenten, steden en warmtedistributiebedrijven.

Het aandeel van producten en diensten voor de energiesector in de totale export van Denemarken is met 21% uitzonderlijk hoog, meldt Christensen. Dat de Deense windturbinefabrieken met veel succes wereldwijd hun producten leveren, is geen nieuws. Minder bekend is, dat Deense bedrijven als Logstor, Danfoss en Kamstrup wereldwijd bij de marktleiders in de warmtesector horen. Het zijn ook op de Nederlandse markt bekende namen. Dat geldt niet voor de Deense ingenieursbureaus, die gespecialiseerd zijn op het gebied van ontwerp en beheer van warmte- en koudenetten. Export is ook voor hen van groot belang, maar zij hebben zich vooral gericht op de grote markten in Oost-Europa en het Midden-Oosten. Stadsverwarming Purmerend maakt nu met de introductie van ‘Slimnet’ gebruik van de Deense know how bij de optimalisatie van de bedrijfsvoering van warmtenetten. Bureau COWI gaat in Purmerend dynamisch netbeheer invoeren om warmteverliezen en pompenergie te minimaliseren en aankoppeling van nieuwe warmteproducenten te vergemakkelijken.

Bezoek Deense delegatie aan Nederland Van 17 t/m 20 mei 2010 bezocht een delegatie van de Danish Board of District Heating (DBDH) verschillende deelnemers aan het Warmtenetwerk. Samen met de Denen hielden we op Schiphol een dag over warmte en koude.

Absorptiewarmtepomp bij Vestforbrænding in Kopenhagen

10

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

11


Verslag studiereis München

Bernstein legt de werking van de waterbehandeling bij geothermie Pullach uit

Kleine steden nabij München met grootse prestaties Met 1,3 miljoen inwoners is de stad München wel heel groot voor Nederlandse begrippen. Het was dan ook mooi, dat de studiereis ook naar en paar kleine stadjes ging. Pfaffenhofen a/d Ilm telt 23.000 inwoners en de gemeente Pullach im Isartal heeft slechts 9.000 inwoners. Maar de gemeente Pullach heeft sinds enkele jaren wel een eigen warmtebedrijf onder de naam Innovative Energie für Pullach (IEP). De aanleg van een volledig duurzaam warmtenet in de bestaande bebouwing van Pullach en Pfaffenhofen maakte het bezoek aan deze stadjes bijzonder leerzaam. Wat ze daar kunnen, moeten ook Nederlandse steden voor elkaar kunnen krijgen, toch?

wijk Ackermannbogen

Houtsnippers als brandstof in Pfaffenhofen

Grote warmteklanten basis voor biomassacentrale ‘Onze klanten vinden duurzame warmte prachtig, maar het moet wel goedkoper zijn dan aardgas’, stelde Volkmar Schäfer, directeur van ingenieursbureau Eta Energieberatung te Pfaffenhofen heel nuchter in zijn presentatie over de ontwikkeling van de biomassacentrale en het daaraan gekoppelde warmtenet in Pfaffenhofen. Bij de ontwikkeling van het project concentreerde men zich daarom op de grote afnemers voor warmte. Bij de aanleg van een warmteleiding naar een grote klant konden dan kleine warmteverbruikers ook worden aangesloten. Een meerderheid van de woningeigenaren langs een leiding maakte gebruik van het aanbod. De grootste klant van de biomassacentrale is de zuivelfabriek van Hipp, waar babyvoeding wordt gemaakt. Hipp is een bijzondere klant want zij kopen stoom van de biomassacentrale. Het verbruik is constant over het jaar en dat is een prachtige basis voor de centrale. Andere grote afnemers zijn het ziekenhuis, meerdere scholen en bierbrouwerij Müller. Het ziekenhuis en de brouwerij krijgen warmte op hoge temperatuur geleverd en de scholen op

lagere temperatuur. In de zuivelfabriek, het ziekenhuis en de brouwerij heeft men ook een absorptiekoelmachine geplaatst om koude te kunnen leveren met de overschotten aan warmte in de zomer. De biomassacentrale verstookt ruim 80.000 ton houtsnippers per jaar. Die worden geleverd door meerdere boeren in de omgeving. Schäfer vertelt, dat ze met deze boeren een heel leertraject hebben doorlopen om de verwerking en logistiek van de brandstof efficiënt te laten verlopen. Om de kosten laag te houden, moet je transport en overslag tot een minimum beperken. Dat is de basis van het succes van de biomassacentrale in Pfaffenhofen. Voor de met een stoomturbine opgewekte elektriciteit krijgt men in het kader van de Duitse wet voor duurzame energie EEG een gegarandeerde vergoeding voor teruglevering met een bonus voor warmtekrachtkoppeling en voor innovatie. De vergoeding ligt overigens op ongeveer gelijk niveau met de Nederlandse steunregeling SDE voor 2010. Voordeel van de Duitse regeling is op dit moment dat er een beperking in het budget is.

12

WARMTENETWERK MAGAZINE

Pullach warm met geothermie Dertig miljoen Euro heeft IEP geïnvesteerd in duurzame warmte. Een derde is gegaan naar de boringen tot een diepte van 3,3 kilometer en tweederde naar de aanleg van een warmtenet. Evenals in Pfaffenhofen vormen ook in Pullach de grotere afnemers als scholen en zwembad de basis voor het warmtenet. Maar in een groot deel van het stadje zijn inmiddels warmteleidingen gelegd. Op basis van concurrerende prijzen hebben de meeste inwoners gekozen voor warmtelevering. De geothermiebron van Pullach levert een maximum warmtevermogen van 6,2 MW. Tijdens ons bezoek op 8 oktober was de warmtevraag 4 MW en dat werd keurig geleverd door de bron, die een temperatuur heeft van 104 °C. Een bijzonderheid is, dat er in het bronwater behoorlijk wat methaangas zit. Dat wordt nu weer met het bronwater terug gebracht in de bodem, maar wellicht kan men in de toekomst dit gas winnen. Dan levert de geothermiebron ook nog brandstof op. Om de capaciteit te vergroten wil IEP in 2011 een extra boring doen. In plaats van een doublet krijgt men dan een triplet met een enkele bron voor winning en twee putten voor terugvoer van het bronwater. IEP heeft goede ervaringen met de pomp, die het water uit de bodem haalt. Die draait al vijf jaar zonder problemen. De warmtewisselaars voor de geothermie en de hulpketels zijn ondergebracht in een ondergrondse centrale. De waterbehandeling van het warmtenet is geleverd door het het Beierse bedrijf Korex Airsep. De techniek is ontwikkeld door ingenieur Bernstein, die tijdens de excursie uitlegt hoe het systeem van ontgassing, bijvullen, expansie en controle van geleidbaarheid en zuurgraad functioneert. Bernstein organiseerde ook een traditionele Beierse lunch in het fraai gelegen restaurant Waldwirtschaft, dat een prachtige Biergarten heeft. Als Audirijder was hij helaas niet onder de indruk van onze wens om snel te lunchen, zodat we nog naar BMW Welt konden. We eindigden de studiereis dus niet met ‘Freude am Fahren” maar wel met het gevoel van ‘Freude an Fernwärme’. Absorptiewarmtepomp op stadswarmte in Ackermannbogen

Geothermiebron in Messestadt Riem

Energiebedrijf München levert indrukwekkende prestaties Een bezoek aan Stadtwerke München stond centraal in het programma van de studiereis van Warmtenetwerk aan Beieren. Onze gastheren trokken maar liefst vier uren uit om toe te lichten wat men doet in de Beierse hoofdstad met warmte en duurzame energie. Daarna kregen we ook nog een rondleiding door twee innovatieve warmteprojecten; het zonnewarmteproject Ackermannbogen en de aardwarmtecentrale Riem. Opvallend voor ons was de enorme betrokkenheid en kennis van onze gastheren bij Stadtwerke München en trouwens ook in Pfaffenhofen en Pullach. Elke vraag uit de groep werd gedetailleerd beantwoord. Grappig was, dat ook andersom onze betrokkenheid en interesse opvielen. ‘Wir haben selten so interessierte und fachkundige Gäste’, schreef dr. Herbert Koschel.

NR 7. HERFST 2010

13


Verslag studiereis München

Bernstein legt de werking van de waterbehandeling bij geothermie Pullach uit

Kleine steden nabij München met grootse prestaties Met 1,3 miljoen inwoners is de stad München wel heel groot voor Nederlandse begrippen. Het was dan ook mooi, dat de studiereis ook naar en paar kleine stadjes ging. Pfaffenhofen a/d Ilm telt 23.000 inwoners en de gemeente Pullach im Isartal heeft slechts 9.000 inwoners. Maar de gemeente Pullach heeft sinds enkele jaren wel een eigen warmtebedrijf onder de naam Innovative Energie für Pullach (IEP). De aanleg van een volledig duurzaam warmtenet in de bestaande bebouwing van Pullach en Pfaffenhofen maakte het bezoek aan deze stadjes bijzonder leerzaam. Wat ze daar kunnen, moeten ook Nederlandse steden voor elkaar kunnen krijgen, toch?

wijk Ackermannbogen

Houtsnippers als brandstof in Pfaffenhofen

Grote warmteklanten basis voor biomassacentrale ‘Onze klanten vinden duurzame warmte prachtig, maar het moet wel goedkoper zijn dan aardgas’, stelde Volkmar Schäfer, directeur van ingenieursbureau Eta Energieberatung te Pfaffenhofen heel nuchter in zijn presentatie over de ontwikkeling van de biomassacentrale en het daaraan gekoppelde warmtenet in Pfaffenhofen. Bij de ontwikkeling van het project concentreerde men zich daarom op de grote afnemers voor warmte. Bij de aanleg van een warmteleiding naar een grote klant konden dan kleine warmteverbruikers ook worden aangesloten. Een meerderheid van de woningeigenaren langs een leiding maakte gebruik van het aanbod. De grootste klant van de biomassacentrale is de zuivelfabriek van Hipp, waar babyvoeding wordt gemaakt. Hipp is een bijzondere klant want zij kopen stoom van de biomassacentrale. Het verbruik is constant over het jaar en dat is een prachtige basis voor de centrale. Andere grote afnemers zijn het ziekenhuis, meerdere scholen en bierbrouwerij Müller. Het ziekenhuis en de brouwerij krijgen warmte op hoge temperatuur geleverd en de scholen op

lagere temperatuur. In de zuivelfabriek, het ziekenhuis en de brouwerij heeft men ook een absorptiekoelmachine geplaatst om koude te kunnen leveren met de overschotten aan warmte in de zomer. De biomassacentrale verstookt ruim 80.000 ton houtsnippers per jaar. Die worden geleverd door meerdere boeren in de omgeving. Schäfer vertelt, dat ze met deze boeren een heel leertraject hebben doorlopen om de verwerking en logistiek van de brandstof efficiënt te laten verlopen. Om de kosten laag te houden, moet je transport en overslag tot een minimum beperken. Dat is de basis van het succes van de biomassacentrale in Pfaffenhofen. Voor de met een stoomturbine opgewekte elektriciteit krijgt men in het kader van de Duitse wet voor duurzame energie EEG een gegarandeerde vergoeding voor teruglevering met een bonus voor warmtekrachtkoppeling en voor innovatie. De vergoeding ligt overigens op ongeveer gelijk niveau met de Nederlandse steunregeling SDE voor 2010. Voordeel van de Duitse regeling is op dit moment dat er een beperking in het budget is.

12

WARMTENETWERK MAGAZINE

Pullach warm met geothermie Dertig miljoen Euro heeft IEP geïnvesteerd in duurzame warmte. Een derde is gegaan naar de boringen tot een diepte van 3,3 kilometer en tweederde naar de aanleg van een warmtenet. Evenals in Pfaffenhofen vormen ook in Pullach de grotere afnemers als scholen en zwembad de basis voor het warmtenet. Maar in een groot deel van het stadje zijn inmiddels warmteleidingen gelegd. Op basis van concurrerende prijzen hebben de meeste inwoners gekozen voor warmtelevering. De geothermiebron van Pullach levert een maximum warmtevermogen van 6,2 MW. Tijdens ons bezoek op 8 oktober was de warmtevraag 4 MW en dat werd keurig geleverd door de bron, die een temperatuur heeft van 104 °C. Een bijzonderheid is, dat er in het bronwater behoorlijk wat methaangas zit. Dat wordt nu weer met het bronwater terug gebracht in de bodem, maar wellicht kan men in de toekomst dit gas winnen. Dan levert de geothermiebron ook nog brandstof op. Om de capaciteit te vergroten wil IEP in 2011 een extra boring doen. In plaats van een doublet krijgt men dan een triplet met een enkele bron voor winning en twee putten voor terugvoer van het bronwater. IEP heeft goede ervaringen met de pomp, die het water uit de bodem haalt. Die draait al vijf jaar zonder problemen. De warmtewisselaars voor de geothermie en de hulpketels zijn ondergebracht in een ondergrondse centrale. De waterbehandeling van het warmtenet is geleverd door het het Beierse bedrijf Korex Airsep. De techniek is ontwikkeld door ingenieur Bernstein, die tijdens de excursie uitlegt hoe het systeem van ontgassing, bijvullen, expansie en controle van geleidbaarheid en zuurgraad functioneert. Bernstein organiseerde ook een traditionele Beierse lunch in het fraai gelegen restaurant Waldwirtschaft, dat een prachtige Biergarten heeft. Als Audirijder was hij helaas niet onder de indruk van onze wens om snel te lunchen, zodat we nog naar BMW Welt konden. We eindigden de studiereis dus niet met ‘Freude am Fahren” maar wel met het gevoel van ‘Freude an Fernwärme’. Absorptiewarmtepomp op stadswarmte in Ackermannbogen

Geothermiebron in Messestadt Riem

Energiebedrijf München levert indrukwekkende prestaties Een bezoek aan Stadtwerke München stond centraal in het programma van de studiereis van Warmtenetwerk aan Beieren. Onze gastheren trokken maar liefst vier uren uit om toe te lichten wat men doet in de Beierse hoofdstad met warmte en duurzame energie. Daarna kregen we ook nog een rondleiding door twee innovatieve warmteprojecten; het zonnewarmteproject Ackermannbogen en de aardwarmtecentrale Riem. Opvallend voor ons was de enorme betrokkenheid en kennis van onze gastheren bij Stadtwerke München en trouwens ook in Pfaffenhofen en Pullach. Elke vraag uit de groep werd gedetailleerd beantwoord. Grappig was, dat ook andersom onze betrokkenheid en interesse opvielen. ‘Wir haben selten so interessierte und fachkundige Gäste’, schreef dr. Herbert Koschel.

NR 7. HERFST 2010

13


Vervolg verslag studiereis München

BMW is grootste klant voor warmte van SWM

München werkt aan onafhankelijke energievoorziening Warmtecentrale in Riem

Stadtwerke München(SWM) is een volledig geïntegreerd bedrijf dat elektriciteit, aardgas, warmte en drinkwater levert binnen de gemeentegrenzen en ook telecom, openbaar vervoer en verkeersinstallaties verzorgt. In grootte is men het zesde energiebedrijf van Duitsland en op klanttevredenheid zelfs nummer één. Op de geliberaliseerde elektriciteitsmarkt heeft SWM in de Beierse hoofdstad dan ook een marktaandeel van 95% bij particulieren en 60% in de zakelijke sector. Driekwart van de in München verbruikte elektriciteit komt van de warmtekrachtcentrales van SWM. Deze centrales, die aardgas, steenkool en afval verstoken, zijn ook de hoofdleveranciers van de warmtenetten in München. Het gezamenlijk aansluitvermogen van de klanten op de warmtenetten bedraagt maar liefst 2.800 MW. De grootste klant is autofabrikant BMW. Dat SWM zijn zaken goed op orde heeft bij de warmtelevering, blijkt wel uit het feit dat slechts 5% van de totale warmteproductie geleverd wordt door hulpketels. Het kan altijd beter. München wil duurzaam worden en onafhankelijk van Russisch aardgas. Participatie in Noorse gasvelden is een opmerkelijke stap om dat te bereiken. Interessanter nog zijn miljardeninvesteringen in opwekking van duurzame energie. Naast waterkracht en windenergie binnen de eigen gemeente investeert SWM in bijvoorbeeld een windpark in de Ierse Zee en een zonnecentrale in Spanje. Voor duurzame warmte kijkt men naar beneden. De bodem onder München is uitstekend geschikt voor winning van aardwarmte. In Riem, waar de jaarbeurs van München is gevestigd, haalt men al meerdere jaren water met een temperatuur van 94°C uit de bodem. Wat zuidelijker zijn nog hogere temperaturen tot 140°C beschikbaar, maar moet ook dieper worden geboord. SWM werkt dan ook hard aan uitbreiding van geothermie. In uitvoering zijn nu de projecten Freiham en Sauerlach. In Freiham gaat de warmte naar een bestaand net op hogere temperatuur en een nieuw net op 60-30°C. In Sauerlach gaat men ook elektriciteit opwekken met een tweetraps Organische Rankine Cyclus met een elektrisch vermogen van 5 MW. Uiteindelijk wil SWM de volledige basislast van het warmtenet verzorgen met aardwarmte.

Absorptiewarmtepomp voor zonnewarmteproject Een opmerkelijk project van SWM is het warmtenet in de nieuwbouwwijk Ackermannbogen. Dit net is ontworpen op lage temperaturen; de aanvoertemperatuur is 60°C en de retour is 30°C. Die lage temperaturen zijn gekozen om maximaal profijt te trekken van de warmte van zonnecollectoren. In de zomer wordt deze warmte opgeslagen in een enorme opslag met 6.000 m³ water. Dit watervat is zwaar geïsoleerd en voor het zicht verborgen in een hoge aarden wal. In de zomer stijgt de temperatuur van het water tot 90°C en in de herfst daalt de temperatuur

Uitbreiden en koppelen In de komende jaren investeert SWM meer dan 200 miljoen Euro in het koppelen van warmtenetten en uitbreiding. Het aangesloten vermogen, dat met 2.800 MW al enorm is, wordt dan met nog eens 700 MW uitgebreid. Die uitbreiding gaat niet zonder moeite. Er is geen aansluitplicht voor warmte en SWM moet concurreren met aardgas en warmtepompen. De uitbreiding van het warmtenet gaat ook ten koste van de afzet van aardgas bij SWM, maar maakt München wel minder afhankelijk. Een belangrijke steun bij de uitbouw van het warmtenet is wel de nieuwe Duitse warmtewet. In deze wet is een subsidie vastgelegd van een Euro per mm pijpdiameter en per meter tracé. Een leiding van 250 mm bijvoorbeeld levert dan per meter tracé 250 Euro subsidie op. De uitvoering van deze regeling verloopt nog moeizaam, omdat het aantonen van het wettelijk vereiste aandeel duurzame warmte of warmte uit warmtekrachtkoppeling een moeizame procedure is. Dat geldt met name bij nieuw netten waar in het begin nog maar een klein aantal klanten is aangesloten.

geleidelijk door levering aan de woonwijk. Uiteraard is directe warmtelevering niet meer mogelijk als de temperatuur in het voorraadvat gedaald is tot een graad of 35. Maar dan wordt er een absorptiewarmtepomp ingeschakeld, die de buffer verder afkoelt tot 15°C. Deze warmtepomp wordt aangedreven door warmte uit de stadsverwarming. Per eenheid toegevoerde warmte van 120°C komt er anderhalve eenheid warmte van 60°C uit. Deze fraaie techniek wil SWM ook gaan inzetten bij geothermie om zoveel mogelijk warmte aan het bronwater te onttrekken.

Netwerken zijn onroerend goed De afgelopen 7 jaar is er veel veranderd in de manier waarop we in juridische zin aankijken tegen netwerken. Vroeger ging men er van uit dat netwerken roerende zaken waren, en dat voor de overdracht daarvan geen bijzondere voorschriften golden. Op 6 juni 2003 echter deed de Hoge Raad de uitspraak dat een netwerk een zelfstandige, onroerende zaak is. Op 1 februari 2007 is deze uitspraak in de wet vastgelegd. De gevolgen van deze ommezwaai zijn groot. Omdat netwerken onroerend zijn, moeten ze worden overgedragen door middel van een notariële akte en inschrijving in de openbare registers (het Kadaster). Dit geldt ook voor netwerken die vóór 2003 zijn aangelegd. Om een netwerk te kunnen leveren, moet het eerst worden geregistreerd. De registratie geschiedt doordat een notaris in een akte vastlegt dat de exploitant de “bevoegde aanlegger” is van het netwerk. Vervolgens wordt deze akte, met een tekening van het netwerk, in de openbare registers ingeschreven.

Moeten netwerken geregistreerd worden? Nee, er is geen wettelijke verplichting. Wel kan het noodzakelijk zijn om netwerken te registreren. Voor overdracht van een netwerk moet een netwerk eerst geregistreerd worden. Verder kunnen zich situaties voordoen dat tussen partijen een geschil bestaat over de eigendom van een netwerk. Ook dan kan het verstandig zijn om het netwerk te registreren. Netwerkregistratie heeft nog andere voordelen. Zo wordt het mogelijk om op netwerken hypotheek te vestigen, wat weer kan leiden tot gunstiger financieringsvoorwaarden. In het algemeen is het verstandig om bij de aanleg van een netwerk na te denken over de wenselijkheid van registratie daarvan. Zelfs als besloten wordt om niet te registreren, is het aan te bevelen om de voor registratie noodzakelijke stukken zorgvuldig te bewaren, voor als in de toekomst registratie wèl nodig blijkt.

Ook al is de procedure vrij eenvoudig, toch stuit de registratie in de praktijk nogal eens op hindernissen. Vaak is het, met name voor oudere netwerken, moeilijk om aan te tonen dat de exploitant de aanlegger was. Bewijsstukken zijn vaak niet meer voorhanden, ook is het niet altijd mogelijk aan te tonen dat de aanlegger bevoegd was het netwerk in de grond van een ander aan te leggen. Om aan deze praktijkproblemen tegemoet te komen is dit jaar een overgangsregeling ingesteld. Alle netwerken die op 1 februari 2007 bestonden kunnen worden geregistreerd ook als bepaalde bewijsstukken ontbreken. Voor netwerken aangelegd nà 1 februari 2007 geldt voor registratie de volledige bewijslast.

14

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

15


Vervolg verslag studiereis München

BMW is grootste klant voor warmte van SWM

München werkt aan onafhankelijke energievoorziening Warmtecentrale in Riem

Stadtwerke München(SWM) is een volledig geïntegreerd bedrijf dat elektriciteit, aardgas, warmte en drinkwater levert binnen de gemeentegrenzen en ook telecom, openbaar vervoer en verkeersinstallaties verzorgt. In grootte is men het zesde energiebedrijf van Duitsland en op klanttevredenheid zelfs nummer één. Op de geliberaliseerde elektriciteitsmarkt heeft SWM in de Beierse hoofdstad dan ook een marktaandeel van 95% bij particulieren en 60% in de zakelijke sector. Driekwart van de in München verbruikte elektriciteit komt van de warmtekrachtcentrales van SWM. Deze centrales, die aardgas, steenkool en afval verstoken, zijn ook de hoofdleveranciers van de warmtenetten in München. Het gezamenlijk aansluitvermogen van de klanten op de warmtenetten bedraagt maar liefst 2.800 MW. De grootste klant is autofabrikant BMW. Dat SWM zijn zaken goed op orde heeft bij de warmtelevering, blijkt wel uit het feit dat slechts 5% van de totale warmteproductie geleverd wordt door hulpketels. Het kan altijd beter. München wil duurzaam worden en onafhankelijk van Russisch aardgas. Participatie in Noorse gasvelden is een opmerkelijke stap om dat te bereiken. Interessanter nog zijn miljardeninvesteringen in opwekking van duurzame energie. Naast waterkracht en windenergie binnen de eigen gemeente investeert SWM in bijvoorbeeld een windpark in de Ierse Zee en een zonnecentrale in Spanje. Voor duurzame warmte kijkt men naar beneden. De bodem onder München is uitstekend geschikt voor winning van aardwarmte. In Riem, waar de jaarbeurs van München is gevestigd, haalt men al meerdere jaren water met een temperatuur van 94°C uit de bodem. Wat zuidelijker zijn nog hogere temperaturen tot 140°C beschikbaar, maar moet ook dieper worden geboord. SWM werkt dan ook hard aan uitbreiding van geothermie. In uitvoering zijn nu de projecten Freiham en Sauerlach. In Freiham gaat de warmte naar een bestaand net op hogere temperatuur en een nieuw net op 60-30°C. In Sauerlach gaat men ook elektriciteit opwekken met een tweetraps Organische Rankine Cyclus met een elektrisch vermogen van 5 MW. Uiteindelijk wil SWM de volledige basislast van het warmtenet verzorgen met aardwarmte.

Absorptiewarmtepomp voor zonnewarmteproject Een opmerkelijk project van SWM is het warmtenet in de nieuwbouwwijk Ackermannbogen. Dit net is ontworpen op lage temperaturen; de aanvoertemperatuur is 60°C en de retour is 30°C. Die lage temperaturen zijn gekozen om maximaal profijt te trekken van de warmte van zonnecollectoren. In de zomer wordt deze warmte opgeslagen in een enorme opslag met 6.000 m³ water. Dit watervat is zwaar geïsoleerd en voor het zicht verborgen in een hoge aarden wal. In de zomer stijgt de temperatuur van het water tot 90°C en in de herfst daalt de temperatuur

Uitbreiden en koppelen In de komende jaren investeert SWM meer dan 200 miljoen Euro in het koppelen van warmtenetten en uitbreiding. Het aangesloten vermogen, dat met 2.800 MW al enorm is, wordt dan met nog eens 700 MW uitgebreid. Die uitbreiding gaat niet zonder moeite. Er is geen aansluitplicht voor warmte en SWM moet concurreren met aardgas en warmtepompen. De uitbreiding van het warmtenet gaat ook ten koste van de afzet van aardgas bij SWM, maar maakt München wel minder afhankelijk. Een belangrijke steun bij de uitbouw van het warmtenet is wel de nieuwe Duitse warmtewet. In deze wet is een subsidie vastgelegd van een Euro per mm pijpdiameter en per meter tracé. Een leiding van 250 mm bijvoorbeeld levert dan per meter tracé 250 Euro subsidie op. De uitvoering van deze regeling verloopt nog moeizaam, omdat het aantonen van het wettelijk vereiste aandeel duurzame warmte of warmte uit warmtekrachtkoppeling een moeizame procedure is. Dat geldt met name bij nieuw netten waar in het begin nog maar een klein aantal klanten is aangesloten.

geleidelijk door levering aan de woonwijk. Uiteraard is directe warmtelevering niet meer mogelijk als de temperatuur in het voorraadvat gedaald is tot een graad of 35. Maar dan wordt er een absorptiewarmtepomp ingeschakeld, die de buffer verder afkoelt tot 15°C. Deze warmtepomp wordt aangedreven door warmte uit de stadsverwarming. Per eenheid toegevoerde warmte van 120°C komt er anderhalve eenheid warmte van 60°C uit. Deze fraaie techniek wil SWM ook gaan inzetten bij geothermie om zoveel mogelijk warmte aan het bronwater te onttrekken.

Netwerken zijn onroerend goed De afgelopen 7 jaar is er veel veranderd in de manier waarop we in juridische zin aankijken tegen netwerken. Vroeger ging men er van uit dat netwerken roerende zaken waren, en dat voor de overdracht daarvan geen bijzondere voorschriften golden. Op 6 juni 2003 echter deed de Hoge Raad de uitspraak dat een netwerk een zelfstandige, onroerende zaak is. Op 1 februari 2007 is deze uitspraak in de wet vastgelegd. De gevolgen van deze ommezwaai zijn groot. Omdat netwerken onroerend zijn, moeten ze worden overgedragen door middel van een notariële akte en inschrijving in de openbare registers (het Kadaster). Dit geldt ook voor netwerken die vóór 2003 zijn aangelegd. Om een netwerk te kunnen leveren, moet het eerst worden geregistreerd. De registratie geschiedt doordat een notaris in een akte vastlegt dat de exploitant de “bevoegde aanlegger” is van het netwerk. Vervolgens wordt deze akte, met een tekening van het netwerk, in de openbare registers ingeschreven.

Moeten netwerken geregistreerd worden? Nee, er is geen wettelijke verplichting. Wel kan het noodzakelijk zijn om netwerken te registreren. Voor overdracht van een netwerk moet een netwerk eerst geregistreerd worden. Verder kunnen zich situaties voordoen dat tussen partijen een geschil bestaat over de eigendom van een netwerk. Ook dan kan het verstandig zijn om het netwerk te registreren. Netwerkregistratie heeft nog andere voordelen. Zo wordt het mogelijk om op netwerken hypotheek te vestigen, wat weer kan leiden tot gunstiger financieringsvoorwaarden. In het algemeen is het verstandig om bij de aanleg van een netwerk na te denken over de wenselijkheid van registratie daarvan. Zelfs als besloten wordt om niet te registreren, is het aan te bevelen om de voor registratie noodzakelijke stukken zorgvuldig te bewaren, voor als in de toekomst registratie wèl nodig blijkt.

Ook al is de procedure vrij eenvoudig, toch stuit de registratie in de praktijk nogal eens op hindernissen. Vaak is het, met name voor oudere netwerken, moeilijk om aan te tonen dat de exploitant de aanlegger was. Bewijsstukken zijn vaak niet meer voorhanden, ook is het niet altijd mogelijk aan te tonen dat de aanlegger bevoegd was het netwerk in de grond van een ander aan te leggen. Om aan deze praktijkproblemen tegemoet te komen is dit jaar een overgangsregeling ingesteld. Alle netwerken die op 1 februari 2007 bestonden kunnen worden geregistreerd ook als bepaalde bewijsstukken ontbreken. Voor netwerken aangelegd nà 1 februari 2007 geldt voor registratie de volledige bewijslast.

14

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

15


Berichten

Agenda 2010 - 2011

Baggeren voor 8,5 km warmteleiding NUON Warmte heeft aan A. Hak West een heel bijzondere opdracht gegeven. De in warmteleidingen gespecialiseerde aannemer moet een warmtetransportleiding aanleggen vanaf de centrale van NUON in Diemen naar Almere. Het tracé heeft een lengte van 8,5 kilometer en gaat voor een deel onder het Ketelmeer door. De leidingen komen anderhalve meter diep onder de bodem van het Ketelmeer te liggen. Om de aanleg in de meerbodem mogelijk te maken, moet de aannemer een baggerbedrijf inschakelen. Het unieke project maakt het straks mogelijk om de 11.000 nieuw te bouwen woningen in de wijk Almere Poort van warmte te voorzien vanuit Diemen. NUON heeft aan Siemens opdracht gegeven voor de bouw van nieuwe centrale in Diemen, die 260 MW warmte kan leveren, voldoende voor 25.000 huishoudens in Amsterdam en Almere. De gasgestookte centrale zal een totaal rendement van 85% bereiken. In de wijk Almere Poort komt een warmtestation met een vermogen van 180 MW te staan. Het gebouw krijgt een bijzondere uitstraling en via een glasgevel zal de techniek zichtbaar zijn. Eind 2011 moet het gebouw klaar zijn.

Boeken van deelnemers Teus van Eck en Douwe Faber publiceerden beide in de afgelopen periode een boek over energie.

26 november

Congres City, Heat & Power te Driebergen www.cogen.nl

1-2 december

Nationaal Energieforum 2010 te Scheveningen www.energieforum.nl

8-9 december

GeoPower Europe te Parijs www.greenpowerconferences.com/geoeurope

8 december

Forum Abwärmenutzung in der Industrie te Neurenberg www.bayern-innovative.de/abwaermenutzung2010

15-16 december

Opleiding warmtedistributie te Hilversum www.fbbv.nl

11-14 januari

Vakbeurs Infratech in Ahoy Rotterdam www.infratech.nl

11-13 januari

Vakbeurs en jaarcongres Biogas te Neurenberg www.biogastagung.org

20 januari

10e Fernwärme Forum te Biel www.biel-seeland.ch

2-6 maart

Expo Energy te Wels www.energiesparmesse.at

8-13 mei

World Renewable Energy Congress te Linköping www.wrec2011.com

9-10 mei

Euroheat & Power congres te Parijs www.ehpcongress.org

Het grote energieboek voor duurzaam wonen Teus van Eck schreef met steun van woningcorporatie Ymere een boek over energieverbruik van woningen en de weg naar minder afhankelijkheid van aardgas. Het boek is digitaal beschikbaar op www.teusvaneck.nl. Op de site kan ook een gedrukte versie worden besteld voor €15,-

Groene parels Douwe Faber, directeur van Ekwadraat Advies, waarschuwt voor een snel naderende energiecrisis. Daar is Nederland niet klaar voor, stelt Faber, maar vanuit zijn dagelijkse praktijk is hij optimistisch over de mogelijkheden om een transitie naar duurzaamheid en minder energieverbruik te bereiken. Het boek is via internet te bestelen bij uitgeverij Eburon of bij Bol.com voor €14,95.

16

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

17


Berichten

Agenda 2010 - 2011

Baggeren voor 8,5 km warmteleiding NUON Warmte heeft aan A. Hak West een heel bijzondere opdracht gegeven. De in warmteleidingen gespecialiseerde aannemer moet een warmtetransportleiding aanleggen vanaf de centrale van NUON in Diemen naar Almere. Het tracé heeft een lengte van 8,5 kilometer en gaat voor een deel onder het Ketelmeer door. De leidingen komen anderhalve meter diep onder de bodem van het Ketelmeer te liggen. Om de aanleg in de meerbodem mogelijk te maken, moet de aannemer een baggerbedrijf inschakelen. Het unieke project maakt het straks mogelijk om de 11.000 nieuw te bouwen woningen in de wijk Almere Poort van warmte te voorzien vanuit Diemen. NUON heeft aan Siemens opdracht gegeven voor de bouw van nieuwe centrale in Diemen, die 260 MW warmte kan leveren, voldoende voor 25.000 huishoudens in Amsterdam en Almere. De gasgestookte centrale zal een totaal rendement van 85% bereiken. In de wijk Almere Poort komt een warmtestation met een vermogen van 180 MW te staan. Het gebouw krijgt een bijzondere uitstraling en via een glasgevel zal de techniek zichtbaar zijn. Eind 2011 moet het gebouw klaar zijn.

Boeken van deelnemers Teus van Eck en Douwe Faber publiceerden beide in de afgelopen periode een boek over energie.

26 november

Congres City, Heat & Power te Driebergen www.cogen.nl

1-2 december

Nationaal Energieforum 2010 te Scheveningen www.energieforum.nl

8-9 december

GeoPower Europe te Parijs www.greenpowerconferences.com/geoeurope

8 december

Forum Abwärmenutzung in der Industrie te Neurenberg www.bayern-innovative.de/abwaermenutzung2010

15-16 december

Opleiding warmtedistributie te Hilversum www.fbbv.nl

11-14 januari

Vakbeurs Infratech in Ahoy Rotterdam www.infratech.nl

11-13 januari

Vakbeurs en jaarcongres Biogas te Neurenberg www.biogastagung.org

20 januari

10e Fernwärme Forum te Biel www.biel-seeland.ch

2-6 maart

Expo Energy te Wels www.energiesparmesse.at

8-13 mei

World Renewable Energy Congress te Linköping www.wrec2011.com

9-10 mei

Euroheat & Power congres te Parijs www.ehpcongress.org

Het grote energieboek voor duurzaam wonen Teus van Eck schreef met steun van woningcorporatie Ymere een boek over energieverbruik van woningen en de weg naar minder afhankelijkheid van aardgas. Het boek is digitaal beschikbaar op www.teusvaneck.nl. Op de site kan ook een gedrukte versie worden besteld voor €15,-

Groene parels Douwe Faber, directeur van Ekwadraat Advies, waarschuwt voor een snel naderende energiecrisis. Daar is Nederland niet klaar voor, stelt Faber, maar vanuit zijn dagelijkse praktijk is hij optimistisch over de mogelijkheden om een transitie naar duurzaamheid en minder energieverbruik te bereiken. Het boek is via internet te bestelen bij uitgeverij Eburon of bij Bol.com voor €14,95.

16

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

17


Deelnemersoverzicht A Exploitanten van netten, warmteproducenten en financiers Afval Energie Bedrijf Amsterdam AVR Van Gansewinkel Cofely Energy Solutions Cogas Duurzaam Duurzame Energievoorziening Veenendaal-Oost E.ON Benelux Eneco Warmtebedrijf Essent Local Energy Solutions HVCenergie ING Groen Financieringen Mijnwater Heerlen NUON Warmte Rabobank SITA ReEnergy Stadsverwarming Purmerend Twence Afval en Energie UR Cool WarmCO² Warmtebedrijf Rotterdam Warmtenet Hengelo

B Aannemers en installateurs Baas BAM Infratechniek Dura Vermeer Ondergrondse Infra Feenstra Warmte Totaal Zorg Van Gelder KLM A. Hak West Van den Heuvel Heijmans Infra Techniek Marconi Oranje Nacap Benelux Nijkamp Aanneming Siers Leiding- Montageprojecten Strukton Worksphere VB Projects Visser & Smit Hanab

C Fabrikanten en leveranciers van componenten BTG Bioliquids Carrier Nederland Danfoss Energie Systemen Dyka GEA Grasso Greenchoice Hermans Techniek HSF Kapp Nederland Kamstrup Korex Air-Sep Landis+Gyr LOGSTOR Nederland NIBE Energietechniek Profilplast Pipesystems Profiltra Redenko/Isoplus Samson Regeltechniek TCB Thermaflex Watts Microflex Weijers Waalwijk WILO Pompen WMS Warmtemeterservice

Colofon

november 2010 D Adviseurs en ingenieursbureaus ARN Remondis Consulting RTB De Beijer Bird & Bird CCS Cornelissen Consulting Services Deerns DWA installatie- en energieadvies E&B Engineering en Bouwbegeleiding Ecofys EDO Advies Ekwadraat Advies Grontmij Climate & Energy HoSt IF Technology Ingenia Ingenieursbureau XYZ Innoforte KEMA KIWA De Kleijn Energy Consulting KWA Bedrijfsadviseurs Liandon Lievense RebelGroup Rotterdam Engineering Roukema Royal Haskoning Sustas Management T&A Survey Tauw Tebodin Teus van Eck Klimaat & Energie ToMM Advies

E Universiteiten en kennisinstituten Avans Hogescholen Deltares Energieprojecten.com Hogeschool Zuyd TU Delft Universiteit van Gent Universiteit Twente

F Woningcorporaties Wonenbreburg Ymere

Artikel blz 15: René Rieter, Bird & Bird e-mail: info@warmtenetwerk.nl Fax: 0521-523421 Postadres: Energieprojecten.com Oosterslag 4 8385 GW Vledderveen Dr Vormgeving WOUWontwerp te Steenwijk

Secretariaat st. Warmtenetwerk Postbus 77 1200 AB Hilversum Tel. 035-6838833

G (semi-) Overheden Brabant Water Gemeente Alkmaar Gemeente Amsterdam Gemeente Amersfoort Gemeente Breda Gemeente Delft Gemeente Dordrecht Gemeente Eindhoven Gemeente Leeuwarden Gemeente Rotterdam Gemeente Utrecht Gemeente Zaanstad Gemeente Zeewolde Groningen Seaports Provincie Gelderland Provincie Noord-Brabant Provincie Zuid-Holland Stadsgewest Haaglanden

Deelname aan het Warmtenetwerk Het Warmtenetwerk is een breed platform voor alle organisaties, die betrokken zijn bij collectieve warmte en koude. De contributie is afhankelijk van de hoofdactiviteiten en de grootte van de organisatie. Het is ook mogelijk op persoonlijke titel deelnemer te worden. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met het secretariaat of een mailtje sturen naar info@warmtenetwerk.nl Overname van artikelen Het copyright van de artikelen in Warmtenetwerk Magazine berust bij de redactie. Overname van artikelen is op aanvraag mogelijk en eigen foto’s zijn beschikbaar voor publicatie door derden met bronvermelding.

H Brancheorganisaties Cogen Nederland Cogen Vlaanderen Stichting Duurzaam Oosterhout Koninklijke VNP Vereniging Afvalbedrijven

www.warmtenetwerk.nl

18

Redactie Klaas de Jong Jet Ceelen Tjitske Ypma Willeke Brandsma

Bestuur Warmtenetwerk Hans Buitenhuis, DWA installatie- en energieadvies Secretaris Rob Kemmeren, gemeente Amsterdam Voorzitter Gijs de Man, Essent Warmte Penningmeester Hendrik Jan Kors, Logstor Nederland Jan Rooijakkers, Vereniging Afvalbedrijven Leo Wartna, Visser & Smit Hanab

Een beschrijving van alle deelnemende organisaties met links naar de websites vindt u op www.warmtenetwerk.nl

Warmtenetwerk Magazine is een uitgave van de stichting Warmtenetwerk. De stichting Warmtenetwerk heeft als doel om het gebruik van duurzame warmte en koude en het hergebruik van restwarmte via collectieve netten te bevorderen. Het Warmtenetwerk Magazine wordt gratis verspreid; aanmelding voor toezending van de digitale nieuwsbrief van de stichting en voor het Warmtenetwerk Magazine kan via de website www.warmtenetwerk.nl of door een mail te sturen met uw gegevens aan info@ warmtenetwerk.nl.

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

19


Deelnemersoverzicht A Exploitanten van netten, warmteproducenten en financiers Afval Energie Bedrijf Amsterdam AVR Van Gansewinkel Cofely Energy Solutions Cogas Duurzaam Duurzame Energievoorziening Veenendaal-Oost E.ON Benelux Eneco Warmtebedrijf Essent Local Energy Solutions HVCenergie ING Groen Financieringen Mijnwater Heerlen NUON Warmte Rabobank SITA ReEnergy Stadsverwarming Purmerend Twence Afval en Energie UR Cool WarmCO² Warmtebedrijf Rotterdam Warmtenet Hengelo

B Aannemers en installateurs Baas BAM Infratechniek Dura Vermeer Ondergrondse Infra Feenstra Warmte Totaal Zorg Van Gelder KLM A. Hak West Van den Heuvel Heijmans Infra Techniek Marconi Oranje Nacap Benelux Nijkamp Aanneming Siers Leiding- Montageprojecten Strukton Worksphere VB Projects Visser & Smit Hanab

C Fabrikanten en leveranciers van componenten BTG Bioliquids Carrier Nederland Danfoss Energie Systemen Dyka GEA Grasso Greenchoice Hermans Techniek HSF Kapp Nederland Kamstrup Korex Air-Sep Landis+Gyr LOGSTOR Nederland NIBE Energietechniek Profilplast Pipesystems Profiltra Redenko/Isoplus Samson Regeltechniek TCB Thermaflex Watts Microflex Weijers Waalwijk WILO Pompen WMS Warmtemeterservice

Colofon

november 2010 D Adviseurs en ingenieursbureaus ARN Remondis Consulting RTB De Beijer Bird & Bird CCS Cornelissen Consulting Services Deerns DWA installatie- en energieadvies E&B Engineering en Bouwbegeleiding Ecofys EDO Advies Ekwadraat Advies Grontmij Climate & Energy HoSt IF Technology Ingenia Ingenieursbureau XYZ Innoforte KEMA KIWA De Kleijn Energy Consulting KWA Bedrijfsadviseurs Liandon Lievense RebelGroup Rotterdam Engineering Roukema Royal Haskoning Sustas Management T&A Survey Tauw Tebodin Teus van Eck Klimaat & Energie ToMM Advies

E Universiteiten en kennisinstituten Avans Hogescholen Deltares Energieprojecten.com Hogeschool Zuyd TU Delft Universiteit van Gent Universiteit Twente

F Woningcorporaties Wonenbreburg Ymere

Artikel blz 15: René Rieter, Bird & Bird e-mail: info@warmtenetwerk.nl Fax: 0521-523421 Postadres: Energieprojecten.com Oosterslag 4 8385 GW Vledderveen Dr Vormgeving WOUWontwerp te Steenwijk

Secretariaat st. Warmtenetwerk Postbus 77 1200 AB Hilversum Tel. 035-6838833

G (semi-) Overheden Brabant Water Gemeente Alkmaar Gemeente Amsterdam Gemeente Amersfoort Gemeente Breda Gemeente Delft Gemeente Dordrecht Gemeente Eindhoven Gemeente Leeuwarden Gemeente Rotterdam Gemeente Utrecht Gemeente Zaanstad Gemeente Zeewolde Groningen Seaports Provincie Gelderland Provincie Noord-Brabant Provincie Zuid-Holland Stadsgewest Haaglanden

Deelname aan het Warmtenetwerk Het Warmtenetwerk is een breed platform voor alle organisaties, die betrokken zijn bij collectieve warmte en koude. De contributie is afhankelijk van de hoofdactiviteiten en de grootte van de organisatie. Het is ook mogelijk op persoonlijke titel deelnemer te worden. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met het secretariaat of een mailtje sturen naar info@warmtenetwerk.nl Overname van artikelen Het copyright van de artikelen in Warmtenetwerk Magazine berust bij de redactie. Overname van artikelen is op aanvraag mogelijk en eigen foto’s zijn beschikbaar voor publicatie door derden met bronvermelding.

H Brancheorganisaties Cogen Nederland Cogen Vlaanderen Stichting Duurzaam Oosterhout Koninklijke VNP Vereniging Afvalbedrijven

www.warmtenetwerk.nl

18

Redactie Klaas de Jong Jet Ceelen Tjitske Ypma Willeke Brandsma

Bestuur Warmtenetwerk Hans Buitenhuis, DWA installatie- en energieadvies Secretaris Rob Kemmeren, gemeente Amsterdam Voorzitter Gijs de Man, Essent Warmte Penningmeester Hendrik Jan Kors, Logstor Nederland Jan Rooijakkers, Vereniging Afvalbedrijven Leo Wartna, Visser & Smit Hanab

Een beschrijving van alle deelnemende organisaties met links naar de websites vindt u op www.warmtenetwerk.nl

Warmtenetwerk Magazine is een uitgave van de stichting Warmtenetwerk. De stichting Warmtenetwerk heeft als doel om het gebruik van duurzame warmte en koude en het hergebruik van restwarmte via collectieve netten te bevorderen. Het Warmtenetwerk Magazine wordt gratis verspreid; aanmelding voor toezending van de digitale nieuwsbrief van de stichting en voor het Warmtenetwerk Magazine kan via de website www.warmtenetwerk.nl of door een mail te sturen met uw gegevens aan info@ warmtenetwerk.nl.

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 7. HERFST 2010

19


WARMTENETWERK

meer comfort met minder fossiele energie


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.