Pdm

podium.

1 Techniek en Technologie

Magazine voor relaties van het ROC van Amsterdam

September 2010 Jaargang 1

P. 02

Corine

Het OLVG bood een uitgelezen stageplek aan Corine schouten

P. 04

Geld besparen

Belastingvoordeel voor werkgevers die laten scholen

P. 08 Samen

Bedrijven en het ROC van Amsterdam zetten samen opleidingen op

Corine Schouten (23), oud-leerling opleiding Fijnmechanische Techniek, ROC van Amsterdam.

Soms is de oplossing een simpel haakje

Tussen de teflon en de zuignappen hervond stagiaire Corine Schouten haar fascinatie voor het vak Fijnmechanische Techniek.

‘Ik had een baaljaar. Ik was onzeker door een eerdere stage en twijfelde aan mijn opleiding Fijnmechanische Techniek. Totdat een medestudent mij tipte over een leuke stageplek bij Medisch Instrumentele Zaken, MIZ, van het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis - het OLVG - in Amsterdam. Ik voelde mij er meteen thuis. De MIZ maakt medische gereedschappen en hulpstukken voor operatiekamers, behandelruimtes en ziekenzalen. Met technische oplossingen kun je de kwaliteit van leven van patiënten verbeteren. Dat sprak mij enorm aan.

Bovendien klikte het meteen met Lau, hoofd van de werkplaats en mijn stagebegeleider.

foto: steef meyknecht

02 Op de cover

Namaaklichaam Drie achtereenvolgende jaren heb ik bij de MIZ stage gelopen en werkte ik er elke zomervakantie. Al snel kreeg ik moeilijker klussen. Ik maakte bijvoorbeeld naalden met piepkleine vloeistofgaatjes aan weers­ zijden om aderen mee te spoelen. Ook werkte ik mee aan een namaaklichaam van kunststof met skelet en neporganen voor het testen van röntgenapparatuur.

Bij de MIZ ben ik enorm gestimuleerd in zelfstandig werken, creativiteit en inventiviteit. Lau stond altijd klaar om te helpen, maar liet mij vooral zelf rommelen en oplossingen vinden. Daar leer je van. Zo experimenteerde ik met siliconenkit en een teflonkrimpkous om de handgreep van een warmtepincet te isoleren. Door het vertrouwen dat Lau mij gaf, werd ik zekerder en zag ik weer waarom Fijnmechanische Techniek mij zo fascineert: veelzijdigheid.

Met veelzijdigheid bedoel ik dat je vanuit het niets een concreet product bedenkt en maakt. Een apparaat dat bijvoorbeeld verstelbaar is, verschillende functies heeft of waaraan je onderdelen kunt veranderen. Door nadenken en uitproberen vind je de juiste technische oplossing. Ik heb bijvoorbeeld veel geleerd van een ophangsysteem voor camera’s aan couveuses. Via deze camera’s en een website kunnen ouders thuis hun baby in de couveuse zien. Het bestaande systeem met zuignappen voldeed niet. Het paste niet op alle bedden waardoor de camera’s vielen. Ik negeerde de zuignappen en bedacht een enorm ingewikkeld prototype. Een regelrechte flop. Pas toen ontdekte ik dat de zuignappen wél nuttig waren. En dat je het oorspronkelijke ontwerp met een simpel haakje passend en verstelbaar kon maken.

Door mijn OLVG-stage ben ik nog meer gaan beseffen dat mechanische constructies niet alleen functioneel moeten zijn, maar er ook mooi moeten uitzien. Medische hulpstukken zijn oerdegelijk, maar ogen nogal technisch door bijvoorbeeld schroeven en stangen.

Patiënten zien liever mooi design. Dan voelen zij zich prettiger. Ik volg nu de hbo-opleiding Product Design & Engineering. Misschien kom ik na mijn studie terug in het OLVG. Dan maak ik vrolijke lieveheersbeestjes van de zuignappen op de couveuses.’

03 Inhoud

Redactioneel Beste relatie, Met trots bied ik u het eerste nummer van Podium voor Techniek en Technologie aan.

Trots omdat we u willen laten zien, dat we hard gewerkt hebben aan beter technisch beroepsonderwijs, waarin theorie en praktijk hand in hand gaan. Alles om de student optimaal voor te bereiden op zijn toekomst in de technische sector.

Trots ook op de studenten en docenten die net dat stapje extra zetten om beter en uitdagender onderwijs mogelijk te maken en trots natuurlijk ook op u, de technische bedrijven, die zorgen voor goede stage en leerwerkplekken en goede praktijkbegeleiders, maar die ook meedenken en mee investeren in goed onderwijs.

In dit nummer veel voorbeelden uit de praktijk. Voorbeelden waar u mogelijk uw voordeel mee kunt doen. Wist u overigens dat het technisch onderwijs van het ROC van Amsterdam en ROC Flevoland zicht uitstrekt van Lelystad tot Heerhugowaard en van Hilversum tot Amstelveen? Dat betekent dat we in staat zijn in een hele grote regio regie te voeren op de kwaliteit van het aanbod en beter in staat zijn om tegemoet te komen aan uw wensen.

Ten slotte wil ik graag met u mijn grootste zorg delen. Het aantal jonge mensen dat kiest voor een technische opleiding blijft achter bij de vraag van de markt. Dat heeft te maken met het imago van de technische sector, maar veel meer nog met onwetendheid over de mogelijkheden van een carrière in een technisch beroep. We zullen dan ook met vereende krachten, zoveel mogelijk jonge mensen, vrouwen, mannen, autochtoon en allochtoon, met hulp van alles en iedereen en op elk geschikt moment moeten mobiliseren om te kiezen voor een technische opleiding.

We hebben samen dus nog een klus te klaren en ik heb er alle vertrouwen in dat ons dat ook gaat lukken.

P. 8 Uit de praktijk Het Amsterdamse bedrijfsleven en het ROC van Amsterdam zoeken elkaar steeds vaker op om samen vakmensen op te leiden.

P. 12

P. 6 De winst

Vroeger en nu

Peter Landkroon ontwierp voor zijn stagebedrijf een 3D-programma om productpresentaties te verbeteren.

Hij bracht de boel daarmee goed in beweging.

De idealisering van de aloude MTS is niet terecht, zeggen twee oud­ gedienden.

En verder: P. 14 Kompas P. 15 Nieuwe opleiding: BedrijfsautoTechnicus P. 16 Maak kennis met commercieel manager Jos Kelbling

Teksten: Sandra Poorthuis, Yvonne Ris, Susanna Wiersma, Ger Schep (Daan Duurzaam) Fotografie: Hans Kamstra, Cover: Steef Meyknecht Vormgeving en inhoudelijk concept: Maters & Hermsen Druk: OBT bv, Den Haag Hoofdredactie: Sandra Poorthuis (ROCvA) Podium. Techniek en Technologie is een magazine voor relaties van het ROC van Amsterdam Techniek en Technologie.

Het blad verschijnt twee keer per jaar. Redactieadres voor vragen, ideeën en suggesties: s.poorthuis@rocva.nl Met medewerking van: Elektrawerken Nederland B.V., Joulz, NedTrain, Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, Scania Amsterdam, Truckland Noord-Holland B.V., Voorbij Funderingstechniek, VTOC Fokker, WorkCycles, Ymere

Podium. Techniek en Technologie September 2010

foto: Xander Remkes

P. 04 Wat u altijd al wilde weten over: geld besparen op opleiden P. 05 Column van Daan Duurzaam P. 13 VTOC Fokker en het ROC van Amsterdam: al dertig jaar samen

Ik wens u veel leesplezier.

Met vriendelijke groet, Danielle Habets

04 Weten

Geld besparen op scholing Werkgevers krijgen belastingvoordeel als zij medewerkers een leerbaan aanbieden. Dat gaat via de Wet Vermindering Afdracht Loonbelasting (WVA).

* Scholing: 2.655 euro Een werkgever die een medewerker op een leerbaan aanneemt, maakt aanspraak op een WVA-korting van maximaal 2.655 euro per medewerker per jaar. Bij een aanstelling van minder dan 36 uur per week, inclusief de onderwijsuren, is dit bedrag evenredig lager. Voorwaarde is dat de opleiding Crebo-geregistreerd is. Dit staat vermeld in de praktijkleerovereenkomst (POK), die u met de medewerker en het ROC van Amsterdam sluit. Deze overeenkomst moet ook ondertekend zijn door het Kenniscentrum Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven.

* Start­­kwali­ficatie: 3.000 euro Een werkgever kan een WVA-korting krijgen van maximaal 3000 euro per medewerker per jaar als hij op een leerbaan een werkloze aanneemt die bij CWI is ingeschreven en nog géén startkwalificatie heeft. Bij een aanstel-

ling van minder dan 36 uur per week, inclusief de onderwijsuren, is dit bedrag evenredig lager. Hiervoor heeft u een ‘Verklaring Werkloze’ van CWI nodig. Die kunt u aanvragen bij: CWI Bureau Juridische Zaken Postbus 883 2700 AW Zoetermeer telefoon (079) 750 29 03.

* Erkenning Verworven Competenties: 300 euro Sinds 2007 bestaat er een nieuw type belastingvoordeel. Een werkgever die de procedure voor Erkenning Verworven Competenties (EVC) betaalt voor een werknemer, kan rekenen op een WVA-korting van 300 euro per werknemer per kalenderjaar. Daarvoor heeft de werkgever wel een schriftelijke verklaring nodig van de EVC-aanbieder waarin staat dat deze (voorlopig) erkend is. (Voorlopig) erkende EVCaanbieders zijn opgenomen in het register van het Kenniscentrum EVC – zie www.kenniscentrumevc.nl.

* Stapelbare kortingen De kortingen voor WVA Scholing en WVA Startkwalificatie zijn stapelbaar, wat kan leiden tot een maximale korting van 5.655 euro per werknemer per jaar. Voor meer informatie over beide kortingen op de afdracht van loonbelasting , kunt u contact opnemen met de Belastingdienst, of kijk op: www.belastingdienst.nl.

in dat studenten gedurende hun opleiding enkele maanden stage lopen. De tegemoetkoming bedraagt maximaal 1.200 euro per jongere per jaar. Voorwaarde is dat de opleiding Crebogeregistreerd is. Dit staat vermeld in de praktijkleerovereenkomst (POK) die u met de betrokkene en het ROC van Amsterdam sluit. Deze overeenkomst moet ook ondertekend zijn door het Kenniscentrum Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven. De stage moet minimaal twee maanden duren. De stagevergoeding geldt naar rato: twee maanden stage betekent een vergoeding van 200 euro. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de Belastingdienst (0800 0443) of kijken op: www.belastingdienst.nl.

Hoe werkt het mbo?

* BOLstageplaats: 1.200 euro Werkgevers die jongeren aannemen op een BOL-stageplaats kunnen voor­ taan rekenen op een fiscale tegemoetkoming. Zo’n BOL-stageplaats houdt

BOL of BBL? Leerwegen? Vier niveaus? Competentiegericht onderwijs? Beroepspraktijk­ vorming? Examens? Wilt u meer weten over de ins en outs van het mbo-onderwijs, kijk dan op de vernieuwde website van het ROC van Amsterdam: www.rocva.nl/mbo

05 Column

Half China rijdt op een elektrische scooter Tekst: Daan Duurzaam

Verlekkerd staarde Farouk naar zijn beeldscherm. Daar was het, de beste set up voor zijn scooter. 2Fast4race 80cc cilinderkit, een XSH roost uitlaat. Dat is goed voor 24 PK, zo uit de doos. Als ik dat goed afstel, moet er toch zo’n 30 of misschien wel 32 PK uit te krijgen zijn.

Dan komt er natuurlijk nog wel een 28 mm Dell’Orto carburator bij met een recht Malossi spruitstuk. Dit moet dan toch goed zijn voor zo’n 150-160 per uur.

Wat moet dat allemaal niet kosten, vroeg Daan, altijd geïnteresseerd in de nieuwste spullen en zeker in snelheid. Tja, het zijn geen vaste prijzen. Soms kan je het wel wat voordeliger krijgen.

Maar ja, samen met mijn Beta Ark zou dat nieuw wel eens op ruim 5000 euro kunnen komen.

En als je dan aangehouden wordt en de rollenbank laat doordraaien, ben je dan je spul niet kwijt? Nou, dan moet je alleen binnen twee weken je brommer in de originele staat terugbrengen en hem met de papieren op het bureau laten zien, zei Farouk. Hij is een optimist.

Waarom koop je eigenlijk niet een elektrische scooter? Die hoort de politie in ieder geval niet van ver aankomen en is toch ook wel een stuk goedkoper.

Die kan je niet opvoeren, Daan. Met zo’n snorfiets kan ik niet aankomen. Dat is toch niks.

Daan ging zelf maar eens kijken wat er te koop is. Een mooie klas­ sieke Vespa GS ombouwen met electro-motor en 2 lithium fosfaat batterijen leek wel wat. Hoe hebben ze dat eigenlijk geregeld? Wat is 49 cc omgerekend naar een electro-motor? Daar moet met wat fantasie toch wat op te vinden zijn. Een agent weet vast niet genoeg om het te kunnen controleren. Een mooi zoemertje met vriendelijk snorrend geluidje, zodat fietsers je wel kunnen horen en niet teveel schrikken als je met een bloedgang langs komt, het leek Daan best te doen om zoiets in elkaar te zetten. Half China rijdt op een elektrische scooter. De kennis is er wel, alleen nog niet volop bij ons, op onze markt.

Ik zag de politiecontrole al van verre, veel mooie gele hesjes. Ik nam wat gas terug en zwaaide vriendelijk naar de norse motoragent, die mij pas opmerkte toen ik al vlak voor zijn neus reed en mijn snorrend geluidje kennelijk wel prettig vond klinken. In mijn ooghoek zag ik Farouk met zijn opgevoerde Beta op de rollenbank staan.

Ik belde hem ‘s avonds op om te vragen hoe het was afgelopen.

Geen accijns en geen kwartje van Kok maken electra ook wel een erg goedkope brandstof, voor zo’n 1,5 cent per km kan je flink door­r ijden.

Laden is niet zo ingewikkeld. In de box met een verlengsnoertje aansluiten aan het net. Een brommer moet toch binnenstaan, wil je er een beetje lang plezier van hebben.

Achter Daan Duurzaam gaat docent Ger Schep schuil.

Hij is ambassadeur duurzaamheid van het Domein Techniek en Technologie, onder andere richting de leerlingen.

Duurzaamheid is een speerpunt van het Domein Techniek en Technologie.

Podium. Techniek en Technologie September 2010

06 De Winst

Stagiair Peter kreeg de boel in beweging Het begon met een beetje spelen en ­oefenen. En ineens wist stagiair Peter Landkroon hoe je met een 3D-­ computerprogramma natuurgetrouw licht­ effecten in woningen en gebouwen kon laten zien. Goed voor Peter én voor zijn stagebedrijf, Elektrawerken Nederland (EWN), dat nu aan klanten mooiere offertes kan aanbieden.

‘Offertes zijn nu transparant en begrijpelijk’

‘Met een goede presentatie kun je klanten overtuigen’

‘Wij zoeken voor stagiairs altijd opdrachten die passen binnen de stagerichtlijnen van de school. Daarom kon Peter mooi Autocad-tekeningen maken, die wij meesturen met offertes om te laten zien waar lichtpunten komen. Ook kon Peter met het 3D-lichtontwerpprogramma Dialux aan de slag. Dat paste binnen de stageopdracht en zelf had ik er geen tijd voor.

Het lukte Peter om de Autocad-tekeningen in het 3D-programma te importeren. Hierdoor ontstond een realistisch beeld van hoe licht zich verspreidt. Je loopt door een virtueel huis en ziet niet alleen dat ergens een spotje komt, maar ook het lichteffect ervan.Voor ons betekent dit een extra service aan klanten. De offertes zijn nu namelijk heel transparant en begrijpelijk.

Peter leert snel en wil echt, daarom heb ik veel tijd uitgetrokken om hem nieuwe dingen te leren. Ik had hem ook graag meer verteld over andere elektrotechnische systemen. Maar omdat ik stageopdrachten moest aanreiken die passen bij de competenties die Peter moest ontwikkelen, kon dat helaas niet.’

Abdel Bouhali, projectleider/bedrijfsleider, praktijkbegeleider Elektrawerken Nederland

‘De stagebegeleider van Peter op zijn school, Rijk, probeert altijd de juiste leerlingen naar het juiste stagebedrijf te sturen. Met Peter klikte het meteen.

Hij was gemotiveerd, nam geen blad voor de mond en draaide gewoon mee in de productie.

Peters 3D-programma heeft ons ervan bewust gemaakt dat je met een goede presentatie je klanten kunt overtuigen. Ook kijken wij door de Peters feedback nu kritischer naar onze interne processen zoals werkvoorbereiding en bouwvergaderingen.

Het succes lag zeker aan Peters inzet. Maar vergeet de communicatiekracht van Rijk niet. Hij is duidelijk, eerlijk, wacht niet af en zit zijn leerlingen achter de broek. En natuurlijk hebben wij geïnvesteerd in tijd en middelen, zodat Peter zich kon ontwikkelen. De branche klaagt dan wel dat er te weinig vakmensen zijn, maar geef mensen dan ook de kans om te leren.

Alleen dan til je de elektrotechnische branche naar een hoger niveau.’

Etienne Lieverst, directeur EWN, stagebegeleider

Investeerde veel tijd in Peter Kan klanten extra service bieden

ood Peter tijd en middelen B om zich te ontwikkelen Kan de productpresentatie verbeteren

ambitie is het verstandiger om eerst praktijkervaring in de buitendienst op te doen. Dan weet je later, als je bent opgeklommen, beter waar monteurs het over hebben.’

Robert Bennema, servicemonteur EWN, collega van Peter

Spijkerde Peter bij in lichttechniek Kan de werkwijze moderniseren

‘Peter heeft ons een stap verder gebracht’ ‘Ik nam Peter regelmatig mee tijdens klussen. Daar leer je het vak echt. Ook deed hij allerlei bestellingen. Dat scheelde mij tijd en Peter deed er enorm veel materiaalkennis mee op. ’s Avonds legde ik hem alles uit over licht: opbouw, warmte, kleur en stroomverbruik. Dat bleek nuttig toen hij presentaties ging geven over het 3D-programma. Dan moet je geen half verhaal houden.

Peter bracht veel persoonlijkheid binnen: vrolijk en gezellig. Soms te, dan werd het een jonge hond die je even terug moest fluiten. Maar ook is hij serieus, doordacht, niet te beroerd om langer door te werken. Hiermee heeft hij ons een stap verder gebracht.

Met zijn programma kunnen wij onze werkwijze namelijk moderniseren. Ik vind het jammer dat Peter meteen op een kantoor gaat werken. Zeker met zijn

‘Ik ga het ont­ werp­programma opnemen in het lespakket’ ‘Peter heeft één onhebbelijke eigenschap. Hij is ongelooflijk moeilijk in beweging te krijgen. Ik zat hem daarom flink achter de vodden. Hij kan veel, zeker als een onderwerp hem interesseert, en dat wilde ik eruit halen. Steeds weer moest hij zijn werkzaamheden en

‘Ik heb iets neer­gezet waarmee bedrijven verder willen’

aanpak bij mij rapporteren en verantwoorden.

Peter is vooral zover gekomen, omdat EWN elke keer een stap verder ging: kun je dit aan het programma toevoegen of uitzoeken of dat mogelijk is. De kracht van een stageplaats is dat je de theorie in praktijk kunt brengen. EWN heeft Peter hierin heel goed begeleid. Het bedrijf had de opdrachten en de middelen en Peter de ambitie.

Het programma dat Peter heeft ontwikkeld, bewijst dat je als school de realiteit in het bedrijf moet volgen. Zo moet je nieuwe ontwikkelingen implementeren in de opleiding. Dat gebeurt te weinig. Ik ga Dialux, het 3D-lichtontwerpprogramma, daarom opnemen in het lespakket. En Peter heb ik voorgedragen als Uitblinker, de prijs voor de beste stagiair van het ROC van Amsterdam 2010.’

Rijk van der Pol, docent Elektrotechniek en stagebegeleider

Zat Peter flink achter de broek Gaat het lespakket vernieuwen Elektrawerken Nederland Elektrawerken Nederland (EWN) • Elektrotechnisch installatiebedrijf • Ontwerpt en installeert licht- en klimaatbeheersingssystemen, omroepinstallaties en computernetwerken voor particulieren en bedrijven • Twaalf medewerkers • Gestart 1975.

Zie ook: www.ewn.nl

‘Ik was meteen volwaardig EWN-medewerker. Ik deed er niet alleen mijn stageopdrachten, maar werkte ook aan gewone klussen van het planbord. Mijn collega’s hebben mij altijd goed begeleid. Zij waren goed benaderbaar, eerlijk en gaven duidelijke feedback. Ook met Rijk, mijn stagebegeleider van school, verliep de communicatie langs korte lijnen. Hij beantwoordde mijn vragen snel en wekelijks bespraken wij de planning. Zo werkte ik heel gestructureerd.

Als iets mij boeit, ga ik er 100 procent voor. Toen ik het lichtontwerpprogramma Dialux zag, was ik meteen enthousiast. Ik kreeg de kans er volop mee te spelen.

Door er zelfstandig mee te oefenen en met technische input van Abdel ben ik in het programma gegroeid.

Na mijn opleiding zou ik bij EWN kunnen blijven, maar voorlopig is er alleen plek in de buitendienst.

Ik wil echter tekenen en ontwerpen. Daarom kies ik voor een baan die een ander elektrotechnisch installatiebedrijf mij heeft aangeboden naar aanleiding van mijn programma. Ik heb iets neergezet waarmee bedrijven verder willen.’

Peter Landkroon, opleiding Elektrotechniek, stagiair Elektrawerken Nederland

Ging er 100 procent voor Had meteen een baan Podium. Techniek en Technologie September 2010

08 Uit de praktijk

Handen aan de pomp Het Amsterdamse bedrijfsleven en het ROC van Amsterdam zoeken elkaar steeds vaker op om gezamenlijk opleidingen op te zetten. Wat daar voor nodig is? In ieder geval een flinke dot energie. Maar dan heb je ook wat.

T

wee voetbalvelden lang is de hypermoderne onderhoudshal van treinonderhoudsbedrijf NedTrain in de Watergraafsmeer.

Op drie van de vier verhoogde sporen – een soort autobruggen voor treinstellen – staan roodroze hogesnelheidstreinen van de NS. Paradepaartje is de NS Hispeed Fyra, aerodynamisch vormgegeven en met een topsnelheid van 250 kilometer per uur.

De hal herbergt ook het hightech lesmateriaal voor Amsterdamse leerlingen ‘Monteur Mechatronica’. Dit tweejarige opleidingstraject op niveau 2 heeft NedTrain samen met het ROC van Amsterdam en ROC Eindhoven ontwikkeld. Het doel van deze opleiding: de komende jaren tientallen jongeren aantrekken en opleiden als railvoertuigenonderhoudsmonteur. Joop Spaargaren, manager opleidingen ROC’s bij NedTrain, zegt daarover: ‘Door natuurlijk verloop verlaten oudere medewerkers de organisatie. Deze arbeidsplaatsen willen wij invullen met jongeren die wij op maat opleiden. Zo moeten zij verantwoord kunnen omgaan met veiligheid en materieel. Ze moeten kunnen werken met hoge voltages en ook hoge kwaliteit leveren. Amsterdam en Eindhoven konden deze en andere specifieke opleidingswensen omzetten in een hoogwaardig lesprogramma.’

Zestien leerlingen zijn vorig schooljaar gestart, waarvan tien bij het ROC van Amsterdam. Het eerste jaar zitten zij op school (BOL-traject) en leren basistechnieken en veiligheidsnormen. Een korte stage en oriën­ tatiecursussen geven hen een voorproefje van de praktijk. Degenen die gemotiveerd en competent zijn, komen het tweede jaar in dienst bij NedTrain (BBL-traject). Onder de hoede van praktijkbegeleiders van NedTrain specialiseren zij zich dan in het echte treinonderhoud.

Samengesmolten Even verderop, bij woningcorporatie Ymere in Diemen, speelde een andere opleidingsbehoefte. Ron Scholte werkt er als teamleider planning: ‘Wij zijn in 2007 een eigen opleiding gestart om onze onderhoudsmedewerkers allround te maken. Iemand heeft daardoor niet alleen verstand van metselen, timmeren, loodgieterswerk, schilderen en elektra, maar beheerst alle disciplines. Zo kan hij alle voorkomende onderhoudsproblemen zelf oplossen en opdrachten sneller afronden. Afgelopen jaar hebben wij samen met het ROC van Amsterdam

van onze bedrijfsopleiding een gecertificeerd traject gemaakt, Servicemedewerker Gebouwen op niveau 2. Onze onderhoudsmedewerkers kunnen nu een wettelijk erkende opleiding volgen die leidt naar een landelijk erkend diploma. Zeventien van hen zijn in 2009 gestart.

Mogelijk zullen de andere 98 onderhoudsmedewerkers volgen.’

De certificering is het resultaat van nauwe inhoudelijke afstemming.

Ron: ‘De Ymere-opleiding en het ROC van Amsterdam-traject zijn samengesmolten tot één product. Onze taken en werkomschrijvingen waren al praktisch een-op-een met het wettelijke onderwijsprogramma. Het ROC van Amsterdam heeft die verder geclusterd en gefinetuned.’

Het ROC van Amsterdam verzorgt de vaktheorie binnen de met Ymere opgezette opleiding. De lessen vinden plaats op wisselende locaties met passende faciliteiten om de theorie meteen in praktijk te brengen.

Ymere organiseert het praktijkdeel op de werkvloer. De leerling-servicemedewerkers lopen hier met praktijkbegeleiders mee in de dagelijkse praktijk. Dit gebeurt stapsgewijs van werken onder begeleiding naar uiteindelijk zelfstandig functioneren.

Sexier Ymere en NedTrain zochten het ROC van Amsterdam op. Maar de school stapt ook zelf op het bedrijfsleven af en mobiliseert zonodig de branche. Zoals bij de Amsterdamse fietsenwinkels die het vak zien afbrokkelen bij gebrek aan nieuwe, enthousiaste collega’s. Jaarlijks ronden slechts vijftien leerlingen het BBL-traject Rijwieltechnicus (niveau 2) af. De belangstelling voor de opleiding is gering. Het ROC van Amsterdam ontwikkelde daarom met zes fietsenwinkels een BOL-opleiding Rijwieltechnicus op niveau 2. Deze moet vooral vmbo’ers trekken die te jong zijn voor een leer-werktraject (BBL) en die liever het vak op school leren. De eerste leerlingen zijn dit schooljaar gestart.

Een van de deelnemende fietsenwinkels is WorkCycles, bakfietsspecialist in de Jordaan. Tom Resink is bedrijfsleider bij WorkCycles en oudleerling van het ROC van Amsterdam. ‘De branche levert input voor het onderwijsprogramma en biedt interessante stageplekken.’

Het ROC van Amsterdam heeft bewust bedrijven met verschillende specialismen benaderd, bijvoorbeeld transportfietsen, racefietsen en elektrische fietsen. Zo raken de leerlingen thuis in verschillende disciplines. Om dezelfde reden lopen zij stage via een roulatiesysteem.

Bij een nieuw hoofdstuk in het theorieboek gaan de leerlingen naar een ander stagebedrijf. Ook is er aandacht voor verkooptechnieken en communicatieve vaardigheden. Fietsenwinkels krijgen namelijk steeds vaker te maken met verhuuractiviteiten en verkoop van accessoires. > Lees verder op pagina 10

Podium. Techniek en Technologie September 2010

X

Nedtrain: jongeren op maat opleiden Voorbij: opleiding moet infra-brache populairder maken

Workcycle: branche levert input voor onderwijsprogramma

Ymere: onderhoudsmedewerkers allround maken

10 Uit de praktijk

De nieuwe BOL-opleiding is onderdeel van ‘Amsterdam blijft fietsen!’

Dit project moet de Amsterdamse fietsenbranche moderniseren en sexier maken. Hiervoor ontwikkelen het ROC van Amsterdam en de branche opleidingen op niveau 3 en 4 en een onderwijsleerbedrijf.

Beeldvorming Ook bij Voorbij Funderingstechniek, dat meewerkt aan de tweede Coentunnel en de verlengde A5, zijn het actuele vragen. Hoe verbeter je de instroom van jongeren en de beeldvorming van de bouw?

Personeelsfunctionaris Arie van Leeuwen: ‘Onze personeelsbehoefte is breed van hei-machinisten tot projectleiders. De eisen qua veilig werken en vakkennis zijn hoog. Bij het middenkader is persoonlijkheid ook belangrijk. Om een eerste stap te zetten, haken wij aan bij het ROC van Amsterdam-project: Infra, mijn loopbaan.’

In dit infra-project werken het ROC van Amsterdam en regionale infratechniekbedrijven sinds vorig jaar samen om de instroom van leerlingen Infratechniek BOL-4 (middenkader) te verbeteren. Binnen twee jaar moeten er 25 leerlingen in opleiding zijn. Arie zit in de werkgroep die input levert voor een moderner en meer praktijkgericht onderwijsprogramma, en doorstroom naar het hbo. Onder andere via goede stageplekken en gastdocenten. Een promotiewerkgroep werkt aan de beeldvorming. Zo moeten bedrijfsexcursies, loopbaangesprekken en een alumninetwerk een reëel beeld geven van opleiding, beroep en branche.

Korte lijntjes Gevraagd naar de succesfactoren van de samenwerking weten onze gesprekspartners een hele reeks te noemen. Om samen een opleiding van de grond te tillen is goede, open communicatie een absolute voorwaarde, vindt Tom Resink van Workcycles. De teamleider bij Ymere, Ron Scholte, beaamt dat: ‘Voordat je daadwerkelijk van start bent, is veel overleg nodig. Waar wringt het nog? Waar kan het beter? Wij overleggen daarom elke twee weken.’

Joop Spaargaren van NedTrain vindt het vooral belangrijk dat alle partijen een vaste contactpersoon hebben. Dat zorgt voor korte lijnen en goede bereikbaarheid. Ook een flexibele opstelling is onontbeerlijk. Tom: ‘Het idee voor roulerende stageplekken kwam vanuit de fietsenwinkels. Het ROC van Amsterdam verwerkte onze wens in het lesprogramma.’

Verder richt het ROC van Amsterdam op verzoek van NedTrain een praktijklokaal in. Leerlingen kunnen dan ook in gesimuleerde situaties

Hoe werkt het?

• Open communicatie, korte lijnen.

• Vaste contactpersonen.

• Flexibele houding.

• Investeren in tijd en inzet leveren.

• Het ROCvA bewaakt de onderwijskwaliteit.

• Het bedrijfsleven brengt de beroepscontext in.

praktijkervaring op doen. Hetzelfde gebeurt bij woningbouwcorporatie Ymere. Met zulke lokalen is de theorie altijd in praktijksituaties toepasbaar, ook als het planbord geen passende werkopdrachten biedt.

Inplannen Wel is het ondanks alle betrokkenheid zaak om ook echt tijd en energie in de projecten te steken. Tom benadrukt: ‘Met een fietsenwinkel ben je altijd druk. Gemaakte afspraken willen dan weleens vervagen, waardoor actiepunten kunnen blijven liggen.’

Arie van Leeuwen van Voorbij Funderingstechniek kan hier over meepraten: ‘De bedrijven in onze projectgroep zijn soms wat te afwachtend. De handen moeten aan de pomp. Wij zouden elkaar daar vaker op moeten aanspreken. Ook kost het tijd intern draagvlak te vinden.

Als ik stageplekken toezeg, dan moeten mijn collega’s wel tijd vrij kunnen maken voor stagebegeleiding.’

Bij Ymere heeft Ron ervaren dat de organisatie van praktijkopdrachten de nodige inspanningen vergt. ‘Om een leeropdracht uit te voeren, moet er ook een echte onderhoudsklus zijn. Bovendien moeten de beschikbaarheid van vakkracht en praktijkbegeleider op elkaar worden afgestemd. Maar inmiddels kunnen wij voldoende leeropdrachten in het dagelijkse werk inplannen.’

Treinsfeertje Bij NedTrain staat de opleiding goed op de rit en de werving begint te lopen. Joop: ‘Uiteindelijk willen wij landelijk met meerdere roc’s mensen opleiden voor treinonderhoud in de regio. Ook op niveau 3. En de leslocaties op de scholen krijgen een echt treinsfeertje. Zo gaan de klaslokalen bijvoorbeeld sissend open als je op een knop drukt. Net als bij de trein.’

Meer weten? Contactpersonen bij het ROC van Amsterdam • NedTrain > Gerrit van den Hoed T 020 – 579 1436 E HoedG@rocva.nl

• Voorbij Infratechniek > Michel van Erkelens M 06 –115 10 347 E m.erkelens@rocva.nl

• WorkCycles > Yvonne Ris M 06 – 424 51 689 E ym.ris@rocva.nl

• Ymere > Ad Leijen M 06 –816 21 359 E LeijenA@rocva.nl

Wel de kennis, (nog) niet de papieren Het bedrijf Joulz en Robert van Vliet wilden graag met elkaar in zee. Eén probleempje: Robert had geen erkend mbo 4-diploma. Maar met een Eerder Verworven Compenties-traject (EVC) bewees Robert dat hij wél de senior uitvoerder was die Joulz zocht.

Twintig jaar ervaring hebben, maar om promotie te maken had Robert van Vliet niet de noodzakelijke papieren. Daar bleek een oplossing voor.

Robert: ‘Een teamleider van Joulz – onderdeel van Eneco – nodigde mij eind 2009 uit te solliciteren als senior uitvoerder. Ik zou dan een gasonderhoudsploeg van vijf jongens gaan aansturen. Ik wilde graag, maar heb geen diploma op mbo-niveau. Wel werk ik al twintig jaar in de gastechniek, onder andere als projectleider. Ook heb ik altijd vaktechnische opleidingen gevolgd, zoals meet- en regeltechniek. Ik wist dus dat ik op een behoorlijk niveau kon functioneren, maar kon dat niet hard maken. Joulz bood aan al mijn diploma’s en certificaten in een zogenoemd EVC-traject naast elkaar te leggen om mijn niveau te beoordelen.

Een geweldige kans.’

Robert kon aanhaken bij een EVC-traject dat Joulz in dezelfde periode was gestart om ongeveer honderd gas- en elektromonteurs bij te scholen naar ‘Technicus gas en warmte’ op mbo 4-niveau; binnen Joulz staat dat bekend als het gestructureerd opleiden van ‘Werk Verantwoordelijken’.

Via een EVC-traject stellen deskundigen vast op

11 Doorgeleerd

welk niveau de medewerkers kunnen functioneren en waar zij aanvullende opleiding nodig hebben.

Alle eerder verworven diploma’s en ervaring tellen hierin mee. Het ROC van Amsterdam verzorgt via de afdeling Contractonderwijs (zie kadertekst) een deel van het EVC-traject. Een ROC van Amsterdam-examencommissie beoordeelt de portfolio’s, voert examengesprekken en stelt het traject vast op weg naar het diploma. Daarnaast stellen psychologische adviesbureaus via bijvoorbeeld IQ-testen iemands denk- en werkniveau vast. Bij Joulz zat in het EVC-pakket ‘Technicus gas warmte’ ook een test Engels.

Geen eindstation En, geslaagd? Robert: ‘Super. Ik kan aantonen dat ik op mbo 4-niveau kan functioneren. Ik wist dat ik meer in mijn mars heb, dan dat ik op papier kon laten zien. Joulz verdient een schouderklopje omdat het bedrijf bereid is verder te kijken. Zij hebben goede, ervaren mensen nodig en willen daarin investeren. Het gaf mij een gevoel van erkenning.’

Maar het gaat om meer. Robert komt met dit traject in aanmerking om de rol van ‘Werk Verantwoordelijke’ in te vullen. ‘Ik heb nog een werkcarrière van dertig jaar voor mij. En in die periode wil ik nog vaak in de schoolbanken zitten. Deze functie, hoe mooi ook, is geen eindstation. Joulz staat ervoor open dat ik mij verder ontwikkel. Ik zal alle kansen aangrijpen. Het is zeer praktisch dat ik nu het mbo kan overslaan en meteen door kan naar het middle management en het hbo,’ vertelt Robert.

En Joulz? Robert: ‘Die heeft er een zeer enthou­ siaste werknemer bij met een frisse blik, waar het bedrijf nog veel uit kan halen.’

Zie ook: www.joulz.nl

Contractonderwijs Techniek & Technologie Contractonderwijs Techniek en Technologie verzorgt voor bedrijven en instellingen technische BBL -en BOL-opleidingen op niveau 1, 2, 3 en 4. Dit gebeurt via maatwerktrajecten die specifieke opleidingswensen invullen, vakgerichte na- en bijscholingscursussen, en duale

trajecten waarbij medewerkers regulier onderwijs volgen. Bij EVCtrajecten (zie artikel) beoordeelt Contractonderwijs het portfolio, verstrekt diploma’s en verzorgt desgewenst de vervolgopleidingen.

De opleidingen worden op ROCVA-locaties of in house gegeven.

12 Vroeger en nu

Van krijtje tot computer in de klas De idealisering van de aloude MTS is niet terecht. Dat vinden docent Koos Stroosnier en programmamanager Hans Kaspersen van het ROC van Amsterdam. Zij vergelijken het technisch mbo-onderwijs van vroeger met nu.

Vroeger was er een school, volgden we lessen en deden we examen. Nu praten we over een onderwijsinstelling, onderwijsconcepten en leggen we een Proeve van Bekwaamheid af. Het technisch mbo-onderwijs is veranderd en dat is goed, omdat ook alles om ons heen verandert. Draaide vroeger alles om weten en kennisoverdracht tegenwoordig gaat het om meer, de toekomstige medewerker moet beschikken over een breed palet van kennis, vaardigheden, houding en gedrag met nadrukkelijk aandacht voor leren in de praktijk.

Hendrick de Keyser Koos Stroosnier, docent Infratechniek en Hans Kaspersen, programmamanager van de techni-

sche opleidingen van het ROC van Amsterdam lopen al een tijd mee. Ze maakten alle veranderingen in het technisch mbo-onderwijs zelf mee.

Koos is zijn carrière in het technisch onderwijs begonnen bij de befaamde Hendrick de Keyser-school; in de jaren ’70 en ’80 de MTS voor bouwkunde en grond-, weg- en waterbouw. Later uitgebreid naar een gemengde MTS met ook opleidingen metaal, werktuigbouw en motorvoertuigen. In 1997 werd de Hendrick de Keyser onderdeel van het ROC van Amsterdam en in 2003 verhuisde ze met andere technische opleidingen naar de locatie Tempelhofstraat.

Hans Kaspersen: ‘Die school was een begrip in de Amsterdamse bouwwereld, bedrijven stonden

in de rij voor leerlingen die de opleiding succesvol afrondden. In de glorietijd was het gebouw gevuld met 1000 tot 1200 leerlingen. De bouw- en infraopleiding heeft er tegenwoordig zo’n 400. De structuur van het technisch onderwijs was overzichtelijk, je had meerdere MTS’en in de stad en elke MTS vertegenwoordigde een eigen branche.

Maar toen het aantal techniekleerlingen steeds verder daalde en de vraag van het bedrijfsleven veranderde van minder specifiek naar breder opgeleide technici, werd het tijd voor een andere structuur, waarin men van elkaars expertise gebruik kan maken en die leerlingen meer technisch allround opleidt.’

Dukdalven De Hendrick de Keyser werd geleid door een oud-kapitein van een baggerschip. Het bestuur bestond uit directeuren van bouwbedrijven uit

13

Koos Stroosnier (l.) samen met collega van het eerste uur, Bert van der Linden, onder het portret van Hendrick de Keyser. Niet op de foto Hans Kaspersen.

de regio. Praktijk in de school halen, gebeurde in de vorm van aanschouwelijk onderwijs.

Koos: ‘In de school stond één van de sluisdeuren van de Oranjesluizen en er waren ook dukdalven – dat zijn aanlegpalen vernoemd naar de duc d’Alba, hertog van Alva. De lessen startten om 8.30 en eindigden om 16.00 uur. Het programma bestond uit theorie, tekenen, een practicum en AVO-vakken. Het instrumentarium: een boek, een schoolbord en een krijtje. De leerlingen hadden een schrift, een pen en een boek. De computer was nog lang geen gemeengoed. In deze tijd is dat ondenkbaar. Er was ook nauwelijks ruimte voor eigen initiatief, ontdekken en onderzoeken, alles werd voorgekauwd en de leerlingen consumeerden braaf wat werd aangeboden.’

En, vervolgt Koos: ‘Als je kijkt naar de verschillen zie je ook dat de vakken toen – veel meer dan nu – los van elkaar stonden. Nu leer je wiskunde direct toepassen in praktijkopdrachten, op de Hendrick de Keyser leerde je wiskunde uit een boek en had je geen idee wanneer en waarvoor je het kon gebruiken. En ook leren in de praktijk werd toen heel anders ingevuld. Stage liep je alleen in het laatste jaar en van het uitvoeren van praktijkopdrachten was geen sprake. Je maakte een proefwerk en als je een voldoende had, dan was het oke. Of je het geleerde dan ook in de praktijk kon brengen, werd niet getoetst.’

Beroepsbeeld Op de vraag wat we verloren en gewonnen hebben ten opzichte van vroeger zijn Hans en Koos redelijk eensgezind. Winst is volgens Hans vooral, dat de leerlingen veel eerder in contact komen met het bedrijfsleven. ‘Dat zorgt voor een beter beroepsbeeld en geeft de branche de mogelijkheid zich intensiever met het onderwijs te bemoeien. Ook is het onderwijs door een evenwichtiger verdeling van theorie, praktijk, zelfwerkzaamheid en het aanleren van beroepsvaardigheden en sociale vaardig­heden aantrekkelijker geworden.’ Koos voegt daaraan toe dat een vroege stage óók van belang is voor docenten.

‘Docenten zijn zo eerder op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen. Maar we hebben ook wel wat verloren, zo mis ik wel eens het overzichtelijke en intieme van een kleine school. Leerlingen gedijen bij structuur en gekend worden. En hoewel we ons best doen om binnen het huidige onderwijsteam eenzelfde sfeer te ­creëren, kan een leerling zich best wel eens verloren voelen.’

Hans ziet wel dat er imagoschade is ontstaan. ‘Het aanzien van het huidige MBO is minder dan dat van de vroegere MTS’en.

En dat terwijl er veel meer dan vroeger verantwoording moet worden afgelegd over de kwaliteit en de resultaten van het onderwijs.’

Eens zijn Hans en Koos het over wat níet veranderd is. De trots op het vak, de betrokkenheid en de voortdurende zorg voor een goede kwaliteit. Techniek zit in hun genen, net als de zorg voor het goed opleiden van jonge technici.

Podium. Techniek en Technologie September 2010

Slagingspercentage van 95% Jan van den Heuvel, hoofd opleiding, VakTechnischOpleidingsCentrum Fokker : ‘Onze relatie met het ROC van Amsterdam loopt al vanaf begin jaren tachtig toen VTOC Fokker nog de Fokker-bedrijfsschool was en het ROC van Amsterdam nog streekschool heette. Leerlingen volgden bij ons het praktijkdeel van de opleiding vliegtuigonderhoudsmonteur en de streekschool verzorgde de theorie. Tegenwoordig zijn wij een internationaal erkende opleidingslocatie die zo’n 220 vliegtuigonderhoudsmonteurs voor de luchtmacht en burgerluchtvaart opleidt. Dit doen wij nog altijd samen met het ROC van Amsterdam. Het ROC van Amsterdam geeft bij ons op Schiphol-Oost algemene theoretische vakken als wiskunde, natuurkunde, Engels en maatschappelijkculturele vorming. Zelf verzorgen wij de specifieke vaktechnische onderdelen.

De afgelopen jaren hebben wij ons samen hard ingespannen om een goed opleidingsprogramma te ontwikkelen, waardoor de opleiding Part 147 gecertificeerd is. Dit betekent dat onze leerlingen overal in Europa onderhoud mogen plegen aan civiele en militaire vliegtuigen.

Door deze internationale kwalificering hebben zij veel perspectief op de arbeidsmarkt.

Wij stellen aan onze leerlingen hoge eisen qua kennis, vaardigheden, verantwoordelijkheidsgevoel en discipline. Je kunt bij een vliegtuig immers niet vergeten een boutje vast te draaien. Daarom werken wij met docenten die hun vak verstaan, en die met hun houding en betrokkenheid een voorbeeld zijn voor de leerlingen. Daar hebben wij ons slagingspercentage van 95% aan te danken.’

Zie ook: www.vtoc.nl

14 Kompas

Locaties en telefoonnummers Techniek en Technologie W.M. Dudokweg 66 1703 DC Heerhugowaard Tel. 06-81621359 / 06-38826113 www.rocva.nl Opleidingen • Bouwkunde • Bouwtalent BOL niveau 4

Heerhugowaard

Meeuwenlaan 132/136 1022 AM Amsterdam Tel. 020-6353800 of email: m.jongen@rocva.nl

Verrijn Stuartweg 48 1112 AX Diemen Tel. 020-5791550 Opleidingen • Opleidingsbedrijf bouwnijverheid regio Amsterdam (ROCvA met SSP) • Bouw • Afbouw (metselen, timmeren, tegelzetten) • BOL en BBL niveau 2 t/m 4

Vakmanschap • Afbouw, hout en onderhoud (schilderen, stukadoren en servicemedewerker gebouwen) • Bouw en infra (stratenmaker, grond, weg- en waterbouw) • Signmakers • BBL niveau 1 t/m 3

Dronten

Almere ROC Flevoland Almere, Lelystad en Dronten Tel. 0900-0918 Opleidingen • Bouw en Infra • Techniek en Procesindustrie (Werktuigbouw-, Elektro-, Installatietechniek) • Afbouw

Amsterdam Diemen Tempelhofstraat 80 1043 EB Amsterdam Tel. 020-5791400 Opleidingen • Bouw en Infra • Techniek en Procesindustrie (metaal, elektrotechniek, werktuigbouw en installatietechniek) • Motorvoertuigen, Schadetechniek en Fietstechniek • BOL + BBL niveau 1 t/m 4

Lelystad

Amstelveen

Bussum Hilversum

Zetterij 8 1185 ZZ Amstelveen Tel. 020-5791299 Opleidingen • Truck academy • Motorvoertuigen • Bouw • BBL niveau 2 t/m 4

Bussum Parallelweg 1 1405 AE Bussum Tel. 035-6239939 Opleidingen • Opleidingsbedrijf Gooi en Vechtstreek • Bouw • Afbouw • BOL en BBL niveau 2 t/m 4

ROC van Amsterdam Gooi en Vechtstreek Tel. 035-6892000 Opleidingen • Bouw en Infra • Techniek en Procesindustrie (o.a. mechatronica)

15 Nieuw!

Wie is wie?

De directie van het domein Danielle Habets: domeinregisseur Hans Kaspersen: programmanager van het domein Techniek & Technologie De directie bepaalt samen met de opleidingsmanagers Techniek de (onderwijs)visie en het beleid en legt contacten met bedrijven op strategisch niveau.

Bereikbaar via: t: 020 – 579 1401 m: a.lefeber@rocva.nl

Manager commerciële activiteiten Jos Kelbling is u graag van dienst als het gaat om opleiden op maat voor uw bedrijf. Weet ook alles van EVC-procedures. Bereikbaar via: t: 020 – 579 1407 m: 06 –109 16 444 e: j.kelbling@rocva.nl

Servicebureau ROC van Amsterdam Onze accountmanagers komen graag bij u langs voor advies en ondersteuning als het gaat om leerwerkplekken, stageplekken of scholing van uw werknemers Bereikbaar via: t: 020 – 579 1401 e: a.lefeber@rocva.nl Mustafa Lakbir m: 06 –148 35 612 e: m.lakbir@rocva.nl Lester de Ceuninck van Capelle m: 06 – 295 30 545 e: l.dceuninckcapelle@rocva.nl Joyce Wesseling m: 06 – 230 38 857 e: j.wesseling@rocva.nl De communicatieadviseur van het domein gaat graag met u in gesprek over werving voorlichting, pr en publicaties.

Sandra Poorthuis m: 06 – 816 21345 e: s.poorthuis@rocva.nl

Bedrijfswagenmonteurs blijven binnenboord Truck Academy, opleidingsbedrijf voor bedrijfswagens, en het ROC van Amsterdam zijn samen een BOLopleiding Bedrijfsauto Technicus gestart. Hiermee willen beide instellingen het tekort aan leer-werkplekken bij bedrijfswagendealers in de regio Amsterdam terugdringen. De BOLvariant (drie dagen per week theorie op school, twee dagen stage) is een aanvulling op de al bestaande BBL-opleiding (vier dagen leren in de praktijk, één dag theorie).

Door de extra opleidingsplaatsen blijven jongeren met interesse voor bedrijfsautotechniek behouden voor de branche. Bijkomend voordeel is dat BOL-leerlingen sneller – niet binnen twee maar één jaar – hun opleiding kunnen afronden. Zo zijn zij eerder beschikbaar voor de bedrijfswagenbranche, waar door vergrijzing een tekort aan bedrijfswagenmonteurs dreigt. Bovendien zal de BOL-variant leerlingen trekken die eerder zullen doorstromen naar een vervolgopleiding op een hoger mbo-niveau. En dat is welkom in een

branche die door technische vooruitgang complexer wordt.

De eerste twee BOL-leerlingen zijn in september 2009 gestart. Zij volgen twee dagen per week theorie op school, in de locatie Amstelveen van het ROC van Amsterdam. Voor hun praktijkervaring lopen zij drie dagen stage bij Scania. Naar verwachting zullen de komende vijf jaar jaarlijks ongeveer twintig nieuwe bedrijfswagenmonteurs afstuderen. Na hun opleiding kunnen zij meteen aan de slag bij een van de aangesloten bedrijfswagendealers van de Truck Academy (Scania, Truckland, GomesStokvis, Volvo en Renault).

Truck Academy is een initiatief van vijf regionale bedrijfswagendealers om de instroom bedrijfswagenmonteurs in de branche te vergroten. De bedrijven hebben zich verenigd in één opleidingsbedrijf en organiseren samen het praktijkdeel van de opleiding BedrijfsautoTechnicus. Het ROC van Amsterdam verzorgt het onderdeel theorie.

Zie ook: www.truckacademy.nl

Achterop Kent u ons?

‘Ik lever niet de boren maar de gaten’

Jos Kelbling (mid­ den), met Mustafa Lakbir (rechts) en Lester de Ceu­ ninck van Capelle, relatiebeheerders van de technische opleidingen.

Jos Kelbling (55), commercieel manager domein Techniek & Technologie, is een van de initiatiefnemers van het Servicebureau Techniek & Technologie. Via een netwerk relatiebeheerders wil hij het contact tussen het ROCvA en bedrijven intensiveren.

Wat heb je met techniek? ‘Ik ben opgegroeid in IJmuiden, naast Hoogovens, het tegenwoordige Corus. Mijn vader was daar hoofd PR en communicatie. Het fascinerende mij mateloos hoe met grof geweld staal werd gewalst.’

Heb je altijd als commercieel manager Techniek & Technologie willen worden? ‘Ik wilde altijd al iets commercieels doen, maar ben begonnen op de LTS. Met twee linkerhanden, zo bleek. Volgens een beroepskeuzetest kon ik beter de commercie in. Ik ging naar de Middelbare Detailhandelschool en vond marketing leuk. Tijdens mijn eerste baan, het opzetten van een autolease­ afdeling, heb ik NIMA-marketing A, B en C gedaan.’

Hoe beland je van de auto’s in het onderwijs? ‘Toevallig, maar mijn beste keuze ooit.

Elf jaar geleden maakte ik een groepsreis door Bolivia. Een reisgenoot vond een onderwijsomgeving wel bij mij passen. Ik twijfelde eerst, maar raakte tijdens de maand die wij nog samen optrokken steeds geïnteresseerder. Kort na de vakantie ben ik begonnen als manager contractactiviteiten bij Gildevaart Nieuwegein, nu ROC Midden Nederland. Drie jaar later werd ik gevraagd door het ROC van Amsterdam.’

Onderwijs, je beste keuze ooit? ‘Ja, want met vaktechnisch onderwijs kan ik mij onderscheiden. Op elke straathoek vind je een cursus Excel, maar met bijvoorbeeld Koudetechniek krijg je maatwerk. Mijn motto is “ik lever niet de boren, maar de gaten”.

Dus niet de eigenschappen van een product of dienst zijn belangrijk, maar de voordelen voor de opdrachtgever.’

Wat is je persoonlijke missie in je functie?

‘Dat je werkende mensen alsnog kunt helpen aan een erkend mbo-diploma en dat je hun vaardigheden kunt vergroten. Dat geeft hun een gevoel van erkenning en zij zijn beter inzetbaar binnen hun organisatie.’

Wanneer is jouw dag helemaal goed? ‘ Als een traject succesvol is afgesloten.

Bijvoorbeeld bij Joulz waar wij ongeveer ­honderd medewerkers hebben opgeleid naar niveau 4.’ (Zie ook p.11 – red.)

Wat weet bijna niemand van je? ‘Bijna wekelijks kun je mij met mijn Prospect 900, een zeiljacht van negen meter, vinden op de Noordzee of het IJsselmeer.’