Arenberg Magazine 2012-2013

Page 17

Geen plek waar ik meer tranen heb gelaten dan de Arenberg. Van het lachen uiteraard. Als recensent heb ik er de afgelopen 20 jaar zowat alle comedians en cabaretiers van enige naam en faam gezien. Maar ook nieuw talent, jonge wolven die in de Arenberg voor de leeuwen werden geworpen en zo hun carrière een boost konden geven. Voor cabaret en comedy is de Arenberg sinds jaar en dag een huis van vertrouwen. De grootste cabaretier van de 20ste eeuw, Toon Hermans, gaf er in 1957 al de première van zijn tweede onemanshow. De zaal behoorde toen nog toe aan het Koninklijk Kunstverbond van Antwerpen, een prestigieuze organisatie die ruim een eeuw daarvoor was opgericht onder de naam Cercle Royal Artistique, Littéraire et Scientifique d’Anvers, kortom de Cercle. Ja, zo lang wordt op deze plaats al aan kunst en cultuur gedaan. Na Toon Hermans vonden ook andere Nederlanders (Paul van Vliet, Herman van Veen, Neerlands Hoop…) hun weg naar de Arenbergstraat, en nog later Gaston en Leo, Geert Hoste en zowat alle eigentijdse Vlaamse comedians. Tot spijt van wie het benijdt (en stand-up comedy koppig blijft wegzetten als triviaal entertainment) hebben onze komieken in de rijke culturele traditie van de Arenberg een belangrijke plaats opgeëist. En het publiek is hen gevolgd. Als één kunstvorm de grote massa naar de theaters lokt, dan wel comedy. Maar dat is niet de enige reden dat er zoveel cabaret en stand-up comedy geprogrammeerd wordt in de Arenberg. De directie neemt humor heel ernstig en ondersteunt actief de premières en de tournees van vele al dan niet gevestigde namen. Ook dat mocht Toon Hermans destijds al ervaren, toen de Antwerpse impresario, regisseur, oprichter

van de Philharmonie van Antwerpen (nu deFilharmonie), directeur van het Amerikaans Theater in Brussel en codirecteur van de Arenberg Gaston Ariën (blijkbaar een bezig baasje) hem in contact bracht met een Duitse manager, en zo een nieuwe markt opende. Cabaretiers, stand-up comedians en andere humoristen zijn tot vandaag vriend aan huis in de Arenberg, waar artistieke kwaliteit gelukkig nog altijd primeert boven zakelijk rendement. Ik heb met name in de kleine zaal beneden al ettelijke premières gezien die me even goed bevielen als de voorstellingen van de ‘grote’ namen (Geert Hoste, Nigel Williams, Alex Agnew) boven. Roy Aernouts, Veerle Malschaert, zelfs Steven Gabriëls, in het doordeweekse leven een bankbediende, maar ook een uitstekende verteller, die in het zaaltje zijn ‘wielervoorstelling’ ‘Kassei’ mocht voorstellen. Je voelt je daar toch een beetje uitverkoren, in het gezelschap van een select groepje mensen die beseffen dat ze iets bijzonders beleven. Wie weet vult die man/vrouw binnen enkele jaren wel de grote zaal, of het Sportpaleis. Dan zullen wij kunnen zeggen: weet je nog, die avond in de Arenberg? Journalist en auteur Karel Michiels is de vaste comedy- en cabaretrecensent voor de Standaard. In zijn boek ‘Vlaanderen lacht’, Linkeroever Uitgevers, verweeft Michiels als liefheber en als recensent, zijn persoonlijke ervaringen en impressies met biografische informatie en grappige anekdotes. Karel Michiels schreef eerder boeken over reizen, voetbal, cannabis en rastafari, allemaal verschenen bij Houtekiet.

Geen plek waar ik meer tranen heb gelaten …

17


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.