ZozoLala 173

Page 1

GRATIS TWEEMAANDELIJKS ONAFHANKELIJK STRIPINFORMATIEBLAD AUGUSTUS/ SEPTEMBER 2010

173

Mezzo & Pirus, Niklas Asker, Frederik Peeters


Zozolala winkels ZozoLala is een onafhankelijk stripinformatieblad, uitgegeven door Stichting Zet.El, dat tweemaandelijks verschijnt. ZozoLala is gratis voor de klanten van nevenstaande stripwinkels.

Fantasia Gelderlandplein 203 1082 LW / 020 - 642 78 88 home.tiscali.nl/ stripwinkelfantasia Gojoker Zeedijk 31a 1012 AP / 020 - 620 50 78 Lambiek Kerkstraat 132 1017 GP / 020 - 626 75 43 www.lambiek.net Nou moe!?! Lindenstraat 1 1015 KV / 020 - 693 63 45

Den haag

Hasselt

Middelburg

Aelix strips en comics Chasséstraat 71 2518 RW / 070 - 365 07 38 www.aelix.nl

Wonderland Paardsdemerstraat 17 3500 / 011 - 22 82 00

Perron 2 Sint Janstraat 9-c 4331 KA / 0118 - 61 41 84

Barelli Zoutmanstraat 80 2518 GT / 070-3653070 www.stripwinkelbarelli.nl Walk in Herengracht 13 2511 EG / 070 - 364 63 36 www.walkin.nl

Hoorn Het gele teken Grote Oost 35 1621 BR / 0229 - 21 86 23 www.hetgeleteken.nl

Internet Houtstraat 59 - 61 6511 JM / 024 - 36 08 181 www.senorhernandez.com

Dordrecht

Rotterdam

Antwerpen Mekanik strip St. Jacobsmarkt 73 2000 / 03 - 234 23 47 www.mekanik-strip.be

Arnhem

Kampen

Scheffersplein 1 3311 EJ / 078 - 614 20 12 www.stripwinkel-sjors.nl

Eindhoven Koningstraat 43 6811 DH / 026 - 442 09 09 www.denoormanstrips.nl

Assen

• Alkmaar Bookers & strippers Boterstraat 20 - 22 1811 HP / 072 - 512 19 16 www.bookers-strippers.nl

Plok. Strips en eh… dinges! Groningerstraat 71 9401 BJ / 0592 - 31 32 92 www.plok-strips.nl

Beverwijk De stripgek Begijnenstraat 25a 1941 BR www.stripgek.nl

Brugge

Enschede De strip-aap Javastraat 22 7512 ZJ / 053 - 430 52 61 www.stripaap.nl

Gent Pierke Frans van Rijhovelaan 312 9000 / 09 - 227 70 86

Het paard van Troje Langevorststraat 2 4461 JP / 0113 - 21 46 91 www.paardvantroje.nl

Groningen

Amsterdam

Delft

Haarlem

Het beeldverhaal Kinkerstraat 162 –164 1053 EH /020 - 685 51 00 www.beeldverhaalamsterdam.nl

Bul Super Breestraat 18 - 22 2611 RG / 015 - 212 60 97 www.bulsuper.nl

Het Avontuur Gedempte Oude Gracht 72 2011 GT / 023 - 54 27 124 www.stripzaak.nl

Een exclusief omslag door Mezzo.

Redactie

Jef Nieuwenhuis, Hans Pols, Hans van Soest en Gerard Zeegers

Vormgeving & opmaak Sigge Stegeman, Rogier van Neerven en Richard Bos

Vaste medewerkers

Toon Dohmen, Peter de Wit, Mark Horemans en Roel Daenen

kortrijk De boekenwolf Meensesteenweg 18 8500 / 056 - 35 44 98 www.boekenwolf.be De rat Voorstreek 83 8911 JL / 058 - 215 16 00 derat@kpnplanet.nl

Leiden Dumpie Nieuwe Rijn 18 2312 JC / 071 - 512 64 04 www.stripwinkeldumpie.nl

Leuven

Goes

Katelijnestraat 42 8000 / 050 - 33 71 12 www.striepclub.be

Colofon

De fantast Burgwalstraat 7 8261 HJ / 038 - 332 03 25 www.de-fantast.nl

Leeuwarden

Plenty plaatjes Voordam 4 1811 MA / 072 - 515 63 23 www.plentyplaatjes.nl

Voorplaat

Nijmegen

Akim Ulgersmaweg 14 9731 BS www.akim.nl

Dit keer werkten mee Mezzo (Pascal Mesemberg), Michel Pirus, Niklas Asker, Frederik Peeters

Druk & Afwerking

Drukkerij Wilco – Amersfoort

Distributie

Pinceel Stripverspreiding Leuven (B), Van Ditmar Amsterdam (NL)

Abonnementen

Een abonnement is mogelijk voor één jaar (€ 15,–), of voor twee jaar (€ 25,–) en gaat in na

Donner boeken Lijnbaan 150 3012 ER / 010 - 413 20 70 www.donner.nl Yendor Korte Hoogstraat 16 3011 GL / 010 - 433 17 10 www.yendor.nl

Schiedam ’t Centrum Korte Singelstraat 20a 3112 GB / 010 - 426 25 84

Tilburg De stripfanaat NS Plein 10 5014 DA / 013 - 58 00 107 www.stripfanaat.net

Turnhout Tistjen Dop Paterstraat 96 2300 / 014 - 42 88 29 www.tistjendop.be

Utrecht Gobelijn Mechelsestraat 35 3000 / 016 - 23 55 86 www.gobelijn.be

Mechelen Comic strips Hoogstraat 11 2800 / 0474 - 49 06 25 www.comic-strips.com De stripkever Bruulcenter, Bruul 79 2800 / 015 - 21 76 05 www.stripkever.be

storting van het totaalbedrag op Postbank giro 3253937 (NL) of Postgirorekening 000 – 164840584 (B) t.n.v. Stichting Zet.El te Bilthoven o.v.v. je eigen adres

Redactieadres

Postbus 344, 3720 AH Bilthoven, Nederland

Internet

www.zozolala.com redactie@zozolala.com

Piet Snot Vismarkt 3 3511 KR / 030 - 231 84 72 www.pietsnot.nl Strip en lektuurshop Oude Gracht 194 3511 NR / 030 - 233 43 57 www.stripart.nl

Zwolle De boekenhalte Assendorperstraat 103 8012 DH / 038 - 422 10 77 www.boekenhalte.nl

Oplage

6.000 exemplaren.

issn

1382 8630

Copyright 2010, Stichting Zet.El

Overname van a­ rtikelen, strips of illustraties enkel in overleg met de uitgever.


Twee killers

De twee ontmoetten elkaar eind jaren ’80 op een feestje: de Fransen Pascal Mesemberg (1960) en Michel Pirus (1962). Sindsdien gaan ze door het leven als het duo Mezzo & Pirus. Met hun album De vliegenkoning gooiden ze internationaal hoge ogen. Onlangs verscheen bij uitgeverij Sherpa de remake van hun debuutalbum Hold-up. „We zijn net een bandje,” vertelt Mezzo. „Samen zijn we als stripmakers meer waard dan solo.” Door Hans van Soest

Toen Pascal Mesemberg en Michel Pirus elkaar voor het eerst spraken, was er niet meteen een klik. Volgens Pirus was er weinig romantisch aan. „Het was een ontmoeting zoals je die wel vaker hebt op een avondje met gemeenschappelijke vrienden. Pas toen we elkaar wat vaker spraken, groeide het idee om samen iets te gaan doen. Pascal werd door Frank Margerin gevraagd een korte volwassenenstrip te maken voor zijn collectie Frank Margerin Présente bij Les Humanoïdes Associés, en Pascal vroeg mij hem te helpen.” „We delen de zelfde culturele achtergrond,” vertelt Mesemberg (Mezzo). „We houden van het zelfde soort verhalen, de zelfde boeken, de zelfde films, van lachen, van seks. Tegelijk hebben we beiden geen rooskleurig beeld van de wereld. Het is lastig om niet pessimistisch te worden als je om je heen kijkt.” Pirus haast zich te zeggen dat hij ook eigenlijk geen typische stripscenarist is: „In Frankrijk hebben

de meeste scenaristen zeven, acht reeksen lopen met verschillende tekenaars. Ik kan dat niet. Ik werk heel lang aan een verhaal, soms wel een paar jaar. Als ik alleen maar scenario’s schreef, kwam ik nooit meer uit mijn schemerige kamer. Het is veel te eenzaam. Ik wil me dan ook met meer bezig houden dan met scenario’s: met illustratiewerk en animatie bijvoorbeeld.” „Voor mij geldt hetzelfde,” zegt Mezzo. „Ik moet er niet aan denken om alleen met strips bezig te zijn. We zouden er trouwens ook niet van kunnen leven. (lacht) En om nou met allemaal andere scenaristen strips te gaan maken, dat zie ik ook niet zitten. Tussen ons klikt het. Muzikanten gaan ook in een bandje zitten omdat ze samen iets maken wat ze allemaal de moeite waard vinden. Je gaat niet met allerlei verschillende bandjes meespelen, tenzij je een gewone sessiemuzikant bent die het niet zo veel uitmaakt.” Mezzo was nog niet bezig met strips voordat hij Pirus ontmoette. Hij verdiende zijn brood als illustrator, iets wat hij nog steeds doet. Pirus – de scenarist van het duo – tekende zelf ook. Zo tekende hij op het moment van hun kennismaking op scenario van Jean-Pierre Dionnet het album Rose profond en later zou 3


hij voor uitgeverij Delcourt nog de kinderstrip Plip la planète rectangle maken. De verhalen die ze samen maakten voor Frank Margerin zijn later gebundeld in het niet vertaalde Un monde étrange. Hun eerste grotere, gezamenlijke project Hold-up verscheen in 1991, aanvankelijk nog in twee losse delen onder de naam : Les désarmés. Het is het verhaal van twee broers die samen met hun moeder de plannen van een gangsterbende om een plaatselijke bank te overvallen dwarsbomen met de bedoeling er zelf met de buit tussenuit te knijpen. Het verhaal wordt bevolkt door sukkelaars die dromen van een beter leven, maar dat nooit zullen leiden. Hold-up doet erg denken aan films als Resevoir dogs en andere films uit het nouvelle violence-genre, waarin nietsontziende moordenaars niet worden geportretteerd als schurken maar als aandoenlijke sukkelaars met hun alledaagse, soms komische sores. Hetzelfde geldt voor hun latere boeken Twee killers en Mickey Mickey, die al een paar jaar geleden door uitgeverij Sherpa werden vertaald. Was de nouvelle violence een inspiratiebron voor jullie? Mezzo: „Wij hadden nog nooit van Quentin Tarantino gehoord toen we aan de strip begonnen. Het eerste deel stamt uit 1991, Resevoir dogs kwam pas een jaar later uit. Maar ik denk wel dat we de zelfde inspiratiebronnen delen met Tarantino. Veel

Vliegenkoning

Amerikaanse film-noir uit de jaren ’50, hardboiled detectives en pulpverhalen. Geweld tonen in al zijn rauwheid was in die dagen nog niet zo normaal. Tardi deed het al wel, maar verder was Hold-up misschien wel wat te vroeg voor zijn tijd.” Pirus: „Ik kijk minder en minder films. Ik ben wel beïnvloed door de grote cinematografische klassiekers, maar tegenwoordig kijk ik vaker naar tv-series als Mad Men of Six Feet Under. Ik ben altijd meer geïnteresseerd in het verhaal dan in de manier waarop een regisseur iets in beeld brengt.” Waardoor bent u grafisch beïnvloed? Mezzo: „Ik ben altijd een cinefiel geweest. De clair-obscur uit oude zwart-wit films heeft me zeker beïnvloed. Ik heb altijd jaloers gekeken naar Amerikaanse illustratoren en stripmakers als Daniel Clowes, Charles Burns en Chris Ware. Maar ook Amerikanen van langer geleden, zoals Dick Tracey-tekenaar Chester Gould. En Europese kunstenaars, zoals de Nederlandse illustratrice Femke Hiemstra. De manier waarop zij gebruiksvoorwerpen tot leven wekt, is erg goed.”

4

Jullie albums ogen heel Amerikaans. Pirus: „Ha, en dat terwijl De vliegenkoning zich toch echt in Europa afspeelt!” Mezzo: „Ik houd ook meer van de Amerikaanse school dan van de Franse en de Belgische. Als kind las ik eerder Amerikaanse strips dan bijvoorbeeld Kuifje of Asterix. Robert Crumb had grote invloed op mij. Amerikaanse strips zijn altijd wat somberder, wat rauwer. De zwart-wit overgangen zijn harder. Ik ben niettemin dol op het grafische werk van Yves Chaland, Joost Swarte of Hergé, maar de sfeer in Europese strips is gewoon anders.” Pirus: „Raar eigenlijk, want de clair-obscur (een techniek in de schilderkunst of fotografie waarbij de licht-donkercontrasten sterker worden uitgebeeld dan ze in werkelijkheid zijn, red.) is toch echt in Europa ontstaan. Rembrandt was er een meester in. De scheiding tussen de Amerikaanse school en de Europese is niet makkelijk te definiëren. Chris Ware is eigenlijk een heel Europese tekenaar met zijn klare-lijnstijl. Maar toch voel je het verschil wel als je de strips naast elkaar legt. Europese strips zijn vaak lichter van toon; tekenaars gebruiken vaker ronde neuzen. Ik kan me er niet mee amuseren. Het merendeel van de strips die in Frankrijk worden gemaakt, zijn humor- of kinderstrips.” Mezzo: „De best verkochte strips zijn nog steeds Asterix en Guust Flater.” Maar het voordeel van Frankrijk is dat ook makers van afwijkende strips, zoals jullie, er hun albums kunnen maken. Pirus: „Dat is waar. De Franstalige markt is groot. Maar wij verkopen relatief weinig albums, een paar duizend. De Vliegenkoning heeft redelijk verkocht, omdat het genomineerd was voor de albumprijs op het festival van Angoulême. Als je wint, zet je minimaal 15.000 albums af.” Mezzo: „Het rare is dat Amerikaanse auteurs bij ons meer albums verkopen dan in de Verenigde Staten zelf. Jaarlijks komen er zo’n 4000 titels uit in Frankrijk. Tegelijk is dat ook een extra drempel voor stripmakers. Er komt zoveel uit, dat winkels er nauwelijks plaats voor hebben. Uitgevers zijn daarom vooral geïnteresseerd in doorsnee keurenalbums van 44 pagina’s, die bewezen hebben makkelijk te kunnen worden afgezet. Alles wat afwijkt, heeft het ook in Frankrijk moeilijk. Er zijn er van die 4000 titels maar heel weinig met literaire pretenties.” Pirus: „Vergeleken met Nederlandse auteurs hebben wij het makkelijker, omdat er meer potentiële kopers zijn voor je werk. Maar vergis je niet. Er is nauwelijks aandacht voor in de reguliere media, in tegenstelling tot bijvoorbeeld nieuwe films die uitkomen. Geen enkele krant heeft een vaste striprubriek. Als cultuuruiting is strip ook in Frankrijk minder groot dan jullie vaak denken.” Kunnen jullie leven van jullie strips? Pirus: „Ik verdien mijn geld met vertalingen en ik werk mee aan filmscenario’s. Maar als artiest ben je altijd op zoek naar baantjes om te kunnen doen wat je het liefst wil. Ik ben erg geïnteresseerd in fotografie en ik vind het leuk om scenario’s te maken voor Pascal. Maar ik wil geen fulltime stripmaker zijn die altijd hetzelfde doet. Ik wil ook niet altijd moeten werken. Geld interesseert me niet zo, zolang ik er maar genoeg van heb om te kunnen doen wat ik wil.” Mezzo: „Zo zit ik ook in elkaar. Ik maak veel illustraties, onder andere voor Libération. Als ik van mijn strips moest


leven, zou ik iets aan mijn werkwijze moeten doen. Nu doe ik vijf, zes dagen over een pagina. Andere striptekenaars maken soms wel een pagina per dag. Ik heb een kind te onderhouden. Voor het geld maak ik af en toe een tekening. Het is goed zo. Ik kan leven met weinig.” Soms lijkt het wel of de esthetiek van de tekeningen voor jullie belangrijker is dan het verhaal. Mezzo: „Ik besteed veel aandacht aan mijn werk, ja. Maar de grafiek hoort wel altijd Vliegenkoning het verhaal te ondersteunen. Ik denk heel goed na hoe ik Michels verhalen het best in beeld kan brengen. Zijn scenario’s vragen om een realistische tekenstijl. Ik wil wel dat elk plaatje er mooi uitziet. De typografie van de onomatopeeën moet een geheel vormen met de tekening, bijvoorbeeld. Voor De vliegenkoning heb ik er meer dan bijvoorbeeld voor Hold-up voor gekozen om theater op papier te tekenen. Alles is van verdere afstand getekend om de juiste sfeer op te roepen van Michels verhaal. De personages bewegen ook houteriger, als marionetten. Het doet bewust unheimisch aan.” Hoeveel delen komen er nog van De vliegenkoning? Pirus: „Het tweede deel is nu afgrond. Dat zal waarschijnlijk nog dit jaar in het Frans verschijnen. Pascal is inmiddels bezig met het derde deel. Daarna is het afgelopen. Ik houd het einde van het verhaal wel open, zodat er misschien ooit nog een vierde deel kan verschijnen, maar dat is niet wat ik nu in mijn hoofd heb. Op dit moment is het goed zo.” Vanwaar die voorliefde voor zwaarmoedige verhalen met alleen maar verknipte personages? Mezzo: „We worden nog al snel nihilistisch genoemd, maar dat is echt te makkelijk. We zijn echt geen depressieve mannen of zo. We kunnen heus wel genieten van het leven. Ik heb geen vrolijk beeld van de wereld om me heen en waar het allemaal naartoe gaat, maar dat is eerder realistisch dan nihilistisch.” Pirus: „Je moet onze albums ook niet te veel vereenzelvigen met onze psychische gesteldheid. Verhalen over slechteriken zijn gewoon interessanter om te maken en om te lezen. Hoeveel goede literatuur ken je over liefde of over vrolijkheid? Je kunt natuurlijk wel leuke strips maken vol grapjes en waar je als lezer een goed gevoel aan overhoudt, dat is wat anders en daar is ook niets mis mee. Maar dat is niet wat wij nastreven. Wij willen dat de lezer het verhaal nog lang met zich meedraagt. Daarvoor moet je de lezer schokken, moet je zware woorden gebruiken. In De vliegenkoning komt ook liefde voor en humor, we zijn er ook niet vies van. Maar een goed boek biedt meer: teleurstelling, angst, woede. Ik ben dol op de boeken van Louis-Ferdinand Céline bijvoorbeeld. Al besef ik me nu ineens dat hij wel een enorme nihilist was…” Mezzo: „We proberen ook afstandelijkheid te creëren in onze strips. In De vliegenkoning werk ik bewust weinig met close-ups. Je kijkt als het ware naar het wrede tafereel dat zich voor je afspeelt. Door de blikken van de personages die je vaak aanstaren, betrek je de lezer er toch bij. Je maakt hem als het ware een voyeur van dingen die hij eigenlijk niet wil zien en zo creëer

je een ongemakkelijk gevoel bij het lezen.” Pirus: „Als de lezer zich onprettig voelt bij onze strips, dan zijn we geslaagd.” Waarom hebben jullie Hold-up deels opnieuw gemaakt voor de heruitgave? Pirus: „Door het succes van De vliegenkoning wilde onze Franse uitgever ons debuut opnieuw uitgeven, maar dan als één bundel. Inmiddels zijn we als stripmaker een stuk verder in onze ontwikkeling en wilden we Hold-up wat oppoetsen. Ik heb wat veranderingen aangebracht in de dialogen, Pascal heeft de nodige scènes hertekend, vooral gezichtsuitdrukkingen. Maar het belangrijkste verschil is de inkleuring die we hebben ‘opgefrist’. Daardoor krijgt het geheel een dreigender sfeer.” U tekent zelf ook, zou u uw scenario’s niet zelf willen uitwerken? Pirus: „Oh nee, dat lijkt me niks. Ik houd er niet van om alleen aan een project te werken. In het verleden heb ik kleinere dingen wel zelf gedaan, maar tekenen heb ik nooit echt leuk gevonden. Ik ben te lang bezig met het uitwerken van een idee dat in mijn hoofd zit. Fotografie vind ik veel fascinerender. Wat je in je hoofd hebt, kun je meteen vastleggen. En het resultaat kan je nog verrassen ook. Dat heeft voor mij iets magisch. Bij tekenen heb ik dat niet. Het resultaat verrast niet, omdat je bewuster aan het uitwerken bent wat je van tevoren al in je hoofd had. Ik vind het lastig uit te leggen.” Mezzo: „Ik snap hem wel, maar gelukkig heb ik dat gevoel wel bij tekenen. Ik vind het heerlijk om een idee in beelden om te zetten. Iets te zien ontstaan onder je handen. Zeker als het om het idee van een ander gaat. Ik zou niet de energie hebben om een album als De vliegenkoning helemaal in mijn eentje te moeten maken.” Pirus: „Het is net als met dat bandje waar we het eerder over hadden. Waarom gaat een muzikant in een bandje zitten? Omdat ze het niet alleen willen en niet alleen kunnen.” Mezzo: „Ik zou het ook niet met een andere scenarist kunnen. Michels complexe verhalen geven me enorm veel energie bij het uitwerken ervan en het construeren van een volgorde in de beelden van alles wat hij wil overbrengen. Van heel veel andere verhalen zou ik, vrees ik, doodmoe worden om ze in beeld te moeten brengen.”   ×

5


Bijgedachten is zo’n strip die in de enorme stroom nieuwe titels gemakkelijk verloren raakt. Pocket-formaat, sobere omslagtekening, zwart-wit binnenwerk, niet iets wat direct opvalt. Het is niet te hopen dat veel lezers het boekwerkje daardoor over het hoofd zien, want het is een verrassend sterk debuut van de 30-jarige Zweed Niklas Asker dat het verdient gelezen te worden. door Hans van Soest

Bijgedachten gaat over een fotograaf die op het vliegveld een portret schiet van een dame in een wachtruimte. Zij blijkt een schrijfster die net als de fotograaf een persoonlijke crisis doormaakt. De kortstondige ontmoeting inspireert beiden hun leven weer op te pakken. „Ik schreef het verhaal een paar jaar geleden toen ik van alles meemaakte in mijn leven,” vertelt Asker. „De eerste versie stamt al uit 2002. De basis is een zielig liefdesverhaal, gebaseerd op mijn eigen ervaringen uit die periode. Ook ik zat in een relatie die maar doormodderde. Net zoals de hoofdpersonen uit Bijgedachten stelde ook ik me de vraag: wanneer is het nog de moeite waard om te vechten voor een relatie? Ik besloot uiteindelijk het meisje te verlaten, maar kreeg later spijt. Vandaar de titel: Second thoughts, zoals het boek oorspronkelijk heet.” Maar de liefdesgeschiedenis was slechts een rood draadje voor Asker om een zwaarder thema aan op te hangen waar hij naar eigen zeggen al langer iets Schetsboek

6


Schets voor Bijgedachten

Zweedse stripinvasie De Zweedse cartoonist Lars Vilks haalde de wereldpers met zijn Mohammed-tekeningen. Maar veel andere voorbeelden van Zweedse stripmakers zal de gemiddelde lezer niet kunnen noemen. Behalve Olle Berg dan die een paar jaar geleden bij Stichting Zet.El zijn Nederlandse debuut kende met Bonk. Toch – Niklas Asker zei het al – bloeit de stripcultuur als nooit tevoren in Zweden. Voor wie de Zweedse taal niet machtig is, biedt de Amerikaanse uitgever Top Shelf uitkomst. Onder de titel Swedish invasion vertaalde het enkele alternatieve Zweedse strips in het Engels. Een van de meest toegankelijke titels is Hey Princess van Mats Jonsson. Het is een autobiografische strip waarin Jonsson in komische anekdotes verhaalt over zijn schooltijd, verhuizing naar de grote stad en zijn worsteling voor een plekje in het leven. The Troll King van Kolbeinn Karlsson is een surrealistisch sprookje over dwergen die getransporteerd worden naar andere universa, levende wortels

en behaarde woudbewoners. 120 Days of Simon van Simon Gardenfors beschrijft de reis die de auteur vier maanden lang maakte door Zweden. Hij had zichzelf tot doel gesteld nog langer dan twee nachten op de zelfde plek te blijven. Hij couchsurfte op boerderijen, dronk enorme hoeveelheden alcohol en werd in elkaar geslagen. From the Shadow of the Northern Lights is een tweedelige bundel met verhalen uit het Zweedse striptijdschrift Galago, samengesteld door uitgever Johannes Klenell. Het bevat korte strips van onder anderen David Liljemark, Marcus Ivarsson, Mats Jonsson, Knut Larsson, Kolbeinn Karlsson, Liv Strömquist en Loka Kanarp. Geïnteresseerden worden ook bediend met het overzichtsboek Swedish Comics History van Fredrik Strömberg. De schrijver trekt een lijn van de oude gravures van de Vikingen tot aan de moderne Zweedse strip: $ 19,95, Top Shelf Productions.

mee wilde doen: wat doet een verhaal met je? Asker: „Ik wilde verhalenverteller worden, waar wist na mijn studie ineens niet meer waarom. Waarom waren verhalen zo belangrijk voor me? Verhalen kunnen je leven inspireren, maar omgekeerd kan je leven ook inspireren tot een verhaal. Uiteindelijk is dat waar Bijgedachten echt over gaat. Het plot is uiterst simpel. Een auteur ontmoet iemand die haar inspireert tot een nieuw boek. Dat personage vindt dat boek en begint het te lezen zonder te weten dat het over hem gaat. Fictie en werkelijkheid beginnen daardoor door elkaar heen te lopen.” Asker is pas sinds kort fulltime striptekenaar. Hij studeerde aan een van de twee stripscholen die Zweden rijk is. Hij publiceerde wat kort werk in internationale bladen als Stripburger, maar verdiende de afgelopen vijf jaar zijn brood voornamelijk met illustratiewerk. Daarnaast schilderde hij en had hij de nodige exposities. „Ik had eigenlik nauwelijks tijd om aan strips te werken,” zet hij. „Bijgedachten is mijn eerste echte strip. Gek genoeg is het nog niet in het Zweeds verschenen. Dat gebeurt waarschijnlijk eind dit jaar. Ik maakte het rechtstreeks voor de Amerikaanse markt. Uitgeverij Top Shelf gaf me de kans Second Thoughts bij hen uit te brengen. De Nederlandse uitgave vind ik echter mooier. Een net iets groter formaat en beter papier.” Door het album bij Top Shelf sleepte Asker ook meteen zijn eerste commerciële stripopdracht binnen. Het komende jaar werkt hij voor Random House Books, voor wie hij en verstripping maakt van de sciencefictionroman City of Ember van Jeanne Duprau, die twee jaar terug ook verfilmd werd.   ×  Bijgedachten verscheen bij uitgeverij Sherpa: 80 p, zwart-wit, slappe kaft, € 9,95.

7


Sinds de Franse uitgave in 2001 verscheen, is Blauwe pillen begonnen aan een stille opmars over de rest van de wereld. Inmiddels is het boek in tien talen verkrijgbaar. Ter gelegenheid van de Nederlandse versie bezocht de auteur, Frederik Peeters, de Haarlemse Stripdagen. Een mooie gelegenheid om met hem te praten over deze autobiografische striproman. Blauwe pillen beschrijft het begin van zijn relatie met een vrouw die besmet is met het Hiv-virus, evenals haar jonge zoontje. door Hans Pols

Frederik Peeters groeide op in het Zwitserse Genève, dicht tegen de grens met Frankrijk aan. „Ik voel me niet echt een Zwitserse stripmaker,” vertelt hij. „Ik maak deel uit van een Franstalige cultuur. Maar het is ook niet zo dat ik me met mijn strips bewust richt op Frankrijk en op het Franse taalgebied. Ik richt me in de eerste plaats op mezelf en niet op een publiek. Het gaat mij om het verhaal, om het verhaalritme en ik hoop dat er mensen zijn die het verhaal oppakken, er in getrokken worden en het met plezier lezen. Stripverhalen maak ik al zo lang ik me kan herinneren. Ik heb ook altijd stripverhalen gelezen. Mijn eerste invloed was Hergé, domweg omdat er niets anders was dat ik als kind kon lezen. Later ontdekte ik dat er nog veel meer was. Je kon mij vaak aantreffen in The Lost Paradox, een kleine stripwinkel die voor mij een echte schatkamer was. Daar is mijn leven veranderd. Ik ontdekte er Moebius, Japanse manga, Amerikaanse underground, van alles. Maar ik maakte er ook vrienden die net als ik in de kunstscene rondhingen en die net zo gepassioneerd waren van strips als ikzelf. Een aantal van hen richtte uitgeverij Atrabile op en we gaven het tijdschrift Bile Noire uit. Ons grote voorbeeld was natuurlijk L’Association, de Franse uitgeverij die tien jaar eerder op een vergelijkbare manier ontstond. De uitgeverij groeide, we gingen ook boeken uitgeven en we konden niet langer meer alles zelf doen. Sommigen kozen er voor om de uitgeverij verder uit te bouwen en anderen – zoals ik – gingen zich helemaal richten op het tekenen.” 8

Blauwe pillen vormt een breuk met de strips die je daar voor maakte. De stijl waarin het is getekend is anders. „Dat klopt. Ik heb Blauwe pillen in een heel hoog tempo gemaakt. Ik begon er aan aan het einde van 2000 en tekende drie pagina’s per dag. Het hele verhaal was in drie maanden tijd af. Vooraf had ik geen scenario geschreven en zonder vooraf schetsen te maken zette ik de tekeningen direct in inkt op papier. Ik ben begonnen te werken vanuit een abstracte tekening om op gang te komen. Wat ik in mijn eigen leven mee had gemaakt wilde ik van me af tekenen.” Dat klinkt bijna alsof je een soort psychotherapie op jezelf uitvoerde. „O nee, dat was nooit mijn drijfveer. Het was puur een grafisch experiment. Ik ben helemaal niet aan Blauwe pillen begonnen vanuit het idee een boek te maken. Ik deed het helemaal voor mezelf om te oefenen, te experimenteren met snelheid van tekenen. Waar ik over wilde praten, wist ik wel. Het moest over mezelf gaan en over mijn eigen herinneringen. Dat leek me eenvoudig want ik hoefde niet lang over een onderwerp na te denken. Het ging over wat ik zelf had meegemaakt, het stond dicht bij me. Maar na verloop van tijd werd het gecompliceerder. Ik moest nadenken over hoe ik verder wilde gaan. In het begin had ik het idee dat het hele experiment ergens in een la van mijn bureau zou eindigen, maar na zo’n 35 pagina’s te hebben gemaakt, wilde ik het aan iemand laten zien. Ik wilde graag een deskundig oordeel er over horen en liet ik het zien aan mijn vriend Daniel Pellegrino. (een van de uitgevers van Atrabile, red.) Ik herinner me dat het bij hem in de keuken was. Hij ging aan de keukentafel zitten, begon te lezen en toen hij alle pagina’s uit had, was het even heel stil. Toen zei hij: ‘Je moet hier een boek van maken!’ Eerst sputterde ik tegen, voor mijn


gevoel was het nog te onafgewerkt, maar Daniel wilde absoluut dat ik op de zelfde manier zou blijven werken en het verhaal af zou maken ongeacht hoe lang het werd. Het is nooit mijn bedoeling geweest om een boek over Aids te maken of om mensen over Aids te informeren. Ik ben daar egoïstisch in. Verhalen maak ik alleen voor mezelf, omdat ík ze wil maken, niet om een boodschap uit te dragen of zo. Dit boek is daarop geen uitzondering.”

Fredrik Peeters is een van de belangrijkste auteurs van de Zwitserse uitgeverij Atrabile. Atrabile werd opgericht in 1997 door Maxime Pégatoquet, Daniel Pellegrino en Benoît Chevallier. Hun eerste uitgave was het tijdschrift Bile Noire waaraan onder meer Peeters, Tom Tirabosco en Ibn Al Rabin meewerkten. Van Peeters en Tirabosco bracht Atrabile tussen 1997 en 2000 twee albums uit. Vanuit een zelfde soort filosofie als bij l’Association groeide de uitgeverij verder uit met een eigen tijdschrift en boekuitgaven die hoofdzakelijk in zwart-wit en als paperback verschenen. De eerste niet Zwitserse auteur die voor Atrabile ging werken, was de Noor Jason. Pierre Wazem en Baladi debuteerden iets later. Met de Franstalige uitgave van Blauwe pillen zette de uitgeverij zich op de kaart in het Franse taalgebied. Sindsdien is het fonds van de nu toonaangevende Zwitserse uitgeverij verder uitgebreid. De oprichters zijn trouw gebleven aan hun uitgeversfilosofie. Belangrijke auteurs van de uitgeverij zijn behalve de eerder genoemden ook Michaël Sterckeman, Loo Hui Phang Cédric Manche en Nicolas Presl. Van Frederik Peeters verscheen behalve Blauwe pillen onder anderen ook de succesvolle serie Lupus bij Atrabile.

Wat wist je zelf over Aids en Hiv voordat je ermee geconfronteerd werd? „Het zelfde als bijna iedereen. Gebruik een codoom! Aids is gevaarlijk.! Verder wist ik er praktisch niets van af. Ik had geen idee wat het virus met je lichaam deed. Het kon ons niets schelen net zoals de meeste andere mensen. En wat dat betreft, is er niets veranderd in de houding van mensen. Het is nu echt anders dan tien jaar geleden: het Hiv-virus is niet dodelijk meer. Maar veel mensen hebben daar geen flauw idee van, het staat ver van ze af en ze denken er nog precies het zelfde over als toen.” Hoe reageerden je vrienden op de ziekte van je vriendin? „Ik heb het hun meteen verteld zodra ik het wist. Misschien was het anders geweest als mijn vrienden voetballers waren geweest of politieagenten of zo, maar mijn vriendenkring bestond uit artiesten, musici, schrijvers, kunstacademiestudenten, een heel open omgeving dus die er niet moeilijk over deed. Zij maakten er geen probleem van. Volgens mij geldt dat voor alle mensen die van kunst houden en boeken lezen.”

Je familie speelt nauwelijks een rol in je verhaal „Dat klopt. Evenmin als haar familie en haar ex-man. Het hele verhaal draait om maar drie personen. Ik wilde er geen anderen bij betrekken, omdat ik niet kon overzien wat daar de gevolgen van zouden zijn. Dat kon ik niet beïnvloeden. Het stond mij ook toe om het aantal thema’s te beperken en me helemaal op de kern ervan te richten. Het is in de eerste plaats een liefdesverhaal. De ziekte speelt een rol maar het is niet waar Blauwe pillen over gaat. Het was niet mijn doel om over de ziekte te vertellen en hoe mensen daar op reageren. Ik wilde een verhaal vertellen over mijn liefde voor haar en hoe dat mijn leven heeft beïnvloed, veranderd

en verrijkt. Na Blauwe pillen heb ik geen autobiografische strips meer gemaakt. Ik heb niets meer te vertellen over mezelf. Ik leid een heel gewoon leven en voor mij is het niet interessant meer om daarover te vertellen. We zijn nog altijd samen, het gaat goed met mij, met haar, met onze zoon en we hebben inmiddels ook een dochtertje van zes jaar. Blauwe pillen is geen melodrama. Het leven gaat door, er is altijd een toekomst. Verspil geen tijd en geniet van het leven. Dat is wat ik wilde zeggen.” Ontving je veel reacties van lezers op Blauwe pillen? „Nee, maar ik heb daar wel een verklaring voor. Volgens mij komt het omdat het verhaal zo integer verteld wordt. Er wordt niets onvermeld gelaten, maar het wordt ook nergens vulgair. De lezers voelden dat. Ik denk dat het boek veel meer reacties op zou hebben geroepen als ik het verhaal op een andere, meer provocerende manier had verteld.” Heeft het maken van Blauwe pillen je manier van strips maken beïnvloed? „Absoluut, het heeft mijn leven veranderd. Ik voelde me als een kat die van een balkon afvalt en toch op zijn poten terecht komt: zelfverzekerd. Ik wist nu dat ik al improviserend een verhaal kon vertellen. Het gaf me zelfvertrouwen. Ik besefte dat ik niet zo mooi mogelijk hoefde te tekenen en alles van te voren uit hoefde te schrijven om een goede strip te maken. Soms is het zelfs efficiënter om te werken zonder plan vooraf. De meeste romanschrijvers weten ook van tevoren niet waar ze zullen eindigen. Sindsdien werk ik zonder vooropgezet plan. Ik denk wel eens dat de beste verhalen eigenlijk zijn gemaakt zonder de intentie vooraf dat het een boek zou worden. Op die manier werken is heel verfrissend. Als je niet probeert om alles te beheersen en het toeval toelaat, ontstaat er magie, krijgen emoties de ruimte.” Als je op deze manier werkt, loop je dan niet het gevaar dat je achteraf, als het boek al een tijd in de winkel ligt, dingen wilt veranderen? „We hebben besloten dat niet te doen. Op dat moment was het goed en ik wil het niet meer veranderen.”   ×  9


Laatste Oordeel Stug volgehouden mannelijke blik In mijn ogen (Bastien Vivès) Uitg. Casterman; 144 pl.; kleur; harde kaft; € 19,50

Bastien Vivès’ debuut De smaak van chloor werd alom enthousiast ontvangen (ZozoLala 168: ‘Een wonderschoon dubbeldebuut’). De jonge auteur wist met dit verhaal over een schuchtere man, die wegens rugklachten moet zwemmen en daar verliefd wordt, te overtuigen door de volwassen toon die hij aansloeg. Vooral de gewaagde vormgeving en inkleuring imponeerden, maar ook de levensechte dialogen of soms juist het weglaten daarvan, maakten je benieuwd naar Vivès’ volgende boeken. In mijn ogen is het eerstvolgende boek van de auteur dat in het Nederlands verschijnt, opnieuw in de fraaie KSTR-collectie van Casterman. Vivès vertelt wederom een verhaal over een man die verliefd wordt. Dit keer verliest een bibliotheekbezoeker zich in een aantrekkelijke studente die elke dag zit te blokken voor de examens. Het verhaal is eenvoudig, maar het is vooral de originele vormgeving die ook dit boek de moeite waard maakt. Vivès vertelt alles vanuit hetzelfde gezichtspunt of ‘point of view’: dat van de verteller/hoofdpersoon. We zien/horen wat hij meemaakt. Zelf komt de verteller geen enkele keer in beeld. Dat is een verteltruc die zelden wordt toegepast, omdat het altijd een gekunsteld effect heeft. Een beroemd voorbeeld is de film Lady in the Lake van Robert Montgomery. Ook bij die film zien we als kijker alles door dezelfde, traag bewegende camera. Leuk voor filmanalytici, maar het publiek is zich voortdurend bewust van het feit dat de maker een verteltechniek toepast en komt maar niet echt in het verhaal (een doodzonde bij een Hollywood-film). Datzelfde is aan de hand bij In mijn ogen. Je bekijkt de charmante studente en leest hoe ze reageert op de verteller/lezer, maar omdat dat samenvalt, krijg je er een vreemd gevoel bij. De afstandelijkheid van ‘de vierde wand’ die meestal bij fictie wordt gebruikt (we kijken naar gebeurtenissen alsof we als buitenstaanders vanuit een zaal naar een theaterstuk kijken) mis je op een gegeven moment. Om je echt te identificeren met de hoofdpersoon/verteller, is het toch noodzakelijk om die eens te zien en afstand te nemen van het verhaal. Nu lijkt het alsof de studente een rol voor ons speelt. Opvallend is overigens ook dat een aantal vrouwelijke lezers die ik over het boek sprak er helemaal niets aan vonden. Blijkbaar hebben zij meer moeite

Web van intriges en moord Britten & Brülightly (Hannah Berry) Uitg. De Vliegende Hollander; 128 pl.; kleur; slappe kaft; €17,50

In het Verenigd Koninkrijk gebeurt alles meestal net wat later dan in de rest van het Westen, maar daar lijkt nu ook de feministische golf eindelijk te zijn doorgedrongen in de stripcultuur. Posy Simmons is inmiddels geen onbekende meer en dat zal ook voor Hannah Berry niet lang meer duren. De Britse illustratrice leverde met Britten & Brülightly een mooi debuut af dat inmiddels in Franse vertaling verscheen bij Casterman en nu dus ook in een Nederlandstalige editie. Het is een sfeervol ingekleurde private eye met een merkwaardig koppel in de hoofdrol: Fernandez Britten wordt bij zijn onderzoeken bijgestaan door een theezakje! Britten is op dood spoor aanbeland in zijn leven. Na jaren van overspel bewijzen, wat hem de bijnaam hartenbreker heeft opgeleverd, wil hij nu wel eens een echte moord onderzoeken. Die kans krijgt hij als Charlote Maughton hem per brief inhuurt. Ze vraagt hem om een verdachte zelfmoord te onderzoeken. Britten accepteert de opdracht en zoals dat in een goede private eye thriller gaat, raakt Britten verstrikt in

10

om zich met ‘de mannelijke blik’ te identificeren; zeker als er geen enkel ander perspectief wordt gegeven. De vormgeving van het verhaal is trouwens ook dit keer weer prima verzorgd. Vivès tekent alles met potlood/vetkrijt zonder kaders. Dat geeft het prille liefdesverhaal meer intimiteit. In mijn ogen is een leuk experiment, dat het goed doet in Vivès’ kleine oeuvre, maar het zou beter zijn als de auteur niet zo stug had volgehouden aan het vertelstandpunt.  Gerard Zeegers

een web van intriges, moorden, familiegeheimen et cetera. Wat begint als de kans om eindelijk serieus te worden genomen als privédetective, dreigt te veranderen in een moeras waar de detective zelf in wegzinkt. Als detectiveverhaal is Britten en Brulightly geslaagd, maar Hannah Berry geeft het iets extra’s door de hoofdpersoon te confronteren met zijn eigen onmacht. Daar komt bij dat het verhaal prachtig is getekend en ingekleurd. Daar doet het feit dat de vertaling verschijnt op een kleiner formaat dan het origineel niets aan af.  Hans Pols


Laatste Oordeel Een somber bestaan De feestwinkel (Pascal Rabaté) Uitg. Oog & Blik / De Bezige Bij;102 pl.; kleur; harde kaft; € 22,50

In Frankrijk wordt Pascal Rabaté al langere tijd beschouwd als een van de meest toonaangevende stripmakers van zijn generatie. Hij heeft in de loop der jaren een flink en eigenzinnig oeuvre opgebouwd en gelukkig wordt hier regelmatig iets van vertaald. Het decor waartegen de meeste verhalen van Rabaté zich afspelen, is de provincie. De hoofdpersoon in De feestwinkel heeft in zo’n klein Frans provincieplaatsje een winkel in feestartikelen. De boertige sfeer die het winkeltje uitstraalt, staat in schril contrast met hoe Patrick zich voelt als het verhaal begint. Zijn vrouw heeft hem net verlaten en hij is behoorlijk depressief. Hij leeft op wijn en blikjes ravioli en komt de deur van zijn huis (hij woont boven de winkel) bijna niet meer uit. Zijn vrienden doen goedbedoelde maar niet altijd even geslaagde pogingen om hem op te vrolijken. Rabaté weet met goed gekozen beelden de gemoedstoestand van Patrick bijna tastbaar weer te geven. Aan de somberte in zijn bestaan komt een einde, als er een jonge vrouw aanbelt. Clarisse is acrobate in een circus dat is neergestreken in de plaats waar Patrick woont. Hij bezoekt een van haar voorstellingen en daarna blijven ze elkaar zien. Dankzij Clarisse leeft Patrick weer op. De feestwinkel is getekend in de zelfde open stijl die Rabaté ook hanteerde in Een tweede jeugd. Met een minimum aan lijnen weet hij een maximum aan sfeer te bereiken door raak gekozen details. Het verhaal is niet zo zwaar als je misschien vermoedt bij het lezen van de

Romeinse historie van eigen bodem Auguria (Peter Nuyten) Uitg. Silvester; 65 pl.; kleur; harde kaft; € 16,95

Nog altijd zijn de meeste strips die ons land bereiken van Franse makelij. Daardoor gaan historische strips vaak over de Franse geschiedenis. Onze eigen Nederlandse en Vlaamse geschiedenis komt slechts zelden aan bod. Nou kunnen we natuurlijk wachten tot de Fransen iets over ons willen vertellen, maar beter is het om zelf de pen op te pakken. Auteurs als Marc Verhaegen en Ken Broeders deden dat al en nu ook Nijmeegenaar Peter Nuyten. Het verhaal van Auguria speelt zich af in het jaar 69 na Christus, een jaar na het overlijden van keizer Nero. Zijn dood heeft een strijd om de macht ontketend. Ook Flavius Vespasianus en zijn zoon Titus doen een duit in het zakje. Ze besluiten een opstand uit te lokken onder de Germaanse volkeren om de zittende keizer te bewegen extra troepen te sturen. Dat zou Rome voldoende moeten verzwakken om de stad in te kunnen nemen. De geroyeerde legeraanvoerder Batus wordt op pad

samenvatting. Er zit veel humor in. Pascal Rabaté is als geen ander in staat om het alledaagse leven zo te beschrijven dat er een boeiend verhaal ontstaat. Dat bewees hij al in zijn eerdere boeken en hij doet dat opnieuw met De feestwinkel.  Hans Pols gestuurd om de klus te klaren. Hij klopt als eerste aan bij Julius Civilis, een Bataafse hoofdman. Zijn mensen zijn ingelijfd door de Romeinen en worden met weinig respect behandeld. Al hun zonen worden gevorderd, om als slachtvee te dienen in de frontlinies van het Romeinse leger. Julius Civilis gaat akkoord en deserteert. Samen met zijn troepen leidt hij de opstand, die steeds meer medestanders aantrekt. Bataven, Franken, Chatten (Hessen), Saksen… allemaal zijn ze de Romeinse overheersing meer dan zat. Het is uiterst verfrissend om eens iets over de Romeinse tijd te lezen dat zich afspeelt in eigen land. Iets wat sinds Bert Bus’ Malorix niet meer is gebeurd. We weten allemaal dat Maastricht, Nijmegen en Utrecht steden zijn waar zich ooit Romeinse nederzettingen bevonden, maar wat dat betekende voor het leven van alledag van de inheemse bevolking, zal voor velen onduidelijk zijn. In Auguria wordt een tipje van de sluier opgelicht. Nuyten doet dat in een verdienstelijke Martinstijl, die wel verplichte kost lijkt te zijn in het historische genre. Nuyten heeft het afgelopen decennium zijn pen gescherpt met illustratiewerk en Jan, Jans en de kinderen en heeft hier en daar wat moeite met de realistische stijl. Zijn gezichten zijn een beetje geknepen en perspectivische verkorting levert soms problemen op, maar niks zo erg dat het het leesplezier verstoort. Met de tekst ligt dat anders. Auguria bevat een degelijk verhaal, maar er moet wel erg veel worden verteld. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat het verhaal drie delen zou omspannen. Uiteindelijk is dat één album van ruim zestig pagina’s geworden en dat is te merken. Vooral naar het einde toe vullen de pagina’s zich met enorme tekstballonnen omdat er te veel informatie in te weinig pagina’s moet worden gepropt. Wie geïnteresseerd is in de waargebeurde historie achter het verhaal, zal dit voor lief nemen. Maar voor wie gewoon een lekker historisch avontuur wil lezen, wordt het doorbijten.  Sigge Stegeman

11


Laatste Oordeel Fier overeind Jaren van de olifant 2: De leveling ( Willy Linthout) Uit. Catullus; 48 p.; zwart-wit; harde kaft; € 11,95

Het jaar van de olifant was onmiskenbaar een van de meest indrukwekkende strips van de laatste jaren. In binnen- en buitenland oogstte Urbanus-tekenaar Willy Linthout respect voor de manier waarop hij de tragische zelfmoord van zijn zoon van zich af schreef. Hij deed dat op een manier die niemand onberoerd liet. Linthouts zoon sloeg een aantal jaar geleden de hand aan zichzelf. Linthouts boek ging niet over de daad zelf of wat daaraan vooraf ging, maar over de nabestaanden die achterblijven met hun verdriet en vragen. In een openhartig interview in ZozoLala 155 vertelde de auteur hoe hij op zichzelf werd teruggeworpen, hoe hij en zijn vrouw bijna van elkaar vervreemden en hoe zijn fysieke en geestelijke gezondheid er onder leed. In zijn semi-autobiografische strip creëerde Linthout bewust afstand tot het onderwerp door niet het personage Willy Linthout

Eigentijdse Dick Bruna De zoon van (De Poortere) Uitg. Oog&Blik/De Bezige Bij; 60 p.; kleur; harde kaft; € 14,90

Over het werk van Vlaming Pieter de Poortere staken we al vaker de loftrompet in ZozoLala. Zijn gagstrip Boerke is dan ook een van de leukste strips van de afgelopen jaren. De tekstloze verhaaltjes over het eenzame keuterboertje dat altijd het onderspit delft, weten zowel te vermaken als te ontroeren. De zoon van is het eerste albumvullende verhaal rond de figuur Boerke. Het speelt zich af in de Tweede Wereldoorlog. Boerke verraadt zijn joodse onderduikster omdat hij jaloers wordt nadat ze avances maakt met een eveneens ondergedoken Engelse piloot. Op de vlucht voor het verzet dat hem wil straffen, snelt hij een leegstaand huis in, trekt er wat kleren uit de kast en gaat vermomd de straat op. Wat hij niet in de gaten heeft, is dat hij een overjas met een jodenster heeft aangetrokken. Boerke wordt opgepakt en verdwijnt op transport naar een concentratiekamp.

12

als hoofdpersoon te kiezen, maar een alter ego: Karel Germonprez. Daarnaast koos hij voor een karikaturale tekenstijl met grote neuzen die afleidde van het loodzware thema en besloot hij zijn tekeningen niet te inkten, maar alleen de onaffe potloodschetsen op te nemen in het boek. Die lichtvoetig ogende presentatie zorgde er niet voor dat je als lezer vervreemdde van het beschrevene (de waanbeelden van Germonprez die zijn overleden zoon nog in alles terugziet), maar zorgde er juist voor dat het nergens melodramatisch werd en daarmee intenser. Het jaar van de olifant verscheen aanvankelijk in acht losse delen. Toen die werden gebundeld (onder de titel Jaren van de olifant), besloot Linthout dat het verhaal voor hem nog niet af was. Bij uitgeverij Catullus verscheen nu het eerste deel van het vervolg: De leveling. Het album is ook geschikt voor wie de strip nog niet kent. Dit keer staat niet Karel Germonprez centraal, maar anderen in zijn omgeving die ook hebben moeten leren leven met een tragisch verlies. Zoals de verpleegster Flo, die haar dochtertje verloor dat bij de geboorte te weinig zuurstof kreeg. Net als in de vorige delen balanceert Linthout weer op het broze evenwichtskoord tussen drama en lichtvoetigheid. En wederom blijft hij fier overeind. De leveling is zeker zo’n intense leeservaring als de eerste hoofdstukken van Het jaar van de olifant. Ook voor Linthout zelf blijft het een emotioneel proces. Hoeveel delen er nog volgen en met welke regelmaat, laat hij dan ook afhangen van hoe het hem vergaat. Het is niet alleen voor hem te hopen dat hij de kracht vindt met het project door te gaan, maar ook voor alle mensen die troost vinden in deze strip en voor al die lezers die domweg geïnteresseerd zijn in een goed boek. Want dat is De leveling boven alles: domweg een heel erg goede strip.  Hans van Soest

Ondertussen is Adolf Hitler er achter gekomen dat Boerke zijn zoon is. Wat volgt is een hilarische zoektocht en dito vader-zoon-reunië, waarbij Boerke aan het eind – zoals het hoort – de dupe wordt van de situatie. De Poortere vertelt het verhaal vol visuele grappen met speels gemak. De afzonderlijke hoofdstukken heeft hij met grappige zoekplaten gescheiden die doen denken aan de beroemde prentenboeken van Martin Handford (Where’s Wally?). De Poorteres tekenstijl is een versmelting van Chris Ware en Dick Bruna. In een interview in ZozoLala zei hij daar zelf ooit over: „De vaak schrijnende grappen staan doelbewust in contrast met de kinderlijke, ronde tekenstijl. Hierdoor worden de grappen net iets minder hard. Want hoewel ik van harde humor houd, wil ik nooit direct op de man spelen. Dat is waarschijnlijk ook typisch Vlaams.” Inderdaad zijn de grappen hard. Maar oh, wat is De zoon van een heerlijk verhaal. Het gebrek aan tekst breekt nergens op. Het enige wat er op het album is aan te merken, is dat het best wat dikker had mogen zijn. Van dit soort strips krijg je niet snel genoeg.  Hans van Soest


Laatste Oordeel Nihilistische splatterstrip Hercules 1 & 2: De Thracische oorlogen (Steve Moore & Admira Wijaya) Uitg. Dark Dragon Books; 64 p.; kleur; harde kaft; € 17,95 per deel

De mythische figuur Hercules (of Heracles zoals hij in het Grieks heet) inspireerde al legio verhalenvertellers. De comic-makers Steve Moore en Admira Wijaya deden hun eigen duit in het zakje en maakten van de oersterke halfgod met het karakteristieke leeuwenvel een cynische huurling die het leven moe is. Voor hem geen heldendaden meer, geen monsters die hij verslaat om de mensheid te redden, geen werken meer om de goden tevreden te stellen. Voortaan verhuurt hij zijn spierbundels aan de hoogstbiedende. In de eerste twee delen die nu vertaald zijn, trekt Hercules met

zijn zeven vazallen van Griekenland naar het noorden, het barbaarse Thracië (tegenwoordig ongeveer het zuiden van Bulgarije) om het leger van de koning te trainen en hem te helpen bij het onderwerpen van

Het einde van alles Ravian en Laureline: De TijdOpener (Jean-Claude Mézières & Pierre Christin) Uitg. Dargaud; 54 pl.;

kleur; slappe kaft; € 8,95

De stripreeks Ravian behoort tot de Europese topreeksen uit de vorige eeuw. En terecht. Pierre Christin is een intelligent scenarist die goed leesbare verhalen uit de pen krijgt en waar een idee achter zit. Jean-Claude Mézières is een buitengewoon talentvolle tekenaar met een goed oog voor de bladspiegel. Samen maakten de mannen lange tijd een reeks van oplopende kwaliteit. Het artistieke hoogtepunt bereikte de serie met het album De banvloek van Hypsis waarin de aarde uit het heelal en de tijd verdwijnt en de hoofdpersonen Ravian en Laureline verweesd als ruimtezigeuners achterblijven. Commercieel was er echter geen enkele reden om de reeks te stoppen. Met steeds grotere tussenposen verschenen daarna nog evenveel albums als voor de dramatische ontwikkelingen in De banvloek van Hypsis. Met het slotalbum De TijdOpener valt dan toch het doek voor de twee tijd/ruimtereizigers. Het universum dat het decor is van de reeks wordt uit het Grote Niets aangevallen door de Wolochs, zwarte monolieten die als een soort gigantische stoomwalsen alle beschaafde werelden omploegen. Met behulp van talloze vrienden en op een manier waarop scenarist Christin zo’n beetje patent heeft, roepen Ravian en Laureline de dreiging een halt toe. Het hele verhaal dient als vehikel om nog één keer al die kleurrijke

opstandige volken in zijn rijk. Wat volgt is een aaneenrijging van slachtpartijen vol wreedheid, dood en kannibalisme. De Britse schrijver Steve Moore deed ervaring op met scenario’s voor comicseries als Hulk en Doctor Who. Ook schreef hij een romanversie van Alan Moores V voor Vendetta. In Hercules doet hij zijn best met de overbekende elementen uit de Griekse mythologie een eigen en origineel universum te scheppen. Daarin slaagt hij. Moore heeft het weliswaar nodig gevonden zijn verhaal te larderen met verwijzingen naar bekende mythes, zoals die van Atalanta (een van de Argonauten) en Autolycus (de grootvader van Odysseus). Maar hun bloederige avonturen dragen wel bij aan de sfeer van deze Hercules-variant: die is pikzwart. Nergens is er ruimte voor luchtigheid of relativering. Het leven is gedoemd en de hoofdpersonen zijn stuk voor stuk zwartgallige moordenaars zonder geweten. De Thracische oorlogen kent nauwelijks een plot. Het is alleen maar hakken. Tekenaar Admira Wijaya is een van de weinige Indonesische tekenaars die werkt voor de buitenlandse markt. Hij leerde het vak onder andere door goed te kijken naar klassieke filmposters en dat is aan zijn schilderwerk en pagina-indeling nog goed af te zien. Zijn donkere platen sluiten precies aan bij de morbide sfeer die Moore in zijn verhaal oproept. Het eindresultaat is een soms misselijkmakend boek zonder enige moraal of boodschap. Maar eerlijk is eerlijk, ondanks het gebrek aan verhaal weet het zich wel een plek bij je naar binnen te boren. Wat resteert, is een gevoel van onbehagen en daarmee is de missie van de auteurs waarschijnlijk geslaagd.  Hans van Soest personages uit de serie voor het voetlicht te halen. De TijdOpener is eigenlijk de finale van de ouderwetse revue en maakt duidelijk waarom het zo verstandig zou zijn geweest om na De banvloek van Hypsis een punt achter de reeks te zetten. De TijdOpener is geen goed album. Het verhaal dreutelt maar wat voort, want iedereen moet even in beeld. Bovendien is Mézières duidelijk niet geïnspireerd. Grafisch talent verloochent zich nooit, maar zelfs een blind paard kan zien dat de tekenaar er bij tijd en wijle helemaal geen zin in had. Plaat 49 is het absolute dieptepunt. Met hangen en wurgen penseelt Mézières zich naar het einde en tekent alsof hij aan het begin van zijn carrière staat. Ook na De banvloek van Hypsis hebben de twee stripkanonnen nog aardige Ravian-albums gemaakt. Ook op driekwart van hun vermogen kunnen de heren redelijke kwaliteit leveren. Maar de sprankeling was er af omdat het grondmotief was verdwenen en daarmee de samenhang. In De TijdOpener wordt pijnlijk duidelijk dat je dan niet ongestraft aan de gang kunt blijven. Kinderen moeten niet te lang thuis blijven wonen. Christin en Mézières hebben dat te laat beseft. De TijdOpener: eeuwig zonde dat de reeks zou moet eindigen.  Jef Nieuwenhuis

13


Laatste Oordeel Episch en gelikt zonder melodrama Witte termiet 1: Wedergeboorte (Marco Bianchini, Marco Santucci en Patrizio Evangelisti) Uitg. L; 60 pl.; kleur; slappe kaft € 8,90; harde kaft € 16,90

Achterop het omslag wordt het tekenwerk van Patrizio Evangelisti vergeleken met dat van Tanino Liberatore en Richard Corben. Daar zou je ook nog Juan Giménez en Don Lawrence aan kunnen toevoegen. Witte termiet doet tijdens het lezen namelijk niet zozeer denken aan Ranx of Den, maar vooral aan De Metabaronnen en Trigië. In het jaar 10.015 op een vooralsnog onbekende planeet (de aarde?) staan twee volkeren elkaar naar het leven. De Nautielen en de Geosiërs verachten elkaar, al weten beide allang niet meer waarom. De Nautielen vrezen de strijd te gaan verliezen door een mysterieuze en dodelijke ziekte. Wetenschappers suggereren dat Nautielen en Geosiërs verwant zijn aan elkaar en dat het Geosisch-DNA wel

Uitmuntende journalistiek Footnotes in Gaza (Joe Sacco) Uitg. Jonathan Cape; 432 p.; zwart-wit; harde kaft; $ 29,95 (import)

De strips van journalist Joe Sacco vallen aanhoudend in de prijzen. Naast het vertaalde Onder Palestijnen en De fikser, maakte hij baanbrekende stripreportages als Safe Area Gorazde, dat helaas nooit is vertaald. Dat laatste valt ook te vrezen voor zijn nieuwste boek Footnotes in Gaza, want het grote publiek heeft zijn werk helaas nooit opgepikt. Helaas, want zijn in vooraanstaande tijdschriften als Time gepubliceerde reportages zijn niet alleen journalistieke pareltjes, het zijn ook meeslepende en goed opgebouwde beeldverhalen die zowel informeren als boeien van de eerste tot de laatste pagina. Voor Footnotes in Gaza keerde Sacco terug naar de Gazastrook, waar hij ook een deel van zijn eerste grote non-fictie boek Onder Palestijnen maakte. Begin jaren ’90 was dat een mijlpaal in de stripgeschiedenis: tientallen interviews met Israëli’s en Palestijnen verwerkte Sacco tot een politieke en sociologische reportage over misschien wel

14

eens de sleutel van het probleem zou kunnen bevatten. Een opvatting die door de politici niet op prijs wordt gesteld en dus besluit een besmette senator een eigen, illegaal onderzoek te financieren. Gedurende het verhaal wordt duidelijk dat de wetenschappers wel eens gelijk zouden kunnen hebben en dat het ziektebeeld wellicht het gevolg is van een gebrek aan verscheidenheid. Er blijken oudere beschavingen in het spel te zijn, met een fenomenale kennis van genealogie. En er wordt een vrouw geïntroduceerd met een bijzondere oorsprong en missie: Witte termiet. Ongebruikelijke ingrediënten voor een sciencefictionverhaal, dat ogenschijnlijk vooral gericht is op spektakel. Witte termiet voelt episch aan, de makers hebben duidelijk geprobeerd iets monumentaals te creëren. Als hoofdpersonages is gekozen voor relatieve buitenstaanders met een praktische kijk op de zaken. Daardoor mist het verhaal het bombastische, melodramatische van een Jodorowsky-verhaal, en het superieure, militaristische van de Trigië-reeks. Dat komt de leesbaarheid zeker ten goede. Het verhaal heeft mysterie, actie, duidelijke good en bad guys en uiterst gelikt tekenwerk. Dat zou toch een flinke groep liefhebbers moeten aanspreken.  Sigge Stegeman het meest ingewikkelde conflict op aarde. En hoewel de brandhaard in het Midden-Oosten tot in den treure verslagen is in allerlei media, voegde Sacco echt een dimensie toe door het verhala te vertellen van gewone mensen. Onder Palestijnen was door zijn opzet een intense, emotionele verkenning van het conflict. De lezer kijkt als het ware mee door de ogen van Sacco zelf die als een toeschouwer door zijn eigen verhaal heen loopt. Footnotes in Gaza heeft de zelfde opzet en is zo mogelijk nog indrukwekkender. Sacco stuitte in 2001 op een verhaal over massamoord op vele tientallen Palestijnse burgers door Israëlische soldaten, in de nasleep van de Suezcrisis (of Sinaï-oorlog) van 1956. Het bleek niet meer dan een voetnoot in een geschiedenisboek, dat nooit door een historicus was uitgezocht. Sacco ging op de vooravond van de Amerikaanse inval in Irak van 2003 naar de Gazastrook, op zoek naar ouderen die nog konden getuigen van het drama. Wat volgt, is niet alleen een zoektocht naar een vergeten oorlogsmisdaad, het is tevens een schrijnend portret van de menselijke situatie in Gaza, waar Palestijnse vluchtelingen al sinds de Israëlische onafhankelijkheidsstrijd van 1948 proberen te overleven op een smalle strook woestijn, met duizenden en duizenden op elkaar gepakt. Sacco vertelt het verhaal met journalistieke afstandelijkheid. Hij trekt geen partij in het conflict, toont niet alleen de Israëlische misdaden maar ook de beangstigend koele haat van de Palestijnse opstandelingen. Het in beeld brengen van de feiten is al genoeg om van elke pagina een klap in het gezicht te maken. Door de steeds gedetailleerder wordende tekenstijl van Sacco wordt de stank in de straten van Gaza bijna fysiek bij je opgeroepen. Een louterende leeservaring.  Hans van Soest


Laatste Oordeel De eenzaamheid van mannen De man die zijn baard liet groeien (Olivier Schrauwen) Uitg. Bries; 110 pl.; kleur; slappe kaft; € 19,95

Olivier Schrauwen is een van de belangrijkste exponenten van de nieuwe Vlaamse strip. Zijn debuut My boy uit 2006 leverde hem tot ver over de Belgische grenzen veel lovende kritiek op. Vier jaar tussen twee boeken is lang, maar Schrauwen heeft intussen niet stilgezeten. Zijn tekenstijl die refereert aan de begintijd van het Amerikaanse stripverhaal sprak overzee zo aan, dat het hem enkele opdrachten opleverde om voor het toonaangevende tijdschrift Mome (Fantagraphics) te werken. Verder publiceerde hij onder meer ook in Strapazin. Een deel van het werk uit de achterliggende periode is nu gebundeld in De man die zijn baard liet groeien. De bundel bestaat uit zes verhalen met als langste het drieluik De man die zijn baard liet

Zeker Lezen Meesterwerk van Moore From Hell - vanuit de hel, deel 1 (Alan Moore & Eddie Campbell) Uitg. De vliegende Hollander; 194 pl.; zwart-wit; slappe kaft; € 19,95

We leven in rijke striptijden. Door de inspanningen van uitgeverijen als De vliegende Hollander wordt de schatkamer van Engelstalig stripwerk ook geopend voor de stripliefhebber die de Engels taal niet of minder goed machtig is. Het een na het ander pareltje uit de stripliteratuur slaat de vullingen uit onze kiezen. Op de winkelschappen ligt nu ook eindelijk de Nederlandse vertaling van stripklassieker From Hell onder de titel Vanuit de hel. Zoals gebruikelijk betreft het een bundeling van aparte comics. Dat verklaart de wat verwarrende onderkop: een melodrama in zestien delen. Zoals nu gebundeld zal Vanuit de hel in twee delen verschijnen. From Hell gaat over de beruchte nooit opgehelderde moorden op een aantal prostituees in London aan het einde van de negentiende eeuw door Jack the Ripper. In de versie op de geschiedenis van schrijver Alan Moore is echter volstrekt duidelijk wie de moordenaar is en vanaf praktisch het begin van de strip laat hij daarover ook geen onduidelijkheid bestaan. Macabere hoofdpersoon is Gull, een functionaris uit de entourage van koningin Victoria. Dat Moore niet over een nacht ijs is gegaan, blijkt wel uit de opmerkelijke appendix van 17 pagina’s met een veelheid aan voetnoten aan het eind van deze eerste bundel. Je zou dan ook verwachten dat in het boek een flinke hoeveelheid ruimte gebruikt werd voor toelichting en verklarende teksten. Niets van dat al. Alsof Moore zijn lezer zo dicht mogelijk bij het onderwerp wil houden, wordt alle informatie aangeleverd in dialoogvorm. De personages informeren elkaar en de lezer. Dat heeft zijn nadelen. De platen worden bij vlagen volgepropt met tekstballonnen omdat er weer eens veel is uit te leggen door de gedegen gedocumenteerde Moore.

groeien. Als er al een onderliggend thema is dat de verhalen met elkaar verbindt, dan is dat de eenzaamheid van de mannelijke hoofdpersonen. Heel knap van Schrauwen is dat hij er in slaagt om dat op een humoristische manier uit te werken waarbij hij ook volop experimenteert. Een heel onwaarschijnlijke combinatie: humor en experiment, maar het werkt. Zonder uit de bocht te vliegen experimenteert Schrauwen met vormen, pagina-indeling en vooral met kleur. Hij weet daarmee steeds een andere sfeer te creëren zonder aan herkenbaarheid in te boeten. Nergens gaat zijn experimenteerdrift ten koste van het verhaal. Dat is een knappe prestatie. De man die zijn baard liet groeien is een verrassend sterke bundel geworden die een genot is om te lezen en te bekijken.  Hans Pols

Dat From Hell toch een leesbare strip is geworden, is voor een belangrijk deel de verdienste van tekenaar Eddie Campbell. Zijn krasserig tekenwerk oogt verrassend open. Verrassend, omdat de gebeurtenissen zich voordoen in het veelal nachtelijk en altijd doorrookt Londen van 1838. Door te werken met dunne lijnen en waar mogelijk witte achtergronden te gebruiken, houdt Campbell zijn tekeningen open en maakt daardoor ook het verhaal minder hermetisch. Door het opheffen van dit intrinsieke nadeel komt de kwaliteit van Moores bijna pamflettistisch scenario goed naar voren. From Hell gaat namelijk niet alleen over Jack the Ripper, maar evenzeer over de snoeiharde moraal van een tijdperk waarin zulke gruwelijke moorden mogelijk waren. Door de combinatie van een uitzonderlijk stripscenarist en een begenadigd, maar vooral artistiek intelligente tekenaar, is From Hell een stripklassieker. Niet onvermeld mag blijven dat de Nederlandse editie niet onderdoet voor de originele Engelstalige uitgave. Vooral letteraar Frits Jonker heeft puik werk afgeleverd.  Jef Nieuwenhuis

15


Prikbord Van Nehalennia tot Westerscheldetunnel De geschiedenisstrip Van nul tot nu stamt nog uit 1984, maar is nog altijd ongekend populair. Terecht, want het is een van de leukste manieren om iets te ontdekken over de vaderlandse geschiedenis. Dat is ook Danker Jan Oreel en Jan Zwemer niet ontgaan. Onlangs verscheen van hun hand het album Zeeland, 2000 jaar geschiedenis in strip. Tekenaar Oreel is bij sommigen misschien bekend van De koffers van Raz Fadraz, een strip die hij samen met Henk Kuijpers maakt voor Eppo. Eerder had hij al de geschiedenis van Goes bij de hand. Dit keer besloot hij het dus wat grootser aan te pakken en deed daarbij een beroep op schrijver en historicus Jan Zwemer. Het album is getekend in een aantrekkelijke stijl, wordt met veel vaart en humor verteld en is uitgevoerd met harde kaft. Het is voor € 15,00 te koop in Zeeuwse boekhandels en met een beetje geluk ook bij je plaatselijke stripwinkel.  SS

In Memoriam

Harvey Pekar (1939-2010) De 12 juli overleden Harvey Pekar werkte vrijwel zijn hele leven als archivaris in een ziekenhuis in het Amerikaanse Cleveland. Zijn leven zou onopvallend voorbij zijn gegaan, als hij eind jaren ’60 geen ontmoeting zou hebben gehad met Robert Crumb. Uit hun onderlinge vriendschap ontstond het idee voor de destijds baanbrekende comicreeks From off the streets of Cleveland comes: American Splendor. De autobiografische verhalen over Pekars grijze bestaan werden aanvankelijk door Crumb, maar later door een hele reeks aan tekenaars in beeld gebracht. De verhalen waren vaak hilarisch door het chagrijn wat er vanaf droop. In 2003 werd er een bioscoopfilm van gemaakt die de nodige prijzen in de wacht sleepte.

Tom Bouden

De iPad voor eComics Het zal je niet ontgaan zijn dat Apple een nieuw speeltje op de markt gebracht heeft, genaamd iPad. Het apparaat lijkt een beetje op een eBook, maar dan met een kleurenscherm. Geen wonder dus dat diverse uitgevers van comics er direct bovenop sprongen. Marvel, IDW, Archie, Image… grote namen die stuk voor stuk een uitweg zagen voor het kwakkelende bestaan van hun maandblaadjes. De comics worden verkocht door bedrijven als Comixology, iVerse, Panelfly en Innfusion, die inmiddels ook series van kleine uitgeverijen aanbieden. De kosten bedragen over het algemeen $1.99 en daarmee zijn ze 1 tot 2 dollar goedkoper dan hun papieren evenknieën.  SS

innovatie helaas hand in hand met een sterke drang om alles te controleren. Of in het geval van strips, te censureren. Tom Bouden zag de iPad versie van zijn strip Het belang van Ernst ernstig aangetast door grote zwarte balken. En dat terwijl deze strip alleen aan mensen van zestien jaar of ouder verkocht mocht worden. Andere volwassenenstrips bleven ongecensureerd en verschilden niet wezenlijk van Boudens werk, op één klein detail na: Boudens geliefden waren van hetzelfde geslacht. Dat veroorzaakte een golf van protest op het internet. De gemoederen liepen zo hoog op, dat Apple de strip in heroverweging nam en uiteindelijk besloot de censuur te verwijderen.  SS

Het iPad scherm flikkert niet

In Memoriam

Zoals we dat gewend zijn van Apple, gaat

Peter O’Donnell (1920-2010) Peter O’Donnell, de schepper van de krantenstrip Modesty Blaise, is 3 mei jongstleden overleden. De strip over een pittige vrouw die voortdurend wordt achtervolgd door haar criminele verleden, verscheen voor het eerst in de Engelse kranten in 1963 en werd al snel een wereldwijd succes. Aanvankelijk werd de strip getekend door Jim Holdaway, later onder anderen door Romero. De reeks liep tot in 2001. Er zijn meerdere verfilmingen van Modesty Blaise gemaakt. Ook schreef O’Donnell een tiental boeken over haar. Minder bekend is dat hij in de jaren ’50 ook het scenario schreef voor de detectivestrip Romeo Brown, dat van 1954 tot en met 1957 werd getekend door Dick Bos-maker Alfred Mazure. Later werd de reeks overgenomen door Holdaway met wie O’Donnell daarna Modesty Blaise ging maken.

16


Prikbord

In Memoriam

Antonio Parras (1929-2010) De Spanjaard Antonio Parras verdiende lang zijn brood als anonieme tekenaar van Oom Wim-verhalen en van covers voor reeksen als Bob Morane en Tangy en Laverdure. Echt bekend werd hij pas met de avonturenreeks De onaantast­ baren op scenario van Victor Mora (verschenen in de Collectie Charlie van uitgeverij Dargaud) en het succesvolle De haas van Mars op scenario van Patrick Cothias. In 1993 verscheen de oneshot De laatste maan, dat hij maakte met Serge le Tendre.

Debuutprijs Martijn van Santen De VPRO-debuutprijs die elke twee jaar wordt uitgereikt, is dit keer gegaan naar Rotterdammer Martijn van Santen voor Werk in uitvoering, dat hij vorig jaar in eigen beheer uitgaf. Hij mocht tijdens de stripdagen Haarlem het bijbehorende geldbedrag van 2500 euro in ontvangst nemen. De strip verscheen ooit bij wijze van experiment als webcomic op Van Santens site Stortbak.net. Voor een interview met de auteur: zie ZozoLala 170 of www.zozolala.com.  HvS

In Memoriam

Victor de la Fuente (1927-2010) De Spaanse striptekenaar Victor de la Fuente heeft in zijn lange carrière een enorme hoeveelheid strips gemaakt. Zo maakte hij pulpstrips als Amargo, MathaiDor en een aantal delen van Tex Willer. Op scenario van Jean-Michel Charlier maakte hij in de jaren ‘70 voor het tijdschrift Wham! de western De gringos. Met François Corteggiani maakte hij Frank Falko en met Victor Mora De Steel Angels. Het overgrote deel van zijn avonturen- en historische strips bleef onvertaald. De la Fuente is 83 jaar oud geworden.

Uitgeverij Dark Dragon Books bestaat in september precies een jaar. Reden voor de uitgever om de lezers van ZozoLala te trakteren. In een periode dat de stripmarkt overvoerd wordt met uitgaven en de verkoop stagneert door de crisis, wist uitgever Amin Gemei zich een plekje te bevechten op de markt en breidt hij zijn fonds de komende maanden uit. Een mijlpaal voor de nieuwkomer, die volgens Gemei werd gehaald doordat hij vorig jaar begon met de uitgave van Conan, een strip die al een flinke bekendheid had. „Wil je als beginner slagen, zorg dan dat je de rechten krijgt op een bekende titel,” adviseert hij anderen die rondlopen met uitgeefplannen. „Het publiek moet toch vaak een drempel over voordat ze een titel van een nieuwe uitgever oppakken. Een bekend personage helpt. Dat is overigens makkelijker gezegd dan gedaan, want buitenlandse uitgevers gaan het liefst in zee met al bestaande labels die al iets hebben bewezen. Bovendien kosten de rechten veel geld. Maar ons is het gelukt om de investeringen er uit te krijgen.” Gemei kan nog niet leven van de opbrengsten van Dark Dragon Books, maar inmiddels durft hij het wel aan om onbekendere titels uit te brengen. „Zo brengen we dit najaar nieuwe titels uit van Slaine, dat tegenwoordig door Clint Langley wordt gemaakt.” Verder komt hij met de nieuwe reeksen Blackwood, een griezelstrip van de hand van Nicolas Jarry (scenarist van onder meer De roos en het kruis), en Verloren paradijs. Van die laatste reeks over aartsengelen verscheen ooit het eerste deel (De hel) bij Talent. Dark

Dragon Books brengt dat opnieuw uit, samen met het tweede deel dat is getekend door Philippe Xavier (bekend van Kruistocht). Eind dit jaar verschijnt ook de driedelige vampierenstrip Drain, een comicreeks die verscheen bij Image van de hand van Sana Takeda en C. Cebulski. Onder alle oplettende lezers die een simpel overzichtje kunnen mailen van alle Dark Dragon Books-titels worden vijf gesigneerde prenten van Conan verloot, gemaakt door Storm-tekenaars Romano Molenaar en Jorg de Vos. Zij verzorgen ook de covers van de komende Conan-albums. Inzendingen naar: redactie@zozolala.com.

17


Stripvoorspelling Dit overzicht van te verschijnen strips is gebaseerd op door de uitgevers aangeleverde informatie. Ondanks de zorgvuldigheid waarmee het wordt samengesteld, komt het regelmatig voor dat de boeken in werkelijkheid pas later verschijnen. Houd voor de meest actuele informatie de webstekken van de uitgeverijen in de gaten. Achter elk album staan de prijs (in euro’s),de uitvoering (slappe kaft/harde kaft) en de geplande maand van verschijning vermeld. Het cursieve commentaar is van de ZozoLala-redactie. Aanvullingen zijn van harte welkom op stripvoorspelling@zozolala.com.

Te verschijnen in augustus, september en begin oktober 2010 Arcadia — www.arcadiastrips.be Arcadia archief 11: Dr. Zwitser – De lieveheersbeestjes (Wasterlain) 19,95; hk.; aug. Arcadia archief 12: Chick Bill – De onweerstaanbare Zorfelin (Tibet) 19,95; hk.; sep.

Atlas — www.uitgeverijatlas.nl Dichter in de massa (Van de Perre/Rilke) 22,50; sk.; sep. Gerolf van de Perre baseerde

familiekroniek, naar de gelijknamige roman van Marek Halter.

Joviale Hamster (Gotlib) 9,80; hk.; sep.

Herdruk van de jaren ’70-klassieker van Gotlib. Kraa (Sokal) 18,00; hk.; sep. Ecologisch drama van de maker van Canardo.

Het laatste pompstation voor de snelweg (Mako/Pagan/Daeninckx) 18,00; sk.; aug.

Thriller.

Corto Maltese 2: De ballade van de zilte zee (Pratt) 25,00; hk.; aug. De tedere jaren (Taniguchi) 17,50; sk.; sep.

Psychologische manga over de liefdesrelatie van een jonge vrouw en een dertig jaar oudere man. Door de maker van Herinneringen.

Daedalus — www.uitgeverijdaedalus.be Aquablue 11 (Siro/Cailleteau) hk./sk.; sep. Glazen degens 1: Yama (Zuccherini/Corgiat) sep. Happy sex (Zep) sep. Luchtige kijk op het

menselijke geslachtsverkeer. Waar Zep in Nederland nooit echt doorbrak met Titeuf, zou hij met deze strip alsnog kunnen doorstoten naar het grote publiek. In dat geval zal de soortgelijke bundel Happy girls, die dit voorjaar in het Frans verscheen, ongetwijfeld snel in vertaling volgen.

Jommeke 251: Schattenjagers in Bokrijk (Nys) 4,95; sk.; aug.

Lincoln 6: French lover (Jouvray/Jouvray) sk.; aug. Zie ook het interview in ZozoLala 169. De onthoofde arenden bundel 4 (Pierret/ Kraehn) Prometheus 2: Blue beam project (Bec) sep. Thomas Silane 3: Stormen (Lecossois/ Buendia/Chanoinat) sk.; aug. Tschaï 8: De Pnume 2 (Li-An/Morvan/Vance) sk.; aug

Casterman — www.casterman.com

Dargaud — www.dargaud.com

Alex 29: Het testament van Caesar (Venanzi/Martin) 6,25; sk.; sep. Aqua alta 1: (Schmitt) 16,00; hk.; sep. Aqua alta 2: (Schmitt) 16,00; hk.; sep. Met

Long John Silver 3: Het smaragdgroene labyrint (Lauffray/Dorison) 13,50; hk.; sep.

zijn nieuwe graphic novel op De aantekeningen van Malte Laurids Brigge, de enige roman van de Duitse dichter Rainer Maria Rilke, op de kop af een eeuw geleden verschenen.

Ballon — www.balloonbooks.be

Aqua alta debuteert de jonge stripmaakster Daria Schmitt, een door François Schuiten ontdekt talent. Pascal Brutal 2 (Sattouf) 9,80; hk.; sep. Deel 1 was een heerlijke eigentijdse zedenkomedie.

De herinnering aan Abraham 1: De paden van de ballingschap (Ersel/Dupré/Morvan) 12,50; hk.; aug. Deel 1 van een joodse

18

Dupuis — www.dupuis.com Robbedoes en Kwabbernoot 51: Alarm! Zwendeltuig! (Yoann/Vehlmann) 5,95; sk.; sep. Met ingang van dit deel nemen

Vehlmann en Yoann de reguliere reeks over.

Glénat — www.glenat.com Angel sanctuary 1 (Yuki) 7,50; sk.; sep. Berserk 13 (Miura) 7,50; sk.; sep.

Het derde testament 1: Julius (Brecht/ Alice/Dorison) 16,50; hk.; sep.

Glénat grijpt terug op oude successen, zie ook Sneeuw.

De erfgenaam 5 (Béhé/Giroud) 16,50; hk.; sep. Joe Bar Team 7 (Bar2/Fane/ Perbna) 6,95; sk.; sep. Missi Dominici 2 (Dellac/Gloris) 14,50; hk.; sep. No comment (Brun) 15,25; hk.; sep.

Provocerende, zwaarmoedige verhalen over het leven aan het begin van de 21e eeuw. Van de maker van de cultstrips Otaku en Zero.

Sjanghai 1: Het regenkind (Tisseron/ Mariolle) 15,50; hk.; sep. Start van Chinese

familiekroniek.

Sneeuw - Het begin 1: Het bloed der onschuldigen (Hostache/Adam/Convard/ Poli) 14,50; hk.; sep. Glénat grijpt terug op

oude successen, zie ook Het derde testament.

Tanatos 4: Parijs onder vuur (delitte/ Convard) 14,50; hk.; sep. Titeuf 0: God, seks en de bretellen (Zep) 6,95; sk.; sep. War songs (Brun) 15,25; hk.; sep. Opvolger van

No comment. Persoonlijke visie op de waanzin van de oorlog.

De zaak-Dominici (Follet/Bresson) 16,00; hk.; sep.

De Harmonie — www.deharmonie.nl Drank (Van Straaten) 14,90; sk.; sep. Handjes thuis, dokter Van Swieten! (Kolk/De Wit) 9,90; hk.; aug. Bundel

grappen met een van de bijfiguren uit Single.

L — www.uitgeverijl.nl De beproeving 2: Amerikaanse nachtmerries (Perkins/Martin/Sakasa/Aguirre/King)

17,95; hk.; sep.

Legenden van Troy - Saffraannacht 1: Albumen de Hemelse (Hérenguel/


Stripvoorspelling

Oog & Blik/De bezige bij — www. oogenblik.nl Melanyn/Arleston) 8,90/16,90; sk./ hk.; sep. Witte termiet 2: Lotsbestemming (Bianchini/Santucci/Evangelisti) 8,90/16,90; sk./hk.; sep.

Lombard — www.lelombard.com I.R.$. 12: In naam van de president (Vrancken/Desberg) 6,50; sk.; sep.

Niet aangekondigd toch verschenen 99 Filmklassiekers voor mensen met haast (Wengelewski) Kosmos; 10,00. Antichrist 1: Goede wil en trouw (Falba/ Aleksic) Saga; 7,99; sk. Auguria (Nuyten) Silvester; 16,95; hk.

Historische strip over de strijd tussen de Bataven en Romeinen. Boekdebuut van Jan, Jans en de kinderen-inkter Peter Nuyten: Peternuyten.nl.

Balthazar Poeski (Rubenis) Catullus; 3,88; sk. Debuut van Kenny Rubenis. Volg het

ontstaan van Rubenis’ nieuwste werk op: Turtlebulb.nl.

Het beste van Eddy Paape en Yves Duval 1 (Paape/Duval) Bonte.be; 10,00; sk. Cartoonblogboek (Diversen) Xtra; 16,90; sk.

Cartoonbundel met het beste van de website Cartoon.blog.nl.

Congo 50 (Diversen) Africalia; 12,90; hk.

Acht Congolese stripmakers blikken terug op 50 jaar onafhankelijkheid van de Democratische Republiek Congo.

Fausto Coppi: De campionissimo (Pascutti) Silvester; 19,95; hk. Cosa nostra 11: De waanzin van Dutch (1/2) (Chauvel/Le Saec/ Scarlett) Silvester; 16,95; hk. Dodenwake (Muller/ Lereceley/Pieri) Silvester; 16,95; hk. Dylan Dog 7: De schemerzone (Diversen) Silvester; 9,95; sk. De dolende ruimtevaarders (Counhaye/Cauvin) Mercator; 5,50; sk.

Nijgh & Van Ditmar — www.nijghenvanditmar.nl Over de levensgenieter die haar angst voor de dood wil verdrijven (Stok) 15,00; sk.; aug. Filosofische bespiegelingen van

Barbara Stok: Barbaraal.nl.

Eisner 4 (Diversen) Eisnerbeeldverhalen.nl; 15,00; sk. Hokjesdenken (De Haan) Zone5300.nl; 17,50; sk. Het beste uit Sandra’s dagboekje 2005-

2010. Autobio boekdebuut van Sandra de Haan: Sandradehaan.nl.

Jummie! Het ware leven van een adoptieprinses (Emmerik) Nijgh & Van Ditmar; 24,95. Absurdistisch inkijkje in het puber-

leven. Stripdebuut van toneel- en romanschrijfster en essayiste Pam Emmerik. ’t Landje (De Heij) Xtra; 17,90. Dierenfabels van de tekenaar van Haas en Pulpman.

De lemen troon 3: Hendrik, Koning van Frankrijk en Engeland (Jarry/Richemond/ Theo-Pieri) Silvester; 16,95; hk. Dread MacFarlane 5: De zeeleeuw (Poinsot) Saga; 7,99; sk. De nachtclubinspecteurs (Bosschaert/ Zidrou) Mercator; 5,50; sk. Otto Nonchalangelo (Brønserud) Zone5300. nl; 7,50; sk. Gagstrips. Nederlands boek-

debuut van de Deense dertiger Anders Brønserud.

Oktoknopie 6: Viert feest (Gleever) 8,95; sk. Jan van Pietersheim (De Sutter) Lanaken; 6,00; sk. Historische strip over een

16e-eeuwse ridder uit Laken.

Pulpman 7 (Diversen) Pulpman.nl; 13,90; sk. Roadkill. Portraits of Famous Killers and Their Cars (Ruijters) Zone5300.nl; 14,50; sk.

De auteur van Sine qua non heeft zijn ruige Dr. Molotov-verleden nog niet van zich afgeschud. Scheisseimer (Tinel) Lannoo; 34,95; hk.

Asterios Polyp (Mazzucchelli) 29,90; hk.; sep.

Veelgeprezen graphic novel van de maker van (lang geleden) Broze stad en Batman Year One. Zie ZL 168. Essex County (Lemire) 29,90; sk.; sep. Goed ontvangen stripdebuut over het leven op het Canadese platteland. Check: Jefflemire.com. Lucille Kabaal (Vanistendael/Conz) 14,90; hk.; sep. Start van ambitieuze nieuwe reeks Getekende herinneringen aan WO II. Zie: Koenraadtinel.be.

Siglo XXV 1 (Westervoorde/ Hartjes) Silvester; 8,95; sk.

Eenpaginagags van Ben Westervoorde en Maaike Hartjes. Voorgepubliceerd in National Geographic Junior.

Het testament der tijden 1: Melencolia (Jarry/ Loevenburck/ Pacurariu) Saga; 7,99; sk. Vintage (De Heij) Xtra; 24,90. Het beste uit de

schetsboeken van de maker van ’t Landje.

Wat is er toch met Kobus? (BarthWagemaker/Barth) FortMedia; 17,50; sk.

Semi-autobiografisch portret van een jongen met het syndroom van Asperger.

De wraak van Bakamé (Janssen/Van Oudheusden) Oogachtend.be; 22,00; sk. Zeeland, van Nehalennia tot Westerscheldetunnel (Oreel/Zwemer) Het Paard van Troje; 15,00. De geschiedenis

van Zeeland van nul tot nu. Website van de tekenaar: Dankerjan.nl. Oreel maakte eerder al een lokaal zeer succesvolle strip over 600 jaar Goes.

Zeven 7: 7 gevangenen (Gabella/Tandiang) Silvester; 16,95; hk.

19


Stripvoorspelling jeugdstrips. Samenwerkingsproject van de makers van De maagd en de neger en De tweede kus.

De kleine prins (Sfar/Saint-Exupéry) 19,90; hk.; sep. ‘Toe, teken eens een schaap voor me.’

Persoonlijke visie van de maker van Donjon en De kat van de rabbijn op dé Franse literaire jeugdklassieker.

Zazie in de metro (Oubrerie/Queneau) 17,50; hk.; aug. Ook de tekenaar van Aya werpt zich

op een klassiek Frans jeugdboek.

Prometheus — www.pbo.nl Op weg naar Zoar (Sela©) 17,95; sep. En weer

stort een literaire uitgever zich op de strip. Dit keer – hoopvolle blik richting het succes van Jan Siebelink en Franca Treur – met een autobiografisch debuut over opgroeien in een reformatorisch milieu. Zie: Sela.nl.

Sherpa — www.sherpa.nu Blueberry: Het goud van de sierra (Giraud/ Charlier) 39,95; hk.; okt. Luxe herdruk van het

klassieke tweeluik De mijn van Prosit/Het spook van de goudmijn.

Stripdocumentaire over het falen van de Amerikaanse overheid ten tijde van de overstroming van New Orleans. Verschijnt op de dag vijf jaar na de verwoestingen van de orkaan Katrina. Josh Neufeld maakte eerder The Vagabond en A Few Perfect Hours: Joshneufeld.com.

Getekend (Small) 18,95/23,95; sk./hk.; sep.

Aangrijpend familiedrama over opgroeien in het atoomtijdperk. Check: Stitches.davidsmallbooks.com.

Prince of Persia (Pham/Puvilland/Sina/ Mechner) 17,50; sk.; sep. Geïnspireerd op het

gelijknamige computerspel en die film.

Uno Mundo wereldstrips In het buitenland verschijnen stapels prachtige strips die ons taalgebied nauwelijks bereiken. Kwaliteit kent echter geen grenzen. Daarom hieronder een selectie van de meest opvallende buitenlandse titels van de laatste twee maanden. De prijzen in euro’s vallen bij importtitels doorgaans wat hoger uit.

Majoor Fataal (Moebius) 39,95; hk.; okt.

Les bandes dessinées

Herdruk in dezelfde luxe uitvoering als Blueberry. Skim (Tamaki/Tamaki) 14,95; sk.; okt. Coming of age verhaal dat enigszins doet denken aan Daniel Clowes’ Ghost World. Verzwelg me! (Powell) 19,95; sk.; okt. Zie ZozoLala 170 voor een interview met Powell.

Les cahiers ukrainiens (Igort) Futuropolis; 22,00; hk. Stripdocumentaire over de recente

Standaard — www.standaard.com Er was eens 2: De vlucht van de raven (Vallee/Nury) sep. FC de Kampioenen 63: DDT doet weer mee (Leemans) 5,25; sk.; aug. Figaro 5: De duivelsbijbel (Van Bael) 5,25; sk.; aug. De geverniste vernepelinkskes 6 (Bosschaert/Urbanus) 5,25; sk.; sep. De rode ridder 227: De ijzeren kroon (Scholz/Lodewijk) 5,25; sk.; sep. De smurfen 29: De grote smurfin (Studio Peyo) 5,25; sk.; aug.

De vliegende Hollander — www. vaarmee.com A.D. New Orleans na de watersnood (Neufeld) 19,95/24,95; sk./hk.; aug.

20

geschiedenis van Oekraïne door de maker van 5 is het perfecte getal.

J’ai pas tué de Gaulle, mais ça a bien failli (Heitz) Gallimard; 17,00. Historische thriller

over Frankrijk onder De Gaulle.

Nous ne serons jamais des héros (Salsedo/ Salsedo/Jouvray) Le Lombard; 15,50.

Psychologisch drama over een langdurig baanloze die op wereldreis gaat met zijn gehandicapte vader. Door de tekenaar van Ratafia en de schrijver van Lincoln.

Hugo Pratt, un gentilhomme de fortune 1: Visions africaines (Cossi) Vertige Graphic; 22,00. Start van biografisch drieluik over de

schepper van Corto Maltese (1927-1995). Bizar dat uitgeverij Casterman wél Pratts Ballade van de zilte zee herdrukt, maar zich niet waagt aan dit veelbelovende project. Auteur Paolo Cossi publiceerde vorig jaar een Franstalige one-shot over de genocide in Armenië, Medz Yeghern.

Comix The Best American Comics 2010 (Diversen)

Bestamericancomics.com; $ 23.00; hk.

Bloemlezing met hoogtepunten uit de hedendaagse Amerikaanse strip – dit jaar samengesteld door Neil Gaiman.

Dungeon Quest 1 (Daly) Fantagraphics; $ 12.99; sk. Surreële underground van de

Zuid-Afrikaanse cultauteur Joe Daly.

Golden Collection of Krazy Kool Klassic Kids’ Komics (Diversen) Idea & Design Works; $ 34.99; hk. Bloemlezing van de klas-

sieke Amerikaanse jeugdstrip, samengesteld door de hoofdredacteur van Modern Arf.

Billy Hazelnuts and the Crazy Bird (Millionaire) Fantagraphics; $ 19.99; hk.

Opvolger van de gelijknamige cultstrip van Tony Millionaire.

The Muppet Show Comic Book 1 t/m 3 (Langridge) Hotelfred.co.uk; $ 9.99; sk. De

legendarische tv-serie van weleer opnieuw tot leven gewekt door ‘One Man Muppet’ annex maker van Fred the Clown en Zoot Suite, Roger Langridge.

The Search for Smilin’ Ed (Deitch) Fantagraphics; $ 16.99; sk. De maker van

Boulevard of Broken Dreams duikt in de onderbuik van de Amerikaanse jeugdtelevisie.

Werewolves of Montpellier (Jason) Fantagraphics; $ 12.95; sk. Het geheime

wapen van de Noorse strip neemt opnieuw een geijkt pulpgenre onder handen.

Deutsche Neue Welle Spunk (Moses) Jugendkulturen.de; 18,00; sk.

Portret van het Duitse punkmilieu door een jonge geboren Israëliër Gabriel S. Moses.

Tel Aviv Berlin: Ein Reisebuch (Diversen) Avanverlag.de; 29,95; hk. Korte dubbel-

portretten van Berlijn en Tel Aviv door vijf Israëlische en drie Duitse stripmakers, onder wie Henning Wagenbreth, Anke Feuchtenberger en Rutu Modan.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.