2011-11-09 Programmaboekje symp

Page 1

sm ic. nl

‘Dieren houden en behouden’ 19 november 2011 Barneveld

PVH symposium in samenwerking met

ww w.

Groenhorst Barneveld en cursuscentrum dierverzorging Sprekers:

ir. Ed.J.Gubbels (populatiegeneticus), prof.dr. Maarten Frankenhuis (voormalig directeur van Artis), dhr. Gerard Meijer (curator van Ouwehands Dierenpark), Ferdinand van Merriënboer (consultant biodiversiteit en de houderij en opvang exoten), dr. Victor Loehr (voorzitter Homopus Research Foundation, onderzoeker en stamboekhouder Homopussoorten), mevr. Winny Weinbeck (voorzitter Pakara, Tinley gedragstherapeut voor papegaaien)

PVH


Voorwoord

sm ic. nl

Het PVH staat voor verantwoord houden van huisdieren. Verantwoord houden brengt grote verantwoordelijkheden met zich mee voor de houder. Niet alleen voor het welzijn van het gehouden dier, ook voor het behoud van de soort. Het is een goede zaak dat we in de huidige tijd, door alle aandacht van de overheid, de betrokken organisaties en de individuele burgers, steeds duidelijker worden aangesproken op onze verantwoordelijkheden. Tijdens dit symposium zullen we uitgebreid stil staan bij de vraag in hoeverre het houden van huisdieren kan bijdragen aan het behouden van in het wild levende diersoorten. Daarbij staat de vraag naar de gezamenlijk te dragen verantwoordelijkheden centraal. Het zoeken naar de mogelijkheden tot samenwerking tussen houders en behouders maakt dit symposium bijzonder. Ik ben van mening dat we u een geweldig programma bieden waar veel kennis te halen en te delen is. Een keur van deskundige sprekers luistert het programma op. Rest mij niet meer dan u een hele prettige en nuttige dag toe te wensen. Ad Doedee, Voorzitter.

Wat wil PVH?

De statutaire basisdoelstelling van het PVH is: het bevorderen van een verantwoorde relatie tussen de mensen het gezelschapsdier alsmede het beschikbaar maken van de benodigde kennis, zodat gezelschapsdieren op een verantwoorde wijze worden gehouden.

• Het PVH wil samenwerken met elke partij in de sector die aan deze doelstelling wil bijdragen. Dat betekent ook dat het PVH de ambitie heeft deel te nemen aan elk overleg waarin dierbelangen aan de orde zijn. Welzijn van het huisdier is in alle samenwerkings- en overlegstructuren het bepalende criterium voor de inbreng van het PVH. • Het PVH komt op voor de rechten en de belangen van degene die zijn dieren op verantwoorde wijze houdt. Die belangenbehartiging betreft overigens uitsluitend de situaties waarin ‘het recht tot houden’ in het geding komt en alleen nadat aan het criterium ‘verantwoord’ is voldaan.

ww w.

In de relatie tussen eigenaar en zijn/haar huisdier wordt een aantal knelpunten onderkend. De belangrijkste daarvan zijn: • Gebrek aan kennis over hoe de dieren te houden • Gebrek aan mogelijkheden om dieren welzijnsvriendelijk te houden • Oneigenlijke motieven bij aanschaf • Lage drempels bij aanschaf • Het zich ontdoen van een dier (regulier, illegaal) Het PVH wil, samen met alle betrokkenen in de sector, aan oplossingen daarvoor werken. Wat is het PVH?

Dierenbezit heeft alles te maken met verantwoordelijkheid voor dierenwelzijn: het dier is voor zijn gezondheid en welzijn volledig afhankelijk van zijn eigenaar. De overheid heeft die verantwoordelijkheid vastgelegd in de Gezondheidsen Welzijnswet voor Dieren (GWWD) en in de daarbij horende voorschriften, algemene richtlijnen en maatregelen. De bezitters van gezelschapsdieren (zowel georganiseerd als ongeorganiseerd) zijn in beleidsdiscussies met de overheid gebaat bij een professionele organisatie die opkomt voor hun belangen en waarin samenwerking met andere partijen kan worden gestroomlijnd. Het PVH is die organisatie, die enerzijds huisdierbezitters wil helpen een zo goed mogelijke invulling te geven aan de verantwoordelijkheid voor hun dieren, die anderzijds samen met en namens de organisaties in de sector de belangen van huisdierbezitters wil behartigen. De structuur van het PVH

Het PVH bundelt de krachten van de verenigingen en organisaties in de sector. De basis van het PVH wordt gevormd door de huidige zes werkgroepen waarin de soortdeskundigen overleggen over de belangen van de diergroepen en van hun houders. Er zijn momenteel werkgroepen voor Honden, Katten, Kleine Zoogdieren, Reptielen/Amfibieën, Vissen en Vogels. Het PVH heeft een bestuur bestaande uit een voorzitter, een secretaris en een penningmeester, aangevuld met

2


van Toezicht waarvan de leden door de koepelorganisaties zijn benoemd. Wat doet het PVH nog meer?

sm ic. nl

Het PVH is de afgelopen jaren zeer actief betrokken geweest bij een reeks van beleidsdossiers vanuit het ministerie van LNV en heeft hard gewerkt aan het opbouwen en structureren van haar eigen organisatie. Het PVH wordt ondersteund door een aantal belangrijke kennis-instituten. Belangenbehartiging betekent deskundigheid en betrokkenheid. De kennis, die binnen de werkgroepen beschikbaar is wordt verzameld en door deskundigen uit de sector op volledigheid en kwaliteit beoordeeld. Op de website www. huisdieren.nu wordt deze beschikbaar gemaakt voor de aangesloten achterban en voor het grote publiek. De website geeft naast heel veel informatie over de diersoorten, ook de persberichten van LNV die voor de sector belangrijk zijn en de standpunten die het PVH inneemt. Het PVH wil door het organiseren van symposia de maatschappelijke discussie over belangrijke zaken aangaande het verantwoord houden van gezelschapsdieren stimuleren. Het PVH heeft in samenwerking met het Groenhorstcollege in 2009 een symposium georganiseerd 'Is de fokkerij Darwin voorbij?!' In 2010 waren er de twee symposia 'Scheiden doet lijden' en 'Welzijn, the Animal point of view' . Alle lezingen en powerpoint presentaties staan op de website www.huisdieren.nu . Het PVH maakt de kennisvragen, die binnen de sector leven, toegankelijk voor onderzoeksinstellingen. Door de werkgroepen ingebrachte onderzoeksvragen worden beschikbaar gemaakt voor studenten van de kenniscentra en hogescholen als onderwerp voor hun afstudeerprojecten. Het PVH draagt, waar mogelijk, bij aan de begeleiding van deze studenten. Alle onderzoeksverslagen staan op de website www.huisdieren.nu Actief deelnemen in het PVH?

Elke organisatie die de belangen van gezelschapsdieren en gezelschapsdierenhouders behartigt, kan actief deelnemen in het PVH. Er wordt wèl een bijdrage verwacht in de vorm van het meewerken aan het beschikbaar maken en uitdragen van kennis. Kennis over dieren, en over de wijze waarop ze gehouden moeten worden, is de belangrijkste succesfactor om tot een verantwoord huisdierenbezit te komen. Op dat punt rekenen we op al die soortspecialisten en hun organisaties.

ww w.

Ed.J. Gubbels, secretaris PVH Platform Verantwoord Huisdierenbezit, december 2010

3


Programma

sm ic. nl

Programma PVH symposium ‘Dieren houden en behouden’ zaterdag 19 november 2011 in het Groenhorst College te Barneveld 10.00 uur

-opening

Dagvoorzitter : ir.Ed.J.Gubbels

-

Dobberen op de genenpool

ir. Ed.J.Gubbels (populatiegeneticus) verzorgt een inleidende lezing over de invloed van natuurlijke en kunstmatige selectie, het gaat om bedoelde en onbedoelde veranderingen in genenpools van de gehouden dieren.

10.50 uur

De liefde ontleed

prof.dr. Maarten Frankenhuis (voormalig directeur van Artis) zal ingaan op het fenomeen natuurlijke seksuele selectie, in schril contrast met de door ons bedreven kunstmatige partnerkeuze, een en ander in relatie tot evolutie en diergezondheid.

11.30 uur

Koffie / thee

11.45 uur

Samenwerken aan behoud, het kàn !!

dhr. Gerard Meijer (curator van Ouwehands Dierenpark) geeft aan de hand van voorbeelden uit de praktijk uitleg over positieve en negatieve aspecten op het grensvlak van houden en behouden.

12.25 uur

Samenwerken aan behoud, het moet !!

Ferdinand van Merriënboer (consultant biodiversiteit en de houderij en opvang exoten) over het belang en de mogelijkheden van samenwerking tussen dierhouders en behouders gericht op bescherming van in het wild levende diersoorten op basis van de Convention on Biological Diversity (CBD, 1992).

13.05 uur

lunch

ww w.

10.10 uur

14.00 uur

Voorbeelden van houden en behouden: Reptielen

dr. Victor Loehr (voorzitter Homopus Research Foundation, onderzoeker en stamboekhouder Homopus-soorten) bespreekt hoe dierenhouders een functie kunnen hebben als natuurbeschermers, aan de hand van concrete en reeds jarenlang in de praktijk gebrachte voorbeelden bij landschildpadden en een aantal Zuid-Afrikaanse soorten (Homopus spp.) in het bijzonder.

14.40 uur

Voorbeelden van houden en behouden: Papegaaien

mevr. Winny Weinbeck (voorzitter Pakara, Tinley gedragstherapeut voor papegaaien) bespreekt de belangrijkste bedreigingen voor papegaaien in het wild en in gevangenschap, geeft aan welke acties de (internationale) organisaties aanzetten tot behoud van de papegaaien in het wild en hoe de hobbykwekers hierin kunnen bijdragen. Zij licht dat toe aan de hand van twee projecten die zij onlangs bezocht (Bahama papegaai en Puerto Rico Amazone).

15.20 uur 15.45 16.45 uur

koffie / thee Discussie Borrel

4


10.10 - 10.50 uur Dobberen op de genenpool

CV

sm ic. nl

ir. Ed.J.Gubbels (populatiegeneticus)

Ed.J.Gubbels werd in 1948 geboren te Noorbeek. Hij is al zijn hele leven lang betrokken bij het houden en behouden van allerlei diersoorten. Hij raakte vanaf zijn veertiende, bij het kweken van kleurkanaries en zebravinken, gefascineerd door de genetica. Vanaf die tijd werd de belangstelling voor dat vakgebied bepalend in zijn leven. De ene helft van zijn leven was hij gefocussed op het houden en fokken van gezelschapsdieren, de andere helft bestond uit actieve betrokkenheid bij de bescherming van inheemse plantenen diersoorten.

ww w.

Bij het ontbreken van gespecialiseerde opleidingen voor de houderij en fokkerij van gezelschapsdieren, volgde hij de opleiding aan de HAS in Den Bosch (1969) en studeerde hij af in de studierichting Zoötechniek aan de Landbouw Universiteit in Wageningen met als specialisatie ‘fokkerij en genetica’ (1977). In de loop der jaren heeft hij bij tal van diersoorten fokkers en rasverenigingen geadviseerd over genetisch en moreel verantwoord fokbeleid. Daarbij kreeg het dierenwelzijnsdrama bij rashonden de meeste aandacht. Sinds 1980 heeft hij honderden lezingen verzorgd over de nare gevolgen van de overselectie en de overmatige inteelt voor het welzijn van de betrokken dieren. In de natuurbescherming was hij actief op het vlak van ecologisch veldonderzoek en in bestuursrechtelijke procedures om tot de daadwerkelijke bescherming van beschermde diersoorten te komen (onder andere voor de Hamster

Samenvatting Dobberen op de genenpool

Soms lijkt het alsof de mensen die diersoorten willen houden en degenen die ze vooral willen behouden lijnrecht tegenover elkaar staan. Wat ze te vaak niet beseffen is dat ze samen dobberen op dezelfde genenpool waarbij, in onderlinge samenwerking, heel belangrijke synergievoordelen te behalen zijn tot nut van bedreigde soorten. Nadat de dierhouderij aanvankelijk begon als ‘het verbruiken van dieren uit wilde populaties’ is er, dankzij de beschermende wetgeving, een situatie ontstaan waarin steeds meer soorten door liefhebbers worden gekweekt. Degene die voor ‘èchte natuur’ gaat, kijkt daar meestal met enig wantrouwen naar, Dit zijn geen ‘èchte natuurdieren’ meer, ze moeten als verloren worden beschouwd in de strijd om het behoud van de soorten. Wie vanuit de populatiegenetica kijkt naar wat er gebeurt met genen en genfrequenties, krijgt een wat ander beeld. Het is natuurlijk zo dat in elke nieuwe leefomgeving weer andere genen de boventoon gaan voeren en dat soorten onder houderij-omstandigheden stapjes zetten op weg naar domesticatie. Echter, genen gaan alleen definitief verloren zodra er op georganiseerde wijze structureel extreme fokmethoden worden toegepast (overselectie en mateloze inteelt). De stukjes van de erfelijke aanleg die in een normale houderijsituatie en bij (moreel) verantwoorde fokmethoden op de achtergrond raken, blijven in de populatie aanwezig. Vanuit het zicht van de populatiegenetica wordt slechts zelden een ‘point of no return’ bereikt.

5


10.50 - 11.30 uur

sm ic. nl

De Liefde ontleed prof.dr. Maarten Frankenhuis (voormalig directeur van Artis)

CV prof.dr. Maarten Theodoor Frankenhuis

ww w.

Maarten Theodoor Frankenhuis werd in 1942 geboren in Enschede. Na het doorlopen van de lagere en middelbare school in zijn geboorteplaats (HBS B), werden achtereenvolgens de diergeneeskundige studie, de militaire dienst (2de luitenant der Pantserinfanterie) en een promotie onderzoek (Autofertilisatie bij de Kip) afgerond. Na enig waarnemen, een tijdelijk dienstverband bij de vakgroep zoötechniek en een praktijkperiode van een jaar te Olst, werd in 1978 een ruim 3 jarige onderzoek naar stoornissen van de vruchtbaarheid bij het cryptorche individu – dier en mens - afgesloten. Vervolgens werd hij na een bijna 6 jarig dienstverband als dierenarts-onderzoeker in Diergaarde Blijdorp te Rotterdam in 1984 buitengewoon hoogleraar bedrijfspluimvee-geneeskunde aan de Faculteit Diergeneeskunde te Utrecht en coördinator pluimveepraktijk-onderzoek aan de Stichting Gezondheidszorg voor Dieren in Nederland en voor de Stichting Gezondheidszorg voor Pluimvee te Doorn. Van april 1990 tot augustus 2003 was Frankenhuis directeur van het Koninklijk Zoölogisch Genootschap “Natura Artis Magistra" te Amsterdam. Sinds zijn pensionering schrijft hij gedreven verder, leidt natuurreizen, geeft lezingen en verricht advieswerk. Hij is getrouwd, heeft 3 zoons, 2 kippen en een groentetuin en is auteur van ca. 300 boeken en artikelen. Adres: Oosteinde 41 1151 BT Broek in Waterland tel: 020-4033339; e-mail: frankenhuis@xs4all.nl Zie ook www.frankenhuis.org

Samenvatting lezing ´De liefde ontleed´

Lange tijd heeft men gedacht dat seksuele selectie alleen een zaak was van onderlinge competitie tussen mannen. Duidelijk is nu dat de uitverkiezing door het vrouwtje zeker zo'n grote rol speelt. Bij de pauw is geconstateerd dat de hennen de haan met de mooiste en langste staart de eer gunnen. In onderzoek werd aangetoond dat het nageslacht van mannetjes met de langste sleep, ondanks deze formidabele handicap, de grootste overlevingskans heeft. Bij veel andere diersoorten heeft de vrouwelijke sekse ook een voorkeur voor de uitbundigst baltsende, mooist zingende en kleurrijkste macho’s. De situatie bij de mens lijkt niet anders. Moeten mannelijke dieren het nog vooral hebben van risicovolle handicaps als ornamenten (geweien, hoorns, veren), zang, balts en waaghalzerig gedrag, voor de mensenvrouw echter is het relatief nieuwe selectiecriterium sociale intelligentie (originaliteit, creativiteit, humor) geïntroduceerd. Fysieke kracht, uiterlijk en lef zijn echter niet helemaal onbelangrijk. Vooral rond de eisprong winnen eigenschappen met een hoog baviaangehalte weer aan gewicht. Text van document 6


11.45 - 12.25 uur

Gerard Meijer CV

sm ic. nl

Samenwerken aan behouden, het kan!!

Meer dan 30 jaar is Gerard Meijer werkzaam bij Ouwehands Dierenpark, nog langer is hij gehuwd en hij heeft een (studerende) zoon. Hij begon als vogel- en zeezoogdierverzorger, is doorgegroeid naar het management van het dierenpark en is op dit moment Collectiemanager (Curator) en Registrator. In die periode heeft hij de dierentuin zien groeien van een privé collectie tot een park dat actief is in de European Association of Zoos and Aquaria (EAZA) en de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen (NVD). Daarbij zag hij ook de wetgeving en eisen aan dierentuinen ingrijpend veranderen. Binnen het park houdt hij zich oa bezig met collectiebeleid, zowel adviserend als uitvoerend met het verwerven en het uitplaatsen van de dieren. Dit in de meest brede zin van het woord. Verder heeft hij een veelheid aan taken, dierregistratie en de rapportages (oa tbv van meldingen naar EL&I), plaagdierenbestrijding, (schiet)veiligheid en het beheer van de werk- en veiligheidsprotocollen. Binnen de dierentuinorganisaties vervult Gerard Meijer een

aantal functies, deels als vertegenwoordiger van Ouwehands dierenpark, deels op persoonlijke titel: bij EAZA-TAG (Taxon Advisory Group) ‘chair’ voor zeezoogdieren; bij ESB (European Studbook) ‘keeper’ voor de Californische zeeleeuw; bij NVD voorzitter van de commissie (bij)scholing en voorzitter van de transportwerkgroep en hij is tevens lid van de transportwerkgroep bij EAZA. Daarnaast is hij dierentuininspecteur voor NVD, EAZA en EAAM (European Association for Aquatic Mammals). Binnen EAZA heeft ook zitting in ‘species committees’ (de adviesgroepen voor European Endangered Species Programme (EEP)) o.a. voor giraffes, doodshoofdaapjes, pinguïns en zeearenden. Het geven van gastcolleges en lezingen vloeit voort uit al die werkzaamheden en functies.

Samenvatting lezing Samenwerken aan behouden, het kan!!

ww w.

Het (be)houden van dieren is al erg oud, de hond werd al 14 -15.000 jaar voor Christus gehouden, sommigen gaan zelfs uit van meer dan 40.000 jaar geleden. In eerste instantie begon de mens met het houden van dieren voor zijn eigen gemak, de hond als bewaker en hulp bij de jacht, de geit, het schaap en de koe volgden. Deze dieren werden gehouden als voedingsbron en voor de huid, de wol en melk. Pas nadat de mens het gemakkelijker krijgt en niet meer ‘alleen maat’ hoeft te overleven, worden er ook andere dieren gehouden. In het oude Egypte werden 4000 jaar geleden al dieren bij de paleizen van de farao’s gehouden. En ook in het Romeinse rijk werden al dieren gehouden. Toen de Europeanen steeds meer over zee gingen reizen kwam in Europa het houden van exoten steeds meer in zwang. In Wenen werd in 1569 voor de eerste exoten een jacht- en dierentuin ingericht bij schloss Kattenburg, het huidige Schönbrunn. De eerste fok programma’s waarin de diertuinen echt samenwerkten waren voor de wisent in 1921, het Przewalski paard in 1945 en de Arabische oryx in 1962. Wereldwijd samenwerken met 3 fokprogramma’s, dat gaat nog wel, een kleine groep mensen en weinig diersoorten. Echter, op dit moment zijn er alleen al in EAZA 366 programma’s: 184 EEP en 182 ESB. Dan wordt samenwerken een veel ingewikkelder verhaal. De fokprogramma’s vragen een goede en nauwe samenwerken en goede afspraken tussen alle houders van de betreffende soort. Daar komt heel wat bij kijken: het eigendom van dieren, het verplaatsen van dieren, de huisvesting, de verzorging, de diëten, het gezondheidsbeleid, de genetische aspecten en de wetgeving (Cites, houden van dieren, welzijn). Er zijn overigens verschillen in aanpak tussen het meer sturende EEP en het minder intensief beheerde ESB. Samenwerken met anderen (kleine dierentuinen, hobbyhouders) kan dat? Of geeft dat nog meer (samenwerkings)problemen? Het succes van alle vormen van samenwerking zit in het nakomen van afspraken. Veel belangrijker nog is de overtuiging bij alle deelnemers dat samenwerking in de fokkerij de enige mogelijkheid is om dieren te kunnen behouden, zowel in gevangenschap als voor veel soorten ook in het wild.

7


12.25 - 13.05 uur

Ferdinand van Merriënboer CV

sm ic. nl

Samenwerken aan behoud, het moet !!

ww w.

Ferdinand van Merriënboer (1965, ’s-Gravenhage) Consultant biodiversiteit, beleidsstrategie & innovatie, dierhouderij en opvang van beschermde niet-gedomesticeerde diersoorten. Voormalig directeur van stichting Animal Reception Centres Association (ARCA) en werkzaam geweest als adviseur voor de implementatie van de Convention on Biological Diversity (CBD) en de Convention on International Trade in Endangered Species of Wild Fauna and Flora (CITES) in Nederland, Suriname en Brazilië. Studeerde Nederlands recht, bestuurskunde, bedrijfskunde en communicatiewetenschap.

Samenvatting Samenwerken omdat het moet!

'Nu hebben wij Hollanders, met Holland bedoel ik, waar wij zitten nietwaar, niet de gewoonte om, geconfronteerd met een probleem, zo'n probleem op te lossen. Dat doen wij niet graag. Wij stichtten liever één commissie… en die commissie, ook niet lui, formeert terstond een subcommissie. En dan gaan allen naar bed met het besef dat er toch iets gebeurd is…,' (Godfried Bomans) Van regen wordt u nat. Wanneer u geen paraplu boven uw hoofd houdt, of hoofddeksel als hoed of pet gebruikt, houdt u uw hoofd niet droog. Als de wind waait, valt de regen schuin naar beneden, is er geen wind, kunt u erover twisten of de regen recht naar beneden valt, of dat u rekening dient te houden met de stand van de maan en de zon en dat soort dingen meer, maar de conclusie blijft, van regen wordt u nat. U moet zich voorstellen dat u gevraagd wordt hierover een voordracht van 40 minuten te houden: samenwerken, gemeenschappelijk werken aan één taak, omdat het moet! In een zaal vol eigenzinnige dierhouders en behouders die zich dit heel goed realiseren aangezien zij vaak vanuit een geheel eigen visie niet anders verkondigen dan dat, maar juist vanwege die geheel eigen visie niet zelden lijnrecht tegenover elkaar staan. Deze sector heeft een samenwerkingsconcept nodig waarin deze uiteenlopende visies een plaats krijgen op een wijze dat de taak die de betrokken organisaties zich stellen ook werkelijk gericht kan worden op doen in plaats van agenderen. Er komen steeds meer voorbeelden voorhanden waarbij dit goed gaat; het aantal initiatieven dat spaak loopt vanwege het ontbreken van een passend concept is echter vele malen groter. Dit leidt tot onnodige verspilling van fondsen, inzet van betrokken personen en organisaties en tot gemiste kansen op het terrein van behoud en herstel van biodiversiteit. Na een introductie over de bescherming van bedreigde dieren op basis van de Convention on Biological Diversity zal met innovatieve voorbeelden worden ingegaan op de mogelijkheden die dit verdrag biedt als leidraad voor betere samenwerking. 8


14.00 - 14.40 uur

dr. Victor Loehr

CV

sm ic. nl

Voorbeelden van houden en behouden: Reptielen

ww w.

Victor Loehr houdt zich sinds bijna 30 jaar bezig met het verzorgen en kweken van reptielen en amfibieĂŤn in gevangenschap. Daarnaast heeft hij uitgebreide veld- en natuurbeschermingservaring opgedaan in NamibiĂŤ, Zimbabwe en ZuidAfrika sinds 1992. Hij is als ecoloog afgestudeerd aan Universiteit Utrecht en heeft zijn promotieonderzoek naar landschildpadden uitgevoerd aan de Universiteit van de Westkaap in Zuid-Afrika. In 2000 heeft hij de Homopus Research Foundation opgericht, waarbinnen de verzorging van landschildpadden in gevangenschap door particulieren en dierentuinen wordt gecombineerd met wetenschappelijk veldonderzoek door wetenschappers en vrijwilligers. Victor participeert in de IUCN Tortoise and Freshwater Turtle Specialist Group en is Lid van Verdienst van de Nederlands-Belgische Schildpadden Vereniging. Hij is ook reviewer voor toonaangevende wetenschappelijke tijdschriften zoals Global Change Biology, Comparative Biochemistry and Physiology, en Chelonian Conservation and Biology.

Samenvatting Voorbeelden van houden en behouden: Reptielen Schildpadden, en met name landschildpadden, worden wereldwijd bedreigd. Zuid-Afrika heeft een belangrijke verantwoordelijkheid, aangezien ongeveer een derde van alle landschildpadsoorten in dat land voorkomt. De Homopus Research Foundation richt zich op de bescherming van een deel van de Zuid-Afrikaanse landschildpadden en kiest daarin een bijzondere aanpak; terrariumhouderij wordt met natuurbescherming verenigd. In de presentatie zal worden toegelicht hoe dit in zijn werk gaat en wat voor resultaten het tot nu toe heeft opgeleverd. De werkwijze laat zien dat houders van reptielen een belangrijke rol in de natuurbescherming kunnen spelen, mits ze op een integere en verantwoorde wijze met hun hobby omgaan.

9


14.40 - 15.20 uur

mevr. Winny Weinbeck CV

sm ic. nl

Voorbeelden van houden en behouden:Papegaaien

ww w.

Winny Weinbeck heeft ruim 25 jaar ervaring met vogels (o. a. insekteneters en valkparkieten) en houdt zich de laatste 14 jaar uitsluitend met papegaaien bezig. Zij is aangesloten bij Tinley als gedragstherapeut voor papegaai. Naast de opleiding voor gedragstherapeut voor papegaaien van Tinley heeft zij diverse (internationale) workshops en opleidingen op het gebied van trainen en het gedrag van papegaaien gevolgd. Naast het volgen van een workshop valkenieren, heeft zij ook ervaring met roofvogels opgedaan. Zij is actief lid van diverse (internationale) organisaties die zich inzetten voor het behoud van papegaaien in de natuur en de voorlichting en verzorging ten behoeve van papegaaien in gevangenschap. Als gedragstherapeut is zij ook lid van IAATE (= International Association of Avian Trainers and Educators). Winny is voorzitter van “Pakara�, een bond voor liefhebbers, houders en kwekers van papegaaien met als centrale doelstelling het bevorderen van het welzijn van kromsnavels, zowel in de natuur als in gevangenschap. Zij zit ook in de redactie van het Pakara Magazine, waarvoor zij artikelen over het gedrag van papegaaien schrijft en schrijft ook regelmatig voor buitenlandse tijdschriften en een aantal digitale nieuwsbrieven. Zij neemt namens Pakara en Tinley deel aan de werkgroep Vogels van het PVH. Door nascholing te volgen en (internationale) vakliteratuur te lezen zorgt Winny dat ze op de hoogte blijft van recente ontwikkelingen over het gedrag van papegaaien. Ook neemt zij regelmatig deel aan (internationale) seminars en symposia over papegaaien.

Samenvatting Voorbeelden van houden en behouden:Papegaaien Winny Weinbeck vertelt in haar presentatie wat de belangrijkste bedreigingen zijn voor papegaaien die in gevangenschap worden gehouden, maar ook welke bedreigingen er zijn voor de papegaaien in de vrije natuur. Er zijn een aantal internationale organisaties die zich actief inzetten voor de bescherming van papegaaien in de vrije natuur, hun habitat en de kweek van bedreigde soorten voor soortbehoud en mogelijke herintroductie. Deze internationale organisaties werken daarbij nauw samen met de lokale beschermingsorganisaties en de lokale bevolking. Ook is er samenwerking op het gebied van kweekprogramma’s en management van collecties van sterk bedreigde soorten. De maatregelen van de overheid en soortbehoud via CITES zijn onmiskenbaar van invloed op de kweek van vogels. De CITES maatregelen werpen uiteraard zijn vruchten af, maar dit betreft alleen de handel en bezit van bepaalde soorten. Op het gebied van de voortschrijdende vernietiging van de habitat, die tot massale sterfte van dieren en planten leidt wordt helaas niets bereikt. Een kwart van de vogelsoorten wordt binnen enkele jaren met uitsterven bedreigd. Het wordt steeds noodzakelijker soortbehoud met vogels uit gevangenschap voort te zetten omdat deze bestanden vaak groter zijn als in de natuurlijke habitat en sommige soorten alleen nog in gevangenschap overleven. Beschermde gebieden zijn beperkt en vertragen weliswaar het verlies van soorten, maar kunnen het niet omkeren. Een ieder van ons zal dus zijn houding ten opzichte van de natuur moeten veranderen. Samenwerking tussen politici, natuurbeschermers, biologen, wetenschappers en kwekers van papegaaien is hierbij onmisbaar omwille van ons zelf en de natuur. Winny heeft onlangs een aantal beschermingsprojecten bezocht (Bahama papegaai en Puerto Rico Amazone) en zal aan de hand van deze voorbeelden laten zien hoe samenwerking succesvol kan zijn en noodzakelijk is voor het voortbestaan van de soorten.

10


Alles over dierverzorging leer je in Barneveld!

Groenhorst Barneveld

sm ic. nl

Groenhorst Barneveld (AOC) en Cursuscentrum Dierverzorging Barneveld vormen samen een opleidingsinstituut waar dagopleidingen en volwassenenonderwijs op mbo niveau worden aangeboden. Het opleidingsaanbod bestaat voornamelijk uit opleidingen en cursussen op het gebied van dierverzorging, paardenhouderij, veehouderij en groen/grond/infra. Meer dan 1.500 leerlingen volgen dagonderwijs. Zo’n 1.500 beroepsbeoefenaars en hobby’isten komen bij het Cursuscentrum terecht voor omscholing, verdiepingscursussen of voor nascholingscursussen. Het Barneveldse opleidingsinstituut staat op een terrein van vijf hectare. Om praktijkgericht te leren beschikt het centrum over veel voorzieningen, zoals meer dan honderd verschillende soorten dieren. Honden, katten, paarden, koeien, slangen en vogelspinnen. Alles zelf zien en ervaren, dat is leren in de praktijk. De leerlingen en cursisten leren niet alleen uit een boekje. Ervaren trainers en docenten begeleiden hen daarbij. Andere voorzieningen zijn onder meer het paraveterinaire trainingscentrum, een dierenspeciaalzaak, een paardencentrum en een hondenkennel.

Binnen de totale organisatie staat het bieden van aantrekkelijk en inspirerend onderwijs centraal. Het bedrijfsleven is sterk betrokken in het onderwijsleerproces en ICT speelt een belangrijke rol. Maatschappelijke en onderwijskundige ontwikkelingen vormen de drijvende kracht voor de vernieuwing van het dagonderwijs. Een van die ontwikkelingen is competentiegericht onderwijs. Het laat zien waarom leerlingen iets moeten leren. Het leren krijgt daardoor betekenis. Groenhorst Barneveld besteedt veel aandacht aan het voorkomen van uitval. Zorg en respect voor elkaar staat hoog in het vaandel. Deze werkwijze en de sfeer van de school is niet onopgemerkt gebleven want in 2011 werd Groenhorst tot beste mbo school uitgeroepen door de MBO keuzegids. Cursuscentrum Dierverzorging Barneveld (CDB)

ww w.

Cursuscentrum Dierverzorging Barneveld is al dertig jaar een begrip bij onder meer dierenartsen. De duur van de honderd aangeboden opleidingen en cursussen varieert sterk. Een korte cursus duurt enkele weken, een opleiding kan enkele jaren duren, inclusief het lopen van stages verspreid over de opleiding. De lessen zijn gedeeltelijk klassikaal, maar vinden ook meer individueel plaats in praktijkruimte, dierverblijf of dierenkliniek. Het CDB gelooft in een ‘leven lang leren’. Zo bevinden zich onder de cursisten twintigers die nascholings- of verdiepingscursussen volgen. En in de leeftijdsgroep van 35 tot 45 jaar is bijvoorbeeld omscholing tot paraveterinair dierenartsassistent populair. Ook leidt het CDB mensen op die jarenlang in een heel ander beroep werken maar uiteindelijk kozen voor hun passie, het werken met dieren. Zo vorderde een oud-cursist jarenlang belastingen in op de belastingafdeling van haar gemeente en liet zij zich omscholen tot beheerder van een kinderboerderij. Text van document

11


sm ic. nl

ww w.

Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.