Het Register 2010 nr. 6: Het beste van twee opleidingen

Page 26

■ ■ ■

veau. Bij de adviseurs scoort bijvoorbeeld vennootschapsbelasting hoog. We hebben al met al een unieke propositie in de gezamenlijke opleidingen: je kunt op allerlei niveaus in- en uitstappen. In zes jaar kan men vanaf het eerste niveau (consulent) doorstromen naar de meestertitel. Dat is uniek in het ‘tweede kans’-onderwijs. Verder kan men op de verschillende niveaus uitstappen met een diploma en besluiten dat het zo goed is. Maar je kunt de studie daarna ook weer oppak-

Aantal afgestudeerden dat een baan vindt is kwaliteitstoets voor opleiding zonder overheidssubsidie ken en naar een volgend niveau gaan. In een beroepsgroep waar men nooit is uitgeleerd, is dit een ideaal model; zowel voor de werkgever als voor de werknemer en uiteraard ook voor het zelfstandige lid. Omdat we door het intensieve contact met onze leden en studenten dichtbij de praktijk staan en ook verstand hebben van ons vak, kunnen we bovendien vlot inspelen op de vragen van de markt en op de actualiteit.’

Geen fiscale hoogstandjes Ook Jaap Zwemmer wijst op het belang van een goede praktijkgerichte beroepsopleiding. ‘Universiteiten leiden weliswaar academisch gevormde fiscalisten op, maar deze academici moeten het vak meestal in de praktijk nog gaan leren’, zegt hij. Zwemmer benadrukt dat universitair opgeleiden heel goed weten hoe wetten en jurisprudentie geïnterpreteerd moeten worden en wat deze voor mogelijkheden bieden. Als het echter gaat om de dagelijkse praktijk, zijn praktijkervaring en kennis van de omstandigheden van de klant veel belangrijker. Hij betoogt verder dat de meeste belastingplichtigen nauwelijks een idee hebben van de hoeveelheid fiscale verplichtingen waaraan zij moeten voldoen. Vooral mkb-ondernemers hebben grote behoefte aan goede fiscale begeleiding. De meeste ondernemers willen geen fiscale hoogstandjes. ‘Zij willen hun zaken fiscaal goed geregeld hebben waarbij zij zo min mogelijk last ondervinden van de fiscus’, vervolgt Zwemmer. ‘RB Opleidingen leidt adviseurs op die precies in die behoefte voorzien, omdat de opleidingen breed zijn en sterk praktijkgericht, waarbij de verkregen kennis direct toepasbaar is. Afgestudeerden van RB Opleidingen moeten de klant alle fiscale verplichtingen uit handen kunnen nemen. Tevens moeten zij kunnen aangeven wat voor een klant de optimale fiscale situatie is. Zoals Marieke Smit ook zegt: communicatieve vaardigheden zijn dus van het allergrootste belang. Een adviseur moet niet op de stoel van de klant gaan zitten, maar zijn situatie wel zo goed kennen, dat passend geadviseerd kan worden.’

28

Het Register | juni 2010 | nummer 6

Meer accountants naar fiscale opleiding We praten verder over het toenemende belang van het belastingadvies in relatie tot het werk van de accountant. Het deponeren van de jaarrekening wordt afgeschaft voor kleine ondernemingen. Belastingadviseurs kunnen op hun beurt meer doen dan zich puur op het fiscale richten. Zij kunnen ook zorgen voor de nodige cijfers van het bedrijf (voor de bank bijvoorbeeld) en zich richten op financiële planning en estate planning. Bestaat er een tendens dat de beroepen belastingadviseur en accountant samensmelten en zo ja, welke consequenties heeft dit dan voor de huidige opleidingsstructuur? Smit: ‘Steeds meer accountants volgen een fiscale opleiding bij RB Opleidingen. Ik verwacht echter niet dat de twee beroepen gaan samensmelten. Heel misschien op het niveau van de kleinere mkbklant, maar voor grotere ondernemingen is het hebben van een accountant onontbeerlijk. Belastingadviseurs fungeren wel steeds meer als spil in het mkb. Ze zijn tegenwoordig de adviseur in de breedte. Je spreekt financiële, juridische en fiscale zaken vooraf goed door met de klant, geeft de grote lijnen aan, je bereidt je klant goed voor. Belastingadviseurs gaan omgekeerd veel minder de accountancy-kant op, wellicht voornamelijk vanwege de eisen en de beperkingen als gevolg van de Wta.’ Speelt RB Opleidingen in op veranderingen als de interesse voor estate planning? ‘Het zit in het PE-programma en inmiddels is er ook een verdieping en een casuscollege estate planning. De combinatie van civiel en fiscaal is soms erg moeilijk, omdat sommige op het oog interessante civiele constructies, fiscaal rechtelijk niet goed uitpakken of andersom’, aldus Marieke Smit.

Aan overheidsbemoeienis geen behoefte Op de vraag wat accreditatie van fiscale opleidingen door de overheid voor waarde heeft, antwoordt Jaap Zwemmer dat de NFB- en de CB-opleidingen hun bestaansrecht in de praktijk hebben bewezen. Ze hebben een uitstekende naam en ieder fiscaal advieskantoor weet wat men aan een afgestudeerde heeft. ‘Ik hecht daarom geen belang aan accreditatie van de opleidingen door de overheid. Ook niet omdat accreditatie veel meer een rol speelt als de opleiding door de overheid wordt gefinancierd. Dan moet je als overheid garanties hebben dat het overheidsgeld goed wordt besteed. Voor opleidingen zonder overheidssubsidie ligt de kwaliteitstoets echter voornamelijk in de mate waarin afgestudeerden aan een baan komen en in een behoefte voorzien. Zolang het bestuur van de opleidingen daar goed oog voor heeft en in samenspraak met de ‘afnemers’ van de afgestudeerden het programma periodiek evalueert, is aan overheidsbemoeienis geen behoefte. Het is al mooi genoeg dat de overheid met haar telkens veranderende fiscale wetgeving zoveel fiscalisten aan het werk houdt.’ ■


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.