OKRA Zorgmagazine April 2015

Page 1

Word nu gratis lid van OKRAZORGRECHT.

Lees alles op blz. 32.

Zorgmagazine Voor bewoners van woonzorgcentra en hun mantelzorgers


2

CM-Infopunt Chronisch Zieken 078 05 08 05 - infochronischzieken@cm.be

Het CM-Infopunt Chronisch Zieken staat open voor iedereen met vragen over thuiszorg, ziektebeelden, dienstverlening, sociale en financiële voordelen ... Mail je vraag naar infochronischzieken@cm.be of bel naar 078 05 08 05: • van maandag tot vrijdag van 9 tot 12 uur; • van maandag tot donderdag van 13 tot 17 uur. Het CM-Infopunt geeft je zo snel mogelijk een correct en duidelijk antwoord. OKRA-zorgMAGAZINE 2015


EDITO

3

V

erbaast het je dat je alweer een nieuw magazine in je bus krijgt? Seniorenorganisatie OKRA geeft dit magazine uit voor de vele duizenden die, zoals jij, in de loop van het jaar verhuisden naar een woonzorgcentrum. In een woonzorgcentrum wonen, vraagt vele inspanningen en brengt aanpassingen en veranderingen met zich mee. In dit magazine lees je naast enkele getuigenissen ook tal van praktische tips en handreikingen. Verhalen die ontroeren en aanspreken, het zou ook jouw verhaal kunnen zijn.

Een tweede doel van dit magazine is het verder bekend maken van OKRAZORGRECHT, een gratis gebruikers- en mantelzorgvereniging. Wat deze vereniging voor jou kan betekenen, ook als je in een woonzorgcentrum woont, lees je in dit magazine. Thuiszorgdiensten, assistentie-woningen, woonzorgcentra en andere organisaties proberen een zo goed mogelijk antwoord te geven op vragen van hun gebruikers of bewoners. Desondanks blijven er vele open vragen. Misschien vraag jij je ook af of de dagprijs wel correct is. Stel je je vragen over de aangerekende supplementen zoals voor de persoonlijke was of de kapper. Weet jij of je je medicatie zelf mag beheren? En hoe zit het met de rolstoel of rollator? Mag je enige invloed hebben op de manier waarop jouw zorg georganiseerd wordt? Welke kwaliteit van zorg mag je verwachten? Uiteraard bespreek je deze vragen het eerst met de zorgaanbieder. Maar bij onzekerheden of moeilijkheden wil OKRA-ZORGRECHT je begeleiden of voor jou onderhandelen.

Verhalen die ontroeren en aanspreken, het zou ook jouw verhaal kunnen zijn.

Tot slot willen wij je enthousiasmeren om gratis lid te worden van OKRAZORGRECHT. Samen willen we werken aan een zorg op maat: elke zorgbehoevende vertelt welke zorg hij wil en dat wordt zo maximaal mogelijk georganiseerd. Met gefundeerde standpunten wil OKRAZORGRECHT de overheid adviseren en bijsturen om tot goede beslissingen te komen zodat ze voor mensen een goede zorg kan organiseren. Jouw mening telt, dit kan als lid van OKRA-ZORGRECHT. Veel leesgenot en ik hoop je binnenkort als lid welkom te heten.

Mathieu

Mathieu Martens Voorzitter OKRA-ZORGRECHT

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


4

item

14 OKRA-zorgMAGAZINE 2015


5

16 22

20

24 18

6 7 9 12 14 16 18 20 22 24 27 29 30 32

Getuigenis ‘Thuiskomen in het woonzorgcentrum’ HANDIG Tips bij de keuze van een woonzorgcentrum Je rechten en tegemoetkomingen Zingeving Denk aan later. Spreek over later Getuigenis Als prille zeventiger naar een woonzorgcentrum Interview Woonzorgcentra: de nieuwe thuis Gezondheid Zelfzorg voor mantelzorgers SPORT ‘Hockey en vissen zijn de leukste!’ Vrijwilligers ‘We hebben écht tijd voor de bewoners’ Interview Achter elk gezicht een positief verhaal Hersengymnastiek Win een van deze prijzen OKRA-ZORGRECHT geeft advies Wat kan OKRA-ZORGRECHT voor jou betekenen?

Algemeen secretariaat | www.okra.be | secretariaat@okra.be | www.okrasport.be | www.okrazorgrecht.be | 02 246 44 41 OKRA-ZORGRECHT | Postbus 40 | 1031 Brussel | zorgrecht@okra.be | 02 246 57 72 (van 8 tot 12 en van 13 tot 16 uur, vrijdag van 8 tot 12 uur) | www.okrazorgrecht.be. Ook op Facebook.

Redactie Nele Joostens • Chris Van Riet • Katrien Vandeveegaete Verantw. uitgever Jan Vandecasteele • Vier Uitersten 19, 8200 Brugge Vormgeving Gevaert graphics nv Druk Corelio Printing, Erpe-Mere Oplage: 20 000 exemplaren Zonder schriftelijke toestemming van de uitgever mag geen enkele tekst of illustratie geheel of gedeeltelijk worden gereproduceerd. Advertenties vallen niet onder de verantwoordelijkheid van de uitgever. Coverfoto: Stefan Dewickere

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


6

getuigenis

‘Thuiskomen in het woonzorgcentrum’ Een opname in een woonzorgcentrum is altijd een grote stap. Dat was ook zo voor Martha. Dochter Josée Luytens doet het relaas.

Ik zocht een plaats waar mijn moeder thuis zou kunnen komen, waar ze rust zou vinden.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015

In mei 2013 merkte Josée dat haar moeder snel achteruit ging. Martha wachtte op haar vader die al jaren dood was en vroeg aan de buschauffeur om op haar te wachten. Josée was gealarmeerd en trok naar haar huisarts. “Moeder had op dat ogenblik iets aan haar teen, daardoor lukte het om haar mee te krijgen. De arts was duidelijk: het vreemde gedrag duidde op dementie. Verder onderzoek was aangewezen. Twee keer werd moeder onderzocht in het ziekenhuis en meteen waren de resultaten duidelijk. Moeder had geen beginnende dementie, de ziekte verliep snel. Zo liep ze weg en werd haar gedrag nog vreemder. We hadden onmiddellijk het gevoel dat het serieus was.” Zoektocht “Ik ben enig kind, mijn vader is nog voor mijn geboorte gestorven. Dat maakt dat ik er alleen voor sta in de zorg voor mijn moeder maar ook dat ik snel kan beslissen en geen overleg hoef te plegen met broers en zussen. Het heeft voor- en nadelen.

Toen de hoofdverpleegster in het ziekenhuis me aanraadde snel een plaatsje te zoeken in een woonzorgcentrum, ben ik onmiddellijk in actie geschoten. Ik kreeg een lijst met woonzorgcentra in de buurt en selecteerde er tien. Die heb ik allemaal bezocht. Vaak kreeg ik te horen dat er geen plaats was voor personen met beginnende dementie. Er was soms een wachttijd tot twee jaar. Ik voelde me ook niet overal even welkom. Het was een lastige zoektocht, een waarvoor je veel kracht nodig hebt. Het laatste woonzorgcentrum op mijn lijstje was Heilig Hart in Putte. Daar maakten ze tijd voor mij en luisterden ze naar mijn verhaal. Ik voelde me er onmiddellijk thuis. Dat gevoel had ik ook voor ogen. Ik zocht een plaats waar mijn moeder thuis zou kunnen komen, waar ze rust zou vinden. Bij dit woonzorgcentrum had ik onmiddellijk een goed gevoel. Toen ik drie dagen later een telefoontje kreeg dat er een plaatsje was, was ik opgelucht. De verantwoordelijke stelde voor om mijn moeder eerst op kortverblijf te laten komen maar daar was de huisarts geen voorstander van. We kozen dus voor een volledig verblijf.”


7

Even gaan rusten “Nu restte ons nog de moeilijke opdracht om aan moeder te vertellen dat ze naar een rusthuis zou verhuizen. Ik had haar op voorhand niet gezegd dat we op zoek waren omdat ik haar niet wilde verontrusten en ook niet wist dat een opname uiteindelijk al zo snel zou kunnen. Om het gesprek met mijn moeder voor te bereiden, praatte ik met de sociaal assistent van het woonzorgcentrum. Dat gesprek heeft mij veel deugd gedaan. Zij raadde aan om de boodschap te laten brengen door iemand die haar heel dierbaar is. Dat werd mijn zoon, met haar heeft mijn moeder een hele goede band, tussen mijn moeder en mij is de relatie altijd eerder koel geweest. Mijn zoon nam een dag verlof en samen trokken we naar mijn moeder. ‘Oma, we gaan wat inpakken’, zei hij. Samen trokken ze naar boven en maakten ze haar koffer. Hij vertelde haar dat ze een tijdje ging rusten. Ik hoorde ze lachen, het was helemaal geen zwaar moment. Eens ingepakt, zijn we samen vertrokken en stopten we nog even bij de supermarkt. ‘Als je nog iets nodig hebt, kan je het meenemen.’ Ze kocht koekjes en daarna zijn we verder gereden naar het woonzorgcentrum. We schreven haar in en vertelden nog eens dat ze er ging rusten. We trokken met haar naar boven waar bewoners aan het kaarten waren. Ze zette zich erbij en het was in orde. Zo makkelijk ging het.” Thuis komen “Heel zelden stelde ze de vraag wanneer ze terug naar haar huis zou gaan. Gaandeweg brachten we foto’s mee van thuis en kleedden haar kamer in. We merkten dat moeder graag in het woonzorgcentrum is. En wij komen er ook graag. We komen er zelfs meer ‘thuis’ dan vroeger in haar huis. Moeder is erg veranderd door haar ziekte. Vroeger telde maar één ding: werken. We mochten nooit genieten, rustig samen eten hebben we bijvoorbeeld nooit gedaan. Altijd was ze kwaad als we in haar ogen even ‘niets’ deden. Nu is ze die fixatie vergeten en kan ze wel genieten - en wij mogen het ook. Dat maakt dat we nu echt kunnen thuiskomen bij haar. Maar moeder blijft nog wel actief in het woonzorgcentrum. Ze dekt mee de tafels en ruimt ze af. Ze helpt de andere bewoners een slab aan te doen. Ze voelt zich betrokken en dat is belangrijk voor haar.” Thuiszorg? “In de periode tussen de diagnose en de opname, hadden we geprobeerd om de ergste nood te lenigen via thuiszorg. Maar dat werkte niet. Moeder liep steeds weg. Dan belde de thuisverpleegster dat ze weer weg was en konden we haar gaan

zoeken. Vaak was ze gaan winkelen, elke dag kocht ze hetzelfde, dingen die ze echt niet nodig had. Ik was blij en opgelucht dat we uiteindelijk zo snel terecht konden in een woonzorgcentrum waar we ons allemaal goed bij voelden. Hoe we het anders opgelost hadden, weet ik niet. Mijn man en ik werken nog, het is niet vanzelfsprekend om er dan zulke intensieve zorg bij te nemen.” Rompslomp “Bij de opname in een woonzorgcentrum komt natuurlijk wel wat administratie kijken. We hadden bij de notaris een akte van algemene lastgeving/volmacht onderschreven. Daar was moeder bij en toen was ze zich er ten volle van bewust. Ze heeft toen nog gevraagd dat mijn zoon de voorkeur zou krijgen mocht haar huis ooit verkocht worden. Sindsdien kan ik al haar bankzaken regelen. Samen met de sociaal assistente van het woonzorgcentrum maakte ik ook de tegemoetkoming van de zorgverzekering in orde. Maar haar inkomen volstaat niet om haar verblijf te bekostigen. Ik heb er lang over getwijfeld wat ik met haar huis zou doen. Verkopen kon ik niet, mijn vader heeft het gebouwd, het is zowat het enige wat er van hem rest. Het stond lang leeg maar uiteindelijk heb ik het grondig gerenoveerd en nu verhuur ik het. Die inkomsten zorgen ervoor dat haar verblijf in het woonzorgcentrum toch betaalbaar is. Dat ik alleen ben, zorgt dat ik dat allemaal redelijk snel kan beslissen. Er komt echt veel bij kijken. Ik begrijp dat dat voor veel mensen niet vanzelfsprekend is. Ik ben nog maar 53 en heb nog de energie om dat allemaal te regelen. Als je ouder bent, lijkt me dat heel moeilijk.”

Moeder gaat nu snel achteruit. Dat valt me vaak zwaar, telkens moet je een stukje van jezelf afgeven.

Eigen moeder “Moeder gaat nu snel achteruit. Dat valt me vaak zwaar, telkens moet je een stukje van jezelf afgeven. Ze is incontinent, herkent ons soms niet meer. Dan denkt ze dat ik haar zus ben met wie ze een slechte relatie had en is ze heel kwaad op mij. Ik krijg veel steun van het personeel, dat is echt belangrijk voor me. Maar ik probeer ook zo goed mogelijk met hen te overleggen. Als we er eens een week tussenuit zijn, zoek ik samen met hen naar oplossingen voor de praktische dingen zoals haar was. En ik zeg ook duidelijk dat als ze me niet kunnen bereiken, ze voor haar moeten zorgen alsof mijn moeder hun eigen moeder is. Dat zullen ze ook doen, daarvan ben ik overtuigd.”

Tekst Nele Joostens Foto's Stefan Dewickere

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


8

handig

Tips

bij de keuze van een woonzorgcentrum

Als je de kans hebt om voor er van een crisissituatie sprake is, te kiezen voor een woonzorgcentrum kan een goede voorbereiding zorgen voor een goed verloop van een mogelijke verhuis.

Zoek hulp bij kinderen of andere familieleden om mee te zoeken. Laat je daarbij niet ontmoedigen door de wachtlijsten. Die dienen zich soms langer aan dan ze in werkelijkheid zijn. Vele mensen staan op verschillende wachtlijsten en niet iedereen neemt direct een vrijgekomen plek in. Maak voor jezelf een lijst op van wat je zelf belangrijk vindt als je een woonzorgcentrum zoekt. Vele verwachtingen zijn dagelijkse dingen die belangrijk zijn om kwaliteitsvol te leven. Daarnaast heb je wellicht zorgen over de financiële kant, over de verzorging die in orde moet zijn. Vragen die je het best meeneemt bij een gesprek met een verantwoordelijke van het woonzorgcentrum. Een rondleiding hierbij helpt om een aantal vragen te beantwoorden. Ook de sfeer is belangrijk: hoe is het onthaal, is er een huiselijke sfeer, hoe is de privacy? Om dit te voelen ga je het best op een weekdag gewoon op bezoek. Proef hoe het dagelijks leven eraan toe gaat, praat met iemand die je tegenkomt, naast het officiële gesprek. Bezoek ook meer dan een woonzorgcentrum, je ontdekt dan meteen het verschil. Een volledige opsomming van wat je als vragenlijst kan meenemen, vind je hier niet, wel enkele aandachtspunten. Een complete lijst lees je op www.zorg-en-gezondheid.be, bij zorgaanbod, residentiele-ouderenzorg.

Tekst Piet Elsen

enkele aandachtspunten • Wordt er met specifieke afdelingen gewerkt, zijn er leefgroepen? • Bezoekregeling, wat zijn de mogelijkheden? • Wordt er rekening gehouden met de gewoontes van de bewoner: uur van opstaan, slapen gaan, maaltijden? • Bij wie kan de bewoner terecht met vragen/klachten? • Kunnen er meubelen meegebracht worden? • Is er keuzemogelijkheid bij het middagmaal, avondeten? • Is er keuze om in de kamer of in het restaurant de maaltijden te gebruiken? • Hoe vaak wordt de kamer gepoetst? • Wat is de prijs per dag en wat zijn supplementen? • Is er een proeftermijn voorzien?

OKRA-zorgMAGAZINE 2015

• Is er een telefoon- en internetaansluiting voorzien? • Is er een tuin en is die toegankelijk? • Is er ’s nachts een verpleegkundige of verzorgend personeelslid aanwezig? • Hoe functioneert de gebruikersraad of familieraad? • Wordt er een waarborg gevraagd en staat die op een speciale rekening op naam van de bewoner? • Vraag een reglement van orde en woonovereenkomst mee om thuis te lezen. • Hoe verloopt een dag in het woonzorgcentrum, wat is het activiteitenaanbod? • Is er een cafetaria en wanneer kan je er terecht?


9

Je rechten en tegemoetkomingen Als je ouder wordt, verandert er heel wat. Je gezondheid vraagt meer aandacht, je geneest of herstelt minder snel, je kan minder dingen zelf en je gezondheidskosten lopen op. Gelukkig kan je dan bij je ziekenfonds terecht. Dat beantwoordt je vragen en helpt je bij het uitzoeken van je rechten en het krijgen van financiële tegemoetkomingen. Een overzicht.

Het zijn de ernst en de gevolgen van de aandoening die bepalen of je in aanmerking komt.

✤ Attest verminderde zelfredzaamheid Chronisch ziek of immobiel zijn, volstaat niet om recht te hebben op sociaalfinanciële voordelen. Het zijn de ernst en de gevolgen van de aandoening die bepalen of je in aanmerking komt. Die ernst kan je bewijzen met een attest verminderde zelfredzaamheid. Hoe aanvragen? Je kan het attest aanvragen via je ziekenfonds, het OCMW of de administratie van de gemeente- of stadsdiensten. Zij bezorgen je documenten voor de aanvraag aan de Directie-generaal Personen met een Handicap van de FOD Sociale Zekerheid. De FOD zal je medische situatie en de gevolgen op dagelijkse activiteiten beoordelen en een beslissing nemen. Ongeveer zes weken later ontvang je het attest.

Opgelet: In sommige situaties kan je al een geldig attest hebben van je ziekenfonds, de diensten voor oorlogsslachtoffers, beroepsziekten of arbeidsongevallen.

✤ Tegemoetkoming voor Hulp aan Bejaarden De maatschappelijk werker van het OCMW, de FOD Sociale Zekerheid of van je ziekenfonds kan je adviseren over je eventuele recht op een bijkomende Tegemoetkoming voor Hulp aan Bejaarden en bekijkt wat het meest voordelig is voor jouw situatie. De FOD Sociale Zekerheid heeft in de meeste steden en gemeenten een zitdag. Voorwaarden De tegemoetkoming wordt toegekend op basis van het attest van verminderde zelfredzaamheid, je gezinssituatie en een inkomensonderzoek.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


10

je rechten en tegemoetkomingen

Wie in een woonzorgcentrum verblijft, heeft er belang bij om de meest voordelige berekening voor zijn situatie te kennen.

Wie in een woonzorgcentrum verblijft, heeft er belang bij om de meest voordelige berekening voor zijn situatie te kennen. Zo kan het voor een koppel, van wie één persoon in een woonzorgcentrum verblijft, een verschil maken waar die persoon gedomicilieerd is. In sommige situaties ontstaan er ook bijkomende pensioenrechten (inkomensgarantie voor ouderen). Laat je dus goed adviseren.

✤ Tegemoetkoming van de Vlaamse zorgverzekering De Vlaamse zorgverzekering biedt een maandelijkse tegemoetkoming van 130 euro aan rusthuisbewoners en erkende thuispatiënten. Hoe aanvragen? Voor zover ze niet automatisch is toegekend, kan je ze aanvragen via de Zorgkas waarbij je aangesloten bent, meestal je ziekenfonds.

✤ Tegemoetkoming van het Asbestfonds Als je arts bevestigt dat je ziek bent ten gevolge van asbest kan je via je ziekenfonds een tegemoetkoming aanvragen bij het Asbestfonds. ✤ Bescherming tegen hoge medische kosten De maximumfactuur (MAF) De MAF beperkt de jaarlijkse medische kosten voor alle gezinnen tot een plafondbedrag. Bereiken je remgelden voor geneeskundige verstrekkingen in de loop van het kalenderjaar dit plafondbedrag, dan wordt het remgeld van de daaropvolgende verstrekkingen volledig terugbetaald. Dit gebeurt automatisch.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015

Het plafondbedrag voor je MAF wordt met 100 euro verminderd als je het statuut chronische aandoening hebt of als je twee opeenvolgende jaren meer dan 450 euro remgeld betaald hebt. Het Globaal Medisch Dossier (GMD) Als je een GMD aanvraagt bij je vaste huisarts betaal je minder remgeld bij je huisarts én worden al je gegevens bijgehouden in één dossier, ook de gegevens die je huisarts van je andere zorgverleners ontvangt. Je ziekenfonds betaalt de kosten voor het GMD volledig terug. Het statuut chronische aandoening Met het statuut chronische aandoening heb je recht op verschillende voordelen: • vermindering van het plafond voor de maximumfactuur; • verbod op ereloonsupplementen bij de meeste daghospitalisaties in een gemeenschappelijke of tweepersoonskamer; • regeling betalende derde als je arts of tandarts akkoord gaat. Je moet dan niet meer het volledige ereloon betalen maar enkel het remgeld dat je zelf verschuldigd bent. Voorwaarden • Je had gedurende twee opeenvolgende kalenderjaren elke drie maand meer dan 300 euro medische kosten (wettelijk remgeld en de bijdrage van de ziekteverzekering samen). Het ziekenfonds kent die gegevens. Het statuut wordt automatisch toegekend en geldt voor twee jaar.


11

• Je betaalde twee opeenvolgende jaren een minimum bedrag aan remgeld (450 euro, 365 euro voor personen met verhoogde tegemoetkoming). Het palliatief statuut Personen met het palliatief statuut betalen geen remgeld meer als de huisarts op bezoek komt. Je vraagt het statuut aan met een document dat de huisarts invult.

• Personen met een attest van een zeldzame ziekte krijgen het statuut voor vijf jaar. Een zeldzame ziekte moet je aan het ziekenfonds melden. Ze is vermeld op de website www.orpha.net. De verhoogde tegemoetkoming (VT) Personen met een laag inkomen hebben recht op de verhoogde tegemoetkoming. Zij betalen minder voor gezondheidszorg en medische kosten (bijvoorbeeld bij een ziekenhuisopname). Met de verhoogde tegemoetkoming betaal je ook minder voor het openbaar vervoer en de telefoon. Voorwaarden • Je hebt een inkomen lager dan 16 965,47 euro, te verhogen met 3 140,77 euro per persoon ten laste. Je inkomen wordt via een inkomensonderzoek berekend. In vele situaties kent het ziekenfonds je inkomenssituatie niet en dan moet je zelf het onderzoek naar de verhoogde tegemoetkoming aanvragen. • Bij bepaalde statuten (bijvoorbeeld gerechtigden met inkomensgarantie voor ouderen) heb je automatisch recht op de verhoogde tegemoetkoming. Het zorgforfait Het zorgforfait is een jaarlijkse tegemoetkoming voor chronisch zieken van 300, 450 of 600 euro, naargelang de doelgroep. Het zorgforfait wordt automatisch toegekend. Voorwaarden • Je behoort tot een bepaalde zorgsituatie (langdurige hospitalisaties, ernstige zelfredzaamheids problemen…).

✤ Andere sociale voorzieningen Fiscale voordelen Wie voor zijn 65 jaar al een attest had van tweederde arbeidsongeschiktheid krijgt automatisch verminderingen in de personenbelasting en van de onroerende voorheffing. Voor de vermindering successierechten moet je het attest voorleggen bij de notaris. Mobiliteit Personen met een handicap hebben recht op een parkeerkaart, ook als je niet zelf met de wagen rijdt. Je kan de kaart aanvragen via de dienst maatschappelijk werk van je ziekenfonds, het OCMW of de gemeenteof stadsdiensten. Wie niet mobiel genoeg is om het openbaar vervoer te gebruiken, kan onder bepaalde voorwaarden gebruik maken van de mindermobielencentrale of de diensten aangepast vervoer. Bekijk het aanbod in je regio. Communicatie Ben je minstens 65 jaar en heb je recht op de verhoogde tegemoetkoming? Dan betaal je minder voor een abonnement voor telefoon, gsm of internet. Het sociale tarief wordt slechts één keer toegestaan (telefoon of gsm of internet). Je vraagt het aan bij de aanbieder waarbij je aangesloten bent.

Personen met een handicap hebben recht op een parkeerkaart, ook als je niet zelf met de wagen rijdt.

Tekst Karine Rochtus

Meer informatie Het CM-Infopunt Chronisch Zieken informeert je over je rechten en helpt je een antwoord te vinden op je vragen. Het CM-Infopunt Chronisch zieken staat open voor iedereen. Je kan het Infopunt telefonisch bereiken via 078 05 08 05 van maandag tot vrijdag tussen 9.00 en 12.00 uur en van maandag tot donderdag tussen 13.00 en 17.00 uur. Of mail naar infochronischzieken@cm.be. We behandelen je vraag zo snel mogelijk. Op www.cm.be vind je ook heel wat informatie over ziektebeelden, voorzieningen in de thuiszorg, sociale rechten en gezondheidszorg.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


12

zingeving

Een zomer lang zat een vogel in de boom, hij had velen zien voorbijgaan, weinigen hadden hem gezien in de herfst vloog hij heen als geluk naar een zuiders land, de tak waarop hij zat wuifde de vogel na, niemand bijna had gezien hoe geluk kon wuiven, tenzij de wind een vogelvrij kind. en een oudere man op een bank. Vrij naar Fernand Florizoone

Denk aan later Spreek over later Dacht je al na over je sterfelijkheid? Durf jij spreken over je opvattingen, gevoelens en wensen over sterven en dood? Weten je partner, je kinderen, vrienden of andere vertrouwenspersonen hoe jij je levenseinde ziet? Spreken over later is niet makkelijk. Maar het loont de moeite om het te doen. Tijdige planning van medische zorg en regelingen bij het levenseinde kunnen later meer levenscomfort geven. Vroeger durven spreken over later, helpt misschien om minder angstig te zijn voor de toekomst. In de laatste levensfase kunnen ouders en kinderen elkaar een mooi cadeau schenken: een rustig en open gesprek over het voorbije leven samen, over de hoop, de zorgen en de wensen voor later. Doorgaans doen zo’n gesprekken alle deelnemers deugd. Er worden dingen gezegd die anders nooit aan bod zouden komen. Het schept een band die er voorheen niet was. Er komen ontroerende, kostbare dingen ter sprake. Bovendien sta je niet alleen. Je kan een beroep doen op veel mensen en diensten om het gesprek te ondersteunen: vrienden, de huisarts, medewerkers van het ziekenfonds, mensen van thuiszorg, vertrouwensmensen in het woonzorgcentrum, mensen uit de palliatieve zorg, contactpersonen van OKRA en van ZIEKENZORG CM.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015

Vind je het belangrijk om het gesprek aan te gaan over deze belangrijke levensvragen maar weet je niet goed hoe je er aan moet beginnen? Heb je nooit eerder stilgestaan bij deze vragen maar ga je toch de uitdaging aan? Dan kan de brochure Denk aan later, spreek over later je helpen. In deze brochure vind je een aantal vragen aan de hand waarvan je het gesprek kan voeren. Na zo’n gesprek kan je ook het een en ander schriftelijk vastleggen, als houvast. En, wat je vandaag wenst, kan morgen misschien anders zijn. Dat is geen enkel probleem. Je kan altijd bijsturen of herzien, ook als alles op papier staat. In de brochure vind je tips om een gesprek aan te vatten met de meest nabije mensen, een aantal uitspraken die het gesprek kunnen vorm geven en een selectie van goede boeken, films en nuttige websites. Je kan de brochure gratis bekomen bij ingrid.samson@okra.be of 02 246 44 41.


Voor

11,50 euro

ben je de rest van 2015 lid van OKRA

Maar waarom zou je dat doen?

Omdat OKRA heel veel uiteenlopende activiteiten voor 55-plussers organiseert: van reizen over sport tot academie en ontmoeting. Omdat OKRA de belangen van de senioren behartigt. Onder andere met OKRAZORGRECHT (wat een gratis dienstverlening is). Omdat je van tal van kortingen geniet dankzij OKRA.

Omdat je je bij OKRA vrijwillig kan inzetten voor de samenleving.

Overtuigd? Elke maand ontvang je OKRA-magazine.

Als je vandaag nog aansluit dan ben je voor een luttele 11,50 euro lid van OKRA tot 31 december 2015. Gezinsleden betalen 7,50 euro en bewoners van een woonzorgcentrum 5 euro voor een lidmaatschap tot 31 december 2015. Surf naar www.okra.be en vul daar het lid worden formulier in. Of bel naar 02 246 44 41 en maak je meteen lid.


14

getuigenis

Als prille zeventiger naar een woonzorgcentrum

Marie-Claire Swalus en Marcel Minne komen al jaren over de vloer in het woonzorgcentrum Mater Dei in Heikruis. Eerst omdat de moeder van Marie-Claire er verbleef, later als vrijwilligers en nu ook als mantelzorger voor de schoonzus van Marcel. Arlette lijdt aan Huntington en is met haar 74 een van de jongste bewoners van het woonzorgcentrum. Marcel: “Arlette is de zus van mijn eerste vrouw maar ook na onze scheiding hebben we altijd contact gehouden, ze was ook de meter van onze zoon. Niemand in haar familie kreeg ooit de diagnose ziekte van Huntington. Toen Arlette trekkingen kreeg in haar gelaat en haar ogen voortdurend knipperden, dachten de artsen eerst aan de ziekte van Parkinson. Haar behandeling bestond onder andere uit inspuitingen met botox. Die hielpen even maar ze waren steeds sneller opnieuw nodig. Aanvankelijk zat er zes maanden tussen een inspuiting, op het einde amper veertien dagen. Uiteindelijk kreeg Arlette de diagnose ziekte van Huntington in het universitair ziekenhuis.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015

Dat is een erfelijke neurologische aandoening die steeds verdere aftakeling veroorzaakt. Er is een impact op het spierstelsel maar ook op bijvoorbeeld het geheugen. Arlette had ook veel last van evenwichtsproblemen.” Naar het dagcentrum Marie-Claire: “We zagen hoe ze thuis steeds verder aftakelde, hoe ze steeds minder kon omwille van de ongecontroleerde bewegingen. Haar echtgenoot deed het huishouden zowat in z’n eentje. We hielpen wel waar we konden, we deden bijvoorbeeld de was. Toen haar man werd opgenomen in het ziekenhuis en later overleed, namen we meer taken op ons. Maar we zagen dat Arlette steeds moeilijker alleen kon blijven, ze had hulp nodig bij haar verzorging en zou misschien gevaarlijke dingen doen. Daarom stelden we haar voor om twee dagen per week naar het dagcentrum hier te komen.” Marcel: “Omdat het vervoer moeilijk liep en Arlette zich erin


15

opwond, hebben wij het op ons genomen om haar elke keer op te halen en naar huis te brengen. Ze was hier graag, genoot van het gezelschap en de activiteiten. Maar we zagen ook dat ze steeds verder achteruit ging, ze sliep in de zetel, slaagde er helemaal niet meer in zichzelf te verzorgen. Daarom hebben we heel voorzichtig voorgesteld om hier te komen wonen. ‘Daarvoor ben ik nog veel te jong’, was haar antwoord. Maar ze bleef hier al eens in kortverblijf en ook dat viel mee.” Een impulsieve ‘ja’ Marcel: “Hier in Mater Dei zijn vijf kamers speciaal bedoeld voor Huntingtonpatiënten. Een specialist uit Leuven komt hier elke maand langs en volgt de behandeling en medicatie op de voet. De bewoners kunnen een beroep doen op aangepaste logopedie en kinesitherapie. Door een overlijden kwam er drie jaar geleden een van deze vijf kamers vrij. Maar Arlette was nog niet overtuigd. ‘Ik zal nog zien’, zei ze. We vertelden haar dat ze niet naar hier moest komen omdat ze jong was maar omdat ze die ziekte heeft en die kamer daar speciaal voor bedoeld is. ‘Gaat dan alles blijven zoals vroeger?’ Wij verzekerden haar dat dat zo zou zijn, we zouden nog steeds haar was doen en haar overal naartoe brengen.” Marie-Claire: “Diezelfde avond belde ze ons op en zei: ‘’t Is goed.’ Het was een beetje een impulsieve reactie maar zo kenden we Arlette intussen. Vroeger had ze dat niet, het was een van de bijwerkingen van haar ziekte. En zo verhuisde Arlette op haar 71ste naar Mater Dei.” Minder praten Marie-Claire: “We merken dat Arlette ondanks de goede opvolging steeds meer achteruit gaat. Ze wordt bijvoorbeeld steeds moeilijker te verstaan. Voor ons lukt het nog omdat we haar regelmatig zien. Maar als ze naar andere familieleden belt, krijgen we achteraf vaak te horen dat ze niets van het gesprek hebben verstaan. Arlette neemt ook maar zelden initiatief om een gesprek aan te knopen. Zegt iemand iets tegen haar, zal ze wel antwoorden. Dat is ook een van de redenen waarom ze niet meer naar de activiteiten van haar OKRA-trefpunt wil. Vrijwilligers kwamen haar halen, dat was geen probleem. ‘Niemand zegt daar iets tegen mij’, klonk het. En dus zei zij ook niets. Ook de coördinatie tussen gedachten en bewegingen wordt steeds minder. Zo beseft ze niet meer dat ze de tv stiller moet zetten als ze met iemand belt. Maar dat de medicatie is aangepast, heeft er waarschijnlijk wel voor gezorgd dat het voortdurende knipperen van de ogen is gestopt.”

Eigen wereld Marie-Claire: “Toen Arlette net hier was, had ze veel verdriet. Maar dat was niet omdat ze hier niet graag was, wel om haar overleden man en dochter. Dat verdriet is intussen helemaal naar de achtergrond verdwenen. Het personeel ving haar goed op, ze is hier echt graag. Dat ze jonger is dan de andere bewoners, horen we haar niet meer zeggen. Vandaag leeft ze heel erg in het hier en nu. Over haar man of dochter praat ze niet meer, de buitenwereld is ver weg. We hebben echt de indruk dat ze nu gelukkig is, dat dit de best mogelijke situatie is voor haar.” Rozen in de tuin Marcel: “Wij zijn hier niet enkel voor Arlette. We doen nog steeds haar was en nemen ook andere taken op ons maar we zijn hier ook als vrijwilliger. We hebben geen kleinkinderen en dus veel tijd nu we met pensioen zijn. Aanvankelijk hebben we heel hard in de tuin gewerkt. Die is prachtig maar heeft na elke winter een opknapbeurt nodig. Nu die terug in orde is, merken we hoeveel plezier de bewoners eraan beleven. We staan ook regelmatig in de cafetaria en zorgen voor de inkleding van de gemeenschappelijke ruimtes. Waar bewoners hulp nodig hebben, proberen we in te springen. Je krijgt zo veel vriendschap van hen. We doen dat echt graag. En intussen zien we Arlette ook regelmatig natuurlijk. We merken dat we voor haar echt belangrijk zijn. Haar zoon die aan zee woont, komt ook geregeld langs met de drie kleinkinderen. Dat doet haar deugd.”

Arlette is hier veel rustiger geworden, ze moet zich geen zorgen meer maken.

Negentig worden Marie-Claire: “Dat Arlette hier graag is, merken we aan kleine dingen. Ze voelt zich hier nuttig. Omdat ze nog mobiel is, kan zij eens een rolstoel duwen. Dat is belangrijk voor haar. Arlette is hier veel rustiger geworden, ze moet zich geen zorgen meer maken. Maar we laten haar nog mee beslissen. Zo kiest ze zelf of en wanneer ze naar de kapper gaat en welke kleren ze aandoet. Dat gaat allemaal prima. Wat de perspectieven zijn voor Arlette? We merken wel dat ze stilaan achteruit gaat maar toch zegt de dokter dat ze met de ziekte negentig jaar kan worden omdat ze pas laat ziek is geworden. En zolang wij het kunnen, zullen we mee instaan voor haar en blijven we hier aan de slag als vrijwilliger.”

Tekst Nele Joostens Foto Lieven Van Assche

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


16

interview

Woonzorgcentra: de nieuwe thuis

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


17

Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen heeft een droom: de woonzorgcentra van de toekomst creëren een echte thuis voor de bewoners en zijn helemaal opgenomen in de lokale samenleving. En goed nieuws. Volgens de minister heeft Vlaanderen de voorbije vijftien jaar serieuze stappen gezet om die droom te realiseren. “Kijk naar de gebruikte terminologie. Vroeger sprak men van rusthuizen, nu van woonzorgcentra. De naam zelf zegt al veel over de rol die een nieuw woonzorgcentrum speelt: het gaat over het thuisgevoel van de bewoners. Je merkt het aan de evolutie van een soort van ‘instituut’ naar een ‘thuis’. Privacy wordt belangrijk en de woonvorm staat ook niet los van de omgeving. Ze zet de deur open naar de omgeving, ze is onderdeel van de lokale samenleving.” Wat is goede zorg? Jo Vandeurzen: “Dat hangt natuurlijk af van de bril waarmee je naar zorg kijkt. Maar voor een beleid is dat: hoe kan je elke persoon die zorg of ondersteuning nodig heeft, het gevoel geven dat hij gerespecteerd wordt en zeker niet tot last is, dat de zorg afgestemd is op de zorg die iemand nodig heeft. Verder pleit ik voor een zorg die mensen het gevoel geeft dat ze nog een waardevolle plek hebben in de samenleving. Of je nu een beperking hebt, chronisch ziek bent, in armoede leeft of op een kwetsbare manier oud wordt, je hebt een zinvolle plek in de samenleving.” Hoe wil de Vlaamse regering dit realiseren? Jo Vandeurzen: “Vlaanderen wil de ouderenzorg toegankelijk, betaalbaar en kwalitatief maken. Toegankelijkheid verhogen, dat is onder andere door te groeien in volume. In de begroting 2014-2015 is 60 miljoen euro voorzien voor uitbreiding van de capaciteit in woonzorgcentra. Ook in de betaalbaarheid van de woonzorgcentra hebben we al een hele weg afgelegd. De voorzieningen krijgen nu meer hun middelen in functie van de zorgnoden van de bewoners. Op vlak van kwaliteit organiseren we een grootschalige meting naar de tevredenheid van de bewoners van een woonzorgcentrum. De eerste evaluatie daarvan is te verwachten in het voorjaar van 2015.” Er is veel te doen over de vermaatschappelijking van de zorg. Critici fluisteren dat dit een verdoken vorm van besparing is. Jo Vandeurzen: “Vlaanderen heeft een enorm maatschappelijk kapitaal. Mensen engageren zich voor andere mensen. Het beleid moet een context creëren waarin mantelzorgers en vrijwilligers zich ondersteund voelen en zich gewaardeerd weten. Het heeft dus niets te maken met een compensatie van de besparingen. Het is een positieve keuze. Net bij vrienden, buren, mensen die in je gemeenschap wonen, vind je een kwalitatieve zorg. Die treedt niet in de plaats van de professionele hulpverlening maar is er een verlengstuk van. Op die manier benadruk je de verbondenheid tussen mensen.” Wat kan OKRA doen? Jo Vandeurzen: “OKRA heeft op dat terrein een belangrijke rol te spelen. Door activiteiten te organiseren waarmee je mensen uit hun isolement haalt en zo de vereenzaming voorkomt. Of door het mogelijk te maken dat mensen daaraan deelnemen. Animatie in het woonzorgcentrum bijvoorbeeld. Maar ook vervoer organiseren voor wie wat moeilijker te been is. Het maandelijks huisbezoek kadert daar ook in. En meer algemeen, het feit dat mensen begaan zijn met elkaar is ook een belangrijke zorgfactor.”

Heeft u zelf moeite met ouder worden? Jo Vandeurzen: “Mijn kinderen zijn ondertussen twintigers. Als ik ze bezig zie, vraag ik mezelf soms af, hoe snel ze groot geworden zijn. Maar zoals zoveel 50-plussers wil ik zo lang mogelijk het stuur in eigen handen hebben. Afhankelijkheid en kwetsbaarheid, met zelf ouder te worden kan ik me beter voorstellen hoe mensen dit beleven. Het is als minister van Welzijn belangrijk om empathie te hebben om te weten wat het betekent om niet meer in topconditie te zijn, om zorg te organiseren met respect voor de kwetsbaarheid van de mensen.” Ouder worden is een taboe. Herkent u dat? Jo Vandeurzen: “We denken makkelijk in clichés. Ouder worden associëren we met afhankelijk, lelijk, aseksueel, niet bij de tijd, negatief, kwetsbaar, lastig en ouderen zouden vooral geld kosten aan de samenleving. Dat heeft met de dominante waarden en logica te maken. We moeten ook opletten dat we geen tweedeling maken in de groep van de ouderen: aan de ene kant de actieve senioren, aan de andere kant de zorgbehoevende, onkundige oudere. Het gevolg van die dominante logica is dat we het ouder worden niet willen zien, er niet willen over spreken en er ons niet over laten informeren. Discriminatie, sociale uitsluiting en vereenzaming zijn daar het gevolg van. Nochtans, kwetsbaarheid behoort tot het leven. Pure zelfbeschikking is trouwens een utopie, een mens is autonoom maar steeds in verbondenheid met anderen. De laatste levensfase heeft evenveel kansen én valkuilen als elke andere levensfase.”

Ouder worden associëren we met afhankelijk, lelijk, aseksueel, niet bij de tijd, negatief, kwetsbaar, lastig en ouderen zouden vooral geld kosten aan de samenleving.

Hoe kunnen we dit taboe doorbreken? Jo Vandeurzen: “Iedereen zou het ouder worden moeten kunnen aanvaarden als deel van het leven. Je hoeft het niet te idealiseren maar ook niet te ontkennen of negatief te benaderen. Ouderen hebben trouwens ook een deel van de beeldvorming zelf in de hand. Door van betekenis te zijn voor anderen, door actief deel te nemen aan wat de samenleving biedt en interesse te hebben voor wat er beweegt. Ook de Vlaamse regering deelt deze visie. In het decreet over de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en beleidsparticipatie staat het goed verwoord. Een inclusief ouderenbeleid is een beleid dat aan de behoeften van ouderen beantwoordt en waarbij de competenties van ouderen actief worden ingeschakeld. Zo staat daar onder meer in dat ouderen meewerken aan het beleid en het ook evalueren.”

Tekst Katrien Vandeveegaete Foto Wouter Appeltans

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


18

gezondheid

Zelfzorg voor mantelzorgers Marij Laurijssen is sinds 1998 mantelzorger. Eerst van haar schoonmoeder, later van haar ouders en broer. Zij spreekt dan ook echt uit ervaring wanneer ze zegt dat mantelzorg enkel vol te houden is, wanneer je als mantelzorger ook voldoende tijd neemt voor jezelf. Een pleidooi voor zelfzorg.

Marij: “In het begin lukt alles vrij goed, het is pas na een hele tijd dat je beseft dat de zorg erg veel van je vergt. Daarbij komt dat je niet het minste zicht hebt op hoe lang die zorg kan duren of hoe intensief deze nog zal worden. Dat maakt dat je op de duur ‘over de rooie’ gaat. En daar wordt niemand beter van.” Marij kwam in contact met het aanbod van Ziekenzorg CM voor mantelzorgers en vond daar niet alleen informatie maar ook lotgenoten. “Mantelzorgers hebben vooral nood aan contact met andere mantelzorgers. Weten dat je niet alleen bent met je probleem, erkenning vinden bij anderen die in dezelfde situatie zijn, soms praktische tips krijgen over hoe je de dingen kan aanpakken, helpt echt.” Als mantelzorger moet je leren attent te zijn voor de signalen die erop wijzen dat het stilaan te veel aan het worden is. Dat het tijd wordt om ook voor jezelf te zorgen. “Die signalen zijn soms erg duidelijk: wanneer je zo moe bent dat alles je te veel is, dat je knorrig bent en op alles en iedereen begint te vitten. Wanneer bepaalde zaken die je anders makkelijk afgaan, plots een enorme inspanning vragen. De moeilijkheid is dat dit voor iedere persoon anders is en veel te maken heeft met hoe je in het leven staat en wat je draagkracht is. Ook je omgeving is hier erg bepalend. Erkennen zij dat het soms allemaal moeilijk te combineren valt, dat je er niet altijd voor iedereen kan zijn? Wat voor iedereen echter wel hetzelfde is, is dat er een moment komt waarop je tijd voor jezelf moet nemen om de zorg te kunnen volhouden.”

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


19

Zelfzorg Ziekenzorg CM is een erkende mantelzorgvereniging en heeft een uitgebreid aanbod om mantelzorgers te ondersteunen in hun taak:

Schuldig Soms begrijpt de zieke persoon niet dat zijn mantelzorger er even tussenuit moet. Marij: “Dan komt het erop aan voet bij stuk te houden en je niet schuldig te voelen. Het helpt wanneer je hierover open communiceert, wanneer dat nog mogelijk is en uitlegt waarom je tijd voor jezelf wilt.” Zorgen voor iemand, wordt door de samenleving nog te veel als vanzelfsprekend beschouwd, terwijl het dat helemaal niet is. Daarom heeft men soms weinig begrip wanneer een mantelzorger aangeeft dat het allemaal wat te veel wordt. Marij: “En toch is het belangrijk dat je dit doet. Als je niet zegt dat het je moeilijk valt, dat je op je tandvlees zit, kan niemand dat ook weten en eventueel hulp bieden. Vaak zie je dat mantelzorgers pas toegeven dat het niet meer gaat en hulp toelaten als ze bijna crashen. En dan is het vaak te laat. De samenleving moet ook aanvaarden dat ieders draagkracht anders is maar hoe dan ook beperkt. Dat niemand altijd sterk kan zijn, dat iedere mantelzorger vroeg of laat tegen zijn grenzen botst. En dat het enige weerwerk daartegen een goede zelfzorg is.”

telzorg n d e man t ✤ Dag va jaarlijkse dag druk ng e eri Op dez rg CM haar waard Ziekenzo lzorgers uit. te voor man

atie Inform orgpakje lz te n a ket voor ✤ M d at rmatiepak een info nde) mantelzorgers rav e n ming le e in v g e p (b Ver ade izen biedt o rd o o re tw talrijn . een a ✤ Blijven rg CM organiseert mantelzorg aarten r e o v p z o o n e n s k e e g anti Zie e kk paste vak nlzorg ste emoetkominke aange hronisch zieke me ✤ Mante g te r e v o c e zij ti n t a a a v d rm . t o a fo rs z a m In orgers, ntelzorge rg lz a te m n a r o m o v ge n nnen. se n e n ntelzo ssenuit ku een an d e ma er even tu ✤ ABC v den mantelzorgers . in en wd Hierin v op hun vele vrag ✤ Oppas assers die vertrou p p , o s is e u ti h antwoord samenkomsten a u T uiszorgsit oor atie zijn met th huis en staan in v ✤ Inform ntelzorgers e n n th e a a i e a e ij rl n b e lle a m id voor m o e d k wezigh ten ron n s a m a e o b e k n n m a e . a a z rs zorg Sam ersoon antelzorge evende p ma’s die m zorgbeho k zo e en langen. ✤ Huisbe rgvrijwilligers kom a rg o o im Ze z z z . n n c k e e e a k k o ie ie M z Z e ✤ Z huisb p ine van o z a n g g e ti zieke a a m e m e lm d t ziek wel rege He g voor zo chronisch ebben oo de mantelzorger. CM voor telzorgers. h an ls se n e n m persoon a ring e d r aa ing en w atie Erkenn tencontact Inform CM Mantelzorg, ook o n rg o z n e k ie ✤ Lotge rg CM organiseert lZ 579, o nte steenweg Ziekenz ncontact voor ma Haachtse el, 02 246 47 80, ss lotgenote 1030 Bru @cm.be, . rg rs o e lz rg te o z ma n e. ep/ lzorggro kenzorg.b ie .z w w ✤ Mante rgcafé w n o e lz mante et mensen die in e an k m Praten are situatie zitten, b k lij e rg rs, van e v Ma-Zo antelzorge geven. erk van m dag veel steun telefoon tw e N inden lzorg tot zon ✤ Mante ntelzorgtelefoon v oor maandag a rd m n e re iste Bij d t mantelzo ers een lu n. o.be bied -z a .m w mantelzorg ze hun verhaal doe ww n ie en kunne premie formatie d gers: rg re p o zakelijke in ntelzorger lz d rg o o te o lz n n te a n lle M a a a m ✤ • ebt als m eentelijke nd e je nodig h tips en tools De gem n bedrag dat maa nd e e e h k toege collega’s rak tisc mie is e ijks wordt waarmee • p iale interactie met rl a ja f o s r, lijk • soc antelzorge ers g ctiaan een m nte haar waarderin mantelzorg ht van boeiende a e e t. ic k m rz e e ru v g d rs o it e n ru ee org • een antelzorge or mantelz voor de m viteiten vo aar je terecht kan w m kom • een foru ifieke vragen of be m et s p e c at mernissen online-netwerk d n e e , Ma-zo.be ers kracht geeft. mantelzorg

Tekst Stef Dehantschutter

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


20

sport

‘Hockey en vissen zijn de leukste!’ De Wii is al enkele jaren op de markt. Misschien ken je het van bij de kinderen of kleinkinderen. Een Wii is gewoon een (computer)spelconsole van Nintendo. Ook in het woonzorgcentrum een nuttig instrument. “Zelfs senioren die dementeren varen er wel bij”, zegt Sofie Vandevenne van woonzorgcentrum Gravenkasteel in Lippelo. Sofie coördineert de animatie en verzorgt de ergotherapie en logopedie. Met de vislijn “Via OKRA-regio Mechelen kregen we de kans om de trendy Wii-spelconsole uit te proberen. Hier in Gravenkasteel bieden we de Wii regelmatig aan een select groepje aan. We zorgen er uiteraard voor dat deze bewoners het mentaal en fysiek aankunnen. Hier dient de Wii niet om de conditie te verbeteren of om te revalideren. De jongste jaren werden videospelletjes voor veel mensen te druk en te flitsend. De Wii vormt hierop een uitzondering. Het gamen wordt weer toegankelijk en is vernieuwend. De unieke Wiiafstandsbediening zorgt ervoor dat je je minder ‘speler’ en meer onderdeel van het spel voelt. Je staat midden in de actie. De draadloze en bewegingsgevoelige Wiiafstandsbediening zorgt voor een intuïtieve, natuurlijke besturing van videospelen. De

OKRA-zorgMAGAZINE 2015

ergonomische afstandsbediening speelt in op bewegingen die je elke dag maakt. Je hoeft ook niet langer op een knop te drukken om in tennis een backhand te maken. Dankzij de Wii zwaai je je tennisracket zelf heen en weer. En je drukt niet op een knop om met een zwaard te vechten. Neen, je zwaait daadwerkelijk met een zwaard, slaat op een trommel, zwiert met een golfclub of vangt een vis met de vislijn.” Goed voorbereid “De Wii dankt haar succes aan deze bewegingsdetectietechnologie. Op die manier wordt een spel als Wii Fit niet langer louter met de afstandsbediening gespeeld maar met het hele lichaam. Het systeem is ook draadloos met internet verbonden en levert je zo de meest recente nieuwsberichten, weersverwachtingen en speldownloads. Daarnaast kan je online tekstberichten en data uitwisselen met andere Wiigebruikers. In Gravenkasteel gebruiken we deze toepassingen niet. We organiseren de activiteit met de Wii regelmatig maar niet op een vast moment. Het is belangrijk dat je als therapeut of begeleider goed voorbereid aan de start komt. Wat we niet doen: een aantal senioren samenbrengen


21

om dan met z’n allen te bekijken hoe het werkt. Dat laat geen goede indruk na op beide partijen. Wel nemen we de handleiding en installatievoorschriften op voorhand goed door en oefenen en spelen zelf. Meer dan een keer!” De race met de koe “Een sessie bij ons duurt maximaal een uur, waarbij een zestal senioren aan de slag gaat. Het kan ook als individuele activiteit georganiseerd worden maar dan is de duurtijd zo’n dertig minuten. Meer dan zes deelnemers is af te raden omdat ze dan te lang om hun beurt moeten wachten. Hier in Lippelo maken we vooral gebruik van Wii Play en Wii Sports. De Wii Fit is voor ons publiek nogal moeilijk, mede door het Balance Board of evenwichtsbord. Ook de cognitieve oefeningen zoals geheugentaken, wiskundeoefeningen en herkenningstaken, laten we voor wat ze zijn. De Wii Play is vooral interessant omdat je er in negen games spelenderwijs met de Wii-afstandsbediening leert werken. Doelwitten raken, de race met de koe, hockey en vissen zijn de leukste. Bij de Wii Sports scoren vooral het boksen, dat wel de nodige energie vraagt, het bowlen, waarbij je de zwaaibeweging onder de knie moet krijgen, tennis en golf. De Wii heeft zeer veel mogelijkheden. Alleen zijn ze niet altijd aangepast aan senioren. Het zou wel leuk zijn als het soms wat trager ging. Zo droom ik van een soort karaoke in combinatie met zitdans.” Golfterrein aan huis “Het gebruik van de Wii heeft voor ons zeker voordelen. Sinds we de Wii gebruiken, hebben we een bowlingbaan, tennisplein en golfterrein aan huis. (lacht). Het is vooral een amusante, sociale bezigheid, die uitnodigt om te bewegen. Ze stimuleert de reactiesnelheid en ooghandcoördinatie en leidt door het kijkaspect spelers af van eventuele pijn. De Wii zorgt ook voor een unieke groepssfeer, op voorwaarde dat de groep goed is samengesteld. We zien ook dat de deelnemers een pak meer energie verbruiken. Toch mogen we niet blind zijn voor de valkuilen. Ten eerste: de Wii is niet goedkoop. Wij ontlenen het materiaal nu wel bij OKRA maar een console kost al snel 200 euro. Daar bovenop leg je nog eens 35 à 90 euro neer per game. En je moet beschikken over een televisietoestel of alles kunnen projecteren. Ten tweede: als begeleider moet je tijd investeren in het

leren omgaan met de spelcomputer alvorens je een senior kan begeleiden. Want begeleiding is bij bewoners van een woonzorgcentrum een noodzaak. Deze activiteit vergt ook behoorlijk wat energie van de begeleider: continu aanmoedigen, verbaal stimuleren, helpen de Wii te hanteren. Ten slotte: de concentratie en interesse vermindert vaak en bovendien vindt niet iedereen dit een ideale, zinvolle bezigheid.” Op maat graag “Kortom: de Wii geeft senioren de kans om ervaringen te delen met de jonge(re) generatie. Computerspelletjes hebben voor hen inderdaad geen geheimen. Wij hebben de Wii dan ook met beide handen aangepakt. Omdat onze bewoners steeds meer zorgbehoevend worden, bereiken we wel minder senioren. We proberen zoveel mogelijk rekening te houden met hoe de bewoners hun dagen graag doorbrengen. Voorlopig scoort de Wii-activiteit redelijk goed. Al geven de bewoners nog steeds de voorkeur een muziekoptreden, feesten met hapjes, wellness en uitstappen. De Wii zou nog interessanter als er games op de markt komen speciaal ontworpen voor woonzorgcentra. Dan denk ik aan tragere computerspelletjes en eventueel quizvragen aangepast aan het niveau.”

De Wii geeft senioren de kans om ervaringen te delen met de jonge(re) generatie.

Tekst Sofie Vandevenne en Wim Bogaert Foto Jürgen Doom

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


22

vrijwilligers in een woonzorgcentrum

‘We hebben écht tijd voor de bewoners’ Een samenleving zonder vrijwilligers, we kunnen het ons haast niet voorstellen. Zeker in de zorgsector, waar de vele helpende handen belangeloos mee vorm geven aan het menselijk kapitaal. Drie Okra-leden getuigen over hun engagement in een woonzorgcentrum.

Hun bijna dagelijkse aanwezigheid heeft hun beeldvorming van een woonzorgcentrum positief veranderd.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015

Zou een woonzorgcentrum leefbaar zijn zonder de dagelijkse inzet van vrijwilligers? Wooncomfort en professionele zorg zijn in de woonzorgcentra zeker ingevuld. Maar een mens heeft meer nodig dan het broodnodige. Een bezoekje dat een eenzame dag doorbreekt, naar buiten kunnen op de eerste warme lentedag of een helpende hand aan tafel... Zorgverleners zouden daar ongetwijfeld graag zelf aan tegemoet komen, als ze in hun hoofd niet die eeuwige kwelgeest hadden: er zijn nog bewoners die op mij wachten. Dus is een vrijwilliger die deze bekommernissen overneemt meer dan welkom. Jeanne, Raymond en Marleen nemen belangeloos taken op in het woonzorgcentrum in hun buurt. Over een ding zijn ze het alle drie eens: hun bijna dagelijkse aanwezigheid heeft hun beeldvorming van een woonzorgcentrum positief veranderd.

Jeanne Stoffels (75) werkt rond liturgie en palliatieve zorg in Stede Akkers in Hoogstraten “Vijfentwintig jaar geleden startten we met enkele vrijwilligers in het woonzorgcentrum een cafetaria. We vonden dat er nood was aan een gemeenschappelijke plek waar de bewoners en hun familie elkaar konden ontmoeten. Toen ik in het ziekenhuis met pensioen ging als pastoraal werkster, merkte ik dat ik het direct menselijk contact niet kon missen. Een cursus palliatieve begeleiding bracht me bij een nieuwe taak. Zieken hebben vaak nood aan iemand bij wie ze in vertrouwen kunnen spreken over hun pijn en twijfels en die duiding kan geven bij het onvermijdelijke. Ook de familie ondersteunen we, met teksten of gebeden die troost brengen. En we organiseren elk jaar een gemeenschappelijke ziekenzalving. We zien dat het onze bewoners tot rust brengt, dat het een mooie beleving is in plaats van een angstmoment in het uur van de dood. Uiteraard gaat niet elke ontmoeting over sterven. Ik loop regelmatig eens aan bij bewoners van wie ik weet dat ze veel alleen zijn. Dikwijls vertellen ze dan over zaken die in het verleden gebeurd zijn en waarover ze met hun kinderen niet durven spreken. Omdat ze bang zijn om hen te kwetsen of kwijt te raken. Aanwezig zijn in een woonzorgcentrum, is ook leerzaam voor mezelf. Ik weet nu dat er nog veel mogelijk is en dat je je hier echt wel goed kan voelen. Zolang het vanuit mijn hart komt, blijf ik dit doen. Het is geen opdracht maar een kans om samen met anderen bij te dragen aan een warmere samenleving.”


23

Raymond Verhaeghen (84) organiseert ontspanningsactiviteiten in Parel der Kempen in Westerlo “Sociaal engagement is in mijn leven altijd een constante geweest. Beroepshalve als secretaris van het christelijk ziekenfonds, later als bestuurslid van OKRA en voorzitter van het OCMW van Westerlo. Zo was ik vanaf de oprichting al betrokken bij dit woonzorgcentrum. Ik ben echter niet de man die met de bewoners diepzinnige gesprekken aangaat. Ik ben veeleer een organisator. Ervoor zorgen dat anderen een mooi moment kunnen beleven, maakt me gelukkig. Vanuit OKRA zijn we met een groep vrijwilligers gestart die zulke momenten mogelijk maken. Dat gaat van kien- en spelnamiddagen tot het organiseren van een koffietafel of een wandeling maken naar de Lourdesgrot. Sinds vorig jaar zijn we naar een nieuwbouw verhuisd. Omdat hier nog geen kapel is, gaan we nu elke maand naar de parochiekerk voor de eucharistieviering. Onze bewoners kijken daar echt naar uit. Ze zijn dan nog eens onder de mensen en zien oude bekenden terug of plekken waarvan ze al afscheid hadden genomen. Intussen zijn er in onze ploeg zo’n 130 vrijwilligers actief. Dat zijn niet langer alleen OKRA-leden, o.a. familieleden van bewoners sluiten mee aan. Zelf probeer ik bij alle activiteiten aanwezig te zijn en op de achtergrond te helpen waar nodig. Ik ben vierentachtig, dan moet je al eens op de rem gaan staan. Op zo’n moment doe ik mijn ogen toe en denk: waar ben ik toch nog allemaal mee bezig. Maar ik voel me er een beter mens bij, dus ga ik er toch nog maar even mee door.”

Marleen Vertenten (63) ondersteunt de professionele zorgverleners in Annadal in Retie “Toen er een einde kwam aan mijn loopbaan in de zorgsector, voelde ik me nog veel te jong om niets meer te doen. Via een buurvrouw leerde ik het nieuwe woonzorgcentrum in ons dorp kennen en al vlug vond ik hier als vrijwilliger mijn plekje. Voor mij staat dagelijkse zorg centraal. Anders dan de meeste vrijwilligers, word ik mee ingeschakeld in de logistieke taken. Maaltijden voorbereiden en aan tafel hulpbehoevende bewoners bijstaan, de keuken opruimen, bedden opdekken… Ik voel me soms meer collega dan vrijwilliger. Dit werk is niet zo vrijblijvend want het personeel rekent op mij. Maar het is fijn om je nodig te voelen. Tussendoor babbel ik ook graag met onze bewoners. In het begin zag ik alleen hun beperkingen maar hoe vaker ik hen zie, hoe beter ik hen als persoon leer kennen. Ik heb ook veel waardering gekregen voor de mantelzorger, hoe zij zich elke dag inspannen om toch langs te komen, ook al worden ze vaak niet meer herkend. Anderzijds zie je ook bewoners die bijna geen bezoek krijgen. ‘Ons mama is daar toch in goede handen’, horen we wel eens zeggen. Of ik veel samen ben met de andere vrijwilligers? Het ligt niet in mijn aard om altijd in groep te willen zijn. Ik vul een taak graag zelfstandig in, op de manier dat het voor mij perfect is. Meewerken in de zorg leert me bovendien veel over het reilen en zeilen van een woonzorgcentrum. Als ik hier later als bewoner terecht kom, zal de drempel niet meer zo hoog zijn.”

Dit werk is niet zo vrijblijvend want het personeel rekent op mij. Maar het is fijn om je nodig te voelen.

Tekst Suzanne Antonis Foto’s Thomas Legrève

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


24

interview

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


25

Achter elk gezicht

een positief verhaal

Om beter te communiceren met mensen met dementie moeten we ons concentreren op het emotionele, het zintuiglijke en het onbewuste, zeggen Kasper en Cathy. Kasper Bormans (27) schreef Wat Alz?, een boek over hoe beter om te gaan met mensen met dementie. Cathy Sweerts (47) is verantwoordelijke voor het dagcentrum De Wingerd in Leuven. Mensen zeggen wel eens: “Als ik mijn geheugen verlies, mag je mij een spuitje geven, dan hoeft het niet meer.” Wat Kasper Bormans en De Wingerd doen, is zoeken naar wat wel nog kan. Kasper Bormans studeerde communicatie en marketing. Hij dompelde zich onder in de wereld van mensen met dementie. “Achter elk gezicht zit een positief verhaal”, zegt hij. Kasper tekende die gezichten. “Oud worden en Alzheimer betekenen aftakelen, je woordenschat en je fatsoen verliezen. Dat is confronterend. Toen mijn opa begin vorig jaar zijn hoofd liet hangen, tekende ik de familie en hing de tekeningen aan de muur in zijn kamer. De volgende dag begon hij weer grapjes te maken. Mijn tante zei: ‘Je hebt hem terug levensenergie gegeven.’ Maar ik ontdekte dat mensen met dementie een vermogen hebben dat er altijd is: de verbeelding. En verder veel magie, muziek, verhalen en dromen.” De taal van de aanraking “Het is leuker de dingen positief te bekijken. Ik las mensen met dementie verhalen voor van De krekel en de mier. Maar zij spraken over een beer die zin had in honing en over een neushoorn die een taart kan bakken, terwijl dat helemaal niet in het verhaal voorkwam. Het leek alsof ze niet luisterden en dat frustreerde me. Later drong het tot me door dat je, mits je de juiste vragen stelt, mensen wél in beweging kan zetten. Als mensen zeggen dat ze graag naar Oostenrijk zouden gaan, kan je dat omdraaien en je de vraag stellen: hoe breng je Oostenrijk naar hier? Mensen verlangen eenvoudige dingen: wat buitenlucht, nog eens gaan fietsen,

iets afmaken, een bezoekje. Zoiets ligt niet de winkel. Ik ontmoette een vrouw die haar spraakvermogen verloren had en wiens man keelkanker had. Ik vroeg hen hoe ze elkaar duidelijk maken dat ze elkaar graag zien. Konden ze me dat leren? De vrouw kneep in mijn hand. Ik raak niet makkelijk mensen aan maar toen mijn opa naar adem stond te happen, nam ik zijn hand en werd hij rustig. Als mensen vergeten hoe je heet en wie je bent, dan nog herkennen ze je gezicht, je stem of hoe je ze aanraakt. In lichaamstaal zit veel magie.”

“Oud worden en Alzheimer betekenen aftakelen, je woordenschat en je fatsoen verliezen. Dat is confronterend.”

De deur op een kier Cathy: “In het dagcentrum De Wingerd werken we op een belevingsgerichte manier. We werken met een levensverhaal. Een vader en een zoon hadden geen contact meer, tot ze samen een fotoboek maakten. Dan kwamen de verhalen wel boven. Families grijpen zo’n boek ook vast om de soms stille bezoeken een invulling te geven. Het is hier ook anders dan thuis. Mensen spelen scrabble, luisteren naar muziek, dansen. Ook mensen die al wat dieper in hun dementieproces verzonken zijn, proberen we met aanrakingen te prikkelen. Als we iemand tegenkomen op de gang, of tijdens een zorgmoment, glimlachen we, geven een zachte knuffel. Mensen die niet meer tot taal of activiteit komen, hebben meestal niet meer nodig.” Kolen ronddragen Kasper: “Wat als je meewandelt in iemands verhaal en plustekens rondstrooit in het mentale landschap waarin zij vertoeven? Ik vroeg iemand wat hem vroeger een goed gevoel gaf. Hij zei: ‘Ik moest

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


26

interview

“Mijn opa had helemaal geen zin om te praten maar toen ik hem een vogelgids meebracht veerde hij op en legde me alles uit over die vogels.”

hard werken, kolen ronddragen, had niet zoveel plezier.’ Daarop zei ik: ‘Dus je hebt mensen vroeger altijd een warm gevoel gegeven. Hoe kunnen mensen jou nu een warm gevoel geven?’ Hij zei: ‘Ik krijg een warm gevoel als iemand op bezoek komt en zegt: ik ben blij dat je nog leeft.’ Ik probeer vanuit een negatieve ervaring, een positief gevoel te halen. Om beter te communiceren met mensen met dementie moeten we ons concentreren op het emotionele, het zintuiglijke en het onbewuste. Drie dingen waarin we slecht zijn. Het emotionele: we hebben weinig woorden om te zeggen wat we voelen. Misschien moet je ook niet wachten tot iemand begraven wordt, vooraleer je gaat zeggen hoe je hen waardeert. Het zintuiglijke: het is een goed idee om iemand die je tegenkomt, even aan te raken. En het onbewuste: je drijfveren, je vragen en dromen. Als je mensen vraagt naar hun dromen, zie je mensen denken: ‘wat vraagt hij nu?’ Maar het is net die weerstand waar je doorheen moet.” Kerven in de schors van een boom Kasper: “In mijn boek heb ik het over geheugensporen. Canadese onderzoekers leerden me om iemand in gedachten door een vertrouwde omgeving te laten lopen en dingen die hij wil onthouden te verankeren. Daarmee roep je nieuwe sporen in je geheugen op: die van je verbeelding. Door een gedachte te herhalen, verdiep je het geheugenspoor. Zoals je de naam van iemand die je belangrijk vindt in de schors van een boom kerft, doe je dat in je brein. Bij mijn opa hing ik tekeningen tegen de muur. Die gaven hem weer levensenergie. Herinneringen waar een gevoel aan kleeft of waarbij routine doorbroken wordt, blijven hangen.”

Mondhoeken naar boven Kasper: “Welk beeld had ik van mensen met dementie? Eerst tekende ik hun gezicht met hun mondhoeken naar beneden. Maar wat als ik het andersom deed? Het deed me deze mensen waarderen en pas vanuit die waardering kan ik naar hun dromen peilen. Veel mantelzorgers zijn depressief. Dat is vreemd, omdat zorgen voor iemand, zin kan geven aan je leven. Maar we communiceren op de verkeerde manier. Doe je de moeite om te peilen naar wat er in de ander zit, dan kan je een brug slaan. Mijn opa had helemaal geen zin om te praten maar toen ik hem een vogelgids meebracht - hij heeft vroeger altijd vogels gevangen - veerde hij op en legde me alles uit over die vogels.” Een eerbetoon aan mijn opa Kasper: “Peilen naar dromen, zet mensen in beweging. Vaak komt droefheid naar boven. Een vrouw nam een keukenmes omdat ze er een eind aan wou maken. Ik merkte haar verdriet en gaf er een positieve draai aan. Ze begon te lachen. Het is maar hoe je de dingen bekijkt. De vraag is: zie je het leven als een opeenstapeling van problemen? Of zie je het als een trap waarop je verder kan geraken? We horen niet graag verhalen die ons droevig maken terwijl dat toch in ons zit. Verdriet kan een motiverende kracht zijn. Je kan maar geraakt worden als je je kwetsbaar opstelt. Dat mijn opa gestorven is, vind ik niet prettig. Maar ik heb een boek kunnen maken, als eerbetoon aan hem. Ik heb de treurnis omgedraaid.”

Tekst Dominique Coopman Foto Jürgen Doom

Geluk even groot Cathy: “Als je met iemand wandelt, kan je ervoor of erachter lopen. Maar je kan er ook naast wandelen en mensen laten inhaken. De kunst is mensen te zien. Hun mogelijkheden, hoe beperkt ook. Natuurlijk is er verdriet. Maar als je gaat wandelen, komt het weer ter sprake. En van het weer kom je op de huwelijksdag. Die roept meestal fijne herinneringen op. En zo kan je verder praten. Dat is beter dan je als mantelzorger te zeer te verliezen in de hoop om te herstellen wat niet meer kan.”

Wat Alz? Kasper Bormans, Wat Alz?, Van Halewyck, Leuven, 2014, 240 blz., 19,95 euro.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


hersengymnastiek 27 Zweedse puzzel

Zweedse puzzel

Breng de letters uit de genummerde vakjes over naar de gelijkgenummerde vakjes van uit dede oplossingsbalk. Breng de letters genummerde vakjes over naar de gelijkgenummerde vakjes van de oplossingsbalk.

DRANK BEROEP

NIEUW-

MOE

UITROEP

DRUKFOUTENLIJST

MEDISCHE TERM KALM

TIJDMAAT

OM

NOORSE MUNT

WENSEN

TOESPRAAK

5 TUSSENWERPSEL

SOEPKOM (FRANS)

DICHT BOUWVAL

DIODE

VOGEL

SMEREN

WALVIS

FRANS LIDWOORD

STAD

BIJEEN

ZOMERSMEERSEL KOELING

3

PL. IN ANTWERPEN

WEINIG BUIGZAAM

ZET GRENS

VANAF

GEBED SPLITSEN

4

PUS

OMA

EN (FRANS)

BOVENLIJF

HEEL DUN

LETTERREVOLVER

PLAATS IN LUIK

IJKGELD

6 LOF

DELFSTOF

RECEPTIE

BOMBARIE

TASTO SOLO

VIS

AMULET

CONTINENT

PAARDENRENNEN

GOED

GEDORSTE HALMEN

2

BOOM

STEENSTOF

BEZIG

LEER

VERPAKKING

INHOUDSMAAT

FILMLEIDING

ZOON HUIDUITSLAG VERENIGING

VERVAARDIGING HOFHOND

VAKVERBOND

RIJKSGROTE

VLAKTEMAAT GOLFTERM BOOM

7

OPERA WREEDHEID PIPS

GESNAPT

1 1

2

3

4

5

6

7

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


28

hersengymnastiek Woordzoeker • BEEST

• KLETSMAJOOR

• BOBO

• PAPZAK

• CLOWN

• ROKKENJAGER

• DAMETJE

• SCHURK

• EGOIST

• STUK

• GIECHEL

• VRIJBUITER

Woordzoeker

Binaire puzzel Vul alleen nullen of enen in. Maximaal twee nullen of enen naast of Binaire puzzels onder elkaar. Elke rij of kolom bevat evenveel nullen als enen.

Uitleg van het spel ? Uitleg van het spel ? Uitleg van het spel ? Uitleg van het spel• ? TANG • FEESTNEUS

Vul alleen nullen of enen in. Maximaal twee nullen of enen naast of onder elkaar. Elke rij of kolom bevat evenveel nullen als enen.

•• BEEST • BOBO • WILDEBRAS • CLOWN HELD • DAMETJE • EGOIST • FEESTNEUS •• GIECHEL • HELD • HOUTEN KLAAS • ZWARTKIJKER HOUTEN KLAAS • KLAPLOPER • KLETSMAJOOR • PAPZAK •• ROKKENJAGER • STUK KLAPLOPER • SCHURK • TANG • VRIJBUITER • WILDEBRAS • ZWARTKIJKER

0

1

0

1

0 0

1

0

0

0

0 1

De overgebleven letters vormen nog een woord.

0

0

1

0

0

1

1

Z

W

A

R

T

K

IJ

K

E

R

H

R

E

G

A

J

N

E

K

K

O

R

W

E

N

I

A

V

R

O

U

O

E

I

G

P

N

E

U

D

T

S

J

T

L

O

M

O

H

C

E

S

T

A

I

1

D

I

B

C

L

N

H

E

U

M

U

1 of enen in. Maximaal 0 1 of enen naast of Vul alleen nullen twee nullen onder elkaar. Elke rij of kolom bevat evenveel nullen als enen.

E

S

S

O

K

P

M

E

K

S

B

B

T

W

L

B

A

A

B

L

T

IJ

R

N

A

E

D

H

E

L

D

E

R

A

A

N

P

A

P

Z

A

K

L

V

S

U

E

N

T

S

E

E

F

K

S

© DENKSPORT PUZZELBLADEN

1

1 0

1

1

0

1

0

1

1 0

0

1

1

0Binaire puzzel

1

1

1

1

0

0

© DENKSPORT PUZZELBLADEN

0

1

0

1

0 0

1

0

0

0

0 1

0

De overgebleven letters vormen nog een woord.

1

0

0

1

1 1

0

1

0

1

1 0

0 1

1

0 1

1

1

1 1

1

1 0

1

0

0 1

1 0

0

© DENKSPORT PUZZELBLADEN

Oplossing avondmens

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


29

Speel en win

een van deze prijzen Maak kans op een van onderstaande prijzen en stuur je oplossing van de zweedse puzzel en de woordzoeker naar OKRA-magazine.

Twintig boeken Vijf Vijf Vijf Vijf

exemplaren exemplaren exemplaren exemplaren

van van van van

God en kunst (waarde 34,95 euro). Een jaar wijsheid uit de abdijen (waarde 49,95 euro). Ronny Heirman. Ontmoetingen (waarde 29,95 euro). Als God zoveel jaar kan duren (waarde 14,95 euro).

✁ Oplossing ZWEEDSE PUZZEL

Stuur je oplossing naar: OKRA-magazine, Kruiswoord OKRA-ZORGMAGAZINE 2015, PB 40, 1031 Brussel, voor 31 mei 2015. De winnaars worden persoonlijk verwittigd. Voeg één postzegel van 0,77 euro toe (niet vastkleven).

Oplossing WOORDZOEKER

Naam: Straat + nr: Postnr.:

Woonplaats:

Tel.:

E-mail:

OKRA-lidnummer of trefpuntnummer: Schiftingsvraag: Waarvoor staat de afkorting GMD? Vergeet niet een postzegel van 0,77 euro toe te voegen!

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


30

voor jou

OKRA-ZORGRECHT geeft advies Dagelijks ontvangt OKRA-ZORGRECHT bezorgde vragen van zorggebruikers en mantelzorgers. Ook professionals uit de zorgsector vinden de weg. Enkele voorbeelden van hoe OKRA-ZORGRECHT je kan helpen. Het woonzorgcentrum liet weten dat de dagprijs zal stijgen met elf procent omwille van ingrijpende verbeteringswerken. Maar de werken zijn nog niet gestart. Een woonzorgcentrum heeft het recht om de dagprijs jaarlijks aan te passen aan de index. Het volstaat om de nieuwe dagprijs mee te delen aan de Prijzencommissie zodat die de berekening kan controleren. Voor ruimere aanpassingen van de dagprijs moet een volledig dossier worden opgesteld dat de Prijzencommissie eerst moet goedkeuren. Bij controle door OKRA-ZORGRECHT bleek dat de prijsverhoging niet was goedgekeurd. Het woonzorgcentrum schroefde de aangekondigde prijsverhoging terug. Mijn zus verblijft in een woonzorgcentrum. Zij heeft een verzekering die tussenkomt in de medicatie. Maar de geneesmiddelen worden aangekocht door het woonzorgcentrum. Hoe moet zij dit bewijzen? Vanaf 1 april 2015 start tarifering per eenheid. Dit betekent dat de apotheker de medicijnen aanlevert per bewoner per dag op voorschrift van de huisarts. De apotheker maakt ook tickets aan per bewoner zodat deze hiermee zijn onkosten kan bewijzen. Logischerwijze worden kortingen die aan het woonzorgcentrum worden toegekend, doorgerekend aan de bewoner.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015

Mijn moeder verblijft in een woonzorgcentrum maar moest voor enkele weken naar het ziekenhuis. Nu weigert het woonzorgcentrum om haar opnieuw op te nemen. Ik weet dat mijn moeder niet de gemakkelijkste klant is maar terugkeer weigeren? Dat kan toch niet? OKRA-ZORGRECHT nam deel aan een overleg met het woonzorgcentrum, het ziekenhuis, de huisarts, het Centrum Geestelijke Gezondheidszorg (CGG) en de familie. Moeder mag terugkeren naar haar vertrouwde kamer in het woonzorgcentrum, het CGG zorgt voor aangepaste begeleiding. Bij opname in het woonzorgcentrum van onze gemeente moet ik een waarborg betalen van 25 000 euro. Dat is enorm veel! Hoe kan dat? Volgens de Vlaamse regelgeving mag het bedrag van de waarborg niet hoger zijn dan dertig keer de dagprijs. Dus zeker nooit een bedrag van 25 000 euro! Enkele OCMW’s omzeilen deze regelgeving door het woonzorgcentrum geen huurwaarborg te laten vragen. Een OCMW meldde OKRA-ZORGRECHT dat ‘om de rechten van het OCMW te vrijwaren een hypotheek op de woning wordt genomen van 25 000 euro. Dit kan worden vervangen door het deponeren van een waarborgsom van 25 000 euro.’ Een hoogst creatieve werkwijze. De Vlaamse Zorginspectie is hiervan op de hoogte maar vooralsnog werd geen actie ondernomen want niet onwettelijk.


31

Ik stel vast dat de medicatie die aan moeder in het woonzorgcentrum wordt toegediend, foutief wordt gedoseerd. Blijkbaar is er een fout in de software die de medicatieverstrekking stuurt. In eerste instantie werd overleg gepleegd met de directie van het woonzorgcentrum. Deze erkende de problemen met de software. Vermits na verloop van tijd de problemen niet opgelost raakten, signaleerde OKRA-ZORGRECHT het probleem aan de Woonzorglijn die opdracht gaf aan de Vlaamse Zorginspectie voor een uitvoerige controle. Ik had klacht ingediend over de eentonigheid van de maaltijden. Een personeelslid kwam ongevraagd mijn kamer binnen en veegde mij brutaal de jas uit. OKRA-ZORGRECHT kaartte deze problematiek aan bij de directie. Het personeelslid werd op het matje geroepen. OKRAZORGRECHT kon vaststellen dat het woonzorgcentrum de klachtenprocedure op correcte wijze volgde. Terloops: een kamer in een woonzorgcentrum is als een privéwoning waar je (in principe) zelf beslist wie je wil ontvangen.

Mijn vader verbleef enkele weken in het ziekenhuis. Bij de volgende afrekening merkten wij dat de dagprijs slechts met 5 euro per dag werd verminderd. Woonzorgcentra moeten effectief een korting verlenen ‘ter compensatie van nietverbruikte producten’. Meestal blijft dit beperkt tot de kostprijs van de maaltijdingrediënten. OKRA-ZORGRECHT begrijpt het standpunt van de woonzorgcentra: de personeelskost blijft immers identiek en de kamer is niet beschikbaar voor anderen. Toch pleit OKRA-ZORGRECHT ervoor om bij verblijf in een ziekenhuis (op zich vaak een dure zaak) een grotere vorm van solidariteit te laten spelen.

Vaak vind je in de media reportages die schrijnende toestanden beschrijven in de woonzorgcentra. OKRA-ZORGRECHT gaat niet mee in deze kritiek. Het overgrote deel van de Vlaamse en Brusselse woonzorgcentra levert goed werk en vele bewoners genieten er een kwaliteitsvolle dienstverlening. OKRA-ZORGRECHT blijft wel waakzaam voor mogelijke mistoestanden en zal samen met de bewoners en de familieleden actie ondernemen. Bij voorkeur in overleg met het woonzorgcentrum, als het moet langs officiële weg.

Wil je reageren op een van bovenstaande verhalen of wil je zelf een probleem aankaarten? Doe dat dan via zorgrecht@okra.be. De volledige coördinaten van OKRA-ZORGRECHT lees je op pagina 32.

OKRA-zorgMAGAZINE 2015


Wat

kan OKRA-ZORGRECHT voor jou betekenen?

Seniorenorganisatie OKRA organiseert een dienst voor zorggebruikers en mantelzorgers onder de naam OKRA-ZORGRECHT.

Wat kan OKRA-ZORGRECHT voor jou betekenen?

✽ Bij OKRA-ZORGRECHT krijg je persoonlijk advies Heb je zorg nodig of ben je mantelzorger, dan kan je bij OKRA-ZORGRECHT terecht met alle zorgvragen.

✽ OKRA-ZORGRECHT bezorgt je accurate informatie Via het maandelijkse ledenblad OKRA-magazine, via de digitale nieuwsbrief of via www.okrazorgrecht.be ✽ Met OKRA-ZORGRECHT kan je lotgenoten ontmoeten

Wie kan een beroep doen op OKRA-ZORGRECHT?

OKRA-lid of niet, jong of oud, iedereen die zorg nodig heeft of mantelzorger is, kan kosteloos een beroep doen op de diensten van OKRAZORGRECHT.

Hoe OKRA-ZORGRECHT contacteren? ✽ ✽ ✽ ✽ ✽ ✽

Bezoekadres: Haachtsesteenweg 579, 1030 Schaarbeek (steeds na afspraak) Postadres: OKRA-ZORGRECHT, PB 40, B-1031 Brussel Telefoon: 02 246 57 72 E-mail: zorgrecht@okra.be Het digitaal contactformulier op www.okrazorgrecht.be Openingsuren elke werkdag van 8.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 16.00 uur (op vrijdag enkel voormiddag)

Lid worden van OKRA-ZORGRECHT? Op de homepage van www.okrazorgrecht.be vind je een link waar je kan inschrijven als lid van OKRA-ZORGRECHT en de digitale nieuwsbrief bestellen. Eenvoudig én gratis! Zo blijf je op de hoogte van alle nieuws en activiteiten.

OKRA-ZORGRECHT is door Vlaanderen erkend als vereniging voor zorggebruikers en mantelzorgers, en werd opgericht door OKRA trefpunt 55+, de grootste ouderenvereniging van Vlaanderen en Brussel.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.