ENTER GENT-Statement Dominique Willaert_beleidsdebat

Page 1

Geachte Mevrouw de Minister, Beste beleidsmakers, Beste collega’s en publiek, In een periode waarin de mercantiele bijziendheid hoogtij viert en de angst en het onbehagen gevaarlijke vormen aannemen wil ik het hebben over de waarde van kunst. In tijden waarbij steeds meer nieuwsmakers zich op sleeptouw laten nemen door Twitter-­‐ en Facebookberichten, de zwangerschap van Els de Temmerman of een verspreking van een Minister meer nieuwswaarde hebben dan het ontslag van honderden werknemers wil ik pleiten voor meer verbeelding, voor meer lef en durf en voor het bewust buiten de gekende kaders durven denken. Want ook de kunst-­‐ en cultuursector dreigt te verworden tot een groot en onwrikbaar Instituut die wil inzetten op het behoud en op het herdenken van wat is geweest. Laat ons vooruit denken! En avant! 1) Als samenleving moeten we bewust kiezen om onze kinderen en jongeren sterker op te voeden tot ‘spelende’ mensen. Het onderwijs staat vandaag nog te veel in functie van kennisoverdracht en het aanleren van rationele en cognitieve vaardigheden. We staan er onvoldoende bij stil maar kinderen worden vanaf de kleuterleeftijd aangeleerd om braaf en beleefd te zijn en vanaf de start krijgen ze de boodschap dat later flink verdienen zo wat gelijk staat met goed burgerschap. Beleidsmakers kunnen kiezen om kunst en kunstenaarschap vanaf het kleuter-­‐ en lager onderwijs niet langer als een aanhangsel te beschouwen. Of als iets wat we even tussendoor doen, tussen het ernstige werk door. Muzische en artistieke vorming zouden we vanaf het kleuteronderwijs als een volwaardig opleidingsonderdeel kunnen beschouwen. We kunnen kiezen om kinderen niet alleen aan te moedigen tot leren maar ook tot spelen. Sterker inzetten op de spelende mens betekent ook dat we kinderen buiten in plaats van binnen de lijntjes leren kleuren. En dat we hen aanmoedigen om te durven zoeken en experimenteren. Dit houdt onder meer in dat de volwassenen minder angstig en krampachtig zijn. Geloof me of niet, maar Vlaanderen vertoont alle kenmerken van een kramp waarbij het leren bouwen van bruggen en shoppingcentra en het langer werken als het hoogst morele goed worden beschouwd. Frère Jacques, dormez-­‐vous, sonnez les matines, din, dan, don. 2) Wat als we met de kunst-­‐ en cultuursector maar ook als beleidsmakers ons minder blind zouden staren op de materiële resultaten van ons werk? Wat als we dus op een andere manier de waarde van creatie en artistiek werk leren wegen? Door veel sterker in te zetten op de verbeeldingskracht als cruciale waarde van ons werk. Met deze stelling doe ik een oproep om meer waarde te hechten aan wat kunst en creatie innerlijk kan veroorzaken. Elk moment van de dag of nacht stelt onze verbeelding ons in staat om ons de wereld niet alleen voor te stellen zoals deze is, maar ook zoals deze zou kunnen zijn. Verbeeldingskracht stimuleert onder andere het hebben van empathie. Dit empathisch vermogen stelt ons in staat ons te verplaatsen in de gevoelens en het gedrag van de medemens en nodigt ons uit hier rekening mee te houden. We worden uitgedaagd om ons in te leven in de vreemde wereld van een ander mens. Het korte termijn denken dat op vandaag overheerst brengt ons in een hyperrealiteit. De waan van de dag domineert. Inzetten en investeren in onze verbeeldingskracht verdiept onze inzichten in de werkelijkheid omdat we worden uitgedaagd om op nieuwe manieren te leren kijken. De waarde van kunst kunnen we ook afmeten aan de caleidoscopische manier waarop we met de werkelijkheid leren omgaan. Niet alles en iedereen mag of moet in één moule passen.


3) We moeten dringend inzetten op het documenteren van meer diverse leefwerelden en lijfstijlen. De kunst-­‐ en cultuursector is nog te veel zaak en onderwerp van de blanke middenklasse die niet alleen bepaalt wat we als ‘kunst’ definiëren maar ook bepaalt welke teksten, objecten en thema’s onderwerp van artistieke bewerking worden. De noodzaak om meer diverse leefwerelden en lijfstijlen te documenteren verwijst niet alleen naar de diepe kloof tussen de autochtone en allochtone gemeenschap. Heel wat leefwerelden en lijfstijlen worden geen onderwerp van artistieke bewerking. Te veel creaties en voorstellingen gaan bij wijze van spreken over het neurotische seksleven van de blanke middenklasse. De superdiversiteit die ons vandaag omringt is geen verzinsel maar een feitelijkheid. Het wordt dan ook zaak om deze superdiversiteit om te zetten in een dynamisch kunst-­‐en cultuurbeleid. Wellicht zal dit ook betekenen dat er minder sterk moet ingezet worden op de bestaande en de klassieke infrastructuur. We hebben een cultuurpatrimonium waar we best trots op mogen zijn, maar heel wat burgers kunnen zich niet identificeren met deze plekken of plaatsen. Ik durf te pleiten voor het investeren in plaatsen die zich meer in de periferie van onze steden en gemeenschap bevinden. Niet alleen investeren in vuurtorens dus waar slechts een deel van onze bevolking zich mee kan identificeren maar ook in publieke en semi-­‐publieke ruimtes waar een groot deel van het creatief potentieel van onze bevolking kan worden aangewend. Het is een misvatting om te denken dat alleen maar in de goed uitgeruste dans-­‐ en theaterstudio’s kunst en cultuur wordt geproduceerd. 4) We hebben nood aan een beleid en een mentaliteit waarbij we het beroep van kunstenaar voluit opwaarderen. Een gemeenschap die niet alleen respect vertoont voor haar bouwsector en loodgieters maar ook voor haar kunstenaars. En waarbij we niet alleen aandacht opbrengen voor diegenen die het maken en die dus op het voorplan komen te staan. Niets mis mee, leve onze uitmuntende en grootse kunstenaars, maar er zijn duizenden kunstenaars die een volwaardige plaats in onze samenleving innemen en verdienen. We denken nog te veel in schotten tussen de diverse werk-­‐ en beleidsdomeinen. De soms heel brede inzetbaarheid en waarde van kunstenaars wordt te weinig onderkend. Heel wat creatieve mensen en kunstenaars kunnen als bruggenbouwers in onze samenleving fungeren. Ze kunnen aan de slag in heel diverse werkvelden met de bedoeling om in te haken op de kwaliteiten, de talenten en het potentieel van mensen. Onze samenleving legt nu te sterk het accent op het tekort of op wat ontbreekt. Denk in deze aan de wijze waarop we vaak over onze jongeren spreken in termen van overlast. Juist kunstenaars zijn in staat om te werken vanuit een krachtenperspectief. Met heel weinig middelen zijn ze vaak in staat tot heel veel. Laat ons beleidsruimte ontwikkelen om hen te laten experimenteren en leer de waarde van hun werk op een niet-­‐economische manier meten. Leer de waarde van kunst en creativiteit ook aftoetsen aan de wijze waarop er aan een andere sfeer en mentaliteit wordt gewerkt. En laat ons vooral nadenken hoe we de loopbaan van kunstenaars beter kunnen begeleiden en omkaderen want kunstenaars hebben net als arbeiders, leerkrachten, bedienden en dokters recht op een fatsoenlijk bestaan. 5) Het is geen goede zaak dat ook de kunst-­‐en cultuursector flirt met de marktgebonden logica en zich op die manier steeds sterker spiegelt aan de ethiek van de vrije markt. Alle onderdelen van ons leven dreigen te worden vermarkt. Ook in de cultuursector dreigen we steeds vaker over centen en steeds minder over de maatschappelijke en artistieke uitdagingen te praten. Alles en iedereen dreigt te worden herleid tot haar economische waarde en betekenis. Veel liever dan ons te sponsoren, hoop ik dat bedrijven op een reguliere manier aan hun belastingsplicht voldoen en niet via fiscale spitstechnologie aan deze plicht verzaken.


De overheid moet investeren in een dynamisch kunst-­‐ en cultuurbeleid via het herverdelen van belastingsgeld. Ik dring hard aan om alles wat verbonden is met kunst-­‐ en cultuurcreatie als niet consumptieve goederen en diensten te beschouwen. Kinderen en volwassenen socialiseren in een samenleving die bol staat van prikkels en impulsen die ons willen aanzetten en verleiden tot kopen en consumeren. Wordt het niet dringend tijd dat domeinen als onderwijs, cultuur, jeugdwerk inzetten en investeren in een manier van werken en denken waarbij wat we als waardevol beschouwen, veel verder reikt dan haar economische waarde? Niet alles is te koop en niet alles wat we doen valt te herleiden tot de vraag: ‘Wat breng dit op?’ 6) We hebben nood aan nieuwe en frisse spelers in de kunst-­‐ en cultuursector. Het veld wordt vandaag te veel bestierd door hetzelfde soort mensen. Durf te kiezen om nieuwe stemmen en ook andere mensen en disciplines sterker op te waarderen. De zogenaamde progressieve kunst-­‐ en cultuursector hanteert vaak hetzelfde soort streken waar de conservatieven zo bedreven in zijn. Ik bedoel maar: ik heb de voorbije jaren vaak ontzettend talentvolle en creatieve mensen ontmoet die te weinig een plek krijgen in de kunstwereld die soms verdraaid goed op de politieke wereld gelijkt: ons kent ons, duwen en trekken en ikke, ikke, ikke, verdikke. Dus als het mag en kan, graag meer instroom van nieuwe en naïeve mensen en liefst ook mensen met meer diverse achtergronden. 7) Afsluitend wil ik de oproep lanceren om een sterker mondiaal bewustzijn te ontwikkelen binnen ons werkveld en de internationalisering binnen de kunsten nog sterker als troef en absolute waarde uit te spelen. De voorbije jaren geraakten we op politiek vlak ingesloten in een benauwende sfeer. Een communautaire en nationalistische agenda domineerde ons maatschappelijk debat. Terwijl net de verbinding met de wereld ons doet stilstaan bij de verworvenheden van ons continent maar ons ook uitdaagt om in te gaan op de grote uitdagingen voor de toekomst. In die zin moet ook de kunstensector zich minder laten verleiden tot het braaf herdenken van grote historische gebeurtenissen. We moeten sterker leren vooruit denken. En als we iets herdenken moeten we dit niet doen door Jef Geeraerts naar onze voormalige kolonie te sturen, maar door ons te verbeelden hoe Congo er op vandaag zou uitzien mocht Patrice Lumumba niet vermoord zijn geweest met medeweten van onze toenmalige Koning. Laat ons echt eens deze oefening maken en vanuit ons werkveld die 50 jaar zogenaamde onafhankelijkheid gaan her-­‐denken. Laat ons eens denken hoe anderen echt onafhankelijk kunnen worden. Dominique Willaert


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.