17 minute read

Bypass voor expansievat

De Atag cv-ketels i-zone en P hebben een extra aansluiting voor het expansievat. Dat moet voorkomen dat als de zoneregeling alle radiatoren sluit, in een deel van de installatie geen expansievat meer zit.

é, dat is apart. Er zit een zesde aansluiting aan de

Honderzijde van de nieuwe ketelseries i-zone en P van Atag. Dat is vaak de eerste reactie van een installatiemonteur. Het is de aansluiting voor een expansievat. Normaal gesproken komt die in de retour te hangen, maar bij Atag is het de bedoeling dat je ‘m rechtstreeks op de speciale ingang op de ketel aansluit. Nieuw is deze expansievatleiding niet. Bij de vroegere Blauwe Engel en de duurdere Q is er ook een expansievataansluiting aanwezig. Dat heeft te maken met de ingebouwde tapwaterboiler.

Driewegklep

De reden dat Atag nu de expansievataansluiting doorvoert naar de doorstroomtoestellen i en P heeft te maken met de oprukkende zoneregelingen. Elke kamer gericht verwarmen is populair aan het worden. Dat kan met radiografische radiatorkoppen of vloerverwarmingverdelers met servomotoren. Er ontstaat wel het risico dat alle groepen dichtlopen.

Als vervolgens de driewegklep in de cv-ketel – die meestal in de retour is gemonteerd – omklapt om de platenwisselaar te verwarmen, zit een gedeelte van de installatie zonder expansievat. Het gaat dan om het ketelcircuit en de aanvoerleidingen tot aan de radiatorknoppen of vloerverwarmingsgroepen. Alleen de radiatoren vanaf de radiatorkop en retourleiding tot aan de driewegklep in de ketel kunnen nog een beroep doen op het expansieventiel.

Opsluiting dreigt bij toepassing zoneregeling

De aparte aansluiting van het expansievat op de ketel voorkomt dat bij dichtgelopen zones een deel van de cv-installatie zonder expansievat zit.

Drukschommelingen

Doordat in het ketelcircuit het expansievat ontbreekt, leidt dit tot drukschommelingen. Als de warmtewisselaar opwarmt bij een tapwatervraag zet het water uit, maar dat kan geen kant op. In het ergste geval stijgt de druk tot boven de 3 bar en loost de overstort. Als de ketel sterk afkoelt omdat de ecostand voor tapwater is geactiveerd, dan daalt de druk soms tot beneden de 1 bar, waardoor de druksensor een waarschuwing naar de thermostaat of app stuurt.

Daling verkoop cv-ketels? Niet aan de cijfers te zien

De stijgende gasprijzen en doorbraak van de warmtepomptechniek, hebben weinig remmend eff ect op de verkoop van cv-ketels in ons land. Sterker nog: hadden cv-ketelfabrikanten dit najaar geen leveringsproblemen gehad, dan was 2021 vermoedelijk een recordjaar geworden.

Dit blijkt uit de verkoopcijfers van cv-toestellen over het afgelopen jaar, waar Installatie.nl over beschikt. De verkoop van de gasgestookte toestellen steeg het afgelopen jaar licht naar 431.254 toestellen. Dat zijn ruim 3000 toestellen meer dan het jaar ervoor. Deze cijfers worden bijgehouden door de Nederlandse Verwarmings Industrie (NVI). Hier zijn onder meer de leveranciers van cv-ketel lid van. Het merendeel van de in ons land verkochte toestellen wordt ook in Nederland samengesteld.

Leveringsproblemen

Veel fabrikanten hadden het laatste kwartaal van 2021 last van leveringsproblemen, terwijl dat juist traditiegetrouw een periode is waarin veel cvketels aan de man worden gebracht. Hierdoor hebben installateurs en corporaties geplande vervangingen uit moeten stellen. Waren de verkoopcijfers in die periode in lijn geweest met eerdere jaren, dan was het verkooprecord uit 2019 (446.277 toestellen) misschien wel uit de boeken gegaan. De eerste drie kwartalen van de cv-ketelbranche waren erg goed, zo blijkt uit de verkoopcijfers.

CW4 groeit

Net als andere jaren is het toestel met tapwaterklasse CW4 het meest verkocht. Zowel de CW4 en CW5 toestellen lieten het afgelopen jaar groei zien. De markt van CW3 en CW6 bleef stabiel. De cv-ketelbranche profi teert mee van de groeiende belangstelling voor hybride warmtepompen. De combinatietechniek tussen warmtepomp en cv-ketel werd afgelopen Prinsjesdag nadrukkelijk naar voren geschoven als (tussen) stap in de energietransitie. De promotie van de hybride oplossing zal de verwachte daling van het aantal verkochte ketels ook afvlakken, is de verwachting.

Bovendien ontstaat er een drukverschil tussen de twee delen. Bij een warmtevraag vanuit de woning klapt de driewegklep direct om naar stand cv en knalt het water met een noodgang door de nog maar nauwelijks geopende driewegklep.

Extra montagewerk

De speciale expansievataansluiting voorkomt deze situatie. Door de ingebouwde bypass in de i-zone en P van Atag vindt altijd drukvereff ening plaats. De expansievataansluiting zit aan de retourkant van de interne bypass en niet aan de aanvoerkant. Zou dat het geval zijn, dan hangt het expansievat aan de perszijde van de pomp wat een mindere werking tot gevolg heeft. Atag geeft installateurs het dwingende advies om de speciale aansluiting wel te gebruiken, ondanks het extra montagewerk.

In de aanvoer

Ook Remeha merkt problemen met drukschommelingen bij thermostaatkranen of zoneregeling. Deze ketelfabrikant adviseert om het expansievat in de aanvoer te plaatsen. Doordat de pomp het water naar buiten drukt, moet het expansievat altijd een voordruk hebben van 1 bar. Remeha waarschuwt dat door de hogere watertemperatuur het vat sneller kapot kan gaan. Met een bypassleiding voorkom je ook dat het expansievat buiten een deel van de cv-installatie valt, geeft Remeha als tip.

Evohome 80/20%

Overigens lopen niet bij alle zoneregelingen de radiatorknoppen potdicht bij geen warmtevraag. Bij Evohome van Honeywell staan de radiatorknoppen standaard op 80/20%. Bij warmtevraag is de doorlaat maximaal 80%, in gesloten toestand is de kop nog voor 20% geopend. Honeywell doet dit vooral om batterijen te besparen, maar het voorkomt ook opsluiting van het expansievat. Overigens kun je bij de instelling ‘kraanslag’ wel voor 0/100%-regeling kiezen. Door ‘m op volledige slag te zetten worden radiatoren in slaapkamers niet ongewenst steeds een beetje warm.

Snoertje verwijderen

Bij Evohome met vloerverwarmingsverdeler HCE80 sluiten de motorkleppen wel voor 100%, waardoor wel het risico bestaat op opsplitsing van het cv-systeem. Door één groep, bijvoorbeeld in de woonkamer, geen motorklep te geven, wordt dat voorkomen. Bij problemen met drukschommelingen doordat alle kleppen dichtlopen is het advies om het snoertje naar één servomotor te verwijderen.

Hoe ontwikkelt de cv-ketelmarkt zich? Bekijk hier de trend

‘Hybride zonder zoneregeling is onverantwoord’

Steeds meer leveranciers en installatiebedrijven zien 2022 als het jaar van het hybride warmtepompsysteem. De aanvragen stromen binnen en leveranciers zetten alles op alles om de toestellen te kunnen leveren. Het is een positieve ontwikkeling, zo lang we ervoor zorgen dat al die kopers in 2023 nog even enthousiast zijn over hun hybride systeem. Die tevredenheid is vrijwel volledig afhankelijk van de mate waarin zij het uiteindelijke comfort zelf in de hand hebben.

Met een zoneregeling kun je iedere ruimte apart aansturen. In de basis is het installeren van een hybride warmtepomp“ systeem niet zo spannend”, zegt Arnold Bakker, trainer en applicatiespecialist bij Resideo. “De warmtepomp is niet meer dan een ‘add-on’ voor de bestaande cv-ketel. De meeste leveranciers van deze warmtepompen zorgen wel voor een effi ciënte voorregeling, waardoor de ketel en de warmtepomp elkaar regeltechnisch goed aanvullen. Bij de ene leverancier werkt dat nog net iets geavanceerder dan bij de ander. Maar installateurs zullen met die voorregeling, zo verwachten wij, niet zo veel problemen hebben. De uitdaging zit hem veel meer in de regeling van de afgiftesystemen. Het vereist echt meer kennis en inzicht van het afgiftesysteem zodra je de bewoner niet alleen een energiebesparing, maar minimaal hetzelfde en liever nog een hoger comfort wilt bieden. Dat is waar de risico’s liggen zodra installateurs met te weinig kennis massaal hybride warmtepompsystemen gaan aanbrengen.”

Weersafhankelijk regelen

Je kunt een hybride warmtepompsysteem eenvoudig op warmtevraag inschakelen. De voorregeling van de warmtepomp wordt namelijk altijd met een buitenvoeler uitgevoerd. Op die manier bepaalt de voorregeling bij welke buitentemperatuur de warmtepomp moet werken en met welke aanvoertemperatuur. "Bij bestaande bouw moet je wel realistisch zijn over de minimale aanvoertemperatuur waarop de warmtepomp de woning comfortabel warm kan houden", zegt Bakker. “De stooklijn staat nog wel eens zeer ambitieus laag ingesteld, waardoor de installatie een versnelde afkoeling niet voldoende kan corrigeren. Zo’n snelle afkoeling gebeurt bijvoorbeeld al door een ingeschakelde afzuigkap, een raam dat openstaat of gewoon de harde wind langs de buitengevel.” Als de warmtepomp het niet meer aankan, zorgt de voorregeling dat de cv-ketel vanzelf bijspringt. Een belangrijk voordeel ten opzichte van de cv-ketel is dat de meeste warmte-

pompen verder kunnen terugmoduleren. Daarmee is dit toestel beter in staat om ook een ruimte met een kleine warmtevraag op temperatuur te houden.

Verplichte maatregelen

Overigens moet de installateur niet vergeten dat hij vanuit het Bouwbesluit wettelijk verplicht is – wanneer je een andere opwekker installeert of toevoegt – minimaal een ruimteregeling te creëren. Ook heeft de installateur de verplichting om de installatie op dat moment waterzijdig in te regelen. “Dit zijn voorschriften die in de markt, zo merken wij, nog zeker niet algemeen bekend zijn”, vertelt Bakker. “Maar minstens zo belangrijk is het feit dat je met een hybride cv-installatie naar een ander temperatuurtraject gaat. De aanvoer- en retourtemperaturen liggen eigenlijk altijd lager dan bij een cv-systeem met hr-ketel. Als je de woning extra isoleert, is dat meestal geen bezwaar. Maar als je niets aan de schil doet, kan dat een uitdaging zijn. Soms betekent dit dat je grotere leidingdiameters en andere radiatoren moet installeren of juist convectoren met boosterventilatoren moet toepassen.”

Slimmer waterzijdig inregelen

“Als het vermogen van het afgiftesysteem voldoende is voor een lagere stooklijn, moet je zorgen dat de volumestromen naar de verschillende radiatoren, convectoren of vloerverwarming goed zijn ingeregeld. Het waterzijdig inregelen is daarvoor verplicht. Het makkelijkst werken de thermostatische radiatorkranen met ingebouwde drukverschilregelaar, zoals de Kombi-TRV”, vertelt Bakker. “Daarmee heb je een combinatie van twee regelafsluiters in één; hij zorgt samen met de thermostaatknop voor een optimale regeling van de kamertemperatuur en zorgt tegelijk voor een eenvoudige, automatische hydronische balancering. Als installateur hoef je geen berekeningen meer te maken, maar alleen met behulp van de handige app het maximale debiet van het afgiftelichaam op de Kombi-TRV in te stellen. De ingebouwde drukregelaar zorgt dan dat hij zelf het maximaal ingestelde debiet handhaaft, ongeacht de condities in het systeem.” Voor de effi ciënte werking van het hybride systeem is grip op de retourtemperatuur belangrijk, vertelt Bakker. "Met onze slimme, drukgecompenseerde thermostaatkranen gaat dit eigenlijk vanzelf.”

Comfortregeling is optimaal

“Vervolgens heb je als installateur de keuze uit een naregeling (master-slave) of een zoneregeling (master-master). Als je de thermostaat van de warmtepompfabrikant in de woonkamer monteert, kies je voor een naregeling op basis van de warmtevraag van deze thermostaat. Dat heeft als nadeel dat je de andere ruimtes in de woning niet onafhankelijk kunt verwarmen van de woonkamer; de plek waar de masterregeling hangt. Omdat het afgiftesysteem in de woonkamer dan ook ongeregeld als buff er voor de warmtepomp dient, zal de ruimtetemperatuur daar ook gaan schommelen. Om die nadelen te vermijden, moet je de consument eigenlijk een zoneregeling met bijpassend buff ervat aanbieden.” “Bij een zoneregeling zijn de temperatuur en het comfort in de ruimtes leidend. De in zones verdeelde woning kun je dan apart aansturen. Bijvoorbeeld met vloerverwarming op de begane grond en radiatoren op de verdieping. Maar beter nog is een comfortregeling, waarbij elke leefruimte apart te sturen is en – met een geschikt afgiftesysteem – ook te koelen. Met onze evohome kun je zo’n regeling op een geavanceerde en tegelijk eenvoudige wijze instellen. Wij hopen echt dat installateurs, wanneer ze hybride systemen realiseren, hun verantwoordelijkheid nemen en zich bewust zijn dat een zone- of comfortregeling een must is. Zo kun je er zeker van zijn dat consument ook op lange termijn tevreden is over het systeem.”

Arnold Bakker, trainer en applicatiespecialist bij Resideo: “De regeling van de afgiftesystemen is een uitdaging.”

Bekijk meer over comfort- en zoneregeling op de website van Resideo

De rubriek praktijkcase is een samenwerking tussen vakblad Installatie en fabrikanten. Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Resideo.

tekst Tijdo van der Zee beeld Ronald Hissink en Tijdo van der Zee

Het warmtepomplaboratorium van Kiwa draait overuren. De ene uitbreiding is nog niet gerealiseerd, of er komen alweer nieuwe testfaciliteiten bij. Logisch, want er zijn inmiddels honderden merken en een veelvoud aan modellen op de Nederlandse en Europese markt. Ernst Vossers, commercieel manager bij de afdeling Energy & Consumer Products, opende voor vakblad Installatie de deuren van het laboratorium in Apeldoorn.

Warmtepomp in de testkamers van Kiwa

e steigers zijn weer gedemonteerd en de bouwketen

Dzijn inmiddels van het terrein verdwenen: het gebouwcomplex van Kiwa in Apeldoorn heeft de afgelopen twee jaar van binnen en buiten een facelift ondergaan. De gevel glimt en in de ontvangsthal is het interieur nieuw en strak. Het is meteen duidelijk: Kiwa treedt de toekomst vol vertrouwen tegemoet. Aan een bijna honderd meter lange gang van zuid naar noord liggen aan weerszijden bouwdelen waar met allerhande geavanceerde apparatuur testen en keuringen plaats vinden. “Kijk maar eens door dit raampje, daar zie je boorkernen liggen uit asfaltwegen. Die worden bij ons beoordeeld”, zegt Vossers. Aan het eind van de gang gaan de deuren open naar het warmtepomplaboratorium. Deze ruimte van zo’n 30 meter breed en 50 meter lang wordt grotendeels ingenomen door een vijftal klimaatkamers, waar lucht/water-warmtepompen getest worden. In deze cellen zijn warmtepompen te testen tot een thermisch vermogen van ongeveer 25 kW. Bij elke klimaatcel is er een opstellingsruimte voor de binnenunit en voor de buitenunit. Vossers: “We kunnen zowel monoblocks

207 merken warmtepompen

Het aanbod aan warmtepompen groeit explosief. Huishoudens en installateurs hebben vandaag de dag keus uit 207 merken warmtepompen. Dat is de helft meer dan drie jaar geleden. In totaal staan er 6535 verschillende warmtepompconfiguraties in de administratie van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), die de uitvoering van de ISDE-subsidie verzorgt. Wie dacht dat een merk cv-ketel kiezen een lastige klus was, moet het warmtepomplijstje maar eens bestuderen. Installatie.nl pluisde de lijst van in Nederland aangemelde warmtepompen uit. In totaal zijn er 207 merken warmtepompen te tellen. Dit waren er in november 2018 nog ‘slechts’ 138. Ter vergelijking: de meeste van de 431.000 in 2021 geplaatste cv-ketels in Nederland waren van maximaal een tiental merken.

Ernst Vossers achter een ‘harp’, een meetinstrument om de prestaties van de buitenunit te kunnen meten.

Onder meer door de plaatsing van sensoren voor het detecteren van vluchtige koolwaterstoffen, kunnen sinds kort ook metingen worden verricht aan warmtepompen met brandbare koudemiddelen als propaan.

als split-units testen.” De testfaciliteiten worden gebruikt door fabrikanten voor het uitvoeren van testen in het ontwikkelingsproces, en ook voor certificatiemetingen.

SCOP bepalen

In de klimaatkamers kan onder meer het rendement van een warmtepomp bepaald worden. Hier kan het rendement van een warmtepomp worden gemeten en daarna de SCOP worden berekend, zowel voor verwarming als voor warmtapwater, door de verschillende gebruiksomstandigheden simuleren. Voldoen de resultaten aan de gestelde eisen, dan kunnen ze gebruikt worden voor bijvoorbeeld een ErP-label of kwaliteitsverklaring NTA 8800. In de opstellingsruimte voor de buitenunit staan de machines op een kleine verhoging, met daaronder een opvangbak, zodat ook ontdooicycli kunnen plaats vinden en het smeltwater de boel niet onder water zet. De temperatuur, luchtvochtigheid en luchtcirculatie kunnen hier volledig gecontroleerd worden, waardoor de warmtepomp in alle mogelijke weerscondities getest kan worden. “Achter de ventilator van de buitenunit stellen we de testapparatuur op”, zegt Vossers, terwijl hij op een vijftal verticale metalen buizen wijst, die zijn doorboord met tientallen gaatjes. “Die meten de temperatuur, luchtvochtigheid en verplaatsing van de lucht.”

Zwaaimethode

In twee van de klimaatkamers zijn ook genormaliseerde geluidstesten mogelijk, waarbij de geluidssterkte van de buitenunit bepaald kan worden. Die zal dan op later moment – op bijvoorbeeld het ErP-label – vermeld worden. “Dit is een zeer goed geïsoleerde ruimte, je hoort het al aan het gedempte geluid hier. Zelfs je eigen stem klinkt anders”, zegt hij lachend. “We meten hier conform de zwaaimethode, rondom de warmtepomp, in verschillende vlakken.” Het is dus niet zo dat Kiwa metingen doet in verband met de geluidseis, die grenzen stelt aan de hoeveelheid geluid dat over de schutting bij de buren te horen is. “We doen geen veldmetingen. Dat is een heel andere tak van sport.” Op zeer korte termijn komt er weer een volgende uitbreiding in het warmtepomplab. Op dit moment heeft Kiwa al wel de mogelijkheid om water/water-warmtepompen te testen, maar deze faciliteit is enigszins verouderd. Dus komt huisle-

Een straatje met gele klimaatkamers van de Italiaanse leverancier Air Control.

verancier Air Control uit de Italiaanse regio Lombardije binnenkort weer langs om twee state of the art faciliteiten voor water/water- en brine/water-warmtepompen te bouwen, waarbij een grote tank staat voor de bodembron. “Het formaat van die tank creëert een voldoende stabiele situatie om de testen uit te kunnen voeren.”

Import

Iemand die vanuit China of een ander land een warmtepomp wil importeren, om die in Nederland en de rest van de Europese Unie te vermarkten, moet die warmtepomp hebben voorzien van een CE-markering. Als je als fabrikant of importeur een CE-markering aanbrengt, verklaar je dat het product voldoet aan de van toepassing zijnde Europese richtlijnen op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Om het vermoeden van overeenstemming met een of meerdere richtlijnen aan te tonen, kunnen testrapporten van Kiwa gebruikt worden. Daarnaast kan Kiwa (als Notified Body) voor enkele Europese richtlijnen ook certificeren.

De entree van het gerevitaliseerde kantoor van Kiwa.

In het EMC-lab kan getest worden of en hoeveel de warmtepomp elektromagnetische straling uitzendt en ook in hoeverre de warmtepomp bestand is tegen elektromagnetische straling van buiten. Een binnenunit met daarachter een installatie die distributie en afgifte simuleert. Twee geïsoleerde leidingen verdwijnen in de wand, waarachter de buitenunit (niet op de foto) staat opgesteld. De temperatuurs- en vochtigheidscondities in de testcellen worden gecreëerd in de centrale technische ruimte, die in een andere ruimte van het bouwdeel ligt.

Maar anders dan bij warmtepompen of ketels die op gas draaien, geldt bij elektrische warmtepompen niet de plicht testen uit te laten voeren via een offi cieel testhuis en het te

laten certifi ceren door een Notifi ed Body. “Maar voor het technisch constructiedossier moet je wel testrapporten kunnen overleggen, en er zijn niet veel fabrikanten die hiervoor geschikte testapparatuur in huis hebben.” Omdat de markt voor warmtepompen zich zo snel ontwikkelt, zie je een diff erentiatie optreden, zegt Vossers. “Enerzijds de gerenommeerde, vertrouwde, merken die vanouds kwaliteit leveren en anderzijds de importeurs die producten halen vanuit alle hoeken van de wereld en die geschikt willen krijgen voor de Europese markt.” Ook als deze importeurs wél rapporten kunnen overleggen, is het niet altijd duidelijk of de informatie die erin staat wel altijd overeenkomt met de werkelijke waarden en of de documentatie wel volledig is.

Wachttijden

Wie nu een warmtepomp aanmeldt ter keuring bij Kiwa zal niet direct geholpen kunnen worden. Het is namelijk druk bij Kiwa. In de nabije toekomst zal Kiwa zijn warmtepompdiensten dan ook nog verder uit willen breiden, zegt Vossers. En niet alleen in Nederland. “Het zou kunnen zijn dat we een faciliteit gaan openen in Italië, waar veel fabrikanten zitten. Maar ook het Verenigd Koninkrijk of China zijn opties.” Kiwa heeft de afgelopen jaren een aantal overnames gedaan, en ook de komende jaren zullen er ongetwijfeld nog wat overnames volgen. “Overnames zijn onderdeel van onze groeistrategie”, zegt Vossers. “We willen op termijn bij de tien grootste testhuizen van de wereld horen.”

Energietransitie in het klein

De ontwikkeling van het warmtepomplab toont in het klein de transformatie die Kiwa in het groot doormaakt, zegt Vossers. “Toen ik hier zes jaar geleden begon, stond deze hal nog vol met testapparatuur voor gasproducten. Achteraf was wel een kleine opstelling voor warmtepompen. Maar inmiddels wordt twee derde van de ruimte in deze hal ingenomen door testopstellingen voor warmtepompen. Dat is dus de transitie waar we als bedrijf doorheen gaan.”

Scan de QR-code voor nog meer podcasts.

Podcast

Wil je meer horen over de warmtepompdiensten van Kiwa in Apeldoorn? Luister dan de podcastafl evering die Installatie hierover maakte. Je kan je op deze podcast abonneren via Apple Podcasts, TuneIn, Spotify of een andere podcastaanbieder. Of kijk op installatie.nl/podcast.