Veeteeltvlees mei 2020

Page 1

M E I 2020

De grote, rode en hard groeiende koeien van Jennes Rochat

Angus Hasslet

neemt het bij CRV over van Roald van Noort

Epigenetica:

het besturingssysteem dat genen aan- en uitzet

ME E R NIEUWS OP WWW.VEETEELTV LEES.NL OF W W W.V EETEELTV LEE S. B E

VV05_cover.indd 2

18-05-20 16:35


VOOROP IN DIERGEZONDHEID

Online n ve j i r h c s in , deliger

, voor r e l l e n S rder a a b w u betro

Oren merken = BVD-dragers opsporen Verzeker uzelf ervan dat BVD zich niet (weer) over u bedrijf verspreidt door de geboorte van BVD-virusdragers. Zeker op bedrijven met zoogkoeien kunnen dragerkalveren zeer snel veel virus verspreiden. Met BVD Oorbiopten spoort u BVDvirusdragers direct na de geboorte op. Bovendien combineert u het nemen van het oorbiopt met een handeling die u toch al doet. Zo werkt u eenvoudig aan een BVD-vrij bedrijf.

Meer weten? www.gddiergezondheid.nl/bvdoorbiopten

GD LOOPT VOOROP IN DIERGEZONDHEID VOOR GEZONDE KOEIEN EN MEER WEERSTAND

VV05_p02.indd 2

18-05-20 15:39


INHOUD RUBRIEK E N

5 6 15 17 27 30 35 36 37 38 39

Van de redactie Fokkerijnieuws CRV-nieuws Alpha en Z-generatie: Nele Van Craenem Uit de dierenartspraktijk: potato dermatitis Infographic: aandeel bio in de veeteelt Managementnieuws Marktinfo voer Marktinfo vee Agenda Anders bekeken

hoofdartikel epigenetica

HOOFDA RT IK E L

8 Professor Geert Opsomer legt uit hoe epigenetica werkt aan de hand van voorbeelden uit de dagelijkse praktijk REPORTAG E

12 Maine anjou is in Nederland dan wel een klein ras in aantal, de roden van Jennes Rochat zijn grote en hard groeiende dieren SERIE V E GA N V E RSU S V E E

18 Balanceren tussen dierlijk en plantaardig eiwit, slot van de serie VOEDIN G

22 32

8 Vegan versus vee slot van de serie

coronacrisis vleesveehouders

Voerkosten verlagen met aardappelen Kuilanalyse levert winst in gezondheid en groei SPECIAL C O RON A

24

Hoe gaat de buitenlandse vleesveesector om met de coronacrisis? INTERV IE W

28 Een gesprek met Roald van Noort en zijn opvolger bij CRV, Angus Haslett

MEI 2020

De grote, rode en hard groeiende koeien van Jennes Rochat

Angus Hasslet

neemt het bij CRV over van Roald van Noort

EETEELT VLEES.N MEER NIEUWS OP WWW.V

18

24

Jennes Rochat:

Angus Haslett:

‘De maine anjous zijn heel sober, ze groeien van niks’

‘CRV staat erom bekend te investeren in innovatie’

Epigenetica:

het besturingssysteem dat genen aan- en uitzet

L OF WWW.V EETEE LTVLEE

S.BE 18-05-20 16:35

VV05_cover.indd 2

BIJ DE COVER

Inge, de rode Luminieuxdochter van Jan en Ivan Hoekman uit Zalk, geniet van de rust in de weide (foto: Harrie van Leeuwen)

12

28 veeteeltvlees MEI 2020

VV05_inhoud.indd 3

3

19-05-20 14:12


Rassert 646

Topper met AV91

Menno 14 x Groot Rassert

Ki-code: 57280 Fraai rastype Enorme bespiering Fijn en correct beenwerk Rasbalk: 75% VRB 12,5% BBL 12,5% ONB

Wilt u sperma van Rassert 646 of andere stieren bestellen, bezoek dan onze webshop op CRV4all.nl/shop of CRV4all.be/shop

279-20 Ad VV-MEI-groot rassert-OPZET 1.indd 2

19-05-20 13:19


VAN DE REDACTIE

Landbouw altijd als eerste genoemd,

maar zelden goed Wat ik vreesde, ergens in het begin van de huidige coronacrisis, is ook gebeurd. Iemand zou toch wel het lumineuze idee hebben om de gehele crisis toe te schrijven aan de landbouw en vooral zijn industriële vorm. Welke industriële vorm? Liggen onze bedrijven langs grote invalswegen, kanalen of autowegen? Of zijn ze eerder verscholen achter groene hagen, weides en open akkers? De advertentiecampagne van GAIA schoot veel veehouders in het verkeerde keelgat. Ook mensen met kennis van zaken weerlegden de bemerking dat de veehouderij mede oorzaak zou zijn van de pandemie. Alleen hun stem weerklinkt nooit zo luid. Landbouw en veehouderij komen altijd eerst aan bod, maar dan ook te vaak in een causaal verband met een probleem. In het stikstofdebat in Nederland verwijst men consequent eerst naar de landbouw als oorzaak, verkeer en industrie volgen later. Net hetzelfde verhaal in het tv-programma Nachtwacht op het Vlaamse Canvas. De huidige coronacrisis werdt er gekoppeld aan het klimaatprobleem. En, u voelt hem waarschijnlijk al komen, landbouw werd als eerste oorzaak vernoemd.

Je zou het niet voor mogelijk houden, maar in Vlaanderen heeft corona een concurrent gekregen: Lee! Lee is een kat, eentje die afkomstig is uit het verre Peru. Lee ziet er schattig uit, maar had ook een geheim. Hij is met zijn baasje naar België gesmokkeld. En dat mag niet, vooral niet omdat er een kans is dat Lee besmet is met rabiës of hondsdolheid. Ook een virus, nog wat gevaarlijker dan corona. Je zou dan denken dat Vlaanderen hier meteen scherp in staat. Maar dat blijkt even anders. Het FAVV, het Belgische voedselagentschap, wil Lee laten inslapen. Het risico is te groot. Geheel dierminnend Vlaanderen staat op zijn achterste poten en bindt de kat de bel aan. ‘Laat Lee leven’, roepen enkele bekende Vlamingen in koor, maar enige achtergrondkennis ontbreekt hun. Ook Vlaamse dierenminister Weyts steunt Lee. Maar wat als Lee nu eens een vleermuis of een ratje was geweest, zouden we dan nog zo staan roepen: ‘Laat Lee leven’, of hebben we dan een andere norm? In deze tijden zou je toch denken dat we slimmer zouden zijn.

WIM VEULEMANS HOOFDREDACTEUR

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_editorial.indd 5

5

19-05-20 14:16


FOKKERIJNIEUWS

Onlineveiling levert limousintopper af voor 15.000 pond De eerste onlineveiling van de British Limousin Cattle Society (BLCS) – een primeur voor de organisatie – leverde een topper af van 15.000 pond, omgerekend 16.989 euro. Deze veiling vond plaats van 1 tot 5 mei. De gemiddelde veilingprijs bedroeg voor de 34 aangeboden stieren zo’n 6160 euro. 28 stuks vrouwelijk stamboekvee kregen gemiddeld 3539 euro achter hun naam. Maraiscote Phil van fokker Ian Nimmo uit Wishaw (Schotland) kreeg het hoogste veilingbod van 15.000 Britse pond achter zijn naam. Maraiscote Phil is een 15 maanden oude stier uit vader Bassingfield Machoman (v. Millgate Fame) en moeder Maraiscotte Firtree (v. Goldies Comet).

Maraiscote Phil was met een verkoopprijs van 15.000 pond de topper van de veiling

Rejoui d’Argenton meestgebruikte stier in Wallonië In Wallonië bekleedt de witblauwstier Rejoui d’Argenton in 2019 de hoogste podiumplek als meestgebruikte ki-stier. Vidal de St. Fontaine had dan weer het meeste aantal geregi-

streerde kalveren. Dat staat te lezen in het jaarverslag van de Waalse veeverbeteringsorganisatie AWE. Rejoui (v. Jasper d’Herbuchenne) liet 9255

inseminaties achter zijn naam schrijven. Op de tweede plaats volgt de outcross-stier Mambo des Peupliers (v. Saddo Des Peupliers) met 8034 inseminaties. Courtois de la Hesbaye ( v. Grommit Hof ter Zilverberg) staat op plaats drie met 7269 inseminaties. De witblauwe kruisingsstier Intrepide de Cras Avernas was onder de witblauwen de productiefste ki-stier. In 2019 produceerde hij 78.429 rietjes. In totaal produceerde BBG 3.487.767 rietjes. Zo’n 3.612.600 rietjes gingen in 2019 de grens over naar 34 landen. Bij blonde d’Aquitaine was Fuxeen (v. Vidocq) de meestgebruikte ki-stier. In het limousinras was de hoornloze Je Vidal de meestgebruikte vaderstier in Wallonië. Vidal (v. Whisky v.h. Negenbonder) neemt 3,32 procent van de geregistreerde kalveren voor zijn rekening. Op plaats twee volgt Attribut du Fond de Bois (v. Imperial de l’Ecluse) met 2,67 procent. Zougar d’Ozo (v. Tilouis d’Atrive) vervolledigt het toptrio met 2,27 procent van de geregistreerde kalveren. AWE registreerde afgelopen jaar 37.722 kalveren in het Belgisch-witblauwras of een daling van 4 procent. Het blonde d’Aquitaineras kende een stijging van 9,4 procent en kwam uit op 986 geregistreerde kalveren. Het limousinras kende met 2068 kalveren een toename van 6,6 procent registraties. Jasperzoon Rejoui kreeg in Wallonië net geen 10.000 inseminaties op zijn naam

28

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_fokkerijnieuws.indd 6

18-05-20 15:53


Maarten Boudry, filosoof, en Hidde Boersma, publicist:

‘Deze pandemie is niet de schuld van de industriële landbouw. Juist afgesloten, gecontroleerde systemen leveren het kleinste risico’ De Morgen, 15 mei 2020

Recordkarkasgewicht bij witblauw? Het witblauwfokbedrijf van Paul en Karel Gillis te Watervliet – geen onbekenden in het keuringscircuit – leverde recent een niet onaardige prestatie en misschien wel een record. Hun fokkoe Jus de Fruits van de Kerkenhofstede liet in het slachthuis een gewicht van 849 kg noteren. De koe werd geboren op 8 juni 2014 en is een dochter van Or de Beaujeu uit een dochter van Emission van de Kerkenhofstede (v. Ichor de Septon). Jus de Fruits heeft op een leeftijd van 5 jaar en 11 maanden vier dochters via keizersnede geleverd en negen embryo’s. Moeder Emission – goed voor 87 punten algemeen voorkomen – werd derde op de keuring te Agriflanders. ‘Jus de Fruits heeft zelf nooit deelgenomen aan een keuring,’ vertelt Karel Gillis. ‘De koe was ingeschreven voor de prijskamp van de Vette Os te Antwerpen en te Rekkem. Deze werden vanwege de coronapandemie afgelast.’ Op het bedrijf liet Jus de Fruits 1320 kg noteren op de bascule bij een schofthoogte van 150 cm. Uitgevast voor de slacht woog zij 1257 kg. In het slachthuis liet ze op 23 april 2020 een nettoslachtgewicht van 849 kg op het slachtlabel noteren. ‘Of dit een record in het witblauw is, weet ik zo niet, maar het is zeer zeker heel bijzonder,’ geeft Karel Gillis fier aan. Het karkas kreeg een seuropkwalificatie D S- 2+ .

Slick-gen laat koeien beter met hittestress omgaan Koeien die drager zijn van het zogeheten slick-gen, kunnen beter omgaan met hittestress. Dat blijkt uit onderzoek aan de universiteiten van Florida en Puerto Rico. Koeien met het slick-gen hebben het hele jaar door een gladder, korter haarkleed dan koeien zonder het slick-gen. Ze kunnen tijdens perioden van hittestress hun lichaamstemperatuur daardoor beter reguleren dan koeien zonder het slick-gen. Het slick-gen vererft, net als hoornloosheid,

dominant. Dat wil zeggen dat bij een koe die homozygoot is voor het slickgen, alle nakomelingen glad- en kortharig zijn. Bij een koe die heterozygoot is voor het slick-gen, zal de helft van de nakomelingen ook glad- en kortharig zijn als de koe gepaard wordt met een stier die geen drager is van het slick-gen. Het gen is voor het eerst gevonden bij Caribische runderrassen, zoals de senepol. In de jaren tachtig is het gen geïntroduceerd in het holsteinras door holsteins te insemineren met

sperma van senepolstieren. De dieren op de universiteit van Florida stammen van die paringen af. Ook in Puerto Rico lopen slick-holsteins. Het gen is daar hoogstwaarschijnlijk per ongeluk geïntroduceerd door een toevallige kruising tussen lokale rassen en holsteins. Het Amerikaanse bedrijf Acceligen, gespecialiseerd in precisiefokkerij, heeft ondertussen via gene-editing het slick-gen geïntroduceerd in het angusras.

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_fokkerijnieuws.indd 7

7

18-05-20 15:53


FOKKERIJ EPIGENETICA

Epigenetica voor ‘d

Kalveren die in de zomer geboren worden en hittestress ondergaan, drinken minder. Het is dus super belangrijk om deze kalveren voldoende, maar ook goede biest te verstrekken

8

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Hoofdartikel.indd 8

18-05-20 12:32


r ‘dummies’ Het DNA met zijn tienduizenden genen is de basis van de erfelijkheidsleer. Over het genoom, of het totaal van genen, is al heel wat bekend. Maar wat maakt nu dat genen al dan niet tot uiting komen? Epigenetica geeft het antwoord. Professor Geert Opsomer legt uit hoe de genen aan- of uitgezet worden aan de hand van voorbeelden uit de dagelijkse rundveepraktijk. TEKST GUY NANTIER

‘E

pigenetica is een vrij jonge en bijzonder fascinerende tak binnen de erfelijkheidsleer’, vertelt Geert Opsomer. Opsomer is professor aan het departement Voortplanting, Verloskunde en Bedrijfsdiergeneeskunde aan de faculteit Diergeneeskunde van de universiteit van Gent. ‘Epigenetica, of de studie van het epigenoom, verschaft ons inzichten in waarom genen al dan niet tot expressie komen.’

Epigenoom of besturingssysteem Elke cel van een bepaald individu bevat in haar celkern hetzelfde DNA. Boven op de tienduizenden genen of stukjes DNA zit een besturingssysteem dat bestaat uit ‘stofjes’ (chemische verbindingen) die de werking van de genen aan- of uitzet. Het geheel aan stofjes noemt men het epigenoom en verklaart waarom bij eenzelfde erfelijke aanleg of genotype van een cel er toch verschillen zijn in de uiting, in de expressie van de genetische aanleg en dus in het fenotype. Aldus doet een levercel iets anders dan een cel in de nieren, een oogcel of een darmcel, ondanks het feit dat deze cellen hetzelfde DNA bezitten. Geert Opsomer: ‘Dit besturingssysteem van genen beïnvloedt eveneens de kenmerken en prestaties (het fenotype), zoals daar zijn immuniteit en gezondheid, groei en spierontwikkeling, vruchtbaarheid en langleefbaarheid. Van dit besturingssysteem weten we intussen dat het ook overgedragen wordt naar de volgende generaties.’

humane geneeskunde is de Hongerwinter die de Nederlandse bevolking heeft gekend op het einde van de Tweede Wereldoorlog. Kinderen die geboren zijn tijdens of kort na de hongersnood van 1944-’45, vertoonden op hun zestigste levensjaar een hogere kans op hoge bloeddruk, obesitas, een hoger cholesterolgehalte, suikerziekte, … ‘Met andere woorden, tijdens de zwangerschap heeft de moeder haar nog ongeboren kind voorbereid of “geprogrammeerd” op een leven met honger’, legt Opsomer uit. ‘Hoe die programmering tot stand komt, is nog niet volledig gekend. De kinderen die geprogrammeerd waren om in hongersnood te leven en dus ook om hun voedingsstoffen te sparen en op te slaan, kregen echter na de oorlog voldoende voedsel ter beschikking.’ Er was met andere woorden een ‘mismatch’ tussen de situatie waarvoor het kind was geprogrammeerd (hongersnood) en de situatie waarin het kind werkelijk was terechtgekomen (voldoende voedsel). ‘Die mismatch tussen programmering

Beïnvloeding of programmering van de genen gebeurt vooral in het jonge leven, al in de baarmoeder van het moederdier

Truc van de natuur Wat betekent dit voor de dagdagelijkse veehouderijpraktijk? Er zijn verschillende factoren bekend die het besturingssysteem beïnvloeden, zoals voeding, milieu (onder andere de omgevingstemperatuur), gezondheid van de moeder, stress, … Opsomer zegt hierover: ‘Uit de humane geneeskunde weten we inmiddels dat die beïnvloeding of programmering vooral gebeurt in het jonge leven, zeg maar in de baarmoeder van de moeder. Men spreekt van “early life programming” of “jonglevenprogrammering”. Het is als het ware een truc van de natuur om ons aan te passen aan de omgeving. Die aanpassingen hebben gevolgen zowel op de korte als op de lange termijn.’ Een schoolvoorbeeld van jonglevenprogrammering uit de

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Hoofdartikel.indd 9

9

18-05-20 12:32


FOKKERIJ EPIGENETICA

Prof. dr. Geert Opsomer: ‘De programmering van het DNA gebeurt in het jonge leven’ vóór de geboorte en de uiteindelijke situatie na de geboorte heeft ervoor gezorgd dat deze kinderen verschillende ouderdomsziekten ontwikkelden, zoals obesitas, suikerziekte et cetera.’

Drie kritische perioden Uit epigenetisch onderzoek bij melkvee blijken er drie kritische perioden te zijn waarin het besturingsmechanisme kan worden beïnvloed: de periode van dracht, de periode kort na de geboorte en de melkperiode. Geert Opsomer: ‘In die drie perioden kan er dus nog gesleuteld worden aan het aan- of uitzetten van genen en kan er dus invloed uitgeoefend worden op de uiteindelijke prestaties (het fenotype) van het kalf.’ Enkele voorbeelden: de groei (grootte, gewicht) van het ongeboren kalf is exponentieel en neemt vooral in de laatste maanden van de dracht enorm toe. Veehouders hebben daar aandacht voor en passen de voeding daarop aan. ‘Wat veehouders niet of onvoldoende beseffen, is dat in de vroege dracht de ontwikkeling van de organen plaatsvindt,’ geeft professor Opsomer aan. ‘Fouten in bijvoorbeeld de voeding in de vroege dracht hebben dan ook een grote epigenetische invloed op de latere groei, de spierontwikkeling, de latere vruchtbaarheid en de gezondheid.’ Zo is bekend dat op dag 80 van de dracht de spiercelontwikkeling start. De totale hoeveelheid spiervezels is volledig gevormd in maand acht van de dracht. ‘Ondervoeding tijdens de dracht kan dus leiden tot minder spiermassa bij de nakomeling en meer vetvorming bij de slacht’, geeft Geert Opsomer aan. ‘Uit specifiek epigenetisch onderzoek bij vleesvee weten we dat extra eiwit bijvoeren – à rato van 0,5 kg en 42 procent ruw eiwit – tussen het begin en het einde van de dracht een positieve invloed heeft op de uiteindelijke spierontwikkeling van de nakomeling en de marmering van het vlees.’ Een ander voorbeeld. Bij vrouwelijke foetussen start Kalveren die 10 tot 12 liter melk per dag krijgen, hebben een grotere orgaanontwikkeling, groeien sneller en behalen vlugger het gewicht voor eerste inseminatie

10

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Hoofdartikel.indd 10

18-05-20 12:33


de ontwikkeling van de eierstokken tussen dag 90 en dag 140 in de dracht. Ondervoeding bij het begin van de dracht mag dan geen effect hebben op de grootte en het gewicht van het pasgeboren kalf, het zal wél effect hebben op de vruchtbaarheid zo’n anderhalf tot twee jaar later. Ondervoeding tijdens de dracht zal de reserve aan follikels bij vrouwelijke nakomelingen namelijk doen dalen alsook het percentage dracht na eerste inseminatie met langere tussenkalftijden tot gevolg. ‘Zo staat ook vast dat een hoge omgevingstemperatuur op het einde van de dracht leidt tot een lager geboortegewicht van het kalf,’ geeft Opsomer aan. ’Wellicht – maar dat is voorlopig nog hypothetisch – omdat er meer bloed wordt gebruikt voor het afkoelen van het lichaam (zweten) en minder bloed naar de baarmoeder gaat. Bovendien nemen kalveren die in de baarmoeder geconfronteerd worden met hittestress bij het moederdier, minder antistoffen op uit de biest.’

Voldoende én goede biest Een tweede gevoelige periode in de epigenetica is de biestperiode. Zo drinken kalveren die in de zomer geboren worden en hittestress ondergaan, minder. Het is dus belangrijk om de kalveren te allen tijde niet alleen voldoende, maar ook goede biest te verstrekken. De biestopname bepaalt immers het percentage sterfte en percentage ziekte vóór het spenen. Het beïnvloedt eveneens de groei op de korte termijn door onder andere minder ziekten. En het beïnvloedt ook de groei op de langere termijn, doordat het kalf zelf meer weerstand moet ontwikkelen. Dat kost energie die niet voor groei beschikbaar komt. De hoeveelheid te verstrekken biest hangt af van het lichaamsgewicht van het kalf en de kwaliteit van de biest. De lebmaag kan gemakkelijk tot 4 liter biest aan. Opsomer zegt dat de toedieningsmethode – fles of sonde – geen enkele rol speelt in de absorptie van de antistoffen. ‘De kwaliteit van de biest des te meer. Het verstrekken van kwalitatieve biest of biest met meer dan 50 g immunoglobulinen (Ig) per liter is super belangrijk. De investering van 30 euro in een Brixrefractometer om de kwaliteit van de biest en de te verstrekken hoeveelheid biest te achterhalen is om die reden meer dan zijn geld waard.’

Invloed van hogere melkverstrekking Een derde, gevoelige periode voor beïnvloeding van de genenexpressie is de melkperiode en daar zijn recent nieuwe inzichten in. Tot op heden werd gesteld dat de hoeveelheid opgenomen melk door het kalf 10 procent van zijn gewicht diende te bedragen. Maar dat is inmiddels achterhaald. Kalveren in de natuur of kalveren die ad libitum melk verstrekt krijgen aan een drinkautomaat, nemen makkelijk tot 12 liter melk per dag op. Men is in de melkveehouderij al zover dat men spreekt van ‘accelerated feeding’ of een veel hogere melkverstrekking aan de kalveren. En de wetenschappelijke bewijzen zijn er: het effect van een hogere melkgift op de expressie van de genen is in 2018 en 2019 in kaart gebracht. Vertaald naar de praktijk op het melkveebedrijf: melkkalveren die 10 tot 12 liter melk kregen per dag, hebben een grotere orgaanont-

wikkeling, groeien sneller, behalen vlugger het gewicht voor eerste inseminatie en produceren finaal ook meer melk in hun eerste lactatie. Dergelijke kalveren worden blijkbaar geprogrammeerd tot een hogere voederopname, waardoor ze op latere leeftijd ook meer krachtvoer opnemen en dus ook sneller groeien en eerder geïnsemineerd kunnen worden. Epigenetica staat nog in de kinderschoenen bij vleesvee, bij melkvee is men al verder. Er zijn wetenschappers die stellen dat epigenetica bij melkvee eigenlijk al vroeger speelt dan in de drie kritische periodes: de beïnvloeding zou al starten bij de vorming van de eicel die aan de conceptie van het kalf voorafgaat. De vorming van de eicel gebeurt immers op een moment dat de melkkoe piekt in haar lactatie en in een negatieve energiebalans verkeert. Het bewijs van epigenetische beïnvloeding is evenwel nog niet geleverd. Wordt zeker nog vervolgd. l

Met een Brix-refractometer is het makkelijk om de kwaliteit van de biest en de te verstrekken hoeveelheid biest te achterhalen

Samenvatting – Het genoom of DNA blijft de basis. – Epigenetica geeft inzicht in waarom genen al of niet tot expressie komen. – Er zijn drie kritische perioden waarin gesleuteld kan worden aan de expressie van het genoom: de dracht, de biestperiode en de melkperiode. – Factoren met een epigenetische invloed zijn voeding, directe en indirecte omgevingsfactoren, zoals de gezondheid van de moeder, de omgevingstemperatuur of andere vormen van stress.

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Hoofdartikel.indd 11

11

18-05-20 12:33


BEDRIJFSREPORTAGE ROCHAT

De imposante Oscar: nog maar twee jaar oud, maar wel 1,66 meter hoog en ongeveer 1100 kilo zwaar

Grote, rode en hard

groeiende goedzakken Van alle vleesveerassen in Nederland en België is de maine anjou een van de kleinste in aantal. Jennes Rochat haalde 25 jaar geleden het eerste sperma uit Frankrijk en vorige maand een getalenteerde tweejarige stier. ‘Ik heb van de koeien al eens de binnenbekkenmaten laten opmeten. Dat lukte niet, ze vielen buiten het bereik, zo ruim zijn ze.’ TEKST ALICE BOOIJ

12

D

e blikvanger in het weiland bij Jennes Rochat uit het Noord-Brabantse Rijswijk is zonder enige twijfel Oscar. Nog maar amper twee jaar oud meet de maine-anjoustier 1,66 meter en hij weegt naar schatting zo’n 1100 kilo. ‘En hij is nog jeugdig, dus hij zal nog wel hoger en zwaarder worden.’ Oscar is een stier met een bijzondere afstamming, zo vertelt zijn eigenaar, die de stier afgelopen april uit Frankrijk importeerde. ‘Zijn moeder is een dochter van de stier Flaneur. Hij werd in 2016 nationaal Frans kampioen’, weet de vleesveehouder te vertellen. ‘Flaneur woog toen op de keuring 1725 kilo levend. Een tijd lang is hij de zwaarste levende maineanjoustier in Frankrijk geweest. De maine anjou – sinds kort officieel rouge des prés – kan enorm hard groeien, tot wel 2 kilo per dag.’ Ook de vader van Oscar heeft een mooie staat van dienst. Motus had met zijn eigenprestatietest een score van 127,

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_bedrijfsrep Maine Anjou.indd 12

18-05-20 12:21


BEDRIJFSPROFIEL eigenaren plaats veestapel Rijswijk

grondgebruik

Jennes Rochat Rijswijk (Noord-Brabant) 45 dieren, waarvan 5 maine anjou 45 hectare, inclusief natuurgebied

27 procent boven het gemiddelde van het ras. ‘Normaal komen de beste stieren niet hoger dan zo’n 115’, meldt Rochat over de extreem goede prestaties van Motus.

Eigenprestatietoets in Frankrijk Reden genoeg dus om Oscar in moederland Frankrijk ook een kans te geven als ki-stier. Hij werd onderworpen aan een eigenprestatietoets. ‘Het maine anjou kent een heel goed fokprogramma, waarbij de stieren zo’n test moeten doorlopen voordat ze ingezet worden als ki-stier. Elk jaar komen er zo twee nieuwe ki-stieren bij die ze selecteren uit een groep van 25 stieren die aan de test onderworpen worden’, licht Rochat toe. ‘Het is een heel transparant proces, alles is openbaar wat ze doen.’ Ook Oscar kwam op de centrale opfok terecht, waar onder andere de groei, bevleesdheid, voerefficiëntie en ook het karakter in kaart werden gebracht, naast informatie over geboortegewicht en -verloop. Naast groot (een kruishoogte van meer dan 1,70 meter is geen uitzondering) zijn de maine-anjoudieren ook nog eens bijzonder gemakkelijk in de omgang, vindt Rochat. ‘Dat vind ik bij vleesvee heel belangrijk: een goed karakter.’ Na 400 dagen test kwam hij uit op zo’n 618 kilo levend gewicht. Zwaar dus. Daarna werd Oscar ziek en zijn groeicijfers gingen onderuit, zo wist de Franse eigenaar van Oscar te vertellen. Reden voor de fokker om de stier weer terug naar huis te halen, waar het Rochat lukte om hem aan te kopen. ‘Als Oscar de test goed had doorstaan, had ik natuurlijk nooit de kans gekregen om hem te kopen.’ De stier kwam half april aan in Nederland en heeft inmiddels de eerste koe al drachtig gemaakt.

De veestapel werd vanaf toen met maine anjou geïnsemineerd. Inmiddels zijn de dieren dankzij de verdringingskruising 100 procent raszuiver. ‘Ver in de afstamming kom je nog wel stieren als Bertus 2 tegen, maar uiterlijk zijn ze helemaal maine anjou.’ Dat geldt ook voor de eigenschappen. ‘Ik zie eigenlijk nooit een kalf geboren worden’, geeft Rochat aan. ‘Het zijn grote koeien met ruime bekkens. Het ras is inmiddels helemaal richting vlees gefokt, maar de eigenschappen van gemakkelijke geboorten hebben ze dankzij de monitoring binnen het uitgebreide fokprogramma kunnen behouden.’ De binnenbekkenmaten heeft hij al eens laten opmeten. ‘Dat lukte niet, de maten van de maine anjou vielen buiten het bereik, zo ruim zijn ze.’ Ook bij de fokker van Oscar worden de kalveren vanzelf geboren. ‘95 procent kalft vanzelf en hij heeft in zijn veestapel jaarlijks wel 74 kalvingen.’ Overigens kent de maine anjou wel een dikbilgen. ‘Daar worden de stieren op getest, zodat je er rekening mee kunt houden.’ De vleesveehouder vermijdt de stieren die homozygoot scoren op het dikbilgen. ‘Oscar is overigens ook drager van het dikbilgen, hij is heterozygoot. Bij mijn veestapel gaat dat geen problemen opleveren’, luidt zijn overtuiging. ‘Stieren die helemaal vrij zijn van het dikbilgen, zijn een stuk duurder.’

Vruchtbaar en duurzaam Naast de fokkerij noemt hij overigens ook de voeding belangrijk om geboorteproblemen te voorkomen. ‘De maine anjous zijn heel sober, ze groeien van niks.’

Dankzij ruime bekkens worden de kalveren vanzelf geboren

Natuurlijke geboorten Rochat zit helemaal vol van zijn maine-anjouveestapel. ‘Ik heb maar drie koeien’, zegt hij heel bescheiden. Maar de aankoop van de topstier uit Frankrijk luidt een doorstart in. ‘Eigenlijk ben ik in 1995 al begonnen met de maine anjou’, vertelt hij. Het was in de tijd dat hij nog melkveehouder was. Het bedrijf had hij overgenomen van zijn vader, die verbeterd roodbonte vleeskoeien had en ze ook molk. ‘Maar ik ben geen voorstander van de keizersnede, ook toen was er al discussie, ik wilde natuurlijke geboorten. Dus ik zocht naar een ander ras om mee in te kruisen.’ Een ras met wel dezelfde mooie dieprode kleur en ook een ras dat goed bevleesd was, maar ook gemakkelijke geboorten geeft. ‘Ik zat zo eens te bladeren in een boekje met alle verschillende rundveerassen in de wereld’, vertelt hij over zijn ontdekking van de maine anjou. ‘Toen ik het plaatje van de maine anjou zag, wist ik meteen dat ik dat ras wilde hebben: forse, grote dieren met een mooi rode kleur, een dubbeldoeluitstraling én natuurlijke geboorten.’

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_bedrijfsrep Maine Anjou.indd 13

13

18-05-20 12:22


BEDRIJFSREPORTAGE ROCHAT

Nog geen stamboek Een stamboek voor de maine anjou – officieel rouge de prés genaamd – is er nog niet in Nederland, maar als het aan Jennes Rochat ligt, gaat dat er wel komen. ‘Er zijn ondertussen toch al heel wat maine anjous in Nederland, het zou goed zijn om ervaringen en kennis binnen een stamboek uit te wisselen’, geeft hij aan. Op een volgende grote keuring wil hij graag zijn stier Oscar laten zien. ‘Om liefhebbers van vleesvee te interesseren in het ras.’

een ki-station in Nederland te krijgen om sperma van hem te winnen.’ Voor de gebruikskruising is de maine anjou niet geschikt, denkt de vleesveehouder. ‘Ze worden met vrij grove botten geboren.’ Wanneer Rochat stieren uitzoekt, let hij vooral op twee raskenmerken: rastype en ruimte in de kruizen. Omdat hij voor zijn werk hele dagen onderweg is, heeft hij met Oscar een eigen stier bij het koppel. ‘Ik zie de koeien te weinig om het juiste inseminatiemoment te bepalen.’

Aankoop van pinken

De veestapel van Rochat zal komende jaren uitbreiden

14

Ze kunnen prima in natuurgebieden lopen. ‘Beter zelfs dan op de rijke graslanden’, geeft Rochat aan. ‘En mais moeten ze al helemaal niet zien.’ Het sobere karakter maakt het ook mogelijk de dieren lang buiten te houden. Afgelopen jaar zelfs tot na de kerst, geeft de vleesveehouder aan. ‘Zo houd ik ze ook mooi op conditie, zeg maar gerust schraal. De eerste koe heeft in februari al gekalfd, vanzelf.’ Een van zijn fokkoeien heeft inmiddels zes keer gekalfd. ‘Van ki’, noemt Rochat erbij. ‘Ik insemineer zelf. Deze koe begon ooit met kalven in juli, dit jaar was het maart toen ze haar vaarskalf kreeg. De maine anjou is vruchtbaar én ze heeft een hoge levensduur.’ Het aanbod van stieren bij de ki’s in Nederland is overigens wel een probleem. ‘Vooral goede, jonge en moderne stieren zijn lastig te krijgen. Oscar probeer ik dan ook bij

Toen Rochat stopte met melken en bedrijfsleider werd op een biologisch melkveebedrijf, heeft hij zijn vleesveestapel gekrompen. Tijdelijk, want naast de drie koeien en de stier heeft hij inmiddels ook een kudde brandrode runderen, die in een natuurgebied lopen. De bedoeling is om de veestapel met maine anjou de komende tijd verder te laten groeien. ‘Wanner het vanwege de coronacrisis weer kan, ga ik naar Frankrijk om een aantal pinken te kopen.’ Regelmatig gaat Rochat naar Frankrijk, onder andere om de nationale keuring te bezoeken. ‘Ik kom dan ook op bedrijven waar ik graag vee van wil kopen. Ik heb de maine anjou voor de hobby’, aldus Rochat, die het melkveebedrijf verruilde voor trekker en kiepkar en zich als zzp’er verhuurt in de bouw. ‘Ik wil een koppel mooie koeien in de wei, zeg maar een stuk of tien. Daar kan ik dan echt van genieten wanneer ik van mijn werk kom.’ l

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_bedrijfsrep Maine Anjou.indd 14

18-05-20 12:22


CRVNIEUWS

Overschrijven naar ander stamboek vereist zoötechnisch certificaat Op 1 november 2018 is de Europese fokkerijverordening van kracht geworden. Hierin is onder andere bepaald dat de inschrijving van dieren in een ander stamboek alleen mogelijk is met een zogenaamd zoötechnisch certificaat. Een dier zonder een dergelijk certificaat zal door het nieuwe stamboek niet in de overeenkomende sectie van het

stamboek kunnen worden ingeschreven. Een zoötechnisch certificaat kan alleen worden uitgegeven door een erkende stamboekorganisatie. In Nederland is dit onder meer de Coöperatie Koninklijke CRV u.a. en in Vlaanderen CRV Vlaanderen vzw. De aanvraag van een zoötechnisch certificaat is van belang bij de im- en export van dieren,

maar in België ook bij verhandeling van dieren tussen Vlaanderen en Wallonië. Zoötechnische certificaten kunnen worden aangevraagd via CRV Klantenservice: 088-00 24 440, of crv-info@crv4all.com voor Nederland, of 078-15 44 44 of klantenservice.be@crv4all. com voor Vlaanderen

Koop met korting een CRV-bedrijfsbord Een bedrijfsbord versterkt de professionele uitstraling van uw bedrijf en verhoogt de naamsbekendheid. Als u via CRV een bord bestelt, ontvangt u een bijdrage in de kosten. De CRV-bedrijfsborden zijn gemaakt van licht en slijtvast materiaal. Voor vleesveehouders is een voorbeeld met een fraaie foto van Belgisch witblauwe dieren beschikbaar. Maar het is ook mogelijk om een eigen foto te laten plaatsen. Alle informatie over de CRV-bedrijfsborden en de standaard uitvoeringen vindt u op de website. Hier is ook een bestelformulier te downloaden. Kijk op: www.crv4all.nl/service/bedrijfsbord/ voor Nederland of www.crv4all.be/service/bedrijfsbord/ voor Vlaanderen

Vleesveebedrijf naam

Hier kan nog een persoonlijke regel staan

Bwb-proefstier Gavroche du Coin ki-code 94-5070 verkoper:

F. Mailleux en J.-M. en B. Dony, Havelange

schofthoogte: 138 cm (+1) 28 mnd.

fokker:

idem

gewicht:

haarkleur:

zwart & wit

geboren:

05-09-2017 945 kg 28 mnd. 37 cm op 28 mnd.

Schofthoogte 83,00

Besp. 88,00

Type 84,70

Beenwerk 94,00

IMPERIAL DE L’ECLUSE

Alg. voorkomen 80,00

Deze 88 puntenstier met zeer brede voorhand en fijne huid werd aangekocht op het bedrijf van ‘du Coin’, dat bekendstaat om z’n vleeskwaliteiten. Daarenboven beschikt Gavroche over perfect beenwerk. Te gebruiken om de breedte in de voorhand te verbeteren.

Eindbeoordeling 87,90

GERMINAL DE FOOZ DAVINA DU HAUT D’ARQUENNES PANACHE DE CENTFONTAINE

JET-SET VD HONDELEE 78 / 93,5 / 88,9 / 80 / 95 / 91,1 SUPER STAR DE CENTFONTAINE

MAGISTRALE DE CENTFONTAINE FIACRE D’IZIER

HERITAGE DU COIN BELETTE DU COIN

8531 DU COIN 80 / 82,5 / 81,7 / 84 / 70 / 83,3

IDENTIQUE DU COIN OPERETTE DU COIN

LAMPE DU COIN

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_CRV nieuws.indd 15

15

18-05-20 13:31


KRAIBURG VOLG VEETEELTVLEES OP LOOPVLAKBEDEKKING

OER.nl

RING VANAF 250KG

FACEBOOK

Geschikt voor elk type rooster- en dichte loopvloer en/of melkstal

NDAARD & KSTENEN UESLI KALVERKORRELS EEKOEKEN OT & 6MM PULP

Lijnbaan 33 3421 JG Oudewater Tel. 0348 - 56 15 80 info@snelhoutenrubber.nl

Roostervloeren KURA S

Roostervloeren LOSPA

voor melkvee

voor groepshuisvesting of stieren

Roostervloeren KURA SB

voor groepshuisvesting < 350 kg

Ook in Profien Pedi Kura

Roostervloeren LOSPA SB

voor groepshuisvesting > 350 kg en stieren

met 5% afschot naar de sleuven

WWW.SNELHOUTENRUBBER.NL

N LUXE RASSEN Importeur van:

STARTEN MET SUCCES

AS

GESPECIALISEERD IN OPFOKMELK

rilen en 20!

voor alle leuke nieuwtjes! - KALVERMELK OP MAAT-

VOOR MELK- EN VLEESVEE

m

www.facebook.nl/veeteeltvlees vanlommel.be/veevoeder -

T +32 (0)14 411 396 -

KRAIBURG LOOPVLAKBEDEKKING

Om optimaal te voldoen aan de specifieke behoefte van de klant, hanteren we volgend stappenplan: 10-12-19 09:49

Geschikt voor elk type rooster- en dichte loopvloer en/of melkstal

Lijnbaan 33 3421 JG Oudewater Tel. 0348 - 56 15 80 info@snelhoutenrubber.nl

2

3

HOFEIGEN PRODUCTEN

Roostervloeren KURA S voor melkvee

FRANSON vult de rest van de behoefte aan met een op maat gemaakt krachtvoeder.

voor groepshuisvesting < 350 kg

Roostervloeren LOSPA SB

voor groepshuisvesting > 350 kg en stieren

met 5% afschot naar de sleuven

CONTROLE VAN

HET RANTSOEN KEUKENS REDANT // GRAND PRIX CUISINES REDANT

WWW.SNELHOUTENRUBBER.NL

Importeur van:

deranalyse: en voedingshet ruwvoer van er wordt in eigen en. Op basis van de arde van de hofeigen wordt bepaald hoeveel oefte daarmee wordt

voor groepshuisvesting of stieren

Roostervloeren KURA SB

4

Ook in Profien Pedi Kura

AANVULLEN VAN DE BEHOEFTE GROTE PRIJS

Roostervloeren LOSPA

Nationale Prijskamp voor ingeschreven dieren van het BWB ras De veehouder mengt de hofeigen producten met het krachtvoeder.

Concours national pour des animaux de la race BBB inscrits

Extra troef: FRANSON neemt een Het optimaliseren gebeurt op INKOM GRATIS // ENTRÉE GRATUITE H O O F D S P O N S O R staal van het totaalrantsoen en meer dan 30 parameters. controleert het eindresultaat in functie deKeukens behoeftesRedant die Verkiezing dagkampioen: Winnaar grotevan prijs Election du champion du jour: Gagnant du grand prix Cuisines Redant vooraf werden bepaald.

Zaterdag 1 augustus 2020

ERPE-MERE

Samedi 1 août 2020

ERPE-MERE

P R E S E N T E E R T

In samenwerking met het gemeentebestuur van Erpe-Mere en CRV

En collaboration avec la commune de Erpe-Mere et CRV

evoeders op maat www.franson.be |

4 16

28.02-01.03.2020

Franson NV

Weelde Depot Geeneinde 54, 2381 Ravels open 10.00u tot 18.00u veeteeltvlees van MAART Weelde 2020 Depot

11/03/2020 14:33

veeteeltvlees MAART 2020 veeteeltvlees MEI 2020 Geeneinde 54, 2381 Ravels

27

open van 10.00u tot 18.00u

VV03_p04.indd 4 VV05_p16.indd 16

Vak voor beurs inte veete nsieve e

18-03-20 08:39

17-03-20 10:09 19-05-20 08:56


GENERATIE ALPHA EN Z NELE VAN CRAENEM

‘Witblauwen zijn pareltjes om trots op te zijn’ Elke generatie heeft zo zijn benaming(en). De generatie geboren tussen 1990 en 2000 wordt de (inter)netgeneratie of Z-generatie genoemd. De generatie geboren tussen 2000 en 2010 is de Google-generatie of alpha(α)-generatie. Wie is onze alpha- en Z-generatie in de vleesveesector? Wat typeert hen, wat drijft hen, welke dromen hebben ze? Eén zaak staat als een paal boven water: ze (m/v) hebben een passie voor vleesvee. In dit nummer een portret van Nele Van Craenem (24).

TEKST WIM VEULEMANS

Een 300 Belgisch witblauwe runderen, 100 hectare akkergrond met granen, mais, aardappelen en voeder- en suikerbieten, een hoevewinkel en wat fruitteelt zorgen voor veel activiteit op het bedrijf waar Nele Van Craenem woont in het Vlaamse Beersel. Nele studeerde een paar jaar geleden af als bachelor in de agro- en biotechnologie. Ze is fulltime aan de slag als kwaliteitsverantwoordelijke bij Molens Dedobbeleer in het nabijgelegen Halle. In haar vrije tijd is ze tussen de koeien te vinden. De registraties van de diergegevens, geboortes, het scheren en de stierkeuze zijn haar taken. Maar als het druk is, vind je haar ook wel eens op het veld of in de hoevewinkel. ‘Mijn jongere broer werkt momenteel thuis, het is de bedoeling dat hij het bedrijf overneemt. Mijn plan is om buitenshuis te blijven werken, maar het is altijd fijn als ik in mijn vrije tijd op de boerderij terecht kan. Het boerenleven heb ik met de paplepel binnengekregen.’ De fokkerij boeit haar. ‘Er is op ons bedrijf altijd veel aandacht besteed aan grote en lange dieren. Ik wil nu inzetten op meer breedte in de voorhand zonder in te boeten op grootte en hoogte.’ Haar passie verklaart Nele vooral door het rustige karakter en de mooie bouw van de dieren. ‘Witblauwen zijn pareltjes waar we heel trots op mogen zijn!’ En die passie wil ze graag mee voortzetten op het bedrijf.

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_generatie A&Z.indd 17

17

15-05-20 17:40


SERIE VEGAN VERSUS VEE

a n v s ve

e

v

eg

Met de serie ‘Vegan versus vee’ wil de redactie lezers objectief informeren over het oplopende spanningsveld tussen de productie van dierlijk en plantaardig eiwit. VeeteeltVlees maakt onderscheid tussen feit en fictie, al zal blijken dat er vaak meer waarheden bestaan. De artikelen geven input waarmee u zich kunt mengen in discussies over dierlijk eiwit. Deel 5 maakt de balans op: welke rol past bij het dier in een moderne landbouw?

Balanceren tussen

dierlijk en plantaardig eiwit Het spanningsveld tussen dierlijk en plantaardig eiwit is niet zwart-wit. Het is niet een kwestie van het één is goed, het ander verkeerd. In het slot van de serie ‘Vegan versus vee’ een terugblik, een samenvatting en de conclusie dat de bodem het vertrekpunt moet zijn voor het landbouwkundig gebruik.

V

eeteeltVlees nam u de afgelopen maanden mee in het oplopende spanningsveld tussen dierlijk en plantaardig eiwit. Vlees eten is voor (jonge) mensen niet meer vanzelfsprekend en de vraag naar plantaardige alternatieven voor melk zit in de lift. Wat is er aan de hand? Wie de vier artikelen van Vegan versus vee heeft gelezen kreeg een beeld van wat de aanleiding was voor dit oplopende spanningsveld (deel 1). Grote thema’s als de impact van veehouderij op het klimaat en de impact van dierlijk eiwit op de volksgezondheid kwamen aan bod in deel 2 en 3. Het meest recente artikel uit de reeks liet zien hoe vlees- en zuivelverwerkers omgaan met de veranderingen in het eetpatroon van consumenten. Behoorlijk divers, zo bleek. Zeker in de zuivelwereld ligt de verschuiving van dierlijk naar plantaardig eiwit gevoelig.

Bodem als uitgangspunt

GROENTE EN FRUIT

18

Het laatste deel van de artikelenreeks vat samen en trekt conclusies. Belangrijk in deel 1 was de boodschap dat met name de westerse consument in de loop der jaren steeds meer dierlijk eiwit is gaan nuttigen. De natuurlijke balans tussen dierlijk en plantaardig eiwit is zoek. Kort na de oorlog lag die balans op fiftyfifty, maar met

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_Vegan Versus Vlees.indd 18

19-05-20 10:39


de toenemende welvaart is inmiddels zestig procent van het genuttigde eiwit van dierlijke oorsprong. ‘De vraag naar dierlijke producten is leidend geworden in ons voedselsysteem. Zo werkt de markt. Ecologisch gezien zou het omgekeerd moeten zijn, ecologisch gezien zou het dier dienstbaar moeten zijn aan de bodem’, zegt Kees van Zelderen, portefeuillehouder klimaat en duurzame energie voor LTO. De mineralen (mest) van dieren komen in een goed functionerende (kringloop)landbouw ten goede aan de bodem. ‘Uit dat oogpunt is het dier onmisbaar voor de mens. Ik ken wel teelten waar de mest van dieren ontbreekt, maar dat zijn uitzonderingen. Mineralen uit mest hebben een functie en kunnen de inzet van kunstmest terugbrengen’, zegt Van Zelderen. Hij noemt de bodem niet voor niets een gamechanger in het spanningsveld tussen dierlijk en plantaardig eiwit. De bodem moet volgens hem het uitgangspunt zijn bij de gewaskeuze van een landbouwperceel. Grond die geschikt is voor akkerbouw zou in de optimale situatie inzetbaar moeten zijn voor de teelt van voedsel voor mensen. Op landbouwgrond waar dat niet lukt vanwege draagkracht, bodemstructuur of klimaat is permanent grasland een goed alternatief. Veehouderij is op die plekken een logische activiteit. Als veehouderij en akkerbouw elkaar volgens deze uitgangspunten afwisselen, ontstaat er een meer natuurlijk evenwicht bij de productie van dierlijk en plantaardig eiwit.

bouw van woningen, bedrijven en wegen. Stel dat op langere termijn nog 1,6 miljoen hectare bruikbaar is voor landbouw. Daarvan is ruim 400.000 hectare veenweidegrond en circa 150.000 hectare zware klei. In die regio’s horen melkkoeien, omdat je er niet veel anders kunt dan gras telen. Alle andere grond, circa één miljoen hectare, is in potentie te gebruiken voor akker- en tuinbouw’, zegt Van der Schans. Uitgaande van een bouwplan in de akkerbouw dat voor een kwart bestaat uit ‘rustgewassen’ als graan of gras is er maximaal 850.000 hectare grasland beschikbaar voor melkvee. ‘Bij een veebezetting van twee grootvee-eenheden per hectare hou je circa anderhalf miljoen melkkoeien en krimpt de Nederlandse melkveehouderij nauwelijks.’ Van der Schans erkent wel dat de totale veehouderij – dus inclusief varkens en pluimvee – de beschikbare milieuruimte in Nederland overschrijdt. ‘We exporteren

Nationaal bouwplan Dat evenwicht is van belang omdat een overmatige consumptie van dierlijk eiwit ongezond is (deel 3) en niet duurzaam (deel 2). Uitstoot van methaan door de koe is evident, al blinken de koeien in Nederland en Vlaanderen wel uit in een lage methaanemissie per kilogram melk of vlees. En zeker, de veehouderij kan de maatschappij een waardevolle dienst leveren door te sturen op minder methaanuitstoot per koe. Maar de impact van dieren op de leefomgeving stopt niet bij methaan. Fosfaat, stikstof en biodiversiteit leggen ook een plafond in de omvang van de veestapel. Frits van der Schans, adviseur bij Centrum Landbouw en Milieu, ziet als oplossing een min of meer nationaal bouwplan voor zich: ‘In Nederland beschikken we over 1,7 miljoen hectare landbouwgrond. Daar gaat de komende decennia nog wat vanaf voor de

VLEES, VIS EN ZUIVEL

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_Vegan Versus Vlees.indd 19

19

19-05-20 10:39


SERIE VEGAN VERSUS VEE

Samenvatting deel 1 – Het eetpatroon van consumenten verandert: meer plantaardig en minder dierlijk eiwit. – Consumenten hebben geen aversie tegen dierlijk eiwit, maar hechten wel aan aspecten als gezondheid en klimaat. – In een duurzaam dieet wordt een derde van de eiwitbehoefte ingevuld met dierlijk eiwit.

heel veel dierlijke producten en blijven met te veel mest zitten. Plantaardige en dierlijke productie zijn nu niet in balans.’

Niet zwart-wit Het spanningsveld tussen dierlijk en plantaardig eiwit is niet zwart-wit. Het is niet een kwestie van het één is goed, het ander is verkeerd. Deel 3 leerde dat dierlijk eiwit in ontwikkelingslanden dankzij de hoge voedingswaarde gecorreleerd is aan lagere sterftecijfers. Er bestaan in de wereld grote groepen mensen die het ontbreekt aan dierlijk eiwit. In onze omgeving is het eerder omgekeerd. In de kern gaat het om het (her)vinden van balans. Op de eerste plaats door een gezond evenwicht van dierlijke en plantaardige producten in ons eetpatroon. Landbouwminister Carola Schouten heeft dat doel ook voor ogen in haar Nationale Eiwitstrategie: ‘We streven naar een goede en gezonde balans in de verhouding van dierlijke en plantaardige eiwitten in het eetpatroon van de consument, zonder de keuzevrijheid van de burger te beperken’, zei ze augustus vorig jaar. Dat betekent niet per definitie dat de productie van dierlijk eiwit in Nederland of Vlaanderen moet krimpen. ‘Juist als je de wereld duurzaam wilt voeden, is het logisch om producten daar te produceren waar dat goed lukt. De Nederlandse delta is bij uitstek een gebied voor zuivelproductie. Dat blijft zo, ook als Nederlanders minder zuivel willen eten’, stelt Sijne van der Beek, onderzoeker bij CRV. Hij vindt dat economische belangen bovendien nog te weinig ruimte krijgen in het debat. ‘Wereldwijd gezien groeit de vraag naar dierlijk eiwit. Of het nu gaat om rundvlees, babymelkpoeder of voeding voor ouderen, er blijft veel vraag naar vlees en zuivel.’

Kringlooplandbouw Herstel van een balans betekent wel dat de productie van plantaardige eiwitten (mondiaal) harder moet groei-

Samenvatting deel 2 – De landbouw is wereldwijd voor 25 procent verantwoordelijk voor de broeikasgasemissie, 14 procent komt voor rekening van de veehouderij. – Runderen stoten vooral methaan uit. Methaan circuleert in een kringloop. – Veehouders kunnen een dienst leveren aan het klimaat door de uitstoot van methaan te reduceren via voeding of fokkerij.

20

en. Voor de dierhouderij ligt er een opdracht om meer werk te maken van kringlooplandbouw, en als het kan in een zo klein mogelijke regio. Wageningen University & Research heeft uitvoerig studie gemaakt van zo’n landbouwsysteem. Directeur Martin Scholten legt uit dat veehouderij een belangrijke rol speelt in een systeem van kringlooplandbouw. Die rol van het dier is drieledig: het verwerkt voor de mens onbruikbare reststromen, het levert via mest waardevolle mineralen voor de bodem en het maakt voor mensen hoogwaardige voeding in een uitgebalanceerd dieet. Scholten voegt er graag nog een vierde aspect aan toe: kleuring en onderhoud van het landschap. Boeren zouden voor die maatschappelijke dienst (beter) beloond moeten worden.

Grote opgave met mest In de kern gaat het bij kringlooplandbouw om een ander gebruik van grondstoffen. Scholten: ‘Ten eerste door meer reststromen te gebruiken als diervoeder en minder veevoer te importeren dat ook bruikbaar was geweest als humane voeding. In de grondgebonden veehouderij speelt dat minder dan in de intensieve sector’, erkent Scholten. Reststromen als bierbostel, perspulp en aardappelpersvezel worden door koeien al omgezet in melk of vlees. Waar nog een wereld te winnen valt, is met de mest. Om minder afhankelijk te zijn van het in ongenade gevallen kunstmest – want ongunstig voor het klimaat – zou de kwaliteit en benutting van dierlijke mest fors moeten verbeteren. ‘Met drijfmest komen mineralen niet op de beste manier beschikbaar voor het gewas. De verliezen zijn nog te groot, daar ligt een grote opgave voor de veehouderij’, benadrukt Scholten. Het scheiden van urine en vaste fractie moet leiden tot een betere kwaliteit van mest. Scholten: ‘Nu is mest een kosten-

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_Vegan Versus Vlees.indd 20

19-05-20 10:39


Samenvatting deel 3 – De Gezondheidsraad adviseert om dierlijk eiwit voor een deel door plantaardig eiwit te vervangen. – Te veel verzadigd vet uit dierlijke producten verhoogt de kans op hart- en vaatziekten. – Zuivel bevat veel goede voedingsstoffen, balans houden in de voeding is belangrijk.

tekens geplaatst en bij die van de veehouderij wel.’ De belangrijkste conclusie uit de complete serie Vegan versus vee – en zeker in deel 1 – is dat plantaardig en dierlijk eiwit niet tegenover elkaar staan, maar naast elkaar. Van der Schans beaamt dat: ‘Het is geen kwestie van dierlijk eiwit óf plantaardig eiwit, dierlijk eiwit en plantaardig eiwit horen bij elkaar, maar wel in een gezonde balans. In de westerse samenleving eten we twintig, dertig procent te veel energie en eiwit per dag, meestal door een overmaat aan dierlijke producten. Dat is niet gezond voor mens en milieu, we zijn de natuurlijke balans kwijtgeraakt.’

De beste plek om vee te houden post, terwijl het in wezen een belangrijke grondstof is.’ Per saldo laten we nog te veel reststromen uit ons voedselsysteem onbenut om vee te voeden. Omgekeerd zou je kunnen stellen dat er te veel dieren zijn voor de beschikbare hoeveelheid gangbare reststromen. Maar Scholten ergerde zich de afgelopen winter aan de polarisatie in de discussie over dieraantallen: ‘Het draait niet per se om het reduceren van dieraantallen. Dat leidt eerder af van waar het werkelijk om draait: die omslag naar kringlooplandbouw, naar een andere basis van veehouderij. Want doorgaan op de huidige voet is ook geen optie.’

Eiwitdiversificatie in Vlaanderen In Vlaanderen speelt het spanningsveld tussen dierlijk en plantaardig eiwit evenzeer. De toegenomen vraag naar plantaardige producten is voor het ILVO aanleiding om bijvoorbeeld onderzoek te doen naar de teelt van soja als vleesvervanger. Maar ook in Vlaanderen gaat het om balans hervinden, weet Joris Relaes, directeur bij het ILVO. ‘Wij spreken van eiwitdiversificatie. Er speelt een trend om meer plantaardig eiwit van eigen bodem te gebruiken. Maar we kunnen hier ook heel efficiënt melk produceren. Waarom zou je dat dan reduceren? Logischer is het om inspanningen voor het klimaat te richten op de minst efficiënte regio’s.’ Als (meer) export daarvan het gevolg is, dan is daar niets mis mee, mits het gebeurt binnen milieugrenzen. Want milieudruk zal er altijd blijven, stelt Relaes, die eerder in VeeteeltVlees al spitsvondig stelde dat kritiek op export selectief is: ‘De chemische industrie in Antwerpen importeert olie uit het Nabije Oosten, maakt daar plastic korrels van en die korrels worden weer voor honderd procent geëxporteerd. Je kunt je afvragen hoe duurzaam dat is. Toch worden bij de export van de chemische industrie nooit vraag-

De hamvraag die ertoe doet voor de Nederlandse en Vlaamse melk- en vleesveehouders is deze: als het dier een rol heeft en houdt in onze voedselketen, op welke plek ligt de productie dan het meest voor de hand? Zo veel mogelijk in de regio waar de klant de producten consumeert (regionalisering) of zo veel mogelijk in de regio waar de omstandigheden voor productie het gunstigst zijn? Het antwoord is even saai als waar: de waarheid ligt in het midden. Ja, als landbouw wil je de aarde leefbaar doorgeven aan een volgende generatie, dat betekent dat er grenzen zijn aan het belasten van de leefomgeving. Kortom: er blijft ruimte voor grondgebonden bedrijven die weinig of geen grondstoffen uit tropische oorden gebruiken, die melk en vlees maken uit reststromen en gras. De omstandigheden daarvoor zijn zeer gunstig in Nederland en Vlaanderen. ‘Dan is het evident dat we hier meer produceren dan consumeren. Als dat binnen de milieugrenzen lukt, is daar niets op tegen’, stelt Joris Relaes. ‘Er is ook niemand die andere sectoren vraagt om vermindering van productie. Maar de veehouderij zit wel op de rand van de hoeveelheid dieren die ze binnen de milieuruimte kan houden.’ l

Samenvatting deel 4 – De opmars van alternatieven voor zuivel en vlees is een structurele trend. – De stijgende vraag naar vleesvervangers zet voorlopig door, het marktaandeel is wel nog bescheiden (4,5%). – Voor echt vlees kan de trend van clean label (het beperken van toevoegingen) een opsteker zijn.

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_Vegan Versus Vlees.indd 21

21

19-05-20 10:40


VOERWIJZER

Aan de hand van praktijkcases schrijven verschillende voeradviseurs van Aveve (B.) en Agrifirm (Nl.) over rantsoenberekeningen in de vleesveehouderij. Deze editie beschrijft Anne Vandelannoote van Aveve het voeren van aardappelen.

Voerkosten verlagen

met aardappelen D

e impasse in de aardappelsector zorgt voor een groot aanbod van verse aardappelen op de veevoedermarkt. Als vleesveehouder kan je nu de vraag stellen of dit product nuttig is voor de behoefte van het dier, praktisch te vervoederen is en economisch een meerwaarde kan bieden in het rantsoen.

Zetmeelaanbrenger De voederwaarde van aardappelen kent enkele interessante parameters (tabel 1). Het drogestofgehalte van aardappelen nemen we globaal rond 20 procent, maar dit percentage kan zeker in werkelijkheid enkele procenten hoger liggen. Het brengt vooral ener-

22

gie in de rantsoenen en scoort hierbij een zeer hoge vevi-waarde die in de buurt van krachtvoer ligt. Deze energie bestaat voornamelijk uit glucogene energie door het hoge zetmeelgehalte. Van dit zetmeel is circa 30 procent bestendig zetmeel. De aardappelen hebben wel een relatief eiwittekort en vragen dus langs die kant voldoende bijsturing in het rantsoen. De aardappelen brengen snelheid in de vertering en zijn smakelijk voor de runderen. Aardappelen kunnen op deze manier dus zeker bijdragen aan de technische prestaties van het dier. Vooral door de sterke energieconcentratie zijn ze ook tijdens de afmest geschikt voor het stimuleren van een goede dage-

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Voerwijzer2.indd 22

18-05-20 12:19


DE CIJFERS

ds (%)

vem

vevi

ras

re

dve

zet

bzet

20

1097

1197

85

96

59

619

185

Tabel 1 – Gemiddelde voederwaarde van verse aardappelen per kilogram droge stof

Voederwaardeprijs aardappelen Momenteel is de voederwaardeprijs van aardappelen interessant en concurrerend met andere zetmeelaanbrengers (tabel 2). Dit betekent dat de marktprijs van het product lager is dan de waarde

van de hoeveelheid energie en eiwit die het voedermiddel aanbrengt. Op dit moment is het een goedkope manier om extra energie in het rantsoen te brengen en de voerkosten te verlagen.

maiskuil mais gemalen % ds vevi/ds dve/ds marktprijs euro/ton eurocent/kg vevi eurocent/kg dve voederwaardeprijs euro/ton marktprijs/voederwaardeprijs (%)

35 1025 52 45 17,73 3,57 75 60

gerst gemalen aardappelen

88 1188 80 220 20,55 5,49 229 96

88 1059 83 192 18,32 5,69 211 91

20 1197 59 30 20,71 4,05 50 61

Tabel 2 – Voederwaardeprijsvergelijking op basis van energie en eiwittoeslagprijzen van 5 mei 2020: 17,3 eurocent/kg vevi en 68,6 eurocent/kg dve

Vertering van zetmeel

Aardappelen zijn smakelijk en brengen glucogene energie aan

Zetmelen zijn zeer goed verteerbaar, ze worden in de vorm van bestendig en onbestendig zetmeel aangeboden. Onbestendig zetmeel is een belangrijke glucogene energiebron voor de zetmeelsplitsende pensbacteriën en wordt op die manier omgezet tot voornamelijk propionzuur. Bestendig zetmeel levert een meer directe bron van glucose door de enzymatische afbraak op darmniveau. Er is wel een verschil in omzetbaarheid per zetmeelbron. Zo zijn de zetmelen van aardappelen moeilijker omzettbaar dan de zetmelen van gema-

len tarwe. Hoe moeilijker omzetbaar het zetmeel, hoe langzamer de vorming van vluchtige vetzuren in de pens. Van dergelijk zetmeel kan dus een grotere hoeveelheid worden verstrekt voordat er pensverzuring ontstaat. Zetmeel heeft een belangrijke functie in het stimuleren van de penspapillen via propionzuurvorming. Bij een hoog aanbod verteerbaar zetmeel zal het zetmeel omgezet worden in extra lichaamsvet en levert het op die manier een bijdrage in de vetbedekking tijdens de afmestfase.

lijkse groei en voeromzet en dragen ze bij aan een hogere vetbedekking bij slachtvee.

ophalen bij de aardappelteler? Zorg dat de veestapel de hoeveelheden efficiënt kan verwerken.

Efficiënt en veilig verstrekken

Afmeststieren of zoogkoeien

De aardappelen moeten vrij van stenen en grondkluiten zijn om geen verhoging van het as-gehalte in het rantsoen te hebben. De manier van uitschuren, al of niet gewassen, en de bewaartijd bij de veehouder zelf spelen hier een rol in. Gewassen aardappelen zijn maximum 14 dagen houdbaar, ongewassen is dat iets langer, maar ook te hoge omgevingstemperaturen spelen een negatieve rol. Volle vracht ontvangen of kleine hoeveelheden zelf

Om selectie en verstikking in te grote aardappelen te vermijden dienen ze versneden te worden. Tijdens de groeifase van stieren kunnen aardappelen beperkt ingezet worden aan maximaal 1 kg droge stof per dier. In de afmestfase kunnen ze ruimer ingezet worden afhankelijk van de overige voeders in het rantsoen aan 1-2 kg droge stof per dier per dag. Ook bestaat de mogelijkheid om de zoogkoeien die op een grasrijk rantsoen staan, beperkt aardappelen bij te voeren aan 0,5 kg droge stof per dag.

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Voerwijzer2.indd 23

23

18-05-20 12:20


SPECIAL CORONACRISIS DEEL 2

De corona-challenge in de vleesveewereld

Hoe beleeft de vleesveehouderij in het buitenland de coronacrisis? De redactie peilde telefonisch naar het sentiment en de gevolgen van de lockdownmaatregelen bij twee Nederlandse emigranten: blondefokker Peter Thissen in Frankrijk en veehandelaar Wim Anker in Canada. TEKST GUY NANTIER

24

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_corona.indd 24

18-05-20 12:20


De corona-challenge in Frankrijk ‘Corona? Dat hebben wij hier niet. Grapje.’ Peter Thissen klinkt heel opgewekt aan de telefoon. De Nederlander is in de vorige eeuw samen met zijn partner Ton Hartman geëmigreerd naar het zuiden van Frankrijk. Ze hebben er een blonde d’Aquitainefokbedrijf opgestart en behoren nu al een aantal jaren tot de elitefokkers van het ras. ‘Wij wonen hier in Courrensan echt geïsoleerd. Ton komt het erf niet af. En ik ga bedrijfsmatig maar zelden de weg op. Wij lopen dus geen risico.’ De regel in Frankrijk is dat je tijdens de algehele lockdown maximaal één uur van huis mag zijn. Bedrijfsmatig mag het wel langer, mits het voorleggen van een document dat je van het internet moet downloaden en zelf moet invullen. ‘Ik heb toevallig eens drie papiertjes nodig gehad op eenzelfde dag. Compleet idioot natuurlijk, want het zegt helemaal niets.’ APRIL ’20

Afzet slachtvee een drama Het grootste probleem dat Peter en Ton ervaren tijdens deze coronacrisis in Frankrijk is de slabakkende afzetmarkt van het slachtvee. ‘Wij hadden één koe klaarstaan’, vertelt Peter. ‘Zij is blijven staan. Omdat ze drachtig bleek, hebben we besloten haar een jaar extra aan te houden. Voor ons op zich geen drama. Voor veehouders die bijvoorbeeld tien dieren klaar hadden staan, is het wél een drama.’ De vleesprijzen in Frankrijk zijn ook helemaal weggezakt omdat de consumptie buitenshuis, bij scholen, restaurants, hotels et cetera, is weggevallen. Ook de export naar landen zoals Italië ligt vrijwel stil. ‘De vleesconsumptie thuis is in het algemeen wel aangetrokken, maar dat compenseert het verlies hoegenaamd niet. De verkoop van vlees op de boerderij loopt ook

archiefbeeld

21

Peter Thissen is samen met partner Ton een gepassioneerd deelnemer aan shows

niet zo’n vaart zoals in Vlaanderen of Nederland. De bevolkingsdichtheid is hier immers van een andere orde, veel lager.’

keuring tijdens het landbouwsalon SIA gehad te Parijs.’

Zomer zonder keuringen

Hoe ziet hij de toekomst tegemoet? ‘Ik heb daar wel enige zorg bij’, geeft Peter aan. ‘Vóór de crisis was de vleesveehouderij al niet florissant en zagen we in het stamboek veel veehouders afhaken. Die komen morgen niet terug.’ Peter vervolgt: ‘Iedereen heeft nu de mond vol van een andere, nieuwe organisatie van onze samenleving en van de voedselproductie na de coronacrisis. Dat zal nog moeten blijken. Want na de coronacrisis volgt wellicht een economische crisis. De terugval in oud gedrag is niet ondenkbaar. We kunnen alleen maar hopen op betere tijden, maar het zal nog wel even duren, verwacht ik.’

Ton en Peter zijn gepassioneerde deelnemers aan shows en keuringen. In België is bekend geraakt dat de grote nationale keuringen tijdens de landbouwbeurs van Libramont niet zullen plaatsvinden. Hoe hangt de vlag erbij in Frankrijk? ‘De vlag hangt meer dan ze mooi wappert’, grapt Peter. ‘Tot 15 juli is alles zeker afgelast. In mei beslist het blondestamboek of de nationale keuring eind augustus te Loudenvielle zal doorgaan. Maar ik denk eerlijk gezegd dat we een zomer zullen ingaan zonder keuringen. Gelukkig hebben we nét voor de coronacrisis nog de elite-

Terugval in oud gedrag

Peter Thissen, vleesveehouder in Frankrijk: ‘De verkoop van vlees op de boerderij loopt niet zo’n vaart zoals in Vlaanderen of Nederland. De bevolkingsdichtheid is hier van een andere orde’

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_corona.indd 25

25

18-05-20 12:21


SPECIAL CORONACRISIS DEEL 2

De corona-challenge in Canada Fort Macleod, Alberta, Canada. 18.00 uur lokale tijd. Temperatuur overdag 18 °C. De voorjaarswerkzaamheden op het veld zijn door de weersomslag eindelijk gestart na acht maanden van ongebruikelijk veel sneeuw, maar anderzijds geen heel lage vriestemperaturen. ‘Ik wil het niet erger maken dan het is, maar de situatie hier in Canada is vanwege de coronacrisis verre van rooskleurig. De marktwerking voor vleesvee is bijna onbestaand. We weten niet waar het ons naartoe zal leiden.’ Aan de telefoon is Wim Anker, aankoper voor Alberta Prime Beef van vleesvee bij rangers (koe-kalfbedrijven) voor backgroundings (opfokbedrijven) en voor feedlots (afmestbedrijven). In de backgroundings wordt het jongvee van 500 pounds (225 kg) naar 900 pounds (400 kg) gebracht. In de feedlots groeien de dieren van 900 pounds (400 kg) naar 1500 pounds (675 kg). APRIL ’20

Handel exportmarkten ligt stil Alberta Prime Beef koopt en verkoopt op jaarbasis 120.000 tot 150.000 runderen. Daarnaast heeft het bedrijf 8000 dieren in eigendom die bij diverse feedlots weggezet zijn tegen voerkosten. ‘De vleesveehouderij hier in Canada is heel exportgericht met bestemming de Verenigde Staten en Azië. Kwantiteit primeert. Maar de vraag is door de wereldwijde coronacrisis véél minder.’ Een tweede probleem waarmee de Canadese vleesveehouderij tijdens deze coronacrisis wordt geconfronteerd, zijn de slachterijen die ofwel dicht zijn ofwel op halve kracht draaien. ‘Hier in Alberta hebben we twee heel grote slachterijen: Cargill en JBS’, vertelt de aankoper. ‘Cargill, dat zo’n 4500 dieren slacht per dag, is dicht vanwege een corona-uitbraak onder het personeel. JBS slacht ook zo’n 4500 dieren per dag, maar nu nog slechts 1200 à 1500 per dag. Het is

archiefbeeld

27

Wim Anker heeft vooral telefonisch contact met zijn klanten, de baan op gaan zit er nog niet in

slechts een kwestie van tijd voordat deze slachterij ook dichtgaat. De kleinere slachthuizen werken wel nog door.’

Verlies gigantisch groot In de Verenigde Staten zijn de veeprijzen gekelderd. In Canada? ‘Het slachtvee is nu laaggeprijsd en zal dat wellicht in de toekomst nog wel eventjes blijven’, geeft Wim Anker aan. ‘Tienduizenden stuks slachtvee blijven immers in de feedlots staan en worden nu doorgevoederd. Wanneer dat vlees allemaal op de markt komt, heb je weer een probleem. Bedenk dat we hier in normale tijden al op het scherp van de snee het vee inkopen en verkopen. Het is niet de prijs per stuk, maar het zijn de grote hoeveelheden die hier de winstmarge bepalen.’ Volgens Anker, die nu zo min mogelijk de weg opgaat, maar wel veel telefonisch contact onderhoudt met zijn klanten, wordt er

Wim Anker, aankoper vleesvee in Canada: ‘Het slachtvee is nu laaggeprijsd. Bedenk dat we al in normale tijden het vee inkopen en verkopen op het scherp van de snee’ 26

gerekend met een verlies van zo’n 400 tot 500 dollar bij de 900 pounders. ‘Vermenigvuldig dat met de gigantische hoeveelheden die worden verhandeld en je komt tot reusachtige bedragen. Er wordt gehoopt op een financiële interventie van de overheid, want de situatie is veel beroerder dan tijdens de BSE-crisis in 2002. Toen kon er nog geslacht worden!’ Anker verwacht dat de kalverprijzen in de herfst ook de dieperik zullen ingaan. ‘De koe-kalfbedrijven gaan dan ook in de klappen delen.’ Hij meldt in de marge nog dat uitstootkoeien in de melkveehouderij niet worden opgehaald en dat men in de varkenssector al volop denkt aan het euthanaseren van de biggen.

Klein versus groot De lockdownmaatregelen in Canada zijn vergelijkbaar met deze in Europa. Het bedrijfsleven ligt nagenoeg stil. Veel mensen worden ontslagen. ‘Dat gaat hier in Canada veel gemakkelijker dan in bijvoorbeeld Nederland.’ De supermarkten zijn wel open. De detailhandel is gesloten, met uitzondering van de voedingszaken. Wim Anker, die een slagersopleiding heeft genoten en in de buurt van Rotterdam twee slagerswinkels had, is in Alberta ook eigenaar van een slagerswinkel. Die baat hij samen met zijn zoon uit en draait op volle toeren. Zij verzetten zo’n vijf tot zes karkassen per week in de winkel. ‘De Canadese consumenten hebben nu opnieuw oog voor het kwaliteitsvlees van bij de slager in plaats van het bulkvlees uit de supermarkt. Dat is zowat het enige lichtpuntje in deze crisis.’ l

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_corona.indd 26

18-05-20 12:22


UIT DE DIERENARTSPRAKTIJK PIET DE MEUTER Aan de hand van voorbeelden uit hun dagelijkse praktijk schrijven drie dierenartsen over diergezondheid in de vleesveehouderij. Om en om beschrijven Anthony De Schryver, René Bemers, Piet De Meuter en Hans Van Loo maandelijks vastgestelde ziektebeelden, uitgevoerde behandelingen en/of mogelijke preventiemaatregelen.

Potato dermatitis

door het voeren van aardappelen naam aandoening potato dermatitis of aardappeldermatitis verschijnselen dermatitis of huidontsteking aan de poten, roodheid, letsels aan de kroonranden oorzaak komt voor bij dieren die gevoerd worden met aardappelen of een afgeleide hiervan behandeling stoppen met voeren van aardappelen

Een veehouder die zelf regelmatig dieren aankoopt, had tijdens een keizersnede terloops verteld dat hij een aantal dieren had lopen met een zware schurftinfectie. Hij had de dieren zelf al een anti-schurftmiddel gegeven. Een aantal dagen later zag hij dat het middel niet zo goed leek te werken en de infectie niet duidelijk verbeterde. Hij vroeg mij om raad en wilde graag dat ik de dieren onderzocht. Een van de dieren had een zwaar ontstoken poot met daarbij ook diepe kloven waar etter uit de wonden kwam. Maar ook bij de overige dieren van deze groep mestvee waren ontstekingen ter hoogte van de poten en gelijkaardige letsels te zien. Bij het nader bestuderen van de huidletsels op de achterpoten kwam toevallig ter sprake dat de veehouder onlangs was begonnen met het voeren van aardappelen. De veehouder had de aardappelen vrij goedkoop ingekocht en was dat enkele weken terug beginnen voeren aan zijn dieren. Het deed bij mij een belletje rinkelen: het kon in dit geval om potato dermatitis gaan, een huidontsteking die in verband wordt gebracht met het voeren van aardappelen.

Ik adviseerde de veehouder om meteen te stoppen met het voeren van de aardappelen. En vrij snel was het probleem weer opgelost en verdwenen de letsels spontaan. Er is niet zoveel bekend over wat het mechanisme is van potato dermatitis. De aandoening lijkt een soort allergische reactie die leidt tot ontsteking van de huid en die soms zelfs etterige huidontsteking veroorzaakt. Een typisch ziektebeeld zijn opvallende huidletsels ter hoogte van de kroonrand, de bovenrand van de klauw. Bij potato dermatitis is sprake van roodheid ter hoogte van de kroonrand en in extreme gevallen kan de klauw aan de basis ook loslaten (exungulatie). Potato dermatitis komt alleen voor op veebedrijven die aardappelen of aardappelproducten voeren. Het mechanisme van de infectie is nog niet voldoende wetenschappelijk onderzocht. Het wegnemen van de aardappelproducten uit het rantsoen van de dieren is vaak al voldoende om de problemen op te lossen. Ook op dit bedrijf was het probleem vanzelf opgelost nadat de aardappelproducten uit het rantsoen zijn geweerd.

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_DAP.indd 27

27

18-05-20 13:32


INTERVIEW ROALD VAN NOORT EN ANGUS HASLETT

Roald van Noort: ‘CRV is echt een bedrijf met een langetermijnvisie’

Angus Haslett

volgt Roald van Noort op Voor het eerst in haar geschiedenis heeft CRV een Engelstalige directievoorzitter. De Nieuw-Zeelander Angus Haslett volgt Roald van Noort op als CEO. Onder Van Noorts leiding internationaliseerde CRV verder en was er sterke inzet op de ontwikkeling van de data-afdeling. TEKST JAAP VAN DER KNAAP

N

ee, ideaal is de start voor de nieuwe directievoorzitter van CRV niet. Door de coronamaatregelen heeft Angus Haslett de verhuizing, samen met zijn vrouw Deborah, van Nieuw-Zeeland naar Nederland dit voorjaar moeten uitstellen. Daardoor vinden al zijn overleggen noodgedwongen telefonisch of digitaal achter de laptop plaats. ‘Het enige voordeel is dat je op deze manier met iedereen op dezelfde manier communiceert. Ik overleg zo meteen met Nederlandse collega’s en over een uur op dezelfde manier met medewerkers uit Brazilië en de Verenigde Staten’, zo vertelt Angus Haslett in een videogesprek. De 58-jarige Angus Haslett werkt al sinds 2009 als manager-directeur voor CRV in Nieuw- Zeeland. De laatste jaren viel ook CRV’s businessunit in de Verenigde Staten onder zijn verantwoordelijkheid. Sinds 1 mei is hij officieel de nieuwe algemeen directeur (CEO) van CRV. Hij

28

neemt daarmee het stokje over van Roald van Noort, die na 12,5 jaar afscheid neemt van de organisatie.

Inzet op data Voor het eerst heeft de veeverbeteringscoöperatie een niet-Nederlandstalige directievoorzitter, die bovendien afkomstig is uit eigen gelederen. ‘Het is heel sterk als er bij een bedrijf iemand uit het bestaande team capabel is om de hoogste positie in te nemen’, zo stelt Roald van Noort. Dat hij afscheid neemt op zestigjarige leeftijd heeft twee redenen, zo geeft hij aan. ‘Ik wil meer tijd met mijn gezin doorbrengen en aan mijn hobby’s besteden. Ik ben nu nog topfit en er is meer dan werken alleen. Daarnaast ben ik meer dan tien jaar CEO geweest van CRV. Dat is voor een organisatie best lang en het is goed dat er weer anderen zijn die met een frisse kijk op de organisatie het stokje willen overnemen.’

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-InterviewVNoortHaslett.indd 28

19-05-20 10:22


functie per 1 mei CEO van CRV leeftijd 58 burgerlijke stand getrouwd met Deborah en samen twee kinderen opleiding Massey Universiteit in Nieuw Zeeland vorige functies manager-directeur CRV Ambreed, directeur Emacautomatiseringssystemen, verschillende functies bij bedrijven in de verpakkingsindustrie, verschillende functies bij Nufarmgewasverzorgingsmiddelen

Angus Haslett: ‘CRV staat erom bekend te investeren in innovatie’ Van Noort is er de man niet naar om veel terug te blikken, maar onder zijn leiding is de coöperatie zich breder gaan profileren door naast fokkerij en spermaverkoop ook volop in te zetten op data. ‘Dataverkeer en genomic selection zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden’, aldus Van Noort. ‘Maar met goed ontsluiten en verwerken van data kun je boeren ook verder helpen. Denk aan betere diergezondheid- en vruchtbaarheidsoplossingen.’ Ook werd CRV afgelopen periode een steeds sterker opererende internationale organisatie dankzij een steviger marktaandeel van de vestigingen in de Verenigde Staten, Brazilië, Tsjechië, Spanje en Nieuw-Zeeland. Voor Van Noort is het dan ook niet vreemd dat juist iemand uit Nieuw-Zeeland de nieuwe CEO wordt. ‘De Nederlandse en Vlaamse veehouders houden één koe voor de thuismarkt, één koe voor Europa en één koe voor de wereldmarkt. Wat we hier produceren, heeft daardoor volop invloed op de internationale markt. Daar zal Angus met zijn internationale ervaring goed op kunnen inspelen.’

CRV heeft een langetermijnvisie Van Noort benadrukt dat de ontwikkelingen van CRV de afgelopen jaren mede te danken zijn aan een sterk team van medewerkers alsook de raad van commissarissen (RvC). ‘De RvC heeft me altijd scherp gehouden, hield de rug recht wanneer er moeilijke beslissingen werden genomen.’ Hij prijst het feit dat CRV een echte coöperatie is. ‘Het mooie van CRV is dat er een langetermijnvisie is. Dat geeft je als directie ruimte om plannen te ontwikkelen en daadwerkelijk uit te voeren om het bedrijf en de leden-veehouders verder te helpen.’ Dat het afscheid door het COVID-19-virus minder feestelijk verloopt, is volgens Van Noort niet anders. ‘Voor mij is het nu minder moeilijk dan voor Angus. Hij kan niet verhuizen en ziet zijn collega’s nu vooral via beeldschermen. Maar ik ben ervan overtuigd dat hij zal slagen als CEO.’ Angus Haslett blijft nuchter onder de woorden van Roald van Noort. ‘CRV heeft een fantastisch verleden, daar heeft Roald de laatste jaren aan bijgedragen. CRV behoort bij de grootste ki-organisaties in de wereld en

staat erom bekend volop te investeren in onderzoek en nieuwe technieken’, aldus Haslett. ‘De afgelopen tien jaar is CRV leidend geweest in het verzamelen van data en het bewerken ervan tot praktische toepassingen voor veehouders. Deze koers zullen we blijven vasthouden, we moeten slim nadenken over hoe we onze producten ook wereldwijd van toegevoegde waarde kunnen laten zijn.’

Thuismarkt blijft belangrijk Met die blik naar de toekomst kan het handig zijn dat de nieuwe CEO niet afkomstig is uit Vlaanderen of Nederland. ‘Ik zal proberen de verbinding tussen de bedrijven van CRV wereldwijd hechter te maken, maar natuurlijk blijft de thuismarkt belangrijk’, zo vertelt Haslett. Hij is al de Nederlandse taal aan het leren, maar geeft aan dat er binnen CRV veel specialisten zijn waar hij vol op vertrouwt. ‘Ik hoef niet tot in detail alles te weten over de laatste eiwitmaatregel van de minister, maar wil wel op de hoogte zijn van de gevolgen voor de veehouders en daarmee uiteindelijk ook voor CRV.’ Dat CRV een coöperatie is en dat hij verantwoording moet afleggen aan de leden, is voor Haslett niet nieuw. ‘Bijna de hele agrarische sector in Nieuw-Zeeland bestaat uit coöperaties. Progressieve coöperaties, die opereren vanuit de gedachte wat er nodig is voor de lange termijn en die verder kijken dan de eigen markt, zijn sterke organisaties, die wereldwijd opereren.’ Uitdagingen zijn er volgens hem nog genoeg. ‘Duurzaamheid, diergezondheid en een rendabele bedrijfsvoering, het zijn onderwerpen waar we als sector en ook als CRV aan zullen bijdragen.’ Ook in de vleesveewereld heeft CRV een sterke uitgangspositie. ‘We hebben uitstekende fokprogramma’s voor vleesrassen in verschillende werelddelen. Met stieren voor de gebruikskruising hebben we een prachtig product waar veel vraag naar is.’ Vol vertrouwen besluit Haslett: ‘Er zal altijd vraag blijven naar kwaliteitsvoedsel dat volgens de hoogste normen is geproduceerd. Daar willen wij de veehouders wereldwijd bij helpen met onze genetica, diensten en producten.’ l

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-InterviewVNoortHaslett.indd 29

29

19-05-20 10:22


INFOGRAPHIC

Aandeel bio in de veeteelt De maand mei is traditioneel de biomaand. ‘De biolandbouw groeit door’, ‘gestage groei voor biolandbouw’, ‘de toekomst is aan de biolandbouw’. Het zijn maar drie van talloze headliners over bio de afgelopen jaren. Maar wat klopt hiervan in de veeteelt en in het bijzonder in de vleesveehouderij? Een samenvoeging van cijfers van de statistiekbureaus Eurostat, CBS en Statbel. TEKST GUY NANTIER

O

p Europees niveau kende de biolandbouw een gestage groei. De oppervlakte aan bioteelten groeide het laatste decennium met circa 500.000 hectare per jaar tot 11,1 miljoen hectare. Het aandeel bio komt hiermee uit op 6,2 procent van alle in productie zijnde landbouwgrond. Ook de biologische veeteelt kende een goede groei. Volgens Eurostat, het Europees statistisch bureau, waren er in 2015 ongeveer 3.709.233 biorunderen (2005: 1.515.877). Hiervan waren 869.142 stuks melkvee. De biovleesvarkensstapel telde 978.559 stuks (2005: 498.356), de vleesschapen 4.495.075 stuks (2005: 2.970.096), de biokippen 31.667.375 stuks (2005: 5.820.947) waarvan 13.856.636 leghennen.

Vooral Oostbloklanden groeien Voor zowel de akkerbouw, de groenteteelt als de veeteelt is de progressie in Europa vooral toe te schrijven aan de voormalige Oostbloklanden, die toegetreden zijn tot de gemeenschappelijke markt vanaf 2004. Op zich is dit niet verwonderlijk. In het buitenland profiteren biologische boeren van lage grondprijzen. De hoge land- en pachtprijzen maken het in België en Nederland voor boeren lastig om over te schakelen van gangbaar naar bio. De teelt van biovoer is immers geen evidentie. Ook is de hectarevergoeding binnen het Gemeenschappelijk landbouwbeleid lager dan bij hun Europese collega’s. De hogere prijs voor hun biologische producten

30

weegt vaak ook niet op tegen de lagere opbrengst die ermee gepaard gaat.

Biovleesproductie Lage Landen bescheiden De biologische veestapel in Nederland groeide volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in 2018 met 10 procent naar ruim 3,9 miljoen dieren. Van de totale veestapel in Nederland was 3,4 procent biologisch. Het gros van de toename is toe te schrijven aan het aantal biologische geiten, varkens en biologische leghennen. De biologische melkveestapel bleef nagenoeg op hetzelfde niveau. De schapenstapel nam met een derde in omvang af. Het aandeel runderen dat werd ingezet voor de vleesproductie is met minder dan 1 procent zeer bescheiden (zie infographic hiernaast). In 2018 heeft de biologische veeteelt ook in België opgang gemaakt. Het aantal dieren met een biologisch label kende volgens Statbel een stijging van 21,9 procent. Die stijging is te verklaren door een stijging van de Waalse varkensstapel (+28,7%) en de groei van de pluimveesector (+24,1% in Wallonië en +16,2% in Vlaanderen). Het aantal biologische runderen bedroeg in 2018 zo’n 106.049 stuks of 4,4 procent van het totaal aantal runderen. Het vleesvee was in beide landsdelen gedaald, het melkvee gestegen (+6,6% in Vlaanderen en +7,1% in Wallonië). Het aantal runderen bestemd voor de vleesproductie, was met 1,6 procent – net zoals in Nederland – zeer bescheiden (zie infographic). l

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Infographic.indd 30

18-05-20 12:38


Aandeel biologisch dieren voor de vleesproductie in 2018 NEDERLAND

GANGBAAR 419.000 BIO 6.605

GANGBAAR 1.165.276 BIO 8.926

PERCENTAGE BIO

PERCENTAGE BIO

0,8

GANGBAAR 6.209.131 BIO 14.409

GANGBAAR 5.630.909 BIO 48.069

PERCENTAGE BIO

PERCENTAGE BIO

GANGBAAR 32.326.699 BIO 3.269.147

GANGBAAR 48.971.084 BIO 93.263

PERCENTAGE BIO

PERCENTAGE BIO

GANGBAAR 170.363 BIO 10.506

GANGBAAR 870.000 BIO 4.911

PERCENTAGE BIO

PERCENTAGE BIO

VLEESSCHAPEN

VLEESVARKENS

1,6

VLEESKIPPEN

SLACHTRUNDEREN

BELGIË

0,2

10,1

6,2

0,9

0,2

0,6

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Infographic.indd 31

31

18-05-20 12:39


VOERWIJZER

Aan de hand van praktijkcases schrijven verschillende voeradviseurs van Aveve (B) en Agrifirm (N) over rantsoenberekeningen in de vleesveehouderij. Deze editie beschrijft Toine Heijmans, adviseur vleesvee bij Agrifirm, het directe voordeel van een kuilanalyse.

Kuilanalyse

levert winst in gezondheid en groei V

eel problemen die de voeradviseur in de praktijk tegenkomt, zoals dunne mest, matige groei, onvoldoende ontwikkeling van zoogkalveren en een povere conditie van zoogkoeien, hebben te maken met de kwaliteit van het ruwvoer. Denk dan niet alleen aan de voederwaarde, maar ook aan de mineralengehalten. De schijnbaar hoge kosten van de voeranalyse staan in geen verhouding tot de gemiste groei of falende diergezondheid.

Kuilanalyse voor zoogkoeien Voor zoogkoeien is een rantsoenberekening op basis van kuilanalyse zelfs altijd een must. Het streven hierbij is om de zoogkoeien op conditie te voeren,

32

waarbij energie, eiwit, mineralen, vitaminen en sporenelementen in het rantsoen op orde zijn. Dat zorgt ervoor dat de koeien probleemloos afkalven en dat de kalveren vitaal geboren worden. Ron Oostvogels in Achtmaal is vleesveehouder met 100 zoogkoeien en 250 blondestieren, die gehouden worden volgens het concept Beter Leven 2 sterren. Op het bedrijf worden de gras- en maiskuilen onderzocht op mineralen en sporenelementen (zie tabel 1). De eerste snede bevat veel vevi en suiker, het najaarsgras bevat weinig vevi en veel eiwit. Op basis van deze analyse zijn daarom voor de zoogkoeien twee rantsoenen berekend (tabel 2): een rantsoen voor zogende koeien en een rantsoen voor koei-

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Voerwijzer.indd 32

15-05-20 17:35


DE CIJFERS

gehalten in g/kg product droge stof vevi ruw eiwit suiker kobalt (microgram) selenium (microgram)

graskuil eerste snede

graskuil najaarssnede

570 1069 121 233 60 43

200 844 166 85 84 37

Tabel 1 – Enkele belangrijke nutriënten uit de kuilanalyse

voer in kg product graskuil eerste snede graskuil najaarssnede snijmais hooi (Engels raaigras) graszaadstro Beeffit-mineralen Beef Balans Eiwit

koe drachtig

koe met kalf

5 25 — 2 2 0,05

9 15 2 2 — 0,03 0,6

Tabel 2 – Voerrantsoen voor koeien met kalf en zonder kalf

Afmeststieren op behoefte voeren levert 42,9 kg extra op per stier

en zonder kalf. Hierin wordt een verschil gemaakt met de verhouding eerste snede graskuil en najaarsgras. De soort en de hoeveelheid Beeffit-mineralen zijn hierop aangepast.

Nu drie rantsoenen tot slacht Voorheen maakte Oostvogels twee rantsoenen voor de afmeststieren en voerde hij nog los brok bij de laatste maanden. Dat doet hij niet meer. Voor de opfok maakt hij nu een extra rantsoen voor kalveren van de eigen koeien die tot 7 maanden bij de moeder blijven in plaats van de gebruikelijke 5 maanden die hij toepast voor aangekochte stierkalveren. ‘De eigen kalveren hebben veel meer weerstand, kennen beter

Voor zoogkoeien is een rantsoenberekening op basis van een kuilanalyse altijd een must

krachtvoer en groeien harder’, aldus de veehouder. Ron voert nu dus twee startrantsoenen en een afmestrantsoen op basis van snijmais, aardappelen, bierbostel, perspulp, hooi, snijmais plus Beef Select Finishbrok en Beef Select Kernbrok, telkens in een andere verhouding. Deze brokken bevatten ook voor elke fase de juiste hoeveelheid mineralen met extra vitamine E en vol lijnzaad. Ron Oostvogels: ‘Ik voer de drie rantsoenen gemengd en nu veel meer op de behoefte in elke groeifase. De dieren zijn daardoor rustiger en groeien een stuk harder dan voorheen. Voorheen leverde ik af rond de 535 kilo, maar nu bij een leeftijd van 19 maanden wogen de dieren 577,9 kilo.’

veeteeltvlees MEI 2020

VV05-Voerwijzer.indd 33

33

15-05-20 17:36


KRAIBURG KRAIBURG LOOPVLAKBEDEKKING LOOPVLAKBEDEKKING

Lijnbaan 33 Lijnbaan 3421 JG 33 Oudewater 3421 JG Oudewater Tel. 0348 - 56 15 80 Tel. 0348 - 56 15 80 info@snelhoutenrubber.nl info@snelhoutenrubber.nl

Geschikt voor elk type rooster- en dichte loopvloer en/of melkstal Geschikt voor elk type rooster- en dichte loopvloer en/of melkstal

Roostervloeren Roostervloeren KURA S KURA S voor melkvee

Roostervloeren Roostervloeren LOSPA LOSPA of stieren voor groepshuisvesting

voor melkvee

voor groepshuisvesting of stieren

Ook in Profien Pedi KuraOok in Profi en Pedi Kura

Roostervloeren Roostervloeren KURA SB KURA SB < 350 kg voor groepshuisvesting

voor groepshuisvesting < 350 kg

Roostervloeren Roostervloeren LOSPA SB voor groepshuisvesting LOSPA SB> 350 kg en stieren

voor groepshuisvesting > 350 kg en stieren

met 5% afschot naar5% de sleuven met afschot naar de sleuven

WWW.SNELHOUTENRUBBER.NL WWW.SNELHOUTENRUBBER.NL

Importeur van: Importeur van:

STARTEN MET SUCCES GESPECIALISEERD IN OPFOKMELK - KALVERMELK OP MAAT-

VOOR MELK- EN VLEESVEE

vanlommel.be/veevoeder -

T +32 (0)14 411 396 -

KRAIBURG LOOPVLAKBEDEKKING D E EER ST E KE U S VA N V L E E SV E E H OU DERS Geschikt voor elk type rooster- en dichte loopvloer en/of melkstal

Lijnbaan 33 3421 JG Oudewater Tel. 0348 - 56 15 80 info@snelhoutenrubber.nl

Roostervloeren KURA S voor melkvee

Roostervloeren LOSPA

voor groepshuisvesting of stieren

Roostervloeren KURA SB

voor groepshuisvesting < 350 kg

Ook in Profien Pedi Kura

Roostervloeren LOSPA SB

voor groepshuisvesting > 350 kg en stieren

met 5% afschot naar de sleuven

GROTE PRIJS KEUKENS REDANT // GRAND PRIX CUISINES REDANT

WWW.SNELHOUTENRUBBER.NL

Importeur van:

Nationale Prijskamp voor ingeschreven dieren van het BWB ras Concours national pour des animaux de la race BBB inscrits INKOM GRATIS // ENTRÉE GRATUITE

Verkiezing dagkampioen: Winnaar grote prijs Keukens Redant Zaterdag 1 augustus 2020

ERPE-MERE

H O O F D S P O N S O R

Election du champion du jour: Gagnant du grand prix Cuisines Redant Samedi 1 août 2020

ERPE-MERE

18 JUNI JONGVEEOPFOK

In samenwerking met het gemeentebestuur van Erpe-Mere en CRV

P R E S E N T E E R T

En collaboration avec la commune de Erpe-Mere et CRV

28.02-01.03.2020 U kunt uw advertentieruimte reserveren t/m 8 juni

4 34

Bel: +31Depot (0)26 38 98 820/823. Of e-mail: advertenties@crv4all.com Weelde Geeneinde 54, 2381 Ravels open van 10.00u tot 18.00u veeteeltvlees MAART Weelde 2020 Depot

Geeneinde 54, 2381 Ravels veeteeltvlees MEI 2020

VV03_p04.indd 4 VV05_p34.indd 34

open van 10.00u tot 18.00u Vak voor beurs inte veete nsieve elt en mec

17-03-20 10:09 19-05-2020 14:30


MANAGEMENTNIEUWS

Hoogste karkasprijzen momenteel in Uruguay ECONOMIE – Het Meat Market Observatory verzamelt ter ondersteuning van de rundvlees- en varkenssector in Europa alle marktgegevens. De instelling houdt onder andere ook de wereldwijde karkasprijzen bij. Het Meat Market Observatory (MMO) is een instelling van de Europese Commissie die op een transparante wijze marktgegevens bijhoudt in de rundvlees- en varkenssector. Het

maakt ook kortetermijnanalyses voor de betrokken sectoren. In tabel 1 zijn de gemiddelde karkasprijzen per 100 kg in de voornaamste vleesexporterende landen opgenomen.

Tabel 1 – De gemiddelde karkasprijzen per 100 kg voor enkele grote exporterende landen

exporterend land

karkasprijs (euro/100 kg)

Uruguay Verenigde Staten Europa Australië Argentinië Nieuw-Zeeland Brazilië

449,70 360,45 356,62 308,98 248,36 242,70 216,80

Nieuwe maatregelen Belgische ibr-bestrijding GEZONDHEID – De Vlaamse rundveesector heeft een zeer sterk parcours gereden in de ibr-bestrijding. Toch zijn extra wetgevende maatregelen nodig om het laatste gat te dichten naar 100 procent vrije bedrijven. Dat meldt Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ). Half april 2020 kreeg meer dan 92 procent van alle rundveehouders het ibr-vrijstatuut. Nieuwe wetgeving, die ingaat vanaf eind mei 2020, zal helpen om het laatste gat te dichten naar 100 procent vrije bedrijven. Om de puntjes op de i te zetten, werd samen met de rundveesector het zogenaamde ‘miniKB IBR’ ontwikkeld, zodat alle bedrijven volledig vrij worden en blijven. De belangrijkste wijzigingen die eind mei van kracht zijn:

– Voor alle bedrijven (uitgezonderd I2-afmestbedrijven) en voor elk verhandeld rund (ongeacht rechtstreeks/onrechtstreeks) wordt een tweede bloedonderzoek verplicht, dit 28 tot 50 dagen na aankomstdatum. – Op I2-bedrijven komt er een wijziging van de wettelijk bepaalde maximumleeftijd van vaccinatie: uiterlijk 6 maanden (in plaats van 10 maanden) bij primovaccinatie, uiterlijk 12 maanden (in plaats van 16 maanden) bij rappel/hyperimmunisatie. Let wel: op bepaalde bedrijven is vroeger vaccineren aangewezen, bespreek vaccinatie met uw bedrijfsdierenarts. – DGZ én de bedrijfsdierenartsen blijven

begeleiding bieden voor de resterende probleembedrijven. – Op vrije bedrijven waar een risico vastgesteld is (bv. aankoop van een ibr-drager) of waar er een vermoeden is van een risico (bv. verkoop van een ibr-drager), zal DGZ met de bedrijfsdierenarts extra onderzoeken bepalen om zo snel mogelijk de infectiestatus van de vrije bedrijven na te gaan. – Als een bedrijf zijn ibr-vrijstatuut verliest door insleep of omdat er een klinische ibruitbraak vastgesteld wordt, is het verplicht een risicoanalyse uit te voeren en kunnen contactbedrijven (weideloop, prijskampen, andere) mogelijk een opvolgingstest opgelegd krijgen.

Opnieuw verplichte bijdrage Nederlands gezondheidsfonds GEZONDHEID – Jarenlang hebben melkveehouders, vleesveehouders en kalverhouders geen bijdrage hoeven te leveren aan het Dierengezondheidsfonds. Vanaf 2020 is dit verleden tijd. Het zal even wennen zijn voor de rundveehouders wanneer dit jaar een rekening voor hun bijdrage aan het Dierengezondheidsfonds (DGF) in de bus valt. Dankzij de reserves van het teloorgegane Product-

schap Zuivel (PZ) hoefden zij jarenlang niets bij te dragen aan het fonds. Nu de reserves op zijn, moeten melkveehouders, vleesveehouders en kalverhouders aan de bak: de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) zal een diergezondheidsheffing per dier vragen van 0,345 euro per kalf dat jonger is dan een jaar en 2,442 euro per dier van een jaar of ouder.

Het geld uit het Dierengezondheidsfonds wordt gebruikt om besmettelijke dierziekten zo vroeg mogelijk op te sporen en verspreiding te voorkomen. Verder betaalt het fonds mee als er een uitbraak van een besmettelijke dierziekte op een bedrijf is en krijgen veehouders een vergoeding voor het afvoeren van de dieren.

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_managementnieuws.indd 35

35

18-05-20 12:35


MARKTINFO VOER

Voerprijzen dalen na corona-onrust

in eurocenten, excl. btw (bron: Wageningen Livestock Research)

mei 2020 fokvee mestvee

gsv erl ies ma (%) (e/ rktp r ton ijs )

mengvoer

36

4 4 0 0 0 4 0 0 0 0 0 0 0 0 0 5 5 5 5 0 0 0 0

0,0 0,0 240,0 100,0 150,0 140,4 224,0 192,0 216,0 231,0 330,0 185,0 334,0 261,0 280,0 24,2 44,0 67,5 84,0 241,1 274,5 251,8 219,5

975 908 666 438 529 1.290 1.307 1.291 1.414 1.172 1.235 1.177 1.249 1.008 1.146 1.206 1.248 949 1.122 1.111 1.178 1.149 1.149

wa

rin

s i g/ kg d

g/k gd 52 67 75 2 21 79 113 115 117 103 161 102 251 158 202 119 84 138 96 118 161 132 97

vev

74 173 185 49 70 97 128 120 94 97 344 158 482 400 324 132 84 249 197 195 264 241 172

dve

s g/k gd

940 888 694 509 583 1.182 1.180 1.122 1.265 1.038 1.129 968 1.153 942 1.071 1.099 1.129 943 1.035 1.037 1.093 1.067 1.062

%)

Voederwaardeprijzen geven de verhouding weer van de voederwaarde van mengvoer, grondstoffen en bijproducten in relatie tot de marktprijs. Bij een voederwaardeprijs onder de 100 procent is het voedermiddel prijstechnisch interessant.

be

natte bijproducten

re

grondstoffen eiwit

s

ds g/k g grondstoffen energie

34 45 89 89 89 58 87 87 87 87 87 87 87 87 87 11,5 22 27 42 87 87 87 87

vem

%d

s structuur

maiskuil graskuil luzerne gerstestro graszaadstro ccm tarwe gerst maismeel droge bietenpulp lijnzaadschilfers palmpitschilfers sojaschroot 44/7 raapzaadschroot DDG tarwe aardappelstoomschillen aardappelsnippers bierbostel maisgluten fokvee standaard (15% re) fokvee eiwitrijk (20% re) afmest groeibrok afmest finish

17,60 72,60 17,30 68,60

Zoek, vervang en bespaar

(bron: Liba)

ruwvoer

y/y

m/m = vergelijking t.o.v. vorige maand y/y = vergelijking t.o.v. dezelfde maand vorig jaar

VOEDERWAARDEPRIJZEN

mei 2020

kvem kg dve kvevi kg dve

m/m

vo (e/ erwa ton ard ) ve epr vi ijs ma voe rktp de rijs t rw .o. aar v. de pri js (

– De huidige voederwaardeprijzen zijn berekend door Wageningen Universiteit (WUR) op 5 mei 2020. De waarde van 1000 vem (kvem-prijs) stijgt naar 17,6 eurocent, de waarde van eiwit daalt naar 72,6 eurocent per kg dve. – In de onderstaande tabel met de voederwaardeprijzen staan verschillende producten opgesomd met bijhorende voederwaarde. De voederwaarde van het product wordt berekend aan de hand van de cijfers die WUR publiceert. Er wordt daarbij een vergelijking gemaakt tussen de marktwaarde en voederwaarde. Belangrijk om te weten is dat men enkel producten mag vergelijken die vergelijkbaar zijn, vergelijk dus geen appelen met peren. Evalueer ook eerst welke producten in het rantsoen passen en kies binnen deze producten de goedkoopste optie. – Vanwege de lockdown in de hele wereld zijn er producten die goedkoop worden, maar ook producten die slecht leverbaar zijn. Door het flink minderen van de productie van friet, bier, bio-ethanol en tarwebloem zijn bijproducten zoals aardappelstoomschillen, bierbostel, tarwegistconcentraat, DDGS en tarwegries slecht leverbaar. Anderzijds zijn startproducten zoals aardappelen, gerst en mais zeer aantrekkelijk geprijsd. – Er is enerzijds veel vraaguitval en anderzijds een ruim aanbod van soja, zodat de prijzen terug op een laag niveau zitten. – DDGS is vrijwel niet meer leverbaar door het extreem terugvallen van de bio-ethanolproductie wereldwijd vanwege de lage olieprijzen. – De graanprijzen blijven stabiel. Gerst en mais zijn goedkoop. – Vullers van brokken palmpitschilfers en sojahullen zijn behoorlijk gedaald na een extreme stijging. Ze blijven echter duur ten opzichte van de granen. – Voeraardappelen zijn scherp geprijsd. Houd er wel rekening mee dat wanneer ze 2,5 cent tot 3 eurocent kosten, ze qua voederwaardeprijs maar 10 tot 20 procent onder de granen zitten. Voeraardappelen moeten bovendien passen in het rantsoen en de bewaarverliezen mogen niet al te groot zijn, want anders leveren ze slechts beperkt geld op om ze in grote hoeveelheden te voeren. Let op bij de rantsoenberekening dat gewassen aardappelen vaak een lager drogestofpercentage hebben dan ongewassen aardappelen.

ENERGIE- EN EIWITPRIJZEN VOER

m/m

66,7 87,7 148,3 68,7 94,3 154,4 264,2 262,9 282,6 237,9 282,0 238,0 337,8 246,0 293,0 31,7 57,2 66,4 103,7 237,9 273,4 251,9 230,6

y/y

162 146 159 91 85 73 76 97 117 78 99 106 96 76 77 102 81 101 100 100 95

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_markt VOER.indd 36

18-05-20 12:28


MARKTINFO VEE

NUCHTERE KALVEREN

BROUTARDS LIMOUSIN

€ 750

700

€ 650

2019

600

2019

500

dikbilstier dikbilvaars dubbeldoel melkvee

400 300

€ 250

2019

200 € 70

100 0

2019 1

5

10

15

20

25 30 week

35

40

45

50

BROUTARDS BLONDE D’AQUITAINE

euro (gem.)/kg levend gewicht (excl. btw)

4,0

800

Bron: veemarkt Les Hérolles (Fr.)

euro (max.) per stuk (excl. btw)

Bron: veemarkt Ciney (B.)

900

U-€3,40

2019

R -€2,64

2019

3,0

2,0

2019

1

5

10

15

20

25 30 week

35

40

45

50

eoro/100 kg, levend gewicht (excl. btw)

2019

Bron: veemarkten België

euro (gem.)/kg levend gewicht (excl. btw)

Bron: veemarkt Agen (Fr.)

U-€3,57

R -€2,60

3,0

2019

U-€ 2,89

2019

R-€ 2,81

2,5

2019

R-€ 2,58

1

5

10

15

20

25 week

30

35

350

4,0

2,5

2019 U-€ 2,92

40

45

50

KOEIEN BELGISCH WITBLAUW

U-stieren 250-300 kg R-stieren 250-300 kg U-stieren 300-350 kg R-stieren 300-350 kg

3,5

3,5

2,0

5,0 4,5

U-stieren 250-300 kg R-stieren 250-300 kg U-stieren 300-350 kg R-stieren 300-350 kg

300

dikbil gelijkgestelde goedgevormde 55% 50% verwerking

€ 285,00

250

€ 235,00

200

€ 191,25

2019 2019 2019 2019

€ 173,75

2019

150 € 143,75

100

2019

€ 113,75

1

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

week

STIEREN BELGISCH WITBLAUW

eoro/100 kg, levend gewicht (excl. btw)

Bron: veemarkten België

350

€ 322,50

300

2019

€ 285,00

2019 250

€ 224,00

200

2019

€ 184,00 € 151,25

150

100

1

5

10

15

20

25

2019

dikbilstier gelijkgestelde goedgevormde 60% 55% verwerking

30

35

40

45

2019

50

week

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_markt VEE.indd 37

37

18-05-20 12:24


Ja H

AGENDA

De koeien van de familie Bijl uit Waarschoot laten zich het winterrantsoen smaken Vanwege de uitbraakgoed van het coronavirus zijn Foto: Kristina Waterschoot momenteel alle evenementen afgelast. Omdat het nog onduidelijk is wanneer het organiseren van evenementen weer is toegestaan, laten we de agenda in dit nummer achterwege. Houd de website van CVeeteeltVlees O L O F O N in de gaten voor het meest actuele nieuws.

Veeteelt is een uitgave van CRV BV en verschijnt tweemaal per maand, uitgezonderd januari, juni, juli en december.

redactie

hoofdredacteur Jaap van der Knaap adjunct-hoofdredacteur Inge van Drie redactie Jorieke van Cappellen, Annelies Debergh, Guy Nantier, Florus Pellikaan, Ivonne Stienezen en Tijmen van Zessen fotografie Harrie van Leeuwen, Kristina Waterschoot bureauredactie Mirjam Braam (chef), Lieke van den Broek, Ingrid Sevenster, Rogier van der Weiden vormgeving André Fris, René Horsman, Esther Onida aan dit nummer werkten verder mee Jelle Feenstra, Wichert Koopman en Reimer Strikwerda hoofd uitgeverij Rochus Kingmans

VOORUITBLIK

JUNI GEZONDHEID redactie-adres

Nederland: postbus 454, 6800 AL Arnhem,

026 38 nieuws, 98 800 Corona overheerst hettelefoon dagelijkse Vlaanderen: Van Thorenburghlaan 14, 9860 waarbij ook de veehouderij onder Oosterzele, tel. vuur 09 363werd 92 11, fax 09 363 92 06 e-mail organisaties. veeteelt@crv4all.com genomen door een aantal VeeteeltVlees spreekt metabonnementsprij een aantal specialisten s/jaar € 70,30 en virologen. Zij gevenNederland hun kijken opBelgië de huidige overige landen € 132,90 crisis en de kritiek dieIndecombinatie veehouderij met hiermee abonnement op vakblad VeeteeltVlees € 10 korting. krijgt. Prijzen excl. 6% btw. Abonnementen zijn Omdat het meer dan waarschijnlijk een zomer gebaseerd op kalenderjaar en worden jaarlijks in februari gefactureerd. Opzegging is mogelijk zonder vleesveekeuringen zal zijn, start Veeper kwartaal. teeltVlees dit nummerBel met een fotokeuring die voor opgave van een abonnement: Nederland: CRV-klantendienst openstaat voor alle lezers. De gehele zomer (088 00 24 440) België: VRV-klantendienst (078 15 44 44) zal elk nummer zo’n wedstrijd hebben, de e-mail klantenservice.nl@crv4all.com winnaars winnen daarbij een mooie prijs. advertentie-afdeling Tot slot komt opnieuwJannet een CRV-commissaris Fokkert, Willem Gemmink, Froukje Visser aan het woord. postbus 454, 6800 AL Arnhem telefoon 026 38 98 820 fax 026 38 98 824 e-mail advertenties@crv4all.com

illustraties/foto’s

COLOFON VeeteeltVlees is een uitgave van CRV BV in opdracht van Coöperatie CRV ua. De leden van de Coöperatie CRV ontvangen VeeteeltVlees gratis, als onderdeel van het lidmaatschap. VeeteeltVlees verschijnt maandelijks. redactie hoofdredacteur Wim Veulemans redactie Guy Nantier, Inge van Drie, Jaap van der Knaap, Wichert Koopman, Florus Pellikaan, Jerom Rozendaal en Grietje de Vries fotografie Harrie van Leeuwen, Kristina Waterschoot foto- en beeldbewerking Rogier van der Weiden vormgeving André Fris, René Horsman, Esther Onida eindredactie Lieke van den Broek, Ingrid Sevenster hoofd eindredactie en vormgeving Mirjam Braam hoofd uitgeverij Rochus Kingmans aan dit nummer werkten verder mee Alice Booij, Tijmen van Zessen redactie-adres Nederland: postbus 454, 6800 AL Arnhem telefoon 026 38 98 800 Vlaanderen: Buchtenstraat 7, 9051 Sint-Denijs-Westrem telefoon 078 15 44 44 fax 09 363 92 06 e-mail veeteelt@crv4all.com

38

De foto’s zijn van de eigen fotodienst van Veeteelt. Uitzonderingen (voor zover niet op de foto aangegeven) zijn de foto’s van Nico Bons (7), BASF (32), PPO (33), Altic (33), GD (58) Mark Pasveer (58), MS Schippers (68) en Agrifirm (68).

abonnementsprijs/jaar Nederland en België € 56,00, overige landen € 102,00. In combinatie met abonnement op vakblad Veeteelt € 18 korting. Prijzen excl. 9% btw. Abonnementen zijn gebaseerd op kalenderjaar en worden jaarlijks in februari gefactureerd. Opzegging is mogelijk per kwartaal. Bel voor opgave van een abonnement: België: CRV Klantenservice (078 15 44 44) e-mail klantenservice.be@crv4all.com Nederland: CRV Klantenservice (088 00 24 440) e-mail klantenservice.nl@crv4all.com

Overname van artikelen is alleen toegestaan na toestemming van de redactie. Hoewel aan devan samenstelling de toegestaan na Overname artikelen isvan alleen van de inhoud de meeste zorg is toestemming besteed kan door deredactie. redactie Hoewel aan de samenstelling van de inhoud de geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor mogelijke meeste zorg is besteed, kan de redactie geen aansprakelijkheid onjuistheden of onvolledigheden. aanvaarden voor mogelij ke onjuistheden of Alle auteursrechten en overige intellectuele eigendomsonvolledigheden. rechten ten aanzien van (de inhoud van) deze uitgave Alle auteursrechten en overige intellectuele worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten eigendomsrechten tenuitaanzien van (de inhoud bij CRV BV c.q. de betreffende auteur. Artikelen van) deze uitgave worden uitdrukkelijk VeeteeltVlees mogen uitsluitend verveelvoudigd en/of voorbehouden. rechten berusten bij CRV openbaar gemaakt worden na schriftelijkeDeze toestemming BV c.q. de betreffende auteur. Artikelen uit van CRV.

advertentie-afdeling Jannet Fokkert, Froukje Visser en Hilda van der Wal postbus 454, 6800 AL Arnhem telefoon (+31)(0)26 38 98 698 e-mail advertenties@crv4all.com

Druk: Moderna Printing, Paal-Beringen toestemming van CRV. ISSN 01.68-7565

illustraties/foto’s De foto’s zijn van de eigen fotodienst van VeeteeltVlees. Uitzonderingen zijn de foto’s van BLCS/McGregor (6), Gillis (7), Ugent (10), BBG/McGregor (15), Nele Van Craenem (17), Blonde d’Aquitaine Nederland (25), Anker (26 ), Piet De Meuter (27) en Ward Arts/Agrifirm (32).

Veeteelt mogen uitsluitend verveelvoudigd en/ of openbaar gemaakt worden na schriftelijke Druk: Senefelder Misset Doetinchem ISSN 01.68-7565

Coöperatie

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_agenda.indd 38

VX01-editorial.indd 7

19-05-20 10:03

E

vo tu of lijk cir To fee du lijk Vl Aa ge nu m de 20 ga dr va tra ui

O P

Ar in sta Jas


ANDERS BEKEKEN

veeteeltvlees MEI 2020

VV05_cartoon.indd 39

39

15-05-20 17:32


Persan de Petit Rosière Nodule x Adajio

Voor een uitstekende vleeskwaliteit Ki-code: 942015 Geboortegewicht: 88 Bespiering geboorte: 137 Excellent fenotype

Wilt u sperma van Persan of andere stieren bestellen, bezoek dan onze webshop op CRV4all.nl/shop of CRV4all.be/shop

279-20 Ad VV-MEI-Persan.indd 2

19-05-20 14:06


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.