Dentz 5 - 2016

Page 31

De vier meest voorkomende vormen van dementie zijn: 1. Ziekte van Alzheimer ππ Sluipend begin, progressieve achteruitgang ππ Vier stadia: desoriëntatie van plaats en tijd, duidelijke geheugenachteruitgang, voortdurend bewegen, vegeterende fase ππ Afasie, apraxie, agnosie ππ Vroege variant: taalstoornissen en afname praktische vaardigheden ππ Bij ouderen: afname geheugen, verwardheid, depressie 2. Frontotemporale dementie ππ Gedrags- en persoonlijkheidsveranderingen: apathisch type, dwangmatig type (rituelen) of ontremd type (hyperactief, decorumverlies, emotionele ongevoeligheid) ππ Ontstaat op middelbare leeftijd ππ Progressieve niet-vloeiende afasie, grammaticale en fonologische fouten 3. Vasculaire dementie ππ Muti-infarctdementie ππ Risicofactoren zijn gelijk aan die voor hart- en vaatziekten ππ Schoksgewijs en wisselend verloop ππ Klinische presentatie afhankelijk van locatie cerebraal infarct ππ Subcorticale vorm meest frequent: mentale traagheid, problemen met complexe dagelijkse handelingen 4. Lewy Body-dementie ππ Snel verloop ππ Wisselend in ernst (aandachtsfunctie en verwardheid) ππ Stoornissen in uitvoerende taken ππ Spierstijfheid ππ Visuele hallucinaties

• Houd oogcontact en kort fysiek contact: even een hand op iemands arm bijvoorbeeld, zodat je iemand kunt geruststellen. Als er geen reactie komt, herhaal dan niet direct de vraag. Wierink: ‘Wij hebben de neiging om de vraag in andere woorden te herhalen. Bij patiënten met dementie heeft het even tijd nodig om te landen. Als je dezelfde vraag in andere woorden stelt, moeten ze daar ook weer over nadenken.’ Ga nooit achter iemand staan, ook niet bij de mondverzorging. Verzorgenden wordt aangeraden oudere patiënten te poetsen door achter hen te staan, Wierink raadt deze positie voor dementerende patiënten niet aan. ‘Mensen met dementie kunnen erg schrikken als je ze van achteren benadert, ze hebben geen idee wat hen overkomt. Benader iemand dus van voren.’

4

Wanneer stuur je een dementerende patiënt door naar een CBT?

‘De praktijk van de eigen tandarts heeft absoluut de voorkeur, want als de patiënt daar al jaren komt, is dat een vertrouwde omgeving en persoon’, zegt Wierink. Ze vindt dat tandartsen het eigenlijk wel verplicht zijn om ook de zorg voor patiënten te blijven dragen op het moment dat het minder goed met iemand gaat. Maar als iemand vanwege zijn of haar gedrag niet meer te behandelen is – als iemand niet meer in de stoel wil zitten en je geen controle meer kunt doen bijvoorbeeld – is het verstandig om een patiënt door te verwijzen Dentz 31


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.