Liever Langer Thuis | Editie Maastricht Heuvelland

Page 1

Dit is een uitgave van Mediahuis Limburg Najaar 2023

r e v e i L r e g n a L s i u Th Patiënt regie geven

Levensloopbestendig wonen

Past u op de kleinkinderen?

Nederlandse zorginstellingen kijken vol belangstelling naar de Academie voor Patiënt en Mantelzorger in Maastricht.

Hoe maak je je woning levensloopbestendig en wanneer doe je dat?

Massaal reageerde u op onze lezersoproep. Een selectie van de inzendingen in deze bijlage.

Lees meer op pagina 3

Lees meer op pagina 6

Lees meer op pagina 10

1


Het werk van Humanitas doet er toe! Onze vrijwilligers helpen mensen om weer grip te krijgen op hun eigen leven en mee te doen in de samenleving. We werken met 6 verschillende thema’s: Eenzaamheid, Verlies, Opvoeden, Opgroeien, Detentie en Thuisadministratie. Onze hulp is gratis en er zijn ruim 80 afdelingen in het land. In Limburg zijn we georganiseerd in 5 afdelingen zodat we altijd overal kortbij zijn. Humanitas is er voor iedereen, ongeacht leeftijd, achtergrond of levensovertuiging. Ons streven is dat onze deelnemers kunnen zeggen: ‘Dankzij het contact met een Humanitas-vrijwilliger kan ik mijn leven weer zelf oppakken’.

Bij Humanitas doe je er als vrijwilliger toe Ben je goed met financiën en kun je orde in chaos scheppen, dan kun je als vrijwilliger aan de slag bij de Thuisadministratie of jongeren helpen binnen het project Jongeren en Geld. Latifa (vrijwilliger): “Een uurtje voor mij is 10 uur rust in haar hoofd.” Vind je het belangrijk dat kinderen opgroeien in contact met beide ouders als het na een scheiding even moeilijk is om een bezoekregeling af te spreken, dan kun je aan de slag binnen het project Begeleide Omgangsregeling (BOR). Melvin (deelnemer): “De allereerste keer dat ik haar weer zag was ik er stil van. Het gaat nu veel beter met onze dochter.”

Maastricht-Heuvelland maastricht@humanitas.nl 043-3560448

In de verschillende maatjesprojecten bied je vooral een luisterend oor en help je mensen op weg om uit sociaal isolement te komen. Zo kennen we het project jongerenmaatjes, maatjes voor mensen die even (tijdelijk) kwetsbaar zijn. Bij thuisbezoek en vriendschappelijk contact bezoeken we mensen thuis. Addy (deelnemer): “Ik had enorm behoefte aan een praatje.” Ben je iemand die graag mensen na een periode van verlies of rouw op weg wil helpen, dan kun je je melden als vrijwilliger voor het project Verlies en Rouw.” Harm (vrijwilliger): “Mensen voelen zich bij mij op hun gemak.” Ans (deelnemer): Harm was er, elke keer opnieuw.”

Westelijke Mijnstreek westelijkemijnstreek@humanitas.nl 06-17488368

Parkstad parkstad@humanitas.nl 06-17207317

Wil jij van betekenis zijn voor mensen die ‘huis en haard’ hebben moeten verlaten en in een vreemd land opnieuw moeten beginnen. Dan kun je als vrijwilliger bij Taalmaatjes of het project Taalwandelingen je energie kwijt. Frieda (vrijwilliger): “Ik heb iets met taal en andere culturen.” In het project maatjes voor ex-gedetineerden help je mensen hun leven na detentie weer opnieuw in te richten. Janine (vrijwilliger): “Hoe ingewikkelder de situatie, hoe groter de uitdaging om alles weer goed te laten lopen.”

Midden Limburg middenlimburg@humanitas.nl 06-10034873

Noord Limburg noordlimburg@humanitas.nl 077-3518158

Colofon Liever Langer Thuis informeert en inspireert de actieve en zelfstandig wonende senioren in Limburg over comfortabel en gelukkig ouder worden in de vertrouwde thuissituatie. Hoe houden zij de regie zo lang mogelijk in eigen hand? Liever Langer Thuis verschijnt als bijlage bij De Limburger in heel Limburg en digitaal bij de 28.000 leden van KBO Limburg. Eindredactie: Peter Eberson

Redactie: Karin Burhenne, Judith

Houben, Meyke Houben, John WELKOM Huijs, KBO Limburg, Pascal Panis

Liever Langer Thuis:

Wim Duisenbergplantsoen 1, 6221 SE Maastricht E-mail: els.spronk@mediahuislimburg.nl

Auteursrecht: Op de inhoud

OP LANDGOED EN NATUURBEGRAAFPLAATS WEVERSLO van deze bijlage rust auteursrecht. • Wandel vrij rond door het prachtige bos • Ontdek de voordelen van natuurbegraven • Reserveer een eeuwige grafplek in de natuur

Beeld: Nico Beckers, Wendy Niets uit deze uitgave mag worden Boon, Pim Ermers, Anne Jannes, Raoul Limpens, MUMC+, Mara van overgenomen zonder toestemming Ons Boshuis is dagelijks open 13.30 - 16.30 uur.Thuis van de van uitgever. Liever Langer den Oetelaar, MCM Productions, is een commerciële uitgave Kom gerust langs voor meer informatie of van Kim Roufs, Doret Schulkes, Moniek Mediahuis Limburg. een rondleiding. Wegdam Vormgeving: Gitta Orbons Coördinatie: Els Spronk Advertenties: Raymond van

Golde, Consultant zorg branche:

2

Natuurbegraafplaats Weverslo • Janslust 11 Heide • 0478 - 515721 06-308 • www.weverslo.nl • in deMedia Peel tussen Deurne en Venray 59 725 en Borgerpark


Carla van Montfort geeft instructie subcutaan (onder de huid) injecteren.

Landelijke interesse:

patiënt regie geven Nederlandse zorginstellingen kijken vol belangstelling naar de Academie voor Patiënt en Mantelzorger in Maastricht. Ze willen dolgraag net als in deze academie patiënten en mantelzorgers trainen om hun eigen regie te vergroten. Maar hoe doe je dat? Tekst Judith Houben Beeld MUMC+ Zelf steunkousen aantrekken, een spuit zetten of de ogen van je partner druppelen. Allemaal handelingen die patiënten en mantelzorgers aangeleerd kunnen krijgen bij de Academie voor Patiënt en Mantelzorger van het ziekenhuis in Maastricht, MUMC+. Daarnaast begeleidt de academie patiënten op het gebied van e-health en de trainers bieden educatieprogramma’s aan voor het leven met een chronische ziekte. Die trainers zijn verpleegkundigen met jarenlange ervaring. Soms trainen ze hun ‘leerlingen’ in groepjes, andere keren individueel (bij bijvoorbeeld een katheter). Een aanpak die veel voordelen heeft, vertellen onderzoeker Matthijs Bosveld en academiedirecteur Michel van Zandvoort. Bosveld onderzocht hoe patiënten, mantelzorgers en zorgmedewerkers deze aanpak vinden. Hij kreeg veel positieve reacties. “Mensen vinden het bijvoorbeeld fijn dat ze niet eerst ’s morgens een paar uur hoeven te wachten tot iemand van de thuiszorg hun steunkousen komt aantrekken. Door het zelf te doen, hebben ze meer vrijheid en eigen regie. Ook vinden ze het fijn dat ze geen ‘vreemde’ over de vloer krijgen. Van Zandvoort knikt: “Mensen zeggen wel eens dat we deze taken van de thuiszorg nu over de schutting gooien, maar zo is het niet. Tuurlijk zijn er te weinig mensen in de thuiszorg om de komende jaren al het extra werk door de vergrijzing op te vangen. Maar het is ons doel om vrijblijvend die eigen regie voor patiënten te vergroten. Dus alleen voor patiënten en mantelzorgers die dat ook echt zelf willen en kunnen. En bij ingewikkelde handelingen, zoals het toedienen van antibiotica via een infuus, moet sowieso elke week iemand van de thuiszorg komen

controleren of alles nog goed gaat.” De directeur geeft aan dat een bijkomend gevolg is dat er hierdoor sneller meer bedden vrij zullen komen in ziekenhuizen en verzorgingshuizen. Omgekeerd voorziet Van Zandvoort grote problemen als zorginstellingen hun patiënten en mantelzorgers niet gaan trainen. In een wereld waarin het personeel daalt en het aantal ouderen en chronisch zieken toeneemt, voorziet Van Zandvoort problemen: “Als we niks doen, kan het zomaar gebeuren dat patiënten over vijf jaar niet aan hun staar geopereerd kunnen worden omdat niemand daarna de ogen kan druppelen. Of het moet zo zijn dat een op de vier werknemers straks in de zorg gaat werken om het tekort aan te vullen. Dat gaat natuurlijk nooit gebeuren. Gelukkig hebben we nu nog de tijd om deze doemscenario’s te voorkomen.”

hebben gewekt. Zo’n twintig ziekenhuizen en verzorgingshuizen uit het hele land volgen daarom de komende maanden ook een training bij de academie in Maastricht. Van Zandvoort: “Zij hebben behoefte aan een blauwdruk zodat ze in hun regio ook een soortgelijke academie kunnen beginnen.” Kwaliteit is een belangrijke voorwaarde voor een geslaagde academie. “We bieden goed trainingsmateriaal en na afloop krijgen de patiënten heldere folders mee naar huis. Verder hebben we elke dag een spreekuur voor patiënten en mantelzorgers zodat ze altijd kunnen bellen met vragen of als het niet lukt”, vertelt Van Zandvoort. Tot nu toe is het zo dat het ziekenhuis patiënten en mantelzorgers doorverwijst naar de academie als verpleegkundigen inschatten dat mensen bepaalde handelingen zelf kunnen en willen uitvoeren. “In de toekomst hopen we dat ook huisartsen en thuiszorginstellingen patiënten doorverwijzen of dat patiënten zelf bij ons aankloppen voor een training”, zegt onderzoeker Bosveld. Maar de academie heeft nog een verrassend voordeel. “Mensen zeggen: ‘ik heb nu geleerd hoe ik mijn ziekte onder controle krijg, nu wil ik ook kijken hoe ik het kan voorkomen’. De juiste technologie kan hierbij goed van pas komen. Daarbij is het extra handig dat de ouderen van de toekomst sowieso beter om kunnen gaan met digitale applicaties.”

“De academie bestaat nu bijna vijf jaar en heeft zo’n 4000 ‘afgestudeerden’”

Maar leidt deze zelfredzaamheid niet tot overbelaste mantelzorgers? Die vraag krijgt Van Zandvoort regelmatig en hij denkt van niet. Hij vindt dat de academie hier wel heel alert op moet zijn. Op de eerste plaats willen we daarom ook dat de patiënt zelf bepaalde handelingen aanleert. Pas als dat echt niet gaat, kunnen we kijken of een mantelzorger het kan. Mocht iemand aanvankelijk denken, dat doe ik er wel even bij voordat ik naar mijn werk ga en het lukt toch niet, dan zoeken we samen naar een andere oplossing.” De academie bestaat nu bijna vijf jaar en heeft zo’n 4000 ‘afgestudeerden’. Patiënten en mantelzorgers. Dat zijn aantallen die landelijke belangstelling

Van Zandvoort ziet voor de toekomst ook een geheel andere functie weggelegd voor elke Academie voor Patiënt en Mantelzorger: eenzaamheid tegengaan. “De academie kan straks mensen aan elkaar koppelen en bijdragen aan lotgenotencontact. Daarnaast kunnen we trainingen meer in wijken en bij de mensen thuis gaan geven.” 3


Veilig wonen in een woonzorgzone

Eén: je wilt lekker zelfstandig thuis blijven wonen en zoveel mogelijk je eigen leven blijven leiden. Twee: je wilt vierentwintig uur per dag kunnen vertrouwen op goede zorg. Tel tot drie en je komt uit bij de nieuwe woonzorgzones van Envida. Tekst Pascal Panis Beeld MCM Productions

Ingrid van der Veld en Petra Lamberts

“Veel oude bomen willen best verplaatst worden” Petra: “Om onze woonzorgzones goed te laten functioneren, werken we nauw samen met gemeenten en woningcorporaties. Wij kijken naar plekken waar sprake is van toenemende vergrijzing en een toenemende zorgbehoefte. Veel ouderen wonen in een groot huis waar ze alleen nog gebruikmaken van de benedenverdieping. Samen met een woningcorporatie kunnen we dan zorgen voor een zelfstandige woning die beter bij hen past. Het mes snijdt dan aan twee kanten. Ouderen maken de weg vrij voor jonge gezinnen die de woonomgeving een vitale impuls geven. En zelf hebben ze de zekerheid dat zorg aanwezig is op het moment dat ze die nodig hebben.” De twee Envida-directeuren vinden het persoonlijk een mooie uitdaging om een bijdrage te leveren aan een maatschappelijke opdracht die groter is dan alleen het zorgdeel. “Dat maakt ons werk nog leuker en interessanter.”

Het is inmiddels een bekend verhaal. Het aantal ouderen neemt toe, terwijl de beroepsbevolking afneemt. Hoe zorg je er dan toch voor dat iedereen de zorg en ondersteuning krijgt die nodig is? Door het ánders en door het sámen te doen, zeggen ze bij zorgorganisatie Envida. De nieuwe woonzorgzones vormen hierbij een belangrijke ontwikkeling. Directeur wijkzorg Ingrid van der Veld: “Woonzorgzones zijn geografisch afgebakende gebieden voor thuiswonende ouderen. Op het moment dat ze zorg nodig hebben, staat een medewerker van het wijkteam binnen tien minuten voor de deur. Onze woonzorgzones hebben één doel: ouderen helpen om zo lang mogelijk thuis te kunnen wonen. In hun eigen, veilige omgeving en te midden van hun eigen sociale netwerk.” “Wij geloven er ook echt in dat ouderen dat willen”, vertelt Petra Lamberts, directeur besturing en strategie. “Mensen willen zo lang mogelijk thuis blijven, niemand verhuist voor zijn plezier naar een verpleeghuis. Daarbij geldt: wat we binnen de muren van een verpleeghuis kunnen, kunnen we ook in een woonzorgzone. Of we komen daar

in elk geval dichtbij in de buurt.” Ingrid: “In woonzorgzones waar een Envida-verpleeghuis ligt, gebruiken we de faciliteiten van dat verpleeghuis. Betreft het een woonzorgzone waar we geen verpleeghuis hebben, zoals Daalhof of Vaals, dan organiseren en faciliteren we een optimaal netwerk door samen te werken met onze partners. De basisgedachte is dat de wijk zelf-regisserend is of wordt gemaakt door bewoners in hun kracht te zetten, waarbij Envida de 24/7 achterwacht voor zorg levert.”

Hoe zit het dan met de uitspraak dat je oude bomen niet moet verplaatsen? Petra: “Veel ouderen denken daar anders over. Alleen al in Maastricht zijn er honderden senioren die zich hebben aangemeld bij Envida voor een zorgwoning. We hebben niet alleen zelf zorgwoningen in Maastricht en het Heuvelland, maar wijzen die ook toe namens woningcorporaties.” Ingrid: “En verder, in zuidelijke landen maken ouderen meer dan in Nederland deel uit van de samenleving. Enerzijds omdat de zorg daar niet zo goed georganiseerd is als hier, anderzijds omdat mensen elkaar kennen, minder op zichzelf zijn. Wat ik wil zeggen: we hebben ook een sociale omslag nodig, en niet alleen omdat de zorgkosten de pan uitrijzen en het personeelstekort in de zorg blijft groeien.” Petra: “Tot slot. Envida kan het niet alleen. We willen en moeten samenwerken met partijen binnen en buiten de zorg om mensen die een dagje ouder worden voor te bereiden op hun toekomst. Onze woonzorgzones zijn daar een sprekend voorbeeld van.”

“Envida vervult een voortrekkersrol”

Hoe nieuw zijn woonzorgzones? Ingrid: “Er zijn veel initiatieven in Nederland op dit vlak. Je maakt het verschil als je je nek durft uit te steken. Als je snel leert van wat niet goed gaat om vervolgens even snel weer door te gaan op de weg waarvan jij denkt dat die tot succes leidt. Envida vervult daarin een voortrekkersrol.” Petra: “En of je het nu hebt over de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Zorgverzekeringswet of de Wet langdurige zorg: iedereen ontvangt zorg van Envida in een woonzorgzone. Wij zijn de verbindende schakel tussen de diverse financieringsvormen en willen dat de cliënten zo min mogelijk last hebben van ingewikkelde regelingen.”

Informatie

Heeft u vragen over mogelijkheden voor zorg en ondersteuning door Envida? Bel tijdens kantooruren naar 043 - 369 0470 of stuur een e-mail naar: zorgadvies@envida.nl Heeft u vragen over zorgwoningen in Maastricht en in het Heuvelland? Kijk op www.envida/zorgwoningen.nl of stuur een e-mail naar: zorgadvies@envida.nl


Vivantes Ouderenzorg: anders kijken is anders doen De ouderenzorg zoals we die kennen uit de tijd van de verzorgingsstaat, is ingehaald door de realiteit van vandaag de dag. Naast de kwaliteit van zorg is de kwaliteit van leven een bepalende factor geworden. Dat vraagt een andere manier van denken. Van zorgmedewerkers, van de ouderen zelf en van hun naasten of mantelzorgers. Tekst Meyke Houben Beeld Wendy Boon

“Ken je het mangomoment?”, vraagt Manon Goertz, bestuurder van Vivantes Ouderenzorg, halverwege het gesprek. “Dat begrip is een eigen leven gaan leiden naar aanleiding van een patiënt die na een ziekte lange tijd moest herstellen en daarbij heel veel medische zorg kreeg. Toen iemand een keer vroeg wat hij eigenlijk het liefste zou willen, was het antwoord: een mango.” De anekdote is exemplarisch voor de manier waarop Vivantes de ouderenzorg toekomstbestendig wil maken, legt Manon uit. “We hebben te maken met een krimpende beroepsbevolking en een vergrijzende samenleving. Dat heeft ingrijpende gevolgen voor de organisatie van de zorg, dus daar zullen we een antwoord op moeten bieden. Niet alles kan meer zoals we het altijd deden.” De missie van Vivantes is ‘ouder worden doe je samen’. “We moeten omdenken”, meent Manon. “In verpleeghuizen is kwaliteit synoniem voor goede zorg voor de bewoners. Maar behalve om de kwaliteit van zorg, gaat het ook om de kwaliteit van leven. Soms eet een bewoner bijvoorbeeld heel weinig. Vanuit de zorg is dan de heersende opvatting dat iemand bijvoeding krijgt. Maar misschien vindt de betrokkene het veel fijner om een extra toetje te eten, of helpt het om samen te koken en te eten. Om daarachter te komen, moeten we bestaande patronen doorbreken. Dat betekent vooral: praten met elkaar: met bewoners, met hun naasten en met medewerkers. Elkaars verwachtingen bespreekbaar maken. Wat betekent kwaliteit van

“Het gaat erom dat we het samen doen”

leven voor iemand? Vaak zit hem dat in kleine dingen; net dat beetje extra aandacht, iemand die een kop koffie met je drinkt of een wandelingetje maakt. Of dus een mango voor je haalt.” “De toekomstige manier van werken moet worden gerealiseerd met minder zorggeschoolde medewerkers”, aldus de bestuurder. Maar daarvoor is een oplossing bedacht. “Een dag telt heel veel ‘lege uren’, tijd om de zorgmomenten heen. We willen daarom ook gemotiveerde anders geschoolde medewerkers werven, zoals agogen, mensen uit de hospitality of mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Als zij de bewoners ondersteunen, kunnen de zorgmedewerkers blijven doen wat nodig is.”

Manon Goertz, gezellig praten met de bewoners.

Ook de naasten zullen ervan doordrongen moeten raken dat ‘anders kijken is anders doen’ hen gaat helpen, meent Manon. “Wij onderschatten soms het leed van naasten die een dierbare achterlaten in het verpleeghuis. Het vraagt een investering van onze medewerkers om een goede relatie op te bouwen met familie en mantelzorgers. Het kan zijn dat zij te hoge of andere verwachtingen hebben. Daar moeten we het samen over hebben. Wat helpt hen wel, wat niet?”

“Over drie jaar is het hier merkbaar anders” ‘Anders kijken is anders doen’, het motto van zorgvernieuwer Teun Toebes, is daarbij de leidraad. “Voor sommige zorgmedewerkers is het wennen als een aantal van hun taken wegvalt. Zij zijn gewend om alles zelf te doen. Het raakt aan hun identiteit als anderen een deel van hun werk overnemen. Maar het gaat erom dat we het samen doen. Daar praten we dus over met onze medewerkers. De kunst is om het zo in te richten dat zij trots blijven op hun vak en voldoening blijven halen uit hun werk.”

Vivantes werkt er hard aan om ‘ouder worden doe je samen’ te vertalen naar de dagelijkse praktijk. Manon is ervan overtuigd dat dat gaat lukken. “Over drie jaar is het hier merkbaar anders. Dan is de focus meer dan nu op kwaliteit van leven van bewoners in plaats van kwaliteit van zorg en is het werk van onze medewerkers daarop aangepast. Het gaat om kleine veranderingen, zodat er een goede balans is tussen aandacht en aanwezigheid enerzijds en de benodigde zorgmomenten anderzijds. We moeten de tijd nemen om daarbij stil te staan en het er samen over te hebben wat dit betekent. En ons niet laten weerhouden door de hectiek van alledag.”

5


Levensloopbestendig wonen hoeft niet ongezellig te zijn De ouderenzorg staat in de aanloop naar de verkiezingen hoog op de politieke agenda. Om de zorg betaalbaar te houden is het duidelijk dat we (nog) langer thuis moeten wonen. Het best lukt dat in een ‘levensloopbestendige’ woning. Maar hoe maak je je woning levensloopbestendig en wanneer doe je dat? Tekst John Huijs Beeld Doret Schulkes en Mara van den Oetelaar

Eenmaal op middelbare leeftijd staan veel mensen op een gegeven moment voor een lastige keuze. Wat te doen met de gezinswoning waar je je kinderen in hebt opgevoed? Ga je op zoek naar een kleinere gelijkvloerse woning? Of blijf je in je vertrouwde omgeving en sla je aan het verbouwen om je bestaande (gezins)woning seniorenproof te maken? Wie voor dat laatste kiest maar geen idee heeft hoe je dat aanpakt zijn er genoeg websites met handige tips, bijvoorbeeld www.langerthuisinhuis. nl. Daar zie je hoe je je woning in zes stappen levensloopbestendig maakt: looproutes, keuken, badkamer, trap, tuin en het aanbrengen van technische oplossingen als een slimme thermostaat en een deurbel met camera; het komt allemaal aan bod.

Overwaarde

Het levensloopbestendig maken van je huis kan behoorlijk in de papieren lopen. Vooral het aanpassen van de keuken, het verplaatsen en/of verbouwen van de badkamer en het installeren van een (gebruikte) traplift zijn kostbare ingrepen. In veel gevallen kun je de overwaarde van de eigen woning gebruiken om hiervoor een lening bij je bank los te peuteren. Ook de Wet maatschappelijke ondersteuning en de zorgverzekering geven

6

volledig in te richten op beperkingen die misschien in een aantal gevallen een bijdrage voor een keer komen. Maar misschien ook niet. Wel gun woningaanpassingen en voor de aanschaf van ik mezelf en mijn man wat hulpmiddelen. Zeker meer luxe in huis en als je de moeite waard dus dat slim doet kan dat ook om met al die opties helpen als er beperkingen rekening te houden bij komen.” het opstellen van een Wat Doret daarom veel plan van aanpak. meer aanspreekt is een Maar de hamvraag huis dat haar helpt om blijft op welke leeftijd vitaal te blijven. Dat sluit je je huis het beste volgens haar ook aan bij seniorenproof kunt de huidige opvattingen (laten) maken en wat in de gezondheidszorg: wijsheid is: stap voor voorkomen dat je ziek stap te werk gaan of alles wordt. in één keer aanpakken. Interieurarchitect Doret Schulkes uit Wellnessruimte Asten spreekt de Maar hoe kan je huis je gangbare invulling van hierbij helpen? Doret: “In levensloopbestendig principe kun je van elk huis bouwen totaal niet aan. Doret Schulkes een heerlijk huis maken, als “Is dat als rietjes in huis je op een slimme manier hebben voor het geval je gebruik maakt van aspecten als licht, rust en ruimte. straks je eten niet meer kunt kauwen. Ga jij zitten Dat is heus geen hogere wiskunde; in mijn boek Hoe afwachten tot dit gebeurt? Of eet je gezond en krijg ik een heerlijk huis staat precies uitgelegd hoe je poets je dagelijks je tanden om zo lang mogelijk het aanpakt.” een gezond gebit te houden? Ik ben inmiddels 63 maar ik heb echt nog geen zin om mijn huis

“Ik raad mensen juist aan om je héle huis zo lang mogelijk te blijven gebruiken en ook de bovenverdieping zo gerieflijk mogelijk in te richten”


Waar Doret over het algemeen geen voorstander van is, is het creëren van een slaapkamer en de badkamer op de begane grond van een gezinswoning, zeker niet als je hiervoor substantieel woon- en/of tuinruimte voor moet opofferen. “Slapen en douchen op de begane grond geldt voor veel mensen als het summum van levensloopbestendigheid. Op de bovenste verdieping kom je dan praktisch niet meer, doodzonde. Ik raad mensen juist aan om je héle huis zo lang mogelijk te blijven gebruiken en ook de bovenverdieping zo gerieflijk mogelijk in te richten. Heb je een paar slaapkamers over? Realiseer daar dan bijvoorbeeld een hobbykamer en een ruime inloopkast, creëer ruimte in je slaapkamer en verander je badkamer in een praktische wellnessruimte. Investeer bijvoorbeeld in een sunshower. De warmte en het licht die je daarvan ervaart helpen je om je fit te blijven voelen. En een extra ruime douche met een bankje is nu vooral luxe, maar straks ook handig mocht je moeilijk ter been worden.”

Jan en Antoinette in ’t Zandt-Haanen

“Welke voorzieningen voor de oude dag je ook treft in je gezinswoning, blijf vooral zo lang mogelijk traplopen, want dat helpt je juist om fit te blijven. Maar houd wel wat geld achter de hand voor de installatie van een (gebruikte) traplift voor het geval traplopen je moeite gaat kosten. Op die manier kun je ook daarna je hele huis blijven gebruiken en heerlijk blijven wonen.’

Werkplaats

Amper vijftig was Antoinette in ’t Zandt-Haanen toen zij en haar man Jan besloten een volledig levensloopbestendige woning aan de Bernhardstraat in Velden te realiseren. “Jan is tien jaar ouder dan ik dus toen hij op zijn 59ste besloot om te stoppen met zijn bouwbedrijf en zijn werkplaats te verbouwen tot woning lag het gezien zijn leeftijd voor de hand om die woning duurzaam én levensloopbestendig te maken.” Dat Antoinette daar toen nog best jong voor was zag de Veldense in geen enkel opzicht als een probleem. “De verbouwing duurde ongeveer een jaar en al die tijd hebben Jan en ik op ons dooie gemak gezocht naar de keuken, badkamer, tegels en meubels die wij mooi vinden. Levensloopbestendig is heus niet per definitie hetzelfde als klinisch, saai of oubollig. Wij wonen hier intussen al vijftien jaar met heel veel plezier en genieten al die tijd vooral van de ruimte die we hebben.”

“Superfijn dat alles gelijkvloers is en dat we nergens drempels hebben” Jan in ‘t Zandt

Sinds dit voorjaar sukkelt Jan nogal met zijn gezondheid; met als gevolg dat hij momenteel met een rollator loopt en geregeld zuurstof moet bijtanken. “Superfijn dat alles gelijkvloers is en dat we nergens drempels hebben”, zegt Jan. “Als ik nu bij anderen op bezoek ben valt me extra op hoe vol de huizen van de meeste mensen zijn. Ik kan daar mijn kont niet keren met mijn rollator. Dan ben ik zó blij als ik weer thuis ben.”

Geruststelling

In zijn eigen huis zijn ook de inloopkast en zelfs de provisiekast zo ruim dat Jan overal makkelijk bij kan met zijn rollator. Antoinette: “Dat Jan zich hier ook prima in zijn eentje kan redden is ook voor mij een geruststelling. Daardoor is hij nu niet volledig afhankelijk van mijn hulp en kan ik ook mijn eigen gang gaan tot op zekere hoogte. Eigenlijk heel dubbel zo’n levensloopbestendig huis: aan de ene kant hoop je de voorzieningen voor de oudere dag nooit nodig te hebben maar ik zou nu voor geen geld in een conventioneel huis willen wonen. Al met al ben ik dolblij dat ik al op relatief jonge leeftijd de gelegenheid kreeg om levensloopbestendig te bouwen. Daar plukken Jan en ik al jaren de vruchten van, en nu al helemaal.’”

7


Liever langer thuis

ondersteuning en therapieën, afhankelijk van de individuele behoeften van de persoon. In de gemeente Frederica leidde reablement onder 220 thuiszorgklanten tot 27.000 uur minder zorg en begeleiding. Van de 220 mensen konden 103 weer volledig zelfstandig verder, 68 mensen hadden minder zorg nodig.

De Senioren Stads Partij Maastricht maakt zich zorgen om de ouderenzorg en met name de wijze, waarop het nu georganiseerd is. Het bestaande zorgsysteem voorziet niet meer in de uiteenlopende behoeften van ouderen van nu. Daarnaast is het een uitdaging om voldoende hulpverleners voor de zorg te behouden én te vinden. Dat geldt natuurlijk ook voor mantelzorgers. En kunnen we het in de toekomst allemaal nog wel betalen? In het verleden hebben we baat gehad bij hoe we ons zorgsysteem hebben georganiseerd. We mogen trots zijn op wat we er mee hebben bereikt! Maar inmiddels zijn zowel de oudere als de hulpverlener ondergeschikt geworden. Het systeem kraakt en piept.

gaande en moeten we nu doorpakken. Het gaat daarbij om het vergroten van de mogelijkheden om zo lang mogelijk, met ondersteuning van en in de eigen omgeving, zelfredzaam te blijven, ook als gebreken van ouderdom zich aandienen. Investeren in het vermogen van ouderen om te leven zoals voor hen, gegeven hun mogelijkheden, passend is. Daarnaast stimuleren en activeren van ouderen zelf, om verantwoordelijkheid te nemen voor de wijze waarop zij wonen, hun sociale contacten onderhouden en hun welzijn en gezondheid op peil houden.

Iedereen wil echter de regie op zijn leven behouden! Daarom is er een fundamenteel andere denkwijze nodig waarin de burger én de hulpverlener leidend worden. Ieder mens bepaalt zélf wat voor hem of haar kwaliteit van leven is en dat gaat over méér dan gezond of ziek zijn. Om te bevorderen dat ouderen in de toekomst langer zelfstandig kunnen blijven wonen waar ze zich thuis voelen, is een ontwikkeling

Langer zelfstandig Denemarken is misschien wel een heel goed voorbeeld. Natuurlijk zijn er ook ziekenhuizen en huisartsen in Denemarken, maar de ouderenzorg is echt compleet anders geregeld. Dat verschil zit vooral in het vertrekpunt. ‘help people to help themselves’ (help mensen om zichzelf te helpen). Als je bij een zorgloket van een Deense gemeente aanklopt, wordt naar het geheel gekeken en niet naar de som van de verschillende onderdelen, om zo een pakket aan te bieden, met als doel dat je weer zelfstandig door het leven kan. ‘Reablement’ wordt dit genoemd, maar betekent in eenvoudig Nederlands mensen met een beperking, ziekte of ouderdomsproblemen helpen om hun functioneren en kwaliteit van leven te verbeteren. Maar ook mensen helpen zo zelfstandig mogelijk te zijn, met behulp van fysiotherapie, ergotherapie, maatschappelijk werk en andere soorten

Deze werkvorm omarmen betekent loslaten Niet langer meer praten óver ouderen, maar praten mét ouderen. Onderkennen wat hun mogelijkheden zijn. De vrijheid van ouderen respecteren om het leven te leiden zoals zij dat zelf willen. Vrij waar het kan, zorg en ondersteuning waar het nodig is. Een fundamenteel andere manier van denken. Het is niet nieuw maar wel nog vrij onbekend. In toenemende mate maken we ons zorgen om de ouderenzorg. Dat de zorg onbeheersbaar en onbetaalbaar wordt. Dat raakt ons allemaal, ook de lokale politiek, want wat is er mooier als je iemand helpt zijn eigen leven (weer) te leiden. Henny Willems Raadslid Senioren Stads Partij Maastricht Henny.willems@gemeenteraadmaastricht.nl

Thuiszorg in de wijk houdt in dat onze zorgverleners van Zorg Groep Beek professionele en sociale zorg verlenen aan mensen die thuis wonen en hulp nodig hebben bij dagelijkse activiteiten, zoals persoonlijke verzorging, verpleging en huishoudelijke hulp. De zorgverlening is erop gericht om mensen zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen en hun kwaliteit van leven te verbeteren of behouden. Wij bieden u elke dag dezelfde glimlach.

“Wij bieden u elke dag dezelfde glimlach”

Zorg Groep Beek is een regionale thuiszorgorganisatie in Zuid-Limburg die sinds 2005 verschillende vormen van thuiszorg aanbiedt in de wijk. Dit doen zij in de gemeentes Beek, Stein en Geleen. 8

Zorg Groep Beek biedt daarnaast ook gespecialiseerde zorg aan mensen met bijvoorbeeld Alzheimer of andere vormen van dementie, chronische aandoeningen maar ook terminale ziektes. De organisatie werkt samen met andere zorg- en hulpverleners in de wijk, zoals huisartsen, fysiotherapeuten en specialist Ouderenzorg om een zo breed mogelijk en kwalitatief goed zorgaanbod te kunnen bieden aan onze cliënten. Lukt thuis wonen niet meer in uw eigen huis, dan zorgt Zorg Groep Beek voor de beste thuiszorg beleving in onze Elsresidentie

locaties in Sittard en Margraten. Daar kunt u wonen zoals thuis en wordt de Elsresidentie letterlijk uw nieuwe thuis. “Alles wat we doen, doen we met zorg” is ons motto en dat blijkt ook door alle jaren heen zeer succesvol te zijn. Wij mogen trots zijn op de positieve resultaten zoals meerjarige contracten met zorgverzekeraars, gemeente en zorgkantoor. Onze interne en externe audits scoren zeer goed in kwaliteit en ook het laatste routinebezoek van de gezondheidsinspectie in oktober 2022 gaf een zeer goed resultaat. Wij zijn vooral trots op onze collega’s die elke dag zorg en aandacht geven aan onze cliënten. Zij worden dan ook hoog gewaardeerd in het clienttevredenheidsonderzoek. Tegelijkertijd waarderen onze collega’s Zorg Groep Beek - Elsresidentie met een hoge tevredenheidsscore. We mogen dan ook wel stellen dat uw zorg thuis bij ons in goede handen is. Heeft u vragen over zorg thuis, of zoek jij een nieuwe uitdaging in de thuiszorg? Neem dan contact met ons op! Dit kan via de website www.zorggroep-beek.nl of bel ons op 046-26 00 113.


Ramon Frissen en Pim Steerneman

Zorgcentrum als laagdrempelige ontmoetingsplek voor de wijk Hoe kun je de druk op de verpleeghuizen temperen, en er tegelijkertijd voor zorgen dat kwetsbare ouderen op een prettige manier langer thuis kunnen blijven wonen? Zorgorganisatie Sevagram nam het voortouw voor een nieuwe aanpak met het Community Care Concept. De kern: samenwerking. Tekst Meyke Houben Beeld Raoul Limpens Het moet anders. Daarvan zijn bestuursvoorzitter van Sevagram Pim Steerneman en directeur Zorg Ramon Frissen overtuigd. Verpleeghuizen lopen tegen de grenzen van de zorg aan, ouderen die thuis wonen zijn vaak eenzaam. “Er is niet één partij die dit kan oplossen”, meent Steerneman. “We moeten over grenzen kijken. Het Community Care Concept is erop gebaseerd dat we samenwerken met familie en mantelzorgers, met woningcorporaties, verenigingen, gemeenten, zorgaanbieders en welzijnswerk. In tegenstelling tot wat de overheid doet, proberen wij te ‘ontschotten’. Daarbij richten we ons in eerste instantie op de wijk: wat gebeurt daar, welke (welzijns)activiteiten zijn er, hoe kunnen we ouderen daarbij betrekken. En vice versa: hoe kunnen we onze verpleeghuizen toegankelijker en inclusiever maken voor de buurt.”

Jeu-de-boulesbaan

Blauwdruk

Om de kruisbestuiving tussen zorgcentra en de wijk zo laagdrempelig mogelijk te maken, heeft Sevagram een platform gebouwd, waarop alle initiatieven in de drie proeftuinen zichtbaar zijn. Het streven is om het platform samen met alle ketenpartners te verbreden, zodat uiteindelijk iedereen het kan gebruiken om te ontdekken welke activiteiten er in de wijk zijn. Steerneman: “Door samen te werken, kennis te delen en goede initiatieven gezamenlijk te financieren, moet er een blauwdruk ontstaan voor een nieuw landschap van de wijk. Per project kijken we met onze partners, waaronder de gemeente, wat een wijk nodig heeft en hoe we de buurt veilig en toegankelijk maken voor ouderen.”

“Om de kruisbestuiving tussen zorgcentra en de wijk zo laagdrempelig mogelijk te maken, heeft Sevagram een platform gebouwd, waarop alle initiatieven zichtbaar zijn”

Op Sevagramlocaties in Heerlen, Maastricht en Valkenburg loopt sinds vorig jaar een proef met het Community Care Concept. “In Valkenburg gaan we, in overleg met onder meer de seniorenraad en de woningcorporaties, het terrein van onze locatie Oosterbeemd herbouwen en vergroenen”, vertelt Frissen. “Het verpleeghuis moet een laagdrempelige ontmoetingsplek worden. Geen slagboom meer, we keren het gezicht naar de wijk. We hebben bijvoorbeeld een jeu-de-boulesbaan aangelegd, waar nu ook verenigingen uit Valkenburg spelen en na afloop wat drinken in onze Gasterie. Zo komen buurtgenoten op een spontane manier in contact met de bewoners.” In Maastricht komen een keer per maand basisschoolleerlingen naar zorgcentrum Scharwyerveld voor een spellenmiddag. Frissen: “We werken op die locatie ook samen met cliënten van Radar, voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Eén van de bewoners dreigde in een isolement te raken, omdat ze vanuit haar aanleunwoning niet met de lift durfde. Een Radar-medewerker helpt haar daar nu bij. Dat werkt naar twee kanten: de bewoonster komt meer in contact met andere mensen, de medewerker van Radar voelt zich door zijn hulp gezien en gewaardeerd.”

“Met dit initiatief verruimen we als zorgprofessionals onze blik, weg van het medisch model”, vult Frissen aan. “Dat doen we vanuit onze maatschappelijke verantwoordelijkheid, waar community care bij hoort. Wij geloven in dit concept, maar om het te laten slagen hebben we wel het vertrouwen nodig van onze samenwerkingspartners. Het Community Care Concept is immers van ons allemaal, het is geen Sevagramfeestje. Wij zijn alleen de regisseur. Daarnaast hebben we bewegingsruimte nodig om fouten te mogen maken. Daar leren we van.”

Hogeschool Zuyd

“Aanjagen, stimuleren, regisseren en objectiveren.” Dat zijn volgens Steerneman de taken die Sevagram op zich neemt. “Voor dat laatste onderdeel is Hogeschool Zuyd betrokken bij het Community Care Concept. Vijf lectoren begeleiden de voortgang van het project en zorgen voor een wetenschappelijke onderbouwing.” De bestuursvoorzitter beseft dat niet iedereen zijn hele leven thuis kan blijven wonen en dat opname in een verpleeghuis soms onvermijdelijk is. “Maar we hebben goede hoop dat we dankzij het Community Care Concept uiteindelijk een verhuizing naar het verpleeghuis met acht tot twaalf maanden kunnen vertragen.” Kijk voor meer informatie over het Community Care Concept op https://strategie.sevagram.nl. 9


WM en MH

“Oma, mensen waren vroeger toch apen. Kun jij je dat nog herinneren?” Zo jammer dat we niet alle inzendingen op de lezersoproep ‘Past u op de kleinkinderen?’ kunnen plaatsen, maar het zijn er echt te veel. Wel allemaal even leuk en vertederend. Wat een rijkdom! Lees en geniet van de zeer moeizaam tot stand gekomen selectie…

VERSLAG VAN EEN WILLEKEURIGE OPPASDAG: 07:15 uur: OMAAAAAAAAAAAAAAA klinkt uit het raam van de auto. Roetsj…… daar komt ze aangevlogen, mijn kleine hummel. Stralende oogjes, parmantige hoge staartjes, stoere tuinbroek, blitse schoentjes. Zo snel als haar korte beentjes haar kunnen dragen, vliegt ze over de stoep rechtstreeks in mijn armen. OMAAAAAA…. Knuffeltjes, kusje, roetsj weer omlaag. Oma, kom! En onze dag is begonnen. Aan speelmateriaal, knutselspullen en ideeën is geen gebrek. Dus zie je nu eens een poppenmoedertje, dan een doktertje, een koekjesbakker, een treinmachinist. We voetballen, bouwen zandkastelen, lezen boekjes, puzzelen, tokkelen op het keyboard, zingen liedjes, tekenen gelijk Picasso, wandelen of gaan naar de speeltuin. Het enthousiasme van deze tweejarige peuter is aanstekelijk. En ja hoor, oma doet overal aan mee! De 72 jaar voelen als 27! Pas als er een middagdutje gedaan moet worden, heeft oma tijd voor een kopje koffie en de krant. Twee uurtjes later: het spelen wordt hervat. Trampolinespringen op de bedden, verstoppertje spelen: OMA, ben je??? De middag vliegt voorbij. 17:00 uur: Papa komt voorrijden. Een laatste knuffel, nog drie kusjes. Dag schatje van oma, dag kloemeltje! De auto rijdt weg. En door het open raampje hoor ik: OMAAAAAAA…….. Wilhelmine Stevens uit Sittard

THUIS IN HET LEVEN Het kleine handje kroop vol vertrouwen in het mijne. Een sterke band op de avonden dat ik bij hen thuis was en oppaste. Kinderen zijn de voeding voor de toekomst en hun wijsheid is oprecht, zuiver, niet oordelend en je hoeft niet te voldoen aan de maatstaven die overvloedig heersen. Wij waren niet zijn oma en opa maar kwamen altijd met een brede lach op ons gezicht van zo’n oppasavond weer thuis en de mooiste herinneringen zitten in ons ‘gouden randje-doosje’. Véél kunnen wij leren van zulk een jonge wezentjes. Zij weten ons precies duidelijk te maken wat zij bedoelen en hoe zij het zien en telkens constateerde ik dat hun zienswijze puur was en zette mij dat aan om hun mening ‘tegen het licht te houden’ en verdikkeme: héél vaak had dat menneke gewoon gelijk. Maar: het gáát niet om gelijk maar om ons aller geluk! Er is toch niks mooiers dan zo’n kind te volgen op weg naar zijn volwassenheid. ‘Enkel luisteren hoeven zij te doen’ werd zo vaak gezegd, néé: luisteren naar elkaar en zeker naar die kleine mens in al zijn wijsheid is mijn devies en zorgt voor een gelukkiger leven op de weg dóór het leven.

IK WORD VIJF “É E E C H T?” Ze legt een langgerekte klemtoon op de E. Haar groezelige wijsvinger bedekt het kleine babyhoofdje op de foto en haar blauwe ogen kijken me vragend aan. “Ja, echt”, zeg ik. “Dit is jouw mama toen ze pas geboren was.” Zittend aan de grote tuintafel ontdekken we in het oude fotoalbum het geheim van familiebanden. “De oom die graag samen met jou met de Lego speelt, is de broer van jouw mama…. En de suikertante waar je die leuke laarsjes van kreeg, dat is oma’s zusje.” Haar ogen worden nog groter. ‘”É E E C H T”, herhaalt ze en er volgt een diepe zucht. Dat is teveel om te bevatten als je vier bent. Zij wordt vijf, maar dat duurt nog negen maanden. Toch is dat wat ze altijd zegt. ‘Ik word vijf’. Zij is in een permanente staat van ‘worden’. Zij gaat nog uit van de kinderlijke vanzelfsprekendheid van haar bestaan. Ik kijk naar de babyfoto en zie mijn mooie, lieve dochter, die onlangs opnieuw moeder mocht worden. ‘Waar blijft de tijd’, verzucht ik stilletjes van binnen. De klemtoon van mijn leven ligt nu, anders dan bij mijn kleindochter, op het zijn. Zij is iedere dag aan het ‘worden’ en ik….. Ik ben iedere dag opnieuw blij dat ik nu dochter en kleindochter, moeder en oma mag zijn. Marlies Huveneers uit Stein

OPRECHTE LIEFDE ‘Is het een bewuste keuze om zoveel op je kleinkinderen te passen?’ Een vraag die ik vaak gesteld krijg. In totaal zijn wij gezegend met vier kleinkinderen en het liefste zie ik ze allemaal elke dag. Van oorsprong ben ik kleuterjuf dus kleine kinderen gaven mij altijd al veel voldoening. Ik let gemiddeld vier dagen per week op en vaak zijn ze in het weekend ook bij ons. Niet alleen om op te passen, maar ook omdat ze zelf graag hier zijn. De lach op hun gezicht, de stevige knuffels en kusjes als ze bij ons binnen komen maken dat mijn hart zich opnieuw vult met liefde. Elke keer, iedere dag opnieuw. Wij zijn deel van elke fase die ze meemaken en beleven dit nog bewuster en intenser dan bij onze eigen kinderen. De eerste tandjes, de eerst woordjes, de eerste stapjes en later de eerste keer naar school. Ieder kleinkind heeft zijn eigen karakter en zijn eigen manier van liefde geven. Maar allemaal even oprecht en puur. En die puurheid en oprechte liefde mis ik soms in het dagelijkse leven. Waar de wereld buiten vaak kil en hard voelt, is er binnen in de drukte alleen maar plaats voor oprechte liefde. En die liefde is alles wat ik nodig heb! Oma Meriam Smeets-Schaeken uit Geleen

Anita Mevissen-Spronck uit Beek

MIJN VIJF DIAMANTJES

Januari 2018 kreeg ik de diagnose borstkanker. 3 weken voordat ik voor de eerste keer bomma zou worden. Wilde het voor mijn dochter nog even verzwijgen maar dit vond de oncoloog geen goed idee. De bevalling kwam 2 weken eerder en voor de operatie mocht ik mijn kleinzoon al bewonderen. Dit was al zeer speciaal . Een bijzondere band heb ik met hem want ik kon toch voor hem zorgen. Ook een verdrietige tijd want mijn man liet mij (na 43 jaar huwelijk) en het gezin in de steek. Alle verdriet verwerken samen met de blijdschap van de geboorte van mijn kleinzoon. Het waren heftige tijden. Troost vond ik bij mijn kleinzoon . Van niets wetende en alleen maar lachen naar bomma. Hij heeft mij echt door die tijd heen geholpen. Dikke vriendjes zijn we geworden en 2,5 jaar geleden werd zijn neefje geboren en nu vormen we met z’n drietjes een ‘verbond’. Het is echt geweldig die 2 ‘mannen’ te mogen zien opgroeien . Uitstapjes, slaapfeestjes, het kan niet gek genoeg. Alleen maar genieten!

In augustus 2011 werd mijn eerste kleinkind Jiss geboren, in september Julia. Hun ouders wonen, net als ik, in Sittard. In oktober van datzelfde jaar ging ik met pensioen. Omdat alle vier de ouders werkten hebben mijn vrouw en ik regelmatig, waarvan één dag structureel, op deze twee kinderen gepast. Het werden onvergetelijke jaren. In 2013 werd Biba geboren en in 2014 Abel. Dat betekende oppassen op vier kleinkinderen, oftewel op avontuur in de kinderwereld. Als opa en oma let je toch anders dan vroeger bij je eigen kinderen op het reilen en zeilen van je kleinkinderen, zeker als gepensioneerden, dus zonder werkverplichtingen. Met spelen, voorlezen, wandelen en samen eten, werd menig oppasuurtje gevuld. Drie jaar geleden werd Jepp geboren. Hij is momenteel dus drie, en omdat de andere vier op de basisschool zitten is het vooral Jepp die ik als oppasopa, samen met mijn vrouw, het meeste zie. Hij wordt graag voorgelezen en houdt van voetballen en zingen, net als ik (Ik zag twee beren, Dikkertje Dap, enz.). We maken regelmatig een ommetje, o.a. naar een speeltuintje, en doen samen spelletjes. Dat omgaan met mijn kleinkinderen geeft energie en zorgt voor een gevoel van geluk.

Lily Jeurissen uit Maastricht

Phil Schaeken uit Sittard

VERBOND

10


HÉÉL LEUK De geboorte van onze twee kleinzonen is een van de mooiste gebeurtenissen in mijn leven. Menigeen zal nu denken: ‘Wat een cliché’. Begrijpelijk. Maar als je het zelf hebt meemaakt, weet je wat ik bedoel. Ik twijfelde dan ook geen seconde toen ik werd gevraagd om een dag per week op te passen. Elke keer als de jongens kwamen, probeerde ik er een leuke dag van te maken. We bouwden in de woonkamer eilanden van de zitbank en de stoelen en verzonnen verre reizen met een zeilboot. Of we vlogen met een raket naar vreemde planeten in het grote heelal. Het hele huis stond op zijn kop, maar dat kon me niet schelen. Het hield me jong en in beweging. Ook vonden ze het altijd leuk om te fantaseren over wat er lang geleden allemaal gebeurd was. We vertelden elkaar spannende verhalen over hoe het was op aarde toen er nog geen stenen huizen en auto’s waren. Vier jaar oud was een van mijn kleinzonen toen hij plotseling vroeg: “Oma, mensen waren vroeger toch apen. Kun jij je dat nog herinneren?” Shock…Op dat moment drong het tot me door dat oma zijn héél leuk is, maar ook eindig… Anna Schreuder uit Margraten

KLEINKINDEREN - WAT EEN WONDER - ZO BIJZONDER Vanaf baby-zijn kreeg ik de kans om op te passen. Op 2 jongens, oh zo fijn! Met veel liefde en geduld dagelijks vroeg in de morgen oppas oma. Hun creatieve manier van spelen en nooit stil te zitten, daar heb ik volop van mogen genieten en dat heb ik met veel liefde en respect jarenlang gedaan. De kleine ongelofelijke dingen in hun speelse manier van leven en kind-zijn daar genoot ik volop van. Kleine warme armpjes om mijn nek, knuffels, ondeugendheid heb ik met veel plezier mogen beleven. In onderbroek aan de aanrecht op een kruk pannenkoeken bakken met oma en grappig slapend in de hondenmand van hond Bonnie. Dat is toch geweldig en dankbaar ben ik om dit mee te mogen maken. Ik heb nog 2 kleinkinderen, die wil ik ook benoemen; de enige stamhouder en een lieve kleindochter. Hier heb ik, door de afstand, helaas weinig op kunnen passen. Maar ik heb ze net zo lief en zie ze heel graag op bezoek komen. Na het overlijden van mijn man heb ik door de kleinkinderen een waardevolle invulling van mijn leven gekregen. Een liefhebbende oma van 88 jaar. Fien Ploumen-Senden uit Eys

ONVERGETELIJKE JAREN De liefdevolle omgang met onze kleinkinderen is een van de hoogtepunten uit ons leven. Vanaf de geboorte van onze kleinzonen waren wij regelmatig aanwezig en hielpen mee tijdens hun groei en bloei. Vanaf groep een tot vandaag de dag staan wij voor hun klaar. Wij brachten en haalden ze van school. De spelletjes die wij bij thuiskomst samen speelden; van poppenkast (Katrijn en Jan Klaassen), het eindeloze ‘mens erger je niet’, het ganzenbord en later het monopolyspel om ‘moeiteloos’ met geld om te gaan. We hielpen met huiswerk, leerden het ‘schoonschrift’ schrijven, rekensommen, staartdelingen, etc. Maakten wandelingen door de natuur om hen al spelenderwijs alle beestjes, bloemen en bomen te laten herkennen. Tussendoor maakte oma dagelijks een verse gezonde en lekkere maaltijd. Echt onvergetelijke jaren waaraan wij nog steeds vol liefde terugdenken. Nu, zovele jaren later zijn het volwassen knapen van 17 en 19 jaar, studeren beiden een richting waarvan opa en oma weinig begrip hebben, desalniettemin zien en spreken wij hun wekelijks. Praten gezellig bij over de vorderingen op school én over hun 2 schattige vriendinnetjes die zij beiden zo enorm koesteren. Verhalen van vroeger worden ondanks alle veranderingen tóch nog vaak in herinnering gebracht, heerlijk!

EN TOEN WAREN HET ER VIJF… Iedere donderdag rond een uur of zes gaan bij ons de benen omhoog na weer een drukke, maar o zo leuke dag. Op die dag passen wij namelijk op vijf (!) kleinkinderen. Zo’n zeven jaar geleden kwam de eerste, Bas. Een heerlijk jong dat een paar jaar lang het rijk alleen had bij opa en oma. Twee jaar later kwam zijn zusje Roos erbij en al snel werd neefje James geboren. En ja, hij kwam natuurlijk ook naar oma en opa op donderdag, want waar er twee komen, kunnen er ook drie zijn, toch? Het was wel even slikken toen we hoorden dat kleinkind nummer vier zich al snel aankondigde… kon hij of zij er ook nog bij? Toen Fien er was, werd die vraag meteen bevestigend beantwoord. Inmiddels is ook nummer vijf, Jaxx, aangeschoven op donderdag. In de garage staan fietsjes, stepjes, schepjes en harkjes. In de woonkamer boekjes, puzzels, lego/duplo en knutselspullen. We zingen liedjes, bouwen tenten en organiseren voetbalwedstrijdjes en tussen het spelen door koken we voor de hele ‘bende’. Aan het eind van de dag eten we samen (soms schuift ook nog een dochter of (schoon)zoon aan). Wat een rijkdom, toch? Lian Sporken-Erkens uit Vilt

ONZE SETH Nadat de blijdschap van de aangekondigde zwangerschap was ingedaald, hebben we meteen ‘ingeschreven’ voor de vrijdag als oppasdag. Onze vrije dag destijds. Dat is qua planning in het jonge gezin gelukt en sindsdien hebben we iedere vrijdag en inmiddels ook op maandagmiddag kleinzoon Seth, inmiddels is hij drie, op bezoek. Op deze dagen zetten we graag alles aan de kant en genieten van zijn aanwezig zijn. Altijd vrolijk en attent. We herkennen dingen terug uit de tijd dat onze eigen kinderen klein waren en herkennen overerfde eigenschappen. Wat voor ons belangrijk is, is dat hijzelf ook graag bij ons is, net als bij de andere opa en oma waar hij naar toe gaat. Overal heeft hij zijn eigen favoriete bezigheid. Seth houdt ons jong en opent een wereld om dingen te ontdekken en ervaren. Hij is ons alibi om gekke dingen te doen. Fanfare te lopen in de kamer, dansen of luidruchtig te zingen. En bij zo’n braaf manneke als Seth speelt het dilemma tussen grootouder en opvoerder zijn geen rol. Beide rollen gaan naadloos in elkaar over. Inmiddels is ook zijn broertje ‘onderweg’. Als alles goed gaat, staan we weer met open armen klaar. Rosita en Will Kapell uit Elsloo

Noël van Hooren uit Lanaken 11


advies altijd gratis.

Beste Mantelzorger, neemt u ook nooit de tijd voor uzelf?

Helaas zie ik het wekelijks, mantelzorgers die aan het eind van hun Latijn zijn maar toch blijven doorgaan en zichzelf steeds meer verwaarlozen.

Lang vitaal & gezond blijven

“Haar lieve man zit in het verzorgingstehuis en ze wil er het liefst elke dag naar toe. Dat haar gebit los zit en aan het scheuren is, deert haar eigenlijk niet. En hoe lang ze het al heeft? Geen idee. Sinds haar man is gaan dementeren, is alles eigenlijk op een laag pitje komen te staan.“ “Zijn lieftallige vrouw zit aan huis gekluisterd vanwege haar zuursto-fapparaat en is afhankelijk van zorg. Daardoor gaat hij alleen snel voor een boodschap de deur uit en zorgt hij dat hij meteen weer thuis is. Hij loopt al jaren zonder onderprothese. Die is ooit kapotgegaan en hij heeft geen tijd gehad voor een nieuwe. En zijn bovengebit is slecht. Hij heeft nog een paar tanden en kiezen en heeft er ook veel last van en pijn aan. Maar ach, wat maakt het uit?“ De geliefde nootjes maken plaats voor een beetje pudding, het lekkere stuk vlees wordt een gehaktbal en een appel wordt een mandarijntje. Want echt goed bijten, is lastig. Het valt niet mee om mantelzorger te zijn. En hoe goed u het ook al-lemaal doet, uw partner zal u echt niet verwijten als u eens per week iets voor uzelf doet. Even de stad in, lekker een boek lezen, naar het zwembad gaan, een stuk fietsen, een afspraak bij de fysio, de kapper of de tandprotheticus. Want waarom wel goed voor een ander zorgen maar niet voor jezelf? Wij helpen u graag, en zien het als onze dankbare taak om u blij te maken met een mooi gebit. Goed voor het zelfvertrouwen, goed voor de mond en uiteindelijk voor uw hele gestel. Want klachten als kapot-te mondhoeken, last van de maag, darmen en hoofdpijn, komen vaak voort uit een slechte pasvorm en het niet goed kunnen kauwen door een oud en versleten gebit te dragen.

Is het zinloos om op latere leeftijd pas te gaan bewegen? Welnee! Hoe oud je ook bent, regelmatig bewegen geeft je kracht, een fit lichaam én een fit brein. Moeten we dan allemaal naar de sportschool? Dat kan, maar er zijn nog veel andere manieren om gezond en fit ouder te worden. Bron GEZOND IDEE MUMC

Vooraf krijgt u ook altijd te horen wat een nieuwe prothese kost. U krijgt bij een volledige prothese boven en/of onder altijd 75% van-uit de basisverzekering vergoed, hier hoeft u dus NIET aanvullend voor verzekerd te zijn. U betaalt een eigen bijdrage van 25% en dat komt neer op ongeveer € 350,- voor een volledige prothese boven en onder. Heeft u implantaten of alleen een onder- of bovengebit dan maken we een offerte op maat.

Ouder worden komt met gebreken. Toch lijkt de ene senior daar meer last van te hebben dan de andere. Iedereen kent wel de voorbeelden van 85-jarigen die nog goed bij de pinken zijn en een balletje slaan op de tennisbaan. Aan de andere kant zijn er ouderen die zich al op hun 65ste of 70ste moeizaam voortbewegen met een rollator.

Bij mij krijgt u altijd gratis advies Maak een afspraak. Die duurt een half uur en ik luister naar uw pro-bleem en reik een advies aan. Wat u daarmee doet, is aan u. Als u besluit nog even te wachten is dat ook goed. Maar weet dat wij er zijn voor u!

Verouderingsproces deels genetisch bepaald

tandprotheticus

tandprotheticus

t

Voor een deel is het verloop van het verouderingsproces genetisch bepaald. Daar kun je dus niet zoveel aan doen. Maar voor een belangrijk deel is onze leefstijl bepalend voor hoe we oud worden, weet hoogleraar Bewegingswetenschappen Luc van Loon van Maastricht UMC+. “Een inactieve leefstijl is een zekere weg naar snelle veroudering. Verander je die in een actieve leefstijl, dan levert dat veel winst op. Het goede nieuws is dat het nooit te laat is om te beginnen met een gezonde leefstijl. Hoe oud je ook bent, je kunt altijd nog zo’n veertig procent meer kracht krijgen!”

Spiermassaverlies tot op hoge leeftijd omkeerbaar

Hoe ouder we worden, hoe meer spiermassa we verliezen. Al vanaf je 30e verlies je – bij een gelijkblijvend bewegingspatroon – geleidelijk spiermassa. Vanaf je 65e verloopt dat proces steeds sneller. Zo heeft iemand van 80 gemiddeld de helft minder spiermassa dan iemand van 30. Toch is spiermassaverlies geen onvermijdelijk gevolg van ouder worden: het is onze levensstijl die bepaalt hoe snel dat het proces verloopt. Prof. dr. Luc van Loon: “Ik kan iedereen boven de dertig van harte goede krachttraining aanbevelen. Maar ook als je negentig bent, is het zinvol. Spiermassaverlies is tot op hoge leeftijd omkeerbaar. Het gaat niet om trainen in de sportschool. Het belangrijkste is om een activiteit te vinden waar je plezier in hebt, iets wat je dus volhoudt.”

Eiwit essentieel voor spieropbouw

Naast voldoende beweging is ook het eten van voldoende eiwit onmisbaar voor de aanmaak van nieuw spiereiwit. Maar juist ouderen eten vaak te weinig eiwit en zo verslechtert de opbouw van nieuwe spieren in de loop der tijd. Luc van Loon: “Vlees, eieren, kwark, melk heb je als oudere keihard nodig. Voor een goede spieropbouw moet je minstens 20 gram eiwit per dag innemen.” Geopend: maandag t/m vrijdag voor reparaties en info Behandelingen op afspraak (0495) 592 622 • (0475) 820 395

www.eengoedgebit.nl Weert, Kerkstraat 38a | Maarheeze, Smits van Oyenlaan 2a Roermond, Zwartbroekstraat 3

12

Scan de QR code voor 3 eiwitrijke recepten van Gezond Idee MUMC.

Geopend: m


Liever langer thuis met de KBO! Seniorenorganisatie KBO Limburg heeft 28.000 leden, verdeeld over 113 afdelingen, waar omzien naar elkaar het vertrekpunt is. Allemaal senioren die graag zo lang, en zo goed mogelijk thuis willen blijven wonen. Maar vooral ook samen leuke dingen willen doen en plezier hebben. Belangrijke randvoorwaarden om zo goed en liefst ook zo lang mogelijk zelfstandig in het leven te staan. Tekst KBO Limburg Beeld KBO Heerlen Stad, Nico Beckers (Simone Gerono) en Pim Ermers (Geijsteren) Dat weet ook nieuwe KBO-directeur Simone Gerono-van Bun. Onlangs nam ze het stokje over van Hans Hollanders die na ruim 41 jaar gaat genieten van zijn pensioen. Simone gaat met veel energie aan de slag. Ze vertelt graag over haar drijfveren. Dat geldt ook voor de mensen van de KBO-afdelingen Heerlen Stad en Geijsteren.

Nieuwe KBO-directeur Simone Gerono - van Bun Beeld: Nico Beckers

“Aandacht voor wat senioren nodig hebben!”

Simone heeft een duidelijk doel voor ogen als directeur van KBO Limburg: kwaliteit toevoegen aan het leven van senioren. Ook haar uitgangspunten zijn helder: vitaliteit, gezondheid, erbij horen en aandacht voor wat senioren nodig hebben.

Simone Gerono-van Bun Als voormalig adviseur sport, bewegen en gezondheid bij Huis voor de Sport Limburg zette Simone zich al in voor een actieve en gezonde leefstijl voor senioren. Haar kennis, ervaringen en netwerk neemt ze mee naar KBO-Limburg. Als het aan haar ligt blijven senioren zo lang mogelijk zelfstandig functioneren op fysiek en sociaal vlak. “Tot voor kort was bewegen daarbij mijn vertrekpunt, nu is dat vooral het samen doen, het erbij horen. Lid zijn van een (senioren)vereniging biedt zoveel voordelen. Meedoen aan activiteiten, je talenten inzetten en iets voor elkaar betekenen. Kinderen wonen vaak steeds verder weg, daarom zijn sociale contacten in de buurt zo belangrijk. Ook voor de veiligheid in en om huis en in de buurt. Bij de KBO vind je heel eenvoudig, dichtbij huis nieuwe sociale contacten.” Daarnaast moet er aandacht zijn voor wat senioren nodig hebben. “We moeten als senioren laten zien dat we ertoe doen en dat de maatschappij niet om ons heen kan. Van de senioren tussen 65 en 75 jaar is bijna de helft ergens actief als vrijwilliger, ook bij onze 113 lokale KBO-verenigingen. De vrijwilligers zijn het kapitaal van KBO Limburg. Het ondersteunen van de verenigingen en vrijwilligers is dan ook een van mijn speerpunten!” Er is ook minder goed nieuws, zoals het dreigende zorginfarct. “Alleen al daarom moeten we werken aan zo positief gezond mogelijk ouder worden. Dat is niet zo ingewikkeld: genoeg bewegen, vooral spierkrachttraining, gezond eten en actief blijven op een manier die bij je past. Kijken wat er in je omgeving te doen is, nieuwe mensen leren kennen, en je aansluiten bij een KBO-afdeling! Neem vooral ook iemand mee. Geniet samen van wat er allemaal te beleven is, ook bij de KBO!”

Beeld: KBO Heerlen Stad

“KBO staat voor ontmoeting. Wij bieden onze leden een gevarieerd aanbod. We organiseren uitstapjes en bieden hulp bij talrijke onderwerpen. We zorgen voor heel veel mogelijkheden om elkaar te ontmoeten, waarbij we er ook zijn voor elkaar als het nodig is, dat is heel belangrijk.”

Jo Piefer voorzitter KBO Heerlen Stad kondigt Sterrelicht aan.

Aan het woord is Jo Piefer, bevlogen voorzitter van KBO Heerlen Stad. “We bieden ouderen een netwerk waar zij aandacht krijgen maar ook kunnen geven. Beide aspecten zijn een probaat middel tegen eenzaamheid. Met leden die de gezegende leeftijd van negentig jaar bereiken, gaan we samen uit eten en in mei organiseren we een Moederdagontbijt.” Van jongs af aan is Jo Piefer geïnteresseerd in het toneelspel. Hij is oprichter van het Volkstoneel Kerkrade en was daar ook 31 jaar voorzitter van. Alle opgedane ervaring nam hij mee naar KBO Heerlen Stad. Daar richtte hij al snel de toneelclub Senioren voor Senioren op. De repetities zijn in de aula van huize De Berg in Heerlen en zijn openbaar. Zo groeit de repetitie steevast uit tot een gezellige ontmoetingsplek voor veel ouderen.

Sterrelicht

“In Geijsteren doen we alles samen!”

KBO Geijsteren vierde deze zomer haar 60-jarig bestaan op de prachtige binnenplaats van het landgoed Geijsteren. Daar werd de afdeling opgericht door Barones de Weichs de Wenne. Het kleine dorp Geijsteren ligt aan de Maas en telt 410 inwoners, waarvan 120 mensen ouder zijn dan 65 jaar. De KBO-Geijsteren bestaat uit 90 leden, in deze verhouding een indrukwekkend aantal. De verbondenheid tussen de leden is sterk en elkaar helpen als het nodig is, spreekt vanzelf. Dat geldt ook voor het bestuur dat bestaat uit vijf enthousiaste en actieve vrouwen die eigenlijk alles samen doen. Ze organiseren het hele jaar door allerlei activiteiten, veelal in samenspraak met de leden. De vrijwilligers zijn bovendien ook voor anderen in Geijsteren actief!

Groenploeg en groentemarkt

KBO Heerlen Stad

“Toneelclub zorgt voor ontmoeting”

KBO Geijsteren

Een heel bijzondere productie is Sterrelicht een toneelvoorstelling over dementie en eenzaamheid. Jo Piefer zorgde voor de nodige financiën via o.a. het Interreg V-A Euregio Maas-Rijn programma en de gemeente Heerlen, zocht een goede zaal om in te spelen en voegde twee jeugdige spelers aan zijn groep toe. In juni werd het theaterstuk Sterrelicht, een productie van Luc Stevens, twee keer met succes uitgevoerd in het Parkstad Limburg Theater. Inmiddels is de productie op tour door Limburg met o.a. voorstellingen in Venray en Sittard-Geleen. De KBO-afdelingen kunnen de voorstelling nog een heel jaar boeken en zo dementie en eenzaamheid op een positieve manier bij hun leden bespreekbaar maken!

Er is een groenploeg, die grotendeels bestaat uit de heren van de kaartclub van de KBO. Samen onderhouden ze de groenperken in Geijsteren. Van april tot oktober wordt er gesnoeid en geschoffeld. Van de gemeente Venray ontvangt de ploeg daarvoor jaarlijks een bedrag dat gedeeltelijk in de kas van de KBO vloeit. Heel speciaal is ook de groentemarkt. In het laatste weekend van de maand verkopen leden van de afdeling hun eigen, met veel plezier en toewijding, geteelde groenten en verse eieren en soms ook bloemen. Zo levert ook deze KBO een bijdrage aan positief gezond leven. De opbrengst komt ten goede aan ‘hun’ vereniging en het omzien naar elkaar!

Kijk voor een KBO-afdeling in de buurt op:

www.kbolimburg.nl

“Kinderen wonen vaak steeds verder weg, daarom zijn sociale contacten in de buurt zo belangrijk” Simone Gerono-van Bun, directeur KBO Limburg.

13


Feiten over slaap

3 fabeltjes over slaap We hebben elke nacht acht uur slaap nodig om uit te rusten

Enkele slaapfeiten op een rij: Onze biologische klok regelt de timing van de slaap

Ons dag- en nachtritme wordt aangestuurd vanuit de hersenen. Dat gaat automatisch. Verstoor je dat ritme doordat je bijvoorbeeld in ploegendiensten werkt of door tijdzones heen vliegt, dan raakt die klok ontregeld. Dat kan op den duur tot slaapproblemen leiden. Daarom is het ’t beste je bedtijden niet meer dan anderhalf uur te verschuiven.

Een etmaal zou eigenlijk meer dan 24 uur moeten hebben

De biologische klok heeft van nature een omwenteltijd van iets meer dan 24 uur in plaats van de afgesproken 24 uur. Dat blijkt uit een onderzoek waarin mensen in een bunker zonder licht helemaal zelf mochten bepalen wanneer het dag of nacht was. Onze biologische klok heeft dus net iets meer tijd nodig om de ronde te maken en moet zich daardoor elke dag een beetje resetten. Bij de ene persoon doet de klok dat makkelijker dan bij de andere.

Hoe ouder, hoe meer verbrokkeld de slaap Oudere mensen slapen lichter en vaker in brokjes in plaats van langere tijd achter elkaar. Dat heeft te maken met de normale fysiologische veroudering (zoals mensen grijs worden en rimpels krijgen, veroudert het slaapsysteem ook). Ook spelen hormonale veranderingen, lichamelijke ongemakken, en vaak minder beweging overdag een rol. En omdat de senioren in de nacht wat vaker wakker liggen, kunnen ze overdag af en toe wel eens indutten.

Van te lang slapen word je moe wakker

In het laatste stuk van de nacht overheerst de droomslaap. Die vergt veel energie. Als je te lang slaapt, verbruik je in die laatste uren weer alle energie die je in het eerste gedeelte van de nacht – tijdens de diepe slaap – hebt opgedaan. Daardoor word je vaak moe wakker.

Slapen is werken

Je slaapt in fases die elk zo’n anderhalf uur duren. Samen vormen die fases een cyclus die zich een paar keer per nacht herhaalt. Je gaat van lichte naar diepe slaap, en daarna naar droomslaap. Deze volgorde wisselt telkens af, met in de eerste vijf uur van de nacht de meest diepe slaap en in de tweede helft de meest lichte en droomslaap. Ondertussen is je brein hard bezig om te herstellen, afvalstoffen af te voeren, het lijf weer van energie te voorzien en op te slaan wat je overdag hebt meegemaakt.

Tips voor een gezonde nachtrust Een kwart van de Nederlanders slaapt slecht. Te lang zonder slaap belast je immuunsysteem en je hersenen, en daardoor ga je slechter functioneren. Iedereen die een nacht niet heeft geslapen kan dit beamen. Wat je doet voor je gaat slapen, in welke omgeving en bij welke temperatuur, is allemaal van invloed op het wel of niet rustig inslapen. Zo slaap je lekker:

Tip 1. Slaap niet meer dan nodig is: te lang slapen leidt tot slecht slapen.

Tip 2.

Zorg voor regelmaat in opstaan en naar bed gaan.

Tip 3. Dagelijkse beweging in de

ochtend en vroege middag (niet te laat!) verbetert de slaap.

Tip 4.

Zorg dat de slaapkamer niet te koud en niet te warm is.

Mensen hebben gemiddeld tussen de zes en negen uur slaap nodig. De slaapbehoefte verschilt per leeftijd, maar ook per individu. Zelfs als het om grootpresteerders gaat, kunnen de verschillen groot zijn: Napoleon kon met vier uur toe, Einstein had behoefte aan meer dan tien uur slaap.

Wie ‘s nachts telkens wakker wordt, heeft last van een slaapstoornis

Het tegendeel is waar: een paar keer wakker worden en weer inslapen, hoort bij een gewone nacht slaap.

Vrouwen hebben veel vaker slaapstoornissen dan mannen

Dit is feitelijk onjuist. Vrouwen praten er alleen vaker en makkelijker over. Wel hebben vrouwen twee keer zo vaak stemmingsstoornissen dan mannen en daar komen vaak slaapklachten bij kijken.

Tip 5. Ga naar bed zonder honger, maar niet met een veel te volle maag.

Tip 6. Drink niet teveel voor het slapen,

dan moet je eruit om te plassen.

Tip 7.

Geen opwekkende stoffen voor het slapen. Dus geen koffie, thee, cola en sigaretten. Met alcohol slaap je misschien lekker in, maar in de tweede helft van de nacht krijg je juist slaapstoornissen;

Tip 8.

Mijd tot ongeveer één uur voor het slapen gaan alle apparaten met een scherm, waaronder mobiel, laptop en tv. Op die manier help je je biologische klok om je melatonine-levels op de juiste momenten op peil te houden. Zo kun je het risico op een verstoord slaappatroon aanzienlijk verkleinen.

Tip 9.

Kun je toch niet in slaap komen? Stap het bed uit en ga even heel wat anders doen. Wel iets rustigs. En ook niet een veel te spannende film kijken. BRON: MUMC GEZOND IDEE

14


Bert, Wilma en Michael Roumans bij de omgebouwde garage.

Garage voelt als warm thuis Eigenlijk zijn Bert en Wilma het zelf een beetje schuld. Doordat zij anderen altijd hebben geholpen, helpt hun zoon Michael hen nu. Bert en Wilma Roumans wonen sinds vier jaar in de omgebouwde garage achter het huis van hun zoon in Genhout. Daarvoor woonden ze veertig jaar in Elsloo. Tekst Judith Houben Beeld Moniek Wegdam Wilma Roumans (65) zit lachend aan tafel. Verderop in de kamer pompt een zuurstofapparaat verse zuurstof door een slangetje naar haar neus. Ze heeft het naar haar zin in Genhout. “Ik heb er geen seconde spijt van dat we nu bij onze zoon wonen. De buren zijn superaardig en komen altijd even een praatje maken.” Bert (71) knikt: “En er is elk weekend wel iets te beleven in het dorp. Dat was in Elsloo niet zo.” Tijdens hun eerste anderhalve jaar in Genhout sliepen Wilma en Bert bij Michael (44) in huis. Zo konden vader en zoon intussen de garage in de tuin ombouwen tot mantelzorgwoning.

zelfstandig woont. Daarom kon de gemeente toch toestemming geven voor een mantelzorgwoning. “Echt geweldig zoals ze ons hierbij hebben geholpen”, vindt Bert. Maar dat geldt ook voor bijvoorbeeld de scootmobiel die Wilma in maart had aangevraagd: “Eind april stond hij al voor de deur. Zo fijn. Deze gemeente denkt echt met je mee.”

Al even tevreden zijn ze over de hulp van het Steunpunt Mantelzorg Westelijke Mijnstreek en het bijbehorende Knooppunt Informele Zorg. Bert staat bij beide instanties ingeschreven als eerste Het begon allemaal in mantelzorger voor Wilma 2018. Michael vroeg of en Michael als tweede. het niet makkelijker zou Maar wat als zij op enig zijn als zijn ouders bij moment alle twee niet voor hem kwamen wonen. haar kunnen zorgen? “Stel Michael: “Ik werk in de dat Bert zijn been breekt Michael Roumans bouw en reed elke dag na en dat Michael vanwege het werk naar Elsloo om zijn werk niet naar de te kijken hoe het met mijn moeder ging. Ze heeft winkel of apotheek kan gaan. Dan hoeven ze ons een longziekte (COPD, red.), borderline en ze heeft maar te bellen en springt een van de vrijwilligers een hartinfarct gehad.” Als hij in Elsloo was, at uit ons grote netwerk bij. Tenzij ze voor langere Michael altijd een hapje mee. “Maar zodra ik weer tijd hulp nodig hebben, dan kijken we met onze naar huis reed, voelde het soms alsof ik nog bij zorgpartners wat nodig is”, zegt Kizzy Rouwet mijn ouders nodig was.” Vandaar zijn voorstel. van het knooppunt. Dit is tot nu toe nog niet nodig Wilma twijfelde eerst over het verhuisplan. “Nu geweest. Bert en Michael kunnen het samen prima is Michael vrijgezel, maar wat als hij iemand aan. Ook Michaels’ zus, Joyce (42) was betrokken ontmoet.” Daarom hebben de drie goede afspraken bij de invulling van de mantelzorg en zij helpt mee gemaakt over ieders privacy. In de voormalige door de woning van haar ouders te poetsen. garage is alles aanwezig: keuken, badkamer, woonDat Michael zijn ouders onderdak geeft, heeft en slaapkamer. hij van geen vreemde. Vader Bert is in zijn jonge jaren ooit uit huis gezet door de oma van Michael Het viel nog niet mee om de garage tot woning en Joyce. “Ze had dat gedaan nadat ik ontslag te verbouwen vanwege het bestemmingsplan. had gekregen bij mijn eerste baantje. Mijn broers Tegelijk wil Den Haag dat iedereen langer wilden wel voor de kost zorgen, maar niet voor

mij nu ik ontslagen was.” Die winter bivakkeerde Bert maandenlang in het onverwarmde hok van zijn duiven. Zonder schone kleding of stromend water. Bij een tante kon hij eten en zich af en toe wassen. Uiteindelijk liet zijn moeder hem weer binnen en toen Bert Wilma leerde kennen, bood hij haar onderdak aan. Wilma heeft geen makkelijke jeugd gehad en Bert wist hoe het was om dakloos te zijn. Datzelfde liefdevolle begrip, die drang om Wilma een fijn thuis

“Mijn ouders hebben toch ook altijd voor mij gezorgd”

te bieden, ziet Bert nu terug bij zijn zoon. Michael haalt zijn schouders op: “Ik weet niet precies waarom ik zo ben. Mensen vragen regelmatig of ik er geen spijt van heb dat mijn ouders nu hier wonen. Ik begrijp dat niet goed. Mijn ouders hebben toch ook altijd voor mij gezorgd.” Dus wat dat betreft zijn Bert en Wilma het zelf schuld. Ze hebben Michael geleerd dat het niet meer dan normaal is om anderen te helpen. “Doordat mijn moeder borderline heeft, hielp ik als kind ook al veel mee in het huishouden. Misschien komt het ook doordat ik de oudste ben en het een beetje in mijn karakter zit.” De drie eten nog steeds elke avond samen. Vader en zoon vinden het heerlijk om grapjes te maken tijdens de afwas of te kletsen over hun gezamenlijke passie voor duiven. En als Wilma even alleen thuis is, houdt hond Elmo als trouwe derde mantelzorger de wacht. 15



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.