2010Lokaal15

Page 1

Halfmaandelijks magazine van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw - Paviljoenstraat 9 - 1030 Brussel | verschijnt 20 x per jaar | Afgiftekantoor Gent X | P2A9746

NR 15 VAN 1 oktober 2010

VVSG-MAGAZINE VOOR GEMEENTE EN OCMW

Citymarketing: ook archeologisch onderzoek schept een band in de stad

Dierenwelzijn ook een lokale bevoegdheid Visienota voorschoolse kinderopvang mist visie Wie betaalt de riolering?


ITS Congres

21 oktober 2010 Diamant Conference Center A. Reyerslaan 80 - B-1030 Brussel

Intelligente mobiliteitsoplossingen voor steden en gemeenten, politiediensten, parkeeroperatoren, gewesten en openbare vervoersmaatschappijen Dit congres toont aan welke impact technologie kan hebben op uw mobiliteitsbeleid. Openingstoespraak door Brussels Minister van Vervoer en Openbare Werken Brigitte Grouwels. Workshops, product demonstraties en toespraken door vertegenwoordigers van overheden en openbare diensten zullen antwoorden bieden op praktische vragen zoals: - Hoe kunnen gemeenten sluipverkeer door de dorpskern vermijden? - Welke nieuwe technologieĂŤn bestaan er voor mobiliteitsmanagement en verkeershandhaving? - Wat zijn de ontwikkelingen rond het gebruik van ANPR en digitale cameras? - Hoe kunnen parkeermanagementsystemen best worden ingevoerd, en wat zijn de meest recente ervaringen van steden en gemeenten? - Welke impact hebben nieuwe technologieĂŤn, zoals alcoholsloten, op de verkeersveiligheid? - Hoe kunnen verkeersmanagementsystemen incidenten bij wegenwerken helpen voorkomen? - Hoe kunnen snelle interventies worden gerealiseerd bij incidenten? - Hoe wordt informatievoorziening in real-time georganiseerd bij openbaar vervoer?

Voor meer informatie en inschrijvingen: Web: www.its.be/congres2010 Email: info@its.be

In samenwerking met:


NR 15 VAN 1 OKTOBER 2010

VVSG-MAGAZINE VOOR GEMEENTE EN OCMW

Halfmaandelijks magazine van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw - Paviljoenstraat 9 - 1030 Brussel | verschijnt 20 x per jaar | Afgiftekantoor Gent X | P2A9746

BART LASUY

INHOUD

LOKAAL NUMMER 15 VAN 1 OKTOber 2010

Citymarketing: ook archeologisch onderzoek schept een band in de stad

12 Dierenwelzijn ook een lokale bevoegdheid

Interview Bart Somers: ‘De stad maakt ook de mensen.’

Visienota voorschoolse kinderopvang mist visie Wie betaalt de riolering?

5 Opinie: Tijd voor duidelijke keuzes

KORT LOKAAL

STEFAN dewickere

Dat archeologisch onderzoek een stedelijk project kan zijn dat sfeer in de stad creĂŤert, vertelt Bart Somers zelf ook op www.vvsg.be.

Citymarketing is voor Bart Somers geen commercieel verhaaltje: ‘We willen een coachende stad zijn die burgers en verenigingen uitnodigt om mee te bouwen aan een warme stad.’ En dat pakt Mechelen zeer interactief aan, zelf het archeologische onderzoek wordt een hip en interactief evenement.

6 Nieuws, print & web, perspiraat, column

ORGANISATIE 12 Interview met Bart Somers ‘De stad maakt ook de mensen.’ 16 Nieuwe praktijk in Herenthout: Herenthuis in beeld 19 De-lokaal: De democratie groeit

20 Schepen in de voetsporen van Franciscus van Assisi en Brigitte Bardot 23 Lokale raad: Wat is het stemgewicht van een politieraadslid bij een stemming over de politiebegroting? 24 De raad van Putte

WERKVELD 26 Visienota voorschoolse kinderopvang mist visie 28 Klare kijk: De werkgeversbijdrage voor de tweede pensioenpijler. 30 Stuur families UiT met Vlieg

26 Visienota voorschoolse kinderopvang mist visie De Vlaamse regering maakt zich sterk op termijn aan de vraag naar kinderopvang te voldoen. Een lokaal loket kinderopvang zal jonge ouders een duidelijk overzicht van het aanbod bieden.

ISABELLE PATEER

FORUM

SPECIAL WATER 34 Op zoek naar een financieel duurzaam rioolbeleid 37 Nieuwe praktijk in Koksijde: Water Koninklijke Baan infiltreert rechtstreeks in zandige bodem 39 Het water ingetoomd. De watersnood van 2007 zet Poperinge aan het werk. 42 Turnhoutse Veedijk: bedrijventerrein zonder nadelige impact 44 Berichten en publicaties 46 Agenda & Triljoen

Op zoek naar een financieel duurzaam rioolbeleid

stefan dewickere

WETMATIG

34 Hoeveel geld is er nodig om het huidige rioolstelsel te onderhouden en nieuwe buizen te leggen zodat Vlaanderen een goede waterkwaliteit haalt tegen de Europese deadline? Lokaal vroeg het aan de belangrijkste rioolbeheerders. 1 oktober 2010 LOKAAL 3


Kantoorinrichting

Onthaal

ICT

Energie

Schoonmaak

Veiligheid

lanceerprijs

49 euro*!

FaCIlITy managEmEnT Een efficiënte en kostenbesparende logistiek efficiëntie en kostenbesparing

Voor managers

Facility management staat voor het integraal managen en organiseren van de ondersteunende activiteiten van een organisatie. Door deze processen te optimaliseren blijven er meer middelen over voor de kernactiviteiten van een organisatie.

Dit losbladige, duurzame werk is niet alleen bestemd voor alle ondersteunende diensten in overheden en organisaties maar ook voor managers die hun organisatie willen moderniseren en een efficiënt en kostenbesparend beleid wil uitbouwen tot grote tevredenheid van alle medewerkers.

Efficiëntie op alle vlakken is cruciaal in deze tijden van besparingen. Een goed facility management maakt uw organisatie niet alleen efficiënter maar bespaart u ook een pak onnodige kosten.

management Na het lezen van het handboek Facility u: t kun ties nisa voor overheden en orga

π een ruimte efficiënt beheren π een aangename werkplek creëren zonder te hoge kosten π het energieprestatiepeil van een gebouw berekenen π een goed onderhoudsplan opmaken π de ICT-dienstverlening verbeteren π nieuwe ideeën verkopen en omgaan met weerstand

altijd actueel Het handboek Facility management voor overheden en organisaties is losbladig en dus altijd actueel. Enkele keren per jaar wordt het handboek aangevuld. Op deze manier wordt de kennis geleidelijk en per thema wordt opgebouwd. U ontvangt dus geen kilo’s papier, enkel de belangrijkste en meest relevante informatie.

geschreVen door een team Van experts De auteurs van het handboek zijn stuk voor stuk ervaren managementprofessionals. Luc Lebon was projectmanager voor de invoering van facilitair beheer bij de stad Antwerpen en vervolgens medewerker bij het energie- en milieuagentschap van de stad. Peter Buyckx is projectmanager bij Planon, een bedrijf dat facility management software ontwerpt. Jos Duchamps is managing director bij Procos, een firma gespecialiseerd in facility management op vlak van ruimtelijke inrichting en organisatie. David van Eyckeren is product manager bij de firma Haskoning Belgium.

Bestelkaart Politeia // Ravensteingalerij 28 // 1000 Brussel // Fax: 02 289 26 19 // Tel: 02 289 26 10. Of bestel via www.politeia.be // e-mail: info@politeia.be

Ja, ik bestel

....... ex. van het handboek Facility management voor overheden en organisaties tegen de lanceerprijs van 49 euro.*

Bestuur/Organisatie: ........................................................................................................................... Naam: ................................................................................................................................................. Functie: ............................................................................................................................................... E-mail: ................................................................................................................................................. Tel. : .................................................................................................................................................... Adres: ................................................................................................................................................. BTW: ................................................................................................................................................... * Prijzen geldig tot 31 december 2010. Het betreft hier een losbladig werk. Bijwerkingen worden u automatisch toegestuurd tegen 0,49 euro per pagina en 29 euro per cd-update, en dit tot schriftelijke opzegging van uw abonnement. Uw gegevens worden door ons in een bestand bijgehouden en niet aan derden doorgegeven. Overeenkomstig de wet op de privacy heeft u inzage- en correctierecht.

Datum en handtekening


opinie MARK SUYKeNs

Tijd voor duidelijke keuzes Stefan Dewickere

D Mark Suykens is directeur van de VVSG

e OESO heeft als internationale onderzoeksinstelling over het functioneren van overheden al herhaaldelijk aangetoond welke voorwaarden noodzakelijk zijn om economische groei te bewerkstelligen. Landen waarvan het overheidsapparaat sterk én transparant is uitgebouwd, slagen er veel beter dan andere in om economische groei en meer welvaart voor de bevolking te creëren. Eenvoudige overheidsstructuren, beperkte regelgeving, minder bureaucratie zijn daarvoor essentiële elementen.

Vlaanderen faalt voorlopig op deze belangrijke voorwaarde. Zal het Groenboek hierin verandering brengen? Dit werkstuk van de Vlaamse regering bevat ongetwijfeld goede voorstellen maar schiet nog tekort in harde en duidelijke keuzes voor meer transparantie en minder bureaucratie functioneren. Aan de ene kant blijft de verkokering en de sectorale dominantie in Landen met een sterk en transparant het Vlaamse overheidsfunctioneren te veel overheidsapparaat creëren economische groei overeind, wat zelfs nog versterkt werd door het veranderingstraject Beter Bestuurlijk en welvaart voor de bevolking. Beleid. Langs de andere kant wordt het subsidiariteitsbeginsel niet consequent toegepast en blijven we met een overdaad aan intermediaire overheidsapparaten zitten die de beleidsruimte voor steden en gemeenten ten gronde beknotten. Rapporten zijn er genoeg ter beschikking: het Groenboek, verslagen van de commissies Efficiëntie bij de overheid, aanbevelingen van de (parlementaire en regerings-)commissies over de versnelling van de procedures in investeringsprojecten of aanbevelingen en doorbraken vanuit Vlaanderen In Actie. De tijd om heldere keuzes te maken, is aangebroken: drastisch snoeien in overdadige procedures en sluipende ambtelijke besluitvorming, de Vlaamse bestuurscultuur van verkokering en centralisatie fundamenteel omkeren, vertrouwen geven aan lokale bestuurders, grondig saneren in intermediaire tussenstructuren, … Vlaanderen (en België) verschuiven in vele internationale rankings almaar verder naar beneden. Om Vlaanderen als topregio uit te bouwen zijn er duidelijke keuzes nodig en geen halfslachtige compromissen. I

LOKAAL is het magazine en ledenblad van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw en verschijnt tweemaal per maand

Verantwoordelijk uitgever Mark Suykens, directeur VVSG Bladmanagement Jan Van Alsenoy Hoofdredactie Marlies van Bouwel, T 02-211 55 46

Paviljoenstraat 9, 1030 Brussel T 02-211 55 00 • F 02-211 56 00 lokaal@vvsg.be www.vvsg.be

Kernredactie Pieter Plas, Inge Ruiters, Jan Van Alsenoy, Bart Van Moerkerke Columnisten Johan Ackaert, Pieter Bos, Nora Van Meeuwen

Redactiesecretariaat Inge Ruiters, T 02‑211 55 44

Illustraties Bart Lasuy, Stefan Dewickere, Layla Aerts (fotografen), Nix (cartoonist)

Eindredactie Marleen Capelle

Vormgeving Ties Bekaert

Abonnementen VVSG-leden: 80 euro, vanaf 10 ex. 67 euro; niet-leden: 150 euro VVSG, Nicole Van Wichelen T 02-211 55 43 Regie vacatures nicole.vanwichelen@vvsg.be T 02-211 55 43 Regie advertenties Cprojects&Advertising, Peter De Vester, T 03 326 18 92, media@cprojects.be

Drukwerk Schaubroeck (Nazareth) Lokaal wordt gedrukt op het kringlooppapier Cyclus (100% post consumer)

VVSG-bestuur Luc Martens, voorzitter Sas van Rouveroij, voorzitter raad van bestuur Theo Janssens, voorzitter afdeling OCMW’s

Ondertekende artikels verbinden alleen de auteurs. Reacties zijn welkom. De redactie zal deze naar eigen inzicht al dan niet opnemen, inkorten of er melding van maken. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd en/ of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, elektronische drager of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Met de steun van Dexia en Ethias, partners van de VVSG

1 oktober 2010 LOKAAL 5


KORT LOKAAL NIEUWS

Malle ondertekent VVSG-toegankelijkheidscharter

GF

Na de opening van het sociaal huis ondertekenden alle medewerkers van het gemeentebestuur van Malle tijdens een officiĂŤle plechtigheid het toegankelijkheidscharter. Met de ondertekening van het VVSG-charter toegankelijke lokale dienst- en hulpverlening uiten ze hun engagement tegenover de burger.

O

p 1 juli opende Malle de deuren van zijn sociaal huis voor het ruime publiek. Alle Mallenaren kunnen er terecht voor een zeer ruime waaier aan dienstverlening: financiĂŤle en sociale hulp, een tweedehandswinkel, een strijkatelier, kinderopvang, opvoedingsondersteuning, zorg, pensioenen en tegemoetkomingen, ondersteuning voor mantelzorgers en informatie over woonmogelijkheden

voor senioren. Maar ook voor hulp bij het invullen van formulieren en administratie, een gepast vrijwilligersengagement of een goed gesprek wanneer het wat moeilijker gaat, ben je bij het sociaal huis aan het juiste adres. Voor zo’n ruim aanbod heb je een hecht team van gemotiveerde medewerkers nodig. Daarom organiseerde het bestuur van Malle een receptie voor alle medewerkers. De burgemeester, de gemeentesecretaris, de OCMW-secretaris, de OCMW-voorzitter en alle personeelsleden ondertekenden er het VVSG-charter toegankelijke lokale dienst- en hulpverlening. Ook de medewerkers van externe diensten die zitdagen houden in het sociaal huis, ondertekenden het charter. Als uiting van hun engagement hingen ze het vervolgens op in de onthaalruimte. Vele besturen bereiden ondertussen de ondertekening voor. In de komende Ronde van Vlaanderen geeft de VVSG hierover een toelichting voor mandatarissen. Op 12 en 19 oktober organiseren we twee studiedagen over toegankelijke dienstverlening. Peter Sels ÎÎInformatie over het charter op www.vvsg.be, knop sociaal beleid, lokaal sociaal beleid; informatie over het sociaal huis Malle bij wendy.verheyen@sociaalhuismalle.be

Antwerpen ontvangt het comitÊ van de regio’s Op 10 september kwam het Bureau van het ComitÊ van de Regio’s samen in Antwerpen. Normaal vergadert dat Bureau in Brussel, maar elk half jaar is het te gast in het land dat het Europese voorzitterschap waarneemt. De Vlaamse regering nodigde in het kader van het Belgische voorzitterschap de bureauleden uit in Antwerpen.

O

p het programma van de bureauvergadering stond onder meer de toelichting van de prioriteiten van het Belgische EU-voorzitterschap door Vlaams minister-president Kris Peeters. Er vond ook een debat plaats over de EU 2020-strategie, duurzaamheid en groene energie. Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege, Mercedes Bresso, de nieuwe Italiaanse voorzitter van het ComitĂŠ, en Marie Donnely, directeur van het directoraat-generaal Energie namen eraan deel. De stad Antwerpen mocht

6 LOKAAL 1 oktober 2010

haar beste praktijken presenteren op het vlak van energie en milieu. De Europese gasten bezochten de dag voordien in de Antwerpse haven groene havenprojecten. Vlaanderen heeft immers het duurzame gebruik van grondstoffen, energie en materialen hoog op de agenda van het Belgische voorzitterschap geplaatst. Het ComitÊ van de Regio’s met zijn 344 leden uit de 27 EU-lidstaten is de assemblee van lokale en regionale vertegenwoordigers. De missie is om de lokale en regionale overheden en de bevolking

die ze vertegenwoordigen te betrekken bij het Europese besluitvormingsproces. Tegelijk zijn de Europese Commissie, het Europees Parlement en de Raad verplicht het ComitÊ te raadplegen over beleidsdomeinen die regio’s en lokale besturen aangaan. De vorige voorzitter van het comitÊ was tot begin dit jaar voormalig ministerpresident Luc Van den Brande. Jan Van Alsenoy ÎÎMeer informatie: www.eutrio.be/nl


PRINT & WEB

Lokale politie wacht op begrotingsrichtlijnen 2010Â

Overschrijding spilindex De politiezones kunnen er wel al rekening mee houden dat de lonen van het politiepersoneel dit en volgend jaar zullen stijgen. Door de overschrijding van de spilindex (Inforumnummer 63922)Â gaan de lonen van het politiepersoneel in oktober 2010 met twee procent omhoog. Als we de vooruitzichten van het Planbureau mogen geloven, komt de volgende overschrijding van de spilindex er in september volgend

62.466

Online: standbeelden.be

GF

‘De politieraad vergadert ieder jaar in oktober om te beraadslagen en te besluiten over de begroting van uitgaven en ontvangsten van de politiezone voor het volgende dienstjaar.’ Zo staat het in de wet op de geĂŻntegreerde politie. De federale overheid heeft al enkele jaren de gewoonte om een rondzendbrief te maken met daarin een reeks richtlijnen voor het opstellen van de politiebegroting, zoals de Vlaamse overheid dat ook doet voor de gemeenten en OCMW’s. Vorig jaar slaagde de federale overheid erin deze richtlijnen tegen 21 augustus te verspreiden. Dit jaar is deze timing duidelijk niet gehaald, vooral omdat er nog geen federale regering is gevormd. De VVSG heeft er bij het kabinet van Binnenlandse Zaken op aangedrongen de politiezones zo snel mogelijk meer informatie te geven. Dit kan door de zones voorlopige richtlijnen te geven waarmee ze rekening kunnen houden bij de opmaak van de begroting.

jaar. Dat betekent dat de lonen van het politiepersoneel in november 2011 met twee procent zouden stijgen. Daarmee verwacht het Planbureau duidelijk een versnelling van de inflatie. De overschrijding van de spilindex in augustus 2010 kwam al eerder dan de instelling had voorzien. Bovendien ging ze er tot nu toe van uit dat er in 2011 geen nieuwe overschrijding zou komen. Als de huidige ramingen bewaarheid worden, betekent dit een nieuwe inflatiegebonden toename van de loonkosten voor de lokale politiezones. Koen Van Heddeghem

De landbouwtelling leert ons dat er 62.466 personen regelmatig actief zijn in Vlaamse landbouwbedrijven (2007). In Brasschaat, Liedekerke en Genk gaat het over ongeveer 10 personen. In Kortenberg, Lovendegem, Lommel, Bierbeek en Haaltert werken ongeveer 100 personen in de landbouw. De top vijf van tewerkstelling in de landbouw is Poperinge, Beveren, Sint-Truiden, Lochristi en als absolute koploper Hoogstraten. In Hoogstraten werken maar liefst 1139 personen regelmatig in de landbouw. Wilt u meer weten over de landbouw in uw gemeente, surf dan naar www.lokalestatistieken.be.

De website www.standbeelden.be is een beeld- en databank in opbouw die een inventaris maakt van alle standbeelden die in BelgiÍ staan. Het standbeeld op het marktplein bij u in de gemeente: u heeft geen idee wie of wat er afgebeeld staat? Standbeelden.be probeert de mysteries op te lossen en verstrekt achterliggende informatie over bekende en onbekende standbeelden en de geschiedenis van de afgebeelde persoon. De site brengt zelfs nieuwsitems over gemeentelijke standbeelden. Het project doet daarbij in belangrijke mate een beroep op het grote publiek. Iedere geregistreerde gebruiker kan foto’s van en teksten over standbeelden uit zijn gemeente toevoegen aan de databank. www.standbeelden.be

Praktijkgids milieuvergunning Bij het opmaken van een aanvraagdossier voor een milieuvergunning is het vooral belangrijk dat ondernemers en bedrijven weten waarom de overheid bepaalde informatie vraagt en hoe hier dan mee omgegaan wordt. De milieuvergunningsaanvraag heeft een grote impact op de bedrijfsvoering en op de bouw van een bedrijf. Omdat zowel de exploitatie- als de constructievoorwaarden waaraan een bedrijf moet voldoen, in de milieuvergunning vervat liggen, loont het voor ondernemers de moeite om voldoende denkwerk en energie te stoppen in het aanvraagdossier. De onlangs verschenen Praktijkgids milieuvergunning maakt bedrijven wegwijs in de uitgebreide milieuwetgeving en verstrekt tips en advies voor de opmaak van een gemotiveerde milieuvergunningsaanvraag. P. Vansteenkiste, Praktijkgids milieuvergunning, Uitgeverij UGA, Kortrijk, 29,50 euro

1 oktober 2010 LOKAAL 7


KORT LOKAAL NIEUWS

Campagne valpreventie

Het autootje van uw kleinzoon kan gevaarlijker zijn dan het verkeer.

EĂŠn op drie 65-plussers valt minstens ĂŠĂŠn keer per jaar, soms met ernstige gevolgen. Omdat veel oudere Vlamingen zich hiervan niet bewust zijn, houdt de Vlaamse overheid in samenwerking met het Expertisecentrum Valpreventie Vlaanderen een bewustmakingscampagne.

Een op de drie 65-plussers valt minstens ÊÊn keer per jaar. En zo’n valpartij heeft vaak nare gevolgen. Gelukkig kunt u de kans op vallen makkelijk zelf verkleinen door actief te zijn en uw veiligheid te verhogen. Hoe jonger u daarmee begint, hoe beter.

D

V.U.: Chris Vander Auwera, Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid, Koning Albert II-laan 35 bus 33, 1030 Brussel

Tientallen tips die er staan, vindt u op www.vermijdvallen.be

affiche_vallen_A3_DEF.indd 1

7/07/10 09:45

ĂŽĂŽwww.valpreventie.be voor de praktijkrichtlijn

e beste remedie om valincidenten te voorkomen is voldoende bewegen. Hierdoor zal niet alleen het valrisico dalen, de kans op ziekten zoals diabetes en hart- en vaatziekten neemt ook af. Ook kunnen ouderen dan langer op zelfstandige basis thuis blijven wonen. Naast actief en fit blijven is het belangrijk de eigen veiligheid te verhogen. Dit kan door eenvoudige maatregelen in omgeving en gedrag, en door aangepast schoeisel. Belangrijk is dat senioren zich laten evalueren op verhoogd valrisico. Speciaal voor de thuiszorgsector ontwikkelde het Expertisecentrum Valpreventie Vlaanderen in 2009 een praktijkrichtlijn valpreventie. Ze bestaat uit drie grote delen: gezondheidspromotie met de focus op valpreventie, en val- en fractuurpreventie bij thuiswonende ouderen met verhoogd valrisico. Organisaties die vormingen over valpreventie willen organiseren, kunnen een beroep doen op specialisten. Voor de residentiĂŤle zorg deed het Expertisecentrum in 2009 een literatuurstudie naar de effectiviteit van valpreventiemaatregelen in woonzorgcentra en ontwikkelde het ook een praktijkrichtlijn valpreventie. In 2010 wordt deze praktijkrichtlijn in zeven woonzorgcentra toegepast en op haar haalbaarheid geĂŤvalueerd. Vanaf 2011 zal ze beschikbaar zijn voor alle woonzorgcentra. Sabine Vancauwenberge

Nieuwe procedure financiĂŤle steun Stichting tegen Kanker De Stichting tegen Kanker is in BelgiĂŤ al meer dan tachtig jaar actief in de strijd tegen kanker. Naast de financiering van wetenschappelijk onderzoek en kankerpreventie wil de Stichting de levenskwaliteit van mensen met kanker verhogen door middel van sociale dienstverlening.

P

atiĂŤnten die het moeilijk hebben om hun medische kosten te betalen via een sociale dienst, kunnen onder bepaalde voorwaarden een aanvraag voor financiĂŤle steun indienen bij de Stichting tegen Kanker. Sinds 1 juli 2010 voerde de Stichting enkele aanpassingen in, zoals het criterium voor netto maandelijkse inkomsten. Die bedragen nu 1500 euro

voor een alleenstaande en 2500 euro voor een gezin. Bovendien vraagt de Stichting een uittreksel gezinssamenstelling uit het bevolkingsregister, een medisch attest en, in geval van schulden, een attest van een erkende schuldbemiddelaar. U kunt een aanvraag indienen tot maximaal vijf jaar na de diagnose. Bij herval geldt de nieuwe diagnosedatum. Een

tussenkomst wordt maximaal vier keer over twee opeenvolgende jaren toegestaan. Het minimumbedrag bedraagt 125 euro en het maximumbedrag 1000 euro per jaar. De aanvraag kan voortaan online gebeuren. De indiener van de aanvraag moet zich eenmalig registreren op www.kanker.be. Sabine Van Cauwenberge

ĂŽĂŽEva De Schryver, T 02-743 45 88, financiele.steun@kanker.be, www.kanker.be

Tot 15 oktober goede praktijken Ongelijk gezond De Koning Boudewijnstichting ondersteunt lokale projecten die de gezondheidskloof dichten, volgens het principe gelijke kansen voor iedereen op een goede gezondheid. De projecten hoeven zich niet te beperken tot de zwakste doelgroepen en kunnen zich ook buiten de gezondheidssector situeren. Hoewel de oproep zich niet exclusief richt naar lokale besturen, vormen zij een belangrijke doelgroep. De Koning Boudewijnstichting biedt 5000 tot 20.000 euro steun per geselecteerd project. ĂŽĂŽwww.kbs-frb.be, knop actiedomein Gezond, Ongelijk gezond

8 LOKAAL 1 oktober 2010


PRINT & WEB

De maximumfactuur in het basisonderwijs: hoe gaan scholen ermee om? Via de maximumfactuur weten ouders wat ze aan de school van hun kind zullen moeten betalen: 20 euro per schooljaar voor een kleuter, 60 euro voor een lagereschoolkind. De voorbije schooljaren riep deze maximumfactuur hevige reacties op. Het Onderwijssecretariaat van de Vlaamse Steden en Gemeenten (OVSG) hield een enquĂŞte en formuleerde beleidsaanbevelingen.

W

erkt de maximumfactuur ĂŠcht verschillen tussen scholen weg en geeft ze zekerheid aan ouders? Of is het een monstertje van betutteling en kunnen kinderen nu minder naar het museum of de boerderij? Vlaams minister van Onderwijs Pascal Smet heeft aangekondigd dat hij de maximumfactuur wil evalueren. Daarom vroeg het OVSG dit nu al aan 55 stedelijke en gemeentelijke

basisscholen. Het hield rondetafelconferenties per provincie en in Gent, Antwerpen en Brussel. Nergens bleek de afschaffing van de maximumfactuur aan de orde. Wel is er een algemene vraag om het bedrag voor het kleuteronderwijs te verhogen, de bedragen snel en correct te indexeren zowel voor kleuter- als voor lager onderwijs en scholen de mogelijkheid te geven de maximumfactuur flexibeler

te hanteren. De geografische ligging van een school moet meetellen omdat die gevolgen heeft voor de kosten van het vervoer. Ook is het belangrijk dat het secundair onderwijs de inspanningen van het basisonderwijs om de kosten te beheersen voortzet. Marleen Devry ĂŽĂŽEnquĂŞte en de beleidsaanbevelingen op www.ovsg.be, knop standpunten, anne.berckmoes@ovsg.be

Wat met de waterput?

Beeldkwaliteitplan Open School Het bouwen van nieuwe scholen in combinatie met woningen en kinderdagverblijven is in Vlaanderen op dit ogenblik nog niet evident. Toch zijn er enkele open scholen in de maak. De open school wordt een vlot toegankelijke en multifunctionele ruimte waar alle buurtbewoners welkom zijn. Dit nieuwe bouwconcept staat niet los van een nieuw leerconcept. Want de open school is meer dan een gebouw: de open school is niet ‘mijn’ school maar ‘onze’ school. Wonen in, op en rond de school heeft tal van voordelen, voor de school en voor de buurtbewoners. Het beeldkwaliteitplan van GO! Onderwijs van de Vlaamse gemeenschap visualiseert met een aantal concrete cases hoe de school van de toekomst er kan uitzien, met de nodige zin voor realiteit en oog voor een goede samenwerking tussen verschillende actoren. Beeldkwaliteitplan Open School, GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, Uitgeverij Politeia, Brussel, 29 euro

H

et Museum voor de Oudere Technieken (MOT) in Grimbergen doet als enige erfgoedorganisatie in Vlaanderen onderzoek naar waterputten in BelgiÍ. Vóór de algemene waterdistributie was een waterput een van de weinige manieren om aan drinkwater te geraken. Een belangrijk aspect van het project Wat met de waterput? is de grootschalige inventarisatie van de waterputten. Weet u een waterput staan? Heeft u er zelf een? Bezit u andere informatie die het MOT kan helpen bij zijn project? Laat het weten. GF

Inge Ruiters ĂŽĂŽwww.mot.be, info@mot.be, T 02-270 81 11

Youth at Risk op zoek naar partners en vrijwilligers

Y

outh at Risk (YAR) is een ambulant begeleidingsprogramma voor jongeren tussen 16 en 21 jaar met problemen op verschillende levensdomeinen. YAR zoekt partners en vrijwilligers voor zijn werking. Hasselt, Genk en Antwerpen, maar ook Houthalen-Helchteren en Heusden-Zolder en de provincie Limburg meldden zich al als partner aan. Ze verklaarden zich bereid om

YAR via het eigen netwerk bekend te maken en vrijwilligers voor het programma te vinden via de eigen communicatiekanalen. Wilt u meer weten over YAR Vlaanderen? Surf dan naar www.yarvlaanderen.be en word partner. Marleen Devry ĂŽĂŽwww.yarvlaanderen.be

Project en promomateriaal Verkeersouders Met het project Verkeersouders ondersteunt de Vlaamse Stichting Verkeerskunde (VSV) ouders en vrijwilligers die zich inzetten om scholen te helpen bij verkeers- en mobiliteitseducatie. Deze vrijwilligers kunnen zich bij de VSV registreren als verkeersouder. Verkeersouders zijn onmisbaar geworden voor verkeersactieve scholen. Daarom is het nodig om als school geregeld een nieuwe oproep te lanceren om verkeersouders te werven. De VSV heeft gratis promotiefoldertjes en posters ter beschikking, die u kunt uitdelen aan ouders of uithangen aan de schoolpoort. Alle info over het project is te vinden op www.verkeersouders.be. www.verkeersouders.be, www.verkeerskunde.be/publicaties/educatie

1 oktober 2010 LOKAAL 9


PERSPIRAAT

KORT LOKAAL NIEUWS

“ Voor tien miljoen Belgen zijn er

zes regeringen. Bijvoorbeeld de provincie is een laag te veel. De toegevoegde waarde daarvan zou ook op lokaal of Vlaams niveau kunnen liggen. Maar ooit moet iemand zeggen: we stoppen ermee, we schaffen dat af. Dat vereist politieke moed. En gebeurt dus niet.

Voka-topman Peter Leyman – Metro 13/9

vooral te focussen op het gebrek aan responsabilisering van gemeenschappen en gewesten, maar we zijn vaak blind voor het feit dat op het vlak van de gemeentelijke financiën er ook belangrijke mechanismen bestaan die kunnen aanzetten tot excessieve uitgaven. Ivan Van de Cloot, hoofdeconoom Itinera Institute, over Brussel – De Morgen 31/8

“ We slagen er nog altijd niet in

om met ouders uit de migratie en uit andere kansarme groepen op zo’n manier te spreken dat ze de werking van scholen begrijpen en dat ze weten wat van hen verwacht wordt. Tegelijk ben ik het ermee eens dat leerkrachten geen welzijnswerkers zijn. Maar ten gronde is dit wel een zaak van inburgering en integratie. Daarom reken ik ook op de zelforganisaties en de gemeentebesturen om een rol te spelen.

Vlaams minister van Onderwijs Pascal Smet (SP.A) – Knack 1/9

“ Je kunt in dit land nu echt ner-

gens meer door. Elke weg, van de breedste autostrade tot het nietigste steegje, is opgebroken. Elk gemeentebestuur leeft in de overtuiging dat het de gemeente slecht bestuurt als er geen infrastructuurwerken worden uitgevoerd.

“ De zoektocht naar een betaalbare

gezinswoning in een goede buurt en naar een school met kinderen uit een sterke sociale omgeving (politiek correct taalgebruik om de term blanke school te vermijden), zuigt jonge koppels uit de steden weg. (…) Het Vlaamse platteland verandert gestaag in een aaneengesloten voorstad waar de middenklasse thuis is. Bart De Wever (NV-A) – De Standaard 7/9

10 LOKAAL 1 oktober 2010

197 gemeenten tekenen motie Wachtnacht

Z

aterdag 11 september was het verzamelen geblazen in Gent voor de Wachtnacht. Een organisatie van de coalitie 2015-De tijd loopt om aandacht te vragen voor de realisatie van de Millenniumdoelstellingen. Meer dan 15.000 wachtenden op het Sint-Pietersplein stuurden een duidelijke boodschap naar onze politici en genoten van optredens van onder meer Youssou N’Dour. Ook de gemeenten waren present. Maar liefst 197 gemeenten ondertekenden de

motie de tijd dringt en verschillende burgemeesters en schepenen voor ontwikkelingssamenwerking kwamen die motie ook persoonlijk ondertekenen op de Wachtnacht. Burgemeester Daniël Termont en schepen Tom Balthazar van Gent overhandigden de ondertekende motie aan Bogdan Vanden Berghe, algemeen secretaris van 11.11.11. Christophe Ramont ÎÎwww.wachtmee.be

Jongeren één dag werknemer voor Zuiddag De campagne Klop eens een dagje voor het Zuiden is een initiatief van de vzw Zuiddag door en voor jongeren uit de derde graad secundair onderwijs.

O

p 21 oktober zullen veel zeventien- en achttienjarigen één dagje werknemer zijn. Ze draaien echt mee op de werkvloer. Hun loon van die werkdag – minimaal 40 euro – staan ze af aan vormingsprojecten voor jongeren in het Zuiden. De opbrengst van deze editie gaat naar Indonesië. Bedrijven, instellingen en organisaties over heel Vlaanderen doen mee door vooraf werk aan te bieden via een jobbank. De afspraak om te komen werken wordt rechtstreeks tussen de jongere en de aanbieder gemaakt, maar het loon wordt op de rekening van Zuiddag gestort. In de stad Halle, die van bij de start in 2006 haar medewerking verleende, werkt zowel het stadsbestuur als het OCMW mee aan de campagne.

VU Ewoud Monbaliu, Zuiddag vzw, Paleizenstraat 90, 1030 Brussel

Koen Meulenaere in zijn ‘Bladspiegel’ – Knack 1/9

2015 de tijd loopt

“ Het is vandaag politiek correct om

ddag.be

www.zui

Met de gewaardeerde steun van de Vlaamse overheid (Vais), Groep Colruyt en Schoenen Torfs

In 2009 zetten vijfduizend Vlaamse jongeren zich op Zuiddag belangeloos in. Dit jaar hoopt de organiserende vzw dat aantal te verdubbelen. Doet uw bestuur, vereniging of instelling ook mee? Creëer dan een inhoudelijk interessante of uitdagende job voor één dag en meld u bij de jobbank. Marleen Devry ÎÎjobbank.zuiddag.be


johan ackaert column

De week van de Fairtrade

D

it jaar loopt de week van de Fairtrade van 29 september tot 10 oktober. Tijdens die week rijdt een Max Havelaarbus doorheen Vlaanderen en Brussel langs de gemeenten die tijdens die week activiteiten organiseren. Op 29 september start de bus in Kortrijk op het Schouwburgplein bij het koffiekunstwerk in wording. Die dag maken de leerlingen van de Kortrijkse scholen samen met hun leerkrachten een portret met 7500 bekertjes van Puro, de Max Havelaarkoffie van Miko. Uiteraard verwijst het kunstwerk naar eerlijke handel tussen Noord en Zuid. Er zal ook geld worden ingezameld ten voordele van de Mobile Schools. Marlies van Bouwel

Met stadsklassen stedelijkheid ontdekken

V

eel kinderen kennen de stad niet of nauwelijks. Stadsbezoeken beperken zich dikwijls tot een middag shoppen, een bezoek aan de bioscoop of een schooluitstap. Een meerdaags verblijf opent de ogen van leerlingen voor de rijkdom van het leven in de stad. De stadsklassen kunnen aanvangen in de klas, ervaringsgericht onderwijs bieden in de stad en daarna afgerond worden in de klas. Ze zijn dus meer dan een reeks bezoekjes aan bezienswaardigheden. Ze laten kennismaken met stedelijkheid in al haar facetten, uiteraard ingebed in de leefwereld van kinderen van het basis- of het secundair onderwijs. Heeft u interesse voor stadsklassen? Op www.thuisindestad. be vindt u een draaiboek om stadsklassen op te zetten in Antwerpen, Brussel, Gent of Leuven.

Draak Het kan niet anders dan dat vroeg of laat de dopingcontrole Frituur ’t Draakske in Deurne binnenvalt. Waar elders vindt men de energiebron die een gewezen informateur dermate voedt dat hij na een verblijf van maanden in de communautaire loopgrachten de lont van een ander bestuurlijk kruitvat kan aansteken? Ik bedoel dan de toekomst van onze steden en bij uitbreiding het gehele Vlaamse platteland. Zijn centrale stelling kwam erop neer dat meer gegoede (lees autochtone) inwoners onze steden verlaten in ruil voor minder gegoede (lees allochtone) inwoners. Meer: de diaspora van de welgestelde inwoners naar het platteland zou het sociaal kapitaal in de steden eroderen. Tot zover een ruwe samenvatting van zijn gedachtegang die hij onderbouwt met summiere cijfers. Zo weet hij te melden dat de stad Antwerpen in 2008 netto 3122 inwoners met de Belgische nationaliteit verloor, maar dat de inwijking van vreemdelingen de bevolking toch met 6096 eenheden deed aangroeien. Vooral jongere gezinnen met kinderen ruilen de stenen voor het groen. Dus moeten steden meer middenklasseninwoners aantrekken, luidt dan de oplossing. Haters van statistiek (doorgaans mensen die op de schoolbanken minder goede cijfers voor dit vak behaalden) zullen natuurlijk aanvoeren dat je met cijfers de grofste leugen als de ultieme waarheid kunt poneren. Zo zou men kunnen tegenwerpen dat tussen 2000 en 2007 het aantal Belgen in Antwerpen met 14.464 groeide en het aantal vreemdelingen met 4327, wat toch een heel ander licht op de zaak werpt. Het volstaat dus om andere referentiepunten te kiezen om tot heel andere besluiten te komen. Maar dit is niet het punt. Eigenlijk zijn de vaststellingen van Bart De Wever niet nieuw. Bij elke voorstelling van de Stadsmonitor horen we eenzelfde klacht

uit de mond van de steden: jonge gezinnen vertrekken en zodra die gezinnen de kinderlast ontgroeid zijn, zoeken ze opnieuw de stad op. Dat leidt dus tot minder fiscale ontvangsten wanneer mensen volop op de arbeidsmarkt participeren en meer zorguitgaven wanneer ze zich op hogere leeftijd weer in de stad nestelen. Een trend die vaak als het Florida-syndroom wordt omschreven. Omgekeerd, aan het einde van de vorige eeuw sprak men over landelijke gebieden al in termen als ‘de stille metamorfose van het platteland’. Getuige daarvan het boek dat in 1999 onder deze titel verscheen. Dit boek rekende overigens af met het geĂŻdealiseerde beeld van het platteland waar mensen sterk op elkaar betrokken zouden zijn. De toen gepubliceerde cijfers gaven zelfs aan dat het vrijwilligerswerk sterker floreert en mensen meer cultureel participeren in de stad dan ‘op de buiten’. Maar de auteurs besloten vooral dat een bipolaire opdeling tussen stad en platteland zeker geen vruchtbare bodem vormt voor modern, visionair beleid. Al was het maar omdat door de toegenomen (ook mentale) mobiliteit het ruimtelijk referentiepunt van mensen niet gevat kan worden in een eenvoudig antagonisme stad versus platteland. Dingen wisselen elkaar in het leven nu eenmaal vaak af. Wat niet verandert, is dat bestuurders van elke wereldstad met nagenoeg dezelfde fundamentele evenwichtsoefening worden geconfronteerd: inspelen op mondiale economische tendensen om (financieel/ fiscaal) te groeien of stedelijke zorgarrangementen bewaren of ontwikkelen (en dus zorgen voor tevreden inwoners/ kiezers). De stedelijke problematiek is nu eenmaal veel complexer dan alleen maar meer middenklasseninwoners aantrekken. Overigens, niets kan deze spanning beter symboliseren dan de controverse rond de Lange Wapperbrug, nog zo’n bestuurlijke draak. I

Marleen Devry

1 oktober 2010 LOKAAL 11


STEFAN DEWICKERE

Bart Somers: ‘We willen niet enkel de locomotief zijn maar ook de coach die burgers en verenigingen uitnodigt om mee te bouwen aan de stad.’


ORGANISATIE Interview met BART SOMERS

De stad maakt ook de mensen Citymarketing heeft in Mechelen een doel: mensen en gezinnen naar de stad lokken. Daarom wil Mechelen een verrassende, dynamische en warme stad zijn. ‘Toeristen die met open mond naar de oude en nieuwe architectuur staan te kijken, geven de Mechelaar het gevoel dat hij in een prachtige stad woont,’ zegt burgemeester Bart Somers. Om gezinnen aan te trekken moet het goed wonen zijn in de stad. Daarom wil Mechelen nieuwe bedrijven aantrekken, een goed fietsbeleid ontwikkelen, buurtfeesten subsidiëren en archeologisch onderzoek heel aantrekkelijk invullen. Marlies van Bouwel

V

oor de Mechelse burgemeester Bart Somers mag citymarketing geen breed en esoterisch begrip zijn. Het is een concreet beleidsinstrument. Voor we aan het gesprek beginnen zoekt hij de Metropolitan World Atlas in zijn heldere kantoor: ‘Dit is een atlas van de honderd belangrijkste en grootste steden in de wereld met Berlijn, Durban, Parijs, New York. Er staat een Nederlandse stad in: Randstad Holland met 6,6 miljoen inwoners. Er is ook een Belgische stad: Antwerpen-Brussel met 3,7 miljoen inwoners. De Grote Markt van die stad is Mechelen. Mechelen is kosmopolitisch, het ligt vlak bij Zaventem – als je op terminal 2 landt, kun je lezen hoe snel je in de naburige steden aankomt: Mechelen ligt het dichtstbij op acht minuten. In Mechelen wordt aan 60.000 mensen werk verschaft. Mechelen is economisch de op twee na belangrijkste stad van Vlaanderen, na Antwerpen en Gent. Door de samenstelling van de bevolking, de economische groeikansen en de culturele diversiteit is Mechelen in symbiose met Brussel en Antwerpen. Maar Mechelen wil meer zijn dan een grijze wijk of een voorstad van Antwerpen of Brussel. Het zoeken naar die identiteit is een uitdaging voor elke centrumstad, maar speelt voor ons nog sterker. Veel steden in Vlaanderen zijn de voorbije jaren aan een renaissance begonnen. In Mechelen is de groei sterker dan elders, zowel in aantal inwoners als economisch. De laatste jaren is de stad enorm vernieuwd. Maar steden trekken van nature ook kansarmoede aan. De vergrijzing en verkleuring is er spontaan aanwezig. Daarom willen we de middengroepen, de tweeverdieners aantrekken. Een paar jaar geleden kregen we van Europa de mogelijkheid om een handboek citymarketing op te stellen samen met onze zusterstad Helmond. Hierop baseren we ons om aan citymarketing te blijven werken.’ En wat is citymarketing voor Mechelen? ‘Geen commercieel verhaaltje, integendeel. We zijn begonnen met de moeilijke zoektocht naar wie we zijn en wie we willen zijn. De stad als idee, als project. De mensen die er wonen maken de stad, maar de stad maakt ook de mensen die er wonen. Als mensen zich slecht voelen, staan ze argwanend in het leven,

engageren ze zich minder voor hun stad, zijn ze niet geneigd hun wijk netjes te houden. Waar gevoelens van onveiligheid en achteruitgang heersen, zijn mensen niet gedreven om zich in een cultureel project of het verenigingsleven te engageren. Dan overheerst het defaitisme. Zo was het ook in Mechelen vijftien jaar geleden. Een stad die een positief en warm wij-gevoel geeft, appelleert dan weer aan de energie van mensen, ze voelen zich erbij betrokken en willen eraan meebouwen. In plaats van een sturende willen we daarom een coachende stad zijn. We willen niet enkel de locomotief zijn maar ook de coach die burgers en verenigingen uitnodigt om mee te bouwen aan de stad.’ Mechelen heeft natuurlijk een rijk verleden. ‘Ja, maar lange tijd waren we alleen dat. Het zelfbeeld van de Mechelaar van vijftien jaar geleden was dat Mechelen in het Bourgondische verleden de hoofdstad was geweest maar dat de stad er sindsdien stelselmatig op was achteruitgegaan. Nu willen we ook aan een onwaarschijnlijk sterke toekomst werken als een tegenhanger voor dat rijke verleden. Dat moet in balans komen. Die toekomst bouwen wij op drie kernwaarden: verrassend, dynamisch en hartelijk. We proberen de Mechelaar met een nieuwe bril naar de stad te laten kijken en de mensen mee te nemen naar een andere mentale plaats zodat ze met een verfrissende blik hun stad beleven.’ Legt u eerst even die waarden uit. Wat is er verrassend aan Mechelen? ‘Mechelen was lang de verborgen parel van Vlaanderen, na Brugge vind je hier het hoogste aantal monumenten, we hebben stadspaleizen, meer historische kerken dan Anwerpen, keizer Karel groeide hier op, de eerste aardappel van Europa stond hier in de Kruidtuin. Dat is interessant voor de toerist. Dat oog van die buitenstaander is belangrijk, want het doet ook de Mechelaar met een andere blik kijken. Als hier groepjes Spanjaarden, Nederlanders en Duitsers met open mond op de Grote Markt staan te kijken, naar ons stadhuis dat het decor was van de film Palais Royal, naar de kathedraal, dan ziet de Mechelaar dat en is hij ook 1 oktober 2010 LOKAAL 13


ORGANISATIE Interview met BART SOMERS

STEFAN DEWICKERE

verbaasd over zijn stad. Net zoals tijdens Stad in Vrouwenhanden van Vlaanderen was. Ik hoop dat hij ondertussen al van mening ontdekken de inwoners hun eigen stad opnieuw en zo komt er is veranderd want ik vind Mechelen de kleinste grote stad van positieve energie vrij.’ Vlaanderen, een stad op laboratoriumformaat. Die mentale om‘Onze architectuur is ook verrassend, en niet alleen wat betreft slag is belangrijk, je moet anders kijken in de stad. Nachtlawaai historische gebouwen. De Lamotsite is ultramoderne architecin een dorp is overlast, maar in een stad betekent dit dat er leven tuur in het hart van de stad. Het Holocaustmuseum wordt na het is. In een dorp kijk je om naar iemand met een andere huidsMAS de belangrijkste investering voor cultuur kleur, in een stad betekent die diversiteit aan van Vlaanderen. Het Huis van de Mechelaar is mensen een rijkdom.’ een ultramodern gebouw vlak naast het historische stadhuis. We zijn niet bang voor nieuwe Het zijn drie mooie waarden, maar hoe zet een stad architectuur. Het nog te bouwen station van die in de praktijk om? Salvatore Bono heeft nu al in een Engelstalig ‘We hebben ze geclusterd onder het Lef van Mearchitectuurblad gestaan. Daar willen we voor chelen. Lef staat natuurlijk voor durf en moed, kiezen.’ de kleine broer die zich niet laat doen, die dy‘Verrassend is ook de multiculturaliteit in Menamisch is. Maar in het Jiddisch betekent lef chelen. Vroeger waren er alleen Marokkanen warmte en hartelijkheid. Dat is het nieuwe of Mechelaars, nu is het veelzijdiger, we hebweefsel dat we in de toekomst willen creëren, ben een grote gemeenschap Assyriërs en Oostde multiculturaliteit is de toekomst en het verEuropeanen. Die groeiende veelzijdigheid biedt bindingen creëren ook. Dit idee, deze ambitie ook kansen, een pluspunt.’ moesten we natuurlijk in een plan omzetten. ‘Ook topbedrijven vestigen zich hier, van bioDat hebben we op een aantal manieren gedaan.’ technologie tot telecommunicatie, naast onze ‘Met www.beleefmechelen.be hebben we een “ouwe” Procter and Gamble en Dupont de Neunieke interactieve website, je kunt er twitmours. Op het vlak van de mobiliteit raken het teren, facebooken, waarmee we dialoog, bevoorstadsnetwerk van Antwerpen en Brussel trokkenheid en engagement creëren. Ook de elkaar in de toekomst in Mechelen. Daarnaast stijl van de website is veranderd volgens die Bart Somers: hebben we als kinderstad de tweede grootste drie basiswaarden. De Lefprojecten zijn een ‘Mechelaar Yves Desmet dierentuin van het land, Technopolis, het Speelsymbool voor dit nieuwe beeld, deze nieuwe goedmuseum en het Figurentheater De Maan. ambitie. Met Mechelen vangt bot gaan we interzei ooit dat Mechelen het Die rijke diamant kun je niet genoeg in het licht actief om met het archeologische onderzoek grootste dorp van Vlaanderen zetten.’ op het Sint-Romboutskerkhof waar negenhonderd jaar lang mensen werden begraven. was. Maar ik vind Mechelen En wat maakt Mechelen dynamisch? Archeologisch onderzoek is saai en droog, de kleinste grote stad van ‘Na jaren stilstand willen we ambitieus en dyzou je denken. Maar het tegendeel blijkt waar namisch zijn. Elk jaar groeit Mechelen met te zijn. Je kunt in Mechelen meter of peter worVlaanderen, een stad op achthonderd inwoners aan. Dat is procentueel den van een skelet, via twitter of mail word je laboratoriumformaat.’ sneller dan waar ook in Vlaanderen. En al zijn dan tijdens het DNA-onderzoek op de hoogte het geen Chinese groeicijfers, de voorbije tien gehouden van hoe oud je peteskelet is geworjaar groeide de economie hier telkens met vier procent. We bouden en aan welke ziekte hij of zij is gestorven. Je krijgt twee keer wen de binnenstad om, we vernieuwen de sociale woonwijken en een vipwandeling en een foto van de manier waarop je skelet onze investeringen staan aan de top van de Vlaamse centrumlag toen het werd gevonden. Iemand van wie de familie al tweesteden.’ honderd jaar in Mechelen woont, kan zijn DNA inleveren en dan wordt nagegaan of het overeenkomt met het DNA van een van de Ik herinner me Mechelen als een grauwe en verzuurde stad. Hoe maak skeletten. Zo kom je te weten of een van je overgrootouders al je daar een hartelijke stad van? Mechelaar was. Dat is grappig en speels en het creëert een wij‘In 2000 was Mechelen volgens een onderzoek van Testaankoop gevoel en betrokkenheid. Zo wordt wetenschappelijk onderzoek ook de vuilste stad van Vlaanderen, drie jaar later boekten we verrassend. Ook buitenlanders vinden het leuk. Er zijn zelfs Jade grootste vooruitgang, twee jaar geleden kregen we een Eupanse en Amerikaanse peters. Het creëert een emotionele band. ropese prijs voor bloemenstad die ook veel te maken had met En het creëert beweging in je stad. Mensen voelen zich hierdoor netheid. Je struikelt hier over de veegmachines. We hebben ook opnieuw verbonden met en betrokken bij hun stad.’ op buurtfeesten ingezet, de barbecuecheque bedraagt 250 euro ‘Op de Tinelsite, waar een nieuw woonproject komt, mochten voor een buurtfeest. Van de achthonderd straten geven er jaarmensen dit voorjaar ideeën insturen om 500 vierkante meter lijks 150 een feest. Dat is een mooi cijfer. We hebben peters en stadsruimte tijdelijk in te vullen. Uit de zotste ideeën hebben we meters die het openbare domein onderhouden en elke maand gekozen voor een tijdelijke klimtuin.’ onthalen we de nieuwe inwoners op het stadhuis en krijgen ze ‘Nu houden we een wedstrijd voor de mooiste straat van Mecheeen welkomstpakket. In de zomer hebben we elke week gratis len, de properste en best bebloemde. De beste vijf straten krijgen optredens in het stadspark en Maanrock is het grootste gratis een winterbebloeming en de winnaar een straatfeest op kosstadsfestival van Vlaanderen. We willen een warme stad zijn. ten van de stad. Maar we gaan door, ook van Mechelen KinderDat hangt samen met de sprong die we gemaakt hebben. Yves stad maken we een Lefproject. We onderzoeken hoe je kinderen Desmet, een Mechelaar, zei ooit dat Mechelen het grootste dorp interactief bij de stad kunt betrekken?’ 14 LOKAAL 1 oktober 2010


STEFAN DEWICKERE

Met citymarketing willen steden volgens de theorie toeristen, bedrijven pendragers. Mechelen kreeg die leuze omdat we gedwee waren en nieuwe inwoners aantrekken. Maar in Mechelen zijn alle projecten tegenover de vorst.’ op de eigen inwoners gericht. Waarom? ‘Stad in volle vaart betekende in 2001 dan ook echt een breuk met ‘Dat klopt. Natuurlijk wil ik Mechelen in de markt zetten voor het verleden, vooral met de jaren tachtig en negentig toen Mebuitenstaanders, maar de ultieme doelgroep zijn de Mechelaars chelen leegliep, de vuilste stad was en veel kansarmoede kende. zelf. We willen hen prikkelen en uitdagen omdat we voor die Met Stad in volle vaart creëerden we duidelijk een breuk. Die vaart belangrijke toekomst staan. Het verleden bindt hebben we trouwens meegenomen in onze drie ons, maar we willen dat de toekomst nog veel waarden. We koesteren het verleden maar we meer verbindend werkt. De burgemeester van belichamen het dynamische om de middenLonden zei dat zijn stad rijk was aan mensen, groepen naar de stad terug te krijgen. Dat is met wel 180 nationaliteiten, maar dat ze één onze opdracht. Hasselt of Leuven staat ongeding gemeen hadden en dat was Londen. Voor twijfeld voor een andere uitdaging. Met onze Mechelen geldt hetzelfde. De 82.000 inwoners citymarketing willen we vooral jonge gezinnen zijn Mechelen, dit beeld willen we met citymaraantrekken. Mechelen kent als enige stad een keting versterken om de negatieve beelden van netto migratie van mensen tussen de 25 en 35. het verleden te overwinnen. Mechelen is geen Meestal blijven jonge mensen na hun studies buitenwijk maar heeft een perspectief: de stad in hun stad wonen en wijken uit vanaf 25. In is verrassend. Een pitabar is geen overlast maar Mechelen blijft het jonge gezin in de stad, het is kleur, een connectie met de kosmopolitische pas rond hun 35ste, wanneer mensen zich dewereld. De diversiteit aan architectuur en aan finitief vestigen, dat Mechelaars naar de randmensen is een bron van creativiteit. Dit is ook gemeenten verhuizen. Op hun 55ste, wanneer een nieuw perspectief voor het beleid en de hun huis en tuin te groot zijn geworden, kostadsdiensten. En we verkopen het ook aan de men ze terug, naar een loft in de binnenstad.’ buitenwereld.’ ‘Onze citymarketing ambieert om ook die ‘Ons stadsmagazine is ook vernieuwd en heet groep mensen tussen 35 en 55 jaar vast te hounu De Nieuwe Maan, de maan die komt. Ook dit den. Dat we ons met de citymarketing ook tot Bart Somers: magazine is interactief en niet saai. En het laatbedrijven richten, is in functie van die men‘De 82.000 inwoners ste onderdeel is de start van ons stedelijk comsen. Voor hen hebben we ook een sterk cultumunicatiebureau. Een stad heeft veel producreel aanbod, richten we het openbare domein zijn Mechelen, dit beeld ten en diensten, dat leidt snel tot verkokering. opnieuw in met moderne architectuur. Kijk willen we met citymarketing We bundelen dit in een communicatiebureau maar naar de Grote Markt, met oude materiavan de stad, zo krijgen de websites van de cullen creëren we moderniteit. Op zondag spelen versterken om de tuur- en jeugddienst dezelfde look and feel. de Chiro en de Scouts op de Grote Markt. Ook negatieve beelden Zo krijgt Mechelen een huisstijl. Al is dit maar daarom is Mechelen een kinderstad.’ een element van citymarketing. Citymarketing ‘Toeristen hebben we nodig, we hebben hun van het verleden te is zeker niet op de eerste plaats een logo, een mond nodig die openstaat van verbazing zodat overwinnen.’ baseline of een communicatiepraatje maar wel de Mechelaar voelt dat hij in een chique stad een zoektocht om mensen op een andere mawoont. Die biotoop willen we creëren. We hebnier naar hun stad te doen kijken en hen uit te nodigen om zelf ben lef, we steken onze nek uit door ons te positioneren als een activiteiten te ontwikkelen, zichzelf te ontplooien en zich goed woonstad voor gezinnen. Hier kiezen we bewust voor.’ te voelen in de stad. Citymarketing is hoe je in de stad verbin‘Veiligheid blijft een prioriteit. Mensen moeten zich veilig en dingen kunt doen ontstaan, een wij-gevoel kunt creëren. Dat is geborgen voelen, daarom zetten we ook in op wijk- en dorpsrabelangrijk in een kosmopolitische omgeving.’ den. Ons fietsbeleid is op maat van jonge gezinnen. Mechelen wil aantrekkelijk zijn voor jonge gezinnen. De Vismarkt is alvast Maar heeft Mechelen de voorbije jaren niet al te veel gewisseld in ons icoon en het houten pad boven de Dijle is een speeltuin voor slogans en is dat wel goed? Ik denk aan Stad in volle vaart en daarnet jonge gezinnen.’ zag ik hier in het stadhuis een tapijt met In trouwen vast. ‘In trouwen vast dateert uit de middeleeuwen en ik ben er eerlijk gezegd niet zo fier op. Het staat in contrast met de Gentse stropMarlies van Bouwel is hoofdredacteur van Lokaal

Antwerpen, 12 oktober – Hoe scoren met citymarketing? Op het tweede congres city- en regiomarketing presenteren gerenommeerde burgemeesters zoals Patrick Janssens, Bart Somers en Luc Martens en ervaren marketingpractici vernieuwende inzichten als antwoord op de vraag welke instrumenten een stad of regio moet inzetten om inwoners, toeristen, werknemers van bedrijven en organisaties, en het brede publiek een prettig gevoel te geven. VVSG-leden krijgen 20% korting. www.city-sportmarketing.eu

1 oktober 2010 LOKAAL 15


GF

PRAKTIJK

De medewerkers van het Herenthuis leggen in een filmpje zelf uit waarvoor je bij hen terecht kunt.

Herenthuis in beeld HERENTHOUT – In mei 2009 opende het Herenthuis officieel zijn deuren. Om het personeel en de burger snel wegwijs te maken in dit sociale huis met zijn zes fysieke loketten gespreid over verschillende locaties, maakte Herenthout een promotiefilmpje. ‘Het filmpje is opgevat als een nieuwsuitzending,’ legt Els Thijs, coördinator lokaal sociaal beleid, uit. ‘De nieuwslezer stelt het concept van het sociale huis voor en laat de kijker kennismaken met de verschillende locaties via contacten met een reporter ter plaatse. Die interviewt de onthaalbedienden van de zes loketten. Deze spilfiguren schetsen voor welke producten van de OCMW- en gemeentelijke dienstverlening mensen bij hun loket terecht kunnen, met telkens ook een toelichting over de specifieke loketactiviteiten.’

Zowel in de ontwikkeling van de communicatiemiddelen als in het uiteindelijke resultaat ervan stond het personeel dus centraal. Logisch, want zij doen de boel ook draaien. Een team van elf mensen, bestaande uit gemeente- en OCMW-personeel en externe vrijwilligers, realiseerde het filmpje. Voor het hele proces van scenario tot afgewerkt product hadden ze maar vijf werkdagen nodig. In het productiegezelschap zat VRTjournalist Jan Van Delm als enige professionele medewerker. Hij stelde zijn vakkennis als vrijwilliger ter beschikking. Elke onthaalbediende schreef zelf de tekst om zijn loket

toe te lichten. Naast de werkuren van het betrokken personeel bedroegen de productiekosten maar 500 euro voor het film- en montagewerk. Het promotiefilmpje is een schoolvoorbeeld van constructieve samenwerking tussen gemeente en OCMW en maakt de gemeentelijke en OCMW-dienstverlening heel persoonlijk. Het is laagdrempelig en wekt vertrouwen bij de burger. Jammer genoeg is de nieuwe huisstijl er nog niet in verwerkt. De ingebruikname van het sociale huis en de invoering van de nieuwe gemeentelijke huisstijl liepen gelijktijdig, maar de huisstijl moest ook voor het personeel tot op de officiële voorstelling geheim blijven. ‘Het is dus tijd voor een vervolg. Ik stel voor een budget voor Herenthuis deel II in de meerjarenplanning op te nemen,’ besluit Els Thijs. Inge Ruiters

ii Els Thijs, beleidsmedewerker OCMW Herenthout, T 014-50 21 81, info@ocmwherenthout.be, www.ocmwherenthout.be

ADVERTENTIE

Loonadministratie Tijdsregistratie Personeelsplanning

Nijverheidsstraat 16 8760 Meulebeke

Tel. : 051 48 69 68 Fax : 051 48 69 13

16 LOKAAL 1 oktober 2010

Sociaal-juridisch advies On-site service

Human resources management

Competentiemanagement

Erkend sociaal secretariaat

Oracle HCM implementatie

Selectie en rekrutering

Innovation in HR

Erkend opleidingscentrum

Kinderbijslagfonds Participatiefonds info@easypay-group.com www.easypay-group.com

Certified Oracle Partner Middenstandsorganisatie Verzekeringen


30TH EDITION

21 oktober 2010 / Brussels Expo CONGRESS

/

E XHIBITION

/

WORKSHOPS

/

AWARDS

concrete

Reserveer nu uw ticket!

www.gbb-bbg.be

DE B2B-BEURS ANNEX CONGRES ROND ENERGIE-EFFICIテ起TIE EN DUURZAME ENERGIE

15 & 16 Nov. 10 / Brussels Expo Meer info? Surf naar www.energy-forum.be

INDUSTRY

BUILDING

PUBLIC SECTOR

in samenwerking met


KINDEROPVANG VAN A TOT Z CODEX KINDEROPVANG Een volledige codex voor alle vormen van kinderopvang, aangevuld met deel Praktijk en inspiratie In de Codex Kinderopvang vindt u de complete én actuele wetgeving rond kinderopvang. Netjes gegroepeerd per thema, met direct bij de wetsartikels de relevante uittreksels uit de mededelingen of regelgevende rondzendbrieven van Kind en Gezin. Daarnaast biedt de codex belangrijke aanvullende informatie zoals de regeling inzake de ouderbijdrage, de reglementering van het lokaal overleg kinderopvang, het verdrag van de rechten van het kind…

PRAKTIJK EN INSPIRATIE

SAMENGESTELD DOOR SPECIALISTEN

Met het deel Praktijk en inspiratie krijgt u nog meer duiding bij die regelgeving en een vertaling naar de dagelijkse praktijk. De inspiratiemap bevat verduidelijking bij de wetgeving zodat ze overzichtelijker wordt, instrumenten voor een lokaal kinderopvangbeleid, voorbeelden van lokale initiatieven, modeldocumenten, toelichtingen bij de werkwijze van lokale besturen en voorzieningen enz.

De Codex Kinderopvang (met verwijzingen en regelgevende omzendbrieven van Kind en Gezin) wordt samengesteld onder leiding van Ann Lobijn, stafmedewerkster Kinderopvang bij de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten i.s.m. Inforum en met de hulp van een team van specialisten. Dat maakt dit naslagwerk tot een unieke en betrouwbare leidraad in uw dagelijkse praktijk.

Praktijk en inspiratie is onderverdeeld in: A. Werking en organisatie kinderopvangvoorzieningen B. Subsidiëring en financiering kinderopvangvoorzieningen C. Kwaliteitszorg kinderopvangvoorzieningen D. Preventie en veiligheid kinderopvangvoorzieningen

UP-TO-DATE Het werk is losbladig en uitgegeven in vier prachtige ringmappen op een handig A5-formaat en het wordt meerdere keren per jaar aangevuld en bijgewerkt zodat u erop kan rekenen dat het steeds up-to-date blijft. U ontvangt eveneens 2 cd-roms: een met alle regelgeving en een tweede met modellen, checklists en invulformulieren waar u dadelijk mee aan de slag kan.

E. Personeelszaken kinderopvangvoorzieningen F. Lokaal beleid kinderopvang

Bestelkaart Politeia // Ravensteingalerij 28 // 1000 Brussel // Fax: 02 289 26 19 // Tel: 02 289 26 10. Of bestel via www.politeia.be // e-mail: info@politeia.be

Ja, ik bestel

....... ex. van Codex Kinderopvang (4 delen, incl. 2 cd-roms)** : VVSG-leden 129 euro, niet-leden 149 euro* Mijn bestuur is lid van de VVSG: ❏ Ja ❏ Neen

Bestuur/Organisatie: ........................................................................................................................... Naam: ................................................................................................................................................. Functie: ............................................................................................................................................... E-mail: ................................................................................................................................................. Tel. : .................................................................................................................................................... Adres: ................................................................................................................................................. BTW: ................................................................................................................................................... * Prijzen btw inclusief en exclusief verzendingskosten. Prijzen geldig tot 31.12.2010. Consulteer www.politeia.be voor actuele prijzen. Uw gegevens worden door ons in een bestand bijgehouden en niet aan derden doorgegeven. Overeenkomstig de wet op de privacy heeft u inzage- en correctierecht. ** Het betreft hier een losbladige publicatie met abonnementsformule. De bijwerkingen worden u automatisch toegezonden tegen 0,49 euro/blz en dit tot schriftelijke wederopzegging van het abonnement

Datum en handtekening


NORA VAN MEEUWEN DE-LOKAAL

De democratie groeit

I

n mijn stuk van vóór de zomer over verkiezingscampagnes vertelde ik over politici die naar de gunst van de kiezer dingen met allerlei geschenken. Binnen bepaalde limieten is dat ook legaal, maar zelfs over stemmen kopen met iets bescheidens als een petje of een lunchpakket wordt wel eens schande gesproken. In een land waar veel mensen aan het eind van hun salaris een stuk maand overhouden, is een stem inderdaad voor een lunchpakket of een paar kilo rijst te koop. Ik denk wel eens: Neem gewoon aan wat ze je geven, in het stemhok doe je toch je eigen zin! Als ik dat hardop zeg, oogst ik verontwaardiging. ‘De Mexicaan is heel loyaal,’ reageren vrienden. ‘Als die zijn stem belooft in ruil voor een paar kilo rijst, dan geeft hij ze ook.’ Meer dan om zulke praktijken maken Mexicanen zich druk over verkiezingsfraude. De aandacht daarvoor heeft de grofste misbruiken trouwens al weggewerkt. Vroeger leverde je in ruil voor het geschenkpakket je IFE in. IFE staat voor Instituto Federal Electoral, de officiële instantie die de verkiezingen organiseert. Maar tegenwoordig wordt het – via een promotiecampagne van het instituut op tv – ook gebruikt voor het inschrijvingsbewijs op de kieslijsten. Officieel is het echt alleen een verkiezingsdocument. Wie het om welke reden ook vertikt aan verkiezingen deel te nemen, hoeft er ook niet eens een aan te vragen. Maar in de praktijk wordt de kaart overal beschouwd als identificatie, want een identiteitskaart bestaat hier niet. Er woedt op het ogenblik trouwens een discussie over de invoering van een identiteitskaart voor iedereen. Het IFE verdedigt zijn verworvenheden en wil zijn kaart veralgemenen, maar tegenstanders vinden dat het zo al meer dan genoeg macht heeft. En nog meer mensen willen helemaal geen verplich-

ting om met een identiteitskaart rond te lopen, al is dat eerder een princiepskwestie, want iedereen vindt het toch wel praktisch dat vast te stellen valt wie je bent, als je op straat overreden wordt of een hartinfarct krijgt, om maar iets te zeggen. Vroeger zag je dus plaatselijke partijbonzen of hun helpers in het kieskantoor aankomen met een doos vol IFE-kaarten waarmee zij dan in één vloeiende beweging alle betaalde stemmen konden uitbrengen. Maar frauderen kon nog gemakkelijker, via zwangere stembussen: stembussen waarin bij het begin van de kiesverrichtingen al een flinke bodem ingevulde stembiljetten zat. Ook handig is een pak mensen die in een wijk wonen waar veel op de tegenpartij gestemd wordt, gewoon van de kieslijsten gooien. In het stembureau liggen dikke lijsten met kopieën van alle kaarten van kiezers van dat bureau. Zit de jouwe daar niet tussen, jammer maar helaas… Omdat op zowat alle niveaus meer dan zeventig jaar lang één en dezelfde partij aan de macht was, had het misschien ook allemaal niet zoveel belang. De belangrijke posten werden per ‘dedazo’ toegewezen. Dat is een onvertaalbaar woord waarin dedo, vinger, zit; het achtervoegsel ‘-azo’ wijst op iets groots. Je zou het saai kunnen vertalen in ‘aanwijzing’. De zittende president, gouverneur, burgemeester duidde zijn opvolger informeel aan en die raakte dan wel verkozen. Zelf blijven zitten zat er sinds Porfirio Díaz, die dat tot de Revolutie van 1910 ruim dertig jaar volhield door naar zichzelf te wijzen, niet meer in. No reelección is nog altijd een zo standvastig principe dat er zelfs straten naar genoemd zijn. Waar woon je? In de ‘geen herverkiezingsstraat’. Leuk toch. Cynici beweren dat er geen herverkie-

zingen zijn omdat er op die manier om de zes jaar toch telkens één nieuwe rijke familie bijkomt. In de jaren tachtig, en vooral sinds de buitengewoon omstreden presidentsverkiezingen van 1988, was de bevolking de politieke verstarring en de creatieve verkiezingen echt grondig beu. Er kwamen burgercomités die toezicht hielden op het hele verkiezingsproces, waarnemers dus, maar dan geen internationale. Wakkere burgers controleren nu mee de stemlijsten, trachten fraude op te sporen, kijken in – of naar, want ze zijn doorzichtig – de stembussen voordat de eerste kiezers het kiesbureau binnenstappen, en blijven met argusogen toekijken tot alle biljetten geteld en alle lijsten met behaalde stemmen opgesteld, ingeleverd en geregistreerd zijn. Niet dat alles nu rimpelloos en zonder discussie verloopt, ook dit is een heel leerproces, maar volgens deze waarnemers hadden we in 2009 voor het allereerst in de Mexicaanse geschiedenis iets als eerlijke verkiezingen. Nu nog van die loyaliteit afkomen, of een wet maken die alle, álle cadeautjes verbiedt. En ook dan blijft het nog moeilijk, zeker op lokaal niveau, want ons kent ons, en de burgemeester beslist over het werk van heel veel mensen. Een ambtenarenapparaat bestaat hier niet en al wie op een lokale overheidsdienst werkt, werkt daar maar voor de duur van de burgemeester. De jarenlange electorale corruptie heeft behalve wakkere burgers nog iets opgeleverd dat mij vrolijk stemt: op verkiezingsdag zie je overal mensen die glunderend en fier hun duim met de vlek onoplosbare inkt opsteken die bewijst dat ze gaan stemmen zijn. En zoals het IFE zegt: ‘Als je gaat stemmen, groeit de democratie en groeien we allemaal.’ 1 oktober 2010 LOKAAL 19


forum Dierenwelzijn

layla aerts

Schepen in de voetsporen van Franciscus van Assisi en Brigitte Bardot

Mensen zijn begaan met dieren. Een op de twee huisgezinnen heeft een huisdier en dus moeten ook steden en gemeenten inspanningen leveren om goed voor al die twee- en viervoeters te zorgen. Lokaal sprak met enkele schepenen van Dierenwelzijn en vroeg hen naar hun initiatieven om mensen en dieren te laten samenleven. Marian Verbeek ‘Mensen en dieren harmonieus en in welzijn laten samenleven, daar komt het op aan,’ zegt schepen Magda Raemaekers. Men noemt haar wel eens de Brigitte Bardot van Herk-de-Stad. ‘Niet om mijn uiterlijk,’ lacht ze, ‘maar wel om mijn inzet voor dierenwelzijn. Vanuit de mogelijkheden die ik als schepen heb, wil ik mensen en dieren beschermen. Welzijn gaat niet alleen over mensen maar over al wat in de gemeente leeft.’ Al decennia heeft Herk-de-Stad een geĂŻntegreerd beleid voor dierenwelzijn. De schepen neemt hierin sinds haar eerste ambtstermijn in 1982 het voortouw. ‘We hebben toen al een gemeentelijke opvangplaats voor weggelopen honden en katten opgericht en we bestrijden

elke vorm van dierenmishandeling in de gemeente. Door mijn persoonlijke inzet werd bij de vorming van het schepencollege in 2007 de functie van schepen voor Dierenwelzijn ingevoerd en wordt er nu actief aan dat thema gewerkt. In de voorbije beleidsperiode ondertekende Herk-de-Stad onder mijn impuls de beginselverklaring voor een diervriendelijke gemeente.’ Ook in Sint-Truiden staat een vrouw op de barricaden voor dierenwelzijn. Els Sneijers: ‘Onze burgemeester besteedt al veel langer aandacht aan dit thema. Sinds 2002 is hier een dienst dierenpolitie en een politieagent die gespecialiseerd is in deze problematiek. Er is veel aandacht voor preventie en sensibilisatie,

Huisdieren zijn big business In ons land woonden in 2008 1.167.000 honden en 1.974.000 katten. Het reĂŤle aantal ligt nog wat hoger, want de viervoeters die in dierenasielen, dierenpensions en dierenwinkels verblijven, zijn niet meegerekend. Alleen al wat dierenasielen betreft, ging het (in 2009) om 32.346 honden en 36.796Â katten. Daarnaast is er ook nog een onbekend aantal zwerfhonden en zwerfkatten. In vergelijking met 2004 daalde het aantal honden en steeg het aantal katten. EĂŠn gezin op vijf bezit minstens ĂŠĂŠn hond, een op vier minstens ĂŠĂŠn kat. De Belgen besteedden in 2008 in totaal 950 miljoen euro aan huisdieren. We kochten in 2008 voor 200 miljoen euro aan hondenvoeding en voor 227Â miljoen euro aan kattenvoer. Een gezin dat een hond of kat bezit, geeft daar gemiddeld 484 euro per jaar aan uit. bron: FOD Economie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (Huishoudbudgetonderzoek)

20 LOKAAL 1 oktober 2010


verbaliseren komt op de tweede plaats. En waar dat kan, zullen we probleemsituaties op een diervriendelijke manier oplossen.’ Zwerfkatten ‘De diervriendelijke aanpak van zwerfkatten is voor mij erg belangrijk,’ zegt de Antwerpse schepen Luc Bungeneers. ‘Zo heeft de stad sinds 2006 een overeenkomst met de organisatie die zwerfkatten opvangt en ze bij een dierenarts onvruchtbaar laat maken. In 2009 ging het om 939 katten. De stad stimuleert ook het steriliseren en castreren van huiskatten. Via een subsidiereglement krijgen de Antwerpse gezinnen de mogelijkheid om voor maximaal twee huiskatten per jaar een deel van de kosten te recupereren. Sinds mei 2009 zijn er ruim tweeduizend aanvragen ingediend waarvan het college er al 1700 goedkeurde. Het budget van 2010 bedraagt hiervoor 49.000 euro.’ Het budget van Herk-de-Stad is veel bescheidener. Schepen Raemaekers: ‘In samenwerking met het Limburgse provinciebestuur kon de stad een subsidie toekennen voor het laten steriliseren van zestig huiskatten.’

Sint-Truiden werkt samen met GAIA om kinderen uit de lagere school te leren omgaan met huisdieren. Het dierenasiel van Sint-Truiden vangt naast de zwerfkatten uit de stad zelf ook die uit onder meer Herk-de-Stad op. Schepen Sneijers beklemtoont de goede samenwerking met het dierenasiel. ‘De stad stelt een ruimte ter beschikking waar de laatstejaarsstudenten van de universiteit van Luik sterilisaties en castraties uitvoeren. Het is voor hen een onderdeel van hun opleiding tot dierenarts. Nadien worden de katten weer losgelaten op de plek waar ze werden gevonden.’ In Antwerpen zijn er ook poezenvrijwilligers, die in het bezit zijn van een officiĂŤle voederpas. Zij mogen de Antwerpse zwerfkatten voederen onder bepaalde voorwaarden. ‘De tot nu toe 321 geregistreerde vrijwilligers moeten onder meer het niet opgegeten voedsel weer meenemen om te vermijden dat er ongedierte op afkomt,’ zegt schepen Bungeneers. Antwerpen ondersteunt ook de werking van Het Stadsbeest. Deze vereniging staat onder meer in voor de verzorging van huisdieren van zieke en bejaarde mensen. Honden ‘Als een kind aan de staart van een hond trekt, moet het weten dat het dier hierop agressief kan reageren,’ zegt schepen Sneijers. Sint-Truiden werkt samen met GAIA om kinderen uit de lagere school te leren omgaan met huisdieren. Het Stadsbeest uit Antwerpen leert kinderen tussen zes en negen jaar van de stedelijke basisscholen correct met honden omgaan om bijtincidenten te voorkomen. Herk-de-Stad, Lummen en Halen hebben samen een gemeentelijke hondenvanger. ‘Hij vangt loslopende en verloren gelopen honden. Voor de voorlopige opvang beschikt de stad over een ingerichte kennel waar de eigenaars hun hond kunnen ophalen. Komen ze niet, of niet op korte termijn, dan verhuist de hond naar het dierenasiel. We letten extra goed op

Niet enkel voor (centrum)steden Elke hondenschool heeft een terrein nodig. Een groot terrein. Menige hondenschool is al moeten stoppen met lessen gehoorzaamheid, agility of zelfs doggy-dance – of heeft zelfs de boeken moeten neerleggen ­â€“ vanwege gebrek aan ruimte of gebrek aan middelen om die ruimte te kopen. Nochtans kan zo’n hondenschool nuttig zijn, in het leren samenleven van hond en mens, in het voorkomen van ongewenst of agressief gedrag van honden, wat misschien de afvoer van honden naar asielen kan beperken. Toen de terreinen van de hondenschool waar ik zelf met mijn hond lessen gehoorzaamheid volgde, werden verkaveld, waren veel mensen ongerust. Een artikel in het hondenmagazine Woef over lokale besturen die hondenscholen liever kwijt dan rijk zijn, deed bij velen de hoop op een oplossing verdwijnen. Maar dat was buiten het college van de gemeente Zulte gerekend. Via een recht van opstal huurt de hondenschool nu tegen een zeer redelijke prijs een voldoende groot terrein van de gemeente. De hondenschool was wel verplicht zelf voor de aanleg van het terrein en de bouw van een kantine te zorgen. Voor Henk Heyerick, burgemeester van Zulte, was die keuze voor de hand liggend: ‘Wij willen verenigingen helpen, maar ze moeten zelf ook verantwoordelijkheid nemen. Bovendien zijn we er als bestuur zo van verzekerd dat het materiaal en terrein met voldoende respect behandeld zullen worden.’ Op het terrein van de hondenschool is ook plaats gemaakt voor drie kennels voor kortverblijf van verloren gelopen of achtergelaten honden. De vzw Dier onder dak zorgt voor de eerste opvang. Ook een gemeente zonder titel ‘(centrum)stad’ kan duidelijk ook een hart voor dieren hebben. Ann Lobijn

als er vuurwerk wordt afgeschoten. We willen immers niet dat geschrokken dieren de openbare weg onveilig maken,’ aldus schepen Raemaekers. Adviesraad Antwerpen (sinds 2008) en Herk-de-Stad (sinds 2009) hebben een adviesraad voor dierenwelzijn. De adviesraden komen geregeld samen en adviseren de schepenen. ‘Op de gemeenteraad van september staat de goedkeuring van het politiereglement op het dierenwelzijn op de agenda.’ Schepen Raemaekers en de adviesraad hebben er anderhalf jaar aan gewerkt. ‘We deden het in overleg met de landbouwers want het is niet de bedoeling het mensen moeilijk te maken. Integendeel, we willen goede maatregelen waarvan iedereen het nut inziet.’ ‘Veel mensen hebben zelf een huisdier of zijn bekommerd om het dierenwelzijn. Als schepen van Dierenwelzijn heb ik persoonlijk enkel nog maar positieve reacties gekregen,’ zegt Els Sneijers. Magda Raemaekers bevestigt dit: ‘Ik ga, als er klachten zijn, altijd samen met de milieuambtenaar kijken. Indien nodig gaat er een politieagent mee. We contacteren zowel de klagers als de eigenaars van de dieren en proberen zoveel mogelijk in der minne te regelen. Dat creĂŤert goodwill en mensen waarderen het. We hebben trouwens een heel goede samenwerking met de politie die zeer diervriendelijk is.’ Alle schepenen hebben nog plannen voor de toekomst. ‘Elk initiatief of iedere actie helpt de dieren. Ik stop liever geld in projecten die concrete resultaten opleveren,’ zegt de Antwerpse schepen van Dierenwelzijn Luc Bungeneers. ‘Ik wil van Antwer1 oktober 2010 LOKAAL 21


Ook klachten over u nemen wij vaak serieus

Bel gratis 0800 240 50 www.vlaamseombudsdienst.be - klachten@vlaamseombudsdienst.be


LOKALE RAAD

isabelle pateer

forum Dierenwelzijn

Dankzij organisaties als Het Stadsbeest kan ook wie minder mobiel is een huisdier houden.

pen een diervriendelijke stad maken. Er zijn de afgelopen jaren al mooie en nuttige projecten en beheersovereenkomsten tot stand gekomen. Deze acties waren en zijn succesvol, maar ik besef dat er nog een lange weg moet worden afgelegd.’ In Herk-de-Stad beseft de schepen dat het politiereglement goed zal moeten worden opgevolgd. ‘Een van de dingen die ik graag nog wil verwezenlijken is dat de paarden die in een kermismolen lopen, goed worden behandeld. Ik wil het niet verbieden maar ik vind dat de paardjes voldoende pauze moeten krijgen en in een weide moeten overnachten.’ Els Sneijers wil ook in Sint-Truiden een dierenadviesraad oprichten. ‘En waar ik ook aan denk, is een dierenbegraafplaats. In Nederland zijn er al verschillende dierenbegraafplaatsen. Waarom niet bij ons? Als één op twee gezinnen over een huisdier beschikt, moeten mensen ook de mogelijkheid krijgen om waardig afscheid te nemen van een dier dat hen verschillende jaren gezelschap heeft gehouden.’ Marian Verbeek is VVSG-stafmedewerker gemeentelijke werking en organisatie

?

Wat is het stemgewicht van een politieraadslid bij een stemming over de politiebegroting?

!

Elk najaar buigen de gemeenteraden zich over de dotatie die besteed zal worden aan de werking van de lokale politie voor het volgende dienstjaar. Hoe hoog die gemeentelijke dotatie moet zijn, is vooral afhankelijk van de hoogte van de verschillende dotaties die de federale overheid aan de lokale politiezones doorstort. In verhouding draagt de federale overheid de laatste jaren 1/3 van die werkingskosten, terwijl de lokale overheden nog steeds 2/3 van de dotaties aan hun politiezones moeten dragen. (Dit werd nogmaals bevestigd in de laatste Dexia-studie over de financiën van de politiezones.) Een ander belangrijk principe dat de gemeenteraden bij de goedkeuring van het budget van de zone in acht moeten nemen, is de budgettaire neutraliteit van de politiebegroting. Hoe groter de lasten van de politiezone zijn, hoe meer de respectieve gemeenten van de zone dus moeten bijdragen in die lasten. Voor gemeenteraadsleden uit zones die bestaan uit één gemeente is het vrij eenvoudig om te achterhalen wat de bijdrage van de gemeente in de kosten van de zone is. Aangezien deze zones geen rechtspersoonlijkheid en dus ook geen politieraad hebben, valt hun begroting samen met die van hun gemeente. Voor raadsleden uit zones met meerdere gemeenten is het niet altijd duidelijk wat de bijdrage van hun gemeente in de werking van de zone is. Nochtans worden de spelregels jaarlijks herhaald in een Ministeriële Rondzendbrief met onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting ten behoeve van de politiezones. Maar die Rondzendbrief laat dit jaar, net zoals dat al eerder gebeurde, op zich wachten. In dergelijke zones zijn er bovendien politieraden geïnstalleerd (samengesteld uit gemeenteraadsleden van de respectieve gemeenten) en die moeten in principe in de loop van de maand oktober beraadslagen en beslissen over de begroting voor het volgende dienstjaar (art.241 Nieuwe Gemeentewet, van toepassing verklaard door art.34 Wet Geïntegreerde Politie). Het principe is dat de gemeenten uit de meergemeentezone zelf een consensus bereiken over de verdeling van hun dotatie met een eigen verdeelsleutel. Indien zij geen overeenstemming bereiken over die verdeling, wordt hun aandeel in de dotatie bepaald op basis van drie criteria (wettelijke verdeelsleutel, KB van 7 april 2005). Dat aandeel is voor 60 procent gebaseerd op de KUL-norm (lokale politiecapaciteit in de gemeente volgens een theoretisch bepaalde norm), voor 20 procent op het gemiddelde belastbare inkomen per inwoner van de gemeente (1999) en voor 20 procent op het gemiddelde kadastrale inkomen per inwoner (1999). Die wettelijke verdeelsleutel heet kortweg ook de 60-20-20-regel. Het aandeel van elke gemeente dat hieruit voortkomt, is de minimale dotatie van de gemeente aan de zone. Elke gemeente kan dat minimum nog verhogen als ze bijkomende politieopdrachten van de zone verwacht (art.36,4° WGP). De minimale dotatie is niet alleen belangrijk voor de verdeling van het aandeel van de gemeente in het totaal van gemeentelijke dotaties aan de politiezone, maar ook voor de verdeling van het stemgewicht van de burgemeesters in het politiecollege (art.24 WGP) en de stemverdeling in de politieraad bij stemmingen over de vaststelling van de begroting, begrotingswijzigingen en de jaarrekening (art.26 WGP).

Stuur uw vragen omtrent de politiebegroting naar tom.deschepper@vvsg.be.

1 oktober 2010 LOKAAL 23


DE RAAD van Putte

13-12 De gemeente Putte wordt met een krappe meerderheid bestuurd. Bijna elk agendapunt waarover discussie kan bestaan, eindigt met een stemming waarvan de uitslag al bij voorbaat lijkt vast te liggen: 13-12. 2 september. De avondzon zet het gloednieuwe gemeentehuis van Putte in het goud. In de loop van de vakantie zijn de diensten verhuisd uit een veel te krap oud herenhuis waar enkel de secretaris en de burgemeester een behoorlijk kantoor hadden. ‘Het was een gok om jullie vandaag al in het nieuwe gemeente- huis uit te nodigen voor de gemeenteraad. De voorbije dagen is er nog hard gewerkt om alles klaar te stomen,’ zegt burgemeester Peter Gysbrechts (Open VLD). Hij nodigt iedereen uit

24 LOKAAL 1 oktober 2010

op de officiële opening tien dagen later en gaat in dezelfde nononsensstijl voort met het toevoegen van een hoogdringend punt op de agenda van vanavond: het tariefreglement voor de computerlessen voor senioren. 25 handen gaan omhoog, ellebogen op de tafel. Idem dito voor de goedkeuring van het verslag. Bij de vijfde budgetwijziging in de gewone dienst zijn er meer opmerkingen, vooral over de verhuurprijs van het voetbalclublokaal in deelgemeente Beerzel en de al even hoge huursubsidie die de gemeente aan de club geeft. Volgens de burgemeester gaat het om een vestzak-broekzakoperatie om de financiële werking van het nieuwe autonome gemeentebedrijf dat eigenaar is, niet in het gedrang te brengen. Later die


STEFAN DEWICKERE

avond, wanneer hij mij rondleidt door het nieuwe gemeentehuis, vertelt hij dat deze opmerkingen vooral zijn gevallen omdat hij de voorzitter van die club is. ‘Er zaten in die budgetwijziging veel fundamentelere zaken waarover geen enkele vraag werd gesteld.’ Het punt eindigt dan ook met dertien voor- en twaalf tegenstemmen. Idem dito voor de budgetwijziging van de buitengewone dienst. En bij het agendapunt subsidiemogelijkheden voor verenigingen in de deelgemeenten om het sociale leven te steunen en te herwaarderen a rato van 200 euro per vereniging met een maximum van duizend euro voor elk van de vier deelgemeenten. De oppositie wil liever dat de verenigingen zich achter een activiteit scharen om die subsidiepot samen te gebruiken, de schepenen zien het

liever individueel. Voor de stemming zegt Peter Gysbrechts: ‘Ik denk dat ik de uitslag al weet.’ Dertien-twaalf. Bij het elfde agendapunt over de veranderingen in het organogram van het personeel worden dat twaalf onthoudingen. Omdat er op het laatste moment enkele toevoegingen in het dossier zijn geslopen, geeft Peter Gysbrechts daar uitleg over, maar in het kort vertelt hij ook over de filosofie van het organogram: ‘Bij de verhuizing naar dit nieuwe gemeentehuis wilden we tegelijk ook onze dienstverlening verbeteren. Een aantal diensten luidde al langer de alarmbel omdat ze onderbemand zijn. We hebben onze tijd genomen, veel gesprekken gevoerd en op het eind samen met de ontvanger alles op financiële haalbaarheid getoetst. In de toekomst bestaat het organogram net zoals het gebouw uit vier clusters met elk een diensthoofd.’ Volgens de burgemeester worden zo stappen vooruit gezet: ‘Maar dit is geen eindpunt. Altijd zijn er nog kleine aanvullingen nodig. We hebben hier hard aan gewerkt en hopen dat jullie dit werk willen ondersteunen.’ Maar er komen veel opmerkingen, over de inspraak van de vakbonden, over vroeger overleg met de oppositie zodat het voortraject eerder had kunnen worden bijgestuurd. Het leveren van grafkelders of een opzetzoutstrooier, de aangepaste verrekening van een Aquafinproject, de prijs van de seniorencomputerlessen en een nieuw wegentracé worden wel unaniem goedgekeurd. Bij de inname van het standpunt met betrekking tot de doortrekking van de Ring rond Mechelen komen de tongen opnieuw los. Het college wil graag met de raad een sterk en daarom unaniem standpunt overbrengen voor het openbare onderzoek dat afloopt op 21 september. Eerste schepen Chris Bosmans (Onafhankelijke Kring) verontschuldigt zich omdat de tekst niet bij de dagorde stak: ‘Zodra de tekst klaar was, zat hij in het dossier dat jullie konden inkijken.’ Ze deelt de kopieën uit en licht toe: ‘We hebben altijd geijverd voor flankerende maatregelen en willen dat een deel van het verkeer in de toekomst via de aanpalende gemeenten afvloeit en dat onze gemeente er niet alleen voor opdraait.’ Elf van de twaalf oppositieraadsleden keuren het standpunt voorwaardelijk goed, één onthoudt zich. Na afloop is het tijd voor een drankje en leidt burgemeester Gysbrechts me rond. Heeft hij het soms moeilijk met die twaalf-dertienverhouding? Hij haalt zijn schouders op. En had hij de oppositie niet in het voortraject van het organogram kunnen betrekken? ‘Ik merk in het Vlaamse parlement dat het goed kan werken. Maar hier niet. Dertig jaar lang heeft de CVP het in Putte voor het zeggen gehad en nooit waren er commissies. Tijdens de vorige beleidsperiode hebben we er wel georganiseerd maar er kwam weinig opbouwende inbreng. Vier jaar geleden hebben we ze afgeschaft. Sindsdien wacht ik af, maar de vraag wordt niet gesteld.’ I MvB

1 oktober 2010 LOKAAL 25


ISABELLE PATEER

werkveld KINDEROPVANG

Visienota voorschoolse kinderopvang mist visie In het regeerakkoord 2009-2014 van de Vlaamse regering staat de ontwikkeling van een kaderdecreet voor de voorschoolse kinderopvang als doelstelling geformuleerd. Dit kaderdecreet moet de maatschappelijke opdracht, de organisatie, het landschap en de juridische onderbouw voor de Vlaamse voorschoolse kinderopvang in een coherent en vereenvoudigd geheel vastleggen. Geen eenvoudige opdracht: de huidige toestand van de kinderopvang werd in de commissie Welzijn van eind juni 2010 nog vergeleken met een lappendeken. Ann Lobijn

O

p 23 juli 2010 keurde de Vlaamse regering de visienota voor het decreet kinderopvang goed. Deze nota zal de basis vormen voor het nieuwe decreet kinderopvang en de verdere uitvoeringsbesluiten. In de nota zijn maar een beperkt aantal wijzigingen aangebracht tegenover wat eerst aan de sector was meegedeeld, ook al had de sector veel bedenkingen. Lokaal presenteert u een subjectieve samenvatting van de 48 pagina’s tellende nota, die door de Vlaamse regering goedgekeurd werd. Recht op kinderopvang Het Vlaamse regeerakkoord 2009-2014 belooft dat alle gezinnen op termijn recht hebben op kinderopvang. Maar daarvoor 26 LOKAAL 1 oktober 2010

moet er genoeg aanbod zijn. De Vlaamse regering heeft de ambitie om tegen 2016 voor de helft van de kinderen tussen nul en drie jaar een opvangplaats te hebben. Vandaag zijn er in Vlaanderen gemiddeld 36 plaatsen voor honderd kinderen. Er moeten dus heel veel opvangplaatsen

en heel veel budget bijkomen. Ook al omdat het huidige aanbod zeer ongelijkmatig is verspreid: in bepaalde regio’s en gemeenten zijn er vandaag al ruim vijftig opvangplaatsen per honderd kinderen, in andere zijn dat er amper twintig. De Vlaamse regering hoopt ook dat

Voorschoolse kinderopvang De visienota definieert voorschoolse kinderopvang als systematisch georganiseerde opvang tegen een vastgestelde vergoeding van minstens één kind dat nog niet voltijds naar de kleuterschool gaat. De opvang van familie tot en met de vierde graad, ook van het nieuw samengestelde gezin, gezinnen die de onderlinge opvang van eigen kinderen informeel afspreken en alle opvang die onder andere Vlaamse regelgeving (zoals onderwijs, integrale jeugdhulp of gezondheidszorg) valt, worden niet als formele voorschoolse kinderopvang beschouwd.


een gezinsvriendelijk beleid (zoals het aanmoedigen van bevallings- en ouderschapsverlof) een impact kan hebben op de behoefte aan kinderopvang. Zo is er onder andere sprake van specifieke maatregelen voor wie pas na gebruik van die gezinsvriendelijke maatregelen kinderopvang zoekt. Dit klinkt nogal vreemd want dit gezinsvriendelijke beleid is eigenlijk vooral een federale bevoegdheid en de voorbije jaren werden de plaatsen in peutertuinen (specifiek voor kinderen vanaf 18 maanden) sterk afgebouwd.

ouder), groepsopvang (met meerdere begeleiders) en opvang aan huis. In het kader van de vergunningsvoorwaarden veroorzaakt vooral de discussie over het aantal kinderen per begeleider beroering. Acht? Drie? Wat is haalbaar? Wat is pedagogisch verantwoord? Wat is betaalbaar? De visienota vertrekt van zes kinderen per begeleider. Om uitzonderlijke situaties op te vangen kunnen in de gezinsopvang voor een beperkte periode, rekening houdend met bepaalde zaken en met ondersteuning, een of twee bijkomende plaatsen vergund worden. Maximaal mogen er nooit meer dan zeven kinderen gelijktijdig aanwezig zijn bij een onthaalouder. Ook voor de groepsopvang is bepaald dat op bepaalde momenten het

In de visienota zijn maar een beperkt aantal wijzigingen aangebracht, ook al had de sector veel bedenkingen.

Tegen 2020 – wanneer er een volledige dekking is van het aanbod – wil de Vlaamse regering het recht op kinderopvang zo invullen dat ieder gezin met een behoefte aan kinderopvang binnen een redelijke termijn een aanbod krijgt dat zo goed mogelijk rekening houdt met de door hen geformuleerde behoefte en voorkeur. Met het bepalen van deze redelijke termijn (drie maanden) wil de Vlaamse regering garanderen dat ouders op tijd zicht hebben op het voorgestelde opvangaanbod. Garantie op gelijke kwaliteit Naast aanbod wordt kwaliteit een belangrijk uitgangspunt. Dat voorzieningen die hun attest van toezicht verliezen toch verder kinderopvang aanbieden als enkel gemelde opvang, zorgt al enkele jaren voor frustratie. Herinner u de onthaalouder met veel interesse voor de oorlogsgeschiedenis en met de foto’s van foute historische personen in woon- en opvangruimtes: zij vangt vandaag ondanks verlies van attest van toezicht nog altijd kinderen op. Die mogelijkheid van enkel gemelde opvang zal afgeschaft worden. Alle opvang zal aan dezelfde minimale vergunningsvoorwaarden moeten voldoen. Een verschil in vergunningsvoorwaarden is er enkel nog voor gezinsopvang (met één kindbegeleider of door een onthaal

aantal gelijktijdig aanwezige kinderen per begeleider kan verhogen. In september 2010 start een wetenschappelijk onderzoek over het ideale aantal aanwezige kinderen per begeleider in de gezinsopvang en in de groepsopvang. De resultaten hiervan helpen de Vlaamse overheid goed onderbouwde beslissingen voor de toekomstige kinderopvang te nemen. Kwaliteit heeft ook te maken met bewaking en controle. Het agentschap inspectie inspecteert de kinderopvangvoorzieningen op regelmatige basis, maar door de toevoeging van de bij de dienst aangesloten onthaalouders, moet dit agentschap niet meer drieduizend maar twaalfduizend opvangpunten controleren. De verschillende mogelijkheden om deze controle te organiseren (door uitbreiding van het huidige agentschap inspectie of via gemachtigde controleorganisaties) worden vandaag opgelijst en vergeleken. De vergunning van aangesloten onthaalouders verhuizen naar het niveau van de dienst Opvanggezinnen vindt de VVSG geen goede keuze.

VVSG-opmerkingen bij de visienota De VVSG vraagt duidelijkheid over het financiële groeipad om de doelstelling van een voldoende dekkend aanbod kinderopvang te realiseren. Ze vraagt hierbij ook duidelijk inspraak van de lokale besturen in de programmatie van de inzet van deze financiële middelen. De VVSG mist in de hele visienota een duidelijke visie op de concrete organisatie van de noodzakelijke pedagogische ondersteuning en samenwerking, ze mist ook visie in alles wat naast de begeleiding vorm geeft aan de kinderopvang in Vlaanderen. Deze nota blijft te veel hangen op het niveau van de begeleiding van kinderen, terwijl opvang van goede kwaliteit ook behoefte heeft aan logistieke en administratieve medewerkers, aan pedagogische omkadering, aan management en dagelijkse leiding. De VVSG vreest overregulering en vindt sommige bepalingen betuttelend en getuigend van weinig vertrouwen in de organiserende besturen van kinderopvang. Vergunningsvoorwaarden en de controle daarop moeten degelijke kinderopvang garanderen, maar organiserende besturen moeten in de realisatie van deze kinderopvang ook rekening kunnen houden met arbeidsvoorwaarden, flexibel gebruik en behoefte aan opvang door ouders, behoefte aan snelle instroom, betaalbaarheid en zo verder. De VVSG vraagt dat voor de oprichting van de lokale loketten minstens de middelen aangewend worden die nu gereserveerd zijn voor het coördinatiepunt flexibele en occasionele opvang. AL www.vvsg.be, knop welzijnsvoorzieningen

Lokaal loket Om de bestaande capaciteit optimaal te benutten zal gereserveerde opvang ook betaald moeten worden. Daarnaast wordt er ook ingezet op het zoveel mogelijk

ISABELLE PATEER

De Vlaamse regering hoopt dat een gezinsvriendelijk beleid een impact kan hebben op de behoefte aan kinderopvang. Maar dat is vooral federale bevoegdheid.

1 oktober 2010 LOKAAL 27


klare kijk

werkveld KINDEROPVANG

centraliseren van de beschikbare informatie. De lokale overheid moet in overleg met alle lokale opvangaanbieders een lokaal kinderopvangloket organiseren. Kind & Gezin werkt, ter ondersteuning van dit lokale loket, een centraal registratiesysteem uit zodat elke vrije plaats binnen een bepaalde zone elektronisch zichtbaar wordt. Aan het lokale loket vinden ouders alle nodige informatie over kinderopvang. Gezinnen zullen dan nog maar ĂŠĂŠn keer een opvangvraag moeten stellen, binnen een bepaalde tijd krijgen ze een antwoord over de opvangmogelijkheden binnen de zone.

Kind & Gezin werkt een centraal registratiesysteem uit zodat elke vrije plaats binnen een bepaalde zone elektronisch zichtbaar wordt. Daarnaast moet het lokale loket de wachtlijsten van de deelnemende voorzieningen vertalen in ĂŠĂŠn gecoĂśrdineerde en uitgezuiverde wachtlijst over de zone. Tegelijk verzamelen ze zo beleidsinformatie – zeker ook voor de Vlaamse overheid – over de reĂŤle opvangvraag en de aard ervan in de betreffende zone. Het verheugt de VVSG dat een lid van de commissie Welzijn een dergelijk lokaal loket situeert binnen het sociaal huis, al is het maar om te vermijden dat dit loket een duur administratief gedrocht wordt. Dat het lokale bestuur dit loket organiseert, roept nog veel weerstand op. Waarom? Dat vraagt ook Vlaams parlementslid Mieke Vogels zich af in de Commissie Welzijn van juni 2010: ‘Met dezelfde argumenten als vroeger bestrijdt men de dubbele rol van de lokale overheid als regisseur en organisator, en dat alleen om voorzieningen de vrijheid te gunnen de kinderen aan te nemen die ze willen aannemen. Het is immers veel gemakkelijker om ongewenste kandidaten af te wijzen als er geen lokaal loket is dat hen heeft doorgewezen.’

? Komen de beheerskosten en socialezekerheids-

bijdragen boven op de werkgeversbijdrage voor de tweede pensioenpijler? Hoe worden de bijdragen voor de tweede pensioenpijler geboekt?

!

De beheerskosten worden van de werkgeversbijdrage afgehouden. De socialezekerheidsbijdrage komt er wel nog bovenop. Op de werkgeversbijdrage van 1% op het loon die het bestuur stort, worden de beheers- en administratieve kosten van de verzekeringsmaatschappij (0,48%) in mindering gebracht. In die beheerskosten zit ook de vergoeding van de pensioenverzekeraar aan de RSZPPO voor het innen van de werkgeversbijdrage (0,08%). Deze kosten komen dus niet bovenop de 1%. De beheerskosten zijn ook een belangrijk criterium geweest om de pensioenverzekeraar te selecteren.

Wat betekenen de 0,48% beheerskosten?

Stel een loon van 10.000 euro. Bestuur X betaalt 1% werkgeversbijdrage. Op het loon bedraagt de werkgeversbijdrage dus 100 euro. Van die 100 euro wordt 99,52 gestort op de individuele pensioenrekening van het personeelslid en 0,48 gaat als beheerskosten naar de verzekeringsmaatschappij (de tijdelijke handelsvennootschap DIB/Ethias) die daarvan 0,08 euro doorstort naar de RSZPPO. Op de premies die de werkgever stort, moet 8,86% solidariteitsbijdrage betaald worden, die berekend wordt op de werkgeversbijdrage. De 8,86% solidariteitsbijdrage is een bijzondere socialezekerheidsbijdrage, bestemd voor het globale beheer van de sociale zekerheid. Budgettair moet de solidariteitsbijdrage dus vermeld worden bij de andere socialezekerheidsbijdragen. Van de premietaks (4,4%) zijn overheden vrijgesteld. Sommige extern verzelfstandigde agentschappen kunnen er wel aan onderworpen zijn. In totaal moet het bestuur dus 1,0886% (of 2,1772 of 3,2658%...) in het budget inschrijven.

Hoe worden de bijdragen geboekt?

De netto premie wordt in gemeenten geboekt onder de economische code 113-48 (patronale bijdragen aan andere pensioenkassen). Het OCMW boekt de netto premie onder AR 6223 tot 6229 (werkgeversbijdragen voor bovenwettelijke verzekeringen voor niet-vastbenoemd personeel). De beheerskosten worden geboekt, voor de gemeente, onder de economische code 123-48 (andere administratiekosten) en, voor het OCMW, onder rekening 61 (boeking administratieve kosten).

www.vvsg.be, knop werking & organisatie, personeel, pensioen Wet van 29 juni 1981, artikel 37bis §3ter houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid der werknemers, BS 2 juli 1981. Rondzendbrief BB 201/04 van 16 juli 2010 met instructies over de opmaak van het budget 2011, blz. 37.

Ann Lobijn is VVSG-stafmedewerker kinderopvang Meer lezen: De goedgekeurde visienota decreet Kinderopvang is te vinden op www.kindengezin.be, zoek visienota decreet kinderopvang 28 LOKAAL 1 oktober 2010

Mail uw vragen over de tweede pensioenpijler naar jan.leroy@vvsg.be, stafmedewerker financiĂŤn, katleen.janssens@vvsg.be, stafmedewerker OCMW-personeel, marijke.delange@vvsg.be, stafmedewerker gemeentepersoneel


Registreer u GRATIS op www.ifest.be met volgende code 1000160054546

Duurzaam omgaan met milieu & energie

De vakbeurs voor milieu, energie, technologie en innovatie

26-28 oktober 2010 Flanders Expo

www.ifest.be Organised by


werkveld CULTUUR

In het hart van kinderen, in de agenda van ouders Maar Vlieg is meer dan een label. Vlieg geeft ook informatie op maat van gezinnen. UiTmetVlieg.be is het volwaardige cultuur- en vrijetijdsplatform dat kinderen ĂŠn ouders wil informeren, stimuleren en activeren. Ouders vinden er alle informatie die ze nodig hebben voor familieuitstapjes. Een handige agendafunctie maakt het mogelijk in ĂŠĂŠn klik te weten wat er bij hen in de buurt te doen is. Via de blogberichten van het familiepanel krijgen ze praktische UiTtips uit eerste hand. Kinderen vinden er leuke spelletjes, filmpjes, leestips, wedstrijden en kleurplaten. Daarnaast krijgen meer dan 35.000 abonnees elke maand het e-zine Vliegbrief boordevol vrijetijdstips. Met al deze informatiekanalen wil Vlieg families helpen een goede en gedegen keuze uit het vrijetijdsaanbod te maken. Hier geldt het credo: van bekend naar onbekend. ‘We willen families prikkelen om eens minder voor de hand liggende keuzes te maken,’ zegt Katelijne Morreel, projectleider Vlieg. ‘Wie misschien eerst naar meer informatie over die grote zaalshow zocht, ontdekt ondertussen dat er om de hoek diezelfde middag ook een prachtige dansvoorstelling is.’

Stuur families UiT met Vlieg GF

Gemeenten in polepositie om families van cultuur te laten proeven Jong geleerd is oud gedaan! Dit geldt ook voor cultuurdeelname, zo blijkt uit onderzoek. Hoe jonger je in aanraking komt met cultuur, hoe groter de kans dat je later frequent deelneemt. Gemeenten bekleden een sleutelpositie bij het stimuleren van cultuurparticipatie op jonge leeftijd. Het project Vlieg van CultuurNet Vlaanderen zet ze op weg om zoveel mogelijk families met kinderen warm te maken voor cultuur. Leen Van den dries

M

eer kinderen meer goesting in meer cultuur! Zo luidt de missie van Vlieg, een project van CultuurNet Vlaanderen. In veel Vlaamse gemeenten duikt het Vlieglabel op in vrijetijdskalenders, programmabrochures en gemeentelijke informatiebladen. Het maakt aanbod voor kinderen (tot twaalf jaar) en families herkenbaar. Vlieg signaleert het vrijetijdsaanbod in al zijn facetten (sport, recreatie of na30 LOKAAL 1 oktober 2010

tuur) maar heeft een boontje voor cultuur. ‘Met Vlieg kunnen kinderen en hun ouders naar onbekende diepten duiken in musea, bibliotheken en veel andere culturele plekjes,’ zegt Joke Schauvliege, Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur. ‘Vlieg prikkelt ook hun nieuwsgierigheid voor de omgeving waarin ze zich bevinden. Er is geen betere manier dan de speelse om cultuurparticipatie te stimuleren.’

Vlieg in actie! De schoolvakanties zijn de ideale periodes om families op weg te zetten naar cultuur. Daarom organiseert Vlieg elke zomer een actie die intussen al meer dan tienduizend kinderen op de been brengt. Zo trekken bibliotheken, musea, jeugddiensten en natuurdomeinen alle registers open om het jonge volkje te verwelkomen. Dit jaar trokken families op schattenjacht op meer dan driehonderd plekken in Vlaanderen en Brussel. Door hun deelname aan ‘De schatten van Vlieg’ beleefden veel families op een speelse manier een (eerste) cultuurervaring en ontdekten ze de rijkdommen van hun eigen buurt. ‘Het is heerlijk te horen dat sommige gezinnen hun eigen dorp ook werkelijk herontdekken,’ vertelt Jana FoquĂŠ, deskundige bibliotheek Sint-Amands. ‘Door de schattenjacht in de bibliotheek te koppelen aan andere cultuurhuizen in ons dorp zoals het toeristische centrum, het molenmuseum en het Emile Verhaerenmuseum


werd de tocht een waar uitje voor ouders ĂŠn kinderen.’ SuperVliegProject mobiliseert voor kinderkunsten Vlieg stond samen met Mooss vzw, Artforum en Locus mee aan de wieg van SuperVlieg. Bij de naamgeving van het project werd geopteerd voor een maximale associatie met het label Vlieg. SuperVlieg is een cultuurstimulerend project voor gezinnen met kinderen van vier tot twaalf jaar. Kurt Vanryckeghem, burgemeester van Waregem omschrijft SuperVlieg als een supergezellig kinderkunstenfestival: ‘Hierbij slaan superenthousiaste diensten/instellingen de handen in elkaar

zijn allebei SuperVliegen. De naam en de coĂśrdinatie op Vlaams niveau versterken de dynamiek in elke gemeente. In Laken vond je het SuperVliegFestival op twee locaties. Rond de Japanse toren en het Chinese Paviljoen konden families deelnemen aan vele workshops met een oosters thema. Rond GC Nekkersdal stond de programmatie in het teken van de waterduivel of nekker. De Brusselse cultuurbeleidscoĂśrdinator Peter Heyndrickx stapte in het SuperVliegProject omdat het de uitgelezen kans is om nieuwe netwerken te laten ontstaan: ‘Bij ons werkten heel veel culturele or-

Minister Schauvliege: ‘Met Vlieg kunnen kinderen en hun ouders naar onbekende diepten duiken in musea, bibliotheken en veel andere culturele plekjes.’ om samen tal van superleuke culturele activiteiten op het getouw te zetten voor kinderen en hun ouders.’ Gedurende een periode van drie jaar landen de SuperVliegFestivals in minstens 38 gemeenten in Vlaanderen en Brussel. Marc Van Mechelen, team publiekswerking van Locus, benadrukt dat SuperVlieg een sterk concept is omdat het inspeelt op de eigenheden en kansen van elke gemeente. Het festival in Aarschot zal heel anders zijn dan het evenement in Laken, maar het

ganisaties naast elkaar zonder elkaar te kennen. SuperVlieg was de ideale gelegenheid om daar wat aan te doen. Het Nederlandstalige Gemeenschapscentrum Nekkersdal pleegt nu regelmatig overleg met het Franstalige Maison de la crÊation. De voorstelling die het gezelschap KESKI.E.SPACE vzw naar aanleiding van het SuperVliegFestival op maat van het Chinese Paviljoen maakte, is vandaag terug te vinden in het schoolvoorstellingenaanbod van de gemeenschapscentra.’

‘Wij stelden tot onze vreugde vast dat op ons SuperVliegFestival een Turkse papa met zijn twee zoontjes als tolk gesprekken aanknoopte met de andere festivalgangers.’ Hieruit blijkt dat het Laken effectief gelukt is om nieuwe doelgroepen te bereiken. Allochtonen werden betrokken via voortrajecten: werkklasjes gingen creatief aan de slag met de SuperVliegBlikvangers (plastic mascottes), buurtkinderen gaven ideeĂŤn voor de heraanleg van het Poesjkinplein en er werd een heuse parade voorbereid die op het SuperVliegFestival door de straten trok. Dit najaar trekken de SupervliegFestivals opnieuw door het Vlaamse land (alle informatie op supervlieg.be). Zeven gemeenten geven zo hun inwoners met jonge kinderen de kans op een positieve kennismaking met cultuur. Toch wil SuperVlieg meer zijn dan een eendagsvlieg. Nele Van Bouwel, coĂśrdinator SuperVlieg en stafmedewerkster participatie en gezinnen bij Mooss vzw: ‘In elke deelnemende gemeente engageren verschillende diensten zich tot een langdurige en diepgaande samenwerking op het terrein van de kindercultuur. Cultuurcentrum, jeugddienst, bibliotheek, academie en museum werken samen met verenigingen uit de amateur- en jeugdsector om hun eigen vertrouwd ĂŠn een nieuw publiek warm te maken voor cultuur.’ Leen Van den dries is projectmedewerker Vlieg bij CultuurNet Vlaanderen

Vliegt uw gemeente mee? Wilt u het Vlieglabel in uw gemeentelijke communicatie gebruiken en zo mensen warm maken voor het familieaanbod? Alle informatie vindt u op cultuurnet.be/vlieglabel. Doet u ook graag mee aan de acties en evenementen van Vlieg? Schrijf u dan in op het e-zine CultuurNet Nieuws via cultuurnet.be/nieuwsbrieven en blijf op de hoogte. De gezinsactiviteiten in uw gemeente promoten via de Vlieg- en tal van andere kanalen kan ook. Voer het aanbod in op UiTdatabank.be en het verschijnt op meer dan 270 online, gedrukte en mobiele kanalen: zowel UiTinVlaanderen.be, nagenoeg alle grote Vlaamse media als het UiTnetwerk waarvan intussen meer dan 150 Vlaamse gemeenten, steden, regio’s en provincies deel uitmaken.

1 oktober 2010 LOKAAL 31


STRAAT-LEDVERLICHTING OP ZONNE-ENERGIE Onze led verlichtingen werken volledig autonoom. Zij zijn op een eenvoudige manier te monteren en hoeven verder geen enkel onderhoud. Door hun compacte en sterke constructies zijn ze bestand tegen de zwaarste lasten. Overdag laden ze op dankzij hun hoog efficiënte zonnecel en ’s nachts wanneer het donker wordt, schakelen de pinker ledjes aan. Zij hebben een autonomie van 10 uur en werken onder bewolking en regenachtige dagen gedurende 4 dagen. Zij bestaan uit 3 standaard kleuren, wit, rood en geel.

MEER INFO?

• Ideaal voor onverlichte en levensgevaarlijke oversteekplaatsen. • Geen kostbare stroomvoorzieningen, werkt volledig autonoom. • Eenvoudig te monteren, zowel ingebouwd als opgebouwd op het wegdek. Door gebruik te maken van de speciaal ontworpen verankeringen kunnen de studs niet meer verwijderd worden en zijn ze ‘diefstal’ veilig. Werken ook onder de straatlichten.

info@a-veco.be / tel. 015 51 11 90

A-VECO_186x130 LOKAAL.indd 1

30/07/10 11:30

Gedeelde kennis is dubbele kennis De beste manier om kennis te vergroten, is ze te delen met anderen. Daarom is ons kantoor georganiseerd in vakgroepen die elkaar overlappen. Resultaat: een vruchtbare kruisbestuiving die de kennis van onze advocaten telkens weer verruimt. En dat komt elke cliënt ten goede. Wilt u meer weten over onze aanpak? Neem eens een kijkje op onze website, of bel ons voor een afspraak.

Mechelsesteenweg 27 2018 Antwerpen parking | Hemelstraat telefoon | + 32 3 232 50 60 fax | + 32 3 232 30 50 www.gsj.be e-mail | info@gsj.be

32 LOKAAL 1 oktober 2010


DANIEL GEERAERTS

r e t a w l specia


ISABELLEDEWICKERE STEFAN PATEER

SPECIAL WATER Financiering rioolbeheer

Op zoek naar een financieel duurzaam rioolbeleid Riolering, dat is wellicht het grootste gemeentelijke bouwkundige patrimonium. Er zijn nog veel missing links in het stelsel en de bestaande riolen behoeven onderhoud, tijdige vervanging en optimalisatie. Hoe beginnen we daaraan, welke financiering zetten we hiervoor opzij? Lokaal vroeg de mening van verschillende rioolbeheerders: Aquafin, het gemeentelijke waterbedrijf Knokke-Heist, Infrax, IWVA, Pidpa, Riobra, TMVW, Vivaqua en VMW. Christophe Claeys

V

oor rioolbeheer is er veel geld nodig, zowel voor het bestaande stelsel (onderzoek, herstel, renovatie, vervanging en optimalisatie) als voor de uitbreiding ervan (aanleg ontbrekende riolen en IBA’s). De rioolbeheerders willen de komende jaren de omschakeling maken van curatief onderhoud (als er problemen aan het licht komen) naar preventief onderhoud op basis van een onderhoudsplan. De inventarisatie van het rioolstelsel is volop bezig en zal hiervoor de basis vormen. De voorzieningen voor vervangingsinvesteringen in de financiële planning van de rioolbeheerders schommelen tussen 1 en 2% van de vervangwaarde van het rioolnet. Dit staat voor een vervangtermijn van het rioolstelsel tussen vijftig en honderd jaar. 34 LOKAAL 1 oktober 2010

Voor een schatting van de uitbreidingsinvesteringen zijn er de zoneringsplannen en werkt men aan de gebiedsdekkende uitvoeringsplannen (GUP’s). De zoneringsplannen voor uw gemeente vindt u op geoloket.vmm.be/zonering. In de GUP’s wil de Vlaamse overheid in overleg met de gemeenten en rioolbeheerders meer gedetailleerd vastleggen wat de prioritaire doelstellingen zijn en binnen welke timing die gehaald moeten worden. Financiële planning De rioolbeheerders proberen korte- en langetermijnplanning op elkaar af te stemmen. De kortetermijnplanning beschrijft in detail welke projecten ze de eerstkomende jaren kunnen uitvoeren.

Deze zijn dikwijls gekoppeld aan investeringswensen van de gemeenten (aanleg van straten of dorpskernvernieuwing) en aan bovengemeentelijke initiatieven (gewestwegen, Aquafin). De planning op lange termijn moet leiden tot het behalen van de algemene doelstellingen. De rioolbeheerders definiëren deze voorlopig zelf of wachten op de verdere uitwerking van de GUP’s. Vivaqua en Pidpa wachten met de opmaak van een planning op lange termijn tot de doelstellingen duidelijker geformuleerd zijn in de GUP’s. Nu gaan ze vooral mee met de investeringswensen van de gemeenten. Het waterbedrijf Knokke-Heist gaat ervan uit dat drukrioleringsprojecten en IBA’s minder prioritair zijn, maar wacht ook voor de rest af met de opmaak van een langetermijnplanning. IWVA stelt dat de rioolsubsidies sterk sturend zijn. Met het vooruitzicht van subsidies en de aanvulling van de saneringsopbrengsten van de drinkwaterfactuur zijn de gemeenten bereid zelf een extra budgettaire inspanning te leveren. Infrax streeft maximale synergie met gemeentelijke investeringen na (laagst mogelijke maat-


Verschillende gemeenten besteden een aanzienlijk deel van hun algemene middelen aan rioolprojecten.

schappelijke kost). Voor de investeringen wordt deels een beroep gedaan op externe financiering. Voor alle subsidieerbare projecten is dit de gewestelijke rioolsubsidie of een gelijkwaardige inbreng uit de gemeentelijke begroting. Pidpa past dit principe ook toe. TMVW stelt, op basis van de huidige financieringsmogelijkheden en in afwachting van de GUP’s, een collectieve doelstelling voor haar werkingsgebied voorop en een minimale doelstelling op individueel gemeentelijk niveau. Verschillende gemeenten zullen nog moeten bijpassen

optimalisaties in dat bestaande rioolnet. De resultaten zijn afhankelijk van aannames die verschillen van rioolbeheerder tot rioolbeheerder. We denken daarbij aan de schatting van de exploitatiekosten, de middelen voor vervangingsinvesteringen of het percentage van de rioolprojecten die subsidies zullen krijgen. Behalve deze schattingen heeft ook de toestand van de riolering, de concentratie van bebouwing en de financiĂŤle draagkracht van de gemeenten een impact. Een belangrijke stap voor iedereen is de efficiĂŤntere aanwending van de middelen die er nu al zijn. De doorlooptijd van de projecten moet omlaag en we moeten

Een belangrijke stap voor iedereen is het verlagen van de doorlooptijd van projecten. uit hun algemene middelen als ze deze doelstelling willen halen. TMVW stelt ook vast dat verschillende gemeenten in haar werkingsgebied het moeilijk krijgen om de rioolprojecten te volgen voor het aandeel opwaardering van de weg. VMW en Aquafin bekijken in hun financiĂŤle plannen voor de individuele gemeenten welke doelstelling ze kunnen realiseren met de huidige saneringsinkomsten uit de drinkwaterfactuur en met ondersteuning door de middelen van de Vlaamse overheid. Riobra neemt in haar financiĂŤle planning aan dat vervangingsinvesteringen en de oplossing van hydraulische problemen volledig gedragen worden door de saneringsbijdrage (niet gesubsidieerd). Voor projecten met een ecologische doelstelling (zoals het aantal op de riolering aangesloten inwoners verhogen of verharde oppervlaktes afkoppelen) rekenen ze op subsidies van het Vlaamse Gewest of van de gemeenten. Uit de schattingen van de verschillende rioolbeheerders blijkt dat met de huidige middelen (saneringsbijdrage en saneringsvergoeding, subsidies en extra bijdragen dank zij het Lokaal Pact) al flink geĂŻnvesteerd kan worden. Maar een honderd procent zuiveringsgraad tegen 2027 zal globaal genomen niet haalbaar zijn, rekening houdend met de kosten voor een degelijke exploitatie van het bestaande rioolnet en zonder nog te spreken van grote

ervoor zorgen dat de gemeenten het investeringsritme kunnen blijven volgen. De doorlooptijd is onder andere afhankelijk van allerhande procedures die samengaan met investeringsprojecten. Zie ook de verschillende nota’s en debatten over het versnellen van maatschappelijke investeringsprojecten. Ook de afstemming en optimalisatie van subsidieprocedures is nodig. Sommige rioolbeheerders waarschuwen bij een forse verhoging van het investeringsritme voor een oververhitting van de markt en een verzadiging door te veel hinder: ‘Laten we eerst en vooral de middelen die er nu al zijn efficiĂŤnt aanwenden.’ Andere beheerders stellen: ‘Als er een duidelijk en continu engagement is voor een verhoging van de investeringen, dan zal de markt zich geleidelijk aan wel aanpassen.’

De Vlaamse overheid financiert ongeveer veertig procent van de kosten voor het bovengemeentelijke afvalwaternetwerk uit eigen middelen en wil dat de gemeenten ook nog een deel uit hun algemene middelen financieren voor de gemeentelijke riolen. Verschillende gemeenten besteden een aanzienlijk deel van hun algemene middelen aan rioolprojecten. Anderzijds zien de rioolbeheerders dat gemeenten moeilijk over te halen zijn om algemene middelen aan te wenden. De financiĂŤle draagkracht van sommige gemeenten is ook erg klein. Verschillende rioolbeheerders streven ernaar om autofinancierend te worden. Kan de saneringsbijdrage op de drinkwaterfactuur nog stijgen? Een verhoging van de drinkwaterfactuur zorgt voor een daling van het verbruik. Ook sociaaleconomisch gezien zijn er grenzen aan de drinkwaterprijs. Anderzijds doorstaat de huidige drinkwaterprijs nog de toets met onze buurlanden. Het staat voor alle beheerders buiten kijf dat regenwater een groot aandeel van de kosten van het rioolbeheer uitmaakt. Als men hiervoor een financieringssysteem wil uitwerken, dan zal men de uitgaven voor opvolging en inning moeten afwegen tegen de inkomsten. Tot slot wordt ook het gebruik van een vast tarief zoals op de drinkwaterfactuur vermeld. Een groot deel van de kosten voor de aanleg van de infrastructuur zijn immers vaste kosten. Rioolsubsidies moeilijk in te plannen De rioolsubsidies van het Vlaamse Gewest werden van een basisbudget van 66 miljoen euro per jaar sinds 2000 opgetrokken tot 116 miljoen euro in 2009. Voor het begrotingsjaar 2010 daalde het budget tot 110 miljoen euro. Daarnaast is er nog voor 700 miljoen euro aan gemeentelijke rioleringsprojecten die in het

De gemeentelijke rioolbeheerders in dit artikel Aquafin = Vlaamse waterzuiveraar Infrax = netbedrijf voor aardgas, elektriciteit, kabeltv en riolering IWVA = Intercommunale Waterleidingsmaatschappij van Veurne Ambacht Pidpa = Provinciale en Intercommunale Drinkwatermaatschappij der Provincie Antwerpen Riobra = Intercommunale voor riolering Vlaams-Brabant TMVW = Tussengemeentelijke Maatschappij der Vlaanderen voor Waterzuivering Vivaqua = bedrijf voor waterproductie en -distributie, en voor sanering van rioolwater VMW = Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening

1 oktober 2010 LOKAAL 35


SPECIAL WATER Financiering rioolbeheer

Prognoses van de Vlaamse Milieumaatschappij

kader van het Lokaal Pact aan Aquafin worden opgedragen. Zowel voor het Lokaal Pact als voor het rioolsubsidiebesluit melden praktisch alle rioolbeheerders dat de grote onzekerheid over het verkrijgen van de middelen de planning erg bemoeilijkt. Door de vele aanvragen zijn de vastleggingskredieten voor 2010 nu al opgebruikt en worden de projecten doorgeschoven naar de kwartaalprogramma’s van 2011. De Vlaamse overheid ziet de rioolsubsidies als een gunst, niet als een zekerheid. Toch wachten gemeenten en rioolbeheerders op subsidies, waardoor het systeem remmend werkt op investeringsprojecten. Het huidige subsidiesysteem bevat ook geen incentives om zo goedkoop mogelijk te werken. Een zekerder verdeelsleutel gekoppeld aan een resultaatsverbintenis op hoofdlijnen zou soelaas kunnen bieden. Gescheiden stelsel Het subsidiesysteem bevoordeelt ook in sterke mate de aanleg van volledig gescheiden stelsels, zelfs meer dan de aanleg van optimaal gescheiden stelsels. Is de aanleg van gescheiden stelsels in alle omstandigheden aangewezen? Bekijken we de doelstellingen hieromtrent niet beter gebiedsgericht? De rioolbeheerders 36 LOKAAL 1 oktober 2010

STEFAN DEWICKERE

In haar rapport Financiering noodzakelijke saneringsinfrastructuur op gemeentelijk vlak van 2010 bekijkt de VMM enkele financiële scenario’s voor de verdere ontwikkeling en het beheer van het gemeentelijke rioolstelsel. Een van de scenario’s gaat uit van de veronderstelling dat het volledige rioolstelsel en de IBA’s worden aangelegd tegen 2027, dat de gemiddelde levensduur van rioleringen 75 jaar bedraagt en dat de exploitatiekosten 0,7% van de vervangingswaarde van het rioolstelsel belopen. Als daar de inkomsten uit een maximaal ingestelde gemeentelijke saneringsbijdrage op de drinkwaterfactuur (1,2222 euro/m³ in 2009), uit de gewestelijke rioolsubsidies (117 miljoen euro/jaar) en uit het Lokaal Pact (7 x 100 miljoen euro) tegenover worden gesteld, kan geconcludeerd worden dat er belangrijke financiële tekorten zullen optreden. Elke gemeente ontving van de VMM een rekeninstrument om de kosten voor rioolbeheer te begroten.

kijken reikhalzend uit naar de vertaling van de studies die de VMM hierover liet opmaken en naar de regeling die hierover in het kader van de GUP’s verder uitgewerkt zal worden. Duidelijke doelstellingen en dito financiering De Europese Kaderrichtlijn Water vraagt een goede toestand van de waterlichamen tegen 2015 met mogelijk uitstel van twee keer zes jaar tot 2027. De maatregelen om deze goede toestand te realiseren worden opgesomd in het maatregelenprogramma van de stroomgebiedbeheersplannen. Daarin staat een uitgebreide reeks maatregelen voor landbouw, industrie, waterbodems en de hydromorfologie van de waterlopen. De aanleg en optimalisatie van gemeentelijke riolen is een van de vele maatregelen. Projecten die geprogrammeerd staan op de gemeentelijke subsidieprogramma’s tot en met 2008 moeten tegen 2015 uitgevoerd worden. Zij zijn immers opgenomen als basismaatregel of aanvullende maatregel in de stroomgebiedbeheersplannen. De volledige realisatie van alle projecten uit de GUP’s en de verdere ontwikkeling van de saneringsinfrastructuur in het buitengebied door de aanleg van IBA’s zijn opgenomen in een lijst van aanvullende maatregelen waar-

van verwacht wordt dat ze nodig zullen zijn om de goede toestand van de waterlichamen te halen. Ze zijn niet opgenomen in de eerste stroomgebiedbeheersplannen omdat men onder meer de prioritering en het effect van deze maatregelen verder wil onderzoeken. Naast bovenstaande bepalingen in het maatregelenprogramma staat in Vlarem II dat de sanering van het collectief te optimaliseren buitengebied gebeurt door middel van een gescheiden stelsel en binnen de timing zoals die in het uitvoeringsplan (GUP) is bepaald. Bij aanleg en heraanleg van een openbare riolering, ongeacht het gebied, is een gescheiden stelsel verplicht, tenzij anders bepaald is in het uitvoeringsplan. Duidelijke globale doelstellingen en keuzes in die doelstellingen moet de Vlaamse overheid nog verder uitwerken. Ook een globale langetermijnvisie op de financiering van het rioolbeheer is hoogst noodzakelijk. Die moet rekening houden met de doelstellingen, maar ook met de redelijke bijdrage vanuit alle sectoren. De VMM afdeling economisch toezicht wil hierover dit najaar een overleg beginnen. Christophe Claeys is VVSG-stafmedewerker waterbeleid


PRAKTIJK KOKSIJDE – In maart 2012 infiltreert alle afwatering van de Koninklijke Baan in Koksijde rechtstreeks in de zandige bodem. Het studiebureau Cnockaert ontwierp een afwateringssysteem met rechtstreekse en ondergrondse infiltratie.

Water Koninklijke Baan infiltreert rechtstreeks in zandige bodem De werkzaamheden voor de afwatering en de aanleg van fietspaden aan de Koninklijke Baan zijn midden september 2009 gestart. Om de hinder voor de omwonenden en weggebruikers tot een minimum te beperken verloopt het traject in zeven fasen. De werken worden telkens uitgevoerd van half september tot 15 maart en van na Pasen tot 15 juni. In juli en augustus liggen ze stil. De voltooiing is voorzien tegen maart 2012. De totale kostprijs bedraagt 2,96 miljoen euro. De gemeente Koksijde investeert 1,3 miljoen, het Vlaamse Gewest draagt 1,66 miljoen bij.

Het principe van infiltratie is dat het regenwater in de bodem infiltreert waar het valt of in meer gecentraliseerde infiltratievoorzieningen. Zo wordt het rioolstelsel ontlast en neemt de kans op overstorten tijdens piekbelasting af. Een van de voordelen van infiltratie is dat de natuurlijke waterbalans niet verstoord wordt: het grondwater wordt aangevuld, wat verdere verdroging tegengaat. ‘De mate van doorlaatbaarheid van de ondergrond is een cruciale factor bij de opmaak van een ontwerp met infiltratievoorzieningen,’ legt Ann Cnockaert van het gelijknamige studiebureau uit. ‘De waterdoorlaatbaarheid van de bodem wordt bepaald door zijn k-waarde. Dat is de snelheid waarmee water door een laag sijpelt, uitgedrukt in meter per dag. Door de ligging van de Koninklijke Baan in de duinengordel van de kustzone, bestaat de ondergrond voornamelijk uit grof zand met een optimale infiltratiecapaciteit. Ook de grondwaterstand is bepalend voor de mogelijkheid tot infiltratie. Het grondwater in de projectzone is voldoende diep gelegen en heeft geen invloed op de infiltratiecapaciteit.’

GF

Goede bodemstructuur

Alle trottoirs en parkeerstroken zijn uitgevoerd in waterdoorlatende betonstraatstenen.

Rechtstreekse en ondergrondse infiltratie

Het ontwerp van de Koninklijke Baan voorziet in rechtstreekse en ondergrondse infiltratie. Rechtstreekse infiltratie gebeurt eenvoudig via een doorlaatbare verharding. In dit project zijn alle stoepen en parkeerstroken uitgevoerd in waterdoorlatende betonstraatstenen, gefundeerd op een steenslagverharding. Bij ondergrondse infiltratie dringt het regenwater via de onderzijde en/of de zijkanten van de ondergrondse constructie, eventueel na tijdelijke opslag, in de bodem. Voor de Koninklijke Baan bestaat de ondergrondse infiltratie uit infiltratie- of bezinkkolken, -buizen en -putten. De kolken hebben een open bodem. De infiltratiebuizen zijn ondergrondse geperforeerde buizen in kunststof. Ze zijn ook nog met geotextiel omwikkeld waardoor een zo groot mogelijke hoeveelheid water via de buiswand in de bodem infiltreert. Infiltratieputten of bezinkputten zijn inspectieputten met doorlaatbare bodem, bestaande uit grind. Samen met de

infiltratiebuizen vangen zij het regenwater tijdens een regenbui tijdelijk op voordat het geleidelijk in de ondergrond infiltreert. Het geheel is zeer gemakkelijk toegankelijk voor reiniging en onderhoud. Dit principe maakt berging, transport en infiltratie van water beheersbaar met respect voor het milieu. Op het infiltratiestelsel is alleen het regenwater, afkomstig van het openbare domein, aangesloten. Het regenwater van privaat domein moet ook infiltreren in de ondergrond. In 1999 heeft de gemeente een gemeentelijk reglement opgesteld waarbij in regel het regenwater, afkomstig van het privĂŠdomein, op een regenput aangesloten moet worden, met mogelijkheid tot hergebruik. Bovendien moet de overloop aangesloten worden op een infiltratiebed, een gracht of oppervlaktewater. Inge Ruiters met medewerking van Ann Cnockaert

ii Rudy BlondĂŠ, werfcoĂśrdinator openbare werken Koksijde, T 058-53 30 30, rudy.blonde@koksijde.be, www.cnockaert.be

1 oktober 2010 LOKAAL 37


Hoe stellen we de toekomst van onze kinderen veilig? De ene verbruikt minder energie. De andere verkiest over te schakelen op groene energie. En wat doet uw gemeente, instelling of bedrijf? Energy Line Welke projecten of ambities u ook hebt, als het aankomt op het besparen van energie heeft Dexia voor u diverse oplossingen in petto. We engageren ons immers volop in duurzame ontwikkeling en willen de opgebouwde expertise in dit domein delen met gemeenten, instellingen en bedrijven via het gamma Energy Line. Uw gesprekspartner inzake duurzame ontwikkeling staat voor u klaar. Contacteer hem voor meer info of raadpleeg ons dossier “Duurzame ontwikkeling” op www.dexia.be/professioneel.

samen naar de essentie

Dexia Bank NV, Pachecolaan 44, 1000 Brussel – IBAN BE23 0529 0064 6991 – BIC GKCC BE BB – RPR Brussel BTW BE 0403.201.185 – CBFA n° 19649 A – FOD Economie 4944.


KEVIN WHITE

ISABELLE PATEER

SPECIAL WATER wateroverlast

In 2007 stond het centrum van Poperinge blank.

Het water ingetoomd De watersnood van 2007 zet Poperinge aan het werk De toevoer van water onder controle houden en de afvoer verbeteren (zonder uiteraard de problemen door te schuiven naar de buurgemeente stroomafwaarts), het zoeken naar een structurele oplossing voor regelmatig weerkerende watersnood is een complexe oefening. De stad Poperinge maakte er de voorbije jaren werk van. Bart Van Moerkerke

I

n augustus 2007 liep het poĂŤziedorp Watou in vier dagen tijd twee keer onder water. Ook Proven en het centrum van Poperinge stonden blank. De watersnood was uitzonderlijk groot maar een echte verrassing kon je ze niet noemen. Amper twee jaar eerder, in 2005, had hevige en langdurige regenval delen van Poperinge herschapen in een enorm meer. Structurele maatregelen drongen zich op, voor het centrum van de stad ĂŠn voor de deelgemeenten Watou en Proven.

Bekkens en stuwen In het centrum van Poperinge komen verschillende waterlopen samen. De Eikhoekbeek stroomt er in de Hipshoekbeek, even verderop komen eerst de Bommelaarsbeek en daarna de Vleterbeek erbij. Al dat water verlaat de stad via de Poperingevaart. Zeer bijzonder aan de situatie is dat de waterlopen drie verschillende beheerders hebben: de stad voor de Eikhoek-, de Hipshoek- en de Bommelaarsbeek, de provincie voor de Vle-

terbeek en het Vlaams Gewest voor de Poperingevaart. De drie partners sloten een samenwerkingsovereenkomst af om de wateroverlast aan te pakken. Elk voor zijn waterlopen bezorgde de nodige topografische gegevens aan de Vlaamse Milieumaatschappij. De VMM voerde simulaties uit en analyseerde verschillende mogelijke scenario’s. Dat werk resulteerde in een plan voor waterbeheersingswerken en uiteindelijk in oktober 2008 in een tweede samenwerkingsovereenkomst om de werken aan de waterlopen uit te voeren. Marc Claeys, hoofd van de technische dienst van Poperinge: ‘Voor de stad betekent het dat er bufferbekkens komen langs de Hipshoekbeek (24.000mÂł) en de Bommelaarsbeek (36.000mÂł). Het eerste wordt gerealiseerd in de tweede 1 oktober 2010 LOKAAL 39


KEVIN WHITE

SPECIAL WATER wateroverlast

Nood- en interventieplan wateroverlast De watersnood van 2007 was voor Poperinge de aanleiding om een ‘bijzonder nood- en interventieplan wateroverlast’ op te stellen. ‘Niet dat er veel misliep in 2007 maar het gaat toch vlotter als alle afspraken over wie wat doet en wanneer, op voorhand op papier gezet zijn.’ Dat zegt Kevin White, ambtenaar nood- en interventieplanning. Het plan opent met een opsomming van de risicolocaties op het Poperingse grondgebied, met vermelding van het aantal woningen in elke zone en de wegen die er doorheen lopen. Van elke locatie is een luchtfoto genomen, met de exacte aanduiding van de plaatsen waar in geval van wateroverlast de weg moet worden afgesloten. Het nood- en interventieplan maakt een onderscheid tussen een groene fase, een vooralarm- en een alarmfase. Wordt overmatige neerslag voorspeld, dan treedt de groene fase in. De burgemeester, de brandweercommandant en de ambtenaar nood- en interventieplanning nemen dan alle noodzakelijke voorbereidende maatregelen. Wordt het waakpeil op één of meerdere waterlopen overschreden, dan kan de burgemeester beslissen de vooralarmfase af te kondigen, bij een overschrijding van het alarmpeil de alarmfase. In de fase van vooralarm worden de brandweer, de medische diensten, de politie, de technische dienst, de milieudienst en de communicatieambtenaar ingeschakeld. In de alarmfase komen de dienst 100, het Rode Kruis en het Vlaamse Kruis erbij. De taken van alle partners zijn voor elke fase tot in detail uitgeschreven op actiekaarten. Iedereen weet precies wat hij moet doen. Het plan bevat ook een gedetailleerde lijst van alle betrokkenen, met hun functie en telefoonnummer(s). De lijst wordt voortdurend up to date gehouden. ‘Ik bel iedereen op de lijst minstens één keer per jaar op, onverwacht,’ zegt Kevin White. ‘Ik houd ook heel nauwlettend de weersvoorspellingen in de gaten, dat is één van mijn taken. De website buienradar.be is mijn belangrijkste informatiebron. Ik weet intussen al wanneer er gevaar voor waterellende dreigt. Komen de buien uit de richting van Parijs, dan ontsnappen we er meestal aan. Komen ze via de Noord-Franse kust ons land binnen, dan weet ik dat we op onze hoede moeten zijn.’ BVM

40 LOKAAL 1 oktober 2010

helft van 2011, het tweede zal eind dit jaar klaar zijn. Vlak na die bekkens komt er telkens een stuw. Daarmee kunnen we de hoeveelheid water regelen die richting centrum stroomt. Concreet zullen we op enkele overstromingsgevoelige plekken in het centrum het debiet van de waterlopen meten. Wordt dat te groot, dan laat de stuw minder water door en dan komt de rest van het water in het voor de stuw gelegen bufferbekken terecht.’ De provincie zal een bufferbekken van 100.000m³ aanleggen langs de Vleterbeek, de verwerving van de nodige gronden is bijna rond. Het Vlaams Gewest heeft zich verbonden tot structurele onderhoudswerken aan de Poperingevaart. De oeverwanden zijn hier een daar afgekalfd waardoor het noodzakelijke debiet van 11m³ per seconde niet meer gehaald wordt en het water dus niet voldoende snel kan afvloeien. Gericht onderhoud Voor de deelgemeenten Watou en Proven schreef het stadsbestuur een studieopdracht uit. Een extern bureau analyseerde verschillende mogelijke scenario’s voor de Warande- en de Plokhanebeek (Watou), en de Kerkhofbeek (Proven). Langs


de twee eerstgenoemde beken komen verschillende bufferbekkens en wordt op enkele plaatsen het debiet beperkt door het plaatsen van gekalibreerde duikers. De verwerving van de nodige gronden is nagenoeg afgerond, de start van de werken is gepland voor de tweede helft van 2011. De Kerkhofbeek in Proven wordt over een lengte van 220m weer opengemaakt omdat een open beek meer water aankan dan een ingebuisde waterloop. Elders wordt de diameter van de buis vergroot van 600 naar 700mm. Vóór het dorpscentrum komt er ook een bufferbekken. Die werken worden begin 2011 uitgevoerd. Een tweede fase met de aanleg van een gracht met bufferbekken rond de woningen van de Blekerijhoek is voor de tweede helft van 2011. Opmerkelijk is dat sinds 2007 er nauwelijks nog wateroverlast was in Poperinge, Watou en Proven, hoewel de infrastructuurwerken nog in uitvoering zijn. Marc

KEVIN WHITE

Een open beek kan meer water aan dan een ingebuisde waterloop.

Wordt het debiet van de waterlopen te groot, dan laat de stuw minder water door en komt de rest van het water in een bufferbekken terecht.

Claeys: ‘In 2007 hadden we 24 uur onafgebroken hevige regen, daar bleven we sindsdien van gespaard. Daarnaast hebben we hier en daar al kleine spaarbekkens aangelegd langs de beken. We sloten ook overeenkomsten af met landbouwers: in plaats van de grond te bewerken tot vlak aan de beek laten ze daar nu tegen vergoeding een strook gras onbebouwd waardoor de erosie en het dichtslibben

van de waterloop wordt tegengegaan. Verder hebben we hier en daar onderhoudswerken uitgevoerd aan onze beken, hoewel je daar ook heel doordacht moet mee omgaan. Op sommige plaatsen is het precies goed de ruwe oevers intact te laten omdat anders het debiet van de beek veel te groot wordt. Het is echt maatwerk.’ Bart Van Moerkerke is redacteur van Lokaal

ADVERTENTIE

We innovate. We integrate.

Eurotronics wordt Orbit Ontdek Orbit via onze events in het najaar of via de nieuwe site www.orbitgis.com (vanaf 1 oktober)

Ad-small_186*130.indd 1

13/09/10 09:45 1 oktober 2010 LOKAAL 41


SPECIAL WATER bedrijventerreinen

Veedijk: bedrijventerrein zonder nadelige impact Voor de uitbreiding van het Turnhoutse bedrijventerrein Veedijk moest rekening worden gehouden met de beperkte capaciteit van de beek waarin al het hemelwater zou stromen en met het nabijgelegen habitatrichtlijngebied. Dit heeft geleid tot een integrale waterbehandeling op het industrieterrein met daarnaast ook ruimte voor waterberging, natuurontwikkeling en recreatie. Stijn Sneyers

A

l bij het inrichtingsonderzoek is rekening gehouden met verregaande vereisten voor het aspect water. Het hele onderzoeks- en ontwerptraject verliep in nauw overleg met de stad Turnhout en de bevoegde instanties zoals de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), het Agentschap Natuur en Bos en de provinciale dienst Waterbeleid. Ondertussen is IOK (Intercommunale Ontwikkelingsmaatschappij voor de Kempen) gestart met de aanleg van de weg- en nutsinfrastructuur van Veedijk. Infiltratie-bufferbekken van meer dan twee hectare Zone Veedijk in Turnhout is een uitbreiding van een bestaande industriezone met een bruto oppervlakte van 65 hectare (waarvan een kleine 10 hectare bosbuffer). Netto komt dit neer op een veertigtal hectare nieuwe industriegrond. De realisatie ervan leidt ook tot een aanzienlijke toename van de verharde oppervlakte, waarvan het afstromende hemelwater op een duurzame manier opgevangen moet worden. Het uitgangspunt is dat het niet hergebruikte hemelwater maximaal ter plaatse zal infiltreren en vervolgens na buffering geloosd

zal worden op het oppervlaktewater. Dit bleek een hele uitdaging omdat de ontvangende waterloop, de Eggelsgracht, maar een beperkte capaciteit heeft. Daardoor moest rekening gehouden worden met de strengste normen: een buffercapaciteit van 340 m³ per ha verharde oppervlakte en een maximaal lozingsdebiet van 5 liter per seconde per ha. Daarbij werd ervoor geopteerd alle partijen hun deel te geven in de verantwoordelijkheid om deze normen te halen: aan de bedrijven wordt een buffercapaciteit opgelegd van 100 m³ per ha en een lozingsdebiet van 10 liter per seconde per ha terwijl IOK als ontwikkelaar de noodzakelijke aanvullende waterbuffering voor haar rekening neemt. Het bufferbekken wordt aangelegd op vrij natte gronden met vooral in de winter hoge grondwaterstanden (tot 35 cm onder het maaiveld). In de buffercapaciteitsberekening werd uitgegaan van de worst case en is dus enkel met benutting van deze bovenste 35 cm rekening gehouden. Dit had voor gevolg dat de benodigde oppervlakte van het infiltratie-bufferbekken sterk opliep, tot ongeveer 2,3 hectare (of meer dan vier voetbalvelden). Modellering uitgevoerd in het kader van

het milieueffectenrapport (MER-ontheffingsdossier) toont aan dat op die manier stroomafwaarts wateroverlast – ook in extreme omstandigheden – kan worden vermeden. De waterpartij zal worden aangelegd in de 10 hectare grote bosbuffer volgens de principes van natuurtechnische milieubouw. Deze werkwijze creëert een extra pluspunt op het vlak van natuurontwikkeling en schept kansen voor recreatief medegebruik. De oevers met zacht glooiende helling vormen een ideale biotoop voor amfibieën, terwijl met rietkragen en overstroombare elzenbestanden specifieke moerasbiotopen gecreëerd worden. De diepte varieert, zodat ook in de zomer een groot deel permanent waterhoudend is. Via een wandelpad dat doorheen de volledige bosbuffer zal lopen, wordt deze waterpartij een aantrekkingspunt voor de natuurgerichte recreant. Naast deze basisbuffering werden een aantal veiligheidsmarges ingebouwd, waarmee in de berekeningen geen rekening gehouden is, maar die in realiteit wel extra buffercapaciteit zullen creëren. Zo is er onder meer een uitgebreid open grachtenstelsel van ongeveer 3,5 km met stuwwallen. Verder wordt het blusbekken gevoed met hemelwater en aangelegd zonder folie (dus met schommelend waterpeil). De diepte is zodanig berekend dat het bekken enerzijds permanent waterhoudend is met voldoende water volgens de eisen van de brandweer en anderzijds nog extra buffercapaciteit kan bie-

Industriële ontwikkeling in regionaalstedelijk gebied Turnhout De basis voor de uitbreiding van bedrijventerrein Veedijk werd in 2004 gelegd met de goedkeuring van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in het kader van de afbakening van het regionaalstedelijke gebied Turnhout. Binnen dit stedelijke gebied worden naast Veedijk nog twee andere bedrijventerreinen ontwikkeld: Bentel in Oud-Turnhout en Beerse Zuid. Voor beide terreinen werden dezelfde strenge normen voor waterbuffering en lozingsdebiet gehanteerd. In Beerse Zuid wordt de buffering bovendien geïntegreerd in een volwaardig natuurontwikkelingsproject. Door overstroombare gebieden naast permanent waterhoudende zones te creëren wordt een diversiteit aan natte biotopen aangelegd. Dit omvangrijke drasland sluit aan op een bestaand uitgestrekt natuur- en wandelcomplex in Beerse. Een aangepast beheersplan zal ervoor zorgen dat de natuurdoeltypes ook effectief vorm krijgen.

42 LOKAAL 1 oktober 2010

OVERSTORT

20.10 OVERSTORTPEIL

REGELBARE OVERSTORTSCHUIF (20 cm) DEBIETSREGELAAR

183 l/s

19.60 HOOGSTE GRONDWATERSTAND

VIJVERPARTIJ MET PERMANENT GRONDWATER

18.00 BODEM BEKKEN


den. Dit laatste zal vooral zijn diensten bewijzen bij stortbuien in zomerperiodes, wanneer de grondwaterstand laag is. Zero overlast Het afvalwater van het bedrijventerrein wordt uiteraard via een gescheiden stelsel afgevoerd naar een bestaand waterzuiveringsstation. Ook hier bleek een zwakke schakel aanwezig: voordat het vuilwater het zuiveringsstation kan bereiken, moet

Garanties via verkoopvoorwaarden en parkmanagement Afgezien van de ingrijpende maatregelen die IOK als ontwikkelaar zal nemen bij inrichting van het terrein in functie van integraal waterbeheer, moeten ook de bedrijven individueel nog voorzieningen treffen. Een aantal verplichtingen zal via de bijzondere verkoopvoorwaarden opgelegd worden, terwijl het parkmanagement als medium gebruikt zal worden om essentiële beheersaspecten in de gaten te houden. Aan de bedrijven zal onder meer de verplichting van maximale buffering en minimaal lozingsdebiet via de verkoopvoorwaarden opgelegd worden. Maar ook een permanente lediging van de buffer zal verplicht worden, opdat de buffervolumes functioneel blijven. Ook dat zal het parkmanagement nog moeten opvolgen. Het parkmanagement is een beheersorgaan dat door IOK geïnstalleerd zal worden op het moment dat het bedrijventerrein in werking treedt. Verder zal ook het vrij complexe afvalwatersysteem met een cascade van pompputten en automatische sturing het nodige beheer vereisen.

ook zeer kritisch beoordeeld worden. De oplossing werd gevonden in een verruimde interne buffercapaciteit voor het afvalwater afkomstig van het bedrijventerrein. Deze zou zodanig gedimensioneerd worden dat alle overstortmomenten (met terugkeerperiode van vijf jaar) overbrugd kunnen worden. Uit technisch onderzoek blijkt dat deze buffercapaciteit via aangepaste dimensionering van de geplande leidingen effectief gereali-

Het uitgangspunt voor Veedijk is dat het niet hergebruikte hemelwater maximaal ter plaatse zal infiltreren en vervolgens na buffering geloosd zal worden op het oppervlaktewater. het een bestaand Aquafinpompstation passeren. Op dit pompstation is de riolering van een naburige woonwijk aangesloten met een gemengd stelsel waardoor het overstort bij intense regenbuien in werking treedt. Hoewel het bijkomend aansluiten van het bedrijventerrein niet de oorzaak van de overstorten is en uit berekeningen zelfs bleek dat hierdoor de frequentie van overstorten niet zou toenemen, werd toch – na overleg met VMM – beslist om een andere oplossing te zoeken. Het overstortwater belandt immers in de Grote Kaliebeek net voor deze beek een speciale beschermingszone in het kader van de Habitatrichtlijn binnenstroomt. De geringste toename van de problematiek zou daarom

seerd kan worden. Een bijkomend probleem dat moest worden opgelost, was het sterk verhoogde risico op aanslibbing in een dergelijk systeem. Door twee extra pompputten in cascade te plaatsen (om voldoende helling te verkrijgen in functie van kritieke stroomsnelheden) kan ook dit probleem opgelost worden. Op die manier kan een zo goed als onbestaande bijdrage aan de bestaande overstortproblematiek en zero impact op het Habitatrichtlijngebied gegarandeerd worden.

Maatwerk Uiteraard hebben de voorzieningen van dit watersysteem hun kostprijs. De financiële haalbaarheid en kostenefficiëntie moeten dus voortdurend bewaakt worden. Niet elke zone vertrekt met dezelfde premissen als Veedijk in Turnhout. Dit betekent dus maatwerk voor elk project.

Stijn Sneyers is diensthoofd ruimtelijke planning en milieu van Intercommunale Ontwikkelingsmaatschappij voor de Kempen

20.30 DIENSTWEG

19.60

DELI

VRIEN

UR NATU

TING

NRICH

VERI JKE OE

BODEM BOSSTROOK

1 oktober 2010 LOKAAL 43


wetmatig berichten

Maximumfactuur chronisch zieken daalt met 100 euro Chronisch zieken worden voortaan sneller vrijgesteld van remgeld. Het remgeldplafond van hun maximumfactuur (MAF) daalt met 100 euro. Dit betekent dat gezinnen die onder de sociale MAF vallen, met een chronisch ziek gezinslid nog maar 350 euro remgeld per jaar betalen. Van al wat daar nog bovenop komt, zijn ze vrijgesteld.

De MAF is een belangrijke maatregel van financiële toegankelijkheid. Ze biedt elk gezin de garantie dat het niet meer dan een bepaald maximumbedrag (plafond) moet uitgeven aan kosten voor geneeskundige verzorging. Het maximumbedrag verschilt volgens de sociale situatie van het gezin en zijn inkomen. Als de medische kosten in de loop van het MAF-jaar het maximumbedrag bereiken, krijgen de leden van het gezin de overige medische kosten volledig terugbetaald. De MAF chronisch zieken geldt zowel bij de sociale MAF als bij de inkomens-MAF. Ze geldt ook voor de speciale regeling die van toepassing is op zieke kinderen (ongeacht het gezinsinkomen). De nieuwe regeling houdt in dat het plafondbedrag met 100 euro vermindert wanneer een gezinslid in de twee voorafgaande kalenderjaren individueel telkens 450 euro aan remgelden heeft betaald. Een MAF-jaar kan pas twee jaar na het betreffende kalenderjaar afgesloten worden omdat de getuigschriften voor verstrekte hulp tot twee jaar na de verstrekkingsdatum kunnen worden ingediend.

isabelle pateer

sabine.vancauwenberge@vvsg.be

Koninklijk Besluit van 22 maart 2010 tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 15 juli 2002 tot uitvoering van Hoofdstuk IIIbis van Titel III van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkering, gecoördineerd op 14 juli 1994, BS van 2 april 2010, Inforumnummer 246114

De maximumfactuur biedt elk gezin de garantie niet meer dan een bepaald bedrag uit te moeten geven aan geneeskundige kosten.

Vosselaar is een groene gemeente in het noorden van de provincie Antwerpen met meer dan 10.000 inwoners. Elke dag zetten meer dan 200 medewerkers zich in om al onze inwoners een goede dienstverlening aan te bieden. Om ons team te leiden en te sturen, zijn wij op zoek naar een:

Gemeentesecretaris (m/v) Functie: Als gemeentesecretaris bent u de spilfiguur van de administratie en hebt u de algemene leiding over de gemeentelijke diensten en zijn personeel. U bent de belangrijkste schakel tussen beleid en administratie en coördineert de beleidsvoorbereiding en –uitvoering. Voor het realiseren van de beleidsdoelstellingen vastgelegd door het bestuur, draagt u de eindverantwoordelijkheid op het hoogste managementniveau. Daarnaast bereidt u de dossiers voor die aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen worden voorgelegd. Voorwaarden: U bezit de Belgische nationaliteit. U geniet van uw burgerlijke en politieke rechten. U bent houder van een masterdiploma of een diploma universitair onderwijs of een diploma van het hoger onderwijs van twee cycli dat gelijkgesteld werd met universitair onderwijs. U spreekt correct Nederlands. U slaagt voor de selectieprocedure (deze bestaat uit een schriftelijk en een mondeling gedeelte en psychotechnische proeven). U wordt voor de indiensttreding medisch geschikt bevonden. Wij bieden: Een vast loon in weddenschaal klasse 2 (geïndexeerd brutojaarsalaris min. 45.813,87 euro en max. 67.665,90 euro) op basis van een voltijdse, statutaire tewerkstelling met een proeftijd van 1 jaar, maaltijdcheques, een hospitalisatieverzekering en een interessante verlofregeling. Voor deze functie wordt een wervingsreserve aangelegd voor een periode van 3 jaar.

Interesse? Uw schriftelijke sollicitatie met curriculum vitae, een kopie van het gevraagde diploma en een uittreksel uit het strafregister, moet ons uiterlijk maandag 18 oktober 2010 bereiken, ter attentie van mevrouw de burgemeester – Cingel 7 – 2350 Vosselaar. Meer informatie? De volledige functiebeschrijving en de aanwervingsvoorwaarden voor deze functie kan u verkrijgen via de personeelsdienst – tel. 014-60 08 38 – e-mail: walter.diels@vosselaar.be of kan u raadplegen op onze website www.vosselaar.be.

44 LOKAAL 1 oktober 2010


Uw specialist in BODEMSANERING

Calamiteiten • Tijdelijke Opslagplaats (TOP) • Grondreiniging • Saneringen Afvalcontainers • Groenrecycling • Rioolreiniging • Veegwerken Krommewege 31 G • 9990 Maldegem • Tel 050 72 87 30 • Fax 050 71 75 71 • www.debree.be Advertentie 186 x 62.indd 1

16/11/2009 17:18:38

Uw personeelsadvertentie in Lokaal, VVSG-week én op de VVSG-website Inlevering advertenties voor Lokaal 17 (1 tot 15 november 2010): 7 oktober voor Lokaal 18 (16 tot 30 november 2010): 21 oktober Informatie: Nicole Van Wichelen • T 02-211 55 43 • nicole.vanwichelen@vvsg.be

Gres rioleringsproducten : … sterk (sterker dan beton) … bestand tegen chemicaliën, olie, reinigingsmiddelen, hoge temperaturen … onderhoudsvriendelijk … bestand tegen hogedruk- of mechanische reiniging … milieuvriendelijk … minimum levensduur van 150 jaar … dus duurzaam! Keramo Steinzeug N.V.

Paalsteenstraat 36 | 3500 Hasselt | Tel. (+32) (0)11 21 02 32 | Fax. (+32) (0)11 21 09 44 info@keramo-steinzeug.be | www.steinzeug-keramo.com

1 oktober 2010 LOKAAL 45


AGENDA

Gent 7 en 8 oktober Doorbraak. Richting kiezen voor de toekomst 23ste kwaliteitscongres met als thema doorbraak. Wat is er nodig voor een doorbraak in uw organisatie en hoe kunt u ze realiseren? www.vck.be/kwaliteitscongres Antwerpen 12 oktober Hoe scoren met citymarketing? In de vrijetijdsbesteding wordt de concurrentie tussen gemeenten en regio’s heviger. Welke nieuwe instrumenten en media kunnen gemeenten inzetten om te scoren? www.city-sportmarketing.eu Leuven 12 oktober Gent 19 oktober Naar een toegankelijke dienst- en hulpverlening Vorming over goede praktijken en inspirerende voorbeelden van toegankelijke hulp- en dienstverlening. www.vvsg.be (kalender) Leuven 13 en 14 oktober Europees congres Lokale sportparticipatie Organisatie van het Vlaams Instituut voor SportBeheer en recreatiebeleid met focus op sportparticipatie door kansengroepen door middel van (beleids)initiatieven binnen een stedelijke context. www.vvsg.be (kalender) De Pinte 14 oktober Mol 21 oktober Lokaal werkgelegenheidsbeleid: hoe begin ik er aan? Praktische vorming met methodieken, ideeën en tips om binnen een korte tijdspanne en met een beperkte inzet van middelen vorm te geven aan een lokaal werkgelegenheidsbeleid. www.vvsg.be (kalender)

NIX TrIljoen

46 LOKAAL 1 oktober 2010

Antwerpen 14 oktober Eerste Hulp bij Schulden Hoe ga je als organisatie, als werkgever of als hulpverlener met cliënten met overmatige schuldenlast om? Studiedag met een debat over de oorzaken en gevolgen van schulden en over schuldhulpverlening. www.centrumschuldbemiddeling.be Antwerpen 19 oktober Gemeente en OCMW: hand in hand? Studiedag van beroepsfederaties VLO-VFGVVOS over samenwerking tussen gemeente en OCMW over de haalbaarheid, de successen, de valkuilen en de hinderpalen bij samenwerkingsverbanden. www.ontvangers.be Sint-Niklaas 19 oktober Verkeersveiligheidsbeurs voor senioren Beurs over verkeersveiligheid en mobiliteit voor ouderen en seniorenverenigingen met een fietsvaardigheidsparcours, een snelheidsbalans, een rondleiding door de stad met oog voor de verkeerssituatie. www.verenigingen-voor-verkeersveiligheid.be Brussel 21 oktober 2010 Leren werken met Centaurudatabank voor taxi’s Praktische initiatie in het gebruik van de gegevensbank en het communicatieplatform voor het administratieve beheer van taxidiensten en diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurders. www.vvsg.be (kalender) Kortrijk 21 oktober Fostering Creativity within Cities: playtime is over Conferentie over de succesfactoren en de uitbouw van een coherent stedelijk en regionaal beleid voor creativiteit. Kortrijk werkte de afgelopen jaren actief rond creatieve clusters en innovatie. www.leiedal.be/ccc-conference

Brussel 22 oktober Aan de slag met een arbeidshandicap bij een lokaal bestuur Afsluitende studiedag met workshops en een toelichting door minister Bourgeois in het Vlaams Parlement. www.diverscity.be Gent 26 oktober Malle 9 november Roeselare 16 november Heusden-Zolder 30 november Leuven 2 december Ronde van Vlaanderen Actuele dossiers voor lokale besturen. www.vvsg.be (kalender) Leuven 26 en 28 oktober Interculturele communicatie voor medewerkers van OCMW’s en LOI Tweedaagse vorming over de basisconcepten uit de interculturele communicatie en over de ruisfactoren zoals stereotypen en vooroordelen. www.vvsg.be Antwerpen 28 oktober Studiedag lerende gemeente Introductie over flankerend onderwijsbeleid door het Centrum voor Andragogiek en de Management School van de UA en vele partners waaronder de VVSG, het ministerie van Onderwijs en Vorming en Politeia. www.antwerpmanagementschool.be, knop lerende gemeente Vlaanderen 8, 9 en 10 november Ecobouwers Opendeur Opendeurdagen in zeer energiezuinige kantoorgebouwen van bedrijven en lokale besturen. Voor onder meer ambtenaren en mandatarissen van besturen met (ver)bouwplannen. www.ecobouwers.be


Planet

ECUADOR duurzame bescherming van de fauna en flora in het reservaat Cerro Candelaria

NOORD-ZUID eerlijke handelsvoorwaarden voor de kleine kofďŹ etelers in het Zuiden

Pleasure

CONGO Koffie als een belangrijke bron van inkomsten dankzij de bouw van een koffieproductiecentrum in Mawuya.

People

tief c a s i o r Pu de tijdens ade r t r i a F n de week va - 09/10 29/09 e! t i s b e w nze check o Puro Fairtrade Coffee - Tel: 0800-44 0 88

www.purocoffee.com


Openbare en private werken - Waterbouwwerken

Heyrman-De Roeck NV verkoopt en plaatst

Betafence-schanskorven met verschillende steenvullingen.

• Hoge kwaliteitsgarantie • Budgetvriendelijk • Levensverwachting van 60 jaar • Eenvoudige & snelle plaatsing

Onze andere bedrijfsactiviteiten • Verkoop van grinden en splitten • Verkoop van tropisch hardhout en terrasplanken • FSC en PEFC gecertificeerd

Doornpark 120 - 9120 Beveren

• Ruimen en baggeren van vijvers

Telefoon GSM Fax Email Website

• Plaatsen van betuiningen & steigers in vijvers en waterlopen • Grote voorraad en eigen transportmiddelen

+32 (0) 3 / 775.95.37 +32 (0) 496 / 77.38.29 +32 (0) 3 / 755.11.32 info@heyrman-de-roeck.be www.heyrman-de-roeck.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.