UZ-magazine december 2010

Page 1

! is e at me Gr m e Ne

UZ

UZ-MAGAZINE is bestemd voor patiënten en bezoekers van UZ Leuven • campus Gasthuisberg • campus Lubbeek • campus Pellenberg • campus Sint-Pieter • campus Sint-Rafaël

MAGAZINE Verschijnt driemaandelijks, jg 26 - nr 4 - december 2010

Verantwoordelijke Uitgever: Suzy Van Hoof, Herestraat 49, 3000 Leuven

Afgiftekantoor Aalst 1 - P509066

Spatader-perikelen UZ Leuven bouwt

Aangrijpende verhalen uit de chemodagzaal Pastors: een luisterend oor


¨¨¨¨¨ serviceresidentie

TRIOPTIC LEUVEN wordt ELS OPTICS

Onbezorgd wonen en genieten

OPTIEK – CONTACTLENSLABO

• Luxueuze appartementen in parktuin van 2ha

GESPECIALISEERD IN MULTIFOCALE BRILGLAZEN

• Rustige ligging op 5 km van centrum Leuven • Ruim dienstenaanbod volgens eigen wensen Restaurant, cafetaria, kapsalon, wassalon, boodschappendienst, poetsdienst, huishoudelijke hulp, medische en persoonlijke verzorging • Veiligheid: alarmsysteem, 24/24 permanentie • Privacy en vrijheid • Gezelschap en animatie

Prodesign – Calvin Klein – William Morris D&G – Rodenstock – Michael Kors Guess – Jono Hennessy – Ray-Ban …

Nieuw: Wellness-centrum voor lichaamsverzorging, massage, manicure, pedicure, aroma-therapie, dieetadvies, infraroodsauna, …

Service-residentie Ter Korbeke Oudebaan 106 - 3360 Korbeek-Lo Tel.: 016 46 39 25 www.terkorbeke.be 2 UZ-magazine - december 2010

15%

OP MONTUREN, GLAZEN EN ZONNEBRILLEN

op vertoon of vermelding van deze advertentie

els optics

Vital Decosterstraat 28A - 3000 Leuven 016/23 85 02 - www.els-optics.be ma-vrij: 9u30-18u - zat.: 9u30-17u don. gesloten


INHOUD

UZ-magazine

6

12

18 22

6 De ziekenhuisapotheek Wie in het ziekenhuis geneesmiddelen toegediend krijgt, weet vaak niet dat daar een ingewikkeld proces aan voorafging in de ziekenhuisapotheek. Professor Ludo Willems, diensthoofd van de apotheek van UZ Leuven, vertelt over de dagelijkse uitdaging voor hem en zijn team. 12 Getekend door spataders Spataders ontsieren je benen, kunnen vervelend kriebelen en zelfs pijn doen. Er bestaan verschillende behandelingen om je er – tijdelijk – vanaf te helpen. Dr. Sarah Thomis, supervisor van de dienst vaatheelkunde, vertelt er meer over.

16 Pastorale dienst en een goed gesprek Achter de deuren van de patiëntenkamers in UZ Leuven gaan veel gevoelens schuil. Patiënten stellen er ook vragen over de zin van het leven. De pastors van het ziekenhuis bieden een luisterend oor. 18 De nieuwbouw van campus Gasthuisberg Grote bouwkranen domineren de skyline van campus Gasthuisberg. De campus verandert de komende jaren in een echte Health Sciences campus. Een stand van zaken van de bouwactiviteiten.

16 24

22 Valpreventie Iedereen loopt in het dagelijkse leven het risico een val te maken. Ook in een ziekenhuis kun je vallen. UZ Leuven werkt daarom voortdurend aan valpreventie. 24 Dorp in de stad Jan van Rompaey ging voor zijn rubriek ‘Dorp in de stad’ op bezoek in de chemodagzaal. Hij tekende er beklijvende verhalen op. Vaste rubrieken 4 Journaal: berichten over en uit UZ Leuven 5 Woordje van de pastor 10 Column van Clara Vanuytven 32 Funpagina: voor de jonge UZ-magazine-lezers Coverbeeld: Dokter Sarah Thomis, supervisor vaatheelkunde

UZ-MAGAZINE Jaargang 26, nummer 4 (december 2010) Kwartaalblad voor patiënten familie en bezoekers van UZ Leuven campus Gasthuisberg, Lubbeek, Pellenberg, Sint-Pieter en Sint-Rafaël

redactieadviesraad: dr. Koen Bronselaer, Jan Etienne, Ludo Govaerts, prof. dr. Marie-Christine Herregods, prof. dr. Diethard Monbaliu, prof. dr. Peter Reynders, Suzy Van Hoof, Ad Van Poppel, Clara Vanuytven, Jan Verhaeghe en prof. dr. Chris Verslype eindredactie: Ann Lemaitre hoofdredactie: Suzy Van Hoof redactieadres: UZ Leuven, dienst communicatie, Herestraat 49, 3000 Leuven, tel. 016 34 49 55, uzmagazine@uzleuven.be Reclameregie: B-Net, Bie Van Cleuvenbergen, voor Decom, ’t Hofveld 6c4, 1702 Groot-Bijgaarden, tel. 016 63 20 65, bie@b-net.be Foto’s: Jan Locus, Geert Dekeyser, Lies Willaert e.a. productie: Decom nv, ’t Hofveld 6c4, 1702 Groot-Bijgaarden, tel. 02 325 64 64 vormgeving: Edward Velghe, Decom projectopvolging: Gunther De Kegel, Decom verantwoordelijke uitgever: Suzy Van Hoof, Herestraat 49, 3000 Leuven copyright: overname van artikels of gedeelten daarvan wordt toegestaan na overleg met de redactie en met vermelding van de bron

UZ-magazine - december 2010

3


journaal

Nieuws uit UZ Leuven

Gynaeco: nieuw echocentrum In oktober opende het nieuwe ‘centrum voor gynaecologische en verloskundige echografie’ op campus Gasthuisberg officieel de deuren. Het nieuwe centrum was nodig om aan de groeiende vraag naar echografische onderzoeken te beantwoorden. Jaarlijks voert de dienst gynaecologie en verloskunde meer dan 26 000 dergelijke onderzoeken uit en dat aantal neemt nog toe. Bovendien kan men met dit nieuwe centrum ook voldoen aan de groeiende vereisten op het gebied van kwaliteit, opleiding en onderzoek. Het echocentrum heeft acht ruime en modern uitgeruste werkruimten, waar extra de nadruk gelegd wordt op de privacy van de patiënte. De gynaecologische echografie werd de laatste jaren sterk verbeterd, waardoor een betere, snellere diagnose mogelijk is. Voor­beelden van nieuwe technieken zijn kleuren Doppleronderzoek, driedimensionale echografie, elastografie en meer verfijnde technieken voor differentiatie tussen goeden kwaadaardige tumoren.

Internationale erkenning voor echocardiografielab Het echocardiografielab van UZ Leuven heeft onlangs een van de hoogste internationale erkenningen ontvangen. De European Association of Echocardiography (EAE) gaf het laboratorium een ‘advanced level’-accreditering, een uitzonderlijke onderscheiding in Europa. Voor patiënten is het een garantie dat ze een echocardiografisch onderzoek op kwalitatief hoog niveau krijgen, uitgevoerd met de laatste nieuwe technieken zoals 3D-beelden. Echocardiografie is een techniek waarmee door middel van geluid met een zeer hoge frequentie beelden van het hart kunnen worden gemaakt. Hiermee kan men de functie van het hart, de hartkamers en de hartkleppen goed beoordelen. Het Leuvense echocardiolaboratorium gaat er prat op mee te gaan met de nieuwste technieken in de echocardiogragfie. Professor Jens-Uwe Voigt, verantwoordelijke van het lab: “De techniek van cardiologie is traditioneel heel subjectief. Wij kijken naar beelden en interpreteren die. Daarvoor is heel wat oefening nodig. Onze onderzoeksgroep legt de laatste jaren sterk de nadruk op het meetbaar maken van de beelden.” Een andere tendens is het gebruik van driedimensionale beelden, die helpen bij de voorbereiding van hartchirugie of tijdens interventies met hartkatheters. 4 UZ-magazine - december 2010

Floor en Bink bereiden jonge patiëntjes voor op hartoperatie De oudervereniging Hartekinderen ontwikkelde samen met de diensten kindercardiologie van UZ Gent en UZ Leuven een prenten- en doeboek voor kinderen die een hartoperatie zullen ondergaan. Zo’n operatie is een ingrijpende gebeurtenis, zowel voor het kind als voor het hele gezin. Een goede psychologische voorbereiding is dan ook geen overbodige luxe en helpt de angst voor het onbekende te reduceren. Voor ouders en oudere kinderen was er al een fotoboek en videoreportage als voorbereiding voor de ingreep. Maar voor de kleinere kinderen was er nog niets. Met het boek ‘De avonturen van Floor en Bink’ brengt men daar nu verandering in. In het boek kunnen kleuters en lagereschoolkinderen Floor volgen tijdens haar verblijf in het ziekenhuis. Ze krijgen zo spelenderwijs informatie over de verschillende fases van de opname: de voorbereidende onderzoeken, de operatie en de periode van herstel. In het doeboekje kan het kind samen met zijn ouders zijn eigen ervaringen noteren.

Nieuwe parkeerregeling campus Gasthuisberg In de loop van januari wordt de parkeerregeling op campus Gasthuisberg aangepast. Voortaan is een weekabonnement enkel nog verkrijgbaar aan de inschrijvingsbalie en niet meer aan de betaalautomaat. Dat abonnement is bedoeld voor patiënten en hun naaste familieleden en kost 15 euro. Patiënten en hun familieleden nemen een parkeerticket en kunnen dat aan de balie of bij de inschrijvingsautomaat omzetten in een weekabonnement. Daarvoor hebben ze hun SIS-kaart nodig. Personen met een handicap kunnen gratis parkeren. Zij moeten zich dan wel aanmelden bij de bewaking aan de groene container, waar ze een kaart voor het gratis parkeren krijgen. Die moeten ze bij het uitrijden bij de slagboom invoeren. Chronische patiënten, patiënten die gedurende twee maanden of meer minstens twee keer per week naar campus Gasthuisberg komen, kunnen van hun behandelende arts een attest krijgen voor een gratis parkeerabonnement. Aan de kassa in de ontvangsthal kunnen zij dat attest inruilen voor het parkeerabonnement. Meer info op www.uzleuven.be/nl/parkeren-in-campusgasthuisberg.


pastor WOORDJE VAN DE PASTOR

Vera Nelen

Parels op de ziekenhuisvloer

I

Is het allemaal kommer en kwel in het ziekenhuis? Dat hangt er van af hoe je het bekijkt. Voor mij als ziekenhuispastor beslist niet. Ik zie zoveel mooie dingen gebeuren. Akkoord, ziek worden blijft een groot leed dat we met alle mogelijke middelen moeten bestrijden. Maar juist in dat gevecht kan zoveel positiefs naar boven komen. Als pastor ben ik er vaak getuige van. Mag ik enkele verhalen vertellen over waar gebeurde feiten? Kostbare parels op de ziekenhuisvloer. Parabels, zoals we er ook vinden in het evangelie.

De parabel van het binnentuintje Een verpleegkundige van neonatologie belt mij op. Een baby is erg ziek. Mama en papa vinden het verschrikkelijk dat hun kindje zal sterven zonder dat het ooit de buitenlucht heeft gevoeld of de hemel heeft gezien. Is het mogelijk om met het kindje, mama en papa even via de sacristie naar het binnenkoertje gaan? Dat is namelijk de kortste weg om aan buitenlucht te geraken. Ja natuurlijk! Twee verpleegkundigen zijn in de weer voor dat kleine extraatje bovenop alle andere intensieve zorgen. Ze laten een hartenwens in vervulling gaan.

De parabel van de warme deken Zij had het thuis altijd te warm, hij – met z’n zware dieet – had het voortdurend te koud. Als verjaardagsgeschenk kocht ze voor hem een elektrisch deken. Hij stelde voor om dan het raam op een kier open te zetten. Zo hadden ze beiden de kans om heerlijk te slapen. De kunst van het compromis of de vindingrijkheid van de liefde, zoals je het noemen wilt. Als pastor mag ik deze mensen bevestigen in hun liefde en mag ik dit gebeuren verbinden met woorden uit de bijbel. ‘Nooit heeft iemand God gezien, maar als wij elkaar liefhebben woont God in ons’. Niet altijd kan ik deze zin ook uitspreken. Maar ik kan wel laten zien dat ik God dankbaar ben omdat mensen van elkaar houden.

De parabel van de kerstnacht Een zwaar zieke patiënt en zijn vrouw weten het: dit zal hun laatste kerstmis samen zijn. Er hangt al de hele dag verdriet in de kamer. Straks is de bezoektijd afgelopen. Tot de verpleegkundige hen zegt: “Als u wilt, mag u hier vannacht blijven slapen. We kunnen uitzonderlijk het tweede bed voor u vrijhouden.” Wat een kerstcadeau! Later op de avond kom ik langs en zie hoe mooi de verpleegkundigen de beide bedden naast elkaar hebben geschoven. Een klein nachtlampje brandt. Het is opeens een prachtige hotelkamer geworden met twee gelukkige mensen. ‘Vrede op aarde aan alle mensen van goede wil’, zing ik in mezelf. En ik bedank en bewonder de verpleegkundigen.

De parabel van de familie-uitbreiding Twee patiënten die de kamer delen zullen allebei op dezelfde dag ontslagen worden. De ene mevrouw is erg blij, de andere barst in tranen uit. Voor haar is er geen huisgenoot, geen familie, geen opvang. Het verschil met haar buurvrouw wordt nu extra pijnlijk. Het was tevoren ook al zo moeilijk geweest om als weduwe getuige te zijn van de manier waarop de man van haar kamergenote liefdevol elke dag op bezoek kwam. Aan de vooravond van hun ontslag loop ik nog even binnen om afscheid te nemen en wat blijkt? Meneer heeft aangeboden om ook haar mee naar huis te nemen. Hij zal in de eerste dagen ook voor haar zorgen tot ze wat sterker wordt en alleen weer verder kan. Wat een opluchting! Wat een vreugde! Drie gelukkige mensen op één kamer! Als pastor kun je veel woorden besteden aan christelijke naastenliefde. Deze man en zijn vrouw hebben daar geen nood aan. Zij zetten het in de praktijk.

Zo zou ik verder kunnen gaan met verhalen die telkens warme zorg en fijngevoelige aandacht illustreren. Als pastor zie ik hierin God aan het werk. Hij, de Onzichtbare, is in ons midden aanwezig en geeft ons ogen om te zien, oren om te luisteren, een hart dat begint te spreken. Deze verhalen zijn de kern van het christelijke geloof: ‘Bemin elkaar zoals Ik u heb liefgehad’. Daarmee wil ik al het leed, de onmacht, het tekort aan respect, de dingen die nog kunnen verbeterd worden niet wegschuiven. Maar als we lief en leed, kracht en onmacht goed samen houden, dan kan het ene het andere doorstromen en blijven we op weg naar oprechte zorg voor ieders gezondheid en ieders welzijn.

In elke campus van UZ Leuven werkt een pastor. U kunt met een pastor contact opnemen via de verpleegeenheid of via het secretariaat van sociaal werk, tel. 016 34 86 20. UZ-magazine - december 2010

5


De belangrijkste doorbraken in de gezondheidszorg van de voorbije honderd jaar komen op rekening van de genees­ middelen. Hun ontwikkeling kent nog lang geen einde en zuigt de apotheker mee. Ook in UZ Leuven. Elke dag brengt nieuwe uitdagingen voor professor Ludo Willems, diensthoofd van de apotheek van UZ Leuven, en zijn team. de ziekenhuisapotheek

Jan Etienne

Alles draait rond veiligheid Niets in de ziekenhuisapotheek van UZ Leuven doet je nog aan een klas­ sieke dorpsapotheek denken. Op wat zeldzame kleine geneesmiddelendoos­ jes na. En de geur natuurlijk. Die typi­ sche ‘pillengeur’. In de ziekenhuisapo­ theek is het druk. Enige tientallen mensen werken er op enkele afgeme­ ten vierkante meters. Alle medewerkers van de ziekenhuis­ apotheek werken mee aan de hoog­ gespecialiseerde zorgverstrekking in UZ Leuven. De werking van de apo­ theek draait rond veiligheid. En dat gebeurt grondig: van het voorschrift, over de bereiding, het transport, stock­ management tot de veiligheidsproce­ dures op alle niveaus, alles draait namelijk rond veiligheid. Prof. Ludo Willems, diensthoofd: “Een van de middelen om dat te bereiken, is het scannen van het geneesmiddel aan het bed van de patiënt. De arts schrijft het geneesmiddel elektronisch voor in het dossier van de patiënt. Die patiënt draagt een armbandje met een identifi­ catiecode en op het geneesmiddel zit 6 UZ-magazine - december 2010

ook een identificatiecode. De verpleeg­ kundige scant ze beide in. Het compu­ tersysteem controleert of alles correct is en laat een alarm afgaan wanneer er iets niet klopt. Zo is de cirkel van con­ trole rond.” Dit systeem van individuele controles kan alleen werken als elk pilletje, fla­ con, tablet, zalf, spuitje of infuus van een individuele identificatiecode voor­ zien is. Prof. Willems: “In dit zieken­ huis worden jaarlijks toch zo’n 10 tot 12 miljoen eenheden toegediend. Je verwacht dat de farmaceutische indus­ trie een identificatiecode voorzien heeft, maar neen hoor. In de gewone dorpsapotheek heeft elk geneesmidde­ lendoosje wel een individueel num­ mer, maar niet elke afzonderlijke pil. En dat is wat UZ Leuven juist nodig heeft.” Het systeem heeft ook heel wat voor­ delen. Prof. Willems: “Zodra dit systeem in orde is, weten we perfect welke patiënt wat en op welk moment gekregen heeft. Niet alleen wat genees­ middelen betreft, maar in de toekomst

ook gelijk welk ander medisch hulp­ middel of implantaat. Handig wan­ neer er een probleem wordt vastge­ steld. Dan weten wij met een eenvou­ dige druk op de knop wie er nog een gelijkaardig product gekregen heeft.”

Herverpakken De zorg voor de individuele codering komt bovenop de aardige hoeveelheid geneesmiddelen die de ziekenhuisapo­ theek nu al moet distribueren. Vroeger kwamen geneesmiddelen in zoge­ naamde hospitaalverpakkingen toe. Met honderden of duizenden pilletjes los in een grote zak of doos verpakt. Dat bestaat niet meer. Ze zitten nu gewoon in dezelfde blisterverpakking als in de gewone apotheek. Handig thuis, maar niet voor een ziekenhuis. Prof. Willems: “Om elk ‘pilletje’ te kunnen scannen vóór de toediening moet het een individuele identificatie­ code hebben en dat is niet mogelijk met die blisterverpakkingen. We her­ verpakken daarom de geneesmiddelen afzonderlijk.”


Schroeven en kleppen Naast geneesmiddelen beheert de ziekenhuisapotheek meer dan 10 000 verschillende medische hulpmiddelen en implantaten, zoals hartkleppen, tijdelijke kunstharten, naald en draad, schroefjes, platen en bouten om breuken te herstellen. Dat moet secuur gebeuren, want je wil natuurlijk niet dat hulpmiddelen die per stuk soms al snel 20 000 euro kosten, zoals sommige hartkleppen, zoek raken. De technologische ontwikkeling levert bovendien een stroom van nieuwe producten op. In 2009 alleen al kwamen er ongeveer 4 000 bij in het assortiment van UZ Leuven. Daarvoor moet men telkens nagaan of ze evenwaardig, beter of goedkoper zijn dan wat er al is.

Spuitje in de mond

De ziekenhuisapotheek heeft amper 700 tot 1 000 geneesmiddelen courant op voorraad. Veel minder dus dan de ruim 10 000 die in België op de markt zijn. Veel geneesmiddelen in de apo­ theek in de stad verschillen alleen van naam en bevatten uiteindelijk dezelfde stof, soms in andere dosissen, maar vaak ook niet. In ziekenhuizen kijkt men vooral naar de actieve stof. Dat zorgt geregeld voor verwarring wan­ neer een patiënt weer naar huis gaat

Vroeger bleef de ziekenhuisapotheker in zijn ‘apotheek’ en leverde hij af wat de artsen hem vroegen. Maar die tijd is voorbij. In 2000 is de UZ Leuven-apotheek gestart met projecten waarbij apothekers meewerken op de afdelingen, aan het bed van de patiënt. Vooral bij ingewikkelde aandoeningen en het gecombineerd gebruik van geneesmiddelen wordt hun brede productkennis zeer gewaardeerd. De directe voeling met de dagelijkse praktijk draagt ook bij tot verbetering. Professor Ludo Willems: “Op de afdeling kindergeneeskunde worden vaak injectiespuiten gebruikt om geneesmiddelen in vloeibare vorm via de mond aan kinderen toe te dienen. Uiteraard mogen die bereidingen niet ingespoten worden, maar ondanks alle voorzorgen blijft het risico op fouten bestaan. Een van onze ziekenhuisapothekers, die bijna dagelijks op de afdeling kindergeneeskunde werkt, is daarom verder gaan zoeken en heeft een alternatief gevonden: de ‘mondspuitjes’ die je onmogelijk nog voor inspuitingen kunt gebruiken en dit soort incidenten uitsluiten. Een andere apotheker schrijft momenteel samen met artsen en verpleegkundigen een referentieboek uit over de dosissen die je aan kinderen mag geven. Want daarover bestaan nauwelijks wetenschappelijke studies, terwijl de nood aan dat soort informatie zeer hoog is.”

en daar zogezegd een ‘andere’ pil moet nemen: dezelfde actieve stof, maar van een ander merk. Prof. Willems: “Soms geloven de patiënten dan dat het echt om een andere pil gaat en nemen ze de twee pillen naast elkaar in: die van het ziekenhuis en die van thuis. Een dubbele dosis dus. Of ze willen alleen het middel dat ze in het ziekenhuis kregen, omdat ze dat meer vertrouwen. Dat is niet altijd gemakkelijk uit te leggen.” Omgekeerd komen veel patiënten ook toe met een hele geschiedenis van geneesmiddelengebruik. Prof. Willems: “Vaak is het moeilijk daar zicht op te krijgen omdat de gegevens die ze van thuis meebrengen niet volledig zijn of omdat ze de namen van de producten

H A A R W E R K E N

Prof. Ludo Willems van de ziekenhuisapotheek UZ Leuven: ‘Om de veiligheid te verhogen wordt elk pilletje voorzien van een individuele identificatiecode’

L

E

U

V

E

Bezoek onze website

N

www.haarwerken-dewit.be Willy Dewit LEI 6 - 3000 LEUVEN Tel. 016 22 60 41

niet kennen. Ze hebben het over grote lange dikke witte pillen of kleine ronde en weten vaak ook niet waarom ze die geneesmiddelen moeten innemen. Je kunt het hen niet kwalijk nemen, want het is allemaal niet eenvoudig. Maar je moet het wel correct weten, want het is een belangrijk element voor de rest van hun behandeling. Ook daarvoor zijn we op zoek naar een oplossing om deze problematiek met meer succes aan te pakken.” Uit de beperkte lijst van geneesmidde­ len die de ziekenhuizen gebruiken, het formularium, verdwijnt er jaarlijks een aantal en worden er weer nieuwe opgenomen. Opnieuw een heel werk, legt prof. Willems uit: “Voor de opna­ me van een nieuw geneesmiddel in Maatwerk en haartoevoegingen voor dames en heren  Specialisatie haarprotheses voor chemopatiënten  Ruim assortiment  Derde generatie haarwerkenspecialist  Grote collectie sjaals en turbans 

Véronique Dewit HUIS- & ZIEKENHUISBEZOEK Tel. 0476 45 50 83

UZ-magazine - december 2010

7


ons computersysteem moeten we tus­ sen 300 en 400 parameters invullen, over de bewaaromstandigheden, dose­ ringen in milligram per milliliter, kost­ prijs, vergoedingsvoorwaarden of ik­ weet­niet­wat­allemaal. Het dossier wordt volledig uitgerafeld tot in de kleinste details. Want je mag niets over het hoofd zien.”

Zeldzame ziektes De apotheek bekommert zich ook om zogenaamde weesgeneesmiddelen, geneesmiddelen voor extreem zeldza­ me aandoeningen. Voor de zeer speci­ fieke verzorging van zulke aandoenin­ gen kan men vaak enkel in een univer­ sitair ziekenhuis terecht. Prof. Willems: “Die weesgeneesmiddelen zorgen voor bijkomende problemen, want je vindt ze niet in de gewone apotheek. Wij leveren ze wel, maar dat vraagt extra inspanningen. We zijn namelijk georganiseerd om geneesmiddelen aan onze ziekenhuisafdelingen af te leve­ ren en niet voor een rechtstreekse ver­ strekking aan patiënten. We hebben bijvoorbeeld ook een vijftigtal patiën­ ten die thuis dagelijks kunstmatige voeding krijgen. Soms kunnen we hen een standaardvoeding zoals hier in het

Klaar voor injectie Geen arts of verpleegkundige op televisie zet een injectie zonder een mooi straaltje van het opgezogen geneesmiddel weg te spuiten. In het echt doet niemand dat nog, want het is niet alleen onhygiënisch, je spuit zo ook een kapitaal aan dure geneesmiddelen weg. Maar ook hier is verandering op komst met de ‘klaar voor injectie’­eenheden. Bij griepvaccinaties is het al zover: de spuitjes zitten gevuld en met de naald erop klaar in de verpakking. De arts of verpleegkundige hoeft nog alleen de verpakking open te scheuren en te spuiten. Op termijn zullen alle inspuitbare geneesmiddelen klaar voor injectie worden afgeleverd vanuit de ziekenhuisapotheek. Prof. Ludo Willems: “In de ziekenhuisapotheek maken we ook de geneesmiddelen tegen kanker, de zogenaamde cytostatica of chemo, nu al in één set klaar voor gebruik. In die ene zak vindt de verpleegkundige al het nodige: het infuus met het geneesmiddel en de al aangesloten infuusleiding. Dit beperkt het aantal handelingen aan het bed en dus ook de kans op vergissingen.” Aan de bereiding van die chemopakketten worden opnieuw torenhoge kwaliteitseisen gesteld, vergelijkbaar met de normen die in de industrie gelden. De speciaal uitgeruste toestellen en lokalen worden constant onder druk gehouden met extreem gezuiverde lucht, zodat er geen ongewenste stoffen en ziektekiemen in kunnen doordringen. Ook wordt alles regelmatig gecontroleerd om aan de normen te voldoen.

ziekenhuis bezorgen. Maar in andere gevallen moeten we die voeding indi­ vidueel samenstellen. Dat zorgt ook nog eens voor bijkomende zorg voor transport en bewaring bij de patiënt thuis. Om zeker te zijn dat de verzor­

ging van die mensen thuis volgens de lijntjes verloopt, bellen we hen ook om de twee weken op. Al deze situaties zijn zeer complex, maar zijn een logisch gevolg van een verbeterde geneeskunde.” ◗

en LRV

id

ma epast program SpeCIaal aang

terbereidhe is lu n e t c e p s re In Liefde,

v l ie g t u ig

art a v e d e b n e k e i lourdes z 1 tot 5 augustus 2011

mer dat elke deelne te scheppen op ele momenten. im ru ijk el kk we uitdru nde spiritu devaart willen en met voldoe tijdens deze be ogen de bedevaart kan volg gezin met het ganse naar eigen verm ieke kans om vaart te gaan. Un • e bede erige zieken di of familie op Voor niet bedleg eproces, voor zij • Voor wie? kt zie n bij hu devaart staat willen stilstaan n een ziekte, al dan niet met tijdens deze be mfort van elke co e al die herstellen vageleiders. tim nu het op . ntraal. We hope familie en/of be programma, op maat van elkeen bedevaarder ce en verwelkomen d en uw ie rd rn wo og Ve er m • Hoe? ijkheden: van harte te art op mensenmaat. e keuzemogel a’s voorzien rekening • Voldoend m am op deze bedeva , gezinsleden gr ro ep uz ke . en voldoende ten en vragen ef ho Ook familieled deze bedevaart. be rs de s ie e begeleider om op houdend met rd lk ee we lis jn ia zi e ec sp van ge a met spirituel en priesters • een groep Ons programm ook hen in het hart kundigen, arts eg le rp ve r de l jn. waaron achtergrond za in voor uw welzi staat dagelijks rt voor elke bedevaarder met weten te raken. fo m co • Optimaal n de he ijk beperkte mogel 16-24 38 16

omnia.be 0 bedevaarten@ : re u ch n ro b w Vraag u pelgrimstochte n e n e e .b rt a ia a n v m e d .o Be www

2011

ag andag en VrIjd afreIS elke ma september 2011 23 tot i vanaf 9 me

autocar

juni, 2011: 8 tot 14 ber 3 afreISdata 7 tot 13 septem 21 tot 28 juli en

t r e in

lourdes

mei, 2011: 23 tot 27 ber 3 afreISdata 12 tot 16 septem 18 tot 22 juli en

Info: ging landelijke bewe 3000 leuven , 40 diestsevest : Jeroen Thomas Contactpersoon - F. 016 28 60 59 T. 016 28 60 53 boerenbond.be jeroen.thomas@ www.omnia.be Inschrijving: 00 leuven diestsevest 2, 30 d nia.be om bedevaarten@ 16 38 T. 016 24

Onze andere pelgrImStOCHten: aSSISI - BaltISCHe Staten - COmpOStela - fatIma - gUadelUpe - ISraël - lOUrdeS - rOme - tUrkIje


Gespecialiseerd in progressieve/varilux glazen Al 38 jaar werken wij met de beste apparaten en streven wij naar de perfectie voor ieders zicht. Met een speciale camera wordt er in onze optiekzaak een foto genomen van uw ogen. Hierdoor zijn wij in staat de centrage van uw glazen perfect te bepalen, hetgene wat van cruciaal belang is bij progressieve/varilux glazen. Dit zal resulteren in een perfect zicht op alle afstanden. Naast de centrage is ook de kwaliteit van uw progressieve glazen van zeer groot belang.

Enkel de beste glazen voor uw ogen Kijken met een kwalitatief perfect gecentreerd progressief glas van bij Optiek Verhulst.

Kijken met een progressief glas van mindere kwaliteit.

glas van mindere kwaliteit

afstandszone

glas van hoge kwaliteit

middenzone dichtbijzone

wazige zone

wazige zone

• moeilijke gewenning • veel zijdelingse vervormingen • zeer klein leesgedeelte

• uiterst vlotte gewenning • vrijwel geen vervorming • groot leesgedeelte • voor wie het beste wil

op montuur en/of glazen op vertoon van deze advertentie of personeelskaart Uz Leuven of K.U.Leuven Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Zondag

14.00 -18.30 9.00 - 18.30 9.00 - 18.30 9.00 - 18.30 9.00 - 18.30 9.00 - 18.00 gesloten


column Oproep voor papa column

Clara Vanyutven

P

Papa? Ik wou je even laten weten dat je je over mij geen zorgen hoeft te maken, hoewel je me holderdebolder bij oma hebt achtergelaten omdat je dringend weg moest met mama. Maar wees gerust: ik red het ook zonder luiertas, ik heb alles onder controle want ik draai oma al rond mijn vingers en krijg alles gedaan wat ik wil. Eerst moest ik huilen maar dat verdriet ging over toen ik spullen zag waar ik thuis niet mee mag spelen omdat niemand wil weten hoe ze er vanbinnen uitzien. En er waren dingen bij waarvan jij altijd zegt dat ze niet voor kindjes zijn maar hier wel want opa speelt er ook mee. Van oma kreeg ik een boterham met choco en die was lekker hoewel ik me ongerust maak over mijn eten want oma werkt niet echt steriel. Ze maakt geen fruitpap uit potjes maar plet een banaan en appel en peer en koek in een bord. Waar blijven dan de vitamientjes die altijd in het potje zitten? Ze zegt dat jij vroeger altijd veel at en daardoor zo sterk geworden bent. Dus doe ik dat ook, al smaakt dit anders en druipt dit niet zo goed langs mijn mond op de stoel - spijtig. Oma vergeet veel. Ze vraagt wel drie keer hetzelfde in één uur. Ze kijkt ook elke keer weer verbaasd als ik een nieuw woord gebruik. Dan moet ik het nóg eens herhalen als er iemand in de buurt is. Daar moet ze dan heel hard om lachen ook al heeft ze het al vier keer gehoord en al vier keer gelachen. Maar van een telefoon heeft ze schrik want ze schiet recht als die rinkelt en zegt dan ‘ochgot, zijt gij het maar …’ – wat toch heel onbeleefd is van haar? Omdat jij zo lang wegblijft, heb ik al veel gespeeld: ik heb Bumba in de laadbak van een vrachtwagen geduwd en ben er daarna zelf op gaan zitten. Maar toen zakte die door en heb ik auto’s rondgesmeten tot oma lastig werd, wat wel langer duurde dan bij mama. Toen heb ik de karretjes in een kartonnen doos gereden waar een gat uit was gesneden. Oma dacht dat het een poort voorstelde maar het was een gat in een kapotte doos. Daarna leek oma weer tevreden want ze keek weer gewoon lelijk.

10 UZ-magazine - december 2010

Misschien is ze bang dat je mij straks niet komt ophalen en mij voorgoed bij haar achterlaat. Maar ik ben er wel gerust in ook al begrijp ik niet waarom je vanmorgen zoveel haast had om mama de deur uit te krijgen. Misschien omdat mama zo zuchtte en steunde. Ik heb haar nog nooit zoveel buikpijn weten hebben als toen en ze riep ook dat er weer één was maar ik zag niets komen. Ik weet ook niet waarom ze die tas met babyspullen nodig had om weg te gaan zonder mij. Ze zei nog dat ze gauw terugkwam maar ik hoop dat ze dan niet één of andere verrassing voor me heeft. Want de laatste keer dat zoiets gebeurde, kreeg ik een pakje met een potje in waar ik sindsdien een tijdlang op moet zitten zodat grote mensen in hun handen zouden kunnen klappen als het geluid geeft of begint te stinken. Ik heb ook een tekening uit twee stukken gemaakt. Maar het stuk op tafel vond oma niet zo mooi als dat op papier hoewel ik daarvoor de mooiste kleurtjes gebruikt had omdat het voor mama was. Ik probeerde om op mijn handen te schrijven maar dat mocht niet, dus kroop ik weg om verstoppertje te spelen. Dat vond oma slim gevonden van mij, wat toch normaal is – maar zij is dat niet want ze amuseert zich meer dan ik. Papa, wees voorzichtig waar je bent want oma schijnt nogal bang te zijn voor wat er daar gaat gebeuren. Maar ik hoop vooral dat je vlug terugkomt, want het is wel redelijk zwaar voor mij om oma de hele dag bezig te houden. En vooral om mij aan haar trage tempo aan te passen en ervoor te zorgen dat ze bezig blijft zodat ze niet de hele tijd op de klok kijkt want ze hoopt dat je vlug terugkomt met iets wat zij groot nieuws noemt. Ik verwacht er niet veel van want ze noemt mij ook al ‘groot’ terwijl ik nog niet eens boven de tafel kan kijken maar daar wel mijn best voor doe. Dus papa, maak je maar geen zorgen want ik heb hier alles onder controle. Lof joe, Je kereltje


Rugpijn? Zit of slaapproblemen? Met ons advies zit, slaapt en werkt u beter! Verhoog uw comfort met onze: ✓ lattenbodems, matrassen, hoofdkussens, comfortbedden,... ✓ zitkussens, relaxzetels, salons, zitbanken, stoelen,... ✓ bureaustoelen, zit- en stabureau‘s, zitkrukjes,...

Rug- en nekklachten? Zit- en slaapproblemen? R.S.I.?

De ergonomische lattenbodem in combinatie met de latex matras bezorgt u een gezonde nachtrust. Relaxzetels op maat

Relaxkussen vanaf 69 Euro Dit salon is uitgerust met een rugvriendelijk comfortmechanisme. Het biedt een correcte steun voor uw nek en rug in alle zitposities.

Een perfecte werkplekinrichting voor je rug! Deze bureaustoel en in de hoogte regelbaar bureau zorgen voor een actief en gezond zitpatroon Onze licentiaten lichamelijke opvoeding of kinesitherapie beantwoorden graag al uw vragen rond gezond zitten, slapen en werken in onze showroom. Kom gerust eens proefliggen of -zitten! GRATIS INFORMATIEBOEKJE VERKRIJGBAAR IN DE ZAAK.

Tervuursevest 30 • 3000 Leuven (a/d Naamsepoort, tegenover Delhaize, slechts 1 km van het ziekenhuis)

Tel. 016 29 45 63 • Fax 016 29 45 65 • E-mail: leuven@sit-and-sleep.be • www.sit-and-sleep.be Open: 10.00 u - 18.30 u. • za 10.00 - 18.30 u. • zo. 14.00 18.00 u. • Maandag gesloten • Zondagnamiddag open De advieszaak voor gezond zitten,

slapen en werken DE ADVIESZAAK VOOR GEZOND ZITTEN, SLAPEN EN WERKEN

Sit & Sleep Antwerpen Ernest Van Dijckkaai 1 2000 Antwerpen Sit & Sleep Leuven Tervuursevest 30 3000 Leuven Sit & Sleep Hasselt NIEUW! Genkersteenweg 299 3500 Hasselt


Spataders. Ze ontsieren je benen, kunnen vervelend kriebelen en zelfs pijn doen. Er bestaan verschillende behandelingen om je er – tijdelijk – vanaf te helpen. Dr. Sarah Thomis, supervisor van de dienst vaatheel­ kunde, vertelt er meer over.

BLOEDVATEN

Getekend door spataders An Swerts

Spataders (‘varices’) zijn uitgezette aders die zich op de benen aftekenen als blauwe (soms rode) lijnen of dikke, knobbelige kronkels. Veel mensen ervaren ze als storend, omdat ze ‘lelijk’ zijn, maar hebben verder geen klachten. Als ze die wél hebben, gaat het meestal om een moe, loom of zwaar gevoel in de benen. Sommigen hebben last van jeuk en tintelingen: ‘alsof er mieren over mijn benen lopen’. Anderen kampen met pijnscheuten, een branderig gevoel en (vooral nachtelijke) krampen in de benen. Ten slotte veroorzaken spataders soms ook vochtophopingen (oedeem) rond de enkels. Hoe ontstaan spataders? Dr. Sarah Thomis zoomt daarvoor in op de werking van de bloedsomloop. “Het hart 12 UZ-magazine - december 2010

pompt het bloed door de slagaders naar de organen en de ledematen om ze te voorzien van zuurstof en voedingsstoffen. Het bloed dat de organen weer verlaat, stroomt door de aders naar de longen, die het opnieuw zuurstofrijk maken. Van daaruit gaat het bloed weer naar het hart en herbegint de cyclus.” Het bloed dat tot in de voeten is afgedaald, moet tegen de zwaartekracht in weer omhoog geraken. Hiervoor zorgen onder meer de beenspieren, vooral de kuitspieren, waarin de aders ‘ingebed’ liggen. “Bij het stappen gaan de kuitspieren achtereenvolgens samentrekken en zich ontspannen”, aldus dr. Sarah Thomis. “Wanneer ze samentrekken, stuwen ze het bloed in de aders omhoog. Daarna ontspannen ze

zich en dreigt het bloed weer omlaag te vloeien. Daarom zitten er op regelmatige afstanden in de aders kleppen. Die verhinderen de terugstroom van het bloed.” Maar wanneer de kleppen door een trombose (bloedklonter) zijn beschadigd of van bij de geboorte slecht zijn gevormd, kan er wél bloed terugvloeien. Dat is ook mogelijk wanneer de aders sterk verwijd zijn. De kleppen kunnen de aderdiameter dan niet volledig afsluiten. Aders worden vaak wijder bij het ouder worden en onder invloed van vrouwelijke hormonen. Ten slotte is er ook terugvloei van bloed mogelijk als de beenspierpomp het laat afweten, zoals bij bedlegerige mensen die hun kuitspieren nog maar weinig gebruiken. Dr. Sarah Thomis:


Dr. Sarah Thomis: “Spataders zelf kunnen je gezondheid niet in gevaar brengen, maar sommige verwikkelingen wel’ “Bij terugvloei van bloed spreekt men van veneuze insufficiëntie. Het bloed stapelt zich op in de diepe of oppervlakkige aders waardoor die uitzetten. De diepe aders staan in verbinding met de oppervlakkige, vlak onder de huid. Die uitgezette oppervlakkige aders zijn spataders.”

Gevaarlijk? Kunnen spataders je gezondheid ook echt in gevaar brengen? Dr. Sarah Thomis: “De spataders zelf niet, maar sommige verwikkelingen wel. Een bruine verkleuring van de huid op de plaats van de spataders is vaak een voorbode van achtereenvolgens verharding van de huid, witte littekenhuid en uiteindelijk een open beenwonde die slecht geneest. Een andere verwikkeling die gevaarlijk kan zijn, is de zogenaamde oppervlakkige trom-

Nazorg Steunkousen van compressieklasse II zijn een must de eerste drie tot vier weken na een behandeling. In de eerste week moet men ze dag en nacht dragen, nadien alleen overdag. “Het is ook belangrijk om de eerste weken na de behandeling niet langdurig rechtop te staan zonder te bewegen”, zegt dr. Sarah Thomis. “Rust regelmatig met de benen op een voetenbankje of in bed met een verhoogd voeteneinde. Wissel rustperiodes af met korte wandelingen. En vermijd de eerste drie maanden blootstelling aan de zon of de zonnebank om huidverkleuring van de behandelde zones te voorkomen.” Vaak wordt na de ingreep ook medicatie voorgeschreven. “Gewone pijnstillers, paracetamol bijvoorbeeld, om de pijn te verlichten”, zegt dr. Thomis. “Maar ook antiflebitisspuitjes om de eerste tien dagen trombose (klontervorming) te voorkomen. En een zalf om de blauwe plekken in de behandelde zones sneller te doen genezen. Als er voor de ingreep hechtingen of steri-strips nodig waren, mogen die een tot twee weken na de ingreep door de huisarts worden verwijderd.”

Thomis: “Steunkousen drukken de oppervlakkige spataders samen en stuwen het bloed in de benen van beneden naar boven. Ze bestaan in verschillende maten, stoffen en kleuren. Je moet ze wel precies laten aanmeten bij een erkende bandagist.”

‘Spataders kunnen lastige tot gevaarlijke verwikkelingen hebben. Daarom laat je ze best tijdig controleren’ boflebitis. Dat is een ontsteking van een oppervlakkige ader, die zich uit als een rode, pijnlijke zone, waarbij ook nog een bloedprop wordt gevormd.” Dr. Thomis legt uit hoe het zover kan komen: “In de kronkeltjes van een spatader blijft het bloed gemakkelijker stilstaan en kan er zich een bloedklonter (trombus) vormen. Hierdoor kan de bloedvatwand geïrriteerd en ontstoken raken. De klonter kan ‘losschieten’ en zich met de bloedstroom verplaatsen naar dieper gelegen aders, zélfs tot in de longen. Daar kan hij dan een longembolie veroorzaken. Dat is voor de longen wat een infarct is voor het hart. Nog een laatste gevaarlijke verwikkeling van spataders zijn bloedingen. Spataders puilen uit en kunnen fel bloeden als ze gekwetst raken.” Spataders kunnen dus lastige tot gevaarlijke verwikkelingen hebben. Daarom laat je ze best tijdig controleren door een arts. Zelfs als je geen klachten hebt, kun je vaak met advies ‘op maat’ erger voorkomen. Soms volstaan doe-het-zelf-tips (zie kader) in combinatie met steunkousen en medicatie om de klachten te verlichten. Dr.

Is er ook medicatie mogelijk en welk effect heeft die? Dr. Thomis: “Geneesmiddelen verminderen niet alleen het lome of prikkelende gevoel in de benen. Ze zouden ook de weerstand van de vaatwand verhogen en de bloedcirculatie verbeteren.”

Ingrijpend Voor mensen met veel klachten of verwikkelingen wordt met een zoge-

naamd duplexonderzoek nagegaan welk type behandeling het meest is aangewezen. “Dat is een combinatie van een Doppleronderzoek en een echografie”, legt dr. Thomis uit. “We maken de richting van de bloedstroom hoorbaar met ultrageluidsgolven, en tegelijk ook zichtbaar door met een echosonde over de benen te glijden. Zo kunnen we nagaan of al de kleppen in de aders nog behoorlijk werken en of de aders niet verstopt zijn door stolsels. Dit onderzoek levert informatie over de oppervlakkige én diepe aders. Dat is nodig om een behandeling op maat van de patiënt te kunnen uitwerken.” Voor weinig uitgesproken spataders die geen klachten geven en alleen esthetisch een probleem zijn, is ‘droogspuiten’ (sclerotherapie) de aangewezen behandeling. Dr. Thomis zegt hoe dat praktisch verloopt: “We prikken een spatader aan en spuiten er een vloeistof in. Die gaat de bloedvatwand irriteren en beschadigen. Door een

Neoderm® € 55,-

Ontdek onze nieuwe producten Nu € 895,-

The Original

SUPER

MEDIC

ZIT- EN SLAAPCOMFORT

www.supermedic.be Relax Medicare, electrisch met lift.

T 0495/54 55 60 UZ-magazine - december 2010 13


Risicofactoren Niet iedereen ontwikkelt even gemakkelijk spataders. Dr. Sarah Thomis legt uit welke factoren het risico verhogen: “Heb je ouders met spataders, dan loop je een groter risico. De leeftijd is een andere belangrijke factor. Spataders duiken in zeldzame gevallen al vanaf de pubertijd op, maar meestal toch pas op middelbare leeftijd. Het lijkt erop dat spataders vaker bij vrouwen voorkomen, maar zeker zijn we niet. Het is best mogelijk dat meer vrouwen dan mannen op raadpleging komen, omdat vrouwen zich sneller storen aan spataders. Op behaarde mannenbenen vallen die nu eenmaal minder op. Mogelijk spelen ook de vrouwelijke hormonen, die de vrouw zelf aanmaakt maar die bijvoorbeeld ook in de anticonceptiepil zitten, een rol in de ontwikkeling van spataders. Vrouwen geven vaak aan dat ze rond de menstruatie meer last hebben van hun benen. Dat zwangere vrouwen sneller spataders ontwikkelen, heeft niet alleen met hormonale invloeden te maken. Het toegenomen bloedvolume en de druk van de groeiende baarmoeder beperken de terugstroom van het bloed vanuit de benen naar het hart. Na de bevalling verdwijnen de spataders vaak spontaan. Ten slotte verhogen ook zwaarlijvigheid en beroepen waarbij je langdurig moet zitten of rechtop staan je risico op spataders.”

drukverband, dat enkele weken moet blijven zitten, worden de beschadigde vaatwanden op elkaar gedrukt en verkleven ze. De spatader verschrompelt en verdwijnt uiteindelijk. Zijn functie wordt overgenomen door andere bloedvaten. Grotere spataders kunnen

op een gelijkaardige manier worden behandeld. Het aanprikken gebeurt dan wel ‘onder echogeleide’, dus terwijl we met een echosonde over de huid glijden. De vloeistof die we dan inspuiten is vooraf gemengd met lucht tot schuim. Schuim verspreidt zich

beter dan een vloeistof over grotere oppervlakken. Bovendien is het dikker en stroperiger, waardoor het ook beter blijft zitten en langer kan inwerken. Voor de sclerose-ingrepen is geen verdoving nodig.”

Verdoving Grote spataders kunnen nog op een andere manier worden weggewerkt: met endoveneuze technieken, onder plaatselijke of algemene verdoving. ‘Endoveneus’ betekent letterlijk ‘binnen de ader’. “De aders worden als het ware van binnen uit behandeld”, zegt dr. Thomis. “Onder echogeleide maken we een sneetje in het been en schuiven we een buisje, een katheter, in de zieke ader. Als de katheter op zijn plaats zit, spuiten we een verdovingsvloeistof rond de ader. De vloeistof drukt de katheter tegen de vaatwand. Vervolgens laten we de temperatuur in de tip van de katheter flink oplopen door middel van een laser of radiofrequentie, zoals in een microgolfoven. Door de hitte gaat de binnenwand van de ader verschrompelen en verlittekenen. We trekken de katheter langzaam terug om de spatader over

Ontslag uit het ziekenhuis? Landelijke Thuiszorg helpt gezinnen en bejaarden thuis Bel 070/22 88 78 of kijk op www.landelijkethuiszorg.be

AdvLT_09_UZmaga_185x136.indd 14 UZ-magazine1-

december 2010

14/05/09 10:56


Doe-het-zelf-tips

zijn volledige lengte te verhitten.” Ten slotte kunnen grote spataders ook worden verwijderd door een operatie onder plaatselijke of algemene verdoving. Dr. Thomis. “We maken een sneetje in de lies of de kniekuil en zoeken de spatader op. Op de plaats waar de spatader met een diepe ader verbinding maakt, binden we hem af. Vervolgens brengen we een katheter in

• Hou je benen zoveel mogelijk in beweging. Als je voor je beroep langdurig moet rechtstaan of zitten, probeer dan regelmatig je kuitspieren te activeren door af en toe wat rond te stappen of (al zittend) met je benen of voeten te bewegen. • Beoefen regelmatig een ‘benensport’, zoals wandelen, zwemmen, fietsen of dansen. Sporten zoals tennis, squash, hand- en basketbal worden afgeraden, omdat ze de aders doen uitzetten. • Vermijd warmtebronnen die de aders doen uitzetten: sauna, zonnebank, hete baden, vloerverwarming. Een koudwaterdouche op de benen bevordert de werking van de aders en vermindert het zwaartegevoel en pijn in de benen. • Vermijd strakke broeken en sokken met spannende elastieken. • Draag niet te strak zittende schoenen met een hak van 3 tot 4 cm. Schoenen zonder hak of met hoge hak laten niet toe om je voet volledig af te rollen, terwijl dat nodig is om je bloed optimaal weg te pompen. • Plaats het voeteneinde van je bed wat hoger, zodat je benen ongeveer 10 cm hoger liggen dan je hart. • Bestrijd overgewicht en constipatie, die de druk in de aders doen toenemen, met gezonde, vezelrijke voeding en veel lichaamsbeweging.

de spatader en schuiven de katheter door tot aan het onderbeen of de enkel. Daar maken we een tweede sneetje, vissen de katheter terug op, en maken hem vast aan de spatader. Vervolgens trekken we de katheter mét de spatader uit het lichaam. “

Service Residentie

Populierenhof POPULIERENLAAN 10 3001 HEVERLEE-LEUVEN ✆ 016/20 14 64

En is de patiënt dan voorgoed van zijn spataders verlost? De eerste jaren wel. “Maar de kans is groot dat tien tot twintig jaar later opnieuw spataders opduiken, vaak op precies dezelfde plaats”, besluit dr. Thomis. ◗

Omdat uw comfort ons nauw aan het hart ligt! ThyssenKrupp Monolift geeft vrijheid en zelfstandigheid aan iedereen die problemen heeft met zijn mobiliteit en biedt een oplossing op maat van uw behoeften en wensen.

Trapliften

Huisliften

24u op 24u verpleegkundige zorgen, in een groene, rustige en veilige omgeving met uitgebreid dienstenaanbod De zekerheid dat u op ieder moment van de dag of nacht beroep kunt doen op eigen vakkundig personeel. Genieten van de privacy van uw zelfingerichte flat

Platformliften Alle verdiepingen worden weer bereikbaar!

BEL 0800 94 365 GRATIS Wij adviseren u de ideale oplossing, geheel vrijblijvend.

Directeur: Dhr. Günther Geeraerts e-mail: populierenhof@armonea.be website: www.armonea.be

www.thyssenkruppmonolift.be

UZ-magazine - december 2010 15


UZ Leuven is een stad waar achter de deuren van de patiëntenkamers veel gevoelens schuilgaan, maar ook veel vragen over de zin van het leven. Waar nodig zoeken de pastors van het ziekenhuis toegang tot wat er zich achter die deuren afspeelt. Waarom? Wat hopen ze te bereiken?

pastorale dienst

Tijd voor een goed gesprek An Kestens

Op de pastorale dienst van campus Gasthuisberg heerst een huiselijke sfeer. De dienst is onlangs verhuisd. Het is er pas geverfd, er staan nog wat verhuisdozen op de grond, mensen lopen hun bureau in en uit. Een vrouw vraagt naar een pastor. ‘Voor haar man.’ Hij is al enkele weken in het ziekenhuis opgenomen en zou graag eens met iemand over zijn situatie praten. Twee pastors maken wat tijd - iets wat ze vaker doen - maar dit keer voor een interview. Piet Vandevoorde, priester, is sinds 2002 diensthoofd en pastor van de pastorale dienst van het ziekenhuis. Ingrid van den Akker was vroeger verpleegkundige, ondertussen is ze al vijf jaar pastor bij UZ Leuven.

Levensvragen - Wat is een pastor eigenlijk, als zowel een priester als een leek die titel kan dragen? 16 UZ-magazine - december 2010

Ingrid van den Akker: “Een pastor is iemand die op weg gaat met patiënten en hun familie. Hij probeert samen met hen op zoek te gaan naar krachtbronnen om een ziekte door te komen, om het naderende einde te aanvaarden, om een verlies te verwerken ... Het maakt niet uit waar die kracht vandaan komt. Bij de ene

en naar die levensvragen te luisteren.” Piet Vandevoorde: “Het ‘tijd hebben om’ is typisch voor ons als pastor. Aan het bed van een ziekenhuispatiënt komen veel zorgverleners. De meesten kunnen niet zomaar een half uur gaan zitten om naar de patiënt te luisteren. Wij kunnen dat wel. Dat

‘Mensen mogen ontmoeten die zich helemaal voor je openstellen, is eigenlijk een groot voorrecht!’ is dat muziek, bij de andere God, nog anderen vinden hun houvast in het bezoek van de kleinkinderen. Ziek zijn betekent ook dat alles even stilstaat. Patiënten denken na over hun eigen leven. Wij maken tijd, creëren de ruimte om er voor hen te zijn

wil niet zeggen dat de andere zorgverleners dat niet doen of niet mogen doen, maar het is ons specifiek mandaat om voor die spirituele zorg aandacht te hebben.” Ingrid van den Akker: “We doen dat ook door andere zorgverleners te sen-


patiënt. Onze hoofdtaak is spirituele zorgverlening, omgaan met levensvragen van patiënten op de manier die zij willen.” Piet Vandevoorde: “Patiënten denken vaak dat ze gelovig moeten zijn om met ons te praten. Ze beginnen het gesprek met ‘Ik ben eigenlijk niet zo gelovig’ of ‘Ik ben niet gelovig, maar een goed gesprek, daar sta ik wel voor open’. Voor ons is dat geen enkel probleem, het is eigenlijk net wat we willen!”

Veilig

UZ Leuven-pastors Piet Vandevoorde en Ingrid van den Akker: ‘Mensen vertellen ons soms dingen die ze nog nooit aan iemand anders verteld hebben’

sibiliseren en hen te leren de vraag achter de vraag te zien. Wij hoeven er niet altijd zelf bij geroepen te worden. Als er maar iemand aandacht voor die specifieke nood heeft.” - Moet je als pastor een diepgelovige christen zijn? Piet Vandevoorde: “We zijn met elf pastors, drie priesters en acht leken. Elk van ons heeft een christelijke achtergrond, maar vult die beleving in het dagelijks leven zelf in. Er is ook een grote verscheidenheid in hoe we de kerk aanvoelen. Wat niet wil zeggen dat er een onderscheid is in de pastorale taken die we uitvoeren. Het is niet zo dat de ene pastor gesprekken mag doen, of mag voorgaan in de liturgie, en de andere niet. Iedereen doet hetzelfde.” Ingrid van den Akker: “Dat geldt ook in de omgang met de patiënten. Als pastor heb ik mijn eigen waarden en overtuigingen, maar die hoeven niet dezelfde te zijn als die van een

- Is het moeilijk om als volstrekt onbekende contact te krijgen met een patiënt? Ingrid van den Akker: “Wanneer we bij mensen komen, is het in de meeste gevallen omdat we gevraagd werden. Dat kan zijn door een verpleegkundige of door de familie. Meestal is er vooraf gepolst of we mogen komen. Het gebeurt zelden dat we niet welkom zijn. Ik sta er soms zelf van te kijken hoe graag mensen hun verhaal doen aan iemand die ze nog nooit in hun leven gezien hebben. Ze vertellen dan over hun leven, over de oorlog, over hun kinderen, over alles. Soms vertellen ze ons ook dingen die ze nog nooit aan iemand anders verteld hebben.” Piet Vandevoorde: “Het gaat soms om dingen die mensen maar één keer in hun leven vertellen. Zo’n verhaal bij ons neerleggen geeft hen een gevoel van veiligheid. Door het te vertellen zijn die patiënten verlost van een last. Bovendien is het verhaal ergens neergelegd buiten de kring van familie en vrienden. Zoiets kan belangrijk zijn om verder te kunnen met je leven.” - Waarom hebben jullie ervoor gekozen om pastor te worden? Ingrid van den Akker: “Ik ben verpleegkundige van opleiding. In die job wilde ik me vaak gewoon naast de patiënt of zijn familie zetten om naar hen te luisteren, om te weten

wat hen bezig hield en waar ze hun krachten vandaan haalden. Als verpleegkundige heb je daar niet altijd tijd voor. Later kreeg ik de kans om theologie te studeren en zo kwam ik hier op de pastorale dienst van het ziekenhuis terecht. De combinatie met mijn opleiding en mijn ervaring als verpleegkundige zie ik als een groot voordeel.” Piet Vandevoorde: ”Ik beleef dit als een roeping. Pastor zijn is voor mij aandacht hebben voor alles wat kwetsbaar is en het een plaats geven. Vooral ook omdat we vandaag in een harde maatschappij leven, waar kwetsbaarheid heel erg in de verdrukking staat. Je tijd en je energie mogen gebruiken om mensen in een kwetsbare situatie te steunen en op weg te helpen, vind ik meer dan de moeite waard!”

Dankbaar

- Wat is jullie grootste frustratie of jullie grootste voldoening? Piet Vandevoorde: “Onze job vraagt heel veel energie en het is niet altijd evident. Maar elke dag op deze manier met mensen mogen omgaan, geeft mij het gevoel dat ik zinvol bezig ben. Bovendien krijg je heel veel dankbaarheid terug. Wat mij soms frustreert? Dat we niet iedereen kunnen helpen die het nodig heeft. We zouden dag en nacht kunnen werken. Het stopt nooit. Daar heb ik het wel eens moeilijk mee.” Ingrid van den Akker: “Onze job is heel intensief, daarom werk ik ook bewust viervijfde. Op die manier heb ik de nodige ruimte voor mezelf. Maar mensen mogen ontmoeten die zich helemaal voor je openstellen, is eigenlijk een groot voorrecht. Het geeft me veel energie!” w

Heb je nood aan een luisterend oor? Neem gerust contact op met de pastorale dienst, tel. 016 34 86 20.

De pastorale dienst, vroeger en nu De pastorale dienst van UZ Leuven bestaat sinds 1973. Vroeger bestond die dienst alleen uit priesters en lag de nadruk op het toedienen van de sacramenten. Nu bestaat het team uit priesters en leken, zowel mannen als vrouwen. De pastors van vandaag hebben vooral aandacht voor het begeleiden van de patiënten en hun familie en voor de spirituele zorgverlening. Wat niet betekent dat het sacramentele helemaal weg is. Als er naar gevraagd wordt, dienen de pastors de sacramenten toe en is er ruimte voor gebed en rituelen.

UZ-magazine - december 2010 17


Grote bouwkranen domineren de skyline van Leuven. Ze staan niet alleen op werven in de stad, maar ook op campus Gasthuisberg van UZ Leuven. Campus Gasthuisberg verandert de komende jaren in een echte Health Sciences campus. Dr. Wim Tambeur, operationeel directeur bij UZ Leuven, schetst de huidige situatie en de nieuwe ontwikkelingen.

nieuwbouw

Het dorp wordt een stad Ad van Poppel

Wie naar Leuven komt via de E40 of de E314 ziet al van ver de bouwkranen op campus Gasthuisberg, de ‘berg’ tussen de snelweg richting Lummen en de Leuvense stadsring. UZ Leuven breidt campus Gasthuisberg de komende jaren verder uit tot een Health Sciences campus. “We zitten nu in een wat intensere fase”, vertelt dr. Wim Tambeur. “We gaan van het denk-werk naar het doe-werk. Er is inderdaad een grote bouwactiviteit: die bouwkranen zijn de komende tien jaar nog niet weg. Je moet de campus stilaan gaan bekijken als een stad. En in een stad zie je ook voortdurend vernieuwing en beweging.” 18 UZ-magazine - december 2010

Dr. Tambeur zit in zijn werkkamer in het nieuwe administratieve gebouw en kijkt uit op het Teken, het symbolische beeld aan de rotonde bij de ingang van campus Gasthuisberg. Over een tiental jaar zal deze weg niet meer leiden naar de hoofdingang van het ziekenhuis. De inkom zal dan verplaatst zijn in de richting van de E314, waar dan ook een nieuw af- en oprittencomplex zal liggen.

Vier kamers Campus Gasthuisberg is opgevat als een hart met vier kamers, de vier zogenaamde kwadranten: onderzoek, onderwijs, patiëntenzorg en

stedelijke functies. De campus zal straks naar verwachting 15 000 medewerkers tellen, 5 000 hogeschool- en universiteitsstudenten en 30 000 bezoekers en patiënten. Het ziekenhuis is dus ‘maar’ een deel van de invulling van de Health Sciences campus, maar het vormt wel een essentieel basiselement. “Het is niet allemaal ziekenhuisontwikkeling”, legt dr. Tambeur uit. “De bebouwde oppervlakte wordt op lange termijn verdubbeld, maar het is niet zo dat we het ziekenhuis ook twee keer zo groot maken. Integen­ deel. Er komen nog activiteiten van campus Pellenberg en van de bene-


dencampus in de stad naar campus Gasthuisberg: orthopedie, oogziekten, psychiatrie ... Bovendien brengt de universiteit faculteiten vanuit de stad over ‘naar boven’ en komen zusterinstellingen van K.U.Leuven en UZ Leuven, zoals het Regainstituut en de KHL, naar campus Gasthuisberg.” Eigenlijk is er sprake van het groeperen van activiteiten. Dr. Wim Tambeur: “Dat is het beeld achter de Health Sciences campus. We brengen alles wat medisch en biomedisch is samen in een ‘pool’ waar zorg, onderwijs en onderzoek zich samen kunnen ontwikkelen. Zo’n pool wordt dan vanzelf een magneet voor zusterinstellingen die zich willen aansluiten bij deze dynamiek.” Hoever staan de bouwwerken op dit moment? Een groot deel van het onderwijs- en het navorsingskwadrant is al een feit. Dat zie je als

nu zo’n 35 jaar oud is, zal stukje bij beetje ontruimd worden en een herbestemming krijgen voor onderwijsfuncties zoals de school voor maatschappelijke gezondheidszorg en de school voor tandheelkunde”, aldus dr. Tambeur. Het nieuwe ziekenhuiskwadrant komt vanaf het Teken gezien achter het bestaande ziekenhuis te liggen. De komende jaren ligt daar de grootste bouwactiviteit. Er komt een grote ondergrondse parkeergarage die twee keer zo groot zal zijn als de Ladeuzeparking in de stad Leuven en die op termijn plaats biedt aan zo’n 1 500 voertuigen. Bovenop die parking wordt het nieuwe ziekenhuis gebouwd. Dr. Tambeur: “Een deel van de graafwerken is al gebeurd. De parking wordt in twee delen opgetrokken: een eerste deel nog in 2010, met plaats voor vijfhonderd auto’s. Later volgt een tweede deel waar nog eens duizend wagens in kunnen. De wer-

‘Je moet de campus bekijken als een stad. En in een stad zie je ook voortdurend vernieuwing en beweging’ bezoeker of patiënt niet direct, omdat het een deel is dat vanuit de inkom gezien aan de achterkant ligt. Maar wie via de ringweg rond de gebouwen naar de E314 gaat, ziet al de gebouwen van de K.U.Leuven en de KHLeuven. De uitbreiding van het administratieve centrum is ook al klaar. Het kopstation, dat voor de energievoorziening zorgt, en het datacentrum zullen de komende maanden afgewerkt worden. Bij de ingang aan de kant van de brandweerkazerne, tegen de E314 aan, verrijst een gebouw voor onderzoek en navorsing waar het Instituut voor Biotechnologie, een interuniversitaire samenwerking, medio 2011 zijn intrek neemt.

Veranderingen Met al deze activiteiten hebben de bezoekers en patiënten van UZ Leuven momenteel niet echt te maken. Maar de komende jaren zullen zij stilaan wel grote veranderingen zien. De gebouwen van campus Gasthuisberg die eind jaren zeventig, begin jaren tachtig als eerste werden neergezet, verliezen nu voor een deel hun ziekenhuisfunctie. In de plaats komt het nieuwe ziekenhuiskwadrant waarvoor nu de basis wordt gelegd. “Fase 1, die

ken daarvan starten waarschijnlijk in de lente van 2011. Die parking is al uitgegraven en als we alle vrachtwagens die daarvoor nodig waren bumper aan bumper achter elkaar zouden zetten, krijgen we een ketting van hier tot in Lyon.”

Kruissnelheid Tussen de ruimte van de parking en het bestaande ziekenhuis komt een

Dr. Wim Tambeur: ‘Die bouwkranen zijn de komende tien jaar nog niet weg’

gebouw voor kritische diensten met plaats voor een nieuw operatiekwartier en de nieuwe spoedgevallendienst. Men plant daar een tiental operatiekamers, twee intensieve eenheden, de dienst neonatologie en de dienst hemodialyse – allemaal functies met een hoge techniciteit. “Dat project zit op kruissnelheid. Het is de bedoeling dat het eind 2013, begin 2014 klaar is. De ruwbouw zal er snel staan, dan is er nog twee jaar voor de afwerking”, zegt dr. Tambeur. De ingang van de nieuwe spoedgevallendienst ligt aan de zijkant van de nieuwe parkeergarage. Bezoekers, patiënten en medewerkers kunnen straks de parking via een inrit onder de nieuwe hoofdingang bereiken. In de planning van de nieuwbouw

Mobiliteit De uitbreiding van campus Gasthuisberg vraagt ook andere mobiliteitsoplossingen. Eigenlijk is de huidige weg van en naar de campus vanuit de stad en de stadsring niet berekend op grote aantallen. Vandaar ook dat er bij de nieuwe ingang gewerkt wordt aan een nieuwe wegeninfrastructuur rond de E314. “Er is een ontwerp gemaakt voor een betere verbinding”, legt dr. Wim Tambeur uit. “De hoofdstroom van het verkeer komt van de autoweg naar het nieuwe parkeergebouw. Daar komt ook een busstation. De ontwerpen liggen klaar en als alles goed loopt, starten in 2011 de werken in verschillende fases.” De op- en afritten van de E314 zullen breder worden en er komt een nieuwe rotonde bij de ingang. “Het belangrijkste is dat het deskundig ontworpen wordt, zodat je geen files krijgt. Alles is bestudeerd: het koppelen van de ringweg rond de gebouwen hier aan de Leuvense stadsring en aan de autoweg.” Bovendien is extra aandacht voor veilige fietsroutes en voor het openbaar vervoer. Zo is er de verbinding van de campus met de Tervuursesteenweg voor fietsers en bussen.

UZ-magazine - december 2010 19


staat vervolgens de bouw van de dienst psychiatrie, die ruim tien jaar geleden vanuit Lovenjoel naar campus Sint-Pieter in de stad ging. “De bouwfase die daarop volgt, maakt de hoofdmoot uit van het nieuwe ziekenhuiskwadrant. We brengen dan het moeder- en kindziekenhuis over, waardoor we de oudste gebouwen van campus Gasthuisberg grotendeels leeg kunnen maken en renoveren. We hopen daarmee te starten in 2013 en het af te hebben in 2016 of 2017”, zegt dr. Tambeur. Het moeder- en kindziekenhuis en het bevallingskwartier worden met bruggen verbonden aan de dienst neonatologie. In de plannen zit ook een ‘openbaar’ deel dat een bindend element wordt tussen het ziekenhuiskwadrant en het kwadrant van onderzoek en navorsing. De campus zal van een dorp een stad worden. “Als je de concentratie van mensen ziet, merk je dat we stilaan op het niveau van een stad zitten. We hebben gemeten hoe groot de stroom in de nieuwe inkomhal zal worden. We kwamen uit op een densiteit en

Untitled-4 1

20 UZ-magazine - december 2010

hoeveelheid mensen vergelijkbaar met die van een stedelijke winkelstraat als de Diestsestraat op een zaterdag. We hebben bij de mensen hier ook gevraagd welke stedelijke functies ze in de campus opportuun vinden”, aldus dr. Wim Tambeur. De plannen voorzien nu in winkels (superette, apotheek) en services (hotelfuncties).

Planning Het ontwerp voor dit project ontstond vanuit een bundeling aan expertises: zowel puur technisch als medisch. Dr. Tambeur noemt het een boeiende ervaring. “Er is heel veel inbreng geweest vanuit K.U.Leuven en UZ Leuven. De medewerkers hebben meegedacht over de nieuwe richting. De uitvoeringsfase is vooral technisch en organisatorisch. Die vraagt detailtechniek, planning en timing. De bouwwerken moeten namelijk gebeuren in een ziekenhuis dat blijft functioneren.” Ook voor de planningsfase heeft men jaren vooruit moeten kijken. “We moeten zo ontwerpen dat de gebouwen over tien jaar voor een andere

functie gebruikt kunnen worden, als dat nodig mocht zijn. Dit model geeft ons veel mogelijkheden van wisselscenario’s”, zegt hij. En het oog wil ook wat. “De projecten worden telkens gerealiseerd door een ander ontwerpteam. Die teams gaan elke keer opnieuw de creatieve en architecturale uitdaging aan. Zo krijg je een heel gevarieerde mix van gebouwen. ”De ontwerpers krijgen een duidelijke opdracht over de functionaliteit van de gebouwen. “Ik ben zelf arts, geen architect, maar het fascineert me dat, naarmate de beperkingen groter en de eisen strenger worden, de creativiteit van de ontwerpers groeit. Beperkingen leiden dikwijls tot betere ontwerpen.” De vraag is ten slotte of UZ Leuven ooit ‘af’ is. Dr. Wim Tambeur: “We gaan nu door een duidelijke periode van versnelling van de bouwactiviteiten. Maar deze intensiteit zal niet blijven duren. Toch zal onze campus voortdurend in beweging blijven. Net zoals een echte stad: daar zie je ook dat gebouwen telkens opnieuw veranderen of een andere bestemming krijgen.” w

20/11/10 14:26


DOSIS

De juiste medicatie voor een patiĂŤnt. Nu en dan een gezonde dosis adrenaline. Vanaf het begin een flinke portie verantwoordelijkheden. Kortom, een loopbaan in een ziekenhuis op wereldniveau.

Ve r p l eegk und igen Topreferent zijn in patiĂŤntenzorg, opleiding en onderzoek, dat zijn de drie hoofdopdrachten van UZ Leuven. In BelgiĂŤ en Europa spelen we een toonaangevende rol die we willen behouden en verder uitbouwen. Daartoe bundelen meer dan 8 000 gedreven medewerkers elke dag hun expertise. UZ Leuven behaalde als eerste Belgische ziekenhuis het internationale JCI-label voor veilige en kwaliteitsvolle zorg. We willen onze teams versterken met (m/v) verpleegkundigen die in diverse zorgdomeinen aan de slag kunnen. Kies je voor campus Gasthuisberg of liever een kleinschalige campus? Dit is een greep uit de mogelijkheden: - campus Gasthuisberg: neonatologie, hepatologie, operatiekwartier, pneumologie, neurologie, neurochirurgie - campus Sint-Pieter: operatiekwartier oogziekten - campus Pellenberg: operatiekwartier, orthopedie - campus Lubbeek: expertcentrum dementie. Alle details over deze boeiende vacatures en de verschillende campussen vind je op onze website. Solliciteren kan online via www.uzleuven.be/jobs. Of je stuurt je sollicitatiebrief met curriculum vitae, met vermelding van het vacaturenummer 201987, naar UZ Leuven, t.a.v. personeelsdienst, rekrutering en selectie, Herestraat 49, 3000 Leuven. Heb je interesse voor andere verpleegkundige disciplines? Dan gaan we graag met jou in dialoog. Voor meer informatie kun je ook contact opnemen met de dienst rekrutering en selectie, tel. 016 34 49 78.

www.uzleuven.be/jobs


Iedereen loopt in het dagelijkse leven het risico een val te maken. Ook in een ziekenhuis kun je vallen. Om dat te voorkomen heeft UZ Leuven een project rond valpreventie opgezet. Het doel: ziekenhuismede­ werkers bewust maken van de problematiek, om zo te voorkomen dat patiënten vallen.

valpreventie

Niet vallen is de boodschap Ad van Poppel

UZ Leuven heeft al enkele jaren een project voor valpreventie. Prof. dr. Eddy Dejaeger, kliniekhoofd geriatrie, zegt dat valpreventie voor iedereen geldt, maar dat vooral ouderen vaker vallen. “Ongeveer een derde van de 65-plussers valt minstens één keer per jaar. Bij de 75-plussers stijgt dit tot vier op tien. Het valrisico neemt toe naarmate men ouder wordt.” Niet elke val leidt tot een letsel. Toch is er bij één op de twee valpartijen wel sprake van een verwonding. Professor Dejaeger: “Bij de grote meerderheid van de mensen die een letsel oplopen, is dat gelukkig niet ernstig: een blauwe plek, een verstuiking ... Maar bij 5 tot 10 procent gaat het om een breuk of een hoofdletsel. En bij 1 tot 2 procent leidt die val tot een heupbreuk. Een dergelijke breuk heeft belangrijke 22 UZ-magazine - december 2010

gevolgen: één op de vijf wordt hierdoor immobiel en slechts één op de vijf kan nadien opnieuw volledig zelfstandig functioneren. Het is dan ook erg belangrijk om naast valpreventie ook aan breukpreventie te doen. Bij elke oudere moeten we botontkalking actief opsporen. En als dat nodig is, behandelen met doeltreffende medicatie.”

Ouderen De vraag is waarom juist ouderen meer vallen. Daarvoor zijn verschillende redenen volgens professor Dejaeger. “Ze hebben een verminderde spierkracht, een verminderd evenwicht en in het algemeen een verminderde mobiliteit. Verder zijn er problemen met hun zicht, ze hebben gevoelsstoornissen en nemen veel geneesmiddelen. Hun bloeddruk kan

plots zakken als ze opstaan, waardoor ze duizelig worden.” Daarnaast zijn ook omgevingsfactoren belangrijk: iemand van tachtig wil toch nog de ramen zemen, stapt op een trapje en valt er af. Patiënten met Parkinson lopen al wat moeilijker en kunnen struikelen over een losliggend tapijt. Een glas water kan omvallen en een gladde plek op de grond veroorzaken. Prof. dr. Dejaeger: “Een val is meestal een combinatie van verschillende risicofactoren. Het klassieke voorbeeld is dat van iemand die ‘s nachts opstaat om naar het toilet te gaan, wat duizelig is door te snel recht te komen, vergeet het licht aan te doen en over een losliggend tapijt struikelt. Bejaarden vallen meestal in hun eigen woonsituatie. De top drie van de plaatsen waar dat gebeurt is de woonkamer, de slaapkamer en de badkamer.”


ten bij de opname gescreend op hun valrisico. Professor Dejaeger: “Binnen deze valscreening moeten verpleegkundigen op basis van hun ervaring een oordeel vellen over het valrisico van een bepaalde patiënt. Als ze zien dat de patiënt wat wankel stapt, dan kan dit een valrisico inhouden. Indien men op die manier een risicopatiënt detecteert, moet een verdere evaluatie gebeuren. Zo moet men oog hebben voor de mobiliteit, het schoeisel, de mentale status van de patiënt, de aanwezigheid van

patiëntenfolder over valpreventie. Patiënten moeten zelfredzaam en mobiel blijven. Niet alleen in het ziekenhuis, maar ook later in de thuissituatie of in een revalidatiecentrum. Net als in het ziekenhuis kan men de omgeving aanpassen en hulpmiddelen aanbieden als een looprek of een rollator. Daar is soms wat weerstand tegen bij de patiënten. Professor Dejaeger: “We hebben enkele jaren geleden eens bevraagd welke adviezen ouderen na zes maanden nog altijd opvolgden. Aanpassing van

‘Het valrisico neemt toe naarmate men ouder wordt’

Een deel van de bejaarden die gevallen zijn, komt in het ziekenhuis terecht. Maar ook in het ziekenhuis kunnen er omstandigheden zijn die tot een val leiden. Kurt Surmont, verpleegkundig manager en mede verantwoordelijk voor het UZ Leuvenproject rond valpreventie: “We zijn ons daarvan bewust. We willen vermijden dat patiënten die in het ziekenhuis opgenomen worden, vallen. Alle medewerkers in het ziekenhuis (schoonmakers, verpleegkundigen, artsen ...) kunnen een rol spelen in de preventie van vallen.” Dat kan door opmerkzaam te zijn voor obstakels of voor gladde plekken op de vloer. Surmont: “We maken onze medewerkers via het project van valpreventie ervan bewust dat patiënten kunnen vallen in het ziekenhuis en dat zo’n valincident niet altijd even onschuldig is. Toen we met het project begonnen, merkten we dat er zeventig valincidenten per maand gemeld worden. Daar schrokken we zelf ook van. En dan zullen er ongetwijfeld nog incidenten zijn die niet gemeld worden.”

Screening In de preventie van valincidenten worden alle gehospitaliseerde patiën

valangst, de medicatie ...” Dirk Heylen, als stafmedewerker kwaliteit ook bij het preventieproject betrokken, stipt aan dat veel patiënten geen juiste schoenen dragen. “Ze hebben soms geen schoenen bij, wel pantoffels of slippers. Die zijn ‘ideaal’ om te vallen. Of ze nemen geen tijd om hun schoenen aan te trekken en gaan vlug op kousenvoeten naar het toilet.” Goed schoeisel heeft geen hak, is gesloten aan de hiel en sluit overal goed aan. Het dragen van goede schoenen is overigens ook een raadgeving in de UZ Leuven-

medicatie wordt door de grote meerderheid goed opgevolgd, maar het blijkt dat raadgevingen om het gedrag aan te passen door minder dan één op de vijf ook in de praktijk worden toegepast.” Hij stipt ook aan dat het voor ouderen thuis belangrijk is dat ze een alarmapparaatje bij zich hebben. En dat ze leren rechtkomen als ze gevallen zijn.

Meer info op www.uzleuven.be/ valpreventie, www.vermijdvallen.be, en in de patiëntenfolder ‘Valpreventie’.

Kurt Surmont, Dirk Heylen en prof. dr. Eddy Dejaeger: ‘Goed schoeisel heeft geen hak, is gesloten aan de hiel en sluit overal goed aan’.

Valkliniek Binnen UZ Leuven is er ook een ‘centrum voor valproblematiek.’ De coördinatie ervan is in handen van prof. dr. Eddy Dejaeger. “Het centrum werkt via daghospitalisatie en is ontstaan vanuit geriatrie, maar het staat evengoed open voor andere diensten. Patiënten die meermaals vallen worden er gezien in daghospitalisatie”, aldus professor Dejaeger..

UZ-magazine - december 2010 23


Jan van Rompaey ging voor zijn rubriek ‘Dorp in de stad‘ op bezoek in de chemodagzaal en tekende er beklijvende verhalen op.

Dorp in de stad

Jan van Rompaey

Je zit in de trein en je moet mee Bijna altijd begint het met bloed prikken. Dan is het wachten op de resultaten en pas dan schrijft de arts de soort chemobehandeling voor. Dat kan lang duren. Soms is het bijna een opluchting als ze naar de behandelkamers kunnen. Daar zitten ze meestal met drie, op relaxfauteuils, of met twee, in bedden, terwijl de chemovloeistof langzaam in hun bloedbaan druppelt. Langs het infuus druppelt de hoop naar binnen, de hoop dat ze ooit weer een normaal leven zullen leiden, dat de haren zullen terugkomen, dat alle ellende en alle wanhoop voorgoed voorbij is. Sommigen 24 UZ-magazine - december 2010

blijven hier enkele uren, anderen een hele dag.

Ann (en Luc) Ann draagt een mooie pruik, je ziet niet dat ze borstkanker heeft. Ze zit op een fauteuil, en aan de overkant, op een stoel naast het tafeltje, zit haar man. Ze praten zonder schroom over de ziekte die hun leven overhoop heeft gehaald. Ann (48): “Vorig jaar 21 juli, zo’n datum vergeet je niet. Ik vond zelf een gezwelletje in mijn rechterborst en de gynaecoloog verwees me door voor een biopsie. Ik ben van opleiding eigenlijk psychiatrisch verpleegkundi-

ge, dus ik kon redelijk goed inschatten wat er aan de hand was. Voor de resultaten moesten we terug naar de gynaecoloog. Toen hij ons kwam opzoeken in de wachtzaal, zag ik meteen aan zijn houding dat het niet goed zat. Ik dacht: we hebben de jongste tijd al zoveel tegenslagen gehad, de zaak, de kinderen, hoe kan dat nu? Ik was boos en opstandig. Ook bij mijn eerste consultatie in campus Gasthuisberg reageerde ik agressief, maar de arts zei dat het een bijzonder kwaadaardig gezwel was en dat een dringende behandeling absoluut noodzakelijk was. Maar dat het ook fataal kon aflopen, daar dacht ik niet aan.”


Luc: “Ik wél. Ik dacht: misschien ben ik haar kwijt. Kanker, dat was voor mij synoniem aan doodgaan. Op dat moment heb ik dat natuurlijk niet gezegd, maar ik vond dat ze er te licht overheen stapte. En eigenlijk ben ik nog altijd bang.” Ann (verbaasd): “Nu nog? Ik denk dat hij banger is dan ik. Ik zie meer op tegen de manier van doodgaan, de pijn, de aftakeling, de afhankelijkheid van anderen. In het gewone leven ben ik ook erg zelfstandig en wil ik niet graag afhangen van anderen. Maar ja, je zit in de trein en je reist mee.” - En toen? Werd je geopereerd? Ann: “Ja, daar was geen ontkomen aan. Ik vroeg of het niet borstsparend kon, maar het gezwel was te groot en ik heb kleine borsten, dat kon dus niet. Toen ontdekten ze ook een tweede gezwel en tijdens de operatie vonden ze er nòg twee andere. Het zag er echt niet goed uit. Later stelden ze vast dat het ook nog zowel een hormonale als een eiwitgevoelige tumor was, die de kans op hervallen nog groter maakte. Ik had het gevoel

dat het maar bleef komen, dat het niet stopte.” - Heb je de nooit de moed opgegeven? Ann: “Ik ben van nature een pessimist, maar eigenlijk reageerde ik beter dan Luc. Ik zie hier patiënten die veel zieker zijn dan ik. Ik ben niet vaak misselijk. Er zijn wel moeilijke periodes geweest, maar die vergeet je zo gauw het beter gaat. De vermoeidheid, dat is wél een probleem. Het maakt me heel boos dat ik sommige dingen niet kan. Dan probeer ik mijn lichaam toch te dwingen, maar dat lukt dan niet en dan word ik opstandig. Je moet leren luisteren naar je lichaam, maar dat is niet gemakkelijk.” - Helpt het dat je hier tussen lotgenoten zit? Ann: “Het is in het leven hierbuiten ook zo: er zijn mensen met wie je een band opbouwt, met andere doe je dat niet. Soms heb ik het gevoel dat het hier een soort van wedstrijd is, wie is er het ziekst? Hoelang ben je al ziek? Nog maar één jaar? O, maar wij al vijf jaar. Wij weten er alles van. Dat soort dingen. Maar het is waar, we zijn lotgenoten.” Luc: “Nadeel is dat je hier ook alleen mensen ontmoet die ziek zijn of die hervallen. De grote groep die genezen is, zie je hier natuurlijk niet.” - Heb je een probleem met de bijwerkingen van de chemo? Ann: “Ja, maar ik heb het moeilijk om daarover te praten. Ik had halflang, blond haar (krijgt tranen in de ogen) en nu deze pruik … Niet dat ik veel met mijn uiterlijk bezig was, maar toch. Ik moet zeggen dat ik veel steun heb gekregen van mijn partner en mijn jongste zoon. Met de oudste ligt dat anders, die kan dit maar moeilijk verwerken en dat toont hij ook. Soms heb ik de indruk dat ik daar meer belang aan hecht dan aan mijn ziekte.” - Welke invloed heeft dit op je manier van leven? Ann: “Luc en ik hebben het door de crisis niet gemakkelijk in het bedrijf. We hebben een zaak waar we ambachtelijk inlijsten, van reproducties tot kaarten. En dan schreeuwt alles in mij om Luc te helpen, maar administratief mag ik niet werken omwille van de ziekteverzekering. Jammer eigenlijk, want als ik me goed voel, zou het voor mij echt een hart onder de riem zijn. Ik voel me nu al zo nutteloos, zo’n werkverbod verergert dat gevoel.”

- Hebben de artsen ooit gezegd hoeveel kans je hebt om te genezen? Ann: “Ik heb het enige tijd geleden gevraagd, maar nooit echt antwoord gekregen.” Luc: “Eigenlijk vind ik dat niet relevant. Zelfs al geven ze je maar een geringe overlevingskans, dat betekent dan nog niet dat je bij de groep bent die het niet haalt. Als ze je maar vijf procent geven, kun je net zo goed bij die vijf procent zijn. Ik bekijk het als een loterij. We zullen wel zien.” Ann: “Maar als ik echt genees, wil ik niet hervallen en eindigen in een rolstoel of nog erger. Als het terugkomt, met uitzaaiingen, denk ik dat ik elke behandeling zal weigeren om niet nog eens door deze hel te moeten. Dan zien we wel. (Tegen Luc) Dat hoor jij niet graag.” Luc: “Als ze mij zouden opgeven zou ik pas beginnen vechten, zelfs tegen beter weten in.” - Kun je praten over de operatie? Ann: “Met Luc wel. Zélf beschouw ik me ‘nog lelijker dan voorheen’. Ik heb altijd al een negatief zelfbeeld gehad, zo’n ingreep doet daar geen goed aan. Ik was al niet trots op mijn

UZ-magazine - december 2010 25


borsten. En voor Luc was mijn haar erg belangrijk. En zie nu.” - En een reconstructie? Ann: “Ik sta op de wachtlijst. De ingreep is gepland voor over bijna twee jaar en mijn gevoelens zijn gemengd. Op dit moment denk ik: blijf van mijn lijf. Daarom vind ik die wachttijd niet zo erg. En de vraag is: is het wel de moeite? Wat als ik over twee jaar herval, de andere borst? En

hospitalisatie, maar hier werkt ze het liefst. Soms hebben ze hier 90 patiënten op één dag. Dat is veel, maar ze heeft een groot hart. - Niet meteen een afdeling om vrolijk van te worden? Ann: “Je zult me niet geloven, maar de afdeling waar het meeste plezier gemaakt wordt, is oncologie. Daarom werk ik hier zo graag. Dat komt omdat patiënten hier denken: het

‘Er zijn wel moeilijke periodes geweest, maar die vergeet je zo gauw het beter gaat’ dat litteken op mijn buik, dat zint me ook al niet, dat is ook een verminking. Ik laat me niet graag zo zien, ook niet aan Luc. Voor de operatie zei hij dat hij niet wist hoe hij zou reageren, ik vond dat heel eerlijk en mooi van hem. En ik ben er zeker van dat hij het er nu moeilijk mee heeft.” Luc: “Het blijft toch een confrontatie, en het went niet, wat ze ook zeggen. Ze is er zelf ook mee bezig, ik zie hoe ze het litteken probeert te verstoppen.” Ann: “Ook als ze me kunnen genezen, staan me nog moeilijke jaren te wachten. Ik ben nog niet in de menopauze maar ik moet nog minstens vijf jaar medicatie nemen waardoor ik last heb van opvliegers. Ik ben ook bang om dik te worden. Ik krijg vaak complimenten: je ziet er goed uit! Terwijl ik het wil uitschreeuwen dat ik me rot voel.” - Vraag jij je nooit af waarom deze ziekte precies jou moest treffen? Ann: “Natuurlijk. Terwijl ik mijn hele leven geprobeerd heb om gezond te leven en te eten! Ik ben wel altijd een stresskonijn geweest en een pessimist, maar dat kan de oorzaak toch niet zijn? Ik vraag me vaak af waaraan het dan wel kan liggen. Leven we te goed? In arme landen is er veel minder kanker. Ik ben niet gelovig, maar ik vind toch dat mij onrecht wordt aangedaan, al weet ik niet door wie. Soms wil ik mijn gedachten stopzetten, maar dat kan ik niet.”

De verpleegkundige Ann Lauwers (47) is verpleegkundige, al 25 jaar. Ze heeft op allerlei afdelingen gewerkt, van geriatrie tot 26 UZ-magazine - december 2010

leven is al moeilijk genoeg, laat ons vrolijk zijn. Ze vinden het leuk dat het eens over iets anders gaat dan altijd over kanker en pijn en misselijkheid. En de mensen hier hebben leren relativeren: ze vallen niet over details. Zelf ben ik van nature optimistisch, een kwinkslag is nooit ver weg. Maar als iemand slecht nieuws krijgt, maak je natuurlijk geen grappen.” - Dat bedoel ik: het gaat hier vaak over leven en dood. Ann: “Er is natuurlijk wel veel veranderd. Ik heb nog geweten dat patiënten hier stierven. Nu gaan ze naar huis, of naar palliatieve zorg. Mensen zien sterven, dat blijft erg. Je bent dan ook begaan met de familie. En als het een kind is, denk je aan je eigen dochtertje.” - En patiënten die na enige tijd weg blijven? Ann: “Ja, vaak horen we dan niets

meer. Het kan zijn dat die patiënten overleden zijn, maar het is ook mogelijk dat ze er weer bovenop zijn gekomen. Contact houden met deze afdeling doen de meesten niet, ze blijven hier liever weg. En dan heb je er die terugkomen, omdat ze hervallen zijn. Die hebben wel wat steun nodig. Je moet hier hoofdzakelijk luisteren naar hun verhaal: dat is belangrijk. Helaas hebben we daar niet genoeg tijd voor. Je praat met de mensen terwijl je iets doet, bloed prikken bijvoorbeeld. Vijfentwintig jaar geleden schoof ik een stoel bij, dat gaat nu niet meer, veel langer dan een kwartier hebben we niet. Als het echt nodig is vragen we hulp: de sociaal werker of de psycholoog.” - Moet je wel eens mensen troosten? Ann: “Veel kunnen we niet doen. Er zijn, dat is al genoeg. Mensen vragen niet om een oplossing. Die kunnen we ook niet geven, we proberen toch nog hoop te geven. Geen valse hoop. Maar we zeggen en ervaren telkens opnieuw: zolang er therapie is, blijft er hoop. We zien ook hoe er alsmaar nieuwe studies komen. Vijfentwintig jaar geleden was er niets, geen katheters, geen middel tegen misselijkheid. Vroeger renden wij hier rond met braakkommetjes en vermagerden de patiënten zienderogen.” - Zijn er patiënten die het niet willen weten? Ann: “Ja, dat zie je wel eens, kop in het zand. Soms is het natuurlijk onwetendheid, je hebt hoogbejaarden die niet goed begrijpen wat er aan de hand is. Ach, soms is het beter om niet alles uit te leggen. Niet iedereen


is daar tegen bestand. Dan staat in het dossier: op vraag van de patiënt niet alles vertellen. Het gebeurt dat we bij het eerste gesprek uitleg willen geven over de nevenwerkingen, en dan zegt de patiënt: zwijg maar, ik zie het wel als het zover is. Zelfs jonge mensen! Maar we moeten wel informatie geven, anders kunnen mensen thuis in paniek raken als bijvoorbeeld hun haren beginnen uit te vallen. En dan? Ik vind bijvoorbeeld dat je kinderen wél moet vertellen wat er aan de hand is. Ik heb zelf mijn moeder verloren toen ik twaalf was, en ik heb dat veel beter kunnen verwerken omdat ik er op voorbereid was.” - Kun je na het werk alles van je afzetten? Je ziet tenslotte veel ellende. Ann: “Ja, ik kan de schakelaar overhalen en mijn hoofd en hart leegmaken, tot de volgende dag. Als ik het écht moeilijk heb, bel ik naar een collega bij wie ik terecht kan. En dan valt alles van mij af. Misschien komt het omdat ik als kind maanden heb doorgebracht in het ziekenhuis, bij mijn moeder. Daar ben ik hard geworden. Je moet het eens van een andere kant bekeken hebben, zelf patiënt geweest zijn, of familielid van een patiënt. Dan pas weet je wat je verwacht van een verpleegkundige. Ik denk dat ik

het begon. Ik had een knobbeltje ontdekt en mijn huisarts vroeg op mijn voicemail of ik eens wilde langs komen. Ik kon horen dat het ernstig was. Ik heb meteen Peter gebeld. Daar zaten we dan, verslagen, proberend om elkaar te troosten. En eigenlijk besef je dan nog niet wat je allemaal te wachten staat. Ik hou zo graag controle over mijn leven, en nu die onzekerheid.

‘Patiënten denken hier: het leven is al moeilijk genoeg, laat ons vrolijk zijn’ een juiste keuze gemaakt heb. Ik ben blij dat ik hier mag werken. Oncologie is mijn ding. En de mensen hier zijn dankbaar voor de geringste attentie.”

Nicole (en Peter) Ze zit op een bed, rode sjaal op het kale hoofd, benen gekruist, laptop, een boek. Ze is als maatschappelijk assistente bezig geweest met druggebruikers, ook in de gevangenis. De prognose is niet goed, maar ze praat opvallend open. Tegenover haar zit Peter, informatica-ingenieur, sinds tien jaar haar levensgezel. Als hij niet moet werken, wijkt hij geen duimbreed van haar zij. Elke seconde is nu kostbaar. Nicole (35): “Ik weet nog precies hoe

Eerst een half jaar chemo, dan borstoperatie, bestraling, deelgenomen aan het sportprogramma voor vrouwen met borstkanker, en dan weer deeltijds gaan werken. Maar toen kwam de kanker terug en ben ik opgenomen op de spoedgevallendienst, met uitzaaiingen in de hersenen en de longen en de nieren. Eigenlijk in bijna alle organen. Die diagnose kregen we op de spoedgevallendienst van een onbekende arts, terwijl je op zo’n moment echt iemand nodig hebt met wie je vertrouwd bent.” - Hoe reageert een mens op zo’n vreselijk bericht? Nicole: “Eigenlijk heel koel, hoewel ik zo helemaal niet in elkaar zit. Misschien omdat ik diep in mij al vermoedde dat de kanker ooit zou

terugkomen. Voor mijn omgeving was dat zeer hard en daarom probeerde ik om mij sterk te houden. Maar na enkele maanden ben ik toch gecrasht omdat het tot mij begon door te dringen waar ik voor stond en hoe onzeker de toekomst was. Ik heb dan gevraagd hoeveel tijd ik nog zou krijgen en ze hebben gezegd (fluistert) dat ik op één jaar moest rekenen. En we zijn nu goed een half jaar verder. Ik denk dat het wel zal kloppen, ook al omdat de kanker zich zo snel verspreidt. Dat half jaar zit in mijn hoofd, ook al hoop ik dat het langer wordt. Elke extra dag is meegenomen. Maar ik vind wel dat ik een minimum aan levenskwaliteit moet overhouden: als de chemo echt ondraaglijk wordt met veel bijwerkingen, ga ik afwegen of het wel de moeite waard is. Ik ben nu aan de derde chemotherapie. De eerste haalde niets uit, de tweede had als gevolg dat de hersentumoren verdwenen maar bij de volgende scan waren ze weer terug. Ik denk dat deze chemo mijn laatste kans is. Er is dertig procent kans dat ze aanslaat.” - Wat doe je, als je hier bent? Je hebt een laptop, zie ik. Nicole: “Een vorm van bezigheidstherapie. Spelletjes spelen, mailen, facebook, brieven schrijven.” - Ben je bang voor wat komen gaat? Nicole: “Ja, als ik echt begin te denken aan de pijn die gaat komen, de aftakeling … Ik heb al contact genomen met de palliatieve zorgeenheid. UZ-magazine - december 2010 27


Het mooiste zou zijn, vind ik, als het op een rustige manier thuis zou kunnen gebeuren. Ik ben wel bang voor de hersentumoren. Zullen functies langzamerhand uitvallen? Zal ik bijvoorbeeld blind worden? Ze kunnen daar niets over zeggen. Maar ik denk er wel aan om, als het te lang duurt, waardig afscheid te nemen.” - Het heeft je leven ook wel helemaal door elkaar gehaald … Nicole: “Gisteren dacht ik nog: het leven van de andere mensen gaat gewoon door en ik kan niet meer mee. Ik was vroeger zo actief, ik ging zo graag op reis. We zijn nog naar Turkije geweest. Dat zouden we voorheen met een rugzak gedaan hebben, nu is het een all-in geworden.” - Word je daar niet verbitterd van? Nicole: “Verbitterd? Nee. Maar ik kan soms ongelooflijk boos worden op die kanker en alles wat hij mij afpakt. Ik kan niet op iemand boos worden, het is zelfs geen genetische vorm van borstkanker. Er is ook geen aanwijsbare oorzaak. De geneeskunde bestaat al zo lang, en toch staat die nog vaak machteloos. Maar langs de andere kant: zonder de bestraling van mijn hoofd indertijd, was ik er zelfs al niet meer.” - Denk je soms aan de mogelijkheid dat 28 UZ-magazine - december 2010

het toch nog goed afloopt? Nicole: “Nee. Mensen zeggen dat soms om me te troosten, maar ik geloof niet in mirakels. Ik zie de scans, ik zie de tumoren die komen en gaan en ik weet: dit komt niet meer goed. Ik heb mij ermee verzoend dat dit mijn laatste maanden zijn en ik probeer nog zoveel mogelijk te doen. Over een maand geef ik een fuif, voor iedereen die ik graag zie en nog eens graag wil zien. Om nog eens echt te dansen, als ik dat nog kan. Ik heb een lijstje van restaurants waar ik nog eens lekker wil gaan eten ... Ik wil zoveel mogelijk genieten, ik zou nog een hoop mensen willen uitnodigen, dat heb ik altijd al graag ge­daan.” - Hoe gedragen de mensen zich tegenover jou? Nicole: “Als ze merken hoe open ik erover praat, breekt dat meestal wel het ijs. Dan durven ze ook vragen stellen. Maar sommige mensen hebben het erg moeilijk met het feit dat ik in hun ogen wel erg ver sta. Dat ik bijvoorbeeld mijn begrafenis regel en een grafsteen ga kiezen … Dat we over een paar dagen gaan kijken naar het plekje op het kerkhof. Ik wil me kunnen voorstellen hoe dat zal zijn. Ik kan dit toch niet overlaten aan andere mensen? Dat moet ik zelf doen. Het geeft me greep op de situatie. Mensen hoeven het niet de hele tijd over die kanker te hebben, maar ze

We zijn in Leuven een huis aan het verbouwen, hij zal daar blijven wonen en we zijn er nog veel mee bezig.” - Je bent ergens overheen, vind ik. Peter ook? Peter: “Op sommige momenten is het moeilijk om het te aanvaarden, maar we steunen elkaar daarbij. Soms wordt zij opstandig en dan ben ik er weer om haar te troosten. En andersom.” Nicole: “Ik kan me niet voorstellen dat mensen zich daar helemaal mee kunnen verzoenen. Dat kan niet. Soms ben ik inderdaad opstandig, puur uit frustratie dat dingen niet meer kunnen, dat ik niet meer naar optredens of festivals kan gaan waar je uren moet recht staan. Maar ik ben blij dat ik Peter heb. Er zijn mensen die alleen moeten vechten.” - Je bent hier wel een van de jongsten. Nicole: “Ja, daarom maak ik hier geen echte vrienden, de meeste medepatiënten zijn ouder. Ik denk soms: ik ben wel erg jong om te sterven. Maar tegelijk denk ik: ik heb dan toch ook 35 fijne jaren gekregen, daar moet ik gelukkig mee zijn. Ik heb het wel moeilijk als ik de kindjes van mijn zus zie. Dan denk ik: ik zal niet meer meemaken dat ze opgroeien.” - Na jou zal het leven doorgaan. Peter zal in het huis wonen, zijn leven gaat verder. Nicole: “Voor mij is het belangrijk dat hij zich niet opsluit, dat hij hulp krijgt, dat hij gelukkig is.”

‘Ik kan soms ongelooflijk boos worden op die kanker en alles wat hij mij afpakt’ moeten weten dat ik soms behoefte heb om erover te praten. Dat zijn intense momenten en ik voel me geholpen. Ik heb geprobeerd om videoboodschappen op te nemen en mezelf te filmen, maar dat heb ik opgegeven. Het lukte niet, ik werd er ongemakkelijk van. Nu beperk ik me tot een geschreven dagboek. Ik laat juwelen maken voor mensen die mij dierbaar zijn, zodat er iets tastbaars achterblijft. En ik schrijf brieven, voor mijn ouders, voor Peter, voor vrienden.” - Kun je daar met Peter over praten? Nicole: “Je groeit naar elkaar toe, echt waar. We zijn al tien jaar samen, maar dit zijn de meest intense dagen.

Peter: “Ik zal alleen zijn, dat is moeilijk. We doen altijd alles samen.” - Ik weet niet hoe ik zou reageren, mocht het mij overkomen. Nicole: “Ik kan dat toch soms van mij afzetten, anders heb je geen leven meer. Maar ik weet: ik geef nu wel een fuif, maar ik zal nooit nog onbezorgd kunnen meedoen, zoals vroeger. Sommige dingen komen nu eenmaal niet meer terug. Er zijn ook leuke dingen: Peter zag ik vroeger alleen ’s avonds omdat we allebei werkten, nu is hij er al eens op andere momenten, ook al omdat ze op zijn werk erg soepel zijn. We brengen zoveel mogelijk tijd samen door.” w


Méér keuze, niet ver, en anders!

“Ergonomische” matrassen – lattenbodems – hoofdkussens – bureaustoelen – relaxzetels massagezetels – salons – kniestoelen - zit-en statafels – zitballen ...

Bedking-Ergopolis Leuvensesteenweg 338 - B - 3190 Boortmeerbeek Tel.: 015 52 03 60 • Fax: 015 52 03 62 • e-mail: info@bedking.be

Open: 10u00 – 18u30 Zaterdag: 10u00 – 18u00 • Zondag: 14u00 – 18u00 • Dinsdag en feestdagen gesloten

www.bedking.be

Gespecialiseerde kinesitherapeuten helpen je graag ter plaatse het beste te kiezen voor je rug.

Slaap wel, zit wel!


FUN PAGE (i.s.m. Het Bergklokje)

Oom Jan is op bezoek en speelt wat met de zesjarige Jef. Oom Jan vraagt hoe het op school is. Dan geeft hij wat rekensommetjes. “Als je tien sinaasappelen hebt en ik geef er nog twee bij, hoeveel heb je er dan?” “Ik zou het niet weten”, zegt Jef. “Wij rekenen op school alleen maar met appels.” De moeder van Karel gaat naar haar man en zegt: “We moeten de dokter bellen. Karel zegt dat hij hoofdpijn en buikpijn heeft.” “Laat maar”, zegt de vader. “Dat zegt hij minstens een keer per week om niet naar school te moeten gaan.” “Dat klopt”, reageert moeder. “Maar het is vandaag de eerste dag van de vakantie.” “Ik ben geruïneerd”, jammert de boer. “Voor ik wegging heb ik de nieuwe knecht gezegd dat hij de helft van de aardappelen naar de markt moest brengen en de overige opstapelen in de schuur.” “En?” “Hij heeft de aardappelen allemaal doormidden gesneden!”

Taalpuzzel

Vertaal deze woorden in het Frans en zoek ze op in het rooster. Ze kunnen verticaal, horizontaal, diagonaal en omgekeerd staan 9) appel 10) brood

5) weinig 6) huis 7) vis 8) eigenaardig

1) boek 2) toerist 3) kat 4) hond

In elke zin zit een beroep verborgen: 1) In de winkel koop ik vaak okkernoten. 2) Waar heb je die bak kervel gelaten? 3) De verteller aarzelde even voor hij verder ging. 4) Kobe, hang ergens die jas maar weg. 5) Wat kost er de zeep in die winkel? Meng de letters van de woorden zo door elkaar dat je een nieuw woord krijgt: 6) meng VER en NEST en je kunt er doorheen kijken 7) meng DO en ROB en je eet het elke dag 8) meng BI en KREUPEL en je leeft niet in een koninkrijk 9) meng DOR en MEE en ze zorgt elke dag voor je 10) meng AS en LAT en ik zit vol kaarten

woordspelletjes

Een man zegt tegen zijn beste vriend: “Ik weet wat we gaan doen! We openen een café midden in de Sahara.” “Maar daar komen bijna nooit klanten. Dat is een dorre woestijn”, reageert de vriend. “Ja”, antwoordt de man, “maar wie er komt, heeft wel enorme dorst.”

Woordspelletjes

1) kok 2) bakker 3) leraar 4) behanger 5) koster 6) venster 7) brood;8) republiek 9) moeder 10) atlas

Grappen en grollen

Kruiswoordraadsel horizontaal 1) liefdegift - roofdier 2) dwarshout - nieuw testament - en omstreken 3) muzieknoot - opbrengst 4) vorm van zijn - dubbele klinker - voorzetsel 5) daar - ontvangen 6) oude lengtemaat 7) woonplaats - soort springstof 8) ouder - graansoort 9) muziekinstrument - zangstem 10) droogvloer - rekening 11) Amerikaanse munt - voegwoord

verticaal 1) nood - deel van de dag 2) liefkozing - communicatiemiddel 3) haarversterking 4) knaagdier - totaal 5) soort dans 6) stekken - telegraaf restant 7) hard materiaal - hoofddeksel 8) gewezen - jongensnaam 9) boerenbezit - kloosterlinge 10) windstreek - voegwoord oud testament 11) verbouw - loopvogel

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 1 2 3

X

U

E

I

R

U

C

4

O

O

U

I

R

Y

C

M

B

H

5

I

S

I

B

V

O

F

I

C

I

6

S

P

T

O

U

R

I

S

T

E

7

S

E

D

T

H

W

E

M

R

N

8

O

M

A

I

S

O

N

S

X

Z

9

N

L

N

C

E

M

M

O

P

A

10

N

U

Z

R

H

L

N

A

E

D

11

D

M

V

L

G

A

I

E

U

S

Z

E

K

P

K

N

T

O

V

X

verticaal: 1) armoe - avond 2) aai - radar 3) gel 4) muis - geheel 5) salsa 6) enten - tr 7) steen - pet 8) ex - rene 9) vee - non 10) oost - en - ot 11) teelt - ral.

1) livre 2) touriste 3) chat 4) chien 5) peu 6) maison 7) poisson 8) curieux 9) pomme 10) pain

taalpuzzel 30 UZ-magazine - december 2010

Oplossingen

L

Kruiswoordraadsel

V

horizontaal: 1) aalmoes - vos 2) ra - nt - eo 3) mi - interest 4) is - ee - te 5) er - innen 6) el 7) adres - tnt 8) va - haver 9) orgel tenor 10) eest - nota 11) dollar - en

P


Juwelen Vander Avort Onze exclusieve zaak viert in 2010 haar 25-jarig bestaan !

Margarethaplein 7 - 3000 Leuven - 016/20 50 18 www.juwelenvanderavort.be exclusieve collecties in 18 karaat met brillant of halfedelstenen


Lig jij ook zo zalig in een

?

Ergonomische relaxzetels met zero-gravity positie - vermindert en voorkomt rugpijn - stimuleert de bloedcirculatie - ontspant bij spataders en oedeem - verhoogt de longcapaciteit - verlaagt de hartslag Een aanrader voor sportmensen en mensen met een staand of zwaar beroep. Aangeraden door artsen, kinesisten en binnenhuisarchitecten.

OUDERE TOONZAALMODELLEN AAN STERK VERMINDERDE PRIJZEN

Wij laten u niet zomaar zitten Een Fitformzetel is dan ook niet zomaar een zetel. Fitform combineert een goede zithouding met functionaliteit, optimaal comfort en een fraaie vormgeving. Een Fitformzetel is de enige zetel die volledig op maat wordt gemaakt: zowel zithoogte als zitdiepte worden aangepast aan de gebruiker. Daarom is het geen massaproduct, maar een arbeidsintensief product met nog grotendeels handwerk. Voor elke afzonderlijke zetel nemen we de tijd en ieder zitmeubel wordt gemaakt met vakmanschap en toewijding.

BEZOEK ONS VOOR EEN PROEFZIT. U BENT VAN HARTE WELKOM ! Fitform laat je in alle posities comfortabel zitten

VANAF JANUARI 2011 UITVERKOOP MASSAGE-ZETELS Slaapcomfort – Relaxzetels De Bedstee – Ergorelax Dorp 78 – 2230 Herselt Tel.: 014/54 55 11 e-mail: info@debedstee.be www.debedstee.be www.ergorelax.be

Open: ma-di-do-vr: 10 – 12.30 en 13.30 – 18u. Zaterdag: 10 – 12.30 en 13.30 – 17u. Gesloten op woensdag, zon- en feestdagen VRIJDAGEN 24 & 31 DECEMBER OPEN TOT 16 UUR ZATERDAGEN 25 DECEMBER & 1 JANUARI GESLOTEN


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.