HSElife magazine no 12 NL

Page 1

12

SPECIALE EDITIE

HEALTH, SAFETY & ENVIRONMENT MAGAZINE for Oil & Gas industry

Q2 2014

Een

open gesprek we care!

Ook een goed gesprek over veiligheid, gezondheid en milieu hoort bij HSElife UNIO pagina 4 In dit nummer:

2

6

12

DE KRACHT VAN DE REFRESHER

TOTAL E&P NEDERLAND

18

22

36

SAFETY WITH NO SIGN IS A...

GDF SUEZ 50 JAAR IN BEELD

AMSTEL VELD

DOORONTWIKKELEN HSELIFEUNIO.COM

en meer...


2


Voorwoord

DE KRACHT VAN DE REFRESHER Op de basisschool heb je de rekentafels tot in den treure moeten opnoemen, net zo lang tot je ze kon dromen. 1x8=8, 2x8=16, 3x8=24 en ga zo maar door.

Wat dacht je van de Duitse naamvallen, lidwoorden en voorzetsels die je op de middelbare school hebt moeten leren. Der, die, das. An, auf, hinter, neben, in, über, unter, vor en zwischen. Ich bin, du bist, wir sind…enz. Denk eens aan het alfabet dat je uit je hoofd hebt moeten leren in het Nederlands en Engels. Deze kennis zit in je brein genesteld en zodra een gelegenheid zich voordoet komt die kennis automatisch naar boven. Je hoeft er niet eens bij na te denken. Een bekende slogan in de reclame is ‘Herhaling is de kracht van de boodschap’. Als je een boodschap maar vaak genoeg herhaalt, onthoud je hem. Maar als we een nieuwe training volgen zit veel informatie in ons kortetermijngeheugen en onthouden we eigenlijk maar een klein deel. Het is niet voor niks dat bijvoorbeeld BHV’ers ieder jaar een opfristraining of herhalingstraining moeten volgen om hun kennis en vaardigheden op peil te houden en te actualiseren. Hoe zorgen we ervoor dat de mensen die in de Olie- en Gasindustrie werken hun kennis en vaardigheden op peil houden? Hoe zorgen we ervoor dat de kennis die ze hebben opgedaan tijdens trainingen een duurzame impact maakt op hun brein? Gelukkig hebben we de opfristrainingen oftewel de refresher trainingen die hiervoor zorgen. Denk aan de Permit to Work, Taak Risico Analyse en de Laatste Minuut Risico Analyse. Doe er je voordeel mee.

Namens de THE WAT GROUP Pier van Spronsen

3


Een

open gesprek we care!

De maatschappijen die bij HSElife UNIO zijn aangesloten gebruiken allemaal hun bedrijfseigen ‘veiligheidsobservatie tool’. Bijvoorbeeld SMAT (Safety Management Auditing Technique), PAUZE, Unsafe Act Auditing, OOG (Observatie Onbewust Gedrag). De bedoeling van al deze tools is om de veiligheid op de werkplek te bevorderen. Deze tools zijn geen ‘inspectie’ maar ze gaan over het voeren van een open gesprek. Hierbij is een aantal stappen belangrijk. Communicatie is de eerste stap. Het naar elkaar luisteren, en begrip tonen voor elkaars situatie. Daarna zijn Aandacht voor Risico’s en het Evalueren van de huidige en gewenste situatie van belang. De basis is de zorg voor elkaar, oftewel CARE. Samen voorkomen we incidenten en leren we van elkaar. Dat doen we dus met een OPEN GESPREK.

WE CARE – EEN OPEN GESPREK Met trots presenteren de maatschappijen de ‘WE CARE – EEN OPEN GESPREK OPZET’. Daarin zijn posters, A6-brochures, onscreen presentaties en video’s beschikbaar over de aanpak van een OPEN GESPREK. Deze informatie vind je op de vernieuwde site hselifeunio.com. We hopen dat je na het doornemen van de documentatie meer inzicht hebt in wat er van je wordt verwacht.

4


Onscreen presentatie

Een

open gesprek

A6 brochure A2 posters

Een

open gesprek Hoe denk jij over de veiligheid van werken? Hoe kan het beter? Wat zou je anders willen?

“Ik zie dat je

DRUK BEZIG

bent, maar…?”

Een OPEN GESPREK: aandacht vestigen op de hele keten van werkvoorbereiding naar uitvoering tot evaluatie van uitgevoerde werkzaamheden

…ook een goed gesprek hoort bij HSElife UNIO

“GEEN PROBLEEM, ik heb wel even tijd.”

Een Een

opengesprek

Een open gesprek, op de werkplek zelf, levert een belangrijke bijdrage aan het vergroten van het risicobewustzijn en dus aan de veiligheid van werken. Want: bezig zijn met veiligheid betekent continu willen verbeteren. En dat kan, als we allemaal bereid zijn om naar elkaar te luisteren en met elkaar en van elkaar te leren.

De 10 meest gestelde vragen

open gesprek Hoe denk jij over de veiligheid van werken? Hoe kan het beter? Wat zou je anders willen?

1. Waarom zou ik tijd vrijmaken voor een gesprek? Een OPEN GESPREK is bedoeld om gesprekken op gang te brengen over de veiligheid van werken en de praktische consequenties van bepaalde veiligheids- en milieunormen. Daarmee willen we ervoor zorgen dat iedereen alert blijft op de veiligheid van werken en zo het risicobewustzijn vergroten. Dat is in het belang van ons allemaal.

Video Meest gestelde vragen

2. Van welke afdeling komen de bezoekers die een OPEN GESPREK aangaan met de uitvoerenden? Bezoekers kunnen van verschillende afdelingen komen. Dikwijls weten zij wél welke werkzaamheden op de locatie worden uitgevoerd, maar niet hoe dat precies gebeurt. Door er op de werkplek over te praten, kunnen zij een goede indruk krijgen van de manier waarop gewerkt wordt. En onder welke omstandigheden de werkzaamheden worden uitgevoerd. Bezoekers zijn geen ‘vaste’ bezoekers. Iedereen kan een open gesprek voeren met de werknemers, spontaan en gepland.

Gedachten uitwisselen, luisteren naar elkaar én leren van elkaar. Dat zouden we vaker moeten doen. Niet alleen tijdens het werkoverleg, maar ook tussendoor. Omdat we daar allemaal belang bij hebben. Sta jij ook open voor een goed gesprek? Maak er dan ook tijdens je werk eens een paar minuten voor vrij. Een OPEN GESPREK: samen kunnen we werken aan een veiliger uitvoering van het werk… …want ook een open gesprek hoort bij HSElife UNIO.

3. Loopt een bezoeker alleen rond op de locatie? Bezoekers kunnen alleen of met een collega een open gesprek voeren. Ze hebben daar dan toestemming voor gekregen van de locatieverantwoordelijke persoon. Maar het kan ook zijn dat de leidinggevende van de locatie met de bezoekers meegaat.

4. Waarover moet een OPEN GESPREK gaan? De situatie en de werkzaamheden ter plaatse of de actualiteit bepalen welke onderwerpen tijdens een bezoekersronde aan de orde komen. Het gesprek kan evengoed gaan over zaken die naar tevredenheid lopen of gelopen zijn, maar ook over knelpunten die iemand ervaart. Een bezoekersronde is uitdrukkelijk niet bedoeld als een vorm van inspectie, verhoor of controle.

HET ONTSTAAN Jaren geleden werd SMAT geïntroduceerd als een tool’ voor supervisors en, in mindere mate, het management, om grip te krijgen op wat er zoal op de werkvloer leeft. Gaandeweg en werd het, onbedoeld, meer en meer een middel om korte, veelal technische inspecties uit te voeren op de locaties. In 2009 vond samen met de ‘The WAT Group’ een herbezinning plaats en werd een nieuwe opzet ontwikkeld, gepresenteerd aan de directie en vervolgens uitgerold. Cor Postma en Evry Schuiling stonden aan de wieg ervan. Sindsdien ‘vechten’ zij ervoor om het idee achter de techniek te bewaren en te bewaken: het houden van een open gesprek op de locatie.

Wij zijn ervan overtuigd dat we allemaal van elkaar kunnen leren door naar elkaar te luisteren.

we care!

VERGROTEN RISICOBEWUSTZIJN Een OPEN GESPREK is een methode om op een open manier tot opbouwende gesprekken over risico’s te komen. Vaak wordt pas op de installatie of locatie duidelijk of het werk goed is voorbereid. En of die voorbereiding leidt tot een veilige uitvoering van het werk. Door op de installatie of locatie met elkaar in gesprek te gaan, zorgen we ervoor dat we de risico’s van het werk beter leren kennen, herkennen en beheersen. Een OPEN GESPREK levert daarom een belangrijke bijdrage aan het vergroten van het risicobewustzijn. En dus aan de veiligheid van werken. Dat is in het belang van jezelf en van ons allemaal. Of je nu directeur, leidinggevende of uitvoerende bent. We spelen met elkaar tenslotte een belangrijk rol in het voorkomen van incidenten. Wij zijn ervan overtuigd dat we allemaal van elkaar kunnen leren door naar elkaar te luisteren.

5


TOTAL E&P Nederland

1964 – 2014 Op 31 maart 2014 bestaat Total E&P Nederland B.V. 50 jaar. Deze mijlpaal wordt onder de noemer ‘Driven by Talent & Innovation’ gevierd met een unieke serie van masterclasses voor alle betrokken stakeholders. Meer informatie hierover vindt u op de speciale jubileumwebsite www.totalepnl50.nl.

6


Hoe is het allemaal begonnen? De ontdekking van het aardgasveld van Slochteren (het Groningenveld) was in 1959 groot nieuws in Nederland, maar leidde tegelijkertijd tot een ware goudkoorts in de olie- en gasindustrie. Binnen een paar jaar waren er in ons land vier grote spelers (NAM, Chevron, Mobil en BP) actief op zoek naar olie en gas. De nieuwe mogelijkheden in Nederland bleven ook in Frankrijk niet onopgemerkt door de olie- en gasbedrijven, die eigendom waren van de staat. Aan het begin van de jaren 1960 waren het Franse Regie Autonome des Pétroles (RAP) en het Bureau de Recherches des Pétroles (BRP) zowel onshore als offshore actief op zoek naar gas in Nederland. Zij maakten hiervoor gebruik van aeromagnetische metingen, seismisch onderzoek en proefboringen. Dit voorwerk leidde op 31 maart 1964 tot de oprichting van Petroland N.V. in Rotterdam. De nieuwe onderneming was een samenwerking tussen vier partijen: • de Société auxiliaire de la Régie autonome des pétroles (Auxirap) • de Société de participations pétrolières (Petropar) • de Société de recherches et d’exploitation de pétrole (Eurafrep) • de Compagnie française des pétroles (CFP) – de rechtsvoorganger van het huidige Total S.A. Vandaag de dag is het bedrijf volledig in handen van Total S.A., een van de grootste geïntegreerde energiebedrijven ter wereld. Total E&P Nederland heeft sinds de oprichting een aanzienlijke groei doorgemaakt. Hieronder de belangrijkste mijlpalen in onze bijna 50-jarige geschiedenis.

7


TOTAL E&P NEDERLAND > 1964-2014

Mijlpalen 1964

Oprichting van het bedrijf onder de naam Petroland N.V.

1983

Start van de gasproductie van het L4-A platform.

1973

Eerste gasvondsten op het Nederlands Continentaal Plat.

1984

1971

Start van de gasproductie in de concessie Leeuwarden.

Concessieverlening Zuidwal

1977

Start offshore gasproductie in blok L7; eerste gasproductie van het gasbehandelingscentrum Middenmeer.

8


TOTAL E&P NEDERLAND > 1964-2014

1985

1993

Start gasproductie van

Start van gasproductie

de eerste onbemande

van het F15-A platform.

platforms op het Nederlands Continentaal Plat: L7-A en L4-B.

1989

Ingebruikneming van het L7-H platform.

1992

Het NOGAT gastransportsysteem wordt in werking gesteld;

1988

Start van de gasproductie Zuidwal, Oosterend, Leeuwarden-West

ingebruikneming van het K6 gasbehandelingsplatform en start van de gasproductie van de K6-D en K6-DN platforms.

1994

Ingebruikneming van het K5 gasbehandelingscentrum; K5-A en K5-D platforms operationeel.

en L7-N; vanaf het Zuidwalplatform worden de eerste drie horizontale gasputten ter wereld geboord. 9


TOTAL E&P NEDERLAND > 1964-2014

Mijlpalen

1997

K5-EN/C platform en

1999

onderzeese installatie K4-aD

L4-PN en K6-GT

operationeel.

platforms operationeel.

2003

Nieuwe bedrijfsnaam: Total E&P Nederland B.V.

1995 K5-B platform operationeel.

1998

Eerste gasproductie uit de Gorredijk concessie.

2001

Fusie met Total Oil and Gas Nederland B.V., het bedrijf gaat verder onder de naam TotalFinaElf E&P Nederland B.V.; K4-BE platform operationeel.

10


TOTAL E&P NEDERLAND > 1964-2014

2010

Ingebruikname van satellietplatform K5-CU.

2006

Onderzeese

gasproductie-installatie

2004

L4-G operationeel.

Verkoop van de onshore productievergunningen aan Vermilion Energy; start van het L4-G project.

2007

Samenvoeging

2012

Het leggen van de zeeleidingen voor de onderzeese gaswinninginstallatie K4-Z; omvangrijk 3D bodemonderzoek op alle offshore licenties; opstart L4-D veld

vestiging Den Helder met het hoofdkantoor in Den Haag.

2005

2008

2013

K5EC-5: succesvolle boring

Overname van

Ingebruikname

van de langste horizontale

Goal Petroleum

van onderzeese

put in Nederland;

(Netherlands) B.V.;

gaswinninginstallatie K4-Z.

voorbereiding van de

ingebruikname van

ontwikkeling van het K5-F

de K5-F onderzeese

project.

installatie, uitgerust met ’s werelds eerste volledig elektrisch aangedreven onderzeese kleppen en afsluiters; goedkeuring van het K5-CU project. 11


Doorontwikkelen hselifeunio.com We zijn voortdurend bezig om hselifeunio.com te updaten en door te ontwikkelen. Hierbij staan duidelijkheid en snelle vindbaarheid van informatie voorop.

12


Het afgelopen jaar hebben we veel constructieve reacties ontvangen en hiermee zijn we aan de slag gegaan. Dit betekent dat iedereen vanaf nu de informatie op de site sneller kan vinden door een duidelijke structuur. We vinden het natuurlijk belangrijk dat iedereen de informatie gebruikt. Dit moet ervoor zorgen dat we veilig werken. We onderscheiden vijf categorieĂŤn:

Thema HSE items Training HSElife magazine Support

13


DOORONTWIKKELEN HSELIFEUNIO.COM

homepage

Op de homepage zie je al meteen een korte omschrijving van iedere categorie zodat je precies weet welke informatie je waar vindt. Doorontwikkelen betekent ook dat de site een nieuwe look and feel krijgt die samengaat met een duidelijke structuur. Tevens geven we een korte uitleg bij ieder onderwerp, dit wordt aangegeven door een (?).

14


DOORONTWIKKELEN HSELIFEUNIO.COM

15


DOORONTWIKKELEN HSELIFEUNIO.COM

iPhone, Android, iPad In 2014 is de site volledig bereikbaar op de iPhone, een Androidsmartphone en de iPad. Hiermee heb je alle informatie 24/7 en overal bij de hand.

16


DOORONTWIKKELEN HSELIFEUNIO.COM

Nieuwe onderwerpen In 2014 presenteren we nieuwe onderwerpen op de site zoals Lessons Learned en We CARE EEN OPEN GESPREK.

Suggesties? Heb jij goede suggesties voor het verbeteren van de website? Stuur ze naar info@thewatgroup.com.

17


SAFETY WITH

NO SIGN NO SAFETY

IS A SIGN OF

BLOMSMA

18


“De wet- en regelgeving over veiligheidssignaleringen is nog steeds gericht op land of op passagiersschepen,” zegt Willem Heijboer, Algemeen Directeur van Blomsma Signs & Safety. “Ik heb de afgelopen jaren met veel professionals in de Offshore industrie gesproken hierover. Omdat er geen goede passende regels waren zijn we gaan pionieren. Ervaringen over en weer hebben geleid tot wat een algemene standaard gaat worden.”

LEEMTES

Volgens Heijboer is het proces van

Overheden definiëren wetten en laten

harmoniseren van veiligheidssignaleringen

de invulling aan de markt over. En in die

de kinderschoenen aan het ontgroeien.

invulling zijn nog veel leemtes. Trend is

“Je ziet bijvoorbeeld een positieve

dat de leemtes langzaam ingevuld gaan

ontwikkeling vanuit NOGEPA,” zegt hij.

worden. Hiervoor helpt de samenwerking

“Ik merk dat ook Staatstoezicht op de

tussen maatschappijen in HSElife UNIO.

Mijnen er op een constructieve manier

Hier is sprake van een koppeling van

in staat. Vanuit mijn positie aan de zijlijn

theorie naar praktijk en van praktijk

juich ik de harmonisatie natuurlijk toe.

weer naar de theorie. Er zijn zinvolle

Er zijn nog wel leemtes. Ik praat in ISO-

stappen gemaakt. Allerlei losse regels

commissies met wetenschappers en

op zee en op land komen steeds meer

overheden. Zij hebben geen gevoel voor

tot één harmonisatiesysteem. Ik adviseer

de praktijk. Dit is een belangrijke oorzaak

maatschappijen om vooral mee te doen.

van de meeste leemtes.

Kijk over je bedrijfsmuren heen en leer van andere maatschappijen.”

19


SAFETY WITH NO SIGN IS A SIGN OF NO SAFETY

GLOBALISERING

“De wereld is een dorp geworden. Dertig

en speelt een actieve rol in de wereldwijde

jaar geleden was ieder land voor zich bezig.

harmonisatie ervan. De kennis die wij

De rode draad is dat er 20 jaar geleden

hebben opgebouwd krijg je niet van de een

nog niks op een gestructureerde manier

op de andere dag. Vanuit voortschrijdend

geregeld was. Grote bedrijven globaliseren

inzicht en nieuwe producttoepassingen

en hebben uniformiteit nodig. Dan vind je

kunnen we dingen goed onderbouwen.”

elkaar. Nederland loopt voorop met het harmoniseren van veiligheidssignaleringen

“Bij vakbroeders is er een groot draagvlak voor harmonisatie.”

20


SAFETY WITH NO SIGN IS A SIGN OF NO SAFETY

DRAAGVLAK Heijboer vertelt dat iedere maatschappij zijn eigen

harmonisatie bied je de veiligheidsdeskundige een

beleid heeft en dat hij ziet dat de veiligheidsdeskundigen

tool om verbeterstappen te zetten. Signalering is geen

samenwerken. “Bij vakbroeders is er een groot

veiligheid op zich. Als je die fout gaat maken dan wordt

draagvlak

argumenten

het gevaarlijk. Je hebt goede technische voorzieningen

hiervoor zijn ijzersterk. Wil je een bepaald niveau van

nodig, goed opgeleid personeel, goed materiaal en

veiligheid bereiken dan moet je een goede uniforme

goede afspraken. Het is onderdeel van het geheel aan

veiligheidskundige basis hebben. Heb je dat niet en

regels, regelgeving, normen en bewustwording om

communiceer je niet eenduidig hierover, dan hebben

veilig te werken.”

voor

harmonisatie.

De

veiligheidssignaleringen geen enkele zin. Door de

DUURZAAMHEID EN VEILIG WERKEN “Een serie borden is geen waarborg voor veilig werken.

waarschuwingen, geboden en verboden tegenkomt,

Het is een hulpmiddel en communicatiemiddel.

geeft dat duidelijkheid en leg je de basis voor duurzaam

Veiligheidssignalering heeft een fucnctie bij het

en veilig werken.”

visualiseren van hun veiligheidsbeleid. Dit betekent dat er een duidelijke samenhang moet zijn tussen het voeren van beleid en verantwoord werken. En goed letten op maximalisering van de attentiewaarde en uniformiteit. Als je overal dezelfde wijze van

POSITIEF GELUID “Als je jaren geleden sprak over veiligheidssignaleringen

en regelgeving Wat is economisch en praktisch?’,?’

dan had je het over een willekeurige losse hoeveelheden

en ‘Welke strategische keuzes maken we?’ Maar

stickers en borden. Allemaal los zand en een explosie

een norm is geen wet, het is een geharmoniseerde

van kleuren, vormen en stijlen. Veiligheidssignalering

afspraak. Maar als je die afspraak uniform inzet, krijg

leefde niet. Er was geen eenheid. Wij hebben veel

je invulling van het wettelijke doel.”

geïnvesteerd in normering en merk dat dit wordt toegepast en dat de eindgebruiker positief reageert. Zo’n proces duurt lang. Het ontwikkelen van een norm duurt bijvoorbeeld gemiddeld vijf jaar. De normontwikkelaars moeten zich hierbij een aantal

Willem Heijboer Algemeen directeur Blomsma Groep

belangrijke vragen stellen: ‘‘Wat is het doel van wet-

21


50

1964 - 2014

22


50

JAAR IN BEELD Vijftig jaar geleden streken een aantal buitenlandse E&P bedrijven neer op het Nederlands continentaal plat, op zoek naar de daar aanwezige olie- en gasvoorraden. Zo ook het toenmalige Placid International Oil Ltd (tegenwoordig GDF SUEZ E&P Nederland B.V.), dat op 14 juli 1964 zijn Nederlandse vestiging oprichtte. In 1970, zes jaar na de oprichting en na uitgebreid seismisch onderzoek van een deel van de Nederlandse Noordzee, ontdekt het bedrijf het eerste gasveld in blok L10. De L10-1 put blijkt bij het testen een productiecapaciteit van 322.000 m3 gas per dag te hebben. De verdere ontwikkelingen van Placid gaan vanaf dat moment in een rap tempo verder. Het aantal producerende putten neemt snel toe en het aantal werknemers groeit uit tot 100 man in 1977. Zelfs wanneer er op de wereldmarkt een dramatische daling van de olie- en gasprijzen optreedt, gaat het bedrijf onverstoorbaar verder met zijn activiteiten en ontwikkelingsplannen. In 1989, 23 productieplatformen en 38 miljard m3 aardgas rijker, viert Placid International Oil trots haar 25-jarig bestaan op Nederlandse bodem. Mede ingegeven door een nieuwe recessie begin jaren ’90, wordt Placid Oil Company in 1995 verkocht aan Occidental Petroleum Corporation. Deze overname is echter van korte duur. Drie jaar later neemt TransCanada Pipelines Limited uit Calgary het bedrijf over en gaan de Nederlandse activiteiten verder onder de naam TransCanada International (Netherlands) B.V.

23


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

GDF SUEZ E&P NEDERLAND B.V. VANDAAG DE DAG DE GROOTSTE EN MEEST ACTIEVE GASPRODUCENT OP HET NEDERLANDS CONTINENTAAL PLAT.

NEDERLANDSE OFFSHORE E&P INDUSTRIE BESTAAT Ten tijde van de eeuwwisseling wordt het Nederlandse bedrijf overgenomen door Gaz de France en gaat verder onder de naam GDF Production Nederland B.V. Dankzij de nieuwe eigenaar en zijn groeistrategie krijgen de exploratie- en productieactiviteiten een krachtige impuls. Ook de Nederlandse overheid wil een positieve impuls aan de industrie geven door een aantal belastingmaatregelen af te kondigen die het voor operators interessant moet maken om kleine of marginale velden te gaan ontwikkelen. Juist door deze beschikbare middelen, nemen de exploratie- en productieactiviteiten van GDF Production Nederland toe. Men vindt niet alleen nieuwe velden, maar heeft ook financiële middelen beschikbaar om diverse acquisities te doen. Door een fusie op het hoofdkantoor van Gaz de France en SUEZ, gaat GDF Production Nederland B.V. in 2008 verder onder de huidige naam GDF SUEZ E&P Nederland B.V.; vandaag de dag de grootste en meest actieve gasproducent op het Nederlands continentaal plat. De afgelopen 50 jaar bracht niet alleen veel activiteit in de Nederlandse E&P industrie met zich mee. Ook de algemene veiligheid van de industrie heeft grote en zichtbare veranderingen meegemaakt. Vooral na het tragische ongeluk in 1988 met de Piper Alpha op het Engels deel van de Noordzee waarbij 167 offshore medewerkers het leven verloren, heeft voor grote gevolgen op het veiligheidsbeleid gezorgd. De aanbevelingen uit het uitgebreide onderzoeksrapport werden ook door de Nederlandse overheid overgenomen. Zo werd er veel meer aandacht aan de veiligheid van de mensen offshore gegeven. Bestaande platformen moesten dikwijls technisch aangepast worden om ze voldoende veilig voor mens en milieu te maken. Er werd veel meer aandacht aan veiligheidstrainingen en –risico’s gegeven.

24


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

ALGEMENE VEILIGHEID VAN DE INDUSTRIE HEEFT GROTE EN ZICHTBARE VERANDERINGEN MEEGEMAAKT

Een aantal jaren geleden nam de The WAT Group samen met een aantal maatschappijen het initiatief om een harmonisatieproces in gang te zetten. Door middel van een gezamenlijk platform worden de verschillende visies op veilig werken met elkaar in overeenstemming gebracht. Het initiatief heet HSElife UNIO. De gedachte achter HSElife UNIO is om van de Olie- en Gasindustrie in Nederland de veiligste industrie te maken door samen te werken en ervaringen uit te wisselen. Hiermee zetten de maatschappijen belangrijke stappen om de HSE performance te verbeteren en het aantal incidenten in de industrie te verminderen. De meeste Olie- en Gasmaatschappijen die in Nederland operationeel zijn hebben zich aangesloten bij HSElife UNIO.

25


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

14 juli 1964

1970

Het Amerikaanse bedrijf Placid Oil Company richt Placid International Oil Ltd. op met als doel olie en gas op te sporen in het Nederlandse deel van de Noordzee. Vestigingsadres Oranjestraat 2b Den Haag. Start seismisch onderzoek

GDF SUEZ E&P Nederland B.V. ontdekte voor het eerst aardgas op het Nederlands continentaal plat in (blok L10). Penrod 58 boort de L10-1 put en blijkt bij testen een productiecapaciteit van 322.000 kuub gas per dag.

1968

1972

Van de 22 worden er 9 opsporingsvergunningen gehonoreerd, te weten: de blokken H16, G11, L10, E16, G13, F14, en G14.

Het L10-AD platform is het allereerste platform dat werd geplaatst op het Nederlands continentaal plat.

1967

1971

Placid dient aanvraag in voor 22 vergunningen.

Het ministerie van EZ geeft een winningsvergunning af voor het L10 blok en het naastgelegen L11 blok. Placid was hiermee de eerste maatschappij die voor het Nederlands continentaal plat een winningsvergunning had.

1969 De bevoorradingsbasis aan de wal in Den Helder wordt in gebruik genomen.

26


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

1973 In 1973 besloot het kabinet Den Uyl dat het eerste gas, dat door Placid in de Nederlandse Noordzee was aangeboord, niet via Duitsland, maar via Uithuizen aan land zou worden gebracht. Er wordt gestart met de aanleg van de 178 kilometer lange NGT-pijplijn inclusief het gasbehandelingsstation in Uithuizen. Voor het transport en de behandeling van het gevonden gas wordt Noordgastransport B.V. opgericht.

1975 In mei 1975 was het project gasvoerend en de toenmalige eigenaar van Placid vroeg of Koos van der Salm in dienst wilde komen als Manager Engineering & Construction. Hij wordt ook benoemd tot Managing Director van Noordgastransport BV. Eerste gasproductie (de eerste op het Nederlands continentaal plat). L10-A complex wordt uitgebreid met het L10-AP productieplatform en het L10-AR riserplatform. Op het riserplatform wordt een tientallen meters hoge zendmast geplaatst. Vanaf deze mast wordt een straalverbinding gelegd met de mast op Texel. Zo wordt het beste communicatiesysteem ter wereld gerealiseerd. Het L10-A complex had een directe aansluiting met het telefoon- en telexnet van de PTT in Nederland.

1976 Een aantal afdelingen verhuist naar een kantoorgebouw aan de Handelsweg in Den Helder.

1974 In 1974 werd besloten de gaswinning bij het Groningenveld te verminderen om de gasvoorraden te sparen. Vanaf toen werd de opsporing en ontwikkeling van andere, kleine gasvelden door de overheid gestimuleerd: het ‘kleine veldenbeleid’. Langs de Industriehaven in Den Helder wordt een groot opslagterrein met een oppervlakte van 35.000 m2 gehuurd. Er start een wervingscampagne voor de bemanning van de in aanbouw zijnde platformen voor het L10-A gasproductiecomplex. De eerste paal voor het gasbehandelingsstation in Uithuizen wordt geslagen.

1977 De 100e medewerker treedt in dienst, eind 1977 zijn het er al 110. Hiervan werken er 32 op het hoofdkantoor in Den Haag, 34 in kantoor Den Helder, 39 offshore in de productie en 5 offshore in de drilling. Na vijf jaar productie heeft L10-L11 bijna 15 miljard kuub gas en bijna 15.000 kuub condensaat geproduceerd.

27


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

1980 Na vijf jaar productie heeft L10-L11 bijna 15 miljard kuub gas en bijna 15.000 kuub condensaat geproduceerd

1985 De Amerikaanse eigenaren van Placid trekken zich terug uit management. Koos van der Salm geeft als General Manager leiding aan het Nederlandse team.

1983 Start gasproductie uit het noordelijke deel van het K12 blok. Er wordt een haalbaarheidsstudie gestart naar de mogelijkheden om voor het K12-B project de CO2 offshore te laten plaatsvinden.

1986 Dramatische daling van de olie- en gasprijzen op de wereldmarkt. Een vat olie ging van 30 naar 10 dollar. Wereldwijd werden exploratieactiviteiten opgeschort. Placid ging onverstoorbaar door met ontwikkelingsplannen.

1982 Gasvondst in K12. Test van de put K12-6 geeft een productiecapaciteit van 700.000 kuub ga sper dag. Het gas had wel een opmerkelijk hoog CO2 gehalte.

28

1984 Na 20 jaar activiteit in Nederlandse deel Noordzee heeft Placid meer dan 100 putten geboord en 14 platformen offshore ge誰nstalleerd.

1987 Eind 1987 wordt opnieuw een gashoudende structuur in het L10 blok aangeboord. Het K12-B platform wordt ge誰nstalleerd en Heerema Marine Contractors zet een wereldhefrecord met de plaatsing van de 6250 ton wegende dekmodule K12-BP met de unieke CO2 removal module. Op 1 augustus gaat de gaskraan open. Om de transportcapaciteit van de NGT-leiding te kunnen vergroten, wordt besloten offshore compressie toe te passen. Naast het L10-AR riser platform wordt het L10-AC compressor platform gebouwd.


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

1991 De kantoren in Den Haag en Den Helder zijn uit hun jasje gegroeid. In Zoetermeer wordt een nieuw hoofdkantoor opgeleverd en ook in Den Helder wordt een nieuw kantoorpand in gebruik genomen.

1988 Het ongeluk met de Piper Alpha zorgt voor een krachtige impuls van het veiligheidsbeleid in de offshore industrie.

1989 25 jarig jubileum. Trots op 23 offshore platformen, 38 miljard kuub aardgas. De nog winbare reserves worden geschat op 25 miljard kuub. De strategische ligging van de 178 kilometer lange NGT pijpleiding maakt dat steeds meer operators gebruik maken van de faciliteiten om hun gas naar land te transporteren.

1993 NOGEPA verzoekt de minister van Economische Zaken om verlichting van de financiële lasten bij de winning van aardgas uit kleine velden. Hierdoor zouden 25 kleine gasvelden die tot dan niet rendabel te exploreren waren alsnog in productie kunnen worden genomen.

1992

1994

De offshore industrie belandt begin negentiger jaren weer in een recessie. Er wordt nog nauwelijks geboord op de Noordzee. Koos van der Salm: “We zagen wel kansen, maar hadden niet de middelen om ze te benutten.”

Na goedkeuring door de OR wordt het offshore rooster gewijzigd van 7 dagen op/7 dagen af naar 14 dagen op/14 dagen af.

1995 Occidental Petroleum Corporation uit Los Angeles koopt Placid Oil Company. Placid International Oil Ltd. wordt omgedoopt tot Occidental Netherlands Inc.

29


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

1998 Occidental Netherlands Inc. wordt overgenomen door TransCanada PipeLines Limited uit Calgary, Canada. De onderneming krijgt de naam TransCanada International (Netherlands) B.V.

2001 General Manager Koos van der Salm maakt gebruik van de prepensioenregeling en wordt opgevolgd door Jan Treffers. Koos wordt benoemd tot voorzitter van de Raad van Commissarissen. De exploratie en productieactiviteiten nemen toe.

2000 Het bedrijf wordt aangekocht door Gaz de France en krijgt de naam GDF Production Nederland B.V. Dankzij de nieuwe eigenaar en haar groeistrategie krijgen de exploratie en productieactiviteiten een krachtige impuls. Ook de Nederlandse overheid wil een positieve impuls geven en kondigt een stimuleringsmaatregel af.

30

2005 Start Safety in the Backbone, uniek organisatiebreed programma gericht op verdere vergroting van het veiligheidsbewustzijn. Bouw en installatie K2b-A, G14-A, G16a-A en G17d-AP platforms en de G17a-S1 subsea put. G17d-AP wordt via een stalen brug verbonden met het G17d-A platform. Het G17d-AP platform is het eerste platform waar door het toepassen van strippen de hoeveelheid aanwezige koolwaterstoffen in het productiewater minimaliseren.

2004

2002 De G17d-A, wordt als satelliet in productie genomen. Seismisch onderzoek in G17a.

Start CO2 opslag in het K12-B veld. Acquisitie van productievergunningen voor D12a, D15, K2b en K3a en de opsporingsvergunningen voor D18a, E17a en E17b. Gasvondst in G14 en G17.


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

2007 Introductie Offshore Access System (OAS). Nieuwbouw G14-B satellietplatform. Seismisch onderzoek E16/E17. Uitbreiding met ±50 medewerkers in vaste dienst offshore. K12 complex krijgt zogenoemde rugzakmodule aan K12-BP platform.

2009 Installatie en start productie E17a-A productieplatform. Ringed Seal Willem te gast op F3-FB-1. Rondje Zuiderzee. Van put tot factuur geautomatiseerd met CHARM. G16a-B satelliet heeft primeur: microturbines.

2008 Door de fusie tussen Gaz de France en SUEZ ontstaat de GDF SUEZ Groep. GDF Production Nederland B.V. gaat verder onder de naam GDF SUEZ E&P Nederland B.V. Nieuwbouw E17a-A productieplatform. Grootschalig seismisch onderzoek in K- en L-blokken. Acquisitie van de blokken F3, L4/L5, L12/L15 en de NOGAT/A6F3 pijpleidingen.

2010 Realisatie Centrale Controlekamer Onshore (CCR). Verhuizing hoofdkantoor Zoetermeer. Verbouwing kantoor Den Helder. Afscheid Jan Treffers – komst Ruud Zoon. Jan Treffers neemt voorzitterschap RvC over van Koos van der Salm. Gasvondst L5a met record hoge druk en temperatuur. Verwerving Amstelveld. GDF SUEZ Exploratie en Productie Nederland neemt initiatief in ontwikkeling ORCAgasveld. OAS wint Trophees d’Innovation van GDF SUEZ Groep. Aandeel NOGAT pijpleiding vergroot naar 48,2%. Volop winter offshore. 31


GDF SUEZ > 1964-2014 50 JAAR IN BEELD

2011 Actiefste operator in Nederlandse deel Noordzee. Gemiddeld drie boorplatforms tegelijk aan het werk. Amstelveld: Oliehoudend reservoir aangeboord. Start ontwikkeling uniek milieuneutraal productieplatform. Voorbereiding bouw Sierra (L5a-D) en Orca (D18a-A) platformen. G16a-B geïnstalleerd en start productie. Safety in the Backbone project ‘Flow’ wint Trophee d’Innovation van de GDF SUEZ Groep. Start Health programma, kooktrainingen. Noble Ronald Hoope 10 jaar LTI vrij. Ruud Zoon, voorzitter NOGEPA

2013 Bouw en installatie platformen. Elektriciteitskabel van land naar het nieuwe Q13a-A Amstel platform is opgeleverd. De load-out en installatie van de 3 nieuwe platformen (L5a-D , D18a-A en Q13a-A) vindt plaats.

2012 Bouw 3 platformen tegelijk. Zeer actief exploratieprogramma. Opnieuw gas gevonden in L10: L10-36 Ruby, F17-10 put gasvoerend (Wintershall). Bouw G17d-AP compressiemodule en de compressiemodificaties voor het L5 platform. Dispatching NOGAT geïmplementeerd. Nieuwe HSE brochures geïntroduceerd. Warehouse Den Helder grondig verbouwd.

32

1987 GDF SUEZ E&P Nederland B.V. 50 YEARS - Bringing out the best

2014 Regina Allen boort HP/HT put.


33

John van Schie van NAM en Jürgen Joosten van Centrica bloggen over de Masteropleiding ‘Management of Safety Health & Environment’ (MoSHE) die ze volgen aan de TU Delft. Lees hun blog.

33


ZWOEGEN EN ZWETEN VOOR HSE

Hi Jurgen, Hoe gaat het met jou? Het is al weer even geleden dat wij elkaar gezien hebben. De vorige keer vroeg je in je blog aan mij of ik wist wat de adviesopdracht inhoudt? Nu kan ik je vertellen dat ik daar inmiddels een aardige kijk op heb. We zijn met een groep aan het werk bij een brouwerij. Die hebben ons gevraagd te helpen bij het evalueren van de veiligheid van verschillende logistieke ontwerpen. Een op het oog redelijk simpele vraag, maar hierin schuilt voldoende diepgang om ons met de groep in vast te bijten. Ik moet zeggen dat dit een hoop werk is, maar dat ik het enorm verrijkend vind om hiermee bezig te zijn. Eens niet met de operationele veiligheid van het werken in onze NAM installaties bezig zijn, maar met de rijroutes van vorkheftrucks die pallets met bierfusten verplaatsen. Heel anders maar dan kom je toch ineens ook weer uit bij veiligheidscultuur in het bedrijf. Dan zijn er tussen bier en gas ook zomaar weer parallellen te ontdekken en kun je uit je eigen ervaringswereld putten om mee te nemen in het advies.

Is de opleiding te combineren met het werk? Ik merk dat ik veel aan de opleiding en aan het contact met de medestudenten heb. Hierdoor kan ik bepaalde uitdagingen in mijn werk beter plaatsen en soepeler oplossen. Dit maakt dat bepaalde elementen van het werk sneller kunnen verlopen. Dit moet ook wel, want je bent ook tijd kwijt met het fysiek naar college gaan, of naar de brouwerij voor een opdracht. Ik zie wel dat het soms aardige stukken uit de week wegslaat. Hierdoor bekruipt me soms het gevoel dat ik mensen op het werk te kort doe. Er zijn momenten dat ik meer tijd zou willen besteden aan een onderwerp, maar dat ik die gewoon niet vrij kan maken. Het zij zo, want ik denk dat het uiteindelijk een win win situatie is. Het bedrijf en ik, we worden er beiden beter van. Afgelopen periode druk aan het lezen geweest voor mijn thesis over weerbaarheid/resilience. Het kost tijd, maar ook hier is de investering het waard. Ik krijg veel nieuwe inzichten aangereikt via interessante artikelen en boeken. Ik neem mij voor me ook na de studie hierin te blijven verdiepen. Nog één weekblok te gaan in maart. We gaan het dan over strategie hebben en het totaal overzicht over de opleiding. Ik begreep dat we hier ook nog een opdracht voor krijgen, ter voorbereiding en afronding. Dat wordt nog even persen om dat in de planning erbij te krijgen. Een uitdaging om de juiste “work-life-study balance” te bewaren. Gelukkig hebben wij onlangs een weekje in Egmond aan Zee doorgebracht. Wat was dat heerlijk om uit te waaien langs het strand en in die duinen daar. Helpt om weer de frisse blik op het geheel te krijgen. Lukt dat jou een beetje, die balans? Ik ben benieuwd naar hoe het jou vergaat met je adviesopdracht. Succes ermee en tot in maart.

Groet, John

34


ZWOEGEN EN ZWETEN VOOR HSE

Hoi John, Hmm… hoe het met mijn advies opdracht gaat. Lastig. Misschien ben ik toch meer iemand die liever alleen werkt. Het is de laatste tijd steeds moeilijker om afspraken te maken. Ik word geleefd. Zeker als er dan ook nog een event offshore gebeurt. Al is de event nog zo klein het kan heel veel werk met zich meebrengen. Leuk dat jij dan praat over de “work-life-study balance”. Die van mij ligt helemaal scheef. Werk erg druk, reorganisatie in Aberdeen, waardoor je weer met andere mensen te maken hebt. Kennis maken, aftasten, informatie versturen, andere vragen beantwoorden en tegelijkertijd ook nog je eigen locatie voorzien van de vraagbehoefte. Life… Welk leven. Zoals je waarschijnlijk wel weet heb ik een jong gezin, een huis dat aandacht verdient en ook een hele drukke hobby. Ik zit in de jury van een Vlaamse boeken prijs. Hiervoor moet ik minimaal elk jaar zo’n 70 Nederlandstalige misdaadromans voor lezen. Dus aardig druk. O ja, ook nog een studie. Dat is ook niet mis. Zeker als je weet dat je in juli al je scriptie voor de eerste keer moet inleveren. Je kunt dus al met al wel zeggen een “bezig baasje”. Het is dan ook wel heel moeilijk om daar een balans in te bouwen.

Mijn volgorde is overigens niet zoals jij het voorstelt, eerder lifework-study. Neemt niet weg dat ik de studie niet belangrijk vindt, maar een zeker weerbaarheid is hier wel te vinden. Ik moet zeggen dat het wel aansluit bij jouw onderwerp. Op het moment dat je kiest om iets aan te gaan, het kan een opleiding dan wel een huwelijk (?) dan moet je weerbaar zijn tegen de veranderingen die er aan komen. Je kunt dus niet zomaar even een week weg, elk weekend lanterfanteren of de gebeurtenissen in je werk negeren. Als er dan een reorganisatie of een belangrijk event gebeurt, moet je ook kunnen schakelen. Moet je er ook staan. Tja en dan wordt het wel eens moeilijk om aan alle verplichtingen te voldoen. Dus dan moet je prioriteiten zetten. Ja en misschien is dat wel voor de meeste mensen het moeilijkst. Het beheren van een agenda, nee zeggen tegen additioneel werk. Of thuis tegen alle verleidingen. Weekendje weg, verjaardag hier, terrasje daar. Weet nog niet of ik daar een balans in gevonden heb. Ben nog een beetje zoekende. Begrijp nu wel dat mensen fouten kunnen maken en dat daardoor incidenten (events) gebeuren. Als je het druk hebt, je gezin bij de kop, of iets anders. Hoe kun je je dan nog focussen op je werk? Misschien dat het vrouwen gemakkelijker afgaat dan mannen. Het kunnen multitasken… Een reden te meer om niet meer te bellen in de auto… Als mijn baas het al niet geadviseerd had, zou ik het nu al helemaal niet meer doen. Eén ding op z’n tijd. Ik denk dat ik het maar ook zo ga inplannen. Deze week werk, volgende week een hele week vrij, half voor het gezin en ten tweede voor het afronden van mijn werk voor de MoSHE. Jij ook succes. We spreken elkaar snel. Greetz, Jürgen

35


36


MILIEUNEUTRAAL OLIEPRODUCTIEPLATFORM DRAAIT OP VOLLE TOEREN

Het eerste productieplatform van GDF SUEZ dat in Nederland olie produceert is een feit en heet Q13a-A. Het platform ligt op 12 kilometer voor de Scheveningse kust in het Amstel Veld (Q13a). Uniek is dat de elektriciteit die nodig is voor het productieproces van het vaste land komt. Het productieplatform is namelijk aangesloten op het elektriciteitsnet van de gemeente Den Haag via een hoogspanningskabel die is aangelegd tussen het platform en de wal.

Bestaande infrastructuur Alle platforms op de Noordzee produceren zelf hun elektriciteit met gas dat bij de winning vrijkomt. Q13a-A produceert echter olie waardoor een dieselgenerator noodzakelijk zou zijn. Voor Q13a-A heeft GDF SUEZ E&P Nederland B.V. gebruik gemaakt van bestaande infrastructuur. Een oude rioolbuis onder de duinen die in zee loopt, biedt uitstekende mogelijkheden om een electrakabel van de wal naar het platform te leggen om zo het platform op een milieu vriendelijke wijze van elektriciteit te voorzien.

37


MILIEUNEUTRAAL OLIEPRODUCTIEPLATFORM DRAAIT OP VOLLE TOEREN

Omgevingsmanagement Aangezien het platform meer ‘in het zicht’ van het publiek ligt, is draagvlak en betrokkenheid van mensen en organisaties van belang. Omgevingsmanagement staat hierbij centraal. Dat betekent in een vroeg stadium van het project aandacht besteden aan wie nu de belangrijkste stakeholders zijn (zoals in dit geval de kustgemeenschap) en wat de aandachtspunten zijn. Vervolgens dienen stakeholders tijdig te worden geïnformeerd en waar nodig, dient de dialoog te worden aangegaan. Als men nu investeert in omgevingsmanagement, betaalt zich dat in de toekomst terug. Olie- en gasactiviteiten kunnen hier niet meer los van gezien worden.

Over Q13a-A Het platform jacket (de poten) is verankerd aan de zeebodem door middel van zogenoemde zuigankers. De elektrische pompen in de productieputten op twee kilometer diepte brengen de olie naar boven. De ruwe olie wordt getransporteerd door een nieuwe 25 kilometer lange pijpleiding naar het bestaande P15 behandelingsplatform van TAQA, ten noordwesten van het Q13a-A platform. De olie wordt hier behandeld, waarna deze door een bestaande pijpleiding verder wordt getransporteerd naar een raffinaderij in de Haven van Rotterdam. De verwachting is dat productie uit het Amstelveld 15,000 vaten olie per dag zal bereiken en het veld zo’n 10 jaar lang zal produceren.

Geschiedenis In 1962 was het Amstel-olieveld één van de eerste offshore-ontdekkingen. Destijds hebben de toenmalige vergunninghouders besloten het aangetroffen oliereservoir niet te ontwikkelen. Ruim 50 jaar later is de situatie totaal anders. GDF SUEZ E&P Nederland B.V. heeft na verwerving van de rechten in 2010, een succesvolle proefboring gedaan. Dankzij het gebruiken van aanwezige voorzieningen en met behulp van innovatieve techniek kan rendabel en op duurzame wijze olie worden geproduceerd.

38


MILIEUNEUTRAAL OLIEPRODUCTIEPLATFORM DRAAIT OP VOLLE TOEREN

FEITEN > Elektriciteit vanaf de wal dankzij slim gebruik te maken van een bestaande rioolbuis van een oude fabriek. Daardoor geen dieselgenerator op platform nodig en geen emissie van Green House Gases naar de lucht. > Dankzij de waterdiepte van slechts 19 meter, kan het platform verankerd worden met zuigankers in plaats van heien. > De geproduceerde olie gaat via een pijpleiding naar het bestaande P15 platform van TAQA. Er wordt dus geen olie in een tanker verladen. > Oog voor de omgeving: het platform is niet geel, maar ‘Nederlandse luchten’ -grijs en zodanig gepositioneerd dat het minimaal zichtbaar is vanaf de wal.

Het Amstelveld (Q13a) - TIJDSLIJN Ontdekt in 1962, eerste proefboring in jaren ‘90. 2008: EBN B.V. neemt deel in de activiteiten als staatsparticipant. 2010: GDF SUEZ E&P Nederland B.V. wordt medevergunninghouder van Q13a. 2011: succesvolle proefboring door GDF SUEZ E&P Nederland B.V. Midden 2013: installatie van platform, 12 kilometer uit de kust. Eind 2013: tijdelijke booractiviteiten vinden plaats. Begin 2014: aanvang olieproductie.

39


voor en door de industrie HSE LIFE wil een platform bieden voor iedereen die in de olie- en gasindustrie werkzaam is. Met name richt HSE LIFE zich op diegenen die werken daar waar HSE echt leeft of zou moeten leven: op de werkvloer. HSE LIFE magazine is een uitgave van: The WAT Group B.V. Postbus 23 7380 AA Klarenbeek (Nederland) +31 6 462 95 25 6 (7, 8) www.thewatgroup.com Aan dit nummer werkten mee Thera Idema, Marjou Janse, Marcel van Spronsen, Veselin Raznatovic, Pier van Spronsen, Stéphanie van Stockum, Janine IJssel de Schepper, Bob Janssen, Marc van Baasbank, Willem Heijboer en de Leden van de HSElife UNIO Stuurgroep: Piet van Dam, Ronald Pijtak, Jan Jager, Sietse Wijnstra, Gerard Burgers, Sander Floore, Rik van der Zee, Felicia Wolting, Edwin Harteveld, Frits van der Wilt, Marc Kloppenburg, Ronny Ali, Jürgen Joosten, Ben Waardenburg, John van Schie en Alexander van der Zee. Reacties betreffende onderwerpen besproken in dit magazine kunnen worden gemaild naar info@thewatgroup.com t.a.v. Janine IJssel de Schepper.

Het overnemen van artikelen als bedoeld in artikel 15 van de auteurswet is niet toegestaan; © The WAT Group B.V. 2013


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.