Sport Amerika The Magazine Nummer 22

Page 1




HOOFDREDACTIE Neal Petersen EINDREDACTIE Geert Jan Darwinkel Kasper Dijk REDACTIE Lennart Beishuizen Bert Jan Brands Pieter Brouwers Geert Jan Darwinkel Vincent Van Genechten Paul Klomp Aizo Lijcklama Ingmar Meijer Marco Post Joep Smeets Jurian Ubachs Jeroen Veenstra Richard van Welie Frank Wielaard Jules Zane Jan Willem Zeldenrust COLUMNISTEN Jeroen Elshoff Matthijs Meeuwsen Leander Schaerlaeckens FOTOGRAFIE Getty Images PRODUCTION, ART DIRECTION & DESIGN DarChicago Ltd. MET DANK AAN Issuu Digital Publishing Scribus Desktop Publishing

SportAmerika The Magazine is een uitgave van Petersen Media. Niets uit deze uitgave mag op welke wijze dan ook worden gekopieerd zonder uitdrukkelijke toestemming van de uitgever. © Petersen Media 2012 ­ Alle rechten voorbehouden.

Ik kijk elke week met plezier uit naar zeven uur zondagavond. Waar dat voorheen voor Nederlanders betekende dat ze met hun bord op schoot het voetbal konden kijken, is dat nu vooral het teken dat mijn Sunday Night Football avond kan beginnen. Sinds dit seizoen beleef ik deze avonden steevast in Coco’s Outback. Na het succesvolle Super Bowl­feest in februari hebben we deze sportkroeg in Amsterdam zo gek weten te krijgen dat er nu op zondagavond op zeventien tv’s en twee enorme schermen de hele avond NFL wordt uitgezonden. Mocht je binnenkort in Amsterdam zijn op zondag, dan zou ik je ten zeerste een avondje Coco’s willen aanraden.

We beleefden op de burelen van

#SportAm enkele intense weken, die gelukkig met enkele successen gevierd konden worden. Zo maakten wij afgelopen week de samenwerking bekend met NUSport. Een enorme stap voorwaarts voor de Amerikaanse sporten in Nederland: wij bereiken een nog groter publiek en dat is natuurlijk wat wij willen.

Daarnaast werken wij sinds twee weken mee aan het programma ‘Sport Inside’ op RTL 7. Hierin verzorgen wij het Amerikaanse sportgedeelte van het dagelijkse programma en daardoor kon je de afgelopen weken al enkele fraaie plays van Roger Bernadina en Jurickson Profar zien. De beide samenwerkingen zorgen ervoor dat het podium waarop #SportAm fans hun passie kunnen volgen steeds groter wordt. Daarop inspringend zullen wij vanuit de site en het magazine ook enkele veranderingen gaan doorvoeren, maar daar lees je over twee weken meer over.

Nu wens ik je allereerst heel veel leesplezier met deze 22ste editie, waarin natuurlijk veel aandacht is voor de NFL en MLB, en wij ook vooruitblikken op het nadere preseason van de NBA. Daarnaast debuteert Ruud Doevendans met een prachtig historisch artikel over de bijkans onverslaanbare Cincinnati Reds van 1976.










Weekly RoundUp

Darrelle Revis, de beste

cornerback in de NFL, en verreweg de beste speler van de New York Jets is ‘out for the season’ met een kruisbandblessure. Het nieuws had niet op een slechter moment kunnen komen voor Rex Ryan. Net nu van de ooit vermaarde Jets defense steeds minder overblijft is ‘Revis Island closed for the season’ ● De Tampa Bay Buccaneers draftte in 2011 een hele buslading aan pass rush in de personen van Adrian Clayborn en Da’Quan Bowers. Vooral Clayborn vervulde die rol met verve, totdat hij in week 3 een ‘season ending injury’ opliep. Bowers overkwam in het preseason al hetzelfde. En zo kunnen de Bucs alleen nog vertrouwen op Gerald McCoy voor de broodnodige pocket pressure. Diezelfde McCoy die de afgelopen twee seizoenen slechts een handvol wedstrijden speelde door blessures ● Zes intercep­ tions en één fumble in drie wedstrijden, Michael Vick had zich het nieuwe seizoen waarschijnlijk heel anders voorgesteld. En met hem Andy Reid. Gevraagd aan Reid of Vick nog altijd niet ter discussie staat zei Reid: “We kijken hoe het gaat”. Oh­ow ● Steve Sabol, de grond­ legger

van het moderne NFL Films overleed onlangs. Hij zal node gemist worden. Sabol maakte van football met zijn registraties zo mogelijk een nog spectaculairdere sport dan het al was. Zijn moneyquote “Life is great, football is better” is er één voor de eeuwigheid.

Net als de ‘motherf***er­

bomb’ van John Harbaugh, het schoudergrijpen van Bill Belichick en Kye Shanahan die de hoofdscheidsrechter tot in de catacomben achtervolgt en hem toebijt: “You have no fucking balls. You are a fucking pussy”. Blij dat het voorbij is.

Replacement refs Torrey Smith

De NFL en de scheids­

rechtersbond hebben dan eindelijk een akkoord gesloten. Het was op het nippertje. De League schoof de afgelopen weken steeds nadrukkelijker naar de rand van de afgrond. Een toenemend gebrek aan onderling respect, een eindeloze hoeveelheid foutieve calls en overduide­ lijke beïnvloeding van de uitkomst van wedstrijden had daarvoor gezorgd.

Absoluut dieptepunt was de wedstrijd tussen de Seattle Seahawks en de Green Bay Packers. Het iconische beeld van de melée van spelers in de Green Bay endzone, met Seattle’s Golden Tate die met alle macht probeert de interception van Packers’ cornerback Jennings om te toveren in een touchdown, en de twee scheidsrechters die zowel een interception zien als een touchdown, zal nog wel even blijven hangen.

Torrey Smith scoorde vorige

week zondag twee touchdowns en speelde een cruciale rol in de 31­30 overwinning van de Baltimore Ravens op de New England Patriots. Smith deed dat met zwaar gemoed. Nog geen 24 uur daarvoor was zijn 19­jarige broertje Tevin omgekomen bij een eenzijdig motorongeluk. Ravens head coach John Harbaugh had Smith vanzelfsprekend zelf de keuze gelaten wel of niet te spelen. Dat Smith dat uiteindelijk wel deed was onwaarschijnlijk dapper en maakte hoogstwaarschijnlijk het verschil tussen winnen en verliezen voor Baltimore. Het is de onmisbare trivialiteit van het leven, druppels geluk in een zee van verdriet. In zaken van leven en dood bestaan alleen verliezers. •




Toegegeven, het zag er niet best uit, de karaktermoord op Jay Cutler door Clay Matthews cum suis. Net toen iedereen dacht dat dit het seizoen zou worden waarin Cutler ‘The Leap’ ging maken, zakte Amerika’s favoriete haat­ quarterback door zijn hoeven. Vier intercepties, slechts 11 voor 27 pass attempts, zeven sacks en een storm van kritiek van de Oost­ tot de Westkust waren Cutler’s deel. Zelden werd een meer dan competente quarterback zo genadeloos afgemaakt door alle kopstukken en coryfeeën in de NFL als Cutler (zie kader).

Dat Cutler zich die donderdagavond als een enorme hork gedroeg, vooral tegen zijn left tackle J’Marcus Webb, staat buiten discussie. Maar verdiende hij daarom de toorn van de natie? Je zou bijna gaan denken dat Cutler de slechtste quarterback in de NFL is. Of een ordinaire misdadiger. Maar niets is minder waar. Cutler behoort tot de tien beste quarterbacks ter wereld. En eens in de zeven of acht wedstrijden bakt hij er 60 minuten lang helemaal niks van en staat hij met een lang gezicht apathisch langs de zijlijn.

Dr Jekyll & Mr Hyde

Niemand herinnert zich de ‘foute’ Cutler als hij op alle cilinders draait. Zoals in de openingswedstrijd van dit seizoen, al Cutler de ene na de andere precisieworp in de handen van zijn favoriete doelwit Brandon Marshall deponeert op weg naar een 333 yard passing game en een 21­41 afstraffing van de Colts.

diepte in slingert zonder een spoortje twijfel of angst en zijn ploeg op sleeptouw neemt. Dat is de Cutler waarvan Chicago zo graag wil houden.

Maar eens in de zoveel tijd zien we de schaduwzijde van al die roekeloosheid. Dan zien we de Cutler van Lambeau Field, die zich ineens geen raad meer weet met niet aflatende pocket pressure, onnauwkeurig is in zijn passes, intercepties opeenstapelt dat het een lieve lust is en als een geslagen hond langs de kant van het veld staat. Cutler’s lege blik in de verte, normaal gesproken enkel voorbehouden aan murw gebeukte soldaten aan het front, wordt verafschuwd door fans, media en oud­ spelers. Het past niet in het geïdealiseerde beeld van de quarterback als grote leider die zijn team richting geeft en de weg wijst in het donker.

Geen leider, geen vent

Het defaitisme van Cutler komt nooit nadrukkelijker voor het voetlicht dan tijdens die noodlottige NFC Championship Game van begin 2011 tegen de Green Bay Packers. Cutler gooit vlak voor rust een pick­six voor de 14­0 ruststand in het voordeel van Green Bay en raakt daarbij tot overmaat van ramp geblesseerd aan zijn knie. Hoewel Cutler het na rust nog even probeert is snel duidelijk dat het zo niet langer gaat: exit Cutler, entree Caleb Hanie.

Terwijl Hanie de Bears vervolgens zowat

eigenhandig terug in de wedstrijd brengt en bijna de gelijkmaker forceert, staat Cutler langs te zijlijn vooral heel erg zielig te zijn. De beelden van de eenzame f zoals tot halverwege vorig seizoen, Cutler, ingepakt in een overjas en wollen als de Bears playoffplaatsing eigenlijk niet muts op, laten een onuitwisbare indruk meer kan ontgaan en de Super Bowl achter en als de Bears uiteindelijk toch lonkt, totdat Cutler geblesseerd raakt en verliezen breekt er een storm van kritiek het hele zaakje onder impuls van Caleb los. Collega­spelers vinden hem een Hanie ineen stort. Dan is Cutler één van aansteller en in de ogen van fans is Cutler de meest spectaculaire quarterbacks in de een mietje die in zijn team’s ‘greatest hour NFL. Een elite quarterback die enorme of need’ geen thuis geeft. risico’s in zijn spel legt, bal na bal de

O



De media smult van dit verhaal en

maakt Cutler publiekelijk af om zijn afwezigheid en het feit dat hij Hanie noch zijn andere teamgenoten geen moment ondersteunt. Het label van zwakkeling en loser is Cutler’s deel, na een seizoen dat, tegen alle verwachtingen in nota bene, pas strandt in het zicht van de haven. Dat head coach Lovie Smith achteraf benadrukt dat hij, en dus niet Cutler zelf, de beslissing nam om Cutler eruit te halen, op nadrukkelijk aandringen van de medische staf, maakt dan allang niet meer uit. Net zomin als dat Cutler uiteindelijk een serieuze blessure aan zijn knie blijkt te hebben.

Het Josh McDaniels debacle

Cutler had nooit voor de Chicago Bears gespeeld als hij niet in februari van 2009, zowat voor het oog van de wereld in conflict komt met Josh McDaniels, kersverse head coach van de Denver Broncos, het team dat Cutler in 2006 met de elfde keus overall draft uit Vanderbilt University. Als Cutler ontdekt dat de Broncos, op aandringen van McDaniels, hebben geprobeerd om met de Patriots te traden voor Matt Cassel (die uiteindelijk naar Kansas City gaat), eist hij al snel zelf een trade tenzij McDaniels zijn excuses aanbiedt en het volledige vertrouwen in Cutler uitspreekt. Als McDaniels dat vervolgens niet direct doet barst de bom en mag het Amerikaanse publiek meesmullen van een heuse footballsoap in Denver.

Een public relations drama is het

gevolg en Cutler krijgt de schuld, van de Broncos, van de media en van het publiek. Cutler’s reputatie als aansteller en overgevoelige zeurpiet is geboren. Zijn wens om getrade te worden gaat evengoed wel in vervulling. De Chicago Bears geven twee eerste ronde draft picks



“Het is gewoon verkeerd, eerlijk

gezegd. Ik zou me er niet goed bij voelen als hij dat bij mij deed en het zou laten overkomen alsof het mijn schuld is dat hij een slechte wedstrijd heeft, in plaats van dat hij zelf verantwoordelijkheid neemt voor de passes die hij gooit of de ‘reads’ die hij maakt.” – Bears cornerback DJ Moore, naar aanleiding van Cutler’s ‘behandeling’ van J’Marcus Webb

Dilfer, voormalig Ravens QB, over Cutler, 2 jaar geleden.

“Zijn gedrag als leider van het team

was gewoon niet goed en ik denk dat het een serieus probleem is. Hij heeft een goede arm, daar is geen twijfel over mogelijk. Hij wordt niet altijd goed beschermd en de ‘play calling’ is ook niet altijd goed geweest. Maar ze hebben spelers gehaald om hem te helpen een kampioenschap te pakken. Hij zal zijn verantwoordelijkheid “Tjonge, die Jay Cutler is wel een moeten nemen en niet iedere fout geboren leider hoor” – NFL draft scout opkloppen met zijn rare capriolen en Matt Miller over hetzelfde incident. lichaamstaal. Hij is een goede quar­ terback. Maar als hij zijn gedrag niet “Hij geeft het verkeerde voorbeeld. Het veranderd en de Bears de playoffs is een onvolwassen actie van de missen dan moet dat gevolgen hebben. quarterback.” – en Mike Ditka. Hij moet veranderen” – Bill Cowher, bij NFL Today over Cutler, na de et is de oude vertrouwde Jay. Wij wedstrijd tegen de Packers. hoeven alleen maar in positie te blijven. Jay gooit ons de bal vanzelf” – e bent een leider als je het goede Packers safety Charles Woodson na de voorbeeld stelt. Cutler heeft een wedstrijd tegen de Bears. geweldige arm maar het gaat niet alleen om het gooien van een harde “Het zou me niet verbazen als de Bears pass. Je moet leren de positie te 8­8 gaan als Jay Cutler niet serieus in spelen.” – Dan Marino, in dezelfde zichzelf gaat investeren, zoals de ware show. profs doen” – de onvolprezen Trent

“H

“J


op om Cutler te mogen contracteren. De twijfels over deze trade verdwijnen nooit helemaal. Pas wanneer Cutler er niet is, in de tweede helft van vorig seizoen, leren Bears fans hem eindelijk echt waarderen. Tot zijn volgende, incidentele slechte wedstrijd.

Onbegrepen maakt onbemind

De hetze tegen Jay Cutler is het schoolvoorbeeld van een speler die slachtoffer is van zijn eigen onhandige publieke optredens en de beeldvorming die daardoor is ontstaan. Zijn risicovolle spel op het scherpst van de snede, en het feit dat hij daardoor hoge pieken afwisselt met diepe dalen, doet de rest. Het is dan kennelijk ineens niet meer zo relevant dat Cutler een technisch uitstekende quarterback is; het beeld van de chagrijnig toekijkende Cutler, de Cutler die zijn eigen offensive linemen uitfoetert maar zelf de interceptions opstapelt, beklijft.

Er is maar één manier waarop Jay Cutler dat beeld kan uitwissen. Door zijn Bears naar de Super Bowl te leiden. Want voor winnaars is in Amerika alles geoorloofd. •


“Qua fysiek talent behoort Cutler tot de beste quarterbacks in de NFL. Hij is een ‘power thrower’ en accuraat. Hij is atletischer en beweeglijker dan je denkt. Er zijn er maar weinig die de vaardigheden van Cutler hebben. Hij is een agressieve en zelfverzekerde ‘downfield thrower’. Er zit geen enkele twijfel in zijn worp, hij gooit met volle overtuiging. Hij heeft een intuïtief begrip van de NFL passing game en begrijpt dat wanneer de defensie man­ dekking toepast, het aan de receiver is om de bal binnen te halen. Cutler gooit de bal toch wel.”– ESPN analist en voormalig NFL QB Ron Jaworski.

ten van zijn offensive line. Maar nu, met Caleb Hanie en andere spelers, kan dat niet meer. Het lukt ze niet en dus komen die mankementen ineens voor het voetlicht. Iedereen had het erover dat de offensive line zoveel beter speelde – nee, nee, nee. De line speelde helemaal niet beter. Het was juist Cutler die dingen deed ‘in the pocket’ die uniek waren en de Bears meer plays opleverden.”– NFL expert Michael Lombardi over de Bears­ collapse, halverwege vorig seizoen.

“Jay Cutler stopt niet ineens met het

nemen van risico’s of wachten met gooien na 2500 NFL passes. Waarom zou hij ook; hij is een hele goede NFL xtreem getalenteerd, een rocket­ quarterback. Geen enkele wedstrijd of arm en accuraat wanneer hij de tijd seizoen zal ons als publiek ervan krijgt om te passen” – Chad Johnson, ja die van de kopstoot, geeft op twitter overtuigen dat Jay Cutler het rechte pad heeft gevonden totdat hij de Vince zijn mening over Cutler. Lombardi Trophy boven zijn hoofd houdt. En zelfs als hij dat gedaan heeft “Jay Cutler’s negatieve instelling is de zal hij nog steeds dezelfde wissel­ reden dat mensen hem niet het vallige, agressieve Jay Cutler zijn als voordeel van de twijfel geven” – vandaag de dag. Favre was Favre. voormalig Giants defensive end Brady is Brady. Laten we accepteren Michael Strahan ‘verdedigt’ Cutler. dat Cutler, Cutler zal blijven.” – Grantland.com’s Bill Barnwell in zijn “Daaraan zie je hoe goed Jay Cutler wel niet is. Ik noemde Jay Cutler eerder kraakheldere analyse van Cutler. als een mogelijke MVP kandidaat. Met zijn spel maskeerde hij de mankemen­

“E


Wie 'n internethitje scoort, doet er natuurlijk goed aan dit succes zo rap en goed mogelijk uit te melken. Vandaar dat de bedenker van smokinjaycutler. tumblr.com kwam met dit coole t足shirt. Good for you, man!




Na twee weken stonden de 49ers

bovenaan in zo’n beetje elke Power Ranking die je kon vinden. Aaron Rodgers en Matthew Stafford, twee van de beste quarterbacks van 2011, maakten geen schijn van kans tegen de verstikkende 49ers defense. Het paradepaardje van San Francisco had in slechts twee weken bewezen twee van de meest explosieve aanvalslinies van vorig seizoen zonder al te veel moeite koest te kunnen houden.

One step forward

Ook de offense liet zien met de grote jongens mee te kunnen doen. Er werd geïnvesteerd in het receiverscorps in de hoop zo het laatste stapje te kunnen zetten en de eerste Super Bowl sinds 1994 naar San Francisco te halen. In de eerste twee wedstrijden van vorig seizoen rekende quarterback Alex Smith op zes receivers. Dit seizoen ging hij op zoek naar acht verschillende wideouts. In 2011 gooide hij gemiddeld 197 yards per wedstrijd. Tot dusver zijn dat er 213 per wedstrijd.

Smith had een beter passinggemiddelde

dan Rodgers én Stafford en, misschien nog wel belangrijker, bewees en passant dat hij het veilige spel waarvoor hij vorig seizoen zo geprezen werd ook dit jaar weer ten tonele kon brengen. Vorig seizoen meegerekend had hij na week 2 al zeven regular season wedstrijden geen interceptie meer gegooid, een record voor een quarterback van de franchise die toch ook ooit Joe Montana én Steve Young onder contract had staan. Geen vuiltje aan de lucht, dus. Ondanks de Super Bowl overwinning van de Giants vorig seizoen werden de 49ers the team to beat in de NFC.

Two steps back?

Het duurde niet lang Christian Ponder en zijn Vikings, die vorig seizoen zonder Adrian Peterson de op­drie­na slechtste ploeg van de NFL waren, vonden de zwakke plekken in het pantser van de 49ers en versloegen de favoriet relatief eenvoudig met 13­24. San Francisco bleek een ploeg met twee gezichten.


Still going strong

Frank Gore nadert de 30 en dat

is meestal geen goed nieuws voor een running back. Maar de sloopbal van de 49ers offense kent de beste seizoensstart van zijn lange carrière. Evenals vorig seizoen wordt Gore regelmatig afgelost door Kendall Hunter, maar diens bijdrage na drie weken valt enigszins tegen. Vorig seizoen ontliepen de twee elkaar amper (4.3 per carry tegenover 4.2), en zag men in Hunter al op korte termijn de nummer 1 running back in de Bay Area. Maar na drie weken heeft Gore per rush 5.9 yards veroverd, waarmee hij in de top tien staat, terwijl Hunter achterblijft met slechts 3.6 yards per poging.

Eén van de redenen voor Gore’s

sterke start is de sterk spelende offensive line van San Francisco. Alex Boone, die vorig jaar geen wedstrijd speelde voor de 49ers, is indrukwekkend aan het seizoen begonnen als right guard. De ontwikkeling van Anthony Davis als right tackle heeft Gore zelf niet verbaasd: “Ik wist meteen al dat hij het in zich had. Hij is gemeen, hij is nasty.” Davis werd in 2010 in de eerste ronde gedraft maar kende een moeilijk eerste seizoen. In de confrontaties met de Lions en Packers liet hij echter zien de afgelopen twee jaar grote stappen gemaakt te hebben, tot genoegen van de running back voor wie hij blockt. Met zo’n offensive line is Gore verre van afgeschreven.


Na afloop werd Ponder bedolven onder de

complimenten, maar de ware aard van San Francisco’s nederlaag lag niet in de handen van de tweedejaars QB. In de eerste twee weken stonden de 49ers tegenover twee echte pass­first teams, die beiden niet echt konden terugvallen op hun running game. De Lions probeerden met Kevin Smith (16), Jason Bell (6), QB Stafford (2) en WR Burleson (2) de dominante defensive line van San Francisco 26 keer te verschalken. De Packers maakten het nog bonter: 14 running plays, waarvan vijf geïmproviseerd werden door Aaron Rodgers. Het ergste was dat hij daarmee productiever was dan Green Bay’s running back; Justin Smith en Co beperkten Cedric Benson tot 18 yards in negen carries. En waarom zou je de 49ers ook over de grond proberen te verslaan? Vorig seizoen waren ze met slechts 77.3 rushing yards per wedstrijd de beste verdediging tegen de run, en in de schaarse pogingen om het over de grond aan te pakken bewezen de 49ers hun klasse. Dus kozen Green Bay’s Mike McCarthy en Detroit’s Jim Schwartz logischerwijs voor hun passing game.

Headfirst

De Vikings, die minder vertrou­ wen hebben in hun QB dan de buren uit Green Bay, kozen er voor om het toch tussen de tackles te blijven proberen. In de persoon van de fitte Adrian Peterson kwamen de 49ers dit seizoen de eerst running back tegen die vorig jaar in de top tien eindigde qua rushing yards per wedstrijd (80.8). Ondanks de matige vooruitgang die ze daarmee boekten bleven de Vikings hem in het spel


Stille Moss De wedstrijd tegen de Vikings

was een speciale voor Randy Moss. Het betekende een terugkeer naar de stad ploeg waar hij zijn glansrijke maar turbulente carrière ooit begon – en zichzelf tot twee keer toe onmogelijk maakte. De rol van Moss in de wedstrijd tegen zijn voormalige liefde viel tegen. Zes keer zocht Alex Smith de 35­ jarige toekomstige Hall­ of­Famer op. Drie receptions voor 27 yards waren het resultaat. Smith weigert de diepe pass te geven, en routes zijn nooit Moss’ sterke punt geweest. The Freak had gehoopt nog één keer te kunnen vlammen en een Super Bowl te winnen. Of hij bepalend zal zijn bij het winnen van die ring lijkt onwaar­ schijnlijk.


betrekken. De 49ers stonden hem slechts 3,44 yards toe per poging, maar met zijn 25 balcontacten dwong hij San Francisco’s defensive line de gehele wedstrijd rekening te houden met de run. Ook Toby Gerhart (8), Ponder (7, waarvan één 23 yard run die goed was voor een touchdown) en receiver Percy Harvin (1) bestookten de defensive line van San Francisco, die uiteindelijk 146 yards toe moest geven en zo de Vikings het tempo van het spel liet bepalen.

aandacht naar het werk van hun collega’s uit Minnesota zullen hebben gekeken. Ook de laatste tegenstander uit de NFC North, de Chicago Bears, hebben met Matt Forte en Michael Bush RB’s die het gameplan van de Vikings zouden kunnen volgen.

Tegen Detroit en Green Bay hoefden de

49ers geen rekening te houden met de run. Rodgers werd drie keer gesackt en Matthew Stafford ging twee keer met bal en al naar de grond. De opportunistische defense van San Francisco wist echter niet tot Ponder te geraken en dat lag niet aan de offensive line van de Vikings, die in de wedstrijden tegen de Colts (4) en Jaguars (2) wel sacks weggaven.

Ook dat spiksplinternieuwe receiving

corps van de 49ers draait nog niet helemaal naar behoren. Alex Smith draait zoals gezegd iets beter dan in 2011, maar gezien de investeringen die in in het offseason hebben plaatsgevonden is die minimale progressie toch een beetje teleurstellend. Manningham en Moss werden aangetrokken om het veld langer te maken, maar Smith blijft kiezen voor zijn veilige, korte passjes. In de eerste drie weken van dit seizoen gooide hij slechts vier passes van twintig yards of dieper. Alleen Ryan Fitzpatrick nam minder gokjes downfield.

Gunstig schema

Ondanks die minpuntjes blijven de 49ers één van de sterkste ploegen in de NFL. Een blik op de kalender leert ook dat de defense van coordinator Vic Fangio dit seizoen weinig ploegen meer tegen komt die de specifieke wapens waarmee de Vikings triomfeerden in huis hebben. Van de resterende tien tegenstanders bivakkeren er momenteel drie in de top tien rushing offenses. Buffalo, Miami en Seattle, die de 49ers als divisiegenoot dit seizoen twee keer tegenkomen, beschikken over running games die vol

Wat ook in het voordeel speelt van de

49ers is het soort teams dat de NFC de laatste jaren domineert. De Packers, Giants, en ook de Saints, die dit seizoen ondermaats presteren, zijn allemaal teams die hevig leunen op hun passing game. Als de 49ers in het postseason tegen teams stand kunnen houden zoals ze dat in de eerste twee weken deden tegen de top van de NFC North hebben de mannen van Jim Harbaugh een mooi seizoen in het verschiet. •


Vlieg op de muur

Ik heb een verslaving en ik ben voorlopig niet van plan om er iets aan te

doen. Nee, geen drank, drugs of sigaretten, maar documentaires zijn mijn ‘probleem’. De NFL heeft daar voor een groot deel schuld aan. De inmiddels bijna onuitputtelijke bron aan beelden van coaches en spelers met microfoons waardoor alles te volgen is, blijven mij boeien. Maar ook de andere verhalen die onder meer ESPN in beeld brengt zijn indrukwekkend. Vlak voor het tikken van deze column kwam het jonge leven van hardloopster Latipha Cross nog voorbij. Tik de naam maar in op YouTube. Benieuwd of u het wel droog houdt.

Op 18 september overleed op 69­jarige leeftijd Steve Sabol, de president van NFL Films. Het bedrijf was in 1962 opgericht door de vader van Steve, Ed Sabol. Het bleek het fundament te zijn voor de manier waarop tegen­ woordig sportdocumentaires in beeld worden gebracht. De slow motions van een tackle, het geluid van de trap tegen de football, het gekraak van twee grote kerels die tegen elkaar aan botsten, was extreem vernieuwend.

Het bleek ook voor de NFL een gouden zet om de Sabol familie toe te

laten tot de sport. Begin jaren zestig waren honkbal, boksen en college football populairder dan de NFL. De films bleken pure propaganda voor de National Football League. Betere reclame bestond er niet. De manier waarop het publiek tegen de sport ging aankijken veranderde drastisch, in positief opzicht. Je maakt als kijker tegenwoordig bijna deel uit van het team. Er is inmiddels in de loop der jaren zoveel vertrouwen dat het normaal is voor de spelers en coaches om camera’s te hebben bij bijvoorbeeld zeer vertrouwelijke teambesprekingen en ontslaggesprekken. Chad Johnson werd door de Dolphins op straat gezet, terwijl de hele wereld meekeek.

Het zijn niet alleen de NFL documentaires die mij aan de tv gekluisterd houden, maar ook de 30for30 serie van ESPN is zo vreselijk mooi gemaakt. Ik kijk niet alleen met heel veel plezier, maar ik ben ook jaloers. Wat zou het mooi zijn als hier in bijvoorbeeld de eredivisie het besef zou komen dat dit de beste manier is om het publiek nog meer bij de sport te betrekken.

De zogeheten fly­on­the­wall docu’s komen er in het voetbal ook steeds meer. In Engeland zijn er al een paar gemaakt (The Four Year Plan over QPR is geweldig) en ook Duitsland gaat steeds meer overstag. Het wach­ ten is op Nederland. Zelf gaat mijn voorkeur uit naar AZ. Een paar weken geleden ging het daar behoorlijk mis in de kleedkamer met verdediger Etienne Reijnen en zijn trainer Gertjan Verbeek als hoofdrolspelers. Verbeek schijnt in de dagen na PSV­AZ in een nabespreking als een wildeman tekeer te zijn gegaan tegen zijn spelersgroep. Er werd nog net geen lichte aardbeving geconstateerd in Alkmaar. Het zijn dingen die ik wil zien. Het mysterie Gertjan Verbeek een jaar lang gevolgd door camera’s als trainer en mens. Dan zien we namelijk pas echt wat authentiek is. Misschien dat hij het daarom wel nooit zal toestaan. •










In de jaren ‘60 was er Red

Auerbach naast het terrein en Bill Russell erop. In de jaren 70 was er nog steeds Red Auerbach maar werd John ‘Hondo’ Havlicek de leider van de Celtics. In de jaren ‘80 kenden ze dan weer succes met Larry Bird. Het decennium erop werd er één van mindere resultaten, maar dat was eerder te wijten aan de slechte rug van Bird en de dood van Lenny Bias en Reggie Lewis, dan aan slecht management. Aan het begin van deze eeuw maakten de groen­witten alweer hun opwachting in de playoffs met Paul Pierce als leider en Danny Ainge aan het roer als GM. Met de inbreng van Kevin Garnett en Ray Allen werden de Celtics opnieuw helemaal het beste team in de NBA. Maar wat de komende jaren zullen brengen, is een vraagteken. Er wordt zelfs getwijfeld aan de weg die de Celtics aan het bewandelen zijn…

Plan A

De voorbije zomer was verre van slecht voor de Celtics. Ray Allen vertrok dan wel naar de Miami Heat, zijn afwezigheid zal nauwelijks gevoeld worden. In zijn plaats werd supersub Jason Terry gehaald, en ook Courtney Lee en Jeff Green kwamen

de rangen versterken. In de draft werden dan weer ‘big men’ Jared Sullinger en Fab Melo veroverd, een broodnodige boost van lengte. En een fitte Avery Bradley is op zichzelf een aanwinst voor de club.

De belangrijkste zet van Ainge was

zonder twijfel het nieuwe contract voor Garnett. ‘The Big Ticket’ tekende voor drie jaar bij, inclusief een ‘no­trade’ clausule. Garnett eindigt zijn loopbaan dus in Boston, zoals hij dat wilde. Dit bepaalde meteen de richting die de Celtics op de korte termijn willen uitgaan. Heropbouwen? Nee hoor, gewoon opnieuw resoluut voor die achttiende titel gaan! De kerngroep die sinds 2007 samen is, mag het dus nog minstens één keer proberen. Gezien het feit dat de Celtics op amper één overwinning van de Finals kwamen met een minder diep team,


sterkt de club in haar geloof op een nieuw succes.

Maar het moet gezegd, Plan A was dit

bij aanvang van de zomer niet. Plan A was om een grote vis te vangen, via een trade of in free agency. Maar noch Dwight Howard noch Deron Williams kozen voor Beantown. Bovendien zou Pierce van de hand doen een vorm van godslastering zijn. De kans op verandering lag daarom bij Rajon Rondo. Maar waarom een 25­ jarige top point guard de laan uit sturen? Rondo is dé troonopvolger van Pierce als kapitein van het schip en in vele opzichten een ware Celtic. Veel andere opties hadden de Celtics niet en daarom werd Plan B (jacht op titel met KG back in town) al snel Plan A.

Keuzes maken

Dat de Celtics opnieuw ver zullen geraken in de playoffs staat nagenoeg vast. Enkel een zware blessure voor één van de belangrijke pionnen zou roet in het eten kunnen gooien. De vraag blijft echter wat

het management van plan is na dit seizoen of, misschien belangrijker, het volgende. De zomer van 2014 is namelijk op een aantal vlakken een cruciale periode voor de club.

Eerst komt de zomer van 2013 maar die

zal waarschijnlijk weinig nieuws brengen. Veel hangt hierbij af van Pierce’ laatste jaaroptie. Zal ze gelicht worden of niet? Zoals gezegd, de Celtics willen meedoen voor een titel. Mochten ze er opnieuw dichtbij zijn, dan is de kans op een allerlaatste ‘run’ met Pierce en Garnett waarschijnlijk. Is dat niet het geval, dan is het laten gaan van Pierce het overwegen waard. Met de gespaarde vijftien miljoen kunnen ze één ster of twee meer dan degelijke spelers aantrekken. Mogelijke vrije spelers zijn dan onder andere Chris Paul, James Harden, Josh Smith, David West, Dwight Howard en Andrew Bynum. Toch redenen genoeg om na te denken over een nieuwe richting.


Het was een succesvolle periode,

die van de ‘Big Three’ Pierce, Allen en Garnett. Ze mochten dan niet meer van de jongsten zijn, met al hun ervaring wisten ze de Celtics keer­op­keer diep in de playoffs te brengen. Een overzicht van hun successen: NBA­titel tegen de Lakers in 2008 na 66 overwinningen (42 meer dan jaar voordien), tweede ronde tegen de Magic in 2009 zonder Garnett na 62 overwinningen, Finals in 2010 tegen de Lakers (verlies Game 7) na 50 overwinningen, tweede ronde tegen de Heat in 2011 na 56 overwinningen, en Conference Finals tegen de Heat in 2012 na 39 overwinningen in ingekort seizoen.

Al sinds de zomer van 2010 wordt

er zwaar gespeculeerd over de toekomst van de ‘Big Three’ in Boston. Danny Ainge besliste toen dat het einde ervan absoluut nog niet voorhanden lag. Bovendien wist hij dat de ‘Big Three’ al geruime tijd uitgegroeid was tot een ‘Big Four’. De ontwikkeling van Rajon Rondo tot een superster maakte het net iets gemakkelijker voor de andere drie. Een jaartje ouder was dus al niet meer zo erg. Ook op dit moment is het vaak de status van Rondo die bepaalt hoe sterk de Celtics zijn en hoe zwaar de andere sterren aan de bak moeten. De ultra­atletische point guard wordt dus hét gezicht van de club en de ster waar Ainge een team moet trachten te bouwen. In vijf jaar tijd van mager, verlegen en vijfde wiel aan de wagen tot nieuw icoon van de meest succesvolle club uit de NBA… Rajon Rondo wacht een zware taak maar hij is er klaar voor, zonder twijfel.


Na het seizoen 2013/2014 moeten de Celticshet keuzesseizoen maken over hun eigen Na spelers. Ten eerste is het contract van 2013/2014 moeten Pierce op dat moment volledig afgelopen. de Celtics keuzes Ten tweede moet er beslist worden over maken over hun het laatste (niet gegarandeerde) jaar eigen spelers. Ten van Garnett. Ten derde gaan zowel eerste is het contract Terry, Rondo als Brandon Bass van Pierce op dat hun laatste jaar in. Ten vierde moment volledig dient er een beslissing te vallen afgelopen. Ten overmoet het contract Bradley. tweede ervan En ten vijfde zijn er na het beslistvolgende worden over seizoen teamopties het laatste (niet te lichten voor Sullinger en Melo. gegarandeerde) jaar van Garnett. Ten voorzowel verandering derdeTijd gaan Terry,DeRondo alsdan zal zomer van 2014, Brandon Bass hunHier­ het moeten gebeuren. laatstevoorjaar in. redenen: Ten zijn er drie vierde dient er een

De Celtics­rookies Fab Melo en Jared Sullinger.

1. De Celtics hebben twee ultieme kansen gekregen met Pierce en Garnett beslissing teeenvallen als leidersfiguren om titel te pakken. over het contract Beide heren, vooral Garnett, gaanvan dan Bradley. En ten vijfde echt de laatste fase van hun carrière in en zijn ermeer nahunhet zullen niet topniveau kunnen volgende seizoen halen. teamopties te lichten voor Sullinger en 2. Er is financiële ruimte aanwezig Melo. binnen de club. De enige spelers die zeker onder contract liggen voor het volgende Tijd voor seizoen zijn Rondo, Green, Bass, Lee, verandering Terry, Sullinger en Melo. De Celtics beschikken dan over zo’n dertig miljoen De vanBovendien 2014, dollar zomer om te spenderen. zijn dan zalcontracten het moeten de aflopende van Bass, Terry gebeuren. en eventueel Rondo Hiervoor om te zijn er driehandig redenen: verhandelen. 1. De Celtics hebben twee ultieme kansen gekregen met Pierce


3. Er zijn een heleboel kwaliteits­

volle free agents na het seizoen 2013/2014. Een greep uit de lijst: John Wall, Andre Iguodala, Monta Ellis, Carmelo Anthony, Rudy Gay, Danny Granger, Dirk Nowitzki, Pau Gasol, DeMarcus Cousins, Marcin Gortat, Greg Monroe en Andrew Bogut.

Natuurlijk is voorlopig veel gebaseerd op speculatie. Maar wie goed kijkt, ziet dat de toekomst van de Celtics er verre van slecht uitziet. Zoals het er nu voorstaat: nog twee seizoenen meedoen voor een titel en erna een tweede ster zoeken die naast Rondo wil spelen. De groep waarover Ainge op dat moment beschikt is jong en talentrijk. Met een tweede superster en één of twee ervaren spelers in de rangen zijn de Celtics zo weer back in business. Zoals het er nu voorstaat hoeven de Celtics geen verliesseizoen te incasseren.

Ainge weet met andere woorden

waarmee hij bezig is. Hij weet hoe goed het voelt om te winnen en zijn kennis van de NBA laat hem toe ervoor te zorgen dat zijn Celtics dat blijven doen. De club én de fans zijn ook niets anders gewend. De weg die de Celtics aan het bewandelen zijn, is voorlopig de juiste. Maar laten we ondertussen eerst nog genieten van de laatste kunstjes van Pierce en Garnett. Dat respect hebben ze meer dan verdiend. •

Het begint te kriebelen

Om maar meteen met het goede nieuws in huis te vallen: deze editie van SportAmerika The Magazine is voorlopig de laatste waarin we het moeten doen met weinig basketball. Over twee weken is namelijk het preseason al in volle gang. Om dat te vieren heb ik deze week alvast mijn League Pass aangeschaft. Er valt nog niets te zien, maar gewoon de wetenschap dat ik het al heb bevredigt. Tot 5 oktober, wanneer de Celtics in Turkije acte de présence geven, worden we zo her en der nog opgeschrikt door vreemde transfers. De free agency is zo goed als voorbij en de vraag die boven komt drijven is waarom Leandro Barbosa nog geen club heeft terwijl de Celtics Darko Milicic aantrekken (ja, de bust van de James­ Milicic­Melo­Bosh­Wade draft in 2003) en de Knicks een 38­jarige Rasheed Wallace van stal halen. Niet dat Barbosa nou zo goed is, maar Milicic en Wallace?

Ondertussen heeft LeBron James weer

wat veren in zijn reet gekregen van ESPN, dat de Heat­speler als nummer één koos in de jaarlijkse ranking van de 500 NBA­ basketballers. Nu had het niet veel uitgemaakt of Jantje, Pietje of Jaapie die ranking hadden gemaakt, want bij allemaal was James als eerste uit de bus gekomen. Wel mooi: alle boze reacties van Kobe­fans die het onbegrijpelijk vinden dat Bryant op de zesde plaats eindigde en alle media die om het hardst roepen dat de Lakers met vier spelers in de top 20 (Howard 3e, Bryant 6e, Gasol 15e, Nash 19e) van deze subjec­ tieve lijst toch wel echt een titelcontender zijn. De toon is gezet, niets minder dan de titel in Hollywood. Succes Kobe. •


Weekly RoundUp

Michael Jordan verraste

oud­teamgenoot Scottie Pip­ pen op zijn 47ste verjaardag. Volgens de geruchten eindigde de nacht met een dance­off tussen Jordan en Pippen op het nummer ‘Say Ahh’ van Trey Songz en Fabolous • Seattle City Council gaat akkoord met een nieuwe stadiondeal. Tijd om een belletje te plegen naar Gary Payton en Shawn Kemp? • LeBron James: “Heat kan nog beter worden. It’s scary” • Charles Barkley weet het zeker. Het duo Anthony/Stoudemire gaat opnieuw falen • De NBA wil ‘flopping’ gaan bestraffen. Noot aan Reggie Evans: Big Brother is watching you!

Gebroken Kenyon Dooling stopt

Keyon Dooling besloot een

week geleden te stoppen met basketballen, net nadat hij in de zomer zijn krabbel had gezet onder een nieuw contract bij de Boston Celtics. Het nieuws kwam als een verrassing. In een artikel van Jessica Camerato (CSNNE. com) sprak de 32­jarige veteraan over misbruik. “Niemand wilde dat ik ging stoppen, maar toen ik er eenmaal over na ging denken kwamen er emoties en herinneringen naar boven die ik jarenlang had weggestopt”, zei hij. “Ik stortte in, had professionele hulp nodig en belandde in het ziekenhuis.”

“Ik ben een man die misbruikt is. Seksueel, emotioneel en mentaal. Mijn hele leven lang. Er zijn zoveel andere NBA­

spelers mis­ bruikt, ik weet dat omdat ik 'n soort therapeut voor ze ben. Ik stopte die gedachten weg en had niet de moed om het te delen.”

Dooling zei dat er letterlijk

een inzinking voor nodig was om aan iedereen duidelijk te maken hoe serieus hij was. “Mijn familie, mijn vrouw, mijn kinderen, zij weten niet hoeveel pijn ik heb. Zij weten niet hoe eenzaam het leven in de NBA kan zijn, hoeveel mensen er elke dag bellen die smeken om geld. Zij weten niet hoeveel mensen verwachten dat ik vrolijk ben als zij in de put zitten.”

Ask Morey anything

Trainers en General Managers

staan erom bekend dat ze vaak praten, maar niets zeggen. Dan is het wel verfrissend als Hous­ ton Rockets GM Daryl Morey zijn computer aanzet, inlogt op het forum AMA (Ask Me Anything) en vragen beant­ woord van fans en belangstel­ lenden. SportAmerika pikte er een aantal vragen uit.

V)Wanneer kunnen we Moneyball 2: Moreyball verwachten? A)Dat gaat dan een verschrikkelijke film worden. Dat gezegd hebbende, we hebben wel een winning streak van 22 wedstrijden gehad en kennelijk is een lange winning streak alles wat je nodig hebt voor een film. Een winning streak van 22 wedstrijden is een stuk lastiger dan het winnen van een titel, tenminste, dat vertel ik mezelf als ik even in de put zit en naar het werk kijk dat nog verricht moet worden om van ons team weer een titelkandidaat te maken.

V)Tegen welke collega kijk je op en wat is je beste move? A)Dit komt niet als een schok, maar ik vind R.C. Buford van de San Antonio Spurs de beste GM die er rond loopt. Mijn beste beslissing was de ruil tussen Rafer Alston en Kyle Lowry. We ruilden onze startende spelverdeler in voor Kyle die nauwelijks aan spelen toe kwam bij zijn club. Ik denk dat hij het erg goed gaat doen in Toronto.

V)Hoe is Yao Ming persoonlijk? A)Een geweldig persoon, echt waar. Eén van zijn kwaliteiten, en dat weten niet veel mensen, is dat hij erg grappig is. Hij was verreweg de grappigste persoon in de kleedkamer. Ik herinner me nog een mooie grap. In de voorbereiding heb je drug testing en alle spelers waren opgetrommeld om in een bekertje te plassen. Yao Ming keek al zijn teamgenoten aan en zei: “Waarom ben ik de enige die niet nerveus is?” •




De draft van 2004 bracht de 76ers een

jonge veelzijdige speler, maar bovenal bracht het ze een tweede AI. Naast superster Allen Iverson, kwam Andre Iguodala de gelederen versterken. Het was het begin van een mooie samenwerking, die echter maar weinig sportief succes opleverde. In zijn eerste jaar bij de Sixers was de eerste ronde van de playoffs het eindstation. Maar in de twee daaropvolgende jaren werd het naseizoen niet eens gehaald. Iverson vertrok en het bleef aanmodderen met Iguodala & co. In vier jaar werden drie keer de playoffs bereikt, maar driemaal was het in de eerste ronde einde verhaal.

Tot afgelopen seizoen, toen de Chicago

Bulls zonder de geblesseerde Derrick Rose werden verslagen. Het was echter toen al wel duidelijk dat er iets moest veranderen in Philly. En voor Iguodala. Tot spijt van Sixers­ coach Doug Collins: “We hebben een geweldige speler verloren. De twee jaar dat ik hier heb gewerkt, heeft hij zoveel gegeven. Hij werd een All­Star en was een leider voor het team.” Het afscheid kwam deze zomer, toen de Sixers ook hun tweede AI lieten gaan. De beste beslissing voor beide partijen, met name voor Iguodala. Een nieuwe uitdaging, een nieuwe omgeving, waarin hij in een roster vol offensief talent de verdediging moet gaan leiden. Bekend om zijn ijzersterke defense zal hij in de kwalitatief hoogstaande Western Conference de Kobe Bryant’s, Kevin Durant’s en Rudy Gay’s moeten verdedigen. Een mooie uitdaging.

Indruk

Dat vindt Iggy zelf ook. “Ik ben onder de indruk waar ze hier in Denver mee bezig zijn en ik ben blij dat ik daar onderdeel van uit mag maken”, luidde de reactie van de speler enkele weken na de trade. Ondertussen had Iguodala zichzelf weer bewezen als één van de grote sterren in de league door een gouden plak te veroveren tijdens de Olympische Spelen in Londen. Bij de Nuggets treft hij een uiterst atletische en jonge groep aan, waar veel rek in zit. Iguodala: “Dit team heeft veel energie en heel veel atletische basketballers. Ty Lawson is één van de beste jonge guards in de league en Danilo Gallinari is een uitstekende schutter. En dan heb ik het nog niet eens over de grote jongens als McGee, Faried en Mozgov.”


Iggy in cijfers

Andre Iguodala speelt acht jaar in

de NBA. Hij speelde 615 wedstrijden in het reguliere seizoen en startte die allemaal. In de playoffs kwam hij in vijf seizoenen tot 35 duels. Gemiddeld kwam hij in die ruim 600 duels tot 15,3 punten, 5,9 rebounds en 4,9 assists. Zijn hoog足 ste gemiddelden waren 19,9 punten (2008), 6,5 rebounds (2010), 6,3 assists (2011). In totaal scoorde hij 9422 punten aan een schotpercentage van 46 procent (in de playoffs slechts 40 procent). Opvallend is dat hij in het afgelopen seizoen bijna 40 procent van zijn driepunters raakte, ver boven zijn gemiddelde van 33 procent, terwijl hij slechts 62 procent van zijn vrije worpen wist te verzilveren (gemiddeld 74 procent). In acht seizoenen behaalde hij twee keer een winning record met de Sixers, in zijn eerste en laatste jaar. In totaal won Philly met Iguodala 300 duels en verloor het er 340.


Lawson is laaiend enthousiast over de komst van Iguodala. “Hij past perfect in ons team. Hij valt de basket aan en creërt mogelijkheden voor teamgenoten. Hij wordt een belangrijke speler voor ons.”

Omschakeling

Het systeem van coach George Karl lijkt echter gemaakt voor de shooting guard­ forward. Offensief behoorde de ploeg van Karl afgelopen seizoen tot de elite in de league. De Nuggets hadden na Oklahoma City Thunder en San Antonio Spurs de beste offense in de NBA. Voeg daarbij het atletisch vermogen van Iguodala en zijn kwaliteit om verdedigende plays te maken die direct een aanval inleiden en je weet dat die offense van de Nuggets beter is en voor veel teams problematisch gaat worden. De winst voor Denver valt echter te behalen in de verdediging. In die categorie kwamen de Nuggets tot een negentiende positie, waardoor de angel uit de goede aanval werd genomen. Verwacht dat Iguodala hier een belangrijke rol gaat spelen voor de Nuggets. Iggy is een top drie wing verdediger en dit gaat Denver zeker extra winstpartijen opleveren. De vraag is echter hoe de rest van het team meegaat in de leiding van Iguodala. Uiteindelijk is het de kracht van de verdediging die bepaalt hoe ver Iguodala met de Nuggets kan reiken.

General manager Masai Ujiri ziet het

helemaal voor zich. “Iguodala zal mogelijkheden krijgen om meer te scoren dan hij deed bij de 76ers. We spelen een up­and­down game. Hij vindt spelers, hij wil graag plays maken. Maar het mooie van hem is dat we iemand hebben aan beide kanten die beslissende plays maakt

en zeker in defensief oogzicht zal hij ons veel beter maken.” Nog een laatste statistiek: Philadelphia speelde in een heel traag tempo (24ste in de league afgelopen seizoen), terwijl Denver vorig jaar op een tweede plek stond. Met Iguodala op de wing kunnen we de nodige highlights verwachten. Ujiri was echter vooral onder de indruk van de defense­first mindset van Iguodala. “Hij is zo agressief. In ons eerste gesprek was defense waar hij het als eerste over had. Over hoe goed we konden zijn met al die lange jongens. Deze mentaliteit straalt hij ook uit op de andere jongens in het team. Het werkt aanstekelijk. Ik denk ook dat dat is wat hij wil.”

De 28­jarige Iguodala heeft een contract dat hem nog twee jaar in Denver houdt en kan in 2014 in principe free agent worden. Maar hij heeft al aangegeven dat hij bij de Nuggets oud wil worden en Ujiri wil niets liever dan AI in de loop van het seizoen een contract voor langere termijn aanbieden. Coach Karl wil met het team naar de top­vier in het Westen en Iguodala is voor het slagen van die missie van essentieel belang. Iggy is klaar voor de challenge. Iggy wil zijn stempel drukken op de Nuggets. De Western Conference kan zich opmaken voor Iguodala de Onverzettelijke en zijn Nuggets. •


@mindofAI9

Twitter is een schitterend

medium. Niet alle bekende wereldsterren gebruiken het medium fanatiek, maar Andre Iguodala is er één die wel veel tweets de wereld in stuurt. Het mooie is dat je op een vrij subtiele manier toch een hele hoop te weten kunt komen over een persoon, iets wat Iguodala ook graag wil aangezien hij zijn account ‘mind of AI9’ noemt. Wat we dan zoal te weten komen over zijn leven? Dat Iguodala’s favoriete atleet Michael Johnson is, Rudy Gay is één van zijn beste vrienden, hij de zonsondergang in Denver te gek vindt, fan van de San Francisco 49ers is, financieel adviseur zou zijn wanneer hij basketball niet had, hij het liefst kip eet, Penny Hardaway zijn favoriete NBA­ speler is en hij op zijn eerste date het liefst stilte heeft. Ook post hij met grote regelmaat een hele rits foto’s van alles en iedereen en komt er af en toe nog een grap voorbij.

Zo ben je na een half uurtje

scrollen redelijk op de hoogte van het leven van Andre Iguodala. Waar Twitter al niet goed voor is.






Maandag 6 augustus, een dag na de

Honda Indy 200 op het circuit van Mid­ Ohio, ziet de wereld er rooskleurig uit voor tweevoudig runner­up in het het IndyCar­kampioenschap, Will Power. Ondanks dat hij de twaalfde wedstrijd van het seizoen een dag eerder niet won, heeft hij met een tweede plaats achter Scott Dixon toch een belangrijke slag geslagen in de strijd om het kampioenschap. Zijn naaste concurrent, Ryan Hunter­Reay heeft de strijd moeten staken met een technisch mankement aan zijn bolide en werd slechts 24ste. Met nog drie wedstrijden te gaan is Power Hunter­Reay gepasseerd in het klassement en gaat met een marge van vijf punten aan de leiding in de strijd om de titel.

Power: goede voortekenen

Will Power begint het seizoen als titelfavoriet. De voorgaande twee jaargangen werd hij tweede in de eindrangschikking en het vertrouwen is groot dat de Australiër deze keer wel de titelstrijd in zijn voordeel zou kunnen beslissen. De voortekenen zijn dan ook gunstig als de racekalender voor 2012 bekend wordt. Er zijn maar vijftien races, het merendeel op stratencircuits en permanente circuits. Slechts vijf, waaronder de Indy 500, vinden plaats op een oval. De grote kracht van Power ligt juist bij het racen op de zogenaamde street­ en road courses. Niet voor niets heeft hij al twee maal de Andretti­trofee gewonnen, de prijs voor de coureur die het best presteert op road­ en streetcourses.

Na een zevende plaats in de eerste

wedstrijd van het seizoen slaat Power direct spijkers met koppen. De drie volgende races in Birmingham, Alabama, op het stratencircuit van Long Beach in Californië en in de straten van São Paulo sluit Power allen winnend af. Met deze sterke serie heeft Power de leiding in het klassement stevig in handen en dat zou tot de tiende race zo blijven. In de straten van Toronto wint Hunter­Reay de race en neemt hij de leiding in het kampioenschap over van


Will Power

De 31­jarige

Australiër Will Power is geboren in Toowoomba, een slaperig stadje in het binnenland van Queensland. Als zoon van een coureur zit het racen hem in het bloed en het is dan ook geen verrassing dat hij, na een aantal jaren in Australië gereden te hebben, net als bijna alle veelbelo­ vende coureurs naar Europa vertrekt om zich daar in de kijker van de grote teams te rijden. In 2005 maakt hij zijn debuut in de Champ Cars, de klasse die later zou samen­ smelten met de Indy Racing League en zo de huidige IZOD IndyCar World Series vormde. Na een veelbelovend eerste seizoen werd hij uitgeroepen tot “Rookie of the Year”, en in zijn tweede seizoen won Power zijn eerste race in de straten van Las Vegas.


Ryan Hunter­Reay

Ryan Hunter­Reay

wordt 17 december 1980 geboren in Dallas, Texas. Na in zijn jonge jaren gereden te hebben in karts, maakt hij in 2003 zijn debuut in de Champ Cars. Ondanks dat hij niet in de beste auto rijdt, maakt hij indruk met een overwinning in Surfer’s Paradise en een derde plaats op Mid­Ohio. In zijn tweede seizoen wint hij op Milwaukee door in alle 250 ronden van start tot finish aan de leiding te gaan. Nog nooit eerder had een coureur in een enkele wedstrijd zoveel

ronden op kop gereden in de Champ Cars. Hunter­Reay, die in 2009 zijn moeder verloor aan darmkan­ ker, staat bekend als een voorvechter in de strijd tegen de ziekte. Hij werkt nauw samen met de Livestrong­ organisatie van wielrenner Lance Arm­strong en zijn startnummer 28 is een verwijzing naar de geschatte 28 miljoen kanker­ patiënten wereldwijd.


Power. Met een tweede plaats bij de Edmonton Indy, een tijdelijk circuit op een vliegveld, loopt Power weer wat in en een nieuwe tweede plek (op Mid­Ohio) brengt Power voorbij Hunter­Reay in de titelstrijd.

Als het IndyCar­circus enkele weken

later neerstrijkt in Californië voor de race op het circuit van Sonoma, zit het Power weer mee. In de wedstrijd is hij dominant. Lange tijd rijdt hij aan de leiding en een overwinning lijkt er dan ook in te zitten voor de Australiër. Power verliest echter de leiding tijdens de laatste serie pitstops aan de uiteindelijke winnaar Ryan Bris­coe maar vergroot met de tweede plaats wel zijn voorsprong op concurrent Ryan Hunter­Reay, die betrokken raakt bij enkele aanrijdingen en genoegen moet nemen met een achttiende plaats. Hunter­Reay ziet hierdoor zijn achter­stand op Power oplopen tot 36 punten.

Hunter­Reay: slow start

Waar Power uit de startblokken schiet, begint het seizoen van Hunter­Reay niet veelbelovend. Hij wordt als outsider voor het kampioenschap gezien, maar de eerste paar races leveren geen noemenswaardige resultaten op. Dit alles zal midden in het seizoen veranderen. Hunter­Reay kent een heel sterke serie in de zomer en wint drie races op rij. De races op Milwaukee en Iowa weet hij te winnen en ook op het stratencircuit van Toronto komt hij als eerste over de meet. Omdat Will Power daar slechts als vijftiende finisht, pakt Hunter­Reay voor het eerst in het seizoen de leiding in het algemeen klassement. Na de drie overwinningen volgt weer een minder goede reeks. Op zowel Mid­Ohio als Sonoma komt hij niet in de buurt van het podium. Will Power profiteert daar met twee tweede plaatsen bijna optimaal van en herovert de eerste plaats in het puntenklassement.

Als begin september de Baltimore

Grand Prix op het programma staat, ligt de titelstrijd nog helemaal open, maar het smalle stratencircuit met zijn krappe


De weersomstandigheden zijn echter in

het voordeel van Ryan Hunter­Reay. Het is regenachtig en de Amerikaan bewees al eerder op een nat circuit uitstekend uit de voeten te kunnen. Will Power komt bij de start als beste weg en pakt al vroeg de leiding. De verwachte regen laat niet lang op zich wachten en met de regen kwam ook de chaos. Spins en crashes van diverse coureurs dwingen de wedstrijdleiding tot verscheidene neutralisaties. Een paar coureurs besluiten ondanks de omstandigheden op slicks te blijven rijden, waaronder Hunter­Reay. Deze beslissing blijkt uiteindelijk de juiste. Hunter­Reay wint de wedstrijd waarin Power zich tevreden moet stellen met een zesde plaats. Met nog één wedstrijd te gaan, brengt Hunter­Reay zijn achterstand op Power terug tot zeventien punten.

De beslissing

De beslissing zal vallen op de Auto Club Speedway van Fontana, Californië. 250 ronden, goed voor 500 mijl, zullen uitmaken wie van de kemphanen er met de titel vandoor zal gaan. Geen van beide coureurs verzekert zich van een goede startplek. Tijdens de inhaalrace is het Will Power die zijn hand overspeelt. In een poging Hunter­Reay in te halen, komt Power in aanraking met de muur en beschadigt hij zijn bolide hierbij dusdanig dat hij de strijd moet staken.

Voor Ryan Hunter­Reay betekent dit dat

hij zich naar een vijfde plek moet vechten om te de titel te veroveren. Geholpen door pech bij de coureurs voor hem, belandt hij tegen het einde van de wedstrijd op de noodzakelijke vijfde plek, en met een paar knappe inhaalmanoeuvres komt hij zelfs op plek drie. Na een laatste neutralisatie valt hij weer terug naar de vijfde plek, vlak voor de teamgenoot van Power, Helio Castroneves. Deze laatste doet er alles aan om Hunter­Reay te passeren en zo het kampioenschap voor zijn stalgenoot veilig te stellen, maar als Takuma Sato in de laatste ronde crasht en Hunter­Reay op de vierde plek terechtkomt, staakt hij zijn pogingen. Hunter­Reay verovert zijn eerste titel, Will Power moet wederom genoegen nemen met een tweede plaats. •


Power was natuurlijk teleurgesteld

na de laatste wedstrijd, waarin hij uitviel na een carambolage met de muur: “Zulke fouten mag je niet maken, dat kost je gewoon het seizoen. Het team spoorde me aan hem voorbij te gaan en dan dit...” Een verklaring voor zijn mindere prestaties op de ovals heeft hij niet: “Als ik zie dat ik drie jaar op rij overtuigend het road course championship win en de prestatie op ovals zo achterblijven dan is dat

frustrerend. Ik weet niet waarom het op de ovals steeds misgaat.”

Hunter­Reay, de eerste Amerikaan

die de titel pakte sinds Sam Hornish Jr. in 2006, was dolgelukkig. “Dit is een echte teamprestatie. We hebben het het hele weekend verschrikkelijk moeilijk gehad. We dachten echt dat we het niet zouden redden. Ik kan het nog niet bevatten, ik heb net 500 mijl gereden alsof mijn leven er van afhing. Onvoorstelbaar dat we kampioen zijn!”



Weekly RoundUp

Dwayne Roloson sloeg een

aanbod van de Toronto Maple Leafs om keeperstrainer te worden af. De 42­jarige goalie is namelijk nog niet klaar om te stoppen met zijn actieve carrière en wel graag nog een jaartje door • De NHL beboette de Detroit Red Wings voor ongepaste opmerkingen van hun de Senior Vice President. Jim Devellano had in een inter­ view verkondigd dat de spelers maar 43 procent van de inkomsten moeten krijgen en de clubeigenaren 53 procent, in plaats van andersom zoals nu het geval is. De league en de club zijn het erover eens dat deze opmerking niet gepast is en dat Devellano dit niet had mogen zeggen • De NHL waarschuwt de spelers die in Europa gaan spelen tijdens de lockout dat ze niet geblesseerd moeten raken. De league heeft namelijk hun zorgverzekering ingetrokken en verklaart dat ze geen cent gaan uitkeren in geval van blessures • Oud­ goalie Dan Cloutier keert terug bij de Vancouver Canucks. Hij zal daar de rol van Goaltending Consultant gaan vervullen.

Lockout

De kans dat de NHL op de

geplande datum van 11 oktober van start gaat, wordt kleiner en kleiner. Nadat eerder al werd besloten om de eerste week van het voorseizoen te schrappen, werd afgelopen donderdag bekendgemaakt dat het hele voorseizoen komt te vervallen. De twee partijen, de

dit seizoen. Nail Yakupov dacht tijdens de lockout terug te kunnen keren naar zijn geboorteland om daar bij zijn oude club in de KHL, Neftekhimik Nizhnekamsk, uit te komen. De Canadian Hockey League (CHL) en Hockey Canada zien dit echter clubeigenaren en de anders. Volgens hen staat hij spelersvakbond, moeten dus nog steeds onder contract bij snel tot een akkoord komen zijn voormalige team uit de wat betreft de verdeling van Ontario Hockey League, de de inkomsten, wil de officiële competitie over ruim een week Sarnia Sting. Het probleem zit hem in de ook daadwerkelijk van start gaan. De kans hierop is echter International Transfer Card (ITC) van Yakupov. De speler heel erg klein en de kans dat het NHL­seizoen op zijn minst heeft deze kaart nodig om het aankomende seizoen in wordt ingekort (zoals vorig Rusland te spelen, maar tot op seizoen het geval was in de heden is zijn ITC nog niet NBA) is een stuk reëler. goedgekeurd door Hockey Canada. Cherry spreekt

Don Cherry, de meest

kleurrijke NHL­analist die Ca­ nada rijk is, liet de afgelopen week via Twitter zijn licht schijnen over het feit dat veel NHL­spelers tijdens de lockout hun heil gaan zoeken in Europa. “Ik neem het de Europese spelers niet kwalijk dat ze in Europa gaan spelen, maar jullie miljonairs moeten een verbond vormen. Blijf bij elkaar en strijd hier voor het goede doel in plaats van naar de andere kant van de oceaan te gaan en daar de baantjes van de minder bedeelde spelers in te pikken.” Voorals­ nog lijkt de ‘smeekbede’ van Cherry aan dovemansoren gericht, want steeds meer spelers verkiezen toch het spelen van wedstrijden boven het trainen in afwachting van het einde van de lockout.

Ophef over Yakupov

Er is ophef ontstaan rondom de eerste pick uit de draft van

De Canadezen waren dan

ook zeer verbaasd toen Yakupov ineens wedstrijden ging spelen in de KHL en legden (via de International Ice Hockey Federation) de Russische ijshockeybond vervolgens een boete op van 5200 Canadese dollars. De IIHC droeg de Russische bond verder op om Yakupov niet meer te laten spelen totdat het probleem is opgelost, want anders zullen er nog zwaardere sancties volgen. •




Adam Jones is bezig aan zijn vijfde en

beste seizoen in dienst van de Baltimore Orioles. Het postseason? Daar heeft de 27­jarige outfielder alleen maar van kunnen dromen. De verhalen over een kolkend Camden Yards, de thuisbasis van de O’s, zijn sprookjes voor hem. Op 6 september versloegen de Orioles de New York Yankees dankzij een homerun van Jones en kreeg hij voor het eerst een beeld hoe het hier vroeger geweest moet zijn. “Ik vraag altijd aan onze trainer, Richie Bancells, hoe luid het hier in het stadion kan zijn” zei Jones na de 10­6 zege op de Yankees. “Nadat ik die homerun sloeg, kwam hij naar me toe en zei, ‘zo luid kan het dus worden’.” Camden Yards kolkte weer zoals in 1996 en 1997 toen de Orioles de playoffs haalden. Jones

genoot: “Dit is de belangrijkste honkslag uit mijn leven.”

In en rondom het stadion zag je mensen uitgedost in oranje shirts, waar je in de voorgaande jaren nog plukjes fans met shirts van de Yankees of de Boston Red Sox zag. Op deze avond niet. Het was de zeventiende verjaardag van de dag dat Cal Ripken Jr. het record van Lou Gehrig brak voor de meeste gespeelde wedstrijden achter elkaar (2632). De 52­ jarige Ripken was zelf aanwezig toen de club een standbeeld van The Ironman onthulde.

Buiten was het donker, het licht van de

masten zorgde voor een mooi plaatje en de fans schreeuwden vanaf de eerste pitch hun Baltimore Orioles naar de overwinning. Het voelde als een playoffwedstrijd. “Het stadion leek op een grote mandarijn”, merkte Jones op over de fans en hun oranje shirts. Manager Buck Showalter sprak over een speciale omgeving en was de fans daar dankbaar voor. “Het heeft ons deze avond geholpen.”


Op scherp

‘Ze doen zich zo slim voor, terwijl ze zoveel geld kunnen uitgeven’. Showalter Het verschil met de start van het seizoen haalde ook het verhaal aan waarin hij vanuit de dug­out schreeuwde naar Derek is enorm. Op 8 mei kwamen de Texas Rangers op bezoek en verlieten Baltimore Jeter en de Yankees, de eerste keer dat de O’s onder zijn leiding op bezoek kwamen met een 10­3 overwinning. Josh in Yankee Stadium. Hamilton schreef op die avond historie met vier homeruns in één wedstrijd. De ensen die Showalter niet kenden prestatie verdiende een beter podium, veroordeelden zijn gedrag, zijn vrienden want overal zag je lege plekken in wisten wel beter. Je zag de jonge spelers Camden Yards. denken, ‘wow, hij pakt de grote Derek Jeter aan’. Als Showalter van zijn team iemand haalde het toen in zijn hoofd om te denken dat The Birds in september verlangt dat het de rug recht houdt tegen nog mee zouden strijden om de bovenste de grote pestkoppen, wie anders kan dan beter het eerste signaal afgeven? plaatsen. Nou, misschien één persoon. Showalter. De tweevoudig AL Manager of Voor spelers als Jones en shortstop J.J. the Year stapte halverwege het seizoen Hardy klonk de aanpak van Showalter als 2010 in het avontuur en had direct een muziek in de oren. Ze hadden genoeg van boodschap voor zijn nieuwe club. Stop met het wijzen naar de Yankees en de Red verliezen in Baltimore. Jones houdt ervan dat de manager de spelers verantwoor­ Sox. “Let’s take it to them.” delijk stelt. Hardy roemt zijn oog voor Nee, de 56­jarige Showalter is niet op zijn detail en dat hij van zijn spelers verlangt dat ze zich elke wedstrijd goed mondje gevallen. Hij stak zelfs de draak voorbereiden en op de juiste manier met het bestuur van de Red Sox in een gesprek met het magazine Men’s Journal. spelen.

N

M


Startende werper Jason Hammel kwam in spring training over naar het team. “Ik merkte direct dat er een soort vertrouwen heerste dat ik eerder meemaakte bij winnende teams, bijvoorbeeld in 2008 en 2009 toen ik in de playoffs speelde voor de Tampa Bay Rays en de Colorado Rockies.”

De zak

Dat zijn teksten die Showalter graag hoort van zijn spelers, na al die jaren van kritiek dat zijn (te) persoonlijke stijl niet geschikt was voor de Major League. Hardy is dan ook duidelijk over de aanpak van zijn manager. “Buck helpt ons om wedstrijden te winnen.”

Showalter’s eerste klus was in New

York, waar hij de Yankees in 1994 en 1995 omtoverde in één van de beste ploegen van de competitie. Bij zijn tweede baan maakte hij van de Arizona Diamondbacks een titelkandidaat en zijn derde stop, de Texas Rangers, zorgde hij voor een winning season, al kon hij niet altijd door één deur met superster Alex Rodríguez. Verliezers veranderen in winnaars. Het lukte Showalter elke keer. Zijn ploegen presteerden in het tweede jaar stukken beter. De Yankees gingen van 76 overwinningen in het eerste jaar naar 88 overwinningen in het jaar daarop. De Diamondbacks van 65 naar 100 overwinningen en de titel in de NL West en de Rangers van 71 naar 89 overwinningen. Top,


H et succes van de Orioles is mede te danken aan de ijzer­

sterke bullpen. Daar zit een Nederlands tintje aan, want de 27­jarige Pedro Strop geldt dit seizoen als een belangrijke set­ up man voor closer Jim John­ son. De geboren Dominicaan is één van de redenen waarom de O’s niet te kloppen zijn als ze een voorsprong meenemen in de zevende inning.

Teamgenoten zijn onder de indruk. “Als hij even moeite heeft met zijn controle, dan weet hij zich vast te bijten en de inning goed uit te gooien”, zegt Wieters. “Hij sprong er tijdens training camp voor mij uit vanwege zijn 98 mhp two­seam fastball. Ik kan nog steeds niet geloven dat we hem in een ruil met de Texas Rangers kregen. Zijn stuff is behoort tot de top in de Major League”, meent Johnson.

S trop was geweldig voor de O’s in de maanden mei (0.66 ERA),

juni (0.96) en juli (1.64). Hij loopt in het clubhuis altijd rond met een glimlach en hetzelfde Teenage Mutant Ninja Turtles T­shirt. Sterker nog, onder zijn uniform draagt hij altijd een Ninja Turtles boxer short. “Ze zijn altijd mijn favorieten geweest.”

De laatste weken presteert Strop wat minder, maar hij put kracht uit de woorden van Showalter. “Als de manager zijn ver­ trouwen in je uitspreekt, dat maakt een groot verschil. Je krijgt het gevoel dat je er weer bovenop komt.”


zou je zeggen, maar in alle drie de gevallen werd Showalter ook bedankt voor bewezen diensten en twee ploegen, de Yankees en de Diamondbacks, wonnen na zijn ontslag de World Series.

Vooral het vertrek in New York zit

Showalter nog altijd niet lekker. Hij herinnert zich nog het moment vlak voor de eerste wedstrijd van de playoffs van 1995. Showalter keek naar de warming­up van zijn ploeg, eigenaar George Steinbrenner kwam naast hem staan, zei niets en sloeg een arm om de manager heen. Ze genoten van het moment.

Een paar weken later was de sfeer totaal omgeslagen. Steinbrenner was nog steeds boos dat de Yankees in de eerste ronde van de playoffs verloren. Abrupt brak hij de onderhandelingen met Showalter over een nieuw contract af en later verklaarde hij aan de pers dat Showalter het team zou verlaten. Vrienden zeiden dat Showalter in tranen uitbarstte toen hij het nieuws te horen kreeg.

Helden in extra innings

Het mooie aan het succes van de Orioles dit seizoen is dat de statistieken zeggen

dat ze eigenlijk in de middenmoot horen te staan. Ze scoren bijvoorbeeld net zoveel runs als dat ze tegen krijgen. De prestaties in wedstrijden die niet na negen innings beslist zijn, maken echter het verschil: 16 overwinningen tegenover slechts twee nederlagen. Vooral de uitputtingsslag na 18 innings tegen de Seattle Mariners was indrukwekkend. “Ik ben klaar met het spelen van extra innings, om eerlijk te zijn”, meent Jones. “Maar we stoppen niet tot de laatste uit is gemaakt, en als we daarvoor 13, 14, 15 of zelfs 18 innings voor nodig hebben, dan houden we vol.”

Soms moet je de cijfers overboord

gooien. Elk seizoen zie je het gebeuren in de MLB. Een team dat op stoom raakt, spelers die voor elkaar door het vuur gaan en telkens een andere speler die uitgroeit tot de held van de avond, of het nou Mark Reynolds is of catcher Taylor Teagarden.

Showalter en GM Dan Duquette beschikken over een sterke kern met spelers als Jones, Matt Wieters, Nick Markakis, Hardy en Reynolds. Tel daar supertalenten Manny Machado en pitcher Dylan Bundy bij op en je hebt een mooi fundament voor de toekomst. De O’s zijn weer relevant, dankzij Showalter. •


One day

NEW YORK – Begin juli toog ik naar Montreal. Drie dagen lang

sprak ik met David Testo voor een verhaal dat afgelopen vrijdag uitkwam. De lieve man vertelde me zijn hartverscheurende verhaal.

David groeide in North Carolina op en wist voor zijn puberjaren al dat hij homo was. Maar in North Carolina mag dat simpelweg niet. David hield van Jezus. En van voetbal. Hij had weinig keus. Hij ontkende, verhulde zijn seksuele geaardheid en bleef voetballen.

Hij was er goed in. Hij haalde het Amerikaanse elftal onder­20. En toen het onder­23 team. Samen met Landon Donovan. Maar zijn profcarrière was een teleurstelling. Na een incident waarbij hij een tegenstander buiten een bar bewusteloos sloeg werd hij na zijn tijd aan de University of North Carolina niet gedraft.

Hij speelde alsnog anderhalf jaar in de Major League Soccer maar

feestte en dronk zo hevig dat zijn contract ontbonden werd. De drank hielp hem de pijn onderdrukken. De pijn van een in het geniep geleefd leven; de pijn van het uit angst jezelf niet kunnen zijn. Het restant van zijn profloopbaan speelde zich in de minor leagues af. Hij was er als speler eigenlijk te goed voor. Maar in liberale Canadese steden Vancouver en Montreal voelde hij zich goed thuis. Bij de Montreal Impact wist zijn hele team uiteindelijk van zijn geheim, ondanks dat hij het nooit iemand verteld had. Hij verschuilde zich niet meer. Laat in zijn twintiger jaren voelde hij zich eindelijk veilig en geaccepteerd. Maar na het seizoen 2011 werd de Impact een MLS club en David mocht niet mee. Ondanks dat hij pas 30 was en één van de beste spelers. Hij was dan weliswaar blessuregevoelig, waar het drankgebruik aan bijgedragen had, maar als verdedigende middenvelder tevens rots in de branding en mede­aanvoerder. De nieuwe trainer zag het in hem niet zitten.

Er was volop interesse in David. Maar als hij zou blijven spelen wilde hij dat zonder geheimen doen. Dus vertelde hij afgelopen november aan een camera van de Canadese publieke omroep dat hij homo was. Hij werd wereldnieuws. En toen kon hij geen club meer vinden. En dus zaten we drie dagen lang op terassen en in cafes en in parken te praten. Hij heeft nou tijd genoeg.

Hij werd uiteindelijk niet de eerste openlijke mannelijke homoseksueel in de Amerikaanse profsport. Het blijft hier een hot issue en ook een beetje een taboe. En dat zal het blijven totdat iemand evenveel moed bijeenraapt als David deed en vervolgens ook nog eens de kans krijgt. One day.




Lacht McCutchen na 162

wedstrijden nog steeds z’n witte tanden bloot? Dat valt te bezien, want ondanks dat de centerfielder een meer dan puik seizoen heeft afgeleverd, is het einde van zijn 2012­jaargang niet zo sterk.

De prestatiecurve van McCutchen staat symbool voor dit jaar van de Pittsburgh Pirates, dat toch weer als een nachtkaars uitgaat. Hij begon heel sterk met een heel hoog slaggemiddelde en een prettig aantal homeruns. Dat leverde hem ook z’n eerste uitverkiezing als All Star op. Maar uiteindelijk blijken 162 wedstrijden toch iets te veel voor hem en zijn ploeg om het niveau vast te houden.

Verdedigend gezien bestrijkt hij

veel ruimte. Met z’n snelheid en atletisch vermogen moet hij echter nog iets meer doen. Er is kritiek op zijn defensieve kwaliteiten. Als centerfielder is het nog maar zo­zo. Aanvallend gezien brengt hij veel meer met zich mee. De man die zijn bat vasthoudt alsof hij een vishengel in z’n nek legt, sloeg in zijn derde jaar in de Majors 30 homeruns. In 2010 waren dat er 16 en in 2011 23. Lange tijd had hij een slaggemiddelde van rond de .370, maar inmiddels is dat gezakt naar .332. Dit seizoen is hij met 93 binnengeslagen punten voor het eerst richting 100 gekropen.

McCutchen komt gemakkelijk op de honken. Hij heeft een on­base percentage van .403, veruit het hoogste uit z’n nog jonge loopbaan. Opvallend is dat de snelle loper helemaal niet zo veel gebruik maakt van zijn snelheid. Hij heeft ’slechts’ 19 gestolen honken op z’n naam staan, terwijl hij 11 keer de mist inging tijdens de poging tot stelen.


Wie aan de New York

Mets denkt, heeft in eerste instantie knuckleballer R.A. Dickey op zijn netvlies. Sinds 2004 echter, is David Wright één van de steunpilaren van dit bijna altijd zwalkende team uit The Big Apple. Dat was dit jaar niet anders. Wright is wel te vergelijken met McCutchen. Inmiddels is het al lang weer vergeten, maar onder leiding van de ontketende derde honkman vloog het team uit de startblokken. In plaats van Miami of Philadelphia namen de Mets onverwacht de koppositie in de NL East.

Lange tijd wisten pitchers eigenlijk niet wat ze naar Wright moesten gooien. Hij knuppelde zo’n beetje alles het veld in wat naar hem gepitched werd. Een periode lang sloeg hij meer dan 4 uit 10. Dat gemiddelde is aan het einde van 2012 gezakt tot net boven de .300. Momenteel leverden zijn 174 hits de Mets bijvoorbeeld 91 RBI’s, 21 homeruns en 40 tweehonkslagen op.

Stel je Wright op, dan ben je verzekerd van strijdlust en doorzettingsvermogen. De 29­jarige baseballer straalt uit dat hij verliezen haat. Pijn en blessures, zoals een gebroken rechterpink aan het begin van dit seizoen, probeert hij te negeren.

Naast meer dan behoorlijke

slagkwaliteiten, is Wright een gedreven en kundig derde honkman. Hij is een moeilijk te nemen vesting in de hot corner. Niet dat hij een natuurtalent is. Wright moet het vooral hebben van werklust, inzet en wilskracht, waar niets mis mee is. Iedere play krijgt de volle 100 procent. Daar duikt, springt en gooit hij voor en verdient hij het predikaat MVP­kandidaat.


Had Buster Posey kans gemaakt op de titel van meest waardevolle speler als zijn ploeggenoot Melky Cabrera niet gepakt was op het gebruik van prestatiebevorderende middelen? Misschien een valse vraag, maar tot aan 15 augustus was Cabrera wel de man van de San Francisco Giants. De rest stond toch echt in de schaduw van de Melkman. Dat laat natuurlijk onverlet dat de catcher van deze playoff­franchise bezig is aan een sterk seizoen. Een comebackseizoen voor de 25­jarige catcher. In 2011 speelde hij maar 43 wedstrijden, nadat hij een ernstige blessure opliep.

De ouverture moest hij nog even

overslaan, maar al gauw zat hij alweer achter de plaat. Zo had hij als hij ballenvanger op 13 juni een groot aandeel in de perfect game van Matt Cain tegen de Houston Astros. Sowieso is hij één van de betere 2’s in de league. Zeer betrouwbaar en ook zonder vrees. Na de enorme hit van vorig jaar was het maar de vraag of hij mentaal zou herstellen. Het antwoord is een volmondig ja.

Maar Posey is bovenal een begenadigd slagman. Nog niet eerder speelde hij zoveel wedstrijden. Zijn record van 108 stamt uit 2010. In alle opzichten is 2012 voor hem een recordjaar. In iedere categorie heeft hij zich verbeterd: 171 hits, 75 runs, 23 homers, 37 tweehonkslagen, maar liefst 100 RBI’s, een slaggemiddelde van .333 en een on­base percentage van .405.

Ondanks zijn ranke postuur –

slagkracht heeft hij wel – ontbeert hij snelheid. Dat is één van de weinige zwakke punten van de Giant, getuige ook zijn ene enkele gestolen honk.


Ryan Braun is de LeBron James van

2012. Dan mag je de huidig MVP van de league zijn en gelijkwaardige of zelfs nog betere cijfers kunnen voorleggen, maar eigenlijk is hij bij voorbaat kansloos om opnieuw voor deze eer in aanmerking te komen. Na The Decision had King James zichzelf uitgeschakeld voor de award en dat geldt nu ook voor de leftfielder van de Milwaukee Brewers.

Behalve in het eigen Miller Park hoeft de 28­jarige nergens op een warm onthaal te rekenen. Tijdens de playoffs van vorig seizoen kwam naar buiten dat hij positief was bevonden op doping. De kersverse MVP hing een schorsing van 50 wedstrijden boven z’n hoofd, maar kwam er uiteindelijk mee weg dankzij een vormfout.

Het stempel van zondaar kleeft deze

jaargang duidelijk aan Braun. Ook als je net zo goed presteert als in het jaar dat je de meest waardevolle speler was. The Hebrew Hammer heeft z’n knuppel opnieuw laten spreken. Nog niet eerder sloeg hij zoveel homers (41). De grens van 200 homers is hij gepasseerd. Daarmee is hij de zesde speler uit de historie van de Brewers die deze mijlpaal heeft bereikt. Daarnaast stevent hij af op z’n eigen RBI­record. In 2009 was hij goed voor 114 binnengeslagen runs, nu is dat 112. Braun kwam zelf 104 keer over de thuisplaat, zit dik over de 180 honkslagen en heeft een slaggemiddelde van .313.

In tegenstelling tot bijvoorbeeld Posey is hij wel snel op de

honken.

Dat bewijzen de 29 stolen bases; slechts 7 keer wist de opponent hem te pakken.


In een teamsport is het niet altijd

gemakkelijk om één persoon eruit te pikken en hem als de beste of in dit geval de meest waardevolle te labelen. Dat is het geval bij de Saint Louis Cardinals. Bij de laatste winnaar van de World Series lopen ook nog spelers als Yadier Molina, David Freese, Carlos Beltran en Allen Craig rond. Voorheen was Albert ‘The Machine’ Pujols de absolute ster van de Cards. Maar Holliday is redelijk in dat gat gedoken. Het afgelopen seizoen bij de St. Louis is niet het beste jaar uit zijn loopbaan. Holliday piekte in 2007 als speler van de Colorado Rockies, waarmee hij het ook schopte tot de World Series. Dat jaar eindigde hij als tweede in de NL MVP race, maar kreeg deze titel later wel in de NLCS.

Aan de getallen die hij toen produ­

ceerde, komt de 32­jarige leftfielder nu niet. Hij is dan ook meer een outsider. Daarmee worden zijn 2012­prestaties niet gebagatelliseerd. De zesvoudig All Star is ook dit seizoen weer goed voor meer dan honderd binnengeslagen runs.

De man met armen als staalkabels beschikt over kracht; veel kracht. Zo sloeg hij op 20 juli de langst gemeten homerun in het huidige Busch Stadium. Holliday knuppelde de bal maar liefst 469 voet weg van het slagperk. Slechts vier ballen werden dit jaar verder getikt.

The Stillwater Stinger heeft 27

homers aan z’n totaal toege­ voegd (229 in totaal). Daarnaast noteerde hij dit jaar meer dan 170 honkslagen waardoor hij de grens van 1500 hits is gepasseerd. Zijn slag­ gemiddelde van .292 is niet heel overtuigend. Sterker nog; dat is 0,2 procent minder dan het gemiddelde in zijn carrière. •


Weekly RoundUp

M elky Cabrera zal zijn opwachting niet maken in de

play­offs. De geschorste All Star MVP zou kunnen terugkeren in de NLDS, maar de San Francisco Giants kiezen er voor de dopingzondaar niet te selecteren • De Cleveland Indians hebben manager Manny Acta laten gaan na een teleurstellend seizoen • Volgens Eric Gagne, de closer die tussen 2002 en 2004 84 saves pakte zonder er een te verprutsen, zegt in zijn boek dat tachtig procent van de Dodgers destijds doping gebruikten • Ex­Boston Red Sox catcher en captain Jason Varitek gaat aan de slag bij zijn oude team als assistent van GM Ben Cherington. De Sox hebben aangegeven dat Varitek geen kandidaat is om het stokje als manager over te nemen van Bobby Valentine.

het meeste kans op de laatste wildcard. Ze krijgen het echter wel lastig, aangezien ze tegen de winnaars in hun divisie spelen, respectievelijk Reds en Giants.

No­no voor Bailey

Homer Bailey van de Cincin­

nati Reds was de gevierde man afgelopen vrijdag. De 26­ jarige pitcher was verantwoordelijk voor een no­ hitter tegen de Pittsburgh Pirates.

het ook nog ontzettend spannend bij de andere grote prijs: de Cy Young Award voor beste werper. In de American League is het een strijd tussen regerend winnaar en MVP Justin Verlander van de Tigers, lefty David Price van de Rays en Felix Hernandez (Mariners). Price heeft de beste cijfers qua ERA en Wins, maar heeft niet de innings die Verlander dit jaar heeft geworpen. Daarbij laat Verlander het nu al een paar jaar zien, iets waar de journalisten die voor de prijzen stemmen van gecharmeerd zijn. King Felix is on par met Verlander qua ERA en innings en heeft ook al laten zien dat hij goed genoeg is om de Cy Young prijs te winnen. Echter heeft Verlander meer strikeouts. Hernandez heeft dan wel weer een perfect game op zijn naam staan dit seizoen.

Spanning stijgt

Vandaag (woensdag) staat

game 162 op het programma. Het belooft spannend te worden met op het moment van schrijven nog acht ploegen in de American League die kans maken op een playoffplek.

Bailey, 13­10 record, was goed voor tien strikeouts tegen de Pirates. Zijn no­hitter was alweer de zevende van dit seizoen en de vijftiende in de historie van de Reds. “Hij kon altijd al goed gooien”, zei Zo kunnen de Boston Red Sox bench coach Chris Speier over sweet revenge krijgen door de Bailey. “Maar dit seizoen heeft hij echt leren pitchen. Dat zag Yankees te weerhouden van je vanavond terug op de heu­ een divisietitel, spelen de Oakland A's tegen de Rangers, vel.” Speier verving manager Dusty Baker wegens ziekte. de Orioles tegen de Rays, de Tigers tegen de Royals en de Cy Young race White Sox tegen de Indians.

onvoorspelbaar

In de National League is het Elders in dit magazine kun minder spannend. De Cardinals en Dodgers maken

je lezen over de MVP race in de National League. Echter is

Op ERA na heeft R.A. Dickey in de NL alles in zijn voordeel: innings, wins en strikeouts, doorgaans categorieën waar stemmers op vallen. Ook heeft hij een aantal one­hitters gegooid dit seizoen. Zijn grootste concurrent is de winnaar van vorig seizoen: Clayton Kershaw. Hij heeft een beter ERA èn zijn team is nog in de race voor een playoffplek. Hij heeft echter niet de feel good factor die Dickey heeft. •




Wat maakt een team van good tot

great? Of tot big? Het zijn vaak op het oog kleine beslissingen die het verschil maken tussen het nét niet halen en een winnaar zijn. Toen in mei 1975 de start van het seizoen tegenviel voor de Cincinnati Reds, besloot coach Sparky Anderson om George Foster ­ een sterke slagman ­ in het linksveld te zetten en daarvoor linksvelder Pete Rose op het derde honk te plaatsen. John Vukovich, een gewaardeerd derdehonkman maar zwak aan slag, verlo or zijn plaats. De Reds waren op slag vrijwel onklopbaar.

Sanering

In 1970 hadden de Cincinnati Reds een sterk seizoen dat tot in de (verloren) World Series reikte. Het seizoen erop mislukte echter volledig. Het was voor general manager Bob Howsam het teken om schoon schip te maken en zijn oude ploeg te vervangen door nieuwe spelers, van wie Joe Morgan (2H), César Gerónimo (CF) en pitcher Jack Billingham de belangrijksten waren. De sanering van 1971 bleef niet zonder gevolgen. Morgan en Gerónimo zouden met samen met de eveneens nieuwe George Foster, Ken Griffey sr. (beiden outfield), Pete Rose, Dave Concepción en Tony Perez (infield) en catcher Johnny Bench The Great Eight gaan vormen. Een nieuwe superploeg was in de maak: The Big Red Machine.

D

poging. Het zag er aanvankelijk niet goed uit en halverwege het seizoen stond de ploeg van manager Anderson 10 ½ wedstrijd achter op de LA Dodgers. Daarna begon een indrukwekkende inhaalrace die de titel in de NL West opleverde. In de NLCS moest de ploeg uit Ohio het afleggen tegen de New York Mets. De series werd ontsierd door een bench clearing brawl na een harde sliding van Pete Rose om een dubbelspel onmogelijk te maken. Zelfs het publiek bemoeide zich ermee. Ook de wedstrijden erna verliepen tumultueus. In 1974 wilde het weer niet lukken, want nu eindigden de Reds ondanks liefst 98 zeges als tweede in hun divisie.

Inmiddels was het duidelijk: de

Cincinnati Reds waren een ploeg om rekening mee te houden. Tot een World Series­titel had het desondanks nog niet geleid. Dat frustreerde enorm. Bij de start van het seizoen 1975 leek het er niet op dat dit ging veranderen, totdat Anderson de beslissing nam om Vukovich te slachtofferen, Pete Rose op het derde honk te zetten en George Foster in het team op te nemen. The Great Eight was geboren en daarmee kwam het succes. De Reds wonnen 108 wedstrijden (tussentijds wonnen ze van vijftig wedstrijden er 41) en bleven een maand lang zonder ook maar één enkele veldfout. De titel in de NL West werd gevolgd door een zege op de Pittsburgh Pirates, waardoor de pennant een feit was.

Onverslaanbaar

In de World Series van dat jaar stond Cincinnati tegenover de Boston Red Sox. e weg daar naartoe was er één met Met de Reds 3­2 vóór in wedstrijden sloeg pieken en dalen. In 1972 werd het seizoen Sox­catcher Carlton Fisk in de twaalfde onderbroken door een staking, maar de inning een home run waarmee hij een Reds wonnen de NL West om daarna de beslissende zevende wedstrijd forceerde. Pittsburgh Pirates in de playoffs te Een dag later echter bracht Joe Morgan verslaan. In de World Series verloor het met de beslissende single voor het eerst team echter van de Oakland A’s. Weer een na 35 jaar de World Series naar jaar later deden de Reds een nieuwe Cincinnati. The Big Red Machine bleek



Dat ze wedstrijden konden winnen was al

duidelijk: in de 88 wedstrijden dat The Great Eight in 1975 en 1976 samen aan de start stonden, rolde er een record van 69­19 uit (.784). Een simpele rekensom: stonden zij een heel seizoen in dezelfde samenstelling op het veld, dan hadden de Reds 127 wedstrijden gewonnen. Het zou een onaantastbaar record zijn geweest. De Cubs uit 1906 en de Mariners uit 2001 haalden 116 zeges. Joe Morgan: “We dachten echt dat we onverslaanbaar waren. Dat kwam simpelweg omdat we bijna nooit verloren.” In 1976 wonnen de Reds de NL West met tien wedstrijden voorsprong en leden zij in postseason geen enkele nederlaag. In de finale van de World Series ontmoetten zij de New York Yankees, maar lieten niets van de Bronx Bombers heel. Hadden de Yankees na de twee nederlagen in Riverfront Stadium nog enige hoop op een revival, dan drukten de Reds die met 6­2 en 7­2 overwinningen hardhandig de kop in. Individueel waren de spelers van de Reds gewoonweg veel beter dan hun concurrenten. Zeven van de acht starters van de Reds werden dat jaar gekozen in het All Star Team van de National League. De enige die het niet haalde (Concepción) sloeg dat seizoen .307 en won zijn derde achtereenvolgende Golden Glove. Alleen in 1939 had een ander team ooit zeven spelers in één All Star Team gehad, de onvermijdelijke New York Yankees.

Hoe goed de Cincinnati Reds werkelijk waren? Ze

voerden de Major Leagues aan in tien categorieën: runs, hits, doubles, triples, home runs, walks, batting average, slugging percentage en fielding average. Genoeg? Zo niet, dan helpt het misschien als we vermelden dat geen enkel team dit ooit presteerde. Nee, ook niet die onvermijdelijke grootmacht uit de Bronx. Zelfs niet hun teams uit 1927 en 1939. De Yankees van 1939 hadden wel, net als de Reds in 1976 en de Yankees van 1961, vier MVP’s in hun starting line­up. Maar van die 1939 Yankees kon gezegd worden dat Yogi Berra en de toen al zieke Lou Gehrig duidelijk over het hoogtepunt van hun loopbaan waren. Met Rose, Bench, Morgan en Foster (die in 1976 tweede werd in de MVP­verkiezing maar hem een jaar later alsnog zou winnen) hadden de Reds vier spelers op het hoogtepunt van hun carrière in hun gelederen. Vier spelers ook die doorlopend in het middelpunt van de belangstelling stonden en iconen werden. Geliefd waren vooral Rose, Bench en Morgan zeker niet altijd. Maar hun kwaliteiten en heroïsche prestaties zorgden ervoor dat ze uiteindelijk toch altijd boven kwamen drijven.


De beste ooit? Bijna tweeduizend teams hebben sinds

1900 deelgenomen aan de Major Leagues. Sommige speelden op gras achter houten tribunes, sommige op een kunstmatige ondergrond in een omgeving van beton en staal. Vele droegen kleding van flanel, andere gebreide pakken, weer andere hadden pinstripes. De ene speler droeg een kleine handschoen en gebruikte een zware knuppel, de volgende had een voorkeur voor een grotere handschoen maar wilde een kleiner bat. Al die teams en spelers hadden ambitie om ooit heel goed te worden, maar slechts een handjevol zijn echt in de herinnering blijven hangen.

Hoe goed was temidden van al die ploegen The Big Red Machine? Hoe goed was The Great Eight? Het is lastig om teams uit verschillende periodes met elkaar te vergelijken. Akkoord, aantallen overwinningen en winpercentages zeggen veel. Maar dan nog blijven de omstandigheden waaronder die prestaties geleverd werden een complicerende factor. Materialen en strategieën hebben zich doorlopend verbeterd en verfijnd.

Laten we daarom Donald Honig maar

eens aan het woord laten. Honig (1931, New York City) is een bekend schijver, historicus en honkbaldeskundige. Veel gezaghebbende honkbalboeken staan op zijn naam. Hij denkt dat alleen de 1927 Yankees serieuze concurrenten zijn voor de Cincinnati Reds als het gaat om het beste team ooit. Honig zegt dat de Reds beter waren op vier posities. Hij acht Johnny Bench (catcher), Dave Concepción (shortshop), Joe Morgan (tweede honk) en Pete Rose (derde honk) superieur aan de tegenstrevers van vijftig jaar eerder. Bovendien denkt Honig dat de keuze tussen George Foster en Yankee Bob Meusel op zijn minst te bediscussiëren is. Qua slaggemiddelde moet Foster voorrang verlenen aan Meusel, homeruns (29 om acht) en RBI’s (121 om 103) sloeg hij echter beduidend meer. Al met al gaat Honigs voorkeur uit naar de Yankees uit 1927, vanwege hun ‘depth of superb pitching’. Maar al zou the Big Red Machine het op één na beste team aller tijden zijn, dan blijft dat een eervolle positie. Zeker als men beseft dat bijna tweeduizend teams heel graag met hen zouden ruilen.


Vergelijking

Na hun triomf in de World Series van 1976 werd The Big Red Machine ook regelmatig vergeleken met de Brooklyn Dodgers van 1955. Er zijn argumenten te bedenken waarom die vergelijking mank gaat, ten faveure van de Reds. Weliswaar hebben de Dodgers één Hall of Famer meer dan de Reds (we tellen Pete Rose gemakshalve even als een Hall of Famer, zie verderop in dit artikel), Cincinnati had met Bench, Rose, Morgan en Foster meer spelers die op basis van hun cijfers duidelijk beter waren dan hun concurrenten uit Brooklyn.

Hun minst sterke speler (Concepción)

was beter dan de weak link van de Dodgers, Amoros. Daarmee waren de Reds beter uitgebalanceerd. En verdedigend was er nooit een team beter dan zij. Het centrum van de defensie (catcher, korte stop, tweede honk, midveld) won van 1974 tot 1977 alle Gold Gloves, de graadmeter voor defensieve prestaties. En hoewel de The Great Eight van de Reds in 1975 en 1976 slechts 88 keer daadwerkelijk in deze samenstelling het veld betraden, is de duur van hun loopbaan ongeëvenaard. De acht totaliseren 19.230 wedstrijden in de Majors, minimaal 5000 meer dan de andere teams die tot de besten in de historie gerekend worden. Zelfs als het totaal van de omstreden Pete Rose eraf gaat, komt geen ander team in de buurt.

Verval

Maar niets blijft altijd bestaan. Na 1976 kwam het verval. De populaire Tony Pérez werd naar Montreal getrade. The Great Eight was daarmee ontmanteld en er kwam zand in de machine. Met een grote hoeveelheid transfers probeerden de Cincinnati Reds hun status te behouden. Coach Anderson kreeg in 1978 zijn congé. Hij ging naar Detroit, zou er

zeventien jaar blijven en in 1984 de World Series winnen. De Reds lukte dit ook nog eenmaal (in 1990) maar speelden sindsdien nog slechts zelden een vooraanstaande rol in de MLB. Anderson hield tot aan zijn dood in 2010 vol dat het traden van Pérez zijn grootste fout ooit is geweest.

Hij is altijd een fan gebleven van ‘zijn’

team: “Ik was 35 jaar toen ik in 1970 naar de Reds kwam. Toen ik ze verliet, hadden deze spelers een ster van me gemaakt. Ik zal niet beweren dat The Great Eight het beste team aller tijden is. Maar als iemand durft te zeggen dat een ander team beter was, dan ga ik er eens goed voor zitten en wil ik dat team graag aan het werk zien.” Anderson, Johnny Bench, Joe Morgan en Tony Perez zijn inmiddels opgenomen in de Hall of Fame. Na hun Big Red Machine heeft geen enkel team uit de National League de World Series tweemaal achtereen gewonnen. Tóch waren zij niet de grootste vedetten van het team. Dat was Pete Rose.

Pete Rose is inmiddels 71. Hij leidt de

Majors all­time in wedstrijden, at­bats en hits. Hij is één van de zeer groten in de geschiedenis. Nog steeds echter gediscussieerd of hij alsnog opgenomen moet worden in de Hall of Fame. Rose bleek als speler én manager te hebben gegokt op zijn eigen wedstrijden. Al zegt hij zelf tot op de dag van vandaag dat hij alleen op winst gokte, nooit op verlies. Desondanks mag hij levenslang geen enkele functie meer bekleden in honkbal en is hij daarmee permanent onverkiesbaar geworden voor de Hall of Fame. Rose vindt dat het team van 1975 de Reds beroemd hebben gemaakt: “Maar het World Championship van 1976 zorgde voor de onsterfelijkheid.” •




Fantasy Football

Met terugwerkende kracht heb ik toch weer spijt als haren op m'n hoofd (ja, ik weet 't) dat ik me heb laten overhalen. Meedoen aan Fantasy Football en de FootballPool, bedoel ik dan.

Niet dat ik niet van spelletjes of van 'n gokje hou, integendeel zelfs. En het competatieve element als ook de trash talk zijn wel degelijk aan mij besteed. Maar al die pools en leagues screwen met m'n complete footballbeleving. Ik herken mezelf niet meer als ik naar 'n wedstrijd of de RedZone channel zit te kijken.

Ik bedoel: in m'n fantasy football­team is Aaron Rodgers m'n quarterback. En waar ik als Bears­fan zit te hopen op een slechte dag van A­Rod en een nederlaag van de Packers, betrap ik me erop dat m'n knuistje de lucht in gaat op het moment dat #12 een touch­ down gooit. En zo zijn er 'n handvol voorbeelden te bedenken. Te gek voor woorden, natuurlijk. Plaatsvervangende schaamte.

Erger nog: in onze onvolprezen

FootballPool had ik afgelopen weekeinde ingezet op zowel de Packers in m'n Lock als, en nou komt­ie: op de Cowboys in de spread. Mochten de Bears onverhoopt verliezen, zo redeneerde ik, dan is die pool tenminste een pleister op de wonde. Belachelijk, jij zegt 't, en je hebt gelijk. Ik zing deze jaargang nog even uit ­ want wat je eenmaal bent begonnen moet je afmaken ook ­ maar na dit seizoen is het hoe dan ook afgelopen met de pool­ en fantasy­onzin. Nooit meer juichen voor de vijand. Ben ik 'n haartje betoeterd.

Pispaaltje

Eindelijk waren ze daar: de 'echte' NFL

referees. We hebben er drie weken op moeten wachten, maar de ramp die 'replacement refs' heet is weg. Drie weken lang rare holding en interference calls en wat te denken van de druppel die de emmer deed overlopen: de vermeende touchdown in wedstrijd tussen de Green Bay Packers en Seattle Seahawks.

De scheidsrechters hadden een lockout. Ze wilden meer salaris en ook hun pensioenen behouden. De NFL wilde daar niet aan en had zelf ook enkele eisen waar de National Football League Referees Association (NFLRA) niet vrolijk van werd.

Na het debacle in Seattle kon het bijna

niet anders dan dat de scheidsrechters het liefst al bij Thursday Night Football zouden terugkeren. De NFL had genoeg gezichtsverlies geleden en de scheidsrechtersbond spon daar garen bij. Een ideale onderhandelingspositie. De scheidsrechters moesten een beetje water bij de wijn doen, maar kregen vrijwel alles waar ze om vroegen. De aanhouder wint. Maar wie waren eigenlijk schuld aan de lockout? Waar twee vechten hebben twee schuld, maar het leek wel alsof alleen de NFL alle blaam trof. Sterker nog, de referees onder leiding van Gene Steratore, kregen een staande ovatie toen ze het veld op kwamen.

Hopelijk wennen de refs er niet aan, want bij de eerste de best 'blown call' zijn ze gewoon weer het pispaaltje van de NFL. En dan lachen de replacement refs in hun vuistje.



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.