Circo Circolo tentoonstelling

Page 1

1

Brabant had in de decennia na de Tweede Wereldoorlog een sterke band met het circus. Bijna iedere grotere Brabantse stad had een eigen circus. Maar circus was niet alleen een zaak van professionele artiesten: op veel plaatsen ontstonden vanuit maneges of turnverenigingen amateur- en jeugdcircussen.

Vormgeving: Studio Jean Philipse • Printwerk:

Deze tentoonstelling neemt je mee naar het Brabantse circus in de jaren '50 en '60, maar laat ook zien hoe Circus vandaag de dag in Brabant leeft. Je komt van alles te weten over de legendarische circussen als Circus Van Bever, Circus Jos Mullens en Circus Briantelli, maar ook over Circo Circolo en de nieuwe circusschool. Was en is alles glitter en glamour?

Een tentoonstelling van de Stichting Briantelli ter gelegenheid van het Circusfestival Circo Circolo op het Landgoed Velder in Liempde.

Mogelijk gemaakt door Schatten van Brabant


2

Geschiedenis van het Circus De ontdekking van de piste Al in de Romeinse tijd waren er rondreizende artiesten die hun kunsten vertoonden. Maar het circus zoals we dat nu kennen is aan het eind van de achttiende eeuw 'uitgevonden' door de Engelse officier Philip Astley. Hij ontdekte dat een manege met een doorsnede van dertien meter ideaal is voor acrobatiek op een paardenrug. De ronde circuspiste met zaagsel was geboren. Ook de avondvullende programma's deden hun intrede. Het circus werd een grote hit in heel Europa. In Nederland werd de eerste circusvoorstelling in 1796 gegeven door het circus van Pieter Magito. Zelf was hij koorddanser op Friese doorlopers.

Leeuwen en acrobaten De circuswereld was vanaf het begin internationaal georiĂŤnteerd. Toch had ieder land zijn eigen soort circus. In de negentiende eeuw bestond het Nederlandse circus vooral uit koorddansen en acrobatiek. In landen als Engeland en Frankrijk waren de paardennummers belangrijker. Wilde, exotische dieren kwamen vanaf 1870 overal in Europa op het programma. In eerste instantie werden leeuwen en tijgers ongetemd getoond. Later werd dressuur en het vertrouwen tussen mens en dier belangrijker. Nationale verschillen bleven echter bestaan.

De afbeeldingen op deze poster zijn afkomstig uit de collecties van de Atlas van Stolk, Rotterdam en de Koninklijke Bibliotheek, Den Haag.


3

Circusleven Leven in het circus Het exotische circusleven bestond vooral ook uit hard werken: veel trainen en regelmatig nieuwe acts instuderen. Grote circussen hadden voor klussen als opbouw en dierverzorging mensen in dienst, maar bij kleinere circussen deden de artiesten dit zelf. De dieren zorgden soms voor bijzondere situaties: de zeeleeuwen van circus Strassburger deden na de show hun optreden nog eens over, hopend op meer vis. Het leven in de caravans kende weinig luxe: vaak moesten de artiesten het doen zonder stromend water en elektriciteit. In de winter zaten veel artiesten zonder werk. De gelukkigen vonden een betrekking bij een buitenlands wintercircus.

Circusschool Kinderen gingen meestal niet naar school, maar werden opgeleid als circusartiest. Circus Van Bever was een van de eerste circussen, die een onderwijzer mee liet reizen. In 1954 mochten de kinderen Boltini van de rechter niet langer optreden. Dit was kinderarbeid! Maar Circus Boltini reisde zo snel, dat het circus weer gevlogen was tegen de tijd dat de plaatselijke politie de kinderacts ontdekte.


4

Circus als bedrijf Keiharde commercie Veel mensen vergeten dat achter de magie van de circuswereld een commercieel bedrijf schuilgaat. Circussen worden niet gesubsidieerd en zijn afhankelijk van de opbrengst van de show. Vooral de grilligheid van het publiek is een risico, dat een circus tot een gevaarlijke onderneming maakt. Een circus heeft veel kosten: vergunningen, transport, vaste lasten, reclame en personeels- en materiaalkosten. De oudste manier om publiek naar het circus te trekken was een optocht van circusartiesten en dieren door stad of dorp. Ook mond-op-mond reclame, affiches, kranten, borden langs de weg en kinderkorting moesten voor toeschouwers zorgen. Deze methodes worden tegenwoordig ook nog gebruikt.

Kermisklanten Lange tijd trokken circussen rond met kermissen, of stonden op jaarmarkten. In de loop van de negentiende eeuw gingen grotere circussen zelfstandig reizen. Kleinere circussen bleven tot de Tweede Wereldoorlog met kermissen meereizen, meestal met een houten 'kiosk' in plaats van een tent. In dit soort circussen zag je eerder gedresseerde geiten, honden en varkens dan leeuwen en olifanten.


5

Circus in Nederland Het publiek had na de zware oorlogsjaren behoefte aan vertier. De komst van een circus was welkome afleiding. Zo kon het dat er in de jaren ’50 vijf middelgrote tot grote circussen door Nederland trokken waarvan twee uit Brabant.

Grote ambities: Circus Mikkenie Als enige Nederlandse circusdirecteur kreeg Mikkenie de staat zover in zijn circus te investeren. Buitenlandse tournees moesten het rijk geld opleveren. Deze tournees bleken lastiger te organiseren dan gedacht en bovendien te duur. De beloofde opbrengsten bleven uit. In 1954, enkele maanden na de dood van de directeur, ging Circus Mikkenie failliet.

Circus Toni Boltini

In de jaren vijftig groeide het kleine circus van de Boltini's uit tot één van de grootste circussen van Europa. Circus Toni Boltini was erg goed in snel opbouwen, spelen en wegwezen. Dit was mogelijk door een hydraulisch opzetsysteem. In anderhalf uur stond de tent. Anderen kostte dat een dag. Verder stond Boltini vooral bekend om zijn gewiekstheid. Zo doopte hij zijn circus in 1958 om tot 'Circo Español' en adverteerde het nauwelijks veranderde programma als 'voor de eerste maal in Nederland'.

Strassburger Het Duitse circus Strassburger kwam in de jaren dertig naar Nederland omdat het leven in Nazi-Duitsland steeds moeilijker werd. Met kunst- en vliegwerk overleefde het de Tweede Wereldoorlog. Tijdens de hongerwinter werden de dieren ondergebracht in een Rotterdams slachthuis. In de jaren vijftig werd Strassburger een van de populairste Nederlandse circussen. Het succes eindigde abrupt in 1960 door mismanagement.


6

Circus in Brabant Circus in Brabant voor de Tweede Wereldoorlog In de eerste helft van de twintigste eeuw waren er geen grote, spraakmakende circussen in Brabant. Circus Van Bever bestond al wel, maar verbleef 's winters nog in Dordrecht. Via de paardenwereld waren er al wel banden tussen Brabant en het circus. Grote ondernemers bezaten maneges, waar lokale helden acrobatische optredens te paard gaven. Sommigen hadden zelfs een hobbycircus. Deze trend bleef tot in de jaren vijftig bestaan. De Bossche grootgrutter De Gruyter was zo'n ondernemer. In zijn manege trad circusster Otto Schuman op, later publiekstrekker bij Circus Jos Mullens.

De artiest

Eduard Bonetty werd in 1860 in Zundert geboren als Frederik Pastoors. Als 17-jarige had hij een show met gedresseerde konijnen. Zijn talent viel op en al snel trad hij met zijn honden, vossen, kippen en konijnen op in vele circussen. Al zijn dieren werden getraind in plat Brabants. Een andere taal sprak hij niet. Zijn handelsmerk was de puntige snor, die hij met een speciaal borsteltje kamde.


7

Circus in Brabant: Circus van Bever Orde en gezelligheid Peetje van Bever begon aan het eind van de negentiende eeuw een circus in Dordrecht. Vanaf de jaren twintig tot 1960 zwaaiden Peetjes dochter Helena – Madame - van Bever en haar man Guus Prescher de scepter in Circus Van Bever. Het was een echt familiecircus: ook hun kinderen en kleinkinderen traden op. Circus Van Bever stond bekend om de gezelligheid, familiebanden, orde en netheid: de belangrijke waarden van de jaren vijftig. Vanaf 1941 verbleef het circus in de wintermaanden in het Brabantse Terheijden. Aan het eind van de jaren vijftig werd het circusbestaan te zwaar voor Madame en haar Guus. De laatste voorstelling werd in 1959 in Breda gegeven .

Nood en brand

Een uitslaande brand in de winter van 1953 betekende bijna het einde voor Circus Van Bever. De kiosk, de zitplaatsen, de wagens en de stallen gingen voor een groot deel in vlammen op. Gelukkig konden de dieren gered worden. Met een half miljoen aan schade leek het circus geruĂŻneerd. Maar Madame van Bever zette door. Met veel hulp uit met name Brabant, werd een nieuwe tent aangeschaft: de grootste in Nederland. Zo kon Circus Van Bever in 1954 alsnog op tournee.


8

Circus in Brabant: Circus Jos Mullens Mullens: dromer en streber De droom van Jos Mullens was een groots circus in Franse stijl, waarin de paarden centraal stonden. Dat circus kwam er, en in de jaren vijftig boekte Circus Jos Mullens veel successen. Naast de paarden waren Erika Wyss en haar gedresseerde panters publiekslievelingen. Mullens kwam oorspronkelijk uit Utrecht. In de wintermaanden verbleef het circus echter in Tilburg. Problemen met de overheid, de financiën en een teruglopende belangstelling maakten in 1960 een einde aan Mullens’ circus. De circusdirecteur werd tourmanager van buitenlandse circussen. Zijn kinderen waaierden uit over verschillende circussen.

Het paardenmeisje en de clown Op 15 april 1952 maakte Maastricht zich op voor een sprookjeshuwelijk. José Mullens, dochter van Jos Mullens, trouwde met Henri Strassburger, de halfbroer van circusdirecteur Karel Strassburger. Henri was clown in Circus Jos Mullens. Het bruidspaar werd door het complete circus naar stadhuis en kerk begeleid. Hun huwelijk haalde de landelijke kranten. José en Henri waren niet het enige circuspaar: tussen het jongleren, trapezezwaaien en het dresseren van olifanten door, ontstonden complete circusdynastieën.


9

Circussen in Brabant: Circus Briantelli Circus Briantelli De Bossche broers Fé en Ruud van Meerwijk droomden al jong van een eigen circus. Ze leerden Martin Vugts kennen, een organisatietalent dat bij circus Kavaljos de fijne kneepjes van het vak geleerd had. In 1945 slaagden de plannen van de drie mannen: in oude opslagloodsen lag het materiaal van een voormalig circus, dat onderkomen voor circus Briantelli werd. Met acts als de acrobatengroep de Witoni’s en Johny de Kok met zijn panters trok het circus door Brabant, Limburg en Zeeland. De paarden waren geleend, de acrobaten van de Bossche turnvereniging, maar het publiek genoot. In 1949 kwam er plotseling een einde aan circus Briantelli. Fé en Ruud kozen voor een veilige toekomst in de distilleerderij van hun ouders.

Circus op de vlucht Martin Vugts, een van de directeuren van Circus Briantelli, werkte tot 1941 voor Circus Kavaljos van Bernard van Leer. De oorlog betekende het einde van Van Leers vatenfabriek én van Kavaljos. De joodse Van Leer en zijn familie vertrokken met hulp van Vugts èn toestemming van de Duitsers naar Amerika. Negentien circuspaarden gingen mee. In Spanje mochten de paarden niet verder. Uiteindelijk kreeg Van Leer de dieren op transport naar Cuba en vandaar naar de VS. Daar werd het uitgedunde circus werd herenigd.


10

Circussen in Brabant: Circus 't Hoefke Circus 't Hoefke In de jaren 50 maakte een amateurcircus uit Deurne furore bij het Brabantse en landelijke publiek. Dit circus, 't Hoefke geheten, werd opgericht door Huub van Doorne, eigenaar van de DAF fabrieken. Het circus, een tweemaster met zitplaatsen voor 1200 personen, trad op met louter amateurs uit Deurne en omgeving. De leden van de lokale gymnastiekvereniging en de dochters van 'circusdirecteur' Van Doorne waren de grote sterren. Het circus bezat ongeveer een dozijn paarden, maar geen wilde dieren. Die werden gespeeld door mensen in leeuwenpakken.

Paardenvolk en ondernemers Briantelli en Cirus 't Hoefke ontstonden echter binnen de Brabantse paardenwereld. De paardendressuur en de voltige-kunsten van circussen als Van Bever en Mullens waren erg populair. Geen wonder dus, dat paardenliefhebber en DAF-fabrikant Van Doorne amateurcircus 't Hoefke oprichtte. Bij de gebroeders Van Meerwijk van Briantelli ging het andersom. Zij werden door het circus met de paarden besmet: hun moeder hielp een noodlijdend circus en in ruil kregen de jongens paardrijles.


11

Circussen in Brabant Circus Kinsbergen Circus Kinsbergen was gevestigd in Vessum. Dit circus werd gerund door de nazaten van Leon van Kinsbergen, een van de eerste Nederlandse circusdirecteuren. Onder leiding van Madame Jeanette van Kinsbergen was het 200 jaar later een klein, rommelig circus. Optredens vonden zelfs enkele seizoenen in de openlucht plaats. Het balanceerde regelmatig op het randje van faillissement. Anneke Steyvers was koorddanseres in dit circus. Later richtte ze Circus Mini op. In 1996 werd ze mede-directeur van Circus Herman Renz, op dit moment het grootste circus van het land

Circus Dries Giezen en Cicus Pigge Een andere kleine kermisonderneming was die van Dries Giezen uit Bergen op Zoom. Zijn droom, een eigen circus, ging in 1939 in vervulling. De oorlog gooide echter roet in het eten en in 1944 ging Circus Giezen ter ziele. In Tilburg trok Jan Pigmans (18451925) rond de vorige eeuwwisseling langs Brabantse kermissen met zijn Circus Pigge. Pigmans had al vroeg een professionele manege maar wilde dieren had het circus niet. In tijgervellen gehulde artiesten moesten het gemis goedmaken.


12

Jeugdcircus in Brabant Het jeugdcircus groeit – ook in Brabant! In Brabant zijn tien jeugdcircussen actief. Verschillend van karakter, maar gelijk in het doel: veel plezier maken met circus. Naast het bekende Il Grigio in Haaren zijn er jeugdcircussen in Eindhoven, Breda, Oosterhout, Tilburg, Oudenbosch en EttenLeur/Oosterhout. Toch kan je ook in vele andere plaatsen aan circus doen, want er zijn ook nog veel circuscursussen te volgen. Samen met Kunstbalie Brabant stimuleert Circo Circolo dat er nog meer ruimte komt voor jeugdcircus. Want circus is niet alleen leuk maar het helpt ook bij motorische ontwikkeling, het creÍert zelfvertrouwen en stimuleert samenwerken.

Equilibre Circuskunst uit Oosterhout presenteert in 2010 hun project Equilibre: twee jaar hebben jongeren hard getraind op circustechnieken om vervolgens te schitteren in een show vol circus, dans, zang, skaten. De groep gaat ook de wijken in om te laten zien waar ze aan gewerkt hebben. Zo maken ze weer andere jongeren enthousiast. Die kunnen meteen meedoen aan een workshops in de buurt. Alles doen de jongeren zelf tot en met het opzetten van de tent.


13

Jeugdcircus in Brabant: Il Grigio Il Grigio is ĂŠĂŠn van de oudste jeugdcircussen van Nederland en 'zetelt' in Haaren. Het werd in 1961 opgericht door dorpspastoor Verrijt. Lang had hij gezocht naar een originele vrijetijdsbesteding waarin de jeugd zich uit kon leven. Hij koos voor een circus. Er melden zich ruim 40 kinderen als circusartiest.

Het circus was geboren. Sinds 1987 speelt Il Grigio in de circusaccommodatie aan de Bossebaan in Haaren. Hier oefenen de artiesten in de winter en het voorjaar zodat ze in de zomer een nieuwe show kunnen presenteren. Il Grigio trekt jaarlijks ruim 10.000 bezoekers.

Doe het zelf

Met artiesten alleen is er nog geen circus. Een tent, kostuums, geluidsapparatuur, verlichting, een piste: het is allemaal nodig om de show te laten draaien. Ouders kwamen Il Grigio te hulp. Moeders ontwierpen fraaie kostuums. Vaders die verstand hadden van timmeren, lassen, schilderen of elektra, zag men na werktijd druk bezig met het vervaardigen van circusattributen. Nog steeds zijn vele vrijwilligers rond het circus actief.


14

Het nieuwe circus In Frankrijk en Canada kwam eind jaren ’70 een nieuwe stroming op gang. Er ontstonden vele nieuwe circusgezelschappen, die voor een multidisciplinaire aanpak kozen. Getemde dieren ontbraken en theater, muziek en dans werden gecombineerd met onder andere acrobatiek en clownerie. Een voorstelling bestaat niet meer uit verschillende losse acts, maar uit één totaal programma. Deze aanpak, het Nieuwe Circus, of circustheater, sloeg aan en kreeg internationaal grote bekendheid o.a. door het Canadese Cirque du Soleil en het Franse Cirque Plume. Nederlandse theaters en festivals nemen de laatste jaren steeds meer Circustheater op in hun programmering. Gezelschappen als Cirque Eloize, 7 Fingers en Rasposo mogen zich verheugen in sterk groeiende publieke belangstelling.

Traditionele en kerstcircussen

Het traditionele circus verdween echter nooit, al veranderde het onder de nieuwe invloeden. Nog steeds maken Circus Renz, Circus Althof en het Staatscircus van Moskou uitgebreide tournees door Nederland. Rond de kerstdagen is in veel theaters een kerstcircusprogramma te zien. Diverse losse circusacts worden daarvoor samen gebracht in één programma.


15

Circustheater is een vak Tot in de jaren 80 van de vorige eeuw werden circuskunsten vooral in familieverband doorgegeven aan nieuwe generaties. Er bestonden in diverse landen ook scholen voor traditionele circusdisciplines. Onder invloed van de nieuwe ontwikkelingen in het Circus werd in Frankrijk op de circusscholen een forse vernieuwing doorgevoerd. Studenten werden niet alleen in hun eigen discipline getraind maar kregen ook scholing in muziek, dans, theater en bedrijfsvoering. De laatste 20 jaar zijn veel nieuwe circustheatergezelschappen ontstaan uit groepen studenten die samen afstudeerden. Sinds 2006 zijn er HBO-circusopleidingen in Nederland: Codarts in Rotterdam en Acapa te Tilburg. Daar trainen en studeren studenten voor het beroep van Circustheaterartiest.

Circusopleiding

De Circusschool in Tilburg maakt, naast de Rockacademie, het Conservatorium en de Dansacademie deel uit van de Kunstopleidingen van de Fontys Hogeschool. Om goed voorbereid te zijn op de toekomst en vanwege de flexibele mogelijkheden, beschikt de opleiding over een bijzonder klaslokaal. In het onderwijsgebied Stappegoor staat een heuse circustent. Daar volgen de studenten hun trainingen en praktijklessen. Met regelmaat wordt publiek uitgenodigd de prestaties van de studenten te komen bekijken.


16

Circo Circolo Circo Circolo is hét festival voor Circustheater in Nederland. Landgoed Velder, midden in het Groene Woud en precies tussen Tilburg, Eindhoven en ’s-Hertogenbosch vormt met zijn herfstkleuren een prachtig decor voor dit 10-daagse evenement. Grote en kleine circustenten bieden plaats aan meer dan 60 voorstellingen van internationale gezelschappen en Nederlandse en Vlaamse jeugdcircussen. In een grootse foyertent verzorgen studenten van de circusopleidingen gratis toegankelijke presentaties. Circo Circolo wordt eens in de twee jaar georganiseerd in de herfstvakanties voor Zuid Nederland (volgende edities in 2010, 2012 en 2014). In ‘oneven’ jaren is er een festival in het Belgische Neerpelt. Circo Circolo is partner van Brabantstad Culturele hoofdstad 2018.

Wim Claessen , oud-directeur van Theaterfestival Boulevard ’s-Hertogenbosch is de grondlegger van Circo Circolo. Hij was de eerste in Nederland die met regelmaat circustheater programmeerde. Bij zijn afscheid als festivaldirecteur in 2005 zei hij dat nog twee dromen wilde realiseren: een HBO-circusopleiding in Nederland en een festival voor Circustheater. In 2007 gingen zowel de opleiding in Tilburg en de eerste editie van Circo Circolo van start. Daarmee stond circustheater in één klap op de kaart.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.