BPRR Milieujaarverslag 2013

BPRR Milieujaarverslag 2013

Onze raffinaderij en het milieu Vanuit onze maatschappelijke verantwoordelijkheid willen wij u graag informeren over onze prestaties op het gebied van veiligheid, milieu, projecten en nieuwe ontwikkelingen. Wij realiseren terdege dat wij als BP Raffinaderij Rotterdam (BPRR) ‘uw buren’ zijn en wij ons dus ook als een goede buur willen gedragen.

Een heldere vorm van communicatie met direct belanghebbenden zoals u, staat bij ons hoog in het vaandel.

Het nu voorliggende publieksmilieuverslag 2013 is daar een mooi voorbeeld van. In andere jaren hebben wij dit milieujaarverslag huis-aan-huis verspreid in een beperkt gebied om onze raffinaderij heen. Dit keer doen we het anders; we hebben het deze keer geheel digitaal gepubliceerd en vooraf aangekondigd in een advertentie in enkele lokale nieuwsbladen. Wij denken dat we zo meer mensen bereiken en u tevens, door het bezoeken van onze website www.bp.nl, ook een beter idee krijgt wat onze andere activiteiten zijn binnen Nederland.

In onze Beleidsverklaring kunt u lezen welke doelstellingen wij hebben geformuleerd ten aanzien van schoon en veilig werken. Hieraan is niets veranderd en dit blijft onze voornaamste focus. Verder vindt u actuele informatie over onze raffinaderij en de digitale versie van dit milieujaarverslag op de internetsite www.bp.nl.

Heeft u vragen over dit milieujaarverslag, verwijs ik u graag naar onze afdeling Communication & Public Affairs, 0181 – 259 000.

Ik wens u veel leesplezier toe!

Thys Heyns, Refinery Manager

Milieuzorg BPRR beschikt over een ISO 14001 milieuzorgsysteem. Het milieumanagementsysteem vloeit voort uit onze Beleidsverklaring en vormt de basis voor het beheersen van onze processen en activiteiten zoals die zich binnen onze raffinaderij afspelen.

Meetbare resultaten van het milieumanagementsysteem, de registratie van milieu-aspecten en de evaluatie daarvan, zijn de basis voor beleid, doel- en taakstellingen om tot beheersing en waar mogelijk tot verdere vermindering van de belasting van het milieu te komen. Bij alle bedrijfsactiviteiten en voorschriften spelen de beheersing van milieu-effecten en het voldoen aan regelgeving ter zake een belangrijke rol.

In 2013 zijn de audits op diverse processen uitgevoerd om onze werkprocessen te beoordelen en onze werkmethodes volgens ISO 14001 te borgen. Deze audits hebben onder meer plaatsgevonden op onderwerpen als: afvalwater, afvalstoffen, CO2 / NOx monitoring en onderhoudsprocessen.

Het bovenstaande heeft in 2013 wederom geleid tot een verbetering van onze milieuprestaties, waarvoor het beste bewijs het aantal zogenaamde ‘perfecte dagen’ is. BPRR hanteert deze algemene milieuprestatie-indicator om het aantal dagen te meten waarop géén ongevallen, géén vergunningsoverschrijdingen, géén morsingen hebben plaatsgevonden en géén externe klachten aan BPRR werden toegeschreven.

In 2013 werden er maar liefst 343 perfecte dagen genoteerd, wat weer een verbetering was ten opzichte van 2012 waarin er 339 dagen als perfect genoteerd werden.

Oliemorsingen Om de technische condities en staat van onderhoud van de te laden of te lossen tanklichters zoveel mogelijk zeker te stellen, participeert BP met een aantal andere oliemaatschappijen in het zogenaamde European Barge Vetting System, ‘EBIS’. Dit betekent dat tanklichters minstens eenmaal per jaar volgens een gestandaardiseerde controlelijst, door onafhankelijke controleurs worden gekeurd.

De uitkomst van deze controles wordt samengevat in een keuringsrapport en bewaard in een gezamenlijke database. Deze database is voor alle deelnemende partijen binnen EBIS, dus ook BP, toegankelijk zodat men zich een oordeel kan vormen over de operationele staat en de staat van onderhoud van elke tanklichter.

Actief beleid Om indringing van olieproducten in de bodem in geval van een lekkage zoveel mogelijk te voorkomen, zijn er diverse voorzieningen aangebracht. Men moet hierbij denken aan vloeistofdichte vloeren, kunststoffolie en lekdetectie onder opslagtanks. De laatste voorziening wordt veelvuldig toegepast op locaties waar bij groot onderhoud aan een tank de tankbodem wordt vervangen. Mochten zich er ondanks alle voorzorgen toch oliemorsingen voordoen, dan worden deze nader onderzocht en daar waar verbeteringen ter voorkoming mogelijk en zinvol zijn, worden deze uitgevoerd. Het management van de raffinaderij (het zogenaamde Refinery Leadership Team) is hier nauw bij betrokken.

Overigens staan onze opslagtanks onder voortdurende inspectie en heeft BPRR een onderhoudsprogramma voor deze tanks. Ook in 2013 zijn diverse opslagtanks compleet gerenoveerd en weer klaar voor jarenlang veilig gebruik.

Milieuklachten In de afgelopen jaren hebben wij een drastische daling van het aantal door de DCMR toegewezen milieuklachten gezien. Waar wij in 2009 en 2010 te maken kregen met klachten na twee stroomstoringen, destijds veroorzaakt door derden, hebben wij in 2012 en 2013 geen milieuklachten hoeven te noteren. Een mooi resultaat waar wij trots op zijn!

Jaartotalen milieuklachten 400 320

375*

240 200 160 120 80 40 52 9 0 0 0

2009

2010

2011

* Veroorzaakt door 2 externe stroomstoringen.

2012

2013

Lucht De belangrijkste stoffen die bij raffinage van ruwe olie in de lucht komen zijn zwaveldioxide (SO2), stikstofoxiden (NOx), Vluchtige Organische Stoffen (VOS), koolstofdioxide (CO2) en stof. Zwavel- en stikstofdioxiden dragen bij aan de verzuring. VOS spelen een rol bij ozonvorming hetgeen bijdraagt aan (zomer)smog. CO2 is een vaakgenoemd broeikasgas (voor CO2 zie tevens het hoofdstuk Energie). Stof kan worden gevormd bij het stoken van vooral vaste en vloeibare brandstoffen in fornuizen en ketels.

Om uitstoot van bovengenoemde stoffen zo gering mogelijk te houden heeft onze raffinaderij een groot aantal preventieve maatregelen getroffen, zoals: • Inzet van gas als brandstof waardoor zowel de uitstoot van SO2, NOx en stof verminderen.

• Installatie van een restgas behandelingsinstallaties bij de zwavelfabrieken waardoor een zwavel terugwinningrendement van 99,8% ontstaat. Dit resulteert in een lagere SO2-emissie.

• Het toepassen van zogenaamde ‘low-NOx’ branders in de stoomketels en fornuizen ter verdere vermindering van de NOx-emissie.

• Installatie van stoominjectie in de bestaande gasturbines waardoor er minder NOx gevormd wordt.

• Tanks voorzien van drijvende daken met dubbele afdichtingen om de VOS-emissie te verlagen.

• Het gebruik van dampterugwinning installaties ten behoeve van vrachtwagen- en binnenvaartschipbelading ter vermindering van de VOS-uitstoot.

• Cycloonfilters en elektrostatische stof afvanginstallatie voor katalysatordeeltjes van de kraakinstallatie.

Inmiddels zijn er tussen de overheid en raffinaderijen afspraken gemaakt ter verdere verlaging van de uitstoot van SO2 per 2010. Tevens is sinds 2005 een handelssysteem voor NOx en CO2 in werking getreden.

Wij nemen hieraan deel. NOx-emissiehandel is per 1-1-2014 vervallen.

Er blijven ter regulering van de NOx-emissie wel voorschriften van kracht.

In onderstaande grafieken is een overzicht opgenomen van de SO2- en NOx-emissies van de laatste jaren.

SO²-emissie (ton/jaar) 6000 5000 4000

4385

3000

3150

3538

3112

3482

2000 1000 0

2009

2010

2011

2012

2013

Reeds genomen maatregelen: • Volledige overgang van oliestook op gasstook; • Installatie van zwavelterugwininstallaties met een hoog rendement; • Toepassen van de-SOx-additieven bij de katalytische kraakinstallatie.

Toekomstige maatregelen: • Onderzoek naar de behandeling van de offgasses.

NOx-emissie (ton/jaar) 2000 1500 1638 1429 1000 1296 1239

1280

500 0

2009

2010

2011

2012

2013

Reeds genomen maatregelen: • Volledige overgang van oliestook op gasstook; • Gebruik van low- NOx-branders in de meeste fornuizen; • Gebruik van stoominjectie bij de gasturbines; • Toepassen van rookgascirculatie bij de nieuwe stoomketel; • Toepassen van non-Pt promotor in combinatie met zuurstofregeling bij de katalytische kraakinstallatie; • Tot en met 2013 deelname aan NOx-emissiehandel.

Toekomstige maatregelen: • Plaatsen van low- NOx-branders in resterende fornuizen (mits kosteneffectief en technisch haalbaar).

VOS-emissie (ton/jaar) 1200

1161*

1000 800

918

813

811

835

2010

2011

2012

600 400 200

0

2009

2013

Reeds genomen maatregelen: • Deelname KWS 2000 (Koolwaterstoffen 2000) programma; • Leak Detection and Repair programma; • Dubbele seals drijvende daken opslagtanks; • Afdekking afvalwaterzuivering (API separators en biofilters); • Nieuwe dampverwerkingsinstallatie voor lichters (BVRU); • Nieuwe fakkeltips met verbeterd ontwerp.

Toekomstige maatregelen: • Nieuwbouw afvalwaterzuivering met regeneratieve thermische oxidatie; • Installeren van afdichtingen bij de guidepoles van opslagtanks met vluchtige stoffen; • Onderzoek naar een fakkelgasterugwininstallatie; • Onderzoek naar het aansluiten van zeeschepen op de dampverwerkingsinstallatie bij het laden van lichte producten.

Afvalwater

Specificaties VOS-emissie 2013 (ton/jaar) Brandstof

174 150

Overige bronnen Puntbronnen

96

Belading

415

Tanks

0

100

200

326 300

400

500

Over het hele bedrijfsterrein ontstaat dagelijks afvalwater. Bijvoorbeeld bij het uitwassen van zouten uit de ruwe olie, maar ook water dat vrijkomt uit de verschillende processen en in de olietanks. Al het water, inclusief het regenwater dat mogelijk met olie verontreinigd kan zijn, wordt verzameld en naar de (biologische) afvalwaterzuivering geleid voor reiniging. In eerste instantie wordt het water door de olie/ waterafscheider geleid. Dit geschiedt in betonnen bakken waarin de in het water aanwezige olie boven komt drijven. De olie wordt teruggevoerd aan het proces en het resterende water wordt voor verdere reiniging door zandfilters geleid om de laatste in het water zwevende oliedeeltjes te filtreren. Ten slotte wordt het water door de biologische filters geleid. Hierin bevinden zich bacteriën die zorgen voor verdere reiniging van het afvalwater. Pas na zuivering van het afvalwater in de biologische filters, is het water schoon genoeg om te mogen worden geloosd in het oppervlaktewater.

* Aanpassing berekeningsmethode heeft in 2013 tot hogere VOS-emissie geleid.

Prestatie 2013

Emissie naar het water (ton/jaar)

Jaartal 2009 2010 2011 2012 2013

BZV 75 50 47 51 88

CZV 480 275 267 283 354

Stikstof 85 62 49 51 56

Olie 1.0 1.1 4.2 6.3 3.5

Op het moment van schrijven is de bouw van een compleet nieuwe waterzuiveringsinstallatie in volle gang. Lees hierover meer in het hoofdstuk Overige investeringen en projecten.

Beleidsverklaring Onze doelstelling is simpel – geen ongevallen, geen letsel aan mensen en geen schade aan het milieu.

Wij zullen op onze locaties op een veilige en verantwoorde manier te werk gaan en zorgdragen voor iedereen die op onze locaties aanwezig is, of door onze activiteiten beïnvloed wordt. Iedereen die voor BP werkt, is verantwoordelijk voor HSE. De gezondheid, veiligheid en beveiliging van iedereen die voor ons werkt, is van essentieel belang voor het succes van onze business.

Wij zullen doorgaan met het verlagen van de invloed van onze activiteiten op milieu en gezondheid door het verminderen van afval, uitstoot en lozingen en door energie op een efficiënte manier te gebruiken. We zullen kwalitatief hoogwaardige producten produceren, die veilig door onze klanten gebruikt kunnen worden.

Wij zullen: • Onze activiteiten op een systematische wijze managen met behulp van de zorgvuldige toepassing van OMS om een voortdurende reductie van risico’s en verbetering van resultaten te realiseren.

• Voldoen aan alle van toepassing zijnde wetten, alsmede het beleid en de procedures van ons bedrijf.

• Op een open manier overleggen en communiceren met onze klanten, medewerkers, omwonenden, belangengroepen en diegenen die met ons werken.

• Samenwerken met anderen – onze partners, leveranciers, aannemers, concurrenten en toezichthouders – om de standaard van onze industrie te verhogen.

• Onze resultaten op een open manier rapporteren, of ze nu goed of slecht zijn.

• Diegenen erkennen die bijdragen aan verbeterde HSE-prestaties en consistent en constructief interveniëren bij onveilige handelingen en gedrag.

• Leidinggeven ‘in het veld’ – dus daar waar het werk gebeurt, door het goede voorbeeld te geven en anderen hetzelfde te laten doen.

• Continu onze prestaties verbeteren door het verbeteren van het leiderschap, de bekwaamheid en capaciteit van onze organisatie, en door systematisch te leren van onze eigen fouten en die van anderen.

Onze business plannen omvatten meetbare HSE doelstellingen.

Wij zijn er allemaal aan gecommitteerd om deze te behalen.

Onze organisatie BP Raffinaderij Rotterdam B.V., is één van de grootste ruwe olieraffinaderijen van Europa. Het bedrijf heeft twee vestigingen: een raffinage-, opslag- en verladingsinstallatie in Europoort en een op- en overslagterminal in Pernis. Wij produceren uit ruwe olie (zogenaamde crude oil of crude) een breed scala aan eindproducten: LPG, benzines, diesel, huisbrandolie, kerosine, stookolie en halffabrikaten zoals grondstoffen voor de petrochemische industrie (onder andere nafta). Vanuit talloze olieproducerende landen van over de hele wereld worden vele soorten ruwe olie aangevoerd naar BPRR. Dagelijks is de raffinaderij in staat zo’n 400.000 vaten (1 vat is circa 159 liter) ruwe olie van verschillende kwaliteit te verwerken.

De jaarproductie komt daarmee op een totaal van bijna 19 miljoen ton. Sommige soorten ruwe olie zijn dik en stroperig, anderen dun en vloeibaar. De meest in het oog springende elementen van ons fabriekscomplex zijn de schoorstenen, de windturbines... en natuurlijk de opslagtanks. Er staan ongeveer honderd van deze tanks op ons terrein te Europoort, met een totale opslagcapaciteit van circa 4 miljoen m³ (ofwel 4 miljard liter). Voor de opslag van LPG zijn er speciale gasbollen. Het grootste gedeelte van het bedrijfsterrein zo’n 320 hectare - wordt in beslag genomen door deze opslagfaciliteiten.

35.000 tankauto’s Via de weg, het water, het spoor en de pijpleidingen vinden de eindproducten en halffabrikaten uiteindelijk hun weg naar onze afnemers in binnen-, en buitenland en natuurlijk de talrijke moderne BP tankstations in Nederland. In een speciaal beladingstation voor tankauto’s te Pernis kunnen jaarlijks zo’n 35.000 tankauto’s worden geladen. Via een directe pijpleidingverbinding met Schiphol kunnen vliegtuigen van kerosine worden voorzien. Verder is er een pijpleiding naar Duitsland, zodat ook daar de producten snel, efficiënt en veilig naar de juiste plaats van bestemming worden gebracht.

Energie BPRR heeft veel energie nodig om haar bedrijfsprocessen gaande te houden. Die energie is nodig voor destillatie-, kraak-, conversie- en ontzwavelingsprocessen die bijna zonder uitzondering plaatsvinden bij hoge temperatuur. Daarnaast is er natuurlijk ook energie nodig voor andere activiteiten zoals pompen, compressie, transport en verlichting. Het is bijna vanzelfsprekend dat er veel aandacht geschonken wordt aan de doelmatigheid van het energiegebruik. Een doelmatige, efficiënte inzet van energie resulteert niet alleen in beheersing van bedrijfsvoeringskosten, maar ook in beperking van luchtemissies en minimalisatie van het gebruik van schaarse grondstoffen.

De positie van de twee co-generatie installaties (voor de gecombineerde opwekking van elektriciteit en stoom), vraagt veel aandacht.

Deze installaties waren decennia lang het toonbeeld van energieefficiency bij BPRR. Recentelijk loopt de efficiency ervan terug door ouderdom. Diverse studies zijn (en worden nog) uitgevoerd om te bepalen hoe de raffinaderij op deze ontwikkeling moet reageren.

Een van deze studies richt zich specifiek op het elektrische netwerk, wat uitermate betrouwbaar moet zijn. Het risico op uitval van elektriciteit moet geminimaliseerd worden, ook in het belang van energie-efficiency.

Efficiëntie van energiegebruik kan op vele manieren worden bevorderd.

Belangrijke onderwerpen voor goed energiemanagement zijn: • Zorgen voor hoge efficiency van ketels en fornuizen, zowel door goed ontwerp van deze installaties alsook door aandacht bij de dagelijkse operatie ervan.

• Hergebruik van warmte door warmtewisselaars. Het ontwerp van warmtewisselaars moet gericht zijn op de juiste afstemming tussen warmteaanbod en warmtevraag. Daarnaast moet werking van de warmtewisselaars optimaal gehouden worden door ze goed te onderhouden.

• Zorgen dat producten direct op specificatie zijn, zonder herverwerking en zonder overmatige destillatie.

• Goede warmte-isolatie van alle installaties.

• Het continu balanceren van productie en consumptie in de stoomnetwerken, zodat er geen stoom verloren gaat.

• Reparatie van (dreigende) stoom- en stoomcondensaatlekkages.

De belangrijkste energiedragers zijn raffinaderijstookgas, aardgas, coke en elektriciteit. Het gebruik van fossiele brandstoffen (gas en coke) resulteert in uitstoot van het broeikasgas CO2. BPRR mag CO2 uitstoten op basis van een emissievergunning welke door de NEa (Nederlandse Emissie autoriteit) verleend is. Voorwaarde is dat BPRR deelneemt aan het Europese systeem voor CO2-emissiehandel. Dit houdt in dat BPRR CO2-emissierechten moet kopen om aan het einde van het jaar een hoeveelheid emissierechten te kunnen overhandigen overeenkomend met de daadwerkelijke emissie naar de atmosfeer.

Dit systeem vormt een verdere stimulans om de CO2-emissie te vermijden en dus nog efficiënter te worden in het energiegebruik.

Ondanks het feit dat er al jaren grote aandacht wordt gegeven aan energie-efficiency en veel werk wordt gedaan om die te verhogen, blijkt dat er nog steeds potentieel is voor verbeteringen. Tijdens de zogenaamde Turn Arounds, of geplande onderhoudstops, hebben wij de afgelopen jaren belangrijke verbetering gerealiseerd van een van de grootste fornuizen, het ruwe olie fornuis van CDU4. De efficiency van dit fornuis is met 7% toegenomen. Eenzelfde verbetering hebben we ook in 2012 gerealiseerd op het ruwe olie fornuis van CDU3.

Daarnaast zijn er diverse kleinere projecten uitgevoerd, zoals plaatsing van extra warmtewisselaars, verbeteringen van de isolatie van installaties en het vervangen van de flaretips op onze fakkelinstallaties waardoor er een efficiëntere verbranding van de gassen plaatsvindt.

CO² emissie (ton/jaar) 2300 2200

2245

2100

2130

2146

2112

2000 1900

1980

1944

1800 0

2009

2010

2011

2012

2013

Bodem Onze raffinaderij voert een actief bodembeheer beleid. Het richt zich daarbij op het adequaat en efficiënt omgaan met structureel aanwezige historische bodemverontreinigingen en de gevolgen daarvan. Indien het beeld niet geheel duidelijk is, wordt er extra onderzoek gedaan.

Wij hebben diverse voorzieningen getroffen om oliehoudende vloeistoffen en mogelijk met olie verontreinigd afvalwater af te voeren.

Daarnaast hebben we maatregelen om het ongewenst vrijkomen en/ of de verspreiding van oliehoudende vloeistoffen te voorkomen c.q. te minimaliseren.

Hieronder volgt een globaal overzicht van de bedoelde voorzieningen en maatregelen: • Alle installaties zijn zodanig ontworpen dat de kans op een lekkage tot een minimum wordt beperkt.

• Periodieke inspecties van opslagtanks, drukvaten en leidingen.

• Operator controlerondes.

• Treffen van corrosie beschermende maatregelen bij opslagtanks.

• De tankbodems van tanks, die tijdens de grote periodieke inspectie worden opgevijzeld, worden in voorkomende gevallen teruggeplaatst op een bitumenlaag. Dit wordt gedaan om corrosie van de tankbodem van buitenaf te voorkomen. Tevens wordt er kunststofolie met lekdetectie in de tankterp geplaatst.

• De opslagtanks zijn voorzien van hoog-niveau alarmeringen, die af te lezen zijn in de controlekamer.

• Regenwater en oliehoudend water, afkomstig van proceseenheden, tankputten en pompstations, wordt via het rioolsysteem afgevoerd naar de afvalwaterzuiveringsinstallaties.

• Alle laad- en los installaties, waar lekkages niet geheel uitgesloten kunnen worden, hebben een vloeistofdichte vloer met afvoerputten naar het olie/water rioolsysteem. De voegen zijn afgedicht met chemisch bestendige kit.

• De opslagtanks zijn geplaatst in tankputten om de verspreiding van eventueel vrijkomende producten tot een minimum te beperken.

Zodra er, ondanks alle voorzorgen, toch een morsing is geconstateerd, wordt direct actie ondernomen om de lekkage te stoppen en om gemorst product evenals de eventueel verontreinigde grond op te ruimen.

Vergunningen De overheid stelt aan bedrijven strenge eisen op milieugebied.

Onze raffinaderij heeft voor zowel de locatie Europoort als Pernis, vergunningen op grond van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) en van de Water Wet (WW). Binnen de voorwaarden van die vergunningen mogen wij onze installaties bedrijven.

Vergunning gerelateerde activiteiten in 2013 betroffen; • Revisie milieuvergunning Europoort, • Aanvraag van Wabo- / WW-vergunning voor de nieuwe waterzuiveringsinstallatie, • Aanvraag Wabo-vergunning grote onderhoudsstop van de FCCU fabriekscomplex.

• Onderhoudstop meerdere fabrieken: In het derde kwartaal van 2012 en 2013 hebben er geplande onderhoudstop van ons complex plaatsgevonden. Dit stelt ons in staat om een deel van onze fabrieken te inspecteren en te modificeren om de milieu-, veiligheden productie-aspecten voor de komende periode te waarborgen. Naast deze preventieve onderhoudstops zijn ook meerdere opslagtanks opgenomen in het zogenaamde Tank Turn Around programma en grondig geïnspecteerd en waar nodig gerepareerd.

Afval Het uitgangspunt in ons afvalbeleid is het reduceren van de hoeveelheid afval en zoveel mogelijk scheiden en hergebruiken. Om daar actief aan te kunnen werken, houdt de afdeling Waste van alle afvalstromen die op de raffinaderij ontstaan, de soorten en hoeveelheden bij. De afdeling Waste draagt zorg voor opslag, deskundige verwerking, afvoer en duidelijke registratie.

Uit het registratiesysteem zijn de hieronder vermelde hoeveelheden afkomstig. In grafiekvorm wordt de totale hoeveelheid afval (ton/jaar) weergegeven die de laatste jaren zijn afgevoerd.

Op de raffinaderij bevinden zich diverse afvalstromen zoals, grond, asfalt, bouw en sloopafval. Sinds 1996 wordt op de raffinaderij het afval gescheiden, zoals verpakkingsmaterialen, papier, karton, glas, puin en asfalt en vervolgens afgevoerd naar een afvalverwerkingsbedrijf. Een ander gedeelte van het afval dat bestaat uit bezinkresten olie, ook wel ‘sludge’ genoemd, wordt ingedikt en verwerkt bij een erkend afvalverwerkingsbedrijf.

BP Raffinaderij Rotterdam heeft ook een zogenaamde afvalreductieplan waarin als uitgangspunt is omschreven ‘de hoeveelheid afval zo gering mogelijk te houden’. Dit kunnen we alleen maar bereiken als elke medewerker hier zijn/haar medewerking aan verleent. Om dit te bereiken worden nieuwe medewerkers geïnformeerd over het afval- en grondbeleid en krijgen zij onderricht op het gebied van werken met gevaarlijke stoffen, zoals het ADR (Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg). Ook worden zij geïnformeerd over het werken met druk-/ vacuüm-installaties. Om de huidige medewerkers te informeren wordt er ook feedback gegeven over de kosten van bepaalde afvalstoffen.

Afval (ton/jaar) 80000 60000 53446 40000

56319

59708 42300 32862

20000 0

2009

2010

2011

2012

2013

Overige investeringen en projecten Investeren in de medewerker

Nieuwe gebouwen

De belangrijkste focus binnen onze raffinaderij ligt bij het veilig en betrouwbaar opereren en beschikbaar houden. Een verantwoordelijkheid voor iedereen binnen BPRR, of degene nu in loondienst is of via een aannemer aan het werk is. Daarom worden alle medewerkers optimaal voorbereid op hun verantwoordelijkheden en taken aan de hand van een uitgebreid trainingsprogramma. Ook zijn er reguliere bijscholingscursussen om nieuwe trends of ervaringen binnen BP en daarbuiten te delen. Ook houden wij onze mensen ’fris’ en ‘alert’ door het organiseren van oefeningen en simulaties. Dit onder andere in samenwerking met overheidsinstanties zoals de Gezamenlijke Brandweer en Havenbedrijf Rotterdam.

Nieuwe afvalwaterzuiveringsinstallatie

Beide controlekamers hebben in 2013 een metamorfose ondergaan.

In 2010 zijn de voorbereidingen gestart voor de bouw van een compleet nieuwe afvalwaterzuiveringsinstallatie (Effluent Treatment Plant, ETP). De oude is in 1980 gebouwd en aan vervanging toe. Een ETP is nodig om al het regenwater op het terrein op te vangen, proceswater (ten behoeve van het koelen en verwarmen) en het water afkomstig van de producten, te zuiveren. Door de bouw van deze nieuwe ETP is er een grotere capaciteit en spelen we in op toekomstige, strengere milieu-eisen op het gebied van water en luchtuitstoot. Het project is eind 2014 gereed.

Corrosie onder isolatie (CUI) Onder het hoofdstuk preventief onderhoud is in 2010 het project CUI gestart. Corrosie onder isolatie doet zich met name voor op geïsoleerde leidingen die relatief koud zijn. Het hoogste risico vormen leidingen met een temperatuur tussen de +50 ˚C en +120 ˚C. Zodra er vocht onder de isolatie komt, vaak als gevolg van slecht afdichtende beplating of als gevolg van condensatie, kan deze vorm van corrosie in een hoog tempo schade veroorzaken die uiteindelijk kan leiden tot lekkage. Stuk voor stuk worden secties in de fabrieken ontdaan van oude isolatie, grondig geïnspecteerd, gestraald, geschilderd en uiteindelijk weer voorzien van een nieuwe isolatiebeplating. In 2013 zijn de vele vierkante meters leidingwerk gestraald en geschilderd en is er 65.000 kilogram aan nieuw isolatieplaat verwerkt.

Er worden voorbereidingen getroffen voor de bouw van een nieuw laboratorium, waarvan de oplevering in 2015 zal geschieden.

Natuurlijk zijn er nog tal van andere projecten en activiteiten de afgelopen twee jaar uitgevoerd, maar de vermelding van de bovenstaande projecten geeft u een indruk van de projecten en achtergronden van enkele van deze projecten.

We depend on energy, your energy!

Het beschikken over een gerichte recruitmentstrategie is onontbeerlijk in de wereld van de techniek. BP Raffinaderij Rotterdam beschikt dan ook over een jaarlijks geëvalueerde en waar nodig scherp gestelde recruitmentstrategie. Deze strategie komt voort uit actuele arbeidsmarktinformatie en de verwachte personeelsbehoefte het komende jaar. De recruitmentinstrumenten worden vervolgens op deze strategie afgestemd en ingezet.

Om nieuwe medewerkers kennis te laten maken met BPRR, organiseren we jaarlijks in een vaste cyclus een aantal evenementen waarbij kennis gemaakt kan worden met onze raffinaderij. Het enthousiasmeren van nieuwe medewerkers begint al op jonge leeftijd. Op lokale basisscholen worden olielessen gegeven door BPRR-medewerkers, om de kinderen zo bewust te maken van de technische mogelijkheden van het werken in het Rotterdamse havengebied.

Op de open dagen van technisch georiënteerde mbo’s tot en met de universiteiten in deze richting, presenteert BPRR zich met een informatiestand. Deze wordt bemand door de recruitment coördinator en BPRR-medewerkers die werkzaam in de beroepen waar op dat moment vacatures voor open staan. Op deze dagen kunnen oriënterende (aankomend) studenten en ouders gericht kennismaken met BPRR. Tevens wordt de mogelijkheid geboden om zich in te schrijven voor de ‘BP by night tour’. De deelnemers aan deze tour krijgen op de betreffende avond een uitgebreide BPRR-presentatie en rondleiding over de raffinaderij. De ervaring leert dat er op deze avonden ongedwongen contact wordt gemaakt tussen de deelnemers en BPRR. Wanneer de studenten binnen hun technische opleiding toe zijn aan de praktijkstage kunnen zij direct of via de school hun interesse doorgeven om dat bij BPRR te doen. Jaarlijks ontvangt BPRR dan ook een dertigtal stagiaires. Om de stap na de stageperiode richting de sollicitatieprocedure zo klein mogelijk te maken, wordt er als afsluiting van de stage een ‘stage event’ georganiseerd. Elk jaar wordt er een ander event georganiseerd waarvoor de stagiaires worden uitgenodigd en waarbij de insteek is om BPRR-medewerkers informeel hun BPRR-ervaring over te laten brengen op de aankomende nieuwe medewerkers. Uiteraard is deze dag ook gewoon bedoeld om lol met elkaar te beleven en eens in een andere setting met elkaar in gesprek te zijn.

Tenslotte gaat de sollicitatieprocedure van start. Het uitgangspunt is om, naast het toetsen van de competenties van de kandidaat in kwestie, geïnteresseerden tijdig te informeren over een eventuele verdere voortgang en vooral snel duidelijkheid te bieden over vervolggesprekken.

De ervaring leert dat door deze sinds jaar en dag toegepaste gerichte strategie, de weg naar BP Raffinaderij Rotterdam een alom bekende is. Het afgelopen jaar hebben we dan ook weer veel nieuwe enthousiaste medewerkers mogen verwelkomen en hier zijn we trots op!

Kijk voor actuele vacatures bij BP op www.bp.nl.

Maatschappelijke betrokkenheid BPRR ondersteunt vanuit haar maatschappelijke betrokkenheid enkele lokale initiatieven met vooral een educatief karakter.

Zo hebben wij twee donatiescholen; de Bahûrim in Brielle en de Ring van Putten in Spijkenisse. Ook zijn wij zichtbaar tijdens evenementen zoals het Tinte feest, de profwielerronde in Oostvoorne en die van Abbenbroek, ondersteunen we een reeks van culturele festiviteiten in omliggende gemeenten en voor onze medewerkers binnen BPRR hebben wij ook aandacht tijdens hun vrijetijdsbesteding bij hun vereniging of club. Ook droeg BPRR bij aan het benodigde bedrag voor de aankoop van het natuurgebied Ommeloop in het ZuidHollands Landschap.

Een speciale vermelding waard is het tijdelijke Veiligheidsdonatiefonds. Dit fonds is ontstaan door het vrijkomen van een niet uitgekeerde bonus aan het BPRR-personeel na een triest dodelijk ongeval in 2010. Vanuit dit fonds zijn er bijvoorbeeld gratis vuurwerkbrillen uitgegeven, zijn fietsen van kinderen in de groepen 7 en 8 op verschillende basisscholen gecontroleerd en gratis gerepareerd (met de focus op verlichting, remmen en stuur), en werden alle omliggende (vrijwillige) reddingsbrigades voorzien van gratis brandstof.

Verantwoording Deze milieukaart is het publieksmilieujaarverslag over 2012 en 2013 van BP Raffinaderij Rotterdam B.V. en geeft inzicht in de inspanningen van BP op milieugebied.

Voor suggesties, vragen en opmerkingen kunt u terecht bij de afdeling Communicaton & Public Affairs, 0181- 259 000.

BP Raffinaderij Rotterdam B.V. d’Arcyweg 76 3198 NA Europoort-Rotterdam Havennummer 6425 t 0181 - 259 000 i www.bp.nl e carlo.eijkels@bp.com