Hoogtelijn 5 / 2022

Page 1

WWW.NKBV.NL | NOVEMBER 2022 | NR 5 NR 5 | NOVEMBER 2022 WWW.NKBV.NL DE ZIEL VAN BASKENLAND Zoektocht op de Camino Vasco del Interior IN HET SPOOR VAN DE BRUGGENBOUWERS Mountainbiken langs de Bergensbanen ICONEN VAN EUROPA Eiger, Mönch en Jungfrau Topverhalen Bergen boeken
BERGSPORTMAGAZINE VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE KLIM- EN BERGSPORT VERENIGING

Kijk voor meer informatie op nkbv.nl, hoogtelijn.nl, Twitter, Facebook en Instagram.

Actueel 08 Op de hoogte 88 Gespot

NKBV 07 Voorwoord Peter Valkenburg 82 NKBV voor jou

inhoud 14 BERGEN BOEKEN

Thema 14 Opening: literatuur en bergbeklimmen 18 Nooit meer slapen in de winter 24 De ziel van het Baskische Vaderland 28 Depot 30 Op zoek naar Heidi 36 In het spoor van de Bruggenbouwers 42 Interview: Paolo Cognetti 48 Bloemen van steen 54 Hoe teken je een berg? 58 Brief aan Francesco Petrarca 63 Digitalisering bergsporttijdschri en 64 The Rock Warrior’s Way 68 Toerskiën met De toverberg Klimmen 54 Jean-Marc Rochettes autobiogra e Altitude 64 Mentale training 76 Iconen van Europa: Eiger, Mönch en Jungfrau 84 Klimmen bij de buren: Maizeret en Chokier

Wandelen 24 Camino Vasco del Interior 30 De Kesch-Trek 48 Loopgravenoorlog in de Karnische Alpen 58 De top van de Ventoux En verder 74 Markt & materiaal: cadeautips 86 In vogelvlucht 87 Alpineren volgens het boekje? 90 Vooruitblik

In dit themanummer volgen we schrijvers en personages de bergen in. Naast de talloze reisverslagen zijn er namelijk ook een heleboel inspirerende romans geschreven over de bergen. Hoogtelijn licht er enkele voor je uit.

30

KESCH-TREK

Op zoek naar Heidi

ROCK BOTTOM Mentale training

18 64

4 | HOOGTELIJN 5-2022
NOOIT MEER SLAPEN Finnmarksvidda

Topvrouwen

Een passie als kompas is noodzaak in het leven. Dat was de lijfspreuk van Hilaree Nelson, die eind september verongelukte in de Himalaya. Na een succesvolle beklimming van de Manaslu sloeg het noodlot toe bij de afdaling op ski’s, een discipline waarin ze excelleerde.

Het rolmodel voor veel vrouwelijke sporters overleed uitgerekend in het jaar waarin opvallend veel vrouwen grote successen behalen in de Karakoram en de Himalaya. Een deel van die prestaties, zoals die van de Noorse Kristin Harila (poogde als snelste alle 8000’ers te beklimmen) en de Engelse Adriana Brownlee (op weg om als jongste op alle 8000’ers te staan), maakte de 49-jarige Amerikaanse nog zelf mee op de Manaslu.

Nelson was zeer ervaren. Ze nam deel aan tientallen expedities in de hele wereld, beklom in 2012 de Mount Everest en de Lhotse binnen 24 uur, was in 2018 terug op de Lhotse (8516 meter) waar ze samen met haar levenspartner Jim Morrison als eerste vanaf skiede. In dat jaar werd ze door National Geographic uitgeroepen tot Adventurer of the Year en werd ze captain van het atletenteam van The North Face, een titel die nu alleen Conrad Anker nog draagt.

Hilaree was niet alleen actief pleitbezorger voor gelijke kansen voor sportvrouwen, ze brak ook een lans voor het recht op zel eschikking voor vrouwen in zaken als abortus. Ze sprak zich in eigen land fel uit tegen het inperken van vrijheden waar generaties vrouwen voor hebben gevochten.

Nelson worstelde langdurig met de verwachtingen en beperkingen waarmee ze te maken kreeg als vrouw, moeder van twee zonen en professioneel avonturier. Maar ze bereikte veel als ‘eerste vrouw’. ‘Dat hee me enorm geholpen’, zei ze in een interview. ‘Maar het is nu wel mooi geweest met die vrouwelijke disclaimer. Mijn hele leven heb ik mezelf zowel lichamelijk als mentaal uitgedaagd in avonturen. Het is goed voor je ziel om telkens nieuwe belevenissen aan te gaan.’ Met haar keuzes en stellingname werd ze een baken voor aanstormende topvrouwen.

De cover van deze Hoogtelijn is voor ons met kleurpotlood getekend door Astrid Kemper, opgeleid aan St. Joost School of Art & Design in Breda. Kemper begeleidde als tochtenleider bij de NKBV reizen naar de Alpen en de Himalaya. Haar boek De Rode Berg wordt besproken in Gespot op pagina 89. De foto van Astrid Kemper is gemaakt door Xandra Cartens.

HOOGTELIJN 5-2022 | 5 stand THE PROMONTOIRE SHELTER WAS LIKE A LIGHTHOUSE SHOWING THE SHIPWRECKED THE WAY TO SALVATION. COULD STILL HEAR THAT THUNDER ECHOING IN MY SKULL. A STORM ON A MOUNTAIN IS A FEARSOME EXPERIENCE. BAPTISM BY FIRE. 195
INTERVIEW
42
Rochettes
e 54 ICONEN VAN EUROPA Eiger, Mönch en Jungfrau 76 74
MATERIAAL
Paolo Cognetti
ALTITUDE
autobiogra
MARKT &
Cadeautips

Go further faster

No chairlift required From first tracks to last light, skipping the layer changes mid-skin track and nailing fast transitions at the summit, the new Mammut ski touring collection’s light and breathable layers are always there when you need them most on the big climbs and even bigger descents.

mammut.com

Inspiratie opdoen

Het hoogseizoen is alweer even voorbij. Als je, zoals ik, een goed humeur krijgt van de zon dan ligt er hopelijk nog een zonnige rots of wandeltocht in het verschiet. Of een reis naar een besneeuwd berggebied met stralend winterweer. Ondertussen droom ik verder over een mooi doel voor de volgende zomer.

Om inspiratie op te doen is er online natuurlijk een zee aan informatie: websites, de Tochtenwiki, Google Maps, maar weinig werkt even aanstekelijk als de verhalen die mensen zelf over hun avonturen vertellen. Gelukkig is er een rijke klim- en bergsportliteratuur: verderop in het ‘Depot’ in deze Hoogtelijn staan enkele Nederlandstalige hoogtepun-

ten daaruit beschreven. Van muziek wordt gezegd dat wat je hoort in je jeugd blijvend je smaak beïnvloedt. Ik heb dit met sommige klimboeken uit de jaren ’70 en ’80, zoals die van Reinhold Messner, Peter Boardman en Joe Tasker, en ook van Ronald Naar. Fascinerende boeken, allemaal zetten ze me aan tot avontuur. Dat wilde ik ook! Ik kijk ook uit naar het nieuwe online platform van de NKBV: Grensverleggers, over Nederlandse expedities, om hierin rond te dwalen en me te laten verrassen door de verhalen.

Voor klimmers is er intussen ook gelegenheid om te werken aan het niveau. De klim- en boulderhallen zijn na de zomer weer volgelopen; fijn na twee jaar de eindjes aan elkaar knopen voor de ondernemers en medewerkers. Ook daar kun je je laten inspireren: door te zien wat andere klimmers en topatleten doen. Internationale kampioenschappen online kijken is natuurlijk prachtig, maar onze sporters volgen kan ook live en dicht bij huis. Nationale wedstrijden in leadklimmen, boulderen en speedklimmen vinden plaats in verschillende hallen door het hele land en in elke regio kun je wedstrijden van de Series bezoeken. De kalender van deze competities vind je op nkbv.nl/actueel. Het is altijd een feest en je gaat er zeker beter door willen klimmen.

Of het nu is door een droom, een verhaal, of wat iemand presteert: laat je inspireren!

Peter Valkenburg

bestuur@nkbv.nl

Opzeggen lidmaatschap

Het NKBV-lidmaatschap loopt per kalenderjaar. Wil je je lidmaatschap voor volgend jaar beëindigen? Doe dat dan vóór 1 november op mijnnkbv.nl. Je ontvangt dan per e-mail een

bevestiging van je opzegging. Na 1 november wordt je lidmaatschap automatisch verlengd voor het volgende kalenderjaar. Kijk voor meer informatie over het lidmaatschap op nkbv.nl.

Partners van de NKBV

bestuur HOOGTELIJN 5-2022 | 7
Fascinerende boeken, allemaal zetten ze me aan tot avontuur

Heb je nieuws voor Op de Hoogte, mail het naar hoogtelijn@nkbv.nl. Meer bergnieuws vind je op nkbv.nl, of volg ons op Facebook, Twitter en Instagram.

op de hoogte

In september overleed de Nederlandse alpinist Remco Graas (33) na een val van een berg in het Oostenrijkse Sellraintal. Graas woonde in Innsbruck, werkte voor Black Diamond en was actief voor Alpenweerman.

De Zwitserse Alpenclub SAC-CAS gaat de bo dem onder en rond zijn 153 hutten en bivaks onderzoeken. Dat moet inzichtelijk maken welke hutten mogelijk in gevaar zijn – of kun nen komen – door verdwijnende permafrost. Hutten boven de 2500 meter krijgen voorrang. De Rothornhütte en de Refuge des Bouquetins vertonen reeds scheuren en de Mutthornhütte is sinds maart is gesloten omdat een rotsbreuk dreigt boven de hut.

‘Spiderman’ Alain Robert heeft zijn zestigste verjaardag gevierd met de ongezekerde beklim ming van een 48 verdiepingen hoge kantoorto ren in Parijs. Hij trok er 60 minuten voor uit en wilde ermee aantonen dat je op je zestigste nog prima prachtige prestaties kunt leveren. Robert werd na afloop van zijn actie gearres teerd.

Het Zwarte Woud is het populairste bos op Instagram. Met bijna 1,5 miljoen hashtags scoort het bos zeven keer hoger dan de num mer twee: het Amazoneregenwoud, dat bijna 200.000 keer getagd werd.

De Duitse Bernd Arnold, de Koreaanse Nam Nan-hee, de Belgische Sofie Lenaerts en het Duitse Gesellschaft für ökologische Forschung hebben de Albert Mountain Awards 2022 ge wonnen. Elke twee jaar reikt de King Albert I Memorial Foundation deze prijzen uit voor bijzondere en langdurige bijdragen aan de bergwereld, op sportief, wetenschappelijk en cultureel gebied.

Bosbranden hebben in oktober diverse natuur gebieden op zo’n 4000 meter hoogte op de Kilimanjaro in de as gelegd. In oktober 2020 gebeurde dat ook al. De Kilimanjaro sinds au gustus overigens grotendeels voorzien van snel internet voor toeristen. Voor het eind van dit jaar hoopt Tanzania dit tot aan te top van de berg te kunnen aanbieden. Jaarlijks proberen zo’n 35.000 mensen te top te bereiken.

Verbouwing SAC-hutten

De komende winter zijn de Gauli hütte (Berner Oberland) en de Cabane du Trient (Wallis) gesloten wegens verbouwing, inclusief winterverblijf. Beide SAC-hutten openen weer in maart 2023. In de zomer van 2023 is de Blüemlisalphütte (Berner Oberland) gesloten om grondig te worden verbouwd. Deze hut opent pas weer in juni 2024. De Blüemlisalphütte ligt op de doorgaande route tussen het Kiental en het Kandertal.

Patagonia weggegeven voor klimaat

Yvon Chouinard (83), oprichter en eigenaar van het outdoorkledingmerk Patagonia, gaat alle winst van zijn be drijf inzetten voor de strijd tegen klimaatverandering. ‘We gaan een maximale hoeveelheid geld weggeven aan mensen die actief werken aan het redden van deze planeet’, aldus Chouin ard. Patagonia blijft een particuliere onderneming met winstoogmerk, maar

wordt gesplitst in een non-profitorganisatie die de winst gaat weggeven aan natuurbeschermingsprojecten en initiatieven tegen klimaatverandering, en een stichting voor het financiële toezicht. Patagonia zet zich al sinds de oprichting in 1973 in voor het milieu door onder meer de productie van duurzame kleding en donaties aan milieuorganisaties.

Vliegende bergredders

Britse bergredders van de Great North Air Ambulance Service hebben in het Lake District een geslaagde slecht-weer-testvlucht gemaakt met een jet suit, een set kleine straalmotoren waarmee een hulpverlener vliegend snel bij slachtoffers in de bergen kan komen. Hoewel het nog lang kan duren voor de jet suits in de praktijk zullen worden gebruikt, zijn inmiddels drie hulpverleners opge leid tot piloot en verlopen de proe ven positief. In slecht weer bereikte een hulpverlener-testpiloot in drie minuten de top van Helvellyn (950 meter), wat te voet minimaal een uur en een kwartier zou hebben gekost.

8 | HOOGTELIJN 5-2022
Foto SAC-CAS Foto Stuart Boulton Blüemlisalphütte

Succesvolle afsluiting Expeditie Academie 3

De negen deelnemers aan de Expeditie Academie 3 hebben hun avontuur van drie jaar geslaagd afgesloten met een expeditie van vijf weken naar de Min Teke-Vallei in Kirgizië. In september sloegen ze hun tenten op 3050 meter hoogte op voor een basiskamp. Een van de hoogtepunten was volgens coach Bas Visscher de beklimming van de tot Pik Luis (circa 5010 meter) gedoopte onbeklommen top (1000m, 6c max, 70 graden ijs) door Je rey Meesters en Michiel Telkamp. Ze hadden drie bivaks nodig voor deze route. Een ander hoogtepunt was de beklim-

ming van de later tot Pik Sindre gedoopte berg (circa 5380 meter) die Regien Winnubst, Martin Platteschor, Sjoerd Boersma en coach Court Haegens bereikten in twee pogingen. Daarnaast hee het team verschillende lange rots- en ijsroutes tot 1000 meter geopend en enkele toppen rond de 5000 meter beklommen. Niet alle ondernemingen lukten, want tijdens verschillende beklimmingen moesten de teamleden omdraaien vanwege slechte rots of matige ijscondities. In de volgende Hoogtelijn lees je meer over deze expeditie.

Bergsportdag 2023 geannuleerd

Begin september hee in het NBC Congrescentrum in Nieuwegein, de locatie van de Bergsportdag, een grote brand gewoed. Als gevolg daarvan blij het NBC tot 1 september 2023 gesloten. De NKBV hee daarom besloten in 2023 geen Bergsportdag te organiseren en kijkt ernaar uit in 2024 weer terug te keren in het NBC Nieuwegein.

Het terrein van de vos

Via een appgroep waren we gewaarschuwd. ‘Laat je eten niet in je buitentent liggen! Ik had a great ght vannacht.’ We slapen vroeg na de zoveelste lange wandeldag. Ineens klinkt er een oerkreet van Luisa. Wieke en ik schieten overeind. ‘Een beest in mijn tent! Mijn etenstas is weg!’ Even later staat de vos in ónze buitentent. Mijn zaklamp schijnt vol op zijn nieuwsgierige snuit. Hij schiet weg. ‘Mijn tas is ook weg!’ gilt Wieke even later. Haar grote rugzak ligt buiten, geruisloos weggesleept. Dan weer een oerkreet elders. Drie uur vechten later, bij het ochtendgloren, pakken we doodmoe onze biezen en verlaten we het terrein van de vos. Ook mijn uitrusting hee er een vossenbeet als souvenir bij. [Manon Stravens]

Heb je ook een leuk bergverhaal? Mail je anekdote van 120 woorden naar hoogtelijn@nkbv.nl o.v.v. En Passant.

en Passant

HOOGTELIJN 5-2022 | 9
Illustratie Toon Hezemans Foto’s Bas Visscher Het team in het basiskamp Anniek Verschuur op de Pik Elephant

Heb je opmerkelijk expeditienieuws?

Stuur een mail naar ceat@nkbv.nl.

UIAA Mountain Protection Awards 2022

Het project Establishment of Self-Managed Climbing Parks van de Peruaanse Asociación 7A Escalada heeft de UIAA Mountain Protec tion Award 2022 gewonnen. Het project wil bergsport op duurzame wijze economisch verankeren in lokale gemeenschappen in het district Pitumarca. Het is de eerste keer dat een Zuid-Amerikaans initiatief de award wint. De eervolle vermelding van Runner Up ging naar het Clean Hikers-project Leave Good Trace uit Zuid-Korea. Save Rinjani, een clean-up project in het Indonesische Rinjani National Park ontving de prijs voor het beste nieuwe initiatief.

Droogte treft Alpenhutten

Diverse hutten in de Alpen hebben afgelopen zomer voortijdig hun deuren moeten sluiten door watertekorten. De DAV maakt daar melding van in een terugblik op de afgelopen zomer. De Neue Prager Hütte (2796 meter) bij de Groβvenediger moest bijvoorbeeld halverwege de zomer sluiten omdat er geen drinkwater meer was, maar ook de veel lager gelegen Hochlandhütte in Beieren (1623 meter) moest om dezelfde reden tijdelijk sluiten en kon pas weer open nadat er regen viel. De dro ge, hete zomer en de sneeuwarme winter van 2021-2022 hebben veel DAV-hutten kwetsbaar gemaakt voor problemen met de watervoorzie ning. Naar verwachting worden die problemen de komende jaren alleen maar groter. Allerlei techni sche maatregelen zijn mogelijk, maar zuiniger omgaan met water is de enige echte oplossing.

In memoriam Holger van Lookeren Campagne

Op 8 september overleed Holger van Lookeren Campagne. Hij werd 87 jaar. In 1962 ondernam hij met zijn broers Paul en Peter een succesvolle expeditie naar de Nilgiri (7061 meter) in Nepal. Het was de eerste keer dat Nederlanders boven de 7000 meter klommen. In Hoogtelijn 5-2020 stond een artikel over die beklimming en over de film die van de expeditie is gemaakt. Een compi latie van de film is te zien op nkbv. nl/actueel/nieuws/compilatienilgiri-expeditie-nu-online.

Nieuwe IML

Christophe Laseur (40) is in augustus geslaagd voor zijn examen International Mountain Leader. Hij volgde de opleiding in het Verenigd Koninkrijk. Christophe is sinds 2014 tourenleider bij de NKBV. Hij is te boe ken als free lancer en werkt voor enkele Neder landse en buitenlandse reisorganisa ties.

Elnaz Rekabi

De Iraanse klimmer Elnaz Rekabi haalde het wereldnieuws door aan de finales van het Aziatische Kampioenschap deel te nemen zonder de door Iran verplichte hijab. Dit ten tijde van de groot schalige protesten in Iran tegen het huidige regiem, waarbij het onder meer gaat over het afschaffen van de wet die het dragen van een hijab verplicht. Zowel de actie zelf als de nasleep ervan maak ten dat Rekabi volop in het nieuws was. In eerste instantie werd ze na het kampioenschap als vermist opgegeven, maar vervolgens dook ze in Iran op, waar ze bij thuiskomt vertelde haar hoofddoek per ongeluk niet gedragen te hebben en huisarrest kreeg opge legd. De IFSC liet in een statement weten volledig achter Rekabi en haar actie te staan en haar waar mogelijk te steunen.

10 | HOOGTELIJN 5-2022
Foto Christophe Laseur Foto UIAA.org Foto DAV/Jens Klatt Foto Peter Daalder

NSK Lead 2023

Het Rab Nederlands Studenten Kampioenschap Lead is een jaarlijkse klimwedstrijd waar door menig student hard wordt gestreden voor de titel ‘Nederlands studentenkampioen voorklimmen’. In 2023 wordt de wedstrijd gehouden op 11 februari in Neoliet Eindhoven Noord. Ben jij een student? Wil je jouw klimtalent bewijzen? En een erg to e dag beleven? Meld je dan aan voor het Rab NSK Lead via nsk.alpenclub.nl.

Piolets d’Or 2022

De Sloveen Silvo Karo (61) hee de Piolet d’Or Lifetime Achievement Award 2022 gewonnen. Karo startte zijn klimcarrière in 1980 en deed veel meestal snelle en spectaculaire beklimmingen: in totaal 2000 routes en 300 eerstbeklimmingen. In Hoogtelijn 2-2022 schitterde hij in een artikel over Sloveense klimmers. Naast de Piolet d’Or voor iemands levenswerk werden drie beklimmingen bekroond: de eerstbeklimming van de Saraghrar via de noordwestwand door de Georgiërs Archil Badriashvili, Baqar Gelashvili en Giorgi Tepnadze in september 2021, en de Moonwalk Traverse, de eerste complete traverse van zuid naar noord van het Fitz Roy-massief door de Belg Sean Villanueva O’Driscoll in februari 2022 (in Hoogtelijn 2-2023 te gast in het interview). De derde, de speciale Jury Award, was voor de beklimming van Annapurna III via de zuidoostkant door de Oekraïeners Nikita Balabanov, Mikail Fomin en Viacheslav Polezhaiko in oktobernovember 2021.

Oproep: check lawinepiepers van Pieps/Black Diamond

Pieps/Black Diamond roept je op te controleren of de send/ search/bluetooth modus van je lawinepieper goed functioneert. Bij sommige modellen werken die functies niet door een elektronisch probleem. Om te zien of het ook om jouw pieper gaat en om te lezen wat je moet doen kijk je op pieps.com/safety-check-mode-failure

Prijzen DMFF

Climbing Iran van de Italiaanse lmmaker Francesca Borghetti hee begin november de Best Mountaineering Film Award 2022 gewonnen op het 12e Dutch Mountain Film Festival. Het thema van de lm, klimmende Iraanse vrouwen, is actueel na het recente incident rondom Elnaz Rekabi, die zonder hoofddoek klom in een sportklimwedstrijd. In de lm is de bekende Iraanse klimster Nasim Eshqi te zien, die laveert tussen de strenge regels in Iran die het (klimmende) vrouwen zo moeilijk maakt volwaardig lid te zijn van de samenleving.

Daarnaast gingen er prijzen naar Dark Red Forest (Jin Huaqing), Into the Ice (Lars Ostenfeld) en A White Dream (Jérémie Villet). Ook Nederlandse lms vielen in de prijzen: de lm Human Nature van Bart Schrijver, over de 500 kilometer lange trektocht van een jonge vrouw door Noorwegen, won de Royal Best Newcomer Award. Ilse Lavell en Roeland Wendel ontvingen van de jongerenjury de Filmhuis Zuid Award voor hun lm Between Summits, waarin getoond wordt hoe Hein Noortman, na een klimongeluk in een hal blind geworden, het leven weer oppakt én de bergen intrekt. Een aantal van de lms kun je in december online bekijken. Meer informatie op dm .eu.

op de hoogte

HOOGTELIJN 5-2022 | 11
Foto Marko
Prezel Lead
Foto NSK 2023
Foto Pascal MoorsNose for photography
Francesca Borghetti ontvangt de Best Mountaineering Film Award 2022

op de hoogte

Wedstrijdseizoen 2022/2023 verkort

In tegenstelling tot de gebruikelijke lead- en bouldercompetities, waarbij er vier kwali caties zijn, kennen de competities van seizoen 2022/2023 maar twee kwali caties. Hierdoor duurt het nationale wedstrijdseizoen eenmalig korter om zo aan te sluiten op de internationale wedstrijden. De bouldercompetitie eindigt al in maart, waarna de leadcompetitie in april begint. Het Petzl NK Lead zal in juli plaatsvinden, waarna het nationale wedstrijdseizoen 2022/2023 eindigt. Dit geldt zowel voor de senioren als voor de jeugd.

Bouldercompetitie gaat weer van start

Het naderende einde van dit kalenderjaar betekent het begin van de nieuwe bouldercompetitie! De eerste kwali catie voor het NK Boulder vindt plaats op 17 december in de vorig jaar geopende Utrechtse boulderhal Sterk Spoor. Boulder 2 wordt op 14 januari georganiseerd bij Club Monk in Amsterdam. De sterkste boulderaars van het land nemen het tot slot tegen elkaar op tijdens het Nederlands Kampioenschap op 11 maart 2023.

Afsluiting World Cups

Met de laatste World Cups, die eind oktober in Japan plaatsvonden, is het internationale wedstrijdseizoen van 2022 afgesloten. Hiermee werd de eindranking lead bepaald. De Sloveense Luka Potočar is bij de heren als eerste geëindigd, gevolgd door Taisei Homma (Japan) en Jesse Grupper (VS). Dat Slovenië ongekend sterke klimmers hee , bleek ook bij de vrouwen, waar Janja Garnbret voor het tweede jaar op rij de eerste plaats in de eindranking behaalde. De Koreaanse Chaehyun Seo eindigde als tweede, Natalia Grossman (VS) als derde.

Kalender World Cups 2023

De nieuwe kalender voor de World Cups van de IFSC is weer bekend. Zoals gebruikelijk begint het seizoen met de World Cup Boulder, waarvan de eerste wedstrijd van 21 tot 23 april plaatsvindt in Hachioji, Japan. Een week later kunnen de boulderaars wederom laten zien wat ze kunnen, ditmaal in Seoul, Korea. Datzelfde weekend is het ook tijd voor de speedklimmers om het tegen elkaar op te nemen in de eerste World Cup Speed van het nieuwe seizoen. De volledige kalender is via onderstaande link te vinden, dus schrijf de data in je agenda en zorg dat je klaarzit voor de livestream! ifsc-climbing.org/world-competition/calendar

Sterke sends in Fontainebleau

In oktober reisde een groep sterke klimmers van team Mountain Network af naar Fontainebleau om hun krachten te meten op de boulders. Het werd een vruchtbare trip waarbij veel harde boulders werden getopt. Zo klom Leto Cavé de route BérézinaCarnage (7c+) en Welcome to Tijuana (7c). De vij ienjarige Luuk Spaargaren klom met Le Carnage (assis) zijn eerste 7c op de rotsen. Mark Brand klom meerdere routes van 7c en 7c+, waarvan één flash. Daarnaast topte hij Magnetron (8a) in zijn tweede poging en klom hij Ill Niño (8a).

12 | HOOGTELIJN 5-2022
Partners van het Nederlands Team Sportklimmen Partners nationale wedstrijden
SPORTKLIMNIEUWS
Homma verovert de tweede plaats in de eindranking Foto Robert Hendriksen Jens de Louw in Le Bivouac (assis) (7c) Foto Mark Brand
Zout Fotogra e
Foto Lena Drapella/IFSC Foto Onder redactie van Eva van Wijck Ellen Timmer op het Petzl NK Lead 2021

VRAAG & ANTWOORD op de hoogte

Beschermengeltje van bergkristal

Jolanda van Kesteren (44) klom in oktober op de Manaslu (8163 meter). Twee weken na dato gaat haar verhaal over lawines, lawines en nog meer lawines. Niet eerder in haar klimcarrière kwam de dood zo dichtbij. ‘Vooral het eind was heftig.’

Wanneer en waar werd je beklimming heftig? ‘Vlak voor ik op 26 september kamp twee bereikte, kwam iemand mij tegemoet die vertelde dat er een lawine tussen kamp 3 en 4 was geweest en er waarschijnlijk meerdere doden en gewonden waren gevallen. Al snel hoorden we dat er die dag nog een tweede ongeluk was gebeurd, waarbij Hilaree Nelson het dodelijke slachtoffer was. Ben, onze Ame rikaanse gids, kende haar en haar partner Jim Morrison persoonlijk. Hilaree en Jim hadden ons een paar dagen eerder geholpen toen een van onze sherpa’s in een spleet was ge

vallen. Toen dacht ik nog: wie is deze stoere chick met die ski’s op haar rug? Zo’n bericht dat iemand ineens dood is, is moeilijk te bevatten. Ik heb die nacht slecht geslapen in kamp 2, ook omdat ik wist dat ik zelf nog omhoog moest.’

Dus jullie kozen ervoor om verder te gaan? ‘Ja. We kregen een nacht later in kamp 2 echter prompt zelf een lawine over ons heen. Gelukkig vielen daarbij geen gewonden. We zijn toen teruggegaan naar het basiskamp om de sneeuw te laten settelen. Bij onze tweede sum mit push moesten we in kamp 3 noodgedwon gen omkeren door de vele sneeuw. Op de te rugweg kwamen we weer in lawines terecht, boven ons, onder ons, het was een totale chaos. Ik zag een rugzak omlaag glijden. Die bleek later van de sirdar van Arnold Coster te zijn, Dawa Chhiring, die pal onder de abseil waar wij stonden verongelukte. Uiteindelijk ben ik zo hard mogelijk doorgerend naar het basiskamp, waar ik een stevig potje heb zitten janken. Ik heb twintig jaar geleden een be schermengeltje van bergkristal gekregen van

mijn moeder, dat ik nog altijd bij me draag op expedities. Dat engeltje heeft hard gewerkt die dagen.’

Wat leer je van zulke ervaringen?

‘Nadenken over wat ethisch is, over met zoveel mensen op zo’n berg zijn (er waren vijfhonderd buitenlandse klimmers en evenveel begelei ders op Manaslu, red.), en natuurlijk over wat voor jou de grens is. De antwoorden op die vragen heb ik nog niet. Ik wil vooral niet een harteloze klimmer zijn die doorgaat als ande ren in de problemen zijn.’

Was deze ervaring ook je voorland? ‘Ik ben natuurlijk zelf ook gewoon toerist, maar je ziet dat steeds meer mensen denken dat het eenvoudig is, als een soort guided tour, maar dat is natuurlijk helemaal niet zo. Iemand in onze groep zei steeds: ‘This is an easy pick’ Dan denk ik: ja hallo! Dit is een achtduizender hoor! Dit is niet risicoloos. Je ziet op een expe ditie als deze heel veel dingen die heel dubbel zijn, maar ja, het kriebelt nu alweer.’

HOOGTELIJN 5-2022 | 13
Manaslubeklimming
werd emotionele achtbaan
Jolanda van Kesteren boven kamp 1

Thema: Bergen boeken

Het grotemisverstand over literatuur en bergbeklimmen

14 | HOOGTELIJN 5-2022

Romans over bergen en bergbeklimmers gaan over bergen en bergbeklimmers. Dat is een groot misverstand. Paolo Cognetti’s De acht bergen gaat over vriendschap, Step han Enters Grip gaat over de verstrijkende tijd, James Salters Solo faces over het vinden van een levensbestemming, Ludwig Hohls Bergtocht (een prachtige novelle waar hij decennia aan werkte, zo moeilijk is het soms) over ontsnappen aan de werke lijkheid. Miek Zwamborns De duimsprong gaat over gemis, landschap en geologie, A. den Doolaards De grote verwildering over bezetenheid, W.F. Hermans’ Nooit meer slapen over een zaamheid. Charles-Ferdinand Ramuz’ De grote angst in de bergen gaat over angst, net als Thomas Olde Heuvelts Echo, Edzard Miks Mont Blanc over vader en zoon, en Pauline Slots recent verschenen Bergen aan zee over achterblijven en jezelf verzoenen. En dan heb ik de meeste titels uit mijn boekenkast wel genoemd, want veel romans over bergen en bergbeklimmers worden er niet geschreven. Mijn kast is vooral gevuld met klimverslagen en waargebeurde verhalen, die veel meer bekend heid genieten dan de fictie en vooral over klimmen gaan (maar niet altijd).

Mijn eigen bergroman, Zuurstofschuld, gaat denk ik over de vraag of een leven gekozen is of wordt veroorzaakt door omstan digheden. Daarom begint het verhaal op een anonieme top met een bergbeklimmer, Walter Welzenbach, die zich afvraagt wat hij daar doet. Is het zijn eigen keuze geweest zijn leven aan de bergen te geven of is het nu eenmaal zo gelopen omdat hij toevallig een vriend vond in zijn klimmaat Lenny?

Walter kijkt ‘in de leegte’, vanaf die top, ‘hierboven zijn heeft geen betekenis – dát is het allermoeilijkste om te begrijpen’. Het is een van de allereerste zinnen die ik schreef toen ik er zes jaar geleden aan begon, en wat mij betreft nog steeds de kern. Voor bergbeklimmers heeft elke berg betekenis, ik weet zelf bijvoorbeeld nog precies hoe de laatste meters van de Zinalrothorn voelden, een kwart eeuw geleden. Maar een roman geeft je de mogelijkheid de omstandigheden te gebruiken om iets anders te vertellen, en zo via een nieuwe route de werkelijkheid te benaderen. Heel soms, als het lukt, komt een roman op die manier dichter bij de waarheid dan non-fictie.

Dat er zo weinig romans zijn over alpinisme verbaast me wel, want de wildernis in het algemeen en de bergen in het bijzonder vormen een ideale biotoop voor elke schrijver, omdat ze alles uitvergroten en verkleinen, soms zelfs tegelijk. Bergbeklimmers zijn de ideale personages: hoe hoger ze komen, hoe meer ze uitgebeend raken, niet alleen fysiek maar ook karakterologisch, zodat het mogelijk is om tot een kern te komen van waar romans meestal over gaan: het leven.

Tegelijk maakt dat het ook zo moeilijk. Beschrijf maar eens een berg of een landschap dat uit niets meer bestaat dan rots en ijs, waar geen leven is behalve die vreemde figuur in een donspak. Ook de schrijver moet hard werken om die wereld te verbeelden.

BERGEN BOEKEN THEMA HOOGTELIJN 5-2022 | 15
Zuurstofschuld, Toine Heijmans, Uitgeverij Pluim (2021)
Foto Merlijn Doomernik
Toine Heijmans is journalist, columnist en schrijver

Bij een antiquariaat kocht ik het debuut van A. den Doolaard, uit 1926: een dichtbundel gedrukt op papier dat prachtig de tijd overleefde. Bijna een eeuw oud en nog zo vers als een onbetre den sneeuwveld. Het heeft een geweldig moderne titel: De verliefde betonwerker, uitgegeven in tweehonderd genum merde exemplaren (de mijne, nummer 168, is speciaal gedrukt voor Hendrik Marsman). Maar daar ging het me bij de aankoop niet om, het ging me om twee gedichten over bergbeklimmen die erin staan.

Een schrijver uit het land zonder bergen, die in 1926 over klimmers dicht! Dat is spectaculair, en het zijn nog hele goede verzen ook.

Het eerste, Mount Everest, is een ode aan Mallory en Irvine, die twee jaar eerder op de berg verdwenen, en tussen de regels door lijkt het alsof de dichter ze een topbeklimming gunt, ja, daar is weinig twijfel over:

Voorbij de verste bloemen klom hun tred / Hooger dan echo’s, stervend aan hun voeten

Nog mooier vind ik De bestijging, waarin de Pelvoux wordt beklommen, een wat ondergewaardeerde bijna-vierduizender. De berg wordt hier aangesproken als een mens, een personifica tie – ook dat kan alleen in de literatuur, of in de koortsdromen van een uitgeputte klimmer in de ijle berglucht.

Kwaadaardig zwijgend in den hemel borend / Uw zwart, doorsidderd door een lach van wit verraad, Die schaatrend sterft in val van gletschertorens!

En later:

Ons is uw ziel, Pelvoux!

Lees dat eens hardop voor en merk: veel dichter bij het bergbe klimmen kun je op papier niet komen. Zo schrijf je over rots en ijs! En Den Doolaard heeft nog gelijk ook: de berg heeft geen ziel, wij zijn het, de klimmers, die de berg een ziel geven, onze eigen ziel. Zonder ons stelt een berg weinig voor – het duurde niet voor niets lang voordat de mens bergtoppen namen begon te geven, want niemand zag het nut ervan.

Het mooie van De grote verwildering (uit 1936) is wat mij betreft niet het hervertellen van de manier waarop de Mont Blanc werd veroverd (dat woord gebruikt hij, ik niet), maar de barokke, vurige taal waarin Den Doolaard zijn pen doopt, de manier waarop hij van een grote geschiedenis een kleine maakt, waarin de hoofdpersoon moet kiezen tussen twee liefdes (berg en vrouw), voor de berg kiest en met de gevolgen moet leven. Dat is pas onderwerping!

Den Doolaard was zelf een klimmer, en een goede – in 1930 maakte hij met een gids en een Française dat jaar de enige winterbeklimming van de Mont Blanc. Hij verbleef een tijdje in Chamonix (om te genezen van een alcoholvergiftiging) en hield ervan de Alpen op ski’s te ontdekken. Zo zijn er meer schrijvers van bergromans die zelf wat ervaring hebben, maar dat maakt ze nog niet tot klimmende schrijvers of schrijvende klimmers. Elke romanschrijver put uit zijn eigen ervaringen, ik ook, maar anders dan bij schrijvende klimmers zijn die meestal niet leidend. Dat ze het soms wel zijn hoeft geen verwarring te wekken, zolang je het onderscheid aanhoudt tussen het nut van waargebeurd en van verzonnen.

Van een paar klimmers (niet veel) kreeg ik na het verschijnen van Zuurstofschuld commentaar dat wat ik beschrijf soms niet helemaal klopt met de praktijk van het klimmen; sommigen troffen kleine foutjes aan. Alles heb ik met dank geaccepteerd, die foutjes zijn gedurende tien drukken hersteld; tegelijk merkte ik dat het voor klimmers soms lastig is om een roman als een roman te zien. Dat is te begrijpen, want ik lees een roman over bijvoorbeeld een krantenjournalist anders dan iemand die geen krantenjournalist is. Maar evengoed is het ook jammer, omdat je op die manier de crux van een boek kunt missen. Werkelijkheid en waan naderen elkaar heel dicht in zowel de literatuur als in de bergen, dat kan een oorzaak zijn van het misverstand. Het komt ook doordat ik in mijn boek werkelijke gebeurtenissen verweef met het fictieve verhaal van Walter en Lenny. Tijdens het schrijven vroeg ik mezelf vaak af of dat verstandig was, citeren uit boeken van Bonatti, Rébuffat of Hargreaves; schrijvende klimmers naderen namelijk evengoed de literatuur, zoals omgekeerd ook gebeurt. Maar het mooie van een roman is dat alles mag, ook dit. Bovendien gaf het me een mogelijkheid om vaak prachtige, al bijna vergeten verhalen waarvan je nooit meer hoort een podium te geven (Bonatti is bij mijn weten zelfs nooit in het Nederlands vertaald). Alles kan in een roman: Pauline Slots Bergen aan zee volgt vrij nauwgezet de levensloop van Ronald Naar, al dragen de mensen en plaatsen in haar boek andere namen. Maar over Ronald gaat het niet: ze gebruikt zijn geschiedenis om psychologische

16 | HOOGTELIJN 5-2022

thema’s uit te werken. Thomas Olde Heuvelt noemt in Echo de Maudit bij naam, maar het is niet de Maudit die we kennen, het is zijn eigen, duistere variant. Al is het boek zo goed geschreven, dat ik niet snel meer voor het beklimmen van die berg zou kiezen.

Een biograaf, historicus of journalist, maar ook de klimmer die een klimverslag schrij moet de feiten volgen en zoveel mogelijk vermelden: hoe accurater hoe beter. Een roman komt alleen tot leven als de lezer met zijn eigen verbeelding aan de slag kan. Daarom is weglaten zo belangrijk. Zo noem ik bewust de naam niet van de berg die in Zuurstofschuld wordt beklommen, omdat die er voor de klimmer niet toe doet. Omdat klimmen er voor hem niet meer toe doet. Het boek hee een plot, maar dat wordt (spoiler) in het derde hoofdstuk uit de doeken gedaan. Vlak voordat de tekst naar de drukker ging heb ik het laatste hoofdstuk nog weggehaald omdat ik het te duidelijk vond. Dat maakte het gek genoeg een stuk beter.

Zo veel mogelijk vertellen of slechts een deel, daarin verschilt ctie van non- ctie. Wat niet zegt dat niemand mag genieten van een goedgeschreven roman over bergen en bergbeklimmers, want literatuur is er wat mij betre ook om te verdwalen in een wereld die je niet kent, of waar je graag wil zijn, en daarna weer veilig thuis te komen.

Inhoud

Thema Bergen boeken

Nooit meer slapen in de winter

De ziel van het Baskische Vaderland

Depot: topboeken

Op zoek naar Heidi

In het spoor van de Bruggenbouwers

Interview: Paolo Cognetti

Bloemen van steen

Hoe teken je een berg?

Brief aan Francesco Petrarca

Digitalisering bergsporttijdschri en

The Rock Warrior’s Way

Toerskiën met De toverberg

HOOGTELIJN 5-2022 | 17 BERGEN BOEKEN THEMA
18
24
28
30
36
42
48
54
58
63
64
68

Nooit meer slapen in de winter

De thermometer is invalide. Aflezen gaat niet meer. De vloeistof hee zich teruggetrokken tot ver onder het einde van de schaal, die tot min dertig graden loopt. In deze kou steken we gevieren de Finnmarksvidda over, het decor van Willem Frederik Hermans roman Nooit meer slapen. In dat boek werd hoofdpersoon Alfred Issendorf gek van de muggen. Bij deze temperaturen hebben wij daar mooi geen last van.

Het is alweer tien jaar geleden dat ik kennismaakte met dit gebied en de absolute leegte ervan. Een verslaving werd toen geboren. Onbeperkte hoeveelheden sneeuw over onbewoonde en vooral eindeloze glooiende vlaktes, waar maar enkele plooien de naam berg verdienen. Toppen van een paar honderd meter hoog ogen in dit decor als majestueuze Alpenreuzen. Eindeloze ongerepte sneeuwvlaktes, destijds dag na dag en nu week na week.

Warm welkom Mijn vorige tocht sloot ik af bij Ravnastua, de hut die een belangrijke rol speelt in Nooit meer slapen. Samen met beheerder Oskar, die als peuter in Hermans’ boek gureert, verdreef ik in de sauna de kou uit mijn botten. Badend in de sneeuw nam ik toen afscheid van de hoogvlakte, genietend van ’s werelds mooiste lichtshow: het noorderlicht. Nu verwelkomt aurora borealis me terug in de meest spectaculaire uitdossing waarin ik haar ooit heb gezien. Als lange haarlokken valt het groene licht rechtstreeks vanuit de ruimte boven op me, in pulserende golven trekt het over de horizon en soms kleurt het zelfs rood en paars. Ondertussen gaat echter de ene verwensing na de andere door mijn hoofd. Waar Issendorf en kompanen tenminste nog een stevige theodoliet tot hun beschikking hadden, moet mijn camera het doen zonder statief. Dat bleef onbedoeld ergens achter op weg naar mijn startpunt Karasjok. Met dank aan de moderne elektronica blijken de uit de hand genomen foto’s gelukkig nog acceptabel. Dat ik in mijn enthousiasme vergeet om handschoenen aan te trekken wordt echter meteen afgestra met drie bevroren vingertoppen. Pas vele weken later komt op pijnlijke wijze het gevoel daarin weer terug.

18 | HOOGTELIJN 5-2022

Kuilen

Niet alleen mijn statief zwer nog ergens door Scandinavische luchthavenkelders, maar ook mijn splinternieuwe ski’s. Met geleend materiaal ga ik nu op pad. Pas laat in de middag vertrekken we vanuit Karasjok richting een tweehonderd meter hoger gelegen plateau. Dit zijn meteen de pittigste kilometers, want met een goede veertig kilo is de pulka nu op zijn zwaarst. Bovenop aangekomen is het al donker, dus blijven gids Kasper zijn instructies beperkt: ‘Stamp eerst de sneeuw aan, zet de tent met zijn kont naar de wind, bedek de windflappen met sneeuw en graaf een keukenkuil in de voortent.’ Een eindje van het kamp vandaan graaf ik ook nog maar een wc-kuil. Na het diner rollen mijn tochtgenoten Cat en Cassandra meteen hun slaapzakken in, smelt Kasper sneeuw voor in de thermosflessen en laat ik me verwelkomen door aurora borealis.

Routine

Daarmee ligt het stramien voor de komende twee weken vast. De dagen zijn van een onwaarschijnlijke simpelheid. We staan op, ontbijten en breken het kamp op. Dan skiën we tot vier uur ’s middags, in blokken van steeds twee uur, om dan opnieuw

kamp te maken, waarop we na het diner platgaan. Als het weer te slecht is zetten we een tent op voor de lunch, anders zitten we bovenop de sledes. Al binnen een paar dagen zit de routine erin. Waar het kamp opbouwen of a reken eerst twee uur kostte, gaat dat na een paar dagen binnen een half uur.

Oriëntatie

De Finnmarksvidda is duizenden vierkante kilometers groot, prachtig glooiend en vooral leeg. Het gebied dat wij doorkruisen kent geen vaste bewoning en geen wegen. Na de eerste twee dagen zijn er sporen noch markeringen meer. We kunnen gaan en staan waar we willen. In twee weken tijd spreken we slechts twee andere mensen. Op een sneeuwscooter zijn ze beroepshalve onderweg in het gebied. Wij blijken de enigen te zijn die dit jaar deze gedroomde winterwereld doorsteken. Gedroomd, maar vaak ook een nachtmerrie van formaat. We skiën op kompas, koersen uitzettend van punt naar punt. Waar we in Nederland of de Alpen amper te maken hebben met miswijzingen van een kompas, geven tabellen aan dat de actuele miswijzing hier twaalf graden zou bedragen. In de praktijk blijkt dat echter achttien graden te zijn. Met dit soort tochten zijn dat heel

HOOGTELIJN 5-2022 | 19 THEMA BERGEN BOEKEN

belangrijke verschillen, zeker op momenten met weinig zicht. Op de meeste momenten dus. We hebben niet eens een complete white-out nodig om ons richtingsgevoel kwijt te raken. Een gesloten wolkendek, waardoor er geen schaduwen meer zijn, is al voldoende. Het schatten van de afstand naar een gepeild markant punt is dan gokwerk. Gedachte afstanden van honder den meters blijken soms nog geen vijftig meter te zijn en anders om. Soms voel je pas aan de inspanning bij het lopen dat je stijgt of daalt, of groeit er al lopende ineens een metershoog sneeuw duin naast je. In zulk weer wisselen Kasper en ik het sporen af, te lang in de melk turen maakt je gek. Verhalen over hallucinaties blijken niet overdreven.

Vrijdagmiddagborrel

Op een zonnige namiddag worden we bij Cat en Kasper geroepen voor overleg. Cat is arts en had zich bij de douane zorgen ge maakt over de opiaten in haar EHBO-set. Ze had zich beter ergens anders zorgen om kunnen maken, want nu blijkt dat ze naast heerlijke olijven en zoutjes al dagen een liter sterkedrank met zich meezeult voor een vrijdagmiddagborrel. Hoe relaxed wil je het hebben: chillend op je slaapmat de zon zien ondergaan over eindeloze sneeuwvlaktes. Helaas is de alcohol wat minder

onschuldig. Met mijn rozige hoofd draai ik even later de ijsboor bot, doordat ik tot op de rotsbodem van het meer boor naar drinkwater, terwijl Cassandra de keukenkuil eerder schouder diep dan heupdiep graaft.

Functioneel

Mits op de juiste diepte gegraven, is zo’n keukenkuil een van de voordelen van kamperen in diepe sneeuw. Die kuil is superfunc tioneel: je hebt een binnenruimte waarin je rechtop kunt staan. Ondanks een stevige wind is het zo zeker met zonnig weer prima toeven in de tent, zonder veroordeeld te zijn tot verblijf in je slaapzak. Die extra zitruimte blijkt helemaal goud waard als we twee dagen vastzitten in een storm. In de avond betrekt de lucht verder en verder, ’s nachts trekt de wind aan. Uur na uur, tandje voor tandje. Gesuis wordt geflapper en geflapper wordt geklap per. Rechtstreeks vanaf de Noordpool dondert de wind over het immense plateau. Ons kamp staat daar middenop, zonder enige beschutting. Nooit meer slapen wordt werkelijkheid. Onze route loopt recht tegen de wind in. Verdergaan is geen optie, we moeten de storm uitzitten. Hoewel het allemaal heel spannend klinkt en oogt en het niet precies aangenaam is, maken we ons geen zorgen. Hiervoor hebben we extra tijd ingecalculeerd in ons plan, onze uitrusting is op orde en we hebben voldoende eten en brandstof. Mocht een tent kapotwaaien, dan hebben we de andere nog en desnoods graven we een sneeuwhol. Als de wind even luwt graven we de tenten uit de opgewaaide sneeuw of gaan we bij elkaar op de koffie. Maar vooral maken we veel

20 | HOOGTELIJN 5-2022
Verdergaan is geen optie, we moeten de storm uitzitten

Nooit meer slapen

Nooit meer slapen is het verhaal van de jonge geoloog Alfred Issendorf, die in de Finnmarksvidda onderzoek verricht. Issendorf hoopt dat zijn naam aan een belangrijk wetenschappelijk feit zal worden verbonden, iets wat zijn vader niet lukte omdat deze al jong verongelukte. Vergeleken met zijn drie Noorse tochtgenoten blijkt Issendorf echter een enorme stoethaspel als het gaat om het Scandinavische buitenleven. Keer op keer wordt hij door het terrein en het weer verslagen, in een land waar de zon nooit ondergaat en de muggen nooit slapen.

Nooit meer slapen, Willem Frederik Hermans, De Bezige Bij (1966)

Hermans schreef het boek nadat hij zelf door Scandinavië reisde. Veel personages zijn (losjes) gebaseerd op de mensen die hij daar ontmoette. Meer hierover lees je in: De Noorse liefde van W.F. Hermans, Karin Anema, Atlas Contact (2005)

Nooit meer slapen wordt werkelijkheid in de storm

boekenmeters. En de keukenkuil blijkt nog functioneler dan gedacht, als uit Cassandra’s slaapzak naast me ineens klinkt: ‘Frank, do you mind if I pee in the kitchen?’

Kantoorbaan

Ook deze storm gaat weer voorbij en na twee dagen skiën we verder. In de nu schoongewaaide wereld is oriënteren een fluitje van een cent. De pulka’s worden met de dag lichter, iedere dag sjouwen we minder eten en brandstof. Kasper oogt als een hipster met zijn enorme baard, en zijn voorkeur voor perfecte koffie past daar prima bij. Niks geen oplosspul, iedere ochtend brengt hij twee mokken verse, handgemalen koffie naar onze tent. Pas daarna gaan we aan de trog vol havermout. Met twee liter heet water per persoon in de pulka gaan we dan op pad. De lunch is gevriesdroogd voer. Zelfs daarin blijkt kwaliteitsverschil te zijn en ik bewaar de ‘lekkerste’ pakjes voor het laatst. Iedere lunch vul ik aan met een heel pakje Hartkeks. ’s Avonds eten we meestal ook droogvoer, maar iedere derde dag is er vers eten. Onze pulka’s voldoen met dit weer prima voor gekoeld transport van de door ons in Karasjok al geprepareerde wortelen, spruiten, gewelde bonen en het voorgebakken vlees. Al met al werk ik op deze manier per dag zo’n 2.500 kilocalorieën naar binnen, wat volgens de boekjes voldoende is om met een kantoorbaan op gewicht te blijven. Maar met zes tot acht uur per dag hard werken op de ski’s en energievretend lage temperaturen blijkt dit echt te weinig. Al doende teer ik steeds verder in op mijn reserves en

ben ik mijn tochtgenoten meer dan dankbaar voor al het snoep dat ze me aanbieden.

Verhongeren

De Finnmarksvidda telt duizenden meren en meertjes. Bevroren en onder een dik pak sneeuw zijn ze onzichtbaar, maar met een gps vind je ze probleemloos. Bij vertrek hadden we nog gedacht onderweg wat vis te vangen voor de omnivoren onder ons. Helaas heb ik de boor dus bot gedraaid en zonder boor kunnen we het vergeten om door vele decimeters dik ijs te komen. Veel meer dieren dan vissen zijn er niet. De keren dat we wat struiken treffen, zijn er sneeuwhoenders. Je hoort hun karakteristieke geluid eerder dan dat je ze ziet, waarna ze als een ontploffende sneeuwwolk opvliegen. Ook vinden we hier en daar sporen van vossen en een keer zelfs de pootafdrukken van een eenzame wolf. Wellicht dat die een buitenkansje ziet in de enkele losse rendieren die we ook onderweg treffen. Deze zijn afgedwaald van de enorme kuddes, die net aan hun trek naar het noorden begonnen zijn. Duizenden van deze geweidragers zijn op weg naar het eiland Magerøya, waar ze ’s zomers de eindeloze muggenplaag van het vasteland ontvluchten. Met het verande rende klimaat krijgen de rendieren het steeds moeilijker. Bij ons vertrek was de temperatuur even boven nul. Smeltwater drup pelde toen door het sneeuwdek naar beneden. Nu we rond de min dertig graden leven, wordt deze natte sneeuw een laag massief ijs over de planten. Zelfs met onze metalen scheppen

HOOGTELIJN 5-2022 | 21 BERGEN BOEKEN THEMA

komen we er amper doorheen. De zachte rendierpoten redden dat zeker niet. De ingevroren struikjes blijven onbereikbaar en veel dieren verhongeren.

Noorse liefde

Het eten is vrijwel op en de sledes zijn aangenaam licht. Op Cassandra’s pulka na. Die is vol, want zij sjouwt alle lege verpakkingen van het eten. We hebben de stormvertraging ingelopen en liggen keurig op schema. Gisteren, de laatste avond op het plateau, hebben we de tent lekker warm gestookt en daarna alles gegeten wat we op konden. In mijn geval betekende dat tweeënhalve droogvoermaaltijd. Nu skiën we voor het eerst na twaalf dagen op een gemarkeerd spoor. In de verte zien we wat huizen. We zijn bij Skaidi, het busstation waar Willem Frederik Hermans ooit zijn Noorse liefde Ingeborg trof. Hoewel het allemaal wat groter geworden is, is de desolate sfeer uit Nooit meer slapen nog volledig intact. Een pioniersnederzetting is het. We vallen niet eens echt op, als we in onze buitensportkleding het cafetaria binnenstappen. Zelfs onze bestelling valt niet uit de toon, maandag halverwege de ochtend: ‘Doe maar ko e. Ja, met veel slagroom. En ook acht wafels met gesmolten kaas. En doe ook maar hamburgers, en friet met mayonaise en ook vier héél grote glazen bier.’

Oversteek van de Finnmarksvidda

Het gebied De Finnmarksvidda is een enorm, vrijwel onbewoond plateau in het uiterste noorden van Noorwegen. Aan de randen van het plateau zijn ook veel mooie, kortere tochten te maken. Alta, Kautokeino en Karasjok hebben ook een ruim aanbod aan sledehondentochten, zelfs voor een halve dag of van hut naar hut. De complete oversteek op eigen kracht wordt maar weinig gemaakt. Wij waren afgelopen winter de enigen. Op de meeste achtduizenders is het drukker.

Gids en materiaal Op het Europese vasteland kom je niet dichter bij een poolexpeditie dan met deze oversteek. Hoewel ik ruimschoots zelfstandige ervaring heb in meerdaagse Scandinavische wintertochten, zijn het gebied en het klimaat hier dusdanig ruig, dat ik koos voor de zekerheid van een lokale gids. Ik regelde mijn zaken via Turgleder (turgleder.com). De gebiedskennis en ervaring van eigenaren Liv en Kasper zijn fenomenaal. Daarbij verhuurt Turgleder ook al het benodigde materiaal.

Reis

Je vliegt op Alta of Lakselv en neemt vanaf daar de bus naar Karasjok. In Skoganvarre rijdt die langs het huis waarin Hermans ooit verbleef. Reserveer reservedagen in je schema, ook in de reis naar Karasjok. Stormen leggen het wegen vliegverkeer soms dagen lam, om het over stormen tijdens je skitocht maar niet te hebben.

Fotograferen

Bij erg lage temperaturen vormen zich rondom sto es op je sensor ijskristallen. Zorg daarom nog meer dan anders voor een perfect schone sensor. Ondanks temperaturen ver onder nul, kwam mijn digitale spiegelreflexcamera met drie accu’s makkelijk uit. Alleen om te fotograferen gingen de accu’s in de camera, verder bleven ze warm in mijn broekzak.

Landkaarten

Landkaarten met schaal 1:50.000 geven in het glooiende besneeuwde gebied voldoende informatie. Wij gebruikten Statens Kartverk / norgeskart.no, schaal 1:50.000, kaartbladen 197N, 197S, 187S, 186N, 177N en 176N. Naast een kompas is een gps met koudebestendige lithiumbatterijen zinvol.

HOOGTELIJN 5-2022 | 23 BERGEN BOEKEN THEMA
de desolate sfeer uit Nooit meer slapen is nog volledig intact

De ziel van het

Baskische Vaderland

24 | HOOGTELIJN 5-2022
boek Vaderland van Fernando Aramburu gaat over twee bevriende Baskische gezinnen die in de jaren ’80 verscheurd raken door de strijd van de afscheidingsbeweging ETA. De roman werd veelvuldig vertaald en meer dan anderhalf miljoen keer verkocht. Geïnspireerd door Vaderland treinen wij naar Baskenland om er te wandelen en de Baskische ziel te ontdekken. We komen terecht op de Camino Vasco del Interior en wandelen diagonaal door Baskenland. Tekst en beeld Rien Jans
Het
De top van de Aizkorri (1528 meter)

Hé, stemmen! Wandelaars? Maar waar dan? Op deze vroege septemberochtend moet ergens boven ons iemand lopen, in de optrekkende wolkenflarden. De zon prikt er soms al doorheen en we zijn bezig aan de klim vanuit bergdorp Zegama naar de tunnel van San Adrian, een natuurlijke doorgang door het Aizkorrimassief op 1000 meter hoogte. Als we doorlopen krijgen we al snel een vrouw met rugzak in het zicht. Het blijkt een kwieke Sloveense van over de 65 die werkelijk alle camino’s hee gelopen, en een flink aantal daarvan zelfs meerdere keren. Ze loopt alleen, maar hee zojuist een videootje opgenomen voor haar blog en dat hebben we gehoord. Dagen later bese en we dat zij de enige mede-caminista is die we op deze hele tocht ontmoeten. El gran desconocido para muchos, de grote onbekende voor velen, noemt de krant El Diario Vasco van 2 september 2022 de Camino Vasco del Interior. Letterlijk betekent Camino Vasco del Interior: de Baskische camino (weg) door het binnenland. Deze camino is onderdeel van het netwerk aan pelgrimsroutes die allemaal naar Santiago de Compostella leiden. Vanuit veel delen van Europa leiden ze naar Spanje, en ook vanuit alle delen van Spanje leiden ze naar Compostella, de stad waar de apostel Jakobus begraven ligt. San Iago, Spaans voor Sint Jacob, is verbasterd naar Santiago.

Pelgrimsroute

‘Peregrinos’, fluisteren mensen elkaar overal zacht maar toch hoorbaar toe, als ze ons zien lopen met onze rugzakken: pelgrims. Alsof wij een ander soort mensen zijn, groene mannetjes. Maar wij voelen ons helemaal geen pelgrims. Wij zijn op zoek naar de Baskische ziel dus, niet naar die van onszelf. We willen weten wat Basken als Bittori (anti-ETA) en Miren (pro-ETA) in Vaderland drij . We maken daarbij toevallig gebruik van deze pelgrimsweg, omdat er bijna geen andere lange wandelroutes zíjn door Baskenland. Maar ja, leg dat maar eens uit in je beste Baskisch.

Dat artikel over die gran desconocido gaat over het geringe aantal wandelaars dat de Camino Vasco del Interior aandoet, met name dit jaar. Het nieuws is dat de herberg van Beasain slechts 56 overnachters telde in de maand augustus. Een belangrijke oorzaak is volgens de herbergiers nog steeds de nasleep van corona. In 2018 noteerden ze in Beasain nog 365 slapers in augustus, waarna in 2020 en 2021 door corona alles instortte. Maar of het nu gaat om een gemiddelde van twee of twaalf gasten per nacht, het blij weinig. De belangrijkste oorzaak is toch die grote onbekendheid. Op veel caminowebsites komt de Camino Vasco del Interior helemaal niet voor.

Maar daar malen wij dan weer niet om. Sterker nog: het gee ons het heerlijke gevoel alsof we lopen door maagdelijke sneeuw. We hebben de GPX-tracks gevonden en na veel zoeken ook geschikte overnachtingsplaatsen. Die zijn erg spaarzaam omdat we hebben gekozen voor de Saiatz-variant, de route door de bergen, en niet de reguliere route door het dal van de rivier de Oria. Het dal is druk. In de bergen zijn geen dorpen, maar ook geen hutten.

HOOGTELIJN 5-2022 | 25 BERGEN BOEKEN THEMA
Foto Iñaki LLWikimedia Commons

Dwars door Baskenland

Onze keuze voor de rustige bergroute betaalt zich uit op onze tweede wandeldag. Vijfendertig kilometer geeft de Garmin aan, met 1200 meter stijgen en 150 meter dalen, als we redelijk gesloopt neerzijgen in ons hotel in Bidania-Goiatz, dat in het Spaans dan weer Bidegoyan heet. Volle bepakking met tent en kookspullen ging ons te ver, dat moet er voor het juiste beeld wel bij. Gisteren deden we al 29 kilometer met ruim 900 plus en ruim 900 min. Maar dan heb je ook wat! Baskenland ontpopte zich aanvankelijk voor ons als een grotere en hogere broer van de Dutch Mountain Trail, met stralende zon, kleinschalig heuvel land, vriendelijke weides, bosjes en boomgaardjes en bijna dezelfde gele, lemige bodem als in Limburg. Op dag twee gaat die vergelijking niet meer op. In Hernani staan we op met stevige xirimiri, Baskisch voor motregen. Daar hebben ze hier ruime ervaring mee. Tegen de tijd dat we bij Iturrioz zijn, een klein kapelletje in het midden van niets, plenst het onophoudelijk. Dan moeten we nog verder klimmen over de Gazume, een kale

kalkstenen puist van 1002 meter, maar door de mist en regen krijgen we de top niet te zien. Ook tijdens de afdaling naar het zadel van Zelatun wordt het er niet beter op. Onze geitenpaadjes zijn beekjes geworden en het zicht is nul. Pas als ver onder ons ineens het dorpje Errezil door gaten in het wolkendek verschijnt, merken we dat het is opgeklaard. Vlak voordat we onze bestem ming Bidania bereiken kunnen de regenpakken zelfs uit en breekt een bleek zonnetje door.

De Saiatz-variant door de bergen duurt voor ons vier dagen, dus ook dag drie en vier dragen nog bij aan ons onbewoonde-wereldgevoel. Alleen voor het dorp Ormaiztegi dalen we even af naar de beschaving. De dag erna trekken we weer omhoog naar het iets grotere Zegama, een bergdorpje met 1500 inwoners dat ook wel ‘de schaduw van de Aizkorri’ wordt genoemd. En inderdaad domineert het Aizkorrimassief hier het uitzicht. Niets wijst erop dat de Nederlandse marathonrevelatie Nienke Brinkman hier amper zes maanden geleden de Zegama-Aizkorri trailmarathon

Vaderland

Fernando Aramburu’s roman Vaderland is een gelaagd familiedrama over twee Baskische families die in de jaren ’80 uit elkaar worden gedreven door de impact van de afscheidingsbeweging ETA. Twintig jaar na dato keert de moeder van het ene gezin terug naar het dorp dat ze verliet toen haar man er werd vermoord, om er opnieuw te gaan wonen.

Het boek is verfilmd en als serie (Patria) te vinden bij HBO.

26 | HOOGTELIJN 5-2022
Vaderland, Fernando Aramburu, vertaling Hendrik Hutter, Wereldbibliotheek (2016) Bilbao De kapel in de tunnel van San Adrian De tunnel van San Adrian is een natuurlijke doorgang door de berg Bidania-Goiatz

(met 5472 hoogtemeters) op haar naam schreef, in een nieuwe recordtijd van 4:16:43. Wel tre en we net buiten het dorp een spiksplinternieuwe herberg voor caminolopers aan. Het volledig houten gebouw is klein, duurzaam en basaal. Er kunnen twaalf caminista’s slapen, en een overnachting plus warme douche kost slechts tien euro. Kom daar maar eens om in de Alpen. Vanavond is er maar één bezoeker. En jawel, precies die ene bezoeker halen we de volgende dag in op weg naar de San Adriango tunela De tunnel van San Adrian is heel bijzonder en met afstand de beroemdste plek op deze camino. Hij is het resultaat van regenwater dat kalksteen hee opgelost, karst, dat daardoor een gang van 55 meter hee uitgesleten onder de kam van de berg. De Romeinen hebben er een weg doorheen aangelegd, maar de oudste menselijke sporen hier gaan terug tot de bronstijd. Ook toen begreep men prima dat dit een handige doorgang was door het massief. Maar veel begreep men ook niet. Men bedacht dat de godin Mari Urraca, die woonde op de vlakbij gelegen berg Anboto, hier te vinden was en dat je overlevingskansen erg klein waren als er mist over de berg hing. Sinds de elfde eeuw staat er een kapel in de grot, niet vernoemd naar Mari of de heilige Adriaan, maar naar Sandatei, de Heilige Drie-eenheid.

De tunnel

De tunnel is ook de doorgang van de provincie Gipuzkoa aan de noordkant naar de provincie Araba aan de zuidkant. Die laatste is de enige niet-groene Baskische provincie: Biskaje en Gipuzkoa zijn nat en groen door het wisselvallige weer aan de Golf van Biskaje. Na de tunnel loop je direct in een totaal andere omgeving. Vochtige beukenbossen hebben plaatsgemaakt voor droge eikenbossen en het is meteen ook heet en droog. Het gras is geel en je waant je niet meer in Baskenland maar in Castilië. We lopen door naar de Baskische hoofdstad Vitoria-Gasteiz en doen daarna nog twee etappes, naar La Puebla de Arganzón, dat in een Castiliaanse enclave in Baskenland ligt en naar Miranda de Ebro, dat daadwerkelijk in Castilië ligt. Daar houdt onze GPXtrack op en iets zuidelijker sluit de route aan op de immens populaire Camino Francès. In deze contreien hoor je nog maar weinig Euskera, Baskisch. Dat

ETA

De Baskische afscheidingsbeweging ETA (Euskadi Ta Askatasuna, Baskenland en Vrijheid) was o cieel actief van 1959 tot 2018 en streefde de oprichting van een ona ankelijke, socialistische Baskische staat na, in zowel Spaans als Frans Baskenland. De groep maakte in die periode minimaal 854 dodelijke slachtoffers, veel door bomaanslagen. Vooral in de jaren ’80 drukte de ETA een bloedig stempel op de Spaanse samenleving.

De Camino Vasco del Interior

Onze route

De Autonome Gemeenschap Baskenland, zoals het Spaanse deel van Baskenland heet (het andere deel ligt in Frankrijk en wordt Iparralde genoemd: de Noordzijde) is bergachtig, onherbergzaam en afgezien van de kuststrook dun bevolkt. Wil je weg van de kust, dan is de Camino Vasco del Interior de perfecte manier om Baskenland te ervaren. Wij ontweken het dal van de Oria via de bergen en liepen van Irun naar Miranda de Ebro: 198 kilometer in acht etappes met ongeveer 5000 meter stijgen en 4000 meter dalen.

De reis

Naar Irun reizen is eenvoudig: neem de Thalys naar Parijs en stap daar over op de TGV naar Hendaye. Steek lopend de brug over de rivier Bidasoa over (500 meter) en je staat in Irun, voor het bord van de start van de Camino.

De Baskische Boog

De meeste bergen in Baskenland zijn onderdeel van de zogenoemde Baskische

Boog, een kalksteenmassief dat hier en daar wordt afgewisseld met zandsteen en keileem. In deze rotsen wordt ook veel geklommen. De Baskische Boog is de oostelijke uitloper van het Cantabrisch gebergte.

Centro Memorial de las Víctimas del Terrorismo

In 2021 opende in Vitoria-Gasteiz het Centro Memorial de las Víctimas del Terrorismo. Het centrum komt voort uit wetenschappelijk onderzoek naar de impact van de ETA, maar gaat over alle vormen van terrorisme in Spanje: memorialvt.com

Meer informatie

Lees online verder op:

• Caminodesantiago.consumer.es

• Tourism.euskadi.eus

Of raadpleeg een van de onderstaande gidsen:

• Wandelgids Baskenland, Franz Halbartschlager, Rother (2022)

• Baskenland en Bilbao, Andreas Drouve, Marco Polo (2018)

geldt ook voor het mooie Bilbao, de Baskische stad die gureert in de roman Vaderland en die wij op onze terugweg aandoen. Independentzia-vlaggen hangen hier ook niet veel aan de balkons, wat in het oosten van Baskenland wel het geval is. Het Euskera horen we pas weer volop in San Sebastian, waar Vaderland zich grotendeels afspeelt en waar Fernando Aramburu geboren werd. Hier hangen ook weer de vlaggen met Euskal Preso Eta Iheslariak Etxera: breng de Baskische (lees: ETA-) gevangenen thuis. Het voelt hier daardoor Baskischer, maar hebben we de Baskische ziel nu ontdekt? Mwah.

‘De Baskische ziel? Die bestaat helemaal niet’, lacht Raúl Romo López, hoofdconservator van het Museo de las Víctimas del Terrorismo als hij ons door zijn indrukwekkende museum leidt in Vitoria-Gasteiz.

Moederland

Hé! Hadden wij in Nederland niet ooit een Spaanstalige prinses die op zoek ging naar de Nederlandse ziel? Precies. Laat Zorreguieta nu een oud Baskisch geslacht zijn, uit de buurt van Tolosa. En heel toevallig: het eerste deel van een biogra sch portret over deze voormalige prinses heet… Moederland

HOOGTELIJN 5-2022 | 27 BERGEN BOEKEN THEMA
Foto Jorge Allende De nieuwe herberg van Zegama Overal zien we leuzen en vlaggen De route is goed gemarkeerd

DEPOT

Favorieten van bergsporters

Topboeken

Zolang er geklommen wordt, worden er boeken over onze sport geschreven. In menig huishouden beslaat de bergsportbibliotheek vele meters, om het over de klimtopo’s en wandelgidsen nog niet eens te hebben. Daarentegen zijn er ook NKBV-ers die nog nooit een bergsportboek gelezen hebben. Bergboeken nemen je mee op beklimmingen en er is een overdaad aan beschrijvingen van kou, ziekte, ongelukken en andere ellende. Zou het daardoor komen dat niet-bergsporters ons zo snel associëren met waaghalzen?

Gelukkig worden er minstens zo veel mooie bergervaringen beschreven. Hoogtelijn hield onder bergsporters een kleinschalige enquête over hun favoriete Nederlandse bergboeken. Uiteraard kwamen de nodige onverslaanbare klassiekers voorbij, zoals de boeken van Ph.C. Visser. Ook veelschrijver Ronald Naar werd vaak genoemd, terwijl ik een schrijver als A. den Doolaard mis. In dit depot vind je de topboeken, de meest genoemde titels. De lijst varieert van stokoud tot uitgaven van afgelopen jaar: de Nederlandse bergsportliteratuur is nog springlevend.

Naar onbestegen Andes-toppen

dr. C.G. Egeler, Scheltens & Giltay (1953)

Andreas Dijk: ‘Jeugdsentiment, want mijn ouders namen mij rond 1960 mee naar lezingen die Cees Egeler en Tom de Booij over hun (geologische) expedities gaven. Het boek is een vlot geschreven, uitvoerig relaas van wat menskracht betre een bescheiden expeditie.’

Ooghoogte

Bart van Raaij: ‘Een uniek fotoboek over de bergsport met een uniek concept. De eerste foto’s zijn genomen op -5 meter ‘hoogte’ en de foto’s staan op volgorde van hoogte in het boek tot een hoogte van 8000 meter wordt bereikt. Dit boek begint dus in Nederland en komt dan via prachtige foto’s genomen in berggebieden over de hele wereld uit in de Himalaya.’

28 | HOOGTELIJN 5-2022
Onder redactie van Frank Husslage Menno Boermans & Melvin Redeker, Focus Magazine (2007)

De bergsportbibliotheek van Hanke Roos

Op zoek naar evenwicht

Ronald Naar, Hollandia (1981)

Bram Munnichs: ‘Dit boek beschrij hoe Ronald zelf gegrepen werd door de bergen en dat was voor mij een feest van herkenning. En bovendien een inspiratiebron: hij kon het, waarom zou ik het ook niet kunnen? Weliswaar ben ik minder ver (hoog, moeilijk) gekomen dan hij, maar telkens de onzekerheid of zoiets voor een eenvoudige Nederlandse jongen was weggelegd had ik ook.’

De weg naar de berg

Frank Husslage, Het paard van Troje (2016)

Paul van de Riviere: ‘Zeker weten. Want goed geschreven, nergens over de top, en het is allemaal heel echt en dichtbij.’

Hoog spel

Katja Staartjes, Podium (2000)

Charles Dufour: ‘Een frisse beschrijving door iemand die met een grote liefde voor het hooggebergte haar Everestbeklimming beschrij . Zij maakt zich los van de zwaarte van veel expedities. Deze expeditie wordt naar een menselijke maat beschreven.’

Annapurna, 8091 meter

Xander Verrijn Stuart, Van Holkema & Warendorf (1978)

Judith Ventevogel: ‘Een enorme pil die toch geen moment verveelt. De Dutch Rib blij nog steeds een van de grote mijlpalen in het Nederlandse alpinisme.’

Passie voor een berg

Robert Eckhardt, Albini (1992)

Bart Jordans: ‘Robert hee zoveel ondernomen en dan ook nog een mooi boek geproduceerd.’

wat is jouw favoriet?

Natuurlijk zijn er nog veel meer goede bergboeken. hebben we jouw favoriet gemist? laat het ons weten. maak een foto en tag de NKBV op je social media! @_NKBV en De.nkbv

Het mysterie Jeanne Immink

Harry Muré, Elmar (2003)

Gerard den Toonder: ‘Prachtige verhalen over een legendarische vrouw. De naar haar vernoemde Cimma Immink passeerde ik meerdere malen.’

Himalayadagboek

Bart Vos, Nijgh & Van Ditmar (1988)

Gerard van Sprang: ‘Leest als een trein en hee literaire kwaliteit.’

Zuurstofschuld

Toine Heijmans, Uitgeverij Pluim (2021)

Marieke Verbiesen: ‘Zuurstofschuld is een intense persoonlijke weergave van de waanzin en liefde voor de bergsport, verteld in een mist van melancholie en eenzaamheid door middel van rake observaties en een beeldtaal die ook bij de niet-bergbeklimmer tot de verbeelding spreekt. Het verhaal hee een onverwachte plot, waardoor het een uitzondering wordt in een lange reeks bergsportboeken.’

EEN BOEK

Heijmans schreef ook de thema- opening voor deze Hoogtelijn Voor onze lezers stelt hij twee exemplaren van Zuurstofschuld beschikbaar. Wil je kans maken op dit boek? Stuur dan voor 10 januari 2023 een mail naar hoogtelijn@nkbv.nl onder vermelding ‘Zuurstofschuld’.van

HOOGTELIJN 5-2022 | 29 BERGEN BOEKEN THEMA
WIN

Heidi Op zoek

naar

‘O, ben je in Zwitserland geweest? Ben je Heidi nog tegengekomen?’ Als je het over boeken en bergen hebt – en over Zwitserland –dan kun je eigenlijk niet om Heidi heen. Johanna Spyri schreef de romans Heidis Lehr- und Wanderjahre en Heidi kann brauchen, was es gelernt hat in respectievelijk 1880 en 1881. Ze deed daarvoor inspiratie op in de omgeving van Maienfeld in het kanton Graubünden, waar de schrijfster graag haar vrije tijd doorbracht. Je kunt er tegenwoordig Heididorf bezoeken en een kijkje nemen in de Alphütte van Alp-Öhi (opa) en in het Dörfli aan de voet van de Falknis. Maar er gaat natuurlijk niets boven zélf de bergen in trekken om op zoek te gaan naar Heidi. Wij liepen de Kesch-Trek, een vierdaagse huttentocht tussen de Flüela- en de Albulapass.

We parkeren de auto bij het station in Filisur, waar we op de trein stappen naar Davos. Dit traject is onderdeel van de iconische Rhätische Bahn, die ook wel de Kleine Rote wordt genoemd. En we treffen het: er komt geen moderne rode trein voorrijden, maar een Nostalgiezug met een elektrische locomotief (bouwjaar 1929!) met daarachter een aantal historische wagons. Piepend en krakend rijdt de trein over het smalspoor dat in 1888 werd aangelegd en dat beroemd is om zijn spectaculaire keertunnels en viaducten. Het uitzicht vanuit het rijtuig geeft al een voorproefje van wat ons de komende dagen te wachten staat: steile hellingen en fraaie toppen.

Wennen

Vanuit Davos nemen we de bus die ons net over de Flüelapass afzet, om precies te zijn in Chant Sura, op een hoogte van 2172 meter. We hebben vanaf hier twee opties: een hoge route onder langs de Piz Radönt of de lage route door Val Grialetsch. We

De lange en spectaculaire afdaling naar Alp digl Chants

30 | HOOGTELIJN 5-2022
Tekst Marieke van Kessel Beeld Dim van den Heuvel

kiezen voor de laatste, aangezien het wat regenachtig is en er ook onweer voorspeld is. Het pad volgt min of meer de loop van de bruisende Aua da Grialetsch en gaat gestaag omhoog. Wel zo prettig voor onze benen, die al langere tijd niet meer in de bergen zijn geweest en zo weer een beetje aan de hoogtemeters kunnen wennen. Het landschap is opvallend kaal. Veel stenen, veel uitgebloeide flora. Alleen de bodembedekkers zorgen nog voor wat kleur. Ik adem eens diep in en uit en denk aan Heidi en hoe verrukt zij was over de geur van alle kruiden en bloemen in de bergen. Er steekt ondertussen een harde wind op die de regen in mijn gezicht smijt, maar zo nu en dan ook de grijze wolken uiteen blaast om – heel even maar – een streepje zonlicht door te laten.

De Grialetsch-Hütte ligt op een hoogte van 2542 meter en is in 2021 ingrijpend verbouwd. Hiervoor ontving de hut een bijdrage vanuit het Gegenrecht Fonds, waaraan wij als NKBV-leden bijdragen. Het gebouw is aan de achterzijde uitgebreid, waarbij een van de voormalige buitenmuren onderdeel is geworden van het trappenhuis, en er zijn moderne composttoiletten aange legd. We krijgen een riante tweepersoonskamer toegewezen en als ik even ga liggen om uit te rusten val ik prompt in een diepe slaap. ’s Avonds maken we boven de Knödel kennis met een aantal Vlaamse wandelaars dat ook de Kesch-Trek loopt. De komende dagen zullen we elkaar nog vaak tegenkomen.

Begin de dag als Heidi

De volgende ochtend worden we al vroeg wakker. De zon schijnt door de ramen naar binnen en de lucht is zowaar strakblauw. Ik voel dezelfde vrolijke energie om aan de dag te beginnen als Heidi, die zich er ook over verbaasde hoe de wind in slechts enkele uren alle wolken weet weg te jagen. Als we na het ontbijt onze rugzakken omhijsen moet ik even de neiging onderdrukken

HOOGTELIJN 5-2022 | 31 BERGEN BOEKEN THEMA
Grialetsch-Hütte

om te schreeuwen van plezier. Want wat is het toch heerlijk om weer in de Alpen te zijn! De omringende toppen weerspiegelen in de blauwe Furggasee en marmotten slaan ons argwanend gade als we het pad door de Fuorcla da Grialetsch omlaag volgen tot aan de splitsing naar Dürrboden. We houden even pauze te midden van wat paarsblauwe alpenklokjes en gele gentianen en beginnen dan aan de klim naar de Scalettapass op 2605 meter. Het pad is stenig en de helling steil, dus het duurt niet lang of het zweet loopt in straaltjes over mijn voorhoofd.

Wanneer Heidi de hele dag met Geissenpeter de bergen in ging, kreeg ze van haar opa brood en kaas mee. Als we onze lunchpak ketjes openen zien we dat er in het papieren zakje ook brood en kaas zitten, plus een appel, een wortel en een mueslireep. Tevreden kauwend kijken we om ons heen. We zitten ruim boven de boomgrens en zijn ingesloten door bruingrijze toppen die fraai afsteken tegen de diepblauwe lucht. In de diepte slingert een pad langs de glinsterende Ova Funtauna, maar wij dalen vanaf de pas niet helemaal af tot op de bodem van het dal, we blijven wat hoger en volgen het pad onderlangs de Chüealphorn. Naarmate de middag vordert verschijnen er steeds meer stapel wolken aan het firmament, wat het schitterende berglandschap nog meer dimensie geeft. We zien ook onze eindbestemming van vandaag, de Kesch-Hütte, liggen, maar al gauw blijkt maar weer eens hoe bedrieglijk de afstanden in de bergen zijn. De hut lijkt weliswaar dichtbij, maar het is nog zeker twee uur lopen, waar van het laatste stukje ook nog eens zigzaggend omhoog. We zijn dan ook behoorlijk afgepeigerd als we bij de hut aankomen, die

Johanna Spyri’s Heidi

Ondanks dat de boeken Heidis Lehr- und Wanderjahre (1880) en Heidi kann brauchen, was es gelernt hat (1881) ruim 140 jaar geleden verschenen, geniet Heidi nog altijd een enorme bekendheid. Na de twee boeken van Johanna Spyri’s hand verschenen er door de decennia tientallen vertalingen en bewerkingen, in boeken, films en tv-series.

De oorspronkelijke romans verhalen over het weesmeisje Heidi, dat door haar tante naar Alp-Öhi wordt gebracht. Heidi raakt bevriend met geitenhoeder Peter en wanneer ze weer door haar tante wordt opgehaald is haar heimwee onbeschrijflijk. Wanneer ze terugkeert naar de bergen doet ze dat samen met haar zieke vriendin Klara.

Van de boeken van Johanna Spyri zijn verschillende uitgaven verkrijgbaar bij je plaatselijke boekhandel.

op 2625 meter ligt. Met thee en Schoggicake komen we weer een beetje bij onze positieven.

Kleurrijk en grauw Het is gezellig druk in de Kesch-Hütte. Er wordt volop gelachen en gepraat en de vrolijke huttenwaard laveert behendig door de Stube met een karretje met daarop een enorme ketel risotto. Alle borden worden – flats! – rijkelijk gevuld. Hij wordt op de voet gevolgd door een van de keukenhulpjes, die nog eens een royale hoeveelheid geraspte kaas over de risotto strooit. Ondertussen gaat buiten de zon langzaam onder en krijgt alles een wonder

32 | HOOGTELIJN 5-2022
Vanaf de Flüelapas kijken we het diepe Val Susasca in In Heididorf bij Maienfeld komt het verhaal tot leven Langzaam winnen we hoogte in het Val Grialetsch

lijke gloed. Eerst geel, daarna oranjerood en ten slotte roze. Heidi zou waarschijnlijk zijn opgestaan van tafel, met grote ogen van verbazing naar het raam hebben gewezen en enthousiast hebben geroepen: ‘Kijk dan toch! De rotsen gloeien helemaal! Alle bergen staan in brand, en de hemel ook!’ En geef haar eens ongelijk. Er is bijna geen mooier schouwspel dan een zonsonder gang in de bergen.

Zo kleurrijk als de avond was, zo grauw is de ochtend. Er staat bovendien een frisse wind. We zijn al voor 8 uur op pad, want we hebben vandaag niet alleen een lange afstand af te leggen, maar ook veel hoogtemeters te overbruggen. Toen we gisteren op de kaart keken zagen we dat de volgende hut, de Chamanna d’Escha, precies aan de andere kant van het massief ligt. Maar de blauwe stippellijn gaf duidelijk aan dat de directe en kortste route over de gletsjer voor ons geen optie is. En dus moeten we omlopen. Dat betekent concreet dat we alles bij elkaar bijna 1100 meter moeten dalen en 1100 meter moeten stijgen…

Ploeteren

Na zo’n 700 meter afdalen komen we op de Alp digl Chants. Het is altijd een ietwat vreemde gewaarwording om na een paar dagen rots en steen ineens weer omringd te zijn door groen. Ik hoor een vreemd geluid en besef ineens dat het de wind is, die zo hard door de takken blaast dat de toppen ervan ruisen. Net als Heidi blijf ik even stilstaan om ernaar te luisteren, voordat we onze weg door de relatief vlakke Val Plazbi vervolgen. We heb ben even de tijd om een beetje op adem te komen voordat we aan de lange klim naar de Fuorcla Pischa beginnen, met 2868 meter letterlijk en figuurlijk het hoogtepunt van de Kesch-Trek. Op de steile hellingen van de Piz As-cha krijgen de beenspieren het zwaar te verduren. We zigzaggen eindeloos omhoog, tussen de bessenstruiken door. En steeds als we denken ‘Nou, nu zullen we toch wel bijna op de pas zijn!’, blijkt het pad weer een verras sing in petto te hebben… De Murtel d’As-cha blijkt een puinhel ling van het type twee stappen vooruit, één stap achteruit. We ploeteren samen met onze nieuwe Vlaamse vrienden naar boven, de laatste meters tot de pas zelfs op handen en voeten. Maar uiteindelijk staan we er dan toch! En zoals zo vaak in de bergen: de beloning is ernaar. We hebben een prachtig weids uitzicht over

Graubünden en het diepe dal Engadin, hoewel donkere wolken zich langzaam rondom de toppen beginnen samen te pakken.

Een bordje beweert dat het vanaf de Fuorcla Pischa nog maar een uur en een kwartier lopen is naar de Chamanna d’Es-cha, maar dat blijkt toch echt wat te optimistisch voor onze Nederlandse benen. We doen er uiteindelijk bijna het dubbele over en zijn allebei volkomen afgepeigerd als we bij de hut aankomen. Daardoor genieten we echter des te meer van een warme douche en een flink bord spaghetti. Ik kruip al vroeg in bed, maar kan de slaap maar moeilijk vatten. Ik hoor hoe de wind flink aantrekt en probeer me voor te stellen hoe Heidi in de Alphütte van Alp-Öhi in haar warme bedje lag, zoals ik nu in deze berghut in het

Zoals zo vaak in de bergen: de beloning is ernaar

Matratzenlager lig. Net als Heidi lig ik te luisteren naar hoe de balken van de hut soms vervaarlijk kraken. En het duurt niet lang of ik dommel toch in. Als Alp-Öhi vannacht even was komen kijken, dan zou hij bij het licht van de maan hebben gezien dat Heidi en ik allebei met rode wangetjes lekker liggen te slapen onder onze dikke dekbedden.

Kijken naar de lucht De volgende ochtend hoor ik de regen tegen de ramen kletteren. Als we de huttenwaard naar het weerbericht vragen, glimlacht ze minzaam. ‘Tja. Het zijn de bergen,’ zegt ze. Ze laat even een veelbetekenende stilte vallen en wijst dan naar de witgrijze wolken, die als een sluier om ons heen hangen. ‘Maar als je écht wilt weten wat voor weer het wordt, dan moet je gewoon even omhoog kijken, naar de lucht.’ We hijsen onszelf in onze regen pakken, maar we hebben amper een stap buiten de deur gezet of het houdt zowaar op met regenen. En dat niet alleen; alsof de Kesch-Trek ons nog een laatste blik op de bergen wil gunnen, breekt het wolkendek ineens open en komt er een zonnestraal doorheen die alles in een prachtig strijklicht zet.

HOOGTELIJN 5-2022 | 33 BERGEN BOEKEN THEMA
De nagebouwde hut van Alp-Öhi in Heididorf Fuorcla da Grialetsch vlak voor Dürrboden
voor onze klanten selecteren van de mooiste plekjes is waar we in gespecialiseerd zijn. Wij gaan voor locaties waar we zelf in geloven. Wij begeleiden bij uw aankoop in Oostenrijk & Kroatië van het allereerste contact tot en met de oplevering / overdracht. Wij zijn Mondi Approved: een grote extra zekerheid voor u! OP ZOEK NAAR EEN EIGEN, EXCLUSIEF VAKANTIEHUIS? IN OOSTENRIJK LUXE Chalets & Appartementen INTERESSANTE Investeringsobjecten IN KROATIË/ISTRIË LUXE vrijstaande vakantievilla`s INVESTEER in toeristische groeiregio SINCE 2006 WAT DOEN WIJ VOOR U... alpendreams.eu | villakroatie.eu CONTACT info@alpendreams.eu
Het

Het smalle pad naar de Fuorcla Gualdauna ziet er van een af stand wat gevaarlijk uit, het lijkt de hellingen van de Piz Blaisun te doorklieven. Maar het blijkt gelukkig heel ontspannen lopen, met een prachtig uitzicht over de Val d’Es-cha. We kijken nog één keer om, want eenmaal de pas over komen we ineens weer in de bewoonde wereld terecht. Op de Alps d’Alvra probeert een boer tevergeefs zijn koeien bijeen te drijven en over de Albulapass

razen auto’s. Bij het Albula Hospiz trakteren we onszelf op een grote mok heisse Schoggi mit Sahne en proosten we op de mooie kilometers die achter ons liggen.

Uitsmijter

Wie op de Albulapass de bus naar Bergün neemt, mist de uitsmijter van de Kesch-Trek: de turkooizen Palpuognasee, net buiten Preda. Dit meer is ooit verkozen tot een van de mooiste plekken van Zwitserland en het moet gezegd: zelfs bij slecht weer is het een heuse idylle, met fraaie doorkijkjes en smalle (vlonder)paden door een weelderig bos. Als je tijd hebt, kun je er heerlijk picknicken of zelfs barbecueën. Maar wij hebben helaas een trein te halen en trouwens, het begint inmiddels ook steeds harder te regenen.

Als we een paar dagen later in de auto zitten en met 120 kilome ter per uur over de Autobahn richting huis razen, voel ik wat Heidi voelde. Die heimwee, dat onverklaarbare verlangen naar de bergen. Ik ben nog maar amper weg of ik wil alweer terug. Als ook jij Heidi wil vinden, zoek haar dan niet daar aan het einde van dat voetpad dat vanuit het oude stadje Maienfeld omhoog loopt, door de groene velden en bossen tot aan de voet van de bergen. Zoek haar en haar liefde voor de bergen in jezelf, wanneer je op pad bent op de Kesch-Trek, of waar dan ook. En mocht je haar ergens tegenkomen, doe haar dan mijn hartelijke groeten.

De Kesch-Trek

Route

De Kesch-Trek is een vierdaagse huttentocht van circa 60 kilometer.

Het beginpunt ligt bij de Flüelapass en het eindpunt is Bergün, maar je kunt de route ook inkorten door vanaf de Albulapass de bus te nemen of in Preda op de trein naar Bergün te stappen. Het is een middelzware trektocht waarvoor enige tredzeker heid en een goede conditie vereist zijn, omdat de paden hier en daar smal zijn en de hoogteverschillen soms groot. De route is goed gemar keerd, maar de looptijden op de

borden zijn Zwitserse tijden. Een kaart (op gps) is handig voor alternatieve routes of dagwandelingen rond de hutten en beklimmingen van toppen.

Wij gebruikten de kaart Bergün/ Bravuogn (258T), schaal 1 : 50.000 van Swisstopo.

Meer informatie over de Kesh-Trek vind je op myswitzerland.com/nl

Reis

Met de trein ben je vanuit Utrecht zo’n 12 uur onderweg naar Davos en moet je ten minste twee keer overstappen.

De autorit is ongeveer 900 kilometer.

Accommodatie

De Kesch-Trek loopt langs drie berghutten die alle drie boven de 2500 meter liggen: de GrialetschHütte, de Kesch-Hütte en de Chamanna d’Es-cha. Reserveren is aan te raden. In Davos en in Bergün is aardig wat keuze aan accommodaties. In Bergün kunnen we het historische Kurhaus warm aanbevelen: oude Jugend stil-grandeur met ongedwongen gastvrijheid en een prettige berghut-achtige sfeer.

Meer Heidi?

Rondom Bergün kun je een dagwan deling maken langs de verschillende locaties waar de film Heidi (2015) is opgenomen. Bij Maienfeld kun je het Heididorf bezoeken, wat overigens verrassend leuk is. Behalve in het huis en in de Alphütte van Alp-Öhi kun je ook een kijkje nemen in de school en er is een kleine tentoonstelling over Johanna Spyri. De entree bedroeg in 2022 CHF 13,90 voor volwassenen en CHF 5,90 voor kinderen.

HOOGTELIJN 5-2022 | 35 BERGEN BOEKEN THEMA
Ochtendlicht boven Val d’Es-cha Het laatste stuk omhoog door de Murtel d’As-cha

In het spoor van de bruggenbouwers

Over de Hardangervidda loopt al sinds 1909 een spoorlijn en het station van Finse is op 1222 meter het hoogstgelegen station van Noorwegen. Voor die tijd was deze hoogvlakte een groot obstakel voor het verkeer tussen Bergen en Oslo. Vervoer ging per boot over zee, wat erg tijdrovend was. Met de Bergensbanen kwam daar verandering in. De bouw van dit spoor speelt een belangrijke rol in de roman Bruggenbouwers van Jan Guillou. Hoogtelijn fietste over de Rallarvegen, het gravelpad naast de spoorlijn, en volgde het spoor van Lauritz Lauritzen, een van de hoofdpersonen uit het boek.

Tekst Ico Kloppenburg Beeld Annemiek Markus en Ico Kloppenburg

36 | HOOGTELIJN 5-2022
Mountainbiken langs de Bergensbanen

Als we de huurfietsen aanpakken valt één ding op: er zit geen slot op. ‘Niet nodig,’ zegt Bjørn die ons helpt reso luut, ‘hier wordt niet gestolen.’ We staan bij Haugastøl, een paar huizen tussen een van de weinige wegen over de Hardangervidda en het Ustavand, een groot meer. Dit is het meer waar Lauritz in mei 1901 op ski’s overheen liep, op weg naar Nygaard, waar hij was ingekwartierd om als ingenieur te gaan werken aan de spoorlijn.

En nu stond hij midden op een meer waar hij nog nooit van had gehoord, Ustavand, met het water tot over zijn enkels en hij voelde de kou omhoogkruipen langs zijn kuiten en schenen. En erger nog, hij zag de dood naderbij komen in de vorm van een hevige weersverandering.

Voor het hotel annex fietsverhuur staan tientallen fietsen te wachten op avonturiers die de Rallarvegen willen rijden. Stevige fietsen zijn het, en dat is ook wel nodig. Want hoewel het gravel pad niet om bijzondere mountainbikevaardigheden vraagt kan het aardig hobbelen. Ook de fietstassen die we meekrijgen kunnen tegen een stootje en zijn waterdicht. Sinds de jaren tachtig, toen de eerste mountainbikes op de markt kwamen, is het fietsen langs het spoor over de Hardanger vidda een hit. In allerlei varianten kun je het traject – of een deel daarvan – afleggen. Wij beginnen met de rit naar Finse, met het hoogste station van Noorwegen, waar we overnachten. De tweede dag willen we het hoogste punt van de route, op 1343 meter passeren en dan terugfietsen naar Haugastøl.

Naar Finse

De eerste kilometers van de Rallarvegen zijn prima berijdbaar en af en toe komen we een auto tegen, die hoort bij een van de leuke vakantiehuisjes langs het Nygardsvatnet. Over dit meer werd veel van het materiaal voor de spoorlijn per zeilboot aange voerd. Het traject tussen Haugastøl en Finse gaat licht op en neer en stijgt in 28 kilometer van 1000 naar 1222 meter. Doordat we soms ook weer wat afdalen klimmen we in totaal iets meer dan 400 meter op de fiets. Al die tijd is de spoorlijn in het zicht en een paar keer zien we de trein op hoge snelheid langskomen.

Dan komt Finse in beeld, het doel van onze eerste dag. En daar zijn we blij om, want het is inmiddels flink aan het regenen en het weer is ronduit guur. Hoe lekker is het dan om alle natte kleding in het drooghok van Hotel Finse 1222 op te kunnen hangen en met een kop warme thee in een van de comfortabele banken achter het raam te landen. Regelmatig druppelen wande laars en fietsers binnen, waarbij je druppelen in dit geval ook letterlijk kunt nemen. Behalve het hotel is er in Finse een grote hut van Den Norske Turistforening (DNT) op een prachtige plek aan het meer, zijn er enkele appartementen en huisjes en is er een grote loods met daarin een klein spoorwegmuseum. Hoe anders moet dat geweest zijn toen Lauritz hier aan het werk was.

HOOGTELIJN 5-2022 | 37 BERGEN BOEKEN THEMA
Vlakbij Finse fietsen we even in de zon Regelmatig kruist de Rallarvegen het spoor

In Finse zelf was niet veel te zien. Twee barakken, een voor de spoorwegarbeiders die al klaar was en een kleinere voor de ingenieurs die half klaar was. Daar vlakbij stond een nog steeds ondergesneeuwde stenen jachthut, de zon was er tot nu toe alleen in geslaagd het dak vrij te maken.

Klassenstrijd

We zijn opgewarmd en buiten wordt het zowaar droger. Tijd om een kijkje te nemen in het kleine museum, dat is gewijd aan de Bergensbanen. We doen onze bijdrage in een metalen bus en maken een korte reis door de tijd. Bij het zien van de foto’s van de arbeiders, in weer en wind werkend aan de spoorlijn, bekruipt me hetzelfde gevoel als wanneer ik foto’s zie van de eerste expedities naar de Himalayareuzen. De ontberingen komen je tegemoet.

De geschiedenis van de arbeiders aan het spoor is ook het verhaal van de emancipatie van de arbeidersklasse. De sociale onrust en de roep om meer rechten komt ook in Bruggenbouwers duidelijk naar voren. Lauritz wordt gezien als een vertegenwoordi ger van de ‘heersende klasse’ en moet zich dus regelmatig de redevoeringen van rondreizende socialisten laten welgevallen. Iets wat hij, als zoon van een arme visser, niet goed kan plaatsen.

‘Kameraad Johan,’ begon hij min of meer voor de grap. ‘Er is één ding van het socialisme dat ik niet begrijp. Ben ik echt uw klas senvijand?’ Johan glimlachte breed en hoefde niet lang na te denken voordat hij antwoord gaf, het was ongetwijfeld een gespreksonderwerp waar hij van hield. ‘Je bent ingenieur en behoort dus tot de burgerklasse,’ begon hij. ‘Maar ik ben gebo ren in de vissersklasse, de arme vissersklasse, en die moet toch gezien worden als arbeidersklasse,’ onderbrak Lauritz hem zonder zijn irritatie te verbergen. ‘Jawel, maar nu behoor je tot de burgerklasse,’ grijnsde Johan vrolijk.

Hotel Finse 1222 begon in 1909 als een klein hotel, maar met de groei van het toerisme groeide ook het hotel. Eigenaresse Alice Klem werd ook wel ‘de koningin van Finse’ genoemd. Vooral in de jaren ’20 kwam de internationale jetset met de trein naar Finse om overdag te skiën en ’s avonds in stijl te dineren en dansen. Tijdens de crisis van de jaren ’30 raakte het hotel veel van zijn glans kwijt, maar tegenwoordig is het weer een prima locatie voor wie goed verzorgd op een bijzondere plek wil overnachten. De galerij met beroemdheden aan de muur, de mooie eetzaal en de sfeervolle bibliotheek geven het geheel een bijzonder cachet. In de bibliotheek kun je voor dezelfde enorme spekstenen haard genieten van het fantastische uitzicht als de gasten in de jaren ’20. Bijzonder is ook de verbinding tussen hotel en appartemen ten, gevormd door een authentiek treinstel,

dat tussen beide gebouwen is bevestigd. In Bruggenbouwers speelt het hotel een flinke rol. Lauritz wil trouwen met een meisje van adel en vraagt Alice Klem om raad. Zijn latere vrouw raakt ook goed bevriend met Alice en bezoekt haar regelmatig als ze van Oslo (waar ze medicijnen studeert) teruggaat naar huis in Bergen.

Maar het hotel heeft meer dat tot de verbeelding spreekt. In de winter van 1979 werd het rustige Finse overspoeld door buitenlanders voor opnames van de film The Empire Strikes Back, uit de Star Wars-serie. Nog steeds zijn er fans van de serie die proberen de exacte locatie terug te vinden. Iets wat in de zomer een uitdaging is, omdat het er zo anders uitziet dan ’s winters.

Verder situeerde de Noorse politica en schrijfster Anne Holt een literaire thriller in het hotel, in het Nederlands vertaald onder de verrassende titel Hoogtelijn: de trein verlaat Finse in een winterstorm en ontspoort vlak voor de eerste tunnel. De passagiers worden ondergebracht in het hotel en kunnen door de storm niet weg. En dan is er de volgende ochtend iemand vermoord…

Naast het aanleggen van tunnels in de winter en het bouwen van bruggen in de zomer was er één groot probleem dat moest worden opgelost voordat de trein kon gaan rijden. Hoe houd je zo’n spoor begaanbaar tijdens de lange winter, als er meters sneeuw vallen? (Een vraag die overigens ook opgaat voor de Rallarvegen, hierover later meer.) Op veel plekken werd het spoor tegen de sneeuw beschermd door overkappingen. Verder werd het gevecht met de sneeuw gevoerd door enorme sneeuw schuivers, met voorop de locomotief een indrukwekkende ‘boor’ die zich door de sneeuwbergen heen moest vreten.

Wij dompelen ons na het museumbezoek zonder scrupules onder in de luxe van Hotel Finse 1222, waar de burgerklasse het nog lange tijd voor het zeggen had. We genieten van het buffet, maar zien na het bestuderen van de kaart af van een glas wijn. ’s Avonds bewonderen we het uitzicht op de indrukwekkende gletsjer die Finse domineert. Hoeveel zou het beeld zijn veran derd sinds Lauritz werd gegrepen door de schoonheid van deze plek?

38 | HOOGTELIJN 5-2022
Hotel Finse 1222

Bruggenbouwers

Bruggenbouwers van de Zweedse schrijver Jan Guillou verscheen in 2011 als eerste deel van De grote eeuw, een serie van tien boeken over de twintigste eeuw. Het laatste deel verscheen in 2021. Elk deel beslaat ongeveer een decennium en volgt de drie broers Lauritz, Oscar en Sverre Lauritzen. Van eenvoudige komaf en jong wees wordt hun uitzonderlijke begaafd heid bij toeval ontdekt. Ze krijgen de kans om te gaan studeren in Dresden op voorwaarde dat ze helpen bij het bouwen aan de Bergensbanen.

De persoon van Lauritz Lauritzen is fictief, maar zijn ervaringen op de Hardangervidda zijn voor een belangrijk deel gebaseerd op

een boek dat hoofdingenieur Sigvard Heber in 1924 over zijn werk aan de spoorlijn schreef. Verder maakte Guillou gebruik van een bekende trilogie over Bergen in de twintigste eeuw van de schrijver Gunnar Staalesen en een boek van Bjørn Rongen over de arbeiders die werkten aan de spoorlijn en hun strijd voor meer sociale rechten.

Bruggenbouwers, Jan Guillou, vertaling Bart Kraamer, Prometheus (2012)

Het laatste uur was Lauritz toch betoverd geraakt door het indrukwekkendste uitzicht dat hij ooit had gezien, de enorme gletsjer, Hardangerjökulen. Hij lag als een blauw glanzende roofdierpoot over de berg aan de overkant van het grijsgevlekte meer, waarvan het ijs aan het oplossen was.

Niet zomaar een brug Na een heerlijke nachtrust en stevig ontbijt beginnen we aan het tweede deel van onze tijdreis. Er schijnt zowaar een waterig

zonnetje! Voorbij Finse stijgt de Rallarvegen naar het hoogste punt van de spoorlijn, maar eerst wacht ons een verrassing: we stuiten op een flink sneeuwveld, waar we de fietsen overheen moeten duwen. Tja, het is 24 juli en niemand heeft ons hiervoor gewaar schuwd, maar het is Noorwegen, dus we gaan ervan uit dat het er gewoon bij hoort. Uiteindelijk steken we een tiental sneeuwvelden over voor de weg weer zover is gedaald dat er van sneeuw geen sprake meer is. Dat is ook het moment dat de Kleivebrug in beeld komt, een bouwwerk dat een grote rol speelt in het boek.

‘Wat willen jullie dat ik zal bouwen?’

‘Een brug. Maar niet zomaar een brug. Een spanwijdte van 35 meter over een stroomversnelling. Met een flinke valhoogte. (…) Of we slagen erin hem te bouwen of we moeten de hele spoorlijn omleiden, wat jaren vertraging zou betekenen.’ ‘Ik begrijp het,’ zei Lauritz, hoewel hij er niets van begreep. Met eenzelfde gevoel van onbegrip kijk ik anno 2022 naar de brug. Vanaf de kant waar ik aan kom fietsen zie ik hem aan de rand van het meer staan en verraden alleen de golven in het water onder de brug dat er een stroomversnelling is. Als ik iets doorfiets ervaar ik de natuurlijke drempel die hier in het landschap zit, waardoor het meer leegloopt in een wilde beek die zich een weg

Een verrassing eind juli: sneeuw op de fietsroute

HOOGTELIJN 5-2022 | 39 THEMA BERGEN BOEKEN
Een gepensioneerde sneeuwruimer

Winter in

100 kilometer winterwandelwegen

Gastein: winterwandelen

Ver van de reuring op de pistes van het Gasteiner skigebied nodigen de stille zijdalen en bossen van Gastein uit tot uitdagende sneeuwschoenwandelingen of gemoedelijke winterwandelingen op de meer dan 100 kilometer winterwandelwegen of romantische promenaden. Overtuig jezelf tijdens de culinaire winterreis met wandeling en arresleetocht of tijdens de volle maan sneeuwschoenwandeling van de ongerepte natuur.

baant richting Flåm, meer dan 900 meter lager. Omkijkend zie ik de brug boven de waterval staan, met zijn overspanning van 35 meter. Voor wie gewend is om met de auto over de enorme, moderne bruggen van nu te rijden lijkt het niets, maar anno 1905 was het een prestatie van formaat om deze boogbrug te bouwen in zulk ontoegankelijk terrein.

Het was een adembenemend gezicht, iets wat Lauritz de afgelo pen vier jaar duizenden keren in zijn dromen en dag-dromen had gezien. De laatste steigers werden weggehaald bij de Kleivebron. Nu kon je pas zien hoe mooi de brug was.

De lichtblauwe hemel erboven, bijna wolkenvrij, en eronder de schuimende stroomversnelling, waarin het smeltwater nog steeds voorbijraasde. Het was een wonder, hoewel hij altijd geweten had dat hij er zo uit zou zien, hij kende elke steen uit zijn hoofd.

Vanzelfsprekende verbinding Vandaag staat de brug niet tegen een blauwe hemel, maar tegen een steeds dreigender uitziende achtergrond. Net als ik me heb omgedraaid raast de trein over de brug, in slechts een paar seconden. De trein, waarin zoveel mensen de reis tussen Oslo en Bergen hebben afgelegd, voor zaken of voor vakantie. Hoeveel van hen hebben in gedachten stil gestaan bij deze brug, die je nu passeert voor je het in de gaten hebt? Bij alle inspanningen die het heeft gekost om hem te bouwen? Al kort na de opening van het spoor ervaart de vrouw van Lauritz de verbinding als vanzelf sprekend.

Ustaoset. Dat was de plek waar ze altijd, alsof het een ritueel was, haar boek neerlegde en naar buiten keek, ze had er nooit genoeg van gekregen, hoewel ze het uitzicht waarschijnlijk vaker had gezien dan wie ook. (…) De trein was op weg naar Haugastøl. Vreemd om te bedenken dat deze korte reis voor Lauritz een uren lange skitocht vanaf het kamp zou hebben betekend. De trein was nu volkomen vanzelfsprekend, alsof hij er altijd geweest was omdat er hier een trein moest zijn.

Het is tijd om terug te gaan: het begint te regenen en er wachten nog 10 sneeuwvelden en 55 kilometer onverharde weg voor wij weer zullen aankomen in Haugastøl. Tijd genoeg om te overden ken hoe deze spoorlijn Noorwegen veranderde en te fantaseren hoe het was geweest als dit gebied onaangetast was gebleven. Met de tijd zullen meer stukken van het spoor ondertunneld worden, zoals bij Finse al is gebeurd, maar de invloed van de mens op het landschap is blijvend en bijna niet uit te wissen. Vooruitgang, heet dat, en het is niet aan ons om over de keuzes van toen te oordelen. We hebben tenslotte zelf nog genoeg keuzes te maken.

De Rallarvegen

Het gebied

Met circa 6500 vierkante kilometer is de Hardangervidda de grootste hoogvlakte van zijn soort in Europa. Voor het idee: dat is evenveel land als Gelderland en Utrecht samen. Het gebied kreeg zijn vorm tijdens de ijstijden en heeft een gemiddelde hoogte van 1100 meter. Het is één grote spons van meren, moerassen en sneeuwvelden, die tussen granietrotsen ligt en via wilde rivieren zijn water aan alle kanten loslaat. Je kunt zonder problemen een dag of vier rechtuit lopen zonder een weg te kruisen.

Overnachten

Er is een goed netwerk van (half)bemenste hutten, telkens zo’n 20 kilometer van elkaar (zie english.dnt.no). Wildkamperen mag overal, met uitzondering van een paar duidelijk gemarkeerde plekken.

Beste tijd Fietsen over de Rallarvegen doe je het best in de zomermaanden, van juli tot en met september. Maar ook ’s winters is de Hardan gervidda een bezoek waard. Het is een eldorado voor toerlanglau fers en toerskiërs. Ook snowkiten is hier een steeds populairdere tak van sport.

HOOGTELIJN 5-2022 | 41 BERGEN BOEKEN THEMA
De invloed op het landschap is blijvend en bijna niet uit te wissen
Juli in de Hardangervidda De Kleivebrug

Een ontmoeting met auteur en fi lmmaker Paolo Cognetti

‘In de bergen ben ik de beste versie van mezelf’

Hij zegt het maar gelijk: zijn beste tijd als schrijver hee hij al gehad, vertelt Paolo Cognetti (1978). Het moet zijn boek De buitenjongen zijn, níet de boeken die ervoor en erna kwamen, dat lezers zich zouden moeten herinneren als hij straks oud is en gestopt met werken. Het overige werk verdient die eer niet. Cognetti deelt die boodschap mede met een ernstig gezicht, zonder een spoor van zelfspot of schaamte: dat boek was het beste, basta. De rest van zijn leven zal hij pogen dat succes te evenaren, maar of dat lukt betwijfelt hij ten zeerste. Zijn melancholische blik gaat door de chique hotellobby waarin we zitten: ‘Ik ontwikkel mijn ideeën in de bergen, ben daar als maker en mens op mijn best, maar kijk nu zelf eens waar ik me tegenwoordig bevind.’

bevindt zich in wat vele anderen een uiterst plezierige plek zouden noemen, maar zo niet deze auteur. Stel je een wolf in een dierentuin voor, zijn poten onder zijn lijf gebogen, liggend voor de spijlen van het hek. Zijn kop is gebogen, zijn kin rust bijna op de grond, zijn ogen blijven meestal naar beneden gericht – slechts heel af en toe drij een pupil naar zijn bovenste ooghoek, staart hij kort en donker naar het bewonderende, ietwat nerveuze publiek. Ongeveer zo vinden de bezoekende journalisten de Italiaanse auteur en lmmaker Paolo

Cognetti op de dag dat hij in Amsterdam is om zijn nieuwe boek, Het geluk van de wolf, te promoten. Hij zit exact in het midden van de lange kant van een rechthoekige tafel. Rossig, ongekamd haar, dat niet alleen zijn hoofd, maar ook zijn kin en kaken bedekt, brede schouders tussen porseleinen servies en rijkgevulde boekenkasten, die de wanden van tapijt tot plafond bedekken. Zijn Nederlandse uitgever boekte voor hem een duur, onder schrijvers meestal geliefd

42 | HOOGTELIJN 5-2022
Tekst Roanne van Voorst Beeld Zout Fotogra e
BERGEN BOEKEN THEMA HOOGTELIJN 5-2022 | 43

hotel. Aan de muur hangen foto’s van wereldberoemde collega’s die hier logeerden, allemaal glimlachen ze naar de lens. Cognetti hee geen oog voor die foto’s, zelfs niet voor het uitzicht op de Amsterdamse grachten. Daarvoor is zijn bovenrug te bol, zijn blik te zeer gefocust op de meegebrachte Hoogtelijn, die al enkele minuten voor hem ligt. Zijn handen – knoestig, met verdikte knokkels – bladeren het tijdschri langzaam door, en door, en door.

In de kamer klinkt het gerinkel van zilveren lepeltjes die suiker door ko e roeren, het gefluister van zijn Italiaanse pr-assistent en haar Nederlandse collega: ze hebben beiden een kater van het bezoek aan de whiskybar, de nacht ervoor, en begrijpen niet waarom híj weer eens nergens last van lijkt te hebben. Plotseling kijkt de ‘hij’ uit hun verhaal op, niet vanwege wat hij hoorde maar door wat hij zag: ‘Dit! Hier!’, roept hij. De diepe, brommende stem die vijf minuten eerder ter begroeting uit zijn mond kwam, is ineens hoger, slaat over als bij een puberende jongen: ‘Achter deze berg, daar woon ik, dit is mijn vallei!’

Stad versus bergen

Het is de plek die de lezers van zijn boeken zouden kunnen herkennen, want in vrijwel alle boeken staat ze in detail beschreven. De platgetreden paadjes, de naar hars geurende boomstammen, de riviertjes die soms bijna droogvallen, maar na een periode van regen buiten hun oevers treden. Het is de

plek waar Cognetti het liefst is, liever dan in zijn stadse appartement in Milaan dat hij ’s winters bewoont met zijn vriendin en hun hond; in de zomermaanden blij zij daar, en trekt hij met de hond de bergen in. ‘Hier’, prikt hij met zijn vinger op een foto in het tijdschri , ‘hier loop ik dan, die heuvel over, naar de hut waar ik de hel van het jaar woon. En dan word ik elke dag een beetje meer de betere versie van mezelf. Dan word ik creatief, dan kan ik weer nieuwe ideeën opdoen. Straks ben ik daar weer.’ Een zucht – geen geërgerde, eerder een verlangende – en dan dat ene woord, dat evengoed lijkt te slaan op het einde van zijn winters, als op het sneller naderende einde van zijn Europese boektoer: ‘Eíndelijk.’

Eíndelijk kan hij straks weer naar de bergen, naar het kleine huis dat hij het zijne mag noemen, het dammetje dat hij er aan het timmeren is, het notitieboekje dat er nog op het aanrecht moet liggen, een afgekloven potloodje erbovenop. In de stad maakt hij geen notities met een potlood, daar schrij hij achter de laptop, bouwt hij zijn ideeën uit, maakt hij zijn projecten af. Hij schreef er, gedurende de lockdowns, zijn nieuwe boek. ‘Ik wilde in die periode samen zijn met mijn vriendin, dus dat ik in Milaan moest zijn stond buiten kijf. Maar al die scènes waarin ik de vallei, de bomen en de bergen beschreef, schreef ik hunkerend, met een gevoel van melancholie.’

Als hij voor die dag klaar met schrijven is, wandelt hij door Milaan. Vergezeld door de hond, stoepen op en af, zonder plan, zonder tijdsbesef. Ze lopen langs geparkeerde auto’s en schelverlichte winkels en, nu het na de pandemie weer kan, volle terrassen. Hij haalt onderweg boodschappen om voor hemzelf en zijn geliefde een warme lunch te koken. Na het middageten wandelt hij weer verder, soms bezoekt hij een lm of een concert, maar meestal wandelt hij gewoon waar zijn benen of de hond hem brengen. ‘Alleen nooit naar parken, en ook nooit naar de berg die niet ver buiten onze stad staat en waar ik zo vaak op uitkijk tijdens onze wandelingen’, vertelt hij, met een toon alsof het hem zelf ook een beetje verbaast dat hij, eenmaal in de stad, a erig lijkt van natuur. Maar stadsparken zijn niet te vergelijken met de vallei die hij als thuis beschouwt, verklaart hij zich nader. Die berg, die is heus mooi, maar kan alleen aantrekkelijk zijn voor dagjesmensen, toegankelijk als ze is voor auto’s vol kinderen, voor grootouders in rolstoelen, voor de stadse vrienden die hij, aan het eind van hun dagtripjes, in een goed Milanees

44 | HOOGTELIJN 5-2022
Achter deze berg, daar woon ik, dit is mijn vallei

restaurant zal treffen. ‘Ik ga nooit met ze mee, die berg is niet hetzelfde als míjn bergen.’

Bergvriend

Dat weten die vrienden allang. Ze vragen hem niet eens meer hen te vergezellen, niet alleen omdat ze vermoeden dat hij nee zal zeggen, maar ook omdat hij, naar eigen zeggen, ‘niet zo’n goede vriend is, in de stad.’ Een goede hondeneigenaar is hij er zeker, een goede partner ook, een ijverige auteur, wellicht zelfs een goede kok, maar geen goede vriend. ‘Ik ben er te rusteloos voor diepe gesprekken, voor diep nadenken. Ik ben er niet sociaal, vergeet verjaardagen en zo. Dat komt allemaal weer goed, maar niet in de stad.’ Wél als het weer tijd wordt voor de bergen. Ter compensatie voor zijn slechte gedrag bouwde hij een vrienden huis naast zijn berghuis, waar ze welkom zijn in hun weekenden en vakanties. ‘Dan zitten we aan een tafel en wil ik nergens anders zijn dan bij hen, kan ik geen genoeg krijgen van ons gepraat, van de wijn, van het samenzijn.’ Niet zolang het donker

is, tenminste. Bij het ochtendgloren vult hij een rugzakje met zijn notitieblok en wat te drinken en te eten, fluit hij de hond mee en loopt hij de rest van de dag door het gras, langs de stenen en het stromende water. ‘Soms sta ik onderweg ineens stil: dan heb ik een idee voor mijn boek. Dat gebeurt alleen tijdens mijn berg wandelingen, dus ik moet ze koesteren als ze zich aandienen, ze direct in steekwoorden of fragmenten opschrijven, zodat ik me later, eenmaal weer in de stad, kan herinneren waar dit verhaal over zal gaan.’

Wereldberoemde kunstenaar

Lopend deed hij het idee op voor zijn boek De acht bergen, over kabbelende vriendschap en woeste natuur, een boek dat een wereldwijde bestseller zou worden. ‘Ik studeerde ooit wiskunde’, blikt hij terug op die eerste schrijversperiode, ‘en schreef dat boek, en trouwens ook al mijn latere boeken, als een wiskun dige. Ik zie de verhaallijnen voor me als in een formule of een 3D-vorm, ik kan visualiseren hoe de zaken moeten lopen, ze in elkaar wikkelen.’ Zie daar zijn, voor anderen onbegrijpelijke notitieboek, vol grafieken, kubussen en driehoeken. Veelbeteke nend: ‘De beste wiskundigen piekten tussen hun vijfentwintigste en hun vijfendertigste levensjaar.’ Hij is nu de veertig gepas seerd, maar het publiek lijkt te hebben besloten dat het nog geen tijd is voor pensioen. De jaren nadat zijn debuut uitkwam, volgden er filmaanbiedingen, internationale boektoers, een stroom aan journalisten die hem vragen stelden per mail of per telefoon; fans die hem en zijn beschreven paradijs wilden opzoeken, fans die hem vónden. Met een geschrokken gezicht vertelt Paolo: ‘Enkele jaren geleden ben ik in de vallei rond mijn berghuis een klein, intiem kunstfestival begonnen. Mijn idee was om er een paar dagen per jaar met wat andere schrijvers en makers te discussiëren. Ze zouden een paar dagen blijven eten en kamperen, daarna zou ik weer alleen achterblijven, moe maar geïnspireerd.’ Zo moest het gaan, maar hij had zijn roem onder schat. Er kwamen veel meer bezoekers dan hij had voorzien. De tenten werden tot ver buiten zijn vallei opgezet, door mensen die hij niet kende, maar die hem wel wilden kennen: ze kwamen niet om te spreken over kunst, maar om de wereldberoemde kunste naar te ontmoeten, ze staarden naar hem tussen de bomen door. ‘Dat kan dus niet meer’, zegt Cognetti – zijn nek maakt een bijna onmerkbaar knikje, zijn onderkaak zakt een centimeter richting de tafel.

De pr-agent, die hem vanuit Italië vergezelt en die inderdaad nog wat bleek ziet na de gezamenlijke whiskyproeverij, waarschuwt dat we nog een klein uur de tijd hebben. Na dit interview zullen er nog minstens acht volgen, daarna reist Cognetti door naar Antwerpen, morgen zal hij Belgische pers te woord staan. Hij lijkt zich te willen verontschuldigen voor zijn gekooide uitstraling: ‘Ik wil hier niet over klagen. Het is mooi om te mogen spreken over mijn boeken, en het hoeft tenminste niet zoals vorige keer allemaal online, dat was frustrerend.’

Een tweede interview

Die vorige keer spraken we elkaar ook, via twee schermen: hij vanuit zijn Milanese werkkamer, ik vanuit mijn Amsterdamse. Het gesprek ging over het reisboek dat hij toen net af had, Zonder de top te bereiken, waarin hij beschrijft hoe hij met

HOOGTELIJN 5-2022 | 45 BERGEN BOEKEN THEMA

Wie is Paolo Cognetti?

Paolo Cognetti (Milaan, 1978) is een Italiaanse schrijver en filmmaker. Hij brak definitief door met De acht bergen. De rechten van De acht bergen werden verkocht aan uitgevers in veertig landen en het boek werd bekroond met de prestigieuze Premio Strega, de Premio Strega Giovani en de Prix Médicis étranger. Bij De Bezige Bij verschenen eveneens het autobiografische De buitenjon gen, de roman Sofia draagt altijd zwart, het reisboek Zonder de top te bereiken en zijn laatste boek Het geluk van de wolf.

• Verfilming: De acht bergen is verfilmd als Le otto montagne door de Belgische regisseur Felix Van Groeningen en Charlotte Vandermeersch. De hoofdrollen zijn verdeeld over de Italiaanse acteurs Luca Marinellli, Alessandro Borghi, Filippo Timi en Elena Lietti.

• Documentaire: In Sogni di Grande Nord (The Big North) wordt Paolo Cognetti gevolgd tijdens zijn reis door de wildernis in British Columbia, Alaska en Yukon. Hij volgt de voetstappen van schrijvers die hem beïnvloed hebben en die hij bewondert: Ernest Hemingway, Henry David Thoreau, Raymond Carver, Jack London, Herman Melville, Alice Munro en Chris McCandless.

enkele vrienden een vijfduizender beklimt in de Himalaya. De Italiaanse Alpen waar hij leeft zijn enkele duizenden meters hoog, maar lang niet zo hoog. ‘Daarom wilde ik graag eens zo’n bergtocht maken, maar was ik er van tevoren ook ontzettend nerveus over’, vertelde hij me toen. Zijn laptop stond op een verhoogde stellage, hij leunde over het bureau, liet zijn kin balanceren op twee vuisten; eronder was nog net het boord van een gele, wollen trui zichtbaar. ‘Ik wist dat ik snel last heb van hoogteziekte en vreesde dat ik het niet zou halen.’ Maar niet hij, maar een vriend van hem werd ziek, hoewel gelukkig niet ern stig. Cognetti haalde het wel, en de reis gaf hem zelfvertrouwen. Hij leerde dat hij meer kan dan hij soms vermoedt, zoals het leven in ‘zijn’ bergen hem dat eerder ook al leerde. ‘Ik maakte de afgelopen jaren zelf een grote tafel, waar ik met vrienden aan kan eten als ze mij bezoeken. Ik ben momenteel bezig met het bouwen van een dam, ik maak er mijn handen vuil, ik maak mijn lichaam moe.’ Hij leeft er, realiseert hij zich hardop, zoals hij zich als kind voorstelde dat hij zou leven: toen hij nog erg jong was, wilde hij ofwel timmerman worden of berggids.

Het geluk van de wolf

Dit keer ontmoeten we elkaar in levenden lijve in Amsterdam, niet in een gesprek tussen twee mensen, maar in een gesprek waarbij een agent, een uitgever, een audio-assistent en een tolk aanwezig zijn. Een tolk die hij tijdens ons eerste interview niet nodig scheen te hebben. Nu vindt hij van wel, met de toenemende roem kwam het toenemende zelfbewustzijn over zijn Italiaanse accent. Voor deze boektoer begon twijfelde hij er ook ineens aan of zijn Engelse woordenschat wel groot genoeg zou zijn om te kunnen vertellen over de hoofdrolspelers in zijn

nieuwe roman Het geluk van de wolf: over Fausto, die rust vindt in de bergen, over Silvia, de jonge vrouw uit het bergdorp waarop hij verliefd wordt en die juist rusteloos wordt van diezelfde bergen – telkens is er ergens weer een andere gletsjer te bezich tigen, een hogere piek te beklimmen. Maar waar Cognetti in het begin van de conversatie telkens ruimte laat voor de tolk, valt hij haar naarmate het gesprek vordert vaker in de rede. In het Engels. Niet omdat zij haar werk niet goed doet – zij was eveneens de vertaler van dit boek en ze hebben duidelijk een vertrouwelijke band, hij lijkt het vaak juist fijn te vinden om met haar te overleggen – maar omdat hij in haast nog iets aan zijn eigen woorden toe wil voegen, iets wat belangrijk is.

‘Babette is echt’, interrumpeert hij haar bijvoorbeeld, vervolgens minutenlang vertellend over het derde personage in zijn boek, dat niet alleen daarin een belangrijke rol blijkt te spelen, maar ook in zijn werkelijke leven. Daarin heet ze anders, haar boek naam is gebaseerd op de Deense film Babettes Feast (1987), waarin een kokkin een, naar later zal blijken, nogal onconven-

46 | HOOGTELIJN 5-2022
Toen hij jong was, wilde hij ofwel timmerman worden of berggids

tioneel feestmaal bereidt voor een rurale, hechte gemeenschap. In het boek van Cognetti speelt Babette de rol van eigenaresse van een restaurantje in het bergdorp Fontana Fredda, en helpt zijn hoofdpersonage Fausto haar stevige maaltijden bereiden voor bezoekers: passerende soldaten, dorpsdronkaards, berg volk. In het leven van Cognetti heeft ‘Babette’ ook een restaurant en bereidt ze feestmalen voor hém, en voor zijn vrienden als die op bezoek zijn. ‘Er komen niet zoveel mensen in onze bergomge ving,’ vertelt hij, ‘dus ik help haar een beetje aan klandizie’. Even lijkt het erop dat zij hem in haar leven nodig heeft, maar zowel uit zijn boek als uit ons gesprek blijkt dat het tegenovergestelde waar is: hij kan niet zonder haar. ‘Ze is geweldig’, zegt hij, een glans over zijn ogen, ‘met haar heb ik de diepe, filosofische gesprekken in het leven als ik in de bergen ben. Ik houd ervan om haar café te bezoeken.’ Want dat is misschien het enige van het stadse leven wat hij mist als hij daar is: de kans tot nieuwe inspiratie uit kunst, cultuur en verrassende ontmoetingen. Haar restaurant biedt hem dat toch, of zoiets, althans. Maar in zijn boek verlaat Babette de bergen, en daarmee ook hem: zij is er geboren en getogen en wil nu eens de onbekende wereld verken nen. Ze eindigt op een palmstrand, ver weg van haar trouwe klanten en kok Fausto, die haar dan maar brieven gaat schrijven.

De pr-agent staat op, wankel op haar hoge hakken. Er wordt Cognetti een nieuwe kop koffie aangeboden, die hem voldoende moet opfrissen voor zijn volgende interview. Maar nee, hij wuift de ober weg, wil nog verder vertellen over Babette, over het eten dat ze maakt en de bergen waarover hij uitkijkt als hij haar maaltijden eet.

‘In het echt wil ze ook weg.’ Cognetti wrijft door zijn baard, glimlacht dan een beetje om zijn eigen, overduidelijke ontzet ting. ‘Ik probeer haar ieder jaar opnieuw te verleiden om in de bergen te blijven. Vooralsnog gelukkig met succes, ik moet er niet aan denken dat zij niet meer in de buurt van mijn vallei zou koken.’ Ze hoort bij die vallei, evengoed als zijn notitieboek, zijn houten tafel, de rust in zijn kop en het eelt op zijn handen. Misschien beschreef hij haar vertrek daarom in zijn boek op een wijze die even geestig als absurdistisch is: Babette, die van het bergdorp naar een strandbedje vlucht, en Fausto, de man in het verhaal die wel érg aan een jonge Cognetti doet denken (ook hij werkte jaren geleden als kok in een bergrestaurant, ook hij beleefde ooit een romance met een rusteloze, sportieve vrouw); Fausto, die in datzelfde bergdorp wacht op haar terugkeer; Fausto, die op zoek ging naar de bergen en er een thuis vond.

HOOGTELIJN 5-2022 | 47 BERGEN BOEKEN THEMA
Ik probeer haar ieder jaar opnieuw te verleiden om in de bergen te blijven
48 | HOOGTELIJN 5-2022

Loopgravenoorlog

in

de Karnische Alpen

steen Bloemen

van

In het ossuarium van Timau, vlak tegen de grens met Oostenrijk, liggen de overblijfselen van bijna 1700 Italianen en 65 Oostenrijkers. Zij sneuvelden in la Grande Guerra, de Eerste Wereldoorlog. Een ereplaats is er voor Maria Plozner Mentil, die door een sluipschutter werd gedood. Maria was net 32, had vier jonge kinderen en was de initiatiefnemer van Le Portatrici, de Draagsters. Deze dappere vrouwen brachten hun strijdende mannen, zonen en dorpsgenoten aan het Italiaanse front hoog in de Alpi Carniche voedsel, munitie en kleding.

In Tischelwanger, zoals Timau in het dialect heet, wonen in 1915 zeshonderd mensen. Maar je ziet er alleen vrouwen en kinderen. Wat later la Grande Guerra wordt genoemd is begonnen. Tot die tijd zijn de Italianen bondgenoten van de Oostenrijkers. Veel mensen van beide zijden van de grens kennen elkaar. Italianen werken massaal in Oostenrijk in de bosbouw. Regelmatig trekken ze de bergen over op weg naar werk of terug naar huis, over de Passo di Monte Croce Carnico, de Plöckenpass zoals de Oostenrijkers het tochtgat noemen. Maar opeens verandert de wereld. Italië sluit zich aan bij de Triple Entente, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Rusland, in de hoop daardoor een groter grondgebied te krijgen. Van de een op de andere dag zijn de bevriende Oostenrijkers hun vijanden. De bergpassen zijn nog wel te verdedigen, maar de onherbergzame bergkammen geven volop gelegenheid aan de vijand om ongezien de grens over te steken. Beide landen besluiten kilometers lange loopgraven aan te leggen in het onherbergzame grensgebied van de Alpi Carniche, de Karnische Alpen. Een onwaarschijnlijk zwaar en uitgebreid werk. Met paarden, ezels en grote karren worden kanonnen en ander zwaar geschut over

HOOGTELIJN 5-2022 | 49 BERGEN BOEKEN THEMA
Loopgraven en bouwwerken op de top van Pal Piccolo, aan de onderkant de Italiaanse stellingen, op de heuvel de Oostenrijkse bouwwerken

provisorisch aangelegde paden naar boven gesleept. Er wordt dag en nacht gewerkt aan loopgraven, schietgaten en tunnels om de juiste posities in te kunnen nemen. Er zijn commandopos ten, een noodhospitaal, voorraadschuurtjes en barakken voor de manschappen om uit te rusten, te eten en het materiaal op orde te brengen. Maar er is tekort aan van alles, de militairen hebben te weinig manschappen om te vechten en ook nog te zorgen voor voldoende aanvoer van wapens, munitie, eten en drinken. Er moet hulp komen.

Stakkers

De bevelhebber van de ruim tienduizend Italiaanse militairen vraagt om steun. In de kerk doet dorpspastoor don Floreano Dorotea een dringende oproep aan de dorpelingen om te helpen. De jonge Maria Plozner Mentil, net bevallen van haar vierde kind, wordt gegrepen door het verhaal. Ook haar man Guiseppe vecht aan het front, niet in hun woonplaats Timau, maar verder weg. ‘Laten wij onze hulp aanbieden, wij kunnen sjouwen en zo spullen naar boven brengen. Laten we gaan, anders gaan die stakkers ook nog dood van de honger’, zegt Maria tegen haar vriendinnen Cristina, Viviana, Graziella, Giulia en Patrizia. Honderden vrouwen uit Timau en de andere dorpen in de vallei sluiten zich vervolgens bij hen aan. Maria en de andere vrouwen zijn gewend om op het land te werken. Ze gebruiken grote gevlochten manden om de oogst binnen te halen en boodschappen naar huis te dragen, en die komen nu goed van pas.

Duizend meter

Het wordt dan dagelijks werk. Kleding, voedsel, munitie, ver bandspullen, 30 tot 40 kilo gaat er in één mand. Iedere nacht vertrekken groepjes vrouwen vanuit de donkere dorpen in alle stilte naar boven. Hun vracht hebben ze dan al kilometers verder in het dal opgehaald bij een militaire post. Langs diverse paden lopen de Portatrici vanuit Timau omhoog. Elke keer is het dui zend meter klimmen naar de Pal Piccolo en de Freikofel. De vrouwen dragen speciale rode armbanden en lopen op scarpetz, lage vilten schoentjes, om maar geen geluid te maken. De meeste vrouwen lopen breiend naar boven. Sokken, mutsen en dassen maken ze tijdens hun urenlange tochten. Af en toe zingen ze om het geluid van de ontploffende granaten niet te horen. Hoger op de berg is stilte vereist. Het zijn riskante onder nemingen, want overal bestaat het gevaar van sluipschutters.

Brengen en halen Hoog op de berg lopen ze zwijgend, bang om lawaai te maken, naar de militairen en leveren hun spullen af. In alle jaargetijden. Bij zonneschijn en regen. Elke vracht betekent een zegen voor de vechtende militairen. Soms staan ze dagenlang op maar enkele meters van de vijand. Ieder verschanst achter dikke rotsblokken, over hun geweer door de schietgaten turend naar de andere kant. Hebben ze eigenlijk wel zin om te vechten tegen mannen van wie ze er een aantal zeker kennen? Ze werkten daarvoor op hun land, dronken samen bier in hun cafés, kwamen bij elkaar over de vloer. De suggestie dat de strijd zo lang duurt omdat ze hun maten niet willen beschieten, is nooit ontkracht. Van beide zijden niet. Niettemin vallen er slachtoffers, veel slachtoffers. Maria en haar Draagsters nemen de lichamen van verongelukte strijders mee terug naar beneden. De pastoor ontfermt zich verder over de ongelukkigen. Ook gewonden worden door de Draagsters naar beneden gebracht. Op een provisorisch in elkaar gezette draag baar worden ze door vier vrouwen duizend meter naar beneden gesleept en thuis afgeleverd.

Sluipschutter

Op dinsdag 15 februari 1916 loopt Maria voor de zoveelste keer omhoog. Ze is iets later dan normaal, want ze heeft eerst nog haar baby van zes maanden de borst gegeven. Ze is stil als altijd,

50 | HOOGTELIJN 5-2022
Portatrici en militairen ontmoeten elkaar op de Pal Piccolo Portatrici, breiend onderweg Maria Plozner Mentil De lage scarpetz, te zien in het museum in Timau Een groep oud-militairen voert herstelwerk uit aan de bouwwerken van het voormalige front

op haar vilten slofjes. Ze kent de route inmiddels op haar duim pje. En dan opeens klinkt er een knal. Maria valt. Ze is getroffen door een Oostenrijkse sluipschutter. Een Italiaanse militair en een van de Portatrici schieten te hulp. Ze is niet te redden. Uitgerekend Maria is het eerste en, naar later zou blijken, het enige dodelijke slachtoffer onder de Portatrici. Waarom? Waarom maar één? Waarom zij? Vragen die nooit beantwoord zijn. Misschien was het de militairen hun eer te na een vrouw dood te schieten. Je vecht wel, maar dan tegen mannen. Of wisten ze dat Maria de stuwende kracht achter de Portatrici was? Onwaar schijnlijk, de communicatie was gebrekkig en spaarzaam. De vrouwen gaan door tot er dankzij de wapenstilstand van Padua begin november 1918 een einde komt aan la Grande Guerra.

Erkenning

De Portatrici, de heldinnen van Timau, worden vergeten. De eer gaat naar de generaals, de bevelhebbers. Veel Italianen horen pas veel later van het bestaan van de Draagsters, als er landelijke erkenning komt voor de cruciale rol die de heldhaftige vrouwen gespeeld hebben in de oorlog. Er worden medailles en onder scheidingen uitgereikt. Niet aan de Portatrici zelf, die zijn er niet meer, maar aan hun dochters. In 1997 neemt de negentigjarige Dorina, de oudste dochter van Maria, postuum de Gouden Me daille voor Militaire Moed in ontvangst van de Italiaanse president. Het grote schilderij van Maria in het ossuarium en de ereplaats die zij daar als enige vrouw tussen de mannelijke slachtoffers heeft, geven haar nu de plaats en de erkenning die alle Portatrici ten deel had moeten vallen.

Stille getuigen

In augustus volgen we met de jonge gids Nicole Puntel, archeolo giestudent en vrijwilliger bij het Museo della Grande Guerra in Timau, vanaf de Plöckenpass de route die de Portatrici dagelijks liepen. Geen makkelijk pad, langs bunkers, in de berg uitgehakte nissen, kleine grotten en vervallen bouwwerken. Het is een lang spoor van stille getuigen aan de achterkant van de oorlog. We klimmen via redelijk beschutte paden langs een van de commandoposten lager op de flanken van Pal Piccolo. Daar besloten de officieren hoe de vijand aan te pakken.

Bloemen van steen

De Italiaanse schijfster Ilaria Tuti, dochter van een Alpino, schreef over de geschie denis van de Portatrici een roman: Bloemen van steen. Tachtig procent is waargebeurd, de rest is geromantiseerd. Tuti bestudeerde honderden brieven en documenten van militairen en Draagsters. Dat materiaal is ondergebracht in het museum van Timau. Bloemen van steen is een hommage aan Maria Plozner Mentil en de honderden andere vrouwen die hun landgenoten ondersteunden in de Karnische Alpen.

In het boek geeft een kapitein bloemen aan de vrouwen. Dat doet hij nadat hij de Draagsters heeft gevraagd bundels kleren vol met luizen mee naar beneden te nemen om ze daar schoon te maken. ‘Rozen hadden het moeten zijn’, zegt hij, maar die zijn uiteraard niet voorhanden aan het front in de bergen. Dus werden het edelweissjes, bloemen die groeien op onherbergzame plekken. ‘We noemen het de “bloem van steen”, vanwege de onverzettelijkheid van deze bloem’, laat Tuti de kaptein zeggen tegen de vrouwen. ‘Precies wat jullie zijn. Bloemen van steen die zich onverzet telijk vastklampen aan deze berg. Vastklampen aan de behoefte om ons in leven te houden.’

In het Ossuarium hangt een schilderij waarop de gewonde Maria Plozner Mentil geholpen wordt door een militair en een van de Draagsters

EEN BOEK

Ilaria Tuti signeerde twee exemplaren van haar boek voor de lezers van Hoogtelijn Wil je kans maken op een van deze boeken, stuur dan voor 10 januari 2023 een mail naar hoogtelijn@nkbv.nl onder vermelding van ‘Bloemen van steen’.

HOOGTELIJN 5-2022 | 51 BERGEN BOEKEN THEMA
Bloemen van steen, Ilaria Tuti, vertaling Hilda Schraa, Cargo/De Bezige Bij (2021)
WIN
Een grote Italiaanse commandopost achter de frontlinie Op allerlei plekken hebben Italiaanse militairen inscripties achtergelaten Een oude toevoerroute op de Pal Piccolo
KOM VRIJDAG 25 NOVEMBER LANGS VOOR: GRATIS KLEDINGREPARATIE GRATIS SCHOENONDERHOUD WAAROM EEN NIEUW PRODUCT KOPEN ALS JE EIGEN PRODUCT LANGER MEEKAN? Kijk voor meer informatie op bever.nl/forfuturefridays

Zoals de Portatrici lopen we verder omhoog. De begroeiing verdwijnt langzaam, de berg wordt kaal. Hier is iedereen een schietschijf. Na twee uur staan we op de top van de Pal Piccolo, de Kleine Pal. Nou ja top, het is een gatenkaas, een totaal door loopgraven, tunnels en kleine grotten doorsneden topje. Schietgaten, borstweringen van ruwe blokken keihard graniet. Op hemelsbreed nog geen dertig meter ligt de borstwering van de Oostenrijkers. Met hun schietgaten. En hun tunnels en grotten. Zwijgend stonden en zaten ze daar tegenover elkaar. Twee verse boeketten met linten gedenken aan beide zijden de strijders.

Berginfanterie

Dit is de plek waar de Alpini, gespecialiseerde Italiaanse berginfanteristen, hun acties uitvoerden. Vaak als vooruitgeschoven post. Ook zij droegen soms scarpetz om geen geluid te maken. Op die manier veroverden ze de Freikofel op de Oostenrijkers. Zij tro en de Oostenrijks-Hongaarse Kaiserjäger en het Duitse Alpenkorps als geduchte tegenstanders. Op veel plaatsen krasten de militairen bij grotten en barakken hun afdeling in het graniet van het gebergte, tekenen die nog altijd zichtbaar zijn. De loopgraven lopen links en rechts vanaf de Pal Piccolo kilometers verder. Berg op, berg af. Achter de linies liggen de restanten van een noodhospitaal en van barakken voor de soldaten én de o cieren.

De steile opgang naar de Freikofel moet destijds ook een lastig te nemen horde geweest zijn. We hebben, net onder de top waar nu een Italiaanse en een Oostenrijkse vlag broederlijk naast elkaar wapperen, een afspraak met een groep vrijwilligers uit Piemonte: vijf Alpini, een militaire politieagent en een gewone soldaat. Mannen van wie de vaders, ooms of opa’s nog gevochten hebben in de Eerste Wereldoorlog. De Alpini zetten meteen hun karakteristieke hoedje met ravenveer op. De vriendengroep komt zoals ieder jaar een week opknapwerk doen. Maaien, loopgraven

In de sporen van de Portatrici

Reis

Timau ligt in het noorden van de streek Friuli, ten noorden van Udine. Vanaf Utrecht is het 1065 kilometer. Per trein reis je naar Lienz (Oostenrijk) of Udine, vanwaar je verder kunt met een bus. Om de Plöckenpass en de bezienswaardigheden in Timau te bereiken is echter een (huur)auto nodig.

Accommodatie

We verbleven in Timau in de Via Maria Plozner Mentil op nummer 15, waar Diego en zijn vrouw en kok Antonietta Matiz de scepter zwaaien over Albergo da Otto (facebook. com/ristorantedaotto).

Musea

Op de hoek van de straat die genoemd is naar Maria, de beroemdste inwoner van Timau, ligt de bar van Luca Piacquadio. Zo’n plaats waar dorpsbewoners ’s ochtends ko e halen en ’s middags een biertje. Luca hee niet alleen een bar, maar is ook directeur van het Museo della Grande Guerra.

Een groot museum met veel aandacht voor de Portatrici: museograndeguerratimau. com. Tussen het museum en de kerk staat een monument voor de Portatrici, gemaakt van het metaal van wapens die aan het front zijn teruggevonden.

Iets verder langs de hoofdweg door het dorp ligt aan de overkant van de rivier het Tempio Ossario di Timau: turismofvg.it/en/r83863. De hoofdweg gaat richting de Passo di Monte Croce Carnico. Op de pas beginnen enkele wandelroutes naar het Openluchtmuseum 1915-1918 op de Pal Piccolo, Pal Grande en de Freikofel. Scan de QR-code voor een dagwandeling van circa tien kilometer langs deze plaatsen.

Even over de grens in Kötschach-Mauthen is het Museum 1915-1918 gevestigd, waar de oorlog belicht wordt vanuit Oostenrijks perspectief: dolomitenfreunde.at.

herstellen, een bruggetje en trap maken, het toilet van de barak vernieuwen. Deze vrijwilligers onderhouden de overblijfselen van de oorlog en houden zo het openluchtmuseum in ere.

Oorlog van sneeuw en ijs

We eten een broodje in het gras bij een van de militaire overblijfselen. De zon schijnt, de vogels azen op de kruimels. Het is moeilijk voor te stellen dat hier, niet alleen met een heerlijk zonnetje, maar ook in de gure herfst, in de ijskoude winters, in storm en regen, veldslagen werden uitgevochten die als de oorlog van sneeuw en ijs in de Italiaanse geschiedenisboeken is terug te vinden.

HOOGTELIJN 5-2022 | 53 BERGEN BOEKEN THEMA
Bij een van de Italiaanse loopgraven langs de stellingen zijn bloemen neergelegd Zicht op Oostenrijkse stellingen vanuit een Italiaans schietgat op de Pal Piccolo De loopgraven worden onderhouden door vrijwilligers

Hoe teken je een berg?

54 | HOOGTELIJN 5-2022

Hoe teken je een berg? Dat is een vraag die meer illustratoren in deze Hoogtelijn zichzelf hebben gesteld. Astrid Kemper kiest in haar boek De Rode Berg voor kleurrijke sprookjesplaten die je laten wegdromen in de belevingswereld van de tekenaar (besproken op p. 89). De realistische tekeningen van kunstenaar en oud-klimkampioen Mirjam Verbeek helpen je om klimbewegingen en oefeningen op de wand beter te begrijpen. Mooi én nuttig voor het trainingsboek Happy Training dat ze schreef (besproken op p. 88). De gerenommeerde Franse striptekenaar Jean-Marc Rochette tekent de berg met een paar diagonale lijnen, schaduw en spaarzaam maar e ectief gebruik van heldere kleuren. Daarmee laat hij je niet alleen in duizelende dieptes staren, maar ook kijken in de broeierige ogen van een nors pubergezicht. De ingetogen, directe schrijfstijl van Olivier Bocquet past goed bij deze tekenstijl.

Altitude is een autobiogra sch verhaal over vriendschap en vrijheid. Het is het ontroerende verhaal van de jonge Jean-Marc, die verliefd wordt op de bergen van de Écrins en vriendschappen sluit met andere klimmers. We volgen hem tijdens zijn eerste klimmeters in het dal en later tijdens beklimmingen van de hoge toppen van de Écrins. De Ailefroide met haar majestueuze noordwand doemt regelmatig op in de achtergrond. Die top is zijn grote doel. Het wordt in het boek al snel duidelijk dat de wereld van de alpinist een andere is dan die van de mensen in het dal. Niet alleen is het perspectief vanaf de berg anders, de spelregels zijn ook anders. Er staat veel op het spel als je op die Alpenflanken klimt en tegelijkertijd lijkt de vrijheid onbegrensd.

Meer

dan klimmen

Altitude is ook het verhaal van een jongen die in het Frankrijk van de jaren ’70 de strijd aangaat met de autoriteiten die hij op zijn pad tre . Zij vormen een bedreiging voor de vrijheid die hij zoekt, want voordat hij in de bergen zijn momenten van geluk kan ervaren moet hij allerlei instanties het hoofd bieden. Zijn stugge moeder, de autoritaire kostschool in Briançon, de gewelddadige Franse politie, en op een gegeven moment zijn eigen demonen. Want al geven de bergen van de Écrins hem

Altitude

Jean-Marc Rochette tekende zijn eigen levensverhaal en werkte dat samen met Olivier Bocquet uit tot het beeldverhaal Altitude. In 2018 werd het boek door uitgeverij Casterman in het Frans gepubliceerd onder de titel Ailefroide: Altitude 3954. Twee jaar later kwam het boek ook in het Engels op de markt.

Altitude, Olivier Bocquet en Jean-Marc Rochette, SelfMadeHero (2020)

HOOGTELIJN 5-2022 | 55 BERGEN BOEKEN THEMA
Tekst Florian van Olden Beeld Altitude, Olivier Bocquet en Jean-Marc Rochette
al geven de bergen van de Écrins hem veel, ze nemen ook

The majestic four-thousanders not only create impressive panorama, they also provide a unique setting for winter sports experiences. The possibilities are endless and snow is guaranteed. If you love winter, you’ll love Valais! visitvalais.ch/winter

veel, ze nemen ook. Vrienden verongelukken en Jean-Marc zelf bijna ook: ‘I never saw the rock coming. KRAK!’ Een hele pagina in bloedrood met fragmenten tekst van verbijstering en pijn, zo veel pijn. Dan een pagina zwart. Bewusteloos, dood? Hij lee , maar hoe? Herstelt hij en keert hij terug naar zijn geliefde gebergte of zoekt hij de vrijheid elders? Er is heus meer dan alleen klimmen, toch? De jonge Jean-Marc gaat ernaar op zoek. Hij bezoekt de Verenigde Staten, probeert nog even zijn liefde voor het klimmen terug te vinden in Yosemite, maar vindt uiteindelijk pas troost in de underground stripscene van San Francisco. Jean-Marc stopt zijn onrust en woede in een brutale cartoon van een varkenskop. ‘What’s your problem, why are you looking at me like that’, bijt de varkenskop hem toe vanaf het vel. ‘You. You’re my ticket outta here’, antwoord de jongen vastberaden.

Klimmen en tekenen Uiteindelijk keert Jean-Marc terug in de bergen van de Écrins: ‘But the rock had bitten me, and my flesh hadn’t forgotten.’ Even later, op de top van de Meije uitkijkend op zijn geliefde berg, de Ailefroide, vertelt Jean-Marc een klimmaatje over zijn idee voor een science ctionverhaal in stripvorm. De Ailefroide zal hij nooit beklimmen, de obsessie met de berg maakt plaats voor berusting en voor een nieuw doel in zijn leven. Het boek, met de titel Snowpiercer, is er echt gekomen, ver lmd en nu ook als serie op Netflix te zien. De serie toont het fantasieverhaal in realistische lmbeelden met echte bergen, maar zonder de snelle penstreek van een briljante tekenaar die de lezer werkelijk laat ervaren hoe steil de Alpenwanden eigenlijk zijn.

Klimmen als Jean-Marc Rochette

In Altitude lees je over verschillende indrukwekkende beklimmingen. Hieronder volgen twee klimtips voor alpiene rotsklimtoeren uit het verhaal.

Meije (3984 meter), zuidwand, Pierre-Allain TD, 5c, 800 meter

Bij deze prachtige rotsklimtoer klim je in vast graniet en gneiss. Vanaf de afgelegen Re ge du Promontoire traverseer je de spectaculaire zuidwand van de Meije in en klim je in een dag naar de top. Maar pas op, zonder de juiste voorbereiding kan het zomaar meer dan een dag worden. Dat gebeurde in ons geval, waardoor wij tijd verloren en in een koud bivak belandden in plaats van een warme hut. Let op de volgende dingen:

• De topo: Houd tijdens het klimmen de topo goed in de gaten, halverwege klim je makkelijk verkeerd en kom je in moeilijkere varianten terecht.

• Stijgijzers: Op de terugweg moet je een markant en steil ijsveld oversteken, het Glacier Carré. Vergeet dus niet goede stalen stijgijzers en een pickel mee te nemen!

• Het weer: Je klimt op een van de hoogste bergkammen van de Écrins. Onweer komt snel op, maar trekt vaak ook weer snel weg. Vertrek vroeg, ook om middagonweer voor te zijn.

Barre des Écrins (4102 meter), zuidpijler, TD, 5c, 1300 meter

De beklimming van de Barre des Écrins is een spectaculaire alpiene onderneming, door een wand die ongeveer even breed als hoog is. Bereid je voor op een desolate omgeving met prachtige uitzichten. Het klimmen wordt nooit echt moeilijk voor de graad, maar je zult goed moeten opletten om op de route te blijven. Het makkelijke vaste rotsgraatje na de top, richting de noordelijk gelegen gletsjer, voelde voor ons als de kers op de taart. Sla dat dus zeker niet over. Nog een paar tips:

• Een gepland bivak is hier zeker het overwegen waard. Je zult onderweg op de onderste hel van de wand dan ook talloze adelaarsnestjes vinden. Het voordeel hiervan is dat je niet laat in de middag of in de nacht over de verraderlijke Glacier Blanc hoe af te dalen.

• Wil je overnachten in de drukbezochte Re ge du Glacier Blanc? Reserveer dan vooraf een slaapplaats. Ik heb meegemaakt dat de huttenwaard mij wegstuurde omdat de hut vol zat.

• Ook voor deze tocht geldt bovendien: neem stijgijzers en een pickel mee.

HOOGTELIJN 5-2022 | 57 BERGEN BOEKEN THEMA
La Meije, met links het Glacier Carré

Inmiddels staat er op de top een rood-wit weerstation dat als baken fungeert

58 | HOOGTELIJN 5-2022

Brief aan Francesco Petrarca

De top van de Ventoux

In 1336 schrij dichter en losoof Francesco Petrarca een brief aan zijn vriend Dionigi da Borgo San Sepolcro, lid van de Orde der Augustijnen en leraar in de Heilige Schri , naar aanleiding van zijn beklimming van de Mont Ventoux. In de negen pagina’s tellende brief vertelt Petrarca uitgebreid over de gedachten die hem bezighielden tijdens de wandeling, maar weinig over de precieze route die hij aflegde. Bijna zevenhonderd jaar later trekken Femke Welvaart en Rik Burger naar Zuid-Frankrijk om het gebied rond en op de ‘heilige berg’ te verkennen. Met zijn brief in haar rugzak en hoofd, en haar voeten op zijn grond, leert Femke de dichter steeds beter kennen.

THEMA BERGEN BOEKEN
Tekst Femke Welvaart Beeld Rik Burger en Femke Welvaart
HOOGTELIJN 5-2022 | 59

De dennenbomen werden pas eind 19e eeuw aangeplant na een periode van ontbossing

Beste Francesco,

Ik schrijf je over de Mont Ventoux, de berg die in jouw tijd de ‘Winderige’ werd genoemd. Tegenwoordig heet hij de ‘Kale berg’ en is hij vooral bekend onder wielrenners en mensen die de etsers aanmoedigen of sponsoren om naar de top te etsen. In de 14e eeuw bestonden er nog geen etsen. Laat staan dat je daarmee een berg op stoempte. Zelfs een wandeling naar de top was een uitzonderlijke onderneming. Maar jij deed het. Je liep al jaren met het plan rond, omdat je al sinds je jeugd in de omgeving van de Ventoux woonde en je de berg bijna altijd binnen je gezichtsveld had. Impulsief besloot je nu eindelijk eens te realiseren wat je altijd al had willen doen.

Ondanks dat je geen bergwandelervaring hebt, weet je heel goed waarop je je reisgezelschap moet uitkiezen. ‘Geen van mijn vrienden was daarvoor helemaal geschikt’, schrijf je. ‘De een leek me te sloom, de ander te beweeglijk. De een vond ik te traag, de ander te kwiek. De een te langzaam van begrip en de ander te spits.’ Zo ga je maar door: zwijgzaam is niet goed, maar eindeloos gepraat ook niet. Te zwaar en gezet of te mager en zwak, ongeïnteresseerd of veel te enthousiast: ‘met deze bezwaren valt in de gewone dagelijkse omgang wel te leven, maar op een reis worden diezelfde nadelen dubbel zo zwaar.’ Je wendt je ten slotte tot je broer, die graag met je meegaat. En met jullie gaan twee bedienden mee.

Je start in Malaucène, een plaats aan de oostelijke uitlopers van de berg. Ik loop door het dorp en probeer me voor te stellen hoe jij je route kiest. Veel vertel je er niet over. Inmiddels lopen er legio wandelpaden en mountainbikeroutes, om over de slingerende asfaltweg naar de top nog niet te spreken! Hoe ziet het landschap er in 1336 uit? Je schrij over prikstruiken en rotsen. Over bomen zeg je niets, maar die zullen er toch wel staan? Niet de dennenbomen die er nu staan. Die zijn na een periode van ontbossing aan het einde van de 19e eeuw aangeplant. Lang geleden stonden er beuken en sparren. Staan die er ook als jij hier loopt? En wat heb je aan? Ik draag comfortabele wandelschoenen waarmee ik goede grip heb op het losliggende kalksteen bovenaan de berg. Jij moet het doen met leren laarsjes zonder pro el, stel ik me zo voor. Je hebt inderdaad moeite de berg op te komen. ‘Het ging niet bepaald zonder problemen, want het is een steile en bijna ontoegankelijke rotsmassa. (…) Alles werkte mee op onze tocht. Alleen de natuur werkte tegen. (…) Mijn broer liep de kortste weg omhoog en sneed daarbij de weg af, via de kammen. Ik kon dat niet opbrengen en bleef liever op minder steil terrein. (…) Ik liep door dalen te dolen, zonder dat ik ergens een gemakkelijker pad vond; daardoor werd mijn route langer en mijn nutteloze inspanning nog groter. Op een gegeven moment, toen ik er helemaal genoeg van had en mijn zigzagroute betreurde, besloot ik om langs de kortste weg omhoog te gaan.’ Nog ten minste twee keer laat je je verleiden om niet steil omhoog te gaan, maar ‘de natuur der dingen laat zich door Ook bij ons komt en gaat de mist in vlagen

60 | HOOGTELIJN 5-2022
Hectiek op de top

gedachten van mensen niet veranderen. Het is onmogelijk dat iets sto elijks door af te dalen een top bereikt.’ En dat is een waarheid als een koe.

Je bent dus gestart aan de oostkant van de berg. Je komt door verschillende valleien, waar je even rust voor je verder klimt. Nooit lijk je te twijfelen aan je doel. Als veertiende-eeuwse dichter en losoof ontkom je er niet aan om de beklimming te vergelijken met het leven. Je spreekt jezelf toe: ‘Besef dat dit, wat je vandaag bij de beklimming meermalen hebt ervaren, jou en vele anderen ook overkomt op de weg naar een gelukzalig leven.’ Dit ‘gelukzalig leven’ bevindt zich op een hoge plaats; een smalle weg leidt daarheen, leg je uit. ‘Het is óf de top van het gelukzalig leven bereiken, óf uitgeput neertuimelen in de diepten van je zonden.’

In 1937 is de alpinist Pierre de Champeville gevraagd jouw route te traceren. Het blij gissen, want veel aanknopingspunten had hij niet. Hij vermoedde dat je via Le Groseau en Les Ramayettes liep, om niet te steil te hoeven stijgen. Maar je kunt ook via Beaumont, Les Valettes en Les Jas zijn gegaan. Tegenwoordig kun je je auto bij camping Mont Serein zetten en wandel je in anderhalf uur naar de top van de Ventoux. Vanaf daar kun je de graat volgen naar Tête de la Grave en maak je in dik vijf uur een mooi rondje terug naar Mont Serein. Terwijl Rik en ik zigzaggend de berg op wandelen, probeer ik het landschap te bekijken door jouw ogen. Hoe navigeer je? Wij hebben een rood-wit-gestreept weerstation als baken op de berg. En een wandelpad dat ons er als vanzelf naartoe leidt. Maar jij start twintig kilometer verderop, je kunt de top vaak niet eens zien vanuit het dal, en loopt door valleien en kloven. Wat voor geogra sche kennis heb je? Hoe kies je de juiste route? Net als jij lopen wij met mist langs onze voeten naar boven. Soms trekt het even open, dan weer wordt het uitzicht verborgen door laaghangende wolken. Waar jij op de top wordt overdonderd door het uitzicht, zie ik aan de westkant niets. Behalve een bord dat mij vertelt welke onzichtbare bergen er voor me liggen. Je schrij : ‘Eerst stond ik daar als een verdwaasde, overweldigd door de ongewone atmosfeer en het onbelemmerde uitzicht. Ik kijk om me heen; een wolkendek was onder mijn voeten.’ Toch vertel je ondanks die wolken over de bergen die je in de verte ziet, zoals de met sneeuw bedekte Alpen. De Pyreneeën kun je niet zien, ‘omdat het zwakke menselijk oog niet zo ver reikt. Wel waren aan de rechterkant de bergen van de Lyonese provincie te zien, en aan de linkerkant was de zee die Marseille en de muren van Aigues-Tortes bespoelt duidelijk zichtbaar.’ En de Rhône vlak onder je, die zie je ook.

Inmiddels is het in 2022 op de vlakke en geasfalteerde top een hectische chaos van wielrenners, wandelaars en andere dagjesmensen die om beurten op de foto willen bij het bord ‘Sommet du Ventoux 1910 m’. Heb jij enig idee hoe hoog je bent gekomen?

De top van de Ventoux

Over Petrarca’s tocht wordt veel gediscussieerd. Ook Rik en ik raakten wandelend door de regio niet uitge losofeerd over Petrarca’s route en de haalbaarheid van zijn beklimming. Aan het exacte jaar wordt getwijfeld, en aan de maand, en sommigen vragen zich zelfs af of hij überhaupt de top hee gehaald.

Meer informatie hierover vind je onder meer in de toelichting in het boek dat ik gebruikte als bron:

Petrarca, De top van de Ventoux, vertaald, ingeleid en van aantekeningen voorzien door Chris Tazelaar. Uitgeverij Ambo (1990)

Het boek is alleen nog op de tweedehandsmarkt verkrijgbaar. Het aanbod is summier. Ik vond mijn exemplaar met veel geluk op Marktplaats. Ook maakte ik gebruik van de Franse vertaling van Victor Develay, die je online kunt lezen via bit.ly/3Srmh8O De informatie over de reconstructie van Petrarca’s route vond ik op dekaleberg.nl/de-berg/petrarcas-route.

En wat heb je bij je om op krachten te komen? Nu staan er kraampjes met snoepgoed, noten en koek. En kun je er petjes, T-shirts, koelkastmagneten en mokken met je naam erop kopen. Jij staat daar alleen, met je broer, en pakt het boek Belijdenissen van Augustinus erbij, dat je had gekregen van Dionigi, de vriend aan wie je je brief schrij . Je slaat het boek open om te gaan lezen waar het openvalt. ‘God en hij die bij mij was, zijn mijn getuigen dat ik las wat stond op de plaats waarop ik het eerst mijn oog liet vallen: “En de mensen gaan om te bewonderen de hoogten van de bergen en de machtige golven van de zee en de brede stromen van de rivieren en de gang van de oceaan en de omloop van hemellichamen, en zij verlaten zichzelf.” Ik was met stomheid geslagen. En dan druk ik het zwak uit.’

Je hebt genoeg gezien, de zon gaat onder, dus het is tijd om terug te keren naar Malaucène, waar jullie in het maanlicht van de lange nacht terugkomen bij de herberg waar je die ochtend voor dag en dauw bent vertrokken. Je trekt je terug in een hoekje van het huis om Dionigi meteen over je ervaringen op de berg te schrijven. Het is 26 april 1336.

Lang niet alle Fransen in de regio weten dat jij als een van de eersten hun heilige berg beklom. Maar voor mij zal de Ventoux altijd verbonden zijn met jou.

Deze brief gaat jou nooit bereiken, mijn vragen blijven onbeantwoord. Wat rest is de verbeelding.

Liefs, Femke

HOOGTELIJN 5-2022 | 61 BERGEN BOEKEN THEMA
Specialist in Bergsport Verzekeringen Voor meer informatie: Koninklijke NKBV te Woerden www.hienfeld.nl +31 (0)20 - 5 469 469 info@hienfeld.nl NKBV_220x145_new_logo.indd 1 19/01/2022 14:41 Een sportieve allrounder voor lange klimsessies in de zaal, multi-pitch routes en outdoor alpine tochten. FUSION LV

Digitalisering

Oude bergsporttijdschriften online

Oude Nederlandse bergsporttijdschri en uit de periode 1903-1960, de voorlopers van de huidige Hoogtelijn, zijn door de Koninklijke Bibliotheek gedigitaliseerd. Op Delpher.nl zijn de bladen nu toegankelijk en doorzoekbaar.

De Nederlandsche Alpen-Vereeniging (NAV), opgericht in 1902, publiceert al snel twee keer per jaar een eigen blaadje: Mededeelingen der Nederlandsche Alpen-Vereeniging. Omdat het ledenaantal en de activiteiten van de NAV fors toenemen wordt vanaf 1933 een heus tijdschri uitgegeven: De Berggids. De ‘Mededeelingen’ worden hier na verloop van tijd in opgenomen. De Berggids is een levendig tijdschri , met naast praktische informatie over de vereniging, ook kleurrijke verslagen van wandelingen, toertochten en beklimmingen, aanvankelijk vooral in de Alpen, later ook in andere gebergtes. Al vanaf de eerste nummers is het tijdschri rijk geïllustreerd met foto’s, die een schitterend beeld geven van het alpinisme in de jaren ’30.

Kort na de Tweede Wereldoorlog wordt in Nederland een tweede bergsportvereniging opgericht. Deze vereniging opereert aanvankelijk onder de naam Sektion Holland van de Oesterreichischer Alpenverein en gee vanaf 1952 ook haar eigen

Het behoud van het papieren erfgoed

tijdschri uit: De Bergvriend. Vanaf 1971 gaat de Sektion Holland verder onder de naam Nederlandse Bergsport Vereniging (NBV). Wanneer in 1998 de KNAV en de NBV fuseren tot de NKBV worden ook de tijdschri en samengevoegd. Het nieuwe blad dat ontstaat krijgt de titel Hoogtelijn

De Koninklijke Bibliotheek Rondom deze fusie schenkt het hoofdbureau van de inmiddels Koninklijke Nederlandsche Alpen-Vereeniging haar hele collectie Nederlandse bergsporttijdschri en in permanente bruikleen aan de Koninklijke Bibliotheek (KB), de nationale bibliotheek van Nederland. De KB hee als een van haar taken het verzamelen, bewaren en beschikbaar stellen van alle boeken, kranten en tijdschri en die in Nederland gepubliceerd worden. Dat betre dus ook bergsporttijdschri en.

De KB is al jaren bezig om haar collecties te digitaliseren. Dat gebeurt voor een groot deel met behulp van nanciering door Metamorfoze, het nationale programma voor het behoud van het papieren erfgoed. De afgelopen paar jaar was de collectie bergsporttijdschri en aan de beurt voor digitalisering en dat traject is nu afgerond. De gedigitaliseerde tijdschri en zijn gepubliceerd op Delpher. nl. Iedereen kan ze daar gratis doorzoeken, lezen en downloaden.

Bij het digitaliseren van de bladen is als eindjaar 1960 genomen. Dat hee te maken met auteursrechten en de grenzen van het subsidieprogramma Metamorfoze. Nummers van na dat jaar zijn nog niet

online beschikbaar, maar voor wie dat wil wel in te zien bij de KB in Den Haag.

Voordelen

Het grote voordeel van de digitalisering is dat deze oude tijdschri en nu veel toegankelijker zijn geworden. Het is een stuk eenvoudiger thuis achter je computer te zitten, dan naar de KB te komen. Bovendien kun je nu ook gericht in de tekst zoeken op bijvoorbeeld een trefwoord of datum. Voor de KB speelt ook mee dat door digitalisering de originele papieren tijdschri en veiliger bewaard kunnen worden.

Het is fascinerende lectuur: over oude toertochten, historische klimroutes, in onbruik geraakte klimtechnieken en bestuurlijke beslommeringen, over alpinisme vóór de aanvang van het massatoerisme, en over bloedstollende avonturen die niet altijd goed aflopen. Het kan een inspiratie zijn voor nieuw historisch onderzoek, mooie artikelen in Hoogtelijn, en zelfs voor het maken van romantische bergtochten aan de hand van de oude beschrijvingen en foto’s. Meer dan honderd jaar Nederlandse bergsportgeschiedenis ligt aan je voeten.

Ontbrekende nummers

In de collectie tot 1960 missen nog twee nummers van De Bergvriend: nummer 1 van 1958 en nummer 6 van 1959. Heb je deze nummers in bezit en zou je ze willen overdragen aan de KB? Neem dan contact op via hoogtelijn@nkbv.nl

HOOGTELIJN 5-2022 | 63 BERGEN BOEKEN THEMA
Tekst

Mentale training met The Rock Warrior’s Way

Rock bottom

De angst om te falen, om af te gaan voor de ogen van anderen, om iets niet te kunnen wat je gewoonlijk wel kunt: het is voor iedereen herkenbaar. Voor sommigen, zoals Tijana Joksimovic (34), kan die angst echter zo groot worden, dat het hen tegenhoudt om datgene te doen waar ze het meeste plezier uit halen. ‘Uiteindelijk raakte ik zo in paniek van klimmen, dat ik de rots niet eens meer durfde aan te raken. Het leek me beter om te stoppen met klimmen, dan zouden alle leuke momenten er niet meer zijn, maar alle nare momenten in elk geval ook niet meer.’ Mentale training hielp Tijana om inzicht te krijgen in haar problemen en angsten, en de manier waarop ze daarmee omgaat. Nu is ze vastbesloten om als Rock Warrior’s-coach anderen te helpen met de relatie tussen hun mentaal welzijn en hun klimprestaties. ‘Mentale training was mijn laatste redmiddel, maar dat zou niet zo hoeven zijn. Het zou veel gebruikelijker moeten worden.’

64 | HOOGTELIJN 5-2022
Tekst Eva van Wijck Beeld Umut Lim

Zo’n zes jaar geleden kwam Tijana voor het eerst in aanra king met klimmen. Vanwege een knieblessure was ze genoodzaakt om te stoppen met dansen en in aanloop naar een knieoperatie ontdekte ze de klimsport. ‘Telkens als ik iets nieuws probeer, heb ik het gevoel dat ik daar zo snel mogelijk heel goed in moet worden. Klimmen is uitgerekend een sport waar je niet snel goed in kunt worden, omdat je spieren en pezen langzaamaan moeten wennen aan de specifieke belasting.’ Doordat Tijana te gefocust was op vooruitgang, luisterde ze niet naar haar lichaam en kreeg ze in de eerste paar jaren als klimmer te maken met vele blessures. ‘In plaats van rust te nemen, werd ik boos op mezelf en ging ik door. Om ervoor te zorgen dat anderen me niet zagen falen, klom ik alleen op de rustige mo menten. Ik werd angstig als er andere mensen om me heen waren. Langzaamaan ging ik steeds meer klimvrienden buiten sluiten, totdat ik alleen nog met mijn partner wilde klimmen. Later wilde ik alleen buiten openingstijden klimmen, zonder mijn vrienden. Ik voelde me waardeloos omdat ik in mijn hoofd zo graag vooruit wilde, maar het voelde alsof mijn lichaam daar niet in meeging.’

Persoonlijke reset

In de huidige maatschappij, waarin veel lijkt te draaien om cijfers en prestaties, is het een logische denkstap om je eigenwaarde op te hangen aan hoe goed je iets kunt. ‘Tijdens mijn leven heb ik het waanidee ontwikkeld dat ik liefde kreeg en werd geaccep teerd op basis van hoe goed ik iets deed. Dat was voor mij ook de reden dat ik heel snel goed wilde worden in klimmen: ik had het idee dat mensen mijn waarde koppelden aan hoe goed ik klom. Ik mocht van mezelf alleen gepassio neerd en enthousiast over klimmen zijn als ik er goed in was.’ Deze vicieuze cirkel leidde tot het moment waarop Tijana in Flatanger, Noorwegen was – een waar klimparadijs met routes van elk niveau – en zo in haar hoofd zat dat ze de rots niet eens kon aanra ken. ‘Als ik faalde in het klimmen, voelde het alsof ik faalde als persoon. Ik zag mezelf uiteindelijk als de personificatie van falen. Constant was er die echo in mijn hoofd: wat is er mis met mij?’

Eenmaal terug thuis was ze al een tijdje gestopt met klimmen toen ze een artikel over Arno Ilgner las, een voormalig topklimmer die zich ontwikkelde tot mentale trainer. Hoewel ze in het begin sceptisch over hem was – ‘Ik vond het allemaal een beetje vaag overkomen’ – wist ze dat ze niets te verliezen had en kocht ze zijn boek The Rock Warrior’s Way over zijn gelijknamige trainingsprogramma. De inzichten die

HOOGTELIJN 5-2022 | 65 THEMA BERGEN BOEKEN
Foto Tim Snijders
Specialist in materialen voor extremen Kom langs voor het beste advies! Of bestel online, vanaf €50 geen verzendkosten! of gewoon lekkere warme sloffen voor thuis 0348-421648 DE OUTDOORSPECIALIST VAN NEDERLAND

The Rock Warrior’s Way

Hoewel de meeste klimtraining voornamelijk gericht is op fysieke fitheid, is mentale training minstens zo belangrijk. The Rock Warrior’s Way is een mentale trainingsmethode die specifiek voor klimmers is ontwikkeld door topklimmer en coach Arno Ilgner. De methode gaat uit van een stapvoor-stap-benadering om de motivatie, risicobepaling en focus van klimmers te verbeteren, zodat zij een echte Rock Warrior worden.

The Rock Warrior’s Way, Arno Ilgner, Desiderata Institute (2003)

ze daardoor verkreeg veranderden direct haar mindset, en later ook haar klimplezier, carrière en leven. ‘Het voelt enorm cliché om dit te zeggen, maar elke zin in dat boek voelde voor mij als een openbaring. Ik realiseerde me dat ik bang was om te falen en niet om te vallen en hoewel mijn problemen hierdoor niet ver dwenen, deden de angst en paniek dat wel.’

Vlak na Tijana’s persoonlijke reset volgde die van de rest van de wereld, door de COVID-19-pandemie. Waar de wereld op pauze stond, maakte Tijana juist een groei door: ‘Doordat alles was gestopt, kon ik op mijn eigen tempo klimmen en trainen. Online cursussen werden door de pandemie populairder en ik besloot om er een van The Rock Warrior’s Way te volgen om meer inzicht te krijgen in mentale training voor klimmen. Een grote stap voor mij was dat ik, toen de klimhallen weer open waren, mensen die ik vertrouw vroeg om samen te klimmen. Ik merkte dat zij mij waardeerden om wie ik ben als mens, en niet om hoe goed ik klim. Hierdoor kon ik goede vriendschappen ontwikkelen.’

Mindset

De klimsport vergt een perfecte balans van fysieke fitheid, techniek én mentale kracht. Dat laatste onderdeel laten veel klimmers echter liever links liggen. ‘Veel mensen zijn bereid om hard te trainen om fysiek sterker te worden voor klimmen, maar als ze iets horen over hun techniek, zijn ze al beledigd. Een opmerking over hun mindset gaat voor de meeste klimmers al helemaal te diep. Het kan confronterend zijn om te horen dat je aan je mindset moet werken, al is de communicatie erover uiteraard cruciaal. Veel mensen lopen weg voor het mentale trainingsaspect van klimmen, omdat het zo moeilijk is. Mentale training is een proces: je gaat inzien dat angst en stress nooit helemaal weggaan, maar je er wel beter mee kan leren omgaan.’

Coach

Hoewel haar klimcarrière inmiddels al veel ups en downs kent, is Tijana dankbaar voor het feit dat de sport op haar pad is geko men en voor de confrontaties die ze dankzij het klimmen is aangegaan. ‘Je leert het meeste van klimmen als je in een uitdagende situatie zit en daar uitkomt. Klimmen maakte mijn problemen eerst veel erger, maar uiteindelijk werd het juist mijn motivatie om die problemen op te lossen. Als ik het klimmen en de mentale training niet had gevonden, had ik mijn problemen misschien nooit zo goed kunnen aanpakken. Al ben ik nog steeds lerende, het is een doorlopend proces.’ Om haar kennis en ervaringen met zo veel mogelijk klimmers te delen, is Tijana hard op weg om een Rock Warrior’s Way-coach te worden. ‘Ik wil dat mentale training toegankelijker wordt voor alle klimmers. Je hebt immers maar één hoofd dat je voor alles gebruikt, dus als het met jou niet goed gaat, gaat het klimmen minder goed, en andersom. Ik wil dat mensen zich hier bewust van worden, zodat ze ook sneller geneigd zijn om hieraan te werken, en niet pas als ze rock bottom zijn.’

Meer weten over Tijana als coach en klimmer? Bezoek haar website coachingbetweenthelines.com of volg haar op Instagram, @halfwarrior_halfmess

HOOGTELIJN 5-2022 | 67
De klimsport vergt een perfecte balans van fysieke fitheid, techniek én mentale kracht
Tijana in Dragonfly (7a) in Geyikbayiri, Turkije
BERGEN BOEKEN THEMA

Het boek gaat altijd mee

Toerskiën met De toverberg

Laat mij, laaglander, de eerste zijn met een lofdicht op toerskiën Toeren is dichten, je beklimt zwetend het maagdelijk papier met stijgvellen zoekt woorden met je sondeerstok Je intuïtie staat aan als een lawinepieps Elke nieuwe strofe een Schneebrett

Maar eenmaal op die bergtop lacht de vrijheid je joviaal toe Een vederlicht moment van verjonging Zwevend daal je af Je slalomspoor een sonnet

Bovenstaand lofdicht schreef ik op mijn smartphone in een hut op drieduizend meter hoogte in de Zwitserse Alpen, gevoed door het inspirerende uitzicht en de ijle lucht (en een glaasje grappa). Na een onderbreking van tien jaar had ik in 2021 weer eens een toerskitocht geboekt. In de jaren ervoor was ik met mijn vrouw en dochter gaan skiën in de Alpen. Net als honderdduizenden andere toeristen stoven we tijdens die krokusvakanties van de blauwe, rode en zwarte pistes. Elke keer was het daarboven weer drukker dan het jaar ervoor en dat maakte dat ik besloot om mijn oude passie weer serieus op te pakken. Ik liet nieuwe toerskischoenen op maat maken en begon met extra conditietraining.

Het heilige in het leven Toerskiën is een vorm van o piste skiën: je klimt met speciale bindingen en stijgvellen (een mix van mohair en kunstvezel) onder je ski’s bergop, waarna je de vellen afstroopt en door de Tiefschnee afdaalt. Je ziet vaak toerskiërs onder de li of langs de piste omhoog klimmen. Het lijkt dan wellicht of het eenlingen betre , maar de toerskiërs die alleen o piste gaan, zijn in de minderheid. Natuurlijk brengt toerskiën meer risico’s met zich mee dan het skiën op een geprepareerde piste. Je hebt ook altijd een lawinepieper op zak, een sondeerstok en een schep. Steeds meer toerskiërs dragen bovendien een rugzak met airbag. Ja, je moet een beetje avontuurlijk aangelegd zijn en goed uit de

68 | HOOGTELIJN 5-2022
Tekst en beeld Renson van Tilborg

voeten kunnen in zowel pap- als poedersneeuw. De beloning is evenwel groot: behalve dat je niet hoeft te dringen bij de gondellift voelt die immense sneeuwzee daarboven als jouw exclusieve domein: je wordt als het ware één met de ‘hoog oprijzende standbeelden van de besneeuwde Alpen die gevoelens oproepen van het sublieme en heilige in het leven’, zoals Thomas Mann dat zo treffend schrijft.

Als ik in de winter naar de Alpen ga, neem ik De toverberg van Thomas Mann altijd mee. De roman is bijna honderd jaar oud, maar beschrijft de bergen zoals ik ze meemaak en geeft stof tot nadenken. Erin lezen benadrukt de tijdloosheid die ik

daarboven voel, een gevoel dat Mann magistraal beschrijft via zijn protagonist. Tijdens mijn laatste toerskitocht stuitte ik op het hoofdstuk ‘Sneeuw’ en kwam tot de – geheel subjectieve –conclusie dat hoofdpersoon Hans Castorp goed beschouwd een toerskiër avant la lettre is. Hans is twee winters in sanatorium Berghof wanneer hij na een weken aanhoudende sneeuwval de kriebels krijgt… ‘Hij verlangde heftig naar een intiemer en ongedwongener contact met de woest besneeuwde bergen, waarvan hij was gaan houden.’

Dus besluit hij ski’s te kopen ‘en te leren ermee om te gaan. Hem stak niet de eerzucht de buitenluchtadepten en de salonsporters te evenaren…’ Nee, Hans wil de bergen in, gebiologeerd als hij is door de magie van die witte wereld hoog boven het gekrioel van ‘het toeristenvolkje’ op de oefenterreinen van Davos. ‘Bergsil houetten vervloeiden, verstoven, verdampten. Bleek beschenen sneeuwvlakken, die achter en boven elkaar oprezen, voerden de blik in het onwerkelijke.’

Van de Alpen tot de Rockies Eind jaren tachtig deed ik mijn eerste ervaring op toerski’s op tijdens een huttentocht in de Stubaier Alpen. Een bevroren pink leerde me dat je niet moet beknibbelen op een goede uitrusting, of zoals Hans’ leermeester Settembrini placht te zeggen: ‘geze gende utensiliën’. In de jaren erna volgden onder meer een Haute Route-huttentocht langs de majestueuze vierduizenders tussen het Franse Chamonix en het Zwitserse Zermatt. Ik herin ner me nog vooral de keer dat we, vastgebonden aan touwen, beurtelings het Couloir Rectiligne op de Grand Montets bij Chamonix indoken, waarbij het eerste deel van de helling 45 graden bedroeg. Ach wat, zou Hans Castorp hebben gezegd als hij erbij was geweest. Of een elementair ‘Kom maar op! van verbitterd ongeduld, kortom in de vorm van provocatie en de afwijzing van verstandige omzichtigheid.’

Het sublieme en heilige in het leven

Enkele jaren later volgde een toerskitocht in de Canadese Rockies, geleid door een lokale indiaan als gids. Waarom de Rockies? Omdat de speeltuin er groter is dan in de Alpen, omdat er minder kinderen in spelen en niet in de laatste plaats: omdat de sneeuwcondities er optimaal zijn dankzij de combinatie van hoge luchtvochtigheid en gevriesdroogde lucht. Resultaat: droge poedersneeuw, ‘grand cru’. Hans Castorp zou de hoge luchtvoch tigheid in de Rockies hebben gevreesd, gezien de vochtige plek in zijn long, maar de Canadese poedersneeuw zou ook hem zeker hebben betoverd, zoals ook de tocht dat deed waarbij hij met een kabelbaan vertrok naar de Schatzalp boven Davos, op een hoogte van tweeduizend meter om daar ‘op zijn gemak op

HOOGTELIJN 5-2022 | 69 BERGEN BOEKEN THEMA
‘Vrijelijk ronddolen’ in Val Müstair, Zwitserland Piz Terza, Val Müstair
SHOP NOW ON WWW.LASPORTIVA.COM ERGONOMIC PROTECTION ENHANCED CUSHONING DOUBLE HEEL™ CONSTRUCTION VIBRAM SPRINGLUG TECH

De toverberg

Het verhaal, dat verscheen in 1924, speelt in het fictieve sanatorium Berghof in het Zwitserse kuuroord Davos aan het begin van de vorige eeuw – ‘in de wereld van vóór de grote oorlog’. De hoofdpersoon is de jonge Duitse ingenieur Hans Castorp. Hans gaat voor drie weken op bezoek bij zijn kurende neef Joachim, maar keert pas na zeven jaar weer terug naar het laagland. In de roman draait het niet alleen om de gebeurtenissen in en om het sanatorium, Thomas Mann gebruikt de verhaallijn om te schrijven over het leven en de zoektocht naar antwoorden. De toverberg is sinds 1927 drie keer in het Nederlands vertaald. De meest recente vertaling komt uit 2012.

flonkerende schuine vlakken van poedersneeuw rond te dwalen, vanwaar je bij helder weer een majestueus uitzicht had op het landschap van zijn avonturen.’

Geluidloos en gevaarlijk Alhoewel Hans dus met gewone ski’s de bergen in trekt, leest het alsof hij toerskitochten maakt, ver weg van de geprepareerde pistes: ‘Hij was blij met zijn verworvenheid, waarvoor het ontoe gankelijke zich ontsloot en hindernissen nagenoeg verdwenen. Ze omringde hem met de gewenste eenzaamheid, de diepst denkbare zelfs, een eenzaamheid die het hart confronteerde met –menselijk gesproken – wildvreemde en hachelijke gewaarwor dingen. Dan had hij bijvoorbeeld aan zijn ene kant een dennen bos dat steil afdaalde in de sneeuwdamp, en aan zijn andere een steil oprijzende rots met sneeuwmassa’s die geheimzinnige, cyclopische, gewelfde en gebochelde holen en overkappingen vormden. Als hij roerloos bleef staan, om zichzelf niet te horen, was de stilte absoluut en volmaakt, een gewatteerde geluidloos heid, ongekend, nooit gehoord, nergens anders voorkomend.’

Soms denk ik, wanneer ik hoog in de bergen ben en pal langs een afgrond loop, een ijzige, staalblauwe gletsjer moet overste ken of vlakbij een kleine lawine zie ontstaan: wat doe ik hier? Wat het er tijdens dat soort momenten niet beter op maakt, zijn de wijsheden die de gids ongevraagd met je deelt, zoals ‘Sneeuw leeft, en kan onverwachts een dodelijk karakter krijgen’ of ‘Wind is de bouwmeester van lawines’. Door mijn gedachten razen dan ook nog de woorden van Mann: ‘Nee, deze wereld met haar bodemloze stilte was bepaald niet gastvrij, ze ontving de bezoe kers voor eigen rekening en op eigen risico, ze nam hen niet echt aan en op, ze duldde hun binnendringen, hun aanwezigheid op

een griezelige, voor niets instaande manier, en er gingen gevoe lens van het stil dreigende elementaire van haar uit, van iets wat niet eens vijandig maar eerder onverschillig en dodelijk was.’

Vrijelijk ronddolen

Vandaag de dag kun je als toerskiër risico’s beter incalculeren dan Hans Castorp aan het begin van de twintigste eeuw, en ga je goed uitgerust omhoog. Als je met een georganiseerde toer meegaat, oefent de gids voor aanvang hoe je met je lawinepie per, schep en sonde moet omgaan. De groep is bovendien verantwoordelijk voor het individu, iets waar Hans ook niet op kon rekenen. Hoe vaker je toert, hoe meer je leert over sneeuw condities en over potentiële plaatlawines – zeker als je een goede gids hebt die zijn kunde en ervaring graag met je deelt. Toch is het enigszins jaloersmakend om te lezen hoe Hans zich, met een zekere naïviteit, overgeeft aan de kale sneeuwvlaktes. ‘Hij zette zich af, gleed verder op zijn lopers, koerste langs de bosrand met zijn dikke sneeuwbeslag op de nevelige laagte af en zwierf, nu eens omhoog, dan weer omlaag, doelloos en op zijn gemak, in het dode gebied rond. Hij voelde met genoegdoening zijn bezielde onafhankelijkheid, zijn vrijelijk ronddolen. Voor hem lag geen weg waaraan hij zich te houden had, achter hem geen die hem zou terugleiden zoals hij gekomen was. Achter besneeuwde rotsheuvels, waar hij nu eens rechts, dan weer links afbuigend, tussendoor schoof, lag een glooiing, vervolgens een vlakte, dan weer hooggebergte waarvan de wit gecapitonneerde kloven en passen zo toegankelijk en aanlokkelijk leken.’

Tijdens een van zijn tochten belandt Hans in een korte, hevige sneeuwstorm en wordt hij overvallen door paniek en zinsbegoo cheling. Maar de sneeuwstorm verdwijnt weer net zo snel als hij gekomen was, zodat Hans veilig huiswaarts kan keren – ‘groots, als het ware in vogelvlucht, skiede hij naar het dal, waar, toen hij daar aankwam, al lichten brandden, hoewel hij onderweg meer dan genoeg had gehad aan de resten van het in de sneeuw opgeslagen daglicht.’

Desondanks gaat Hans de volgende ochtend weer op pad, verslaafd als hij is aan zijn ‘vrijelijk ronddolen’. Ik heb ook weer geboekt: bestemming Zuid-Tirol, op de grens met Zwitserland en Oostenrijk, waar toppen lonken met illustere namen als Munt Buffalora (2630 meter), Piz Umbrail (3033 meter) en Guardaskopf (2720 meter). M’n toerskischoenen zijn al ingepakt, tezamen met De toverberg.

HOOGTELIJN 5-2022 | 71 THEMA BERGEN BOEKEN
De toverberg, Thomas Mann, vertaling Hans Driessen, De Arbeiderspers (2012) Piz Sesvenna, met Zuid-Tirol als decor Op weg naar het sublieme met ‘kleine Steighilfe’

DE START VAN EEN PERFECTE DAG.

De start van het nieuwe seizoen is als het begin van een perfecte ski-dag. In de lift voel je de verwachtingen van heerlijke runs die op het punt staan te beginnen.

Bij OutdoorXL begrijpen we wat je bezighoudt in het winterseizoen. We helpen je graag met alles voor je ski, snowboard, freeride of toerski uitrusting met de grootste collectie in Nederland.

De outdoor- en ski specialist van Nederland - 7 dagen per week open - Aalborg 1 Barendrecht (Rotterdam) - outdoorxl.nl

Sint en de Kerstman zaten te denken, wat ze jou dit jaar kunnen schenken. Samen gingen ze op zoek, en vonden een mes, een touw, een boek. En nog zo wat praktische zaken, waarvan bergmensen enthousiast raken.

ALPIENE SETJES 2.0

markt & materiaal TIPS VOOR DE GOEDHEILIGMAN

Wie zijn setjes ook gebruikt bij multipitches of alpiene beklimmingen hee er nu een mooie nieuwe optie bij: de Alpine Runners van Blue Ice. Ze zien er niet alleen mooi uit, maar zijn ook zeer functioneel. Er zitten geen stiksels in de weg, ze zijn goed beschermd tegen uv-straling en je loopt niet meer het risico dat alles aan het eind van de dag als een rommeltje aan je gordel hangt. Kortom: mooie volledig geïntegreerde schlinges, in vier lengtes: 35 centimeter (€11), 55 cm (€12), 90 cm (€15) en 110 cm (€16). 9cprofessional.com

EEN ALPENSTEENTJE

Een zilveren ketting met een steen uit de Alpen (of met je zelf gevonden steentje) is een mooi aandenken aan je geliefde plek in de bergen. Joanne van Dijk is een goudsmid met passie voor de bergen. Haar werk noemt ze The Mountain collectie. In haar collectie zitten niet alleen hangers, maar ook ringen. Hangers met steen € 49 | joannevandijkshop.nl

TEGEN EEN STOOTJE

In je rugzak moet alles tegen een stootje kunnen. Deze toilettas is gemaakt van oude gymattributen, die bij Game-On zijn omgetoverd tot (her)gebruiksvoorwerpen. Afmeting van toilettas Athene is 27,5x10x10 centimeter. De producten worden gemaakt in sociale werkplaatsen en in samenwerking met de stichting Sports for Children gaat de opbrengst naar scholen en sportclubs in landen waar het aan goed materiaal ontbreekt. €25 | game-on.store

WARME HANDEN

Niets is zo vervelend als koude handen, zeker voor de kleintjes. Deze felgele kinderwanten van Helly Hansen zijn gevoerd met fleece en zijn 100% waterdicht. Spelen maar, in de sneeuw! €20 | hellyhansen.com

KWETSBAAR PARADIJS

Een uitstapje, als surprise verpakt in een gashouder. De bijna honderd jaar oude Gasometer in Oberhausen, 118 meter hoog, met een doorsnede van ruim 67 meter, is sinds 1988 ingericht als spectaculaire tentoonstellingsruimte. Tot 26 november 2023 is daar de expositie ‘Het kwetsbare paradijs’ te zien, waarin de schoonheid van onze aarde en de invloed van de mens daarop centraal staan.

Kinderen €5, volwassenen €11 gasometer.de

WANDELBOEKJES

Heb je na het lezen van deze Hoogtelijn nog niet genoeg van boeken? Uitgeverij Van Oorschot maakt sinds 2020 jaarlijks vier boeken in de reeks Terloops. In deze handzame boekjes nemen schrijvers je mee op hun favoriete wandelingen. In een stad, op een Waddeneiland, op het platteland of in een van Europa’s berggebieden. €12,50 | vanoorschot.nl

74 | HOOGTELIJN 5-2022
Onder redactie van Peter Daalder

BERGEN & BENEN

De Duitse uitgever van landkaarten en boeken Marmota hee ook leggings met bergen in het aanbod, gemaakt van gerecycled polyester en met 5% lycra. De leggings in blauw en wit hebben prints van onder andere de Matterhorn, de Piz Palü en de Großglockner. Verkrijgbaar in de maten XS tot XXL.

€39 | marmotamaps.com

KLASSIEK TROMMELTJE

Sigg hee de klassieke aluminium broodtrommel verbeterd. Inmiddels wordt hij geproduceerd zonder het schadelijke bisfenol A. Met een handig tussenschotje en goede sluitingen kan je deze klassieker zonder problemen meenemen in de rugzak. Het trommeltje heet Plus S Alu en weegt 429 gram.

€27,95 | sigg.nl

KOFFIE ONDERWEG

Voor wie niet zonder verse ko e kan, gaat er niets boven een Bialetti, de originele Italiaanse moka. Je moet er wel wat voor over hebben, want naast het aluminium kannetje (hier afgebeeld voor 2 kopjes espresso, maar ook te koop voor 1, 4, 6, 9, 10 en 12 kopjes) moet er een brander, ko e, water en een kopje mee.

€28,45 | bialettistore.nl

EEN SNEETJE SÄNTIS

De dag beginnen met een boterham, gesneden met een snede van de Säntis tot aan de Matterhorn. Het kan met het 33 centimeter lange broodmes van de Schweizer Alpen-Club. Van roestvrij staal, met naar keuze bergen in Wallis, Oberland of rond het Meer van Genève. CHF 75 | sac-cas.ch

Is compressie het toverwoord?

Deze rubriek sluit vaak af met de vraag: ‘Doet het artikel wat de fabrikant beloo ?’ Om de spanning vast weg te nemen: dat wordt niet met een volmondig ‘ja’ of ‘nee’ beantwoord.

Harald Herzog is warm pleitbezorger voor de compressiekousen, -sokken, -arm- en -beenstukken met zijn naam. Er zijn sporters die erbij zweren, kijk maar naar veel hardlopers. Maar er zijn ook sporters die geen e ect ondervinden van de compressie. Er zijn onderzoeken die aangeven dat compressiemateriaal vooral ná het sporten veel e ect hee . Ander onderzoek gee echter aan dat een snellere afvoer van afvalsto en ook tijdens het sporten al bevorderlijk is.

Is compressiemateriaal e ectief voor iedere sport? Behalve bij veel (duur)lopers zie je compressiemateriaal onder andere bij tennissers, zowel aan de benen als de armen, roeiers, wielrenners, hockeyers, schaatsers en skiërs. Volgens Herzog zouden ook wandelaars en sportklimmers baat hebben bij de compressiekleding. En voor mensen die lang staand werk doen, kunnen compressiekousen uitkomst bieden, aldus Herzog.

Gaat het alleen om een goed herstel van de spieren? Nee, er zijn ook mensen die zweren bij compressiekousen na hielspoor, scheenbeen- en zweepslagklachten en minder spierpijn ervaren, met name in de kuiten. En bij

klimmers, maar bijvoorbeeld ook motorcrossers, is er minder schokbelasting.

De Hoogtelijnredactie kreeg Herzog testsokken, -kousen en -armstukken aangemeten. Dat is een secuur werkje met zes meetpunten.

En dan de vraag: Doet compressiekleding wat de fabrikant beloo ?

Ja, zegt onze trailrunner, etser en hardloper. Chronisch stijve kuiten zijn verdwenen. Zij houdt de kousen na de inspanning een paar uur aan, dat bevalt prima. Ja, zegt onze bergwandelaar. Ook de kuiten die vaak opspelen, blijven nu soepel. Positief is ook onze etser: minder vermoeide benen én lekker warm als het wat frisser is.

Te dun en vrij glad vinden onze wandelaars de onderzijde van de sokken. Dat hee Herzog kennelijk meer gehoord, want er komt een sok met een dikker voetbed. Een andere collega laat weten: ‘Ik heb nergens last van, dus waarom zou ik deze sokken gebruiken?’ Kortom, een verdeeld beeld.

Enkelsokken €19,95, kousen €54,95, been- en armstukken €44,95, in negen kleuren. herzogmedical.com

HOOGTELIJN 5-2022 | 75
Diepgang
Tekst Peter Daalder Foto Rinske Brand Harald Herzog groot pleitbezorger Foto Aart Markies

De spectaculaire topgraat van de Mönch maakt de relatief korte beklimming zeker de moeite waard

76 | HOOGTELIJN 5-2022

Iconen van Europa: Eiger, Mönch en Jungfrau

Beroemd bergentrio

De noordwanden van de Zwitserse bergen Eiger (3970 meter), Mönch (4107 meter) en Jungfrau (4158 meter) vormen samen een tien kilometer lange en soms wel tweeduizend meter hoge muur van rots, sneeuw en ijs. Deze indrukwekkende verschijning trekt jaarlijks tienduizenden toeristen en maakt de Eiger, Mönch en Jungfrau tot misschien wel het bekendste bergentrio van Europa.

HOOGTELIJN 5-2022 | 77
Tekst en beeld Martin Fickweiler

Jungfrau

Vijfentwintig jaar na de beklimming van de Mont Blanc in 1786 is de Jungfrau de eerstvolgende berg van meer dan vierduizend meter die beklommen wordt. De gebroeders Johann Rudolf en Hieronymus Meyer vertrekken eind juli 1811 vanuit het Lötschen tal, begeleid door de lokale gemzenjagers Joseph Bortis en Alois Volker en met enkele dragers. Ze klimmen via de Lötschenlücke (3158 meter) naar het ijsplateau Konkordiaplatz tot ongeveer 2750 meter, waar ze een basiskamp inrichten. Door gebrek aan goede kaarten en door laaghangende bewolking kunnen ze de Jungfrau echter niet van de andere bergen onderscheiden en loopt een eerste poging op niks uit. Op 3 augustus 1811, als de wolken zijn opgetrokken, klimmen de vier mannen via de Jung fraugletsjer naar het Rottalsattel op 3884 meter. Vervolgens bereiken ze via de zuidoostgraat de top van de 4158 meter hoge Jungfrau. Als bewijs van hun beklimming plaatsen ze een stok met een grote zwarte zakdoek als vlag op de top. Maar wanneer de gebroeders Meyer een week later terugkomen blijkt de vlag vanuit Grindelwald niet te zien en wil niemand geloven dat ze op de top zijn geweest. Om een eind te maken aan de discussie klimt Gottlieb Meyer, de zoon van Johann Rudolf, het jaar daarop naar de top van de Jungfrau. Zo bewijst hij dat de berg beklommen kan worden en bekrachtigt hij de prestatie van zijn vader en oom.

Mönch

Door het toenemende aantal bergtoeristen ontstaat er in de loop van de negentiende eeuw een eerste generatie berggidsen in Zwitserland. Christian Almer, een schaapherder uit Grindelwald, neemt al vanaf zijn tienerjaren toeristen mee de bergen in en groeit uit tot een van de beste gidsen van zijn generatie. In augustus 1857 wordt Christian Almer, samen met twee andere gidsen, Ulrich en Christian Kaufmann, ingehuurd door de Ween se bergtoerist Sigismund Porges. Het viertal vertrekt vanuit Grindelwald over de Unterer Grindelwaldgletsjer met de intentie om vanuit het zuiden de nog maagdelijke top van de Eiger te beklimmen. Maar door de vele gletsjerspleten en het moeilijk begaanbare terrein vorderen de vier mannen slechts langzaam. Tijdens hun tweede nacht in de buitenlucht overnachten ze op een rotseiland omringd door gletsjerijs. De volgende ochtend,

een kritische blik op de zuidkant van de berg, besluiten de drie gidsen dat het niet zal lukken om vanaf deze zijde de top van de Eiger te bereiken. Ze verleggen hun aandacht daarom naar de top van de eveneens nog onbeklommen Mönch. Omdat stijgijzers in deze tijd nog niet tot het arsenaal van de bergbeklimmers behoren, moeten de gidsen driehonderd treden hakken in de ijzige flank van de Mönch. Na deze tijdrovende bezigheid berei ken Porges, Almer en de gebroeders Kaufmann op 15 augustus 1857 om drie uur ’s middags dan eindelijk de top en wordt er ook op de Mönch voor het eerst een vlag geplant.

Eiger

Een jaar later brengt de vierentwintig jaar oude Ierse jockey Charles Barrington een bezoek aan Grindelwald. Begin augustus beklimt Barrington, begeleid door de ons bekende gids Christian Almer en Peter Bohren, de Jungfrau. Terug in het dal is Barrington niet erg tevreden met zijn eigen prestatie en wanneer iemand in het café hem uitdaagt om de nog onbeklommen Eiger of Matter horn te proberen hapt Barrington gelijk toe. De volgende dag maakt Barrington opnieuw afspraken met Almer en Bohren, deze keer om de Eiger te beklimmen. Nog dezelfde avond lopen de drie mannen naar een overvol hotel op de Wengernalp, waar Barring ton een paar uurtjes op een bank in de salon probeert te slapen. In een brief die Barrington vierentwintig jaar na de beklimming aan zijn broer stuurt schrijft hij dat zijn twee gidsen tijdens de klim al snel weer willen omdraaien, waarop Barrington besluit zelf voorop te gaan. Hij beschrijft dat hij op sommige stukken als een kat langs de wand omhoogklimt, waarbij hij zijn vingers openhaalt aan de scherpe rots. Zodra de moeilijkheden in het onderste gedeelte van de wand zijn overwonnen, traverseert het drietal richting de westgraat, waar ze dicht langs de rand van de noordwand klimmen. Om de route tijdens de afdaling nog terug te kunnen vinden brengen ze met kalk markeringen aan op de rots. Op 11 augustus 1858 bereiken de drie mannen de top van de Eiger. Ze planten er een vlag, maar uit angst voor naderend slecht weer blijven ze slechts tien minuten op de top. Wanneer ze aan het einde van de dag weer bij het hotel terugkomen en de vlag door een telescoop wordt waargenomen, worden de klim mers als helden binnengehaald. Barrington beschrijft in zijn brief

78 | HOOGTELIJN 5-2022
na EIGER 3970 METER MÖNCH 4107 METER JUNGFRAU 4158 METER Om het onoverzichtelijke routeverloop bij de afdaling weer terug te vinden breng ik, net als Barrington, Almer en Bohren in 1858, met krijt markeringen aan op de rots Onderweg naar de top van de Jungfrau met links in beeld het Rottalsattel

dat hij zich voelt als een ‘leeuw’, waaruit op te maken valt dat hij zich door de beklimming waardig, moedig en sterk moet hebben gevoeld. Bij gebrek aan geld om ook nog de Matterhorn te beklimmen keert Barrington terug naar Ierland. Daarmee komt er een einde aan zijn carrière als bergbeklimmer. Want hoewel hij in 1870 de eerste Grand National van Ierland wint, wordt er op bergsportgebied nooit meer iets van hem vernomen. Hij kwam, hij zag, hij overwon en hij verdween voor altijd uit de bergen.

Toegankelijke bergen

Sinds de Jungfraubahn, een spoorlijn tussen de Kleine Schei degg (2061 meter) en het Jungfraujoch (3454 meter), in 1912 is voltooid zijn de toppen van de Mönch en Jungfrau ineens een stuk eenvoudiger bereikbaar. Een beklimming van deze bergen is daarmee gedegradeerd van een driedaagse onderneming tot een klim die in een ochtend gedaan kan worden. ’s Morgens neem ik samen met Yves Mooren een van de eerste treinen omhoog naar het Jungfraujoch. Boven aangekomen lopen we wat onwennig langs de souvenirwinkels om vervolgens via

ik de zonnige top van de Jungfrau en ik ben blij dat we die voor de volgende dag op het programma hebben staan. De volgende ochtend vertrekken we met nog een aantal andere touwgroepen in het donker vanaf de hut en volgen we een duidelijk spoor richting de Jungfrau, een teken dat ook hier veel mensen omhooggaan. Op 3800 meter, vlak onder het Rottalsat tel, bevindt zich de steilste passage van de route; ook hier is het een kwestie van voetafdrukken in de sneeuw volgen. Om iedere stap in dit steile terrein veilig te kunnen maken moet ik mijn pickel diep in de sneeuw steken als vast punt. Naast het spoor bevinden zich precies op de goede plekken ook ronde, diepe gaten waar mijn pickel in past. Dit alles maakt de beklimming weinig uitdagend en zelfs een beetje monotoon. Toch geniet ik ervan om uiteindelijk op de spitse top van de Jungfrau te staan. Het uitzicht is prachtig en de gedachte aan de omstreden eerstbe klimming geeft het bereiken van de bergtop een extra dimensie.

Alleen op de Eiger

een lange tunnel bij de uitgang van het station te komen. Buiten word ik verblind door het felle zonlicht dat weerkaatst in de verse sneeuw. We vervolgen onze weg over een duidelijk afgebakende sneeuwpiste naar de prachtig gelegen Mönchsjochhütte. De normaalroute naar de top van de Mönch begint dicht bij de hut en is met een hoogteverschil van slechts 400 meter een korte route. Hierdoor zijn mensen die de Mönch willen beklimmen meestal niet geneigd om heel vroeg op te staan. Omdat we de ergste drukte voor willen zijn, gaan wij wel vroeg op pad en ’s morgens genieten we van het gevoel de berg voor onszelf te hebben. Het onderste gedeelte van de route is wat brokkelig en weinig interessant. Hogerop wordt de kwaliteit van de rots beter en het laatste stuk van de route volgt een scherpe sneeuwgraat, wat de beklimming onverwachts spectaculair en zeker de moeite waard maakt. Vanaf de top zie ik de weinig uitnodigende en in schaduw gehulde westflank van de Eiger, de andere kant op zie

Voor een beklimming van de Eiger moet ik een maand geduld hebben, tot een hittegolf neerdaalt over de Alpen en de sneeuw op de westgraat van de Eiger verdwijnt. Zodra ik hoogte krijg van de warmte in de Alpen besluit ik andere verplichtingen aan de kant te schuiven en samen met mijn gezin af te reizen naar Grindelwald. Na twee dagen samen wandelen voel ik dat het tijd is om de berg op te gaan. Aan het einde van de middag neem ik op de camping afscheid van Christa en Viktor en ga ik in mijn eentje met de trein naar station Eigergletscher op 2319 meter. Via een goed gemar keerd pad bereik ik het Rotstock Plateau (2600 meter). Dan is het tijd om mijn stijgijzers aan te doen. Met de pickel in de hand beklim ik een sneeuwveld, waarna ik bij de eerste steile rotspas sage van de route kom. Aan grote grepen klim ik een paar meter verticaal omhoog totdat de rots minder steil wordt en overgaat in terrassen met losliggende stenen. Tussen de terrassen bevindt zich een aantal rotspassages waar geregeld nog een oud stuk klimtouw hangt van klimmers die hier ooit zijn afgedaald. De route zigzagt omhoog en traverseert uiteindelijk helemaal naar links, tot op de rand van de noordwand. Om de route door dit onoverzichtelijke terrein tijdens de afdaling weer terug te vinden breng ik, net als Barrington, Almer en Bohren in 1858, met krijt markeringen aan op de rots.

Zodra ik de rand van de noordwand nader vind ik het kleine platform waarnaar ik op zoek ben. Vijf houten planken vormen

HOOGTELIJN 5-2022 | 79
hij kwam, hij zag, hij overwon en verdween voor altijd uit de bergen
Tijdens de afdaling maken we nog één lange abseil om aan de voet van de Mönch te komen Samen met Yves op de top van de Mönch met links in beeld de Jungfrau Tijdens de afdaling van de Mönch zien we het al snel drukker worden op de berg

feel free!

Voor bijna 160 jaar ontwikkelen we innovatieve klimmaterialen. Het is onze visie om ideeën te realiseren waardoor je vrij kan bewegen in een verticale wereld.

www.edelrid.com

Het prachtige schouwspel van de wolken en de ondergaande zon versterken bij mij het gevoel weer in een parallelle wereld te zijn

Deze mooie bivakplek op de westgraat van de Eiger ligt op ongeveer 3000 meter hoogte, vlak aan de rand van de noordwand

een keurig rechte ondergrond, omringd door een muurtje van stenen: de perfecte plek voor een bivak in de openlucht! Zodra het donker is klauter ik bij het schijnsel van mijn hoofdlamp naar de rand van de noordwand. Ver beneden me zie ik de lichtjes van Grindelwald en via een sms-bericht vraag ik Christa en Viktor naar de rechterkant van de noordwand te kijken. Al snel hebben we elkaars lichtjes gevonden en sturen we lichtsignalen heen en weer.

Parallelle wereld

Al vroeg verlaat ik mijn bivak, de rots is droog en de route lijkt perfect in conditie te zijn. Zoekend naar de beste weg klim ik omhoog en zonder problemen ontwijk ik de gevaarlijke plekken waar veel losse kiezels op de rotsen liggen. Af en toe stop ik even om in de noordwand te turen. Ergens vanaf deze plek hebben Barrington, Almer en Bohren in 1858 grote stenen naar beneden geduwd om het geluid te volgen terwijl het projectiel in het wolkendek onder hen verdween. Nooit hadden de drie mannen kunnen vermoeden dat deze wand in honderdvij ig jaar tijd door bijna veertig verschillende klimroutes zou worden ontsloten. Ik klim verder en op het moment dat de route over de westgraat wordt geblokkeerd door een groot en steil rotsbastion traverseer ik naar rechts de westflank in. Daar ontdek ik een aantal sneeuwvelden, die ik met stijgijzers aan zonder moeite beklim tot ik uiteindelijk de smalle topgraat van de Eiger bereik. Het is een bijzonder moment om alleen op de top aan te komen en even

Beklimming van de Eiger, Mönch en Jungfrau

Reis

In iets meer dan negen uur reis je per trein van Utrecht naar Grindelwald. Met de auto is het bijna negenhonderd kilometer rijden.

Seizoen

De gebruikelijke periode voor een beklimming van de Eiger, Mönch en Jungfrau is tijdens de zomermaanden. Voor de Mönch en de Jungfrau is het beter wanneer er nog voldoende sneeuw ligt. De Eiger-westgraat laat zich juist het best beklimmen na een droge en warme periode.

Accommodatie

De Mönchsjochhütte op 3657 meter is een goed uitgangspunt voor een beklimming van de Mönch en de Jungfrau. De route naar de Eiger westgraat start bij station Eigergletscher op 2319 meter.

Informatie

Algemeen: jungfrauregion.swiss

Topo: Hochtourenführer Berner Alpen, Topo Verlag, ISBN: 9783952520604

Kaart: Landeskarte der Schweiz 1:25.000, nummer: 2520, ISBN: 9783302025209

Inspiratie

Bekijk de foto’s van Martin Fickweiler op Instagram: @martin ckweiler, ‘Stories of my life’.

Martin Fickweiler wordt in de serie Iconen van Europa gesponsord door Edelweiss, Zwitserland Toerisme en La Sportiva.

Klimmers onderweg naar het Rottalsattel met de top van de Rottalhorn (3970 meter) op de achtergrond

voel ik me als een leeuw: waardig, moedig en sterk. Het uitzicht is geweldig en wanneer ik naast me de top van de Mönch en verderop de top van de Jungfrau zie, bedenk ik me hoe verschillend deze bergen zijn ten opzichte van de Eiger. Hoewel de Eiger vaak in het middelpunt van de belangstelling staat voelt het alsof ik me hier op een eiland bevind, in een parallelle wereld waarin ik in twee dagen tijd niemand ben tegengekomen, terwijl op steenworp afstand de toeristenindustrie op volle toeren draait. Nog voordat ik afdaal heb ik voor mezelf een reden verzonnen om hier nog eens terug te komen: ik wil wel eens weten hoe het is om de Eiger in de winter te beklimmen.

Winterbeklimming

Eenmaal thuis kan ik weinig vinden over een winterbeklimming van de westgraat, wel kom ik verhalen tegen van skiërs die over de vijfenveertig graden steile westflank naar beneden skiën. Na een relatief droge winter wordt er in de eerste hel van maart stabiel weer voorspeld en reis ik weer samen met Yves Mooren naar Grindelwald. Het lijkt nog drukker dan in de zomer, maar de sfeer is gemoedelijk. In de ochtend nemen we de nieuwe kabelbaan Eiger Express en zoeven we in vij ien minuten door de laaghangende wolken naar station Eigergletscher. Terwijl de vele skiërs de geprepareerde helling afglijden richting de geciviliseerde wereld in het dal, gaan wij de andere kant op, bergopwaarts, op zoek naar onbekende uitdagingen en een gevoel van isolatie.

In anderhalf uur tijd bereiken we via een steile sneeuwhelling het Rotstock Plateau. Dik aangekleed zitten we tot het donker wordt voor onze tent. De koude lucht en het prachtige schouwspel van de wolken en de ondergaande zon versterken bij mij het gevoel weer in die parallelle wereld te zijn.

De volgende dag besluiten we gelijk voor de top te gaan. Het gedeelte van de wand waar de route langs omhoog gaat ligt vol met sneeuwvelden, maar al snel blijkt dat de sneeuw niet stevig genoeg is, waardoor we bij iedere stap diep wegzakken. Na bijna zeven uur ploeteren bereiken we de top. Het winterlandschap om ons heen is indrukwekkend en ik ervaar opnieuw de voldoening die ik ook in de zomer heb gevoeld. Ondanks de uitgebreide infrastructuur in dit gebied voelt de Eiger als een afgelegen eiland dat slechts door weinig mensen wordt betreden.

HOOGTELIJN 5-2022 | 81

Kijk voor het laatste verenigingsnieuws op nkbv.nl, of volg de NKBV op Facebook: facebook.com/de.nkbv en Instagram: @_nkbv.

nkbv voor jou

Goed verzekerd in de winter

Heb je een reisverzekering afgesloten via de NKBV maar weet je niet meer precies waarvoor je verzekerd bent? De details kun je terugvinden in de polisvoorwaarden op nkbv.nl/ verzekeringen/reisverzekering. In het kort komt het erop neer dat de verzekering klim- en bergsportrisico dekt, maar ook een ‘gewone’ reisverzekering is met werelddekking. Je bent dus altijd goed verzekerd, of je nu op een sportieve reis gaat of een strandvakantie hebt geboekt. Ook o pisteafdalingen en -tochten

zijn verzekerd. Daarbij maakt het niet uit of je zelfstandig gaat of onder begeleiding van een gids. Ga je o piste, zorg er dan wel voor dat je goed geïnformeerd bent over de lokale beperkingen en verboden, dat je de regels van het gebied in acht neemt en dat je de gevaren kent en weet hoe je risico’s kunt vermijden. Neem je bewust of onbewust toch een risico waarbij de kans op schade aanmerkelijk is, dan kan dat van invloed zijn op de dekking van de verzekering.

Nieuwe leden AOC Tochten

De Alpiene Opleidingscommissie Tochten (AOC Tochten) hee vier kersverse leden: John Willems,Thomas Frencken, Bart van de Laar en Ellen Rohaan. Samen met Willem Maarten van Haa en en Mieke Souverein richten zij zich op de organisatie en vernieuwing van de opleidingen en bijscholingen van alpiene tochtleiders (ATL),

Ga je in de laatste weken van dit jaar op reis en heb je nog geen verzekering? Dan kun je voor slechts €17,50 de NKBV-reisverzekering afsluiten via mijnnkbv.nl. De verzekering is geldig tot en met 31 december 2022.

Fit de sneeuw in

Bergsport in de winter is topsport. Of je nu gaat skiën, sneeuwschoenwandelen of toerskiën, vaak ga je maar 1 of 2 weken per jaar de sneeuw in. Daar ben je al snel 4 tot 8 uur per dag actief bezig, en dat vraagt veel van je lichaam. Samen met Jonas Föllmi hebben we oefeningen gemaakt waarmee je je thuis al goed kan voorbereiden op je wintersportvakantie. Met een goede voorbereiding heb je meer plezier en loop je minder risico op blessures en ongevallen. Kijk op nkbv.nl/ t voor alle oefeningen en een optimale voorbereiding.

Nieuwe topo’s

JE NIEUWE LEDENPAS

Heb je de foto hierboven al gespot? Op Facebook en Instagram is massaal gestemd en de winnende foto voor de ledenpas 2023 is dit prachtige plaatje geworden, gemaakt door Chris König op de Ticino trail in Zwitserland.

De ledenpas 2023 ligt nog voor Kerstmis op de mat. Ook de facturatie voor het nieuwe jaar vindt rond kerst plaats. Ga je met de feestdagen op vakantie, dan is dat in ieder geval al geregeld.

Naast de reguliere ledenpas kun je ook gebruikmaken van jouw digitale pas via de app. Gebruik je alleen nog de app en wil je geen pas meer ontvangen? Geef dat dan aan via mijnnkbv.nl, ga naar ‘Mijn gegevens’ > ‘Mijn voorkeuren’ > ‘Lidmaatschap’. De digitale pas werkt net zoals de normale: je kunt hem bijvoorbeeld in de hut laten zien voor korting. Vanaf 2024 draaien we dit om: alle leden gebruiken de digitale pas, tenzij je aangee de pas per post te willen ontvangen.

Kom je regelmatig in Beez of Dave, of wil je daar de rotsen gaan verkennen? Voor deze klimgebieden zijn recent nieuwe topo’s verschenen. Je vind ze in de NKBV webshop: nkbvwebshop.nl.

82 | HOOGTELIJN 5-2022
Foto Chris König

We mogen weer!

De winter staat voor de deur en we gaan ervan uit dat we dit jaar weer gewoon kunnen genieten van de besneeuwde bergen. Wil je mee op een tocht of cursus van Bergsportreizen? Wacht niet te lang met boeken, want er zit al veel vol. Ons winterprogram ma start al in januari en loopt door tot april. In het winterprogramma verlaten we de drukke pistes en maak je mooie tochten buiten de piste, op ski’s, sneeuwschoenen of met een ijsbijl in de hand. Bekijk het programma op bergsportreizen.nl.

Duurzaamheid

Opgeknapte hutten dankzij jouw lidmaatschap

Dankzij jouw NKBV-lidmaatschap zijn er weer een aantal berghutten die een duurzame metamorfose hebben ondergaan. Als NKBV-lid draag je namelijk jaarlijks bij aan het Gegenrecht Fonds, dat het onderhoud van hutten en paden stimuleert. Wie wel eens in de bergen komt weet dat berghutten vaak op afgelegen plekken, midden in de natuur liggen. Het weer, het landschap en andere om standigheden hebben invloed op de hut en het gebruik ervan. Daarbij zijn hutten niet altijd even duurzaam gebouwd. Elk jaar zijn er hutten die flinke renovaties ondergaan om zo milieuvriende lijk en zelfvoorzienend mogelijk te kunnen functi oneren. Denk bijvoorbeeld aan zonnepanelen, een slim afvalwaterzuiveringssysteem of het gebruik van duurzame materialen.

Dit jaar werd bijvoorbeeld de Cabane du Trient (3170 meter) grondig opgeknapt, is de Elberfelder Hütte (2346 meter) voorzien van een nieuwe afval waterzuiveringsinstallatie en werden de kabel baan en energievoorzienig van de Barmer Hütte (2610 meter) verduurzaamd.

Eenvoudig een incasso afgeven in mijnnkbv.nl

De NKBV wil het graag makkelijk voor je maken en biedt de moge lijkheid om via mijnnkbv.nl een incassomachtiging af te geven. Hiermee geef je de NKBV toe stemming om bijvoorbeeld de contributie en verzekering van je betaalrekening af te schrijven. Zo betaal je die op tijd, zonder er nog iets voor te hoeven doen. We melden van tevoren de datum waarop we het bedrag van je rekening afschrijven.

Hoe gaat het in zijn werk?

• Ga naar mijnnkbv.nl, log in of vraag een wachtwoord aan

• Klik in de blauwe menubalk op ‘Mijn gegevens’

• Scroll naar het vak ‘Betaalvoorkeuren’ en klik op de knop ‘Wijzig’

• Selecteer ‘Automatische incasso’ en vul je gegevens in

• Klik op ‘Opslaan’

Wil je dit voor de facturatie van 2023 doorvoeren?

Geef dan uiterlijk 8 december je incassomachtiging af.

De NKBV streeft naar een duurzame relatie met haar leden en alle partijen in het veld. Duurzaamheid is ook een kernwaarde als het gaat om natuur, milieu en sociale waarden. We brengen dit zo goed mogelijk tot uitdrukking in een duurzame inkoop en bedrijfsvoering. Hoogtelijn wordt verpakt in compos teerbare biofolie en gedrukt op FSCpapier: papier uit duurzaam beheerde bossen (een keurmerk met goedkeuring van het Wereld Natuur Fonds). Voor onze correspondentie gebruiken we 100% gerecycled papier. We schenken duurzame koffie van Brandmeester en hebben een CO2-neutrale postbezor ging en data-opslag. We promoten het reizen per openbaar vervoer naar bergsportbestemmingen. Als je toch met de auto of het vliegtuig reist, kun je overwegen om je CO2-uitstoot te compenseren. Dit kan eenvoudig via greenseat.nl

Beter de bergen in met de NKBV

NKBV-leden profiteren van voordelen en kortingen en ontvangen vijf keer per jaar Hoogtelijn. Met je lidmaatschap draag je bij aan het onderhoud van hutten en paden in de Alpen en het be houd van klimgebieden. Tip je vrienden om ook NKBV-lid te worden. Ze kunnen zich aanmelden op nkbv.nl en zien daar welke voordelen het lidmaatschap hen nog meer biedt.

HOOGTELIJN 5-2022 | 83

In de serie Klimmen bij de buren laten we je klimgebieden in de nabije omgeving van Nederland zien, op maximaal 400 kilometer van Utrecht.

Steengroeven

Maizeret en Chokier zijn recent ingerichte klimgebieden in voormalige steengroeven. Er is nog volop losse rots aanwezig, variërend van kleine schilfers tot grote blokken. Klim hier alleen als je dergelijke rots kan herkennen en vermijden. De grepen zullen bovendien nog enkele seizoenen lang vies worden van aarde en modder na neerslag.

Carrière de Maizeret

klimmen bij de buren Omgebouwde steengroeve

De Carrière de Maizeret is sinds 1 oktober van dit jaar de nieuwste loot aan de stam van de door de KBF beheerde klimgebieden. De wand van de voormalige steengroeve ligt op het noorden, wat een zeldzaamheid is in België.

In de buurt van Namen hee onlangs een compleet nieuw klimgebied het daglicht gezien: de Carrière de Maizeret. Dit klimgebied ligt ongeveer halverwege tussen de bekende gebieden Beez en Mozet langs de Maas. Maizeret is ideaal gedurende warme en zonnige dagen, wanneer de zuidwanden van de meeste andere Belgische

Carrière de Maizeret

• Aantal routes/maximale lengte: 50/30m

• Klimstijl/steilte: wand 70-90°

• Niveau routes: 4+ tot en met 7b

• Gesteente: kalksteen

• Expositie: noord

• Beste jaargetijde: zomer en herfst

• OV: het station van Namêche ligt op 1 km

• Voor Nederlanders alleen toegankelijk met de NKBV klimjaarkaart

Meer info over het gebied vind je in de NKBV Tochtenwiki: tochtenwiki.nkbv.nl/nl/poi/klimmen/ carriere-de-maizeret/801275868/

klimgebieden vaak ondraaglijk warm zijn. De rotswand waar het allemaal om gaat is ruim 150 meter breed en het hoogste punt van de wand ligt op meer dan 60 meter boven de ondergrond van de groeve. Zo’n hoogte biedt veel opties en de Vlaamse Klim- en Bergsportfederatie (KBF) zag al snel in dat er hier naast de klimroutes ook ruimte is voor een klettersteig en enkele highlines.

Voor de inrichting kon beginnen moest de steengroeve echter eerst geschikt worden gemaakt voor het beoefenen van de klimsport. De voorbereidende fase hee maar liefst zes jaar geduurd. Nadat de vergunningen op orde waren zijn de werkzaamheden in nauw overleg met het Département de la Nature et des Forêts van het Waals Gewest uitgevoerd. Tientallen vrijwilligers van de KBF, later geassisteerd door het Dutch Rebolting Team Midden-Nederland, hebben honderden tonnen aan los gesteente verwij-

derd en meermaals per jaar de vegetatie op de rots gesnoeid. Met behulp van een graafmachine werd de puinkegel onderaan de wand geëgaliseerd. Tot slot is de rotswand schoon gepoetst en konden er eindelijk klimroutes worden ingericht. Dit alles hee tussen de 1000 en 2000 mensdagen aan werk gekost!

Het klimgebied is momenteel nog niet volledig ingericht en slechts een beperkt deel is voor het klimmend publiek toegankelijk. Er zijn nu circa 50 routes, waarvan de meeste 15 tot 20 meter hoog zijn en qua moeilijkheid variëren van 4+ tot 7b. De routes zijn perfect behaakt en in principe volstaan een touw van 60 meter en 12 setjes om de routes te klimmen. In een later stadium zullen de wanden links bovenin de groeve en een deelsector in het midden van het gebied nog ingericht worden. Ook staat dan het aanleggen van een klettersteig op het programma.

84 | HOOGTELIJN 5-2022
Tekst Het linkerdeel van de rotswand in Maizeret Het Dutch Rebolting Team MiddenNederland in actie tijdens het behaken Foto DRT Foto Bart Buytaert

Carrière de Chokier

Klimmen voor iedereen

In de Carrière de Chokier, onder de rook van Luik, kan sinds ruim twee jaar geklommen worden. Het is een klimgebied dat perfect geschikt is voor de klimmer die niet al te veeleisende routes wil klimmen in een relaxte omgeving.

De Carrière de Chokier is in 2019 door de Club Alpin Belge (CAB) aangekocht. CAB de Liège hee in deze voormalige steengroeve haar thuishonk ingericht en in rap tempo is hier door de club een prachtig klimgebied gerealiseerd. De op het noordoosten gelegen groeve is ideaal voor een klimsessie in het warme seizoen – die je vervolgens kan afsluiten met een BBQ in de groeve.

Er zijn inmiddels circa 30 routes in deze ‘klimtuin’ ingericht, waarvan de moeilijkheid varieert van 4 tot 6b. Het werk in de groeve is

echter nog niet volledig af en CAB de Liège verwacht te zijner tijd zo’n 60 routes te kunnen inrichten. Momenteel werkt de club aan een uitbreiding van het routeaanbod in de overgang van de linkerwand en de op het oosten gerichte wand achterin de groeve. De ligging op het noorden, omsloten door hoge wanden, zorgt voor een vochtig microklimaat in de groeve. Het duurt na neerslag relatief lang voor de routes geheel droog zijn. De op het oosten gelegen sector droogt het snelst. Na neerslag hebben de routes in de linker sectoren nog veel last van aarde en viezigheid die vanaf de helling boven de rots

naar beneden spoelt. Het is in verband met de vochtigheid en aarde dus aan te raden om na het winterseizoen een langere periode met droog weer af te wachten voor je hier gaat klimmen. Wees ook beducht op steenslag en belast de rots met beleid. Er zit nog relatief veel rots los, soms ook grote blokken! Hopelijk stabiliseert dit na een paar jaar.

Afgezien daarvan is Chokier een ideaal familieklimgebied. Bij de ingang van het gebied is door CAB de Liège een clubhuis met zithoek ingericht, met daarachter een toiletgebouwtje. Op het middenterrein staat een speeltoestel voor de kleintjes. Er kan in de groeve na aanmelding overnacht worden, mits je minimaal 48 uur van tevoren reserveert en er plek is. Informatie hierover vind je op de website van CAB de Liège: cabliege.org/le-club/topo-escalade-chokier/ bivak.

Carrière de Chokier

• Aantal routes/maximale lengte: circa 30/30m

• Klimstijl/steilte: plaat/wand, 60°-90°

• Niveau routes: 4 tot 6b

• Gesteente: kalksteen

• Expositie: noordoost en oost

• Beste jaargetijde: voorjaar tot herfst

• OV: het station van Flémalle ligt op 1,9 km

• Voor Nederlanders alleen toegankelijk met de NKBV klimjaarkaart

Meer info over het gebied vind je in de NKBV Tochtenwiki: tochtenwiki. nkbv.nl/nl/poi/klimmen/carriere-dechokier/60135200/

HOOGTELIJN 5-2022 | 85
Achterin de groeve wordt gewerkt aan nieuwe routes Het hoe niet altijd alpien te zijn voor Hans Lanters

in vogelvlucht

Er zijn vogels die hier structureel komen om de barre winter te ontvluchten, maar zo nu en dan ontmoeten we in Nederland ook andere alpiene zangvogels, die ergens een verkeerde afslag hebben genomen. We stellen er een paar aan je voor.

Op de vlucht Vaste gasten zijn bijvoorbeeld waterpiepers. In de zomermaanden zijn ze te vinden op alpenweides met een korte vegetatie en verspreide rotsblokken. Met hun roze borst en buik, grijze bovenkant en een simpele zang (die ze vliegend ten gehore brengen) zijn ze daar een vrij algemene verschijning. Het zijn echter insecteneters, dus zijn ze

Alpiene zangvogels in Nederland

Vaste gast of verkeerd gevlogen

Zelfs in Nederland komen bergvogels voor. Sommige zeer sporadisch, andere als jaarlijkse broedvogel of als zogenoemde wintergast. Tot de wintergasten behoren verschillende kleine zangvogels die de bergen verruilen voor het laagland. Voor vogels ter grootte van een mus is dat een prestatie van formaat.

gedwongen om de winter elders door te brengen. En wel op of onder zeeniveau, een groter contrast is nauwelijks denkbaar. In Nederland doen waterpiepers hun naam eer aan door in waterrijke gebieden te verblijven, zoals uiterwaarden.

De grote gele kwikstaart pakt het net zo aan: sommige van deze prachtige vogels verruilen ’s winters de woeste bergbeken van het (middel)gebergte voor onze beken en kana len. En zelfs voor grachten, zo is gebleken in de stad Utrecht.

Van klif naar flat

Waar een waterpieper een wat subtiele en geen ongewone verschijning is, zal een ontmoeting met een rotskruiper je nog lang bijblijven. Deze bewoners van de kaalste bergen – waar ze uit rotsspleten nog insec ten weten te peuren – lijken bijna tropische vogels. Zoals hun naam al doet vermoeden kruipen ze rond op verticale kliffen. Ze vallen daar nauwelijks op, met dank aan hun grijze bovendelen. Maar zodra ze hun vleugels

uitslaan veranderen de vogels in een feest van rood, zwart, wit en grijs. In vlucht lijken ze wel op enorme vlinders. Rotskruipers zijn winterhard, maar soms gebeurt het toch dat een vogel tijdens een zwerftocht in het laagland terechtkomt. In Nederland gebeur de dat tot nu toe twee keer. In de winters van 1989-’90 en 1990-’91 wist een exemplaar zich in leven te houden op de flatgebouwen van de VU in Amsterdam en in december 2010 zocht er een de Sint-Pietersberg op.

In de Nederlandse bergen Een vogel die je misschien kent uit de Euro pese gebergten is de alpenheggenmus. Deze tegenhanger van ‘onze’ heggenmus (vaak in tuinen aan te treffen) komt niet alleen voor in de Alpen, maar vrijwel overal vanaf 2000 meter hoogte. Vaak schuimen ze de terras sen van berghutten af, op zoek naar voedsel. Ze zijn daarbij vrij tam. Ook deze vogels hebben soms de neiging om zich naar lager gelegen gebieden te verplaatsen, al zijn het geen echte trekvogels. Zo is het al veertien keer voorgekomen dat een alpenheggenmus in ons land opdook. Hierbij zijn duingebie den, zoals het Vuurboetsduin op Vlieland, favoriet. Maar ook flats in Den Helder en Den Haag werden door de vogels verkozen tot hun thuis. Veel van de alpiene zangvogels –waterpiepers en grote gele kwikstaarten daargelaten – zoeken dus ook in de Lage Landen juist stenen of kale gebieden op.

langs
86 | HOOGTELIJN 5-2022
het pad
In de rubriek ‘In Vogelvlucht’ vertellen medewerkers van Vogelbescherming Nederland interessante weetjes en bijzonderheden over bergvogels, in Nederland of elders. Tekst Gert Ottens Alpenheggenmus Heggenmus Grote gele kwikstaart Waterpieper in zomerkleed Foto Jelle de Jong Foto Imran Shah Foto Free Nature Images –Mark Zekhuis Foto Jelle de Jong

Boeken en sociale media

Alpineren volgens het boekje?

Een substantieel deel van de bergsportbibliotheek wordt gevormd door instructieboeken vol met plaatjes van de mooiste knopen, uitleg hoe je je voeten weg moet zetten bij welke hellingshoek van de gletsjer en hoe je verschillende rotssoorten het beste beklimt. Boeken moeten het in 2022 echter opnemen tegen de sociale media, waarop klimmers en verenigingen hun methodes uit de doeken doen.

Er is momenteel geen allesomvattend Nederlands opleidingsboek voor de bergsport dat aan te raden is. Er zijn wel enkele prima boeken van onze Duitse, Zwitserse en Oostenrijkse zusterverenigingen die we zonder meer aanbevelen. Dat zijn het DAV Alpin-Lehrplan Band 3, 4 en 5 van BLV Verlag, de hele serie Sicher Am Berg van de Alpenverein Österreich en respectievelijk Bergsport Sommer en Bergsport Winter van de Schweizer Alpen-Club SAC.

Eigen producties

Daarnaast verkoopt de NKBV zelf onder andere de brochures Bergsport in het kort, Bergwandelen en Het weer in de Alpen. Ook zijn er cursusboekjes die uitgedeeld worden bij de sporten rotsklimcursussen. Die zijn ook te downloaden van nkbv.nl/ academie. Online biedt onze vereniging een hele serie video’s op het YouTubekanaal van de NKBV en een set artikelen in het kenniscentrum op nkbv.nl, waarin technieken worden uitgelegd.

Sociale media

Projectcoördinator opleidingen van de NKBV Daan Uilkema is zelf actief als instructeur. Hij merkt daarbij hoe het hele leertraject binnen de bergsport verandert. Uilkema: ‘Steeds vaker komen cursisten met een online gevonden nieuwe techniek of uitrustingsstuk. Een bekende klimmer deelt diens nieuwe methode op zijn socials, een minuut later weten al zijn volgers dat en weer een minuut later ligt die methode bij mij op tafel.’ Uilkema gaat dan op zoek naar de bron van het verhaal. ‘Is het een beproefde, bewezen betrouwbare nieuwe techniek waar we het hier over hebben? Of is het één klimmer die wat leuks bedacht hee en dat op Insta gooit?’

Discussies

De klim- en bergsport ontwikkelen zich continu. Het proces is als volgt: ‘Eens in de zoveel tijd kijken we samen met onze opleidingsgidsen en partners in het veld of de inhoud van onze cursussen en opleidingen aangepast moet worden. Een simpel voorbeeld: bij het maken van een rijverankering met een bandlus maakte de beproefde methode gebruik van een hele mastworp, maar blijkt een zaksteek ook prima te volstaan.’

Uilkema: ‘In mijn cursussen bespreek ik nieuwe inzichten natuurlijk wel met de deelnemers. Dit soort discussies vergroot sowieso het inzicht in technieken en dat kan nooit kwaad. Maar dat is iets heel anders dan dat een toonaangevende vereniging een methode als best practise naar buiten brengt.’

Handige links

In de NKBV webshop zijn verschillende brochures en voorlichtingsboeken te koop. Scan de QR-code om naar het overzicht te gaan.

Wil je meer weten over indoor klimmen? Via deze QR-code vind je de cursusliteratuur en competenties.

Ook voor het outdoor klimmen kun je de cursusliteratuur en competenties raadplegen.

HOOGTELIJN 5-2022 | 87
Tekst Frank Husslage Rijverankering met een bandlus met zaksteek Illustratie Georg Sojer Foto Janneke van den Bosch

Volg @hoogtelijn op Twitter voor het laatste nieuws van de redactie. Tips zijn welkom op hoogtelijn@nkbv.nl.

gespot

Een raadsel aan zee

De roman Bergen aan zee, een leuke woordspeling, speelt zich af in de klimwereld. Pauline Slot is in de knipselarchieven gedoken, hee daaruit flink gekopieerd en daar vervolgens wat ctie aan toegevoegd. Namen zijn kinderlijk verhaspeld, situaties op details aangepast. Wat als een psychologische roman wordt aangekondigd, komt geen moment uit de verf. Het verhaal blij daarvoor te oppervlakkig. De schoonheid van de bergen in tegenstelling tot de prijs die de achterblijvers ervoor betalen als hun geliefden in de bergen klimmen, wordt nauwelijks uitgewerkt. De enige aardige vondst zit in de epiloog, als enkele klimmersweduwen op expeditie gaan.

Wat overblij is een verhaal dat deels zeer gedetailleerd gebaseerd is op gebeurtenissen uit de vaderlandse klimwereld. De auteur gaat daarbij zo slordig om met de feiten dat het betrokkenen makkelijk beschadigt. Met welk doel dat gebeurt en waarom dit boek zo is gecomponeerd, is mij een raadsel. [Peter Daalder]

Bergen aan zee, Pauline Slot

De Arbeiderspers (2022), arbeiderspers.nl

ISBN: 9789029545655 €21,99

Poolnachtdrama

Tijdens een zeilexpeditie ten noorden van Harlingen werd het dagboek van Petekin Macantyre (1898) gevonden. Althans, dat suggereert de inleiding van De fatale reis van ‘The Neverthought’. Je hebt nu het vermeende dagboek in handen! Voor hen die de eerste druk van dit prachtige boek kochten, werd die suggestie onderbouwd doordat de losse dagboekbladen verpakt waren in ranzig zeildoek met olievlekken, bijeengehouden met een stevige zeemansknoop. De eerste druk is uitverkocht, de huidige druk biedt een gebonden boek met keurig bedrukt zeildoek als ka . Gelukkig zijn de losse landkaart van Franz Josef Land en het portret van Macantyres geliefde gebleven. Iets minder charmant dan de eerste druk, maar eenmaal geopend blij de betovering. De betovering van een halve boekenkast aan poolexpedities, teruggebracht tot zestig prachtige dagboekbladen ontsproten aan de tekenpen van Berend Vonk. De geloofwaardige tekst verhaalt van de gekte die toeslaat bij schip-

Klimkunstenaar

Enkele weken geleden was ik aanwezig bij de boekpresentatie van Mirjam Verbeek. Mirjam is kunstenaar, in de jaren negentig zevenvoudig Nederlands klimkampioen en klimgids, vooral opererend in haar thuisgebied Orpierre in Frankrijk. Daar blij het echter niet bij. Inmiddels is zij ook schrijfster van, bij mijn weten, het enige naslagwerk voor sportklimtraining sinds het boek Sportklimtraining van Frans Melskens (1995).

‘Soms win je door te verliezen’, zei Mirjam tijdens haar boekpresentatie in Klimhal Amsterdam tegen familie, vrienden en andere geïnteresseerden. Het is een zin uit een van de inspirerende columns in haar boek Happy training. Ze doelt op de twee hartinfarcten die ze had in 2017, waarna ze is gestopt met klimmen op hoog niveau (zie ook het interview in Hoogtelijn 4 van 2019). Maar ze doelt ook op haar lieve man, haar prachtige jonge dochter en op de tijd die ze overhield om een boek te schrijven over klimtechniek. Ze is er zelf oprecht trots op en wat mij betre is dat geheel terecht!

breukelingen in een poolwinter, de pentekeningen laten de fantasie van de lezer alle ruimte om het verhaal zelf aan te vullen. Ondertussen is De fatale reis van ‘The Neverthought’ bekroond met de Small Press Award 2022, een toonaangevende prijs voor stripmakers. [Frank Husslage]

De fatale reis van ‘The Neverthought’, Berend Vonk Stichting Moving Mountains (2021), dm .eu/neverthought-dagboeken ISBN 9789083222301, €30,00

Happy training is een toegankelijk geschreven boek met heldere schema’s, tweehonderd illustraties (natuurlijk van eigen hand) en korte aanmoedigende columns. Nee, het is niet zozeer voor de pro’s geschreven, die luisteren maar naar hun trainer. Ik zou zeggen dat het een boek is voor de serieuze boulderaar, sportklimmer of multipitchklimmer, van elk niveau, die beter wil worden. Natuurlijk staat het boek vol met work-outs om je weerstand, kracht en uithoudingsvermogen te verbeteren, keurig geordend naar trainingsdoel en in te passen in je trainingsplan. Mirjam zou je toeroepen: happy training! [Florian van Olden]

Happy training, Mirjam Verbeek Uitgegeven in eigen beheer (2022), mirjamverbeek.com ISBN 9789464435979 €32

88 | HOOGTELIJN 5-2022
Onder redactie van Frank Husslage en Ico Kloppenburg
Voor de lezers van Hoogtelijn gee Mirjam alvast enkele trainingstips. Scan de QR-code om aan de slag te gaan!

De Rode Berg, Astrid Kemper Uitgegeven in eigen beheer (2020), astridkemper.nl Geen ISBN, verkrijgbaar bij de NKBV €22,50

Kijken én lezen

‘… Er was eens een hoge berg. Dat wil zeggen: ze is er nog steeds, maar ze is zo veranderd dat ze eigenlijk niet meer dezelfde is.’ Zo begint Astrid Kempers sprookje De Rode Berg. Maar voordat je verder leest, deel ik graag het volgende leesadvies van een bevriende lie ebber van gra sche romans: bekijk eerst de vierentwintig paginagrote a eeldingen in het boek. Die vertellen een verhaal op zichzelf, waarmee je je fantasie de vrije loop kunt laten. Daarna kun je het verhaal lezen. Veel tekst is het niet: twee, drie zinnen of een alinea, telkens op de linkerpagina. Zo lees je een klein verhaal over grote bergen en grote veranderingen die eeuwen duren. Daarna, zo luidt het advies van mijn vriend, bekijk je de a eeldingen nog een keer. Neem vooral de tijd! Bij het schrijven van deze recensie las ik het boek nog eens en weer veranderde er iets aan het verhaal en aan mijn gemoed. Ik las hetzelfde boek nu in het Engels. Je kunt op de leespagina’s namelijk kiezen tussen vier talen: Nederlands, Frans, Engels en Duits. ‘Talen zijn boeiend’, zegt Astrid Kemper zelf in haar nawoord. ‘Hun verschillen, hun subtiliteiten en eigenheid om iets uit te drukken.’ Laat je door het verhaal meevoeren in een reis door de hoge gebergten, diepe tijd en rijke talen in deze wereld. [Florian van Olden]

Klassieker

Het Alpenvereinsjahrbuch BERG 2023 hee als thema de Wildspitze; de verwording van een ‘berg der eenzaamheid’ tot een van de populairste drieduizenders van de Alpen met alle gevolgen van dien. Daarnaast is er veel aandacht voor de veertigjarige geschiedenis van de mountainbike, inclusief de stekkeruitvoering daarvan, die het leven op de bergpaden ingrijpend verandert.

[Frank Husslage]

Alpenvereinsjahrbuch BERG 2023, Tyrolia-Verlag (2022), tyroliaverlag.at ISBN 9783702240578 €20,90

Niet de gemakkelijke weg: de kunst van het proberen

Line van den Berg klom dit voorjaar met Jorian Bakker een uitdagende route op de Dent Blanche. Line maakte een video met als titel The Art of Trying. Ze laat ons niet alleen mooie beelden van deze tour zien, maar gee ons ook een boodschap mee: ga voor het avontuur en het onbekende en kies niet voor de gemakkelijke weg. De lm is te zien via bit.ly/3ruZRrx of door de QR-code te scannen.

Ambachtelijke bergschoenen uit Korea

YouYube is een goudmijn voor ‘ambachtsvideo’s’: lmpjes van mensen die echt iets met hun handen kunnen. Of het nou gaat om het omzagen van een boom, het bouwen van een kachel of het maken van de perfecte tiramisu. Lie ebbers van bergschoenen kunnen met deze video van Song Lim

Zijn

Shoemaking uit Korea hun hart ophalen. Kijk via bit.ly/3rU0pHw of scan de QR-code en volg stap voor stap hoe een paar degelijke bergstappers wordt opgebouwd door een vakman, die in de voetstappen van zijn vader, grootvader en overgrootvader is getreden.

knopen in de spleet veilig?

Misschien een rare vraag, want wie legt er nou knopen in een spleet als hij gaat rotsklimmen. Maar in bijvoorbeeld de zandstenen torens in Tsjechië worden bandknopen nog volop gebruikt om de voorklimmer te zekeren. Hoe veilig is dat eigenlijk? In Monkey sts don’t work, or get stuck if they do komt een hele serie valtests langs, die leerzaam én humoristisch zijn. Misschien is de kans niet heel groot dat je ze ooit gebruikt, maar je weet het nooit. Bekijk de video via bit.ly/3EjvITR of de QR-code.

Wedstrijden in ‘cut version’

Wie de internationale klimwedstrijden volgt hee gemerkt dat het nogal wisselend is waar de wedstrijden te zien zijn. Wil je iets terugkijken en wil je alleen de netto klimacties zien? Dan is het YouTubekanaal van All Climbing een tip: bit.ly/3RD23YG

Hier vind je heel veel grote wedstrijden, zonder ‘alles

eromheen’. Dus niet het inlezen, niet de eventuele vertraging door technische problemen, maar wel het pure, ingedikte klimmen.

HOOGTELIJN 5-2022 | 89

vooruitblik

Hoogtelijn 1-2023 verschijnt 27 januari

THEMA WINTER

Colofon

Hoogtelijn is het o ciële tijdschri van de Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging (NKBV). Het verschijnt vijf keer per jaar. De redactie staat open voor bijdragen van leden en derden waarbij de redactie het recht hee , zonder opgave van redenen, de bijdragen niet te plaatsen. Het al dan niet op verzoek van de redactie aanbieden van artikelen aan Hoogtelijn impliceert toestemming voor openbaarmaking en verveelvoudiging ten behoeve van de elektronische ontsluiting van Hoogtelijn. Overname van (delen uit) artikelen is alleen toegestaan na schri elijke toestemming van de redactie van Hoogtelijn

Redactie

Peter Daalder (hoofdredacteur)

Marjolein Wols (eindredacteur)

Rinske Brand, Mirte van Dijk, Lineke Eerdmans, Frank Husslage, Rien Jans, Marieke van Kessel, Ico Kloppenburg, Florian van Olden, Manon Stravens, Eva van Wijck

Vaste medewerkers

Suzan van der Burg, Jody Hagenbeek, Dim van den Heuvel, Christine Tamminga, Peter Uijt de Haag (correctie), Saskia Gottenbos (cartogra e), Toon Hezemans (illustraties)

Redactieadres NKBV, t.a.v. Hoogtelijn, Postbus 225, 3440 AE Woerden hoogtelijn@nkbv.nl, hoogtelijn.nl

Advertentie-exploitatie

Noor van der Veen Postbus 225, 3440 AE Woerden 0348-409521 noor.van.der.veen@nkbv.nl

Productie en vormgeving Studio ManagementMedia, Hilversum Anita Baljet

Druk Senefelder Misset, Doetinchem Oplage: 42.800 ISSN: 1387-862X

Los abonnement Niet-leden kunnen zich abonneren op Hoogtelijn voor € 32,50 per jaar. Kijk op nkbvwebshop.nl.

Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging Bellen 0348-409521 Bezoeken Houttuinlaan 16 A, 3447 GM Woerden Schrijven Postbus 225, 3440 AE Woerden Betalen Bank: IBAN NL84RABO0161417213 BIC RABONL2U

90 | HOOGTELIJN 5-2022
’s Zomers winterweer Basiscursus sneeuw en ijs
Huttentocht in Zweeds Lapland Interview Berggids David Bacci Griekenland Onbekende winterbestemming Expeditie Academie Eerstbeklimmingen in Kirgizië

Ga jij deze winter mee op toerski huttentocht?

€ 655 VANAF PER PERSOON
Boek je reis op bergsportreizen.nl/toerskien

De winter zit vol mogelijkheden voor verse voetsporen en ongerepte opties. Het bevroren landschap onthult nieuwe routes. We durven verder, steiler en hoger te gaan dan voorheen.

RAB.EQUIPMENT/EU
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.