Museumgids Willem van Oranje

Page 1

Museumgids Willem van Oranje en de Nederlandse Opstand

Museum

Het Prinsenhof Delft


tijdbalk

Willem van Oranje en de Opstand 1404 Officiële oprichting Sint Agathaklooster 1533 Willem van Oranje geboren 1536 Stadsbrand van Delft 1550 Karel vaardigt in de Nederlanden het Bloedplakkaat uit 1555 Troonsafstand Karel V 1555 Filips II wordt Landsheer van de Nederlanden 1559 Willem van Oranje wordt stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht 1566 Smeekschrift der edelen wordt aangeboden aan Margaretha van Parma 1566 Beeldenstorm 1567 De Hertog van Alva komt in opdracht van Filips naar de Nederlanden 1568 Slag bij Heiligerlee: ’officieel’ begin Nederlandse Opstand 1572 Inname Den Briel door de watergeuzen 1572 Willem neemt zijn intrek in het Prinsenhof in Delft 1574 Leids ontzet 1576 Spaanse furie (val Antwerpen) 1576 Pacificatie van Gent 1579 Unie van Atrecht en Unie van Utrecht 1580 Banedict: Filips verklaart Willem van Oranje vogelvrij 1581 Plakkaat van Verlatinghe: Filips II wordt afgezworen 1584 Moord op Willem van Oranje 1585 Maurits, zoon van Willem van Oranje, wordt stadhouder van Holland en Zeeland 1588 Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden wordt uitgeroepen 1619 Onthoofding Johan van Oldenbarnevelt 1621 Hugo de Groot ontsnapt uit Slot Loevestein 1648 Vrede van Münster


Welkom

in Museum Het Prinsenhof

Deze compacte museumgids biedt achtergrondinformatie bij de tentoonstelling ’Willem van Oranje en de Nederlandse Opstand’. In de ’Hoe zat het?’ teksten worden de cruciale gebeurtenissen uit deze belangrijke periode in onze geschiedenis beschreven. Per zaal worden steeds enkele bijzondere museumobjecten uitgelicht. Ben je hier voor een kort bezoek? Volg dan de topstukkenroute, aangegeven door het volgende symbool:

3


Wat is er te zien in Museum Het Prinsenhof? In dit van oorsprong middeleeuwse klooster vond één van de meest dramatische gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis plaats: de moord op Willem van Oranje, de ’Vader des Vaderlands’. De kogelgaten zitten nog altijd in de muur… Op de begane grond wordt het verhaal van Willem van Oranje en zijn rol bij het ontstaan van de Nederlandse Republiek ver teld. Je maakt kennis met de hoofdrolspelers van de Nederlandse Opstand (ook bekend als de Tachtigjarige Oorlog) en komt meer te weten over de belangrijkste gebeur tenissen uit deze roerige periode. Op de eerste verdieping van het museum ontdek je de typisch Hollandse stad Delft in de Gouden Eeuw. In het najaar van 2011 komt hier een grote tentoonstelling over Michiel van Mierevelt, de succesvolste portretschilder van zijn tijd. Hij portretteerde alle groten uit de Gouden Eeuw. Dat we hun gezichten nu nog kennen, is te danken aan zijn portretten!

4


Hoe zat het? De rol van het geloof in de Opstand… Willem van Oranje leeft in een tijd waarin godsdienstvrijheid niet vanzelfsprekend is. De heersers over de Nederlanden, Karel V en zijn zoon Filips II, zijn streng rooms-katholiek. Ze voelen zich verplicht het opkomende protestantisme in hun rijk uit te roeien. De protestanten willen een bijbel in de taal van het volk. Ze storen zich aan de rijkdom van de katholieke kerk en aan de aflaat (het tegen betaling kwijtschelden van begane zonden). In hun ogen is bidden Ik kan niet goedkeuren dat tot heiligenbeelden ’afgoderij’. Bovendien vorsten over het geweten van nemen veel katholieke geestelijken het hun onderdanen willen heersen niet zo nauw met de kerkelijke regels. en hen de vrijheid van Zelfs pausen hebben kinderen. Willem van geloof en godsdienst ontnemen. Oranje maakt tijdens zijn leven van dichtbij W illem van O ranje 1564 kennis met het protestantisme en het katholicisme. Van zijn ouders krijgt hij een protestantse opvoeding, maar aan het hof in Brussel wordt hij katholiek geschoold. Willem van Oranje wil dat beide geloven vreedzaam naast elkaar kunnen bestaan. In 1564 pleit hij voor gewetensvrijheid, in die tijd een vooruitstrevende opvatting.

Hoe zat het? 5


Zaal 1: Halletje

Zaal 1 (halletje): Start Lange tijd wonen in dit gebouw alleen nonnen. Ze leven afgezonderd van de wereld en hebben geen bezit. Toch is het Sint Agathaklooster wel een rijke instelling. Aan de muren hangen schilderijen, de tafels zijn gedekt met fijn linnen en zilveren bestek. In het gastenverblijf van het klooster logeren hoge gasten. Het complex krijgt zijn huidige naam nadat Prins Willem van Oranje hier in 1572, op uitnodiging van de stad Delft, met zijn gezin komt wonen. In dat jaar is de Nederlandse Opstand in volle gang.

6


Zaal 1: Halletje

Hoe zat het? Leider van de Opstand tegen wil en dank In 1568 neemt Willem van Oranje een zeer ingrijpend besluit: hij stelt zich aan het hoofd van het gewapend verzet tegen koning Filips II. Daarvóór was hij altijd trouw geweest aan Karel V en Filips II. Waarom besluit hij dan om leider van de Opstand te worden? Willem verafschuwt de meedogenloze vervolging van protestantse ’ketters’. Een aantal van zijn naaste familieleden, waaronder zijn tweede echtgenote Anna, is luthers, protestants dus. Als Willem verneemt dat Filips II hem en de graven van Egmont en Horne verantwoordelijk houdt voor de Beeldenstorm, besluit hij naar Duitsland te vluchten. Ik wil geen getuige zijn van de dreigende ondergang van het land, noch wil ik medeplichtig zijn aan nieuwe kettervervolgingen. Liever zou ik duizend maal sterven dan de wapens op te nemen tegen de koning, maar daartoe zou ik wel gedwongen worden wanneer ik in mijn eer of bezittingen zou worden aangetast. In januari 1568 hoort Willem dat zijn bezittingen in de Nederlanden en in Frankrijk in beslag zijn genomen. Intussen is ook zijn oudste zoon naar Spanje ontvoerd. Hoewel het verdedigen van zijn eigen positie en niet het bevrijden van de Nederlanden of van de nieuwe religie zijn directe doel is, wordt Willem van Oranje leider van de Opstand tegen wil en dank!

Hoe zat het? 7


Zaal 1: Halletje

Portret Willem van Oranje | 16de eeuw | naar William Key Tussen 1572 en 1584 woont Willem van Oranje met zijn gezin en hofhouding regelmatig in dit gebouw. Hier hoor t hij van Leiden’s ontzet en schrijft hij zijn beroemde Apologie (zie p. 54). Willems vierde vrouw, Louise de Coligny, bevalt in het Prinsenhof van Frederik Hendrik. Nog geen half jaar later, op 10 juli 1584, grijpt Balthasar Gerards zijn kans en schiet de Prins bij de trap in koele bloede dood. Op dit por tret wordt met de tekst ’Shot at Delft’ verwezen naar de moord. Die tekst is later toegevoegd. Wie dit heeft gedaan en waarom is onduidelijk.

8


Zaal 1: Halletje

Hoe zat het? Waar komt de naam Oranje vandaan? 24 april 1533: Willem wordt op kasteel de Dillenburg in het gebied Nassau in Duitsland geboren, als zoon van graaf Willem de Rijke en Juliana van Stolberg. Als zijn neef René van Chalon door een kanonskogel om het leven komt, erft hij al zijn bezittingen. Omdat hier ook een gebied in Frankrijk onder valt, het prinsdom Orange, mag de 11-jarige Willem zich voortaan Prins van Oranje Nassau noemen. Dankzij de erfenis is de jonge prins in één klap de rijkste edelman in de Nederlanden. De streng katholieke keizer Karel V bepaalt dat de protestantse Willem zijn erfenis alleen krijgt als hij katholiek wordt opgevoed. Door hun zoon in 1544 naar het hof in Brussel te sturen, geven Willems ouders hem de kans om een invloedrijk man te worden. Al snel blijkt Willem over de juiste kwaliteiten te beschikken. Een tijdgenoot beschrijft hem als een wijs persoon, met een natuurlijk overwicht en door iedereen geliefd.

Hoe zat het? 9


Zaal 1: Halletje

Portret Musius | 1572 | anoniem Hier zie je de laatste rector en priester van het Sint Agathaklooster : Cornelis Musius. Als geestelijk vader van het klooster is hij de enige man die zich onder de nonnen mag begeven. In 1572 gaat Delft over naar het kamp van de protestanten. Voor de katholieke geestelijken in de stad breekt er een angstige tijd aan. Musius staat op goede voet met Willem van Oranje. Zolang Musius de bescherming van de Prins geniet, is het voor hem in Delft relatief veilig. Maar dan komt geuzenadmiraal Lumey vlakbij het Prinsenhof op de Oude Delft wonen. Als een van zijn geuzen (zie p. 26 en 43) door een stadswacht wordt doodgeschoten, zint de ’papenhater’ op wraak (paap = katholiek). Musius wordt zodanig door Lumey bedreigd dat hij de stad uit vlucht. Willem van Oranje denkt dat Musius bij hem veiliger is en geeft opdracht de priester terug naar Delft te halen. Lumey heeft echter snode plannen... hij laat Musius vermoorden.

10


Zaal 1: Halletje

Detail kloosterdeur | 16de eeuw Het woord klooster komt van het Latijnse woord claustrum: afgesloten ruimte. De tralies staan hier symbool voor. Het Sint Agathaklooster heeft slot- en buitenzusters. Slotzusters blijven achter slot, buitenzusters mogen vanwege hun werk wel contact met de buitenwereld hebben: ze doen inkopen en verzorgen de gasten. Wie intreedt, legt de kloostergeloften af: kuisheid, gehoorzaamheid en armoede. Nonnen mogen geen persoonlijke bezittingen hebben. Als na het overlijden van een zuster blijkt dat zij stiekem toch bezittingen had, wordt ze herbegraven in ongewijde aarde! Overigens gaat niet iedereen uit vrije wil het klooster in. Vaak wordt de jongste dochter van een gezin het klooster ingestuurd om voor het zielenheil van de familie te bidden.

11


2

Zaal 1: Halletje

Zaal 2: Klooster in de stad

Over deze ruimte: In de Kapittelzaal komen de nonnen bijeen en vergaderen ze. Capitulum betekent ’lezing van bijbelhoofdstuk’. In deze zaal leest de mater, de moederoverste, dagelijks op de verhoging uit de bijbel, terwijl de zusters langs de zijkant zitten. De novicen, de nog niet ingetreden zusters, hebben nog geen ’stem in het kapittel’ en volgen alles vanuit het novicenkoor. Als de novicen hun gelofte afleggen en hun habijt (officiële nonnenklederen) krijgen, worden er liederen gezongen. De Gregoriaanse gezangen die je in deze zaal hoort, komen uit het vijftiendeeeuwse ’Agathamanuscript’ dat in het Archief Delft wordt bewaard. (www.archief-delft.nl)

12


Zaal 2: Klooster in de stad

Hoe zat het? Opkomst en ondergang van het Sint Agathaklooster Het Sint Agathaklooster wordt gesticht in een woelige tijd. Pestepidemieën en oorlogen teisteren Europa. Voor velen is religie een laatste toevluchtsoord. Rond 1380 brengt priester Jacob Jan een groep vrouwen bijeen die hun leven willen wijden aan God. De zusters leven aanvankelijk in bittere armoede. De eerste jaren komt er nooit vlees op tafel. Daar komt verandering in als de rijke weduwe Alijd Buser toetreedt. Op een dag valt Alijd halfnaakt voor de zusters op haar knieën. Slechts gekleed in een onderrok en met een crucifix voor haar borst smeekt ze: Zo is hier de naakte Alijd die met u leven en sterven wil en om Zijn wil met u wonen wil. Onder leiding van Alijd wordt de gemeenschap in 1404 officieel tot ’Sint Agathaklooster’ verheven. Het klooster trekt steeds meer rijke vrouwen aan en groeit voorspoedig. In de zestiende eeuw komt het klooster in zwaar weer. De stad Delft ontkomt niet aan de Beeldenstorm. Een woedende menigte tracht het Sint Agathaklooster binnen te dringen, maar de nonnen barricaderen de toegangsdeuren en het klooster blijft ongeschonden. In 1572 wordt het klooster geconfisqueerd. Willem van Oranje krijgt de beschikking over het gebouw dat de naam ’s Princenhoff krijgt. De katholieke nonnen mogen in een bijgebouw (nu Museum Nusantara) blijven wonen.

Hoe zat het? 13


Zaal 2: Klooster in de stad

Hoe zat het? De stadsbrand 1536 Woensdag 3 mei 1536, 14.00 uur: de brandklok van het Stadhuis luidt. De bliksem is ingeslagen in de toren van de Nieuwe Kerk. Door een aanhoudende wind breidt het vuur zich snel uit. In drie dagen tijd vallen 2000 huizen ten prooi aan een alles verzengende stadsbrand. De hitte is zo groot dat de klokken van de Nieuwe Kerk smelten. De grootste verplettert in zijn val zelfs een oud vrouwtje.

Hoe zat het? 14


Zaal 2: Klooster in de stad

Plattegrond van Delft | 1536 | anoniem De stadsbrand van 1536 is zo’n grote klap voor Delft dat keizer Karel V de stad 24 jaar vrijstelt van de zwaarste belastingen. Dit doet hij naar aanleiding van deze op linnen geschilderde stadsplattegrond. Het dient als bewijsstuk voor de enorme schade en wordt opgerold naar het keizerlijke hof in Brussel vervoerd. Op het schilderij zijn de catastrofale gevolgen van de brand goed te zien. Het verbrande gedeelte is in een lichte kleur weergegeven. Van de verwoeste huizen staan alleen de muurresten nog overeind. Op de achtererven zien we geblakerde bomen. Het verhaal dat de stad uit houten huizen bestond en daarom zo makkelijk afbrandde klopt niet. De meeste huizen waren al van steen. Dit is ÊÊn van de vroegst geschilderde stadsplattegronden. Op de lijst is een code verborgen. De rode letters vormen een chronogram. Omgezet naar Latijnse cijfers leveren ze opgeteld het jaar tal 1536 op.

15


Zaal 2: Klosster in de stad

De Bewening van Christus | 1566 | Maarten van Heemskerck De laatste rector van het klooster, Cornelis Musius, gaf opdracht voor dit beroemde schilderij. Christus is net van het kruis gehaald. Zijn moeder Maria wordt getroost door Johannes. Twee denkbeeldige diagonalen doorkruisen het schilderij precies in Maria’s gevouwen handen, die samen een har t vormen. Op de achtergrond verrijst de berg Golgotha met rechts Jeruzalem. Het lichaam van Christus is opmerkelijk langgerekt weergegeven. Zo kan de schilder, Maer ten van Heemskerck, zijn kennis van de menselijke anatomie tonen. Die kennis en de inspiratie voor de kleding deed hij op in ItaliÍ. Let op de broche van de vrouw die de doorboorde hand van Christus toont: op meesterlijke wijze verwerkt de schilder hierin Mozes en de Tien geboden.

16


3 Zaal 1: Halletje

Zaal 3: Filips II Over deze ruimte: Om geld te verdienen spinnen de nonnen in deze kamer wol. Het is een van de weinige vertrekken in het klooster die verwarmd kunnen worden. Na de komst van Willem van Oranje wordt er in deze spinkamer en de aangrenzende vertrekken regelmatig vergaderd.

17


Zaal 3: Filips II

Portret Karel V | 16de eeuw | naar Tiziano Vecellio De onderlip, een erfenis van zijn Bourgondische afkomst, was dik en afhangend; de onderkaak stak zover vooruit dat het hem onmogelijk was om de weinige gebroken tanden die nog over waren, op elkaar te brengen, of een hele volzin met verstaanbare stem uit te brengen. Eten en praten, twee zaken waar hij veel van gehouden had, vielen hem dagelijks moeilijker. M otley Karel V heeft last van een erfelijke afwijking aan het kaakgewricht, beter bekend als de ’Habsburgse kin’. Bovendien lijdt hij aan jicht (gewrichtsontsteking) en maagproblemen. Al in de Oudheid wordt jicht een welvaar tsziekte genoemd, omdat het veel voorkomt bij levensgenieters en alcoholici. De joviale Karel V is een echte Bourgondiër met zijn voorkeur voor grote porties vlees en veel bier.

18


Zaal 3: Filips II

Hoe zat het? Het wereldrijk van Karel V Karel V verzuchtte ooit dat hij meer kronen had dan zijn arme hoofd kon dragen. Op 15-jarige leeftijd neemt hij het bestuur van de Nederlanden op zich. Een jaar later wordt Karel koning van Spanje en de gebieden in Amerika. Op 19-jarige leeftijd mag hij zich ’keizer van het Heilige Roomse Rijk’ (in Midden Europa) noemen. Karel V is voortdurend op reis en spreekt Nederlands. Heersen over een rijk waar de zon nooit ondergaat brengt problemen met zich mee: Karel trekt van oorlog naar oorlog en dat kost kapitalen. Vooral de steden in de rijke Nederlanden moeten hiervoor opdraaien.

Hoe zat het?

19


Zaal 3: Filips II

Karel V streeft naar bestuurlijke ĂŠn godsdienstige eenheid en probeert overal dezelfde wetten en regels in te voeren. Brussel is het regeringscentrum. In de Raad van State spelen de hoge edelen een belangrijke adviserende rol. Tot irritatie van de hoge edelen wordt er te weinig gebruik gemaakt van de raad. Als overtuigd katholiek voelt Karel zich verplicht de ketterij (protestantisme) in zijn rijk met wortel en tak uit te roeien. Met dat doel voor ogen vaardigt hij in 1550 het beruchte Bloedplakkaat uit: Het verspreiden en bezitten van ketters materiaal, het bijwonen van ketterse bijeenkomsten, het prediken van ketterij en het huisvesten van ketters, wordt met de dood bestraft. De vaak gruwelijke straffen wekken bij de bevolking veel afschuw op. Karel V wil eenheid, maar zijn maatregelen zorgen juist voor verdeeldheid. Zware jicht en de voortdurende strijd leveren hem een burn-out op. Uitgeput en teleurgesteld doet Karel V steunend op Willem van Oranje in 1555 troonsafstand.

Hoe zat het? Nederland bestaat nog niet In de tijd van Willem van Oranje bestaan de Nederlanden uit 17 zelfstandige gewesten (provinciĂŤn). Ze strekken zich ongeveer uit over het gebied dat we nu de Benelux noemen. Als de vertegenwoordigers van die gewesten, de Staten, bijeenkomen, wordt dat de Staten-Generaal genoemd.

Hoe zat het? 20


Zaal 3: Filips II

Portret Filips | 1557 | Atelier Alonso Sánchez Coello Terwijl Karel V altijd rusteloos op campagne was, bestuur t zijn zoon Filips het wereldrijk vanuit Spanje. De diepgelovige koning laat bij Madrid een ’klooster-paleis’ bouwen, het Escorial. Filips II is anders dan zijn joviale vader. Hij komt maar moeizaam tot besluiten. Filips voelt zich minder op zijn gemak in de Nederlanden en spreekt de taal niet. Met een zekere walging kijkt hij neer op de wilde feesten waarbij edelen elkaar onder de tafel drinken. Toch wordt het leven in de Nederlanden door angst beheerst: Filips is heel vroom en wil het katholieke geloof ten koste van alles beschermen. Hij pakt de ketters nog harder aan dan zijn vader. Filips verblijft niet zo lang in de Nederlanden.Vanuit zijn geboor teland Spanje geeft hij opdracht om vloten en legers uit te rusten om de Spaanse heerschappij in Midden- en Zuid-Amerika in stand te houden. In Europa vormen de Turken (Osmanen), de Engelsen en aar tsrivaal Frankrijk voor tdurend een bedreiging. Al die legers onderhouden kost veel geld. Onder Filips beleeft Spanje een glorietijd, maar komt het rijk financieel ook aan de rand van de afgrond te staan.

21


4

Zaal 1: Halletje

Zaal 4: Beeldenstorm Over deze ruimte: Als je in de nis gaat staan en naar boven kijkt ontdek je een kleine balustrade. Vanaf deze plek was vroeger het altaar te zien van de Waalse kerk (gelegen naast Het Prinsenhof). Onder de vloer zit een grafkelder. Tot voor kort stond deze ruimte ten onrechte bekend als abdissengraf. Het gebouw was namelijk geen abdij maar een klooster.

22


Zaal 4: Beeldenstorm

Portret Willem van Oranje | 20e eeuw | naar Antonio Moro Willem staat op 22-jarige leeftijd aan het begin van een veelbelovende carrière. Hij is dan al vijf jaar kamerheer van Karel V, adviseer t hem in veel zaken en voer t het bevel over een legereenheid. De Prins is een echte steunpilaar van de vorst. Hij is de onbetwiste nummer één onder de edelen. Met Karel’s zoon Filips is de verhouding aanvankelijk ook vriendschappelijk. Ze vieren bijvoorbeeld samen carnaval. Maar al snel komen er barsten in de relatie. Nadat hij koning geworden is, verkiest Filips Spaanse adviseurs boven de edelen uit de Nederlanden. Bovendien zorgt Filips harde optreden tegen de ketters bij Willem voor irritatie. Willem pleit voor gewetensvrijheid en een gematigder optreden tegen de protestanten. Filips negeer t dit. De twee groeien uit elkaar.

23


Zaal 4: Beeldenstorm

Margaretha van Parma | circa 1645-1670 | anoniem De vrouw die je hier ziet heeft een zachte, moederlijke uitstraling. In werkelijkheid was landvoogdes Margaretha van Parma mannelijk en groot en had ze lichte baardgroei. Zelfs haar tred verried zo weinig vrouwelijke gratie dat men veeleer geneigd was haar voor een man in vrouwenkleren dan voor een manvrouw te houden. S chiller Margaretha star t met regeren in een moeilijke periode: ze heeft van Filips opdracht gekregen om de kettervervolging te handhaven. Hij eist bovendien dat zij zich laat adviseren door de gehate kardinaal Granvelle. De Nederlandse edelen voelen zich buitenspel gezet. Margaretha mag geen belangrijke beslissing nemen zonder persoonlijke tussenkomst van Filips. Omdat Filips maar moeizaam tot besluiten komt laat hij soms maandenlang niet van zich horen.

24


Zaal 4: Beeldenstorm

Hoe zat het? Van stadhouder tot landvoogdes Filips II benoemt Willem van Oranje in 1559 tot stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht. Willem is dan 26. Als stadhouder treedt Willem op als plaatsvervanger van koning Filips. Hij moet op zijn beurt weer verantwoording afleggen aan de landvoogdes; Filips halfzuster Margaretha van Parma (een bastaarddochter van Karel V en een dienstmeid!). Filips zal na 1559 nooit meer een voet in de Nederlanden zetten.

Hoe zat het? Vlak v贸贸r de Beeldenstorm De winter van 1565 is koud, ijskoud en het volk heeft het zwaar te verduren. De graanoogst is grotendeels mislukt en de prijzen zijn onrustbarend gestegen. Een Spanjaard schrijft dat vrouwen zichzelf ophangen om niet te hoeven zien hoe hun kinderen de hongerdood sterven. Pokken, lepra en de pest liggen op de loer. Ook onder de elite heerst onvrede. Had de hoge adel altijd een zeer belangrijke taak in het bestuur, nu moet zij haar macht delen met ambtenaren. Intussen wekt de kettervervolging steeds meer weerzin op bij de bevolking. Zware belastingen drukken op de Nederlanden. Dit leidt allemaal tot verzet. Wanneer in 1566 ook nog eens duizenden soldaten het land plunderen, bereikt de crisis een dieptepunt. Hoe lang kan dit nog goed gaan?

Hoe zat het? 25


Zaal 4: Beeldenstorm

Hoe zat het? De geuzen Op 5 april 1566 trekken 400 edelen te voet door Brussel om bij landvoogdes Margaretha van Parma een Smeekschrift in te dienen. Hierin wordt onder andere gevraagd om verzachting van de maatregelen tegen de ketterij. Margaretha is ge誰ntimideerd. Om haar gerust te stellen fluistert een van haar raadgevers in haar oor: Wees niet bang mevrouw, ce ne sont que des gueux; het zijn slechts bedelaars. De volgende dag belooft de landvoogdes de kettervervolging te verzachten. Tijdens een feestmaal nemen de lage edelen het scheldwoord over. Ze besluiten zich voortaan geuzen te noemen.

Hoe zat het?

26


Zaal 4: Beeldenstorm

Bedelnap en geuzenpenning | 1556 | Jaques Jonghelinck Deze bedelnap en penning waren ooit eigendom van een geus. Welgestelde geuzen hebben hun chique, met goudbrokaat versierde fluwelen kleding ingeruild voor grauwe kleren van grof laken. Ze dragen een eenvoudige vilten hoed op het hoofd. De enige sieraden vormen bedelzak, nap en geuzenpenning. De penning wordt om de hals gedragen en is versierd met een afbeelding van koning Filips II. Aan de andere kant zien we twee handen die de belofte van trouw moeten voorstellen. Op de penning staat te lezen: Getrouw aan de koning, tot aan de bedelzak toe. Officieel keren de geuzen zich niet tegen Filips. Het is immers Gods wil dat hij koning is. Denk maar aan de zin De koning van Hispanje heb ik altijd geĂŤerd uit het Wilhelmus. Pas als een vorst zich als een tiran gedraagt, mag het volk zich tegen hem verzetten. Daarom vormen voorlopig de gehate raadgevers van Filips II het doelwit, eerst Granvelle en later de her tog van Alva.

27


Zaal 4: Beeldenstorm

Hoe zat het? Hagenpreken Margaretha van Parma, de landvoogdes, belooft de kettervervolging te verzachten. Korte tijd hangt er een gevoel van vrijheid in de lucht. Veel protestantse vluchtelingen keren uit het buitenland terug, maar een kerk hebben ze niet. De zomer van 1566 wordt de zomer van de hagenpreken. De plek werd nu ’de groene kerk’ genoemd, omdat het een groen veld was. (...) De preek duurde wel drie uur, en was van begin tot einde niets dan schelden en schimpen op de geestelijkheid en op alles wat daarbij hoorde... S tipriaan Al gauw worden de hagenpreken bijgewoond door duizenden mensen. Dan doet het gerucht de ronde dat Margaretha met geweld de hagenpreken zal neerslaan. Niemand durft meer ongewapend te verschijnen. De stemming wordt steeds grimmiger.

Hoe zat het? De Beeldenstorm Op 10 augustus 1566 houdt Sebastiaan Matte in het dorpje Steenvoorde in Vlaanderen een hagenpreek voor duizenden mensen. Hij dondert er op los en zet zijn gehoor in vuur en vlam. De ene na de andere katholieke kerk ondergaat hetzelfde lot: guijten die nauwelic eenen schoen an den voeten hadden werpen zich op kerken en kloosters. Heiligenbeelden worden kapot geslagen, schilderijen beschadigd of vernietigd. De Beeldenstorm raast als een storm door de Nederlanden. Een onschatbaar cultuurbezit verdwijnt binnen een paar weken tijd. T er H aar

Hoe zat het? 28


Zaal 4: Beeldenstorm

Kerkinterieur met beeldenstormers | 1610-1630 | Hendrik van Steenwijck Deze katholieke kerk wordt klaargemaakt voor de protestantse eredienst. Op aanwijzing van een vooraanstaand burger wordt het ene na het andere beeld ordelijk van de muur gehaald. Betekent dit dat deze beeldenstormers respect tonen voor heiligenbeelden? Kijk waar hun aanvoerder op zit en je weet genoeg. Schilderijen over de Beeldenstorm zijn heel zeldzaam. Alleen het Rijksmuseum in Amsterdam beschikt over een soor tgelijk paneel. Opvallend is dat beide schilderijen de beeldenstormers afschilderen als keurige burgers. Dit wekt de indruk dat de Beeldenstorm op sommige plaatsen ook vreedzaam verliep. Maar bedenk wel dat dit schilderij jaren later in opdracht van protestanten werd gemaakt. De burgers in de Gouden Eeuw waren niet trots op het gewelddadige aspect van de Beeldenstorm en wilden dit beeld graag bijstellen. In werkelijkheid verliep de Beeldenstorm op de ene plek spontaan en op de andere georganiseerd.

29


Zaal 4: Beeldenstorm

Hoe zat het? Na de Beeldenstorm‌ Hoge edelen, zoals Oranje, Egmont en Horne, treden wel degelijk op tegen de aanstichters van de Beeldenstorm, maar naar de mening van Filips niet streng genoeg. De koning zegt dat hij geen heerser over ketters wil zijn. Na lang beraad wordt de hertog van Alva met een leger naar de Lage Landen gestuurd, om te laten zien dat rebellie niet wordt getolereerd. Tevergeefs probeert Margaretha Filips te waarschuwen: Alva zal met zijn leger alleen maar olie op het vuur gooien! Intussen eist de landvoogdes wel dat de edelen een eed van trouw aan Filips II afleggen. Hierin moeten ze beloven zich in te zetten voor het rooms katholieke geloof, beeldenstormers te vervolgen en ketterijen uit te roeien. Willem van Oranje weigert: Ik heb geweigerd de eed te zweren, omdat deze eed mij ertoe kan verplichten mijn vrienden en verwanten, mijn eigen zoons en zelfs mijn echtgenote, die luthers is, naar de slachtbank te leiden... De hardvochtigheid waarmee men in onverminderde mate tegen de protestanten optreedt, heeft mij allang diep gegriefd. Deze eed is in strijd met mijn menselijke gevoelens, ik kan hem dus niet afleggen. Willem neemt ontslag als stadhouder en vlucht in april 1567 met zijn gezin naar de Dillenburg in Duitsland.

Hoe zat het? 30


Zaal 4: Beeldenstorm

Hertog van Alva | 1550-1600 | naar William Key Van gedaante was hij slank, mager, rijzig, met een klein hoofd, een langwerpig gezicht, magere, gele wangen, donkere fonkelende ogen, zwart borstelig haar en een lange donker-zilverkleurige baard, die in twee golvende stromen op zijn borst neerdaalde. M otley

Hier kijk je niemand minder dan Alva, de IJzeren Hertog, in de ogen. Voor ’God, Vaderland en Koning’ trekken 10.000 Spanjaarden, Italianen én meisjes van plezier met deze ervaren generaal naar de Nederlanden. Er gaan ook 500 muilezels mee om de soldij voor de soldaten te dragen. In Brussel aangekomen, stelt Alva een rechtbank in, de Raad van Beroerten, in de volksmond al gauw de Bloedraad genoemd. Mar telen, ophangen en verbranden behoren tot de straffen. Tot ergenis van het volk worden Spaanse soldaten zelfs bij burgers ondergebracht. Alva is verantwoordelijk voor zes jaar terreur. Onder zijn leiding worden 12.000 processen gevoerd, ruim 1000 mensen geëxecuteerd en ontvluchtten 60.000 mensen de Nederlanden.

31


Zaal 4: Beeldenstorm

Troon van Alva | 1627 | anoniem Dit is één van de allereerste propaganda-schilderijen. Het leest als een stripverhaal:

• Vanwege zijn harde optreden, wordt de kroon boven Alva’s hoofd door een duivel vastgehouden. De pauselijke tiara boven het hoofd van de aar tsbisschop en de keizerskroon boven het hoofd van Alva symboliseren de geestelijke en wereldlijke macht.

• Aar tsbisschop Granvelle blaast met een blaasbalg moordlust in het oor van Alva. Granvelle zit achter de ontvoering van Willems oudste zoon en later achter de vogelvrijverklaring van de Prins. • Naast de troon staat een aardewerken spaarpot: die verwijst naar de gehate, door Alva voorgestelde belastingheffingen (met name de Tiende Penning, een soor t BTW riep veel verzet op). • De zwaarden en andere wapens boven de troon zijn tekens van oorlogszucht.

32


Zaal 4: Beeldenstorm

• Linksboven worden mensen gemar teld die door de inquisitie zijn opgepakt. Rechtsboven zie je het lot dat hen te wachten staat.

• De vrouwen die aan Alva geketend zijn, staan symbool voor de 17 gewesten in de Nederlanden.

• De door Alva ’monddood’ gemaakte mannen staan ’als aan de grond genageld’. Ze stellen de afgevaardigden van de 17 gewesten voor die in de Staten-Generaal zitten. • In het midden zie je de Grote Markt in Brussel: 3000 Spaanse soldaten staan rond een met zwart laken overspannen schavot. Graaf van Egmont is al onthoofd, zijn vriend Horne staat hetzelfde lot te wachten. • Landvoogdes Margaretha van Parma vist in een vijver met bloed naar de bezittingen van de mensen die verbannen of ter dood veroordeeld zijn. • Het ver trapte boek op de grond is waarschijnlijk een wetboek.

33


Zaal 4: Beeldenstorm

Hoe zat het? Willem

waarschuwt Egmont

Net als Willem van Oranje besluiten duizenden mensen de komst van de IJzeren Hertog en zijn leger niet af te wachten en de Nederlanden te ontvluchten. Willem probeert zijn vriend, de graaf van Egmont (hier afgebeeld), nog over te halen mee te gaan. Egmont rekent echter op de vriendschap en goedheid van Filips II. Volgens de overlevering nemen ze afscheid met de woorden: Vaarwel, prins zonder land! Vaarwel, graaf zonder hoofd!

Hoe zat het? Tot strijd gedwongen Begin 1568: veel lage en hoge edelen, waaronder Willem van Oranje, worden voor de Raad van Beroerten gedaagd. Ze hebben in de ogen van Filips niet genoeg gedaan om de Beeldenstorm te voorkomen. Willems bezittingen worden verbeurd verklaard en de Prins wordt uit de Nederlanden verbannen ’op straffe van de dood’. Bovendien laat Alva de 13-jarige Filips Willem als troef naar Spanje ontvoeren. In één klap is Willem van Oranje zijn oudste zoon en het grootste deel van zijn bezittingen kwijt! De Prins ziet zich gedwongen de wapens op te pakken om zijn bezit terug te krijgen én zijn eer te redden. Hij laat weten vóór geloofsvrijheid en tegen de tirannie te strijden. De Prins verkoopt een groot deel van zijn bezit en brengt hiermee een huurleger op de been.

Hoe zat het? 34


5

Zaal 5: Propaganda

Over deze ruimte: Deze zaal staat ook bekend als het scriptorium. Het Latijnse woord scriptor betekent: (over)schrijver of redacteur. In het scriptorium worden boeken met sierlijke letters en prachtige illustraties overgeschreven en vertaald. Maar het is niet zeker dat de nonnen deze ruimte echt voor dit doel gebruikt hebben.

35


Zaal 5: Propaganda

Hoe zat het?

De eerste inval Om zijn Spaanse legers te kunnen betalen wil Filips II opnieuw belastingen heffen. De burgers hebben er schoon genoeg van! Willem en zijn broers Jan, Lodewijk, Adolf en Hendrik besluiten de Nederlanden op drie plaatsen vanuit Duitsland binnen te vallen. Ze hopen dat het volk bij deze eerste inval massaal in opstand zal komen.

Hoe zat het? Propaganda in de strijd De Nederlandse Opstand is de allereerste oorlog waarin op grote schaal voor de eigen zaak propaganda wordt gemaakt. Met pamfletten worden de inwoners van de Nederlanden opgeroepen Willem te steunen in de strijd. Die pamfletten staan vol symboliek, maar de verwijzingen zijn niet voor iedereen begrijpbaar. Ze zijn in de eerste plaats bedoeld voor de elite. De propaganda richt zich niet tegen het geloof of tegen Filips, maar vooral tegen zijn raadgevers.

Hoe zat het? 36


Zaal 5: Propaganda

De Slag bij Heiligerlee | 1568 | Het begin van de Opstand April 1568: In opdracht van Willem van Oranje probeer t een huurleger tevergeefs Roermond te veroveren. Op 23 mei 1568 hebben de broers tijdens de beroemd geworden Slag bij Heiligerlee wel succes. De overwinning wordt overschaduwd door een persoonlijk verlies: broer Adolf komt per ongeluk met zijn paard in de vijandelijke linie terecht en sneuvelt. De aanval wordt officieel gezien als het begin van een militaire strijd die ongeveer tachtig jaar zal duren en daarom ook de Tachtigjarige Oorlog wordt genoemd. Tegenwoordig staat deze oorlog bekend als de Nederlandse Opstand.

37


Zaal 5: Propaganda

Hoe zat het? Einde eerste inval Na de overwinning bij Heiligerlee trekt Willem van Oranje in oktober 1568 met ruim 20.000 soldaten over de Maas. De bevolking is via pamfletten weliswaar tot verzet opgeroepen, maar houdt zich koest. Intussen verplaatst Alva zijn leger strategisch heen en weer. Willems geld raakt op en er breekt muiterij uit. Kort daarop trekt de Prins zich terug. Er zit niets anders op dan te wachten op gunstigere omstandigheden. De Prins zit diep in de schulden. In Straatsburg verkoopt hij zijn laatste tafelzilver en veldmeubels.

Hoe zat het? 38


Zaal 5: Propaganda

Het Wilhelmus Het Wilhelmus is een acrostichon: een naamdicht dat uit vijftien coupletten bestaat. De eerste letters van de coupletten vormen samen ’Willem van Nassav (v=u)’. Het lied is geschreven vanuit de Prins: Wilhelmus van Nassau ben ik vrij onver veerd (= niet bang). Waarschijnlijk door Filips Marnix van Sint Aldegonde, de secretaris en vriend van Willem van Oranje. Er komen belangrijke gebeur tenissen uit het leven van de Prins in voor, zoals de dood van zijn broer : Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag. Maar de beroemde inname van Den Briel wordt niet in het lied vermeld. De tekst moet dus vóór 1 april 1572 geschreven zijn. Hoewel het Wilhelmus bekend staat als het oudste volkslied ter wereld, is het pas sinds 10 mei 1932 ons officiële volkslied. Daarvoor was het ’Wien Neerlands bloed’. Tijdens de Opstand was het levensgevaarlijk om het Wilhelmus in het openbaar te zingen. Als een Amsterdamse matroos in 1574 twee coupletten brult wordt hij ter dood veroordeeld.

39


Zaal 5: Propaganda

Propagandaprent van de hertog van Alva als bloeddorstige tiran | 1572 | anoniem ’Alva is een monster!’ Dat is overduidelijk de boodschap van deze prent. Het ’kind’ dat door Alva en aar tsbisschop Granvelle wordt opgegeten staat symbool voor de Nederlanden. Als vergelding voor de Spaanse nederlaag bij Heiligerlee in 1568 laat de her tog van Alva in Brussel in drie dagen tijd tientallen edelen terechtstellen. Hij heeft maar één doel voor ogen: angst zaaien. Om hier zeker van te zijn laat hij zelfs de populaire katholieke graven van Egmont en Horne ombrengen. Links en rechts zie je hun onthoofde lichamen liggen. Ondanks alles blijft Egmont tot het einde toe katholiek én trouw aan de Spaanse koning. In zijn laatste brief schrijft Egmont aan Filips:

40


Zaal 5: Propaganda

Sire, Deze ochtend heb ik het vonnis vernomen dat het Uwe Majesteit behaagd heeft over mijn persoon te doen vellen. (…) Ofschoon de gedachte nimmer in mij is opgekomen om tegen de persoon of de dienst van Uwe Majesteit, of tegen de enig ware, oude en katholieke godsdienst iets te ondernemen, schik ik mij toch lijdzaam in het lot dat het God behaagd heeft over mij uit te spreken. (…) Daarom smeek ik Uwe Majesteit (…) gelet op de door mij in het verleden bewezen diensten, tegenover mijn ongelukkige eega en mijn arme kinderen en mijn ondergeschikten erbarmen te tonen. In deze vaste hoop beveel ik mij aan in Gods onmetelijke barmhartigheid. Brussel, 5 juni 1568, mijn laatste uur nabij. Uwer Majesteits trouwste vazal en dienaar, Lamoraal graaf van Egmont 41


6

Zaal 1: Halletje

Zaal 6: Opstand

Over deze ruimte: Deze ruimte stond lange tijd bekend als de Librije, letterlijk: kloosterbibliotheek. Het is echter de vraag of deze ruimte daadwerkelijk als librije gebruikt is.

42


Zaal 6: Opstand

Hoe zat het? De watergeuzen Willem verleent aan de geuzen op zee, de watergeuzen, kaperbrieven (een ’vergunning’ waarin staat wie wel en wie niet aangevallen mag worden). Liever Turks dan Paaps (oorspronkelijk: dan Paus) roepen de van huis en haard verdreven watergeuzen. Er zitten edelen bij wiens bezittingen zijn afgenomen, maar ook koop- en ambachtslieden, avonturiers, vissers én zelfs echte piraten. Ik zweer voor God dat ik mijn haar, mijn baard en nagels zal laten groeien totdat de dood van Egmont en Horne gewroken is! roept aanvoerder Lumey. Vrijwel zonder onderscheid te maken overvallen de geuzen ieder schip dat ze tegenkomen. Zo verlammen ze de handel. Bovendien plunderen ze de kustgebieden. De watergeuzen vormen zo’n plaag dat de Prins besluit om predikanten aan boord van de schepen te plaatsen.

Hoe zat het?

43


Zaal 6: Opstand

Inname van Den Briel | jaartal onbekend | anoniem Den Briel, 1 april 1572: door een storm aan land gedreven, besluiten de watergeuzen de stad Den Briel te veroveren. De geuzen martelen en vermoorden enkele katholieke geestelijken en plunderen katholieke kerken. Als ze de buit naar de schepen willen brengen, besluiten ze Den Briel voor de Prins bezet te houden. De beroemde uitdrukking ’Op 1 april verloor Alva zijn bril’ slaat dus op ’Brielle’, het Franse woord voor Den Briel. No es nada zegt Alva: het is niets.

44


Zaal 6: Opstand

Hoe zat het? De tweede inval Alva’s ogen zijn op Frankrijk gericht, waar de Franse protestanten, de hugenoten, onder admiraal de Coligny een belangrijke positie proberen te verwerven. Alva heeft niet in de gaten dat Willem van Oranje met dezelfde hugenoten voorbereidingen treft voor een tweede inval. Franse hugenoten zullen de watergeuzen vanuit zee en over land ondersteunen. Tegelijkertijd staan er aanvallen vanuit Duitsland gepland. Willem hoopt bovendien dat de protestantse koningin Elisabeth vanuit Engeland hulp zal bieden. In het open veld is het leger van Willem van Oranje niet tegen het Spaanse leger opgewassen. Maar op het water hebben de opstandelingen de overhand. De verovering van Den Briel heeft een dominoeffect. Steeds meer steden scharen zich aan de kant van de Prins (Vlissingen, Bergen, Alkmaar, Leiden, Haarlem...). Willem van Oranje kan niet voorkomen dat er ook excessen plaatsvinden. De Opstand krijgt daardoor het karakter van een burgeroorlog. Tijdens de inname van Zutphen worden priesters vermoord, nonnen verkracht en kerken verwoest. Onderwijl verovert Willem van Oranje Roermond en Leuven, maar dan slaat het noodlot opnieuw toe.

Hoe zat het? 45


Zaal 6: Opstand

De gebroeders De ChâtillonColigny | 1611 | anoniem Willem denkt verzekerd te zijn van de steun van de Franse admiraal Gaspard De Coligny, een hugenoot. Je ziet hem in het midden van dit schilderij. Hij is voor Willems tweede inval onmisbaar. Augustus 1572: De gehele protestantse adel is voor een bijzondere bruiloft naar het zeer katholieke Parijs gekomen. Een van de protestantse leiders zal met de zus van de katholieke koning Karel IX trouwen. Dan vindt er een mislukte aanslag plaats op admiraal Gaspard de Coligny. Uit angst voor wraak laat Karel IX de belangrijkste hugenotenleiders vermoorden: Dood ze allemaal! Zodat er niet één overblijft om het mij later te verwijten. De Coligny wordt één van de eerste slachtoffers van de Parijse bloedbruiloft. In de massale lynchpar tij die volgt worden tijdens de Bartholomeüsnacht alleen in Parijs al 2000 hugenoten vermoord. Het volk ziet dit bloedbad als star tschot om in heel Frankrijk nog zo’n 20.000 hugenoten af te slachten. Willem van Oranje moet, midden in de strijd, op zoek naar andere bondgenoten.

46


Zaal 6: Opstand

Hoe zat het? Een wrede strafcampagne De slachting onder de hugenoten heeft grote gevolgen voor het leger van Willems broer Lodewijk in de stad Bergen. Lodewijk capituleert. Na de val van Bergen stokt de tweede inval. Willem van Oranje besluit naar Holland te gaan om daar de leiding over de Opstand op zich te nemen. In november 1572 neemt hij zijn intrek hier in het Prinsenhof. Don Frederik, de zoon van Alva, krijgt van zijn vader de opdracht om de opstandige steden streng te straffen. Hij trekt een bloedspoor door de Nederlanden: in Mechelen blijft niets of niemand gespaard. Daarna leidt de veldtocht onder meer naar Zutphen: 500 burgers gaan, rug aan rug gebonden, de ijskoude IJsel in. Gespartel en spattend water, doodsangst en doffe berusting. Een vloek, een laatste schreeuw. Dan stroomt de IJssel weer in stilte voort... T er H aar Don Frederik trekt met zijn leger naar het westen. Nu is Naarden aan de beurt. In de hoop een vreselijk lot bespaard te blijven, geeft de stad zich over. Dat hadden ze beter niet kunnen doen. Slechts 60 mensen zullen het bloedbad overleven. Don Frederik trekt op naar Haarlem maar de stad geeft zich niet zomaar gewonnen. De strafcampagne eindigt in Alkmaar waar ’de victorie begint!’

Hoe zat het? 47


Zaal 6: Opstand

Broers van Willem van Oranje | 1625-1635 | Wybrand de Geest Zonder zijn broers had Willem nooit zo ver kunnen komen in de strijd. Bij de eerste grote aanval, de Slag bij Heiligerlee liet Adolf (hier rechts op het schilderij) het leven. Hendrik (staand, midden) en Lodewijk (staand, links) komen om op de Mookerheide. In mei 1574 schrijft de Prins aan zijn oudste broer Jan:

Ik wil u wel openlijk bekennen, dat mijn hoofd dof is van het grote aantal zaken en ook dof van neerslachtigheid en verdriet over het verlies van mijn broers. Ik weet nog maar nauwelijks wat ik doe. Toch moeten wij dit, als het Gods wil is geweest, geduldig dragen... Zouden wij door gebrek aan hulp ten ondergaan, in Gods naam, het zij zo. Ons blijft dan toch altijd de eer, gedaan te hebben wat geen ander volk voor ons gedaan heeft, te weten, dat wij in zulk een klein land, zonder enige bijstand, standgehouden hebben tegen de grote en verschrikkelijke krachtsinspanning van zulk een machtige vijand... Alleen Jan zal de Nederlandse Opstand overleven. Omdat Willem III, de achterkleinzoon van Willem van Oranje kinderloos sterft, wordt Jan de stamvader van het huidige koninklijk huis. Hij is de voorvader van Beatrix, Willem-Alexander ĂŠn Amalia.

48


Zaal 6: Opstand

Leidens Ontzet | 1573-1574 | anoniem Nadat de Spanjaarden Haarlem hebben veroverd, trekken ze in oktober 1573 naar Leiden. Door de afschrikwekkende voorbeelden van Naarden en Haarlem besluit het stadsbestuur de stad Leiden niet over te geven. De Spanjaarden willen de bewoners uithongeren. De Leidenaren hopen dat de troepen van Willem van Oranje de stad snel zullen ontzetten, maar hun geduld wordt flink op de proef gesteld. Honger | 1573-1574 | anoniem Bijna geeft de stad zich over aan de Spaanse troepen. Een anonieme Leidenaar schrijft in zijn dagboek: Op donderdag 12 augustus zijn in Leiden twee boodschappers aangekomen met brieven van de Prins, die inhielden dat hij hoopte, door de genade Gods, binnen acht dagen de stad te ontzetten, en de burgers uit hun benarde situatie te verlossen, door middel van het doorsteken van de dijken (‌) Hij dankte de voorname burgers en de bevolking zeer voor de goede trouw die zij de Prins bewezen hadden. S tipriaan Maar het water stijgt te langzaam en de honger slaat toe. Op de prent doen kinderen zich te goed aan de hersens van een koe. Niets blijft meer onbenut.

49


Zaal 6: Opstand

Dood | 1573-1574 | anoniem Het is ook waar dat er ’s avonds mensen gezond van lichaam waren gaan slapen, ’s morgens van de honger gestor ven werden aangetroffen, ja, soms wel drie of vier in één huis. (…) Aldus stier ven door de hongersnood en de pest rond de negenduizend mensen. S tipriaan Pas in september begint het water te stijgen. 3 oktober 1574: Cornelis Joppens ziet vanaf de stadswal een rij fakkels in de duisternis verdwijnen. Om te bewijzen dat de Spanjaarden ver trokken zijn sluipt Cornelis naar de schans. Hij vindt er hutspot op een dovend vuur. In geen velden of wegen zijn soldaten te bekennen.

50


Zaal 6: Opstand

Aankomst geuzen | 1573-1574 | anoniem Later die dag komen de geuzen naar de stad. Wie nog kracht heeft springt in het water en zwemt de schepen tegemoet. Handen strekken zich uit naar witbrood, haring en brokken kaas. De volgende dag verschijnt de Prins in de stad. Hij wordt dankbaar toegejuicht. Als beloning voor hun bewezen moed krijgt Leiden een universiteit. Nog ieder jaar wordt het Leids ontzet gevierd en wordt het beleg nagespeeld. De gordijnen op de prenten verwijzen hiernaar. De originelen van deze prenten bevinden zich in het Archief Delft. Schatkist | 1675-1700 In de tijd van de Opstand bestaan de Spaanse en Nederlandse legers vooral uit huurlingen. Die komen overal vandaan en vechten voor geld. Door geldgebrek worden de huurlegers keer op keer ontbonden, waarna ze als een allesvernietigende plaag plunderend door het land trekken. Rokende puinhopen, plunder tochten, doorgestoken dijken, verkrachting en algehele ontreddering zijn onlosmakelijk verbonden met de Nederlandse Opstand.

51


Zaal 6: Opstand

Hoe zat het? Spaanse Furie door bankroet September 1575: Koning Filips II kondigt een staatsbankroet af. Voor de troepen en duizenden schuldeisers is er van de ene op de andere dag geen cent meer. Er gloort weer hoop voor de opstandelingen. De soldaten slaan aan het muiten. Schansen worden massaal verlaten. Al plunderend trekken de Spaanse troepen naar het zuiden. In Limburg drukken ze vrouwen en meisjes als een levend schild tegen zich aan. Z贸 vallen ze Maastricht binnen en richten er een vreselijk bloedbad aan. Als ook Antwerpen in 1576 tijdens de beruchte Spaanse Furie wordt verwoest ondernemen de Staten-Generaal eindelijk actie.

52

Hoe


Zaal 6: Opstand

Hoe zat het? De Pacificatie van Gent 8 november 1576: de Pacificatie van Gent wordt gesloten, een verdrag tussen Willem van Oranje, de opstandige gewesten Holland en Zeeland en de Staten-Generaal. De ketterplakkaten worden geschorst. Er zal gewetensvrijheid heersen. De Staten-Generaal eisen dat Filips zijn troepen terugtrekt uit de Nederlanden en nemen zelf soldaten in dienst. Maar over de religie worden de Nederlandse gewesten het niet eens. Protestanten mogen alleen in Holland en Zeeland hun geloof in het openbaar belijden.

Hoe zat het? Unie van Atrecht en Unie van Utrecht

1579: Willem van Oranje kan de eenheid niet bewaren. Als de afspraken van de Pacificatie van Gent worden geschonden verliest een deel van de Nederlanden het vertrouwen in hem. In het zuiden verklaren enkele gewesten zich in de Unie van Atrecht weer trouw aan koning Filips II. De overige gewesten verenigen zich in de Unie van Utrecht van 1579 en zetten de strijd voort. Deze Unie wordt beschouwd als het begin van de Nederlandse Republiek.

zat het?

53


Zaal 6: Opstand

Portret Willem van Oranje | 1600 - 1650 | anoniem Maar t 1580: Filips neemt een ingrijpend besluit dat uit de koker van Granvelle komt. Hij vaardigt een ban uit over de Prins van Oranje, die daardoor vogelvrij wordt verklaard. Degene die erin slaagt om de Prins te vermoorden zal 25.000 gouden dukaten ontvangen en in de adelstand worden verheven. Ook eventuele eerdere misdrijven worden vergeven. Iedere vrij rondlopende misdadiger kan zijn vege lijf dus redden met een moord op de Prins. Oranje antwoordt met zijn beroemde Apologie die hij in zijn werkkamer, hier op de eerste verdieping, schrijft. In dit verweerschrift beklaagt de Prins zich in felle woorden over het beleid van de koning en pleit vurig voor eenheid. De Apologie van de Prins wordt aan alle koningen en vorsten in Europa gezonden en maakt veel indruk. Tussen 1580 en 1584 worden er verschillende aanslagen op Willem beraamd en gepleegd.

54


Zaal 6: Opstand

Hoe zat het? Plakkaat van Verlatinghe Juli 1581, Binnenhof Den Haag: in het beroemde Plakkaat van Verlatinghe wordt Filips II afgezet als heerser. De StatenGeneraal verklaren dat de koning de wetten en vrijheden van de burgers niet respecteert en zijn troon wordt ’verlaten’ verklaard. De Acte kan gezien worden als de Nederlandse onafhankelijkheidsverklaring en dient in 1776 als voorbeeld voor de Amerikaanse ’Declaration of Independence’. Willem is in het buitenland naarstig op zoek naar bondgenoten en ook naar een geschikte plaatsvervanger voor Filips II (hier afgebeeld). Zijn keuze om de katholieke Prins van Anjou naar voren te schuiven, wordt door velen niet begrepen en geeft zijn populariteit een knauw.

Hoe zat het? 55


7

Zaal 1: Halletje

Zaal 7: De Moord Over deze ruimte: De Moordhal was een soort ’verkeersader’ die verschillende ruimten ontsloot: een eetzaal en een gastenvertrek aan weerszijden en de trap naar de bovenverdieping. Al vroeg in de zeventiende eeuw kwamen mensen op deze plek met de kogelgaten af.

56


Zaal 7: De Moord

Portret Balthasar | 17de eeuw | anoniem De streng katholieke Balthasar Gerards ziet het als zijn roeping om de leider van de Opstand te vermoorden. Om dicht bij de Prins te komen doet hij zich voor als François Guyon, een uit Frankrijk gevluchte hugenoot. In opdracht van Willem van Oranje brengt hij brieven naar Frankrijk. Zo wint hij zijn ver trouwen. Wanneer Willem zijn hulp niet meer nodig heeft, krijgt Balthasar geld om reiskleding te kopen. Willem van Oranje financier t hiermee in feite zijn eigen dood! Balthasar Gerards koopt van het geld namelijk twee pistolen, waaronder één van een lijfwacht van de Prins. Als Willem van Oranje op 10 juli 1584 ’s middags naar beneden komt om te lunchen vraagt Balthasar hem om een paspoor t. Willem wil hem na de lunch wel te woord staan. Terwijl Willem nietsvermoedend zijn laatste maaltijd nuttigt, haalt Balthasar zijn pistolen op uit herberg De Diamant in de Choorstraat. Hij laadt het ene pistool met drie kogels en het andere met twee. Het moment is daar.

57


Zaal 7: De Moord

Hoe zat het? De Moord op Willem van Oranje, Delft 10 juli 1584

Na de moord verschijnt nog dezelfde dag een anoniem pamflet. Hierin wordt de moord als volgt beschreven: Op dinsdag 10 juli gebeurde het dat de Prins, te Delft, in zijn logement van tafel opstond – waar hij geen andere vreemde gasten had gehad dan de burgemeester van Leeuwarden – en de eetzaal uit wilde gaan, toen van opzij Balthasar op hem afkwam, en door zijn mantel heen een geweer afschoot, dat met drie kogels geladen was. Bij het schieten kwam hij dicht bij de Prins, en raakte hem onder zijn hart, waarbij een van de kogels achter de schouder er weer uit kwam, en zo werden met één schot lever, longen en maag geraakt. De Prins zeeg ineen tegen een jonkvrouw, die achter hem liep, en hij viel samen met deze dame op de grond. En dit waren zijn laatste woorden: ’Mon Dieu, aye pitié de moy et du pauvre peuple’ (’Heer heb medelijden met mij en mijn arme volk’). Het hele hof was vol droefenis en beklag en iedereen die er was huilde. Alle harten waren vol deernis, zelfs een stenen hart zou bevangen zijn geraakt door dat huilen en weeklagen van edele meisjes en vrouwen. Bovenal zag men groot hartenleed bij de jonge prinses [Louise de Coligny] die, nu de Prins op tafel was neergelegd, hem niet wilde verlaten. (...) S tipriaan Over het waarheidsgehalte van Willems beroemde laatste woorden is veel getwist. In ieder geval duikt de uitspraak vlak na de moord al in verschillende bronnen op.

58

Hoe


Zaal 7: De Moord

Hoe zat het? De martelingen van Balthasar Gerards De verraderlijke moordenaar werd meteen voorgeleid bij enkele heren: leden van de Staten, edellieden en anderen die daartoe beroepen waren. Voor hen staande, werd hem gevraagd waarom hij dit feit gepleegd had. Waarop hij zeer brutaal antwoordde: als hij het niet al had gedaan, dan wilde hij het alsnog doen, met alles wat in zijn vermogen lag. S tipriaan Op 10 juli 1584 zegt Balthasar in zijn bekentenis: En om dit voornemen uit te voeren heb ik gisteren twee pistolen gekocht. Ik heb de een gevuld met drie kogels en de ander met twee. Vandaag heb ik het pistool waar drie kogels in zaten, leeggeschoten tegen de buik van genoemde Prinse van Oranje. Gehinderd door zijn hellebaardiers, ben ik niet in staat geweest het tweede schot te lossen, wat me erg spijt en verdriet doet. Tijdens het verhoor verklaart Balthasar het volgende: Ik ben bereid zelfs de wreedste dood te sterven. Niets had me van mijn daad kunnen

zat het?

59


Zaal 7: De Moord

weerhouden en als ik vrij was, zou ik het zo weer doen, al moest ik duizend doden sterven. Een ooggetuige beschrijft wat er gebeurt: Na de ter dood veroordeling is de moordenaar onverwijld terechtgesteld, en wel op de volgende wijze: allereerst is hij op een schavot geleid en gekleed aan een paal gebonden. Voor zijn ogen heeft men het pistool waarmee hij zijn daad had begaan in stukken gebroken en aan het volk getoond. Daarna is hij losgemaakt, uitgekleed en geblinddoekt opnieuw aan de paal gebonden. Vervolgens heeft men zijn rechterhand (die waarmee hij het misdrijf had gepleegd) tussen een roodgloeiend wafelijzer geklemd, totdat deze bijna helemaal verbrand was. Daarop is hij zesmaal met gloeiende tangen bewerkt. Vervolgens wordt hij nog levend op een bank uitgestrekt en op gruwelijke wijze met een mes bewerkt. Tijdens dit alles is hij flink en bij zinnen gebleven, en heeft hij zachtjes gebeden, zoals aan het bewegen van zijn mond en zijn lippen te zien was. Nadat zijn borst was opengeklieft, werd zijn hart kloppend en wel uitgerukt en in zijn gezicht gesmeten. Op dat moment zag men hem de geest geven. Tenslotte is hij gevierendeeld; zijn stoffelijke resten zullen aan de stadswallen worden gehangen. Hij heeft al deze martelingen doorstaan zonder ook maar één keer ’wee mij’ te roepen of een kreet te slaken, zonder zelfs maar een lichaamsdeel terug te trekken of te bewegen. (...) Niemand begrijpt hoe het mogelijk is dat hij dit alles verdroeg. Maar hij was dan ook uiterst vastberaden... S tipriaan

Hoe zat het? 60


Zaal 7: De Moord

61


Zaal 7: De Moord

De kogelgaten Waarom zitten de kogelgaten zo laag? Dit is ongetwijfeld de meest gestelde vraag in het Prinsenhof. Wat er precies is gebeurd op 10 juli 1584, zal misschien nooit helemaal worden opgehelderd. Volgens een oude bron schoot Balthasar over het hoofd van een page. Dan zou hij het pistool naar beneden hebben gericht. Willem van Oranje was maar 1.55 meter lang. Zeker is dat de ruimte in de loop van de tijd ingrijpende verbouwingen heeft ondergaan. De stadsgeschiedschrijver Dirck van Bleyswijkck schrijft in 1667 dat er drie kogelgaten te zien zijn. Eén van de gaten zat iets verder van de huidige kogelgaten, op een plek die nu verdwenen is. De gaten zijn groter geworden omdat mensen de belangrijke historische plek wilden aanraken. Vanwege de historische waarde zou één van de vroegere conciërges zelfs ’kogelgatgruis’ hebben verkocht.

62


Zaal 7: De Moord

Doodsportret van Willem van Oranje | 1584 | Christiaan Jansz. van Bieselinge Dit schilderijtje werd altijd beschouwd als een zwakke kopie van een origineel dat is verdwenen. Een restauratie leverde echter een aantal verrassingen op. Zo bleek het schilderijtje een bijna intieme schets te zijn van de vermoorde Willem van Oranje. In een oude bron staat dat Van Bieselinge stiekem een schets van de dode prins gemaakt zou hebben. Iemand heeft deze schets later ingekleurd. Ook de tekst op de lijst ’Den tIenden IVLI (juli) tWeLCk den MensChen heft Verde[r]oeten Werde den prInsChe d’Oranje tot DeLft doersChoeten’ leverde een verrassing op. De dikgedrukte oranje letters vormen een chronogram, een code. Omgezet naar Latijnse cijfers leveren ze opgeteld het jaar tal op dat in de tekst ontbreekt: 1584.

63


Zaal 7: De Moord

Prent Moord op Willem van Oranje | 1752 | Simon Fokke Vlak na de moord verschijnt de eerste prent van de gebeur tenis. Ook in de eeuwen erna blijft de moord tot de verbeelding spreken. De ene keer daalt de Prins van de trap af, de andere keer vlucht Balthasar via diezelfde trap naar buiten. De meeste tekenaars zijn nooit op de plaats van het delict geweest. Op deze prent vlucht Balthasar de Historische zaal in (zaal 8). Kijk op www.prinsenhof-delft.nl voor meer voorbeelden van prenten met de moord op Willem van Oranje. Radslotpistool De moord op Willem van Oranje is de eerste politieke moord met een handvuurwapen in de geschiedenis. Balthasar gebruikte voor dit doel een radslotpistool, de eerste versie van een draagbaar pistool. Omdat dit wapen geladen kon worden gedragen, was het een moordwapen bij uitstek. Met ĂŠĂŠn schot vuurde Balthasar drie kogels tegelijker tijd op de Prins af.

Hoe zat het? 64


8 Zaal 1: Halletje

Zaal 8: De Republiek

Over de ruimte: Een deel van de hofhouding van de Prins gebruikt deze ruimte als eetzaal. Later vinden hier ook muziekrepetities en kerkelijke vergaderingen plaats. In de tijd dat het Prinsenhof in gebruik is als kazerne is dit zelfs een gymzaal. De militairen wonen het gebouw helemaal uit. Pas na de herdenking van Willems driehonderdste sterfdag wordt een begin gemaakt met de restauratie van de moordhal en deze Historische zaal. In 1887 wordt de ruimte voor het eerst opengesteld voor publiek.

65


Zaal 8: De Republiek

Plafondschildering: De Hemelvaart van Christus | 1667/1668 | Leonart Bramer In de zeventiende eeuw besluit het stadsbestuur om de Historische zaal geschikt te maken voor het houden van banketten en ontvangsten. Leonar t Bramer krijgt opdracht om ’de eetzaal’ opnieuw te decoreren. Bramer heeft een tijd in Italië doorgebracht en is een van de weinige Nederlandse frescoschilders. De beschilderingen die hij voor het Prinsenhof maakt hebben bijbelse voorstellingen. Bramer beschilder t zowel het plafond als de schoorstenen en de muren. Op het schitterende plafond zie je naast de Hemelvaar t van Christus ook musicerende engelen. Welke is jouw favoriet?

66


Zaal 8: De Republiek

Portret Willem van Oranje | 1619-1621 | Michiel van Mierevelt Michiel van Mierevelt geeft de weekheid van het vlees, die weinige kunnen uitdrukken, weer met een kunstvaardigheid, die niet is na te volgen. Althans, dát beweer t Constantijn Huygens, de bekende dichter uit de Gouden Eeuw. Van heinde en verre komen prominenten naar Delft om zich door de meesterschilder te laten vereeuwigen. Johan van Oldenbarnevelt, Hugo de Groot, P.C. Hooft... Van Mierevelt zet Willem van Oranje neer als echte ’Vader des Vaderlands’. De Prins ziet er waardig, wijs en vastberaden uit. In het briefje met de Griekse tekst wordt Willem zelfs vergeleken met Zeus. Hoe levensecht dit por tret ook lijkt, Willem van Oranje heeft nooit model voor hem gestaan. Het schilderij maakt deel uit van een serie Oranjepor tretten die Van Mierevelt rond 1620 maakt in opdracht van de stad Delft.

67


Zaal 8: De Republiek

Medaillon met de portretten van Louise de Coligny en Willem van Oranje | Eind 16de eeuw | Anoniem Wie dit medaillon gedragen heeft is niet bekend. Aan de ene kant is een doodspor tretje van Willem van Oranje te zien en aan de andere kant Willems vierde vrouw Louise de Coligny. Eerst werd haar vader bruut vermoord (tijdens de Parijse bloedbruiloft), daarna de vader van haar kinderen. Na de moord op haar man verlaat Louise de plek des onheils zo snel mogelijk. Ze draagt voor taan een zwar t kapje op haar hoofd als teken van rouw en heeft voor tdurend een kistje bij zich. We kunnen slechts gissen wat er in zat. Willems har t? Bij de restauratie van het grafmomument van de Prins in 1998 wordt onder het marmeren beeld van Willem een kistje gevonden. Aangenomen wordt dat dit het geheimzinnige kistje van Louise was. Helaas heeft de koninklijke familie geen toestemming gegeven om het kistje te openen of te scannen.

68


Zaal 8: De Republiek

Het praalgraf van Willem van Oranje | 1645 | Dirck van Deelen Het armzaligste, dat ik ooit ter ere van een dergelijke figuur gezien heb, zo beschrijft een Engelsman het tijdelijke grafmonument voor de Prins in 1592. Een lege, met zwar t kleed bedekte doodskist, met daarboven een door vier zuiltjes gedragen baldakijn. Dat was het. Willems lichaam lag in de grafkelder. Louise de Coligny dringt herhaaldelijk aan op een passender monument. Pas in 1614 krijgt Hendrick de Keyser opdracht om een echt grafmonument te ontwerpen. In 1623 is het klaar, maar dan is Louise al overleden. In totaal kost het praalgraf ongeveer 30.000 gulden, omgerekend ongeveer 9 miljoen euro. Rechts vooraan zie je de opdrachtgever van dit schilderij met zijn vrouw en twee zonen.

69


Zaal 8: De Republiek

Hoe zat het? De koninklijke familie en de Nieuwe Kerk Traditiegetrouw werden de voorouders van Willem van Oranje in Breda bijgezet. Maar omdat die stad in Spaanse handen is, wordt Delft zijn laatste rustplaats. Hiermee is een nieuwe traditie geboren. Sindsdien worden alle leden van de familie na hun dood in Delft bijgeplaatst. In 1815 wordt Nederland officieel een koninkrijk en het familiegraf ’de koninklijke’ grafkelder.

Hoe zat het? Begin van de Republiek Na de moord op Willem van Oranje komen de StatenGeneraal bijeen. De vertegenwoordigers van de gewesten besluiten de strijd samen voort te zetten. Het bestuur wordt voorlopig waargenomen door de Raad van State, waarin ook de 17-jarige Maurits zitting heeft. De Oranje’s zijn stadhouders, legeraanvoerders, en geen koningen. Daarom wordt naarstig gezocht naar een nieuwe vorst. Pas in 1588 wordt besloten dat de staat zich niet meer aan een buitenlandse heerser hoeft te onderwerpen. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden is geboren.

Hoe zat het? 70


Zaal 8: De Republiek

Portret Maurits | 1607 | Michiel van Mierevelt 1600: Slag bij Nieuwpoor t! Verantwoordelijk voor deze beroemde overwinning is Prins Maurits (1567-1625). Maurits is het zevende kind van Willem van Oranje, maar het eerste dat Luthers wordt gedoopt. Een jaar na de moord op zijn vader wordt Maurits door bemiddeling van Johan van Oldenbarnevelt benoemd tot stadhouder. Maurits is dan 18 jaar oud. Oldenbarnevelt is als staatsman de architect van de Republiek. Maurits is als veldheer verantwoordelijk voor het leger. Als Filips besluit om in 1588 met de Spaanse Armada Engeland aan te vallen, krijgen de opstandelingen even een adempauze. Maurits vormt het huurlingenleger om tot een modern en gedisciplineerd leger. Dit ’Staatse leger van de Republiek’ is opgewassen tegen de Spaanse troepen. Maurits’ eerste grote overwinning is de verovering van Breda met de turfschepen in 1590. Tot 1609 verover t Maurits ongeveer 30 steden en for ten.

71


Zaal 8: De Republiek

Hoe zat het? Maurits en Oldenbarnevelt De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden wordt bestuurd door regenten, vaak welvarende kooplieden. De macht ligt nu in de handen van rijke burgers. De stadhouders voeren het leger aan. Eén van die stadhouders is Prins Maurits, de zoon van Willem van Oranje. Hij behaalt overwinning na overwinning. Dan wordt onder druk van de regenten en zeer tegen de zin van Maurits, een wapenstilstand met de Spanjaarden gesloten: het Twaalfjarig Bestand (1609-1621). Er wordt weer handel gedreven en geld verdiend. Hugo de Groot is de rechterhand van Johan van Oldenbarnevelt, de man achter het vredesbestand. Ze vinden allebei dat de staat boven de kerk moet staan én dat de twee gescheiden moeten zijn. Van Oldenbarnevelt vreest dat de macht van Prins Maurits te groot zou kunnen worden. Maurits van zijn kant is niet blij met de vredespolitiek van de Staten van Holland. In deze tijd ontstaan er heftige godsdiensttwisten. Prins Maurits ziet kans de voorstanders van het vredesverdrag buitenspel te zetten. In augustus 1618 pleegt Maurits een staatsgreep. Hij laat zijn voornaamste tegenstanders arresteren wegens hoogverraad. Oldenbarnevelt wordt onthoofd op het Binnenhof in Den Haag. Hugo de Groot wordt ’ter eeuwige gevangenisse’ veroordeeld en verliest al zijn bezittingen. In juni 1619 wordt Hugo overgebracht naar Slot Loevestein, een staatsgevangenis.

72

Hoe


Zaal 8: De Republiek

Hoe zat het? Hugo de Groot De in Delft geboren Hugo de Groot kan alles: hij is een briljant jurist en advocaat, theoloog, historicus, kortom een ’homo universalis’. Zijn beroemdste werk Over het recht van oorlog en vrede (1625), vormt de basis voor het internationale oorlogsrecht. Nog steeds dient het als uitgangspunt van de Verenigde Naties. Maar Hugo dankt zijn faam ook aan zijn spectaculaire ontsnapping in een boekenkist. Hugo is een wonderkind met een fotografisch geheugen. De kleine Hugo dicht op zijn achtste al in het Latijn en studeert op zijn veertiende af. Een jaar later mag de jongen met een gezantschap van Oldenbarnevelt mee naar Frankrijk. De Franse koning noemt Hugo ’Le miracle de Hollande’ (het wonder van Holland). Op zijn zestiende promoveert Hugo in de rechten en krijgt hij een belangrijke functie als advocaat bij de Hoge Raad en het Hof van Holland. Hugo leeft in een tijd van godsdiensttwisten. Hij is van mening dat mensen zelf inhoud aan hun geloof moeten kunnen geven. In plaats van te kijken naar verschillen, wil hij vastleggen waar men het in ieder geval wél over eens is. Hugo de Groot zoekt naar wat de mensen bindt in plaats van wat verdeelt. Desondanks belandt Hugo in de gevangenis.

zat het?

73


Zaal 8: De Republiek

De boekenkist van Hugo de Groot (1583-1645) Is dit de boekenkist waarin Hugo uit Slot Loevestein vluchtte? We weten dat Hugo’s broer Willem op zoek is gegaan naar de kist, maar dat de kist onvindbaar was. Boos schrijft Hugo: Ik wil niet dat dit bewijs van Gods goedgunstigheid verloren gaat. Die kist is toch niet ten hemel opgestegen? In meerdere musea is nu dé boekenkist te zien. Ouderdomsonderzoek heeft uitgewezen dat het niet de kist in Slot Loevestein kan zijn. De kist in het Rijksmuseum is afkomstig van de nazaten van de boekhandelaar uit Gorinchem waarheen De Groot vluchtte. De kist die je hier ziet komt uit het nalatenschap van Hugo’s broer Willem. Zou die de kist dan toch gevonden hebben?

74


Zaal 8: De Republiek

Hoe zat het? Ontsnapping uit de boekenkist In de vroege lente van 1621 verschijnt er een pamflet waarin zijn spectaculaire ontsnapping uit Slot Loevenstein gedetailleerd uit de doeken wordt gedaan‌ ... Aldus heeft De Groot zonder dat zijn knecht en dienstmeid ervan wisten, uitgeprobeerd of hij in die koffer zou kunnen liggen en of hij daarin genoeg adem zou kunnen halen. Na te hebben vastgesteld dat hij er, hoewel krom en moeizaam, net in paste, heeft hij, alleen met medeweten van zijn vrouw, ettelijke keren de proef genomen hoe lang hij het in de kist zou kunnen uithouden.(...) Zo is hij dan op de vroege morgen van maandag 22 maart 1621 in de koffer gaan liggen, enkel gekleed in een onderbroek en een hemd. Zijn vrouw ging weer liggen in het bed waarvoor zoals gewoonlijk zijn kleren lagen, om het te lijken alsof hij nog in bed lag. (...) Er kwamen vier of vijf soldaten, die de koffer naar beneden droegen, mopperend over de zwaarte, en aan elkaar vragend of hij [De Groot] er niet zelf in zou zitten. Ze keerden de koffer nog eens om, om te zien of er geen luchtgaten in geboord waren. Maar toen ze zagen dat dat niet zo was, en dat bovendien de koffer zo klein was, hebben ze dat idee weer opgegeven, en zo is de kist, langs verscheidene vergrendelde deuren en wachters, tot op het schip gebracht. De dienstmeid is bij de koffer gebleven en heeft hem in Gorcum naar een bepaalde plaats laten brengen, waar zij hem openmaakte en met grote verwondering haar meester uit de koffer (waar hij twee uur lang in had gelegen) heeft zien springen. De dienstmeid vertelt later dat zij de bedenker van het plan was. Of dit waar is valt niet met zekerheid te achterhalen, wellicht heeft Hugo haar willen beschermen.

Hoe zat het? 75


10 Zaal 1: Halletje

Zaal 10: Kloosterkeuken

Over de ruimte: Het is niet precies bekend hoe de keuken er in de tijd van Willem van Oranje uit heeft gezien. In de zeventiende eeuw wordt de ruimte als soepkeuken gebruikt voor de Kamer van Charitate, een liefdadigheidsinstelling voor arme Delftenaren. De huidige keuken is rond 1960 gereconstrueerd op basis van de fundamenten van de oude oven en het fornuis.

76


Zaal 10: Kloosterkeuken

Hoe zat het? Tafeletiquette aan het hof van Willem van Oranje

Natuurlijk leefde Willem van Oranje in het Prinsenhof dankzij de Opstand beduidend soberder dan hij gewend was. Maar op maaltijden heeft hij nooit bezuinigd. Minstens viermaal per dag werd er gegeten of gedronken: Het ontbijt stelde niet veel voor. Het kon worden afgehaald bij de keuken. Voor het middagmaal, het disnĂŠr, werden twee lange tafels op schragen neergezet (in zaal 11). Willem zat waarschijnlijk op een stoel, de meeste hovelingen zaten aan lange banken. Er werd in drie tafelrondes gegeten. Willem, zijn vrouw en zijn raadsheren gingen als eerste aan tafel. Hovelingen lager aan rang stonden langs de wanden te wachten tot zij aan de beurt waren. Het laagste personeel at hiernaast (in zaal 8, die toen nog niet zo fraai beschilderd was). De smakelijke haas werd tijdens de eerste tafelronde geserveerd, de verbrande pastei werd in de derde tafelronde ingezet. Stond je helemaal onderaan de ladder, dan at je de restjes die teruggingen naar de keuken. Er werd weinig bewaard. Als Willem klaar was werden de schalen weggehaald. Het tafelkleed en de servetten bleven liggen. Na de maaltijd werden de tafels weer ingeklapt.

Hoe zat het? 77


Zaal 10: Kloosterkeuken

Elke maaltijd had een aantal gangen. Een gang kon uit tientallen gerechten bestaan. Gasten mochten alleen kiezen uit de gerechten die vóór hun op tafel worden gezet. Een hard stuk roggebrood diende als bord. Tijdens het eten raakt dit brood doordrenkt met sappen en vetten, zodat het alsnog opgegeten kon worden. Mensen waren niet vies van elkaar en deelden gerechten, kommen en wijnkruiken. Gasten namen wel hun eigen mes en lepel mee, het liefst in een fraaie houder. Met het mes werd voedsel ook opgeprikt. Aan het begin van de avond werd het souper geserveerd. Bier en brood werd uitgedeeld na afloop van vergaderingen en kon worden afgehaald bij de keuken. Later op de avond was er tenslotte nog gelegenheid om iets te eten en te drinken. De ’wijngerechtigden’ dronken in 1582 gemiddeld zo’n 2,4 liter wijn per dag. Het alcoholpercentage was lager dan nu, maar toch. Ook werd er veel bier gedronken. Meestal dun bier, niet lekker maar wel gezond. Bij feestelijke gelegenheden kwam er lekker bier op tafel. Delfts bier bijvoorbeeld, want dat had een goede naam!

Hoe zat het? 78


Zaal 10: Kloosterkeuken

Stilleven met vis, oester, kreeft en dode otter | 1600-1657 | Frans Snijders In Willems tijd werden er opmerkelijke dieren en vogels gegeten. Om een indruk te geven: op het menu van de doopplechtigheid van Willems dochter Maria (wel vóór de Opstand) stonden onder andere: 126 roerdompen, 15 zwanen, 18 pauwen, 362 regenwulpen, 198 winter talingen en 3 reigers. Naast 51 houtsnippen, 163 patrijzen, 26 kalkoenen, 35 fazanten, 6 parelhoenderen, 200 kippen, 92 hanen, 74 eenden, 4 kalveren, 1100 rivierkreeften, 33 forellen, 50 forellenpasteitjes, 8 zalmforellen, 89 gerookte tongen, 33 hammen, 6 hazen, 60 konijnen, 101 ganzen, 48 lamsbouten en 1 her t. En daar kwam natuurlijk nog van alles bij: groenten, vruchten, noten en zelfs suikergoed en marsepein‌

79


Collecties

Erfgoed Delft

en omstreken

Beheer Informatie Presentatie

Colofon Tekst: Annekarijn Overduin en Peter Hofland Met dank aan: Ronald Brouwer, Hengki Cieremans, Frouke Hoekstra, Bas van der Wulp Vormgeving: Jacques Over toom, ZMO (BNO) en Mitzi Tabernal, Cojota Fotografie: Collectie Erfgoed Delft en omstreken, tenzij anders vermeld.* Dit is een uitgave van Erfgoed Delft Gebruikte Delen, Marie-Ange van, ’Het hof van literatuur Willem van Oranje’ (Amsterdam, 2002) Deursen, Arie van, ’Willem van Oranje: Een biografisch por tret’, (Amsterdam, 1995) Haar, Jaap ter, ’Willem van Oranje: Geschiedenis van de Lage Landen’. (Weesp, 1984) Motley, John Lothrop, ’De opkomst van de Nederlandsche Republiek’ (’s Gravenhage, 1860) Parker, Geoffrey, ’Filips II’, (Den Haag, 1981) Swar t, K.W., ’Willem de Zwijger’, in: C.A. Tamse, ’Nassau en Oranjes in de Nederlandse geschiedenis’ (Utrecht, 1996) Stripriaan, René van, ’Ooggetuigen van de Gouden Eeuw’, (Den Haag, 2000) Schiller, Friedrich von, ’De Opstand der Nederlanden’ 1788, (Amsterdam, 2005)

80


* Pagina 21: Bruikleen Amsterdams Historisch Museum, legaat mevrouw S.L.G. WilletHolthuysen Pagina 37: Wikipedia, maker: Frans Hogenberg Pagina 46: Collectie Museum Het Prinsenhof, bruikleen Instituut Collectie Nederland Pagina 48: Collectie Museum Het Prinsenhof, bruikleen Rijksmuseum Pagina 64: Collectie Museum het Prinsenhof, bruikleen Stichting voor hulp aan Delftse Jongeren vanouds genaamd Het Meisjeshuis Pagina 79: Collectie Museum Het Prinsenhof, bruikleen Instituut Collectie Nederland

Wij hopen dat je hebt genoten van je bezoek aan Museum Het Prinsenhof en van deze Museumgids. Museum Het Prinsenhof organiseert regelmatig bijzondere tentoonstellingen, over Willem van Oranje of zijn tijdgenoten, maar ook over de geschiedenis van Delft, Delfts Blauw of Delftse schilders. Kijk op www.prinsenhof-delft.nl voor onze tentoonstellingsagenda, of meld je aan voor onze nieuwsbrief via pr-erfgoed@delft.nl ovv Museumagenda.

2=1 81


P l at t e g r o n d e e r s t e v e r d i e p i n g Gouden Eeuw 15 t/m 17 Delftse Meesters 18 t/m 21 Tijdelijke tentoonstellingen 22 - 23

16

15

18

19

23

21

20

22

82

17


P l at t e g r o n d b e g a n e g r o n d St. Agathaklooster 1. Star t 2. Klooster in de stad Willem van Oranje 3. Filips II 4. Beeldenstorm 5. Propaganda 6. Opstand 7. De moord

8. De Republiek 9. De Gedachtengang (interactief meningentheater) Stillevens 10. Kloosterkeuken Tijdelijke tentoonstellingen 11. Gastenkwar tier

8

11

10 7

9

6

Van der Mandelezaal

12

2

5 3

1

i

4

Winkel

entree

Waalse Kerk


Zaal 1: Halletje

Op dinsdagmiddag 10 juli 1584 klinkt er een schot door het Prinsenhof. Grote opschudding volgt in Delft en ver daarbuiten. Willem van Oranje, de leider van de Opstand, is vermoord! Museum Het Prinsenhof is ondergebracht in een geweldig gebouw, waar geschiedenis voelbaar is. Een middeleeuws klooster waar één van de meest dramatische gebeurtenissen van de Nederlandse geschiedenis plaatsvond: de moord op Willem van Oranje! Deze compacte museumgids biedt achtergrondinformatie bij de tentoonstelling ’Willem van Oranje en de Nederlandse Opstand’. In de ’Hoe zat het?’ teksten worden de cruciale gebeurtenissen uit deze belangrijke periode in onze geschiedenis beschreven. Per zaal worden steeds enkele bijzondere museumobjecten uitgelicht.

Museum

Het Prinsenhof Delft

84

Sint Agathaplein 1 2611 HR Delft www.prinsenhof-delft.nl


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.