Mare 6 (39)

Page 1

8 oktober 2015 39ste Jaargang • nr. 6

‘Optreden vind ik heel erg geil’ Pagina 11

‘Ik ontdekte de disco pas na mijn coming out’, zegt Leny Wiggers (84)

Fotograaf Israël Kiek werd gewekt door zatlappen die een groepsportret eisten

Week van de waarheid voor George Maat: ‘Eén woord en het is over’

Pagina 3

Pagina 6

Pagina 2 en 9

Lolbroek of lone wolf? Hoe serieus moet je bedreigingen via internet nemen? In de nacht van dinsdag op woensdag is een 21-jarige student uit Valkenburg aangehouden die via internet had gedreigd met een schietpartij, ‘ergens aan de Universiteit Leiden’. Maar hoe weet je of het ook echt om een potentiële schoolshooter gaat, of een grapjas?

van een schietpartij tegen een leraar. Er werd een man aangehouden, die een van de berichten ‘voor de grap’ had verstuurd. Hij kreeg een taakstraf van 150 uur. ‘In meer dan 99,99 procent van de gevallen zijn dreigementen via internet niet serieus’, zegt promovendus Jelle van Buuren, die onderzoek doet naar zogeheten ‘lone wolfs’. ‘Als je ziet hoe vaak mensen op internet roepen dat ze iemand zullen doodschieten of neersteken, en daar de misdaadstatistieken naast

DOOR PETRA MEIJER Dinsdagochtend werden na de melding ‘dreiging schietpartij school Leiden’ politieagenten in kogelwerende vesten naar verschillende faculteiten gestuurd. ‘Het dreigement was vrij algemeen, geen namen of faculteiten’, zei universiteitswoordvoerder Caroline van Overbeeke. ‘In overleg met de politie is besloten dat er preventief gesurveilleerd wordt.’ Volgens Van Overbeeke ging het om een dreiging ‘via internet’. Even later duikt op Twitter een screenshot van het forum 4chan op, waarop iemand een avond eerder aankondigde om 10.05 uur het vuur te openen op de Universiteit Leiden. ‘Tomorrow at 10:05 I will open fire at the university of Leiden. Not gonna tell you which faculty, that’s up to you to guess. Shit’s gonna go down, then I’m gonna go down. Going for the highscore. Only counts if suicide you cancerous fucks, get it right.’ De politie was op de hoogte van het bericht, maar gaf aan dat er nog een andere dreiging bij hen was binnengekomen. ‘De inhoud van dat bericht is bij ons bekend, maar we handelen naar aanleiding van iets anders. We onderzoeken nog of er sprake is van een verband’, zei politiewoordvoerder Loek Houtepen. Later die dag volgt een tweede dreigement op 4chan: ‘Yesterday was a test, to get some parameters. Normies, get ready to fucking drop :^)’ In de nacht van dinsdag op woensdag wordt een 21-jarige student opgepakt, waarschijnlijk bij studentenvereniging Catena. Voorzitter

Roos ter Elst bevestigt dat er een aanhouding heeft plaatsgevonden op de sociëteit. ‘De politie heeft daarbij geen informatie gegeven. Ik heb geen idee of het iets te maken heeft met de bedreigingen en wil daar ook niet over speculeren.’ Die boodschap is inmiddels naar alle leden gemaild. Het is niet de eerste keer dat een Leidse onderwijsinstelling via het forum 4chan wordt bedreigd. Anderhalf jaar geleden sloten Leidse middelbare en mbo-scholen hun deuren, in verband met de dreiging

Let op! Mare zoekt een stagiair(e)

NS wil studenten weren uit de spits

Minder op kamers door leenstelsel

Zuid-Afrikanen moeten wachten

Interesse in journalistiek? Bij Mare is plaats voor een stagiair(e). Mail je sollicitatie, cv en geschreven artikelen naar frank.provoost@mare.leidenuniv.nl

‘Als we allemaal tegelijk willen beginnen, is de kans op een zitplaats klein’, aldus een NS-topman. Hij hoopt dat onderwijsinstellingen hun roosters aanpassen.

Door het leenstelsel gaan er veel minder studenten op kamers wonen. Dat blijkt uit een rapportage van studentenhuisvesterkoepel Kences.

De crowdfundingsactie ‘Kans voor studenten’ heeft te weinig geld opgehaald. Vijf Afghaanse artsen zijn al wel overgekomen, Zuid-Afrikanen moeten wachten.

Pagina 4

legt, dan zie je een totaal verschillend beeld. Elk jaar in mei, zo rond de eindexamens, nemen de dreigementen aan het adres van scholen en leraren toe. Als je zou afgaan op het aantal scholen dat volgens internet zou afbranden, zou er in Nederland geen school meer overeind staan.’ Maar hoe weet je dan wat serieus is? Bart Schermer, universitair hoofddocent bij de faculteit Rechtsgeleerdheid doet onderzoek naar internetregulering en internet governance. ‘De politie gebruikt speciale software. Er zijn social media monitoring-systemen, zoals OBI4wan en Coosto. Als er een dreigende sfeer ontstaat, kunnen die systemen dat oppikken.’ Daarnaast maakt de politie gebruik van iColumbo, een dienst die aan de hand van trefwoorden relevante informatie verzamelt en analyseert. Volgens Van Buuren maken deze ‘slimme machines’ een eerste schifting en analyse, maar blijft het beoordelen mensenwerk. ‘Speciale analisten zijn daarvoor getraind. Zij kijken of snel te achterhalen valt wie de afzender is en wat dat voor iemand is. Daarbij geldt: hoe vager de inhoud, hoe minder gevaarlijk het is. Maar als er tijdstippen, specifieke locaties, objecten of wapens worden genoemd, wordt er serieus naar gekeken.’ Schermer: ‘Er zit nogal verschil tussen een tweet waarin je aankondigt Mark Rutte dood te schieten, of een bericht waarin je na een verloren computerspelletje tegen een vriend zegt dat je hem het volgende potje gaat afmaken. Maar altijd moet de afweging worden gemaakt: is de verdenking de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer waard? Met het monitoren op keywords lijkt niet zoveel mis. Maar wat vinden we van het feit dat de overheid ons standaard in de gaten houdt? En hoelang worden berichten opgeslagen? Dat zijn fundamentele vragen.’ > Verder lezen op pagina 5

Pagina 5

Pagina 5

Bandirah Pagina 12


2  Mare · 8 oktober 2015 Geen commentaar

Het S-woord

Colofon

- Hallo? - Ard, Mark hier. - Hey jongen. Gaat-ie? Op handelsmissie, toch? - Luister Steur. Waarom heb je het niet gewoon gezegd? - Wat? - Wat denk je?! Sorry, natuurlijk! SORRY! - Ehm… - Zeg. Gewoon. Sorry. - Man, ik ben toch door het stof gegaan. Nog veel dieper dan toen jij in het antiquariaat van mijn vader stage liep! Weet je nog, pik?! - Daar heb jij deze baan aan te danken, Steur. Anders was je nu nog steeds die kansloze… - …kasteelheer in plaats van minister. Jaja, dat weten we nu wel, hè? - Echte ridders maken excuses, Steur. S-O-R-R-Y. - Heb je me dan niet zien stamelen in Nieuwspoort en de Kamer? Ik kreeg die clichés niet uit mijn bek, man, maar ik heb ze allemaal staan oplepelen. Waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt. Dit zal niet meer gebeuren. Ik ga er alles aan doen en zal de top van mijn ministerie streng toespreken. Dus wat wil je nou nog meer, man? - Dat je je excuses aanbiedt. - Wat??? Aan Volkert???! - Steur, wake up. Ik heb het over George Maat! - Oh my God. - Twee woorden, Steur. Scotland Yard. -… - Weet je hoe ze hem daar noemen? Indiana Bones. - Jaja, daar ben ik op De Tent ook al flink mee afgeplast: Indiana Bones and the Raiders of the Lost Ard. - Terecht, Steur. Maat is een onbetwiste held. Hij heeft zijn hele leven in de meest penibele brandhaarden body bags opengeritst om lijken te identificeren. En dat doet hij op zijn zeventigste nog steeds, allemaal in dienst van nabestaanden én de wetenschap. Als jij ’s avonds je kasteelkoper aan het oppoetsen bent, staat hij in het zoveelste massagraf, tsunami- of vliegrampgebied botten op te meten en gouden tanden te tellen. - Ik heb alleen zilver, Mark. Ik hou niet van koper. - En wat doe jij? Je laat je meeslepen door een paar riooljournalistjes van RTL die stiekem bij een lezing binnensneaken, daar twee (2!) weken over zwijgen en dan vol bombarie over staatsgeheimen beginnen te blèren. - Dat was buitengewoon ongepast en onsmakelijk. - Dude. Die man heeft niets misdaan. - Ik kan als minister geen gezichtsverlies lijden. - Dus jij gaat eigenhandig lopen kliederen in een ‘onafhankelijk’ onderzoeksrapport, liegt tegen de Kamer, ontslaat Maat oneervol, doet vervolgens toch weer een beroep op hem, maar weigert het S-woord uit te spreken, zélfs in een persoonlijk én besloten gesprek? Lekker geloofwaardig, Steurmans. - Mark... - Wil jij eigenlijk wel minister blijven?

- We go way back, dat weet je. - Dan weet jij wat je te doen staat, Steur. Say the magic word. - …S…s…s… - Héé, ouwe ridder van me. Hoor ik dat nou goed? - …S…s…s…sgoed, Mark. Door Frank Provoost

Redactie-adres Reuvensplaats 3, 2311 BE Leiden

Column

Postbus 9500 2300 RA Leiden Telefoon 071–527 7272 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000 Hoofdredactie

Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl Redactie

Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Petra Meijer p.meijer@mare.leidenuniv.nl Marleen van Wesel h.g.van.wesel@mare.leidenuniv.nl Medewerkers

Tim Meijer • Esha Metiary • Marc van Oostendorp • Benjamin Sprecher Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving Marcel van den Berg Drukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op Langedijk Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Redactieraad

Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • Prof. dr. F. Israel (vicevoorzitter) • drs. B. Funnekotter • J. Daemen • S. Grootveld • drs. M. van Hintum • mr. F.E. Jensma • M. Kuipers • prof. dr. N.J. Schrijver • dr. J.P. Vollaard • F. Vermeeren • C. van der Woude Jaarabonnementen

Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op IBAN NL68RABO0103257950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200092091) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar redactie@mare.leidenuniv.nl. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden. Adreswijzigingen

Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690

Geachte heer, word wakker en lees! Wat kun je als student beter doen: je klem zuipen of je grondig voorbereiden op de toetsweek? Daarover doen tegenstrijdige berichten de ronde. ‘Maak gebruik van deze periode om uit te gaan als een beest’, adviseerde Tom Lanoye (1958) twee weken geleden in Mare. ‘Haal nachten door. Leef, in godsnaam. En lees, dat ook. Word wakker en lees!’ In hetzelfde nummer was ook het tegenovergestelde geluid te horen. Het kwam van Pieter Barnhoorn, een docent huisartsgeneeskunde, die in een ‘commissie professioneel gedrag’ zit van het Leids Universitair Medisch Centrum. Barnhoorn, zo’n twintig jaar jonger dan Lanoye, is bezig een rapport te schrijven waarin vreselijke misstanden aan de kaak worden gesteld: studenten beginnen hun e-mails bijvoorbeeld soms met ‘Beste’, zo heeft hij ontdekt. Als we zo beginnen is het einde van de beschaving nakend: ‘Ik heb immers niet met je in de zandbak gespeeld. Als je iemand niet kent, begin je een mail met “Geachte.”’ Barnhoorn lijdt zelf enorm onder dit wangedrag van de jeugd van tegenwoordig, al probeert hij er het beste van te maken: ‘Als ik dit soort mails krijg, dan tel ik eerst tot tien, zing een psalm en wacht even tot de adrenaline weggeëbd is. Dan stuur ik een antwoord.’ Omdat hij niet aan het psalmodiëren kan blijven, pleit Barnhoorn ervoor dat studenten ‘vroeg in hun studie een document krijgen waarin staat hoe je een correcte mail opstelt’. Of anders dat er een cursus email schrijven komt voor eerstejaars. Het zijn twee werelden – die van de man die vindt dat je Louis Couperus en Hugo Claus moet lezen, en die van de man die meent dat er een college moet worden gewijd aan het feit dat de ‘onderwerpregel’ van een e-mail niet leeg mag blijven.

Waar Barnhoorn al zijn wijsheid over hoe een e-mail in elkaar moet zitten vandaan heeft, is trouwens een raadsel. Dat je eerst moet controleren of je met iemand in de zandbak hebt gespeeld voordat je beste mag schrijven, waar staat dat? Natuurlijk is het belangrijk als artsen iets begrijpen van communicatie met hun patiënten. Bij het LUMC schort daar ook af en toe nog wat aan. Enkele jaren geleden ging mijn Italiaanse vrouw –die vloeiend Nederlands en Engels spreekt – voor een consult naar dat ziekenhuis, waar de dienstdoende arts-assistent erop stond om in het intieme gesprek Italiaans te spreken omdat ze het zo leuk vond om dat te oefenen, en ook haar rapport in gebrekkig Italiaans schreef, ondanks een verzoek om het op te stellen in een taal die zij beter beheerste. Het resultaat was zo erbarmelijk dat het nauwelijks te begrijpen was. Maar de oplossing voor dit soort problemen is niet gelegen in een document met regels, of in een extra college e-mailetiquette. Studenten moeten leren schrijven, kunnen praten – niet door wat regeltjes op te lepelen maar door te begrijpen dat ze een mens voor zich hebben. En dat je met zo iemand moet praten. De belangrijkste regel voor succesvolle communicatie is: leef je in de ander in, begrijp wie je voor je hebt. En die regel kunnen we onze studenten niet bijbrengen in extra colleges. Er bestaan maar twee methoden voor: door te leven en zo met veel mensen te praten. En, beter nog, door heel veel te lezen. Word wakker, geachte heer Barnhoorn, en lees! Marc van Oostendorp is hoogleraar fonologische microvariatie


8 oktober 2015 · Mare 3 Mensen

071 -527 …

e

Uit de kast op je 68 Film over Leidse lesbienne Leny Wiggers ‘Misschien had ik eerder gewoon geen tijd voor mijn coming-out’, aldus Leny Wiggers. Ze is de hoofdpersoon in de documentaire Over The Rainbow, die op 11 oktober wordt vertoond in het COC. ‘Zo’n rondhuppelend oudje geeft jongeren hoop.’ Door Marleen van Wesel ‘Ik heb de disco ontdekt, na mijn coming-out’, vertelt Leny Wiggers (84). Ze was toen 68. Met een abonnement op het magazine Zij aan Zij wist ze precies waar alle evenementen waren. ‘Ook lezingen hoor. En als allereerste reisde ik met een lesbisch groepje op leeftijd met de Trans-Siberië Express.’ De film Over The Rainbow, over Wiggers’ late coming-out én haar reislust, is dit jaar op filmfestivals over de hele wereld te zien. Zondag 11 oktober wordt de film vertoond in het Leidse COC-café De Kroon. Mét Wiggers, want die komt uit Leiden. De film is gemaakt door haar nichtje, documentairemaker Tara Fallaux. Zij raakte gefascineerd door de reisverhalen van haar tante. ‘Na mijn coming-out ging ik naar Lesbos, waar elk jaar in september een vrouwenfestival gehouden wordt’, zegt Wiggers. ‘Ik kwam zó enthousiast terug, net een puber. Ik ging altijd al overal kamperen, dikwijls met de fiets. Langs de Highway 1 door Californië, door Vancouver. En ik heb veel geklommen. In Frankrijk, Zwitserland, Oostenrijk en op Himalaya-expeditie in Nepal. Alles wat ik wilde doen heb ik gedaan, daar heb ik geen spijt van.’ Na het overlijden van haar moeder, voor wie ze de zorg op zich genomen had, vertrok ze op fietsvakantie naar Nieuw-Zeeland. En daar werd ze verliefd, op een vrouw. ‘Toen ik ontdekte hoe het werkelijk zat met mij, was ik ontzettend kwaad op mezelf. Een erg hoog IQ kon ik nooit hebben: ik had me nooit afgevraagd waarom ik niet aan trouwen en kinderen was begonnen.’ Verliefd was ze wel eens geweest, realiseerde ze zich later. ‘Maar zo benoemde ik het niet. De eerste keer, toen ik een vrouw om haar foto vroeg, kreeg ik nog de vraag: je bent toch niet van de verkeerde kant? ‘Een tante zei na mijn coming-out: jammer dat je moeder dit niet heeft geweten. Thuis werd niks gek gevon-

den. Je moest iedereen accepteren, of iemand nu scheel was of stotterde. Dat gold ook voor politiek. Ik ging naar Amsterdam om te protesteren tegen de oorlog in Vietnam. Ik denk trouwens dat mijn moeder al lang een idee had. ‘Ik heb drie keer de Elfstedentocht geschaatst. De laatste keer was ik 65. De marathon van New York heb ik drie keer gelopen en ik heb LuikBastenaken-Luik gefietst. Ik durfde nauwelijks nog aan een nieuwe sport te beginnen.’ Ze blijft even stil. ‘Misschien heb ik eerder gewoon geen tijd gehad voor mijn coming-out.’ Recentere schaatsopnames hebben de film niet gehaald. ‘Ik heb ook nog heel hard achter een auto aangefietst, maar dat zit er ook niet in. Je ziet me wel in een kayak. En wat ik wél laat zien, vinden mensen ook knap: fysiooefeningen, of dat ik na de disco thuis met een kruik in bed kruip.’ Door een ingezakte rugwervel staat die disco even op een laag pitje. ‘Misschien ga ik nog wel eens, met een paal in de buurt, of iets waaraan ik me kan vastpakken. Ik moet niet nóg eens vallen, dan beland ik in een rolstoel.’ ‘Laatst was ik te laat bij de treindeur, waardoor de trein alweer verder begon te rijden naar Den Haag Centraal. Uiteindelijk moest ik op Holland Spoor een hele poos wachten op een nachttrein terug. Dat geduvel wilde ik niet nog eens, dus bij een volgende rit liep ik eerder de trap op. De trein ging net vol in de remmen, dus ik viel languit achterover. Het is net als bij een bouwval. Als je één stut weghaalt, zakt de hele boel in elkaar.’ Daar gaat de film ook over: ouder worden. ‘Er zit een tumor in mijn hoofd, maar ik durf me niet te laten opereren. En hoewel ik veel gesport heb, kan ik blijkbaar toch niet omgaan met de pijn. Maar het allerergst is de afhankelijkheid.’ Maar, zegt ze: ‘Ik moet niet mopperen. Ik ben vroeg de VUT ingegaan, daardoor heb ik al die reizen kunnen maken. En je leert zo wie je vrienden zijn, die echt van je houden.’ Dat zijn vooral veel jonge mensen, zo blijkt ook uit de film. Overal wordt ze aangesproken: in de disco, op Lesbos of tijdens de Gay Pride. ‘Het geeft jongeren hoop, zo’n oudje dat nog tussen hen rondhuppelt. Ik voel me een soort icoon.’ Ook wel voor ouderen overigens. ‘Iemand van 48

Ontmenselijkte seksobjecten Hoogleraar filosofie Louise du Toit van de Universiteit van Stellenbosch geeft vandaag een college over de veranderende ideeën over verkrachting en seksueel geweld. Verkrachting wordt gekwalificeerd als een zedenmisdrijf niet als een geweldsmisdrijf. Maar het is toch duidelijk dat er geweld aan te pas komt? ‘Dat lijkt inderdaad voor de hand liggend, maar dat is het niet. Feministen hebben hard moeten werken om het idee dat een verkrachting een vorm van geweld is en geen seksuele perversie te veranderen. Als penetratie zonder toestemming niet als geweld wordt gezien, dan wordt de schade die verkrachting aanricht bij het slachtoffer getrivialiseerd of zelfs helemaal uitgewist. En dat gebeurt toch vaak. ‘Een vrouw moet verwondingen tonen, of bewijzen dat ze werd gedwongen. Bijvoorbeeld door een man die met een mes staat te zwaaien. Als je niet onder de blauwe plekken zit, dan heb je je misschien ook niet verzet, en wilde je misschien wel seks. Het tegendeel bewijzen is heel lastig, zeker in een door mannen gedomineerde maatschappij. Het aantal veroordelingen, ligt dan ook laag.’

‘Een erg hoog IQ kon ik nooit hebben. Ik had me nooit afgevraagd waarom ik niet aan trouwen en kinderen was begonnen.’ Foto’s Tara Fallaux vertelde me dat ze na het zien van de film niet nog twintig jaar ging wachten met haar coming-out. Nu had ze al vijf weken een vriendin. Liefde kan altijd bestaan.’ De liefde die Wiggers in NieuwZeeland ontdekte, bleef niet, maar ze heeft sindsdien dus wel een heel netwerk. ‘Dat kwam van pas bij het crowdfunden van de film. We mikten op 8500 euro in 45 dagen. Dat lukte binnen een maand. Daardoor kon-

den we ook filmen op Lesbos.’ Afgelopen maand was ze daar weer. ‘Aan alle kanten had ik iemand mee. Mijn aan- en uitkleedploeg noem ik ze. Zondag gaan ze mee naar de film.’ ‘Op Lesbos heb ik trouwens nog wel gedanst met een vrouw, die zei: nu kunnen we éindelijk een slow dansen. Dat wilde ik nooit. Ik deed ooit wel aan stijldansen, maar dat was geen succes. Ik had natuurlijk willen leiden.’

Coming Out Dag Voor het eerst wappert er dit jaar een regenboogvlag aan het Academiegebouw, en ook bij kanoclub Levitas. ‘De vijf grote verenigingen hijsen de vlag ook weer’, vertelt COCbestuurslid Ivo Spronsen. Evenals het Leids Universitair Medisch Centrum, de brandweer, de politie, verschillende scholen en zorginstellingen. Op 8 oktober wordt aan de Nieuwe Beestenmarkt een permanent regenboogzebrapad onthuld, iets anders dan de ‘gaybra’s’ in andere steden. Spronsen: ‘Vaak zijn de strepen gekleurd, maar de wet schrijft voor dat een zebrapad uit witte strepen op asfalt moet bestaan. De kleur van het asfalt maakt niet uit, dus onze zebra heeft witte strepen óp een regenboog.’ Andere activiteiten rond Coming Out Dag (11 oktober): op donderdag 8 oktober start de fototentoonstelling ‘Jezelf zijn’ op het Gerecht; en om 19.30 is de filmvertoning 5000 Roebel in Trianon. Op vrijdag is er om 19.30 een studentenworkshop in Odessa. Op zaterdag is er om 20.00 uur een cocktailparty in COC De Kroon met de onthulling van gender free wc’s, en een preview van de theatervoorstelling Sugar Daddy van De Nachtdieren (15, 16 en 17 oktober in Theater Ins Blau). Op zondag 11 oktober is er om 11.45 een Roze Dienst in de Hooglandse Kerk en om 19.30 wordt in De Kroon de film Over The Rainbow vertoond.

De ideeën over de vervolging van verkrachting beginnen langzaam te veranderen, beweert u. Hoezo? ‘Het blijkt dat in Rwanda en Joegoslavië verkrachting op grote schaal als wapen is ingezet. Het is een instrument van terreur en onderdrukking. Maar verkrachting wordt bijvoorbeeld ook gebruikt om de band tussen soldaten te versterken. Militairen stappen dan over een morele grens om de loyaliteit aan de groep te tonen. ‘Dit werd erkend tijdens de processen in het Rwanda- en Joegoslaviëtribunaal. De verkrachtingen golden als politiek gemotiveerd geweld. Ze werden gekwalificeerd als oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. Dat is een mijlpaal. Er zijn na veel pijn en moeite ook verkrachters veroordeeld.’ ‘Het feit dat de seksualiteit van vrouwen als een menselijke waardigheid wordt erkend en ook wordt beschermd, is een grote stap voorwaarts. Maar het is nog iets anders om dit te vertalen naar vredestijd.’ Waarom? ‘In een patriarchale maatschappij is seksualiteit een goed geworden. Vrouwen zijn ontmenselijkte seksobjecten geworden in de ogen van mannen. Dat is heel ongezond en het werkt het idee in de hand dat de seksualiteit van de vrouw met geweld gegrepen kan worden.’ ‘Zolang die situatie niet verandert, is het lastig om verkrachting in de maatschappij terug te dringen. Mannen worden overigens ook slachtoffers van verkrachtingen. En dat is net zo belangrijk als seksuele geweld tegen vrouwen. Het is gevaarlijk om een hiërarchie in slachtoffers aan te brengen.’ U komt uit Zuid-Afrika. Heeft u een verklaring voor het grote aantal verkrachtingen daar? ‘Ik doe er onderzoek naar. Het zou kunnen dat er mannen zijn die zich met deze vorm van geweld verzetten tegen de in hun ogen veel te liberale grondwet. Seksuele zelfdeterminatie van vrouwen is een hoeksteen van de wet. Sommige mannen zien dat als een bedreiging. Het kan ook zo zijn dat seksueel geweld niet is toegenomen sinds de jaren negentig, maar dat er meer vrouwen zijn die het aandurven om geweld te melden.’ VB Louise du Toit, Exploring Rape as a Crime against the Erotic Do 8 okt, 15.15 Reuvensplaats 4 Zaal 1.01E


4  Mare · 8 oktober 2015 Nieuws

Meer internationale studenten Er komen steeds meer internationale studenten naar Nederland. Afgelopen collegejaar stonden er 33.621 buitenlandse studenten ingeschreven op Nederlandse universiteiten, ruim 13 procent van het totaal aantal inschrijvingen. Vijf jaar eerder waren het er nog ruim 21 duizend, wat toen 9,3 procent was. Dat staat in het rapport Internationalisering in beeld, van EP-Nuffic. De Universiteit Leiden doet mee aan die trend, met 2372 internationale studenten afgelopen jaar, tegenover 945 in 2009-2010. Het aantal internationale hbo’ers is de laatste jaren redelijk constant. Omgekeerd steeg het aantal Nederlandse studenten dat in het buitenland ging studeren ook, maar zowel de ‘in-‘ als ‘uitgaande mobiliteit’ ligt onder het Europese gemiddelde. Overigens wil ruim twee derde van de wo-studenten een periode in het buitenland doorbrengen, voor studie of bijvoorbeeld stage, maar nog geen kwart doet dat in de praktijk.

Utrechtse studenten willen basisbeurs Achttien Utrechtse geneeskundestudenten zijn fors duurder uit dan hun jaargenoten. Door de werkgroepindeling konden zij hun co-schappen pas wat later afronden dan de rest. In Utrecht start je daar al in je derde bachelorjaar mee. Hun jaargenoten konden zich nog per 1 augustus inschrijven voor hun master, waarmee ze nog nét aanspraak maakten op de basisbeurs in hun master. De achttien waren daarvoor net te laat. De studenten hebben daarom besloten te gaan procederen, gesteund door het Landelijk Studenten Rechtsbureau. Het college van beroep voor de examens van de Universiteit Utrecht zal zich binnenkort buigen over hun verzoek om met terugwerkende kracht eerder ingeschreven te worden.

Leidse archeologische vondst Op de Faculteit Archeologie, in het Van Steenisgebouw, wordt volgende week donderdag een archeologische vondst onthuld, als aftrap van de eerste editie van de Archeologiedagen. ‘Het is een Leidse vondst’, kan hoogleraar archeologie David Fontijn alvast verklappen. ‘Gedaan door Archol, het archeologische onderzoeksbureau van de universiteit. Een aantal van onze masterstudenten werkten aan het onderzoek mee.’ Fontijn zal de ontdekking onthullen, samen met zijn collega Sebastiaan Knippenberg en gedeputeerde Ralph de Vries van de provincie Noord-Holland. De Archeologiedagen vinden van 16 tot en met 18 oktober namelijk niet alleen op de universiteit plaats, maar op locaties in heel Zuid- en NoordHolland en Utrecht. In het Van Steenisgebouw kun je zaterdag- en zondagmiddag je eigen archeologische vondsten laten analyseren. Fontijn: ‘Iedereen die ooit iets gevonden heeft, misschien wel een mammoetbot of een bijzonder scherfje, mag dat meenemen.’ Rond Katwijk en Noordwijk is een route uitgezet langs de noordelijke grens van het Romeinse Reik, die je kunt fietsen, wandelen of varen. Het is de bedoeling dat de archeologiedagen volgend jaar landelijk gaan.

Fietslicht Nederlanders fietsen vaak zonder licht na het uitgaan, en de inwoners van studentensteden nog het meest. Het onderzoeksbureautje Goudappel Coffeng turfde bij tien uitgaansgelegenheden in Nederland de fietsers, in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Veilig Verkeer Nederland en nog wat organisaties. In Amsterdam voerde slechts achttien procent van de stappers voor- en achterlicht. Vooral jonge mannen gaan onverlicht de weg op. De schrikbarend lage cijfers krijgen mogelijk een gevolg: een Zwols idee om café’s fietslampjes te laten verkopen voor de prijs van een biertje, krijgt navolging in meerdere studentensteden.

NS: minder studenten in spits Topman hoopt dat onderwijsinstellingen roosters willen aanpassen Best druk in de trein tijdens de spits, niet? De NS verwacht dat dat nog erger wordt. De nieuwe topman hoopt dat universiteiten dat willen helpen voorkomen. Door Bart Braun Oud-minister Roger van Boxtel is tijdelijk baas van de Nederlandse Spoorwegen, nadat de vorige baas vertrok vanwege een fraudezaak. Vrijdag trad Van Boxtel voor het eerst naar buiten, en hij bracht slecht nieuws. Het wordt namelijk nog veel drukker in de treinen. De zogeheten ‘apekoppen’ stammen uit 1964, en de laatste tientallen exemplaren gaan eind dit jaar met pensioen. De NS heeft treinen uit

Zwitserland besteld om die te vervangen, maar die zijn op z’n vroegst een jaar later in Nederland.In de tussentijd is er dus minder capaciteit. De NS had reden om te denken dat dat geen groot probleem zou zijn: in het regeerakkoord stond dat de ov-studentenkaart afgeschaft zou worden, en ongeveer een derde van alle treinreizigers is student. Het tegendeel gebeurde: er kwamen 90.000 treinende mbo’ers bij. De NS heeft nu een probleem, en de treinreiziger dus ook. ‘We proberen het gat tussen de oude en nieuwe treinen zo klein mogelijk te houden, maar het is onvermijdelijk dat we een korte periode krijgen waarin het dringen wordt’, legde Van Boxtel uit bij het televisieprogramma Nieuwsuur. ‘Als we

in Nederland allemaal op hetzelfde tijdstip beginnen en op hetzelfde tijdstip naar huis willen, is de kans op een zitplaats bijzonder klein.’ De NS-topman drong aan op begrip en medewerking: onderwijsinstellingen zouden bijvoorbeeld hun roosters kunnen aanpassen. Zijn bedrijf geeft zelf alvast het goede voorbeeld door haar kantoormedewerkers de mogelijkheid te geven om buiten de spits te reizen, of te flexwerken. De NS heeft een taskforce die onderzoekt of treinreizigers de spits uit te krijgen zijn. Op basis van een onderzoek in Twente kwam die tot de conclusie dat ‘een significant deel van de scholieren en studenten die flexibiliteit heeft, en is dus niet gebonden aan lesroosters die starten

rond de spits.’ Een ‘beloning’ zou ze over de streep kunnen trekken, denkt de taskforce. Daar wordt wellicht wat makkelijk gedacht. Niet elke student hoeft stipt om negen uur in de collegezaal te zitten, maar één van de redenen daarvoor is dat die collegezaal dan al bezet is door andere studenten. ‘In verband met het grote aantal studenten hebben we een collegerooster van negen uur ’s morgens tot zeven uur ’s avonds’, vertelt voorlichter Annet van der Helm van de Leidse Rechtenfaculteit. ‘Wat ons betreft is meer flexibiliteit niet aan de orde. We hebben hiervoor ook nog geen concreet verzoek ontvangen.’ > zie ook pagina 12

DUO jaagt op buitenlandse wanbetalers In augustus bleek dat 20 procent van de oud-studenten achterlopen met afbetalen van hun studieschuld. Volgens minister Bussemaker van Onderwijs lukt het steeds beter om wanbetalers op te sporen en alsnog het achterstallige bedrag te innen. Dat blijkt uit antwoorden op Kamervragen die de SP had gesteld. De partij vindt het ‘verontrustend’ dat er zoveel studenten in financiële problemen komen. Ook wordt de groep wanbetalers steeds groter. Het leenstelsel gaat er dan ook nog eens voor zorgen dat er nog meer wanbetalers komen, denkt de SP. Volgens de minister valt dat allemaal wel mee. Ze nuanceert de cijfers in haar brief. ‘In 27 procent van de gevallen is de betalingsachterstand minder dan 200 euro. Het betreft ook oud-studenten die één of slechts enkele maanden achter lopen, onder andere door nonchalant gedrag.’ Meer dan de helft van de wanbetalers heeft een achterstand van minder dan duizend euro. Maar uitschieters naar boven zijn er uiteraard ook. ‘In 14 procent van de gevallen is de achterstand groter dan 5000 euro.’ Bussemaker stelt ook dat procentueel het aantal schuldenaren niet toeneemt. ‘Het aantal wanbetalers is meegegroeid met de toename in het aantal studenten. Het is de afgelopen jaren vrijwel gelijk gebleven op circa twintig procent. De SP hoeft zich ook geen zorgen te maken over de gevolgen van het leenstelsel, denkt de minister. Bus-

semaker verwacht niet dat daardoor meer studenten in de financiële problemen gaan komen. Oud-studenten met een laag inkomen, dragen immers minder af. Ook kunnen de aflossingen tijdelijk stilgelegd worden. ‘Er zijn flexibele leen- en terugbetaalvoorwaarden.’ Opvallend is dat er meer dan 30.000 studenten zijn die voor

de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) onvindbaar zijn. Dat betekent dat er nog een rekening van in totaal 88 miljoen euro openstaat. ‘Er blijven relatief grote inspanningen van DUO nodig om de achterstanden terug te dringen.’ Maar die inspanningen worden nog geïntensiveerd. Ook buitenlandse wanbetalers zijn steeds vaker

de klos. DUO slaagt er steeds beter in om wanbetalers die in het buitenland zitten en schuldenaren die zich in Nederland verstoppen, alsnog op te sporen. Bussemaker: ‘Door een actievere strategie is er in 2013 3,2 miljoen euro extra geïnd. In 2014 loopt dat bedrag op tot 8,2 miljoen euro. Dit jaar ‘wordt dat meer dan 12 miljoen euro.’ VB

Te veel Ritalin en energiedrank ‘Jongeren vinden de Leidse binnenstad te saai. Er is vraag naar meer poppodia zoals Gebr. de Nobel en grotere clubs, waar bekende dj’s draaien’, vertelt Ferdinand Hoorweg, bestuurskundestudent en jongerenambassadeur van het Leidse jongerenplatform King for a Day. Afgelopen dinsdag presenteerden de jongerenambassadeurs een trendkrant aan de burgemeester en wethouders. Daarvoor spraken ze met twee-

honderd leerlingen van zes verschillende scholen. ‘Groep 7-8, middelbare scholen en ROC’s.’ Het gaat om trendmetingen. ‘In de krant staan geen grafiekjes, we hebben er geen cijfers bij. Het gaat om wat jongeren meemaken, en wat ze in de klas tegen ons gezegd hebben’, vertelt Hoorweg. ‘Vervolgens hebben wij daaruit zelf weer de belangrijkste onderwerpen gekozen.’ Een greep daaruit: Leidse jongeren sturen steeds vaker naaktfoto’s via Snapchat, ze zwichten voor

worstenbroodjes en energiedrank, omdat er volgens hen te weinig keuze is in gezond en betaalbaar eten, en ze vinden dat ze over-gediagnosticeerd worden. ‘Volgens de jongeren wordt er steeds sneller ADHD vastgesteld. Niet iedereen voelt zich prettig met voorgeschreven medicijnen, dus soms worden die doorverkocht, om mee te studeren of juist uit te gaan.’ Maar wat kan de burgemeester daarmee? ‘De burgemeester kan moeilijk tegen artsen zeggen: “Hé, schrijf eens iets minder Rita-

lin voor.” Maar het is wel handig om je ervan bewust te zijn wat er speelt onder jongeren’, zegt Hoorweg. ‘Met andere trends kan de gemeente concreter aan de slag, zoals de vraag naar meer speel- en sportruimte. En wanneer iemand met het initiatief voor een gezond eettentje of een club komt, kan de gemeente daar voor openstaan.’ Op 20 november, de dag waarop de Verenigde Naties in 1989 het Kinderrechtenverdrag aannamen, organiseert King for a Day nog een scholierendebat. MVW


8 oktober 2015 · Mare 7 Nieuws

‘Niet meer salaris en lager pensioen’ De pensioensverlaging/salaris­ verhoging voor ambtenaren lijkt niet door te gaan. Vorige maand tekende de overheid een nieuwe cao voor rijksambtenaren. Die kregen een salarisverhoging, die deels werd betaald door hun pensioenpremie te verlagen. Universiteitsmedewerkers vallen niet onder die cao, maar zitten wel in hetzelfde pensioenfonds als de ambtenaren, het ABP. Ook hun premies zouden lager worden, en daardoor uiteindelijk ook hun pensioenuitkering. Er waren echter nog twee drempels: vakbond FNV was tegen deze ‘sigaar uit eigen doos’, en stapte naar de rechter. En de Pensioenkamer, een

soort universiteitsraad van het ABP, moest akkoord gaan met het plan. De rechter gaf FNV geen gelijk, maar die Pensioenkamer wel. De Volkskrant wist de hand te leggen op een interne notitie van het ABP, waaruit blijkt dat het fonds de premies niet kan verlagen zonder dat de pensioenen in gevaar komen. Dat wil de pensioenkamer nou net niet. Waar de overheid nu de afgesproken 5,05 procent loonsverhoging voor haar zeshonderdduizend ambtenaren, leraren en militairen vandaan moet halen was bij het ter perse gaan van deze Mare onduidelijk. In elk geval lijkt het erop dat er aan het pensioen en nettosalaris van universiteitsmedewerkers toch niets veranderd. BB

Nog geen geld voor Zuid-Afrikanen Crowdfunding mislukt, andere fondsen gezocht Het doel van de crowdfundings­ actie ‘Kans voor studenten’, die in het teken van het lustrum van de universiteit gelanceerd werd, is nog niet gehaald. Op de website www.steunleiden.nl probeerde de universiteit voor 1 oktober door middel van crowdfunding 44.000 euro op te halen. Met dat geld zouden acht geneeskunde- en rechtenstudenten uit Afghanistan en Zuid-Afrika een aantal maanden naar Nederland komen om een intensief studieprogramma te volgen. Maar er werd dertigduizend euro opgehaald. Woordvoerder van de universiteit Caroline van Overbeeke noemt het ‘toch een mooi resultaat’. Van het opgehaalde geld zijn al vijf Afghaanse artsen in opleiding uit Door Petra Meijer

Kabul ingevlogen, die nog tot eind november aan het LUMC onderwijs zullen genieten. ‘Inmiddels volgen zij hun lessen en het eerste tentamen is aanstaande vrijdag gepland’, vertelt Edris Mahtab van stichting Keihan, die de artsen in opleiding begeleidt. De drie Zuid-Afrikaanse studenten kunnen hopelijk volgend jaar komen. ‘Er kan nog steeds gedoneerd worden en we gaan daarnaast op zoek naar andere fondsen’, zegt Van Overbeeke. Via de crowdfundingswebsite van de universiteit werd eerder geld voor de renovatie van het zweetkamertje, de bouw van een zonnetelescoop en onderzoek naar kanker gefinancierd. Waarom het geld voor deze projecten wel snel bij elkaar kwam gaat de universiteit nog onderzoeken. Van Overbeeke: ‘Het gaat bij de crowdfundingsactie “Kans voor studenten” om een flink hoger streefbedrag dan bij de an-

dere acties. We hebben hoog ingezet. Misschien doneren mensen ook liever geld voor iets tastbaars, maar dat is pure speculatie. We weten wel dat veel mensen bijvoorbeeld een emotionele binding hadden met het zweetkamertje. Dat kan meespelen.’ Ze kan zich niet voorstellen dat de lopende crowdfundingsactie voor een Moot Court – een oefenrechtbank – in het Kamerlingh Onnes donaties heeft weggesnoept bij de actie voor de Afghaanse en ZuidAfrikaanse studenten. ‘De acties hebben verschillende doelgroepen. “Kans voor studenten” spreekt misschien vooral geneeskundestudenten aan, terwijl de Moot Court vooral rechtenstudenten en –alumni aanspreekt. Ook krijgen we daar meer donaties van advocatenkantoren.’ Op de website www.steunleiden. nl/projecten/kans-voor-studenten kan nog steeds geld voor de studenten worden gedoneerd.

Geen wet tegen dubieus declareren Extra wetgeving tegen exorbitant declareren is niet nodig, vinden Nederlandse ministers ondanks diverse bonnetjesaffaires.

Leids Fotofestival van start Zaterdag begint op verschillende plaatsen in de stad het Internationaal Fotofestival Leiden. Er is een tentoonstelling van het werk van twintig geselecteerde fotografen, onder wie Evert Smit (zie foto). Samen met de universiteit organiseert het Fotofestival ook een expositie in de Oude UB en de Fotokijkdag ‘Tussen kunst en Kiek’ (zie pagina 6).

Nederlandse ministeries willen geen extra regels opstellen voor het declaratiegedrag van bestuurders. Dat staat in een brief van onderwijsminister Bussemaker en haar collega’s Schipper (Volksgezondheid) en Blok (Wonen) aan de Tweede Kamer. Het is volgens de ministers wel belangrijk dat bestuurders ‘sober en

inzichtelijk’ declareren, maar verinnerlijking van de normen – al dan niet met gedragscode – is daarbij handiger dan strenge regelgeving. In het hoger onderwijs bestaan er al regels, schrijft Bussemaker. ‘Daar wordt sinds 2011 gewerkt met declaratievoorschriften vooraf en verantwoording achteraf in jaarverslagen. Naar aanleiding van recente publicaties voert de Onderwijsinspectie momenteel onderzoek uit naar de naleving van de afspraken. De resultaten van dat onderzoek komen dit najaar beschikbaar.’

Die ‘recente publicaties’ komen vooral uit de koker van RTL Nieuws, dat deze zomer met de journalistieke stofkam door de bonnetjes van universiteitsbestuurders ging. In Leiden was er toen niet zoveel aan de hand, maar aan de Universiteit Utrecht bleken de bazen 400.000 autokilometers –bijna tien keer de wereld rond – in twee jaar te hebben gedeclareerd. Een Nijmeegse bestuurder zit op een bureaustoel van € 2788; die universiteit betaalde ook hardrijboetes als de chauffeur te snel reed. BB

Minder op kamers Dé lone wolf bestaat niet door leenstelsel > Vervolg van de voorpagina

Door het leenstelsel gaan er veel minder studenten op kamers wo­ nen. Dat blijkt uit een rapportage van studentenhuisvesterkoepel Kences. De organisatie becijfert in de vorige week verschenen Landelijke Monitor Studentenhuisvesting dat het aantal uitwonende studenten de komende acht jaar wel eens met 13.000 zou kunnen afnemen. En dat terwijl in diezelfde periode het aantal studenten met 5 procent stijgt. Dat zijn 32.000 studenten. Hoe komt Kences aan deze cijfers? De organisatie heeft met onderzoeksbureau ABF Research een ‘studievoorschot-scenario’ opgesteld. De cijfers in dit scenario zijn gebaseerd op een eerder onderzoek dat ABF Research in 2013 opdracht van het ministerie van Binnenlandse zaken deed. Daaruit bleek dat als het sociaal leenstelsel wordt ingevoerd 51 procent van de respondenten langer thuis blijft wonen. Veertien procent van de geënquêteerde studenten gaf aan dan maar hun kamer te verlaten en weer in het ouderlijk huis te gaan wonen. Kences geeft toe dat er haken en

ogen aan het scenario zitten. ‘Bij prognoses zijn er altijd onzekerheden. Als gevolg van de invoering van het studievoorschot zijn deze onzekerheden voor prognoses van het aantal thuis- en uitwonende studenten aanzienlijk. Daarom moet er rekening worden gehouden met een bandbreedte.’ Kences schetst ook wat er gebeurt als trends uit het verleden worden doorgetrokken. Volgens een trendscenario van het ministerie van Onderwijs, waarin nog geen rekening wordt gehouden met het leenstelsel, zal het aantal uitwonende studenten de komende acht jaar juist toenemen met 22.000 studenten. Er is dus een bandbreedte van maar liefst 35.000 studenten. In Leiden wonen er in 2023 volgens het studievoorschot-scenario 11.470 studenten op kamers. Volgens het trendscenario van het ministerie van onderwijs zijn dat er dan 12.800. ‘De verwachte daling van het aantal uitwonende studenten als gevolg van de invoering van het studievoorschot zorgt ervoor dat de taak van studentenhuisvesters om een tekort aan studentenwoonruimten te voorkomen minder groot wordt’, concludeert Kences. VB

Dankzij iRN, het internet Research Network, kan de politie anoniem op internet meekijken. Van Buuren: ‘4chan is echt het open riool van het internet. Er wordt ook kinderporno verhandeld, en er spelen zich allerlei duistere zaakjes af. Dat een dreigement op 4chan geplaatst is, wil niet zeggen dat het niet serieus genomen moet worden. Individuele beoordeling is noodzakelijk.’ Waarom ging de politie in Leiden over tot actie? Van Buuren: ‘Vermoedelijk omdat er bij de politie los van het bericht op 4chan nóg een melding is binnengekomen, bijvoorbeeld een rechtstreekse mail. Dat noemen we een dubbelsignaal.’ Daarnaast bevat de tekst elementen die we bij schoolshooters vaak zien: het verlangen naar eeuwige roem en het dreigen jezelf daarna van het leven te beroven bijvoorbeeld. In combinatie met de specifieke tijd heeft de politie waarschijnlijk besloten om niet te ontruimen, maar wel extra beveiliging te sturen.’ Van Buuren vindt het een wijs besluit om de colleges gewoon door te laten gaan. ‘Politie en overheid handelen vaak vanuit het idee ‘better safe than sorry’. Begrijpelijk, maar het heeft ook een schaduwzijde. Al-

lereerst is er het gevaar van copycats. En als je overreageert, ontwricht je zelf de samenleving, omdat een of andere puistpuber een berichtje plaatst.’ Volgens hem speelt de herinnering aan recente vergelijkbare incidenten vaak mee in de overwegingen. ‘Een week voor de dreigementen in Leiden was er een schietpartij op een school in Amerika. Je denkt dan toch: “Dat zal mij toch niet overkomen”. Dat zag je ook in Rotterdam.’ Daar sprong een 16-jarige zwartrijder vorige maand op het laatste moment in een Thalys en sloot zich op in het toilet. De trein werd ontruimd en negen perrons afgezet. ‘De mislukte aanslag in de Thalys, waarbij iemand zich in het toilet opsloot om zijn wapens uit te pakken, lag nog vers in het geheugen. Getrainde analisten zijn zich van deze valkuilen bewust.’ Maar zijn er ook gevallen bekend waarbij de autoriteiten sorry waren, in plaats van safe? ‘Dat is lastig’, zegt Van Buuren. ‘Als je terugkijkt, ga je alles in het licht van het voorval interpreteren. Als je na een moord de buren naar de moordenaar vraagt, zeggen ze: “Ik vond hem altijd al een beetje vreemd.” Maar in Amerika had je Elliot Rodgers, die een enorme haat tegen vrouwen koesterde. Hij plaatste video’s op YouTube, waar dreiging

met geweld ook duidelijk in naar voren kwam. De politie werd ook door zijn moeder gewaarschuwd en is toen bij die jongen langsgegaan. Maar tegenover de agenten gedroeg hij zich hoffelijk. Twee dagen later schoot hij zes mensen dood, en zichzelf.’ Hét profiel van de lone wolf bestaat volgens Van Buuren niet, daarom zijn ze moeilijk van grappenmakers te onderscheiden. ‘Soms hebben ze mentale problemen. Of ze zijn gefrustreerd met hun eigen leven en maatschappij. Maar dat zijn zoveel mensen, en die doen niets. Het gaat dus echt om de combinatie van factoren.’ En dan was er nog de cyberattack, die dinsdag alle universitaire websites en servers platlegde. Of de aanval iets met de dreiging te maken heeft, is nog niet bekend. Van Buuren: ‘Maar onbewust ga je het toch met elkaar verbinden. We moeten nuchter en kritisch zijn. Anders denk je: “Oh mijn god, wat staat ons te wachten?” Het is mooi dat studenten rustig koffie stonden te drinken en niet van de autootjes op de hoeken van de straat onder de indruk waren. Dat toont de kracht en nuchterheid van onze maatschappij.’ Door Petra Meijer, met medewerking van Bart Braun en Vincent Bongers


6

Mare · 8 oktober 2015

Achtergrond

Uitgefoven muzenzonen Expositie over naamgever van het ‘kiekje’ Toen de zoveelste groep dronken studenten hem in alle vroegte kwam wekken om een groepsportret te laten maken, bouwde Israël Kiek (1811-1899) een ophaalbrug voor zijn huis. Het werk van de legendarische fotograaf hangt nu in de Oude UB. DOOR PETRA MEIJER ‘In de negentiende eeuw kwamen portretstudio’s op, waar vooral de welgestelde klasse foto’s liet maken’, vertelt Maartje van den Heuvel, conservator fotografie van de Universiteit Leiden. ‘Die portretten werden cadeau gedaan, opgestuurd naar familieleden in het buitenland of ingelijst en neergezet. Israël Kiek was zo’n studiofotograaf, maar hij had ook de mogelijkheid om buiten te fotograferen. Het moest dan wel licht zijn en de mensen moesten stilstaan vanwege de lange sluitertijd.’ En daar ging het vaak mis. In het boek Toe heeren, nou even stil gestaan (1997) tekende fotoconservator Ingeborg Leijerzapf de getuigenissen op van verschillende ‘gekiekten’. Onder groepjes jolige studenten ‘wien het zelfs in het vroege morgenuur nog mangelde aan lust om onder de wol te kruipen’ bleek het traditie om Kiek van zijn bed lichten om ‘op de Kiek gezet te worden’.

‘Om gefotografeerd te kunnen worden moest eerst Kiek door groot lawaai uit de slaap worden gewekt: bonzen op zijn deur en schreeuwen, vaak met onheuse uitdrukkingen en scheldwoorden aan het adres van de opgeroepene. Ja, dat was nu eenmaal zo. Dan verscheen de grote man, op gebloemde pantoffels en gekleed in wat hier toen een sjamberloek heette en nam hij, al pruttelend en zachtjes terugscheldend, het gezelschap mee naar het plaatsje achter zijn huis. Hier zijn in de loop der jaren duizenden uitgefoven muzenzonen gefotografeerd.’ Van den Heuvel: ‘Op een gegeven moment werd het hem te gek, en liet hij een ophaalbruggetje met een hek voor zijn huis aanleggen om al te lastige klanten buiten de deur te houden.’ Maar meestal liet Kiek zich wel overhalen naar buiten te komen. ‘Aan de ene kant van het plaatsje stonden enige stoelen, een bank zonder leuning, een paar laddertjes en een ton. Op deze schamele meubels namen de kieklustigen plaats. Waren het er velen, dan stapelden zij zich tot een saamgedrongen groep. Aan de andere kant van het plaatsje verscheen Kiek met zijn toestel. Hy peilde de duisternis en deelde mee, hoe veel tellen de opname zou duren. Waren het honderd tellen, dan liet soms een grapmaker zich kieken met twee hoofden: vijftig tellen het hoofd op de rechterschouder, vijftig tellen op de linker.’ Volgens Van den Heuvel zijn de studentenportretten voor die tijd uitzonderlijk informeel. ‘In de normale portretfotografie gold de schilderkunst nog als voorbeeld, maar de studenten poseerden los en ongedwongen. Er werden ook halsbrekende toeren uitgehaald voor een ludieke positie: ze klimmen in de dakgoot en op het dak. Ik ga er maar vanuit dat ze daar niet al te dronken zijn geweest, dat lijkt

me te gevaarlijk, maar op sommige foto’s lijkt een enkeling zo diep in het glaasje te hebben gekeken dat hij ter plaatse in slaap valt.’ De foto’s, een gulden per stuk, werden een dag later thuis afgeleverd en als aandenken tussen de rand van de spiegel gestoken. ‘Zij waren de vrucht van een doorgefuifde nacht, het laatste nummer op het menu van het ‘nabroodje’ na een dispuutsvergadering, waar ook heel wat anders dan brood werd genuttigd.’ De foto’s van Kiek zijn technisch gezien misschien niet van bijzondere kwaliteit. Tot op de dag van vandaag verwijst het woord ‘kiekje’ naar een snel genomen, pretentieloze foto. De foto’s zijn vaak onscherp en volgens getuigen fotografeerde Kiek vaak met zijn rug naar de voorstelling. ‘In de eerste plaats liet de rangschikking van de groep en het resultaat van zijn werk hem volkomen koud. In de tweede plaats voelde hij het gevaar, dat, als hij keek, hij door zijn klanten zou worden uitgescholden. Als hij soms, wegens het grote rumoer, niet kon beginnen, uitte hij de klassiek geworden wanhoopskreet: “De kunst moet voortgang hebben!”’ De foto’s zijn niet van grote financiele waarde, maar wél van fotohistorische waarde. Daarom wordt er op 24 oktober een fotokijkdag georganiseerd: ‘Tussen Kunst en Kiek’. ‘Het zou fantastisch zijn als er dan nog meer Kieks boven water zouden komen’, zegt Van den Heuvel. ‘We hopen dat er nog een paar gevonden worden in particuliere collecties of Minerva-archieven.’ Veel van Kieks foto’s zijn vervaagd, en op sommige foto’s zijn priemende zwarte ogen te zien. ‘Met een speciaal penseeltje met retouche-inkt werden de ogen zwarter gemaakt. Als de foto verbleekt valt dat extra op.’ Het vervagen van de foto’s wordt in de UB zo goed mogelijk tegengegaan door ze te bewaren in een speciale fotokluis. Toch hoeven mensen volgens Van den Heuvel niet bang te zijn dat ze hun bijzondere foto’s na de fotokijkdag achter moeten laten. ‘In een fotokluis blijven de foto’s natuurlijk wel beter bewaard, maar er is op die dag ook gewoon een scanner aanwezig.’ Naast echte ‘Kiekjes’ kijken de experts vooral uit naar heel oude foto’s. Van den Heuvel: ‘Voor 1860 werden foto’s nog niet op papier gedrukt, maar op verzilverde koperplaatjes, glas, blik of metaal. Daarnaast zien we graag bijzondere albums, vooral ook omdat daarbij meer over de context bekend is.’ Het olijke kiekje heeft ondertussen zijn weg gevonden naar het grote publiek. ‘Jaren achtereen is Kiek de enige ter wereld geweest, die kiekte. Thans kiekt iedereen. Niemand, die van zijn reis, zijn uitstapje, zijn reünie kiekloos naar huis terugkomt. Zoals het wel meer gebeurt, is ook het kiekje met het klimmen der jaren fatsoenlijker geworden en niemand brengt hem thans meer in verband met eerstejaarslawaai, met alcohol en doorgefuifde nachten.’ Fototentoonstelling Tussen Kunst en Kiek, Oude UB, Rapenburg 70, Fotokijkdag is op 24 okt 13.00 - 17.00

Oproep

Win je eigen kiek voor in de fusie Oproep aan alle Leidse clubjes, cordials, disputen, subs, studieverenigingen en studentenhuizen: maak je eigen kiek en win een groepsportret gemaakt door onze Mare-fotograaf (en een afdruk daarvan in de krant én op fusieformaat). Bedenk een originele hedendaagse interpreta-

tie en zoek daarbij naar geschikte locaties en obstakels. Foto’s van gehurkte bestuursleden voor Barrera, het Rapenburg of de hortus worden door de jury meteen terzijde geschoven. Stuur jullie groepsportret voor oktober 22 oktober naar redactie@mare.leidenuniv.nl.


8 oktober 2015 · Mare

7

Wetenschap

Zonde om uit te zetten Nieuwe aanpak brengt ultradun materiaal beter in beeld

Het ultradunne materiaal grafeen heeft in theorie duizenden toepassingen, zoals flexibele schermen, printbare electronica, flinterdunne condooms en waterfilters.

Slootwater Het effect van landbouwgif op de beestjes in de omringende sloten is betrekkelijk klein, concluderen Leidse milieuwetenschappers. In Basic and Applied Ecology beschrijven ze hoe ze twee jaar lang monsters namen uit slootjes naast tulpenvelden en koeienweilanden, en de samenstelling vergeleken met die van nabijgelegen plasjes in natuurgebied. Er zit nogal wat verschil tussen de hoeveelheid visjes, insecten en andere beesten in de monsters, maar er zit altijd verschil in de samenstelling van twee biologische monsters. Ga tien meter verderop staan, of kom een paar weken later terug op precies dezelfde plek en er zit wat anders in je netje, laat staan als je de ene sloot met de andere vergelijkt over de loop van jaren. Met behulp van statistiek probeerden de onderzoekers helder te krijgen welke verschillen er nou echt door de pesticiden komen. Dan blijken omgevingsfactoren twee keer zoveel invloed te hebben dan het landbouwgif, en de invloed van tijd is ongeveer even groot.

Testosteron

Leidse fysici ontwikkelden een elegante meetmethode om supersnel elektrische geleiding in superdun materiaal te meten. Was het voorheen een weekend wachten op beeld, nu duurt het één minuut. Wie de afgelopen tien jaar wel eens met een schuin oog naar Natuurkundeland heeft gekeken, zal zijn opgevallen dat fysici tegenwoordig dol zijn op plat spul. Zo plat als maar kan: één molecuul dik. Stoffen als grafeen (koolstof), germaneen (germanium), staneen (tin) siliceen en boornitride zijn zo dun dat ze eigenlijk niet eens een achterkant hebben: de natuurkunde spreekt van tweedimensionale materialen, slechts af en toe met het woordje ‘quasi’ ervoor. Wetenschappers werken graag met zulk platte materialen omdat er interessante natuurkunde in plaatsvindt, maar het dunne spul heeft allerlei eigenschappen die je toe zou kunnen passen. Waarvoor? Alles. Het kan in computerchips, in ultiem dunne condooms, in niet-verstoppende waterfilters, oprolbare telefoons, zonnepanelen, geleidende inkt, te veel om op te noemen. Alleen al voor grafeentoepassingen werden vorig jaar negenduizend verschillende patenten vastgelegd. De afgelopen tien jaar was grafeen het wondermateriaal dat alles kon, behalve het lab uitkomen, maar daar lijkt een eind aan te komen. Er zijn al wat buitensportartikelen en tennisrackets te koop waar het in verwerkt zit, maar daar is het nog vooral een gimmick. Eind dit jaar komt er een ledlamp op de markt met een grafeencoating over de ledjes, die ervoor moet zorgen dat ze langer meegaan en minder stroom gebruiken. En als je meerdere van zulke superdunne materialen op elkaar legt – in een zogeheten Van der Waals-laminaat, vernoemd naar de Leidse natuurkundige – wordt er nog veel meer mogelijk. Met al die flinterdunne materialen en de miljarden euro’s aan potentiële toepassingen zou het dus wel handig zijn als je goed kon meten aan zulk spul. Zitten er geen productiefoutjes in? Is het laagje echt één molecuul dik? Zitten mijn twee Van der Waals-laagjes wel goed aan elkaar vast? Vindt al die

DOOR BART BRAUN

speciale tweedimensionale fysica die er volgens de theoretici zou moeten zijn ook echt plaats? Natuurkundigen kunnen dat soort dingen nameten met een zogeheten tastmicroscoop. Een superkleine naald glijdt over het oppervlak van het materiaal, en brengt het zo in kaart. Het werkt prima, maar wel heel erg langzaam: de naald tast het monster letterlijk atoom voor atoom af, en er zitten al gauw miljarden atomen in een vierkante centimeter. ‘Met zo’n tastmicroscoop kost het in kaart brengen van een monster een weekend’, vertelt onderzoeker Johannes Jobst. ‘Met onze nieuwe aanpak kost het een minuut.’ In Scientific Reports laten Jobst en zijn collega Jaap Kautz zien hoe die nieuwe aanpak werkt. In plaats van een tastmicroscoop gebruiken ze een elektronenmicroscoop. Normaal gesproken gebruik je die om dingen te bekijken die zo klein zijn dat lichtgolven er omheen kronkelen. Omdat elektronen behalve deeltjes ook golven zijn, kun je ze op dezelfde manier gebruiken als lichtgolven, en omdat elektronengolven een kleinere golflengte hebben, kun je verder inzoomen. Op de begane grond van het Oortgebouw, in een speciale trillingsvrije ruimte, staat de elektronenmicroscoop van Jobsts collega Sense Jan van der Molen. Het is een zogeheten Lage Energie Elektron Microscoop (LEEM), en in tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden is hij juist veel duurder dan de gewone variant, onder

meer omdat de ruimte met het monster gekoeld kan worden tot 263 graden onder nul. Met alle veren ombouwingen erbij heeft het apparaat een paar miljoen gekost, maar de natuurkundigen laten het ding wel werken voor z’n geld. ‘Er zijn vier mensen die hiermee willen werken, dus we hebben elk om de beurt tien dagen meettijd’, aldus Jobst. Dus ook ’s avonds laat en in het weekend draait de LEEM. ‘Het is gewoon zonde om hem uit te hebben staan.’ Jobst en Kautz gebruikten de supermicroscoop om metingen te verrichten aan grafeen waar een spanningsverschil over ligt. Die maken gebruik van een bijzondere quantummechanische eigenschap van elektronen: als je een

elektron met een bepaalde energie op het grafeen afschiet, wordt het geabsorbeerd. Bij een ietsje andere energie mag het elektron er niet in, en stuitert het weg. De gereflecteerde elektronen kun je meten. Op die manier wordt een extra laagje grafeen, één molecuul extra aan dikte, razendsnel zichtbaar. Jobst: ‘Het resultaat is dat we heel lokaal kunnen meten. Als er een punt is met een hogere weerstand, zie je dat ook terug in ons beeld.’ De hoeveelheid energie waarbij een elektron wordt toegelaten, hangt af van hoeveel laagjes grafeen er in het monster zitten. Jobst: ‘Bij één laag zie je een duidelijke band in je grafiek, bij twee zie je twee minima, enzovoort.’ Pas vanaf een laag of acht valt er niet meer te tellen, omdat de banden dan teveel overlappen. Volgens Jobst zou het trucje ook met andere superplatte materialen moeten werken. Zelf gaat hij echter verder met grafeen. Met zijn vers binnengehaalde Venisubsidie wil hij zijn meetmethode gebruiken om te bestuderen hoe elektronen zich precies gedragen in een transistor van die superdunne koolstof. Transistoren zitten in vrijwel alle elektronische apparatuur, maar in de silicium transistoren in uw computer raken elektronen makkelijk verstrooid. Een grafenen transistor zou daar veel minder last van moeten hebben, en dus sneller èn zuiniger moeten zijn. ‘In theorie zouden ze duizend keer zo snel moeten zijn. In plaats van een processor met een kloksnelheid van drie gigahertz zou je dan drie terahertz hebben. Dat zou best leuk zijn.’

Mensen met een sociale angststoornis hebben vaak de neiging om hun gesprekspartner niet aan te kijken. Een groep Nederlandse psychologen, waaronder Leidenaars Anita Harrewijn en Philip Spinhoven, laat in het vakblad Psychoneuroendocrinology een proefje rond dat gegeven zien. Ze wisten al dat sociaal angstigen een lagere testosteronspiegel hebben, en dat testosteron een rol speelt bij bepaalde vormen van elkaar aankijken. De psychologen namen een groep vrouwelijke angststoornis-patiënten en liet ze twee keer langskomen. De ene keer kregen ze een placebo, de andere keer een glaasje met testosteron. Vervolgens moesten ze naar gezichten op een scherm kijken. Boze gezichten, blije gezichten en gezichten met een neutrale uitdrukking. Normaal gesproken kijken de angstigen snel weg als er een boze blik op het scherm verschijnt, maar met een testosterondosis kijken ze net zo lang naar boze koppen als naar neutrale gezichten. Misschien dat het hormoon een rol kan spelen in de therapie, opperen de auteurs.

Pulsar De radiotelescoop LOFAR heeft een gekke pulsar gevonden. Pulsars zijn sowieso al vrij gek: ingestorte sterren met een gigantische dichtheid, die razendsnel om hun as draaien en als een vuurtoren bundels met straling rondslingeren. Vanaf een afstandje lijkt zo’n ster te knipperen – je ziet de bundel alleen als hij jouw kant op schijnt – en daar komt de naam vandaan: pulsating star. In sterrenkundetijdschrist MNRAS beschrijft een LOFAR-team, waaronder Laura Bîrzan en Huub Röttgering van de Sterrewacht, een pulsar met een fluisterstand. De prozaïsch genaamde ster PSR B0823+26 heeft periodes waarin hij ineens honderd keer zwakker straalt dan normaal. Er zijn zo’n 2300 pulsars bekend, maar slechts een handjevol lijkt dit te doen. Het is niet helemaal duidelijk waarom: er zijn andere pulsars die even oud, zwaar en magnetisch zijn, die het gedrag niet vertonen.


8  Mare · 8 oktober 2015 Achtergrond

Midden op de prairie, zonder koffers De vrouw van ‘professor Big-Bull’ hield een dagboek bij De Leidse hoogleraar taalkunde Christianus Corneles Uhlenbeck ontvluchtte in 1911 de ‘muffe universiteit’ om veldwerk te verrichten bij de indianen. Zijn vrouw Willy ging mee en maakte aante­ keningen. ‘Rare Indiaantjes toch.’ Door Marleen van Wesel ‘Regen! Regen! Zonder einde. De weg heel slecht, de grashellingen uiterst glad & glibberig’, schreef Willy Uhlenbeck-Melchior (1862-1954) op 4 september 1911 in haar dagboek, in een indianentent in Montana. Daar woonde ze die zomer met haar echtgenoot, de Leidse hoogleraar Christianus Corneles Uhlenbeck (1866-1951), die er de taal van de Blackfeet-indianen onderzocht. Universiteiten vond hij maar ‘muf ’. Op een avond, drie maanden eerder, arriveerde het echtpaar ‘midden op de prairie’, volgens Willy’s dagboek. Hun koffers waren kwijt en de indiaan Joseph Tatsey, die hen zou opwachten, was nergens te bekennen. De dagboeken van die zomer werden in 2005 al eens in het Engels gepubliceerd met de studieresultaten van haar man, vooral bedoeld voor de nazaten van de indianen die ze uitgebreid beschreef. In de Nederlandse uitgave, bezorgd door Mary Eggermont-Molenaar, staat de hoogleraarsvrouw zelf centraal. Haar leven draaide evenwel om haar man en zijn carrière. Een promovendus stelde bij zijn overlijden treffend de vraag ‘hoe hij, met zijn psychische gesteldheid, zonder haar zorgende steun zijn roeping had kunnen volgen, ja de lasten van het leven had kunnen dragen’. Ook in Montana houdt Willy de moed er meestal in. ‘Of het zindelijk

‘Three chiefs Piegan’, een historische foto van Blackfoot-indianen. Foto Edward S. Curtis was?’ schrijft ze daar over het onderkomen van hun eerste nacht. ‘O, neen. Het beste is in zoo’n geval om niet te kijken, niet te onderzoeken. (…) Toch sliep ik heerlijk na zooveel nachten of op zee, of in den trein’. Ze ligt heus wel eens wakker, van de regen die door het lekkende tentdoek druppelt of hun eigen schaduwen op het tentzeil. Maar vooral professor Uhlenbeck heeft ijskoude voeten en voortdurende buikpijn. Dan verzamelt ze alle dekens en jassen, en verwarmt ze hem met slokken rum, hoewel ze op de eerste

pagina van haar dagboek al meldde: ‘Sterke dranken mogen niet worden ingevoerd.’ Ze geniet van het uitzicht op de Rocky Mountains, de natuur en sóms droogt zowaar de zon alle natte schoenen en laarzen weer een beetje. Ook op de dag nadat een oude Indiaan Uhlenbeck om mooi weer had gevraagd, waarop de professor ‘supernatural power’ toegeschreven kreeg. Een andere oude indiaan, Eagle Calf, is dan weer onder de indruk van het spiritusstelletje waar-

mee Willy zonder houtvuur thee maakt. Hij geeft het echtpaar hun indianennamen: de professor heet Omachksistamik, Big-Bull, en zijn vrouw Sakoo-ake, naar zijn eigen moeder. Ze maken een traditionele grasdans mee, een zonnedansweek en vooral professor Uhlenbeck laat zich meevoeren bij de beverdans, waarbij het echtpaar met rode verf wordt beschilderd. ‘Zich hier aan te onttrekken zou onbeleefd zijn geweest’, schrijft Willy. Een andere keer treft ze een oudere indiaan aan

de waterkant. ‘Hij is ongekleed en is juist klaar om een bad te nemen. Zal ik teruggaan? Neen, dat is te gek. Dat zou puriteins wezen.’ Voor haar voorraadje water besluit ze wel wat ‘higher up’ de rivier te gaan. Soms verloopt het contact ronduit moeizaam. De professor brengt vooral veel tijd wachtend door op Tatsey en andere indianen met wie hij moet werken. ‘Rare Indiaantjes toch’, schrijft Willy over afspraken die niet worden nagekomen. Een andere informant, indiaan Walter Mountainchief, leent geld van het echtpaar en doet meer beloftes dan hij kan nakomen. ‘Poor boy! Hoe moet dit ooit in orde komen?’ En soms is het eenzaam: ‘Er komt niemand. Om tien uur gaan wij teleurgesteld naar bed. Uhlenbeck hoest nogal en slaapt niet goed. Ik wel: ik kom heelemaal weer bij.’ Ze geeft hem dropjes. ‘U. slaapt veel beter’, noteert ze. Ook aan de indianen en hun kinderen deelt ze voortdurend snoep en tabak uit, en soms ook pillen uit haar medicijnvoorraad. Tatsey’s zieke dochter geeft ze Uhlenbecks laatste restje rum, maar na een ‘uiterst primitief ’ doktersonderzoek overlijdt het meisje toch. Voor de begrafenis wordt het echtpaar niet gevraagd. Wel bezoeken ze enkele keren indanengraven. Deels geplunderd, maar ‘de omwikkelde geraamten zijn voor een deel goed zichtbaar. Het aangezicht is ontbloot. Aan sommige vingers is nog een ring, aan een arm een armband.’ Terug in Leiden houdt het kinderloze echtpaar, na een mislukte adoptiepoging, nog tot 1926 briefcontact met een van de indianenkinderen. Bij de Blackfeet in Montana in 1911 – Dagboek van Willy UhlenbeckMelchior, ingeleid en geannoteerd door Mary Eggermont-Molenaar. Leiden, Uitgeverij Ginkgo.

Maretjes De prijs voor een Maretje bedraagt €9,– per 30 woorden, opgegeven via redactie@mare.leidenuniv.nl uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan. Doe meer met je kennis! Vrijwilligers gezocht voor één uur per week bijles en huiswerkbegeleiding op verschillende locaties of bij de leerling thuis. LeidenNoord, 33 leerlingen, basisonderwijs, groep 4 t/m 8, waarvan 2 met vergoeding van €4 per les. Voortgezet onderwijs: *Engels, Nederlands, 5havo. *Geschiedenis, Nederlands, Duits, brugklas vmbo. *Engels, 5havo. *Engels, Nederlands, 2atheneum. *Engels, 2vmbo. *Wiskunde, Nederlands, 2havo. *Duits, 3gymnasium. Economie, 5vwo. Nederlands, Engels, brugklas vwo. Nederlands, Engels, wiskunde, 2havo. Natuurkunde, 3havo. Aardrijkskunde, NASK, 4vmbo-tl. *Duits, 2vmbo-tl. *Engels, wiskunde, 3vmbo-t. *Nederlands, 2vmbo-t. *Nederlands, 2vmbo-t. Leiden-Zuid, 12 leerlingen basisonderwijs groep 4 t/m 8. Voortgezet onderwijs: wiskunde, rekenen, 2 brugklassers vmbo. *Wiskunde A, 6vwo. *Huiswerkbegeleiding, 2vmbo. *Wiskunde, 1vwo. *Wiskunde, 2vwo. Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do 15-17u. Tel. 071-5214256. E-mail: hdekoomen@owwleiden.nl. Plusklas Het Gebouw in Leiden-Noord zoekt enthousiaste vrijwilliger voor basis-lessen Frans van 45 minuten aan 14

slimme basisschoolleerlingen op woensdagochtenden. Kleine vergoeding mogelijk. Info: aj.sleijstersingel@gmail.com Informatieweekend vrijwilligerswerk in het buitenland: Heb jij zin om vrijwilligerswerk te doen met straatkinderen in het buitenland? Ben je tussen de 18 en 30 jaar oud? Bezoek dan www.samen. org en meld je aan voor het informatieweekend over vrijwilligerswerk in het buitenland. Kamperen in de herfstvakantie? Vouwwagen te koop voor €95,=. Geschikt voor 4 à 5 personen. Dak bevat vele kleine gaatjes, maar kan nog wel een keer gebruikt worden. Tel. 06-45191600. Open repetities Wereldkoor Leiden op donderdag 8 en 15 oktober, 20:00-22:15 uur, Romanuszaal Hartebrugkerk (ingang fietsenstalling Lange Mare.) Er worden vierstemmige liederen van over de hele wereld gezongen, in vele talen. Iedereen die wil komen meezingen is op deze avonden welkom. Inloop met koffie/ thee/koek vanaf 19:45 uur. Zie ook https:// sites.google.com/site/wereldkoorleiden/

Maretjes extra Maretjes-extra zijn bedoeld voor semicommerciële instanties. De prijs voor een Maretje-extra is €23,– incl. BTW voor elke

vijfendertig woorden. U kunt deze advertenties uiterlijk op de vrijdag vóór het verschijnen van Mare opgeven bij Bureau van Vliet B.V., postbus 20, 2040 AA Zandvoort, telefoon 023-571 47 45. E-mail: Zandvoort@bureauvanvliet.com

Zelfverdedigingslessen Ving Tsun Kung-Fu en Jeet Kune Do, de vechtkunst ontwikkeld door Bruce Lee. Speciaal aanbod: ter kennismaking kan de hele maand oktober gratis worden getraind. Info: www.jfjkd.nl of info@jfjkd.nl

childcare centre 2015 AWARD WINNER FOR SOUTH HOLLAND REGION * In an independent survey parents assess the childcare centre as a 9.2

(217 reviews)

Already for 35 years de Kattekop has been the child care centre for staff and students of Leiden University and affiliated institutions. Within walking distance of Leiden Central station. Open from 07.30 hrs. till 18.30 hrs. More information www.dekattekop.nl tel. 071 5176363 *reviewplatform Opiness.nl

Academische Agenda Prof. dr. M.J. de Rooij zal op vrijdag 9 oktober een oratie houden bij de benoeming tot hoogleraar bij de faculteit Sociale Wetenschappen met als leeropdracht Methodologie en statistiek van psychologisch onderzoek. Mw. A. van Huisstede hoopt op dinsdag 13 oktober om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Morbid obesity and asthma: co-morbidity or causal relationship?’ Promotoren zijn Prof.dr. P.S. Hiemstra en Prof.dr. C. Taube. Dhr. C.R. van Tilburg hoopt op woensdag 14 oktober om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Streets and Streams: Health Conditions and City Planning in the Graeco-Roman World’. Promotoren zijn Prof.dr. H.F.J. Horstmanshoff en Prof.dr. E.M. Moormann (Radboud Universiteit Nijmegen). Mw. L.L. Lahaye hoopt op woensdag 14 oktober om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Drosophila RYKs and their roles in axonal and muscle guidance’. Promotor is Prof.dr. J.N. Noordermeer. Dhr. C.W. Knetsch hoopt op woensdag 14 oktober om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Molecular

typing & evolution of Clostridium difficile’. Promotor is Prof.dr. E.J. Kuiper. Dhr. N. Kafle hoopt op donderdag 15 oktober om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘The Nisvasamukha, the Introductory Book of the Nisvasatattvasamhita’. Promotoren zijn Prof.dr. P.C. Bisschop en Prof. dr. D. Goodall (EFEO Paris). Dhr. R. Viana de Carvalho hoopt op donderdag 15 oktober om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Computational Modelling of Mycobacterium Infection and Innate Immune Response in Zebrafish’. Promotor is Prof.dr. J.N. Kok. Dhr. J.C. Rot hoopt op donderdag 15 oktober om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Enhanced coinduction’. Promotoren zijn Prof.dr. F.S. de Boer en Prof.dr. J.J.M.M. Rutten (Radboud Universiteit Nijmegen). Dhr. J.C. Narváez Gutiérrez hoopt op donderdag 15 oktober om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Latinyorks: Primera, intermedia y segunda generación de (in)migrantes latinoamericanos en la ciudad de Nueva York’. Promotor is Prof.dr. P. Silva.


8 oktober 2015 · Mare 9 Achtergrond

Eén zin, en het is voorbij George Maat blijft vechten voor eerherstel Nog altijd is George Maat stom­ verbaasd over zijn ontslag als lid van Landelijk Team Forensische Opsporing. Wellicht is het einde van de affaire in zicht: komende week krijgt de Tweede Kamer alle stuk­ ken uit het omstreden onderzoeksrapport. ‘De minister hoeft maar één ding te zeggen.’ Door Vincent Bongers Op 22 april keek George Maat (70) samen met zijn vrouw naar RTL Nieuws. Het journaal berichtte over de MH17lezing die hij twee weken eerder had gegeven bij de studievereniging van gezondheidswetenschappen in Maastricht. ‘We zeiden niets tegen elkaar en waren stomverbaasd. Het was zo raar: ik kón haast niet geloven dat het over mij ging.’ De emeritus hoogleraar fysische antropologie had tijdens een openbare lezing beelden vertoond van slachtoffers en zonder toestemming ‘gevoelige informatie’ over de ramp gedeeld. Tenminste: volgens RTL. ‘Schandalig’, vindt hij. ‘Ik was er echt door in mijn kuif gepikt dat zij stiekem opnamen hebben gemaakt.’ Maat was in de veronderstelling dat hij alleen voor studenten gezondheidswetenschappen stond en wist niet dat de organisatie via Facebook ook ‘studenten van andere studies’ had uitgenodigd. Maar dat maakte de lezing nog niet openbaar, zegt hij. En bovendien waren de RTL-verslaggevers heimelijk binnengekomen na zich te hebben aangemeld met een gmail-adres.‘Ze dachten dat ze hier mee weg konden komen: we steken het vuur aan en zien we wel wat er afbrandt. Ze zijn letterlijk over lijken gegaan. Ik vind dat ze hun excuses moeten maken.’ Al snel noemde de kersverse minister van Veiligheid en Justitie, Ard van der Steur, het optreden ‘buitengewoon ongepast en smakeloos.’ Maat werd uit het Landelijk Team Forensische Opsporing (LFTO) gezet dat bezig was de lichamen van MH17 te identificeren. ‘Van der Steur weet niet waar hij het over heeft’, zegt Maat in het Anatomiegebouw van het Leids Universitair Medisch Centrum. ‘Dat hij heeft gezegd dat ik “niet wetenschappelijk heb gehandeld” is helemaal bizar. Hij heeft geen idee hoe een medisch college verloopt. Hij heeft ook niet nagevraagd hoe het precies zat. De minister was net een week aangetreden. Hij wilde zijn spierballen laten zien, en tonen dat hij er alles aan deed om te voorkomen dat de nabestaanden zouden worden gekwetst.’ Maat had – net als zijn collega’s – de MH17-lezing al eerder gegeven, in Maastricht en Leiden. ‘Er is een oriënterend feitenonderzoek uitgevoerd door de politie. Ik kreeg vrijdag 5 juni te horen dat ik werd vrijgepleit. Maar toen kwam de minister de maandag erop met een Kamerbrief. Die volgde grotendeels de lijn van wat ik al te horen had gekregen. Maar in het laatste deel, maakt de brief een draai van 180 graden, en wordt de schuld bij mij neergelegd. Toen kreeg ik het idee dat er gemanipuleerd was. Het bizarre is dat mijn collega’s en ik het rapport niet mochten inzien, maar enkel onze eigen verhoren mochten corrigeren. Die wijzigingen zijn pas doorgevoerd nadat de minister zijn verhaal in de Kamer had gehouden. Ze wisten dus al van tevoren wat ze wilden schrijven! Ze wilden het

George Maat: ‘De minister houdt zich aan één strohalm vast. Als die knakt, is hij af.’ afschuiven op mij. Waarom geef je anders een verkeerde voorstelling van zaken?’ Deze week moet het ministerie onder grote politieke druk alle onderliggende documenten aan de Tweede Kamer overhandigen. ‘Dan wordt hopelijk duidelijk wie er zaken heeft veranderd: de minister of het hoofd van de politie.’ Maar de minister is hardnekkig. ‘Zelfs in de antwoorden op de laatste serie Kamervragen wordt gesteld

dat het een openbare lezing was. Die fout blijft er maar in zitten. Het is de enige strohalm waar de minister zich aan vasthoudt. Als die knakt, is hij af.’ Van der Steur heeft verschillende momenten gehad waarop hij op zijn woorden terug had kunnen komen. ‘Het enige wat hij publiekelijk hoeft te zeggen is: “Sorry, ik was te snel met mijn oordeel.” Het kan in één zin voorbij zijn voor iedereen.’ Die excuses kwamen ook niet tijdens het

Foto Maarten Kools

gesprek dat Maat vorige week met de minister had. ‘Hij heeft wel gezegd dat het ministerie weer gebruik wil maken van mijn diensten. Dat is wel een heel indirecte manier van eerherstel. ‘Het is gebracht als wandaad, maar zo ziet het overgrote deel van de mensen het niet. Ik heb een stortvloed aan e-mails gekregen, bijna allemaal steunbetuigingen. Er zaten berichten bij van mensen met wie ik in de binnenlanden van Borneo

Beter laat dan nooit: ook college en LUMC springen op de bres Na vele steunbetuigingen van Leidse wetenschappers krijgt George Maat nu ook eindelijk publieke bijval van het college van bestuur van de universiteit en de directie van het Leids Universitair Medisch Centrum. ‘Rector magnificus Carel Stolker heeft me uitgenodigd voor een gesprek in Barrera’, zegt Maat. ‘Hij vond het ook schandalig wat er was gebeurd. Samen met de directeur van het LUMC stuurt hij nu een brief aan de Koninklijke Nederlandse Akade­ mie van Wetenschappen waarin een aantal binnenlandse en buitenlandse wetenschappers het voor mij opneemt.’ Stolker bevestigt aan Mare dat de universiteit en het LUMC ‘de brief gaan sturen’. ‘Deze moet nog uit. De afgelopen 3-ok­

toberdagen, en ook vandaag, waren even erg druk.’ ‘Daar ben ik verschrikkelijk blij mee’, reageert Maat. ‘Ik had het wel zeer op prijs gesteld als ze eerder voor mij op de bres waren gesprongen. Vooral omdat er zo’n belangrijke onder­ wijskant aan de kwestie zit. Elke docent kan dit overkomen. Maar veel mensen met een baan in het bestuur zijn bang voor pensioenbreuk. Er wordt heel voorzichtig op de tenen gelopen. Als je een vechtersbaas bent, kom je meestal niet in een be­ stuursfunctie terecht.’ Maat blijft ondanks al het gedoe beschikbaar voor de over­ heid, al zal hij zich niet meer bemoeien met MH17-onderzoek. ‘Als het lampje op rood springt, pak ik gewoon weer mijn kof­ fertje en ga ik op pad.’

op de lagere school heb gezeten. Die vonden het na zestig jaar blijkbaar de moeite waard om te reageren. We hebben van Jan en alleman bloemen gekregen. Er hebben nog nooit zoveel boeketten in huis gestaan. ‘Ook nabestaanden van MH17slachtoffers stuurden mails. Ze schreven dat ze blij waren dat ze eindelijk wat hoorden over het onderzoek. Ik vertelde in het college niets nieuws. Maar de nabestaanden hebben zo’n honger naar informatie, dat ze ook een oud verhaal als iets nieuws zien.’ Al dertig jaar identificeert Maat lichamen. Na rampen of oorlogen komt hij in actie. Hij deed onderzoek bij de vliegramp in Tripoli. Hij zocht naar menselijke resten na de tsunami in 2004 en identificeerde lijken in massagraven in het voormalige Joegoslavië. ‘De lichamen zijn zelden compleet. Meestal is het een zak vol met een ratjetoe van allerlei personen in verregaande staat van ontbinding. Nou, daar verheugt niemand zich op. Toch moet en zal je alles goed uitzoeken. En zo wil ik ook weten wat er hier precies is misgegaan rond de lezing. De groep die dit werk doet, is geselecteerd op incasserings- en uithoudingsvermogen. Deze mensen zijn niet geschikt om op te lichten.’ Het forensische werk is zwaar. Vooral als het met oorlogshandelingen te maken heeft. ‘In Joegoslavië stuitte ik twee keer op een boobytrap. Ik werkte voor Scotland Yard en liep met een team door de bossen naar het volgende massagraf. Ik zag een groene visdraad, en ik bedacht mij: “Die hoort hier niet thuis.” Ik stond direct stil en zag dat de lijn was vastgemaakt aan de pin van een handgranaat. Die had ons allemaal kunnen opblazen. Vijftig meter verder was het weer zover. Toen heb ik gezegd dat het bos maar opnieuw moest worden nagekeken.’ Maar oorlog is vooral het moeilijkste omdat er opzet in het spel is. ‘Dat is echt kwaadaardig. Bij ongelukken heb je niet het gevoel dat je het kwaad aan het bestrijden bent. Bij MH17 was het waarschijnlijk een fout. Als die lui die de raket hebben afgeschoten hun verantwoordelijkheid nemen en “sorry” zeggen, dan maakt dat al zoveel uit. Maar die zitten in een land dat geen “sorry” kan zeggen. Het kwaadaardige is er achteraf ingeslopen.’ Volgens Maat komt er ook nog wel iets goeds voort uit de kwestie. ‘Er komen afspraken over het gebruik van forensisch beeldmateriaal en het geven van lezingen. De Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen gaat wetenschappers die zwaar onder politieke druk staan beter beschermen. Het is verder de bedoeling dat er garanties komen die er voor moeten zorgen dat docenten in de collegezaal vrij kunnen spreken voor hun eigen doelgroep. Bij pathologie wordt ook materiaal vertoond van patiënten die net zijn overleden. Dat moet wel kunnen.’ Vol verwachting kijkt hij naar de ontwikkelingen in Den Haag. ‘Nog één fout en Van der Steur vliegt eruit, dat is toch wel de teneur in de Kamer. Maar misschien verzint het ministerie wel weer een smoes. De schade voor de man is gigantisch. Dat hij ’s nachts niet kan slapen, kan me niet schelen. Deze manoeuvres leiden tot slapeloze nachten bij nabestaanden: dáár ben ik gebelgd over.’ En zijn eigen reputatie dan? ‘Ach, ik ben zo oud en heb al zoveel krassen, dit krasje kan er ook nog wel bij.’


10  Mare · 8 oktober 2015 English page

This is very effective Why is ragging so popular? Of course, by now we all know what’s wrong with ragging, but isn’t there anything it could teach us? “It’s not about going through hell.” In a recent row in England, David Cameron’s biographer claimed that the British prime minister stuck “a private part of his anatomy” in the mouth of a dead pig. With Pig Gate fresh in everyone’s minds, we could write a feature on all that’s wrong with initiation rituals, including a list of the worst incidents. However, we are all familiar with the greatest objections (following the herd, personality breakdown, etc.) by now. And so we ask: is there anything good about ragging? Or are thousands of students subjected to a tough KMT [an introductory week of initiation rituals before joining a student fraternity] each year for the sake of it? Mare asked a number of experts and people who have been there. “Ragging makes good use of three aspects that play a major part in group building: suffering together, equality and closeness”, explains social psychologist Arjaan Wit, an expert on group dynamics. “Suffering together, also known as “common fate”, means that a group of people undergo the same experience. It’s not about going through hell, no; it’s about everyone going through hell together. They’re all up the same creek.” Generally speaking, the nastier the experience, the more cohesion. “For instance, groups who have done the KMT often feel superior to groups who did the ‘na’-KMT [a second week of ragging for people who join later), because the second week is easier, in their opinion. And if one group was subjected to something awful in very bad weather and another had good weather during the same activity, the bad-weather group’s feeling of togetherness is stronger. The same thing happens in elite teams, like the Royal Marine Corps, who face a tougher training than other units.” by Petra Meijer

“Equality is created during the KMT when everyone has to wear the same silly hat or T-shirt. But there are smaller details too: mobile phones must be handed in, no one is allowed jewellery, and so on”, Wit continues. Max Grapperhaus, Minerva’s chair, also stresses the importance of equality. “Everyone starts at the bottom: it doesn’t matter who you were at secondary school, whether you were a bookworm or the prettiest girl in the class. It’s about how you respond to stuff. After that, you are justified in saying: I’m a member.” Stuff? “I wish I could say more”, says Grapperhaus, “but the magic of the KMT begins with the fact that the group doesn’t know what to expect. I don’t want it to lose that excitement.” The last element, closeness, also has a crucial role, according to Wit: “Of course, it doesn’t make much sense to spread them out in the country. Either they all go out to the country together, or they all squash together in a tiny room.” Dick Berlijn, the former Chief of the Netherlands Defence Staff (the highest officer in the Dutch army) sees parallels between the KMT and army training. “Obviously, a soldier’s education must prepare him for war. Nonetheless, besides teaching military personnel to cope in difficult situations, it should help them become a group. You can’t do much on your own, but together you can deal with anything. In the army, you learn how to move as a team.” Moreover, it stimulates personal development too. “Soldiers don’t just learn how to shoot and march in formation; it’s also a character-building experience. They have to be resilient, keep their emotions under control, keep their word and persevere.” “My son did his KMT in Wageningen; he was ordered to remain squatting in an extremely crowded room, and when he complained, he was forced to wear a wooden sign round his neck that said: ‘I can’t keep my big mouth shut’. That would have

“They’re supposed to come out of it stronger”, says a former Chief of the Netherlands Defence Staff. probably happened to me, too”, Wit grins. “Someone once asked me whether I would do my KMT again if I could”, remarks Grapperhaus. He ponders for a while. “No, but I wouldn’t have missed it for the world. But if you ask me whether I would have made the same choice knowing what I know now, I would say ‘yes, absolutely’. It’s special, though emotional. You’ve just left home. It prepares you for a more independent life. Whether it’s your personal life or work, it’s not always going to be easy.” “By pushing someone to his limits, in a controlled situation, you can make him exceed his own expectations. If someone thinks: ‘I’ll never be able to finish a 180-kilometre march, or go three nights without any sleep’ and yet he discovers he

can, with the right help, his confidence will grow”, Berlijn claims. The same applies to teams: “We challenge them with difficult assignments: they have to pass around a beam that’s a bit too short, or we don’t give them quite enough rope. If they manage to complete the assignment despite that, they’ll be more self-reliant.” Nevertheless, Berlijn stresses that the people doing the ragging should be very aware of group processes: “Those processes can be a very good thing or a very bad thing. You don’t want any bullying or people ending up with life-long frustrations. They’re supposed to come out of it stronger.” Grapperhaus assures us they are careful: “We spend months preparing it; we have every last detail planned with all the risk analyses and protocols.” It isn’t just student fraternities either, Wit explains. “Initiation rituals occur in all strata of society. Just think of fire brigades, rugby clubs and law firms: newcomers have to prove themselves worthy before they are accepted into a group, but once they have done that, they have a true sense of belonging.” Grapperhaus adds: “The KMT is a leap in the dark, but everyone leaps together and lands softly.” According to Wit, the KMT has another advantage: the tougher the KMT, the more the members appreciate their fraternity. “We can ascribe that principle to internal human psychology. It’s called cognitive dissonance; Festinger described it back in 1957. Anyone who has a difficult time becomes convinced it was worth it – that’s how we justify it to ourselves: ‘If they make me do all this shit, it must be very special indeed.’” Wit thinks that most student fraternities are not fully aware of that principle. “But it’s effective. In the fifties, some modest girls who joined a fraternity were asked to talk about sex.” One group was told to read obscene words and explicit descriptions of sexual acts into a micro-

phone in front of the group they wished to join. The other group was asked to read aloud implicitly sexual but rather less embarrassing words like “prostitute” and “virgin”. The control group did not have to read anything aloud. Wit continues: “Next, the girls had to listen to a very boring conversation among supposedly members of the group they wanted to belong to. The girls who had been most embarrassed thought the conversations of the desired group far more interesting than the girls did who had been less embarrassed. Personally, I don’t think that embarrassment or humiliation should be part of an initiation ritual, but Aronson and Mills’ study reveals that it increases the appreciation.” However, other studies reveal that people will drop out if the ragging is carried too far, and Wit thinks that people reach that point sooner nowadays: “People are not afraid of speaking out these days.” Berlijn underwent a month of ragging at the beginning of his army career: “Physically, it was tough, but my fondest memories are of the time we rebelled against the leaders: ‘It stops here, we won’t take any more of this’ – which was good. It turned out that it was actually part of the process. It was wonderful to experience the feeling of togetherness.” Grapperhaus recalls: “I can remember a lot of special moments, because the feeling of unity was so strong. In all honesty, I also thought: When will it stop? It’s gone on for long enough.’ But those thoughts were replaced by the feeling of ‘Yay! It’s great to be a part of this.’” “Ragging – if done properly – can have a very beneficial effect,” Berlijn adds. “I have two sons, both graduates now. One joined the student corps and the other didn’t. The elder really didn’t want to be a part of it – he thought it was something for posh louts. But it had a chastening effect on my younger son; it made him much more self-assured. I would recommend to anyone. Just do it and make the best of it.”


8 oktober 2015 · Mare Cultuur

Agenda

Jazz stinkt een beetje

FILM

Eric Vloeimans maakt ‘universele muziek’ Met een trompet kun je niet foezelen, zegt muzikant Eric Vloeimans. Hij treedt vanavond op in Scheltema. ‘Dat vind ik echt geil’ DOOR VINCENT BONGERS ‘Bij De Wereld

Draait Door introduceert Matthijs van Nieuwkerk mij als jazztrompettist. Dan denk ik: Pfff… Jazz, dan denken mensen al aan muziek voor ouwe lullen door ouwe lullen. Jazz stinkt een beetje, het roept vaak negatieve associaties op.’ Eric Vloeimans (52) speelt trompet en houdt niet van muzikale hokjes. ‘Je wilt alle mogelijke vormen van muziek gebruiken om het publiek en jezelf te boeien. Ik speel met het Holland Baroque Society. Is dat dan klassiek? Ik weet het niet. Ik heb net een track opgenomen met Armin van Buuren. Is dat dan dance? Ik zie mezelf als maker van universele muziek. ‘Ik ben een extravert persoon en sta graag op de voorgrond. Anders speelde ik wellicht contrabas en stond ik wat verder achterop het podium. Een trompet is een heel naakt instrument. Daar kun je niet mee foezelen. Het geluid ketst echt

de zaal in. Als je de fout in gaat, dan valt dat nogal op.’ Donderdag speelt hij samen met Licks & Brains. Een 18-koppige band die volgens Vloeimans ‘wars van alle conventies is.’ ‘Ik heb een hekel aan grenzen. Je moet over grenzen van muzikale conventies heen durven springen. En dat doen zij. We gaan er een vrolijke energieke bende van maken. En dan bedoel ik geen polonaise, maar een muzikaal vreugdevuur. ‘Het is nu dinsdagmiddag en vanavond repeteren we voor het eerst het werk dat we in Scheltema spelen. Ik heb wat stukken gekregen maar heb ze nog niet beluisterd. Dat gaat vaak op het laatste moment. Maar als professionele muzikant ben je dat gewend. Ik zit nu achter de computer en zal even wat laten horen.’ Vloeimans skipt even snel door wat van de stukken en houdt zijn telefoon voor de speakers. Er is een flard conga’s te horen, dan een vleug piano en nog het nodige koper. ‘Yes, leuk, vrolijke ritmes en toegankelijk. Dat had ik ook al verwacht.’ Improviseren vindt Vloei-

mans een van de fijnste dingen om te doen. ‘Dan speel je uit het hart. Het is voor mij de vrijheid om te kunnen doen wat ik wil. Als het goed gaat, kun je je persoonlijkheid uiten in de muziek. En dat kan mooi of ranzig zijn, maar ook verdrietig of vrolijk. ‘Veel klassieke musici zijn vergeten dat je ook kunt improviseren. In de tijd van Bach gebeurde dat wel. Het was de popmuziek van de tijd. Nu is het helemaal dichtgetimmerd. Componisten en dirigenten dicteren hoe de muziek moet klinken. ‘Ik vind het ook echt geil om op het podium te staan. Het is een heel directe vorm van kunst. Het gaat om het moment. Totdat ik zie dat er in het publiek opnames worden

gemaakt met telefoons. Of dan hangt er opeens een iPad in de lucht. Dat is zo jammer. Het gaat toch niet om de filmpjes op YouTube? Geniet van het moment; maak het allemaal nu mee.’ Licks & Brains featuring Eric Vloeimans Scheltema Do 8 okt, 20.00 uur, € 7,50

Foto Jacinto Veldhoen

Niet meer constant schreeuwen Belgische metalband Bliksem in Gebr. de Nobel Bliksem is een van de drie bands die volgende week donderdag onder codenaam Belgian Metal Invasion Gebr. de Nobel bestormen. ‘Ik zou best de wereld willen overnemen.’ DOOR MARLEEN VAN WESEL ‘Tovenaars en

draken, sommige bands vinden dat leuk. Maar dat is niet iets waarover ik zou kunnen schrijven zonder dat het belachelijk wordt’, zegt zangeres Peggy Meeussen. Volgende week donderdag staat ze met haar metalband Bliksem in Gebr. de Nobel. ‘Onze teksten zijn juist vrij écht’, vult

drummer Rob Martin aan. ‘Uit het leven gegrepen, zogezegd. We klinken toch wel vrij rauw.’ Debuutalbum Face The Evil verscheen in 2013. ‘Daarmee leverden we een trashplaat af ’, zegt Meeussen. Martin: ‘Face The Evil vind ik nog steeds catchy klinken, maar we hoefden niet te bespreken dat de opvolger diverser mocht zijn.’ Op de nieuwe plaat Gruesome Masterpiece klinkt dan ook stevige hardrock en een dosis doom. ‘Nu doen we waar we zelf zin in hebben’, zegt Meeussen. ‘En ik vind het ook wel fijn dat ik niet constant hoef te schreeuwen.’ Aangekondigd als Belgian Metal Invasion staat Bliksem volgende

week donderdag met landgenoten Evil Invaders en Diablo Blvd in Gebr. de Nobel. ‘Ik geloof dat onze manager dat gefikst heeft’, zegt Martin. ‘Metal klinkt in België niet anders dan in Nederland. Wel is de infrastructuur van Belgische zalen moeilijker. In België heb je aan de ene kant kleinere zalen en tenten, waar scouts en andere jeugdverenigingen optredens organiseren. Aan de andere kant zijn er zalen zoals het Sportpaleis, die net iets te groot zijn. Het Nederlandse clubcircuit heeft een goed tussenformaat.’ Meeussen signaleert ook verschillend publiek: ‘Ik zeg dit met alle liefde, maar Nederlanders kunnen

‘Nederlanders kunnen maar moeilijk hun mond houden tijdens een optreden.’

Foto Tim Tronckoe

moeilijk hun mond houden. Als ik zelf op het podium sta heb ik er weinig last van, maar laatst stond ik op Incubate naar Empyrium te kijken terwijl achter ons een paar mensen de longen uit hun lijf stonden te schreeuwen om elkaar iets te zeggen.’ Martin: ‘Maar Belgen zijn weer meer kat-uit-de-boom-kijkerig. Ze komen eens kijken, en misschien dat ze bij een vólgend optreden een keer een moshpit bouwen. Nederlands publiek reageert gemakkelijker fysiek.’ Bliksem toerde afgelopen jaar in het voorprogramma van Flotsam and Jetsam al door heel Europa. ‘We worden zo groot als we kunnen’, zegt Martin. ‘We verdienen er nog altijd niks aan, maar het is inmiddels te groot om nog een hobby te noemen. Het is erop of eronder nu. Inbinden is geen optie. Of we groeien nog verder, of we verdwijnen.’ Eróp zou mooi zijn, vindt ook Meeussen. ‘Maar ik ben nooit in Bliksem gestapt om er mijn job van te maken, of met het idee dat we de wereld gaan overnemen.’ Martin: ‘Nou, ik zou best de wereld willen overnemen.’ Met zo’n Nederlandse bandnaam? ‘Die naam was al beslist toen wij erbij kwamen. Ik hoopte nog dat het een werktitel zou zijn’, vertelt Meeussen. Martin: ‘De band bestond al in het repetitiehok, zonder zang en met een andere drummer. Er werd inderdaad gezegd: die naam verandert nog wel. Maar ik wilde er juist alleen bij als we die naam zouden houden. Bliksem, dat klinkt écht flitsend, als een onomatopee. Bliksem klinkt meer bliksem dan lightning, toch?’ Meeussen is allang om: ‘Het is ook in het buitenland gemakkelijk uit te spreken. En mensen zijn altijd benieuwd wat het betekent.’ Belgian Metal Invasion: Bliksem, Evil Invaders, Diablo Blvd & support: Bark Gebr. de Nobel Do 15 okt, 20.00, €12,50

11

KIJKHUIS Mia Madre, dagelijks 16.30, ma. di. wo. 19.00 Life dagelijks 21.15, do. vr. za. zo. 18.45 Félix et Meira do. vr. za. zo. 16.15 Underdog ma. di. wo. 16.15 Mustang do. vr. za. zo. + di. wo. 19.15 Movies That Matter on Tour: We Come As Friends ma. 19.00 NFF Special: Gluckauf (Winnaar Gouden Kalf 2015) di. 21.30 Amy do. vr. za. zo. ma. + wo. 21.30 LIDO Maze Runner: The Scorch Trials 3D dagelijks 18.15 + 21.30 Popoz dagelijks 18.45 + 21.30 The Walk 3D dagelijks 21.30 Sneak Preview di. 21.30 The Intern dagelijks 18.30 Everest 3D do. vr. za. zo. ma. + wo. 21.30 Holland, Natuur in de Delta dagelijks 19.00, za. zo. 15.30 Sicario dagelijks 21.30 TRIANON La passion de Jeanne d’Arc 1928, Carl Theodor Dreyer) Met Live Pianobegeleiding zo. 16.00 The Martian 3D dagelijks 18.15 + 21.30, za. zo. + wo. 14.30 45 Years dagelijks 18.45 + 21.30, za. zo. 15.30 5000 Roebel do. 19.30 Journey to the Shore ma. di. wo. 18.30 J. Kessels dagelijks 21.30, vr. za. zo. 18.45

MUZIEK

GEBR DE NOBEL Paul di’Anno / Architects of Chaoz Do 8 oktober, 20.00, €12,50 Choco Vinyl Release Party Vr 9 oktober, 20.00, gratis Fuif #6 Za 10 oktober, 23.00, €15,00 Big One, The Pink Floyd Show Zo 11 oktober, 19.00, €25,10 Enforcer & Wolf & Dynamite Wo 14 oktober, 20.00, €15,Belgian Metal Invasion met Bliksem, Evil Invaders & Diablo BLVD Do 15 oktober, 20.00, €12,50 MUZIEKCENTRUM LEIDEN-NOORD Open Podium met o.a. Greyhound Bluesband en Crossroads Train Za 10 oktober, 20.00, gratis HOOGLANDSE KERK Orkest Leids Toonkunstkoor Zo 11 oktober, 20.00, €15,-

THEATER

LEIDSE SCHOUWBURG Tom Lanoye: Verwey-lezing & Niemands Land / Overkant Do 8 oktober, 19.30, vanaf €10,-

DIVERSEN

VRIJPLAATS Foto-expositie Zoë Kerkhof: International Banking 9 oktober t/m 8 november NIEUWSPOORT DEN HAAG Deal Foundation: Seminar ‘Ondernemen voor mekaar’ Wo 14 oktober, 15.40 SIEBOLDHUIS Tentoonstelling: Shinkichi Tajiri: Universal Paradoxes t/m 29 november LAKENHAL Tentoonstelling Hendrik Valk t/m 29 november GALERIE FSW Expositie Molly Ackerman en Fred Rohde: Key Pieces t/m 22 januari 2016


12

Mare · 8 oktober 2015

Het clubje

Column

Sardientjes

Foto Nuon Solar Team

‘Dit keer viel de schade mee’ Het Nuon Solar Team Emiel Lorist (derde van links op de foto, 23, technische wiskunde aan de TU Delft en Universiteit Leiden): ‘Met vijftien bouwers en onze zonne-auto Nuna 8 zitten we nu in Australië.’ Marlieke Verweij (naast hem, 24, werktuigbouwkunde, Delft): ‘Op 1 september zijn we hierheen gevlogen voor de World Solar Challenge, van 18 tot 25 oktober. De meesten plakken er daarna nog een vakantie aan vast. Daar zijn we straks wel aan toe. We hebben dit jaar tien vakantiedagen gehad.’ Lorist: ‘Op de TU Delft is dit een studentenproject dat je naast je studie kunt doen. Je moest solliciteren en uiteindelijk werd er vijftien man gekozen met achtergronden van elektrotechniek tot aerodynamica.’ Thijs Overwijk (zevende van links, 25, ook werktuigbouwkunde): ‘Maar we zijn niet echt opgesplitst hoor. Als ik iets ver-

ander aan de ophanging, heeft dat namelijk ook effect op de aerodynamica.’ Lorist: ‘De Nuon-teams hebben nu zeven keer meegedaan: vijf keer gewonnen, twee keer tweede geworden, vlak achter Japan.’ Verweij: ‘We maken een goede kans, maar het wordt spannend. De deelnemende auto’s lijken steeds meer op elkaar - en vooral op onze vorige auto: de Nuna 7.’ Lorist: ‘Wij zijn wel vanaf nul gaan tekenen, maar ook wij hebben de Nuna 7 gebruikt als basis. Je kunt niet in één jaar álles innoveren wat er bij een zonne-auto komt kijken. De verlichting hoef je niet opnieuw te bedenken. Daar valt niet veel winst of verlies op te maken.’ Verweij: ‘Sinds twee jaar moeten de deelnemende auto’s vier wielen hebben.’ Lorist: ‘Daarvoor bouwden we driewielers. Een nieuwe regel van dit jaar is dat

het zonnepaneel zich met een zelfvoorzienend systeem naar de zon moet kantelen. Vorig jaar kon je het paneel nog met het hele team oppakken, wanneer je niet aan het racen was. Los van die eisen van de organisatie proberen we het verbruik natuurlijk te verbeteren. We hebben het gewicht met dertig kilogram gereduceerd, van 180 naar 150. En omdat de TU een tak van lucht- en ruimtevaarttechniek heeft, zetten we altijd in op aerodynamica. Dit jaar hebben we de luchtweerstand met tien procent verlaagd.’ Overwijk: ‘In Australië blijken de auto’s altijd weer anders te rijden. Het klimaat is anders, het wegdek is grover en er is meer zijwind. Bovendien heeft de auto een hele reis gemaakt per vliegtuig in een flightcase, en ook nog per boot, om hier te komen. Het was ontzettend spannend toen we de koffer voor het eerst openden. De eerste vier Nuna’s arriveer-

den met schade, maar dit keer viel het wel mee.’ Verweij: ‘Ik moet vooral nog de kieren afwerken, maar verder houd ik me hier meer bezig met de financiële en logistieke kant.’ Overwijk: ‘Bij het afstellen moet ik erop letten dat de auto zo min mogelijk weerstand heeft, maar hij moet ook comfortabel rijden. We hebben drie coureurs, die elkaar over 3000 kilometer afwisselen. Die komen ook uit ons team.’ Verweij: ‘Er doen twee soorten auto’s mee aan de race. De TU Eindhoven heeft een vierpersoonswagen. Zoiets zou je over tien jaar misschien wel door de straten kunnen zien rijden. In onze Nuna 8 mag maar één persoon. Dat is echt een racewagen, met de nieuwste technieken.’ DOOR MARLEEN VAN WESEL

Als u dit leest, bent u erin geslaagd om de universiteit te bereiken. Tenzij u in Leiden woont en dus gewoon op de fiets bent gekomen, mag u daar best een beetje trots op zijn. Afgelopen week heeft namelijk zelfs de NS persoonlijk toegegeven dat het een gigantische teringzooi is in de spits. Sterker nog, volgens de NS wordt het de komende tijd alleen maar erger. Er rijden kortere treinen vanwege werkzaamheden, er zijn tientallen oude treinen uit de roulatie genomen en pas eind volgend jaar zijn de eerste bestelde treinen klaar. Het gevolg is dat sardientjes in een blik veel ruimte hebben in vergelijking met de arme zielen die tijdens de spits moeten reizen. Om het leed enigszins te verzachten, heeft de nieuwe topman van de NS, Roger van Boxtel gevraagd of de Nederlandse onderwijsinstellingen hem niet een beetje tegemoet kunnen komen en hun roosters zo willen plannen dat studenten, die een groot aandeel van alle treinreizigers uitmaken, buiten de spits kunnen reizen. Het is een aardige poging om zijn problemen af te schuiven, maar niet minder raar dan wanneer ik bij een onvoldoende voor mijn scriptie aan mijn begeleider zou vragen of ze misschien iets minder streng zou kunnen zijn en me een voldoende wil geven. We zouden echter ook ons voordeel kunnen doen met Van Boxtels verzoek. Ik denk dat er maar weinig studenten zijn die het vervelend zouden vinden om vanaf elf uur ’s ochtends college te hebben in plaats van negen uur. Lekker uitslapen en dan nog kunnen zitten in de trein ook. Bovendien is het met het afschaffen van de studiefinanciering sappelen geblazen voor de gemiddelde student en kunnen we best wat extra inkomsten gebruiken. Wat van Boxtel in feite vraagt, is of we afstand willen doen van onze studenten ov-chipkaart, die ons in staat stelt om doordeweeks onbeperkt te reizen met de trein. Voor niet-studenten kost eenzelfde abonnement 325 euro per maand. Een dalurenabonnement, zoals van Boxtel dat aan ons wil slijten, kost echter maar 99 euro per maand. Het verschil van 226 euro haalt het natuurlijk niet bij de oude uitwonende stufi, maar zou een meer dan schappelijke compensatie zijn om buiten de spits te reizen. Van Boxtel blij omdat zijn treinen minder vol zitten, wij blij omdat we nooit meer vroeg op hoeven en 226 euro per maand extra te besteden hebben, zodat we volgend jaar geen rugzakken met lauw bier meer mee hoeven te nemen op drie oktober. Het is misschien een beetje een vreemd verzoek, maar zoals we van onze nieuwe beste vriend van de NS hebben kunnen leren: domme vragen bestaan niet. TIM MEIJER

Bandirah


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.