Mare 5 (38)

Page 1

2 oktober 2014 38ste Jaargang • nr. 5

‘25 keer vragen om een oorlog’ Pagina 9

Naakt van Portugal naar China: ‘We hebben ook nog vastgezeten’

Help! Robots pikken onze banen in (maar bakken ook pannenkoeken)

De meester staat op het podium. ‘Ze namen echt een pistool mee’

Pagina 3

Pagina 2 en 9

Pagina 11

Nederlands leven, maar doodgaan als Marokkaan De uitvaartwensen van moslims in kaart gebracht Antropologe Khadija KadrouchOutmany onderzocht islamitische begrafenissen in Nederland en België en vroeg jonge moslims naar hun voorkeuren. Mare ging mee naar het kerkhof. ‘Ze juichen voor Oranje, maar hier begraven worden gaat te ver.’ ‘Kom, we moeten naar de randen van de begraafplaats’, zegt Khadija Kadrouch-Outmany (1983) terwijl ze de velden vol grafstenen afspeurt. ‘Daar vind je de islamitische graven.’ Op begraafplaats Nieuw Eykenduinen in Den Haag is het rustig. ‘De meeste moslims bezoeken hun overleden familieleden op vrijdag, de heilige dag. Als je op die dag overlijdt, wordt dat gezien als een goed teken.’ In het midden van de begraafplaats liggen de graven allemaal in dezelfde richting. Maar aan de zijkant, naast een veldje vol confronterende kindergraven vol knuffelberen, liggen de graven juist weer anders. ‘De meeste moslims worden op hun rechterzij in het graf gelegd, met wat aarde onder de rechterwang en het gezicht naar Mekka. Maar de gebedsrichting wordt niet door iedereen zo bepaald. Vanuit Nederland ligt Mekka in het oosten, maar enkele Javaanse moslims hebben de gewoonte om richting het westen te bidden meegenomen naar Nederland. Die graven liggen soms in tegengestelde richting.’ Niet alleen de richting van de grafzerken is opvallend. Het islamitische deel van de openbare begraafplaats is op zijn beurt opgedeeld in verschillende veldjes, die van elkaar gescheiden zijn met heggetjes of rijen stoeptegels. ‘Op de zwarte

DOOR PETRA MEIJER

bordjes staat tot welke stroming deze mensen behoren. Hier staat bijvoorbeeld: Algemeen Islamitische akker. En op deze: Algemeen Ahmadiyya akker.’ Kadrouch-Outmany vindt dat beleidsmakers in Nederland te weinig oog hebben voor de verschillende moslimgemeenschappen als zij één islamitische begraafplaats maken. ‘Er is niet zoiets als dé moslim, of dé islam. Moslims komen uit alle windstreken en met heel verschillende ideeën samen. Dat geldt voor rituelen en opvattingen bij leven, en net zo goed omtrent de dood. Sommige gemeenschappen sluiten elkaar ook uit: sjiieten en soennieten willen bijvoorbeeld graag een eigen veld, en Ahmadiyya worden door veel andere moslims niet als moslim erkend.’ Veertig procent van de moslims die de antropologe ondervroeg, wilde met moslims van de eigen denominatie worden begraven. Sommige moslims geloven dat het niet verstandig is om in de buurt van niet-moslims te worden begraven, vanwege de straf die niet-moslims in het graf zullen ontvangen. De nabijheid van die straf zou hen kunnen schaden of storen. Uit het proefschrift blijkt hoezeer de opvattingen per stroming verschillen. ‘In veel gevallen mogen vrouwen gewoon bij de processie aanwezig zijn, maar er zijn ook moslims die de vrouwen, zelfs de familieleden, wegsturen.’ De vrouwen zouden een verleiding zijn of hun emoties niet kunnen bedwingen en daarmee de processie verstoren. Neem bijvoorbeeld de Marokkaanse Najima, die haar man moest begraven, maar werd weggestuurd door de imam. ‘Mijn familie had geen problemen met de aanwezigheid van vrouwen

en niet-moslims in de processie. De imam die de processie leidde was er echter op tegen. Ik zie hem nog voor me, schreeuwend tegen alle vrouwen en niet-moslims dat ze de begraafplaats moesten verlaten! Even dacht ik er over om hem in het graf te gooien! Op zo’n moment kun je met dat soort dingen gewoon niet omgaan. Daar stond ik dan, in mijn twintigerjaren, met mijn pasgeboren baby, mijn man te begraven. Ik wilde gewoon afscheid van hem nemen zonder dat de imam alles verstoorde. Ter plekke vroeg mijn vader de imam vriendelijk ons te verlaten, en we zijn zonder hem verder gegaan.’ Uit het onderzoek van KadrouchOutmany blijkt dat ongeveer 25 procent van de Nederlandse gemeenten een islamitische begraafplaats aanbiedt. Als er geen apart veld beschikbaar is, biedt zes procent de mogelijkheid om richting Mekka begraven te worden. Het Nederlandse beleid was aanvankelijk niet goed afgestemd op de begrafeniswensen van moslims. ‘Volgens de islam moeten overledenen zo snel mogelijk, het liefst binnen 24 uur begraven worden. Pas dan krijgen hun zielen rust. Om iemand te begraven heb je echter schriftelijke toestemming nodig, en die wordt in Nederland meestal pas na 36 uur verleend. ‘Tegenwoordig kunnen er uitzonderingen worden gemaakt. Ook is het in Nederland gebruikelijk om mensen in een kist te begraven, terwijl overleden moslims meestal in lijkdoeken gewikkeld worden. Sinds 1991 is het in Nederland niet meer verplicht om in een kist geplaatst te worden, mits de grond stevig genoeg is.’ > Verder lezen op pagina 6

Advertentie

België: goedkoop en Tentamenboete mag steeds populairder niet van ministerie Steeds meer Nederlanders kiezen voor een studie in België. In de afgelopen vijf jaar steeg het aantal aan Belgische universiteiten met 25 procent.

Pagina 4

OKTOBER DININGCITY DEAL MENU € 29,75 P.P. - BUBBEL EN AMUSE - BROOD EN BOTER - 3-GANGEN SURPRISEMENU

Leiden mag rechtenstudenten die zich te laat inschrijven voor tentamens geen boete geven, zegt het ministerie van Onderwijs. ‘Maar we houden ze niet tegen.’

Pagina 5

Bandirah Pagina 12

Ook mogelijk in: Jonge Koekop Lange Mare 60 Leiden 071-5141937 www.koekop.nl

mare-prentenkabinet 140926.indd 1

Kloksteeg 25, LEIDEN (t.o Pieterskerk) 071-5126666 of www.prentenkabinet.nl

26-09-14 09:56


2  Mare · 2 oktober 2014 Geen commentaar

Rise of the Robots Door Bart Braun ‘Tuurlijk, tuurlijk, de immigranten pakken ba-

Colofon

Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR Leiden Telefoon 071–527 7272 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl

nen af ’, grapte komiek Louis C.K. ooit. ‘Maar toch. Als iemand zonder geld en zonder contacten, die bovendien de taal niet spreekt, je baan af kan pakken, ben je misschien wel gewoon shit.’ Hij heeft makkelijk praten, want juist het verzinnen en vertellen van grappen is een vaardigheid die zich niet zo makkelijk laat afpakken door iemand die de taal niet spreekt. Het is al helemaal lastig om die taak uit te besteden aan een computer. Want de robots komen eraan (zie pagina 8)! Een hoop mensen, van pannenkoekenbakkers tot chauffeurs tot schoonmakers tot groenteplukkers tot kassajuffrouwen, dreigen gedegradeerd te worden tot, nou… shit. Tuurlijk, tuurlijk. De technologische verbeteringen in het verleden hebben niet tot massale werkloosheid geleid. En zelfs als de robots dat wel doen: wie gaat een robot kopen die goedkoop pannenkoeken bakt als de hele wereld vol zit met werkloze chauffeurs die geen geld hebben voor pannenkoeken? Het probleem is helemaal niet dat robots alle banen gaan afpakken. Omdat de welvaart stijgt, komen er nieuwe banen. Het melkmeisje, de letterzetter, de videotheekhouder en de treinkaartjesverkoper zitten niet thuis met hun duimen te draaien, ze zijn iets anders gaan doen. Mens en technologie werken het beste samen, in een verband dat wetenschapsjournalist Bennie Mols Turings tango noemt. Het probleem is dat wanneer robots alle ongeschoolde arbeid overnemen, er voor veel mensen niets anders meer te doen is. Het melkmeisje studeert nu rechten, maar de gemiddelde taxichauffeur is niet in staat om, ik noem maar wat, software te programmeren waarmee robotaxi’s met elkaar kunnen praten. Louis C.K. zou hem misschien shit noemen, maar wat gaat de taxichauffeur doen? Wat moet de samenleving aan met een half miljoen laaggeschoolde mensen – chauffeurs, lakspuiters, stoplichtreparateurs, pomphouders – die werkeloos zijn geworden door de Google Car? Er zullen vast nieuwe banen ontstaan, maar komen ze ook in Nederland? Zijn er ook banen voor de taxichauffeur waarvoor het rondrijden in een auto het hoogste was dat ‘ie aankon? Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is PvdA’er, dus hij ziet vooral heil in inkomensnivellering en basisinkomens. Het is echter maar de vraag in hoeverre de wel-rendabelen daaraan willen meewerken. We hebben geen sinterklaaspolitiek nodig, we hebben robots nodig die samen met halfgeletterden beter werken dan alleen. Ook wie eruit wordt geheerst door robots moet een plek kunnen vinden, liefst zonder overheidssteun. En daarmee is de rise of the robots niet alleen een probleem voor laagopgeleiden, maar ook een uitdaging voor universiteitsmensen. In Amerika zijn overigens de eerste door een algoritme geschreven nieuwsberichten al verschenen, dus ook uw favoriete Leidse universiteitskrant is niet helemaal veilig. Shit.

De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000 Hoofdredactie

Column

Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl Redactie

Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Petra Meijer p.meijer@mare.leidenuniv.nl Marleen van Wesel h.g.van.wesel@mare.leidenuniv.nl Gabe Kramer (stagiair) gabekramermare@gmail.com Medewerkers

Talitha Dehaene • Tim Meijer • Esha Metiary • Marc van Oostendorp • Benjamin Sprecher Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving Marcel van den Berg Drukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op Langedijk Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Redactieraad

Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • Prof. dr. F. Israel (vicevoorzitter) • drs. B. Funnekotter • R. Donkersloot • G. Drijer • K. Innemee • D. Jacobs • mr. F.E. Jensma • S.K. Kerkhof • C. van Leeuwen • dr. S.J. van der Linde • prof. dr. N.J. Schrijver • dr. J.P. Vollaard • C. van der Woude Jaarabonnementen

Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op bankrekening 1032.57.950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200900100) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar redactie@mare.leidenuniv.nl. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden. Adreswijzigingen

Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690

Stille nacht in oktober ‘Moeder!’ riep Núria wanhopig tegen haar beeldscherm. ‘Het is alweer bijna weekeinde hier in Leiden!’ Het gezicht op Skype betrok. ‘Maar kind,’ zei het met krakende stem. ‘Je werkt ook veel te hard. Wanneer je nu eens goed gaat eten vanavond, dan betalen je vader en ik.’ ‘Het is ‘s avonds doodstil hier op straat, moeder, dit is Barcelona niet. De restaurants openen hier niet om tien uur; ze sluiten om die tijd.’ Sinds begin september werkte Núria als universitair docent Catalaans Volksdansen bij de afdeling Europese Minderhedenstudies. Ze had voor ze solliciteerde weliswaar nog nooit van de stad Leiden gehoord, maar er was vast meer economische zekerheid te behalen in Nederland dan in Spanje. De collega’s – een Schot die zich specialiseerde in de geschiedenis van de doedelzak, een Bask die iets onduidelijks deed met werkwoorden in zijn moedertaal – waren aardig. Núria volgde een cursus Nederlands en ze betrok een wevershuisje aan een grachtje. Maar het leven in de vreemde stad was haar tot nu toe tegengevallen. Soms zat ze in haar woonkamertje en dacht ze dat ze op straat mensen hoorde praten. Ze rende dan naar buiten, maar zodra ze op de drempel stond was het weer stil – bij de buren werd nog net een deur dichtgetrokken. Als het waar was dat in Nederland alles honderd jaar later gebeurde, was er in 1914 zeker niets gebeurd in de wereld. Aan de weekeinden kwam geen einde. Núria begreep niet waar Nederlanders precies plezier mee maakten. Het Rapenburg leek de ideale plaats om ‘s avonds te flaneren, maar er liep niemand. Soms ging ze overdag naar Bagels & Beans, om er chocoladeboontjes uit de bakjes met rietsuikerklonten te vissen en te kijken hoe

grote blonde mensen in degelijke jacks zwijgend in bakjes humus zaten te prakken. Ze bladerde wat door de kranten die ze niet begreep, en besloot dan nog even te gaan werken in haar donkere kamer in het verlaten gebouwtje aan de Witte Singel. Daar bereidde ze haar colleges voor de komende jaren voor. Nederlandse eindexamencommissies wilden al twee jaar vooruit weten welke vragen er op tentamens Sardana-dansen gesteld gingen worden – Núria had haar vragen voor 2017 inmiddels klaar. Eén weekeinde was ze naar Amsterdam gegaan. Omdat ze de berichten niet had begrepen over ‘geplande werkzaamheden’ was die dag grotendeels voorbijgegaan met busritjes tussen Hoofddorp en Schiphol en vice versa. In Amsterdam had ze nog net tijd gehad om even over het Damrak te wandelen. Dat vond ze dan weer veel te druk en te vol met dronken mensen, op zoek naar onsmakelijk vertier. En nu was het komende weekeinde ook nog eens extra lang. ‘Vrijdag universiteit dicht’, had de aardige koffiedame haar verteld. ‘Niet werken! Waar ga je heen?’ Ze had gezegd dat ze thuis bleef en niet begrepen waarom de ander haar zo meewarig aangekeken had. ‘Als ik een weekeinde van twee dagen overleef, overleef ik drie dagen ook nog wel,’ zei ze blijmoedig tegen het gezicht op Skype. ‘Lekker rustig, met een mooi boek. Ik denk dat ik vanavond maar eens vroeg naar bed ga.’ Het was de avond van twee oktober. Uit de richting van de Beestenmarkt zwol een nooit eerder gehoord, elektronisch grommend geluid aan. Marc van Oostendorp is hoogleraar fonologische microvariatie


2 oktober 2014 · Mare 3 Mensen

071 -527 …

Pieter Krol: ‘Het is niet erg dat een student niet is geïnteresseerd in kwartaalcijfers.’ Foto Taco van der Eb

Het gaat best goed Vindt de nieuwe voorzitter van de universiteitsraad Psychologiestudent Pieter Krol is de nieuwe voorzitter van de universiteitsraad. ‘Het is wellicht ook positief dat de raad onzichtbaar is.’ ‘De levensgang van de student is zwaar te prefereren, omdat hij dertig talen kent en dronken kan oreren. Het is wat eigenaardig maar zo moet het blijkbaar zijn, het lot is onrechtvaardig maar dat vinden wij wel fijn.’ (uit: ‘Lied voor het Leids gepeupel’) Door Vincent Bongers

‘Ik ben een jaar preses geweest van de VGSL Franciscus Gomarus. Daar was ook ruimte voor een komische

noot. Ik zat bijvoorbeeld in de bralcommissie, die ervoor zorgt dat onze liederen bekend blijven onder leden. Die worden bij bepaalde gelegenheden gezongen onder het motto: “het hoeft niet mooi te zijn als het maar hard is”.’ Maar, zegt zesdejaars student psychologie Pieter Krol (23): ‘Ik wilde ook buiten de veilige muren van de vereniging actief zijn.’ In zijn tweede jaar werd hij namens de Christelijke Studentenfractie Leiden (CSL) lid van de faculteitsraad Sociale Wetenschappen. Later volgde de universiteitsraad, het belangrijkste medezeggenschapsorgaan dat het beleid van het college van bestuur in de gaten

houdt. En van die raad is Krol sinds deze maand de nieuwe voorzitter. ‘Wat mij vooral triggerde is dat het geen politieke functie is. Ik balanceer tussen de raad en het college. Je moet voorkomen dat de raad het idee krijgt dat je te dicht op het college zit. En het college moet niet het idee hebben dat je teveel inhoudelijk betrokken bent bij de raad.’ Politiek bedrijven doet Krol nu op een ander podium. ‘Ik ben duoraadslid voor de ChristenUnie in de Leidse gemeenteraad.’ Zijn doel als voorzitter: ‘Een verbetering van de kwaliteit van de medezeggenschap. De samenwerking tussen de faculteitsraden en de universiteitsraad verloopt nog

niet soepel genoeg.’ De universiteitsraad gaf het afgelopen jaar kritiek op facultaire besluiten waar faculteitsraden reeds mee hadden ingestemd. Zo plaatsten universiteitsraadsleden vraagtekens bij de vierjaarstermijn bij rechten en het opheffen van Joods en Hebreeuws als zelfstandige studierichting. ‘Het faculteitsbestuur en het college vinden het vervelend dat die discussie op twee tafels wordt gevoerd, maar soms is het niet te voorkomen. We gaan er hopelijk voor zorgen dat de universiteitsraad in een vroeger stadium op de hoogte is van dingen die spelen.’ De opkomst bij de verkiezingen is laag, weet Krol. ‘Maar ik staar me daar niet blind op. Het is wellicht ook een positief punt dat de raad wat onzichtbaar is. Kennelijk gaat het best goed op deze universiteit. Als er problemen zijn dan weten ze ons wel te vinden. Er is in het verleden behoorlijk actie ondernomen om mensen naar de stembus te krijgen en dan stemde 21 in plaats van 19 procent. Dat is mooi, maar het is de vraag of dat opweegt tegen de investering. Ik focus me in eerste instantie op de kwaliteit van de medezeggenschap. Maar het zou goed zijn om de social media van de verschillende medezeggenschapsorganen te koppelen. Faculteitsraden hebben nu hun eigen Facebook- en Twitteraccount. Het is handiger als je één medezeggenschapspagina hebt. Dan ben je herkenbaarder.’ Maar Krol vindt het niet vreemd dat er maar een minderheid geïnteresseerd is in de raad. ‘Het draait meestal niet om het behalen van schokkende resultaten. Er wordt zelden keihard politiek bedreven. Ik kan me goed voorstellen dat de gemiddelde student niet erg geïnteresseerd is in de financiële kwartaalcijfers van de universiteit. Dat is denk ik ook helemaal niet erg. ‘Dat neemt niet weg dat de universiteitsraad een heel belangrijke functie heeft, waarin studenten en personeelsleden het mandaat van hun achterban hard nodig hebben.’

Frutti di Mare

Zes uur wachten op ijswaterkoffie ‘Pas als je slechte koffie proeft, merk je dat een bakkie ’s ochtends toch je dag bepaalt’, zegt Jits Krol (25). ‘Nou drinken wij ook wel erg veel’, vervolgt Robert Nijhof (26), terwijl hij de glazen volschenkt. Er drijven ijsblokjes in. Nijhof en Krol, beiden afgestudeerd in de psychologie aan de Universiteit Leiden, met een minor bedrijfswetenschappen én twee masters, startten afgelopen juni met hun bedrijf Batavia. Op een tafel in hun kantoor aan de Maresingel staat een installatie die zo uit de collectie van museum Boerhaave lijkt te komen: een Dutch coffee-apparaat. IJswater druppelt op de vers gemalen bonen, waarna het via een spiraal in een glazen bol druppelt. ‘Voordat die gevuld is ben je drie tot zes uur verder’, zegt Krol. ‘Het is het best om het brouwsel daarna nog een paar dagen te bewaren in de koelkast, dan komen de smaken nog beter tot hun recht.’ In het VOC-tijdperk werd deze manier van koude koffie zetten door de Nederlanders geïntroduceerd in Noordoost-Azië, vandaar de term Dutch coffee. Hij herontdekte het Nederlandse idee toen hij in Zuid-Korea studeerde, waar de drank op het moment erg populair is, en op elke hoek van de straat te krijgen. Toen hij later met Nijhof in India zat en daar ‘smerige koffie’ proefde, kwam het verlangen naar de koude koffie die hij in Zuid-Korea had leren kennen naar Door Gabe Kramer

boven. ‘En in onze studententijd hebben we ook wat er in de UB uit de automaat komt maar al te goed leren kennen: waardeloos. Genoeg redenen om te beginnen dus. Op dit moment zijn we het enige bedrijf in Europa met deze manier van koffie zetten.’ Hij somt de voornaamste voordelen van koud gezette koffie op: meer cafeïne, minder calorieën. Heet water zorgt er namelijk voor dat vetten uit de koffiebonen vrijkomen. Die zorgen er ook voor dat de koffie vies wordt als deze afkoelt. Maar van de concurrerende ‘koude’ methode cold brew moeten ze niks hebben, zegt Nijhof. ‘Hierbij laat je koffie in water trekken en filter je het daarna. Maar zo gaat er veel smaak verloren.’ Hij schenkt het volgende glas in. ‘Deze koffie is iets sterker, de eerste was iets fruitiger, proef maar.’ De smaken verrassen: helemaal niet bitter, zelfs lekker fris. ‘Veel van de pakken filterkoffie in de supermarkt zijn melanges van verschillende bonen. Omdat wij de varianten die we hebben maken met single origins, één bonensoort per koffie, kun je de variaties goed proeven tussen bonen uit verschillende landen.’ Zelf vergelijken ze de nuances tussen de aroma’s van bonen met de verscheidenheid aan soorten wijn: uit de vele regio’s komt een diversiteit aan smaken. Na eindeloos testen hebben ze besloten dat ze drie soorten op de markt gaan brengen in Nederland, met

daarnaast nog een wisselende special. ‘Want niet alle bonen zijn het hele jaar door te verkrijgen. Inmiddels hebben we verschillende verkooppunten in Nederland, de website dutch-coffee.nl en

binnenkort ook bataviacoffee.com.’ Het vele proeven heeft wel voor bijwerkingen gezorgd, zegt Nijhof: ‘Na de eerste week proeven had ik zoveel energie, dat ik weer begonnen ben met hardlopen.’

Naaktlopers Maurice Baltissen reisde met broer Laurence van Portugal naar China. Ze vertrokken naakt. Volgende week spreken ze op het symposium van de Leidse Veerstichting.

De gebroeders Baltissen. Hoe ben je op dit idee gekomen? ‘Voor mijn afstudeerproject in Den Haag aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten mocht ik alles doen, zolang het maar met grafisch design te maken had. Mijn moeder bracht vroeger altijd oude kleding naar het Leger des Heils. Dat vond ik fascinerend. Altijd als er beelden uit Afrika op televisie waren, keek ik of er iemand in een van mijn oude T-shirtjes liep. Tevergeefs natuurlijk. Vandaar dat ik mijn eigen kledinglijn Birthdaysuit ben gestart, in de hoop er ooit mensen mee op televisie te zien.’ Jullie zijn volledig naakt vertrokken vanuit Portugal. ‘Ik zag mijn afstudeerproject als mijn geboorte als grafisch designer, net zoals je naakt wordt geboren. Je begint je leven ook met niks, en zo wilde ik ook Birthdaysuit promoten. We hadden alleen een stapel T-shirts mee die we ruilden voor vervoer, onderdak en eten. Ondertussen kregen we het voor elkaar dat de T-shirts werden verkocht in de landen waar we doorheen reisden. Dat geld gebruikten we om verder te komen.’ Geen kou gevat? ‘Gelukkig troffen we al na twee uur een Portugees die broeken ruilde voor een Tshirt. Toen waren we in ieder geval niet naakt meer. Vanaf het begin tot in China hebben we alles gezien van de straat, maar zijn we ook thuis bij een Kazakse minister geweest en konden in Oezbekistan vier T-shirts ruilen tegen een traditioneel kostuum. ‘Toen we in Kazachstan niet verder kwamen, zijn we op de radio geweest. Miss Tadzjikistan, die dat had gehoord, wilde ons aan meer bekendheid helpen door een gezamenlijke fotoshoot. Die staat op onze Facebook-pagina. Maar omdat we voor die shoot natuurlijk naakt waren, zijn we toen opgepakt en hebben we een dag vastgezeten.’ Hadden jullie nooit ruzie onderweg? ‘Drie keer maar. Het was dan tien minuten schelden en alles eruit gooien, dan elkaar een knuffel geven en weer doorgaan met de reis. We zijn echt twee handen op één buik.’

Dutch coffee-meesters Robert Nijhof en Jits Krol. Foto Taco van der Eb

Hoe nu verder? ‘We willen een reis maken van Chili tot Alaska en van Zuid-Afrika naar Nederland. Dat moet lukken, de wereld rondreizen is ook ooit iemand gelukt in 80 dagen. Daarna wil ik een commerciële kledinglijn in combinatie met een goed doel opzetten om op die manier kinderen in bijvoorbeeld Afrika te leren op eigen benen te staan.’ GK


4  Mare · 2 oktober 2014 Nieuws

Vies beddengoed Een op de vijf studenten verschoont zijn beddengoed minder dan eens per maand. Dat blijkt uit een rondvraag van de website studenten.net. Het platform voor hbo- en wo-studenten begon de poll naar aanleiding van de resultaten van een Engels onderzoekje. Daaruit bleek dat 37 procent van de Britse jongeren zijn beddengoed slechts een keer per maand wast. De Nederlandse resultaten zijn vergelijkbaar. Door 19 procent van de studenten worden de lakens gemiddeld eens per maand gewassen. De meeste studenten verschonen hun beddengoed om de twee weken en slechts 11 procent van de studenten doet dat wekelijks. De London School of Hygiene and Tropical Medicine raadt studenten aan eens per week de lakens te wassen. Een paar jaar geleden zei bioloog Annelies van Bronswijk in de Volkskrant echter dat mensen die gevoelig zijn voor huisstofmijt, minstens eens per zes weken hun lakens moeten ver­ versen.

Studenten­woningen Op bedrijventerrein de Waard aan de Willem Barentszstraat worden waarschijnlijk 80 tot 85 zelfstandige studentenwoningen gerealiseerd. Ontwikkelaar Imbo Vastgoed BV heeft in samenwerking met de gemeente een plan ontwikkeld, dat tot en met 13 november ter inzage op het gemeentehuis ligt. Het is de bedoeling dat het project, ‘Nova Zembla’ geheten, nog voor aanvang van het nieuwe collegejaar gerealiseerd wordt. Naast de studentenwoningen krijgt het leegstaande pand krijgt een nieuwe gemeenschappelijke entree, een binnentuin in het hart van het gebouw en voldoende ruimte voor het stallen van fietsen en auto’s.

Schijnstudenten Wie na z’n vwo-diploma nu een jaar reist of werkt, treft straks het studievoorschot, oftewel: het leenstelsel. De laatste lichting studenten met een basisbeurs begon namelijk dit collegejaar. Sommige reislustige jongeren maakten echter gebruik van een maas in de wet, meldde Nrc.next dinsdag. Zij schreven zich in voor een studie, om zich voor 1 oktober weer uit te schrijven. Zo kregen ze het grootste deel van het betaalde collegegeld van dit jaar weer terug, én houden ze gedurende hun uiteindelijke studie recht op de basisbeurs. Om hoeveel studie-uitstellers het zou gaan, is niet duidelijk. Ook voor de Universiteit Leiden is dat niet bekend. Na de vijftiende zijn de laatste onterechte en ingetrokken inschrijvingsverzoeken hier verwerkt. Pas dan zou er een eventuele uitschrijvingspiek zichtbaar kunnen zijn.

Eigen koffie mag De nieuwe Koffiekamer Noord in het Matthias de Vrieshof 4, vlakbij de Universiteitsbibliotheek, roept wat verwarring op bij bezoekers. Mag je er nu wel of geen eigen consumpties nuttigen? Dat wilden de raadsleden tijdens de faculteitsraadsvergadering van geesteswetenschappen vorige week wel eens weten. ‘De UFB-medewerker van dienst gaf aan dat het éigenlijk niet mocht’, zegt raadslid Nicole van Os. Het werd wel oogluikend toegestaan. De koffiekamer is afgelopen zomer grondig verbouwd. De huiselijke gordijntjes en de theepottenverzameling van de koffiejuffrouw hebben plaatsgemaakt voor een uitstraling die meer wegheeft van het Literair Café in het Lipsius. En daar is het nou net de bedoeling dat je iets koopt. ‘Maar de koffiekamer is bedoeld als trefpunt voor en door studenten, dus níet als Literair Café’, verduidelijkt Jolanda Riel, directeur bedrijfsvoering bij geesteswetenschappen. Eigen consumpties zijn volgens haar toegestaan.

Zorgen om instituut Geestenwetenschappen LUCAS heeft tekort van ruim vier ton Geesteswetenschappeninstituut LUCAS heeft geen sluitende begroting. Dat bleek bij de bespreking van de conceptbegroting tot 2018 van de hele faculteit. Door Marleen van Wesel ‘Er is één instituut waarover we ons zorgen maken’, vertelde Jolanda Riel, directeur bedrijfsvoering bij geesteswetenschappen vorige week tijdens de faculteitsraadsvergadering. ‘Het LUCAS profiteert niet mee

van de huidige voorkeuren van studenten. We gaan kijken of de neerwaartse trend nog kan worden omgebogen.’ Verder staan er in de geesteswetenschappenbegroting twee claims richting het college van bestuur. De eerste betreft de recente reorganisatie van het instituut godsdienstwetenschappen (LIRS). Verschillende medewerkers zijn herplaatst, wat tot 2018 aanvullende lasten met zich meebrengt. De andere claim is een voorfinanciering voor de bachelor international stu-

dies, die sinds de start in 2012 flink meer studenten trok dan verwacht. LUCAS, voluit het Leiden University Centre for the Arts in Society, is een van de zeven Leidse geesteswetenschappeninstituten. 35 Promovendi en zo’n negentig andere medewerkers doen er onderzoek naar kunst en literatuur in verschillende tijdperken. Voor 2015 heeft het instituut een tekort van 445.000 euro. Nanne Timmer, raadslid en docent bij het LUCAS, reageert met enige verbazing: ‘Ik ken de collegezalen beter dan de begrotingscijfers,

maar ik heb studentenaantallen bij film en literatuurwetenschap zien groeien van zeven naar veertig.’ ‘Er is óók groei bij LUCAS’, beaamt Riel. ‘Maar ook een paar grote krimpers, en die zijn niet op te vangen door de groei.’ Met ‘krimpers’ doelt ze op de studies kunstgeschiedenis, Engels en Nederlands, die voor een deel vanuit het LUCAS voorzien worden. Decaan Wim van den Doel vult aan: ‘Kunstgeschiedenis had eerst 180 eerstejaars, nu zijn dat er nog maar dertig.’

Waar kan ik heen...? België! Steeds meer Nederlandse studenten kiezen ervoor om hun studie in België te volgen. Dit jaar groeit het aantal Nederlanders dat aan de Universiteit Antwerpen studeert van 1660 in 2013 naar 1799 in 2014, zo blijkt uit cijfers van deze universiteit. Maar ook aan universiteiten in andere steden zoals Gent is al jarenlang een toename te zien. In de afgelopen vijf jaar steeg het aantal Nederlanders aan Belgische universiteiten met 25 procent, zo becijferde de Nederlandse organisatie voor internationalisering in het hoger onderwijs (Nuffic) al dit voorjaar. De groei is onder meer te verklaren door de stijgende studiekosten in Nederland. Het verschil in met Vlaanderen wordt steeds groter. Afgelopen studiejaar lag het collegegeld daar vlak boven de 600 euro, nog geen derde van de ruim 1900 euro die studenten in Nederland betalen. Verder is het ook mogelijk om in België voor het lage collegegeld een tweede master te volgen. Dat kost in Nederland vaak tussen de zeven- tot tienduizend euro. Een ander belangrijk punt voor aankomende studenten: België kent een open onderwijssysteem. Dat betekent dat je ongeacht je vooropleiding voor alle opleidingen kunt kiezen. Voor populaire studies, waaronder veel kunstoplei-

dingen en geneeskunde, geldt een toelatingsexamen. Voor veel Nederlanders redenen om voor de duur van de studie te emigreren, zeker toen de numerus fixus nog bestond. Het collegegeld in Vlaanderen gaat door bezuinigingen echter omhoog. Volgens Bram Roelant, voorzitter van de Vlaamse Vereniging van Studenten komt het bedrag tussen de 900 en 1000 euro

te liggen. Een forse stijging van zo’n 50 procent, maar nog altijd maar de helft van de kosten hier. De VVS zit met de stijging in haar maag. ‘Het is onacceptabel dat er studenten in België zijn die door de verhoging wellicht niet meer kunnen studeren. Of iemand een studie kan volgen, hoort af te hangen van intellectuele capaciteiten en niet van financiële middelen.’

Wat vindt hij van Nederlanders die naar België komen vanwege de lage kosten? ‘Ons officiële standpunt is dat iedereen in België de mogelijkheid moet hebben om te kunnen studeren, ongeacht afkomst of nationaliteit. Maar het is vooral schandalig dat studenten naar België moeten uitwijken omdat studeren in Nederland zoveel kost.’ GK

‘Je slacht hem genadeloos af ’ Studenten van de minor gender en seksualiteit spraken met de maakster van Seks op recept. De documentaire over de vrouwenlustpil deed onlangs veel stof opwaaien. ‘Wauw! Echt, wauw’, klinkt direct na de aftiteling van de documentaire Seks op recept. Maker Nicolien Herblot bezocht maandag de minor gender en seksualiteit. Haar korte film over de vrouwenlustpil werd onlangs uitgezonden door het VARA-televisieprogramma Zembla. ‘Is dat met een sisser afgelopen?’ wil een student weten. ‘Want ik had er niets over gehoord.’

Waarschijnlijk was zij een van de weinigen. ‘De uitzending heeft veel stof doen opwaaien in de kranten en aan de Universiteit Utrecht is er zelfs een promotie uitgesteld’, vertelt docent Yasco Horsman, die de bijeenkomst organiseerde. ‘En er zijn maar liefst drie Fokke & Sukkes aan gewijd.’ ‘Het debat gaat door en dat is goed’, zegt Herblot, die denkt dat de promotie uiteindelijk wel zal doorgaan. Voor de film sprak ze de CEO van Emotional Brain, het bedrijf dat de pil op de markt wil brengen. ‘Hoe kreeg je dat voor elkaar? Aangezien je hem genadeloos afslacht’, vraagt een student. Volgens Herblot vond

de man het een goed idee om het onderwerp kritisch te bespreken, en wilde hij een weerwoord geven. ‘Ik geef ook geen oordeel, wanneer hij zijn statistieken verklaart.’ Wel zijn er verschillende experts omheen gemonteerd, die ten zeerste betwijfelen of er wel een grote groep vrouwen bij de lustpil gebaat is. Zij spreken van disease mongering, waarbij de medicijnenmarkt wordt opgerekt om meer winst te maken. Ook bij de promotie is mogelijk sprake van belangenverstrengeling. ‘Maar hij wist dat we zijn critici ook zouden spreken’, benadrukt Herblot. Het publiek vult de kritiek graag aan. ‘We leven overduidelijk

in een male dominated society. Anders zouden we wel zoeken naar een pil die de lust van mannen afremt’, vindt een student. Iemand wil weten of Herblot ten strijde blijft trekken tegen de lustpil. ‘Dat moeten jullie doen. Ik ben geen actievoerder.’ Een ander vraagt zich af of ze dan wel een neutrale observator is: ‘In de discussie met die CEO neem je een duidelijk standpunt in.’ ‘Disease mongering vind ik een slechte zaak. Dat proces wilde ik in beeld brengen, maar ik moest eerst uitzoeken of er echt sprake van was’, besluit Herblot. ‘Anders zou ik het nooit mogen uitzenden van mijn baas.’ MVW


2 oktober 2014 · Mare 5 Nieuws

Ministerie: tentamenboete mag niet Maar geen sancties tegen Leidse rechtenfaculteit Rechtenstudenten die zich te laat inschrijven voor tentamens gaan in november 25 euro inschrijfkosten betalen. Dat mag niet, maar het ministerie van Onderwijs onderneemt geen actie tegen de faculteit. Door Vincent Bongers ‘We grijpen niet in’, zegt Michiel Hendrikx, voorlichter van het ministerie. ‘Maar het mag officieel echt niet wat Leiden doet. Het staat in de Wet op het hoger onderwijs dat er geen extra kosten mogen worden opgelegd voor het volgen van een tentamen. We gedogen deze regeling dan ook niet (zoals Pauline

Schuyt van het rechtenbestuur vorige week in Mare zei, red.). Maar dat betekent niet dat we de faculteit gaan tegenhouden. De student kan wel tegen de kosten in beroep gaan.’ De faculteit voert de boete opnieuw in omdat het aantal studenten dat zich laat inschrijft toeneemt en dat breng extra kosten met zich mee. Verder wil het rechtenbestuur graag dat studenten een plek in de tentamenzaal garanderen, ook op de dag van het tentamen zelf. Het ministerie is best gevoelig voor deze argumenten, zegt Hendrikx. ‘We willen ook weer niet te streng zijn. Als het niet toestaan van inschrijfkosten tot gevolg heeft dat een deel

van de studenten geen tentamen kan doen, dan is dat ook een probleem. We willen niet dat studenten studievertraging oplopen. Daarnaast is het zo dat het bedrag al een stuk lager is dan het eerst was.’ Op dit moment is er volgens Hendrikx overleg tussen de hbo-raad, universiteitenvereniging VSNU en studentenorganisaties over de inschrijf- en andere extra kosten. ‘We verwachten dat er uit dat overleg een voorstel komt. Dat gaat de minister bestuderen. Het kan best zijn dat een bepaald inschrijfbedrag de oplossing is. We wachten het voorstel af. Vervolgens komt zij nog in oktober met een Kamerbrief over dit onderwerp.’

‘Dit is duidelijk niet de bedoeling’, zegt Tom Hoven, voorzitter van studentenvakbond LSVb. ‘Ik vind het ook geen fraai uithangbord voor de Leidse rechtenopleiding dat zij zich niet aan de wet houdt.’ Het toestaan van de tentamenboete opent de deur voor allerlei extra kosten voor studenten, vindt Hoven. ‘Het is niet de bedoeling dat studenten bovenop hun collegegeld bijvoorbeeld 200 euro extra studiekosten voor allerlei zaken moeten gaan betalen.’ Hoven begrijpt dat rechtenfaculteit ervoor wil zorgen dat een student altijd het tentamen kan maken. ‘Dat is een nobel streven, maar dat moet toch anders kunnen dan door

te dreigen met een geldstraf.’ ‘We vinden dat er geen extra kosten gerekend mogen worden naast het collegegeld’, zegt Falco Carelsz, de voorzitter van het Interstedelijk Studenten Overleg. ‘We zijn hierover in gesprek met de onderwijsinstellingen en het ministerie. Het is niet wenselijk om kosten te verbinden aan een late inschrijving en we zien graag een praktische oplossing hiervoor, bijvoorbeeld het koppelen van de inschrijving voor een vak aan de inschrijving voor het tentamen van dat vak. De Universiteit Leiden loopt nu vooruit op dit overleg door kosten in rekening te brengen en dat is niet de bedoeling.’

Instroomcijfer van 7,5 naar 7,3 De Leidse Honours Academy trekt niet voldoende studenten. Daarom wil de letterenfaculteit minimale instroomcijfer verlagen naar 7,3.

Veel verzekeraars keren niet uit als er geen sporen van inbraak aan deuren of ramen zijn. Foto Taco van der Eb

Studenten slecht verzekerd Studenten die op kamers wonen zijn vaak slecht verzekerd tegen diefstal, zo blijkt uit onderzoek van vergelijkingswebsite geld.nl naar de polisvoorwaarden van 25 verzekeraars. Vaak krijg je alleen je gestolen spullen vergoed als er ook sporen zijn van braak aan je kamer, terwijl braaksporen bij bewoners van een appartement of eigen woning vaak

geen onderdeel van de polisvoorwaarden zijn en gestolen goederen dus wel worden vergoed. Bij a.s.r., Nationale Nederlanden en de ING zijn er voor studenten geen extra voorwaarden verbonden aan de inboedelverzekering. Bij zes van de onderzochte verzekeringen staat in de polisvoorwaarden dat er alleen uitgekeerd wordt bij braaksporen in het geval van inbraak in studentenkamers. Zo keert Centraal

Beheer Achmea niet uit als er geen “sporen van inbraak aan de deuren of ramen van je kamer” zijn. Bij het afsluiten van een verzekering moeten studenten echter goed opletten: bij nog eens tien verzekeringsmaatschappijen wordt een extra clausule toegevoegd als je als student aangeeft op kamers te wonen. Of je verzekering een aparte clausule voor studenten hanteert, is na te vragen bij de maatschappij. GK

Wel Anton Geesinkstraat, geen Wim Muggepark? Studentenvoetbalvereniging LSVV ’70 vernoemde hun sportpark naar oud-trainer Wim Mugge. De KNVB vindt het goed, de gemeente niet. De reden: Wim Mugge leeft nog. Het nieuwe bord hangt al boven de ingang van de Leidse voetbalclub Lugdunum, waar LSVV ’70 speelt. ‘Wim Mugge Sportpark’ staat er. Het is vernoemd naar de afgelopen zomer vertrokken oefenmeester, die na 24 jaar is gestopt met het geven van trainingen. De KNVB keurde de naamswijziging goed, de gemeente steekt echter een stokje voor de plan-

nen. ‘Met uitzondering van de Koninklijke Familie worden delen van de openbare ruimte niet vernoemd naar levende mensen’, aldus de gemeentelijke website. Dit om pijnlijke namen als bijvoorbeeld de Stalinlaan (uit 1945) te voorkomen. Maar er zijn ook uitzonderingen: zo heeft judoka Anton Geesink in Utrecht in de Anton Geesinkstraat gewoond. Mugge was ‘meer was dan alleen een trainer’, zegt de nieuwe coach Freek Jansen. ‘Hij heeft veel voor de vereniging betekend en was er altijd, ook als de studenten er niet waren.’ LSVV ’70 betreurt de beslissing van de gemeente, en heeft een

medestander gevonden. Het CDA heeft namelijk in de gemeenteraad gevraagd of er een uitzondering kan worden gemaakt. Het antwoord, zegt een gemeentevoorlichter, volgt waarschijnlijk over vijf weken. Tot die tijd laat LSVV ’70 het bord hangen. Mugge zelf tilt niet zwaar aan de beslissing. ‘Het is pietluttig van de gemeente, maar voor mij hoeven ze geen uitzondering te maken. Er zijn belangrijkere dingen in de wereld.’ Jansen verwacht dat de gemeente de aanvraag alsnog goed zal keuren. ‘En anders veranderen we de naam in Sportpark de Mug, of iets anders gelijkends. Want dat mag wel.’ GK

‘We willen de vijver waarin we vissen groter maken’, zei portefeuillehouder onderwijs Heleen Murre-van den Berg tijdens de faculteitsraadsvergadering van Geesteswetenschappen. De Honours Academy heeft namelijk, ook bij andere faculteiten, moeite om voldoende studenten te trekken. Tien procent van alle eerstejaarsstudenten moet uiteindelijk voor het extra-curriculaire programma kiezen, volgens de zogenoemde prestatieafspraken. Daarin legden hogescholen en universiteiten in 2012 hun doelen en ambities vast met de staatssecretaris van onderwijs, cultuur en wetenschap. Murre-van den Berg: ‘Nu is op deze universiteit een cijfergemiddelde van 7,5 het minimale instroomcijfer voor het honourstraject, maar op sommige faculteiten haalt nog geen tien procent van de studenten dat.’ Dat is dus een probleem. Daarom ligt er momenteel een voorstel op tafel om dat minimale instroomcijfer op 7,3 in te stellen. ‘De eindtermen blijven natuurlijk hetzelfde’, benadrukt ze. Het voorstel bijt niet met de landelijke prestatieregels, want dat minimum is iets wat Leiden zelf heeft ingevoerd

om aan de uiteindelijke eis te voldoen. ‘Ook gaan we kijken of we het honoursonderwijs aantrekkelijker kunnen maken, bijvoorbeeld met vrije trajecten. Nu zijn de trajecten vaak nog facultatief. En vervolgens moet iedereen natuurlijk ook op de hoogte gebracht worden van deze mogelijkheden.’ Een derde voorstel is om bij die vereiste tien procent ook studenten te betrekken die momenteel al kiezen voor twee bachelors tegelijkertijd. ‘We gaan kijken hoe die met een stúkje honours ook mee kunnen tellen.’ Raadsvoorzitter Jan Sleutels stelde bonussen voor: ‘En dan geen flessen wijn of gerookte zalm, maar bijvoorbeeld excursies.’ Andere onderwerpen die in het kader van de prestatieafspraken goed in de gaten gehouden worden zijn het bachelorrendement en de uitval en omzwaai na het eerste studiejaar. Wat dat laatste betreft voldeed geesteswetenschappen afgelopen jaar al aan de gestelde eisen. Murre-van den Berg: ‘Maar we kunnen niet achterover leunen. Bij de peiling die straks gehouden wordt, gaat het namelijk om de huidige eerstejaars.’ Dat geldt ook voor de honourspeiling. ‘Studenten die vorig jaar eerstejaars waren en nu honoursonderwijs volgen, zijn niet relevant. Voor ons uiteraard wel, maar voor de peiling niet.’ MVW

Leenstelsel botst niet De invoering van het leenstelsel is niet in strijd met het ‘internationaal verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten’ van de Verenigde Naties, stelt minister Bussemaker van Onderwijs in antwoord op Kamervragen. Nederland heeft een uitbreiding van het verdrag ondertekend, waarin de geleidelijke invoering van kosteloos voortgezet en hoger onderwijs is opgenomen. Het parlement moet het verdrag echter nog goedkeuren. Volgens Bussemaker is er geen sprake van strijdigheid met het verdrag zolang de toegankelijkheid van het hoger onderwijs is gewaarborgd. Ze meent dat dat gebeurt door middel van de inkomensafhankelijke aanvullende beurs voor studenten met ouders met lagere inkomens en door het sociaal leenstelsel in het

algemeen. Tegenstanders van het leenstelsel voeren juist aan dat de toegankelijkheid in het geding is. De minister stelt verder dat het leenstelsel tot een kwaliteitsimpuls in het hoger onderwijs leidt, en dat deze kwaliteitsimpuls een eventuele stap terug zou kunnen rechtvaardigen. Het Studie- en Informatiecentrum Mensenrechten onderzocht de juridische gevolgen van ratificatie van het verdrag. Volgens hen valt uit de interpretaties van het beoordelend Comité niet duidelijk op te maken hoe het kwaliteitsargument beoordeeld zal worden. ‘Hoewel er sprake is van een verhoging van kosten voor ouders, (kan) deze regeling een vooruitgang betekent in de verwezenlijking van het recht op onderwijs als geheel omdat de kwaliteit verbetert.’ PM


6

Mare · 2 oktober 2014

Achtergrond

Moslims willen een eeuwig graf > Vervolg van de voorpagina

Een ander heikel punt: de duur. Kadrouch-Outmany: ‘De begraafplaats wordt door moslims gezien als het eerste station naar het hiernamaals. Het graf moet daarom zo min mogelijk geroerd worden. Maar in Nederland wordt het standaard na een aantal jaar geruimd. In islamitische landen gebeurt dat minder expliciet, en misschien pas na tachtig jaar, als iedereen al lang vergeten is wie daar precies ligt.’ Respondent Louay legt uit: ‘Zolang niemand zegt dat het graf slechts voor een bepaalde tijd wordt toegekend, ga je er vanuit dat het eeuwig blijft. Dat is hoe het in Marokko gaat. Niemand zal je in Marokko ooit onomwonden vertellen: “Dit graf wordt over vijftig jaar geruimd.” Daarom voelen mensen zich gerustgesteld en willen ze daar begraven worden.’ Nog steeds kiest 90 procent van de moslims er voor om na hun dood gerepatrieerd te worden naar hun thuisland. Er schuilt een enorme organisatorische structuur achter, inclusief via banken of religieuze organisaties afgesloten verzekeringen. ‘In Marokko is men bijvoorbeeld volledig ingespeeld op overleden moslims die “uit het buitenland” komen. De graven zijn bijvoorbeeld groter, omdat de lichamen in een kist uit het vliegtuig komen en niet enkel in lijkwaden worden begraven.’ Uit de interviews blijkt dat bij moslims die in hun thuisland begraven willen worden, emotionele overwegingen vaak een grotere rol spelen dan praktische of juridische bezwaren. ‘In Nederland kun je ook een “eeuwig” graf huren, zolang je maar blijft verlengen en betalen.

Begraafplaatsbeheerders denken dat jonge moslims een opkomende markt vormen. Maar mijn respondenten waren vaak in Nederland geboren, voelen zich Nederlands en juichen voor Oranje, maar in Nederland begraven worden gaat ze te ver. In zaken van leven kan iemand zich Nederlands voelen, maar in zaken van dood bijvoorbeeld Marokkaans.’ Maar de traditionele islamitische opvattingen gaan lang niet altijd op, ontdekte de onderzoeker.

Zo vertelde respondent Gulsah: ‘Ik geloof niet dat er iets gebeurt in het graf. Als ik doodga wil ik gecremeerd worden. Ik behoor niet tot een stad of een land, ik behoor tot de hele wereld! Ik wil dat mijn as over de oceaan verstrooid wordt. Maar zolang mijn ouders leven, zal ik ze nooit vertellen dat ik gecremeerd wil worden. Ze zouden gewoon niet begrijpen dat ik dat als moslim zou willen. Ik geloof in de wederopstanding en dat iedereen verantwoording af moet leggen voor zijn daden, los van wat er met het lichaam gebeurt.’ Toch kiest 26 procent van de respondenten voor een Nederlandse begrafenis. Daarbij gaat het relatief vaak om Surinaamse en Indonesische moslims. ‘Zij lijken zich sterker verbonden te voelen met Nederland. Respondenten uit Turkije en Marokko voelen zich vaker vervreemd van de Nederlandse samenleving en willen terugkeren naar hun roots. Het huidige debat over de islam en het politieke klimaat in Nederland spelen daarbij zeker een rol. Het zou interessant zijn om dit over twee of drie generaties nog eens te onderzoeken. De begrafenissen zeggen iets over hoe moslims zichzelf zien

morgen mag ik naar huis

Khadija Kadrouch-Outmany: ‘Een begraafplaats is geen trieste omgeving. Moslims bezoeken de doden zoals ze de levenden bezoeken.’ Foto Arthur Koppejan en de maatschappij waarvan zij deel uitmaken.’ Tijdens haar bezoeken aan verschillende begraafplaatsen en tijdens de interviews werd KadrouchOutmany vaak gevraagd waarom ze islamitische begrafenissen als promotieonderwerp had. ‘Ze zeiden: “Maar meisje toch, je bent nog zo jong en je bent zo vrolijk!” Maar mijn onderzoek gaat niet over de dood. Het gaat over rituelen in een niet-islamitische omgeving en het recht van moslims om hun eigen rituelen te mogen uitvoeren,

Help Alzheimer KWF Kankerbestrijding zorgt voor minder kanker, overwinnen. Danmeer genezing en een betere kwaliteit van leven voor patiënten. vandaag nog op kwfkankerbestrijding.nl hoeft niemand Kijk om te zien wat ú kunt doen. zichzelf te mare-ennea 140613.indd 1 verliezen. iedereen verdient een morgen

13-06-14 11:46

Academische Agenda and species delimitation within the moss genus Dicranum Hedw’. Promotor is Prof.dr. E. Smets. Mw. J.M. Huijg hoopt op woensdag 8 oktober om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Towards the effective introduction of physical activity interventions in primary health care’. Promotoren zijn Prof.dr. C.M.J.G. Maes en Prof.dr. B.J.C. Middelkoop. Mw. C.A. Wijsman hoopt op woensdag 8 oktober om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Glucose metabolism in healthy ageing’. Promotor is Prof.dr. R.G.J. Westendorp. Mw. L. Meurs hoopt op donderdag 9 oktober om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Schistosoma mansoni and Schistosoma haematobium infection and morbidity in a co-endemic focus’. Promotoren zijn Prof.dr. M. Yazdanbakhsh en Prof.dr. M. Coosemans (Univ. Antwerpen). Dhr. H. Meng hoopt op donderdag 9 oktober om 11.15 uur te promoveren tot doctor

kindje heb gekregen en mijn eigen gezin heb. Mijn moeder ligt begraven in Marokko en ik zou graag bij haar in de buurt begraven willen worden. Ik ervaar het als een groot gemis dat ik haar graf niet makkelijk kan bezoeken. Nu ik zelf een kind heb, wil ik hem dat niet onthouden en zou ik misschien toch eerder voor Nederland kiezen.’ Ze glimlacht. ‘Aan de andere kant: ik weet niet waar hij later heen gaat. Hij is ten slotte pas zes maanden.’ DOOR PETRA MEIJER

PRAAT MEE

www.alzheimer-nederland.nl

Dhr. S.A.A. Claeyssens hoopt op dinsdag 7 oktober om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘De menschen koopen alleen boeken, welke ze noodig hebben’. Promotor is Prof.dr. A.H. van der Weel. Dhr. E.D. Nagelsmit hoopt op dinsdag 7 oktober om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Venite et Videte: Art and Architecture in Brussels as Agents of Change during the Counter Reformation, c. 1609-1659’. Promotoren zijn Prof.dr. C.A. van Eck en Prof.dr.ir. M.J.F. Delbeke (Univ. Gent). Mw. L.D. van Schinkel hoopt op dinsdag 7 oktober om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘MR assessment of endorgan damage in the metabolic syndrome and diabetes mellitus’. Promotoren zijn Prof. dr. J.W.A. Smit, Prof.dr. A. de Roos en Prof. dr. H.J. Lamb. Mw. A.S. Lang hoopt op woensdag 8 oktober om 11.15 uur te promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Phylogeny

over de scheiding tussen geloof en staat, en over begrafenissen als venster om identiteit en integratie te bestuderen. Daarnaast vind ik een begraafplaats ook geen trieste omgeving. Het lijkt soms alsof Nederlanders overledenen zo snel mogelijk loslaten om door te gaan met hun leven. Moslims bezoeken de doden echter zoals ze de levenden bezoeken.’ Waar ze zelf begraven wil worden? Ze laat haar blik over de graven gaan. ‘Ik heb nu andere overwegingen dan vijf jaar geleden, omdat ik net een

in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Structural Changes in Single Chromatin Fibers Induced by Tension and Torsion’. Promotor is Prof.dr. T. Schmidt. Mw. A.W. Hamelink hoopt op donderdag 9 oktober om 13.45 uur te promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘The Sung Home. Narrative, morality, and the Kurdish nation’. Promotor is Prof.dr. P.E. Spyer. Mw. M.A. Lips hoopt op donderdag 9 oktober om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Roux-en-Y Gastric bypass and Calorie restriction: differences and similarities of endocrine and metabolic effects in Obesity and Type 2 Diabetes Mellitus’. Promotoren zijn Prof.dr. H. Pijl en Prof.dr. J.A.P. Willems van Dijk. Mw. C.Y.E. Boot hoopt op donderdag 9 oktober om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Het leger onder vuur. De Koninklijke Landmacht en haar critici, 19451989’. Promotoren zijn Prof.dr. B.A. de Graaf, Prof.dr. J. Hoffenaar en Prof.dr. H. te Velde.

OVER DE ONTWIKKELING VAN SCHIPHOL EN OMGEVING! GA NAAR

WWW.OMGEVINGSRAADSCHIPHOL.NL EN MELD* JE AAN BIJ DE OMGEVINGSRAAD

Vanaf 1 januari 2015 is de Omgevingsraad Schiphol het podium waar alle vraagstukken, belangen en partijen rond de ontwikkeling van Schiphol en omgeving bij elkaar komen.

*Aanmelden kan tot 31 oktober 2014.


2 oktober 2014 · Mare

7

Wetenschap

Het allerkleinste biljart ooit Natuurkundige ‘speelt’ met nano-joystick Met koolstofnanobuisjes kun je hele goede elektronenmicroscopen bouwen. Natuurkundige Erwin Heeres zocht uit hoe. DOOR BART BRAUN Koolstof is van zichzelf niet zo speciaal. Het zwarte spul dat tevoorschijn komt als je je uitlaat schoonmaakt, meer niet. Pas als je de atomen netjes in het gelid weet te krijgen, wordt het leuk. Diamant, bijvoorbeeld, of grafeen: het één atoom dikke kippengaas waar natuurkundigen zo blij van worden. Als de atomen allemaal zes- en vijfhoeken vormen die op elkaar aansluiten als een voetbal, heb je een koolstofmolecuul dat een buckyball heet, vernoemd naar de Amerikaanse ontwerper Richard Buckminster Fuller. Als je het grafeen oprolt, of de buckyball heel langwerpig maakt – in gedachten; het daadwerkelijke productieproces slaan we voor vandaag even over – heb je een koolstofbuisje, een carbon nanotube. Dat is wat anders dan de koolstofvezels die je in allerlei buitensportartikelen vindt. De atomen daarin zitten veel rommeliger door elkaar, en een koolstofvezel is grofweg even dik als een menselijke haar. Koolstofnanobuisjes zijn ongeveer tienduizend keer dunner. Ze hebben ook allerlei interessante eigenschappen die ervoor zorgen dat ze al sinds een jaar of twintig als grote belofte gelden. Ze zijn supersterk, en ze zijn goed in het geleiden van elektriciteit en data. De afgelopen jaren is het steeds gemakkelijker en goedkoper geworden om ze te produceren, en duiken ze steeds meer op in high end toepassingen: in satellieten,

kogelvrije vesten en pacemakers, of als geluidskabeltjes voor rijke audiofielen. In 2002 ontdekten onderzoekers van Philips samen met de Leidse fysicus Tjerk Oosterkamp dat koolstofbuisjes ook heel geschikt zijn om elektronenmicroscopen van te bouwen. Een elektronenmicroscoop is een apparaat waarmee je dingen in beeld kunt krijgen die zo klein zijn dat lichtgolven eromheen kronkelen. In plaats van licht schiet je elektronen op je onderwerp af, en zo kun je piepklein grut als virussen of onderdelen van cellen zichtbaar maken. In plaats van een lampje moet er dus een bron van elektronen in de microscoop zitten, en koolstofbuisjes zijn heel geschikt om zo’n bron van te maken. ‘Het zijn heel heldere emitters’, vertelt natuurkundige Erwin Heeres. ‘Je krijgt een mooie strakke bundel.’ Voor zijn promotie onderzocht Heeres hoe het uiteinde van zo’n buisje er het beste uit kan zien. ‘We hebben een bedrijf gevonden dat hele mooie koolstofnanobuizen maakt, met heel weinig fouten erin, en een mooi gesloten uiteinde.’ Dat zijn ook de buizen die je moet hebben, ontdekte de promovendus. Met wat kunst- en vliegwerk kun je de halve koolstofvoetbal die erop zit er wel af krijgen, maar buis met een open einde is veel minder geschikt als emitter. Heeres: ‘De stabiliteit is ver te zoeken en de stroom fluctueert.’ Om de buisjes op hun plek te krijgen, bouwden Heeres en co een speciale nano-manipulator, waarop ze ook patent hebben aangevraagd. Met behulp van een joystick en aantal zeer nauwkeurig afgestelde schuiven kun je een

dun draadje wolfraam tot op enkele honderdduizendsten van een millimeter nauwkeurig bewegen. Daarmee is het mogelijk om één enkel buisje uit een brokje koolstofdraadjes trekken. Heeres: ‘Die manipulator is echt een fantastisch apparaat. Je hebt een joystick die je met nanometer-precisie kan bewegen. Samen met de TU Delft keken we of wij hun nanodiamantjes konden oppakken en ergens anders neerleggen. Door het plaatsen van zo’n nanodiamantje in het gat van een bepaald soort kristal, denk ik dat ik de eerste persoon ben die op zo’n kleine schaal “biljart” heeft gespeeld. Ik vind dat heel erg cool.’ Als je een buisje op hebt gepikt om een elektronenbron te maken, haal je het wolfraamdraadje los. Dat doe je met koolstofbuisje en al in een doosje, en dat kan je verkopen aan iemand die een elektronenmicroscoop wil maken. In theorie, althans. Heeres: ‘De volgende stap is hoe je er een product van maakt. Wij hadden een methode ontwikkeld om koolstofdraadjes uit brokjes te trekken, om die op de juiste lengte te krijgen, en om daar weer een mooie buckminsterfullereen-kop op te laten groeien zonder dat hij van je wolframdraad af knalt. Wij waren dus heel blij en tevreden. Vervolgens zit daar een bedrijf tegenover je, met hun eigen eisen en wensen. Het was nog niet zo makkelijk om die twee werelden op één lijn te krijgen. Zij wilden bijvoorbeeld een constructie die zo robuust was dat ze het bij wijze van spreken van de tafel konden laten vallen zonder dat het stuk ging. Dat was voor ons in het lab veel minder relevant.’ Na zijn promotie deze donderdag hoopt Heeres zich in elk geval voorlopig te richten op een volledig andere carrière. Via zijn bedrijf

Frozen Lines werkt hij als Staatlich geprüfter Snowboardführer, en als snowboardtrainer. Zijn compagnon en jongere broer Martin was ooit Nederlands jeugdkampioen, dus ze weten er blijkbaar ook echt wat vanaf. Heeres: ‘Het leuke van snowboarden is dat het op korte termijn veel voldoening geeft. Bij onderzoek duurt dat allemaal veel langer. Het leukste is het om allebei te doen: sport als uitdaging voor je lichaam, en natuurkunde als uitdaging voor je hoofd. Het blijft zoeken naar balans, en de wetenschap blijft lonken.’ Erwin Heeres, Manipulating Carbon Nanotubes – Towards the application as novel field emissions sources. Promotie: 2 oktober

Samenzwering Stel je voor dat halverwege het sprookje van Sneeuwwitje de boze heks door puur toeval stikt in een visgraat. Dat zou een shitsprookje zijn: grote gebeurtenissen moeten ook grote oorzaken hebben, vinden we. In het echte leven vinden veel mensen dat ook. 49% van de inwoners van New York meent dat de Amerikaanse overheid achter de aanslagen van 9/11 zaten, en Pim moest dood vanwege de JSF, toch? In het Journal of Experimental Psychology beschrijven VU-psycholoog Jan-Willem van Prooijen en zijn Leidse collega prof. Eric van Dijk een serie experimenten die licht werpen op het samenzweringsdenken. Proefpersonen die de gevolgen van 9/11 het hoogst inschatten, dachten ook vaker dat de regering-Bush achter de aanslagen zat. Mensen die een fictief krantenbericht over het autoongeluk van een Afrikaanse oppositieleider lazen, geloofden eerder dat het een “ongeluk” was als de leider eraan overleed. Als ze van tevoren gevraagd was zich te verplaatsen in de burgers van dat land, was het nog waarschijnlijker dat ze boze opzet meenden te ontwaren. ‘Paradoxaal genoeg, kan ons vermogen om de wereld door andermans ogen te zien, juist de collectieve paranoia in de vorm van samenzweringsdenken versterken’, aldus de psychologen.

Vrouwenplanten

‘Een koolstofbuis met een mooi rond uiteinde knalt niet van je nanomanipulator af ’

Vrouwen in Afrika switchen bij gezondheidsproblemen gemakkelijk tussen moderne geneeskunde, lokale kruidendokters en de planten in hun eigen achtertuin. Promovenda Alexandra Towns onderzocht bij Naturalis welke planten moeders uit Benin en Gabon gebruiken voor vrouwen- en babyproblemen. Daar blijken een aantal cultuurspecifieke dingen tussen te zitten: kruidenbaden die ervoor zorgen dat de baby eerder gaat lopen, en papjes om de fontanellen dicht te laten groeien. De vrouwen verzamelen de planten vooral uit tuinen en door mensen verstoord bos, en niet zozeer uit het primair regenwoud. De meest gebruikte plant is de Tetrapleura tetraptera, die ook daadwerkelijk een remmende werking op ontsteking en diabetes heeft. Voor de meeste medicinaal gebruikte planten in deze landen is echter onduidelijk of ze ook echt doen wat de mensen denken dat ze doen. Vergroot of verkleint een vaginaal kruidenbad het risico op soa’s, bijvoorbeeld? In elk geval moeten artsen zoiets niet verbieden, betoogt Towns: daarmee vergroten ze het wantrouwen tegen de moderne geneeskunde. Zij promoveerde dinsdag op haar onderzoek.

Blauwzuurwolk De planeet Saturnus heeft behalve ringen ook meerdere manen, waarvan Titan de grootste is. Groter dan de planeet Mercurius, en groot genoeg om een eigen atmosfeer vast te kunnen houden. In die atmosfeer, boven de zuidpool van de maan, ontstond in 2012 een mysterieuze wolk. In de Nature van 2 oktober beschrijft een internationaal team van onderzoekers, waaronder Leidenaar Remco de Kok, de samenstelling van de Titaanse wolk. In het licht dat door de wolk heenkomt, zijn specifiek de vingerafdrukken van blauwzuur – waterstofcyanide – terug te vinden. De wolk bevindt zich zo’n driehonderd kilometer boven het oppervlakte van de saturnusmaan.


8

Mare · 2 oktober 2014

Achtergrond

Het Duitse hoofdkwartier in januari 1917, met generaal Von Hindenburg, keizer Wilhelm II en generaal Ludendorff.

Die oorlog kwam er sowieso Keizerrijk was meer dan militarisme en nationalisme Duitsland kreeg de schuld van de Eerste Wereldoorlog. Dat is niet terecht, vindt Leidse historicus Patrick Dassen. DOOR VINCENT BONGERS ‘De Oostenrijkse stafchef Franz Conrad von Hötzendorf had in 1913 al 25 keer op oorlog met Servië aangedrongen. Het leger van de dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije zocht naar een moment om toe te slaan’, zegt universitair docent geschiedenis Patrick Dassen. ‘Dat komt op 28 juni 1914 als de Servische nationalist Gavrilo Princip de Oostenrijks-Hongaarse kroonprins Franz Ferdinand in Sarajevo doodschiet. Maar mocht de aanslag mislukt zijn, dan hadden ze wel een ander moment gevonden. De bereidheid van het leger om met Servië voor eens en altijd af te rekenen was groot.’ Servië heeft echter een machtige bondgenoot in Rusland. Een land dat weer een verdrag heeft gesloten met Frankrijk. Groot-Brittannië is met deze twee landen verbonden. Oostenrijk-Hongarije leunt op haar verbond met Duitsland. Op 29 juli 1914 vallen de eerste Oostenrijkse granaten op Belgrado; op 1 augustus verklaart Duitsland de oorlog aan Rusland. De Eerste Wereldoorlog is begonnen. Het loopt al snel gruwelijk uit de hand. Er vallen vele miljoenen doden. In november 1918 komt er een einde aan de massaslachting en het is Duitsland dat als de hoofdverantwoordelijke wordt gezien voor het uitbreken van de oorlog. Dat is niet terecht, vindt Dassen, die het boek Sprong in het duister schreef. Het gaat over hoe de oorlog Duitsland heeft veranderd.

‘Er zijn twee Balkanoorlogen waar Servië als de grote winnaar uit komt. Oostenrijk-Hongarije voelt zich steeds meer bedreigd door het Servische nationalisme. Het is een groot rijk dat bang is om uit elkaar te vallen. De dubbelmonarchie is zelf militair zwak en vraagt om hulp van Duitsland. En er komt onvoorwaardelijke steun, dat is de beroemde ‘blanco cheque’. De Duitsers verwachten dat Rusland waarschijnlijk zijn Servische bondgenoot niet militair te hulp schiet omdat het nog volop bezig is met een ambitieus bewapeningsprogramma. Maar het is niet honderd procent zeker dat Rusland niet zal ingrijpen. Dat is de enorme gok die Duitsland, maar ook Oostenrijk-Hongarije neemt. Maar dat wil niet zeggen dat Duitsland ook de hoofdschuldige is aan het uitbreken van de oorlog. Rusland bijvoorbeeld steunt Servië en mobiliseert als eerste. Dassen weerlegt dat de Duitse bevolking kritiekloos afkoerst op een oorlog. ‘Eind juli 1914 demonstreren in heel Duitsland 750.000 mensen tegen een mogelijke oorlog. Dat zijn er veel meer dan er iets later samenkomen bij het keizerlijk paleis in Berlijn als keizer Wilhelm II daar de balkonrede houdt waarin hij de hoop uitspreekt dat “het Duitse zwaard zegenrijk uit de zware strijd zal komen.” Dat laatste is het beeld dat veel mensen hebben van Duitsland. Maar het is waar: als de oorlog eenmaal is uitgebroken, dan krijgen de rechts-radicale krachten met hun extreem annexionistische eisen, vooral in Oost-Europa, steeds meer de overhand en krijgt de oorlog steeds meer de trekken van een totale oorlog.’ Het Duitsland van voor de Eerste

Wereldoorlog had twee gezichten. ‘Natuurlijk was daar het rechtsconservatisme, nationalisme en militarisme. Maar het Keizerrijk was ook een vrij democratisch, open en liberaal land waarin Joden betrekkelijk goed geïntegreerd waren. Duitsland was toen de meest moderne verzorgingsstaat ter wereld. Het was een rechtsstaat, dat kon je van veel andere Europese landen bepaald niet zeggen. Er was algemeen kiesrecht vanaf 1871. De macht van het parlement, de Rijksdag, was niet groot maar nam in de loop van de tijd wel toe. ‘Als Wilhelm in 1908 een interview geeft waarin hij allerlei onverstandige dingen zegt over de buitenlandse politiek’– hij noemt onder andere de Engelsen ‘zo gek als een haas in paringstijd’– ‘wordt hij teruggefloten door het parlement.’ De keizer speelt overigens in de oorlog een minder belangrijke rol dan vaak gedacht. ‘Hij heeft geen Europese oorlog gewild. Tijdens de oorlog voelt hij zich schuldig en raakt depressief. De sterke legerleiding neemt hem niet serieus. Hij wordt steeds meer een schaduwkeizer.’ Generaal Erich Ludendorff, die in 1916 samen met Paul von Hindenburg, leiding geeft aan het leger, had veel meer invloed. ‘Hij was de machtigste man van Duitsland in de tweede helft van de oorlog. Hij drong aan op een totale oorlog en wilde nog veel meer materieel en soldaten inzetten. Een jaar later werkte hij de gematigde kanselier Hollweg weg en stelde vergaande eisen aan Rusland als dat land vanwege de communistische revolutie uit de oorlog stapt. ‘Ludendorff verliest de oorlog en neemt daar niet de verantwoordelijkheid voor. De wapenstilstand

wordt gesloten door burgerpolitici en niet door de legerleiding. Daarmee staat hij aan de wieg van de dolkstootlegende: Laffe burgerpolitici, verraders aan het thuisfront, socialisten en Joden worden verantwoordelijk gehouden voor het verlies van de oorlog. Op het einde van de oorlog wordt de keizer afgezet, hij vlucht naar het neutrale Nederland, en ontstaat na een revolutie de Weimarrepubliek. Ook als de oorlog voorbij is, heeft Ludendorff geen spijt van zijn handelen. ‘De grootste domheid van de revolutionairen was dat ze ons allemaal in leven lieten. Als ik ooit weer aan de macht kom, dan is er geen pardon.’ Later gaat hij nog een verbond aan met Hitler tijdens diens mislukte Bierkellerputsch in München in 1923. ‘Vanaf het begin wordt de jonge Republiek met de nederlaag, revolutie, geweld en met economische chaos geassocieerd. Toch is er aanvankelijk nog veel steun. De sociaaldemocraten, katholieken en linksliberalen krijgen 76 procent van de stemmen in januari 1919. Maar dan wordt in de zomer het door links en rechts verachte Verdrag van Versailles gesloten. Duitsland moet land afstaan en herstelbetalingen doen. Dat is een zware last. Er knagen veel partijen aan de wortels van de republiek. In de eerste vijf jaren na de oorlog worden er 350 politieke moorden gepleegd. Het antisemitisme laait op. Er wordt nu ook fysiek geweld gepleegd tegen Joden. Dat was vóór 1914 niet zo’. Toch waren er kansen voor de Weimarrepubliek. ‘Zeker tussen 1924 en 1929 waren er allerlei hoopvolle signalen. De economie herstelt,

Spotprent van keizer Wilhelm II, waarin hij wordt afgebeeld als oorlogszuchtige agressor. de politiek stabiliseert en Duitsland krijgt lidmaatschap van de Volkenbond. De nazi’s halen in 1928 slechts 2,6 procent van de stemmen. Het antisemitisme neemt weer wat af. Nazi-Duitsland is zelfs niet in zicht, totdat in 1929 de economische crisis uitbreekt. De nationalistische en revanchistische tendensen krijgen dan weer de overhand. Maar het is niet zo dat na de Eerste Wereldoorlog Duitsland lijnrecht afstevent op de machtsgreep van Hitler. De oorlog is weliswaar een noodzakelijke maar niet voldoende voorwaarde voor het latere nazisme.’ Patrick Dassen, Sprong in het duister. Duitsland en de Eerste Wereldoorlog. Van Oorschot, 524 pgs. € 29,90


2 oktober 2014 · Mare

9

Achtergrond

De robots komen eraan Maar we accepteren ze vooral voor dommig werk Wetenschappers uit Leiden, Delft en Rotterdam komen vandaag samen op de U-meet 2014 Robotica, bij de Campus Den Haag. Roy de Kleijn, promovendus aan het Leiden Institute for Brain en Cognition, geeft een workshop over vertrouwen in robots. Wat hebben robots te maken met jouw vakgebied? ‘Mijn onderzoeksgroep is onderdeel van RoboHow. Dat is een Europees consortium dat een autonome robot wil ontwikkelen, die dagelijkse taken kan uitvoeren. Wij richten ons op pannenkoeken bakken. Dat klinkt simpel, maar door de hiërarchische opbouw is het voor een robot niet heel logisch. Of je eerst melk of eerst eieren in de beslagkom doet, maakt niet uit, maar je moet wél eerst beslag maken voor je kunt bakken. Een robot zou zoiets op zich wel kunnen uitvoeren, maar pas na tweeduizend observaties. Bij een mens zou je het slechts drie keer voor hoeven doen. ´Daarom is het planningsproces van de mens een goede inspiratiebron. Sommige andere functies van computers die we nooit voor mogelijk hielden, zoals handschrift- en tekstherkenning, zijn ook op de mens gebaseerd. En zo komen de twee vakgebieden samen waarin ik ben afgestudeerd: neurowetenschappen, en kunstmatige intelligentie. Inmiddels hebben we een model gemaakt, gebaseerd op hoe mensen complexe acties uitvoeren, dat we dinsdag hebben gepubliceerd in het tijdschrift Philosophical Transactions of the Royal Society B.’ Je gaat tijdens de U-meet in debat met andere experts over ethische kwesties. Zoals? ‘Aansprakelijkheid bijvoorbeeld: als er in een fabriek, waar robots aan de lopende band werken, iets fout gaat, zou je de maker aansprakelijk kunnen stellen. Maar bij een zelflerende robot is het lastiger: wijs je dan naar de programmeur die het leeralgoritme ontwikkelde, of naar degene die de robot vervolgens iets verkeerds heeft aangeleerd? ‘We gaan het ook hebben over robots in de zorg. Openhartoperaties kunnen ze nog niet uitvoeren, maar bloedprikken al wel. Een interessant verschil is

Het automatiseringsspook vraagt frisse blik Melkrobots, zelfrijdende auto’s en automatische magazijnschappen van Amazon nemen taken over waar voorheen mensen voor betaald werden. Minister Lodewijk Asscher somde de voorbeelden afgelopen maandag op in zijn toespraak op het congres van zijn ministerie, Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Hij noemde naast robots ook andere technologische ontwikkelingen, zoals kunstmatige intelligentie, sneller internet en de opkomst van de smartphone. Daaruit komen weer nieuwe diensten voort, zoals Air-bnb en online vertaalprogramma’s. Voor meer en meer mensen zal er de komende decennia uiteindelijk geen betaald werk meer overblijven. Met onderwijs en lagere lasten op arbeid wil Asscher een doemscenario voorkomen, want anders moet de overheid al die werklozen wel van een inkomen voorzien. Hoe precies, daar liet hij zich niet over uit. Maar in elk geval niet met ons huidige fiscale stelsel, denkt ook hij. ‘De toekomst met robots vraagt om een frisse blik, en oplossingen die we nu misschien nog bizar zouden vinden.’

uncanny valley: hoe meer robots op mensen lijken, hoe leuker we ze vinden, tót een bepaald punt waarop ze juist te véél op mensen gaan lijken. Uiteindelijk denk ik dat robots in de zorg vormgegeven moeten worden als een soort huisdieren. Met grote, vriendelijke ogen, om empathie op te wekken.’

dat we robots die lakens in een ziekenhuis zouden verschonen, best een goed idee vinden, maar dat we huiverig worden wanneer ze patiënten in bad moeten doen. We zijn nog niet gewend aan robots die daadwerkelijk met mensen omgaan en we kunnen ons er nog geen goede voorstelling van maken.’

Wat moet daarvoor nog gebeuren? ‘Uit eerder onderzoek bleek al dat we robots vooral accepteren voor dommig werk. Stofzuigen, of de planten water geven. Maar we zouden ze niet laten oppassen wanneer we een avondje weg willen zonder de kinderen. Mijn bachelorstudenten hebben onderzoek gedaan naar interactie met robots. Ze lieten mensen een spel spelen tegen een fysieke robot, of tegen een computerscherm. De proefpersonen wisten dat hetzelfde algoritme achter beide spelsituaties schuilging. Toch waren ze meer geneigd om menselijke eigenschappen aan de robot toe te schrijven. We gebruikten daarvoor trouwens wel een lieve robot. Een student gaat nog uitzoeken of een robot die lijkt op een insect een ander effect heeft. ‘We krijgen ook te maken met de

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Lodewijk Asscher beweerde maandag dat robots veel banen bedreigen. Is dat realistisch? ‘Jazeker. Het probleem is dat politici, maar vooral het publiek, geen goede indruk hebben van de state of the art van robotica. Veel mensen denken dat sommige dingen nooit zullen gebeuren, die nú al aan het gebeuren zijn. Denk aan de zelfrijdende Google Car. Het is goed om dit onderwerp, maar ook die aansprakelijkheidskwestie, alvast te bespreken. Het wordt een probleem als de wetgever straks achter de feiten aanloopt. ‘Uiteindelijk kun je je afvragen wat menselijke arbeid nog waard is, als robots hetzelfde werk kunnen doen. Misschien moeten we het volledige economische stelsel veranderen. Ik ben geen econoom, maar met de schreden die de robotica nu zet, moeten we misschien wel af van het idee dat mensen betaald worden voor uren werk.’ DOOR MARLEEN VAN WESEL

Maretjes De prijs voor een Maretje bedraagt €8,– per 30 woorden, opgegeven via redactie@mare.leidenuniv.nl uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan. Doe meer met je kennis! Vrijwilligers gezocht voor één uur per week bijles en huiswerkbegeleiding op verschillende locaties of bij de leerling thuis. Leiden-Noord, 31 leerlingen, basisonderwijs, groep 4 t/m 8, waarvan 8 met vergoeding van €5-7,- per les. Voortgezet onderwijs, 15 leerlingen Nederlands, economie, Engels, wiskunde,

natuurkunde, waarvan 2 met vergoeding van €5,per les. Marokkaans meisje, hulp bij opdrachten bedrijfskunde, eerstejaars hbo. Marokkaans meisje, Engelstalige grammatica, vierdejaars mbo-4-opleiding. Leiden-Zuid, 12 leerlingen basisonderwijs groep 4 t/m 8 en 4 leerlingen voortgezet onderwijs, wiskunde. Eén leerling voortgezet onderwijs met vergoeding van €5,per les. Marokkaans meisje, wiskunde, Duits, 1e klas vmbo-kader. Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do 15-17u. Tel: 071-5214256. E-mail: hdekoomen@owwwleiden.nl. Secretaris gezocht! Wil jij je inzetten voor de belangen van de huurders van DUWO? Ben je daar-

naast nauwkeurig, communicatief vaardig en heb je een kritische blik? Dan is het bestuur van Huurdersvereniging BRES op zoek naar jou! De functie kost ongeveer tien uur per week en hiervoor ontvang je een bestuursvergoeding van €210,per maand. Zie www.huurdersverenigingbres.nl voor meer informatie! Oppas gevraagd voor 2 kinderen in Leiden, achter CS, op dinsdagmiddag na schooltijd (15 uur), in vakanties en soms op vrijdagen en in de avonduren. Neem graag contact op me Q. de Ruiter tel: 06-40062158.


10  Mare · 2 oktober 2014 Achtergrond

The ideal test bed Augustinus as the ultimate sociological experiment

Veterans Between 2008 and 2010, more than eighteen thousand Dutch soldiers were posted to Afghanistan. The European Journal of Psychotraumatology features an assessment on the welfare of the squaddies after their return home by a group of researchers at the Ministry of Defence and the Medical Centre of the Vrije Universiteit, including Eric Vermetten, who also works for Leiden University Medical Centre. Being deployed on a military mission is associated with a higher risk of mental disorders and that is noticeable in these men and women. They were compared to a control group of soldiers who had stayed at home. In the year following their tour of duty, the chances that the veterans asked for psychological help were eighty per cent higher than the control group. That sounds brutal, but the absolute figures are less shocking: one extra psychological consultation per thousand soldiers. And that means that the demand for mental care is still lower among Afghanistan veterans on average than among average Dutch citizens.

Happy or angry?

“Zooien” is a form of mock fighting practiced at many Dutch fraternities. Foto Taco van der Eb

Friendships have an even greater impact on your health than whether you smoke or not. Scientists from Leiden, Oxford and Helsinki have now found an ideal place to test their theories: Leiden’s student fraternity Augustinus. By Petra Meijer Actually, it all started by coincidence: Leiden PhD student Max van Duijn visited a congress and introduced himself to his future colleagues from Oxford and Helsinki who were doing research into social relations. “At some point I said that I knew of a great case, my old student fraternity.” That got the ball rolling and before he knew it, Augustinus’s first-year members had become the subjects of an international study. The research team is headed by Anna Rotkirch from the University of Helsinki. Van Duijn acts as the middle man. We build a major part of our social networks between the ages of fifteen and twenty-five, he explains. “The friends you bury. In the Netherlands, that has been institutionalised in a unique way in our socially-structured student fraternities and that’s incredibly interesting for the Finnish and English researchers.” “In Finland, we have student fraternities but they don’t have the same structure”, agrees Rotkirch. “We are studying Augustinus because it uses cordialen [smaller clubs] in its strategy and that overlaps the way bonds of friendship should be forged according to the literature.” “Decisive factors for the creation of social connections include the amount of time you see each other, shared physical effort, singing, coordinated actions (stamping, little dances), competition, cooking and eating meals together. By pure coincidence, those are precisely the

activities first-years at a student fraternity do. In fact: if you were to design an institute to stimulate friendship on the basis of scientific understanding, that institute might resemble Dutch-style student fraternities”, continues Van Duijn The first-years were followed for twelve months without the outside world knowing. “First of all, we asked about their interests and we did a few tests, then the participants filled in an online questionnaire about their friendships and social relationships in the cordial. In the end, around 250 students out of the four hundred first-years were involved in the study.”

and drink as much as the lads, and have their own dress code. In sociology, the cliché has it that women don’t form groups like that.” Van Duijn: “Students arrived wearing face paint for a party; students sang and danced. Of course, the place had everybody fuelled with endorphins.” The background of The Fraternity Friendship Study, as the study into Augustinus is called, is a number of debates and theories about friendship, says Van Duijn. “Friends are born or friends are made, for example. Some scientists think that friendship occurs naturally when two people click while others think that friendship is formed when you

“Decisive factors for the creation of social connections: shared physical effort, singing, stamping and dancing” Rotkirch adds: “We wanted to find out how groups were formed, how friendships are created. Surprisingly little research has been done into friendships among adults. Personally, I’m interested in differences between the sexes: the cordials are either men-only or women-only. What are the differences? Are there any leaders, and if there are, how do they become prominent? Are there differences in the way they deal with conflict? What is the relationship between the group’s traits and those of the individual members?” They did not conduct an ethnographic study at Augustinus. “The scientists really wanted to, but Augustinus wasn’t happy with the idea. They didn’t want researchers sitting next to them taking notes while they had a quiet drink. But the researchers dropped by one evening.” While visiting Augustinus, Rotkirch was struck by the all-female cordials in particular. “They sing

do things together. At student fraternities, the emphasis is mainly on sharing time together: a frequently asked question is: ‘You will be there tonight, won’t you?’” Another well-known theory about friends was posited by Robin Dunbar, who is also connected to the study. Dunbar, the director of the Social & Evolutionary Neuroscience Research Group at Oxford University, is one of the most respected researchers in the field of social behaviour. According to Dunbar’s theory, the number of friendships a person can maintain is limited. Van Duijn explains: “Most people have a support clique of just five people – their most intimate relationships, including family members. The second group, of which those five are part, consists of about fifteen people. They are good friends with whom you spend a lot of time. “In total, we can maintain an active connection with around 150 people, while we know about 1,500 people.

If you have 450 friends on Facebook, you usually only have regular contact with 150 of them. In this context, a cordial is very interesting because you make new contacts quite easily in an institutionalised way in the second circle of friends, the one that consists of 15 people. “Perhaps they aren’t your most intimate friends straightaway, but they prove to be high-quality friendships. And that, in turn, has proved good for your health. They say that the impact of a stable social network is just as great or greater than whether you smoke or not.” Rotkirch hopes to be able to continue the study at Augustinus for another three years at least. “Forty years would be perfect. A study like that has been done only once, at Harvard, where it emerged that friends and loved ones are better predictors of your life expectation and well-being than education or wealth.” Van Duijn: “In the future, we could cluster the data on properties, such as social economic background or personality traits. In addition, it would be interesting to study members of other fraternities. Do students forge better relationships if they are subjected to a tougher hazing? Does the element of humiliation add anything to the social relationships or does it do more harm to the individual?” So far, the study has revealed that student fraternities boost the creation of high-quality friendships. “That doesn’t mean to say that people who don’t join clubs won’t make any friends, but the activities at fraternities and perhaps at the more student-like clubs where people sing, mess around and compete for points among themselves might help”, adds Van Duijn. Rotkirch, too, is already calling the study unique: “We know more about how monkeys make friends than about the way humans do.”

While investigating a new drug, Leiden psychologists discovered a side effect to an old drug. They wanted to know whether the new medicine would affect the test subjects’ ability to recognise an emotion. That effect remains a secret for now, but in the scientific journal European Neuropsychopharmacology we can read that the researchers had certainly sorted out their confusing variables. The test subjects in question were female students and about two-thirds of them were on the Pill – the researchers had asked them to state whether they were or not – and so the researchers discovered that there was a considerable difference in results between the Pill users and their naturally-ovulating fellow test subjects. The Pill users had more difficulty recognising the expressions on angry, sad and disgusted faces. And that is quite strange and the psychologists do not know its cause, but it is rather awkward. Female psychology students are practically always the test subjects for psychological research into emotion recognition and a substantial number of them are on the Pill. Daniëlle Hamstra and her colleagues recommend that researchers wait and see whether the results can be upheld in a study that was specifically intended for that purpose.

Sling For women who suffer from incontinence, an urethral sling might be the solution. “Urethra” is the medical term for the tube that drains off your urine. The “sling” pushes the urethra slightly upwards and that could help - “could” being the operative word, as a group of gynaecologists at Leiden University Medical Centre discovered. They have published a report in the International Urogynecology Journal. 41 types of sling have been launched on the market since 1996, ten of which had actually been tested before the introduction. Of the nineteen companies that produce urethral slings, eleven were not able to submit date of any kind and seven couldn’t be arsed to even answer emails, letters or telephone calls. This is not some obscure product that scarcely anyone uses: two million women have undergone surgery for a sling, and the numbers will only increase as the population ages. The LUMC scientists are scandalised that so few companies have or are willing to submit test data. The American and European authorities that regulate the market should lay down more stringent regulations, in their opinion. However, the smattering of studies that have been done after the market launch reveal that the sling cures incontinence in 78 to 92 per cent of the cases.


2 oktober 2014 · Mare Cultuur

Agenda

Pistolen op school De klas in het theater, en andersom Cabaretier Johan Goossens vertelt op het podium over zijn andere baan: docent Nederlands op een ROC. ‘Ik leer mezelf staande houden voor een andere groep dan een blank theaterpubliek.’ DOOR MARLEEN VAN WESEL ‘Theater waarbij alles rond één onderwerp draait, daar vind ik geen reet aan’, zegt cabaretier Johan Goossens. Zijn voorstelling Leer mij de mensen kennen, volgende week in de Leidse Schouwburg, gaat dan ook niet alléén over zijn baan als docent Nederlands op een ROC. Maar hij putte er wel veel inspiratie uit. Zijn leerlingen zijn zeer te spreken over het resultaat. ‘Voor zover ze de voorstelling gezien hebben dan. Ze herkennen vooral elkáár trouwens. Zo werkt dat.’ Goossens is geen docent die uiteindelijk cabaretier werd, maar andersom. ‘Na twee cabaretprogramma’s en winst op het Groninger Studenten Cabaret Festival ging het best goed, maar op een gegeven moment toch niet zo héél goed. De première van de tweede voorstelling was geen groot succes, ik kampte met een gebrek aan ritme en ik voelde me wat allenig.’ Toen pas besloot hij voor de klas te gaan staan. Hij had Nederlands gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam, maar een lesbevoegdheid had hij niet. ‘Zonder kon ik gerust op een ROC terecht. Dat was toen geen probleem.’ Het leverde stof op voor het boek Wie heeft er wél een boek bij zich? en dus die derde cabaretvoorstelling. Zijn verhalen komen letterlijk uit het klaslokaal. ‘Niet iedereen

gelooft dat, omdat het er soms behoorlijk heftig aan toe gaat. Maar ik heb écht een pistool in mijn klaslokaal gehad, of een leerling die deed alsof ze ernstig ziek was, om onder mijn lessen uit te komen. De andere helft van de show gaat over andere dingen, zoals mezelf. Ik heb een liedje over de enorme takenlijst die je kunt krijgen, wanneer je belooft op iemands kat te passen. Of het liedje ‘Kutkind’, dat een bescheiden YouTube-hit werd.’ Tijdens zijn eigen middelbareschooltijd was hij al bezig met cabaret, maar een inschrijving voor de toneelacademie zag hij niet zitten. ‘Ik redeneerde: als je slim bent, ga je naar de universiteit. Ik herinner me dat ik daar na twee weken een tekst van Menno ter Braak zat te bestuderen, en dacht: nee, ik moet écht het podium op.’ Hij voltooide zijn studie evenwel en startte intussen zijn cabaretcarrière. Docent worden was toen nog niet aan de orde. ‘Het klinkt als een voor de hand liggende keuze, maar bij een opleiding Nederlands wil iedereen juist álles behalve Nederlands doceren. Al vond ik het toch wel een leuk idee. Voorafgaand aan mijn studie gaf ik al een tijdje les in Afrika. Later, toen ik met cabaretvoorstellingen door het land trok, mistte ik hoe nuttig ik me toen voelde.’ Inmiddels gaat het goed, zegt hij. Naast zijn huidige tournee, schrijft hij aan de opvolger Daglicht waarmee hij in februari in de theaters moet staan. ‘Aanvankelijk gaf ik vier dagen per week les, vorig schooljaar nog twee en nu nog maar één. Maar zolang het lukt, ga ik ermee door. Ik leer er veel van. Mezelf staande houden, voor een heel andere groep dan een blank theaterpubliek. Ik

Johan Goossens: ‘Na twee weken Menno ter Braak te hebben bestudeerd, dacht ik: ik moet écht het podium op.’ Foto Annemieke van der Togt wil sowieso altijd íets naast cabaret blijven doen. Ik kan me voorstellen dat dat op den duur iets anders dan onderwijs wordt; vrijwilligerswerk bijvoorbeeld.’

Johan Goossens, Leer mij de mensen kennen Leidse Schouwburg Wo 8 okt, 20.15 u Toegang vanaf €10

Jubileumtentoonstelling in Rijksmuseum van Oudheden

DOOR PETRA MEIJER ‘In 1939 maakte professor Böhl, hoogleraar Assyriologie, een grote reis om interessante oudheden te verzamelen’, vertelt Carolien van Zoest van het Nederlands Instituut voor het Nabije Oosten (NINO). ‘Dat was toentertijd heel bijzonder. Bovendien was Böhl een man die alles bewaarde, van tickets tot bonnetjes en reisaantekeningen, we hebben alles nog. Zijn zwartwitte glasdia’s vormen een rode

draad door de tentoonstelling.’ Vlak voor zijn pensioen verkocht Böhl zijn collectie aan het instituut. Zijn kleitabletten met spijkerschrift zijn niet alleen interessant voor mensen uit het vakgebied, zegt Sebastiaan Berntsen, vrijwilliger collecties bij het NINO. ‘De kleitabletten zijn duizenden jaren oud, maar nog steeds actueel. Als je de teksten leest, kom je beschrijvingen tegen van dezelfde problemen die we nu in die regio zien. Bevolkingsgroepen worden bedreigd en er zijn aanvallen van lokale groepen. De geschiedenis herhaalt zich.’ De medewerkers maken zich grote zorgen om de huidige situatie in Irak en Syrië. ‘Historische plaatsen worden geplunderd om de oorlog te bekostigen’, legt Van Zoest uit.

FILM ALLE BIOSCOPEN ZIJN GESLOTEN OP 2 + 3 OKTOBER TRIANON A Most Wanted Man dagelijks 21.30 Boyhood dagelijks 21.30 Dorsvloer Vol Confetti dagelijks 18.45, za zo wo 14.30 The Maze Runner dagelijks 18.30 + 21.30 LIDO Let’s Be Cops za + zo 14.30 The Equalizer dagelijks 18.30 + 21.30 Gone Girl dagelijks 21.30 If I Stay dagelijks 18.45 Deliver Us From Evil dagelijks 21.30 Lucy dagelijks 21.30 Bloedlink dagelijks 21.30 KIJKHUIS Bon Dieu! dagelijks 18.00 Winter Sleep dagelijks 20.30, zo 14.00

THEATER

Valkenmummie: half uil, half onbekend Het Nederlands Instituut voor het Nabije Oosten bestaat 75 jaar. De mooiste voorwerpen uit de eigen collectie zijn daarom vanaf 1 oktober in het Rijksmuseum van Oudheden te zien.

11

‘In het meest gunstige geval blijven de voorwerpen bewaard, maar de context – waar en hoe werd het gevonden – gaat natuurlijk totaal verloren. Bovendien moet alles wat niet-islamitisch is van IS kapot.’ De tijdelijke tentoonstelling ‘75 jaar NINO’ toont bronzen voorwerpen uit Luristan in Iran, Sumerische beelden en kleitabletten vol spijkerschrift. Het blijken brieven, rekensommen of verhandelingen over astronomie. Het lievelingsvoorwerp van Berntsen is een klein stierenbeeldje. ‘Het is zeldzaam en bijzonder omdat we weten waar het vandaan komt. Wij kijken vooral naar de wetenschappelijke waarde, maar laatst werd een iets groter exemplaar bij veilinghuis Christies voor een flink

Gemummificeerde vogel. Uit scans bleek dat kop, lichaam en vleugels van een kerkuil zijn gecombineerd met de poten van een onbekende vogel. Egypte, waarschijnlijk Grieks-Romeinse periode (332 v.Chr.-395 n.Chr.)

bedrag geveild. Toen dacht ik wel even: hebben wij niet ook zoiets in de kast liggen?’ Van Zoest is het meest gecharmeerd van de vogelmummie, waarvan een foto op de eerste verdieping in een vitrine met Egyptische oudheden ligt. ‘In het oude Egypte werden veel heilige dieren geofferd. In sommige catacomben zijn de mummies van duizenden katten, honden, ibissen, valken of bavianen bijgezet. Deze mummie heeft Böhl tijdens een van zijn reizen meegenomen.’ Een tijdje geleden is de vogelmummie in het AMC door de scanner gehaald. Van Zoest: ‘Aan de buitenkant lijkt het een valk, maar of die er ook daadwerkelijk in zit, is maar de vraag. We weten dat er ibismummies zijn die één enkel ibisbotje bevatten en verder waren opgevuld met stro. Een soort nepmummies dus.’ De valkmummie bleek te zijn opgebouwd uit twee verschillende vogels. ‘De bovenkant is van een uil, en de poten komen van een andere, nog een onbekende vogel. Hij wordt nog gerestaureerd, maar ik hoop wel dat hij voor het eind van de tentoonstelling in het museum te zien is.’ 75 jaar NINO Rijksmuseum van Oudheden t/m 3 mei 2015, Toegang € 5,50 (studenten)

LEIDSE SCHOUWBURG Johan Goossens: Leer Mij de Mensen Kennen Wo 8 oktober, v.a. €10 STADSGEHOORZAAL Herman van Veen Do 9 oktober, v.a. €27

MUZIEK PAARD VAN TROJE Gare du Nord Do 9 oktober, €20 QBUS Joanne Shaw Taylor Band Wo 8 oktober, €10 QBUS Matt Andersen Vr 10 oktober, €10 GROTE BEER Jazz on Sunday Zo 5 oktober, gratis

DIVERSEN DE BRANDERIJ Politiek Café met staatssecretaris Wiebes (Financiën) Ma 6 oktober, gratis NATURALIS BIODIVERSITY CENTER Tentoonstelling: Nieuw in Nederland t/m 1 november 2015 MUSEUM BOERHAAVE Tentoonstelling: 100 jaar uitvindingen, Made by Philips Research t/m 4 januari 2015 CAFÉ DE KEYZER Paddenstoelenwandeling Zo 26 oktober 15.00 €12,50 STADHUISPLEIN EN ANDERE LOCATIES Internationaal Fotofestival Leiden Za 11 oktober t/m za 8 november MUSEUM BOERHAVE Hit & Run. Ed van der Elsken Za 13 september t/m zo 4 januari SOCIËTEIT DE BURCHT Spaanse Hoer Avondrood Di 30 september t/m zo 4 oktober €10,00 UNIVERSITEIT LEIDEN Open Dag Za 8 november ZUCCA BaZucca oktober 11 oktober v.a. 23.00, €5, min. 21 jr


12

Mare · 2 oktober 2014

Kamervragen

Inburgeren

Deurrrwie oktoberrrw

Foto Taco van der Eb

‘Weg met dat meidengedoe’ Paul van Zanten (20, geneeskunde) Huis: Huize de Kip, Zijlstroom 129 Bewoners: 3 Grootte: 18m2 Kost: 280 euro excl. Waar komt de naam ‘Huize de Kip’ vandaan? ‘We aten vroeger altijd wraps met kip. Dat is een beetje ontspoord, dus nu roepen we altijd heel hard “Kiiiiiieep” naar elkaar. We hebben ook foto’s op canvas van onszelf met een kip van de kinderboerderij. En de WhatsApp-groep waar ook onze vriendinnen aan toegevoegd zijn heet: huize de Kip & Chicks.’ Hoe ben je aan deze kamer gekomen? ‘We wonen hier nu met drie gasten, maar dit was eerst een meisjeshuis. Ik ging hospiteren met bijna alleen maar meiden en dacht dat ik geen kans zou

Bandirah

maken. Toch werd ik gekozen. Ze dachten dat ik een rustige jongen was. ‘Een van de meiden ging samenwonen, de ander is min of meer gevlucht. In ons tweede jaar kwamen we vaak laat thuis, we schreeuwden veel en deden de afwas niet. Zij ging elke dag om half tien naar bed omdat ze vroeg op moest. Het was geen goede mix.’

onzin. Dat hebben we ook meteen overheen geverfd. ‘Toch doet de naam ‘Huize de Kip’ aan Minervahuis ‘het Kippenhok’ denken. Daarom hebben we in de gang een hele stoere Mexicaanse kip in een worstelpak geschilderd, met de tekst “Yo voy a kakar en tu cama”. Dat is Spaans voor “Ik poep in je bed.”’

Aan het huis is niet te zien dat er meiden hebben gewoond. ‘Nu niet meer, nee. Alleen in de badkamer hebben we nog wat meidengedoe: een roze douchegordijn met bubbeltjes en een toiletbril met bloemetjes. De muren van mijn kamer waren eerst lila, die heb ik meteen wit gemaakt. ‘In de kamer van huisgenoot Hidde stond er een of andere spreuk op de muur: ‘Wish it, dream it, do it’, dat soort

Hebben jullie bepaalde huistradities? ‘Niet echt, behalve misschien dat we heel veel eten. We hebben allemaal op wedstrijdniveau geroeid in de zware klasse. Dan eet je op een dag drie keer zoveel als normaal. We aten heel veel broden, frituur, Split-ijsjes en blikken knakworst. Per jaar gaan er ongeveer zes tostiapparaten doorheen, omdat ze zoveel gebruikt worden. Vorige zomer stopten we met trainen, maar bleven

hetzelfde eten. Toen waren we al snel het zwaarste huis van de vereniging. Hidde weegt het meest, dus hij krijgt de schuld als er iets stukgaat in huis.’ Wat vind je het fijnste aan je kamer? ‘Het uitzicht op de boterhuispolder. En ik woon tegenover mijn roeivereniging Asopos. Vanuit mijn raam kan ik kijken hoe de eerstejaars omslaan.’ Hoe gaat het met opruimen? ‘Daar hebben we “rock-paper-scissors” voor. Zo bepalen we wie de boodschappen moet doen, kookt of het ranzige doucheputje schoonmaakt. Je zou misschien denken: drie van die grote gasten in één huis, dat moet wel een teringzooi worden. Maar het valt eigenlijk wel mee.’ DOOR PETRA MEIJER

Vandaag exact een jaar geleden liep ik om half negen ’s avonds na college het Lipsius uit. Waar het college over ging weet ik niet meer precies, maar ik weet nog wel dat het erg ingewikkeld was, zodat ik mij diep in gedachten verzonken richting het station begaf. Daarom schrok ik nogal toen halverwege bleek dat ik mij plotseling midden in een apocalyptisch zuipfestijn bevond. Waar er die ochtend nog niets aan de hand was geweest, stond de straat naar het station nu vol met kermiskramen, tapwagens en podia, waarop coverbands het oeuvre van de Beatles en Guus Meeuwis ten gehore brachten. Op het grootste podium stond een man met een pruik, een opplaksnor en een zonnebril te zingen over kamelentenen. En om me heen liepen mensen die eruit zagen alsof ze waren weggelopen uit Oh Oh Cherso. Ze waren dronken en keken me agressief aan. Een paar dagen later hoorde ik hoe twee jongens voor me in de collegebanken hun weekend bespraken. De ene was naar het Leidens ontzet geweest en had het zo te zien naar zijn zin gehad. De ander, zei dat hij de stad was ontvlucht, naar zijn ouders, omdat drie oktober ‘toch meer iets voor proleten was’. Ziehier het belang van een gedegen voorbereiding op het Leidens ontzet. Gelukkig kan ik u daarbij helpen, met enkele nuttige tips. Tip 1: Drink veel bier. Zoals wintersport niet leuk is zonder sneeuw of een tosti niet te eten is zonder ketchup, is Leidens ontzet niet te doen zonder bier. Bier heft cultuurverschillen op, verbroedert en maakt de muziek en de mensenmassa’s dragelijk. Voor de juiste hoeveelheid bier, stel u dan voor wat u tijdens een week oktoberfest zou drinken en probeer deze hoeveelheid in anderhalve dag te consumeren. Tip 2: Val anderen er niet mee lastig dat u weet dat het onzin is om hutspot te eten tijdens Leidens ontzet, omdat de aardappel in 1574 in Nederland nog helemaal niet bekend was. Dit gegeven is leuk voor in een historische lezing, of in een college over het ontstaan van tradities in Nederland, niet op drie oktober. Tip 3: leer het oeuvre van Barry Badpak uit uw hoofd. Barry werd in 2011 in een klap wereldberoemd in Leiden met de hit Kamelenteen (waar ga je heen?) en bestaat eigenlijk uit drie Barrys. Ook Barry fungeert als sociaal smeermiddel. Door met hem mee te zingen laat u zien dat u ‘lekker gek’ durft te doen en dat u ‘terrringgezellig’ bent. Tip 4: neem kauwgom mee, tegen de haringwalm. Veel plezierrr juh! TIM MEIJER

P.S. Mijd cafe’s waar het personeel rondloopt in T-shirts met ‘Free oktober’. Deze inhalige geldwolven klagen over de extra voorzieningen die ze moeten regelen en de kosten van de schoonmaak van de stad na afloop van het feest waarbij ze een flink deel van hun jaaromzet binnen harken. Ze dreigen volgend jaar niet meer mee te doen. Zij verdienen uw stufi niet.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.