Inforevue 4/2018 Nl

Page 1

16

FORENSISCHE ICT-LABO’S De digitale rechercheur

20

SPECIALE EENHEDEN Onderhandelaars en interventie

12

PARTNERSCHAPPEN OP HET SPOOR Securail & Infrabel

wett elijk depo t van br ussel x / p 409212 / v .u. Gér aldi ne B om al Kr oonlaan145A 1050 br u ssel

042018

t r im est r ieel / okt ober n ov em ber decem ber

— “Een job die we ondanks alles graag doen.” Superflikken —


“Tijd voor een nieuw verhaal, met digital first”

Beste lezers,

Inforevue Uitgave van de Directie van de communicatie Federale Politie

Van 1992 tot 2018, met dank aan: Hoofdredacteur: Benoît Dupuis Coördinator: Stefan Debroux Redactie: Olivier Bogaert, Gert Claus, Chris Depovere, Françoise Forthomme, Renato Guion, Gwendoline Hendrick, ‘de juristen’, Nicolas Mangon, Gwenaëlle Maziers, Olivier Quisquater, Philippe Stratsaert, Christel Vanmullen, Geert Verschueren, Astrid Vierendeels en vele anderen ... Eindredactie: Saskia Van Puyvelde, Thomas Wattier Fotografie: Jocelyn Balcaen, Christian Berteaux, David Bulens, Devid Camerlynck, Petra De Weser, Lavinia Wouters Lay-out: Caroline Chaidron, Véronique Maessen, Pablo Thys, Karolien Snyers Illustraties: Ruben Accou, Didier Casten, Emmanuelle Glibert, Benoit Goesaert Vertalingen: Carole De Knop & co (Desk Translation Federale Politie) Drukkerij: Goekint Verantwoordelijke uitgever: Géraldine Bomal Kroonlaan 145 A - 1050 Brussel Ere-uitgever: Eric Cobut

Public relations: Harry De Clerck, Laurence Slachmuylders Kroonlaan 145 A - 1050 Brussel Tel. 02 554 41 31 - Fax 02 642 60 97 cgc@police.belgium.eu Le présent magazine paraît également en français. https://poldms.police.be ISSN: 1780-7646

Aan alle verhalen komt een eind, zelfs aan de mooiste … In uw handen hebt u de laatste editie van Inforevue. Sinds zijn herlancering in 2002 heeft Inforevue u op de hoogte en betrokken willen houden, met als doel ‘elkaar te leren kennen binnen de Geïntegreerde Politie en een politiecultuur te stimuleren’. Het einde van Inforevue betekent niet het einde van dit doel, integendeel. Het is het einde van een format dat niet meer van deze tijd is. Van een productiewijze met een overheidsopdracht die niet meer binnen het budget past. Van een abonnementsformule die niet meer relevant is.

Met een lach en een traan neem ik mijn toetsenbord ter hand om deze edito te schrijven. Aan de ene kant met een traan omdat ik, zoals velen onder jullie, telkens met plezier en trots de Inforevue doorbladerde om over het dagelijkse werk en de opzienbarende prestaties van onze collega’s te lezen. In team bijdragen tot de realisatie van het magazine heeft me altijd met grote voldoening vervuld. Dat plezier werd nog versterkt door uw feedback – vaak positief, soms kritisch maar altijd constructief na de publicatie van elk nummer. Ik dank u van harte voor uw jarenlange trouw, uw aanmoedigingen of uw bijdrage. Aan de andere kant met een lach omdat we door deze koerswijziging de digitale communicatiemiddelen maximaal zullen kunnen benutten. Met de digitale tools bereiken we op een snellere en meer interactieve wijze een breder publiek.

2019 wordt een vernieuwend en digitaal jaar voor de politie in het algemeen en voor de Directie van de communicatie van de Federale Politie in het bijzonder. Ik nodig u alvast uit ons te komen opzoeken op www.federalepolitie.be en op onze Facebookpagina Belgian Federal Police. Het zijn slechts de eerste hoofdstukken van het digitale tijdperk. Andere zoals WiKiPol zullen binnenkort het levenslicht zien. Maar vergis u niet: digital first betekent niet dat we volledig afstappen van het papier. Papier blijft – anders – als een meer tastbaar en tegelijk meer ‘persoonlijk’ communicatiemiddel.

We zullen meer investeren in communicatie over evenementen om banden te smeden tussen collega’s – van vandaag, van morgen maar ook van gisteren – en/of burgers. De herdenkingsplechtigheid van 7 december 2018, georganiseerd samen met de Lokale Politie, ter nagedachtenis van onze collega’s die tijdens de dienst overleden zijn, is daar een mooi voorbeeld van. Verderop in dit nummer kunt u de gedenkplaat ontdekken.

2019 wordt een jaar waarin we de mens een centrale plaats zullen geven. Ik wens u een gezond en veilig nieuw jaar, en veel leesplezier ...

Géraldine Bomal Directrice van de communicatie

2


inforevue 042018

20

30

36

8

FACE TO FACE Werknemers in dienst nemen die dicht bij hun pensioen staan?

12

PARTNERS IN CRIME Grote middelen tegen kabeldiefstal OOST-VLAANDEREN VERNIEUWT De digitale rechercheur

16

18

3D-BODYSCAN Meerwaarde in een moordonderzoek ONDERHANDELAARS BIJ DSU De kracht van woorden

20 22

DE SPECIALE EENHEDEN IN CHARLEROI Onvoorwaardelijk plichtsbesef ondanks de risico’s DIGITALISERING VAN DE MOBILITEITSPROCEDURE HR Mob, omdat mobiliteit motiveert

rubrieken Radar... 2

De experts...10

24

MULTIDISCIPLINAIRE RAMPOEFENING Noodinterventie in de spoorwegtunnel

26

30

UITGENODIGD Pierre Dillien: “Er is nood aan meer investeringen in de opleiding”

Partner in beeld...14 Op stap met...28

Eerbetoon aan de collega’s die tijdens de dienst overleden zijn.

Casus...34

Historia...35

Out of office... 36

Success Story...38 Superflik...39

Politiewereld... 40

Ambassadeur... 42

Politie in de kijker... 43

042018 1


R ADAR QUOTE

W E BWAT C H

IS JE E-MAILADRES GEHACKT?

Onze appreciatie aan de dienst Rekrutering en selectie om dit gedaan te krijgen Hoofdcommissaris Erik Van Parys, korpschef van de politiezone Bredene/De Haan, bedankte de rekruteringsdienst van de Federale Politie voor de vlotte samenwerking. Ze zorgde ervoor dat de politiezone op zeer korte termijn 3 aspirant-inspecteurs kon aanwerven en aan de opleiding laten starten.

De ontwikkelaars van webbrowser Firefox hebben een nieuwe tool voor je klaar, Monitor genaamd. Hiermee kan je snel nagaan of je e-mailadres voorkomt in een gehackte database. Deze nieuwe tool is bijzonder nuttig omdat de ontwikkelaars een proces hebben bedacht dat je e-mailadres beschermt. Als je dat namelijk in het zoekveld typt, wordt het niet aan Firefox doorgegeven.

Als je e-mailadres is gehackt, zal je informatie krijgen over de gelekte gegevens zoals paswoorden, persoonlijke informatie …. Je krijgt dan ook tips om bijvoorbeeld je paswoord te wijzigen.

Firefox stelt ook voor om een automatische waarschuwing te activeren. Zo blijf je op de hoogte van een eventuele toekomstige aanval op je e-mailadres. In dat geval moet je natuurlijk wel je adres aan Firefox doorgeven, maar gezien de talrijke aanvallen op dit moment is het een must om snel te reageren en je gegevens te beschermen. https://monitor.firefox.com/

GEK NIPT

SERGE BAYOT & RONY JORDENS OUDERE COLLEGA'S KRIJGEN OOK HUN KANS! Inspecteurs Serge Bayot en Rony Jordens (zie Face to Face, blz. 8-9) zijn onlangs in dienst genomen bij respectievelijk de politiezone Nijvel-Genappe en de Federale Gerechtelijke Politie (FGP) van Waals-Brabant. Vrij opmerkelijk, gelet op hun leeftijd. Ze zijn namelijk 58 en 61 jaar oud. "Toen ik bij de politiezone van Waterloo werkte, werd ik voor enkele zaken gedetacheerd naar de FGP van Waals-Brabant. Na 6 maanden drongen mijn nieuwe oversten erop aan dat ik er bleef werken", zegt Rony Jordens, die zijn carrière begon in 1977 bij de politiezone van Brussel-Hoofdstad/Elsene en in 2006 de overstap maakte naar Waterloo. De ploeggeest en de solidariteit van de FGP Waals-Brabant motiveerden hem om voor drie jaar bij te tekenen, ondanks de mogelijkheid om met pensioen te gaan. "Ik werk in de financieel-economische sector en ben blij met mijn nieuwe job. Ik kan mijn kennis doorgeven aan jongere collega's die om raad vragen en snel leren", aldus de eerste inspecteur, officier van gerechtelijke politie.

2

Inspecteur Serge Bayot van zijn kant werkt als wijkagent in de zone Nijvel-Genappe. "Ik ben vrij laat bij de politie gekomen. Ik was 48. Daarvoor was ik zelfstandig fotograaf en ik wou een nieuwe draai aan mijn loopbaan geven. Ik heb 9 jaar wijkwerk gedaan in La Louvière voor ik ging solliciteren bij de zone Nijvel-Genappe. Ik hou veel van Nijvel. De mensen zijn er authentiek en gehecht aan hun streek. En ik ben zeer goed ontvangen door de ploeg!"


INFOGR AFIEK WAARAAN ERGERT U ZICHT HET MEEST BIJ ANDERE WEGGEBRUIKERS?

inforevue 042018

R ADAR

tweetwall @Federalepolitie

Middenstrookrijden blijkt onze grootste ergernis op de weg. Dat blijkt uit een kleine poll die de Federale Politie op 9 november dit jaar op Twitter lanceerde. Op de vraag ‘Waaraan ergert u zich het meest bij andere weggebruikers?’ kregen wij maar liefst 1679 antwoorden. Hier ziet u de uitslag:

1

Eerste hoofdcommissarissen Marc De Mesmaeker en Michel Goovaerts hebben in naam van de Geïntegreerde Politie een bloemenkrans neergelegd aan het graf van de onbekende soldaat. #11november #Wapenstilstand #gedenkplicht

@Federalepolitie

Herinnering: morgen verandert het uur. Inbrekers krijgen een uur extra duisternis. #1dagniet

@Federalepolitie

Vandaag bracht onze commissaris-generaal Marc De Mesmaeker een werkbezoek aan de politiezone Luik. Hij heeft er collega’s ontmoet die solidair en eendrachtig zijn in deze moeilijke periode waarin zij hard getroffen zijn door geweldsfeiten tegen politiemensen. #UnitedWeStand

29%

GEEN RICHTINGAANWIJZERS

@Federalepolitie

Tussen morgenochtend 6u00 en donderdagochtend 6u00 houden de Federale Wegpolitie en de Lokale Politie samen de 10de Flitsmarathon.

@Federalepolitie

33%

MIDDENSTROOKRIJDEN

2

Voor de 80ste verjaardag van het Koninklijk escorte te paard heeft Zijne Majesteit de Koning de leden van het escorte en de commissaris-generaal van de Federale Politie ontvangen op het Koninklijk Paleis.

@Federalepolitie

28%

Smartphone achter stuur

3

De Geïntegreerde Politie heeft op 07/12 haar collega's herdacht die tijdens de dienst overleden zijn. Terugblik op een emotionele plechtigheid.

@Federalepolitie

We wensen onze 2 collega’s van de politiezone Vesdre, die vannacht gewond geraakten tijdens een schietpartij, een spoedig herstel toe. We betuigen eveneens onze steun aan hun naasten en collega’s.

@Europol

#ATLASexercise Europol: ATLAS Communication and Coordination Centre at Europol is ready for the #ATLASexercise which starts now. Commanders of Special Intervention Units from 12 countries and Liaison Officers will be monitoring it LIVE from our headquarters.

@Federalepolitie

4

De commissaris-generaal van de Federale Politie, Marc De Mesmaeker, heeft in Lyon een antiterreuroefening bijgewoond. Een vijftigtal buitenlandse delegaties waren aanwezig. Honderden Franse politieagenten en gendarmes werden ingezet voor de oefening.

@Federalepolitie

10%

Overdreven snelheid

Beste vrienden, trouwe partners en supercollega's. #werelddierendag #politie

3


GEFLITST

Š Lavinia Wouters

R ADAR

4

In het CIC Limburg werken calltakers van Binnenlandse Zaken nauw samen met dispatchers van politie en brandweer. Ook de MUG/SAMU is er vertegenwoordigd. Alle partners staan ten dienste van de burger. Deze foto is die van de maand februari op de kalender 2019 van de Federale Politie, die als thema de multidisciplinaire samenwerking heeft.


inforevue 042018

R ADAR

5


R ADAR

G P S

Drones ondersteunen politiezones In november werd de officiële aftrap gegeven voor de drone-permanenties CSD-CIK Brussel. De toestellen die het Brusselse Gewest heeft aangekocht, staan ter beschikking van de politiediensten. Ze worden beheerd door de Coördinatie- en steundirectie en het Interventiekorps van de Federale Politie. Hun doel: de politiezones van het arrondissement ondersteunen. Op gemotiveerd verzoek kan echter een uitzondering worden gemaakt voor bijzondere gebeurtenissen.

Mooi resultaat door goede samenwerking

#vintagefriday

Instagram: federalepolitie

6

Eind september leidde de Federale Gerechtelijke Politie (FGP) van Bergen-Doornik een grootschalige operatie in het kader van een onderzoek dat 2 jaar geduurd heeft. Het ging om ladingdiefstallen uit vrachtwagens op snelwegparkings. Uiteindelijk werden er 22 personen aangehouden en 8 in verdenking gesteld. Daarnaast werden 7 voertuigen, 3 vuurwapens, 7 m³ gestolen goederen, geld, verdovende middelen en telefoons in beslag genomen. Die mooie vangst is te danken aan de voorbeeldige samenwerking tussen de FGP's Bergen-Doornik en Charleroi, de Wegpolitie, de speciale en gespecialiseerde eenheden en de Coördinatie- en steundirectie (CSD) van Henegouwen.

De maand november loopt stilaan op zijn einde en hiermee ook de campagne Movember. Jullie waren met velen om je #snor te laten staan voor het goede doel. Het idee achter de campagne is gezondheidsproblemen bij mannen, zoals prostaatkanker, onder de aandacht te brengen en ertegen te strijden door fondsen te werven. Bij de politie kent de snor een lange geschiedenis! Ten tijde van Napoleon mochten enkel elite-eenheden er een dragen. De snor wordt verplicht voor de Belgische rijkswachters vanaf 1831. Gezien het grote succes, zorgt de maatregel echter voor problemen. De rijkswachters waren te makkelijk te herkennen, wat de goede afloop van operaties kan beïnvloeden. Zo wordt er gevraagd om ze niet meer te dragen, maar deze beslissing kreeg niet het verhoopte gevolg … Hier zien we kapitein Frémault pronken met zijn snor.


inforevue 042018

R ADAR

Een bekend gezicht op de muur van het commissariaat Aandachtige lezers van Inforevue zullen deze afbeelding zeker herkennen. Ze komt uit een foto van onze fotografe Lavinia Wouters en prijkt op de muur van het commissariaat van de politiezone CARMA (As, Bocholt, Bree, Genk, HouthalenHelchteren, Kinrooi, Meeuwen-Gruitrode, Opglabbeek, Zutendaal) om reclame te maken voor de reeks 'Helden van hier' op VTM. Knap werk!

07/12 144 Het aantal woninginbraken dat dagelijks in België wordt gepleegd. Op 26 oktober vond de actiedag '1 dag zonder' plaats die de strijd aangaat met deze plaag. Het was ook de gelegenheid om preventietips te krijgen.

EERBETOON AAN OVERLEDEN COLLEGA'S Marc De Mesmaeker, commissaris-generaal van de Federale Politie en Nicholas Paelinck, voorzitter van de Vaste Commissie van de Lokale Politie, hebben op 7 december 2018 in het Polis Center een gedenkplaat ingehuldigd ter ere van de leden van de Geïntegreerde Politie die tijdens en door het feit van de dienst overleden zijn. Deze inhuldiging valt samen met de twintigste verjaardag van de wet op de Geïntegreerde Politie die dateert van 7 december 1998.

7


FACE TO FACE

Werknemers in dienst nemen die dicht bij hun pensioen staan? Tussen misvattingen en noodzaak ... Laurent Blondiau

HOOFDCOMMISSARIS GERECHTELIJK DIRECTEUR VAN DE FEDERALE GERECHTELIJKE POLITIE WAALS-BRABANT

B

ij ons blijft de gemiddelde leeftijd hoger dan bij de politiezone Nijvel-Genappe. De gemiddelde leeftijd van de rechercheurs van de FGP Waals-Brabant ligt boven de veertig, ook al is de trend sinds twee jaar langzaam aan het keren.

De FGP dreigt versneld kennis en vaardigheden te verliezen door de pensioengolf. De verjonging van onze kaders is een meerwaarde als dit gepaard kan gaan met een echte coaching door oudere collega’s. Naast de rekrutering van gespecialiseerde hoofdinspecteurs met hogere diploma’s om het verlies van beroepskennis goed te maken, is de begeleiding door oudere collega’s essentieel voor de verwerving en het behoud van de politionele vaardigheden en attitudes.

Een goede rechercheur wordt gekenmerkt door een mix van kennis, vaardigheden en attitudes. Om die bagage te verwerven, hebben beginnende rechercheurs begeleiding nodig. Dat is zeker essentieel voor de financieel-economische sector waarin we onlangs inspecteur Rony Jordens (61 jaar) hebben aangeworven. Die sector vereist niet alleen veel contacten met magistraten maar ook uitstekende verhoorkwaliteiten.

De ervaring van de anciens biedt ook zekerheid aan de werkgever. Het is immers niet altijd eenvoudig om goed te rekruteren, om iemand te beoordelen op grond van een sollicitatiegesprek. Daarbij komt de budgettaire kwestie, vooral

8

in een kleine FGP zoals de onze. We kunnen ons geen verkeerde aanwervingen veroorloven.

We hebben trouwens met Rony afgesproken dat hij minstens drie jaar bij ons zou werken, gelet op zijn mogelijke pensioen. Hij heeft op korte tijd al zijn nut bewezen door sommige collega’s terug op de rails te zetten dankzij zijn kwaliteiten als coach. Hij werkt met de glimlach en zorgt voor een prettige sfeer. Met een goede werksfeer is volgens mij al de helft van het werk geslaagd. Ik verkies dan ook iemand met de juiste kwaliteiten boven meer budget.

En als er iets scheelt, weten de personeelsleden dat mijn deur altijd openstaat. We zoeken uit wat het probleem is en zorgen indien nodig voor psychosociale begeleiding. Ik vraag de teamleden ook om op elkaar te letten; ik wil dat er tussen ons een vertrouwensband heerst. In de mate van het mogelijke proberen we de werktijd van de oudsten aan te passen. Maar wat de jobmobiliteit betreft, zijn er nog steeds aparte statuten en voordelen. De gerechtelijke zuil biedt bepaalde voordelen die het personeel wenst te behouden bij verandering van functie. We zouden dus gebaat zijn met meer soepelheid in onze politieorganisatie. Ten slotte moet er een debat over de functionele verloning worden gevoerd om te zorgen voor een goed eindeloopbaanbeheer ...


De politiezone Nijvel-Genappe, een zone met overwegend jonge gezichten, heeft een inspecteur van 58 jaar in dienst genomen. De Federale Gerechtelijke Politie deed hetzelfde met een inspecteur van 61, iets minder uitzonderlijk tussen de al wat oudere gezichten. Welke voordelen heeft de aanwerving van een oudere werknemer?

inforevue 042018

FACE TO FACE

Pascal Neyman

EERSTE HOOFDCOMMISSARIS KORPSCHEF VAN DE ZONE NIJVEL-GENAPPE

D

e aanwerving van oudere werknemers lokt bepaalde kritiek uit die voor mij volstrekt ongegrond is. Wanneer we personeel aanwerven, kijken we niet naar leeftijd of geslacht, maar naar de motivatie van de kandidaat, zijn waarden, zijn competenties en zijn potentieel. Leeftijd mag geen reden tot discriminatie zijn. Sommigen zien nadelen in de aanwerving van oudere werknemers, maar zij kunnen bogen op een grotere maturiteit. Inspecteur Serge Bayot (58 jaar), onlangs aangenomen als wijkagent, bezit alle eigenschappen van een ‘jongere’. Hij onderhoudt zijn fysieke conditie, wil graag bijleren en geeft tegelijk stabiliteit aan de ploeg. Met hem erbij zijn de mensen kalmer. Hij kan relativeren en zijn ervaring geeft hem een zekere legitimiteit. Je kan natuurlijk opwerpen dat hij vrij snel met pensioen zou kunnen gaan, maar een jonge snaak zou ons evengoed kunnen verlaten. Het is een illusie te denken dat de jonge collega zijn hele carrière lang op dezelfde plaats zal blijven.

Een oudere persoon in de ploeg is bovendien onontbeerlijk om nieuwkomers te ondersteunen. In onze zone zijn er veel die van de politieschool komen en begeleiding nodig hebben. We zouden zelfs graag meer ‘anciens’ hebben. In totaal tellen we 50 % jonge werknemers (van maximum 35 jaar) en de ideale verhouding is voor mij 1/3 jonge mensen, 1/3 mensen van middelbare leeftijd en 1/3 oudere werknemers. Ik geloof in de weder-

zijdse verrijking die een verscheidenheid aan profielen ons kan bieden. De ‘generatie Y’ bezit andere noodzakelijke troeven. Ze verplicht ons onze gewoonten om te gooien.

Wat het argument van de gezondheid betreft, loopt iedereen kans om ziek te worden. En wanneer er problemen zijn, is het altijd mogelijk om de uurroosters van de personeelsleden aan te passen, ze niet op interventie te sturen, ploegendienst te vermijden enzovoort. In onze zone Nijvel-Genappe staat de mens centraal. Sport, ontspanning en telewerk behoren tot de mogelijkheden van het personeel. Dat is essentieel om onze mensen zich te laten ontplooien in hun werk.

Toch is er meer nood aan overstapmogelijkheden tussen de Lokale Politie en de Federale Politie om het oudere personeel te kunnen herplaatsen. Ik vind dat sommige betrekkingen moeten worden voorbehouden aan de oudere collega’s. Bovendien is het onderscheid tussen CALogs en politieambtenaren niet positief. Sommige CALogs verdienen minder dan de operationele mensen terwijl ze hetzelfde beroep uitoefenen ...

9


DE EXPERTS

Vertaalperikelen

Wat is een dispositief? “De man had te veel gedronken en reed bij het invoegen naar het dispositief bijna een agent aan”, stond in de krant te lezen. Of nog: “De voorbije week werd een dispositief van 20 agenten ingezet”. Wat bedoelen jullie precies met een dispositief, vragen sommigen zich dan terecht af. Het dispositief of dictum is het beschikkende gedeelte van een rechterlijke uitspraak die rechtsgevolgen teweegbrengt, zo luidt althans de woordenboekdefinitie. Maar dat is buiten ons Belgische politiejargon gerekend! En zoals wel vaker het geval is, zijn we leentjebuur gaan spelen bij onze Franstalige collega’s. In tegenstelling tot het Nederlandse dispositief is het Franse woord dispositif wel gangbaar in het algemene taalgebruik. Je hoeft maar even een vertaalwoordenboek open te slaan om te zien dat het hier nog twee andere betekenissen heeft, namelijk: (1) inrichting, toestel, systeem en (2) opstelling, apparaat, m.a.w. het geheel van mensen en middelen die nodig zijn voor het doen functioneren van een instelling of het verrichten van een taak. Wie

Wim DEMOL liever een ander, meer concreet woord wil gebruiken, vindt gemakkelijk alternatieven. Om het jargonwoord te vermijden, had men in de zinnen hierboven bijvoorbeeld ook kunnen schrijven: het invoegen naar de controlepost en een team van 20 agenten.

* Rechtzetting: onder het artikel van de vorige editie stond de verkeerde auteur vermeld. De juiste auteur is Heidi Op De Beeck. Ere wie ere toekomt!

Veilig surfen

Te mooi om waar te zijn? Olivier BOGAERT

Veel collega’s in lokale politiezones komen in contact met personen die te goeder trouw geld hebben opgestuurd naar een vriend of vriendin van wie ze dachten dat hij of zij te vertrouwen was. Dit soort oplichting speelt in op de gevoelens en maakt zeer veel slachtoffers. In 2018 ontving de FOD Economie 382 meldingen van zogeheten vriendschapsfraude. In meer dan de helft van de gevallen hebben de slachtoffers geld overgemaakt aan de fraudeurs. In totaal ging het om ongeveer 4 miljoen euro. Eén slachtoffer verloor zelfs 500 000 euro! De FOD Economie lanceerde daarop een campagne om de burgers

10

voor dit soort fraude te sensibiliseren. Daarmee wil ze hen beter wapenen tegen internetoplichters om te beletten dat ze nieuwe slachtoffers maken. De website temooiomwaartezijn.be die ik iedereen aanraad te bezoeken, bevat getuigenissen maar ook tips om die preventieboodschap te verspreiden. Het is ook de bedoeling dat de burgers de mensen in hun omgeving waarschuwen die soms te veel informatie op sociale media posten. Zo onthullen ze hun situatie of hun gemoedstoestand. Een echte goudmijn voor oplichters. Aarzel dus niet om de website aan te prijzen bij al uw kennissen en vrienden.


Protocollaire gebruiken

“Ik zweer getrouwheid aan de Koning …” De praktijk van de eedaflegging ontstond in de middeleeuwen. Men moest de eed afleggen om toe te treden tot een gilde, een broederschap of om een beroep uit te oefenen. De vazal legde de eed van trouw af aan zijn opperleenheer. De opperleenheer legde op zijn beurt de eed af om de vazal te beschermen. Alle aspecten van het maatschappelijke leven hielden op een bepaald moment het afleggen van een eed in. In België bepaalt het decreet van 20 juli 1831 dat alle ambtenaren van het gerecht en van het bestuur – dus de ambtenaren van de Geïntegreerde Politie – de eed moeten afleggen alvorens hun betrekking te aanvaarden. Deze eed luidt als volgt:

inforevue 042018

DE EXPERTS

“Ik zweer getrouwheid aan de Koning, gehoorzaamheid aan de Grondwet en aan de wetten van het Belgisch volk.” De ambtseed is niet alleen een administratieve formaliteit. Hij is ook de plechtige belofte om trouw de plichten van het ambt te vervullen. De eedaflegging moet dus een zekere plechtigheid krijgen. Ook de Belgische driekleur moet aanwezig zijn. De ambtenaar die de eed aflegt, neemt de vlag vast met de linkerhand en houdt de rechterhand omhoog. De wijsvinger en de middelvinger moeten samen worden opgestoken, de duim moet tegen de ringvinger en de pink worden toegevouwen. Deze twee vingers zijn eveneens toegevouwen.

Renato GUION

Onderweg

BOB: de misverstanden over alcohol Het einde van het jaar wordt steevast gekenmerkt door de traditionele BOB-campagne. Door de vele festiviteiten is het ook het geschikte moment voor een preventiecampagne ... en extra alcoholcontroles. Toch denken veel bestuurders nog steeds dat ze door de mazen van het net kunnen glippen of ongevallen kunnen vermijden door ‘trucs’ te gebruiken. Koffie drinken bijvoorbeeld, geeft weliswaar tijdelijk een meer opgewekt gevoel, maar het alcoholgehalte in het bloed zal er niet door verminderen. En water drinken? Water is goed voor de nieren en dus voor de gezondheid, maar zal evenmin iets veranderen aan het alcoholgehalte. Een kleine siësta houden alvorens de weg op te gaan? Een siësta helpt tegen vermoeidheid achter het stuur, maar zelfs een hele nacht slapen volstaat niet altijd om de effecten van een sterk alcoholgebruik uit te wissen! Ook een maaltijd helpt niet om de alcohol sneller uit het lichaam te krijgen. Soms duurt het zelfs langer! Een maaltijd verandert wel de intensiteit van de alcoholpiek. Dat is dan een klein voordeel

Olivier QUISQUATER van het feit om niet op een nuchtere maag te drinken. Tot slot, “ik ben een man en kan beter tegen alcohol”? Mannen hebben ongelijk als ze denken dat ze alcohol beter verdragen dan vrouwen, want het verschil is in werkelijkheid niet heel groot. Maar volgens de statistieken worden de meeste ongevallen onder invloed van alcohol veroorzaakt door mannelijke bestuurders, en dat valt niet te betwisten! Conclusie: de beste truc die altijd werkt is om drinken nooit te combineren met rijden!

11


PA R T N E R S I N C R I M E

Grote middelen tegen kabeldiefstal

• Na een piek in 2012, gevolgd door een lange, relatief kalme periode, is het aantal kabeldiefstallen deze zomer opnieuw fors toegenomen. • De Spoorwegpolitie en Infrabel, de beheerder van de spoorweginfrastructuur, hebben beslist om hun acties op te voeren, onder meer met drones. • Bilan van de test die in november heeft plaatsgevonden. TEKST Thomas Wattier

12

FOTOGRAFIE Christian Berteaux

Infrabel en de politiediensten werden de voorbije zomer geconfronteerd met een heuse plaag van kabeldiefstallen op het spoor. De meest getroffen regio’s zijn Luik, Charleroi en Namen. “De dieven kiezen geografische zones uit waar ze snel op de vlucht kunnen slaan. Ze verkopen het koper in een land waar de wetgeving verschilt van de onze. Het koper kan daar cash betaald worden, zodat de dieven geen spoor achterlaten”, aldus hoofdinspecteur Laurent Levis van de Federale Politie. Hij houdt zich binnen de Centrale directie van de bestrij-

ding van de zware en georganiseerde criminaliteit (DJSOC) bezig met de georganiseerde diefstallen. In totaal werden er in juni 27 feiten vastgesteld die tot treinvertragingen leidden. In juli ging het om 22 diefstallen, in augustus om 38, in september om 55 en in oktober om 83 feiten. “Vorig jaar waren er 104 diefstallen ... over heel het jaar!”, preciseert Frédéric Sacré, woordvoerder van Infrabel. Criminelen willen munt slaan uit de waardetoename van het koper; dat heeft het aantal diefstal-

len doen stijgen. In september van dit jaar verdween liefst 2,6 km kabel! “Kabeldiefstallen veroorzaakten in de periode juni tot september 2018 dagelijks gemiddeld 4,5 uur vertraging. In oktober 2018 liep dat op tot om en bij de 10 uur per dag ...”, betreurt de woordvoerder.

TEST MET DRONES

De inzet van moderne middelen zoals drones moet deze verontrustende situatie doen keren. “De helikopter van de Federale Politie laten vliegen, kost veel geld. Bovendien kan


De Spoorwegpolitie is in elk geval gewonnen voor het idee. “Met drones kan je toezicht houden. Je kan zowel daders opsporen als kabeldiefstallen voorkomen door geregeld over een zone te vliegen”, aldus commissaris Jean-Pierre Pistral, directeur operaties bij de Spoorwegpolitie.

DADERS ONTMOEDIGEN

De kabeldiefstallenplaag in 2012 leidde tot wetsaanpassingen, in die zin dat het voor schroothandelaars verboden werd om koper en metalen cash te betalen. En het parket trof maatregelen om koperdiefstal te herkwalificeren als ‘kwaadwillige belemmering van het verkeer’. Dat zorgde er al voor dat kleine dieven ontmoedigd raakten. “Maar de georganiseerde bendes die op grote schaal toeslaan, lieten zich niet uit hun lood slaan”, onderstreept Laurent Levis. Kabeldiefstallen hebben gevolgen voor treinreizigers: vertragingen. En wie kabeldiefstal zegt, zegt ‘beschadigingen’ en dus de nodige herstellingen door het personeel van Infrabel. “Soms zijn er tussen de 20 en 25 mensen nodig om alle beschadigde onderdelen te vervangen, tot en met de betonnen sleuven waarin de kabels liggen”, zegt Frédéric Sacré. “En die herstellingen hebben dan weer een impact op geplande onderhoudswerken aan

inforevue 042018

de helikopter niet exclusief tegen kabeldiefstal worden ingeschakeld. Daarom overwegen we om ‘s nachts drones te gebruiken. Momenteel mag Infrabel echter wettelijk gezien ‘s nachts geen drones ‘buiten het zicht’ gebruiken. De drone moet zichtbaar blijven voor de piloot. De camerawet laat evenmin toezicht toe vanuit de lucht op de spoorwegen met behulp van mobiele camera’s”, verklaart Valérie Vanderkelen, teamleader van het Corporate Security Office van Infrabel. In afwachting van de bijsturing van het wettelijk kader, waarvoor momenteel besprekingen lopen, werd een uitzondering gemaakt voor een grootschalige test. “Als de wetgeving het zal toelaten, zal Infrabel weldra een beroep kunnen doen op een partner om drones in te zetten.”

In november dit jaar heeft Infrabel een oefening georganiseerd, samen met verschillende politiediensten. Het doel? Kijken hoe een drone kan worden ingezet in de strijd tegen kabeldiefstal. De wetgeving zal echter nog moeten worden aangepast voordat dit nieuwe systeem in België werkelijkheid wordt.

de sporen. Je komt in een spiraal van vertragingen en extra werk terecht ...”, voegt Valérie Vanderkelen eraan toe. De kosten voor de schade die Infrabel dit jaar door kabeldiefstallen lijdt, lopen op tot meer dan 4 miljoen euro.

OMVANGRIJKE ACTIES

Om die situatie het hoofd te bieden, heeft de politie omvangrijke acties op het getouw gezet. Die leidden op enkele weken tijd tot de aanhouding van een dertigtal personen. “We hebben een tandje bijgestoken! Overlaatst hebben we 35 federale en lokale politiemensen, onder wie 7 ploegen in burger, twee mensen van Infrabel, 7 voertuigen en de helikopter van de Federale Politie ingezet. Zoiets vergt een doorgedreven voorbereiding”, legt Jean-Pierre Pistral uit. “In de toekomst zullen we nog meer nachtpatrouilles organiseren. Voorts sensibiliseren we politiemensen om waakzaam te blijven in de nabijheid van de sporen. Aarzel niet om een informatierapport (RIR) op te stellen om verdachte gedragin-

gen te melden. Elk element – hoe onbeduidend ook – kan een piste zijn.” “De situatie is dezelfde op internationaal vlak. De buurlanden worden ook getroffen door dit soort criminaliteit. De bendes zijn actief over de grenzen heen. We raden de speurders dus aan om hun informatie met buitenlandse collega’s te delen. Elk element kan doorslaggevend zijn”, preciseert ook commissaris An Vankeirsbilck, die zich binnen DJSOC met georganiseerde diefstallen bezighoudt.

De dienst Georganiseerde Diefstallen van DJSOC herinnert er trouwens aan dat de onderzoekers voor internationale onderzoeken naar eigendomscriminaliteit, financiële en logistieke steun kunnen vragen. Deze steun wordt geleverd dankzij Europese initiatieven en projecten waaraan DJSOC deelneemt als vertegenwoordiger en contactpunt voor België.

13


© Lavinia Wouters

14

securail

U kent ze vast wel, de agenten in rood uniform die in de stations en treinen patrouilleren. Ze zijn met ruim 600, verdeeld over het nationale grondgebied in dienst van Securail. Ze werken samen met de Spoorwegpolitie (SPC) om zich zo goed mogelijk te kwijten van hun taak: de veiligheid op het spoor verzekeren. De opdrachten van Securail en SPC, erfgenamen van de oude Spoorwegpolitie, zijn nauw verwant. “In het begin hadden de agenten van Securail beperkte bevoegdheden. Maar sinds 2004, met de wijziging van de wet op de private en bijzondere veiligheid, is er een heel hoofdstuk gewijd aan de uitbreiding van hun bevoegdheden als veiligheidsagenten in het openbaar vervoer”, zegt Gaëtan Carlens, afdelingschef Operaties van Securail. Zo kunnen de agenten personen vatten, identificeren en veiligheidsfouilleringen uitvoeren. Ze zijn uitgerust met handboeien en peppersprays. “Ze hebben de hoedanigheid van agenten van politie met beperkte bevoegdheid. Ze kunnen bepaalde inbreuken vaststellen zoals onwettig verkeer, beschadiging van materiaal, het onnodig aan de noodrem trekken en commerciële inbreuken. Ze stellen dan processen-verbaal op die naar het parket gaan.” De wetswijziging van 2004 heeft de verschillende rollen duidelijk vastgelegd. “Vroeger zaten we in het midden van een grijze zone. Vandaag werken we samen op directieniveau om het spoorwegdomein te verdelen met de politie. Toch hebben we niet de pretentie om haar werk te doen. We voeren onze opdrachten uit volgens de rol die ons is toebedeeld door

zoveel mogelijk proactief aanwezig te zijn op het terrein.” Kevin Delvaux werkt sinds twee jaar bij de Brusselse brigade van Securail. “Ik hou van de afwisseling in de job: controle van bagage, controle van personen, mobiele patrouilles, noem maar op. Ons werk vereist natuurlijk een goede verstandhouding met de politiediensten”, zegt de 28-jarige jongeman.

EEN BREDE EN GEVARIEERDE SAMENWERKING

De samenwerking met de Spoorwegpolitie vertaalt zich op verschillende niveaus. “Een van onze belangrijkste gezamenlijke opdrachten is gericht op het onwettige verkeer en het spoorlopen (te voet de sporen oversteken waar dat verboden is, nvdr), via een actieplan en personeel langs de sporen. We kunnen bijvoorbeeld processen-verbaal uitschrijven. Maar door preventief op te treden, willen we ook oplossingen bieden in het belang van de pendelaars en het personeel”, benadrukt Gaëtan Carlens. SPC en Securail werken ook samen aan boord van de treinen. “We bundelen onze krachten om de treinen te begeleiden. De agenten van Securail en SPC werken soms rechtstreeks samen, of anders bevindt SPC zich in de ene trein en Securail in de andere. Alles hangt af van de lijnen.” Samenwerking blijkt ook noodzakelijk in de strijd tegen kabeldiefstal (zie pag. 12-13). Ook het internationale treinverkeer staat centraal in hun samenwerking. “Eenieder krijgt een rol toebedeeld voor de controle van de personen en van de bagage. Het Security


inforevue 042018

PA R T N E R I N B E E L D

Een partnerschap op goede rails De veiligheid op het spoor wordt verzekerd door heel wat partners, waaronder de Spoorwegpolitie (SPC) en Securail. Tom Coryn (dienstchef Corporate Security) en Gaëtan Carlens (afdelingschef Operaties) superviseren de ploegen bij de veiligheidsdienst van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen. Ze vertellen ons over de opdrachten en het partnerschap tussen Securail en de politiekorpsen.

Operations Center (SOC) ten slotte, een dispatching voor spoorwegveiligheid, is de bevoorrechte gesprekspartner van de CIC’s. Al onze camerabeelden die in het SOC samenkomen, kunnen we doorsturen naar de parketten en de politiediensten die erom vragen”, zegt Tom Coryn, dienstchef Corporate Security. Er bestaat ook een partnerschap met de Directie van de operaties inzake bestuurlijke politie (DAO) in het kader van de strijd tegen de terreurdreiging. Securail heeft daarnaast partnerschappen met de gemeenten en de lokale politiezones. “We proberen samenwerkingsakkoorden te sluiten met de steden en de gemeenten”, voegt Gaëtan Carlens eraan toe. Beide heren zijn al bij al tevreden over het partnerschap met de politie, maar willen toch nog meer communiceren over de rol van de agenten van Securail. “Sommige politiemensen kennen nog niet al onze bevoegdheden, dus moeten we hen er af en toe attent op maken.”

Thomas Wattier

Elk jaar honderden kandidaten Gaëtan Carlens en Tom Coryn werken sinds respectievelijk 2001 en 2009 voor Securail. Ze hebben beiden vertrouwen in hun mensen en zetten hen aan tot het nemen van verantwoordelijkheid. “Ik probeer regelmatig naar hen toe te gaan en naar hen te luisteren, maar zonder me op te dringen”, aldus een glimlachende Tom Coryn. Hoe dan ook, men kan niet beweren dat de kandidaten voor de functie van Securail-agent op het appel ontbreken. “Vijftien minuten na de publicatie van een vacature tellen we al honderden sollicitaties.” Na een eerste schriftelijke eliminatieproef volgen de kandidaten een cursus van 6 maanden. “Om de functie van bewakingsagent en veiligheidsagent uit te oefenen, heb je een bekwaamheidsattest van de FOD Binnenlandse Zaken nodig. Een opleiding over het gebruik van de wapens kun je volgen in een politieschool.”

15


O O S T- V L A A N D E R E N V E R N I E U W T

De digitale rechercheur Bij de Federale Gerechtelijke Politie (FGP) waait een nieuwe, technologische wind. De FGP Oost-Vlaanderen is een van de voortrekkers. Dankzij de recente opening van forensische ICT-labo’s in de drie sites (Gent, Dendermonde en Oudenaarde), kan een rechercheur er zelf aan de slag om bijvoorbeeld een smartphone uit te lezen. Hoofdcommissaris Patrice De Mets en commissaris Wim Van der Biest geven tekst en uitleg. TEKST Wim Van der Biest & Saskia Van Puyvelde FOTOGRAFIE Lavinia Wouters

Darkweb

Augmented Reality

VR

Mixed Reality

Blockchain

WiFi-sniffing

Bitcoins Digitale afstapping

Stel: een onderzoeker van een lokale politiezone doet een huiszoeking in het kader van een zedenzaak en vindt een pc met vermoedelijk bewijsmateriaal. Hij klopt aan bij de FGP en vraagt de Regional Computer Crime Unit (RCCU) om die

16

RCCU

pc te exploiteren. Gaat de RCCU dit in de toekomst niet meer doen dan? Wim: “In het labo kan de rechercheur zelf aan de slag; zijn case zal klaarstaan. Aan de hand van exploitatiesoftware zal hij zelf data kunnen exploiteren; de RCCU zal hem of haar

hierbij begeleiden. Doordat de RCCU het bekijken van video’s en foto’s, het lezen van internetcommunicatie enz. aan de onderzoeker kan overlaten, wordt veel capaciteit vrijgemaakt.”


Komen alle dossiers in aanmerking? Wim: “Uiteraard leent niet elk dossier er zich toe om in het forensisch labo ICT te worden verwerkt. In complexe analyses en/of gevoelige dossiers neemt de RCCU nog steeds de lead. Een voorbeeld: ‘verspreiding’ van kinderporno weegt zwaarder dan enkel ‘bezit’. Dat verschil is voor een onder-

OM DE FENOMENEN VAN VANDAAG TE LIJF TE GAAN, HEBBEN WE NOOD AAN DIGITALE RECHERCHEURS.

zoeker soms moeilijk vast te stellen. Dus bij de intake evalueren we elk nieuw dossier om te kijken of het überhaupt geschikt is voor afhandeling in het labo. De RCCU zal de onderzoeker ondersteunen bij de uitlezing van de datadragers en analyse van de aangetroffen informatie. Na afloop volgt sowieso een debriefing en vragen we de onderzoeker of hij gevonden heeft wat hij zocht.” Wat zijn de voordelen van het forensisch labo ICT? Patrice: “Tijdwinst. Een speurder zal sneller over onderzoeksdata beschikken dan wanneer de RCCU zelf instaat

Wim Van der Biest en Patrice De Mets in het forensische ICT-labo in Dendermonde.

inforevue 042018

Patrice: “De mindset van de rechercheurs dient te veranderen. Om de fenomenen van vandaag te lijf te gaan, hebben we nood aan digitale rechercheurs. Deze labo’s sturen hen de goeie richting uit: ze moeten wel mee met de nieuwste ontwikkelingen. Rechercheren zoals dat 10 jaar geleden nog ging, is definitief voorbij. Vandaag hebben alle onderzoeken wel ergens een digitale poot. Neem nu een financieel dossier: de kans is groot dat er ook virtuele munten, bitcoins, mee gemoeid zijn.”

voor exploitatie. De dossierkennis van de onderzoeker kan ook de kwaliteit van het resultaat opvoeren, omdat niemand beter geplaatst is om data als relevant te herkennen.” Hoe vernieuwend zijn jullie? Wim: “In 2017 hebben we binnen onze FGP zes innovatiegroepen opgericht in domeinen die vandaag ‘hot’ zijn en perspectieven bieden om ze te implementeren op de werkvloer. Bijvoorbeeld WiFi-sniffing: met behulp van een ‘sniffer’ kunnen WiFi-signalen worden opgevangen, waardoor onderzoekers kunnen achterhalen of een verdachte al dan niet op een bepaalde plaats aanwezig is. Verder gaat het om onderzoek op het darkweb, open source intelligence, het benutten van het cameranetwerk in België, onderzoek naar criminele currencystromen op de blockchain … We bekijken ook hoe de digitale afstapping de politie kan helpen. Daarvoor onderzoeken we samen met verschillende partners, zoals de FGP Limburg1, de mogelijkheden van virtual reality (VR), augmented reality (AR) en mixed reality (MR).”

“Een afstapping met potlood en papier – en we hebben er zo’n 140 per jaar – neemt veel tijd in beslag, zeker in complexe dossiers”, besluit Patrice. “Als je weet dat een 3D-scanner de plaats delict in een tiental minuten scant, dan spreekt het wel voor zich dat die in de toekomst deel moet uitmaken van de basisuitrusting. Hoe dan ook moeten deze innovatiegroepen en projecten een dynamiek teweegbrengen, zodat de rechercheurs voorbereid zijn op de evoluties die straks ingebed worden in de standaard recherchetechnieken.” 1

Lees ook Virtualisatie van de crime scene in Inforevue 01/2018, p. 8-9 en 3D-bodyscan op de volgende pagina’s.

17


3D -BODYSC AN

Meerwaarde in een moordonderzoek

18


inforevue 042018

Binnen het project ‘proeftuin FGP Limburg’ wordt al geruime tijd gewerkt aan het concept van de digitale afstapping in moordzaken. Eén van de doelstellingen van het project is een integrale virtualisatie van de crime scene1. Dankzij de inbreng van diverse ketenpartners, komende uit de academische wereld (KU Leuven, UZ Leuven en U-Hasselt), alsook enkele prominente gerechtsdeskundigen, kan de FGP Limburg het uitgewerkt theoretisch concept nu in de praktijk toepassen op alle gerechtelijke moordonderzoeken. TEKST Dimitri Kun en Saskia Van Puyvelde

© UZ Leuven

Deze man kreeg een kogel door het hoofd, afkomstig van een zwaar kaliber handvuurwapen. Op de CT-scan zijn de in- en uitgangswonde door het hoofd zichtbaar. Er bevinden zich geen kogel of kogelsporen meer in het hoofd van het slachtoffer.

LIMBURG – Eén van de werkingsdomeinen binnen het project heeft betrekking op de zogenaamde ‘3D-bodyscan’. Het slachtoffer van een levensdelict wordt hiervoor, na de noodzakelijke sporenvaststellingen op de plaats delict, overgebracht naar het UZ Leuven. Voordat een inwendige autopsie wordt uitgevoerd, wordt een CT-scan gemaakt (virtuele autopsie). Deze scan levert interessante informatie op voor de forensisch patholoog, maar staat later ook centraal bij de virtualisatie van de gebeurtenis op de plaats delict. De 3D-bodyscan (zelf een puntenwolk) kan immers worden ingebracht

in de puntenwolk die werd bekomen door het maken van de 3D-laserscans van de plaats delict. De scharnierpunten van het skelet kunnen worden gewijzigd, waardoor het slachtoffer virtueel in een bepaalde houding kan worden gepositioneerd.

Het kogeltraject kan vervolgens zowel intern als extern het slachtoffer worden gereconstrueerd. Op deze wijze kunnen in virtual reality diverse scenario’s van gebeurtenissen op de plaats delict worden gereconstrueerd en afgetoetst. Bovendien kan op basis van deze methodiek worden overgegaan tot de vermoedelijke positiebepaling

van de schutter op het ogenblik van de feiten.

Momenteel werken experten verder om deze methodiek te kunnen toepassen voor geweldsdelicten zonder gebruik van vuurwapens (impacten van slagvoorwerpen, steekverwondingen enz.). Het geheel draagt bij tot een beter inzicht in een gebeurtenis op een plaats delict, zowel nuttig voor tactische onderzoekers, alsook voor deskundigen en magistraten (behandeling van de zaak ten gronde). 1

Lees ook Virtualisatie van de crime scene in Inforevue 01/2018, p. 8-9.

19


ONDERHANDELA ARS BIJ DSU

De kracht van woorden

Een jongeman schiet zijn vriendin neer en laat haar thuis voor dood achter. Hij verschanst zich en dreigt ermee zich door de kop te schieten. Een uitzichtloze situatie, die de onderhandelaars van de Directie speciale eenheden (DSU) proberen om te buigen. “Door met de man te praten en te luisteren naar zijn verhaal, is hij misschien opnieuw voor rede vatbaar.” Een gesprek met twee onderhandelaars die het onderhandelen als eerste interventiemiddel bij uitstek beschouwen. TEKST Saskia Van Puyvelde

FOTOGRAFIE Lavinia Wouters

BRUSSEL – “20 à 30 keer per jaar worden we ingezet,” zegt Michel (50)1, “maar veel politiemensen weten niet eens van ons bestaan af. De laatste jaren gaat het aantal aanvragen wel in stijgende lijn: ten eerste omdat de eventuele link met terrorisme de collega’s terughoudender maakt en

20

ten tweede omdat wij de first speaker training verstrekken en dus meer en meer bekend raken. Deze training van één dag is voorzien voor alle leden van de SAU, de special assistance unit van de Lokale Politie die zijn opgericht na de komst van omzendbrief GPI 812.”

“ELKE INTERVENTIE START MET COMMUNICATIE” “De training leert hen communicatietechnieken zoals actief luisteren”, gaat collega Sven (40) verder. Sven is 10 jaar onderhandelaar. “Empathie is noodzakelijk: je moet je eigen referentiekader opzij kunnen zetten


“GEEN KLASSIEKE FLIKKEN”

Michel en Sven maken deel uit van de observatie-eenheid bij DSU; het onderhandelen is een specialiteit binnen deze eenheid. “Wie onderhandelaar wil worden, wordt aan een reeks testbatterijen onderworpen”, legt Sven uit. “Dan volgen een interview en een commissie. Wie slaagt, begint aan een opleiding van twee weken die uit verschillende modules bestaat. Het communicatieve aspect is uiteraard heel belangrijk. Een goede onderhandelaar moet taalvaardig en open zijn, over een groot empathisch vermogen beschikken, stressbestendig en onbevooroordeeld zijn. Je moet

je eigen emoties aan de kant kunnen schuiven en voor ogen houden dat het om een momentopname gaat: iemand kan na onze tussenkomst het leven opnieuw door een roze bril zien. Onze mindset is anders dan die van een klassieke flik.”

INGRIJPEN OF NIET?

‘Fort chabrol’3, poging tot zelfdoding (met impact op de openbare orde), gijzelingen, ontvoeringen en afpersingen: de onderhandelaars maken veel miserie mee. “Het overgrote deel van de mensen met wie we onderhandelen, bevindt zich aan de rand van de maatschappij en heeft niet geleerd om met moeilijke situaties om te gaan, laat staan om met oplossingen te komen. We krijgen te maken met psychopaten, schizofrenen, mensen die een psychose beleven, die onder invloed zijn van medicatie, alcohol en drugs of dat alles samen! Gelukkig kunnen we terugvallen op onze ervaring en onze technieken, die we blijven onderhouden, zodat ze een automatisme zijn geworden. Door gewoon te luisteren naar het verhaal van het slachtoffer, zie je mogelijke oplossingen. Als zijn emoties gaan rusten, komt de ratio terug en dan hebben wij een crisissituatie tot een goed einde gebracht.” Los van het onderhandelen, bereiden de interventieploegen zich voor op een eventuele tussenkomst, zeker als de openbare orde in het gedrang

komt. “Je moet elke actie altijd goed afwegen”, besluit Michel. “De eventuele reactie van het slachtoffer bij een inval of overmeestering kan verrassend zijn.” Zo herinnert Sven zich een druggebruiker die zich met zijn wagen op een golfterrein had vastgereden: “Hij had een handgranaat en een pistool op zak en dreigde ermee zelfmoord te plegen. Na lang onderhandelen werd de politiehond ingezet en op het moment dat die hem beet, schoot hij alsnog.”

inforevue 042018

en je volledig inleven in dat van je gesprekspartner. Eigenlijk zouden alle leden van de Lokale Politie deze training moeten volgen; zij zijn de first responders en komen als eerste ter plaatse. Vaak gaat er veel tijd verloren: we zouden in feite al onderweg moeten zijn op het moment dat de SAU in actie treedt, en niet op het moment dat de politiezone onze tussenkomst vraagt via de officiële weg.” De onderhandelaars – DSU telt er 12, onder hen twee vrouwen - gaan altijd met een team van vier ter plaatse: twee Nederlandstaligen en twee Franstaligen. Een coördinator vult het team aan. “Het basisprincipe is dat je onderhandelt in je moedertaal”, volgens Michel. Hij is al sinds 1995 onderhandelaar. “Elke nuance kan belangrijk zijn.”

We gebruiken in dit artikel fictieve namen voor de onderhandelaars. 2 Deze omzendbrief legt de bijzondere bijstandsteams (BBT) van de Lokale Politie strengere eisen op met betrekking tot kwaliteit en opleiding. 3 Het gaat om een situatie waarbij één of meer personen in het bezit van wapens zich verschansen en weigeren zich over te geven aan de politie.

1

INTERNATIONAL NEGOTIATORS WORK GROUP (INWG) Van 17 tot 21 september 2018 - voor de 19de keer al - kwamen onderhandelaars uit 27 landen samen in Antwerpen. Op het programma: lezingen, workshops en ook praktische oefeningen. Dit jaar was de organisatie in handen van België en Nederland.

21


D E G R O U P E D E S É C U R I S AT I O N E T D ’A P P U I VA N C H A R L E R O I

Onvoorwaardelijk plichtsbesef ondanks de risico’s De leden van de Groupe de sécurisation et d’appui (GSA) van de politiezone Charleroi zijn dag en nacht beschikbaar om het hoofd te bieden aan extreme situaties. In uitzonderlijke gevallen geven ze de fakkel door aan de speciale eenheden van de Federale Politie. Deze samenwerking is verankerd in de ministeriële omzendbrief GPI 81. TEKST Thomas Wattier

22

FOTOGRAFIE Jos Balcaen

CHARLEROI – Met hun helmen op, beschermingsstukken aan en de schilden stevig vast, heerst er bij de mannen van de Groupe de sécurisation et d’appui (GSA) van Charleroi opperste concentratie. Ze staan paraat; de spanning is te snijden... Vandaag is dit een oefening, maar ze voeren die uit

alsof er mensenlevens van afhangen. “De leden van de interventieploegen zijn geëngageerde, professionele en gemotiveerde mensen. Ze zetten zich meer dan gewoon in voor hun vak”, vertelt hoofdcommissaris Frédéric Delcourt, directeur binnen de politiezone Charleroi.

Net als 20 andere grote politiezones van het land zoals Namen, Luik en Antwerpen kan de politie van Charleroi ook op een eenheid van bijzondere bijstand rekenen. Die kreeg de naam GSA. De eenheid is 24/7 inzetbaar voor bijzonder gevaarlijke acties. “De eenheid werd aanvankelijk opge-


richt om de onveiligheid en de overlast in de wijken te bestrijden. Vervolgens zijn de taken toegespitst op gespecialiseerde interventies”, preciseert commissaris Didier Samain, die deze eenheid binnen de politiezone leidt.

De GSA van Charleroi bestaat uit 28 inspecteurs en 6 hoofdinspecteurs. “Wij bieden steun bij gevaarlijke interventies die de 101 ons meldt, bij overbrengingen van gevaarlijke gevangenen, huiszoekingen, bevelen tot gevangenneming of de bescherming van vips”, vat Romain Lambot, hoofdinspecteur bij de GSA van Charleroi samen. De ploeg is ook getraind om de eerste maatregelen te treffen in geval van terroristische aanvallen, gijzelingen of massamoorden.

TIJDWINST OM LEVENS TE REDDEN

De GSA werkt samen met de speciale eenheden van de Federale Politie. Eenieders taak is duidelijk gedefinieerd en afgebakend. Dit waarborgt het goede verloop van de opdrachten. “De interventies spelen zich af op drie niveaus. De Lokale Politie handelt als eerste. Zij kan een beroep doen op de GSA wanneer de complexiteit van de operatie bijzondere interventietechnieken en specifiek materiaal vereist. In geval van georganiseerde criminaliteit, terrorisme of gijzelingen nemen de speciale eenheden de interventie voor hun rekening. De Directie van de speciale eenheden (DSU) van de Federale Politie verleent versterking, ofwel met het permanentiedispositief, ofwel met de lokale dispositieven van

de diensten Protectie, Observatie, Steun en Aanhouding (POSA)”, preciseert hoofdcommissaris Jean-Noël Lecomte van de Directie operaties van de speciale eenheden. De tussenkomst van de GSA is cruciaal voor het welslagen van een operatie. “Wanneer we ter plaatse aankomen, heeft de GSA bij wijze van spreken het pad al geëffend. De GSA verstrekt ons belangrijke informatie over de dader, de omgeving ... Op die manier gaan er geen kostbare minuten verloren, waardoor mensenlevens gered kunnen worden.”

GEEN COMPETITIE

De GPI 81, die in 2014 werd gepubliceerd en in 2016 in werking trad,

inforevue 042018

verduidelijkt de opdracht van elke ploeg. “Hij biedt een kader en zorgt ervoor dat we allemaal dezelfde taal spreken. We weten bovendien wat we wel of niet mogen doen. Onze opdracht blijft de eerstelijnsondersteuning. Er is geen competitie. Iedereen kent zijn grenzen, wat de efficiëntie alleen maar ten goede komt”, besluit Didier Samain.

EEN JOB DIE OFFERS EIST

“Lid zijn van de Groupe de sécurisation et d’appui eist veel toegevingen. De uurroosters worden dagelijks omgegooid. Wat ons motiveert, is de fierheid om de fakkel door te geven na een opdracht zo goed mogelijk te hebben volbracht”, preciseert Romain Lambot. Deze hoofdinspecteur is al 5 jaar lid van de GSA. Zijn collega’s zijn tussen de 25 en 40 jaar oud. “We zijn een hechte groep; elk teamlid speelt een uiterst belangrijke rol. Als de eerste in de aanvalscolonne een fout begaat, dragen de anderen de gevolgen. Teamspirit is onontbeerlijk.” De wil om te dienen is erg aanwezig in de ploeg. Getuige hiervan het absenteïsmepercentage: minder dan één procent.

EEN SLAAGPERCENTAGE LAGER DAN 50 % Lid worden van een eenheid van bijzondere bijstand is a priori mogelijk voor veel politiemensen. “Met de steun van DSU worden Master Trainers van de Nationale Politieacademie (ANPA) opgeleid. Deze Master Trainers leiden vervolgens de trainers op. Die trainers leiden op hun beurt hun team op. Een opleiding duurt 160 uur, waarna de kandidaat al dan niet zijn brevet krijgt”, preciseert Frédéric Delcourt. De opleidingsmodules komen tot stand dankzij de synergie tussen DSU en de eenheden van bijzondere bijstand. De proeven waaraan de toekomstige leden van de GSA worden onderworpen, zijn veeleisend. “Om aanspraak te maken op een job bij de GSA, moet men politieambtenaar zijn met minstens 3 jaar anciënniteit. Kandidaten moeten over goede fysieke, mentale en tactische vaardigheden beschikken en blijk geven van teamspirit. Het slaagpercentage voor de proeven bedraagt minder dan 50 % ...” Momenteel maakt geen enkele vrouw deel uit van de GSA. “Nochtans zou een vrouw in het team een meerwaarde betekenen, in het bijzonder tijdens de overbrenging van gevangenen en observaties. Het is echter vaak moeilijk om aan de fysieke vereisten te voldoen, zelfs voor mannen”, aldus Didier Samain. Bovendien staan er weinig vrouwen te springen voor de job. “Op een totaal van 80 kandidaten waren er slechts 2 vrouwen.”

23


D I G I TA L I S E R I N G VA N D E M O B I L I T E I T S P R O C E D U R E

HR Mob, omdat mobiliteit motiveert Mobiliteit motiveert: af en toe van jobinhoud veranderen houdt het vuur brandend. De mogelijkheid tot jobvariatie is ĂŠĂŠn van de pijlers van een duurzaam loopbaanbeleid. Daarom investeert de Federale Politie in de digitalisering van de mobiliteitsprocedure. HR Mob zal het mobiliteitsaanbod continu en overal toegankelijk maken. De snelle en transparante opvolging van de mobiliteitsdossiers vormen het leidmotief. HR Mob zal in de loop van 2019 beschikbaar zijn voor alle personeelsleden van de GeĂŻntegreerde Politie.

Op zoek naar een nieuwe uitdaging ?

1

Waar en hoe de vacature vinden die bij je past ? Om de vacatures beschikbaar in de mobiliteit te consulteren

in 2019 informatiseren we het proces met HR Mob Voor alle personeelsleden van de Geintegreerde Politie

24


inforevue 042018

Dankzij de filters kan je de vacatures sorteren zoals je wenst

Het samenstellen van het mobiliteitsdossier wordt

2

Om je mobiliteitsdossier samen te stellen

vereenvoudigd door het gebruik van vooraf ingevulde velden en documenten

3

Om op elk moment je kandidaatstelling op te volgen

Aangezien Sharepoint beschikbaar is via Internet, kan je je dossier vanop afstand opvolgen

je hebt een zicht op de verschillende stappen in het mobiliteitsproces - Vanaf het moment dat je je kandidaat stelt - Tot het moment dat je dossier overgemaakt wordt aan de eenheid of politiezone waar je postuleertĂŠ

25


26 © Christian Berteaux


inforevue 042018

M U LT I DI S C I PL I N A I R E R AMPOEFENING

Noodinterventie in de spoorwegtunnel In de duisternis van de nacht van 1 op 2 december heeft de Federale Spoorwegpolitie deelgenomen aan de simulatieoefening van een botsing tussen twee treinen op de Brusselse NoordZuidverbinding. Het doel bestond erin onze collega’s te trainen door in een waarheidsgetrouwe situatie de procedures inzake noodplanning te testen. Bovendien zijn dergelijke oefeningen een opportuniteit om de samenwerking met diverse partners zoals de brandweer, de NMBS, Infrabel en de medische diensten te versterken.

27


Thierry is klaar voor de eerste vergadering van de dag, samen met de 10 consultants. Twee consortia zijn momenteel in de running. Tijdens de dialogen is er plaats voor vraag en antwoord.

“i-Police zal linken leggen tussen dossiers in bijvoorbeeld Charleroi en Gent, maar de eindgebruiker op het terrein moet al deze info in FOCUS kunnen raadplegen.”

“50 % van het succes van i-Police zal van de gekozen oplossing komen, 50 % zal afhangen van hoe de Geïntegreerde Politie deze nieuwe technologie adopteert.”

“De implementatie van i-Police is voorzien begin 2020.”


Thierry Van Dyck BEROEP :

IDENTITY KIT-

PROJECTLEIDER I-POLICE EN FOCUS

Een doorsnee dag voor Thierry, met vergaderingen all day long. De eerste van de dag brengt de 10 consultants samen, die met twee observatie/analyseteams van elk 25 leden rond de tafel zitten. Elk team is in dialoog met één consortium, een samenwerkingsverband van tijdelijke aard dat een tiental firma’s verenigt. Elk van die firma’s brengt één specifieke oplossing, één stukje van de technologie: veiligheid, opleiding, netwerk enz. Iemand van het consortium neemt de lead en koppelt de stukken aan mekaar. In februari dit jaar hebben de consortia het beschrijvend document van ongeveer 700 pagina’s ontvangen. Hierin staat wat de Belgische politie doet en hoe zij de oplossing voor de toekomst ziet. Nu zijn de dialogen aan de gang; uiteindelijk zal één consortium instaan voor de realisatie van i-Police. Voordat Thierry verwacht wordt bij de Vaste Commissie van de Lokale Politie (VCLP), geeft hij ons een woordje uitleg bij de doelstellingen van i-Police: “Vooreerst moet i-Police een Case Management System bevatten, een dossierbeheer zeg maar. Vervolgens een Record Management System voor het beheer van entiteiten, voertuigen, gebeurtenissen (bijvoorbeeld een overtreding, manifestatie, voetbalmatch …). Verder beschikt i-Police over intelligence tools, dataanalysetools. Deze tools gaan relaties zoeken tussen informatie. Een voorbeeld: een inspecteur in de Ardennen ziet onmiddellijk dat de persoon die hij zopas heeft aangehouden, de dag voordien een autodiefstal aan de kust pleegde. Als onderzoeker kan je die hooiberg van informatie niet beheren. Een krachtig programma moet dat allemaal voorkauwen. Je kan deze intelligence ook gebruiken om een alert te creëren die bijvoorbeeld patrouilles aanstuurt als er zich in een bepaalde wijk steeds dezelfde feiten voordoen rond hetzelfde tijdstip. Doelstelling vier is een mobiele werkomgeving creëren: politiemensen moeten op het terrein meer en meer met hun smartphone en tablet aan de slag. Ook moeten zij meer in reële tijd werken, en dat is ineens de volgende doelstelling. De info die een collega in het systeem stopt, moet meteen beschikbaar zijn voor iedereen,

inforevue 042018

O P S T A P M E T…

Thierry Van Dyck is als externe consultant al 25 jaar werkzaam bij de politie. In ’91 stond hij mee aan de wieg van de ontwikkeling van het PIP: het Politieel Informatica Project, een administratief netwerk voor de gemeentepolitie. Na de politiehervorming herdoopte de Federale Politie ‘PIP’ tot ‘ISLP’, wat staat voor Integrated System for Local Police. Later werkte hij aan de Algemene Nationale Gegevensbank (ANG) Gerechtelijk, ANG Verkeer en de bestuurlijke ANG. In het najaar van 2016 is hij als projectleider i-Police1 gestart.

in het hele land. De digitale keten end to end maken voor de samenwerking met Justitie, is de laatste doelstelling. Een kantschrift van het parket zou dan niet meer op papier tot bij de politie komen; de politie zou dan onmiddellijk het gevraagde in de pc kunnen verwerken.” Thierry geeft een stand van zaken over i-Police en FOCUS aan de leden van de VCLP. Hij geeft uitleg bij de dialoog die momenteel aan de gang is met twee consortia. Deze dialoog verloopt in een 10-tal rondes. Begin december wordt de dialoog afgesloten en zullen de twee consortia hun offerte zo goed als rond hebben. In februari 2019 zullen twee observatieteams, die nu ook bij de dialoog aanwezig zijn, de offertes bestuderen. Elk observatieteam bestaat uit 25 mensen uit zowel Lokale als Federale Politie. Een evaluatiecomité zal uiteindelijk beslissen welk consortium het heeft gehaald. De implementatie van i-Police is begin 2020 voorzien. Het gekozen consortium zal vier jaar tijd krijgen om ervoor te zorgen dat het hele land is overgestapt. De VCLP stelt zich toch enkele vragen, bijvoorbeeld over de link tussen i-Police en FOCUS. Thierry: “FOCUS zal het mobiele platform zijn in i-Police, ook al hebben de kandidaten iets soortgelijks in hun pakket zitten. Het lastenboek is duidelijk: het gekozen product MOET met FOCUS kunnen werken; FOCUS is ‘incontournable’.” Thierry leidt een technische vergadering over de integratie van FOCUS in i-Police.

De laatste (technische) vergadering voor vandaag: één specifieke applicatie van FOCUS wordt in detail bekeken.

Saskia Van Puyvelde

1

Lees ook Op stap met de politieman/vrouw van morgen in Inforevue 03/2018, p.24-25.

29


UITGENODIGD In deze rubriek nodigt Inforevue een personeelslid van de politie uit voor een gesprek over thema’s die zowel met zijn functie als met de politiewereld in de ruime zin verband houden.

“Er is nood aan meer investeringen in de opleiding” Vlak voor zijn 60ste verjaardag blikt Pierre Dillien niet zonder enige trots terug op een rijkgevulde en gevarieerde loopbaan. Sinds enkele jaren is hij nationale coördinator van de CIC’s en de arrondissementele informatiekruispunten (AIK’s). Op zijn cv staan voorts: de brigades van Terhulpen en Bevekom, de Directie van het personeel, het Nationaal Operatiecentrum, het commando van de brigade van Orp-Jauche, de politiezone Geldenaken (LRD) en het Communicatie- en informatiecentrum (CIC) van Waals-Brabant. Zijn drive: gedreven om de anderen van dienst te zijn. TEKST Thomas Wattier

FOTOGRAFIE Lavinia Wouters

BRUSSEL – Eerste commissaris Pierre Dillien staat nog niet op het punt om zijn uniform op te bergen. “Ik kon vier jaar geleden met pensioen gaan, maar ik vind dat ik nog dingen te leren heb, verbeteringen aan te brengen heb”, aldus de nationale coördinator van de CIC’s en de AIK’s. In 1978 is hij op 19-jarige leeftijd bij de rijkswacht gestart. Sindsdien is hij altijd trouw gebleven aan de grote politiefamilie. Droomde u in uw kindertijd van een job bij de politie? “Neen, ik voelde me niet in het bijzonder tot die wereld aangetrokken. Mijn vader was werkzaam in de internationale luchtvaart. Toen ik 17 was, kwam ik veel in contact met mensen die bij de politie en de rijkswacht werkten. Het idee om de anderen van dienst te zijn, om ze te helpen, sprak me aan. Ik heb het er dan op gewaagd en de stap naar de rijkswacht gezet.”

30

Wat waren uw eerste stappen van dit avontuur? “Ik ben in 1978 bij de rijkswacht begonnen als kandidaatonderofficier. Na een passage bij de 5de mobiele groep ging ik naar de brigade van Terhulpen. Vervolgens keerde ik gedurende 2 jaar terug naar de school voor keuronderofficieren. In 1982 werd ik benoemd tot opperwachtmeester in

Bevekom. Ik was er tweede brigadecommandant. Eind 1986 verliet ik de territoriale brigade om naar de Directie van het personeel te gaan, en dit tot 1994.”

Van het terrein naar de administratie, en weer terug? “Inderdaad, ik hield me bezig met de mutaties van het niet-officierenkader en de detacheringen naar het buitenland. Dat was een job waar ik, net zoals in de brigade, ten dienste kon staan van de anderen. Dat beviel me best. Na de opleiding adjudant werd ik aangeworven bij de Directie Operaties Commandocentrum (DOCC) binnen de operationele permanentie. Hier ging ik weg in 2000 om het commando over te nemen van de brigade van Orp-Jauche, waar ik ook benoemd werd tot adjudant-chef.” In 2001 werd u hoofd van de gerechtelijke onderzoeksdienst bij de politiezone Geldenaken en enkele jaren later werd u gedetacheerd naar het CIC van Waals-Brabant. Wat kunt u over die ervaringen vertellen? “Over mijn passage bij de politiezone wil ik niets kwijt. De wereld van het CIC daarentegen, is in sterke mate te vergelijken met die van de DOCC, inclusief de districtspermanentie. Dat was een vakgebied waarin ik me thuis voelde. Als adjunct-directeur was

mijn rol niet moeilijker dan een andere. Maar er bestaat een groot verschil tussen CIC-operator en -beheerder, ook al moet een chef volgens mij in staat zijn om het werk te doen van degenen die hij leidt. Daarom heb ik dezelfde lessen gevolgd als de operatoren. Ik ben altijd op die manier te werk gegaan, ook al vraagt dat een grotere persoonlijke investering.”

Een CIC beheren, dat lijkt geenszins een sinecure … “Je mag nooit op je lauweren rusten. A priori zijn er geen verworvenheden; stabiliteit moet je continu creëren en onderhouden. Binnen het domein van de noodoproepen en interventies was er heel wat harmonisatie nodig tussen de politiezones om een zekere coherentie te vrijwaren: het interventiebeleid in Tubeke is niet hetzelfde als dat in Geldenaken. De GPI 49 (over het dienstenplan van de Communicatie- en informatiecentra) vormde de leidraad om de beslissingen en processen op elkaar af te stemmen. Van daaruit kon je specifieke afspraken maken. Los daarvan moet je de motivatie van je medewerkers op peil houden.” Na een periode als beheerder van één CIC, werd u benoemd tot coördinator op centraal niveau. “In 2008 werd ik aangeworven om de CIC’s van Wallonië


inforevue 042018

UITGENODIGD

31


UITGENODIGD

OPUS CITATUM “Niet omdat de dingen moeilijk zijn, durven wij niet, maar omdat wij niet durven, zijn de dingen moeilijk” – Seneca Men moet durven vooruitgaan. We bouwen te vaak muren rondom ons. We beelden ons dan in dat we erover moeten klimmen, terwijl ze niet eens bestaan … Onze visie is niet goed!

en Brussel-Hoofdstad te coördineren. Vervolgens kwamen daar die van Vlaanderen bij. Bij de optimalisatie kwam ik terecht bij de operationele afdeling van de Directie van de politionele informatie en de ICT-middelen (DRI). Met mijn nieuwe team stond ik er in voor de nationale coördinatie van de communicatie- en informatiediensten (SICAD’s) die de CIC’s en de AIK’s groeperen.”

Als calltaker of operator binnen een CIC word je geregeld geconfronteerd met stresssituaties. Die kunnen zwaar doorwegen op menselijk vlak. Kan je anticiperen op bepaalde zaken om medewerkers te begeleiden? “In de eerste plaats: oprechte erkenning voor hun werk dat cruciaal is. Vervolgens moeten we erop toezien dat er voldoende personeel is en dat het op performante middelen kan rekenen. Aangezien we ons in een staatsstructuur bevinden, neemt de rekrutering veel tijd in beslag. Heel wat zaken verlopen moeizaam en is het niet altijd evident om de middelen te krijgen. ASTRID levert weliswaar het materiaal, maar de overheidsopdrachten en de budgetten maken het ingewikkeld. Alles kan altijd beter, maar we moeten realistisch blijven en leren om veel geduld te hebben.”

32

Het is al gebeurd dat het communicatiesysteem tijdens een crisis of een interventie in vraag werd gesteld. Wat is uw mening daarover? “Zonder me over concrete gevallen uit te spreken, denk ik dat als iedereen de verschillende stappen en mogelijkheden van de radiocommunicatie onder de knie zou hebben en nauwgezet zou toepassen, het communicatiesysteem niet vaak in vraag zou worden gesteld.”

Is er volgens u een gebrek aan opleiding in het gebruik van de radio’s? “Absoluut. ‘Mijn radio is mijn veiligheid’ of dergelijke zou ons motto moeten zijn! Iedere leidinggevende zou er zich in de eerste plaats van moeten vergewissen dat iedereen binnen zijn team zijn radio goed kan gebruiken, dat iedereen de regels en de relevante processen kent en beheerst. Een operator hebben die zich uitsluitend bezig houdt met bijstand en ondersteuning op het gebied van radiocommunicatie, zou ideaal zijn, maar dat is met het huidige personeelstekort wishful thinking ...” Wat zou er op communicatievlak verbeterd kunnen worden om de politiediensten nog beter te ondersteunen? “Ik vind het radiocommunicatiesysteem zelf niet complex: het houdt rekening met de verscheidenheid van het politielandschap

en met de diversiteit aan opdrachten. Ook al is het niet complex, dat wil daarom niet zeggen dat iedereen het gemakkelijk vindt: het klopt dat het gebruik ervan moeilijk kan lijken, dus training is een must. Er is duidelijk een gebrek aan opleiding, bijscholing ... Dat zou het dagelijkse radiogebruik eenvoudiger maken. Iedereen moet weten hoe hij of zij toegang heeft tot de informatie die voor hem of haar relevant is. Iedereen zou zelf de test moeten doen om te weten of dit het geval is. Voorts is het cruciaal dat aspiranten uit verschillende politiescholen qua kennis van radiocommunicatie op dezelfde golflengte zitten.”

U werkt al jaren aan iets nieuw – Tetrasim – dat in 2019 af zou moeten zijn. Kunt u ons een tipje van de sluier oplichten? “Ik heb het project Tetrasim in partnerschap met ASTRID ontwikkeld en het is bedoeld om collega’s vertrouwd te maken met de gebruiksmogelijkheden van een radio. Een adviesraad van gebruikers heeft zes radiomodellen gekozen. De politieagenten doen aan zelfstudie (theorie). Vervolgens krijgen ze een vragenlijst waarbij ze onder meer een virtuele radio moeten bedienen. Na de test volgt de evaluatie van de resultaten. We zouden dit product begin volgend jaar ter beschikking moeten


• Voor of tegen bewakings- en ANPR-camera’s in uw straat? Voor. Ik heb niets te verbergen en als dat het onderzoek ten goede komt of iemand kan vrijpleiten, zoveel te beter! • Voor of tegen opleidingen in tweetaligheid voor iedereen bij de Federale Politie? Resoluut voor. Het taalonderricht op school is aan herziening toe. Ikzelf ben drietalig (Frans, Nederlands, Engels), maar ik spreek ook een beetje Italiaans, Spaans en andere talen waarvan ik het nuttig vind de essentiële grondbeginselen te kennen zoals de beleefdheidsformules.

kunnen stellen van de verantwoordelijken – om persoonlijke gebruiksscripts op te stellen – en van de leden van de Geïntegreerde Politie. Tetrasim zal beschikbaar zijn via Portal.”

Heeft u tijdens uw loopbaan het hoofd moeten bieden aan veel crisis-

sen? Hoe blijft u daar ‘zen’ bij? “Een crisis – zonder één gebeurtenis in het bijzonder aan te stippen – is een emotioneel geladen moment dat je persoonlijk beleeft. Er is geen mirakeloplossing. Als je niet rechtstreeks of fysiek bij de gebeurtenis betrokken bent, dan moet je er afstand van kunnen nemen, je her-

positioneren, ook als alle bakens verdwenen zijn, om anderen te helpen en te leiden. Als CIC moet je op die momenten een beslissing nemen. Achteraf is het aan de overheid om haar verantwoordelijkheid te nemen en te beslissen welke richting het verder uitgaat.”

inforevue 042018

• Voor of tegen een smartphone voor alle politiemensen (met applicaties zoals Focus)? Voor, maar enkel met toegang tot werkgerelateerde applicaties. Wat Focus betreft, luidt de aankondiging alvast verleidelijk. Maar het blijft voor een stuk koffiedik kijken hoe het binnen de Geïntegreerde Politie zal worden uitgewerkt.

UITGENODIGD

VOOR OF TEGEN

IRRITATING QUESTION De laatste jaren, als de winter in aantocht is, is het bon ton om te spreken over het risico op een black-out. De impact van een stroomafschakeling kan verreikend zijn. Is de politie klaar voor het worst case scenario? “Dit risico wordt beheerd door het federaal Crisiscentrum. De CIC’s zijn op verschillende manieren ‘beschermd’. Alle CIC-systemen zijn gekoppeld aan UPS-toestellen (elektrische ondulators) en elektrogeengroepen. Dankzij de technologische vooruitgang zijn er datacenters die de gegevens gecentraliseerd opslaan. Bovendien zijn de CIC’s prioritair wanneer de elektriciteit wordt heropgestart.”

PERSON OF INTEREST Wat maakt dat de politievlam in u gedurende al die jaren is blijven branden? “Ik hou van mijn werk en ik doe waarom ik bij de rijkswacht wou gaan: de anderen van dienst zijn! Mijn grootste trots is hierin nooit tekortgeschoten te hebben, al bestond het risico dat ik mezelf in moeilijkheden bracht. Ik werk wekelijks vele uren, terwijl ik er maar voor 38 betaald word ... Ik doe er alles aan om zo snel mogelijk op de verzoeken die onder mijn bevoegdheid vallen, te reageren. Bovendien heb ik het geluk gehad te kunnen werken voor uitzonderlijke chefs zoals kolonel Bliki, directeur van de DOCC. Een fantastische man! Hij had vertrouwen in zijn medewerkers en moedigde ze aan. Vertrouwen motiveert!”

33


CASUS

Opgelet, u wordt gefilmd De politiediensten worden steeds meer geconfronteerd met het maken van beeldmateriaal (foto’s of film) van hun politie-interventies, dit door particulieren die het voorwerp van deze interventie uitmaken of er getuigen van zijn.

FEITEN Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Brugge, 8 november 2016 De beklaagde had twee politieambtenaren gefilmd tijdens een interventie bij een ruzie tussen een uitbater en een klant. Ondanks het feit dat één van de politieambtenaren uitdrukkelijk te kennen had gegeven dat ze niet gefilmd wilde worden, had de beklaagde filmpje zelfs op het internet gepost. De rechter oordeelde dat het louter filmen van politieambtenaren geen misdrijf uitmaakt. Hij was ook van oordeel dat de uitoefening van een openbare functie niet ambtshalve tot gevolg heeft dat de hoedanigheid van publiek persoon toegekend wordt. In eerste aanleg werd de beklaagde schuldig bevonden aan enerzijds de onrechtmatige verwerking van de persoonsgegevens en anderzijds belaging. Hij werd bestraft met een geldboete van 50 euro met uitstel en een (symbolische) schadevergoeding van 1 euro.

Hof van beroep van Gent, 19 september 2018

34

Het Hof oordeelde echter dat het filmpje op een openbare plaats werd gemaakt en de afbeelding van de politiemensen slechts bijkomstig werd weergegeven. De beklaagde wenste enkel de discussie tussen de klant en de uitbater van vreemde origine aan wiens adres de klant racistische uitlatingen deed aan de kaak te stellen en het was dus niet de bedoeling om de politieambtenaren te viseren. Aangezien de afbeelding van de politieagent bijkomstig werd opgenomen en er nog verschillende andere mensen op het filmpje te zien zijn, verliest, volgens het Hof, ieder individu het persoonlijke karakter van zijn afbeelding en was dus de toestemming van de betrokkenen niet vereist voor het maken van het filmpje, noch voor de verspreiding ervan. Overigens beschouwde het Hof dat voor het filmen van een politie-interventie een gegronde reden voorhanden moet zijn (bv. journalistiek of aantonen van een maatschappelijk belang) zonder dat er iemand specifiek wordt geviseerd. Het Hof van beroep van Gent heeft daarom de beklaagde over de hele lijn vrijgesproken...

Het louter maken van beelden van politieambtenaren tijdens de uitoefening van hun ambt vormt geen misdrijf. Overeenkomstig de wet gegevensbescherming is de onbetwistbare toestemming van de politieambtenaar wel vereist wanneer deze op de beelden zowel identificeerbaar als de centrale figuur is én dat de persoon die de beelden heeft gemaakt het gebruik ervan niet tot privédoeleinden beperkt (bv. door het publiceren ervan). De hoedanigheid van politieambtenaar verleent hiertoe geen bijzondere bijkomende rechten inzake de bescherming van het recht op afbeelding. Echter, Wanneer een lid van de politiediensten meent dat zijn recht op afbeelding of op privéleven geschonden werd en, in voorkomend geval, dat hij hierdoor een schade heeft geleden, kan hij op strafrechtelijk en/of burgerrechtelijk vlak verdere stappen ondernemen. De afloop hiervan, hangt natuurlijk af van de beoordeling in concreto van de omstandigheden door de, zoals de uitspraken van Brugge en Gent illustreren.

Gelet op de toename van verschillende manieren die bestaan om beelden te nemen, gecombineerd met de toegenomen nieuwsgierigheid van de burgers ten aanzien van politie-interventies, wordt het voortaan noodzakelijk om na te denken over deze interventies in het licht van de bescherming van het recht op afbeelding, uiteraard rekening houdende met de wettelijke verplichting betreffende identificatie van politiediensten (artikel 41 WPA). Indien de omstandigheden het toelaten is het raadzaam de personen die aanstalten maken om de interventie te filmen/ fotograferen te informeren dat de tussenkomende personen niet instemmen met de publicatie van de beelden.

DGR/JUR/AJO


Herbeleef de onderzoeken van weleer in het museum van de misdaad

inforevue 032018

HISTORIA

Een misdaadmuseum vol mysteries waarvan er uiteindelijk vele werden opgehelderd. Tal van in beslag genomen voorwerpen, wapens, foto’s, krantenknipsels, getuigenissen ... een crimineel goede collectie! Zoals het een goed speurder betaamt, nemen we de volgende vijf essentiële vragen ter opheldering van een misdaad als uitgangspunt: wat?, wie?, waarom?, waar? en wanneer? Ook vandaag zijn deze vijf vragen nog steeds aan de orde ...

WAT? Een lijk teruggevonden voor de deur van de veldwachter in 1961, een poging tot vergiftiging van een schoonzoon met rattenvergif in 1965 en de reconstructie met de dader en het slachtoffer, een robotfoto die het mogelijk maakt een overvaller terug te vinden in 1973, gipsen afgietsels van gebitten die vergeleken zullen worden met tandsporen in een appel die in 1944 in de buurt van een lijk werd aangetroffen, een van de in 1978 in beslag genomen 150 000 flessen wijn in het kader van een grote oplichtingszaak, een brief van een moordenaar aan zijn zus om zich te excuseren voor de moord op hun ouders, een koffertje met instrumenten waarvan gebruik werd gemaakt tijdens een afstapping om eventuele sporen op te nemen, tijdschriften die destijds als aanstootgevend werden beschouwd en dus verboden waren alsook heel wat andere verboden en in beslag genomen voorwerpen … In het museum van de misdaad in Gent herbeleef je tal van onderzoeken uit het verleden die getuigen van een evolutie in de technieken en de aanpak van criminele feiten in de samenleving. De verschillende belichte zaken geven een goed beeld van de door de politie aangewende middelen, maar ook van de beperkingen waarmee ze te kampen had en dus ook van de verbeteringen die later in de procedures werden doorgevoerd.

WAAROM?

De gerechtelijke politie van Gent ging met de collectie van start in 1930 om sporen uit het verleden te bewaren, maar vooral voor pedagogische doeleinden. Ze werd getoond aan politiemensen in

opleiding. Aan de hand van de verzamelde voorwerpen leerden zij de onderzoekstechnieken aan en werden ze voorbereid op de realiteit van het terrein.

WIE?

Het Stadsmuseum Gent en de Gentse Federale Politie zijn de ‘daders’. De aanleiding van de samenwerking waaruit de tentoonstelling is ontstaan: een schenkkan (een soort vaas, n.v.d.r.) uit de 16de eeuw, in 1990 gestolen in het museum van de Bijloke in Gent. In 2015 contacteerden ‘tussenpersonen’ het museum met als voorstel de gestolen schenkkan terug te kopen. Het voorstel roept echter vragen op … Het museum neemt contact op met de Federale Gerechtelijke Politie van Gent die meehelpt om de kan terug te vinden, zonder ze te moeten terugkopen! Naar aanleiding van die contacten wordt over de sinds de jaren 1930 opgebouwde collectie gesproken. Het idee van een tentoonstelling is geboren.

WAAR?

STAM-Stadsmuseum Gent Bijlokesite, Godshuizenlaan 2, B-9000 Gent Info@stamgent.be www.stamgent.be

WANNEER?

Tot 30 april 2019. Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: van 9 tot 17 uur. Zaterdag, zondag, feestdagen en schoolvakanties: van 10 tot 18 uur.

Françoise Forthomme

35


36 © Lavinia Wouters


“If I were a painter”1 Hoofdcommissaris Jan Pultijn – aka Pultino - is beleidsadviseur bij de Algemene directie bestuurlijke politie (DGA). Ook al eindigt zijn professionele loopbaan eind dit jaar, enkele van zijn schilderijen leven voort in de gebouwen van DGA. Nieuwe, grote uitdagingen op artistiek vlak wachten hem in 2019.

A

ls kleine jongen bewonderde Jan de schilderijen van zijn opa bij hem thuis aan de muur. Zijn moeder tekende ook: geen wonder dat hij van kleins af aan ook schilderde en tekende. Tijd om naar de academie te gaan had hij echter niet ; de scouts en de turnkring vulden zijn agenda. Na een aantal geslaagde boekillustraties in potlood en Chinese inkt, begon hij in 1977 – hij was pas 17 – met het schilderen van zoogdieren en vogels met gouache op papier. In de jaren 90, in het rijkswachtdistrict Brasschaat, kwam hij in contact met een man die daar in één van de lokalen van de Civiele Bescherming, schilderijen restaureerde voor het kunstpatrimonium van Binnenlandse Zaken. “Ik raakte met deze man bevriend en hij maakte mij wegwijs in het restaureren van olieverfschilderijen”, vertelt Jan. “Het fascineerde mij zo dat ik in ‘94 lid werd van het schildersatelier ‘Schilde(rs)hofke’ in Schilde om het schilderen zelf te leren. Ik kwam er onmiddellijk in de olieverfklas terecht en kreeg les van diverse academieleraars. Vanaf dat moment ging ik er elke donderdagavond, twee uur lang, schilderen. Daar groeide ik, evolueerde ik. Tijdens vakanties volgde ik regelmatig privéles. Ondertussen zijn we met die groep al bijna 25 jaar lang bezig. Onze huidige ‘juf’ is slechts 26 en brengt ons wekelijks nieuwe technieken en inzichten bij. Jaarlijks organiseren we een groepstentoonstelling in de Orangerie van het park.”

IMPRESSIONISME EN PORTRETTEN

Pultino werkt zowel in zijn atelier, op verplaatsing als in open lucht. Schilderen met olieverf gebeurt met specifieke materialen: lijnolie, paletmes, medium, oplosmiddel ... Jan schildert op olieverfpapier, dat hij op een houten drager kleeft, of op linnen of katoenen doek dat op spieraam2 is gespannen. “Naast tuinieren is schilderen een bron van ontspanning ; het zet de creatieve kant van de

hersenen aan het werk.” Hij trekt graag naar de Ardennen, Frankrijk en Italië om er landschappen te schilderen. “Ik schilder zowat alles wat mij boeit: dieren, portretten, landschappen, stillevens … maar ik wil niet dat mensen een ‘handleiding’ nodig hebben om schilderijen te begrijpen. Je moet herkennen wat je ziet. Qua stijl gaat mijn voorkeur uit naar het impressionisme van Renoir, Monet, Degas, Manet … In 2004 kreeg ik de kans om de schildertechniek trompe l’oeil3 aan te leren. Als ‘eigen werk’ dat we moesten maken, heb ik de muren en het plafond van een zolderkamer als het bovendek van een 18de-eeuws piratenschip beschilderd.”

Voor het komende jaar heeft Jan als uitdaging om een aantal grote schilderijen voor binnenhuisdecoratie te maken en om een oude paravent opnieuw van doeken te voorzien en te beschilderen. Hij droomt ervan ooit een eigen tentoonstelling op te zetten. Pultino heeft ondertussen al meer dan honderd schilderijen gemaakt. Een deel ervan hangt bij hem thuis, sommige zijn verkocht en andere geschonken. Om een overzicht van zijn werken te behouden, heeft hij foto’s genomen en er een portfolio mee aangelegd. Wie interesse toont voor zijn werken, kan terecht op zijn Facebookpagina of kan een mailtje sturen naar pultino@skynet.be. Liedje van Norah Jones, van grote betekenis voor Pultino. Een houten kader, dat eenmaal het doek erop is bevestigd, in de hoeken kan worden ‘opgespied’ waardoor het doek strak komt te zitten. 3 Techniek waarmee driedimensionele onderwerpen of landschappen op quasi realistische grootte tweedimensionaal op een muur kunnen worden weergegeven en als het ware gezichtsbedrog creëren. 1 2

Saskia Van Puyvelde

inforevue 042018

OUT OF OFFICE


SUCCESS STORY

Nieuwe mediaaandacht zorgt voor doorbraak Ook ex-schoonmoeder van vermoorde Sara blijft in cel komt er net binnen terwijl we dit schrijven. Sara, een jonge moeder van twee kleine kinderen, is vorig jaar vermoord teruggevonden in haar appartement. Een jaar na de feiten komen de daders in beeld.

GEEL – De 21-jarige Sara Laeremans is een gescheiden mama van twee jonge kinderen. Op vrijdag 20 oktober 2017 is zij met de meisjes in het West-Vlaamse Izegem, waar haar ex-man woont. De dag erop keert ze alleen met de trein naar huis. Op bewakingsbeelden aan het station in Geel zien we haar rond 16 uur met twee hondjes – één aan de leiband, één in een draagtas. In haar appartement bestelt ze ’s avonds een maaltijd die tussen half zes en kwart voor zes door een koerier wordt geleverd. In de nacht van 21 op 22 oktober 2017 wordt zij vermoord. Haar moeder en broer vinden haar lichaam in haar appartement aan het Brigandshof in Geel. Uit het onderzoek blijkt dat ze tussen 18 uur ’s avonds en 2 uur ’s nachts met haar moordenaar(s) geconfronteerd moet zijn geweest en dat er nadien met haar gestolen bankkaart tweemaal geld is afgehaald aan de bankautomaat bij het Argenta-kantoor in Herentals (om 2.14 uur en om 2.40 uur).

DRUK OPGEVOERD

Omdat er na intensief speuren geen dader(s) in beeld kwam(en), is beslist om deze moordzaak opnieuw uitgebreid in de media te brengen. Met de medewerking van Sara’s familie, werd de

38

reconstructie van haar laatste uren uitgebreid belicht in het programma FAROEK van september, in de hoop meer duidelijkheid te vinden. De zaak kwam hierdoor in een stroomversnelling. Waarschijnlijk werd de druk op de dader(s) opgevoerd of ging de ‘entourage’ praten. Hoe dan ook: dankzij doorgedreven politieonderzoek en de samenwerking tussen verschillende politiepartners, is er nu een doorbraak en zitten drie mensen in de cel. Het gaat om de ex-schoonouders van Sara en Sara’s ex, de vader van de twee kinderen. Het is nog niet zeker of Sara’s ex-man of ex-schoonvader de moord pleegde, of beiden samen. Wordt vervolgd … opsporingen@police.belgium.eu

DJO/OAR/Opsporingen-Media en S.V.P.


22/03/2016

8h

Zaventem

Daniel, Rémy, Alain en Thierry C

Dapper De vier mannen hebben elk op hun eigen manier 22 maart verwerkt, maar allemaal zijn ze er anders uitgekomen. Nachtmerries, stress en angstgevoelens maakten en maken nog steeds deel uit van hun dagelijkse leven. “Sommigen verkozen om onmiddellijk het werk te hervatten. Ze meenden immers minder slachtoffer te zijn dan de rechtstreekse slachtoffers. Anderen moesten psychologisch worden begeleid en sommigen lijden er nog steeds onder. Momenteel relativeren we veel dingen”, geeft Thierry Vanderschrick toe.

F

Trots om te dienen Zelfs na zo’n dramatische gebeurtenis als die van 22 maart, besloot niemand zijn loopbaan een andere richting te geven. “We houden van ons werk. Aanslagen en risico’s zullen er altijd zijn. We kunnen dus net zo goed nuttig zijn en een job doen die we graag doen”, aldus Daniel Nolard.

M

Getekend voor altijd De vier mannen moeten leren leven met hun herinneringen. Rémy Orquevaux zal zich heel zijn leven het meisje herinneren dat hij geholpen heeft. “Ze was de enige overlevende van een gezin van vijf en droeg een etiket met haar naam. Ze had het verloren en ik ben de ziekenwagen achternagelopen om het haar terug te geven. Ze heeft me, ondanks haar situatie, met een brede glimlach bedankt. Ik zal dat nooit vergeten ...”

S

Koelbloedigheid Alain Zachary is bij de Indische stewardess Nidhi Chaphekar gebleven tot de komst van de hulpdiensten. “Ze lag op een brancard en riep om hulp. Ik ben op mijn knieën gaan zitten en heb haar gezicht en haren gestreeld. Ik heb haar vragen gesteld over haar man, haar kinderen en heb geprobeerd haar gerust te stellen. “ Vandaag nog zien ze elkaar regelmatig terug. “Ze is een echte vriendin geworden. Ze noemt me ‘haar broertje aan de andere kant van de wereld’.” Benoît Van Houtte, directeur van DAS, heeft Nidhi Chaphekar in maart 2017 trouwens gehuldigd. Hij prees daarbij haar moed en kracht. Na een ceremonie in aanwezigheid van de cavalerie werd Nidhi aangeduid als meter van de eenheid.

S

Solidair Vandaag nog zijn de banden tussen de collega’s die tijdens de aanslagen hulp hebben geboden, zeer bijzonder. “De gebeurtenis samen beleven, heeft onze relatie hechter gemaakt. We zullen voor het leven getekend blijven”, bekent Alain Zachary.

inforevue 042018

SUPERFLIK

Op 22 maart 2016 werd heel België diep geraakt. Bij diegenen die in Zaventem of Maalbeek waren, blijven de beelden voor eeuwig in hun geheugen gegrift. Inspecteurs Daniel Nolard, Rémy Orquevaux, Alain Zachary en eerste hoofdinspecteur Thierry Vanderschrick waren die dag aan het werk bij de federale reserve (Feres) van de Directie openbare veiligheid (DAS). Samen met een sectie van het interventiekorps van de Federale Politie van Brussel (CIK), geleid door hoofdinspecteur Michaël Wafflard, waren ze bij de eersten die ter plaatse geroepen werden. “Een uur na het begin van onze dienst ontplofte de eerste bom in Zaventem. We zijn onmiddellijk vertrokken. Op dat moment hadden we nog niets van informatie”, leggen ze uit. “Na 20 minuten kwamen we aan en werden we onmiddellijk met de dood geconfronteerd”, herinnert Thierry Vanderschrick zich. Eens ter plaatse is de schok verschrikkelijk. Wat ze te zien krijgen: ontplofte vensters, lichamen op de grond en bloed, enorm veel bloed. Tijd om na te denken is er niet. De vier mannen verlenen de ploegen meteen hulp. “We hebben mee geholpen de gewonden te evacueren op karretjes, stoelen ... We brachten hen naar de vooruitgeschoven medische post. “ Meer dan twee jaar na deze verschrikkelijke gebeurtenis wachten ze nog steeds op antwoorden op hun vragen en vragen ze zich af hoe het met de slachtoffers gaat. Alain Zachary heeft wel Nidhi Chaphekar teruggevonden, de stewardess die hij geholpen heeft.

T.W.

39


POLITIEWERELD

Een mooi cadeau via de post

Dit verhaal doet de leden van de hulpdiensten ongetwijfeld aan andere verhalen denken. Een 12-jarige Canadees greep onlangs naar de telefoon, vormde tweemaal het nummer 911 en riep de hulp van de bereden politie in. Waarover ging het? De kwaliteit van zijn salade ... De gendarmerie royale van Halifax in Nova Scotia was ontstemd door dat telefoontje en besloot om de jongeman de les te lezen. Korporaal Dal Hutchinson herinnert eraan dat “misbruik van de noodnummers een probleem van alle generaties is. Doordat de hulpdiensten heel wat middelen inzetten, kunnen ze zich niet prioritair met de echte noodoproepen bezighouden.”

CANADA

40

Europa

Noord-Amerika

Hij belt de polite omdat ... zijn eten hem niet bevalt

Deze zomer viel de politieagenten van het departement Marne een zeer ontroerend gebaar ten deel. De 5-jarige Timothée wou hen bedanken door naar het commissariaat van Reims een postkaart te sturen. “Bedankt om ons te beschermen tegen dieven en om ons veilig te kunnen voelen”, schreef de jongeman. Hoewel de kaart goed was aangekomen, was ze niet heel meer. De politieagenten konden daardoor het adres van de afzender niet meer achterhalen. Ze verspreidden daarom een bericht op Twitter dat massaal gedeeld werd. En de magie van de sociale media deed de rest. Op 19 september konden de politie en de papa van Timothée elkaar ontmoeten. De papa onderstreepte dat zijn zoon helemaal alleen het initiatief voor de postkaart genomen had. Petje af!

FRANKRIJK


inforevue 042018

POLITIEWERELD

CHINA

Oceanië

Momenteel is hij al tientallen miljoenen keren bekeken, de video die de politie van Lonyang, een stad in de Chinese provincie Yunnan, in mei maakte. De video bevat tips om te ontsnappen aan een aanval met een mes. In beeld: een politieagent die door een collega, die de aanvaller vertolkt, wordt aangevallen. De scène heeft heel wat internetgebruikers doen lachen door de verbazende reactie van de aangevallen politieagent. In plaats van de confrontatie met de aanvaller aan te gaan, gaat het slachtoffer op de loop en roept het om hulp. Veiligheid is immers de hoofdtaak van de politie.

Agent Pursell heeft de titel van ‘meest eenzame politieagent van Australië’ gekregen. Hij is verantwoordelijk voor een grondgebied van 240 000 vierkante kilometer, dit is 8 keer de grootte van België. De 53-jarige Stephan Pursell leidt een klein commissariaat in Birdsville, een dorp met een honderdtal inwoners. Een bar doet dienst als hotel en de inwoners kunnen zich bevoorraden in een winkeltje. “Criminaliteit is geen probleem”, verklaart de man aan Agence FrancePresse. De agent krijgt vooral oproepen om bijstand te verlenen op een grondgebied waarvoor ... 4 dagen nodig zijn om het met de auto te doorkruisen!

OL

ICE

Azië

Een tip die een echte hit wordt

P

Een eenzame politieagent

AUSTRALIË

41


AMBASSADEUR

Na een jarenlange loopbaan bij de overheid ging hij een kijkje nemen in de privé. Om na twee jaar met plezier terug te keren. Laurent startte zijn politieloopbaan bij de Federal Computer Crime Unit. Na enkele jaren stapte hij over naar het Commissariaat-generaal als Information Security & Privacy Officer. “Ik was er verantwoordelijk voor informatieveiligheid: het risicobeheer en de bescherming van de persoonlijke gegevens van het personeel en de bevolking.”

Laurent Bounameau

“We zoeken bovenal gemotiveerde mensen met specifieke kennis en vaardigheden”

Vanuit die positie aasden veel instellingen op Laurent en zijn knowhow. Hij kreeg een aanbod van het controleorgaan voor de banken in België, een semipublieke instelling. “Aanvankelijk heb ik neen gezegd. Ik zat op mijn plaats bij de politie, had een interessante functie, een stabiel leven en dito loon. Toch nodigden ze mij uit voor een gesprek. Ik besloot mijn opties te vergelijken.” Laurent scoorde het allerhoogste op de assessmenttest. Hij kreeg onmiddellijk de job aangeboden. Het was toen dat hij besloot zijn comfortzone te verlaten. Hij nam twee jaar loopbaanonderbreking en waagde de stap. “Ik had 28 jaar in de publieke sector gewerkt en kwam nu in een semipublieke instantie terecht, op niveau van cybersecurity en riskmanagement. Heel fijn om in zo’n nieuwe, snel evoluerende sector te werken.” Na nog een jaartje 'cybersecurity' bij Proximus waren zijn twee jaar onderbreking op en moest Laurent een keuze maken. In de privé blijven werken of teruggaan naar de politie?“Ik heb een balans opgemaakt. Alle voor- en nadelen opgelijst. En voor mijn oude job gekozen … Natuurlijk zijn er voordelen van het werken in de privé-sector. Zoals een hoger loon en een bedrijfswagen. Maar dat werkt op een bepaald moment ook tegen je. Er moeten altijd maar financiële doelen gehaald worden. Waardoor de onderliggende filosofie, waarom je aan cybersecurity doet, verdwijnt. Ik werk in een booming sector, eentje die de toekomst bepaalt en steeds belangrijker zal worden. Bij de overheid moeten we daarin investeren. Financieel, maar ook met de juiste mensen en hun competenties. Daarom zijn wij niet noodzakelijk op zoek naar de hoogste diploma’s, maar wel naar mensen met een heel gespecialiseerde kennis die gemotiveerd zijn. Het is hier dat de toekomst gemaakt zal worden.”

42

“In de privé moet je financiële doelstellingen behalen, ten koste van mijn basisfilosofie”

- Commissaris - Cybersecurity-expert bij de Federale Politie


Politie in de kijker Trofees voor buurtprojecten

45

44

SPORT Schipper mag ik overvaren?

46

GESCHIEDENIS Daguerrotypen stelen de show

43


SPORT

De grote oversteek

Schipper mag ik overvaren? Voorbije zomer slaagde Dimitri Vandepoele erin om helemaal in zijn eentje met een zeekajak vanuit Nieuwpoort over te varen naar Ramsgate, in het Verenigd Koninkrijk. Twee dagen lang trotseerde hij weer en wind.

NIEUWPOORT – Op 1 augustus 2018 om 1 uur ’s nachts stond inspecteur Dimitri Vandepoele, lid van de interventiedienst van de politiezone Westkust, klaar aan de slipway in de haven van Nieuwpoort. Samen met Eddie en Jens, een Duits team met wie hij eerder contact had, waagde hij de oversteek, ook al hadden ze afgesproken dat ze dit elk op hun eigen tempo zouden doen. De lokroep van de Noordzee weerklonk en dapper ging hij van start, terwijl zijn vrouw nauw contact hield met zowel de Belgische als Britse kustwacht. Het eerste stuk ging hij zes uur lang onafgebroken tegen een zeer sterke getijstroming in, gewapend met gps, kaart en kompas de donkere nacht in. De eerste boei die hij tegenkwam, was de Trapegeer, 3 km offshore. Iets na zonsopgang bereikte hij de boei DY1. Volle kracht kajakte hij verder, om via de boeien SE Ruytingen en NE Ruytingen aan te komen bij de internationale scheepvaartroute. Door de zijdelingse getijstroming moest hij noodgedwongen mee met de stroming naar het lichtschip Sandettie, in het midden van de scheepvaartroute. Dat bereikte hij rond de middag. “Prachtig was het”, zegt Dimitri. “Bij mijn vorige oversteek in 2015 ben ik niet langs dit onbemande schip gepasseerd. Het ligt verankerd bij de Sandettie zandbank en wijst de scheepvaart op het gevaar van de zandbank. In de verte kon ik de witte krijtrotsen van Dover al zien.”

ZEE = BAAS

Na deze mijlpaal begon hij aan het tweede gedeelte van de internationale scheepvaartroute. Hij kwam aan bij het volgende lichtschip, de Goodwin Sands, zo’n 15 km voor de Britse kust. Ook dit schip wijst de scheepvaart op zandbanken, die bij laag water even bloot komen te liggen. “Hier nam ik contact op met Dover Coast Guard om mijn status en positie door te geven, zodat zij die op hun beurt konden doorgeven aan mijn ondersteuningsteam op het land. Moe,

44

maar nog in staat om de tocht verder te zetten, begon ik aan het laatste stuk. De wind en de stroming maakten het mij niet gemakkelijk, maar toen ik ’s avonds de haven binnenkwam en mijn vrouw en kinderen zag staan, was ik blij, opgelucht, trots en uitgeput tegelijk. De gps gaf aan dat de oversteek van 107 km maar liefst 17 uur en 48 minuten had geduurd!” En zo zat zijn tweede solo oversteek – zonder begeleidings- of ondersteuningsschip - erop. “Zeemanschap en gezond verstand is op zo’n tocht nodig, net als de navigatievaardigheden en het inzicht om van de geplande route af te wijken indien nodig”, besluit Dimitri. Zijn oversteek is opnieuw erkend; ook deze prestatie is opgenomen op de Sea Kayak Performance website. Je kan de hele trip zien op het YouTube-kanaal van Northseakayak, het team dat Dimitri heeft opgericht.

Dimitri Vandepoele en Saskia Van Puyvelde


inforevue 042018

POLITIE IN DE KIJKER

Een trofee voor buurtprojecten NAMEN – Op 22 november 2018 vond in Namen het eerste jaarlijkse seminarie van het Réseau Intersection plaats. Dit netwerk is ontstaan in 2017 naar het voorbeeld van het Québecse model en heeft een betere communicatie en een versterking van de uitwisseling van goede praktijken binnen de Geïntegreerde Politie tot doel. "Het netwerk vult een leemte op die al sinds lang binnen de Geïntegreerde Politie vastgesteld wordt, met name de behoefte aan uitwisseling van goede praktijken en waardering van de actoren op het terrein", aldus Benoît Blanpain, voorzitter van het Réseau Intersection. Verschillende sprekers hadden het over het belang van een politie die dicht bij de burger staat. Een van hen was eerste hoofdcommissaris André Desenfants. "De nabijheidspolitie is overal binnen de Geïntegreerde Politie aanwezig, zowel op lokaal als op federaal niveau. Ze is een middel om de geïntegreerde werking te versterken en omgekeerd", verduidelijkte de directeur-generaal van de Algemene directie bestuurlijke politie. De deelnemers hadden die dag ook de gelegenheid om projecten te belonen die tot de ontwikkeling van de gemeenschapsgerichte politiezorg hebben bijgedragen. Zo kreeg de politiezone Montgomery de Trophée de l'originalité voor haar initiatief om knuffel-

dieren in te zamelen en uit te delen. "Het idee is om bij de bevolking knuffels in te zamelen, ze te wassen en ze vervolgens aan kinderen te schenken tijdens onze interventies. Het gaat daarbij om kinderen die slachtoffer of getuige waren van geweld of verkeersongevallen. Het is de bedoeling het kind op te beuren en de knuffel een tweede leven te geven", legden de inspecteurs Patrick Gilis en Michael Ledoux uit. De Trophée du Québec ging naar de politiezone Gent voor haar preventieproject 'First Offenders'. Het doel daarvan is jonge daders die een eerste misdrijf hebben gepleegd beter op te volgen. De Trophée du jury was voor de politiezone Brussel-Noord voor de herinrichting van het Liedtsplein. Het publiek besliste tot slot om een ander project van de zone Brussel-Noord te belonen: de emotionele hulphond. De hond begeleidt slachtoffers, bereidt ze voor op het verhoor en zorgt ervoor dat ze gemakkelijker praten. Op het einde van de dag vonden er verschillende workshops plaats over onder meer de rol van de Lokale Politie bij de opvolging van radicalisme, de verschillende functionaliteiten binnen de gemeenschapsgerichte politiezorg, de buurtinformatienetwerken en de genuanceerde polyvalentie. Bravo aan allen en tot volgend jaar!

T.W.

45


POLITIE IN DE KIJKER

Geschiedenis

Daguerreotypen stelen de show

Op dinsdag 19 juni ontving het Historisch Kenniscentrum van de Federale Politie een reportageploeg van de RTBF. Nieuwspresentatrice Julie Morelle en haar ploeg kwamen er opnames maken voor de reportagereeks L'envers du trésor. "Twee jaar geleden zette de Brusselse Museumraad 100 meesterwerken in de kijker. Dat was ons uitgangspunt", vertelt Julie.

Het Historisch Kenniscentrum van de Politie herbergt inderdaad enkele verborgen parels, zoals de daguerreotypen. De reportage werpt licht op deze voorlopers van de fotografie. De naam 'daguerreotype' gaat terug op zijn uitvinder, Louis Daguerre, die er in 1835 in slaagde een beeld vast te leggen op een verzilverde koperen plaat door ze bloot te stellen aan jodiumdampen. Zo kwam hij tot een nauwkeurige reproductie van de werkelijkheid. Een revolutie!

Voor de politie was dit fotografisch procedé natuurlijk zeer nuttig, zoals men kan zien in de reportage. "De eerste daguerreotype dateert van 1839. In onze collectie hebben we vier afbeeldingen van opgesloten misdadigers. Zo is er een persoon die tot 4 maanden gevangenisstraf was veroordeeld wegens het vervalsen van documenten. Bij zijn vrijlating werd hij gefotografeerd om recidive te voorkomen", vertelt Astrid Vierendeels, gids in het Historisch Kenniscentrum van de Federale Politie. De daguerreotype heeft de werkpraktijken ingrijpend veranderd, al waren er nog enkele nadelen aan verbonden. "De belichtingstijd bedroeg destijds tussen de 20 en 30 minuten. Als de misdadiger dus niet van goede wil was, kwam er ook niet veel van terecht ... Bovendien was het onmogelijk om meerdere afdrukken te maken", zegt Valère De Cloet, voormalig directeur van de technische en wetenschappelijke politie.

De bertillonage (of gerechtelijke antropometrie) bracht op het einde van de 19de eeuw een echte kentering teweeg bij de technische recherche. De methode bestond uit een biometrische analyse, gebaseerd op metingen en foto's in voor- en zijaanzicht. Zo had de technische recherche alle kaarten in handen om misdadigers met zekerheid te identificeren. De gerechtelijke fotografie is verder blijven evolueren en gebruikt vandaag digitale technologie en gezichtsherkenning. Een nieuwe revolutie!

U kunt de reportage bekijken op het platform Auvio van de RTBF.

T.W.

Herdenking Tweede Wereldoorlog

Politieman Jan De Ridder krijgt eerste struikelsteen

6 46

DEURNE – Politieman Jan De Ridder heeft een zogenaamde struikelsteen gekregen voor zijn woning op de Gallifortlei in Deurne. Struikelstenen zijn kleine kasseistenen ter nagedachtenis van de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Jan De Ridder ging bij de weerstand en sloot aan bij de Witte Brigades in 1942. De Deurnse politie kreeg de opdracht van de Duitse bezetter om joden op te pakken. Enkele agenten die geen dienst hadden, onder wie Jan De Ridder, verstopten zich in de menigte en hielpen twaalf joden ontsnappen.

In de nacht van 14 op 15 januari 1944 werden 42 agenten van het korps van Deurne opgepakt. Na de bevrijding keerden er slechts acht terug naar België. Jan De Ridder stierf op 9 maart 1945 in de kazerne Boelcke in Nordhausen, die afhing van het concentratiekamp Mittelbau-Dora. Meer weten over deze periode? Breng een bezoek aan www.kazernedossin.eu.

S.D. (Bron: HLN)


Onderzoek naar criminele branden: een geslaagde samenwerking

Samen nadenken over digitaal onderzoek JURBISE – Op 8 oktober 2018 kwam de Association francophone des spécialistes de l’investigation numérique (AFSIN) samen in de politieacademie van Jurbise. Deze bijeenkomst was voor de deelnemers de gelegenheid om van gedachten te wisselen over de wetenschappelijke, technische, methodologische en juridische aspecten van de kwestie. Tot de leden van de AFSIN behoren de Computer Crime Unit van de Federale Politie, de Franse Gendarmerie Nationale en de Franse Police Nationale, de Luxemburgse politie, het Laboratoire Sécurité de la Haute Ecole Valaisanne en de Police cantonale du Valais (Zwitserland), het Laboratoire de Recherches et d’Analyses Techniques et Scientifiques van Marokko en het Bureau de coordination de la lutte contre la criminalité van Québec. Waren ook aanwezig: de Regional Computer Crime Unit (RCCU) en de Federale Gerechtelijke Politie van Bergen/Doornik. Afspraak volgend jaar om andere goede praktijken te delen!

23 november 2018

Studiedag

AFSIN

Widad Asri

inforevue 042018

POLITIE IN DE KIJKER

BRUSSEL – Op dinsdag 20 november en op donderdag 22 november 2018 organiseerden de Directie van de technische en wetenschappelijke politie (DJT) en het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC) samen de studiedag 'Criminele branden'.

Op een praktijkgerichte manier werden de mogelijkheden en beperkingen van het onderzoek in het kader van criminele branden toegelicht. Zowel de brandweer, politie, parket, labo en de verschillende forensische deskundigen legden uit hoe de puzzelstukken op een zo efficiënt mogelijke manier worden samengebracht.

Themadag DJSOC/Terro Voor de vierde keer organiseerde de centrale dienst Terrorisme DGJ/DJSOC/Terro haar jaarlijkse themadag. Deze themadag beoogt het up-to-date houden van het doelpubliek met betrekking tot de laatste ontwikkelingen, trends en dreigingen inzake radicalisme, extremisme en terrorisme. Zowat 400 deelnemers, voornamelijk medewerkers van de 14 FGP’s, tientallen 'information officers' van de lokale politiezones en medewerkers van diverse interne en externe partnerdiensten, woonden deze ‘journée de référence en la matière’ bij (sic diverse deelnemers). Eerste hoofdcommissaris Johan Geentjens, diensthoofd van DJSOC/Terro, blikt alvast met grote tevredenheid terug op de zeer gewaardeerde presentaties van de partnerdiensten OCAD, ADIV, Federaal Parket, DG EPI, Interpol en Europol.

De minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken legde zeer terecht de nadruk op de uitermate belangrijke rol van de ‘information officer’ op diverse platformen en intern zijn/haar politiezone. De internationale dimensie van de fenomeenbestrijding en de noodzaak tot internationale uitwisseling via Europol en Interpol, werden door onze Belgische vertegenwoordigers aldaar nogmaals en uitvoerig onder de aandacht gebracht.

Luc Van Der Taelen

Meer dan 300 geïnteresseerden uit alle hoeken van het land kwamen de boeiende uiteenzettingen volgen. De studiedag was erkend als voortgezette opleiding voor de magistratuur en de politiemedewerkers maar ook externe partners vonden hun weg naar het ‘Polis Center’.

Dit succes kan uiteraard niet zonder gevolg blijven. Eind 2019 organiseren DJT en het NICC samen een studiedag Wapens en Ballistiek.

Virginie Devisscher

Johan Geentjens, diensthoofd van DJSOC/Terro

47 7


FEEDBACK

Nederlandse politie vindt taser nu toch te riskant Het gebruik van een stroomstootwapen kan leiden tot ‘een verhoogd risico voor ernstige gevolgen, vooral bij kwetsbare personen’. Daarvoor waarschuwt een nota van de Nederlandse politie. De nota is gestuurd aan vier teams die sinds 2017 een proefproject met een taser of stroomstootwapen houden. Vooral het direct op het lichaam plaatsen van het taserapparaat, de zogenaamde stunmodus, mag nauwelijks meer worden gebruikt, alleen in levensbedreigende situaties en niet langer dan

15 seconden. Ook in België – lees o.a. Inforevue 1/2012 – maakt de taser het voorwerp uit van discussie. Er lopen weliswaar proefprojecten, maar tegenstanders wijzen op het verhoogd risico bij bijvoorbeeld mensen met hartproblemen.

De Standaard Online, 23-11-2018

Commissaris-generaal op bezoek bij DRI

“Digitale transformatie in voorbereiding“ Commissaris-generaal Marc De Mesmaeker heeft zowel op 11 oktober als op 8 november dit jaar een bezoek gebracht aan de Directie van de politionele informatie en de ICT-middelen (DRI). Hiermee wilde hij een dieper inzicht krijgen in hoe de mensen werken bij DRI, met welke projecten zij bezig zijn en welke uitdagingen en risico’s er bestaan. Lees hier hoe hij dat ervaren heeft:

© Lavinia Wouters

“Zesmaal zestig minuten heb ik zeer aandachtig geluisterd naar de verantwoordelijken van DRI: haar directeur, haar tien business

Zin om op een artikel te reageren of gewoon je mening te geven? Kruip in je pen en mail naar cgc@police.belgium.eu

48

units managers en haar zeven general division managers. Ik heb die tijd bewust vrijgemaakt om een aantal redenen. Eén ervan is dat ICT en innovatie de kernwoorden voor de toekomst zijn; dat verdient dus extra aandacht. Een andere reden is dat DRI soms van vele kanten de wind van voren krijgt; ik wou zien hoe de vork nu precies aan de steel zit. Daarom droeg ik de directie op om, naast haar al kolossale werklast, toch ook eens tijd te besteden aan haar ‘image building’. Simpel gezegd heb ik gevraagd dat ze eens uitleggen en aantonen wat ze allemaal doen en voor wie, met welke capaciteit en middelen en binnen welke termijnen. Hoeveel projecten draait DRI? Voor welke afnemers? Met welke interne en externe consultance-capaciteit? Hoever staan al die projecten? Wat is hun verdere planning? Wanneer mogen eindproducten worden verwacht? Met die gegevens trokken/trekken we vervolgens naar de Vaste Commissie van de Lokale Politie, naar de collega’s van de Federale Politie en naar de twee voogdijministers en hun kabinetten. De bedoeling ervan is dat iedereen op die manier beter de impact op alle lopende projecten kan inschatten. Wat als men beslist om er nog één aan toe te voegen of om de onderlinge prioriteitsorde te wijzigen? Ik ben ervan overtuigd dat die kennis en dat inzicht bijdragen tot het welzijn op het werk …”

Inforevue is ook beschikbaar op Yammer


HOUD DE KABELDIEF !

inforevue 042018

SPEL

Er is een kabeldief actief op het spoornet. De Spoorwegpolitie en Infrabel verenigen hun krachten om de dief in de kraag te vatten. Vind jij de dief ? In welk vakje zit hij verstopt ?

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

1

1

2

2

3

3

4

4

5

5

6

6

7

7 A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

Voor onze trouwe abonnees Voor de gelukkige lotelingen ligt er een laatste keer een prijs in het verschiet. Stuur je antwoord - samen met je abonneenummer - voor 25 februari 2019 naar: Federale Politie CGC Inforevue Kroonlaan 145 A 1050 Brussel of mail naar cgc@police.belgium.eu

49



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.