32 minute read

Erfgoed 1 t/m

RCNY in 2018 © Evert Buitendijk

0087 ROTTERDAM CHINESE NEW YEAR

Advertisement

Eeuwenoude tradities en rituelen zoals de leeuwen- en drakendans houden de Chinese cultuur in ere. Chinees Nieuwjaar in Rotterdam biedt een inkij k in de mythen en sprookjesachtige verhalen: een feest van kleur, opwinding en verbinding.

“CHINA HEEFT EEN INTERESSANTE CULTUUR, DAT MAAKT NIEUWSGIERIG”

oog in oog met het verleden

Trommel van de Rotterdam Leeuwendans Club, ca. 1970

In 1911 vestigden de eerste Chinezen zich op Katendrecht, geronseld door de Rotterdamse Lloyd om een havenstaking te breken. De havenwijk – bekend als De Kaap – groeide uit tot het grootste Chinatown van Europa. Vanaf de jaren ’80 verplaatst Chinatown zich naar de omgeving van de West-Kruiskade. Hier wordt elk jaar, net als vroeger op Katendrecht, het Chinese Nieuwjaar uitbundig gevierd met draken- en leeuwendansen onder veel tromgeroffel en vuurwerk. De leeuwen verorberen in hun dans kroppen sla, die winkeliers boven hun ingang hebben gehangen. Hiermee verjagen ze het kwaad en brengen geluk. In ruil hiervoor geven de winkeliers hen envelopjes met geld.

Chinees Nieuwjaar wordt al sinds 1970 in Rotterdam gevierd. Sinds 2016 organiseert Stichting China Festivals Rotterdam het festival samen met Vivre Productions. Op diverse locaties door heel Rotterdam zijn er activiteiten, gericht op het uitdragen van de Chinese cultuur. “Het zijn festiviteiten die op een positieve manier aandacht besteden aan de Chinese cultuur, laagdrempelig zijn en daardoor iedereen blij maken en betrekken”, aldus de organisatoren.

Het feest is een optocht door de straten van Rotterdam. De route loopt van Katendrecht, waar de eerste Chinezen in Rotterdam aankwamen, naar de West-Kruiskade, ook wel het Rotterdamse Chinatown genoemd. Onderweg wordt op meerdere plekken de drakendans opgevoerd. Hier verdrijft de draak symbolisch boze geesten. Ook de leeuwendans wordt vaak gedanst. Deze dans brengt geluk en voorspoed. Naast deze symboliek, draait het feest om sociale gewoonten die van generatie op generatie worden overgedragen.

Chinees Nieuwjaar wordt over heel de wereld gevierd. De mix van culturen in Rotterdam draagt bij aan het Rotterdamse succes. “Het is een kleurrijk feest van verbinding en gezelligheid voor de hele familie. China heeft een interessante cultuur, dat maakt nieuwsgierig. Het zijn bijna sprookjesachtige, mythische verhalen zonder godsdienstige of politieke betekenis. Het is een leuk feest. Dat is de kracht van deze viering.” De ambitie van de organisatoren is om Rotterdam het brandpunt van Chinese activiteiten in heel Nederland te laten zijn. “De allereerste Chinezen in Nederland vestigden zich in Rotterdam. Dus is het logisch dat Rotterdam ook het voortouw neemt in de vieringen. We willen dé landelijke viering worden en het nóg groter neerzetten!

A. Chan, A. Schaap, K.W. Choy (v.l.n.r.) van Stichting China Festivals Rotterdam

0088 VERENIGING POORTGEBOUW

In het Poortgebouw komen activisme, buurtbetrokkenheid en de functie van cultureel centrum en woongelegenheid samen. Het is een rij ksmonument voor wereldverbeteraars.

“SAMEN ZIJ N WIJ CONTINU OP ZOEK NAAR EEN ALTERNATIEF VOOR DE HUIDIGE MAATSCHAPPIJ ”

Het iconische Poortgebouw op de Kop van Zuid werd in 1879 opgeleverd als hoofdkantoor van de Rotterdamsche Handelsvereeniging (RHV) van Lodewijk Pincoffs. Al snel kwam het in handen van de gemeente Rotterdam, maar in 1977 volgde leegstand. Het plan om er in 1980 een Eroscentrum in te vestigen, werd in de nacht van 3 op 4 oktober 1980 de kop ingedrukt door jongeren die het pand kraakten.

De krakers droomden over betaalbare huisvesting en een gelijkwaardige samenleving waar iedereen alle ruimte heeft voor zijn eigen creatieve ontwikkeling. Om in het gebouw te kunnen blijven, richtten zij in 1982 Vereniging het Poortgebouw op. In 1984 werd het huurcontract met gemeente Rotterdam getekend, de toenmalige eigenaar. De jaren erna zorgden de bewoners samen met de gemeente voor een interne verbouwing, waardoor het pand geschikt werd gemaakt om in te wonen. De huurders zijn verantwoordelijk voor de binnenkant van het pand en de eigenaar voor de buitenkant. Vanaf 2001 was het pand echter eigendom van diverse partijen die nauwelijks onderhoud pleegden. Uiteindelijk is in 2021 gestart met de renovatie van de buitenkant zodat het Poortgebouw er nu prachtig bij staat. De ongeveer dertig bewoners zetten zich in vóór en mét de buurt. Ze doen mee aan Opzoomeren (Echt Rotterdams Erfgoed nr. 0044), koken wekelijks voor de buurt en zamelen tweede hands kleding in voor de Weggeefwinkel in het gebouw. Emily is een van hen: “Samen zijn wij continu op zoek naar een alternatief voor de huidige maatschappij. Wij geloven in een wereld die niet gedreven wordt door hebzucht en kapitaal, maar door tolerantie en creativiteit. Zonder machtsorde.”

Bewoners Poortgebouw Uitreiking certifi caat door Nicole van Dijk © Roderick Hulsbergen

Gezicht op de Delftse Poort, Nicolaes Muys, ca. 1780

In 1358 krijgt de jonge stad Rotterdam het recht om verdedigingswerken aan te leggen. Geen overbodige luxe in het door machtsstrijd verscheurde Holland. Poorten in de beschermende muren geven toegang tot de stad. Letterlijk, maar ook fi guurlijk: wie binnen de muren mag wonen, heet een poorter. Lang nadat de muren zijn verdwenen, worden nog prachtige stadspoorten gebouwd als symbolen van de stad. Vooral de Delftse poort is het visitekaartje van Rotterdam. Als eind negentiende eeuw op Zuid een compleet nieuw stadsdeel verrijst, krijgt het belangrijkste gebouw natuurlijk de vorm van een poort.

0089 LIKEJEWIJ K

LikeJeWij k brengt positieve informatie en activiteiten uit Rotterdamse wij ken dichter bij de mensen. Dat activeert, motiveert en verbindt mensen en maakt ze trots.

“IK WIL DE GOEDE KANT VAN MENSEN LATEN ZIEN, ZODAT ANDEREN ZICH OOK GAAN INZETTEN”

Medewerkers met Ronald Schouten in het midden

Ronald Schouten is geboren en getogen Beverwaarder. Steeds vaker zag hij negatieve berichtgeving over zijn wijk. Daar stoorde hij zich aan en besloot er in 2014 iets beters tegenover te zetten. Hij zette zijn skills als cross mediaspecialist en ontwerper in voor zijn nieuwe missie als sociaal ondernemer en bedacht LikeJeWijk.

LikeJeWijk is een buurtplatform waarbij informatie over activiteiten, interessante weetjes, bijzondere plekken en gebeurtenissen in de wijk op een leuke en snelle manier beschikbaar zijn. Bewoners, partners en betrokken WijkReporters zorgen voor de dagelijkse stroom van berichten. Deze worden door een professioneel redactieteam gescreend en doorgezet. Achtergrondverhalen en verrassende invalshoeken geven een liefdevolle kijk op het dagelijks leven in de wijk. Ronald: “Het gaat erom de mensen in de wijk te verbinden. Ik wil de goede kant van het nieuws en de mensen laten zien, zodat anderen zich ook gaan inzetten voor de wijk. Ik werk nu voor mensen en niet voor merken.”

Het maakt niet uit waar je bent of met welk apparaat je LikeJeWijk raadpleegt. Via www.likejewijk.nl, een buurtbord, een app, social media en een krant is er voor elk wat wils. Je kunt via het WijkPlatform zelfs communiceren met de mensen uit de wijk. Dit vergroot de bewonersbetrokkenheid en draagt bij aan het veiligheidsgevoel. En zo groeit ook het positieve gevoel en de trots in de gemeenschap. LikejeWijk is medio 2022 actief in acht wijken: Beverwaard, Bloemhof, Hillesluis, Lombardijen, IJsselmonde-Zuid, Pendrecht, Vreewijk en Zevenkamp. Daarnaast zijn er ook gebiedspagina’s voor IJsselmonde, Charlois en Feijenoord.

Duimpje omhoog in café Maarten Vink, Otto Snoek, 2005

De vijf zit nog niet in de klok, maar het is al gezellig druk in Café Maarten Vink. De fotograaf krijgt een vrolijk duimpje omhoog van een man met rollator die voorbij schuift. Het zal nog wel even duren voordat de grote bel boven de bar voor de laatste ronde wordt geluid. Oud Excelsiorspeler Maarten Vink sr. begon in 1950 aan het Noordplein dit stamcafé, dat nog steeds bestaat. Veel van dit soort bruine kroegen verdwijnen echter uit het Rotterdamse straatbeeld – kroegen die als een verlengstuk van de huiskamer fungeren. Hier ontmoet of maak je vrienden en blijf je op de hoogte van wat er allemaal in jouw buurt speelt.

oog in oog met het verleden

0090 ZAKKENVULLERS VAN BLOEMHOF

Wij kbewoners in Bloemhof zorgen voor een schone singel door plastic en ander zwerfafval uit de singel te vissen. En dat werkt aanstekelij k.

“HET IS TOCH NIET GEK DAT JE AF EN TOE EEN BEETJE MEEHELPT?”

Eveline van Wanrooij is stadsgids in Rotterdam en sinds 2018 oprichter van de Zakkenvullers van Bloemhof. Eveline: “Dankzij Woonstad kreeg ik een woning in Bloemhof. Daar was ik zo dankbaar voor, dat ik iets wilde terugdoen. Ik zag de troep in het water van de singel langs de Lange Hilleweg, je kon gewoon over het water lopen. Ik ben toen in een hoekje van de singel plastic gaan opruimen.” Dat voelde zo goed dat ze dat is blijven doen. Na meerdere zakken gevuld te hebben plaatste ze een oproep op LikejeWijk (Echt Rotterdams Erfgoed nr. 0089). Inmiddels trekt ze regelmatig met een kernteam van ongeveer acht man eropuit, gewapend met grijpstokken en vuilniszakken. “De voorkeur voor een schone natuur is universeel. Iedereen wil dat de troep uit het water verdwijnt”, aldus Eveline.

Medio oktober 2022 zijn er al 381 zakken gevuld en bestaan de nesten in de singel weer bijna helemaal uit natuurlijk materiaal in plaats van afval. Via bewonersinitiatieven hebben de Zakkenvullers van Bloemhof rond de singel natuureducatieborden met informatie over de singeldieren, nieuwe bankjes en een speeltoestel laten plaatsen. Ook zijn er meerdere vierkante meter tegels verwijderd waar bloemen en planten voor in de plaats zijn gekomen.

Sinds november 2022 drijft er een kunstige haaienvin in de singel, gemaakt van gerecycled plastic dat uit het water is gehaald door de Zakkenvullers van Bloemhof. Eveline: “Ik wil het gezicht zijn van opruimen, schoonhouden, positiviteit en een klein stukje beschaving. Op Zuid doen de mensen het zelf. We wonen in de mooiste stad van Nederland. Dan is het toch niet gek dat je af en toe een beetje meehelpt?”

Zakkenvullers van Bloemhof aan het werk Zakkenvullers van Bloemhof met Eveline van Wanrooij met stempel

Zicht op de Spoorsingel, Jan Damme, 1920-1962

Halverwege de negentiende eeuw zijn de wateren in Rotterdam vies en ongezond. Als oplossing komt Stadsarchitect W.N. Rose met het waterproject. Een ring van ‘singelweteringen’ om de stad kan het vieze water van de binnenstad schoonspoelen. De wegen langs de weteringen krijgen namen als Westersingel en Boezemsingel. Al snel worden deze namen ook gebruikt voor het water zelf.

De groene singels zijn aantrekkelijke locaties voor luxe woonhuizen. Daaromheen komen straten met eenvoudiger woningen. Bij latere stadsuitbreidingen wordt dit stedenbouwkundige concept steeds weer uit de kast gehaald. Zo groeit het aantal singels met Rotterdam mee. Zoals de grachtengordel de hoofdstad kenmerkt, worden de singels typerend voor onze stad.

0091 SANDER DE KRAMER

Sander de Kramer zet zich vol overgave in voor de samenleving. Schrij nende situaties en onmenselij ke gebeurtenissen – overal ter wereld - krij gen dankzij hem meer aandacht.

“ALS JE ONRECHT ZIET DAN MAG JE DAAR TEGEN VECHTEN”

Sander de Kramer studeerde Nederlands. Van 1997 tot 2010 was hij redacteur van de Rotterdamse Daklozenkrant, het tegenwoordige ‘Straatnieuws’. Ook leefde hij een maand lang op straat om te ervaren hoe het was om dakloos te zijn. “Een bizarre periode”, vertelt Sander. “Ik was altijd iedereens vriend en ineens sta je aan de andere kant. Ik heb veel geleerd van die periode. Vanaf toen ging ik voor die mensen staan; extra mijn best doen.”

Zijn missie is om meer voor mensen in vaak moeilijke situaties te betekenen én hun (levens)situaties ook aan de kaak te stellen vanuit maatschappelijk perspectief. Voor dak- en thuislozen, maar ook voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, om de jeugd te laten bewegen of voor mensen die een duwtje in de rug nodig hebben. Bijvoorbeeld met de ‘100 van Sander’, een (televisie)programma waarbij hij de uitdaging aan ging om binnen een half jaar minimaal honderd werkgevers te vinden die mensen aan een baan wilden helpen.

In 2007 bezocht Sander de diamant- en goudmijnen in Sierra Leone. Zijn hart brak en hij richtte Sunday Foundation op om kansarme kinderen in Afrika een toekomst te bieden. “Ik wil verder waar veel idealisten stoppen. En dat heeft er mee te maken dat ik mijn eigen leven minder belangrijk vind. Ik zet mijn eigen leven op het spel om anderen te helpen. En als het dan een keer ophoudt dan is het dat waard geweest. Als je onrecht ziet dan mag je daar tegen vechten. Als ik het niet doe, dan doet niemand het.”

Sander de Kramer bij de Nico Adriaans Stichting Sander de Kramer

Woondoos voor daklozen, 1993

Bij een jubileum van de Rotterdamse woningstichting Onze Woning ontwierp Raymond Voogt, destijds student Industrieel Ontwerp, een woondoos voor daklozen. De geplastifi ceerde slaapdoos werd door het Leger des Heils verspreid. Overdag kon hij als pakketje worden meegenomen en voor gebruik werd de doos uitgevouwen. In een interview vertelt Arie, die vaak bij de bibliotheek overnacht, dat hij erg tevreden is over de beschutting die de doos biedt. Toch is de slaapdoos nooit massaal gebruikt. Andere daklozen waren bang teveel op te vallen of vreesden molest. Bovendien kreeg de woningstichting veel commentaar op dit wrange cadeau. Later richtte ze de Stichting Dak- en Thuislozen op.

oog in oog met het verleden

0092 EXCELSIOR FOUNDATION

Excelsior Rotterdam is meer dan de trots van Kralingen op het voetbalveld. Met de Excelsior Foundation laat de club zij n maatschappelij ke en sociale hart nóg meer spreken.

“WE WILLEN IETS BETEKENEN IN ONZE STAD. HET LEVEN IS MEER DAN GOEDE VOORZETTEN GEVEN.”

Excelsior is in 2011 als een van de eerste voetbalclubs in Nederland gestart met een ‘foundation’ vanuit de gedachte: hoe mooi is het als een voetbalclub iets sociaal-maatschappelijks kan neerzetten? Door goed te kijken naar wat er in de stad gebeurt en in te spelen op de behoeftes van mensen en de dagelijkse problematiek, maakt de foundation verschil.

Vanuit vijf pijlers is Excelsior Foundation actief: Educatie, re-integratie, sportparticipatie, leefbaarheid en gezondheid. De basis ligt op de pleintjes in de wijken waar jongeren samen komen in de Excelsior Clinics. Er zijn inmiddels ook veertig ‘Excelsior scholen’ waarop programma’s ‘draaien’. Denk aan voorlezen en het ondersteunen van kinderen en jongeren op sociaal en emotioneel vlak. Verder zijn er re-integratietrajecten en Walking Football voor 55-plussers. Excelsior Foundation is namelijk geschikt voor iedereen van 4 tot 104 jaar.

Binnen Excelsior Foundation krijgen begeleiders, ook stagiaires en vrijwilligers, veel ontwikkelkansen. Een van hen is Bo Pernet. Zij begon als stagiaire en zit nu zelf aan de knoppen als projectleider en docent Playing for Success, een van de grootste projecten van Excelsior Foundation. “Playing for Success is een van de sociaal-maatschappelijke programma’s bedoeld voor kinderen met een laag cognitief zelfvertrouwen. Want alle kinderen doen ertoe. We werken hier op een speelse manier aan hun doelen. Wij volgen de kinderen bij hun ontwikkeling en geven ze positieve ervaringen mee.”

Excelsior Rotterdam is de kleinste profclub van Rotterdam, maar op sociaal-maatschappelijk gebied de grootste. “We zijn de foundation gestart, omdat we iets willen betekenen in onze stad. Het leven is meer dan goede voorzetten geven.”

Een deel van het team van Excelsior Foundation

Team en kids tijdens les Playing for Succes met Bo Pernet rechts

Huize Nut en Vreugd, Atelier Van Traa, ca. 1850

Wat de Kuip is voor Feyenoorders en het Kasteel voor Spartanen, is het tegenwoordige Van Donge & De Roo Stadion, voorheen Woudestein geheten voor de supporters van Excelsior. Het stadion dankte zijn naam aan een van de buitenplaatsen in Kralingen, een luxe landhuis van welgestelde Rotterdammers. Woudestein heet aanvankelijk Maassigt, omdat het huis op de rivier uitkijkt. Als de verlengde Hoogen Zeedijk dit uitzicht belemmert, wordt de naam veranderd in Nut en Vreugd. Nadat de salons rond 1800 naar de boskant aan de achterzijde zijn verplaatst, wijzigt de naam opnieuw. Het gaat Woudestein heten. In 1929 wordt het huis gesloopt en herinneren alleen de Laan van Woudestein en campus Woudestein van de Erasmus Universiteit Rotterdam nog aan de buitenplaats.

Vrijwilligers met mascotte

0093 STICHTING JARIGE JOB

Ieder kind heeft recht op een verjaardag mét cadeau. Helaas is dat niet in ieder gezin vanzelfsprekend. Stichting Jarige Job zet zich in voor die arme gezinnen en zorgt voor een verjaardagsbox.

Stichting Jarige Job vierde in september 2022 het 12,5-jarig bestaan. Huib Lloyd en zijn partner Barbara Kathmann startten vanuit de locatie van de Voedselbank (Echt Rotterdams Erfgoed nr. 0060) met twaalfhonderd pakketten per jaar. Inmiddels is het een logistiek bedrijf dat opereert vanuit twee loodsen op het terrein van de van Nelle fabriek met vier betaalde krachten, een team van negentig vrijwilligers en stagiaires. “We maken meer dan honderdduizend boxen per jaar.”

De aanleiding voor hun initiatief was dat het duo bij de geboorte van hun eerste kind werd bedolven onder de cadeaus. “We woonden in Spangen, het contrast met de armoede van het huizenblok verderop kon niet groter. We vonden dat we iets moesten doen. Het vieren van een verjaardag is belangrijk, ze hebben iets magisch. Alle kinderen zijn het waard om in het middelpunt van de belangstelling te staan.” Ze bedachten de verjaardagsbox. In de box zit van alles om er voor kinderen een mooie dag van te maken. Slingers, cadeaus, taart, lekkers, traktaties, eten en drinken. “Door de box lopen kinderen trots het schoolplein op. Dát gevoel willen we kinderen meegeven. Veel Rotterdamse bedrijven helpen vrijwillig mee met inpakken, als teambuildingsactiviteit. Per uur worden wel meer dan honderd pakketten samengesteld. Dat geeft een supergoed gevoel.”

Subsidies, sponsoring, donaties en samenwerkingen zijn belangrijk voor het succes. “Er is een educatieprogramma, we ‘funraisen’ regelmatig én we organiseren evenementen zoals ‘Daten met je Hart’ voor singles op Valentijnsdag. Wij hebben niet de illusie dat we de armoede oplossen, maar we helpen mensen wél verder.”

Kop en schotel “Ter Uwer Verjaring”, 1900-1925

Het vieren van je verjaardag kan gerust cultureel erfgoed worden genoemd. Kinderen trakteren op school en worden daar toegezongen; thuis zijn er slingers en ballonnen, en bij het feestje horen een taart en cadeautjes. Bij volwassenen gaat het er meestal minder uitbundig aan toe. Toch tonen gedichten, gegraveerde glazen en zelfs een versierde pijpenkop in onze collectie dat de verjaardag ook op latere leeftijd een serieuze zaak is. Kroonjaren worden trots vermeld. Bij deze porseleinen kop-en-schotel blijft de leeftijd ongenoemd, maar tussen de vrolijke bloemetjes staat in sierlijke gouden letters ‘Ter Uwer Verjaring’.

oog in oog met het verleden

“ALLE KINDEREN ZIJ N HET WAARD OM IN HET MIDDELPUNT VAN DE BELANGSTELLING TE STAAN”

Het team van Stichting Jarige Job met linksonder oprichter Huib Lloyd oprichter Huib Lloyd

0094 TALENTFABRIEK010

Talentfabriek010 creëert laagdrempelige leerwerkplekken voor mensen zonder werkervaring of opleiding. Het motto: iedereen is van waarde.

“WE HELPEN HEN TE HERINNEREN WAT HUN KRACHT IS EN TE ONTDEKKEN WAAR HUN TALENT ZIT”

Mireille van den Berg (l) en Necla Özdemir, locatieleider naaiatelier Crooswijk (r) naaiatelier Crooswijk (r)

Talentfabriek010 is een impact onderneming met een maatschappelijke doelstelling: mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt een kans bieden om die afstand zelf te verkleinen. Mireille van den Berg, directeur en oprichter: “Voor deze doelgroep is er geen aanbod. Het zijn vaak mensen die heel lang in de bijstand zitten, de taal niet goed spreken, geen opleiding hebben of geen werkervaring hebben. Die mensen hebben daar niet voor gekozen. Wij vinden dat die mensen niet aan de kant mogen staan en creëren randvoorwaarden in een omgeving waarin ze hun talent kunnen ontdekken.” Mireille richtte Talentfabriek010 in 2012 op. Ze startte met een naaiatelier in Feijenoord voor zogenaamde nuggers, niet-uitkeringsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Daar zijn inmiddels drie naaiateliers bijgekomen. Ook is er een cateringbedrijf gestart en een mini-wasserette. In 2014 is daar – speciaal voor de typische zorgvermijder - nog Natuurtalent bijgekomen in Schiebroek, met pluktuinen en stadslandbouw activiteiten.

Sinds 2015 is er een opleidingstraject in samenwerking met Zadkine: de Talentfabriek010 Academie. Hier kunnen mensen hun mbo-diploma halen en eventueel doorstromen naar een baan of vervolgopleiding.

Dit alles samen maakt Talentfabriek010 uniek. “We laten zien dat iedereen van waarde is voor de samenleving. Ik geloof dat als mensen succes ervaren, ontdekken ’Hé, ik ben ergens goed in!’, dat dit een doorbraak kan betekenen. Je problemen worden dan even minder belangrijk. Je moet iets hebben om vooruit te kijken. Als je droomt heb je een toekomst. Wij laten mensen net dat stapje nemen.”

Hoedenatelier, Pia Bram, 1992

Pia Bram (1915-1992) was als meisje al gek op hoeden. Op 16-jarige leeftijd werd ze aangenomen als leerling in een hoedenatelier aan de Kaasmarkt. Drie jaar later kreeg ze een baan bij de Bijenkorf. Pia ging mee naar shows in Antwerpen, Brussel en Parijs en maakte daar talloze schetsen van de nieuwste hoeden. Terug op het atelier maakte ze die modieuze modellen na. Op dit schilderij is zo’n hoedenatelier te zien waarin modistes bezig zijn om hoeden naar de laatste mode te versieren. Rond 1965 sloten veel hoedenwinkels en na haar pensionering legde Pia Bram de inmiddels verdwenen ateliers vast in kleurrijke schilderijen.

Naaiatelier Crooswijk

0095 BAROEG

Het crème de la crème uit de internationale (hard) rock- en punkscene heeft er ooit wel eens de zaal plat gespeeld. Maar Baroeg heeft ook - gewoon - een buurtfunctie. En is al meer dan veertig jaar live and kicking…

“PURE GEZELLIGHEID EN DE LIEFDE VOOR EXTREME MUZIEK”

In 1981 begon Baroeg in IJsselmonde op Zuid als Open Jongeren Centrum. Leon van Rijnsbergen, directeur en programmeur van Baroeg, vertelt: “In de jaren ‘80 was er veel jeugdwerkloosheid en behoefte aan jongerencentra. In de jaren ‘90 werden we van jongerencentrum een muziekcentrum. Daarna ontwikkelden we ons steeds meer als poppodium. We zijn geen jongerenwerkers meer, maar vervullen nog wel zo’n rol. We werken veel met jongeren, bijvoorbeeld ook als ze een afstand tot de arbeidsmarkt hebben.”

Rond 2005 had Baroeg een slechte naam in de buurt. “Onbekend maakt onbemind”, aldus Leon. Door kennismaking en samenwerking met buurtcomités leerden de bewoners Baroeg kennen en groeide de goodwill. “We organiseren nu uitjes voor ouderen in de wijk en bijvoorbeeld een tienerdisco. Een mevrouw van 97 wilde per se haar verjaardag bij ons vieren.” Baroeg is het enige grotere muziekpodium in Nederland dat harde alternatieve muziek programmeert. Dit is te danken aan Rene Veerkamp, die zich in de jaren ’90 toelegde op het boeken van bands met een grillig gitaarrandje, voor jong en oud. Wereldbekende acts en artiesten traden er op, maar ook beginnende bands kregen er een kans. Nog altijd is dat het uitgangspunt van Baroeg.

Om in de rest van de stad zichtbaar zijn, wordt veel samengewerkt met onder andere Rotown, V11 en het Eendracht Festival (Echt Rotterdams Erfgoed nr. 0065). Jaarlijks wordt een openluchtfestival in het Zuiderpark georganiseerd: Baroeg Open Air. “Het gaat ons om pure gezelligheid en de liefde voor extreme muziek”, aldus Leon. De achterban van ongeveer tachtig vrijwilligers is hondstrouw. Sommigen helpen al meer dan vijfentwintig jaar.

Francis Pronk, marketing (l) en Leon van Rijnsbergen (r)

Penning met Spinoza, Pierre Turin, 1932

Podium Baroeg ontleent zijn naam aan de verbastering van de voornaam van Baruch de Spinoza (1632-1677). Het podium voor harde alternatieve muziek ligt namelijk aan de Spinozaweg. De Nederlands-Joodse fi losoof is in de zeventiende eeuw behoorlijk metal. De overheid noemt zijn werk zelfs ‘ontheiligend, goddeloos en godslasterlijk’ en probeert verspreiding tegen te houden. Tegenwoordig zijn we trots op de denker en heeft hij een eigen venster in de Canon van Nederland. Of hij eruitzag als op deze penning is twijfelachtig, want geen enkel portret is bij zijn leven gemaakt. Toch heeft hij op alle afbeeldingen een kapsel waarmee hij prima kan headbangen. Toeval?

0096 HOTSPOT HUTSPOT

Geen armoede, weg met honger en je goed en gezond voelen. Hotspot Hutspot loopt er warm voor met maaltij den, een winkel, een crisiscateringservice en grenzeloze ambities.

“WE KENNEN WEER WAARDE TOE AAN RESTJES”

Bob Richters is kunstenaar. Voor de economische crisis van 2008 had hij een kunstzinnig cateringbedrijf. Toen medio 2012 vanuit Havensteder stadslandbouwproject ‘Van grond tot mond’ in Lombardijen startte, deed hij mee door er ‘restaurantje bij te spelen’. Dit restaurant werd gerund door Bob samen met re-integratiejongeren. Het idee voor Hotspot Hutspot was geboren.

Anno 2022 zijn er twee vestigingen: Krootwijk en Schieham. Hotspot Hutspot werkt met restproducten en met mensen die niet meedoen in de samenleving. “We kennen weer waarde toe aan restjes. We kijken niet naar wat er niet mee kan, maar naar wat er wel mee kan.” Het mes snijdt daarmee aan twee kanten. Het gaat om eten aanbieden, maar ook om meedoen in de maatschappij. Voor veel mensen is Krootwijk een doorstroomplek. Ze krijgen er hulp om hun leven weer op de rit te krijgen. “Bij de een is dat een opleiding of een rijbewijs en bij de ander een gebit. Iedereen die aanklopt nemen we op sleeptouw. Of je nu asielzoeker bent, Oekraïner of dat je met een beperking zit of een trauma hebt.”

De leidraad in alles is duurzaamheid. Zoals bij Rijless is more waar klimaatneutrale rijlessen worden gegeven tijdens het ophalen van reststromen. Bob zoekt altijd het gat in de maatschappij in plaats van in de markt. Zo zette hij tijdens corona de crisiscatering op. Sinds 1 mei 2022 is een winkel geopend bij Krootwijk. “Alles wat we hebben, delen we, kom maar halen.” Een van zijn dromen is om de huisvestingsproblematiek aan te pakken met het Hotspot Hutspot hotel. Grenzen blijven opzoeken die er eigenlijk niet zijn, dat is het enige dat Bobs honger stilt.

Samen aan tafel, 1600-1650

We kijken binnen bij een gezin aan tafel. Links zit vader op een statige stoel met zijn hoed op schoot. Moeder zit tegenover hem en naast haar staat de jongste telg. Aan tafel verder twee meisjes, net als hun moeder met een hoofdkapje, en twee jongens. Een aantal gezinsleden heeft de handen gevouwen voor een dankgebed. Op de tafel staan eten en serviesgoed uitgestald op een mooi wit kleed. Op de achtergrond rechts grijpt een dienstmeisje naar een ketel die op het vuur staat; misschien komt straks de hutspot op tafel! Samen eten is belangrijk, toen en nu. We vertellen elkaar wat we overdag hebben beleefd en maken plannen voor morgen.

oog in oog met het verleden

Kunst in Krootwijk Bob Richters (m) tussen vrijwilligers Krootwijk

“WE GAAN ACTIEF DE WIJ K IN EN SCHUDDEN AAN DE BOOM”

Team Volkstheater met Jan Meijer rechts van stempel

0097 ROTTERDAMS VOLKSTHEATER

Het Volkstheater programmeert Rotterdams talent en brengt op verbindende wij ze cultuur naar de Rotterdamse wij ken.

Het Rotterdams Volkstheater trekt sinds 1986 met eigen tenten en artiesten door de Rotterdamse wijken. Deze jarenlange tournee is geen doel maar een middel. Op deze manier brengt het Volkstheater cultuur op laagdrempelige wijze naar de wijken en biedt het een podium aan lokaal talent, verenigingen en andere culturele initiatieven uit diezelfde wijken.

Het Rotterdams Volkstheater is voortgekomen uit de behoefte de stadsvernieuwing uit die jaren te vieren met bewoners en om de overlast van de bouwwerkzaamheden goed te maken. Het idee was eenvoudig: een reizend podium, in de vorm van een oude circustent, dat werd aangeboden aan wijken om daar feesten in te laten plaatsvinden. Voor het beheer van die tent werd een stichting opgericht en van daaruit is het Volkstheater gegroeid. Jan: “Als er een tent staat begint het feest al voor de buurt. In het begin was dat gebaseerd op het oude varieté theater, een geregisseerd uur, een kaartje en je moest een uur lang blijven zitten. Dat was best lastig. Dus ontwikkelden we Wereldcircus, een middagprogramma uit allerlei culturen met 3 tentblokken en daaromheen kleine tentjes met workshops. Dat heeft zeker twaalf jaar door Rotterdam getrokken. Dat was een gaaf programma.”

“De laatste 15 jaar zoomen we met onze programma’s nadrukkelijk in op de wijken waar we staan. Dit levert in iedere wijk totaal verschillende evenementen op zoals Wereld Wijde Wijk, Feestival, Weergaloos Charlois, Crooswijk op Stelten en Werelds Delfshaven. Programma’s met muziek, dans, circustheater, poëzie, en wisselende workshops. De sfeer is altijd ongedwongen en uitnodigend. De programmering wordt voor 90% aangedragen door actieve bewoners en groepen uit de wijk waar het plaatsvindt. Het zijn evenementen die eigendom zijn van de wijk.”

Jan Klaassen, handpop van Gerard Remmert jr, ca. 1965

In 1978 gaf de 80-jarige poppenkastspeler Gerard Remmert nog één keer een voorstelling. Dat was tijdens een anti-huurverhogingsmanifestatie op het Afrikaanderplein, waar hij heel toepasselijk ‘Jan Klaassen en de huurbaas’ speelde. Na de voorstelling schonk hij zijn speciaal voor deze voorstelling gemaakte poppen aan het jeugdige publiek. Remmert begon ooit als circusacrobaat, maar werd uiteindelijk net als zijn vader poppenkastspeler. Hij had vanaf 1933 een standplaats op het Afrikaanderplein, tijdens de oorlog op het Noordplein, daarna aan de Coolsingel en tot zijn pensionering op de Lijnbaan. Er staat nu alweer zo’n 40 jaar een vaste poppenkast op het Binnenwegplein met wisselende spelers.

0098 ONWIJ ZE MOEDERS

Moeders uit de wij k werken samen met agenten aan een veilige en stabiele toekomst voor hun opgroeiende kinderen. Want Onwij ze moeders willen, net als alle moeders over de hele wereld, het beste voor hun kroost.

“JE MOET ÉCHT VAN DE MENSEN HOUDEN IN JE WIJ K”

In 2009 had de toenmalige wijkagent in Overschie, Dick Glimmerveen, te maken met criminaliteit, straatoverlast en verkoop van drugs door de Overschiese hangjeugd. Marco den Dunnen, inspecteur van politie en destijds werkzaam in Overschie: “We besloten om in gesprek te gaan met de ouders. We nodigden ze uit, maar het gekke was dat alleen de vaders kwamen opdagen en wat onverschillig waren.”

Toen een moeder later een bijeenkomst organiseerde, kwamen de moeders wel. Ze vonden dat de politie hun leven en dat van hun kinderen lastig maakte door het uitdelen van boetes. “We besloten gezamenlijk tot een andere werkwijze: de kinderen thuisbrengen als ze in de fout gaan om vervolgens met het kind en de ouders in gesprek te gaan.” Deze aanpak, zonder boete, maar samen een oplossing zoeken in belang van het kind, bleek te werken.

“Een van de moeders uit Overschie, Sahila El Barkany, wilde moeders informeren over zaken die er buitenshuis spelen bij hun opgroeiende kinderen. Ik heb toen voor zeventig moeders een praatje gegeven op een basisschool in Bospolder-Tussendijken, waar Sahila werkt. Zo is Onwijze Moeders ontstaan. Naast Bospolder-Tussendijken wordt het programma ook uitgevoerd in een aantal wijken op Zuid en zelfs buiten Rotterdam.”

“Als agent heb je een gemeenschappelijk belang met de ouders. Je pakt samen een probleem aan en deelt tips met elkaar, zoals bijvoorbeeld informatie over drilrap. Het is geen hulp, het is een samenwerking. Je moet als agent écht van de mensen houden in je wijk want je moet veel tijd investeren. Als je dat doet kan je hier het verschil mee maken. Ik ben er écht trots op!”

Sahila El Barkany, Onwijze Moeders Delfshaven © Florian Braakman

Pop in een looprek op wieltjes, ca. 1850

Speelgoed laat soms in miniatuur een werkelijkheid zien die ‘op ware grootte’ niet bewaard is. Bij deze pop valt meteen het looprek op. Zo’n rek op wieltjes wordt al minstens 500 jaar afgebeeld als kenmerkend attribuut van een peuter. Het onderscheidt hem of haar van zowel de ingebakerde zuigeling als het oudere kind, dat met een stokpaard of windmolentje speelt. Hier omklemt de heupband de pop stevig, maar op veel oude afbeeldingen hebben de peuters meer bewegingsvrijheid. Het rek op vier wieltjes biedt de kinderen structuur en ondersteuning op weg naar zelfstandigheid, waarbij hun ouders een oogje in het zeil houden.

oog in oog met het verleden

0099 PLUSPUNT ROTTERDAM

Pluspunt Rotterdam is een leer- en werkplaats voor Rotterdammers die een steuntje in de rug nodig hebben. Mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt bouwen er aan hun zelfvertrouwen én de toekomst.

“DEZE GROEP VOELT ZICHZELF TWEEDERANGS. DAT VIND IK IETS OM VOOR TE STRIJ DEN.”

John Bergenhenegouwen, een lokale marktkoopman, richtte Pluspunt Rotterdam op in 2005. Hij raakte ooit zelf door omstandigheden dakloos en kwam terecht in een zorginstelling die hem ongelukkig maakte. Hij verlangde naar een veilige en inspirerende omgeving om actief te werken aan een beter leven. “Dit kan en moét anders”, vond hij en schreef een bedrijfsplan. Zijn droom kwam uit.

John overleed in 2008. Zijn moeder Annie hielp tot 2022 mee als vrijwilliger. De medewerkers van Pluspunt en directeur Erik Sterk zetten het levenswerk van John voort: “Wij stellen mensen in staat om hun vaardigheden en gezondheid te ontwikkelen. Dat lukt vaak beter als zij het gevoel hebben van betekenis te zijn. Deze groep voelt zichzelf tweederangs. Dat vind ik iets om voor te strijden. Wij willen mensen positie geven in de stad.” Pluspunt is vooral bekend van de twee fi etswerkplaatsen en het kleurrijke dorp in de binnentuin van een huizenblok. Ook zijn er hout-, staal-, kook-, kunst-, voedsel- en andere werkplaatsen. Mensen met (een combinatie van) sociale-, psychische-, fi nanciële-, huisvestings- en/of verslavingsproblemen kiezen zelf de activiteit die ze leuk vinden. Voor de bezoekers is Pluspunt een familie waar mensen echt bij horen. Door mensen ook te laten meewerken met kunstenaars en sociaal ondernemers uit de stad, worden ze gezien en gehoord. Dat werkt als een magneet. “We zijn een spiegel voor de samenleving, maar ook voor de zorg. Veel zorgverleners willen aansluiten”, aldus Erik. Inmiddels werkt Pluspunt Rotterdam samen met vele zorginstellingen en biedt het begeleiding en ondersteuning aan meer dan honderd deelnemers.

Deelnemers Pluspunt

Int GeKroonde Ynblok, 1694

Dit uit hout gesneden voorwerp hing als een reclamebord aan de gevel van blokmakerij Int GeKroonde Ynblok aan de Leuvehaven. Het bedrijf maakte scheepsonderdelen zoals katrollen (‘blokken’) om zware vrachten te kunnen takelen. Op het bord zien we mannen met gereedschap aan het werk en de producten die ze maken. In zulke bedrijven werden leerlingen opgeleid om het vak te leren. Als afronding van hun leertraject legden ze een examen af. Het maken van een ‘ynblok’, een katrol uit drie schijven, was onderdeel van deze meesterproef. Zo’n ynblok is centraal bovenaan afgebeeld, met een kroon erboven om het bedrijf extra prestige te geven.

oog in oog met het verleden

Glas-in-loodraam van taxibedrij f Ravero, ontwerp Sam van Vleuten, 1939-1940

In 1931 breidt RAVERO zijn bestaande autohandel in Rotterdam uit met een taxibedrijf “naar Amerikaansch model”. De Maasbode is diep onder de indruk van de 40 fonkelnieuwe Citroëns die door de stad rijden, bemand door keurig geüniformeerde chauffeurs. ‘De Ravero’ wordt bekend met zijn grote werkplaats, luxe auto’s, georganiseerde busreizen en sjieke chauffeursdienst. Als het bedrijf in februari 1940 een grote parkeerruimte onder de nieuwe Beurs in gebruik neemt, biedt het personeel een glas-in-loodraam aan met daarop de verschillende bedrijfsonderdelen. Enkele maanden later wordt de binnenstad grotendeels verwoest in het bombardement, maar de beurs en het raam zijn de oorlog ongeschonden doorgekomen.

0100 MAMA TAXI

Oog hebben voor je medemens en elkaar meenemen om te groeien. Mama Taxi doet het en zet alleenstaande vrouwen in hun kracht door ze waardig in het arbeidsproces mee te laten draaien.

“MAMA TAXI WIL ROTTERDAMSE VROUWEN FINANCIEEL ONAFHANKELIJ K MAKEN”

De in Guinea-Bissau - Westelijk Afrika - geboren Zizi Fernandes kwam als zevenjarig meisje naar Nederland. Na haar studie Bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit werkte ze in de bancaire sector. Door projecten in Zuid-Afrika, verlangde ze ernaar om meer voor andere vrouwen te betekenen. “Mijn oma stimuleerde mij het maximale uit mijzelf te halen. Met oog voor mijn medemens en elkaar meenemen in persoonlijke groei.”

Zizi bedacht een businessconcept om vrouwen mee te laten doen in het economische proces: Mama Taxi. “De naam is een eerbetoon aan mijn oma. Het was haar bijnaam, omdat zij altijd liep en nooit een taxi nam. Ze was een enorm krachtige vrouw en grote inspiratiebron voor mij.”

Zizi Fernandes © Marlies Hofstede Photography

Ze pitchte Mama Taxi in 2013 tijdens ‘Het beste Idee van Zuid-Afrika’ en won. Na drie jaar zette ze de stap, in háár Rotterdam. “Hier zitten dertigduizend alleenstaande vrouwen in de bijstand. Mama Taxi wil deze vrouwen duurzaam aan het werk krijgen en fi nancieel onafhankelijk maken. Om zo een bijdrage te leveren aan de uitdagingen voor de stad.”

Mama Taxi leidt vrouwen ‘die aan de zijlijn staan’ op tot taxi-chauffeuse op directieniveau. Dat kunnen herintreders zijn of alleenstaande moeders. De vrouwen zijn een afspiegeling van Rotterdam en o.a. van Marokkaanse, Antilliaanse, Nederlandse en Afrikaanse afkomst. Het opleidingsprogramma is een totaalpakket dat de vaardigheden en het zelfvertrouwen op allerlei vlakken opkrikt. De mama’s, zoals Zizi de vrouwen noemt, rijden in volledig elektrische auto’s, want “duurzaamheid is op alle vlakken belangrijk”.

Het ultieme doel van Mama Taxi is het vormen van een krachtige internationale gemeenschap die de levens en toekomst verandert van vrouwen wereldwijd. Na Rotterdam & omstreken is Zuid-Afrika de gedroomde volgende ‘halte’.