LA BIOMISTA - JOURNAL

Page 1

1

L A B IOMISTA

JOURNAL Studio Koen Vanmechelen

Genk

VOLUME #1 N°1 — 09 DEC 15


04 LA BIOMISTA VERBINDT GEBORGENHEID MET GLOBALISERING Wim Dries 07 HET GAAT OM HET VRUCHTBAAR MAKEN VAN DE AARDE Koen Vanmechelen 13 KOEN VANMECHELEN’S LA BIOMISTA CENTRE STAGE IN CUTTING-EDGE EXHIBITION AT ZKM IN KARLSRUHE 17 UN LUOGO D’INCONTRO TRA PERSONE ED ANIMALI Mario Botta

Team - Studio Koen Vanmechelen, Open University of Diversity, Hasselt (BE) © Magali Merzougui

20 A TAIL OF TWO CITIES Wasserman, Carmody, and Underwood 24 WA MAKE Don Luca

Published by OpUnDi, Studio - Koen Vanmechelen Editor Koen Vanmechelen Editorial Board Grete Bollen, Peter Dupont, Frank Jacobs, Christof Rutten, Goele Schoofs, Lilly Wei Image editing Magali Merzougui, Geoffrey Brusatto Graphic design Geoffrey Brusatto

DE NACHTWACHT. Vandaag start La Biomista. De eerste editie van La Biomista Journal kondigt deze nieuwe mijlpaal aan binnen het Cosmopolitan Chicken Project en de Open University of Diversity. La Biomista, een idee dat zich ontplooide als maatschappelijk ingebed en organisch groeiend kunstwerk, ontwikkelt zich nu tot een bioculturele site in en met de stad Genk. La Biomista staat voor verbinding. In dit krantje komen dan ook alle betrokken communities aan het woord: de kunstenaar, de steden, de architect en het museum. Diezelfde verscheidenheid weerspiegelt zich in de verschillende talen die in deze krant aan bod komen: verbinding ontstaat immers niet vanuit eenvormigheid maar vanuit diversiteit. Ieder organisme zoekt naar een ander organisme om te overleven omdat bevruchting van buitenaf komt. La Biomista wil een nieuw idee van samenleven lanceren, een waarin we proberen te begrijpen waarom alle organismes met elkaar communiceren. De unieke locatie van La Biomista vormt hier een mooi voorbeeld van. Het bevindt zich op het kruispunt van een deels verstedelijkt gebied, met woonkernen, agrarische gebieden en het Nationaal Park Hoge Kempen. La Biomista is het nieuwe element in een diverse omgeving die naar verbondenheid snakt. Vandaag hebben we jullie uitgenodigd in Genk om de lancering van La Biomista te vieren. Dit doen we met de stad Genk en onze partners uit Detroit die speciaal voor de gelegenheid naar hier gekomen zijn. We zullen vandaag met hen het DNA van de volgende kruising in het Cosmopolitan Chicken Project uitwisselen om in te metselen in het gebouw. De kruising met de Wyandotte, een typische kip uit Detroit, zal volgend jaar plaatsvinden en wordt de twintigste generatie in het kruisingsproject. Intussen zijn we ook effectief aan het bouwen gegaan en wordt La Biomista een feit. De inzet is groot. La Biomista is vooral een engagement en een verantwoordelijkheid. Het gaat om het vruchtbaarder maken van Moeder Aarde. Vanuit verbinding. La Biomista is net als De Nachtwacht van Rembrandt; het doorbreekt het statische van de kunst en geeft een nieuwe invulling. Met een dynamische ploeg die verandering kan brengen in de maatschappij, steeds ‘on the move’. Het hele team werkt aan de dynamiek, en die swingt divers de pan uit. Net als de muziek tijdens deze lancering: een mix van rap, klassiek en jazz.

The Night Watch, Oil on Canvas, 363 cm x 437 cm, 1942, Rembrandt van Rijn, Rijksmuseum Amsterdam

COVER Symbiosis © Koen Vanmechelen

Koen Vanmechelen Genk, 9 december 2015


4

Burgemeester van Genk, Wim Dries © Stad Genk

LA BIOMISTA VERBINDT GEBORGENHEID MET GLOBALISERING Wim Dries Na 20 jaar heeft het artistiek project van Koen Vanmechelen een thuishaven gevonden van waaruit het helemaal globaal kan gaan. “Geen toeval dat het de stad is waar het allemaal ooit begon,” zegt burgemeester Wim Dries. “In Genk.” La Biomista moet van Genk een labo maken waarin de socio-culturele diversiteit kan groeien en bloeien. Waarom is Genk een geschikte locatie voor een artistiek-wetenschappelijk project als La Biomista? “Genk heeft een aantal troeven die een ideale voedingsbodem zijn voor een project als dat van Koen Vanmechelen. Als stad zijn we altijd actief op zoek gegaan naar creatieve oplossingen voor problemen. Wij staan open voor het experiment. Daarbij zijn we de meest diverse stad in Vlaanderen. Genk situeert zich zowat in de periferie maar langs de andere kant ook in een Euregionale en internationale context. In een welvarende regio, maar ook op een kruispunt van vele culturen en bevolkingsgroepen. Wij geloven echt in de socio-culturele diversiteit waar ook Koen en La Biomista voor staan.” De site van de voormalige zoo van Zwartberg is een erg mooie locatie voor het project. “Ja, Koen heeft er zijn hart verloren. We zaten samen aan tafel in december 2012 om over een concept in C-mine te praten. Ik had hem enkele jaren daarvoor, toen ik pas burgemeester was, al eens uitgenodigd om de site te bezoeken. We bespraken zijn plannen maar toen ik op het einde de voormalige mijnsite van Zwartberg, waar later ook de Zoo van Zwartberg gesitueerd was, ter sprake bracht, gingen zijn ogen fonkelen. “Hier heb ik nog mooie herinneringen aan”, zei hij. Aan de veearts daar, en aan het feit dat hij de familie Wauters, de voormalige eigenaar, kende. Zeer goede herinneringen dus. En als je ergens creativiteit wil laten bloeien, is het volgens mij op een plaats waar je je thuis voelt.” Hoe ziet u La Biomista groeien in de Genkse context? “Er zijn twee kanten aan het verhaal van La Biomista. Eerst en vooral hopen wij dat Koen Genk op de wereldkaart zet. Ik vertrouw erop dat hij zijn vleugels uitstrekt over de wereld om te tonen dat hij het verschil kan maken. Daar geloven wij in.” “Daarnaast hoop ik dat we, vertrekkende vanuit de samenwerking tussen de stad en Koen, van Genk een labo kunnen maken waar die socioculturele diversiteit ook werkelijkheid wordt en dat het stedelijke en niet-stedelijke met elkaar verbonden geraken. Als wij in Genk er een antwoord op vinden hoe een multiculturele, diverse samenleving in Vlaanderen kan groeien en bloeien, maar ook gewaardeerd wordt voor wat ze is, dan hebben wij een model gevonden waar vandaag heel West-Europa naar op zoek is.”

Vollebak Vennestraat, Genk © Stad Genk

Op welke manier ziet u dat? “West-Europa is een van de regio’s die niet zo goed om kunnen met diversiteit. Maar laten we eerlijk zijn: ook in de Verenigde Staten zijn opnieuw spanningen rond socio-culturele diversiteit. Ik denk dat Koen met zijn visie op mens en maatschappij en het onderzoeksproject met de Cosmopolitan Chicken nieuwe inzichten kan bijbrengen.” “Als onze multiculturele stad het labo kan zijn waar hij zijn kennis en zijn visie op de wereld kan uitrollen, dan ontwikkelen we een veelgevraagd model. En ik denk trouwens dat Genk vandaag al een goed voorbeeld is. Natuurlijk zijn er hier nog spanningen en natuurlijk komt de diversiteit nog

5 te weinig aan bod. En kampen we met problemen en vooroordelen rond tewerkstelling. De stad kan samen met Koen deze concrete situatie op een hoger niveau tillen en misschien wel mee voor doorbraken zorgen.” Denkt u echt dat Koen iets concreets kan betekenen voor deze moeilijke, praktische vraagstukken? “Ik geloof dat er bouwstenen zijn om de toekomst te maken. En deze zijn universeel. In de eerste industriële revolutie waren de bouwstenen arbeid en de patronale manier van denken en werken. De energiebron toen was vooral steenkool. In de tweede industriële revolutie ging het om olie, staal, automatisatie en broadcasting en probeerde men de mens te empoweren. Vandaag zitten we aan het begin van een revolutie die creativiteit, innovatie, hernieuwbare energie maar ook diversiteit als bouwstenen heeft.” “Ik denk dat Koen mee die bouwstenen kan aanreiken maar ook meedenkt over identiteit. ‘Verloochen nooit je identiteit en koester ze maar durf ze ook te kruisen zodat je een nieuwe diversiteit krijgt,” zegt hij. We moeten de geborgenheid onder de kerktoren waar Vlaanderen trots op is en waarin ook ik ben grootgebracht durven combineren met globalisering. Koen doet dit ook door zijn werk internationaal te maken. Maar ook door thema’s als identiteit, diversiteit, fertiliteit en domesticatie op een vernieuwende manier op tafel te gooien.” Zijn er overeenkomsten tussen Genk, Detroit en Havana, de andere steden waar Koen ook een University of Diversity aan het opbouwen is? “Ik denk dat Genk en Detroit beide steden ‘aan de rand’ zijn. Wat Genk kenmerkt is dat ze altijd heeft moeten vechten voor haar positie. Genk heeft de mijnen, de migranten en heeft zich als stad moeten ontwikkelen vanuit uitdagingen. Ook nu weer met de sluiting van Ford. Ik denk dat het met Detroit ook zo is. Detroit is een zeer industriële stad, gekenmerkt door armoede en achterstand, eigenlijk zoals in Genk. We waren beide home of Ford, en nu dus effectief zoekende naar een nieuwe toekomst.” En Havana? “Daar zijn de uitgangspunten uiteraard heel anders. Wij liggen in een zeer welvarende regio maar kennen veel uitdagingen. In Havana zie ik een samenleving die inderdaad kan omgaan met de verkleuring. Ik geloof in de socio-culturele diversiteit maar ik denk niet dat wij morgen allemaal in gemengde huwelijken zullen eindigen. Daarvoor is onze identiteit te zeer geworteld in de West-Europese samenleving. Maar ik geloof wel dat we die bruggen kunnen slaan. Ik denk dat de gemeenschappen blijven bestaan maar belangrijk is te zorgen dat er uitwisseling is. Intellectueel, cultureel maar ook sociaal. Het zal een ‘en-en’ verhaal worden. Genk binnen 30 jaar zal een stad zijn die ondanks alle uitdagingen haar mannetje is blijven staan en waarin de achterstand omgebogen is naar een opportuniteit die ons helpt de problemen van de toekomst aan te pakken.” Wat spreekt u persoonlijk aan in het La Biomistaverhaal? “Genk is de laatste tien jaar heel erg op zoek gegaan naar partnerschappen die een meerwaarde kunnen betekenen voor de stad. Mijn filosofie hier is: ‘If you love something, set it free. If it comes back to you, it is yours. If it doesn’t, it never was.’ Koen is hier 20 jaar geleden in een kinderkunstenfabriek als een van de eersten gestart. Zijn eerste tentoonstelling is in Genk geweest. Ook zijn eerste Cosmogolem heeft hij hier gemaakt. Genk is ook de enige plaats met een officieel Cosmogolemplein. En nu komt Koen terug naar Genk.” “Ik denk dat je in je stad mensen moet binnenhalen die de stad mee op de kaart kunnen zetten maar die ook tegen schenen durven schoppen. Ik heb als burgemeester niks aan ja-knikkers, wel aan mensen die de stad mee kleuren, kruiden, discussies teweegbrengen. Koen kan dat erg goed. Daarom spreekt Koen

Moskee Sledderlo in Genk © Hugo Thomassen

Vanmechelen, zijn werk, zijn manier van doen en zijn visie op mens en samenleving mij erg aan. La Biomista is een broedplaats waar heel wat zaken in vraag gesteld kunnen worden. Niet als probleem maar als uitdaging.” De stad investeert heel veel in dit project. Heeft u daar hard voor moeten pleiten? “Ik denk dat we met Koen Vanmechelen hele goede afspraken gemaakt hebben. En Koen zelf investeert ook heel wat. Het is een publiek-private samenwerking waarin wij de potenties die het project heeft ook willen gebruiken om andere ontwikkelingen te stimuleren.” “Of we daar hard voor hebben moeten vechten? Ik moet eerlijk zeggen dat er vrij snel een groot draagvlak voor was, zowel in de meerderheid als in de gemeenteraad. Er is natuurlijk ook kritiek, maar die zal er ook altijd blijven.” Wat vinden de buurtbewoners ervan dat de voormalige mijnsite en zoo een nieuwe bestemming krijgt? “De buurtbewoners werden vanaf dag één goed betrokken. Dat hebben ze ook altijd gevraagd. Ik vind dat het participatieve vandaag absoluut noodzakelijk is. En ik denk dat Koen dat op een goede manier doet. Koen heeft op een vergadering waar heel wat mensen van de buurt aanwezig waren dermate enthousiasmerend gesproken dat velen aan zijn lippen hingen en echt begrepen wat hij gaat doen. Hij heeft allerlei ideeën om de buurt te activeren. Intussen bestaat er al een behoorlijk draagvlak voor zijn project daar.”

Arrosticini, typische product van de Genkse ‘interculinariteit’ © Stad Genk

Wat gaan jullie als stad doen? “Ik denk dat het zich op verschillende lagen afspeelt. Je hebt de laag van de buurt, namelijk de kwaliteitsvolle invulling van een mooie landschappelijke site waarbij de buurt niet alleen een park heeft waar ze toegang tot hebben maar waarbij ze ook op dit ogenblik al bij de ontwikkeling betrokken zijn via een buurtoverleggroep. Dus naast Winterslag en Waterschei slagen we er nu ook in om Zwartberg op te tillen en bouwen we op de fysieke maar ook maatschappelijke oude fundamenten de multiculturele samenleving op. Het project zal een cross-over hebben in heel onze stad.” “Langs de andere kant willen we een labo zijn voor diversiteit. En dat is een laag die voor ons als stad belangrijk is omdat we denken dat we voorloper zijn in Vlaanderen. Willen we dat voorloperschap behouden, moeten we partnerschappen aangaan. Niet alleen met Koen maar ook met de academische wereld bijvoorbeeld.” “En dan heb je tot slot de nationale laag waarin wij denken dat het project toeristisch-economisch een meerwaarde kan hebben. Wij hopen dat Koen het label ‘Made in Genk’ meeneemt in zijn wereldwijde veroveringstochten. Dit kan ons alleen maar bijkomende contacten en opportuniteiten brengen.” Koen vroeg Mario Botta voor zijn gebouw, een fantastische, internationale architect toch wel? “Mijn eerste uitvoerende mandaat in de politiek was ‘ruimtelijke ordening’. De mooiste bevoegdheid die er is. Omdat je met een goede ruimtelijke ordening een stad kan kleuren. Vlaanderen is op dat vlak veel te weinig ambitieus: als er iets gebeurt met architectuur wordt dit vaak enkel op het budgettaire vlak beoordeeld.” “Wij willen als stad wel inzetten op architectuur. Wij hebben met Claude Vasconi zaliger, ook een internationale architect, een mooie bibliotheek gebouwd. Ons jeugdcentrum is ook van zijn hand. We waren ook heel erg blij met de Botta-toren aan de Limburghal. En Shopping 1, iedereen heeft er zijn mening over, is uiteindelijk toch iets speciaals geworden. In Genk durven we experimenteren met architectuur. Ik geloof heel erg in de kracht van architectuur en vind dat een stad hierin zeer ambitieus moet zijn. Daarom ben ik erg blij dat Koen voor Mario Botta gekozen heeft.” Ook Koens stichtingen ‘Cosmogolem’ en ‘The Walking Egg Project’ hebben hun roots in Genk. Is dat toevallig? “Wel ik kom hier terug op de roots van een kunstenaar, onderzoeker, artiest, maatschappelijk geëngageerd iemand, die toch iets heeft met de stad. Genk is een stad met heel wat ruimte. Fysiek maar ook psychologisch. En ik denk dat hij met het Ziekenhuis Oost-Limburg en dr. Willem Ombelet partners heeft, als het gaat over The


6

7

Walking Egg, die open en ruimdenkend zijn. Ik denk dat het ook zo was met de Cosmogolem toen hij het beeld hier een 20-tal jaar geleden in de Kinderkunstenfabriek heeft gebouwd. Ja, Genk is een labostad. Dat spreekt Koen ook aan.”

Koen Vanmechelen staat met La Biomista voor een nieuwe mijlpaal in zijn artistiek traject. De nieuwe stap is niet vrijblijvend en brengt een verantwoordelijkheid met zich mee. “Toen het Guggenheim in Bilbao gebouwd werd, werd de grond errond vruchtbaar. Dat is wat La Biomista ook gaat doen.”

Wat is de rol van die Cosmogolem nu in Genk? “De Cosmogolem staat dicht bij het jeugdcentrum op het Cosmogolemplein. Zijn aanwezigheid aan het jeugdcentrum – het gaat hier over kinderrechten – is een beeld voor iets wat wij in onze stad hoog in het vaandel dragen.” U heeft het al een aantal keer gehad over die socioculturele diversiteit. Weinig steden gaan daar op een even creatieve manier mee om als Genk. Voor Koen is dat een waardevol groeiproces. Zijn jullie daar ook zo mee bezig? “Ik ben fier dat ik burgemeester ben van de meest diverse stad in Vlaanderen. Langs de andere kant is diversiteit in Vlaanderen en Europa een uitdaging. We hebben het nog altijd moeilijk met bepaalde vormen van diversiteit, zeker met socioculturele diversiteit. Behoud van identiteit maar toch integratie in een samenleving blijkt in WestEuropa toch nog altijd een discussiepunt, zeker als daar ook religie bijkomt. Dan merk je dat we heel snel in een wij-zij verhaal spreken. Ik denk dat Genk met vallen en opstaan daarin heel sterk is gegroeid en een voorbeeld is over omgaan met diversiteit. Maar wij lopen tegen de grenzen aan van wat wij allemaal geprobeerd hebben. Nu is de vraag: hoe doorbreek je de muren? Dit kan alleen maar via nieuwe ideeën en concepten en dat is wat we doen met Koen en zijn project.” Kan kunst de wereld veranderen? “Ik geloof heel sterk in de kracht van cultuur en kunst. En in cross-overs. Dat kunst, cultuur en creativiteit inspireren. Kunst moet verontrusten, mensen tot denken aanzetten. Koens werk doet dat. Langs de andere kant heeft hij enkele foundations die sterk maatschappelijk gericht zijn. Hij is altijd een maatschappelijk kunstenaar geweest. Daar zit het raakvlak met een openbaar bestuur. Wij zijn geen kunstenaars maar we hebben elkaar nodig omdat kunst mee het verschil kan maken in de samenleving. De mens is intellectueel ontwikkeld en dat stelt hem in staat om kunst te waarderen en de creativiteit mee in zijn denkproces te absorberen en te integreren. Daarom zijn discussies met kunstenaars vaak inspirerend. En leidt het bezoek aan musea en andere interessante plekken tot zelfvorming.” Hoe ziet u de toekomst van Genk? “Ik geloof heel erg in de sterktes van onze stad. Ik geloof dat wij heel veel bouwstenen en verborgen schatten hebben. Dat wij een plek kunnen zijn waar creativiteit, innovatie en diversiteit kunnen

HET GAAT OM HET VRUCHTBAAR MAKEN VAN DE AARDE Koen Vanmechelen

Volkstuintje in Zwartberg, Genk (BE) © Stad Genk

groeien en bloeien. Maar ik geloof ook dat wij dat alleen maar kunnen door ons te plaatsen in een globaliserende wereld. Ik hoop dat Genk kan groeien en dat we op die manier in Limburg een motor blijven om economische, culturele en maatschappelijke tendensen mee richting te geven.” “Vroeger waren we een mono-ontwikkelde stad met een mono-industrie, mono-wijken en monogeoriënteerde sites. De laatste 15 jaar zijn we met C-Mine, Thor en nu ook La Biomista naar een multi-ontwikkeling gegaan. Ons multi-denken geeft ons de veerkracht om onze problemen aan te pakken.” U bent positief over de toekomst? “Ja zeker. Ik zou hier het verhaal kunnen brengen dat wij de hoogste werkloosheid hebben in Limburg, de laagste inkomens, het meeste kinderarmoede, de meeste schoolachterstand. En dat is zo. Wij zijn de stad met het grootste aantal problemen en uitdagingen in Vlaanderen. Toch blijven wij investeren in de toekomst en zijn Genkenaren eigenlijk heel tevreden met hun stad. Als Genk durft te kiezen voor groei, dan zullen wij een voorbeeld zijn voor andere steden en gemeenten.” Grete Bollen

Koen Vanmechelen in zijn broedcentrum in Meeuwen-Gruitrode (BE) © Medialife

Wat zijn voor jou de belangrijkste evoluties en gebeurtenissen uit de afgelopen twee jaar? “Er zijn zichtbare en onzichtbare dingen gebeurd. Belangrijk was de pijnlijke en emotionele beslissing om the University of Diversity in Hasselt te verlaten, een fantastische locatie waar we van houden en waar heel veel gebeurd is. Zonder te weten wat erna zou komen. Maar we hebben de stap organisch en feilloos gezet. Vanuit een nieuwe spanning is de Zoo van Zwartberg uit de lucht komen vallen om ons nieuw project uit te bouwen. En dan voel je dat je naar een hoger niveau gaat. Dat is een fysieke maar ook psychische stap. En nu zijn we al effectief aan het bouwen. Ik stond daar even geleden met burgemeester Wim Dries en realiseerde me: het is gewoon waar. De inzet van La Biomista is groot en groots.” “Ook belangrijk de afgelopen jaren zijn de vele biennales waar ik aan deelgenomen heb: Venetië, Havana en andere. En de vele ontmoetingen die zich omzetten in samenwerkingen. Zoals met Chido Govera en haar champignons bijvoorbeeld. En met vele andere mensen die naar mij toegekomen zijn. Het besef dat er nog veel in de coulissen klaarstaat, geeft me heel veel vertrouwen in de toekomst.” Pinacotheek van het Cosmopolitan Chicken Project, Open Univeristy of Diversity Meeuwen-Gruitrode (BE) © Cary Markerink

Hip hop uit Genk © Hugo Thomassen

La Biomista is een nieuwe mijlpaal in jouw carrière. Waarom? “Leonardo Da Vinci zag op een bepaald moment de dingen die hij ontworpen had, ook daadwerkelijk om zich heen vliegen. Mij overkomt nu hetzelfde. En met dat realiteitsbesef gaat ook


8

9 een engagement en een verantwoordelijkheid gepaard. La Biomista is niet vrijblijvend. Toen het Guggenheim in Bilbao gebouwd werd, werd de grond errond vruchtbaar. Dat is wat La Biomista ook gaat doen. Het gaat om het vruchtbaarder maken van de aarde. En dat kan alleen maar door de mix te laten zien, door te beseffen dat er vele ingrediënten nodig zijn.”

Lama’s in de Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Sanne Weckx

Kalkoen van Ronquieres en Cosmopolitan Chickens in de Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Eric Roex

Kan je toelichten wat La Biomista is en waar het voor staat? “La Biomista staat voor ‘gemixt leven’, simpelweg. We zijn vergeten dat we een onderdeel zijn van de natuur en dat fertiliteit van buitenaf komt. Het vreemde element is noodzakelijk om echt vruchtbaar te zijn. Vandaar vertrekt ook mijn Cosmopolitan Chicken Project, waarin ik mijn kip telkens kruis met de nationale kip van een ander land. Intussen heb ik ook de stap gemaakt naar intersoortelijke kruisingen: de kip, de dromedaris, de lama, de alcapa, de champignon…” “We moeten het idee van ‘vermengen’ meegeven aan jonge mensen. Hen leren dat de kip eigenlijk een migrant was die wij welkom geheten hebben en die we nu beschouwen als ‘van ons’. Terwijl er niks ‘ons’ aan is. En dat is mooi. We hebben die stap heel makkelijk kunnen zetten omdat de kip ons voordelen gegeven heeft. Intussen zijn de lama, de dromedaris, de alpaca en de kameel onze nieuwe migranten. Wat gaan we met hen doen? Gaan we ze verstoten? Niet als ze ons immuunsysteem vooruit kunnen helpen, zoals ik wil aantonen in een van mijn nieuwe projecten. Dan gaan we binnen honderd jaar ook zeggen dat ze ‘van ons’ zijn. Dat is antropologie. Het zijn die verhalen die we moeten kunnen begrijpen.” Nog voor La Biomista in Genk er is, is er al een link met steden als Havana (Cuba), Detroit (VS) en Harare (Zimbabwe) waar je ook een University of Diversity uitbouwt. Hoe zie je de ontwikkelingen? “In een van de vorige uitgaves van The Accident schreef ik al: ‘de waarheid hangt af van het moment van veranderen’. Dat wil zeggen dat

Studio view van het broedcentrum, Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Alice Kerkhofs

de definitie van de waarheid altijd geformuleerd wordt op het moment dat iets zich voordoet. En twee minuten later kan je al een andere waarheid hebben. Waar gaan mijn projecten naar toe? Ze evolueren zoals ze evolueren. Ik ben zelf maar een toeschouwer van mijn kunst. Dat heb ik al dikwijls gezegd. Maar mensen begrijpen dat vaak niet, ze denken dat het een schaakspel is. Als ik iets maak is het een mutatie van mezelf en genereer ik de kennis van wat ik zie, maar ik kan de mutatie niet voorspellen.” Je hebt toch specifieke verwachtingen? “Ja, er is natuurlijk altijd een verlangen. De ontwikkeling van mijn verschillende foundations bijvoorbeeld is ontzettend knap gegaan omdat ze echt iets voor onze maatschappij betekenen. Hun uitkomst zit op twee sporen: zowel op het artistieke als het uitvoerende. Ze zijn de neutrale zone tussen kunst en wetenschap of sociologie. Ik zie een link tussen al de foundations, een bepaalde kracht. Maar wat die link is, kan ik niet omschrijven. Ik heb wel een vermoeden maar ik kan dit niet uitspreken omdat dan het verlangen weg is. Omdat het vermoeden een definitie krijgt die toch anders gaat uitlopen dan oorspronkelijk gedacht.”

Close-up van nandoe in de Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Kelly Roox

Waarom is Cuba zo belangrijk? “Cuba is een experiment. Het experiment van een bevolking die lijdt omdat ze afgesloten is van de wereld. Of van een archipel waar de diversiteit net groot genoeg was om te overleven. Het is exact het crossbreeding project en het multicultureel samenzijn, dat de Cubanen zowel fysiek als mentaal heeft gered.” “Met het openbreken van de grenzen kunnen de Cubanen opnieuw de wereld in. Dat zal natuurlijk ook hun ondergang zijn. Als je de industriële revolutie niet hebt doorgemaakt, heb je iets ongerepts. Langs de andere kant zijn er veel tekorten. Het is in die analyse dat je een maatschappij opbouwt.” “De fysieke en de mentale ruimte die de Cubanen opgebouwd hebben, zouden ze nu als voordeel kunnen gebruiken. Maar het kan ook zijn dat

anderen het heft in handen nemen. Dat is het gevaar van de economie, het investment. En dan kom ik terug op wat de filosoof prof. Bart Raymaekers zegt over ethiek: we moeten blijven nadenken over goed en kwaad maar hoe verdelen we al onze natuurlijke resources in een globale wereld? Hoe gaan we hier op een ethische manier mee om? Dat is de grootste uitdaging. En als we dit niet goed aanpakken, is het oorlog.” Steeds meer blijkt uit wetenschappelijk onderzoek hoe cruciaal de kip is voor de mens. Dat blijkt ook uit je vele reizen rond de wereld. Hoe kijk jij hiernaar? “Mijn verhaal is nog altijd hetzelfde gebleven: de mens en de kip hebben een contract gemaakt. Het blijkt dat de kip die genen heeft die de mens gezocht heeft.” “Wij moeten als mens beter nadenken over hoe wij in de natuur en onze omgeving staan. Hebben wij genoeg verantwoordelijkheid ten opzichte van de natuur? Waarschijnlijk niet. Wij zien onze voordelen en leggen beslag op natural resources. Een ervan is die kip. En het is geen onbelangrijke. Wereldwijd gaat het over 65 miljard kippen en 60 miljoen ton eieren. Ik ken geen enkele machine die deze productie aankan.” “We weten dat als we kippen en eieren uit onze maatschappij halen, dat ze niet meer zal bestaan in dezelfde vorm. Nu beginnen hier wetenschappelijke artikels over te verschijnen maar ik wist dit al lang. De kip is overal meegegaan met de mens. Je kan de migratie van de mens verstaan door het DNA van de kip te onderzoeken.” Intussen is het Cosmopolitan Chicken Project uitgebreid met andere dieren zoals de lama en de dromedaris. Waarom? “‘Every organism is looking for another organism to survive’. Dit statement maakte ik al in het begin van mijn carrière. Je hebt de mens maar ook veel andere ‘organismes’ als bomen, tijgers, olifanten… ‘Organismes’ die naast elkaar bestaan, praten ook op een of andere manier met elkaar. Ze zijn in conflict, of in harmonie. En daarom is het mooi om kruisingen ook te zien op

intersoortelijk niveau. Dat maakt kruisen dubbel zo boeiend en dubbel zo sterk. Ik ben er klaar voor om ook in dat verhaal te stappen. Het verhaal van The Cosmopolitan Chicken Project is intussen zo sterk onderbouwd dat er een draagvlak ontstaan is voor nieuwe verhalen.” Je gaat zelfs nog verder en betrekt voedsel in je project met het kweken van champignons die immuniteit in zich dragen omdat ze meststof hebben gehad van de lama. “Hiermee ga ik eigenlijk terug. Ik kom vanuit de keuken en ik heb een hele evolutie doorgemaakt. Ik begreep al van in het begin dat we kort bij ons voedsel moeten leven. En dat we ons voedsel moeten proberen te begrijpen. Ik weet dat de mens ziektes heeft overwonnen door beesten binnen te halen. Zo zijn ook slachtoffers gemaakt en hele groepen of gemeenschappen uitgeroeid, maar dat is dan omdat hun genetische diversiteit niet groot genoeg was.” “Ik heb begrepen dat resistentieopbouw iets is wat we moeten aangaan. Er blijkt bijvoorbeeld uit onderzoek dat kinderen die opgegroeid zijn in agrarische gebieden minder allergieën hebben. Daar gaat het toch om. Als gedomesticeerde wezens moet je je omgeving aankunnen.” Denk je dat de champignons die je nu zelf kweekt onze resistentie zouden kunnen verbeteren? “Ik wil combinaties zien en voelen. Ik denk nog altijd dat het de opdracht is van ons als mensen om elkaar te helpen. Ik denk niet dat we elkaar moeten uitmoorden of links laten liggen. We moeten bereid zijn om oplossingen te vinden. Dit weliswaar niet ten koste van de omgeving waarin we leven. Maar fouten maken we toch. Daarom moeten we de analyse durven maken. Mijn 82-jarige vader bijvoorbeeld kreeg vroeger rooklessen, want roken was chique. Rooklessen zouden crimineel zijn vandaag.” Welke mogelijkheden hebben de wetenschappers waarmee je samenwerkt, gecreëerd? “Het elastische denken vind ik een hele grote meerwaarde. En het niet meer moeten uitvinden


10

11 Toch wel nieuw is je expliciet engagement ten opzicht van het klimaat? “Ja, dat was nieuw maar noodzakelijk. Omdat we gedomesticeerde wezens zijn die onze eigen val spannen. Je ziet dat aan alles. De burn-outs, de depressies. Niemand is er vrij van maar er bestaat geen kritisch denken rond. Met het klimaat is het net hetzelfde. Het zit in een infarct, alleen zien we dat niet goed. Totdat je een scan maakt van de werkelijkheid en dan is het er wel. En dan moet je zeggen: stop nu met spelen.” “Wat voor mij de deur dicht deed, was een aankondiging op de radio waar men zei dat we onze klimaatdoelstelling gehaald hebben door zuivere lucht te kopen in Rusland. Nu grijp ik terug naar de ethische vraag van prof. Raymaekers: hoe verdelen we de natuurlijke resources in een globale wereld? Zo dus echt niet volgens mij. Want het winstbejag bij het kopen van zuivere lucht is van criminele aard. Koop elders zuivere lucht en laat je eigen kinderen in de vuile lucht leven. Dat vinden ze hier normaal.” “Er is een tweede reden waarom we de overheid dagvaarden met de klimaatszaak. Het wordt tijd dat men eindelijk zijn verantwoordelijkheid neemt. Ik ben het beu om constant in de supermarkt te moeten denken: is het wel ethisch wat ik koop? En als ik naar een tapijtenwinkel ga: is het geknoopt door kinderen of niet? Ik heb natuurlijk mijn eigen verantwoordelijkheid maar we wonen in een geciviliseerd land en dan is het niet normaal dat je bij alles wat je doet moet nadenken of je aan de normen voldoet.” “Ik wil hier verwijzen naar Mahatma Gandhi. Men vroeg hem wat hij vond van de Westerse beschaving. En Gandhi zei: ‘That would be a good idea’.”

Wat ik voelde toen ik erin stapte, was angst. En angst is de tegenhanger van liefde, dat besef ik. Maar nu is de angst aan het wegebben en komt er vertrouwen. En uit dat vertrouwen zal opnieuw liefde komen.” “Samen met mij hebben veel mensen de angst overwonnen. Er gaat een kentering komen. Het klimaat wordt de nieuwe inzet, ik ben er zeker van. Niet alleen omwille van het klimaat maar ook om het economisch effect. Men begint te weten dat men ook met het klimaat geld kan verdienen.” Jouw kunst is de laatste tijd toch wel geëvolueerd, misschien zelfs van outsider naar meer mainstream kunst? “Dat is inderdaad een beetje zo. Wat ook een gevaar in zich houdt. Ik hoor er meer bij maar blijf toch nog altijd far ahead. Een stuk vooruit op wat de wereld verstaat. Maar ik stel me daar geen vragen bij. Ik kan maar maken wat ik zelf ben. Soms wou ik wel dat ik minder dingen kon ‘zien’. Ik weet vaak dat dingen zullen komen, voor ze er

Je vindt authenticiteit heel erg belangrijk? “De klimaatszaak is een engagement dat ik genomen heb, en niet iedereen neemt me dit in dank af. Maar ik heb er zeker geen spijt van. Als kunstenaar ben je een beetje een barometer.

Red Junglefowl in de Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Mine Dalemans

van het warm water. Maar kunst gaat natuurlijk om fantasie. Fantasie is de passie die de kunstenaar drijft naar dingen hij zelf niet voor mogelijk hield.” Zijn we intussen de fase voorbij dat mensen zeggen dat Koen Vanmechelen ‘denkt’ dat hij een wetenschapper is? “Dat hoop ik wel. Ik heb nooit beweerd dat ik een wetenschapper ben en ik heb er nooit een willen zijn. Ik heb wel altijd geluisterd naar de wetenschap en ik probeer te begrijpen wat wetenschappers zeggen. Ik heb bijvoorbeeld geleerd dat een dromedaris een uniek immuunsysteem heeft maar dat je dit niet gewoon kan overdragen naar de mens. Vanuit het logische

denken zou je dit wel kunnen geloven maar het is complexer dan dat. Soms moet je het onderzoek zijn werk laten doen en dan komt er wel een andere logica vrij waarmee je verder kan. En dat is boeiend.” Als je Koen Vanmechelen nu vergelijkt met de Koen van tien jaar geleden. Wat is er dan veranderd? “Er is veel veranderd maar ik denk dat ik nog altijd dezelfde passie draag, dezelfde verwondering. En dezelfde doorzetting om de dingen te doen. Wat wel veranderd is, is de schaal waarop ik werk. Alles is groter geworden, complexer, intenser. Er is meer interactie en perceptie. De idee is eigenlijk dezelfde gebleven, alleen is mijn speeltuin is groter geworden.”

Ben je veranderd als persoon? “Eigenlijk moet je dat aan anderen vragen, maar ik denk het niet. Ik heb altijd al een aanvoelen gehad van veel dingen en dat is nog altijd zo. En ik ben nog steeds niet de luxe-mens die ik zou kunnen zijn. Ik zou bijvoorbeeld perfect het designelement in mijn werk kunnen consumeren. Langs de andere kant kan ik dat ook helemaal niet omdat de echtheid van mijn werk in de content ligt. Ik hang ook vast aan wie ik ben en that’s it. Het is wel zo dat ik intussen een interessante, diepe basis gemaakt heb van hetgeen ik wil zeggen. En dat is belangrijk om het grotere spel te kunnen spelen.” Close-up van lama in de Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Eric Roex

zijn. Iets wat gaat gebeuren, vibreert op voorhand en ik log in op dat kanaal, zonder dat ik dat wil. Soms is dat moeilijk omdat anderen het niet begrijpen. Langs de andere kant is het ook een geluk.” Je cosmogolem heeft de laatste jaren ook een evolutie doorgemaakt. Hij is van kinderrechter naar mensenrechter gegaan? “Het is een mensenrecht om jezelf te kunnen uitdrukken. En iedereen communiceert het best via het medium dat hij of zij zelf kiest. Ik heb zelf ook ervaren hoe belangrijk het is om je eigen communicatietool te ontwikkelen. Terwijl ik toch al veel meer vrijheid heb dan mijn eigen ouders gehad hebben bijvoorbeeld.” Dus de cosmogolem is eigenlijk ruimer geworden? “Ja, maar ook veel aantrekkelijker. De cosmogolem is eigenlijk heel sexy. Meer dan ooit zelfs. Iedereen kent hem, hij heeft zich op een of andere manier in de wereld genesteld.

Stellers zeearend in de Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Koen Vanmechelen


12

KOEN VANMECHELEN’S LA BIOMISTA CENTRE STAGE IN CUTTING-EDGE EXHIBITION AT ZKM IN KARLSRUHE

13

01 Dromedarissen in de Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Bert Janssen

Zonder dat ik daar veel voor gedaan heb. Ik heb de cosmogolem zelfs stiefmoederlijk behandeld. Soms vind ik mij een slechte vader. Langs de andere kant is hij een wees die zich enorm ontwikkeld heeft. Hij is een bundeling van energie voor mensen die iets willen zeggen.” Wat kunnen we nog verwachten in de toekomst? “Eigenlijk ben ik een gelukkig mens: er is het Cosmopolitan Chicken Project (CCP) dat zich in de wereld plaatst. En de Cosmogolem doet dat ook. Het volgende wat ik ga maken is een community chicken die hele gemeenschappen overal ter wereld zal voeden. De ‘Mouth Foundation’ is hiervoor intussen al opgericht.” “Wetenschappers zeggen mij dat de laatste generatie van mijn kippenproject intussen over drie keer zoveel genetisch materiaal beschikt als een ‘normale’ kip. Deze laatste generatie zal ik kruisen met een industriële legkip. De Planetary Community Chicken wordt daarmee een kruising op een ander niveau. Het resultaat wordt een robuuste, ecologische, biologische kip die de juiste informatie in zich draagt om voedzame eieren te leggen, om weer en wind aan te kunnen en om niet fertiliteitsresistent te worden. Ik start nu met enkele pilootprojecten in Harare (Zimbabwe), Detroit (VS), en La Biomista (GenkMeeuwen). Economen en wetenschappers van de universiteit van Gent zullen de kip mee opvolgen.” “In Meeuwen beginnen we op 1 december. Ik breng mijn eieren naar het OCMW van Zonhoven, dat samenwerkt met de bioboerderij en de sociale volkstuinen van De Hoev. Zij gaan de eieren uitbroeden. In Sint-Truiden laten we op de Grote Markt de kuikens opgroeien in een leegstaand pand. Daarna gaan ze naar een wei in Meeuwen om ten slotte te verhuizen naar het experiment. Dus de community chickens worden gekweekt door de gemeenschap, in dit geval het OCMW en De Hoev, ze zullen opgroeien volgens het idee van urban farming, vrij lopen in de landbouwzone op mijn terrein om daarna kiwibesplantages in Gent te bewandelen.”

“In de plantages eten ze de kiwibessen die van de planten vallen. De community chicken kan dit omdat ze robuust en sterk is. Ze verteert de kiwibes met de larves die erop zitten zodat deze zich niet kunnen ontpoppen en de oogst niet kunnen aanvallen.” “De proteïnes van de kiwi’s zijn sterk en vitaminerijk dus men verwacht dat de eieren dat ook zullen zijn. We kunnen hier spreken van een nieuw ecosysteem, zonder enige genetische manipulatie, dat dicht bij de mensen staat. En toch is het innovatief en intellectueel. Ik voel de diepe potentie van de Mouth Foundation maar de echte uitkomst zullen we natuurlijk pas kennen binnen 20 jaar.” Grete Bollen

Kuikens van het Cosmopolitan Chicken Project, Open University of Diversity, studio Koen Vanmechelen, Meeuwen-Gruitrode (BE) © Mine Dalemans

01

Evolution of a Hybrid – CC®P, Container (plexi glass, inox), plexi glass box with 3D print of DNA; Polyamide (Selective Laser Sintering), neon and lettering, lamp holder, LED lamp, chair, video recording equipment, 200 x 200 x 450 cm, La Biomista Cosmopolitan Chicken Project, Exo-Evolution, ZKM | Center for Art and Media, Karlsruhe (DE), 2015, Koen Vanmechelen © Jonas Zilius

02

Installation view, La Biomista - Cosmopolitan Chicken Project, Exo-Evolution, ZKM | Center for Art and Media, Karlsruhe (DE), 2015, Koen Vanmechelen © Stoffel Hias

03

Installation view, La Biomista - Cosmopolitan Chicken Project, Exo-Evolution, ZKM | Center for Art and Media, Karlsruhe (DE), 2015, Koen Vanmechelen © Goele Schoofs

04

Modified Spaces - C.C.P., iron cage, chicken wire, wooden coop, breeding light, tropical plants, Red Junglefowl, 400 x 120 x 360 cm, La Biomista - Cosmopolitan Chicken Project, Exo-Evolution, ZKM | Center for Art and Media, Karlsruhe (DE), 2015, Koen Vanmechelen © Jonas Zilius

05

Library of Collected Knowledge - Arena de Evolución, bookshelf, books on Immunity, Ecology & Climate, Fertility, Diversity and Ethics collected during the Arena de Evolución project for the biennial of Havana, La Biomista - Cosmopolitan Chicken Project, ExoEvolution, ZKM | Center for Art and Media, Karlsruhe (DE), 2015, Koen Vanmechelen © Jonas Zilius

06

La Biomista – Studio Koen Vanmechelen, Scale model (steel chicken coops, steel green house, steel cage for eagles, 3D printed scale model, landscape, trees, iron table, lamp (red), 3D printed animals, 120 x 400 x 400 cm, La Biomista - Cosmopolitan Chicken Project, Exo-Evolution, ZKM | Center for Art and Media, Karlsruhe (DE), 2015, Koen Vanmechelen © Jonas Zilius

KARLSRUHE - Koen Vanmechelen’s installation La Biomista is one of the central works of the ExoEvolution exhibition in ZKM | Center for Art and Media in Karlsruhe, Germany. The crosslinks between art and science and the artistic application of new technologies: those are the core themes of Exo-Evolution. In theory, exo (‘inside’) and endo (‘outside’) are well-balanced opposites, but recently that balance has shifted. By creating objects to be inserted inside the body, humanity is changing the difference between inside and outside, which becomes a reflection of humanity’s contradictory nature. That calls for a different approach, for a radical re-examination and reconfiguration, for transparency, fertility and a redefining of identity. This exhibition curated by Peter Weibel will run for four months at the Zentrum fur Kunst und Medientechnologie (ZKM) in Karlsruhe. Koen Vanmechelen, one of Belgium’s most acclaimed conceptual artists, was invited by Peter Weibel to construct an extensive installation at Exo-Evolution. Vanmechelen presents La Biomista, an installation that refers to his new site in the Belgian intercultural city of Genk. That eponymous site accommodates Vanmechelen’s first Open University of Diversity and the four foundations and sub-projects of his multidisciplinary Cosmopolitan Chicken Project (CCP). La Biomista in Genk also is the home of his many animal species, a laboratory, a library of biocultural diversity and his urban farming initiative. La Biomista, which comprises a park, villa and studio on a total area of 24 hectares, is situated at the crossroads of science and art, man and animal, city and countryside, as well as at the intersection of industry and community. That position provides the project with the necessary physical and mental space to practice urban farming, and to let biological and cultural diversity flourish.

Peter Weibel: “La Biomista serves as a solution for the future. Vanmechelen’s Cosmopolitan Chicken Project uses a language people all over the world understand. His experimentation with chickens and other biological life-forms empowers the idea of a cosmopolitan citizen based on nature. By bringing this installation into a museum, Vanmechelen gives us a live performance.” Combining and reconfiguring genes and memes, mixing, experimenting and probing are at the core of Koen Vanmechelen’s oeuvre. The Belgian artist believes that hard scientific data and the creativity of art together can reveal the vicissitudes of nature and of human life. Koen Vanmechelen is excited to be part of this vast and fascinating exhibition, which promises new perspectives on our origins and future, two elements that are very prominent in his work. “I am curious to see how other artists tackle these subjects. My perspective is clear. We think biology and culture differ, but one is part of the other and vice versa; the mind and stomach, we need both.”


14

02

15


16

17

UN LUOGO D’INCONTRO TRA PERSONE E ANIMALI L’architetto Mario Botta su La Biomista, la nuova sede di Vanmechelen

Architetto Mario Botta © Beat Pfändler

03

Cymbalista Synagogue e Jewish Heritage Centre, Tel Aviv (IL) (1996-1998), Mario Botta © Pino Musi

Genk - La Biomista, la nuova sede per Vanmechelen e per i suoi progetti, è stata una sfida unica per Mario Botta. Per la prima volta in oltre 50 anni di carriera, il famoso architetto svizzero è stato chiamato a progettare un edificio per persone e animali. Il progetto presenta anche un’altra novità per l’architetto, in quanto è il suo primo edificio nero, un riferimento al carbone che veniva estratto in passato in quest’area.

04

05

Moma Museum of Modern Art, San Francisco (VS) (1989-1995), Mario Botta © Pino Musi 06

Il Museo d’Arte Moderna di San Francisco, la Cattedrale della Resurrezione a Évry, a sud di Parigi, e il museo Watari-um a Tokyo sono solo alcuni dei tanti progetti che Mario Botta (1943, Mendrisio) ha costruito in tutto il mondo. Altri esempi locali sono l’edificio “La Fortezza” a Maastricht e il recente “Palazzo Botta” nella stessa Genk. Si tratta di un complesso per uffici che ospita, oltre allo studio di architettura BuroB, anche una galleria d’arte con opere di Vanmechelen. È qui che l’artista e l’architetto si sono conosciuti personalmente e hanno cominciato ad apprezzare il rispettivo lavoro tanto che, quando Vanmechelen decise che La Biomista avrebbe avuto sede a Genk, fu proprio a Mario Botta che chiese di elaborarne il progetto.


18

19

Dopo anni di residenza nella dismessa Fabbrica di Gelatina sulla darsena di Hasselt, La Biomista - tradotto letteralmente “mix di vita” – è la nuova base per Vanmechelen. Il complesso, che rappresenta una combinazione di passato e futuro, si compone di tre parti:

Come Vanmechelen è affascinato dal gallo, Lei è affascinato dal piccione. È vero che avete concordato di comunicare per mezzo di piccioni viaggiatori? “Questo è un sogno di Vanmechelen (ride). Non è ancora successo, ma non abbiamo intenzione di accantonare il piano”.

— La vecchia villa. In passato dimora del direttore della miniera di carbone di Zwartberg e successivamente del titolare dello Zoo di Zwartberg, fu chiusa nel 1998 per essere poi splendidamente ristrutturata.

Su YouTube si può vedere come Lei e Koen Vanmechelen esploriate il terreno a Zwartberg. “Non appena si entra nella prima parte della ‘Biomista’, è tutto selvaggio”, Lei dice. Questo richiama le istallazioni di Vanmechelen stesso, dove il visitatore spesso accede attraverso una “mini-giungla”, dove si odono le grida del gallo o Red Jungle Fowl (Gallus gallus). “Come gli impressionisti avevano bisogno di montagne per i loro dipinti, così Vanmechelen ha bisogno di animali per il suo universo artistico che s’innesta sulla fertilità. I suoi uccelli dovevano quindi avere un posto d’onore ne La Biomista. La prima parte è una grande gabbia, una sorta di serra se si desidera. Inoltre ci saranno anche gli spazi per i polli e le aquile”.

La villa servirà da ingresso per La Biomista e ospiterà la Library of Collected Knowledge (L.O.C.K.) - una biblioteca che conserva la storia delle miniere e il patrimonio di conoscenze raccolto dalle fondazioni Vanmechelen (CC®P, CosmoGolem, Walking Egg e COMBAT) - la OpUnDi (Open University of Diversity) oltre a una collezione permanente di opere di Vanmechelen. — Lo studio. È la parte nuova progettata da Mario Botta con l’atelier di Vanmechelen, gli uffici, un auditorium e gli spazi per i polli e gli uccelli rapaci. — Il parco. Un vero e proprio zoo intellettuale in cui vivono in libertà i diversi animali che hanno ispirato Vanmechelen (lama, alpaca, lupi, cammelli, cicogne nere …). La Biomista aprirà le sue porte nel 2017 ma, in anteprima, Mario Botta ci accompagna nella visita dello studio che ha progettato.

Perché? “Per comprendere le opere d’arte di Vanmechelen è importante che i visitatori della Biomista faccia- no conoscenza con gli animali che lo ispirano. Per tale motivo La Biomista è stata concepita come luogo di incontro tra le persone e gli animali.” Aveva mai progettato una tale combinazione in passato? “No, questa è stata la prima volta! Certo, gli artisti sono in ogni caso degli eccentrici e l’atelier interpreta questo contesto. La Biomista è un luogo dove diverse forme di vita del nostro piane- ta hanno un posto in una sorta di laboratorio artistico. Questo è assolutamente unico”. Un laboratorio artistico, ma anche accessibile al pubblico. Come si concilia tutto questo? “Ovviamente ci sono degli spazi privati dove l’artista e i suoi collaboratori possono lavorare indisturbati. Ma dato che tutta l’arte di Vanmechelen è sostanzialmente pubblica, la struttura di La Biomista è completamente

trasparente: i visitatori possono passeggiare per l’intero edificio al di sotto degli uffici (posti ad un piano superiore). Ci sono poi spazi dove gli ospiti dell’artista possono rimanere a mangiare e dormire, un auditorium e, naturalmente, il grande parco. La Biomista è quasi una fattoria, ma gestita da un’artista che offre ai suoi visitatori un viaggio pieno di sorprese”.

La struttura della Biomista è sobria. Non si tratta di un’architettura spettacolare. “No, perché il protagonista non è l’edificio. Il ruolo di primo piano è la combinazione di persone e animali, di città e campagna, la combinazione di funzioni, emozioni e creatività legate al tema principale, quello della fertilità”. Eppure c’è un qualcosa che attira enormemente l’attenzione: il gigantesco cubo trasparente al centro - la gabbia per le aquile di mare di Steller. “Questa è davvero una componente importante. Fin dai primi incontri per La Biomista è stato chiaro che lo spazio delle aquile avrebbe avuto la stessa importanza degli spazi per le persone. L’ imponenza di questi animali regali ha fatto sì che la loro ‘casa’ quasi toccasse il cielo”. Dopo la gabbia delle aquile segue un auditorium e un passaggio al parco che ospita gli altri animali. Che cosa ha concordato con l’artista a riguardo? “Vogliamo aspettare, perché il parco deve essere ancora completato. Di sicuro però ci sarà posto per i cammelli e gli altri animali che sono importanti per il lavoro di Vanmechelen”.

Avviso pubblico comunale per studio La Biomista di Koen Vanmechelen © Stoffel Hias

Lei ha progettato edifici da Tokyo a San Francisco, ma La Biomista è il suo secondo progetto a Genk. È qui che trova l’ispirazione? “Sì, nel passato, quello delle sue miniere. Genk era un luogo dove il carbone veniva estratto dalla terra con fatica. Un duro lavoro per portare il pane a tavola. La gente veniva da ogni parte del mondo a Genk. La storia vissuta, che si respira ancora in città, è stata una grande fonte di ispirazione. Sono serio quando dico che amo Genk”.

Simulazione dello studio La Biomista – Studio Koen Vanmechelen progettato da Mario Botta, Genk (BE) © Medialife

Il tetto della grande gabbia all’entrata della Biomista ha qualcosa di industriale. È un riferimento alle miniere? “Non proprio. È il mattone nero per il rivestimento dell’edificio (nero come il carbone) l’elemento stilistico che vuole evocare la storia delle miniere di Genk. Questo è il primo edificio nero che abbia mai progettato. Vede, questo posto mi ha certamente ispirato”.

Cantiere dello studio La Biomista - Studio Koen Vanmechelen progettato da Mario Botta, Genk (BE) © Jan Gorissen

Lei è conosciuto tra l’altro anche per aver progettato chiese, cattedrali e moschee, ed anche in progetti di altri edifici ha ricercato il legame tra architettura e spiritualità. La Biomista ruota attorno all’arte e alla scienza. È anche un luogo spirituale? “In un certo senso lo è. L’arte di Vanmechelen si pone al confine tra il concettuale e il biologico. Estende i confini e percorre territori inesplorati. Viviamo in tempi di globalizzazione e di livellamento, ma qui c’è un artista che

esplora le origini della vita e il mistero, il più grande di tutti, della morte. L’arte di Vanmechelen parte dal dono della fertilità e si occupa della trasmissione e della continuazione della vita. È un aspetto etico che mi affascina. Il suo approccio non è religioso, ma il risultato è sicuramente spirituale”.

Christof Rutten


A TAIL OF TWO CITIES Vanmechelen’s Cosmopolitan Chicken Project could help revitalise both Genk and Detroit

20

21 Wasserman is an art collector and founder of Wasserman Projects, a contemporary art gallery that recently inaugurated its spacious new digs in a post-industrial property in Detroit’s Eastern Market district. Carmody has been president of Eastern Market since 2007. That nonprofit corporation breathed new life into Detroit’s 122-year-old food market, attracting a wide range of activities to the district, which now combines food and culture with community outreach and development.

Gary Wasserman

Dan Carmody

Underwood has been a Detroit city planner for over 20 years. She is a fierce advocate of the Slow Food movement and for community involvement. Her areas of expertise include land use and sustainable redevelopment, urban food systems and zoning.

Kathryn Underwood © Joyce Jeffrey

Wasserman introduced Carmody and Underwood to Koen Vanmechelen’s ongoing Cosmopolitan Chicken Project (CCP), which will come to Wasserman Projects in 2016, as a version of The Open University of Diversity. Speaking with all three, New York-based art critic Lilly Wei asked them about the link between Genk and Detroit, about La Biomista and the CCP, and about the innovative partnering of art, culture and science in restoring blighted urban areas to economic success. Gary, what’s the connection between Detroit and Genk? “It’s interesting that Genk until recently had the largest Ford assembly plant in Europe. Ford was a major part of the local economy. And then, when the plant’s closure was announced two years ago, economic disaster struck Genk, in a similar way as Detroit was hit by the retrenchment of the auto industry. As would happen in any mono economy”. So how did Genk handle this disaster? “European cities have long histories and their centres tend to be stronger than their outlying areas. That’s the reverse of the American situation. When Ford’s closure was announced, the city of Genk started looking for new ways to draw people in. As part of that effort, Koen Vanmechelen was assigned around 80 acres on which to develop an ecological park”.

View of downtown Detroit (VS) © Wasserman Projects

Once famed as Motown, Detroit more recently became a byword for catastrophic urban decline. The Michigan metropolis is now poised to become a model for 21st-century revitalisation by betting on an eco-friendly future that is locally sourced and economically sustainable. Koen Vanmechelen’s contribution will add to the critical mass of that future. The Belgian conceptual artist is bringing his unique blend of art, science and culture to Detroit, thanks to Gary Wasserman. In early December, Vanmechelen will start up La Biomista, a multidisciplinary site in the Belgian city of Genk. It will house his Open University of Diversity, a global project connected to locations around the world. One of those locations will be Detroit. Gary Wasserman, Dan Carmody and Kathryn Underwood are three progressive thinkers excited about bringing Vanmechelen’s vision on biodiversity to the city, as a means of urban renewal. Flower day at Eastern Market, Detroit (VS) © Eastern Market Corporation

As the hub for automotive giants Ford, Chrysler and General Motors, Detroit used to be an economic powerhouse. Via the eponymous record label, its ‘motown’ moniker became synonymous with a glamorous blend of pop and soul. Both the hum of car factories and of soul music have dimmed considerably over recent decades. But Vanmechelen’s Cosmopolitan Chicken Project could play its part in the city’s revival.

“The complex, named La Biomista, consists of a villa, a new studio designed by Swiss architect Mario Botta, and a park that will open this December. This extraordinarily innovative project combines art, science and nature – a combination that Koen has been developing for over 20 years. It is based on the concepts of diversity and inclusivity, and will be a repository for the project’s artistic and intellectual endeavours. It should attract a wide audience. And we hope that it will offer a model for the re-invigoration of Detroit and its economy”. La Biomista is not far from two other important sites for Koen. “He has a well-known farm of about 25 acres not far from Genk. It houses chickens and other types of birds, all bred on the premises, as well as the llamas he had at the Venice Biennale. And then there is his current studio in the city of Hasselt, also close to his farm. Both places are significant destinations in the region, drawing in large crowds. While Koen’s work is based in art, it crosses over into many other disciplines, with an extensive programme of tours and seminars”. How did you learn about the CCP? “I first met Koen 9 years ago at the Architecture Biennale in Venice. We were introduced by Adriano Berengo of Berengo Studio on Murano. That studio made the glass components for Koen’s creatures – a combination of taxidermy and glasswork, both bizarre and beautiful. We wanted to see more, so Koen invited us to his studio. It was not just love at first sight, but also fascination and bewilderment. However, once you grasp the scope of Koen’s

View of downtown Detroit (VS) © Koen Vanmechelen

art, you realise it’s the most clarifying statement of conceptual art there is; a spectacular explosion of ideas about science, art, sociology and philosophy”. When did you consider inviting the CCP to Detroit? “A few years after that meeting, I took over the gallery in Detroit. I wanted to make an entirely new statement, and thought of Koen. He completely got on board with the project, and the result was sensational. I think he scared Detroit terribly! If you come in unprepared, it is indeed shocking”. “Koen’s was our first show when we started Wasserman Projects. It was presented as a gallery show. Now, we’re doing something else. When we open, in less than a year’s time, we’ll have a permanent installation – live chickens, incubators, art objects and a community chicken project. It will

be smaller in scale than La Biomista, though”. “Originally, each generation of the CCP consisted of 500 birds which Koen would study and document, but not kill. Not even their eggs were eaten. He would only use the chickens for art when they died naturally, not before. However, as Koen encountered more challenged communities in Zimbabwe, Havana and Detroit, it made great sense to exploit the project’s nutritional and economic potential”. Will the CCP be installed at Wasserman Projects’ new gallery? “Yes, but the project will also be established as a small to mid-sized poultry and egg business in an outlying neighbourhood to engage an underserved community”.


22

23

Will it just be for the community needs? “The goal is to meet the community’s needs first, and then to bring the production to a level that creates revenue for the community. I’m not exactly sure yet how it will work. The plans are still being formulated. What’s certain already is that all stakeholders will be locals”.

Is Detroit invested in becoming a green city? “Yes, but city policy has yet to catch up with that determination. The community hasn’t waited on the city to go ahead with those plans. They’ve taken it upon themselves to make productive use of open spaces”. You’re on the U.S. board of Slow Food, the global grassroots movement to safeguard local food sources and species. “Yes. I’m an activist and a planner. I’m working on ways to change ordinances so that more than a few birds and bees can be raised in the city. Those changes would apply to art projects such as Vanmechelen’s. But personally, I have an interest in the whole concept of increasing and preserving biodiversity. That is not just very important to me, but also very central to the CCP”.

Why do you think the CCP is particularly relevant to Detroit? “The CCP is about cultural diversity as much as biodiversity. Detroit is a place born out of diversity. As the auto industry grew, immigrants from all over came here, including African Americans from the South. It was a city that grew from the advantages of diversity, but was later laid low by its challenges. Detroit now is a city with a new lease on life, thanks to the diversity that is already here, and the diversity of the new arrivals, whose numbers are increasing”.

Where do you think Detroit is going? “Like Gary, I don’t know how the city will evolve. No one does. Detroit is in a transitory phase. There are plenty of challenges. We’re starting pilot policies, and we have to be flexible enough to change them if they’re not working. As people move to Detroit from other places, the local community here is feeling invisible and disregarded. Our challenge is to welcome the newcomers without leaving behind the people who made it happen in the first place. We have to be intent on inclusion, intent about the value of the people who are already here. So we’re building the bike and riding it at the same time, so to speak”.

“The city has become a laboratory. One of our challenges is that we have 139 square miles of depopulated city for which we need to find thoughtful, innovative solutions. I think this is something the CCP addresses. It offers us more than an artistic vision. But I’m not the artist – I’m just the advocate. It’s up to the artist and the community to rise to the occasion, and take advantage of the opportunity”. After its near-death experience, Detroit seems to be thriving again. How did the city turn itself around? “I returned about three years ago. Detroit had hit bottom. Then, real estate development in the centre of the city began to accelerate. That, however, was only part of the story. There were also the countless activists in the arts, culture and education who had worked tirelessly to return Detroit to vitality. All of that was coming to fruition”.

“What helped was that there was an existing infrastructure. My parents and grandparents were proud of this place. My generation however – and maybe those around 10 years younger than me – got out of Detroit if they could. But the Millennial generation doesn’t know about Detroit’s wretched history. They never knew it as anything other than what it is now, and they like it. And they’re adding greatly to the vitality of the place. Suddenly, Detroit has become cool again. It’s a place of makers, and the growth is organic, from the grass roots up. It’s Jane Jacobs versus Robert Moses: if this redevelopment only came from the top down, it would fail”.

How does the CCP fit into this? “The CCP is about biodiversity, and so is Detroit. Creating chickens by crossbreeding African, European and American species – that reflects the DNA of this great city”. What kind of impact do you see the CCP having? “Detroit’s narrative has changed. The power of that perception should not be underestimated. It has changed from a place that everyone thought was unfortunate to the place everyone wants to be. Downtown has seen a lot of investment, and lots of young folk are smitten with the city. Detroit attracts people who want to roll up their sleeves and fix things. It’s got a Wild West feeling”.

“And there is hope. Detroit survived bankruptcy. For the first time in decades, it has a plan to succeed. Diversification is part of that plan. In the future, we can never be as over-reliant on the auto industry as we have been. Central to that is the need to embrace new investments that don’t displace the people who brought us to the dance. The idea that everyone is welcome is easy to maintain in hard times, but harder to keep up in good times. The CCP can help us realise this”.

Eastern Market Detroit (VS) © Goele Schoofs

So it’s an evolving urban experiment? “Yes, and no one can define it yet. Wasserman Projects is part of that, as is CCP, Eastern Market, sustainability, Slow Food, and the unconventional, more diversified use of space. It’s exciting”. Kathryn, as a city planner, how do you see a venture as Vanmechelen’s fit into Detroit’s future? “I haven’t seen it yet, and I haven’t met Koen Vanmechelen. But I have met Gary, who introduced me to the project. I didn’t grasp it immediately, but once I did, I thought it had great potential – and it was neat”.

How would you characterise Detroit at the moment? “In a lot of ways, Detroit is at a crossroads right now. One hot topic is vacant land. How should that be repurposed? How does agriculture fit into an urban context? In 2013, we passed an ordinance that facilitates the use of open space for gardens and farms. It wasn’t illegal before, but now it is a recognised land use, for which you can get a permit”. What do you think the CCP can contribute to Detroit? “The CCP asks, What if? Coming to Detroit at this time, it will help us think about ways to introduce animals such as chickens into an urban context, and how that might contribute to food security. And it also takes into account the chickens’ welfare; which dovetails with Detroit’s own policy that stipulates humane treatment of animals”. Would you talk a little about Detroit’s agricultural initiatives? “They come from the community itself. When people started to leave Detroit and the city started to tear down homes, the people who stayed behind saw the abandoned land as a place to grow things, a tradition brought here from the South by African Americans. Coleman A. Young, Detroit’s first black mayor, established the Farm-A-Lot programme in 1974, one of the most effective community agricultural programmes in the country. If the lot next to you was vacant, you could lease the land. As more and more vacant lots appeared, the programme expanded from just farming the next-door lot to the one across the street as well, and so on. In some neighbourhoods, whole blocks turned into farmland. What began as a family endeavour became a community endeavour, with production increasing accordingly”.

Eastern Market Detroit (VS) © Goele Schoofs

Dan, perhaps you could tell me a little about Eastern Market? “Seven years ago, the Eastern Market corporation was set up as an NGO, separate from the city of Detroit. Across the country, many similar neighbourhoods have been converted into boutiques and lofts. We wanted to retain the area’s authenticity as a food district and public market. Our vision was of a communal space where everyone would feel welcome. That vision has been supported by the growing interest in biodiversity over the past several years”.

Visit to the Michigan Building, an abandoned movie theater in Detroit, with Gary Wasserman and Koen Vanmechelen © Goele Schoofs

How do you see the collaboration between artists, Eastern Market and the local communities? “We welcome artists and their creativity. We have art galleries, techno music studios and design studios in the Market and the district – Gary’s gallery among them. We understand that visual and performing arts have a major role to play. But we want to maintain Eastern Market as a working food district with local purveyors and unique products, not with huge national brands. The CCP is comparable. Vanmechelen’s breakthrough hybrid thinking about biodiversity as an art form expands the mind and the imagination. The cross-pollination of 1,400 varieties of chicken yields an amazing number of possibilities. It’s a fantastic actualisation of theories about diversity and inclusion”. Will the CCP breed a Detroit chicken? “That hasn’t been determined yet. But if it does, it could become Detroit’s new mascot”.

Lilly Wei


24

WA MAKE Don Luca

— De taal gans kapot, net als mijn achterlicht maar in de cités knijpt iedereen een oogje dicht De oren gespitst, alle ogen gericht zegt ge iets gans geflipt, wordt het zo opgepikt — Het gaat viraal, check de youtube clicks Hoor ze praten als ons, van As tot in Bree Cité-ratten zijn al jaren op tournee Als ge nu wilt of niet, ze pakken alles mee — … iets uitlenen is voor onbepaalde duur 2 jaar later vindt ge uw materiaal bij uw buur. Vies aan branden, dat betekent overstuur Want ge weet 100 % het passeerde heel de buurt — Filmen aan zien, ge gelooft uw ogen niet als er dingen verdwijnen, want niemand goochelt hier Maar ‘leven is door’, dus laat staan paesa’, laat staan gardash, ja laat staan achoja. Kom een tour in de cités maken, leer een beetje cités praten hier een basis, zo maakt ge geen schade Vragen ze ‘wa make?’ Zegt ge ‘wa make?’ — Vies lekker is goed, maar vies af is beter Op-materiaal wordt niet eens naar gekeken. meh gans fataal, gewoon per-totaal pak uzelf bij de kraag en smijt u in de kanaal. — Iemand bijwerken, niks positief schade maken is iets relatief, garantie, ge hebt het al gehoord als Genk verliest Maar pakken ze de buit, dan zegt ge merchandise! — Op vrijdagavond worden stokken gebakken de geur van lamsvlees bleef goed in de kleren plakken Parfum in de auto, stijl boven alles. zatlappen aan tappen en breken de ballen. Vies aan gaan! — spijt niks? zie moves als de matrix Basic Fit, voor de spiegel, stijl niks? Hmmm hier een kleine basis voor uw tour. Alé, amuseer u, we zien ons! Hou u goed! Kom een tour in de cités maken, leer een beetje cités praten hier een basis, zo maakt ge geen schade Vragen ze ‘wa make?’ Zegt ge ‘wa make?’ Kom een tour in de cités maken, leer een beetje cités praten hier een basis, zo maakt ge geen schade Vragen ze ‘wa make?’ Zegt ge ‘wa make?’

Repetitie met Don Luca, The MoodSquad (Igor Maseroli, Tom Van Acker, Dirk Oliestelder) en B-Classic (Maarten Lingier, Dick van der Harst, Rhonny Ventat, Jef Permentier) voor de lancering van La Biomista op 9 december, 2015.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.