Fragment Dubbelspel - Eline Stiekema

Page 1

Audrey werkt sinds een week als receptioniste en vindt haar nieuwe collega Tim meteen erg leuk. Tim vertelt haar dat hij bezig is met het maken van zijn eigen reality-serie. Audrey hem daar graag bij helpen. Wat ze echter niet weet, is dat Tim en zijn tweelingbroer Bas al bezig zijn met het maken van een echte reality-serie in opdracht van een jongerenomroep. Het is de bedoeling dat ze een meisje laten geloven dat zij één en dezelfde persoon zijn. Tot nu toe heeft Audrey alleen Tim ontmoet. Maar vanavond hebben ze hun eerste echte date en zonder dat Audrey het weet, zal Bas de plaats van Tim innemen. Uiteraard zal alles worden gefilmd. Tim heeft het ondertussen moeilijker met het bedrog dan hij van tevoren had gedacht. Hij merkt dat hij hard zijn best moet doen om niet écht verliefd op Audrey te worden.

"Je hebt een date vanavond," zei Tim zodra hij Bas' kamer binnenkwam. "Over een uur mag je haar met de auto bij haar thuis ophalen." Hij wierp Bas een folder van het drijvende restaurant toe, samen met zijn mobiele telefoon en zijn autosleutel. Bas, die met zijn laptop op zijn bed hing, keek op. "Zo broertje, dat heb je snel geregeld." "Hoe sneller hoe beter, toch? Ik heb wel het idee dat ze me echt leuk vindt. Dus verpest het niet vanavond." Bas keek een beetje twijfelachtig. "Is het niet verstandiger dat jij zelf gaat vanavond? Ze kent je nog maar zo kort." "Daarom juist. Hoe langer ze me kent, hoe groter de kans dat ze het verschil zal zien." Langzaam knikte Bas. "Daar heb je een punt. Ik had vanavond eigenlijk met de jaarclub afgesproken, maar dat zeg ik wel af. Wat trek ik aan?" "Het is best een chique tent, dus een beetje netjes. Maar niet té. Overhemd en een nette spijkerbroek, zoiets." "En de rekening mag van het budget?" "Natuurlijk. Daar is het budget voor. Oh, en vergeet de camera niet." Tim maakte de tas los die hij over zijn schouder had gehangen. "Film zoveel mogelijk," zei hij. "Ze vindt het leuk om gefilmd te worden. Ze stelde het vandaag nota bene zelf voor. Ik denk dat ze zo'n groot fan van reality-tv is, dat ze het fantastisch vindt om eraan mee te werken. En dan ook nog zo'n romantisch restaurant... Het kan fantastische tv worden. Ik vertrouw op je." Hij zag dat Bas hem vorsend aankeek. Hij had een hekel aan die blik. Het betekende dat Bas weer eens door hem heen keek, zoals tweelingbroers dat nou eenmaal konden. "Weet je zeker dat je niet zelf wilt gaan?" Nee, dat wist Tim helemaal niet zeker. Sterker nog: hij wilde maar al te graag zelf gaan. De blik in Audrey's ogen toen het haar duidelijk werd dat hij haar echt mee uit vroeg... Ze vond hem echt leuk en hij vond het nu al vreselijk om haar te moeten bedriegen. Maar dat was precies de reden dat Bas


vanavond moest gaan. Het werd te romantisch allemaal. Het werd hem nu al te heet onder de voeten. Hij mocht niet verliefd op haar worden. En als ze hem vanavond weer zo aankeek als vandaag in de kantine, dan stond hij niet voor zichzelf in. Hij knikte vastberaden. "Ja, jij moet gaan. We moeten de momenten goed verdelen. En jij kunt moeilijk mijn werk voor me gaan doen, dus veel momenten daarbuiten zullen voor jou zijn." Bas grijnsde. "Ik wil best je werk voor je doen. Ik denk alleen dat ik snel door de mand zal vallen.� Tim hoorde het nauwelijks. Hij was te druk met nadenken over welke instructies hij Bas nog moest geven. Vanavond was Bas' vuurproef. Vanavond moest goed gaan. "Je kunt dingen vragen over haar schrijfwerk," zei hij. "Daar vertelt ze graag over. Je moet wel een beetje vissen, anders laat ze niets los. En verder... probeer haar gewoon een beetje te leren kennen. Dat is het. Jullie moeten elkaar leren kennen. Net zo goed als ik haar heb moeten leren kennen. Maar aan het eind van de avond ken jij haar misschien wel beter dan ik. Daarom moet je dus zoveel mogelijk filmen." Bas lachte. "Relax, broertje! Het komt wel goed. Ik pak die dame helemaal in, let maar op."

Audrey zag een blauwe Volkswagen Polo op het parkeerterrein stoppen. Ze stootte Nicky aan. "Volgens mij is dat hem! Hij zei dat hij een blauwe auto had." Nicky keek uit het raam. "Zo zie ik niet veel van hem. Hij moet even uit die auto komen, dan kan ik hem bespioneren." Het volgende moment ging Audrey's telefoon. Op haar display zag ze dat het Tim was. Met haar meest sexy stem nam ze op. Nicky onderdrukte een giechel. "Ik sta bij je voor de deur," zei Tim. "Zeg dat hij uit de auto moet komen!" fluisterde Nicky hard. Audrey lachte zenuwachtig. "Eh... van mijn huisgenootje moet je uit de auto komen." Ze hoorde Tim grinniken. "Maar natuurlijk. Zoals u wenst, mevrouw." Ze zag het portier opengaan. Het volgende moment stond Tim op de parkeerplaats. Met een brede glimlach en uitgestrekte armen draaide hij een rondje. Het leek wel alsof hij nu al genoot van de aandacht. In zijn vrije tijd is hij een stuk uitbundiger dan op kantoor, dacht Audrey. "Wat een lekker ding!" siste Nicky. "Ik ben jaloers! Als jij een keer ziek wordt, doe ik wel alsof ik jou ben, okĂŠ?" "Ben ik goedgekeurd?" vroeg Tim ondertussen. "Ja hoor, helemaal!" antwoordde Audrey lachend. "Wacht even, dan kom ik naar beneden." Ze hing op en griste haar tas van de vloer. "Doei Nick, tot vanavond!" "Ik kan niet wachten op al je verhalen!" zei Nicky glunderend. "Geniet ervan!"


Op het parkeerterrein liep Audrey snel naar de blauwe Volkswagen. Tim was weer achter het stuur gaan zitten. De auto rook naar aftershave. Audrey hield van die geur. Het was haar eerder niet opgevallen dat Tim een geurtje droeg. Maar misschien deed hij dat ook alleen als hij uitging. Ze aarzelde. Moest ze hem een kus geven? Op zijn wang? Of misschien drie kussen? Of misschien gewoon meteen een kus op zijn mond, heel brutaal? Hij nam de beslissing voor haar, leunde naar voren en gaf haar een zachte kus op haar rechterwang, een kus waarvan haar benen slap werden. Het was maar goed dat ze al in de auto zat. "Let's go," zei Tim, en hij startte de auto. "Ik heb er zin in. Ik heb wat recensies gelezen van het restaurant, en die waren supergoed." Audrey knikte. "Ik heb er over gelezen in een tijdschrift. Daarin waren ze ook superenthousiast." Tim draaide aan een schakelaar en Audrey zag het display van de radio oplichten. Het laatste album van The Kooks startte. Hij had dus ook nog een goede muzieksmaak, dacht Audrey, terwijl ze keek hoe bomen en huizen voorbij flitsten. Tim hield de vaart er aardig in. Zelf zou hij het waarschijnlijk een "sportieve rijstijl" noemen. Net toen Audrey zich een beetje op haar gemak begon te voelen in de warme auto, draaide Tim de parkeerplaats van het restaurant op. Het was dichterbij dan Audrey gedacht had. In één beweging parkeerde Tim de auto achteruit in. Audrey floot bewonderend. Met een scheef lachje keek hij haar aan. "Zo moeilijk is dat niet, hoor. Gewoon goed in de spiegels kijken." "Ja ja. Ik wil niet meteen alle cliché's bevestigen, maar..." "Het zijn niet voor niets cliché's." Hij gaf haar een plagend duwtje waar ze het direct warm van kreeg. "Let's go," zei hij weer. "Ik verga van de honger." Ze liepen een steiger op waaraan een houten huisje gebouwd was. Vanaf de steiger was het restaurant al te zien in de verte. Het was versierd met een heleboel kleine lampjes. Audrey kreeg hetzelfde gevoel als wanneer ze vroeger thuiskwam en haar moeder de kerstboom weer had opgezet. "Wat mooi," verzuchtte ze. Het was niet haar bedoeling om te klinken als een dweperige zesjarige, maar zo kwamen haar woorden er wel uit. Tim grinnikte en sloeg - tot haar verbazing - zijn arm om haar heen. Haar hart begon te bonzen. Ze durfde zich bijna niet te bewegen, bang dat hij zijn arm weer zo wegtrekken. Maar hij trok haar alleen maar dichter tegen zich aan terwijl ze naar het houten gebouwtje aan het eind van de steiger liepen. "Ik had gereserveerd op naam van Tim Hofman," zei hij tegen de medewerker achter het glas. "Ik zie het staan," antwoordde die. "Het bootje is voor jullie onderweg. Nog een paar minuutjes geduld." Toen Audrey over het water keek, zag ze inderdaad een klein motorbootje naderen. Ook dit bootje was versierd met kleine lampjes. Ze slaakte een gelukzalige zucht. Ze zaten nog niet eens op het water en de avond was nu al perfect. Tim verstevigde zijn greep nog eens, en wreef liefkozend over haar bovenarm. Ze nestelde zich tegen hem aan. Ze voelde dat hij gespierd was. Dat was haar eerder nog


niet opgevallen. Vanavond leerde ze een heel andere Tim kennen dan degene die het systeembeheer deed op kantoor. Maar dit totaalplaatje maakte dat ze hem alleen maar leuker begon te vinden. Toen het bootje had aangelegd, stapte hij eerst in en stak toen zijn hand uit om haar te helpen. Hij hield haar stevig vast terwijl ze voorzichtig in het wiebelende, vochtige bootje stapte. Ze keek hem aan en zag diezelfde blik als 's middags in de kantine, toen hij haar mee uit had gevraagd. Teder, op een bepaalde manier. Een blik waaraan ze kon zien dat hij haar leuk vond. Ze gingen naast elkaar op een houten bankje zitten. Het was aanzienlijk kouder op het water en Audrey rilde onwillekeurig. "Was dat een hint?" vroeg Tim met een ondeugend lachje. "Wat? O, nee! Ik heb het gewoon koud." "Daar is wel iets aan te doen." Voor ze het wist, had hij zijn beide armen om haar heen geslagen. Ze rook zijn geur en voelde de vlinders door haar buik fladderen. Opeens wist ze niet of ze wel iets zou kunnen eten zo meteen. De man die het bootje bestuurde, grinnikte en maakte een grapje over 'tortelduifjes'. Audrey en Tim reageerden geen van beiden. Audrey genoot van het gevoel van Tims armen om haar heen, zijn heerlijke aftershave, het geluid van het klotsende water en het prachtige uitzicht op het verlichte restaurant, dat steeds dichterbij kwam. Ze vond het jammer toen ze aanlegden en Tim haar weer aan land hielp. "Wat een heer ben jij," zei ze plagend. "Natuurlijk. Alles voor het meisje," zei hij met een knipoog. "Meneer en mevrouw Hofman?" Een serveerster kwam op hen af gelopen. "Deze kant op, alstublieft." Audrey giechelde. Mevrouw Hofman? Toe maar. Dat was ze niet gewend. Ze volgende de serveerster naar een tafeltje in de hoek van het restaurant. Ze keken uit over de haven, die, zag Audrey nu, ook was verlicht met kleine lampjes. Een stukje verderop zag ze een vroege kerstboom met blauwe lichtjes erin. "Wat is het hier prachtig," zei ze, terwijl de serveerster haar jas aannam. De serveerster glimlachte. "Dat horen we wel vaker." Van elke gast waarschijnlijk, dacht Audrey. Ze kon bijna niet geloven dat zij hier echt ging eten. Het leek een plek voor beroemdheden en rijke mensen. Oké, ze had het zelf voorgesteld, maar ze had niet gedacht dat het zó indrukwekkend zou zijn. Toen Tim zijn camera tevoorschijn haalde, realiseerde ze het zich opeens. Misschien wás zij over een tijdje wel een beroemdheid. Dit was in ieder geval een perfecte plek om te filmen, dus dat zou zeker bijdragen. Tim zette het statief klaar en plaatste de camera erop. Het drukte wat knopjes in. "Ik denk dat ik het hele etentje ga filmen," zei hij. "Dan kijk ik later wel welk materiaal leuk is om te gebruiken." Audrey knikte en haalde nog even snel een hand door haar haren. "Prima, hoor," zei ze. "Het zal wel veel werk zijn, of niet?" Tim haalde zijn schouders op. "Het hoort erbij."


Hij paste de zoom van de camera nog wat aan en het volgende moment zag Audrey het rode lampje branden. De serveerster zag het ook en kwam weer naar hen toe. "Mag ik vragen wat hier de bedoeling van is?" "Wij zijn bezig met een reality-serie," zei Tim gewichtig. Audrey moest een giechel onderdrukken. Het klonk wel heel officieel, als hij het zo zei. Het viel haar op dat hij de serveerster indringend aankeek. "Hier is over gebeld, als het goed is." Is over gebeld? Zo klonk het alsof hij er een mannetje voor had. "Ja, we hebben gereserveerd," deed Audrey een duit in het zakje, om het niet te laten lijken alsof zij het poppetje was dat nergens iets vanaf wist. "Toen heb je het gezegd, toch Tim?" Ze wist eigenlijk helemaal niet of hij dat gedaan had, maar zo te horen wel, dus ze kon hem net zo goed back-up geven. "Wie heb je gesproken?" vroeg de serveerster met gefronste wenkbrauwen. "Want ik kan me bijna niet voorstellen dat hier toestemming voor is gegeven." Tim zuchtte. "Ik wil de manager spreken." Zowel Audrey als de serveerster staarde hem stomverbaasd aan. "Toe nou, Tim," zei Audrey voorzichtig. "Vind je dat niet een beetje overdreven? Als we hier niet mogen filmen, dan filmen we toch gewoon niet? Zo belangrijk is het nou ook weer niet." Hij keek haar aan met een felle blik. Ze schrok ervan. "Je begrijpt het niet," zei hij. "Mijn hele toekomst hangt af van dit project. Vanavond heb ik de kans om mooie beelden te maken. Die kans laat ik me niet zomaar ontnemen." "Goed dan," zei de serveerster terwijl ze, net onopvallend genoeg, met haar ogen rolde. "Loop maar mee." "Ik ben zo terug," zei Tim tegen Audrey. Ze knikte. Verbouwereerd ging ze zitten en schonk zichzelf een glas koud water in uit een glazen karaf die op de tafel stond. Peinzend staarde ze naar buiten. Ze had niet gedacht dat het filmen zo belangrijk voor Tim was. Dat hij vond dat zijn hele toekomst ervan afhing. Ze dacht dat hij dit project gewoon deed voor de lol. Nou ja, wel iets serieuzer dan dat misschien, maar z贸 serieus... dat had ze niet verwacht. Ze had het gevoel dat hij in staat zou zijn om weg te gaan als ze hem niet lieten filmen. Ze hoopte met heel haar hart dat het niet zo ver zou hoeven komen. Het was zo prachtig hier en ze had zulke goede recensies gelezen... ze wilden blijven en er hopelijk een romantische avond van maken. Na een paar minuten kwam Tim terug. Hij glimlachte. Dat was alvast een goed teken, dacht Audrey. "Geregeld!" zei hij opgewekt. "Ik had vanmiddag de manager aan de telefoon en ik had hem vast verteld over dit project. Maar hij had niet iedereen ingelicht. Nu is het duidelijk, gelukkig. Ze laten me filmen vanavond." "Mooi zo," zei Audrey opgelucht. "Ik snap sowieso niet waarom ze er zo'n probleem van zouden maken." "Ach, ze zijn niet overal even makkelijk," zei Tim. "Maar nu hebben we het kortgesloten. Laten we de kaart maar eens bekijken."


Terwijl ze zich over het menu boog, probeerde Audrey het ongemakkelijke gevoel dat ze had, te negeren. Maar ze merkte dat ze geen woord opnam van wat ze las. Drie pagina's verder had ze nog steeds geen idee wat dit restaurant precies serveerde. Ze kon niet ontsnappen aan het gevoel dat ze zojuist getuige was geweest van iets vreemds, iets dat niet klopte. Ze had het gevoel dat Tim haar niet de gehele waarheid had verteld. Hij wilde hun maaltijd wel 茅rg graag filmen. En de manier waarop hij haar had verteld dat het was opgelost, had iets geforceerds gehad. Alsof hij zijn opgewektheid een beetje moest aanzetten om het geloofwaardig te houden. Audrey, doe normaal, sprak ze zichzelf streng toe. Er is helemaal niets aan de hand. Je bent gewoon zenuwachtig. Je zit in een fantastisch restaurant met een jongen die je ontzettend leuk vindt maar die eigenlijk een wildvreemde voor je is. Het is nog veel te vroeg om nu conclusies te gaan trekken. Ze voelde Tims hand op haar arm. "Zit er nou niet over in," zei hij, alsof hij haar gedachten kon lezen. Stomverbaasd keek ze op. "Waaruit leid jij af dat ik ergens over in zit?" Hij lachte, weer helemaal zijn charmante zelf. "Dat zie ik aan je. Je trok een pruillipje. Je bent een open boek, Audrey." "Helemaal niet," sputterde ze tegen. Het idee een open boek te zijn trok haar helemaal niet aan. Ze wilde niet dat hij haar gedachten kon lezen. Ze wilde mysterieus zijn. Maar blijkbaar was dat weer eens niet gelukt. "Ik wist gewoon niet dat het filmen z贸 belangrijk voor je was," gaf ze toe. 'Ik denk dat ik een beetje schrok van je reactie. Dat is alles." Hoe kon ze het ongemakkelijke gevoel dat haar zojuist had bekropen, anders onder woorden brengen? "Ik begrijp het," zei hij. "Maar die passie, die hoort nu eenmaal bij mij. Als ik iets in mijn hoofd heb, wil ik het doen. Dan laat ik me door niemand tegenhouden. Vergelijk het maar met... jouw schrijverij. Als iemand tegen jou zou zeggen dat je op een bepaalde plek niet mocht schrijven, of dat je over een bepaald onderwerp niet mocht schrijven, dan zou je dat toch ook niet accepteren?" "Eh... ik denk het niet, nee." Eerlijk gezegd kon ze zich er niet zoveel bij voorstellen. Schrijven vond ze best leuk om te doen en schrijfster zijn, leek haar geweldig. Maar als ze ergens niet zou mogen schrijven? Waarschijnlijk zou ze er dan een cappuccino en een tijdschrift bij pakken en zich op die manier wel weten te vermaken. De serveerster kwam weer naar hen toe. "En hebben jullie een keus kunnen maken?" vroeg ze, nu weer allervriendelijkst. "Zeker," zei Tim, en gedecideerd sloeg hij zijn menukaart dicht. "Voor mij graag een droge witte wijn en de entrecote." "Voor mij hetzelfde," stamelde Audrey, niet in staat om zo snel een eigen beslissing te nemen. Toen de serveerster weg was, pakte Tim Audrey's hand. "Ik wil er een mooie avond van maken, Audrey," zei hij. "Laten we dit kleine akkefietje maar vergeten." Ze glimlachte week naar hem. "Geen probleem. Ik was het al bijna vergeten." "Mooi zo. Want ik wil niet dat er ook maar iets is dat onze avond zou kunnen verpesten."


"Dat is er niet. Kijk maar naar buiten. We zitten hier prachtig. Het eten ruikt heerlijk. Niets staat ons in de weg." Ze slaagde er zowaar in om naar hem te knipogen. Vanuit haar ooghoek zag ze dat het rode lampje van de camera nog steeds brandde. Ondanks alle commotie had de camera continu aangestaan. Tim had wat hij wilde. Alles was gefilmd, ook het gesteggel er omheen. En de minuten waarin Audrey peinzend uit het raam had zitten kijken. Al zou hij die waarschijnlijk niet in zijn serie verwerken, bedacht ze. Tim lachte en gaf een kneepje in haar hand. "Zo mag ik het horen. Zal ik eens iets bekennen?" "Nou?" "Ik vind je geweldig," zei hij met een lachje dat deels brutaal, deels schuchter was. Voor ze goed en wel in de gaten had wat er gebeurde, leunde hij over de tafel en plantte een korte kus op haar lippen.

"Daar heb je het wat te dik aangezet," zei Tim. Hij spoelde een stukje terug en bekeek de kus van Bas en Audrey opnieuw. Hij kreeg er een naar gevoel van in zijn maag. De manier waarop zijn broer naar voren leunde en haar kort en daadkrachtig op de lippen kuste... dat had hij willen doen. Maar dat zou hij niet hebben gedaan. Hij zou langer hebben gewacht, het subtieler hebben gemaakt. Bas haalde zijn schouders op. "Het paste bij de sfeer van de avond," zei hij. "De hele sfeer wees erop dat er een romantische avond voor ons lag. Dat wilde ik absoluut niet verpesten. Ik merkte dat ze dat hele gedoe rondom het filmen nogal raar vond. Je had haar moeten zien kijken terwijl ze deed alsof ze de kaart las. Ze dacht duidelijk: hier klopt helemaal niets van. Dus ik moest haar weer een beetje... afleiden." Tim knikte en rilde bij de gedachte aan de beelden die hij zojuist had gezien, waarin Bas stampij had gemaakt omdat hij niet in het restaurant mocht filmen en Audrey stomverbaasd was achtergebleven, door alle commotie vergeten dat de camera aanstond. Hij had haar gezicht gezien en haar houding, en uit alles bleek dat ze verward en teleurgesteld was. Dat was helemaal niet de bedoeling. Ze mocht zich geen dingen gaan afvragen. Zeker niet nu al. "Maak je maar geen zorgen," zei Bas. "Mijn afleidingsmanoeuvre is geslaagd. De rest van de avond is ze als was in mijn handen. Wacht maar af." Tim vond het niet leuk dat Bas op die manier over Audrey praatte. Het klonk een beetje denigrerend. Maar hij zette zich er overheen en zei er niets van. Dit hoorde nu eenmaal bij Bas. En aangezien hij nog wel even met zijn tweelingbroer zou moeten samenwerken, kon hij hem beter niet te vaak tegen de haren in strijken. Hij zag Audrey achterover leunen en gelukzalig glimlachen. Het was bijna wonderlijk hoe dat ene kusje haar hele humeur leek te hebben veranderd. De serveerster kwam terug met twee glazen witte wijn. Bas en Audrey proostten. "Op een mooie avond."


"Op een mooie avond." Het geluid van twee prijzige glazen die tegen elkaar tikten en een gonzend geluid maakten. "Dit is mooi, dit moet je gebruiken," zei Bas enthousiast. Tim knikte. Hier kon hij inderdaad wel iets mee. Hij zag hoe Bas en slok van zijn wijn nam en naar Audrey toe leunde. "Je hebt me heel nieuwsgierig gemaakt met je verhaal over schrijven," zei hij. "Wil je daar echt niets over vertellen?" "Hier zat je even om een gespreksonderwerp verlegen," zei Tim grinnikend. Bas lachte op precies dezelfde manier. "Inderdaad. Het was echt even zo'n dood moment. Daar wilde ik soepel overheen. Dit leek me de beste manier. Maar echt, ik weet niet of ze de nieuwe Fifty Shades of Grey aan het schrijven is of zo, maar ze zegt er helemaal niks over." Tim zag hoe Audrey glimlachend haar hoofd schudde, net zoals ze had gedaan in de kantine bij FBJ. "Dat brengt ongeluk, hè," zei ze. "Je moet niets vertellen over je kindje voordat het klaar is om de wereld in te gaan." "Je kindje? Noem je het zo?" Ook nu onderdrukte Bas een proestende lach. "O ja, dit. Haar kindje." "Ja, zo noem ik het," antwoordde Audrey in alle ernst. "Een manuscript is een beetje je kindje. Je hebt het zelf gemaakt en je moet er zelf voor zorgen. En het geeft je grijze haren tot het groot is." Wat een lieve vergelijking, dacht Tim. Hij zag dat Bas anders reageerde dan hij zelf zou hebben gedaan. Zijn broer lachte hartelijk en nam nog een grote slok witte wijn. "En schijt je kindje ook iedere paar uur de boel onder?" Gelukkig kon Audrey hier ook om lachen. "Nee, maar soms voelt het wel zo. Alsof het op mijn leven schijt. Dat ik alleen nog maar kan denken aan mijn boek en hoe het nu toch verder moet." "Ik hoor het al, je hebt een zwaar leven." Audrey lachte weer. "Het is niet makkelijk, hoor." "Hier kwamen jullie lekker op gang," zei Tim. Hij hoorde dat de jaloezie duidelijk merkbaar was in zijn stem. Verdomme, hij wilde niet dat het zo duidelijk was. Maar hij had daar willen zitten, en dat wist Bas ook wel natuurlijk. "Ja, hier werd het gezellig," antwoordde Bas, duidelijk tevreden. "Kijk maar hoe hard de wijn gaat. Die van haar gaat nog harder dan die van mij." En ja hoor, daar was de serveerster weer. Audrey's glas werd nog eens bijgevuld, Bas weigerde glimlachend met de mededeling dat hij nog moest rijden, en bestelde een cola. Er werd een mandje met stokbrood en tapenade op tafel gezet. Bas begon direct een broodje voor Audrey te smeren en stopte het in haar mond. Audrey giechelde. "Vertel eens iets over jezelf," zei ze daarna, toen ze haar mond leeg had. "Ik weet alleen maar dat je drie dagen per week het systeembeheer doet bij FBJ en dat je televisiewetenschappen studeert en je eigen reality-serie maakt. Verder weet ik helemaal niets van je."


"O jee, " zei Tim. "Nu wordt het tricky." "O, dat heb ik wel kunnen oplossen hoor," zei Bas zorgeloos. "Let maar op." Tim zag hoe Bas een hap van zijn brood nam en zijn schouders ophaalde. "Het belangrijkste weet je wel, zo te horen." "Ja, maar ik wil meer weten! Bijvoorbeeld eh... heb je broers of zussen?" "Nope. Ik ben enig kind." "Enig kind? Echt waar? Dus jij was vroeger zo'n verwend nest dat de halve Bart Smit voor zijn verjaardag kreeg?" Tim grinnikte. "Ja, en ik kreeg de andere helft." Hij zag hoe Bas moest lachen. "Valt wel mee, hoor. Mijn ouders moesten hard werken. Ik ging veel naar de buitenschoolse opvang." "Dat is in elk geval waar," zei Tim. "En werken je ouders nog steeds?" vroeg Audrey op het scherm. Tot Tims verbazing zag hij hoe Bas zijn hoofd schudde. "Nee. Ze zijn overleden." In één beweging drukte Tim op de pauzeknop. "Wat?!" Verontschuldigend hief Bas zijn handen op. "Ik moest toch iets zeggen." "Ja, maar waarom vertel je haar in godsnaam dat onze ouders dood zijn?! Die mensen zitten straks springlevend naar de tv te kijken en dan zien ze dit! En bovendien, wat als ik Audrey ooit wil meenemen naar de ouders?" Bas staarde hem aan en hij besefte dat hij misschien een beetje was doorgedraafd. "Waarom zou je haar in godsnaam willen meenemen naar huis?" vroeg hij. "Zodat pap en mam lekker kunnen meedoen met liegen? Dat is precies waarom ik heb gezegd dat ze dood zijn. Het voorkomt een heleboel gedoe en vragen." "En het riep zeker geen vragen op." "Point taken. Er volgt nu zeker een kwartier waarin ik vertel over de dood van onze ouders." Zwijgend keek Tim hoe het gesprek op het scherm zich ontvouwde. Audrey's uitdrukking was ronduit geschokt en veranderde langzaam in medelijdend terwijl Bas een heel verhaal opdiste over de toedracht van het ongeluk dat hun beide ouders het leven zou hebben gekost. "Dit heb ik allemaal later gehoord, hè. Ik was er natuurlijk niet bij. Maar mensen die het hebben gezien, zeggen dat het absoluut de schuld van de vrachtwagenchauffeur moet zijn geweest. Die zat gewoon totaal niet op te letten." "Wat vreselijk," zei Audrey hoofdschuddend. "Ik las dat toevallig vandaag nog. Dat vrachtwagenchauffeurs vaak veel te lang doorrijden omdat er te weinig parkeerplekken zijn waar ze kunnen uitrusten. Het is toch afschuwelijk dat zoiets ervoor zorgt dat er doden vallen op de weg." Ernstig knikte Bas. "Ik ben heel lang boos geweest op die chauffeur. Maar dat heb ik losgelaten. Hij is er zelf trouwens ook niet bepaald ongeschonden vanaf gekomen."


"Maar hij leeft nog wel?" "Dat wel, maar ik heb gehoord dat hij niet meer zoveel kan. Hij kan niet meer lopen en niet meer praten. En zeker nooit meer in een vrachtwagen rijden. Dat is waarschijnlijk maar goed ook." Bas lachte grimmig. Er liep een rilling over Tims rug terwijl hij ongelovig naar het scherm staarde. "Wat kun jij acteren. Het lijkt wel alsof je er op het moment zelf in geloofde." "Dat deed ik ook," zei Bas opgewekt. "Dat is de truc, hè. Ik zat helemaal in mijn verhaal." Audrey knikte ernstig. "Wat een eng idee toch hè, dat één foutje, één momentje niet opletten... dat dat zo ontzettend veel impact kan hebben." "Zeg dat wel." "Voor iemand wiens ouders in het verkeer zijn omgekomen, lijk je zelf trouwens niet echt bang in de auto." Heel even zag Tim een moment van schrik over Bas' gezicht flitsen. Audrey was het waarschijnlijk niet opgevallen. Maar hij kende zijn broer. Bas had natuurlijk als een dolle naar het restaurant gereden en niet als nabestaande van slachtoffers van een dodelijk verkeersongeluk. Maar hij herstelde zich snel en schudde ernstig het hoofd. "Ik heb het losgelaten. Ik wil niet de rest van mijn leven hierdoor laten kapotmaken. Bovendien, hoe groot is de kans dat in één familie twee keer zo'n zwaar ongeluk gebeurt? Dat is niet waarschijnlijk." Tim gaf zijn broer een por. "Met jouw rijstijl wel, hoor." Bas negeerde hem en wees naar het scherm. "Let op, nu komt er een goed stukje." Tim zag hoe Audrey haar hand op Bas' arm legde. Ze keek hem diep in de ogen. "Ik vind je ontzettend dapper," zei ze. "Dat meen ik. Als enig kind, en dan zo jong je beide ouders verliezen... hoe oud was je toen het gebeurde?" "Vijftien," zei Bas direct, schijnbaar zonder er over te hoeven nadenken. "Vijftien?!" riep Tim geschokt. "Wat een zieke geest heb jij." "Ja, het moet toch alweer even geleden zijn," verdedigde Bas zich. "Anders lijken we weer zo harteloos omdat we er al zo snel overheen zijn." "Hmm. Daar heb je misschien een punt." "Nou, precies," zei Audrey op het scherm. "Zo jong je ouders verliezen, en dan toch al je dromen najagen... dat vind ik knap, hoor." "Ik moet mijn dromen wel najagen," zei Bas. "Ik doe het voor mijn ouders. Ik hoop dat ze nog ergens zijn, dat ze naar me kijken en trots op me zijn." Tot zijn verbazing zag Tim dat Audrey tranen in haar ogen had.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.