Dichtbij 2013 4

Page 1

dichtbij PersoneelsMAGAZINE Broeders van Liefde

Verschijnt 5 keer per jaar feb - apr - jun - okt - dec 4de jaargang

OKTOBER 2013 | NR. 19

Luckas Moens leert zijn collega’s dezelfde taal te spreken

DOSSIER

Claudia Claes: “De ideale zorgverlener kijkt verder dan zijn eigen expertise”

De toekomst van ons onderwijs Voordelig weekendje Disneyland Parijs of laptops aan stuntprijzen: voor elk wat wils!


inhoud

15

r e v e o r p r o o v De

21 Van alle markten thuis

22 3 Edito 4

Kort - telex

7

Anders bekeken

Rein en Els

8 Vaste stek

Luckas Moens: Pater Luckas

met Medewerkerse juiste het hart op d rt voor plaats, een ha baren de meest kwetschappij. uit onze maats 11

Aleide Sterzcek proefde devoor. Dichtbij al Ze is directiesecretaresse in P.C. Zoete Nood Gods. Als antenne is ze er ook het lokale aanspreekpunt voor Dichtbij.

2 > dichtbij Oktober 2013

Claudia Claes: “Een goede zorgverlener kan goed luisteren”

Kleine zaken tot kunnen leidenen. grote success

26 Etcetera

Kennismaken met nieuwe collega’s

wereld Welkom in de succes! van de BvL en

27 Wedstrijd 28

In beeld

Jonas Trossaert

Familie

15 Dossier

In memoriam Klas stijgt boven zichzelf uit

Aan het woord

14 Dubbelgangers

12 Gespot

22

De toekomst van ons onderwijs

ren Kwaliteit leveren. = mee verande

19 De pionier

Mark Frederickx

20

Toch dichtbij

Een dag uit het leven van een jonge broeder

26


edito

colofon

Wie is? Marnick Seys > Marnick (48) is stafmedewerker organisatiebeleid in O.C. Sint-Idesbald. Hij houdt van actieve buitensporten. Drie jaar geleden fietste hij met pak en zak en enkele vrienden van SintSint-Pietersplein (Gent) naar Sint-Pietersplein (Rome). Een in de marge geraakte passie die hij binnenkort weer wil oppikken is tekenen en schilderen. Hij is de trotse vader van drie zonen.

In woord en beeld naar de essentie Ik geloof in de kracht van woorden en nog meer in de kracht van beelden. Beelden kunnen soms uitdrukken waar tien woorden nog niet in slagen. Woorden en beelden beïnvloeden hoe we denken, hoe we ons gedragen en wat we voelen. Ik trap een open deur in als ik stel dat we allen worden beïnvloed door onze omgeving, maar als we erbij denken dat we diezelfde omgeving voor een stuk ook zelf meebepalen, kan er een interessante wisselwerking ontstaan. Toen we een drietal jaren geleden startten met het formuleren van onze identiteitsverklaring, begonnen we in eerste instantie een zoektocht naar de woorden die de kern aanduiden van het ‘wat en hoe’ van ons werk. We lieten ons onder meer inspireren door een lijst van universele waarden. Al snel bleek dat een strenge selectie zich opdrong. We praatten over fijne nuances tussen woorden en waarden en gingen na hoe bepaalde woorden soms nét niet elkaars synoniem zijn. Ik had toen al het gevoel dat het uitpuren van de betekenis van deze waarden hun bestaan ervan in de praktijk versterkt. Of hoe het louter spreken erover ze meer aanwezig kan maken. De kracht van het woord. In de verdere uitwerking van onze identiteitsverklaring kozen we ervoor om de doelen die we met onze cliënten – maar evengoed met onze medewerkers – hopen te bereiken, te symboliseren en te visualiseren met het model van de Circle of Courage. Vier krachtige woorden (belonging, mastery, independance, generosity*) worden daarbij in een cirkel bijeengebracht. Ongelooflijk hoe deze woorden aan het binnenkomen zijn in Sint-Idesbald en ons bewustzijn aanscherpen over de essentie van ons werk en leven. De meest recente stap in dit hele proces is de ontwikkeling van een nieuw logo en een nieuwe huisstijl. Uitweiden over het wat en waarom van ons nieuw logo zou ons te ver leiden, maar ook hier ervaar ik hetzelfde: het loont om bezig te zijn met het ‘woord’ en ‘beeld’ waarmee je de organisatie probeert te presenteren. Net als een identiteitsverklaring is het nadenken over een logo een oefening die je naar de essentie brengt. Misschien sta ik – vanuit mijn eigen taak in Sint-Idesbald – meer dan een ander stil bij deze zaken, maar ik hoop alvast dat het positieve gevoel dat ikzelf overgehouden heb aan het voorbije proces breed gedeeld wordt. Ik denk het wel! *thuishoren, meesterschap, zelfstandigheid en weldaad

> Heb je zelf een gedachte die je via dit editoriaal wil delen met je collega’s? Neem dan zeker contact op met de redactie: lore.stassen@fracarita.org

Cover: Luckas Moens, Fioretti Foto: Lisa Van Damme Alle medewerkers van de Broeders van Liefde in België ontvangen ‘Dichtbij’ (Vlaanderen) of ‘Approches’ (Wallonië). De Broeders van Liefde zijn een congregatie en organisatie die de begeleiding en de verzorging opneemt voor kinderen, jongeren en volwassenen, in de sectoren onderwijs, verzorgingsinstellingen (geestelijke gezondheidszorg en ouderenzorg), sociale economie, welzijn (orthopedagogische zorg en kinderdagverblijven) en buitengewoon onderwijs.

Redactieraad

Lieven Claeys, Katrien Debreuck, Jan Decoene, Luc de Kezel, Mattias Devriendt, Filip D’Hooghe, Karen Godfrin, Br. Luc Lemmens, Raf Missorten, Annelies Naert (redactiesecretariaat), Veerle Neyt, Jacques Van Daele, Edwin Vercruysse, Liesbet Werbrouck en Wim Wullaert.

Hoofdredacteur en verantwoordelijke uitgever

Raf De Rycke - Stropstraat 119 - 9000 Gent. Dichtbij is een uitgave van de v.z.w. Provincialaat der Broeders van Liefde.

Abonnement

Dichtbij verschijnt 5 keer per jaar en is gratis voor alle medewerkers van de Broeders van Liefde. Wilt u een abonnement? Neem dan contact op met het redactiesecretariaat. Oplage: 12.150 ex.

Redactiesecretariaat

Wie wil meewerken aan Dichtbij neemt het best contact op met het redactiesecretariaat. Lore Stassen, Stropstraat 119, B-9000 Gent T 09 241 19 98, lore.stassen@fracarita.org

Vormgeving

Kliek Creatieve Communicatie

Druk Kartim

www.dichtbijmagazine.be

dichtbij Oktober 2013 > 3


K[o]rt

De Sleutel vult gat in haag De Sleutel

Zuidreis viert

jubileum Jan Decoene

Ook onze collega’s in het Zuiden zijn een nieuw werkjaar gestart en voor de tiende keer biedt Fracarita Belgium je de kans om hen te bezoeken. In welke klassen en in welke omstandigheden moeten leerkrachten er les geven? Wat zijn de werkomstandigheden van psychiatrische verpleegkundigen? Wat betekent een huisbezoek aan een kind met een handicap in Afrika? In welke context leven onze Afrikaanse collega’s en de broeders? Wat doen zij met onze steun? Schrijf je in voor de Zuidreis en ontdek het met je eigen ogen. Reageer voor 16 oktober! > De Zuidreis is een gezamenlijk initiatief van de vzw Provincialaat Broeders van Liefde en de vzw Fracarita Belgium, de NGO voor ontwikkelingssamenwerking van de Broeders van Liefde. Voor alle info, surf naar www.zuidreis.be

“Met een splinternieuw lespakket voor kleuters helpen we kleuterleerkrachten om op een speelse manier de sociale vaardigheden van kleuters te trainen”, vertelt Joke De Kimpe van De Sleutel. Samen met uitgeverij Die Keure Educatief ontwikkelde De Sleutel ‘Het gat in de haag’. Via verhalen en activiteiten leren de kinderen beslissingen te nemen, creatief te denken, te onderhandelen, om te gaan met stress, etc. “Acht kleurrijke groenten met elk hun eigen karakter spelen de hoofdrol in de verhalen”, zegt Joke. “Voor kleuters zijn dit herkenbare figuren waar ze meteen dol op zijn.” > Leerkrachten kunnen zich inschrijven voor een training (www.hetgatindehaag.be) of contact opnemen voor het inplannen van een pedagogische studiedag via preventie@desleutel.be.

Weerwerk langs de Schelde Paul De Neve

Elke werkdag kan je een ploeg van 5 medewerkers van de sociale werkplaats Weerwerk spotten langs de oevers van de Schelde en de Durme. Sinds dit voorjaar ruimen ze er het zwerfvuil op voor Waterwegen en Zeekanaal. Dijken, sluizen, stuwen, veersteigers en openbare loskaden worden door hen van afval ontdaan. “Dit gaat in de regio Gent over tientallen kilometers: beide oevers van de Schelde (Gentbrugge

4 > dichtbij Oktober 2013

> Elke maand ruimen 2 ploegen van Weerwerk 30 kubieke meter zwerfvuil op.

tot Temse) en de Durme (Temse tot Lokeren)”, vertelt Kevin Van De Vijver. “In Antwerpen neemt eveneens een ploeg van vijf medewerkers de oevers van de Schelde onder handen, van Temse tot aan de Nederlandse grens. Elke ploeg ruimt per maand zo’n 30m³ aan zwerfvuil op en laat op die manier dit stukje van de wereld telkens proper achter. En eens we rond zijn, beginnen we gewoon opnieuw!”


Op zoek naar nieuwe collega’s Dienst Communicatie

Geraakt die lege stoel naast je ook maar niet ingevuld? Wacht je ook al een tijdje op die extra collega? Zoek je nog een nieuwe medewerker in je team? Broeders van Liefde heeft daarvoor sinds kort een eigen jobsite! Op www.jobs.broedersvanliefde.be worden voortaan alle vacatures binnen de organisatie gepost. Je kan er online solliciteren en je vindt er getuigenissen van medewerkers en foto’s uit de voorzieningen en scholen. De jobsite wil de schakel zijn in de soms moeilijke zoektocht naar talent. Wie weet verwelkom je dus binnenkort dan toch nog die langverwachte nieuwe collega!

> Help mee zoeken naar nieuwe medewerkers en promoot www.jobs.broedersvanliefde.be bij je vrienden en familie!

Marleen fietst verder Annelies Naert

> Marleen won een fietsendrager voor achter op haar wagen dankzij deze mooie foto.

Marleen Beyns, secretariaatsmedewerker in Sint-Michiel Bovenbouw Leopoldsburg, ging de uitdaging aan en fietste maar liefst beide Broeders van Liefde-fietsroutes. Ze stuurde een mooi fotoverslag in en won daarmee een fietsendrager voor achter op de wagen. “Ik fiets wekelijks op woensdagavond met een groep toffe dames”, vertelt ze. “En soms in het weekend met de echtgenoot en vrienden.” “Vorig schooljaar ben ik mee geweest op

Marleen Beyns

collegiale visitatie in Leopoldsburg. Dat was een fijne ervaring. Van daaruit is mijn nieuwsgierigheid gegroeid om ook eens een beeld te vormen van de andere campussen van de Broeders van Liefde. Wat mij sterk opviel, is dat de psychiatrische centra in Boechout en Beernem supergroot zijn en omgeven door veel groen. In beide centra werden we zeer vriendelijk ontvangen aan het onthaal.” “Ik heb foto’s gemaakt van enkele kunstwerken die je kan terugvinden aan de ingang van enkele domeinen, zoals het spinnenweb in Boechout en de decoratieve blokken aan het Emmaüsinstituut in Aalter. Die foto’s heb ik ondertussen doorgemaild aan enkele collega’s, als idee.” > André Veelaert uit het Sint-Laurensinstituut in Zelzate, Christ’l Verbiest uit P.C. Broeders Alexianen in Boechout en Gudrun Vandenbunder uit O.C. SintIdesbald in Roeselare grepen net naast de hoofdprijs, maar krijgen een Knooppunterpakket toegestuurd. Proficiat!

telex Afscheid Precies 60 jaar nadat de eerste Broeders van Liefde in Roeselare neerstreken en er O.C. Sint-Idesbald oprichtten, verlaten de laatste 2 broeders de Rodenbachstad. Broeder Paul Decocq en broeder Herman Vande Moortel verhuisden naar het kloosterrusthuis in Beernem, waar broeder Herman als overste aangesteld werd. “We houden een warm gevoel over aan ons verblijf tussen de Roeselarenaren. Het zijn hardwerkende mensen, met het hart op de juiste plaats”, zegt broeder Herman.

Maatwerk De Vlaamse regering heeft het maatwerkdecreet voor de hervorming van de sociale economie goedgekeurd. Belangrijkste vernieuwing is dat subsidies niet langer toegekend worden aan bedrijven, maar aan de werknemers. Zij krijgen een rugzakje mee met tegemoetkomingen voor werkgevers die hen in dienst nemen en voldoen aan de tewerkstellingscriteria, of dat nu bedrijven uit de sociale economie dan wel reguliere bedrijven zijn.

Uniek project Op de site van O.C. Engelbewaarder in Aartrijke komt een uniek, integraal woonzorgproject. O.C. Engelbewaarder gaat daarvoor in zee met de sociale huisvestingsmaatschappij VIVENDO, de gemeente Zedelgem en het OCMW Zedelgem. Samen realiseren ze extra huisvesting met een paviljoen voor 30 personen met een beperking, een 10-tal assistentieflats, 20 seniorenflats en 18 wooneenheden voor sociale huisvesting.

dichtbij Oktober 2013 > 5


INTUSSEN OP FACEBOOK

1

Film eens je schoolagenda. 10 klassen uit de 9 secundaire scholen van de organisatie kregen de kans elk een maandthema te ‘vertalen’ naar hun eigen leefwereld. Het resultaat: 10 eigentijdse, verrassende foto’s in de schoolagenda dit jaar! De making of-filmpjes worden elke maand op facebook gepost. Zie ook pag. 12-13! www.facebook.com/ broedersvanliefde

2

Afdeling in de kijker. Elke maand stelt een andere afdeling van P.C. Zoete Nood Gods in Lede zichzelf voor in woord en beeld. Wie zijn ze? Wat doen ze? Wat drijft hen? Zoek naar ‘P.C. Zoete Nood Gods’

8

Lieven Claeys

Zoveel nieuwe aangesloten leden bij de Broeders van Liefde spraken deze zomer in Ronse hun belofte uit. Ze maken nu officieel deel uit van de congregatie. Aangesloten leden zijn mensen die een meer formele band met de congregatie willen aangaan en vanuit de spiritualiteit van de Congregatie Broeders van Liefde willen leven. In België zijn er momenteel een 100-tal aangesloten leden.

> Dit jaar start een nieuwe groep op. Interesse? Mail naar dirk.beirnaert.fc@fracarita.org, jacques.vandaele@fracarita.org of lieven.claeys@fracarita.org

3 scholen en 1 kinderdagverblijf groter Mattias Devriendt

Lisa Van Damme

3

Kristof for ambassador! Collega Kristof Lataire uit K.O.C. Sint-Gregorius in Gentbrugge is officieel zorgambassadeur. Hij promoot de zorgsector en houdt een vinger aan de pols op het werkveld en bij het beleid. Op zijn facebookpagina kan je steeds de laatste nieuwsjes uit de sector terugvinden. Zoek naar ‘Zorgambassadeur Kristof Lataire’

De facebookpagina van Dichtbij vind je door te zoeken op ‘dichtbijmagazine’.

> Met Christophe Cocquyt uit Sint-Vincentius in Nevele hebben we er alvast een enthousiaste collega bij.

De drie basisscholen Sint-Paulus in Hansbeke, Sint-Gerolf in Merendree en Sint-Vincentius in Nevele horen sinds 1 september bij onze organisatie. Daarnaast besliste ook het kinderdagverblijf Kindervreugd in Wachtebeke om haar exploitatie over te dragen aan Broeders van Liefde. “De drie scholen zijn onderdeel van de scholengemeenschap Hakum, waaronder ook het Emmaüsinstituut in Aalter, Sint-Medardus in Ursel en Sint-Franciscus in Knesselare vallen. De samenwerking wordt in de toekomst dus verder verzekerd”, zegt hoofdbegeleider gewoon onderwijs Raf Missorten. Ook de overname van het kinderdagverblijf Kindervreugd biedt kansen. “Zowel de basisscholen als de middelbare scholen Sint-Laurens met verschillende afdelingen in Wachtebeke en Zelzate vallen onder de Broeders van Liefde. Met de overname van dit kinderdagverblijf kunnen we met kinderen een traject gaan van in de crèche tot ze op 18 jaar de volwassen wereld in trekken. Dat is voor iedereen bijzonder waardevol”, zegt Hendrik Delaruelle, sectorverantwoordelijke welzijn en buitengewoon onderwijs. > Reacties van collega’s uit de nieuwe scholen kan je lezen op p. 26. Volgende keer werpen we ook een blik achter de schermen van Kindervreugd in ‘vaste stek’.

6 > dichtbij Oktober 2013


ANDERS BEKEKEN

Rein en Els peilen naar je conditie We zijn er toevallig ingerold. Door het werk hebben we Aktivia leren kennen, de grootste Vlaamse wandelsportfederatie. Zo werden we lid van Wandelclub WSV Beernem. Tot de secretaris ons vroeg om eens een parcours uit te stippelen voor één van de tochten. Sindsdien zijn we parcoursbouwers. Het uittekenen van een parcours is geen sinecure. We moeten rekening houden met tal van factoren. We voorzien verschillende afstanden en lassen controleposten in met een hapje en een drankje. De kortste tochten moeten toegankelijk zijn voor rol- en kinderwagens. De baantjes zijn liefst landelijk en begaanbaar bij regenweer en start en aankomst krijgen onderdak in dezelfde zaal. Vinkenzettingen, wielerwedstrijden of rommelmarkten: we gaan na of ze niet plaatsvinden langs ons parcours. We vragen de toelating bij kasteelheren, boeren en natuurbeheerders om door hun domeinen te trekken. We fietsen de parcoursen af en checken met de fietscomputer of alles klopt. We bepijlen de tocht en

Annelies Naert

nemen de bordjes weer weg. Alles samen zijn we er toch enkele weken zoet mee. Pijlen hangen lijkt eenvoudig, maar is het niet. Met 6 personen hangen we bordjes aan elke mogelijke splitsing en twijfelpunt. Je moet de pijlen voldoende hoog hangen, want er kan steeds een auto voor het paaltje geparkeerd staan waar jij net je pijl gehangen hebt. Kwajongens vinden het ook heel leuk om een pijltje om te draaien. Tof voor die gasten, zeer vervelend voor ons. Er wordt lekker veel gelachen als we aan het uitpijlen zijn. We moeten dikwijls halsbrekende toeren uithalen om een pijl rond een dikke boom te hangen: 4 of 5 grote elastieken aan mekaar hangen en dan met twee de boel rond de boom draperen… erg geestig als er een elastiek knapt. Op internetfora worden de tochten vaak beoordeeld. Als de deelnemers – meestal zeer gedreven en dus veeleisende wandelaars – dan schrijven dat het een prachtige tocht was, geeft dat een geweldig voldaan gevoel.

Maarten Devoldere

I Rein Ringoot (55) is sinds 1979 woonbegeleider in O.C. Br. Ebergiste. Zijn vrouw Els Vyncke (46) kan je sinds 1987 in dezelfde voorziening terugvinden. Ze leerden elkaar kennen op het werk, waar ze samen sportactiviteiten organiseren voor de bewoners. Ze werken mee aan de Special Olympics. dichtbij Oktober 2013 > 7


vaste stek

Luckas Moens

Pater Luckas Verscholen in het groen van Campus De Deyne in Gent ligt Fioretti, de afdeling kinder- en jeugdpsychiatrie van P.C. Dr. Guislain. We passeren een kleine moestuin en bellen aan. Luckas Moens opent de deur van het gebouwtje. “We wilden absoluut een ziekenhuissfeer vermijden”, zegt hij. “Het is belangrijk dat de gasten zich hier thuis voelen. We moeten er wel voor zorgen dat alles stevig is, maar het geheel straalt iets huiselijks uit.” Annelies Naert

Lisa Van Damme

“Ik vind het

belangrijk dat de collega’s nog een leven hebben buiten hun job.”

8 > dichtbij Oktober 2013


A

ls student ging Luckas Moens aan de slag bij De Sleutel in Gent. “Daarna ben ik vertrokken, onder het motto ‘Het is niet omdat je een huis bouwt, dat je er moet in wonen’. Ik heb loopbaanonderbreking genomen en ben ontwikkelingssamenwerking gaan doen in het buitenland: Mali, Spanje, Zambia, Ierland en Liberia. Uiteindelijk rolde ik 10 jaar lang van het ene jongerenproject in het andere, tot mijn neefjes mij ‘pater Luckas’ begonnen te noemen, een signaal om terug te keren naar België.” (lacht) Luckas heeft op verschillende afdelingen in P.C. Dr. Guislain in Gent gewerkt en is sinds twee jaar afdelingshoofd van Fioretti. Hij leidt ons rond. Al snel komen we een meisje van 17 tegen dat ronduit begint te babbelen. Ze toont ons haar kamer en de leefruimtes. Ze vertelt over haar overleden ouders en over haar kinderwens. Ze praat met gemak over hoe ze zelf soms vraagt om de camera in haar kamer aan te zetten omdat ze bang is dat ze ‘stom gaat doen’ of over hoe ook zij af en toe in de rustruimte terecht komt, voor haar eigen goed. Maar met een brede glimlach kondigt ze ook aan dat ze straks alleen mag gaan wonen, of toch een beetje. “Gasten zoals zij zijn instellingen gewoon”, zegt Luckas. “Ze passen zich met gemak aan hun nieuwe omgeving aan. Ze kennen niets anders.” “De problematiek van onze jongeren zit vaak verdoken. De lichte tot matige mentale beperking van die kinderen wordt pas laat ontdekt, net als het feit dat er een psychiatrische stoornis meespeelt. Dat uit zich in hun gedrag – ze zijn agressief of lopen weg – en ze komen bij de verkeerde instanties terecht, omdat het onderliggende probleem niet (h)erkend wordt.”

Klein bloemetje

> Luckas Moens heeft altijd onmogelijke jobs gehad. “Waarschijnlijk spreekt het me aan om die mensen te kunnen steunen die hulp nodig hebben.”

“We werken ook met de ouders en met de context van de jongeren, maar dat loopt niet altijd van een leien dakje. Meestal wordt het kind door de ouders aangezien als ‘probleemkind’. Dan moeten wij hen tot het inzicht brengen dat het ook wel eens met henzelf te maken

Wat is? Fioretti

Fioretti bestaat 11 jaar. Het is een behandelunit voor kinderen en jongeren met een lichte mentale beperking en een psychiatrische stoornis, het enige centrum in Vlaanderen met die specifieke doelgroep. Doorverwijzers zijn voorzieningen binnen de jeugdzorg of binnen het circuit van de geestelijke gezondheidszorg.

11 jaar Fioretti is Italiaans voor ‘kleine bloemetjes’. “Elk kind heeft de potentie om uit te groeien tot iets moois, maar je moet de juiste omgeving en context bieden om dat te kunnen doen. Een bloem is kwetsbaar, net als onze jongeren. Het zijn mensen die altijd begeleiding nodig zullen hebben.”

Fioretti is een afdeling van het P.C. Dr. Guislain. Er zijn twee leefgroepen, voor kinderen (6 tot 12 jaar) en jongeren (12 tot 18 jaar). Een out­ reachteam werkt buiten de muren van de afdeling.

Ebergiste De Deynestraat 2, 9000 Gent.

dichtbij Oktober 2013 > 9


kan hebben. Een ‘normale’ gezinssituatie kom je bij deze kinderen immers zelden tegen. Meestal gaat het om nieuw samengestelde gezinnen in zeer complexe situaties.”

“Ons werk

bevindt zich in de kern van de missie van de Broeders van Liefde.” “Wie in de kinderpsychiatrie iets begint, weet dat het een moeilijk traject kan worden. Dat gaat voor mij over trajecten met de kinderen, maar evengoed ook met het personeel. De collega’s moeten gecoacht, begeleid en bijgestuurd worden. Ik vind het ook belangrijk dat de collega’s nog een leven hebben buiten hun job. Ze moeten de tijd en ruimte krijgen om hun hobby’s uit te oefenen en daar hou ik dan ook rekening mee in de uurroosters. Dat evenwicht is nodig om alert en fris te blijven.”

Teamspirit “Het werk is zeer intensief en complex. Daarom kijken we als team goed hoe we elkaar kunnen ondersteunen en dragen. De teamspirit is zeer sterk. Het is cruciaal dat ik praat met mijn collega’s, dat ik feedback krijg en geef.” De collega’s in Fioretti hebben een eigen kijk op de dingen en dat slaat aan. “We proberen medestander te zijn van het kind, naast het kind te staan en samen op pad te gaan. Dat is een totaal andere houding dan als hulpverlener boven hen te staan en te vragen dat ze doen wat je zegt. De uitdaging is om alle mensen die hier komen werken dezelfde taal te leren spreken. Daar scholen we onszelf continu in bij. Een liefde en passie voor onze doelgroep, een hart voor de kinderen hebben is wat ons typeert. We merken dat

10 > dichtbij Oktober 2013

Wie is?

Luckas Moens > Luckas (43) is psychiatrisch verpleegkundige en psycholoog. Hij werkt als afdelingshoofd in Fioretti, kinderpsychiatrie van P.C. Dr. Guislain in Gent. > Hij speelt al 20 jaar gitaar, maar om fris te blijven is hij vorig jaar begonnen met muziekschool. “Dat is zo een beetje mijn yoga.” > De fiets is voor hem een van de beste uitvindingen. “Toen ik in Gent kwam wonen, heb ik mijn auto verkocht. Sindsdien doe ik alles met de fiets.” > Luckas staat ook in voor de administratie en pr van twee vzw’s in theater en muziektheater: Living Lines en Silence Fini. “Al die dingen houden me tegen om tv te kijken.” (lacht)

de instellingen en scholen waarmee we samenwerken interesse hebben om zich onze behandelmethodes eigen te maken. Sinds een tijdje nodigen we hen uit om onze vormingen bij te wonen. We leren van elkaar en daar plukken we allemaal de vruchten van. We merken bijvoorbeeld dat er minder snel wordt doorverwezen.”

Vader Triest “Ik heb altijd onmogelijke jobs gehad. Waarschijnlijk spreekt het me aan om die mensen te kunnen steunen die hulp nodig hebben, wetende dat ze die begeleiding altijd zullen nodig hebben. Een beetje een Vader Triest-verhaal, zeker? (lacht) Het verhaal van de Broeders van Liefde inspireert me. De keuze voor moeilijke doelgroepen en de vrijheid om daar mee aan de slag te gaan, zijn typerend voor de organisatie. Tegelijk is het een mogelijke valkuil waarvan we ons bewust moeten zijn. Als anderen automatisch de reflex maken om ‘moeilijke gevallen’ naar je instelling te sturen, dan ben je voor een stuk het slachtoffer van je eigen succes. Maar we roeien met de riemen die we hebben. Anderzijds, ons werk bevindt zich in de kern van de missie van de Broeders van Liefde. Onze doelgroep zou anders in de vergetelheid geraken.”

Volgende keer bezoeken we het kinderdagverblijf Kindervreugd in Wachtebeke.

> We kijken als team hoe we elkaar kunnen ondersteunen en dragen”, vertelt Luckas Moens.


in memoriam “Het is ons maar geleend, de vele goede dingen. Ons onbetwistbaar eigendom, zijn de herinneringen.”

Roland Vertriest (1950-2013)

Broeder Albert Melis (1918-2013)

Broeder ‘David’, Jozef Mertens (1924-2013)

Broeder Frans Serroeyen (1927-2013)

De collega’s van het P.C. Dr. Guislain in Gent namen afscheid van Roland Vertriest. Roland werkte er gedurende vele jaren op de afdelingen Sint-Alois en Sint-Paulus, en kon daarna als magazijnmedewerker aan de slag. “Roland, wij herinneren ons jou als een man van weinig woorden maar wel van daden. Als je ergens voor ging, dan was dat onvoorwaardelijk, zelfs vrije tijd wilde je hiervoor opofferen. Je was ook jaren lid van de Guislainband en speelde er volhardend op de drums. We hebben jaren op het personeelsfeest kunnen mee genieten van jouw muzikaal talent. De laatste jaren liet jouw gezondheid het echter afweten en diende je noodgedwongen afscheid nemen van de werkomgeving. We houden je verder vast in onze herinneringen.” Roland is overleden op 11 mei 2013.

Broeder Albert Melis, van wie we afscheid namen op 16 juli, heeft in de congregatie lang dienstbaar mogen zijn. Als jonge broeder bekwaamde hij zich in de verpleegkunde, en hij werd een toegewijde verpleger in Dave en Beernem, tot hij in 1956 in het pas geopende medisch-pedagogisch instituut St.-Idesbald in Roeselare verantwoordelijk werd voor de medische dienst. Ook na zijn pensionering hielp hij graag de broeder die hem ondertussen in zijn functie had vervangen. In 1999 verliet hij Roeselare om nog een aantal jaren rustig te verblijven in Sint-Job-in-’t Goor, tot hij begin 2011 voor verzorging naar ons kloosterrusthuis St.-Arnold in Beernem ging. Broeder Albert was een aangename verteller, en bij ieder bezoek was hij de eerste om allerlei vragen te stellen, dikwijls over het verleden dat hij koesterde.

Broeder David trad als jongeling van 12 jaar in in het juvenaat in St.-Truiden. In 1942 werd hij broeder-onderwijzer. Hij gaf les aan de kleinsten in Merksem en Turnhout en werd directeur in de oefenschool in Zwijnaarde. In 1965 werd hij juvenistenmeester in Sint-Michiels Brugge en overste van de communiteit en later zelfs novicenmeester. Gedurende 1 jaar was Broeder David overste en directeur in Sint-Job in ‘t Goor, waarna hij terugkeerde naar Merksem, waar hij overste en directeur van de lagere school werd. Hij werd het daarna nog even in Aalter, om in 1984 de zorg voor het huis in Leuven op zich te nemen. De laatste jaren mocht hij in Hasselt doorbrengen, waar hij zich ontpopte als een gewaardeerde bezoeker van ouderen en zieken, tot hij zelf voor verzorging naar het rusthuis in Beernem ging. Broeder David is overleden op 6 juni.

30 jaar lang was Broeder Frans Serroeyen een vast begrip in Sint-Job-in-‘t Goor. Hij was er overste en tot 1996 ook algemeen directeur. Voorheen had hij diezelfde opdrachten vervuld in Lummen, in Roeselare en in Gent. Als jonge broeder, pas afgestudeerd als onderwijzer, werd Br. Frans benoemd in Zwijnaarde bij de kinderen met een mentale handicap. Hij specialiseerde zich in het buitengewoon onderwijs en was één van de pioniers van het pas geopende instituut in Roeselare. Als directeur hield Br. Frans eraan zijn medewerkers te kennen. Iedere dag wandelde hij door het instituut, om zijn mensen te ontmoeten, liefst op het werkveld. Als medebroeder en overste toonde hij wie hij werkelijk was: een Broeder van Liefde zonder compromissen. Broeder Frans is overleden op 31 juli.

dichtbij Oktober 2013 > 11


gespot

Klas stijgt boven zichzelf uit Filip Erkens

Hoe zou jij de term ‘zelfbeheersing’ uitbeelden? “Tot rust komen, respect hebben voor lichaam en geest, jezelf ontplooien”, is het rake antwoord van leerkracht Tina Tuysschaever en haar leerlingen uit VISO Cor Mariae in Brakel. En ze stegen boven zichzelf uit... Tien klassen uit de 9 secundaire scholen van onze organisatie kregen de kans om elk 1 maandthema uit te beelden. De resultaten prijken in hun schoolagenda en op de schoolkalenders. Leuke making-of filmpjes worden elke maand gepost op www.facebook.com/broedersvanliefde!

12 > dichtbij Oktober 2013


dichtbij Oktober 2013 > 13


du Bbelgangers Mattias Devriendt Hannes Verstraete

Familie

“De Broeders van

Liefde zijn altijd heel breeddenkend geweest.” > Koen Braems O.C. Broeder Ebergiste, Vurste > Myriam Rommelaere P.C. Sint-Amandus, Beernem > Carina Leemans P.C. Sint-Amandus, Beernem > Willy Van Quaethem P.C. Sint-Amandus, Beernem vlnr

W

ij hebben allemaal dezelfde zorgmicrobe te pakken, we zijn allemaal bij de Broeders van Liefde aan de slag en we hebben allemaal dezelfde basishouding, namelijk dat de persoon voor wie we zorg dragen centraal staat en dat we aandacht moeten hebben voor zijn of haar rechten. Of het nu in het psychiatrisch ziekenhuis of in een orthopedagogisch centrum is, vanuit die patiëntgerichtheid proberen we elk in onze afdeling of leefgroep met veel enthousiasme te werken. Sommigen onder ons werken hier al sinds de jaren ’80 toen patiënten nog in grote slaapzalen sliepen. Ondertussen is er veel veranderd. Mobiele behandelteams, kleine huiselijke leefgroepen, goede infrastructuur: dat biedt kansen, maar het wil niet zeggen dat onze zoektocht naar een menswaardiger en evenwaardig leven voor onze bewoners ten einde is. Integendeel, we moeten blijven zoeken, want de cliënten zijn allemaal verschillend en de context waarin we leven verandert ook voortdurend. Wij zeggen thuis af en toe tegen elkaar “Dat kan toch niet!”. We merken dat het niet altijd eenvoudig is om op maat in te spelen op een vraag van een cliënt.

14 > dichtbij Oktober 2013

“Wij zeggen af en toe

tegen elkaar: Dat kan toch niet!” De verontwaardiging daarover houdt ons wakker en stimuleert ons om creatief na te denken en oplossingen te blijven zoeken samen met de patiënt. De frisse kijk van de zonen of de meer ervaren kijk van de vaders en moeders stimuleren elkaar daarin. Het is fijn dat we daar thuis van gedachten kunnen over wisselen. Vaak beperkt ons contact zich op het werk tot een teken van herkenning of een ‘goedendag’. Vroeger is dat wel anders geweest. Pas getrouwd, mentor en stagiaire, medewerker en baas: we hebben in verschillende relaties tot elkaar gestaan en dat is soms wel eens raar geweest. Maar we zeggen expliciet dat we ons professioneel moeten gedragen tegen elkaar en dat is tot nu toe altijd gelukt. We werken allemaal in voorzieningen van de Broeders van Liefde. De organisatie is altijd heel breeddenkend geweest. Ook de zwaarste doelgroepen krijgen er een plaats. Ze heeft haar katholieke inspiratie ook nooit opgelegd aan individuele personeelsleden. Ze biedt haar medewerkers ruimte voor ‘anders zijn’, voor creativiteit en voor kansen. En dat is uiteindelijk ook wat wij proberen te doen voor onze bewoners.

> Geert Braems P.C. Sint-Amandus, Beernem > Frank Braems P.C. Sint-Amandus, Beernem > Ben Van Quaethem O.C. Sint-Jan de Deo, Handzame > Sofie Braems P.Z. Asster, Sint-Truiden (afwezig wegens op wereldreis) vrnl

> Check www.dichtbijmagazine.be en www.facebook.com/ dichtbijmagazine voor de stamboom van de familie Braems.


DOSSIER

Het onderwijs

van onze kinderen:

waar gaan we naar toe?

Dossier

De uitdagingen voor het onderwijs zijn enorm. Maar geen nood: er ligt een politiek hervormingsplan op tafel! En dat plan zal alles oplossen! Niet dus, het is een veelbesproken plan met voor- en tegenstanders en het is nog maar de vraag of dat plan ooit uitgevoerd zal worden. Dat alles neemt echter de problemen waarmee leraars en leerlingen kampen niet weg. Dichtbij vroeg zich af hoe scholen nu al kunnen omgaan met al die uitda足 gingen? We gingen kijken in enkele scholen van de Broeders van Liefde hoe zij zich via kleine projecten of via grote structurele veranderingen voorbereiden op een nieuw soort onderwijs. Mattias Devriendt

Filip Erkens

dichtbij Oktober 2013 > 15


Wat kan er veranderen? Benjamin Rombaut > Directeur eerste graad Sint-Paulusinstituut, Gent

Astrid Spaey > Pedagogisch directeur SintMichielsinstituut Middenschool en Bovenbouw, Leopoldsburg

1.

Een vlottere overgang van basisnaar secundair onderwijs

Het plan: Een van de belangrijke problemen in het onderwijs is de soms moeilijke overgang van de basis- naar de middelbare school. Vaak zijn beide niet voldoende op elkaar afgestemd, is er te weinig overdracht van informatie over leerlingen, is er te weinig uitdaging in het vijfde of zesde leerjaar, is er een te groot verschil tussen het aantal leerkrachten voor de klas in basis- en secundair onderwijs of weten leerkrachten gewoon niet hoe hun collega’s in het basisonderwijs werken en omgekeerd. Het plan is om die twee meer op elkaar af te stemmen. In de praktijk: > Astrid Spaey: “Onze school biedt kleuter-, lager en middelbaar onderwijs aan. We proberen de overgangen tussen die drie al jaren zo geleidelijk mogelijk te laten verlopen. Hoe we dat doen? Leerlingen van het zesde leerjaar komen regelmatig

kennismaken met de middenschool. Ze nemen deel aan onze middagactiviteiten en aan het startmoment van de vriendschapsweek. Ook het project “Bruggen bouwen met Techniek” is succesvol. Daarbij werken onze vakleerkrachten Techniek met de zesdeklassers via interactieve werkvormen in het vaklokaal van onze middenschool. Wij hebben verticale vakvergaderingen voor wiskunde, Frans en Nederlands. Dat betekent dat leerkrachten Frans uit het middelbaar samen zitten met de leerkrachten van het 6de leerjaar uit het basisonderwijs om de leerlijnen te optimaliseren. We gaan echter nog verder. De leerkrachten van lager en middelbaar gingen een volledige dag bij elkaar op bezoek om elkaar en elkaars werking te leren kennen. We zitten allemaal achter 1 gevel en we kunnen veel van elkaar leren om de werkingen zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen.”

2. Een bredere eerste graad Christine Desmaele > Directeur didactiek en financiën, Visitatie Mariakerke

Katelijn Detand > Algemeen directeur SintLaurensinstituut, Zelzate

16 > dichtbij Oktober 2013

Het plan: In het eerste en tweede middelbaar zitten de leerlingen nu in de eerste plaats samen volgens hun intellectuele capaciteiten. Leerlingen die hoge cijfers halen in het lager onderwijs gaan naar een school waar ze ASO-richtingen kunnen volgen. Leerlingen met een lagere eindscore kiezen voor een school met een BSO- of TSO-profiel. Het plan is om leerlingen samen te zetten volgens hun talenten in een zogenaamde ‘brede eerste graad’. Zo kunnen leerlingen aansluiting vinden op elkaars sterke kanten en leren dat “nobody is perfect, but a team can be”. In de praktijk: > Astrid Spaey: “Ik hoop dat er in een eerste graad (A-stroom) voldoende tijd en middelen zullen zijn om de sterke leerlingen voldoende uit te dagen en leerlingen die het moeilijk hebben extra ondersteuning te geven. Ook de leerlingen die in de B-stroom terechtkomen, hopen wij hun

zelfbeeld en motivatie aan te wakkeren door hen weer ruimte te geven, want ze hebben voortdurend in de lagere school aan het staartje gehangen. Als men daar rekening wil mee houden, zie ik het wel zitten dat een echte positieve studiekeuze pas na de eerste graad komt. Nu worden leerlingen gedwongen om op 12 jaar te kiezen met als gevolg dat ze in de eerste jaren secundair onderwijs soms te vaak, al dan niet noodgedwongen, moeten overschakelen van richting. Dat is op alle vlakken nefast.”

“We willen focussen op de talenten en competenties van leerlingen.”


4.

Een andere manier van evalueren

Het plan: In de toekomst moet het evaluatiesysteem van een puntensysteem evolueren naar een portfolio van competenties, sterktes en zwakten. Het portfolio bevat alle vorderingen, resultaten, talenten, sterktes en zwaktes, extra’s, remediëringen,… en geeft dus een vrij volledig beeld van een leerling op cruciale momenten van studiekeuze of overgang. Werken met een portfolio biedt mogelijkheden om leervorderingen en talenten op regelmatige basis te bespreken en aan de hand van feedback werkpunten bespreekbaar te maken. Bovendien moeten evaluaties en attesten ook voldoende gericht zijn op de aansluiting met het hoger onderwijs en met de arbeidsmarkt.

3. Belangstellingsgebieden in plaats van ASO, BSO en TSO Het plan: BSO en TSO worden vaak ondergewaardeerd door ouders of leerlingen. De overgang van ASO naar TSO of van TSO naar BSO wordt daardoor aangevoeld als een ‘degradatie’. Een leerling ‘zakt’. Die hiërarchie tussen verschillende richtingen en klassen moet plaats maken voor een talent- en leerlinggerichte benadering. De opdeling in ASO, TSO en BSO verdwijnt. In de plaats komen belangstellingsgebieden zoals taal en cultuur, economie en organisatie, wetenschap en techniek, kunst en creatie, welzijn en maatschappij. Daarbinnen is dan plaats voor differentiatie tussen meer theoretische en meer praktisch gerichte leerlingen. In de praktijk: > Katelijn Detand: “Vroeger bestond Sint-Laurens uit een ASO-school en een BSO- en TSO-school. Sinds 3 jaar bestaat die opdeling niet meer. Alle leerlingen, hoe verscheiden ze ook zijn, vallen nu onder 1 korps en 1 directieteam. Vanaf de 2de graad hebben we de school bovendien opgedeeld in 5 belangstellingsgebieden. We willen ons focussen op talenten en competenties van leerlingen. In de praktijk zitten theoretisch gerichte leerlingen natuurlijk niet constant samen met praktisch gerichte leerlingen. Dat maken we heel duidelijk aan de ouders. Het gaat veeleer over projecten waarbij leerlingen van elkaars

sterktes leren. Het onderwerp ‘goniometrische functies’ staat bijvoorbeeld in het leerplan van alle 5de jaren. We brengen de leerlingen van de theoretische richtingen samen met die van elektronica (meer praktische richting) zodat ze kunnen nagaan hoe theorie en toepassing elkaar aanvullen.” > Benjamin Rombaut: “We willen zo vroeg mogelijk het talent van leerlingen detecteren en hen uitdagen om het beste uit zichzelf te halen. Dat zette ons aan het denken over de structuur van onze school. We hebben vier campussen: in Zwijnaarde, Sint-Denijs-Westrem en twee in Gentcentrum. In totaal gaat het om 800 leerlingen. Momenteel bieden we in elke campus verschillende richtingen en verschillende graden aan. Daardoor moeten leerlingen vaak veranderen van campus wanneer ze overstappen naar een nieuwe graad. Als je een proces wil gaan met een leerling moet die leerling ook op dezelfde campus blijven zodat het leerkrachtenteam maximaal met hem of haar kan werken gedurende 6 jaar. In de onderwijsvernieuwing wordt de nadruk gelegd op een brede eerste graad en belangstellingsgebieden in graden 2 en 3. We denken eraan om vanaf de tweede graad per campus richtingen binnen een belangstellingsgebied te organiseren. Zoiets is uiteraard niet van vandaag op morgen gerealiseerd.”

In de praktijk: > Christine Desmaele: “Minister van Onderwijs Pascal Smet liet bij het begin van dit schooljaar nog optekenen dat hij in de toekomst wil bekendmaken in welke mate leerlingen uit een bepaalde school slaagkansen hebben in het hoger onderwijs. Dat schrikt ons niet af, integendeel. We hebben zelf vastgesteld dat onze leerlingen het niet altijd makkelijk hebben in het hoger onderwijs en we willen daar nu al op inspelen. Voor onze derde graad TSO werkten we vroeger met een attituderapport. Dat gaan we afschaffen en vanaf dit schooljaar vervangen door een competentierapport, waarbij bepaalde competenties zoals informatieverwerking geëvalueerd en getraind worden in functie van hoger onderwijs en werkveld. In Office en Retail (hervormde richtingen Kantoor en Verkoop) zullen we competentiegericht werken en evalueren. Leerkrachten moeten samenwerken om bij hun leerlingen een bepaalde competentie te bereiken. Het gaat dus niet zozeer om ‘punten’, maar veeleer om ‘leren’. Zo’n veranderingen zijn altijd stapvoor-stap formules. Het is een groeiproces dat nu al in de hoofden zit en de volgende jaren in de praktijk moet komen. Het is voor ons allemaal een zoektocht naar innovatief organiseren om dat alles mogelijk te maken.” > Astrid Spaey: “Wij maken er werk van om toekomstgericht te delibereren. Dat wil zeggen dat we rekening houden met de keuzes en vaardigheden van die leerlingen. Leerlingen moeten zo kansen krijgen om te groeien. Uit de opvolging van de leerlingenresultaten in het hoger onderwijs blijkt dat onze leerlingen mede daardoor maximale slaagkansen hebben.” dichtbij Oktober 2013 > 17


Waarom moeten we veranderen? Scoorde ons onderwijs niet erg goed in internationale studies? Of gaat het alleen maar goed met onze beste leerlingen? Waarom moet er iets veranderen? > Katelijn Detand: “Achter die hele

onderwijshervorming zit vooral dat leerlingen respect moeten hebben voor elkaar. De dokter zal de elektricien nodig hebben en op een werf moeten ingenieur, werfleider en bouwvakker elkaar begrijpen. Dat respect voor elkaar kan

maar groeien door leerlingen in hun opleiding samen te brengen. De leerlingen hebben eigenlijk weinig of geen problemen met veel veranderingen die we in onze school hebben doorgevoerd. In de Chiro of de sportclub zijn ze het ook gewoon samen te werken. Doordat we leerlingen samenzetten in belangstellingsgebieden verloopt het heroriënteren, bijvoorbeeld van economie naar handel of naar kantoor veel makkelijker en wordt die overgang ook veel minder ervaren

als ‘zakken’. De grootste verandering lag echter bij de leerkrachten. Verandering geeft altijd weerstand. Mensen zijn hun omgeving gewoon en dat veranderen is niet voor iedereen evident. De vroegere ASO en BSO-TSO-school hadden echt twee totaal verschillende culturen. Die laten versmelten, was niet evident. Het merendeel van de leerkrachten voelt zich nu wel goed en momenteel horen wij zeer positieve geluiden.”

Hoe kunnen we veranderen?

Onderwijs

Iets veranderen vraagt moed, visie, evaluatie en begeleiding. Maar bovenal vraagt het engagement van mensen. Hoe kan je jonge en ervaren leerkrachten meekrijgen in een veranderingsproces? > Benjamin Rombaut: “Wie wil

vernieuwen, moet structuren, systemen, cultuur en mensen veranderen. Structuren en systemen veranderen: dat kan allemaal nog vlot verlopen. Cultuur en mensen veranderen, is heel wat moeilijker. In onze school was het vooral de directie die de beslissingen nam en de leerkrachten die het in de praktijk brachten. Een cultuurswitch van zo’n hiërarchie naar zelfsturende teams is echt niet evident. Als je al jaren gewoon bent dezelfde vakken te geven en je moet plots helemaal anders werken, dan vraagt dat heel wat flexibiliteit. We zullen de leerkrachten moeten oproepen tot een grotere betrokkenheid, maar wellicht zullen ze dit niet als extra werkdruk ervaren. De taak van de directie zal er dan vooral in bestaan om de visie van de school te bewaken. Leerkrachten moeten zelf eigenaar zijn van het proces.”

“Veranderingen zijn altijd stap-voor-stap formules.”

18 > dichtbij Oktober 2013

Veel vragen en kanttekeningen…

?

Zal een brede eerste graad zorgen voor een niveauverlaging?

?

?

Zullen praktijkgerichte jongeren door dit systeem meer gewaardeerd worden?

? ?

Zal de onderwijshervorming ooit doorgevoerd worden?

?

Zal de concurrentie tussen scholengroepen in een regio toenemen?

Zullen theoretisch sterke kinderen voldoende uitgedaagd worden? Hoe moeten leerkrachten met al die veranderingen omgaan?

?

Bestaat het gevaar niet dat de begrippen ASO, TSO en BSO wel verdwijnen, maar dat er een nieuwe ordening ontstaat?


de pionier

T

ien jaar geleden waren jongeren

met andere dingen bezig dan vandaag.

Nu spelen ze games, surfen ze op het internet,

hebben ze onbeperkt toegang tot elke vorm van informatie, zitten ze naast elkaar, met elkaar te chatten via Facebook. Ze beschouwen toegang tot het internet als water dat uit de kraan komt. En ouders proberen ondertussen te begrijpen waarom hun kinderen ’s nachts met leeftijdsgenoten uit China online een game aan het spelen zijn. Ik vraag me af: hoe kunnen we sommige jongeren beschermen voor die technologie? Ik liep al langer rond met het idee om ‘iets’ te doen rond game- en internetverslaving. Een jaar geleden kreeg ik van de directie carte blanche om daarrond te experimenteren. Ik vind dat niet evident. Het heeft te maken met vertrouwen, met durf, met kansen geven aan een doelgroep die zich nog volop aan het ontwikkelen is. Uit onderzoek blijkt dat 10% van de jongeren op een niet gezonde manier met internet bezig is. In een zeer beperkte context creëren ze een virtuele identiteit. Een avatar. Een droombeeld. En dat kan verslavend werken.

Avatar

Ik verwacht dat het probleem de komende 5 jaar alleen maar zal toenemen. Als jongeren op de arbeidsmarkt komen, zullen werkgevers ziekteverzuim ervaren door internet- of gameverslaving. Pas op dat moment zal er een maatschappelijke motivatie zijn om dat type verslaving aan te pakken. Nu is er alleen overlast in de huiskamer, omdat er geen gesprek meer mogelijk is, omdat de jongere zich onvoldoende wast of plast in een plastic fles die ergens onder het bureau blijft staan. Of stilte omdat hij zich weer heeft opgesloten met een paar zakken chips en blikjes frisdrank op de slaapkamer. Of onbegrip omdat het kind dat alles zelf niet als een probleem ervaart. Ouders weten niet goed hoe ze met die situatie moeten omgaan. Toen ik hier in het ziekenhuis startte met de behandeling van gameverslaving merkte ik dat de jongeren vooral kwamen onder druk van hun ouders. Maar na een paar sessies haakten ze af. Ik moest mezelf in vraag stellen, het project durven bijsturen, de juiste noden blijven zien. Daarom ga ik me nu richten op de ouders. Ik wil hen handvatten geven om weer te communiceren met hun kind. Om hen te introduceren in een leefwereld waarin ze zelf niet zijn opgegroeid. Opdat er in de stille huiskamer weer een gesprek zou ontstaan. De kist op de foto werd vroeger meegenomen door broeders die op missie gingen in het buitenland. Vandaag staat ze symbool voor hoe medewerkers die missie willen belichamen en uitdragen in hun dagdagelijkse werk. Mattias Devriendt

Filip Erkens

Marc Frederickx werkt als stafmedewerker kinder- en jeugdpsychiatrie in P.K. Broeders Alexianen in Tienen. Hij startte in 2013 met een therapie rond game- en internetverslaving. Zo wil hij inspelen op een groeiende problematiek in de samenleving.

dichtbij Oktober 2013 > 19


toch dichtbij Ergens in Sri Lanka

Hallo. Ik ben broeder Christoph. Sinds januari verblijf ik in Ja-Ela (Colombo) in Sri Lanka. Mijn medebroeder Chamith en ik werken in Nisansala, een school voor kinderen met leerstoornissen en met een fysieke en mentale beperking van 3 tot 24 jaar. Ik werk met de jongeren van 12 tot 24 jaar in de ‘vocational training’. Daar krijgen ze de kans een beroep aan te leren, zoals het weven van tapijten, het maken van beton­klinkers, handborstels en bezems, tuinieren of dierenverzorging. Ik nodig jullie uit om met ons mee te wandelen doorheen een doodnormale, alledaagse dag.

Een dag uit het leven van een jonge broeder 5 uur.

De wekker loopt af en het is tijd om op te staan. Ik verzorg mijn ochtendtoilet en overloop mijn e-mails. Om 6 uur is er het morgen­ gebed, gevolgd door de mis. Om zeven uur kan ik ontbijten. Meestal doe ik dat alleen, omdat mijn medebroeder vroeger begint met werken.

8 uur.

De school start en we begeleiden de 30 jongeren van onze afdeling naar de werkplaats. Sommigen starten met hun ontbijt, anderen ruimen bladeren en geven de planten water. Om half negen komen de jongeren en leerkrachten samen voor het morgengebed aan het beeld van Maria. Enkele jongeren zijn boeddhisten, voor hen is een speciaal gebed voorzien. Daarna worden de taken verdeeld. Om negen uur schieten de jongeren in hun werkkledij en doen we ochtendoefeningen, kwestie van de dag fit te beginnen.

9.30 uur.

De activiteiten starten. Ik ben vandaag verantwoordelijk voor de groep die de handborstels maakt. De eerste

20 > dichtbij Oktober 2013

shift duurt een uur, om 10.30 uur is het tijd voor thee en een koekje, gevolgd door de 2e shift tot aan de middagpauze van 12 uur. Soms eet ik samen met de leerkrachten, soms eet ik in de communiteit. Na de middagpauze begint de namiddagshift. Om 14u gaan de jongeren douchen. Daarna krijgen ze nog een kopje thee en zingen ze het schoollied. Om 15 uur is de school afgelopen en gaat iedereen naar huis. Soms blijf ik na om te praten met enkele leerkrachten en om de dag te evalueren.

16 uur. Ik ga naar de winkel, in-

kopen doen voor ons huis. Tot 18.30 uur heb ik wat vrije tijd, hét moment voor mij om te lezen of om op de computer te werken. Dan komen we samen voor het avondgebed.

19 uur.

Na het avondeten gaat iedereen zijn eigen weg. Ik blijf meestal een uurtje voor de televisie hangen en ga dan naar boven om nog wat bezig te zijn op mijn kamer. Ik lees nog wat of chat via het internet met mijn familie.

21 uur.

Mijn dag zit erop en het is tijd om te gaan slapen en te hopen op een nieuwe morgen. Slaap wel iedereen!

Wie is?

broeder christoph > Broeder Christoph (33) is geboren in Lovendegem, een dorpje dicht bij Gent. Hij houdt van zwemmen, lezen (vooral geschiedenis) en werken in de tuin.


van alle markten thuis

Latitude 3330 aan stuntprijs* € 495 (excl. btw)

€ 896 (excl. btw) opties: - i3-2375M Processor - 4GB (1x4GB), 1600 MHz DDR3L Memory - 3 jaar support bij je thuis op eerstvolgende werkdag

€ 574 (excl. btw)

€ 1046 (excl. btw) opties: - i5-3337U Processor - 4GB (1x4GB), 1600 MHz DDR3L Memory - 3 jaar support bij je thuis op eerstvolgende werkdag

*Dell geeft zelf ook kortingen op hun website. Voor de personeelsactie van Dichtbij worden echter steeds de laagste prijzen gegarandeerd.

Christmas shopping, Londen Wanneer? 14-15 december 2013 Actie? Een scherpe prijs op de Eurostar in combinatie met een scherpe prijs op het verblijf Waar? Holiday Inn London Wembley **** - Londen Voorbeeldprijs: € 169 per volwassene op basis van dubbelkamer + Eurostar (andere gezinssamenstellingen ook mogelijk, check even www.dichtbijmagazine.be) Aanbod geldig tot 15 oktober

Skivakantie Wanneer? 5 tot 12 april 2014 Actie? Reserveren voor 2 volwassenen = 2 kinderen (0-14 jaar) gratis Skipas voor 2 volwassenen kopen = 1 kinderskipas gratis Waar? Hotel Arcadien *** - Skigebied Les Arcs in de Franse Alpen Voorbeeldprijs: € 530 per volwassene in halfpension op basis van familiekamer + 2 kinderen (0-14jaar) Aanbod geldig tot 30 oktober, onder voorbehoud van beschikbaarheid bij de definitieve reservatie.

Latitude 10 (tablet)* € 499 (excl. btw)

€ 637 (excl. btw) opties: - “Win8 touch” ultieme ervaring - Bijkomende beveiliging via technologie “Intel Platform Trust” - Vervangbare batterij - SD-poort voor extra geheugenkaart

Wil je 1 van deze laptops bestellen? Surf naar www.dichtbijmagazine.be. Je vindt er vanaf 1 oktober meer specificaties en contact­ gegevens om de laptop eenvoudig te bestellen. Aanbod geldig vanaf 1 oktober tot 1 januari.

Disneyland Parijs Wanneer? 7 tot 9 februari 2014 Actie? een scherpe prijs + per betalende volwassene verblijft 1 kind (3-11 jaar) gratis. (bv. 2 volwassenen + 2 kinderen tussen 3 en 11: kinderen volledig gratis). Waar? Hotel Cheyenne *** Disneyland Parijs Voorbeeldprijs: 2 volwassen en 2 kinderen (3 - 11 jaar) = € 160 euro per volwassene en de 2 kinderen gratis. (andere gezinssamenstellingen ook mogelijk, check even www.dichtbijmagazine.be) Aanbod geldig tot 19 november 2013 Dichtbij verloot onder de reservaties ook 1 gratis weekend voor 1 gezin!

Hoe kan je een van deze 3 reizen reserveren? Kijk eerst even op www.dichtbijmagazine.be zodat je precies weet hoeveel je zal betalen afhankelijk van het aantal volwassenen en kinderen. Daarna kan je via een eenvoudig mailtje naar bvl@thomascook.be reserveren. Alle praktische info op www.dichtbijmagazine.be

dichtbij Oktober 2013 > 21


AAN HET WOORD Claudia Claes

“Een goede zorgverlener stelt zichzelf op de achtergrond” Claudia Claes is per toeval in de sector welzijn gesukkeld. Ze studeerde filosofie en criminologie en solliciteerde ’eigenlijk onverwacht’ voor een job binnen een project begeleid wonen waar ook O.C. SintGregorius deel van uitmaakte. Ze bleef er plakken en zou de sector niet meer verlaten. “Broeders van Liefde is een dynamische, authentieke en zeer innovatieve organisatie. Ze slaagt erin om haar missie te laten doordringen tot op de werkvloer. Door de transparante manier van werken wordt een echte cohesie gecreëerd en ofwel bevalt je dat ofwel niet. Het is één van de krachten van de organisatie dat ze erin slaagt om duidelijk te maken waarvoor ze staat, tot op alle niveaus.” Annelies Naert

22 > dichtbij Oktober 2013

Mattias Devriendt


T

ien jaar lang werkte Claudia in Gentbrugge, daarna trok ze nog 3 jaar naar De Beweging in Gijzenzele, voor ze ging doctoreren. Vandaag staat ze bekend voor haar onderzoek rond kwaliteit van bestaan en geeft ze les aan de Hogeschool Gent. “Ik ben weggegaan omdat ik een meer academische carrière ambieerde, maar ik ben me altijd heel loyaal blijven voelen ten opzichte van Broeders van Liefde.”

Goeroe dichtbij: Hoe ben je in die academische wereld terechtgekomen? “Als ik op mijn loopbaan terugblik, heb ik drie goeroes gehad. In de betekenis van inspirerende leermeesters, welteverstaan. De eerste was broeder Luc Lemmens (regionale overste van de Broeders van Liefde en lange tijd directeur in O.C. Sint-Gregorius en O.C. De Beweging, nvdr). Hij draagt als geen ander de waarde van onvoorwaardelijk respect en gelijkwaardigheid voor de mensen met wie je werkt uit. Dat gaat vaak over kleine, maar fundamentele dingen. Je laat een bewoner bijvoorbeeld niet een kwartier op het toilet zitten omdat je nog aan een verslag bezig bent. Integendeel, daarvoor laat je alles vallen. Broeder Luc Lemmens brengt kwaliteit van bestaan in de praktijk, zonder grote woorden.” “De tweede was professor Geert Vanhove, de man die me met de paplepel heeft ingegeven dat het allemaal draait om zelfbeschikking en inclusie. En de derde is Bob Schalock, die me het theoretische kader gaf om heel dat gedachtegoed te stroomlijnen.” dichtbij: Kan je uitleggen wat dat precies is, kwaliteit van bestaan? “Kwaliteitsvol leven is voor iedereen anders. Maar je komt wel altijd op dezelfde 8 domeinen uit: zelfbepaling, persoonlijke ontwikkeling, interpersoonlijke relaties, sociale inclusie, rechten en materieel, emotioneel en fysiek welbevinden. Die domeinen zijn universeel, al kan je persoonlijk wel een ander accent leggen. Voor iemand die ziek is, zal fysiek welbevinden de meeste prioriteit hebben, maar dat betekent niet dat de andere domeinen plots niet meer belangrijk zouden zijn.

En iemand van 60 zal een andere invulling geven aan ‘persoonlijke ontwikkeling’ dan iemand van 30.” “De grote uitdaging voor de sector welzijn is dat het gaat om alle 8 domeinen, terwijl we ons in het verleden vooral toespitsten op welbevinden. Vanuit onze zorgbenadering hebben we er altijd voor gezorgd dat cliënten het emotioneel, materieel en fysiek goed hadden. Andere domeinen zijn soms wat naar de achtergrond verschoven, terwijl ik vind dat we er minstens zoveel aandacht moeten aan besteden. Omgevingsfactoren hebben een grote invloed op kwaliteit van leven. Dat de cliënten in de samenleving kunnen wonen en werken, dat er voldoende aangepaste ondersteuning is zodat de kloof tussen wat de omgeving eist en wat de persoon zelf kan, wordt weggewerkt: daar kunnen we het verschil in maken!” dichtbij: Hoe kan een medewerker in een zorgvoorziening die kwaliteit van bestaan bewaken bij cliënten en bewoners? “Kwaliteit van leven is een principe dat doelgroepen overstijgt. Of je nu werkt met ouderen, kinderen binnen onderwijs, volwassen personen met een verstandelijke beperking of mensen met een fysieke beperking. Je moet de persoon centraal zetten. Laat de mensen zelf expert zijn in hun kwaliteit van leven. Dat lijkt heel simpel, tot je het in de praktijk moet omzetten. We zijn als zorgverlener deskundig in een bepaal vakgebied en dat is nodig om de juiste ondersteuning te geven, maar we moeten ons ervan bewust zijn dat we niet deskundig zijn in hoe iemand zijn leven wil uitbouwen. Wij moeten ons ervoor behoeden om de wensen en dromen van de cliënten niet in hun plaats in te vullen. Het komt

erop aan om naar hen te luisteren en hen de gepaste ondersteuning te bieden op het juiste moment en op de juiste manier. En dat zal voor elke cliënt anders zijn.”

Pyjama om 20 uur dichtbij: Hoe ziet de ideale zorgverlener er volgens jou uit? “Dat is iemand die ontzettend goed kan luisteren, zichzelf op de achtergrond stelt en die zijn expertenrol even opzij kan zetten om de kwaliteit van leven te bevragen en te helpen waarmaken op alle 8 domeinen. Iemand ook die verder kan kijken dan zijn eigen expertise. Voor iemand die elke week naar een dagcentrum gaat zonder nog vooruitgang te boeken, kan het belangrijk zijn om daar gewoon te zijn, tussen andere mensen. Op dat moment ben je meer aan emotioneel welbevinden aan het werken dan aan persoonlijke ontwikkeling. Een goede hulpverlener heeft daar oog voor.” dichtbij: Hoe haalbaar is dat voor een organisatie? “Op microniveau gaat het over het opstellen van een ondersteuningsplan dat zeer vraaggestuurd is. Op een hoger niveau betekent dat dat je je organisatiebeleid probeert af te stemmen op die vragen die zich op microniveau voordoen. Dat gaat er bijvoorbeeld om een oplossing te bieden aan de verzuchting van een bewoner die niet graag om 20 uur al in zijn pyjama zit. Sterk inzetten op wat de cliënt nodig heeft om kwaliteit van leven na te streven en daar je organisatiestructuur aan aanpassen, is een van de grote uitdagingen van de sector. En dat betekent dat je heel sterk individueel te werk moet gaan. Het groepswerken staat immers haaks op kwaliteit van leven.”

“Kwaliteit van leven is een principe

dat doelgroepen overstijgt. Of je nu werkt met ouderen, kinderen binnen onderwijs, volwassen personen met een verstandelijke beperking of mensen met een fysieke beperking.” dichtbij Oktober 2013 > 23


“Wij moeten ons ervoor behoeden om

de wensen en dromen van de cliënten niet in hun plaats in te vullen.”

dichtbij: Hoe ruim zie je de doelgroep ‘mensen met een beperking’? “Iedereen heeft in zijn of haar leven ondersteuning nodig, op welke manier dan ook. Als ik moet lesgeven en ik heb een beamer nodig, dan druk ik op 5 verschillende knoppen en ben ik blij dat een informaticus mij ter hulp snelt. Naarmate iemand ouder wordt, heeft hij of zij ook steeds meer ondersteuning nodig. Je kan een beperking definiëren als een kloof tussen wat iemand kan en de eisen van zijn omgeving. Het is echter belangrijker om na te gaan wat iemand wél kan en welke noden hij of zij heeft om zo optimaal mogelijk te functioneren binnen de samenleving. In de zorg moeten we daarvoor meer samenwerken over de grenzen van de verschillende sectoren heen, zodat bekeken kan worden wie het beste geplaatst is om de vraag van de cliënt te beantwoorden. Zo wordt een basisteam gecreëerd rond de cliënt, zeer multidisciplinair en bestaande uit zowel professionele zorgverleners als familie of vrienden. Ik denk dat we daar naartoe moeten.”

24 > dichtbij Oktober 2013

Kleine successen dichtbij: Doet de maatschappij genoeg om ‘mensen met een beperking’ te ondersteunen? “Theoretisch zal niemand nog zeggen dat mensen met een beperking niet dezelfde rechten hebben als anderen, maar in de praktijk blijkt dat nog altijd moeilijk te liggen. Om dat te bereiken, zullen we veel meer moeten samen­werken. Tussen de verschillende sectoren onderling, maar ook naar de overheid toe, gaapt nog altijd een leemte. Terwijl we net economie, tewerkstelling, etc, nodig hebben om dat doel te bereiken. Die mentaliteitswijziging is moeilijk te realiseren en kan enkel vanuit kleine initiatieven, denk ik. In mijn buurt ligt bijvoorbeeld een ontmoetingscentrum voor ouderen. Is het niet haalbaar om die mensen samen te brengen met oudere mensen met een verstandelijke beperking die dezelfde interesses vertonen? Op die manier creëer je kleine successen.”

dichtbij: In welke mate kan het onderwijs daartoe bijdragen? “Los van het feit dat het buitengewoon onderwijs zeker zijn verdiensten heeft, kan inclusief onderwijs een goede basis zijn voor een mentaliteitsverandering in de samenleving. Onderzoek heeft uitgewezen dat de grote meerwaarde van inclusief onderwijs het effect ervan is op de medeleerlingen. Die zijn veel toleranter, omdat ze van jongs af aan gewoon zijn om met kinderen met een beperking om te gaan. Een belangrijke succesfactor voor inclusief onderwijs is de houding van de leerkracht. Als die overtuigd is, dan volgen de leerlingen en de rest vanzelf. Dat heeft veel meer impact dan opgelegde structuren van bovenaf.” dichtbij: Kan dat ook vertaald worden naar de sector geestelijke gezondheidszorg? “Vooral voor verslavingszorg zijn de uitdagingen groter dan in de sector welzijn, omdat zij nog heel sterk vertrekken vanuit het medisch kader. Een succesvolle interventie


Wie is? Claudia Claes

> Claudia Claes (47) is docente aan de Hogeschool Gent. Ze geeft les aan toekomstige bachelors in de orthopedagogie en doet onderzoek rond kwaliteit van leven. Ze is ook coördinator van het onderzoeks­centrum Equal. Ze reist vaak en veel. Azië ligt haar na aan het hart. Claudia probeert een gezond evenwicht na te streven tussen lichaam en geest en leest graag. Deze zomer stonden vooral thrillers op de leeslijst. claudia.claes@hogent.be

is daar dat de cliënt clean is na een bepaalde periode. Er wordt minder aandacht besteed aan het feit dat hij daarna op straat komt te staan zonder huis, zonder vrienden, zonder job. Terwijl fysiek welbevinden de laatste van zijn zorgen zal zijn en hij aan zelfbepaling niet eens zal denken, omdat zijn zelfbeeld te laag is. Dat allemaal weer op de rails krijgen, is een belangrijke uitdaging.” “Maar er zijn ook nog veel vragen onbeantwoord in die sector. Wat doe je bijvoorbeeld met mensen met een verstandelijke beperking die ernstige criminele feiten hebben gepleegd? Los je dat op door ze in de gevangenis te stoppen of kies je veeleer voor de positieve benadering en probeer je een weg te vinden zodat ze hun leven opnieuw vorm kunnen geven? Dat is wel wat omstreden.” dichtbij: Hoe ervaar je, vanuit je eigen achtergrond, het spanningsveld tussen de theorie en de praktijk? “Het is niet moeilijk om mensen

te overtuigen van het theoretische kader. Mensen botsen vooral op praktische obstakels. Zo ben je genoodzaakt om de uurroosters te veranderen als je wil vermijden dat bewoners om 20 uur al in hun pyjama gestoken worden. Maar structureel is dat niet altijd mogelijk. En zo geraken bepaalde domeinen misschien ondergesneeuwd. In een organisatie heb je op cruciale plaatsen mensen nodig die doordrongen zijn van de principes van kwaliteit van leven. Die kunnen vaak de lont aan het vuur steken.” dichtbij: Welk van de 8 domeinen van ‘kwaliteit van leven’ vind jij prioritair in je eigen leven? “Dat verandert naargelang je ouder wordt. Momenteel zijn voor mij persoonlijke ontwikkeling en interpersoonlijke relaties prioritair. Maar ik kan me voorstellen dat fysiek welbevinden sterker op de voorgrond zal komen binnen een jaar of tien.” dichtbij: Waar word jij gelukkig van?

“Van dingen die goed gaan in mijn professionele carrière of met familie en vrienden. Kleine dingen die ik zie evolueren in het ideologische gedachtegoed waar ik voor sta. Of een bejaarde papa met een volwassen zoon met een beperking die me na een voordracht komt zeggen dat ik voor hem het verschil heb gemaakt door wat ik te zeggen had. Daarvoor doe ik het.” dichtbij: Wat zijn voor jou de belangrijkste uitdagingen in de sector welzijn in ons land? “Er moeten nog heel veel stappen gezet worden in het intersectoraal werken. De grootste uitdaging is naar betere en gemakkelijkere samenwerkingsmogelijkheden te gaan tussen verschillende sectoren onderling, waarin de cliënt centraal staat. Op dit moment zitten we echter nog heel sterk in het hokjesdenken gevangen. Persoonsvolgende financiering is daarbij een stap in de goede richting. Het maakt ons als sector alerter om meer vraaggestuurd te gaan werken.” n

dichtbij Oktober 2013 > 25


etcetera Scholen Land van Nevele sluiten aan bij Broeders van Liefde

Nieuwe collega’s: hoop en twijfels…

> Christophe Cocquyt slikte even, maar kreeg al snel een goed gev oel bij de overnamen.

1 september, een magische dag in het onderwijs: vriendjes zien elkaar terug na een lange vakantie, de collega’s vliegen er weer samen in,… Het blijft altijd wel iets bijzonders. Dit jaar was die ‘eerste september’ nog iets specialer voor de scholengroep Land Van Nevele. De drie basisscholen uit Hansbeke, Nevele en Merendree sloten die dag aan bij onze organisatie. Maar waarom overwegen andere scholen en schoolbesturen een dergelijke overstap en welke zorgen brengt dat met zich mee in het werkveld? We gingen het vragen bij onze nieuwe collega’s. Raf Missorten

Lisa Van Damme

> Jan Sierens en Annemie Van Damme kijken de samenwerking hoopvol tegemoet.

26 > dichtbij Oktober 2013

Hoop… Petra Van Vooren (directeur Merendree): Wij willen professioneel werken. Ons vorige bestuur was dat – met alle respect – niet. Het waren de notaris, de dokter, de bankafgevaardigde, de notabelen van het dorp zeg maar, die zich jarenlang vrijwillig voor onze scholen hebben ingezet. We zijn hen daar dankbaar voor, maar eigenlijk hadden ze weinig voeling met het reilen en zeilen in het onderwijs en zodoende slaagden ze er niet meer in om de ontwikkelende onderwijswereld met haar ingewikkelde wetgeving nog bij te benen. Van een professioneel bestuur zoals dat van de Broeders van Liefde mag je meer ondersteuning verwachten en dat is in deze tijden echt nodig.”

“We hopen veel liefde te krijgen en veel liefde te geven.”

Jan Sierens (directeur Hansbeke): “Wij, directeurs kunnen in onze job soms minder professioneel werken dan een onderwijzer dat kan. Het ambt kent immers zoveel facetten dat het bijna onmogelijk is op alle vlakken professioneel te zijn. Ik denk aan infrastructuur, overheidsopdrachten, wetgeving, organisatie,…. Het geeft een veilig gevoel een bestuur achter je te hebben dat op alle vlakken de nodige know how in huis heeft.” “Er was bovendien al een klik vanaf het begin dat ik de organisatie leerde kennen, jaren geleden. Wij zijn een dorpsschool die openstaat voor alle leerlingen en vooral voor leerlingen met speciale zorgen. Ik ben ervan overtuigd dat ieder kind mits de nodige ondersteuning steeds verder kan ontwikkelen op eigen niveau. En laat dit nu net aansluiten bij de visie van Broeders van Liefde.”


wedstrijd Mieke Goyens uit U.P.C . Sint-Kamillus in Bierbeek won onze driedaagse fietsreis van Menen naar Les Deux Caps aan de Franse kust. Proficiat! Verder is een Home Capsule System onderweg naar Michèle Van Caeneghem uit P.Z. Asster in Sint-Truiden en mogen volgende collega’s zich verheugen op het boek “Marcel Vanthilt ‘55”: Rita De Doncker, Stijn Dejonghe, Claudine Declercq, Ingrid Eelen en Luc Nieuwenhuysen. Veel plezier! g

teunin wacht voldoende onders > Petra Van Vooren ver . fde Lie van rs Broede door het bestuur van

… en twijfels. Griet Heyde (eerste leerjaar, Merendree): “We hopen dat ook leerkrachten zullen begeleid worden.” Annemie Van Damme (zorgleerkracht Hansbeke): “Wij weten sinds 26 februari dat we zouden ‘verbroederen’. Wij hopen veel liefde te krijgen en veel liefde te geven.” Christophe Cocquyt (leerkracht Nevele): “Dit was toch eerst even slikken: Oei, gaan we onze eigenheid niet verliezen in zo een grote scholengroep? Na wat uitleg en enkele personeelsvergaderingen verder heb ik er wel een goed gevoel bij. Ik kijk er naar uit om ondersteund te worden in mijn werk.” Lucrèce Mestdagh (leerkracht eerste leerjaar, Hansbeke): “Ik vrees dat we een stukje autonomie zullen verliezen en dat boezemt toch wel wat angst in voor de toekomst. We zijn wat bezorgd of we als leerkrachten nog inspraak zullen krijgen in zo’n grote groep of of het de groep van directies zal zijn die alles volledig bepaalt?” Dirk Heynssens (leerkracht vierde leerjaar, Merendree): “Het geeft een gevoel van onzekerheid. Wat zal dit met zich meebrengen? Komen er veel veranderingen bij kijken?” Christine Degroote (leerkracht zesde leerjaar, Merendree): “Ik stond zelf ooit op een Broederschool in de Ottergemsesteenweg in Gent en tracht de collega’s op hun gemak te stellen. Het valt best mee om voor de organisatie Broeders van Liefde te werken.”

> Onder de naam “HAKUM” vormden de drie lagere scholen van Land van Nevele al een scholengemeenschap met Emmaüs kleuter en lagere school Aalter, Sint-Franciscus Knesselare en Sint-Medardus Ursel. Samen met de secundaire scholen Emmaüs in Aalter werken ze ook samen onder de naam “Op Weg”. Meer info op www.gerolf.op-weg.be, www.paulus.op-weg.be en www.vincentius.op-weg.be.

7PK Blond bier van echte haver? Dat moet het nieuwe Limburgse streekbiertje van De Winning zijn. 7PK is de naam. Het biertje geurt licht moutig en fruitig. De smaak is karaktervol en fris met een aangename hopbitterheid. Het is een zeer lekker bier als aperitief en past goed bij visgerechten en kalfsvlees. Dichtbij geeft 6 flessen van 75 cl weg!

Meer bier! Wat gebeurt er als je de smaken van 2 specialisten samenbrengt? Biersommelier Ben Vinken liet 50 Belgische topbieren proeven aan kaasmeester Michel Van Tricht, die er de gepaste kaas bij zocht. Het resultaat: 50 heerlijke combinaties die de klassieke ‘kaas en wijn-avonden’ doen vergeten. Eén lezer maakt kans op het boek “Vinken en Van Tricht, 50 bier & kaas combinaties”.

Speel mee! Stuur het antwoord op de volgende drie vragen naar lore. stassen@fracarita.org én vermeld je voorkeurprijs + werkplek. Deelnemen kan ook via het wedstrijdformulier op www.dichtbijmagazine.be. 1. Waar werkt Mark Frederickx? 2. Hoe heet het nieuwe kinderdagverblijf binnen onze organisatie? 3. Hoe lang bestaat Fioretti al? Veel succes! Niet gewonnen? Als medewerker van de Broeders van Liefde kan je genieten van tal van personeelsacties. Meer info op pagina 21 of op onze website, www.dichtbijmagazine.be.

dichtbij Oktober 2013 > 27


Sociaal contact spreekt aan Francis Tilborghs

“De sociale contacten, de verschillende uitdagingen en de wisselende uren: daar doe ik het voor!” Jonas Trossaert is 28 jaar en werkt bijna 5 jaar als psychiatrisch verpleegkundige in P.K. Sint-Alexius in Grimbergen. Hij werd gebeten door de GGZ-microbe na zijn eerste stage in het tweede jaar van zijn opleiding in de verpleegkunde.

www.kliek.be ¬ 13-2644

in beeld


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.