Mare, jaargang 35, nr. 6

Page 1

13 oktober 2011 35ste Jaargang • nr. 6

‘Afhaalstamppot was te ingewikkeld’ Pagina 12

Je kunt maar beter trots zijn op dat slangennest in je tuin

Do’s & don’ts voor het ultieme afstudeerlied ‘Denk aan Hazes’

Cabaretier Mike Boddé viel ‘van het wak in de shit’

Pagina 7

Pagina 9

Pagina 11

Vechten voor een magnetron Wie zijn die Chinezen eigenlijk? Chinese studenten zijn meer dan welkom in Leiden. Voelen ze zich ook zo? ‘Voor dat geld mag je dus wel iets betere service verwachten.’ DOOR PETRA MEIJER ‘Het

wonen in Nederland is een test voor mijn survival skills,’ zegt Yingchun Yu. ‘In China ben ik gewend om warm te eten. Koud eten en drinken is slecht voor je gezondheid. Helaas is er in de universiteitsgebouwen nergens plek om eten op te warmen. Het verschil tussen mensen en dieren is dat wij weten hoe we vuur moeten maken. Koud eten moet je maag verwarmen, dat kost te veel energie. Mijn maag is toch geen magnetron?’ Yu belde naar de International Office om te vragen of ze misschien ergens een magnetron konden plaatsen. ‘De vrouw die ik aan de lijn kreeg zei: “Dat koud eten slecht voor je maag is, is jouw mening. Daar kunnen wij je niet mee helpen.”’ Het eten in de kantine vindt hij veel te duur. Daarom gaat hij ’s ochtends niet naar de bibliotheek, zodat hij tussen de middag thuis kan koken. Toch ziet hij er ook de positieve kant van in. ‘In Beijing had ik nooit tijd om te koken, hier moet ik wel. Koken helpt je om het leven beter te leren begrijpen, het is dus ook een goede ervaring.’ Anderen Chinezen kennen het probleem. Xiaoshuang Xia heeft een waterkoker in de kluisjes op het sinologisch instituut gezet. Tussen de middag zoekt hij een rustig plekje met een stopcontact en kookt hij water voor bij zijn rijst. Ook Chinese gastdocenten zouden graag een magnetron hebben, maar omdat het instituut voor een groot deel uit hout bestaat, wordt daar geen toestemming voor gegeven. De Taiwanese Yaxuan Zhang is juist gek op westers eten, vooral pannenkoeken. ‘Maar ik mis de Taiwanese avondmarkt ontzettend, en na-

tuurlijk de bubble milk tea, thee met gummy-achtige balletjes erin. Hier kook ik meestal zelf, en met vrienden organiseren we vaak een potluck. Iedereen brengt een gerecht mee en we delen het eten samen.’ Zhang vindt het jammer dat Nederlandse restaurants zo duur zijn. In Taiwan eet ze elke avond buiten de deur. ‘Ik was verbaasd om te horen dat het ook voor Nederlanders te duur is om elke dag uit eten gaan. Als ik langs de restaurants loop zitten ze altijd vol.’ Niet alleen het eten kost meer geld in Nederland. De Chinezen verbazen zich over de huurprijzen en de kosten van openbaar vervoer. Xia geeft soms kalligrafielessen in een andere stad. ‘Ik krijg 25 euro voor een uur. Een retourtje naar Rotterdam kost echter al bijna 15 euro. Ik begrijp niet hoe Nederlanders daarvan kunnen leven.’ Met de trein gaan de Chinezen dan ook bijna niet. Nederlandse universiteiten zouden dolgraag meer Chinese studenten aantrekken, vanwege het hoge collegegeld dat zij moeten betalen. Naar schatting studeren er drieduizend aan Nederlandse universiteitein. Kost het voor studenten uit de EU €1713 om een jaar in Leiden te studeren, studenten van buiten de EU betalen voor een master al snel meer dan €14.000. De Taiwanese Zhang, Xiao en Zhan schrikken als ze dit horen. Zij zijn hier als uitwisselingsstudent. ‘We betalen het collegegeld dat we normaal in Taiwan betalen. Eigenlijk nog iets minder, want we hoeven enkel het basisbedrag te betalen omdat we in Taiwan momenteel geen lessen volgen.’ Het Taiwanese collegegeld bedraagt daarom ongeveer €1000. Zhang en Zhan hebben bovendien een beurs. ‘Van dat geld kan ik mijn kamer op DUWO ongeveer betalen’, zegt Zhan. > Lees verder op pagina 6

Yingchun Yu (William) over zijn Nederlandse medestudenten: ‘Ze denken niet veel na over hun toekomst en dromen, of is het onbeleefd om dat te zeggen?’ Foto Taco van der Eb

Twee kanshebbers op 100.000 euro

Nederland en Leiden Minder masters bij met stip gestegen sociaal leenstelsel

Betaald parkeren nu ook voor bèta’s

Twee van de drie genomineerden voor de Academische Jaarprijs komen uit Leiden. Op 26 oktober maken ze kans op honderdduizend euro.

De jaarlijkse Times Higher Education ranglijst van beste universiteiten is weer uit. Nederlandse universiteiten staan veel hoger dan verleden jaar.

Twintig procent van de studenten zal geen master volgen als het sociaal leenstelsel er komt, blijkt uit onderzoek van Interstedelijk Studenten Overleg.

Vanaf 1 september moeten ook de bèta’s gaan betalen om te parkeren: 150 euro per jaar. ‘In de binnenstad kan ik het begrijpen, maar hier in de polder niet.’

Pagina 3

Pagina 2 en 4

Pagina 5

Pagina 5

Bandirah Pagina 12


2  Mare · 13 oktober 2011 Geen commentaar

Monsters en metalheads Phil Towle behoort tot de grootste losers uit de rockgeschiedenis. Niet vanwege zijn muzikaliteit, want daarover is eigenlijk niets bekend. Towle maakt geen muziek, maar is zelfbenoemd performance enhancement coach. In die hoedanigheid ‘hielp’ hij onder meer de Amerikaanse rockband Metallica in een heftige midlifecrisis (drank, drugs, dode en ontslagen bandleden) dichter tot elkaar te komen. De genante worstelingen van band en zielenknijper zijn prachtig vastgelegd in de documentaire Some Kind of Monster (2004). Het is verplichte kost voor alle eerstejaars psychologie (en vooruit, vanwege DOOR FRANK PROVOOST

de metalmacho’s ook antropologie). Wie de film heeft gezien – hij staat in zijn geheel op YouTube – kan Metallica nooit meer serieus nemen, en performance enhancement coaches al helemaal niet. Absoluut hoogtepunt is de scène waarin de band zichzelf na twee jaar van slopende conflicten, therapeutische huilbuien en kansloze praatsessies genezen verklaart. Op dat moment begint Towle – ingehuurd voor veertigduizend dollar per maand – zelf voor het eerst te sputteren. Ze zijn nog lang niet klaar! Het echte werk begint juist! Uitgerekend nu moeten ze doorpakken! Uiteindelijk druipt hij af. Niet boos, zoals dat heet in zijn hulpverlenersjargon, maar verdrietig. Van Phil Towle naar Halbe Zijlstra: het lijkt misschien een giant leap, maar het is een small step. Niet omdat Metallica’s Black Album toevallig de favoriet plaat van de bewindsman is (…terwijl iedereen weet dat Kill ’Em All veel beter is, doch dat terzijde). Maar wel omdat de staatssecretaris nog steeds van alle kanten uitstraalt op het verkeerde ministerie te zijn beland. Verdwaald in cultuur en wetenschap, zoals een neppsychotherapeut in een rockstudio. Zijn ambtenaren penden een strategische agenda bij elkaar, Zijlstra leende nog wat steekwoorden uit een oud partijprogramma over zelfredzaamheid zonder subsidie maar vol innovatie en vernieuwing. En dat er geen betutteling (lees: geld) nodig is om de allerbesten te laten winnen. Samengevat: allemaal inleveren en voortaan beter je best doen. Maar, wist zelfs Zijlstra: wetenschappers zijn soms net metalheads. Die moet je tijdens het uitknijpen ook belonen. Vorige week was het zover. Toen verscheen de zoveelste universitaire ranglijst, dit keer van Times Higher Education Supplement. Daarop bleken de Nederlandse universiteiten opeens een stuk hoger te staan, Leiden ging bijvoorbeeld van 124 naar 79. Nu weet iedere kenner: rankings vergelijken appels met peren en dienen vooral om de pr-campagnes van opklimmende middenmotors extra te laten ronken. Maar dit keer werd de stijging ook nog eens veroorzaakt doordat de samenstellers (weer) andere criteria gebruikten dan vorig jaar (zie pagina 4). Desalniettemin: de staatssecretaris sloeg aan. Als een ware knuffelcoach liet hij meteen weten ‘trots op de universiteiten’ te zijn. Het resultaat was ‘volledig verdiend’. En – zoals dat heet in het jargon - hij pullde een Phil. ‘Andere landen zitten niet stil’, waarschuwde hij met de handelsgeest van een therapeut die zijn patiënt te veel ziet opbloeien. ‘Wij kunnen het ons dus niet veroorloven om te verslappen.’ Laten we om niet te verslappen luisteren naar Halbes helden. ‘This is the tongue that whips you down’, schreeuwen ze in hun huilfilm. ‘Some kind of monster. This monster lives.’

Colofon

Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR Leiden Telefoon 071–527 7272 Fax 071–527 7288 Website mareonline.nl E-mail redactie@mare.leidenuniv.nl

De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000

Column

Hoofdredactie

Frank Provoost frank.provoost@mare.leidenuniv.nl Redactie

Harmke Berghuis redactie@mare.leidenuniv.nl Thomas Blondeau redactieleiden@gmail.com Vincent Bongers vbongers@mare.leidenuniv.nl Bart Braun bbraun@mare.leidenuniv.nl Dirk-Jan Zom D.Zom@mare.leidenuniv.nl

Medewerkers

David van Bodegom • Rivke Jaffe • Petra Meijer • DM Sanders • Benjamin Sprecher Secretariaat Harmke Berghuis Fotografie Taco van der Eb • Marc de Haan Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nl Basisontwerp Roeland Segaar, Zabriski Communicatie Art direction en vormgeving Marijke Hoogendoorn • richgirl-design.com Drukwerk Dijkman Offset Amsterdam Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Fax 023 - 571 76 80 Redactieraad

Prof. dr. J.P. Abrahams (voorzitter) • prof. dr. J. van den Broek • I. Bronstring • A. Brouwer • drs. J.C.M. Damen • prof. dr. A.J.W. van der Does • B. van der Donk • J. Egberts • dr. H. Heestermans • prof. dr. J.J.M. van Holsteyn • mr. F.E. Jensma • prof. dr. J.C. de Jong • D. van der Klugt • A. Liemburg• dr. D.J.W. Meijer • R. Nieuwenkamp • drs. R. Rijghard Jaarabonnementen

Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuis­gestuurd krijgen door € 35,- over te maken op bankrekening 10.32.57.950 ten name van Universiteit Leiden inzake Mare. Studenten betalen € 25,-. Zij maken dit bedrag over op bovenstaand bankrekeningnummer onder vermelding van hun studentnummer. Adreswijzigingen

Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn. ISSN 0166-3690

Grootste braindrain ter wereld Via een Iraanse arts kreeg ik een uitnodiging om in Yazd een lezing te geven. Yazd bleek een geheel uit klei opgetrokken woestijnstad op de zijderoute. Ik antwoordde dat ik me zeer vereerd voelde en plakte er met mijn vrouw een week vakantie aan vast. Het land binnenkomen was al een hele tour de force. Uiteindelijk bemachtigden we een visum voor vijf dagen en de belofte dat het ter plaatse te verlengen zou zijn. We vertrokken. Inmiddels ben ik weer heelhuids retour, maar het had niet veel gescheeld of hier had mijn in memoriam gestaan. We keken uit naar ons bezoek. In het vliegtuig wezen we elkaar op de veelbelovende plaatjes in de reisgids. Alles leek goed te gaan, tot drie minuten voor vertrek. Drie agenten droegen met moeite een aan handen en voeten geboeide man aan boord. Hij moest worden uitgezet en schreeuwde alsof hij de meest gruwelijke martelingen onderging. Iemand van de marechaussee verzekerde ons dat ‘ze’ hier in de lucht meestal mee ophielden. De man won de sympathie van de Iraanse reizigers, die vervolgens massaal weigerden om op hun plaats te gaan zitten. Hierdoor kon het vliegtuig niet vertrekken. Na twee uur schreeuwen reden we terug naar de gate waar de man van boord werd gelaten. Eenmaal in de lucht sprak ik met enkele Iraanse passagiers, die allemaal hun telefoonnummer aanboden en benadrukten dat we altijd konden bellen bij problemen. Ontzettend aardig, maar het gaf ook aan hoe waarschijnlijk die problemen waren. Op het congres werden we als vips ontvangen. De organiserende jongen was de zoon van de cardioloog en we kregen de beschikking over zijn auto met chauffeur om de woestijnstad te ontdekken. Autorijden in Iran was een avontuur op zich, een afwisseling van woest optrekken en piepende noodstops. Op de snelweg ontweken we met bijna 160 km per uur enkele mensen die achteruit over de rechterbaan naar hun gemiste afslag reden. Ik verbaasde me, maar even later zouden we die truc zelf ook toepassen. ‘s Avond was er een groot galadiner voor 400 man. Wij zaten aan de eretafel naast de cardioloog,

die het diner overigens uit eigen zak financierde. Toen ik hem vertelde van ons bezoek aan de stad, bood hij aan om de volgende dag een expert van de universiteit mee te sturen. Ik hoefde maar aan te geven wat mijn interesse had. Ik bedankte, hopend dat de hoogleraren wel iets beters te doen hadden dan een paar toeristen rondleiden. Ik sprak die avond met verschillende dokters. Zij spraken enkel in superlatieven over Iran, het mooiste land ter wereld. Ze hadden de oudste steden, hoogste torens, eerste wiskundigen, breedste boulevards en grootste kroonjuwelen. Diezelfde avond echter kreeg ik tientallen vragen over emigratie en visa voor de Verenigde Staten, Duitsland of desnoods zelfs Nederland. Iedereen bleek weg te willen uit het mooiste land ter wereld. Toen ik één van hen hiermee confronteerde bleek Iran ook hierin voorop te lopen; het land had de grootste braindrain ter wereld. Aan het eind van het congres onderging ik zelf een braindrain toen ik een drie uur durende sluitingsceremonie bijwoonde. De ene helft van de zaal werd één voor één onder applaus naar voren geroepen om de andere helft een prijs uit te reiken. Af en toe kreeg ik een por van mijn buurman als ik weer het podium op moest. Na drie uur verlieten we met pijn in onze handen de zaal. Met ons cadeau op schoot, ruim zes kilo mierzoete koekjes, reden we terug naar het vliegveld, dat veertig kilometer buiten de stad lag. We waren er binnen tien minuten. Het vliegveld was omringd door hoge muren waarvan ons niet meer duidelijk was of die de mensen buiten of juist binnen het mooiste land ter wereld moesten houden. Voor we opstegen stuurde ik nog een bericht aan mijn Iraanse vriend die achterbleef. ‘It was great, I wish we could stay longer.’ Binnen drie minuten kreeg ik antwoord. ‘Just scream.’ David van Bodegom Promovendus ouderengeneeskunde en staflid van de Leyden Academy on Vitality and Ageing


13 oktober 2011 · Mare 3 Deze week

Foto Desirée Hagens

‘Er is zoveel onzin in het nieuws’ Leids team maakt kans op een ton voor wetenschapspopularisering Van de drie genomineerden voor Academische Jaarprijs, zijn er twee Leids. Op 26 oktober krijgt het winnende team honderdduizend euro om uit te geven aan de popularisering van hun onderzoek. ANTIBIOTICA GEZOCHT ‘Wij willen mensen laten weten waar antibiotica vandaan komen, waar resistentie tegen antibiotica vandaan komt, en wat we daartegen kunnen doen’, vertelt Gilles van Wezel. Hij is hoogleraar moleculaire biotechnologie aan de bètafaculteit, en hoofd van het team Antibiotica Gezocht. Als zijn team wint, wordt het geld verdeeld over drie fronten. ‘We werken nu al op kleine schaal samen met middelbare scholen:

we geven een practicum waarbij scholieren zelf antibiotica leren zoeken. Als we winnen, gaan we dat stroomlijnen tot een uitdagend practicum voor alle vwo’s. Uiteindelijk moet dat ze motiveren om zelf dit soort onderzoek in te gaan: over zestig jaar zullen er ook nog multiresistente bacteriën zijn om het hoofd te bieden’. Daarnaast zal het antibioticateam twee exposities inrichten. Een tijdelijke in het Leidse Museum Boerhaave, en een permanente in de binnenkort te openen bacteriedierentuin Microzoo van Artis. ‘In Boerhaave zal het gaan over de resistentieproblematiek en de geschiedenis van infectieziekten. Daarin komen ook de moderne problemen aan bod, zoals EHEC (de bacterie die dit voorjaar zestien Europese slachtoffers eistte, red.)’

In Artis kunnen mensen met behulp van moderne microscopen kijken naar micro-organismen die antibiotica uitscheiden. ‘Het zijn hele mooie driedimensionale structuren, waarop je de antibiotica als druppeltjes ziet liggen.’ Schoonheid is echter niet het belangrijkste aspect. ‘Er is zoveel onzin in het nieuws over antibioticaresistentie. Mensen moeten begrijpen wat er staat te gebeuren, en in hoeverre de angst terecht is.’ LEVE DNA Waar het antibioticateam drie plannen heeft, heeft het project Leve DNA onder leiding van LUMC’er Ken Kraaijeveld er veel meer. Iedereen die een idee heeft voor een proef met DNA, mag het opsturen, en de twaalf beste worden

uitgevoerd. ‘We willen mensen zelf laten nadenken over wat er mogelijk is met DNA-technologie. De beste manier om dat te doen, is ze zelf iets te laten verzinnen.’ Op de website van het team zijn de voorstellen verzameld. Welke insecten veeg je na een autoritje van je nummerbord? Zitten er genetische verschillen tussen Lowlands-gangers en de bezoekers van North Sea Jazz? ‘Veel mensen willen dingen doen met eten’, vertelt Kraaijeveld. ‘Het MSC-keurmerk voor duurzame vis kwam in opspraak omdat er vaak een andere vis in de verpakking zit dan erop staat. Met DNA kun je dat bepalen. ‘Verkoopt de halalslager stiekem varkensvlees? Hoe hygiënisch is alles? Je kunt er alle kanten mee op. Mijn vader sprak een boer die zich afvroeg of er ander DNA zit

in biologische melk dan in gewone. Dat lijkt me leuk om een keer uit te zoeken. De ontwikkelingen in de DNA-technologie gaan ontzettend hard. Het wordt elke maand goedkoper om je erfelijk materiaal te laten aflezen. Op korte termijn gaan mensen er ook zelf mee te maken krijgen; in de eerste plaats bij de dokter. ‘Maar mensen hebben weinig idee van wat DNA is, wat ermee kan, wat we straks weten en of we dat ook willen weten. Ons project wil aangeven wat DNA is en hoe leuk het ook kan zijn.’ DOOR BART BRAUN

Behalve de Academische Jaarprijs zelf is er ook nog een publieksprijs te winnen. Stemmen daarop kan bij www.wetenschap24.nl

Frutti di Mare

De tent kost het meest ‘Welkom bij de cursus Slim studeren = geld beheren’, zegt Ilona Geutjes (20), derdejaars criminologie, die voor het halflege klaslokaal in de rechtenfaculteit staat. Geutjes geeft de cursus, maar vandaag is een journalist van TV West en RTV Rijnmond de baas. De cameravrouw staat klaar, en de oudere man, die de overhangende microfoon vasthoudt, ook. Het publiek, drie studenten, wacht rustig af. De journalist van Mare mag er ‘als beeldvulling’ naast zitten. Fleur Nutbey (18), eerstejaars rechten, moet voor de camera doen alsof ze het lokaal binnenkomt. De camera draait. De deurklink gaat omlaag, en blijft dicht. In het slot gevallen. Een zucht van de cameravrouw weerklinkt. ‘Kan iemand even de deur opendoen?’ Gemiddeld hebben studenten aan het eind van hun studie een studieschuld van bijna 15.000 euro, concludeerde het Nibud onlangs. Dus geven studenten als Geutjes cursussen om ze op de risico’s van lenen te wijzen. TV West wil daar een mooi filmpje van maken. Ze komen in ieder geval niet voor zichzelf. ‘Ik hoef niet op te letten,’ grapt de tv-journaliste. ‘Mijn inkomsten zijn toch zo…’ ‘Laag,’ vult de DOOR HARMKE BERGHUIS

man die de microfoon draagt aan. Maar de studenten hebben heel wat te winnen, denkt studenttrainer Geutjes. ‘Ik heb in mijn eerste jaar bijgeleend om op wintersport te kunnen gaan. Als ik de training niet had gevolgd, was ik waarschijnlijk ook gaan bijlenen om ruimer te leven.’ Mede-trainer Manouk Kinders (20), derdejaars rechten en bedrijfswetenschappen: ‘Het is geen ramp om een keer bij te lenen, maar het is niet verstandig om maandelijks een vast bedrag te ontvangen. Je raakt gewend aan die hoeveelheid geld.’ De twee eerstejaars rechtenstudenten Nutbey en Chantal Halsema (18) lenen maximaal bij. Om te minderen op de uitgaven geeft Geutjes tijdens de workshops wat tips. ‘Van te voren een bedrag pinnen zorgt ervoor dat je zicht houdt op wat je uitgeeft. Maak ook afspraken met jezelf over hoeveel je wil uitgeven voor een avondje stappen.’ Nog een goeie: ‘Neem broodjes voor de lunch gewoon van thuis mee.’ Besparing: 840 per jaar. ‘En doe vooral geen boodschappen als je honger hebt.’ Nog iets waar geld te verdienen valt: het invullen van het belastingformulier.

50 miljoen euro blijft er jaarlijks liggen, vertelt Geutjes. ‘De belasting ziet je als fulltime werkend persoon, terwijl studenten veel minder werken.’ De studenten moeten zelf ook een begroting invullen. De eerstejaars rechtenstudenten hebben allebei meer inkomsten dan uitgaven. Dan komt Geutjes langs om iets beter naar de begroting te kijken. De inkomsten blijken geen echte inkomsten, maar geleend geld. ‘Je moet onthouden dat je nu al rente betaalt.’ De uitgaven gaan voornamelijk naar uitgaan en kleding, erkennen Nutbey en Halsema schuldbewust. Halsema verdedigt zich: ‘Onze huur is ook wel heel laag.’ Nutbey betaalt 211 euro per maand en Halsema maar 201 euro. En dus kost de vereniging, ‘de tent’, het meest. Ze hoeven ook echt niet alleen water te drinken, zeggen de studenttrainers daarover. ‘Maar,’ voegt Kinders toe, ‘geld dat je niet hebt, geef dat ook niet uit.’ ‘Perfect,’ zegt de tv-journaliste na de tips. ‘Het staat er op.’ De opnames worden 1 november om 17.30 uur bij TV West en 17.45 uur op RTV Rijnmond in het televisieprogramma 0 - 23 jaar.

Studenten doen hun bierinkopen. ‘Alleen water drinken hoeft niet’, aldus studenttrainers. ‘Maar wat je niet hebt, moet je niet uitgeven.’ Foto HH


4  Mare · 13 oktober 2011 Nieuws

Universiteiten nog steeds voor rechter De inschrijftijd voor juridische masters die in februari van start gaan, is verlengd tot ten minste eind januari. Dit is het gevolg van de strijd tussen de Stichting Collectieve Actie Universiteiten (SCAU) en acht universiteiten. De studenten achter SCAU hebben de universiteiten voor de rechter gesleept vanwege de prijzen van de tweede master. Het vorige kabinet besloot nog maar een bachelor en master te financieren. Wie meer wil, moet het instellingscollegegeld betalen. SCAU vindt de mastertarieven echter veel te hoog en wil dat er duidelijkheid komt over hoe deze worden vastgesteld. Eerdere uitleg van de universiteiten voldeed niet volgens SCAU en dus volgde een gang naar de rechter. Het lukte de advocaten van de universiteiten niet om voor 21 september te reageren op de eisen van de SCAU. Het antwoord moet nu uiterlijk 1 november komen, maar dan zijn de inschrijvingstermijnen bij sommige universiteiten al verstreken. Vandaar de verlenging. Ook de Leidse rechtenopleidingen hebben hun inschrijftermijn verlengd, aldus universiteitswoordvoerder Caroline van Overbeeke. ‘Maar dat heeft geen gevolgen. De opleidingen weten eigenlijk altijd pas heel laat hoeveel studenten er precies komen.’

Tegemoetkoming voor ondernemer Bijverdiengrens wel nog van kracht voor bijklusser Studenten die in het laatste jaar van hun opleiding met de winst van een eigen bedrijf boven de bijverdiengrens van de studiefinanciering uitkomen, krijgen niet langer een pittige naheffing. Dat hebben minister van Economische Zaken, Maxime Verhagen, en staatssecretaris voor Hoger Onderwijs, Halbe Zijlstra, besloten. In een brief aan de Tweede Kamer schrijven de bewindslieden dat ‘regels van de overheid ondernemende studenten soms in de weg zitten.’ Het ontmoedigt ook DOOR VINCENT BONGERS

de drang tot ondernemen. Iets wat de ministeries willen voorkomen. Zijlstra en Verhagen vinden het vervelend dat succesvolle ondernemers hun gemaakte winst weer terug moeten storten aan de Dienst Uitvoering Onderwijs. Ook betalen overschrijders de kosten van het onrechtmatig gebruiken van de OV-kaart. Voor 2011 ligt de bijverdiengrens overigens op € 13.215,83 bruto. Verhagen gaat de grens zo inrichten dat deze ‘niet meer nadelig werkt voor studenten die tijdens of meteen na hun studie een eigen bedrijf beginnen.’ De minister telt dan ook de winst uit de onderneming in het jaar

van afstuderen niet langer mee. Het gaat het kabinet nadrukkelijk om studenten die een eigen bedrijf hebben. Studenten die bijvoorbeeld ergens achter de bar staan en boven de grens uitkomen, moeten gewoon betalen. Volgens de ministeries profiteren ruim 1.100 ondernemers van de soepelere regels. Het kabinet wil verder dat universiteiten flexibeler omgaan met studenten die een bedrijfje opstarten. Zo kan er wel gesleuteld worden aan de aanwezigheidsplicht voor ondernemers en moet onderwijs en ondernemen meer aan elkaar gekoppeld worden.

Nederland stijgt op Times-ranglijst De jaarlijkse Times Higher Education ranglijst van beste universiteiten is weer uit. Nederlandse universiteiten staan veel hoger dan verleden jaar. Dat lijkt op het eerste gezicht opmerkelijk, omdat het er in Nederland niet heel anders aan toe gaat dan het jaar ervoor. De oorzaak zit hem erin dat de opstellers van de ranglijst – net als het jaar ervoor – de criteria waarmee ze de top 200 bepalen om hebben gegooid. Ondanks alle verwarring geldt de lijst samen met de Shanghai Ranking van Jiaotong University als een van de belangrijkste indicatoren van wat een universiteit voorstelt. Ook lijkt de positie daadwerkelijk een rol te spelen bij het aantrekken van buitenlandse studenten. Wat dat betreft, is de stijging van Nederlandse universiteiten dus goed nieuws. Sterker nog: na Groot-Brittannië en de VS is het het land met de meeste universiteiten in de top-200. Van alle Nederlandse universiteiten staat de Universiteit Utrecht het hoogste, op de 68ste plaats. Leiden staat dit jaar op nummer 79. BB

Excellent krijgt geld De Tweede Kamer heeft vorige week een motie van de VVD aangenomen waarin staatssecretaris van hoger onderwijs, Halbe Zijlstra, wordt opgeroepen een deel van de universiteitsfinanciering te koppelen aan accreditatie. Nu worden universiteiten vooral betaald naar de hoeveelheid studenten die ze binnenhalen. Zijlstra had al besloten zeven procent van het hoger onderwijs budget te reserveren voor goed presterende studies. De staatssecretaris had echter nog geen concrete plannen over hoe hij de prestaties ging meten. Zijn eigen partij helpt hem nu een handje. De VVD wil dat het geld gaat naar studies die door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie als ‘goed’ of ‘excellent’ worden bestempeld.

Niet blij Universiteitenvereniging VSNU, de HBO-Raad en subsidieverstrekker NWO zijn niet blij met de belastingplannen van het kabinet. Den Haag wil namelijk de zogeheten 30 procent regeling voor buitenlands wetenschappelijk personeel versoberen. Buitenlandse werknemers die onder deze regeling vallen, hoeven slechts over 70 procent van hun inkomen belasting te betalen. Deze regeling was door het vorige kabinet opgesteld om meer toptalent naar Nederland te lokken. Met het belastingvoordeel kon het salarisniveau ten opzichte van andere landen en onderzoeksbanen in het bedrijfsleven opgekrikt worden. In het nieuwe belastingplan zijn de criteria voor de regeling zo verscherpt dat een veel kleiner deel van de buitenlandse werknemers onder de regeling valt. Daarmee wordt de nieuwe 30 procent regeling voor wetenschappelijk toptalent een wassen neus, vinden de organisaties. Zij willen dat de Tweede Kamer het kabinet vraagt de oude regeling in stand te houden.

Verwerpelijk Staatssecretaris voor het hoger onderwijs, Halbe Zijlstra, vindt de handel in scripties ‘verwerpelijk en onacceptabel’ maar wil het openbaar ministerie niet inzetten om bedrijfjes aan te pakken die scripties verkopen. Dat blijkt uit zijn antwoorden op Kamervragen die de PvdA had gesteld. Zijlstra wil zich nog niet met de fraude gaan bemoeien. Dat is aan de examencommissies, vindt hij.

Moet ik ook naar DWDD?

Het Rathenau Instituut, een onafhankelijk adviesorgaan van het ministerie van Onderwijs, heeft een relevantiewijzer ontworpen waarin onderzoekers kunnen ontdekken hoe valorisatie, het waardevol maken of benutten van wetenschappelijke kennis, bij hen past. Barend van der Meulen van het Rathenau Instituut, waarom hebben jullie deze relevantiewijzer ontworpen? ‘In beleidsstukken wordt vaker over valorisatie gesproken in

het kader van geld verdienen. Wij willen laten zien dat er veel meer manieren zijn om te valoriseren. Je kunt denken aan het gebruik van kennis van wetenschappers van geesteswetenschappen in musea, sociaal wetenschappers die advies geven over stadsontwikkeling, of kennis van bouwkundigen om vernieuwend te kunnen bouwen.’

In de relevantiewijzer komen verschillende voorbeelden van valorisatie naar voren: een workshop geven bij een bedrijf, het schrijven

van een opiniestuk, aanschuiven bij De Wereld Draait Door. Houden wetenschappers nog wel tijd over voor onderzoek? ‘Dat zijn precies de vragen die we los willen maken met deze relevantiewijzer. Welke kennis wil je graag overbrengen? Welke vorm past bij je? Kun je zelf initiatief nemen hoeveel tijd je daaraan wilt besteden. Dat ligt niet bij de staatssecretaris, die daar dan regels voor opstelt. Dat ligt bij de onderzoekers, op de werkvloer.’ Is valorisatie voor wetenschappers

belangrijker geworden? ‘Ja, al is het een discussie die al jaren loopt. Aan de ene kant is er de roep vanuit de samenleving dat wetenschap iets op moet leveren. Er zijn genoeg maatschappelijke sectoren te noemen die belang hebben bij wetenschappelijke kennis, die kunnen niet zonder. Maar je kunt niet zeggen: “Het levert wel wat op, maar dat duurt nog twintig jaar.”’ DJZ Doe de Relevantiewijzer op www.rathenau.nl/relevantiewijzer


13 oktober 2011 · Mare 5 Meneer de Professor

Nieuws

Multidimensionaliteitstraining Deze week ben ik in gesprek gegaan met de opleiding biologie. Naast de viola d’amore heb ik namelijk van kindsbeen af nog een hobby: het biologisch-dynamisch tuinieren. Mijn plan was dit te vatten in een volwaardig minorcurriculum. Immers, ik heb recht op academische erkenning voor mijn identiteit, zo ontdekte ik onlangs. Hoe dat zo? Het zit als volgt: terwijl onze minister-president en ons belangrijkste Kamerlid het erover eens zijn dat we in Nederland vooral ‘normaal’ moeten doen, heeft Leiden ontdekt dat die eeuwige kop boven dat maaiveld, die eeuwige Hollandse middelmaat vreselijk beklemmend werkt. We moeten ons niet schuilhouden achter de massa; we moeten onze verschillen vieren! Juist ja. De “week van de diversiteit” is geboren. De regenboog waarmee ons toch al zo oogstrelende stationsgebouw is versierd, wijst meteen al de weg: hier gebeurt iets. Hier zou alles anders worden. Verhalen geleefd, geschiedenissen geschreven. Een foldertje in mijn postvak: maandag een ‘multidimensionaliteitstraining’, dinsdag een ‘coming-out yoga-ochtend’. Daarnaast talloze workshops, van ‘lego voor bejaarden’ en ‘zelfrespect voor PVV-ers’ tot... ‘politiek correct tuinieren’! (Groente links, en alle asielzoekende beestjes zijn welkom). Begrijpt u wel hoe ik aan mijn idee kwam? ‘The only way is up’, dichtte de chansonnière Yazz aan het eind van de jaren tachtig. Niet alleen heeft de universiteit zichzelf in de afgelopen 436 jaar opgestuwd in de vaart der volkeren, zij heeft ook geijverd om zoveel mogelijk zielen daarin mee te nemen, dus: naast het aansturen op een fusie met de - ook heel diverse - universiteiten van Rotterdam en Delft, komt er meer diversiteit in het Leidse onderzoek en onderwijs. Dat betekent concreet dat we ophouden één bepaald idee van waarheid op te leggen aan studenten: elk antwoord dat op een tentamen wordt gegeven, is gewoonweg goed. De mogelijkheden zijn immers eindeloos: terwijl de rechtenfaculteit overweegt een leerstoel Shariarecht in de Praktijk in te stellen, is elders al de nieuwe UHD Confucianistische geografie recent beëdigd. Bij letteren wordt de master European global expansion aangevuld met European global implosion - en ook dat bracht me weer bij mijn passie voor de broccoli en de andijvie. Want als de voedselprijzen blijven stijgen, en als de wereldwijde financiële crisis doorzet, moet dan niet elke wereldburger iets afweten van dit prachtvak? De astraal-etherische werking van koehoornpreparaten en de invloed van de stand van de hemellichamen zijn in de oude tuinbouw tot nu toe schandelijk verwaarloosd. Hulde voor de diversiteit! Leve mijn broccoli! D.M. Sanders Reageren? Tips of suggesties? Mail op d.m.sanders@ mail.com Prof. D.M. Sanders is gastonderzoeker aan de Universiteit Leiden. Op deze plek doet hij voortaan wekelijks verslag van zijn indrukken.

Bèta’s moeten betalen voor parkeren Betaald parkeren voor universitair medewerkers geldt al in de binnenstad. Per 1 september moeten ook de bèta’s gaan betalen: 150 euro per jaar. Nu is parkeren voor medewerkers en studenten nog gratis. Vanaf 1 september moet ook de bètafaculteit eraan geloven: betaald parkeren op alle parkeerplekken van de universiteit. In de faculteitsvergadering van de bètafaculteit ontstond hier enige ophef over. Peter Gast van het Leids Instituut Onderzoek Natuurkunde: ‘Het is altijd gratis geweest hier. Ik vind het raar dat het nu ineens betaald wordt. In de binnenstad kan ik het begrijpen, maar hier in de polder niet.’ Ook zal de komende tijd door de nieuwbouw van de campus het aantal parkeerplaatsen tijdelijk afnemen. In totaal zullen er 407 plaatsen verdwijnen. Over vijf jaar moeten er

echter weer 500 plaatsen bijkomen. Gast: ‘Ik denk dat het voordeel altijd is geweest dat hier ruime parkeerplaatsen waren zodat je tijdens Open Dagen en Wetenschapsdagen mensen kunt ontvangen. Het is jammer als dat zou verdwijnen.’ De faculteit mag zelf bepalen voor wie de plekken die overblijven zullen zijn. Uit de faculteitsvergadering werd duidelijk dat deze voornamelijk voor de medewerkers zullen zijn. Eefje Aerts (BeP) maakt zich vooral druk omdat ook studenten dan geen plek meer zouden hebben. ‘Ik hoor van veel studenten die nu nog bij hun ouders wonen en met de auto hierheen komen.’ Bij alle parkeerplaatsen van de universiteit zal vanaf september hetzelfde bedrag van 150 euro per jaar gelden, vertelt universitair voorlichter Caroline van Overbeeke. HB

Weinig buitenlanders bij Leidse lotingstudies 2,5 Procent buitenlanders in eerste jaar geneeskunde Uit cijfers van de Dienst Uitvoering Onderwijs bleek onlangs dat steeds meer buitenlandse studenten in Nederland een lotingstudie volgen. In vier jaar tijd was het percentage buitenlanders met tien procent gestegen. De SP- en PVV fracties in de Tweede Kamer vreesden voor het lot van de Nederlandse student, die wel eens verdrongen zou kunnen worden door buitenlanders. In Leiden is er wel sprake van een kleine stijging van het aantal buitenlandse studenten bij lotingstudie ge-

neeskunde. Van een verdringingseffect is volgens een woordvoerder van de opleiding eigenlijk geen sprake: ‘Het aantal buitenlandse studenten is dit jaar bijvoorbeeld wel gestegen van vijf naar acht. Op een totaal van 315 is dat natuurlijk een klein verschil.’ De stijging van bijna veertig procent van het aantal buitenlanders bij medicijnen lijkt spectaculair omdat het om zulke kleine aantallen gaat. Absoluut stelt het weinig voor. Iets meer dan 2,5 procent van het totaal aantal eerstejaars Leidse geneeskundestudenten komt niet uit Nederland. Maar een forse stijging bij geneeskunde was ook niet te verwachten. ‘Het is een Nederlandstalige oplei-

ding met strenge eisen met betrekking tot taalbeheersing’, zegt de woordvoerder. ‘We krijgen dan ook vrijwel alleen Belgen en Duitsers binnen. De Duitsers blokken dan vaak nog de hele vakantie om het Nederlands onder de knie te krijgen.’ Ook bij de fixusopleiding psychologie is er geen opvallende toestroom van buitenlanders. ‘We hebben geen Engelstalige bachelor’, zegt Anna Zandvliet, secretaris van het instituutsbestuur van psychologie.’ ‘Dus ook wij laten alleen studenten toe die het Nederlands goed beheersen. Ik weet de exacte cijfers niet maar er is zeker geen sprake van een forse toename.’ VB

‘Van sommige uitgaven zakt je broek echt af ’ De woordvoerders Hoger Onderwijs van VVD en PvdA – ook wel bekend als Duo Penotti - debatteerden afgelopen maandag in Leiden. ‘Er staan te dure prullenbakken.’ ‘Studenten zijn niet zielig’, zegt Anne-Wil Lucas, woordvoerder hoger onderwijs voor de VVD in de Tweede Kamer. Haar collega van de PvdA, Tanja Jadnanansing, is het hier mee eens: ‘Maar je hebt wel een vangnet nodig voor studenten met weinig middelen.’ De filosofie van beide partijen wordt zo kernachtig samengevat. De twee Kamerleden waren uitgenodigd door de Leidse partijafdeling om in café-restaurant de Branderij over de toekomst van het hoger onderwijs te discussiëren. De twee kruisen de laatst tijd vaak de degens. ‘We zijn een rondtrekkend gezelschap’, zegt Jadnanansing. ‘We worden al Duo Penotti genoemd’, aldus Lucas. Wie de twee naast elkaar ziet staan, begrijpt de associatie. Jadnanansing heeft Surinaams Arubaanse wortels en bij Lucas past de omschrijving ‘blond en Hollands.’

‘Ik ben lid van een partij die met de PvdA strijdt om wie het eerst op tien zetels staat’, zegt Joery Strijtveen, de debatleider deze avond. ‘U raadt het al: het CDA.’ Strijtveen is net afgestudeerd politicoloog en duogemeenteraadslid in Leiden. De langstudeerboete staat als eerste op het programma. ‘Onfatsoenlijk en onrechtvaardig’, vindt Jadnanansing. ‘Ik heb er echt een hekel aan. Vooral omdat de regels tijdens het spel worden veranderd.’ Lucas is niet geheel onverwacht een stuk milder. ‘Je mag zes jaar doen over een opleiding van vier jaar. Studenten vergeten soms dat de 1700 euro collegegeld maar een schijntje is van de totale kosten. De overheid subsidieert nog eens duizenden euro’s. Als je er te lang over doet, is het redelijk dat je meer betaalt.’ Beiden vinden overigens wel dat studenten die fulltime besturen zich moeten kunnen uitschrijven. En ze zijn het verder op veel punten roerend eens. De spilzucht van universiteitsbestuurders kan bijvoorbeeld drastisch ingeperkt worden. Lucas: ‘De universiteit van

Utrecht laat nieuwe gebouwen ontwerpen door Rem Koolhaas. Leuk, maar te duur. Ook was ik laatst bij een hogeschool op bezoek. Ik zag in een zaal tientallen dure prullenbakken staan, dat kan minder.’ ‘Hetzelfde geldt voor dure feesten’, vindt Jadnanansing. ‘Van sommige uitgaven zakt echt je broek af.’ Ook stellen ze allebei vast dat de prijzen die universiteiten vragen voor de tweede master veel te hoog zijn. Na afloop van het debat blijkt dat de twee toch wel een ander beeld van de toekomst van het hoger onderwijs voor ogen hebben. Er komen steeds meer studenten maar de onderwijsbegroting blijft ongeveer even hoog. Per student is er dus minder geld te besteden. Volgens Lucas is dat op te vangen: ‘Als we een sociaal leenstelsel invoeren dan blijft het systeem betaalbaar en kan zelfs de kwaliteit omhoog.’ Jadnanansing is het daar niet mee eens. ‘De kost moet voor de baat uitgaan. Zonder extra investeringen gaat het echt niet lukken.’ VB

Minder masters door sociaal leenstelsel Twintig procent van de studenten kiest ervoor geen master te doen als het sociaal leenstelsel in de masterfase wordt ingevoerd en het gratis reisrecht wordt verkort. Dat blijkt uit onderzoek van Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) onder 1.200 studenten. 41 Procent van de respondenten gaf aan voor een andere master te kiezen, mochten de maatregelen inderdaad doorgang vinden. Het kabinet wil per augustus 2012 het leenstelsel in de masterfase invoeren. Dit betekent dat studenten dan geen studiebeurs meer ontvangen, maar tegen gunstige voorwaarden kunnen lenen. De terugbetalingstermijn wordt opgerekt van vijftien naar twintig jaar.

Ook de tijd dat studenten gratis mogen reizen wil het kabinet inkorten. Nu is dat de nominale studieduur plus drie jaar, dit moet de nominale studieduur plus één jaar worden. De plannen moeten nog goedgekeurd worden door de Eerste en de Tweede Kamer. Volgens het onderzoek heeft afschaffing van de basisbeurs in de masterfase voor meer de helft van de studenten invloed op hun masterkeuze. ISO vreest dat dit ten koste gaat van tweejarige bèta-masters. Ook voor extracurriculaire activiteiten zou een eventueel sociaal leenstelsel effect hebben: 37 procent zou hiermee stoppen of er niet aan beginnen, 38 procent zou er minder tijd aan besteden. DJZ

We worden duizend jaar!

De Britse futuroloog Aubrey de Grey sprak dinsdag op een symposium van de Leidse verouderingsacademie, onderdeel van het LUMC. De Grey is van mening dat de vorderingen in geneeskunde en technologie dusdanig hard gaan, dat de eerste mensen die duizend jaar oud zullen worden, nu al geboren zijn. De Leidse gerontoloog Rudi Westendorp was conservatiever, maar ook hij komt voor de jongste kinderen uit op een levensverwachting van rond de honderd jaar. Foto Marc de Haan


6  Mare · 13 oktober 2011

‘De lucht is hier schoner’ > Vervolg van de voorpagina De Chinese heren betalen wel het genoemde collegegeld. Hun situatie is anders dan die van de Taiwanese studenten, omdat ze eerst een aantal jaar gewerkt hebben voor ze naar Nederland kwamen om een master te volgen. ‘Voor dat geld mag je dus wel iets betere service verwachten’, zegt Yu. Hiermee doelt hij niet alleen op de ontbrekende magnetron. De universiteit is minder internationaal dan de heren hadden verwacht. ‘Op Schiphol was ik verbaasd over het feit dat alle bordjes in het Engels waren. Maar toen kwam ik op de universiteit en was het een raadsel hoe de printer werkt. Bijna alles hier is in het Nederlands, zelfs in de bibliotheek.’ Daarnaast vindt Yu het jammer dat de universiteit zo weinig activiteiten organiseert. De studie heeft geen eigen ruimte of gebouw, dus na de les vertrekken alle studenten weer naar huis. Om die reden is het moeilijk om andere studenten te leren kennen. Er zijn weliswaar studentenverenigingen voor buitenlandse studenten, maar de activiteiten daar kosten doorgaans geld. Xia, gespecialiseerd in Chinese kunstgeschiedenis, was verbaasd dat er tijdens Chinees Nieuwjaar op het sinologisch instituut geen rode lantaarn te bekennen was. ‘Het is goed dat studenten zoveel dingen organiseren, maar de universiteit kan daar ook wat in betekenen.’ PM

Yaxuan Zhang (Rosa) studeert journalistiek in Taiwan, hier Dutch Studies. ‘Ik heb mijn afstuderen uitgesteld om naar Nederland te gaan. De punten heb ik eigenlijk niet meer nodig. Vroeger ben ik met mijn ouders een aantal keer naar Amerika geweest, maar nog nooit naar Europa. Onze universiteit heeft een uitwisselingscontract met een aantal andere universiteiten. In Europa kon ik kiezen uit Finland of Nederland. De taaleisen in Finland waren te streng, dus ging ik naar Leiden. Nederland ligt lekker centraal. Vanaf hier kunnen we makkelijk naar andere landen in Europa reizen. We zijn net terug uit Engeland, volgende maand gaan we naar Italië en in de kerstvakantie willen we naar Parijs. Als ik straks een baan heb, is het moeilijk om tijd en geld vrij te maken voor een reis naar Europa. Daarom is dit een geweldige kans. Ik mis niet veel dingen uit Taiwan. De lucht is hier schoner en het leven is rustiger. Maar ik mis natuurlijk wel mijn familie, mijn scooter en de karaokebar.’

Foto’s Taco van der Eb

Jingxiang Zhan (William) studeert scheikunde en biologie in Taiwan, hier geneeskunde. ‘In eerste instantie wilde ik graag in Amerika studeren. Mijn universiteit heeft een uitwisselingscontract met een universiteit in Albuquerque. Toen ik de stad opzocht op de kaart, kwam ik tot de ontdekking dat de plaats niet ideaal is. De universiteit staat ook niet hoog in de Shanghai Ranking List. Toen kwam ik bij Leiden uit. De universiteit heeft een goede naam. In Taiwan is het heel makkelijk om een universiteit op te richten, daarom zijn er honderden. Een universitair diploma is dus niet altijd evenveel waard, het is belangrijk waar je gestudeerd hebt. Het onderwijssysteem in Taiwan is erg competitief. Gelukkig kreeg ik de mogelijkheid om naar het buitenland te gaan. In de meeste werkgroepen ben ik de enige buitenlander, dus ik ken al veel Nederlandse mensen. Ik wil hier graag zoveel mogelijk reizen. Het liefste zou ik gaan couchsurfen, maar we reizen meestal met vier of vijf mensen. Dat is voor couchsurfen te veel.’

Yingchun Yu (William) studeert literatuurwetenschappen. ‘Ik moet nog erg wennen aan Nederland. Ik ben hierheen gekomen omdat het onderzoekssysteem ver gevorderd is. Toch is het leven hier niet helemaal wat ik me er bij voorgesteld had. Nederlanders praten veel, maar daarbij houden ze niet altijd rekening met andermans gevoelens. Chinezen zijn stiller, maar denken beter na over wat ze zeggen. Nederlandse studenten zijn ook minder ambitieus dan Chinese studenten. Ze denken niet veel na over hun toekomst en dromen, of is het onbeleefd om dat te zeggen? Ze houden van uitgaan en drinken veel, hun vriendschappen zijn vrij oppervlakkig. Soms vind ik het wel gezellig, maar ik houd meer van tai chi en van Chinese thee. Ik leer hier ontzettend veel, vooral over het leven en over mezelf.’

Yichen Xiao (Joyce) studeert Engels in Taiwan, hier Dutch Studies ‘In Taiwan kennen we Europa uit films als Pride and Prejudice’, dus we hebben er een heel romantisch beeld van. De Europese gebouwen zijn mooi en de geschiedenis is erg interessant. Ik ben gek op yoghurt, kaas en melk, maar dat is in Taiwan heel duur. Hier kan ik het elke dag eten. De druk om te presteren is hier ook minder hoog. In Taiwan bestaat ons hele leven uit tentamens maken. Het is fijn dat we hier ook tijd hebben voor andere dingen. Het Nederlandse onderwijssysteem is wel anders dan ik had verwacht. In Taiwan studeer ik Engels en praten we tijdens de les veel met elkaar. Hier heb ik vooral hoorcolleges, dus er is maar weinig interactie. Voordat we naar Nederland kwamen, hebben de Taiwanese uitwisselingsstudenten een Facebookpagina aangemaakt. Kort na aankomst spraken we af. We eten vaak samen en helpen elkaar om aan een fiets of meubels te komen.’


13 oktober 2011 · Mare 7 Wetenschap

Meestal ga je Reizende slangen De reizende slangenvoorstelling doet Leiden aan. Mare leerde dat je best trots mag zijn op de adder. ‘Als er een bonte specht zit, laat je hem ook aan je vrienden zien.’ Wat is een slang? De ‘slang’ die je in de Nederlandse natuur het vaakst tegenkomt, is helemaal geen slang. De hazelworm, een glanzend beestje van een paar decimeter lang is technisch gesproken een hagedis, maar dan zonder pootjes. ‘Hazelwormen hebben beweegbare oogleden en gehoorgangen – alle slangen zijn doof ’, vertelt Serpo-directeur Walter Getreuer. Het Delftse reptielenhuis is al jaren aan het verbouwen, en daarom neemt hij zijn slangen nu mee in een reizende tentoonstelling. Die is deze weken in Leiden te zien. ‘Bovendien kunnen hazelwormen hun staart afwerpen’, vervolgt hij. ‘Slangen zijn echt andere dieren dan hagedissen, al stammen ze er wel van af.’ Nonchalant opent Getreuer een terrarium met drie koningspythons. ‘Als je goed kijkt, zie je dat er nog overblijfselen van de poten aanwezig zijn.’ Hij wijst naar de kleine klauwtjes aan de achterkant. ‘Tijdens het paren gebruiken de mannetjes die om de vrouwtjes te kriebelen.’ In de slangententoonstelling die tot volgende week zondag in de Hortus te zien is, bevindt zich overigens ook een grote hazelworm. Het is een zogeheten scheltopusik van meer dan een meter lang, die van nature voorkomt in Griekenland, Bulgarije en de Balkan. En in Nederland? Behalve die hazelworm telt Nederland drie ‘echte’ slangen: de ringslang, de gladde slang en de adder. De adder is de enige giftige van die drie. Die is het makkelijkst te onderscheiden door zijn oogkleur: adders hebben rode of donkeroranje ogen.

Houd er rekening mee dat al deze soorten bij wet beschermd zijn, en dat je strafbaar bent als je ze verstoort. Wie een slangennest in zijn tuin vindt, kan daar maar het beste trots op zijn. Getreuer: ‘Als er een bonte specht zit, laat je hem ook aan je vrienden zien.’ Nesten van adders in tuinen heeft hij nog nooit meegemaakt. Wat zijn de hoogtepunten van de slangenexpo? ‘Ik heb een albinocobra. Ik vind dat heel bijzonder, maar het publiek eigenlijk niet zo. Ze zeggen, “Oh, een witte slang”, en dan lopen ze door. De lanspuntslang vinden ze interessanter, want die was in het nieuws toen er een paar jaar terug een denkbeeldig exemplaar ontsnapte.’ Zelf vindt hij de groefkopadder interessanter: de groeven in de kop zijn om warmte mee waar te nemen. ‘Dat kunnen ze tot op de drieduizendste graad celcius nauwkeurig. Als je ze met handschoenen aan hanteert, zullen ze nooit in je handschoen bijten: je pols is ietsje warmer.’ Ook wijst Getreuer op twee gevlekte hagedissensoorten die hij meeheeft: de korsthagedis en het gilamonster. ‘Het zijn de enige twee soorten hagedis met een giftige beet. Alle andere soorten kun je dus gewoon oppakken.’ Maar hoe gevaarlijk zijn slangenbeten dan? Gemiddeld worden in Nederland zo’n drie mensen per jaar door een adder gebeten. Daar kan je goed ziek van worden, maar dood ga je er in de regel niet aan. De medische literatuur vermeldt drie dodelijke adderbeten in Nederland, waarvan de laatste in 1946 plaatsvond. Ter verge-

lijking: volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek overleden er tussen 1996 en 2006 vijftien mensen na hondenbeten. In dat laatste jaar gingen 50.000 (!) mensen naar hun huisarts nadat ze door een hond waren aangevallen. Slechts tien procent van de slangensoorten in de wereld is giftig. De meeste daarvan zijn vooral giftig voor hun prooidieren: mensen zijn veel groter, en hebben minder te vrezen. Hoeveel doden gifslangen wereldwijd veroorzaken, is onbekend. De beten vinden namelijk vooral plaats in tropische landen met veel natuur en mensen die

niet dood in de Hortus op het platteland wonen, en daar is de administratie van doodsoorzaken minder grondig dan hier. De schattingen lopen uiteen van 20.000 tot 125.000 doden per jaar. Zelfs als je gebeten wordt door een gifslang, loopt dat meestal goed af. Getreuer: ‘70 Procent van de beten is een zogeheten droge beet, waarbij de slang geen gif injecteert. Ter illustratie: een bepaalde cobrasoort heeft genoeg gif om van 1250 kilo muizen de helft binnen een dag te laten overlijden. Toch overleeft 97 procent van de mensen een beet van zo’n dier. Als al die mensen de juiste medische behandeling zouden krijgen, zou het percentage nog lager zijn.’ Er zijn mensen die zich juist expres laten bijten door slangen: ze gebruiken het gif als een drug. Over het algemeen zijn slangenjunks niet de beste dierverzorgers: ‘We hebben laatst nog alle slangen weggehaald bij zo iemand’, vertelt Getreuer. Hij benadrukt dat dit een riskante manier is om aan je high te komen. ‘Je laat de slang eerst in een spons bijten en daarna in je arm. Maar als hij een droge beet in die spons geeft en een kletsnatte in je arm, ben je er wel geweest.’ Aan de reuzenpad die hij heeft meegenomen naar Leiden, hoef je ook al niet te likken: die is alleen maar giftig-giftig, niet hallucinogeen-giftig.

van het continent. ‘In Frankrijk heb je de aspisadder, een dier met een verraderlijk gif. De beet ziet er mild uit. Zo mild, dat slachtoffers soms zelfs uit het ziekenhuis worden ontslagen. En dan ineens kan hun bloed niet meer stollen, en druipt het uit hun oren en neus naar buiten. We adviseren dan ook om mensen altijd 48 uur in het ziekenhuis te houden na een beet van deze slang.’

Dus? Dat er zelfs mensen zijn die zich recreatief laten bijten, betekent niet dat je slangen moet onderschatten. Twee van de dieren die Hortus te zien zijn, hebben hun eigenaar het ziekenhuis in gebeten. De Nederlandse adder mag dan meevallen, maar in Europa zijn wel degelijk echt gevaarlijke slangen te vinden. De zandadder die in de Balkan woont, is de giftigste soort

DOOR BART BRAUN

Waarom wil iemand een giftige slang als huisdier? ‘Sommige mensen gebruiken een slang als een verlengstuk van henzelf. Het pitbull-effect, zeg maar. Daarnaast heb je serieuze slangenliefhebbers. Die beginnen met een rattenslangetje, maar verhogen daarna telkens de moeilijkheidsgraad. Dat geeft een nieuwe dimensie aan je hobby. Ik vind het jammer dat sommige slangen giftig zijn; ik zou ze liever allemaal willen hanteren. Hier heb ik naar verhouding veel gifslangen, want mensen willen de slangen zien die ze kennen. ‘De bedoeling van de expositie is om mensen op een positieve manier in aanraking te laten komen met slangen, en ze objectieve verhalen te vertellen. In het begin zoekt de bezoeker de superlatieven: de grootste slang, de giftigste slang, enzovoort. Maar als ze de bordjes lezen, blijven ze toch lang binnen.’

Expositie: Serpo 6 tm 23 oktober Hortus Botanicus Leiden. De Hortus is gratis toegankelijk voor studenten en houders van een museumjaarkaart, maar voor de expositie geldt een toeslag van € 4,50.


8  Mare · 13 oktober 2011 Opinie

Jammer, de loopgraven zijn alweer betrokken Slavernij Uit haar reactie op het openingsartikel in Mare 4 met de titel ‘Er bestond geen Black Holocaust’ blijken mijn opmerkingen over de relatief gunstige materiële welvaart van de slaven ten tijde van de koloniale slavernij universitair docente antropologie Rivke Jaffe in het verkeerde keelgat te zijn geschoten. Volgens haar had de journalist van Mare helemaal niet mogen vragen naar de positieve kanten van de slavernij, ook al zouden die er geweest zijn. Dat zou maar tot ‘goedpraterij’ leiden. Jaffe is evenmin gecharmeerd van het feit dat Gert Oostindie, Lotte Pelckmans en ik in vrijwel eensluidende bewoordingen uitlegden dat de ophef over de afbeeldingen van de koloniën op de Gouden Koets op historische onkunde was terug te voeren, dat de slavenhandel en slavernij niet ten doel hadden de slaven te vermoorden, en dat alleen een uitgekiend systeem van geven, nemen en het bevoordelen van collaborateurs onder de slaven het mogelijk maakte dat deze instituties zo lang konden bestaan. Let wel, nergens in haar reactie komt Jaffe met een wetenschappelijk onderbouwde weerlegging van de genoemde feiten. In plaats daarvan wijst zij op het nazisme, dat ieder weldenkend mens nu afwijst ondanks het feit dat dit politieke systeem wellicht ook op een paar positieve resultaten kon bogen. Mevrouw Jaffe heeft gelijk. Een aantal aspecten van het nationaalsocialisme en fascisme zijn zo verwerpelijk, dat niemand in his right mind met de kennis van de wereld van na 1945 zulke ideologieën nog zou willen aanhangen. Het woord Auschwitz zegt alles. Maar hoe zat het met de mensen met alleen kennis van de wereld van vóór 1945? Het antwoord op deze vraag zal mevrouw Jaffe nooit kunnen geven. Politieke correctheid verhindert haar zich in te leven in de afweging tussen goed en kwaad zoals die in de periode tussen de Wereldoorlogen gemaakt werd. Die handicap maakt het haar onmogelijk om de studen-

ten op wetenschappelijke wijze duidelijk te maken hoe het kwam dat miljoenen en nog eens miljoenen Europeanen deze radicale ideologieën omarmden. Want zodra ze op zoek gaat naar verklaringen en zou wijzen op de dramatische ontwrichting van de maatschappij ten gevolge van de Eerste Wereldoorlog,van de economische wereldcrisis, en van de agressieve ideologieën ter linkerzijde, heeft ze het idee iets fouts goed te praten en laat ze de wetenschap in de steek. Mevrouw Jaffe heeft gelijk. Slavenhandel en slavernij worden thans als verwerpelijke instituties gezien. Maar dat was tot het midden van de negentiende eeuw voor het overgrote deel van de Europeanen, Afrikanen en Aziaten helemaal niet zo. Om dat te begrijpen hebben een groot aantal collega’s en ik de laatste veertig jaar veel onderzoek gedaan. Daarbij is gebleken dat de acceptatie van de slavernij door de slaven onder meer op collaboratie berustte, terwijl men in Europa eeuwen lang vrede had met dat instituut, onder meer omdat de slaven in de koloniën er in materieel opzicht zeker niet slechter aan toe waren dan het proletariaat in West-Europa, om van de horigen in Oost-Europa en van de slaven in Afrika zelf maar te zwijgen. Dat die bevindingen door mevrouw Jaffe worden afgedaan als ‘lomp’ en ‘provocatief ’ bewijst weer de verwoestende werking van de politiek-correcte cocon, waarin zij zich heeft opgesloten. Mevrouw Jaffe is helemaal geen wetenschapper, maar een ‘do- gooder’, die discriminatie wil uitbannen en honderd vijftig jaar na dato nog steeds de – overigens niet verder gespecificeerde - gevolgen van de slavernij wil verzachten. Dat lijken me op zichzelf loffelijke doelen, maar niet voor een universitair docent. Ga dan werken bij Amnesty of Slavery International. Mevrouw Jaffe heeft gelijk. De universiteit heeft behoefte aan onafhankelijk denkende wetenschappers. Niet aan mensen, die bang zijn dat de uitkomsten van hun onderzoek zullen ingaan tegen de waan van de

dag, het rechtvaardigheidsgevoel, de verheffing van de onderdrukten der aarde of wat dan ook. Dat zijn geen wetenschappelijke doelen. Alles van waarde is weerloos en dat geldt ook voor de wetenschap. In het ergste geval ontslaan we hoogleraren en docenten, die plagiaat plegen en onderzoeksgegevens vervalsen. Politieke correctheid is echter veel schadelijker voor het wetenschappelijk onderzoek en onderwijs, maar vormt geen reden voor zulke sancties. Waarom eigenlijk niet? Piet Emmer Emeritus hoogleraar geschiedenis

Slavernij (2) Mare 4 opende met een artikel onder de prikkelende kop ‘Er bestond geen Black Holocaust’. Drie Leidse wetenschappers maken relativerende opmerkingen over de uniciteit van de Atlantische slavenhandel en de door Europeanen, waaronder Nederlanders, in de Amerika’s ingevoerde zwarte slavernij. Een week later schrijft de Leidse antropologe Rivke Jaffe een felle reactie onder de titel ‘Waarom niet gewoon toegeven?’ Zij verwijt de drie ‘goedpraterij’, trekt de altijd pijnlijke en dus doeltreffende vergelijking met de Holocaust en vraagt zich af ‘Waarom willen we als Nederlanders zo graag de lelijke kanten van ons verleden verzwijgen, ontkennen of bagatelliseren?’

We zijn weer een week verder, en een van de drie door Jaffe aangevallen collega’s, emeritus hoogleraar geschiedenis Piet Emmer, wiens opmerkingen en algemene optreden door Jaffe als ‘lomp’ worden omschreven, schrijft een bijtende reactie terug. Hij was zo vriendelijk mij zijn reactie al op te sturen. Ik weet dus dat hij Jaffe geborneerde politieke correctheid verwijt. Emmer kwalificeert haar zelfs als ‘helemaal geen wetenschapper’, maar een ‘do-gooder’, die zo verblind is door haar morele verontwaardiging dat zij eigenlijk niet op de universiteit thuishoort. Ook ik behoor tot de drie door Jaffe gehekelde collega’s, sterker, de kop ‘Er bestond geen Black Holocaust’ is uit mijn mond opgetekend. Ik ervaar dit debat als enigszins bizar. Ik ken en waardeer het werk van Piet Emmer én van Rivke Jaffe. Beiden kennen ook mijn werk; of zij het waarderen is iets anders en dat doet er hier minder toe. Wat mij verbaast is hoe eenzijdig Jaffe zich verliest in haar verontwaardiging. Laat ik mij maar beperken tot mijn eigen uitlatingen. Ook ik kwalificeer de slavernij als ‘een systeem dat totaal niet deugt’, want evenmin als Emmer of de derde geïnterviewde, Lotte Pelckmans, leef ik op een andere planeet. Ik benadruk dat de Europeanen meenden Afrikanen tot slaven te mogen maken uit racistische overwegingen, met als enige doel over hun rug rijk te worden – ‘Dat vinden wij natuurlijk verwerpelijk.’ Maar dat wij dit nu verwerpelijk vinden is voor een historicus niet bijster interessant. Wetenschappelijk is er nu eenmaal het gegeven dat slavernij niet zozeer de uitzondering, maar de regel is in de wereldgeschiedenis. Spannender is de vraag waar, wanneer en waarom slavernij in een kwade reuk kwam te staan, steeds vaker werd verboden en uiteindelijk mondiaal als misdaad tegen de menselijkheid werd gekwalificeerd – zelfs met terugwerkende kracht. Toch domineert die vraag niet in het hedendaagse debat over de herinnering en erfenis van de sla-

vernij. Dat is begrijpelijk, want dat debat dient vooral maatschappelijke doelen: erkenning opeisen en geven, healing, verbanden leggen tussen hedendaagse achterstanden en historisch onrecht. In die debatten is het voor een wetenschapper niet eenvoudig een tussenweg te vinden tussen engagement en vakmatige distantie. Emmer pleit er gewoonlijk voor het bij het laatste te laten; de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat wij het regelmatig aan de stok hebben over de wel zeer stellige en in mijn ogen niet altijd erg kiese vergelijkingen en boude uitspraken die hij doet om zijn punt te maken. Jaffe kiest juist de positie van de morele superioriteit en ziet daarom maar af van enige nuance. Mag ik mij dit een moment persoonlijk aantrekken? Vijftien jaar geleden bepleitte ik al de oprichting van een monument ter herinnering van de slavernij, als blijk van historisch besef en daarmee ook als teken van insluiting aan de ‘nazaten’. Tien jaar geleden adviseerde ik de overheid bij het oprichten van zo’n monument. Onlangs schreef ik nog de scenario’s voor de vijfdelige televisieserie over slavernij die de NTR op dit moment uitzendt. Nergens een spoor van ontkenning of verzwijgen, integendeel. Wel ben ik mij, in twintig jaar debat, steeds meer gaan verbazen over het gemak waarmee kennis, herinnering en emotie over dit onderwerp steeds dooreen worden gemengd. Met Emmer zeg ik: dat leidt niet tot serieuze wetenschap. Maar anders dan Emmer, en met Jaffe, was ook mijn eerste reactie bij lezing van het hele artikel dat de toonzetting van het Mare-artikel wel erg klinisch is. Alsof de slavenhandel net zoiets als houthandel was, alsof de slavernij allemaal wel meeviel en geen hedendaagse sporen achterliet. Dat is natuurlijk onzin. Temeer jammer dat de loopgraven alweer betrokken zijn. Gert Oostindie Hoogleraar Caraïbische geschiedenis, directeur van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde

Maretjes De prijs voor een Maretje bedraagt €6,– per 30 woorden, opgegeven via redactie@mare.leidenuniv.nl uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan. Doe iets met je kennis. Help een leerling op streek in 1 uur per week. Acht leerlingen uit groep 7 en 8 zoeken dringend hulp bij taal, rekenen en studievaardigheden; negen leerlingen Voortgezet Onderwijs, Kopklas, Brugklas, VMBO, HAVO zoeken hulp bij wiskunde, Nederlands, Engels, aardrijkskunde en Duits; twee leerlingen Speciaal Onderwijs hebben bijles nodig; 31 leerlingen Ba.O.groep 3 t/m 6 zoeken hulp bij taal en/of rekenen, van wie vijf met vergoeding. Bijles in Onderwijswinkel, buurthuis Vogelvlucht, of bij leerling of bijlesgever thuis. Onderwijswinke, Driftstraat 77, ma-, wo en do. 15-17 u. Tel: 5214256, LET OP ons e-mailadres is: st.onderwijswinkel@planet.nl. Gezocht: Voor verschillende onderzoeken van de afdeling anesthesiologie van het LUMC zijn wij op zoek naar gezonde mannelijke vrijwilligers (18-45 jr), die tegen vergoeding mee willen doen aan pijn- en ademhalingsonderzoeken. Indien

u belangstelling heeft, neem dan contact op met drs. Merel Boom, of prof. dr. A. Dahan, tel: 071-5262301 of m.c.a.boom@lumc.nl. Vrijwilligerswerk in het buitenland? Wil je met straatkinderen werken in Azië, Afrika of Zuid-Amerika? Kom naar ons informatieweekend van 25-27 november 2011. Voor informatie en aanmelding: www.samen. org Room to let on the Witte Singel 69, Leyden, for a female tenant who is student or Phd student or scientific collaborator. Rent 457 euro per month. Tel 071 5142099. Wil je graag je kennis delen? En heb je zin om op kamp te gaan in de kerstvakantie? Kijk op www.anderwijs.nl! GEZOCHT: Mannelijke deelnemers voor wetenschappelijk onderzoek. De afdeling Endocrinolgie / Algemene Interne Geneeskunde van het LUMC zoekt vrijwilligers voor een onderzoek naar de oorzaak van het vroegtijdig optreden van suikerziekte en hart- en vaatziekten bij Nederlanders van Hindostaanse afkomst in vergelijking tot Nederlanders van Kaukasische (blanke) afkomst. Voor dit onderzoek wordt u onderzocht vóór en na een één week durend

laag-calorisch-dieet. De uitkomst kan belangrijke informatie opleveren over het voorkomen en eventueel behandelen van suikerziekte. We zijn op zoek naar mannen tussen de 40 en 50 jaar, van Hindostaanse óf Kaukasische afkomst, met licht overgewicht (BMI 25-30 kg/m2), die niet roken en geen suikerziekte hebben, maar bij wie wel suikerziekte in de familie voorkomt. Deelnemers krijgen een vergoeding van 500 euro plus reiskostenvergoeding. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Mw. L.E.H. Bakker, arts-onderzoeker: 071 - 526 4833, l.e.h.bakker@lumc.nl.

uit te oefenen op het beleid van SLS Wonen. Je bemoeit je met zaken als campuscontracten, huurverhoging, servicekosten en gemeentelijke heffingen. Het kost je gemiddeld een paar uur per week voor een maandelijkse vergoeding van 120,- euro. Interesse? Mail naar info@huurddersverenigingbres.nl of neem een kijkje op de website: www.huurdersverenigingbres.nl.

De Leidse Studenten Ekklesia zoekt per 1 nov. a.s. tegen vergoeding een beheerder (m/v) voor haar trefcentrum Rap100. Taken zijn o.a.: controle na avondactiviteiten op afsluiting, verlichting, verwarming etc. (ca. 23.00 u.), beheer drankvoorraad i.s.m. barcie, op tijd vuilniszakken buiten zetten. De werkzaamheden nemen ca. 20 u. p/m in beslag. Nadere info bij: A. Hoeflaak, e-mail: ahoeflaak@ casema.nl, tel. 5766977.

Maretjes-extra zijn bedoeld voor semi-commerciële instanties. De prijs voor een Maretje-extra is € 23,– incl. BTW voor elke vijfendertig woorden. U kunt deze advertenties uiterlijk op de vrijdag vóór het verschijnen van Mare opgeven bij Bureau van Vliet B.V., postbus 20, 2040 AA Zandvoort, telefoon 023-571 47 45. E-mail: Zandvoort@bureauvanvliet.com

BRES - de huurdersvereniging van SLS Wonen - is per direct op zoek naar enthousiaste bestuursleden voor diverse functies. Dit is een uitstekende mogelijkheid om tijdens je studie serieuze bestuurservaring op te doen en belangrijke invloed

Maretje extra

Beginnerscursussen Mandarijn Chinees: Wenhai taalschool begint 1, 2 of 3 november met acht lessen (lesduur 1,5 uur) Mandarijn, in Leiden! Enthousiaste docenten, leuk lesmateriaal, incl. afsluitende excursie. €159. Info/inschrijven: www. wenhai.nl

Academische Agenda Prof.dr. H. Putter zal op 14 oktober met het uitspreken van de oratie benoemd worden tot hoogleraar aan de Faculteit der Geneeskunde om werkzaam te zijn op het gebied van de Longitudinale Data-Analyse. Y. Qin zal op dinsdag 18 oktober om 15.00 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Cell adhesion signalling in acute renal failure’. Promotor is Prof. dr. B. van de Water. J.M. Castro Perez zal op dinsdag 18 oktober om 16.15 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Dynamic SystemWide Mass Spectrometry based Metabolomics’. Promotor is Prof.dr. T. Hankemeier. M.S. Anwar zal op woensdag 19 oktober om 13.45 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Spin triplet supercurrents in ferromagnetic thin films’. Promotor is Prof.dr. J. Aarts. J.C. Chen zal op woensdag 19 oktober om 15.00 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Dynamics of H2 on Ti/

Al(100) surface’. Promotor is Prof.dr. G.J. Kroes. C.A.T. Kegel zal op woensdag 19 oktober om 16.15 uur promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Differential Susceptibility in Education’. Promotor is Prof.dr. A.G. Bus. C.J.H. Kruip zal op donderdag 20 oktober om 13.45 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Connecting the Dots, Analysis, Devolpment and Applications of the SimpleX algorithm’. Promotor is Prof.dr. V. Icke. A.E. van der Hulst zal op donderdag 20 oktober om 15.00 uur promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Advanced echocardiography and cardiac magnetic resonance in congenital heart disease’. Promotoren zijn Prof.dr. N.A. Blom, Prof.dr. J.J. Bax en Prof.dr. A. de Roos. J. Carreras Puigvert zal op donderdag 20 oktober om 16.15 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘DNA Damage Signaling Networks from Stem Cells to Cancer’. Promotor is Prof.dr. B. van de Water.


13 oktober 2011 · Mare 9 Achtergrond

‘Een eigen muis... een plek aan het bureau!’ Foto Taco van der Eb

Denk aan het Hazes-criterium Het afstudeerlied kan zoveel beter Liederen op afstudeerborrels varieren van tenenkrommend tot hilarisch. Een zelfhulpgids biedt uitkomst. ‘Joke is gestopt met roken en ze kan ook lekker koken? Dat is nietszeggend geneuzel!’ Het wordt stil in de zaal terwijl het bestuur de bar op klimt. Natuurlijk hebben ook zij iets voor hun pas afgestudeerde bestuurgenootje voorbereid. Maar als ze hun derde lied inzetten, raken mensen ongeduldig, achterin begint iedereen weer te praten. Ook de jaarclub heeft vanavond al een lied gezongen. Niet al te zuiver ook. Hmm, waren zijn huisgenoten ook niet in grote getale aanwezig vanavond? Het lied: traditie op menig afstudeerborrel. Soms uitermate vermakelijk, maar meestal kunnen de zangers wel wat advies gebruiken. En dat is er nu in de vorm van de zelfhulpgids We moeten nog een lied, die universitair docent journalistiek en nieuwe media Willem Koetsenruijter schreef samen met tekstschrijver Rinke Berkenbosch en romanschrijver Pauline Slot. Hun missie: een einde maken aan de grootste missers. ‘We komen alle drie regelmatig op feestjes en maken zelf ook muziek’, zegt Koetsenruijter. ‘Maar je ziet dat ook andere mensen liedjes maken en daar is toch wel heel veel leed bij. Mensen steken er zoveel tijd in maar toch wordt het waardeloos. Zo ontstond het idee dat je met een paar simpele handreikingen het niveau flink omhoog kunt krijgen. DOOR DIRK-JAN ZOM

Niet iedereen hoeft te kunnen schrijven als een cabaretier, maar als je het nu net even anders had gedaan, dan was het een succes geweest.’ Van buitenlandse kennissen begrepen de auteurs dat het zelfgeschreven lied een typisch Nederlandse traditie is. ‘Een Belgische collega zei me: “We vinden het altijd een beetje gênant als Hollanders dat gaan doen.” Maar het is een mooie traditie, het moet be-

‘Het refrein “Evelien, Evelien, laat je tieten nog eens zien” is niet leuk’ slist in stand gehouden worden. En met een paar simpele tips kan het al zoveel beter.’ Te beginnen met de verstaanbaarheid. ‘Je zit toch een avond of twee te zwoegen op zo’n tekst. Vervolgens ga je het zingen, met twintig man. Met ongeoefende zangers wordt het dan gewoon onverstaanbaar. Dat lukt professionele koren al bijna niet. Maar er zijn trucjes om dat op te lossen. Deel de tekst op, zing om beurten en stop die jongen die niet kan zingen in het achtergrondkoortje.’ Of de inhoud, vaak een probleem, aldus Koetsenruijter. ‘Joke is gestopt met roken en ze kan ook lekker koken.’ Waar gaat dat nou over? Het heeft kop noch staart, het is nietszeggend geneuzel. Je moet een goed verhaal bedenken, een geinige twist.

Dat is lastig, creatief werk.’ Grappig moet dus, maar je moet wel uitkijken dat het voor de toegezongen persoon ook leuk blijft. Hiervoor introduceren ze het Hazes-criterium: als André Hazes erover zong of er persoonlijk mee worstelde, dan is het ongeschikt. Dus geen ziektes, exen, geheimen. ‘Als iemand lang over zijn studie heeft gedaan, kun je daar een lied over maken. Maar als diegene serieus dreigde te stranden en bij een psycholoog liep, dan is dat niet leuk. Wij vinden het een goede controle om te kijken of het een light-versie is van een probleem of dat iemand er echt erg aan toe is.’ Maar ligt dat bij afstudeerborrels niet net wat anders dan bij een bruiloft? ‘Op een afstudeerborrel liggen de grenzen wel iets ruimer, omdat het binnen een peer group gebeurt. Je kunt je iets meer permitteren. Het is ook iets meer bedoeld om iemand te kakken te zetten. Maar er zijn natuurlijk wel grenzen.’ Een voorbeeld: een afstudeerlied voor een meisje dat Evelien heette en een ferme boezem had. ‘Het refrein was: “Evelien, Evelien, laat je tieten nog eens zien.” Die vrouw had gewoon veel te grote borsten. Dat is niet leuk om daarover dan te zingen. Gewichtsproblemen zijn een taboe, ook in dit soort settings.’ Welk lied kies je? ‘Zoek een lied dat bij een bepaalde sfeer past en kijk vervolgens goed naar de originele tekst. Zo’n uitgangslied helpt je vaak met het rijmschema, maar ook met de loop van het verhaal. Jat met

verstand en maak gebruik van de creatieve vondsten van het lied. Het werkt ook vaak grappig om dicht bij de oorspronkelijke tekst te blijven. Neem Een eigen huis van René Froger en maak daarvan: “Een eigen muis, een plek aan een bureau.” Dat werkt grappig.’ Sommige nummers zijn moeilijk te zingen, anderen hebben een te vaak terugkerend stuk tekst, zoals Daar bij de Waterkant. Het boek geeft de best bruikbare liederen, onder andere Het is een nacht van Guus Meeuwis of Testament van Boudewijn de Groot.

Te moeilijk: Mexico van de Zangeres zonder naam of Vriendschap van Het Goede Doel. Als je alles geschreven hebt: ga dan oefenen, zegt Koetsenruijter: ‘Sommigen vertellen met een soort van trots dat ze weinig tijd hebben gehad om te oefenen. Ga dan ook niet tijd vragen van al die mensen op dat feest die moeten stoppen met bier drinken. Dat is eigenlijk bij de beesten af. Je moet er gewoon tijd in steken.’

Do’s

Don’ts

Bedenk een thema of punchline, een grappig zinnetje dat constant terugkomt. Voordelen: het dwingt tot samenhang en is vermakelijk voor de luisteraars. Ook zingt het publiek eerder mee.

Niet van papier zingen. ‘Het blad is de Bermuda-driehoek van het lied, waarin de zanger verdwijnt’, aldus Koetsenruijter. Je raakt het contact met de zaal kwijt. Ook uitdelen raadt hij af, dan geef je de clou weg.

Gebruik een rijmwoordenboek. Zo kom je vaak op woorden die je anders niet bedacht had.

Willem Koetsenruijter, Pauline Slot, Rinke Berkenbosch, We moeten nog een lied. De Arbeiderspers. 160 pagina’s, € 15,-

Geen microfoon gebruiken.

Kies een bekende melodie. Probeer het uit om geschiktheid te testen.

Zing niet langer dan drie minuten. Het is moeilijk om de aandacht van de zaal langer vast te houden.

Deel niet op het alleraatste moment blaadjes uit. Maar oefen het lied eerst met z’n allen.

Vermijd pijnlijke onderwerpen. Wat precies pijnlijk is, dat is natuurlijk stof voor discussie.


LAAT ZIEN DAT JIJ ALS TRAINEE Back in Iran, THUISHOORT I would be facing IN EUROPA 10  Mare · 13 oktober 2011 English page

the death penalty

GA NAAR TRAINEEBIJDEEU.NL EN WIN EEN UNIEKE VIPTRIP NAAR BRUSSEL

Student wants to teach the Dutch about Iran Leiden student Yalda Walinezjad fled from Iran five years ago, and though still a constant threat hangs over her, she has founded an institute because she loves her country. “I’m not afraid of anything.” “In 2009, I held a lecture on Iran in the Netherlands, and afterwards. I received threats – via the Internet, on the telephone and face-to-face. Iranian students in the Netherlands who have good relations with the Iranian embassy said to me: ‘You’re going to regret this”, so I laid low for three months. “But I live in a free country now, I have found out for myself how essential it is live in a free country like the Netherlands instead of an Islamic dictatorship. It’s my duty to contribute something to Iran. I’m prepared to do almost anything to achieve my dreams. Freedom of expression means everything to me.” Yalda Walinezjad (1984) fled to the Netherlands in 2006. Back in Iran, she was a medical student and very much involved in the campaign for Mohammad Khatami, the predecessor of the current president, Mahmoud Ahmadinejad. Khatami was the president of Iran from 1997 to 2005. According to Walinezjad, his reforms were not very popular with conservative clergy, who really control Iran. “Although he was part of the regime, he was attempting to introduce a few good measures, to reform. Democracy is a process, it needs people like him.” So she handed out flyers, scrawled his slogans on walls and organised lectures, and this lead to threats and problems at the university, particularly with the Head. “There is no such thing as freedom of speech in Iran, but I’m not afraid of speaking out and I am a girl. Campaigns must stop twenty-four hours before to the elections. I was with a group of other students and the conversation turned to Khatami. Then the Head of the university arrived and slapped my face.” She looks up fiercely: “I’m a woman who does not like being forced. It was not the first or the last time someone had struck me, but I realised: this makes me unhappy. I can’t live my life here.” Not long after that incident, she was driving through the city with her then boyfriend quite late one evening. “We were stopped by men from the Revolutionary Guard, a corps of the Iranian army. They were in civilian clothes, so we just drove on. Then shots were fired, forcing us to stop.” The men walked up to the car and struck her boyfriend’s face with the butt of a rifle. “That was it for me.” Her friend underwent a lengthy operation, and was jailed directly afterwards. She was arrested too, but as her father was a well-known professor, she was released again immediately. “My friend was given sixty lashes of the whip. We left Iran as soon as he was released.” “The first six months here were very difficult. ‘What am I doing here?’ I would wonder. But I became active straight away, got to know the language. I am a very social person.” After six months, she started two courses, Public Management at The Hague University and Public Administration at Leiden University; she is nearly ready to graduate from both. “I’m doing well with the language, I’m doing well at my courses, but on a personal level, things are different. I live two lives. I worry about Iran and my parents. Sometimes I get very lonely. May people say: ‘you have lots of friends, everyone appreciates what you’re doing’, but even so, I’m often very sad. I’m on my own here, I’ve had to give up so much for my dreams: my friends, my family, my country. I haven’t seen my parents since I moved here. “Sometimes I wonder what I’m doing here and I think: I just want to get a plane straight back to Teheran – with my Dutch passport. Obviously, that wouldn’t be a very clever thing to

Trainee Adv Mare135x100.indd 1

BY HARMKE BERGHUIS

Yalda Walinezjad: “Sometimes I just want to get a plane straight back to Teheran.” Photo by Taco van der Eb do. If I ever did return, I’d be sentenced to death, not because I’m so important, but because the regime is terrified of ambitious young people with extensive networks who rebel. I organise political debates on Iran. You are not allowed to criticise the regime. Or, instead of the death penalty, perhaps I’d be locked away in an Iranian prison for the rest of my life. I think I would rather be dead.” “I love Iran, I love its culture and its people, but the regime frustrates me. I’ve spent some time in Israel. Iranians don’t hate Israel, only the regime hates Israel. This distinction between the people and the regime must be made evident.” She has founded the Iran Institute partly because of that, and partly because of the unfamiliarity of the Dutch with Iran – “Iran is quite different to Iraq”. It was opened officially last week and the intention is that is to become an independent knowledge institute, where the media and other interested parties can go for advice and information. “If the papers want to know something about Iran, they contact individuals they find via Google, because there’s no independent institute, and that doesn’t produce a reliable picture.” The institute will start giving lectures at The Hague University in February 2012, and if Walinezjad has her way, they will be followed by a series of lectures at Leiden University too. “We’re still negotiating, but they’re very enthusiastic.” But what about the people back in Iran, can she help them too? “I can provide information for the people there and give them advice, make their voices heard. Our institute’s network is farreaching, although, of course, I’m not very popular with the Iranian embassy.” Walinezjad can’t yet say what the consequences of the Arab Spring will be for Iran. “There will be elections in March next year, but everything is still quiet and no names have been announced yet. The things that have happened in Syria and Libya are very relevant to Iran. If the people in Syria can keep up their protests, it will mean a lot to the Iranian people. Even so, I’m not expecting a ‘Persian Spring’: the army in Iran will not support the population like the army in Egypt did. “The regime must fall, but the question is how? I think we need tough sanctions that really affect the regime, and we need support to groups like liberal student movements that have a very important part in the resistance. In addition, the West should try to improve free access to the Internet and to support organisations that post news on Iran and that are dedicated to liberal, democratic values.” Though Walinezjad has fled to the Netherlands, the regime still won’t leave her alone: her Facebook account is frequently down, for instance. “Recently, I heard that someone in London was trying to log into my account. But I can’t say any more about the threats – my parents are still in Iran. I just want to let the regime know that I am strong and I’m not afraid of anything. I don’t care if it ends in my death. These are my dreams and I will fight for them.”

29-09-11 14:42

DOVENCULTUUR EN NEDERLANDSE GEBARENTAAL – I & II Altijd al gefascineerd door de gebarentolk van het journaal? Of kom je via je studie of werk wel eens in aanraking met Doven? In deze workshops kom je meer te weten over de basisbeginselen van de Nederlandse gebarentaal en ga je zelf ook enkele gebaren oefenen. Datum: Dinsdag 8 en 22 november, Tijd: 19.30-22.00 uur Nina Kortekaas (nina_rozemarijn@msn.com) David Knecht (dledknecht@hotmail.com)

VERLIES VERWERKEN Het gebeurt je zomaar. Iemand die veel voor je betekent is doodgegaan. Terwijl jouw leven stil staat, gaat het leven om je heen gewoon door. Hoe moet je verder? Studiedeadlines worden niet opgeschoven. Met studenten die in dezelfde situatie zitten, bespreken we in vijf bijeenkomsten de diverse aspecten die je op je weg tegenkomt. In november gaat er weer een groep van start. Meld je voor een kennismakingsgesprek aan bij: Elise Woertman (elisewoertman@hotmail.com)

MEDITATIEVE VIERING - IN DE SFEER VAN TAIZÉ Elke laatste woensdagavond van de maand is er een meditatieve viering op Rapenburg 100, voor wie behoefte heeft aan inspiratie, stilte, even op adem komen. Data: woensdag 26 oktober, 30 november en 25 januari Tijd: 18.00 uur maaltijd, 20.30 uur viering Elise Woertman (elisewoertman@hotmail.com)

Rapenburg 100, 2311 GA Leiden www.ekklesialeiden

Sabina 1982 geboren in Azerbeidjan • 2002 gevlucht naar Nederland • 2011 master Europese studies

Wij feliciteren Sabina en alle andere afgestudeerde vluchtelingen. Het UAF biedt getalenteerde vluchtelingen de kans op een nieuw bestaan. Geef gevluchte studenten een toekomst in Nederland. Steun het UAF met 1,50 per maand. SMS STUDIE naar 4333

UAF_Adv_Mare_135 x 200.indd 1

03-10-11 16:34


13 oktober 2011 · Mare 11 Cultuur

Agenda

Teringzooi en pokkeherrie The Ex is nog steeds boos De Amsterdamse punkband The Ex zamelde in haar 32-jarige bestaan geld in voor guerilla’s, steunde een terroristische beweging en toerde door Ethiopië. Op 27 oktober speelt de band in het LVC. DOOR VINCENT BONGERS Het was in 1979

Mike Boddé overwon zijn depressie en wandelde van vreugde vijf keer door de Koopgoot. Foto Hester Doove

Van het wak naar de shit Boddé sombert niet over depressie Cabaretier Mike Boddé leest in zijn voorstelling Pil voor uit het gelijknamige boek over zijn depressie. Maar sikkeneurig wordt het niet. DOOR DIRK-JAN ZOM ‘Dit

wordt geen reguliere cabaretavond.’ Boddé waarschuwt de toeschouwers maar even. Want wie dat wel had verwacht, komt bedrogen uit. Toch valt er genoeg te lachen. Van muzikant en cabaretier Mike Boddé verscheen in 2010 het boek Pil over een depressie waaraan hij jarenlang leed. Tijdens voorleesavonden ontdekte Boddé dat het erg goed werkte als hij de teksten zelf voordroeg. Het resulteerde in een voorstelling waarin hij voorlezen combineert met muziek: zijn eigen pianospel en begeleidingsband The Win Win Situation. En dat werkt. De teksten uit het boek zijn goed; voorgedragen door Boddé en met begeleiding van de band krijgt het nog meer lading. Zo vertelt hij over hoe hij de wereld of specifieker, zijn stad Rotterdam zag ten tijden van zijn depressie. Alles lijkt negatief: die binnenvaartschepen op de rivier zijn zo saai en de Willemsbrug, wat een lullig ding. ‘De Golden Gate Bridge over een boerensloot’. De schrijver-cabaretier zingt over zijn gemoedstoestand in elk jaargetijde. In de winter raakt hij in een wak, in de herfst zit hij in de shit. Dat laatste lijkt treurig, maar het is

de tekst op een vrolijk jazznummer. Dat is kenmerkend voor Pil: ondanks het zware thema is de voorstelling absoluut niet zwaarmoedig, vaak wel erg openhartig, grappig of mooi. Hilarisch is de beschrijving van een rondgang langs alternatieve genezers. Niets hielp. Ook het verslag van zijn manische periode, waarin hij fantasieën heeft over hoe zijn pianospel niet alleen hemzelf, maar ook anderen kan genezen maakt de zaal aan het lachen. Boddé weet ook het bijzondere karakter van zijn voorstelling te benadrukken. Na de pauze neemt hij een kwartier de tijd om vragen van mensen uit het publiek te beantwoorden. Een compliment van een vrouw op de achterste rij dat hij het probleem geëmancipeerd heeft, wuift hij weg. ‘Dat hebben anderen als Hans Dorrestijn of Jeroen Brouwers toch ook allang gedaan.’ De vrouw: ‘Maar dat zijn van die sombere mannen.’ Dat geldt nu inderdaad niet meer voor hem. Hij is genezen, en daarover gaat het vooral na de pauze. Hoogtepunt hierin is de beschrijving van hoe hij zijn pleinvrees overwint en vijf keer heen en weer de Koopgoot doorloopt. Het maakt duidelijk hoe het hem langzaam weer lukt om te genieten van de kleine dingen. En hoe hij nu relativerend en lachend kan terugkijken op een zware periode. Mike Boddé, Pil Leidse Schouwburg Ma 31 okt, 20.15 u va. € 17,50

strootje trekken om wie welk instrument ging spelen. Muzikaal talent deed niet ter zake. Het maken van statements, ondersteund door pokkeherrie des te meer. ‘I don’t wanna die in a fucking cell’, blèrde zanger G(eiten) W(ollen) Sok in 1980 op de eerste single All corpses smell the same. Het was oorlog tussen de gevestigde orde en de anarchistische punks in de kraakscene. Daar hoorde een passende soundtrack bij. Veelal gemaakt door gitaren en drums grondig te mishandelen. De groep schuwde de controverse niet. In 1981 haalde de band met de single Weapons for El Salvador geld binnen voor opstandelingen tegen de door de CIA gesteunde regime in het Centraal-Amerikaanse land. In 1988 verscheen de RaRa Rap, waarin de brandstichting bij vier Makro-vestigingen door terreurbeweging Revolutionaire Anti-Racistische Actie werd verdedigd. De Makro investeerde in ZuidAfrika, waar toen het apartheidsregime nog op bloedige wijze heerste. De Nederlandse overheid stond dit toe en was dus ‘in feite de terrorist,’ schreeuwrapte Sok over industriële beats. En ‘die teringzooi komt iedereen de strot uit.’ Terwijl Johnny Rotten af en toe de Sex Pistols reanimeert en al zakkenvullend Anarchy in the UK sneert, blijft The Ex trouw aan haar idealen. Wel is tegenwoordig de maatschappijkritiek minder expliciet en zijn slogans en oneliners haast verdwenen. Maar dissonanten en white

Foto Romaine

noise trekken nog steeds hun sporen. Alleen is de chaos nu gecontroleerd. Ook kwam er ruimte voor jazz, wereldmuziek en avant-garde in het geluid. De Amerikaanse cellist en componist Tom Cora nam twee platen met de band op. Ook jazzdrummer Han Bennink en saxofonist Ad Baars duiken regelmatig op. De groep raakte verslingerd aan Afrikaanse muziek en speelt Ethiopië. De daar opgepikte ritmes versmelten met het Ex-DNA. Het afscheid van oerlid en zanger GW Sok in 2009 remde de band niet af. Arnold de Boer is als vocalist wel minder nadrukkelijk aanwezig dan Sok die de luisteraar zijn teksten soms echt toebeet als ware hij een drill sergeant van de punk. De eerste plaat in de nieuwe bezetting, Catch my Shoe (2010), ademt een ‘back to basic’-sfeer uit en laat een band horen die nog steeds graag wil afrekenen met de powers that be. Drie gitaren harken rücksichtslos tegen elkaar in. De rubberen armen en benen van drumster Katherina houden de songs op de rails. Hier en daar zorgt een lekker tetterende mariachi-trompet voor wat warmte, maar kille agressie vormt de boventoon. De band is nog lang niet uitgeraasd. De financiële crisis die als een donkere wolk boven ons hoofd hangt, inspireert De Boer. Hij schets in het nummer ‘Cold Weather is Back’ een onaangename nabije toekomst: ‘Do you still watch a flat TV? Do you still use cellphones? Well, no one has computers anymore. Because cold, cold weather is back!’ Waarschijnlijk lukt het deze band om in slecht weer en zonder elektriciteit ook nog wel glorieus lawaai te maken. The Ex, Julie Mittens en Bob Corn Donderdag 27 oktober LVC, € 12,-

FILM

TRIANON The Three Musketeers 3D Dagelijks 18.45 + 21.30 za. t/m wo. 14.15 De Bende van Oss Dagelijks 18.45 + 21.30 HET KIJKHUIS Jane Eyre Dagelijks 19.00 ( ma. niet ) Melancholia Dagelijks 21.30 ( ma. niet ) Min Dit: The Children of Diyarbakir Ma. 19.00 film met debat. Midnight in Paris Dagelijks 19.30 + 22.00 LIDO STUDIO Johnny English Reborn Dagelijks 18.45 + 21.30. Za. t/m wo. 13.00 + 15.45 All Stars 2 Old Stars Dagelijks 18.45 + 21.30 Crazy, Stupid, Love. Dagelijks 21.30 Friends with Benefits 12 jr. Dagelijks 18.45 + 21.30

MUZIEK

STADSGEHOORZAAL Bella Italia Vr 14 okt 20.15 u v.a. €14,50 Carmina Burana Zo 16 okt 14.30 u v.a. €34,50 LVC Decadance – 10 years Cosmic Combination Za 15 okt 23.00 u €11,COC DE KROON Coming out day party Vr 14 okt QBUS Israel nash gripka & the fieros (usa) Ma 17 okt 21.00 u €12,-

T H E AT E R

LEIDSE SCHOUWBURG When Harry met Sally Di 18 okt 20.15 u v.a. € 24,50 Micha Wertheim – Voor de zoveelste keer Wo 19 okt 20.15 u v.a. €15,LAKTHEATER Het Internationaal Danstheater: Subways Vr 14 okt 20.30 u v.a. €13,50 Helmert Woudenberg: Übermensch Do 20 okt 20.30 u v.a. €14,50 IMPERIUMTHEATER De Architect Vr 14, za 15 en do 20 okt 20.30 u €8,- studentenprijs

DIVERSEN

KAMERLINGH ONNES GEBOUW Symposium Media Constructions of Crime Vr 14 okt 13.00 u – 17.00 u lokaal A144 MUSEUM VOLKENKUNDE Masters of Photography – Iconen van National Geographic t/m 4 dec 2011 RIJKSMUSEUM VAN OUDHEDEN Nieuws uit het Midden-Oosten t/m 31 aug 2012 Sites in the city t/m 19 feb 2012 Etrusken. Vrouwen van aanzien 14 okt 2011 t/m 18 mrt 2012 MUSEUM BOERHAAVE Kwik nagenoeg nul t/m 8 januari 2012 Verborgen krachten: Nederlanders op zoek naar energie t/m mrt 2012 DE LAKENHAL Fer Hakkaart en Frans de Wit t/m 6 nov 2011 SIEBOLDHUIS Hello Kitty - Hello Holland t/m 20 november 2011 HORTUS BOTANICUS Slangenexpo ‘Serpo’ t/m 23 okt 2011 NATURALIS Naturalia, van circusdier tot wetenschappelijk object 14 okt 2011 t/m 19 aug 2012


12  Mare · 13 oktober 2011 Het clubje

00 :06 PM

Generatie struisvogel

Foto Taco van der Eb

‘Afhaalstamppot werd ijs’ De IJsmeisjes: Elles Verhoef, vijfdejaars filosofie & Lia Remmelzwaal Lia (24): ‘We hebben elkaar op ons zestiende leren kennen. Met een groepje mensen gingen we stappen in Katwijk, waar we vandaan komen. Wij hadden zo’n lol dat we een week later met z’n tweeën weer gingen.’ Elles (24): ‘We praatten ook altijd over ideeën, over wat beter kan.’ Lia: ‘We vonden het jammer dat er helemaal geen Hollandse kost af te halen is. Een stamppot-take away was ons oorspronkelijke idee.’ Elles: ‘Maar een keuken was een te grote investering en ingewikkeld met de Warenwet. De verkoopcijfers voor ijs waren positief. Bovendien vonden we het strandconcept heel erg leuk. We hebben zelf ook altijd op het strand gewerkt.’ Lia: ‘1 Juli zijn we officieel gestart. Dat

Bandirah

eerste weekend was het echt ijsjesweer. We hadden het heel erg druk. Iedereen was enthousiast.’ Elles: ‘Mensen vragen zelfs of we een keten zijn.’ Lia: ‘We hebben nu al veel vaste klanten. Studenten uit de buurt, maar ook gezinnen. Eén vrouw heeft zelfs koffiekopjes voor ons meegenomen van haar vakantie in Frankrijk.’ Elles: ‘Omdat mensen met slechte dagen minder ijs eten, willen we namelijk een koffiehoek inrichten, met allemaal ouderwetse kopjes en schoteltjes - alsof je bij oma op de koffie bent. Van de koffiejuffrouwen uit de kantine bij het Matthias de Vrieshof hebben we ook kopjes gekregen. De meubels zijn gemaakt door familie of afkomstig uit kringloopwinkels.’

Lia: ‘Bij de koffie krijg je een mini-ijsje. We gaan ook ijscoupes, ijstapas en ijscocktails serveren. Allemaal biologisch. We zijn een keer bij een ijsboerderij geweest waar de kalfjes gelijk bij de moeder werden weggehaald en de koeien alleen maar op stal stonden. Daar wil ik echt niet aan meewerken.’ Elles: ‘Binnen een jaar willen we het ijs ook zelf maken.’ Lia: ‘We zien elkaar nu iedere dag. Dat gaat best goed.’ Elles: ‘We zijn een soort zusjes geworden. We gaan ons eigen gangetje, kletsen, relaxen. ’s Avonds eten we samen.’ Lia: ‘We hebben wel pittige discussies bij beslissingen. We zijn erg veeleisend.’ Elles: ‘Dat is soms wel heftig, maar het duurt altijd maar eventjes. We spreken

het uit en het is klaar. We zijn goede vriendinnen. We weten veel van elkaar. Dat kan ook heel grappig zijn.’ Elles: ‘De combinatie met de studie is wel moeilijk. Als ik weet dat Lia bezig is, heb ik een schuldgevoel omdat ik zit te studeren. Veel doe ik dan liever ’s avonds, na het werk.’ Lia: ‘We krijgen ook hulp van onze ouders en vrienden. ’s Avonds eten we vaak iets wat onze moeders hebben gebracht. Zij zijn een beetje de ijsmama’s.’ Lia: ‘Het lijkt misschien een slechte zomer om te starten, maar met mooie dagen loopt het hier storm. Als we nu al quitte spelen, dan kan het alleen maar beter worden.’ DOOR HARMKE BERGHUIS

Eens per jaar verschijnt er een Elsevier op onze keukentafel. Dan weet ik: het is weer tijd voor het grote studieonderzoek. En eigenlijk weet ik ook meteen: mijn studie scoort beroerd, anders lag hij er niet. Wat de bezorgde ouders de daadwerkelijke lezers van dit blad - ermee willen bereiken is me ook niet helemaal duidelijk. Misschien moet ik zwelgen in zelfmedelijden. Misschien is dit mijn straf omdat ik mijn studiekeuze af liet hangen van interesse, zonder het tientallen pagina’s tellende dossier in Elsevier mee te nemen in mijn overweging. Dit jaar was het weer feest. Op de eerste pagina’s las ik over de kansen op de arbeidsmarkt voor afgestudeerden in bedrijfskunde (goed), economie (goed), fiscaal recht (zeer goed), fiscale economie (goed). Leuk om te weten, je zou bijna denken dat het goed gaat met de economie. Een aantal pagina’s verder vond ik de studies van mijn interesse: communicatiewetenschap (matig), politicologie (matig), media en cultuur (onbekend), taal- en cultuurstudies (matig). Volgens de ouders van mijn vriend zijn wij het meest kansloze stel ooit, want hij studeert geschiedenis (zwak). Volgens de kranten zijn wij de struisvogelgeneratie. Schijnbaar worden er grootse dingen van ons verwacht. Tegengeluiden, protesten of hongerstakingen, ik weet niet precies wat en al helemaal niet hoe het gaat helpen. Ik heb geen zin om elke dag in de krant te moeten lezen dat ‘moeilijke tijden’ ons wachten. Het is niet zo dat het me niet interesseert, maar wat doe je eraan? Ik maak me liever druk om dingen waar ik invloed op heb: hoe krijg ik mijn essay op tijd af, waarom wil Usis me niet inschrijven voor mijn tentamen? Wij struisvogeltjes storten ons vol enthousiasme op onze kansloze studie. We verkeren in de veronderstelling dat we daar meer mee bereiken dan met protesteren in Den Haag. Laatst mocht ik voor mijn opleiding journalistiek een paar leuke interviews doen met Leidse burgers die zich vrijwillig inzetten om Leiden aantrekkelijker te maken. Ik nam plaats aan de tafel van een inspirerend kunstenaar, die vol passie vertelde over de mooiste plekjes van onze stad. Aan het einde van het interview vroeg ik hem of er geen boekje bestond waarin bekende Leidse kunstenaars en schrijvers over de meest inspirerende plaatsen van Leiden vertellen. Zo’n boekje bleek er niet te zijn, maar de kunstenaar zei: ‘Misschien kunnen wij het in de toekomst samen maken’. Een paar dagen later sprak ik in een prachtig grachtenpand met een projectontwikkelaar. Na het interview vroeg hij naar mijn studie, en ik vertelde hem dat ik Chinees studeer. ‘Dus als ik jou inhuur, dan leer jij mijn kinderen Chinees?,’ vroeg de man. Journalistiek en Chinees doen het misschien niet zo goed op de arbeidsmarkt. Maar via je studie ontmoet je wel interessante mensen en doe je een hoop ervaring op. Daarom studeren we rustig door, en steken onze kop nog wat dieper in het zand. PETRA MEIJER


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.