5 minute read

Houd kinderen zo veilig als nodig en niet zo veilig als kan

‘Houd kinderen zo veilig als nodig en nietzo veilig als kan

Ieder kind wil spelen. Gelukkig maar, want spelen heeft een belangrijke functie voor de persoonlijkheidsontwikkeling van een kind. Bovenal is ‘risicovol spel’ goed voor de fysieke, sociale en intellectuele ontwikkeling. Alleen zien we dit helaas steeds minder. Reden voor wetenschappers van de Universiteit van Utrecht om hier onderzoek naar te doen. Inmiddels is het eerste deel afgerond en zijn de obstakels nu goed in beeld: gemeenten worstelen met hun aansprakelijkheid en ouders met hun bezorgdheid. Maar in het belang van het kind moet en kan het anders.

Kinderen klauteren, klimmen en ontdekken graag, maar doen dit steeds minder. Kirsten Visser is universitair docent Stadsgeografie aan de Faculteit Geowetenschappen van de Universiteit van Utrecht en heeft met een team van wetenschappers van het departement Sociale Geografie en Planologie onderzoek gedaan naar de oorzaak hiervan. “In het project ‘The power of risky play‘ hebben wij in twee speeltuinen in Rotterdam gekeken hoe deze zijn ingericht om risicovol spel te stimuleren en hoe deze plekken door kinderen worden gebruikt.” Daarnaast vroegen zij kinderen en ouders hoe zij dachten over risicovol buitenspelen en spraken zij met beleidsmakers over besluitvorming en beleidsmatige inbedding van risicovolle speelplekken. Er is geen onderzoek gedaan naar het nut van risicovol spel, maar Visser laat weten dat hiervoor is gekeken naar eerdere onderzoeken. “Hieruit weten we dat het bevorderlijk is voor de motorische ontwikkeling, maar ook voor de cognitieve en emotionele ontwikkeling en dat het de basis vormt voor de sociale en intellectuele ontplooiing van een kind. Door kinderen letterlijk en figuurlijk uitdagende speelruimte te geven, geef je ze een hele goede basis mee voor de rest van hun leven.”

Risico’s uitsluiten

Dat kinderen minder uitdagend spelen, komt volgens Visser zeker niet omdat zij hier geen behoefte aan hebben. ”Kinderen zoeken juist graag risico’s op in hun spel, denk aan natuurlijke elementen zoals water of scherpe onderdelen zoals takken. Waarbij we ook weten dat ze er zelden onbezonnen ingaan. Ze schatten risico’s in en oefenen soms eerst voordat ze iets uitproberen.” Waarom kinderen dan toch minder risicovol spelen, komt onder meer door het aanbod uitdagende speelplekken in de openbare ruimte. ”Gemeenten moeten zich uiteraard aan allerlei regels houden en de wet- en regelgeving is aangescherpt. Voorkomen moet worden dat er iets gebeurt én dat de gemeente hiervoor verantwoordelijk kan worden gehouden. Een wethouder wil hier niet zijn of haar vingers aan branden. Met helaas als gevolg dat elementen die juist passen bij risicovol spel worden vermeden.” Daarnaast is de

openbare ruimte de laatste decennia sterk veranderd. “Het is veel drukker op straat, de helft van de bevolking heeft een auto wat natuurlijk bepalend is voor het straatbeeld.” Het is ook waar de ouders mee worstelen merkt Visser, want zij vormen eveneens één van de obstakels. “Ouders spelen een grote rol als het gaat om het speelgedrag van kinderen en uit ons onderzoek blijkt dat zij heel beschermend zijn.

Zij laten kinderen liever niet uit het zicht spelen en willen elk mogelijk risico uitsluiten.” Tegelijkertijd merkt Visser dat ouders zich wel bewust zijn van de voordelen. “Wij hebben veel ouders gesproken die wel degelijk het belang ervan inzien, maar vinden dat de omgeving dusdanig is veranderd dat het lang niet altijd veilig is. Ze zouden hun kinderen graag meer uitdaging willen bieden, maar binnen een veiligere setting dan nu vaak het geval is.” Waar ‘m volgens Visser ook de crux zit. “Kinderen moeten juist verschillende contexten ervaren om beter risico’s in te kunnen schatten. Zij hebben dus meer uitdaging nodig.”

Verschillende contexten

Deze ontwikkeling is ook heel herkenbaar voor de zwembranche en hoewel Visser niet specifiek heeft gekeken naar risicovol spelen in water, ziet ook zij duidelijke parallellen. “Het ervaren van de verschillende contexten is belangrijk voor kinderen om bekwamer te worden in de benodigde vaardigheden en om te leren risico’s in te kunnen schatten. Dit is voor het water niet anders. Maar Visser merkt ook dat het element water lastig is in de openbare ruimte. “Voor kinderen is een trekvlot heel interessant en kan het een uitdagend onderdeel vormen van een mooi parcours door het bos. Tegelijkertijd buigen gemeenten zich meteen over de veiligheid voor met name kinderen die nog niet zwemveilig zijn. Waardoor men vaak toch weer terughoudend is en ervan afziet.” Een ander voorbeeld dat Visser aanhaalt, is een spetterpark in Utrecht. “Bewoners van een wijk in Utrecht beheren dit park. Het is een mooi project, uitdagend voor kinderen en daarnaast heeft het een belangrijke sociale functie. Maar de zwembadjes moeten dan weer voldoen aan bepaalde normen voor waterkwaliteit. Hiervoor kan men dan continu de kraan laten lopen, maar dat is niet duurzaamheid. Daarnaast moet het natuurlijk ook veilig zijn, wat als er iets gebeurt? Hiermee vraag je wel veel van vrijwilligers.” Ook het zwembad zelf is natuurlijk dé plek voor kinderen om heerlijk te ravotten en zich door klauteren en klimmen spelenderwijs te ontwikkelen. Wat voor Visser niet alleen betekent dat je kinderen deze uitdaging moet bieden, maar ook de ruimte moet geven om uit te proberen en zij wijst hierbij op de rol van toezichthouder. “Wij pleiten ervoor om kinderen zo veilig te houden als nodig, niet zo veilig als maar kan. Dit heeft betrekking op de invulling van de speelruimte, maar ook op de functie van toezichthouder in het zwembad. Zolang het goed gaat, grijp je niet in. Pas als het gevaarlijk wordt, onderneem je actie. Je hebt dan veel meer een afwachtende houding waardoor je het kind stimuleert om binnen veilige grenzen op ontdekkingstocht te gaan.”

Momenteel werkt Visser aan de aanvraag voor een beurs voor vervolgonderzoek om te kijken hoe speelplekken bewuster kunnen worden ingericht en risicovol spel meer kan worden gestimuleerd. “We willen met gemeenten kijken hoe zij binnen de verantwoordelijkheden die zij hebben en de wet- en regelgeving die er geldt toch meer uitdaging kunnen bieden. Daarnaast denken wij aan een toolkit voor ouders om ze meer vertrouwen te geven waardoor zij hun kinderen minder beschermend opvoeden. Het belang van risicovol spel op het land en ook in het water is duidelijk. Nu we door ons onderzoek ook weten wat de obstakels zijn, is het zaak om deze barrières te doorbreken. Om meer te focussen op het borgen van veiligheid zoveel als nodig is en niet zoveel als kan.” Want blijven wij hangen in dat laatste dan ontnemen wij onze kinderen niet alleen een uitdagende speeltijd, maar ook een goede basis voor hun verdere ontwikkeling hun leven lang.

This article is from: