Nr 17 30 april 2015

Page 22

Koers

Campus De campus moet een aantrekkelijke ontmoetingsplek worden met voorzieningen voor studentenorganisaties.

De ontvangsthal en de ruimtes eromheen hebben een open en aantrekkelijk karakter gekregen, met zithoeken en banken, dus er blijven nu meer studenten op de campus hangen”, zegt Issam Moustaine, voorzitter van studentenvakbond SRVU. “Het studentendok, waar de SRVU en andere studentenclubs hun ruimtes hebben, wordt straks ook vanaf het campusplein toegankelijk, dus ook dat is gunstig. Ik denk dat er daardoor meer samenhang zal ontstaan.” Moustaine hoopt wel dat er een goede oplossing komt voor de studieverenigingen, die door het flexwerken hun sociale ruimtes zijn kwijtgeraakt. “Die verenigingen moet hun vaste, herkenbare plek hebben als je ze op de campus wilt houden.” Ook mag de campus van hem groener worden. (PB)

Buitenlanders Engelstalige masters hebben in 2015 ten minste 25 procent instroom van buitenlandse studenten met een buitenlandse vooropleiding.

F

rans Snijders, directeur International Office. “De internationale instroom bij de masters is sinds 2010 flink toegenomen. Toen was het 16 procent. In 2014 was dat 21,9 procent. “De economische faculteit gaat aan kop. Maar ik denk dat we in 2015 25 procent net niet halen. Tussen de masters zijn er wel grote verschillen. Bij de researchmaster sociale psychologie bijvoorbeeld komt ruim de helft van de studenten uit het buitenland. Maar daar worden slechts zo’n 25 studenten toegelaten. Dat geldt voor alle topmasters. Die hebben een kleine instroom met een hoog percentage buitenlandse studenten. De grote masters zijn minder internationaal. Inmiddels is meer dan de helft van de masters Engelstalig. Daarvan komt een belangrijk gedeelte van de instroom van andere universiteiten. Van hen komt dan weer 45,3 procent uit het buitenland. Dat is meer dan we vijf jaar geleden hadden verwacht.” (DdH)

22

Vrouwen Percentage vrouwelijke hoogleraren moet van 11 naar 20 procent.

Eind 2014 zaten we op 18,07 procent vrouwelijke hoogleraren”, zegt Anneriek de Heer, directeur van de dienst HRM, Arbo & Milieu. “Het streefcijfer van 20 procent is voor 2015, dus we liggen op koers. Maar omdat het om relatief lage aantallen gaat, laat een vertrekkende of nieuw aangestelde hoogleraar al snel een groot percentueel verschil zien. “Twintig procent is een bescheiden streefcijfer. Als je een goede afspiegeling wilt, zou je moeten streven naar 26 procent, dat is het percentage vrouwelijke universitaire hoofddocenten (uhd). Een grote discrepantie zit er tussen het aantal uhd’s en het aantal vrouwelijke universitair docenten, want dat is wel vijftig procent.” (PB)

nr 17 — 30 april 2015

ADVALVAS


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.