ZUID Februari 2012

Page 1

F e B r U a r i 2 0 1 2 | J a a r G a n G 3 | n U M M e r 1 1 | W W W. Z U i D M a G a Z i n e . n L | e 4 , 9 5

WaT ZiJn We GoeD!

Jan-Paul Kroese, hotelmanager

“Na China, de VS en Kenia klopt Limburg gewoon.”

ONAFHANKELIJK OPINIEBLAD

LLTB

Bovens & Frissen

essay

varkensbOeren willen

Over de liefde vOOr

Op zOek naar de

geen grOenen

limburg

indiaan in Onszelf


The ‘big’ six… U krijgt bij Rabobank Westelijke Mijnstreek de aandacht die u verdient. Persoonlijk contact, korte lijnen, specifieke branchekennis en een ‘state of the art’ dienstenpakket zijn wat ons betreft de belangrijkste ingrediënten om onze Corporate Banking klanten perfect te bedienen. Dat nemen we serieus. Met vijf man en een vrouw sterk staan the ‘big’ six van Corporate Banking voor u klaar. Om met u van gedachten te wisselen over ons gespecialiseerd dienstenpakket. Om te sparren over de ontwikkelingen in uw branche. En om creatieve oplossingen aan te dragen om uw ambities te realiseren. Zodat ú de wereld kunt veroveren… Ontdek in een persoonlijk gesprek waarom Rabobank Westelijke Mijnstreek dé partner voor Corporate Banking voor u is. Nationaal en internationaal. Tijd voor een goed gesprek! Let’s talk business… Kijk op: letstalkbusiness.nu

Reputatie moet je verdienen… Daar moet je wel wat voor doen. Aan een reputatie moet je bouwen.

Sinds haar oprichting investeert Limbourg & Partners in haar re-

Vraag het maar aan de eigenaren van het wereldberoemde cham-

putatie als dé specialist in executive search, interim management

pagnemerk Moët & Chandon. Sinds 1743 bouwt dit merk aan zijn

en detachering in de Euregio. Wat dat betreft hebben ze inmiddels

nagenoeg smetteloze imago.

een naam hoog te houden. Integriteit, passie voor het vak en een grenzeloze interesse in mensen zijn de kernwaarden die ze hierbij

Respect voor traditie, lagering op de edelste houtsoorten en de beste

hanteren.

vinificatiemethodes zorgen ervoor dat dit champagnemerk zijn eigen ‘persoonlijkheid’ heeft. De champagne van Moët & Chandon

‘A match made by Limbourg’ staat garant voor succes! Kijk maar

is niet voor niets favoriet bij de echte connaisseurs.

naar de talrijke bedrijven en instellingen die inmiddels; topmanagers, aanstormend talent of interim specialisten via Limbourg &

Limbourg & Partners bestaat ‘sedert’ 1993. Nog niet lang genoeg

Corporate Banking

Partners aangetrokken hebben.

om net zo stevig in de samenleving verankerd te zijn als voornoemd champagnemerk. Maar toch…

Rabobank Westelijke Mijnstreek

L E A D I N G

E X E C U T I V E S

Y O U N G

E X E C U T I V E S

www.limbourg.eu

P R O J E C T

P R O F E S S I O N A L S


inhoudsopgave | 03

Zonder debat ge toekomst. Dat g voor Limburg. V dachte heeft ZU uitgenodigd om te delen. Mense hun eigen kenni blik werpen op d Oud-gouverneur directeur Fondsr Marjo Pluijmaek directeur Floor v de Groot, onder oprichter van W nals Group. Vier Limburg.

vandaag in Limburg? Mijns inziens meer dan ooit tevoren! Let wel, het gaat mij om mensen en niet om instellingen! Waar zitten ze? Bij de provincie, gemeenten, het LIOF, beide universiteiten, hogescholen, Europese instituten, Limburgse bedrijven en instellingen. Voeg daaraan toe ‘Limburgers in den Vreemde’, mensen die in Limburg geboren en getogen zijn, die nu topfuncties elders in Foto’s: Jean-Pierre G ons land of in het buitenland vervullen, maar die maar wat graag willen meedenken over een kansrijke toekomst voor Limburg. Spoor ze op -het zijn er honderden- en breng ze met elkaar in contact in een groot netwerk. Breng ze bij elkaar in wisselende samenstel06 | Onder de pannen 28 | Politiek ling, bijvoorbeeld thema- of regiogewijs, en Somber wonen in Kerkrade? Gouverneur Theo Bovens en laat ze ideeën genereren over wat in Limburg Niet voor de burgervader voorganger Léon Frissen over allemaal kan en moet gebeuren. Zie er verzelfbewustzijn, authenticiteit volgens op toe dat het niet bij denken blijft, en het dichten van de kloof maar dat ‘denken’ gevolgd wordt door ‘doen’! 08 | Bestuur e redactie van ZUID vroeg mij een geen universiteit en evenmin een academisch Tenslotte nog een suggestie mijnerzijds. ij APG vind Waarom de varkensboeren open brief aan Limburg te schrij- ziekenhuis. Er was nooit een Europese Top Bedrijvigheid en werkgelegenheid zijn en blijbehalve een de ‘groenen’ weghouden 48 | Opinie ven, met als onderwerp ‘waar moet geweest en er waren evenmin Europese in- ven belangrijk, ook in de toekomst! Daarom ik dat drome bij de LLTB Sjeng Kremers: Maak Limburg het naartoe met Limburg in de komende stituten, laat staan dat de stad zich voorbe- mijn voorstel: maak van Limburg het ‘Walde toekomst in te k Walhalla voor startende jaren?’. Dat roept de vraag op of Limburg reidde om Europese Culturele Hoofdstad te halla voor startende ondernemers’. Zoek gezichtspunten te k ondernemers wel ergens naartoe moet. Heeft Limburg niet worden. In Born stond geen autofabriek, in uit het hierboven voorgestelde netwerk, een heel snel nadat drom 10 | Economie al alles wat een regio en de mensen die er Roermond geen outletcentrum met interna- beperkte groep creatieve en ervaren menzetten: denken, durv Weg met het doemdenken, wonen zichzelf kunnen toewensen? Overtionale uitstraling en in Noord-Limburg was sen die zo nodig tezamen met een kleine Ik droom van een leve het Limburgs potentieel! 58 | Zorg drijf ik wanneer ik Limburg altijd aanduid de Floriade niet in voorbereiding. Niemand staf- in staat en bereid zijn jonge startende kracht werkt. Waar We worstelen met onszelf, met als ‘het Beloofde Land’? Die omschrijving, had gehoord van Brainport of van Rijksweg ondernemers met raad en daad bij te staan. financiële sector en o de kosten en met elkaar. Helen die voor zich spreekt, is zo gek nog niet! Zij 73, die Noord-, Midden- en Zuid-Limburg Die hen terzijde staan bij het concretiseren en erop uit zijn de s 16 | Vervoer Lionarons: ‘Kaasschaafmethode komt immers geheel overeen met het beeld met elkaar verbindt. de Limburgers hebbe van businessplannen, die voorkomen dat Straks vliegen we is zwaktebod’ dat de onvolprezen Stichting Regiobranding Hoe zijn die ontwikkelingen dan tot stand ze in onnodige administratieve dwaalwegen Ophouden met stils allemaal naar ons werk Zuid-Limburg met grote regelmaat neerzet gekomen en valt daarvan iets te leren als we de weg kwijt raken, die helpen bij het toezwaktes van Limburg op de website ‘Zuid- Limburg. Bright site willen werken aan het Limburg van morgen? gankelijk maken van markten, ook in het Een prachtig voor 64 | Essay of life’. Onvolprezen, omdat de 18 gemeen- In al die gevallen kwam ‘iemand’ op een omringende buitenland -in een straal van vind ik de recente inv 25 | Column 2012 zal het jaar zijn waarin ten in Zuid-Limburg, de provincie en de idee! Zo was de Universiteit Maastricht de 30 km rondom Zuid-Limburg leven maar in versnelde ontwikke Waarom we niet altijd doen de wereld bij zinnen komt vele bedrijven die middels deze stichting de droom van Sjeng Tans. Die ‘iemand’ liep liefst 4 miljoen mensen!- en die hen zo nodig Geleen (Chemelot) e wat we zeggen - en de handen ineengeslagen hebben om de regio rond met dat idee, piekerde zich suf wat hij ook financieel een duwtje in de rug kunwaartoe DSM, de pr gevolgen daarvan een duurzame, kansrijke toekomst te geven, kon doen om zijn idee te realiseren, zocht nen geven. Zo’n suggestie moet natuurlijk Universiteit Maastr 77 | Organisatie voor dit initiatief niet genoeg geprezen kun- naar medestanders, ontwikkelde draagvlak, nader worden uitgewerkt. Maar wat zou het Zwart op wit belov Meer winst? Laat los die nen worden. bracht het in gremia die erover moesten fantastisch zijn als, in de nabije toekomst, van drie partijen mi hiërarchie! Een regio staat nooit stil. Het Limburg beslissen, probeerde die ervan te overtuigen iedere startende ondernemer in Nederland waardelijk samenwer van vandaag is anders dan het gisteren was en zag erop toe dat het gebeurde. In veel weet dat hij, wanneer hij echt wil slagen, in Natuurlijk zijn e en anders dan het morgen zijn zal. Vergelijk gevallen was dat een proces van jaren: de Limburg moet zijn! noemen in Limburg. het Limburg van vandaag maar eens met volhouder wint! Tot zover enkele overpeinzingen van een sterkend toerisme in het Limburg van vijftig jaar geleden, toen Bepalend voor de toekomst is derhalve of Limburger-in-ruste. Opschieten dus: ik wil Een resultaat van int de mijnen nog aan 75.000 mensen direct of er voldoende mensen zijn met ideeën, men- het allemaal nog wel meemaken! waarbij niet het belan indirect werk boden. Toen was er in Heerlen sen die ideeën omzetten in concrete plannen sterktes van alle regio Pagina 68: “Duitse auto’s rijden op koolzaadolie van Limburgse bodem. Te gek voor woorden” bij het maken van de nog geen Open Universiteit en in Heerlen en mensen die deze plannen op effectieve Sjeng Kremers waren ook geen rijksdiensten. Maastricht had wijze realiseren. Hebben we die mensen oud-gouverneur van Limburg Waarom dan toc

48

58

inhoud

Open brief aan Limburg

Uit de dromen

D 06

B

28


Frankrijk

Artikel:

Wit

Italië

188206

Mousserend

Frankrijk | Wit

Domaine Cordier 2006 Pouilly Fuisse ‘Vers Pouilly’

€36.95

€28.50

Frankrijk Rosé

10 Artikel: 4033

Artikel: 721100

Artikel: 451109

Sacchetto Prosecco Frizzante, 20cl

Domaine Prieur 2009 Santenay ‘En Boichot’

€20.10

€3.60

€16.00

€2.75

Bastide Neuve 2010 Cinsault

€4.95

Pak nu uw voordeel!

Spectaculaire

€4.50

Keldersale!

www.thiessen.nl

De nieuwe oogstjaren zijn Frankrijk

Artikel:

Wit

123107

in aantocht! De laatste ontdekkingen komen

Schaller 2007 Alsace Muscat Cuvée Charles

€14.95

€11.25 Artikel: 264008

Frankrijk Rood

En daarom maken we

Domaine Prieur 2008 Santenay ‘Maladiere’ Premier Cru

plaats in onze kelders.

Kijk voor alle aanbiedingen op

www.thiessen.nl

of

€17.95

kom langs in onze winkel

€15.50

voor meer informatie.

Wees er snel bij want

OP=OP

€19.95

€15.

Artikel: 453708

langzaamaan binnen.

Nalys 2008 Châteauneufdu-Pape

95

Frankrijk | rood

Frankrijk Rood

Artikel:

300104

Petit Bourgogne 2004

Aanbiedingen zijn geldig t/m 31-03-2012

€9.05

€3.00

Hongarije | Wit Artikel: 605207

Frankrijk

Wit

Bock 2007 Villanyi Olaszrizling

€7.

75

Artikel: 402709

Bezoekadres: Grote Gracht 18 6211 SW Maastricht T +31 (0)43 325 13 55

€5.95 Frankrijk | Rosé

Artikel: 262710

Domaine Gavoty 2010 Melopée Côtes de Provence

€8.95

€7.

65

WWW.THIESSEN.NL Zuid-Afrika | Wit

Bousquet 2009 Vin de Pays de l’Aude

€6.95

Artikel: 141407

Ondine 2007 Coastal Region Cabernet Franc

€15.95

€8.25

€5.75


0cl

60

!

l

ikel: 708

ieur nay

50

2709

2009 ys

6.95

75

hoofdredactioneel commentaar | 05 zuid voor beslissend liMburG

Opgericht in 2010 door Peter Eberson en Maurice Ubags Uitgever Zuid Media Groep bv Stationsplein 8K 6221 BT Maastricht Postbus 4211 6202 WB Maastricht Tel. 043 7999055 mail@zuidmagazine.nl Hoofdredacteur/directeur Peter Eberson | 06 55 93 29 18 peter.eberson@zuidmagazine.nl Adjunct-hoofdredacteur Gwen Teo | 06 10 36 47 71 gwen.teo@zuidmagazine.nl

HALF VOL

Redactie Govert Derix, Peter Eberson, Mariëlle Heijltjes, Loek Kusiak, Wim Ortjens, Guus Queisen, Pedro Rademacher, Paul Rinkens, Gwen Teo, Jean-Paul Toonen

Is het glas van Limburg half vol of half leeg? ‘Half leeg’, zullen velen zeggen. Economische crisis, een huizenmarkt die op zijn gat ligt, problemen bij NedCar, vergrijzing, krimp, onzekere pensioenen.

Fotografie Jean-Pierre Geusens, Arnaud Nilwik, Koen den Os, Frits Widdershoven Cover Illustratie: Marco Jeurissen Sales Esther Verhoeff, Sales & Office Support Vormgeving Amigo Creative Concepts, Maastricht Stefan Roex Grafisch Design Art-director Claudia Ritzen Druk Schrijen-Lippertz Voerendaal/Stein Oplage 10.000 exemplaren. ZUID wordt vijf keer per jaar gratis aan alle decisionmakers in Limburg verstuurd. Het volgende nummer verschijnt op 13 april Auteursrechten Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande toestemming van Zuid Media Groep gepubliceerd, openbaar gemaakt of verveelvoudigd worden www.zuidmagazine.nl

Allemaal waar, maar bekijk het eens vanuit het perspectief van de optimist. De werkloosheid is in onze provincie het afgelopen jaar aanzienlijk gedaald, steden als Roermond en Maastricht floreren. Supermarkten hebben met de feestdagen record-omzetten geboekt. De Limburgse hoofdstad mocht vorige maand de 121.000ste inwoner begroeten en groeit verder. Venlo bereidt zich voor op de opening van de Floriade, er wordt 180 miljoen geïnvesteerd in de Chemelot Campus en de Maastricht Health Campus. DSM haalt straks de meeste omzet uit opkomende landen als China, India en Brazilië. De media en politiek spelen een belangrijke rol in hoe mensen de crisis ervaren. Wie dag in, dag uit hoort hoe slecht het gaat, gaat er op den duur in geloven. Als de politiek maar geen beslissing durft te nemen over de hypotheekrente-aftrek, blijven mensen voorzichtig op de woningmarkt. Maar voor wie een baan en een huis heeft en netjes de hypotheek betaalt, is sinds het begin van de crisis weinig veranderd. We zijn voorzichtiger geworden. In onze hebzucht naar meer, zullen we dit keer onze centjes niet op een Ijslandse virtuele bank zetten, maar op een spaarrekening van een Nederlandse bank, die ook volgend jaar en de volgende eeuw nog bestaat. We beseffen nu dat de economie niet als vanzelfsprekend elk jaar fors groeit. De crisis is een goede ‘wake up-call’ geweest. Geluk zit in andere dingen dan economische groei of geld. Wakker geschud is het nu tijd voor andere tijden. We worden gedwongen door de onstuitbare opmars van ict-technieken om mee te gaan. Oude patronen, denkbeelden en werkwijzen houden geen stand meer. Jong, creatief ondernemerschap dient zich aan. Het is bemoedigend om te zien hoeveel jongeren tijdens hun studie een succesvol bedrijf starten. Bedrijven die de omvang van een laptop en een iPhone hebben. Dat zijn de nieuwe entrepreneurs van Limburg. Economie is ook afscheid nemen. Van het fotorolletje tot de typemachine. Van Limburgse zonnepanelen tot ‘Limburgse’ NedCar-auto’s. Optimisme wint altijd. Mits we het een kans geven. Er voor kiezen en het omarmen. Zullen we vanaf nu afspreken dat er alleen nog maar half volle glazen bestaan? Is wel zo prettig. Peter Eberson Hoofdredacteur


06 | onder de pannnen

beeld air-Vision

Het kost een lieve som, maar dan HeB Je ook wat

niks vineX | Geen saaie rijtjeshuizen. Creatief bouwen kan in Kerkrade

In Kerkrade kan alles, zo lijkt het. Tenminste, als het gaat om bouwen. Dit is de woning van burgemeester Jos Som uit Kerkrade. De burgemeester woont op een aardig groot perceel vergeleken met de buren. Het is duidelijk dat gekozen is voor een vrije bouwstijl daar in Kerkrade. Oh ja, in 2003 is een hypotheek ingeschreven van 600.000 euro. Twee jaar later werd nog eens 50.000 euro daar aan toegevoegd, zo blijkt uit gegevens van het Kadaster.

privacY | De familie Som kan ongestoord op het terras bij het zwembad genieten dankzij een extra scherm voor de beukenhaag

droog | De auto’s van de familie Som staan lekker droog onder het enorme terras

Jos som


Pedro Rademacher

Weelde Onlangs sprak ik met Karel Herberigs. Een redelijk gewone man, die woont in een gewone straat in Heerlen. Niets bijzonders. Maar Karel Herberigs werd geboren op 5 juni 1920. Op 5 juni aanstaande wordt hij 92 jaar. Verwacht geen oude, ziekelijke man: hij oogt als een kwieke zeventiger, hij doet dagelijks aan sport, hij woont volledig zelfstandig en hij werkt drie dagen in de week als vrijwilliger volop mee in verpleeghuis Bergweide in Heerlen. Om u een idee te geven: toen hij werd geboren in Bocholtz was net de Eerste Wereldoorlog afgelopen. Toen hij 20 werd woedde de Tweede Wereldoorlog. “Niemand had iets, iedereen was arm. Wij hadden thuis niet eens bestek.” Om aan de gedwongen tewerkstelling in Duitsland te ontkomen ging hij, net als zijn vader, werken in de mijn. In hele ondiepe, nauwe gangen moest hij op zijn knieën kruipen om die gangen verder uit te graven. Gevaarlijk en gruwelijk zwaar werk. Tot aan de bevrijding bleef hij noodgedwongen in de mijn: “Mijn knieën hebben daar zwaar onder geleden.” Na die oorlog de moeizame wederopbouw. Hij ging werken als grensbewaker, mee de orde proberen te herstellen na een chaotisch tijdperk. Altijd buiten, door weer en wind. Smokkelaars onderscheppen, illegale grensoverschrijdingen voorkomen. De werkweek telde toen nog zes dagen. Hij woonde in Heerlen, maar werkte langs de grens in Schinveld. “Dat was dagelijks 40 kilometer fietsen op een fiets met aan elkaar gebonden stukjes oude banden. Het was behelpen.” Via de grensbewaking ging hij uiteindelijk her en der voor de douane werken. Hij trouwde een ‘degelijke meid

– ADVERTENTIE –

column

MEUBELKLASSIEKERS VRIJBLIJVEND

uit Elsloo’ en kreeg een gezin met zes kinderen. De welvaart groeide. In 1980 (!) ging hij uiteindelijk met pensioen. “Ik denk dat het ABP stilaan wel van me afwil…” Toen zijn vrouw dement werd, heeft hij haar thuis tot het uiterste verzorgd. Toen de situatie onhoudbaar werd, kwam ze in verpleeghuis Bergweide terecht. Zodoende kwam hij dagelijks over de vloer in het verpleeghuis en zag hij dat de behoefte aan helpende handen groot was. En werd hij vrijwilliger. Zijn vrouw overleed drie jaar geleden. Werken bij Bergweide geeft hem veel voldoening: “Het feit dat je door bewoners en personeel met open armen wordt ontvangen, doet me goed. Je voelt je gewaardeerd.” Zolang zijn gezondheid het toelaat gaat hij door met dat vrijwilligerswerk. “Twee jaar geleden heb ik me voorzichtigheidshalve helemaal laten onderzoeken bij de dokter: ze konden niets vreemds vinden.” Het geheim van zijn gezondheid? “Ik heb mijn hele leven altijd veel gesport, vooral fietsen, zwemmen en veel lopen. Dat fietsen gaat nu helaas steeds moeilijker: de knieën willen niet meer zo.” Maar verder leeft hij eigenlijk heel gewoon. “Ik eet iedere dag wat rauwkost en een appel, dat wel.” Pas op zijn 60ste stopte hij met roken. Drinken doet hij allang niet meer. “Ik heb altijd heel erg in het moment geleefd. Kijk nooit te ver vooruit. Bij mensen heb ik altijd naar de harmonie gezocht, niet naar het conflict.” Hij woont zelfstandig en knus in zijn perfect onderhouden huis in Heerlen, met daaromheen een weelderige bloementuin. Iedere morgen als hij wakker wordt, begint hij de dag met een half uurtje gymnastiek: “De spieren oprekken en klaar maken voor de nieuwe dag.” Hij heeft er nog steeds zin in. Zijn geloof in God is hij ergens onderweg kwijtgeraakt. “Ik geloof in het verstand.” Zijn oudste dochter is inmiddels 65. Zijn kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen ziet hij vaak. De actualiteit begrijpt hij soms niet meer helemaal. Dat alles en iedereen het maar heeft over die zogenaamde crisis. “De mensen beseffen niet in hoeveel weelde ze leven. Maar ja: het zijn sterke schouders die de weelde kunnen dragen.” Aldus Karel Herberigs.

ADVIES

COMPLETE INRICHTING

VLOERBED EKKING

RAAMDECORATIE

WOONACCESSOIRES RESTAURATIE

VERLICHTING

EXCELLENTE SERVICE

Aan de Fremme 30/32 6269 BE Margraten T 043 - 321 53 31 www.vanlijfinterieurs.com

vl_ad_zuid_sept2010.indd 1

12-08-10 10:30


08 | bestuur

GroenLinks niet welkom in LLTB-bestuur

Sjraar van Beek

GroenLinks-leden worden niet getolereerd in het bestuur van de Limburgse Land- en Tuinbouwbond. Sjraar van Beek, lid van de politieke partij, werd unaniem voorgedragen als hoofdbestuurslid. En vervolgens keihard afgeserveerd. Varkenshouders lagen succesvol dwars. door Guus Queisen foto’s Twan Wiermans

Van oudsher is de LLTB een CDAbolwerk. Uitgezonderd een enkele VVD’er is daar anno 2012 nog niets in veranderd. De ‘groenen’ worden kost wat kost buiten de deur gehouden blijkt uit het afserveren van het papieren GroenLinks-lid Sjraar van Beek uit Venlo. Na een selectie uit 17 kandidaten was de LLTB-vertrouwenscommissie heel duidelijk in haar voordracht: schapenhouder Sjraar van Beek was geknipt voor een functie in het LLTB-hoofdbestuur. In de onderbouwing van de voordracht stelt de vertrouwenscommissie: “Sjraar van Beek staat bekend als een ondernemende bestuurder, met een duidelijke visie. Hij toont lef en durft anders te denken. Zijn competenties passen goed in het totaalbeeld van de bestaande bestuursleden, maar hij zal hen, door zijn uitdagende houding,

verder kunnen brengen als team.” Ook het hoofdbestuur, onder aanvoering van Noud Janssen, onderschreef unaniem de voordracht. In de ledenraad, die bestaat uit 25 vertegenwoordigers van afdelingen en vakgroepen, stuitte de voordracht van Sjraar van Beek echter op fel verzet. Dit na een uitgebreide lobby opgestart door twee varkenshouders die in de ledenraad zitting hebben. Daarbij richtten de pijlen zich op het GroenLinks-lidmaatschap van Van Beek. Vooral de kritische houding van deze partij richting de intensieve veehouderij is een steen des aanstoots. Met deze achtergrond was het voor een deel van de ledenraad onverteerbaar dat juist een lid van GroenLinks in het LLTBbestuur zitting zou nemen. Bovendien zou de nieuwe bestuurssamenstelling

niet representatief zijn. Zou de keuze toch op Van Beek vallen dan dreigden varkenshouders hun lidmaatschap op te zeggen om over te stappen naar de concurrerende Nederlandse Vakbond voor Varkenshouders (NVV). Uiteindelijk zwichtte het bestuur voor de dreigementen. Daags voor de ledenraadsvergadering werd Van Beek met spoed op het Landbouwhuis in Roermond ontboden waar hij van voorzitter Noud Janssen en de LLTB-directie vernam dat er binnen de ledenraad te weinig draagvlak was voor zijn kandidatuur als bestuurslid. Van Beek is erg teleurgesteld in de gang van zaken. In een brief aan de ledenraadsleden schrijft hij: “Tegenstanders bij mijn kandidatuur zijn niet met mij in gesprek gegaan en lijken alleen op emotie te reageren. De meesten kennen mij niet persoonlijk maar oordelen wel keihard. Ik heb mij in mijn leven nog nooit zo aangetast gevoeld in mijn integriteit.” Door de gang van zaken heeft Van Beek zijn functie als voorzitter van de LLTB-subvakgroep schapenhouderij neergelegd en stapt hij ook uit de landelijke LTO-vakgroep schapenhouderij. LLTB-woordvoerder Thijs Metsemakers bevestigt desgevraagd dat binnen de ledenraad te weinig draagvlak bestond voor Van Beek en om die reden hij gevraagd is zijn kandidatuur te herzien. Hij wijst erop dat de LLTB een democratische organisatie is met de ledenraad als hoogste orgaan. Inmiddels is de LLTB een nieuwe procedure opgestart voor niet één maar twee bestuursleden. In haar ledenblad doet ze daartoe een oproep leden met bestuurlijke ambities en een scherpe visie op maatschappelijke issues zich te melden. Over een politieke kleur wordt daarbij niet gerept.


column

Wim Ortjens

Gecreëerde

crisis

Een wereldberoemd experiment. Tien apen in een kooi. Hoog in de kooi een banaan, met een ladder om er naartoe te klimmen. Zo gauw een aap de ladder bestijgt, worden de andere negen natgespoten. Dat vinden apen niet fijn. En dus gaan ze na een keer of drie de ladderbestijger hardhandig naar beneden trekken. Zie hier de basis voor het fenomeen ‘Wie zijn kop boven het maaiveld steekt’. Maar het wordt nog mooier. De brandspuit wordt opgerold. Eén aap wordt eruit gehaald, en vervangen door een verse. De nieuwe aap rent meteen de trap op, en wordt er direct weer vanaf getrokken. Terwijl er niet meer gespoten wordt. Hij probeert het nog een keer, het pak slaag wordt enorm en de rust keert weder in de kooi. Nog een aap wordt vervangen. Hetzelfde ritueel herhaalt zich, en de vorige verse aap, net hersteld van zijn blessures, mept vrolijk mee. Zelfs als uiteindelijk alle apen zijn vervangen door exemplaren die nog nooit de brandspuit hebben gevoeld, wordt elke nieuwkomer hardhandig van de ladder gerost. Dit experiment wordt gebruikt om het fenomeen ‘groepscultuur’ te duiden, maar ook ‘bureaucratie’: we volgen regels die ooit een doel hadden, maar nu alleen nog maar uit gewoonte worden nageleefd.

– ADVERTENTIE –

Laten we eens kijken of we het apenexperiment kunnen gebruiken voor de verklaring van de huidige economische crisis. Er hangen immers genoeg bananen in de boom, maar we durven ze niet meer te plukken, want tja, het is tenslotte crisis. Het werkloosheidscijfer is nog altijd laag - een indicatie dat de portemonnees gemiddeld genomen goed gevuld moeten zijn - en toch kapittelt de krant burgemeester Hoes omdat deze consumenten aanspoort de creditcard te trekken. Schande, vindt de krant, want weet meneer Hoes wel dat het crisis is! Een cruiseschip met Italianen vergaat, en de radiopresentator bestaat het om de reporter bloedserieus te vragen hoe het in hemelsnaam kan dat er van de 58 miljoen Italianen er nog een paar zijn die cruisen? Het is toch crisis? En zo ontstaat er een volstrekt onnodige economische crisis. Consumenten die de angst in de broek is gejaagd, houden de hand op de uitpuilende portemonnees, de omzetten dalen, de productie valt stil, en ja, dan komen de ontslagen vanzelf. Het is ook echt een Nederlands fenomeen. Met de Kerst waren we traditioneel met gezin en ouders in een hotel in de Eiffel, gerund door een familielid, en het was er rustiger dan anders. De Nederlanders hadden massaal afgehaakt, want tja, het was nu eenmaal crisis. De Duitse gasten bleven komen. Nonk Peter constateerde een substantieel verschil tussen de rust in de Duitse media over de ‘crisis’ en de hysterie op de Nederlandse tv. Onze eigen subtiele brandspuit. Maar niet minder effectief. Nu de crisis dan ook daadwerkelijk dreigt te gaan lukken, lijkt zich een soort opluchting meester te maken van de onheilsprofeten. De brandspuit kan worden opgerold. De apen gedragen zich zoals het hoort. De bananen worden steeds bruiner.

Wim Ortjens is directeur Stichting Regiobranding Zuid-Limburg

mestrini Occhiali de perfecte bril. het perfecte zien. Alain Mikli . bulgari . cartier . chanel dita . dsquared . fred . hoffmann hogan . lindberg . lunor . Oakley Oliver peoples . prada . philippe Starck ralph Vaessen . ray ban . tag heuer theo . tod’s . tom davies . tom ford

Stationstraat 19-21 Meerssen Stationsstraat 58 Maastricht t (043) 364 39 27 . www.mestrini.nl


10 | dossier HalleLimburg

Genoeg van de crisis,

HalleLimburg! Voerde de crisis de afgelopen jaren het hoogste woord, in 2012 is het zaak om de Limburgse toekomst door een positieve bril te bezien. Pleitbezorgers van deze mentaliteitsverandering hameren erop: onze provincie is zo veel méér dan rust, ruimte en recreatie. De crisis is een feit, maar de Limburgse potentie ook. “Het is een kwestie van perspectief.” door Peter Eberson en Gwen Teo foto’s Jean-Pierre Geusens

In Limburg is het goed toeven. Hoewel het aantal binnenlandse verblijven in 2011 is afgenomen, staat onze provincie landelijk nog steeds op de tweede plek. Vraag het aan andere landgenoten en onverminderd worden het heuvelachtige landschap en de vriendelijke, bourgondische mentaliteit geprezen. In het kielzog daarvan wordt Limburg de laatste jaren achtervolgd door kreten die weinig positiefs uitstralen. We zijn een krimpregio, vergrijzen in rap tempo en misschien maakt ook u zich zorgen over de veelbesproken braindrain. Sinds het aanbreken van de crisis is het er volgens velen niet beter op geworden. We vragen ons massaal af of we straks nog wel een baan hebben en een bankfiliaal in onze straat. Het geklaag is niet van de lucht. Maar kloppen onze veronderstellingen eigenlijk wel? Zien we alles in de juiste verhouding? En zo ja, hebben we dan geen enkele keus in de manier waarop we de toekomst tegemoet treden? Natuurlijk wel. Keus hebben we altijd. De keus om het glas als half leeg te beschouwen of als half vol. Omarmen we de laatste gedachte, dan blijkt al snel dat in Limburg heel wat positiefs gebeurt. En nog staat te gebeuren. Het jaar is voortvarend begonnen. Met forse investeringen in de versnelde ontwikkeling van de Chemelot Campus in Sittard-Geleen en

de Maastricht Health Campus in de provinciehoofdstad. De provincie Limburg, DSM, de Universiteit Maastricht en Maastricht UMC+ hebben ervoor getekend. Maar liefst 180 miljoen euro wordt de komende tien jaar geïnvesteerd in onderzoeksfaciliteiten, onderwijs, vastgoed én in een kapitaalfonds voor ondernemers, Limburg Ventures II. Dat laatste is nodig om het Limburgse innovatieniveau met betrekking tot de campussen op peil te houden. Zonder durfkapitaal is dat lastig omdat innoveren vaak hand in hand gaat met het nemen van risico’s, iets waarop de banken tegenwoordig niet al te happig zijn. Bovendien kunnen zo bedrijven worden aangetrokken, blijft (snelle) groei gegarandeerd en kunnen al die nieuwigheden worden vertaald naar business, zo hebben de provincie en DSM geconcludeerd. Behalve deze twee partijen hebben onder meer LIOF en Rabobank Westelijke Mijnstreek hiervoor geld opgehoest, in totaal is vijftig miljoen euro publiek-privaat durfkapitaal beschikbaar. Gehoopt wordt ook op een flinke zak met geld van het Rijk: dertig miljoen uit het nieuwe Innovatiefonds MKB+, dat 1 januari 2012 in het leven is geroepen.

Economische boost De financiële injectie moet Limburg ook dichter bij het verwezenlijken van de o

Illustratie: Marco Jeurissen

zo belangrijke Brainport 2020-ambities brengen. Middels dit programma, dat in opdracht van het kabinet is opgesteld, wil Zuidoost-Nederland zich een weg banen naar een plek in de top 3 van de Europese en de top 10 van de mondiale top-technologische regio’s. De plannen behelzen onder meer het waarborgen van open (zorg)innovatie en het creëren van meer -grensoverschrijdende- bedrijvigheid en werkgelegenheid. Het moet de hele regio een enorme economische boost geven. In 2020 dient dit doel te worden bereikt. Dan moet de ZuidoostNederlandse bijdrage aan de BV Nederland zijn gegroeid met 40 miljard euro tot 136 miljard euro per jaar. Nu reeds is Zuidoost-Nederland één van de pijlers van de nationale economie, naast Amsterdam en Rotterdam. 35 % procent van de export komt hier vandaan. Er wordt voortdurend geinvesteerd in onderzoek en ontwikkeling van nieuwe producten, diensten en technologieën. Bovendien maakt Zuidoost-Nederland deel uit van de grensoverschrijdende top-technologische regio Eindhoven-Leuven-Aken. In


economie | 11

school Zuyd, dat daar naar verwachting 5000 studenten zal verwelkomen. Commercie, museum, bibliotheek en filmhuis krijgen een plek. Aan dynamiek dus geen gebrek. Belangrijk is de verbinding met Duitsland, die in 2013 verbeterd moet zijn als de autoweg B56n ook bij de oosterburen is voltooid. De gunstige ligging ten opzichte van het Duitse achterland is de reden waarom ook de grootste Apple Store in Limburg in Sittard ligt, meldt een trotse Meekels. De veelzijdigheid van het gebied maakt de Westelijke Mijnstreek sterk, ‘misschien zelfs sterker dan bijvoorbeeld Maastricht’.

Sittard-Geleen staat Brainport hoog op de agenda. Met Maastricht en Heerlen, gezamenlijk de drie grootste gemeenten in Zuid-Limburg, vervult de Westelijke Mijnstreek-gemeente een soort voortrekkersrol. De stichting Limburg Economic Development is in het leven geroepen, teneinde de Brainport-plannen in Zuid-Limburg te realiseren. In de drie gemeenten worden dit jaar hiervoor de eerste stappen gezet. Zij dragen hieraan zes euro per inwoner bij. Economiewethouder Pieter Meekels (GOB) van Sittard-Geleen spreekt over een ‘praktisch jaar’, waarin andere Zuid-Limburgse gemeenten geënthousiasmeerd moeten worden voor participatie.

Kennisregio Brainport 2020 is tevens leidend voor de strategische ontwikkelingsagenda in Zuid-Limburg, ook wel ‘Kompas’ genoemd. Overheden, onderwijsinstellingen en ondernemers hebben de handen ineen geslagen met als doel ZuidLimburg als kennisregio te verstevigen en te zorgen voor bijbehorend werk- en woonklimaat. De speerpunten van de agenda, logistiek, toerisme en financieel-

administratieve dienstverlening, zijn samengevoegd met de Brainport-strategie. Voor de Westelijke Mijnstreek zijn alle plannen van wezenlijk belang -en omgekeerd. Chemie, Life Sciences, nieuwe (bio)materialen en zorginnovatie (onder meer middels Orbis) zijn volop aanwezig. Die spelen allemaal een voorname rol in de Zuidoost-Nederlandse ambities. Grote spelers zoals DSM, Sabic en de Duitse multinational Lanxess zijn nauw verbonden met Sittard-Geleen. De laatste heeft aangekondigd dit voorjaar een nieuw hoofdkantoor te gaan bouwen op het Chemelot-terrein. In logistiek opzicht heeft het gebied eveneens een rol te vervullen, zegt Meekels. De focus ligt niet op overslag, zoals in het NoordLimburgse Venlo-Venray. In de Westelijke Mijnstreek draait het vooral om transport van chemische producten en overslag met het toevoegen van waarde aan het product, value added logistics. Gebouwd wordt er ook. Het startsein voor het omvangrijke project De Dobbelsteen in Sittard moet volgend jaar worden gegeven. 10.000 vierkante meter is bestemd voor onderwijs van Hoge-

Werknemers gezocht Zaak is nu ervoor te zorgen dat het mkb steviger wortelt in de aanwezige basisindustrieën. Nog meer aansluiting vindt bij de keten. Volgens Meekels heeft de overheid daarin vooral een faciliterende taak. En een verbindende. “Gemeenten moeten niet pretenderen dat ze alles moeten bedenken, dan doen ondernemers zelf wel. Kijk liever hoe je als overheid op behoeften kunt anticiperen.” Een van die behoeften is de toenemende vraag naar arbeidskrachten in Zuidoost-Nederland, een tendens die ook de komende jaren doorzet. Wie in de Limburgse zorg aan de slag wil, kan, mits opgeleid, meteen beginnen. Om een baan verlegen zitten, is er niet bij. In december meldde het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt dat tot 2016 jaarlijks een werkgelegenheidsgroei van 0,4% wordt verwacht, met name in de (para)medische en verzorgende en dienstverlenende beroepen. Ook technisch geschoold personeel heeft het voor het kiezen in Limburg. Zo zitten bedrijven, zowel groot als mkb, te springen om operators. Het aantal vacatures is zo moeilijk in te vullen, dat Olympia Uitzendbureau en Chemelot afgelopen najaar zelfs een symposium hierover organiseerden. Daar werden onder andere ideeën aangedragen om het beroep aantrekkelijk te maken voor deeltijdwerkers en vrouwen. Een andere grote werkgever is de agribusiness, die zich concentreert in Midden- en Noord-Limburg. Jaarlijks goed voor wel vijf miljard euro aan agrarische exportproducten. Meekels is één van de voorstanders van het ‘anders denken’. Vooruit kijken. Positivisme in


12 | dossier HalleLimburg

Pieter Meekels

plaats van negativisme. Realisme, dat zeker, maar niet bij de pakken neer gaan zitten. Hij is ‘niet zo sceptisch’ over alle ontwikkelingen sinds de crisis. Op Europees niveau zijn de problemen evident, maar vooralsnog heeft dat slechts gering effect gehad op de lokale economie. “Als de problemen in Europa in de toekomst de spuigaten uitlopen, zal dat uiteindelijk weerslag hebben daarop. Echter, veel mensen hebben hier tot nu toe nog niet zo heel veel van gemerkt in de praktijk.” Ja, de broekriem wordt aangehaald. Maar een stap terug doen betekent niet automatisch dat we met zijn allen aan de bedelstaf raken. Wel moeten ouders hun kroost financieel beter voorlichten, stelt hij. De jeugd moet (opnieuw) leren eerst geld te verdienen alvorens iets kopen. Weg met de leenmentaliteit. En voor een deel van de Limburgse beroepsbevolking heeft hij ook nog een ander advies: “Stel het hebben van werk voorop, in plaats van een hoog inkomen.” Leren we deze dingen, dan kan Limburg de toekomst met nog meer vertrouwen tegemoet zien, aldus de wethouder.

Sowieso gaat het op veel punten beslist niet slecht met Limburg. Niet alleen in de ogen van positivo’s, het blijkt ook uit cijfers. Zo is de werkloosheid in 2011 flink gedaald. Om precies te zijn met acht procent, aldus het UWV WERKbedrijf. Ter vergelijking: landelijk bedroeg dat percentage drie procent. Loopt het percentage ‘niet-werkende werkzoekenden’ reeds sinds afgelopen augustus landelijk weer op, in Limburg was dat pas vanaf november het geval. Maar, zegt u misschien, onlangs is geprognosticeerd dat het aantal werklozen hier dit jaar fors zal toenemen. Met name de grote gemeenten zwoegen: Heerlen, Kerkrade, Maastricht, Venlo en Sittard-Geleen. Dat klopt. Echter, datzelfde UWV WERKbedrijf voorspelde afgelopen juli nog dat de werkloosheid in Zuid-Limburg in 2012 waarschijnlijk zou dalen (bron: ‘Regionale arbeidsmarktschets Zuid-Limburg’). Juist, daar waar de meeste genoemde gemeenten liggen. Het bewijst eens te meer dat situaties snel kunnen veranderen.

Kaart 1: Bevolkingsontwikkeling per COROP-gebied

Van banengebrek is dus geen sprake. Anderzijds wordt de Westelijke Mijnstreek -evenals andere delen van de provincie- geconfronteerd met een aantal uitdagingen. Het beeld van de stadscentra van Sittard en Geleen doemt op. De afgelopen jaren is flink geklaagd over leegstand en te hoge winkelhuurprijzen en de aanblik van het centrum van ‘waereldjstad Gelaen’ was een tijdlang beslist mistroostig te noemen. De demografische ontwikkelingen en de oprukkende macht van internet zijn voelbaar. Telde Sittard-Geleen op 1 januari 2001 98.500 inwoners, tien jaar later was dat aantal gedaald tot 95.000. De overheid heeft daarin een taak (Meekels: “We moeten onder andere nadenken over een manier om Geleen meer te verbinden met Chemelot”), maar ook de Limburger zelf kan wel enige mentaliteitsverandering gebruiken.

Kaart 2: Bevolkingsontwikkeling per gemeente

bron: CBS bevolkingsmonitor, okt. 2011

donderdag 15 december 2011

Volgens Meekels is kwantiteit in elk geval niet het probleem in onze provincie. Mensen genoeg die kunnen werken. Het gebrek aan (de juiste) opleiding is het grootste obstakel. “Alleen Sittard-Geleen telt al zo’n 6000 mensen die niet werken. Een deel daarvan kan worden ingezet om het tekort aan arbeidskrachten in te vullen.” Hij denkt bijvoorbeeld aan ‘vrouwen in de leeftijd van 40 tot 65 jaar, die geen uitkering hebben’. Gezinnen waarin de man het geld binnenbrengt, terwijl de vrouw voor de kinderen zorgt, vrijwilligerswerk doet of mantelzorger is. Maar willen deze thuiszitters wel werken in de branches waar ze nodig zijn? De wethouder beaamt dat de keus voor een dergelijke opleiding en baan aantrekkelijker moet worden. Instroom kan van onderuit worden bevorderd als bedrijven eigen medewerkers laten doorgroeien.

bron: CBS bevolkingsmonitor, okt. 2011

donderdag 15 december 2011


economie | 13

Bevolkingsprognose groeigemeenten in limBurg, 2012-2030

Beesel Maastricht Roermond Weert Limburg -4,0

-2,0

0,0

Bron: CBS

Braindrain, hoezo? Zo poogt de Stichting Regiobranding Zuid-Limburg al een tijd het beeld omver te werpen dat de regio kampt met braindrain. Het tegenovergestelde is waar, zegt brandingdirecteur Wim Ortjens, er is zelfs sprake van braingain. “Een deel van de studenten die uit de rest van Nederland en het buitenland hier komen studeren, blijft hier na afloop wonen.” Wie zich daarop concentreert in plaats van enkel op de vergijzing ziet Limburg in een ander licht. Het is aan te bevelen om ook de krimp eens te aanschouwen vanuit soortgelijk perspectief, stelt Ortjens. Doodgegooid met het woord, vergeten velen snel dat onder andere Maastricht tegen alle tendensen in groeit. Telde de provinciehoofdstad half november nog 120.000 inwoners, begin januari stond de teller al op 121.000. Van de 33 Limburgse gemeenten zullen er minstens vier tot 2030 groeien (bron: CBS). Behalve Maastricht, prijken Weert, Roermond en, opvallend, Beesel op het lijstje. Vanwaar de laatste, relatief kleine gemeente ook? Mede dankzij de gunstige ligging tussen Venlo en Roermond heeft Beesel meer voorzieningen binnen handbereik. Een voorwaarde voor de leefbaarheid van een gemeente. Logistieke hotspot Venlo mag overigens rekenen op een gelijkblijvend inwonertal. Ortjens: “Dat in Limburg meer mensen sterven dan geboren worden, is een feit. Daarentegen is sinds medio 2008 het Zuid-Limburgse vestigingssaldo positief, er komen meer mensen bij dan vertrekken. Heerlen heeft zelfs een vestigingsoverschot. Mensen waarderen

2,0

4,0

6,0

8,0 %

de voorzieningen en het ruime cultuuraanbod.” Volgens Ortjens is het woord ‘krimpregio’ inmiddels achterhaald. Hij toont cijfers aangaande de verwachte bevolkingsontwikkeling tot 2025, waaruit blijkt dat ook Sittard-Geleen zal groeien. “In Zuid-Limburg kunnen we tot 2025 ‘redelijke stabiliteit’ verwachten, in tegenstelling tot Zeeland, Twente en OostGroningen.” Anderzijds is in grote delen van de provincie de krimp (nog) geen halt toegeroepen. Maar van fórse krimp zal tot 2030 in elk geen sprake meer zijn (zie ook de kaders op pagina’s 12 en 13). Het is een kwestie van perspectief.

Grenzen slechten Anders denken-pleitbezorger Ortjens kan alle voordelen die Limburg heeft te bieden als geen ander opsommen. De Grote Kansen liggen vooralsnog over

de grenzen, binnen de Euregio. Waar onze provincie weliswaar deel van uitmaakt, maar nog lang niet optimaal van profiteert, vindt de brandingbaas. Het is fantastisch dat Limburgers maar liefst acht vliegvelden (Maastricht-Aachen, Brussel, Charleroi, Luik, Düsseldorf, Weeze, Keulen-Bonn en Eindhoven) tot hun beschikking hebben, maar zolang de verbindingen met die steden te wensen overlaten, weegt dat mee in de keus van woon- en werklocatie. In een stedelijk gebied verwachten mensen immers verbindingen van passend niveau. Infrastructurele investeringen vergen een lange termijnvisie. “In bepaalde Parijse metrolijnen zit je ’s nachts ook alleen. Toch wordt zo’n lijn niet opgeheven. Hier is het uitgangspunt meestal: we leggen een verbinding aan en bekijken vervolgens of die rendeert. Niet? Dan heffen we deze op. Dergelijke maatschappelijke investeringen verdienen zich pas op de lange termijn terug. Niet op de korte termijn, noch op het product.” Het symboliseert ook de volgende te nemen hobbel die hij aankaart: Limburg zit nog te veel ‘op slot’ in het ‘eigen deel’ van de Euregio. “Dat geldt overigens eveneens voor België en Duitsland.” Om daar de noodzakelijke verandering in te brengen, moet de overheid aangepast beleid vormen, stelt hij. Zowel in Den Haag als in Brussel. De grote verschillen tussen pensioenstelsels, kinderopvangregelingen en de manier waarop de hypotheekrenteaftrek

Wim Ortjens


14 | dossier HalleLimburg

is geregeld, maken grensoverschrijdend wonen en werken bepaald niet gemakkelijker. Worden dergelijke zaken beter geregeld (“zodat mensen niet meer worden ‘gestraft’ als ze over de grens gaan werken”) en processen daaromtrent vereenvoudigd, dan zullen mensen veel eerder zijn genegen om de volle potentie van de Euregio te benutten. Het maakt Limburg bovendien aantrekkelijker voor landgenoten in andere provincies. En laat dat nou net een van de doelgroepen zijn waarop de stichting regiobranding zich richt. Op zakelijk investeringsbied staan de Verenigde Staten en Azië prominent bovenaan de lijst van Ortjens en zijn team. Gaat het om het aantrekken van nieuwe inwoners, dan moeten vooral Nederlandse 30-plussers met hbo+ niveau het Limburgse land zien te vinden. Of weer terug zien te vinden. Ook het hier houden van provinciegenoten behoort tot de taken. Daarvoor moet worden gescoord op uiteenlopende punten: voldoende carrièremogelijkheden, ruim aanbod aan betaalbare woningen, hoog onderwijsniveau, goede zorgvoorzieningen en in de vrije tijd keus uit interessant cultuur- en sportaanbod. In Limburg is het allemaal aanwezig, aldus Ortjens, die de provincie daarom ‘sterk in de breedte’ noemt.

‘Wel leuk voor een leven’ Wordt 2012 het zoveelste crisisjaar of kiezen we voor een meer optimistische kijk op de dingen? Zodat het huidige Limburgse imago (Wim Ortjens: “Dat luidt nu: leuk voor een weekend, maar niet voor een leven”) kan worden omgeturnd. Zodat alle kansen in de toekomst daadwerkelijk worden verzilverd. Pieter Meekels laat weten dat we ‘ons vooral niet gek moeten laten maken, maar zo goed mogelijk moeten aanpassen aan de omstandigheden’. Desondanks behoefte om te klagen? Ga uw gang. Besef dan wel dat u dat doet in één van de meest sexy accenten van het land. Volgens datingsite Parship gaat er namelijk niets boven een zachte ‘g’. Zodoende belandde Limburgs in een recent onderzoek naar negen Nederlandse accenten onder single vrouwen op plek drie en volgens vrijgezelle mannen zelfs op de tweede plaats, na…Brabants. HalleZuidoost-Nederland!

limBurgs succes in 2011 • Het Maastrichtse bedrijf Xilloc Medical valt dubbel in de prijzen. De MKBL1mburg Innovatieprijs én de Shell LiveWIRE Award (goed voor 10.000 euro) voor jong en innovatief ondernemerschap gaan naar het bedrijf. Xilloc Medical maakt met 3D-printers schedelimplantaten op maat voor patiënten • Ook de vrouwen doen het goed. Angelien Kemna, Chief Investment Officer bij APG, wordt door het maandblad Opzij uitgeroepen tot meest invloedrijke vrouw van Nederland. De Kerkraadse Angelique Paulissen wordt tot MKB-onderneemster van het jaar verkozen door de Federatie Zakenvrouwen. Paulissen is onder meer mede-eigenaar en directielid van Montesquieu Finance B.V. • 750 arbeidsplaatsen extra zijn in 2011 gerealiseerd dankzij buitenlandse bedrijven die voor Limburg hebben gekozen. Vijftien ondernemingen zetten de stap en daarmee is onze provincie na Amsterdam de populairste regio voor buitenlandse investeerders • Nederlands logistieke hotspot nummer één van het afgelopen jaar is de regio Venlo-Venray. Niet voor de eerste maal, nee, de eer viel het gebied al voor de zesde keer te beurt in acht jaar. Venray verovert bovendien als enige Limburgse plaats een titel in de verkiezing van beste Nederlandse binnensteden • Hoogleraar Alexander Sack van de Universiteit Maastricht treedt toe tot De Jonge Akademie. Hij is een van de ‘tien uitmuntende wetenschappers’ die in de gelederen zijn opgenomen. • Stichting Kinderopvang Humanitas in Heerlen wint de FD Gazellen 2011 in de categorie grote ondernemingen in Limburg. Apple-reseller Ivizi sleept de prijs in de wacht als middelgrote onderneming en Maastricht Instruments in de categorie kleine ondernemingen. De prijzen rijkt het Financieele Dagblad jaarlijks uit aan snelgroeiende bedrijven • Maastrichtse wetenschappers in het geneeskundig onderwijs hebben de meeste publicaties op hun naam staan. In 22 jaar (1988-2010) hebben wetenschappers van de Universiteit Maastricht 295 wetenschappelijke artikelen gepubliceerd, zo blijkt uit onderzoek van J.I. Rotgans van het Centre for Research in Pedagogy and Practice van de Nanyang Technological University Singapore • 36 Limburgse bedrijven hebben in 2011 het internationale Green Key-keurmerk (goud, zilver of brons) gekregen. Ze zetten zich extra in op duurzaamheidsgebied en maatschappelijk verantwoord ondernemen • Limburg heeft er een Koninklijk bedrijf bij: het in Herten (gemeente Roermond) gelegen Smals Beheer B.V., dat in 2011 125 jaar bestaat. Daarmee behoort Smals Beheer tot een select gezelschap, in Limburg zijn slechts drie andere ondernemingen met hetzelfde predicaat

Het wordt druk, druk, druk 2012 wordt een druk jaar voor Limburg. ’s Werelds meest prestigieuze kunst- en antiekbeurs wordt alweer voor de vijfentwintigste keer in Maastricht gehouden. De provinciehoofdstad viert ook nog een ander feestje: het is precies twintig jaar geleden dat het Verdrag van Maastricht werd ondertekend. In Noord-Limburg staat de Floriade staat voor de deur. Mei is Pinkpop-tijd in Landgraaf. En in september wordt gefietst, tijdens het WK Wielrennen in het zuiden

Wel of niet overtuigd van alle Limburgse potentie? Deel uw mening en stuur een e-mail naar mail@zuidmagazine.nl

1190_00_


Waarom 40 bedrijven hun denkwerk naar Chemelot hebben verplaatst…

Chemelot is een uniek knooppunt in een wereldwijd netwerk van hightech bedrijven en kennisinstellingen. ‘Material sciences’ en ‘life sciences’ komen hier letterlijk bij elkaar. Dit leidt tot unieke innovaties, die door de syne rgie binnen de Chemelot-community no g eens worden versneld. Daarom vestigen steeds meer vooraanstaande bedrijven zich op Chemelot, om extra vaart te zetten achter hun product-, proces- en marktontwikkeling. Wat resulteert in uitstekende concurrentieposities, individueel en als cluster. Ook u bent welkom op Chemelot. Bel (046) 476 6336 of kijk op www.chemelot.nl

1190_00_036_ADV_CW_210x297_NL.indd 1

3/24/11 5:29 PM


16 | dossier HalleLimburg

‘Vliegbrevet wordt heel gewoon’

foto’s Bart Ebisch

Zakenman Frans Keunen bracht het ontbrekende vervoermiddel naar logistieke hotspot Venlo: het vliegtuig. Hij voorspelt: “Vliegen wordt net zo normaal als autorijden.” door Bart Ebisch

Aan de horizon verlicht de ondergaande zon donkere monsterwolken. Het moet een prachtig gezicht zijn voor de piloot in opleiding, die vanaf grote hoogte de landing inzet op TrafficPort Venlo. Op het laatste moment trekt hij de neus van het kleine toestel omhoog. Na drie doorstarts, nodig voor de opleiding, volgt de echte landing, net voordat de pikzwarte hemel openbreekt. Noord-Limburg heeft er een modaliteit bij: luchtvervoer. Na het vervoer over weg, spoor en water is Venlo met het vliegveld erbij nog meer logistieke hotspot van Zuidoost-Nederland. TrafficPort Venlo, op de grens van de gemeenten Venlo, Horst aan de Maas en Peel en Maas is een initiatief van zakenman Frans Keunen (61) uit HoutBlerick. Luchtvaart staat centraal op het particuliere bedrijventerrein, met

aanpalende activiteiten op het gebied van logistiek, educatie en verkeersveiligheid. Keunen: “Een vliegveld alleen krijg je nooit rendabel. Dus is gekozen voor een bredere aanpak op het gebied van mobiliteit. Hulpverleningsdiensten zoals brandweer en politie trainen hier. Logistieke bedrijven sturen hun personeel voor rijcursussen.”

“Een vliegveld alleen krijg je nooit rendabel”

Het bedrijf Asse lost ICT-vraagstukken rondom voertuigen op, Talson Trailer ontwikkelt moderne trailers en het hoofdkantoor van de Regionale Ambulancevoorziening Limburg Noord heeft er onderdak gevonden. Net zoals Verkeers Opleidingen Zuid en Blom Opleidingen. Keunen spreekt van een triple-A-locatie. “Via de A67 komen hier dagelijks 60.000 mensen langs. Die zien allemaal TrafficPort Venlo. Dat heeft ongetwijfeld een aanzuigende werking op andere bedrijven.”

Zij het dat het momenteel even lastig is. De economische malaise is voelbaar, beaamt hij. Transportbedrijven wachten langer met het verplicht bijscholen van chauffeurs. Onlangs ging Geocopter, producent van onbemande minihelikopters, failliet. Ondanks zakelijke tegenwind blijft Keunen verder werken aan de invulling van het complex lang de A67. Goed nieuws: Geocopter maakt wellicht een doorstart. Er start een nieuwe mboopleiding op het gebied van transport en logistiek. Onderhandelingen lopen met nieuwe bedrijven. Een tipje van de sluier wil hij wel oplichten. “Binnenkort starten we met een simulator voor vrachtvervoer. Dan kunnen chauffeurs hier leren links te rijden.” Luchtvaart was de ontbrekende schakel in Noord-Limburg. Keunen wijst op de spectaculaire economische groei van buurstad Eindhoven de afgelopen decennia. “Eindhoven is wat het nu is dankzij Philips, DAF én het militaire vliegveld. Vlak over de grens in Duitsland heb je wel acht vliegvelden. Mensen snappen niet waarom een vliegveld voor Venlo van belang is. Ze zeggen: ‘er is toch al een vliegveld in Eindhoven en in Düs-


vervoer | 17

seldorf ?’ Klopt, maar ook de zakenman hier wil bediend worden. Grenzen verdwijnen. We kunnen doorrijden tot aan de Russische grens. Waarom zou je als zakenman dan niet het vliegtuig nemen? Dat is veel sneller en efficiënter. ’s Morgens naar Barcelona vliegen, ’s avonds weer lekker thuis. Duur? Een tweedehands toestel heb je al voor 35.000 euro. Voor een Mercedes of BMW betaal je meer.”

Gediplomeerd piloot “Naar Barcelona, met de snelheid van een Ferrari en met het energieverbruik van een Fiat Panda”, zei Keunen gekscherend bij de officiële opening van TrafficPort Venlo in april vorig jaar. Hij kan het weten als gediplomeerd piloot, vlieginstructeur en directeur-eigenaar van Cycloon Holland, importeur van sportvliegtuigen en tevens vliegschool. “Met veertig liter loodvrije benzine vlieg je duizend kilometer. En geen files meer.” In zijn openingstoespraak gaat Keunen in op de bijzondere geschiedenis van het bedrijventerrein. Het begint met zijn vliegveldje in Grubbenvorst voor microlight toestellen. Dat moet weg, want het bewuste gebied krijgt de bestemming glastuinbouw (Californië). Dus moet ondernemer Keunen op zoek naar een nieuwe locatie. De keuze valt op een 21 hectare groot perceel aan de autosnelweg. “Frans had een duidelijke visie voor deze locatie”, zegt zijn woordvoerder Peter Elbers. “Hij zei: ‘zoek de herrie op, dan heeft niemand er hinder van’. Het geluid van het verkeer op de autosnelweg overstemt dat van de vliegtuigjes. Die hoor je niet landen of opstijgen.” Het zal acht jaar duren voordat TrafficPort Venlo een feit is. Plannen en omstandigheden veranderen in de loop der jaren. In eerste instantie zou er een grasstripje komen, bedoeld als start- en landingsbaan voor kleine vliegtuigjes. Het gras maakt plaats voor beton en een baan van zevenhonderd meter lengte. Allengs groeit het idee om er een bedrijventerrein van te maken. Keunen vindt een partner in de persoon van Hai Berden (eigenaar van Seacon Logistics, red.) om het miljoenenproject samen van de grond te tillen. Midden in de economische crisis worden belangrijke knopen

doorgehakt. Een tiental bedrijven toont moed en haakt aan. Terugblikkend: “Ik moet toegeven; af en toe zakte me de moed in de schoenen. Op het moment dat je denkt de volgende stap te kunnen zetten, zit er toch weer iets tegen. Dat lag ook aan mezelf. Ik zat vol in de materie, was er dag en nacht mee bezig. In mijn enthousiasme vergat ik mijn plannen op de juiste manier over te bren

Frans Keunen

Afvalsorteerder Keunen en Berden (“Hai heeft een ongelooflijk groot netwerk”) voelen elkaar perfect aan. Ze groeien allebei op in Hout-Blerick, als zoons van gerdeneers (tuinders, red). Niet dat ze vroeger vrienden van elkaar waren. Berden verkast al gauw naar buurdorp Blerick. Keunen wil pater worden. Niet langer dan een jaar houdt hij het vol op het seminarie. De mulo daarna maakt hij niet af. Hij voelt zich pas in zijn element als hij op 16-jarige leeftijd tractor mag rijden.

“Van onkruid wieden, leerde ik dat ik geen tuinder wilde worden. Die netels, ik had er zo’n hekel aan.” De tractor blijkt de opmaat naar een loonbedrijf, een transportbedrijf en de wereld van de recycling. “Ik nam het transportbedrijf van mijn neef over. Iedere dag moesten we containers met afval legen in de Wambachgroeve in Tegelen. Dat vond ik de wereld op zijn kop. Daar zaten bruikbare spullen tussen. Zo kwam ik op het idee om afval te gaan scheiden. Weet je wat uniek is aan afval? Je verdient er twee keer aan. Bij het inzamelen en bij de verkoop. Ik was de eerste afvalsorteerder in Limburg. Dat was in 1985.” Keunen heeft zijn schaapjes op het droge als hij in 2000 zijn recyclingbedrijf verkoopt aan AVR. Na drie weken is hij zijn nieuwe luie leventje al zat. Een nieuw avontuur dringt zich op. Om zich heen ziet hij dat meer mensen de zakelijke luchtvaart ontdekken. Dat brengt hem op het idee om een eigen vliegveld te ontwikkelen. Met een combinatie van zakelijk inzicht, geld en kennis van het vliegen brengt hij zijn droom in de praktijk. In november 2009 stijgt het eerste vliegtuigje op vanaf TrafficPort Venlo. De hangar is tegenwoordig gevuld met circa 25 toestellen, veelal geïmporteerd uit Tsjechië en Slowakije via Cycloon Holland, Keunens bedrijf. Zelf vliegt hij in een TB20, die ruimte biedt aan vier volwassenen. “De ontwikkelingen gaan heel snel. Zestig jaar geleden had bijna niemand een auto, nu hebben huishoudens er zelfs twee. Ook vliegen komt binnen het bereik van de consument. Nu hebben weinig mensen nog een vliegbrevet. Dat zal over tien jaar heel anders zijn.”

geen driftraces meer Bij TrafficPort Venlo vinden geen driftraces meer plaats, maakt directeur-eigenaar Frans Keunen bekend. Driften is een rijtechniek waarbij de chauffeur met piepende banden een bocht neemt. 83 Buurtbewoners protesteerden bij de provincie Limburg en de gemeenten Venlo, Peel en Maas en Horst aan de Maas over geluidsoverlast tijdens de races. Hoewel het lawaai onder de maximale geluidsnorm bleef, krijgen de races geen vervolg. Keunen: “Racen hoort niet thuis op TrafficPort Venlo.” Volgens een woordvoerder van de provincie blijven alle activiteiten van TrafficPort binnen de gestelde geluidsnormen. Het verzoek van twee buurtbewoners om handhavend op te treden is om die reden verworpen. Er vond een verzoeningsgesprek plaats tussen het actiecomité, provincie en gemeenten Peel en Maas, Horst aan de Maas en Keunen.


defA. NOUD & ROGER ZUID MAGAZINE JAN 2012.pdf 1 30-1-2012 17:51:52

– ADVERTENTIE –

C

M

Y

CM

MY

CY

CMY

K

“ W I J L U I S T E R E N A L H O N D E R D J A A R N A A R U ”. PERSOONLIJKE AANDACHT VOOR DE ONDERNEMER EN VOOR ZIJN ONDERNEMING.

Snelle jongens zullen we nooit worden. Willen wij ook niet. Wij nemen de tijd voor u. Dat doen we al bijna honderd jaar, want zolang bestaat beuken’essers. De oprichters treft u begrijpenderwijs na een eeuw niet meer aan binnen ons kantoor, maar de gedachte van Beuken en Essers blijft onverminderd overeind. Persoonlijke aandacht voor de ondernemer en voor zijn onderneming. Een visie die niet uitgaat van een zakelijke transactie en een kortstondige relatie. Bij ons telt de menselijke maat. Al honderd jaar!

HELDER EN DUIDELIJK OP EEN ENKEL A4TJE.

Omdat u als ondernemer vooral bezig wilt zijn met ondernemen, moet u kunnen vertrouwen op de specialisten van beuken’essers. Wij presenteren ons advies op een enkel A4tje. Helder en duidelijk. Of het nu gaat om pensioenen, hypotheken of verzekeringen.

GENIETEN IN ZEKERHEID

U komt bij beuken’essers voor eerlijk advies en de beste deal, die krijgt u. Dat noemen wij bij beuken’essers ‘Genieten in zekerheid’. Kom eens vrijblijvend met ons praten! Wij luisteren naar u, Noud Beckers & Roger Rutten

Europalaan 26 • 6199 AB Maastricht-Airport • info@beuken-essers.nl • www.beuken-essers.nl


zorg | 19

Peter Portheine, Brainport 2020:

‘Techniek voor zorg op afstand combineren met slimmer werken’ “De kwaliteit van leven thuis is beter dan op de Intensive Care-afdeling van een ziekenhuis. Daarom moeten we de zorgketen met technologie efficiënt en gebruiksvriendelijk afstemmen op de thuissituatie van de cliënt. Dat is nog goedkoper ook,” zegt programmamanager van Brainport 2020 Peter Portheine. Hij daagt leveranciers en zorginstellingen uit om een vraaggestuurd aanbod van telemedicine en robotica te leveren. door Loek Kusiak

‘Brainport Health Innovation: Connected Client, Connected Patient’ is een meerjarig programma onder de vlag van Brainport 2020. Voor Limburg en Brabant zoekt dit programma naar innovatieve oplossingen op het snijvlak van zorg en technologie. Het onderliggende idee is snel geformuleerd: de zorg zo dicht mogelijk en betaalbaar bij de patiënt organiseren. “Ook als ze ziek zijn,” zegt Peter Portheine, “willen mensen zo lang mogelijk thuis verblijven, en na een operatie ook zo snel mogelijk weer naar huis om te herstellen. Doordat we ouder worden, krijgen we ook meer chronische aandoeningen. Tegelijkertijd verschuift de zorg vanuit het ziekenhuis steeds meer naar de patiënt thuis. Dat alles biedt kansen voor home care, voor de introductie van e-health diensten op grote schaal.” Er is ook geen andere keus. “In 2020 zijn de zorgkosten per inwoner bijna verdubbeld vergeleken met 2007. Zorg op afstand is daarom ook het antwoord op het tekort aan personeel in de zorg.” Over technologische kennis is in Zuidoost-Nederland niet te klagen, wel moeten we die slim, marktgericht en over de provinciegrenzen heen bundelen, stelt Portheine. “De regio Eindhoven heeft met Philips veel potentie met medische apparatuur om ziektebeelden te lokaliseren. Maastricht vormt met het academisch ziekenhuis en de universiteit een vooraanstaand kenniscentrum op het gebied van harten vaatziekten. Er wordt euregionaal samengewerkt met de RheinischWestfaelische Technische Hochschule

in Aken en de Chemelot Campus ontwikkelt zich steeds meer als leverancier van biomedische materialen. Het bedrijfsleven, onderwijs, provincie en drie Zuid-Limburgse centrumgemeenten hebben de handen ineen geslagen in Limburg Economic Development (LED). Dat moet de uitvoering van het Brainport 2020-programma versnellen.”

Skype-achtige diensten Projecten voor zorgdiensten op afstand moeten volledig vraaggestuurd vanuit de burger georganiseerd worden, bepleit Portheine: “We streven naar toepassingen als videoverbindigen, Skype-achtige diensten die de burger makkelijk accepteert en hem bij ziekte in zijn zelfstandigheid ondersteunen. Een simpel voorbeeld is het doorgeven via internet van je bloeddruk of andere gezondheidswaarden aan huisarts of specialist. Dit soort toepassingen moet je niet uitsluitend ontwikkelen in de kraamkamers van de onderzoeksinstellingen, maar in een living lab, in de thuissituatie van zorgconsumenten. Daar heeft ook de creatieve industrie een rol in te spelen.” Thuiszorginstellingen moeten bij de introductie van home care-technologie met ontwikkelaars, kabelbedrijven en woningcorporaties samenwerken in regionale innovatieplatforms. Portheine ziet nog ‘te veel thuiszorgorganisaties die ieder voor zich starten met experimenten voor pakweg 20 cliënten en dan kastjes met terminals ophangen’. “Allemaal lappendekens. Weggegooid geld. Daar kun je geen markt of businessmodel mee creëren, waar bijvoorbeeld ook

Peter Portheine foto Brainport 2020

“Techniek voor zorgdiensten op afstand moet draaien op smartphone of pc, aangestuurd door providers met glasvezelverbindingen”


20 | dossier HalleLimburg

zorgverzekeraars in willen participeren en gemeenten AWBZ-gelden voor willen vrijmaken. Techniek voor zorgdiensten op afstand moet draaien op smartphone of pc, aangestuurd door providers met glasvezelverbindingen. De woning van de toekomst moet in het ontwerp ook al voorzien zijn domotica, ofwel apparatuur voor welzijn, comfort en veiligheid. Wat we nodig hebben, is standaardisatie van technologie, die beveiligd is en de privacy garandeert van allerlei zorginformatie. Alleen door standaardisatie kunnen we nutsvoorzieningen realiseren waarmee je integraal diensten rond de zorgketen kunt stapelen en die de client thuis op eenvoudige en voor hem begrijpelijk wijze bedient.”

Slimmer werken In Zuidoost-Brabant krijgt de samenwerking in een innovatieplatform voor zorg op afstand vorm in de coöperatie ‘Slimmer Leven.’ Portheine: ‘Die wordt in april van dit jaar formeel opgericht en omvat het spectrum wonen, zorg en welzijn. Partijen hierin zijn huisartsen, woningcorporaties, gemeenten, zorginstellingen, ziekenhuizen en bedrijven die als serviceprovider of e-health ontwikkelaar actief zijn. In Limburg zijn we over de oprichting van een soortgelijk technologie-netwerk in gesprek met de Industriebank LIOF.’ Kan de concurrentie tussen zorgverleners die home care aanbieden geen spelbreker voor samenwerking zijn? Portheine verwacht dat niet. “Je kunt aan de voorkant elkaars concurrent zijn en toch aan de achterkant facilitair samenwerken. Voorbeeld: in de regio De Kempen heeft de thuiszorgsector gezamenlijk één nacht- en weekenddienst opgezet. Dan hoeven er geen tien autootjes van vijf verschillende instellingen meer rond te rijden. Dat scheelt een paar miljoen per jaar aan kosten. Gewoon een kwestie van slimmer werken. Dat kan morgen in Limburg ook al ingevoerd worden. Winst voor de zorg en patiënt is echt niet, zoals vaak gedacht wordt, alleen door technologische innovatie te bereiken. Het is altijd in combinatie met slimmer werken, met minder handjes aan personeel, dat technologie de kwaliteit en de betaalbaarheid van zorg kan garanderen.”

Robotknuffel Paro is een bijzonder vriendje Hij heeft de zachtwitte vacht en aaibaarheid van een echte zeehond, maar zit vol technologie. Een babyzadelrob als therapeutisch robot, ontwikkeld in Japan, bedoeld om een rustgevend effect te hebben en reacties te ontlokken aan dementerende ouderen. In het Heerlense verpleeghuis Molenpark van zorginstelling Sevagram zijn ze dol op Paro.

Knuffelrobot Paro

foto Sevagram

“Paro verbetert de onderlinge communicatie tussen ouderen en versterkt hun sociale band”

Paro heeft sensoren en reageert op aanrakingen door het bewegen van de staart, de vinpoten, het hoofd en het knipperen met de ogen. De robotzeehond reageert ook op geluiden, zelfs op aanraking van de snorharen en kan stemmen herkennen. Paro kan emoties tonen zoals verbazing en blijdschap, maakt de huilgeluiden van echte babyzeehond en reageert op degene die hem vasthoudt. “Paro is een onmisbaar vriendje geworden van een aantal dementerende ouderen, de doelgroep waar hij voor is ontwikkeld,” zegt locatiemanager Riny Hoonings van verpleeghuis Molenpark, onderdeel van Sevagram, dat de knuffelrobot twee jaar geleden aan-

kocht op advies van hoogleraar Technologie in de Zorg Luc de Witte van Hogeschool Zuyd. Robots in de zorg zijn er in soorten en maten, maar Paro was volgens De Witte wel een heel bijzondere soort. “We waren erg nieuwsgierig,” zegt Riny Hoonings, “wat Paro zou kunnen toevoegen aan een liefdevolle bejegening van onze cliënten. Paro is dus niet zomaar lukraak als speelgoed op tafel gezet. Na een korte cursus van onze medewerkers is hij een uniek hulpmiddel geworden in het zorgproces, zoals dat gebeurt in snoezeltherapie.”

Koesteren Bij ouderen die door hun dementie in een verzonken toestand leven en men-


zorg | 21

taal niet of moeilijk aanspreekbaar zijn, neemt Paro een stukje eenzaamheid weg. “Omdat hij er zo lief uitziet, roept Paro bij cliënten gevoelens van beschermen en verzorgen, troosten en koesteren op. Zoals er ook cliënten op de afdeling zijn die het niet boeit en Paro maar kinderachtig vinden.”

QuietCare Home biedt cliënt meer eigen regie

Hogeschool Zuyd deed in een samenwerking met Sevagram en Verpleeghuis Hornerheide van Proteion naar de therapeutische effecten van Paro in de psycho-geriatrische zorg. Spontane interactie tussen zeehond en client werd geobserveerd en vastgelegd op video. Conclusie: Paro verbetert de onderlinge communicatie tussen ouderen en versterkt hun sociale band. Door de persoonlijke interactie met Paro ontspannen de cliënten ook meer en voelen ze zich fysiek beter, wat reden kan zijn voor minder gebruik van medicijnen. Inmiddels staat Paro in het Guiness Book of Records als beste sociale robot ter wereld.

Slimme investering Goedkoop is Paro niet. “Vijfduizend euro is een stevige investering,” aldus Hoonings. De zeehond is bekostigd uit het innovatie- en verwenzorgbudget van Sevagram. “Als we drie of vier verzorgenden moeten inzetten om iemand rustig te krijgen, terwijl Paro dat in zijn eentje kan, dan is dit een heel slimme investering. En zeker met het oog op de komende 20 jaar, als we wellicht vele handen in de zorg tekort komen doordat er zo veel ouderen zijn, is robotica een oplossing. Ook door het aanboren van derde geldstromen proberen we de voordelen van arbeidsbesparende technologie te ontdekken.” Sevagram maakt met enkele andere instellingen, zoals Proteion in MiddenLimburg, en Hogeschool Zuyd deel uit van een consortium dat nu onder een grote groep ouderen met dementie onderzoek wil doen naar de heilzame effecten van Paro. Hoonings: “Daar hebben we wel nog zeker tien Paro’s voor nodig. Maar met een goeie business case moeten we in staat zijn om die met korting te kunnen aanschaffen.”

foto Proteion

Onder de thuiszorgorganisatiesies in Nederland die technologie inzetten om cliënten te ondersteunen in hun zelfstandigheid en persoonlijke veiligheid, geldt Proteion Thuiszorg in Haelen als een pionier. De nieuwste dienst die de organisatie, actief in Midden- en Noord Limburg, onder de noemer ‘telezorg’ aanbiedt is het QuietCare Home-systeem, dat gericht is op thuiswonende dementerende cliënten. Met Zorg TV, waarmee Proteion enkele jaren geleden een van de eersten in Nederland was, is via een beeldschermverbinding met de cliënt thuis na te gaan of bijvoorbeeld de medicijnen worden ingenomen. QuietCare Home is een nieuwe stap in zorgtechnologie om de cliënt in de thuissituatie te ondersteunen. Het idee achter het systeem is dat bewegingen iets zeggen over iemands gedrag. Eerst wordt over een periode van twee weken vastgesteld welk gedragspatroon een cliënt heeft. Verandert dit patroon, dan wordt dit geregistreerd door het systeem. Vijf draadloze infraroodsensoren die in de woonkamer, keuken of badkamer, zijn aangebracht, registreren activiteiten en bewegingen. “We

noemen dit leefstijlmonitoring,” zegt John Rietman, hoofd Technologie van Proteion Thuis op het hoofdkantoor in Haelen. “We letten op aspecten als regelmatige voeding, dwalen in huis, een mogelijk valincident, hoeveelheid slaap, kamertemperatuur, persoonlijke hygiëne. QuietCare wordt pas geïnstalleerd nadat een privacy-overeenkomst met de bewoners is ondertekend.” De sensoren staan in verbinding met een basisstation bij de bewoner. Het basisstation stuurt de gegevens over de cliënt naar een computerprogramma van de zorgcentrale bij Proteion en maakt er een interpretatie van. Bij acute veranderingen in het gedrag van de cliënt en wanneer direct hulp nodig


22 | dossier HalleLimburg

is, zoals bij een val in de badkamer of dwalen, gaat een signaal (‘red alert’) in de zorgcentrale af en komt een thuiszorgmedewerker of mantelzorger in actie. Geleidelijke veranderingen in het gedragspatroon worden via een clientspecifieke internetpagina gevolgd en weergegeven in gele en groene signalen.

Businesscase Het in Amerika ontwikkelde systeem is door Proteion Thuis samen met de Kenniskring Technologie van Hogeschool Zuyd in een pilot met 140 clienten uitgetest. Voor de aanschaf van het systeem werd subsidie verleend uit fondsen voor de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten). Het proeftraject heeft volgens Rietman een ‘maatschappelijke businesscase’ opgeleverd. “QuietCare laat zien dat zorg op maat mogelijk is met technologie. Zorgverleners hoeven de cliënt

minder vaak thuis te bezoeken, wat arbeid en arbeidskosten bespaart,” aldus Rietman. “Ze krijgen via het systeem ook meer informatie over de leefstijl van de cliënt dan vroeger. Het heeft training gevergd om de zorgverleners die gegevens naar waarde te kunnen laten interpreteren. Ze moeten er op kunnen vertrouwen dat de technologie hen zorginhoudelijk ondersteunt.” Mantelzorgers, zoals familie of vrienden, kunnen naar wens en op zelf uitgekozen tijdstippen via sms en email van de zorgcentrale bij Proteion geïnformeerd worden over de situatie bij de cliënt. “De mantelzorger krijgt daardoor meer tijd voor zichzelf, maar de cliënt kan ook langer thuis blijven wonen.”

gemaakt. Rietman: “Cliënten geven aan zich veiliger te voelen, omdat op afstand een oogje in het zeil wordt gehouden.” QuietCare is onlangs ook in een samenwerkingsverband uitgerold bij De Zorggroep in Venlo en thuiszorg Land van Horne in Weert. Rietman: “Het onderzoek dat hieraan verbonden is, moet uitsluitsel geven over de vraag of we met deze technologie de zorg thuis goedkoper kunnen organiseren. Ik ben ervan overtuigd dat we met Quiet Care doelmatiger werken. Zorg op afstand bespaart bovendien fors aan kosten voor opname in een verpleeghuis.”

Doelmatiger Quiet Care, zo blijkt uit onderzoek, heeft de cliënt door minder bezoek van de thuiszorgmedewerker niet eenzaam

– ADVERTENTIE –

Snelle incasso’s op advocaatnivo

Specialisten in ondernemingsrecht, financieel-economische problemen en bouw Tempsplein 29 | 6411 ET Heerlen | T: (045) 571 30 00 | F: (045) 571 66 66 | E: info@luckers.nl De Geusseltweg 33C | 6225 XS Maastricht | T: (043) 362 52 52 | F: (043) 363 72 73 | E: info@advocasso.nl 0032507.pdf 1

23-11-2009 13:56:06


ondernemen | 23

Edwin van Brummelen

‘Ik doe alles extreem’ Hij is directeur-eigenaar van vier bedrijven. Met zijn jongste onderneming, HIM Webmedia, opgericht in 2010, draaide hij vorig jaar bijna een half miljoen euro omzet. Hij heeft lak aan de angst die de crisis met zich meebrengt. Edwin van Brummelen: “Laat je je daardoor meeslepen, dan denk je te weinig vooruit.” door Gwen Teo foto Jean-Pierre Geusens

Onopvallend gekleed in spijkerbroek en sweater (“ik heb een hekel aan pakken”) loopt Edwin van Brummelen (38) rond in zijn kasteel in Maastricht. Nou ja, écht van hem is het niet. Hij houdt er kantoor. Riant: ruim driehonderd vierkante meter op de begane grond van het pand, dat eigendom is van woningcorporatie Maasvallei. Het uitzicht door de hoge ramen is rustgevend groen, eenden waggelen op hun dooie gemak over het gras. Hoe contrasterend is de business van Van Brummelen, die zich beweegt in de supersnelle wereld van de ICT. Webmedia, hoewel dat woord volgens de ondernemer inmiddels te beperkt is. Het bedrijf bedenkt, ontwerpt en bouwt in de online wereld. Is sterk in de ontwikkeling van wat Van Brummelen ‘toegevoegde waarde voor de klant’ noemt. Actief voor onder anderen Yolanthe Sneijder-Cabeau. Typ Yolanthe in bij Google en haar officiele website prijkt permanent bovenaan

de lijst. Dat is niet zo vanzelfsprekend als het lijkt, zegt Van Brummelen, maar middels speciale technieken, onder andere het programmeren van de juiste key words, kan het wel. Ook tot het HIM Webmedia-aanbod behoort software waarmee Apple ‘discriminerende’ websites gebouwd in Flash middels een onzichtbare link tóch zichtbaar zijn voor alle iPhoneen iPad-gebruikers. En beginnen we met zijn allen net (of niet) een beetje te wennen aan de 3D-bril, in de vertrekken van de Steinse ondernemer is die al achterhaald. Via speciale 3Dtvschermen komen de beelden naar de kijker toe. Een hefbrugmachine, ontworpen voor Limburgse verhuurgigant Boels, doordringende blikken uit het Oude Egypte, het flitsende logo van een landelijke tv-omroep. Een drankblikje op afstand met je eigen handen omdraaien? Het kan. Het is Minority Report in Maastricht. Des te opvallender is het gematigde

gehalte snelle jongens aanwezig op de werkvloer. Allesbehalve toevallig. Alleen iPad-ready jongens en meiden naar klanten sturen heeft weinig zin, stelt Van Brummelen, als die hen vervolgens niet kunnen volgen. “Als een veertigjarige medewerker het begrijpt, geldt dat voor de meeste klanten ook.” In de opstartfase van de onderneming heeft Van Brummelen de samenwerking met het UWV gezocht. Langdurig werklozen, vijftigplussers, konden hun cv afgeven. “Honderdvier stuks hebben we gekregen. Een deel van die mensen hebben we drie maanden intern getraind. Je gunt iedereen een kans, dus daarna kwamen ze in dienst. Uiteindelijk is een aantal daadwerkelijk gebleven. Ja, dat heeft veel geld gekost. Maar de rest heeft wél elders een baan gevonden. Dat is toch mooi?” Prachtig maatschappelijk verantwoord, natuurlijk. Maar zonder winst geen langdurig ondernemersbestaan. En in een snelle wereld loop je helemaal snel achteraan. Heeft zelfbenoemd ‘strevertje’ Van Brummelen weinig problemen mee. “Innoveren moet. Juist nu. We vinden elke maand wel iets uit.” Een manier om kleding te (ver)kopen zonder urenlange pas-sessies, om maar eens wat te noemen. Als


24 | dossier HalleLimburg

het aan HIM Webmedia ligt, gaat het gebeuren. Het idee: de klant gaat voor een camera staan die het uiterlijk vereeuwigt, selecteert de gewenste kleding en hoppa, de techniek laat zien hoe die zal staan. De voordelen voor de winkel? Producten gaan door minder handen en de opruimfrequentie daalt. Hij vindt de meeste Limburgers ‘heel voorzichtig’. Het duurt een tijd alvorens ze vertrouwen hebben in iets nieuws. “‘Hollanders’ zien het, beoordelen het en nemen het wel of niet. Wij zijn vaak te zacht. Maar met alleen beleefd zijn, kom je niet zo ver in zaken. Besluiteloosheid heerst hier nog te veel. De crisis heeft daarop nog eens extra impact, de angst is voelbaar. Terwijl je uitgerekend in moeilijke tijden moet investeren. Durven. Dat doet pijn in de portemonnee, maar het betaalt zich later uit.” Volgens Van Brummelen is het Limburgse ondernemersklimaat nog ‘onvoldoende toekomst-proof ’. “Verandert dat niet, dan treden we in de voetsporen van België. En blijven we echt achter.” Hij maakt zich over weinig dingen druk. Dat was voorheen wel anders. “Toen had ik nog niet zo veel opgebouwd en ben ik weleens gestraft voor te veel, te lang en te hard werken. Naarmate je verder komt, kun je anders gaan denken. Niet meer overleven, wel grote stappen zetten. Je onderhandelingspositie wordt sterker. Anderzijds heb je meer te verliezen. Er schuilt ook gevaar in succes. Je verandert niet altijd ten goede. Ik ben opgeleid als kok en mijn eerste ondernemersstappen heb ik in de horeca gezet. Toen ik leuk begon te verdienen met brasserie Murphy’s in Sittard liep

ik nooit naast mijn schoenen. Ik houd mezelf geregeld een spiegel voor. Zakelijk én privé. Wat gaat er goed en wat zijn verbeterpunten? HIM Webmedia kan niet groeien zonder de inzet van het hele team. Dat moet je als baas nooit vergeten. Bij ons zitten er geen extreme verschillen tussen de salarissen van de leiding en de medewerkers. Gaat het goed, dan profiteert iedereen.” Hoewel het bedrijf inmiddels verkopers in zowel Limburg als Nijmegen heeft, is Van Brummelen niet bang voor te snelle groei. “We krijgen steeds meer balans. Zijn inmiddels zo breed, dat is goed voor onze klanten.” Wellicht helpt het feit dat hij een rasoptimist is. Zo gevormd in zijn jeugd, die

hij ‘moeilijk’ noemt. Daardoor wilde hij ‘van alles’. De uitdaging zoekt hij nog steeds. “Ik doe alles extreem. In zaken, in mijn vrije tijd. Daarom heb ik drie sterren als duiker (dive master, red.), want ‘maar’ tot dertig meter diepte duiken, vind ik saai. Racen op het circuit doe ik graag, ben een echte autoliefhebber. Ik heb geleerd hoe belangrijk ontspanning is. Alsmaar doorgaan is ongezond, na een paar maanden ben je uitgeblust. Dan kun je niet meer creatief zijn. Daarom staat er ook een pingpongtafel op kantoor, zo kunnen we ons uitleven. In het weekend is mijn tien jaar oude zoon Stef bij mij, dan zet ik de werkknop uit.” Grijnzend: “Vaak geloven mensen dat niet, maar probeer me dan maar eens te bellen.”

Hoe denkt edwin van Brummelen over... Samenwerking? “Wij hebben twee ‘partnerbedrijven’: Zero Creative in Nijmegen, ontwikkelaar van 3D-films en 3D-televisie. New Nomads in Amsterdam doet de technische realisatie van online projecten. New Nomads hebben we inmiddels overgenomen en met Zero Creative lopen gesprekken hierover. Als gevolg van alle plannen zijn we bezig onze naam aan te passen. Waarschijnlijk wordt die in de toekomst Zero Creative Agency. In 2010 had een goede kennis het idee om de kracht van die bedrijven samen te voegen tot een concept. Dat hebben we gedaan. Nu hebben we uiteenlopende klanten, grote bedrijven, mkb, musea. Ook internationaal.” Subsidie of niet? “We maken gebruik van de innovatiebox en de WBSO-regeling. Subsidie is mooi, maar als bedrijf kun je er niet je hele leven op draaien.” Last van de crisis? “Het betalingsverkeer verloopt trager.” Limburg of elders? “De basis blijft hier. In de toekomst willen we naar het buitenland. Daar zijn we al mee bezig. Er zijn maar drie bedrijven in de wereld die kunnen wat wij kunnen. De andere twee zitten in de V.S.”

– ADVERTENTIE –

045shoppenNL

Creative concept by Mackintosh the creative ©mpany | www.m-netwerk.nl

045

ns.nl

SHOPPEN Onze partners:

emontskeuke

.nl

vintage


Mariëlle Heijltjes

column | 25

wachte beloning te stoppen en nieuwe spelregels van kracht werden, veranderde het gedrag. Een analogie met gedrag binnen organisaties legt een aantal interessante vragen bloot, want welk beeld van uw eigen organisatie ontstaat wanneer u deze ziet als een spel van prestatie en beloning? Welke prestaties worden verwacht – bewust en onbewust – en welke beloningen worden als belangrijk ervaren? Bent u zich bewust van de (ongeschreven) spelregels die uw gedrag en dat van uw collega’s reguleren? Hoe ze het u mogelijk of moeilijk maken om ongewenst gedrag te veranderen? Weet u welke nieuwe spelregels u zouden helpen uw gedrag daadwerkelijk te veranderen en niet te blijven steken in het uitspreken van goede intenties? Weet u welke interventie daarvoor nodig is?

doe ik

Wat ik zeG? Het was een relatief klein nieuwsbericht, over de steeds ongezondere levenswijze van veel Nederlanders. De essentie ervan was dat wij Nederlanders wel weten dat we gezonder moeten leven, maar het desondanks niet doen. Het deed me denken aan al die keren dat ik medewerkers en leidinggevenden binnen organisaties tegen elkaar heb horen zeggen dat het toch echt anders moet na vandaag, maar die ik desondanks niets heb zien veranderen in hun eigen gedrag. Een fascinerend fenomeen: je ergeren, de situatie analyseren, intenties uitspreken maar toch niets doen. Waardoor komt dat toch? Charles Jacobs biedt, in zijn boek ‘Management Rewired’, een interessant perspectief door erop te wijzen dat we gewoontedieren zijn die zich nauwelijks bewust zijn van een groot deel van hun gedrag. Hij illustreert zijn stelling met een voorbeeld van een experiment met dolfijnen. Dat laat zien hoe de dieren zichzelf klem zetten in een spel waarvan ze de regels pas na een externe interventie weten te verbreken. Hij beschrijft hoe bij de start van het experiment de dieren telkens een vis als beloning krijgen als ze een kunstje hebben volbracht. Na een tijdje worden ze niet meer na één, maar pas na drie kunstjes beloond. De dieren passen zich snel aan en voeren netjes drie kunstjes op om de beloning te ontvangen. Vervolgens stopt de beloning. Er is een nieuwe regel ingevoerd die beloning koppelt aan het tonen van een nieuw kunstje. Aanvankelijk blijven de dieren dezelfde kunstjes doen, maar als de beloning uitblijft, worden ze boos. Frustratie en woede groeien en in die verwarring ontstaat plots een nieuw kunstje. Dat wordt beloond en nieuw gedrag is ontstaan. Jacobs legt uit hoe de dolfijnen aanvankelijk als het ware vastzaten in een vast stramien van prestatie en beloning waarbinnen geen enkele incentive tot vernieuwing was ingebouwd. Pas toen dat spel werd beëindigd door de ver-

Het lijken wellicht triviale vragen in de drukte van alledag, maar het tegenovergestelde is het geval. Want door ze niet te beantwoorden en een situatie van wel praten over wenselijke veranderingen maar er niets aan te doen in stand te houden, bevestigt u, wellicht onbewust, een spelregel in uw eigen spel van prestatie en beloning. Namelijk dat het okay is om over goede voornemens en veranderingen te praten, vervolgens gewoon over te gaan tot de orde van de dag en er verder niets mee te doen (*). Als meerdere collega’s dit doen, ontstaat langzaam een cultuur van verlamming en het niet zo nauw nemen van wat net is gezegd. Dat dit op een breder vlak ook consequenties kan hebben voor de mate van integer handelen (dat op gedragsniveau wordt gedefinieerd als ‘doe ik daadwerkelijk wat ik zeg’ (**) wekt dan wellicht geen verbazing meer. In een jaar dat in alle opzichten als turbulent wordt gekenschetst lijkt me dat een onwenselijk scenario. Het is te doorbreken als iedereen binnen de organisatie zich bewust wordt van het bovenstaande, er actie op onderneemt en zich bij elk toezegging afvraagt: doe ik eigenlijk wat ik zeg? Dat is zeker niet gemakkelijk en het vergt continue persoonlijke investering. Maar daar heeft de Amerikaan Zig Ziglar een mooie reminder voor: ‘People often say that motivation does not last, well neither does bathing – that’s why we recommend it daily’. (*) Hales, C. (1999), Why do managers do what they do? Reconciling evidence and theory in accounts of managerial work, British Journal of Management, 10, 335-350. (**) Palanski, M.E., Yammarino, F.J. (2011), Impact of behavioral integrity on follower job performance: a three study examination, Leadership Quarterly, 22.4, 765-786.

Prof. dr. Mariëlle G. Heijltjes is hoogleraar Managerial Behavior en directeur Postgraduate Education bij Maastricht University School of Business and Economics


– ADVERTORIAL –

Elsresidentie Sittard is stijlvol wonen met alle zorg

I

n Sittard, op een fraaie locatie tussen stadspark en binnenstad, start de bouw van de Elsresidentie. Zestien nieuwe appartementen in een kleinschalige woonomgeving voor dementerende ouderen. Het project is een samenwerking tussen woningcorporatie Woonpunt en de Zorg Groep Beek. Huiselijke omgeving Hannelore Hamers-Roesink van Zorg Groep Beek is de initiatiefnemer van de Elsresidentie. “Onze thuiszorg-organisatie krijgt steeds vaker te maken met dementerende cliënten. Veel mensen verzorgen hun dementerende partner het liefst zo lang mogelijk in een huiselijke omgeving. Pas als het echt niet meer kan wordt gekozen voor een verpleeghuis. In ons zorgsysteem betekent dat grootschalige verpleeghuizen en soms ook nog met meerdere mensen op een kamer verblijven. Uit deze ervaringen is bij Zorg Groep Beek het idee ontstaan voor een kleinschalige woon-

omgeving,” legt Hannelore uit. De Zorg Groep Beek kwam in contact met Woonpunt. Directeur Peter Hofland zag meteen iets in het idee. “Als corporatie doen wij natuurlijk ook aan vastgoedontwikkeling. Met de Elsresidentie komt er een uniek zorgcomplex te staan. In Sittard wordt de vroegere Katholieke Sociale Academie aan de Kastanjelaan gesloopt om plaats te maken voor het appartementencomplex van de Elsresidentie. Daarmee krijgt de plek van de voormalige school een nieuwe bestemming. Met de sloop is inmiddels begonnen en we denken een jaar nodig te hebben voor de bouw van de 16 appartementen. Na de oplevering verhuurt Woonpunt het complex aan Zorg Groep Beek,” zegt Hofland. Behoefte Hannelore Hamers denkt dat de Elsresidentie in een grote behoefte voorziet. Een kleinschalige woonomgeving waar mensen op een waardige manier oud worden, met alle noodzakelijke

zorg voorhanden. “In de Elsresidentie komen 16 appartementen voorzien van alle faciliteiten. Elk appartement heeft een woonkamer, keuken, slaapkamer en badkamer. De bewoners bepalen zelf de inrichting. Zij huren het appartement van de Zorg Groep Beek en krijgen desgewenst 24-uurs zorg. Wonen en zorg zijn gescheiden. Elke bewoner bepaalt individueel van welke zorg hij of zij gebruik maakt. Op de begane grond is de centrale ruimte die als huiselijke woonkamer is ingericht. Daar worden gezamenlijke activiteiten gedaan of gezamenlijk gegeten of met familie koffie gedronken. Privacy Bewoners die meer privacy willen kunnen in hun eigen appartement eten. De centrale woonkamer sluit aan op een mooie omsloten tuin,” zegt Hannelore. De initiatiefneemster ziet dat dementie bij oudereren toeneemt en dat de leeftijd waarop deze ziekte zich openbaart steeds lager wordt.


– ADVERTORIAL –

“Het verpleeghuis is voor mensen meestal geen aantrekkelijk vooruitzicht, vandaar dat wij starten met een kleinschalig project. Hoewel de bouw nu pas begint zijn er al vier appartementen verhuurd. De persoonlijke zorg spreekt mensen erg aan.” Directeur Peter Hofland van Woonpunt legt uit dat architect Coonen-Metz een eigentijds gebouw heeft ontworpen dat bestaat uit drie woonlagen. “Vooral de ligging is bijzonder. Aan de ene kant het stadsparkt en op nauwelijks een minuutje lopen de historische binnenstad van Sittard.” aldus Hofland. “De buurt is enthousiast over de plannen, zijn blij dat er eindelijk iets gebeurt met de leegstaande school. We merken ook dat buurtbewoners interesse hebben in het concept,” vult Hannelore aan.

Hannelore Hamers-Roesink en Peter Hofland

Activiteitenbeleid Volgens Hannelore Hamers zijn de appartementen geschikt voor één persoon, maar het is ook mogelijk dat de partner mee komt wonen in het appartement.“ In de praktijk zal het zo zijn dat de dementerende partner een appartement huurt in de Elsresidentie en de andere partner thuis blijft wonen. De bewoners hebben optimale privacy, maar worden wel 24 uur per dag geholpen als dat nodig is. Het activiteitenbeleid sluit aan bij de wensen van de bewoners.“

Mensen die belangstelling hebben voor de Elsresidentie kunnen contact opnemen met Hannelore Hamers van Zorg Groep Beek. 06-18094278. Of kijk op de website: www.elsresidentie.nl Zorg Groep Beek is een kleinschalige thuiszorgorganisatie. Het bedrijf is onlangs door het weekblad Elsevier uitgeroepen tot beste thuiszorgorganisatie van Zuid Limburg en Westelijke Mijnstreek.


28 | interview

Gouverneur van het verschil

Volgens sommigen heeft de nieuwe gouverneur Theo Bovens het vermogen zich in zeven magneetvelden tegelijk te bewegen. Inderdaad is precies dat wellicht nodig om in de politiek-bestuurlijke arena van het huidige Limburg succesvol te kunnen laveren. Govert Derix sprak hem in de tweede week van januari op zijn honderdste dag als Commissaris van de Koningin in de provincie Limburg. Een dialoog over de Limburgse ziel, het maken van verschil, de Limburgtour, en de vooruitzichten voor dit jaar van de waarheid. Tevens ging Derix in gesprek met oud-gouverneur Léon Frissen met wie hij bij diens afscheid het boek ‘In den beginne – over de toekomst van beschaving’ publiceerde. Dat boek sluit af met een ‘Kruisherendialoog’ over de betekenis van het Rijnlands model. Speciaal voor ZUID een Kruisherendialoog met het oog op 2012, en daarna. door Govert Derix foto’s Frits Widdershoven

De spits is er af... Theo Bovens: Ik ben door de proeftijd heen. Zo’n tijd is altijd wederkerig. Je moet ook zelf proeven. Het grote verschil met de Open Universiteit (waar Bovens voorzitter van het college van bestuur was, GD) is dat alles zich nu op mij richt. Tijdens bijeenkomsten kijkt iedereen naar de gouverneur. Dat is wennen, meer dan ik had verwacht. Ook valt me op dat mensen heel precies letten op wat je zegt. Dat weet ik omdat ik dan later weer van anderen hoor wat ik gezegd zou hebben. Als wethouder en loco-burgemeester van Maastricht wist ik al wat het betekent om vierentwintig uur per dag een publieke functie te bekleden. Die publieke drukte is nu dus weer terug. Maar ik lijd er niet onder. De functie omvat een aantal ‘oneindige’ taken zoals internationalisering en strategie. Maar ook integriteit, bestuurlijke organisatie en burgemeesterstaken behoren tot mijn verantwoordelijkheid. Die taken kun je zo intensief maken als je zelf wilt. Hebt u daarin al een eigen stijl? De Limburgtour, waarbij ik alle 33 Limburgse gemeenten bezoek, heeft als voordeel dat ik met alle burgemeesters gemiddeld zo’n tien uur optrek in hun gemeente. De achterbank van de dienstauto is dan een prima plek om contacten op te bouwen, elkaar

beter te leren kennen en door te graven op specifieke kwesties. Iedere minuut wordt zinvol besteed, het is een hele leuke en zinvolle kennismaking. Daarna is het onderhouden van de contacten een stuk makkelijker. Ik heb me al voorgenomen dat ik nieuwe burgemeesters vaker wil zien. Als een coach? Ik ga ze niet zeggen hoe ze het moeten doen. Maar wel om ze zo goed mogelijk te begeleiden. Voor hen is het natuurlijk ook een eenzaamheidsfunctie. Een burgemeester kan met weinig mensen over zijn vak praten. Zijn verantwoordelijkheid brengt nu eenmaal met zich mee dat hij er vaak alleen in staat. Het collegiaal contact met andere burgemeesters is niet overal even goed geregeld. Als er conflicten zijn, als hij wordt aangevallen of bedreigd, ja, dan kan het heel eenzaam zijn. Mensen in het algemeen bestuur moeten kunnen relativeren. Dat is een overlevingsconditie. Natuurlijk moet je de verantwoordelijkheid tot in je tenen voelen. Maar er moet ook een juiste vorm van distantie zijn zodat je de juiste beslissingen kunt nemen. iemand vertelde me ooit dat Theo Bovens nooit stress heeft... Ik zou inderdaad niet echt weten wat dat is (klopt af...). Ik filosofeer graag over wat het betekent om als gouver-

Theo Bovens

neur ook echt een richtsnoer te zijn voor anderen (governo is Latijn voor richtsnoer, GD). We hebben in Nederland geen leiderschapsprobleem, maar een probleem met volgerschap. Niemand laat zich meer iets door iemand zeggen. Als er zestien miljoen bondscoaches zijn en iedereen zijn eigen dokter is... als dat de situatie van de Westerse samenleving is, dan moet je daar als leider gebruik van maken. Richtsnoer zijn wil dan zeggen dat je mensen ervan kunt overtuigen dat ze zelf eigenlijk ook al vinden wat jij vindt. Je helpt ze hun eigen richtsnoer te zijn. Ik kom van een universiteit, en er is maar één instelling onbestuurbaarder dan een universiteit, dat is een academisch ziekenhuis. Allemaal professionals die hun eigen koning zijn en zich, doorgaans terecht, door niemand iets laten zeggen. Het aansturen van zo’n organisatie is, net als in de politiek, een kwestie van het overtuigen van mensen dat hun ideeën passen in een verhaal van waar je samen naartoe wilt. Het alternatief is dat je het probeert te winnen op macht of natuurlijk gezag. Dat laatste speelt in deze samenleving steeds minder een


politiek | 29

passen, maar juist eigen keuzes maken op basis van de specifieke kwaliteiten van hun gemeente. Een lokaal bestuurder moet het verschil durven maken. Maar bijvoorbeeld toen de Wet voorzieningen gehandicapten kwam, zag je binnen de kortste keren dezelfde blauwe rollator in Maastricht en in Oude Pekela. Waarom heb je dan het beleid gedecentraliseerd? Maastricht moet een ander subsidiebeleid kunnen hebben dan Kerkrade of Venlo. Waar baseert u dan de criteria op? Op wat de bevolking zelf wil. Als we tevreden zijn over een stadsbestuur, waarom zou het dan niet wat langer mogen blijven zitten, en waarom moet het aantal raadsleden overal gekoppeld zijn aan het inwonertal? Gelijkheidsdenken zit in de genen van de Nederlander...

rol omdat je steeds minder de kans hebt het op te bouwen, daarvoor gaat alles te vluchtig. Dus moet je werken op basis van argumenten, en daarin kan enige relativering geen kwaad. U staat wel voor bepaalde waarden? Je moet authentiek blijven. Anders kun je hier net zo goed een acteur neerzetten. Ik geloof in het bestaan van een authentieke kern van de persoonlijkheid, een eigen ziel. Je verandert door ervaringen, maar je verandert niet in wat je denkt over goed en fout. Het adagium ‘worden wie je bent’... ... is mij op het lijf geschreven. Maar natuurlijk had ik niet voorzien dat deze functie langskwam terwijl ze niet langs had moeten komen. Léon (Frissen, de vorige gouverneur) had hier gewoon nog vijf jaar moeten zitten. U hebt de Limburgtour beschreven als een zoektocht naar de Limburgse ziel. Ik zat voor vorige functies veel in Den Haag, en met name van daaruit be-

gon me op te vallen dat Limburgers de neiging hebben hun identiteit op te vatten als een zich-afzetten-tegen. Identiteit grenst je af van anderen. Dat begint al tussen de groene en de blauwe harmonie. Maar als je op die manier kijkt is identiteit een verkeerd begrip. Zo kwam ik op het woord ziel. Bij alle verschillen is er toch zoiets als een Limburgse ziel te herkennen. Ook het begrip verschil is heel belangrijk. Identiteit is statisch, terwijl verschil juist uitnodigt tot van elkaar leren. Met in het achterhoofd de provinciale politieke verhoudingen en het coalitieakkoord ‘Meer Limburg minder overheid’ besloot ik de ziel en het verschil centraal te stellen in mijn eerste nieuwjaarsspeech. De Commissie Bovens bracht in 2006 een rapport uit onder de titel Wil tot Verschil. In opdracht van de Vereniging Nederlandse Gemeenten onderzochten we de toekomst van lokaal bestuur. Met als advies dat lokale bestuurders geen technocraten moeten zijn die op basis van verdelende rechtvaardigheid, benchmarks en lijstjes op de winkel

... terwijl bijvoorbeeld bestuurskundige Paul Frissen zegt dat dit leidt tot een verstikking van de bestuurscultuur. Daar ben ik het honderd procent mee eens. Het is ontzettend lastig om dat denken te doorbreken. Je ziet het bij de Wet maatschappelijke ondersteuning en bij Jeugdzorg. We gaan er vanuit dat de gemeente het zelf het best en efficiëntst regelt of dat gezinnen zelf het beste hun eigen beslissingen kunnen nemen. Maar binnen de kortste keren hollen we toch weer achter de uniforme modellen van de VNG aan. Wellicht zijn we nog onvoldoende in staat om goed om te gaan met de verantwoordelijkheden die nodig zijn om het verschil te maken. Het is veel makkelijker om te zeggen ‘Iedereen doet het zo, dus doen wij het ook zo’ dan om een eigen lijn te trekken. Na een brand in Volendam moeten ineens overal de regels worden aangepast, maar is dat wel overal op dezelfde manier nodig? De afkorting LLL – een leven lang leren – loopt als een rode draad door uw curriculum. Staan voor het verschil en het leven opvatten als één groot leerproces, hangen met elkaar samen. Het gekke is trouwens dat dat gelijkheidsdenken juist wat minder sterk in de genen van


30 | interview

de Limburger zit. De ene harmonie wil beter zijn dan de andere. De rivaliteitsgedachte is eigenlijk tegengesteld aan het gelijkheidsdenken. Dus daarin zou Limburg dan minder Nederlands zijn? Dat zijn zware termen. Maar het zou, kort door de bocht, wel kunnen verklaren waarom Limburgers makkelijker het verschil kunnen maken. Dat belang van het verschil ervaar ik ook tijdens de Limburgtour. Limburg is historisch een lappendeken van bevolkingsgroepen, buurten en verenigingen. Velen ervaren daarbij grote verschillen. In Venlo of Venray stelt men dat men harder werkt dan in het zuiden, maar dat zeggen ze in Stein en Beek ook omgekeerd van het noorden. Aan de Maaskant zegt men dat gemeenschappen in de dorpen fantastisch samenwerken, maar hetzelfde hoor je in Onderbanken. Men is dus enerzijds trots op het verschil. Maar als je door de oogharen kijkt, valt het met die verschillen tussen Mook en Eijsden ook wel weer mee, en speur je één Limburgse ziel. Kun je zulke inzichten gebruiken om de kloof tussen burger en overheid te dichten? Burgers moeten iets te kiezen hebben. Als het eenheidsworst wordt, is het gedaan met de politieke belangstelling. Het kunnen maken van keuzes gaat altijd gepaard met een grotere betrokkenheid van burgers bij de politiek. Dat klinkt als een verfrissende visie. Dat vonden wij in 2006 ook. Wil tot Verschil werd onder applaus unaniem aangenomen. Maar een jaar later kwam het rapport van de Commissie Van Aartsen dat de vertaling van onze voorstellen in de bestuurlijke praktijk weer ongedaan maakte. Heel Nederlands. Men is bang om de uiterste consequentie van dat denken te accepteren. Het verschildenken mag vooral niet worden vastgelegd in de wet! in hoeverre past het bij het coalitieakkoord ‘Meer Limburg minder overheid’? Het gaat om meer gemeenschap. Als

provinciale overheid gaan we meer overlaten aan het gemeentelijke niveau. Als je mensen in beweging wilt brengen moet je ze meer verantwoordelijkheid geven, en dan helpt het willen maken van verschil. Alles regelen volgens het zelfde model, doodt iedere vorm van creativiteit. Daarom denken we ook aan actief burgerschap en burgerparticipatie. De eerste bestuurlijke reflex is dan om voor burgerinitiatieven een uniformerende subsidieregeling in het leven te roepen, met alle gevolgen van dien: aanvraag, jaarplan, activiteitenplan, verantwoording, accountantscontrole... Dan krijg je dus geen enkel burgerinitiatief. Of stel dat men in Sevenum iets wil doen alleen omdat men het in Mook ook gedaan heeft. Ook dat kan dodelijk zijn. Dus is het de kunst om met een stuk over burgerinitiatieven te komen dat precies het tegenovergestelde zegt: als iets ergens in de provincie al is gebeurd, is het verboden het elders ook te doen! Of: je bent verplícht om het anders te doen. Heel spannend om te kijken of dit de komende drie jaar ook echt gaat werken.

“Waarom is er geen groot overheidsprogramma voor leergierigheid?”

Het aanleren van nieuwe reflexen als strategie? Dat geldt ook voor het doorbreken van de verdelende rechtvaardigheid. Ik kom uit een gezin met vijf kinderen. Aanvankelijk krijgt iedereen hetzelfde: jij krijgt dit omdat de ander het ook krijgt. Maar dan gaat de een voetballen en de ander naar de muziekschool en beginnen de verschillen. Bij volwassen worden hoort het maken van verschil. Politiek werkt precies andersom: hoe verder het gaat, des te meer het naar elkaar toe moet groeien. Die reflex wil ik doorbreken. De samenleving is daar ook aan toe. Het ongenoegen dat velen ervaren met politiek en bestuur gaat er óók over dat men ner-

gens meer grip op denkt te hebben. Men benadert een wethouder met een probleem en het eerste antwoord is: ‘Daar ga ik niet over, daarvoor moet je bij de woningcorporatie of de vuilnisophaaldienst zijn.’ Mensen ervaren een groot ongenoegen met de politiek en rekenen haar daar op af, terwijl de politiek zelf er in de huidige constellatie ook vaak weinig aan kan doen. Als Veolia niet op tijd rijdt dan uit zich dat in proteststemmen. Het gaat er dus om dat mensen weer zelf verantwoordelijkheid kunnen nemen en dat politiek weer gaat over dingen die er toe doen. De macht moet terug naar de burger en de politiek. Zodanig dat ze weer verantwoordelijk is te houden. Het ongenoegen gaat ook daar over. U hebt gezegd dat 2012 het jaar moet zijn waarin we gaan leren. Precies dit moeten we leren. Zien dat er verschil is, en het waarderen. Ik ben voorstander van waarderingssubsidies, zoals vroeger, toen daarmee bijvoorbeeld werd uitgedrukt dat de gemeenschap het belangrijk vond dat er zoiets was als een harmonie of fanfare.


politiek | 31

een belangrijker thema om in te investeren dan pakweg het grensoverschrijdend fietsverkeer. Dat accent wil ik graag zetten. Als we handelsmissies naar China en Brazilië kunnen sturen, waarom dan niet naar Düsseldorf of Hasselt?

Die lerende geest is ook kenmerkend voor het huidige college van GS? Het is in elk geval een nonconformistisch college dat bereid is om wat te veranderen. Ik durf te zeggen dat de politieke kleur niet eens zoveel uitmaakt. Iedere provinciale bestuurder, van welke politieke kleur ook, moet in deze tijd van krimpende middelen beseffen dat de oude reflexen in het middenbestuur niet meer werken. is dit niet ook een mooie verwoording om het college bijeen te houden? Het gaat er om hen te richten op de vraag waarom men eigenlijk op aarde is? Waarom is er een provinciaal bestuur? Waar gaat het echt om? Het gaat erom dat we problemen oplossen. En dat de Limburger zich over vier jaar gelukkiger voelt dan nu. Zulke basale dingen. Ik moet het college inderdaad bij elkaar houden. Maar ze moeten eerst zichzelf bij elkaar houden. Ik ben geen scheidsrechter. Wordt 2012 het jaar van de waarheid? Limburg moet sterker uit de crisis te-

voorschijn komen dan dat het er in is gegaan. Er komt veel geld beschikbaar voor projecten als de Health Campus, Chemelot, de Floriade, Maastricht Culturele Hoofdstad van Europa. Er is op allerlei fronten contracyclisch geïnvesteerd. Als we daar intelligent mee omgaan wordt 2012 het jaar waarin spannende lijnen samenkomen en we troefkaarten kunnen uitspelen.

“Toch zou het goed zijn als Limburg zijn zelfbewustzijn herontdekt”

U wilt grenzen doorbreken. Dat geldt ook voor de Euregio? Ik ben niet de enige die regelmatig naar Aken, Luik of Hasselt gaat. En omgekeerd lopen bij ons veel Duitsers en Belgen rond. Op gebied van economie, arbeidsmarkt, grensarbeid en handel over de grens is die grens echter nog volop voelbaar. De komende jaren is grensoverschrijdende handel

Ook daar is nog veel te leren... Leren is een werkwoord. Ik teken graag een driehoek tussen de begrippen creativiteit, ondernemerschap en leergierigheid. We blinken uit met programma’s voor de eerste twee, maar investeren niet in leergierigheid. Daardoor komt de cyclus niet op gang. Het wordt geen vanzelfsprekendheid, we leren te weinig van innovaties, het blijven speldenprikjes. Waarom is er geen groot overheidsprogramma voor leergierigheid? Waarom geeft de OESO Nederland hierin altijd een rode kaart? Er is geld genoeg voor creativiteit en innovatie, maar als je er niet van leert, kun je het net zo goed in de Maas gooien. U bent historicus. Wat kunnen we leren van de Limburgse geschiedenis? Dat we hier steeds opnieuw het wiel uitvinden. Toch moet je met zulke lessen voorzichtig zijn. De geschiedenis herhaalt zich nooit. Ervaringen uit het verleden zijn geen garantie voor de toekomst. Toch zou het goed zijn als Limburg zijn zelfbewustzijn herontdekt. In al zijn verschillen beschikt het over een grote kracht, dynamiek, kennis en kunde. Op economisch, cultureel en sportgebied ontmoet ik wereldleiders. We hebben enorm veel in huis. En toch is de stemming alsof we richting afgrond gaan en de generatie na ons het slechter zal hebben. Gezien onze potenties is daar echter geen reden toe. De westerse samenleving heeft een stuk geloof verloren en sombert daar over, dat klopt. In Nederland begon dat geloofsverlies in Limburg. Wij begonnen over de krimp. De tijd van somberen is echt voorbij. Laten we dan ook de eersten zijn die met recht zeggen: ‘Limburg is de betere provincie!’


32 | interview

De valkuil van de vanzelfsprekendheid

Léon Frissen

Léon Frissen over leven in de luwte en zijn boek over het Rijnlands model Hoe is het leven na het gouverneurschap? Léon Frissen: Het is al langer dan een jaar geleden dat ik de beslissing nam. Dat doe je niet op tijd van een paar uur, het is een complex van vele afwegingen. En daarna denk je nog vaak: heb ik wel het juiste besluit genomen? Nu, ruim drie maanden na mijn afscheid, stel ik vast dat het inderdaad een goed besluit was. Mijn agenda is nog steeds druk, maar de focus is weer helemaal inhoudelijk. Tegelijk is hij chaotischer omdat ik nu voor verschillende ‘bazen’ werk. Bij tenminste vier is de voertaal Engels: Mediagroep

Limburg, Maastricht School of Management, Brains Unlimited en een private partner. Bovendien ben ik buitenlandvoorzitter van het CDA. Ik werk graag en blijf graag werken. Vanuit mijn ervaring kan ik de problemen van onze samenleving goed overzien. Ik was nauw betrokken bij de ontwikkelingen rondom ons stelsel van sociale zekerheid. Vanaf de jaren negentig was al duidelijk dat dat niet vol te houden was. Toch is vaak een crisis nodig om tot een fundamentele discussie te komen. Men vindt het vanzelfsprekend dat wij dit stelsel van werken, zorgen en wonen samen hebben opgebouwd. Maar steeds minder mensen voelen zich geroepen ervoor te knokken. Men gooit de problemen

over de schutting van het collectief en weinigen voelen zich nog verantwoordelijk. Maar het collectief, dat zijn wij allemaal. De waarden van de joodschristelijke traditie – denk aan solidariteit en sociale gerechtigheid – staan op zijn laatst sinds de omwentelingen van 1989 onder druk, terwijl het stelsel daar wel op is gebouwd. Een overwinning van het neoliberalisme? Een tijd terug sprak ik Bernard Wientjes over de vakbonden. Als we geen vakbonden meer zouden hebben, is dat slecht voor de werkgevers en voor de economie, zei hij. Dat meende hij echt. De mal en de contramal zijn beide nodig. Maar na 1989 lijkt het


politiek | 33

alleen nog maar om de prijs te gaan. Alles is teruggebracht tot geld. Iedere handeling in de care is berekend tot op de cent. Alles draait om ‘what’s in it for me?’ Ik zou niet willen leven in de Verenigde Staten waar het competitieve tot in het absurde is doorgevoerd. Onze Europese systemen zijn zo goed, die moeten we koesteren en vernieuwen, zodanig dat ze ook de komende vijfentwintig jaar bestendig zijn. In opkomende landen zoals Brazilië, Indonesië, China en Zuid-Afrika zie ik op dit punt grote legitimiteitsproblemen ontstaan. Er is onduidelijkheid over de besluitvorming. Mensen krijgen het wel beter, maar vijf procent krijgt het honderd keer beter dan de rest. De boodschap van in den beginne is dat onze systemen alleen optimaal kunnen werken op basis van Rijnlandse waarden. Een anticyclische boodschap? Het probleem van de politiek – met name CDA en PvdA – is dat men te veel cyclisch bezig is geweest. Ik begrijp het wel: als je elke dag met de peilingen en het electoraat bezig bent, is het moeilijk om standvastig leiderschap te tonen dat staat voor een visie op de lange termijn. Zoals marktpartijen meegaan met de consument, zo zijn de politieke partijen meegegaan met de kiezer. Precies daar is het fout gegaan. Iedereen die goed nadacht zag dat de zorgkosten de bocht uit zouden vliegen. Maar in een tijd waarin iedereen door internet denkt te weten hoe het moet, is het moeilijk om het juiste leiderschap te tonen. Het is de uitdaging van leiders en kunstenaars om de verdieping te behouden en daar tegelijk het oppervlakkige in mee te nemen. De intellectueel die arrogantie uitstraalt als de mensen hem niet meer snappen, is geen intellectueel. Ik denk niet dat je de kloof tussen burger en politiek kunt dichten door de burger te pamperen. Een zekere afstandelijkheid is meer op z’n plaats. Wellicht zitten we in een overgangsperiode. Ik zie veel mensen van goede wil. Tegelijk is het te morbide voor woorden dat er in financiële centra in Frankfurt, New York, Londen, Parijs en Amsterdam drie- of vierhonderd hyperintelligente whizzkids zitten die de wereld aanstu-

ren op basis van credit default swaps waarmee ze zich verzekeren tegen het faillissement van landen en er zelf iedere dag drie Porsches van kunnen kopen. Gelukkig hebben steeds meer mensen bedenkingen bij deze decadentie en komt er een stevige regulering van de financiële markten. Wordt 2012 een Rijnlands jaar? Toen we anderhalf jaar terug begonnen na te denken over ons boek was amper te voorzien dat het thema zo fundamenteel zou gaan spelen als nu het geval is. Het spanningsveld tussen de rechten van het individu en de plicht om bij te dragen aan het collectief staat nu bij socialisten, christendemocraten en bij een liberaal als Verhofstadt centraal in het debat. De Rijnlandlezing van Jean-Claude Juncker (uitgesproken tijdens het afscheid van Frissen, GD) ging er over. We brengen onze boodschap op de

“Bij ons zijn rechten zogenaamd vanzelfsprekend geworden. Dat is onze gevaarlijkste valkuil”

top van de golf. De bezinning op de relatie tussen burger en collectief gaat de komende tien jaar een prominente rol spelen. Hoe houden we het vol om als individu rechten denken te hebben – pensioen, kinderopvang, hypotheekaftrek – zonder dat we bijdragen aan solidariteit en sociale cohesie? Daar moeten we creatieve antwoorden op vinden. Een samenleving zonder sociale cohesie dreigt rechtenloos te worden? In opkomende landen vecht men niet alleen voor de boterham, maar ook voor rechten. Bij ons zijn die rechten zogenaamd vanzelfsprekend geworden. Dat is onze gevaarlijkste valkuil. De grootschaligheid van onze instituties en bedrijven heeft daar aan bijdragen. De betrokkenheid en verantwoordelijkheid dreigt te verdwijnen.

Daarom ben ik een groot voorstander van kleinschaligheid. Zonder de tienduizenden kleine bedrijven zou onze samenleving niet kunnen leven. Vertaald naar Limburg...? In de laatste zeven jaar maakte ik van dichtbij mee dat diverse grote bedrijven in handen kwamen van buitenlands kapitaal. Denk aan Sabic, Océ, MGL, Nunhems Zaden, Frans Maas en DSM Agro. Internationalisering en globalisering zijn aan de orde van de dag. Tegelijk zie ik een toenemende arbeidsmigratie uit landen als Spanje en Griekenland op ons afkomen. Dat is de wereld van morgen, daar moeten we open voor staan. Limburg moet de moed hebben zich te spiegelen aan de economische realiteit van een stad als New York, een melting-pot van vele nationaliteiten. Bij de eerste economische ellende van de jaren dertig kwamen mensen van vele nationaliteiten naar Limburg; hun namen vind je nog in de telefoonboeken, maar ze zijn allemaal Nederlands geworden. Voor zulke ontwikkelingen moet je niet bang zijn. Tegelijk moeten we staan voor onze joods-christelijke waarden en mensen ontvangen op basis van wederzijds respect. Dat op zijn beurt is een kwestie van goed onderwijs. Steden, gemeenten en provincies zouden constant aan de weg moeten timmeren om de kwaliteit van onze universiteit, onze kunstopleidingen en andere instituten te verbeteren. Dáár begint het. Als er vanuit Den Haag kritiek klinkt op de buitenlandse studenten in Maastricht, zou heel Limburg daar voor moeten knokken. Tegelijk hebben we stippen op de horizon nodig waar we in Limburg trots aan kunnen ontlenen. Gouverneur Bovens had het in dit licht zeer terecht over de Tefaf, het WK Wielrennen en de Floriade – allemaal initiatieven die ervoor zorgen dat de wereld naar Limburg kijkt. De ambassade van Israël gebruikte op haar nieuwjaarskaart het logo van de Floriade. Zoiets maakt mij trots...


– ADVERTENTIE –

iPad 2

Een nieuwe manier van werken

iPad 2 biedt met zijn volledig nieuwe dunne en lichte ontwerp, krachtige dual-core Apple A5-chip en grote Multi-Touch-display een nieuwe manier van werken. Met iPad 2 kun je heel eenvoudig met anderen samenwerken, presentaties geven, documenten bewerken en toegang krijgen tot bedrijfsgegevens. En doordat de batterij tot tien uur meegaat en je beschikt over Wi-Fi- en 3G-netwerkvoorzieningen, kun je altijd en overal met iPad 2 aan het werk. Ga naar ivizi voor meer informatie over het zakelijk gebruik van iPad 2.

Maastricht: Wycker Brugstraat 30, Kemenadeplein 33 Heerlen: Saroleastraat 45b • Venlo: Vleesstraat 75 www.ivizi.nl • info@ivizi.nl • 043 352 0 352


Paul Rinkens

column | 35

Naast Caring spelen er nog enkele andere factoren een belangrijke rol; vrijheid, zelfverwerkelijking, verbinding, mee mogen doen, erkenning en empowerment. Belangrijk is dat mensen het gevoel hebben, dat ze iets mogen doen en dat zij iets kunnen betekenen voor het bedrijf, hun merk. Eerst begrijpen, dan begrepen worden, dat is de taak van de leiding. En dat begint bij goed luisteren naar de medewerker en alle stakeholders. Wat wilt u veranderd zien? Simpelweg vragen stellen zoals: Waarom? Wat? Wie? Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat kinderen tussen zeven en twaalf jaar dagelijks gemiddeld 66 keer vragen ‘Waarom…...?’

ZOnDEr passie GEEn SuccES Succesvolle merken vallen altijd op door de passie die ze uitstralen. Het zijn die merken waar de mensen leven voor hun werk, er 24 uur per dag, zeven dagen per week mee bezig zijn. U kent ze wel, die merken die uit het niets zijn gekomen; Nike, Apple, Virgin. Waar komt die passie vandaan? Hoe hebben die leiders hun werknemers zo ver gekregen, dat ze zo hard zijn gaan lopen voor hun merk? De conclusie die je mag trekken: het heeft te maken met het helder formuleren en invullen van de strategie en de visie. Wanneer de strategie helder is verwoord, lopen de mensen daar enthousiast in mee. Het laten zien aan medewerkers en stakeholders welke kant je als merk op wilt, kweekt betrokkenheid bij eenieder. Die betrokkenheid is cruciaal. Betrokkenheid heeft veel te maken met de mate waarin je zin hebt om mee te doen, om het te blijven volgen. De mate van bevlogenheid om te bewegen! Mensen moeten begrijpen waarom ze een bepaalde taak hebben en moeten weten op welke wijze ze kunnen bijdragen aan het resultaat. Als mensen niet weten waarom ze iets moeten doen, zullen ze ook geen enthousiasme ervoor kunnen opbrengen. Uitgerekend in deze tijd van de grote C is betrokkenheid een hele belangrijke. En dan bedoel ik niet de C van Crisis, maar de C van Caring Capitalism, de C van Collectief, de C van Coöperatie. Uitgerekend nu is het de tijd om eerst te geven en dan te nemen, eerst te delen en dan te vermenigvuldigen. We zullen weer eerst met z’n allen de emmer moeten vullen en zodra deze emmer overloopt, zijn we allemaal in staat om de druppels voor onszelf op te vangen. De passie van de afgelopen tien jaar heeft bestaan uit het ‘What’s in it for me?’ Voordat de emmer vol was, begonnen we allemaal voor onszelf te scheppen, zodat uiteindelijk de bodem in zicht kwam. Dat noemen we nu Crisis met een C…

Schrijnend is dat ditzelfde kind, wanneer het met pensioen gaat, dit nog maar 6 keer per dag doet. Over (af)leren gesproken! Als je weet hoe en op welke manier medewerkers willen bijdragen aan de nieuwe strategie, dan is er sprake van empowerment: de mensen de ruimte bieden om zelf initiatief te ontwikkelen en iets te betekenen voor het bedrijf. Daarbij is doen belangrijker dan praten. Leiders moeten het goede voorbeeld geven en daarmee hun medewerkers enthousiasmeren. In het helder communiceren van de strategie gaat het altijd om de driehoek leiderschap, identiteit van het merk en gedrag. Ze dragen bij aan de helderheid van de boodschap. Aan de geloofwaardigheid van de claim en bieden de gebruiker helderheid en bevestiging. Nou weer even terug naar de passie. Wanneer is er sprake van passie? Mensen zeggen vaak: “Zoek je passie en je vindt jezelf ”. Makkelijker gezegd, dan gedaan. Paul Moers heeft in zijn boek ‘De kracht van passie’ een soort Maslow-type piramide gecreëerd met de 7 d’s. Dromen, Denken, Delen, Dragen, Durven, Doen en Doorzetten. Eerst dromen met al z’n verzinsels inbegrepen, dan concreet worden zodat eenieder het ook kan begrijpen en voelen om daarna te delen. Zoals mijnheer pastoor heel vroeger pleegde te prediken aan het eind van de hoogmis ‘gaat heen en vermenigvuldigt u’. Vandaag de dag is dat iets anders, niemand laat zich zomaar iets door de strot duwen. Er moet eerst sprake zijn van draagvlak, de volgende stap is durven, niet bang zijn voor tegenvallers want die komen er altijd, om vervolgens het daadwerkelijk te doen en door te zetten. Uiteraard ervan uitgaand dat het plan levensvatbaar moet zijn. Wat is toch geweldig om gepassioneerd over je passie te kunnen passioneren!

Paul Rinkens is ondernemer


– ADVERTORIAL –

...het nieuwe uitgaan

Op een steenworp afstand van Maastricht, in Lanaken, ligt Sophia’s. Een trendy club en lounge die bij binnenkomst doet denken aan hippe uitgaanslocaties in Dubai, Ibiza of Marbella. Eigenaar Khalid Seghrouchni nam vier jaar geleden de club over die toen nog de naam El Tigra droeg. Hij moderniseerde de club, richtte op de eerste verdieping een luxe loungeruimte in en veranderde de naam in Sophia’s. Inmiddels is Sophia’s dé hotspot van Belgisch en Nederlands Limburg waar twintigers, dertigers en veertigers uitgaan.

Khalid is de bedenker van een aantal vooruitstrevende concepten in het uitgaansleven. Veel mensen kennen hem als organisator van Club Roiall, de zondagavond clubfeesten die een aantal jaren geleden in Fort Sint Pieter in Maastricht plaatsvonden. Hij heeft met dit concept een grote stempel gezet op ‘zondagclubben’ in beide Limburgse provincies. Veel clubs en organisatoren hebben zijn ideeën overgenomen en borduren daar nog steeds op voort. Daar is hij trots op. Ook met Sophia’s heeft Khalid iets baanbrekends voor ogen: een concept dat Limburg mist, maar al lang klaar voor is.

www.sophias.be | www.facebook.com/sophias.limburg Tournebride 49 • 3620 Lanaken • België Geopend: do: 19.00 - 1:00 u | vr: 19:00 - 5:00 u | za: 22:00 - 5:00 u | zo: 19:00 - 1:00 u


– ADVERTORIAL –

Heb je passie voor fashion, muziek, clubben en loungen? Ben je liever trendsetter dan trendvolger? Wil je heerlijk loungen of eens lekker losgaan op de dansvloer? Ervaar dan het nieuwe uitgaan bij Sophia’s, dé hotspot van Belgisch en Nederlands Limburg met lounge en club onder één dak!

Loungen Op de eerste verdieping is het loungegedeelte, stijlvol en luxe ingericht. De muren zijn met fraai marmer bekleed. Hier kun je samen met je partner, vrienden of vriendinnen relaxen in een van de comfortabele lounge-seats. Even weg uit de hectiek van alledag, wegdromen op loungy muziek en genieten van hippe drankjes. Veel gasten gaan eerst een paar uurtjes loungen en daarna naar beneden om te dansen in de club. Club Lekker losgaan op de dansvloer kun je in de club. Hier draaien alleen de allerbeste DJ’s hele toegankelijke muziek, variërend van disco classics tot lekkere funky en latin house. Ook staan er regelmatig bekende artiesten op het podium. De lichtshow is fascinerend. Vrouwvriendelijk deurbeleid Als vrouw moet je je bij

Sophia’s 100 procent op je gemak voelen. Daarom is er een strikt deurbeleid: no-men-without-woman. Veiligheid staat voorop, zo geldt een zero tolerance beleid voor drugs.

Unieke event locatie Sophia’s is ook een zeer geschikte locatie voor een bedrijfsfeest, borrel, product-

Sophia’s... het nieuwe uitgaan

presentatie, show of verjaardagsfeest. Laat een onvergetelijk indruk achter en trakteer je gasten op Sophia’s.


– ADVERTORIAL –

EQUIPE professionals only

Paradox Hoewel 2012 reeds in volle gang is wens ik u als lezer van ZUID zowel privé als zakelijk alle goeds toe. We leven opnieuw in een economisch onzekere en daarmee uitdagende tijd. Best begrijpelijk dat in deze tijd van afnemende orders, bezuinigen, zorgwekkende vooruitzichten en minder vacatures, het onderwerp ‘arbeidsinzet’ zo uitgebreid en nadrukkelijk bij ondernemers en bestuurders aan de orde is. We moeten het doen met minder fte’s. Daarnaast moet het, waar het tempo toch al hoog lag, nog beter en vooral veel sneller, want er moet wel gepresteerd blijven worden. Het bedrijfsbelang staat opnieuw voorop, wetende dat de concurrentie ergens ‘op de loer’ ligt. Mooi woord overigens: Loer. Enfin, van medewerkers verwachten we dat ze snappen dat men met minder genoegen moet nemen. Misschien maar geen flexibele werktijden meer, of zoiets dergelijks. Maatregelen zijn gewenst. Recent bezocht ik een nieuwjaarsbijeenkomst waar ik kennis maakte met een DGA van een middelgrote organisatie; ‘Zeg, wat zijn jouw ideeën eigenlijk als het gaat over inzet en optimaliseren van efficiency van medewerkers? Zonder mijn antwoord af te wachten begon hij zijn monoloog. ‘Ik zal jou dat nou eens even haarfijn uitleggen. Als werkgevers zijn we te aardig voor ons personeel geweest, omdat we bang waren dat we tekort zouden komen. Sinds 2009 is dat anders en na een korte opleving is dat nu weer het geval. Over een onderwerp als leeftijdsbewust personeelsbeleid praten we gelukkig niet meer. Achteraf bezien niet zo’n handig instrument, want wat moet je met een hele rij dove bejaarden in je organisatie (ha,ha)? We werken momenteel met een krachtig programma om de crisis te overleven “‘Blood, sweat and tears” genaamd met als doel de effectiviteit te verbeteren. Een pakket van harde maatregelen waar-

door ik als ondernemer weer kom te staan waar ik hoor te staan: Aan het roer! Uit eigen beweging afscheid nemen doen ze toch niet, want ander werk is er niet’ Er was geen ruimte voor mijn ‘Maar…..’. Wel termen als harder, discipline en strakker. Omdat wij bij Equipe graag werken voor opdrachtgevers waarbij de ontwikkeling van medewerkers verankerd is in de strategische doelstellingen van de organisatie heb ik hem bij het afscheid maar geen kaartje gegeven. Verder een aardige man, leuk gesprek ook! Hoewel het economisch getij in veel branches inderdaad erg onzeker is, was dit toch een understatement van jewelste en formaat op het gebied van korte termijn denken. Immers, werkgevers krijgen het in 2012 door uitstroom van de Babyboomers en verdergaande ontgroening steeds moeilijker om de juiste talenten te vinden en aan de organisatie te binden. Hoe win je als werkgever The War for Talent? ‘Voor een sterke merknaam wil talent graag werken.’ Ondanks het groeiend aantal werkzoekenden, is er in 2012 een groeiende mismatch tussen het aanbod in banen en de beschikbare professionals. Bovendien hebben werkgevers meer behoefte aan flexibiliteit, terwijl het aanbod van specialisten sterk terugloopt. Hoog opgeleiden richten zich niet langer op een lifetime carrière, maar op ontwikkeling. Dat betekent dat de merknaam van de werkgever daaraan synoniem dient te zijn; de cruciale waarde van het talent wordt onderkend en is leidend. Het faciliteren van cruciaal talent is maatwerk; standaard HRM programma’s volstaan niet langer. Ieder talent is uniek en vraagt specifieke faciliteiten. Dat kan zijn in de vorm van opleiding en training, maar ook de inrichting van processen draagt hierin bij. De traditionele personeelsplanning en functiebeschrijvingen zullen worden vervangen door proces(rol)beschrijvingen. In de werkgeversmarkt van 2012 en de daaropvolgende jaren zal de werkgever die innovatief met talenten omgaat een uitstekende toekomst tegemoet gaan. Ook voor ons als intermediair worden het uitdagende en spannende tijden. Ik verheug me in meerdere opzichten! Luc Theunissen


– ADVERTORIAL –

2012 markeert de verjaardagen van enkele bijzondere gebeurtenissen die in Maastricht plaatsvonden. Zo is het bijvoorbeeld dit jaar precies 20 jaar geleden dat het Verdrag van Maastricht werd ondertekend, dat uitmondde in de euro. Ook is het 10 jaar geleden dat in Maastricht besloten werd tot invoering van diezelfde Europese eenheidsmunt. Naast deze twee markante gebeurtenissen jubileren in 2012 ook twee van Maastrichts internationale instituten: de Maastricht School of Management, die zijn 60ste verjaardag viert, en het United World College, dat zijn gouden jubileum viert.


– ADVERTORIAL –

Citizens most influential capital in Euregion 2012 promises to be a festive year for Maastricht. We celebrate the 20th anniversary of the signing of the Maastricht Treaty – an event that led to the creation of the European Union and, later, the Euro. Ten years later, our city played host to the introduction of the European currency. The foundations for both the European Union and the Euro were therefore laid here in Maastricht – something we should take great pride in 10 and 20 years later! The Treaty of Maastricht and the Euro are not the only anniversaries awaiting celebration in 2012. TEFAF Maastricht will celebrate its 25th year, the United World College its 50th and the Maastricht School of Management its 60th. This year, the city council will approve the contents of the bid book that should result in Maastricht’s candidacy for the title of the 2018 Cultural Capital of Europe. The European Commission will review this book in the autumn of this year.

Maastricht easily combines its rich history with a youthful enthusiasm, tradition with innovation, and a distinctive local flavour with solid international orientation. The presence of such international institutions as the ones mentioned above truly embodies the international character of this city. But these are only a few examples of the hundreds of international institutions our city and region have to offer. It is hard to avoid linking Maastricht and the Meuse-Rhine Euregion – an area with vast cultural diversity that sets a perfect example for Europe. It is a powerful and dynamic region with countless international businesses and knowledge institutions. Serving as the keys to innovation and development, the vocational colleges, universities and academic hospitals in the Euregion deserve particular mention here. Academic institutions are hotbeds of ingenuity that spawn new technologies, products and commercial activities. Their innovative incentives form the driving force behind

our Euregional knowledge economy. The step from Euregion to the 2018 Cultural Capital of Europe is a small one. Maastricht’s candidacy is supported throughout the Euregion, by the partner cities of Aachen, Liège, Heerlen, Hasselt and Sittard-Geleen; the provinces of Liège and Dutch and Belgian Limburg; the Aachen region and the German-speaking community in Belgium. What a grand and fitting gesture it would be to claim Maastricht as the 2018 Cultural Capital of Europe 25 years after the official founding of the European Union – a result of the Treaty of Maastricht in 1992. If we hope to achieve this status, we must all work together. This not only includes the government and the arts and culture sector, but also the industry and the public. At roughly 4 million strong, they are the most influential capital in the Euregion. OnnO HOEs, MayOr Of MaasTricHT


n

– ADVERTORIAL –

De ‘International’ als moderne pelgrim Ooit een drukbezochte pelgrimsstad, oefent Maastricht ook nu nog een grote aantrekkingskracht uit op buitenstaanders. Een groot deel van de ‘moderne pelgrims’ zijn studenten. circa 45% van alle studenten aan Maastricht University komt uit het buitenland, en in hun kielzog volgen honderden internationale professoren en lectoren. De ruwweg 6.500 buitenlandse studenten en meer dan 1.000 medewerkers maken van Maastricht University de meest internationale universiteit van nederland. En daar zijn ze best trots op. De kans dat je op de universiteitscampus een buitenlandse student tegen het lijf loopt, is bijna één op twee; de kans dat een college wordt verzorgd door een buitenlandse professor één op drie. Hoezo, ‘internationaal’? Het merendeel van de lessen wordt dan ook inmiddels in het Engels gegeven en in 2008 veranderde de universiteit haar naam officieel in ‘Maastricht University’. Haar internationale aantrekkingskracht heeft de universiteit deels te danken aan de charme van de stad Maastricht. Geen enkele universiteit is zo vervlochten met de stad waarin ze is gevestigd als Maastricht University, wier faculteiten ondergebracht zijn in tientallen historische panden in de stad. Het is, hoewel de universiteit pas in 1976 officieel haar deuren opende, bijna onmogelijk de twee los van elkaar te zien. Naast de 6.500 internationale studenten telt de jongste universiteit van Nederland ook nog eens meer dan 1.000 internationale medewerkers, veelal onderwijzend personeel. Om de komst van al die internationale medewerkers soepel te laten verlopen, is in 2007 het Knowledge Center for International Staff

(KCIS) in het leven geroepen, het universitaire kenniscentrum voor internationale medewerkers. We spreken interim-projectmanager Peter Paul de Jong, die de honneurs voor Veronique Eurlings tijdelijk waarneemt. “De voornaamste taak van het KCIS is nieuwe buitenlandse medewerkers te ondersteunen”, vertelt De Jong, gevraagd naar wat het KCIS precies doet. “Buitenlandse medewerkers die naar Nederland komen worden geconfronteerd met enorm veel formaliteiten, zoals het aanvragen van een verblijfsvergunning of werkvergunning; het KCIS helpt ‘incoming staff’, zoals wij ze noemen, met deze en andere zaken. Zo maken wij bijvoorbeeld een afspraak voor hen bij de gemeente voor inschrijving in de GBA (gemeentelijke basisadministratie, red.) en het verkrijgen van een burgerservicenummer”, legt hij uit. Hoe gaat het KCIS precies te werk? “Wanneer de universiteit een internationale medewerker aanneemt of detacheert, krijgt één van onze medewerkers een seintje. Meestal is dat enkele maanden, maar soms ook luttele weken voor de indiensttreding”, zegt De Jong. “Dan moeten er in korte tijd vaak heel veel zaken worden geregeld”, weet hij uit ervaring. “Voor een medewerker uit pak ‘m beet Pakistan gelden heel andere procedures dan iemand uit bijvoorbeeld België of Duitsland.” De inspanningen van het KCIS bleven niet onopgemerkt. Vorig jaar sleepte het kenniscentrum een prestigieuze prijs in de wacht. Tijdens The Expat Awards 2011 werd het KCIS uitgeroepen tot ‘Expat service provider of the year’ – zowat de hoogste eer die er in Nederland op dit gebied te behalen valt, en de belichaming van de zorg van Maastricht University voor haar internationale werknemers.

Overigens is het niet alleen de universiteit, maar ook de gemeente die haar internationale populatie koestert en zich om expats bekommert. Zo gaat de International Service Desk Maastricht samenwerken met het Expat Center Brabant onder de noemer ‘Expat Center Southeast Netherlands’. Dit jaar nog kunnen expats uit de regio Maastricht bij het gemeenteloket in Mosae Forum terecht voor allerhande praktische informatie rondom hun relocatie. Bijkomend voordeel van de samenwerking is dat expats voor hun toelating niet meer naar de Immigratie- en Naturalisatiedienst in Rijswijk hoeven, maar ‘gewoon’ in Eindhoven terecht kunnen, wat al gauw één uur reistijd scheelt vanuit Maastricht. Om de sociale contacten van expats te bevorderen, heeft KCIS de netwerkbijeenkomst Meet & Greet Maastricht geïnitieerd, een maandelijkse informele ‘get-together’ voor buitenlandse professionals die in de regio Maastricht werken en/of wonen. Gemiddeld wordt een bijeenkomst door circa 100 man bijgewoond, voornamelijk expats en hun partners, maar ook vertegenwoordigers van de gemeente Maastricht en het lokale bedrijfsleven. Recente edities werden gesponsord door International Service Desk Maastricht Region, Lumière Cinema, ISA Translations en UWC Maastricht. Meet & Greet Maastricht wordt elke laatste donderdag van de maand georganiseerd in Café Zuid (aanvang 17.30 uur). De recente januari-editie – gesponsord door Jules & You – werd opgeluisterd door een bezoek van Theo Bovens, de kersverse commissaris van de Koningin, die bezig is aan een tour door Limburg.


– ADVERTORIAL –

United World College verenigt al halve eeuw de wereld Maastricht celebrates. Onder die noemer worden er in 2012 een handvol jubilea gevierd in Maastricht. Het 50-jarig bestaan van het United World college (UWc), dat in 2009 een school in Maastricht opende, is daar één van. UWc Maastricht biedt een ‘uitdagende en transformatieve onderwijservaring’ aan bijna 600 internationale scholieren en studenten, die samen meer dan 40 nationaliteiten vertegenwoordigen. UWC Maastricht is het dertiende lid van de wereldwijde UWC-familie en de enige UWC-school in Nederland. De school is ontstaan door een fusie van de International School Maastricht en de Internationale Basisschool Joppenhof. UWC Maastricht verzorgt primair en secundair onderwijs voor leerlingen van 2 tot 18 jaar. De leerlingen zijn afkomstig uit de internationale gemeenschap in Maastricht en omgeving. Daarnaast is er een groep internationale leerlingen in de leeftijd van 16 tot 18 jaar die zijn voorgedragen door UWC nationale comités van de gehele wereld. Deze zogenaamde ‘nationaal comité leerlingen’ wonen gedurende hun studietijd op UWC Maastricht op de schoolcampus. UWC Maastricht is dan ook allesbehalve een gewone basisschool/middelbare school, leren we in een gesprek met Robert Collignon, voorzitter van het UWC Nationaal Comité Nederland én zelf UWC-alumnus. “In de filosofie van UWC is onderwijs een krachtig middel om mensen, landen en culturen te verenigen voor een vreedzame en duurzame toekomst”, begint Collignon. “Het concept is bedacht door Kurt Hahn, tijdens het hoogtepunt van de Koude Oorlog. Hahn was ervan overtuigd dat wanneer je jonge mensen uit de hele wereld bij elkaar brengt, je culturele, religieuze en raciale barrières kunt slechten en conflicten kunt voorkomen. Dat gedachtegoed is een halve eeuw na opening van de eerste UWC in 1962 nog steeds actueel.” In die halve eeuw hebben bijna 40 duizend leerlingen uit 181 landen gestudeerd aan een United World College. Kan elke leerling worden toegelaten tot een UWC? “Wij onderscheiden ons nadrukkelijk van andere internationale scholen, door ‘nationaal comité leerlingen’ puur op basis van motivatie en talent aan te nemen; om het even wat hun culturele of sociale achtergrond is”, zegt

PETEr HOWE, HEaD Of cOllEgE

Collignon. “Ouders die de opleiding niet kunnen betalen, komen wij tegemoet met een studiebeurs. Die beurzen worden gefinancierd door de overheid, bedrijven, stichtingen, alumni en private personen”, voegt hij eraan toe. Waarom heeft het UWC eigenlijk voor Maastricht gekozen? “UWC wilde graag een school in Nederland en Maastricht was natuurlijk dé ideale stad voor een College”, zegt Collignon. “Maastricht ligt in het hart van West-Europa en op de grens van drie landen. De stad kent ook een rijke geschiedenis en stond met het Verdrag van Maastricht aan de wieg van de Europese Unie, wat weer heeft geleid tot de euro. Dat waren allemaal belangrijke factoren voor ons om voor Maastricht te kiezen”, motiveert hij. “Ik denk ook dat Maastricht en het UWC elkaar enorm verrijken; het UWC is een enorme aanwinst voor Maastricht en wij worden graag geassocieerd met een stad met zulke internationale status”, zegt Collignon. UWC Maastricht is eind maart gastheer van de vijfde ECIS Service Learning Conference, die van 29 maart tot en met 1 april plaatsvindt in het Golden Tulip Apple Park Hotel in Maastricht. De ECIS Service Learning Conference draait, zoals de naam al verklapt, om service

learning, een onderwijsmethode waarbij leerlingen de opgestoken theorie direct in de praktijk brengen via maatschappelijke projecten. “Toen UWC in Maastricht neerstreek, was het leggen van verbindingen met maatschappelijke actoren dan ook een belangrijk speerpunt”, legt Jaap Mos uit, oud-directievoorzitter van UWC Maastricht. “Inmiddels hebben we vruchtbare contacten met organisaties als Stichting Horizon, Trajekt en Toon Hermans Huis. We ondervinden ook veel medewerking van de gemeente Maastricht”, vervolgt hij. “Service learning wil eigenlijk een nieuwe generatie leerlingen ‘kweken’, met een grotere gemeenschapszin en het vermogen hun kennis toe te passen in hun dagelijks leven”, legt Mos uit. “Solidariteit en maatschappelijke verantwoordelijkheid zijn kernwaarden binnen de UWC-gemeenschap. In ons curriculum is dan ook veel aandacht voor gemeenschapswerk. We brengen onze leerlingen al op jonge leeftijd maatschappelijke verantwoordelijkheid bij. Daardoor komen eigenschappen als leiderschap en creativiteit naar boven. Service learning komt dus direct ten goede aan de gemeenschap én aan de ontwikkeling van de leerlingen. Kan het nog mooier?”, vraagt hij retorisch.


– ADVERTORIAL –

60 jaar MaasTricHT scHOOl Of ManagEMEnT

De meest internationale business-school van het land al zes decennia is de Maastricht school of Management (MsM) een voorbeeld van ontwikkelingshulp met een visie. Die visie is om hoogwaardig management onderwijs zo breed mogelijk toegankelijk te maken voor studenten uit landen in ontwikkeling en opkomende economieën. En daar slaagt Maastricht school of Management uitstekend in. Meer dan 30.000 mensen uit landen in afrika, azië, Zuid-amerika en Oost-Europa volgden een opleiding in Maastricht of in een van de meer dan twintig nevenvestigingen van de school in even zoveel landen. In het jubileumjaar staat het instituut uitgebreid stil bij het feit dat 60 jaar geleden in Delft de kiem is gelegd voor wat nu de meest internationale business school van Nederland is. Toenmalig burgemeester Houben was nauw betrokken bij de komst van het instituut naar Maastricht in 1989. Vanuit Maastricht is de uitbouw van Maastricht School of Management over de hele wereld begonnen. MsM was bijvoorbeeld een frontrunner op de Chinese markt. Dat was in 1991. Nu is Maastricht School of Management in meer dan twintig landen actief en biedt naast de campus in Maastricht opleidingen aan in Duitsland, China, Colombia, Egypte, Ghana, India, Indonesië, Jemen, Kazachstan, Kenia, Kuweit, Malawi, Namibië, Oeganda, Peru, Roemenië, Rwanda, Suriname, Tanzania, Tsjechië, Vietnam, Zambia en Zimbabwe. De naam Maas-

tricht wordt overal uitgedragen. De uitgangspunten van Maastricht School of Management zijn nog steeds dezelfde als zestig jaar geleden. Mensen uit het bedrijfsleven en overheidsinstellingen in landen in ontwikkeling en opkomende economieën de mogelijkheid te bieden een internationale management opleiding te volgen. MsM biedt internationaal geaccrediteerde, Engelstalige management-opleidingen aan, zoals diverse MBA programma’s, DBA (Doctor of Business Administration) en PhD. Daarnaast organiseert MsM een verscheidenheid aan korte management cursussen en trainingen. Het merendeel van de MsM studenten zijn jonge professionals en mid-career managers van bedrijven, universiteiten, overheidsorganisaties en NGO’s. Ze gaan als getraind manager weer terug. Naast management onderwijs houdt MsM zich ook bezig met toegepast onderzoek. Dit toegepast onderzoek is gecentreerd rond de drie gebieden waarop MsM in 60 jaar wereldwijd management onderwijs veel expertise heeft ontwikkeld. Deze gebieden zijn duurzame ontwikkeling, ondernemerschap en leidershap, en ontwikkeling van organisaties en instituten. MsM biedt ook een uitgebreid pakket aan op het gebied van advies en consultancy, inclusief trainingen op maat, ter ondersteuning van capaciteitsontwikkeling en institutionele opbouw in de private en publieke sector. Maastricht School of Management wil haar kennis en netwerk delen met het

bedrijfsleven in Limburg. Dit bedrijfsleven kan profiteren van de internationale expertise en het enorme wereldwijde netwerk van MsM. Kennis en kennissen. Daar draait het om. Dat internationale netwerk is opgebouwd in zestig jaar tijd. Er is een aktief netwerk van zo’n 5.000 alumni. Dit netwerk van hoog opgeleide professionals kan het regionale en wereldwijde bedrijfsleven helpen. Veel oud-studenten die bij Maastricht School of Management hun opleiding volgden hebben vooraanstaande posities bij de overheid, in het bedrijfsleven of in de politiek in hun geboorteland. Zij zijn op die manier in staat om met de tijdens hun opleiding opgedane kennis en ervaring een professionele bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van hun land.

jUbilEUMjaar MsM Dit jaar wordt uitgebreid stil gestaan bij 60 jaar Maastricht School of Management. Het instituut deelt haar kennis tijdens de Floriade in Venlo, waar 4 seminars worden gehouden tussen april en juni. Op 4, 5 en 6 september vindt de driedaagse viering van het jubileum plaats, bestaande uit een internationaal wetenschappelijk congres, een conferentie voor MsM partners, een speciaal business event voor genodigden en de jaarlijkse afstudeerceremonie, die dit jaar extra feestelijk zal worden met prominente gasten.


– ADVERTORIAL –

in 2018 zijn nederland en Malta aan de beurt om de culturele Hoofdstad van Europa af te leveren. naast Maastricht zijn in nederland ook brabant – met Eindhoven als kartrekker – Den Haag, leeuwarden (de provincie friesland) en Utrecht kandidaat. slechts één van hen mag zich straks, samen met de Maltese hoofdstad Valletta, culturele Hoofdstad van Europa 2018 noemen. Maastricht lijkt over de beste papieren te beschikken, als we artistiek directeur guido Wevers mogen geloven.

gUiDO WEVErs

Maastricht en de Euregio als model voor Europa Maastricht staat niet alleen in haar kandidatuur. Als representant van de hele Euregio Maas-Rijn, wordt de stad gesteund door de Euregionale partnersteden Aken, Luik, Heerlen, Hasselt, Sittard-Geleen, Genk en Sint-Truiden. Steden die elk hun eigen culturele speerpunten hebben. Ook de provincies Belgisch-Limburg en Luik, de regio Aken en de Duitstalige gemeenschap in België participeren. De Euregio Maas-Rijn is een gebied met een enorme culturele diversiteit, maar niettemin voldoende aanknopingspunten. Een soort schaalmodel van Europa. En juist dát maakt Maastricht zo’n geschikte kandidaat. De puur mathematische kans dat Maastricht het wint van de overige vijf steden is één op zes. Wevers schat de kans eerder op meer dan 50%. Hij legt uit waarom, maar niet voordat hij het lange ballotageproces uit de doeken doet. “Dit najaar presenteren we ons bidbook aan de Europese Commissie in Brussel,” vertelt Wevers, “maar eerst moet nog een aantal andere partijen haar licht over ons programma laten schijnen. Eerst buigen de Raad van Toezicht en alle partnersteden zich over de plannen. Pas dan wordt het bidbook aan de gemeenteraad van Maastricht voorgelegd. Als die groen licht geeft, gaat het

bidbook richting Brussel. In 2013 mogen we de plannen vervolgens voor een jury presenteren. Begin 2014 weten we of wij het zijn geworden”, legt hij uit. En in het onfortuinlijke geval dat één van de overige vijf steden ‘het’ geworden is? “Als dat zo mocht zijn – wat ik overigens niet denk, omdat we heel goede argumenten hebben – is er een beweging in gang gezet die niet meer te stoppen is, dan zijn we met andere woorden een weg ingeslagen, die we moeten vervolgen”, maakt Wevers in woord en gebaar duidelijk. “Kurt Pothen van het Agora Theater in St. Vith verwoordde het tijdens een bijeenkomst als volgt: “Eigentlich ist dieses Kulturhauptstadt wie ein Virus, es hat uns im griff.” En aan die ‘griff’, die greep, kunnen we ons niet zomaar ontworstelen. Ik ga overigens liever uit van een scenario waarin we wél Kulturhauptstadt Europas 2018 worden”, vertelt Wevers. En welke zijn die ‘argumenten’ waar Wevers het over heeft? “Doel van de Culturele Hoofdstad van Europa is het uitdragen van het Europese Cultuur in al zijn rijkdom en diversiteit”, begint hij. “Dat kan in de Euregio als nergens anders. De Euregio is een soort Europa in het klein en kan als proeftuin dienen voor wat zich in Europa op grotere schaal

manifesteert. Wij kunnen laten zien hoe de samenhang tussen culturen een ziel kan krijgen. Dát is onze propositie aan Brussel: geef óns die titel en wij tonen aan wat in Europa mogelijk is”, maakt hij onomwonden duidelijk. “Wat wij eigenlijk willen doen met Maastricht Culturele Hoofdstad van Europa 2018, is het symbolisch schrijven van een vergeten hoofdstuk in het Verdrag van Maastricht. In dat verdrag kwam het thema ‘Cultuur’ voor het eerst op de Europese agenda. In de betreffende paragraaf staat iets in de trant van: ‘Het ontwikkelen van een Europese cultuur, met het behoud van de verscheidenheid en de eigen identiteit, met het accent op het cultureel erfgoed’. Wat in dat verdrag ontbreekt, is wat ik het ‘installeren’ van die verscheidenheid noem”, vertelt Wevers. “Dat installeren is het leggen van verbindingen tussen de verscheidene culturen. Dat is precies wat wij hier in de Euregio gaan doen, als model voor Europa”, verduidelijkt hij. “Zou het niet mooi zijn om een kwarteeuw na het leggen van de basis voor politieke eenheid in Europa, in Maastricht ook de basis te leggen voor de culturele toekomst van Europa?”, sluit hij af.

7-8 fEbrUari

28 MaarT - 1 aPril

16-19 aPril

VErDrag Van MaasTricHT

50 jaar UniTED WOrlD cOllEgE

sTUDEnTEnfOrUM MaasTricHT

Op 7 februari 1992 tekenden de leden van de Eu-

September 2009 opende UWC Maastricht zijn

Studentenforum Maastricht is een academisch

ropese Gemeenschap het Verdrag van Maastricht,

deuren en werd daarmee het dertiende lid van

forum georganiseerd door studenten van de op-

waarmee de Europese Unie werd opgericht en

het United World College. Reden genoeg voor de

leiding European Studies van de Faculty of Arts en

waaruit de euro zou voortvloeien. 20 jaar later stond

European Council of International Schools (ECIS)

Social Sciences van Maastricht University. Ongeveer

Maastricht twee dagen stil bij één van de meest

om de jubileumeditie van ECIS Service Learning

100 studenten uit heel Europa nemen deel aan het

significante gebeurtenissen in zijn geschiedenis.

Conference te laten plaatsvinden in Maastricht.

forum, met als thema: ‘Het Verdrag van Maastricht, 20 jaar later – Europa nog steeds in opbouw’.


– ADVERTORIAL –

MEET & grEET Iedere maand is er in café ZUID in Maastricht de netwerkbijeenkomst Meet & Greet Maastricht. Bedoeld om de sociale contacten van expats te bevorderen. Zo’n honderd, buitenlandse professionals, maar ook vertegenwoordigers van gemeente en provincie en uit het bedrijfsleven zijn aanwezig. De afgelopen maand was gouverneur Theo Bovens op bezoek samen met burgemeester Onno Hoes. Meet & greet Maastricht wordt elke laatste donderdag van de maand georganiseerd in café Zuid (aanvang 17.30 uur).

16-20 MEi

OkTObEr

EUrOMUn 2012

60 jaar MaasTricHT scHOOl Of ManagMEnT

Het organiseren van een lokale Model United Na-

Met meer dan 2.000 afgestudeerden in meer dan

tions, een simulatie van de Verenigde Naties door

20 landen is de Maastricht School of Management

studenten, is altijd een ambitie geweest van de

(MSM) Nederlands grootste ‘management school’.

United Nations Student Association. In 2011 trok

Heel 2012 staat in het teken van het 60-jarig

deze conferentie meer dan 650 studenten uit 52 lan-

jubileum, dat wordt gevierd met onder andere

den. Het thema van de 2012 luidt: ‘Peace, Progress,

een debat met als onderwerp: ‘De Eurocrisis en

Prosperity; Forging New Paths in Uncertain Times’.

de Europese parlementen’.

cOlOfOn Teksten: Marco Soeters, Peter Eberson Fotografie: Jean-Pierre Geusens Vertaling: ISAtranslations


25 jaar TEFAF: internationaler maar ook steeds Maastrichtser in maart wordt de 25ste editie van ‘s werelds meest prestigieuze kunstbeurs gehouden; de TEfaf in Maastricht. in een kwart eeuw groeide de beurs tot de meest aansprekende internationale kunstbeurs. Hoewel de TEfaf steeds internationaler wordt - dit jaar is china hot - is TEfaf tegelijkertijd ook steeds Maastrichtser geworden. De beurs is niet langer een solitair iets in het MEcc, de hele stad en regio profiteert van de TEfaf. Dat de organisatie vertrouwen heeft in Maastricht als plaats waar de TEFAF wordt gehouden blijkt uit het feit dat de kunstbeurs zich voor meerdere jaren heeft vastgelegd. Niet alleen contractueel met het MECC en de stad, maar ook door als hoofdsponsor op te treden van het Museum aan ‘t Vrijthof. Titia Vellenga is marketing-manager van de TEFAF en ze wil alle twijfels op voorhand wegnemen. “Het bevalt ons prima in Maastricht. Het contract is tot 2015 verlengd en kunstliefhebbers komen graag naar Maastricht. Ze vinden de stad mooi, compact, charmant en veilig en ze kunnen er heerlijk eten in tal van sterrenrestaurants. Het zou natuurlijk nog mooier zijn als er rechtstreekse vliegverbindingen zouden zijn met Londen,

want dat missen we echt, maar voor het overige niets dan lof! Vellenga vindt oprecht dat de stad meer TEFAF-minded is geworden in de loop der jaren. “Ondernemers zien de meerwaarde van de kunstbeurs. De komst van zoveel internationale gasten stimuleert de lokale economie. Hotels, restaurants, taxi-bedrijven, juweliers, kunsthandelaren, kledinwinkels. Voor iedereen zorgt de TEFAF voor extra omzet.” De marketing manager verwacht veel van de 25ste editie. Maar liefst 260 standhouders zullen in het MECC hun tijdelijke galerie inrichten. “We verwachten veel van China. Daar zijn veel kunstliefhebbers die voldoende geld hebben om hier mooie dingen aan te schaffen. Vorig jaar mochten wij 40 Chinezen verwelkomen. Dit jaar hebben meer dan 100 Chinese verzamelaars al laten weten naar Maastricht te komen. “ De TEFAF-organisatie heeft China hoog op de agenda staan. Dat doet TEFAF niet alleen met een Chinese website maar ook door zelf in China bekendheid te geven aan de TEFAF. In september werden in de residentie van de Nederlandse ambassadeur in Beijing en in Shanghai Chinese verzamelaars uitgenodigd voor een speciale TEFAF-pre-

sentatie. “De belangstelling was groot. Chinese verzamelaars willen kwaliteit kopen en zijn gecharmeerd van onze strenge selectie van kunstvoorwerpen. Alleen kunstvoorwerpen die door ons zijn gecontroleerd en waarvan de echtheid vast staat komen op de TEFAF te staan. Die garantie is ontzettend belangrijk.” De kracht van de TEFAF is volgens Vellenga, dat je op één plek de beste kunst uit de hele wereld bij elkaar hebt. “Je hoeft er niet de hele wereld voor af te reizen. Verzamelaars, maar ook musea komen naar Maastricht omdat ze weten dat alle tophandelaren hier present zijn. De omzet die tijdens de TEFAF wordt gerealiseerd is niet eens zo relevant. Veel kunstwerken worden hier beoordeeld, maar pas later aangeschaft. Hier worden de eerste contacten gelegd en de deal wordt later gesloten, als TEFAF al weer lang voorbij is.” De Tefaf is van van 16-25 maart in het MEcc Maastricht. www.tefaf.com

TiTia VEllEnga

HSI 1-1


Even art starts with hair

BEFORE T R E AT M E N T

9 MONTHS A F T E R T R E AT M E N T

THE INVENTORS OF HAIRSTEMCELL TRANSPLANTATION 速 T +31 (0)43 601 81 01 | INFO@HASCI.COM | WWW.HASCI.COM

WETHOUDER VAN CALDENBORGHLAAN 45 | 6226 BS MAASTRICHT MAASTRICHT | AMSTERDAM | LONDON | VIENNA | ANTWERP

HSI 1-1 pag. Blad Zuid adv. Tefaf '12.indd 1

13-01-12 15:25


Open brief aan Limburg

D

e redactie van ZUID vroeg mij een open brief aan Limburg te schrijven, met als onderwerp ‘waar moet het naartoe met Limburg in de komende jaren?’. Dat roept de vraag op of Limburg wel ergens naartoe moet. Heeft Limburg niet al alles wat een regio en de mensen die er wonen zichzelf kunnen toewensen? Overdrijf ik wanneer ik Limburg altijd aanduid als ‘het Beloofde Land’? Die omschrijving, die voor zich spreekt, is zo gek nog niet! Zij komt immers geheel overeen met het beeld dat de onvolprezen Stichting Regiobranding Zuid-Limburg met grote regelmaat neerzet op de website ‘Zuid- Limburg. Bright site of life’. Onvolprezen, omdat de 18 gemeenten in Zuid-Limburg, de provincie en de vele bedrijven die middels deze stichting de handen ineengeslagen hebben om de regio een duurzame, kansrijke toekomst te geven, voor dit initiatief niet genoeg geprezen kunnen worden. Een regio staat nooit stil. Het Limburg van vandaag is anders dan het gisteren was en anders dan het morgen zijn zal. Vergelijk het Limburg van vandaag maar eens met het Limburg van vijftig jaar geleden, toen de mijnen nog aan 75.000 mensen direct of indirect werk boden. Toen was er in Heerlen nog geen Open Universiteit en in Heerlen waren ook geen rijksdiensten. Maastricht had

geen universiteit en evenmin een academisch ziekenhuis. Er was nooit een Europese Top geweest en er waren evenmin Europese instituten, laat staan dat de stad zich voorbereidde om Europese Culturele Hoofdstad te worden. In Born stond geen autofabriek, in Roermond geen outletcentrum met internationale uitstraling en in Noord-Limburg was de Floriade niet in voorbereiding. Niemand had gehoord van Brainport of van Rijksweg 73, die Noord-, Midden- en Zuid-Limburg met elkaar verbindt. Hoe zijn die ontwikkelingen dan tot stand gekomen en valt daarvan iets te leren als we willen werken aan het Limburg van morgen? In al die gevallen kwam ‘iemand’ op een idee! Zo was de Universiteit Maastricht de droom van Sjeng Tans. Die ‘iemand’ liep rond met dat idee, piekerde zich suf wat hij kon doen om zijn idee te realiseren, zocht naar medestanders, ontwikkelde draagvlak, bracht het in gremia die erover moesten beslissen, probeerde die ervan te overtuigen en zag erop toe dat het gebeurde. In veel gevallen was dat een proces van jaren: de volhouder wint! Bepalend voor de toekomst is derhalve of er voldoende mensen zijn met ideeën, mensen die ideeën omzetten in concrete plannen en mensen die deze plannen op effectieve wijze realiseren. Hebben we die mensen

vandaag in Limburg? Mijns inziens meer dan ooit tevoren! Let wel, het gaat mij om mensen en niet om instellingen! Waar zitten ze? Bij de provincie, gemeenten, het LIOF, beide universiteiten, hogescholen, Europese instituten, Limburgse bedrijven en instellingen. Voeg daaraan toe ‘Limburgers in den Vreemde’, mensen die in Limburg geboren en getogen zijn, die nu topfuncties elders in ons land of in het buitenland vervullen, maar die maar wat graag willen meedenken over een kansrijke toekomst voor Limburg. Spoor ze op -het zijn er honderden- en breng ze met elkaar in contact in een groot netwerk. Breng ze bij elkaar in wisselende samenstelling, bijvoorbeeld thema- of regiogewijs, en laat ze ideeën genereren over wat in Limburg allemaal kan en moet gebeuren. Zie er vervolgens op toe dat het niet bij denken blijft, maar dat ‘denken’ gevolgd wordt door ‘doen’! Tenslotte nog een suggestie mijnerzijds. Bedrijvigheid en werkgelegenheid zijn en blijven belangrijk, ook in de toekomst! Daarom mijn voorstel: maak van Limburg het ‘Walhalla voor startende ondernemers’. Zoek uit het hierboven voorgestelde netwerk, een beperkte groep creatieve en ervaren mensen die zo nodig tezamen met een kleine staf- in staat en bereid zijn jonge startende ondernemers met raad en daad bij te staan. Die hen terzijde staan bij het concretiseren van businessplannen, die voorkomen dat ze in onnodige administratieve dwaalwegen de weg kwijt raken, die helpen bij het toegankelijk maken van markten, ook in het omringende buitenland -in een straal van 30 km rondom Zuid-Limburg leven maar liefst 4 miljoen mensen!- en die hen zo nodig ook financieel een duwtje in de rug kunnen geven. Zo’n suggestie moet natuurlijk nader worden uitgewerkt. Maar wat zou het fantastisch zijn als, in de nabije toekomst, iedere startende ondernemer in Nederland weet dat hij, wanneer hij echt wil slagen, in Limburg moet zijn! Tot zover enkele overpeinzingen van een Limburger-in-ruste. Opschieten dus: ik wil het allemaal nog wel meemaken! Sjeng Kremers oud-gouverneur van Limburg

B


Zonder debat geen overtuigende toekomst. Dat geldt zeker ook voor Limburg. Vanuit die gedachte heeft ZUID vier mensen uitgenodigd om hun visie hierop te delen. Mensen die ieder vanuit hun eigen kennis en ervaring een blik werpen op de komende jaren. Oud-gouverneur Sjeng Kremers, directeur Fondsrelaties van APG Marjo Pluijmaekers, jonge kunstdirecteur Floor van Dijk en Anita de Groot, ondernemer en medeoprichter van Women Professionals Group. Vier open brieven aan Limburg. Foto’s: Jean-Pierre Geusens

Uit de veren voor de toekomst van Limburg: dromen, denken, durven en doen

B

ij APG vinden collega’s mij allesbehalve een droomster. Toch weet ik dat dromen kan helpen scherper de toekomst in te kijken en zo tot nieuwe gezichtspunten te komen. Maar dan wel heel snel nadat dromen de volgende stappen zetten: denken, durven en vooral ook doen. Ik droom van een Limburg dat vanuit zijn kracht werkt. Waar politiek, bedrijfsleven, financiële sector en onderwijs samenwerken en erop uit zijn de sterktes die Limburg en de Limburgers hebben verder te ontwikkelen. Ophouden met stilstaan bij de vermeende zwaktes van Limburg. Vertrouwen op kracht! Een prachtig voorbeeld van wat ik bedoel vind ik de recente investering van 180 miljoen in versnelde ontwikkeling van de Campussen Geleen (Chemelot) en Maastricht (Health) waartoe DSM, de provincie Limburg en de Universiteit Maastricht hebben besloten. Zwart op wit beloven dat dit consortium van drie partijen minstens 10 jaar onvoorwaardelijk samenwerkt. Natuurlijk zijn er meer voorbeelden te noemen in Limburg. Kijk naar het elkaar versterkend toerisme in de regio’s van Limburg. Een resultaat van intensieve samenwerking, waarbij niet het belang van één regio, maar de sterktes van alle regio’s voorop heeft gestaan bij het maken van de keuzes. Waarom dan toch deze brief? Omdat

ik nog meer actie vanuit kracht en sterkte wil voor de toekomst van Limburg. En dat begint bij onszelf, bij iedere Limburger. De mate waarin we de toekomst in eigen hand nemen met ons eigen persoonlijk leiderschap, bepaalt het succes van deze regio. Dus ophouden te denken in termen van belemmeringen. Zo zie ik Limburgers die, als iets mislukt, te snel verongelijkt zijn. Of slachtoffergedrag vertonen. Zich koesteren in de krimp alsof die geen enkele kans biedt. Van mening zijn dat Limburg geholpen moet worden. Opkijken naar het grote Westen. Veel krachtiger is het om gewoon goed gebruik te maken van onze kwaliteiten en competenties en die aan elkaar te verbinden. En dat zijn er vele. Wij zijn bij uitstek dienstverlenend. Met een grote mate van gastvrijheid. Met veel belangstelling voor en beheersing van andere culturen, ook over de grenzen van ons land heen. Waaroor we keigoed zijn in bijvoorbeeld onderwijs handel, transport en toerisme. En zelfbewust bezig zijn in succesnummers als de Limburgse zorg, in het regionale onderwijs of in innoverende industrie en dienstverlening. Wij weten onze vakbekwaamheid goed te verbinden met onze betrokkenheid en empathie. Zelf werk ik bij de pensioenuitvoerder APG. Ons bedrijf heeft kantoren in Hong Kong, New York, Amsterdam, maar het

hoofdkantoor staat, jawel, in Heerlen. En wij geloven erin om in Parkstad een nieuw onvoorwaardelijk samenwerkingsverband te maken tussen bedrijven die in deze regio excelleren in opzet en uitvoering van complexe administraties met de bijbehorende hoog ontwikkelde informatiesystemen. De financial en administration valley van Limburg. In goed Nederlands: het financieel-administratief cluster. In veel rapporten wordt aan dit cluster een grote ontwikkelingsmogelijkheid toegedicht. Mits zich een sterke partij de regierol toe-eigent, staat dan in die rapporten. En dat is volgens mij de dood in de pot. De regierol kan niet van één partij zijn. Dat vergt toekomstgericht (persoonlijk) leiderschap van alle betrokken bedrijven en onvoorwaardelijke samenwerking tussen die bedrijven, de overheid en het onderwijs. Uit de veren dus: dromen, denken, durven en doen. Over een paar jaar moet dan iedere ’s nachts wakker gemaakte Limburger de sterke punten van elke afzonderlijke streek of stad in zijn provincie spontaan kunnen dromen. Ik tip bij Parkstad dan op financial en administration valley. Internationaal georiënteerd natuurlijk. Marjo Pluijmaekers Directeur Fondsrelaties APG, Algemene Pensioen Groep


I

Beste Limburgers,

I

n 2010 werkte ik als stagiaire voor TENT Rotterdam op Zuid(-Rotterdam) aan de onderzoekstentoonstelling ‘Florida 2’ en kreeg ik een rapport onder ogen met de titel ‘Zuid dreigt de Mijnstreek van de Randstad te worden’. Met andere woorden: de slechte sociale en economische toestand waarin de Oostelijke Mijnstreek na de mijnsluiting verkeerde, wordt nu landelijk als schrikbeeld gehanteerd. Als 28-jarige, geboren en getogen in Heerlen, heb ik -dankzij het consequent wegvagen van de herinnering aan het mijnverleden en de daarbij behorende infrastructuur en architectuur- geen idee hoe mijn stad er destijds uit heeft gezien. Voor mij en vele andere Heerlenaren van de generatie na de gloriedagen is het juist deze ‘moeilijke’ periode die ons gevormd en vooral gemotiveerd heeft. Destijds stond Heerlen bekend om zijn drugsproblematiek, criminaliteit en hoge werkloosheidscijfers. In 2001 heeft de gemeente de schoonmaakactie ‘Operatie Hartslag’ in werking gezet, nu, ruim 10 jaar later, is de stad drastisch veranderd. Junkies

op het NS-station en dealers in de winkelstraten behoren tot de verleden tijd. Voordat de politiek op cultuur inzette, ‘De Culturele Lente’, werd er door het culturele werkveld al langer aan de weg getimmerd. Onder de Heerlenaren bestond een besef dat er hier in deze stad niets aan komt waaien. Zelfwerkzaamheid zit in het DNA van deze generatie(s): als je iets wil dan moet je dat zelf doen! Bottom Up is dan ook de manier waarop er in deze stad over het algemeen gewerkt wordt. Als kleine jongen werd ik gefascineerd door al het straattheater in de warme zomers. Een initiatief dat we nu kennen als Cultura Nova, ontstaan door enkele enthousiastelingen. Theater Lexor was de plek waar oud-nachtburgemeester Lex Nelissen lokaal talent een podium bood en Gustaaf Begas, die naast zijn Galerie Signe ook galeries in Aken en Maastricht oprichtte, toonde een breed scala aan hedendaagse kunst. Jarenlang zonder noemenswaardige steun, inmiddels hebben ze voor die inzet de credits gekregen. Met Schunck*, Parkstadlimburgtheaters,

De Nieuwe Nor, Filmhuis De Spiegel, en kuS is er een stabiele culturele infrastructuur. Maar ook nu weer zie ik op allerlei plekken nieuwe initiatieven ontstaan die onafhankelijk, met een nieuwe dynamiek een bijdrage leveren aan dat culturele landschap. (H) ear presenteert experimentele audiokunst; Greylight Projects toont conceptuele kunst om alleen maar over beeldende kunst te spreken. Ook op het gebied van muziek en jongerenculturen gebeurt er veel. Als nieuwbakken directeur van het kunstencentrum kuS (voorheen Signe) wil ik ‘n bijdrage leveren om bestaand en opkomend talent een podium te bieden, als ze maar een confrontatie aangaan met de leefomgeving, de maatschappij, de stad, de buurt, de straat. Het duurt niet lang meer en Rotterdam gaat de Oostelijke Mijnstreek in positieve zin als voorbeeld nemen! Floor van Dijk Directeur kunstencentrum Signe (kuS) Heerlen


opinie | 51

“Wie Sjoen Os Limburg Is…”

I

k voldeed graag aan het verzoek van Zuid om een open brief te schrijven over de toekomst van Limburg. Ik vind namelijk dat Limburg een fantastische en uitzonderlijke positie in Nederland heeft. Het ligt centraal in Europa, goed bereikbaar, veel innoverend vermogen, veel internationale studenten, veel nationale en internationaal opererende organisaties, genoeg werkgelegenheid, goede infrastructuur en een fantastische leefomgeving, ruimte, rust, mooie steden, cultuur en goede uitgaans- en winkelgelegenheden. Het mag duidelijk zijn dat ik er trots op ben dat ik in Limburg woon en werk!

studenten gaan na afronding van hun studie snel weer weg. Organisaties kunnen hun behoefte aan goede, gekwalificeerde werknemers onvoldoende invullen. Dat is toch vreemd, zeker gezien bovenstaande lofzang op Limburg. Voor gekwalificeerde jongeren heeft Limburg veel te bieden, uitdagend werk en veel levenskwaliteit en deze jongeren hebben Limburg veel te bieden. We moeten ons dus enerzijds op jongeren richten, hen laten weten, voelen en ervaren dat Limburg bruist van het leven en goede werkgelegenheid biedt. Anderzijds moeten we ons richten op werkgevers en hen informeren over het aantrekkelijke vestigingsklimaat.

sport, veelzijdig aanbod van cultuur, uitgaansmogelijkheden, veiligheid enzovoorts.

Limburg heeft echter last van vergrijzing en leegloop! Vergrijzing is alleen maar een thema als er onvoldoende jongeren zijn. Limburgse jongeren gaan graag studeren en wonen in andere delen van Nederland en buitenlandse

Om als Limburg aantrekkelijk te blijven voor werkgevers en werknemers is het essentieel om te blijven investeren in Limburg, niet alleen in infrastructuur, innovatie, en werkgelegenheid, maar ook in de kwaliteit van het leven in al haar vormen! Verenigingsleven,

Anita de Groot ceo en oprichter van AIM Consulting Group mede-oprichter en mede-eigenaar van Women Professionals Group

Wil je Limburg aantrekkelijk houden, dan is het belangrijk dat gezamenlijk de verantwoordelijkheid genomen wordt door overheid, ondernemers en inwoners en dat bovengenoemde thema’s en uitdagingen integraal aangepakt worden zodat Limburg voor jong en oud een aantrekkelijke provincie blijft om te leven en werken. We kunnen met recht met z’n allen trots zijn op Limburg en dit uitdragen, niet alleen in het Limburgs maar in alle talen, virtueel en persoonlijk!


– ADVERTORIAL –

GEMEENTES ONDERSTEUNEN MVO-PRIJS PARKSTAD

Heerlen heeft iets met duurzaamheid

In Parkstad is voor de eerste keer de ABN AMRO MVO-prijs uitgereikt. De tweejaarlijkse prijs is een initiatief van het Centrum voor Internationale Samenwerking, MKB Parkstad, de Parkstadgemeenten en ABN AMRO. De gemeente Heerlen ondersteunt het initiatief. De stad heeft iets met klimaat, duurzaamheid en nieuwe energie. Duurzaamheid is één van de speerpunten van de gemeente Heerlen. Fred Gillissen is wethouder milieu en duurzaamheidvoor de gemeente Heerlen en legt uit waarom de gemeente het belangrijk vindt om de MVOprijs te ondersteunen. “Heerlen heeft een eigen Klimaatbeleidsplan. Daarin staat dat we tot 2020 onze CO2-uitstoot binnen de gemeentegrenzen met 20% willen reduceren door 20% energie te besparen en 20% van de energie duurzaam op te wekken. De gemeente heeft daarin een voorbeeldrol. Zo hebben wij het mijnwaterproject geïnitieerd, zijn op het dak van het stadhuis zonnepanelen geplaatst en krijgt ook een sporthal een dak vol zonnepanelen. We proberen duurzaamheid breed binnen al onze activiteiten te verankeren, zoalsin de gebiedsontwikkelingen en ons inkoopbeleid,”

aldus Gillissen. De stad wil enerzijds een positieve bijdrage leveren aan de verbetering van het klimaat. Anderzijds wil Heerlen lokale werkgelegenheid creëren in de nieuwe energiesector. Bedrijven kunnen zich bijvoorbeeld verder specialiseren in de verbetering/innovatie van zonnepanelen Of andere nieuwe-energie technieken. En dat schept lokale arbeidsplaatsen. “We zijn door het Centrum voor Internationale Samenwerking benaderd om de MVO-prijs Parkstad te ondersteunen. Door de samenwerking met MKB-Parkstad wordt het project breder gedragen. We zouden graag zien dat meer bedrijven duurzaam bezig zijn. Vaak wordt nog gedacht dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen extra geld kost, maar dat is niet zo. Ondernemers willen hun tijd steken in ondernemen, maar vaak is het ook nog onwetendheid. Heerlen wil ondernemers stimuleren duurzaam bezig te zijn. Wat ons betreft zou maatschappelijk verantwoord ondernemen in Heerlen en de Parkstad over een paar jaar vanzelfsprekend moeten zijn.”

WAT IS MVO?

Bij Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) gaat het om evenwichtige aandacht voor ecologische (planet), economische (profit) en maatschappelijke (people) aspecten in de bedrijfsvoering. Voor een duurzame bedrijfsvoering is het belangrijk om economisch vitaal te zijn. Om ook op langere termijn succesvol te zijn is het belangrijk om verder te kijken dan alleen naar ‘profit’. Hiervoor dient er in de bedrijfsvoering een duidelijke plaats gegeven te worden aan ‘planet’ en ‘people’. Dit betekent dat rekening wordt gehouden met het effect van bedrijfsactiviteiten op het milieu (planet) en dat bedrijven oog hebben voor sociale aspecten binnen en buiten het bedrijf (people). In het Continium in Kerkrade ontving GaiaZOO de eerste ABN AMRO MVO-prijs van de regio Parkstad. Naast GaiaZOO waren ook De Wijk van Morgen op Avantis in Heerlen en New Energy Systems uit Schimmert finalist van de MVO-prijs. De jury koos voor GaiaZOO omdat het bedrijf op een oprechte en integere manier maatschappelijke verantwoording in alle facetten van de bedrijfsvoering toepast. In totaal waren er 19 inschrijvingen vanuit de gehele Parkstad voor deze 1e editie van de MVO-prijs.

DE WIJK VAN MORGEN

NEW ENERGY SYSTEMS

GAIAZOO

De Wijk van Morgen is een omgeving waar onderwijs, ondernemers en overheden samen een inspirerende omgeving creëren. Hierin worden de invloeden van duurzame technieken bekeken die morgen in wijken zullen worden toegepast. De Wijk van Morgen is een bijzonder project waarbij er met maatschappelijke middelen tezamen met bedrijfsleven de meest duurzame wijk van Nederland gerealiseerd wordt door studenten van het VMBO, MBO en HBO. De wijk zal gaan functioneren als een real life laboratorium waar onderzoek gedaan wordt naar duurzame intwikkeling.

New Energy Systems adviseert, ontwerpt, levert en installeert systemen voor de opwekking van duurzame energie in woon- en werkomgeving. New Energy Systems ontwikkelt, realiseert en onderhoudt duurzame energiesystemen. Hiertoe informeren zij eenieder van particulier tot agrariër, van overheidsinstantie tot ondernemer over de vele voordelen die duurzame energiesystemen kunnen bieden. Hun motto is: Maak je eigen energie met New Energy Systems. New Energy Systems is gehuisvest in het eerste energie-0 gebouw van de gemeente Nuth.

Belangrijk speerpunt van GaiaZOO is het gebruik van zoveel mogelijk verantwoorde materialen – zowel in de bouw van nieuwe verblijven, als in de dagelijkse bedrijfsvoering. Zo gebruikt GaiaZOO alleen hout dat afkomstig is uit de regio en uit verantwoord beheerde bossen (FSC-keurmerk). GaiaZOO heeft er bewust voor gekozen om waar mogelijk met regionale partners of vestigingen te werken (om zo transport en dus vervuiling te beperken). Een belangrijke keuze is om ook op sociaal minder gestelde groepen te focussen. Vanaf het begin zijn bijvoorbeeld medewerkers van Stichting Radar verantwoordelijk voor onderhoudswerkzaamheden in de dierentuin.


– ADVERTORIAL –

pim steerneman

Het nieuwe werken in de zorg

B

ij het nieuwe werken gaat het om flexibiliteit in werkplekken, in arbeidstijden en het gebruik van nieuwe technologie. Maar wat betekent het nieuwe werken voor de zorg, die met uitdagingen als vergrijzing, een groeiende zorgbehoefte en schaarste aan personeel te dealen heeft. Een eerste logische reflex is de oplossing te zoeken in efficiënte registratietechnieken, beeldcommunicatie en domotica. Niets mis mee, maar er is meer. Het nieuwe werken in de zorg heeft behalve een bedrijfsmatige kant, zoals meer sturen op resultaat, ook een cultuurkant waarbij het gaat om de kracht om mensen zich meer betrokken te laten voelen bij de doelen van de organisatie. Cruciaal is dan of werknemers ook echt in staat gesteld worden het verschil te maken. Dit impliceert meer bewegings- en regelruimte voor medewerkers en dus een bij-

passende leiderschapsstijl. Technisch is veel mogelijk, echter het nieuwe werken in de zorg heeft vooral te maken met een andere ‘mindset ‘. Veel professionals in de zorg willen gewoon ‘zorgen’ en dat sluit aan bij een ontwikkeling in bijvoorbeeld de ouderenzorg waar expliciet gezocht wordt naar optimalisering van de zorg, waarbij de cliënt echt centraal staat en meer aandacht krijgt Technologie is dan ondersteunend aan de zorg en niet vervangend voor de zorg. Denk dan aan maaltijden, die met behulp van de modernste techniek zijn bereid, zodat vitaminen behouden blijven en de smaak optimaal is, inclusief een andere manier van presentatie in een sfeervolle ambiance. Een ander voorbeeld is de inzet van robotica in de ouderenzorg, zoals de robot Paro, een babyzeehond. Paro is in Japan ontwikkeld voor mensen met dementie en is een interactieve

knuffel, die contact maakt bij aanraking of geluid. De zeehond reageert dan met zijn ogen en maakt geluid. Onderzoek wijst uit dat het cliënten stimuleert. En dan de sociale media? Iedereen is hierdoor toch flexibeler, wat leidt tot meer efficiency? Ja, echter hier zitten ook haken en ogen aan. Idealiter zijn medewerkers altijd online en altijd op de hoogte. De focus op deze technologie kan leiden tot een ‘cultuur’ waarbij regelmatig en persoonlijk ontmoeten op de achtergrond raakt. We moeten uitkijken dat we geen meldkamer worden waarbij hulpverleners alleen nog maar digitaal contact hebben met cliënten en collega’s. Voorop staat dat door het nieuwe werken de zorg beter wordt.

Dr Pim Steerneman MBA Bestuursvoorzitter Sevagram


54 | 9 vragen aan...

foto Koen den Os

FELIPE RAMIREZ Terwijl Limburg zijn best doet aantrekkelijk te zijn voor de rest van onze landgenoten, heeft Maastricht de armen geopend voor Felipe Ramirez (32) uit de Verenigde Staten, inmiddels ook wel bekend als inwoner 120.000. Met een bachelor International Relations op zak heeft de Fiber Solutions marketing manager van DSM Dyneema kennis van internationale zaken. Dus vragen wij de grenzen slechtende Amerikaan: hoe scoort Limburg hierin?

1.

Van Miami naar Maastricht lijkt een enorme verandering, is het dat ook? Voordat ik naar Maastricht verhuisde, woonde ik in Miami en in Charlotte, een stad in North Carolina. Deze plaatsen verschillen enorm van elkaar. Ik heb genoten van de energie (en zon) van Miami, van het dorpse gevoel en de ontspannen sfeer van Charlotte en heb me tot nu toe uitstekend vermaakt in Maastricht. Ik zie mezelf wel een tijdje in Maastricht wonen.

2.

Maastricht zegt wel: Mensen maken Maastricht. Hoe gaat u dat doen? Er bestaat geen twijfel over dat Maastricht steeds internationaler wordt. Ik zie het in restaurants, cafés, bioscopen en zelfs in de supermarkt. Ik hoop dat ik iets van de geweldige cultuur van Colombia en de VS kan toevoegen. De VS is goed vertegenwoordigd, maar ik hoop dat ik Maastricht ook van Colombia kan laten proeven.

3.

Eerste indrukken zeggen veel. Hoe luidt de uwe over Limburg? Ik ben de afgelopen vijf jaar regelmatig in Maastricht (en Urmond) geweest, maar ik heb me nooit echt buiten de stad gewaagd. Nu ik hier woon, denk ik dat Limburg een van de mooi-

ste landschappen ter wereld heeft. In tegenstelling tot wat de meeste mensen denken, is Nederland helemaal niet vlak en de heuvels bieden een fantastisch landschap.

4.

U heeft een studie international Relations gedaan. Hoe doet het uiterste zuiden het in uw ogen op dat gebied? International Relations is in feite het onderzoek naar diplomatie en hoe landen met elkaar communiceren. Limburg scoort op dat punt vrij hoog. Directheid is een vorm van diplomatie, maar eigenlijk is de interactie tussen Limburgers en de internationale gemeenschap vrij aardig. Door mijn Limburgse vrienden voel ik me hier echt thuis.

5.

Hoe kunnen overheid en bedrijfsleven internationale relaties gebruiken om de crisis te boven te komen? Een van de redenen waardoor we in de eerste crisis zijn beland, was een gebrek aan transparantie en een gebrek aan fiscale regelgeving. Ik geloof in vrije markten, maar dit moeten geen markten zijn zonder regels of beperkingen waarin iedereen maar kan

“Besteed en leen binnen je middelen”


9 vragen aan... | 55

doen wat hij wil. De uitdaging ligt erin dat soevereine landen samen moeten komen en samen aan de gezamenlijke belangen moeten werken, maar ondertussen ook de belangen van hun eigen land moeten beschermen. Om dit aan te kunnen kaarten, moeten veel ego’s buiten beschouwing blijven. Politici moeten gezamenlijk moeilijke beslissingen nemen, niet alleen voor hun eigen soevereine economieën, maar ook voor de wereldeconomie.

6.

Charlotte heeft de energie gericht op… energie. En heeft zo een belangrijke positie verworven in die sector. Waar moet Limburg zich op richten? Hoewel ik bekend ben met een deel van de energiesector, ben ik niet volledig op de hoogte van de energiestrategie van Charlotte. Ik denk dat energie de komende jaren een belangrijk aandachtspunt zal blijven. Bij DSM kijken we goed naar de verschillende sectoren binnen de energiesector en dan met name naar duurzame energie. Ik zou Limburg willen aanraden om door te

gaan met het onderzoeken en, belangrijker, met het ondersteunen van initiatieven voor duurzame energie in de regio. Om bedrijven in de (duurzame) energiesector te stimuleren om meer onderzoek en ontwikkeling in de regio te verrichten.

7.

Goed management is van belang voor de economie. Tips? Leen geen geld dat je niet kunt terugbetalen! In de VS waren de vele leningen de druppel die de emmer deed overlopen (misschien iets te eenvoudig gesteld, maar het speelde wel een rol). Ik denk dat particulieren, bedrijven, gemeenten en landelijke overheden deze les moeten leren: besteed (en leen) binnen je middelen.

8.

We zijn nooit te oud om te leren. Wat hoopt u hier op te steken? Ik ben hier ten eerste om meer te leren over marketing en hoe ik een grotere bijdrage aan DSM kan leveren. In bre-

– ADVERTENTIE –

der opzicht hoop ik meer te leren over de Nederlandse cultuur (en de talen) om verder te groeien als wereldburger. Ik ben dol op koken, dus ik hoop hier ook veel wereldse kooktips op te pikken.

9.

Bescheidenheid siert de mens. Maar nu even niet, wat kunt u ons leren? Ik denk dat ik de regio iets kan leren over de goede dingen die de VS en Colombia te bieden hebben. Beide landen hebben in dit deel van de wereld kennelijk een slecht imago. Ik hoop bovendien dat ik mensen bewust kan maken van het effect van een glimlach. Ik zeg niet dat mijn nieuwe buren niet lachen, maar dit eenvoudige gebaar wordt tegenwoordig veel te weinig toegepast. Volgens mij is er ooit een liedje over gezongen, maar bedenk eens hoe geweldig de wereld zou zijn als iedereen gewoon oprecht naar elkaar zou glimlachen. Ach, noem me een romanticus.


– ADVERTENTIE –

Méér dan voetbal! Roda JC Kerkrade wil voetbalbeleving bieden aan een breed publiek. Op basis van een gezonde bedrijfsvoering en met veel gevoel voor de maatschappij. Bovenal willen we een positieve betrokkenheid creëren van bevolking, bedrijfsleven en overheid bij Roda JC Kerkrade. Op deze manier willen we een centrale rol spelen in de samenleving in Limburg. Graag geven we u een beeld van ons beleid en de organisatie, onze historie en roots, onze ambitie en doelstelling én de zakelijke mogelijkheden bij de sportief meest succesvolle club van Limburg. Wilt u meer informatie over de mogelijkheden bij Roda JC Kerkrade? Stuur een e-mail naar business@rodajc.nl of neem telefonisch contact op via 045-6317000. We staan u graag te woord!

Roda J.C. Ring 1 6466 NH Kerkrade www.rodajc.nl

Roda_schetsvoorstel ADV. a4.indd 1

26-08-2011 15:07:39


column | 57

Jean-Paul Toonen

een volstrekt andere dimensie gekregen. Obama heeft er zelfs zijn presidentschap aan te danken.

Goede bedoelinGen Gaan WE DELEn Wie denkt dat internet de gratis freeway is voor marketeers, moet ik teleurstellen. Die freeway komt er pas als je de oude marketing verruilt voor een andere opstelling. We zijn van jongs af aan vertrouwd geraakt met reclame. Elke busrit over de Limburgse Rijkswegen voerde voorbij gevels met de geëmailleerde bordjes van De Nieuwe Limburger. De Spar op de hoek schreeuwde met reusachtige viltstiftletters haar aanbiedingen door het etalageraam naar buiten. En de SRV-wagen imiteerde deze truc met een grote sticker van een pakje Stimorol. Deze vorm van marketing kent iedereen en heet ‘interruptie-marketing’. De adverteerder confronteert de massa met zijn product op drukke knooppunten. De extra omzet komt voort uit een fractie van de passanten, maar maakt toch de hele campagne rendabel. Ook via radio en tv betalen marketeers voor onze aandacht met commercials. En de consument heeft geleerd al die ongevraagde reclame geroutineerd te negeren. Want hoe je het ook bekijkt, het blijft een gedoogvorm van lastigvallen. In diezelfde tijd van De Gruyter en de Daalder bestond er al een andere vorm van marketing. Er werd wat schamper om gelachen maar het werkte als volgt: een kennis nodigde mijn moeder uit voor een koffiemiddag. Daar zouden meer dames komen voor een presentatie over huishoudelijke doosjes en ander plastic keukenspul. Ik was er nooit bij, maar het babbelen over koelkasten, vers houden, kaasgeuren en vlaaistukken leek vast op een eindeloze Tell-Sell-commercial. Zo deden in ons huis de eerste Tupperware-producten hun intrede. Het principe is authentiek en eenvoudig: we brengen informatie over het product in een community van geïnteresseerden, die hun bevindingen en wensen delen, onderling maar ook elders in hun netwerk. Dit heet ‘engagementsmarketing’ en deze aanpak heeft door het internet

15:07:39

Engagementsmarketing spreidt een totaal nieuwe dimensie over onze samenleving uit en zet iedereen aan het denken. Wie in de boekhandel staat met de nieuwste roman van Marente de Moor in de hand, weet dat je online kan inzien wat andere lezers van het boek vonden en welke andere titels de liefhebbers ervan hebben aangeschaft. Wie een reis naar India wil boeken in een reiswinkel, krijgt daar een smaller aanbod voorgeschoteld dan op sites als Travelchooser of Cheaptickets. Op Facebook zitten bijna 300.000 India-volgers bijeen die elkaar ook op de hoogte houden over reisaanbiedingen. Gaat het om een zakelijke reis, dan kun je je aansluiten bij een van de India Groepen op LinkedIn, waar honderdduizenden de kneepjes van de Indiase business delen. Dat zijn pas Tupperwareparty’s ..! Voor de ondernemer wordt de situatie inmiddels echt complex. Alleen maar roepen dat je bestaat is al lang niet meer genoeg. Het rendement op herhalende reclame neemt af en het alternatief is voor elk product weer anders. Bovendien heeft de community steeds sneller in de gaten als er iets niet deugt met je product en men deelt die kennis meteen. Engagementsmarketing vraagt dus om een heel andere houding. De nieuwe vragen worden: waar vind ik de community voor mijn product? Hoe geef ik deze community zoveel mogelijk inzage in mijn goede bedoelingen en maak ik hen deelgenoot van mijn productverbetering? Hoe faciliteer ik deze groep met aanbiedingen en inspiratie? Hoe beloon ik hun verspreidende kracht op een sympathieke manier? De meeste ondernemers staan nog heel ver af van deze benadering. Ze hadden zich zojuist gespecialiseerd in de reclameveldslag tegen concurrenten, of in het strippen van service om kosten te drukken. Wie deze conventionele weg was ingeslagen, heeft nu een heftige omslag in denken nodig. Engagementsmarketing zal een fikse groei doormaken, is de verwachting. Want ook het aantal traceerbare communities stijgt gestaag. En dan is er nog de technologie: mobiele telefoons herkennen behalve QR-codes nu ook producten en locaties. Het is een kwestie van tijd voordat de gevel van elke bakkerij de visuele bron is waarmee we binnen één tel reviews kunnen lezen op de smartphone: ‘Op zaterdag komt het brood van Akkermans uit de vriezer’ en ‘In het meergranen van Limpens zit veel te veel zout’. Straks loop je als bakker vanzelf iedere ochtend even de straat op om met de telefoon je eigen gevel te scannen.

Jean-Paul Toonen is communicatiespecialist


58 | interview

Helen Lionarons

De worsteling van de geest In een tijd die wordt gekenmerkt door grote veranderingen in de zorg, is ook de geestelijke gezondheidszorg aan transformatie onderhevig. Terwijl het zorgstelsel op de schop gaat en het solidariteitsstelsel onder druk staat, pleit gz-psycholoog en psychotherapeut, maar ‘vooral zorgondernemer’ Helen Lionarons voor meer verantwoordelijkheidsgevoel, transparantie en goede diagnostiek. “Als verzekeraars onwillig blijven om voor het laatste te betalen, gaat dat niet alleen ten koste van de cliënt, maar zijn we ook penny wise, pound foolish.” door Gwen Teo foto’s Frits Widdershoven

In 2001 bedroegen de kosten van de geestelijke gezondheidszorg in Nederland 2,8 miljard euro. In 2010 was dit bedrag bijna verdubbeld tot 5,4 miljard, zo blijkt uit cijfers van het CBS. Volgens de Mental Health Inventory werd in datzelfde jaar 10,7 procent van onze landgenoten (twaalf jaar of ouder) als ‘psychisch ongezond’ aangeduid en ruim 9,7 procent had in het jaar daaraan voorafgaand ‘depressieve klachten’. Onze maatschappij is de afgelopen twintig, dertig jaar steeds complexer is geworden. En een toenemend aantal mensen is niet opgewassen tegen de eisen die aan hen worden gesteld,

stelt Helen Lionarons (Paramaribo, 1959), gz-psycholoog, psychotherapeut en zorgondernemer. Zo ligt de werkdruk aanmerkelijk hoger dan pakweg vijftien jaar geleden en vergt vrijwel iedere baan een keur aan bijkomende competenties, zoals regelvaardigheden en communicatieve vaardigheden. Daar moeite mee? Helaas. Meer eenvoudige banen zijn namelijk schaars, veelal vervangen door razendsnelle ontwikkelingen in de automatisering en technologie. “Er is een duidelijk verband tussen werk en welbevinden”, zegt Lionarons, “dus het effect van werkgerelateerde problematiek is

aanzienlijk. Ook in het sociaal verkeer wordt behoorlijk wat gevraagd van mensen. Terwijl, vreemd genoeg, de opvoeding steeds meer gericht lijkt op het ontwikkelen van een stevig ego.” Het mag niet verbazen dat steeds meer mensen tussen wal en schip vallen. Of zelfs in een isolement raken. “Gebrek aan structuur speelt een aanzienlijke rol in het stelsel aan problemen dat de huidige tijd kenmerkt. Een kind dat opgroeit met te weinig structuur thuis (we hebben het immers allemaal druk, druk, druk) en vervolgens terechtkomt in een overvolle klas met een docent die er evenmin in slaagt


zorg | 59

deze aan te brengen, ontbreekt het aan de handvatten om later naar behoren te functioneren binnen een werkomgeving.” Natuurlijk, klassen telden vroeger eveneens geregeld dertig (of meer) kinderen, maar de thuis geleerde discipline werd op school voortgezet, waardoor het leren in een grote groep zonder verstoringen kon plaatsvinden. Veel kinderen vallen nu buiten de boot omdat ze in zo’n grote groep niet de individuele aandacht krijgen die ze nodig hebben voor een gezonde individuele en sociale ontwikkeling. Wie zich niet kan handhaven binnen de samenleving krijgt problemen. Stress, psychische klachten, ontslag, maatschappelijk verval. “De zorg moet dat uiteindelijk allemaal opvangen. Prima, maar als maatschappij dien je wel te beseffen welke oorzaken daaraan ten grondslag liggen.”

Zorgondernemer Het is inmiddels zestien jaar geleden dat Helen Lionarons de overstap maakte naar het zelfstandig ondernemerschap. Indertijd zo’n twintig jaar werkzaam op de afdeling huisartsengeneeskunde van de Universiteit Maastricht als gedragswetenschappelijk trainer van huisartsen in opleiding, groeide het verlangen om terug te keren naar de praktijk. In 1996 kon ze het gevoel niet langer negeren, zegde haar baan op en legde de basis voor het huidige Lionarons GGZ (L-GGZ). Begonnen als eenmanspraktijk, die razendsnel groeide. Twee jaar na de oprichting kwam oudste dochter Sascha de zaak al versterken. Zij nam de organisatorische kant en bedrijfsvoering voor haar rekening. In 2003-2004 traden ook middelste dochter Camille (hr-manager) en oudste zoon Marco (financieel directeur) toe tot het familiebedrijf. In 2004 onderging de praktijk bovendien een belangrijke transformatie: verwierf instellingserkenning en werd een ggz-instelling. “In die jaren ontstonden veel nieuwe zorginstellingen. Als reactie op de bedrijfsvoering van de gevestigde instellingen. De manier waarop met zorggeld werd omgegaan, de enorme wachtlijsten, de bureaucratie. Hoewel dit vaker ter discussie

gesteld werd door de gevestigde orde, waren - en zijn - we oprecht geïnteresseerd in de vraag hoe cliënten het beste geholpen kunnen worden. We moeten in Nederland af van het geïnstitutionaliseer. Daarin schuilt een aanzienlijke uitdaging voor zorginstellingen. Want als je vijftig man in dienst hebt, verzamelen zich krachten die zich primair bezighouden met het behoud van de organisatie in plaats van met de kwaliteit van de geleverde zorg.” L-GGZ werd als eerste Limburgse geestelijke gezondheidszorginstelling HKZ-gecertificeerd. Stichting HKZ is verantwoordelijk voor de kwaliteitsen veiligheidsnormen in ruim dertig zorg- en welzijnsbranches. Gecertificeerde organisaties moeten voldoen aan strikte criteria en worden jaarlijks getoetst. Uit een vorig jaar gepresenteerd onderzoeksrapport komt naar voren dat HKZ-certificering leidt tot betere structuur- en proceskwaliteit in de zorg. Helen Lionarons heeft zelf certificering aangevraagd. “Ten opzichte van de samenleving moeten we altijd ons bestaansrecht bewijzen.” De belangrijkste motivatie komt echter van binnenuit: “Ik ben een kwaliteitsmens.” In 2007 telde Lionarons GGZ een kleine negentig medewerkers. “We hoopten als gecontracteerde en gecer-

tificeerde instelling met de hoogste clienttevredenheidscijfers in de hele regio op budgetuitbreiding, maar kregen telkens nul op het rekest bij de verzekeraars. De beloofde nieuwe manier van budgetverdeling (op basis van kwaliteit in plaats van op basis van eerder toegekend budget) kwam er steeds niet door en de investeringen in de zorgkwaliteit en het zorgaanbod rendeerden niet of onvoldoende.” De overheadkosten liepen te hoog op, de enige manier om ze weer in toom te krijgen was door te snijden in het personeelsbestand. “Dat hebben we gedaan. De vraag waarmee je in zo’n situatie wordt geconfronteerd, luidt behalve ‘wat betekent dat voor onze cliënten?’ ook: welke gevolgen heeft het voor je medewerkers? In een platte organisatie zoals de onze ken je je medewerkers persoonlijk. Je hebt ze zelf aangenomen en vervolgens moet je ze persoonlijk ontslaan. Uiteindelijk hebben we ‘slechts’ twee mensen laten afvloeien. Het was een moeilijke periode, ook voor ons als familie.” Vandaag de dag kent L-GGZ behandellocaties in Heerlen, Landgraaf, Elsloo, Maastricht en Reuver. Het roer is overgedragen aan Sascha. Helen Lionarons adviseert ‘op afstand’, dezelfde rol die ze vervult bij TelePsy, het bedrijf dat zoon Marco inmiddels heeft

ouderenzorg Als ze een grote zak met geld had, zou ze die gebruiken voor ouderenzorg in Limburg. De provincie aantrekkelijker maken voor ouderen. Ideeën te over, opgedaan in onder meer geboorteland Suriname. “Daar was de inbedding van ouderen in de maatschappij, zeker in mijn jeugd, heel sterk. Hier worden ouderen in toenemende mate een afgescheiden deel van de samenleving.” Eén van de ergste dingen van het ouder worden, is het feit dat de raakvlakken met de samenleving rap beperkter worden, zegt Helen Lionarons. En dat versnelt weer het proces van ouder worden. “Ouderen vormen een doelgroep die aparte zorg vereist, maar integreer die in godsnaam in de samenleving. Dat gebeurt slechts mondjesmaat en niet altijd even handig. In sommige verzorgingstehuizen kunnen buurtbewoners bijvoorbeeld ook naar de daar gevestigde kapper. Maar knipt die wel op een manier die twintigers aanspreekt? In Suriname was een geweldig bejaardenhuis, bestaande uit kleine woonvormen in een park. De kleinkinderen liepen in en uit bij de buren, je kon met de hele familie blijven eten in het restaurant, contact maken met de andere bewoners en hun families. Bij ons is de vorm vaak te massaal en te zeer uitsluitend op de oudere bewoners gericht. Vind je het dan gek als ze vereenzamen en depressief worden? Mijn vader is 86 en hij woont bij ons thuis. Hij zegt altijd: verzorgingstehuizen zijn niks, want daar wonen alleen maar ouderen.”


60 | interview

zorgfamilie

Inderdaad, op familiefeestjes gaat het héél vaak over zorg. Oudste dochter Sascha is bestuurder van Lionarons GGZ, waar tweede dochter Camille zich met het personeel bezighoudt en dochter Lara de financiële scepter zwaait. Zoon Marco heeft bedrijf TelePsy (gespecialiseerd in laagdrempelige diagnostiek van psychiatrische klachten en psychosociale problemen, red.) opgezet en daarnaast ook Samen1 (netwerk van vrijgevestigde ggz-professionals) op zijn cv staan. Zoon Jaime heeft eveneens ondernemende genen: in december is het startsein gegeven voor de vestiging van MedWaste Control op ENCI Bedrijvenpark in Maastricht. Dat bedrijf gaat vanaf dit voorjaar op een duurzame manier ziekenhuisafval vervoeren en verwerken. Helen Lionarons: “Ik ben een bevoorrecht ouder. Meestal bouwen zonen en dochters elders een leven op, maar de onze wonen niet alleen in de buurt, we werken ook nog eens samen. Als oud-bestuurder, maar zeker ook als moeder, moet je je opvolger de kans geven zich te profileren op een manier die bij hem of haar past. Dat kan anders zijn dan je zelf zou hebben gedaan, maar daarom niet slechter. Integendeel, ik kijk met trots naar hetgeen ze doen. Hoeveel hart ze voor de zorg hebben, hoeveel moed om in deze economisch moeilijke tijd een bedrijf op te zetten. Het feit dat we ieder vanuit een eigen invalshoek de zorg benaderen, is buitengewoon leerzaam. Je houdt elkaar scherp. We zeggen elkaar ongezouten de waarheid, waar iemand anders die zou nuanceren of voor zich houden. We zijn geen familie die zichzelf ontziet.”

opgezet. Zelf richt ze haar aandacht voornamelijk op Psychotherapie Praktijk Lionarons (PPL), waar ze samen met vijf psychotherapeuten in opleiding en een neuropsycholoog mensen met psychische problemen bijstaat en begeleidt.

Zwaktebod Hoewel de problematiek dus complex en, zoals eerder gezegd, allesbehalve gering is, is het tevens een tijd van kansen, meent de zorgondernemer. De kans om de samenwerking tussen zorgprofessionals en welzijnswerkers op een duurzame manier vorm te ge-

ven, om er maar eens één te noemen. Waarbij de cliënt duidelijk is gebaat. De uitdaging voor - met name grotere - zorginstellingen om een balans te vinden tussen een goed beheersmodel en de beste zorg leveren. Een lastige aangelegenheid, helemaal nu overal de broekriem strak moet worden aangehaald. Dat de zogeheten ‘kaasschaafmethode’ daarbij in ons land inmiddels leidend is geworden, noemt ze een ‘enorm zwaktebod’. Het gevolg van gebrek aan algehele goede analyse, maar ook van het tekortschieten van de zorgsector zelf: “Wij moeten ons afvragen in hoeverre we de overheid

voldoende inzage hebben gegeven in de kosten, hebben aangetoond waarop echt niet te bezuinigen valt en waar wel ruimte voor bezuiniging was. Niet genoeg, dat blijkt. Dat uiteindelijk op deze manier wordt bezuinigd, een manier waarop de zwakken in de samenleving hard worden gestraft, doet me oprecht pijn. We hebben in dit proces met zijn allen gefaald.” Het gebrek aan gezamenlijk maatschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel vormt wellicht de allergrootste uitdaging, want ‘een goed functionerend zorgsysteem is een verantwoordelijk-


zorg | 61

heid van iedereen’. De overheid dient een systeem te ontwikkelen dat ook op de lange termijn solide is. Waarin burgers solidariteit kunnen handhaven. Enige haast is beslist geboden, aangezien het solidariteitsbeginsel behoorlijk onder druk staat. “Ik geloof niet dat mensen niet solidair meer (willen) zijn. Ze zien alleen door de bomen het bos niet meer. Het is logisch dat ze niet willen betalen voor de buurman als ze er niet honderd procent van zijn overtuigd dat hij die geestelijke gezondheidszorg écht nodig heeft. Ze moeten ervan op aan kunnen dat het systeem dat op objectieve wijze heeft bepaald.” De maatschappelijke aarzeling ligt dus op een ander vlak. Echter, een solide zorgsysteem functioneert alleen naar behoren als de echelons daaronder hetzelfde doel voor ogen hebben. “Het is de taak van behandelaars om vast te stellen welke zorg nodig is, wat is bewezen effectief ? Zorgondernemers moeten ophouden met klagen over het feit dat budgetten niet oneindig zijn. Ja, het vereist meer management, maar eerlijk is eerlijk: we zijn in de zorg beslist niet altijd managers geweest. Tot voor kort hebben zorgondernemers het relatief gemakkelijk gehad. Ga maar na, in hoeverre kon je überhaupt spreken van echt ondernemerschap? In andere branches vechten entrepreneurs wekelijks voor hun broodwinning, wij weten aan het begin van het jaar al wat binnenkomt. Ook cliënten hebben een verantwoordelijkheid. Om - voor zover ze daartoe redelijkerwijs in staat zijn - mee te werken aan een behandelproces.” Daarin verschilt geestelijke gezondheidszorg wezenlijk van somatische zorg. Een kuur die je van een bacteriële keelontsteking af moet helpen, is via de huisarts immers gemakkelijk te krijgen. Wie zich netjes aan de voorgeschreven dosering houdt, kletst er na zeven dagen meestal weer lustig op los. Braaf iedere week verschijnen voor de afspraak met de psychotherapeut volstaat echter niet om de boel in de bovenkamer weer een beetje tot rust te brengen. Iemand zal zich toch echt zelf moeten inspannen om beter te worden.

Goede diagnostiek is een vereiste, benadrukt Lionarons. Zowel in het belang van cliënten, behandelaars als instellingen. Een weinig populair onderwerp bij verzekeraars, constateert ze, terwijl ook voor hen het voordeel evident is. “Investeren in gedegen psychodiagnostiek zorgt ervoor dat we weten wat er aan de hand is, waar professionele zorg bij nodig is en wat cliënten zelf kunnen doen, welke behandeling het beste is, gegeven deze klacht bij deze cliënt. De kosten van behandeling kunnen alleen maar verantwoord worden door diagnostiek, weten wat je moet behandelen en hoe. Het voorkomt onjuiste doorverwijzingen, behandelingen die niet gebaseerd zijn op een deugdelijk vastgestelde stoornis. Onvoorstelbaar dat wat men niet zou durven in het ziekenhuis of andere tweedelijnsinstelling nog onder druk staat in de ggz. Dat in de verzekeringswereld het principe leeft: diagnosticeren? Als het moet, dan zo oppervlakkig mogelijk – en het liefst helemaal niet. Ik verbaas me er telkens weer over dat op dit essentiële kostenbesparende aspect zo enorm wordt afgeknepen.” Mensen die hiervan de dupe zijn geworden, heeft ze meer dan eens over de vloer gehad. Ze somt op: sommigen waren beter af bij maatschappelijk werk (“wie met grote maatschappelijke problemen kampt, heeft niet de rust om aan zichzelf te werken”), anderen hadden intensieve psychiatrische behandeling nodig vanwege een

psychose of een bipolaire stoornis, weer anderen moesten eerst nog langs de verslavingszorg. “De financiële kant van het verhaal houdt evenmin stand. Hoeveel kost het om er pas na vijftien sessies achter te komen dat een cliënt waarschijnlijk een autisme spectrumstoornis heeft waar geen rekening mee was gehouden? En dan heb ik het nog niet over degenen die prima geholpen hadden kunnen worden in de eerstelijnszorg, of met een aantal zelfzorgdirectieven. Doodzonde. Immers, overal zijn de wachtlijsten lang, ook bij kleinere instellingen. Tweehonderd of driehonderd wachtenden zijn geen uitzondering. Het is afschuwelijk als iemand - soms na maanden - eindelijk aan de beurt is en vervolgens te horen krijgt dat hij of zij ergens anders moet zijn. Dat krijg je als hulpverlener niet over je lippen. De kans is aanwezig dat je bij milde klachten zo iemand toch een behandelaanbod doet. Overbehandeling, dus. Bij ernstiger klachten kun je vervolgens een betere plek gaan zoeken. Dat duurt wederom weken, zo niet maanden. Intussen bied je ‘overbruggingszorg’, een mooi woord voor onderbehandeling. Diagnostiek is de basis voor behandeling. Als we daarop blijven beknibbelen, lijdt de cliënt daar onder, de hulpverlener is er niet mee gediend en als maatschappij zijn we penny wise, pound foolish.” Bij Lionarons GGZ werken 53 mensen. In 2010 bedroeg het brutobedrijfsresultaat 4.753.937 euro, zo blijkt uit de jaarrekening.

– ADVERTENTIE –


– ADVERTORIAL –

EVC baant weg naar loopbaanontwikkeling op maat

Weet waar je staat De erkenning van verworven competenties ofwel EVC wint aan populariteit. Aangejaagd door demografische, economische en maatschappelijke ontwikkelingen zit de vaart er anno 2012 goed in. “Vergrijzing, ontgroening, economische omstandigheden, maar ook de opkomst van een maatschappelijk fenomeen als jobhoppers,” somt Wim Helwig, projectleider EVC bij Leeuwenborgh, op. “Ontwikkelingen die vragen om een andere, efficiëntere benadering van de beroepspraktijk.” Leeuwenborgh heeft de antwoorden. Met de officiële erkenning van het EVC-centrum eind 2011 is de basis voor een regionaal EVC-loket gelegd.

en ontgroening een absolute must,” benadrukt Wim Helwig. “We moeten straks met minder mensen meer vacatures gaan invullen. Daarbij is er sprake van een groeiende transitiemarkt. Jongeren wisselen veel sneller van baan. Ze doen ergens een paar jaar ervaring op en trekken verder. EVC biedt je de kans om die ervaring in kaart te brengen, te meten en af te zetten tegen de geldende beroepskwalificaties. Functies zijn tegenwoordig veel meer competentie gerelateerd. Kennis veroudert snel. Ontwikkelingen volgen elkaar in zo’n rap tempo op dat je jezelf moet blijven ontwikkelen. De werknemer wordt steeds meer regisseur van zijn eigen loopbaan.”

Het EVC-traject kende voor Leeuwenborgh allang geen geheimen meer. “We hebben inmiddels al behoorlijk wat expertise opgebouwd,” legt beleidsmedewerker Nicolle de Jong uit. “De officiële erkenning was dus een logische vervolgstap en een noodzakelijke, want het aantal aanvragen stijgt snel. Steeds meer werkgevers en werknemers zien er de meerwaarde van in competenties zichtbaar te maken en te laten beoordelen. Zo krijgen werknemers de mogelijkheid om de vergaarde kennis en kunde te laten beschrijven in een EVC-rapportage. Deze EVC-rapportage kan ingezet worden voor het verkrijgen van vrijstellingen bij een beroepsopleiding, maar kan ook gebruikt worden bij sollicitaties of om door te groeien. Verder geeft het werkgevers de benodigde tools in handen om de kennis en kunde van medewerkers in kaart te brengen, verder te ontwikkelen en optimaal te benutten.”

Langs de lat

Loopbaanregisseur “Want dat is in de huidige tijd van vergrijzing

“EVC is zeker interessant voor diegenen die, in tegenstelling tot collega’s, niet over het benodigde diploma beschikken, maar wel hetzelfde werk doen,” vertelt José van Molken-Vossen, financieel medewerkster bij Leeuwenborgh. “Bijna 33 jaar geleden trad ik, met een Havoen een verpleegkundigendiploma op zak, in dienst als administratief medewerker. Ik kreeg al snel financiële taken erbij en mijn werkpakket werd in de loop van de jaren steeds specifieker. Uit nieuwsgierigheid besloot ik al die vergaarde kennis en kunde langs de lat te laten leggen.” Samen met een portfoliobegeleider bracht José haar competenties in kaart en bouwde een bewijsportfolio op voor de kwalificatie bedrijfsadministrateur. Dat werd door twee onafhankelijke EVC-assessoren, één afkomstig uit het bedrijfsleven en één uit het onderwijs, beoordeeld. Alle beroepscompetenties werden erkend. José gaat de EVC-rapportage nu voorleggen aan de examencommissie van de opleiding. “Als deze

de erkenning overneemt, hoef ik alleen nog een opleiding Engels te volgen. Dan heb ik over een half jaar mijn Mbo-diploma op zak en ben ik officieel bedrijfsadministrateur,” besluit ze trots.

Kennisinstelling en loopbaancentrum Door samen te werken met de Open Universiteit Nederland en Hogeschool Zuyd is Leeuwenborgh in staat een breed pakket van EVC-trajecten aan te bieden. “Daarin zit onze kracht,” vervolgt Wim Helwig. “Doel is om straks uit te groeien tot een regionaal EVC-loket voor iedereen. Van particulier tot overheid, van multinational tot kleinbedrijf. Leeuwenborgh is niet alleen een kennisinstelling die initieel onderwijs aanbiedt, maar zal ook steeds nadrukkelijker als loopbaancentrum gaan fungeren. De kosten voor een EVC-traject bedragen per medewerker 1250 euro exclusief BTW. Bij meerdere kandidaten worden staffelprijzen gehanteerd. Daartegenover staat voor de werkgever nog een belastingvoordeel van 329 euro per kandidaat. EVC biedt iedereen een eerlijke kans, tegen een eerlijke prijs en dat moet ook, want EVC is onmisbaar.”

Kijk bij EVC op www.leeuwenborgh.nl, mail naar EVC-centrum@leeuwnet.nl of bel met Marlies Koks 06-53967129


Charles Lückers

column | 63

behartiging staat weer voorop. Het verleden heeft laten zien waar dat toe leidt. Menig gevecht heb ik als advocaat moeten leveren namens ondernemers tegen werknemers die volstrekt disfunctioneerden, maar desondanks door FNV juridisch werden bijgestaan: de contributie van het individuele lid was immers belangrijker dan de ellende die dat lid voor andere werknemers en leden (laat staan voor de onderneming) veroorzaakte.

Het dooie gevaar teruG? Nederlandse vakbonden zijn momenteel vooral bezig met een innerlijke strijd, iets waarmee ze tenminste weer eens de voorpagina’s halen, maar sterk verschilt met hoe ze zo’n dertig jaar geleden het nieuws domineerden. Toen er door de groeiende welvaart steeds meer te verdelen viel, liep de vakbeweging voorop achter de progressieve vlag en bemoeide zich met alles in de samenleving. Niet voor niets werd toen de term ‘het rooie gevaar’ geboren. Het was absoluut een factor waar politiek en bedrijfsleven rekening mee moesten houden. Toen er echter geen sprake meer was van een toename van de grote koek en er ingegrepen moest worden in bestaande rechten, veranderde de vakbond van een progressief orgaan naar een dat slechts op behoud van verworven rechten was gericht en kwam daarmee steeds meer in het defensief. Het mag echter ook gezegd worden, dat diezelfde vakbond door het Akkoord van Wassenaar in 1982 aan de basis heeft gelegen van een enorme economische vlucht in Nederland. Op zich was dat ‘polderen’ ook voor de vakbondsleden een goede stap, want het gaf een enorme impuls aan de werkgelegenheid en Nederland werd internationaal een baken van rust aan het arbeidsfront. Voor de individuele leden werd de bond echter een stuk minder herkenbaar en werd het een steeds marginalere partner in het maatschappelijk bestel. De organisatiegraad viel terug van 28% vijftien jaar geleden naar 21% nu en onder jongeren is de aansluiting miniem. Logisch dus dat er onrust ontstond en de leiders elkaar nu de tent uitvechten. Weinig hoopvol is dat men de activiteit wil verplaatsen van Den Haag naar de regio’s en de werkvloer. Allerlei ongecontroleerde en marktverstorende acties door een enkele actieve cel liggen in ons verschiet; de individuele belangen-

Het laatste jaar heb ik bij bedrijfssaneringen moeten merken, dat FNV het winnen van zieltjes veel belangrijker vindt dan enig principe of de werkgelegenheid. Grof was het bij een transportbedrijf waar ik als advocaat bij betrokken was om het deels nog te kunnen redden uit een dreigend faillissement. Het was nota bene een oud familiebedrijf waar geen enkele Oost- Europese chauffeur werkzaam was en dat zich voor 100% aan alle regels en voorschriften hield. Omdat men in het soort vervoer zat waar geen levensvatbaarheid meer in was en men het familiekapitaal er al grotendeels ter dekking van verliezen in had gestopt, was nog slechts plaats voor een doorstart in beperkte omvang. Desondanks zou toch een kwart van de werknemers zo hun baan kunnen behouden en daarbij was voor alle anderen gezorgd dat men direct elders onderdak kon. Beter heb ik het zelf nooit geregeld gezien. Op de bijeenkomst waarbij de plannen aan de werknemers zouden worden uitgelegd, was echter een Limburgs FNVbestuurder binnengekomen die iedereen dermate had opgejut, dat er over geen enkele doorstart meer te praten viel en alle plannen in duigen vielen. De FNV-bestuurder had ervoor gezorgd dat alle werknemer lid werden van de bond, maar vervolgens deed hij letterlijk helemaal niets meer voor hen en nu nog zitten enkelen van hen onnodig thuis op de bank. Het bedrijf heeft daardoor helaas geen doorstart kunnen maken en heeft uiteindelijk zelfs zich nog alle moeite moeten getroosten om ervoor te zorgen dat de werknemers niet tekort werden gedaan in hun pensioen- en WW-rechten: de vakbondsman was nergens meer te bekennen! Later kwam ik hem nog in het nieuws tegen omdat hij in Noord-Limburg een transportbedrijf om zeep probeerde te helpen, omdat dat juist wel met Oost-Europese chauffeurs werkte.....?! Jarenlang heb ik bij saneringen van bedrijven de vakbond betrokken en dat heeft altijd tot win-winsituaties geleid voor ondernemer en werknemers. Helaas is dat door toedoen van FNV nu ook weer onmogelijk geworden en wordt het waarschijnlijk op dat front voor een ieder steeds slechter. Hopelijk is het slechts een laatste stuiptrekking van een zichzelf overleefd hebbend maatschappelijk fenomeen, zoiets als de windmolens en de stoommachine...

Mr. Charles Lückers Lückers BedrijfsAdvocaten / Advocasso


64 | essay

Het jaar van de waarheid Als er in Limburg één iemand is die je alles kan vertellen over de magische betekenis van het jaar 2012, dan is het cineast/ schrijver Wiek Lenssen. Lang voordat ‘2012’ een hype werd, onderzocht hij in de Zuid-Amerikaanse jungle het Grote Weten van de Maya-profetieën. door Govert Derix

Wiek was er bij toen eind jaren negentig vierhonderd medicijnmannen en -vrouwen, sjamanen en stamoudsten uit heel Amerika in het Amazonewoud bijeen kwamen om zich te buigen over de Maya-kalender die voorspelt dat op 21 december 2012 een nieuw tijdperk begint. Hij maakte er een film over, The Year Zero, die te zien was op diverse internationale festivals. En hij documenteerde ‘the making of ’ in een boek waarvan in Duitsland meer dan twintigduizend exemplaren werden verkocht. Zelf zag ik The Year Zero in 2006 in het Maastrichtse filmhuis Lumière, getriggerd door het feit dat Wiek de opnames had gemaakt in een gebied waar ik zelf ooit rondzwierf. En omdat de deelnemers aan de conferentie de visionaire thee ayahuasca dronken, waarover ik een boek publiceerde. Kortom, aanknopingspunten genoeg voor een ontmoeting. Toch was het daar nooit van gekomen. Totdat de redactie van Zuid aangaf dat dit eerste nummer van 2012 mag gaan over dat jaar zelf. Dus benader ik Wiek. En meld me aan de bosrand van het Noord-Limburgse Swolgen bij zijn houten bungalow, lange tijd de woonstee van Bertus Aafjes. In de tuin een levensechte tipi. ‘Dit is de enige plek in Nederland waar ik gelukkig kan zijn,’ zegt Wiek als ik een paar uur later afscheid neem in het vermoeden te begrijpen wat hij bedoelt. Wieks fascinatie voor ecologie en indianenculturen gaat terug tot het Boschveldcollege in Venray waar ook ik in diezelfde tijd besmet raakte met het besef dat er grenzen zijn aan de economische groei. Meer dan dertig jaar later vraag ik hem of hij denkt dat

2012 het jaar van de waarheid wordt. Wiek vertelt hoe hij lang vanuit een soort pan-spiritualiteit geloofde dat de Maya’s inderdaad correct voorspelden dat er na 2012 iets radicaals gaat gebeuren. Een cyclus van 5300 jaar is dan afgesloten, we beginnen met de periode van de vijfde zon. De aanloop daarheen zou dramatische klimatologische veranderingen te zien geven. We zouden getrakteerd worden op natuurcatastrofes en de teloorgang van dominante culturen. De wisseling naar de nieuwe tijd zou echter niet zozeer een apocalyptische ondergang zijn, maar een nieuw begin waarvan de betekenis langzaam duidelijk wordt en waarop de vierhonderd wijze mannen en vrouwen uit The Year Zero proberen vooruit te lopen. De Mayakalender is geen onheilsprofetie, maar het vooruitzicht van een nieuw evenwicht, of een oude harmonie op een hoger niveau. Eindelijk zou de mensheid gaan begrijpen hoe technologie en ecologie elkaar kunnen versterken, in plaats van elkaar uit te sluiten, zoals nu te vaak gebeurt. Naarmate Wiek zich er verder in verdiepte, begon hij ook steeds meer te relativeren. Diverse voorspellingen – zoals dat tussen 2004 en 2005 eenderde van de wereldbevolking door een epidemie zou bezwijken – bleken niet uit te komen. De voorspelling dat er rondom de winterzonnewende van 2012 iets belangrijks staat te gebeuren of aan het gebeuren is, is echter geen ‘kwatsverhaal’, zegt hij. De Mayavoorspellingen zijn gebaseerd op inzichten in de samenhang van kosmologie (zoals de bewegingen van de aarde rondom de zon) en de ontwikkelingen

op onze planeet. Los van de vraag of die samenhang hard is te maken of het niveau van een Nostradamus of andere profeten overstijgt, wordt hiermee toch een wezenlijk punt geraakt. Dat punt is dat geen enkel realistisch toekomstscenario voorbij kan gaan aan de noodzaak van een nieuw evenwicht tussen natuur en cultuur. De komende jaren moeten de periode vormen waarin we meer dan ooit ons best doen om die samenhang te doorvoelen en in praktijk te brengen. We zijn terecht gekomen in een beschaving die zichzelf steeds meer heeft losgezongen van de aarde, en die daardoor steeds minder gevoel heeft voor de pijn van die aarde. Precies die pijn wordt door sjamanen en indianen verwoordt. We kunnen flauw doen over sjamanistische technieken die eruit bestaan om met zang, tranceopwekkend tromgeroffel of middelen zoals ayahuasca te reizen tussen hemel en aarde en te proberen de kosmische inzichten te vertalen in aardse praktijken. Diverse filosofen beweerden dat wijsheid kan ontstaan door de wereld steeds vanuit twee posities tegelijk te bekijken: die van de dagelijkse praktijk en die van de eeuwigheid. Wie de moed heeft onze tijd vanuit het licht der eeuwigheid te bekijken, hoeft geen groot ziener te zijn om te zien dat er deze jaren en maanden veel op het spel staat. ‘It’s either this world or the next,’ de heftige woorden uit John Osborne’s toneelstuk Look back in anger zijn meer dan ooit van toepassing op die wereld zelf. In die wereld is het een groot goed dat er ‘angry young men’ rondlopen zoals Wiek Lenssen die, lang voordat 2012 een hype was, de moed hadden het oerwoud in te trekken en de boodschappen zelf te horen


essay | 65

en te ervaren. Die boodschappen zijn geen indianenverhalen. De details kunnen verschillen en de timing kan anders uitpakken. Maar dat hier een Groot Weten spreekt dat ons tot inkeer probeert te brengen, is evident. Dit is geen bekentenis tot magie. Maar wel een oproep om te beseffen dat onze cultuur, ons geloof in technologie en democratie zelf bol staan van magie en animisme. Waar de indiaan gelooft dat de planten en het landschap tot hem spreken, daar geloven wij dat de letters van een tekst tot ons spreken. Maar waar de taal van de indiaan nog verbonden is met flora, fauna en firmament, daar heeft het animisme van ons alfabet ertoe geleid dat we vervreemd zijn van de natuur die ons heeft voortgebracht. We zijn verdwaald in een labyrint van betekenissen, formules en woorden die ons vooral één ding tonen, namelijk onszelf, en steeds minder de natuur die we – zeggen en schrijven we althans – zouden willen redden. Praten en schrijven over duurzaamheid en ecologie is daardoor al te snel een manier om er vooral geen werk van te maken. Kopenhagen,

Durban, Rio en al die andere vergeten plaatsen zorgen vooral voor papier en nog meer vervreemding. Of de indiaan het beter weet? Misschien wel. Misschien moeten we op zoek naar de indiaan in onszelf. En moeten we de moed verzamelen om contact te maken met de fysieke natuur. Niet een naïef en onmogelijk terug-naar-de-natuur. Maar een eerlijk gevoel voor de waarheid van onze adem, de kwetsbaarheid van het vlees, en de ritmische beweging van jaargetijden, sterrenhemel en de bomen in het park. De onverschilligheid die ons de das dreigt om te doen, ontstaat juist doordat we het contact met de werkelijkheid aan het verliezen zijn. Terwijl we ons verliezen in facebook en Call of Duty gaat de destructie gewoon door. Tegen de tijd dat er écht een houtsnijdend wereldwijd milieuverdrag is, zijn de ecosystemen op sterven na dood: Welcome in the desert of the real, zoals het ontnuchterend heet in The Matrix. Lenssens The Year Zero is echter geen matrix. En áls het al een matrix is, dan eentje in de oorspronkelijke betekenis van het woord, namelijk die van

baarmoeder. Als 2012 het jaar van de waarheid is, dan in die zin dat we de matrix weer als oorsprong moeten leren omarmen. Het is aan ons om een wereld voort te brengen waarin ook onze kinderen nog kinderen willen baren. De eerste stap daarvoor is het overwinnen van de onverschilligheid. Als er iets is in het werk van Lenssen dat mij aanspreekt, dan is het die pertinente weigering om cynisch te worden. Linksom of rechtsom zal 2012 het jaar zijn waarin de wereld bij zinnen komt, en waarin onze zinnen, woorden en boeken echt ergens over gaan en ons voldoende raken om de wereld niet voor goed kwijt te raken. Volgens Wiek kan alleen een megacatastrofe ons voldoende wakker schudden. In mijn analyse is die ramp allang bezig, namelijk in de vorm van onze eigen aanwezigheid op aarde. Hoe dan ook, it’s either this year or the next. Ik vermoed echter dat de Maya’s een voorgevoel hadden voor de uniciteit van uitgerekend dit ene jaar 2012 waarin zoveel lijnen samenkomen. Ik heb gesproken. Govert Derix is filosoof, schrijver en adviseur


– ADVERTORIAL –

Advertorial

Internationale Executive MBA

Met de internationale Executive MBA van Maastricht School of Management (MsM) en Cologne Business School (CBS) bouwt u aan een succesvolle management carrière. Het programma is zo opgezet dat u optimaal kunt profiteren van zowel de deelnemers als de docenten. De context van het Executive MBA bereidt u voor op het op hoog niveau functioneren in een internationale omgeving. Waarom de MsM/CBS Executive MBA? • Goede balans werk en studie: de 2-jarige parttime Executive MBA is opgebouwd in 7 modules van 9 dagen, iedere module gevolgd door 3 maanden zelfstudie • Diversiteit deelnemers: de Executive MBA deelnemers hebben verschillende nationaliteiten en komen uit zeer diverse organisaties, branches en functies • Studeren in 3 landen op 2 continenten: de modules vinden afwisselend plaats in Maastricht en Keulen, één module vindt plaats in Shanghai

“Bij MsM staat vooral het internationale aspect van zakendoen, het begrijpen van verschillen en manieren vinden om met elkaar te verbinden sterk op de voorgrond. Dat sprak me erg aan. De Executive MBA class ’99 van MsM heeft mijn basis verbreed en een meer business oriëntatie gecreëerd. Mede daardoor ben ik in 2007 benoemd als algemeen directeur van Mayfran in Europa. Samengevat heeft mij de opleiding bij MsM de handvatten gegeven om meer bedrijfsmatig te kunnen denken en vooral om in de omgang met verschillende nationaliteiten allereerst te proberen zelf te begrijpen, voordat jij begrepen kan worden. Dus een echte aanrader!!” Wiel Kroonen, Managing Director MAYFRAN International BV

Voor meerinformation, informatie, kijk opout onze website www.msm.nl, of neem contact op43 via38 70 808 For more check our website www.msm.nl, call us on + 31 +31 43 3870808 or send an e-mail/ admissions@msm.nl to admissions@msm.nl

the globally networked management school


PETER PAUL VERREUSSEL

column | 67

den verplicht blijven aftrekbaar. De beperking is geregeld in een wetsvoorstel ‘Studeren is investeren’ van de staatssecretarissen Halbe Zijlstra van Onderwijs en Weekers van Financiën. Het plan houdt verband met bezuinigingen op de studiebeurs 2012-2013. Het kabinet is bang dat de bezuinigingen teniet worden gedaan doordat werkende masterstudenten uitwijken naar de aftrek scholingskosten.

Goede start?

De Raad van State vraagt zich af waarom dit ‘fiscale weglekken’ niet alleen de masterstudenten treft maar alle belastingplichtigen. Het kabinet antwoordt dat anders de belastingregels te complex zouden worden (!?). Daarnaast wil het kabinet de oneigenlijke aftrek beperken. Dat geldt voor computers die veel privé worden gebruikt en voor kosten voor levensonderhoud, reisjes en excursies die niet aftrekbaar zijn maar onder een andere noemer toch worden geclaimd.

Het jaar is nog maar net begonnen en eigenlijk bereikt mij alleen maar slecht nieuws voor wat betreft de financiële wereld. We moeten nog meer bezuinigen. Wie gaat dat betalen? Zoete lieve Gerritje?

Het lijkt er op dat men studeren wil gaan demotiveren. Dat baart grote zorgen. Nederland is een kennisland, de loonkosten zijn dermate duur dat wij het juist moeten hebben van onze kennis en de export daar van.

Tegen het einde van het vorige jaar werd al vermeld dat de loonstrook ging tegenvallen. Inmiddels zullen velen dat aan den levende lijve hebben ervaren. Belangrijke oorzaak is de verhoging van de maximum grondslag voor de zorgverzekeringswet. Met name de inkomens die boven de oude grondslag zitten zullen dat merken. Scheelt snel een paar tientjes.

Toen Fokker failliet ging, verdween een stuk high tech uit ons land, een enorme brok kennis ging verloren. Natuurlijk werd Fokker al jarenlang in stand gehouden door overheidsbijdragen. Maar Fokker was ook een groot opleidingsinstituut. De vliegtuigkennis kan heel breed ingezet worden. In die tijd was een van mijn cliënten een belangrijke toeleverancier. Zij ontwikkelden in samenwerking met een grote Nederlandse verffabrikant coatings. Deze coatings werden voor velerlei toepassingen ingezet en met name de vliegtuigen maakten er gebruik van. Zo had men coatings voor isolatie van geluid en temperatuur. Maar ook coatings voor aerodynamica. Toen Fokker failleerde bleek de brede inzetbaarheid van de kennis. Dezelfde coatings konden worden gebruikt bij windmolens. Kortom de kennis die de vliegtuigen hadden opgeleverd werd verder uitgerold. Nu maken windmolens wereldwijd gebruik van deze Nederlandse kennis.

De discussie omtrent de hypotheekrente laait weer op. De banken komen met een voorstel om deze af te bouwen over een periode van 30 jaar. CDA komt met een voorstel voor vlak taks. In een eerdere bijdrage heb ik al eens een uiteenzetting gedaan over een aantal mogelijke scenario’s. Een van deze voorstellen was inderdaad een gelijk tarief voor iedereen. Dat tarief moet zodanig becijferd worden dat het voor de schatkist niet heel veel kost maar op termijn oplevert omdat de aftrek verdwijnt waardoor per saldo meer binnen komt. Die beperking / afschaffing gaat er naar mijn mening komen, de vraag is wanneer. Vorig jaar werd gediscussieerd om de 19 eurocent kilometervergoeding te verhogen. Reden was de sterk gestegen brandstofprijs en eindelijk eens een index. In de goede oude gulden tijd was dit 60 cent. Na de komst van de euro is dit lang de equivalent geweest (28 eurocent). Een aantal jaren geleden werd dit verlaagd naar 19 eurocent. Nu wordt plotsklaps geopperd om deze vergoeding te verlagen naar 12 eurocent. De reden is simpelweg meer geld in de schatkist. Minder vergoeding uitbetalen betekent een hogere winst en dus meer belasting. Inmiddels lijkt deze storm geluwd, echter het zou mij niet verbazen dat dit een aanloop is. Het kabinet wil de mogelijkheid om scholingskosten af te trekken van de inkomstenbelasting gaan beperken. Alleen cursus-, college- en examengeld, promotiekosten en leer- en beschermingsmiddelen die door de onderwijsinstelling wor-

De economie heeft baat bij een goed werkend onderwijssysteem waarbij het onderwijs toegankelijk is voor iedereen. Naar mijn mening werken bezuinigingen en daardoor de mindere toegankelijkheid alleen maar averechts. De broodnodige kennisontwikkeling komt stil te staan. Kennis levert juist weer producten en productie op. Deze leveren weer winst op en daarmee vloeit weer geld naar de schatkist en zijn bezuinigingen overbodig. Investeren in plaats van bezuinigen. De aanval is immers de beste verdediging. Ik weet zeker dat een bekend Engels econoom uit de vorige eeuw het met mij eens zal zijn. Peter Paul Verreussel Baat accountants & fiscalisten p.verreussel@baat.nl www.baat.nl


68 | achtergrond

Overheid draait Limburgse groene brandstof de nek om Autorijden op brandstof van Limburgse akkers lijkt verder weg dan ooit. Door de gelijkschakeling van de accijns op Puur Plantaardige Olie (PPO) aan de fossiele diesel draait de overheid het gebruik van deze volledig groene en milieuvriendelijke brandstof de nek om. door Guus Queisen

Limburg biedt een groot alternatieve energiepotentiaal. Op allerhande terreinen kan koolzaad worden ingezaaid, de vele staldaken die Limburg rijk is kunnen worden vol gelegd met zonnecollectoren en bij de agrarische bedrijven is voldoende ruimte voor vergistinginstallaties. Zonder hulp en subsidies en komen deze projecten echter niet van de grond. Interessante initiatieven worden door de overheid zelfs genegeerd. Dit is heel vreemd. Immers, of we willen of niet, we moeten aan de duurzame energiebronnen en bio-brandstoffen. De Europese Unie legt ons dit op. Voor 2020 verplicht de EU alle lidstaten: een toename van de energie-efficiency van twintig procent ten opzichte van 2005; de CO2-emissie moet twintig procent lager zijn dan in 1990; van de energieconsumptie dient twintig procent afkomstig te zijn van duurzame bronnen en het transport moet minimaal tien procent bio-brandstoffen inzetten.

Duitsland Tankt u wel eens in Duitsland? Dan kunt u sinds begin 2011 E10 tanken in plaats van Euro 95. E10 is een mengsel van 90 procent fossiele brandstof en 10 procent ethanol, gemaakt van bijvoorbeeld bieten en/of tarwe. Niet alleen wat betreft de brandstof maar ook op andere vlakken van alternatieve energieopwekking lopen we in Nederland mijlenver achter op onze oosterburen. Daar stimuleert de overheid alternatieve energiebronnen aanzienlijk beter. Je hoeft niet eens de grens over om dit te constateren. Vanuit Koningsbosch en Bocholtz zijn de Duitse windmolenparken niet te missen. Ook op de boerderijen in de Duitse grensregio is energieopwekking al jaren een belangrijk thema. Er is bijna geen boerderij

te ontdekken waar de zuidzijden van de staldaken niet vol liggen met zonnepanelen. De prijs die de stroomboeren per kilowattuur (kWh) ontvangen, bedroeg in 2008 maar liefst 47,75 cent. Bij deze prijs kan een boer het 100% geleende bedrag van de investering in de zonnepanelen in slechts negen jaar aan de bank terugbetalen. Inclusief rente. De volgende minimaal tien tot vijftien jaar is de opbrengst pure winst. Voor de zonnepanelen die nu op de daken worden gelegd, bedraagt de opbrengstprijs 24,43 cent per kWh.

Oogst koolzaad foto’s Guus Queisen

Ook met de energieopwekking middels biogasinstallaties lopen de Duitse boeren ver voorop. Tienduizenden hectares mais en bieten verdwijnen daar in de biogasinstallatie om methaangas op te wekken. De inzet van akkergewassen voor energieopwekking heeft een keerzijde die ook Limburgse veehouders inmiddels ervaren. Duitse opkopers van maĂŻs komen de grens over en bieden Limburgse boeren hoge prijzen voor dit gewas. De melkveehouders moeten daar nu tegen opbieden en betalen daardoor aan grondeigenaren aanzienlijk


energie | 69

hogere prijzen voor dit veevoer dan voorheen. De directeur van de melkfabriek Walhorn in Walhorn-Lontzen, gelegen in het Duitstalige Ost-Kanton van België, die ook een deel van de Limburgse melk verwerkt, verwacht dat de vraag naar maïs voor biogasinstallatie dusdanige vormen in deze regio gaat aannemen dat veehouders door een sterk stijgende kostprijs voor de keuze komen te staan: stoppen met melken of uitbreidingen annuleren.

Koolzaad Alle goede initiatieven ten spijt, uiteindelijk bepaalt de opbrengstprijs of het initiatief slaagt. Zo werd enkele jaren geleden een mooie toekomst voorspeld voor de teelt van koolzaad voor Puur Plantaardige Olie (PPO) op de Limburgse akkers. De gemeente Venlo besloot te participeren en enkele auto’s geschikt te maken om deze te laten rijden op dit milieuvriendelijke streekproduct. nNu, vijf jaar later, is door de opstelling van de landelijke overheid, die de PPO wat betreft accijns gelijkschakelt met fossiele brandstof, dit 100% groene initiatief van de Limburgse coöperatie Carnola gestrand. Door de hoge accijns is het niet interessant deze groene brandstof te gebruiken. Het huidig Limburgse koolzaadareaal omvat nog slechts circa tweehonderd hectare, terwijl enkele jaren geleden op een veelvoud van deze Limburgse hectares de geel-groene bloemen bloeiden voor het maken van PPO. Dit is niet alleen een verlies voor het milieubewust rijden, maar ook voor de flora en fauna. Voor bijen en andere insecten vormden de koolzaadvelden een ideaal foerageerterrein. Daarnaast zorgden deze percelen voor een kleurenpracht in het Limburgse landschap. “De Nederlandse overheid laat duurzame energieprojecten, en daarmee ook hoogwaardige kennis, gewoon verloren gaan. Dit betreft niet alleen de koolzaadmaar ook de windmolentechniek. En nu met Solland in Heerlen ook weer de zonne-energietechniek. Dit is de Nederlandse zesjescultuur ten voeten uit”, onderstreept Joep Hermans, voorzitter van de koolzaadcoöperatie Carnola.

Waar Hermans zich gruwelijk aan ergert, is het meten met twee maten door de overheid ten faveure van de grote oliemaatschappijen. “Zo wordt gecomprimeerd aardgas, waaraan een beetje biogas wordt toegevoegd, maar dat voor het allergrootste deel toch een fossiele brandstof is, gestimuleerd met een verlaagd accijnstarief van momenteel vier cent. Wat dan in drie jaar tijd stapsgewijs wordt verhoogd naar zestien cent. Joep Hermans

“Limburgse melkveehouders moeten opbieden tegen Duitse opkopers van maïs”

Deze zestien cent is dan weliswaar hoger dan nu, maar nog steeds slechts een derde van de 43 cent waarmee de volledig herwinbare PPO wordt belast. De overheid belast PPO met het volle accijnstarief van de fossiele brandstoffen. Door deze hoge accijns in combinatie met de hogere productiekosten kan PPO niet concurreren met de fossiele diesel. Alleen echte idealisten rijden nog op PPO of gemeenten, zoals Venlo, die aan CO2-reductie willen doen. Het is veel eerlijker en beter voor het milieu de accijns te heffen op basis van de CO2-uitstoot. En zo het halen van de 2020-doelstellingen daadwerkelijk realiseerbaar te maken. Door dit hoge accijnstarief is de markt voor PPO in elkaar gezakt.

De teelt op de Limburgse akkers is nog maar een fractie ten opzicht van enkele jaren geleden. We proberen de regering nu over te halen om het zestien cent-accijnstarief ook voor PPO te laten gelden, zodat het weer enigszins een concurrerende brandstof wordt. Het beetje koolzaad van onze Limburgse leden zetten wij als koolzaadcoöperatie Carnola nu af bij een oliemolen in Duitsland. Uiteindelijk rijden Duitse auto’s op koolzaadolie van Limburgse bodem. Te gek voor woorden. Maar het past wel in het Nederlandse beleid van veel kletsen over duurzaamheid, maar niet het voortouw nemen”, verzucht Joep Hermans. Nu Carnola is gestopt met de productie van PPO wordt de oliemolen op het loonbedrijf van de gebroeders De Boer in Lottum alleen gebruikt om koolzaad te persen voor de levensmiddelenindustrie. De gemeente Venlo, die enkele bedrijfsauto’s op PPO heeft lopen, teert nog op een oude voorraad. Als die op is zal ze andere oliebronnen moeten aanboren om in haar behoefte te kunnen voorzien.

Laag saldo Een van de akkerbouwers die koolzaad heeft geteeld, is Huub Diederen uit Graetheide-Geleen. Na drie jaar experimenteren stopte hij ermee - en met hem nog een hele rits andere Limburgse akkerbouwers die in eerste instantie wel brood zagen in de teelt van koolzaad voor PPO. “Financieel komt het echter niet meer uit. Bijkomend nadeel was dat je om logistieke redenen de teelt grootschalig moet doen. Mijn machines op PPO van eigen koolzaad laten rijden komt mij niet uit. Dat legt een te groot beslag op mijn areaal.” initiatieven Ondanks de minimale medewerking, om niet te spreken over tegenwerking door de Nederlandse overheid, gaan (Limburgse) idealisten door om bioenergie in Limburg toch van de grond te krijgen. Bio-energie komt echter vaak negatief in het nieuws. Zo is er twijfel over de duurzaamheid en speelt de vraag in welke mate bio-energie bijdraagt aan het verminderen van de broeikasgasemissie. Tijdens de hoge graanprijzenperiode twee jaar geleden werd de discussie aangezwengeld over de concurrentie


70 | achtergrond

Staldaken liggen vol met zonnepanelen

van bio-gewassen met voedsel. Ondanks alle kritische noten zal bio-energie toch in belangrijke mate moeten bijdrage aan de oplossing van het energievraagstuk en in de strijd tegen de opwarming van de aarde. De Limburgse pijlen zijn daarom gericht op vormen van bio-energie die de voedselmarkt niet verstoren en die geproduceerd worden met laagwaardige biomassa. Voor de korte termijn zal dit nog onvoldoende oplossing bieden en voor de lange termijn des te meer. Een verantwoorde teelt van biomassa voor bio-energie is een uitdaging voor de agrarische sector, zoals dat ook het geval was met de duurzame productie van voedsel. De agrarische sector is ervan overtuigd dat deze uitdaging in de toekomst nieuwe kansen zal creëren voor de sector en de samenleving als geheel.

Energieboerderij De Noord-Limburgse Vereniging Innovatief Platteland, initiator van het Limburgse koolzaadproject zit niet bij de pakken neer. Ze heeft het initiatief genomen om in de Nederlandse akkerbouwpraktijk de duurzaamheid van biomassa, bestemd voor de productie van bio-energie, te meten en te verbeteren. Daartoe is het Limburgse project Energieboerderij opgestart. De aanjager van het project en tevens voorzitter is ook Joep Hermans. In de Energieboerderij participeren diverse organisaties die direct of indirect met de landbouw en/ of energie van doen hebben. Het Praktijkonderzoek Plant & Omgeving van Wageningen UR, verzorgt de technische leiding en coördineert de activiteiten op gebied van maïs en koolzaad en neemt

de metingen voor zijn rekening. Energieboerderij stelt zich ten doel het ontwikkelen en toetsen van een praktisch toegepast en transparant meetsysteem waarmee de duurzaamheid van productie van biomassa kan worden bepaald. Dit aan de hand van duurzaamheidscriteria op economisch, ecologisch en sociaal terrein. Dit kan bijdragen aan een certificeringsysteem voor de productie en omzetting van biomassa naar duurzame energie. Daarnaast wil Energieboerderij werken aan het ontwikkelen en implementeren van economisch, ecologisch en sociaal verantwoorde teelt-

“Uiteindelijk rijden Duitse auto’s op koolzaadolie van Limburgse bodem. Te gek voor woorden”

wijzen voor de productie van biomassa voor bio-energie. Dit moet leiden tot ‘best practices’ voor de productie van deze biomassa, waarbij in de teelt wordt voldaan aan duurzaamheidscriteria. De ambitie is de bijdrage aan de CO2emissie op basis van deze teeltwijzen ten opzichte van de fossiele referentie te ontwikkelen tot een niveau van minimaal 80%. Het project Energieboerderij omvat drie ketens die (onder andere) bioenergie produceren. De keuze is gevallen op bestaande, reeds in de praktijk functionerende ketens, want juist daar zijn de bruikbare praktijkcijfers te verkrijgen. In

de toekomst kunnen ook andere ketens worden toegevoegd. Gestart is met de ketens ‘maïs-vergisting’, ‘suikerbietenvergisting’ en ‘koolzaad-ppo’. De maïs en suikerbieten zijn in eerste instantie bestemd voor vergisting in een co-vergistingsinstallatie. Uit het koolzaad wordt PPO geperst voor gebruik in aangepaste dieselvoertuigen. Het project houdt zich ook bezig met de zoektocht naar alternatieve en innovatieve gewassen. Proefboerderij Vredepeel is het kernbedrijf van de Energieboerderij.

Eerste resultaten Inmiddels zijn de eerste (opvallende) resultaten van de Energieboerderij bekend. Zo leent de suikerbiet, die op Limburgse akkers een voorname positie inneemt, zich bij uitstek voor toepassing in biobased economy. De hele bietenplant produceert in een normaal groeiseizoen bij vergisting ongeveer 10.000 m3 methaangas per hectare. Deze hoeveelheid gas levert ruim 120.000 megajoules (MJ) elektriciteit. Dat is omgerekend ruim 14.000 kWh stroom. Goed voor zo’n 4 gezinnen. Deze groene stroom voldoet ruimschoots aan de duurzaamheidscriteria die daarvoor worden gesteld worden. Hierbij wordt uitgegaan van de volledige benutting van de suikerbiet: zowel de wortel als de groene bladeren voor vergisting met aansluitend stroomproductie. Wordt de wortel benut voor de suikerwinning, zoals nu gangbaar is, en alleen het groene loof ingezet voor duurzame energie, dan komt bijna 21.000 MJ per hectare aan groene stroom van een hectare. Voldoende voor een zuinig gezin.

Se nie ke

Fu • • •

Se • • • •

Ge Ga co fun afd


– ADVERTENTIE –

Professionals gezocht! In de ouderenzorg wordt de komende jaren een kwaliteitsslag gemaakt, waarvoor het ministerie van VWS 636 miljoen euro extra beschikbaar heeft gesteld. Concreet betekent dit dat Sevagram de komende drie jaar elk jaar 3,7 miljoen euro extra ontvangt om de kwaliteit van de verblijfszorg te verbeteren. Dit gebeurt door opleiding en training van de Sevagram professionals en door nieuwe medewerkers aan te nemen. ‘Kort en goed komt het erop neer dat er meer en beter gekwalificeerde handen aan het bed ingezet worden de komende jaren’ aldus Pim Steerneman, bestuursvoorzitter bij Sevagram. Voordelen van het extra zorgbudget zijn onder meer een betere continuïteit van de zorg en het voorkomen van hiaten in de roosters van het verplegend personeel. ‘We zijn dan ook op zoek naar goed opgeleide verzorgenden en verpleegkundigen. Door de vaak complexe problematiek van onze cliënten stellen we steeds hogere eisen aan het verplegend personeel’. De afgelopen periode heeft Sevagram al meerdere nieuwe medewerkers aangenomen, ook professionals die in aanpalende sectoren, zoals de ziekenhuissector en GGZ-organisaties, door eerdere bezuinigingen ontslagen werden. Er wordt in deze context ook op HRM-gebied samengewerkt met ketenpartners om in ieder geval deze professionals voor ons werkgebied en ruimer voor Limburg te behouden.

Sevagram zoekt oekt p professionals r Verzorgenden, niveau 3 (part- en fulltime) Verpleegkundigen, niveaus 4 en 5 (part- en fulltime) me) Sevagram is voor haar negentien verpleegerpleeg- en verzorgingshuizen op zoek naar enthousiaste usiaste nieuwe medewerkers. Nieuwe collega’s, ega’s, die samen met de huidige garant g staan voor uitstekende zorg in Heerlen/Parkstad en in Heuvelland. Functie-eisen • Relevante zorgopleiding • Flexibel, enthousiast en • Beschikbaar voor ten minste twaalf uur ur per p week Sevagram biedt: • een uitdagende (loop)baan bij een van Limburgs urg grootste werkgevers in de zorg • een inspirerende leer-/werkomgeving, waar werken erke aan betere zorg centraal staat • goede arbeidsvoorwaarden • diverse interne opleidingsmogelijkheden Geïnteresseerd? Ga naar onze website www.sevagram.nl en stuur via de button b ‘Solliciteren’ op de homepage epage het contactformulier in vergezeld van je motivatie en cv. Aanvullende Aan informatie over de verschillende schillende functies is verkrijgbaar bij: Tiny Schmidt (045) 560 28 04 of Claudia Hiert (045) 560 28 23 3 van de afdeling Vorming en Opleiding.


– ADVERTORIAL –

B o

BY INVITATION ONLY Vrijdag 20 januari Vond Voor het eerst ‘By inVitation only’ plaats. een exclusief eVenement Voor en door ondernemers. de eerste editie was meteen een doorslaand succes. Bijna 900 Bezoekers genoten Van jules deelder en Van geweldige optredens Van jazzsensatie gare du nord en dancesensatie kraak & smaak. de hapjes en drankjes werden Verzorgd door restaurant sofa uit maastricht waarBij Bezoekers werden uitgenodigd om zelf hun drankjes uit één Van de Vele koelkasten te pakken. het geheel Vond plaats op een unieke locatie, een oude philips faBriek in sittard. het eVenement is georganiseerd door open for support in samenwerking met aVance werVing & selectie en door communicatie & Vorm. meer foto’s: zie www.ByinVitationonly.nl foto’s: philip driessen


– ADVERTORIAL –


– ADVERTORIAL –

Maastrichts bedrijf enige ter wereld dat kaalheid oplost

m

t

V

e

w

i

d

o

o

z Wereldwijd is er maar één methode die kaal-

o

heid tegen kan gaan en die mensen weer een

e

nieuwe haardos geeft. Een methode die door

d

de Maastrichtse arts Coen Gho sinds 1996

A

is ontwikkeld en sindsdien wordt toegepast

d

in zijn klinieken in Maastricht, Amsterdam,

b

Londen en Wenen. Het succes is zo groot dat Hair Science Instituut permanent eigen per-

H

soneel opleidt om aan de als maar groeiende

r

vraag naar behandelingen te voldoen. Het

Z

adres van de witte boerderij aan de Wethou-

n

der Caldenborghlaan staat in de TomTom van

Gerard Joling, Wesley Sneyder, Frans Bauer

o

en Dean Saunders. Zij lieten zich behande-

e

len in Maastricht en hebben sindsdien hun

z

haardos terug. De bekende Nederlanders zijn

o

de levende reclame-uitingen voor het Maas-

m

G

trichtse bedrijf. Dit jaar worden weer tal van beroemdheden in Maastricht behandeld.

Jos Dohmen, directeur Hair Science

Jos Dohmen is directeur van Hair Science Instituut. Hij zag jaren geleden de veran-

Dat het Maastrichtse bedrijf vooral ook

hoe goed de methode is. Sindsdien vergoeden

deringen in de zorg aankomen: van zorg in

bekende Nederlanders behandeld komt

ook verzekeraars deze behandelingen.

ziekenhuizen naar steeds meer zorg in privé-

door Gerard Joling. Hij was één van de eerste

klinieken. “Je ziet dat steeds meer specia-

beroemdheden die zich liet behandelen in

Plastisch chirurgen in ziekenhuizen verwijzen

listen genoeg hebben de logge bureaucratie

Maastricht. “Hij was zo tevreden dat hij het

sindsdien ook door naar onze kliniek. En dat

in een ziekenhuissetting. Zij kiezen voor het

aan iedereen liet weten. Nu zijn er heel wat

is toch een belangrijk stuk erkenning.” Door

opzetten van privé-klinieken waar patiën-

bekende Nederlanders die last hebben van

de revolutionaire methode groeit het aantal

ten in een kleinschalige omgeving sneller

kaalheid en die ijdel genoeg zijn om daar iets

patiënten hard. Hair Science Institute leidt

geholpen worden.” De arts Coen Gho was één

aan te doen. Toen iedereen zag hoe Gerard

voortdurend nieuwe mensen op. “We zijn voor

van die artsen die kozen voor het opzetten

Joling van kaal een compleet nieuwe haardos

dit jaar al bijna helemaal volgeboekt met

van een eigen kliniek. Hair Science Institute

had gekregen begonnen steeds meer sterren

behandelingen. Daarom is de uitbreiding in

is echter meer dan een behandelingkliniek.

de weg naar Maastricht te vinden.”

het buitenland zo belangrijk. We hebben nu naast Maastricht en Amsterdam ook ves-

“We zijn ook een onderzoekscentrum en een opleidingscentrum.” legt Jos Dohmen uit. “De

Jos Dohmen wil echter waken voor een

tigingen in Londen en Wenen. Daar werken

kennis die hier voorhanden is, is nergens ter

‘sterrenimago’. “Natuurlijk behandelen we be-

specialisten met onze methode. We willen

wereld voorhanden. We moeten dus onze

roemde mensen en dat is ook goede reclame

de komende jaren in het buitenland verder

mensen zelf opleiden om de gepatenteerde

voor het bedrijf, maar onze behandelingen

groeien. Dat betekent dat meer klinieken met

techniek onder de knie te krijgen. Op dit

hebben ook een medische achtergrond. Met

onze gepatenteerde methode gaan werken.

moment worden weer zes mensen opgeleid

onze methode is het mogelijk haar terug te

We denken dat die groei vooral zit in landen

tot technicians. Zij kunnen straks de be-

plaatsen op bijvoorbeeld littekenweefsel

in het Midden en Verre Oosten.”

handelingen uitvoeren in onze klinieken. De

of bij mensen met ernstige brandwonden.

opleiding duurt bijna een half jaar.”

Geen enkele andere methode kan dat. Bij de

Het succes van Hair Science Institute is niet

start van het bedrijf bestond natuurlijk veel

onopgemerkt gebleven bij de concurrentie.

Als het gaat om haarbehandelingen is Hair

argwaan. Wereldwijd was nog nooit iemand

Alhoewel Jos Dohmen niet spreekt van echte

Science Institue inmiddels marktleider. Veel

erin geslaagd om daadwerkelijk haargroei te

concurrentie, omdat de bedrijven een andere

reclame hoefde het bedrijf niet te maken. “De

realiseren bij kaalheid of op littekenweefsel.

methode gebruiken. “Dan heb ik het over de

mensen die door ons zijn behandeld maken

We hebben destijds op eigen initiatief enkele

pijnlijke stripbehandeling, waarbij op het

de reclame. Je kunt bij hen zien dat het werkt

slachtoffers van de nieuwjaarsbrand in

hoofd een strook haar wordt weggehaald en

en dat is de beste reclame.”

Volendam behandeld. Pas toen zag iedereen

deze haren elders worden teruggezet. Een


methode die pijnlijk is, maar ook blijvend lit-

Sinds 1996 heeft de Maastrichtse arts Coen Gho fundamentele studies uitgevoerd op

teken veroorzaakt.”

celculturen en geplukt haar, en biopsieën uitgevoerd op materiaal. De resultaten van

Volgens Jos Dohmen voert de concurrentie

één van deze fundamentele studies zijn gepubliceerd in het Britisch Journal of Derma-

een laag bij de grondse concurrentiestrijd,

tology. In deze publicatie werd geopenbaard dat verschillende delen van de haarfollikel

waarbij alle middelend geoorloofd lijken. “Het

stamcellen bevatten, welke haargroei kunnen induceren. Dit gebied bevindt zich in de

is een zielige vertoning wat de concurrentie

buitenste schede, van de ‘bulge area’ tot het lagere deel van de haarfollikel (dit werd

doet. Ze zorgen ervoor dat als je bij google

tevens gepresenteerd op de European Cytoskeleton Meeting).

onze stamceltransplantie-methode intikt zij

Deze studies waren de fundamentele basis voor de nieuwe methodes HaarStamcel

ook op de eerste pagina verschijnen. Maar

Transplantatie® en Haarvermenigvuldiging.

ze misleiden de patiënt. Ze doen alsof ze onze methode gebruiken, maar als de klant

HaarStamcel Transplantatie® (HST) is een gepatenteerde haarvermeerderingstechniek.

eenmaal binnen is blijkt dat ze iets heel an-

Deze techniek is ontwikkeld door Hair Science Institute en wordt uitsluitend door haar

ders doen. Ik noem het een vorm van terreur.

klinieken in Amsterdam, Maastricht, Londen en Wenen toegepast.

Als je dit soort dingen moet doen, dan zegt

Er zijn helaas klinieken die schijnbaar dezelfde techniek aanbieden: dit is echter mis-

dat genoeg over het feit hoe goed het met je

leidend. Het betreft niet de juiste techniek met de daarbij horende correcte en gegaran-

bedrijf gaat.”

deerde resultaten.

Hair Science Institute moet voortdurend juridische zaken voeren tegen de concurrentie. Zaken die overigens keer op keer gewonnen worden door het Maastrichtse bedrijf. “Onlangs heeft de reclame-codecommissie ons nog in het gelijk gesteld. Was er weer een concurrent die misleidend bezig was. Ze MA ASTRICHT / AMSTERDAM / LONDON / VIENNA

omdat er maar één gepatenteerde haarvermeerdingstechniek is. En die is door Coen Gho in Maastricht ontwikkeld.”

+31(0)43-601 81 01 / info@hasci.com / www.hasci.com

– ADVERTENTIE –

n

n

THE INVENTORS OF HAIRSTEMCELL TRANSPLANTATION ®

zullen bezig blijven en ook altijd verliezen,

Heerlen Bedrijvige stad in het hart van de Euregio

Gemeente Heerlen

Wie een plek zoekt voor zijn onderneming, zoekt een thuis voor zijn bedrijf. Wie succes nastreeft, zoekt een prettige leefomgeving voor zijn personeel. Wie een toplocatie zoekt voor zijn bedrijf komt terecht in Heerlen! Heerlen is een bruisende stad midden in het groen. Een stad die nieuwkomers hartelijk in haar samenleving opneemt. Wij nodigen u uit om kennis te maken met deze stad, een jonge levendige stad waar veel mogelijk is. Neem daarom een kijkje op www.zakelijk.heerlen.nl om zelf te ontdekken wat Heerlen u te bieden heeft!.

telefoon: 045-560 48 88 email: bcp@heerlen.nl www.zakelijk.heerlen.nl


– ADVERTENTIE –

DIT IS UNIEK!

MÉGANE ENERGY dCi 110 STOP & START ECO2 NÚ BIJ AUTOBEDRIJF KERRES

U RIJDT AL EEN

MÉGANE ESTATE

BIJTELLING VANAF

VANAF

€ 23.790,-

€ 116,- PER MAAND

MÉGANE ESTATE

Aanbod voor lease rijders: Gratis accessoirecheque t.w.v. € 1.000,of Gratis bekleding rundleder 'Riviera' op de Bose-uitvoering BEREKEN HET BIJTELLINGSVOORDEEL VAN DE MÉGANE TEN OPZICHTE VAN VERGELIJKBARE AUTO’S OP RENAULT.NL WWW.AUTOBEDRIJFKERRES.NL/RENAULT

AUTOBEDRIJF KERRES HEERLEN KERKRADE MAASTRICHT SITTARD

TERHOEVENDERWEG 95 DOMANIALE MIJNSTRAAT 25 ARMAND MAASSENSTRAAT 2 BERGERWEG 71

TEL. (045) 523 09 99 TEL. (045) 545 24 24 TEL. (043) 361 62 88 TEL. (046) 451 96 64

Actieperiode loopt van 10-01-2012 t/m 23-04-2012. Getoonde Mégane ECO2 modellen met 14% bijtelling kunnen afwijken, de foto’s gebruikt zijn modeljaar 2011 en de Mégane met 14% bijtelling is alleen leverbaar als modeljaar 2012. De Mégane Hatcback ENERGY dCi 110 Stop & Start is verkrijgbaar vanaf € 22.790,-, de Mégane Coupé ENERGY dCi 110 Stop & Start vanaf € 23.290,- en de Mégane Estate ENERGY dCi 110 Stop & Start vanaf € 23.790,-. De Mégane Hatchback ENERGY dCi 110 Stop & Start, de Mégane Coupé ENERGY dCi 110 Stop & Start en de Mégane Estate ENERGY dCi 110 Stop & Start vallen alledrie in de 14% bijtellingscategorie, de aangegeven netto bijtelling is berekend op basis van de 42% schaal. Genoemde prijs is incl. btw, bpm, excl. verwijderingsbijdrage, leges en kosten rijklaar maken. Op de Renault Mégane geldt een fabrieksgarantie van minimaal 2 jr. 12 jr. plaatwerkgarantie. Drukfouten, prijs- en specificatiewijzigingen voorbehouden. Voor meer informatie bel gratis 0800-0303 , kijk op renault.nl of raadpleeg uw plaatselijke Renault-dealer. Renault is op geen enkele wijze aansprakelijk voor mogelijke gevolgen van onjuistheden of onvolkomenheden van de inhoud van deze leaflet.

Min./max. verbruik: 3,6 l/100km. Resp. 27,7 km/l. CO2: 95g/km

A


organisatie | 77

Met de zwaarden op tafel

Lisette Peulen foto Wouter roosenboom

De Arabische Lente en crises zijn tekenen aan de wand, volgens de Maya-kalender is het einde van een astronomische cyclus nabij, de voorspelde verschuiving van de polen wacht ons. 2012 is het jaar van het nieuwe bewustzijn. Een jaar waarin we de kans krijgen om anders te denken, oude ideeën overboord te zetten en niet langer vanuit angst te handelen, maar vanuit verbondenheid. Niet alleen in ons persoonlijke leven, maar zeker ook op de werkvloer. Wie bouwt op angst (en macht) bouwt op een wankele basis, zegt organisatiedeskundige Lisette Peulen. “Fear -angst- is false evidence appearing real.” In plaats van de mythe van de winstmaximalisatie na te jagen, kunnen organisaties zich beter richten op economisch verantwoorde profit for all. door Gwen Teo

Ooit dachten we dat de aarde plat was. Sommigen bleven hardnekkig vasthouden aan dat idee, zelfs toen het tegendeel was bewezen. Het is een voorbeeld dat ook in het huidig tijdsgewricht nog van toepassing is. In tal van organisaties wordt krampachtig vastgeklampt aan overtuigingen, werkwijzen en systemen, waarvan in toenemende mate is aangetoond dat ze niet, of nauwelijks effectief zijn. Organisatiedeskundige Lisette Peulen (1961, Echt) spreekt in haar boek

‘Leven en werken in verbondenheid, onderweg in organisaties in de nieuwe wereld’ over ‘Old Toys’. We hebben in de loop der jaren ons blind geloof in kerk en staat ingeruild voor blind geloof in economische instituten, banken, de politiek, het bedrijfsleven. We zijn er -ook op mondiaal niveau- amper gelukkiger, gezonder of collectief succesvoller van geworden. Causaal denken heeft geleid tot het idee dat de wereld maakbaar is. De financiële crisis bewijst het tegendeel.

De voedselcrisis is nog steeds een feit en in het bedrijfsleven, zo zegt Peulen, mislukt 97 % van de fusies. “De druk is inmiddels zo hoog opgelopen, dat we niet meer kunnen ontkennen dat we op de verkeerde weg zitten.” Maar: er is hoop. De afgelopen tien jaar is bewustzijnsontwikkeling steeds hoger op de persoonlijke prioriteitenlijst komen te staan bij veel mensen. We zijn zoekend. Privé zijn velen hiermee aan de slag gegaan. Tunnelvisie maakt plaats voor een verruimde blik. Wie verandert, kan niet meer terug naar het oude. Het voordeel: zeker de helft van die mensen is op de een of andere manier werkzaam of betrokken bij een organisatie, glimlacht Peulen. En die invloed wordt steeds nadrukkelijker voelbaar. Koppel dit verhoogde bewustzijnsniveau aan het feit dat het vertrouwen in banken, instituten, de politiek, flink onderuit is gehaald, en -bewust of onbewust- worden we richting verande-


78 | interview

foto Vinicius Sgarbe

ring geduwd. Peulen heeft een bedrijfskundige achtergrond, kennis op basis waarvan ze binnenkomt bij organisaties. Zoals Philips, APG, Atrium MC en Hogeschool Zuyd. Afhankelijk van het bewustzijnsniveau binnen de organisatie (“een organisatie is geen ding, maar een droom, een concept, een idee, waaraan een groep mensen zich een bepaalde periode verbindt en gezamenlijk werkt”) biedt ze ‘ervaring’ op maat, aangezien overtuigen ‘weinig tot geen zin heeft’. Inzicht in het feit dat enkel focussen op probleemoplossing niet leidt tot het verdwijnen van het probleem. Anders hadden organisaties hun problemen immers allang zelf opgelost. Ze onderscheidt bovenstroom-problemen en onderstroom-blokkades. Het eerste is een uiting van het tweede. Tot de onderstroom behoren onder meer onzichtbare informatiestromen, houding, denkwijzen, roddelen. Zaken waarop vaak moeilijk de vinger is te leggen, maar die wel degelijk van invloed zijn op een organisatie. Op de mensen die de organisatie vormen. Is er sprake van disbalans, dan uit zich dat ook op meer zichtbare niveaus. Stress op de werkvloer, ziekteverzuim, conflicten,

slechte resultaten. Een hiërarchische bedrijfsstructuur werkt disbalans in de hand en is om die reden uiteindelijk contra-productief, stelt Peulen. Het is een structuur waarbij de sterken sterker worden en de zwakken verder worden verzwakt. “Wie de regels van het spel volgt, wordt beloond door het systeem. Een hiërarchische structuur is een politieke of bedrijfseconomische vorm, die machtsdenken bevordert en ontwikkeling en groei belemmert. Gebaseerd op angst in plaats van op verbondenheid.” Het staat haaks op het eerder genoemde samen werken aan een gezamenlijk doel. Dat geldt ook voor het kijken naar een organisatie door alleen een rationele of economische bril. Dat maakt dat de mensen verworden tot nummers, kwaliteiten niet tot zijn recht komen en hetgeen jarenlang is opgebouwd te grabbel wordt gegooid tijdens reorganisaties en fusies. “Het is schrijnend om te zien wat dan in organisaties gebeurt. De onderliggende boodschap luidt samengevat: jullie doen het niet goed, het kan veel beter.” Peulen noemt het verbazingwekkend hoe lang mensen dergelijke situaties soms tolereren, als het ware verlamd blijven. “Het is zoals een kikker reageert

die in een pan koud water wordt gestopt. Wordt het water geleidelijk aan de kook gebracht, dan springt hij er niet uit, maar wordt hij langzaam levend gekookt.” Natuurlijk, de keiharde dagelijkse realiteit voor bestuurders en ondernemers is veelal ‘eat or be eaten’. De uitdaging: hoe kun je een organisatie waarden geven en leiden in een tijd die wordt gekenmerkt door die agressieve, en alsmaar agressiever wordende omgeving? Wroeten we dieper dan kunnen we onszelf daarbij de vraag stellen: do we want to fight the rules or do we want to change the game? Peulen: “Blijven we dít ‘spel’ spelen, dan is de toekomst weinig rooskleurig. Het is meestal geen kwestie van onwil of onkunde. Onmacht heerst onder medewerkers én bij leidinggevenden. Het gevolg van de manier waarop we onze organisaties nu veelal inrichten, is het ontstaan van onzichtbare muren, die moeilijk zijn te slechten. Communiceren wordt onmogelijk. Wie denkt dat ‘we tegen elkaar zijn’, investeert niet in ‘ons’. Wie besluit zich te verbinden en te werk gaat op basis van gelijkwaardigheid en respect, geeft het aanwezige potentieel in een organisatie de kans zich te ontwikkelen en de droom te verwezenlijken.”


organisatie | 79

Ondernemers en bestuurders kunnen hiermee beginnen door wat Peulen noemt ‘ronde tafels’ te organiseren. Legden ridders (en de koning zelf) in de tijd van koning Arthur hun zwaard neer als ze aan de ronde tafel zaten, zo leggen deelnemers tijdelijk hun functie of bevoegdheid figuurlijk neer. Een open uitnodiging aan iederéén gaat eraan vooraf en op de agenda staat een onderwerp dat voor de ondernemer dan wel bestuurder belangrijk is, bijvoorbeeld efficiëntieverbetering of outsourcing. Eenieder, dus ook de poetsvrouw, is welkom. Wie komt, komt. “Het is geen ‘kotstafel’ waarbij slechts ongenoegen wordt gespuid, maar een uitwisselingsmoment: hoe denkt iedereen over het onderwerp? In het begin meestal enigszins onwennig, maar organisaties zetten daarmee een ongelooflijk grote stap. Je begint te putten uit een enorme bron aan informatie en kennis, mensen voelen zich verbonden met elkaar en dus met de organisatie.” In Limburg, misschien zelfs juist in Limburg, zijn de kracht en kwaliteiten aanwezig om het inderdaad anders te doen, zegt Peulen. “Kijk naar de verzakking van winkelcentrum ’t Loon in Heerlen. De hulp die ondernemers elkaar daar hebben geboden, de steun. Ze zijn met elkaar verbonden, net zoals koempels in de mijnen vroeger met elkaar waren verbonden en van elkaar afhankelijk waren. Dat zit geworteld in onze Limburgse genen. Ga uit van de eigen kracht, houd op met het vergelijken met bijvoorbeeld de Randstad. Energie kan maar één keer worden besteed, de keus is ons waaraan. Halen we de schouders op en doen we niets, laten we onze stem horen zoals de Occupy-beweging doet of kiezen we ervoor ons te scharen onder de ‘negeerders’, mensen die er bewust voor kiezen om uit deze negatieve spiraal te stappen en het anders te doen? Die zichzelf dwingen om naar het positieve te kijken en daarvan uit te gaan.” Voor het laatste is moed nodig. Moed om jezelf als onderdeel van het probleem te beschouwen, moed om los te laten, moed om te veranderen. Moed om uit te gaan van de ‘New Toys’, de woorden van de 21e eeuw te omarmen:

bewustzijn, energie, licht en liefde. Het behelst ook kwantumdenken, het besef dat we allemaal deel uitmaken van een groot energieveld en zodoende met elkaar zijn verbonden en invloed hebben op elkaar. Te zweverig, onzin? Peulen wijst in haar boek op onderzoeken die aantonen dat mensen de behoefte hebben om in afstemming met elkaar te zijn, te geven en eerlijk te delen. Wordt niet aan die behoefte voldaan, dan kunnen de effecten letterlijk levensbedreigend zijn. “Geluk, gezondheid en overvloed komen voort uit geven, niet uit nemen. We weten misschien niet altijd wat goed

is, maar we voelen wel degelijk als iets niet goed is. Verbonden leven en werken is dat doen, wat goed is voor jezelf en voor het geheel. Dat levert ook in economisch opzicht meer op. Gelukkige mensen leveren goed werk, maken goede producten en leveren goede diensten die graag worden afgenomen door tevreden klanten. Het leidt tot omzetverhoging, vormt de basis voor groei en continuiteit. Het is economisch verantwoorde profit for all.”

– ADVERTENTIE –

ROB EMONTS ONTWERPT UW NIEUWE KEUKEN BIJ U THUIS! ALS JE TOE BENT AAN EEN NIEUWE KEUKEN LIGT EEN BEZOEK AAN DE KEUKENSHOWROOM VOOR DE HAND. EEN TIJDROVENDE BEZIGHEID DIE NIET AUTOMATISCH TOT HET GEWENSTE RESULTAAT LEIDT. Vrijblijvend persoonlijk advies inclusief digitaal 3D kleurenontwerp bij u thuis Meer dan 20 jaar vakkennis en technische kennis Rechtstreekse import vanaf fabriek Kwaliteitsmerken met gedegen garantievoorwaarden(van low budget tot luxe designkeuken) Advies en uitvoering blijven in één hand

VOOR PARTICULIEREN, BEDRIJVEN, BOUWBEDRIJVEN & AANNEMERS WWW.EMONTSKEUKENS.NL | INFO@EMONTSKEUKENS.NL | 06- 22 03 63 76 | LANDGRAAF


B b advertentie Schrijenlippertz

V

s g d w E r

“ t J g a d Z d

E G h b d

D h m v b m l J d g


— ADVERTORIAL —

Bedrijfsvaccinatie bittere noodzaak

V

eel werknemers in tal van beroepen lopen een extra hoog risico om besmet te raken met het hepatitis B virus, hetgeen kan leiden tot een chronische leverontsteking. Daar wordt vaak nog te weinig bij stil gestaan. Denk bijvoorbeeld aan medewerkers in de zorg, bij de hulpdiensten van politie, brandweer en ambulance. John Jongen, directeur van Ease Travel Clinic, raadt bedrijven dan ook aan dit risico zoveel mogelijk uit te sluiten. “Besmetting met het zeer besmettelijke hepatitis B virus verloopt o.a. via bloedcontact” zegt John Jongen. In sommige beroepsgroepen, waar gewerkt wordt met injectienaalden, is het risico aanzienlijk. Denk daarbij ook aan plantsoenmedewerkers van de gemeente en huisontruimers. Zij treffen regelmatig spuiten en naalden aan van drugsverslaafden. Ease Travel Clinic, met vestigingen in Maastricht, Geleen, Heerlen en Venlo verzorgt voor bedrijven het volledige vaccinatieprogramma in Zuid Limburg. Nu breidt Ease Travel Clinic de werkzaamheden ook uit naar Noord en Midden Limburg. Directeur John Jongen raadt bedrijven aan, waarbij het personeel grotere kans loopt op besmetting met het hepatitis B virus, de werknemers te laten vaccineren. “Er is een goed vaccin tegen het virus beschikbaar. Drie inentingen in een half jaar tijd met aanvullend bloedonderzoek en je bent veelal levenslang beschermd tegen dit virus”. Jongen wijst erop dat werkgevers op basis van de Arbo-wetgeving verplicht zijn hun werknemers goed te beschermen. “Je kunt je voorstellen

Ease Travel Clinic startte in 2006 met een vaccinatiekliniek in Maastricht, ondergebracht in het Academisch ziekenhuis. Inmiddels heeft het bedrijf vestigingen in heel Limburg. Ease Travel Clinic verzorgt niet alleen inentingen. Ook medische keuringen voor bedrijven voert Ease Travel Clinic uit. dat bij medisch personeel, of bij brandweerlieden, politie- en ambulancepersoneel, die met gewonden werken, het risico op bloedcontact, en dus besmetting erg groot is. Het hepatitis B virus veroorzaakt een ontsteking van de lever, die veelal niet vanzelf verdwijnt en dan overgaat in een chronische leverontsteking en uiteindelijk in leverkanker. Werkgevers nemen gelukkig in toenemende mate hun verantwoordelijkheid om dit te voorkomen”. De werkgever die opziet tegen de rompslomp van het (laten) vaccineren en administreren kunnen gerust zijn. Ease Travel Clinic neemt dit over en onderscheidt zich door vraaggericht te werken. “Wij verzorgen de vaccinaties, eventueel op locatie, zodat het personeel niet behoeft te reizen. Als het vaccinatietraject is afgerond, beheren wij het complete vaccinatiedossier voor de werkgever. Dat betekent dat de werkgever er geen omkijken naar heeft. Mocht een werknemer na bijvoorbeeld twee inentingen niet komen opdagen voor de derde vaccinatie, dan signaleren wij dat. We roepen de werknemer eventueel nogmaals op, dan wel rapporteren aan de werkgever, zodat deze de werknemer daarop kan aanspreken. Ease Travel Clinic neemt alle zorgen en administratie uit handen,”aldus de directeur John Jongen.

Ease Travel Clinic Maastricht azM - P. Debyelaan 25 Heerlen GGD - Het Overloon 2 Geleen GGD - Geleenbeeklaan 2 Centrale telefoonnummer: 0900 - 850 44 66 (22 ct per gesprek)

www.ease-travelclinic.nl


– ADVERTORIAL –

Directeur Math Smeets: ‘trots op titel beste dealer van Nederland op het gebied van klanttevredenheid

Smeets Mercedes-Benz uitgeroepen tot beste dealer van Nederland Als je sinds 1929 een autobedrijf runt, dan mag je aannemen dat klanten tevreden zijn. Als de klanten echter zo tevreden zijn dat je wordt uitgeroepen tot beste Mercedes Benz-dealer van Nederland, dan mag je bijzonder trots zijn. En dat is Math Smeets, directeur van het gelijknamige autobedrijf met vestigingen in Heerlen, Maastricht en Ittervoort dan ook. Voor Math Smeets en zijn 115 medewerkers is de prestigieuze titel een bevestiging van hun bedrijfsfilosofie dat tevreden klanten het allerbelangrijkste zijn. “Mercedes-Benz is een ijzersterk merk. De verwachtingen van klanten bij dit premium-merk zijn hoog,” zegt Math Smeets. “Die verwachtingen moeten wij waar maken en liefst nog overtreffen.” Smeets Autogroep heeft gekozen voor de focus op één merk: MercedesBenz. In alle drie de vestigingen in Limburg kan de klant een keuze maken uit de modellen van het Duitse automerk. Daarnaast is Smeets een belangrijke partner voor het bedrijfsleven met een hele reeks bestelwagens en vrachtwagens. Bij Math Smeets en zijn medewerkers zit klanttevredenheid tussen de oren. De titel ‘Beste Mercedes-Benz dealer van Nederland’ op het gebied van klanttevredenheid, werd uitgereikt door Hans-Bahne Hansen, president en CEO van Mercedes-Benz Nederland en Roman Fischer, vice-president Global Sales Development Daimler AG. Mercedes-Benz doet al meer dan twintig jaar intensief onderzoek naar de mate van klanttevredenheid. Dat gebeurt onder meer met elektronische vragenlijsten.

Het Limburgse bedrijf scoorde overigens niet alleen goed op het gebied van klanttevredenheid. Ook de sales afdeling Trucks en bestelwagens haalde de hoogste titel binnen. De sales-afdeling van Smart is de op één na beste van het land en dat geldt ook voor het bedrijf van Smeets in Ittervoort. Tot slot eindigden ook de salesmensen van personenwagens in de top drie van Nederland. Volgens Math Smeets laat de erkenning en waardering zien dat het bedrijf na 83 jaar nog steeds op de goede weg zit. “De betrokkenheid van de medewerkers is groot. We hebben nauwelijks verloop en voor de klanten betekent dit dat ze steeds te maken hebben met mensen die ze kennen en andersom kennen onze mensen de klanten. Dat schept vertrouwen. Onze klanten moeten op onze service kunnen bouwen. Neem de transportsector als voorbeeld. Aan een vrachtwagen worden terecht hele hoge eisen gesteld. Die moet het altijd doen, want een vrachtwagen die stil staat kost veel geld. Transporteurs moeten kunnen vertrouwen op onze 24-uurs service en onderdelen moeten snel beschikbaar zijn. Bij Smeets Autogroep zorgen wij daarvoor, zodat onze klanten zorgeloos op de weg kunnen blijven. Je kunt zeggen dat de particuliere klanten profiteren van onze werkwijze bij trucks. Omdat betrouwbaarheid en service daar zo belangrijk is wordt deze werkwijze automatisch doorgevoerd in het hele bedrijf. Alle klanten kunnen dus rekenen op topservice,” zegt Math Smeets.


– ADVERTORIAL –

Over Smeets Autogroep

Hans-Bahne Hansen (CEO Mercedes Bezne Nederland), Math Smeets en Roman Fischer (vice president Global Sales Development)

Smeets Autogroep is een familiebedrijf dat sinds 1929 bestaat. Naast de Mercedes-Benz vestigingen in Heerlen, Ittervoort, en Maastricht, maken Smart Center Limburg, OTM Geleen, het Truck centrum, Schmitz Cargobull en Smeets Schadeherstel deel uit van Smeets Autogroep. Er zijn 115 enthousiaste medewerkers werkzaam binnen Smeets Autogroep en verantwoordelijk voor onder andere de verkoop van zo’n 1.750 auto’s op jaarbasis. De laatste jaren neemt het thema maatschappelijk verantwoord ondernemen een toenemend centrale plaats in. Mercedes-Benz heeft zich helemaal aan de bescherming van het milieu gewijd. Of het nu gaat om de ontwikkeling van de modernste milieutechnologieën voor de voertuigmodellen of de innovatieve bouwtechnieken, fabrieken en vestigingen. Hierbij volgt Mercedes-Benz nationale en Europese wetten, en het nog strengere milieubeleid van het concern.

Directeur Math Smeets hoopt dat de trofee, die nu trots staat te blinken in de showroom, een extra motivatie is om te kiezen voor Smeets MercedesBenz. “Bestaande klanten hebben ons deze overwinning bezorgd. We blijven dit waarmaken. Ik hoop dat deze prijs voor mensen die Mercedes willen gaan rijden een reden is om te kiezen voor ons. Hier weet je immers dat je als klant echt gewaardeerd wordt.” Bij Mercedes-Benz staan momenteel modellen in de showroom die de particuliere, maar ook de zakelijke markt aanspreken. Zo is recent de nieuwe B-klasse geïntroduceerd en wordt in het najaar de nieuwe Aklasse en een kleine besteller verwacht. Auto’s die energie-zuinig zijn en in een gunstige belastingcategorie vallen. Smeets Autogroep is een bedrijf dat zoveel mogelijk in eigen hand houdt. “We hebben personenauto’s, bestelwagens en trucks,” legt Math Smeets uit. “De vestigingen zijn goed bereikbaar en liggen centraal in Limburg, in Heerlen, Maastricht en Ittervoort. Uiteraard hebben de bedrijven eigen werkplaatsen en in Heerlen hebben we een eigen schadeherstelbedrijf. We repareren de auto’s zelf. Dat is efficiënter en goedkoper voor de klant. Omdat wij zelf het proces bewaken, heeft de klant de garantie dat de reparatie goed is uitgevoerd. Wij kennen de auto en de klant en zorgen ervoor dat de klant tevreden is.” De manier van werken bij Smeets Autogroep heeft in elk geval geleid tot een lange bestaansgeschiedenis en een financieel gezond bedrijf. Een echt familiebedrijf, waar de derde generatie Smeets in de persoon van Math Smeets het familiebedrijf runt. “Ook in moeilijkere tijden doen wij het goed,” zegt Smeets. “Dat komt ook door een strakke organisatie met korte lijnen. Geen mensen op overbodige functies, maar een organisatie van betrokken mensen. Onze vestigingen moeten een goede uitstraling hebben. Dat verwachten mensen bij een merk als Mercedes-Benz. Het gaat uiteindelijk om de klant.”

Het mag dan ook niet verwonderlijk zijn dat Smeets Autogroep voor haar 3 vestigingen en het schadeherstelbedrijf op 8 december 2011 door de BOVAG gecertificeerd is als officieel Erkend Duurzaam autobedrijf. Wat betekent Erkend Duurzaam concreet in de dagelijkse praktijk van het autobedrijf? Op die vraag heeft Smeets een helder antwoord. “Wij hebben maatschappelijk verantwoord en duurzaam handelen in onze bedrijfsvoering verankerd. Dat betekent dat wij bijvoorbeeld stille en zuinige banden verkopen en de gebruikte banden op een milieuvriendelijke wijze afvoeren. Datzelfde geldt voor de smeermiddelen en andere onbruikbare materialen. We hebben groene stroom en gaan zuinig om met energie.” Ook als werkgever heeft Smeets Autogroep zijn zaken op orde. Duurzaam betekent in dat opzicht dat er aandacht is voor het welzijn van de medewerkers door goede arbeidsomstandigheden en toekomstperspectieven te bieden. Buiten het bedrijf neemt Smeets Autogroep zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. Uiteraard draait het bij duurzaam ondernemen in het autobedrijf ook om het aanbieden van duurzame mobiliteit. In de showroom van Smeets Autogroep staan dan ook vele schone en zuinige modellen van Mercedes-Benz. “Wij merken dat er steeds meer vraag is naar auto’s met een lage CO2-uitstoot en laag brandstofverbruik. Als geen ander kunnen wij onze klanten informeren over de mogelijkheden van schone mobiliteit. Daarbij denken we verder dan de auto’s die we nu moeten verkopen; ook in onze werkplaats wordt op een duurzame manier gewerkt met duurzame materialen.


– ADVERTORIAL –

BIJ AUTOBEDRIJF COUMANS KIEZEN EN DIRECT RIJDEN

Alfa en Fiat-modellen ook na 1 juli slechts 14% bijtelling Het Italiaanse automerk Alfa maakt het de Limburgse autorijder wel erg aantrekkelijk om zuinig te rijden en dat ook na 1 juli te blijven doen. De zakelijke rijder die geen wegenbelasting en geen BPM wil betalen en daarnaast ook nog eens de laagste fiscale bijtelling van 14% zit goed bij autobedrijf Coumans in Geleen. De dealer van de merken Alfa Romeo, Fiat en Lancia heeft een reeks modellen in de showroom op voorraad die ook na de wetswijziging die in de zomer ingaat, 14% bijtelling houden. Waar bij de concurrenten het aanbod aan deze auto’s kleiner wordt omdat ze qua CO2 uitstoot in een andere categorie vallen, zorgt Alfa ervoor dat sportieve, populaire modellen aan de meest strenge milieu-eisen voldoen. De zakelijke automarkt is in rep en roer omdat vanaf 1 juli er een aanscherping geldt van de CO2 norm. Voor diesel ligt die grens nu om 95 gram. Die grens gaat 1 juli naar 91 gram. Auto’s die nu dus 14% bijtelling hebben gaan dan naar 20%. Maar niet bij Alfa en Fiat. Peter Coumans, directeur van het ge-

lijknamige bedrijf legt uit waarom zakelijke rijders ook na 1 juli gunstig kunnen blijven rijden. “Alfa heeft de motor van de Alfa Mito diesel aangepast. De 1.3 JTD viercilinder diesel levert 85 pk. De uitstoot van de motor was 95 gram, maar is nu teruggebracht naar 90 gram, zonder dat de sportieve prestaties verloren gaan. Dat betekent dat de Alfa Mito gewoon fiscaal gunstig beoordeeld wordt. Onze concurrenten zijn met hun populaire modellen daar niet in geslaagd. Tel daar bij op dat ons bedrijf altijd een grote voorraad nieuwe auto’s heeft en dan is de keuze erg aantrekkelijk,” zegt Peter Coumans. De Mito is standaard voorzien van electrische ramen en spiegels, 7 airbags en een in hoogte verstelbare bestuurdersstoel. Tijdelijk zijn er ook luxe actiepakketten verkrijgbaar. De Limburgse Alfa-dealer is een sterk familiebedrijf dat sinds 1985 bestaat. Destijds begonnen in Stein verhuisde het bedrijf in 1989 naar een groot, modern pand aan de Rijksweg in Geleen. “Mijn vader en moeder die het bedrijf oprichtten, voerden eerst alleen het merk Alfa Romeo. In 1993 is daar FIAT bij gekomen en een paar jaar later Lancia.

Bewust is nu gekozen voor een focus op deze drie Italiaanse merken,” vertelt de directeur. Peter Coumans, die de zaak van zijn ouders overnam veranderde iets essentieels. De voorraad gebruikte auto’s werd teruggebracht. “Ons bedrijf wil zich concentreren op de verkoop van nieuwe auto’s. Daarvan hebben we een hele grote voorraad, populaire uitvoeringen en kleuren. De compleet nieuwe voorraad staat in een grote showroom achter het autobedrijf. Direct kiezen, direct rijden. Dat is het concept. Dit komt in Limburg niet voor. Veel bedrijven hebben toch nog altijd een grote voorraad occasions en de klant moet voor een nieuwe auto enkele maanden wachten, omdat hij pas besteld wordt als de klant zijn keuze heeft gemaakt.” Om nog even bij Alfa Romeo te blijven; de uiterst sportieve Guilietta is en blijft leverbaar met een A-label en 20% bijtelling. We hebben het dan over de benzine-uitvoering, een 170 pk sterke versie. Deze is leverbaar met een automatische transmissie met dubbele koppeling TCT (Twin Clutch Transmission) Deze intelligente automaat denkt vooruit en is daardoor veel zuiniger. Deze zogeheten


– ADVERTORIAL –

Wat betekenen de belastingplannen?

TCT is vooralsnog alleen te verkrijgen op de Giulietta. Prijzen beginnen bij € 28.850,- voor de Alfa Giulietta TCT 1.4 MultiAir. Accelereren naar 100 km/h verloopt met 7,7 seconden een tiende sneller dan met de handgeschakelde versie. De topsnelheid van de benzineversie ligt op 218 km/h. Als gemiddeld brandstofverbruik geeft Alfa 5,2 l/100 km voor dit model op met een bijbehorende CO2-uitstoot van 121 g/km, wat 20% bijtelling betekent. Zuinig rijden en daarbij de belastingdienst niet te veel op weg helpen kan ook bij Fiat. Met de introductie van de Fiat 500 heeft het merk een gigantisch verkoopsucces te pakken. Bij de 500 zijn er doorlopende actiemodellen en altijd op voorraad leverbaar. Grote volumes ook bij de Panda Classic die nu te koop is. Peter Coumans heeft er meteen dertig besteld. “Voor deze auto’s geldt een interessant introductie-aanbod. Bij ons staan nieuwe modellen in de showroom vanaf 6990 euro. Fiat heeft daarnaast de Punto EVO in het

gamma die dezelfde motor als de Mito heeft. Met het oog op de toekomst heeft het Geleense bedrijf als verkoper van Italiaanse auto’s een goede partner in Alfa, Fiat en Lancia. De autofabrikant springt in op de steeds strenger wordende milieu-eisen en de veranderende fiscale wetgeving. “Motoren worden steeds zuiniger, efficiënter en met minder uitstoot, zonder dat de prestaties verminderen. Dat hebben ze in Italië goed voor mekaar,” zegt Peter Coumans. Het familiebedrijf is vol vertrouwen over de toekomst en is begonnen met forse investeringen in het bedrijfspand. Zo wordt de complete werkplaats vernieuwd en komt er de modernste apparatuur. Het Geleense bedrijf is door te kiezen voor het op voorraad hebben van nieuwe auto’s en geen occassions de concurrentie weer een stap voor gebleven. “Maar zeg nou zelf! Als je een nieuwe auto koopt, wil je toch het liefst meteen rijden. Bij ons kan dat!”

De nieuwe belastingplannen zijn inmiddels aangenomen en leiden tot een jaarlijkse aanscherping van de CO2 norm. Dit loopt tot en met 2015. Aanpassen van de normen betekent minder keuze in modellen die in een lage bijtellingscategorie vallen. De CO2 norm voor benzine is op dit moment hoger dan de norm voor diesel. Deze twee worden gelijkgetrokken richting 2015. (benzine norm daalt dus harder dan de diesel norm) Berijders die nu al, of voor 1 juli 2012, in een auto met een verlaagde bijtelling (gaan) rijden, geldt een overgangsregeling. De berijder heeft recht op dat lagere percentage, ook als in latere jaren de CO2-grenzen worden aangescherpt. Dat geldt ook voor auto’s die al voor 1 juli 2012 op naam van een eigenaar, bijvoorbeeld een leasemaatschappij of werkgever, staan en daarna aan een andere berijder ter beschikking worden gesteld. Voor een auto die na 1 juli 2012 gaat rijden en in een lage bijtellingsklasse valt, geldt deze lage bijtelling voor vijf jaar. Daarna wordt de auto opnieuw beoordeeld tegen de dan geldende norm. Deze momentopname is bepalend voor de volgende vijf jaar. GRE NZE N 14% E N 20% BIJ T E LLING T OT 2015 De maximum CO2-uitstoot voor 14 procent bijtelling en BPM-vrijstelling zijn voor respectievelijk diesel- en benzineauto’s: 2011: 95 (D) en 110 (B) gram Vanaf 1 juli 2012: 91 (D) en 102 (B) gram De grenzen voor bijtelling van 20% bijtelling voor diesel- en benzine-auto’s zijn: 2011: 116 (D) en 140 (B) gram Vanaf 1 juli 2012: 114 (D) en 132 (B) gram


Eind februari zal de eerste Zuid Borrel in de Westelijke Mijnstreek weer plaatsvinden en precies een maand later start voor het eerst ook de Zuid Borrel editie Maastricht. Zuid Magazine is vanaf dag 1 als mediapartner verbonden aan het initiatief en inmiddels hebben ook WijLimburg.nl en TV Limburg zich als mediapartner gecommitteerd. Zo wordt er niet alleen in verschillende media structureel teruggeblikt op de bijeenkomsten, maar genieten deelnemende bedrijven automatisch ook de nodige media-exposure. Het mes snijdt aan twee kanten.

De Zuid Borrel is een exclusief netwerkinitiatief door en voor beslissers van organisaties in Zuid Limburg. Initiatiefnemer is Ruud Ruijl van Creditz en doel van het concept is om op jaarbasis per regio 4 besloten business to business meetings te organiseren, waar maximaal 25 bedrijven (en maximaal 2 bedrijven per branche) zich als partner aan kunnen verbinden. Deze partners hebben op deze manier 4 maal per jaar de mogelijkheid om (potentiële) relaties op beslisserniveau te inviteren, waarmee een bezoeker van een Zuid Borrel iedere bijeenkomst weer verzekerd is van een interessant publiek van 100-120 beslissers van organisaties in (Zuid-) Limburg. Vast onderdeel van de avond is een voordracht van een (vaak landelijk bekende) ondernemer. Vorig jaar bijvoorbeeld heeft Jan Smeets de aanwezigen verteld over ‘het bedrijf’ achter Pinkpop, gaf trendwatcher Herman Konings enig inzicht in de technologische ontwikkelingen die we de komende vijf jaar mogen verwachten en in september werden de aanwezigen door bedrijfsillusionist Dan Lefay uit Den Haag bewust gemaakt van de eigen mentale oogkleppen, die op zakelijk gebied niet altijd in ons voordeel werken. Voorbeeldondernemer Hennie van der Most vertelde tijdens de laatste bijeenkomst over de wijze waarop hij zijn imperium heeft opgebouwd en liet zijn licht schijnen over de huidige economische tijd en de kansen en bedreigingen. De sprekers voor de eerste twee bijeenkomsten van 2012 zijn reeds gecontracteerd en we kunnen alvast verklappen dat de crème de la crème van de Nederlandse advocatuur aanwezig zal zijn in respectievelijk het Elsmuseum te Beek en de wijnkelders van Thiessen Wijnkoopers in Maastricht. De partners die zich reeds verbonden hebben aan een of beide edities van de Zuid Borrel, zijn in alfabetische volgorde: Acaleph Accon avm Advocatenkantoor Kempen Amigo Creative Concepts Andi Druk Approba Executives Brasserie ’t Schip Brouwers Advocaten Clerx van Roy Advocaten Edison AV Euregio Autolease

Eventief Felix van der Putten verf Flynth Gemeente Beek Gemeente Stein Intermedis A&A Ivengi Nederlandse Kalenderfabriek Novotel Maastricht Rabobank Westelijke Mijnstreek Stork Technical Services

Thiessen Wijnkoopers Tisaco Groep Bouwen en Wonen TV Limburg UWV Werkbedrijf Van Oppen | Pelzer Vixia VVAZ Intermedis Wealer WijLimburg.nl Zuid Media Groep

Voor de editie Westelijke Mijnstreek is het maximum van 25 deelnemende bedrijven reeds bereikt, voor de editie Maastricht is het nog mogelijk om als partner aan te sluiten. Bij interesse kunt u vrijblijvend contact opnemen met Ruud Ruijl (T 046-8503711), dan wel mailen naar info@creditz-marketing.nl.


19 april 2012: Masterclass Ondernemen met Hennie van der Most In samenwerking met All in Echt organiseert Creditz op 19 april aanstaande, los van het Zuid Borrel-concept, een Masterclass ondernemen met ondernemer Hennie van der Most. Van der Most begon na drie jaar LTS voor zichzelf in de ijzerhandel en enkele jaren daarna startte hij zijn horeca imperium. Met het opkopen en verbouwen tot hotel of pretpark van gebouwen als een ziekenhuis, een kerncentrale en een watertoren, bouwde Van der Most aan zijn imperium met inmiddels circa 1.500 werknemers. Hij vertelt zijn boeiende levensverhaal, waarin zijn verfrissende kijk op ondernemen, de huidige economie, politiek en de banken centraal staan. Aansluitend is er uiteraard gelegenheid om vragen te stellen. Het programma ziet er als volgt uit: 17.00u - 18.00u: ontvangst 18.30u: aanvang presentatie Hennie van der Most 20.00u: netwerkgelegenheid onder het genot van een hapje en een drankje 22.00u: afsluiting De kaarten voor deze bijeenkomst (incl. hapjes + drank gedurende de gehele avond) bedragen e 50,- excl. BTW. Voor aanvullende informatie verwijzen wij u graag naar de website www.allinecht.nl. Heeft u interesse om met meerdere personen van uw bedrijf of met een businessclub deel te nemen, gelieve contact op te nemen met Creditz (E info@creditz-marketing.nl of T 046-8503711) of met All in Echt (E info@allinecht.nl of T 0475-418900) voor meer informatie en reserveringen.


– ADVERTORIAL –

De iPad van... Door Katrien van Rooy ¯

Er zijn mensen die met een hoop lawaai op een feest binnenkomen en dan nog niet gezien worden... Deze mensen zijn goed bezig maar hebben het nog niet. Met het bedoel ik te zeggen, je hebt het leven onder controle en ziet er zowel van buiten als van binnen georganiseerd uit. Nee, ik heb het niet over mezelf... Van een afstandje observeer ik Camille Oostwegel. Haren keurig gestyled en een maatpak dat uitstekend combineert met zijn schoenen. Voorzichtig slaat hij het mapje van zijn iPad open en maakt met een daarvoor bestemd doekje het beeldscherm schoon. Voorzichtig krab ik achter mijn oren...”zo moet dat dus”. Met zijn rustige stem en uitstraling gunt hij me een kijkje in zijn organisatie waar de iPad pas zijn intrede deed. De iPad zorgde voor efficiëntie maar ook voor taakherschikking. Zijn secretaresse die eerst ook verantwoordelijk was voor het uitprinten van de mails en deze in mate van belangrijkheid aanbood aan meneer Oostwegel krijgt nu van haar baas via mail te horen welke mails bewaard moeten blijven. Al het andere mailverkeer handelt hij moeiteloos zelf af. Geen onnodige prints meer. Weer een reden om The Golden Green Key aan de Chateau Hotels toe te kennen.

zijn iPad binnen... Nu.nl, LinkedIn, Booking.com en ParisMatch prijken op zijn beeldscherm. Het grote voordeel voor Camille zit in het zelf kunnen afhandelen van zijn mails waardoor het telefoonverkeer ook een stuk minder is geworden. In mijn voorbereiding op dit gesprek had ik al gelezen dat zijn liefde voor Frankrijk beloond was geworden met het consulschap en dat niet alleen ik maar ook hij goede herinneringen heeft aan het jaar 1991 . Camille heeft aan een woord genoeg, vol enthousiasme vertelt hij over Het verdrag van Maastricht dat twintig jaar geleden getekend werd in zijn Chateau Neercanne en waar in de dagen van ons gesprek aan gememoreerd wordt in de media. Toen de Euro werd geboren behoorde de iPad nog tot sciencefiction. Nog nagenietend van mijn watertje realiseer ik me dat Camille het heeft maar daar zelf geen genoegen meer meeneemt en blijft werken aan verbetering. Ik heb er alle vertrouwen in dat de iPad hem daar een handje bij blijft helpen.

v

Camille ontvangt via zijn iPad naast de cijfers van zijn ondernemingen ook de gastenlijsten en weet daar handig op in te spelen. Bekende klanten krijgen een persoonlijke groet van hem of ontvangen iets extra’s bij het inchecken. “ Zou hij mij ook herkennen op die lijst ? ”... Klantgerichtheid.... Aha dit valt dus onder de noemer Marketing en Sales dat samen met humanresources de pijlers van zijn onderneming zijn. Deze laatste pijler had ik al meegenomen tijdens mijn eerste observatie bij binnenkomst in dit prachtige hotel. Iedereen is hier vriendelijk en er hangt een gemoedelijke sfeer. Investeren op langere termijn in jong bloed, daar zit zijn kracht. Een goede organisatie blijft natuurlijk bouwen aan verbetering. Je blijven onderscheiden van de rest! Wat de invoering van de iPad betreft... Als er een schaap over een dam is.... Camille noemt het de uitvinding van de eeuw en heeft zijn directeuren warm gemaakt om er ook een te kopen. Mooi om te zien dat iemand die zo’n ondermening achter zich heeft staan, zo enthousiast is over de iPad. Zou deze goede man ook zijn ontspanning al gevonden hebben op de Ipad. Langzaam druppelen de eerste Apps

Camille’s iPad:

iPad 2, 32GB, 3G + WiFi

App top 5: nu.nl: Op de hoogte van het laatste nieuws ParisMatch: Nieuws & Lifestyle magazine LinkedIn: op de hoogte van zakelijke relaties Booking.com: Hotelreserveringen DropBox: Snel bestanden delen


– ADVERTORIAL –

Gezond à la Carte houdt werknemers gezond Een vitale, gezonde werknemer presteert beter. Daarover bestaat geen misverstand. Voor bedrijven is het steeds vaker noodzakelijk om aan gezondheidsmanagement te doen. Ga maar na; werknemers moeten in de toekomst steeds langer doorwerken en de beroepsbevolking krimpt bovendien. In Limburg kunnen bedrijven deelnemen aan het project Gezond à la Carte, een project dat door arts Nathalie van Breugel is opgezet vanuit het MUMC. Het project helpt mensen aan een gezondere leefstijl met een digitale leefstijlcoach. Volgens Nathalie van Breugel is het vooral voor grotere werkgevers in Limburg een ideale manier om te werken aan de gezondheid van medewerkers. “Ziekteverzuim kost veel geld op de lange termijn. We hebben te maken met typische welvaartsziekten zoals overgewicht en hart- en vaatziekten. Met het programma Gezond à la Carte proberen we bij bedrijven de medewerkers vitaal te houden door stapje voor stapje de leefstijl aan te passen. Denk daarbij aan begeleiding met stoppen met roken, gezonde voeding, reductie van stress en meer bewegen. Aan welke doelen gewerkt wordt, kan per werknemer verschillen. Het is een individueel plan dat we maken, maar we zien dat bijvoorbeeld hele afdelingen gezamenlijk werken aan gewichtsverlies of samen willen stoppen met roken. Voor werknemers is het motiverend om gezamenlijk met je collega’s hieraan te werken.” Nathalie van Breugel Gezond à la Carte doet bij de start bij het deelnemende bedrijf een algemene health-check van het personeel. Dat gebeurt in het bedrijf. “We prikken bloed, meten het gewicht

in de regio Maastricht ontwikkeld van uit het MUMC. 10.000

en vragen naar de wensen van het personeel. De ene werk-

mensen met een verhoogd risico op hart en vaatziekten zijn

nemer wil misschien gezonder gaan eten, de ander wellicht

al gevraagd om deel te nemen aan het project. Nu wordt het

meer gaan sporten of stoppen met roken. Deze nulmeting

uitgebreid naar het bedrijfsleven en de rest van de provincie.

bij het bedrijf is het startpunt voor het Gezond à la Carte-

Uit de eerste ervaringen in het bedrijfsleven blijkt dat zowel

traject. Iedereen krijgt een persoonlijk online-account dat is

werknemer als werkgever Gezond à la Carte als heel positief

afgestemd op zijn of haar wensen. Het hele traject duurt zes

ervaren. “Voor de werknemer versterkt dit het saamhorig-

maanden, want we willen het stap voor stap doen. De deel-

heidsgevoel als je samen werkt aan een gezondere leefstijl.

nemers moeten het ook kunnen volhouden en het prettig

De werkgever heeft vitaler en gezonder personeel en minder

vinden,” zegt Nathalie van Breugel.

ziekteverzuim. Een tevreden medewerker is de investering dubbel en dwars waard,” aldus Nathalie van Breugel.

Als de doelen van de deelnemers bekend zijn wordt een schema van zes maanden opgesteld. Elke week ontvangt de deelnemer een emailtje met informatie. Op zijn eigen internetpagina kan hij of zij zien wat er deze week gedaan moet worden en of de doelen zijn bereikt. Ook staan er altijd diëtisten klaar om vragen te beantwoorden. De deelnemer wordt niet fysiek begeleid, maar wel gemonitord. Dat betekent dat er een signaal komt als bijvoorbeeld iemand al een paar dagen niet meer heeft ingelogd op zijn eigen pagina.

A LA CARTE

“Dan gaan we kijken wat er aan de hand is,” zegt Nathalie van Breugel.

WWW.GEZONDALACARTE.NL

Het project Gezond à La Carte is in overleg met huisartsen

INFO@GEZONDALACARTE.NL


– ADVERTORIAL –

Let’s talk business!

Grootzakelijk bankieren heet bij Rabobank Westelijke Mijnstreek

de locale economie te stimuleren en we investeren in men-

voortaan: Corporate Banking. Nou kun je zeggen ‘what’s in a

sen, middelen en knowhow. Er zit hier veel kennis. Nationaal

name’? Maar Corporate Banking vergt wat mij betreft een vol-

en internationaal! Specifieke branchekennis maar ook kennis

strekt andere manier van denken. Je moet meedenken met je

en ervaring op het vlak van internationaal betalingsverkeer en

klant. Groot denken. Geen ‘gefriemel’ op de vierkante centi-

bankieren. Dit combineren wij met een diepgaande kennis van

meter. Een grootzakelijke klant wordt door ons behoorlijk ge-

u en uw bedrijf. Doordat we samen met u investeren in een

pamperd. Niet dat we dat niet voor onze andere klanten doen,

hechte relatie voor de lange termijn kunnen we u ook verzeke-

maar je hebt gewoon met een andere tak van sport te maken.

ren van oplossingen die passen bij uw strategische prioriteiten.

Topsport wat mij betreft. Het gaat vaak om complexe financiële

Binnen het team Corporate Banking van Rabobank Westelijke

vraagstukken. Dan hebben we het nog niet over globalisering

Mijnstreek staat een achttiental professionals voor u klaar.

en het verantwoord managen van de geldstromen. Dat is echt

Daarnaast kunnen we terugvallen op onze Rabobank Groep.

een specialisatie. Gelukkig hebben we dat allemaal in huis. Met

Vanzelfsprekend. Meer dan 60.000 professionals in 48 landen

vijf man en een vrouw sterk staat ons team Corporate Banking

die van de hoed en de rand weten en onze klanten van dienst

klaar om de grootzakelijke markt te bedienen. We noemen

willen zijn. Tijd voor een goed gesprek? Ik nodig u graag uit met

ze met een knipoog the ‘big’ six. Het geeft aan, dat we onze

ons de dialoog aan te gaan. Let’s talk business zou ik zeggen…

Corporate Banking relaties de aandacht willen en kunnen geven die ze verdienen.

Kijk op: letstalkbusiness.nu

Rabobank Westelijke Mijnstreek is volop in ontwikkeling. De fusie heeft geresulteerd in een sterke bank. Ook binnen de Rabobank Groep gelden wij als een grote bank. Dat brengt

Richard van der Snoek

voor onze klant, u dus, heel wat voordelen met zich mee. We

Teamleider Corporate Banking

hebben armslag en mandaat. We zitten op het vinkentouw om

Rabobank Westelijke Mijnstreek


The ‘big’ six… U krijgt bij Rabobank Westelijke Mijnstreek de aandacht die u verdient. Persoonlijk contact, korte lijnen, specifieke branchekennis en een ‘state of the art’ dienstenpakket zijn wat ons betreft de belangrijkste ingrediënten om onze Corporate Banking klanten perfect te bedienen. Dat nemen we serieus. Met vijf man en een vrouw sterk staan the ‘big’ six van Corporate Banking voor u klaar. Om met u van gedachten te wisselen over ons gespecialiseerd dienstenpakket. Om te sparren over de ontwikkelingen in uw branche. En om creatieve oplossingen aan te dragen om uw ambities te realiseren. Zodat ú de wereld kunt veroveren… Ontdek in een persoonlijk gesprek waarom Rabobank Westelijke Mijnstreek dé partner voor Corporate Banking voor u is. Nationaal en internationaal. Tijd voor een goed gesprek! Let’s talk business… Kijk op: letstalkbusiness.nu

Reputatie moet je verdienen… Daar moet je wel wat voor doen. Aan een reputatie moet je bouwen.

Sinds haar oprichting investeert Limbourg & Partners in haar re-

Vraag het maar aan de eigenaren van het wereldberoemde cham-

putatie als dé specialist in executive search, interim management

pagnemerk Moët & Chandon. Sinds 1743 bouwt dit merk aan zijn

en detachering in de Euregio. Wat dat betreft hebben ze inmiddels

nagenoeg smetteloze imago.

een naam hoog te houden. Integriteit, passie voor het vak en een grenzeloze interesse in mensen zijn de kernwaarden die ze hierbij

Respect voor traditie, lagering op de edelste houtsoorten en de beste

hanteren.

vinificatiemethodes zorgen ervoor dat dit champagnemerk zijn eigen ‘persoonlijkheid’ heeft. De champagne van Moët & Chandon

‘A match made by Limbourg’ staat garant voor succes! Kijk maar

is niet voor niets favoriet bij de echte connaisseurs.

naar de talrijke bedrijven en instellingen die inmiddels; topmanagers, aanstormend talent of interim specialisten via Limbourg &

Limbourg & Partners bestaat ‘sedert’ 1993. Nog niet lang genoeg

Corporate Banking

Partners aangetrokken hebben.

om net zo stevig in de samenleving verankerd te zijn als voornoemd champagnemerk. Maar toch…

Rabobank Westelijke Mijnstreek

L E A D I N G

E X E C U T I V E S

Y O U N G

E X E C U T I V E S

www.limbourg.eu

P R O J E C T

P R O F E S S I O N A L S


F e B r U a r i 2 0 1 2 | J a a r G a n G 3 | n U M M e r 1 1 | W W W. Z U i D M a G a Z i n e . n L | e 4 , 9 5

WaT ZiJn We GoeD!

Jan-Paul Kroese, hotelmanager

“Na China, de VS en Kenia klopt Limburg gewoon.”

ONAFHANKELIJK OPINIEBLAD

LLTB

Bovens & Frissen

essay

varkensbOeren willen

Over de liefde vOOr

Op zOek naar de

geen grOenen

limburg

indiaan in Onszelf


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.