Vertel!

Page 32

MONDJES DICHT EN OPEN OREN VERTELLEN AAN KLEUTERS MELANIE PLAG Kinderen tussen de drie en zeven jaar zijn een dankbaar publiek om aan te vertellen. Fantasie en werkelijkheid lopen op die leeftijd door elkaar en je kunt het als verteller zo gek maken als je wilt; ze nemen bijna alles van je aan. Toch vindt menig verteller het een uitdaging. Dat gewiebel en gefrie­ mel voor je neus. En snappen ze wel wat je vertelt? DICHT BIJ HUIS Wil je er zeker van zijn dat kleuters je begrijpen, plaats je verhaal dan in hun leefwereld. Die wereld is best klein: huis en familie, winkel, straat, school, speeltuin, kinderboerderij en dierentuin. Verhalen over dieren of kabouters, doen het bijna altijd goed. Verre landen en vreemde culturen staan voor de meesten nog ver van hun bed. Tip: kijk eens in de kast met prentenboeken in de bieb om een indruk te krijgen van geschikte onderwerpen. HOU HET SIMPEL Geschikte verhalen zijn eenvoudig van opbouw: de hoofdpersoon staat voor een uitdaging of probleem

32

(Poes is kwijt), waarna in chronologische volgorde diverse acties volgen (We gaan zoeken. Ligt Poes in de kamer? Nee! Ligt Poes in de keuken? Nee!) Herhaling zorgt voor herkenbaarheid. Na een aantal stappen volgt de goede afloop (Poes ligt in de schuur en heeft jongen, hoera!). ‘Stapelverhalen’ waarin steeds een deel herhaald wordt en de opsomming steeds langer wordt, is een populair genre bij jonge kinderen. Vermijd sprongen in tijd of perspectiefwisselingen; hou het simpel, ook qua woordkeuze en zinslengte. LUISTEREN, KIJKEN EN MEEDOEN Met een goedgekozen verhaal ben je er nog niet. Kleuters zijn snel afgeleid; de schoenveters van het kind naast hen zijn misschien wel veel interessanter dan die pratende meneer of mevrouw voor de groep. In elke scène van je verhaal moet er daarom iets te beleven zijn, waarmee je ze het verhaal weer in kunt trekken. Dat werkt het beste als er iets te zien is of als ze mee mogen doen. Dat vraagt om een doordachte voorbereiding en die begint bij… het begin.

EEN MAGISCH BEGIN Je staat voor dertig of meer friemelende en kletsende kleuters en wilt beginnen. Je kunt je stem boven het rumoer verheffen, maar er is een effectievere methode, betover ze! Dat kan op veel manieren. Kijk in een geheimzinnig kistje of koffertje. Praat met een poppetje dat uit je zak of mouw tevoorschijn komt. Laat een muziekdoosje spelen. Neurie een liedje. De meeste kinderen worden vanzelf stil, omdat ze nieuwsgierig zijn naar wat je doet. De laatste kletskousjes kun je op speelse wijze vragen hun mond te houden, omdat het poppetje bang is, of met een toverspreuk, of in een liedje. Ik zing zelf vaak voor ik begin een liedje dat eindigt met ‘mondjes dicht en open oren, dan kun je me goed horen’, waarbij ik mijn vinger op mijn lippen leg. KIJK EENS! Aandachtig luisteren is voor jonge kinderen best moeilijk. Zeker als ze een achterstand in de taal­ ontwikkeling hebben, bijvoorbeeld doordat ze anders­talig zijn. Je helpt ze door je verhaal visueel te


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.