1
3
1+2
4
9.3 Aanleggen aan lagerwal
1. Fokkenmaat maakt de VAL* vrij en maakt de neerhouder los. 2. Snelheid minderen en IN de wind draaien (niet overstag gaan). 3. Fokkenmaat strijkt het grootzeil, stuurman begeleidt de giek en het achterlijk in de boot. 4. Stuurman zeilt op fok naar het ponton. 5. Fokkenmaat borgt het zeil en regelt de snelheid met de fok. 6. Stuurman gaat langswal* aanleggen, fokkenmaat houdt de boot af het ponton en begeleidt de boot aan de zijstag.
38
3
5
6