Mos Grondmechanica Jubileumuitgave

Page 11

Adviesdienst Op basis van de nieuwe sondeertechniek zet Jan de Koster begin jaren vijftig de eerste voorzichtige stappen op adviesgebied. Hij geeft advies over paallengten en funderingen voor olieopslagtanks in het Rotterdamse havengebied. Hiermee legt hij de basis voor het adviesbureau in een markt waarin de vraag naar grondmechanische adviezen sterk toeneemt. Begin jaren zestig wordt W. Chr. Duba aangetrokken. Deze levert een belangrijke bijdrage aan de theoretische kennis waar Mos op zit te wachten. Hij wordt hoofd van de adviesdienst.

Pionier in regelgeving De regelgeving ten aanzien van geotechnische berekeningen vanuit de nationale overheid is op dat moment nog minimaal. De regelgeving die er wel is, is afkomstig van Mos zelf en enkele grote gemeenten in Nederland. “Het was pionieren in een nieuw gebied”, herinnert Tom Collignon zich. Eind zeventiger - begin tachtiger jaren groeit de behoefte aan uniforme regels . Onder leiding van het Nederlands Normalisatie Instituut (NNI) ontstaan dan de eerste geotechnische normen, die later worden gevolgd door de ‘eurocodes’. Hiermee staat Mos aan de basis van de nationale en Europeseregelgeving voor de grondmechanica. En ondertussen breidt zij haar werkgebied uit. In de zeventiger en tachtiger jaren opereert zij in Afrika, Arabië en het Midden-Oosten. In Nederland opent ze regiokantoren in Helmond en Rijssen. In 1975 wordt het bedrijf formeel gesplitst. Mos bestaat dan uit een deel dat zich bezighoudt met bronbemaling en een deel dat zich bezighoudt met advies: ‘Adviesbureau voor Grondmechanica J. Mos’.

Nederland wordt opnieuw ingevuld. Bram Molenaar wordt de nieuwe financiële directeur van Mos Grondmechanica en Tom Collignon de technisch directeur. Er volgt begin 2000 weer een periode van kopzorgen voor de bouwsector. De partijen weten de samenwerking weer op te pakken. Vanuit Suriname brengt De Jong de samenwerking met Billiton en later Suralco op gang en dat legt Mos geen windeieren.

Mos stond aan de basis van de nationale en Europeseregelgeving voor de grondmechanica Vestiging in Suriname Op sterk aandringen van Collignon en Sam Khudabux geeft Collignon de aanzet voor een vestiging in Paramaribo. Ruud van der Meel bouwt dit initiatief later uit tot een officiële vestiging in Suriname. Na het vertrek van Collignon in 2004 neemt Ruud van der Meel de leiding van het bedrijf over.

Zware tijden In de jaren 80 beleeft de bouwsector – en dus ook de onderzoeks- en ingenieursbureaus – een zware tijd. Mos Grondboorbedrijf wankelt in haar bestaan. Om te overleven besluit MosGrondmechanica begin jaren 90 over te gaan tot een personeels buy-out. Rolf de Jong, een van de geotechnisch ingenieurs van dat moment, blijkt te beschikken over uitstekende bedrijfskundige ideeen. Hij weet de buy-out van het ingenieursbureau te regelen vanuit een bijna failliete boedel. Als alles geregeld is en er weer vertrouwen komt in het voortbestaan, wordt De Jong de eerste directeur van een zelfstandig Mos grondmechanica b.v. Het Grondboorbedrijf verhuist naar Heinenoord en gaat later over tot een management buy-out en gaat verder onder de naam Mos Grondwatertechniek. Toch is de situatie alles behalve stabiel. Dat blijkt als De Jong naar Suriname gaat om enkele werken te begeleiden en daar een interessante baan krijgt aangeboden. Collignon: “De Jong vertrekt dan op zeer korte termijn”. De directie in Mos jubileummagazine 2012 11


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.