INTERVIEW
32
de denkoefening gemaakt hoe de vloot nog duurzamer kon worden gemaakt. We hebben toen een aantal LNG hybride schepen laten maken: schepen die op LNG varen, maar in noodgeval ook nog op dieselolie. In 2018 werd die denkoefening van 2014 inzake innovatie nog eens overgedaan. Dat leidde tot het resultaat dat we vandaag kunnen aankondigen: in het najaar nemen we het eerste van 3 ‘LNG battery hybrid’ schepen in dienst. Die varen op LNG en zijn voorzien van batterijen, waardoor we in de haven volledig emissievrij kunnen opereren. Een investering van ruim 150 miljoen euro voor 3 schepen. De op onze vraag in China gebouwde schepen betekenen een grote stap voorwaarts op het vlak van duurzaamheid en een koolstofvrije vloot. Dat maakt ons een pionier in de sector, en dat wereldwijd.” Zorgen investeringen in duurzaamheid ook voor een competitief voordeel? “Zo’n investering moet natuurlijk terugverdiend worden. Dat is een zaak voor de lange termijn. Bepaalde klanten – ik denk hier aan de Duitse autogroep BMW – waarderen onze milieu-inspanningen danig en toont zich zelfs bereid om voor onze dienstverlening een zekere meerprijs te betalen. Op korte termijn is er echter nog niet meteen sprake van een competitief voordeel. De meeste van onze collega’s of concurrenten varen met een verouderde vloot en zijn in die zin dus goedkoper. Maar we blijven overtuigd dat deze zet de enige juiste beslissing was. We zijn fier dat we inzake duurzaamheid een nieuwe standaard zetten. Op termijn zal iedereen sowieso mee moeten in het duurzaamheidsverhaal.” Zijn de efficiëntie en de productiviteit ook gebaat bij zo’n revolutionair milieuvriendelijk schip? “De stap naar meer efficiëntie hebben we binnen UECC al ruim 10 jaar geleden gezet. Vroeger werkten we als het ware ‘op afroep’. Een klant die ons vroeg pakweg 100 auto’s te verladen: vroeger deden we dat ook. Tot we, gedreven door de crisis van 2008 en 2009, beslist hebben om de zaken om te draaien. Sindsdien varen we onze eigen reguliere routes volgens een welbepaald tijdschema met de bedoeling enkel nog met volle schepen te varen. Maar ook nu doen we dat met oog voor het milieu: er
“Alles wat met ‘maritiem’ te maken heeft, was en is nog steeds mijn grote passie.” wordt enkel gevaren met een ecologisch verantwoorde snelheid. Zoals we er ook alles aan doen om de tijd in de havens zo kort mogelijk te houden. We gaan zelfs zo ver dat we onze schepen verven met een product dat brandstofbesparend is en minder weerstand biedt aan water. Voor minder uitstoot zorgen, begint bij jezelf. We merken dat klanten daar toch ook gevoeliger voor worden en meer en meer respect voor opbrengen.” Duurzaamheid is tegenwoordig het buzzwoord bij uitstek. Gebeurt er genoeg en voldoende snel, denkt u? “Er bestaat maar weinig twijfel: het zou allemaal veel sneller moeten gaan. Zonder zondebokken te zoeken, maar de EU en de internationale federatie IMO (International Maritim Organisation) hadden naar mijn gevoel al veel eerder initiatieven moeten nemen. We hebben alvast niet op de IMO gewacht om zelf initiatief te nemen en sluitende oplossingen, geen halve, te bedenken. Met onze nieuwe schepen doen we 40% beter dan wat de koolstofintensiteit mag zijn in 2030. Zoals wel vaker geven de bedrijven het voorbeeld." Wat is de volgende grote droom? “Zelf blijven investeren in een milieuvriendelijke vloot en onze klanten meekrijgen in het verhaal dat continuïteit en duurzaamheid een meerprijs hebben. Door de grote vraag naar schepen, is de prijs voor het huren van een schip enorm duur geworden. Dat weegt op ons budget en stemt tot nadenken of we niet meer zélf moeten organiseren en/of anders?” Hoe autonoom kan u zelf werken voor een multinational die zijn hoofdkwartier in Oslo heeft? “Dat valt best mee. Luisterbereidheid en respect zijn zaken die diep ingeworteld zijn in de Scandinavische cultuur. Zowel als het over het budget gaat, als over de langetermijnstrategie, hebben we een stem in het kapittel. Ik herinner me ook een meeting van enkele jaren geleden in Oslo. Daar werd gezocht naar nieuwe corporate values. Al vlug kwamen we uit
op de U (unity, samen) en de E (energie). Daar wilden we graag een C en een C aan toevoegen, om de letters van onze bedrijfsnaam te bekomen. Daar hebben we toen de woorden ‘challenging’ (alles uitdagen) en ‘commitment’ (eens beslist, gaan we er 100% voor) voorgesteld. Daar stonden we met z’n allen achter. Daar worden we ook jaarlijks op beoordeeld.” Wat heb je inzake management en ondernemerschap zelf al geleerd van de Scandinavische businesscultuur? “Toch wel behoorlijk wat. Over wat je verstaat onder werkdruk en efficiëntie op de werkvloer, kan je natuurlijk discussiëren, maar feit is dat ze er wel meer de balans weten te vinden tussen werk en privé. Twee: de reflex pro duurzaamheid. Ik geef u voorbeelden die hier nog ondenkbaar zijn. Inzake elektrificatie van het wagenpark staan ze in Noorwegen veel verder dan hier. Normaal ook, als je weet welke incentives daar soms gelden. Chauffeurs die met een elektrische auto rijden, kregen in Oslo bijvoorbeeld tijdelijk het voorrecht