Werkingsverslag VLP 2013 - Basisopdrachten by Benedict Gheys

Vlaamse Liga Paardensport

WERKINGSVERSLAG 2013 BASISOPDRACHT 1 (BO1) ORGANISEREN VAN COMPETITIEVE SPORTBEOEFENING PER PROVINCIE

Beleidsplan 2013 - 2016 1

BASISOPDRACHT 1 (BO1) ORGANISEREN VAN COMPETITIEVE SPORTBEOEFENING PER PROVINCIE

SD/OD/ACTIE

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn er, via een jaarlijkse stijging, minstens 10% meer starters op de VLP-wedstrijden.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-wedstrijden (nationaal + communautair) sinds 2009:

Jumping

2009

2010

2011

2012

2013

14.950

13.998

18.552

19.587

20.200

Dressuur

1.798

2.199

2.783

3.466

3.397

Eventing

2.398

3.084

2.826

2.997

3.225

Mennen

782

602

552

943

1.135

Endurance

384

344

552

668

855

Reining

349

387

354

296

329

Voltige

295

223

129

107

153

Para-equestrian

20.596

20.092

25.788

28.165

29.475

Horseball (FHBC) Totaal

Evaluatie: Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal starters op de VLP-wedstrijden in 2013 gestegen is van 28.165 in 2012 naar 29.448 in 2013. Dit is een stijging van 4,65% t.o.v. 2012. SD/OD/ACTIE

1.1.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de discipline jumping 7,5% meer starters op de VLP-wedstrijden t.o.v. 2012.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-jumpingwedstrijden: 2009 14.950

2010 13.998

2011 18.552

2012 19.587

2013 20.200

Evaluatie: Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal omlopen op de nationale en communautaire VLP-jumpingwedstrijden gestegen is t.o.v. 2012, met 3,13% (van 19.587 naar 20.200). SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.1.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders jumping.

Er wordt jaarlijks een kalender opgesteld voor de jumpingwedstrijden. De opmaak van de jumpingkalender staat volledig uitgeschreven in het jumpingreglement. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.1.2.

Omschrijving

Organisatie van VLP-jumpingwedstrijden.

In 2013 werden verschillende soorten jumpingwedstrijden door VLP georganiseerd. De organisatievoorwaarden voor jumpingwedstrijden zijn opgenomen in het nationaal jumpingreglement.

JUMPING NATIONALE WERKING 1.

Onderwerp + situatieschets VLP stelt jaarlijks een gevarieerd aanbod van jumpingwedstrijden op nationaal niveau voor alle categorieĂŤn (leeftijden) op. -

Gold League

Jeugd

Met de Gold League wedstrijden willen we een doorstroming garanderen van de sport naar een internationaal niveau. Hiervoor wordt uitgekeken naar de beste accommodaties zodat ruiters en paarden ervaring kunnen opdoen op hogere omlopen om zo stap voor stap de overgang te maken naar topwedstrijden. 2.

Overzicht van de cijfers Tabel 1. Aantal VLP-wedstrijden per leeftijdscategorie 2010-2013 # wedstrijden

pony/schol

junior

young rider

senior

2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 28

Tabel 2. Aantal inschrijvingen + starters op nationale VLP Gold League wedstrijden in 2013 Wedstrijd locatie CSN 1

Meerdonk

Tot. Inschr. VLP + LEWB

Inschr enkel VLP

Inschr enkel LEWB

Tot. Starters VLP + LEWB

Aantal wedstr. dagen

801

734

536

CSN 10

Herselt

878

792

738

CSN 15

Duisburg

595

495

100

582

CSN 40

s Gravenwezel

682

630

693

CSN 19

Neeroeteren

719

574

145

712

CSN 42

Meerdonk

894

749

145

742

CSN 26

Loenhout

720

698

709

CSN 31

Vilvoorde

907

812

859

CSN 33

Zandhoven

968

924

918

CSN 36

Meerdonk

618

543

632

7.782

6.951

831

7.121

Totaal

Tabel 3. Aantal inschrijvingen + starters op nationale VLP Jeugd wedstrijden in 2013 Wedstrijd locatie

Tot. Inschr. VLP + LEWB

Inschr enkel VLP

Inschr enkel LEWB

Tot. Starters VLP + LEWB

Aantal wedstr. dagen

CSN 4

Meerdonk

427

376

417

CSN 39

Lommel

245

235

216

CSN 12

Herselt

490

408

473

CSN 14

Neeroeteren

492

434

502

CSN 27

Loenhout

409

359

399

CSN 34

s Gravenwezel

418

369

383

CSN 41

Torhout

Totaal

2.572

2.269

303

2.468

Tabel 4. Aantal inschrijvingen + starters op nationale VLP Beker- en Kampioenschapswedstrijden in 2013

Wedstrijd locatie

Tot. Inschr. VLP + LEWB

Inschr enkel VLP

Tot. Inschr Inschr Inschr. enkel enkel Jonge VLP LEWB Paarden JP (JP)

Inschr enkel LEWB JP

138

Spec.

KAMP 7Y

Lummen

CSN 23

Brugge

430

411

614

BVB Ch,Pon, Amaz

CSN 25

Meerdonk

615

586

720

BVB Sen

CSN 29

Neeroeteren

577

518

660

CSN 32

Nieuwpoort

748

709

916

CSN 35

Lanaken

Totaal

2.409

2.257

152

3.000

369

BvB Jun, YR KAMP Ch,Pon, Amaz KAMP Sen

Beschrijving van de cijfers Tabel 1

Tabel 2

Er werden opnieuw in totaal 40 VLP-jumpingwedstrijden georganiseerd in 2013 op nationaal en Vlaams niveau.

Voor deze tabel is er geen vergelijking met 2012. De tabel is nieuw opgemaakt in 2013. Uit deze tabel blijkt dat er een verschil is van 8,49% tussen het aantal ingeschreven ruiters en het aantal gestarte ruiters op deze Gold League wedstrijden. Ruiters moeten ten laatste 5 dagen voor de aanvang van de wedstrijd ingeschreven zijn. Sommige ruiters beslissen na het inschrijven om toch niet alle paarden mee te nemen naar de wedstrijd. Dit kan te wijten zijn aan blessures van de paarden, weersomstandigheden, timemanagement, overlappingen met andere activiteiten e.d.

Tabel 2 Er werden 10 Gold League wedstrijden door VLP georganiseerd goed voor 29 wedstrijddagen. In totaal waren er 7.121 omlopen over al deze wedstrijden. Tabel 3 Er werden 7 specifieke Jeugd wedstrijden door VLP georganiseerd met een totaal van 11 wedstrijddagen. In totaal waren er 2.468 omlopen over al deze wedstrijden. Tabel 4 Er werden 6 Beker- en kampioenschapswedstrijden georganiseerd door VLP met een totaal van 25 wedstrijddagen. In totaal waren er 3.369 omlopen over al deze wedstrijden. 4.

125

369

Aantal wedstr. dagen

CSN 8

138

125

Starters Starters VLP + VLP + LEWB LEWB (excl JP) JP

Evaluatie

Tabel3 Voor deze tabel is er geen vergelijking met 2012. De tabel is nieuw opgemaakt in 2013. Uit deze tabel blijkt dat er een verschil is van 4,04% tussen het aantal ingeschreven ruiters en het aantal gestarte ruiters op deze Jeugd wedstrijden. Sommige ruiters beslissen na het inschrijven om toch niet alle paarden mee te nemen naar de wedstrijd. Dit kan te wijten zijn aan blessures van de paarden, weersomstandigheden, timemanagement, overlappingen met andere activiteiten e.d.

Tabel 1 Uit tabel 1 blijkt dat het aantal VLP-wedstrijden procentueel onveranderd blijft. Specifiek voor de categorie ponyâ&#x20AC;&#x2122;s/scholieren is er een kleine stijging t.o.v. 2012, met 11% (van 9 wedstrijden naar 10). In de categorie junioren is er eveneens een kleine stijging t.o.v. 2012, van 36 naar 37 wedstrijden. In de categorie young riders is er een kleine daling, van 37 wedstrijden naar 35. In de categorie seniors is er geen verandering t.o.v. 2012.

Tabel 4 Voor deze tabel is er geen vergelijking met 2012. De tabel is nieuw opgemaakt in 2013. Uit deze tabel blijkt dat er een verschil is van 32,27% tussen het aantal ingeschreven ruiters en het aantal gestarte ruiters op deze Beker- en kampioenschapswedstrijden, maar hierbij is het aantal gestarte ruiters groter dan het aantal ingeschreven ruiters. Dit is te wijten aan het feit dat bekers

en kampioenschappen over verschillende manches en dagen worden gereden. Ruiters dienen zich enkel in te schrijven voor de eerste manche, maar starten vervolgens ook nog in de andere manches. Per inschrijving in een kampioenschap krijgen we vervolgens minstens 2 of 3 starts afhankelijk van het reglement.

Conclusies Het aantal wedstrijden werd in 2013 niet verhoogd, maar toch konden we meer omlopen noteren t.o.v. 2012. Door een aantal wedstrijden open te trekken voor een ruimer deelnemersveld (meer leeftijdscategorieĂŤn), maar ook door het opstellen van een optimaal wedstrijdprogramma, trachtten we elke wedstrijd maximaal te bezetten.

JUMPING NATIONALE WERKING JONGE PAARDEN

Onderwerp + situatieschets VLP stelt jaarlijks een aanbod van jumpingwedstrijden op nationaal niveau voor jonge paarden op. Dit worden de Nationale Cycluswedstrijden genoemd. De Nationale Cyclus Jonge Paarden staat open voor 4-,5-,6- en 7-jarige paarden, ingeschreven bij de geboorte in een stamboek erkend door de W.B.F.S.H. en geldig ge誰mmatriculeerd bij de KBRSF.

Overzicht van de cijfers Tabel 1. Aantal VLP Nationale Cycluswedstrijden 2010-2013 # wedstrijden

Cyclus VLP

2010

2011

2012

2013

Tabel 2. Aantal inschrijvingen + starters op VLP Nationale Cycluswedstrijden in 2013

Wedstrijd locatie

Inschr. VLP + LEWB (excl JP)

Inschr enkel VLP

Inschr enkel LEWB

Inschr. Jonge Paarden (JP)

Inschr enkel VLP JP

Inschr enkel LEWB JP

Starters VLP + LEWB (excl JP)

Starters VLP + LEWB JP

Aantal wedstr. dagen

CSN 5

Meerdonk

665

403

262

651

CSN 7

Moorsele

556

350

206

545

CSN 9

Meerdonk

584

379

205

544

CSN 16

Moerzeke

600

385

215

573

CSN 18

Kuringen

596

366

230

557

CSN 20

Vlamertinge

480

286

194

464

Totaal

296

168

128

3.481

2.169

1.312

287

3.334

Totaal 2012

339

265

3.353

2.214

1.139

346

3.227

Tabel 3. Aantal omlopen van de VLP Nationale Cycluswedstrijden per jaargang 2009 -2013 4j

Totaal

Plaats

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

Aalter

145

158

168

108

274

311

275

231

196

203

179

166

708

755

676

549

113

105

104

215

166

188

250

141

123

154

155

505

425

492

557

Ingelmunster

112

302

Massenhoven

118

274

Meerdonk I

127

125

156

110

120

219

318

278

258

287

158

214

192

186

170

579

749

711

625

651

Meerdonk II

241

265

155

149

539

544

Moerzeke

165

145

153

112

119

263

313

273

242

268

202

208

160

184

148

727

736

632

590

573

Moorsele

102

168

123

109

172

284

229

264

114

178

187

140

440

704

593

545

184

149

289

305

199

192

762

700

Vlamertinge

153

210

114

136

378

464

Zandhoven

750

792

849

637

991

898

416

387

334

298

Hasselt

Ternat

Totaal

622 1.275 1.634 1.517 1.301 1.544 911 1.072 987

270 3.352 3.885 3.687 3.227 3.334

Tabel 4. Aantal ingeschreven paarden voor de totale Nationale Cycluswedstrijden per jaargang 2009-2013 Basisinschrijvingen

2009

2010

2011

2012

2013

272

254

169

162

415

416

398

315

359

290

300

273

239

224

169

136

108

1.146

1.106

1.033

813

820

Totaal

Beschrijving van de cijfers Tabel 1

Tabel 3

In 2013 werden er 6 VLP Nationale Cycluswedstrijden georganiseerd.

In totaal noteren we 3.334 omlopen over 6 VLP wedstrijden in 2013, t.o.v. 3.227 omlopen over 6 VLP wedstrijden in 2012.

Tabel 2 In 2013 werden er 6 VLP Nationale Cycluswedstrijden georganiseerd, goed voor 18 wedstrijddagen. We hebben een totaal van 3.481 ingeschreven jonge paarden over deze 6 wedstrijden, waarvan 2.169 VLP inschrijvingen. Er zijn in totaal 3.334 combinaties gestart over dit hele traject.

Bij de 4-jarige paarden kregen we een totaal van 622 omlopen in 2013 t.o.v. 637 omlopen in 2012. Bij de 5-jarige paarden kregen we een totaal van 1.544 omlopen in 2013 t.o.v. 1.301 omlopen in 2012. Bij de 6-jarige paarden kregen we een totaal van 898 omlopen in 2013 t.o.v. 991 omlopen in 2012. Bij de 7-jarige paarden kregen we een totaal van 270 omlopen in 2013 t.o.v. 298 omlopen in 2012. Voor 2013 noteren we de meeste omlopen in Meerdonk (1e) met een totaal van 651. De minste omlopen kregen we in Vlamertinge met een totaal van 464.

Tabel 4 Er waren in totaal 820 jonge paarden ingeschreven voor de totale nationale cyclus wedstrijden (VLP + LEWBwedstrijden) in 2013. In 2012 waren dit er 813. De 5-jarige paarden is de grootste groep met 359 inschrijvingen. De 7-jarige paarden is de kleinste groep met 75 inschrijvingen.

Evaluatie Tabel 1 In 2013 is er niets gewijzigd aan het aantal VLP Nationale Cycluswedstrijden t.o.v. de voorgaande jaren. Tabel 2 Er is een stijging van 3,82% (van 3.353 naar 3.481) in het totaal aantal inschrijvingen in 2013 t.o.v. 2012. Als we enkel de VLP-inschrijvingen bekijken noteren we een daling van 2,07% t.o.v. de VLP inschrijvingen in 2012. Bij het totaal aantal starters kunnen we dan weer een stijging noteren van 3,32% t.o.v. 2012. Tabel 3 We noteren dan wel een stijging van 3,32% van het totaal aantal omlopen in 2013 t.o.v. 2012, doch is dit nog beduidend minder dan de aantallen in 2010 en 2011. In vergelijking met 2011 noteren we een daling van 10,59% en in vergelijking met 2010 hebben we een daling van 16,53%.

Bij de 4-jarige paarden noteren we een daling van 2,41% t.o.v. 2012 en zelfs 36,50% t.o.v. 2011. Bij de 5-jarige paarden noteren we een daling van 15,74% t.o.v. 2012, maar slechts een daling van 1,75% t.o.v. 2011. Bij de 6-jarige paarden noteren we een daling van 10,36% t.o.v. 2012 en 9,91% t.o.v. 2011. Bij de 7-jarige paarden noteren we een daling van 10,37% t.o.v. 2012 en maar liefst 23,70% t.o.v. 2011. We merken dat er de afgelopen jaren veel minder gefokt werd, wat kan te wijten zijn aan de economische crisis die zich voordeed. Maar een andere grote oorzaak is de gedaalde tevredenheid van de ruiters over dit concept. Dit uit zich in volgende 3 punten: -

Kwalificatienormen BK Jonge Paarden uit cyclus en uit selectiewedstrijd

Ongestructureerde kalender van de VLP en LEWB wedstrijden

Ongestructureerde parcours met een afwisselende moeilijkheidsgraad

Tabel 4 Het totaal aantal ingeschreven paarden in 2013 is licht gestegen met 0,86% t.o.v. 2012. Bij de 5-jarige paarden kunnen we de grootste stijging noteren met 13,97% (van 315 naar 359). De grootste daling kennen we in de klasse 7-jarige paarden met een totaal van 16,67% (van 90 naar 75). De nood bij de 7-jarige paarden is de laatste jaren veranderd. Deze paarden lopen meer en meer internationale wedstrijden en andere nationale VLP-wedstrijden (bv. Gold League wedstrijden).

Conclusies Door de dalende trend op alle gebieden voor deze nationale cycluswedstrijd waren we genoodzaakt de werking ervan in vraag te stellen. Er werd daarom een debat gehouden met de ruiters. Hieruit is een nieuw 15-punten programma ontstaan, dat de nationale cycluswedstrijden vanaf 2014 terug zal opwaarderen.

JUMPING COMMUNAUTAIRE WERKING

Onderwerp + situatieschets VLP stelt jaarlijks een aanbod van jumpingwedstrijden op communautair niveau op. Dit worden de Silver League wedstrijden genoemd. Met deze wedstrijden willen we een doorstroming garanderen van het provinciale niveau naar de nationale wedstrijden (Gold League) om zo de sportpiramide beter te structureren. Hiervoor wordt uitgekeken naar de beste accommodaties zodat ruiters en paarden ervaring kunnen opdoen op hogere omlopen om zo stap voor stap de overgang te maken naar de Gold League en desgevallend het internationale niveau.

Overzicht van de cijfers

Tabel 1. Aantal VLP communautaire Silver League wedstrijden 2012-2013 # wedstrijden jumping

2012

2013

11*

*: 2 wedstrijden afgelast

Tabel 2. Aantal inschrijvingen + starters op VLP communautaire Silver League wedstrijden in 2013

Wedstrijd locatie

Tot. Inschr. VLP + LEWB

Inschr. enkel VLP

Inschr. enkel LEWB

Inschr. Jonge Paarden (JP)

Inschr. enkel VLP JP

Inschr. enkel LEWB JP

Starters Starters VLP + Aantal VLP + LEWB dagen LEWB JP (excl JP)

CSV 1*

Loenhout

421

399

ANN

CSV 2

Meerdonk

320

286

330

CSV 3

Moorsele

248

213

240

CSV 4*

Aalter

385

310

ANN

CSV 5

Moerzeke

288

269

270

CSV 6

Kuringen

256

224

232

CSV 7

Vlamertinge

153

111

143

CSV 8

Brugge

316

288

318

CSV 9

Moerzeke

421

352

332

CSV 10

Meerdonk

619

565

CSV 11

Lier

612

577

4.039

3.594

445

TOTAAL

554

ANN

577 76

2.996

ANN

3 2

*: wedstrijd afgelast

Tabel 3. Aantal omlopen van de VLP communautaire Silver League wedstrijden 2012-2013

Jumping

2012

2013

3.300

3.056

Beschrijving van de cijfers

Evaluatie

Tabel 1

In 2013 werden er in totaal 11 communautaire VLP Silver League jumpingwedstrijden georganiseerd in 2013 t.o.v. 13 wedstrijden in 2012.

Uit tabel 1 blijkt dat het aantal communautaire VLPwedstrijden gedaald is t.o.v. 2012, met 18% (van 11 wedstrijden naar 9). Het aantal afgelaste communautaire VLP-wedstrijden blijft onveranderd. Eén van de hoofdredenen waarom deze wedstrijden werden afgelast zijn de weersomstandigheden (hevige regenval). De daling van het aantal georganiseerde wedstrijden is te wijten aan het feit dat tal van organisatoren de overgang maken naar het organiseren van een nationale VLPwedstrijd. Nieuwe organisatoren worden verplicht om eerst een communautaire VLP-wedstrijd te organiseren.

Tabel 2 Van de 11 communautaire VLP Silver League jumpingwedstrijden werden 2 wedstrijden afgelast. Er blijven 16 wedstrijddagen over met in totaal 3.056 omlopen over al deze wedstrijden. Tabel 3 We noteren een totaal van 3.056 omlopen over alle communautaire VLP Silver League wedstrijden in 2013 ten opzichte van 3.300 omlopen in 2012.

Tabel 2 Voor deze tabel is er geen vergelijking met 2012. De tabel is nieuw opgemaakt in 2013. Uit deze tabel blijkt dat er een verschil is van 25,74% tussen het aantal ingeschreven ruiters en het aantal gestarte ruiters op deze communautaire Silver League wedstrijden. Deze wedstrijden vinden vaak plaats op donderdag, waardoor de meeste ruiters nog afhankelijk zijn van hun werkuren. Sommige ruiters beslissen na het inschrijven om toch niet alle paarden mee te nemen naar de wedstrijd. Dit kan te wijten zijn aan blessures van de paarden, weersomstandigheden, timemanagement, overlappingen met andere activiteiten e.d. Tabel 3 Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal omlopen op de communautaire VLP-jumpingwedstrijden gedaald is t.o.v. 2012, met 7,39% (van 3.300 naar 3.056). Dat is te wijten aan het feit dat er minder communautaire VLP-wedstrijden georganiseerd werden in 2013.

Conclusies Het aantal communautaire VLP-wedstrijden is gedaald t.o.v. 2012, waardoor zich dat ook uit in een daling van het totaal aantal omlopen in 2013. Toch kunnen we besluiten dat deze wedstrijden aantrekkelijk zijn, aangezien we een gemiddelde van 243 starters behalen op de één-daagse wedstrijden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.1.3.

Omschrijving

Organisatie van stages voor VLP-jumpingruiters.

Vanuit het VLP-Talentenplan werden er algemene en individuele stages voor jumpingruiters georganiseerd. Deze worden in detail besproken bij FO3 Topsport. Door de commissie springen VLP worden er geen gezamenlijke stages voor de jumpingruiters georganiseerd. We hebben dit in het verleden gedaan en hebben moeten concluderen dat de groep (net onder het Talententeam) niet ge誰nteresseerd was in deze trainingen, mede doordat ze zelf individuele trainers hebben en ze naast school, wedstrijden en eigen trainingen niet meer aanwezig konden zijn op de algemene stages.

SD/OD/ACTIE

1.2.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de discipline dressuur 2% meer starters op de VLP-wedstrijden t.o.v. 2012.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-dressuurwedstrijden: 2009

2010

2011

2012

2013

1.798

2.199

2.783

3.466

3.397

Evaluatie: Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal omlopen op nationale en communautaire VLP-dressuurwedstrijden licht gedaald is met 3.397 in 2013 t.o.v. 3.466 in 2012. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.2.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders dressuur.

Er wordt jaarlijks een kalender opgesteld voor de nationale en Vlaamse dressuurwedstrijden. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.2.2.

Omschrijving

Organisatie van VLP-dressuurwedstrijden.

DRESSUUR NATIONALE WERKING 1.

Onderwerp + situatieschets VLP stelt jaarlijks een kalender op met een gevarieerd aanbod aan nationale dressuurwedstrijden voor ponyruiters, juniors, young riders en senioren. Verder wordt er op de nationale wedstrijden de beker van BelgiĂŤ voor jonge dressuurpaarden georganiseerd. Deze beker heeft verschillende selectiewedstrijden die doorgaan op CDN waarop meestal ook andere proeven worden georganiseerd. Tijdens het verloop van de selectiewedstrijden wordt een ranking opgesteld.

Overzicht van de cijfers

Tabel 1. aantal VLP-wedstrijden dressuur nationaal per leeftijdscategorie 2010-2013 # wedstrijden

pony/schol

junior

young rider

senior

2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 25

Tabel 2. aantal VLP-nationale dressuurwedstrijden en aantal starters jaar

2010

aantal wedstrijden aantal starters gemiddeld aantal starters

2011

2012

2013

2199

2783

2704

2617

114

Tabel 3. Aantal inschrijvingen, starters en officials op nationale VLP-dressuurwedstrijden 2013 Nr. 103 102 104 105 106 109 110 111 113 114 116 117 118 119 120 122 123 126 127 128 129 133 132

Plaats Moerzeke Massenhoven Gent Massenhoven Hasselt Diepenbeek Zandhoven Moorsele Zandhoven Schilde Hulsterlo Moorsele Diepenbeek Sint-Niklaas Zandhoven Hulsterlo Moerzeke Kasterlee Diepenbeek Hasselt Sint-Niklaas Hulsterlo Massenhoven TOTAAL

Inschrijvingen VLP+LEWB 43 74 22 58 83 80 252 167 217 197 129 114 95 53 224 447 113 75 80 150 105 53 93 2.924

Aantal starters 40 61 20 55 72 73 237 154 192 181 144 100 83 47 193 364 107 65 71 138 99 48 73 2.617

Inschrijvingen VLP 40 71 20 54 80 74 229 146 192 180 111 93 89 46 199 408 101 65 68 139 91 48 86 2.630

Inschrijvingen LEWB 3 3 2 4 3 6 23 21 25 17 18 21 6 7 25 39 12 10 12 11 14 5 7 294

Aantal wedstrijddagen 1 1 1 1 1 1 2 2 2 2 1 2 1 1 1 4 1 1 1 1 1 1 1 31

Aantal juryleden 3 6 3 5 5 5 17 14 12 12 10 10 5 4 15 40 7 6 5 8 6 6 6 210

Aantal stewards 1 1 1 1 1 2 3 4 3 4 3 4 2 1 3 16 2 2 2 2 3 2 2 65

Tabel 4. VLP-nationale dressuurwedstrijden 2013 voor jonge paarden, inschrijvingen en starters

Nr.

Plaats

aantal inschrijvingen

Totaal aantal starters

110

Zandhoven

113

Zandhoven

114

Schilde

117

Moorsele

119

Sint-Niklaas

133

Hulsterlo

355

317

131

109

Beschrijving van de cijfers Tabel 1 In 2013 werden er 23 nationale dressuurwedstrijden georganiseerd door VLP. Er waren 19 wedstrijden waaraan ponyruiters konden deelnemen. Juniors konden aan 21 wedstrijden deelnemen, young riders aan 23 en senioren aan 20 van de 23 wedstrijden.

Tabel 2 Er zijn 2617 combinaties gestart over 23 nationale VLPdressuurwedstrijden in 2013. Dat is een gemiddelde van 114 starters per wedstrijd.

Tabel 3 Over de 23 nationale VLP-dressuurwedstrijden schreven in totaal 2924 (VLP+LEWB) ruiters in op VLP-wedstrijden. 2630 ervan waren VLP-ruiters, 294 LEWB-ruiters. Van deze ingeschreven ruiters startten 2617 effectief op wedstrijd. De 23 wedstrijden werden in totaal afgewikkeld op 31 wedstrijddagen. Op 31 wedstrijddagen werkten 210 juryleden en 65 stewards mee.

Tabel 4 Op 6 van de 23 VLP-wedstrijden werd een selectiewedstrijden voor de beker van BelgiĂŤ voor jonge dressuurpaarden georganiseerd. In totaal schreven 355 combinaties zich in over de 6 wedstrijden heen. Hiervan startten 317 effectief op wedstrijd. 131 combinaties startten binnen de 4-jarige proef, 109 in de 5-jarige proef en 77 in de 6-jarige proef.

Aantal starters 4 Aantal starters 5 Aantal starters 6 jarigen jarigen jarigen

Evaluatie Tabel 1 Ten opzichte van 2012 (36) werden er 36% minder nationale VLP-wedstrijden georganiseerd. Specifiek is er voor de ponyruiters een kleine daling merkbaar van het aantal wedstrijden waaraan zij kunnen deelnemen van 83,87% (2012) naar 82,61% (2013). Voor wedstrijden waaraan junioren kunnen deelnemen merken we voor 2013 een stijging van 4,20% (87,10% in 2012 en 91,30% in 2013). Young riders konden in 2012 aan 90,32% van de wedstrijden deelnemen en in 2013 aan 100% van de wedstrijden. 100% van de wedstrijden waren in 2012 inschrijfbaar voor de senioren. In 2013 waren dat 86,96% van de wedstrijden. Het feit dat er minder wedstrijden worden georganiseerd is te wijten aan het feit dat minder en minder organisatoren geneigd zijn om dressuurwedstrijden te organiseren. De meeste organiserende clubs, organiseren ook jumpingwedstrijden en dit blijkt volgens hen interessanter. Dit werd gecompenseerd met het aantal wedstrijddagen. Op het hoogtepunt van het seizoen, in de zomermaanden, werden veel meerdaagse wedstrijden georganiseerd. Tabel 2 We zien een procentuele daling van 36,11% van het aantal nationale VLP-dressuurwedstrijden in 2013 (23) ten opzichte van 2012 (36). Hierbij zien we ook een daling van 3,22% het aantal gestarte ruiters ten opzichte van 2012. Algemeen kunnen we hieruit wel constateren dat er minder VLP- nationale dressuurwedstrijden waren (13), maar dat het aantal ruiters niet in deze mate gedaald is. Er zijn dus per wedstrijd meer ruiters gestart ten opzichte van 2012. In 2013 waren er gemiddeld 52% meer staters per wedstrijd. De dressuursport zit in de lift en dat is duidelijk wanneer er vergeleken wordt met 2010 waar in 2013 8% minder VLP-nationale dressuurwedstrijden georganiseerd zijn, maar wel een stijging van 19% van het aantal starters op te meten is.

Tabel 3 Dit is een nieuwe tabel en kan nog niet vergeleken worden met voorgaande jaren. Uit deze tabel kunnen we aﬂeiden dat in 2013 89,50% van de ingeschreven ruiters (2924) effectief start op wedstrijd (2617). Van de 2924 ingeschreven ruiters heeft 90% een VLP-licentie en 10% een LEWB-licentie. Het aantal gestarte ruiters is minder dan het aantal ingeschreven ruiters. Er is steeds een klein aantal ruiters die niet start op wedstrijd vanwege de weersomstandigheden, gezondheid van paard, gezondheid van de ruiter … Tabel 4 Dit is een nieuwe tabel en kan nog niet vergeleken worden met voorgaande jaren. Voor 2013 zien we dat van de 317 starters 42,32% (131) start binnen de 4-jarigen, er zijn 34,38% bij de 5-jarigen en 24,29% is gestart met een 6-jarig paard. In totaliteit merken we op dat 89,30% van de ingeschreven ruiters effectief start op wedstrijd. Voor de laatste wedstrijd in Hulsterlo is er een daling van 50% van het aantal ingeschreven ruiters, dat is te wijten aan het feit dat enkel de beste 10 combinatie van de ranking binnen de selectiewedstrijden mogen deelnemen aan de finale. Verder zien we ook een systematische daling van het aantal inschrijvingen naarmate de wedstrijden vorderen dat kan verschillende oorzaken hebben: tot CDN Sint-Niklaas kon er gereden worden voor een startplaats op het WK in Verden, wanneer ruiters in de loop van de wedstrijden merken dat ze niet binnen de beste 10 zullen eindigen, haken ze af. Het circuit voor jonge paarden wordt vaak gebruikt om paarden voor te stellen voor verkoop. Tijdens het seizoen gebeurt het dat paarden verkocht worden en niet meer starten binnen de beker van België.

Conclusies Algemeen merken we bij de VLP-nationale dressuurwedstrijden dat er minder wedstrijden zijn georganiseerd, maar dat er in verhouding meer starters zijn. Het is duidelijk dat de dressuursport in de lift zit. Het zal voor VLP een opdracht zijn genoeg startersmogelijkheden te bieden aan de toestroom van deelnemers en de verschillende leeftijdscategorieën. Er moet gestreefd worden naar een maximale bezetting per wedstrijd om zo ook de organisatoren tevreden te houden en net genoeg wedstrijden.

DRESSUUR COMMUNAUTAIRE WERKING 1.

Onderwerp + situatieschets VLP wil de jeugd stimuleren en organiseert daarom een apart jeugdproject. Dit project is toegankelijk voor provinciale ruiters. Voor de wedstrijden wordt het project opgesplitst in proeven voor ponyruiters van 8 t.e.m. 16 jaar en ruiters met paarden van 12 t.e.m. 21 jaar. Naast het wedstrijdgebeuren zijn er nog 2 andere luiken binnen het project: de stages en het demoteam. Er worden ieder jaar een aantal stages georganiseerd waarbij de jonge ruiters de kans hebben om les te volgen bij toptrainers, -ruiters, -juryleden en sportpsychologie. Het demoteam is het promoteam van dit project dat al heeft opgetreden op verschillende grote evenementen. In 2013 waren zij onder andere te gast op Vlaanderens Kerstjumping Mechelen en Flanders Horse Expo te Gent.

Overzicht van de cijfers

Tabel 1. Aantal omlopen van de VLP communautaire ponydressuur wedstrijden Inrichter

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

VOR

106

104

134

112

HROV

128

132

HGVBB

134

116

100

108

WVUR

FINALE

136

TOTAAL

630

638

614

557

375

393

339

Tabel 2. Aantal omlopen van de VLP communautaire paardendressuur wedstrijden Inrichter

2010

2011

2012

2013

VOR

HROV

106

HGVBB

WVUR

FINALE

TOTAAL

450

260

369

441

Tabel 3. Aantal inschrijvingen in stages van pony- en paardendressuurproject Stage

Aantal inschrijvingen

Stage 1

Stage 2

Stage 3

Totaal

Beschrijving van de cijfers Tabel 1 In 2013 zijn er 339 omlopen geteld binnen de ponydressuur en dit gespreid over 5 selectiewedstrijden en 1 finalewedstrijd. De eerste wedstrijd waren er 70 starters, de laatste wedstrijd 48.

Als we de cijfers van de eerste wedstrijd van 2013 (70) tegenover de laatste wedstrijd (48) vergelijken, meten we een daling van 31% van het aantal starters. Het is duidelijk te merken dat het aantal starters binnen het ponydressuurproject systematisch daalt, zowel op jaarbasis als naar gelang de wedstrijden vorderen op het seizoen. We kunnen dit toeschrijven aan meerdere factoren, algemeen merken we dat er door de financiĂŤle crisis minder ponyâ&#x20AC;&#x2122;s gekocht worden, ouders rijden niet graag al te ver om op wedstrijd te gaan omdat dit voor ouders zowel tijd als geld kost.

Tabel 2 Er werden 441 starters geteld tijdens de wedstrijden in 2013. De eerste wedstrijd waren er 68 starters. Op de finale waren er 64 omlopen. Tabel 3 In 2013 werden 3 stages georganiseerd binnen het pony- en paardendressuurproject. Hier schreven in totaal 97 ruiters in. 5.

Evaluatie Tabel 1 We zien dat er 14 % minder starters zijn dan in 2012. Als we de cijfers van 2007 (630) vergelijken met 2013 (339) is er een daling van 46%.

Tabel 2 Bij de wedstrijden van de paardendressuur zien we een stijging van 19,5% tegenover 2012. Na het dalcijfer van 260 is er in 2013 terug ongeveer het aantal starters in 2010 (2% minder). Als we de wedstrijden in 2013 bekijken merken we op dat het startersaantal op de 11 wedstrijd ongeveer dezelfde is als de laatste (6% minder op de laatste wedstrijd), met een piek op de 2e selectiewedstrijd van 106 starters.

Tabel 3 In 2013 werden 3 stages georganiseerd waar percentueel gezien ongeveer een gelijke verdeling van het aantal inschrijvingen is over de 3 stages heen: de eerste stage 35% (34), de tweede: 27%, de derde: 38%. Naar gelang het aantal facetten dat er op een stagedag worden georganiseerd kunnen er meer of minder ruiters deelnemen. Meestal worden er minimum 2 lesgevers uitgenodigd en is er dan ook nog de mogelijkheid om in te schrijven voor een workshop met een sportpsycholoog. De stages binnen de project zijn steeds druk bezet en meestal moet er zelfs gewerkt worden met een wachtlijst. VLP wil met dit stageluik jeugdige ruiters de kans bieden om voor een democratische prijs, les te volgen. In 2013 gaven Jacques Van Daele, Wim Ernes, Dominique Rimanque, Vicky Smits en Simon Missiaen clinics binnen het project. Voor de workshop werd er samengewerkt met Jan Dierens, een sportpsycholoog die al heel wat ervaring heeft binnen de paardensport en die onder andere de jeugdruiters op het EK begeleid heeft.

Conclusies VLP blijft zich door de jaren heen inzetten voor de jeugd en dit vanaf het laagste niveau. We kunnen echter wel concluderen dat zowel bij de pony- als paardenwerking het aantal starters tijdens de wedstrijden dalen. Bij de pony’s zien we een jaarlijkse daling sinds 2010, terwijl we bij de paarden terug een stijging zien. Hieruit kunnen we concluderen dat ruiters die gestart zijn binnen de ponydressuur nu overschakelen naar het paardendressuurproject, maar dat er weinig instroom is van nieuwe ponycombinaties door de crisis … Na het werkingsjaar van 2013 heeft de werkgroep die zich ontfermt over de organisatie en beheer van het project besloten om het over een andere boeg te gooien waarin de wedstrijdwerking wordt gewijzigd en de stages en het demoteam behouden blijft. De selectiewedstrijden voor pony’s en paarden zullen geïntegreerd in de provinciale werking georganiseerd worden. Binnen iedere provinciale zullen 5 selectiewedstrijden georganiseerd worden. Dit heeft als voordeel dat ruiters hun selectiewedstrijden rond de ‘kerktoren’ kunnen rijden. Meestal moeten deze jeugdige ruiters nog rekenen op veel steun van hun ouders wat ook weer het voordeel geeft dat zij minder tijd verliezen omdat de wedstrijden in de buurt doorgaan. Omdat het een Vlaams project is, wordt er wel een gezamenlijke finale georganiseerd waar alle geselecteerden uit verschillende provinciales het tegen elkaar opnemen. Verder staat ook al vast dat de superfinale voor de paardendressuur zal doorgaan op Jumping Mechelen 2014.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.2.3.

Omschrijving

Organisatie van stages voor VLP-dressuurruiters.

Er werden verschillende stages georganiseerd voor VLP-dressuurruiters. Deze worden verder vermeld.

SD/OD/ACTIE

1.3.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de discipline eventing 2% meer starters op de VLP-wedstrijden t.o.v. 2012.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-eventingwedstrijden: 2009 2.398

2010 3.084

2011 2.826

2012 2.997

2013 3.225

Evaluatie: Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal omlopen op de nationale en communautaire VLP-eventingwedstrijden gestegen is met 7,6% t.o.v. 2012.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.3.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders eventing.

Er wordt jaarlijks een kalender opgesteld voor de nationale en communautaire eventing wedstrijden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.3.2.

Omschrijving

Organisatie van VLP-eventingwedstrijden.

EVENTING NATIONALE WERKING 1. Onderwerp + situatieschets Aantal inschrijvingen en starters op CNC wedstrijden: VLP en LEWB organiseren alle nationale eventingwedstrijden in België. Op deze wedstrijden worden onderstaande reeksen georganiseerd: B, Bo, PL, J, L, Lo, LY, Lo, PM, M, Mo, PZ, Zo, Z Zowel VLP-, LEWB-, LRV, KNHS (Nederland)- en DER (Duitsland)-ruiters kunnen aan deze nationale eventingwedstrijden deelnemen. Andere buitenlandse ruiters kunnen enkel starten met een gastlicentie. Om de veiligheid en het vlot verloop van de wedstrijd te kunnen garanderen wordt er een maximum van ± 350 crossomlopen per dag toegelaten. Indien dit maximum wordt overschreden wordt er als volgt geschrapt: - VLP en LEWB ruiters die tijdig en correct zijn ingeschreven hebben voorrang - Schrappen van de O-reeksen - Aantal paarden per deelnemer worden beperkt

2. Overzicht van de cijfers Tabel 1. Aantal inschrijvingen en starters op VLP-wedstrijden sinds 2009 inschrijvingen VLP

inschrijvingen LEWB

inschrijvingen LRV

inschrijvingen KNHS/DER

gastruiters

wild cards

totaal inschrijvingen

aantal starts

192

165

360

350

180

104

322

291

111

101

173

307

293

174

290

247

137

165

296

284

147

140

114

102

136

129

1278

675

184

2266

2118

CNC 201 Minderhout CNC 202 Waregem CNC 203 Tongeren CNC 205 Diepenbeek CNC 206 Genk CNC 207 Nokere CNC 208 Merksplas CNC 209 Brugge CNC 210 Beverlo CNC 211 Deurle CNC 213 Waregem TOTAAL 2012

2298

2011

2148

2010

2426

2009

2183

Tabel 2. Aantal VLP-eventingwedstrijden per leeftijdscategorie 2010-2013 # wedstrijden pony/schol junior young rider senior 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 11 10 11 11 CNC CNC CNC CNC 19 19 17 20 22 22 20 20 22 22 20 20 22 22 20 20 11 12 10 9 OCC OCC OCC OCC 31

Beschrijving van de cijfers

Evaluatie

Tabel 1

Het aantal inschrijvingen in 2013 (2266) wordt vergeleken met het aantal inschrijvingen in 2012 (2298). Het aantal inschrijvingen van LRV- en KNHSruiters van de wedstrijden CNC 202 Waregem (1) en CNC 213 Waregem (0) wordt vergeleken met de andere wedstrijden (gemiddeld 12)

Het aantal inschrijvingen van 2013 ten opzichte van 2012 is lichtjes gedaald (1,39%) omdat de commissie sinds 2013 een maximum aantal inschrijvingen van Âą 350â&#x201A;Ź starts / crossdag heeft ingevoerd om de veiligheid van de wedstrijden te kunnen garanderen. Voor CNC 202 Waregem en CNC 213 Waregem was het inschrijvingsaantal te hoog waardoor de organisatoren alle inschrijvingen van LRV en KNHS heeft moeten annuleren. Enkel LRV- en KNHSruiters die een selectie moesten behalen voor een EK konden aan deze wedstrijden deelnemen.

Tabel 2 Aantal nationale wedstrijden in 2013 (11) is gelijk gebleven met het aantal nationale wedstrijden in 2012 (11).

Tabel 2 Er is geen wijziging betreffende wedstrijden tussen 2012 en 2013.

het

aantal

Conclusie We merken dat er een stijging is van het aantal inschrijvingen op de nationale eventingwedstrijden. Omdat er een maximum is van het aantal crossomlopen per dag heeft de commissie in samenspraak met de organisatoren dit jaar een paar keer een beperking op het aantal inschrijvingen moeten invoeren. Om dit te vermijden zouden er meer wedstrijden of wedstrijddagen georganiseerd moeten worden. Uiteraard is dit niet evident. Het is moeilijk om nieuwe organisatoren te vinden en voor de reeds bestaande organisatoren brengt een extra wedstrijddag veel werk/kosten met zich mee.

EVENTING COMMUNAUTAIRE WERKING SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.3.3.

Omschrijving

Organisatie van minstens 10 instapwedstrijden.

1. Onderwerp + situatieschets

Aantal inschrijvingen en starters op OCC wedstrijden VLP organiseert communautaire eventingwedstrijden in Vlaanderen. Deze wedstrijden hebben een lage instapdrempel met als doel ruiters aan te zetten om deel te nemen aan eventingwedstrijden. Op deze wedstrijden worden onderstaande reeksen georganiseerd: 60cm, 80cm, 90cm Om deel te nemen aan de reeks 60cm hebben de ruiters voldoende met een recreatieve vergunning. Zowel VLP-, LEWB-, LRV, KNHS- en DER-ruiters kunnen aan deze nationale eventingwedstrijden deelnemen. Andere buitenlandse ruiters kunnen enkel starten met een gastlicentie.

2. Overzicht van de cijfers Tabel 1. Aantal inschrijvingen en starters op communautaire eventingwedstrijden inschrijvingen inschrijvingen VLP / LEWB LRV OCC 1 Gavere OCC 2 Tielt OCC 3 Zwijnaarde OCC 4 Brugge OCC 5 OCC 6 Diepenbeek OCC 7 Heusden OCC 8 Deurle OCC 9 Merendree TOTAAL 2012 2011 2010 2009

gastruiters

wild cards

totaal inschrijvingen

aantal starts

133

167

102

125

140

111

125

116

117

108

802

145

988 842 748 793 668

948

111

inschrijvingen KNHS/DER

Tabel 2. Aantal VLP-communautaire wedstrijden eventing per leeftijdscategorie 2010-2013

# wedstrijden

pony/schol

junior

young rider

senior

2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013 11 10 11 11 CNC CNC CNC CNC 19 19 17 20 22 22 20 20 22 22 20 20 22 22 20 20 11 12 10 9 OCC OCC OCC OCC

Beschrijving van de cijfers

Evaluatie

Tabel 1

Het aantal inschrijvingen van 2013 (988) wordt vergeleken met het aantal inschrijvingen in 2012 (842)

Het aantal inschrijvingen van vorig jaar is gestegen (17%).

Tabel 2 Het aantal communautaire wedstrijden in 2013 (9) wordt vergeleken met het aantal communautaire wedstrijden in 2012 (10)

Tabel 2 Alhoewel er in 2013 een communautaire wedstrijd minder werd georganiseerd is het aantal inschrijvingen t.o.v. 2012 toch gestegen.

Conclusie We merken op dat er een stijging is van het aantal deelnemers op de communautaire eventingwedstrijden. Jammer genoeg is het aantal communautaire wedstrijden gedaald ten opzichte van vorig jaar. Het is moeilijk om de organisatoren te behouden en om nieuwe organisatoren te vinden. Om de nationale eventingwedstrijden te ontlasten en om de communautaire eventingwedstrijden te upgraden heeft de eventingcommissie beslist om vanaf 2014 ook een reeks 100 cm te organiseren op de communautaire eventingwedstrijden.

EVENTING JEUGDWERKING 1.

Onderwerp + situatieschets Youngsterreeks: vanaf mei 2013 wordt er een nieuwe reeks georganiseerd voor jongeren tot en met 16 jaar. Deze reeks verloopt over een hoogte van 100 cm en is een voorbereiding op de junioren.

Cijfermateriaal Tabel 1: aantal inschrijvingen in de youngsterreeks in 2013 # inschrijvingen youngsters

CNC 201 Minderhout

CNC 202 Waregem

CNC 203 Tongeren

CNC 205 Diepenbeek

CNC 206 Genk

CNC 207 Nokere

CNC 208 Merksplas

CNC 209 Brugge

CNC 210 Beverlo

CNC 211 Deurle

CNC 213 Waregem

Totaal

Beschrijving van de cijfers Slechts 19 youngsters hebben zich dit jaar ingeschreven in de youngsterreeksen.

Evaluatie Er kan geen vergelijking gemaakt worden met voorgaande jaren. We merken wel op dat er nu nog weinig inschrijvingen waren voor de youngsterreeksen.

Conclusie De nationale- en VLP-commissie eventing heeft opgemerkt dat de resultaten van de jongeren op de Europese kampioenschappen de afgelopen jaren onder de verwachtingen waren. Met de youngsterreeks wil de VLP eventingcommissie talentvolle jongeren vroeger opsporen en beter begeleiden. We hopen ook de jongeren te stimuleren om sneller over te stappen van de ponyâ&#x20AC;&#x2122;s naar de paarden. De nationale- en VLP-commissies eventing willen dit project na 2 jaar evalueren.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.3.4.

Omschrijving

Organisatie van stages voor VLP-eventingruiters.

Onderwerp + situatieschets De -

VLP eventingcommissie organiseert jaarlijks verschillende stages: Winterstages (dressuur en springen) Stages voor specifieke doelgroepen (jongeren, â&#x20AC;Ś) Crosstrainingen Begeleide verkenningen

Overzicht van de cijfers

19/01/2013

eventingstage

Sarah Van Hasselt

Minderhout

17/02/2013

eventingstage

Sarah Van Hasselt

Minderhout

20/01/2013

eventingstage

Joris Van Springel

Waregem

10/02/2013

eventingstage

Joris Van Springel

Waregem

17/03/2013

eventingstage

Joris Van Springel

Waregem

27/01/2013

eventingstage

Vincent Martens

Kaenegem

10/02/2013

eventingstage

Vincent Martens

Kaenegem

17/03/2013

eventingstage

Vincent Martens

Kaenegem

27/07/2013

eventingstage

Sarah Van Hasselt

Gavere

31/10/2013

youngsterstage

Marc Rigouts

Minderhout

2/11/2014

youngsterstage

Marc Rigouts

Schaffen

15/12/2013

eventingstage

Rik Geirnaert

Waregem

TOTAAL 2013 (12 stages)

108

TOTAAL 2012 (15 stages)

240

Beschrijving van de cijfers In 2013 hebben 108 combinaties deelgenomen aan de 12 stages die door de VLP-eventingcommissie zijn georganiseerd. In 2012 waren dat nog 240 deelnemers over 15 stages.

Evaluatie We merken bijna een halvering van het aantal inschrijvingen ten opzichte van vorig jaar, met een gemiddelde van 9 deelnemers in 2013 en 16 in 2012.

Conclusie Sinds 2013 is de inleg voor de stages opgetrokken zodat de organisatie van deze stages zelfbedruipend is. Met het geld dat de commissie hiermee uitspaart wil men voornamelijk investeren in nieuwe prioriteiten: opleidingen officials, begeleiding van jongeren, steun organisatoren, â&#x20AC;Ś

SD/OD/ACTIE

1.4.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de discipline mennen 2% meer starters op de VLP-wedstrijden t.o.v. 2012.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-menwedstrijden: 2009 782

2010 602

2011 552

2012 943

2013 1.135

Evaluatie: Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal starters op de nationale en communautaire VLP-menwedstrijden met 20% gestegen is t.o.v. 2012. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.4.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders mennen.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

Er wordt jaarlijks een kalender opgesteld voor de nationale en communautaire eventing wedstrijden. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.4.2.

Omschrijving

Organisatie van VLP-menwedstrijden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.4.3.

Omschrijving

Organisatie van jaarlijks minstens 10 outdoor wedstrijden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.4.4.

Omschrijving

Organisatie van jaarlijks minstens 5 indoor wedstrijden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.4.5.

Omschrijving

Stimuleren van organisatoren om instapwedstrijden te organiseren.

1. Onderwerp + situatieschets De VLP organiseert gedurende het hele jaar menwedstrijden. Er zijn indoorwedstrijden tijdens de winter en outdoorwedstrijden tijdens de zomer. De respectievelijke kalenders worden jaarlijks voor het seizoen opgesteld. Dat gebeurt in overleg met de geïnteresseerde organisatoren. De indoorwedstrijden en de nieuwe “regionale” menwedstrijden hebben een lage instapdrempel om nieuwe menners kennis te laten maken met de competitie. De ondersteuning van organisatoren is een prioriteit voor de VLP-mencommissie. Dit zowel op financieel, materieel en logistiek gebied. 2. Overzicht van de cijfers Tabel 1. Aantal VLP-menwedstrijden in 2012 en 2013 2012

2013

CAN

15 (waarvan 3 afgelast)

CAV

CARV

Tabel 2. Aantal starters op de VLP-menwedstrijden in 2012 en 2013 VLP-wedstrijden # VLPstarters

# LEWBstarters

LEWB-wedstrijden Totaal

VLP en LEWB

# LEWBstarters

# VLP-starters

Algemeen totaal

Totaal

2012

2013

2012

2013

2012

2013

2012

2013

2012

2013

2012

2013

2012

2013

CAN

603

623

125

170

728

793

141

134

869

927

CAV

189

267

215

286 nvt

nvt

215

286

56 nvt

nvt

CARV

56 nvt

nvt

Beschrijving van de cijfers

Verklaring afkortingen wedstrijden: CAN: outdoor nationale menwedstrijd voor VLP en LEWBleden (zomerseizoen) CAV: indoor menwedstrijd voor VLP en LEWB-leden (winterseizoen) CARV: outdoor regionale menwedstrijd voor VLP-leden (zomerseizoen)

Tabel 2 Dit is een weergave van het aantal starters per type en per jaar. Er is een onderverdeling van de cijfers voor VLP en LEWB-wedstrijden en het aantal VLP en LEWB-starters voor deze wedstrijden. De CAV en CARV wedstrijden zijn eigen aan de werking van VLP. Een LEWB-club kan deze wedstrijden niet organiseren. Op de CAV-wedstrijden zijn ook LEWB-menners toegelaten. De CARV-wedstrijden zijn enkel voor VLP-leden.

Tabel 1 Dit is een weergave van het aantal, door VLP georganiseerde, menwedstrijden per type en per jaar. In 2012 werden er 3 van de 15 geplande CAN-wedstrijden afgelast. In 2013 waren er 11 CAN-wedstrijden. De CAV-wedstrijden gaan door tijdens het winterseizoen, lopende over twee werkingsjaren (winterseizoen 20122013 en winterseizoen 2013-2014). De weergegeven cijfers hebben enkel betrekking op de wedstrijden die doorgegaan zijn in het jaar 2013. Zowel in 2012 als in 2013 waren er 6 indoorwedstrijden. De CARV-wedstrijden bestaan pas sinds midden 2013. Er stonden 3 CARV-wedstrijden op de kalender.

Evaluatie

Tabel 1 In 2013 is er ĂŠĂŠn nationale menwedstrijd (CAN) minder doorgegaan dan in 2012, namelijk 11 wedstrijden tegenover 12 wedstrijden. Het aantal indoorwedstrijden (CAV) zijn met 6 wedstrijden per werkingsjaar gelijk gebleven. Nadat de regionale menwedstrijden (CARV) in het leven geroepen werden, stonden er al 3 wedstrijden geprogrammeerd. In totaal waren er 20 wedstrijden in 2013 tegenover 18 wedstrijden in 2012. Dat is een stijging van 11%.

Tabel 2 De VLP-wedstrijden deden het in 2013 beter dan in 2012. Op de nationale VLP-menwedstrijden waren er 9% meer starters. Dat is een stijging van 943 starters naar 1135 starters. De nationale LEWB-menwedstrijden kenden een lichte daling van 5% (van 141 naar 134 starters). Op onze indoorwedstrijden kunnen we een sterke stijging (33%) van het aantal starters waarnemen. Het aantal wedstrijden bleef gelijk. De regionale menwedstrijden kenden een behoorlijke start met 56 starters die verdeeld waren over 3 wedstrijden. Het concept was nog niet erg gekend. Er wordt verwacht dat er in de komende jaren meer regionale menwedstrijden zullen georganiseerd worden, dat gepaard gaat met meer starters. Deze nieuwe wedstrijdvorm kan ook gekoppeld worden aan een nationale menwedstrijd. Het is de bedoeling om de recreatieve menners de weg te laten vinden naar de eerste â&#x20AC;&#x2DC;echteâ&#x20AC;&#x2122; wedstrijd. Het totaal aantal starters van alle wedstrijdtypes (CAN, CAV en CARV) op VLP-wedstrijden kent een grote groei van 20% (van 943 naar 1135 starters).

Conclusies

De bestaande formules kennen een gunstige groei. Er zijn meer starters, ook mede dankzij de komst van enkele extra wedstrijden. We kunnen concluderen dat de bestaande formules (CAN en CAV) interessant blijven voor de menners. Daarnaast blijkt er interesse te zijn voor het nieuwe wedstrijdtype (CARV). De CARV wedstrijden dienen voor een instroom van nieuwe menners naar het competitiegebeuren te zorgen. In de toekomst zal er verder ingezet worden op deze organisatievormen. De ondersteuning van organisatoren blijft hierin belangrijk om in een gepast aanbod voor onze leden te kunnen voorzien.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.4.6.

Omschrijving

Organisatie van trainingen voor junioren mennen.

Onderwerp + situatieschets

De VLP-mencommissie organiseert trainingen voor junioren. Onder junioren verstaan we de jongeren die in het lopende jaar 7 jaar worden t.e.m. het jaar dat de jongere 17 jaar wordt. Men dient een menlicentie bij VLP te hebben. Er zijn drie categorieĂŤn binnen de junioren: - Benjaminâ&#x20AC;&#x2122;s: 7 tot en met 11 jaar - Children: 12 tot en met 14 jaar - Junioren: 15 tot en met 17 jaar De jongeren gaan over van categorie in het jaar waarin zij de ouderdom bereiken van de volgende reeks. 2.

Overzicht van de cijfers

Tabel 1. Aantal trainingen, inschrijvingen en deelnemers op de VLP-trainingen voor junioren. 2012

2013

Trainingen gepland

Trainingen geannuleerd

Inschrijvingen

Deelnemers

Beschrijving van de cijfers

Tabel 1 Zowel in 2012 als in 2013 werden er 3 trainingen voor de junioren gepland. In 2013 werden alle trainingen geannuleerd. Tegenover 2012 waren er dat jaar in totaal slechts 3 inschrijvingen. In 2012 waren dat er nog 14. 4.

Evaluatie

In 2013 werden de trainingen afgelast omwille van het lage aantal inschrijvingen (1 inschrijving per training). Het aantal potentiĂŤle kandidaten voor deze trainingen is in 2013 tegenover 2012 gewijzigd. Er waren een aantal junioren die overgingen naar de categorie voor de senioren. Daarnaast waren er ook 2 leden die zich aangesloten hebben bij LEWB en niet meer bij VLP, waarschijnlijk omdat zij de trainingen wel wilden volgen en we dit bij VLP gezien het lage aantal inschrijvingen niet konden aanbieden. Wellicht pasten de data en/of de locaties niet voor de andere junioren.

Conclusies

Het werkingsjaar 2013 was niet goed. De groep junioren kan jaar per jaar evolueren. Daarom zullen er initiatieven blijven genomen worden voor deze doelgroep. Enkel door het blijven aanbieden van deze trainingen kan deze groep beter gestimuleerd worden. De andere menners (senioren) worden hierover ook geĂŻnformeerd. Het zijn vaak de kinderen van menners die zich als junior aansluiten bij VLP. Mennen als junior gebeurt bijna altijd in familieverband. Het plannen van de trainingen dient te gebeuren in overleg met de ouders van de jongeren.

SD/OD/ACTIE

1.5.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de discipline reining 5% meer starters op de VLP-wedstrijden t.o.v. 2012.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-reiningwedstrijden: 2009 349

2010 387

2011 354

2012 296

2013 329

Evaluatie: Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal runs op de nationale en communautaire VLP-reiningwedstrijden met 11% gestegen is t.o.v. 2012. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.5.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders reining.

Er wordt jaarlijks een kalender opgesteld voor de nationale en communautaire reiningwedstrijden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.5.2.

Omschrijving

Organisatie van minstens 10 reiningwedstrijden per jaar.

Onderwerp + situatieschets VLP organiseert jaarlijks een 10-tal nationale en communautaire reiningwedstrijden. Binnen de nationale wedstrijden zijn 5 klasses waarin ruiters zich naargelang hun niveau kunnen inschrijven. Sinds 2013 is er een communautaire wedstrijd met 1 klasse als instapklasse.

Overzicht van de cijfers

Tabel 1. Aantal VLP-nationale reiningwedstrijden en aantal starters

Aantal wedstrijden Aantal starters

2010

2011

2012

2013

387

354

284

287

Tabel 2. Aantal starters, inschrijvingen op VLP-nationale en communautaire wedstrijden

Wedstrijd

501

Herentals

Aantal Aantal insch dagen CRN + CRV 1

Aantal starters CRV + CRN

Aantal insch CRN

Aantal starters CRN

Aantal insch VLP CRN

Aantal Aantal Aantal Aantal insch insch starters insch LEWB CRV CRV VLP CRV CRN 3

502

Destelbergen

504

Westerlo

505

Diksmuide

506

Arendonk

514

Herselt

508

Arendonk

513

Herentals

510

Destelbergen

512

Destelbergen

373

294

331

287

257

Beschrijving van de cijfers Tabel 1 In 2013 zijn 13 nationale reiningwedstrijden georganiseerd. Op deze wedstrijden zijn in totaal 287 combinaties gestart. Tabel 2 In 2013 werden er 10 wedstrijden georganiseerd over 10 wedstrijddagen. Hierop schreven in totaal (VLP-nationale en communautaire reiningwedstrijden) 373 combinaties in. Daarvan startten effectief 294 combinaties op wedstrijd. Voor de VLP-nationale reiningwedstrijden schreven 331 combinaties in, 257 VLPruiters en 74 VLP-ruiters schreven zich in, 287 combinaties startten effectief. De communautaire wedstrijd is voor het eerst een heel jaar georganiseerd in 2013. Hier schreven 42 ruiters zich in en deze startten allen op wedstrijd. 2 ruiters van de 42 starters waren LEWB-ruiters.

Evaluatie Tabel 1 In 2013 (10) zijn 17% minder wedstrijden georganiseerd dan in 2012. Daartegen is het startersaantal licht gestegen met 1%. In 2012 was er een sterke daling van het aantal starters, met deze lichte stijging in 2013 met een minder aantal wedstrijden gaat het terug de positieve kant op. Tabel 2 We merken uit deze tabel dat 79% van de ingeschreven ruiters ook effectief start op wedstrijd. Bij de communautaire wedstrijd zien we een starterspercentage van 100% tegenover de ingeschreven ruiters. Het algemene hoge starterspercentage (tegenover de inschrijvingen) is vooral te wijten aan het feit dat voor de discipline reining er nog ter plaatse kan ingeschreven worden. Ruiters komen aan op de wedstrijd en schrijven zich dan pas in. We zien ook een duidelijk overtal van VLP-ruiters in de VLP-nationale wedstrijden (LEWB organiseerde geen nationale reiningwedstrijden in 2013) met 71% en 29% LEWB-ruiters. In de CRV zien we ook meer VLP-ruiters (95% van het deelnemersveld). Bij de communautaire wedstrijden is dat vooral te wijten aan het feit dat niet iedere VLP-ruiter zomaar een licentie kan aanvragen. De ruiter moet een westernbrevet of een vrijstelling kunnen voorleggen. Ruiters die toch al op wedstrijd willen gaan en zo een vrijstelling behalen, kunnen dit in de VLP-communautaire reiningwedstrijd. In CRN 510 is er een duidelijke piek in de starters vast te stellen. Deze wedstrijd is het Belgisch Kampioenschap en is traditioneel goed bevolkt.

Aantal insch LEWB CRV

Conclusies Algemeen merken we dat het aantal starters binnen de reining verhoogd is. De VLP-reiningcommissie heeft vorig jaar hard gewerkt op ledenwerving door ook instapwedstrijden te organiseren.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.5.3.

Omschrijving

Promotie voor de reiningwedstrijden.

Er werd promotie gemaakt voor de reiningwedstrijden door demonstraties te geven op Flanders Horse Expo te Gent. 1.

Onderwerp + situatieschets De VLP-reiningcommissie heeft voor het eerst voor de discipline reining een clinic georganiseerd voor ruiters. Het is de bedoeling om jaarlijks minimum 1 clinic aan de VLP-reiningruiters aan te bieden. De reden dat het de vorige jaren niet werd georganiseerd was omdat er in de Belgische reiningwereld nogal wat concurrentie is onder de trainers. Dat zou ertoe kunnen leiden dat ruiters die bij een bepaalde persoon trainen, niet naar clinics ‘mogen’ komen.

Overzicht van de cijfers

Tabel 1. Aantal clinics en inschrijvingen reining 2013

Stage

Aantal inschrijvingen

Stage 1

Totaal

Beschrijving van de cijfers In 2013 werd 1 clinic voor ruiters georganiseerd. Hierop waren 13 ruiters aanwezig.

Evaluatie Dit is een nieuwe tabel, aangezien het de 1e keer is dat zo’n clinic georganiseerd werd. Deze eerste clinicdag werd georganiseerd met Bernard Fonck. Dit was een mooi gevulde dag waarbij ruiters in groepjes van 3 of 4 2 keer 1 uur les konden volgen. Deze clinic kon gevolgd worden aan een democratische prijs.

Conclusies Er is binnen de VLP-reiningruiters een zeker publiek dat geïnteresseerd is in het volgen van clinics en vooral tegen een democratische prijs. In 2014 wordt er getracht om minstens 1 clinic te organiseren.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.5.4.

Omschrijving

Zorgen voor een lage instapdrempel van de reiningwedstrijden.

Voor de communautaire wedstrijden wordt er een lage instapdrempel gebruikt.

SD/OD/ACTIE

1.6.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de discipline endurance 5% meer starters op de VLP-wedstrijden t.o.v. 2012.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-endurancewedstrijden: 2009 384

2010 344

2011 552

2012 668

2013 855

Evaluatie: In 2013 waren er 28% meer starters dan in 2012 (855 in 2013 t.o.v. 668 in 2012). De evolutie van het aantal deelnemers op de endurancewedstrijden gaat jaar na jaar in stijgende lijn. Indien we dit aantal en/of deze tendens kunnen aanhouden dan hebben we onze doelstelling meer dan overschreden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.6.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders endurance.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.6.2.

Omschrijving

Organisatie van minstens 7 endurancewedstrijden per jaar.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.6.3.

Omschrijving

Stimuleren van organisatoren om wedstrijden te organiseren.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.6.4.

Omschrijving

Promotie maken voor de hogere reeksen (60 km, 80 km, â&#x20AC;Ś).

1. Onderwerp + situatieschets Er wordt jaarlijks een kalender opgesteld voor de nationale endurancewedstrijden, met een voldoende aanbod aan wedstrijden in Vlaanderen. 2. Overzicht van de cijfers Tabel 1. Overzicht VLP-endurancewedstrijden, inschrijvingen en starters in 2013 Nr

Wedstrijd

# inschrijvingen

# starters

402 404 407 409 413 415 418

Bierbeek Beernem Koksijde Stekene Lille Tessenderlo Lanaken

111 126 65 118 99 107 130

109 121 63 114 99 107 125

420

Lichtaart

122

117

Totaal

878

855 55

Beschrijving van de cijfers In 2013 werden er 8 endurancewedstrijden georganiseerd door VLP. In totaal waren er op deze wedstrijden 878 inschrijvingen waarvan er 855 effectief hebben deelgenomen. In 2012 was het aantal deelnemers nog 668.

Evaluatie De organisatoren in Vlaanderen werden gestimuleerd om endurancewedstrijden te organiseren en dit vertaalde zich in de organisatie van 8 wedstrijden.

Conclusies De inspanningen van de VLP-endurancecommissie van de afgelopen jaren werd duidelijk beloond in de praktijk, met een grotere belangstelling voor zowel de organisatie van de endurancewedstrijden als het aantal deelnemers op deze wedstrijden.

SD/OD/ACTIE

1.7.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de discipline voltige 5% meer starters op de VLP-wedstrijden t.o.v. 2012.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-voltigewedstrijden: 2009

2010

2011

2012

2013

295

223

129

107

153

Evaluatie: Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal starts op de voltigewedstrijden met 43% gestegen is t.o.v. 2012. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.7.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders voltige.

Er wordt jaarlijks een kalender opgesteld voor de nationale en communautaire eventing wedstrijden. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.7.2.

Omschrijving

Organisatie van wedstrijden voltige.

Onderwerp + situatieschets VLP organiseert alle nationale voltige wedstrijden (CVN) in BelgiĂŤ. De VLP-voltigecommissie streeft ernaar dat elke competitieve voltigeclub jaarlijks minstens 1 wedstrijd organiseert.

Cijfermateriaal In 2013 waren er 39 voltigeurs met een nationale voltige licentie.

Tabel 1. Aantal inschrijvingen VLP-voltigewedstrijden in 2013 # inschrijvingen CVN 1 Moorsele

CVN 2 Retie

CVN 3 Hombeek

CVN 4 Moorsele

CVN 5 Geel

TOTAAL 2013

131

TOTAAL 2012

107

TOTAAL 2011

129

TOTAAL 2010

223

TOTAAL 2009

295

Tabel 2. Aantal aangesloten VLP-clubs met voltigewerking in 2013 # aangesloten clubs competitieve clubs

recreatieve clubs

2013

2012

2011

2010

2009

Beschrijving van de cijfers Tabel 1 Het aantal inschrijvingen daalde jaarlijks van 2009 tot 2012. We merken opnieuw een stijging in 2013. Tabel 2 Sinds 2013 zijn er 3 nieuwe voltigeclubs bij.

Evaluatie Tabel 1 We merken een daling van de inschrijvingen van 64% van 2009 ten opzichte van 2013. Sinds 2013 is er opnieuw een stijging van 22% ten opzichte van 2012. Tabel 2 In 2013 is er bijna een verdubbeling van het aantal voltigeclubs in BelgiĂŤ. De nieuwe clubs waren in 2013 nog niet actief op wedstrijden.

Conclusie EĂŠn van de grootste prioriteiten van de VLPvoltigecommissie is om de competitieve sport zoveel mogelijk uit te breiden. De voltigecommissie probeert de nieuwe clubs zoveel mogelijk te begeleiden en uit te nodigen voor stages en trainingen. We hopen dan ook ten zeerste dat deze nieuwe clubs naar de toekomst toe ook zullen deelnemen aan de voltigewedstrijden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.7.3.

Omschrijving

Promotie maken voor voltige.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.7.4.

Omschrijving

Begeleiding voltigeclubs.

Onderwerp + situatieschets

In 2013 hadden 39 voltigeurs een nationale voltige licentie (V02). Alle voltigeurs waren lid van VLP. 2.

Beschrijving van de cijfers Jaarlijks probeert de voltigecommissie om een demo te geven op belangrijke wedstrijden met een groot publiek.

De voltigecommissie hoopt met deze demonstraties extra voltigeurs te kunnen overtuigen om aan voltige te doen. Naast de demoâ&#x20AC;&#x2122;s zijn er op Flanders Horse Expo ook steeds folders ter beschikking.

Overzicht van de cijfers Demo op Flanders Horse Expo te Gent op 02/03/2013.

Evaluatie

Conclusie Het blijft moeilijk om extra voltigeurs te vinden. De voltigecommissie probeert nieuwe geĂŻnteresseerde clubs te zoeken om zo het aantal deelnemers op voltigewedstrijden te verhogen

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.7.5.

Omschrijving

Organisatie van stages voor voltigeurs.

Onderwerp + situatieschets De VLP-voltigecommissie organiseert jaarlijks stages voor haar voltigeurs en begeleiders.

Overzicht van cijfers Datum Stage

Locatie

Aantal aanwezigen

6/03/2013 Trainingsdag voltige

Sint-Niklaas

1/11/2013 Trainingsweekend voltige

Diksmuide

Beschrijving van de cijfers Voor beide stages was er een hoge opkomst van gemiddeld 33 deelnemers per dag.

Evaluatie In 2013 hadden 39 voltigeurs een nationale voltige licentie (V02) en met een gemiddelde van 33 deelnemers per dag wil dit zeggen dat er op beide stages een heel hoge opkomst was.

Conclusie De VLP-voltigecommissie vindt het heel belangrijk om stages te organiseren voor hun voltigeurs. Voor deze opleidingen worden vaak buitenlandse trainers uitgenodigd. De VLP-voltigecommissie vindt dit dan ook noodzakelijk.

SD/OD/ACTIE

1.8.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de discipline para-equestrian 5% meer starters op de VLP-wedstrijden t.o.v. 2012.

Resultaten effectmeting: Aantal starters op VLP-wedstrijden para-equestrian:

2009 10

2010 19

2011 40

2012 40

2013 97

Evaluatie: Uit deze tabel blijkt dat het totale aantal starters op de nationale en communautaire VLP-wedstrijden para-equestrian enorm gestegen is van 40 naar 97 starters in 2013. Dit is een stijging van meer dan 142%.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.8.1.

Omschrijving

Samenstelling kalender para-equestrian.

Er wordt jaarlijks een kalender opgesteld voor de nationale en recreawedstrijden. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.8.2.

Omschrijving

Organisatoren zoeken om wedstrijden para-equestrian te organiseren.

Er werden in 2013 organisatoren gezocht om wedstrijden para-equestrian te organiseren, zie gegevens bij actie 1.8.3. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.8.3.

Omschrijving

Organiseren van jaarlijks minimum 8 wedstrijden.

Onderwerp + situatieschets VLP organiseert para-equestrianwedstrijden op nationaal niveau. Deze wedstrijden worden georganiseerd voor alle ruiters met een para-equestrian licentie. Voor beginnende para-equestrian ruiters is er het recreacircuit voor paraequestrianruiters. Binnen deze werking worden ook ruiters toegelaten die aangesloten zijn bij Parantee, LRV en/of LEWB. Op deze wedstrijden hebben ruiters ook de mogelijkheid om met een manegepaard te starten.

Overzicht van de cijfers

Tabel 1. Aantal VLP-nationale en recrea para-equestrian wedstrijden, aantal starters Jaar

2010

2011

2012

2013

Aantal starters

Aantal wedstrijden

Tabel 2. Aantal VLP-nationale para-equestrian wedstrijden en aantal starters in 2013 Wedstrijd

Nummer

Aantal wedstrijddagen

Aantal starters VLP-ruiters

Aantal starters LEWB-ruiters

Totaal aantal starters

Waregem

802

Moorsele

804

Hulsterlo

805

TOTAAL

Tabel 3. Aantal recreawedstrijden en aantal starters in 2013 Wedstrijd

Nummer

Aantal wedstrijddagen

Aantal starters

Start met manege paard

Start met eigen paard

Oedelem

Waregem

TOTAAL

Beschrijving van de cijfers

Tabel 1 In 2013 kwamen in totaal 97 ruiters aan de start op 9 nationale VLP en recrea para-equestrianwedstrijden in 2013.

hoge aantal starters in Moorsele en Hulsterlo, dit is te wijten aan het feit dat hier respectievelijk de Beker van België en het Belgisch Kampioenschap werd verreden. Het aantal starters wordt ook opgedreven doordat deze wedstrijden op meerdere dagen worden georganiseerd en hier dikwijls ook gastruiters uit buurlanden aan deelnemen. Tabel 3

Tabel 2 In 2013 werden 3 VLP-nationale para-equestrianwedstrijden op 5 wedstrijddagen georganiseerd. Over de 36 wedstrijden heen kwamen in totaal 70 combinaties aan de start. Deze 3 wedstrijden werden afgewerkt op 5 wedstrijddagen. In totaal starten 57 VLP-ruiters op VLPnationale para-equestrianruiters en 13 LEWB-ruiters. Tabel 3

Dit is een nieuwe tabel dit jaar. Uit deze tabel kunnen we aﬂeiden dat 75% van de starters beschikt over een eigen paard. 25% heeft dus geen eigen paard en krijgt dus zo wel de kans om deel te nemen aan een nationale paraequestrianwedstrijden. De para-equestriancommissie houdt hier bij de keuze van wedstrijdaccommodatie rekening mee. De accommodatie moet ook geschikte manegepaarden hebben om eventueel aan een ruiter ter beschikking te stellen.

Er werden in 2013 6 recreawedstrijden voor paraequestrianruiters georganiseerd. Er zijn in totaal 36 ruiters gestart op deze wedstrijden. Er startten 9 combinaties met een manegepaard, 27 met een eigen paard. 6. 5.

Evaluatie

Tabel 1 Tegenover 2012 zijn er meer dan 142% meer starters op de nationale en recreawedstrijden para-equestrian. In 2013 was er een enorme boost in het aantal inschrijvingen, zowel in het recreatieve circuit als op de nationale wedstrijden. Tabel 2 81% van de starters op nationale VLP-paraequestrianwedstrijden waren ruiters met een VLP-licentie, 19% startten met een LEWB licentie. Opvallend is het

Conclusies

Para-equestrian is één van de kleinste disciplines binnen de VLP. Toch is het belangrijk dat ook voor deze ruiters een goed uitgewerkt beleid wordt uitgestippeld en dat er voldoende wedstrijden voor hen worden georganiseerd. In samenwerking met Parantee willen wij een beleid uitstippelen waarin zowel de meer recreatieve wedstrijdruiter met een beperking als de mindervalide beroepsruiter zijn weg vindt binnen de verschillende niveaus van wedstrijden. We realiseren met de recreawerking een wedstrijdcircuit voor ruiters met weinig wedstrijdervaring en die nog niet klaar zijn om de stap naar de nationale wedstrijden te maken. De nationale wedstrijden worden meestal gebruikt als training of voor ruiters die hun internationale selectiecriteria nog moeten behalen.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.8.4.

Omschrijving

Promotie maken voor para-equestrian.

Er worden op elke beurs ďŹ&#x201A;yers uitgedeeld. De recreawedstrijden komen ook op de kalender van Parantee.

SD/OD/ACTIE

1.9.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn er in de discipline horseball minimum 20 VLP-ploegen.

In 2013 waren er 9 ploegen aangesloten bij VLP die deelnamen aan de wedstrijden horseball.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.9.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders horseball.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werd er een kalender samengesteld voor de nationale horseballwedstrijden en voor de Flanders Horseball Cup. In 2013 werden er 10 nationale VLP en 4 Vlaamse wedstrijden horseball georganiseerd. SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.9.2.

Omschrijving

Promotie maken voor horseball tegen eind 2014.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.9.3.

Omschrijving

Promotie maken bij de jeugd rond horseball met pony’s.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.9.4.

Omschrijving

Project uitwerken om de jeugd horseball aan te trekken.

Onderwerp + situatieschets In 2013 hadden 104 spelers een nationale horseball licentie (H04). 70 spelers hadden een VLP licentie. 34 spelers hadden een LEWB licentie.

Overzicht van de cijfers Demo Flanders Horse Expo te Gent – 02/03/2013 Demo Jumping Mechelen – 30/12/2013

Evaluatie De horseballcommissie hoopt met deze demonstraties extra spelers te kunnen overtuigen om in het horseball competitiecircuit te stappen. Naast de demo’s zijn er op Flanders Horse Expo en Jumping Mechelen ook steeds folders ter beschikking van het project horseball for fun. 5 ruiters kunnen via dit project een gratis les horseball krijgen.

Beschrijving van de cijfers Jaarlijks organiseert de VLP-horseballcommissie 2 demo’s.

Conclusie Het blijft moeilijk om extra spelers te vinden die aan de horseball wedstrijden willen deelnemen. Horseball is een sport die op veel clubs recreatief wordt georganiseerd. Naast alle andere takken in de paardensport is horseball de enige ploegsport, waardoor afspreken met de hele ploeg om te trainen niet altijd een evidentie is.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.9.6.

Omschrijving

Organisatie van een Vlaams circuit voor de VLP-ploegen, naast de nationale competitie.

Onderwerp + situatieschets Jaarlijks organiseert de VLP de Flanders Horseball cup (FHBC) . Deze cup staat enkel open voor Vlaamse ploegen. De FHBC bestaat uit 3 manches en een finale. De finale wordt jaarlijks gespeeld op Flanders Horse Expo te Gent. Vroeger startte de FHBC in december en verliep de FHBC over 2 kalenderjaren. Sinds 2012 start de FHBC in januari.

Overzicht van de cijfers Tabel 1. Aantal ingeschreven ploegen voor de Flanders Horseball Cup in 2013 # ingeschreven ploegen FHBC

2009 - 2010

2010 - 2011

2012

2013

Beschrijving van de cijfers Dit jaar heeft er 1 Vlaamse ploeg minder deelgenomen aan de FHBC dan voorgaande jaren.

Evaluatie In 2013 waren er 14 horseballploegen waarvan 9 VLP ploegen en 5 LEWB-ploegen. Van de 9 VLP-ploegen hebben er 6 ploegen deelgenomen aan de FHBC.

Conclusie De VLP-horseballcommissie probeert de sport zoveel mogelijk uit te breiden door nieuwe spelers aan te trekken en door de huidige spelers te behouden. De commissie wil bereiken door de organisatie van demonstraties, stages, competitie, promotie â&#x20AC;Ś In enkele jaren tijd is de Flanders Horseball Cup uitgegroeid van vriendschappelijke wedstrijden naar een wedstrijdcircuit. De reglementen worden strenger opgevolgd, er werd een horseball piste aangekocht en voor de finalisten wordt er prijzengeld voorzien. Door de professionalisering van de FHBC hopen we meer mensen voor deze sport warm te kunnen maken.

SD/OD/ACTIE

1.10.

Omschrijving

Tegen eind 2016 zijn in de Jeugd Cup 5% meer starters t.o.v. 2012.

Onderwerp + situatieschets Jeugd Cup is een concept dat wedstrijden aanbiedt in de discipline stijlrijden voor de jeugd tot en met het jaar dat de ruiter 21 jaar wordt. Dressuur binnen de Jeugd Cup wordt sinds 2013 niet meer georganiseerd. De Jeugd Cup is een samenwerking tussen LRV en VLP. De Jeugd Cup is toegankelijk voor ruiters van het basis- en secundair onderwijs, inclusief leerlingen van scholen met paardenopleidingen of specialisatiejaren. Zowel leden als niet-leden van door Bloso erkende sportfederaties kunnen deelnemen aan de Jeugd Cup.

Overzicht van de cijfers Tabel 1. Deelnemers Pony’s-Paarden Dressuur 2010-2013 2010

Wedstrijden Torhout

2011

2012

2013

# # # # # # # # deelnemers deelnemers deelnemers deelnemers deelnemers deelnemers deelnemers deelnemers Pony’s Paarden Pony’s Paarden Pony’s Paarden Pony’s Paarden -

Meulebeke

Kalmthout

Schaffen

Aalter

Afﬂigem

Moerzeke Bilzen

Waregem

Lier

Moorsele

Meerdonk

Kuringen

Ranst

St-Lenaerts

Zoutleeuw

½ ﬁnale ﬁnale

Totaal

387

426

341

448

509

591

525

542

Tabel 2. Totaal deelnemers 2010-2013 2010

2011

2012

2013

# deeln.

Selectiewedstrijden

598

583

895

828

Halve ﬁnales

145

136

135

169

Finales

Totaal

813

789

1100

1067

Tabel 3. Deelnemende combinaties per federatie 2013

Deelnemende combinaties per federatie

Pony’s Kleine maat

Pony’s grote maat

Paarden 90

Paarden 110

Totaal

Geen Lid

LRV

172

VLP

250

Totaal ruiters

163

148

450

Beschrijving van de cijfers

Evaluatie

Tabel 1

In 2013 noteren we een totaal van 525 deelnames in de ponyreeksen en 542 deelnames in de paardenreeksen.

Bij de ponyreeksen noteren we een procentuele stijging van 3% (van 509 naar 525) van het aantal deelnames over alle wedstrijden in 2013 t.o.v. 2012.

In de ponyreeksen noteren we de meeste deelnames in Meerdonk en Lier met een gelijk aantal van 72. In de paardenreeksen noteren we de meeste deelnames in Bilzen met een totaal van 73 deelnames. De grootste totale opkomst was in Meerdonk met een totaal van 139 deelnames. De laagste opkomst was in Waregem met een totaal van 72 deelnames. Tabel 2 In 2013 hebben we een totaal van 1067 deelnames, waarvan 828 op de selectiewedstrijden, 169 op de halve finales en 70 op de finale. Tabel 3 Er kwamen in totaal 450 verschillende ruiters aan de start op de Jeugd Cup wedstrijden. Daarvan zijn 28 ruiters geen lid van LRV of VLP, 172 ruiters zijn lid van LRV en 250 ruiters zijn lid van VLP.

Bij de paardenreeksen noteren we een procentuele daling van 8% (van 591 naar 542) van het aantal deelnames over alle wedstrijden in 2013 t.o.v. 2012. Tabel 2 In het algemene totaal van het aantal deelnames noteren we een daling van 3% in 2013 t.o.v. 2012. Als we het totaal deelnames op de selectiewedstrijden alleen bekijken noteren we een daling van 7% (van 895 naar 828) in 2013 t.o.v. 2012. Bij het aantal deelnames op de halve finales noteren we een stijging in 2013 met 25% t.o.v. 2012. Tabel 3 Deze gegevens kunnen we niet vergelijken met voorgaande jaren omdat dit nieuwe gegevens zijn. 6% van de deelnemende ruiters zijn geen lid van een federatie. 38% van de deelnemende ruiters zijn lid van LRV. 56% van de deelnemende ruiters zijn lid van VLP.

Conclusies We hebben een kleine daling in het totaal aantal omlopen in 2013 t.o.v. 2012, te wijten aan de verminderde deelnames op de selectiewedstrijden. In 2013 hebben we onze selectienormen voor de halve finales versoepeld, omdat we als doel hadden om deze halve finales te opwaarderen door ze gemakkelijker bereikbaar te maken. Omdat de ruiters sneller geselecteerd waren voor de halve finale, moesten zij niet elke selectiewedstrijd terugkomen om zich te kwalificeren.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.10.1.

Omschrijving

Samenstelling kalenders Jeugd Cup.

De werkgroep van de Jeugd Cup stelt de kalender van de Jeugd Cup op, rekening houdend me de verdeling over de verschillende provincies.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.10.2.

Omschrijving

Organisatie van jaarlijks in totaal minstens 10 wedstrijden van de Jeugd Cup (jumping en dressuur).

In 2013 werden er 10 wedstrijden van de Jeugd Cup georganiseerd. Zie gegevens bij OD 1.10.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.10.3.

Omschrijving

Promotie maken voor de Jeugd Cup via Facebook.

Deze actie werd in 2013 nog niet ondernomen. Doordat dit project een samenwerking is tussen LRV en VLP dient dit nog op elkaar afgestemd te worden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

1.10.4.

Omschrijving

Organisatie van minstens 1 wedstrijd stijlrijden per provincie in 2013 en 2014.

De werkgroep Jeugd Cup houdt rekening met de verdeling van de wedstrijden over de verschillende provincies. Zie gegevens bij OD 1.10.

DISCIPLINEOVERSCHRIJDEND

Onderwerp + situatieschets Hierbij bekijken we enkele overzichten met de verschillende disciplines samen, zoals het aantal VLP-wedstrijden per leeftijdscategorie en per regionale/niveau, het totale aantal van de gestarte combinaties en het gemiddelde per wedstrijddag, binnen de verschillende provincies.

# wedstrijden 2010

2011

2012

2013

2010

2011

2012

2013

2010

jumping

dressuur *

eventing **

mennen **

reining **

endurance

horseball **

voltige

para-equestrian**

*: excl ponyâ&#x20AC;&#x2122;s/paarden project (provinciaal niveau)

**: incl wedstrijden op Vlaams niveau

pony/schol

Overzicht van de cijfers Tabel 1. Aantal VLP-wedstrijden per discipline/leeftijdscategorieĂŤn

junior

young rider

senior

2011

2012

2013

2010

2011

2012

2013

2010

2011

2012

2013

Tabel 2. Aantal georganiseerde wedstrijden in Vlaanderen sinds 2009 Jumping

Dressuur

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

HRVV

VRV

T.R.E.N.S.

Rc De Trens

HGVBB

HROV

VOR

WVUR

Nat. (+comm)

Internat. Totaal

Eventing

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

291

331

317

347

350

126

131

147

159

Mennen

Endurance

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

152

‘09 ‘10 ‘11 ‘12 ‘13 Alg. 483 537 542 601 600 totaal

Tabel 3. Aantal omlopen en procentuele verhouding van de provinciale en subprovinciale wedstrijden sinds 2009 Jumping

Dressuur

Totaal

2009

2010

2011

2012

2013

2009

2010

2011

2012

2013

2009

2010

2011

2012

2013

21.222

31.635

27.759

32.330

34.316

3.254

4.041

3.760

5.159

4.469

24.476

35.676

31.519

37.489

38.785

21%

27%

25%

28%

29%

39%

35%

40%

35%

22%

28%

26%

29%

30%

20.350

19.937

19.856

18.444

19.738

2.457

2.051

2.450

2.572

2.797

22.807

21.988

22.306

21.016

22.535

20%

17%

18%

16%

17%

22%

20%

23%

20%

22%

20%

17%

19%

16%

17%

OostVlaanderen

37.361

37.518

37.867

37.765

36.035

1.873

2.006

1.979

2.080

2.173

39.234

39.524

39.846

39.845

38.208

37%

32%

35%

32%

30%

17%

20%

18%

16%

17%

35%

31%

33%

31%

29%

VlaamsBrabant

11.387

13.868

10.363

13.192

12.442

1.849

1.003

1.155

1.533

1.430

13.236

14.871

11.518

14.725

13.872

11%

12%

11%

17%

10%

11%

12%

11%

12%

10%

11%

WestVlaanderen

11.666

13.642

13.472

15.602

15.623

1.732

1.170

1.539

1.615

1.769

13.398

14.812

15.011

17.217

17.392

Antwerpen

Limburg

TOTAAL

11%

12%

13%

16%

11%

14%

12%

14%

12%

13%

101.986

116.600

109.317

117.333

118.154

11.165

10.271

10.883

12.959

12.638

113.151

126.871

120.200

130.292

130.792

100%

Tabel 4. Gemiddeld aantal gestarte combinaties per (sub)provinciale wedstrijddag in Vlaanderen sinds 2009 Jumping 2010

2011

2012

2013

2009

2010

2011

2012

2013

Antwerpen Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant

308 261 252 259

257 302 218 261

252 251 240 220

251 228 253 259

254 270 240 254

68 107 94 116

82 73 96 63

145 123 94 64

115 99 95 77

124 104 99 72

West-Vlaanderen

201

207

211

244

226

102

110

124

136

Gemiddeld

256

249

235

247

249

107

102

107

Dressuur

2009

Beschrijving van de cijfers

Tabel 1

Tabel 2

Voor jumping werden er in 2013 40 VLP-wedstrijden georganiseerd, van deze 40 wedstrijden waren er 37 voor juniorruiters, 35 voor young riders en 30 voor de seniors. Van de in totaal 23 VLP-dressuurwedstrijden op nationaal niveau konden er aan 19 wedstrijden ponyruiters deelnemen, 21 voor junioren, 23 speciﬁek voor young riders en 20 voor seniors. Voor eventing, mennen, reining waren er telkens 20 VLP-wedstrijden waaraan alle leeftijdscategorieën konden deelnemen. Ook bij de 8 endurancewedstrijden kon elke leeftijdsgroep deelnemen. Aan de 8 horseballwedstrijden kon elke leeftijdsgroep met paarden deelnemen. Er waren geen speciﬁeke wedstrijden voor de ponyruiters. Voor para-equestrian kon elke ruiter, ongeacht de leeftijdscategorie, deelnemen aan de 9 nationale en VLP-wedstrijden.

In 2013 werden er in totaal 600 wedstrijden georganiseerd in Vlaanderen. Daarvan waren er 350 jumpingwedstrijden, 152 voor dressuur, 21 eventing, 21 mennen, 8 endurance, 21 reining, 7 voltige, 10 horseball en 10 para-equestrian. Binnen de disciplines zien we een stijging t.o.v. 2012 voor jumping, mennen, para-equestrian en reining. Eventing en endurance zijn gelijk gebleven. We zien een lichte daling bij dressuur (-7), voltige (-2), horseball (-3).

Endurance

Reining

Voltige

Paraequestrian

Horseball

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

‘09

‘10

‘11

‘12

‘13

Tabel 3

In 2013 zijn 118.154 combinaties gestart op de provinciale en subprovinciale jumpingproeven (t.o.v. 117.333 in 2012). Voor dressuur is dit aantal 12.638 in 2013 (t.o.v. 12.959 in 2012). In totaal waren er 130.792 starters op de (sub)provinciale proeven jumping en dressuur (t.o.v. 130.292 in 2012). Tabel 4 In 2013 waren er gemiddeld 249 gestarte jumpingcombinaties op de (sub)provinciale wedstrijddagen (t.o.v. 247 in 2012). Voor dressuur is het gemiddelde voor 2013 107 (t.o.v. 102 in 2012). 4.

Evaluatie

Tabel 1 Voor de verschillende leeftijdscategorieën die binnen de verschillende disciplines van toepassing zijn is er voldoende aanbod van wedstrijden. Tabel 2 Er werd in 2013 1 wedstrijd minder georganiseerd t.o.v. 2012. Jumping blijft ook in 2013 de koploper met op de 2e plaats dressuur. Aangezien de andere disciplines slechts op communautair en/of nationaal niveau georganiseerd worden zijn die aantallen een pak lager.

Conclusies Tabel 1 Voor de verschillende leeftijdscategorieën die binnen de verschillende disciplines van toepassing zijn is er voldoende aanbod van wedstrijden. Het aantal van deze wedstrijden blijft ongeveer gelijk over alle disciplines heen. Dit toont aan dat we een stabiel wedstrijdaanbod kunnen aanbieden in de verschillende disciplines voor alle leeftijdscategorieën. Tabel 2 In 2013 was het aantal georganiseerde wedstrijden discipline-, niveau-, en regio overschrijdend stabiel t.o.v. vorige jaren. Het is ook logisch dat jumping de koploper is met het meeste wedstrijden, aangezien we ook het meeste jumpingruiters hebben t.o.v. de overige disciplines. Tabel 3 De provincie Antwerpen heeft in 2013 de leiding overgenomen van de provincie Oost-Vlaanderen in het totale aantal starters op provinciale en subprovinciale proeven in de disciplines jumping en dressuur. De rangschikking van de provincies Limburg (3e), West-Vlaanderen (4e) en Vlaams-Brabant (5e) blijft in 2013 ongewijzigd t.o.v. 2012. Indien we dit per discipline bekijken dan is er wel een verschuiving in de top 3. Jumping: 1. Antwerpen, 2. Limburg, 3. Oost-Vlaanderen. Dressuur: 1. Oost-Vlaanderen, 2. Antwerpen, 3. Limburg.

Tabel 3 Op de subprovinciale en provinciale jumpingproeven was er een stijging van 821 starters (= 0,7%) in 2013 t.o.v. 2012. In de discipline dressuur was er een daling van 321 starters (=2,5%). In totaal was er bijgevolg een stijging van het aantal starters, met 500 combinaties t.o.v. 2012.

Tabel 4 De provinciale werkingen binnen jumping en dressuur tonen stabiele cijfers in het aantal starters.

Tabel 4 Het aantal gestarte combinaties per subprovinciale en provinciale wedstrijddag stijgt zowel voor dressuur als jumping in 2013 t.o.v. 2012.

CONCLUSIES (BO1) De conclusies werden hiervoor telkens per item besproken. Algemeen kunnen we voor BO1 nog niet vermelden of we de strategische doelstelling (SD1) “Tegen eind 2016 zijn er, via een jaarlijkse stijging, minstens 10% meer starters op de VLP-wedstrijden.” behaald hebben. Deze SD kan pas eind 2016 geëvalueerd worden. Maar de doelstelling die hierin vervat zit voor 2013, nl. een stijging van het aantal starters op VLP-wedstrijden in 2013 t.o.v. 2012 werd behaald. Er was een stijging van 4,7%. Dit betekent dat we op schema zitten om onze strategische doelstelling tegen 2016 te kunnen bereiken.

EVENTUELE BIJSTURINGEN OP NIVEAU VAN DE DOELSTELLINGEN EN/OF ACTIES (BO1)

COLOFON Vlaamse Liga Paardensport vzw Klossestraat 64 • 9052 Zwijnaarde T 09 245 70 11 • F 09 245 70 12 info@vlp.be • www.vlp.be Verantwoordelijke uitgever Lies Vlamynck Vormgeving Caroline Op de Beeck Foto’s Dirk Caremans • www.caremans.be Equpics • http://equpics.be Jan Deprez Jean Hendrix P-websolutions • www.paardenfotograaf.be Martine Tandt VLP • www.vlp.be Jan Vanbroeckhoven • www.hippollywood.com Mathias Wentein • www.hippo.be Mark Wentein • www.hippo.be

Vlaamse Liga Paardensport

WERKINGSVERSLAG 2013 BAsisOPDrACHT 2 (BO2) ORGANISEREN VAN RECREATIEVE SPORTBEOEFENING PER PROVINCIE

Beleidsplan 2013 - 2016 1

BASISOPDRACHT 2 (BO2) ORGANISEREN VAN RECREATIEVE SPORTBEOEFENING PER PROVINCIE STRATEGISCHE EN OPERATIONELE DOELSTELLINGEN EN ACTIEPLANNEN 3

SD/OD/ACTIE

Omschrijving

Tegen eind 2016 is het recreatief aanbod van VLP verruimd.

Indicator(en)

Het verruimd recreatief aanbod.

Deﬁnitie indicator

De aanwezigheid van wedstrijden in het kader van een nieuw wedstrijdcircuit + een stijging van het aantal brevetafnames.

Meetnorm

Eind 2016 minstens 5 wedstrijden in het kader van een nieuw wedstrijdcircuit + stijging van minstens 10% brevetafnames t.o.v. 2012.

Meetbron(nen)

Resultatenlijsten / VLPdata

Meetwijze

2 Exceldocumenten

Meetfrequentie

Jaarlijks

Meetmoment(en) December Meeteigenaar

Administratief medewerker clubs

Meetbewaker

Coördinator recreatie/opleiding

Over deze strategische doelstelling kan pas gerapporteerd worden in 2016. SD/OD/ACTIE

2.1.

Omschrijving

In 2016 is er een recreatief wedstrijdcircuit voor sportbeoefenaars zonder eigen paard.

Indicator(en)

Het aantal wedstrijden voor sportbeoefenaars zonder eigen paard.

Deﬁnitie indicator Wedstrijdcircuit: wedstrijden waaraan deelnemers hebben deelgenomen. Meetnorm

Het aantal wedstrijden eind 2016 moet minstens 5 zijn.

Meetbron(nen)

Resultatenlijst

Meetwijze

Exceldocument

Meetfrequentie

Jaarlijks

Meetmoment(en)

December

Meeteigenaar

Administratief medewerker clubs

Meetbewaker

Coördinator recreatie/opleiding

Over deze operationele doelstelling kan pas gerapporteerd worden in 2016. In 2013 werden nog geen speciﬁeke acties ondernomen hiervoor met uitzondering van het opstellen van de vragenlijst voor clubs. Aangezien deze vragenlijst behandeld zal worden op de debatdag voor clubs in 2014, kunnen we hier momenteel nog niets over rapporteren. SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.1.1.

Omschrijving

De VLP verspreidt een vragenlijst onder de clubs.

Timing voor actie

2013

In 2013 werd door VLP een omvangrijke clubenquête opgesteld. Deze bevraagd onder meer:

•

Startbrochures

•

Algemene promotie

•

Samenstelling en verspreiding van een promotiepakket voor clubs

•

Inhoud van dergelijk promotiepakket

•

Hoe kan VLP haar clubs nog meer ondersteunen?

•

Wedstrijdcircuit voor ruiters zonder eigen paard

•

…

Omdat we de ervaring hebben dat de respons miniem is, willen we deze vragenlijst niet in dergelijke vorm aan de clubs bezorgen. Deze items zullen aan bod komen op de “debatdag” die in 2014 voor de clubs georganiseerd zal worden. Op die manier hopen we de nodige informatie van de clubs te krijgen.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.1.2.

Omschrijving

De VLP richt een werkgroep op voor de uitwerking van een wedstrijdcircuit voor de sportbeoefenaars zonder eigen paard.

Timing voor actie

2013-2014

Deze actie wordt uitgevoerd in 2014. VLP zal de resultaten van de ‘debatdag’ afwachten vooraleer een werkgroep opgericht wordt.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.1.3.

Omschrijving

De VLP lanceert in 2016 het wedstrijdcircuit voor sportbeoefenaars zonder eigen paard, op basis van de analyses van de bevraging bij haar clubs.

Timing voor actie

2016

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2016.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.1.4.

Omschrijving

De VLP organiseert tegen eind 2016 i.s.m. haar clubs minstens 1 wedstrijd voor sportbeoefenaars zonder eigen paard per provincie.

Timing voor actie

2016

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2016.

SD/OD/ACTIE

2.2.

Omschrijving

Tegen eind 2016 is, via een jaarlijkse stijging, het aantal brevetafnames met 10% gestegen.

Indicator(en)

Het aantal brevetafnames.

Deﬁnitie indicator

Brevetafname: 1 afname is wanneer een club op een bepaalde dag de mogelijkheid aanbiedt om een brevet te behalen binnen eenzelfde stijl (klassiek, mennen of western rijden).

Meetnorm

Het aantal brevetafnames is minstens 10% gestegen i.v.m. 2012.

Meetbron(nen)

VLPdata

Meetwijze

Exceldocument

Meetfrequentie

Jaarlijks

Meetmoment(en)

December

Meeteigenaar

Administratief medewerker brevetten

Meetbewaker

Coördinator recreatie/opleiding

1. siTUATiesCHeTs De ruiterbrevetten hebben reeds een hele geschiedenis achter zich. Zij werden voor het eerst uitgereikt in de jaren ’70. Het zou echter tot het einde van 1993 duren tot dezelfde normen ingevoerd werden voor alle erkende paardensportfederaties (VLP-LRV). Met de oprichting van de Vlaamse Hippische Sportbond (VHS) werden de vereisten, waaraan op de respectievelijke niveaus moet worden voldaan, vastgelegd in eindtermen, die beoordeeld worden door examinatoren van de VHS. Het is duidelijk dat transparante afspraken en vastgelegde eindtermen belangrijk zijn voor een gedegen brevettenwerking. De inzet van de examinatoren is hierbij essentieel. VLP en LRV werken nauw samen met de Vlaamse Hippische Sportbond om deze brevettenwerking over heel Vlaanderen uniform te houden. Zo wordt o.a. gebruikt gemaakt van een gemeenschappelijke poule examinatoren. In 2013 werd een vacature opengesteld om deze poule te versterken, omdat het aantal brevetafnames alsmaar toeneemt. De samenwerking verloopt hierbij zeer vlot. VLP verwacht dat in de komende jaren het succes van de brevettenwerking nog zal stijgen. Enerzijds door het toenemende aantal sporters en sportclubs, anderzijds omdat de kaderopleidingen (via de Vlaamse trainersschool), die volgen op de brevettenwerking, ook aan succes toeneemt. In het bezit zijn van een brevet is dan ook een must om met deze kaderopleidingen te starten. Voor het behalen van deze operationele doelstelling is het ook belangrijk om te schetsen wat verstaan wordt onder een “organiserende club met minstens 1 recrea lid”. Iedere club die minstens 1 maal per jaar een brevetafname (klassiek, mennen of western rijden) organiseert, wordt beschouwd als een ‘organiserende club’. Clubs kunnen sporters aansluiten bij VLP via hun club. Deze leden kunnen aangesloten worden met een recreatieve vergunning (wanneer deze sporters geen wedstrijden rijden) of met een competitieve licentie (deze aansluiting is weggelegd voor sporters die wel wedstrijden wensen te rijden). In functie van deze operationele doelstelling verwijst de term “organiserende club met minstens 1 recrea lid” dus naar de combinatie van deze 2 bovenstaande gegevens: alle clubs die op jaarbasis minstens 1 brevetafname organiseren en hier bovenop minstens 1 lid, met een recreatieve vergunning, hebben aangesloten bij VLP (via die club). Bij de klassieke ruiterbrevetten is het mogelijk om een A-brevet of B-brevet te behalen. Hiernaast werd ook het bekwaamheidsattest voor deelnemers jonger dan 11 jaar in het leven geroepen. Dit bevat de praktijk van het A-brevet, zonder de theorie. Voor dressuurruiters die willen instappen in het ofﬁciele wedstrijdcircuit, bestaat de mogelijkheid om een attest Bdressuur te behalen. Dit is de inhoud van het B-brevet, maar zonder de praktijkproef springen.

2. Cijfers a.

ALGEMEEN Tabel 1: Overzicht organiserende clubs klassieke brevetten 2012-2013 Organiserende clubs met minstens één recrea lid

Organiserende clubs

Aantal examens

Ruiterbrevetten

108

132

248

Menbrevetten

Westernbrevetten

2012

Organiserende clubs met minstens één recrea lid

Organiserende clubs

Aantal examens

Ruiterbrevetten

108

222

Menbrevetten

Westernbrevetten

2013

KLASSIEKE RUITERBREVETTEN Tabel 2: Overzicht van het aantal klassieke brevetafnames 2009-2013 2009

2010

2011

2012

2013

Antwerpen

Limburg

Oost-Vlaanderen

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

185

193

207

222

248

TOTAAL

Tabel 3: Aantal deelnemers klassieke ruiterbrevetten 2009-2013 2009

2010

2011

2012

2013

Antwerpen

558

650

627

858

912

Limburg

448

348

427

484

443

Oost-Vlaanderen

679

670

648

360

795

Vlaams-Brabant

254

473

474

670

633

West-Vlaanderen

1101

1202

1513

1310

1274

TOTAAL

3040

3343

3689

3682

4057

Tabel 4: Overzicht deelnemers per geslacht en leeftijd vrouw= 3337

man= 720

<12

12-15

16-18

19-25

26-45

>45

<12

12-15

16-18

19-25

26-45

>45

Antwerpen

119

377

103

912

Vlaams-Brabant

298

633

Limburg

178

443

Oost-Vlaanderen

338

795

West-Vlaanderen

163

656

110

123

1274

TOTAAL

510

1847

447

303

196

122

337

4057 11

Tabel 5: Aantal deelnemers bekwaamheidsattest en A-brevet per provincie 2009

2010

2011

2012

2013

Antwerpen

331

394

385

520

565

Vlaams-Brabant

404

373

377

408

395

Limburg

177

280

344

297

284

Oost-Vlaanderen

275

216

264

238

476

West-Vlaanderen

748

813

972

846

798

1935

2076

2342

2309

2518

Totaal

Tabel 6: Aantal deelnemers attest B-dressuur per provincie 2010

2011

2012

2013

Antwerpen

Vlaams-Brabant

Limburg

Oost-Vlaanderen

West-Vlaanderen Totaal

116

128

149

Tabel 7: Aantal deelnemers B-brevet per provincie 2009

2010

2011

2012

2013

Antwerpen

227

218

192

290

303

Vlaams-Brabant

275

237

234

216

Limburg

167

119

167

146

Oost-Vlaanderen

173

118

155

108

277

West-Vlaanderen

353

373

516

446

448

1105

1151

1219

1245

1390

Totaal

c. MENBREVETTEN

Tabel 8: Aantal menbrevetafnames 2009-2013 2009

2010

2011

2012

2013

Antwerpen Limburg

Oost-Vlaanderen

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

TOTAAL

Tabel 9: Aantal deelnemers menbrevetafname 2009-2013

Antwerpen Limburg

2009

2010

2011

2012

2013

Oost-Vlaanderen

127

144

115

130

103

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

223

256

306

267

239

TOTAAL

Tabel 10: Overzicht deelnemers per geslacht en leeftijd menbrevetten MAN=154

VROUW=85

TOTAAL

16 - 18

19 - 25

26 - 45

> 45

16 - 18

19 - 25

26 - 45

> 45

Antwerpen

Limburg

Oost-Vlaanderen

103

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

239

TOTAAL

Tabel 11: Aantal deelnemers menbrevet A 2009-2013

Antwerpen

2009

2010

2011

2012

2013

Limburg

Oost-Vlaanderen

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

171

174

180

194

181

TOTAAL

Tabel 12: Aantal deelnemers menbrevet B 2009-2013 Â Antwerpen

2009

2010

2011

2012

2013

Limburg

Oost-Vlaanderen

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

126

TOTAAL

d. BREVETTEN WESTERN RIJDEN

Tabel 13: Aantal brevetafnames 2010-2013

Antwerpen Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant

2010 0 0 1 0

2011 4 1 2 0

2012 1 0 1 0

2013 0 0 3 0

West-Vlaanderen TOTAAL

2012 10 0 11 0 0 21

2013 0 0 18 0 0 18

Tabel 14: Aantal deelnemers brevetafname western rijden 2010-2013

2010 0 0 14 0 0 14

Antwerpen Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen TOTAAL

2011 34 2 20 0 8 64

Tabel 15: Overzicht deelnemer per provincie, geslacht en leeftijd MAN=7

VROUW=11

<12

12-15

16-18

19-25

26-45

>45

<12

12-15

16-18

19-25

26-45

>45

Antwerpen

Vlaams-Brabant

Limburg

Oost-Vlaanderen

West-Vlaanderen

TOTAAL

Tabel 16: Aantal deelnemers A-brevet western rijden 2010

2011

2012

2013

Antwerpen

Vlaams-Brabant

Limburg

Oost-Vlaanderen

West-Vlaanderen

2010

2011

2012

2013

Antwerpen

Vlaams-Brabant

Limburg

Oost-Vlaanderen

TOTAAL

Tabel 17: Aantal deelnemers B-brevet western rijden

West-Vlaanderen

TOTAAL

3. BesCHrijViNG Cijfers In tabel 1 zien we een overzicht van alle organiserende clubs in 2013 en 2012. Voor de klassieke ruiterbrevetten hebben er in 2013 132 VLP-clubs minstens 1 brevetafname georganiseerd. Van deze 132 clubs hebben 108 clubs minstens 1 lid met een recreatieve vergunning. In totaal hebben deze 132 clubs 248 klassieke brevetafnames georganiseerd. Voor de menbrevetten waren er in 2013 12 organiserende clubs, waarvan er 10 clubs minstens 1 recreatief lid bij hun aangesloten hadden. Deze 12 clubs hebben samen 23 menbrevetafnames georganiseerd. Voor de brevetten western rijden waren er in 2013 2 organiserende clubs. Beide clubs hadden minstens 1 lid met een recreatieve vergunning. Beide clubs organiseerden samen 3 examens in 2013.

Tabel 2 geeft weer dat in 2013 248 brevetafnames georganiseerd werden voor klassieke brevetten. Hiervan vonden 46 afnames plaats in Antwerpen, 27 afnames in Limburg, 43 afnames in Oost-Vlaanderen, 37 afnames in Vlaams-Brabant en 95 afnames in West-Vlaanderen. In tabel 3 kunnen we het aantal deelnemers aan de klassieke brevetafnames terugvinden. In 2013 namen 4057 kandidaten deel aan een brevetafname. 912 namen deel aan een afname in Antwerpen, 443 in Limburg, 795 in Oost-Vlaanderen, 633 in Vlaams-Brabant en 1274 deelnemers namen deel aan een brevetafname in West-Vlaanderen. Tabel 4 geeft dan weer dat er in 2013 van de 4057 deelnemers 720 mannen en 3337 vrouwen deelnamen aan een klassieke brevetafname. Bij de mannen waren 510 deelnemers onder de 12 jaar oud. 1847 deelnemers waren tussen 12 jaar en 15 jaar (inclusief) oud. 447 deelnemers waren tussen 16 jaar en 18 jaar oud. 303 deelnemers waren tussen 19 jaar en 25 jaar oud. 196 deelnemers waren tussen de 26 en 45 jaar oud en 34 deelnemers waren 45 jaar oud of ouder. Bij de meisjes waren 122 deelnemers jonger dan 12 jaar. 337 deelnemers waren tussen de 12 jaar en 15 jaar (inclusief) oud. 81 deelnemers waren tussen 16 en 18 jaar oud. 72 deelnemers waren tussen 19 en 25 jaar oud. 86 deelnemers waren tussen 26 en 45 jaar oud en 22 deelnemers waren 45 jaar of ouder. In tabel 5 zien we een overzicht van het aantal deelnemers dat heeft deelgenomen aan het bekwaamheidsattest of A-brevet. In 2013 waren er in totaal 2518 deelnemers die deelnamen aan het bekwaamheidsattest of het A-brevet. Dit waren er 565 in Antwerpen, 395 in Vlaams-Brabant, 284 in Limburg, 476 in Oost-Vlaanderen en 798 in West-Vlaanderen. Tabel 6 geeft dan weer hoeveel deelnemers er deelnamen aan het attest B-dressuur. In 2013 waren dit 149 deelnemers, waarvan 44 deelnemers uit Antwerpen, 22 uit VlaamsBrabant, 13 uit Limburg, 42 uit Oost-Vlaanderen en 28 deelnemers uit West-Vlaanderen.

In tabel 7 zien we het aantal deelnemers aan het Bbrevet. In 2013 namen 1390 deelnemers deel, waarvan 303 deelnemers in Antwerpen, 216 deelnemers in Vlaams-Brabant, 146 deelnemers in Limburg, 277 deelnemers in Oost-Vlaanderen en 448 deelnemers in West-Vlaanderen. Vanaf tabel 8 gaan we over naar de cijfers van de menbrevetten. Hier kunnen we zien dat in 2013 23 menbrevetafnames plaatsvonden. In 2012 waren dit 20 afnames, in 2011 25 afnames, in 2010 26 afnames en in 2009 waren er 19 menbrevetafnames. In tabel 9 kunnen we zien dat in 2013 239 deelnemers deel namen aan een menbrevetafname. Hiervan hebben er 55 deelnemers in Limburg deelgenomen, 103 in Oost-Vlaanderen, 67 in Vlaams-Brabant en 14 in West-Vlaanderen. In Antwerpen waren er geen deelnemers omdat er geen brevetafnames waren.

Tabel 10 geeft ons ook een overzicht van het aantal deelnemers per geslacht en per leeftijd bij de menbrevetafnames. In 2013 waren van de 239 deelnemers 154 van het mannelijke en 85 van het vrouwelijke geslacht. Bij de mannen waren 11 deelnemers waren tussen 16 jaar en 18 jaar oud. 14 deelnemers waren tussen 19 jaar en 25 jaar oud. 60 deelnemers waren tussen de 26 en 45 jaar oud en 69 deelnemers waren 45 jaar oud of ouder. Bij de vrouwen waren 6 deelnemers tussen 16 en 18 jaar oud. 17 deelnemers waren tussen 19 en 25 jaar oud. 43 deelnemers waren tussen 26 en 45 jaar oud en 19 deelnemers waren 45 jaar of ouder. In tabel 11 zien we het aantal deelnemers aan het menbrevet A in 2013. Dit waren 181 deelnemers, waarvan er geen deelnemers waren in Antwerpen. In Limburg namen 32 deelnemers deel, in Oost-Vlaanderen 70 deelnemers, in VlaamsBrabant namen 66 deelnemers deel en in West-Vlaanderen namen 13 deelnemers deel.

Tabel 12 geeft een overzicht van het aantal deelnemers aan het menbrevet B in 2013. Er waren 58 deelnemers, waarvan er geen deelnemers waren in Antwerpen. In Limburg namen 23 deelnemers deel, in Oost-Vlaanderen 33 deelnemers, in Vlaams-Brabant nam 1 deelnemer deel en in West-Vlaanderen nam ook 1 deelnemer deel. ten slotte bespreken we nog de cijfers van de brevetafnames western rijden in 2013. Tabel 13 geeft weer dat er in 2013 3 brevetafnames western rijden waren. Alle 3 de brevetafnames vonden plaats in Oost-Vlaanderen. In tabel 14 kunnen we terugvinden dat 18 deelnemers deel namen aan de brevetafnames in 2013. Alle deelnemers namen deel aan de brevetafnames in Oost-Vlaanderen.

Tabel 15 geeft een overzicht van de deelnemers per geslacht en per leeftijd weer. In 2013 waren 7 deelnemers van het mannelijke geslacht en 14 deelnemers van het vrouwelijke geslacht. Bij de mannen was 1 deelnemer tussen de 19 en 25 jaar (inclusief) oud. 4 deelnemers waren tussen de 26 en 45 jaar oud en 2 deelnemers waren ouder dan 45 jaar. Bij de vrouwen waren 2 deelnemers tussen de 19 en 25 jaar (inclusief) oud. 8 deelnemers waren tussen de 26 en 45 jaar oud en 1 deelnemer was ouder dan 45 jaar. Van alle deelnemers namen er in 2013 14 deel aan het A-brevet western rijden (cfr. tabel 16) en 4 deelnemers aan het B-brevet western rijden (cfr. tabel 17) in Oost-Vlaanderen.

4. eVALUATie KLASSIEKE RUITERBREVETTEN In de eerste plaatsen kunnen we vaststellen in tabel 1 dat het aantal brevetafnames gestegen is tegenover 2012. Dit zowel voor de klassieke ruiterbrevetten, de menbrevetten en de brevetten western rijden. Voor de klassieke ruiterbrevetten werd in 2013 een stijging van 11,71% bij het aantal brevetafnames vastgesteld. Dit zijn 248 examens in 2013 tegenover de 222 examens in 2012. Ook het aantal organiserende clubs is gestegen met 22,2%, oftewel 132 clubs in 2013 tegenover 108 clubs in 2012. Uit deze cijfers kunnen we ook vaststellen dat van 132 organiserende clubs 108 clubs minstens één recreatief lid aangesloten hebben in 2013. Dit komt overeen met 81,82% van de clubs. In tabel 2 zien we dat VLP jaarlijks een groei kent in het aantal brevetafnames gedurende de afgelopen 5 jaren. Voornamelijk in de provincie Vlaams-Brabant is er een duidelijke groei te zien tegenover 2012. Zij kennen een groei van 27,59% tegenover 2012. In West-Vlaanderen werden er naar jaarlijkse traditie het meeste brevetafnames georganiseerd (95). Deze provincie kent een groei van 3,26% tegenover 2012. Antwerpen kent een groei van 6,98%, Oost-Vlaanderen met 19,44%% en Limburg met 22,73%. Voor het eerst in 4 jaar, kent Limburg dus opnieuw een groei. Het aantal deelnemers is ook aanzienlijk gestegen tegenover 2012 (cfr. tabel 3). We stellen een stijging vast van 10,12%. De grootste stijger is de provincie Oost-Vlaanderen met een stijging van 120,83%. Hierna stijgt ook Antwerpen met 6,29%. Limburg kent de grootste daling met 8,47%, gevolgd door Vlaams-Brabant met 5,52% en West-Vlaanderen met 2,75%.

Bij de A-brevetten, bekwaamheidsattesten en B-brevetten is voornamelijk Oost-Vlaanderen een uitschieter dit jaar met een stijging van 100% in het aantal afgenomen A-brevetten en bekwaamheidsattesten in 2013 tegenover 2012. Bij het aantal B-brevetten zien we eens stijging van 156,48%. Het aantal afgelegde attesten B-dressuur stijgt ook met 200% tegenover 2012. Hiernaast zien we in de provincie Antwerpen ook een aantal opmerkelijke stijgingen tegenover 2012. Bij het A-brevet en bekwaamheidsattest zien we een stijging van 8,65% en ook een stijging van 4,04% bij het B-brevet. In Antwerpen is een kleine daling in het aantal attesten B-dressuur terug te vinden van 8,33%. In West-Vlaanderen zien we een daling in het aantal afgenomen bekwaamheidsattesten en A-brevetten van 5,67% tegenover 2012. Wel zien we een stijging van het aantal afgenomen attesten B-dressuur van 55,56%. Hiernaast zien we ook een kleine stijging van het aantal afgelegde B-brevetten van 0,45%. In Vlaams-Brabant en Limburg zijn alle cijfers gedaald tegenover 2012. Dit komt overeen in Vlaams-Brabant met een daling van 3,19% voor de bekwaamheidsattesten en Abrevetten, een daling van 21,43% van het aantal deelnames aan de attesten B-dressuur en een daling van 7,69% bij de afgelegde B-brevetten. Voor Limburg zien we een daling van 4,38% voor de bekwaamheidsattesten en A-brevetten, een daling van 35,00% van het aantal attesten B-dressuur en een daling van 12,57% bij de afgelegde B-brevetten.

In tabel 4 kunnen we enkele interessante gegevens terugvinden over de leeftijdscategorieën van de deelnemers. We merken dat er traditiegetrouw meer vrouwen aan de brevetafnames deelnemen dan mannen. De vrouwen vertegenwoordigden 82,25% van het deelnemersveld tegenover de 17,75% mannen. Binnen de leeftijdscategorie 12 tot en met 16 jaar, namen ook de meeste deelnemers deel aan een brevetafname. Deze trend is zowel terug te vinden bij de mannen als bij de vrouwen. 55,35% van de vrouwen die deelnamen, zijn tussen de 12 en 16 jaar oud. Bij de mannen vertegenwoordigde deze leeftijdscategorie 46,81%. Tabel 5, 6 en 7 geven enkele interessante gegevens weer over de attesten die behaald kunnen worden vanuit de brevettenwerking. In 2013 werden er zowel meer bekwaamheidsattesten, Abrevetten, B-brevetten en attesten B dressuur afgenomen. Bij de A-brevetten en bekwaamheidsattesten is er een stijging van 9,05% terug te vinden tegenover 2012. Bij de attesten Bdressuur was er een stijging van 16,41% tegenover 2012 en bij de B-brevetten was er een stijging van 11,63%.

MENBREVETTEN Voor de menbrevetten werd in 2013 een stijging van 15% bij het aantal brevetafnames vastgesteld. Dit zijn 23 examens in 2013 tegenover de 20 examens in 2012. Ook het aantal organiserende clubs is gestegen met 9,09%, met andere woorden 12 clubs in 2013 tegenover 11 clubs in 2012. Uit deze cijfers kunnen we ook vaststellen dat van 12 organiserende clubs er 10 clubs minstens één recreatief lid aangesloten hadden in 2013. Dit komt overeen met 83,33% van de clubs. In tabel 8 zien we dat er in 2013 opmerkelijk geen brevetafnames mennen georganiseerd werden in Antwerpen. Ook West-Vlaanderen kende een daling van 33,33%. Limburg, Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant kenden een stijging van respectievelijk 66,67%, 11,11% en 100%.Vlaams-Brabant is procentueel gezien de beste leerling van de klas. Oost-Vlaanderen had daarentegen het meeste aantal menbrevetafnames in 2013.

Het aantal deelnemers is gedaald tegenover 2012 (cfr. tabel 9). We stellen een daling vast van 10,49%. Antwerpen kende de grootste daling. Hier werden geen brevetafnames georganiseerd, dus kunnen er bijgevolg ook geen deelnemers zijn. Oost-Vlaanderen kende een daling van 20,77% in het aantal deelnemers. Ook in West-Vlaanderen waren er 57,88% minder deelnemers aanwezig. De andere provincies doen beter met een stijging van 89,66% (Limburg) en 63,41% (Vlaams-Brabant). In tabel 10 kunnen we enkele interessante gegevens terugvinden over de leeftijdscategorieën van de deelnemers. We merken dat er traditiegetrouw meer mannen aan de menbrevetafnames deelnamen dan vrouwen. De mannen vertegenwoordigden 64,44% van het deelnemersveld tegenover de 35,56% vrouwen. Binnen de leeftijdscategorie ‘ouder dan 45 jaar’, namen ook de meeste mannen deel aan een brevetafname. Bij de vrouwen was de leeftijdsca-

tegorie 26 tot en met 45 jaar het grootst vertegenwoordigd. 44,81% van de mannen die deelnamen, is ouder dan 45 jaar. Bij de vrouwen vertegenwoordigde de leeftijdscategorie â&#x20AC;&#x2DC;26 tot en met 45 jaarâ&#x20AC;&#x2122; 50,59% van de deelnemers.

Hiernaast zien we in de provincie Vlaams-Brabant ook een stijging van de A-brevetten heeft tegenover 2012. Bij het Abrevet zien we namelijk een stijging van 120%, maar wel een daling van 90,91% bij het B-brevet.

Bij de menbrevetten is het mogelijk om een A-brevet of Bbrevet te behalen. Tabel 11 en 12 geven enkele interessante gegevens weer over deze brevetten.

In Antwerpen, Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen zijn alle cijfers gedaald tegenover 2012. In Antwerpen werden geen brevetafnames georganiseerd. In Oost-Vlaanderen komt dit overeen met een daling van 21,35% voor de A-brevetten en een daling van 19,51% voor de afgelegde B-brevetten. Voor West-Vlaanderen zien we een daling van 51,85% voor de A-brevetten en een daling van 81,33% afgelegd B-brevetten.

In 2013 werden er zowel minder A-brevetten of B-brevetten afgenomen tegenover 2012. Bij de A-brevetten is er een daling van 6,70% terug te vinden tegenover 2012 en bij de B-brevetten is er een daling van 20,55%. Net zoals bij de klassieke ruiterbrevetten is voornamelijk Limburg een uitschieter dit jaar met eens stijging van 28% in het aantal afgenomen A-brevetten en een stijging van 475% bij de B-brevetten.

BREVETTEN WESTERN RIJDEN Voor de brevetten western rijden werd in 2013 een stijging van 50% bij het aantal brevetafnames vastgesteld. Dit zijn 3 examens in 2013 tegenover de 2 examens in 2012. Het aantal organiserende clubs is gelijk gebleven tegenover 2012. 2 clubs organiseerden in 2013 een brevetafname, waarvan 1 club 2 brevetafnames organiseerde. Uit deze cijfers kunnen we ook vaststellen dat van 2 organiserende clubs geen enkele club één recreatief lid aangesloten heeft in 2013. In tabel 13 zien we dat het aantal brevetafnames gestegen is in vergelijking met 2012. Echter werd enkel in Oost-Vlaanderen een brevetafname georganiseerd. De andere provincies kwamen er niet aan te pas. Dus ook Antwerpen organiseerde geen brevetafname meer, in tegenstelling tot 2012. Het aantal deelnemers is gedaald tegenover 2012 (cfr. tabel 14). We stellen een daling vast van 14,29%. In tabel 15 kunnen we enkele interessante gegevens terugvinden over de leeftijdscategorieën van de deelnemers. In de eerste plaats merken we dat alle deelnemers volwassen zijn. Ook hier nemen meer vrouwen deel aan de brevetafnames western rijden dan mannen. De vrouwen vertegenwoordigen 61,11% van het deelnemersveld tegenover de 38,89% mannen. Binnen de leeftijdscategorie 26 tot en met 45 jaar, nemen de meeste mannen deel aan een brevetafname. Bij de vrouwen is deze leeftijdscategorie ook het grootst vertegenwoordigd. 57,14% van de mannen die deelnamen, behorentot deze leeftijdscategorie. Bij de vrouwen is dit 61,11%. Bij de brevetten western rijden is het mogelijk om een Abrevet of B-brevet te behalen. Tabel 16 en 17 geven enkele interessante gegevens weer over deze brevetten. In 2013 werden er zowel iets meer A-brevetten afgenomen en iets minder B-brevetten tegenover 2012. Bij de A-brevetten is er een stijging van 180% terug te vinden tegenover 2012 en bij de B-brevetten is er een daling van 55,56% terug te zien.

5. CONCLUsie KLASSIEKE BREVETTEN In 2013 kenden de klassieke brevetafnames opnieuw een succes. In vergelijking met de start van de vorig beleidsplanperiode kenden deze brevetafnames een groei van 34,05% oftewel 63 afnames per jaar meer dan in 2009. Dit kan te wijten zijn aan het groeiende aantal clubs en aantal sportbeoefenaars die VLP kan tellen de afgelopen jaren. We zien ook dat het aantal deelnemers enorm gestegen is sinds 2009. Respectievelijk 1017 deelnemers of een stijging van 33,45%. Dit heeft ook te maken met het feit dat een brevet nog steeds verplicht is om te kunnen starten in het ofﬁciële wedstrijdcircuit bij VLP. Ook merken we dat de klassieke brevettenwerking een ingeburgerd begrip wordt bij vele VLPclubs. Een brevetafname integreren in de clubwerking geeft de sporters in een club weer welke vorderingen zij maken en waar ze naartoe kunnen werken (doelen). Ook voor lesgevers zijn de eindtermen per brevet een richtinggevende maatstaf. Deze redenen verklaren waarom de brevettenwerking zo populair is en blijft. Traditioneel zien we dat er veel meer vrouwen een brevet behalen dan mannen. Dit heeft als logische verklaring dan net geen 75% van de VLP-leden vrouwen zijn. Als afgerond 83% van de vrouwen de klassieke brevetafname vertegenwoordigen, is dit dus een verklaarbaar cijfer. Wat heel opmerkelijk is in 2013, zijn de groeiende cijfers in de provincie Oost-Vlaanderen. Ondanks het aantal brevetafnames niet spectaculair is toegenomen, kennen we wel meer dan een verdubbeling in het aantal deelnemers. Een onmiddellijke verklaring kan hier niet aan gegevens worden. Wat wel een gevolg is van deze trend, is dat er in 2013 een tekort aan examinatoren was voor de provincie Oost-Vlaanderen. Hierdoor werd beslist, in samenwerking met de Vlaamse Hippische Sportbond, om een nieuwe poule aan examinatoren op te leiden. Deze poule wordt momenteel samengesteld en de nieuw gevormde examinatoren zullen in 2014 aan de slag kunnen.

MENBREVETTEN In 2013 zien we een terugval in het aantal menbrevetafnames. Dit is voornamelijk te wijten aan het feit dat er in Antwerpen dit jaar geen brevetafnames plaats vonden, waar deze in 2012 wel nog goed vertegenwoordigd waren. Een mogelijk oorzaak hiervan kan zijn dat de weersomstandigheden in 2013 niet optimaal waren. Het mennen gebeurt steeds buiten en vaak ook op de openbare weg. In 2013 heeft het zeer lang gevroren en gesneeuwd, waardoor de clubs in het voorjaar weinig cursussen konden opstarten. Door het verlaten van deze cursussen kan het ook zijn dat de examens pas in het hierop volgende jaar (2014) zullen plaatsvinden. Clubs die een cursus organiseren, plannen eerst een cursus en kijken dan of er voldoende kandidaten zijn voor de organisatie van een examen. Dit in tegenstelling tot de klassieke brevetafnames waar eerst een examen wordt gepland en hiervoor een cursusreeks wordt opgesteld. Dit kan ook een oorzaak zijn van het dalende aantal brevetafnames.

Limburg, Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant kennen wel een stijging in aantal brevetafnames, maar er zijn hier geen opmerkelijke cijfers te zien. Oost-Vlaanderen leidt nog steeds het meest aantal menners op aan de hand van een brevet. Dit is voornamelijk te wijten aan een club in Aalter die heel intensief bezig is met deze menbrevetten. Ondanks er in deze provincie 1 brevetafname meer geteld werd, daalt het totaal aantal deelnemers toch. Vanuit VLP merken we geen tekorten op in het aantal brevetafnames verspreidt over Vlaanderen. Enkel Antwerpen was in 2013 een verrassing met geen enkele georganiseerde brevetafname.

BREVETTEN WESTERN RIJDEN In de brevettenwerking is de vraag naar deze brevetten western rijden vrij laag. Tot en met 2013 is het nog verplicht om een A-brevet te hebben, voordat een ruiter kan instappen in het ofﬁciële wedstrijdcircuit reining. Vanaf 2014 zal dit echter niet meer nodig zijn, waardoor we verwachten dat het aantal ruiters dat een brevet behaald nog zal terugvallen. Ruiters die dan wensen in te stappen in het ofﬁciële wedstrijdcircuit, zullen kunnen deelnemen aan bepaalde “instapwedstrijden”. Van zodra in deze wedstrijdcategorie een bepaalde percentage behaald wordt (en de sporter dus aantoont over bepaalde rijvaardigheden te beschikken), kan deze sporter terecht in de overige wedstrijdcategorieën in de discipline reining. In 2013 werd 1 brevetafname meer georganiseerd dan in 2012. Deze vonden allemaal plaats in Oost-Vlaanderen. Dit is begrijpelijk aangezien Syntra Sint-Niklaas een heel opleidingsstramien heeft over het western rijden. Sporters die interesse hebben in deze opleidingen rijden vaak door Vlaanderen om daar een opleiding te volgen. Het behalen van een brevet zit ook verweven in hun opleidingen, waardoor daar wel ruiters een brevet behalen. VLP is er zich van bewust dat er in andere provincies weinig mogelijkheden zijn tot het behalen van een brevet western rijden. Aan de andere kant merken we ook dat hier geen vraag naar is. Wat wel opmerkelijk is, is dat alle deelnemers die deelnamen aan een brevetafname western rijden, volwassenen zijn. Er namen geen deelnemers onder de 19 jaar deel. Dit kan verklaard worden dat veel kinderen, die starten met paardrijden, de weg vinden naar de clubs waar de klassieke disciplines aangeboden worden. Er bestaan zeer weinig clubs waar kinderen en jongeren, zonder kennis van de paardensport, kunnen leren ‘western rijden’. Een andere verklaring van deze cijfers is dat de brevetafnames plaats vonden in Syntra. Deze school biedt alleen maar opleidingen aan voor volwassenen.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.1.

Omschrijving

De VLP brengt jaarlijks in kaart welke clubs met recreatieve leden geen brevetafname organiseren.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

Sinds 2013 hebben we een overzicht van welke organiserende clubs een recreatieve werking hebben. In tabel 1 hebben we gezien dat 108 clubs met een recreatieve werking een klassieke brevetafname hebben ingericht. Als we weten dat er in 2013 in totaal 377 VLP-clubs (zie basisopdracht 4) waren met een recreatieve werking, kunnen we stellen dat 28,91% van de VLP-clubs met recreatieve leden een klassieke brevetafname organiseren. Met andere woorden, 71,09% van de VLP-clubs met een recreatieve werking organiseert geen brevetafname. VLP zal ook de komende jaren inspanningen leveren om dit percentage naar beneden te doen dalen.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.2.

Omschrijving

De VLP informeert de clubs zonder brevettenwerking over de brevettenwerking.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werd voor het eerst gerapporteerd hoeveel clubs zonder brevettenwerking er zijn bij VLP. Er werden geen specifieke actie gericht aan de clubs zonder brevettenwerking. Maar de clubs worden wel via de gewone clubnieuwsbrief geïnformeerd over de brevettenwerking. In de nieuwsbrief van augustus 2013 stonden er aandachtspunten betreffende de brevettenwerking. Dit ging voornamelijk over de prijszetting. In de nieuwsbrief voor de zomervakantie werden dan wel de nieuwe brevettenfilmen voorgesteld aan de clubs. Hier werd zeer veel reclame voor gemaakt, ook via andere kanalen. Naar aanleiding van de brevettenfilmen, werden in 2013 2 bijscholingen georganiseerd voor clubbestuurders en lesgevers over de brevettenwerking (klassiek). Hier werd alle administratieve informatie gedeeld en ook inhoud en eindtermen van de opleidingen werden uit de doeken gedaan. VLP kon ook hier enkele nieuwe clubs verwelkomen. De presentaties van deze opleidingen zijn permanent terug te vinden op de website van VLP. Geïnteresseerde clubs kunnen deze bijgevolg steeds terugvinden. Clubs die specifieke vragen hebben over de brevettenwerking, kunnen steeds terecht per email of telefoon bij de clubmedewerker of medewerker brevetten van de VLP.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.3.

Omschrijving

De VLP stimuleert de clubs zonder brevettenwerking om brevetafnames te organiseren.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

Zoals beschreven in actie 2.2.2. werden geen speciﬁeke acties ondernomen in 2013. Dit omdat in 2013 pas voor het eerst opgelijst werd hoeveel clubs er geen brevetafnames georganiseerd hebben. In de toekomst zal VLP acties ondernemen om meer clubs warm te maken om een brevetafname te organiseren.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.4.

Omschrijving

De VLP organiseert tegen eind 2016, per provincie, 1 open brevetafname mennen.

Timing voor actie

2016

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2016.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.5.

Omschrijving

De VLP zal tegen eind 2016, jaarlijks, per provincie 1 brevetafname western rijden organiseren.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werd deze actie niet behaald. VLP stelt haar ook de vraag of deze actie, waarbij in iedere provincie een brevetafname georganiseerd wordt, nodig is. Het doelpubliek is namelijk zeer klein. VLP zal echter wel trachten de komende jaren om toch deze brevetafnames open te trekken naar andere provincies, zodat het niet alleen mogelijk is om in Oost-Vlaanderen een brevet western rijden te behalen. SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.6.

Omschrijving

De VLP zal jaarlijks, om de twee maanden, verspreid over de provincies, minstens 1 brevetafname western rijden organiseren.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werd deze actie niet behaald. Er werden 3 brevetafnames georganiseerd, maar steeds in Oost-Vlaanderen. Net zoals in actie 2.2.5. beschreven wordt, vinden we het momenteel niet nodig om 5 brevetafnames te organiseren, daar het doelpubliek te klein is. Wel zullen we de komende jaren trachten om de brevetafnames niet te lokaliseren in Oost-Vlaanderen. Als er bijvoorbeeld 3 brevetafnames zijn, willen we ze liefst verspreid zien over 3 verschillende provincies. SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.7.

Omschrijving

De VLP laat tegen eind 2016 het aantal menbrevetafnames stijgen met 5% t.o.v. 2012.

Timing voor actie

2016

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2016. SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.8.

Omschrijving

De VLP laat tegen eind 2016 het aantal brevetafnames western rijden stijgen met 3% t.o.v. 2012.

Timing voor actie

2016

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2016. SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.9.

Omschrijving

50% van de VLP-clubs met recreatieve leden richten tegen eind 2014, via een jaarlijkse stijging, een klassieke brevetafname in.

Timing voor actie

2014

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2014. Momenteel richt 28,91% (zie actie 2.2.1.) van de VLP-clubs met recreatieve leden een brevetafname in. VLP zal trachten om in 2014 deze actie te behalen. SD/OD/ACTIE

ACTIE

2.2.10.

Omschrijving

70% van de VLP-clubs met recreatieve leden richten tegen eind 2016, via een jaarlijkse stijging, een klassieke brevetafname in.

Timing voor actie

2016

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2016.

Vlaamse Liga Paardensport

WERKINGSVERSLAG 2013 BASISOPDRACHT 3 (BO3) ORGANISEREN VAN KADEROPLEIDING EN BIJSCHOLING

Beleidsplan 2013 - 2016 1

STRATEGISCHE EN OPERATIONELE DOELSTELLINGEN EN ACTIEPLANNEN

BO3.1.

KADEROPLEIDING

EN BIJSCHOLING VOOR SPORTTECHNISCHE VERANTWOORDELIJKEN VAN DE SPORTFEDERATIE EN DE AANGESLOTEN CLUBS

SD/OD/ACTIE

Omschrijving

De VLP houdt het aantal actieve, kwaliteitsvolle ofﬁcials op peil gedurende 4 jaar.

1. ONDERWERP + SITUATIESCHETS I.

Jumping

Naar jaarlijkse gewoonte heeft VLP in 2013 voor verschillende doelgroepen van ofﬁcials opleidingen en bijscholingen georganiseerd.

II.

Dressuur

De VLP-dressuurcommissie organiseert jaarlijks verhogingscursussen en bijscholingen voor VLP-officials. Juryleden kunnen om de 2 jaar een verhogingscursus volgen. Ieder jaar wordt er voor ieder niveau waarvoor VLP verantwoordelijk is (Niveau 1 tem 4) een verhogingscursus georganiseerd. De bijscholingen en terugkomcursussen worden eveneens jaarlijks georganiseerd. Officials worden gevraagd om deze terugkomcursus jaarlijks te volgen. In functie van het organiseren van bijscholingen voor officials binnen de discipline dressuur, is er in het najaar een werkgroep officials opgericht. Deze werkgroep is in het leven geroepen om de werking voor officials dressuur te herwerken en de officials meer en beter te kunnen begeleiden. De werkgroep is verantwoordelijk voor het evalueren van de verschillende officials. Als de werkgroep merkt dat er een duidelijk probleem is met een official, kan zij deze uitnodigen voor een gesprek. De vraag voor een gesprek kan ook komen van de official zelf. De gesprekken gaan steeds door in aanwezigheid van een sportpsycholoog om enerzijds de objectiviteit en onpartijdigheid te bewaren en om het probleem van een andere kant te kunnen bekijken dan zuiver het sporttechnische. Deze werkgroep is ook het adviesorgaan van de VLPdressuurcommissie die de beslissingen bekrachtigt. Hiernaast werd ook een mentorensysteem uitgewerkt dat in 2014 als opstarten proefproject zal lopen bij de nieuwe kandidaat juryleden en stewards. Zij zullen gedurende 2 jaar een mentor krijgen die hen begeleid het jaar waarin ze de cursus volgen. Indien ze slagen voor de cursus, worden ze ook begeleid tijdens het eerste jaar dat ze als jury of steward op wedstrijd fungeren. Stewards en juryleden van een hoger niveau kunnen op aanvraag ook een mentor krijgen die hen onder de arm neemt. De mentoren zelf werden geselecteerd op basis van persoonlijkheidskenmerken en ervaring op het werkveld. Ook zij worden jaarlijks geëvalueerd en (opnieuw) aangesteld.

III.

Eventing

Binnen de eventing worden zowel door VLP als door KBRSF opleidingen voor officials eventing georganiseerd. KBRSF richt zich voornamelijk naar internationale officials, daar VLP zich focust op de officials tot en met het nationale niveau. Onderstaande opleidingen werden in 2013 door de nationale eventingcommissie (vanuit KBRSF) georganiseerd: - Recyclagecursus jury eventing - Recyclagecursus parcoursbouwer en TD eventing Onderstaande opleidingen werden in 2013 door de VLP eventingcommissie georganiseerd: - Verhogingscursus eventingjury tot CN - Verhogingscursus eventingjury tot N - Verhogingscursus theorie steward tot N

IV.

Reining

Voor de VLP-reiningwedstrijden heeft VLP geen juryleden die door VLP/FEI zijn opgeleid. Deze juryleden hebben in eerste instantie een opleiding binnen NRHA (National Reining Horse Association) genoten. Nadien worden ze erkend door VLP en kunnen ze verdere vormingscursussen volgen bij de FEI. Omdat de commissie in het begin van 2013 had opgemerkt dat het aantal actieve stewards daalde, is er in 2013 opnieuw een cursus voor ‘reiningsteward’ uitgeschreven.

Mennen

De discipline mennen doet beroep op verschillende ofﬁcials om een goed en uniform verloop van de menwedstrijden te kunnen garanderen. Er zijn 4 ofﬁcialfuncties binnen deze discipline: jury, pistebouwer, steward en technisch afgevaardigde.

VI.

Endurance

In de discipline endurance zijn er 2 ofﬁcialfuncties uitgeschreven: jury en dierenarts. In het verleden werden weinig tekortkomingen geconstateerd in deze discipline. Enkel in de functie juryvoorzitter, werden enkele tekortkomingen vastgesteld. Nu stelt VLP vast dat er net voldoende ofﬁcials aangesteld zijn om de wedstrijden te kunnen leiden.

VII.

Horseball

Alle opleidingen voor de horseball ofﬁcials worden georganiseerd door de nationale horseballcommissie. De arbiters worden opgeleid door middel van enkele stageopdrachten: - Een stageopdracht naast de stoel - Een stageopdracht op de stoel - Stageopdracht op het paard in de piste De arbiters lopen ook eerst stage op vriendschappelijke wedstrijden. Eén persoon is verantwoordelijk voor de arbiters binnen de nationale commissie. Deze persoon beslist wanneer een arbiter klaar is om een wedstrijd te ﬂuiten. Daarnaast probeert de nationale commissie steeds een jaarlijkse recyclage te organiseren. In 2013 werd er geen recyclage georganiseerd.

VIII.

Voltige

Alle opleidingen en bijscholingen van de voltige ofﬁcials wordt georganiseerd door de VLP voltigecommissie. Onderstaande cursus werd in 2013 georganiseerd voor de voltige ofﬁcials: - Verhogingsexamen ter promotie van CN naar C (praktijk)

IX.

Para-equestrian

Juryleden en stewards dressuur hebben de mogelijkheid om zich bij te scholen tot juryleden en stewards para-equestrian. Vanwege de extra complexe reglementering rond hulpmiddelen en de andere manier van quoteren mogen enkel de juryleden die zich hebben bijgeschoold deze proeven “stewarden” of jureren. De bijscholingen worden telkens georganiseerd op nationaal niveau.

2. OVERZICHT VAN DE CIJFERS I.

Jumping Tabel 1: Totaal aantal ofﬁcials jumping 2013 Aantal

Actief

Jury

Ofﬁcials Jumping

147

Parcoursbouwer

Steward

Bijscholing gevolgd 88

Tabel 2: Cijfergegevens cursussen jumping 2013 Cursussen Jumping

Aantal dagen

Aantal aanwezigen

Aantal geslaagd

Cursus Judge Level 1

3 + 1 examen

Cursus Judge Level 2

2 + 1 examen

Cursus Judge Level 3

3 + 1 examen

Cursus Judge Level 4

4 + 1 examen

Parcoursbouwer N1

3 + 1 examen

Bijscholing Parcoursbouwers Totaal

II.

Dressuur Tabel 3: Cijfergegevens ofﬁcials dressuur 2013

Type ofﬁcial

Aantal

Actief

Bijscholing - cursus gevolgd

Jurylid

Steward

TOTAAL

121

Tabel 4: Cijfergegevens cursussen dressuur 2013 Cursussen

Aantal ingeschrevenen

aantal geslaagd

Basiscursus N1 jury Basiscursus N2 jury

Basiscursus N4 jury

Basiscursus stewards

TOTAAL

Tabel 5: Cijfergegevens bijscholingen/terugkomdagen dressuur 2013 Bijscholing/ terugkomcursus Cursus Kür op muziek theorie - juryleden

Aantal aanwezigen 14

Cursus Kür op muziek praktijk - juryleden

Cursus Jonge paarden - juryleden

Recyclagecursus theorie - stewards

Recyclagecursus praktijk - stewards Aantal: 5

5 59

Tabel 6: Aantal vergaderingen werkgroep ofﬁcials dressuur Jaar

2012

2013

Aantal III.

Eventing Tabel 7: Cijfergegevens ofﬁcials eventing 2013 #

actief

Jury

Parcourbouwer

Steward

Totaal

geslaagd

Tabel 8: Cijfergegevens cursussen eventing 2013

Verhogingscursus eventingjury tot CN Verhogingscursus eventingjury tot N

Verhogingscursus theorie steward tot N

IV.

Reining Tabel 9: Cijfergegevens ofﬁcials reining 2013

OFFICIAL

AANTAL

ACTIEF

Judge

Steward

Aantal aanwezigen

aantal geslaagd

Tabel 10: cijfergegevens cursussen reining 2013 Cursussen Basiscursus steward

Mennen Tabel 11: Aantal ofﬁcials met ofﬁciële functie in 2013 2013

Ofﬁcials

Functies

J = Jury

P = Piste bouwer

S = Steward

T = Technisch afgevaardigde

Tabel 12: Aantal actieve ofﬁcials in 2013 Ofﬁcials

Waarvan actief in 2013

Tabel 13: Aantal terugkomdagen ofﬁcials mennen en deelnemers in 2013 Terugkomdagen ofﬁcials

Deelnemers

33 Tabel 14: Aantal basiscursussen nieuwe ofﬁcials mennen en deelnemers in 2013

Basiscursus nieuwe ofﬁcials

Deelnemers

Geslaagden

VI.

Endurance Tabel 15: Aantal ofﬁcials met ofﬁciële functie in 2013 2013

Ofﬁcials

Functies

J = Jury

V = Dierenarts

S = Steward

Tabel 16: Opleiding dierenartsen 2013

Aantal opleidingen

Deelnemers

VII.

Horseball Tabel 17: Cijfergegevens ofﬁcials horseball 2013 # ofﬁcials

# ofﬁcials actief in 2013 (nationaal)

LEWB

VLP

VIII.

Voltige Tabel 18: Cijfergegevens ofﬁcials voltige 2013 # ofﬁcials

# ofﬁcials actief in 2013

Jury

Steward

Tabel 19: Cijfergegevens cursussen voltige

Verhogingscursus voltigejury tot CVN

IX.

geslaagd

Para-equestrian Tabel 20: Cijfergegevens ofﬁcials Para-equestrian 2013

Ofﬁcials

Aantal Ofﬁcials

Aantal Actieve ofﬁcials

Stewards

Juryleden

TOTAAL

3. BESCHRIJVING VAN DE CIJFERS I.

Jumping

In tabel 1 is terug te vinden dat in 2013 er voor jumping 147 personen een jurydiploma bezitten. Hiervan zijn er 95 gediplomeerden actief in de jurysport in 2013 en 2012. 32 personen hebben een diploma parcoursbouwer. Hiervan zijn er 28 gediplomeerden actief geweest in 2013 en 2012. Er zijn 70 personen met een steward diploma, waarvan er 55 actief zijn geweest op de jumpingwedstrijden in 2013 en 2012. Van al deze ofﬁcials hebben 88 personen de algemene bijscholingscursus voor ofﬁcials jumping gevolgd in 2013.

Eventing

In tabel 7 is terug te vinden dat er 52 ofﬁcials aangesteld zijn. Hiervan zijn er 30 actief geweest in 2013. Van de 52 ofﬁcials zijn er 11 opgeleid als jury, 17 als parcoursbouwer, 13 als steward en 11 als technical delegate. In 2013 waren 8 juryleden, 9 parcoursbouwers, 4 stewards en 9 technical delegates actief tijdens eventingwedstrijden. Tabel 8 geeft weer dat er in 2013 13 kandidaten deelnamen aan de verhogingscursus eventingjury (kandidaat nationaal). Hiervan was 1 kandidaat geslaagd. Aan de verhogingscursus van juryleden tot nationaal niveau namen 2 kandidaten deel. Beide kandidaten waren hiervoor geslaagd.

In tabel 2 is te zien dat er 5 cursussen voor de jumping ofﬁcials georganiseerd werden in 2013. Hiernaast werd er ook nog een extra bijscholing gegeven voor de parcoursbouwers. Dit staat los van de algemene bijscholing voor de ofﬁcials.

In de verhogingscursus tot steward nationaal niveau waren 12 kandidaten aanwezig. Voor deze theoretische cursus slaagden 11 kandidaten.

We noteren in totaal 21 opleidingsdagen (examendagen inclusief), waarop 81 personen aanwezig waren en 49 personen geslaagd waren voor het examen. Voor de bijscholing parcoursbouwer werd geen examen voorzien.

IV.

II.

Dressuur

Uit tabel 3 blijkt dat er in 2013 in totaal 121 officials opgenomen zijn op de officiallijst. Er zijn 70 juryleden en 51 stewards. 54 juryleden waren actief op de wedstrijden en 19 juryleden volgden een bijscholing. Er stonden in 2013 51 stewards op de lijst, waarvan er 33 stewards fungeerden op de wedstrijden. 21 stewards volgden in 2013 een bijscholing. In totaal volgden 13 juryleden een verhogings- of basiscursus (cfr. tabel 4). Van de gestarte personen, slaagden 10 mensen voor alle examens. 5 personen startten aan de cursus Niveau 1, hiervan slaagden 2 personen. In niveau 2 startten 4 juryleden. Zij slaagden alle 4 voor de examens. 1 jurylid volgde en slaagde voor de cursus jurylid niveau 4. Er startten 3 kandidaat stewards aan de cursus tot steward. Zij slaagden alle 3 voor deze cursus in 2013. In tabel 5 kunnen we ook nog het aantal bijscholingen/ terugkomcursussen bestuderen. In 2013 werden 5 bijscholingen/terugkomcursussen georganiseerd voor VLP-officials dressuur. Hiervan zijn er 3 voor juryleden en 2 voor stewards. Over alle cursussen heen waren 59 deelnemers aanwezig. Tabel 6 leert ons dat de werkgroep ‘ officials dressuur’ in 2012 2 keer samen kwam en in 2013 5 keer.

III.

Reining

Tabel 9 geeft weer dat in 2013 er 12 juryleden op de VLPjurylijst stonden. 6 hiervan waren actief op een van de VLPnationale en communautaire reiningwedstrijden. Er stonden 12 nationale reiningstewards opgenomen op de lijst, hiervan was 1 actief op een VLP-nationale/communautaire reiningwedstrijd in 2013. In 2013 werd 1 cursus tot steward georganiseerd (cfr. tabel 10). Dit was een cursus voor kandidaat stewards. 2 personen namen aan de cursus deel en beide personen slaagden voor deze cursus.

Mennen

In 2013 (cfr. tabel 11) waren er 43 officials die in totaal 62 functies vertegenwoordigden. Tabel 13 geeft weer dat in 2013 de jaarlijkse terugkomdag voor de bestaande officials opnieuw werd georganiseerd. Er waren 33 deelnemers. Deze terugkomdag vindt plaats voor de aanvang van het officiële zomerseizoen. Op deze manier worden de officials met de neus in dezelfde richting gezet en worden ze over de laatste wijzigingen geïnformeerd. In het najaar van 2013 werd de eerste lesdag voor een cursus nieuwe officials georganiseerd (cfr. tabel 14). Er waren 26 deelnemers. De tweede lesdag vindt plaats in 2014, gevolgd door een apart examen. Het is dus nog niet duidelijk hoeveel personen doorstromen naar het vervolg van deze cursus en naar het examen.

VI.

Endurance

In tabel 15 kunnen we zien dat in 2013 er 38 ofﬁcials waren die in totaal 26 functies vertegenwoordigden. In 2013 werd een opleiding voor dierenartsen endurance georganiseerd (cfr. tabel 16). Er waren 23 deelnemers. Deze opleiding vond plaats voor de aanvang van het ofﬁciële zomerseizoen. Op deze manier wil VLP nieuwe dierenartsen aantrekken om aan te treden tijdens endurancewedstrijden.

VII.

Horseball

Tabel 17 geeft het aantal actieve officials in de horseball weer. Hieruit blijkt dat het aantal LEWB officials (7) ligt hoger dan het aantal actieve VLP officials (4).

VIII.

Voltige

Tabel 18 geeft weer dat er in de discipline voltige 6 officials aangesteld zijn. Het betreft hier 5 juryleden en 1 steward. 4 van deze officials juryleden waren actief in 2013. 1 official heeft deelgenomen aan de verhogingscursus tot nationaal niveau en is hiervoor geslaagd (cfr. tabel 19).

IX.

Para-equestrian

In tabel 20 is terug te vinden dat er 18 VLP-para-equestrian ofﬁcials zijn waarvan 8 actief waren op een VLP-nationale para-equestrianwedstrijd in 2013. In 2013 waren 10 VLP-juryleden gekwaliﬁceerd om para-equestrianwedstrijden te jureren, waarvan er 4 actief waren op para-equestrianwedstrijden. 8 VLP-stewards mogen hun functie uitvoeren op para-equestrianwedstrijden. Hiervan waren er 4 actief op wedstrijd.

4. EVALUATIE I.

Jumping

Tabel 1 leert ons dat in 2013 64,63% van alle gediplomeerde juryleden actief waren op de VLP-jumpingwedstrijden. Bij de parcoursbouwers is dat maar liefst 87,50%, en voor de stewards is dat 78,57%. In tabel 2 zien we dat 78,13% van de deelnemers van de cursus Judge Level 1 slaagden in het examen. 100% van de deelnemers van de cursus Judge Level 2 en Level 3 slaagden in het examen. 50% van de deelnemers van de cursus Judge Level 4 slaagden in het examen. 41,67% van de deelnemers van de cursus parcoursbouwers Niveau 1 slaagden in het examen. Concreet wil dat zeggen dat er in 2013 in totaal 25 nieuwe gediplomeerde juryleden zijn bijgekomen, en dat 24 ofﬁcials een upgrade van hun diploma behaalden. Er zijn geen cijfers in vergelijking met 2012, daar dit nieuwe gegevens zijn.

II.

Dressuur

In tabel 3 zien we dat 57,85% van de officials op de lijst juryleden zijn. 42,15% hiervan hebben de functie van steward. Van de juryleden op de lijst fungeerde 77,14% effectief als jurylid op wedstrijd. Van de actieve juryleden volgde 35,19% een bijscholing. Van de stewardlijst was 64,71% actief op de wedstrijden. 63,64% van de actieve stewards volgde een bijscholing. Algemeen was 71,90% van de officials (stewards en juryleden) in 2013 actief op de wedstrijden en 45,98% volgde een bijscholing. We kunnen hieruit besluiten dat vele officials actief waren in 2013, maar dat relatief weinig officials zich bijschoolden. In tabel 4 zien we dat van alle gestarte juryleden op een basis- of verhogingscursus, er 76,92% slaagt voor alle examens. Voor de Niveaus 2 en 4 van de juryleden en de cursus voor stewards slaagde 100%. Opmerkelijk is dat voor de cursus niveau 1 van juryleden slechts 40% slaagt voor alle examens. Dit verschil is vooral te wijten aan het feit dat kandidaat juryleden die aan de cursus niveau 1 deelnemen aan het begin staan en soms nog niet zo goed weten of ze echt wel jury willen worden. Daarom haken sommige ook al af tijdens de cursus. Sinds 2013 werd er in de evaluatie en examens ook rekening gehouden met persoonlijkheidskenmerken. VLP wil juryleden opleiden tot theoretisch goed onderbouwde, sociale juryleden. Daarom dat persoonlijkheidskenmerken hier van belang zijn. Tabel 5 is een tabel met nieuws cijfergegevens. Hierdoor kan geen vergelijking gemaakt worden met voorgaande jaren. Over de 3 cursussen voor de juryleden heen waren er in totaal 33 aanwezigen. Dit is een gemiddelde van 11 aanwezigen per cursus. Wel waren er in 2013 54 juryleden actief waren op het terrein. Hieruit besluiten we dat gemiddeld 20,37% van de actieve juryleden aanwezig is op een bijscholing.

Voor stewards werden 2 bijscholingen georganiseerd waar gemiddeld 13 aanwezigen waren over de cursussen heen. Dat wil zeggen dat gemiddeld 39,39% van de actieve stewards een bijscholing volgde in 2013. Algemeen kunnen we besluiten dat er een lage opkomst is op de bijscholingen. De werkgroep (cfr. tabel 6) bestaat uit 6 leden die verschillende takken van de sport vertegenwoordigen: de juryleden, de stewards, de ruiters, de VLP-dressuurcommissie en het VLPsecretariaat. Deze heeft op deze 7 vergadering een nieuwe beleid uitgewerkt rond opleiding en omkadering van officials. We hebben gemerkt dat er te weinig officials, die op de officiallijst staan, actief zijn tijdens het werkingsjaar. Deze lijst moet werkbaar en up to date zijn, daarom zullen er reglement gehanteerd worden die juryleden verplichten een aantal keer als official op te treden, willen zij op de lijst blijven staan. Verder is het ook van belang dat de actieve juryleden bijgeschoold worden. Omdat we merken dat juryleden zich niet gemakkelijk vrijmaken voor cursussen, is het voor juryleden verplicht om 3 cursussen te volgen binnen een tijdspanne van 2 jaar en voor stewards zijn dit 2 bijscholingen. De verhogingscursussen worden op dezelfde manier georganiseerd.

III.

Eventing

In tabel 7 en 8 kunnen we zien dat het aantal eventing officials in Vlaanderen laag is. Slechts 57,69% van deze officials was in 2013 actief tijdens wedstrijden in België. Er werden wel 3 cursussen georganiseerd voor officials in de eventing. De eerste cursus was een cursus voor kandidaat-juryleden in de eventing tot op nationaal niveau. Ondanks er 13 kandidaten waren, was slechts 1 persoon geslaagd voor deze opleiding. Dit is een zeer laag cijfer. Er zijn weliswaar 2 kandidaten die gepromoveerd zijn van kandidaat jurylid naar effectief jurylid tot op nationaal niveau. Daar er hiervoor maar 2 kandidaten in aanmerking kwamen is dit wel een goed cijfer. Als laatste werd ook nog een cursus georganiseerd van het theoretisch onderdeel van steward tot nationaal niveau. Hiervoor was slechts 1 persoon niet geslaagd. Dit was dus voor VLP ook een geslaagde cursus.

IV.

Reining

In 2013 was 50% van de juryleden op de VLP-lijst actief op de VLP-nationale/communautaire reiningwedstrijden. Slechts 8,33% van het aantal stewards was actief op een van de VLP-nationale/ communautaire reiningwedstrijden in 2013 (cfr. tabel 9 en 10). De juryleden die aangesteld worden op de wedstrijden hoeven niet op de lijst van VLP te staan. Indien dit jurylid erkend is door NRHA (National Reining Horse Association), mag deze ook de nationale reiningwedstrijden jureren. Er zijn in totaal 10 wedstrijden georganiseerd door VLP, dus kunnen we zeggen dat op 60% van de wedstrijden een jurylid heeft gejureerd dat ook erkend is door VLP.

Een steward was in 2013 nieteke verplicht op voor wedstrijden. wel kunnen Horseball voorzien. Een regelmatige bijscholing is geen In 2013 werd minstens 1 specifi bijscholing officials VII. Vanuit FEI wordt er echter meer en meer Hieronder gewerkt aan het overbodige luxe, maar wel een noodzaak. georganiseerd in verscheidene disciplines. is een welzijn van paard ruiter. Ook op de VLP-reiningwedstrijden In de horseball (cfr. tabel 17) kunnen we zeggen dat er onoverzicht terug te en vinden. willen we dit voorbeeld volgen. Om dit welzijn te bewaken, geveer evenveel officials aangesteld zijn door VLP als LEWB. SD/OD/ACTIE ACTIE zijn we van mening dat er een steward nodig is. In 2014 De officials van Vlaamse kant zijn echter minder actief in 2013 Datum Bijscholing/opleidingen # Aanwezigen Discipline cials in 2013 actief waren. Nr van LEWB, waar alle offi3.1.4. zal een steward niet verplicht worden, maar wel aangeraden. dat deze 23/02/2013 Theorie jurycursus dressuur niveau 2 5 66,67% actief dressuur Van de VLP-officials waren slechts in 2013. 2/03/2013

Theorie jurycursus dressuur niveau 1

7 dressuur Een opleiding voor horseball-officials werd in 2013 niet voorzien. De VLP organiseert jaarlijks Omschrijving Recyclage stewards + theorie kandidaat stewards dressuur 25 dressuur V. 9/03/2013 Mennen 14/04/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N4 1 dressuur De verhouding van de verschillende officialfuncties is in ver18/05/2013 Praktijk recyclagecursus steward 10 dressuur 2013-2014-2015-2016 Voltigevoor actie houding met het aantal officials dat men nodig heeft op een VIII. Timing 18/05/2013 Op Praktijk kandidaat steward 3 dressuur menwedstrijd. een menwedstrijd zijn er steeds meer juryDe VLP heeft in offi 2013 voor volgende 66,67% van alle cials (juryleden endisciplines stewards) basiscursuswaren actief leden nodig (cfr. tabel 11). 9/06/2013 Jurycursus dressuur luisterstage N1 5 dressuur sen georganiseerd voor nieuwe offiin cials (zie cijfergegevens op de nationale voltige-wedstrijden 2013 (cfr. tabel 18). 9/06/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage 2 3): was de enige erkende steward Echter in 2013dressuur niet actief tijGezien het beperkt aantal wedstrijden op jaarbasisN2 (20) is een SD actieve groep offi cials van 72%kür zeker voldoende (cfr. tabel dens wedstrijden. 15/06/2013 Praktijk cursus op muziek 6 dressuur Jumping: 5 opleidingen met 72 kandida12). Het biedt ook ruimte voor een groei in aantal wedstrij16/06/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N4 1er 49 slaagden dressuur ten, 1waarvan voor de opofficial van CN (kandidaat nationaal) den zonder dat de huidige groep officials te veel onder druk Door de promotie van leiding. 6/07/2013 5 een extra jurylid dressuur naar N (nationaal) was er voor 2013 beschikkomt te staan. Jurycursus dressuur luisterstage N1 baar (cfr. tabel 19). 6/07/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N2 2 dressuur Dressuur: 4 cursussen met 13 kandidaten, Van al de functies werden de meeste functie als jurylid inge7/07/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4 1 waarvan er 10 slaagden voordressuur de cursus. vuld (41,94% van alle functies). Hierna volgen de piste bou-

basiscursu

21/07/2013 Dressuur praktijkexamen N2 en de 2 dressuur wers (27,42%), Jurycursus de technisch afgevaardigden (20,97%) Eventing: 3 cursussen met 27 kandidaten, IX. Para-equestrian stewards (9,68%). 27/07/2013 Jurycursus jureren van Jonge Paarden op provinciaal niveau 10slaagden voordressuur waarvan er 14 de cursus. dressuur N143 officials In28/07/2013 tabel 12 zienJurycursus we ook dat in 2013luisterstage er 31 van de actief waren opJurycursus minstens Dressuur één menwedstrijd. Dit is N1 72,09% 17/08/2013 praktijkexamen van de officials. 17/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2 18/08/2013 praktijkexamen Zoals ieder jaar Jurycursus stellen we Dressuur vast dat het grootste deelN4van de offi cials geïnteresseerd zijn in de terugkomdag (cfr. 21/09/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1 tabel 13). Het zijn ook de officials die naar de terugkomdag komen 13/10/2013 Jurycursus Dressuur die nadien het actiefst blijken te zijn.praktijkexamen N1 28/10/2013 Examen jurycursus N1 De eerste lesdag van de cursus voor nieuwe officials is gezien 28/10/2013 Examen jurycursus N2 het aantal inschrijvingen zeker een succes te noemen (cfr. 6/11/2013 jurycursus N4 tabel 14). Ook Examen de reacties waren positief. Deelnemen aan de cursus was vrijblijvend. groep kan in het voorjaar van 28/02/2013 OpleidingDeze Dierenartsen endurance 2014 deelnemen aan de tweede lesdag en aan het examen. 8/05/2013 opleiding organisatoren Het is nog niet duidelijk hoeveel personen er uiteindelijk wen12/10/2013 opleiding stewarding sen deel te nemen aan het examen. eventing 12/10/2013

55,56% van de VLP-para-equestrian De overige 5 officials is jurylid. dressuur Reining: cursus met 2 kandidaten. Beide 44,44% is gekwalifi ceerd als1steward binnen para-equestrian. 5 dressuur voor de offi opleiding. 44,44% (8 van de kandidaten 18) van de slaagden para-equestrian cials voer2 dressuur den hun functie uit op een VLP-nationale para-equestrian- van Mennen: 1 cursus met 26 kandidaten. Het wedstrijd. 50% de stewards fungeerde effectief op een 1 dressuur pas plaatswas in 2014. wedstrijd in 2013. examen 40% vanvindt de juryleden actief in 2013 5 dressuur (cfr. tabel 20). Endurance: 11 cursus met 23 kandidaten. dressuur Deze opleiding was uitsluitend voor nieuwe 4 dressuur dierenartsen. 2 dressuur VLP kan hieruit besluiten dat we jaarlijks minstens 1 basis1 dressuur cursus voor nieuwe officials organiseren. Voor de disciplines 23 horseball, voltige en para-equestrian werden endurance geen cursussen georganiseerd. Toch zouden er 15 voor voltige eneventing horseball enkele nieuwe officials welkom zijn. eventing

opleiding eventingsteward

SD/OD/ACTIE Nr

23/11/2013 opleiding eventingjury VI.23/11/2013 Endurance opleiding eventingjury Theorie jurycursus level(60,53% 4 De5/03/2013 grootste groep ofﬁcials bestaat jumping uit juryleden van alle functies). Hierna volgen de dierenartsen (36,84%) en de 13/03/2013 Theorie jurycursus jumping level 3 stewards (2,63%). 22/10/2013 opleiding ofﬁcials Junior Judge

12 12 12 8

Omschrijving

7 9

ACTIE 3.1.5.

eventing eventing eventing jumping

De VLP wil tegen eind 2014 de mogeli jumping gistiek van de opleidingen onderzoeke jumping

opleiding officials Junior Judge 23 jumping De22/10/2013 verhouding van de verschillende officialfuncties is in verTiming voor actie 2013 houding met het aantal offi cials dat men nodig heeft op een 15/02/2013 Terugkomdag officials + examen nieuwe officials 33 mennen endurancewedstrijd (cfr. tabel 15). Op een endurancewedZoals in actie 4.1.3. wordt vermeld, zullen in de toekomst vol9/03/2013 Terugkomdag officials 33 mennen strijd zijn er steeds meer juryleden nodig en ook talrijke diegende domeinen gedigitaliseerd kunnen worden: renartsen. Het aantal stewards kan wel omhoog. Gemeenschappelijke cursus voor nieuwe officials mennen (jury, par16/11/2013 coursbouwer, TD) - dag 1 Er was ruime belangstelling voor de opleiding voor dieren24/02/2013 opleiding nieuwe stewards reining artsen (cfr. tabel 16). Het huidige dierenartsenbestand be-

staat uit 14 dierenartsen, terwijl er 23 nieuwe geïnteresseerde We kunnen hieruit dat ervoor minstens 1 speciﬁ eke bijdeelnemers waren. besluiten Een opleiding juryleden en stewards scholing georganiseerd werd, maar niet voor iedere discipline. werd in 2013 niet voorzien. Voor de disciplines voltige, horseball en para-equestrian werd vanuit VLP geen opleiding voorzien. Voor para-equestrian is dit niet van toepassing, daar deze opleidingen vanuit KBRSF voorzien worden. Voor voltige en voor horseball zou VLP dit

20 mennen De organisatie van rijvaardigheidsproeven

2 De organisatie van bijscholingen

De organisatie van ofﬁcialcursussen

Cursussen/bijscholingen voor sporters

Cursussen/bijscholingen voor lesgevers/trainers

reining

basiscursussen voor nieuwe ofďŹ cials.

de mogelijkheden van digitalisering voor de londerzoeken.

5. CONCLUSIE I.

Jumping

In 2013 werden verscheidene opleidingen voor officials georganiseerd. Hierdoor zijn een aantal nieuwe officials gevormd die ook in ingeschakeld werden tijdens de wedstrijden. 35,34% van de officials hebben in 2013 een bijscholing gevolgd. Dit is een relatief laag cijfer, aangezien de jumping de grootste discipline is bij VLP. De jumping heeft geen officials te kort. Dit zeker niet met de nieuwe delegatie die in 2013 aangesteld werd. Echter is de gemiddelde leeftijd van de huidige officialpoule iets ouder. VLP zal dan ook de komende jaren verder inzetten om nieuwe en jongere officials op te leiden om zo haar poule te verjongen.

II.

Dressuur

Algemeen kunnen we concluderen dat er redelijk wat cursussen worden georganiseerd voor officials dressuur. Zowel bij juryleden als stewards is er wel een lage opkomst op de verschillende bijscholingen. VLP vindt het echter belangrijk om gemotiveerde en bijgeschoolde juryleden op de wedstrijden in te zetten. De werkgroep officials heeft daarom een extra reglement voor VLP-juryleden uitgewerkt. Hierin staat opgenomen dat een aantal cursussen verplicht zijn en minimum 2 jaarlijks moeten gevolgd worden. In het opzicht om goede officials op het terrein te kunnen inzetten, worden de kandidaat-officials voor de verhogingscursussen onderworpen aan een test voor persoonlijkheidskenmerken. Deze wordt afgenomen door een sportpsycholoog. Dit werd vanaf 2013 toegepast. We zien wel een hoog slagingspercentage binnen de verhogings- en basiscursussen. Dit is te wijten aan de goede begeleiding tijdens de cursussen. Kandidaten krijgen ruim voldoende tijd om de nieuwe stof eigen te maken en in de praktijk te gebruiken. In 2012 werd er vooral veel op papier gezet. 2013 was het jaar van de uitwerking. We kunnen momenteel nog niets evalueren, daar het project nog lopende is. Het project werd wel al positief onthaald bij de officials. De VLP-dressuurcommissie en de werkgroep officials hoopt op deze manier betere actieve juryleden en stewards op de wedstrijden aan het werk te zetten. Ze wil ook een open en transparant beleid voeren dat de officials ondersteunt en begeleidt.

Zowel de VLP-eventingcommissie als de nationale commissie zullen ook in de komende jaren acties ondernemen om het aantal eventing-ofﬁcials te doen stijgen.

IV.

Reining

Het is duidelijk dat de opleidingen nog niet echt uitgewerkt werden binnen de discipline reining. Dit heeft deels te maken met het feit dat juryleden goed worden opgeleid binnen NRHA. Het is zeker de bedoeling om in de loop van 2014 de cursus voor stewards verder uit te breiden en de organisatoren te motiveren een steward aan te stellen op hun wedstrijd, daar deze zeker een meerwaarde kunnen hebben voor het verloop van de wedstrijd.

Mennen

In de discipline mennen beschikken we over een groep officials die interesse blijven tonen in hun bijscholing (terugkomdag) en die ook actief blijven op de wedstrijden. Ook aan de hand van het succes voor de cursus voor nieuwe officials kunnen we vaststellen dat de mensport ook nieuwe mensen blijft interesseren. Dankzij de actieve opvolging van onze huidige officials en de opleiding van nieuwe officials zorgt de VLP-mencommissie er voor dat deze discipline op een professionele manier ondersteund wordt.

VI.

Endurance

De discipline endurance beschikt over over een actieve groep officials. Er zijn geen tekorten in het aantal officials. De enigste functie waar er net voldoende officials voor zijn, is de hoogste functie, namelijk deze van juryvoorzitter. Dankzij de huidige poule aan officials en dierenartsen, kunnen we zeggen dat de endurance-sport er goed voor staat.

VII.

Horseball

Er zijn net voldoende arbiters om zowel de nationale horseballwedstrijden als de FHBC te arbitreren. III.

Eventing

De VLP eventingcommissie heeft in het begin van 2013 opgemerkt dat er een groot tekort is aan eventing-officials. Daarom hebben ze in samenwerking met de nationale commissie een beleid uitgestippeld om nieuwe eventing-officials op te leiden en om huidige officials bij te scholen. De eerste cursussen zijn gestart in 2013. Het slagingspercentage over de 3 opleidingen bedroeg echter 51,85%, wat niet zo beduidend hoog was.

De VLP-horseballcommissie zou in de toekomst nauwer moeten samenwerken met de nationale commissie voor het opleiden en het bijscholen van de ofﬁcials. Het is ook een optie om de recyclagecursus van de arbiters samen te organiseren met het trainingsweekend voor de horseballers, zodat er meer arbiters aanwezig zijn op deze speciﬁeke bijscholing. De commissie zal hiervoor verdere acties ondernemen de komende jaren.

VIII.

Voltige

Ook in de voltige is er een klein tekort aan officials. In 2013 werden geen opleidingen voor nieuwe officials georganiseerd. Het opleiden en bijscholen van voltige officials is een werkpunt voor volgende jaren. De voltigecommissie werkt er aan om in 2014 enkele nieuwe officials te kunnen benoemen.

IX.

Para-equestrian

We kunnen concluderen dat er relatief weinig officials gekwalificeerd zijn om op de para-equestrianwedstrijden een taak als official op te nemen. Bovendien merken we op dat weinig officials actief zijn op de wedstrijden in 2013. Dit heeft als logische verklaring dat er maar 3 nationale VLP para-equestrian-wedstrijden georganiseerd zijn in 2013. Wanneer iedere wedstrijd met 2 juryleden of voor kampioenschappen met 3 (1 buitenlands jurylid verplicht) gejureerd worden, krijgen niet veel officials de kans om deze taak effectief uit te voeren. Door het gering aantal juryleden worden de bijscholingen voor juryleden en stewards op nationaal niveau georganiseerd. Deze bijscholingen zijn wel verplicht.

SD/OD/ACTIE

3.1

Omschrijving

Tegen eind 2013 is het aantal actieve, kwaliteitsvolle ofﬁcials op peil.

Uit bovenstaande gegevens merken we op dat de meeste disciplines beschikken over voldoende officials voor hun wedstrijden. Zeker in de grotere disciplines komen er minder tekorten voor dan in de kleinere disciplines. In de jumping hebben ze voldoende officials ter beschikking, maar daar is de gemiddelde leeftijd van de meeste officials wat hoger. De uitdaging in deze discipline is om voornamelijk jongere officials op te leiden. In 2013 werden nieuwe officials opgeleid, wat de poule vergroot tegenover 2012. In de dressuur is het aantal actieve officials op peil. Het aantal bijgeschoolde officials is daarentegen wat lager. Met de opstart van de werkgroep officials wil VLP betere juryleden vormen. Bijscholen zal dan ook in de toekomst verplicht worden voor iedere official. In 2013 werden 5 nieuwe officials gevormd en 5 officials stroomden door naar een hoger niveau. In de eventing is er wel een tekort aan officials. Omdat bijscholen en aanwervingen van deze doelgroep steeds verloopt in samenwerking met de KBRSF, werd in 2013 een nieuw beleid uitgestippeld om nieuwe officials op te leiden. De komende jaren moet deze poule ook vergroot worden. In 2013 werden namelijk geen nieuwe officials gevormd. De discipline reining heeft genoeg gevormde officials beschikbaar. De meeste van deze officials worden opgeleid via de NRHA, daar deze opleidingen kwalitatief zijn en met dezelfde reglementen werken als de VLP. Een probleem in de reining is dat er verscheidene officials zijn die niet wensen te werken met VLP omwille van de vergoeding die varieert tussen VLP en NRHA. VLP tracht dan ook in de toekomst haar bestaande cursussen voor stewards verder uit te bouwen, zodat hier alvast meer beschikbare kandidaten voor zijn. Bijscholingen voor deze doelgroep worden momenteel niet georganiseerd, daar de officials bijgeschoold worden via NRHA. Wegens het beperkte aantal georganiseerde wedstrijden, heeft de discipline mennen geen tekorten in haar official-bestand. Er zijn ruim voldoende officials en momenteel worden ook geen acties ondernomen om deze poule uit te bereiden. De huidige geëngageerde poule schoolt zich ook jaarlijks bij, dus we kunnen we zeggen dat er is deze discipline geen tekorten of

De endurance heeft momenteel een goede poule met officials. Ze kent ook geen tekorten. Enkel bij het hoogste niveau van officials, namelijk de juryvoorzitters heeft een poule die net voldoende is. Mochten hier nog enkele nieuwe mensen voor opgeleid kunnen worden, kan dit alleen maar een meerwaarde zijn. In de horseball zijn er geen tekorten op gebied van officials, maar er is zeker ook geen overschot aan officials. Enkele nieuwe kandidaten zouden dan ook welkom zijn in deze discipline. VLP bekijkt de mogelijkheden om een bijscholing voor officials samen te plaatsen met een trainingsweekend, zodat er meer officials bijgeschoold kunnen worden. In de voltige is er ook een klein tekort aan officials. Ook een bijscholing werd in 2013 niet georganiseerd voor deze doelgroep. Er werd afgelopen jaar 1 official opgeleid tot het jureren van een hoger niveau. De komende jaren zal VLP verder inzetten het opleidingen van nieuwe officials en het bijscholen van de huidige poule. Ten slotte in de para-equestrian werden in 2013 geen nieuwe officials gevormd. Er is ook geen tekort aan gekwalificeerde juryleden, omdat er zeer weinig wedstrijden doorgaan. Positief aan deze discipline is dat officials verplicht zijn om zich jaarlijks bij te scholen. Omwille van het kleine aantal officials, worden de bijscholingen nationaal georganiseerd. We kunnen besluiten dat de disciplines jumping, dressuur, reining, mennen, endurance en para-equestrian geen tekorten hebben aan officials. De officials hebben ook voldoende mogelijkheden om zich op jaarlijkse basis bij te scholen. In de eventing, horseball en voltige zijn er wel (kleine) tekorten in het aantal actieve officials. Het is voor VLP dan ook een uitdagen om in deze disciplines de tekorten op te vullen en ervoor te zorgen dat deze officials ook de mogelijkheid hebben zich jaarlijks bij te scholen in een algemene of discipline specifieke opleidingen. Deze operationele doelstelling werd dus deels behaald.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.1.1.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 1 algemene bijscholing.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 heeft VLP 1 algemene bijscholing georganiseerd voor officials. Deze ging door op maandagavond 18/03/2013. Het programma van de officials werd mee opgenomen tijdens de avond van de algemene vergadering. Tijdens deze avond werden alle wijzigingen in reglementen van de verschillende disciplines overlopen, wijzigingen in lastenboeken werden besproken, gedragsregels voor officials werden benadrukt en ook de fiscale aspecten van de onkostenvergoedingen van officials werden overlopen. Er waren 52 officials aanwezig tijdens deze avond.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.1.2.

Omschrijving

De VLP wil dat elke actieve ofﬁcial jaarlijks 1 bijscholing volgt.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

Uit de cijfergegevens blijkt dat deze actie in 2013 niet werd behaald. Enkel in de discipline para-equestrian is het verplicht om als actieve official minstens 1 bijscholing te volgen per jaar. In de discipline dressuur werd in 2013 beslist dat officials zich op regelmatige tijdspanne moeten bijscholen (minstens 1 bijscholing per jaar). Echter zal dit pas in de toekomst definitief verplicht worden. In de andere disciplines zijn er geen verplichtingen tot regelmatig bijscholen of worden er jaarlijks geen bijscholingen voorzien. VLP tracht wel jaarlijks een algemene bijscholing te voorzien voor alle officials, waarbij discipline overschrijdende materie aan bod komt. Zo heeft iedere actieve official steeds de mogelijkheid om een bijscholing te volgen per jaar. VLP zal de komende jaren hard moeten inzetten om de actieve officials te motiveren om jaarlijks een algemene bijscholing te volgen of één in zijn/haar eigen discipline.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.1.3.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 1 speciﬁeke bijscholing voor ofﬁcials.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werd minstens 1 speciﬁeke bijscholing voor ofﬁcials georganiseerd in verscheidene disciplines. Hieronder is een overzicht terug te vinden. Datum

Bijscholing/opleidingen

23/02/2013

Theorie jurycursus dressuur niveau 2

2/03/2013 9/03/2013

# Aanwezigen

Discipline

dressuur

Theorie jurycursus dressuur niveau 1

dressuur

Recyclage stewards + theorie kandidaat stewards dressuur

dressuur

14/04/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N4

dressuur

18/05/2013

Praktijk recyclagecursus steward

dressuur

18/05/2013

Praktijk kandidaat steward

dressuur

9/06/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

9/06/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N2

dressuur

15/06/2013

Praktijk cursus kür op muziek

dressuur

16/06/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N4

dressuur

6/07/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

6/07/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N2

dressuur

7/07/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4

dressuur

21/07/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2

dressuur

27/07/2013

Jurycursus jureren van Jonge Paarden op provinciaal niveau

dressuur

28/07/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

17/08/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

17/08/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2

dressuur

18/08/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4

dressuur

21/09/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

13/10/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

28/10/2013

Examen jurycursus N1

dressuur

28/10/2013

Examen jurycursus N2

dressuur

6/11/2013

Examen jurycursus N4

dressuur

28/02/2013

Opleiding Dierenartsen endurance

endurance

eventing

8/05/2013

opleiding organisatoren

12/10/2013

opleiding stewarding eventing

12/10/2013

opleiding eventingsteward

eventing

23/11/2013

opleiding eventingjury

eventing

23/11/2013

opleiding eventingjury

eventing

5/03/2013

Theorie jurycursus jumping level 4

jumping

13/03/2013

Theorie jurycursus jumping level 3

jumping

22/10/2013

opleiding ofﬁcials Junior Judge

jumping

22/10/2013

opleiding ofﬁcials Junior Judge

jumping

15/02/2013

Terugkomdag ofﬁcials + examen nieuwe ofﬁcials

mennen

9/03/2013

Terugkomdag ofﬁcials

mennen

16/11/2013

Gemeenschappelijke cursus voor nieuwe ofﬁcials mennen (jury, parcoursbouwer, TD) - dag 1

mennen

24/02/2013

opleiding nieuwe stewards reining

reining

eventing

We kunnen hieruit besluiten dat er minstens 1 speciﬁeke bijscholing georganiseerd werd, maar niet voor iedere discipline. Voor de disciplines voltige, horseball en para-equestrian werd vanuit VLP geen opleiding voorzien. Voor para-equestrian is dit niet van toepassing, daar deze opleidingen vanuit KBRSF voorzien worden. Voor voltige en voor horseball zou VLP dit wel kunnen voorzien. Een regelmatige bijscholing is geen overbodige luxe, maar wel een noodzaak.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.1.4.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks basiscursussen voor nieuwe ofﬁcials.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

De VLP heeft in 2013 voor volgende disciplines basiscursussen georganiseerd voor nieuwe ofﬁcials (zie cijfergegevens SD 3): -

Jumping: 5 opleidingen met 72 kandidaten, waarvan er 49 slaagden voor de opleiding.

Dressuur: 4 cursussen met 13 kandidaten, waarvan er 10 slaagden voor de cursus.

Eventing: 3 cursussen met 27 kandidaten, waarvan er 14 slaagden voor de cursus.

Reining: 1 cursus met 2 kandidaten. Beide kandidaten slaagden voor de opleiding.

Mennen: 1 cursus met 26 kandidaten. Het examen vindt pas plaats in 2014.

Endurance: 1 cursus met 23 kandidaten. Deze opleiding was uitsluitend voor nieuwe dierenartsen.

VLP kan hieruit besluiten dat we jaarlijks minstens 1 basiscursus voor nieuwe ofﬁcials organiseren. Voor de disciplines horseball, voltige en para-equestrian werden geen cursussen georganiseerd. Toch zouden er voor voltige en horseball enkele nieuwe ofﬁcials welkom zijn.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.1.5.

Omschrijving

De VLP wil tegen eind 2014 de mogelijkheden van digitalisering voor de logistiek van de opleidingen onderzoeken.

Timing voor actie

2013

Zoals in actie 4.1.3. wordt vermeld, zullen in de toekomst volgende domeinen gedigitaliseerd kunnen worden: -

De organisatie van rijvaardigheidsproeven

De organisatie van bijscholingen

De organisatie van ofﬁcialcursussen

Cursussen/bijscholingen voor sporters

Cursussen/bijscholingen voor lesgevers/trainers

Opleidingen voor VLP-medewerkers

Hoe deze domeinen speciﬁek zullen gedigitaliseerd worden, zal pas in 2014 uitgeschreven worden.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.1.6.

Omschrijving

De VLP inventariseert de logistieke werking van de opleidingen in 2013.

Timing voor actie

2013

Zoals in actie 4.1.3. wordt vermeld, zullen in de toekomst volgende domeinen gedigitaliseerd kunnen worden: -

De organisatie van rijvaardigheidsproeven

De organisatie van bijscholingen

De organisatie van ofﬁcialcursussen

Cursussen/bijscholingen voor sporters

Cursussen/bijscholingen voor lesgevers/trainers

Opleidingen voor VLP-medewerkers

Hoe deze domeinen speciﬁek zullen gedigitaliseerd worden, zal pas in 2014 uitgeschreven worden. 29

SD/OD/ACTIE

3.2.

Omschrijving

Tegen eind 2014 is het aantal actieve, kwaliteitsvolle ofﬁcials op peil.

Over deze operationele doelstelling kan pas gerapporteerd worden in 2014.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.2.1.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 1 algemene bijscholing.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.2.2.

Omschrijving

De VLP wil dat elke actieve ofﬁcial jaarlijks 1 bijscholing volgt.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.2.3.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 1 speciﬁeke bijscholing voor ofﬁcials.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werd minstens 1 speciﬁeke bijscholing voor ofﬁcials georganiseerd in verscheidene disciplines. Hieronder is een overzicht terug te vinden. Datum

Bijscholing/opleidingen

23/02/2013 Theorie jurycursus dressuur niveau 2

# Aanwezigen

Discipline

dressuur

2/03/2013

Theorie jurycursus dressuur niveau 1

dressuur

9/03/2013

Recyclage stewards + theorie kandidaat stewards dressuur

dressuur

14/04/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N4

dressuur

18/05/2013 Praktijk recyclagecursus steward

dressuur

18/05/2013 Praktijk kandidaat steward

dressuur

9/06/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

9/06/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N2

dressuur

15/06/2013 Praktijk cursus kür op muziek 16/06/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N4

dressuur

6/07/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

6/07/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N2

dressuur

7/07/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4

dressuur

21/07/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2

dressuur

27/07/2013 Jurycursus jureren van Jonge Paarden op provinciaal niveau

dressuur

28/07/2013 Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

17/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

17/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2

dressuur

18/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4

dressuur

21/09/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

13/10/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

28/10/2013 Examen jurycursus N1

dressuur

28/10/2013 Examen jurycursus N2

dressuur

6/11/2013

dressuur

28/02/2013 Opleiding Dierenartsen endurance

endurance

8/05/2013

eventing

Examen jurycursus N4 opleiding organisatoren

12/10/2013 opleiding stewarding eventing 12/10/2013 opleiding eventingsteward

eventing

23/11/2013 opleiding eventingjury

eventing

23/11/2013 opleiding eventingjury

eventing

5/03/2013

Theorie jurycursus jumping level 4

jumping

13/03/2013 Theorie jurycursus jumping level 3

jumping

22/10/2013 opleiding ofﬁcials Junior Judge

jumping

22/10/2013 opleiding ofﬁcials Junior Judge

jumping

15/02/2013 Terugkomdag ofﬁcials + examen nieuwe ofﬁcials

mennen

9/03/2013

Terugkomdag ofﬁcials

mennen

16/11/2013

Gemeenschappelijke cursus voor nieuwe ofﬁcials mennen (jury, parcoursbouwer, TD) - dag 1

mennen

reining

24/02/2013 opleiding nieuwe stewards reining

eventing

We kunnen hieruit besluiten dat er minstens 1 speciďŹ eke bijscholing georganiseerd werd, maar niet voor iedere discipline. Voor de disciplines voltige, horseball en para-equestrian werd vanuit VLP geen opleiding voorzien. Voor para-equestrian is dit niet van toepassing, daar deze opleidingen vanuit KBRSF voorzien worden. Voor voltige en voor horseball zou VLP dit wel kunnen voorzien. Een regelmatige bijscholing is geen overbodige luxe, maar wel een noodzaak.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.2.4.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks basiscursussen voor nieuwe ofﬁcials.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

De VLP heeft in 2013 voor volgende disciplines basiscursussen georganiseerd voor nieuwe ofﬁcials (zie cijfergegevens SD 3): -

Jumping: 5 opleidingen met 72 kandidaten, waarvan er 49 slaagden voor de opleiding.

Dressuur: 4 cursussen met 13 kandidaten, waarvan er 10 slaagden voor de cursus.

Eventing: 3 cursussen met 27 kandidaten, waarvan er 14 slaagden voor de cursus.

Reining: 1 cursus met 2 kandidaten. Beide kandidaten slaagden voor de opleiding.

Mennen: 1 cursus met 26 kandidaten. Het examen vindt pas plaats in 2014.

Endurance: 1 cursus met 23 kandidaten. Deze opleiding was uitsluitend voor nieuwe dierenartsen.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.2.5.

Omschrijving

De VLP bekijkt de mogelijkheden van digitalisering van de logistieke werking van de opleidingen tegen eind 2014.

Timing voor actie

2013-2014

Zoals in actie 4.1.3. wordt vermeld, is het mogelijk om de logistieke werking van bepaalde opleidingsdomeinen te digitaliseren. Omdat de huidige samenwerking met de programmeur van ons programma VLPclubs werd beëindigd eind 2013, gaan we op zoek naar een nieuwe ﬁrma of een andere programmeur die dit programma voor ons kan uitbouwen. De gesprekken hierover zullen verder gezet worden in 2014.

SD/OD/ACTIE

3.3.

Omschrijving

Tegen eind 2015 is het aantal actieve, kwaliteitsvolle ofﬁcials op peil.

Over deze operationele doelstelling kan pas gerapporteerd worden in 2015.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.3.1.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 1 algemene bijscholing.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.3.2.

Omschrijving

De VLP wil dat elke actieve ofﬁcial jaarlijks 1 bijscholing volgt.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

ACTIE

3.3.3.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 1 speciﬁeke bijscholing voor ofﬁcials.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werd minstens 1 speciﬁeke bijscholing voor ofﬁcials georganiseerd in verscheidene disciplines. Hieronder is een overzicht terug te vinden.

Datum

Bijscholing/opleidingen

# Aanwezigen

Discipline

23/02/2013 Theorie jurycursus dressuur niveau 2

dressuur

2/03/2013

Theorie jurycursus dressuur niveau 1

dressuur

9/03/2013

Recyclage stewards + theorie kandidaat stewards dressuur

dressuur

14/04/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N4

dressuur

18/05/2013 Praktijk recyclagecursus steward

dressuur

18/05/2013 Praktijk kandidaat steward

dressuur

9/06/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

9/06/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N2

dressuur

15/06/2013 Praktijk cursus kür op muziek

dressuur

16/06/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N4

dressuur

6/07/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

6/07/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N2

dressuur

7/07/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4

dressuur

21/07/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2

dressuur

27/07/2013 Jurycursus jureren van Jonge Paarden op provinciaal niveau

dressuur

28/07/2013 Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

17/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

17/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2

dressuur

18/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4

dressuur

21/09/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

13/10/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

28/10/2013 Examen jurycursus N1

dressuur

28/10/2013 Examen jurycursus N2

dressuur

6/11/2013

dressuur

28/02/2013 Opleiding Dierenartsen endurance

endurance

8/05/2013

eventing

12/10/2013 opleiding eventingsteward

eventing

23/11/2013 opleiding eventingjury

eventing

23/11/2013 opleiding eventingjury

eventing

5/03/2013

Examen jurycursus N4 opleiding organisatoren

12/10/2013 opleiding stewarding eventing

eventing

Theorie jurycursus jumping level 4

jumping

13/03/2013 Theorie jurycursus jumping level 3

jumping

22/10/2013 opleiding ofﬁcials Junior Judge

jumping

22/10/2013 opleiding ofﬁcials Junior Judge

jumping

15/02/2013 Terugkomdag ofﬁcials + examen nieuwe ofﬁcials

mennen

9/03/2013

Terugkomdag ofﬁcials

mennen

16/11/2013

Gemeenschappelijke cursus voor nieuwe ofﬁcials mennen (jury, parcoursbouwer, TD) - dag 1

mennen

reining

24/02/2013 opleiding nieuwe stewards reining

We kunnen hieruit besluiten dat er minstens 1 speciﬁeke bijscholing georganiseerd werd, maar niet voor iedere discipline. Voor de disciplines voltige, horseball en para-equestrian werd vanuit VLP geen opleiding voorzien. Voor para-equestrian is dit niet van toepassing, daar deze opleidingen vanuit KBRSF voorzien worden. Voor voltige en voor horseball zou VLP dit wel kunnen voorzien. De nood hieraan is echter laag, omwille van het lage aantal ofﬁcials in deze disciplines. Een regelmatige bijscholing is geen overbodige luxe, maar wel een noodzaak.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.3.4.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks basiscursussen voor nieuwe ofﬁcials.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

De VLP heeft in 2013 voor volgende disciplines basiscursussen georganiseerd voor nieuwe ofﬁcials (zie cijfergegevens SD 3): -

Jumping: 5 opleidingen met 72 kandidaten, waarvan er 49 slaagden voor de opleiding.

Dressuur: 4 cursussen met 13 kandidaten, waarvan er 10 slaagden voor de cursus.

Eventing: 3 cursussen met 27 kandidaten, waarvan er 14 slaagden voor de cursus.

Reining: 1 cursus met 2 kandidaten. Beide kandidaten slaagden voor de opleiding.

Mennen: 1 cursus met 26 kandidaten. Het examen vindt pas plaats in 2014.

Endurance: 1 cursus met 23 kandidaten. Deze opleiding was uitsluitend voor nieuwe dierenartsen.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.3.5.

Omschrijving

De VLP maakt in 2015 analyses voor het digitaliseren van de logistieke werking van de opleidingen.

Timing voor actie

2015

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2015.

SD/OD/ACTIE

3.4.

Omschrijving

Tegen eind 2016 is het aantal actieve, kwaliteitsvolle ofﬁcials op peil.

Over deze operationele doelstelling kan pas gerapporteerd worden in 2016.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.4.1.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 1 algemene bijscholing.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.4.2.

Omschrijving

De VLP wil dat elke actieve ofﬁcial jaarlijks 1 bijscholing volgt.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.4.3.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 1 speciﬁeke bijscholing voor ofﬁcials.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werd minstens 1 speciﬁeke bijscholing voor ofﬁcials georganiseerd in verscheidene disciplines. Hieronder is een overzicht terug te vinden.

Datum

Bijscholing/opleidingen

# Aanwezigen

Discipline

23/02/2013 Theorie jurycursus dressuur niveau 2

dressuur

2/03/2013

Theorie jurycursus dressuur niveau 1

dressuur

9/03/2013

Recyclage stewards + theorie kandidaat stewards dressuur

dressuur

14/04/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N4

dressuur

18/05/2013 Praktijk recyclagecursus steward

dressuur

18/05/2013 Praktijk kandidaat steward

dressuur

9/06/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

9/06/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N2

dressuur

15/06/2013 Praktijk cursus kür op muziek

dressuur

16/06/2013 Jurycursus Dressuur Luisterstage N4

dressuur

6/07/2013

Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

6/07/2013

Jurycursus Dressuur Luisterstage N2

dressuur

7/07/2013

Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4

dressuur

21/07/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2

dressuur

27/07/2013 Jurycursus jureren van Jonge Paarden op provinciaal niveau

dressuur

28/07/2013 Jurycursus dressuur luisterstage N1

dressuur

17/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

17/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N2

dressuur

18/08/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N4

dressuur

21/09/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

13/10/2013 Jurycursus Dressuur praktijkexamen N1

dressuur

28/10/2013 Examen jurycursus N1

dressuur

28/10/2013 Examen jurycursus N2

dressuur

6/11/2013

dressuur

28/02/2013 Opleiding Dierenartsen endurance

endurance

8/05/2013

eventing

Examen jurycursus N4 opleiding organisatoren

12/10/2013 opleiding stewarding eventing

eventing

12/10/2013 opleiding eventingsteward

eventing

23/11/2013 opleiding eventingjury

eventing

23/11/2013 opleiding eventingjury

eventing

5/03/2013

Theorie jurycursus jumping level 4

jumping

13/03/2013 Theorie jurycursus jumping level 3

jumping

22/10/2013 opleiding ofﬁcials Junior Judge

jumping

22/10/2013 opleiding ofﬁcials Junior Judge

jumping

15/02/2013 Terugkomdag ofﬁcials + examen nieuwe ofﬁcials

mennen

9/03/2013

Terugkomdag ofﬁcials

mennen

16/11/2013

Gemeenschappelijke cursus voor nieuwe ofﬁcials mennen (jury, parcoursbouwer, TD) - dag 1

mennen

reining

24/02/2013 opleiding nieuwe stewards reining

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.4.4.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks basiscursussen voor nieuwe ofﬁcials.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

De VLP heeft in 2013 voor volgende disciplines basiscursussen georganiseerd voor nieuwe ofﬁcials (zie cijfergegevens SD 3): -

Jumping: 5 opleidingen met 72 kandidaten, waarvan er 49 slaagden voor de opleiding.

Dressuur: 4 cursussen met 13 kandidaten, waarvan er 10 slaagden voor de cursus.

Eventing: 3 cursussen met 27 kandidaten, waarvan er 14 slaagden voor de cursus.

Reining: 1 cursus met 2 kandidaten. Beide kandidaten slaagden voor de opleiding.

Mennen: 1 cursus met 26 kandidaten. Het examen vindt pas plaats in 2014.

Endurance: 1 cursus met 23 kandidaten. Deze opleiding was uitsluitend voor nieuwe dierenartsen.

SD/OD/ACTIE

ACTIE

3.4.5.

Omschrijving

De VLP maakt in 2016 de logistieke werking van de opleidingen digitaal.

Timing voor actie

2016

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2016.

SD/OD/ACTIE

Omschrijving

De VLP laat tegen eind 2016 het jaarlijks percentage lesgevers en trainers dat jaarlijks een bijscholing volgt, stijgen met 30%.

1. ONDERWERP + SITUATIESCHETS VLP vindt het belangrijk dat lesgevers zich op regelmatige basis bijscholen. Dit komt niet alleen de kennis van de lesgever ten goede, maar ook de werking van de clubs en de vorming van de sporters. Om ervoor te zorgen dat lesgevers op regelmatige basis terecht kunnen voor een opleiding of bijscholing, heeft VLP het project ‘Mis de TrAin niet’ gelanceerd in 2011. Met dit project tracht VLP bijscholingen, in teken van dit project, al heel wat georganiseerd. VLP streeft er naar dat de lesgevers, die aangesloten zijn bij een VLP-club, zich minstens jaarlijks bijscholen via ons project ‘Mis de TrAin’ niet.

2. OVERZICHT VAN DE CIJFERS

Tabel 21: overzicht aantal opleidingen ‘Mis de TrAin niet’ 2013 Thema bijscholing

Datum bijscholing

Aantal deelnemers

Geef VOLTIGE op sportkamp!

09/03/2013

Sporten en spelen met ADHD

29/04/2013

De brevettenwerking

13/05/2013

De brevettenwerking

14/10/2013

Mediatraining (1/2)

18/11/2013

Mediatraining (2/2)

25/11/2013

Tabel 22: cijfers bijscholing ‘Mis de TrAin niet’ 2013 2013 Aantal opleidingen

Aantal deelnemers (lesgevers en trainers)

139

Aantal VLP-lesgevers/trainer aangesloten bij een VLP-club

124

Aantal unieke clubs vertegenwoordigd

Totaal aantal VLP-clubs

522

44 pantone 877 (zilver)

VRIJSTELLINGEN? HOE VOORBEREIDEN?

WELKE BREVETTEN KAN JE BEHALEN? EINDTERMEN?

DE BREVETTENWERKING EEN OPLEIDING VOOR LESGEVERS EN CLUBVERANTWOORDELIJKEN

BREVETTENFILM?

WAAROM EEN BREVET BEHALEN? WAT KOST DAT?

WAAR EEN BREVET BEHALEN? VOOR WIE?

DATUM EN LOCATIE: Maandagavond 13 mei 2013 | 19u00 - 22u00 Sporthotel Gent (Bloso) | Zuiderlaan 14 | 9000 Gent Meer informatie en inschrijven via

WWW.MISDETRAINNIET.BE Partners: Vlaamse Liga Paardensport vzw Klossestraat 64 | 9052 Zwijnaarde T. 09 245 70 11 | F. 09 245 70 12 info@vlp.be | www.vlp.be pantone 877 (zilver)

3. BESCHRIJVING VAN DE CIJFERS Uit tabel 21 en tabel 22 blijkt dat in 2013 6 bijscholingen werden georganiseerd binnen het project ‘Mis de TrAin niet’. De eerste bijscholing vond plaats op 09/03/2014 en er waren 35 deelnemers op aanwezig. Tijdens de tweede bijscholing, op 29/04/2013 waren 24 deelnemers aanwezig. De derde bijscholing vond plaats op 13/05/2013. Hier waren 42 deelnemers op aanwezig. De vierde bijscholing, op 14/10/2013 telde 9 deelnemers. De vijfde bijscholing, op 18/11/2013, telde 16 deelnemers en de zesde bijscholing, op 25/11/2013 telde 13 deelnemers.

Dit maakt het totaal aantal deelnemers, die aanwezig waren op de bijscholingen van ‘Mis de TrAin niet’ in 2013, op 139 deelnemers. Van deze 139 deelnemers zijn 124 deelnemers, oftewel 89,21%, aangesloten bij een VLP-club. In totaal zijn er lesgevers van 57 unieke VLP-clubs, van het totaal aantal VLP-clubs (522) in 2013, vertegenwoordigd op de bijscholingen van ‘Mis de TrAin niet’. Dit houdt in dat bij 10,92% van de VLP-clubs minstens 1 lesgever in 2013 bijgeschoold werd via het project ‘Mis de TrAin niet’.

4. EVALUATIE Een evaluatie van deze strategische doelstelling, kan nog niet gerapporteerd worden. In 2013 vond de nulmeting plaats, waarop de komende jaren zich zullen baseren. Als nulmeting kunnen we stellen dat minstens 1 lesgever uit 10,92% van de VLP-clubs een bijscholing volgt. Aangezien het project pas sinds 2012 bijscholingen organiseert, is dit een bevredigend resultaat. We zijn ervan overtuigd dat dit cijfer enkel nog maar kan stijgen.

5. CONCLUSIES Een conclusie kan nog niet gerapporteerd worden, aangezien deze operationele doelstelling pas geëvalueerd wordt in 2016. SD/OD/ACTIE

4.1

Omschrijving

De VLP zorgt ervoor dat tegen eind 2014 10% van de lesgevers en trainers jaarlijks een bijscholing volgen.

Over deze operationele doelstelling kan pas gerapporteerd worden eind 2014. SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.1.1.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 4 bijscholingen voor lesgevers en/of trainers.

Timing voor actie

2013-2014

Uit tabel 21 is gebleken dat in 2013 er 6 bijscholingen werden georganiseerd voor lesgevers en/of trainers. Deze actie werd dan ook behaald voor het jaar 2013. SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.1.2.

Omschrijving

De VLP promoot haar bijscholing binnen het project ‘Mis de TrAin niet’.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

In 2013 werden de bijscholingen van het project ‘Mis de TrAin niet’, via verschillende mediakanalen verspreid. De verschillende mediakanalen worden hieronder opgesomd:

Website www.vlp.be: een aparte webpagina waar meer informatie terug te vinden is over de komende opleidingen

Maandelijkse nieuwsbrief naar haar sportieve leden

3-maandelijkse nieuwsbrief naar VLP-clubs

Persoonlijke mailing naar de VLP-clubs

Persoonlijke mailings naar sportieve leden

Persoonlijke mailing naar lesgevers die ingetekend hebben in het project ‘Mis de TrAin niet’.

Afﬁches (zowel digitaal als fysiek)

Persoonlijke uitnodigingen per post naar toptrainers

Nieuwsberichten op de website van VLP

Aangezien in 2013 reeds 139 deelnemers hun weg vonden naar een bijscholing van ‘Mis de TrAin niet’, kunnen we wel zeggen dat deze actie in 2013 bereikt werd. VLP zal echter nog blijvend inspanningen leveren en ervoor zorgen dat dit project ook bij nieuwe clubs en lesgevers bekend is. SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.1.3.

Omschrijving

De VLP wil tegen eind 2014 de mogelijkheden van digitalisering voor de logistiek van de opleidingen onderzoeken.

Timing voor actie

2013

In het verleden heeft VLP reeds enkele domeinen gedigitaliseerd. We denken hierbij aan domeinen zoals de brevettenwerking, het talentenplan, de inschrijvingsmogelijkheden voor wedstrijden, een deel van de ledenregistratie via www.vlpclubs.be … Momenteel worden er ook stappen ondernomen om de sportkampen te digitaliseren en ook de clubregistratie staat nog op het menu. We kijken toch graag al even verder naar de toekomst en willen graag zo veel mogelijk aspecten van het domein ‘opleidingen’ gaan digitaliseren. Onder opleidingen verstaan we voornamelijk: -

De organisatie van rijvaardigheidsproeven

De organisatie van bijscholingen

De organisatie van ofﬁcialcursussen

Cursussen/bijscholingen voor sporters

Cursussen/bijscholingen voor lesgevers/trainers

Opleidingen voor VLP-medewerkers

De huidige digitale brevettenwerking verloopt door middel van een connectie tussen 3 databanken. Enerzijds hebben we de databank met ledengegevens (Equidata), anderzijds het onlineplatform voor club (VLPclubs) en ten slotte ons intern platform VLPdata. Deze laatste databank vormt de schakel tussen beide voorgaande digitale tools. Net zoals bij de brevettenwerking, gaan we ook de opleidingen via deze 3 kanalen laten verlopen. Voornamelijk VLPdata zal hierbij een belangrijke schakel zijn om gegevens te digitaliseren. De connectie met de 3 databanken blijft voor ons, ook in het verhaal van de opleidingen, zeer belangrijk. Enerzijds moet er een connectie zijn naar de ledengegevensdatabank, zodat bijvoorbeeld inschrijvingen vlotter kunnen verlopen. Anderzijds moeten ook clubs toegang krijgen tot bepaalde gegevens, zodat zij bijvoorbeeld kunnen nagaan welke van hun lesgevers reeds een opleiding gevolgd hebben in een bepaald jaar. In 2014 gaan we een analyse opmaken. Ook zullen we een nieuwe samenwerking moeten opstarten met externe partner(s), om het programma uit te schrijven. We kunnen hieruit concluderen dat het zeker mogelijk is om de verschillende aspecten in het opleidingsluik te digitaliseren. SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.1.4.

Omschrijving

De VLP inventariseert de logistieke werking van de opleidingen in 2013.

Timing voor actie

2013

Zoals in actie 4.1.3. werd vermeld, zullen in de toekomst volgende domeinen gedigitaliseerd kunnen worden: -

De organisatie van rijvaardigheidsproeven

De organisatie van bijscholingen

De organisatie van ofﬁcialcursussen

Cursussen/bijscholingen voor sporters

Cursussen/bijscholingen voor lesgevers/trainers

Opleidingen voor VLP-medewerkers

Hoe deze domeinen speciﬁek zullen gedigitaliseerd worden, zal in 2014 uitgeschreven worden. 51

SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.1.5.

Omschrijving

De VLP bekijkt de mogelijkheden van digitalisering van de logistieke werking van de opleidingen tegen eind 2014.

Timing voor actie

2013-2014

Zoals in actie 4.1.3. werd vermeld, is het mogelijk om de logistieke werking van bepaalde opleidingsdomeinen te digitaliseren. Omdat de huidige samenwerking met de programmeur van ons programma VLPclubs werd beëindigd eind 2013, gaan we op zoek naar een nieuwe ﬁrma of een andere programmeur die dit programma voor ons kan uitbouwen. De gesprekken hierover zullen verder gezet worden in 2014. SD/OD/ACTIE

4.2

Omschrijving

De VLP zorgt ervoor dat tegen eind 2016 30% van de lesgevers en trainers jaarlijks een bijscholing volgen.

Over deze operationele doelstelling kan pas gerapporteerd worden eind 2016. SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.2.1.

Omschrijving

De VLP organiseert jaarlijks minstens 4 bijscholingen voor lesgevers en/of trainers.

Timing voor actie

2015-2016

Deze actie kan pas in 2015 en 2016 gemeten worden. Echter blijkt uit tabel 21 dat in 2013 er 6 bijscholingen werden georganiseerd voor lesgevers en/of trainers. Deze actie werd dan ook behaald voor het jaar 2013. SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.2.2.

Omschrijving

De VLP promoot haar bijscholing binnen het project ‘Mis de TrAin niet’.

Timing voor actie

2013-2014-2015-2016

Zie actie 4.1.2. In 2013 werden de bijscholingen van het project ‘Mis de TrAin niet’, via verschillende mediakanalen verspreid. De verschillende mediakanalen worden hieronder opgesomd: -

Website www.vlp.be: een aparte webpagina waar meer informatie terug te vinden is over de komende opleidingen

Maandelijkse nieuwsbrief naar haar sportieve leden

3-maandelijkse nieuwsbrief naar VLP-clubs

Persoonlijke mailing naar de VLP-clubs

Persoonlijke mailings naar sportieve leden

Persoonlijke mailing naar lesgevers die ingetekend hebben in het project ‘Mis de TrAin niet’.

Afﬁches (zowel digitaal als fysiek)

Persoonlijke uitnodigingen per post naar toptrainers

Nieuwsberichten op de website van VLP

SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.2.3.

Omschrijving

De VLP maakt in 2015 analyses voor het digitaliseren van de logistieke werking van de opleidingen.

Timing voor actie

2015

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2015. SD/OD/ACTIE

ACTIE

4.2.4.

Omschrijving

De VLP maakt in 2016 de logistieke werking van de opleidingen digitaal.

Timing voor actie

2016

Over deze actie kan pas gerapporteerd worden in 2016.

SD/OD/ACTIE

Omschrijving

De VLP laat tegen eind 2016 het percentage gediplomeerde clublesgevers stijgen met 20% t.o.v. 2012.

1. ONDERWERP + SITUATIESCHETS VLP vindt een kwalitatieve opleiding in haar clubs van cruciaal belang. Iedere sporter heeft namelijk het recht om een goede manier te leren paardrijden. De correcte opleiding van lesgevers kan hiertoe bijdragen. Om dit te realiseren werkt VLP al verscheidene jaren samen met de Vlaamse Trainersschool om haar kaderopleidingen (initiator, instructeur B, trainer B, trainer A) te promoten. Iedere gediplomeerde lesgever meer, is voor VLP een goede zaak. We hopen dan ook dat deze lesgevers doorstromen naar onze VLP-clubs om zo een kwalitatieve opleiding van sporters te bevorderen. Om de kwaliteit van de opleidingen in haar clubs te doen stijgen, draagt VLP haar steentje bij op 3 verschillende manieren. Enerzijds door het organiseren van rijvaardigheidsproeven (= instapproef voor een VTS-kaderopleiding), anderzijds door mee te werken aan de organisatie van de kaderopleidingen en ten slotte ook door het organiseren van bijscholingen voor lesgevers/trainers van de VLP-clubs. De afgelopen jaren hebben we reeds gerapporteerd hoeveel lesgevers (gediplomeerd of niet) er aangesloten zijn bij een VLP-club. Clubs geven aan VLP door welke lesgevers er bij hen les geven in de club. Van deze lesgevers hebben we de gegevens verzameld.

In het verleden werd dit op een andere manier bijgehouden (minder zekerheid dat de gediplomeerden effectief lesgaven in de club). Hierdoor zullen de cijfergegevens wijzigen van de gegevens in 2012, maar we zijn nu zeker dat deze gegevens correcter zijn doordat we enkel de lesgevers rapporteren die effectief les geven in de VLP-clubs. Dit aantal zal de komende jaren vermoedelijk nog stijgen, aangezien nog niet alle clubs hun lesgevers hebben doorgeven. Een andere (voorlopige) beperking aan onze databank is dat clubs momenteel maximaal 3 lesgevers kunnen doorgeven aan ons. Onze databank kan maximaal 3 lesgevers registeren per club. Grote clubs, met meer dan 3 lesgevers, kunnen bijgevolg momenteel niet meer lesgevers registreren bij ons, terwijl er wel meer lesgevers tewerk gesteld worden in deze clubs. Dit zou in de toekomst ook aangepast moeten worden, zodat er een onbeperkt aantal lesgevers doorgegevens kunnen worden. Zo zal ook onze databank meer up-to-date zijn. Hiernaast tracht VLP met het project Mis de TrAin ook haar huidige lesgeversbestand in haar clubs op regelmatige basis bij te scholen. De resultaten hiervan werden reeds besproken in strategische doelstelling 4.

2. OVERZICHT VAN DE CIJFERS Tabel 23: overzicht van de georganiseerde rijvaardigheidsproeven in 2012 en 2013. # deeln. INI Datum

G(D) NG(S)

Bloso Woumen

2/16/2013

Rijbaan Piet (Dendermonde)

3/3/2013

Stoeterij Deloof (Torhout)

3/17/2013

R.C. Gaverranch (Harelbeke)

Plaats

NG(D) G(D+S) G(S)

# deeln. Ins B NG

Tot

G(D)

G(S)

NG(D)

NG(S)

Tot

5/5/2013

5/18/2013

Bloso Waregem

5/26/2013

8/3/2013

Bloso Waregem

8/17/2013

Bloso Woumen

9/7/2013

10/5/2013

10/20/2013

1 31

R.C. Rodeberg (Westouter) Bloso Waregem

Tot

Eindtot

184

Tot

G(D)

G(S)

NG(S)

Tot

G(D)

G(S)

# deeln. INI NG(D) G(D+S) G(S)

2 3

Bloso Woumen

2/25/2012

Bloso Waregem

4/6/2012

Pronkenberg Kontich

5/12/2012

Bloso Waregem

5/27/2012

Bloso Waregem

7/13/2012

Bloso Waregem

8/24/2012

Bloso Woumen

9/8/2012

Bloso Genk

9/8/2012

R.C. Rodeberg

10/6/2012

Bloso Waregem

11/4/2012

163

G(D)

G(S)

NG(S)

Tot

G(D)

G(S)

233

NG(S)

Tot

Eindtot

1 4

NG(D)

5 6

# deeln. TrA

2 1

NG(D)

NG(S)

# deeln. TrB

NG(D)

0 1

Tot

# deeln. Ins B NG(D)

NG(S)

G(D) NG(S)

NG(D)

Datum

Plaats

G(S)

G(D)

# deeln. TrA

Pronkenberg (Kontich)

Bloso Genk

# deeln. TrB

Tabel 24: aantal vrijstelling voor rijvaardigheidsproeven, goedgekeurd door VLP.

Aantal vrijstellingen Totaal

Initiator

Instructeur B

Trainer B

Trainer A

Dressuur

Springen

Reining

Tabel 25: aantal lesgevers in 2012 (nulmeting) en 2013. 2012

2013

Aantal lesgevers aangesloten bij een VLP-club

631

367

Aantal lesgevers zonder sporttechnisch diploma

431

221

Aantal lesgevers met sporttechnisch diploma

200

146



Categorie I

111



Categorie II



Categorie III



Categorie IV



Categorie V



Begeleiden van ruiters met een handicap

216

Tabel 26: overzicht geslaagden kaderopleidingen 2013 Opleidingsstramien

Module

Begindatum Cursusplaats

# uren

# Geslaagd

Totaal #