we artiesten van hier om uniek werk te brengen. Het moet voor onze bezoekers een ontdekking zijn, in elke zin van het woord. Vandaar dat vele muzikanten, als ze een nieuwe cd uit hebben, die graag bij ons uittesten. Ze kunnen immers rekenen op een ruim en geïnteresseerd publiek. Een gevolg van die try-outs is dan weer dat er altijd veel programmatoren naar Odegand afzakken. Dat bewijst dat we goed bezig zijn.
Voor de tiende editie heb je al een aantal speciale zaken aangehaald. Heb je verder nog aan de formule geschaafd voor deze gelegenheid? Serge Platel: Elk jaar schaven we wat bij aan de formule. Zo laten we nu KidsOdeGand volgen op zondag in plaats van enkele weken later. De programmatie voor de zondag is net af en we zijn echt tevreden. Mijn kinderen willen in elk geval al gaan en dat is een goede maatstaf. Verder hebben we deze keer eens niet bespaard op onze ‘wishlist’ van artiesten. Zo zijn we enorm blij met de komst van Julia Lezhneva, amper 22 en nu al één van de beste ariazangeressen, die momenteel in de Metropolitan optreedt. Zij zal voor het eerst in België te horen zijn. Daarnaast komen dus ook King’s College Choir en Cold Steel
Drummers... Het zijn stuk voor stuk juweeltjes op de affiche. Het thema van de tiende editie is ‘big bang’, wat inhoudt dat we iets meer focussen op percussie en buiten echt willen uitpakken met grootse spektakels. Zo wordt de slotshow meer dan de moeite waard.
Met de Gras- en Korenlei beschik je over een uitzonderlijk podium. Al kan het weer roet in het eten gooien, zoals vorig jaar het geval was en waardoor jullie de slotshow hebben moeten inkorten. Heb je daarvoor een alternatief? Serge Platel: Het is raar om te zeggen, maar ik had een voorgevoel dat het vorig jaar slecht weer zou zijn. Net als ik er de acht jaar voordien vertrouwen in had. Daar kun je niet veel aan verhelpen. Als je in België telkens rekening moet houden met de weersomstandigheden, dan moet je eigenlijk niets organiseren. Dus daar doe ik niet aan mee. Bovendien voorspel ik dit jaar fantastisch weer (lacht). De locatie is inderdaad uniek, maar is in menig opzicht evenzeer een vloek als een zegen. Het water zorgt er immers voor dat er een wig in het ‘podium’ wordt gedreven
waardoor het geen geheel vormt. Door het podium op het water te bouwen, kan je al één zijde afsluiten. Verder is het telkens zoeken om mensen het gevoel te geven dat ze op een plein zitten. Maar uiteraard is het decor een geschenk uit de hemel.
In hoeverre denk je dat het haalbaar is om OdeGand in andere steden te organiseren? Serge Platel: We hebben die vraag wel eens gekregen, maar dat is niet onze ambitie. Het festival is op maat van Gent gemaakt en misschien wel enkel hier uit te voeren. Ik zie niet meteen mogelijkheden in andere steden om het te kopiëren. Brugge komt misschien nog het dichtst in de buurt, maar ik weet eerlijk gezegd niet of je daar voldoende zalen aan het water hebt. Je moet daarnaast het totale plaatje zien. Wij hebben een uitstekende samenwerking met de stad en met de horeca in Gent. En niet te vergeten, Gentenaars zijn gewoon dat er veel gebeurt in hun stad en staan voor heel veel open. Laat het ons maar bij Gent houden.
PROMENADEMAGAZINE I september 2012 I 15