20
1.3 IK WEET WAAROM IK SPAAR Iedere maand ontvang je geld en geef je geld uit. Als je geld overhoudt, kun je het op een spaarrekening zetten. Mensen hebben verschillende redenen om te sparen. Dat zijn de spaarmotieven. Sommige mensen sparen voor een bijzondere uitgave, zoals een scooter, computer of rijlessen. Zij sparen voor een doel. Rijke mensen kunnen leven van hun spaargeld. Zij sparen voor de rente. Er zijn ook mensen die sparen uit voorzorg. Zij sparen
LE E S
ZO E K OP
1
21
HOOFDSTUK 1. ALLES TE KOOP?
3
voor onverwachte gebeurtenissen en financiële tegenvallers. Bijvoorbeeld als de wasmachine stukgaat.
Spaarmotieven Om welke spaarmotieven gaat het? Je spaart voor:
Het is best lastig om te sparen. Je komt zoveel leuke dingen tegen die je zou willen kopen. Toch is het wel slim om te sparen. En met een hoge rente is het nog aantrekkelijk ook. Want hoe hoger de rente, hoe sneller je spaargeld groeit. Rente is hier de vergoeding die je van een bank krijgt.
Sparen voor een doel
Sparen uit voorzorg
Sparen voor de rente
je trouwdag reparatiekosten van je scooter een nieuwe computer extra inkomsten als de televisie stukgaat
Titels bij de strip
je vakantie
Zet de woorden op de goede plek in de strip. Kies uit: sparen voor de rente – sparen voor een doel – sparen uit voorzorg
DEN K
4
Als je spaart voor een doel, moet je soms lang sparen.
Waarvoor wil jij sparen?
Ga jij sparen?
5
................................................................................................................................................................................................
Hoe lang moet je daarvoor ongeveer sparen?
...............................................................................................................................
Hoeveel procent?
Zoek op hoeveel rente de bank geeft op een spaarrekening. Kijk op internet of ga naar een bank. De bank geeft ......................... rente.
Rekenhulp 6A: Hoeveel is x % van een getal?
Procent betekent per honderd.
1% =
1 = 0,01 = één honderdste deel 100
TIP: Bij delen door 100 schrijft de komma altijd twee plaatsen naar links. Dus als je 1% wilt uitrekenen, schuift de komma twee plaatsen naar links.
2
Sparen
Zet de woorden op de goede plek. Let op: je houdt één woord over.
spaarmotief – doel – vergoeding – rente
Sam stort iedere maand geld op zijn spaarrekening. Van de bank ontvangt hij .................................................................... Dat is een
...................................................................
...........................
van de bank. Veel vrienden van
Sam sparen ook bij de bank, zij hebben allemaal hun eigen
..................................................................................
.
Hoeveel is 3% van 700? 1. Bereken eerst 1% van het totaal: deel het totale getal door 100
700 1% van 700 = 700 : 100 of =7 100
2. Vermenigvuldig deze uitkomst met het getal van het gevraagde percentage. 3. In de som wordt gevraagd naar 3% (dat is 3 x 1%). Dus vermenigvuldig je 3 x 7 = 21 3% van 700 = 21