Natuurfotografie Magazine proefexemplaar

Page 1

€7,95

tweemaandelijkse inspiratie voor natuurfotografen

MAGAZINE

editie 36 - nr 4 2018

FOTOGRAFEREN IN DE

VELDSTUDIO

LANDSCHAPSFOTOGRAFIE Zo doe je dat

OP REIS

De mooiste bestemmingen

JASPER DOEST Foto’s als visuele stem

ap


P O K E G WIJ ZIJN N E E I F A R FOTOG V I D E O.

WIJ ZIJN CAMERA TOOLS.NL

Hét adres voor de liefhebber van fotografie en video www.cameratools.nl

info@cameratools.nl

055 - 538 08 00

Paramariboweg 41, 7333 PA Apeldoorn


voorwoord

Oh oh, Cabral! Oh oh Cabral, wat heb je gedaan? Cabral? Deze Braziliaanse naam kom je de laatste jaren veel tegen in de uitslagen van grote internationale fotowedstrijden. Zo ook in ons vorige nummer van Natuurfotografie Magazine bij het nieuws dat Marcio Cabral de overall winnaar werd van de International Landscape Photographer of the Year. Eerder viel hij al in de prijzen bij onder andere Nature Talks en de prestigieuze Wildlife Photographer of the Year. In deze laatste wedstrijd won hij vorig jaar de categorie zoogdieren met een fantastische foto van een miereneter die een nest van lichtgevende termieten plundert. Nog nooit gezien, wat een sfeer, uniek... In het tijdperk dat alles al eens gefotografeerd is, zouden op zo’n moment - helaas - de alarmbellen moeten gaan rinkelen. Dat gebeurde niet, want het zou in theorie mogelijk moeten zijn. Je gelooft de fotograaf op z’n blauwe, uh, bruine ogen.

Onlangs plofte er een anoniem mailtje in de digitale brievenbus van de WPOTY met daarin een foto van dezelfde miereneter. Niet in het wild, maar voor eeuwig verstild, opgezet in een museum. Experts gingen ermee aan de slag en kwamen tot de conclusie dat het inderdaad dezelfde miereneter bleek. Dom dom dom. Dit soort dingen komen altijd uit: een wolf die over een hekje springt, op commando in een wildpark... een lynx die in zijn zomervacht pronkte in een winterlandschap, of was het andersom... en nu dus een opgezette miereneter. Had hij een ‘eigen’ exemplaar gebruikt, dan had niemand het waarschijnlijk ooit gemerkt... Het merendeel van de ‘foute’ foto’s verdwijnt op voorhand van het wedstrijdtoneel, gelukkig onzichtbaar, waardoor de schaamte beperkt blijft tot de eigen werkplek van desbetreffende fotograaf. Of zou het misschien toch beter zijn als de hele wereld iedere diskwalificatie zou kennen als afschrikmiddel? Vanuit de RAW-bestanden blijken te zware bewerkingen of het toevoegen, dan wel verwijderen van elementen uit foto’s. “Een reglement? Niet gelezen.” Meekijkende biologen waarschuwen voor onnatuurlijk gedrag of vreemde houdingen. “Hij zat echt zo. Levend en wel.” Toch staat iedere wedstrijd bol van de gemanipuleerde foto’s. Onzichtbaar in de RAW’s, onzichtbaar voor de jury en de biologen. Zo sleep je bijvoorbeeld insecten ‘s ochtends naar een betere plek, die betere plek ensceneer je zelf of voorzie je van een mooiere achtergrond en met wat extra water blijven de modellen langer op je gewenste plekje. Voor mij is dat geen natuurfotografie meer. Voor mij is de kick het vinden van een onderwerp en het spelen met licht. Misschien ben ik soms wat te naïef en mis ik daardoor kansen, maar ik kan mezelf in ieder geval recht in de ogen kijken. En ja, uiteraard sloop ik heus wel eens een storend grassprietje. We gaan in een later nummer van Natuurfotografie Magazine nog een keer uitgebreid in op de ethiek van ons vak. Nu eerst maar eens genieten van echte zomerartikelen, inclusief inspiratie voor een geslaagde reis. Een fijne zomer(vakantie)!

Fotogroet, Bob Luijks

Foto: Bob Luijks.

3


in deze EDITIE

TUTO RIALS

#nfhoedan BRIDGECAMERA’S ALLESKUNNERS BASISCURSUS LANDSCHAPSFOTOGRAFIE

4

Foto: Leon Baas

36

DE WOW-FACTOR DANKZIJ FLITSLICHT

48

36

BIBLIOTHEEK CATALOGUS IN LIGHTROOM

54

HUTSPOT HBN 3

59

REVIEW LAOWA 25MM ULTRA MACRO

86

ACHTERGROND DE BELICHTINGSDRIEHOEK

90

NIEUWS

6

DE 5 VAN

11

PORTFOLIO HERMANN HIRSCH

12

INTERVIEW JASPER DOEST

18

COLUMN NOORTJE RUSSEL

71

MIJN PROJECT SPRINKHANEN EN KREKELS

24

DOOR HET OOG VAN ANKE GEURTS

28

Foto: Frans Hodzelmans

Foto: Hermann Hirsch

GASTCOLUMN MARSEL VAN OOSTEN 93 NATUUR365 FOTOKALENDER Foto: Anke Geurts

94

WORKSHOPS EN AGENDAPUNTEN 96


inhoud

THEMA

REI ZEN

Foto: Johan van de Watering

DE VREDE BEWAREN 68 NATUURFOTOGRAFIE OP REIS

10 NATUURFOTOGRAFIE HOTSPOTS WERELDWIJD 72

78

Foto: Laura Vink

DE RUGZAK VAN MISJA SMITS

64

PHOTO CHALLENGE LENTEBODES 82 MIJN FOTO ONVERWACHTE ONTMOETING

Foto: Wouter van de Weerd

LEZERS rubriek

85

Foto: Nel Talen

5


APPARATUUR - Nikon komt met spiegelloze fullframe De traditionele spiegelreflex heeft zijn langste tijd gehad, dat bewijzen onder andere Sony en Fuji. Nikon en Canon houden lang vast aan hun traditionele principes, maar verliezen snel in marktaandeel. Op dit moment heeft Sony, naast Leica, de enige spiegelloze fullframe camera. Daar komt waarschijnlijk in het voorjaar van 2019 verandering in: Nikon werkt hard aan een eigen spiegelloze fullframe. Ook Canon volgt waarschijnlijk snel, aangezien ze de productie van de traditionele fullframe camera’s verlaagd hebben. www.nikon.nl

- Duurste camera ooit Onlangs vond in Wenen de 32e editie plaats van de WestLicht Camera Auction. Op de veiling kocht een anonieme Aziatische verzamelaar de Leica 0-Series nummer 122 voor het recordbedrag van maar liefst 2,4 miljoen euro. De 0-serie betreft 25 prototype testcamera’s,

gefabriceerd in 1923. Pas in 1925 verscheen de eerste echte Leica in de winkel. Het oude record van de duurste camera ooit stond eveneens op naam van een Leica uit de 0-serie (2,16 miljoen euro). www.westlicht-auction.com

- Nieuw JPEG bestandsformaat JPEG staat voor Joint Photographic Experts Group. Dit internationale comité heeft onlangs JPEG XS gepresenteerd. Ze benadrukken dat dit bestandsformaat het standaard JPEG-formaat niet vervangt, maar een geheel eigen plaats inneemt. Met JPEG XS wordt een bestand minder gecomprimeerd (6x in plaats van 10x), waardoor de kwaliteit hoger uitkomt. Het compressieproces zit een stuk simpeler in elkaar, hetgeen de snelheid en het energieverbruik ten goede komt. Voorlopig zal het nieuwe bestandsformaat vooral ingezet worden voor doeleinden die om een zeer hoge beeldkwaliteit vragen, zoals virtual reality of 8K filmen. De volledige toelichting lees je op actu.epfl.ch/news/a-new-jpeg-format-forvirtual-reality-drones-and-s

6

- Nieuwe mogelijkheden Fujifilm GFX De Fujifilm GFX50S is een fantastische camera, maar met een tamelijk beperkt aantal objectieven. Fujifilm voegt daar nu nieuwe mogelijkheden aan toe: - GF250mm f/4 R LM OIS WR: teruggerekend naar full­ frame-termen levert dit objectief een brandpuntsafstand van 198mm. Het objectief beschikt over een 5-stops beeldstabilisatie, waardoor de GF250 goed uit de hand te gebruiken is. Prijs: € 3299,-

- GF1.4x TC WR: een teleconverter die de verschillende objectieven nog meer bereik geeft. De GF250 wordt zo een 350mm-objectief. Prijs: € 849,- MCEX-18G WR en MCEX-45G: wil je dicht op je onderwerpen kunnen kruipen, dan komt Fujifilm ook nog met 2 tussenringen. Prijs: € 329,- per tussenring. www.fujifilm.eu/nl


APPARATUUR - Ideale vakantiecamera Panasonic lanceert met de Lumix FT7 misschien wel de ultieme compactcamera voor de vakantie en de avonturier. Je kunt ‘m zonder problemen op de grond laten vallen (tot maximaal 2 meter hoogte) en ook met een gerust hart mee de zee in nemen tot een diepte van maar liefst 31 meter. Liever droog? De camera is ook stofdicht, woestijnen eveneens geen probleem dus.

Specificaties: - Werkhoogte: 1,54 meter, te verhogen naar ruim 2 meter met de optionele verlengstukken - Gewicht: 3,8 kilogram - Prijs: ongeveer $ 1.500,- voor een complete set. Alleen de statiefbasis (zonder poten): € 609,www.novoflexus.com

nieuws

- Oerdegelijk statief Een tripod, een monopod of een stoeltje? De Velbon Chairpod HY 127 combineert dit alles in één product. In uitgeklapte vorm kun je op het zitje van het statief plaatsnemen. Klap je het geheel in, dan beschik je over een soort monopod waarmee je op ooghoogte kunt werken. Het product lijkt ideaal voor de lange wachtmomenten of voor mensen die minder lang kunnen staan. Voor ‘gemiddeld’ gebruik volstaat dit prima, maar bij lange sluitertijden zorgt het zitten op het statief voor ongewenste trillingen. Specificaties: - Werkhoogte: 1,54 meter, te verhogen naar ruim 2 meter met de optionele verlengstukken - Gewicht: 3,8 kilogram - Prijs: ongeveer $ 1.500,- voor een complete set. Alleen de statiefbasis (zonder poten): € 609,www.novoflexus.com

Fuji GF250mm F/4 R LM OIS WR

7


BOEKEN - Genieten van de bollen; Enjoying the bulbs Elke Nederlander heeft ze ooit gezien: “de bollen”. Fotograaf Karel van der Bent kent de verschillende streken op zijn duimpje en brengt je langs de mooiste uitzichten, maar ook bij de intieme hoekjes en binnen in de klassieke schuren. Vanuit een vliegtuig onderga je de weidsheid. Het dendert door, het ene bollenveld na het andere. Bollen pellen, bloemen plukken, hyacinten hollen, je ziet snelle handen aan het werk. Ook machineparken in enorme loodsen waar onvoorstelbare hoeveelheden bloemen worden verwerkt komen aan bod. Het boek legt een complete bedrijfstak in schoonheid vast. Dit boek is tweetalig, Nederlands en Engels. Voor de liefhebber én de toerist. Met dit boek in de hand kun je tochten maken, maar even goed thuis genieten. Formaat: 297 x 247 mm Pagina’s: 208 ISBN: 9789082689907 Prijs: € 29,95

Epson Pano Awards sluitingsdatum 9 juli thepanoawards.com

International Nature Photography Competition Namur sluitingsdatum 15 augustus www.festivalnaturenamur.be/photo-contest

IPA sluitingsdatum 31 augustus www.photoawards.com

- FOTOGRAFEN VAN DE VOORUITGANG Fotograaf-schrijver Dirk Kome onderzoekt het leven en werk van fotograaf Tonnis Post (1877-1930). In een tijd dat een foto een bijzondere luxe was en slechts een enkeling een camera bezat, fotografeerde Post het verlaten van de 19e eeuw. De eerste fabrieken werden gebouwd, de eerste landbouwapparatuur werd in gebruik genomen. Kanalen werden met de hand door arbeiders uitgegraven en de eerste stoomtramsporen werden aangelegd. Tonnis Post was erbij en legde alles vast. Met zijn grote houten plaatcamera en zijn zware schoudertas vol glasnegatieven, trok hij op de fiets door heel Oost-Groningen. Post fotografeerde monumenten voor een manier van leven die nu al lang niet meer bestaat. Na de dood van Post werd zijn studio ontmanteld. Zijn foto’s lagen vergeten in archieven, fotoalbums en schoenendozen op zolder. Door Komes zoektocht zien de beelden na decennia weer het daglicht en komen ze voor het eerst samen. Bij elkaar laten de foto’s het oeuvre van een uitmuntend fotograaf zien en geven ze een bijzondere kijk 8

AANKOMENDE FOTOWEDSTRIJDEN

WNF-Frans Lanting Photo Award sluitingsdatum 1 september photoaward.wnf.nl

Nature Images Awards sluitingsdatum 15 september www.natureimagesawards.com

ND Awards sluitingsdatum 23 september www.ndawards.net

op Oost-Groningen en daarmee op Nederland aan het begin van de 20ste eeuw. Formaat: 251 x 206 mm Pagina’s: 136 ISBN: 9789462262676 Prijs: € 29,95

The Comedy Wildlife Photography Awards sluitingsdatum 30 september www.comedywildlifephoto.com


FOTOWEDSTRIJDEN - Asferico -

Asferico is een voorname Italiaanse natuurfotowedstrijd. Horst Eberhöfer wist met ‘De laatste ijsgrot van de Ortler’ de jury te overtuigen en ging er met de hoofdprijs vandoor. We feliciteren Jonathan Lhoir met het w ­ innen van de vogelcategorie, alsmede Andrew George, ­Herman van der Hart, Sam Mannaerts en Mart Smit met hun h­ ighly ­commended. De volledige uitslag bekijk je op lnx.asferico.com/concorso/en/2018-results

nieuws

- International Wildbird Photo Competition -

Foto: Petr Bambousek

Onderdeel van het Franse ‘Festival de l’Oiseau et de la Nature’ is de internationale vogelfotowedstrijd. De Tsjech Petr Bambousek laat fraai zien dat je niet altijd te dicht op je onderwerp moet gaan zitten. Sterker nog, in eerste instantie is het even zoeken. Pas als je de foto rustig tot

je neemt, ontdek je tussen de vrolijke bloesem een vale reuzennachtzwaluw. In totaal dongen 4457 beelden om de hoofdprijzen in de 6 categorieën. Bekijk alle winnaars op www.festival-oiseau-nature.com

- Glanzlichter Hemel en aarde verbonden op een dreigende manier, dat is de creatieve visie van Manuel Enrique Gonzáles Carmona die hiermee Glanzlichter 2018 op zijn naam schreef. Manuel maakte de foto op een vroege ochtend in de Rio Tinto, een gebied dat fameus is om zijn bizarre kleuren. Deze worden veroorzaakt door het zure water en allerlei oxidatieverschijnselen op de oevers. In het vroege ochtendlicht kleurde het landschap diepblauw, waardoor de rode steen in het water des te meer opviel. Door de foto 180 graden te draaien ontstond de suggestie van een naderende meteoriet. Proficiat voor de met een highly commended beloonde Loulou Beavers (‘Black and White’), Edwin Giesbers (‘The Beauty of Plants’) en Henri van Vliet (‘Artists on Wings’). Alle winnende foto’s bekijk je op www.glanzlichter.com Foto: Manuel Enrique Gonzáles Carmona 9


Focal length: 450mm ∙ Exposure: F/6.3, 1/200 sec. ¡ ISO: 400

SP100-400 mm VC USD NIEUW! TAMRON TELEZOOM VOOR NATUURFOTOGRAFIE. Hoogwaardig optisch ontwerp en geavanceerde lenscoatings voor briljante en scherpe opnamen. Dedicated AF chip voor een nog sneller en nauwkeuriger autofocus, met focus limiter. Dedicated VC chip met sterkere beeldstabilisatie en drie verschillende instelmogelijkheden. Unieke Tamron korte minimale macro scherpstelafstand van 150 centimeter (afbeeldingsmaatstaf: 1:3.6). De negen afdichtingen zorgen voor een extra bescherming tegen stof en vocht. Optionele Arca-Swiss compatibele statiefgondel van hoogwaardig magnesium. Compatibel met optionele Tamron 1.4x Tamron tele-converter en Tap-In Console. Leverbaar voor Canon en Nikon Full-Frame en APS-C camera's.

Transcontinenta B.V. | 0252-687555 | tamron@transcontinenta.nl | facebook.com/tamronnederland


5 van

de

de 5 van

Natuurfotograaf Rick van der Kraats deelt 5 voor hem belangrijke onderwerpen.

Rick van der Kraats www.rickvanderkraats.nl

1

5

Funfact Veel mensen hebben van mij het beeld dat ik mijn foto’s precies wil maken zoals ik ze in gedachten heb. Dit is in de meeste gevallen niet zo. Wat ik het liefst doe is lekker op pad gaan en genieten. Het fotograferen komt vervolgens vanzelf (of niet).

2

Dat is ongetwijfeld polder Arkemheen! Door de jaren heen heb ik er plekken leren kennen waar ik een bepaald type beeld kan realiseren, maar het is ook een ideale plek waar veel mooie momenten je kunnen toevallen. Het is voor mij niet zo belangrijk om van tevoren een plan te hebben. Vaak zie je ter plekke wel wat je graag wilt fotograferen. Uiteraard kom ik er ook om er van de prachtige natuur te genieten.

Belangrijkste ­ fotografische les Dat is open staan voor alle ideeën die in me opkomen of die ik meekrijg van de buitenwereld. Ik keur bewust niets af en sluit niets uit. Zo kijk ik juist of het nieuwe mogelijkheden of ideeën kan opleveren. Alles en iedereen kan inspiratie geven!

4

Favoriete fotolocatie

3 Grootste inspiratiebron

Grootste fotografische blunder

Te snel tevreden zijn, denken dat je de buit al binnen hebt gehaald. Het is zonde wanneer je denkt dat de buit al binnen is, maar dat achteraf blijkt dat dat niet het geval is. Het moment is dan al verdwenen, dus het kan een leerpuntje zijn voor de volgende keren.

Een grootste inspiratiebron heb ik niet echt, maar wat mij te binnen schiet zijn weerspiegelingen in het water. Alle omgevingsfactoren beïnvloeden de spiegelingen en het verandert met het moment, dat spreekt mij erg aan. Maar daarnaast zijn ook elke ontmoeting, elk gesprek, elk moment in de natuur ware inspiratiebronnen.

11


HERMANN HIRSCH In onze portfoliorubriek laten we je graag de foto’s van de beste natuurfotografen van de wereld zien. Veelal zijn het mensen met jarenlange ervaring. Hermann Hirsch (1993) laat zien dat het ook anders kan. Slechts 9 jaar geleden kocht hij zijn eerste spiegelreflexcamera. Het veranderde letterlijk en figuurlijk zijn leven. 12

www hermannhirsch.com


portfolio

De natuur zelf is Hermann niet vreemd, aangezien zijn moeder werkzaam was in de natuur- en milieueducatie. Reeds op zeer jonge leeftijd kende Hermann al tal van vogels bij naam. Eenmaal gegrepen door het wonder dat camera heet, legde deze jonge Duitse fotograaf alles dat hem interesseerde in de natuur vast. Daar bleef het echter niet lang bij, aangezien hij al snel een eigen visie op de fotografie ontwikkelde en meer in projecten ging werken. Dat deed hij aanvankelijk veelvuldig samen met Kevin Winterhoff. De reden was mede een hele praktische: Kevin is een aantal jaar ouder en was reeds in het bezit van een rijbewijs, best handig als je de natuur in wilt trekken. “Ik werk graag voor een langere periode aan 1 onderwerp. Het maakt totaal niet uit wat dat onderwerp is. Er dienen zich immers steeds onbekende, nieuwe mogelijkheden aan. Het resulteert in een gevarieerde serie, zonder dat het exacte eindbeeld vooraf gepland is.” De toelichting over de voordelen van deze aanpak maakt direct duidelijk waarom Hermann hier graag voor kiest: “Ik ervaar totaal geen stress, omdat ik er onbevangen mee aan de slag ga. Sterker nog, ik maak foto’s van hetgeen ik sowieso zou willen

fotograferen. Met een beetje doorzettingsvermogen ontstaan steeds nieuwe foto’s. Zo varieert het licht constant en ontdek je bij dieren steeds weer nieuwe gedragingen. De kennis die je opdoet in die lange periode is macht en dat zie je terug in de foto’s.” Hermann houdt scherp voor ogen wat voor soort foto’s hij reeds van dat onderwerp heeft gemaakt. Die hoeft hij immers niet nog eens te maken, waardoor hij vrij kan experimenteren en kan zoeken naar nieuwe invalshoeken. “Het klinkt misschien wat afgezaagd, maar op deze manier vormt de natuur mijn voornaamste inspiratiebron, in plaats van het werk van andere fotografen”, aldus Hermann. Dat deze aanpak tot succes leidt is inmiddels wel duidelijk; zijn prijzenkast raakt al aardig gevuld. In 2010 behaalde hij de tweede plaats bij de Duitse Natuurfotograaf van het Jaar, niet bij de jeugd, maar in de zoogdiercategorie van de volwassenen. Twee jaar later wist hij wederom een tweede plaats te bemachtigen, maar nu bij de Europese Natuurfotograaf van het Jaar (GDT, categorie vogels). De Duitse overall-titel volgde in 2013, samen met de Fritz Pölking jeugdprijs. Het hoogtepunt in de prijzenkast is misschien wel het winnen van de categorie zwart-wit in de meest

prestigieuze natuurfotowedstrijd ter wereld, de Wildlife P­ hotographer of the Year in 2015. Als je Hermann hoort praten over zijn fotografie klinkt het allemaal gemakkelijk. Het gaat uiteraard niet vanzelf, zoals ook de titel van zijn boek – Gute Fotos, harte Arbeit - laat zien. “’Hart’ is een moeilijk woord, vooral als je het voorrecht hebt om veel tijd door te brengen in de natuur. ‘Arbeit’ is echter een kwestie van interpretatie. Veel mensen vinden het vreselijk om voor dag en dauw op te staan om vervolgens in het donker rond te zwerven. Voor mij bestaat er nauwelijks een betere tijd.” Rode draad in de fotografie is het hebben van een eindeloos doorzettingsvermogen. Dat betekent vaak opnieuw en weer opnieuw proberen wanneer het maar niet lukt om het beoogde beeld te maken. Hermann haalt een pakkend voorbeeld van een zeearend aan: “In 2014 voer ik samen met Fred Bollmann tientallen keren naar deze ­roofvogels. Door de wiebelende boot, abrupte bewegingen van de vogels en de te vaak mooie weersomstandigheden gingen al mijn pogingen in rook op. Het was extra zuur dat andere fotografen, die ook in de boot zaten, er wel in slaagden 13


14


portfolio

15


16


portfolio

Hermanns tip: Zet je smartphone uit en ga de natuur in! mooie en scherpe foto’s van de zeearenden te maken. Het is dan niet gemakkelijk om geduldig te blijven. Het moment dat het dan wel lukt is des te mooier. Als je dan naar je scherm staart, slaat je hartslag spontaan een toontje over.” Het feit is: hoe je de term ‘hard werken’ ook definieert, je hebt wil, doorzettingsvermogen, kennis en plezier nodig.

in elk park. Niettemin blijven ze één van mijn absolute favorieten.” Naast dieren weten vormen en kleuren in het landschap en de prachtige planten die hij onderweg tegenkomt hem evengoed te boeien. “Zodra een motief in de natuur me aanspreekt, heb ik zin om dat te fotograferen.” Een goed gevuld archief met prachtige foto’s. Hoe ziet Hermann zijn toekomst? “Op dit moment

werk ik als freelancefotograaf en schrijver. Ik volg absoluut mijn droomleven. In de nabije toekomst staan nog veel meer reizen in en buiten Duitsland gepland, evenals tentoonstellingen en nieuwe boekprojecten. Naast natuurfotografie blijf ik mijn huwelijksfotografie uitbreiden en hou ik me bezig met filmprojecten. Wat de toekomst betreft durf ik geen inschatting te maken. Ik kijk enorm uit naar nog veel meer bijzondere momenten in de natuur!”

Veel foto’s maakt Hermann in de omgeving van zijn woonplaats. Dat is voor een jonge natuurfotograaf niet alleen handig; Hermann kiest bewust voor een lokale aanpak. Het stelt hem in staat om ’s ochtends vroeg wanneer iedereen nog lekker slaapt zijn foto’s te maken. Overdag ontmoet hij zijn vrienden of gaat de ‘dagelijkse dingen’ doen. “Ik hoef zo niet te beslissen wat ik ga doen, want ik kan alles achter elkaar doen! Daarnaast is het essentieel om dezelfde onderwerpen steeds opnieuw te bezoeken. Waar kan dat beter dan in je eigen woonplaats?” Een echt favoriet onderwerp heeft Hermann niet, al heeft ‘ie een zwak voor vogels en zoogdieren. Die hoeven zeker niet zeldzaam te zijn: “Roodborstjes bijvoorbeeld; je ziet ze in iedere stad en

www.fotoforum.de 168 pagina’s formaat: 230 x 230 mm € 29,90

17


‘Foto’s zijn mijn visuele stem’

JASPER DOEST ‘Mooi beeld hoor, maar wat is je verhaal?’ Het was een even confronterende als ­prikkelende vraag van een beeldredacteur aan de jonge fotograaf Jasper Doest (­Vlaardingen, 1979). Een vraag ook die zijn carrière als fotograaf uiteindelijk richting gaf en die hem dit jaar een tweede prijs opleverde in de categorie Natuurverhalen van de World Press Photo. Rob Buiter

18


thuis bij

Ooievaars op vuilnisbelt, Andalusië, Spanje. Canon 1D X met 70-200mm @ 205mm; 1/2500s bij f/4; ISO 3200.

“Mijn carrière als fotograaf is eigenlijk vrij pragmatisch begonnen”, vertelt Jasper Doest vanachter een kop thee op een terras naast zijn spreekwoordelijke achtertuin, de Vlietlanden onder de letterlijke rook van de Botlek. Vlak voor ons knalt een visdief het water in, om er met een visje weer uit te komen. Hoog boven ons ‘grut-o-gruttoot’ een grutto in baltsvlucht. “De liefde voor de natuur heb ik in deze regio meegekregen. Toen wij woonruimte zochten ben ik ook bewust weer in mijn geboorteregio gaan kijken. Je verwacht het misschien niet, maar Vlaardingen is ooit tot Groenste Gemeente van Nederland uitgeroepen. Dat ze direct daarna een tunnel gingen aanleggen onder één van de laatste plekken in Nederland waar nog woudaapjes broedden, was daar overigens wel een lelijke smet op.” Na een korte loopbaan als laboratoriummedewerker, ging Doest biologie studeren. “Dat bracht mij onder andere in het Arctisch gebied. Op Spitsbergen moest ik voor een afstudeervak de

groeisnelheid van toendraplantjes proberen te meten. Ik was volkomen kansloos’, lacht hij, ‘met mijn meetlatje naast plantjes die een paar millimeter per seizoen groeiden. Maar ondertussen kon ik wel mooi foto’s maken, onder andere van poolvossen. Toen vervolgens het tijdschrift Grasduinen een fotowedstrijd uitschreef, zowel voor de categorie amateurs als voor professionals, bedacht ik dat ik mijn poolvossenfoto’s beter als zogenaamde professional kon insturen, omdat ik er dan wellicht nog een carrièreswitch uit zou kunnen halen. Ik zie mezelf nog dansen door de kamer toen de hoofdredacteur belde om te vertellen dat ik gewonnen had.“ Nadat Doest zichzelf op de kaart had gezet als professioneel fotograaf, kon hij nog enige tijd teren op de verkoop van oud materiaal. “Die foto van die poolvossen, daar kan ik nog steeds blij mee zijn. Het was net iets meer dan alleen maar een mooi plaatje. Er spatte plezier van het beeld van twee spelende dieren. Maar op een gegeven moment was het toch op. Voor een appel

en een ei ben ik toen met een vriend naar Japan gereisd om daar makaken te fotograferen. De jaren daarna stonden vooral in het teken van de apen en van de reizen die ik op kleine schaal voor andere fotografen organiseerde om deze dieren in hun warmwaterbronnen te fotograferen.“ De confrontatie kwam toen Doest zijn materiaal probeerde te verkopen aan National Geographic. “De beeldredacteur zei letterlijk dat ik prachtige losse beelden maakte, maar dat ik geen verhalenverteller was. Dat was natuurlijk even slikken, maar ik had voldoende bewijsdrang om hem het tegendeel te willen bewijzen. Het bracht mij bij de Missouri Photo Workshop, een workshop waarbij het maken van sociale documentaires centraal staat. Je wordt dan gecoacht door toppers van de Washington Post, de New York Times en National Geographic. Ook daar kreeg ik de vraag: ‘Wat is je verhaal?’ Bij die workshop heb ik geleerd om mijn visuele stem te vinden.“ 19


Aangeklede makaak, Japan. Canon 5D III met 100-400mm @ 176mm; 1/320s bij f/9; ISO 12.800.

Apen in kelnersjasjes Ook de losse beelden van de Japanse apen hebben uiteindelijk een breder verhaal gekregen. “Dat begon in Tokyo, waar ik op straat een aap aan een riempje tegenkwam. Het duurde even voor ik doorhad dat het precies dezelfde soort was als de apen die ik in de heetwaterbronnen fotografeerde. Daar hebben ze een rood gezicht, maar dit dier aan zijn riempje was zo bleek als het maar kon. Ik kwam erachter dat deze dieren niet alleen als huisdier worden gehouden, maar dat ze onderdeel zijn geworden van een hele entertainmentindustrie. Een restauranteigenaar die zijn aapje meenam naar zijn werk had bijvoorbeeld ontdekt dat het dier zijn gedrag ging kopiëren. Voor hij het wist had hij dus een aap in de bediening. Zijn antwoord op de regel dat die aap niet te lang kon werken, was dat hij op zoek ging naar meer apen, die de mensen konden vermaken in zijn restaurant.“

20

“Een goede foto begint met emotie”

De beelden die Doest verzamelde van aangeklede makaken in kelnersjasjes, met maskers op, of op de schouders van drie Poolse toeristen in een fotowinkel, zijn zacht gezegd indringend. De jury van de World Press Photo zag dit ook en kende de serie dit jaar een tweede prijs toe in de serie Natuurverhalen. Ondanks de potentiële impact van de beelden weigert Doest om de omgang van de Japanners met de makaken dierenmishandeling te noemen. “Op een gegeven moment was ik foto’s aan het maken in een bar. De barman deed ineens een rood licht aan en riep heel hard ‘Sexy time’. Vervolgens ging zijn aap op haar rug liggen en een soort masturbeergebaren op haar luier maken. Op zo’n moment doe ik letterlijk met tranen in mijn ogen mijn werk, terwijl achter mij een hele menigte staat te lachen en te klappen. Maar wie ben ik om dat dieren­


thuis bij

Spreeuw op Centraal Station, Nederland. Fujifilm X100T @ 23mm; 1/500s bij f/6.4; ISO 6400.

mishandeling te noemen? Natuurlijk wil ik de situatie veranderen, maar als ik die op zo’n moment heel boos ga veroordelen, is iedere mogelijkheid voor een gesprek verdwenen. En goed beschouwd: waarom is die omgang met apen erger dan de manier waarop wij met onze honden en katten, of erger nog: met onze ­landbouwhuisdieren omgaan?“ Engagement is volgens Doest een wezenlijk onderdeel van goede fotografie. “Een goede foto begint met emotie. Maar daar bovenop vind ik ook dat je als fotograaf moet streven naar een bredere boodschap. Die grutto daarboven, die kun je heel mooi op de plaat zetten. Maar hoe laat je aan de mogelijk argeloze mensen hier op het terras zien dat we een weidevogel aan het verliezen zijn die van óns agrarische land afhankelijk is; dat wij daar een verantwoordelijkheid voor hebben?“

Doest erkent dat het niet eenvoudig is om met dat engagement je brood te beleggen. “Zeker in ons land is het budget vaak veel te beperkt om echt tijd te steken in een verhaal. Tegelijk vind ik het niet alleen een professionele opdracht. Ook amateurs kunnen zoeken naar de bredere boodschap. Anders zijn we niets meer dan consumenten die mooie plaatjes verzamelen alsof het mooie spullen zijn.“ Op het eerste gezicht had niets méér voor de hand gelegen dan dat de makakenserie van Doest – niet voor niets lid van de International League of Conservation Photographers – in het recente boek van de Photographers Against Wildlife Crime zou zijn opgenomen (zie ook editie 3 van Natuurfotografie Magazine). Toch heeft hij er zeer bewust voor gekozen om dat niet te doen. “Door de crime op de cover van het boek

te zetten, veroordeel je de betrokken mensen. Dat is in een aantal gevallen in dat boek terecht, omdat het daar gaat om illegale activiteiten. Maar de mensen in Japan van criminele activiteiten betichten, zou niet kloppen en niet in het belang van de dieren zijn. Het probleem is dat de activiteit legaal is en dat los je niet op door het veroordelen van een aantal individuen. Het systeem moet op de schop. Wat dat betreft vind ik het heel spannend dat de tentoonstelling van de World Press Photo binnenkort ook naar Japan gaat. Ik zal daar ook nog een presentatie geven, maar wil zeker niet te boek staan als een fotograaf die misstanden aan de kaak probeert te stellen; al helemaal niet als fotograaf uit een land waar de grootschalige, industriële landbouw en veeteelt hoogtij vieren. Het gaat erom dat het verhaal mensen aan het denken zet en dat lukt niet wanneer je ze zonder wederhoor veroordeelt.“

www.jasperdoest.com 21


Foto: Martijn Kort met NiSi V5 Pro filterhouder ,Pro CPL, ND1000 en Soft GND 4

Als fotograaf weet Martijn Kort de kwaliteit en duurzaamheid van perfect ‘glas’ enorm te waarderen. Zijn bewuste keuze voor het werken met NiSi ND, GND en CPL filters en ZEISS objectieven is dan ook niet zo verwonderlijk. In zijn architectuur en landschapsfotografie is hij altijd op zoek naar lijnen. De creatieve opties die zowel de NiSi filters, als de ZEISS objectieven hem brengen, hebben een grote invloed op zijn fotografie. "Weg van de realiteit door gebruik te maken van lange belichtingstechnieken en me te concentreren op bepaalde delen van het beeld door selectieve contrastaanpassingen te gebruiken. Dat wil ik graag in mijn fotografie toepassen. Daarbij echt proberen de ziel van de plaats of het object te vinden en……..perfect vast te leggen, dat is mijn ultieme doel”, aldus Martijn Kort. Voor meer informatie: www.nisifiltersbenelux.com

Transcontinenta B.V. | NiSi distributeur Benelux | www.facebook.com/nisibenelux


Noortje heeft een grote liefde voor het kleine. Niet alleen voor kleine kruipertjes, maar ook voor kleine lettertjes. Voor die bijna onzichtbare details die een verhaaltje tot proza maken. Die ruimte tussen de regels, die je niet ziet, maar wel voelt. Noortje geeft haar woorden kleine vriendelijke weerhaakjes mee, zodat ze niet gedachteloos voorbij dwarrelen, maar zich onder je huid nestelen om daar de rest van de dag nog aangenaam na te prikkelen.

Ik ben dol op stevige winterkost, op allerlei soorten winterkost. Boerenkool, hutspot, erwten­ soep, Netflix… daar smul ik ’s winters graag van. Te graag soms. Want hoewel het met dat eten nog wel meevalt, weet ik me met ­Netflix slecht in te houden. Een goede serie of een nieuw seizoen; tijdens een kil winters weekend zuig ik vele afleveringen naar binnen, tot ik niet meer kan. Dan prop ik er toch nog eentje bij, want het was natuurlijk net zo spannend. Winters bingewatchen of comakijken dus. Best lekker soms, maar dan ook alleen heel soms. Bij vaker consumeren is het vooral geestdodend en voel ik me na afloop misselijk, als na het eten van een zak chips. Blegh, de hele zak leeggegeten. Bah, weer een weekend weggekeken! Hoe anders is het kijken buiten, waar de natuur ons de beste serie denkbaar voorschotelt. Ieder jaar weer smul ik van de nieuwe seizoenen waar geen Netflix aan kan tippen, zelfs niet met de fraaiste natuurdocumentaires. Want wat is er nou fijner dan zelf te ervaren hoe mooi het buiten is en om daar met alle zintuigen op scherp van te genieten?

column

Mijn winterse apathie maakt ieder voorjaar weer plaats voor verwondering om het nieuwe leven en bewondering voor de veerkracht van de natuur. Het lusteloze comakijken verandert dan in een gelukzalig zenzien. Onbevangen kijken en écht zien. Vormen, kleuren, structuren; de kleinste details in het grootse opmerken, zien hoe groots het kleine is. Zenzien is kijken met kinderogen en steeds opnieuw ontdekken, maar vooral bewust en intens genieten van de schoonheid om je heen. Inmiddels staat er alweer een nieuw seizoen voor de deur. Eén met frisse salades, lichte maaltijden en een zonnige blik. Gezonde zomerkost dus, ook daar ben ik dol op. Ik ga me er dan ook graag aan te goed doen de komende maanden, al zal ik misschien nog wel een heel enkele keer een stamppotje of serie nuttigen. Ach ja, verandering van spijs doet eten zullen we maar zeggen. Smakelijk!

l e s u R s e j Noort

23


‘MYN’

SPRINKHANEN en KREKELS

Eén van de diergroepen die ik graag fotografeer zijn sprinkhanen. Een veelzijdige, maar ook lastige diergroep om te fotograferen. Vanuit mijn werk als ecoloog, maar ook hobbymatig, houd ik me onder meer bezig met het inventariseren van sprinkhanen. Altijd ben ik op zoek naar nieuwe invalshoeken om natuuronderwerpen te fotograferen en onder de aandacht van het publiek te brengen. De MYN-methode vormde een mooie nieuwe manier om deze fascinerende insectengroep in beeld te brengen.

Paul van Hoof - www.paulvanhoof.nl

24


mijn project

Aangezien sprinkhanen en krekels in de belangstelling staan en er net een nieuwe verspreidings­ atlas was verschenen, leek dit mij een mooie aanleiding om de diergroep meer bekendheid te geven en het herkennen en inventariseren van sprinkhanen en krekels bij natuurliefhebbers te stimuleren. Samen met Roy Kleukers van EIS-Nederland (kenniscentrum insecten) heb ik het plan opgepakt om een zoekkaart en poster te maken van alle Nederlandse soorten. We wilden van alle soorten een mannetje en een vrouwtje laten zien in een compleet overzicht. Daarvoor was het nodig alle soorten op uniforme wijze te fotograferen, zodat de soorten mooi vergeleken konden worden. De ‘MYN stijl’ was daarvoor de ideale methode. De basistechniek Fotograferen op witte achtergronden is een leuke manier om planten en dieren te registreren. De basismethode is ontwikkeld voor het project ‘Meet your Neighbours’ (zie kader). Deze is overal in het veld toepasbaar en vrijwel onafhankelijk van weersomstandigheden uit te voeren. Zelf hanteer ik de methode als een aanvulling op normale registratiefoto’s. Een groot verschil daarmee is de scherptediepte. Meestal streef ik naar zo weinig mogelijk scherptediepte om een rustige achtergrond te krijgen. Met de MYN-methode heb je geen achtergrond en gebruik je flitslicht. Je kunt de scherptediepte dus maximaal opvoeren om zo veel mogelijk van het onderwerp scherp te krijgen. Inmiddels heb ik talloze onderwerpen op deze wijze gefotografeerd. De beelden zijn op allerlei manieren te gebruiken, waarbij ik het maken van collages één van de meest krachtige toepassingen vind. Je kunt dan verschillende soorten binnen een soortgroep of natuurgebied in één beeld samenvoegen, maar ook verschillende stadia die niet tegelijkertijd voorkomen.

Bruine sprinkhaan

Moerassprinkhaan

Aangepaste methode Allereerst heb ik de methode doorontwikkeld. De standaardmethode gaat uit van een witte of transparante perspex plaat waar het dier op geplaatst wordt, welke vervolgens belicht wordt met meerdere flitsers. Dat had twee nadelen: de belichting werd niet egaal genoeg naar mijn smaak en -specifiek voor sprinkhanen- ze ontsnapten te gemakkelijk. Met één sprong waren ze weg. Beide ‘problemen’ kon ik oplossen door te werken met een wit opvouwbaar studio-tentje. Hierdoor werd de belichting egaler én konden de sprinkhanen niet zo makkelijk wegspringen. Voor een mooie belichting werkte ik met drie flitsers. Het geheel hing ik op aan een paar statieven, zodat alles inklapbaar en vrij makkelijk mee te nemen was. Zo kon ik de dieren op locatie fotograferen en meteen daarna weer vrijlaten. Sprinkhanen zoeken & vinden Om vervolgens alle sprinkhaansoorten te fotograferen moesten ze eerst worden gevonden. Vanuit mijn achtergrond als ecoloog kende ik de soorten goed, dus herkennen was geen probleem. Ook wist ik waar of in welk terreintype ze gevonden konden worden. De meest algemene soorten kon ik dan ook vrij snel fotograferen. Veel van deze soorten zijn in elke berm of heideveld te vinden. De zeldzamere soorten vormden een grotere uitdaging. Een aantal soorten komt slechts op een paar plekken in het land voor. Daar waren speciale zoekacties en soms toestemming van de terreinbeheerder voor nodig. Voorbeelden hiervan zijn het locomotiefje, wrattenbijter en bosdoorntje, die nog maar op één of enkele plekken in het land voorkomen. Andere soorten zijn vooral moeilijk te vinden, zoals de veenmol, die voornamelijk ondergronds leeft. In sommige delen van het land is hij talrijk in moestuinen en wordt daar vaak gevonden. Een ander lastig geval is de kassprinkhaan. Dit is een exoot die niet in de vrije natuur voorkomt,

Rosse sprinkhaan

Veenmol

Sfeermakers Sprinkhanen en krekels zijn een fascinerende groep insecten. Doordat ze volop geluid maken zijn het de sfeermakers van de zomer. Elke soort heeft zijn eigen geluid, vanzelfsprekend bedoeld om vrouwtjes te lokken. Aan het geluid zijn ze dus goed te herkennen. Maar ook uiterlijk zijn de verschillen vaak groot, hoewel bepaalde soorten sterk op elkaar lijken. In Nederland komen zo’n 50 soorten sprinkhanen en krekels voor. Sommige soorten zijn algemeen en komen ‘overal’ voor, andere zijn zeer zeldzaam en komen alleen onder specifieke omstandigheden voor. Daarmee zijn sprinkhanen belangrijke indicatoren voor de toestand van de natuur en is het nuttig om ze in kaart te brengen.

Soorten Sprinkhanen en krekels zijn in twee hoofdgroepen te verdelen: langsprieten en kortsprieten. De namen spreken voor zich. De eerste groep bestaat uit sabelsprinkhanen en krekels. Ze hebben lange dunne antennes en de vrouwtjes hebben een legboor (de ‘sabel’) om eitjes mee af te zetten. Het zijn vaak grotere soorten die minder talrijk zijn. De kortsprieten, met korte dikke voelsprieten, bestaan uit veldsprinkhanen (de grootste groep) en doornsprinkhanen. De laatste zijn heel klein (circa 1 cm) en maken geen geluid. De veldsprinkhanen zijn veelal graslandsoorten. Ze zijn ­weinig opvallend. De namen van sprinkhanen slaan in veel gevallen op hun habitatvoorkeur (heidesabelsprinkhaan, moerassprinkhaan, boskrekel, duinsabelsprinkhaan), uiterlijk (gouden sprinkhaan, spitskopje, blauwvleugelsprinkhaan, knopsprietje) of geluid (krasser, snortikker, zoemertje, locomotiefje). Met name die laatste groep spreekt lekker tot de verbeelding.

Kassprinkhaan

Zadelsprinkhaan 25


Franjestaart

Meet your Neighbours (MYN) Meet your Neighbours (meetyourneighbours.net) is een wereldwijd project opgericht door Niall Benvie (GB) en Clay Bolt (VS). Het doel is om mensen weer in contact te brengen met de natuur om hen heen, soms letterlijk in de tuin. Dit wordt bewerkstelligd door talloze initiatieven van fotografen over de hele wereld, waarbij gefotografeerd wordt in een gestandaardiseerde stijl. Alle foto’s worden gemaakt door het onderwerp met een hagelwitte achtergrond te fotografen met wit tegenlicht, vrijstaand en schaduwloos, los van alle context. Zo gaat alle aandacht volledig uit naar het onderwerp, zeg maar de ultieme vorm van registratie. De onderwerpen worden dus direct vrijstaand gefotografeerd en niet achteraf uitgeknipt. Ook blijft transparantie van bloemblaadjes of insectenvleugels behouden. Doordat de achtergrond bij alle foto’s 100% wit is, zijn de beelden heel makkelijk te combineren in collages.

Sprinkhanen zoekkaart en poster

Het mooie van de opzet is dat alle foto’s in principe in het veld gemaakt kunnen worden. Planten hoeven niet te worden geplukt of uitgestoken en dieren worden ter plekke korte tijd in een veldstudio geplaatst en direct daarna weer vrijgelaten. De basismethode is door Niall Benvie ontwikkeld en wordt uitvoerig beschreven in een E-book (http://niallbenvie. com/our-e-books/the-field-studio). Joris van Alphen heeft vervolgens de methode in het Nederlands beschreven in het Praktijkboek Macrofotografie. Na een jaar van uitproberen en ontwikkelen ben ik sinds 2014 aangesloten bij Meet your Neighbours. Inmiddels heb ik de techniek van witte achtergronden toegepast op vele verschillende onderwerpen. Naast planten en kleine landdieren heb ik vissen en andere waterdieren in aquaria gefotografeerd. Soms is het nodig om nieuwe opstellingen te bedenken om bepaalde foto’s mogelijk te maken. Zo ben ik de eerste die de stijl heeft toegepast op vliegende vleermuizen en vogels in het veld.

Bidsprinkhaan 26

Veldstudio.


mijn project

maar alleen in kassen en kelders. Hier kon ik meeliften met EIS-Nederland, die voor Vroege Vogels een item maakte over de soort. Voor meerdere zeldzame soorten, zoals de rosse sprinkhaan en zelfs de uitgestorven weidesprinkhaan, ben ik naar het buitenland gegaan, waar deze soorten algemeen zijn. Noemenswaardig is ook de kleine wrattenbijter. Deze soort komt op slechts één plek in Nederland voor op een afgesloten defensieterrein. Het lukte niet om hiervoor op tijd toestemming te krijgen. Daarvoor ben ik uitgeweken naar Duitsland, waar ook maar één populatie zit die wel (zij het zeer beperkt) toegankelijk is.

Subsidie en verkrijgbaarheid Voor het project werd een subsidie verkregen van de Uyttenboogaart-Eliasen Stichting om met name de druk te bekostigen, zodat het materiaal gratis verspreid kon worden voor maximaal bereik. De vormgeving werd uitgevoerd en bekostigd door Naturalis Biodiversity Center. De poster en zoekkaart zijn gratis te downloaden via de website van EIS-NL. Daarnaast is de poster gratis af te halen of te bestellen bij EIS-NL. De zoekkaart is te bestellen of af te halen voor €1,50 vanwege het speciale scheur- en watervaste papier (excl. porto). www.eis-nederland.nl/zoekkaarten www.eis-nederland.nl/posters

Een laatste categorie zijn sprinkhanen en vooral krekels die niet in Nederland thuishoren, maar zijn ontsnapt uit de terrariumhandel. Dat zijn bijvoorbeeld de dierentuinkrekel en de Europese treksprinkhaan. Deze konden via dezelfde weg, een bezoekje aan de dierenwinkel, ­worden ­gefotografeerd. Doelen stellen Alles bij elkaar heb ik twee seizoenen nodig gehad om alle soorten te fotograferen. Dit kwam mede doordat ik de techniek gaandeweg heb aangepast, waardoor ik een aantal soorten over moest doen. Daarnaast ben ik in de zomer gestart, terwijl een paar soorten, zoals de veldkrekel, juist in het voorjaar actief zijn. Een goede voorbereiding is dus cruciaal. Ook is het essentieel om een duidelijk doel voor ogen te hebben. Dit om zelf doelgericht te werk te gaan, maar zeker ook als je hulp van anderen nodig hebt.

Kievitsbloem

Een klein ‘smetje’ op het geheel is het ontbreken van de spoorkrekel. Het is de enige soort die ik niet te pakken heb kunnen krijgen, omdat deze alleen op één plek tussen de stenen van een actieve spoorlijn voorkomt. Omdat het een exoot is die hier niet thuishoort is het ook niet zo erg dat de soort ontbreekt. Het was uitdagend om in relatief korte tijd alle Nederlandse soorten bij elkaar te krijgen. Het was bijzonder leuk om te doen, hoewel het soms wat voeten in de aarde had. Ik kijk dan ook voldaan en met trots naar de eindproducten die hopelijk bijdragen aan de bekendheid van deze ­fascinerende diergroep.

Gewone pad 27


door het

van

Anke Geurts Het is 19 april als ik op een terrasje neerplof en een Spa rood bestel. Nog nooit heb ik op deze datum, met 26 graden in mijn T-shirt, korte broek en sandalen, mijzelf vervloekt dat ik mijn zonnebrand vergeten ben. Zelden was de naam van een kroeg, de Zon, zó toepasselijk. Ondanks dat ik een echte zonliefhebber ben – zowel lijfelijk als fotografisch – hoop ik dat ik niet té bezweet ben als mijn gast van vandaag uit het warme zuiden arriveert. Wanneer de kerkklok zijn driemaal slaan alweer enige tijd achter zich heeft gelaten begin ik een bang vermoeden te krijgen. We hadden in Hasselt afgesproken voor ‘mijn’ kievitsbloemen en Anke, komende uit Maastricht, had wel heel snel positief geantwoord. Het zal toch niet… Johan van der Wielen, www.johanvanderwielen.nl – Anke Geurts, www.ankegeurts.nl

28


door het OOG van Natuurfotograaf Johan van der Wielen gaat op pad met een collega­ fotograaf uit een geheel ander werkveld. Wat zijn verschillen en zijn er ook overeenkomsten? Lukt het ze begrip, misschien zelfs interesse voor een ander soort fotografie op te brengen en verandert dit hun kijk op fotografie…? Johan verhaalt over deze bijzondere ontmoetingen.

Wanneer ik zenuwachtig begin te worden (en mij schuldig begin te voelen) stapt vanachter het oude stadhuis een kwieke dame tevoorschijn die mij met Vlaams accent de hand schudt. Mijn bange vermoedens bleken bewaarheid… pas die ochtend kwam zij er, net als ik, achter dat er in de Benelux twee Hasselts zijn. Terwijl ik haar trakteer op eenzelfde drankje puft ze uit van de lange en warme autorit. Voor mij het moment om kennis te maken met Anke Geurts: weddings, newborn en kids. Alles met mensen, zo’n andere tak van sport dat ik mij afvraag hoe het zal gaan tussen de kievitsbloemen. Terwijl ze ontspant vertelt ze over de autorit. “Het was wel lang rijden, maar ik heb enorm genoten, overal zulke mooie bomen. Dat heb je niet bij ons. Ik zie er dan meteen een vrouw onder voor een zwangerschapsshoot.” Ik schiet in de lach en beken dat ik mij tijdens mijn vele ritten ook vergaap een de vele prachtige bomen in het landschap, maar een zwangere dame er onder… nee, die associatie heb ik zelden. “Voor mij zijn juist dit soort locaties interessant om eens te gebruiken voor een shoot, ik onthoud die dan en stel hem voor wanneer ik een koppel of dame moet portretteren.” In mijn naïviteit had ik bedacht dat het juist de koppels of mensen zijn die de locaties bedenken, als fotograaf ga je toch mee met die mensen? In hoeverre heb je als fotograaf dan inbreng over plekken? “Heel veel, mensen weten vaak niet zo goed wat ze willen. Bij een kennismakingsgesprek nemen ze foto’s mee van wat ze mooi vinden en dan probeer ik aan te sluiten bij hun wensen door de plekken of momenten voor te stellen. Daar zijn ze vaak dankbaar voor, want waar zij aan denken komt vaak niet overeen met wat fotografisch nodig is om dat te maken.”

Harcore wedding- en newbornfotograaf in haar element tussen de kievitsbloemen. Foto: Johan van der Wielen.

Hoe belangrijk is voorbereiding dan? “Als fotograaf bereid ik mij enorm goed voor. Ik verken de locaties en heb al ideeën voor diverse beelden. Dan sta ik niet voor verrassingen en kan ik mij volledig focussen op de mensen. Hoe beter de voorbereiding, hoe beter ook de beelden. Anders loop je telkens achter de feiten aan. Dat voelt een bruidspaar en dan gaat de spontaniteit er ook af.” 29


Johan: “In de chaos van de duizend bloemen zoek ik er één waar het lage licht doorheen schijnt. Met een vintage lens (trioplan 100mm) leg ik een extra dromerige sfeer vast.”

in het centrum van het oude Hanzestadje wandel ik met Anke in volledige menselijke afwezigheid tussen de velden met duizenden bloeiende kievitsbloemen. Anke kijkt om zich heen en vergaapt zich aan de vele klingelende paarse klokjes. “Jee, wat zijn dat er veel.” Ik vraag mij af of ze wel eens eerder kievitsbloemen heeft gezien of gefotografeerd. “Nee, nog nooit. Ik heb moeten Googlen om te kijken wat ze waren maar vond ze al meteen erg mooi. Nu ik ze in het echt zie zijn ze nog veel mooier.”

Anke: “Een weiland vol vrede en harmonie. Een foto waar ik rustig van word.”

Ik informeer ook naar de newborn fotografie, voor mij helemaal een nieuwe tak van sport. Mijn mond valt open als ik hoor over de warme ruimte waarin de baby heerlijk in slaap valt zodat Anke heel voorzichtig de nog geen twee weken oude spruit in bepaalde houdingen neer kan leggen. Terwijl vader vaak ook een dutje doet door de warmte en de sussende geluiden, varieert Anke met haarbandjes, bloemen en houdingen. Als natuurfotograaf leg ik al snel de analogie met de maakbaarheid van natuurfoto’s: blaadjes met bedauwde vlinders afknippen en ergens anders neerzetten voor een betere compositie of plantensproeiers gebruiken om regen na te bootsen. Toch lijkt de basis van dit alles in een vorm van perfectionisme te zitten. In hoeverre is het perfecte beeld voor Anke van belang, voor een ouder is ieder beeld van hun kind toch ‘prachtig’? “Klopt, voor de ouders maakt het niet uit of de houding perfect is, het voetje nog net zichtbaar is, de handjes open of juist knuisjes zijn of dat het haarbandje scheef zit. Het is een foto van hun kind. Maar voor mij wel, ik wil het beeld perfect maken. Daar ligt mijn passie, het is niet mijn kind en ik laat ouders dan ook zien hoe het beeld mooier kan zijn als het wel perfect is.” In de tussentijd verruilen we onze ontspannen plek op het terras voor een korte onderbreking in de auto. Nog geen half uur na de menselijke onrust 30

Ik probeer in haar schoenen te gaan staan. Hoe zou het zijn om van het ene op andere moment in een volledig nieuwe omgeving te komen en ook nog te moeten fotograferen. Ik begin te begrijpen dat natuur voor haar fotografisch ver van haar bed is. “Niet helemaal, ik ben dol op natuur. Maar voor mij is natuur altijd de omlijsting van mijn onderwerpen. Alle shoots doen we buiten, het past helemaal bij mijn fotografie.“ Wat is haar stijl dan precies? Ik herinner mij iets wat ik op haar website heb gelezen: naturel, fris en toch een beetje fotojournalistiek. Ik vraag haar wat ze daarmee bedoelt. “Ik probeer naturel te fotograferen, niet extra aan te dikken of juist allerlei Photoshoptrucs toe te passen. De foto’s moeten voor zichzelf spreken en ik probeer de emotie van de mensen vast te leggen. Ik volg de mensen, ze hebben van mij geen last…”

Anke: “In alles wat Johan doet zie je dat hij een grote passie heeft voor de natuur.”


door het OOG van

Anke: “Ik wilde die hommel bij de bloem, zodat je ook echt ziet dat hommels de reden zijn dat de bloemen zo heftig bewegen in de wind, om de hommels te lokken.”

Johan: “Ik vond een hommel die net een dubbele kievitsbloem binnenvloog en wachtte tot hij met zijn kopje naar buiten kroop. Je ziet het stuifmeel op zijn kop zitten, de bloem is in zijn opzet geslaagd.”

Dat verbaast mij, als trouwfotograaf ben je toch juist bezig met ensceneren? Ik zie meteen (foute) beelden voor mij van de bruidegom in de auto, motorkap omhoog en de bruid in haar witte jurk erachter… duwend. Gelukkig schiet Anke in de lach. “Nee, dat doe ik niet. Ik observeer en ensceneer zo min mogelijk. Het is de spontaniteit en de puurheid van de mensen die ik terug wil laten komen in de beelden. Ze moeten met elkaar bezig zijn, zonder zich om mij te bekommeren. Zij mogen – nee, móeten – hun eigen dag beleven en het is aan mijn professionaliteit om op het juiste moment op de juiste plek te staan.”

de vriendin snel een scherm in de handen druk, maak ik dan vaak de mooiste beelden. Vol intimiteit en emotie.”

Ik moet eerlijk bekennen dat ik met de minuut het gat tussen haar aanpak bij een bruidsshoot en mijn aanpak in de natuur voel verkleinen. Ook moet ik bekennen dat mijn vooroordelen over de weddingfotograaf voor Anke gelukkig niet opgaan. Voor haar dus geen studiolampen in het veld en assistenten met reflectieschermen? “Soms wel natuurlijk. Vaak gaat er een goede vriendin mee die het boeket even vast kan houden en op wil letten dat de jurk goed zit. Ik heb dan meestal een smoesje dat ik even wat instellingen op de camera moet veranderen waardoor het bruidspaar ‘denkt’ dat er even niet gefotografeerd gaat worden. Dan breekt de ontspanning door en genieten ze heerlijk van elkaar. Terwijl ik dan

Ik hoor Anke vaak over ‘emotie’, hoe belangrijk is dat in haar beeld? “Emotie is alles, er moet iets gebeuren in het beeld. Ik wil graag intieme beelden maken waarbij je voelt dat mensen van elkaar houden. Of dat een moeder blij is met haar aankomende kind. Dat gevoel, die emotie, maakt voor mij het beeld.” Zou je die emotie ook kunnen vinden in de natuur? Dan kijkt Anke mij met open blik aan. “Ik weet het niet, dat gaan we zien. Maar ik ga het wel proberen.” Ik kan het niet laten om Anke mee te voeren in ‘mijn’ kievitsbloemen, ik ben zo enthousiast dat ik uitgebreid vertel over de velden, het wankele evenwicht met waterstanden en bemesting en vooral het eeuwige bewegen van de klokjes om de hommels te lokken. Dan laat ik haar achter in eenzaamheid op dat grote veld en zie haar van afstand een poos in alle rust rondkijken om alle indrukken in zich op te nemen. Ik kan het niet laten om haar van afstand te fotograferen. Maar achteraf bleek ik natuurlijk niet de enige te zijn, wat kun je ook van een ‘mensenfotograaf’ verwachten…

Johan: “Anke voelt zich steeds meer op haar gemak en voor ik het weet gaat ze helemaal op in de duizenden bloemen.” 31


Na een poos vinden we elkaar weer en languit zittend in de zon in het gras vraag ik haar naar haar eerste indrukken en aanpak. “Het was wel moeilijk, bij mensen ben ik gewend wat ik kan verwachten en weet ik wat ik wil. Ik observeer ze en probeer in te schatten wat gaat komen. Dan ben ik op het juiste moment op de juiste plek voor het beste beeld. Maar deze bloemen… staan stil en veranderen niet. Hier moet ik gaan lopen en gaan zoeken. Dat kostte in het begin wel moeite, wist niet zo goed wat ik wilde en moest verwachten. Maar dan ga ik gewoon beginnen en vanzelf kwam de inspiratie.” We laten elkaar onze eerste resultaten zien en het verbaast mij dat we beiden precies datgene hebben gedaan wat niet ons eigen is. Ankes beeld is donker en dramatisch – meer mijn stijl – terwijl mijn beeld juist licht en fris, in een poging om haar stijl na te bootsen. De middag begint te vorderen, de zon komt steeds lager en langzaam wordt het licht mooier. Ik neem Anke mee naar een plek waar je wat lager kunt komen ten opzichte van de bloemen om het warme tegenlicht nog mooier te kunnen pakken. Al snel liggen we samen in een droge sloot en wordt het stil,

twee hardwerkende fotografen. De één op een heel nieuw gebied, de ander op een zo bekend gebied. Maar beiden met grote passie én de wetenschap dat het licht snel héél mooi wordt, om zo ineens weg te zijn. We genieten tot het laatste moment en ik merk dat Anke steeds meer op mij gaat lijken. Als vanzelf gaat ze achter die bloemen liggen die ik ook had gezien en haar beelden worden steeds meer echte natuurfoto’s. Indrukwekkend te zien hoe deze vakvrouw in no time het voor haar tot dan toe nieuwe onderwerp zo snel eigen maakt. Wilde ze in het begin nog graag horen hoe ik het aanpak, aan het eind zag ik haar door het veld gaan als een ervaren natuurfotograaf. Ook zo herkenbaar is dan de verbeten blik die ik van mijzelf zo goed ken. Je weet dat je nog maar even de tijd hebt in het mooiste licht, maar je weet ook dat je eigenlijk veel te veel plannen hebt die je met dat licht uit wil voeren. Je moet keuzes maken en als een foto niet meteen lukt kost dat waardevolle tijd. Zou zij dat nou ook hebben, dat ene moment waarbij je al vóór je op de knop druk weet dat de foto gewoon perfect is? Dat je op vleugeltjes fotografeert omdat alles klopt, in tegenstelling tot andere momenten dat je vreselijk aan

TIPS VAN ANKE • Voorbereiding is enorm belangrijk. Eigenlijk moet je alle beelden al in gedachten hebben zodat je jezelf helemaal kunt focussen op het moment. • Een goede foto laat emotie zien en geeft de sfeer weer. Hoe technisch perfect ook, een foto moet je raken en dat komt omdat het onderwerp je raakt. Bij mensen is dat voor mij de interactie, de liefde tussen hen. Maar het kan ook de verwondering zijn voor bijv. natuur. • Streef naar perfectie, ook al is je klant met minder tevreden. Voor jou als fotograaf is een beeld pas af als hij perfect is, niet zozeer technisch maar in inhoud en emotie. Dat is wat jou als fotograaf onderscheidt.

Anke: “Wanneer ik bruiloften fotografeer probeer ik altijd zo te fotograferen dat je in de foto’s het gevoel hebt dat je stiekem meekijkt.” 32

Johan: “In een poging om een idee te geven van de frisse naturel stijl van Anke maak ik gebruik van de techniek om juist mijn onderwerp in de schaduw te zetten. Daardoor kan ik met mijn belichting de achtergrond heel licht en fris maken.”


door het OOG van

Anke: “Wetende dat de witte kievitsbloem een zeldzame, unieke en beschermde plantensoort is, kon ik het niet laten om hem op beeld vast te leggen in zijn volle glorie.”

Johan: “Ik ben dol op het gouden tegenlicht van het gouden uurtje. Voor mij is dit de ultieme sfeer en emotie die ik bij de kievitsbloemen kan vinden.”

het zwoegen bent en het allemaal niet vanzelf gaat? “Nee, niet echt. Wel weet ik meteen dat een foto is zoals ik bedoeld heb. Maar dat gelukzalige moment dat je al bij het afdrukken weet dat een foto gelukt is, nee. Ik ben eigenlijk met al mijn foto’s tevreden als ik de emotie van het moment erin zie. Als ik aan de foto kan zien hoe het was, niet letterlijk maar gevoelsmatig. Techniek is minder van belang dan de emotie en de sfeer.“ Met deze laatste woorden racen wij allebei tegelijk naar dezelfde bloemen. Er staan er duizenden, maar op de één of andere manier hebben wij beiden exact dezelfde bloemen in gedachten en ook exact hetzelfde beeld. Galant laat ik haar voorgaan, in de stille hoop dat ik ook nog op tijd ben. Maar als echte fotograaf weet ze dat en is dan ook meteen klaar. Groter kon het verschil tussen onze fotografie in het begin niet zijn, op het eind blijken we beide gewoon ‘fotograaf’ met passie voor mooi licht en een mooi onderwerp. Slechts in de oriëntatie van het beeld laten we verschil zien…

Anke: “Een silhouet foto als afsluiter van de avond.”

Johan: “Dezelfde geknakte grasspriet… dezelfde passie voor mooie licht en mooie beelden.”

33


TUTO RIALS

#nfhoedan

In ieder nummer van Natuurfotografie Magazine vind je vier tuto­ rials, ­bedoeld ter inspiratie en altijd uitnodigend om zelf aan de slag te gaan. We laten je kennis maken met de volledige breedte van de ­natuurfotografie, van de mogelijkheden die smartphones en compactcamera’s bieden tot diepgaande, gespecialiseerde thema’s. Ook het nabewerken van de foto’s vergeten we niet, zodat je steeds het maximale uit je beeld kunt halen. In deze editie maak je kennis met bridge­ camera’s, leer je de basis van het maken van een goede landschapsfoto, zie je dat flitslicht je macrofoto’s een boost kan geven en lees je het ­eerste deel van een serie over Lightroom. Doe lekker mee en deel je ­resultaten op social media met #nfhoedan.

34


tutorial #NFHOEDAN

Leon Baas. Canon 7D met 100mm F/2.8 macro; 1/80s bij f/2.8; ISO 400.

35


#nfhoedan

Bridgecamera’s alleskunners

Bruine beer, 1/22s bij f/5; ISO 200; afstand 100 m.

Canon PowerShot G3 X met Canon Electronic Viewfinder EVF-DC 2 en Close Up Lens 500D met adapterring. Rechts de omhoogklapbare Electronic Viewfinder EVF-DC 1.

Muggenlarf, 1/60s bij f/11; ISO 200; met flits Canon 580 EX II en Canon Close-Up lens 500D, afstand 39 cm.

Enkele jaren geleden besloot Frans Hodzelmans een compact camera ‘voor erbij’ aan te schaffen naast zijn full frame spiegelreflex. Het veranderde zijn fotografie drastisch. Frans Hodzelmans - www.natuurfoto.nl

De Canon PowerShot G3-X was toen (juli 2015) net op de markt. Een mooie camera, klein, handzaam en met een enorm optisch zoombereik van 24 mm groothoek tot 600 mm supertele (kleinbeeld equivalent) en daarbij een 1 inch sensor. De optionele elektronische zoeker kocht ik er direct bij. Ik ging ermee spelen en al gauw ontdekte ik dat het echt een volwaardige camera is. Alle functies die ik bij mijn spiegelreflex altijd gebruikte zitten erop. Wat zijn de voor- en nadelen en de do’s en don’ts van een dergelijke camera? 36

Net een spiegelreflex De bediening en het menu van veel bridgecamera’s zijn vergelijkbaar met die van hun grote familieleden. Ook de grote flitsers en veel andere accessoires zijn compatible. Van volledige handmatige instelling van sluitertijd, diafragma en scherpstelling tot en met volledig automatisch: gewoon hetzelfde. Ook zie je soms de mogelijkheid om één of twee programma’s met persoonlijke instellingen vast te leggen.

Zo heb ik onder de knop C1 een programma, speciaal voor mijn manier van macrofotografie met een voorzetlens ingesteld: het objectief in maximale telestand, diafragmavoorkeuze met een zo klein mogelijk diafragma en de scherpstelmodus op ONE SHOT met één punt AF. Deze combinatie is deaal om nauwkeurig en met zoveel mogelijk scherptediepte te fotograferen. Onder C2 staan de instellingen voor snelle actie in uiterste telestand: tijdvoorkeuze op 1/2000 seconde en een maximale diafragmaopening met daarbij de veiligheidsshift


tutorial SMART&COMPACT

Deze foto lijkt van dichtbij genomen te zijn maar de afstand van voorkant objectief tot de vlinder is hier ongeveer 40 cm. Grote vuurvlinder, 1/400s bij f/8; ISO 200. Lens voorzien van de Canon Close-Up lens 500D en zoom ingesteld op 600 mm.

Deze foto is juist van héél dichtbij genomen met super groothoek en de camera op de macro stand. Afstand slechts 3,5 cm. Grote vuurvlinder, camera ingesteld op macro en zoom op 24 mm.

Rups van de Sintjacobsvlinder op Jacobs kruiskruid. 1/320s; f/11; ISO 200, lens voorzien van de Canon Close-Up lens 500D en zoom ingesteld op 600 mm. Afstand lens tot rups 40 cm.

Rups van de Sintjacobsvlinder met zijn hele leefomgeving. Camera ingesteld op macro en zoom op 24 mm. Afstand lens tot rups 3,5 cm.

aan, zodat hij altijd goed belicht met de kortst mogelijke sluitertijd. De scherpstelmodus staat op SERVO zodat de scherpstelling een bewegend onderwerp volgt. Hiermee kan ik een onverwachte ontmoeting met een zoogdier of schuwe vogel vastleggen zonder eerst alle instellingen na te hoeven lopen. Het enige dat ik dan nog hoef te doen is kaderen en afdrukken. Al naar gelang de omstandigheden kan ik nog kiezen voor een hogere of lagere ISO-waarde. Zo kan ik met een kleine draai aan de knop snel een aangepast programma kiezen, ideaal.

Sensorgrootte De ene sensor is de andere niet, zeker niet als het gaat om het formaat. Hoe groter de sensor, hoe beter de beeldkwaliteit. De sensorgrootte kan daarmee zomaar een bepalende, dan wel belangrijke factor zijn voor de aankoopkeuze. De kwaliteit van een 1 inch sensor is in alle opzichten prima en ruim voldoende om afdrukken te maken van 45 x 30 cm in 300 dpi of 60 x 45 cm in 200 dpi (bij ongeveer 20 megapixel). De nadelen van een kleine sensor: ruis bij oplopende

ISO-waarden en te veel scherptediepte om bij macro een mooie vage achtergrond te krijgen. Geen objectieven wisselen Het zoombereik (omgerekend naar een full frame camera) begint vaak rond de 20 mm en loopt bij sommige modellen op tot maar liefst 2000 mm. Houd er echter terdege rekening mee dat zo’n enorm telebereik meestal gepaard gaat met een erg kleine sensor, hetgeen de kwaliteit niet ten goede komt. Dankzij de beeldstabilisatie blijft uit de 37


Vos in zijn omgeving. 1/500s bij f/4.5; ISO 200.

hand fotograferen bij dit telebereik mogelijk, zeker bij voldoende licht. Daarmee leg je een landschap vast, om vervolgens in een oogwenk in te zoomen op een vogel of zoogdier in de verte. Dit zonder een objectief te hoeven wisselen en met een gewicht van nog geen kilogram! Daarmee houdt het nog niet op: omdat je van heel dichtbij kunt scherpstellen, kun je er ook prima macrofoto’s mee maken. Macrofotografie De meeste bridgecamera’s beschikken over een speciale macrostand die je in staat stelt om in de groothoekstand op slechts enkele centimeters van je onderwerp scherp te stellen. Zo kun je bijvoorbeeld een vlinder, kever of rups met zijn leefomgeving in één foto vastleggen. Om zo’n foto te maken werk je het beste zonder gebruik te maken van de zoeker. Je zet de camera op macro, klapt het lcd-scherm een beetje omhoog en vervolgens ga je heel langzaam tot vlak bij je onderwerp, 38

VOS portret, even snel inzoomen. 1/160s bij f/5; ISO 200.

zonder abrupte bewegingen te maken. Uiteindelijk ben je op slechts enkele centimeters van je onderwerp verwijderd en druk je af. Het gebruik van een voorzetlens Bij mijn Canon G3 X ben ik gaan experimenteren met een voorzetlens. Bij andere bridgecamera’s gaat dat ook, al kan de werkwijze iets verschillen met navolgende beschrijving. Met de close-uplens, die je via een adapterring op het objectief plaatst, kun je in de uiterste telestand kleine insecten, zoals bijvoorbeeld een zandloopkever, vastleggen. Voor de meeste grotere insecten, zoals vlinders en libellen, moet je dan al iets uitzoomen (of heb je zelfs geen voorzetlens meer nodig). Met een voorzetlens op het objectief kun je niet meer op alle afstanden scherpstellen. Je zet er immers een ‘leesbril’ voor. De instelafstand bij mijn camera in maximale telestand is beperkt tussen ongeveer 30 en 50 cm van het onderwerp. Hoe

meer je ­uitzoomt naar groothoek, hoe minder de voorzetlens van invloed is op de beperking van de scherpstel­afstand. Wanneer je onderwerp dermate groot is dat het buiten het beeld valt, moet je niet met de camera achteruitgaan maar gewoon een beetje uitzoomen. Het is misschien even wennen, maar dan werkt het ook prima. Wildlife en vogels Ik ben geen schuilhutfotograaf maar struin graag rond in het vrije veld. Dat doe ik natuurlijk zo rustig en onopvallend mogelijk. Zie ik dan wild of een vogel die ik graag wil fotograferen, dan zet ik de knop bovenop de camera snel op C2 met de voorinstellingen zoals ik die hierboven al beschreef. De autofocus is snel en accuraat. Alleen wanneer er takjes of iets dergelijks voor het onderwerp zitten is autofocus, net als bij andere camera’s, een probleem. Vliegende vogels volgen gaat ook prima met de AF-instelling op SERVO.


tutorial SMART&COMPACT

Aalscholver. 1/800s bij f/8; ISO 200; 1/3 stop overbelicht.

RAW Alles binnen één camera, ideaal. Toch proberen verschillende fabrikanten hun spiegelreflexcamera’s te beschermen door bepaalde functionaliteiten bewust achterwege te laten. Zo is menig bridgecamera niet in staat in RAW te fotograferen. Geen RAW is niet geheel onoverkomelijk zolang je in het veld zeer nauwkeurig bezig bent met de juiste instellingen van de camera. Maar in het veld heb je meestal al genoeg aan je hoofd en is het verstandiger om in RAW te fotograferen zodat je thuis je opnames optimaal kunt ontwikkelen. Wie gaat voor een maximale beeldkwaliteit en wil beschikken over ruime nabewerkingsmogelijkheden doet er verstandig aan een model te kiezen dat wel in RAW kan fotograferen. ISO De sensor is klein, vaak kleiner dan APS-C (spiegelreflex met een kleinere sensor dan een full frame). Hoe dichter de pixels op elkaar zitten, hoe groter

Grutto. 1/250s bij f/9; ISO 200; met schouderstatief.

de kans op ruis. Met dergelijke camera’s maak je beter geen foto’s op ISO-waarden hoger dan 600 ISO. Zeker in het extreme zoombereik kom je weleens in de problemen onder lastige lichtomstandigheden. Een statief gebruiken kan vaak helpen om toch met lage ISO-waarden te werken. Bedenk daarbij ook dat je met een kleinere sensor onder dezelfde lichtomstandigheden, vooral in het macro bereik, korter kunt belichten dan met camera met een fullframe sensor. Plezier Een echte alles-in-1-camera, met uiteraard enkele nadelen. Zo wordt je door onwetende collega’s niet altijd even serieus genomen. Maar waar het mij om gaat? De lol in het fotograferen met mijn eigen inzicht en vakkundigheid. Voor een mooie foto aan de muur, op je website, in een boek of voor fotowedstrijden heb je al die zware apparatuur helemaal niet nodig. Visie, vakkundigheid en creativiteit bepalen in grote mate je foto’s. Het

grootste voordeel is natuurlijk dat je van een hoop gesjouw en frustratie van niet het juiste objectief bij de hand te hebben af bent. Grootste nadeel is de ruis in te hoge ISO-­waarden.

Ik fotografeer al vanaf 1972 en tot 2004 maakte ik dia’s met 100 ISO en dat ging ook prima. Nadat ik een maand met de G3-X had gefotografeerd, heb ik al mijn spiegelreflex spullen verkocht. Ik heb daar nog geen seconde spijt van gehad. 39


40

Verticale foto’s creëren vaak meer aandacht voor de voorgrond. Canon 5D IV met 100mm; 1/640s bij f/2.8; ISO 400.


tutorial BASIC

#nfhoedan

Basiscursus

landschapsfotografie Weids of besloten, vlak of reliëfrijk, nat of droog, natuur of cultuur. Landschappen vind je overal. In ons deel van de wereld zijn we bevoorrecht met een grote variatie aan landschappen. Soms indrukwekkend, dan weer intiem, maar hoe leg je ze nu het beste vast? Bob Luijks neemt je mee in zijn grote passie: landschappen. Bob Luijks - www.natuurportret.nl

Het aardige van landschappen is dat je er niet direct speciale apparatuur voor nodig hebt. Ook met de eenvoudigste camera of een smartphone kun je prachtige landschapsfoto’s maken. Al bestaan er natuurlijk wel degelijk apparatuur en accessoires die het leven van een landschapsfotograaf veraangenamen. Groothoekobjectief Met ons oog zien we héél veel, waardoor we een landschap in z’n geheel beleven. Wil je dat gevoel naar een foto vertalen, dan is een groothoekobjectief ideaal. We spreken van groothoek als het objectief een brandpuntsafstand van 24 millimeter of minder heeft. Hoe minder millimeters, hoe meer je van het landschap in 1 foto krijgt. Dat klinkt ideaal, maar er zitten we wat haken en ogen aan. Hoe meer je in een foto verwerkt, hoe kleiner de elementen in beeld zullen verschijnen. Markante elementen, zoals een grillige boom of ruwe stenen, fotografeer je daarom het best van dichtbij. Ideale landschappen voor een groothoekobjectief:

Teleobjectief Bij een landschap denk je niet direct aan een teleobjectief, maar ook een dergelijk objectief biedt volop mogelijkheden. Je fotografeert niet langer het gehele landschap, maar haalt daar juist het meest krachtige deel uit. Ik gebruik mijn 70-200 mm minstens zoveel voor het fotograferen van landschappen als bijvoorbeeld mijn 16-35 mm. Zelfs een nog grotere brandpuntsafstand kan soms erg nuttig zijn. Met een teleobjectief

druk je het landschap wel wat in elkaar, waardoor het gevoel voor diepte sneller verdwijnt. Ideale landschappen voor een teleobjectief: Landschappen met een echte eyecatcher, zoals een enkele boom Heuvelachtige gebieden (je benadrukt met een teleobjectief de hoogte) Boslandschappen of andere ‘rommelige’ ­plekken

Uitgestrekte, lege landschappen zoals de kust of de heide Landschappen met een markant element in de voorgrond Landschappen met opvallende lijnen, zoals waterlopen en wegen Landschapsfotografie met een 150-600mm-objectief om in te zoomen op de markante bomen. Canon 5D III met 150-600mm @ 390mm; 1/250s bij f/8; ISO 400. 41


Met een lange sluitertijd vervagen de details en krijgt het water een melkachtig karakter. Canon 5D III met 24-70mm @ 24mm; 5s bij f/18; ISO 320.

TIP

Zelf aan de slag met filters? Je leest er alles over in de ‘Praktijkgids filters in natuuren landschapsfotografie’.

Filters Voor een landschapsfotograaf zijn filters eigenlijk een must. Dat geldt in ieder geval voor een polarisatiefilter. Dit filter zorgt voor een intensere blauwe lucht en haalt hinderlijke schitteringen weg van allerlei oppervlakken zoals bladeren en water, waardoor je veel diepere tinten krijgt. Een polarisatiefilter is daarom hét recept voor frisse lentetinten, fraaie wolkenluchten of vlammende herfstkleuren. Het effect is niet na te maken in de nabewerking. Een witte lucht met een goed belicht landschap of een fraaie wolkenlucht met een zwart landschap, herkenbaar? Met grijsverloopfilters overbrug je het grote contrast tussen de lucht en het landschap. Zie de uitgebreide tutorial in Natuurfoto Magazine nr. 17 over het gebruik van deze filters. Je kunt het probleem van het te grote contrast ook ondervan42

gen door 2 of meerdere foto’s te maken, waarbij je de ene foto belicht voor de lucht en de andere voor het landschap. Je moet hierbij wel vanaf statief werken, waarbij het niet te veel mag waaien. De losse opnames voeg je vervolgens op de computer samen tot 1 beeld dat zo het complete contrast overbrugt. Een ander filter dat door veel landschapsfotografen wordt gebruikt is een grijsfilter. Dit filter vormt een soort zonnebril voor je lens, waardoor je ook overdag kunt werken met langere sluitertijden van meerdere seconden tot zelfs minuten. Hiermee maak je bewegingen van bijvoorbeeld water en wolken zichtbaar of vervaag je deze juist bij hele lange sluitertijden. In Natuurfoto Magazine nr. 31 lees je alles over grijsfilters.

Statief De één vervloekt het, de ander zweert erbij: een statief. Het grote voordeel van een statief is dat je altijd met de gewenste instellingen (diafragma, ISO) kunt werken, zonder dat je gehinderd wordt door een te lange sluitertijd of een ruisrijke hoge ISO-waarde. Daarnaast geeft een statief, zeker bij landschapsfotografie, rust. Je moet het statief immers ergens neerzetten. Staat ‘ie net niet goed, dan moet je ‘m verplaatsen, hetgeen frustreert. Je gaat hierdoor (vooraf ) beter kijken, iets dat je fotografie uiteraard altijd ten goede komt.


tutorial BASIC

TIP

Maak ook eens een staande landschaps­ foto. Hierdoor kun je de voorgrond nog veel beter benadrukken.

De klassieke landschapsfoto Landschappen kun je op verschillende manieren fotograferen, maar het meest bekend (en uitgevoerd) is de met een groothoekobjectief gemaakte landschapsfoto, waarbij alles van de voorgrond tot op de horizon haarscherp is. Het totale landschap zorgt meestal voor de verleiding van het nemen van de foto. Toch leidt dat vaak tot teleurstellende resultaten. De reden ligt meestal in het gebruik van de voorgrond, of beter gezegd, het niet gebruiken hiervan. Zoals gezegd verdwijnt met een groothoekobjectief alles al snel klein in de achtergrond, waardoor je de fijne details verliest. Juist die details zorgen voor sfeer en herkenning. Een krachtige voorgrond kan dat detail bieden, waardoor je als kijker echt iets te zien hebt. Concreet betekent dat je, eenmaal op een boeiende plek, het beste eerst zoekt naar een interessante voorgrond. Dit kan van alles zijn, zolang het maar door vorm, kleur of lichtintensiteit afwijkt van de omgeving. Bekende voorbeelden zijn een polletje gras in de heide, ribbels op het strand of waterleliebladeren in een ven. Je moet in de meeste gevallen wel door de knieën om de voorgrond voldoende te laten spreken. Een klassieke landschapsfoto heeft een grote scherptediepte (alles scherp). Hiervoor gebruik je een grote diafragmawaarde, grofweg ergens tussen f/11 en f/22. De exacte waarde is ­afhankelijk van:

Een saai sparrenbos? Met een paar stappen naar achteren werden de fraaie boomwortels zichtbaar. Fuji GFX 50S met 23-64mm @ 32mm; 3.7s bij f/18; ISO 200.

De gebruikte camera: hoe kleiner de sensor, hoe groter de scherpte; Het gebruikte objectief: een kortere brandpuntsafstand maakt een grotere scherptediepte gemakkelijker mogelijk; De afstand van de camera tot je voorgrond: hoe dichter je op je onderwerp kruipt, hoe groter de

diafragmawaarde moet zijn. Lukt het niet meer om alles 100% scherp in beeld te krijgen, dan is focus stacking de oplossing. Hiervoor maak je 2 of 3 foto’s waarbij je de scherpstelling steeds een stuk verlegt. De afzonderlijke foto’s voeg je op de computer samen tot 1 foto die van voor tot achter scherp is. 43


De voorgrond is essentieel. Zonder dit polletje gras krijg je een monotone paarse vlakte. Let ook op de diagonale werking van het beeld door het gras linksonder te positioneren en de boom rechtsboven. Canon 5D III met 24-70mm @ 27mm; 10s bij f/22; ISO 250.

Voorbereiding Landschappen zijn er altijd en overal, maar dat betekent niet automatisch dat het direct ook een boeiende foto oplevert. In een landschapsfoto komt alles samen: voor- en achtergrond, een boeiende compositie en mooi licht. Met name het licht vormt een beperkende factor: het gouden licht rond de zonsopkomst of de -ondergang duurt vaak maar kort. Hetzelfde geldt voor het spectaculaire licht rond het naderen van een zware onweersbui. Tijdens het mooiste licht nog gaan zoeken naar de perfecte plek is dus vragen om teleurstelling. Het 44

beste scout je vooraf boeiende plekken, zodat je onder ultieme omstandigheden terug kunt keren. Handige hulpmiddelen voor het finetunen zijn ‘The Photographer’s Ephemeris’ (www.photoephemeris. com en app) of ‘PlanIt!’ (app, zie kader). Bedenk dat je hierbij soms niet alleen afhankelijk bent van het weer of het licht, maar ook van het landschap. Zo laten landschappen met fruitbomen of heide zich vaak maar één week van hun beste kant zien. Door het complexe samenspel tussen alle factoren kan het gebeuren dat je vaak naar dezelfde plek moet terugkeren: hou vol, uiteindelijk loont je inzet!

PlanIt Met PlanIt! of vergelijkbare apps kun je voor iedere plek op de wereld en voor ieder moment de exacte positie van de zonsopkomst en -ondergang zien. Hetzelfde geldt voor de maan. Daarnaast vermeldt de app de verschillende schemerperiodes en het gouden uurtje. Een andere handige functie van PlanIt! is de weergave van de getijden, ideaal voor het plannen van shoots aan de kust.


tutorial BASIC

Licht Het licht kan van een standaardplaatje een wereldfoto maken. Het mooiste licht heb je rond de zonsopkomst en –ondergang door de fraaie kleuren en zachte contrasten. Door het laagstaande licht beleef je daarbij ieder beetje reliëf. In de ochtend overheersen zachte pasteltinten, in de avond juist de warmere kleuren. Zelf geef ik de voorkeur aan de ochtend. Dat heeft alles met vocht te maken. ’s Ochtends is het vaak wat heiig of zelfs mistig, hetgeen voor enorm veel extra sfeer zorgt. Houd bij het fotograferen ook zeker rekening met de richting van het licht. Met de zon in de rug fotograferen is weliswaar veilig (grote contrasten ontbreken), maar leidt vaak tot erg vlakke foto’s. Komt het licht van de zijkant, dan voegt dit een extra dimensie toe. Te grote contrasten kunnen soms lastig zijn. Tegenlicht is een prachtig licht, ook al wordt dit vaak wat griezelig gevonden. Houd de felle zon buiten beeld en besteed ook aan de enorm heldere lucht niet te veel aandacht. Tegenlicht zorgt ervoor dat mist de kleuren van de zonsopkomst aanneemt en laat bladeren en bloemen krachtig oplichten. Pas op voor lensflares en andere lichteffecten. Een zonnekap kan daarbij behulpzaam zijn, of gebruik je hand om het zonlicht van je lens te houden.

Grijze dagen lenen zich goed voor verstilde landschappen. Canon 5D III met 16-35mm @ 35mm; 15s bij f/14; ISO 400.

Tegenlicht is prachtig, maar hou de zon buiten beeld door deze achter bijvoorbeeld een boom te plaatsen. Canon 5D III met 24-70mm @ 62mm; 1s bij f/18; ISO 100.

Je camera is een dom ding en streeft altijd naar een gemiddelde belichting. In veel gevallen moet je daarom je belichting corrigeren. Werk je op een donkere plek zoals het bos, dan belicht je het beste een beetje onder (ongeveer 1 stop). Op een lichte plek, zoals aan het water of met sneeuw, belicht je over (soms wel 2 of 3 stops). Hou bij het belichten de grenzen (de zijkanten) van het histogram in de gaten. Ga hier niet overheen, want dat resulteert in zwarte of witte delen zonder detail in je foto. Werk bij voorkeur in RAW, dan heb je veel meer speling in de nabewerking, hetgeen vooral voor de erg donkere en lichte delen een grote meerwaarde biedt. In veel gevallen volstaat het gebruik van de meervlaksmeting (matrixmeting). Je camera weegt dan het gemiddelde van het gehele zoekerbeeld. Bij grote contrasten, zoals bij tegenlicht, gebruik je beter de ‘centrumgewogen’ meting.

Bij hoge diafragmawaarden verschijnt de zon als een sterretje in beeld. Canon 5D III met 16-35mm @ 16mm; 0.5s bij f/22; ISO 100. 45


Lijnen geleiden ons oog door een foto. Slingerende lijnen ervaren we daarbij prettiger als rechte. Canon 5D III met 70-200mm @ 200mm; 1/160s bij f/8; ISO 400.

Lucht De lucht vormt de kroon op een landschapsfoto, maar vraagt eveneens om de nodige aandacht. Een staalblauwe lucht levert op de foto een saai blauw vlak op. Een geheel grijze lucht is eveneens niet erg uitnodigend. Besteed aan een dergelijke lucht niet te veel aandacht of laat ‘m zelfs weg, tenzij het je uiteraard om een minimalistisch beeld te doen is. Zijn er wel wolken, let er dan op dat deze in balans zijn met het onderliggende landschap en snij markante wolken niet zomaar af. In een volgend nummer van Natuurfotografie Magazine gaan we uitgebreid in op het fotograferen van spectaculaire wolkenluchten. Compositie Een sterke compositie is bij een landschap ontzettend belangrijk, simpelweg omdat je ‘alles’ ziet in een foto. Er bestaan 1001 compositieregels die je kunt gebruiken. De meest voorkomende zijn: Regel van Derden: werken vanuit het middelpunt is wat voorspelbaar en levert daardoor 46

niet snel een spannende foto op. De Regel van Derden verdeelt een beeld in 9 vlakken (vaak zichtbaar te maken via Live View of de elektronische zoeker). Plaats je meest markante elementen op één van de lijnen. Doe dit ook met de horizon. Van links naar rechts: we lezen van links naar rechts. Onbewust doen we dat ook zo met een foto. Zorg dat, wanneer dat uiteraard mogelijk is, je linksvoor iets in de voorgrond plaatst en rechts(boven) eindigt met een markant element in de achtergrond. Evenwicht: een foto is net een weegschaal, zorg dat deze in balans blijft en dat er dus overal in de foto voldoende gebeurt. Voorkom dus grote homogene vlakken. Slingerende lijnen: je kunt je oog geleiden door gebruik te maken van lijnen in je foto. Slingerende lijnen worden daarbij als erg prettig ervaren. Natuurlijk kader: maak gebruik van een doorkijkje als een soort natuurlijk kader. Dit schept diepte en vormt een prima decoratie wanneer de lucht vanuit zichzelf wat saai is.

Werk nauwkeurig Een landschapsfoto lijkt misschien wat vergevingsgezinder dan bijvoorbeeld een macrofoto, maar niets is minder waar. Blijf in het veld goed kijken. Een stap naar links of naar rechts kan een enorm verschil maken. Let vooral ook op de randen en de kleine details in het beeld: staat er niet te veel of net iets te weinig op? Toch nog net die hoogspanningsmast in de verte, dat rode blikje cola in de sloot of die markante boom die net een ­stukje mist…

TIP

Is landschapsfotografie echt jouw ding, maar kun je daarbij wel wat hulp gebruiken? We organiseren in het najaar een complete cursus landschapsfotografie. Kijk op www.natuurfotoworkshop.nl/fotoworkshops/cursus-landschapsfotografie-2 voor alle informatie.


tutorial BASIC

Deel jouw landschapsfoto’s met #nfhoedan op social media Dit soort kleurrijke momenten duren hooguit enkele minuten. Zorg dat je op tijd op de juiste plek bent. Fuji GFX 50S met 23-64mm @ 32mm; 3.2s bij f/20; ISO 100.

47


#nfhoedan

De wow-factor dankzij Als je in de macrofotografie kiest voor het gebruik van flitslicht zou het kunnen gebeuren dat het je begint te duizelen van de ingewikkelde ­informatie die hierover te vinden is op internet. Dat wil je liever niet, we willen immers snel aan de slag, toch? Het lijkt dus wat moeilijker dan het in werkelijkheid is. Leon Baas gebruikt in nagenoeg al zijn foto’s ­flitslicht. Aan de hand van praktische voorbeelden neemt hij je stap voor stap mee in de totstandkoming van zijn foto’s.

Foto: Goffe Struiksma

Leon Baas - www.leonbaasphotography.com 48

Canon 7D met 90mm F/2.8 macro; 1/50s bij f/2.8; ISO 320.


tutorial NXTLVL Zelf werk ik graag op gevoel met mijn flitslicht, niet geheel volgens het boekje dus. Dat betekent dat je de flitser op de manual-stand zet. Je kan je flitser zien als een lamp met een dimfunctie. Ingesteld op 1/1 staat hij vol open en op 1/128 zo goed als dicht. Met dit gegeven zal ik een voorbeeld proberen te geven waarmee je gemakkelijk zelf eens aan de slag kunt gaan. De theorie Als voorbeeld neem ik een tegenlichtopname met een donkere achtergrond. We stellen onze camera in op manual. Nu is het belangrijk dat we de flitser los van de camera kunnen gebruiken. Dit kan met een zogenaamde Flash Trigger. Daarmee kan je namelijk je flitser draadloos van de camera gebruiken. Een andere handige oplossing is het gebruiken van een TTL-kabel. Ook hiermee kan je de flitser los van de camera gebruiken, maar dan wel verbonden met een kabel. Een klein statiefje om je flitser op te plaatsen is altijd handig.

PRAKTIJKVOORBEELD Bladwesp De achtergrond van een foto is allesbepalend. Bij deze bladwespen is dat de regen die het beeld een spannend karakter geeft. Het beeld zou

Als sluitertijd nemen we om het gemakkelijk te houden 1/200 sec. Het diafragma stellen we in op f/8 en de ISO zetten we zo laag mogelijk. Vervolgens maken we een foto zonder daarbij de flitser te gebruiken. Nu is het de bedoeling dat we een zwart beeld krijgen. Als dat niet het geval is draai je het diafragma langzaam dicht, net zo lang totdat je een zwart beeld krijgt. Als je beeld uiteindelijk zwart is, gaan we de flitser gebruiken.

zolang totdat we een mooi uitgebalanceerd beeld hebben. Negen van de tien keer zullen je instellingen (bij bewolkt weer) uiteindelijk uitkomen op de volgende instellingen: sluitertijd 1/200 sec, diafragma f/16, flits 1/16.

Plaats de flitser dichtbij schuin achter je onderwerp en naar de camera toe gericht. Om ervoor te zorgen dat het flitslicht niet in de lens valt, scherm je het flitslicht af. Hiervoor zijn de flashbenders van bijvoorbeeld het merk Rogue erg handig. Uiteraard kan je zelf ook iets eenvoudigs fabriceren. Het flitslicht schijnt nu van achteren door het onderwerp heen. Je zult al snel merken dat je onderwerp zwaar overbelicht zal zijn wanneer je de flitser helemaal open zet (1/1). Daarom draaien we het flitslicht steeds een stukje verder dicht net

minder spannend geweest zijn als ik hier geen tegenlicht gebruikt zou hebben. Zoals je ziet zijn de regendruppels alleen te zien in de achtergrond en niet op de voorgrond. Je zou dit echter wel verwachten in de regen. Ik heb dit probleem

Canon 7D met 100mm F/2.8 macro; 1/200s bij f/7.1; ISO 100; flitssterkte: 1/16.

TIP

H et gebruik van flitslicht komt beter tot zijn recht bij bewolkt weer of in de schaduw.

opgelost door boven het onderwerp een kleine paraplu te plaatsen. Had ik dat niet gedaan, dan werkten de regendruppels alleen maar verstorend. Tegenlicht zorgt voor het spannendste beeld, omdat de larven licht doorlatend zijn. Tegenlichtopnames zijn het makkelijkst te maken met ­insecten die lang op dezelfde plaats blijven zitten. Je ontkomt er niet aan om een opstelling te maken met je flitsers en dat is vrijwel zinloos bij insecten die erg beweeglijk zijn of van plant naar plant vliegen. Bij deze larven hebben we daar niet mee te maken, waardoor je alle tijd krijgt om verschillende belichtingen uit te proberen. Deze larven staan erom bekend dat ze zichzelf omhoog richten als je er met je hand overheen beweegt. Het is een soort afweermechanisme dat ze gebruiken om de vijand af te schrikken. Nu was het een kwestie van blijven proberen totdat ze allebei synchroon in positie waren. Voor deze foto heb ik slechts 1 flitser gebruikt. De camera heb ik zo gepositioneerd dat de larven evenwijdig aan het sensorvlak stonden. Hierdoor verschijnen beide exemplaren scherp in beeld. Deed ik dat niet, dan zou waarschijnlijk 1 van de larven buiten het scherptegebied gevallen zijn. 49


Canon 7D met 100mm F/2.8 macro; 1/100s bij f/3.5; ISO 250; flitssterkte: 1/8 voor beide flitsers.

PRAKTIJKVOORBEELD Silhouet Silhouetopnames zijn erg leuk om te maken. Details zijn onbelangrijk bij dit soort fotografie. Het gaat bij silhouetfotografie puur om de contouren van het onderwerp, in dit geval een pissebed. Doordat ik een laag standpunt heb ingenomen komt de pissebed erg dominant over. Pissebedden lenen zich uitstekend voor silhouetfotografie. Ik maakte deze foto in het bos waar deze pissebed op een afgezaagde boomstronk zat. Om dit resultaat te bereiken heb ik twee flitsers moeten gebruiken. Beide flitsers stonden gericht op de achtergrond. In dit geval waren dat bladeren die achter de stronk lagen. Doordat de flitsers alleen de achtergrond oplichten, ontstaat er vervolgens een silhouet van alles dat zich op de voorgrond bevindt. Ik heb 1 stop onderbelicht om het silhouet extra te benadrukken.

50

De instellingen van de flitser hangen helemaal af van hoever de achtergrond zich bevindt ten opzichte van de flitsers. Hoe verder de achtergrond,

hoe meer licht je nodig hebt. Dit is een kwestie van uitproberen.


tutorial NXTLVL

PRAKTIJKVOORBEELD Distelboktor De distelbok is 1 van mijn meest geliefde onderwerpen. Dit insect oogt elegant, haast sierlijk. Dit vraagt dan ook om een bijpassende uitstraling. Deze foto bestaat uit 3 vlakken: de voorgrond, het middenvlak of scherptegebied en de achtergrond. Ik heb geprobeerd om de aandacht zoveel mogelijk naar het insect te trekken door bewust langs een distel op de voorgrond heen te fotograferen. Dit veroorzaakt de wazige voorgrond. Bij deze foto is slechts 1 flitser gebruikt met een diffusor scherm. De flitser stond dusdanig opgesteld dat het licht pal van boven op het onderwerp viel. De distelbok vind je niet alleen op distels, maar ook op brandnetels waar ze vaak eitjes leggen in de plantenstengel. Voor bijna ieder insect dat je wilt fotograferen geldt dat ze altijd een waardplant hebben. Als je een bepaalde insectensoort zoekt, is het gemakkelijker om eerst te zoeken naar de plant waar ze veel op voorkomen. Dit scheelt enorm veel zoektijd en verhoogt de kans van slagen aanzienlijk. Canon 7D met 90mm F/2.8 macro; 1/250s bij f/4.5; ISO 200; flitssterkte: 1/4.

51


PRAKTIJKVOORBEELD Rode bosmier Het vergt wat moed om rode bosmieren te fotograferen. Het zijn bijtgrage beestjes die hun mierenzuur graag in je lichaam willen injecteren als je jezelf niet aan hun gedragsregels houdt. Vergeet niet dat je gezien wordt als indringer als je ze stoort in hun bezigheden. Ook hier geldt dus dat het vooraf bestuderen van je onderwerp het fotograferen een stukje gemakkelijker en minder pijnlijk maakt. Het fotograferen van mieren heeft bij mij altijd de boventoon gevoerd. Nog nooit was het mij

gelukt om rode bosmieren te fotograferen die mierenzuur spuiten, totdat ik vorig jaar bij een mierennest terecht kwam dat vrij dicht bij een klein ven in het bos lag. Het bijzondere van dit nest was dat het aangevallen werd door juffers die probeerden om met kleine duikvluchten mieren te vangen. Ik had dit nog nooit eerder gezien en was altijd in de veronderstelling dat ze alleen insecten in de vlucht vingen. Het was bijzonder te zien dat ze zichzelf eerst vlakbij het nest neerzetten alvorens aan te vallen; ik vermoed om de nestgeur aan te nemen, zodat ze niet direct als indringer gezien werden. Toch waren er juffers

Canon 5D III met 100mm F/2.8 macro; 1/125s bij f/8; ISO 160; flitssterkte: 1/4.

52

die veelvuldig besproeid werden met mierenzuur, waarbij enkele exemplaren ten prooi vielen aan de mieren. De vleugels werden in rap tempo afgebeten, waarna ze als eerste begonnen aan de ogen. Voor deze foto heb ik de flitser een eindje achter de mierenhoop geplaatst om zo de druppeltjes mierenzuur op te lichten. Met het blote oog is het haast niet waar te nemen, waardoor je zult begrijpen de vreugde groot was bij het zien van het resultaat.


tutorial NXTLVL

Canon 40D met 100mm F/2.8 macro; 1/250s bij f/8; ISO 100; flitssterkte 1/8.

PRAKTIJKVOORBEELD Opvliegers Het fotograferen van insecten die op het punt staan om op te stijgen is bijzonder leuk om te doen. Dit lijkt vaak moeilijker dan het daadwerkelijk is. Ik maakte deze foto enkele jaren geleden, maar ik kan er nog steeds van genieten: fijne kleuren en een grappig beestje om te zien bovendien. Min of meer bij toeval ontdekte ik een struik waar deze snuitkevers in grote aantallen aanwezig waren. Dit gaf mogelijkheden om ze op deze manier te kunnen fotograferen.

Er is een aantal punten waar je op moet letten bij deze vorm van fotografie. Zorg er bijvoorbeeld voor dat je de camera vooraf heb ingesteld. Als je ervoor zorgt dat je instellingen goed zijn, verhoogt dat de kans van slagen omdat een insect over het algemeen niet in herhaling valt om je het perfecte plaatje te bezorgen. Verdiep je ook in het insect zelf. Kijk en leer! Deze snuitkever begint voordat hij opstijgt eerst met zijn voorpootjes te trappelen. Vervolgens klapt hij zijn dekschilden omhoog, vouwt zijn vleugels open en vliegt weg. Zo heeft ieder insect zijn eigen manier

van opstijgen. Een lieveheersbeestje trappelt niet met zijn pootjes, maar draait bijvoorbeeld eerst een paar rondjes voordat hij wegvliegt. Als je dit allemaal weet wordt het een stukje eenvoudiger om een actiefoto te maken. Dit lees je over het algemeen niet in boeken, maar zul je zelf moeten ontdekken. Ik heb voor deze foto een kunstmatige achtergrond gebruikt. Op deze achtergrond heb ik een externe flitser gericht. Door het weerkaatsende flitslicht krijg je een subtiele tegenlichtopname waardoor de vleugeltjes en dekschilden mooi transparant oplichten.

Deel jouw macro-flits foto’s met #nfhoedan op social media 53


#nfhoedan

Bibliotheek catalogus in Lightroom Lightroom…je hoort er enorm veel over en velen onder ons werken er al jaren mee. Het bewerken van de foto’s lukt wel en al snel kom je tot een aanvaardbaar resultaat. Minder leuk is de Bibliotheek Module, het correct beheren van de foto’s. Een struikelblok voor nieuwkomers en een frustratie voor de geroutineerden. Waar vind je die foto terug? Wat betekenen al die uitroeptekens? Waarom staan die foto’s niet in Lightroom? etc. In dit eerste artikel, starten met de Bibliotheek Catalogus, proberen we je een correcte workflow aan te leren. Jeffrey van Daele – www.jeffreyvandaele.com

Figuur 1

54


tutorial DIGITALE KAMER

Lightroom start standaard in de Bibliotheek Module op en liefst schakelen we onmiddellijk over naar de Ontwikkelen Module. We hebben het tenslotte toch aangekocht om onze foto’s te verwerken. Dat klopt, maar het is verkeerd om deze module zomaar over te slaan, want deze is al net zo belangrijk als de Ontwikkelen Module. Misschien zelfs belangrijker. Het is dé plaats waar we onze foto’s importeren, organiseren, van trefwoorden en titels voorzien. Gedaan met die Windows® Verkenner of de Mac® Finder! Vanaf heden is het de bedoeling dat we alle foto’s binnen de Bibliotheek Module beheren. Doen we dat niet, dan komen we gegarandeerd in de problemen! Maar wat is nu een catalogus? Wie nog nooit met Lightroom gewerkt heeft, krijgt bij het starten van het pakket een lege catalogus te zien. Vroeger, omwille van de prestatie, was het belangrijk om met verschillende catalogussen te werken. Nu is dat niet meer het geval. Het kan, maar je kunt zonder problemen tot tienduizenden foto’s binnen eenzelfde catalogus beheren. Dit is dus al iets waar je jezelf geen zorgen meer over hoeft te maken.

Importeren? Het is belangrijk om op een correcte manier met Lightroom te beginnen. Doen we dat niet, dan zullen we binnen de kortste keren naar ons oude, vertrouwde, pakket teruggrijpen. Daar is natuurlijk niets verkeerds aan maar, bear with me en ik overtuig je, in dit en de toekomstige artikelen, dat we met Lightroom een gelukkiger bestaan zullen hebben. Het is nu allereerst de bedoeling dat de mappenstructuur van de foto’s, binnen de Bibliotheek Module, een ‘spiegel’ wordt van de mappenstructuur op de computer (fig. 1 – geel). Is dit eenmaal gebeurd, dan beheren we álles via Lightroom en werken we nooit meer via de Windows® Verkenner of Mac® Finder! Ook niet om de foto’s van het fototoestel naar de computer te kopiëren, ook niet om die een andere bestandsnaam te geven, ook niet om die te verplaatsen naar een andere map of te verwijderen, etc. Doe je dit wel, via de Verkenner of Finder, kom je gegarandeerd in de problemen! Dit is één van de redenen waarom al die uitroep- en/ of vraagtekens verschijnen en ik het hier nog eens herhaal. En later nog eens.

Onthoud: • Wat je in Verkenner/Finder doet weet ­Lightroom niet. • Alles wat je in Lightroom doet weet Verkenner/Finder.

Het Importeren zie ik tweeledig. Eerst willen we onze bestaande foto’s binnen Lightroom krijgen zodat we het beheer ervan centraliseren. We doen dit door op de knop Importeren, links onderaan (fig. 1 – rood), te klikken waarna we het Importeer Dialoogvenster krijgen. Binnen dit venster werken we van links naar rechts.

HET IMPORTEER DIALOOGVENSTER Links binnen het linkerpaneel zien we de Bron. Op fig. 2 zien we een lijst van harde schijven. Selecteren we er één van, of een onderliggende map, dan verschijnen de foto’s binnen die map op het middenpaneel. Daar staan alle foto’s aangevinkt en kunnen we naar wens de foto’s die we niet willen importeren deselecteren. Aangezien het toch de bedoeling is

Figuur 2

55


om alles binnen Lightroom te beheren, selecteren we het best de hoofdmap, waaronder alle foto’s staan en importeren die als geheel. In mijn voorbeeld zou dat dan de map ‘Fotografie’ zijn, bij jullie kan dat ‘Mijn afbeeldingen’ of iets anders zijn. Zo kunnen we alles in één keer binnen Lightroom brengen. Het importeren starten we door op de knop Importeren, rechts onderaan, te klikken. De vooruitgang kunnen we linksboven volgen. Maar voordat we dit doen bekijken we eerst enkele andere niet onbelangrijke opties op het rechterpaneel.

paneel, actief worden (fig. 2 – geel). Lightroom gaat ervan uit dat het niet de bedoeling is dat we de foto’s, die al op een harde schijf staan, naar een andere locatie willen kopiëren. Je kiest ook deze optie voor andere externe media zoals USB- en netwerkstations. Foto’s op CF, SD en andere geheugenkaarten kopiëren we natuurlijk naar de computer. Let dus goed op wat er bovenaan actief staat!

HET RECHTERPANEEL We bekijken dit nog even nader, want veel van de instellingen die we hier kunnen maken, zullen onze snelheid van werken bepalen.

FOTO’S IMPORTEREN Bij het selecteren van een map op de harde schijf in de linkerkolom zal - in de meeste gevallen toch - het woord TOEVOEGEN, bovenaan het midden-

Figuur 3

56

Degenen onder ons die al met Lightroom werken, zullen beamen dat het vervelend is om onderaan de foto “Laden” te zien wanneer er op de foto

wordt ingezoomd. Bestandsafhandeling, bovenaan het rechterpaneel, kan hier een oplossing voor bieden. Het schema toont ons de verschillende mogelijkheden en hun betekenis. (fig. 3) Als we dit rechterpaneel verder bekijken, vinden we ook “TOEPASSEN TIJDENS IMPORTEREN” (fig02). Hier kunnen we onder andere trefwoorden aan de geïmporteerde beelden toekennen. Vergeet dit niet! Het is enorm handig om achteraf onmiddellijk dé foto in de massa terug te vinden. Dit trefwoorden toekennen kunnen we ook achteraf doen, maar we sparen opnieuw heel wat tijd uit als we dit onmiddellijk meegeven. Let er op om hier overkoepelende trefwoorden te gebruiken. Ben je naar Namibië geweest en heb je er landschappen en dieren in de woestijn gefotografeerd,


tutorial DIGITALE KAMER

gebruik je best enkel; Namibië, woestijn, zand, droog, Afrika als trefwoord en niet gekko of kameleon. Anders zouden deze laatste trefwoorden ook toegekend worden aan de landschappen. Achteraf kunnen we nog steeds via het rechterpaneel binnen de Bibliotheek Module de trefwoorden verder verfijnen (fig. 1 - groen). Dit was om beelden TOE TE VOEGEN. Om beelden te KOPIËREN (van SD, CF, etc.) moeten we natuurlijk nog een bestemming opgeven. Deze vinden we ook in het rechterpaneel binnen het Importeer dialoogvenster (fig. 4 - groen) wanneer bovenaan Kopiëren (als DNG) actief

staat. Velen gebruiken hiervoor de standaardinstelling en dat is door de beelden te organiseren in mappen op basis van datum. Persoonlijk vind ik dit geen goede keuze want de datum zit sowieso in de EXIF van elk bestand verwerkt. Na jaren heb je dan honderden mappen met data en wie weet er nu nog wat hij op 7 mei 2011 gefotografeerd heeft? Ik raad daarom ook aan om de beelden te Organiseren binnen 1 map en die map een duidelijke naam te geven, zoals bijvoorbeeld Cabarceno. (fig. 4 – blauw) Onder de geselecteerde map komt dan die naam in het grijs te staan. Daar zal

Lightroom de map aanmaken en alle beelden onder kopiëren. Zo, we hebben nu al onze foto’s op een correcte manier binnen Lightroom staan en we kunnen nu probleemloos foto’s verwerken. Onthoud gewoon dat je vanaf nu alles binnen Lightroom beheert. Wil je foto’s verplaatsen en/of verwijderen, wil je mappen aanmaken, verplaatsen of verwijderen, dan doe je dit steeds binnen Lightroom! Ik kan dit niet genoeg benadrukken want voordat je het weet krijg je weer van die vervelende vraag- en/of uitroeptekens. Hoe je dat op een eenvoudige manier kunt oplossen zien we in een volgend artikel.

Figuur 4

57


Alle primes uit de Art-lijn. Voor Sony E-mount.

Binnenkort leverbaar.

Compatible met Sony’s AF-C mode!

www.sigmabenelux.com


HUTspot Of je nu een fervent bezoeker bent of een nieuwsgierige nieuwkomer, in deze rubriek lees je alle ins en outs van het fotohutwezen, mét specificaties en sterren.

HBN3 Wat is er toch met die hutten van Han Bouwmeester? Je ziet de mooiste f­ oto’s langskomen die dan gemaakt zijn in “HBN3 of HBN7, of een ander cijfer ­erachter. Alsof het volkomen vanzelfsprekend is dat vanuit een HBN hut succes verzekerd is. Ik besluit Han zelf te spreken en een dag te reserveren. Tekst en foto’s: Arno ten Hoeve

2 april 2018 - Lemelerberg Om 8 uur loop ik vanaf de parkeerplaats van het theehuisje richting de hut. De geur van dennenhars en openhaardvuur vult de koude lucht. Mijn adem vormt wolkjes. Vogels trekken zich niet veel aan van temperatuur. Het is licht, het is voorjaar, dus overal zingen de vogels: zanglijster, merel, heggenmus, vink, tjiftjaf, zelfs de sperwer ‘zingt’ mee. Ik volg de routebeschrijving in de pdf die bij de bevestigingsmail van Han was bijgesloten. Een prachtige wandeling over de Lemelerberg van ongeveer 10 minuten. Het allerlaatste stukje is het lastigst. Het zal wel aan mij liggen, maar ik moet flink zoeken om de hut te vinden. Drie grote bonte spechten lachen me uit - of toe - als ik de verkeerde wissel pak. Ik herlees de ­routebeschrijving en loop in één keer naar de hut toe.

Tjonge, wat een mooie plek! Waar het naaldbos zich opent en de heide begint, tussen een jeneverbessenstruweel, ligt de hut. Meteen valt de behoorlijk grote vijver op. Een vierkante bak met rechte randen. Daar houd ik nooit zo van. Het mag van mij wel wat natuurlijker en avontuurlijker. Maar, niet meteen beginnen te piepen, eerst maar eens oriënteren. Er vliegen drie koolmezen en wat vinken weg. Ik hoor een geelgors, een kneu en een grote lijster zingen. Een boomleeuwerik vliegt over. Vooruit, de vierkante vijver is je vergeven Han. Wederom pak ik de pdf met aanwijzingen erbij om de code voor het hangslot te vinden. Alles oogt zeer verzorgd en netjes. Goed gedaan! Ik lees dat ik niet te veel mag voeren, waar ik wel en niet mag lopen en dat ik het decor, zonder zelf iets toe te voegen, enigszins mag veranderen. Dat

laatste is fijn! Ik rol een stronk naast de vijver op zijn andere kant en leg op drie plekken een heel klein beetje voer neer. Zo, toch een beetje mijn stempel gedrukt, maak ik mezelf wijs en ik betreed de zeer ruime hut. Drie luiken, drie bureaustoelen, een vinyl vloer, een rail over de volle breedte met daarop drie schommelkoppen, een bak met rijstzakken, een bakje vol lensplates voor het geval je die zelf niet had, veel randjes om je spullen kwijt te kunnen, een ton met stoelkussens, de ANWB vogelgids, handdoeken, een kleine brandblusser, een verbandkit, alles perfect afgewerkt en geïsoleerd. Hier is echt over alles nagedacht! Ik ben alleen en ik installeer mij op de middelste stoel (hij kraakt, ik pak een andere) en open alleen het middelste luik. Oei, wat een fijn tafereel: bijna op ooghoogte met de waterspiegel, mooi rustig en als achtergrond heide en jeneverbessen. Het vogelgeweld barst los als ik mijn toestel nog niet eens heb ingesteld. Vinken, mezen, roodborsten, een grote bonte specht en een merel ruziën om de beste plekken. Ik weet niet waar ik moet kijken, laat staan

Fantastisch mooi uitzicht vanuit de HBN3: jeneverbessen, heide en de grote vijver. Olympus E-M1 II met 12-100mm F/4 @ 12mm (effectief: 24mm); 1/80s bij f/4; ISO 64.

59


HBN3 Waar: Lemelerberg Wie: Han Bouwmeester Kosten: € 95,00 per dag Afmetingen hut: 3x2 meter Afmetingen venster: circa 250x60 centimeter Comfort en accessoires: Heerlijke luxe fauteuils, kapstok, ­ stopcontacten, verwarming Maximaal aantal personen: 3 Wat: Vogels, waaronder sperwer, geelgors, kruisbek en vele verrassingen. Meer informatie en reserveren: www.hanbouwmeester.nl

Kuifmezen zitten bijna geen moment stil. Vlak voordat ze naar het voer vliegen, zitten ze ongeveer 2 seconde op vaak hetzelfde uitkijkpunt. Pak die ene kans! Olympus E-M1 II met 300mm F/4 + 1.4x TC (effectief: 840mm); 1/100s bij f/6.3; ISO 400.

Interactie tussen man geelgors en man vink. Je sluitertijd is al snel te laag om dit supersonische moment scherp vast te leggen. Olympus E-M1 II met 300mm F/4 + 1.4x TC (effectief: 840mm); 1/1250s bij f/5.6; ISO 1600.

wat ik moet fotograferen. Er gebeurt teveel. Is dit een nadeel? Nee, overduidelijk gevalletje van een luxeprobleem. Het gaat eigenlijk de hele tijd zo door. Er is (bijna) altijd wel iets te fotograferen. Het is pas 2 april. Wat moet dit een spektakel zijn iets later in het jaar! Na een paar uur krijg ik het toch wat koud. Het is net boven het vriespunt, het raam is open en er is geen kachel aanwezig. Vanwege brandgevaar in zo’n kwetsbaar gebied is dat logisch, maar toch. Dik aankleden dus! De vijver van ongeveer 4 meter lang begint op ongeveer 4 meter van de hut. De meeste acties 60

spelen zich af op de achterste rand van de vijver, op ongeveer 8 meter afstand dus. Voor kleine vogels ter grootte van een vink heb je flink wat millimeters nodig. Landt er een sperwer of Vlaamse gaai, dan heb je al gauw teveel millimeters. Een zoomlens is wel zo prettig. Twee bodies met verschillende lenzen kan natuurlijk ook. Rond 13.30 uur valt het een tijdje stil. De rust wordt kort verbroken door een mooie raaf die, luid roepend, vlak over de hut vliegt. Hij landt iets verderop in een grove den in het bos. Er vliegt een sperwer met een prooi over, wat mij de hoop geeft dat-ie na het eten misschien een bad komt nemen. Helaas,

dat gebeurt niet. Er scharrelt ook een tijdje een mannetje vuurgoudhaan door de jeneverbesstruiken. Dit zou ik allemaal hebben gemist als ik alleen gefocust zou zijn op de setting vlak voor de hut. Het is bijna 17.00 uur wanneer ik besluit te stoppen. Het was een mooie dag, met veel soorten. Morgen zit er vast een sperwer. Zul je altijd zien. Ik ruim de restantjes voer op, pluk wat sprietjes weg van korrels uitgelopen zaad, ruim alles netjes op, sluit de hut af, sms Han om me af te melden en keer huiswaarts. HBN3: check!


HUTspot

Pluspunten • Véél vogels. • Prachtig decor op sublieme plek. • Zeer luxe hut. • Je mag bestaande items anders rangschikken en zelf beperkt voer plaatsen. • Doordat het afdak heel breed is en het venster ver naar achteren ligt is het in de hut lekker donker waardoor de vogels je minder goed kunnen zien.

Minpunten

Wegvliegende of badderende vogels lenen zich goed voor een lowkey opname. Olympus E-M1 II met 100-400mm @ 400mm (­effectief: 800mm); 1/3200s bij f/6.3; ISO 1600.

• Moeilijk te vinden hut (is eigenlijk ook een voordeel, want daardoor minder verstoring en/of vandalisme. • Ietwat onnatuurlijke vijverranden. • Met drie personen kunnen de twee buitenste personen niet de omgeving links of rechts zien (niet buiten de scène kijken) doordat het afdak heel breed is en het venster ver naar achteren ligt. Daardoor goed donker, maar... zie boven. • Geen verwarming dus koud.

Tips • Badderende vogels: Bij hard licht kun je mooi elk druppeltje scherp krijgen bij badderende vogels. Belicht flink onder voor een lowkey effect en meer snelheid. Bij weinig licht kun je juist kiezen voor een lange sluitertijd (1/20s bijvoorbeeld). Stel scherp op het koppie. Na elke badderbeurt houdt de vogel zijn kop stil omhoog en flappert nog even met vleugels en staart om overtollig water af te schudden. • Bij veel licht kun je je storten op vliegbeelden van kleine vogels. De aanvliegroutes zijn goed te ­voorspellen. • Door je stoel zo laag mogelijk te zetten, kun je de omgeving en de lucht in de gaten houden. • Denk ook buiten de setting om. Kijk ook in de verte en links en rechts in de begroeiing. Zo krijg je plaatjes die net even anders zijn dan de geijkte vogel-met-weerspiegeling foto’s.

Abonnees van Natuurfotografie Magazine ontvangen € 10,- korting op hun boeking van deze fotohut. Zie: goo.gl/75FNbk

NFM waardering voor HBN3: 4 sterren

Hier wordt elke fotograaf blij van: een man goudvink! Hij kondigt zijn rustige bezoekje steevast aan met een ijl fluitje. Olympus E-M1 II met 300mm F/4 + 1.4x TC (effectief: 840mm); 1/125s bij f/6.3; ISO 250.

*****

61


NEEM NU EEN ABONNEMENT Wil je ook 6x per jaar Natuurfotografie Magazine op je deurmat ontvangen? Neem dan voor slechts €45,- een abonnement (maandelijks opzegbaar). Kijk voor meer informatie op www.natuurfotografie.nl/abonneren

35

€7,95

tweemaandelijkse inspiratie voor

natuurfotografen

MAGA ZINE

editie 35 - nr 3 2018

6x per jaar slechts €45,maandelijks opzegbaar

3 2018

NATUURBESCHERMING met behulp van fotografie

HOE FOTOGRAFEER JE

VLINDERS? CAMERAVALLEN VOSSENV RIENDSCHAP Geautom atiseerd fotograferen

Engel, Bengel en Boef

Profiteer van héél veel

abonneevoordeel:

20% korting* bij CHIPCLEAN 20% korting* op alle fotoproducten van CEWE 10% korting* op fotoworkshops en logies bij AMAZING NATURE SCANDINAVIA

€15,- korting op het huren van een fotohut van GLENN VERMEERSCH

Gratis een Birdpix Pixpas basic t.w.v. €24,95

10% korting* bij CAMERATOOLS

€5,- korting* op een workshop van NATUURFOTOWORKSHOP

€10,- tot €20,- korting op de huur van een fotohut van HAN BOUWMEESTER

10% korting* op premie bij de PiX POLIS voor reis- en apparatuurverzekering 10% korting* bij VIVARA Gratis deelname NK NATUURFOTOGRAFIE €5,- korting op een ticket voor PiXPERIENCE

Handig

Winacties: onder abonnees verloten we regelmatig mooie prijzen

Overal Natuurfotografie Magazine lezen? Gratis voor abonnees ook als digitale versie verkrijgbaar.

62

* Hieraan zijn voorwaarden verbonden. Kijk voor een compleet overzicht van alle v­ oordelen op www.natuurfotografie.nl/abonneevoordeel


Wil jij een publicatie in ons volgende nummer? Photo Challenge

HOTSPOT

Mijn foto

Doe mee en win!

Deel en win een praktijkboek

Stuur jouw ‘mijn foto’ in

In ieder nummer organiseren we een Photo Challenge. Ga met de tips in het magazine lekker buiten aan de slag en verras ons met je mooiste beelden. Daarbij maak je kans op mooie prijzen! Zo heeft de hoofdprijs een waarde van meer dan 300 euro. Bekijk de prijswinnaars van afgelopen ­wedstrijd op pagina 78-81.

Wat is jouw favoriete fotoplekje? En waarom? Deel dit met ons en win niet alleen een publicatie in het magazine, maar ook een praktijkboek naar keuze. Bij Fotospot zijn we echt op zoek naar een specifieke plek, dus niet een heel gebied. Beschrijf in 50 woorden de plek en waarom die zo geweldig is. Zie pagina 81

In ‘Mijn foto’ zijn we op zoek naar jouw verhaal achter de foto. We draaien het dus een beetje om: het verhaal is nu eens belangrijker dan het beeld. Heb je iets bijzonders meegemaakt bij het fotograferen, is het na lang zwoegen eindelijk gelukt, of juist niet? Deel je ervaringen met ons en win een publicatie in Natuurfotografie Magazine.

Ga voor meer informatie, de aanleverspecificaties en de werkwijze naar www.natuurfotografie.nl/lezersrubrieken

Het tiende praktijkboek is een bijzondere uitgave! Dit lijvige boek van meer dan 260 ­pagina’s gaat over de natuurfotografie-kalender: wanneer kun je wat, waar en hoe fotograferen.

Het nieuwste PRAKTIJKBOEK

Je leest alles over welke soorten je wanneer het beste kunt fotograferen. Je ziet welke fenomenen in de natuur op welke momenten voorkomen en wanneer welke gebieden het meest fotogeniek zijn. Dit alles omlijst met kaartjes, overzichten, tijdbalkjes en natuurlijk veel inspirerende foto’s.

De variatie, diepgang en verrassende onderwerpen maken dit praktijkboek tot een ‘must-have’ voor elke natuurfotograaf.

Voor dit extra dikke boek betaal je slechts € 34,90. Ga naar www.webshop.natuurfotografie.nl en bestel het boek.

63


de RUGZAK van

Heb je je nooit afgevraagd wat collega-fotografen allemaal meezeulen in die rugzak? Nooit de neiging hoeven onderdrukken éven te spieken welke onmisbare gadgets men zoal a­ chter die rits verbergt? In andermans tas gluren is onbeleefd, maar wij doen het hier toch. Met toestemming uiteraard. Verwonder je over de verborgen geheimen van collega-fotografen.

De RUGZAK van: Mijn rugzak en ik, wij zijn een apart duo. Waar mijn hoofd uit zijn voegen barst van de ideeën, daar moet mijn rugzak zo onopvallend mogelijk en compact zijn. De rugzak moet mij ondersteunen bij mijn fotografische activiteiten en niet andersom. Hij moet daarom praktisch zijn en vooral geen extra last veroorzaken. Dit betekent dat ik hem zo klein en licht mogelijk houd. Elk nieuw grammetje dat een plekje in mijn rugzak krijgt wordt daarom nauwkeurig ‘afgewogen’: levert dit gewicht mij voldoende profijt op? Dit betekent ook dat ik afscheid moet nemen van al ‘het mooie’. Niet zo vanzelfsprekend voor mij, in mijn normale leven ben ik nogal verknocht aan dit ‘mooie’. Zo fiets ik in de winter in een veel te dunne jas naar mijn werk, puur omdat ik de jas zo mooi vind. Dat ik half bevries neem ik op de koop toe. Hoe anders is dat bij mijn foto-uitstapjes. Ik heb nog geen rugzak gevonden die licht, praktisch en ook nog eens mooi is. De rest van mijn foto-uitrusting heeft hier overigens ook onder te lijden. Zo is mijn kleding praktisch (type outdoor) en niet mooi. Ook mijn kapsel is weggemoffeld onder een praktisch petje omdat ik geen hinderlijke haarlokken voor mijn ogen wil en omdat ik anders last krijg van de zon. Make-up krijgt al helemaal geen kans, gezien het tijdgebrek bij het vroege tijdstip waarop ik voor menig macrofoto uit de veren moet. Al met al niet vreemd dat ik in het veld wel eens voor man wordt

Misja

aangezien... Maar ik dwaal af. Wat ik bedoel: mijn hele foto-uitrusting, met de fotorugzak als belangrijkste item, staat in dienst van een praktische ondersteuning bij mijn fotografische uitspattingen. De drive voor een goede foto gaat helaas niet samen met ‘mooi’ en ik laat daarom praktisch gemak zegevieren. “Photos first, looks later!” • Meest onmisbaar: parapluutje en hoekzoeker. Parapluutje om de zon van mijn hoofdonderwerp af te houden. Hoekzoeker vanwege de vaak lage standpunten in combinatie met het ontbreken van een kantelbaar schermpje op mijn camera. Onmisbaar om geen dubbelgevouwen nek- of rugwervels te krijgen. • Meest opmerkelijke: de wasknijpers en stokjes. In de herfst heel handig om gekleurde blaadjes voor en achter mijn hoofdonderwerp te rangschikken. In de zomer komen de gekleurde knijpers onder andere goed van pas om planten, waar een insect op zit, te markeren en daardoor terug te kunnen vinden. • Wat ontbreekt: voorlopig niets. • Apparatuur: Nikon D610 full frame body, Tamron 90mm f/2.8 macrolens, Nikon 80-400mm f/4.5-5.6, Nikon 24-85mm f/3.5-4.5, reserve Nikon D90 body.

Misja Smits - www.misjasmits.com

1 Nikon D610 fullframe body 2 Tamron 90mm macrolens f/2.8 3 Benro statief C2980F en Manfrotto balhoofd 496RC2 4 Lichtgewicht opvouwbaar wit parapluutje 5 Tuinmatje in gebruik als kniebeschermer. Voor harde ondergronden noodzakelijk om je knieën te beschermen. 6 Hoekzoeker, noodzakelijk vanwege lage standpunten en het ontbreken van een kantelbaar schermpje op mijn camera. 7 Wasknijpers. De grijze voor bijvoorbeeld het rangschikken van kleurige herfstblaadjes en de opvallend gekleurde om planten te markeren waar insecten op zitten. 8 Stokjes, dit zijn Japanse eetstokjes. Perfect om blaadjes of iets dergelijks tegen aan te laten leunen en zo mijn voor en achtergrond in te laten vullen 9 Led zaklampjes die kunnen worden bevestigd op flexibele ministatiefjes van JOBY. 10 Rond opvouwbaar reflectieschermpje om schaduwen op te helderen.

6

9

10 1 3

8

2

7

5

4

Mogen wij in jouw rugzak kijken? Kijk op www.natuurfotografie.nl/ lezersrubrieken

64


de RUGZAK van

Het witte parapluutje Mijn parapluutje en ik, ook weer zo’n bijzonder duo. Als ik namelijk ergens een broertje dood aan heb, is het aan opvallen. En reken maar dat mijn witte parapluutje opvalt in het groene veld. Toevallige voorbijgangers kunnen niet anders dan al van verre mijn parapluutje spotten en eenmaal dichterbij gekomen natuurlijk ook mij... Weg is de rust en de anonimiteit die ik eigenlijk zo ambieer. 2

Maar ook hier heiligt het doel de middelen, het parapluutje is bij zonnig weer namelijk onmisbaar. Direct zonlicht op mijn hoofdonderwerp zorgt voor lelijke contrasten en dito kleuren. Op het moment dat ik met het parapluutje mijn onderwerp in de schaduw plaats, verandert de hele foto, ten goede welteverstaan. De tinten en de kleuren worden zacht, precies zoals ik het wil. Mijn voorkeur gaat uit naar een wit, lichtdoorlatend parapluutje. Wit omdat ik geen kleurzweem wil toevoegen en lichtdoorlatend omdat ik zoveel mogelijk licht wil overhouden, dit is gunstig voor mijn ruis en sluitertijd. Verder moet het parapluutje natuurlijk lichtgewicht zijn, omdat het deel uitmaakt van mijn fotorugzak. Mocht het parapluutje door de wind niet blijven staan, dan zet ik mijn statief in als ‘steunpilaar’.

4

1

1 Mijn hoofdonderwerp, de orchidee, in de schaduw geplaatst met behulp van het parapluutje. 2 Een zelfde soort orchidee in de onscherpte in de achtergrond, ook in de schaduw. 3 Een zelfde soort orchidee in de onscherpte in de achtergrond, in de zon. Deze wordt lichter van tint doordat de zon erop schijnt. 4 Achtergrond in de onscherpte in de zon, dit kan gewoon gras of iets dergelijks zijn.

De witbalans van de camera laat ik meestal op zonnig staan (in ieder geval niet op automaat) en daardoor krijgt mijn hoofdonderwerp in de schaduw soms ook nog een extra blauwe tint. Dit gebeurt vaak vroeg in de ochtend of laat in de middag. De achtergrond daarentegen wordt extra warm van tint doordat deze door de zon wordt verlicht. Zo kan groen gras in de achtergrond een gele waas worden en een witte paardenbloempluis (als hoofdonderwerp) in de schaduw een blauwe gloed krijgen. Niet ‘natuurgetrouw’ misschien, maar wel precies zoals ik het mooi vind!

3

Kreta, orchidee (Anacamptis boryi).

4

1 3

1 De hoekzoeker, deze zorgt ervoor dat ik via een hoek door mijn zoeker kan kijken. 2 Mijn macrolens, de Tamron 90mm f/2.8. 3 Mijn hoofdonderwerp, de orchidee, in de schaduw geplaatst met het parapluutje. 4 Het parapluutje.

2

‘Misja at work’ in Nederland. 65


THEMA

REI ZEN Eindelijk zomer en dat betekent dat voor velen de lang verdiende vakantie eindelijk in zicht komt. Hoewel heerlijk komt daar altijd weer het duivelse dilemma om de hoek zetten: camera wel of niet mee? En als ‘ie meegaat, hoe hou ik de rest van mijn gezin of vrienden tevreden? Misschien ga je wel alleen op pad of heb je een speciale fotoreis geboekt. Hoe bereid je je dan het beste voor, zodat je met gewenste foto’s terug thuis komt?

66

IJsland. Foto: Laura Vink.


thema REIZEN

67


Myanmar.

DE VREDE BEWAREN Je bent op reis, de natuur is prachtig. Hier kun je jezelf volop uitleven met fotograferen. ­Alleen… je bent niet alleen op reis. Hoe vind je de balans tussen het maken van de gewenste foto’s en de wensen van je - misschien wel ongeduldige - reisgezelschap?

Laura Vink – www.lauravinkfotografie.nl

Na iedere reis zegt er wel iemand tegen me: “Zeg Laura, mag ik niet een keertje met jou mee? Ik draag je cameratas wel. En je statief!”. Ik moet er altijd een beetje om grinniken, ik denk dat het ze behoorlijk zou tegenvallen. Niet omdat we niet naar een toffe bestemming gaan, maar omdat ik op reis wel erg fanatiek ben als het gaat om fotograferen! Er zijn ook maar een paar mensen die op reis met mijn fotografiegekte kunnen omgaan, waaronder (gelukkig!) mijn vriend Rabin en beste vriendin Veronie. Ze staan met me mee op voor een zonsopkomst, zijn geduldig als ik wacht op het perfecte licht en gaan mee op een lange trektocht door de heuvels of de jungle. 68

Natuurlijk hoeft je reisgezelschap echt niet altijd met jou mee op pad. Misschien heb je overdag een mooie locatie gezien waar je ’s ochtends graag het landschap fotografeert tijdens het blauwe uurtje. Zet je wekker vroeg (in de zomer is dat vaak voor zessen), maar laat je partner of reismaatje lekker uitslapen. Spreek bijvoorbeeld af dat je elkaar om 9 uur weer bij het ontbijt ziet. Het mooiste licht is dan toch allang weer voorbij. Samen fotograferen Ben je overdag samen op pad, dan vraagt dat natuurlijk wat geduld van de ander. Het scheelt als hij of zij ook van fotografie houdt. Mijn beste ­vriendin sleept ook een camera mee en als we samen


thema REIZEN

f­otograferen voel ik me minder gehaast omdat zij ook aan het fotograferen is. Hoewel Rabin het opgegeven heeft om er een fotocamera bij te pakken, weet hij zich wel uitstekend te vermaken met de GoPro die ik hem een paar jaar geleden gaf. Terwijl ik de zonsondergang sta te fotograferen, maakt hij coole filmpjes of een timelapse. Het kan dus de moeite waard zijn om je reisgezelschap geïnteresseerd te krijgen in fotografie of video. Neem je reservecamera mee of leer hoe je c­ ompactcamera werkt. Communicatie Maar wat als de ander nou niets van beeld wil weten? Om irritaties of frustraties van je reis­ gezelschap te voorkomen, is communicatie het allerbelangrijkste. Vertel wat je van plan bent en vooral hoe lang je denkt dat het gaat duren. Zo kan je reisgezelschap eventueel een eigen plan trekken, bijvoorbeeld een boekje lezen of een terrasje pakken. Het is belangrijk dat je deze inschatting realistisch houdt. Denk je dat je een uurtje bezig bent om dat ene bloemetje perfect op de foto te zetten? Prima, geef dat dan aan. Maar zeg vooral niet “Nog vijf minuutjes schat, dan gaan we”, om daar vervolgens nog vijfenvijftig minuten aan vast te plakken. Uiteraard reageert iedereen daar anders op, maar mij zou je daar flink mee op de kast jagen. Erg gezellig is het daarna niet meer. Misschien kun je soms zelfs meer tijd vragen dan dat je echt nodig hebt. Dat geeft je onderhandelingsruimte, maar ook kun je onder het mom van under promise, over deliver zorgen dat je een half uur eerder terug bent. “Lieverd, heb je zin en tijd om een ijsje te halen?” Bedanken! Zie het geduld van je reisgezelschap niet als iets vanzelfsprekends. Je moet je er echt bewust van zijn dat ze zich voegen naar jouw ik-wil-graageen-toffe-foto-maken-gedrag. Of je dit nou doet tijdens een citytrip of in de natuur, laat zien dat je het waardeert. Bedank hen uiteraard voor het geduld, begrip of het dragen van de twee liter water die niet meer in jouw volle cameratas paste. Het klinkt misschien simpel, maar ik denk dat dit vaak vergeten wordt.

Sequoia National Park in de Verenigde Staten van Amerika.

Kwestie van geven en nemen Uiteraard is het ook een kwestie van geven en nemen. Als een groot deel van de vakantie of reis bepaald wordt door jouw fotografie, dan is het niet meer dan fair dat de anderen ook iets krijgen wat ze willen. Wil je vrouw graag een avondje naar het theater, terwijl jij daar niet zo van houdt? Ga dan toch en ga zonder te morren! Hetzelfde als je kinderen dolgraag naar dat waterpretpark willen of als je man graag die ­honkbalwedstrijd ziet. Een foto van jullie samen In Sequoia National Park in de Verenigde Staten staan de grootste bomen ter wereld. Terwijl we door het bos liepen, zag ik een mooie compositie. Ik vroeg Rabin om iets terug te lopen en voor de bomen te gaan staan. Juist doordat hij in beeld

staat, geeft dit de hoogte van de bomen weer. Ik noem dit daarom ook iemand ‘functioneel in beeld plaatsen’. Hetzelfde trucje kun je uithalen bij het fotograferen van een hoge waterval of bijzondere rotspartij. En het mooie is; het wordt nu echt een foto van jou en je reispartner samen. Door een foto te maken met en zonder iemand in de foto laat je goed zien wat de meerwaarde is van de ander in beeld. Een andere mogelijkheid is je fotografiewens te delen, zodat de ander je kan helpen en het een gezamenlijk project wordt. Tijdens een safari in Yala National Park in Sri Lanka wilde ik heel graag de kleine groene bijeneter fotograferen. Iedere tak waar Rabin het vogeltje nu zag, wees hij voor me aan. Met onze gezamenlijke inspanning zorgde dit voor een foto waar ik erg blij van werd. 69


IJsland: Leirhnjúkur

Kleine groene bijeneter.

Jij hoeft geen camera mee te nemen, dat doe ik al! Heeft je reisgezelschap wat moeite me je cameragedrag? Vertel ze dan vooral ook even de voordelen van het feit dat jij de mooiste foto’s maakt. Zij hoeven geen camera mee te zeulen, dat doe jij al voor ze! Zo ging ik begin dit jaar naar Zweeds Lapland samen met mijn familie. Ze zijn wel wat gewend van me en kijken niet meer gek op als ik met een volle cameratas aankom. Op een avond zagen we in de lobby van ons hotel een gids zich 70

klaarmaken voor een noorderlicht foto-excursie. Er stonden al acht statieven op een rij en de beste man was alle objectieven aan het poetsen. Gelukkig was het niet onze gids, wij gingen heel bewust mee met een ‘gewone’ excursie. De gedachte alleen al dat mijn ouders bij 25 graden onder nul in het donker moesten gaan klungelen met een statief of ISO-waardes, was simpelweg lachwekkend. Bij het zien van alle statieven zette mijn vader een grote glimlach op en bedankte me vast. Hij wist dat hij thuis zou komen met mooie foto’s en dat ik die wel zou maken. En inderdaad, die avond stonden mijn ouders en broer

volop te genieten van het noorderlicht, terwijl ik ondertussen (genietend!) de foto’s maakte. Word niet boos, gefrustreerd of chagrijnig als het niet lukt De grootste fout die je kunt maken op reis, is om je gemoedstoestand te laten bepalen door het wel of niet slagen van je foto’s. Geloof me, been there done that! Allereerst is het niet bepaald leuk voor je reisgezelschap als je boos, chagrijnig of gefrustreerd wordt als het niet gelukt is om een bepaald dier (goed)


thema REIZEN

IJsland: in de magmakamer van de Thrihnukagigur vulkaan.

op de foto te krijgen (‘die luipaard was veel te ver weg!’) of het weer niet was zoals je had gehoopt. Grote kans ook dat je reispartner hier niets aan kan doen of veranderen. Bovendien schiet je er zelf ook niets mee op! Realiseer dat je op reis soms een flinke portie geluk moet hebben. Thuis zit je misschien een hele dag in een vogelhut om die ene perfecte plaat te schieten. Dan is het niet realistisch om te verwachten dat je een award-winning foto maakt van die exotische vogel tijdens een hobbelige jeepsafari van twee-en-een-half uur. Ten slotte bestaat er een kans dat je nog jaren moet horen hoe boos je toen was. Zo plagen mijn ouders me nog steeds met mijn klagerige gedrag toen ik jaren geleden op de top van de ­Preikestolen in Noorwegen zo baalde van de dikke mist en ik geen gave foto van het uitzicht kon maken. Met een fotograaf op reis: de ultieme oplossing? Na het lezen van bovenstaande denk je wellicht dat het op pad gaan met een fotograaf die net zo

fanatiek is al jij misschien de beste oplossing is? Ja en nee. Vorig jaar juni gingen we met z’n vieren naar IJsland: Martijn, Lieske, Rabin en ik. Martijn Smeets is net zo’n fanatieke fotograaf als ik en samen overtuigden we onze liefdes om ons dag-nacht-ritme te verplaatsen. Het werd er ’s nachts toch niet donker! We fotografeerden meestal tot een uur of twee, drie (of vier) ’s nachts, waarna we naar een camping reden om ons tentje op te zetten. We sliepen vervolgens tot twaalf en na het ontbijt (of was het lunch?) gingen we weer op pad. Zo ontweken we niet alleen veel toeristen, maar pakten ’s nachts ook nog eens mooi licht mee. Natuurlijk had ik dit nooit voor elkaar gekregen als ik met niet-fotograferende vrienden op reis was. Toch is op pad gaan met een andere fotograaf niet altijd zo ideaal als het lijkt. Zo zou Martijn het liefst stoppen bij iedere waterval, zelfs als het water maar drie stenen omlaag valt, terwijl ik het na de vijftiende waterval zo onderhand wel gezien had.

Andersom wilde ik écht niet gaan slapen als er om half vier ’s ochtends nog prachtige kleuren in de lucht te zien waren, terwijl Martijn ook heel tevreden kan zijn met een stel donkere en dramatische wolken. Nog lastiger wordt het als je exact hetzelfde wilt fotograferen. Zoals bij dat ene mooie beekje, maar waar door de rotsen en het water er slechts één statief kan staan voor een goede compositie. Ook dan blijft het een kwestie van geven en nemen!

Nog meer inspiratie? Laura Vink schreef het boek Reisfotografie [­explore discover capture], het dikste ­Nederlandstalige boek over dit onderwerp.

71


10 hotspots n at u u r f o t o g r a f i e

WERELDWIJD Het is natuurlijk nauwelijks te doen: een top 10 van de beste natuurfotografiehotspots van de ­wereld te maken. We vroegen 10 natuurfotografen naar hun favoriete plekje. Waar val jij voor: dat ­spectaculaire landschap of die prachtige wilde dieren die zich zo goed laten zien? Vergeet niet dat er op de wereld nog veel meer te ontdekken valt, zelfs (letterlijk) in je achtertuin!

2 IJsland

8 Lofoten 4 Helgoland

1 Katmai Alaska

6 Opaalkust

9 Bayerischer Wald

7 Catalonië

3 Costa Rica

5 Zimanga

72

10 Japan


thema REIZEN 1 Katmai, Alaska – Bas Breetveld Een bruine beer die vlak achter je rug bescherming zoekt omdat hij om de beste visstek een conflict heeft met een stel grotere jongens. De grotere jongens willen vervolgens vlak voor je neus verhaal halen. Zonder je ook maar één moment onveilig te voelen naast de gids met lange baard, die geen spier vertrekt en het allemaal heel normaal vindt wat hier gebeurt. Dit kun je meemaken in Katmai! Katmai is een bijzonder ruig gebied dat grenst aan de monding van Cook Inlet, ruim 16.500 vierkante kilometer groot. De vele ­uitbarstingen van een zevental vulkanen hebben het gebied gevormd tot wat het nu is. Na een lange vliegreis via Detroit naar Anchorage en een flinke rit met de huurauto sta je daar dan in Homer om plaats te nemen in het watervliegtuig, een ‘de Havilland Beaver’ uit ’68. Alles is hier bijzonder: het landschap, het vervoer, de mensen en de dieren die er leven. Wij gingen er speciaal naartoe voor de bruine beren, ofwel ‘coastal brown bears’, ook wel grizzly’s genoemd. Al is deze naam bedoeld voor de beren die in het binnenland leven en iets kleiner blijven, omdat zij het zonder de eiwitrijke zalmen moeten doen. In Katmai kun je de zalmvissende beren van bijzonder dichtbij fotograferen en soms zit je er letterlijk tussen. De beste tijd om de beren vissend te fotograferen is gedurende één van de rijke zalmruns die eind juli hun piek beleven. Angst hebben voor de beren is niet nodig, ze leven in dit jaargetijde in overvloed en zijn gewend aan menselijk bezoek.

Grizzly met zalm; Bas Breetveld; Canon 1D II met 500mm; 1/3200s bij f/5; ISO 400, op een monopod.

Een zoomlens van 100-400mm is ideaal, je nooit weet op welke afstand ze vissen. Bereid je goed voor, verdiep je in het gedrag van de beren en hoe er veilig mee om te gaan. Zo krijg je wat meer vrijheid van de gidsen

en mag je jezelf wat meer laten leiden door je fotografische intuïtie. Sinds wij er waren is het aanbod van gidsen flink gegroeid. Verdiep je goed in welke het beste aansluit bij jouw wensen en welke locaties ze aandoen.

2 IJsland – Elise Ruijssenaars Het eiland ligt ten noordwesten van het Europese vasteland, net onder de poolcirkel en is ontstaan door vulkanische activiteit. Nog altijd groeit IJsland aan. Door de noordelijke ligging heb je in de zomer (juni t/m augustus) midzomernacht, terwijl je in de herfst en winter kans hebt op het magische noorderlicht. Het landschap is afwisselend en ruig. Gletsjers, vulkanen, bergen, geisers, meren, watervallen, alles wisselt elkaar in rap tempo af. Niet alleen het landschap is ruig, ook het weer kan ruig zijn. Van windstil met een zonnetje tot storm met regen, hagel of sneeuw. Wees niet verbaasd wanneer je tijdens een herfst- of winterreis ergens strandt, maar een echte straf is dat niet. Vik, gelegen aan de zuidkust, is vooral bekend vanwege Reynisdrangar, zwarte basaltzuilen die voor de kust liggen. Vik ligt ongeveer halverwege op de route van het vliegveld naar het bekende ijsmeer Jokulsarlon en wordt dus veel gebruikt om de reis op te breken. Fotografisch leent Vik zich goed voor seascapes, (intieme) landschappen, grafische beelden en zelfs vogels. Vanuit Vik kun je ook de watervallen Skogafoss en Seljalandsfoss bezoeken. Ook Dyrholaey is een locatie om zeker te bezoeken; genoeg te doen om je een week bezig te houden.

Vik in een sneeuwstorm, waardoor Reynisdrangar onzichtbaar was, maar er talloze structuren op het zwarte strand tevoorschijn kwamen; Elise Ruijssenaars; Nikon D800 met 55mm; 1/320s bij f/8; ISO 640. 73


3 Costa Rica – Ronald Krieger Costa Rica greep me gelijk al bij mijn eerste reis in 2011 door zijn grote diversiteit aan dieren en zijn landschappelijke natuurschoon. Hierna heb ik Costa Rica volledig omarmd en het nog een aantal keren bezocht. Een bergketen met daarin een aantal werkende vulkanen deelt het land in tweeën: De Pacific Ocean en de Caribische kant. Het land telt ruim 920 soorten gekleurde vogels. Naast vele soorten toekans, tanagers en trogons (waaronder de zeer populaire resplendent quetzal, waarvan het mannetje in de paartijd prachtige lange staartveren heeft.) en 50 soorten kolibries. De kolibries zijn voor mij uit veruit favoriet. Door hun snelheid blijft het een uitdaging om ze goed vliegend vast te leggen; iets waar ik zelf dagen mee bezig kan zijn. Het zijn soms net zoemende bijen, die elkaar constant lastig vallen rondom de lekkerste bloemen. Maar ook reptielen zoals slangen, varanen en vele soorten kikkers kom je met enige regelmaat tegen op dit relatief kleine tropische land. En vergeet ook de bijzondere zoogdieren, zoals brulapen, luiaards en de grote miereneter niet! Voor vlinderliefhebber is het land een walhalla, met zo’n 13500 soorten dag-en nacht vlinders.

Volcano Hummingbird, Ronald Krieger; Canon 1D X met 600mm; 1/1000s bij f/4.5; ISO 1000.

De kustlijn met zijn veelal witte stranden en palmbomen moet je zeker niet overslaan. In augustus kun je de grote lederschilpadden eieren zien leggen in Tortoguero. Aan de Pacific Ocean kant kun je eveneens schilpadden zien (rondom Ostional), maar

ook walvissen en dolfijnen spotten. Tortoquero, Corcovado NP en Monteverde zijn natuurgebieden met veel vogels en zoogdieren. Kortom: voor elk wat wils!

Tip: Costa Rica kent wel een regenseizoen waardoor er een zeer hoog vochtigheidsgehalte kan ontstaan en uit ervaring weet ik dat dat niet al te best is voor je camera! Wees dus voorbereid.

4 Helgoland, Duitsland – Loulou Beavers Helgoland is een klein Duits eiland, onder andere te bereiken met de veerboten vanaf Cuxhaven of Willemshaven. Het eiland is één van de beste locaties om jan-van-genten te fotograferen. De grote zeevogels broeden daar en zijn er van half april tot en met augustus/ september te vinden. Detailopnames van de kop, foto’s van het baltsgedrag en vliegbeelden kunnen hier goed gemaakt worden. Voor de fotograaf met een creatieve wens is Helgoland een waar fotografisch feestje. Met zacht licht is het erg mooi om highkey foto’s te maken, een techniek waarbij je flink overbelicht. Sierlijke vleugelbewegingen zijn juist weer goed zichtbaar bij het gebruik van langere sluitertijden. Experimenteer gerust eens met sluitertijden van 1/10 tot 1/45 seconde. Flitsen tijdens langere sluitertijden geeft weer een ander fotoresultaat: van geestachtige verschijningen tot foto’s waar de flits voor scherpte heeft gezorgd en waarbij de sierlijkheid van de vogel in vlucht ook weer zo mooi tot zijn recht komt. Kortom, een eiland waar je als fotograaf je hart kunt ophalen, of je nu gaat voor de vogels of meer creatieve aspiraties hebt! Tip: Ben je hier voor de eerste keer, dan kan de bedrijvigheid van de kolonie haast overweldigend zijn. Geniet ervan! Maak dan eerst de ‘heb-foto’s’ zodat je meer rust krijgt om ook te gaan experimenteren. 74

Jan-van-genten; Loulou Beavers; Nikon D800 met 400mm; 1/100s bij f/8; ISO 640.


thema REIZEN 5 Zimanga, Zuid-Afrika – Marijn Heuts In Afrika is er vooralsnog maar één plek waar je comfortabel op grondniveau en op slechts enkele meters afstand van iconische dieren foto’s kunt maken. Zimanga heeft een (groeiend) netwerk aan door Bence Máté ontworpen hutten van waaruit je neushoorns, olifanten, buffels, giraffen en allerlei vogels van heel dichtbij kunt fotograferen. In de ingenieuze overnight hides kun je zelfs ’s nachts doorgaan. Met wat geluk vertonen ook luipaarden, cheeta’s, wilde honden of leeuwen zich voor een slokje water aan de andere kant van het spiegelglas. Lukt dat niet, dan kun je ze tijdens een gamedrive wellicht fotograferen. Bij cheeta’s en wilde honden is het daarbij toegestaan de auto te verlaten en zittend of liggend de (wilde!) dieren te fotograferen. Ook de typische rode aarde van KwaZulu-Natal is fotografisch interessant. Olifanten en (preventief onthoornde) neushoorns die een zandbad nemen krijgen een prachtig oranjerode tint. De begroeiing is weelderig en dicht, dat maakt het lastig om cleane beelden van de dieren te maken. Benut de vegetatie daarom in je voordeel en gebruik deze als omlijsting, of betrek de karakteristieke kromme bomen in je foto. Een 100-400mm objectief is ideaal. In de hutten heb je ook een groothoeklens nodig.

6 Opaalkust – Johan van de Watering De Opaalkust is de gehele Noord-Franse kuststrook, van Duinkerke tot Berck. Fotografisch gezien is echter vooral het deel tussen Sangatte en Wimereux het meest interessant en ieder jaargetijde heeft hierbij zijn charmes. Dit deel van de kust kenmerkt zich door een grote variatie aan landschappen. In het bovenste deel van de kuststrook (tussen Sangatte en Wissant) vind je prachtige brede zandstranden. Bij lager water zijn hier mooie zandstructuren te fotograferen, maar bij hoog water

Buffels, Marijn Heuts; Canon 5D Mark III 24-70mm @24mm; 1/80s bij f/2.8; ISO 1600.

In Zimanga kun je het hele jaar terecht, van november tot en met maart is het er echter erg heet en vochtig. Tevens dragen alle bomen dan blad en is het moeilijk om de dieren te zien. Bovendien zijn de

dieren vanwege de regenval niet gebonden aan de drinkpoelen bij de hutten. Voor vogelaars is het wel een geweldige periode. Wildlifefotografen kunnen beter boeken van april tot en met oktober.

zijn bijvoorbeeld de grote witte stenen onderaan de krijtrotsen van Cap Blanc-Nez prima te gebruiken als voorgrond in je foto.

is hier onmisbaar. Verder zuidelijk is de kust bij Audresselles en Ambleteuse perfect voor avondfotografie. Veel variatie in rotsen op het strand, poeltjes waarin mooie reflecties zichtbaar zijn, ribbels op strand, etc. Bij iedere waterhoogte is er weer een ander deel van het strand bruikbaar!

Vanaf Cap Gris-Nez wordt de kust een stuk ruiger en kun je heerlijk ‘spelen’ met langgerekte rotsen die een mooie dieptewerking creëren in je foto’s. Dit is ook de ideale locatie bij zonsopkomst omdat je hier naar het oosten toe de zon op kunt zien komen. Bij Le Châtelet staan de bekende mosselpalen die (met laag water) mooi gefotografeerd kunnen worden met lange sluitertijden. Let hier (maar sowieso langs de hele kust) wél goed op de snelheid van het opkomende water en laat je niet insluiten! Een goede app voor de waterstanden

Naast landschapsfotografie zijn hier langs de gehele Opaalkust ook genoeg mogelijkheden voor abstracte, macro- en vogelfotografie! Daarbij zijn er op verschillende locaties vlak achter de kustlijn in april/mei veel koolzaadvelden en in combinatie met het hoogteverschil en de glooiende hellingen liggen hier prachtige fotokansen!

Johan van de Watering. Canon 6D met 16-35mm @ 16mm; 1/125s bij f/11; ISO 320.

Johan van de Watering; Canon 6D met 16-35mm @16mm; 1/125s bij f/11; ISO 320. 75


7 Catalonië, Spaanse Pyreneën Arno ten Hoeve Catalonië is de laatste tijd vaak in het nieuws. Hoort dat mooie stukje land ten zuidoosten van Frankrijk nou bij Spanje of is het de onafhankelijke Catalaanse Republiek? De tijd zal het leren. Voor de natuur en de vogels in het gebied maakt het niet uit, het is een prachtig, ruig gebied. Zodra je Barcelona achter je laat en richting het noorden rijdt, zie je de toppen van de Pyreneeën al aan de horizon verschijnen. De landbouwgronden waar je doorheen rijdt zijn een eldorado voor akkervogels. Ik heb mij eind maart een week prima vermaakt in de driehoek Solsona - Tremp - Montgai. Het hoofddoel van de reis waren vier soorten gieren, met als holy grail de lammergier. In het bergachtige gebied komen enorme aantallen gieren voor. Vooral de vale gier zie je er veel. Hoog in de lucht cirkelende groepen zijn eenvoudig te ontdekken. Vliegbeelden zijn geen probleem. Voor gieren aan de grond moet je net geluk hebben dat er ergens een karkas ligt. Je rijdt er niet even naartoe en komt thuis met prachtige gierenfoto’s. Er zijn in het gebied aanbieders van fotografiehutten. Op internet is genoeg informatie te vinden. De akkergebieden in de laaglanden zijn ook zeker de moeite waard. Rond Montgai op de bonnefooi ergens de weg af een landweggetje inrijden levert grauwe gors, hop, bijeneter, kuifkoekoek, kleine torenvalk, steenuil en met geluk kleine trap op, om maar wat te noemen.

Lammergier; Arno ten Hoeve; Olympus E-M1 mark II met 100-400mm @ 161mm (effectief 322mm); 1/800s bij f/5; ISO 640.

Ook voor landschapsfotografen zijn er meer dan genoeg mogelijkheden. De mooiste tijd is het voorjaar (april-mei) wanneer alles

bloeit en de vogels zingen. Vergeet niet dat het voorjaar daar iets eerder begint dan in ons land.

8 Lofoten – Johan van der Wielen Wanneer de winter in Nederland het weer eens laat afweten, reizen jaarlijks vele fotografen af naar het hoge Noorden voor winterse avonturen en hopelijk noorderlicht. Lofoten, een eilandengroep boven de poolcirkel, strekt zich uit in de Atlantische oceaan. Via bruggen en tunnels onder de zeebodem zijn alle eilanden over de Konings Olav weg bereikbaar. Hoewel ieder eiland zijn eigen karakteristieken heeft, ademen ze gezamenlijk een sfeer uit die je nergens in Noorwegen kunt vinden: bergen met scherpe hoge pieken, bedekt met pakken vol sneeuw, zo oprijzend uit zee. En juist die combinatie van zee en bergen, rotskusten met beukende golven met daarachter de dolomietenachtige punten, geven dit landschap zijn vorm en sfeer. Voor landschapsfotografen ligt er achter iedere bocht, onder iedere berg en bij ieder vissersdorpje een zee (aan mogelijkheden). Zeker ook omdat het licht in het begin van het jaar zacht is met intense kleuring van zonsop- en ondergangen. Gaat de zon eenmaal onder dan komt een tweede wonder tot volle glorie. Lofoten is één van de beste plekken voor het noorderlicht, omdat het perfect onder de auroraband doordraait gedurende de nacht. Er zijn vele bekende plekken waar je niet alleen het indrukwekkende dansen van lady Aurora vast kunt leggen, maar ook de combinatie kunt maken met een sereen of juist bombastisch landschap. Bekende plekken zijn Skagsanden, Haukland, Utakleiv, Umstand en Eggum, allen met perfect vrij uitzicht op het noorden en met wisselende landschappen om de combinatie te kunnen maken tussen voorgrond en groene slierten. 76

Noorderlicht in een spectaculair landschap, zorg voor een combinatie van beide voor het èchte Lofoten beeld; Johan van der Wielen; Canon 5D IV met 12mm; 4s bij f/2.8; ISO 3200. Als je die kant op gaat, zorg dan dat je je goed heb ingelezen in de locaties, maar misschien meer nog in de zeer turbulente weerverwachting. Staar je niet blind op alle ‘Kp’ verwachtingen (waarmee de

potentiële intensiteit van het poollicht wordt aangeduid), want op Lofoten zit je zó goed… dat je bijna iedere nacht mooi noorderlicht kunt zien.


thema REIZEN 9 Bayerischer Wald – Bob Luijks Nationalpark Bayerischer Wald is het oudste nationale park van Duitsland en meet een oppervlakte van maar liefst 24.250 hectare. Het is een bergachtig gebied, de hoogste top bevindt zich op 1453 meter hoogte. Grote delen bestaan uit uitgestrekte sparrenbossen. Stormen en vraatzuchtige kevers maakten een definitief einde aan commerciële dromen waardoor de natuur het nu zelf voor het zeggen heeft. Met zijn grote afmetingen en veel lastig te bereiken locaties is het gebied rijk aan veel spectaculaire diersoorten zoals auerhoen, lynx, oehoe, wilde kat, wolf en zwarte ooievaar. Uiteraard kom je die dieren niet zomaar tegen. Om bezoekers kennis te laten maken met de flora en fauna van het gebied, zijn de meeste soorten ondergebracht rond het Nationalparkzentrum Lusen nabij Neuschönau. Het Tier-Freigelände (250 hectare) bij dat bezoekerscentrum is een begrip: het grootste deel van de (wereldwijde!) wolvenfoto’s komt hier vandaan. Bij de inrichting van dit wildpark is perfect gebruik gemaakt van het reliëf waardoor je zelden last hebt van de aanwezige hekken. In de winter valt hier meestal behoorlijk wat sneeuw. De herfst biedt kleurrijke beuken die in de lente juist weer zorgen voor een frisgroene tint. Zorg dat je op de hoogte bent van de voedertijden, de dieren zijn dan lekker actief en tonen hun natuurlijke gedrag. Hoe mooi het wildpark ook is, vergeet zeker de rest van het gebied met de hoge toppen, mysterieuze bossen en bruisende bergbeken niet te bezoeken.

Wolf tijdens zware sneeuwval in februari; Bob Luijks; Canon 5D III met 500mm; 1/1000s bij f/5; ISO 1600.

10 Japan, Hokkaido – Jan Vermeer Bij het horen van de naam Japan denk je in de eerste instantie aan techniek. Producten uit Japan kom je wereldwijd tegen, zoals de meeste van onze camera’s! Onder natuurfotografen is Hokkaido de laatste jaren bekend als dé hotspot voor een paar bijzondere vogelsoorten, zoals wilde zwanen, Japanse kraanvogels, zeearenden en de majestueuze Stellers zeearend. Februari is de beste tijd is voor een bezoek. De temperatuur is laag en kans op sneeuw en vorst in de ochtenden groot. Dieren in de sneeuw wil iedere fotograaf. De laatste jaren is dat hier ook duidelijk merkbaar. Op sommige dagen is het druk, heel erg druk, wat geen belemmering is om goede foto’s te maken. Alle soorten zijn van zeer dichtbij te benaderen. Een ander fenomeen zijn de honderden wilde zwanen in Lake Kussharo. Vroeg op pad betekent profiteren van het mooie licht en de hordes Japanners voor zijn. Wanneer de zon boven de horizon kruipt worden de zwanen actiever. Het meer is voor het grootste deel bevroren, de zwanen maken daar dankbaar gebruik van tijdens de landing. Langs de rand van het meer is de bodem opvallend warm. Een belangrijk doel tijdens een bezoek aan Hokkaido zijn de Stellers zeearenden. De arenden komen af op de soms overboord gegooide visresten. Door het teruglopen van visopbrengsten zijn enkele vissers begonnen met Stellers zeearendexcursies. Met een kleine viskotter is het mogelijk dichtbij de ijsschotsen te komen.

Stellers en gewone zeearenden; Jan Vermeer; Sony 7R met 70-200mm @ 70mm; 1/4s bij f/8; ISO 800. 77


natuurfotografie

OP REIS Je kent je ‘local patch’ door en door en maakt er de mooiste foto’s van zonsopkomsten in fraaie ochtendnevel. Maar op de juiste plaats, op het juiste tijdstip in ‘den ­vreemde’, hoe doe je dat? Natuurfotografie in een omgeving waar je nog nooit eerder bent ­geweest, zoals dat kan gebeuren tijdens een opdracht voor een reistijdschrift, wat komt daar eigenlijk bij kijken? Reisfotograaf Martin van Lokven neemt je aan de hand van enkele voorbeelden mee op reis en toont zijn voorbereidingen.

Martin van Lokven – www.martinvanlokven.com

Tanzania De insteek bij een opdracht in Tanzania was het fotograferen van ‘Savage Paradise’, van één van mijn helden: Hugo van Lawick (beroemd fotograaf en filmer en ex-echtgenoot van Jane Goodall). Dertig jaar lang had hij zijn tentenkamp in Ndutu, de ‘Secret Serengeti’. Een gebied in de Ngorongoro Conservation Area, ingeklemd in een scherpe hoek in het zuidelijk deel van de Serengeti. Waar hij en zijn filmers bekende films als ‘The Leopard Son’, ‘Serengeti Symphony’ en ‘Savage Paradise’ hebben 78

gemaakt. Waar ook Masai wonen en hun vee hoeden. Zelf kom ik al 20 jaar in de Serengeti, de laatste 12 jaar vooral in Ndutu. Van januari tot in mei vindt hier de grote trek van gnoes, zebra’s en diverse soorten antilopen plaats, de regen en het malse groene gras achterna. Op de vlaktes rondom Ndutu worden de kalfjes geboren en verwelkomd door leeuwen, cheeta’s, luipaarden, hyena’s en jakhalzen. Het voorstel voor deze opdracht (Savage Paradise in tekst en foto’s in beeld brengen) heb ik zelf geschreven en ingediend bij NG Traveler.

Sri Lanka In Sri Lanka was ik nog nooit geweest. Het voorstel voor een publicatie kwam van een operator uit Sri Lanka die zijn natuurreizen wilde promoten via een Nederlandse touroperator. Met de gathering van Aziatische olifanten, wel 250-300 dieren in Minneriya National Park in augustus en september. En met Yala, het nationale park met de hoogste dichtheid luipaarden ter wereld, waarop ik wederom NG Traveler heb benaderd.


thema REIZEN

Nikon D3 met 150-600mm; 1/160s bij f/8; ISO 400.

Ervaring, techniek en een blauwe leeuw Natuurfotografie op reis is één van de moeilijkste soorten fotografie. Je werkt op locaties waar je nog nooit bent geweest en waarover met veel en gevarieerd beeld een verhaal moet worden verteld. Natuurlijk kun je jezelf voorbereiden en zelfs vooraf al foto’s bedenken, maar natuurfotografie op reis is juist ook het onverwachte kunnen vastleggen. Kennis van zaken, ervaring en techniek zijn onontbeerlijk. Voor natuur- en wildlifefotografen is het nog eens extra moeilijk omdat je kennis van je onderwerp moet hebben, van habitat en gedrag. Zo kwam ik eens vlak voor zonsopkomst bij een zebra kill aan. Vrijwel alle leeuwen – inclusief acht welpjes met mama – liepen net weg. Terwijl andere jeeps achter die leeuwen aan gingen, bleef ik bij een jong mannetje dat alleen bij het karkas achterbleef en werd beloond met een jonge ‘lion king’ in het licht van de opkomende zon. Soms vereist een situatie een ‘trucje’. Bij een etende leeuw in supersaai licht besloot ik te kiezen

Nikon D3 met 500mm + 1.4 x; 1/25s bij f/11; ISO 6400.

voor onderbelichting, een lange sluitertijd en witbalans op gloeilamp, hetgeen een bewogen blauwe leeuw opleverde. Dat bedenk je niet van tevoren, maar door veel te lezen over fotografie, veel te fotograferen en veel te proberen, kun je wel beter beslagen ten ijs komen!

niet de beste. Bij een kort bezoek aan een nabije lodge bleek deze groene basilisken, groene leguanen, pijlgifkikkers en roodoogboomkikkers in de tuin te hebben. Gewend aan mensen en goed te fotograferen, waarmee dit dus ook de accommodatie voor de fotoreis werd.

Juiste plaats, juiste tijd Doe ook research naar de locatie en de beste reistijd! Vrijwel iedereen wil in Tanzania naar de Serengeti en Ngorongoro en liefst grote aantallen gnoes zien. Die vind je in de periode januari tot medio mei, normaliter in het zuidelijk deel van de Serengeti en in de Ngorongoro Conservation Area, net ten zuiden van de Serengeti. In Sri Lanka is het beste park voor luipaarden Yala. Let op: vanaf 1 september tot medio oktober is de beste zone in Yala gesloten.

Juiste plaats, verkeerde – of beter: te weinig – tijd Voor een opdracht in Zuid-Afrika kreeg ik pas in het vliegtuig van de redacteur te horen dat we, naast de eerder besproken reportage, ook een reportage in Addo Elephant National Park zouden gaan maken, met slechts één ochtend voor fotografie. Toeristen vertelden ons later over 120 olifanten, ‘s middags bij de drinkplaats. Wij verlieten het park al voor het middaguur met slechts één matig geslaagde foto van een auto met één olifant. Wat een fiasco!

Juiste plaats, juiste accommodatie Zoek de juiste accommodatie, liefst al voor vertrek. Zo bleek bij een verkenningsreis voor een fotoreis naar Costa Rica de eerst gekozen accommodatie

Voor Tanzania fotografeerde ik op twee locaties en had tien nachten geregeld. Normaliter voldoende tijd om gnoes te treffen, want het zal toch wel een 79


Nikon D3 met 500mm + 1.4 x; 1/16000s bij f/5.6; ISO 400.

Nikon D3 met 500mm; 1/200s bij f/13; ISO 1600.

keer regenen in die tijd, in maart? Nee dus. Het is mij slechts één keer overkomen dat er geen gnoes te zien waren bij Ndutu, dit heb ik toen opgelost door ze op te zoeken in de Serengeti en daar de missende foto’s te schieten. Een goede gids is goud waard Een goede gids maakt vaak het verschil tussen geen foto of een mooie plaat. Daarnaast is een goede samenwerking onontbeerlijk, zoals ik in Tanzania ondervond. Op de terugweg kwamen mijn gids Salvatory en ik in prachtig licht een leeuwenman tegen, op het juiste moment en op de juiste afstand stilstaand om de omgeving in zich op te nemen; puur geluk. De leeuw liep vervolgens door en de andere 80

Nikon D2X met 105mm; 1/250s bij f/11; ISO 400.

jeeps arriveerden inmiddels ook. De stofwolk die zij achterlieten zorgde in het tegenlicht van de ondergaande zon voor het decor voor een prachtplaat. “Martin, moet ik er achteraan?” Nee dus, stoppen! Ik had de leeuw prachtig in beeld, maar van ons weglopend. Salvatory liet vervolgens met zijn beste imitatie van een brullende leeuw het mannetje omkijken. Bingo! Bedankt Salva! In het verleden heb ik ook wel met onervaren gidsen gewerkt, die bijvoorbeeld verdwaalden of in een jeep zonder radio vast kwamen te staan. Voor een opdracht wil je met kundige mensen samenwerken, dus regel de beste gidsen die je kunt krijgen! Gebruik hiervoor je netwerk en werk samen met de beste touroperators, zowel ter plaatse als in Nederland.

Overigens zijn het niet alleen gidsen die je kunnen helpen. Laat bij accommodaties ook weten dat je voor fotografie komt. In Ndutu weten ze in no time een kameleon te vinden; altijd handig voor een foto. Gevaarlijke dieren Ook in het noorden van Costa Rica wisten ze waar ik voor kwam. Twee tuinmannen van een lodge kwamen daar met een in de tuin gevonden Ferde-Lance naar mij toe. Een levensgevaarlijke slang, dus wel handig dat deze tijdens het fotograferen door wat extra ogen in de gaten werd gehouden! Slangen zijn sowieso een reëel gevaar in de tropen, dus kijk goed uit waar je loopt, vooral in schemer en donker.


thema REIZEN

In Tanzania is voorzichtigheid rondom de lodge geboden, je mag er niet voorbij de waarschuwingsborden. Rondom de lodge staan geen hekken en leeuwen, olifanten en ander wild lopen er ‘s nachts vrij rond. In 2017 werd dicht bij de lodge een ervaren gids gedood door een olifant. Overigens is het fotograferen van dieren als leeuwen en tijgers niet zo gevaarlijk als het lijkt, dat doe je namelijk vanuit een auto. Het grootste gevaar komt niet van dieren, maar van ongelukken, verkeer en valpartijen.

Mens in beeld Uiteindelijk ga je naar huis met hopelijk veel mooi beeld, want een opdrachtgever wil een ruime, gevarieerde selectie om uit te kunnen kiezen. Niet enkel mooie natuurfoto’s; fotografeer ook de accommodaties, een bijzonder gerecht of drankje of bijzondere gebouwen. Ook niet te vergeten: natuur mét mensen. Voor de opdracht in Sri Lanka is bijvoorbeeld een foto gebruikt van toeristen die vanuit hun

jeeps olifanten bekijken, niet één van de fraaie sparrende olifanten. Voor Tanzania zijn foto’s gebruikt van Masai met zebra’s en van mensen bij het kampvuur. Vergeet dus de mens in je verhaal niet! Dit artikel geeft inzicht in een aantal persoonlijke ervaringen. Elke reis is natuurlijk weer anders en vraagt om andere voorbereidingen. Lees je goed in of stel vragen bij collega-fotografen of touroperators. Goeie reis!

Vervoer ter plekke Als fotograaf -professioneel of serieus amateur- is het reizen als rugzaktoerist wel voorbij, daarvoor heb je tegenwoordig te veel apparatuur bij je. Voor de meeste opdrachten in het buitenland rijd ik (ook) zelf. Ook in Costa Rica en Zuid-Afrika. In Tanzania is dit niet echt een optie en maak je gebruik van een lokale safari aanbieder. In Sri Lanka kun je zelf rijden, maar je laten rijden is fijner! Cultuur en taal Vergeet je bij je voorbereiding ook niet te verdiepen in de cultuur en de taal. Zo wordt de bij ons zo algemene korte broek echt niet overal gewaardeerd. Houd er ook rekening mee dat niet iedereen de Engelse taal beheerst. In Tanzania red je het wel met Engels, maar een taalgids Swahili is wel fijn voor begroetingen en beleefdheden. In Sri Lanka spreken ze ook Engels, maar in Latijns-Amerika -bijvoorbeeld Costa Rica- is een beetje kennis van de Spaanse taal wel nuttig.

Nikon D800E met 100mm; 1/20s bij f/20; ISO 160.

Apparatuur Of grote, zware fototassen een probleem vormen hangt af van de luchtvaartmaatschappij. Loop je tegen problemen aan, bijvoorbeeld bij ­binnenlandse vluchten, blijf dan vooral respectvol. Geef bijvoorbeeld netjes aan dat je voor een opdracht op reis bent en dat de fototas echt niet in het ruim mag. Let uiteraard altijd op je spullen. Kies voor vertrouwde accommodaties en laat je apparatuur daar als je uit eten gaat. Neem twee camera’s mee en vergeet ook je flitser, grijsverloopfilters, extra accu’s en extra opladers niet. TIP: reis je met iemand anders, laat de fototas even achter bij die ander en check dan om beurten in. Na inchecken heb ik nooit problemen gehad met een te zware tas.

Nikon D3 met 500mm; 1/320s bij f/8; ISO 400. 81


In ieder nummer sturen we je op pad met een gerichte opdracht. Maak jij de beste, meest originele foto, dan win je niet alleen een publicatie in ­Natuurfotografie Magazine, maar maak je ook kans op prachtige prijzen!

Photo Challenge thema LENTEBODES In de lente ontwaken de meeste natuurfotografen, net als de natuur zelf. We stuurden jullie op pad om het ultieme lentegevoel te fotograferen. En dat hebben we geweten! Dat je de lente op veel manieren kunt beleven, zie je in de variatie in de winnende foto’s.

1e prijs Jan van Gent, Helgoland, Stefan Timmermans. Exif onbekend.

82

Lensbaby Burnside 35 ter waarde van € 549,beschikbaar gesteld door Transcontinenta.


Photo Challenge LENTEBODES

2e prijs Oranjetipjes, David van ‘t Hof. Canon 5D III met 600mm; 1/2500s bij f/6.3; ISO 1250.

Alu-dibond print van 60 x 40 cm ter waarde van € 50,00, beschikbaar gesteld door CEWE.

3e prijs Wilgenkatjes in meervoudige belichting, Nel Talen. Canon 5D III met 300mm; 1/160s bij f/5.6; ISO 200.

Het boek ‘Fotogeniek Vlaanderen’ ter waarde van € 32,95, beschikbaar gesteld door PiXFACTORY.

83


Photo Challenge LENTEBODES

NIEUWE Photo Challenge:

OGEN

Onze nieuwe Photo Challenge heeft alles met ogen te maken, niet de ogen van jezelf, maar ogen die in de natuur te vinden zijn.

Eervolle vermelding Sneeuwklokje, Wouter van de Weerd. Canon 5D III met 100mm; 1/80s bij f/2.8; ISO 400.

Leef je uit op de nieuwsgierige ogen van vogels, de altijd alerte ogen van zoogdieren of de ogen van amfibieën waar je als fotograaf in kunt verdrinken. Maar wie als natuurfotograaf zijn ogen goed de kost geeft, ontdekt dat de natuur nog veel meer ogen te bieden heeft. Wat te denken van het magisch blauwe oog van de dagpauwoog, de fascinerende facetten van insectenogen, de altijd mysterieuze ogen op populierenstammen of... Verras ons met de mooiste ogenfoto’s en win!

1e prijs Bushnell 10x42 Legend M ter waarde van € 599,beschikbaar gesteld door Transcontinenta.

2e prijs Alu-dibond print van 60 x 40 cm ter waarde van € 50,beschikbaar gesteld door CEWE.

3e prijs Een boek naar keuze uit onze webshop beschikbaar gesteld door PiXFACTORYbeschikbaar gesteld door PiXFACTORY.

Eervolle vermelding Haft, Milsbeek, Jacqueline Gerhardt. Canon 80D met 100mm; 1/640s bij f/3.5; ISO 320.

84

De deadline is 15 juli. Kijk voor de voorwaarden en deelname op: www.natuurfotografie.nl/ photo-challenge-lentebodes


mijn FOTO

Canon 5D IV met 70-200mm @ 200mm; 1/250s bij f/4; ISO 1000.

Onverwachte ontmoeting Vlinders fotograferen is nog niet zo eenvoudig. Wil je het goed doen, dan vraagt dat heel wat voorbereiding. Dat blijkt wel uit de rubriek ‘Hoe dan’ die ik net gelezen had. Het is altijd een uitdaging om zo’n fladderend beestje vast te leggen. Maar soms heb je geluk en sta je oog in oog met een, voor mij, bijzondere vlinder op een plek waar je hem niet verwacht. In het bezoekerscentrum Nationaal Park Schiermonnikoog zat een Sint Jacobsvlinder die een poging deed om door het glas naar buiten te vliegen. De rupsen had ik wel eens gezien en gefotografeerd, de vlinder was ik nog nooit ­tegengekomen. Het was op die uitzonderlijk warme lentedag in april. Zelfs op Schiermonnikoog was het ruim 26 graden. Je zag het eiland met de dag groener

worden. Ik ben vooral landschapsfotograaf; vogels, vlinders en bloemen zijn bijvangst. Het was mijn eerste vakantie op Schier en vooraf had ik me goed ingelezen. Ik was van plan om de grote variëteit aan landschapstypen die je op dit kleine eiland vindt in beeld te brengen. Maar mooi licht is essentieel voor een landschapsfoto en daar ontbrak het deze zomerse aprilweek aan. Zelfs vlak nadat de zon als een prachtige oranje bol opkwam was het al te heiig. Mijn besluit om de laatste middag op het eiland, na een lange wandeling over het Waterstaatspad en terug langs de zee, nog eens naar het bezoekerscentrum te gaan bleek een gouden greep. Ik was de enige bezoeker en kon er in alle rust rondkijken om nog meer te weten te komen

over de natuur en cultuur van Schiermonnikoog. De vlinder was geen onderdeel van de expositie, maar er bij toeval verzeild geraakt. Gelukkig had ik, ondanks het weinig fotogenieke weer, mijn camera bij me. Want je weet maar nooit.

Marijke van Eijkeren

Jouw ‘mijn foto’ in het volgende Natuurfotografie Magazine? Check www.natuurfotografie.nl/ lezersrubrieken 85


review: Laowa 25mm f/2.8 2.5-5x Ultra Macro

Een nieuwe wereld opent zich

Een zebraspin meet slechts 5 millimeter en komt in ieder huis of tuin voor. Met een vergrotingsfactor van 5x leg je de prachtige ogen vast (f/4).

De objectieven van Laowa zijn eigenzinnig en maken het onmogelijke mogelijk. Zo verscheen enkele jaren geleden al de bijzondere 15mm macro-groothoek (zie Natuurfoto M ­ agazine editie 25). De nieuwste telg belooft ook weer veel spektakel, namelijk een vergrotingsfactor van 2,5 tot maar liefst 5x. Tijd voor een test tussen de voorjaarsbloemen. Bob Luijks - www.natuurportret.nl

Kennismaking Het objectief voelt bij het uit de doos halen direct vertrouwd. Net als de andere Laowa-objectieven heb je, dankzij de aluminium behuizing, meteen iets degelijks in de hand. Wat ook onveranderd is: alles aan het objectief werkt manueel, van het scherpstellen tot het instellen van de juiste diafragmawaarde. Verder ziet het objectief er wat iel uit. Zeker in de uitgeschoven toestand, de maximale vergrotingsfactor, is het een spichtige verschijning. Focussen Het objectief heeft twee ringen. Met de voorste (vanaf de lens gezien) stel je het diafragma in, variërend van f/2.8 tot f/16. Dit kun je traploos 86

doen, al klikt ‘ie op 6 vaste waarden vast, zodat je in dergelijke gevallen exact weet met welke waarde je werkt. Met de andere ring bepaal je de vergrotingsfactor, die je eveneens traploos in kunt stellen van 2,5 tot 5x vergrotingsfactor. Een markering op het objectief laat zien met welke vergrotingswaarde je op dat moment ongeveer werkt. Een scherpstelring ontbreekt. Afhankelijk van de vergrotingsfactor heeft het objectief dus een vast punt waarop het beeld scherp is. Het focussen gebeurt dan ook door de camera voor- of achterwaarts te bewegen. Dit scherpstellen komt zeer nauw, aangezien de scherptediepte uiterst beperkt is

(maximale scherptediepte 2,5x bij f/16 is 0,514 mm!). Om dit efficiënt en nauwkeurig te doen maak je het beste gebruik van een speciale macro slider, ook wel focusing rail of instelslede genoemd. Een dergelijke slider plaats je op je statiefkop. Met een speciale schroefknop verplaats je de camera vervolgens in tienden van millimeters naar voren of achteren. De beperkte scherptediepte zorgt voor veel sfeer en abstractie. Wil je een haarscherpe foto met een scherptediepte van meerdere millimeters creëren, dan biedt focus stacking de enige oplossing. Ook hier komt de macro slider weer van pas. Voor een tamelijk vlak onderwerp volstaan 4 tot 6 foto’s bij een diafragma van f/8. Grotere, driedimensionale onderwerpen vragen om vele, soms tientallen foto’s.


review OBJECTIEF TIP gebruik een afstandsbediening en e­ ventueel ‘spiegel opklappen’ om iedere ­beweging of minieme verplaatsing van je camera te voorkomen.

Licht en weer Door de extreme vergrotingsfactor wordt ook iedere beweging sterk uitvergroot, je onderwerp mag dus niet te veel bewegen. Windkracht 3 blijkt een beetje de grens te zijn voor een enkele foto, daarboven wordt je geduld aardig op de proef gesteld (je moet dan echt toeslaan op de kalme momenten tussen de windvlagen door). Uiteraard kun je een plekje uit de wind zoeken of neem je zelf maatregelen om de invloed van de wind te beperken. Bij focus stacking mag er absoluut geen wind zijn. Hoewel lichtsterk, neemt de sluitertijd snel toe met de vergrotingsfactor en het knijpen van het diafragma. Zonder hulplicht lopen de sluitertijden onder normaal daglicht op tot waarden tussen de

Bloem van de maagdenpalm, vergrotingsfactor 2,5x, f/5.6.

Inzoomen op de kleinste details binnen de bloem van de ­maagdenpalm, vergrotingsfactor 5x, f/5.6.

1/10 en 1 seconde. Dit onderstreept het belang van rustige weersomstandigheden. Tevens maakt dit ook duidelijk dat je met dit objectief geen beweeglijke insecten vastlegt. Dit alles geldt nog meer bij focus stacking! Wil je insecten in al hun detail vastleggen, dan doe je dit met weinig beweeglijke exemplaren op een koude ochtend of maak je gebruik van dode diertjes.

onderwerp zich altijd 4 tot 4,5 centimeter van de lens bevindt kan (flits)licht prima doordringen tot je onderwerp.

Hulplicht, bijvoorbeeld een flitser of zaklamp, verruimt je mogelijkheden aanzienlijk. Omdat het

Beeldkwaliteit De beeldkwaliteit is reeds vanaf een open diafragma prima. De foto’s tonen geen opvallende chromatische aberratie, vignettering of andere onvolkomenheden. Naarmate de vergrotingsfactor toeneemt worden de beelden iets softer bij de hogere diafragmawaarden. Het

Paardenbloemen saai? In het kleinste detail gaat er een fascinerende wereld voor je open. Vergrotingsfactor 4,5x, f/4. 87


review OBJECTIEF

De camera op een speciale macro rail om nauwkeurig scherp te kunnen stellen.

Een klein druppeltje op een blad, 10 foto’s (vergrotingsfactor 4x, f/8) gestackt in Photoshop.

is een wat technisch verhaal, maar het komt erop neer dat de v­ ergrotingsfactor ook invloed heeft op het d­ iafragma. Zo staat een ‘normale’ f/8 bij een vergroting van 4x gelijk aan f/45. Bij dergelijke diafragmawaarden treedt diffractie op. De scherptediepte neemt weliswaar toe, maar het beeld verliest dus ook iets aan scherpte. Wil je de maximale beeldkwaliteit van het objectief benutten, dan gebruik je bij voorkeur de lagere diafragmawaarden. Het eventuele probleem van een te gebrekkige scherptediepte los je dan op met focus stacking.

talloze creatieve kansen. Het is uitdrukkelijk geen geschikt objectief als je nog geen enkele ervaring hebt met macrofotografie.

Voor wie De uitzonderlijke vergrotingsfactor biedt nieuwe mogelijkheden voor de macrofotograaf. Daarnaast zorgt de extreem beperkte scherptediepte voor

+ Pluspunten Degelijke bouw (aluminium behuizing) Goede beeldkwaliteit Unieke vergrotingsfactor, nu ook bereikbaar voor niet-Canonfotografen Aantrekkelijk geprijsd

88

Conclusie De Laowa 25mm Ultra Macro voegt zich naadloos in het rijtje opmerkelijke en hoogwaardige objectieven van Venus Optics. Met dit objectief gaat er letterlijk en figuurlijk een nieuwe wereld voor je open. De beeldkwaliteit is prima en de bediening zal voor weinig fotografen problemen opleveren. Het is wel een objectief dat een zorgvuldige werkwijze vergt. Uit de hand fotografen is nauwelijks mogelijk door de extreme vergrotingsfactor en de beperkte scherptediepte. Zorgvuldigheid vanaf een statief vormt dus het advies, het liefst met een speciale macro slider.

Minpunten

Specificaties •M aximaal diafragma: f/2.8 • B eeldhoek: 10,3 graden • A antal diafragmabladen: 8 •M inimale scherpstelafstand: 17,3 cm (5x) – 23,4 cm (2,5x) • G ewicht: 400 gram • Vattingen: Canon, Nikon, Pentax K en Sony FE • P rijs: € 469,-

Accessoires Voor het objectief zijn een aantal losse accessoires verkrijgbaar: • Statiefgondel • A dapters om het objectief te koppelen aan Micro Four Thirds en Fuji X • L ed-unit voor direct licht voorop de lens

Volledig manueel Ieder beetje beweging door de wind, ­camerasetup of het onderwerp is te veel.

www.venuslens.nl


CHOOSE EIZO. SEE REALITY. WORK BETTER.

EIZO ColorEdge – buitengewone klasse. Met een ColorEdge monitor van EIZO ziet u niets anders dan de realiteit – natuurgetrouw en onvervalst. Profiteer van het unieke totaalpakket van de grafische monitoren van EIZO en laat u overtuigen door de superieure beeldkwaliteit, de meegeleverde en gebruiksvriendelijke kalibratiesoftware ColorNavigator en uitzonderlijke klantenservice. Bovendien zit u met onze 5 jaar garantie altijd goed. Meer informatie op www.eizo.nl


De belichtings­ driehoek

ISO-WAARDE

DIAFRAGMA

Je camera gebruikt de sluitertijd en het diafragma voor het correct belichten van de sensor. Voor het correct belichten van de foto heb je echter nog een derde mogelijkheid: de ISO-waarde. Zo ontstaat een ‘belichtingsdriehoek’, maar er zit wel een addertje onder het gras. Johan Elzenga – www.johanfoto.com

Technisch gesproken heeft een digitale camera maar twee variabelen om de belichting van je foto’s in goede banen te leiden; het diafragma en de sluitertijd. Het correct belichten van de sensor zou je kunnen vergelijken met het vullen van een emmer water. Iedere pixel is een emmer en als de emmer vol zit is de maximale belichting (puur wit) bereikt. Er zijn verschillende manieren om de emmer te vullen. Je kunt de kraan wijd openzetten (groot diafragma), dan duurt het maar kort (korte sluitertijd) om de emmer te vullen. Of je kunt een dun straaltje gebruiken (klein diafragma) en dan gewoon lang genoeg wachten (lange sluitertijd). Iedere combinatie daartussen is natuurlijk ook mogelijk.

ontstaat een ‘belichtingsdriehoek’, waardoor je eigenlijk altijd zowel de sluitertijd als het diafragma naar believen kunt instellen: zolang je de juiste ISO-waarde er maar bij kiest (of zet je camera op Auto ISO) komt het helemaal goed.

De ‘belichtingsdriehoek’. Doordat je drie mogelijkheden hebt om de belichting van de foto te regelen, kun je sluitertijd en diafragma vastzetten en de ISO-waarde laten variëren.

Wil je weinig scherptediepte, zoals bij een dierenfoto waarbij je het dier mooi los van een onscherpe achtergrond wilt hebben, dan gebruik je een groot diafragma. Dat je dan een snellere sluitertijd moet gebruiken is meestal geen probleem. Bovendien heb je ook hier nog altijd die ISO-waarde, die je eventueel extra laag kunt instellen (100 ISO en bij sommige camera’s zelfs 50 ISO). Daarmee is de driehoek weer perfect ingevuld, nietwaar?

ISO-waarde Zoals je wel zult weten heb je in de praktijk echter nog een derde instelling waarmee je de belichting ook kunt beïnvloeden: de ISO-waarde. Gebruik je een hogere ISO-waarde, dan heb je minder licht nodig voor hetzelfde belichtingsresultaat. Zo

Veel fotografen zweren bij die specifieke toepassing van de driehoek, want zowel het diafragma als de sluitertijd hebben een wezenlijk effect op je foto. Het diafragma bepaalt de scherptediepte. Wil je veel scherptediepte, zoals bij een landschapsfoto, dan gebruik je dus een klein diafragma (hoge waarde), denk bijvoorbeeld aan f/11. Dat zou kunnen leiden tot een relatief lange sluitertijd (kleine straal water, lang wachten) en dat wil je misschien niet, want dan krijg je last van bewegingsonscherpte. Dus gebruik je gewoon een hogere ISO-waarde om daarvoor te compenseren. Een hogere ISO-waarde leidt wel tot wat meer ruis en een verminderd dynamisch bereik (het contrast dat de sensor kan overbruggen), maar dat is vaak toch beter dan bewegingsonscherpte.

Landschapsfoto met 1/200 en F/11 voor optimale scherptediepte.

Dieren fotografeer je met een lange telelens en weinig scherpte-

Ook bij iets minder zonnig weer kan de ISO beneden de 200

De ISO-waarde werd daardoor 200 ISO.

diepte. Omdat je dit vaak in de schemering doet, heb je soms toch

uitkomen als je niet oppast. F/8, 1/125 sec, 200 ISO.

een zeer hoge ISO-waarde nodig. 1000mm f/8 (500mm f/4 en 2x extender), 1/500 sec, 1000 ISO. 90

SLUITERTIJD

‘Geclipt’ Helaas, dit is het punt waarop we geweldig de mist in kunnen gaan en onze foto zelfs volkomen kunnen verpesten. De ISO-waarde lijkt de belichting te veranderen, maar dat is slechts schijn. Er verandert niets aan de hoeveelheid licht die de sensor bereikt; dat is alleen te regelen met de sluitertijd en/of het diafragma. Wat de ISO-waarde doet, is bepalen hoe gevoelig de camera reageert op dat licht. Dat gebeurt dus nadat de daadwerkelijke belichting heeft plaatsgevonden! Een hogere ISO-waarde is alsof je de emmertjes


achtergrond

(virtueel) wat kleiner kunt maken, zodat ze sneller vol lijken te zijn. Een lagere ISO-waarde is dus alsof je de emmer (virtueel) groter maakt, zodat er meer water in past. Maar omdat dit gebeurt ná de fysieke belichting is er een potentieel probleem. Als de sensor echt te veel licht ontvangt, dan komt er een moment dat hij verzadigd raakt. Nóg meer licht geeft dan geen extra signaal meer: de emmer loopt gewoon over. We noemen dit ‘clippen’, van het Engelse ‘to clip’ wat ‘afsnijden’ betekent. Je herkent het aan uitgebeten witte stukken, zonder enige details. Je kunt dan achteraf wel de emmer schijnbaar groter maken door de ISO-waarde te verlagen, maar dat heeft geen zin meer. De emmer was al overgelopen en dat over de rand gelopen water vang je niet alsnog op. Kortom: het verlagen van de ISO-waarde zal de foto wel donkerder maken, maar het ‘clippen’ is dan al gebeurd en dat verander je niet meer. Het verlies aan details in de hoge lichten is permanent. Of je de ISO-waarde handmatig instelt of Auto-ISO gebruikt maakt ook niet uit. Het leed is al geleden voordat de ISO-waarde iets doet. Praktijk Wat betekent dit nu in de praktijk en hoe moet je hiermee omgaan? De meeste camera’s hebben een basisgevoeligheid rond 200 ISO. Hogere en lagere ISO-waarden zijn dus een softwarematig aangepaste gevoeligheid. Auto-ISO gebruiken in combinatie met een vaste sluitertijd en een vast diafragma lijkt het ‘fotografische Ei van Columbus’, want daarmee kan je altijd zelf bepalen wat die fotografisch zo belangrijke sluitertijd en diafragma zijn en de voor jou ideale waarden gebruiken. Zo lang de ISO-waarde zich daardoor tussen de 200 ISO en hoger beweegt is er niets aan de hand, behalve dat je misschien soms iets meer ruis kunt

Instelmogelijkheden Iedere combinatie van sluitertijd, diafragma en ISO is een ‘belichtingsdriehoek’. Als je de belichting automatisch door de camera wilt laten regelen, heb je daarom de volgende mogelijkheden: Diafragmavoorkeuze (A) De fotograaf stelt het diafragma in, de camera kiest daar een bijbehorende sluitertijd bij. De ISO-waarde kan op een vaste waarde gezet worden, maar je kunt ook Auto-ISO instellen zodat de camera een combinatie van sluitertijd en ISO kan gebruiken. Zo kan de camera bijvoorbeeld eerst de sluitertijd verlagen, maar als die beneden een bepaalde waarde dreigt te komen wordt de ISO-waarde verhoogd, in plaats van de sluitertijd verder verlaagd. Sluitertijdvoorkeuze (S of T) De fotograaf stelt de sluitertijd in, de camera kiest het bijpassende diafragma om een correcte belichting te krijgen. Ook hier kan Auto-ISO als extra variabele worden ingesteld, bijvoorbeeld om geen

krijgen dan strikt noodzakelijk zou zijn. Bij veel camera’s kan je ook een maximale ISO-waarde aangeven die de Auto-ISO kan kiezen (bijvoorbeeld 3200 ISO), dat is wel een goed idee om niet overdreven veel ruis te krijgen.

onderbelichting te krijgen als het diafragma al helemaal open staat en er toch nog onvoldoende licht is. In dat geval kan de camera de ISO-waarde verhogen. Manueel met Auto-ISO (M) Dit is het ‘fotografische ei van Columbus’. De fotograaf kiest zowel het diafragma als de sluitertijd, en heeft daardoor maximale controle over hoe de foto wordt. De camera past de ISO-waarde aan om de juiste belichting te krijgen. Hierbij moeten we dus oppassen dat je zo niet echt de belichting zelf (de hoeveelheid licht) varieert, maar het effect daarvan. Programma (P) Bijna alle camera’s hebben ook speciale programma’s waarmee je alle instellingen aan de camera overlaat. Je hebt meestal een algemeen programma (P) en soms ook onderwerpprogramma’s als ‘Portret’, ‘Landschap’, enzovoorts. Gebruik dit liever niet. Je hebt geen idee wat de camera doet en dus ook geen invloed op het eindresultaat. Dit is een instelling voor ‘snapshooters’, niet voor serieuze fotografen.

Maar als de ISO-waarde richting 100 ISO of zelfs 50 ISO gaat, dan moeten alle alarmbellen afgaan. Dan laat je dat emmertje eerst overlopen, om de schade daarna softwarematig te proberen te herstellen en dat ging immers niet. In de praktijk zal dit vooral overdag kunnen gebeuren op zonnige dagen, op andere momenten is er wei-

nig gevaar. Er is een oude regel die ook nu nog steeds geldt: de ‘F/16-regel’. Die zegt dat als je op een zonnige dag f/16 gebruikt, de sluitertijd op 1/ISO zal uitkomen. Dus bij 200 ISO zal je f/16 en 1/200 seconde nodig hebben voor een correcte belichting. Stel dat je f/11 en 1/250 seconde hebt ingesteld. Dan vertelt de ‘F/16 regel’ ons dat de Auto-ISO op 125 ISO gaat uitkomen en dat brengt je duidelijk in de gevarenzone. Let hier dus op als je deze ‘Auto-ISO belichtingsdriehoek’ gebruikt, maar laat je niet weerhouden om hem te gebruiken, want het is inderdaad een ‘fotografisch ei van Columbus’.

Vooral als er iets minder licht is, wordt Auto-ISO met vaste sluitertijd

Het Rannoch Moor in de Schotse hooglanden. Hier is bewust

Weinig licht betekent niet automatisch dat je een hoge ISO-waarde

en diafragma het ‘fotografische ei van Columbus’. F/11, 1/125 sec,

gekozen voor een zeer lange sluitertijd (3 sec.) om zo het water spie-

moet gebruiken. Als er geen wind is, kun je ook een langere

400 ISO.

gelglad te krijgen. Er werd een grijsfilter gebruikt om dit te bereiken.

sluitertijd kiezen (fotografeer wel vanaf statief) en de ISO-waarde

F/16, 3 sec, 100 ISO.

laag houden. F/11, 1/25 sec, 200 ISO. 91


Lowland Photo Festival Weekend 8 & 9 december 2018 • Kinepolis Antwerpen • www.landschapvzw.be/lowland • Tickets zijn al te koop!

© Hannes Lochner

Lezingen van onder meer Audun Rikardsen (NO) • Alex Mustard (GB) • Hannes Lochner (SA) Thierry Vezon (FR) • Stéphanie & David Allemand (FR) • Marc Steichen (LU) • Joris van Alphen (NL) Johan Lolos (BE) • Simon Vandepitte (BE) vs. Rick van der Kraats (NL) • Jeroen Stel (NL) Bart Heirweg (BE) & Jeffrey Van Daele (BE) • Mark Oomens (NL) • Martin Steenhaut (BE) • Jowan Iven (NL)

Wild van natuur


GASTcolumn

Op 4 februari 2004 startte ene Mark Zuckerberg het social media platform Facebook. In hetzelfde jaar reisden 350.000 toeristen naar IJsland. Op 9 april 2012, Facebook heeft dan inmiddels meer dan een miljard gebruikers, koopt Zuckerberg social media platform Instagram. Dat heeft op dat moment 40 miljoen gebruikers en krijgt er dagelijks een miljoen bij. In hetzelfde jaar reisden 672.800 toeristen naar IJsland. Op 31 december 2017 hebben Facebook en Instagram samen drie miljard gebruikers, 39% van de totale wereldbevolking. In hetzelfde jaar reisden 2.195.271 toeristen naar IJsland, zes keer meer dan het totale aantal bewoners op het eiland. Toeval? Ik denk van niet. In 2010 reisde ik voor het eerst naar IJsland. Bijna iedereen ging in de zomer, dus ik ging in de winter. Overal stond ik in mijn eentje te

fotograferen. Hotels hoefde ik niet te reserveren, want er was geen hond. In het noorden van IJsland waren om die reden vrijwel alle hotels gesloten. Een jaar later leidde ik er mijn eerste IJslandin-de-winter fotoreis en na slechts vier jaar trok ik de stekker er alweer uit: te druk. Overal fotografen en busladingen toeristen. In nog geen vijf jaar tijd heb ik IJsland zien veranderen van dat ruwe, onstuimige eiland voor gepassioneerde natuurliefhebbers in een uit zijn voegen barstend selfieparadijs.

Het is een logisch en voorspelbaar fenomeen waar ik uiteraard zelf medeschuldig aan ben. Iedere foto die ik op social media zet, iedere fotoreis die ik naar een fotogenieke plek organiseer is een potentiële bedreiging voor die locatie. Daarom ben ik de laatste jaren terughoudender geworden met het delen van foto’s van bijzondere plekken - om de locaties zo lang mogelijk wild en toeristen-vrij te houden. Ik kan het namelijk niet tegenhouden, maar ik kan het wel vertragen.

De oorzaak? Social media.

Tegenwoordig laten we onze gasten op de fotoreis naar de VS, waar we vanuit kajaks cipressen in het moeras fotograferen, bijvoorbeeld een contract ondertekenen waarin ze beloven de locaties die we bezoeken geheim te houden. Op mijn website zie je bepaalde nieuwe reizen met een hangslotje erop - alleen onze vaste gasten weten waar die reizen naar toe gaan. Overdreven? Wellicht, maar ik wil niet verantwoordelijk zijn voor IJsland 3.0.

Iedere mooie foto die je op social media zet, is een Kus des Doods voor die locatie. Toen rond 2010 de eerste winterfoto’s van de Lofoten op social media verschenen, had nog vrijwel niemand er ooit van gehoord. Vijf jaar later wordt de eilandengroep overspoeld door toeristen en roept de burgemeester van Flakstad de noodtoestand uit: we zijn vol. Een miljoen toeristen op een totale bevolking van nog geen 25.000 Lofotenaars. IJsland 2.0.

Marsel van Oosten

www.squiver.com 93


Fotokalender juli aug

Natuurfotografie kan altijd, 365 dagen per jaar. Zonder idee met je camera naar buiten lopen kan heel verfrissend zijn. Maar soms heb je wat meer houvast nodig of mis je even de inspiratie. Deze rubriek biedt je wat je op zulke momenten nodig hebt: wat fotografeer je wanneer en waar precies?

Jouw zwoele zomeravond wordt soms wreed verstoord door het geluid van krijsende meeuwen in de lucht. Slurpend aan je sapje kijk je toch maar even omhoog. De lucht is werkelijk zwanger van kokmeeuwen, spreeuwen en zwaluwen! In dwarrelende vlucht met de bek open doen ze zich tegoed aan... Ja, aan wat eigenlijk? Het vliegend buffet bestaat uit gevleugelde mieren. Normaal gesproken hebben mieren geen vleugels. Die zitten alleen maar in de weg in hun deels ondergrondse bestaan. Maar tijdens de voortplanting is alles anders. Om te voorkomen dat er inteelt optreedt, moeten mieren andere families opzoeken. Dat gaat sneller door de lucht. Vandaar. Eenmaal in de lucht aangekomen - een hele toer met hun vrij onhandige manier van vliegen - vinden mannen hun vruchtbare vrouwen. Er wordt gepaard in de lucht. Menig kokmeeuw vangt twee vliegen(de mieren) in ĂŠĂŠn hap, zonder te weten aan welk romantisch moment hij een eind maakt. Voor de vliegende mannetjesmieren is het hele ritueel maar een heel kort moment van genot. Ze sterven direct na de bevruchting, al dwarrelend naar beneden. De vrouwtjes hebben andere plannen en een langer leven. Zij gaan op zoek naar een geschikte plek om hun eieren te leggen en een nieuwe kolonie te stichten. Dit kan zo maar bij jou op twaalf hoog in de bloembak zijn!

Vliegende mieren Waarop je je nog meer kunt verheugen in Beenbreek

Arno ten Hoeve

Zo, genoeg theorie, neem nog maar een slokje.

juli Jonge (tuin)vogels

Vliegend hert

Jonge roodborst, Arno ten Hoeve Bob Luijks

94

Bob Luijks


natuur365

juli Zachtjes stroomt het water van een beek aan je voeten voorbij. Het is zomer en dat betekent: tijd voor de weidebeekjuffer. Zoals het in de natuur zo vaak gaat zijn het de mannetjes die met hun uiterlijk vertoon van een metallic blauwgroen lijf en zwartgevlekte vleugels de aandacht trekken. Bij de vrouwtjes ontbreekt de vleugelvlek, waardoor deze veel lastiger te zien zijn. Weidebeekjuffers weten dat ze opvallen. Ze overnachten diep in de ruige vegetatie en komen pas echt goed tevoorschijn zodra de zon eenmaal op is. Benader ze voorzichtig, want weidebeekjuffers laten zich bij dreiging vallen zolang ze nog niet kunnen vliegen: kans verkeken. Eenmaal opgewarmd fladderen ze een beetje clownesk als een vlinder. Ze rusten veelvuldig op de vegetatie in

Weidebeekjuffer het water, waardoor je ook op warme momenten prima kunt fotograferen. Een telelens is dan wel een voorwaarde. Heb je genoeg van ‘juffers op een takje’? Door de markante kleur, het forse formaat

aug

Onze aardbol fungeert tijdens zijn gestage rondgang rond de zon als een bezem en veegt zo massa’s stof en gruis bij elkaar. Meestal gaat dit on-

Nachtvlinders

en de donkere vleugelvlek lenen weidebeekjuffers zich prima voor creatieve foto’s. Speel eens met bewuste onscherpte of stel scherp op een ander detail dan de ogen.

ten door komeet Swift-Tuttle. Dat resulteert in een groot aantal ‘vallende sterren’, de Perseïden.

Vallende sterren

Wat je nog meer kunt fotograferen in

Bob Luijks

Bob Luijks

opgemerkt, maar een paar keer per jaar komt de aarde een grotere berg rommel tegen. Zo ploegen we op 13 augustus door een stofwolk, achtergela-

Het beste moment om de Perseïden vast te leggen is de hele vroege ochtend van 13 augustus. Met een beetje geluk vallen er dan ongeveer 65 uit de hemel. Niet echt natuurlijk, de stofjes en steentjes verbranden in de atmosfeer. Het fotograferen gaat hetzelfde als het fotograferen van de sterrenhemel: diafragma zo open mogelijk (laag getal), hoge ISO-waarde en een sluitertijd van ongeveer 15 seconden bij een groothoek­ objectief (de sterren blijven dan puntjes). Laat de camera het werk maar opknappen door continu te fotograferen, neem zelf plaats op een luie tuinstoel en geniet van het schouwspel. Maak van tevoren wel alvast een grote wensenlijst.

augustus Heide

Badderende (tuin)vogels

Bob Luijks Vlinder van de eikenprocessierups, Ellen Luijks

Roodborst, Arno ten Hoeve

95


Natuurfotografie workshops Heb je zin in een workshop? Hieronder een overzicht van enkele workshops die je de komende weken kunt volgen. Kijk op de website voor een compleet overzicht.

Natuurfotografie per boot

Landschapsfotografie

Vossenfotografie

Biesbosch o.a. 23 juni en 4 augustus

NP Loonse en Drunense Duinen o.a. 23 juni en 28 juli

Amsterdamse Waterleidingduinen o.a. 23 juni, 6 juli en 13 juli

Macrofotografie libellen en juffers

Natuurfotografie

Lange sluitertijden

Spoordonk - 27 juni

Amsterdamse Waterleidingduinen o.a. 30 juni en 14 juli

Burgh-Haamstede o.a. 1 juli en 19 augustus

Natuurfotografie

Macrofotografie

Landgoed De Utrecht 7 juli

Slikken van Voorne 5 augustus

Ga naar natuurfotoworkshop.nl en boek een workshop! 96


events&kalender

KALENDER Interessante data voor elke natuurfotograaf

Zet in je agenda ! 24 mei t/m 23 augustus Fotografie = Kunst. Of toch niet? Veldhoven

Kom naar de Veluwse fotodag op zondag 2 september 2018! • Nationaal Park Hoge Veluwe. Toegang gratis, entree park kost € 9,50. • Fotografiebeurs, tientallen lezingen, praktijkworkshops en fietsexcursies. • Geniet ‘s avonds van de edelhertenbronst langs de Wildbaanweg.

www.museumoudeslot.nl 19 mei t/m 2 september Big Heads, Rotterdam www.nederlandsfotomuseum.nl 23 mei t/m 21 augustus Industriële schatten uit de Euregio, Zolder 24 mei t/m 26 augustus Foam Talent, Frankfurt

Volg een CURSUS vogelmacro- of landschapsfotografie Ontwikkel je tot een volleerd natuurfotograaf

www.foam.org 15 juni t/m 19 september Room With a View, Amsterdam www.foam.org Vanaf 28 juni

• 5 avonden en een praktijkdag • inclusief opdrachten en beeldbespreking

National Geographic – Greatest Landscapes, Den Haag www.museon.nl 2 juli t/m 7 september Second Nature, Rotterdam www.hetnatuurhistorisch.nl

• inclusief cursusmateriaal, lunch en borrel

5 september t/m 21 oktober

• met certificaat

21 t/m 23 september

BredaPhoto www.bredaphoto.nl

Unseen, Amsterdam

Slechts € 299,-

www.unseenamsterdam.com Vanaf 29 september

Meld je aan op natuurfotoworkshop.nl

Groene Camera, Den Haag www.museon.nl

97


COLOFON

IN ONS VOLGENDE NUMMER:

Natuurfotografie Magazine is een uitgave van PiXFACTORY en verschijnt 6 keer per jaar.

Coverfoto Grote groene sabelsprinkhaan, Paul van Hoof Redactieadres Natuurfotografie Magazine | Postbus 7, 3860 AA Nijkerk tel +31 (0)33 2451260 redactie@natuurfotografie.nl | www.natuurfotografie.nl facebook.com/natuurfotografienl | instagram.com/natuurfotografie.nl Hoofdredacteur Bob Luijks - bob@natuurfotografie.nl Redactieteam Arno ten Hoeve, Bob Luijks, Roeselien Raimond, Daan Schoonhoven

INTERVIEW MARSEL VAN OOSTEN

THEMA DRONES

Tekstredactie Annerieke Veldsema Ontwerp en vormgeving Arno ten Hoeve Druk Drukkerij Roelofs, Enschede Aan dit nummer werkten mee Leon Baas, Loulou Beavers, Bas Breetveld, Rob Buiter, Jeffrey Van Daele, Jasper Doest, Johan Elzenga, FotoVideoRetail, Anke Geurts, Marijn Heuts, Hermann Hirsch, Frans Hodzelmans, Paul van Hoof, Rick van der Kraats, Ronald Krieger, Martin van Lokven, Marsel van Oosten, Elise Ruijssenaars, Noortje Russel, Misja Smits, Jan Vermeer, Laura Vink, Johan van de Watering, Johan van der Wielen. Distributie Aboland www.aboland.nl VMB press www.vmbpress.nl

MIJN PROJECT HEALING ART

Abonnementen

De prijs voor een jaarabonnement bedraagt € 45,00 voor 6 nummers. Abonnementen kunnen bij ieder nummer ingaan en worden automatisch verlengd. U kunt uw abonnement maandelijks beëindigen. Aanmelding kan via onze website (www.natuurfotografie.nl/abonneren) of bij Abonnementenland via telefoonnummer +31 (0)251 257924. U kunt hier ook terecht voor vragen over bezorging. Adreswijzigingen dienen schriftelijk te worden doorgegeven aan Abonnementenland met vermelding van de oude en de nieuwe adressering en het telefoonnummer. Opzeggingen kunt u doorgeven via www.natuurfotografie.nl/klantenservice of via www.aboland.nl. Abonnementenland is ook bereikbaar via Twitter via @Aboland_klanten. Opgave en vragen over abonnementen in België: Abonnementenland, Ambachtlaan 21 Ubit 2a, 3001 Heverlee, +31 (0)28 085523. www.bladenbox.be voor abonneren of aboland.be voor adreswijzigingen en opzeggingen. Voor een abonnement in België betaalt u € 5,- extra aan verzendkosten voor 6 nummers. Abonnee worden vanuit een ander land? Neem contact met ons op voor de verzendkosten. Deze bedragen gemiddeld € 10,- tot € 15,- voor 6 nummers. Beëindigen abonnement België: Opzegging dienen 8 weken voor afloop van de abonnements­periode in ons bezit te zijn.

TUTORIAL DIERENG E D R AG

R E C T I F I C AT I E In nummer 35 hebben we op pagina 62 ongevraagd een foto van Britta Jaschinski gespiegeld omwille van de vormgeving. We benadrukken dat dit onze keuze was en het nooit de bedoeling was de fotografe te schaden. Onze welgemeende excuses. Hierbij de originele foto zoals bedoeld.

www.natuurfotografie.nl © PiXFACTORY

Niets uit deze uitgave mag op welke wijze dan ook worden verveelvoudigd en/of ­ openbaar gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Natuurfotografie Magazine drukken we op papier van verantwoorde herkomst. FSC C116979.

Foto: Brigitta Jaschinski 98

Foto: Paul van Hoof


Bewaar je beste foto’s in een portfolioboek Op écht fotopapier van topkwaliteit

ECHT FOTOPAPIER ! Een boek op fotopapier heeft een Leporello-binding, wat betekent dat de pagina’s over het midden doorlopen, zonder vouw. De pagina’s zijn echte foto-afdrukken die niet geprint worden, maar chemisch ontwikkeld zoals echte foto’s. De kwaliteit is daardoor onovertroffen.

MAT

De matte pagina’s worden tegen elkaar aangeplakt, ideaal voor een spreadfoto.

GLANZEND

Geeft een scherpte-dieptewerking aan foto’s, een unieke en exclusieve uitstraling!

www.cewe.nl

PREMIUM MAT

Echt fotopapier, maar dan met een extra matte finish. Mooi dikke pagina’s en een unieke uitstraling.