Kroniek van Malderen 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
2
Kroniek van Malderen 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gemeente Malderen
Kroniek 1820 - 1850 Samengesteld aan de hand van de nog bestaande gemeentelijke registers door Robert De Roeck & Louis De Bondt
2004-2005
3
Kroniek van Malderen 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Bewerking:
Robert De Roeck en Louis De Bondt – juli 2004 – juli 2005
4
Kroniek van Malderen 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
TEN GELEIDE De belangrijkste - dikwijls de enige - informatiebronnen voor de plaatselijke historicus zijn de parochiale en de gemeentelijke archieven. De volgende bladzijden bevatten ALLE verslagen die in het archief van de gemeente Malderen (nu Londerzeel) over de periode 1820-1900 nog bewaard gebleven zijn. Ze werden gevonden in: - de notulen van de zittingen van het schepencollege, - de notulen van de bijeenkomsten van de gemeenteraad, - de gemeentelijke correspondentie, - de klachtenboeken van de veldwachters. - losse documenten Helaas werden niet alle registers uit deze periode teruggevonden. Andere zijn vanwege de slechte papierkwaliteit of de slechte staat van bewaring haast onleesbaar. Uit sommige werden hele bladen gescheurd… Het bewaren van deze belangrijke documenten is dan ook de eerste en belangrijkste bedoeling van deze bewerking. Daarnaast wilt zij ook de toegankelijkheid van de bronnen voor de toekomstige onderzoekers verbeteren. De moeizame ontcijfering van de zo verschillende handschriften is niet langer nodig; de oorspronkelijk in het Frans opgestelde rapporten werden – indien niet behouden - zo nauwgezet mogelijk in het Nederlands vertaald. Niet samengevatte vlaamstalige teksten werden grotendeels in de oorspronkelijke schrijfwijze (inclusief taalfouten) behouden. Het is echter niet de bedoeling om ze voor de studie van de 19de eeuwse geschreven taal aan te wenden. Tijdens het bewerken van de periode 1820-1840 is ons (althans voor wat Malderen betreft) wel iets heel merkwaardigs opgevallen. De spelling van het Nederlands was op het einde van de Hollandse periode (tot 1830) al vrij “modern” te noemen. Lange klanken als oo, ei, uu, ui en aa werden toen exact geschreven zoals nu. Luttele maanden nà de Belgische onafhankelijkheid werd echter terug op de oude Vlaamse schrijfwijze overgeschakeld en duidde men deze klanken opnieuw aan met de klinkers oi, ey, ue, uy en ae. Deze schrijfwijze werd in deze bewerking niet altijd even consequent toegepast. Voor het gemak van opzoeken hebben we er voor gekozen om alle nog bestaande gemeentelijke informatiebronnen tot één enkele kroniek te verwerken waarbij de documenten chronologisch gerangschikt werden. Er werd geen woord- en begrippenindex aan deze bewerking toegevoegd. De zoekfuncties van Word voor Windows en Acrobat Reader moeten het echter mogelijk maken om de gezochte onderwerpen vlot terug te vinden (al dient wel rekening gehouden te worden met de dikwijls gewijzigde spelling van de Nederlandse taal).
5
Kroniek van Malderen 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
INHOUD Deze bewerking bevat ALLE informatie uit volgende gemeentelijke registers. Notulen van de gemeenteraad: 26 januari 1820 – 10 september 1836 (bewerkt door Louis De Bondt) 31 oktober 1836 – 18 juni 1851 (bewerkt door Louis De Bondt) 18 juni 1851 – 11 september 1860 (bewerkt door Louis De Bondt) 7 november 1860 – 24 november 1881 (bewerkt door Louis De Bondt) 1 december 1881 – 6 oktober 1897 (bewerkt door Robert De Roeck) 6 oktober 1897 – 31 december 1900 (bewerkt door Robert De Roeck) Notulen van het schepencollege: 1 juni 1829 – 22 augustus 1855 (bewerkt door Louis De Bondt) 1 september 1855 – 21 augustus 1885 (bewerkt door Louis de Bondt) 21 augustus 1885 – 31 december 1900 (bewerkt door Robert De Roeck) Copies de lettres (uitgaande correspondentie): - 28 januari 1820 – 18 mei 1844 (bewerkt door Louis De Bondt) Processen-verbaal en klachten: - 9 september 1820 – 1 januari 1859 (bewerkt door Robert De Roeck) Losse documenten: - 21 januari 1816 – 17 oktober 1900 (bewerkt door Louis De Bondt) Repertorium van de gemeentesecretaris : - 1 januari 1868 – 31 december 1900 (bewerkt door Louis De Bondt)
De beschikbare informatie werd als volgt verwerkt: 1) Origineel Vlaamstalige correspondentie: veelal ongewijzigd en volledig overgenomen. 2) Franstalige correspondentie: maand en aanspreekzin niet vertaald, rest vrij letterlijk, beleefdheidsformules weggelaten. Een klein aantal documenten werd niet vertaald. 3) Sterk samengevatte teksten worden voorafgegaan door (kort) of (samengevat). Relevante gegevens werden nooit weggelaten. 4) Afbeeldingen zijn te vinden bij de gebeurtenis waarop ze betrekking hebben. Foto's van personen komen dààr waar de naam van die persoon voor de eerste keer wordt vermeld. De nummering werd overgenomen uit de oorspronkelijke documenten. Ze wordt voorafgegaan door de afkortingen:
UC IC GR SC PV DIV REP
uitgaande correspondentie inkomende correspondentie gemeenteraad schepencollege klachtenboeken diverse (een aantal losse documenten van diverse origine) Repertorium van de secretaris
6
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
OVERZICHT VAN BEWERKTE JAREN EN BRONNEN Blz.
Jaar 1820 1821 1822 1823 1824 1825 1826 1827 1828 1829 1830 1831 1832 1833 1834 1835 1836 1837 1838 1839 1840 1841 1842 1843 1844 1845 1846 1847 1848 1849 1850 1851 1852 1853 1854 1855 1856 1857 1858 1859 1860
Schep.
Raad
Corr.
Kla
Blz.
Jaar 1861 1862 1863 1864 1865 1866 1867 1868 1869 1870 1871 1872 1873 1874 1875 1876 1877 1878 1879 1880 1881 1882 1883 1884 1885 1886 1887 1888 1889 1890 1891 1892 1893 1894 1895 1896 1897 1898 1899 1900
Schep.
Raad
Corr.
Kla
Schep = notulen schepencollege / Raad = notulen gemeenteraad Corr = gemeentelijke correspondentie / Kla = klachtenboeken Verwerkt in deze kroniek
Registers verdwenen of niet gevonden
7
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gemeentelijke en provinciale bestuurslieden en ambtenaren Burgemeester Ange Van Nuffel Judocus Willocx Joseph Slachmuylders Henri Vermeiren Jan Baptist Van den Bossche Charles J. Désiré Slachmuylders Charles Louis Hofmans Philip Jacques Peeters Livien Rombauts Henri De Block Jan Frans Cuyckens
tot 1819 1820-1830 1831-1848 1848-1854 1854-1860 1861-1866 1867-1869 1870-1872 1872-1891 1891-1896 1897-
Schepenen Judocus Willocx Joseph Slachmuylders Adrianus Franciscus De Laet Antoon Daelemans Emmanuel Willocx Egied Van de Bossche Emmanuel Verdoodt Petrus Kuyckens Philip Jacques Peeters Livien Rombauts Joseph Van Ransbeeck De Block Henri Hendrik Tierens Karel Lodewijk Kuyckens Pieter Frans Weymans Jan Frans Cuyckens Pieter Jan Jacobs Jan Frederik August de Penarandat
tot 1820 1821-1831 1822-1833 1829-1836 1837-1854 -1854 1854-1861 1855-1857 1858-1870 1861-1872 1870-1881 1872-1891 1882-1893 1891-1899 1893-1896 1896-1897 18971900-
Secretaris Pierre Kuyckens Jan Baptist De Bock Jan Baptist Van Ingelgem Pierre Jean Van Ingelgem Emiel De Coninck Jozef Maria Jan Weymans
tot 1821 1821-1836 1836-1849 1851-1874 1874-1988 1889-
Veldwachters Joannes De Schrijver Jozef De Bondt Louis De Bondt Jan Livien Van Doorslaer
1812-1834 1834-1870 1870-1888 1888-
Gemeenteontvanger Jan Baptist Verstraeten(Steenhuffel) Joannes Benedictus Lemmens
tot 1830 1831-1835
8
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Jan Baptist Van Ingelgem Philip Charles Slachmuylders Jan Frans Vermoesen
1835-1836 1836-1867 1868-
Vrederechter van het kanton Wolvertem Chevalier De Burtin d’Esschenbeek Edmond Michiels (in Wolvertem)
in 1840 en 1853 (Strombeek-Bever) in 1884 (Wolvertem)
Arrondissementscommissaris L.A. Van de Weyer (Brussel) Emile Van Becelaere
in 1827 en 1859 in 1862 en 1872
Gouverneur van de provincie Fr. De Coppin (?) Baron de Stassart Baron de Viron August Vergote
in 1834 in 1838 in 1840 en 1845 in 1898, 1899
Commissaris der wegen Smets Vanderlinden-d’Hooghvorst, Meise De Coster C. L. t’Kint (Impde) August Van Capellen Verhaegen (Kapelle-op-den-Bos) L. Druart, Vilvoorde
in 1821 in 1821 ca 1833 in 1841 en 1843 in 1861 en 1871 in 1878 en 1894 in 1898 en 1911.
Procureur des konings Gustave Bosquet M. Willemaers, rue Malibran 125
in 1834 in 1895
Architect van de provincie Spaak, Brussel Hansotte Stuyck, rue Coppernolle, Antwerpen Dumortier, rue Waffelaert 1, St-Gillis Trappeniers, rue des 12 apôtres, Brussel
in 1839 en ook nog in 1868 in 1870 en ook nog in 1886 in 1898 en 1899 in 1898 in 1898 en ook nog in 1906
9
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1820 **** DIV – Malderen, séance du conseil municipal du 3 janvier 1820. Staet ofte devis estimatif, gemaekt door mij ondergeteekenden Petrus Joannes Meeus, architecte, woonagtig te Puers, provintie van Antwerpen, op het verzoek gedaen door de administratie der gemeente van Malderen, provintie van Zuyd-Brabant, tot het bouwen van een gemeente- ende schoolhuys, alles volgens plan danaf gemaekt ende hiernevens gevoegd. 1 Voor het aenhoogen van den grond, 30 guldens nederlands 30,00 2 116.000 derdelink steen van Boom, voor de mueren van de kelders, en alle 1102,00 de buytenmueren van huys en school met eenen binnenmuer tusschen huys en school van eenen steen dik, en de buytemueren van aen den vloer tot onder de rib tot eenen steen en half dik, alsook de mueren van den bascour, verdiep en gevels eenen steen met hoofden van eenen steen en half aen de zoldervensters, en de fondamenten volgens plan, met schup en wagenvracht, kalk en arbeyd à 9,50 guldens par 1000, dus 1102 guldens 3 14.000 grooten steen voor eenige binnemueren, tot eenen halven steen dik, 175,00 met vracht, kalk en arbeyd à 12 guldens 50 cents par duizend, maekt 4 23.000 kleynen steen voor de welfsels van de kelders, beerput en vertrek161,00 ken, met vracht, kalk en arbeyd à 7 guldens par 1000, maekt 5 5500 blauw klompen voor schouwen, schouwpijpen, trappen etc. à 8 gul44,50 dens par 1000 6 4500 besten rooden gemaelen plavey met schueren, kalk en arbeyd 54,00 7 2400 plavey voor school en vertrekken 27,00 8 Een deur met trappen en cornis van blauwen steen volgens plan 65,00 9 22 blauwe dorpels met rabat voor de watervensters, lank 4 voet 8 duym, dik 58,00 4 duym, breed 7 duym, met vracht, etc. 10 2 dito zonder rabat, lank 5 voet 4 duym en 7 duym dik 5,50 11 2 dito, lank 4 voet 8 duym, dik 4 en 7 duym 5,25 12 4 dito, lank 2,5 voet, dik 4 en 7 duym 5,50 13 2 dorpels met rabat, lang 3 voet, 4 en 7 duym dik 3,75 14 4200 blauw gemaele pannen van Boom, hollandschen vorm, met 68 vors160,00 ten, voor mueren van den bascour, huys en vertrekken, met strijken, kalk, vracht en arbeyd 15 1 loode pomp, borneput, wasbak, eyserwerk 106,00 16 Blaffoneren van de twee gemeynteplaetzen 32,00 17 Besetten van alle de binnemueren, afplekken van vensters en cornis met 55,00 kalk, haer en arbeyd, en plancieren voor de deuren 18 11 raemen met gelas, met de zitsen en arbeyd, te sluyten met houte staende 258,00 rameysen, met de watervensters, hout, nagels, arbeyd en eyser, te sluyten met spanioletten. 19 Een cleyn raem met watervenster voor het washuys, met den wayer boven 12,00 de deur, met hout, gelas en arbeyd 20 6 deuren in panneel van wit abbeelen hout met fitsen, slooten en bur66,00 seeringen 21 3 buytedeuren, 1 met een slot en ander noodig eyserwerk 28,00 22 4 kleyn deuren met hun eyserwerk 16,00 23 1 zoldertrap met hout, nagels en arbeyd 28,00
10
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
24 1800 voet bert voor den zolder, met nagels en arbeyd 117,00 25 14 ankers van 2,5 voet lank, 1 duym dik, met 14 van 2 voet lank, met de 80,00 noodige slekken, schoulatten, entc. Lijste van het houtewerk, lengte in voet x dikte in duym x breedte in duym 26 2 balken (31,5x10x12) 48,00 27 1 balk (15x6x8) 6,00 28 3 strijkhouten ofte fieleren (31,5x4x6) 13,00 29 2 dito (28x4x6) 8,00 30 66 ribben (9x4x4) 54,00 31 8 ribben (7x4x4) 4,75 32 8 ribben (10,5x4x4) 7,00 33 10 ribben (11,5x4x4) 9,25 34 11 ribben (14,5x4x5) 16,00 35 Dorpels voor binnedeuren en buseerblokken 12,00 36 4 gebonten met het noodig hout 37 8 scheersteylen (9x6x8) 18,50 38 8 crabeels (6x5x7) 8,50 39 4 scheerbalken (21,5x6x8) 19,00 40 8 maksteylen (12,5x5x6) 16,50 41 4 priemsteylen (10,5x5,5x5,5) 7,00 42 8 spreybanden (6x3x4) 3,50 43 16 windbannen (6x3x4) 7,00 44 2 reyboomen (115x7x7) 29,00 45 2 dito reyboomen (115x6x6) 19,00 46 Muerplaeten (115x2,5x7) 10,00 47 1 cruynhout ofte Wolf (57,5x4x5) 6,00 48 72 speeren 41,00 49 Pannelatten 17,00 50 1 dakvenster die afdekt met het dak van achter op het huys met eene venster 6,00 in den gevel in het westen 51 Allen het hout voor de vertrekken 8,00 52 2 kamers op den zolder tegen den gevel van het oosten in steylen en latten 90,00 met blafon, met 2 deuren en 2 raemen, gelas en watervensters 53 Naegels voor het grof werk 28,00 54 Timmermansarbeyd van het grof werk 70,00 55 Verven in olie in 2 gronden perelcouleur, allen de raemen, deuren en ven54,00 sters 56 Voor onbedachte werken, maeken van plan, devis, tembers, enregistre120,00 ment… Total 3450,00 Aldus gedaen ende gedresseert den tegenwoordigen devis estimatif door mij ondergeteekenden architecte, beloopende ter somme van 3450 Guldens Nederlandsch. Puers, den 10 decembre 1819.
11
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Vu et approuvé le present devis estimatif par nous mayeur, echevins et membres du conseil municipal de la commune de Malderen, le 3 janvier 1850. GR N° 1 (Vertaald) - Buitengewone zitting van 26 januari 1820. Overwegend dat deze gemeente Malderen een stuk grond bezit, alhier gelegen, groot 6a 30 ca of 20 roeden oude maat. Overwegend dat dame Cathérine Thérèse Ghislaine Vanderfosse, douairière van wijlen de heer Antoine Charles burggraaf de Beughem, eigenaarster, gedomicilieerd te Brussel, deze gemeente nog verschuldigd is:
12
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Primo: een bedrag van 2701,70 Gulden, afkomstig van de verkoop van gemeentegoederen die plaats gehad heeft op de voorzegde prefectuur van het departement van de Dijle op 3 november 1813 en waarvan gezegde dame zich koopster heeft verklaard, en - Secundo: een bedrag van 983,57 Gulden, afkomstig van de concessie die aan gezegde dame verleend werd, namelijk het recht van doorgang en de weiderechten die de inwoners van Malderen bezaten Malderen op een terrein genaamd de Heide/Kruisheide, gelegen in de gezegde gemeente, en dit ingevolge een besluit van onze koning van de 22ste december 1815, samen een bedrag vormend van 3685,32 Guldens, welk bedrag ten alle tijde beschikbaar is na de toelating van de bevoegde autoriteit, conform aan de bedingingen van de contracten gedateerd 28 augustus 1815 en 19 maart 1816. Nota: Na een nieuwe deliberatie werd op 25 augustus 1820 het volgende artikel toegevoegd. Overwegend dat deze gemeente geen enkele vastgestelde of opeisbare schuld ten laste heeft, dat de gewone en buitengewone ontvangsten van de gemeente volgens de begroting van 1820, 1466,06 Gulden bedragen en dat de uitgaven slechts 985,78 Gulden belopen, overwegend dat, indien de twee bedragen die door dame douairière de Beughem verschuldigd zijn, opgenomen worden de gemeente-inkomsten jaarlijks met slechts 201,42 Gulden verminderen, dat de in het vooruitzicht gestelde uitgave kan gebeuren zonder de gewone behoeften van de gemeente in de toekomst in het gedrang te brengen, te meer daar de volledige som die de gezegde dame verschuldigd is 235,32 Gulden hoger is dan de uitgave in kwestie die, volgens de raming niet meer dab 3450 Gulden bedraagt en die bij de aanbesteding nog kan verminderen. Besluit de Raad Op het gezegde stuk grond zullen in de loop van dit jaar een gemeentehuis, een woning die geschikt is voor een onderwijzer en zijn familie, en een lokaal dat geëigend is voor het houden van een school gebouwd worden, conform het bijgevoegde plan en bestek, getekend en gemaakt op ons verzoek door de heer Pierre Jean Meeus, architect, woonachtig in Puurs, provincie Antwerpen. Tegenwoordige deliberatie, plan en ramend bestek zullen ter goedkeuring en autorisatie gestuurd worden naar de weledele heren gedeputeerde staten van deze provincie. Alzo werd gedelibereerd te Malderen, dag, maand en jaar als boven. Getekend: B. De Boeck, Willocx, Van den Bossche, C. Cuyckens, A.F. De Laet, De Vleminck, A. Slachmuylders. De secretaris van het bestuur, Kuyckens. UC 1 - Malderen 28 janvier 1820 (Vertaald) Aan de commissaris van militie van het arrondissement Brussel - Wij sturen u het inschrijvingsregister van onze miliciens van de lichting 1820. Geen enkele inschrijving van ambtshalve. De schepenen van Malderen UC 2 - Malderen 29 janvier 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Wij sturen u een deliberatie van onze gemeenteraad over de intentie om een gemeentehuis, schoollokaal en onderwijzerswoning te bouwen, samen met de plannen en het bestek. Graag kregen wij uw medewerking om voor dit werk van openbaar welzijn en voor de verbetering van het lager onderwijs de goedkeuring van de bevoegde autoriteiten te krijgen De schepenen van Malderen UC 3 - Malderen 29 janvier 1820 (Vertaald) Mijnheer Gerard, notaris te Brussel - Ik stuur u het dubbel van de registers van de burgerlijke stand van het jaar 1819, samen met de bewijsstukken. Gelieve deze aan de griffie van de rechtbank van 1ste aanleg te adresseren en in mijn naam te tekenen. De eerste schepen. 13
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 4 - Malderen 9 mars 1820 (Vertaald) Aan de commissaris van militie van het arrondissement Brussel - In uitvoering van paragraaf 3 van art. 77 van de wet van 8 januari 1817 op de Nationale Militie stuur ik u een certificaat voor vrijstelling van militaire dienst van miliciens die hebben deelgenomen aan de loting 1820, samen met een overzicht model L. De eerste schepen. UC 5 - Malderen 9 mars 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 18 februari, Memoriaal van Administratie nr. 15, aangaande goederen, fondsen en renten (domeingoederen) die de godshuizen en andere liefdadige instelling zouden verworven hebben in uitvoering van de wet van 4 ventose jaar 9 (en daaropvolgende decreten), laat ik u weten dat ons bureel van weldadigheid geen enkel goed of rente van deze aard bezit. De eerste schepen. UC 6 - Malderen 4 avril 1820 (Vertaald) Aan de heer Sohest, controleur der directe belastingen te Brussel - Ingesloten de lijst van 1819 van de bezitters van dieren. De eerste schepen. UC 7 - Malderen 4 avril 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform de omzendbrief van de gouverneur van 10 februari, B.A.13 betreffende de verkiezingen van 1820, stuur ik u een dubbel van de alfabetische lijst van de kiesgerechtigden van deze gemeente. De eerste schepen. UC 8 - Malderen 4 avril 1820 (Vertaald) Aan de leden van het bureel van weldadigheid van het kanton Wolvertem - Ingesloten een lijst met 2 kandidaten, gepresenteerd door ons bureel van weldadigheid. Gelieve één van deze te benoemen tot lid van het bureel voor de verdeling van de liefdadigheid. De eerste schepen. UC 9 - Malderen 12 avril 1820 (Vertaald) Ik ondergetekende, 1ste schepen van Malderen, verklaar en certificeer dat het geplande huwelijk tussen van de ene kant Guillaume De Bock, geboren in Sint-Amands en wonend in Malderen, landbouwer, 43 jaar oud, weduwnaar van Anna Catharina Verhavert, meerderjarige zoon van Petrus Romanus De Bock en Jacqueline Bijzems, overleden in Sint Amands, en van de andere kant Barbara Kegels, dienstmeid, 30 jaar, geboren en wonend in Hingene, meerderjarige dochter van J.B. Kegels en Maria Petronella Van Fraeyenhove, overleden in Hingene, gepubliceerd en geafficheerd werd in deze gemeente op zondagen 2 en 9 april, op de gewone plaats. Niemand heeft zich tegen dit huwelijk verzet. UC 10 - Malderen 15 avril 1820 (Vertaald) Aan de burgemeester van Steenhuffel - Ik heb de huwelijksbelofte ontvangen van Pierre Goossens, landbouwer, 31 jaar, geboren en wonend in Steenhuffel, meerderjarige zoon van Pierre Goossens en Catharina Crick, met Maria Van Riet, landbouwster, 29 jaar, geboren en wonend in Malderen, meerderjarige dochter van wijlen Judocus Van Riet en Anna Maria Bettens. Gelieve voor de afkondiging in uw gemeente te zorgen op zondagen 16 en 23 dezer en me daarna een certificaat daarvan te sturen. De eerste schepen.
14
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 11 - Malderen 20 avril 1820 (Vertaald) Aan de ontvanger van domeinen te Humbeek - Conform de omzendbrief van 6 dezer betreffende de beboste domeingoederen die gratis worden gebruikt door de bedienden belast met de bewaking ervan, kan ik u zeggen dat er in onze gemeente geen terrein van die aard bestaat. De eerste schepen. UC 12 - Malderen 20 Avril 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten 2 lijsten met daarop alle personen die in deze gemeente ingeënt werden tijdens de trimestriële sessie van januari laatst. De eerste schepen. UC 13 - Malderen 17 mai 1820 (Vertaald) Ik ondergetekende, 1ste schepen van Malderen, verklaar en certificeer dat het geplande huwelijk tussen van de ene kant Jean Huygels, 34 jaar, landbouwer, geboren en wonend in Malderen, meerderjarige zoon van Louis Huygels, overleden in Malderen en Maria Anna Heremans, landbouwster te Malderen, en van de andere kant Maria Theresia Vermeiren, 38 jaar, landbouwster, geboren en wonend in Oppuurs, meerderjarige dochter van Jean François Vermeiren en Joanna Catharina De Maeyer, landbouwers in Oppuurs, weduwe van Joseph Van Roeyen. gepubliceerd en geafficheerd werd in deze gemeente op zondagen 2 en 9 april, op de gewone plaats. Niemand heeft zich tegen dit huwelijk verzet. UC 14 - Malderen 2 juin 1820 (Vertaald, Aan mijnheer Sohest, controleur te Brussel - Ingesloten de verklaringen der gepatenteerden 1820 van Malderen, samen met de betreffende belastingsrol. De eerste schepen. UC 15 - Malderen 2 juin 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Wij ontvingen de omzendbrief van de gouverneur van 10 mei laatst, nr. 1989, met daarin het aandeel van onze gemeente in de grondlasten, personele belasting, roerende belasting en belasting op deuren en vensters (?!). De eerste schepen. UC 16 - Malderen 8 juin 1820 (Vertaald) Aan de burgemeester van Moerzeke - Ik heb de huwelijksbelofte ontvangen van Martin Verhelst, dagloner, 26 jaar, geboren en wonend in Moerzeke, meerderjarige zoon van Petrus Joannes Verhelst, overleden in Moerzeke, en Dorothea Regina Ost dagloonster te Moerzeke, met Anna Vinck, dienstmeid, 34 jaar, geboren en wonend in Malderen, meerderjarige dochter van Jan Baptist Vinck en Maria Theresia Lauwerijns, beide overleden in Malderen. Gelieve voor de afkondiging in uw gemeente te zorgen op zondagen 11 en 18 dezer en me daarna een certificaat daarvan te sturen. De eerste schepen. UC 17 - Malderen 10 juin 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de statistiek der fabrieken, ateliers en werkplaatsen van deze gemeente (gevraagd in omzendbrief van de gouverneur nr. 37 van 9 mei). De eerste schepen.
15
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 18 - Malderen 14 juin 1820 (Vertaald) Aan de heer Le Febvre te Brussel - Ingevolge uw vraag van 6 april deel ik u mede dat ik niet inteken op het "Journal consacré à l'agriculture" (het landbouwdagblad) en bijgevolg stuur ik u kaften 50 en 67 terug die u mij via de koninklijke commissaris hebt laten bezorgen. De eerste schepen, waarnemend burgemeester. UC 19 - Malderen 1 juillet 1820 (Vertaald) Mijnheer de ontvanger van domeinen te Humbeek - In antwoord op uw brief van 19 juni betreffende het overlijden van Charles De Vadder, informeer ik u dat u geen verdere documenten hoeft te sturen. Dit overlijden staat hier niet in de registers van 1820 of 1819 ingeschreven. De eerste schepen. GR N° 2 (Vertaald) - Buitengewone zitting van 5 juli 1820. Wij leden van de gemeenteraad van Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant Meridional, bijeengeroepen in buitengewone zitting door de heren schepenen van deze gemeente om aan de weledele heren gedeputeerde staten van deze provincie twee kandidaten te presenteren om één daarvan door Z.M. de koning te laten benoemen tot de functie van meier van de gemeente Malderen. Overwegende dat de plaats van meier van de gemeente Malderen vacant gekomen is door het overlijden de heer Van Nuffel Ange, meier van deze gemeente, Presenteren wij de heren Willocx Josse, eerste schepen, en De Laet Adrien François, tweede schepen als kandidaten om één van hen door Zijne Majesteit de Koning te doen benoemen tot de functie van meier, conform art. 23 van het bestuursreglement van het platte land van 3 januari 1818. Een dubbel van deze deliberatie, etc... Getekend: E. Van den Bossche, C. Cuyckens, De Vleminck, A. Slachmuylders. De secretaris, Kuyckens. UC 20 - Malderen 7 juillet 1820 (Vertaald) Aan de burgemeester van Steenhuffel - Onze ingezetene Jan Baptist Van der Stappen, landbouwer, heeft zopas op heterdaad betrapt en gearresteerd een meisje dat op zijn grond aardappelen aan het stelen was. Hij heeft het meisje bij mij gebracht om een proces verbaal op te stellen maar omdat de grond in uw gemeente ligt is het niet aan mij om vervolging in te stellen. Ik laat haar dus door onze champetter naar u brengen om een proces verbaal op te maken als u dat nodig acht. De eerste schepen. UC 21 - Malderen 10 juillet 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform omzendbrief van de gouverneur van 23 juni (B.A. 46), stuur ik u ingesloten onze bestelling voor bladen voor de burgerlijke stand voor het jaar 1821. De eerste schepen. UC 22 - Malderen 19 juillet 1820 (Vertaald) Aan de burgemeester van Puurs - Ik heb de huwelijksbelofte ontvangen van Jan Baptist Cools, knecht, 24 jaar, geboren en wonend in Malderen, meerderjarige zoon van Jan Frans Cools, overleden in Malderen, en Anna Govaerts, dagloonster te Malderen
16
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
en Maria Theresia Kersbeeck, dienstmeid, 27 jaar, geboren en wonend in Puurs, meerderjarige dochter van Martin Kersbeeck, dagloner te Puurs, en Joanna Catharina Huybrechts, overleden in Puurs. Gelieve voor de afkondiging in uw gemeente te zorgen op zondagen 23 en 30 dezer en me daarna een certificaat daarvan te sturen. De eerste schepen. UC 23 - Malderen 19 juillet 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de lijst van alle personen die gedurende het voorbije trimester ingeënt werden in onze gemeente. De eerste schepen. UC 24 - Malderen 19 juillet 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten een deliberatie van onze gemeenteraad met de voordracht van 2 kandidaten voor de post van burgemeester, die vrij gekomen is door het overlijden van Mr. Ange Van Nuffel. De eerste schepen; UC 25 - Malderen 19 juillet 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Met onze brief van 29 januari 1820 stuurden wij u een deliberatie over de gewenste bouw van een gemeentehuis, schoollokaal en onderwijzerswoning, met plan en bestek, en dit om de goedkeuring van de bevoegde overheid te vragen. Deze stukken werden ons nog niet terug gestuurd en evenmin hebben wij enig antwoord ontvangen. Mogen wij uw tussenkomst vragen. De eerste schepen. DIV - Bruxelles, le 28 juillet 1820 A monsieur le premier echevin de Malderen. (Vertaald) Mijnheer, Ik heb gewacht om een antwoord te geven op het voorstel van uw gemeenteraad aangaande de bouw van een lokaal voor een schoolmeester, omdat ik voorzag dat de kosten die daarvoor nodig zijn de middelen van de gemeente sterk zouden verminderen zodat u in de toekomst zou verplicht worden om uw toevlucht te nemen tot een belastingsrol om uw gewone uitgaven te dekken. Desondanks is de verbetering van het lager onderwijs algemeen gewenst en nodig en is het offers waard. Alvorens het projekt dat ik nu voor ogen hebt aan het oordeel van de gedeputeerde staten voor te leggen, vraag ik u om me te laten weten of het weidingrecht op de gemeentelijke weiden, dat in de begroting van 1820 voor een bedrag van 368 guldens in ontvangsten werd geschreven, niet het recht is dat voor een bedrag van 983,57 guldens werd afgestaan aan mevrouw douairière burggravin de Beughem. Ook wens ik te vernemen of de gemeente geen uitstaande schulden heeft. De gemeenteraad zal een deliberatie moeten nemen waarin op een positieve manier de financiële toestand van de gemeente ter kennis wordt gebracht, in overweging nemende dat, wanneer de twee bedragen van mevrouw de Beughem, samen 3685,32 guldens, worden opgenomen, de gemeenteinkomsten jaarlijks met 201,42 gulden zullen verminderen. Wanneer de raad bewijst dat de voorziene kosten kunnen gemaakt worden zonder dat de gewone behoeften van de gemeente er onder lijden, zal ik deze zaak aan de gedeputeerde staten voorleggen. Hoogachtend. De commissaris van het arrondissement Brussel Chevalier de l’Ordre du Lion Belgique.
17
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 26 - Malderen 7 août 1820 (Vertaald) Conform omzendbrief van de gouverneur van 27 juli stuur ik ingesloten de lijst met het bedrag en de aanwending van de fondsen die voortkomen van de gemeentegoederen die ingevolge de wet van 20 maart 1813 werden vervreemd. De eerste schepen. UC 27 - Malderen 25 août 1820 (Vertaald) Aan de burgemeester van Londerzeel - Ik heb de huwelijksbelofte ontvangen van Petrus Joannes Van Aken, knecht, 33 jaar, geboren en wonend in Londerzeel, meerderjarige zoon van wijlen Henri Van Aken en van wijlen Elisabeth De Wachter en Francisca Meeus, dienstmeid, 25 jaar, geboren en wonend in Malderen, meerderjarige dochter van Egide Meeus en Elisabeth Snackaert, beiden overleden in Malderen. Gelieve voor de afkondiging in uw gemeente te zorgen op zondagen 28 augustus en 3 september en me daarna een certificaat daarvan te sturen. De eerste schepen. UC 28 - Malderen 25 août 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform omzendbrief van de gouverneur van 1 augustus, waarmee hij mijn ingezetene J. Van Aken verwittigde van de liquidatie (van zijn massa in het leger ?), stuur ik het betreffende bericht van pensionnering, getekend door van Aken, terug. De eerste schepen. UC 29 - Malderen 25 août 1820 (Vertaald) Mijnheer de controleur der directe belastingen te Brussel - Ingesloten de lijst van wijzigingen die voor het jaar 1821 opgetreden zijn voor de directe belastingen. De eerste schepen. UC 30 - Malderen 25 août 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw geëerde brief van 28 juli betreffende de bouw van een schoollokaal merk ik op dat het bedrag van 368 gulden foutief in de begroting 1820 werd gebracht als zijnde de opbrengst van graasrechten op de gemeentelijke weide. Eigenlijk is het de opbrengst van de toewijzing van de weeg- en meetrechten op de wekelijkse markt. Het is absoluut onze bedoeling om hier een schoollokaal op te richten en daarom stuur ik hierbij een nieuwe deliberatie waarin de financiële toestand van de gemeente wordt beschreven. Wij vragen u om gevolg te geven aan dit voorstel en te helpen bij de goedkeuring ervan. De eerste schepen. PV N° 1 9-9-1820 – Chasse - Contre le sieur Limnander Jerome à Opdorp. L’An mille huit cent vingt le vingt neuf du mois de Septembre, nous soussigné Jean De Schryver, Garde Champetre de la commune de Malderen, arrondissement de Bruxelles Proviçnce de Brabant meridiional étant à la recherche des vagabonds, braconniers et chasseurs, un quart après midi, ayant oui tirer un coup de fusil, je me suis rendu vers le lieu ou le coup fût laché, et venant sur la pièce de terre nommée den Wilg, située en cette commune, et occupée par le Sr Pierre Kuijckens, cultivateur, domicilié en la dite commune de Malderen, y ayant trouvé Mr Limnander Jerome, proprietaire, demeurant à Opdorp, district de Termonde, Province de la Flandre Orientale, en chassant avec un fusil à deux coupq lui ayant requis son permis de port d’arme de chasse, ainsi que la permission acordée par le dit cultivateur, ne nous ayant pu exhiber ni l’un ni l’autre, disant seulement qu’il en avait, ayant d’ailleurs la conviction que le dit Limnander a été tres souvent à la chasse en cette commune, mème avant
18
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
son ouverture, sans jamais avoir pu le rencontrer, je lui ai declaré qu’il chassait en contravention de la loi. De tout quoi nous avons dressé le present proces verbal, pour etre remis à qui de droit. Willocx Le soussigné Pierre Kuijckens, cultivateur, domicilié à Malderen, arrondissement de Bruxelles, province de Brabant Meridional, declare et certifie par le presente sur la requisition du Garde Champetre de cette commune que jamais il n’a donné la permission à Mr. Limnander Jerome, propriétaire, domicilié à Opdorp, district de Termonde, province de la Flandre Orientale, de chasser sur ses biens. Ainsi fait et delivré pour servir où besoin sera. A Malderen le 29 septembre 1820 Signé P. Kuijckens. DIV - Bruxelles, le 21 septembre 1820 A monsieur le mayeur de Malderen. (Vertaald) Mijnheer, Ik heb de gedeputeerde staten de vraag voorgelegd geformuleerd door uw gemeenteraad om de toelating te krijgen voor de constructie van een gebouw dat geschikt moet zijn om er een school in te houden en om er een onderwijzer in te laten wonen, en waarvan de kosten worden geraamd op 3450 guldens, te lichten op de bedragen die door mevrouw Vanderfosse douairière van burggraaf de Beughem aan de gemeente verschuldigd zijn. Daar waar de gedeputeerden het principe van dit voorstel aanvaarden, sturen ze u toch het ingesloten boekje op aangaande de bouw en de richtlijnen voor schoollokalen, dat indertijd door de minister van openbaar onderwijs werd overgemaakt. Ik vraag u, mijnheer, om het aan uw gemeenteraad voor te leggen om uit te zoeken of men dit plan niet kan volgen bij de geplande bouw van uw gemeenteschool, zonder evenwel de geraamde bouwkosten te verhogen. Ik retourneer u daarom alle documenten die u mij overgemaakt hebt en vraag u mij later het resultaat van het onderzoek van uw gemeenteraad mede te delen en mij de stukken over te maken die de gedeputeerde staten in staat moet stellen om aan zijne majesteit de toelating te vragen die nodig is om de geldmiddelen in kwestie aan te mogen wenden. Hoogachtend. De commissaris van het arrondissement Brussel Chevalier de l’Ordre du Lion Belgique. GR N° 3 (Vertaald) - Gewone zitting van 25 september 1820. Wij leden van de gemeenteraad van Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant Meridional, bijeengeroepen in gewone zitting door de heren schepenen van deze gemeente om, ingevolge de beschikkingen van de omzendbrief van de heren gedeputeerde staten van deze provincie van 18 augustus l.l., ingelast in het Administratie Bulletin van 56 blz. 490, te discussiëren, debatteren en voorlopig vast te stellen de rekening van de heer Verstraeten, gemeenteontvanger, voor het jaar 1819. Gezien de rekening van gezegde Verstraeten, ontvanger, voor het jaar 1819. Gezien de begroting van het jaar 1819. Overwegend dat uit rijp onderzoek en controle van de rekening en van de ondersteunende boekhoudstukken volgt: - dat de ontvangsten van alle aard 1328,38 bedragen en goed opgesteld schijnen te zijn, - dat de uitgaven gebracht zijn op 1269,65 en ook goed opgesteld schijnen te zijn, - het overschot 58,73 bedraagt Besluiten, De rekening van het jaar 1819 van de gemeenteontvanger van Malderen wordt voorlopig vastgesteld (bedragen in Gulden, zie hoger). 19
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aangezien wij erkennen dat de gemeenteontvanger een bedrag van 9,20 Fl. voorgeschoten heeft, dat begrepen is in het hoofdstuk van de "reprises", stellen wij voor om dit bedrag in zijn voordeel over te dragen naar de gemeentebegroting voor het jaar 1821. Getekend: Willocx, Van den Bossche, C. Cuyckens, A.F. De Laet, De Vleminck, A. Slachmuylders. De secretaris: P. Kuyckens. GR N° 4 Gewone zitting van 27 september 1820. Meier en schepenen van de gemeente Malderen, hebbende samengeroepen de leden van de gemeenteraad ingevolge de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 18 augustus, ingevoegd in het A.B. nr. 56, blz. 490 om over te gaan tot het opmaken van de gemeentebegroting van het jaar 1821. Gezien de begroting van de kerkfabriek van Malderen voor het jaar 1821, opgemaakt door raadsleden en kerkmeesters en goedgekeurd door Zijne Eminentie de aartsbisschop van Mechelen op 15 dezer maand, evenals de gedetailleerde staat van haar ontvangsten en renten. Overwegend dat na correct onderzoek blijkt dat de reële inkomsten van gezegde fabriek slechts 373 Fl. bedragen en de uitgaven oplopen tot 615 FL, er dus een tekort is van 242 Fl. Overwegend tenslotte dat de uitgaven in kwestie nodig en noodzakelijk zijn en dat de financië le toestand en de ontvangsten van de gemeente het mogelijk maken om het betreffende deficit te dekken. Besluiten dat het in deficit gebrachte bedrag op de begroting 1821 van de kerkfabriek van Malderen, zijnde 242 Fl., zal gedragen worden door de gemeente en dat dit bijgevolg zal voorgesteld worden in de gemeentebegroting van hetzelfde jaar om goedgekeurd te worden door de weledele gedeputeerde staten van deze provincie. Getekend: Willocx, voorzitter, Van den Bossche, C. Cuyckens, A.F. De Laet, De Vleminck, A. Slachmuylders. De secretaris: P. Kuyckens. GR N° 5 (Vertaald) - Gewone zitting van 27 september 1820. De schepenen van de gemeente Malderen, hebbende samengeroepen de leden van de gemeenteraad ingevolge de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 18 augustus, ingevoegd in het A.B. nr. 56, blz. 490 om over te gaan tot het opmaken van de gemeentebegroting van het jaar 1821. Gezien het rapport van de heren schepenen dezer gemeente van 26 dezer betreffende de constructie van twee bruggetjes in de Zwolmstraat, waarvan zij de dringendheid en noodzakelijkheid hebben erkend tijdens hun laatste bezoek aan buurtwegen, greppels en waterlopen. Overwegend dat het ons perfect bekend is dat de bouw van deze twee bruggetjes zeer dringend is, zowel om de straat in een aanvaardbare toestand te herstellen als om de aanpalende gronden niet te beschadigen doordat het water er in de winter en bij regenweer opgehouden wordt, en dat de hier uit voortvloeiende kosten ten laste van de gemeente vallen aangezien het een buurtweg is. Besluiten om in de loop van de lente van het volgende jaar in de straat genoemd Zwolmstraat, gelegen in deze gemeente, twee bruggetjes te bouwen onder leiding van de heren schepenen, en waarvan de kosten 25 Fl. zullen bedragen volgens het bijgevoegde ramende bestek, en om de uitgave in de begroting van hetzelfde jaar voor te stellen. Getekend: Willocx, voorzitter, Van den Bossche, C. Cuyckens, A.F. De Laet, De Vleminck, A. Slachmuylders. De secretaris: P. Kuyckens. GR N° 6 (Vertaald) - Kopie van het ramend bestek (opgemaakt op 26 september 1820). Kostenraming opgesteld door Jean Baptiste De Pauw, meester metser, woonachtig in Opdorp Oost-Vlaanderen, op vraag van de heren schepenen en raadsleden van de gemeente Malderen met betrekking tot het bouwen van 2 bruggetjes. 20
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1) 3500 bakstenen à 3,50 Fl. per 1000, transport inbegrepen: 2) 6 zakken kalk, transport inbegrepen, à 0,90 Fl. per zak 3) Arbeid Totaal: 25,00 Fl.
12,25 Fl. 5,40 Fl. 7,35 Fl.
UC 31 - Malderen 12 octobre 1820 (Vertaald) Mijnheer de procureur des konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde - In antwoord op uw schrijven van 14 september in verband met de opsporing van Catharina Reyntens, geboren in Malderen, en veroordeeld tot opsluiting vanwege een diefstal in Beveren, laten wij u weten dat uit onze opzoekingen gebleken is dat deze persoon niet hierheen gevlucht is en hier niet verblijft. Over haar zedelijk gedrag en haar signalement kunnen wij niets zeggen want ze heeft al vele jaren geleden onze gemeente verlaten. De schepenen van Malderen. UC 32 - Malderen 12 octobre 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten sturen wij: 1) De begroting van de gemeente en van de kerkfabriek voor 1821 en de documenten in verband daarmee. 2) De rekening van de gemeente-ontvanger voor het jaar 1819, met de bewijsstukken, voorlopig door de gemeenteraad goedgekeurd. 3) De deliberatie van de gemeenteraad over de bouw van een gemeentehuis, een schoollokaal en een onderwijzerswoning, met plans en bestek. 4) De driemaandelijkse lijst van inentingen van juli laatst. De schepenen. UC 33 - Malderen 17 octobre 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Uit uw brief van 12 dezer verneem ik met het grootst mogelijke verdriet dat de provinciegouverneur klachten ontvangen heeft van de controleur der registratie en domeinen van Humbeek als zou ik de kolommen met de overlijdensgegevens, die we hem iedere maand moeten bezorgen, niet correct genoeg invullen en, ondanks herhaalde aanmaningen van zijnentwege, zou weigeren om de fouten en vergetelheden te verbeteren. Ik weet echter niet waaruit die fouten en weglatingen bestaan en ik heb hem nooit en op geen enkel punt een weigering gestuurd. Als de heer Van Nuffel, ex-meier van deze gemeente fouten gemaakt heeft dan is dat niet mijn fout en, wat meer is, ik heb er geen weet van. De eerste schepen. DIV - Bruxelles, le 20 octobre 1820 A monsieur le mayeur de Malderen. (Vertaald) Mijnheer, De beraadslaging van uw gemeenteraad van 27 september laatstleden betreffende het project voor de bouw van een gebouw dat dienst kan doen om er een school in onder te brengen en als woning voor de onderwijzer, en waarvan de kosten geraamd werden op 3450 guldens Nederlands, en die u me hebt overgemaakt, voldoet niet volledig aan de inhoud van mijn brief van 21 september met dewelke ik u vroeg of men niet eerder kon werken volgens het plan dat indertijd door zijne excellentie de minister van openbaar onderwijs werd overgemaakt, zonder evenwel de kostenraming van het ramend bestek te overstijgen. Het is absoluut nodig, mijnheer, om op die vraag een antwoord te geven, gezien de gemeenteraad zich over dit onderwerp amper uitgesproken heeft en er dus twijfel bestaat over de keuze van het plan dat aangenomen werd.
21
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Ik vraag u dus om de gemeenteraad opnieuw samen te roepen om een nieuwe deliberatie te nemen met een gemotiveerd advies mocht het door zijne excellentie gestuurde plan niet worden aangenomen. Geef me de mogelijkheid om mijn verslag zo snel mogelijk aan de gedeputeerde staten te bezorgen. Hoogachtend. De commissaris van het arrondissement Brussel Chevalier de l’Ordre du Lion Belgique. UC 34 - Malderen 23 octobre 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Met uw brief van 17 dezer stuurde u mij de ingesloten staat terug, omdat er maar een bedrag van 2613,39 werd overgebracht daar waar in onze deliberatie over de bouw van een gemeentehuis gezegd werd dat dame douairière weduwe de Beughem onze gemeente een bedrag van 3685,32 gulden (afkomstig van de verkoop van gemeentegoederen) schuldig is. Ik merk op dat in dezelfde deliberatie gezegd wordt dat dezelfde dame schuldig is "secundo, een bedrag van 983,50 gulden over de rechten van doorgang en grazing die de inwoners van Malderen hadden op de Heide, en die afgekocht werden als gevolg van een speciaal koninklijk besluit van 22 december 1815". Dit bedrag werd niet in de bewuste staat gebracht omdat de hoofding van deze staat slechts spreekt over de bedragen en de aanwending van de fondsen die, toen de Franse autoriteiten zich terugtrokken, nog te innen waren op de gemeentegoederen die verkocht waren ingevolge het koninklijk besluit van 1815. Beide bedragen in kwestie bevinden zich nog in handen van mevrouw de Beughem. De kasseide die in 1817 werd aangelegd heeft 2816,10 gulden gekost. De eerste schepen. UC 35 - Malderen 24 octobre 1820 (Vertaald) Aan de ingenieur-verificateur van het kadaster van Brabant - In antwoord op uw brief van 18 dezer, heb ik volgende te zeggen. 1) Welke voet en hoeveel voeten gaan er in de roede die in onze gemeente wordt gebruikt? Antwoord: 20 1/3 Brusselse voeten per roede. 2) Hoeveel hectaren (of oude bannieren) gaan er volgens u in onze gemeente? Antwoord: 625 oude bannieren (?) 3) Hoeveel percelen eigendom zijn er bij benadering bebouwd? Antwoord: 300 percelen. 4) Wat is het benaderend aantal van alle percelen, de voorgaande inbegrepen? Antwoord: 1800. 5) Het aantal percelen, zowel bos, land als heide, die groter zijn dan 25 Ha, in eenzelfde kultuur. Antwoord: negatief. De eerste schepen. GR N° 7 (Vertaald) - Zitting van 27 oktober 1820 De schepenen van de gemeente Malderen, hebbende samengeroepen de leden van de gemeenteraad om te delibereren over de bouw van een gemeentehuis, een onderwijzerswoning en een schoollokaal, Gezien het bouwboekje en de interne ordonnantie over de schoolzalen, indertijd overgemaakt door zijne eminentie de minister van het openbaar onderwijs. Gezien het plan van de schoolzaal dat bij gezegde project was gevoegd.
22
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Overwegend dat de gemeente Malderen een stuk grond bezit in dezelfde gemeente, groot 6a 30ca, ofwel 20 roeden oude maat. Overwegend dat dame Cathérine Thérèse Ghislaine Vanderfosse, douairière van wijlen de heer Antoine Charles burggraaf de Beughem, eigenaarster, gedomicilieerd te Brussel, deze gemeente nog verschuldigd is: - Primo: een bedrag van 27613,40 Gulden, afkomstig van de verkoop van gemeentegoederen die plaats gehad heeft op de voorzegde prefectuur van het departement van de Dijle op 3 november 1813 en waarvan gezegde dame zich koopster heeft verklaard, en - Secundo: een bedrag van 1028,57 Gulden, afkomstig van de concessie die aan gezegde dame verleend werd, namelijk het recht van doorgang en de weiderechten die de inwoners van Malderen bezaten op een terrein genaamd de Heide/Kruisheide, gelegen in de gezegde gemeente, en dit ingevolge een besluit van Hare Majesteit van de 22ste december 1815, samen een bedrag vormend van 3641,97 Guldens, welk bedrag ten alle tijde beschikbaar is na de toelating van de bevoegde autoriteit, conform aan de bedingingen van de contracten gedateerd 28 augustus 1815 en 19 maart 1816. Overwegend dat deze gemeente geen enkele geconsolideerde of opeisbare schuld ten laste heeft, dat de gewone en buitengewone ontvangsten van de gemeente, volgens de begroting van 1820, 1466,06 Gulden bedragen en dat de uitgaven slechts 985,78 Gulden belopen, waaruit een overschot volgt van 180,33 Fl. Overwegend dat, indien de twee bedragen die door dame douairière de Beughem verschuldigd zijn, opgenomen worden, de gemeente-inkomsten jaarlijks met slechts 182,10 Gulden verminderen, dat de in het vooruitzicht gestelde uitgave kan gebeuren zonder de gewone behoeften van de gemeente in de toekomst in het gedrang te brengen, te meer daar de volledige som die de gezegde dame verschuldigd is 191,97 Gulden hoger is dan de uitgave in kwestie die, volgens de raming niet meer dab 3450 Gulden bedraagt en die bij de aanbesteding nog kan verminderen. Overwegende dat de betreurenswaardige staat tot dewelke het lager onderwijs in deze gemeente is vervallen, vereist dat er zonder uitstel maatregelen getroffen worden om geleidelijk de verbeteringen te bekomen die zo algemeen gewenst zijn en noodzakelijk geacht worden voor het welzijn van de komende generatie, en die we nooit zullen kunnen bereiken zonder dat er een huis voor de onderwijzer en een lokaal voor het geven van lessen wordt gebouwd. Overwegende tenslotte dat het terrein niet toelaat om het plan van de schoolzaal, ons bezorgd door de minister, geheel of gedeeltelijk te volgen omdat het volgens een geraadpleegde architect onmogelijk is om er én de schoolzaal én een gemeentehuis én een huis voor de onderwijzer en zijn familie op te bouwen zonder daarbij de kostenraming van het bestek te overschrijden, en omdat het een nutteloze uitgave zou zijn om een schoolzaal te bouwen zonder onderwijzerswoning, temeer daar deze zaal geen zolder heeft, die noodzakelijk is om er de kostgangers te logeren die zich in de toekomst aan zouden kunnen bieden en die de onderwijzer zal moeten accepteren en voor wie hij op de zolder van zijn woning geen plaats zal hebben omdat die voor andere behoeften van de onderwijzer zal worden gebruikt. Besluit Op het gezegde stuk grond zullen in de loop van het jaar 1821 een gemeentehuis, een woning die geschikt is voor een onderwijzer en zijn familie, en een lokaal dat geëigend is voor het houden van een school gebouwd worden, conform het bijgevoegde plan en bestek, getekend en gemaakt op ons verzoek door de heer Pierre Jean Meeus, architect, woonachtig in Puurs, provincie Antwerpen, en waarvoor de kosten volgens het bijgesloten bestek worden geraamd op 3450 Fl. De schoolmeubelen die volgens de gezegde ordonnantie van de minister van openbaar onderwijs nodig zijn, zullen aangekocht worden maar blijven ten laste van de onderwijzer zoals dat tegenwoordig ook zo in de provincie Antwerpen wordt toegepast. De schoolzaal zal gedurende de winter verwarmd worden bij middel van buizen die in de keuken van de onderwijzer zullen vertrekken.
23
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Tegenwoordige deliberatie, plan en ramend bestek zullen ter goedkeuring en autorisatie gestuurd worden naar de weledele heren gedeputeerde staten van deze provincie. Alzo werd gedelibereerd te Malderen, dag, maand en jaar als boven. Getekend: B. De Boeck, Willocx, Van den Bossche, C. Cuyckens, A.F. De Laet, De Vleminck, A. Slachmuylders. De secretaris van het bestuur, Kuyckens. (Goedgekeurd) UC 36 - Malderen 28 octobre 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Jean De Schrijver, onze veldwachter, heeft op 29 september jongstleden de heer Jerome Limnander, eigenaar te Opdorp, distrikt Dendermonde, provincie Oost-Vlaanderen, betrapt toen hij op jacht was in onze gemeente zonder wapenvergunning en zonder toelating van de eigenaar van het terrein waarop hij aan het jagen was. Daarom werd er dezelfde dag tegen hem een proces verbaal opgesteld en naar de procureur des konings te Brussel gestuurd. De schepenen van Malderen. UC 37 - Malderen 4 novembre 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten het lastenboek van de aanbesteding van de weeg- en meetrechten voor de jaren 1821, 1822 en 1823, voor uw visum en voor het akkoord van de gedeputeerde staten. De eerste schepen. UC 38 - Malderen 4 novembre 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingevolge omzendbrief van de gedeputeerde staten van 17 oktober (B.A. 65, deel 4) deel ik u mee dat er in de gemeentekas nooit bedragen gestort werden afkomstig van de afschaffing van plaatsen of diensten. De schepenen van Malderen. UC 39 - Malderen 8 novembre 1820 (Vertaald) Mijnheer de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel - Ingesloten het register van huwelijken en scheidingen en het register van huwelijksaankondigingen voor het jaar 1820. Gelieve aan elke register een blad toe te laten voegen en ze ons zo snel mogelijk terug te sturen. De eerste schepen. UC 40 - Malderen 8 novembre 1820 (Vertaald) Aan mevrouw douairière weduwe van wijlen burggraaf de Beughem - Mevrouw, aangezien we dringend moeten weten hoe groot het voorschot was op de verkoopprijs van de gemeentegoederen die u in 1813 verworven heeft, en omdat wij het juiste bedrag ervan niet kennen omdat wijlen de heer Van Nuffel dat niet heeft genoteerd, vraag ik u om dat aan de drager van dit bericht mee te delen evenals de datum van de kwitantie die toen werd afgeleverd. De eerste schepen. UC 41 - Malderen 8 novembre 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform omzendbrief der gedeputeerde staten van 2 dezer (BA 70), laten wij u weten dat, in uitvoering van art. 8 van het reglement over het bestuur ten plattelande, de wekelijkse vergadering van het college van burgemeester en schepenen vastgesteld werd donderdag, 8 uur 's morgens, en dat dit altijd stipt werd toegepast. De schepenen.
24
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 42 - Malderen 10 novembre 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten een nieuwe deliberatie van onze gemeenteraad over de bouw van een gemeentehuis en schoollokaal. Wij smeken u mijnheer om uw medewerking zodat deze stukken de nodige toelating zullen krijgen en zo snel mogelijk zullen worden terug gestuurd. De schepenen. UC 43 - Malderen 10 november 1820 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw brief van 26 oktober over het gebruik van de geldmiddelen die we ontvingen uit de verkoop van gemeentegoederen en over de bedragen die we dienaangaande nog moeten innen, kan ik u alleen maar het volgende laten weten. - De werkelijke waarde van de gemeentegoederen die in 1813 werden afgestaan aan mevrouw de Beughem, was: 11491 francs of 5429,50 gulden. - Van dezelfde mevrouw ontvingen we voor de aanleg van de kasseide (kopie van kwitantie in bijlage): 5960 francs of 2816,10 gulden. - Dus valt er nog te innen: 5531 francs of 2613,40 gulden. Ik denk dat de intresten van de rente die deze dame ons moet, die 150 gulden belopen, en die door de vorige meier in de begroting van 1820 werden gebracht, daar door een rekenfout in terecht gekomen zijn. Wat betreft de afkoop in 1815 door dezelfde mevrouw van de passage- en weiderechten, werd de afkoopsom in de deliberatie van onze gemeenteraad over de bouw van een gemeentehuis verkeerdelijk als 983,57 gulden vermeld. Het correcte bedrag is 1200 zilvergulden of 1028,57 gulden. Het bedrag van 60,40 gulden in de hierbij gevoegde tabel, is afkomstig van de verkoop aan de heren Werry en Boulay - eveneens in 1813 - van een klein stukje grond van 13a 30ca, en werd gedeponeerd bij de Berg van Barmhartigheid in Brussel. De kasseide die in het dorp van Malderen werd aangelegd in 1817, heeft volgens 2 kwitanties die door de aannemer werden afgeleverd 2833,56 gulden gekost, waarvan 2816,10 gulden werd betaald door mevrouw de Beughem en de rest (17,45 gulden) werd toegewezen aan de begroting van 1819 (conform uw brief van 22 augustus 1818). De schepenen.
25
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1821 **** UC 44 - Malderen 2 janvier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 19 december 1820 melden wij dat er in onze gemeenten geen bedienaars van de eredienst in functie zijn die buiten de huidige grenzen van het koninkrijk der Nederlanden geboren zijn. De schepenen. GR N° 8 Zitting van 18 januari 1821 (Samengevat) Joseph Slachmuylders en Corneille Cuyckens, gemeenteraadsleden, worden aan de gedeputeerde staten voorgesteld als kandidaten voor de plaats van schepen, die vrij gekomen is door de benoeming van Josse Willocx tot meier. GR N° 9 Zitting van 18 januari 1821 (vervolg). (Vertaald) Lijst van kandidaten, voorgesteld aan de weledele heren gedeputeerde staten van de provincie door de meier, schepen en raadsleden van de gemeente Malderen om, conform art. 23§3 van het bestuursreglement van het platte land van 3 januari 1818, tot gemeenteraadslid benoemd te worden. Volgnr. 1 2 3 4 5 6
Naam en voornaam Leeft. Hulsbosch Jean Fr. 44 De Vleminck Jean B. 50 Hulsbosch Ferdinand 67 Daelemans Ant. 35 Hulsbosch Gilles 48 Van Tricht Maxim. 38
Beroep Landbouwer Landbouwer Landbouwer Landbouwer Landbouwer Landbouwer
Woont Malderen Malderen Malderen Malderen Malderen Malderen
Uittredend lid Groeninckx Pierre Ant. De Vleminck Pierre Slachmuylders Joseph of Kuyckens Corneille
Motief uittreden Overleden Ontslag Voorgedragen tot schepen
Opgesteld en voorgesteld te Malderen, 18 januari 1821 Getekend: Willocx, meier, B. De Boeck, E. Van den Bossche, C. Cuyckens, A.F. De Laet, De Vleminck, A. Slachmuylders. De secretaris, P. Kuyckens. UC 45 - Malderen 18 janvier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de voordracht van twee kandidaten voor de benoeming van een schepen en de kandidatenlijst voor de benoeming van drie gemeenteraadsleden. Burgemeester en schepenen van Malderen. UC 46 - Malderen 18 janvier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de trimestriële inentingslijst van oktober 1820. Burgemeester en schepenen. UC 47 - Malderen 19 janvier 1821 (Vertaald) aan de ontvanger der registratie te Humbeek - Ingesloten ons repertorium van het laatste trimester 1820 voor aanbrengen van visum. Ik kon het niet eerder sturen omdat ik het proces verbaal van de toewijzing van het openbare weegrecht pas op 18 dezer gekregen heb. De burgemeester.
26
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 48 - Malderen 19 janvier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten, voor goedkeuring door de gedeputeerde staten, proces verbaal van de toewijzing van de waag samen met een opgave van de kosten die voor deze toewijzing gemaakt werden. Ik heb het pas op 18 dezer ontvangen en kon het dus niet vroeger sturen. De burgemeester. UC 49 - Malderen 29 janvier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten het register der inschrijvingen van de miliciens van de lichting 1821 evenals de alfabetische tabel. De burgemeester. UC 50 - Malderen 29 janvier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform omzendbrief van de gouverneur van 18 dezer (BA 6) deel ik u mee dat wij de dubbels van de huwelijksregisters van het jaar 1820 bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel gedeponeerd hebben op 27 dezer. De burgemeester UC 51 - Malderen 29 janvier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw brief van 22 dezer waarin u opmerkt dat van de 6 kandidaten die wij voor de functie van gemeenteraadslid hebben voorgedragen er drie "Hulsbosch" heten en wellicht verwant zijn, deel ik u mee dat er slechts een derdegraads verwantschap is. Meest geschikt voor de functie zijn Hulsbosch Jean François, De Vleminck Pierre en Daelemans Antoine. Burgemeester en schepenen. DIV - Malderen, 2 february 1821. Tableau general van alle de wegen der gemeente van Malderen, gedresseert ende geformeert door het gemeentebestuer van ’t zelven Malderen ingevolge het reglement op de wegen beslooten door de gedeputeerde staten der provintie van Zuyd-Brabant in date 27 juny 1818; goedgekeurt door besluyt van Zijne Majesteyt in date 14 juny 1820 nr. 51, ingeschreven in den bulletin administratief nr. 47 tome 4. De wegen zijn verdeylt ingevolge het bovengemeld besluyt in twee klassen, te weten: Eerste klasse. Nr. 1 – De groote aerdewegen (heerbaene) welke breedte zijn bepaelt is op 11 ellen 82 duymen ofte 40 voeten Brabantsch. Nr. 2 – De wegen geschikt tot het doorgaen der koeyen, schaepen enz. en van de eene gemeente naer eene andere loopende, welke breedte bepaelt is op 6 ellen 61 duym, 24 voeten. Nr. 3 – De wegen binnen den omtrek der gemeente, dienende tot gemeenschap onder de inwoonders en die de breedte moeten hebben van 4 ellen 96 duym, 18 voeten. Tweede klasse. Nr. 1 - De wegen van den landbouw, die voor het ploegen dienende tot den uytgang der velden, de molenwegen voor eene karre alleen geschikt, welker breedte 3 ellen 30 duym, 12 voeten zal hebben. Nr. 2 – De molenwegen, alleenlijk gangbaer voor mannen of peerden geladen met zakken, welke breedte zal zijn 2 ellen 20 duym 8 voeten. Nr. 3 – De dwarswegen ofte voetpaden, welker breedte is bepaelt op 1 elle 63 duym, 6 voeten. De breedte die in de voorgaenden artikel voor elken weg bepaelt zijn, zullen vrij zijn en zonder er de grachten in mede te begrijpen, met de welke het noodig mogt zijn dat de wegen moesten geboord zijn.
27
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
naem soort innemingen begaen door Wegen van de 1ste klasse nr. 2 (moeten breedte hebben van 24 voeten of 6 ellen en 61 duymen) Droogstraete aerdeweg naer Opdorp Van den Eynde Henri (1,5 ellen) Cooremans Emanuael (1 el) Peeters Joseph (1 el) Eeckhoutstraete aerdeweg naer Buggenhout Van Engelgem Adrien, Opdorp (2 el) De Lannoe J.B. (1 el) Caluwaerts J.B., Buggenhout (1 el) De Vadder Alexis (1,5 ellen) Van Thienen Engelbert (1,5 ellen) Heymans Peeter, weduwe (2 ellen) Werri, Brussel (1,5 ellen) Gemeente Malderen (1 el) * Van Israël François (1 el) Van der Vorst Jean (1 el) Leon Joannes (1 el) Van Assche Peeter (1 el) Leon Ivo (1 el) De Kinder Peeter (1,5 ellen) Steenuffelstraete idem nr Londerzele en Steenuffel Geene Lippeloostraete aerdeweg naer Lippeloo Geene Wegen van de 1ste klasse nr. 3 (moeten breedte hebben van 18 voeten of 4 ellen en 96 duymen) Cauterstraete aerdeweg naer de Beeckstraete De Schrijver Jean (50 duymen) Vertongen Gilles (1 el) Walschap Jean Baptiste (1 el) Vertongen Gilles (50 duymen) Van Riet Jean Baptiste (50 duymen) De Potter Frans (50 duymen) Van Egmont Jean Bapt. (50 duymen) Vertongen Jean Bapt. (50 duymen) Goossens Pierre (50 duymen) Kerke en Armen (1 el) Reyntens Philippe (70 duymen) Moens Jean Baptiste (70 duymen) Van Aken Franciscus (70 duymen) De Boeck Guil.(gebruyker) (70 d.) Broekstraete aerdeweg naer de Lippeloostraete Cooremens Jean Baptiste (1 el) Chenal, Brussel (5 duymen) Van Troey, Bornhem (50 duymen) Cleerebaut Jean (1 el) De Koker Pierre (1 el) Fiderd, Mechelen (50 duymen) Heremans Frans, weduwe (50 duym) Van den Berghe Pierre, wed. (1 el) Chenal, Brussel (1 el) Reyntens Philippe (1 el) Broekstraete aerdeweg van de Lippeloostraete Nuyt Philippe, Oppuers (70 duymen) naer de Bloemstraete Rottiers Pierre (50 duymen) Van Nuffel Ange, wed. (50 duymen) Bergstraete aerdeweg van de Marselaerdreve Baron d’Hooghvorst, Meise (50 d.) naer Coevoetmolen Baron Van Rolie, Brussel (50 duym) Beeckstraete aerdeweg van de limiet van Steen- Groeninckx Pierre Ant, wed. (1 el) uffel naer den weg van Londerzele Rollier, Opdorp (1 el) De Jonghe Pierre (1 el) Boomans Jean (60 duymen) Reyntens Pascal (60 duymen) Van Grootven, Dendermonde (1 el) * Janssens André (1 el) Meert Judocus (1 el) Piessens Jean (1 el) Van der Stappen Joseph (1 el) Libert, Steenuffel (50 duymen)
28
Aenmerk.
* verhuerd aen Franc. Van den Broeck
* huerder Robberechts Jacques
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Grootstukstraete Holstraete
aerdeweg van de Droogstraete naer d’ Eeckhoutstraete aerdeweg van de Droogstraete naer de Steenuffelsche dreve
Botermelkstraete
Verdoodt Augustin (50 duym) Janssen André (huerder) (50 duym) Michiels Jean Baptiste (1 el) Peeters Jean Bapt., weduwe (1 el) Verrest Ange, ergenaemen (1 el) Peeters Joseph (1 el) Hofmans Frans, opdorp (1 el) Cooremans Jean (1 el) Van den Boogaert (1 el) Groeninckx Pierre Ant, wed. (1 el) Caluwaerts Jean Bt, Buggenh. (1 el) Van Hoeymissen Jean Bt, wed. (1 el) Geene (overal 5 ellen breed)
aerdeweg van de Steenuffelstraete naar het Steenuffels straetjen Steenuffels aerdeweg van de Botermelstraete Geene (overal 4 ellen en 96 duymen) straetjen naer de Steenuffelsche dreve Steenuffelsche aerdeweg van de Boeckxheyde Geene (overal 7 ellen breed) dreve naer de Beeckstraete Mattestraete aerdeweg van de Boeckxheyde Geene (overal 7 ellen breed) naer den Bauw Bauwdreve aerdeweg van limiet van BuggenGeene (overal 6 ellen 50 duymen) hout naer de Steenuffelsche dreve Middelstraete aerdeweg van de Steenuffelsche Geene (overal 5 ellen breed) dreve naer de Bauwdreve Zonder naem eene dreve leydende van SteenufGeene (overal 7 ellen breed) felsche dreve naer Steenuffel Kaeshoefstraete aerdeweg van de Beeckstraete naer Geene (overal 6 ellen breed) Steenuffel Zonder naem aerdeweg van de Lippeloostraete Geene (overal 5 ellen breed) naer Opdorp Bloemstraete aerdeweg van de Broekstraete naer Geene (overal 5 ellen) het Houte Kruys Zonder naem aerdeweg van de Lippeloostraete Geene (overal 5 ellen breed) naer den weg komende van Opdorp naer de Broekstraete Zonder naem aerdeweg nemende zijne source in Geene (overal 5 ellen breed) de straete komende van Opdorp naer Lippelo Zonder naem dreve komende uyt de straete van Geene (overal 6 ellen breed) Opdorp leydende naer de Lippeloostraete en zoo op den Woelput Zonder naem dreve komende van de Broekstrae- Geene (overal 6 ellen breed) te naer den Woelput Zonder naem aerdeweg komende van Opdorp 3 Geene (overal 5 ellen breed) huyzen naer den Woelput Marselaerdreve aerdeweg van de Bloemstraet naer Geene (overal 5 ellen breed) de Savelstraete ofte Bergstraete Zonder naem aerdeweg komende van de MarseGeen (overal 6 ellen breed) laerdreve naer het pagthof va n Pauwels ofte Londerzele Sint Jansstraete aerdeweg van Savelstraete ofte Geene (overal 5 ellen breed) Bergstr. naer Lippeloo en Liezele Wegen van de 2ste klasse nr. 1 (moeten breedte hebben van 12 voeten of 3 ellen en 30 duymen) Boeckxheyde aerdeweg naer het land genaemt d’ Geene Heeckhout Boeckxheyde aerdeweg naer den Cauter genaemt Geene den Hoogweg tot Opdorp Boeckxheyde aerdeweg naer den Polder Geene (overal 3 ellen 40 duymen) Mattestraete aerdeweg naer het land “de bosHeymans Joanna (1 el) (hele lengte) schen” op Buggenhout Mattestraete aerdeweg naer het land “de bosLaureys Ferdinand (50 duym)
29
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt schen” op Buggenhout Mattestraete Mattestraete Bauwdreve Bauwdreve Zonder naem Moledrefken Zonder naem Zonder naem Waterbosschen Gilles Moens straete Zonder naem Wilg Zonder naem
d’ Elst Buggenhoutmeersch Bekenvelt Zonder naem Elsbosschen Hekelbosschen Kampensweyde Brugkouter Sluys Collegiebosschen Schoorsnest Hoogebosschen Polder
aerdeweg naer de Speurkbosschen aerdeweg naer de Speurkbosschen aerdeweg van 2 partijen lands komende in de Bauwdreve aerdeweg van de Steenuffelstraete naer de Bauwdreve aerdeweg van het Zadvat naer de Steenuffelstraete aerdeweg van het Steenuffels straetjen naer den molen aerdeweg van het land den Molenberg in het Steenuffels straetjen aerdeweg van de Steenuffelstraete in de Lange dreve aerdeweg van de Waterbosschen naer de Steenuffelstraete aerdeweg komende in de Steenuffelstraete aerdeweg van de Kouterstraete naer de Beeckstraete 3 uytwegen komende van den Wilg in de Kouterstraete aerdeweg van de Waterbosschen in de Kouterstraete
aerdeweg van d’Elst in de Beeckstraete aerdeweg van de Buggenhoutmeersch in de Beeckstraete aerdeweg van de Bekenvelt in de Beeckstraete aerdeweg van de Vischmeer en den Kouter in de Broekstraete aerdeweg van d’Elsbosschen naer de Broekstraete aerdeweg van d’Hekelbosschen in de Broekstraete aerdeweg van Kampensweyde naer de Broekstraete aerdeweg van de Brugkouter naer de Broekstraete aerdeweg van de Sluys naer de Broekstraete aerdeweg van de Collegiebosschen naer de Bloemstraete aerdeweg van den Schoorsnest naer de Marselaerdreve aerdeweg van de Hoogebosschen naer de Zavelstraete aerdeweg van de Zavelstraete naer den Polder
30
Meert Jacobus (50 duym) Verhavert Peeter, wed. (50 duym) Van Beveren Jean Baptist (50 duym) Geene (overel 3 ellen 35 duymen) De Decker Pierre, Buggenh. (50 d.) Geene (overal 3 ellen 30 duymen) Geene (overal 3 ellen 40 duymen) Heymans Albert (50 duymen) Van Riet Josse (50 duymen) Geene (overal 3 el 50 duym breed) Geene (overal 3 ellen 30 duymen) Robijns, Londerzele (50 duymen) Geene (overal 3 el 35 duymen breed) Geene Geene Geene (overal 3 el 35 duymen) Valckaert Corneille (50 duymen) Van Linthout J.B., wed. (50 duym) De Wachter Henri (50 duym) Hombreu Jean Baptiste (50 duym) Goossens Frans, wed. (50 duym) Tierens Frans (huurder) (50 duym) Cooremans Jean (50 duym) Van den Bogaerde, Antwerpen (50 d) Pauwels, madame (30 duym) Leureys Pierre, de erfgen. (30 duym) Geene (overal 3 el 40 duym breed) Geene Geene Geene (overal 3 el 35 duym breed) Geene (overal 3 el 40 duym breed) Geene Geene Geene Walschap Jean Bt., wed. (50 duym) Geene Geene Geene Geene
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Grootbroeck
aerdeweg van de Marselaerdreve Geene naer het Grootbroeck Kleynbroeck aerdeweg van het Kleynbroeck Geene naer de Broekstraete Sannaertstraete aerdeweg van de Sannaertstraete De Wachter Fr. (50 d.) (De Smedt naer de Broekstraete Henri, huurder) Morselée aerdeweg van de Morselée naer de De Smedt Henri (50 duymen) Broekstraete Kerremeire aerdeweg van de Kerremeire naer Geene de Lippeloostraete Gouwbosschen aerdeweg van de Gouwbosschen Geene naer de straete komende van Opdorp naer Lippeloo Zonder naem Vier wegen op de Kruysheyde Geene (overal 3 ellen 40 duymen) Clauterbosschen aerdeweg van de Clauterbosschen Van Keer Philippe, wed. (50 duym) komende in de straete van Opdorp naer Lippeloo Zwolmgat aerdeweg van de Zwolmstraete Geene naer het Zwolmgat Schaepstraetjen aerdeweg van de Zwolmstraete Geene naer den Nieuwstad tot Opdorp Boogaert aerdeweg van het Dorp naer den Cooremans Emanuel (1 el) Boogaert en Loeysyck Kerkeveld aerdeweg van het Dorp naer het Geene Kerkeveld Zonder naem aerdeweg van het Dorp naer het Geene (overal 3 el 40 duym breed) Doorekapelleken, Broekstraete en Stapstraete Wegen van de 2ste klasse nr. 2 (moeten breedte hebben van 8 voeten of 2 ellen en 20 duymen) Zonder naem voetpad van Dorp naer het Zandvat Geene Zonder naem voetpad van Stapstraet naer HerGeene bodinnemolen Wegen van de 2ste klasse nr. 3 (moeten breedte hebben van 6voeten of 1 el en 65 duymen) Zonder naem voetpad van Coevoetmolen naer ’t Geene Lammendrefken Zonder naem voetpad van Coevoetmolen naer Geene (overal 1 el 70 duym breed) den Zavel Zonder naem voetpad van den Zavel naer Liezel Geene Zonder naem voetpad van Marselaerdreve naer Geene Lippeloo door het Broek Zonder naem voetpad van de Bloemstraete naer Geene (overal 1 el 70 duym breed) Marselaerdreve Zonder naem voetpad van de Woelput naer de Geene Cruysheyde Zonder naem voetpad van ’t Zwaentjen naer ’t Geene Groenhof Zonder naem voetpad van de Broekstraete naer Geene (overal 1 el 68 duym breed) de Cruysheyde Zonder naem voetpad van de Lippeloostraete Geene naer de Broekstraete Zonder naem voetpad van de Lippeloostraete Geene naer de Couterstraete Zonder naem voetpad van ’t Dorp naer ‘t Groen- Geene hof Zonder naem voetpad van de Broekstraete naer Geene de Beeckstraete Zonder naem voetpad van de Cauterstraete naer Geene ’t Dorp Zonder naem voetpad van’t Dorp naer Opdorp Geene langs den Boogaert Zonder naem voetpad van ’t Dorp naer de Geene
31
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem Zonder naem
Cruysheyde lans den Boogaert voetpad van de Loeysyck naer de Lippeloostraete voetpad van het Dorp naer de Smisstraete voetpad van ’t Dorp naer d’ Heeckhoutstraete voetpad van de Molenheyde naer de Steenuffelstraete voetpad van ’t Dorp naer de Beeckstraete voetpad van de Stapstraete naer de Beeckstraete voetpad van de Stapstraete langs de Kessels naer de Beeckstraete voetpad van de Kessel naer de Wauterbosschen voetpad van de Beeckstraete naer Steenuffel langs d’Elst voetpad van den Herbodinnenmolen door de Weyden op Londerzele voetpad van ’t Bunderken langs den Waterloop voetpad van de Mattestraete naer de Steenuffelstraete voetpad van de Mattestraete naer de Bauwdreve voetpad van d’ Heeckhout naer ’t Wafelhuys voetpad van d’ Heeckhoutstraete naer de Lange dreve
Geene Geene (overal 1 el 68 duym breed) Geene (overal 1 el 70 duym breed) Geene Geene Geene Geene (overal 1 el 68 duym breed) Geene Geene Geene Geene Geene Geene Geene Geene
Aldus gedaen ende geslooten het iegenwoordig proces verbal, door ons Meyer ende schepenen van Malderen onderteekent. Malderen den tweeden february 1821. Vu par nous commissaire voyer du canton de Wolverthem, Meysse le 15 septembre 1821. Vu et approuvé par la Députation des Etats du Brabant Méridional à charge faire remettre les chemins à la largeur voulue par le réglement. Bruxelles le 11 juin 1822. GR N° 10 Vertaald - 9 februari 1821 Wij Josse Willocx, meier van de gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant Meridional, hebben ons begeven naar het secretariaat van deze gemeenten teneinde over te gaan tot het ontvangen van de eed van de heer Slachmuylders Joseph, die door besluit van de Gedeputeerde Staten van 30 januari l.l. benoemd werd tot de functie van schepen van deze gemeente. Wij hebben er de heer Slachmuylders aangetroffen aan wie we lezing gegeven hebben van het voornoemde besluit, waarna hij in onze handen, conform artikel 26§2 van het bestuurlijk reglement van het platte land van 3 januari 1818, de eed heeft afgelegd die door het gezegde reglement is voorgeschreven en waarvan de inhoud luidt als volgt: dat hij zich met inzet en getrouwheid zal kwijten van zijn functies, conform de grondwet, de algemene wetten van dit land en aan degene die voorgeschreven zijn door het bestuursreglement; dat hij met al krachten zal bijdragen aan het welzijn van de gemeente en dat hij om zijn benoeming of uitverkiezing te bekomen geen enkele gift of vergoeding heeft gedaan of beloofd en dat hij er ook geen zal ontvangen, van wie dat ook mag zijn, om bij de uitoefening van zijn functie iets te doen of te laten, noch direct noch indirect.
32
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Nadat dit gebeurd was hebben we de heer Joseph Slachmuylders geïnstalleerd verklaard in zijn functies en hebben we dit proces verbaal opgemaakt, dat hij samen met ons getekend heeft. Getekend: Willocx, meier, De Laet, Slachmuylders. Kuyckens, secretaris. UC 52 - Malderen 10 fevrier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Wij hebben de omzendbrief van de gouverneur van 3 januari goed ontvangen op 8 dezer. Daarin het aandeel van onze gemeente in de grondlasten, personele lasten, roerende lasten en belasting op deuren en vensters. Burgemeester en schepenen. DIV - Malderen 17 february 1821 Staet van vermaeningen des veragterde parochiecheynsen, zoo als volgt: 1) Weduwe Joannes Franciscus Van Keer, Heyde, over 16 jaeren: 120 gulden. 2) Cornelius De Bondt, over 16 jaeren: 13 guldens en 72 cents. 3) Weduwe Guillaume Van den Eede, 16 jaeren: 44 guldens en 80 cents. Total: 178 guldens en 52 cents. UC 53 - Malderen 21 fevrier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform art. 8 van het reglement van 27 juni 1820 (BA 47) deel ik u mee dat de de lijsten van buurtwegen en waterlopen van Malderen opgesteld zijn volgens de voorbeelden in het Bulletin Administratif nr. 1 van dit jaar, en neergelegd werden op ons secretariaat, ter inspectie door het publiek. Burgemeester en schepenen. UC 54 - Malderen 21 fevrier 1821 (Vertaald) In deze gemeente hebben zich geen schadelijke verliezen of buitengewone evenementen voorgedaan. Burgemeester en schepenen. GR N° 11 26 februari 1821 (Samengevat, terminologie als in N° 10 hiervoor). Installatie en eedaflegging van Jean François Hulsbosch, Jean Baptiste De Vleminck en Antoine Daelemans als gemeenteraadsleden. UC 55 - Malderen 26 fevrier 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten proces verbaal van de installatie van de heren Jean François Hulsbosch, Jean Baptiste De Vleminck en Antoine Daelemans als gemeenteraadsleden. De burgemeester. UC 56 - Malderen 17 mars 1821 (Vertaald) Aan de heer Verstraeten, gemeenteontvanger van Malderen, te Steenhuffel - Bij besluit van 9 dezer (BA 22, deel 5) schrijven de heren gedeputeerde staten aan de burgemeester en schepenen voor om zonder verwijl over te gaan tot de controle van de kas van hun gemeenteontvangers en om daar proces verbaal van op te maken. Artikel 2 van dat besluit verplicht burgemeester en schepenen er toe om dag en uur mee te delen waarop de ontvanger naar de gewone vergaderzaal moet komen om daar rekenschap af te leggen van inkomsten en uitgaven en om na te laten kijken dat het surplus van ontvangsten op uitgaven zich werkelijk in de gemeentekas bevindt. Gelieve dus op donderdag 29 maart om 9 uur 's ochtends naar onze vergaderzaal te komen.
33
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Burgemeester en schepenen. UC 57 - Malderen 27 mars 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw brief van 15 dezer nr. 271 deel ik u mee dat onze pastoor, de heer Reyers, 54 jaar oud is, zwak van gestel en zijn functie hier al 20 jaar uitoefent. Hij vervult zijn plichten tegenover de regering, bezit de waardering van zijn parochianen en van het publiek. Of hij goederen, geldmiddelen of renten bezit weten we niet. Jaarlijks ontvangt hij van de gemeente een bijkomende vergoeding van 150 gulden en de inkomsten van zijn ambt bedragen zo'n 280 gulden. Verder ontvangt hij geen enkele andere vergoeding, noch van de inwoners van Malderen, noch van het bureel van weldadigheid. Wat de heer Reyntens, onderpastoor, betreft. Hij is 42 jaar oud, zwak van gestel en heeft reeds 8 à 10 jaar een fistel waardoor hij nauwelijks zonder medicamenten kan. Hij vervult zijn pastorale functie al 16 jaren. Hij vervult zijn verplichtingen tegenover het gouvernement en heeft de waardering van zijn parochianen. Hij bezit geen goederen, fondsen of renten aangezien zijn ouders nog leven. Van de kerkfabriek ontvangt hij een traktement van 500 francs per jaar en zijn andere inkomsten belopen zo'n 140 gulden. Een andere ondersteuning ontvangt hij niet, noch van de bevolking noch van het bureel van weldadigheid. Ik voeg daar aan toe, mijnheer, dat ze zich tenvolle kwijten van hun taak en dat de bijkomende vergoeding absoluut nodig is om waardig te overleven. Wij hopen dat een bijkomende vergoeding hen door zijne majesteit zal worden verleend. De burgemeester. UC 58 - Malderen 27 mars 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten een certificaat dat het aantal broers vaststelt, en de overlijdensakte van de vervanger van Livin Slachmuylders, mijn ingezetene, teneinde vrijstelling te krijgen voor zijn broer Charles Slachmuylders, milicien van de lichting 1821. De burgemeester. UC 59 - Malderen 3 avril 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Met onze brief van 10 november 1820 stuurden wij u een deliberatie van onze gemeenteraad om de toelating te krijgen voor de bouw van een gemeentehuis, samen met plan en bestek Wij hebben deze stukken nog steeds niet teruggekregen en een antwoord evenmin. Bijgevolg vragen wij uw hulp bij de goedkeuring van deze documenten. Burgemeester en schepenen. UC 60 - Malderen 3 avril 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de alfabetische lijst van de personen die mogen deelnemen aan de komende verkiezing der leden van de Provinciale Staten. De burgemeester. UC 61 - Malderen 21 avril 1821 (Vertaald) Aan de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel - Wij komen 1 blad te kort voor onze registers van huwelijken en 2 bladen voor dat der huwelijksaankondigingen; gelieve deze te bezorgen. De burgemeester. GR N° 12 Buitengewone zitting van 4 mei 1821
34
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Wij meier en schepenen van de gemeente Malderen, hebbende in buitengewone zitting samengeroepen de leden van de gemeenteraad om de rol op te stellen voor de verdeling van de prestaties en arbeidsdagen voor de herstelling van de buurtwegen van deze gemeente. Gezien art. 13 van het reglement, goedgekeurd door zijne hoogheid op 14 juni 1820, en dat zegt dat de wegen van 1ste klasse moeten hersteld en onderhouden worden op kosten van de gemeenten, dat die daar door hun inkomsten moeten in voorzien, en dat ingeval van onvoldoende middelen er zal moeten overgegaan worden tot een repartitie die in elke gemeente jaarlijks zal worden vastgelegd op een particuliere rol van prestaties en arbeidsdagen. Overwegend dat de inkomsten van de gemeente volgens de begroting 1821 oplopen tot 1777,95 Fl. en dat de uitgaven slechts 988,05 Fl. bedragen, waaruit een overschot volgt van 764,90 Fl. Overwegend dat de uitgaven voor de herstelling van onze buurtwegen ongeveer 70 Fl. bedragen. Overwegend tenslotte dat het onze grootste plicht is om, indien dat mogelijk is, er voor te zorgen dat de lasten voor de inwoners, die reeds zeer hoog zijn, niet verhogen. Besluiten: Dat er in Malderen geen particuliere rol zal worden opgesteld om de uitgaven in kwestie te dekken, gezien de inkomsten van de gemeente groot genoeg zijn en er een begrotingsoverschot is van 764,90 Fl. Dat het bedrag van 70 Fl. zal worden afgenomen van de beschikbare fondsen van deze gemeente en als uitgave in de begroting van 1822 zal gebracht worden. Afschrift van deze deliberatie, etc... Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders, De Laet, Cuyckens, Hulsbosch, A. Daelemans. Kuyckens, secretaris. UC 62 - Malderen 4 mai 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten een deliberatie van onze gemeenteraad waarin gezegd wordt dat de uitgaven voor de herstelling van onze buurtwegen kunnen betaald worden met onze inkomsten en er geen speciale rol nodig is. Burgemeester en schepenen. UC 63 - Malderen 8 mei 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten proces verbaal van de opening van de doos met stembiljetten voor de komende benoeming van de leden van de plattelandsorde tijdens de vergadering van de Provinciale Staten (kiesdistrict Vilvoorde 2). De burgemeester. UC 64 - Malderen 21 mai 1821 (Vertaald) Aan de heer Smets, commissaris der wegen van het kanton Wolvertem - Conform art. 9 van het reglement over de buurtwegen van 27 juni 1820 en ingevolge uw omzendbrief van 14 dezer, sturen wij u het proces verbaal (in dubbel) van alle wegen, waterlopen, etc. binnen onze gemeente, opgesteld ingevolge de bepalingen van dat reglement. Wij hebben hierover geen enkele reclamatie gekregen. Burgemeester en schepenen. UC 65 - Malderen 7 juin 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ik heb u de registers van huwelijken en huwelijksaankondigingen gestuurd om er bladen aan toe te voegen, maar heb ze nog niet terug gekregen. Graag zo spoedig mogelijk. De burgemeester. UC 66 - Malderen 19 juin 1821
35
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de rekening van onze gemeenteontvanger van het jaar 1820 met de bewijsstukken, voorlopig goedgekeurd door onze gemeenteraad. Burgemeester en schepenen. UC 67 - Malderen 30 juin 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw brief van 25 dezer laten wij u weten dat de verdelingsrol voor buurtwegen en waterlopen in dubbel naar de commissaris der wegen gestuurd werd op 21 mei 1821. Er zijn geen klachten over de classificatie van deze wegen en waterlopen binnengekomen. Wij hopen dat u deze rol spoedig zult ontvangen. Burgemeester en schepenen. GR N° 13 Buitengewone zitting van 19 juli 1921 (Samengevat) Een klein stukje gemeentegrond werd verkocht aan de heren Werry en Boubry uit Brussel voor een bedrag van 60,40 gulden. Overeenkomstig de voorschriften werd dit bedrag gestort bij de "Mont de piété" te Brussel die hierop een jaarlijkse intrest betaalt van 5 %. Het bedrag is te klein om er mee op een staatslening in te schrijven en zal dus blijven waar het is tot men het nodig heeft. GR N° 14 (Vertaald) - Buitengewone zitting van 19 juli 1821. Deliberatie over het gebruik van de volgens de begroting beschikbare fondsen, namelijk 764,90 Fl. Gezien de brief van de arrondissementscommissaris van 22 mei waarin de heren gedeputeerde staten ons aanmanen om dat bedrag aan te wenden voor de verlenging van de kleine steenweg in onze gemeente. Overwegend dat het centrum van onze gemeente volledig gekasseid is, dat de straten die er op uitkomen in goede staat zijn en bruikbaar in alle seizoenen, en dat de verlenging van deze steenweg bijgevolg geen enkel nut voor de gemeente heeft. Overwegend dat het belang van de gemeente vereist dat er op drie plaatsen een huisje zal worden gebouwd, waarvan één moet dienen als openbare waag voor de wekelijkse markt en tegelijkertijd als wachthuis voor de patrouilles van de burgerwacht, vermits de persoon aan wie momenteel de weegrechten toegewezen zijn in zijn eigen huis moet wegen en dat hem dat in meer of mindere mate hindert en problemen meebrengt, en vermits we aan de andere kant ieder jaar verplicht zijn om bij de een of andere herbergier aan te gaan kloppen om een lokaal te huren dat geschikt is als wachthuis en dat we er dan nog alleen maar een kunnen vinden tegen een veel te hoge huurprijs. De twee andere huisjes moeten als gevang dienen want het komt regelmatig voor dat we misdadigers en vagebonden aantreffen, vooral tijdens de jaarlijkse kermis, en er is geen enkel lokaal dat geschikt is om deze individuen in op te bergen als ze zijn gearresteerd en bovendien zijn we te ver afgelegen van de Rijkswachtbrigade om ze er naartoe te brengen, temeer daar gedurende deze feestdagen de aanwezigheid van de champetter hier vereist is om de openbare orde en de publieke rust te bewaren. Wij besluiten om op een hoek van het kerkhof van deze gemeente een huisje te bouwen met een oppervlakte van 20 vierkante voeten, overeenkomstig het hierbij gevoegde plan dat op ons verzoek werd getekend en waarvan de kosten geraamd worden op 319,98 Fl.. Dat het bedrag in kwestie zal afgenomen worden van de beschikbare middelen en als uitgavenpost op de begroting 1822 zal worden gebracht. Afschrift van deze deliberatie... Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders, schepen, De Laet, schepen, De Vleminck, Van den Bossche. Kuyckens, secretaris. UC 68 – Malderen 30 juillet 1821 36
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten 1) een deliberatie van onze gemeenteraad over het gebruik van fondsen die afkomstig zijn van de verkoop van gemeentegoederen en die gestort werden bij de Berg van Barmhartigheid te Brussel (zoals gevraagd in de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 28 mei), 2) ter goedkeuring door de hogere overheid, een tweede deliberatie met het voorstel om een huisje te bouwen in plaats van de straat in het dorp te verlengen, en om dit te gebruiken als waag, wachthuis en gevang. De burgemeester GR N° 15 Zitting van 14 augustus 1821. (Samengevat) Voordracht aan de heren gedeputeerde staten van 2 kandidaten voor de post van gemeentesecretaris, die vrij is vanwege het ontslag van Pierre Kuyckens. De kandidaten zijn Jean Baptiste De Boeck, secretaris in Opdorp, en Maximilien Van Tricht, landbouwer te Malderen. Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepen, Van den Bossche, De Vleminck, Kuyckens. UC 69 - Malderen 28 août 1821 (Vertaald) Aan de heer Rollier, advocaat te Opdorp - Tijdens onze laatste controle der buurtwegen is ons opgevallen dat op de plaats genoemd Bouwstraat, de brug over de beek die de scheiding vormt tussen Malderen, Steenhuffel en Buggenhout, is ingestort. Aangezien uw eigendom hieraan grenst en aangezien de herstelling ten laste valt van de aanpalende eigenaars, is het zeer dringend om de heropbouw aan te vatten. Gelieve dit binnen de 8 dagen te doen, in overleg met de heren Willocx J.B. uit Opdorp, J.B. Hermans en François Van Doorslaer, landbouwers te Malderen, die eveneens aanpalende eigendommen hebben. Zo niet zullen we ons verplicht voelen om zelf het werk op uw kosten te laten doen. Burgemeester en schepenen. UC 70 - Malderen 3 septembre 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 27 juli (BA 47). Op 31 december 1820 telde onze gemeente x aantal inwoners. De burgemeester GR N° 16 (Vertaald) - Zitting van 10 september 1821 Meier en schepenen van de gemeente Malderen, hebbende samengeroepen de leden van de gemeenteraad ingevolge art. 22 van het Bestuursreglement van het platte land van 3 januari 1818 om over te gaan tot het opmaken van de gemeentebegroting van het jaar 1822. Gezien de begroting van de kerkfabriek van Malderen voor het jaar 1822, opgemaakt door de raadsleden en kerkmeesters op 28 augustus en goedgekeurd door Zijne Eminentie de aartsbisschop van Mechelen op 1 dezer maand, evenals de gedetailleerde staat van haar ontvangsten en renten. Overwegend dat na een correct onderzoek blijkt dat de reële inkomsten van gezegde fabriek slechts 424 Fl. bedragen en de uitgaven oplopen tot 649 FL, dus een tekort van 225 Fl. Overwegend tenslotte dat de uitgaven in kwestie nodig en noodzakelijk zijn en dat de financiele toestand en de ontvangsten van de gemeente het mogelijk maken om het betreffende deficit te dekken. Besluiten dat het in deficit gebrachte bedrag op de begroting 1821 van de kerkfabriek van Malderen, zijnde 225 Fl., zal gedragen worden door de gemeente en dat dit bijgevolg zal voorgesteld worden in de gemeentebegroting van hetzelfde jaar om goedgekeurd te worden door de weledele gedeputeerde staten van deze provincie. Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepen, Van den Bossche, De Vleminck, Kuyckens. 37
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
PV N° 2 17-9-1821 - Contre le Sr. Dominique Joseph Van Nuffel. L’An mil huit cent vingt un le dix sept du mois de Septembre à six heures du matin, est comparu devant nous Mayeur de la commune de Malderen, arrondissement de Bruxelles Province de Brabant Meridional, Jean francois Pauwels, cultivateur, demeurant en cette commune, lequel nous a declaré que le jourd’hui dix sept Septembre à huit heure du matin, est venu dans sa maison le Sieur Dominique Joseph Van Nuffel, particulier, également domicilié en cette commune (qui a été logé chez le premier comparant environ trois mois, et qui n’y trouvait que l’épousse du comparant, nommé Anne Catharine Hiel, à laquelle le dit Van Nuffel a demandé ses meubles qu’il y avait laissé lors de son depart. La femme lui le refusant et repondait qu’il devait avant de l’emporter leur solder de son logement et nourriture ou bien signer une reconnaissance, sur quoi Van Nuffel susdit, ayant avec lui un marteau, un couteau et un ciseau de maçon, lui a porté quelques coups de marteau. La femme criant au secours le susdit Jean francois Pauwels, avec deux de ses fils nommés Bernard et Jean Pauwels, étant dans la bassecour, courant dans la maison et y trouvent le susnommé. Van Nuffel, qui en leur entrant, demanda également au comparant ses meubles qu’il avait laissé lors de son depart, et Pauwels lui faisant la meme observation de son epouse. Van Nuffel, sans encore parler mot, prend un de ses instruments coupants et lui et lui porte un coup sur le dos de la main gauche sur quoi le comparant et ses deux fils lui ont saisi ses instruments et lui ont ensuite mise à la porte. De tout quoi nous avons dressé le present proces verbal pour etre remise avec les instruments saisis et un rapport de la plaie, delivré par Mr Rimslagh, chirugien demeurant à Londerzele à qui de droit Fait à Malderen ce jour, mois et an que dessus. Signé Willocx UC 71 - Malderen 20 septembre 1821 (Vertaald) Aan de procureur des konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel - Ingesloten een proces verbaal tegen de heer Dom. J. Van Nuffel, eigenaar te Malderen, om met een snijdend voorwerp een slag gegeven te hebben aan J. Frans Pauwels, landbouwer te Malderen, en daar bovenop enkele slagen met de hamer aan de echtgenote van genoemde Pauwels. De instrumenten in kwestie zijn bijgevoegd. De burgemeester. UC 71 bis - Malderen 21 septembre 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de gemeentebegroting 1822 en de daarbij horende documenten. Tevens een deliberatie van onze gemeenteraad met plan en bestek over de bouw van een huisje met drie kamers, te gebruiken als openbare waag, wachthuis voor de nachtpatrouilles en gevang. Vermits geoordeeld werd om dit huisje op een hoek van het kerkhof te bouwen, heeft de aartsbisschop van Mechelen toegestaan om de nodige grond van het kerkhof hiervoor af te staan. Deze toelating is eveneens ingesloten. De burgemeester. DIV - Bruxelles, le 23 septembre 1821 A monsieur le mayeur de Malderen. (Vertaald) Mijnheer, De heren gedeputeerde staten hebben de documenten onderzocht die u me hebt gestuurd aangaande de voorstellen van uw gemeenteraad voor de bouw van een gebouw dat moet dienen voor de inrichting van een lagere school in uw gemeente, en om te voorzien in de kosten, die volgens het ramend bestek op 3450 guldens worden geëvalueerd, middels fondsen die zich in handen van mevrouw Vanderfosse douairière van de heer burgraaf de Beughem bevinden en
38
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
afkomstig zijn van de verkoop van gemeentegoederen in uitvoering van de wet van 20 maart 1813 en van de afkoop van een recht van vrije doorgang dat de inwoners van uw gemeente hadden op een eigendom op de Heyde. De gedeputeerde staten keuren het plan en ramend bestek goed en geven uw bestuur de toelating voor de bouw van dit gebouw – via een openbare aanbesteding – zodra het komende goede seizoen het zal mogelijk maken. Ze merken evenwel op dat het wenselijk zou zijn dat de gemeente een staatssubsidie voor deze werken zou bekomen in die mate dat ze zelf niet meer zou moeten uitgeven dan het bedrag van 2613,40 guldens dat afkomstig is van de verkoop van gemeentegoederen. Ik vraag u om uw gemeenteraad van deze beslissing op de hoogte te brengen op een vergadering na ontvangst van mijn brief en om een nieuwe deliberatie te nemen waarin de wens wordt uitgedrukt om uit de schatkist van zijne majesteit een subsidie te bekomen van 836,60 guldens om er een deel mee te dekken van de onkosten die worden veroorzaakt door de constructie van het gebouw in kwestie. Deze deliberatie moet als motivering inhouden dat de gemeente het bouwterrein schenkt en in de bouwkosten zal voorzien met de 2613,40 guldens die zich momenteel tegen intrest in handen van douairière de Beughem bevinden en voortkomen uit de verkoop van gemeentegoederen ingevolge de wet van 20 maart 1813. Gelieve me deze deliberatie zo snel mogelijk te laten geworden zodat de heren gedeputeerde staten ze bij de koning kunnen verdedigen. Ik retourneer het plan en ramend bestek dat u me heeft gestuurd. Hoogachtend. De commissaris van het arrondissement Brussel Chevalier de l’Ordre du Lion Belgique. GR N° 17 (Vertaald) - Zitting van 4 oktober 1821 Wij gemeenteraadsleden van Malderen, bijeengeroepen door meier en schepenen om te delibereren over de aanvraag aan de regering van een subsidie van 836,60 Fl. om een deel te dekken van de kosten voor de bouw van een lagere school. Herzien onze deliberatie van 7 oktober 1820 aangaande de bouw van een gemeentehuis, een woning die geschikt is voor een onderwijzer en zijn familie, en een lokaal geschikt voor het geven van onderwijs. Gezien de brief van de arrondissementscommissaris van 23 september laatst waarin hij ons laat weten dat de heren gedeputeerde staten van de provincie deze deliberatie, plan en ramend bestek van de geplande werken hebben goedgekeurd. Gezien het K.B. van 4 november 1816, waarvan de welwillende en wijze beschikkingen strekken tot verbetering van de dienstverlening der lagere scholen. Overwegend dat het lager onderwijs, waaraan alle klassen van de bevolking moeten kunnen participeren omdat ze dat voor hun dagelijkse levensbehoeften nodig hebben en omdat er een einde moet komen aan de verwaarlozing waarin de minst bemiddelde volksklasse, die in onze gemeente sedert een groot aantal jaren volledig genegligeerd is, gedompeld is. Overwegend dat onderwijs de eerste behoefte en het eerste goed is van een volk. Despotische regeringen wensen dat hun slaven in onwetendheid en afstomping leven en ontnemen hen de middelen waardoor de mens zijn waardigheid kan leren kennen. Monarchen die hun volk graag in een wijze vrijheid zien leven, moedigen hen aan en wensen dat het algemeen zal zijn. Zeggen we dus dank aan Zijne Majesteit onze Koning, voor al hetgeen hij doet ter bevordering van het openbaar onderwijs en laten we dat doen op een manier die hem waardig is, door de maatregelen om dat te bereiken oprecht, actief en blijvend te steunen. Overwegend dat volgens het bestek de kosten voor de werken in kwestie op 3450 Fl. worden geraamd, dat de gemeente hierin zal tussenkomen voor een bedrag van 2613,40 Fl. dat tegen intrest geplaatst is in handen van dame Catherine Therese Ghislaine Van Der Fosse, douairière van wijlen de heer Antoine Charles burggraaf de Beughem, eigenaarster te Brussel, zijnde
39
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
de verkoopprijs van gemeentegoederen die verkocht werden in uitvoering van de wet van 30 maart 1813, maar tevens overwegend dat we, om de totale uitgave te dekken, beroep moeten doen op de regering om een subsidie te bekomen van 836,60 Fl. Wij besluiten. Dat de gemeente een stuk grond, dat ze bezit en dat gelegen is in het dorp, zal afstaan om er het gebouw in kwestie op te richten. Dat zij in de kosten zal bijdragen voor een bedrag van 2613,40, dat zich momenteel in handen bevindt van de voornoemde dame douairière De Beughem. Dat zij bij deze formeel een beroep doet op de weledele heren gedeputeerde staten om via hun medewerking van de welwillendheid van Zijne Majesteit een subsidie te bekomen van 836,60 Fl. Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepen, B. De Boeck, A. Daelemans, De Vleminck, Kuyckens. UC 72 - Malderen 4 octobre 1821 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Ingesloten 1) een deliberatie van onze gemeenteraad over de vraag om een subsidie van fl. 836,60 uit de schatkist te krijgen om een deel te dekken van de kosten voor de bouw van een schoollokaal; 2) een overzicht van de civiele toestand van onze gemeente; 3) de lijst van inentingen van het 3de trimester. De burgemeester. GR N° 18 (Vertaald) - Buitengewone zitting van 13 oktober 1821 Wij meier en schepenen van de gemeente Malderen, hebben de gemeenteraad in buitengewone zitting samengeroepen om over te gaan tot het afnemen van de eed van de heer Jean Baptiste De Bock, die benoemd is tot de functie van gemeentesecretaris door het besluit van de gedeputeerde staten van 2 dezer. Gezien het voornoemde besluit. Gezien de brief van de heren meier en schepenen van deze gemeente van 10 dezer in dewelke genoemde De Bock geïnformeerd werd over zijn benoeming tot de functie in kwestie. Samengekomen op de gewone vergaderplaats hebben we er de heer De Bock aangetroffen aan dewelke door de heer meier, onze voorzitter, lezing gegeven werd van het genoemde besluit. Daarna heeft deze in onze handen, conform art. 33 van het Bestuursreglement van het platte land van 3 januari 1818, de eed afgelegd die voorgeschreven wordt door art 26§1 van dat reglement. Nadat dit gebeurd was hebben we de heer Jean Baptiste De Bock geïnstalleerd als gemeentesecretaris en dit proces verbaal opgesteld dat door hem samen met ons ondertekend werd en dat hem daarna werd voorgelezen. Gedaan te Malderen, dag, maand en jaar als boven. Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepenen, B. De Boeck, A. Daelemans, De Vleminck, Kuyckens. UC 73 - Malderen 15 octobre 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten 2 cartouches van miliciens van het reservebataljon, lichting 1821, namelijk van Borms Jean en Goossens Joseph, zoals gevraagd in de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 29 september. Tevens een overzicht van de onderwijzers en onderwijzeressen in onze gemeente, zoals gevraagd in de omzendbrief van 16 augustus van de provinciale jury voor het lager en middelbaar onderwijs. De burgemeester. UC 74 - Malderen 15 octobre 1821
40
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform de omzendbrief van de gouverneur van 30 september (BA 61-99) betreffende het overlijden van militairen van het Prinsdom Nassau, overleden in hospitalen en burgerlijke gasthuizen ten gevolge van de veldtocht van 1815, sturen we u een negatief certificaat aangezien geen militair van die aard in onze gemeente gestorven is. Burgemeester en schepenen. UC 75 - Malderen 29 octobre 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten ter goedkeuring, primo het proces verbaal van de vernieuwing bij derde van onze gemeenteraad; secundo het lastenboek voor de toewijzing bij afslag van de bouw van een instelling voor een onderwijzer. De burgemeester. UC 76 - Malderen 25 novembre 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw herinneringsbrief van 21 dezer betreffende de inentingslijsten van onze gemeente voor het 4de trimester 1820 en voor 1821, deel ik u mee dat de gereclameerde lijsten, conform art. 14 van het koninklijk decreet van 18 april 1818 (BA 1, boek 3) iedere trimester in dubbel naar u gezonden zijn, te weten: voor het trimester van oktober 1820 op 18 januari 1821, trimester van januari 1821 op 10 april, trimester van april in juli, en het trimester van juli op 8 oktober. In elk geval, gelieve me te verwittigen als u die lijsten nog niet gekregen heeft, zodat ik ze opnieuw kan sturen. Burgemeester en schepenen. UC 77 - Malderen 29 novembre 1821 (Vertaald) Ik ondergetekende, burgemeester, ambtenaar van de burgerlijke stand van Malderen, verklaar en certificeer dat het geplande huwelijk tussen van de ene kant Michael Gols, geboren in Meldert en wonend in Lebbeke, 32 jaar oud, knecht, meerderjarige zoon van Adrien Gols en Petronella Van den Wijngaerde, en van de andere kant Maria Anna Raes, dienstmeid, 21 jaar, geboren in Buggenhout en wonend in Malderen, meerderjarige dochter van wijlen Mathieu Raes en Anna Maria De Blander, gepubliceerd en geafficheerd werd in deze gemeente op zondagen 18 en 25 dezer, op de gewone plaats. Niemand heeft zich tegen dit huwelijk verzet. Nota: dit certificaat werd afgegeven op vrij papier wegens onvermogendheid. UC 78 - Malderen 1 decembre 1821 (Vertaald) Aan mevrouw burggravin de Beughem te Brussel - Antwoord op onze brief aangaande de grondcijns die rust op de dreef achter uw landgoed in Lippelo, die u meent verworven te hebben door contract van 19 mei 1816 waardoor u de jaarlijkse som van 6 gulden weigert te betalen. Na grondig onderzoek van datzelfde contract van 19 mei 1816, door hetwelk u het recht van doorgang en grazing, dat de inwoners van Malderen op de Kruisheide in Malderen hadden, afkocht, zien we niet in, mevrouw, hoe u alle rechten verwierf die de gemeente zich voorbehield op deze heide. Immers, dit contract noch de deliberatie van de gemeenteraad van 24 oktober 1815, noch het K.B. van 22 september 1815 maken gewag van de cijns in kwestie, maar hebben het alleen maar over het passage- en grazingsrecht. Bovendien mevrouw, hoe zou deze cijns er in begrepen kunnen zijn? De aanpalende eigenaars staan in het contract vermeld en de dreef in kwestie maakt geen deel uit van de afgestane grond. Daarom kunnen we u de jaarlijkse cijns van 6 gulden niet kwijtschelden want onze eed en de gerechtigheid verplichten ons om zoveel het kan de belangen van de gemeente en van de inwoners te dienen. Burgemeester en schepenen. UC 79 - Malderen 3 decembre 1821
41
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ik stuur u geboorte- en overlijdensregister om er respectievelijk 2 en 1 bladen aan toe te voegen, en om ze zo snel mogelijk terug te sturen. De burgemeester GR N° 19 (Vertaald) - Buitengewone zitting van 25 december 1821 Wij meier en schepenen van de gemeente Malderen, hebben de gemeenteraad in buitengewone zitting samengeroepen om over te gaan tot de vernieuwing van een derde van deze gemeenteraad, en dit ingevolge de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 5 dezer, gevoegd in het B.A. nr. 62, deel 5, nr. 102. Gezien de genoemde circulaire. Gezien art. 24 van het reglement van 3 januari 1818 dat de vernieuwing van de gemeenteraden bij derden voorschrijft. Gezien de beschikkingen van het K.B. van 17 oktober 1819 dat stelt dat de eerste vernieuwing van een derde van de gemeenteraad, die plaats moest hebben gehad op 2 januari 1820, werd uitgesteld tot 3 januari 1822. Overwegend dat alle leden van ons gemeentebestuur aanwezig zijn, zijn we overgegaan tot de volgende procedure. Een urne werd op de tafel van de gemeenteraad geplaatst en daarin werden twee briefjes geplaatst voor de lottrekking van de twee schepenen, waarop respectievelijk de jaartallen 1822 en 1824 geschreven staan. Nadat iedere schepen een briefje uit de urne getrokken heeft, hebben wij deze onderzocht en bevonden dat de heer Adrien François De Laet de schepen is die op 2 januari 1822 moet uittreden en de heer Joseph Slachmuylders op 2 januari 1824. Vervolgens hebben we in dezelfde urne 6 briefjes gestoken voor de loting van de vernieuwing van de gemeenteraad. Op 2 briefjes stond het jaartal 1822, op 2 andere stond 1824 en op de overige 1826. Ieder raadslid trok, volgens zijn rang die hij in de vergadering bekleedt, een biljet uit de urne en na onderzoek hebben we vastgesteld dat Jan Baptiste De Vleminck en Antoine Daelemans uittredend lid zijn voor 2 januari 1822, Egide Van den Bossche en Benoit De Bock voor 2 januari 1824 en François Hulsbosch en Corneille Kuyckens voor 2 januari 1826. Nadat deze operatie beëindigd was zijn de gemeenteraadsleden overgegaan tot de keuze van de kandidaten die zullen voorgesteld worden ter vervanging van de schepen en de twee raadsleden die op 2 januari 1822 zullen uittreden en na hun keuze bekend gemaakt te hebben hebben ze voor de vervanging van schepen De Laet voorgesteld Benoit De Bock, raadslid, en voor de vervanging van de twee raadsleden Jean Baptiste De Vleminck, Antoine Daelemans, Maximilien Van Tricht en Jean Van Ingelgem, allen landbouwer te Malderen. Waarvan het huidige proces vebaal. Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepenen, B. De Bock, A. Daelemans, Hulsbosch, De Vleminck, Kuyckens. J.B. De Bock, secretaris. UC 80 - Malderen 30 decembre 1821 (Vertaald) Aan de commissaris van het arrondissement Brussel - Wij zijn te weten gekomen dat een zwervend meisje uit onze gemeente, Marie Daelemans, waarvan het signalement hieronder, doorheen de provincie dwaalt zonder paspoort. Zij biedt zich aan bij de boeren en vraagt of zij niets te spinnen hebben tegen een zeer gematigde prijs om zo haar kost te verdienen, want zij heeft geen bestaansmiddelen en kan geen post als dienstmeid vinden. Zodra ze bij de een of andere landbouwer werk gevonden heeft en na daar een paar dagen verbleven te hebben, neemt ze er alle kledingstukken mee, hetzij die van de andere meiden en knechten, hetzij die van de bewoners van het huis en gaat ze er mee lopen. Daarenboven wordt zij vergezeld door een deserteur die zegt haar broer te zijn, waarvan we de naam, voornaam en signalement niet kennen maar die zijn laatste gekende verblijfplaats in
42
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Bornem heeft gehad, en waarvan wordt gezegd dat hij ook een dief is en reeds driemaal gedeserteerd. Het meisje heeft reeds diverse diefstallen gepleegd in Opdorp bij Vanderlinde en Hulsbosch, in Lebbeke bij ..., in Steenhuffel bij ..., in Zellik bij schepen Vander Elst, in Asse bij ... en in Londerzeel bij Josse Boeykens. Gelieve de gouverneur maatregelen te laten nemen om deze dievegge en deserteur te arresteren en de meiers van de provincie het volgende signalement door te geven. Signalement: 24 à 25 jaar, blonde haren, grijsblauwe ogen, platte kin, rond gezicht, bleke teint, lengte 5 1/2 Brabantse voeten, sterke ... Burgemeester en schepenen. UC 81 - Malderen 30 decembre 1821 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - met mijn brief van 29 oktober stuurde ik u ter goedkeuring het lastenboek voor de toewijzing bij afslag van de bouw van ons gemeentehuis. Aangezien de tijd passeert en opdat de aannemer op tijd de nodige materialen zou kunnen kopen, vraag ik uw steun om deze documenten goed te laten keuren en ze ons zo snel mogelijk terug te laten sturen. De burgemeester.
43
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1822 **** UC 82 - Malderen 7 janvier 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Art. 22 van de wet van 8 januari 1817 op de Nationale Militie schrijft voor dat de gemeentebesturen voor 15 januari van ieder jaar aan de regering de aanvragen zouden bezorgen van de miliciens die op grond van art. 22 van geciteerde wet recht op vrijstelling kunnen bekomen. Wij hebben geen enkele aanvraag van die aard bekomen. Burgemeester en schepenen. UC 83 - Malderen 7 janvier 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de lijst van inentingen voor het 4de trimester 1821. De burgemeester GR N° 20 (Vertaald) - 10 januari 1822. Wij meier van de gemeente Malderen, hebben ons om 9 uur 's ochtends begeven naar het gemeentesecretariaat om over te gaan tot het afnemen van de eed van de heren Adrien François De Laet, schepen, Jean Baptiste De Vleminck en Antoine Daelemans, raadsleden, alle drie benoemd door arrest van de gedeputeerde staten van 31 december 1821, van welke benoeming de nieuwe titularissen geïnformeerd werden door mijn brief van 9 dezer en waarin ze ook werden uitgenodigd om op gezegd uur naar gezegde plaats te komen. Op de aangewezen plaats gekomen hebben we er de genoemde schepen en raadsleden aangetroffen en hebben we hen lezing gegeven van het voornoemde arrest. Daarna hebben ze ieder in onze handen conform art. 26§2 van het Bestuursreglement van het platte land van 3 januari 1818 de eed afgelegd die voorgeschreven wordt in art. 26§1 van dat reglement. Als dit gebeurd was hebben we de heer Adrien François De Laet geïnstalleerd als schepen en de heren Jean Baptiste De Vleminck en Antoine Daelemans als raadsleden, en hebben we dit proces verbaal opgemaakt hetwelk ze na voorlezing samen met ons hebben ondertekend. UC 84 - Malderen 23 janvier 1822 (Vertaald) Gestuurd naar de griffie van de rechtbank van eerste aanleg, de dubbels van de registers van de burgerlijke stand van het jaar 1821. UC 85 - Malderen 28 janvier 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten 1) de alfabetische lijst en inschrijvingsregister van de miliciens van de lichting 1822, 2) De inventaris van paarden, trekossen en wagens in onze gemeente, gevraagd door omzendbrief nr. 3 van de gouverneur van 12 dezer (BA 2, boek 6). De burgemeester. GR N° 21 (Vertaald) - Buitengewone zitting van 31 januari 1822. Wij gemeenteraadsleden van Malderen, in buitengewone zitting samengeroepen door de meier en schepenen om, ingevolge de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 7 december, nr. 125, B.A. 73, deel 5, te delibereren over 1) Welke accijnzen we denken nodig te zullen hebben en of er in dat geval veel inconvenienties zouden bestaan om additionele centiemen vast te leggen op het maalrecht en op het slachtrecht 2) Hoeveel additionele centiemen we ongeveer in functie van onze plaatselijke omstandigheden zouden moeten heffen, en dit in harmonie met de veranderingen die tengevolge van het
44
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
nieuwe financieringssysteem aan enkele gemeentebelastingen zullen moeten worden aangebracht. 3) Welke wijzigingen we aan zouden moeten brengen in de gemeentebelastingen wat betreft de materies die door de wet van 12 juli laatstleden niet onderworpen zijn aan belastingen van het koninkrijk Gezien de geciteerde omzendbrief. Gezien onze gemeentebegroting voor het jaar 1822 door de provincie goedgekeurd op 18 december 1821. Gezien de wet over het nieuwe financieringssysteem van 12 juli 1821. Overwegend dat er in onze gemeente geen personele repartitielijst van inwoners bestaat of ooit bestaan heeft om tussen te komen in de gemeente-uitgaven, dit terwijl onze ontvangsten volgens de begroting de uitgaven overschrijden. Overwegend dat ingevolge art. 15 van de geciteerde wet van 12 juli er, om in de gemeenteuitgaven tussen te komen, zoals gewoonlijk 5 additionele centiemen zullen geheven worden op de basisbelasting op de bebouwde en onbebouwde eigendommen en op de personele, en dat er, in geval deze ontoereikend zouden zijn, 2 extra additionele centiemen op dezelfde belastingen worden geheven, onder expliciete voorwaarde dat deze 2 centiemen moeten gebruikt worden voor het delgen of verminderen van de gemeentetaksen, hetzij persoonlijke of andere. Besluiten, Dat de gemeente-inkomsten van Malderen, de 5 additionele centiemen op de grond- en personenbelasting inbegrepen, voldoende zijn om de uitgaven te dekken en dat er bijgevolg geen enkele opcentiem op welke accijns dan ook moet worden gevraagd, de geciteerde 5 centiemen uitgezonderd. Dat in geval van nood, indien ten gevolge van een uitzonderlijke gebeurtenis of iets anders de inkomsten van de gemeente zouden verminderen en niet meer zouden volstaan om de kosten te dekken, 2 bijkomende opcentiemen op dezelfde belastingen zullen worden geheven. Gedaan en gedelibereerd te Malderen, datum als boven. Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepenen, A. Daelemans, Hulsbosch, Kuyckens. J.B. De Bock, secretaris UC 86 - Malderen 7 fevrier 1822 (Vertaald) Aan de burgemeester van Bornem - In uw brief van 4 dezer schreef u dat Vermeiren François, geboren in uw gemeente en wonend in Malderen, in uw gemeente aanwezig had moeten zijn bij de militieloting van de lichting 1821 (aangezien zijn voogd daar woont) maar dat dit niet is gebeurd. Heden biedt hij zich aan om tot de lichting 1822 te behoren en dus zijn de schikkingen van art. 41 van de wet van 27 april 1820 op hem van toepassing, indien hij van de gouverneur geen toelating krijgt om aan een bijkomende loting deel te nemen. Om deze toelating te bekomen moet hij zich rechtstreeks wenden tot deze magistraat. Ik meld u dat dit individu tijdens zijn verblijf in onze gemeente van onberispelijk gedrag is geweest en daarom vraag ik u om deze aanvraag voor een bijkomende loting aan zijne excellentie te willen richten. De burgemeester van Malderen DIV - Bruxelles, le 14 fevrier 1822 Province de Brabant Méridional, 1er arrondissement, n° 127. A monsieur le mayeur de Malderen. (Vertaald) Mijne heren, Ik heb de eer om u ingesloten een kopie te sturen van het koninklijk besluit van 9 januari 1822, nr. 105, waarmee zijne majesteit uw gemeente een subsidie toekent van 800 guldens om een deel te dekken van de kosten voor de constructie van een gebouw voor het inrichten van een lagere school en waarvan de totale kosten geraamd zijn op 3450 gulden.
45
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Ik stuur u eveneens, voorzien van de goedkeuring der gedeputeerde staten, het lastenboek om, bij middel van een openbare aanbesteding, tot de bouw over te kunnen gaan. Ik verwittig u, mijnheer, dat zijne excellentie de minister voor openbaar onderwijs, nationale industrie en koloniën, de betaling van de subsidie zal afhandelen op de voet die werd vastgesteld door de resolutie van 28 juli 1818, en dit zo gauw de jury voor het middelbaar en lager onderwijs hem, conform artikel 4 van deze resolutie, een aanvraag zal hebben gedaan. De gedeputeerde staten nodigen de jury voor het onderwijs bijgevolg uit om de van kracht zijnde formaliteiten te vervullen. Als de aanbesteding gebeurd zal zijn dient u mij het lastenboek samen met het proces verbaal van toewijzing terug te sturen. De commissaris van het arrondissement Brussel, Chevalier de l’ordre du Lion Belgique. UC 87 - Malderen 22 fevrier 1822 (Vertaald) Aan de controleur der directe belastingen te Brussel - Ingesloten de lijst en verklaringen van de patenthouders in onze gemeente. De burgemeester. UC 86b - Malderen 11 mars 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - De milicien die vorig jaar een uitstel verkreeg, aan wie ik van u moet vragen om zich om 13 maart, om 8 uur 's morgens, aan te bieden in het hotel van het provinciebestuur, heet niet Van den Eynde Livin, maar Van den Eede Livin. Gelieve deze vergissing van naam te corrigeren. De burgemeester. UC 87b - Malderen 8 mars 1822 (Vertaald) Mijnheer de districtscommissaris - Ingesloten 1) de alfabetische lijst der kiesgerechtigden voor de 1822, 2) De lijst van inentingen van het 1ste trimester 1822. De burgemeester. UC 88 - Malderen 8 mars 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 18 januari (BA 3, boek 6) waarin gevraagd wordt: 1) Of de schatbewaarder van de succursale kerk van deze gemeente, in uitvoering van art. 85 van het decreet van 30 december 1809, zijn rekening 1821 op de eerste zondag van maart aan de kerkmeesters heeft gepresenteerd? 2) Of deze rekening onderzocht en goedgekeurd werd door de raad van het kerkfabriek in zitting van april? 3) Of een dubbel van dezelfde rekening aan het gemeentebestuur werd voorgelegd? Kan ik u zeggen dat de bepalingen van dat artikel 85 perfect werden uitgevoerd. De burgemeester.
DIV - Malderen, 18 meert 1822 Staet van kosten der aenbesteding van het optimmeren en bouwen van het gemeente-huys, wooning voor schoolmeester en plaets tot het houden der schoole, gemaekt door meyer en schepenen der gemeente Malderen, en bestaende in hetgeene volgt:
46
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Voor teekenen van plan en maeken staet van bekosting Voor het drukken van bekentmaekingen Over verscheyde inschrijvingen in het bekentmaekingsblad Over het ronddraegen der affichen in verscheyde gemeentens Voor het oproepen in de aenbesteding Voor 3 timbers der conditiën en proces verbal van aenbesteding Voor het stellen en schrijven der conditiën Voor 3 timbers der expeditiën van conditiën en proces verbal der aanbesteding Voor het schrijven der expeditie, af te leveren aen den adjudicataris Voor timber en schrijven dezer Voor het gaen naer het enrigistrement Voor recht op het enregistrement Total Den inhoud dezer voldaen den 26 september 1822.
26,00 6,87 3,10 3,20 1,50 1,35 6,50 1,35 2,50 0,30 2,00 mem. 54,67
UC 89 - Malderen 8 avril 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - De omzendbrief van de gouverneur van 4 maart met daarin het aandeel van onze gemeente in de directe belastingen voor het jaar 1822 hebben we met gewone post ontvangen op 31 maart van dit jaar. Burgemeester en schepenen. UC 90 - Malderen 8 avril 1822 (Vertaald) Aan mevrouw burggravin de Beughem te Brussel - De leden van de gemeenteraad hebben eenparig beslist om in deze gemeente een huis te bouwen dat moet dienen voor het inrichten van een school, evenals een gemeentehuis, en de gedeputeerde staten hebben deze plannen goedgekeurd. Om een gedeelte van de onkosten te dekken hebben we aan de schatkist van zijne majesteit een subsidie van 800 gulden gevraagd en ook deze werd ons toegezegd. De rest van de onkosten moet door de gemeente worden betaald bij middel van fondsen die zich nog in uw handen bevinden. De aanbesteding van de bouw bij afslag heeft in maart laatstleden plaats gevonden en de toewijzing gebeurde voor een bedrag van 2920 Nederlandse gulden aan de genaamde Van Rompa uit Boom. We moeten dus nog aan 2120 gulden zien te komen. Aangezien u deze gemeente nog een bedrag van 5531 francs of 2613,40 gulden schuldig bent, zijnde de rest van de verkoopprijs van gemeentegoederen die u in 1813 heeft gekocht, en vermits u, wat we van een derde persoon vernamen, dit kapitaal wilt liquideren, vragen wij u om tegen het einde van deze maand 2113,40 fl. te willen storten in onze handen of in die van de heer Verstraeten, de gemeenteontvanger, zodat er daarna slechts 500 gulden meer overblijft. Indien het u evenwel beter zou schikken om dit bedrag in twee keer te betalen, dan is dat goed voor ons in zoverre de eerste betaling voor het einde van de maand gebeurt en de andere begin juli. De burgemeester. UC 91 - Malderen 18 avril 1822 (Vertaald) Aan de heer Verstraeten, gemeenteontvanger - Mevrouw burggravin de Beughem, eigenaresse te Brussel is de gemeente nog 2613,40 gulden schuldig over de aankoop van gemeentegoederen in 1813. Op 8 april hebben we deze dame aangeschreven om een bedrag van 2113,40 gulden te rembourseren om daarmee een groot deel te dekken van de kosten van de bouw van ons gemeentehuis. In een brief van 8 april verklaart deze mevrouw ons dat ze ten allen tijde wilt ingaan op ons verzoek. Omdat de eerste betaling aan de aannemer begin mei moet plaats hebben, vragen wij 47
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
u om op 1 mei eerstkomend, om 10 uur, naar deze dame te gaan met de ingesloten papieren teneinde er tegen kwitantie het bedrag van 2113,40 gulden te ontvangen. We vragen u ook om twee à drie dagen later aan de aannemer 1000 gulden Nederlands te betalen. Burgemeester en schepenen. UC 92 - Malderen 18 avril 1822 (Vertaald) Aan mevrouw burggravin de Beughem te Brussel - Wij hebben onze gemeenteontvanger verzocht om op 1 mei om 10 uur bij u te komen om tegen kwitantie het bedrag van 2113,40 gulden te ontvangen. De burgemeester. PV N° 3 22-4-1822 - Contre Henri Van den Eynde, pour avoir porté un coup de batton à Bernard De Schrijver. L’an mil huit cent vingt deux, le vingt deux Avril à trois heures de relevée, pardevant nous Josse Willocx, meyer de la commune de Malderen, arrondissement de Bruxelles, Province Brabant Meridional, est comparu Bernard De Schryver, tanneur, demeurant en cette commune, le quel nous à declaré que hier vingt un de ce mois, vers huit heures et demi du soir, en revenant de la ville de Lokeren, province de la Flandre Orientale, il est entré chez André Wielandts, demeurant à Opdorp, province de la Flandre Orientale susdite, où étant, il a trouvé le nommé Jacques Van den Eynde, tailleur d’habits, son fils Henri Van den Eynde, tisserand, et Jean Van den Eynde, fils de Gilles, boulanger, tous trois domiciliés en cette commune, qu’après avoir bu un verre de bière ou deux, il leur a demandé s’ils allaiant avec lui au logis, sur quoi ils repondirent oui, et qu’ils y sont ainsi sortis ensemble. Mais qu’en chemin faisant les dits Henri Van den Eynde et son père Jacques Van den Eynde, furent de quelques pas arrière, murmurant et jurant. De Schryver qui, ne pouvait plus souffrir ces jurements, dit à la fin au fils Van den Eynde, qu’il ne fut pas permis de jurer tant, et qu’il n’était qu’un passable (redelijken) fils van den Eynde, lui en demandait la raison, puisque dit il, lorsque vous rentriez des militaires dans votre foyer, vous teniez une bonne conduite, et que maintenant vous ne cherchez que de querelles et de se battre, sur quoi Van den Eynde ne parlait plus. De Schryver, ayant quelques commissions pour Benoit Buggenhout, marchand au dit Opdorp, s’y va comme il devait passer sa maison, pour s’en acquitter. Les autres continuaient leur chemin après qu’il avait expédié ses commissions dont il fut chargées, se hâta et doubla ses pas pour les retrouver afin d’aller ensemble à la maison. Il les retrouva à la fin environ la maison de Pierre Verheyden au même Opdorp et en venant chez eux, Henri Van den Eynde, lui redemanda ce qu’il a tantot vouloir dire par ces mots qu’il n’était qu’un passable (redelijken). Il lui repondit de nouveau que lors que vous rentriez des militaires dans votre foyer vous teniez une bonne conduite et que dans ce moment vous ne cherchez que de querelles et de se battre, sur quoi Jacques Van den Eynde dit à son fils Henri susnommé ‘frappez le coquin’. Le fils sans encore parler mot, lui porte un coup de batton à l’épaule gauche qu’il tombat par terre, et le père s’avancant pour lui également porter un coup de batton (car il l’avait déja levé) et De Schryver criait ‘est il bien maintenant lorsque vous avez fracassé mon épaule?’ Le père sur ces paroles retenait son coup, et ils repondirent tous deux oui. Ensuite, qu’après il a été couché quelques minutes par terre, il s’est levé et allé chez lui, toujours encore encompagné des dits Henri et Jacques Van den Eynde, mais qu’on ne lui a plus touché. Il nous a en outre declaré que tous ces dires et scène ont eu lieu en présence du susnommé Van den Eynde, boulanger, le quel nous avons d’abord fait comparaître devant nous et qui nous a fait la même déclaration que le comparant De Schryver.
48
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Ensuite le comparant De Schryver nous a remis une déclaration des Mrs. Van Baveghem, docteur en médicine demeurant à Buggenhout, province de la flandre orientale et Luytgaerens, officier de santé demeurant à Puers, province d’Anvers, lesquels ont été requis du dit De Schryver afin de lui examiner, et déclarent qu’ils ont trouvé la clavicale gauche fracturé d’un instrument coutondant, dont ils on fait la remise et qu’il sera dispensé de son travail pendant quatre semaines, quelle déclaration nous joignons au present procès verbal. De tout quoi nous avons fait et dressé le present proces verbal pour ètre remis à qui de droit. A Malderen date que dessus. Signé Willocx UC 93 - Malderen 24 avril 1822 (Vertaald) Aan de procureur des konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel - Ingesloten een proces verbaal vandaag opgemaakt ten laste van Henri Van den Eynde, onze ingezetene, omdat hij met een stok een slag gegeven heeft op de linker schouder van Bernard De Schrijver, looier en eveneens onze ingezetene, waardoor diens sleutelbeen gebroken is. Deze jongeman gedraagt zich slecht en maakt zeer dikwijls - bijna iedere zondag kunnen we stellen - ruzie. Hij is niet alleen bij vechtpartijen in onze gemeente maar ook in de buurgemeenten betrokken. Men zegt bovendien dat hij op zondagen, verborgen onder zijn kiel, een gelode knuppel draagt met een lengte van 2 à 2,5 voeten. Omdat volgens de verklaring van de geneesheer het hier gaat om een zeer ernstig feit en we vrezen dat de schuldige op de vlucht zal slaan, heb ik de rijkswacht gevraagd om hem aan te houden en tot uw beschikking te stellen. De burgemeester. UC 94 - Malderen 24 avril 1822 (Vertaald) Aan de brigadier van de rijkswacht te Vilvoorde - Vorige zondag 21 april, rond 10 uur 's avonds, heeft Henri Van den Eynde uit Malderen, zoon van Jacques, wever, een stokslag toegebracht op het linker sleutelbeen van Bernard De Schrijver, leerlooier uit Malderen, dat hierdoor gebroken is. Een geneesheer en een gezondheidsofficier hebben het been gezet en verklaren de man arbeidsongeschikt voor een periode van 4 weken. Van alles werd proces verbaal opgesteld. Aangezien het hier gaat over een zeer ernstig feit, vraag ik u om vandaag nog 2 mannen te sturen om de schuldige te arresteren; hij zou immers wel eens de vlucht kunnen nemen. Ik zou graag hebben dat de mannen op een zodanige manier in onze gemeente zouden arriveren dat hij geen vermoedens krijgt. De burgemeester. UC 95 - Malderen 25 avril 1822 (Vertaald) Aan de brigadier van de rijkswacht te Vilvoorde - Gisteren vroeg ik u per brief om 2 rijkswachters te sturen om Henri Van den Eynde te komen arresteren. Ik kan u meedelen dat de heren Bertin en Roosemont, rijkswachters, samen met onze champetter, dit individu vandaag 25 april rond 5 uur 's ochtends hebben aangehouden. De burgemeester. GR N° 22 (Vertaald) - 2 mei 1822 Burgemeester en schepenen van Malderen. Gezien de omzendbrief van de heer gouverneur van 22 april laatst, Bul. Adm. 23, zeggende dat in iedere gemeente een commissie van 3 personen benoemd moet worden die zal worden gelast met de bewaking van 2 sleutels van de doos waarin de kiesbulletins voor de volgende benoeming van de leden van de "Ordre de Campagne" in de Staatsassemblée van het kiesdistrict Vilvoorde nr. 2, zullen worden bewaard. Ingevolge de macht die ons door genoemde omzendbrief wordt verleend. Benoemen wij de heren Jean De Boeck, Maximilien Van Tricht en Pierre De Koker, alle drie landbouwers in Malderen, als lid van de gemeentelijke commissie. Aldus gedaan te Malderen op 2 mei 1822.
49
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 96 - Malderen 2 mai 1822 (Vertaald) Aan de heren De Bock Jean, Van Tricht Maximilien en De Koker Pierre, landbouwers te Malderen - U werd benoemd als lid van de commissie die belast is met het openen van de doos der stembiljetten voor de provinciale verkiezingen, kiesdistrict Vilvoorde 2. De opening van deze doos moet in uw aanwezigheid gebeuren op 8 mei eerstkomend. Gelieve die dag om 8 uur 's morgens in ons gemeentehuis aanwezig te zijn. De burgemeester. UC 97 - Malderen 8 mai 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten 1) Proces verbaal van de opening van de doos met stembiljetten der provinciale verkiezingen, 2) De bevolkingslijst van onze gemeente. De burgemeester GR N° 23 Gewone zitting van 15 mei 1822 Wij meier, schepenen en leden van de gemeenteraad van Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant Meridional, samengekomen in gewone jaarlijkse zitting om te discussiëren, debatteren en voorlopig vast te stellen de rekening van de heer Verstraeten, gemeenteontvanger, voor het jaar 1821. Gezien de rekening van gezegde Verstraeten, ontvanger, voor het jaar 1821. Gezien de begroting van het jaar 1821. Overwegend dat uit rijp onderzoek en controle van de rekening en van de ondersteunende boekhoudstukken volgt - dat de ontvangsten van alle aard 1777,95 bedragen en goed opgesteld schijnen te zijn - dat de uitgaven gebracht zijn op 1010,05 en ook goed opgesteld schijnen te zijn, - het overschot 767,90 bedraagt Besluiten, De rekening van het jaar 1821 van de gemeenteontvanger van Malderen wordt voorlopig vastgesteld (bedragen in Gulden, zie hoger). Aangezien wij erkennen dat de gemeenteontvanger een bedrag van 15 Fl. voorgeschoten heeft, begrepen in het hoofdstuk van de "reprises", stellen wij voor om dit bedrag in zijn voordeel over te dragen naar de gemeentebegroting voor het jaar 1823. Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepenen, Van den Bossche, A. Daelemans, Hulsbosch, De Vleminck, Kuyckens. J.B. De Bock, secretaris. UC 98 - Malderen 18 mai 1822 Aan de meier van Londerzeel - Frans De Bock, zoone Michiel, mulder, en Henri Walschap, zoone Joannes, in de Patatestraat, beide Ue inwoonders, zijn beschuldigt gisteren 17 dezer ten 3 ueren 's morgens bij Andries Vranckaert, mijne inwoonder, de glazen uytgeslagen te hebben. Terwijlen danaf geene getuygen wezen dan de dogter van dezen Valckaert, hetwelk niet vergenoegt voor hier konnen vervolg op te maeken, zoo Mijnheer, verzoeke Ue van de beschuldigde persoonen voor Ue te doen compareeren en hun hier op te ondervraegen, voor te zien of zij het niet zouden beleyden en mij naerdien een rapport te maeken zoo haest het moogelijk is, want straetschenderije niet mag gebeuren. Den meyer. UC 99 - Malderen 18 mai 1822 (Vertaald) Pro Deo. Meier en schepenen van Malderen verklaren en certificeren dat er nooit een klacht voor diefstal is geweest ten laste van Henri Van den Eynde, wever, zoon van Jacques, wonend in deze gemeente en momenteel opgesloten in het gevang van Brussel, maar dat hij zeer dikwijls voor zijn arrestatie aanwezig is geweest bij ruzies en gevechten.
50
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 100 - Malderen 21 mai 1822 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief van 17 dezer over het opmaken van de jaarlijkse belastingsrol voor het dekken van de kosten voor het onderhoud der buurtwegen, deel ik u mee dat dit in onze gemeente niet nodig is aangezien de inkomsten groot genoeg zijn om deze onkosten te dekken en aangezien de provincie ons in de begroting 1822 hiervoor bovendien een subsidie van 70 gulden heeft toegestaan. De burgemeester. UC 101 - Malderen 27 mai 1822 (Vertaald) Aan de procureur des koning te Brussel - In antwoord op uw brief van 24 dezer deel ik u mee dat de persoon François Heymans, 29 jaar, geboren in Luxemburg en wonend in Malderen, commissionaris (bode?), een paspoort moet bezitten dat hem op 2 maart van dit jaar is afgeleverd en waarvan het bewijsstrookje naar het commissariaat werd opgezonden. Voor zijn signalement verwijzen we naar het register der paspoorten. De meier. UC 102 - Malderen 27 mai 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten 1) in viervoud, de gemeenterekening 1821, samen met de bewijsstukken, voorlopig goedgekeurd door de gemeenteraad. 2) De statistiek der bevolking, ingevolge omzendbrief van de gouverneur van 15 dezer (BA 26). De burgemeester. UC 103 - Malderen 8 juin 1822 (Vertaald) Aan de burgemeester van Puurs - Gelieve het huwelijk tussen François Tierens en Maria Verbelen af te kondigen. De burgemeester. UC 104 - Malderen 8 juny 1822 Aan juffrouw Anna Catharina Moortgat te Steenhuffel - Gezien dat er door ons geordonneert is eene brugge te leggen in de straete genaemt Mattestraete, gelegen binnen deze gemeente, alwaer Ue paelt met eene partije lands gebruykt door Adrien Borms en Joannes Bellon (?) en Ue in deze kosten moet contribueren voor een vierde deel, zoo verzoeken wij Ue seffens de orders aen Ue pagters of aen onze meyer te geven met brenger dezes, faute van welke het zal van ambtshalve geschieden. Den meyer en schepenen. UC 105 - Malderen 10 juin 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform omzendbrief 48 van de gouverneur van 23 mei (BA 27) stuur ik u de rol van de personen die beesten bezitten. De meier. UC 106 - Malderen 15 juin 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Conform omzendbrief 51 van 7 dezer van de gouverneur (BA 33) laat ik u weten dat er in deze gemeente geen enkele lagere school voor arme kinderen bestaat, maar dat deze gratis toegelaten worden in onze lagere gemeenteschool. De meier UC 107 - Malderen 26 juin 1822 (Vertaald) Aan zijne excellentie de gouverneur van de provincie Zuid-Brabant.
51
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Willocx Jacques en Willocx Emanuel zouden willen trouwen en moeten hiervoor conform art. 97 van de wet van 8 januari 1817 op de Nationale Militie het wettelijk bewijs leveren dat ze aan hun wettelijke militaire verplichtingen hebben voldaan. De eerste is milicien van het jaar 1817, klas 1, aangeduid onder het nr. 14, geboren in Malderen op 27 maart 1797. De tweede is milicien van het jaar 1819, aangeduid onder het nr. 9, geboren in Malderen op 15 februari 1799. Beide zijn landbouwers, wonen in deze gemeente en zijn zoon van Josse Willocx en Van den Moortel Maria Josepha. Gelieve aan drager van deze brief de certificaten model LL mee te geven. De meier. 12de militiekanton. UC 108 - Malderen 1 juillet 1822 (Vertaald) Aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van Brussel - Ingesloten de overlijdensakte van Hubertine Sauvage, van rechtswege wonend in uw stad, om in uw registers in te schrijven en om haar familie, indien die gekend is, op de hoogte te brengen. De meier. UC 109 - Malderen 11 juillet 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw omzendbrief van 2 dezer meld ik u met de grootste tevredenheid en plezier dat ik het abonnement op het "Journal de Bruxelles" zeer graag accepteer, want het is zeer noodzakelijk om op de hoogte te blijven van de beslissingen van de regering. Mag ik u tezelfdertijd vragen om bij de gouverneur aan te dringen dat de gedeputeerde staten de kost van dit abonnement toevoegen aan de begroting, want ik abonneer mij om elk regeringsbesluit te kennen tot welzijn van de regering en van mijn ingezetenen. De meier. UC 110 - Malderen 23 juillet 1822 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - Ingesloten proces verbaal ten laste van Pierre De Mayer, Jan Baptist en Pierre Van Huynegem en 5 onbekenden voor het geven van verscheidene stokslagen aan Amand Meiremans tijdens de avond van 21 dezer. Ik merk op dat de genoemde daders van vechten hun werk hebben gemaakt. De meier GR N° 24 (Vertaald) - Buitengewone zitting van 8 augustus 1822, 9u00. Wij meier en schepenen van de gemeente Malderen, hebben de gemeenteraad in buitengewone zitting samengeroepen op de gewone plaats om over te gaan tot de verkiezing van kandidaten voor de functie van gemeenteontvanger. Gezien art. 37 en 38 van het Reglement van het platte land van 3 januari 1818. Overwegend dat sedert de nieuwe bestuurlijke organisatie van het platte land onze gemeenteontvanger nog niet definitief benoemd werd, dat deze functie voorlopig werd uitgeoefend door de heer Jean Baptiste Verstraeten, ontvanger der directe belastingen van deze gemeente, en dat het belang van de gemeente vereist dat er een definitieve ontvanger zou worden benoemd zodat die zijn waarborg, voorgeschreven in Bulletin 44 deel 5, kan storten. De Raad, met dat doel aldus samengekomen, heeft door stemming bij meerderheid verkozen als kandidaten voor de plaats van gemeente-ontvanger de heren Jean Baptiste Verstraeten, ontvanger der directe belastingen, wonend in Steenhuffel, en Maximilien Van Tricht, landbouwer te Malderen.
52
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepenen, A. Daelemans, Van den Bossche, Hulsbosch, Kuyckens. J.B. De Bock, secretaris. UC 111 - Malderen 8 août 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Uit uw brief 127 van 14 februari 1822 leer ik dat bij arrest 105 van 9 januari aan onze gemeente een subsidie toegekend werd van 800 gulden om een deel van de kosten voor de bouw van een lagere school te dekken. Dit gebouw nadert nu zijn voltooiing en tot op heden heeft onze gemeenteontvanger nog geen mandaat gekregen voor het betreffende bedrag. Gelieve de gedeputeerde staten aan te schrijven en uw medewerking te verlenen zodat deze subsidie zo snel mogelijk wordt uitbetaald. Meier en schepenen. UC 112 - Malderen 5 août 1822 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - In antwoord op uw schrijven nr. 1010 van 29 juli stuur ik u hieronder het signalement van Jacques Van den Eynde, kleermaker, wonend in Malderen, vader van Henri die in Brussel opgesloten zit. Leeftijd 62 jaar, kastanjebruin haar, laag voorhoofd, witte wenkbrauwen, bruine ogen, kleine neus, gewone mond, grijze baard, ronde kin, ovaal gezicht, bleke gelaatskleur. Speciale kenmerken: mankt, loopt met een 5 voet lange stok. De meier. UC 113 - Malderen 5 août 1822 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - Ingevolge uw brief 1012 van 30 juli stuur ik u hierbij het verslag van het verhoor van Frans Hofmans en Joannes De Schrijver, die getuigen waren in de affaire Amand Meiremans, knecht bij Paul Van Nieuwenhove, landbouwer in Malderen, en dat op 30 juli heeft plaats gevonden. De meier. UC 114 - Malderen 8 août 1822 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - Ingesloten de deliberatie over de voordracht van kandidaten voor de plaats van gemeenteontvanger. De meier. UC 115 - Malderen 16 août 1822 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - In antwoord op uw brief 1090 van 4 dezer deel ik u mee dat ik u het signalement van Jacques Van den Eynde, kleermaker in Malderen, evenals de getuigenverhoren in de zaak Amand Meiremans op 30 juli gestuurd heb. Wellicht zijn deze stukken op het arrondissementscommissariaat blijven liggen. Ingesloten, een kopij van het signalement. De meier. UC 116 - Malderen 22 août (Vertaald) Aan de meier van Verbecq, district Ath - In antwoord op uw brief van 12 dezer haast ik mij om u mee te delen dat François Heymans, die sedert verscheidene dagen in uw gemeente verblijft, een inwoner van mijn gemeente is en dat wij hem op 1 augustus een paspoort hebben afgeleverd. Van beroep is hij gepatenteerde commissionaris en hij gedraagt zich onberispelijk. Er bestaat geen enkele klacht tegenover hem. Ik vraag dan ook om hem zich vrij te laten verplaatsen. De meier. GR N° 25 (Vertaald) - Zitting van 9 september 1822
53
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Meier en schepenen van de gemeente Malderen, hebbende samengeroepen de leden van de gemeenteraad ingevolge art. 22 van het bestuursreglement van het platte land van 3 januari 1818 om over te gaan tot het opmaken van de gemeentebegroting van het jaar 1823. Gezien de begroting van de kerkfabriek van Malderen voor het jaar 1823, opgemaakt door raadsleden en kerkmeesters op 3 dezer en goedgekeurd door Zijne Eminentie de aartsbisschop van Mechelen op 7 dezer maand, Gezien de gedetailleerde staat van haar ontvangsten en renten. Overwegend dat na een correct onderzoek blijkt dat de reële inkomsten van gezegde fabriek slechts 438 Fl. bedragen en dat de uitgaven oplopen tot 687 FL, dat er dus een tekort is van 249 Fl. Overwegend tenslotte dat de uitgaven in kwestie nodig en noodzakelijk zijn en dat de financiele toestand en de ontvangsten van de gemeente het mogelijk maken om het betreffende deficit te dekken. Besluiten dat het in deficit gebrachte bedrag op de begroting 1823 van de kerkfabriek van Malderen, zijnde 249 Fl., zal gedragen worden door de gemeente en dat dit bijgevolg zal voorgesteld worden in de gemeentebegroting van hetzelfde jaar om goedgekeurd te worden door de weledele gedeputeerde staten van deze provincie. Getekend: Willocx, meier, Slachmuylders en De Laet, schepenen. UC 117 - Malderen 16 septembre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de begroting 1823 met alle ondersteunende stukken. De meier PV N° 4 22-7-1822 - Contre des individus de la commune de Steenhuffel et Merchten, pour avoir porté des coups de batton à Amand Meiremans à Malderen L’an mil huit cent vingt deux le vingt deux du moi de Juillet à dix heures du matin pardevant nous Mayeur de la commune de Malderen, arrondissement de Bruxelles, province de Brabant Meridional, est comparu le nommé Amand Meiremans, agé de vingt un ans, cultivateur, demeurant chez Paul Van Nieuwenhove, cultivateur, domicilié en cette commune au Bourg, le quel nous a declaré que hier vingt un de ce mois vers un quart après dix heures du soir, il se trouvait chez francois Hofmans, cabaretier au même bourg où sont entrés Pierre De Maeyer, fils d’Henri, cultivateur, demeurant à Steenhuffel, arrondissement de Bruxelles susdit, Pierre Van Huynegem et Jean Baptiste Van Huynegem, tous deux fils de François Van Huynegem, culivateur, domiciliés à Merchtem, même arrondissement, accompagnés de cinq individus à lui comparant inconnus; après que les denommés y avaient été quelques minutes, le comparant sans avoir eu de querelle, sort, accompagné de Jean De Schryver, domestique chez Pierre Van der Perre, cultivateur, demeurant en cette commune, pour aller à la maison, et étant quelques pas du cabaret dont ils venaient de sortir, les susdits Pierre De Maeyer, Pierre Van Huynegem et les cinq individus inconnus, sortirent egalement et leur poursuivaient, et venant chez eux ils lui portèrent sans parler mot plusieurs coups de batton à la figure, la tete et la poitrine qu’il tombât par terre et cria au secours, sur quoi, François Hofmans, cabaretier susdit et François Heymans, commissionnaire demeurant en cette commune, sont venus à son assistance, et lui ayant tiré de leur compagnie, les auteurs s’en sont allés en jurant. Après cette déclaration, le comparant nous a remis une attestation de Mr. Ferdinand Van Bavegem médecin, demeurant à Buggenhout, district de Termonde, province da la Flandre Orientale, lequel declare qu’il a trouvé au dit comparant 1) une légère contusion à la partie moyenne du nez, 2) une même à l’angle externe de l’ail gauche, 3) une contusion à la partie supérieure et antérieure de la tête et 4) une même contusion à la partie postérieure et moyenne de la poitrine sur les amoplates, quelle attestation nous joignons au present procès verbal. De tout quoi nous avons dressé le present procès verbal pour etre remis à qui de droit
54
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
A Malderen date que dessus. Signé Willocx UC 118 - Malderen 16 octobre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingevolge omzendbrief 83 van 6 dezer vanwege de gouverneur (BA 48) stuur ik u 5 oude cartouches (passen) van miliciens uit Malderen met verlof, die dit jaar hun korps voor de jaarlijkse oefeningen niet moeten vervoegen. De meier. UC 119 - Malderen 22 octobre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten 1) lastenboek van de aanbesteding van gemeentegoederen, 2) lastenboek van de aanbesteding van goederen van de kerkfabriek, 3) De geboorteregisters 1822 om er twee zegels in aan te brengen. De meier. UC 120 - Malderen 30 octobre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de rekeningen van ons kerkfabriek van de jaren 1820 en 1821, goedgekeurd op 27 augustus. De meier. DIV - Malderen, 1 november 1822 Gewerkt door mij Bernardus Van Hoey ten dienste van mijnheer Rombaet (= Van Rompa) tot Boom in 1822. 1 mey 1 dag 1-3-0 27 augustus 1822 2 dagen 2-6-0 2 mey 1 dag 1-3-0 28 augustus 2 dagen 2-6-0 3 mey 1 dag 1-3-0 29 augustus 2 dagen 2-6-0 4 mey 2 dagen 2-6-0 30 augustus 2 dagen 2-6-0 6 mey 3 dagen 3-9-0 31 augustus 2 dagen 2-6-0 7 mey 1 dag 1-3-0 2 september 1 dag ½ 1-14-2 8 mey 1 dag 1-3-0 3 september 2 dagen 2-6-0 9 mey 2 dagen 2-6-0 4 september 2 dagen 2-6-0 10 mey 1 dag 1-3-0 5 september 2 dagen 2-6-0 11 mey 2 dagen 2-6-0 6 september 1 dag 1-3-0 17 mey 1 dag 1-3-0 7 september 1 dag 1-3-0 18 mey 2 dagen 2-6-0 9 september 2 dagen 2-6-0 20 mey 3 schoven 0-17-3 10 september 2 dagen 2-6-0 23 julius 1 dag 1-3-0 12 september 2 dagen 2-6-0 26 julius 1 dag 1-3-0 28 october 1 dag 1-3-0 19 augustus 1 schof 0-5-3 29 october 1 dag 1/2 1-14-2 26 augustus 2 dagen 2-6-0 Total 58-2-0 178 voet bert à 3 guldens = 5-8-0 / 7 gulden van ribben / Pateeten: 1-7-6 / saemen 13-15-6 Dese specificatie beloopt guldens 58-2-0 Item eene van leverantie naer aftrok van bert en ribben, komt te bedraegen tot: 6-7-6 Beloopt te saemen: (58-2-0 + 6-7-6) 64-9-6. Op den 13 april 1823 bekent Bernhard Van Hoey op dese twee specificatiën ontfangen te hebben op rekeninge tot 55 guldens 2 stuyvers 6 deniers, dus resteert er alnog tot 9-7-0. Op den 24 january 1824 ontfangen van d’heer Willocx, meyer te Malderen, de somme van 9 guldens 7 stuyvers Brabants courant geld, voor slot deser rekeninge, betaelende voor d’heer Van Rompa te Boom. Bernardus Van Hoey (Opmerking: nog volgende rekening van Van Hoey gevonden, evenwel zonder spoor van betaling.) - Gelevert 15 vaeten aever 5 voor 4, blijft nog 12 vaeten, tegen 8 stuyvers het vaet: 4-16-0.
55
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Item gelevert 16 pont kopkenslatyzer: 4-8-0 - En nog 18 pont en alf enkelsolderyzer: 4-12-2 - En nog gelevert 5 pont kopkenslatijzer: 1-7-2 - En 50 drijponders: 0-1-2 - En het vertier dat den knecht hier is schuldig gebleven: 3-10-0 - Item gelevert 58 voet bert voor de paneeldeuren: 3-0-0 - Al nog 5 reychels voor de deuren en 3 trappen is te samen 17 voet duym en alf: 2-2-2. UC 121 - Malderen 5 novembre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw omzendbrief 87 van 21 oktober (BA 51) aangaande de personen op onze armenlijst, het volgende: - Personen die voor meer dan de helft ondersteund worden 40 - Personen die voor de helft ondersteund worden 71 - Personen die voor minder dan de helft ondersteund worden 95 samen 206 De meier en schepenen. UC 122 - Malderen 14 novembre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Op 22 oktober stuurde ik u de geboorteregisters van het jaar 1822 om er zegels in te plakken. Gelieve deze zo snel mogelijk terug te sturen. De meier UC 123 - Malderen 15 novembre 1822 (Vertaald) Aan de voorzitter van de jury voor het lager en middelbaar onderwijs van de provincie Zuid-Brabant - De koning heeft zich verwaardigd om een subsidie van 800 gulden toe te kennen voor de bouw van een schoolgebouw annex gemeentehuis in onze gemeente. Van de heren gedeputeerde staten vernamen we dat de minister van openbaar onderwijs opdracht gegeven heeft om het mandaat tot uitbetaling uit te schrijven en dat we dit eind oktober zouden ontvangen. Omdat het moment voor de laatste afbetaling nadert en de aannemer aandringt, vraag ik uw steun om dit mandaat zo snel mogelijk te krijgen. De meier UC 124 - Malderen 15 novembre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - In antwoord op uw brieven van 9 oktober en 10 dezer over milicien Daelemans François die nauwelijks in zijn korps aanwezig is geweest, deel ik u mee dat ik op 13 oktober deze soldaat het bevel heb gegeven om op 13 oktober zijn korps te vervoegen. Ik weet zeker dat deze milicien op 14 oktober de gemeente verlaten heeft en dat hij toen niet meer te ziek was om de vermoeidheid door de reis niet te kunnen doorstaan. De meier. GR N° 26 - Zitting van 16 november 1822. (Kort) Als experten en tegenexperten voor de commissie die de modaliteiten voor de personenbelasting moet bewaken (2 personen aangeduid door de regering en 2 door de gemeente) worden voorgesteld: Adrien François De Laet, schepen) en Antoine Daelemans, raadslid. UC 125 - Malderen 16 novembre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de benoeming van de commissie voor de benoeming van experten en tegenexperten voor het onderzoek van de personele belasting. De Laet Adriaan François en Daelemans Antoine, gemeenteraadsleden, werden hiervoor aangeduid. Burgemeester en schepenen
56
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
PV N° 5 24-11-1822 - Contre Jean Clairbaut, à Malderen pour avoir porté un coup de couteau à Jean De Boeck. L’an mil huit cent vingt deux le vingt quatre du mois de Novembre à une heure et demi de relevée, pardevant nous Josse Willocx, mayeur de la commune de Malderen, arrondissement de Bruxelles, province de Brabant Meridional, est comparu la nommé Françoise Kiekens, servante, domiciliée chez Jean De Boeck, cultivateur, demeurant en cette commune, laquelle nous a déclaré que ce jourd’hui vers midi et demi, son maitre avait recu un coup de couteau à la tête et qu’il fut hors d’état de se presenter devant nous pour faire son rapport, et en consequence qu’elle m’invitait de vouloir nous rendre chez lui, sur quelle invitation nous nous y sommes rendu sur le champ. Y étant, nous avons trouvé le dit Jean De Boeck, couchant sar terre et tous envanglanté, et nous a de suite déclaré que ce jourd’hui vers midi et demi, de sa ferme il voyait venir en courant au travers des champs son domestique nommé Pierre Jean De Boeck, agé de dixhuit ans, et que Jean Clairbaut, cultivateur demeurant en cette commune lui poursuivait. Allant à la rencontre de son domestique et venant chez lui, demandait, pour quelle raison il courait tant, repondit que Clairbaut lui poursuivait avec le couteau à la main. Le dernier en poursuivant le domestique rencontre également le susdit Jean De Boeck, qui lui dit ‘quelle manière, cela va donc pour la vie?’et Clairbaut sans parler mot, lui porte un coup de batton à la main, sur quoi De Boeck saisissait le batton et qu’en meme temps, il recût un coup de couteau à la tete, et en recevant ce coup il a pris la main de Clairbaut et saisit également le couteau qu’il nous a remis. Après nous avons visité sa tete, où j’ai trouvé du coté gauche sur l’as pariétal, un coup très grave d’une longueur d’environ d’une palme des Pays-Bas. Ensuite nous avons fait comparaitre devant nous le susdit domestique Pierre Jean De Boeck, le quel nous a declaré, qu’il croiait aller à la chasse avec les deux levriers de son maitre dont un ne fut à la maison, et étant une certaine distance de leur ferme, il vit que le levrier était avec le susnommé Clairbaut, va chez lui pour le prendre, et dit ‘quelles manières sont cela de toujours conduire notre chien avec vous’. L’autre repliquait que cela ne lui regardait pas et qu’il l’aurait fait encore. Le domestique dit qu’il ne lui fut par permis, sur quoi, Clairbaut lui prit pour lui battre, et le domestique lui repoussait qu’il tombât par terre et prit alors la fuite. Clairbaut se levait, prit son couteau et lui poursuivait ; le domestique en fuyant rencontre son maitre Jean De Boeck, qui lui demandait pour quelle raison il courait tant, lai dit que Clairbaut lui poursuivait avec le couteau à la main; que ce dernier rencontrait également son maitre, et étant près de lui s’arrètait et d’abord qu’il portât un coup de baltun à son maitre, qui sur ce coup voulait saisir le batton et en le saisissant, qu’il recut un coup de couteau à la tète. Le domestique, voyant cette scène, courait au secours de son maitre, et Clairbaut s’en allait en jurant. Après, le domestique Pierre Jean De Boeck nous a declaré en outre que les coups ont été portés en presence de Benoit Goossens, fils de Françis, cultivateur, demeurant en cette commune, lequel nous avons également fait comparoir devant nous, et a declaré qu’il n’a rien entendu car il était une petite distance d’eux, mais qu’il a vu que Jean Clairbaut à porté un coup de batton à Jean De Boeck, qui saisissait le batton et pendant cette saisie il courait vers eux, et justement comme il venait près d’eux, Clairbaut lui portait encore un coup de couteau à la tète que le sang sautait de tout part, et De Boeck en recevant le coup prit la main au bras de Clairbaut et saisissait éalement le couteau, après quoi, le dernier lui portait encore deux coups de poing et s’en allait alors en jurant. De tout quoi nous avons dressé le present procès verbal pour etre remis à qui de droit, ainsi que le couteau en question et les comparants ont signé avec nous apres que lecture leur en a été faite. A Malderen date que dessus. Signé J. De Boeck, P.J. De Boeck et Benoit Goossens.
57
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Signé Willocx UC 126 - Malderen 26 novembre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten, voor goedkeuring, proces verbaal van toewijzing van gemeentegoederen. De meier UC 127 - Malderen 26 novembre 1822 (Vertaald) Aan de procureur des konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel - Ingesloten proces verbaal ten laste van Jean Clairbaut, landbouwer in Malderen, omdat hij op 24 dezer zeer ernstige messteken heeft toegebracht aan het hoofd van Jean De Boeck, landbouwer alhier. Het gedrag van Clairbaut is maar middelmatig. Ingesloten een attest van de chirurgijn. De meier UC 128 - Malderen 29 novembre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - We hebben alle publiciteit gegeven aan de omzendbrief nr. 90 van 30 oktober van de gouverneur (BA 52) aangaande de verdelging van muizen. Hier is nog geen muizenplaag en daarom heeft geen enkele inwoner de voorziene verdelgingspremie aangevraagd. De meier. UC 129 - Malderen 29 novembre 1822 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingesloten de in BA 49 gevraagde statistiek over het lager onderwijs. De meier DIV - Malderen, le 18 decembre 1822. (Vertaald) Vergelijkende staat van de vorige verhuring van de gemeentegoederen van Malderen met de nieuwe verhuring van 23 november 1822. Lot Oude, Nieuwe, verschil in Opmerkingen francs guld. ned. guld. ned. 1 19,95 9,50 + 0,07 2 24,00 11,00 - 0,34 3 23,00 11,00 +0,14 4 9,36 4,50 +0,08 5 21,00 10,00 +0,08 6 21,76 10,50 + 0,22 7 46,32 22,00 + 0,12 8 23,00 10,80 - 0,06 9 19,95 9,00 - 0,43 10 25,00 9,80 - 2,01 11 19,50 9,20 - 0,01 12 61,67 29,15 + 0,02 13 13,00 6,15 + 0,01 14 33,00 15,60 + 0,01 15 21,00 10,00 + 0,08 16 18,04 8,50 - 0,02 17 15,00 7,50 - 0,08 18 33,00 15,60 + 0,01
58
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 Tot
26,00 12,30 + 0,02 50,12 36,85 + 13,17 17,22 8,00 - 0,13 16,32 7,75 + 0,04 19,95 9,45 + 0,02 1,00 + 1,00 grond werd pas vorig jaar in kultuur gebracht. 5,80 + 5,80 grond werd pas vorig jaar in kultuur gebracht. 12,00 6,00 + 0,33 3,64 + 3,64 grond werd pas vorig jaar in kultuur gebracht. 2,30 + 2,30 grond werd pas vorig jaar in kultuur gebracht. 6,60 + 6,60 grond werd pas vorig jaar in kultuur gebracht. 599,85 309,49 + 26,47 283,62 G Opgemaakt door de meier van Malderen op 18 december 1822. DIV - Malderen 20 december 1822 Ontfangen van d’heer Willocx, borgemeester van Malderen, de somme van 261 guldens 53 cents nederlands geld, op kortinge van het opbouwen van het gemeyntehuys en schoole der selve gemeynte. Gui Van Rompa. DIV - Bruxelles, le 23 decembre 1822 Monsieur le Mayeur, (Vertaald) Het is al enkele dagen geleden dat ik de eer had u te informeren dat zijne excellentie de minister van onderwijs mij een mandaat heeft gestuurd van fl. 800 voor de herstelling van uw gemeenteschool, met het verzoek om het, tegen recepisse, bij mij af te komen halen in mijn bureel op de Grote Zavel. Vrezende dat deze brief niet tot bij u is geraakt, herhaal ik mijn vraag. Hoogachtend, Van Ghert, secretaris van het departement van onderwijs. Speciale commissaris bij het departement van de katholieke eredienst. DIV - Brussel, den 30 december 1822 (circa) De meyer en schepen der gemeente Malderen, omtrek van Brussel, provincie Zuyd Braband, bekennen en beleyden bij het tegenwoordig, ontvangen te hebben uit handen van den heere Ghert, secrétaire van de tijdelijke jury voor het publiek onderwijs dezer provincie, woonagtig te Brussel op de Groote Savel, de som van 800 guldens nederlandsch, in volle voeldoeninge van de onderstand verleent aan deze gemeente Malderen door zijne majesteit bij besluit in dato 9 january 1822 nr. 105, dit ten einde een gedeelte der kosten van het optimmeren van een huis voor het lager onderwijs binnen dees gemeente te dekken. Dus danaf kwittantie.
59
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1823 **** UC 130 - Malderen 15 janvier 1823 (Vertaald) Mijnheer de arrondissementscommissaris - Ingevolge omzendbrief 95 van 18 november vanwege de gouverneur (BA 55) over de toestand van de liefdadige instellingen stuur ik u de door de commissie, benoemd bij KB van 3 januari 1822, gevraagde tabellen. De meier. DIV - Actum Malderen 24 january 1823. Ontvangen dan J. Willocx, meyer van Malderen, de somme van 105 guldens 12 stuyvers op rekeninge van gedaene aerbeyd in het optimmeren van het gemeentenhuys van Malderen, aenbesteed aen G. Van Rompa te Boom. Bernardus Van Hoy UC 131 - Malderen 27 january 1823 Aan de heer kommissaris van de omtrek Brussel - Wij hebben de eere ue te verzoeken mij te willen doen geworden de hier onder aangewezene benoodigde afdruksels der aan de vrij te stellen lotelingen der nationale militie dezer gemeente gedurende de lichting van het igenwoordig jaar af te leveren, de welke zijn als volgt: K - 16, L - 2, N - 2 (eenig zoon), R - 4, S - 2, U - 5, V - 1, X - 1. In afwagting der ontvangst hebbe ik, De meier. UC 132 - Malderen 27 january 1823 Aan de heer kommissaris van de omtrek Brussel - Ingevolge de schikkingen van de omzendbrief van Z.E. de gouverneur in dato 29 november jongstleden, Bulletin Adm. 54, hebbe ik de eere Ue hier nevens te zenden 1) de inschrijvings- en alphabetische lijst der lotelingen dezer gemeente voor de ligting van het igenwoordig jaar, met aanmerking dat er geene inschrijving van ambtshalve plaatze gehad heeft. 2) De staaten van de vaccins dezer gemeente van het 4de kwartaal van het afgeloopene jaar. De meier UC 133 - Malderen 27 january 1822 Aan de heer koninklijken procureur bij het tribunaal van eersten aanleg te Brussel - Mijnheer, het artikel 70 kapittel 3 nopens de akten der huwelijken van den burgerwetboek, voorschrijvende dat den officier van de civilen staat, hun zullen behandigen de akten van geboorten van ieder der toekomende gehuisschen. Eenigen twijfel daar omtrent ontstaan zijnde zoo hebbe ik de eere Ue te verzoeken van mij te willen onderwijzen aangaande de naarvolgende vrage, te weten: als de toekomende gehuisschen of eener der zelve geboren is, hun ouders of eene der beide overleden zijn, in de gemeente alwaar zij het huwelijk contracteeren, de geboortens en overlijdens bewezen is door de registers van de burgerstand die in het secretariaat der zelve gemeente berusten, en wanaf de dubbels gedeposeert zijn op de griffie van het tribubaal van 1ste aanleg of het alsdan nog noodig is dat danaf die uittreksels gemaakt worden voor aan de registers van huwelijken gevoegt te worden. Volgens mij, mijnheer, moeten die akten alsdan nog gemaakt of uitgetrokken worden, maar dit kan vermeid worden voor geene kosten te kweken. Den meier, officier van de civilen staat.
60
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 134 - Malderen 28 january 1823 Gedeposeert de dubbels der registers van de civilen staat van 1822 op de griffie van het tribunaal van 1ste aanleg te Brussel. UC 135 - Malderen 4 february 1823 (Kort) Aan de heer kommissaris van de omtrek Brussel - In deze gemeente wordt de masteluin gezaaid maar niet algemeenelijk even als in verscheide gemeentens dezer provincie. Het danaf gebruik word voor deze gemeente geschat op 1/20 deel van de rogge. De meier en schepenen UC 136 - Malderen 14 february 1823 Aan de heer Brohez, verificateur van het enregistrement en de domeinen te Ixelles - Gezien Ue brief in dato 29 der jongst afgeloopene maand january nr. 306, bij de welke Ue ons meld dat de heer De Lescaille, ontvanger te Humbeek, niet tegenstaande zijne menigvuldige vragen ende verzoeken, hij met groote moeite van ons kan bekomen de inlichtingen wanaf hij noodig heeft, met verder verzoek van bij de op het stuk staande wetten, de staten van overlijden binnen de gestelden tijdstip toe te sturen. Wij zijn verwondert dat Ue ons niet de door hem gevraagde inligtingen en waarop hij met moeite antwoord heeft bekomen, meld, op dat wij ons zouden konnen uiten. Hij heeft ons nooit iets gevraagt of wij hebben er aanstonds aan voldaan, zoo blijkt bij onze registers; wat raakt de maandelijksche staten van overlijden, die vermeinen wij hem altijd op tijd zijn geworden; het is niet aan ons, nog aan onzen veldwachter van die naar zijn kantoor te dragen, maar volgens het orden bij de briefwisseling vastgestelt, alle stukken te bestellen in de hoofdplaats van het kanton, en verzuimen zij aldaar van de stukken vroegtijdig op hun adres over te zenden, dat is niet aan ons toe te schrijven. Op onzen beurt berichten wij u dat wij bij tijd ons op zijn kantoor met akten van bestuur, voor te doen boeken, moeten begeven, en dat van zes dagen hij maar drij dagen op zijn kantoor te vinden is, dat er ons menigmaal door onze bestuurde klagten zijn gedaan dat zij tot het doen van eene aangifte van nalatendheid tot 2, 3 en viermaal naar zijn kantoor moeten gaan, ter oorzaken dat hij altijd afwezig is, nog dat daar geen bedienden bevind. Is dat mijnheer niet pijnelijk voor menschen die twee uur en half van zijn kantoor afgelegen zijn, zoo dikwils dien weg moeten te maken en onnoodige kosten te kweken? Zoo mijnheer voorkomen wij Ue dan de eerste maal wij ons op zijn kantoor binnen de gestelde uren zullen begeven, en hij hem aldaar niet zal bevinden, wij danaf zullen proces verbaal stellen, en overzenden aan wie het behoort. De meier en schepenen van Malderen. UC 137 - Malderen 1 meert 1823 Aan de controleur der 2de Divisie, zending van den staat van het vee voor 1823. De meier UC 137 - Malderen 3 meert 1823 Aan de heer kommissaris van het arrondissement Brussel - Hebben de eere Ue hier nevens te zenden: 1) de staat (populatie) gevraagt bij brief van Z.E. de gouverneur in dato 3 february M.A. 8. 2) de tafereel gevraagt bij Ue brief in dato 7 der afgeloopene maand february. P.S. Gelieft mij te laten toekomen eenige extracten uit de staat DD (militie). De meier. UC 138 - Malderen 22 maart 1823 Aan de heer kommissaris van de omtrek Brussel - Nopens de opmaking van de rollen van bekosting voor de herstelling der binnenwegen hebbe ik de eere Ue te berichten dat wij in het geval niet wezen deze rollen te formeren, terwijl de kosten van herstelling dier wegen gebragt zijn in de begrootingsstaat voor het igenwoordig dienstjaar. De meier.
61
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 139 - Malderen 24 maart 1823 Aan de heer kommissaris van de omtrek Brussel - In antwoord aan Ue omzendbrief in dato 21 dezer aangaande de verschuiving der jaarmarkt van Oostakker, hebbe de eere Ue te berichten dat binnen dees gemeente geene jaarmarkt gehouden word en dienvolgens dat deze verschuiving ons geenszins benadeeligt. De meier. UC 140 - Malderen 2 april 1823 Aan den heer Verstraeten, ontvanger van Malderen, tot Steenuffel - Hebben de eere ue hier nevens het dubbel van de begrootingsstaat dezer gemeente voor 1823 (te zenden). Den meier. UC 141 - Malderen 3 april 1823 Aan de heer kommissaris van de omtrek Brussel - zenden: 1) de staat der vaccine van de trimester january, 2) dubbel van de alphabetische lijst dezer gemeente die het recht hebben als kiezers mogen benoemt worden voor de keus der leden der provinciale staat te benoemen in 1823. De meier DIV - Malderen 10 april 1823 Ontfangen van d’heer Willocx, borgemeester van Malderen, op rekeninge van eene somme van 800 guldens Neerlands geld, voor het opbouwen vanwegens het gemeyntenhuys en schoole, de somme van 516 guldens neerlands geld, in bisonder de betaelinge. Gui Van Rompa. GR N° 27 - Zitting van 10 april 1823 Zittinge van den Gemeenteraed van Malderen, omtrek van Brussel, Provintie Zuid-Braband, van den 10 April 1823. Tegenwoordig Judocus Willocx, meyer, Adrianus Franciscus De Laet, Josephus Slachmuylders, schepenen, Cornelius Kuyckens, Antonius Daelemans, Egidius Van den Bossche, Jan Francis Hulsbosch en Joannes Baptiste De Vleminck, alle leden van den gemeenteraed, vergadert door deszelfs president ingevolge de omzendbrief van de heer Gouverneur in dato 4 der jongstlede maend Maert n° 30, geschreven in de memoriael adm. n° 13, 7e deel, ten fine van te raedplegen voor zig binnen deze gemeente te verschaffen alle de voorwerpen van voorzorg en bluschmiddelen tegen den brand, en het opmaken van een reglement van politie voor de brand te voorkomen. Gezien de omzendbrief van de heer Gouverneur in dato 4 Maert 1823, hier boven beroepen. Overwegende 1) Dat in deze gemeente zig geene hoegenaemde voorwerpen van voorzorg en bluschmiddelen tegens den brand bevinden, nog dat er geen reglement van politie voor de brand te voorkomen in wezen is. 2) Dat deze gemeente bestaet in 230 huyzen, waeraf er 30 maer aen elkanderen hangen en de andere afzonderlijk zijn gelegen. 3) Dat wanneer het ongeluk van brand voorkomt, de inwoonders met den aldergrootsten iver, zeylen, emmers, ladders en andere voorwerpen voor den brand te blusschen en den voortgang der vlammen aen de naeburige huyzen te stremmen, bij brengen en allen hulp verleenen. 4) Dat de gemeente in deze oogenblik buyten staet is zonder de inwoonders te belasten, zig alle de voorwerpen der bluschmiddelen te verschaffen, en dat nog meer is, deze gemeente geene bekwame plaets bezit voor alle die stukken te beschermen, zoo voor het weder als kwaeddoeners, en daer vooren eene bekwaem locael te bouwen het nog eenen grooten kost zoude veroorzaken.
62
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
5) Ende eyndelinge dat het ons insgelijks onmogelijk is met eene naburige gemeente te verstaen voor gezamentlijk de noodige voorwerpen te bekostigen terwijl de naeste plaets op eenen afstand van drij kwartiers uers gelegen is, en de huyzen dezer gemeente ten meerderen deele met strooy gedekt wezen, en alswanneer het ongeluk zoude willen dat de spuyten zouden moeten gebruykt worden, eer zij van de eene naer de andere gemeente zoude vervoert zijn, en wel bijzonderlijk ten tijde van het winter saisoen, wanneer den brand hem meest verklaert, het huys gansch ende geheel den roof der vlammen is. Besluyten 1) Dat binnen deze gemeente Malderen de bekostinge voor het koopen der voorwerpen van voorzorg en bluschmiddelen tegen de brand niet zal gedaen worden, terwijl de gemeente te kleyn is, en geene genoegzame fonds in kas heeft, en ook dat men ons niet zal verstaen met eene andere naburige gemeente voor gezamentlijk die noodige voorwerpen te koopen, aengezien het eenen vrugteloozen last der gemeente zoude zijn, om redens als hier boven onder 5) bewezen is. 2) Dat men in onze gewoonelijke zittinge der aenstaende maend Mey zullen opmaken een reglement van politie voor de brand binnen dees gemeente te voorkomen, het welk aen de goedkeuringe der gedeputeerde staten zal onderworpen worden. Besloten in buytengewoone zittinge binnen Malderen, date als boven. Getekend: Judocus Willocx, meyer, Adrianus Franciscus De Laet, Josephus Slachmuylders, schepenen, Cornelius Kuyckens, Antonius Daelemans, Egidius Van den Bossche, Jan Francis Hulsbosch en Joannes Baptiste De Vleminck, UC 142 - Malderen 14 april 1823 Aan den heer koninklijken commissaris van het arrondissement Brussel - Berichten dat den brief van den heere gouverneur in dato 18 maart, dragende aandeel dezer gemeente in de grondbelasting voor 1823 den 6den dezer in het secretariaat dezer gemeente is toegekomen en aldaar geregistreerd. De meier. UC 142 bis - Malderen 14 april 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Sturen de staat der voorwerpen van voorzorg en hulpmiddelen tegen den brand, binnen dees gemeente gesloten, gevraagd bij omzendbrief 13 van den heere gouverneur 4 maart laatst, MA 13. UC 143 - Malderen 28 april 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Voor te volkomen aan de omzendbrief van de gedeputeerde staten in dato 10 dezer, nr. 41, MA 21, nopens de oprigting van een bureau van weldadigheid voor idere gemeente, hebben de eere de heeren Adrianus Franciscus De Laet, schepenen, Josephus Slachmuylders, schepenen, en Carolus Franciscis Segers, bezonderen, als kandidaten voor te dragen voor benoemt te worden tot de bedieningen van leden van het bureau van weldadigheid het welk binnen dees gemeente moet opgeregt worden. De meier GR N° 28 - 1 mei 1823 Meier ende schepenen der Gemeente Malderen. Gezien de omzendbrief van den heer Gouverneur in dato 24 der jongstlede maend April n° 44, Memoriael n° 24, 7e deel, dragende dat er in iedere gemeente eene commissie van drij leden zal benoemt worden, de welke gelast is met het bewaren van twee sleutels der doos bestemt tot het inzamelen der stembiljetten voor de toekomende benoeming der leden van het orden der landen bij de vergadering der staten dezer provintie, voor het verkiezingsdistrict van Vilvoorde n° 2. Ingevolge de magt aen ons door de schikkingen der beroepen omzendbrief verleend.
63
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Benoemen de heeren Joannes De Boeck, Maximilianus Van Tricht en Pieter De Koker, alledrij landbouwers woonagtig te Malderen, als leden dier commissie binnen dees gemeente. Afschrift van de igenwoordige benoeminge zal aen ider der benoemde gezonden worden tot hunne onderrichtinge. Malderen 1ste Mey 1823 Getekend: Willocx Ter ordonnantie: J.B. De Boeck UC 144 - Malderen 3 mey 1823 Aan den heer distriktscommissaris te Brussel - Ontkennend certificaat dat er binnen de maand april geen bezonderen misdaden zijn begaan. De meier UC 145 - Malderen 7 mey 1823 Aan den heer distriktscommissaris te Brussel - zending van het proces verbaal van de kiezinge 1823. De meier UC 146 - Malderen 7 mey 1823 Aan den heer distriktscommissaris te Brussel - In voldoeninge aan de omzendbrief van de gouverneur n° 48 in date 16 april laatst, MA 26, aangaande de brandwaarborg-maatschappijen hebben de eere te berichten dat er binnen dees gemeente geene hoegenaamde gebouwen door de bedoelde maatschappijen zijn verzekerd en alvolgens ons de schikkingen van gemelde omzendbrief niet zijn betreffende. De meier UC 147 - Malderen 22 mey 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Gezien Ue geeerden in date 15 dezer bij de welke Ue ons meld dat wij in agterstel wezen van te voldoen aan de omzendbrief van den 4 maart betrekkelijk brandspuiten, hebben de eere Ue te berichten dat wij de gevraagde stukken voldaan hebben en zij Ue bij mijn brief van dn 14 april laatst zijn toegezonden. De meier. UC 148 - Malderen 2 juny 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Gezonden den maandelijksche negatief certificaat (bestuur van politie). PV N° 6 10-6-1823 – Nachtwacht - Peeter Vranckaert en Peeter De Schryver. Het jaer duizend agt honderd drij en twintig den tienden der maend Juny ten negen uren ’s morgens, voor ons Judocus Willocx, meyer der gemeente Malderen, omtrek van Brussel, provincie Zuid Braband, is gekomen de heer Adrianus Franciscus De Laet, schepenen en gedelegueerden tot het besturen en surveilleren der Burgerlijken Wagt dezer gemeente de geene in werkzaemheyd gesteld is ingevolge circulairen brief van den heere kommissaris van dit arrondissement in dato eersten Maert jongstleden, welken heer komparant ons heeft verklaert dat hij bij biljet in dato 7 dezer, de genaemde Peeter Vranckaert, meester timmerman en Peeter De Schryver, arbeyder beide binnen de gemeente gehuysvest, geordonneert heeft van op gisteren 9sten der loopende maend, den dienst der burgerlijke burgerwagt te doen, en zij ten dien eynde hun moesten in het wagthuys ten x ’s morgens bevinden, voor van hem comparant de nadere orders van den dienst te ontvangen; en hij in het wagthuys gekomen zijnde voor den appel der geordonneerde persoonen te maken en de noodige bevelen van den dienst te geven, den appel danaf gedaen hebbende, heeft bevonden dat gemelde manschappen Peeter Vranckaert en Peeter De Schryver, niet aanwezig waren nog en hadden geremplaceert, en hij aenstonds aan den kaporaal Adriaen Meert,woonagtig binnen de gemeente, hem bericht heeft
64
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
voor wat redens meergenoemde Vranckaert en De Schryver hun niet en presenteerde, heeft hem geantwoord dat zij gezeyd hadden dat zij de wagt niet meer deeden of gongen. Van alle welke wij hebben opgesteld het tegenwoordig proces verbael, voor aan den heere vrederegter van het kanton Wolverthem behandigt te worden. Te Malderen date als boven. Getekend Willocx UC 149 - Malderen 12 juny 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Zenden een nieuw repertorium der akten onderworpen aan het enrigistrement en voor ons gepasseert ten fine van door Ue gecoteert en geparapheert te worden. UC 150 - Malderen 12 juny 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - berichten dat corporatiën of vereenigingen van personen tot het lossen, laden en verwerken van goederen in deze gemeente niet in wezen zijn. De meier UC 151 - Malderen 19 juny 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Melden dat er niemand van onze bestuurde eenige hoegenaamde pretentie ten laste van de ministeriële departementen te maken heeft (MA 37 van 11 juny). De meier en schepenen. UC 152 - Malderen 19 juny 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - De naamlijst van onzen veldwachters, gevraagt bij brief van den heer gouverneur in dato 2 dezer MA 37. De meier UC 153 - Malderen 21 juny 1823 Aan Z.E. de gouverneur der provincie, rue du Braband, te Brussel - De genaamden Van den Eede Jan Baptist, geboren binnen dees gemeente den 23 july 1797, ende aldaar woonagtig, wever van beroep, zone van Henricus en van Van Humbeeck Anna, loteling van den jaren 1817, getrokken hebbende het lot nr. 4, zegt mij de huwelijksband te gaan aanvaarden en hij alvolgens het attest LL gelijkvormig het art. 97 der wet van den 8 january 1817 noodig heeft, zoo Z.E. geef ik mij de eer Ue te verzoeken van ons te willen afleveren het certificaat LL in kwestie. Signalement: lengte 1 el 6p 7d (!?), aangezigt ovaal, oogen grijs, neus ordinaire, mond idem, kin rond, haar kastanjekleur, wenkbrauwen en baard wit, merkbare teekenen geen. UC 154 - Malderen 26 juny 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue geëerden in date 18 dezer nopens het lokaal binnen deze gemeente voor den woonst van eene onderwijzer gebouwd, heb ik de eer Ue te berichten dat dit gebouw, ter uitzondering van nog 2 à 3 kleine werken, voleind en bewoonbaar is. Verders, Mijnheer, dat onze gemeente tot dag van heden door eenen van het gouvernement herkenden onderwijzer is onvoorzien en wij wenschen tot voordeel der gemeente eenen bekwamen onderwijzer dezen zomer te bekomen. De meier GR N° 29 Zitting van 1 juli 1823
65
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Zittinge van den gemeenteraed van Malderen, omtrek van Brussel, Provintie Zuid-Braband, van den 1sten July 1823. Tegenwoordig Judocus Willocx, meyer, Adrianus Franciscus De Laet, Josephus Slachmuylders, schepenen, Cornelius Kuyckens, Antonius Daelemans, Egidius Van den Bossche, Jan en Joannes Baptiste De Vleminck, deze vier laetste leden van den gemeenteraed, vergadert door deszelfs president ingevolge de artikel 22 van het reglement van bestuer ten platte lande dezer provintie in dato 3 january 1818, ten eynde van bij onderzoek en voorraed te sluyten de rekeninge opgemaekt ende overgebragt door de heer Jan Baptist Verstraeten, plaetselijken ontvanger voor het dienstjaer 1822. Gezien de rekeninge overgegeven door de heer J.B. Verstraeten, plaetselijken ontvanger dezer gemeente, van de ontvangsten en uytgaven, door hem in zijne gezegde hoedanigheyd gedaen over het dienstjaer 1822. Gezien de begrootingsstaet voor het jaer 1822. Overwegende dat naer behoorlijk en nauwkeurig onderzoek der gemelde rekeninge en de daer bijgevoegde bewijsstukken, er uyt spruyt dat - de generale ontvangsten beloopen tot 2056,28 wel geregeld zijn - en de generale uytgaven tot 1554,72 insgelijks wel geregeld wezen. - Dus een batig slot van 501,56 Besluiten De rekening van het jaer 1822 van den plaetselijken ontvanger dezer gemeente, in ontvangst ter somme van 2056,28 guldens en in uytgaven op de gene van 1554,72 guldens, waer uyt spruyt een overschot van ontvangst van 501,56 guldens. De tegenwoordige rekeninge zal in vier dubbel, door de tusschenkomst van den heer arrondissementskommissaris aan de Deputatie der Staten toegezonden worden, ten fine van definitivelijk gearreteert te worden. Gedaen in zittinge te Malderen den 1sten July 1823. Op bevel, de secretaris. UC 155 - Malderen 1 july 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Ontkennend certiifcaat der voorgevallene misdaden. De meier UC 156 - Malderen 1 july 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Zenden 1) de rekeninge van onzen gemeenteontvanger van 1822 met alle bewijsstukken; 2) de 4-maandelijksche staten voorgeschreven bij de circulaire van de heer gouverneur in dato 26 mey MA 32. De meier UC 157 - Malderen 1 july 1823 Aan de heer ontvanger van 't enregistrement te Humbeek - Zenden 1) eenen nieuwen en in de landstaal repertorium voor in blanco door u geviseert te worden (gelieft mij met den eersten den anderen die nog ten Ue comptoire vind te laten toekomen; 2) de staat van overlijdens der jongste afgeloopene maand juny. De meier UC 158 - Malderen 1 juillet 1823 Aan de vicomtesse de Beughem te Lippeloo - Gezien Ue geëerden in dato 29 juny nopens de stelinge der bloemen en het schenden van Ue eigendom hebbe ik de eer Ue te berichten dat ik Jan Baptist Van den Eynde, zone Jacob, wever, en Francis Heymans, commissionaire, beide onze inwoonders, geproken heb, en mij verklaren bloemen ontvangen en gezien te hebben van en bij JoannesVan den Eede, wever, zone Henricus, en Charles Vermeiren, dienstbode,
66
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
woonende bij Antonius Van Gucht, landbouwer binnen dees gemeente; ook dat zij nog bloemen gegeven hebben aan Marie Van Huynegem, dienstmeid bij Pieter De Koker, herbergier, onzen bestuurden. Zoo Madame, het is te denken dat genoemde Van den Eede en Vermeiren dit feit begaan hebben, maar wij danaf geen proces verbaal konnen opmaken aangezien de misdaad op Lippeloo geschied is en het proces verbaal zoude konnen geannulleert worden. Het is de heer burgemeester dier gemeente die dit moet opmaken en aan de regtsbanke van Mechelen toesturen. Ik verzoek Ue madame van danaf proces verbaal te doen opmaken, want gemelden Van den Eede een slegt gedrag houd en wij hem van overlang gesurveilleert hebben. De meier UC 159 - Malderen 24 july 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Zenden 1) de staat der vaccine van de jongst afgeloopene kwartaal; 2) het kohier van lasten voor de verpachting onzer waag ten eynde van de noodige goedkeuring te ontvangen. Wij zouden deze verpachting voor het opmaken van de begrootingsstaat voor 1824 doen plaats hebben, ten fine de juiste somme daar te bepalen. De meier UC 160 - Malderen 24 july 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Berichten dat er geene schatter nogte bijschatter dezer gemeente deel maakt van het plaatselijk bestuur nogte haren Raad, en dat deze schatters en bijschatters van de notabelste inwoonders der gemeente wezen, dat wij naar rijpe raadpleging en nauwkeurig onderzoek gezien en bevonden hebben dat die ambtenaren hunnen pligten ende eed gekweten hebben en er geene misbruiken zijn begaan. Het plaatselijk bestuur van Malderen. UC 161 - Malderen 26 july 1823 Aan mijnheer de brigadier der marechaussée te Vilvoorde - Voor het goed order, publieke ruste en houden der politie met onze aanstaande jaarlijksche kermisse, wij de tegenwoordigheid der marechaussée noodig hebben. Ten dien einde hebben wij de eere Ue te verzoeken van in deze gemeente op zondag 17 augusty aanstaande ontrent den middag, twee mannen te willen laten toekomen de welke zullen terug keeren op dynsdag 19 dezer in den naarmiddag. De meier en schepenen. UC 162 - Malderen 26 july 1823 Aan de meier van Steenuffel - Verscheide klagten zijn er ons reeds gedaan dat de Bouwdreve, scheidende onze beide gemeentens, zig in allerslegsten staat bevind, en het hoognoodig is de zelve hersteld word. Deze gemeente voor zooveel haar betreft heeft de noodige reparatiën voltrokken, zoo dat er niets meer te maken is als het geen op Ue gemeente gelegen is. Dus, collega, verzoeke Ue de zelve bewerkingen eerstdags te willen doen beginnen, want anders wij zouden genoodzaakt wezen op de klagten van eenige onzer inwoonders danaf aan de kommissaris der straten en wegen kennis te geven, het geen ons zoude pijnigen van zulks te moeten doen. De meier van Malderen UC 163 - Malderen 31 july 1823 Aan de controleur der divisie Vilvoorde - Gezonden de register, legger en declaratiën der patenten van 1823. De meier GR N° 30 - Malderen den 31 July 1823 Den meyer officier van den burgerlijken stand der gemeente Malderen.
67
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gezien het artikel 4 der wet van den 8sten Juny 1823, staetsblad n° 21, houdende nadere bepalingen omtrent de ambtenaren en de registers van den Burgerlijken Stand. Overwegende dat op heden zijne huysvrouwe overleden is. Ingevolge de magt bij het artikel 4 hierboven beroepen verleent, benoemt specialijk bij deze de heer Adrianus Franciscus De Laet, eersten schepenen dezer gemeente, als gedelegeerden tot het ontvangen der declaratie van overlijden van Maria Josepha Van den Moortel, zijne huysvrouwe, en vanaf op de daer toe bestemde registers den akt op te stellen. Afschrift van de igenwoorddige benoeminge zal aen dito heer De Laet overgemaekt worden tot zijne onderrigtinge. UC 164 - Malderen 9 augusty 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Berichten dat dees gemeente zich in het geval niet bevind te beraadslagen nopens de schikkingen van den omzendbrief der gedeputeerde staten in dato 25 july jongstleden n° 80, MA 49, betrekkelijk de buurtwegen en alvolgens laten ue het igenwoordig voor ontkennend certificaat toekomen. De meier en schepenen UC 165 - Malderen 9 augusty 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Gelijkvormig de omzendbrieven van de heer gouverneur in dato 4 maart laatst nr. 30 en ... 23 nr. 70 aangaande de voorzorgen om den brand te voorkomen, heb ik de eer Ue hier nevens te zenden het reglement van politie tot dier betrekkelijk, ten fine de noodige goedkeuring der gedeputeerde staten te ontvangen. De meier UC 166 - Malderen 13 augusty 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue geëerden dd 9 dezer nr. 68, ons verzoekende om binnen de 2 maal 24 uren Ue over te maken de staat gevraagt bij omzendbrief der gedeputeerde staten in dato 18 juny nr. 40, betrekkelijk de op de punten van de beurtwegen der 1ste klasse te plaatsen wegwijzers, hebbe ik de eere Ue te berichten dat wij in het geval niet wezen te moeten opmaken, terwijl in deze gemeente geene heerbanen of beurtwegen de welke in aanraking brengen met de groote wegen van het Rijk, rivieren of grachten der Provincie, bevinden nog doorkruisen of tegen elkanderen loopen. De meier en schepenen. PV N° 7 - 23-8-1823 - Charles Aerts - Diefte van 2 halsdoeken In den jare duyzend agt honderd drij en twintig den drij en twintigsten der maend Augusty ten tien uren ‘s morgens, voor ons Judocus Willocx, meyer en officier der politie der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provintie Zuyd Braband, is gekomen Jan Baptist Meert, wever ende landbouwer, woonagtig binnen dees gemeente, den welken ons heeft verklaert dat op vierden der loopende maend Augusty in de naermiddag, zijnde met heele familie afwezig, eene ruyte van zijn kamervenster gebroken en dezelve venster geopent is, en hem twee rooden catoenen halsdoeken, liggende in eene ongeslotene sluytmande, gestolen zijn. Dat er op den negentienden dito, … vrouwe Jan De Boeck, landbouwer, woonagtig te Steenhuffel, omtrek als boven, bij hem is gekomen, en zig informeerde naer het gedrag van Charles Aerts, oud agtien jaeren, zone Peeter, zonder beroep, woonagtig binnen deze gemeente Malderen, en zeggende, dat zij den halsdoek die zij aenhad, sedert enige dagen van den gemelden Aerts voor zeven oorden gekogt had en hij nog eenen anderen aan Peeter De Smedt, bijgenaemt Peeter Snaes, shoenmaeker, woonagtig te gemeld Steenhuffel, insgelijks hadde verkogt, en zij kwade betrouwen had, denkende dat het gestolen halsdoeken zijn; op welk gezeg genoemden Meert haer zeyde er twee halsdoeken van zijne dogter Maria Meert gestolen waren, en denzelven aenstonds visiterende, herkent heeft van van zijne dogter te wezen; dezelve vrouwe hem in de
68
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
oogenblik heeft teruggegeven, op conditie dat hij haer de zeven ooden moeste wederkeeren hetgeen is toegestaen. Verders, dat zijne genoemde dogter Maria Meert bij bovengemelden Peeter De Smedt gegaen is voor den door hem van dito Aerts gekogten halsdoek te bezigtigen, alwaer zijnde en vragende dat goed te mogen zien, hij haer getoont is, en hem ziende zij hem seffens herkent heeft en hem wedervragende, Peeter De Smedt, antwoorde ‘Ja, mits tien stuyvers te betalen, zoo veel hij hem gekogt hadde’ hetgeen zij voldaen heeft. Ingevolge deze verklaring hebben wij bevolen ons aenstons deze twee gestolen stuks te behandigen, waer aen voldaen is, en ook den meergemelden Charles Aerts doen kompareren, en voor ons verschenen zijnde, wij hem betigte, sedert enige dagen bij Jan Baptist Meert dezer gemeente twee cathoene halsdoeken gestolen te hebben en hij dezelve verkogt hadde aan Jan De Boeck en Peeter De Smedt, beide woonagtig te Steenhuffel, hetgeen hij beleden heeft. Hem dan voords vragende op wat wijze hij die gestolen en of hij dit alleen begaen hadde, antwoorde hij alleen is geweest en gaende voorby de woonstede van gemelden Meert, en ziende de deuren gesloten, nog niemand omtrent het huys, hij de kamervenster geopent heeft en binnengegaen is alwaer zijnde, hij twee doeken gevonden en medegenomen heeft, en den grootsten aen Peeter Snaes (De Smedt) te Steenhuffel voor zeven Stuyvers en den anderen aen Jan De Smedt, ook te Steenhuffel, voor zeven oorden verkogt heeft, naer welk verklaers wij hem de twee stuks toonde en aenstonds verklaerde dezelve te wezen. Naer alle welke wij dito Charles Aerts hebben opgehouden en danaf het igenwoordig proces verbael opgemaakt. Ordonnerende dat den zelven Aerts door onzen veldwagter gebragt worde bij de brigade marechaussées gelegen te Vilvoorde, welke verzogt is zijnen persoon onder hare bewaring te nemen en hem zoo haest mogelijk te geleyden naar Brussel, alwaer hij aen de dispositie zal gestelt worden van de heer koninglijken prokureur bij de tribunael van eersten aenlg, en het igenwoordig verbael met de daer in herhaelde gestolen stuks, zullen gevoegt worden bij de opgehouden persoon en zullen behandigt wezen aen den zelven magistraet. Te Malderen date als boven. Getekend Willocx (Verwezen den 25 september 1823 te Brussel) Datum van het vonnis: 25-9-1823 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Aerts Carolus Beroep: daglooner Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: diefte van 2 halsdoeken Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 10,25 UC 167 - Malderen 27 augusty 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - De meier en schepenen der gemeente Malderen, ingevolge de schikkingen van den omzendbrief der gedeputeerde staten in dato 14 augusty n° 86, MA 52, verklaren dat er in hun gemeente zich geene verlatene kinderen en vondelingen bevinden nog er geene behoeftige huysgezinnen en bedelaars wezen die zij begeeren in de koloniën te doen plaatsen. UC 168 - Malderen 27 augusty 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - De staat der noodige bladen tot het aanmaken der registers van den burgerlijken stand dezer gemeente voor 1824. De meier UC 169 - Malderen 2 september 1823 69
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - 1) de vier maandelijksche staten van de niet geëindigde (?) zaken; 2) het extract uit den register der gepleegde misdaden. De meier UC 170 - Malderen 6 september 1823 Aan den heere arrondissementsinspecteur te Brussel - Geef mij de eere Ue hier nevens te zenden met den molenaar Charles Leemans, onzen inwoonder, een staal van den rogge met een heel weinig gemengt met tarwe, wanaf de commiezen residerende tot Merchtem, hem een proces verbaal gemaakt hebben, het geen zij aanzien voor wit graan of masteluin. Ik heb dit genomen uit den zak, vermits die ambtenaren in de tegenwoordigheid van getuigen geweigert hebben te zegelen, en dat, zoo mij dunkt, voor geenen masteluin kan aanzien worden, maar doch hoe het zij, gelieft, mijnheer, ten opzigte van dito Leemans consideratie te gebruiken want het eenen armen inwoonder is. De meier. UC 171 - Malderen 11 september 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Gezonden het proces verbaal der aanbesteding der waag, voor de noodige goedkeuring. De meier UC 172 - Malderen 18 september 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Bericht dat er geen bedelaar hem aan ons heeft aangeboden ten einde in het bedelaarshuis te Terkameren te mogen worden aangenomen en alvolgens in het geval niet wezen danaf een staat te moeten opmaken (M.A. 55, nr. 89, van 20 augusty). UC 173 - Malderen 18 september 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord aan statens omzendbrief van den 4 dezer nr. 102 (MA 65) nopens het aanvragen van het aandeel hetwelk de respective gemeentens uit de som van 5000 guldens, ten behoeve van het openbaar onderwijs toegestaan, verlangen en het geen zij voornemens zijn daar voor aan of ten behoeve der schoollokalen en de daar in vereischte voorwerpen te verrigten. Terwijl dees gemeente in 't jongst afgeloopene jaar een schoollokaal heeft opgetimmert, zoo is 't dat zij in het geval niet is daar omtrent een aanvraag te maken. De meier en schepenen UC 174 - Malderen 19 september 1823 Aan de heer controleur te Brussel - Ingevolge het besluit van den heer gouverneur in dato 22 augusty houdende de voorloopige werkzaamheden voor het maken der kohieren van de grondbelasting van het jaar 1824, deze werkzaamheden niet ter hand konnen nemende terwijl ons de register der mutatiën nog niet is toegestuurt, zoo verzoeke ik Ue ons op het spoedigste dat stuk over te maken. De meier UC 175 - Malderen 25 september 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Gezonden den staat der wegwijzers. UC 176 - Malderen 25 september 1823 Aan den heere arrondissementscommissaris te Brussel - Zenden 1) de begrootingsstaat dezer gemeente met den genen der kerkfabriek en eenen bestek, aanmerkende dat ik de rekening der kerke hier niet kan nevens voegen terwijl zij nog niet opgemaakt is en dat den staat van haar goederen in het afgeloopene jaar aan den budget gehecht is geweest die in het gouvernement
70
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
is blijven berusten; 2) Onafgedane werken, de staat der maand september; 3) ontkennend certificaat van voorgevallene misdaden; 4) de staten der koepokstofinenting van het derde afgeloopene kwartaal. De meier UC 177 - Malderen 8 october 1823 Ontkennend certificaat pastorijgoederen, M.A. 71 van 24 september 1823. DIV - Malderen, 15 october 1823 (circa) Gewerkt aen de school van Malderen in 1823. Item gewerkt aen de dorpels van de vensters Den 14 augustus 3 schoven Item 3 pond lood, 4 stuyvers het pond Item den 2 october eenen halven dag geverft Item om 5 stuyvers verf Item gewerkt aen de plansieren den 6 october tot den 7 dito, eenen dag en half Item 3 pond lood gebruyckt aen de voordeur Item eenen gulden voor de zoldertrappen te maeken Item 30 stuyvers voor het blaffon en den vloer Item 6 dagen en half verschoten aen den dienders van de zavel te schieten Item 12 guldens te kort gegeven op het acort van het huys Bedraegt te samen de somme van Betaelt aen Peeter De Pauw, par ordonnantie van d’heer Van Rompa. Item 500 steen van de gemeynte van Malderen en om 5 stuyvers kalk, komt tot
0-17-0 0-12-0 0-11-2 0-5-0 1-16-0 0-12-0 1-0-0 1-10-0 3-18-0 12-0-0 23-1-2 2-1-0
UC 178 - Malderen 24 october 1823 Aan de heeren leden der jury voor het middelbaar en lager onderwijs te Brussel - In antwoord aan Ue geëerden in dato 10 dezer nr. 120/84 nopens de voorstel van de persoon van Van der Linden, bekwaam en kundig om op eene behoorlijke wijze onderricht te geven, en die hem zig in dezen gemeenten als onderwijzer gaarne zoude plaatsen, hebben wij de eere Ue te berichten, indien dezen persoon voorzien is van een diploma, zedig en opgevoed is in den Roomsche katholieken godsdienst, wij hem als openbaren onderwijzer dezer gemeente aanvaarden met verzoek hem zoo haast mogelijk alsdan alhier te komen huisvesten. Met allen dankbaarheid van den voorstel van eenen bekwaam persoon. Het plaatselijk bestuur van Malderen. UC 179 - Malderen 24 october 1823 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue geëerden in dato 11 dezer aangaande de vergelijking van de opbrengst der belasting op het personeel, mobilair en deur en vensters tusschen de jaren 1822 en 1823 hebben wij de eer Ue te berichten dat wij op een nieuw met aandagt en nauwkeurigheid de bewerkingen der schatters overzien en geverifieert hebben en wij geenszins vinden dat er eenige misslagen begaan wezen nog dat de schattingen naar vermoeden gedaan zijn maar wel dat de schatters in gevolge de op het stuk staande wet, hunnen eed ende pligten volbragt hebben, ook dat wij geene wooningen vinden die nog belastbaar zouden zijn of andere die kunnen verhoogt worden. De huizen dezer gemeente zijn niet geagglomereerd gelijk in vele andere gemeenten der provincie; zij bestaat ten meerderen deele uit kleine kleemen wooningen, bewoont door lijnwaadwevers, arbeiders en de andere door de akkerbouwers, maar geene groote nog bezondere huizen worden alhier bevonden. De meier en schepenen. GR N° 31 71
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Zitting 28 oktober 1823 Het gemeentebestuer van Malderen, willende overgaen tot het benoemen en aenstellen van eenen onderwijzer bij de lagere school der gemeente, vergadert zich ten dien eynde op de gewone gemeyntekamer. Na rijpe overwegingen word vastgestelt te benoemen gelijk benoemt word bij deze J. Van der Linden, thans eersten assistent onderwijzer aen de stads vlaemsche school te Brussel, bezittende den derden rang, tot schoolonderwijzer in onze gemeente Malderen, onder het genot van 1) Een lands traktement van tweehonderd guldens. 2) De schoolgelden der school gaende kinderen tegen 5 à 6 stuyvers per maand, en 3) Eene vrije wooning en verdere emolumenten aen dezen post verbonden. Den nu benoemden onderwijzer J. Van der Linden is gehouden het geheele jaer school te houden, uytgezondert alle zaterdagen namiddagen, de feestdagen en de gewone nader vast te stellen vakantien, en wel des voormiddags van 8 tot 11 uren en des namiddags van 1u30 tot 4 uren. Het onderwijs zal worden gegeven in de nederduytsche tael ofschoon het den onderwijzer vrij zal staen op afzonderlijke uren les in het fransch etcetera te geven. Het tegenwoordig diene tot akte van aenstelling naer den benoemden J. Van der Linden. Aldus vastgestelt en opgemaekt on onze vergadering den 28 october 1823. (Getekend) Willocx, De Laet, Slachmuylders, Daelemans, De Vleminck, Kuyckens. Op bevel, de secretaris J.B. De Bock. GR N° 32 Zitting van 28 oktober 1823 De meyer ende schepenen der gemeente Malderen. Gezien de omzendbrief van Z.E.H.G. de Gouverneur in dato 20 dezer, M.A. n° 76. Gezien het eerste en tweede lid van het artikel 58 der wet van den 28 Juny 1822 op de personele belasting, dragende: “In idere gemeente zal eene kommissie worden genoemt te samen gestelt uyt twee door het gemeentebestuer, uyt deszelfs midden, daer toe aengewezen leden, en twee door de administratie daer toe aengewezen ambtenaren. Deze kommissie zal voor idere gemeente benoemen de vereyschte wordende schatters ende bijschatters geschikt om de noodige taxatien, opnemingen en tellingen te verrigten. Ingevolge de voorenstaende schikkingen. Benoemen. De heeren Adrianus Franciscus De Laet, schepen, en Antonius Daelemans, raedslid, als leden der kommissie tot het benoemen binnen deze gemeente der schatters ende bijschatters geschikt om de noodige taxatien, opnemingen en tellingen der personele belasting te verrigten gedurende het dienstjaer van 1824. Afschrift der igenwoordige benoeminge zal aen ider der benoemde tot hunne onderrigting worden overgemaekt. Gedaen te Malderen den 28 October 1823 Op bevel, de secretaris J.B. De Bock. (Getekend) Willocx, De Laet, Slachmuylders UC 180 - Malderen 3 november 1823 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Berichten dat in uitwerking van circulaire 122 van de gouverneur van 20 oktober, MA 76, en artikel 58 der wet van 28 juny 1822 op het personeel, wij bij ons besluit van den 28 october laatst de heeren De Laet, schepen, en Daelemans, lid van onzen raad, benoemt hebben als leden van de bedoelde commissie. De meier en schepenen van Malderen UC 181 - Malderen x november 1823
72
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Hunne Groot Edel Achtbare Heeren Staten der provincie Zuid Brabant - Groote Edel Achtbare Heeren. Daar ons ter in gang stelling van het onderwijs op onze dorpsschool eene somme van 150 guldens benoodigd is om daar voor ons de noodige meubelen als banken, tafels, enz. enz. aan te schaffen, en wij over zoodanige somme niet kunnen beschikken, terwijl wij reeds alles hebben aangewend om de school en het schoolhuis te bouwen, zoo nemen wij de vrijheid ons tot U.G.E.A. Heeren te wenden met verzoek om ons deze behoeften op de somme van 5000 guldens door zijne majesteit zoo goedgunstig aan de provincie verleend, toe te staan. Het gemeentebestuur van Malderen, 24 october 1823 UC 182 - Malderen 1 december 1823 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Berichten dat er zich in dees gemeente geene vondelingen en verlatene kinderen bevinden (voor dewelke de gemeente onderhoudskosten betaalt) en alvolgens wij geene aansprake kunnen maken bij de repartitie der subsidie van 28000 guldens door Z.M. op de begrooting dezer provincie toegestaan (M.A. 89 van 18 november). De meier en schepenen UC 183 - Malderen 1 december 1823 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Tot voldoening aan de omzendbrief van de heer gouverneur in dato 18 november n° 143, MA 89, aangaande de afkooping van dagwerken voor het onderhoud der beurtwegen, hebben wij de eere Ue te berichten dat wij in het geval niet wezen de staat voorgeschreven bij gemelde omzendbrief op te maken, terwijl de kosten van onderhoud der bedoelde wegen in de jaarlijksche begrooting dezer gemeente zijn toegestaan en de uitgaven in de rekening van den gemeenten ontvanger zijn gebragt. De meier en schepenen. UC 184 - Malderen 4 december 1823 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Gedurend het igenwoordig dienstjaar meer geboortens voorgekomen zijnde dan in de voorgaande jaren en alvolgens een blad in de register ontbrekende, zoo is het dat ik mij de eere geef van Ue te verzoeken van in opgemelden hier nevens gaande register een blad in ieder te willen doen aanvoegen, en mij de zelve zoo haast mogelijk terug te sturen. De meier van Malderen GR N° 33 Malderen 4 december 1823 Aen zijne Majesteit de Koning der Nederlanden, Prins van Orange-Nassau, Groothertog van Luxembourg, enz., enz. Sire, Daer het uwe majesteit behaagde aen een groot getal onderwijzers en mede-onderwijzers in de zuidelijke provintien des rijks landstraktementen voor de school onderwijzers der dorpschoolen toe te staen, zoo neemt het plaetselijk bestuer van Malderen, provintie ZuidBraband, arrondissement Brussel, kanton Wolverthem, met den meesten eerbied de vrijheid zich tot uwe majesteit te wenden, ootmoedig verzoekende dat aen onze school en ten voordeele van onzen nieuw benoemden onderwijzer J. Van der Linden, wiens aenstelling hiernevens word bijgevoegd, een landstraktement van 200 guldens nederlands, mogen worden toegewezen. De oude onderwijzer J. De Schrijver, die thans als mede-onderwijzer in de noodige lessen van bovengenoemden Van der Linden ontvangt door dien hij nog jong en veel belooft voor den belangrijken post van school-onderwijzer, thans geheel buyten bestaen is geraekt, zoo is ons ootmoedig verzoek of het uwe majesteit mogen behagen aen hem, tot hulp van onze talrijke school dienende, eveneens een landstraktement van 100 of 75 guldens toe te wij-
73
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
zen. De gemeente die over de 1400 zielen groot is, en de school die op dit oogenblik sterk bezogt word, zoo dat het getal schoolkomende kinderen tegenwoordig 120 bedraagt en dit kan evenwel binnen 2 à 3 weken noch wel door 30 vermeerderd worden. De gemeente voorzag in een uytmuntend schoolgebouw en eene onderwijzerswooning, beide op de meest doelmatigste wijze ingerigt zijnde. Het eerste is voorzien van de noodige schoolmeubelen, als letterast, lessenaars voor de kinderen, letterplanken om de kinderen al spelende het spellen te onderwijzen, leestafels en verdere toebehoorten, alle ten dienste van het klassikael onderwijs. De schoolgelden echter zijn hier in het algemeen zoo laag dat de onderwijzer zich, zonder meer, geen gering bestaen kan verzekeren, waarom men genoodzaekt is de ondersteuning van het Gouvernement in te roepen, terwijl overigens de gemeente van haren kant al het mogelijk zal aenwenden om in het verder ontbrekende, zoo goed doenlijk, te voorzien. Hetgeen is doende voor het gemeentebestuur (Getekend) Willocx, Slachmuylders, Daelemans, De Vleminck, Kuyckens. Op bevel, J.B. De Bock. Malderen 4 december 1823. GR N° 34 Zitting van 24 december 1823, 10u. Wij Judocus Willocx, meyer der gemeente Malderen, ingevolge de schikkingen van statens besluyt van den 16 Mey jongstleden M.A. N° 30 en van het 1ste lid hunner omzendbrief in dato 11 dezer maend December M.A. N° 95, hebben doen vergaderen de heeren Adriaenus Franciscus De Laet, Josephus Slachmuylders en Carolus Franciscus Segers, alle drij binnen deze gemeente gehuysvest, en bij besluyt der Gedeputeerde Staten in date 16 Mey laetst benoemt tot leden van den bureau van weldadigheyd dezer gemeente, dit ten eynde van hun in hunne functien te installeren. Vergadert zijnde ter secretarij onze gemeente hebben wij, meyer aen de gemelde heeren leden voorllezing gedaen der al bovengemelde besluyten ende omzendbrief, en dit gedaen zijnde hebben de opgemelde nieuw benoemde ider in het bezonder in onze handen ontloken den naervolgenden eed, te weten: "Ik zweere mijne functien als lid van den bureau van weldadigheyd met alle getrouwigheyd ende standvastigheyd te volbrengen en uyt te oeffenen, alzoo helpt mij God en al zijn heylige." Naer alle welke wij de heeren Adrianus Franciscus De Laet, Josephus Slachmuylders en Carolus Franciscus Segers verklaert hebben in hunnen functien geïnstalleert te wezen, en hebben danaf het igenwoordige proces-verbael opgestelt hetwelk zij naer voorlezinge met ons hebben onderteekent. Te Malderen den dag, maend en jaer als boven. DIV - Malderen 31 december 1823 Bevrachtingen voor de gemeente Malderen voor het dienstjaar 1823 op eene nieuwe toer (?). - De weduwe Jan Frans Hermans: 1800 kleynen steen, te lossen in de Lippeloostraet aan den Ezel; te laden bij de weduwe van Hemelrijck onder Briel. Voor de gote aan het schoolhuys. - Peeter De Koker: 600 kleynen steen. - Baptist Van Humbeeck: 600 kleynen steen. - De weduwe Geerard Hulsbosch: 1200 kleynen steen. - Baptiste Jacobs: 600 kleynen steen. - Petrus Kuyckens: 1000 kleynen steen. - Peeter Van der Perre: 8 sakken kalk. - Francies Van Dorselaer: 400 steen, 2 sakken kalk. Voor de potaarde putten. - Jan Selleslags: 300 kleynen steen. - Geerard Van den Eede: 600 kleynen steen. 74
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Voor de heyde. - De weduwe Jan Frans Van Keer: 200 grooten steen, 1 sak kalk. - Jan Baptist De Vleminck: 200 grooten steen, 1 sak kalk, te lossen aan Christoffel Brusselmans land. Aan Alexander De Vadder. - Judocus De Smedt: 200 grooten steen, 1 sak kalk. - Joannes De Keersmaeker wordt geordonneerd van op den 13 october 1823 bij Ludovicus Van Hemelrijck op den Briel te halen 500 kleynen steen en 2 sakken kalk en te lossen aan de Kroon. - Benedictus De Bock wordt geordonneerd van op den selven voorgaanden dag ende plaats te halen 1000 kleynen steen en 2 sakken kalk, en ook te lossen aan de Kroon. (De Bock heeft 4 sakken Kalk medegebracht) - Max Van Tricht heeft 2 karren steen vervoerd waarmede hij een raes (= reis) voldaan heeft. - Joannes Coremans wordt versogt van op den 15 october 1823 een karre kalk uyt sakken naar den Briel te halen bij Lois Van Hemelrijck, aan de Kroon te lossen. - Merinus Coremans heeft 600 steen gehaald naar den Briel. - Peeter De Kinder (?) heeft ook 600 steen gehaald naar den Briel. - Peeter Van Assche heeft ook 600 steen gehaald naar den Briel.
75
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1824 **** UC 185 - Malderen 23 january 1824 De meier en schepenen der gemeente Malderen, ingevolge de schikkingen van het K.B. van den 2 december jongstleden en statens omzendbrief van den 8 dezer, M.A. 2, verklaren dat zich in hunne gemeente of stichtingen die aldaar in wezen zijn geene hoegenaamde beurzen voor studiën bevinden. UC 186 - Malderen 22 january 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Over te maken: 1) de staat der koepokstofinenting van het 4de kwartaal 1823; 2) de staat der begrooting van 1824; 3) het dubbel van het proces verbaal der installatie der leden van dit gestigt. De meier. UC 187 - Malderen 24 january 1824 Aan den heere burgemeester van Sint-Amands - In antwoord aan Ue gëeerden in dato 23 dezer nopens den jongeling Cornelius Van Steen, geboren binnen deze gemeente, zone van Benedictus en Petronilla Daelemans, beide alhier overleden, den welken dit loopende dienstjaar moet deel maken der Nationale Militie. Hebbe de eere Ue te berichten dat opgemelden jongeling zich voor ons gepresenteert heeft voor hem op onzen inschrijvingslijst der Nationale Militie te doen opschrijven en aan welk verzoek wij voldaan hebben. Het is waar, mijnheer, dat dezen jongeling tot heden nog geen voogd heeft, maar het is ook waar dat het ons onbekend is dat hij binnen Ue gemeente is gehuisvest. Nooit is hij van den staat onzer inwoonders afgeschreven en alvolgens staat hij aldaar onder nr. 890 nog als onzen inwoonder bekend, zoo, mijnheer, dat volgens mij hij binnen deze gemeente moet deel maken der Nationale Militie. De meier van Malderen. UC 188 - Malderen 28 january 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overgemaakt de inschrijvings- en alphabetische lijst der lotelingen voor de Nationale Militie dezer gemeente van de ligting 1824. De meier UC 189 - Malderen 28 january 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In voldoening aan Ue geëerden in dato 21 dezer, houdende de overmaking eener ordonnantie van betaling wegens onderstand door de deputatie der staten toegestaan aan onze gemeente uit de provinciale begrooting van 1823 voor het oprichten of in staat stellen der schoollokaal voor het openbaar onderwijs, geven wij ons de eere Ue bij deze de ontvangst der bedoelden ordonnantie te berichten. Het plaatselijk bestuur van Malderen UC 190 - Malderen 28 january 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Binnen onze gemeente zijn geen administratiën van weldadige gestichten aanwezig op wien de bepalingen der wet van 14 january 1815 nr. 171, houdende bepalingen op de inschrijving van kapitalen in het grootboek der nationale schuld toepasselijk wezen. Het plaatselijk bestuur van Malderen
76
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 191 - Malderen 28 january 1824 Aan de heer militie commissaris van het arrondissement te Brussel - Hebbe de eere Ue te verzoeken van mij te willen doen toekomen de hier aangewezen benoodigde afdruksel van attesten der aan de vrij te stellen lotelingen der Nationale Militie dezer gemeente gedurende de lichting 1824. K - 16, L - 2, N - 7, DD - 6. De meier GR N° 35 Zitting van 31 januari 1824 De raed der gemeente Malderen, tegen heden 31sten January 1824 behoorlijk zijnde bijeengeroepen, zijn ter vergadering opgekomen de heeren Judocus Willocx, meyer, Adrianus Franciscus De Laet, Josephus Slachmuylders, schepenen, Cornelius Kuyckens, Antonius Daelemans, Joannes Baptist De Vleminck, Egidius Van den Bossche, leden van den raed, en Joannes Baptist De Bock, secretaris. De meerderheyd der raedsleden mits dien tegenwoordig zijnde en de raed alzoo bevoegdelijk kunnende beraedslagen over door onze Kerkfabrik te aenvaerden fondatie van zeven Missen, door Antonius Robberechts, te Londerzele overleden, gemaekt. Gezien de testamenten van wijlans Antonius Robberechts, te Londerzele overleden, gepasseert voor Antonius Kips, notaris ter residentie van Grimbergen in dato 26 febryary en 12 april laetst, bij de welke in de kerke dezer gemeente eene octave voor de geloovige zielen in het vagevuur stigt, die jaerlijks in de octave van de heylige Barbara zal moeten geschieden en in welke octave zal moeten gezongen worden zeven missen met het spelen van d'orgel, waer voor jaerlijks eene totale som van 14,52 guldens zal moeten betaelt worden. Gezien het besluyt door de leden van den raed der fabrik van de succursale kerke dezer gemeente in dato 3den der igenwoordige maend January genomen, houdende dat zij de bedoelde gestigte octave aenvaerden. Eyndelinge gezien de staet der kosten voor het celebreren der gemelde zeven te zingen missen, opgemaekt en bewarigt door den zelven raed der fabrik in dato 5den dezer, waer uyt blijkt dat aen den celebrant der missen komt eene somme van 6,60 guldens, aen den koster 3,30 guldens, aen den organist 2,10 guldens en aen de fabrik der kerke 2,52 guldens. Overwegende dat bij opgemelde testamenten tot verzekering der betaling der in kwestie som eene partije lands, gelegen te Londerzele op het Helleveld, groot ontrent 2 bunderen 51 roeden 50 ellen, palende langst alle zijden den grave Lalaing, specialijk verbonden en gehypothekeert blijft, en dat de fabrik gemagtigt is op het zelve goed pand en inschrijvingsrecht ten koste van de erfgenamen van den testateur te nemen. Overwegende dat bij bovengemelden staet van kosten blijkt, de fabrik der kerke een zeker voordeel of jaerlijkschen revenu van 2,52 guldens is genietende. Keuren het voorenberoepen besluyt door de leden van den raed van het fabrik der kerk in dat 5en dezer genomen, goed gelijk wij doen bij deze, op last dat de fabrik zal nemen op het gemeld goed, ten laste der erfgenamen van den testateur, pand en inschrijvingsrecht en de fabrik danaf jaerlijks zal ontvangen de bepaelde som van 2,52 guldens. Afschrift van het igenwoordig zal gezonden worden aen de Z.E.A.H gedeputeerde staten en leden van den raed onzer kerkfabrik tot hunne informatie en narigt. Gedaen te Malderen den dag maend en jaer als boven. (Getekend) Willocx, De Laet, Slachmuylders, Kuyckens, Daelemans, Van den Bossche, De Bock. UC 192 - Malderen 2 february 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Ontkennend certificaat van voorgevallen misdaden binnen de maand january. De meier
77
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 193 - Malderen 4 february 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Ingevolge Ue brief in dato 24 january laatst heeft de raad dezer gemeente geraadpleegt nopens het aanvaarden eener in onze kerke door wijlen Antonius Robberechts gestichte octave. Dien ten gevolge zende ik hiernevens de zelve deliberatie met alle daar toe betrekkelijke stukken, te weten: eene deliberatie door de raad der fabrik der kerke genomen, eenen staat van kosten en twee testamenten. De meier UC 194 - Malderen 2 maart 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan het 3de lid des heere gouverneurs omzendbrief in dato 14 february nr. 27, MA 13, nopens de politie der honden, geven wij ons de eere Ue te berichten dat volgens ons de meest gepaste middelen voor het los loopen der honden te beletten zijn, van aan den veldwachters geweeren te doen bezorgen en alle de losloopende ongemuilbande honden te doden, waar door eenieder die zijn hond lief heeft hem uit vrees van te worden gedood zal op den band houden. De meier en schepenen UC 195 - Malderen 2 maart 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Dat wij in het geval niet wezen van de rolle voor de straten en wegen te moeten opmaken, dat de som of kosten in de budget gebragt is. De meier UC 196 - Malderen 11 maart 1824 Aan de heer directeur van het tuchthuis te Vilvoorde - De genaamden Aerts Charles, zone Petrus, geboren en woonachtig binnen deze gemeente, bij Ue opgesloten zijnde, heeft dit dienstjaar moeten der Nationale Militie deelmaken en alvoorens de conseil de milice over hem kan uitspreken is er een certificaat op ongezegeld door Ue afgelevert noodig. Dien ten gevolge hebbe ik de eere te verzoeken van voor de 18 dezer aan de heer arrondissements-commissaris te Brussel over te maken een attest, houdende dat opgemelden Aerts bij Ue is opgesloten. De meier van Malderen. UC 197 - Malderen 13 maart 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Zending van het certificaat van Charles Aerts. De meier GR N° 36 - 18 Maert 1824 De raed der gemeente Malderen. Zijn ter vergadering opgekomen de heeren Judocus Willocx, meyer, Adrianus Franciscus De Laet, Josephus Slachmuylders, schepenen, Cornelius Kuyckens, Antonius Daelemans, Joannes Baptist De Vleminck, Egidius Van den Bossche en Joannes Franciscus Hulsbosch, raedsleden, en Joannes Baptist De Bock, secretaris. De raed is overgegaen tot de beraedpleging en opmaken van een plan voor een schoolfonds op te rigten, waer in de bezoldiging van den onderwijzer en de kosten voor de noodige schoolbehoeften kan worden gevonden. Gezien de staet door de notabele en eenige belastbare inwoonders dezer gemeente in dato 23 february jongstleden opgemaekt, waerop ider volgens staet en nummer van kinderen zig zelven tot het betalen van eene jaerlijksche som geschat heeft, zoo voor een jaerwedde aen den schoolonderwijzer te bezorgen als tot aenkoop der noodige schoolbehoeften van de ter school gaende kinderen, welken staet in het geheel beloopt tot de som van 260 guldens.
78
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gezien de begrootingsstaet dezer gemeente waer uyt blijkt dat de jaerlijksche gewoone inkomen beloopen ter som van 1323,88 guldens en de uytgaef (het een door het ander jaer genomen) tot de gene van 1200 guldens, zoo dat er een jaerlijksch excedent is van 124 guldens. In aenmerking nemende den beweenelijken staet in welken het lager onderwijs sedert menigvuldige jaren binnen dees gemeente heeft gekwijnt en dat zij tot bekomen der zoo gewenschte als noodzakelijke erkende verbeteringen alle middelen heeft aengewent voor zig een bekwaem woonplaets voor den onderwijzer, schoollokael en al wat er aen die gebouwen ontbreekt, te verschaffen; dank zij aen het opperbestuer dat de gemeente het geschikt gebouw en nu reeds een goed onderwijzer bekomen heeft: wij zijn alsnu in staet om in ons lager school de verbeteringen te brengen die zoo heviglijk gewenscht zijn voor de belangen van het opkomende geslacht; wij steunen ons in dees gelegenheyd wederom op de medehulp der Edele Agtbare heeren de gedeputeerde staten der provintie. Overwegende dat elken ouder verpligt is een toerijkent onderwijs aen zijne kinderen te geven, 't is hij die de kosten moet dragen zoo van de opvoeding als van het onderhoud van de gene aen wie hij 't licht gegeven heeft. En ouders van dees naem opregt waerdig zijnde, voldoen met ijver deze geringe onkosten. Overwegende dat de schoolgelden vrijwillig en vermogend zijn en per maent betaelt worden, voor welke redenen gedurende de zomermaenden geene of zeer weynige kinderen de schoolen bijwoonen, maer ter straete loopen en alzoo vergeten het gene zij in het winter saisoen geleert hebben. Willende dit kwaed uytroeyen, de onkosten verminderen ende verbeteren, de goede helpen, de zelfszoekers treffen en eene toerijkende instructie aen de kinderen van de een en de andere verzorgen. Besluyten. Artikel 1 - Onder den naem van schooltax zal over dees gemeente een jaerlijkschen omslag worden gemaekt; hier in zullen naer evenredigheyd alle belastbare huysgezinnen moeten dragen, in dier voegen echter dat het maximum niet boven de 5 guldens en het minimum niet onder de 50 cent. De behoeftigen op de lijsten der armen ingeschreven zijn hier van uytgezonderd. Artikel 2 - Behalven het bepaelde in het voorig artikel zullen ouders of voogden voor elk hunner kinderen of pupillen van boven vijf tot beneden twaalf jaren oud jaerlijks in het schoolfonds een gulden betalen; voor de armen word dit door de armbestuerders der gemeente voldaen. Artikel 3 - De plaetzelijken ontvanger is met den ontvangst dezer gulden belast. Artikel 4 - Uyt dit schoolfonds zal den onderwijzer een traktement van 300 guldens 's jaers genieten, welke somme gevoegd bij het landelijk traktement van 200 guldens, het genot van vrij wooning en hof, hem een voldoend bestaen zal opleveren. Hij zal dus voor het onderwijs op de school geen maendelijks schoolgeld mogen voorderen of ontvangen. Artikel 5 - Uyt het schoolfonds zal behalven het toegestane traktement des onderwijzers eene somme van 100 guldens worden toegestaen voor den aenkoop der noodige schoolbehoeften. als boeken, papier, inkt, pennen, schalien en ook voor vuur, ligt en jaerlijks uyt te deelen prijsjes. Artikel 6 - Tot vermindering der jaerlijkschen op te maken staet zal er in de begrooting eene som van zeventig tot honderd guldens worden gebragt. Artikel 7 - Het traktement van den onderwijzer alsmede de gelden voor de schoolbehoeften uyt het schoolfonds te betalen, zullen alle kwartale op de doen af te leveren mandaten door het gemeentebestuer, door den ontvanger worden uytbetaelt. Artikel 8 - Geene andere leerlingen dan van de gemeente zal den onderwijzer in de school mogen ontvangen, tenzij er plaetzen open wezen ende ook pensionnarissen of kostschoolkinderen; alle jongens boven den ouderdom van 15 jaeren zullen niet meer in de dagscholen maer op de avondschool kunnen worden aengenomen. De avondschool zal moeten gehouden worden van eersten oktober tot ende met ultima april.
79
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Artikel 9 - Voor zig te verzekeren dat den schoolonderwijzer zijne pligten kwijt zal er eene kommissie van drij leden door het plaetzelijk bestuer worden benoemt die eene wekelijksche visite in de schole zal maken. Artikel 10 - Deze maetregelen zullen dan eerst worden in werking gebragt wanneer dezelve door de edele agtbare heeren der gedeputeerde staten zullen zijn goedgekeurt en op dat men door ondervinding zal kunnen leeren voor welke verbeteringen het tegenwoordig nog vatbaer zou mogen zijn, zal men deze bepalingen slechts voor een jaer vaststellen om, deze noodig bevindende, alsdan aen dezelve de gevorderde veranderingen te kunnen toebrengen. Gedaen en besloten te Malderen de dag, maend en jaer als boven. (Getekend) Willocx, De Laet, Slachmuylders, Kuyckens, Hulsbosch, De Bock. UC 198 - Malderen 20 maart 1824 Aan de heer controleur te Brussel - Overmaking der rolle van het vee van 1824. De meier UC 199 - Malderen 18 maart 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking van den naamlijst der functionarissen dezer gemeente. De meier DIV - Malderen, 19 meert 1824 De heer Van Rompa komt voor slot van voldoeninge alnog te goed voor het opbouwen van het gemeentehuys te Malderen tot de somme van 99-11-6. Daar op betaalt: 1) aan Caverne, gelaesemaeker te Puers, tot 2-2-0 2) aan Jan Boomans, smit te Malderen, tot 15-2-0 3) aan Peeter De Pauw, metzer te Opdorp, tot 19-4-0 4) item aan Bernard Van Hoey, timmerman, tot 35-0-0 Total 71-8-0 Dus blijft er nog te goed voor d’heer Van Rompa: 31 guldens en 3,5 stuyvers. Op 19 meert 1824 alnog betaalt aan Van Rompa tot 12 guldens 16 stuyvers. DIV - Malderen, 19 meert 1824 Ik ondergeteekenden Bernardus Van Hoey, timmerman te Opdorp, (be)kenne ontfangen te hebben van sieur Josse Willocx, maeyer te Malderen, de somme van 35 guldens over slot der rekeninge van gedaenen leveringe en aerbeyd van het schoolhuis te Malderen, door dat ik (be)kenne over alles voldaen te zijn. Bernardus Van Hoÿ UC 200 - Malderen 22 maart 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - De stuks door Ue brieven dd 24 january en 20 maart, betrekkelijk de fondatie van missen door de heer Robberechts gemaakt, gevraagd, zijn bij mijn brief van den 4 february laatst Ue overgemaakt, te meer, mijnheer, ik heb ze zelve in Ue bureau besteld, den dag der eerste zittinge van de militieraad. De meier UC 201 - Malderen 29 maart 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - De waagpachters dezer gemeente ons klagten gedaan dat hun ter hoor gekomen is dat binnen de gemeente Buggenhout, district Dendermonde, wekelijks op onzen marktdag, vreemde garenkoopmans komen die hun aldaar in eene en andere herberge plaatsen en de menschen die met hunne garens passeren voor naar onze markt te komen binnen roepen en die waren koopen. Dat zulks niet alleen geschied op onzen wekelijkschen marktdag maar ook op de gene der naburige gemeenten als Sint-Amands en Merchtem, waardoor de toeloop der markten grootelijks vermindert en veele schade aan de
80
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
waagpachters en inwoonders word toegebragt. Dien ten gevolge geven wij ons de eere Ue te smeeken van aan de heer burgemeester der opgemelde gemeente Buggenhout te doen schrijven opdat hij de noodige maatregels neemt voor dit kwaad te beletten. De meier en schepenen. UC 202 - Malderen 29 maart 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking van den alphabetischen lijst die als kiezer mogen benoemt worden. De meier. UC 203 - Malderen 1 april 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Ontkennend certificaat der voorgevallene misdaden der maand maart 1824. De meier UC 204 - Malderen 1 april 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking van 1) dubbel van een passeport afgelevert op heden 1 april; 2) de staten betrekkelijk de koepokstofinenting van het 1ste kwartaal 1824. De meier UC 205 - Malderen 14 april 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue geëerden in dato 5 dezer nopens de gesteldheid van het lager en middelbaar onderwijs, geef ik mij de eere Ue hier nevens daar omtrent onze antwoord over te maken. De raad behoorlijk bijeengeroepen hebbende voor te delibereren op het gebruik der som in de begrooting van het igenwoordig dienstjaar gebragt ten voordeele van het lager onderwijs, hebben wij daar omtrent nog niet konnen beraden terwijl er eenige leden afwezig zijn, maar hun besluit zal ue binnen de acht dagen geworden. De meier van Malderen. UC 206 - Malderen 17 april 1824 Aan de heer vrederechter van het kanton Wolverthem - Voor te voldoen aan Ue geëerden in dato 15 dezer nopens het in functie treding van meier, schepenen en veldwachter, geef ik mij de eer Ue te berichten dat ik, Judocus Willocx, meier, in functie getreden ben den 8 december 1820; Adrianus Franciscus De Laet, schepenen, den 10 january 1822; Joseph Slachmuylders, schepenen, den 9 february 1821, en Joannes De Schrijver, veldwachter, den 28 december 1812. De meier van Malderen UC 207 - Malderen 17 april 1824 Aan de heer vrederechter te Wolverthem - Berichten dat ik de missive van den heer koninklijken procureur in dato 1 dezer zeer wel ontvangen heb en dat ik voor den uitvoer des zelfs inhoud aan alle de logisthouders dezer gemeente gelast hebbe geene vreemdelinge te logeren dan mij alvoorens of aan een der schepenen hun passeport te heben getoond en ook aan onzen veldwachter bevolen van allen vreemdeling zonder drager te zijn van passeport aan te houden. De meier GR N° 37 - 26 april 1824, 9u00 De raed der gemeente Malderen, ingevolge de brief van de heer arrondissementskommissaris in dato 5den dezer, behoorlijk zijnde bijeengeroepen, zijn ter vergadering opgekomen de heeren Judocus Willocx, meyer, Adrianus Franciscus De Laet en Josephus Slachmuylders, schepenen, Cornelius Kuyckens, Antonius Daelemans, raedsleden, en J.B. De Bock, secretaris.
81
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Is er overgegaen tot de beraedspleging aengaende het bestemmen der som van 250 guldens door de Deputatie der Staten in de begrooting dezer gemeente voor het igenwoordige dienstjaer gebragt, om ten voordeele van het lager onderwijs gebruykt te worden en welke som zonder hunne autorisatie niet vermag gebruykt te worden. Gezien de gemelde begrootingsstaet. Overwegende dat deze gemeente een schoollokael, een onderwijzerswooning bezit, en het eerste voorzien is van alle de noodige schoolmeubelen tot onderwijs der kinderen. Overwegende dat de gemeente aen Bernardus Van Hoey, meester-timmerman te Opdorp (oostvlaenderen) gehuysvest nog eene som van 53,40 guldens verschuldigt is over levering van lessenaers. Overwegende dat tot bewaernis der schoolmeubelen en versterking der kinders oogen het noodig is de zelve meubelen geoliverft worden; welke bekosting geschat word op en ter som van 30 guldens. Besluyt. Art. 1 - De aengehaelde schuld van 53,40 guldens zal gemandateert en uytbetaelt worden van den in de begrootingsstaet gebragte som van 250 guldens. Art. 2 - Alle de schoolmeubelen zullen voor den afloop der eerstkomende maend Mey in zwarte oliverf gesteld worden en de daeruyt spruytende kosten zullen insgelijks gemandateert en uytbetaelt worden van de aengehaelde toegestane som van 250 guldens. Art. 3 - Het excedent der zelve som zal als vrij fonds in rekening van den ontvanger worden verantwoord. Art. 4 - In alle gevalle er verbeteringen en veranderingen aen het schoollokael zou goed en noodig geoordeelt worden en er nog eenige schoolmeubelen zouden ontbreken, zoo zal alsdan die bekosting in de begrooting der volgende jaren worden voorgesteld, met overleg van behoorlijk plan en bestek. Art. 5 - Kopij van igenwoordig besluyt, etc. UC 208 - Malderen 27 april 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking van het besluit door de raadsleden dezer gemeente genomen nopens het gebruik der 250 guldens in de begrooting 1824 gebragt om ten voordeele van het lager onderwijs besteld te worden, dit stuk gevraagd bij Ue missive in dato 5 dezer. De meier van Malderen UC 209 - Malderen 29 april 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking der kandidaten gevraagt bij brief van de gouverneur dd 15 dezer MA 25 (aanmoediging van den krijgsdienst). De meier GR N° 38 - Malderen 1 mey 1824 (Kort) Benoeming van de commissie van 3 personen voor de bewaring in 1824 van de sleutels van de doos voor de stembiljetten: Joannes De Boeck, Maximilianus Van Tricht, Pieter De Koker, allen landbouwers te Malderen. UC 210 - Malderen 7 mey 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Het proces verbaal der kiezinge van 1824. De meier UC 211 - Malderen 17 mey 1824. De meier en de schepenen van Malderen, ingevolge de schikkingen van den omzendbrief van Z.E.B.G. heere gouverneur der provincie in dato 4 dezer maand nr. 55, MA 27, verklaren dat gedurende 1814 en 1815 in deze gemeente geene huisvesting en levering van levensmiddelen en transporten aan de Engelse troepen gedaan zijn geweest.
82
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 212 - Malderen 17 mey 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking van 1) De antwoord bij brief van den 4 dezer nr 55 MA 27 gevraagd (Engelse militairen); 2) Een afschrift van het rekwest door ons plaatselijk bestuur aan zijne majesteit ingedient tot bekomen van een landstraktement voor den onderwijzer en den assistent, denkende dat ik Ue daar omtrent geene betere inlichtingen kan overgeven als met dit stuk voor oogen te stellen; deze voorlichtinge gevraagt bij Ue missive de 12 dezer. De meier UC 213 - Malderen 26 mey 1824 Aan de heer controleur der 2de Divisie te Brussel - Overmaking van den register, legger en declaratiën der patent schuldigen dezer gemeente voor het jaar 1824. De meier UC 214 - Malderen 8 juny 1824 De meier en de schepenen van Malderen in uitwerking van statens omzendbrief in dato 19 mey nr. 61 MA 31, verklaren dat naar behoorlijk afkonding en bekendmaking hem geenen hoegenaamden persoon hunner gemeente aan hun heeft aangeboden die de plaats van veldwachter wenschen te bekleeden. UC 215 - Malderen 8 juny 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Bericht dat deze gemeente in het geval niet is eenen personeelen omslagsrolle te moeten opmaken terwijl haren gewone inkomen der uitgaven overtreffen en er geene som in de begrootingsstaat voor de bewuste omslag is voorgedragen. De meier UC 216 - Malderen 8 juny 1824 De meier ende schepenen van Malderen verklaren dat zij hun in het geval niet bevinden de stuks bij den omzendbrief van de gouverneur in dato 30 mey nr. 64 (MA 34) voorgeschreven, te moeten overmaken (uitgifte aan de erfgenamen der titularissen van bewijzen van verevening der Nederlandschen achterstand). UC 217 - Malderen 16 juny 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking der rekening met de bewijsstukken van 1823. De meier van Malderen UC 218 - Malderen 25 juny 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In voldoening aan de omzendbrief van de gouverneur dd 21 mey MA 38 nopens de armscholen geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken de staat B, behoorlijk opgemaakt, en terwijl in deze gemeente geene armeschool nog spaarbanken bestaan, heb ik onnoodig geoordeeld de bij gemelde circulaire voorgeschreven staten daaromtrent op te maken. Overigens dat den tegenwoordigen dient voor ontkennend attest. De meier UC 219 - Malderen 25 juny 1824 De meier ende schepenen van Malderen, in uitwerking van den omzendbrief van de gouverneur in dato 16 dezer maand nr. 79, MA 45, verklaren dat binnen hunne gemeente geene hoegenaamde stoomwerktuigen bestaan.
83
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 220 - Opdorp 2 augusty 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Het pijnigt mij wederom Ue vermaanbrief van den 28 juny nopens het opmaken van den personelen omslag voor het loopend dienstjaar te gemoet te zien. Het is nu, mijnheer, voor den derde maal, dat ik Ue berichte dat deze gemeente in het geval niet weze soortgelijke rollen te moeten opmaken, terwijl het in de begrootingsstaat niet voorgedragen is. De meier UC 221 - Malderen 2 augusty 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Ontkennend attest der voorgekomene misdaden binnen de maand july 1824. De meier UC 222 - Malderen 9 augusty 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking van de staat der benoodigde bladeren voor het opmaken der registers van den burgerlijken stand voor 1825. De meier UC 223 - Malderen 10 augusty 1824 Aan de heer brigadier der marechaussee te Vilvoorde - Tot staving der politie en publieke rust gedurende onze aanstaande kermis, hebben Ue onderstand noodig en overigens hebben wij de eere ue te verzoeken van ons wel te willen op zondag aanstaande 15 dezer, twee mannen te sturen voor op 17 dito terug te keeren. Het plaatselijk bestuur van Malderen. GR N° 39 12 Augusty 1824, 9u00 Wij Judocus Willocx, meyer der gemeente Malderen, ingevolge het §2 van het art. 4 van statens besluyt van den 10 July 1824 N° 88, M.A. 51, hebben doen vergaderen de heeren Isaac Reyers, desservitor, Antonius Daelemans, lid van den gemeenten raed, Francis Carel Segers, lid van het bureau van weldadigheyd, en Jacobus Rombauts, eygenaer, alle vier woonagtig binnen deze gemeente, en bij opgemeld statens besluyt benoemt tot kommissie binnen deze gemeente opgerigt voor het doen der jaerlijksche kollekten waer van de opbrengst zal dienen tot aenmoediging en ondersteuning van den krijgsdienst in de Nederlanden. Deze heeren vergadert hebbende ten eynde van hun in hunne functien te installeren en vergadert zijnde ter secretarij dezer gemeente, hebben wij Meyer aen de gemelde heeren leden voorlezinge gegeven van het opgemeld besluyt, en dit gedaen zijnde hebben de zelve leden ider in het bezonder in onze handen ontloken den naervolgenden eed, te weten: "Ik zweere mijne functie als lid der kommissie binnen Malderen opgerigt voor het doen der jaerlijksche kollekten waervan de opbrengst zal dienen tot aenmoediging en ondersteuning van den krijgsdienst in de Nederlanden, met alle getrouwigheyd ende onderstand te volbrengen en uyt te oeffenen, alzoo helpt mij God en al zijn heylige." Naer alle welke wij Meyer de heeren verklaert hebben in hunne functie geïnstalleert te wezen, wanaf wij het igenwoorig proces-verbael hebben opgesteld, hetwelk zij met ons naer voorlezinge hebben geteekent. Willocx, meyer, Reyers, pastor, Segers, Rombauts. UC 224 - Malderen 24 augusty 1824 De meier ende schepenen van Malderen verklaren dat er binnen hunne gemeente geene voorwerpen van kunst en gedenkstukken van geschiedenis, van welken aard of natuur die ook mogen wezen, bestaan en overigens zij in het geval niet wezen over te gaan tot de benoeming der kommissie voorgeschreven bij art. 2 van Statens besluit van den 4 july, MA 54.
84
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 225 - Malderen 24 augusty 1824 Aan de heer Verstraeten, gemeenten ontvanger van Malderen, te Steenuffel - Ingevolge statens brief van den 11 dezer MA 55 nopens de betaling der drukkosten ten laste der gemeente over het loopend jaar, heb ik de eer Ue te verzoeken van binnen 8 dagen in handen van den heer arrondissementscommissaris te Brussel te betalen de naarvolgende drukkosten, te weten: 1) Voor de zegels en kosten wegens het opmaken der registers van den burgerlijken stand, 2) Voor het drukken van het Memoriaal van Administratie, staten der gemeentebegrootingen en drukkosten voor de Nationale Militie. De meier DIV - Londerzeel, 25 augusti 1824. Van P.L. Jespers, doctor tot Londerzeel, vaccinateur deszelfs district. Aen d’heer Willocx, meyer tot Malderen. Mijn Heer, Hebbe d’eer ue te voorkoemen, dat ik op woensdag den 1 septembris mij in uwe gemeynte sal begeven tot ’t inenten der koeypokken, van drij tot vier ueren naermiddag. Gelieft uwe onderhoorige er van te onderrichten en aen den brenger deezer de plaetse te seggen waer ik mij sal begeven. Verhoope ue dan te sien en groete ue met besondere eerbied. Blijve met haeste ue dienaer. P.L. Jespers. UC 226 - Malderen 28 augusty 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking der staat der binnen dees gemeente gedurende 1823 gevaccineerde persoonen. de meier UC 227 - Malderen 28 augusty 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Voor te voldoen, aan ue geëerden in dato 23 dezer nopens de beurtwegen heb ik de eer Ue te berichten dat ik met den heer opzichter der wegen, naar den heere De Reys gehoord te hebben, alle de boomen staande langs de straten op den ingenomen grond geteekent hebben en de eigenaars dier boomen en van alle ingenomen gronden palende langs de buurtwegen, ieder van hun in het bezonder bij brief bevolen van de zelve boomen voor den 1sten der aanstaanden maand october te weeren en den ingenomen grond wederom aan de straten te leggen, faute van welke ten hunnen opzichte de schikkingen van het op stuk staande reglement zullen uitgewerkt worden. De meier GR N° 40 - 6 september 1824. (Ingekort) Overwegende dat het dagblad genaemt Journal de Bruxelles, hetgeen door de heer Picard te Brussel uytgegeven word, een appendix van het staetsblad maekt hetwelke alle besluyten, resolutien en decisien zal vervatten en alleen met uytzondering van alle andere authentiek zullen zijn, overigens dat tot nut en voordeel van den staet en gemeentebesturen het noodzakelijk is dat dezelve besturen daer aen geabonneert worden. Delibereren. Het gemeentebestuer zal met den eersten January 1825 haer abonneren. Alle de akten, besluyten, decisien en resolutien dat dit dagblad zal vervatten zullen tweemael per weke ten gewonelijke plaetze van bekentmaking worden afgekondigt. GR N° 41 - 6 September 1824. (Ingekort) De raed is overgegaen tot het opmaken van den staet van begrooting voor het dienstjaer 1825.
85
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gezien de begrootingsstaet der kerkfabrik 1825 waer bij zij aen de gemeente vraegt eenen onderstand der som van 271 guldens. In aenmerking nemende dat er eenige artikelen van uytgaef gebragt veele vermindering kunnen en zullen ondergaen en het fabriek geensints noodig heeft van gemeentegelden in kas te hebben, vermits zij jaerlijks haren toevlugt tot de zelve neemt. Delibereren. In de begrooting dezer gemeente 1825 zal aen het kerkfabriek maer eenen onderstand ter som van 236 guldens worden voorgedragen. Willocx, meyer, De Laet en Slachmuylderrs, schepenen, Daelemans, Benedict De Boeck, J.B. De Vleminck, raedsleden, J.B. De Bock, secretaris. GR N° 42 - Malderen 6 september 1824 (Samengevat) In de begroting 1825 wordt een bedrag voorzien van 25 gulden voor het inbinden van de "Bulletins van het voormalig Fransch Gouvernement en de Staetsbladeren" tot en met 1820, omdat “den voordezen Meyer verzuymt heeft zulks te doen verrigten". UC 228 - Malderen 9 september 1824 De meier en schepenen van Malderen ingevolge de kreitsbrief van den heer gouverneur dd 23 augusty nr. 108, MA 59, aangaande de huiskapellen en bijzondere bidplaatsen, verklaren dat er binnen hunne gemeente geene soortgelijke bidplaatsen bestaan. UC 229 - Malderen 9 september 1824 De meier en schepenen van Malderen ingevolge statens omzendbrief van den 30 augusty nr. 113, MA 62, nopens de onbebouwde heidegronden, verklaren dat er binnen hunne gemeente geene onbebouwde heidegronden gelegen zijn. UC 230 - Malderen 20 september 1824 Aan de heer Bosquet, controleur der directe belastingen te Assche - Berichten dat er binnen deze gemeente geene mutatiën op de grondeigendommen voor 't jaar 1825 ons zijn verklaard en dat den daar toe bestemden register zich ten Ue bureele of op de directie moet bevinden, want hij is ons niet terug gezonden niettegenstaande onze reclamatiën. Mogelijk, mijnheer, is hij niet gezonden vermits de cadastrale operatiên dezer gemeente gaan eene einde nemen en overigens het vrugteloos is nog mutatiën te doen. De meier UC 231 - Malderen 28 september 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overgemaakt den budget voor 1825 en den staat, gevraagd bij de omzendbrief van de gouverneur van den 4 dezer MA 64 nopens de schoolonderwijzer. De meier UC 232 - Malderen 15 october 1824 Aan de heer controleur der directe belastingen te Assche - Bericht dat ik benoemt heb tot het doen binnen deze gemeente der noodige opnemingen, bij art. 35 en 36 der wet van den 21 mey 1819 op de patenten voorgeschreven, de heeren Joseph Slachmuylders, schepenen, en Joannes Palm, deurwaarder bij de directe belastingen. De meier van Malderen. GR N° 43 Malderen 15 October 1824. (Kort) Benoeming van de commisie 1825 die moet benoemen "de vereischt wordende schatters en bijschatters, geschikt om de noodige taxatien, opnemingen en tellingen der personele belasting": Adrianus Franciscus De Laet, schepen, en Antonius Daelemans, raadslid.
86
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 233 - Malderen 26 november 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan 's heeren gouverneurs kreitsbrief dd 10 dezer MA 76, betrekkelijk de krankzinnigen geef ik mij de eer Ue te berichten dat er binnen deze gemeente zulkdanige personen niet bestaan, en alvolgens wij in het geval niet wezen de staten bij bedoeld kreitsbrief voorgeschreven op te maken. De meier van Malderen UC 234 - Malderen 26 november 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In voldoening aan 's heeren gouverneurs kreitsbrieven van den 16 augusty en 18 october, MA 57 en 72, betrekkelijk de collecten ten behoeve der inwoners binnen de gemeenten Waalwijk en Sint Jan Geest, geef ik mij de eere Ue hier nevens over te maken het belang der binnen deze gemeente gedane collecten bedragende voor de ingezetenen van Waalwijk tot fl 2,98 en voor de gene van Sint Jan Geest tot fl. 2,50. De meier DIV - Brussel 1 december 1824. Ontvangen van den heer meyer van Malderen de som van 2 guldens 50 cents ten behoeve der slagtoffers van Sint-Jans-Geest. UC 235 - Malderen 2 december 1824 De meier en schepenen van Malderen verklaren dat er binnen hunne gemeente geen personelen omslag ter bestrijding der gemeente-uitgaven bestaat, en overigens zij in het geval niet zijn de staten, voorgeschreven bij statens kreitsbrief van 20 november nr. 142, MA 77, te moeten opmaken. UC 236 - Malderen 2 december 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - De geboortens binnen deze gemeente jaarlijks vermeerderende en wel bezonderlijk gedurende het loopend dienstjaar, zoodanig dat wij een blad in ieder der daar toebestemde registers te kort hebben, overigens geef ik mij de eer Ue te verzoeken van in ieder der bedoelde registers eenen zegel te willen doen aanvoegen, en mij alsdan de zelve zoo haast mogelijk terug te sturen. De meier, ambtenaar van den burgerlijken stand van Malderen UC 237 - Malderen 7 december 1824 De meier en schepenen van Malderen, agtervolgens 's heeren gouverneurs kreitsbrief van den 26 november nr. 148 MA 80 aangaande de voormaals bestaan hebbende schutterijen, verklaren dat er binnen hunne gemeente nooit eene schutterij heeft bestaan, nog aldaar danaf geene goederen gelegen wezen. UC 238 - Malderen 7 december 1824 De meier ende schepenen van Malderen, in uitwerking van den kreitsbrief van de gouverneur dd 30 mey 1824 (MA 34) betrekkelijk de uitgifte aan de erfgenamen der titularissen van bewijzen voor vereeniging der nederlandschen achterstand, verklaren dat er binnen hunne gemeente geene soortgelijke erfgenamen bestaan. GR N° 43 Malderen 10 December 1824, 9u00 Den raad, behoorlijk zijnde bijeengeroepen in uitwerking van statens kreitsbrief in dato 23 November jongstleden, M.A. 79, is overgegaan tot het delibereren omtrent de te doene werken binnen deze gemeente gedurend 't jaer 1825.
87
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
In aanmerking nemende dat het schoollokael dezer gemeente gedurend de wintermaanden te klein geworden is door den grooten toeloop der kinderen. Overwegende dat dit schoollokaal en den grond waarop het gebouwt is alle gemak verleend voor het zelve te vergrooten en welkers bekosting wij approximativelijk schatten op de som van 500 guldens. Overwegende dat er volgens staat van begrooting voor het jaar 1825 opgemaakt een batig slot existeert van 512 guldens en ook dat mevrouw de burggravinne De Beughem, rentenierster te Brussel gehuysvest, nog verschuldigt is eene som van 500 guldens over restant koopsom der gemeentegoederen door haar in 't jaer 1813 verkregen, welke som zij bereid is te kwijten op het eerste verzoek dat er haar zal gedaan worden. Gezien het 1ste § van het art. 9 van 't reglement voor de arrondissements bouwmeester dezer provintie dd 27 mei jl, M.A. 33. Besluyt: 1) Dat binnen den loop van het aanstaande jaar 1825 het schoollokaal dezer gemeente vergroot zal worden, agtervolgens het plan door den arrondissementskommissaris danaf op te maken. 2) De kosten van de bedoelde vergrooting zal van de vrij fonds der gemeente worden voldaan of uitbetaalt en in alle gevalle deze vrij fonds niet zouden vergenoegen voor de bewuste bekosting te dekken, zal de te kort komende som genomen en betaalt worden van de boven aangehaalde som die zig nog in handen van de burggravinne de Beughem bevind. 2) Het igenwoordig zal worden gezonden aan den heer arrondissementskommissaris te Brussel voor de noodige goedkeuring en uitwerking te bekomen. Willocx, De Laet, Kuyckens, Daelemans, Hulsbosch, De Vleminck, J.B. De Bock. UC 239 - Malderen 16 december 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In uitwerking van 's heeren gouverneurs kreitsbrief van den 21 october MA 72, de collecten ten behoeve der slachtoffers van het hertogdom Luxemburg binnen deze gemeente gedaan hebbende, geef ik mij de eer Ue te berichten dat deze opbrengst beloopt tot de som van 2,05 guldens, welk bedrag in handen van den ontvanger der directe belastingen binnen deze gemeente gestort is. De meier. GR N° 45 Malderen 23 December 1824. Den Raed is overgegaen voor te beraedslagen op het daerstellen eener belasting op de honden, wanaf de opbrengst zal ontvangen worden het zij ten voordeele van de plaetzelijke kas of ten behoeve van het Gesticht van Liefdadigheyd. Overwegende dat de gewoone inkomsten dezer gemeente door het bouwen van een schoollokael veel verminderd wezen en dat het Bureel van Liefdadigheyd genoegzame inkomen heeft voor de behoeftige behoorlijk ter hulp te komen en in allen gevallen dat dit gesticht zig in nood zoude bevinden, zij haren toevlugt tot de gemeentekas moet of kan nemen voor eenen onderstand te genieten. Gezien het reglement over de politie der honden door de Provintiale Staten in zitting van den 8sten July laetst vastgesteld, geplaetst in het Mem. Adm. nr. 81. Besluyt. Art. 1 - In deze gemeente Malderen zal op de honden eene belasting worden gesteld en geheven in de navolgende verhouding. A. op de windhonden, 15 gulden per hond. B. op de jachtbrak en voshonden, 2 gulden per hond, C. op alle andere soorten van honden, zonder onderscheyd, 50 cent per hond.
88
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Art. 2 - De opbrengst dezer belasting zal ontvangen worden ten voordeele van de plaetzelijke kas en dit door de zorgvuldigheyd van den plaetzelijken ontvanger en binnen den tijdstip bepaeld voor de betaling der directe belastingen. Art. 3 - De belasting zal ingeschreven worden op een kohier en geregeld worden volgens de verklaringen en aengiften door de eygenaren der honden te doen, of bij gebrek aen deze opgaven volgens hetgene daervan bekent is. Ten dezen eynde zullen de eygenaren, binnen de 15 eerste dagen van de maend January in elken jare, aen het plaetzelijk bestuer aengifte doen van het getal en soort hunner honden. Art. 4 - Zij die dezen verklaring in den hier vooren bepaelde tijd niet gedaen hebben, zullen aen een dubbel regt voor ideren niet aengegeven hond onderhevig zijn. Art. 6 - Het tegenwoordig besluit zal gezonden worden, etc. Willocx, De Laet, Slachmuylders, Ben. De Boeck, Daelemans, De Vleminck, J.B. De Bock. UC 240 - Malderen 30 december 1824 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overgemaakt de staat van zerken die in deze kerk bevinden, gevoegt bij brief van den 27 november MA 80. De beraadslaging omtrent de belasting op de honden, gevraagt bij brief van 30 november, MA 81. De meier.
89
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1825 **** UC 241 - Malderen 11 january 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Wij hebben de eere ue te verzoeken mij te willen doen geworden de hier onder aangewezene benoodigde afdruksels der aan de vrij te stellen lotelingen der nationale militie dezer gemeente gedurende de lichting van het igenwoordig jaar af te leveren, de welke zijn als volgt: L-2, R-2, U-5, DD-4. De meier. UC 242 - Malderen 18 january 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overgemaakt den staat der vaccine van den 4de trimester 1824, de staat der veranderingen (bevolking) gevraagt bij brief van 3 february 1823 MA 8, den staat der geboortens, huwelijken en overlijdens van 1824. De meier UC 243 - Malderen 3 february 1825 Aan den heer controleur te Assche - Op heden van den heer Verstraeten, ontvanger dezer gemeente, de declaratiën der patentschuldigen met de nodige bladeren tot het vormen van den legger, zonder de gene voor den register ontvangen heb, ende overigens, mijnheer, verzoeke ik Ue mij op het spoedigste de ontbrekende kaders voor den register over te maken. De meier. UC 244 - Malderen 9 february 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Moet op Ue geëerden van den 3 dezer nopens de aanvraag der tarieven, bij kreitsbrief van den 20 november MA 77 voorgeschreven, antwoorden dat wij bij ons ontkennend attest van den 2 december laatst nr. 235, Ue bericht hebben dat wij in het geval niet zijn de bedoelde tarieven op te maken terwijl binnen deze gemeente nooit eenen personelen omslag heeft bestaan nog moet bestaan vermits de gemeente inkomen hare uitgaven dekken. De meier UC 245 - Malderen 12 february 1825 De meier van Malderen, ingevolge de kreitsbrief van de gouverneur dd 24 january, geplaatst in het M.A. 7, verklaart dat er binnen zijne gemeente geene onverevende schuldvorderingen wegens militaire prestatiën voor de geallieerde legers gedaan, bestaan. UC 246 - Opdorp 19 february 1825 Aan den heer controleur te Assche - Overmaking van den register, legger en declaratiën der patentschuldigen dezer gemeente voor het loopend dienstjaar, en van den staat der eigenaars van het (hoorn)vee dezer gemeente insgelijks voor loopend dienstjaar. De meier UC 247 - Malderen 12 maart 1825 Aan den heer procureur des konings te Brussel - Ingevolge Ue geëerden in dato 16 february nr. 4032 geef ik mij de eer Ue hier nevens terug te zenden het proces verbaal van onderzoek der registers van den burgerlijken stand dezer gemeente over het jaar 1823, met mijne daar omtrent opgemaakte bemerkingen. De meier GR N° 46
90
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Malderen, 13 Maart 1825, 9u00. Den raad, in uitwerking van den brief van den heere arrondissementskommissaris dd 12 february jongstleden, is overgegaan tot het opmaken van een nieuw plan voor een schoolfonds op te rigten binnen dees gemeente, waar in de bezoldiging van den onderwijzer, ondermeester en kosten voor de noodige schoolbehoeften kan worden gevonden. Gezien den opgemelden brief bij den welken hij bericht dat den heer Administrateur van het Binnenlandsch Bestuur eenige bemerkingen op ons reglement voor schoolfonds op te rigten, in zitting van 18 Maart 1824, nr. 36, opgemaakt, heeft gemaakt, en tevens verzoekende van daaromtrent een nader reglement vast te stellen. Herzien het hier vooren beroepen door ons opgemaakt reglement. Besluit. Artikel 1 - Onder den naam van schooltax zal over dees gemeente een jaarlijkschen omslag worden gemaakt; hier in zullen naar evenredigheid alle belastbare huisgezinnen moeten dragen, in dier voegen echter dat het maximum niet boven de 5 guldens en het minimum niet onder de 50 cent beloopt. De behoeftigen op de lijsten der armen ingeschreven zijn hier van uitgezonderd. Artikel 2 - Behalve het bepaalde in het vorig artikel zullen ouders of voogden voor elk hunner kinderen of pupillen van boven de vijf tot beneden de twaalf jaren oud jaarlijks in het schoolfonds een gulden betalen; voor de armen word dit door de armbestuurders der gemeente voldaan. Artikel 3 - De plaatselijken ontvanger is met den ontvangst dezer gelden belast. Artikel 4 - Uit dit schoolfonds zal den onderwijzer een tractement van 300 gulden 's jaars genieten, boven het landelijke tractement van 120 gulden en het genot van vrije woning en hof; hij zal van de leerlingen van de gemeente voor het onderwijs op de school geen schoolgeld mogen voorderen of ontvangen. Artikel 5 - Uit het zelve schoolfonds zal de ondermeester boven de 80 gulden landelijk tractement genieten eene jaarlijksche som van 10 gulden. Artikel 6 - Uit het schoolfonds zal behalven het toegestane tractement der onderwijzers eene som van 100 guldens worden toegestaan voor den aankoop der noodige schoolbehoeften. als boeken, papier, inkt, pennen, schalien of leyen en ook voor vuur, licht en jaarlijks uit te deelen prijsjes. Artikel 7 - Tot vermindering der jaarlijkschen op te maken staat zal er in de jaarlijksche gemeentebegrooting eene som van zeventig tot honderd gulden worden gebragt. Artikel 8 - De tractementen van den onderwijzer en ondermeester alsmede de gelden voor de schoolbehoeften uit het schoolfonds te betalen, zullen bij elke kwartaal op de daartoe door het gemeentebestuur af te leveren mandaten door den ontvanger worden uitbetaalt. Artikel 9 - Geene andere leerlingen dan van de gemeente zal den onderwijzer in de school mogen ontvangen, tenzij er plaatsen open zijn. Voor elke leerling van buiten zal een nader vast te stellen schoolgeld moeten worden betaald, te boven gaande de hoogste toelage van ouders of voogden uit de gemeente voor één hunner kinderen of pupillen, welk schoolgeld voor twee derde zal zijn ten voordeele van den hoofdonderwijzer en voor één derde ten voordeele van den ondermeester. De hoofdonderwijzer zal zijn kostschoolkinderen mogen aannemen. Artikel 10 - Alle jongens boven de 15 jaren zullen niet meer op de dagschool maar op de avondschool kunnen worden aangenomen. De avondschool zal moeten gehouden worden van eersten oktober tot ende met ultimo april. Artikel 11 - Omme te verzekeren dat den schoolonderwijzer zig van zijne pligten kwijte zal er door het plaatselijk bestuur worden benoemd eene commissie van drie leden, die de dag- en avondscholen wekelijks zal bezoeken. Artikel 12 - Opdat men door ondervinding zou kunnen leeren, voor welke verbeteringen het tegenwoordig ontwerp vatbaar moge zijn, worden deze bepalingen slechts voor een jaar vastgesteld en zullen daarna, des noodig bevindende, in dezelve de gevorderde veranderingen
91
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
worden gemaakt, behoudens de vereischte goedkeuring van Gedeputeerde Staten der Provintie. Gedaan en besloten te Malderen in zitting van dato als boven. (Getekend) Willocx, De Laet, Slachmuylders, De Vleminck, Daelemans, De Bock. Gezien en goedgekeurd door de gedeputeerde staten van Zuid-Braband te Brussel den 28 Maart 1825. UC 248 - Malderen 13 maart 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking het reglement voor een schoolfonds binnen deze gemeente op te richten, opgemaakt ingevolge het projet gevoegd aan ue geëerden van den 12 february. Ter deze gelegenheid verzoeke ik Ue van te willen onderrichten of de rolle die omtrent het bewust schoolfonds moet opgemaakt worden, op gezegeld of ongezegeld papier moet geschreven worden. De meier UC 249 - Malderen 22 maart 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In uitwerking van des heeren gouverneurs kreitsbrief van den 11 february MA 14, nopens de collecte ten behoeve der slachtoffers van de overstrooming der waters, geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken het bedrag der in deze gemeente gedane collecte, beloopende ter som van 15,21 gulden. De meier UC 250 - Malderen 22 maart 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Dat deze gemeente zich in het geval niet bevind van eene rol tusschen hare belastbare voor de te doene herstellingen op de beurtwegen gedurend het loopend dienstjaar te moeten opmaken aangezien dat de daar uitspruitende kosten in de begrootingsstaat gebragt zijn. De meier UC 251 - Malderen 26 maart 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overzending van den alphabetischen lijst der kiezers voor de provinciale staten van 1825. De meier. UC 252 - Malderen 26 maart 1825 De meier ende schepenen van Malderen, ingevolge s' heeren gouverneurs kreitsbrief dd 4 dezer MA 28, nopens de maatschappijen van weldadigheid, verklaren dat er binnen deze gemeente geene inteekeningen over het jaar 1824 en 1825 voor gemelde maatschappij bestaan. UC 253 - Malderen 29 maart 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In uitwerking van statens ordonnantie dd 26 november 1824, MA 80, geef ik mij de eere Ue hier nevens over te maken, de rekening der kerke dezer gemeente van 't jaar 1823, behoorlijk gesloten. De begrooting der zelve kerke over het loopend dienstjaar is Ue overgemaakt geworden met de begrooting der gemeente voor 1825 bij mijn brief van den 28 september 1824. De meier van Malderen. UC 254 - Malderen 2 april 1825 De meier ende schepenen van Malderen, ingevolge het artikel 18 van statens besluit van den 24 february 1825, MA 22, verklaren dat zij binnen hunne gemeente gedurende het jongst afgeloopene kwartaal geene overtredingen omtrent de op het stuk staande wetten der Maten en Gewichten bevonden nog geconstateerd hebben.
92
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 255 - Malderen 12 april 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Den staat der geboortens, huwelijken en overlijdens, gevraagd bij 's heeren gouverneurs omzendbrief van den 29 maart, MA 37, heb ik de eere gehad Ue bij mijn brief dd 18 january laatst nr. 242, in uitwerking van den kreitsbrief van den 3 february 1823 MA 8, over te maken. De meier UC 256 - Malderen 14 april 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Het doet ons pijn maar niettegenstaande, onze plichten vereisschen dat wij Ue berichten dat sedert den 4den dezer, den arrondissementsbode met de correspondentiën in deze gemeente niet meer geweest is en de stukken dan met den eenen en dan met de anderen mede gezonden heeft, en zonder dat wij gelegentheid gehad hebben van onze depeches Ue te laten toekomen. Het is mogelijk, mijnheer, dat den bode ziek is, maar hij zoude alsdan eenen derden vertrouwden persoon moeten delegeren, die stukken rond draagt ende afhaalt. Daar wij verzoeken Ue, niet van hem te doen destitueren, maar over verzuiming zijner plichten eene berisping te geven. De meier en schepenen. UC 257 - Malderen 21 april 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Gelijkvormig statens kreitsbrief van den 7 january MA1, betrekkelijk de nationale nijverheid, geef ik mij de eere Ue hier nevens over te maken het register der inschrijvingen ten dien fine binnen deze gemeente geopent en heden gesloten. De meier GR N° 47 Malderen 26 April 1825 (Kort) Benoeming van commissie voor het bewaren van de twee sleutels van de stembiljettendoos: Petrus De Koker, Petrus Kuyckens en Hendrik Vermeiren, landbouwers te Malderen. UC 258 - Malderen 26 april 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - ... over te maken het dubbel van den staat van de beweging der bevolking dezer gemeente over 1824, die ik Ue bij mij brief van den 18 january nr. 242 hebbe laten toekomen. De meier UC 259 - Malderen 6 mei 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overmaking van het proces verbaal der kiezing van 1825. De meier UC 260 - Malderen 10 mei 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overgemaakt de omslagrolle van het schoolfonds voor 1825, ter goedkeuring. De meier GR N° 48 13 Mei 1825 (Kort) Burgemeester-ambtenaar van de Burgerlijke Stand Judocus Willocx geeft eerste schepen De Laet volmacht om (indien nog nodig) de akte op te stellen voor zijn zoon Emanuel Willocx, landbouwer te Malderen, en Johanna Catharina Van Biesen (dochter van Philippus
93
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
en Maria Joanna Van Damme), die voor de ambtenaar van Lebbeke huwelijksbeloften hebben gedaan. GR N° 49 Malderen 15 Mei 1825 (Kort) Verkiezing en benoeming van de drie leden van de schoolcommissie, opgericht ingevolge de bepalingen van het schoolfonds (zie zitting van 12 maart 1825): X, onderpastoor, Adriaan Frans De Laet, schepen, Karel Van den Bossche, landbouwer. GR N° 50 Malderen 15 Mei 1825 Den raad is overgegaan tot het delibereren omtrent de pligten van onze plaatselijke schoolcommissie. Overwegende dat in het reglement voor het schoolfonds (zitting 12 maart 1825) de pligten der bedoelde commissie niet voorgeschreven zijn en overigens het noodig is de zelve te bepalen. Besluit. Art. 1 - Deze commissie zal belast zijn met het toezigt over het plaatselijk schoolwezen en het gedrag van den schoolonderwijzer; zij zal van tijd tot tijd en wel op onbepaalde tijden en onverwacht de school dezer gemeente bezoeken, daarbij onderzoek doende of de bestaande schoolverordeningen door den schoolonderwijzer behoorlijk naargekomen en in beoeffening gebragt worden, welke vorderingen door de leerlingen worden gemaakt, of de schoolvertrekken en de schoolmeubelen zich in een behoorlijke orde bevinden, en of de noodige schoolmeubelen in de school aanwezig zijn. Bij bevinding van verzuim of gebrek in een of ander opzigt zal de commissie daarvan aan het plaatselijk bestuur rapport doen. Ook zal deze commissie, zoo veel mogelijk, toezien dat alle ouders of voogden hunne kinderen of pupullen, die schoolpligtig zijn, behoorlijk ter school laten gaan, en de nalatige tot betere nakoming hunner verpligtingen in dezen opzigt vermanen. Art. 2 - De voormelde commissie zal, zoo dikwerf als de omstandigheden vorderen, in het schoollokaal bijeenkomen om over de belangen van het plaatselijk schoolwezen te raadplegen; zij zal ten minsten één maal in het jaar eene algemeene vergadering houden, en wel op het einde der maand December. Zij zal den schoolonderwijzer voor zig kunnen doen ontbieden of van den zelven bij geschrifte zoodanige inlichtingen kunnen vragen als zij zal noodig oordeelen. Voor den vijfden January van elk jaar zal zij een algemeen verslag van den staat van het plaatselijk schoolwezen over het jongstafgeloopene jaar aan het plaatselijk bestuur doen toekomen. Art. 3 - Door de in dit reglement vervatte bepalingen nopens de plaatselijke schoolcommissie wordt geene de minste verandering gemaakt in de betrekking van den heer distriktsschoolopziener tot de scholen in dit distrikt, zullende de plaatselijke schoolcommissie aan den heer schoolopziener ondergeschikt zijn, en de laatstgemelde ook ten aanzien der school dezer gemeente in zijn geheel blijven. De plaatselijke schoolcommissie zal buiten voorkennis en goedvinden van den heere schoolopziener geene bepalingen omtrent het onderwijs kunnen vaststellen. Art. 4 - Er zal jaarlijks in de school een publiek examen gehouden worden, bij het welk de prijsuitdeeling zal plaats hebben. Dit examen zal ten overstaan van den heer schoolopziener, die daartoe zal worden uitgenoodigd, en in tegenwoordigheid van het plaatselijk bestuur en schoolcommissie, op zoodanigen dag als met den heere schoolopziener zal overeen gekomen worden, plaats hebben. Art. 5 - Leerlingen, die zich mogten schuldig maken aan wangedrag of, na voorafgaande berispingen en vermaningen, zich tegen de vastgestelde schoolorde mogten blijven verzetten, zullen op het rapport van den schoolonderwijzer door schoolcommissie van de school weggezonden worden, om niet te dienen tot bederf van andere.
94
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Art. 6 - Ouders of voogden, die vermeenen eenig bezwaar te hebben tegen iets dat in de school voorvalt, vermogen daar mede nimmer den onderwijzer lastig te vallen, maar worden aanzogt hunnen klagten in te dienen aan de plaatselijke schoolcommissie. Art. 7 - Daar de kinderen niet de gewenschte vrugten van het onderwijs kunnen trekken wanneer zij niet geregeld en aanhoudend ter school gaan, zoo worden de ouders en voogden verder uitgenoodigd om hunne kinderen zoo lang onafgebroken en geregeld ter school te laten gaan, tot dat de zelve alle de klassen van het lager onderwijs doorgeloopen hebben en door den schoolonderwijzer en de plaatselijke schoolcommissie bekwaam geoordeeld worden. Art. 8 - De armbestuurders dezer gemeente worden uitgenoodigd om zoodanige ouders of voogden, welke na daar toe twee of drie malen in der minnen aangemaand te zijn, nalatig blijven, hunne kinderen of pupillen behoorlijk ter schole te doen gaan, de bedeeling te onthouden, tot dat zij zig van dezen duren pligt behoorlijk kwijten. Art. 9 - Het plaatselijk bestuur behoudt zich het vermogen voor om het tegenwoordig reglement, onder overleg met den heere schoolopziener en met goedkeuring van hun edele grootachtbare heeren gedeputeerde staten dezer provintie, zoodanig te altereren en te ampliëren als de omstandigheden zouden mogen geoordeeld worden te vereischen. Art. 10 - Het tegenwoordig reglement zal met den 1sten July aanstaande in uitwerking gesteld worden. Art. 11 - Afschrift van het igenwoordig reglement, na de goedkeuring der gedeputeerde staten te hebben ontvangen, zal aan de plaatselijke schoolcommissie en den onderwijzer worden overgemaakt. Gedaan in zitting te Malderen date als boven. Judocus Willocx, meyer, Adriaan Frans De Laet, Josef Slachmuylders, schepenen, Johannes Baptist De Vleminck, Antoon Daelemans, Johannes Franciscus Hulsbosch, raadsleden, en Johannes Baptist De Bock, secretaris. UC 261 - Malderen 17 mei 1825 Overgemaakt aan den ijkmeester der maten en gewichten te Brussel de staat voorgeschreven bij statens besluit van den 24 february 1825, M.A. 23, en gevraagt bij brief van den 14 dezer. UC 262 - Malderen 21 mei 1825 Aan de heer Verstraeten, gemeenten ontvanger van Malderen, te Steenuffel - Ingevolge 's gouverneurs rondgaande brief van den 10 dezer MA 48, den ontvanger verzocht van de daar in uitgedrukte kosten te voldoen binnen de 89 dagen. De meier UC 263 - Malderen 5 juny 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - ... over te maken den staat van het personeel van administratie, behoorlijk opgemaakt en gevraagd bij Ue aangaande brief van den 26 mei. De meier UC 264 - Malderen 8 juny 1825 Aan den heer Verstraeten, den ontvanger, te Steenhuffel - Hier nevens zende ik Ue een mandaat der som van fl. 109,63 te betalen in het vondelingsgesticht der stad Brussel over onderhoudskosten van het kind Colette Lauwereys, dochter Catharina, over de jaren 1822, 1823 en 1824. Deze som zal Ue valideren in de rekening van 1825. Gelieft Ue rekening zonder uitstel over te maken want zij al 2 maal gevraagd is. De meier. UC 265 - Malderen 9 juny 1825 Aan mijnheer Van Malderen, ontvanger van het gesticht van weldadigheid, in Meysse - In antwoord aan Ue geëerden in dato 2 dezer (die mij gisteren behandigt is) nopens 1) de bevol-
95
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
king dezer gemeente, 2) het aantal der geholpen armen, 3) of er eene primaire school in de gemeente bestaat en 4) het getal die de zelve bijwonen, geef ik mij de eere Ue te berichten: 1) de bevolking dezer gemeente beloopt tot 1493 zielen. 2) het aantal der geholpene armen is 139. 3) ja, hier bestaat een lagere school. 4) het getal arme kinderen die de zelve bijwonen bedraagt 50. De meier UC 266 - Malderen 9 juny 1825 De meier ende schepenen van Malderen, in uitwerking van den kreitsbrief van de gouverneur dd 30 mey 1824 (MA 34) betrekkelijk de uitgifte aan de erfgenamen der titularissen van bewijzen voor vereeniging der nederlandschen achterstand, verklaren dat er binnen hunne gemeente geene soortgelijke erfgenamen bestaan. UC 267 - Malderen 9 juny 1825 Aan de wel edele heeren bestuurders van het vondelingsgesticht der stad Brussel - De brengster dezer, Catharina Lauwereys, dienstmeid alhier woonachtig, dewelke in het jaar 1819 haar kind Coleta Lauwereys zonder onze kenisse, in den zoogenaamden rol van uw gesticht heeft doen bestellen, en zij nu verlangende het zelve kind wederom bij haar te nemen, geven wij ons de eere Ue dientengevolge te verzoeken van het genoemde kind haar te willen behandigen, voor het welk zij ons belooft heeft alle moederlijke zorgen zl hebben. De meier en schepenen GR N° 51 - 15 Juny 1825 (Kort) Gemeenterekening 1824,voorgelegd door Jan Bapt. Verstraeten, gemeenteontvanger. - Algemene ontvangsten: 1776, 54 - Algemene uitgaven: 1614,57 - Batig slot: 161,97 gulden UC 268 - Malderen 15 juny 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - ... sturen de rekening 1824 van onzen plaatselijken ontvanger met alle de bewijsstukken van den uitgaaf, behoorlijk opgemaakt en gesloten. De gene van den ontvanger van den bureele van weldadigheid is ons nog niet overgemaakt. De meier UC 269 - Malderen 2 july 1825 De meier ende schepenen van Malderen, ingevolge het artikel 18 van statens besluit van den 24 february 1825, MA 22, verklaren dat zij binnen hunne gemeente gedurende het jongst afgeloopene kwartaal van april geene overtredingen omtrent de op het stuk staande wetten der Maten en Gewichten bevonden nog geconstateerd hebben. UC 270 - Malderen 2 july 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overgemaakt: 1) Ontkennend attest dat er gedurend het afgeloopene kwartaal geene overtredingen bewezen zijn (maten en gewichten). 2) De daar toe betrekkelijken staat en ontkennend attest (koepokstofinenting). 3) Den staat van geboorten, huwelijken en overlijdens der maand juny. De meier UC 271 - Malderen 2 july 1825 Aan den heer procureur des konings bij de rechtbank van 1sten aanleg te Brussel - Volgens het gemeen gerucht zoude de genoemde Monica Clairbaut, oud 22 jaren, landbouwster, onge-
96
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
huwde dogter van Jan Clairbaut alhier gehuisvest, geleden 4 à 6 weken moeten een kind gebaart hebben het welk ons niet aangeboden nog bij haar niet te vinden is, op welk gerucht wij hebben haar voor ons doen compareren. Naar haar omtrent de bewuste zake ondervraagt te hebben, heeft zij alles geloochent en naar dien in de geburen nadere informatie op alles genomen te hebben, is er niemand die het wilt verklaren, waarschijnlijk uit vreeze van voor het tribunaal te komen. Nu niet wetende wat ons hier mede te doen staat, zoo verzoeken wij Ue van ons daar op Ue advies mede te deelen. De meier. UC 272 - Malderen 5 july 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - ... Over te maken de rekening van den bureele van liefdadigheid dezer gemeente over de dienst 1824, behoorlijk gesloten. GR N° 52 - 11 July 1825 Den raad... is overgegaan tot het delibereren nopens de middelen en de wijze hoe in de voldoening van den aanslag dezer gemeente in de admodiatie der belasting op het gemaal, over het 2de half jaar 1825, zal worden voorzien. Gezien het statens besluit in dato 30 juny 1825, art. 2, M.A. 70, deel XI. en den daar aangevoegden staat, bij den welken deze gemeente in de bedoelde admodiatie, voor haar aandeel, tot de totale somme van Fl. 691,93 aangeslagen is. Gezien de begrootingsstaat dezer gemeente voor het loopend dienstjaar en wanaf het batig slot beloopt ter somme van Fl. 512,73. Overwegende dat bij deliberatie van den gemeenteraad in dato 10 december 1824 nr. 44, aan de gedeputeerde staten der provintie voorgedragen is het schoollokaal dezer gemeente te vergrooten en de daar uit spruitende kosten met het bovengemeld batig slot te dekken; overigens dat het bedrag van de admodiatie, of slechts gedeeltelijk, uit de gemeente-inkomsten niet kan worden bestreden. Besluit. Den aanslag deze gemeente Malderen in de admodiatie der belasting op het gemaal over het 2de halfjaar van den loopenden dienst, bedragende 691,93 Fl. zal over de ingezetenen der zelve gemeente worden omgeslagen op den voet en manieren als het bij art. 3 van beroepen statens besluit is voorgeschreven. Afschrift van, etc. Willocx, De Laet, Slachmuylders, De Boeck, Daelemans, Hulsbosch, De Bock. UC 273 - Malderen 11 july 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In uitwerking van paragraaf 2 art. 2 van statens besluit in dato 30 juny geef ik mij de eere Ue hiernevens over te maken de door den gemeenteraad genomen deliberatie omtrent de maatregelen hoe in de voldoening van den aanslag dezer gemeente in de admodiatie der belasting op het gemaal zal worden voorzien, ten einde dit stuk aan de goedkeuring van wie het behoort te onderwerpen. De meier UC 274 - Malderen 28 july 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Hier nevens de staat der benoodigde bladeren voor het opmaken der registers van den burgerlijken stand deze gemeente pver 1826. De meier UC 275 - Malderen 2 augusty 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Gezien hebbende het model voor het kohier van omslag voor den accijns op het gemaal, alwaar wij beschouwt hebben, dat er voor de punten, collectief zegel en ontvangstloon met fractiën moet gewerkt worden, het gene veele moeilijkheden zal opleveren en nog meer dat den ontvanger voor ieder fractie hoe klein zij zal mogen wezen een halven cent en de gene boven de 50 honderste eene cent zal eisschen, waardoor hij veel gaat winnen, en voor met eene ronde som te werken daar nogtans alles zal 97
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
onder begrepen wezen, zooveel den ontvangstloon als de opcenten en collectief zegel, geven wij ons de eere Ue hiernevens een ander model over te maken, doch zonder het door het gouvernement voorgesteld model te willen verbeteren, met verzoek van ons zoodra mogelijk te willen berichten of wij op dien voet het bedoeld kohier zouden mogen volgen. De meier en schepenen PV N° 7bis 14-8-1825 - Pieter Slachmuylders, Jozef Slachmuylders en Johannes Kiekens. In het jaar achttien honderd vijf en twintig, ten een uur van den nacht van den veertienden en vijftienden augusty, wij Judocus Willems, meyer, en Adrien Frans De Laet, eersten schepenen van de gemeente Malderen, omtrek Brussel, provintie Zuid Braband, verzeld door Van den Broek, brigadier en Jacobs, marechaussée van de brigade van Vilvoorde, ende Johannes De Schryver, veldwagter te Malderen, onze ronde doende in de herbergen dezer gemeente Malderen, ten einde het volk hetwelk zich aldaar noch zou bevonden hebben te doen vertrekken, vermits de klok tot vertrek reeds meer dan drie uren geluid was, en gekomen zijnde bij de weduwe Hendrik Slachmuylders, herbergierster, alwaar zijnde er zich nog verscheidene personen bevonden, onder andere Petrus Slachmuylders, landbouwer, gehuisd te Puers, omtrek Mechelen, Josef Slachmuylders, landbouwer te Londerzele op het gehucht Sneppelaar en Joannes Kiekens, landbouwersknegt bij Philippus Van Doorslaer, ook te Londerzele in het voornoemd gehucht gehuisd. Wy hebben aanstonds aan de vergadering bevolen van te vertrekken, waar aan zij voldaan hebben, ter uitzondering van genaemden Petrus Slachmuylders oud twee en derig jaren, welken zeide dat hij niet verplicht was noch zou vertrokken hebben en dat hij de meyer en schepenen - zoo gezeid – uitscheet. Ziende dat dezen persoon tegenstrydig en gevaarlijk was, hebben wij hem in arrest gehouden en in het secretariaat gebragt, maar naar dat wij enige minuten binnen waren, is er op de straat voor de deur een groot getal volk verzameld, dewelke riepen dat zij Petrus Slachmuylders moesten hebben. Hier op is den brigadier Van den Broek voor de deur gegaan en heeft hun bevolen van te retireren, waar zij algelijk riepen “komt maar wat verder” en in dien ogenblik op het onverwacht heeft hij een slag op de linker schouder ontfangen, zoodanig dat hij buiten staat is zijnen arm te gebruiken, welke slag hem is toegebragt met een stuk hout gemeenelijk genaamd een halfhout en van een persoon die zich aan den hoek van het huis geplaatst had. Naer dat dit geschied was riepen wederom deze kwaaddoende personen, als wij durfden dat wij maar op hun moesten loskomen en aangezien er geenen anderen middel was dan met het geweld hun te zien verwijderen of aan te houden, hebben wij ons gezamentlijk op hun begeven, maar zodra verscheide gezien hebben dat de marechaussée gewapend waren met hun schietgeweer, hebben zij de vlugt genomen, maar gekomen zijnde buiten het dorp hebben wij er twee vinden staan die ons noch afwagten, de eenen gewapend met het meergemeld halfhout, die wij aangehouden en ook in het secretariaat of gemeentehuis gebragt hebben en alsdan herkend voo te zijn genoemden Jozef Slachmuylders, oud vijf en dertig jaren, welken drager was van het vermelde halfhout, en door de brigadier aan zijne kleding herkend voor den geénen te zijn die hem den slag toegebragt had. Den tweeden hebben wij herkend voor den persoon van Johannes Kiekens voornoemd, oud zeven en twintig jaren, die aan den marechaussée Jacobs verklaard heeft, dat het ongelukkig was en hij alles zal moeten betalen daar hij het minste gedaan heeft en door de andere opgehitst was. Wy en den veldwagter voornoemd, aan het huis van Jan Dierickx gelegen in het dorp gekomen zijnde, is er eenen persoon ontmoet, die hem insgelijks een slag in het aangezicht heeft toegebragt, waar van den veldwagter in een mestput vol water gevallen is en grote moeite gehad heeft daar uit te komen.
98
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld het tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden met het voormeld halfhout, aan den heer koninglijken procureur bij de regtbank te Brussel. Te Malderen den vijftienden Augusty 1825 ten negen uren ’s morgens. Getekend: Van den Broek Willocx, meyer Jacobs A. J. De Laet, schepen Jean De Schryver UC 276 - Malderen 15 augusty 1825 Aan den heer procureur des konings bij de rechtbank te Brussel - Geef mij de eere Ue hier nevens over te maken een proces verbaal door mij, schepenen, brigadier der marechaussee, marechaussee Jacobs en veldwachter dezer gemeente, op heden opgemaakt tegen Pieter Slachmuylders, landsman te Puurs, Jozef Slachmuylders, landbouwer te Londerzele, en Joahannes Kiekens, dienstbode te Londerzele, voor hun tegen ons in het uitoefenen der politie verzet en eenen stokslag aan de brigadier en veldwachter toegebragt te hebben. Ik moet Ue doen aanmerken dat de gemelde personen, volgens het gemeen gerucht, mij grootelijks verdrijgen en ook dat zij van het vechten hunne professe maken, bezonderlijk Jozef Slachmuylders en Johannes Kiekens, die in het jaar 1823 nog door den tribunaal te Mechelen verwezen zijn. De meier UC 277 - Malderen 20 augusty 1825 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - ... over te maken het kohier der belasting op de honden binnen deze gemeente over het 2de half jaar van den loopenden dienst, ten einde de goedkeuring te ontvangen. De meier GR N° 53 - 29 Augusty 1825, 9u00 (Kort) Beëdiging van raadsleden, secretaris en gemeente-ontvanger en bepaling van uittreedjaar van assessoren en raadsleden. Naam Benoemd tot Bij besluit Uitgeloot voor uittreden op: Adriaan Francis De Laet raadslid Staten Besl. 56 van 23/8/1825 2/1/1830 assessor Gouvern. Besl. 56 van 24/8/1825 Josef Slachmuylders raadslid Stat. B. 56 van 23/8/1825 2 /1/1828 assessor Gouv.B. 56 van 24/8/1825 Antoon Daelemans raadslid Stat. B. 56 van 23/8/1825 2/1/1832 Jan Benedictus Lemmens raadslid Stat. B. 56 van 23/8/1825 2/1/1828 Joan. Bapt. De Vleminck raadslid Stat. B. 56 van 23/8/1825 2/1/1832 Joan. Franc. Hulsbosch raadslid Stat. B. 56 van 23/8/1825 2/1/1830 Joannes Baptist De Bock secretaris K.B. 95 van 11/8/1825 Joan. Bapt. Verstraeten ontvanger Stat. B. van 23/8/18125 UC 278 - Malderen 30 augusty 1825 Aan de weledele heer Van Ghert, secretaris der commissie van onderwijs in Zuid-Braband te Brussel - Voor te voldoen aan Ue geëerden van den 20 julu laatst omtrent de rekening der som van 800 gulden welke aan deze gemeente tot opbouw van het schoollokaal is uitbetaald, geven wij ons de eere Ued te berichten dat wij buiten staat zijn daar van afzonderlijk rekening te maken daar het opbouwen van het schoollokaal en wooning, bij openbare aanbesteding den 99
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
18 maart 1822 door de deputatie der staten den 22 dito goedgekeurd, voor de som van fl. 2920, heeft plaats gehad, welke som aan de aannemer in twee verscheide reizen door de gemeenteontvanger onder kwitantie zijn uitbetaald. De burgemeester en assessoren van Malderen UC 279 – Malderen 1 september 1825. Aan de heer districtscommissaris te Brussel - ... over te maken het proces verbaal van installatie der leden van den gemeenteraad, secretaris en gemeenteontvanger, met bepaling der aftredingsjaren van de zelve leden. De burgemeester UC 280 - Malderen 1 september 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In voldoening aan de rondgaanden brief van den heere gouverneur dd 9 augusty betrekkelijk de borgtochten der gemeenteontvangers, MA 21, geef ik mij de eere Ue hier nevens over te maken de nominatieve staat van onzen gemeenteontvanger en andere comptabele. J.B. Verstraeten, gemeenteontvanger, betaalt voor zijn borgtocht der gemeente Malderen, Steenuffel en Ramsdonck, de som van 610 guldens. De burgemeester. UC 281 - Malderen 9 september 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het kohier van omslag voor de heffing der belasting op het gemaal bij admodiatie in deze gemeente, ten einde, na ue visa, de goedkeuring der gedeputeerde staten te ontvangen. De burgemeester GR N° 54 - 15 september 1825 (Ingekort) Begrooting 1826 Vermeerderingen en verminderingen van uitgaven in vergelijking met het jongstafgeloopen jaar. Onkosten voor het huishoudelijk bestuur. Jaarwedden van den burgemeester, assessoren en secretaris: niet tegenstaande de zelve jaarwedden als in het vorige jaar is toegestaan nu wederom zijn voorgedragen, word er nogtans eene verhooging afgesmeekt terwijl de werken en bezigheden dagelijks vermeerderen en dat alle moeite loon verdient. Daar het nieuw reglement op het bestuur ten platte lande omtrent deze jaarwedden niets bepaalt zoo word zonder voordragt deze verhooging aan de gedeputeerde staten ter oordeeling overgelaten. Onderhoud van waterleidingen en bruggen. Alle in behoorlijken staat, geen voordragt van uitgaaf. Openbaar onderwijs. Jaarwedde van den onderwijzer. Terwijl er eene omslagsrolle voor het schoolfonds ter somme van Fl. 310 bestaat en in ontvangst gebragt is, word deze jaarwedde op de som van 410 guldens voorgedragen. Onvoorziene uitgaven en posten van herhaling. - Onkosten van onderhoud der verlatene kinderen van 1825. In gevolge staten bevelen, deze kosten betaald zijnde, word dezelve alhiervoor regularisatie gebragt. De bedoelde kinderen uit het Godshuis getrokken en ten laste van hunne respective moeders gesteld zijnde, word in 1826 daar over geen bekosting voorgedragen. - Jaarwedde van den onderwijzer, te betalen uit het schoolfonds van 1825. - Overstorting bij 's Rijks ontvanger der 9/10 der belasting op het gemaal 1825. - Idem der 2 % ten behoeve der Provincie over 1825.
100
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Deze drie (laatste) artikelen in de begrooting van 1825 niet figurerende en die omslagen in de begrooting van 1826 in ontvangst gebragt zijnde, word den uitgaaf alhier ook voor regularisatie gebragt. - Ontvangstloon der belasting op het gemaal, honden en schoolfonds in 1825. Daar den ontvangstloon der bedoelde ontvangsten in de begrooting van 1825 niet gebragt is en den ontvanger met die ontvangsten deugdelijk verantwoordelijk zijnde, worden die perceptiekosten alhier voorgedragen. - Abonnement aan het handboek der burgemeesters. Verlangende van alle de wetten, reglementen en instructien... te kennen, word alhier de bekosting van Fl. 11,34 voorgedragen. Buitengewoone uitgaven. - Openbare werken. Voor het halen der wegwijzers, inwerken der ermen en planken der zelve. Den heer burgemeester deze verschotten gedaan hebbende, de welke den aannemer der wegwijzers niet heeft willen wederkeeren, die volgens zijn zeggen daar toe niet gehouden is, word overigens die bekosting alhier voorgedragen. Aldus gedaan te Malderen. Judocus Willocx, meyer, Adriaaan Francis De Laet, Josef Slachmuylders, schepenen, Jan Baptist De Vleminck, Antoon Daelemans, Jan Benedict Lemmens, raadsleden, en J.B. De Bock, secretaris. UC 282 - Malderen 20 september 1825 De burgemeester en assessoren van Malderen, in uitwerking van 's heeren gouverneurs rondgaanden brief van den 7 dezer MA 39, verklaren dat er binnen hunne gemeente geene hoegenaamde stoomwerktuigen bestaan. UC 283 - Malderen 22 september 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staat van begrooting dezer gemeente voor den dienst van 1823 met alle de daar bij vereischte stukken. De burgemeester. UC 284 - Malderen 5 october 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In dubbel het proces verbaal der benoeming eener commissie tot het benoemen binnen deze gemeente, gezamentlijk met de twee door de administratie daartoe aan te wijzen ambtenaren, de schatters en bijschatters voor de taxatiën en opnemingen der personele belasting gedurende 1826 te verrigten. De burgemeester GR N° 55 13 October 1825 (Kort) Benoeming van de commisie 1825 die moet benoemen "de vereischt wordende schatters en bijschatters, geschikt om de noodige taxatien, opnemingen en tellingen der personele belasting": Adrianus Franciscus De Laet, schepen, en Johannes Benedict Lemmens, raadslid.
DIV - Brussel, den 22 october 1825 Begrooting van kosten voor het vergrooten van het schoollokaal te Malderen. Hoeveelheid Aard der werken Prijs der eenh. Guld Cents Voor het noodig aardewerk
101
Aank. somme Guld Cents 10 00
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
37
74
3 29
67 70
29
70
75
90
72
00
3 3 1 2 3 90
Kubik ellen metselwerk met Boomsche derdelingsteen en gewone kalk-mortel Kubik ellen timmerwerk in goed eikenhout Vierkante ellen bevloering van den zolder in without Vierkante ellen bevloering van de school, met Boomsche plaveisteen. Vierkante ellen bepleistering van de binnenmuren Vierkante ellen dekking in Boomsche pannen Vensterramen in eikenhout, glas, ijzerwerk en verven enz. inbegrepen. Slagvensters in eikenhout, alles inbegrepen. Deur voor de school, alles inbegrepen Deuren voor de provaten, als inbegrepen. Onderdorpels voor de vensters Ponden gesmeed ijzer voor ankers, enz.
10
50
396
27
35 1
00 00
128 29
45 70
0
75
22
28
0
12
9
11
0
75
54
00
17
00
51
00
15 0 6 2 0
00 00 00 70 30 Totaal
45 21 12 7 27 802 40 843
00 00 00 10 00 91 15 06
1/20 voor onvoorziene kosten Totaal Aldus naar waarheid opgemaakt ten bedrage van 843 Gulden 6 cents. Brussel, den 22 october 1825. De arrondissementsbouwmeester, Cordemans.
(Gezien en goedgekeurd de bovenstaande begrooting door ons, raadsleden der gemeente Malderen, 16 september 1827.) UC 285 - Malderen 2 november 1825
102
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan de controleur der directe belastingen te Assche - Het register en legger der patentschuldigen over het 3de kwartaal van den loopenden dienst. De burgemeester GR N° 56 1 December 1825 Den raad... is overgegaan tot het delibereren nopens de middelen en de wijze hoe in de voldoening van den aanslag dezer gemeente in de admodiatie der belasting op het gemaal, over den dienst 1826 zal worden voorzien. Gezien het statens besluit in dato 12 november 1825, art. 2, M.A. 54, deel XII. en den daar aangevoegden staat, bij den welken deze gemeente in de bedoelde admodiatie, voor haar aandeel, tot de totale somme van Fl. 1331,97 aangeslagen is. Gezien de rekening van den plaatselijken ontvanger voor het dienstjaar 1824 alsmede de begrooting voor het jaar 1826 door den gemeenteraad opgemaakt waarbij blijkt dat de gemeente geen vrij fonds bezit en dien tegevolge het bedrag van de admodiatie, of slechts gedeeltelijk, uit de gemeente-inkomsten niet kan worden bestreden. Besluit. Den aanslag dezer gemeente Malderen in de admodiatie der belasting op het gemaal over den dienst 1826, bedragende 1331,97 Fl. zal over de ingezetenen der zelve gemeente worden omgeslagen op den voet en manieren als het bij art. 3 van beroepen statens besluit is voorgeschreven. Afschrift van, etc. Willocx, De Laet, Slachmuylders, De Vleminck, Daelemans, De Bock. UC 286 - Malderen 3 december 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 21 november MA 60 deel XII omtrent de schulden ten laste van het Oostenrijks gouvernement, geven wij ons de eere Ue te berichten dat deze gemeente, kerkfabriek en armbestuur, in het bezit niet wezen van kapitalen of renten op de Wener bank, of anders eenige andere benaming, ten laste van het Oostenrijks bewind, en overigens wij in het geval niet wezen van de gevraagde opgaven te doen. De burgemeester en assessoren. UC 287 - Malderen 7 december 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ik moet Ue al wederom klachten doen ten laste van den kantonale of arrondissementsbode die zijne stukken met Pieter, Jan en Paul ons toezend en dikwijls veragterd blijven, en wij geene gelegentheid hebben van onze stukken op tijd zelf over te maken. Eenmaal, mijnheer, op de drie laatst verschenen weken, heb ik hem zelver in de gemeente gezien. En daarom gelieft hem zijnen dienst beter te doen oppassen. De burgemeester. UC 288 - Malderen 7 december 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De beraadslagen van den gemeentenraad houdende maatregelen hoe in de voldoening van den aanslag in de admodiatie op het maalrecht over 1826 zal worden voorzien, gevraagd bij het art. 2 van statens besluit in dato 12 november, MA 54. De burgemeester. UC 289 - Malderen 20 december 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Mijnen ambtgenoot den heer burgemeester der gemeente Londerzele hem binnen deze gemeente begeven hebbende voor zich te informeren of alhier diefstal van boomen heeft plaats gehad zonder dat daar over verbaliseert geweest is,
103
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
en mij ten gelijke tijde berichte dat wij beide bij Ue aangeklaagt zijn over onachtzaamheid van geen vervolg te geven aan de menigvuldige diefstallen van boomen die binnen onze beide gemeenten begaan worden, op welke aanzegging ik aanstonds binnen mijne gemeente informatie omtrent dusdanige diefstallen genomen hen, en niemand van mijn inwoners daarvan weet te spreken nog kennis heeft, zoo weledelgestrenge heer kan ik niet denken wat stof of redenen dien slegt peinzenden persoon gehad heeft van ons bij Ue zonder gegrond te zijn aan te klagen en om aan het opperbestuur hatelijk te willen maken of te doen vervolgen; maar opdat Ue van mijne onschuld zoud overtuigt wezen, vraag ik om eenen specialen commissaris, die binnen deze gemeente omtrent dit onderwerp inlichtingen komt nemen, of wel dat Ue mij met den aanklager op een eer der zelfden tijdstip voor Ue doet verschijnen, opdat ik mij zou kunnen verantwoorden en doen zien wie er ongelijk heeft, want wel het is niet genoeg met een openbaren ambtenaar ten onrecht aan te klagen, op zulkdanige wijze zouden wij nooit gerust wezen en dagelijks moeilijkheden ontmoeten en veel liever dan alzoo aan het hoofd van een bestuur te zijn of mij in haat en nijdt van Ue of het opperbestuur te stellen, zou ik mijn ontslag afsmeeken. In hoope dat Ue aan mijn verzoek zult willen voldoen en mij rechtvaardigheid verleenen, hebbe... De burgemeester. UC 290 - Malderen 21 december 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Den staat houdende inlichtingen nopens de jaarlijksche toelaag aan de assessoren dezer gemeente, gevraagd bij rondgaande brief van den 3 dezer, MA 69. De burgemeester. UC 291 - Malderen 27 december 1825 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Op den inhoud uwe missive van 13 april dezes jaars en wegens het besluit van onzen geëerbiedigden koning van 20 december 1824 nr. 91, van Ue een rapport met het einde dezes jaars over te maken aangaande de proefneming van het vastgestelde reglement wegens ons schoolfonds alsook aangaande de omslagrolle. Wij hebben de eer Ue bij dezen te rapporteren en ons verlangen te kennen te geven van het bedoelde reglement wegens het schoolfonds en omslagrolle bij voortduring vast te stellen en voor hervervolg te doen plaats grijpen. De ondervinding heeft ons doen zien hoeveel kinderen dit jaar onze lagere openbare school bezochten. Dit getal bedroeg den 14 juny van dit jaar 160, bij welke gelegenheid de wel eerwaarde en zeer geleerde heer landsdeken te Assche en schoolopziener dezer districts het onderzoek en de prijsuitdeeling in onze tegenwoordigheid deed, en aan de vlijtigste door Z.W.E. en Z.G. schoone boekgeschenken werden ter hand gesteld en verder aangespoord om daarin te blijven volherden. Hoe menigen ouder, die eerst zijn maandgeld voor 5 of 6 kinderen niet kon voldoen, betaalt nu slechts aan den ontvanger 2 à 3 guldens 's jaars, en het is alzoo dat de school dezer gemeente door veel meerder kinderen bezocht word en meer in goede order en regelmatigheid heeft gewonnen. Het vooroordeel dat vele goede ouders in den beginne van de nieuwe schoolboeken en leitjes terughield, is door het invoeren van het boven aangehaalde schoolfonds en omslagsrolle geheel uit den weg geruimd. Thans zal onze school ook nog in bloei toenemen wegens het aanstellen, naar eerst de goedkeuring van de heren gedeputeerde staten te hebben ontvangen, volgens art. 11 van het reglement wegens schoolfonds, (eener schoolcommissie met) drie leden, als de iverige weleerwaarde en zeer geleerden heer De Wael, onderpastor dezer gemeente, den achtbaren heer assessor A.F. De Laet en C. Van den Bossche, pachter. Wij uiten den wensch dat meerderen besturen ons voorbeeld volgen van goede onderwijzers aan te stellen en lagere scholen tot stand te brengen, ten einde door voor het aankomend geslacht te zorgen van goede burgers voor kerk en staat aan te kweken. Daar dit in den beginnen
104
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
veel werkzaamheid en moeite koste, evenwel overwint men zulks al medewerkende langzamer hand. Het gemeentebestuur van Malderen.
105
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1826 **** GR N° 57 3 January 1826 Den raad is overgegaan tot het stemmen voor eene aan het kollegie der Gedeputeerde Staten aan te bieden voordragtslijst van kandidaten, ten einde door de zelve daar uit zoude kunnen worden benoemd tot de plaats van raadslid, ter vervulling van de buitengewoone vacature, ontstaan door het overlijden van den heer Johannes Franciscus Hulsbosch. Na gedane voorlezing van de art. 3, 6, 11, 45 en 46 van het reglement op het bestuur ten platte lande in deze provincie, vastgesteld bij 's Konings Besluit van den 23 July 1825 N° 132, is het bureau van stemopneming samengesteld uit den heer Judocus Willocx, voorzitter, Adriaan Francis De laet, Josef Slachmuylders, Antoon Daelemans en Johannes Baptist De Vleminck, raadsleden. Vervolgens overgegaan zijnde tot de verkiezing van den eersten kandidaat is, na dat gebleken was dat het getal der geslotene stembiljetten ten bedrage van vijf gelijk is aan het getal der stemmende leden, en na opening en oplezing die biljetten, bevonden dat uitgebragt zijn de volgende stemmen, als op: Den heer Pieter Kuyckens, brouwer en landbouwer te Malderen, 40 jaar, welke 5 stemmen heeft verkregen en is mits dien geproclameerd als eersten kandidaat. Daarna is er overgegaan tot de verkiezing van den tweeden kandidaat en is, nadat wederom gebleken is dat het getal der geslotene stembiljetten ten bedrage van vijf gelijk is aan het getal der stemmende leden, en na opening en oplezing die biljetten, bevonden dat zijn uitgebragt de volgende stemmen, als op: Den heer Johan Van Ingelgem, 34 jaar, landbouwer te Malderen, die drie stemmen, en Den heer Egidius Van den Bossche, ook landbouwer te Malderen, twee stemmen bekomen hebben. En is alzoo den heer Johan Van Ingelgem als tweeden kandidaat geproclameerd. Alle welke aan de thans in functie zijnde Burgemeester, assessoren en raadsleden niet tot in de bij het reglement verboden derden graad van bloedverwantschap of zwagerschap ingesloten, bestaan; en alle andere bij het reglement vereischte hoedanigheden vereenigen. Waarvan het tegenwoordig proces-verbaal het welk met en nevens de voordragtslijst van kandidaten hier vooren vermeld, aan den heer distriktskommissaris zal toegezonden worden, met verzoek om een en ander onder het oog van H.E.G.A. heeren gedeputeerde staten te brengen. Van wegens den raad. Willocx, De Laet, Slachmuylders, Daelemans, De Vleminck, De Bock UC 292 - Malderen 3 january 1826 Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Overgemaakt: 1) Den alphabetischen staat van gepleegde misdaden gedurende 1825. 2) Den staat der geboorten, huwelijken en overlijdens der maand december 1825. 3) De staat der gedane visiten gedurende het 4de kwartaal van 1825 (maten en gewichten). De burgemeester. UC 293 - Malderen 10 january 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In voldoening van het art. 2 van 's heeren gouverneurs besluit van den 7 december, MA 72, deel XII, omtrent de beteugeling der bedelarij, geven wij ons de eere Ue te berichten dat er geene personen hun voor ons hebben aangeboden om in het bedelaarswerkhuis en in de koloniën verlangen opgenomen te worden.
106
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De burgemeester en asessoren van Malderen. UC 294 - Malderen 10 january 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ue ons het hoofd, zonder binnenbladeren van de alphabetische lijst van de lotelingen van het jaar 1826 overgemaakt hebbende, zoo verzoeke Ue van mij twee binnenbladeren van den bedoelden lijst te willen over te maken, alsmede de volgende afdruksels der attesten en staten aan de vrij te stellen miliciens der zelve ligting, te weten: L - 2, U - 5, DD - 4. Den burgemeester UC 295 - Malderen 2 february 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Een proces verbaal van stemopneming der kandidaten voor daaruit een raadslid te worden benoemd, ter vervulling van de buitengewone vacature, ontstaan door het overlijden van J. Fr. Hulsbosch, alsmede den voordragtslijst derzelve kandidaten. Den burgemeester. UC 296 - Malderen 9 february 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het kohier van omslag voor de heffing der belasting op het gemaal bij admodiatie voor het loopend dienstjaar, alsmede het kohier der belasting op de honden voor hetzelve jaar, ten einde van uitwerkbaar verklaard te worden. De burgemeester. UC 297 - Malderen 9 february 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan 's heeren gouverneurs rondgaanden brief van den 24 january omtrent de bedelarij, heb ik de eer Ue te berichten dat de bedelarij binnen deze gemeente sedert eenige maanden merkelijk verminderd is en dat op des vrijdags van elke weke de bedelaars zich in het grootste getal binnen deze gemeente vertoonen, doch dat er alsdan niet meer bevonden worden dan eenige oude en gebrekkelijke menschen. De burgemeester. UC 298 - Malderen 13 february 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue geëerden van 17 dezer omtrent het verzoekschrift van Jan Jakob De Wael, vicaris in deze gemeente, strekkende ter bekoming eener onderstand, geef ik mij de eer Ue het bewijsstuk terug te zenden met Ue de navolgende inlichtingen kenbaar te maken. Hij is geboren op den 28 december 1794, gewijd als Rooms-Katolijk priester den 27 der bloeimaand 1820 en heeft den dienst van vicaris in deze gemeente verrigt omtrent de 5 jaren en 4 maanden. Hij heeft geene bezondere lichaamskwalen, maar doch is hij dikwerf buiten staat zijn ambt te kunnen uitoefenen en dat hij de hulp der geneesheeren noodig heeft. Zijn zedelijk gedrag is onberispelijk, niet fanatiek, liefderijk, menschlievend en volbrengt, voor zoo veel zijne gezondheid hem toelaat, met den allergrootsten ijver zijn ambtsplichten. Wat zijn publiek gedrag betreft, dat is zoo min onberispelijk als zijn zedelijk gedrag. reeds 5 jaren is hij binnen deze gemeente en nooit heb ik hem van politieke zaken hooren handelen nog ook niet gehoord dat hij zulks in het geheim zou gedaan hebben, 't zij van het collegium philisophuum als alle andere gouvernementsbesluiten. Niets geniet hij van de parochianen nog van de gemeente-inkomsten maar geniet zijn jaarwedde van het kerkfabriek het welk beloopt tot fl. 236 en uit 's Rijks schatkist tot 94,50 gulden. Eigen middelen van bestaan bezit hij niet, terwijl zijne ouders nog in wezen zijn, en het accidentele zijns ambt bedraagt maar van 25 tot 35 gulden 's jaars.
107
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De burgemeester. PV-ZN Datum van het vonnis: 26-2-1826 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Meremans Rosalia Beroep: dagloonster Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 9,38 GR N° 58 - Malderen 27 February 1826 (Kort) Schepen De Laet krijgt volmacht van Judocus Willocx (de ambtenaar van de Burg. Stand) om in de registers te schrijven de geboorte van het kind van Emanuel Willocx en Johanna Catharina Van Biesen, geboren te Malderen op 26 febr. 1826. UC 300 - Malderen 28 february 1826 Aan de heer ontvanger der directe belastingen van Malderen, te Steenuffel. - Het kohier van omslag voor de heffing der belasting op het gemaal bij admodiatie over het loopend dienstjaar dezer gemeente, behoorlijk executeerbaar verklaard. De burgemeester. UC 301 - Malderen 7 maart 1826 Aan de heer ijker der maten en gewichten - De staat van alle binnen deze gemeente aanwezige gebruikers van maten en gewichten. De burgemeester UC 302 - Malderen 7 maart 1826 Aan de controleur der directe belastingen te Assche - Register en legger en declaratiën der patentschuldigen 1826. De burgemeester UC 303 - Malderen 11 maart 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan het art. 5 §1 van statens besluit van den 4 january MA 3, omtrent de door de gemeenteontvangers te stellen borgtochten geven wij ons de eere Ue te berichten dat de heer J.B. Verstraeten, gemeenteontvanger alhier, aan de bepalingen van de ordonnantie van den 15 juny 1821 MA 44 deel 5 voldaan heeft blijkens de staat ingevolge 's heeren gouverneurs rondgaande brief dd 9 augusty 1825 MA 21, opgemaakt en aan Ue bij brief van den 1 september daarna nr. 280 overgemaakt. De burgemeester en assessoren. PV N° 8 17-3-1826 - Afbranding van het huis van Francis Van Causbroeck. Het jaar duizend achthonderd zes en twintig den zeventienden der maand Maart ten zes uren ’s morgens. Voor ons Judocus Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel provincie Zuid Braband, is gekomen Baptist Van Causbroeck, arbeider gehuisvest te Bornhem, provincie Antwerpen, welke ons verklaarde dat op heden ten drie uren en half ’s morgens, aan het huis van zijn broeder Francis Van Causbroeck, slagter, gestaan op de Molenheide binnen deze gemeente, brand ontstaan is en het zelve met een staltje, schuurtje, meubelen, huisraad, klederen en lijnwaad gansch en geheel den roof der vlammen geworden zijn, zonder dat, niet tegenstaande alle pogingen en hulp der aanwezige inwoners, het mogelijk geweest is den brand te kunnen blusschen of iets daar uit te halen.
108
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Ingevolge van welke verklaring wij ons aanstonds ter gezegde plaats begeven hebben en alwaar zijnde wij alle voormelde voorwerpen tot asch bevonden hebben. Daarna hebben wij alle inlichtingen omtrent de oorzaak en het begin van dezen brand genomen en volgens verklaars van de vrouwe van genoemden Francis Van Causbroeck, schijnt hij begonst te zijn aan den hoek van het huis naast hun slaapkamer alwaar zij eerst de vlam gehoord en gezien heeft, doch dat de oorzaak onbekend is en er geen vermoeden bestaan. Verder hebben wij daar van de schade, voor zoo veel mogelijk was en ten naasten bij, in het geheel geschat ter waarde van zeven honderd guldens nederlandsch; welk huis met op en dependentie, meubelen en huisraad door de verzekeringskompagnie Securitas Antverpia, verzekerd was. Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld het tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden aan wie het behoort. Te Malderen, de dag maand en Jaar als boven. Willocx, burg. UC 304 - Malderen 17 maart 1826 Aan den heer districtscommissaris en procureur des konings te Brussel - Een proces verbaal omtrent den brand die alhier op heden ten 3u30 's morgens ontstaan is en het huis en meubelen van Francis Van Causbroeck, slachter, tot asch heeft gelegd. Den burgemeester GR N° 59 18 Maart 1826 (Kort) Installatie van Pieter Kuyckens als nieuw gemeenteraadslid in opvolging van de overleden Jan Frans Hulsbosch. Benoeming was gebeurd bij Staten Besluit van 9 maart. UC 305 - Malderen 1 april 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - 1) de zaken betrekkelijk de koepokstofinenting, 2) de staat der gedane visiten nopens maten en gewichten, 3) de staat der voorgevallene rampen, 4) de staat der geboorten, huwelijken en overlijdens, 5) den alphabetischen lijst der personen die bevoegd zijn als kiezers benoemd te worden voor den keus der leden der provinciale staten te benoemen in 1826. Den burgemeester UC 306 - Malderen 3 april 1826 Aan den heer Jaspar, vaccinateur, te Londerzele - gelijkvormig aan het §2 art. 10 van sta tens besluit MA 38, omtrent de koepokstofinenting, geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken den lijst der geboortens die binnen dees gemeente gedurende het 1ste kwartaal van het loopend dienstjaar hebben plaats gehad. De burgemeester. GR N° 60 10 April 1826 Den burgemeester en assessoren der gemeente Malderen. Gezien den brief van den heer J. Vander Linden, schoolonderwijzer dezer gemeente, de dato 9sten der loopende maand April, bij den welke hij ons bericht dat Z.E. den Minister van Binnenlandsche Zaken hem tot schoolonderwijzer aan de stads schoole in de vissitandinnen (?) te Brussel heeft benoemd en weshalve hij alhier zijn ontslag verzoekt. Gezien onze beraadslaging van den 28 oktober 1823 nr. 31 bij het welk den opgenoemden onderwijzer binnen deze gemeente is aangesteld en benoemd geworden. Overwegende dat er geene redenen van weigering bestaan en willende dien tengevolge aan zijn verzoek volkomen.
109
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Verleenen, zoo en gelijk wij doen bij deze, vol ontslag aan den heer J. Vander Linden, van zijn onderwijzerspost dezer gemeente; welk ambt hij alhier met allen lof en iver heeft uitgeoeffend en bekleed, waar door, alsmede door zijn goed burgerlijk, zedelijk en godsdienstig gedrag, hij zich aan de achting van het bestuur en inwoners heeft waardig gemaakt. Gedaan en verleend te Malderen den 10 April 1826. UC 306 bis - Malderen 13 april 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - den staat nopens het onderwijs. Deen burgemeester IC 307 - Malderen 15 april 1826 Aan de heer Van Rompa, winkelier te Boom - Berichten dat wij aan Ue brief van den 4 dezer omtrent het betalen van de restant die Ue nog te goed komt op de aannemingssom van het schoolhuis dezer gemeente, niet kunnen voldoen, terwijl volgens art. 18 der aanbestedingsvoorwaarden Ue responsabel blijft over dit gebouw indien hij geheel of gedeeltelijk vergaat door slegte timmeringen ofte fondamenten gedurende den loop van 10 jaren en daar den balk van het schoollokaal reeds ten midden gebroken is, die eerstdags moet hersteld worden want of men perykel loopt van alles in te storten, en voor alle ongelukken te vermeieren aanzoeken wij Ue, zoodra mogelijk den bewusten gebroken balk te komen bezigtigen en herstellen, faute van welken wij ons zouden genoodzaakt vinden het ten Ue kosten te doen verrigten. Den burgemeester en assessoren. GR N° 61 20 April 1826. Den raad der gemeente Malderen... is overgegaan tot het bepalen der broodsoorten die in deze gemeente moeten gemaakt worden tot het voornaamste en dagelijksch voedsel voor de ingezetenen. Gezien 1) 's Konings besluit de dato 25 January jongstleden n° 5 houdende verordeningen op het stuk der broodzetting 2) De reglementaire instructie vastgesteld naar aanleiding van artikel 6 van gemeld K.B. 3) De memorie van toelichting behoorende bij gezegde instructie. Overwegende dat van ouds binnen deze gemeente geene andere broodsoorten dan van enkele rogge, van enkele ongebuilde en enkele gebuilde tarwe gemaakt zijn en weshalve het onnoodig is, noch geene redenen bestaen van er meerdere soorten te maken of daar omtrent veranderingen toe te brengen. Besluit. Dat tot voornaamste en dagelijksch voedzel voor de ingezetenen dezer gemeente Malderen de drie volgende broodsoorten zullen moeten gemaakt en beschouwd worden, te weten: 1) Brood van Enkele Rogge. 2) Brood van Enkele Tarwe ongebuild. 3) Brood van Enkele Tarwe gebuild. Geene andere dan deze drie soorten zullen er binnen deze gemeente door de bakkers mogen gemaakt noch door de broodslijters verkocht worden. Willocx, De Laet, Daelemans, De Vleminck, Lemmens, Kuyckens, De Bock GR N° 62 21 April 1826 Den raad der gemeente Malderen... is overgegaan tot het benoemen en aanstellen van een onderwijzer en ondermeester bij de lagere school dezer gemeente, in plaats van den heer J. Van der Linden, demissionnaris.
110
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gezien het ontslag van den 10 dezer n° 60 door het gemeentebestuur aan den heer J. Vander Linden, hoofdonderwijzer bij de lagere school dezer gemeente verleend. Overwegende dat tot beschaving en bevordering der jeugd het betaamt dat de school zonder staking word gehouden en te voorkomen dat de zelve niet word gesloten. In aanmerking nemende dat, volgens het rapport van de plaatselijke schoolkommissie dd 12 dezer maand April den genoemden Jozef De Schrijver, thans ondermeester, bezittende den vierden rang, en Francis Lemmens (of De Schrijver ?), assistent bij de lagere school dezer gemeente, een zedelijk, burgerlijk en godsdienstig gedrag houden en met allen iver hun plichten volbrengen. Hebben goedgevonden en verstaan te benoemen, gelijk geschiedt bij deze, tot provisioneel onderwijzer binnen deze gemeente, den opgenoemden Jozef De Schrijver, en Francis Lemmens tot ondermeester, onder het genot van alle de jaarwedden en emolumenten aan deze posten verknocht. Zij zullen deze posten waarnemen tot zoo lang de eindelijke benoeming van een onderwijzer zal geschieden. Afschrift dezes zal gezonden worden aan de wel edele hooggeleerde schoolopziener van dit distrikt, ten einde zijne goedkeuring te bekomen en ter kennis van zijne excellentie den minister van binnenlandsche zaken te brengen. Van wegens den raad. Willocx, De Laet, Daelemans, De Vleminck, Lemmens, Kuyckens, Slachmuylders, De Bock UC 308 - Malderen 21 april 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ingevolge §1 van de reglementaire instructie vastgesteld naar aanleiding van art. 16 van het K.B. van den 25 january jongstleden nr. 5 omtrent de broodzetting, geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken het proces verbaal houdende bepaling der broodsoorten die binnen deze gemeente moeten gemaakt worden. Den burgemeester. GR N° 63 - Malderen 25 April 1826. (Kort) Benoeming van de commissie van 3 personen voor de bewaring in 1826 van de sleutels van de doos voor de stembiljetten: Pieter De Koker, Johannes Francis Van de Velde, beide landbouwers, en Hendrik Vermeire, winkelier te Malderen. UC 309 - Malderen 25 april 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het art. 9 van het K.B. van 25 january omtrent de broodzetting, toelatende aan de gemeenten die eene geringe bevolking hebben, van enen als tot hier toe heeft plaats gehad, zich te regelen naar de zetting, vastgesteld voor eene naburige gemeente. Daar deze gemeente maar uit eene geringe bevolking bestaat en er slechts twee broodbakkers aanwezig zijn die nog maar eene en somtijds twee maal per week bakken, aanzoeken wij Ue van ons te willen berichten, schoon de broodsoorten alhier reeds bepaald zijn, of wij in het geval niet zouden kunnen zijn van ons te mogen gedragen aan de broodzetting van Londerzele of Merchtem. Wij bevinden ons, wel edele gestrenge heer, in de onmogelijkheid van de broodzetting geregeld te bepalen, vermits wij op te grooten afstand van eene graanmarkt gelegen zijn, en nooit vroegtijdig den prijs der granen kunnen kennen. Het waar te wenschen, zoo voor de uniformiteit als voor alle misbruiken te voorkomen dat de gedeputeerde staten zich gewaardigde te bepalen dat alle de gemeenten zouden gehouden zijn zich te regelen naar de hoofdplaats van het kanton of naastgelegene plaats alwaar eene graanmarkt bestaat, of anders van eene commissie, samengesteld van eenige leden van de plaatselijke besturen, te benoemen, de welke zou gelast zijn voor al de gemeenten van het kanton een generaal tarief vast te stellen en zoodra er veranderingen in den prijs der granen
111
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
ontstaan, dezelve aan de gemeentebesturen mede te deelen, zonder welke het KB ten platte land nooit ten uitvoer zal gebragt worden. Den burgemeester en assessoren. UC 310 - Malderen 1 mei 1826 Aan den heer opziener der schole te Assche - De provisionele aanstelling van J. De Schrijver tot onderwijzer in plaats van J. Vanderlinden, en F. Lemmens tot ondermeester binnen deze gemeente, met verzoek van dezelve te willen goedkeuren en ter kennis van Zijne Excellentie den minister van binnenlandsche zaken te brengen. Den burgemeester. UC 311 - Malderen 5 mei 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Proces verbaal der opening van de stembus. Den burgemeester UC 312 - Malderen 6 mei 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Eene certificatie van behoeftigheid ten voordeele van Polfliet Jozef, onzen inwoner, ten einde door Ue te worden goedgekeurd. Den burgemeester van Malderen. UC 313 - Malderen 18 mei 1826 Aan de wel edele gestrenge heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 5 dezer omtrent het verzoek van Isaac Reyers, desservitor dezer gemeente, strekkende om eene verhooging van traktement of eene gratificatie te bekomen wegens zijne lange diensten ende krankheden, geef ik mij de eer Ue de naarvolgende inlichtingen mede te deelen. Ouderdom: 62 jaren. Lichaamskwalen: blind, zonder hoop van beternis. Verrigte diensten: 19 jaren desservitor dezer gemeente en gewijd den ... Zijn zedelijk en politiek gedrag: een goed onberispelijk zedelijk gedrag; nooit heeft hij hem 't zij directelijk of indirectelijk met politieke zaken bemoeid en ten allen tijden hem aan de gouvernements bevelen zonder tegenzeg onderworpen en dezelve geëxecuteerd. Jaarlijksche ontvangst uit schatkist: 250 gulden en 125 gulden gratificatie. Jaarlijksche ontvangst, gemeente: 150 gulden. Jaarlijksche ontvangst, kerkfabriek: geene Van vrijwillige giften: geene Kerkelijk pensioen: geene Eigen middelen: geen voor zoo veel ons bekend is. Beloop van de accidentalia: geene, terwijl hij buiten staat is zijne diensten of ambt uit te oefenen en een co-adjutor heeft aan wie de accidentalia van het ambt toehoort. Houding tegenover de besluiten van 14 juny en 11 july laatstleden aangaande het Collegium Philosophicum: goed, want in het jongstleden jare als wanneer deze besluiten alhier afgekondigt zijn heeft hij aan mij gezegt dat dit Collegium een goed en wijs inrigting is. De burgemeester. UC 314 - Malderen 30 mei 1826 Aan de heer Cheual en juffrouw De Landtsheer te Brussel en Opwijk - Daar in het jongstleden jaar Ue met Joseph De Landtsheer en Jan Baptist De Wachter, bevolen is de brugge genaamd den Ezel, gelegen aan Ue goed in de Broekstraat, behoorlijk te herstellen, en dit tot
112
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
heden nog zijne uitwerking nog niet gehad hebbende aanzoeken wij Ue nog andermaal van dit bewust werk binnen de 8 dagen na ontvangst dezes te doen verrigten, faute van welke het ambtshalve zal worden gedaan. De burgemeester. GR N° 64 3 Juny 1826 (Kort) Gemeenterekening 1825, voorgelegd door Jan Bapt. Verstraeten, gemeenteontvanger. - Algemene ontvangsten: 1697,20 - Algemene uitgaven: 1433,44 - 5,00, teveel betaald aan 2 assessoren over 4 laatste md. - Batig slot 268,76 gulden UC 315 - Malderen 3 juny 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De rekening van onzen plaatselijken ontvanger over den jare 1825, behoorlijk gesloten, met alle de daartoe betrekkelijke bewijsstukken. De burgemeester PV-ZN Datum van het vonnis: 6-6-1826 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Aerts Carolus Beroep: daglooner Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 6,91 UC 316 - Malderen 16 juny 1826 Aan de heer controleur der directe belastingen te Assche - De staat der eigenaars van het vee over 1826. De burgemeester. GR N° 65 15 July 1826 Den raad... is ingevolge het K.B. van 25 January 1826 en om te voldoen aan de bepalingen bij de instructie tot het regelen der uitvoering van hetzelve besluit nopens de broodzetting voorgeschreven, overgegaan tot het vaststellen der broodzetting binnen deze gemeente. Gezien de art. 10, 11, 12 en 13 van de aangehaalde instructie. Gezien de, ingevolge art. 4 en 5 van zijne M. voormeld besluit, gedane proefnemingen. Herzien onze beraadslaging van den 20 April laatst houdende bepaling der broodsoorten; en na genomen inlichtingen en onderzoek, bepaald voor deze gemeente de volgende broodzetting, te weten: Een mudde graan 1° voor brood van enkel Rogge - Maalloon op zestig cent 0,60 - Hout op 54 cent 0,54 - Gist voor 20 cent 0,20 - Zout, 12 cent 0,12 - Bakloon, 40 cent 0,40 - Winst voor den bakker, 56 cent 0,56 Totaal 2,44
113
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Men trekt af voor de houtskolen, 22 cent - 0,22 Blijft 2,22 Dus dat een pond brood van enkel rogge kan genomen worden op zes 24/100 cent. 2° voor brood van enkel tarwe gebuild - Maalloon op zestig cent 0,60 - Brandstoffen op 46 cent 0,46 - Gist op 40 cent 0,40 - Zout, 7 cent 0,07 - Bakloon, 40 cent 0,40 - Winst voor den bakker, 60 cent 0,60 Totaal 2,53 - Af te trekken voor de zemelen, 46 cent 0,46 - Af te trekken voor houtskolen, 18 cent - 0,18 Blijft 1,89 Dus dat een pond brood van rnkel tarwe gebuild kan genomen worden op negen 67/100 cent. 3° voor brood van enkel tarwe ongebuild - Maalloon op zestig cent 0,60 - Brandstoffen 50 cent 0,50 - Gist voor 35 cent 0,35 - Zout, 9 cent 0,09 - Bakloon, 40 cent 0,40 - Winst voor den bakker, 56 cent 0,60 Totaal 2,54 - Men trekt af voor de houtskolen, 19 cent - 0,19 Blijft 2,35 Zoodat een pond brood van enkel tarwe ongebuild kan genomen worden op zeven 87/100 cent. UC 317 - Malderen 15 july 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel. 1) De omslagsrolle voor het schoolfonds over 1826. 2) Het proces verbaal en staat nr. 1 der broodzetting binnen deze gemeente. 3) De staat der alhier gedurende het 2de kwartaal gedane visiten nopens maten en gwichten, welk stuk bij briefwisseling van den 5 dezer Ue nog is overgemaakt geweest. De burgemeester. UC 318 - Malderen 15 july 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening van 's heeren gouverneurs omzendbrief dd 16 february MA 30, omtrent de collecte voor den gewapenden dienst, geef ik mij de eer Ue te berichten dat deze collecte over den loopende jare alhier heeft plaats gehad en bedraagt te somme van fl. 1,89, is gestort geworden in de kas van de thesaurier der kommissie binnen dit district. De burgemeester. UC 319 - Malderen 20 july 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staat der benoodigde bladeren tot het vormen der registers van den Burgerlijken Stand onzer gemeente voor het jaar 1827. De burgemeester. UC 320 - Malderen 29 july 1826 Aan den heer ontvanger der registratie te Humbeek - De staat der alhier bestaande gestichten met opgave der respective ontvangers. De burgemeester. UC 321 - Malderen 5 augusty 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het lastkohier voor de verpachting onzer waag gedurende de jaren 1827, 1828, 1829, voor de goedkeuring te ontvangen. De burgemeester.
114
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 322 - Malderen 12 augusty 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Bij Ue missive van den 31 july den staat der door deze gemeente over het gesticht der vondelingen te Brussel verschuldigde gelden, over het onwettig kind Elisabeth Seghers, alhier den 31 january 1825 geboren, ontvangen hebbende, moeten wij Ue daaromtrent doen aanmerken dat de moeder van dit kind bij name Maria Catharina Seghers, oud thans zij baarde 18 jaren, geboren te Puurs, omtrek Mechelen, provincie Antwerpen, dienstmeid, dochter van wijlen Jozef en Anna Catharina Verschuren, toen zij leefden beide gehuisd te Puurs en aldaar overleden, hebbende voor voogd Jan Frans Pollaert, kleermaker, gewoond hebbende te Puurs en thans gehuisd te Mechelen, nooit alhier gekend geweest is noch hare huisvesting gehad heeft. Zij is alhier eenige dagen voor haar baren gekomen bij Hendrik Van Riet, hare kennis, alwaar zij tot hare hersteltenis verbleven is en dan wederom vertrokken. Terwijl zij alhier nooit hare domicilie gehad heeft en zelfs ingevolge het artikel 108 van den burgerwetboek dezelve alhier niet kan hebben, zo beweren wij dat het beloop van den bedoelde staat door deze gemeente niet moet worden gedragen en dien tengevolge sturen wij Ue den in kwestie staat hier nevens terug. Wat de kosten van Coleta Lauwereys over 1825 betreft, die zijn van 1 january tot 27 july 1825, beloopende tot 14,23 gulden, voldaan, alswanneer het kind door de moeder is terug gehaald, blijkens brief van den bestuurder van het zelve gesticht, hier nevens gevoegd. Wij aanzoeken Ue ootmoedig van aan dit alles regt te doen. De burgemeester en assessoren. GR N° 66 - 20 Augusty 1826, 10u00 (Kort) Notaris Johannes Baptist De Bock (Malderen) (dezelfde als de secretaris) deponeert zijn handtekening en paraaf in het register der beraadslagingen, conform art. 49 van de wet van 25 Ventose jaar 11. UC 323 - Malderen 26 augusty 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 19 dezer omtrent het reglement van daarstelling van een schoolfonds binnen deze gemeente, geef ik mij de eer Ue te berichten dat volgens wil van het bestuur en ingevolge art. 10 van het gemeld reglement, de jeugd onder de 15 jaren in de dagscholen en de gene daar boven in de avondschool moeten worden aangenomen, zoo ende gelijk het tot heden in gebruik is en voortaan zal blijven volherden, schoon Ue uit het art. 2 en 10 van hetzelve reglement wilt besluiten dat de leerlingen van 12 tot 15 jaren niet in de dagscholen aangenomen maar tot de avondschool verzonden worden. Maar hieromtrent moet ik Ue doen aanmerken dat volgens art. 2 de kinderen beneden den 5 en boven 12 jaren oud kunnen en mogen verschoond worden van jaarlijks in het schoolfonds voor een gulden te contribueren, en daarom hun door de onderwijzer niet kan geweigerd worden van ter dagscholen te komen. De burgemeester. GR N° 68 - 4 september 1826 (Ingekort) Begrooting 1827 Vermeerderingen en verminderingen van uitgaven in vergelijking met het afgeloopen jaar. Gewone uitgaven. Alle voorgedragen even als zij in het vorig jaar zijn toegestaan. Onvoorziene uitgaven en posten van herhaling. - N° 25 - Jaarwedde aan twee assessoren. In gevolge de missive van den Wel Edele Gestrenge heer Distriktskommissaris te Brussel, van den 28 Mei j.l. aan de twee assessoren dezer gemeente, een jaarwedde van 60 guldens toegestaan zijnde, welke somme in de begrooting van 1826 niet gebragt is, word de zelve alhier voor regularisatie voorgedragen. - N° 26 - Over het opmaken der tienjarige tafels van den Burgerlijken Stand. Deze tafels bij brief van de distrikstkommissaris in dato 18 July ontvangen hebbende, met tevens van
115
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
daar over aan de heer Griffier bij de regtbank van eersten aanleg te Brussel te betalen de somme van Fl. 19,89, dien te gevolge word deze somme insgelijks alhier voor regularisatie gebragt. - N° 27 - Opmaken van het kerkhofmuur tot vergrooting der markt. Den toeloop der vremdelingen op de wekelijksche markt alhier, sedert 2 à 3 jaren zoodanig vermeerdert zijnde, dat het marktplein te klein geworden is; en geene andere middelen hebbende nog vindende voor hetzelve te vergrooten dan het verkleinen van het kerkhof, dat driemaal te groot is, is er goed gevonden een gedeelte daar van af te nemen, het welk door het kerkbestuur word toegestaan en ter goedkeuring van den aartsbisschop te Mechelen is gezonden. In hope dat dit werk, strekkende tot de algemeene intrest der inwoners de bedoelde goedkeuring zal ontvangen, word alhier tot het bouwen van eene nieuwe kerkhofmuur, volgens bestek hiernevens gevoegd, eene bekosting van Fl. 122,86 voorgedragen. Aldus gedaan en overwogen te Malderen in zitting van date als boven. UC 324 - Malderen 9 september 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het aanbestedings proces verbaal der waag, voor de goedkeuring te ontvangen. De burgemeester. GR N° 67 – 13 september 1829 Extract der Minuten berustende ter griffie der regtbank van eersten aanleg zitting houdende te Brussel, alwaar zich bevind als volgt. In de te regtzitting gehouden bij de vacatiekamer der regtbank van eersten aanleg te Brussel den 17 augusty 1826, tegenwoordig de heeren Kerry, vice-president, Dewargny, regter, Barbé, advokaat doende de fonctien van regter, De Scheppere, substituut procureur des konings, is verschenen den heer Joannes Baptist De Bock, benoemd bij besluit van Zijne Majesteit van de 23 July laatst, tot den post van notaris te Malderen. Den comparant, op het verzoek van het openbaar ambt, heeft in handen van den heer vicepresident den volgenden eed afgelegd: “Ik zweere dat ik om tot den post van notaris te worden benoemd, directelijk of indirectelijk, aan geene personen hetzij in of buiten het bestuur onder wat naam of voorwendsel ook, eenige giften of gaven beloofd of gegeven heb, of beloven of geven zal. Ik zweere dat ik de gemelde post ter goeder trouw met alle naarstigheid, eerlijkheid en onzijdigheid zal waarnemen, zonder mij van de stipte vervulling der pligten die op mij zullen rusten te laten aftrekken. Zoo waarlijk helpe mij God almagtig." Waar van akte, geteekent door den heer vice-president en den griffier (J. Kerry en J. Gaffé). Geregistreerd te Brussel den 5 sept. 1826, register 187 blad 133 vak 2. Ontvangen 12 guldens voor registratie, 1,56 gulden voor syndikaat. Voor gelijkvormig afschrift (geteekend J. Gaffé, griffier) Op de expeditie staat: ontvangen 1 gulden voor griffieregt, 13 centen voor opcenten en 13 centen voor syndikaat. Te Brussel den 13 september 1826, blad 154 vak 5 van den 178 reg. Voor gelijkvormig afschrift, de burgemeester van Malderen. UC 325 - Malderen 27 september 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De begrooting van 1827 en alle de daartoe betrekkelijke bewijsstukken, ter uitzondering van den begrooting der kerk. UC 326 - Malderen 29 september 1826 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen verklaren en betuigen dat de heer Philippus Jozef De Cat, gewezene ontvanger der gemeente inkomsten dezer gemeente en thans ontvanger der directe belastingen te Londerzele, het batig slot zijner gemeenterekening voldaan heeft en overigens dat hij aan deze gemeente niets verschuldigd is. UC 327 - Malderen 3 october 1826
116
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Den staat der gedane visten (maten en gewichten) gedurende het 3de kwartaal 1826; den staat der geboortens, huwelijken en overlijdens der maand september. De burgemeester. UC 328 - Malderen 3 october 1826 Aan de heer Jaspers, vaccinateur te Londerzele, den staat van geboortens gedurende het 3de kwartaal ontstaan. GR N° 69 - 17 October 1826 (Kort) Benoeming van de commisie 1825 die moet benoemen "de vereischt wordende schatters en bijschatters, geschikt om de noodige taxatien, opnemingen en tellingen der personele belasting": Jozef Slachmuylders, schepen, en Johannes Benedictus Lemmens, raadslid. UC 329 - Malderen 18 october 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De beraadslaging houdende benoeming van twee raadsleden tot het benoemen der schatters en bijschatters voor de personele belasting. De burgemeester. UC 330 - Malderen 22 october 1826 Aan den heer Van Geert, secretaris der schoolcommissie te Brussel - Duplicata van kwitantie van het gebruik der somme van fl. 800, toegestaan door Z.M. tot het optimmeren van een schoollokaal. De burgemeester. UC 331 - Malderen 25 october 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Den staat van de vaccine van den 3de timester 1826. De burgemeester. UC 332 - Malderen 15 november 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De kerke rekening over 1825 en de begrooting over 1827. De burgemeester. PV N° 9 - 18-11-1826 - Wit gemaakte centen Het jaar duizend acht honderd zes en twintig den achttienden der maand November ten acht uren s’morgens, wij Judocus Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, door het openbar gerugt gehoord hebbende dat alhier op de Markt wit gemaakte centen voor stukken van vijfentwintig centen in omloop gegeven waren, in gevolge van welke, hebben wij aanstonds daar onderzoek op gemaakt en doen afkondigen dat al wie zulke stukken had ontvangen, verplicht waren de zelve ter onzer secretary te depasseren, en zijn gekomen: 1) Petrus Robyns oud zes en twintig jaren, landbouwer wonende Ramsdonck, die aan ons verklaard heeft drie wit gemaakte centen voor vijfentwintig cents ieder, ontvangen te hebben, van den persoon Constantinus De Lantsheer, bijgenaamd Stien den bier/vlaskooper wonende te Baesrode, district Dendermonde, provincie Oost Vlaanderen, en 2) Johannes Clairbout, oud zes en dertig jaren, landbouwer wonende te Londerzele in den Moorhoek, die insgelijks heeft verklaard van den genoemden De Lantsheer ene soort gelijke stukken ontvangen te hebben. Maar dat beide comparanten dezelve stukken aan de Lantsheer hadden terug gegeven en goede stukken van vijf en twintig cents in de plaats gehad hebben. Op welke verklaring wij burgemeester, vergezeld van Johannes De Schryver, veldwachter ter dezer gemeente, den opzoek van den persoon De Lantsheer doende, hebben wij hem aanstonds achter een houtmyt, bezig
117
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
met zijn gevoeg te doen, gevonden, en wij, na hem te hebben overtast, zonder valsche- of wit gemaakte stukken op hem te bevinden; seffens aldaar verder gezocht en heeft den veldwachter onder eene gescheurde flassche vijf wit gemaakte cents gevonden die dito De Lantsheer daar hadt verborgen zoo als hij heeft bekend, en ook beleden dat hij die vijf stukken in omloop gegeven had, als dezelve in de stad Dendermonde van zijne verkochte waren te hebben ontvangen. Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal, voor met de vijf witgemaakte Centen, overgemaakt te worden aan wie behoort. Gedaan te Malderen date als boven. Get. Willocx, burg. UC 333 - Malderen 20 november 1826 Aan den wel edele gestrenge heer procureur des konings bij de rechtbank te Brussel - Proces verbaal tegen Constantinus De Lantheer, vlaschkooper te Baasrode, voor wit gemaakte centen in omloop gegeven te hebben. De burgemeester. UC 334 - Malderen 9 december 1826 Aan den wel edele gestrenge heer procureur des konings bij de rechtbank te Brussel - Nog nadere inlichtingen bekomen hebbende omtrent den persoon van C. De Lantsheer, koopman te Baasrode, tegen wie wij proces verbaal hebben opgemaakt over het witmaken van centen, geloven wij van onze plicht te zijn Ue het volgende te berichten, dat den genoemden Joannes Cools, landbouwer wonende te Opdorp, gezien heeft dat genoemden De Lantsheer, alhier op de markt nog aan eenen derden en onbekenden persoon, drie wit gemaakte centen van 25 centen ieder heeft uitgegeven. Volgens het openbaar gerucht heeft De lantsheer van over drie à vier jaren zich met dit bedrog bezig gehouden. Want 't is ons verklaart dat Maria Anna De Hertefeld, vrouwe van Pieter De Pauw, metser, en Clara Marlier, koopvrouw, beide wonende te zelve Opdorp, gezien hebben dat de vrouwe van meergenoemden De Lantsheer, (ge)leden 2 à 3 jaren, te Dendermonde op de markt, eene fransche Kroon gewisseld heeft met wit gemaakte oorden voor stukken van 5 stuivers en na dat het erkend was valsche stukken te zijn, zij Maria Anna De Hertefeld en Clara Marlier met den persoon die de zelve had ontvangen in de woninge van De Lantsheer te Baasrode gegaan zijn voor het zelve terug te geven en ander geld te bekomen, en alwaar zijnde, De Lantsheer en zijne vrouwe, in het eerst ontkende maar hun gedreigd hebbende van deze feit ter kenisse van den heer burgemeester der gemeente Baasrode te brengen, zij aanstonds het wit gemaakte geld ingetrokken hebben. (Hier ontbreekt 1 regel) De burgemeester. UC 335 - Malderen 12 december 1826 Aan de griffier der provinciale staten te Brussel - De somme van fl. 24,5 voortskomende van de vrijwillige giften ter ondersteuning van de noodlijdende menschen, de welke met de epidemische ziekte in de noordelijke provincies. De burgemeester. UC 336 - Malderen 12 december 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ingevolge 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 24 november MA 77, omtrent de instellingen van weldadigheid, geef ik mij de eer hier nevens over te maken de daarbij gevraagde staten (huiszittende armen). De burgemeester. DIV - Brussel, den 16 december 1826 Voorloopig reçu. Ontvangen van den bode van Wolverthem de somme van 5 gulden 24,5 cents, gestort door het gemeentebestuur van Malderen ten behoeve der hulpvereischende zieken in Friesland.
118
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
GR N° 70 - 20 December 1826, 13u00 Hebben wij N. Brancart, schoolopziener van het 12de schooldistrikt in de procincie ZuidBraband, sectie Assche, ons begeven ten raadhuize der gemeente Malderen ten einde van aan het bestuur der zelve gemeente kennis te geven dat zijne excellentie den minister van binnenlandsche zaken autorisatie verleend heeft en zulks overeenkomstig met het bepaalde bij art. 15 der voorloopige instructie voor de distrikt-schoolopzieners en commissien van onderwijs van 20 Mey 1821, tot de aanstelling van Josephus De Schrijver, bezittende den derden rang, tot onderwijzer te Malderen, en ter zelver tijd de genaamde De Schrijver tot zijn onderwijzerspost aan te stellen en te installeren. En alwaar zijnde, wij gevonden hebben de heeren J. Willocx, burgemeester, A.F. De Laet, assessor en J.B. De Bock, secretaris, aan dewelke wij dadelijk kennis gegeven hebben van de verleende autorisatie, waar naar wij de genoemde De Schrijver hebben uitgenoodigd van zich aanstonds ten gemelde raadhuize te willen begeven, aan welk verzoek hij heeft voldaan, en voor ons verschenen zijnde, hebben wij hem insgelijks van den meer beroepene verleende autorisatie tot zijne aanstelling bericht en kennis gegeven; dit gedaan zijnde en nadat hij Josephus De Schrijver, in de tegenwoordigheid van het plaatselijk bestuur, had verklaard gemelde onderwijzerspost te aanvaarden en met alle eer en deugdzaamheid uit te oefenen, hebben wij hem verklaard in zijne functien aangesteld en geïnstalleerd te zijn. Gedaan te Malderen den 20sten December 1826 N. Brancart, schoolopziener. UC 337 - Malderen 27 december 1826 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening aan Ue missive van den 20 dezer geef ik mij de eer Ue te berichten dat Jozef De Schrijver, bezittende den derden rang, en benoemd tot onderwijzer dezer gemeente, den 20 dezer maand december door den heer districts schoolopziener te Assche, in onze tegenwoordigheid, aangesteld is geweest en alsdan zijnen onderwijzerspost heeft aanvaard. De burgemeester. GR N° 71 - 28 December 1826. Den raad... is overgegaan tot het delibereren omtrent de middelen en de wijze hoe in de voldoening van den aanslag dezer gemeente in de admodiatie der belasting op het gemaal, over den dienst 1827 zal worden voorzien. Gezien het statens besluit in dato 24 november 1826, M.A. 83 en den daar aangevoegden staat, bij den welken deze gemeente in de bedoelde admodiatie, voor haar aandeel, tot de totale somme van Fl. 1426,80 aangeslagen is. Gezien de rekening van den plaatselijken ontvanger voor het dienstjaar 1825 alsmede de begrootings voor het jaar 1827 door den gemeenteraad opgemaakt waarbij blijkt dat de gemeente geene vrij noch beschikbare fonds bezit en dien tengevolge het bedrag van den aanslag der admodiatie, geheel nochte gedeeltelijk, uit de gemeente-inkomsten niet kan worden bestreden. Besluit. Den aanslag dezer gemeente Malderen in de admodiatie der belasting op het gemaal over het dienstjaar 1827, bedragende 1426,80 Fl. zal over de ingezetene der gemeente worden omgeslagen op den voet en manieren als het bij art. 3 van beroepen statens besluit is voorgeschreven. Gedaan te Malderen, etc. Willocx, De Laet, Daelemans, Lemmens, Kuyckens, De Bock. UC 338 - Malderen 28 december 1826 Aan de heer secretaris der commissie van onderwijs in Zuid-Braband te Brussel - Ter antwoording aan Ue missive van den 20 dezer omtrent de rekeningen en verantwoordingen van de fl. 800, bedrag der rijks-subsidie tot het opbouwen van het schoollokaal dezer gemeente,
119
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
geef ik mij de eer Ue te berichten dat ik bij mijn brief van den 18 october nr. 330 de kwitantie van gemeld fl. 800 afgleverd door den aannemer welke het schoollokaal heeft opgetimerd, heb overgemaakt. De burgemeester.
120
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1827 **** UC 339 - Malderen 4 january 1827 Aan den heer Jaspers, doctor te Londerzele - Den staat van geboorten binnnen dees gemeente gedurende het 4de kwartaal 1826, met verzoek van mij zonder uitstel den nominativen staat der door U binnen deze gemeente gedurende het zelve kwartaal gevaccineerde personen toe te sturen. De burgemeester. UC 340 - Malderen 4 january 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) De alphabetische lijst van gepleegde misdaden en overtredingen gedurende 1826. 2) De staat van geboorten, huwelijken en overlijdens december 1826. 3) De staat der gedane visiten (maten en gewichten) 4de kwartaal 1826. De burgemeester. UC 341 - Malderen 12 january 1827 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene oninbaren posten bestaan op het kohier van verdeeling der belasting op het gemaal, gedurende de zeven laatste maanden van 1825. UC 342 - Malderen 16 january 1827. Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Daar wij bij Ue missive van den 9 dezer de staat der kosten van het verlatene kind van Catharina Seghers, verschuldigd aan de Godshuizen te Brussel, ontvangen hebben, ten einde de zelve kosten te doen betalen, is het van onze pligt hier omtrent Ue wederom te doen aanmerken dat de genoemde Catharina Seghers toen zij baarde maar den ouderdom van 18 jaren bereikte, dat zij voor voogd heeft Jan Frans Pollaert, kleermaker, gewoond hebbende te Puurs en thans gehuisd te Mechelen, nooit alhier gekend geweest is noch op den staat der inwoners ingeschreven, overigens dat ingevolge het artikel 108 van den burgerwetboek en de wet van 28 november 1818, staatsblad nr. 40, wij deze gemeente voor haar domicilie van onderstand niet kunnen herkennen noch daarvoor kan beschouwd worden, en dien tengevolge geven wij ons de eer Ue de bestelde staat van kosten terug te zenden. De burgemeester en assessoren. UC 343 - Malderen 23 january 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Kopij der begrooting van de fabriek der kerke dezer gemeente over 1827. De burgemeester UC 344 - Malderen 23 january 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staten betrekkelijk tot de koepokstof inentingen over het 4de kwartaal 1826. De burgemeester. UC 345 - Malderen 23 january 1827 Aan de militie commissaris te Brussel - De inschrijvingsregister en alphabetische lijst der lotelingen over 1827. De burgemeester.
121
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 346 - Malderen 3 february 1827 Aan de heer controleur der directe belastingen te Assche - De rolle van het vee 1827. De burgemeester. UC 347 - Malderen 10 february 1827 De burgemeester en assessoren van Malderen, ter voldoening aan 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 25 january nr. 15, verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene werkhuizen nog fabrieken aanwezig zijn. UC 348 - Malderen 15 february 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) De staat der in 1826 plaats gehad hebbende koepokstofinentingen. 2) De staat der grondverdeeling. 3) Ontkennend attest aanwezigheid fabrieken. De burgemeester. UC 649 - Malderen 15 february 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het is met verwondering dat ik zie de speciale benoeminge van gisteren van De Raedemaker, de bijzondere commissaris, ten einde zich alhier te begeven om er te halen de vereischte opgave aan de rondzendbrief dd 12 december 1826 (nopens de inkomen der kerkfabrieken) daar dit stuk bij brief van 23 january nr. 343 Ue is toegezonden. Indien dit stuk in Ue bureel geëgareert is ben ik bereid Ue andermaal het zelve over te maken, waarover ik Ue antwoord zal afwagten. De burgemeester. UC 350 - Malderen 19 february 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het dubbel van den staat der inkomsten van ons fabriek der kerke, aan Ue overgemaakt bij mijn brief van den 23 january nr. 343, en gevraagd bij kreitsbrief der gedeputeerde staten dd 12 december 1826 nr. 93. De burgemeester. UC 351 - Malderen 20 february 1827 Aan de heer controleur der directe belastingen te Assche - De register, legger en declaratoiren der patentschuldigen over 1827. De burgemeester UC 352 - Malderen 27 february 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staten van de beweging der bevolking van 1826. De burgemeester. UC 353 - Malderen 3 maart 1827 Aan de heer militie commissaris van het arrondissement Brussel - De genoemden Benedictus Caluwaerts, milicien dezer gemeente in de 15de afdeeling infanterie, 3de bataljon, in garnizoen te Antwerpen, die zich nooit aan desertie pligtig gemaakt heeft, hem reeds tot twee maal aan zijn kapitein en major aangeboden hebbende tot het bekomen van het attest I hetwelk moet dienen tot vrijstelling van zijn broeder in de aanstaande lotinge, deze officieren hebben hem telkens verzonden en voor de eerste maal gezeid dat het plaatselijk bestuur zijner gemeente gehouden was dit attest af te geven, en voor de tweede maal dat den burgemeester daaromtrent een brief aan den Kolonel moeste schrijven.
122
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Niet wetende wat redenen er bestaan voor aan dezen jongeling het bewust attest (niet) af te geven, zoo geef ik mij de eer Ue te aanzoeken van dit attest te doen afleveren door wie het behoort en mij het zelve zoo dra mogelijk te doen geworden. De burgemeester. GR N° 74 Zitting van den gemeenteraad van Malderen van den 14 Maart 1827. Tegenwoordig de heeren Judocus Willocx, burgemeester, Adriaan Francis De Laet, Antoon Daelemans, Jan Baptist De Vleminck, Joannes Benedictus Lemmens, Pieter Kuyckens, raadsleden, en Jan Baptist De Bock, secretaris, verzameld tot het opmaken van een politie reglement binnen deze gemeente. Gezien den artikel 26 van het reglement van bestuur over het platte land dezer provincie, goedgekeurd door zijne majesteits besluit van den 23 July 1825 nr. 132. Gezien de wet van den 6 Maart 1818, staatsblad nr. 12. Overwegende dat het meestendeel der wetten en reglementen nopens de politie gansch veronachtzaamt zijn en dat het diens volgens van het grootste belang is den uitvoer der zelve aan de inwoners te herinneren. Overwegende dat het dikwijls gebeurt dat sommige omstandigheden, alhoewel strijdig tegen de grondbesginselen der wetten, de politie en het goed order betreffende, nogtans niet woordelijk beschreven zijn in hunne schikkingen, en dat daardoor twijfels ontstaan in het toepassen der dwangmiddelen, het de pligt is van het bestuur daar in te voorzien voor zoo veel het zelve zich bevind in zaken die aan zijn gebied in toezicht zijn toebetrouwt. Hebben besloten. Reglement van politie Eerste Hoofdstuk - Politie van veiligheid. Eerste afdeeling - Behoefmiddelen tegen brand en pligten der inwoners in ongelukkige voorvallen. 1. Niemand zal mogen op pachthoven of straten gaan met eene brandende pijpe die niet bedekt is, op straffe van eene boete van 50 cents. 2. Het is verboden, ter welker oorzake het zij, van kanons, geweren of vuurwerken af te schieten zonder toelating van den burgemeester of van den assessor bezonderlijk belast met de politie. Alle overtredingen zullen gestraft worden met eene boete van 1 tot 5 francs of 47 cents tot 2 gulden 36 cents, en met een gevangenis van drie dagen volgens omstandigheden. Daarenboven zullen de schietgeweiren of andere diergelijke stukken verbeurd worden. Wetboek van strafrecht art. 471, 472, 473. Tweede afdeeling - Behoefmiddelen om verscheide onheilen te voorkomen. 3. De bornputten op of tegen publieke plaatsen zullen ten minsten eenen meter of elle boven den grond moeten opgemetst worden of met eene houte schutsel van de zelve hoogte omringt zijn op straffe van eene boete van 1 à 6 guldens. 4. Alle eigenaars van huizen of gebouwen welke dreigen te vallen en alzoo eenig gevaar zouden kunnen veroorzaken zullen gehouden zijn op het aanzoek van het plaatselijk bestuur en op den tijd die daar toe zal worden bepaald, dezelve in behoorlijken staat te stellen of af te breken, en in geval van daar aan niet te voldoen, zal de afbreking geschieden ten hunnen koste en daarenboven zullen zij vervallen in eene boete van 1 tot 5 francs of 47 cents tot 2,36 gulden. Wetboek van Strafrecht art. 471. 5. Niemand zal mogen den doortogt op de publieke wegen verhinderen of stremmen, met aldaar te laten liggen eenige puinhoopen, steenen, hout of andere bouwstoffen, als ook mest en vuilnishoopen en diergelijke voorwerpen die de straten kunnen belemmeren. 6. De metsers, stroo- en schaliedekkers en andere werklieden mogen geene steenen, pannen, schalien of diergelijke dingen van boven de gebouwen op straten of in rivieren en waterloopen werpen; zij zijn genoodigd dezelve in manden af te laten.
123
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
7. Dusdanige werklieden zijn insgelijks verpligt van eene ladder, plank of andere teeken uit te hangen wanneer zij werken aan het opperste van een gebouw, ten einde de voorbijgaanden daar van te waarschuwen. De overtreders aan dezen artikel en aan de twee voorgaande zullen gestraft worden met eene boete van 1 tot 5 francs of 47 cents tot 2,36 guldens. Wetboek van strafrecht art. 471. 8. Zijn verboden op straten of publieke plaatsen de speelen dewelke aan de gebouwen en vensterwerken schade zouden konnen toebrengen of eenigen hinder aan de voorbijgaanders veroorzaken. De overtreders zullen vervallen in eene boete van 2 gulden en daarenboven instaan voor de schaden en onheilen die daar uit zouden gesproten zijn. Ingeval zij buiten staat zijn die boete te betalen zullen zij de straffe van eenen dag gevangenis onderstaan indien 's goed gevonden wordt. 9. De gene die gevaarlijke honden laten los loopen staan in voor de onheilen die zij kunnen veroorzaken en vervallen in eene boete van 6 tot 10 francs of 2,83 tot 4,72 guldens. Wetboek van strafrecht art. 475. Daarenboven zal het aan den politieambtenaar vrij staan dusdanige losloopende honden te dooden. 10. Zullen de straffen gemeld in artikel 475 van den wetboek onderstaan, de gene die hunnen honden zouden ophitzen of niet wederhouden wanneer de zelve de voorbijgaanders of reizigers leed of schade zoude veroorzaakt hebben. 11. Alswanneer burgemeester en assessoren het zouden noodig oordeelen zal het hun geoorloft zijn te gebieden dat alle losloopende honden moeten gemuilband zijn. De overtreder van dusdanige schikking zal kunnen gestraft worden met eene boete van 1 tot 3 gulden. Tweede Hoofdstuk - Politie der herbergen, toezigt wegens de vremdelingen. Eerste afdeeling - Van de herbergen. 12. De herbergen en andere openbare vergaderingen zullen des avonds gesloten worden, van den 1 October tot den 31 Maart ten 9 uren en van 1 April tot 30 September ten 10 uren, 't zij dat het sluiten der zelve door het luiden der vertrek-klok aangekondigd wordt of niet. 13. Alle herbergiers en drankverkoopers die na de uren in den voorgaanden artikel bepaald, onder welke voorwendzel het ook zij, zullen tappen, dranken schenken of verkoopen voor andere persoonen dan voor degene welke bij hun vernachten, of iemand in hunne herbergen of huizen zouden gedoogen, zullen gestraft worden met eene boete van 3 tot 6 gulden. 14. Niemand hoegenaamd dan de personen aldaar gelogeerd zal ook in de voormelde huizen mogen blijven naar de uren hierboven bepaalt op straffe van eene boete van 3 gulden of van eenen dag gevangenis indien de overtreder de geldboete niet zoude kunnen betalen. 15. Het is verboden aan de herbergiers en andere personen van in hunne huizen spel te houden of openbare vrolijkheden te gedoogen de kermisdagen uitgezonderd, zonder duidelijke en schriftelijke toelating van het plaatzelijk bestuur, op straffe van eene boete van 6 gulden, en daarenboven zullen dezelve verheugingen alsdan seffens moeten ophouden. In geval van wederspannigheid zal de boete dubbel zijn. Tweede afdeeling - Huisvestingen. 16. De herbergiers en logeerders zijn gehouden dag par dag in te schrijven, op den register daar toe bestemd, de namen, ouderdom, stiel, gewonelijke woonplaats en alle andere hoedanigheden van de gene die bij hun vernachten, zelfs voor één maal, als ook de dagteekening van hun inkomen en uitgaan. Art. 157 van de wet van 22 July 1792. 17. Zij zijn gehouden hunne voormelde register te toonen aan den eenen of den anderen ambtenaar van het gemeentebestuur belast met de politie, zoo menigmaal zij daartoe zullen worden aanzocht. Art. 5 van de wet van 22 July 1792 18. Het is stiptelijk verboden aan alle inwoners schuilplaatsen te geven aan landloopers en bedelaars. 19. De overtreders der schikkingen, bepaald bij de artikelen 16, 17 en 18 van dit reglement zullen vervallen in eene boete van 3 guldens. Derde afdeeling - Openbare rust.
124
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
20. Om te voorkomen dat de schikkingen van den 12e artikel niet wordt verijdelt, is het striktelijk verboden aan eenieder zich te verzamelen naar de uren in den zelven artikel voormeld, voor de deuren der herbergen of op andere plaatsen om aldaar te drinken of gezelschappen te maken, op straffe van eene boete van 1 tot 3 guldens voor iederen persoon die zal in overtreding bevonden worden, en in geval hij die boete niet zou kunnen betalen zal hij tot eenen dag gevangenis kunnen verwezen worden. 21. De gene die in de straten en op publieke plaatsen 's nagts gerucht maken en daardoor de openbare rust stooren zullen vervallen in eene boete van 1 tot 15 francs of 0,47 tot 7,08 guldens. Wetboek van straffen art. 497. 22. De straffen bij de twee voorgaande artikels bepaalt zullen niet te zamen kunnen opgeleid worden. Vierde afdeeling - Toezicht wegens de vreemdelingen. 23. Alle de vremdelingen en reizigers zullen moeten hun passepoort toonen, 't zij aan den burgemeester, assessoren, secretaris of aan den veldwachter, op de eerste vraag die hun daartoe zal worden gedaan. 24. De gene die zonder passepoort of met eene onregelmatige zoude bevonden worden, zullen aangehouden worden om voorders te brengen voor de wettige overheden, ten ware zij kunnen bij brengen twee ingezetene, die verklaren dat zij ze kennen en verantwoorden van hun goed gedrag. Derde Hoofdstuk - Voorzorgen betrekkelijk de Gezondheid. 25. Niemand zal bedorven water of alle andere materien die door hunnen stank of uitwasemingen schadelijk zijn aan de gezondheid, op straten of openbare plaatsen mogen werpen op straffe van eene boete van 1 tot 5 francs of 0,47 tot 2,36 gulden, ingevolge den art. 471 nr.6 van den wetbroek der straffen. 26. Men zal geen vlasch of kemp mogen te rotten leggen of zetten dan in de waters aan te wijzen door 't plaatselijk bestuur, op straffe van eene boete van 1 tot 6 guldens. 27. Alle de gene die vervalschte dranken zouden verkogt hebben zullen gestraft worden met eene boete van 6 tot 10 francs of 2,83 tot 4,72 guldens en bovendien zullen de zelve dranken aangeslagen worden. Wetboek van straffen art. 475 nr.6 en 476. 28. De gene die bedorvene, beschadigde ofte hinderlijke eetwaren zouden verkoopen of maar alleenlijk zouden te koop stellen zullen vervallen in eene boete van 2 guldens en dezelve eetwaren zullen daarenboven verbeurt verklaard worden. 29. Alle doode beesten moeten door de eigenaars begraven worden den dag zelfs dat zij gestorven zijn in eenen put van eene el en half diepte, op hunnen eigen grond of in eene andere plaats die daartoe door het gemeentebestuur zal worden aangewezen, en de gene die van eene besmettelijke ziekte gestorven zijn, zullen gesteken worden in eenen put van twee ellen diepte, den welken ten minsten eene afstand van eenige wooninge van 50 ellen moeten hebben, alles op straffe dat het zelve zal verrigt worden ten koste van de wederspannige, de welke daarenboven zullen vervallen in een boete van 3 gulden. 30. Niemand zal voortaan op zijne erve komende tegen publieke straten of wegen een gemak of beerput mogen maken op eenen afstand minder dan 10 ellen. Niettemin zal het aan burgemeester en assessoren geoorloft zijn zulks toe te staan op eenen minderen afstand daar zij geen nadeel of onaangenaamheid kan veroorzaken. Vierde Hoofdstuk - Goede zeden. 31. Het is stiptelijk verboden aan alle personen van te zwemmen of te baden op andere plaatsen dan de gene door het plaatselijk bestuur aangewezen zullen worden. De overtreders zullen vervallen in eene boete van 1 gulden of in geval van onbemiddeldheid gestraft worden met eene gevangenis van eenen dag. 32. Niemand zal mogen te koop stellen of uitgeven 't zij liedekens, schimpschriften, printen of andere diergelijke afbeeldsels, strijdig aan de goede zeden. Alle overtreders aan dezen artikel zullen ondergaan de straffen bepaald door den 36sten en volgenden artikels van den wetboek van straffen.
125
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
33. Het is stiptelijk verboden in de straten, banen, herbergen en andere openbare vergaderingen, zedenschendingen of onzuivere liedekens te zingen, en namentlijk die welke 't zij opentlijk, 't zij bedektelijk, de godsdienst of deszelfs bedienaars zouden schelden of benadeelen, op straffe van eene boete van 3 gulden. De overtreders de welke buiten staat zouden zijn die boete te betalen, zullen tot eenen dag gevangenis kunnen verwezen worden. 34. Niemand hoegenaamd zal mogen eenige onbetamelijkheid of ongeestigtheid bedrijven op straten, openbare plaatsen, en wel bezonderlijk ontrent de kerk, 't geen het volk zoude kunnen stooren, ongemak bij brengen door stinkende geuren of den doortogt onaangenaam maken, op straffe van eene boete van 47 cents tot 2 gulden 36 cents voor iedere overtreding. 35. Aan een iegelijk word verboden op zondagen en feestdagen eenige arbeid op de straten of op het veld te verrigten met uitzondering nogtans wanneer dringende noodzakelijkheden zulks mogt vereischen, in welk geval men van een schriftelijke toelatinge van den burgemeester of eenen der assessoren zal moeten voorzien zijn, de welke onmiddellijk ter kennis van den pastor zal moeten gebragt worden. Besluit van het gouvernement van 1 October 1814, art. 1. 36. De verkooping op straten of andere openbare plaatsen van potagie en andere levensmiddelen wordt gedurende die dagen verboden. Besluit voormeld, art. 2. 37. Aan de kooplieden wordt ook verboden hunne waren als dan ten toon te stellen of met openstaande deuren te verkoopen. Besluit voormeld, art. 3. 38. De deuren der herbergen en andere huizen daar men drank verkoopt zullen gesloten zijn gedurende den tijd bestemd tot den kerkdienst der parochie op zondagen en erkende feestdagen. Besluit voormeld, art. 4. 39. Gedurende den godsdienst zullen er die dagen geene openbare vermaken mogen plaats hebben. Besluit voormeld, art. 6. De overtreding der bepaling van dezen artikel en van de artikels 35, 36, 37 en 38 zal volgens de omstandigheden gestraft worden met eene boete van 2,83 guldens tot 4,72 guldens en zelfs met eene gevangenis van 3 dagen ten langsten voor die de welke de geldboete niet kunnen betalen. Bij herhaling van de zelve overtreding zal de boete verdubbeld, de ten toon gestelde goederen aangeslagen en de herbergen gesloten worden voor eene maand. Art. 8 van voormeld besluit. Vijfde Hoofdstuk - Beweging van de bevolking. 40. Allen persoon die zijne woning wilt verlaten om de zelve elders te nemen, alsook de gene die in deze gemeente hunne verblijfplaats willen vaststellen, zijn gehouden daar van hunne verklaring te komen doen op het secretariaat van het plaatselijk bestuur, drie dagen voor het vertrek of naar hunne aankomst op straffe van eene boete van 3 guldens, onafhankelijk de andere dwangmiddelen die ten hunnen aanzien zouden kunnen voorgeschreven worden. 41. In de bepaling door den voorgaanden artikel vastgesteld zijn begrepen de dienstboden voor de welke hunne meesters instaan, op straffen van de zelve geldboete is 't zagen zij zich zelfs niet doen inschrijven. Zesde Hoofdstuk - Ruiming der beken, waterloopen, etc. 42. Jaarlijksch op de tijdstippen door burgemeester en assessoren te bepalen zal het ruimen der waterloopen, beken en grachten ten laste van de omliggende eigenaars moeten geschieden 't zij door hun of door hunne huurlingen, de welke zich zullen moeten gedragen naar alle hetgene hun zal kunnen voorschreven worden door het plaatselijk bestuur volgens dat de omstandigheden het zullen vereischen. In geval van weigering of onagtzaamheid zullen de geboden werken van ambtswegen voltrokken worden ten koste van de wederspanningen. 43. De eigenaars of gebruikers der landen palende aan de waterloopen ende beken zijn gehouden jaarlijksch driemaal het gras en ander vuil daaruit te snijden, dit op de volgende tijdstippen, te weten: voor de eerste maal, voor den 15 Mai, voor de 2de maal voor of met het einde der maand Juny, en voor de derde en laatste maal voor half Augusty, foute van welke het ambtshalve zal verrigt worden tot laste van de gebrekkelijke. Zesde Hoofdstuk (vervolg) - Verscheide schikkingen.
126
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
44. Niemand zal mogen putten maken op of langs de straten en wegen, de aarde ontgraven, savel, leem, reussen of andere voorwerpen steken, op straffe van eene boete van 3 guldens of van eene gevangenis van eenen dag voor die de geldboete niet zoude kunnen betalen. 45. Alle de gene die op de straten, wegen of op het veld zouden hebben laten liggen eenig gereedschap dienende tot den akkerbouw, wapen of andere diergelijke voorwerpen wanaf de dieven en kwaaddoeners eenig misbruik zouden kunnen maken, zullen verwezen worden tot eene boete van 1 tot 5 francs, 0,47 tot 2,36 guldens en de zelve voorwerpen zullen daarenboven verbeurt worden. Wetboek van straffe art. 471 nr. 7 en 472. 46. Niemand ten zij de eigenaar, huisleden, tochtenaar of deszelfs aangestelden zal mogen komen op land het welk bezaaid is of daartoe vaardig gemaakt is, nochte zijne beesten stouwen op een anders goed, op straffe van te vervallen in eene boete van 1 tot 5 francs, 0,47 tot 2,36 guldens, en in geval het land geladen is met graanhalmen of andere rijpe of bijna rijpe vruchten, zal de boete zijn van 6 tot 10 francs, 2,83 tot 4,72 guldens. Wetboek van straffen art. 473 en 475. 47. De voerlieden van wagens, karren en andere rijtuigen of lastbeesten, zijn gehouden zich gedurig digt bij hunne paarden, trekbeesten en rijtuigen te houden, en moeten in staat zijn van de zelve te konnen leiden en dwingen. Zij mogen maar langs den eenen kant van de straat of baan rijden, en als wanneer zij andere karren of wagens van verre zien aankomen, zijn zij verpligt over te zetten en ten minsten de helligt der straten en wegen aan de zelve vrij te laten, alles op straffe van eene boete van 6 tot 10 francs, 2,83 tot 4,72 gulden. Wetboek van straffen art. 475 nr. 3. 48. De ongelade rijtuigen zullen voor de gelade uit het spoor in de wegen moeten zetten en zullen elkanderen de regt hand geven; en twee gelade of ongelade rijtuigen zich ontmoetende zullen ieder de helligt van 't spoor nemen, ook elkanderen de regte hand gevende, alles op straffe van eene boete van 2,49 gulden. 49. Niemand zal mogen laten weiden het zij koeyen of schapen of andere beesten in de publieke wegen en straten zonder schriftelijk consent van het plaatselijk bestuur, op straffe van eene boete van 3 gulden voor ieder contraventie. De beesten zullen kunnen aangehouden worden en in 't slot gesteld tot dat de betaling der boete en gedane onkosten geschied. Zevenste Hoofdstuk - Plakkaarten. 50. Het is aan eenieder verboden de plakkaarten der openbare ambtenaren of die der personen welkers afkondiging toegelaten is, af te trekken, te scheuren of te beschadigen, op straffe van veroordeelt te worden tot eene boete van 1 tot 6 gulden volgens de omstandigheden. De overtreders buiten staat zijnde die boete te betalen zullen tot eenen dag gevangenis kunnen verwezen worden. Achtste Hoofdstuk - Publieke diensten. 51. De inwoners de welke op het behoorlijk aanzoek van burgemeester of eenen der assessoren zouden weigeren te doen eenen publieken dienst door hoogere overheid voorgeschreven of door dringende omstandigheden noodzakelijk geworden, zullen vervallen in eene boete van 3 tot 6 guldens. Algemeene schikkingen 52. De onkosten en boeten bepaald door dit reglement en zullen niet vervolgd worden voor de regtbank van politie indien de overtreders de zelve gewilliglijk en zonder tegen te zeggen betalen in handen van den gemeenten ontvanger, op de eerste vraag die hun daar toe zal worden gedaan. 53. Den gemeenten ontvanger zal bezonderen register houden der aan hem betaalde boeten en zullen in zijne jaarlijksche rekening verantwoord worden. 54. In alle geval zullen de mans, vaders en moeders, voogden, meesters en meesteressen kunnen verantwoordelijk zijn, volgens de omstandigheden, over de overtredingen aan dit reglement, voor hunne vrouwen, kinderen, weezen, schoolieren, dienstboden en alle andere werklieden.
127
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
55. De burgemeester en assessoren en bezonderlijk den veldwachter dezer gemeente, zijn belast met de stiptelijke uitvoering der voorgaande schikkingen. 56. Alle reglementen van politie tot hier toe in wezen zijn afgeschaft voor zooveel zij strijdig zijn aan het tegenwoordig reglement of door hetzelve wederroepen zijn. 57. Afschriften van het zelve zullen gezonden worden aan de edele achtbare heeren gedeputeerde staten dezer provincie, alsook aan de regtsmagten welke de handhaving zijner schikkingen kan betreffen. 58. Er zal aan de voornaamste herbergiers en logeerders ook een afschrift dezer gezonden worden, op dat zij hetzelve in hunne huizen aan 't publiek ten toon zoude stellen. Ingeval zij dit veronachtzamen zullen zij vervallen in eene boete van eenen gulden voor iederen keer dat eenen den politie ambtenaren hen niet tentoon zal bevinden. 59. Het tegenwoordig reglement zal op de gewonelijke plaatse en manieren binnen dees gemeente op de twee agtereenvolgende zondagen afgekondigd worden. Gedaan te Malderen in zitting van dato als boven. Brussel 12 Mei 1827 - H.H. Gedeputeerde Staten hebben onderzocht het politiereglement voor uwe gemeente 't welk zonder zwarigheid kan ten uitvoer gebragt worden. Alleenlijk moet ik Ued. opmerken dat wanneer Ued. en de assessoren het muilbanden der honden zal mogen bevelen, zij onverwijld daar van aan den heer Gouverneur kennis zullen moeten geven, ten einde Z.H.E.G. die maatregel in de andere gemeenten uitstrekken. De distriktskommissaris ad interim, Geteekend Claessens Moris. UC 354 - Malderen 15 maart 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel. 1) De omslagsrolle voor de heffing der belasting op het gemaal bij admodiatie over 1827. 2) Een politiereglement voor deze gemeente ten einde de goedkeuring te verkrijgen. De burgemeester. UC 355 - Malderen 26 maart 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De genoemde Van Aken Frans, alhier geboren den 8 april 1804, zoon van Philippus en van Biesemans Elisabeth, landbouwers, in het jaar 1823 bij de koloniale troepen in dienst getreden zijnde, en zijnen eenigen broeder daardoor recht tot vrijstelling bekomen hebbende, geef ik mij de eer Ue te aanzoeken een attest model L 00 van zijne excellentie de minister voor het publiek onderwijs en nationale nijverheid in de koloniën te willen afsmeeken. De burgemeester. UC 356 - Malderen 29 maart 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De alphabetische lijst der personen gedragen op de rolle der directe belastingen dezer gemeente welke uit hoofde der gezegde belastingen als kiezers mogen benoemd worden voor den keus der leden der provinciale staten te benoemen in 1827. De burgemeester. UC 357 - Malderen 3 april 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De trimestriële en maandelijksche staten: vaccine, verificatie der gemeentekas, burgerlijke stand, visites maten en gewichten. De burgemeester. DIV - Boom, den 5 april 1827. Den ondergeteekenden Willem Van Rompa, koopman, wonende te Boom, provincie Antwerpen, bekend ende beleid mits dezen ontvangen te hebben uit handen van het plaatzelijk bestuur van Malderen en deszelfs ontvanger, de somme van 2920 guldens in volle voldoeninge
128
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
en kwijtinge van het opbouwen van het gemeentehuis, onderwijzerswoning en schoollokaal der zelve gemeente Malderen, aangenomen bij aanbestedings proces verbaal van den 18 maart 1822, verleden voor het gemeld plaatzelijk bestuur, goedgekeurd door de deputatie der staten van Zuid Braband den 22 der zelve maand maart en behoorlijk geregistreerd, onder welke somme van 2920 guldens begrepen is de subsidie van 800 guldens door Z.M. besluit 5 van den 19 january 1822 nr. 102 aan de meergezegde gemeente toegestaan tot het optimmeren van bedoeld lokaal, en zoo als blijkt daar aan besteed te zijn en door opgenoemden en ondergeteekenden ontvangen en genoten. Dus voor duplicata der kwitantie voorgaandelijk afgegeven. UC 358 - Malderen 19 april 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening aan de rondgaanden brief van 26 maart nr. 55 omtrent het onderwijs der oude talen geef ik mij de eer u te berichten dat er binnen deze gemeente geen onderwijs van oude talen gegeven wordt. De burgemeester. DIV - Boom, den 25 april 1827. Den ondergeteekenden Willem Van Rompa, koopman, wonende te Boom, provincie Antwerpen, bekend ende beleid mits dezen ontvangen te hebben uit handen van het plaatzelijk bestuur van Malderen en deszelfs ontvanger, de somme van 2920 guldens in volle voldoeninge en kwijtinge van het opbouwen van het gemeentehuis, onderwijzerswoning en schoollokaal der zelve gemeente Malderen, aangenomen bij aanbestedings proces verbaal van den 18 maart 1822, verleden voor het gemeld plaatzelijk bestuur, goedgekeurd door de deputatie der staten van Zuid Braband den 22 der zelve maand maart en behoorlijk geregistreerd, onder welke somme van 2920 guldens begrepen is de subsidie van 800 guldens door Z.M. besluit 5 van den 19 january 1822 nr. 102 aan de meergezegde gemeente toegestaan tot het optimmeren van bedoeld lokaal, en zoo als blijkt daar aan besteed te zijn en door opgenoemden en ondergeteekenden ontvangen en genoten. Dus voor duplicata der kwitantie voorgaandelijk afgegeven. Boom, den 25 april 1827. Get. Gui Van Rompa (Gezien door ons, burgemeester der gemeente van Boom, voor bekrachting der handteekening van den heer Gui van Rompa, koopman, woonendte te Boom en dat aan dezelve geloof dient gegeven te worden, Boom 10 mei 1827.) GR N° 73 - 25 April 1827 (Kort) Benoeming van de commissie van 3 personen voor de bewaring in 1827 van de sleutels van de bus voor de stembiljetten: Pieter De Koker, Johannes Francis Van de Velde, beide landbouwers, en Hendrik Vermeire, winkelier te Malderen. UC 359 - Malderen 25 april 1827 Aan de heer arrondissementscommissaris te Brussel - De genaamde Van Gucht Pieter Jan, zone Jan Baptist en van Tobinte Maria Anna, milicien dezer gemeente van de lichting 1825, gedesigneerd onder nr. 9, van den heer gouverneur een order ontvangen hebbende om hem zich den 28 in het gouvernementshotel te begeven ten einde in dienst van de Nationale Militie te worden gesteld, en daar dezen Van Gucht een broeder in dienst heeft, het welk hij bij behoorlijke attesten in den 1sten zitting van den militieraad dezes jaars heeft doen blijken en daarover voor een jaar is vrijgesteld, denk ik wel dat hier omtrent een misslag begaan is, en dien tengevolge geef ik mij de eer Ue te aanzoeken van het gezegde aan de heer gouverneur te willen mededeelen opdat deze jongeling van den dienst ontslagen wordt. De burgemeester.
129
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 360 - Malderen 5 mei 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Proces verbaal der opening van de stembus voor de verkiezing der kiezers belast met den keus der leden voor de provinciale staten over het loopend dienstjaar. De burgemeester. UC 361 - Malderen 13 mei 1827 Aan de secretaris der commissie van onderwijs in Zuid-Braband - Andermaal het duplikaat der kwitantie wegens de besteding van 800 gulden rijkstoelage ten dienste van den opbouw van ons schoollokaal, door Z.M. besluit van den 19 january 1822 nr. 105 toegestaan. De burgemeester. UC 362 - Malderen 18 mei 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In gevolge Ue missive van den 12sten dezer nopens het opmaken der rolle voor de herstellingen der buurtwegen voor het loopend dienstjaar moet ik Ue hieromtrent berigten dat wij in het geval niet zijn de bedoelde rolle op te maken daar de kosten voor de gezegde herstellingen in de begrootingsstaat uit de gewone gemeente-inkomsten toegestaan zijn. De burgemeester. UC 363 - Malderen 23 mei 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De rolle over de admodiatie op het gemaal over 1827, voorzien van de gedane verminderingen in de opcenten. De burgemeester. GR N° 72 - 29 Mei 1827 Den raad van de gemeente Malderen... is overgegaan tot het delibereren omtrent het aanvaarden eener fondatie ende legaat, te doen door het besluit van den bureele van weldadigheid dezer gemeente. Gezien de beraadslagingen genomen door het opgemeld bestuur van weldadigheid den 24 February laatst waarbij zij goedgevonden en verstaan hebben te aanvaarden na tot dies alvorens door zijne majesteit gemagtigt te zijn, eene fondatie ende legaat gemaakt door heer Isaac Reyers, in zijn leven desservitor te Malderen en aldaar den 3 January laatst overleden en ontvangen door meester honorius Chenal, koninklijken notaris residerende te Brussel den 10 Juny 1825, behoorlijk geregistreerd. Gezien het aangehaald testament bij het welke gedurende 20 opeenvolgende jaren eene jaarlijksche uitdeeling van eene meude zeven schepels en 67 koppen tarwe, gebakken in brood, aan den armen der voorschreven gemeente Malderen heeft gefondeert en waarvan den last door den heer Simon Everaert en zijne echtgenote Anna Elisabeth Reyers, renteniers te Loven, ofte hunne descendenten moet gedragen worden. Dat bij het zelve testament genoemden heer Reyers nog gelegateerd heeft aan den bureele van weldagheid dezer gemeente eene rente tot last van Joannes Baptist De Jonghe die als nu betaald word door den heer advokaat Rollier, welke rente volgens constitutiebrief de hoofdsomme beloopt tot 257,14 guldens aan den intrest drie ten honderd in het jaar. In aanmerking nemende dat de erfvolgers van den heer fondateur en donateur zich tegen deze stichting ofte gifte geenszins verzetten en over zulks er geene termen bestaan voor de bedoelde aanneming te verwerpen. Besluit. Dat bij deze goedkeuring verleent word aan de deliberatie genomen door het bestuur van den bureele van weldadigheid dezer gemeente en hier boven aangehaald. Het tegenwoordig zal door de tusschenkomst van den wel edelen gestrengen heer distriktskommissaris te Brussel met de meerberoepene beraadslaging en testament aan hunne edele hoogachtbare heeren de gedeputeerde staten dezer provincie worden overgemaakt. Gedaan te Malderen in zitting van date als boven.
130
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Willocx, De Laet, Slachmuylders, Lemmens, Daelemans, De Vleminck, De Bock. UC 364 - Malderen 9 juny 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Eene beraadslaging genomen door het bestuur van den bureele van weldadigheid dezer gemeente en eene door de leden van het kerkfabriek, deze laatste goedgekeurd door Zijne Hoogheid den artsbisschop van Mechelen, houdende aanvraag tot het aanveerden eener fondatie ende legaat gesticht ende gelegateerd door wijlen den heer Isaac Reyers, in zijn leven pastor dezer gemeente, als mede eene deliberatie van den gemeenteraad houdende goedkeuring van de boven beroepene stukken. Ue aanzoekende van deze stukken over te maken aan wie het behoort en mee te werken dat de zelve de noodige goedkeuring en magtiging bekomen. De burgemeester UC 365 - Malderen 9 juny 1827 Aan de wel edele gestrenge heer de procureur des konings bij de rechtbank van eersten aanleg, zitting houdende te Brussel, en aan den heere vrederechter van het kanton Wolverthem Een afschrift van het politiereglement dezer gemeente, behoorlijk goedgekeurd. De burgemeester. UC 366 - Malderen 16 juny 1827 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene oninbare posten bestaan op het kohier van verdeeling der belasting op het gemaal, gedurende den loop van het jaar 1827. UC 367 - Malderen 16 juny 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Met verwondering heb ik ontvangen de staat der aan de stad Brussel verschuldigde onderhoudskosten van Coleta Lauwereys, dochter van Catharina Lauwereys, over het dienstjaar 1826, daar dit kind den 27 juny 1825 aan de moeder is wedergegeven geworden, het welk wij bij brief van den heer directeur van het vondelingen gesticht kunnen bewijzen. Ik verneem dat deze gemeente aan het opgemeld gesticht over onderhoud van het gemeld kind niets meer verschuldigd is, terwijl bij mandaten van 8 juny en 8 july 1825 aan dit gesticht over het gezegde betaald is te rekenen van 1822, 1823, 1824 en tot 27 juny 1825 de somme van 117,86 gulden. Daar het schijnt dat de heer directeur zich misgrepen heeft geef ik mij de eer Ue hier nevens de aangehaalde staat terug te zenden en tevens Ue berichtende dat wij tot deze betalingen niet kunnen overgaan vooraleer de heer directeur ons over het verschuldigde nadere inlichtingen zal gegeven hebben. De burgemeester. PV-ZN Datum van het vonnis: 22-6-1827 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Aerts Carolus Beroep: daglooner Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 4,76 UC 368 - Malderen 23 juny 1827 De burgemeester en assessoren van Malderen voor te voldoen aan 's heeren gouverneurs rondgaanden brief van den 8sten der loopende maand juny MA 91, verklaren en betuigen dat
131
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
er binnen hunne gemeente sedert den 1sten april jongstleden geene veranderingen in het personeel der Roomsch-Katholyke geestelijkheid hebben plaats gehad. GR N° 75 - 26 Juny 1827 (Kort) Gemeenterekening 1826 van Jan Baptist Verstraeten. Algemene ontvangsten: Fl. 4432,73 1/2 Algemene uitgaven: Fl. 3858,88 Overschot: Fl. 373,85 1/2 GR N° 76 - 26 Juny 1827 (Kort) Rekening bureel van weldadigheid 1826 van Mr. Van Malderen, ontvanger van het bureel. Algemene ontvangsten: Fl 953,28 Algemene uitgaven: Fl 619,24 Overschot: Fl. 334,04 UC 369 - Malderen 30 juny 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De gemeenterekening over 1826 en de omslagsrolle over het schoolfonds 1827. De burgemeester. PV N° 10 9-7-1827 - Karel Van den Eede, zone Hendrik, beschuldigd voor Jozef Van Hoey, beide te Malderen gehuisd, mishandeld te hebben. Het jaar duizend achthonderd zeven en twintig de negenden der maand July ten vier uren naar middag, voor ons Judocus Willocx, burgemeester uitoefenende de functie van politie ambtenaar van en binnen de gemeente Malderen, distrikt Brussel, provincie Zuid Braband, is gekomen Jozef Van Hoey, landbouwer wonende binnen deze gemeente, dewelke ons heeft verklaart dat hij gisteren achtsten dezer, omtrent den elf ure ’s avonds, vergezeld van Karel Van den Eede, oud twee en twintig jaren, zoon Hendrik, Joannes De Laet, dienstbode bij Pieter Kuyckens, Victor Brusselmans, arbeider, zoon Joannes Baptist Brusselmans, Joannes Baptist Van den Eynde, arbeider, en Ferdinand Dooms, weversgast bij Franciscus Van den Broeck, alle inwoners van Malderen, van de kermis van Opdorp gekomen is en tot Malderen aan enen waterput genaamd den Vyver, gelegen tegen het Dorp, gekomen zijnde, den opgenoemden Karel Van den Eede zonder de minste verschillen of woordenwisselingen gehad te hebben, hij den comparant Jozef Van Hoey heeft vastgegrepen, zijn aangezigt doorwond, verscheide vuistslagen toegebragt en hem in den waterput geworpen heeft. De comparant verklaart wijder dat hij gehoord heeft door het openbar gerugt dat gemelden Van den Eede aan Jozef Van den Eynde, kuiper wonende binnen de gemeente, gezeid heeft dat indien hij niet gevreesd had dat Van Hoey op zijn geroep en geschreeuw zoude hulp gekregen hebben, hij hem nog eene grootere vragt slagen zoude gegeven hebben. Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal, voor overgemaakt te worden aan den wel edelen gestrengen heer de prokureur des konings bij de correctionele regtbank te Brussel, en heeft den comparant met ons dit tegenwoordig proces verbaal getekent, na voorlezing. Get. Josephus Van Hoey Get. Willocx, burg. GR N° 77 - 10 July 1827
132
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Den raad van de gemeente Malderen... is overgegaan tot het beraden omtrent de aanvraag gedaan door het bestuur van het kerkfabriek dezer gemeente, tot bekomen autorisatie tot het aanvaarden eener fondatie aan 't fabriek deze kerke door den heer Isaac Reyers gesticht. Gezien de beraadslaging genomen door het van fabriek der kerke dezer gemeente den 24 February jongstleden, goedgekeurd door zijn hoogheid den artsbisschop van Mechelen den 9sten April laatst, waarbij zij goedgevonden en verstaan hebben te aanvaarden na tot dier door zijne majesteit gemagtigd te zijn, eene fondatie binnen deze kerke gesticht door den heer Isaac Reyers, in zijn leven desservitor dezer gemeente en aldaar den 3 January laatst overleden, bij zijn testament ontvangen door meester honorius Chenal, koninklijken notaris residerende te Brussel den 10 Juny 1825, behoorlijk geregistreerd. Gezien het aangehaalde testament bij het welk den genoemden heer Reyers ten eeuwigen dage in de kerk van Malderen tot laaffenis zijner ziele een jaargetijde gesticht heeft, waarover door den heer Simon Everaert en zijne echtgenote Anna Elisabeth Reyers, renteniers te Loven, ofte hunne descendenten jaarlijksch aan het fabriek der kerke zal moeten betaald worden de somme van 8,57 guldens. Overwegende dat de celibratiekosten dezer jaarlijksche misse maar slechts beloopen tot 1,80 gulden, overzulks dat het fabriek der kerke uit deze fondatie een jaarlijksch voordeel zal genieten der somme van 6,77 guldens. In aanmerking nemende dat de erfvolgers van den heer fondateur zich tegen deze stichting geenszins verzetten en over zulks er geene termen bestaan voor de bedoelde aanneming te verwerpen. Besluit. Dat bij deze goedkeuring verleent word aan de deliberatie genomen door het bestuur van het fabriek der kerke dezer gemeente en hier voren aangehaald. Gedaan te Malderen in zitting van date als boven. Willocx, De Laet, Slachmuylders, Lemmens, Daelemans, De Vleminck, De Bock. UC 370 - Malderen 10 july 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) Het testament van wijlen de heer Isaac Reyers waarbij hij binnen deze gemeente eene fondatie gesticht heeft. 2) Eene beraadslaging van den kerkenraad houdende aanvraag tot bekomen autorisatie tot het aanvaarden der zelve fondatie. 3) Eene deliberatie van den gemeentenraad waardoor de beraadslaging van den kerkenraad goedgekeurd wordt. 4) De staat van het getal van lagere scholen binnen deze gemeente. De burgemeester. UC 371 - Malderen 12 july 1827 Aan de procureeur des konings te Brussel - Het proces verbaal tegen Karel Van den Eede dezer gemeente, over toegebragte mishandelingen aan Jozef Van Hoey. De burgemeester. UC 372 - Malderen 20 july 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 13 dezer omtrent den onderstands domicilie van het kind genaamd Faux Henricus, oud 10 jaren, geboren te Campenhoudt, welke deze gemeente den 25 juny jongstleden heeft verlaten, moet ik Ue berichten dat den naam van Faux binnen deze gemeente niet gekent is nog ooit bestaan heeft en dientengevolge ik deze gemeente voor zijne onderstandsdomicilie (niet) kan erkennen. En daar zijne onderstandsdomicilie genoegzaam bewezen is, verwondert het mij dat deze gemeente daar voor beschouwt wordt. De burgemeester. UC 373 - Malderen 26 july 1827
133
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ingevolge Ue missive van den 24 july dezer omtrent de staat der lagere scholen moet ik Ue berichten dat ik bij mijn brief van den 10 dezer nr. 370 met nog andere stukken de gevorderde staat heb toegezonden. De burgemeester. UC 374 - Malderen 26 july 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 13 dezer omtrent de onderstandsdomicilie van Karel Aerts, aangehouden bedelaar, geef ik mij de eer Ue te berichten dat dezen Aerts aan mijne gemeente toebehoort. De burgemeester. UC 375 - Malderen 26 july 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 25 dezer n° 2152 omtrent het proces verbaal ten laste van Karel Van den Eede, dat Ue maar den 22 dezer hebt ontvangen, geef ik mij de eer Ue te berichten dat het mijne oorzake niet is dat het zelve Ue niet vroeger is toegekomen; het is op bekwamen tijde opgemaakt geweest, maar den kantonnalen bode binnen de 14 dagen binnen deze gemeente niet geweest zijnde, is het zelve blijven liggen door de onagtzaamheid van den bode. Menigmaal hebben wij vertragingen in de briefwisselingen geleden, waarover ik mij verpligt gevonden hen aan den heer districtscommissaris klagt te doen, en hope dat in het gevolg de briefwisselingen op eene geregelder wijze zal voortgezet worden. De burgemeester. UC 376 - Malderen 26 july 1827 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen krachtens 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 6 dezer, MA nr. 5, omtrent de verleende vrijdommen of verminderingen van de grondlasten wegens uitdrooging, ontginning, beplantingen en vruchtboomen, verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene vrijdommen of verminderingen hoegenaamd op de grondbelastingen aanwezig zijn of bestaan. UC 377 - Malderen 26 july 1827 De burgemeester en assessoren van Malderen, krachtens 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 10 dezer MA nr. 7, nopens de vereenigingen van werklieden, verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene inrigtingen en reglementen, wegens door het plaatselijk bestuur aangestelde wijnwerkers, bierwerkers, korenmeters, etc. bestaan. UC 378 - Malderen 3 augusty 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staat der benoodigde bladeren tot het vormen der registers van den burgerlijken stand binnen deze gemeente over 1828. De burgemeester UC 379 - Malderen 7 augusty 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In gevolge de rondgaande brief van de gedeputeerde staten dd 29 july MA 99 omtrent de collecte ten behoeve der slachtoffers der gemeente Werchter geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken de binnen deze gemeente ten einde voormeld gecollecteerde somme beloopende tot 3 guldens nederlandsch. De burgemeester. UC 380 - Malderen 7 augusty 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Krachtens 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 30 juny MA 100, omtrent de collecte ter aanmoediging en ondersteuning van den gewapenden dienst in 1827, hebben wij binnen deze gemeente ten einde voormeld ons
134
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
aan de huizen der inwoners begeven en moeten Ue berichten dat er geene hoegenaamde somme gecollecteerd is geworden. De plaatselijke commissie van Malderen ten aanmoediging en ondersteuning van den gewapenden dienst. UC 381 - Malderen 7 augusty 1827 Aan de heer brigadier kommanderende de Koninklijke Marechaussee te Vilvoorde - Op zondag aanstaande 12 dezer, zijnde onze gewone en jaarlijksche kermis, alswanneer ik tot het onderhouden der politie Ue hulp noodig heb, en dien tengevolge geef ik mijn de eer Ue te aanzoeken van mij alsdan twee ruiters te laten toekomen de welke des maandags zullen terug keeren. De burgemeester. PV N° 11 9-8-1827 - Paardediefstal. Het jaar duizend acht honderd zeven en twintig de negenden der maand Augusty ten tien uren voormidag. Wy Judook Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, door het openbaar gerucht gehoort hebbende dat er bij Jan Baptist Van Humbeeck, landbouwer wonende binnen deze gemeente, onlangs een paardediefstal heeft plaats gehad, in gevolge van welke ik burgemeester aanstonds gemelde Joannes Baptist Van Humbeeck voor ons heb doen roepen en gekomen zijnde hij verklaard heeft dat in den nacht van vijfden en zesden dezer maand Augusty bij hem een paard uit den stal gestolen is van een waarde van 50 Guldens nederlandsch zonder dat hij tegen iemand wie het zij enige vermoeden heeft. wijders heb ik burgemeester den comparant gevraagd om welke redenen hij ons van dezen diefstal aanstonds geene kennis had gegeven, heeft hij ons geantwoord dat hij op den zes dito des morgens vroeg hem op de baan heeft begeven voor hetzelve paard te achterhalen en gisteren achtsten dezer omtrent zes uren s’ avonds maar thuis gekomen is zonder van hetzelve iets ontdekt te hebben. Waar van en van alle welke ik burgemeester heb opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden aan den heer procureur des konings bij de corretionele rechtbank te Brussel zitting houdende. Gedaan te Malderen de dag maand en jaar als boven. Get.Willocx, burg. Signalement van het gestolen paard. Omtrent 9 à 10 jaren oud en buiten tand, hoog omtrent 1 el 6 palmen, haar zwart met eene witte strepe op den kop. Een wit plekje op den rug, een lange staart met van binnen grijs haren; een korte zwarte mane. UC 382 - Malderen 11 augusty 1827 Aan de heer procureur de konings te Brussel en de brigadier kommanderende de koninklijke Marechaussee te Vilvoorde - Een proces verbaal omtrent den diefstal van een paard die alhier bij Joannes Baptist Van Humbeeck in den nacht van den 5 en 6 dezer heeft plaats gehad. De burgemeester. PV N° 12 20-8-1827 - Tegen Pieter Van Assche, Karel Van Assche, Pieter Kiekens, Pieter Van Hoeck en Francis Lamberts. Het jaar duizend achthonderd zeven en twintig den twintigsten der maand Augusty ten drie uren naar middag, voor ons Judook Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, is gekomen Jan Baptist Cooman, herbergier binnen deze gemeente gehuisvesd, de welke heeft verklaard dat op gisteren negentienden dezer ten zeven
135
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
uren s’avonds, den genoemden Pieter Van Assche, dienstbode, wonende bij Francis Slachmuylders, landbouwer, Karel Van Assche, dienstbode, Pieter Kiekens, dienstbode bij Bernard De Boeck, landbouwer, Pieter Van Hoeck, kleermaker en Francis Lamberts, arbeider, alle woonagtig te Londerzele, zich allen ten zijnen huize bevonden, en na tegen vele vreedzame personen twist en krakeel gemaakt te hebben zij des comparants zoon Antoon Cooman op den voorhof vastgegrepen en verscheiden vuistslagen toegebragt hebben, en de vader comparant hem willende ter hulp komen, zij mede hem aangerand en op den voorhof op zijnen rugge rondgeslepen hebben; dat nadien de opgenoemde personen de glazen der venster van de comparants woning uitgeslagen en eene venster van den stal opengebroken hebben zeggende “wy zullen het huis in den grond afbreken of indien wij dit niet kunnen doen zullen wij het alles afbranden” Verder verklaarde den comparant dat alle het verklaarde gezien en gehoort is door 1) Lodewijk De Schryver, landbouwer te Londerzele, 2) Gilles Verbesselt, landbouwer te Steenhuffel, 3) Karel Lemmens, dienstbode bij Francis Goossens, landbouwer te Londerzele, 4) Karel Pieters, dienstbode bij de weduwe van Willem De Maerschalk te Londerzele en, 5) Willem Van de Voorde, dienstbode bij Emmanuel Verdoodt, landbouwer te Malderen. Waar van en van alle welke wij burgemeester hebben opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal, voor overgemaakt te worden aan wie het behoort. Te Malderen de dag, maand en jaar als boven. Get. Willocx, burg. UC 383 - Malderen 20 augusty 1827 Aan de heer procureur de konings te Brussel en de brigadier kommanderende de koninklijke Marechaussee te Vilvoorde - Een proces verbaal tegen Pieter Van Assche, Karel Van Assche, Pieter Kiekens, Pieter Van Hoeck en Frans Lamberts, alle woonachtig te Londerzele. De burgemeester. UC 384 - Malderen 26 augusty 1827 Aan de heer procureur des konings bij de rechtbank te Brussel - In antwoord op Ue missive de date 23 augusty geef ik mij de eer Ue te berichten dat het van mijne kenisse niet is dat den genoemden Pieter De Koker, landbouwer en herbergier alhier, en voortijds pachter der waag, de actuele wage schade toebrengt met het wegen, maar de kooper van waren doen somtijds het naarwegen tot beschouwing oft zij huns gewicht hebben op hunne gekochte waren. In zulken geval kan er huissels ofte oude gewichten bij hem bevonden geweest zijn, volgens dat Ue mij te kennen geeft dat tot zijnen laste is aangeklaagt bij proces verbaal. De burgemeester UC 385 - Malderen 3 september 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening van 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 20 augusty MA nr. 31 omtrent de beurzen ten voordeele van persoonen die lust en aanleg toonen tot den stand van onderwijzeressen, geef ik mij den eer Ue te berigten dat er binnen deze gemeente geene meisjes aanwezig zijn welke in aanmerking konnen komen en trachten deel te nemen in de uitreiking der aangehaalde beurzen. De burgemeester. UC 386 - Malderen 7 september 1827 Aan den heer procureur des konings te Brussel - Door het openbaar gerucht tot mijn kennis gekomen zijnde dat de persoonen Pieter Van Assche, Karel Van Assche, Peeter Kiekens, Pieter van Hoeck en Frans Lamberts, alle te Londerzele gehuisd, tegen de welke ik op den 20 augusty proces verbaal heb opgemaakt en aan Ue bij mijn brief van den zelven dag n° 383 heb toegezonden, den genoemden Jacob De Commer, arbeider, woonende te Steenuffel in den
136
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
zelven avond van 20 augusty verscheide slagen hebben toegebragt en zijne gezellin Joanna Van de Voorde, dochter Dominicus, arbeidster, wonende te Moerzeke, provincie OostVlaanderen, grootelijks mishandeld en nadien haar in het water geworpen hebben, moet ik Ue berichten dat ingevolge van dit gerucht ik de genoemde De Commer aanzogt heb van hem zich in ons secretariaat te willen begeven, waaraan hij voldaan heeft, en hem omtrent het gezegde ondervraagd hebbende, hij verklaard heeft dat hij door eenige persoonen, zonder dat hij dezelve kent, dat volgens de sprake zij hem gedagt hebben van Londerzeel te zijn, vervolgt geweest is, en hem agterhaalt hebbende hij van hun zoo vele slagen gehad heeft dat des anderdags zijn hoofd wel drie vingeren opgezwollen was en voor uit hunne handen te geraken hij verpligt geweest is door een waterput te loopen. Wat de dogter Van den Voorde betreft, hij gezien heeft dat haren voorschoot gescheurd was maar daarvan geene verdere kennis heeft. Ik moet Ue nog wijder berichten dat de opgenoemde beschuldigde personen een onderslegts gedrag houden en zelfs bijna geen zondag passeert of dat zij met stokken of messen vechten, zoo als ik gehoord heb dat zij of ten minsten eenige van hun complicen al wederom op zondag 26 augusty in de herberge den Nagelboom onder Ramsdonk, bezig geweest hebben. De burgemeester. GR N° 78 - 16 september 1827 De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het delibereren omtrent het vergrooten van het schoollokaal dezer gemeente. Overwegende dat het schoollokaal door den grooten toeloop der kinderen en in evenredigheid van de thans binnen deze gemeente bestaande kinderen, te klein geworden is en er met gemak geen onderwijs kan gegeven worden. Overwegende dat den grond waar op het schoollokaal gebouwd is alle gelegenheid geeft voor dit lokaal te vergrooten. Overwegende dat er geene hoegenaamde schulden ten lasten der gemeente bestaan. Gezien de missive van den heer schoolopziener van het 3de distrikt binnen deze provincie, in dato 7 Juny jongstleden, waarbij hij de heeren burgemeester en assessoren bericht dat er uit de provinciale fonds van 1827 aan deze gemeente eene subsidie van 410 guldens is toegestaan tot het herstellen of vergrooten der school. Gezien de begrooting dezer gemeente over den jare 1827, waar bij blijkt dat de jaarlijksche gewone inkomsten de gewone uitgaven overtreffen en er een batig slot bestaat der somme van 431 guldens 88 cents, makende met het beloop der gemelde subsidie eene totale beschikbare somme van 841,88 cents. Gezien het plan tot het vergrooten van het schoollokaal, opgemaakt door den arrondissementsbouwmeester, waarvan bekosting volgens bestek beloopt tot 843,06 guldens, begrepen 1/20 voor onvoorziene kosten. (Zie bestek bouwmeester Cordemans van 22-10-1825). In aanmerking nemende dat de begrooting van dit schoollokaal kan geschieden, zonder de inwoners of de gemeente te belasten. Delibereren. Gedurende den loop van 1828 zal het schoollokaal dezer gemeente vergroot worden, gelijkvormig aan het aangehaalde en nevens gevoegd plan. De bekosting van deze vergrooting beloopende tot 843,06 guldens, zal in de begrooting voor 1828 worden voorgedragen. De tegenwoordige beraadslaging, met het gemeld plan en bestek zal aan de begrooting over 1828 gevoegd worden om goedkeuring der gedeputeerde staten te ontvangen. Gedaan in gewone zitting te Malderen den 16 september 1827. Judook Willocx, De Laet, Slachmuylders, Lemmens, Kuyckens, De Vleminck, De Bock.
GR N° 79 - 16 September 1827
137
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Ingekort) Begrooting 1827. Vermeerderingen en verminderingen van uitgaven in vergelijking van het laatstvoorgaande jaar. Buitengewone ontvangsten. N° 2 - Onderstand uit de provinciale fonds van 1827 tot het vergrooten van het schoollokaal: zie beraadslaging van heden. N° 3 - Verkooping van boomen: daar verscheide buke- en eike tronkboomen deze gemeente toebehoorende, sterven en verrotten, heeft den raad goedgekeurd dezelve in het begin van 1828 openbaarlijk te verkoopen, na nogtans tot dier behoorlijk gemagtigd te zijn, en alle welke boomen door mannen hun dies verstaande approximatievelijk geschat zijn ter waarde van 300 guldens. Gewone inkomsten. Dezelve van den jare 1827. Gewone uitgaven. Onkosten van het huishoudelijk plaatselijk bestuur: dezelve over 1827, behoudens: N° 7 - Kosten van bureau van het plaatselijk bestuur: Fl. 30 ipv 20. N° 8 - Jaarwedde van den klokluider: daar dezen de klokluider maar gehouden was des avonds van de zon- en feestdagen de klok te luiden en thans ingevolge het goedgekeurd plaatselijk politiereglement gehouden zijn van alle dagen op bepaalde uren de zelve te luiden, word er mede eene verhooging van 6 guldens voorgedragen, zijnde alsdan 18 Guldens. Onvoorziene uitgaven en posten van herhaling. N° 25 - Onderhoud van Karel Aerts, geboren en wonende binnen deze gemeente, aangehouden bedelaar, in het bedelaarswerkhuis in Zuid Braband van 29 tot 30 Juny 1827. Daar dezen kost voor de twee dagen beloopt tot 30 cents, dewelke reeds ingevolge bevel voldaan zijn, word de zelve som slechts alhier voor regularisatie voorgesteld. N° 26 - Dezelve Aerts, naar de kolonie van Zuid Frederiksoord vertransporteerd zijnde, worden alhier de transportkosten voorgedragen, dewelke approximativelijk geschat worden op 9 guldens. N° 27 - Perceptiekosten van het beloop der verkooping van boomen. (zie N° 3), worden berekend aan 4 %. Buitengewone uitgaven. N° 28 - Vergrooting van het schoollokaal (ziet hier omtrent de bijzondere beraadslaging van heden). Judook Willocx, De Laet, Slachmuylders, Lemmens, Kuyckens, De Vleminck, De Bock. UC 387 - Malderen 20 september 1827 Aan de controleur der directe belastingen te Assche overgemaakt de mutatieboek over 1828. De burgemeester. UC 388 - Malderen 23 september 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 14 dezer nopens de onderstands domicilie van Aerts Karel, bedelaar, welke den 20 july in de kolonie Zuid-Frederiksoord opgenomen is, geef ik mij de eer Ue te berichten dat den zelven Aerts aan deze gemeente toebehoort. De burgemeester. UC 389 - Malderen 28 september 1827 Aan den heer De Smedt, secretaris der onderhoorige commissie over de zinneloozen geplaatst te Gheel - In antwoord aan Ue missive van den 18 dezer omtrent den krankzinnigen Francis Heymans dezer gemeente, geef ik mij de eer Ue te berigten dat den zelven Heymans in deze gemeente niet aanwezig is. De burgemeester. UC 390 - Malderen 3 october 1827
138
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) Den staat der geboorten, huwelijken en overlijdens 2) De staat der gewone visite (maten en gewichten) gedurende het 3de kwartaal dezes jaars. 3) De staten betrekkelijk de koepokstofinenting. De burgemeester. UC 391 - Malderen 12 october 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) De begrooting dezer gemeente over 1828. 2) Het proces verbaal van verificatie der gemeentekas over het 3de kwartaal. De burgemeester. UC 392 - Malderen 13 october 1827 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen voor te voldoen aan den rondgaanden brief der gedeputeerde staten van den 8 dezer maand MA 49, omtrent de beurzen ten behoeve van vrouwelijke leerlingen, genegen om in de vroedkunde te worden opgeleid, verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geen vrouwelijke leerlingen bestaan de welke genegen zijn om in de vroedkunde te worden onderwezen. UC 393 - Malderen 13 october 1827 De burgemeester en assessoren van Malderen, voor te voldoen aan de gedeputeerde statens rondgaande brief van den 12 september MA 43 omtrent de voorschriften tot meer algemeen bekendmaking van het Nederlandsche Muntstelsel, verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene administratiën bestaan de welke nog rekeningen in vreemde munten houden en ook dat alle de onderhoorige administratiën reeds van in het jongst afgeloopene jaar de Fransche speciën tegen 47,25 cent de frank in ontvang geweigert hebben, en de zelve slechts aan de waarde van 46,25 cent de frank in betaling hebben aanvaard en aan gelijke waarde in omloop gegeven. GR N° 80 - 15 October 1827. (Kort) Benoeming van de leden van de bij art. 58 van de wet van 28 juni 1822 ingestelde commissie ter benoeming van schatters en bijschatters voor de personele belasting: Joannes Benedictus Lemmens en Pieter Kuyckens, raadsleden. UC 394 - Malderen 18 october 1827 Aan den heer schoolopziener te Assche - Dubbel van de door onze raadsleden genomen deliberatie omtrent het vergrooten van het schoollokaal, dezer gemeente, waarvan het plan met gemelde deliberatie aan de begrooting over 1828 vervoegd is en aan de gedeputeerde staten overgemaakt. Gelieft wel edele gestrenge heer mede te werken opdat gemelde beraadslaging de noodige goedkeuring bekome. De burgemeester UC 395 - Malderen 18 october 1827 Aan Frans Caesbroeck, slachter te Malderen - Ingevolge missive van den wel edele gestrengen heer districtscommissaris te Brussel van den 13 der loopende maand, berichte ik Ue dat er ten zijnen kantoor een mandaat, groot 75 guldens, ten uwen behoeve berust. En Ue tevens aanzoekende van het zelve zoodra mogelijk te gaan ligten. De burgemeester. UC 396 - Malderen 18 october 1827 Aan de heer ontvanger van den bureele van Weldadigheid te Meysse - Kopij van het KB van den 22 augusty n° 196 houdende magtiging tot het aanvaarden door den bureele van Weldadigheid dezer gemeente der fundatie en het legaat aan den zelven bureele gemaakt door Isaac
139
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Reyers bij uiterste wilsbeschikking op den 10 juny 1825 voor den notaris Cheual te Brussel verleden. De burgemeester. UC 397 - Malderen 18 october 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) De benoeming der twee raadsleden om gezamentlijk met twee door de administratie daar toe aangewezene ambtenaren de bij artikel 38 der wet op de personele belasting ingestelde commissie uit te maken. 2) Ontkennend attest nopens Heel- en Vroedkundige school. De burgemeester. UC 398 - Malderen 22 october 1827 Aan den heer voorzitter der subcommissie der maatschappij van weldadigheid van het kanton Wolverthem - Voor te voldoen aan den rondgaanden brief van den provincialen raad van inspectie des maatschappij van den 6 september, geef ik mij de eer Ue te berichten dat er binnen deze gemeente geene personen bestaan welke voor eene of meerdere aktie hebben ingeteekend in de aangehaalde maatschappij van weldadigheid. Dat alhier geene inteekenaars bestaan vermeenen wij toe te schrijven aan het gebrek van geene daar toe bestemde lijst voorhanden te hebben, en dat het bij onze kennisse niet is dat er lijsten gezonden geweest zijn. De burgemeester. DIV - Brussel, den 24 october 1827. Aan d’heer burgemeester te Malderen. Onder terugzending van ’t hierbijgaande stuk, heb ik d’eer ue bekent te maken dat uwe gemeente ontheven is van alle verdere verantwoordelijkheid ter zake van de subsidie, welke uit ’s rijks kas zijn verstrekt voor de schoollokaal en zulks naar luis van de missive van d’ hadministrateur voor ’t onderwijs. De distrikts-kommissaris Van de Weyer UC 399 – Malderen 7 november 1827 Aan den heer Kolonel der 15de Afdeelinge in garnizoen te Antwerpen - Daar de milicien Vijvermans Karel, gedient hebbende onder Ue afdeeling depot bataljon 3de compagnie, en thans den 1 october jongstleden afgerekend, verlangt tot de huwelijken staat over te gaan, maar vooraleer hij zulks kan doen heeft hij Ue toestemming noodig en dientengevolge geef ik mij de eer Ue te berigten dat zijne aanstaande echtgenote mij verklaart heeft dat indien genoemden milicien nog zoude moeten opkomen zij nooit het korps zal volgen en genoegzame inkomen bezit voor alsdan te kunnen bestaan. De burgemeester. GR N° 81 - 8 November 1827. (Kort) Vervanging van een derde van de gemeenteraad. Uittredende leden in 1828: - Jozef Slachmuylders, assesor. - Joannes Benedictus Lemmens, raadslid Keuze van kandidaten voor hun opvolging: - Jozef Slachmuylders, landbouwer, ° Malderen 27-12-1763, gehuwd, 6 kinderen, betaalt Fl. 33 provinciale belastingen, 5 stemmen. - Joannes Baptist Lemmens, koster, ° Lippelo 11-10-1775, weduwnaar, 5 kinderen, betaalt jaarlijks Fl. 21 provincietaksen, 5 stemmen.
140
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Pieter Boons, landbouwer, ° Malderen 18-12-1794, ongehuwd, betaalt jaarlijks Fl. 22 provincietaks, 4 stemmen Gilles Van den Bossche, landbouwer, ° Malderen 10-7-1776, ongehuwd, betaalt jaarlijks Fl. 50 provincietaks, 3 stemmen.
UC 400 - Malderen 10 november 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ingevolge statens rondgaande brief van den 15 october geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken het proces verbaal der benoeming van vier kandidaten om benoemd te worden in vervanging der raadsleden dewelke met 2 january aanstaande moeten aftreden. De burgemeester. UC 401 - Malderen 17 november 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ingevolge statens rondgaande brief van den 7 dezer omtrent de broodzetting geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken de staat, aanwijzende het gewicht en hoeveelheid brood welke een mud van den oogst dezes jaars oplevert. De burgemeester UC 402 - Malderen 14 december 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 13 november MA 68, omtrent de bevolking van de RoomscheKatholyke eeredienst geef ik mij de eer Ue te berigten dat het getal der leden welke in deze gemeente de Roomsche-Katholyke eeredienst op den 1sten january 1826 uitoefende beliep tot 1493. De burgemeester. GR N° 82 - 20 December 1827 De raad, ingevolge brief Gouverneur van 8 december (M.A. 88), ... is overgegaan tot het opmaken van een reglement voor de nachtwachten binnen deze gemeente. Gezien het art. 74 van het bestuur der gemeenten ten platten lande, bij zijner majesteitsbesluit van den 23 July 1825, nr. 132, vastgesteld. Gezien de wet van 6 Maart 1818, Journal Officiel nr. 42. Heeft besloten. Art. 1 - Zoo dikwils als het door het plaatselijk bestuur zal noodig geoordeeld worden, of de omstandigheden het zullen vereisschen, zullen de nachtwachten door burgemeester en assessoren bijeengeroepen en in dienst gesteld worden, mits nogtans hier omtrent hun te gedragen aan de reeds bestaande wetten en reglementen, op zoodanige gewapende macht als zich in de gemeente zal mogen bevinden, en ook onder de verpligting om van alle het verrigte onverwijld aan den heer gouverneur der provincie kennis te geven. Art. 2 - Alle de ingezetene van den ouderdom van 18 tot 60 jaren zijn verpligt de nachtwacht te doen, behoudens nogtans de wettige uitzonderingen waar over het collegie zal uitspreken. Art. 3 - Allen ingezetenen die tot den dienst der nachtwacht zal aangeschreven worden, is gemagtigd eenen plaatsvervanger te stellen, den welken nogtans door het gemeentebestuur moet goed gekeurt worden. Art. 4 - Allen ingezetenen die behoorlijk aangeschreven en dags te vooren verwittigt zijnde, uitgenomen in bezonderen voorvallen, zonder wettige reden den nachtwacht weigeren te doen, of zig op gestelde ure der bijeenkomst niet zouden bevinden hetzij in persoon of door eenen plaatsvervanger, zal voor de eerste maal gestraft worden tot eene boete van 2,83 guldens tot 4,72 guldens ingevolge den art. 475 van den wetboek der straffen. Art. 5 - In geval de oorzaak der afwezendheid goed gevonden en aan het plaatselijk bestuur 12 uren te vooren aangekondigd word, zal er eenen anderen ingezetenen opgeroepen worden om de plaats van den afwezigen te bekleeden. Art. 6 - Iederen reis dat de reden van afwezendheid der opgeroepenen zal goed gevonden zijn, zullen de zelve aangeteekent worden, om te dienen zoo haast als de belettende redenen geen
141
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
plaats meer zullen hebben, en ten dien opzigte zullen er zoodanige maatregelen genomen worden, dat deselfs dienst het zij door hun zelfs het zij door hunnen plaatsvervanger zoo dikwils zal verrigt worden, als of er geen beletsel zoude geweest zijn. Art. 7 - Allen ingezetenen die zonder wettige redens, voor de tweede reize den dienst niet zal opgepast hebben zal verwezen worden tot eene boete van 5 à 10 guldens. Art. 8 - De onbemiddelde en de gene opentlijk bekent zijn buiten staat om te kunnen betalen, zullen in geval van art. 4 op aanzoeking van den burgemeester of eenen der assessoren en bij wijze van straffe gehouden zijn twee nachtwachten te doen, zoo nogtans dat er eenen dag respijt zal zijn tusschen beide. Bij zoo verre zij weigeren daar aan te voldoen, zullen zij tot eenen dag gevangenis kunnen verwezen worden. Art. 9 - Gedurende den nachtdienst zal het plaatselijk bestuur en bezonderlijk den assessor belast met de politie, het wachthuis dikmaals bezoeken, en zij zullen alle middelen aanwenden om zich te verzekeren dat den dienst stiptelijk word volbragt. Art. 10 - Den genen deel makende van den nachtwacht die zoude zijnen post verlaten zonder toestemming van den kaporaal commandant, zal gestraft worden met eene boete van 1 tot 3 guldens. Art. 11 - Indien de kaporaal zelfs zijnen post verliet, zonder toestemming van den burgemeester of den assessor belast met de politie, zal deze boete dubbel zijn. Ingeval de overtreders onbemiddeld zijn zal de schikking van art. 8 hun toepasselijk zijn. Art. 12 - Den coporaal zal gedurende zijnen dienst responsabel wezen van alle misbruiken, slegt order en alle hoegenaamde braken van meubels die in het wagthuis zullen bevinden. Art. 13 - Het plaatselijk bestuur is gemagtigt iemand van zijnen 't wegen aan te stellen om het bevel te voeren over de gemelde nachtwacht en dezelve te besturen. Art. 14 - De ouders zijn verantwoordelijk voor hunne minderjarige kinderen, gelijk de meester en meesteressen verantwoordelijk zijn voor hunne dienstboden, voor alle overtredingen. Art. 15 - De nachtwacht zal gehouden zijn tot het aanhouden van allen nachtklopper of bedelaar, stoorder van de publieke rust en vremdelingen die van geene wettige passeport en zijn voorzien. Art. 16 - De koporaal zal gehouden zijn op het ontvangen van zijn bevel tot het doen der nachtwacht, zijne mannen die mede tot het doen der nachtwacht hem zullen aangewezen en opgeroepen worden, te verwittign op wat dag en ure zij gehouden zijn hun in het wachthuis te begeven. Art. 17 - Allen ingezetenen die tot het doen der nachtwacht zal opgeroepen zijn, aan de bevelen van zijnen koporaal gedurende zijnen dienst niet zal gehoorzamen, zal tot eene boete van 2 tot 5 guldens voor de eerste reize verwezen worden en voor de tweede reize tot het dubbel. Ingeval van onvermogen tot het betalen dezer boeten zal het art. 8 hun mede toepasselijk zijn. Art. 18 - De koporaal die in het wachthuis met zijne mannen zal verblijven, zal gehouden zijn een man van zijne kompagnie voor de deur van het wachthuis te plaatsen. Dezen man zal ook alle kwartier uurs naar evenredigheid en omtrent elk op gelijken tijde moeten afgelost worden. Art. 19 - De koporaal is gehouden van aan den burgemeester of den assessor belast met de politie binnen den tijd van zes uren na het afloopen van zijnen dienst kennisse te geven van alle dissorders, ongehoorzaamheden, aanhoudingen en alle andere voorvallen geene uitgenomen, die gedurende zijnen dienst zullen plaats hebben en ook van over te geven de namen van zijne compagnie, dewelke niet zullen opgekomen of voor het afloopen van den dienst zullen vertrokken zijn. Dit alles op straffe alsmede in geval de koporaal zou verzuimen de mannen zijner compagnie behoorlijk op te roepen tot het doen der nachtwacht, eener boete van 3 tot 6 guldens. Art. 20 - De regeltucht der nachtwachten, de uren op de welke die zullen verzamelen en scheiden, het getal van manschappen dat dagelijks zal opgeroepen worden, en alles hetgene in dit algemeen reglement niet voorzien is zullen door burgemeester en assessoren bij een bijzonder reglement bepaald worden.
142
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Art. 21 - Het igenwoordig reglement zal aan de goedkeuring der gedeputeerde staten worden onderworpen, en na het zelve de goedkeuring te hebben verworven zal er kopij aan den heer vrederechter van dit kanton en den heer procureur des konings bij de correctionele rechtbank te Brussel worden overgemaakt; ook zal daar van kopij in het wachthuis dezer gemeente worden aangeplakt. Aldus gedaan en besloten te Malderen in zitting van date als boven. Willocx, De Laet, Slachmuylders, Daelemans, De Vleminck, Lemmens, Kuyckens, De Bock. UC 403 - Malderen 21 december 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Een reglement voor de nachtwacht. De burgemeester. GR N° 83 - 24 December 1827. (Kort) Vernieuwing bij derde bureel van weldadigheid. Moest (bij lottrekking) aftreden op 2 januari 1828: Franciscus Karel Seghers. Wordt benoemd tot nieuw lid: Franciscus Karel Seghers (bij wederbenoeming). UC 404 - Malderen 27 december 1827 Aan den heer rechter ter instructie van het arrondissement Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 19 dezer geef ik mij de eer Ue te berichten dat ik tot heden geene voordere inlichtingen bekomen heb jegens de onbekende daders die in den nacht van 5-6 augusty jongstleden een paard uit den stal van J.B. Van Humbeeck dezer gemeente gestolen hebben. De burgemeester. UC 405 - Malderen 27 december 1827 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening aan Ue missive van den 21 dezer geef ik mij de eer Ue hier nevens terug te sturen het rekwest van den heer Hiel, desservitor dezer gemeente, strekkende tot het bekomen eener gratificatie, met de naarvolgende inlichtingen, te weten. Ouderdom: 55 jaren. Lichaamskwalen: Eene windbreuke waar door hij bij tijd belet word zijnen dienst uit te oefenen Verrigte diensten: Coadjutor te Londerzele en vicaris tot 1806, dan proost te Nattenhaasdonck tot 1826 en sedert dezen laatsten tijdstip desservitor dezer gemeente. Gewijd 14 mei 1797 Zijn zedelijk en politiek gedrag: Alderbest en onberispelijk en nooit heeft hij hem 't zij directelijk of indirectelijk met politieke zaken bemoeid. Jaarlijksche ontvangst uit schatkist: Voor de eerste maal heeft hij gedurende 1826 als desservitor uit 's Rijks schatkist getrokken tot 375 guldens. Jaarlijksche ontvangst, gemeente: 150 gulden. Eigen middelen: Fl 51,42 's jaars Beloop van de accidentalia: 40 gulden Houding tegenover het Collegium Philosophicum en vernietiging der kleine seminaries: Goed, want wij verzekerd zijn dat hij hieromtrent hetzij directelijk of indirectelijk niet over handelt, hoegenaamd met wie het zij. Vroegere gratificatie: Ja, twee maal, de 1ste groot 100 guldens ingevolge besluit van den ... en de 2de groot 100 guldens bij beluit van 17 augusty 1826 nr. 98. De burgemeester. UC 406 - Malderen 28 december 1827
143
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Daar het plan tot het vergrooten van ons schoollokaal met den bestek aan de begrooting over 1828 dezer gemeente is vervoegd geworden om de noodige goedkeuring te bekomen en de bekosting in de begrooting toe te staan, ons met de gemelde begrooting niet terug gezonden zijn, zoo geef ik mij de eer Ue te aanzoeken van ons het zelve plan en bestek te willen doen overmaken. De burgemeester.
144
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1828 **** UC 407 - Malderen 4 january 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) De staat de geboorten, huwelijken en overlijdens. 2) Statistiek der sterfte voorgevallen in 1827. 3) De staat der armenscholen en huiszittende armen. 4) De alphabetische lijst der gepleegde misdaden 1827. 5) De staat der gewone visiten nopens maten en gewichten gedurende het laatste kwartaal 1827. 6) Beraadslaging houdende benoeming van een raadslid van het bureele van weldadigheid. De burgemeester. UC 408 - Malderen 4 january 1828 De burgemeester en assessoren van Malderen verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene gestichten van godshuizen aanwezig zijn en dientengevolge zij in het geval niet zijn van den staat te vorderen bij statens rondgaande brief van den 8sten december 1827 te moeten opmaken. UC 409 - Malderen 4 january 1828 De burgemeester en assessoren van Malderen verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene personele omslag ter bestrijding der gemeenteuitgaven bestaat. En overigens zij in het geval niet zijn van de tarieven ter daarstelling van gezegden personelen omslag over 1828 te moeten opmaken welke stukken gevraagd zijn bij statens rondgaande brief van den 19 december 1827 MA 94. UC 410 - Malderen 12 january 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor na Ue visa de goedkeuring van de gedeputeerde staten te bekomen, geef ik mij de eer Ue hier nevens toe te sturen het kohier van lasten en voorwaarden tot de openbare boomverkooping de welke in de begrooting dezer gemeente over het lopend dienstjaar is voorgedragen en toegestaan. De burgemeester. UC 411 - Malderen 17 january 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het is met smart dat ik Ue missive van den 11den dezer houdende benoeming van bijzondere kommissaris tot het afhalen der beraadslaging houdende vernieuwing van een derde gedeelte van het armbestuur dezer gemeente, heb ontvangen en gezien. Het is niet dat mij dit pijnigt voor de betaling der somme van 25 cents maar enkelijk dat het uit geene verzuim voortkomt. De in kwestie beraadslaging met andere stukken hebben lang den kantonalen bode binnen deze gemeente afgewagt, zonder dat de knaap te voorschijn is gekomen, en alsdan verpligt en genoodzaakt geweest zijn deze stukken hun naar te zenden, zonder dat wij weten of de zelve hem zijn behandigd geworden. Op de wijze dat meester bode handelt kan hij dikwils 25 cent winnen. slechts zien wij hem éénmaal per maand en alswanneer wij uit te zenden hebben moeten wij hem dit doen naardragen, en hij stuurt ons de papieren met de eene andere gelegenheid en dikwils 2 of 3 correspondentiën tegelijk, waardoor vertraging in de administratie word toegebracht; waar beter
145
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
geen bode als eenen dusdanigen, want alsdan zou de briefwisselingen regulier geschieden en op niemand dan op den veldwachter vertrouwen te stellen hebben. Ten slotte wel edele gestrenge heer, aanzoeke ik Ue van hem beter te willen doen oppassen, en indien hij het niet doet dat ik tegen hem zal verbaliseren voor zijne onachtzaamheid te bewijzen en zijne destitutie te vervolgen. De burgemeester. UC 412 - Malderen 17 january 1828 Aan den militie kommissaris te Brussel - Aanzoeke mij te willen laten toekomen de hier onder uitgedrukte model attesten en staten benoodigd voor de lichting van het loopende dienstjaar. 20 advertentiebiljetten art. 131 der wet van den 8 january 1807. Formulier L - 2, Formulier N art. 15 der wet van 27 april 1820 Formulier S - 4 Formulier U - 4 (broeder in activen dienst) en 6 (voor een broeder van den dienst ontslagen). Formulie DD - 12 De burgemeester. UC 413 - Malderen 19 january 1828 Wel edelen gestengen heer militie kommissaris te Brussel - De genoemde Van Aken Hendrik, milicien dezer gemeente van den jare 1827, een broeder hebbende, bij name Van Aken Frans die zich op den 11 july 1823 vrijwillig als soldaat geëngageert heeft, en op den 27 november 1827 bij de expeditionaire afdeeling is overgegaan. Daar de eerstgenoemde Hendrik Van Aken, voor de militieraad van 1827 geen bewijs heeft kunnen voor oogen leggen dat zijn broeder zich vrijwillig had geëngageert, is hij door zijn lot tot den dienst geroepen geworden. Thans heeft hij een extract uit het stamboek ontvangen, het welk hij mij gisteren behandigd heeft om vrijstelling te bekomen en van den dienst te worden ontslagen. Vermits ik twijfel of deze jongeling nog tot vrijstelling gerechtigd is geef ik mij de eer Ue te aanzoeken van mij te willen berichten of hij nog tot ontslag van dienst kan aanspraak maken en in geval van ja, op wat wijze daarmede moet gehandeld worden. De burgemeester. UC 414 - Malderen 23 january 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Hier nevens geef ik mij de eer Ue over te maken een verzoekschrift aan de gedeputeerde staten ten einde de verlenging van den steenweg van Meysse tot in Malderen te willen ten uitvoer te doen brengen, Ue mede smeekende van dit stuk aan de gedeputeerde staten te willen doen toekomen en het zelven voor zoo veel mogelijk te ondersteunen. De burgemeester. UC 415 - Malderen 25 january 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Een staat van daggelden verschuldigd door deze gemeente over Hartz (= Aerts) Karel, aan het bedelaarswerkhuis te Terkameren van 1e october tot ultima december 1827 ontvangen hebbende, en waarop Ue bevel tot betaling der somme van fl. 30,80 bevind. Ik vermeen wel edele gestrenge heer dat in het opmaken van dezen staat door den heer directeur van het gemeld werkhuis een misslag zal zijn begaan. Terwijl Ue bij missive van den 18 october jongstleden hebt bericht dat, volgens mutatiën welke gedurende de maand october in het personeel der kolonie van weldadigheid te ZuidFrederiksoord hebben plaats gehad, de genaamde Karel Hartz op den 18 daaraanvolgende in dat etablissement is gedeserteerd.
146
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Daar met deze desertie deze gemeente de aangehaalde somme niet kan verschuldigd zijn, zoo geef ik mij de eere Ue te berichten dat wij deze in kwestie som niet zullen mandateren vooraleer dat wij nader zullen verzekerd zijn dat de gemeente deze somme waarlijk verschuldigd is, en dientengevolge verzoeke ik Ue van hieromtrent stellige inlichtingen te willen nemen en ons de zelve mede te deelen. De burgemeester. UC 416 - Malderen 28 january 1828 Aan den heer militie kommissaris te Brussel - De inschrijvingsregister en alphabetische lijst der lotelingen dezer gemeente over het loopende dienstjaar 1828. De burgemeester UC 417 - Malderen 28 january 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) De staat der gevaccineerde persoonen gedurende het vierde kwartaal 1827. 2) Proces verbaal van verificatie der gemeentekas over het vierde kwartaal 1827. 3) De staten van geboorten, huwelijken en overlijdens gedurende 1827. 4) De staat van de in de bevolking ontstane veranderingen gedurende 1827. 5) De staat der koepokstofonenting over 1827. De burgemeester. UC 418 - Malderen 2 february 1828 De burgemeester en assessoren van Malderen voor te voldoen aan 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 21 dezer MA 12, verklaren en betuigen dat er binnen deze gemeente geene persoonen bestaan dewelke onder de waakzaamheid der politie geplaatst zijn. UC 419 - Malderen 6 february 1828 Aan de controleur der directe belastingen te Assche de rolle van het vee dezer gemeente over 1828. De burgemeester. UC 420 - Malderen 22 january 1828 Aan hunne hoog edele heeren gedeputeerde staten der provincie Zuid-Braband - Edele hoog achtbare heeren - Vertoont met de aldergrootste eerbied het plaatselijk bestuur van Malderen dat hij benevens de besturen van Steenuffel en Londerzele in den loop van 1826 een verzoekschrift, waar bij zij de verlenging tot in de gemeente Malderen van de thans bestaande steenweg van Brussel naar Meysse, hebben gevraagd, en bij het zelve is aangehaald geworden de voordeelen die, zoo voor den koophandel als akkerbouw deze nieuwe communicatie zou opleveren, voor het oog uwer edele hoogachtbare heeren hebben gelegd; en waar op door de heer districtskommissaris te Brussel, bij missive van den 17 juli 1826 is geantwoord dat "Uwe edele hoogachtbare heeren erkende dat deze nieuwe communicatie veele voordeelen zal opleveren, zij nogtans genoodzaakt zijn de uitvoering der zelven uit te stellen en zulks uit reden dat de provincie alreeds aanzienelijke werken van dien aard ondernomen en begonnen hebbende, het noodig is de zelve te voltooien alvorens er nieuwe aan te vangen." Daar de voordeelen van bewuste verlenging reeds door uwe edele hoog achtbare heeren zijn erkend, is het onnoodig en zelfs zou het overtollig zijn alle de zelve wederom aan te halen, zoo nogtans moet men zeggen dat de gezegde verlenging nieuwe en groote voordeelen zal opleveren zoo met den reeds begonnen steenweg van Vilvoorde naar Aalst als met de nieuwe kasseide van Dendermonde naar Mechelen de welke slechts een kwartier uurs der gemeente Malderen loopt en ook communicatie heeft met het koophandel drijvende gehucht den Ouden Briel het welk aan de rivier de Schelde belend en waar van deze gemeente mede slechts den afstand van drie kwartier uurs bereikt.
147
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Wat mooi gemeenschap zou de gezegde verlenging niet te wege brengen zoo voor den uitweg naar de Schelde, Dendermondsche kasseide, Brusselsche vaart als naar de hoofdstad van ons gelukkig Nederland, naar alle welke plaatsen en namentlijk naar Brussel de inwoners van Malderen, Steenuffel, Londerzele, Impde, Rossem, Wolverthem en meer andere daar omtrent liggende gemeenten gedurende de helligt van het jaar ter oorzake van slechte en onverbeterbare straten, met geene karren of wagens kunnen komen. Tot verbetering van het lot der bijna opgeslotene inwoners der gemelde gemeenten, wend zich opnieuw het plaatselijk bestuur van Malderen tot Ue edele hoog achtbare heeren, en ootmoedig smeekende opdat uwe edele hoog achtbare heeren de verlenging van den steenweg van Meysse over Wolverthem en Steenuffel tot binnen Malderen zich verwaardigen ten koste der provincie toe te staan en ten uitvoer te doen brengen. De burgemeester. UC 421 - Malderen 12 february 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staat van den kerkenraad en kerkmeesters. Ziet MA nr. 8 van 1828. De burgemeester. UC 422 - Malderen 21 february 1828 Aan de controleur der directe belastingen te Assche - Het register, legger en declaratoiren der patentschuldigen dezer gemeente over het loopende dienstjaar. De burgemeester UC 423 - Malderen 8 maart 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het proces verbaal der verkoopinge van onze gemeente boomen met den staat van de daar aan klevende onkosten ten einde de noodige goedkeuringe te bekomen. De burgemeester; UC 424 - Malderen 15 maart 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De rolle van de admodiatie op het gemaal over 1828 en het kohier der belasting op de honden 1828. De burgemeester. UC 425 - Malderen 12 april 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ingevolge statens rondgaande brief van den 19 february MA 33, omtrent den aankoop van maten en gewichten tot het gebruik van het onderwijs, geven wij ons de eer Ue te aanzoeken van den aankoop der maten en gewichten, bij gemelde rondgaande brief voorgeschreven, bij den arrondissements ijker te doen verrichten, behoudens nogtans der volgende stukken waarvan onze gemeenteschool reeds voorzien is, te weten: eene Nederlandsche elle en het stel tinnen vogtmaten van den halven kan tot het halve maatje ingesloten, ... ten getalle van vier stukken. De burgemeester en assessoren. UC 426 - Malderen 26 april 1828 Aan den heer arrondissements militiekommissaris te Brussel - Een order aan Van den Eede Francis, milicien dezer gemeente van de lichting 1827, die voor een jaar in 1827 is vrijgesteld geworden, en den 8 february dezes jaars alhier is overleden, en waarvan eene extract uit de register van overlijden den 7 maart jongstleden aan den militieraad is overgelegd. En dien tengevolge gelieft deze missslag te doen erstellen. De burgemeester.
148
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 427 - Malderen 3 mei 1828 Aan den heer arrondissements militie kommissaris te Brussel - Het dood-extract van Francis Van den Eede, loteling dezer gemeente, gevraagd bij Ue missive van 30 april. De burgemeester. UC 428 - Malderen 10 mei 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staten over het getal geboorten, overlijdens, huwelijken en echtscheidingen die binnen deze gemeente in january, february, maart en april hebben plaats gehad. De burgemeester. UC 429 - Malderen 22 mei 1828 De burgemeester en assessoren van Malderen voor te voldoen aan 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 2 der loopende maand MA 68 verklaren ende betuigen dat er in het secretariaat hunner gemeente eenen maat bestaat, verdeelt volgens het metrischen stelsel in el, palmen, duimen en strepen. UC 430 - Malderen 22 mei 1828 De burgemeester en assessoren van Malderen ter voldoening van des heeren gouverneurs rondgaande brief van den 21 january MA 14 omtrent de voorschriften van het Nederlandsch muntstelsel verklaren en betuigen dat binnen hunne gemeente zoowel in de winkels, herbergen als openbare gestichten alle berekeningen in Nederlandsch muntstelsel geschiedt en dat de cents volgens tarief worden ontvangen en uitgegeven. UC 431 - Malderen 22 mei 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 10 dezer omtrent de jaarlijksche paarde- en veemarkt binnen de gemeente Boom, gevens wij ons de eere Ue te berichten dat de oprichting dier jaarmarkt voor deze gemeente, gezien haren afstand, geen voor- of nadeel kan toebrengen. De burgemeester en assessoren. UC 432 - Malderen 22 mei 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 30 april omtrent de domicilie van onderstand van den bedelaar David Vermaesen, geven wij ons de eer Ue te berichten dat deze jongeling binnen de gemeente Basel den 5 mei 1800 geboren is blijkens een nevens gaand briefje afgegeven door de secretaris dier gemeente, dat zijn vader Dominicus Vermaesen gewoont heeft binnen Basel en Cruybeke en nadien hij zich binnen deze gemeente voor korten tijd gehuisvest heeft en thans binnen de gemeente van Puurs woonagtig is. Genoemde David Vermaesen heeft sedert zijne meerderjarigheid en zelfs voor dien tijd altijd landlooper geweest, zonder ooit eene vaste wonige gehad te hebben. De burgemeester en assessoren. UC 433 - Malderen 24 mei 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Dat onzen gemeenten ontvanger ziek ter bedde ligt en hij zijne rekeninge dezer gemeente over 1827 nog niet heeft kunnen opmaken. Ik zal de hand houden dat hij de zelve zoodra mogelijk opmaakt en hij ons in staat stelt van Ue die te doen geworden. De burgemeester. UC 434 - Malderen 24 mei 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het kohier der schoolfonds dezer gemeente over den loopenden jaar ten einde na Ue visa de noodige goedkeuring te ontvangen. De burgemeester.
149
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
DIV - Malderen, den 5 juny 1828 (circa). Den veldwachter der gemeente Malderen zal de ondergenoemde persoonen aenzoeken van aan de straeten te werken à 40 centen daegs op hunnen kost, van ’s morgens van 5u30 tot ’s avonds 7u30. In de Lippeloostraet, Potaerdestraet en Steenuffelstraet, en voorzien met een schup en kruywaegen. Van 17 juny 1828. 1 Gillis De Jonghe, Swaentjen 1-20 betaelt 2 François Meeus, Cruysheyde 3 Pierre Van der Veeken, Cruysheyde 4 Jozef Clairbout, Dorp 0-40 betaelt 5 Baptiste Van den Eynde, Dorp 0-40 6 Franciscus (of Baptist) Vermeire, Dorp 1-20 betaelt 7 Casimirus Hermans (Dorp) 1-20 betaelt 8 Henricus Van Riet (Dorp) 1-20 betaelt 9 Baptiste Brusselmans, Dorp betaelt 10 Baptiste Van Aken, Kouterstraet 1-20 betaelt 11 Baptiste Van Buggenhout, Heyde 1-20 betaelt 12 Karel Daelemans, Heyde 0-80 betaelt 13 Merten Verhelst, Heyde 0-40 betaelt 14 Hendrik Van Riet, Heyde 1-20 betaelt Op zondag 22 in de meyerije te komen om het geld. PV N° 13 6-6-1828 - Tegens Albertus De Maeyer landbouwer te Malderen over zijne koei op een andere eigendom te hebben laten weiden. Het jaar duizend acht honderd acht en twintig den zesden der maand Juny ten acht uren voor middag, voor ons Judocus Willocx, burgemeester en polite ambtenaar der gemeente Malderen, kanton Wolverthem, provincie Zuid Braband, is gekomen Joannes De Schryver, veldwagter der zelve gemeente Malderen, dewelke verklaard heeft dat hij op heden omtrent den zes ure van den morgend, op het goed toebehorende aan Pieter Verest, landbouwer te Malderen en aldaar gelegen, een weidende koei verzeld van een jongetje heeft bevonden, aan den welken hij heeft gevraagd wiens kind hij was het geantwoord heeft, van Albertus De Maeyer, dan of hij de permissie had voor zijne koei op dit goed te laten weiden, waar op het jongetje geantwoord heeft van neen, op welke antwoord hij aan den zelven zeide dat hij met zijn koei moest medekomen naar het dorp, waarop het jongetje de vlugt genomen heeft en naar hun geloopen is; dat hij veldwagter alsdan de koei heeft vastgenomen voor naar het dorp te brengen, en onder de weg zijnde, de genoemde Albertus De Maeyer, landbouwer wonende te Malderen hem is tegengekomen, die aanstonds hem een vuistslag op den kop heeft toegebragt en hem met geweld de koei heeft afgenomen. Ten gevolge van alle welke verklaringen hebben wij burgemeester de gemelde De Maeyer, aanstonds voor ons doen verschijnen, en opgekomen zijnde en hem omtrent het gezegde ondervraagd hebbende, hij alles hetgene hier voren verklaard is beleden heeft, behoudens nogtans van den vuistslag, zeggende dat hij geen hand nog vinger aan den veldwagter gehad heeft. Aangezien dat genoemde De Maeyer, ingevolge zijne eigene verklaringen zich in overtreding bevind aan het artikel 46 van het plaatselijk politiereglement van den 14 Maart 1827, behoorlijk door de gedeputeerde staten der provincie goedgekeurd, hebben wij burgemeester opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden aan den heer vrederegter des kantons Wolverthem. Gedaan te Malderen de dag, maand en jaar als boven. Get. Willocx, burg.
150
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
GR N° 84 - 10 Juny 1828 De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het benoemen van twee leden uit deszelfs midden om uit te maken de commissie voorgeschreven bij het artikel 11 der wet van den 11 April 1827, staatsblad nr. 17, op de schutterij. Gezien het beroepen artikel 11 houdende onder andere “deze loting zal plaats hebben in het openbaar door de zorg van het plaatselijk bestuur en onder het opzicht van een commissie uit het zelven door het zelve benoemd." De raadsleden om te voldoen aan de bepaling van het aangehaald artikel, hebben bij meerderheid van stemmen benoemd gelijk zij doen bij deze, de heeren De Laet Adriaen Francis en Slachmuylders Jozef, beide assessoren dezer gemeente, dewelke binnen deze gemeente en over den loopenden jare zullen uitmaken de commissie die volgens meergemeld artikel belast is met het opzigt over de loting voor de schutterij. Gedaan en benoemd te Malderen in zitting van den 10 Juny 1828. Willocx, De Laet, Slachmuylders, Daelemans, Lemmens, Kuyckens, De Bock. GR N° 85 - 10 juny 1828 De burgemeester der gemeente Malderen. Gezien het artikel 11 der wet van 11 April 1827, staatsblad nr. 17, en des heeren gouverneurs rondgaande brief van 29 Mei jongsteleden, M.A. 84, omtrent de commissie belast met het opzigt der loting voor de schutterij. Benoemt de heer Van Muylders Jozef, landbouwer binnen deze gemeente en ingeschrevene loteling voor de schutterij ten einde deel te maken der commissie die volgens gemeld art. 11 belast is met het opzigt over de loting voor de schutterij binnen deze gemeente voor den loopenden jare. UC 434 bis - Malderen 10 juny 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening aan 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 29 mei MA 84 omtrent het noodig getal lotingsbiljetten voor de schutterij over den loopenden jaar en het getal ingeschrevene persoonen van iedere klasse, geef ik mij de eer Ue te berichten dat het getal ingeschreven op ieder register bestaat als volgt: 1794 9 1795 8 1796 15 1797 16 1798 16 1799 15 1800 12 1801 17 1802 15 1803 17 De burgemeester UC 435 - Malderen 12 juny 1828 Aan den heer vrederechter des kanton Wolverthem - Een proces verbaal van enkele politie tegen Albertus De Maeyer, landbouwer binnen deze gemeente, zich in overtreding bevindende aan het art. 46 van het plaatselijk politiereglement. De burgemeester. GR N° 85bis 17 Juny 1828 (Kort) Gemeenterekening 1827 van Joannes Baptist Verstraeten, gemeenteontvanger. Algemene ontvangsten: 3547,41 Algemene uitgaven: 2973,58 151
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- 1,51 voor herdrukken registers burgerlijke stand - 0,12 voor abonnement journal des plats pays, blijft 2971, 95 Overschot: Fl. 575,49 UC 436 - Malderen 17 juny 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De rekening dezer gemeente over den jare 1824. De burgemeester UC 437 - Malderen 27 juny 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening aan Ue missive van den 24 dezer nopens het opmaken der rolle tot herstelling der buurtwegen voor het loopend dienstjaar geef ik mij de eer Ue te berichten dat wij in het geval niet zijn de bedoelden rolle op te maken, daar de kosten voor de gezegde herstellingen in den begrootingsstaat in de gewone gemeente inkomsten toegestaan zijn. De burgemeester. PV N° 14 30-6-1828 - Tegen Seghers Hubertus te Steenhuffel, Meert Karel en Goossens Pieter te Malderen, over het uitslagen van vensters en instampen eens deur. Het jaar duizend acht honderd acht en twintig den dertigsten der maand Juny ten tien ure voormiddag, voor ons Judocus Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel provincie Zuid Braband, is gekomn Maria Theresia Venne, weduwevrouw van Jozef Segers, spinster, wonende binnen deze gemeente, dewelke heeft verklaard dat op gisteren negen en twintigsten der loopende maand Juny ten elf ure des avonds, zij hoorde dat de waterbladeren en venster van haar huis ingeslagen en de deure ingestampt werden, waar op zij met vreeze uit haar bed gesprongen is, en aan de venster komende zij de volgende personen gezien en erkend heeft te weten: 1) Hubertus Seghers, dienstbode wonende bij Franciscus Reyntens, landbouwer te Steenhuffel 2) Karel Meert, zoon Adriaan, en 3) Pieter Goossens, zoon Jacob, beide landbouwers wonende te Malderen; en aan dewelke de comparante gevraagd heeft of zij het waren die de venster uitgeslagen en de deure ingestampt hadden waarop zij geantwoord hebben van ja en alsdan zonder verdere braak of schending vertrokken zijn. wijder verklaard nog de comparante dat de schade door het voorgaande feit veroorzaakt geschat is op twaalf nederlandsche guldens. Waar van en van alle welke ik burgemeester heb opgesteld het tegenwoordig proces verbaal, voor overgemaakt te worden aan den heer prokureur des konings bij de correctionele regtbank te Brussel. Gedaan te Malderen, de dag, maand en jaar als boven. Get. Willocx, burg. UC 438 - Malderen 1 july 1828 Aan de procureur des konings te Brussel - Een proces verbaal tegen Hubertus Seghers, dienstbode wonende te Steenuffel, Karel Meert en Pieter Goossens, landbouwers wonende te Malderen, van op den 29 juny laatst de deure en vensters van Maria Theresia Venne, weduwe Jozef Segers, spinster wonende te Malderen, beschadigd te hebben. De burgemeester. UC 439 - Malderen 2 july 1828 Aan den heer commandant commanderende de 1ste Afdeeling, 2de Bataljon, 6e Compagnie te Brussel - De familiezaken van den genoemden Jan Baptist Van Humbeeck, milicien dezer gemeente en in werkelijken dienst onder Ue compagnie, vereischende dat den zelven zich
152
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
voor eenige dagen in zijne haardstede terug keert en dien tengevolge geef ik mij de eer Ue te aanzoeken van om de genoemden milicien een klein verlof te willen verleenen. De burgemeester. PV N° 15 6-7-1828 - Onvoorziene rampen en verliezen voor hagelslag en stormwinden Het jaar duizend acht honderd acht en twintig den zesden der maand July, ten negen uren voor middag, voor mij Judocus Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, zijn gekomen de naargenoemde personen, dewelke verklaard hebben door den hagelslag en stormwinden die alhier op gisteren vijfden dezer van twee tot drie uren in den naarmiddag plaatsgehad hebben, aanzienlijke schade en verliezen, zoo aan hunne gebouwen als vruchten te velde geleden en gehad hebben. Ingevolge van alle welke verklaringen, ik burgemeester, mij aanstonds ter plaatsen heb begeven, en alwaar zijnde het volgende heb beschouwd te weten: Michiels Jan Baptist, landbouwer te Malderen in de Beeckstraat: door den hagelslag beschadigd aan zes roeden vlas, vierentwintig roeden rogge, zes roeden tarwe en acht roeden haver. Coomans Johan Baptist, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: een bunder twee en zeventig roeden rogge, eenendertig roeden tarwe, negen roeden haver, zes en veertig roeden boekweit, eenendertig roeden vlasch. Goossens Jacob, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: een bunder zes en twintig roeden rogge, drie en dertig roeden haver, vijftien roeden boekweit, veertig roeden vlasch. De Boeck Willem, landbouwer wonende te Malderen aan den herbodinnenmolen: twee bunderen zestig roeden rogge, vier en dertig roeden tarwe, twintig roeden gerst, vier en zestig roeden haver, veertig roeden boekweit, en zijn schure geheel ingestort met een groot gedeelte van den stal. Janssens Andreas, landbouwer,wonende in de Beeckstraat: een bunder zestien roeden rogge, dertien roeden tarwe, vijftien roeden haver, twintig roeden boekweit, zes en twintig roeden vlasch. Meert Adriaan, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: een bunder rogge, zestien roeden tarwe, twee en dertig roeden haver, zestien roeden vlasch. Reyniers Cornelius, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: twintig roeden rogge, veertien roeden boekweide, negen en twintig roeden vlasch. Van Aken Philippus, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: zestien roeden rogge, twintig roeden vlasch Verdoodt Emmanuel, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: drie bunderen rogge, een bunder negentig roeden haver, een bunder acht en twintig roeden tarwe, negen en zestig roeden boekweide, een bunder vlasch. En een gedeelte van zijn schure ingestort. Van Langenhove Johan Baptist, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: twee bunderen rogge, veertig roeden tarwe, drie en zestig roeden haver, zestien roeden boekweid, drie en zestig roeden vlasch. Boomans Johan, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: drie en zestig roeden rogge, drie en twintig roeden haver en tien roeden boekweide. Van der Perre Martinus, landbouwer wonende te Steenhuffel: drie en zestig roeden rogge en drie en zestig roeden vlasch. Slachmuylders Jozef, landbouwer en molenaar wonende te Malderen Herbodinnen molen: vijf en tachtig roeden rogge, zes en zestig roeden tarwe, twee en vijftig roeden haver, drie en dertig roeden boekweid, drie en dertig roeden vlasch. Zes vensters en den ligtgever boven de deur teenemaal het glas en lood door den hagel en stormwind vernietigd. Polfliet Andreas, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: zestien roeden wit graan en twee en twintig roeden vlasch.
153
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Reyntens Passchier, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: een bunder zeven roeden rogge, twee en derig roeden tarwe, vijftig roeden boekweid, een en dertig roeden vlasch. De schure gans gebroken en van de platen gezet. Van Langenhove Pieter, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: een bunder vijftien roeden rogge, twintig roeden tarwe, zeventien roeden haver, negen roeden boekweid, een en dertig roeden vlasch Vranckaerts Johan Baptist, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: tachentig roeden rogge, zes roeden boekweid, zeven en twintig roeden vlasch. Reyntens Johan Frans, landbouwer wonende te Steenhuffel op de Kaashoef: drie bunderen rogge, drie en zestig roeden haver, twee bunderen zes en vijftig roeden boekweid, een bunder vijf en twintig roeden vlasch. Verhavert Willem, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: twintig roeden rogge, negen roeden tarwe, negen roeden vlasch. Een gedeelte van de schure ingestort. Meert Judook, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: vijf en tachentig roeden rogge, negen roeden tarwe, negen roeden vlasch, zestien roeden haver, negen roeden boekweid. De Jonghe Pieter, landbouwer wonende in de Beeckstraat: een bunder veertig roeden rogge, zestien roeden haver, zestien roeden boekweide, drie en zestig roeden vlasch. Piessens Johan, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: vijf en negentig roeden rogge en zes en twintig roeden boekweide. Clairbout Johan, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: dertig roeden rogge, een en veertig roeden tarwe, veertig roeden haver. Van den Eede Matthys, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: negen en twintig roeden rogge. Van Muylder Johan Baptist, landbouwer wonende te Malderen in de Beeckstraat: een bunder tien roeden rogge, zes en dertig roeden tarwe, drie en zestig roeden haver, een en dertig roeden boekweide, een en dertig roeden vlasch. Snackaerts Jan Baptist, arbeider wonende te Malderen: den koeistal door den stormwind ingestort. De Wachter Francis, landbouwer wonende te Malderen als huurder: het huis ingestort door den stormwind. Tierens Franciscus wonende te Malderen: het dak en den muur van den koeistal ingestort. De Schryver Bernardus, schoenmaker, wonende te Malderen: den koeistal ingestort door het opvliegen van een boom. Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden aan wie het behoort. Gedaan te Malderen de dag maand en jaar als boven. Get. Willocx, burg. UC 440 - Malderen 9 july 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Daar een afgrijselijk onweder den 5 dezer het kwart der vruchten te velde binnen deze gemeente verslonden, schuren en stallen omgeworpen heeft, haasten wij ons het zelve bij deze ter uwer kennis te brengen, ten Ue zich verwaardigen mede te werken en de noodige maatregelen doet nemen om de ongelukkige inwoners te doen schadeloos stelling bekomen. Het proces verbaal is door ons nog niet gesloten maar eerstdags zal Ue het zelve bekomen. De burgemeester en assessoren van Malderen.
UC 441 - Malderen 18 july 1828
154
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De burgemeester en assessoren van Malderen voor te voldoen aan de rondgaande brief van de gedeputeerde staten van den 4 july MA 106, verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene doofstommen bestaan. UC 442 - Malderen 18 july 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Een strook van passeport afgeleverd den 17 dezer binnen onze gemeente. De burgemeester GR N° 86 - 21 July 1828 (Kort) Rekening 1827 van de heer Van Malderen, bureel van weldadigheid, - Algemene ontvangsten: 1149,27 - Algemene uitgaven: 849,14 - Batig saldo: 300,13 GR N° 87 - 21 July 1828 De raad van de gemeente Malderen is overgegaan tot het benoemen der commissie met het onderzoek voor den dienst der schutterij belast. Gezien het art.15 der wet van 11 April 1827, staatsblad 17. Gezien de art. 1, 2, 3, 4 en 5 van het K.B. van den 28 Juny 1828 nr. 68, M.A. 108, tome 18, page 17. Heeft bij meerderheid van stemmen benoemd gelijk zij benoemen bij deze: 1) De heeren Judook Willocx, burgemeester, en Jozef Slachmuylders, assessor, als werkelijke leden van het plaatselijk bestuur die, benevens den commandant der schutterij, zullen uitmaken over het dienstjaar 1828, binnen deze gemeente, de commissie van onderzoek nader omschreven in het art. 15 der wet voormeld. 2) Adriaan Frans De Laet, assessor, en Antoon Daelemans, raadslid, als plaatsvervangende leden, ten einde voor de werkelijke leden, in geval van tijdelijke verhindering, te kunnen optreden. 3) Joannes Benedictus Lemmens, raadslid, als sekretaris der bewuste commissie. 4) Ferdinandus Hubertus Van Bavegem, doctor in de medicijnen, wonende te Buggenhout, en 5) Hendrik Luytgaerens, heelmeester, wonende te Puurs, om de meergemelde commissie van onderzoek bij te staan. Afschrift dezes zal gezonden worden aan de twee laatstgenoemde genees- en heelkundige heeren tot informatie en naarzicht. Aldus gedaan en benoemd te Malderen in zittinge van den 22 July 1828. Willocx, De Laet, Lemmens, De Vleminck, Kuyckens, Daelemans, De Bock. UC 442 bis - Malderen 24 july 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Proces verbaal der onvoorziene rampen en verliezen welk door den hagelslag en stormwinden binnen deze gemeente op den 5 dezer plaats gehad hebben en waar van ik Ue rapport gemaakt heb bij brief van den 7 july nr. 440. De burgemeester. GR N° 88 - Malderen den 1 Augusty 1828 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen. Gezien de rondgaande brief van den heer Staatsraad Gouverneur dezer provincie d.d. 23 July 1828 , M.A. nr. 121, houdende dat de commissie van onderzoek der lotelingen voor de schutterij van het jaar 1828, nader omschreven in het art. 15 der wet, terwijl er nog geene commandanten voor de rustende schutterij in de gemeenten zijn benoemd, door eenen loteling van dit jaar zal worden bijgestaan. Benoemen.
155
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De heer Jozef Van Muylders, loteling en landbouwer, wonende binnen deze gemeente, ten einde de gemelde commissie van onderzoek binnen deze gemeente over den loopenden jare bij te staan in plaatsvervanging van den commandant der schutterij. UC 443 - Malderen 2 augusty 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staat der benoodigde bladeren tot het vormen der registers van den Burgerlijken Stand 1829. De burgemeester. UC 444 - Malderen 26 augusty 1828 Aan den heer militie commissaris te Brussel - Ingevolge Ue missive van 22 dezer geef ik mij de eer Ue te berichten als dat ik op heden de inspectie der verlofgangers dezer gemeente behoorlijk en nauwkeurig gedaan heb en dat alle hunne kleedingstukken zich in goeden staat bevinden en er geene klachten ten hunnen aanzien bestaan. De burgemeester. GR N° 90 - 3 september 1828 De raad ... is overgegaan tot het opmaken der begroting van ontvangsten en uitgaven voor den jare 1829. Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren - Batig slot der begrooting van het jaar 1828: 178,13 - Batig slot der rekening van 1827: 575,46 - Totaal: 753,59 - Af te trekken het batig slot der begrooting 1827: - 431,88 - Blijft: 321,71 Onderstand uit de provinciale fonds tot het vergrooten van het schoollokaal: 500,00 (heden door gemeentebestuur bij haar verzoekschrift afgesmeekt) Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. - Additionele centen op de grondlasten: 253,82 - Additionele centen op het personele: 47,48 - Omslag voor de belasting op het gemaal: 1383,88 - Belasting op de honden: 31,50 - Pacht van land en landgoederen der gemeente (verpachting 23 nov. 1822): 309,49 - Grondrenten en interesten van kapitalen: 59,14 - Intresten van kapitalen in de bank van leening te Brussel: 2,42 - geplaatst den 2 nov. 1816 voortkomende van de verkoopprijs der gemeentegoederen (kapitaal fl. 60,48 à 4%) - Waag- en maatrechten, volgens aanbesteding van 7 sept. 1826: 735,00 - Interest der resterende somme van 500 guldens aan 5%, voortkomende der gemeentegoederen, verkogt 3 nov. 1813, staande ten laste van burggravinne De Beughem: 25,00 - Interesten eener somme van 1028,57 aan 5%, voortkomende van het weirecht der koeyen 't welke de inwoners gehad hebben op zekere gronden toebehoorende aan de burggravinne de Beughem en haar ingevolge K.B. van 22 dec. 1815, voor gezegde hoofdsom afgestaan (moet door haar worden betaald): 51,42 - Omslag voor het schoolfonds (als vorige jaren): 310,00 Derde Hoofdstuk - Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel staatsblad: 8,50 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 8,00 - Drukkosten en zegels der registers van den burgerlijken stand: 39,20 - Jaarwedde van den burgemeester: 75,00
156
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Idem der 2 assessoren: 60,00 Idem van den secretaris: 150,00 Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 30,00 Voor het opwinden der horlogie: 20,00 Taxatie van den gemeenteontvanger (exc. add. cents) (Fl. 1529 à 4% ): 60,96 Perceptiekosten van de belasting op het gemaal (5% op het principaal): 58,00 Jaarwedde van den veldwachter (zelve somme als vorig jaar): 123,00 Kosten voor kleeding van den veldwachter en suppletoir traktement der brigadiers (als vorig jaar): 40,00 - Jaarwedde aan den klokkenluider (als vorig jaar): 12,00 - Onderhoud van fonteinen, waterleidingen, putten en bruggen: 118,00 Daar de zoogenaamde Beelaars Brugge gelegen op de Molenbeke, scheidende deze gemeente met de gene van Londerzele, zich in eenen alderslegsten staat bevind, het hoog noodig is dat de zelve, voor alle ongelukken te voorkomen, gansch en geheel ersteld word; waar van de bekosting in het geheel begroot is op Fl. 236, waarvan de helft, zijnde 118 door de gemeente Londerzele moet gedragen worden. - Onderhoudskosten der buurtwegen (gelijk zij in vorige jaren is toegestaan): 70,00 - Aandeel in de jaarwedde van den commissaris over de wegen: 11,80 - Aandeel in de kosten van huisvesting der marechaussée: 13,30 - Jaarlijksche schadeloosstelling voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het geleide van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 2 guldens per uur der afgelegenheid (5 uren van Brussel): 10,00 Belasting op het gemaal. - Overstorting bij 's Rijks ontvanger der 9/10 gedeelten der belasting: 1245,49 - Overstorting ten behoeve der provincie van 1/5 van het overige tiende: 27,68 Onderstand aan liefdadige gestichten. - Onderhoud van personen in bedelaarswerkhuis, 3e kwart.1827 (reeds voldaan): 13,80 Eeredienst - Onderstand toegestaan aan de parochiale of succursale kerkfabriek: 386,00 Openbaar onderwijs - Jaarwedde van den onderwijzer (als vorige jaren): 410,00 - Aankoopprijs van een volledig stel maten en gewichten voor de school: 36,05 Onvoorziene uitgaven en posten van herhaling. - Spaarfonds, 2% op de gewone inkomsten: 30,00 - Abonnement Dagblad des Pays Bas : 19,00 - Onderhoud van zinnelooze te Geel gedurende 1827 (reeds betaald): 80,30 Vierde Hoofdstuk - Buitengewone uitgaven. - Vergrooting van het schoollokaal: 843,06 Met het in wezen zijn van het schoolfonds het schoollokaal door den toeloop der kinderen te klein geworden zijnde, en het plan tot hare vergroting door de gedeputeerde staten goedgekeurd en toegestaan zijnde in de begrooting van 1828, maar bij gebrek aan beschikbare fondsen den uitvoer daarvan onderbleven is. En thans in hoop dat de gevraagde provinciale subsidie zal worden toegestaan. Totaal der inkomsten: 4030,86 Totaal der uitgaven: 3999,14 Verschil in meer: 31,72 UC 445 - Malderen 6 september 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staat der door onvoorziene rampen in deze gemeente gedurende het 3de kwartaal dezes jaars geledene verliezen. De burgemeester UC 446 - Malderen 6 september 1828
157
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heer voorzitter der subcommissie der maatschappij van weldadigheid van het kanton Wolverthem - In voldoening aan Ue geëerden van den 9 augusty geef ik mij de eer Ue te berichten dat er binnen deze gemeente geene inteekeningen voor de maatschappij van weldadigheid hebben plaats gehad, niet tegenstaande alle pogingen die ik aangewend hebbe tot het bekomen van inschrijvingen. De burgemeester. UC 447 - Malderen 11 september 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan de statens rondgaande brief van den 22 augusty MA 148 omtrent de broodzetting geef ik mij de eer Ue te berichten dat de bepalingen vervat in de artikelen 10 en 15 van Z.M. besluit van 25 january 1826 binnen deze gemeente ten uitvoer gebracht en nageleefd worden. De burgemeester UC 448 - Malderen 13 september 1828 De burgemeester en assessoren van Malderen verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene behoeftige ongelukkige weezen, welke met ongeneesbare kwalen behept zijn, waar door zij zich buiten de mogelijkheid bevinden om tot hun levensonderhoud te kunnen bijbrengen, bestaan. En dienvolgens wij in het geval niet zijn den staat gevorderd bij staatsraad gouverneurs rondgaande brief van den 29 augusty MA 151 te moeten opmaken. GR N° 89 - 16 september 1828 (Kort) Benoeming van de leden van de bij art. 58 van de wet van 28 juni 1822 ingestelde commissie ter benoeming van schatters en bijschatters voor de personele belasting: Joannes Benedictus Lemmens en Pieter Kuyckens, raadsleden. UC 449 - Malderen 16 september 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De benoeming van twee raadsleden om gezamentlijk met de twee door de administratie aan te wijzen ambtenaren bij art. 58 der wet op de personele belasting ingestelde commissie uit te maken. De burgemeester. PV-ZN Datum van het vonnis: 27-9-1828 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Van Linthout Jan Beroep: Spinner Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 7,08 PV N° 16 29-9-1828 - Tegen Joannes Boomans, hoefsmid te Malderen. Het jaar duizend acht honderd acht en twintig den negen twintigsten der maand September ten acht uren s‘morgens, voor mij Judook Willocx, burgemeester der gemeente Malderen omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, is gekomen Joannes De Jonghe, zone Pieter, timmerman, wonende binnen deze gemeente, dewelke verklaart dat op gisteren acht en twintigsten der loopende maand ten negen ure voor middag gaande van zijne woninge naar Londerzeel, de genaamde Joannes Boomans, hoefsmid, wonende in de Beeckstraat binnen deze gemeente, hem in de weide gelegen in dezelve Beeckstraat en in gebruik bij Joannes Baptist Van Muylder, heeft ontmoet, en zonder de minste woordewisseling hij aan hem comparant een vuistslag
158
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
op den kop heeft toegebragt dat hij in de gracht gevlogen is en alsdan nog verscheidene slagen en stampen heeft gegeven. Wijder verklarende dat hij in den zelven oogenblik twee fransche kroonen uit zijn broekzak kwytgeraakt is en dat Francisca Meert, dogter Judook, landbouwster en Anna Maria Schelkens, echtgenote van Jacob De Keersmaecker, spinster, beide wonende binnen deze gemeente in gezegde Beeckstraat, gezien hebben dat hij gezegde slagen gehad heeft. Op welke verklaringen ik burgemeester de gemelde Francisca Meert en Anna Maria Schelkens aanstaande voor mij heb doen verschijnen en dezelve opgekomen zijnde, het volgende verklaard hebben te weten: Francisca Meert, dat zij op het geroep en geschreeuw daar naar toegeloopen is, en alwaar zijnde, zij gezien heeft dat genoemden Joannes Boomans aan mede gemelden Joannes De Jonghe, in de gracht liggende, verscheide vuistslagen en stampen heeft toegebragt. Anna Maria Schelkens, dat zij ook op het geroep naar gezegde plaats gelopen is, en alwaar gekomen zijnde zij gezien heeft dat meergenoemden Boomans aan bovengemelden Joannes De Jonghe in den gracht liggende verscheidene vuistslagen gegeven heeft, en op hare bijkomst Joannes Boomans hem gelost heeft en op zijn land, liggende op den anderen kant van gezegde Beeckstraat en regt over gemelde weide, gesprongen is. Waar van en van alle welke ik burgemeester heb opgesteld het tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden aan den heer prokureur des koninks bij de correctionele regtbank te Brussel. Gedaan te Malderen date als boven. Get. Willocx, burg. UC 450 - Malderen 2 october 1828 Aan de procureur des konings bij de correctionele rechtbank te Brussel - Een op den 29 september opgemaakt proces verbaal tegen Joannes Boomans, hoefsmid binnen deze gemeente gehuist, voor aan Joannes De Jonghe, timmerman, mede alhier woonachtig, verscheidene vuistslagen en stampen toegebragt te hebben. De burgemeester. UC 451 - Malderen 2 october 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In driedubbel de begrooting dezer gemeente over 1829 met alle de vereischte stukken. Ik moet Ue doen aanmerken dat de sommen voor aankoop van de brandbluschmiddelen en het aandeel dezer gemeente in de ontbrekende som van het bedelaarswerkhuis te Terkameren in de begrooting niet gebragt zijn, terwijl de zelve reeds gesloten was als wij de aanschrijvingen ontvangen hebben. De burgemeester. UC 452 - Malderen 2 october 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De door het bestuur van het kerkfabriek dezer gemeente, ingevolge Ue rondgaande brief van den 18 augusty jongstleden opgemaakte staat. De burgemeester. UC 453 - Malderen 22 october 1828 Aan de controleur der directe belastingen te Assche - Het register der mutatiën over 1829. De burgemeester. GR N° 91 - 3 November 1828 (Kort) Benoeming van de leden van de bij art. 58 van de wet van 28 juni 1822 ingestelde commissie ter benoeming van schatters en bijschatters voor de personele belasting: Joannes Benedictus Lemmens en Pieter Kuyckens, raadsleden. UC 454 - Malderen 4 november 1828 159
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue van den 23 october omtrent de broodzetting geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken afschrift der broodzettingsprijzen binnen deze gemeente over de maand october. Daar deze gemeente zich op eenen afstand van 5 uren der stad Brussel bevind, naar welke marktprijzen onze broodzetting moet geregeld worden, en wij nooit au courant zijnde dier prijzen, zoo bevinden wij ons in de onmogelijkheid van de broodzetting op eene geregelde wijze vast te stellen en aan eene gelijke waarde met de naburige gemeenten te staan. Voor alle misbruiken die hier uit zoude kunnen spruiten ware het te wenschen dat er door het opperbestuur hier omtrent nadere maatregelen genomen werden, het zij door de broodzetting of marktprijzen aan de gemeentebesturen vroegtijdig over of bekend te maken. De burgemeester UC 455 - Malderen 4 november 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 23 october MA nr. 180 omtrent de nachtwachten, geven wij ons de eer Ue te berichten dat ons reglement op de nachtwacht, opgemaakt ingevolge 's heeren gouverneurs rondgaande brief van den 8 december 1827, waarvan Ue bij onze brief van den 21 der zelve maand nr. 403 een afschrift hebt ontvangen, werkstellig word gemaakt. De burgemeester en assessoren. UC 456 - Malderen 4 november 1828 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen ter voldoening aan 's heeren rondgaande brief van den 21 january jongstleden, MA 14, omtrent de voorschriften van het Nederlandsch muntstelsel verklaren en betuigen dat binnen hunne gemeente zoowel in de winkels, herbergen als openbare gestichten alle berekeningen in Nederlandsch muntstelsel geschied en dat de cents volgens tarief worden ontvangen en uitgegeven. UC 457 - Malderen 4 november 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De benoeming der twee raadsleden om gezamentlijk met twee door de administratie daartoe aangewezene ambtenaren, de bij artikel 58 der wet op de personele belastinge ingestelde commissie uit te maken. De burgemeester. UC 458 - Malderen 7 november 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De begrooting van het kerkfabriek over 1829 en den staat der kerkegoederen. De burgemeester. UC 459 - Malderen 12 november 1828 Aan den heer Jan Boomans, hoefsmid te Malderen - Ingevolge missive van den edelen gestregen heer procureur des konings te Brussel in dato 8 dezer nr. 4472, berichte ik Ue dat gij gehouden zijt van binnen de drie dagen zich te begeven naar de gevangenis te Brussel om uwen straf te ondergaan waartoe gij bij correctioneel vonnis van den 25 october veroordeelt zijt, faute van welke gij door de marechaussee zult aangehouden worden. De burgemeester. UC 460 - Malderen 16 november 1828 Aan de heer procureur des konings te Brussel - Verhaaste mij om ten Ue kennis te brengen dat ik gisteren avond om 6 uren door Joannes Slachmuylders, landbouwer te Londerzele, bericht geworden ben dat hij op een bloedspoor, in een boschje gelegen binnen deze gemeente, gekomen is, alwaar hij gevonden heeft menigvuldig bloed en ook gezien dat de aarde geroerd was, op welke verklaringe ik mij vergezeld van een assessor en secretaris ter plaatse begeven heb, alwaar zijnde wij insgelijks veel bloed en een levenloos kind met eenige aarde en bladeren bedekt gevonden hebben; hetwelk wij in ons gemeentehuis hebben doen vertransporte160
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
ren en aanstonds de heeren Van Hove, doctor in de medicijnen, en Riemslagh, heel- en vroedmeester, beide wonende te Londerzele, gerequireert hebben om op morgen 17 dezer ten 10 uren voormiddag het dood lichaam te beschouwen. Volgens openbaar gerucht schijnt dit kind te zijn van Theresia Van den Berghe, dienstmeid wondende te Londerzele. Daar dit geval eene epineuse (zaak is) verzoek ik Ue van mij met brenger dezes te willen berichten wat hier omtrent met gemelde verdachte persoon te doen staat. De burgemeester. UC 461 - Malderen 16 november 1828 Aan de heer Van Hove, doctor, en Riemslagh, heel- en vroedmeester te Londerzele. De burgemeester der gemeente Malderen aanzoekt d' heer Van Hove en Riemslagh, gehuisd te Londerzele, van zich op morgen om 10 uren des voormiddags ten hunnen bureele te begeven ten einde aldaar te helpen beschouwen een levenloos op heden alhier gevonden kind. PV N° 17 17-11-1828 - Vinding van een levenloos nieuw geboren kind. Het jaar duizend acht honderd acht en twintig den zeventienden der maand November ten vier uren ‘s avonds, wij Judocus Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband op den vijftienden der loopende maand ten zes uren des avonds, door Joannes Slachmuylders, wonende te Londerzeel, bericht geworden zijnde dat hij in een elsboschje in hure bij Joannes De Boeck, gelegen binnen deze gemeente tegen de zoogenaamde Beelaars brugge, scheidende deze gemeente van degene van Londerzele, belendende noord den heer Fiderbe Van der Beke, zuid de straat en west de kerkgoederen van Malderen, een ter aarde gedolven kind ontdekt heeft, op welke verklaringe wij burgemeester verzeld van de heren Jozef Slachmuylders, assessor en Joannes Baptist De Bock, sekretaris, beide dezer gemeente en aldaar wonende, des anderendags zestienden der zelver maand November ten tien uren voor middag en ter gemelde plaats begeven hebben en alwaar zijnde wij in het midden van gemeld boschje, omtrent de 20 stappen van de straat, aan den voet van een abeelenboom, menigvuldig bloed en een met weinig aarde en bladeren bedekt, levenloos nieuw geboren kind van het mannelijke geslacht, liggende op de linker zijde, gevonden hebben waar van den put en bedekking met de hand gemaakt en gedaan was. En welk lichaam wij in ons wachthuis hebben doen vertransporteren en aanstonds de heeren Joannes Antoon Van Hove, doctor in de medecynen, en Judook Riemslagh, heel- en vroedmeester, beide te Londerzele gehuisd, gerequireerd hebben om op 17den deser ten 10 uren voor middag lichaamsbeschouwing te verrigten dewelke hieraan voldaan en hun proces verbaal hebben opgesteld. wijder hebben wij bij openbaar gerucht gehoord dat dit kind is van Theresia Van den Bergh, dienstmeid, geboren te Malderen en wonende te Londerzele, waarvan en van alle welke wij burgemeester bij brief van 16den deser de wel edele gesrenge heer procureur des konings bij de correctionele rechtbank te Brussel kennis hebben gegeven, die ons op heden zijnen substituut verzeld van eenen geneesheer gezonden heeft, dewelke alhier van alle hunne onderzoekingen en gehoorde verklaringen proces verbaal hebben opgemaakt. Waar van en van alle welke wij burgemeester hebben opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden aan wie het behoort. Gedaan te Malderen de dag, maand en jaar als boven. Get. Willocx, burgemeester. UC 462 - Malderen 18 november 1828 Aan de heer procureur des konings te Brussel - Het proces verbaal van het binnen deze gemeente gevonden kind en waar van Ue op heden het proces verbaal van beschouwing door de heeren heelmeesters zal worden toegezonden. De burgemeester. UC 463 - Malderen 18 november 1828
161
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan de heeren districtscommissaris en procureur des konings bij de criminele rechtbank te Brussel, en brigadier des koninklijke marechaussee te Vilvoorde - Het proces verbaal van het binnen deze gemeente (dood) gevonden kind. De burgemeester. UC 464 - Malderen 27 november 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staat der bevolking dezer gemeente, opgemaakt in gevolge de brief van den heer staatsraad, gouverneur dd 13 october, MA 172, en de staat gevorderd bij rondgaande brief der gedeputeerde staten dd 17 october jongstleden (ambachtslieden). De burgemeester UC 465 - Malderen 28 november 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Daar de genaamde David Vermaesen nooit binnen deze gemeente bekend geweest is, als altijd landlooper geweest zijnde, en zijn vader geene onderstands domicilie binnen deze gemeente verworven hebbende, schoon hij binnen deze gemeente het beroep van blokmaker heeft uitgeoefend, terwijl hij slechts twee à drij jaren binnen deze gemeente gehuisd geweest is, en reeds zijne woninge alhier omtrent de twee jaren verlaten en elders gevestigd heeft, gevolgentlijk dat ingevolge de wet van 28 november 1818 deze gemeente voor de onderstandsdomicilie niet kan worden beschouwd. De burgemeester UC 466 - Malderen 28 november 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Daar wij bij Ue missive van den 19 october een staat van onderhoudskosten der vondelingen Jozef en Joannes De Jonghe, ten fine van betaling, hebben ontvangen, moet ik Ue doen aanmerken dat gezegde Joannes binnen deze gemeente niet geboren is, nog op alle onze registers van den Burgerlijken Stand, nog op het doopregister van den heer pastor niet bekend staat, en dien tengevolge aanzoeken wij Ue van hier omtrent nadere maatregelen te doen nemen op dat wij van de in kwestie betaling verschoond worden en geene ten onregte betalingen doen. De burgemeester PV N° 18 9-12-1828 - Tegen Pieter en Joanna De Maeyer en Bettens, landbouwers te Steenhuffel. Het jaar duizend acht honderd acht en twintig den negenden der maand December ten tien uren voor middag, voor ons burgemeester en ambtenaar der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, is gekomen, Pieter Joannes Aerts, dienstbode bij Joannes Cooremans landbouwer wonende in het Dorp dezer gemeente, dewelke ons heeft verklaard dat hij verzeld van Pieter Francis Vertongen mededienstbode bij genoemden Cooremans wonende, en van Joannes De Treutsel, zoon Jozef, landbouwer wonende te Buggenhout, kanton Dendermonde, provincie Oost Vlaanderen, gisteren achtsten dezer omtrent een kwart voor den tien uren des avonds, gekomen zijn bij Pieter De Koker, herbergier binnen deze gemeente gehuisd, alwaar zij onder andere gevonden hebben Pieter De Maeyer, Joannes De Maeyer, beide zonen van Hendrik, en Bettens, zone van Joannes Baptist, alle drie landbouwers, wonende te Steenhuffel; dat hij comparant met zijn gezegde gezellen, nauwelijks binnen was de genoemde Pieter De Maeyer gegaan is bij Joannes Hermans, dienstbode bij weduwe van Joannes Baptist De Jonghe, landbouwster te Opdorp, distrikt Dendermonde, aan welken hij een mes getoond, en aan verscheiden der naargenoemden personen gezeid heeft, “dezen avond moet dien Buggenhoute-naar De Treutsel van onze handen sterven, wij zullen hem in stukken snijden en doodslagen”, al het welk door Judook De Mol, zoon van Pieter, landbouwer te Steenhuffel, aan den comparant en De Treuzel is gewaarschuwd geworden, waarop de comparant met zijne meergemelde gezellen nog langen tijd zonder een woord te spreken, zijn blijven
162
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
wagten, denkende dat Pieter De Maeyer, Joannes De Maeyer en Bettens, zouden vertrokken hebben, maar dit niet zijnde De Treutsel in het stilte vermeende door te gaan, en in het uitgaan van de kamer, hij door evengenoemde Pieter De Maeyer, Joannes De Maeyer en Bettens is vervolgd geworden en Pieter De Maeyer hem een steek of slag met een mes in het hoofd heeft toegebracht dat het bloed ten huizen is geloopen, waar op den comparant gauw Pieter De Maeyer heeft vastgenomen voor hem tegen te houden, alswanneer Joannes Demaeyer en Bettens de comparant zijnen kiel in stukken getrokken en Pieter De Maeyer uit zijne handen gerukt hebben, zij alle drie naar De Treutsel hebben begonnen te snijden en te slagen, maar de comparant met den baas Pieter De Koker, zijne twee dienstboden met name Frans Tielemans, Karel Van Riet, en Jan Baptist Van Roo, vlaszwingelaar bij dito De Koker gelogeert, de messen uit hunne handen hebben gekregen en de De Treutsel buiten geraakt zijnde, hij de vlucht heeft genomen, de daders ook buiten geloopen zijnde en De Treutsel niet meer vindende, zij al vloekend en tierend zijn vertrokken. wijders verklaart de comparant dat alle deze daden nog plaatsgehad hebben, buiten de aangehaalde personen, in de tegenwoordigheid van Amandus Van Ransbeeck, dienstbode bij Joannes Van Nieuwenhove, landbouwer te Opdorp, Andreas Verheyden landbouwer te Opdorp, Victor Brusselmans, Pieter Van Assche, Frans Vyvermans, Frans Van de Velde, Livin Hulsbosch en Pieter Van de Velde, deze zes laatste landbouwers wonende te Malderen. Op alle welke verklaringen wij burgemeester ons begeven hebbende bij Pieter De Koker voornoemd, en hem omtrent de voorgaande verklaringen ondervraagd hebbende, hij het zelve heeft verklaard en aanstonds ons de drie messen der daders waaronder een geheel bebloed ter hand gesteld heeft, en wij ook nog een bebloede stok hebben gevonden. Nadien gemelden Jan Baptist Van Roo ook omtrent de gezegde feiten gehoord hebbende, heeft ons geene meerdere verklaringen kunnen aan den dag leggen. Waar van en van alle welke wij burgemeester hebben opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden met de drie messen en stok hier voren vermeld aan den heer procureur des konings bij de correctionele regtbank te Brussel. Te Malderen de dag maand en jaar als boven. Getekend, Willocx, burgemeester UC 467 - Malderen 10 december 1828 Aan den procureur des konings te Brussel - Een proces verbaal tegen Pieter en Joannes De Maeyer en Bettens, landbouwers te Steenuffel, voor aan Joannes De Treutsel, te Buggenhout, verscheide steken met een mes en slagen toegebragt te hebben. Ik moet, wel edele gestrenge heer, Ue doen opmerken dat genoemden Jan en Pieter De Maeyer eerste voorvechters zijn en geen ander plaisir hebben dan in het vechten. De burgemeester UC 468 - Malderen 10 december 1828 Aan den heer brigadier der koninklijke marechausse te Vilvoorde - Kopij van een proces verbaal over een alhier in den avond van den 8sten dezer plaats gehad hebbende gevecht. Tevens mijnheer kan ik niet nalaten de 2 marechaussees die in den zelven avond alhier gelogeert hebben aan te klagen en te beschuldigen, vermits zij regt over het huis alwaar het gevecht heeft plaats gehad, gelogeert waren en zij mij alsmede aan den assessor des anderendags morgens hebben verklaard dat zij het gevloek, getier en geroep gehoord hebben tot op hun bed. Ongetwijfeld, mijnheer, zullen zij van hunne in den avond gedane patrouille te veel vermoeid geweest zijn, dat zij niet kunnen opstaan voor gaan te zien wat er geschiedde. Ik vraag Ue, mijnheer, wat die mannen alhier komen verrichten. Niet dan eten en drinken ten laste der gemeente, zulks is voor hun gansch goed, maar bij ons kan dit niet duren en alvolgens verzoeke ik Ue van in het gevolg dusdanige bevelen niet meer te geven. Ten slotte, mijnheer, verzoek ik Ue van mij zoodra mogelijk de namen van de gezegde twee mannen te doen kennen opdat ik daar van verdere kennis geef aan wie het behoort.
163
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De burgemeester UC 469 - Malderen 11 december 1828 Aan de heer vrederechter van het kanton Wolverthem, te Grimbergen - Dat de woonste van den notaris De Bock, gelegen is in het dorp dezer gemeente, Wijk A numero 33. De burgemeester UC 470 - Malderen 13 december 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord op Ue missive dd 5 dezer en dengene van het plaatselijk bestuur van Londerzele dd 16 augusty laatstleden, moet ik Ue berichten dat Joannes De Jonghe binnen deze gemeente niet geboren is, nog op alle onze registers van den burgerlijken stand noch op het doopregister van de heer pastor niet bekend staat. En dientengevolge aanzoeken wij Ue van hier omtrent nadere maatregelen te doen nemen op dat wij van de in kwestie betaling verschoont worden en geene ten onregte betaling doen. De burgemeester UC 471 - Malderen 15 december 1828 Aan den heer rechter ter instructie te Brussel - Ter voldoening aan Ue missive van den 13 dezer geef ik mij de eer Ue hier nevens de declaratie van den heer Riemslagh, heelmeester te Londerzele, over te maken. De burgemeester UC 472 - Malderen 16 december 1828 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De staat der onvoorziene rampen en verliezen dezer gemeente naar er de gevraagde inlichtingen te hebben op gebracht. De burgemeester UC 473 - Malderen 18 december 1828 De burgemeester en assessoren van Malderen ter voldoening aan 's heeren gouverneurs rondgaanden brief van den 19 november, MA 198, nopens de maatschappij van weldadigheid, verklaren en betuigen dat er geene inteekeningen binnen deze gemeente hebben plaats gehad niettegenstaande alle pogingen die wij daaromtrent hebben gedaan.
164
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1829 **** UC 474 - Malderen 2 january 1829 Aan den heer districtscommissaris te Dendermonde. 1) De staat van geboortens, huwelijken en overlijdens 1828. 2) De mutaties der bevolking 1828. 3) De staat nopens vondelingen en verlatene kinderen. 4) De staat der gedane visiten (maten en gewichten) gedurende het laatste kwartaal 1828. 5) De tarief der broodzetting over de maand january. De burgemeester. UC 475 - Malderen 2 january 1829. Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 19 en 24 december omtrent de onderstands domicilie van David Vermaesen, moeten wij Ue berichten dat nooit binnen deze gemeente zijn onderstands domicilie verworven heeft, terwijl zijn vader Dominicus Vermaesen nooit geene aangifte zijner binnenkomst in deze gemeente gedaan heeft en hij slechts op onzen bevolkingsregister den 20 maart 1825 is ingeschreven geworden en aldaar uitgeschrabt den 22 april 1828 om zijne woninge te gaan vestigen binnen de gemeente Puurs. De burgemeester. UC 476 - Malderen 10 january 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De lijst alphabetiek der bedrevene misdaden, voorgevallene rampen etc. in deze gemeente gedurende 1828. De burgemeester. PV N° 19 15-1-1829 - Diefstal. Het Jaar achttien honderd negen en twintig den vijftienden der maand January ten negen ure voormiddag voor ons Adriaan Franciscus De Laet, eersten assessor der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, zijn gekomen Karel Simon, Willem Daelemans en Augustinus Heymans, alle drie boschwagter van den edelen heer graaf De Merode, wonende te Buggenhout, omtrek Dendermonde, provincie Oostvlaanderen, de welke verklaard hebben dat op gisteren veertienden der loopende maand verscheide harsselaren onderhout, op den bosch van gemelden graaf de Merode gelegen te Buggenhout, is gestolen geworden door: 1) Joannes Van den Houten, zoon Peter, 2) Joannes Van den Houten zoon Catharina Van den Houten, 3) Hendrik Van Riet, zoon Francis, en 4) Livinus Van Israel zoon Francis, alle arbeiders wonende binnen Malderen op de Molenheide. Op welke verklaringe wij ons verzeld van gemelden boschwagters ter woningen van genoemde verdachte personen begeven hebben en alwaar zijnde wij bij Joannes Van den Houten, oud 30 jaren, zoon Pieter, Joannes Van den Houten, oud 18 jaren, zoon Catharina en Livinus Van Israel, zoon Francis, oud 15 jaren, respectievelijk een deel van bewust onderhout hebben bevonden, en na ieder van hen hier omtrent te hebben ondervraagd, zij openlijk hebben beleden en erkend hetzelve op gemelden bosch gestolen te hebben.
165
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
wijders hebben dezelve personen nog verklaard dat genoemden Hendrik Van Riet ook met hen op den zelven bosch van gezegd hout heeft helpen stelen, maar ter welker woning wij geen van bewust hout hebben bevonden. Gezegd hout, na door ons assessor geschat te zijn ter waarde van vijf guldens nederlandsch, hebben wij doen vertransporteren in het gemeentehuis dezer gemeente, voor aldaar te worden bewaard. Waarvan en van alle welke, wij assessor hebben opgesteld dit tegenwoordig proces verbaal, voor overgemaakt te worden, aan wie het behoort. Gedaan te Malderen de dag, maand en jaar als boven.Willocx Burg. a) Datum van het vonnis: 4-2-1829 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Naam en voornaam veroordeelde: Van den Houten Joannes Beroep: Spinner Woonplaats: Malderen Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 75,76 b) Datum van het vonnis: 4-2-1829 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Naam en voornaam veroordeelde: Van den Houten Joannes Beroep: Spinner Woonplaats: Malderen Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 75,76 c) Datum van het vonnis: 4-2-1829 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Naam en voornaam veroordeelde: Van Israel Livien Beroep: Spinner Woonplaats: Malderen Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 75,76 UC 477 - Malderen 19 january 1829 Aan Zijne Excellentie den Minister van Marine en Koloniën te 's Gravenhage - Daar de genoemde Lemmens Philippus, geboren te Lippeloo, den 22 april 1795, zoon van Johan Benedictus en van Theresia Verheyden, in den jare 1820 in hoedanigheid van sergeant bij de 2 de kompagnie 4de bataljon veldartillerie, naar Batavia is vertrokken en zijn eenig broeder dier door tot vrijstelling der Nationale Militie geregtigd zijnde, zoo geef ik mij de eer Zijne Excellentie ootmoedelijk te smeeken van mij zoo dra mogelijk hier omtrent een attest gelijkvormig aan het bij de wet op de nationale militie voorgeschreven model te willen doen overmaken. De burgemeester. UC 478 - Malderen 29 january 1829 Aan den heer militie commissaris te Brussel - De inschrijvingsregister en de alphabetische lijst der lotelingen dezer gemeente over het loopende dienstjaar 1829. De burgemeester. UC 479 - Malderen 29 january 1829 De burgemeester en assessoren van Malderen verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geenen personelen omslag bestaat en overzulks dat zij in het geval niet zijn daarover een kohier te moeten opmaken. UC 480 - Malderen 3 maart 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het kohier van omslag op het gemaal en het kohier der belasting op de honden over 1829. 166
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De burgemeester UC 481 - Malderen 3 maart 1829 Aan de controleur der directe belasting te Assche - De rolle van het vee over 1829. De burgemeester UC 482 - Malderen 5 maart 1829 Aan de heer ontvanger der registratie te Humbeeck - Voor te voldoen aan Ue missive dd 21 february geef ik mij de eer Ue te berichten dat wij op den 26 february de 38 gezegelde patentbladeren ontvangen hebben. De burgemeester. UC 483 - Malderen 10 maart 1829 Gevangenissen - De burgemeester en assesoren van Malderen verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene huizen van bewaring of zogenaamde huizen van plaatselijke politie bestaan, en dien ten gevolge zij in het geval niet zijn den staat, daaromtrent gevraagd bij s' heeren staatsraad gouverneur rondgaande brief dd 23 february MA 43 te moeten opmaken. UC 484 - Bestaat niet UC 485 - Malderen 16 maart 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het kohier der schoolfonds dezer gemeente over den loopende jare ten einde na Ue visa de noodige goedkeuring te ontvangen. De burgemeester. UC 486 - Malderen 24 maart 1829 De burgemeester en assessoren van Malderen verklaren dat zij zich in het geval niet bevinden van den staat der bevolking in de gevangenissen, gevorderd bij 's heeren staatsraad gouverneur dd 17 maart MA 50 op te maken, terwijl binnen deze gemeente geene gevangenissen bestaan. UC 487 - Malderen 24 maart 1829 Aan den heer Verstraeten, ontvanger der directe belastingen dezer gemeente - Voor te voldoen aan Ue missive van den 28 february bij dewelke ue mij bericht dat de rollen of kohieren der directe belastingen over 1829 dezer gemeente executoir verklaard zijn, geef ik mij de dezer, daarvan binnen deze gemeente de afkondiging plaats gehad hebben. De burgemeester UC 488 - Malderen 23 maart 1829 Aan de controleur der directe belastingen te Assche - Register, legger en declaratoiren der patentschuldigen over 1829. De burgemeester UC 489 - Malderen 27 maart 1829 Aan de heer vrederechter van het kanton te Grimbergen - De staat gevraagd bij Ue missive van den 26 maart. De burgemeester UC 490 - Malderen 1 april 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De alphabetische lijst der personen gedragen op de kohieren der directe belastingen dezer gemeente, welke uit hoofde der gezegde belas-
167
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
tingen als kiezers mogen worden benoemd voor den keus der leden der provinciale staten, te benoemen in 1829. De burgemeester UC 491 - Malderen 17 april 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Een certificaat van behoeftigheid tot bekomen gratis en op ongezegeld papier de uittreksels van geboorte en overlijden, benoodigd tot het huwelijk om de noodige goedkeuring te ontvangen. De burgemeester. GR N° 92 25 April 1829 (Kort) Benoeming van de commissie van 3 personen voor de bewaring in 1829 van de sleutels van de bus voor de stembiljetten: Pieter De Koker, Johannes Francis Van de Velde, beide landbouwers, en Hendrik Vermeiren, winkelier te Malderen. UC 492 - Malderen 5 mei 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Proces verbaal der opening van de stembus. De burgemeester. UC 493 - Malderen 16 mei 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel 1) De staat aan mij te zenden tot ... het gewicht en de hoeveelheid brood, welke een mud van de hierna vermelde graansoorten van den oogst van 1828 oplevert. 2) De broodzetting vaststellende het gewigt en prijs van het brood over de maand mei. De burgemeester UC 494 - Malderen 16 mei 1829 Aan den vrederechter van het kanton Wolvertem - In antwoord aan Ue missive van den 9 dezer, omtrent het onderzoek of de bakkers binnen deze gemeente geen sulfate de cuivre in hun brood gebruiken, geef ik mij de eer Ue te berichten dat ik deze vrage niet affirmatievelijk noch negatievelijk kan beantwoorden, terwijl binnen deze gemeente geene scheikundigen bestaan, en mij de kenteekenen of de zelve stoffen gebruikt worden of niet onbekend zijn. En dien ten gevolge aanzoeke ik Ue van mij alvorens het onderzoek te verrigten de kenteekenen mede te deelen, opdat ik hier omtrent Ue een voldoende verslag kan mededeelen. De burgemeester UC 495 - Malderen 21 mei 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive dd 20 february omtrent de inschrijving van het werk van den heer Bever (?) geef ik mij de eer Ue te berichten dat de beschikbare fondsen dezer gemeente thans niet toelaten dusdanige inteekeningen te nemen. De burgemeester. UC 496 - Malderen 22 mei 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan 's heeren gedeputeerde statens rondgaande brief van den 27 maart MA 59, omtrent de collecte ten behoeve van de slachtoffers van eenen te Sichem voorgevallene brand, geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken de somme van 3,50 guldens over de opbrengst der binnen deze gemeente gedane collecte. De burgemeester
168
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 497 - Malderen 22 mei 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan den circulaire van den heer staatsraad gouverneur dd 5 dezer MA 77, omtrent de uitvoering van het reglement van den 19 november 1825 op de koepokstofinenting, geef ik mij de eer Ue te berichten dat gezegd reglement binnen deze gemeente stiptelijk ten uitvoer gebracht wordt en dat door den onderwijzer het register vermeld in art. 17 van hetzelve reglement nauwkeurig wordt gehouden. De burgemeester DIV - Malderen, 28 mey 1829 Werklieden die aen de buertstraeten van Malderen hebben gewerkt in mey 1829, à 10 stuyvers per dag. Van 14 tot 21 mey – betaelt 21 mey Peeter Brusselmans 1 dag en 3 schoven 0-17-2 Albert Hermans 1 dag en 3 schoven 0-17-2 Judocus De Maeyer 1 dag 0-10-0 Jan Van Linthout 1 dag en 3 schoven 0-17-2 Josef Van Linthout 1 dag 0-10-0 Gillis Moens 1 dag 0-10-0 Raphael Luppens 1 dag en 3 schoven 0-17-2 Charel Van Aken 1 dag en half 0-15-0 Antoon Van Gught 1 dag en 3 schoven 0-17-2 Catharina Heremans 1 dag en 3 schoven 0-17-2 Jacobus De Bondt 1 dag en 3 schoven 0-17-2 Martinus Van Caesbroeck 1 dag en 3 schoven 0-17-2 Van 21 tot 28 mey – betaelt 28 mey Peeter Brusselmans 2 dagen 1-0-0 Jacques De Bondt 2 dagen 1-0-0 Albert Heremans 2 dagen 1-0-0 Raphael Luppens 2 dagen 1-0-0 Antoon Van Gught 2 dagen 1-0-0 Charles Van Aken 2 dagen 1-0-0 SC N° 1 Malderen 1 juny 1829 De burgemeester en assessoren der Gemeente Malderen, omtrek Brussel, Provincie Zuid Braband. Gezien de rondgaande brief van den heer Staatsraad Gouverneur dezer Provincie d.d. 23 july 1828 nr. 121 van het Memoraal van Administratie, houdende dat de commissie van onderzoek der lotelingen voor de schutterij voor den jare 1829, nader omschreven in het art. 15 der wet van den 11 April 1827 Staatsblad nr. 17, terwijl er nog geene commandanten voor de rustende schutterij in de Gemeenten zijn benoemd, door een loteling van dit jaar zal worden bijgestaan. Benoemen de heer Johan Baptist Van Ingelgem, loteling en notarisklerk, wonende binnen deze gemeente, ten einde de gemelde kommissie van onderzoek binnen deze gemeente over den loopende jare bij te staan, in plaatsvervanging van den kommandant der Schutterij. Gedaan en benoemd te Malderen den 1 Juny 1829 Op bevel, de sekretaris J.B. De Bock - De burgemeester, Willocx SC N° 2 Malderen 1 juny 1829 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen.
169
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gezien het art. 11 der wet van 11 april 1827, staatsblad nr. 17, en des heeren gouverneurs rondgaande brief van den 29 mei 1828, M.A. nr. 84, omtrent de commissie belast met het opzigt der loteling voor de schutterij. Benoemen de heer Johan Baptist Van Ingelgem, notarisklerk woonagtig binnen deze gemeente en ingeschreven loteling voor de schutterij ten einde deel te maken der kommissie die volgens gemeld artikel 11 belast is met het opzigt over de loting, voor de schutterij binnen deze gemeente voor den loopenden jaar. Gedaan en benoemd te Malderen den 1 juny 1829 Op bevel, de sekretaris, J.B. De Bock - De burgemeester, Willocx GR N° 93 1 Juny 1829 De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het benoemen van twee leden uit deszelfs midden om uit te maken de commissie voorgeschreven bij het artikel 11 der wet van den 11 April 1827, staatsblad nr. 17, op de schutterij. Gezien het beroepen artikel 11 houdende onder andere “deze loting zal plaats hebben in het openbaar door de zorg van het plaatselijk bestuur en onder het opzicht van een commissie uit het zelven door het zelve benoemd." De raadsleden om te voldoen aan de bepaling van het aangehaald artikel, hebben bij meerderheid van stemmen benoemd gelijk zij doen bij deze, de heeren Judook Willocx, burgemeester, en De Laet Adriaen Frans, assessor, dewelke binnen deze gemeente en over den loopenden jare zullen uitmaken de commissie die volgens meergemeld artikel belast is met het opzigt over de loting voor de schutterij. Gedaan en benoemd te Malderen in zitting van den 10 Juny 1828. Willocx, De Laet, Daelemans, Lemmens, Kuyckens, De Vleminck, De Bock. GR N° 94 1 Juny 1829 (Kort) Gemeenterekening 1828 van Joannes Baptist Verstraeten, gemeenteontvanger. Algemene ontvangsten: 4070,76 Algemene uitgaven: 3069,98 - 0,10 voor abonnement journal des plats pays, blijft: 3069,88 Overschot: Fl. 1000,88 GR N° 95 1 Juny 1829 De raad van de gemeente Malderen is overgegaan tot het benoemen der commissie met het onderzoek voor den dienst der schutterij belast. Gezien het art.15 der wet van 11 April 1827, staatsblad 17. Gezien de art. 1, 2, 3, 4 en 5 van het K.B. van den 28 Juny 1828 nr. 68, M.A. 108, tome 18, page 17. Heeft bij meerderheid van stemmen benoemd gelijk zij benoemen bij deze: 1) De heeren Judook Willocx, burgemeester, en Adriaan Francis De Laet, assessor, als werkelijke leden van het plaatselijk bestuur die, benevens den commandant der schutterij, zullen uitmaken over het dienstjaar 1829, binnen deze gemeente, de commissie van onderzoek nader omschreven in het art. 15 der wet voormeld. 2) Antoon Daelemans en Pieter Kuyckens, raadsleden, als plaatsvervangende leden, ten einde voor de werkelijke leden, in geval van tijdelijke verhindering, te kunnen optreden. 3) Joannes Benedictus Lemmens, raadslid, als sekretaris der bewuste commissie. 4) Ferdinandus Hubertus Van Bavegem, doctor in de medicijnen, wonende te Buggenhout, en 5) Hendrik Luytgaerens, heelmeester, wonende te Puurs, om de meergemelde commissie van onderzoek bij te staan. 170
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Afschrift dezes zal gezonden worden aan de twee laatstgenoemde genees- en heelkundige heeren tot informatie en naarzicht. Aldus gedaan en benoemd te Malderen in zittinge van den 22 July 1828. Willocx, De Laet, Lemmens, De Vleminck, Kuyckens, Daelemans, De Bock. SC N° 3 Malderen dynsdag 5 juny 1829, 10u00. Hebben wij burgemeester en assessoren der gemeente Malderen, ingevolge de rondgaande brief van de heer staatsraad gouverneur dezer provincie de date 19 december jongstleden, M.A. 6/185 deel 20, de ingewonne afzonderlijke invullingsbiljetten van de plaats gehad hebbende algemeene volkkstelling binnen deze gemeente, en beloopende ten getalle van 288, naar in het bestemd register te zijn ingeschreven, en het pak onder het cachet van ons plaatselijk bestuur verzegeld. Waar van proces verbaal hetwelk na in het register der deliberatiën van burgemeester en assessoren te zijn ingeschreven, op het gezegd pak zal worden geplakt. Te Malderen de date als boven. Op bevel, de sekretaris, J.B. De Bock - De burgemeester, Willocx UC 498 - Malderen 9 juny 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Na ingevolge Ue missive van den 3 dezer omtrent de onderstand domicilie van David Vermaesen, ons gemeentebestuur gehoord, de ouders van dezen landlooper gesproken en nadere inlichtingen genomen te hebben moet ik Ue berichten dat wij deze gemeente voor zijne onderstands domicilie erkennen schoon hij nooit binnen deze gemeente bij zijne ouders gewoont heeft maar altijd landlooper geweest is en dat zijne ouders sedert verloop van 15 jaren verscheide maal de gemeente met hun woon hebben verlaten en slechts 5 volle en achtereenvolgende jaren alhier gewoont en 3 volle jaren op den bevolkingsregister bekend geweest hebben. De burgemeester UC 499 - Malderen 9 juny 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De afzonderlijken gedetailleerden staat behelzende par artikel alle de gedane ontvangsten van landpachten, renten en chijnsen alsmede van alle de betaalde jaargetijden behoorende aan het fabriek der kerke dezer gemeente over den jare 1828. De burgemeester UC 500 - Malderen 9 juny 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De gemeenterekening 1828 met alle de betrekkelijke bewijsstukken. De burgemeester DIV - Malderen 10 juny 1829. Werklieden die op de buertstraeten der gemeente Malderen zullen werken à 40 cents par dag. Dagelijks te beginnen van ’s morgens om 6 uren. Van 8 uren tot 8 u 30 schooven (= schaften). Ten 11 u 30 middagmael tot 2 uren naer noen, alswanneer de werklieden moeten beginnen tot 4 u 30. Ten 5 uren tot 7 u 30 retrait. Volgnr. 22 juny 23 juny 24 juny 25 juny 1 Baptiste Buggenhout 2 Karel Daelemans
171
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
3 Judocus Geets 1 4 Hendrik van Riet (Heyde) 1 ½ 1 5 Jan Leon 1 1 1 6 Franciscus Vijvermans 7 Francus Cools 1 1 8 Judocus De Cuyper 1 9 Raphaël Luppens 1 1 ½ 10 Joannes Van Linthout 1 1 1 11 Jozef Clairbaut (Dorp) 12 Baptiste Van den Eynde 1 1 1 13 Francus De Jonghe 1 1 1/2 14 Pierre Van der Vreken 15 Pierre Jan Ketelaers 1 1 16 Jozef Vermeiren (Cruisheyde) 1 1 1 17 Gillis De Jonghe 18 Jan Baptist Hermans 1/2 1 ½ 19 Hendrik Van Riet (Dorp) 20 Baptist Brusselmans 1 1 1 21 Peeter Van Riet 1 22 Frans Van Israel 1 1 1 (Opmerking: anderen die in deze periode aan de straten van Malderen hebben gewerkt: Corneille Valckaert, Charles Vinck, Van den Houten, Baptist Van Aken, Obus, Frans Van Caesbroeck, Pierre Van Schoor, F. Cols) UC 501 - Malderen 10 juny 1829 Op heden den 10 juny heb ik, ondergeteekenden, Johan De Schrijver, veldwachter der gemeente Malderen, aan Joannes De Boeck, landbouwer wonende binnen deze gemeente genotificeert of beteekent ingevolge de missive van het plaatselijk bestuur der gemeente dd 9 dezer, kopij van het proces verbaal opgemaakt door Jaak Verdijck, tolbewaarder van den tol n° 5 op den provincialen weg van Mechelen naar Dendermonde, ten laste van genoemden De Boeck om met zijne wagen onvoorzien van plak, bespannen met drie paarden en geladen met graan den zelven provincialen weg aan den voet des tolspaal te hebben overgereden. Waarvan en van welke ik heb opgemaakt het tegenwoordig verslag om te dienen daar en alwaar het behoort. PV N° 20 15-6-1829 - Aanhouding van een onbekend persoon Het jaar duizend acht honderd negen en twintig de vijftienden der maand Juny ten zes ure ’s avonds, heb ik Judook Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, ontmoet een onbekend manspersoon, aan wie ik zijne passepoort heb gevraagd en die mij heeft verklaard daar van onvoorzien te zijn, maar hij drager was van een zakboekje van het regiment huissaren N° 8, bij het welk hij gediend heeft in hoedanigheid van wagtmeester; welk boekje hij mij heeft getoont, en na hetzelve te hebben geexamineert zonder dat ik hetzelve in aandacht heb kunnen nemen, heb ik hem zijne namen en congé gevraagd, waarop hij mij geantwoord en verklaard heeft zich te noemen Fauconier Lambertus, woonagtig te Brussel, te zijn zonder beroep en hij zijn congé verloren heeft. Aangezien hij niet voorzien is van goede bewysstukken die zijnen persoon kunnen doen erkennen, zijn bestaan bewijzen, nog kennis kan bijbrengen, en hij volgens het openbaar gerucht reeds meer dan acht dagen op deze en naburige gemeenten in de velderen tusschen de granen gezien geweest is en hem opgehouden heeft, heb ik burgemeester hem aangehouden
172
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
voor een beschikking van den heer prokureur des konings bij de regtbank te Brussel te worden gesteld. Waarvan en van alle welke ik burgemeester heb opgesteld het tegenwoordig proces verbaal voor overgemaakt te worden aan wie het behoort. Gedaan te Malderen, de dag maand en jaar als boven.Willocx, burgemeester. UC 502 - Malderen 16 juny 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Terug het proces verbaal opgemaakt door Jacob Verdijck, tolbewaarder van den tol nr. 5 ten laste van Joannes De Boeck, landbouwer dezer gemeente, met den akte notificatie. De burgemeester UC 503 - Malderen 16 juny 1829 Aan den heer brigadier der marechaussee te Vilvoorde - Geef mij de eer Ue te aanzoeken van mij op morgen in den voormiddag 2 cavaliers te sturen voor eenen alhier aangehouden persoon op te halen. De burgemeester PV N° 21 17-6-1829 - Tegen Goossens Gilles, landbouwer te Malderen. Het jaar duizend acht honderd negen en twintig den zeventienden der maand Juny ten tien ure voor middag is voor mij Judook Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, kanton Wolverthem, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, is gekomen Paulus De Ridder, arbeider, wonende te Buggenhout, distrikt en kanton Dendermonde, provincie Oostvlaanderen, dewelke verklaard heeft, dat hem op den vier en twintigsten dezer jongst afgeloopen maand Mei, om tien ure naer middag in de herberge het Wafelhuis, gestaan binnen deze gemeente Malderen door Gilles Goossens, landbouwer wonende binnen hetzelve Malderen, in de tegenwoordigheid van verscheidene personen en onder andere van Engelbertus Rottiers en zijne echtgenote Judoca Van Schoor, herbergiers te Malderen, en van Joannes Verbelen op het Steentje te Buggenhout, verweten is dat hij de meutten (kalf) van zijn meester gestolen had. Waar van en van alle welke ik burgemeester heb opgesteld dit proces verbaal voor overgemaakt te worden aan den heer vrederegter van dit kanton Wolverthem en heeft de comparant verklaard niet weten te naamteekenen. Te Malderen de date als boven. Willocx, burgemeester. UC 504 - Malderen 22 juny 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - ... te berichten dat het kerkfabriek dezer gemeente bij K.B. dd 1 july 1819 in al hare onroerende goederen, renten en chijnzen gevestigd en in bezit gesteld is en dientegevolge dat zij daaromtrent geene reclamen meer te doen heeft. De burgemeester. UC 505 - Malderen 18 juny 1829 Aan den heer vrederechter van het kanton Wolverthem - Een proces verbaal tegen Gilles Goossens, landbouwer dezer gemeente voor aan Paulus De Ridder, arbeider te Buggenhout, verweten te hebben dat hij den meutten van zijn maseur (meester?) gestolen had. De burgemeester. UC 506 - Malderen 22 juny 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Een certificaat van behoeftigheid om de noodige goedkeuring te ontvangen. De burgemeester UC 507 - Malderen 22 juny 1829
173
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Verjaardag van de gedenkwaardige overwinning bij Waterloo - De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen verklaren en betuigen dat ingevolge des heerens staatsraad gouverneur rondgaande brief van den 25 mei MA 87, deel XIX, op zondag 21 dezer onmiddellijk na de groote misse met alle plechtigheden, door de heer desservitor binnen deze kerke een te deum is gezongen, en de zelve door alle de autoriteiten en in deze gemeente aanwezige ambtenaren is bijgewoont. GR N° 97 23 Juny 1829 (Kort) Rekening 1828 van de heer Van Malderen, bureel van weldadigheid, - Algemene ontvangsten: 921,56 - Algemene uitgaven: 726,00 - Batig saldo: 195,56 GR N° 96 26 Juny 1829 De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het stemmen voor eene aan het collegie der edele grootachtbare heeren gedeputeerde staten aan te bieden voordragtslijst van kandidaten, ten einde dezelve daaruit zoude kunnen worden benoemd tot de plaats 1) van assessor ter vervulling van de buitengewone vacature ontstaan door het overlijden van Jozef Slachmuylders, en 2) van een raadslid, ter vervulling de uit deszelfs midden te benoemen assessor. Na door de secretaris gedane voorlezing 1) van het art. 3 van het reglement op het bestuur ten platten lande in deze provincie, goedgekeurd bij Z.M. besluit van 23 July 1825 nr. 132, voorschrijvende de vereischten om tot het plaatselijk bestuur te kunnen behooren, en 2) van het art. 45 en volgenden van beroepen reglement, bepalende de wijze op de welke de stemming tot benoeming van kandidaten moet geschieden, overgegaan zijnde tot de verkiezing van den eersten kandidaat voor de eerstgemelde plaats van assessor, is, na dat gebleken was dat het getal der geslotene stembiljetten ten bedrage van zes, gelijk is aan het getal stemmende leden en na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat uitgebragt zijn de volgende stemmen als op: 1) De heer Daelemans Antoon, ° Liezele 9-9-1785, landbouwer, gehuwd, 6 kinderen, 41 gulden provincietaks, fransche en vlaamsche taal, 3 stemmen. 2) De heer Kuyckens Pieter, ° Malderen 7-5-1784, landbouwer, gehuwd, 4 kinderen, 31 gulden provincietaks, vlaamsch, 2 stemmen. 3) De heer De Vleminck Jan Baptist, 1 stem. En is mits dien de heer Daelemans Antoon geproclameert als eersten kandidaat. Daarna is er overgegaan tot verkiezing van den tweeden kandidaat en is nadat wederom gebleken was dat het getal der geslotene stembiljetten ten bedrage van 6, gelijk is aan het getal der stemmende leden en na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat zijn uitgebragt de volgende stemmen als op: 1) De heer Pieter Kuyckens, 3 stemmen. 2) De heer De Vleminck Jan Baptist, 2 stemmen. 3) De heer Lemmens Jan Baptist, 1 stem. En is alzoo de Heer Kuyckens Pieter als tweeden kandaidaat geproclameert. Vervolgens overgegaan zijnde tot het kiezen van den eersten kandidaat voor de tweede gemelde plaats van een raadslid, is, na dat gebleken was dat het getal der geslotene stembiljetten ten bedrage van zes, gelijk is aan het getal stemmende leden en na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat uitgebragt zijn de volgende stemmen als op: 1) Egidius Van den Bossche, ° Malderen 27-7-1775, landbouwer, ongehuwd, 49 gulden provincietaks, vlaamsch, 4 stemmen. 2) Marinus Caluwaert, landbouwer te Malderen, 1 stem.
174
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
3) Pieter Boons, ° Malderen 28-12-1794, landbouwer, gehuwd, 1 kind, 27 gulden provincietaks, vlaamsch, 1 stem. En is alzoo Egidius Van den Bossche geproclameert als eersten kandidaat. Daarna is er overgegaan tot verkiezing van den tweeden kandidaat en is nadat wederom gebleken was dat het getal der geslotene stembiljetten ten bedrage van 6, gelijk is aan het getal der stemmende leden en na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat zijn uitgebragt de volgende stemmen als op: 1) Boons Pieter, 4 stemmen. 2) Caluwaerts Marinus, 2 stemmen. En is alzoo de heer Boons Pieter als tweeden kandidaat geproclameert. Waar van en van alle welke ten dage voormeld het tegenwoordig proces verbaal is opgesteld en het welk benevens de voordragtslijst van kandidaten aan den heer distrikstkommissaris zal worden toegezonden met verzoek om een en ander onder het oog van hunne edelgestrenge achtbare heeren gedeputeerde staten te brengen. Gedaan te Malderen. Willocx, De Laet, Kuyckens, Daelemans, Lemmens, De Block Nota: De voordragt der kandidaten voor den assessor moet niet geschieden, terwijl de zelve zonder voordragt door Z.M. benoemd worden. Ziet art. 11 van het reglement. UC 508 - Malderen 27 juny 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Proces verbaal der benoeming 1) van een assessor ter vervulling van de buitengewone ontstane vacature door het overlijden van Slachmuylders Jozef, en 2) van een raadslid ter vervulling de uit deszelfs midden te benoemen assessor, met de daaraan gevoegde voordrachtslijst der kandidaten. De burgemeester. UC 509 - Malderen 4 july 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Na onze plaatselijke commissie ter aanmoediging van den gewapenden dienst binnen deze gemeente, alle pogingen in het doen der collecte te hebben aangewend, moet ik Ue berichten dat de zelve binnen deze gemeente te vergeefs plaats gehad heeft en over het loopend dienstjaar niets opgebragt heeft. De burgemeester. UC 510 - Malderen 16 july 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het proces verbaal der benoeming van een raadslid ter vervulling van eenen uit deszelfs midden te benoemen assessor, die met het overlijden van Slachmuylders Jozef vacant geworden is, en de daar aan gevoegde voordragtlijst der kandidaten. De burgemeester UC 511 - Malderen 23 july 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Dat de heer Jozef Slachmuylders, assessor dezer gemeente, alhier is overleden en mitsdien deze plaats vacant is. De burgemeester UC 512 - Malderen 25 july 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van 18 dezer omtrent de binnen de gemeente Ruysbroeck op te richten jaar- en wekelijksche markten, geef ik mij de eer Ue te berichten dat er alhier geene redenen bestaan om ons tegen den gezegden markten te verzetten. De burgemeester
175
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 513 - Malderen 1 augusty 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van 23 july omtrent het benoemen van een assessor geef ik mij de eer Ue te berichten dat Daelemans Antoon het meest geschikte en bekwaamste raadslid is om tot de openstaande plaats van assessor te worden benoemd. De burgemeester UC 514 - Malderen 25 augusty 1829 Het gemeentebestuur van Malderen, provincie Zuid-Braband, 3de schooldistrict. Aan zijne excellentie den minister van binnenlandsche zaken, onderwijs en waterstaat. Daar het onzen geëerbiedigden koning bij besluit van 26 october 1824 goedgunstig behaagd heeft van aan onze openbare school twee rijks-jaarwedden toe te staan, eene van fl. 120 en de andere van fl. 80, voorloopig voor 5 jaren ten voordeele alsdan van den onderwijzer J. Van der Linden en J. De Schrijver, ondermeester. Daar de jaarwedde van 120 geregeld door mandaten aan den opvolger J. De Schrijver, die door tusschenkomst van uw ministerie wettig door ons is aangesteld geworden, uitbetaald is geweest tot 1 january 1829 en de andere van fl. 80, die wij meenden dat van als aan den geschikten jongeling F. Lemmens, welke den post van ondermeester aan onze openbare school met lof bekleedt en den 4den rang bezit zou uitbetaald geworden. Daar zulks tot hiertoe niet gebeurt is zoodat deze jongeling tot dit oogenblik van zijn gering bestaan uit het schoolfonds zich heeft moeten behelpen. Aangezien dat het thans het oogenblik niet is om de gemoederen in onze gemeente door het verhoogen der schoolfonds in het bestaan des onderwijs naar behooren te voorzien. Evenwel zal dit later wanneer deze inrichting in andere gemeenten is aangenomen en meer algemeen is geworden kunnen geschieden. Wij zouden op dezen maatregel nog meer aandringen ware het niet dat aangrenzende gemeenten uit Oost-Vlaanderen zich voor rekwesten over haar onderwijs aan de tweede kamer der staten generaal hadden vervoegd, hetgene wij altijd zullen tegen gaan. Uwe excellentie heeft, zoo wij vertrouwen, zeker kunnen opmerken uit de berichten en verslagen der geachten heere landsdeken Brancart, schoolopziener van dit district, welke onze openbare school plechtig met ons en de geestelijkheid dezer plaats drie à vier malen per jaar bezoekt, dat de voornaamste ingezetenen met ons een groot belang stellen in een goed en geregeld volksonderwijs, hetwelk de jeugd alhier naar de leerwijs van de heere Prinsen op eene verstandige wijze wordt medegedeeld. Een en ander heeft het bestuur van Malderen bovengenoemd doen beraadslagen om uwe excellentie met de meeste bereidvaardigheid te verzoeken om de jaarwedde hier voren aangehaald van 200 fl. ten voordeele van den onderwijzer en ondermeester nog voor eenige jaren te willen verlengen, en de noodige maatregelen te willen geven dat de zelve geregeld worde uitbetaald. Dienen uwe excellentie de gehoorzaamste en verpligste dienaren. UC 515 - Malderen 1 september 1829 De burgemeester en assessoren van Malderen verklaren en betuigen dat ingevolge des heeren staatsraad gouverneur dezer provincie rondgaande brief van den 12 dezer n° 120 van het Memoriaal van Administratie op zondag 30 dezer onmiddellijk na de groote mis met alle plechtigheden door de desservitor binnen deze kerke een ter gelegenheid des verjaardags van onzen doorluchtigen koning, een te deum is gezongen en de zelve door alle de autoriteiten en de in deze gemeente aanwezige ambtenaren is bijgewoond. UC 516 - Malderen 1 september 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In voldoening aan Ue missive van den 26 augusty omtrent de opgave der personen aan opvoedingsgestichten behoorende welke uit de
176
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
plaatselijke kas niet bezoldigd zijn en zich tot den heer Figat zouden moeten wenden en de welke hun gratis onderwijs en lichamelijke oefeningen (gymnastiek) zou geven, zoo geef ik mij de eer Ue te berichten dat er binnen deze gemeente geene dusdanige personen bestaan. De burgemeester UC 517 - Malderen 1 september 1829 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene stoomwerktuigen aanwezig zijn. UC 518 - Malderen 4 september 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 2 dezer omtrent de achterstallen der kerke inkomsten dezer gemeente geef ik mij de eer Ue te berichten dat er reeds op deze achterstallen fl. 180 zijn ontvangen en dat voor het overige de deurwaarder Cammaert te Vilvoorde bevelen zijn gegeven van de restat in te zamelen. De burgemeester GR N° 98 5 september 1829 (Kort) Installering van Egidius Van den Bossche als raadslid, ingevolge Statens bsluit van 21 aug. 1829. Legt in handen van de burgemeester de volgende eed af: "Dat hij de bediening waar toe hij geroepen is met iver en getrouwigheid zal vervullen, overeenkomstig de grondwet, de algemeene landswetten en hetgeen hem bij het reglement van bestuur is voorgeschreven, dat hij de vergaderingen getrouwelijk zal bijwonen en voorts alles wat in zijn vermogen is, tot het welzijn der gemeente, zal aanwenden als mede dat hij om iets hoegenaamd in zijne ambtsbetrekking te doen of te laten van niemand eenige beloften of geschenken aangenomen heeft of aannemen zal, in eenigerlei manieren." Willocx, De Laet, Daelemans, Van den Bossche, Kuyckens, Lemmens, J.B. De Bock. GR N° 99 - 7 september 1829. De raad ... is overgegaan tot het opmaken der begroting van ontvangsten en uitgaven voor den jare 1830. Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren - Batig slot der begrooting van het jaar 1829: 133,14 - Batig slot der rekening van 1828: 1001,78 Totaal: 1134,92 - Af te trekken het batig slot der begrooting 1828: - 178,13 Blijft: 956,79 Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. Additionele centen op de grondlasten: 253,82 - Additionele centen op het personele: 47,48 - Omslag voor de belasting op het gemaal: 1383,88 - Belasting op de honden: 31,50 - Pacht van land en landgoederen der gemeente (verpachting 23 nov. 1822): 309,49 - Grondrenten en interesten van kapitalen verschuld. door burggrav. de Beughem: 59,14 - Intresten van kapitalen in de bank van leening te Brussel: 2,42 geplaatst den 2 nov. 1816 voortkomende van de verkoopprijs der gemeentegoederen (kapitaal fl. 60,48 à 4%) - Waag- en maatrechten, volg. komende aanbesteding van 31 dec. 1829 (raming): 735,00 - Interest der resterende somme van 500 guldens aan 5%, voortkomende der gemeentegoederen, verkogt 3 nov. 1813, staande ten laste van burggravinne De Beughem: 25,00
177
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Interesten eener somme van 1028,57 aan 5%, voortkomende van het weirecht der koeyen 't welke de inwoners gehad hebben op zekere gronden toebehoorende aan de burggravinne de Beughem en haar ingevolge K.B. van 22 dec. 1815, voor gezegde hoofdsom afgestaan (moet door haar worden betaald): 51,42 - Omslag voor het schoolfonds (als vorige jaren): 310,00 Derde Hoofdstuk - Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel staatsblad: 8,50 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 8,00 - Drukkosten en zegels der registers van den burgerlijken stand: 42,30 - Jaarwedde van den burgemeester: 75,00 - Idem der 2 assessoren: 60,00 - Idem van den secretaris aan 10 cents per ziel op 1544 zielen: 154,00 - Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 30,00 - Voor het opwinden der horlogie: 20,00 - Taxatie van den gemeenteontvanger (exc. add. cents): Fl. 1524 à 4% = 60,96 - Jaarwedde van den veldwachter (zelve somme als vorig jaar): 123,00 - Kosten voor kleeding van den veldwachter, pensioenen, en suppletoir traktement der brigadiers (als vorig jaar): 40,00 - Jaarwedde aan den klokkenluider (als vorig jaar): 12,00 - Onderhoud van bruggen, beloopende volgens bestek: 25,00 - Onderhoudskosten der buurtwegen (gelijk zij in vorige jaren is toegestaan): 70,00 - Aandeel in de jaarwedde van den commissaris over de wegen: 11,80 - Aandeel in de kosten van huisvesting der marechaussée: 13,30 - Jaarlijksche schadeloosstelling voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het geleide van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 2 guldens per uur der afgelegenheid (5 uren van Brussel): 10,00 - Fonds tot aankoop eener brandspuit en andere objecten: 600,00 Daar in het voorgaande jaar voor deze voorwerpen eene somme van 200 guldens in de begrooting is toegestaan, waar van nog niet beschikt is, word er thans approximativelijk eene somme van 600 guldens voorgedragen om binnen den loop van 1830 zich eene brandspruit en andere brandbluschmiddelen te verschaffen. - Indemniteit aan eene geneesheer en heelmeester tot het bijwezen der kommissie van onderzoek van de schutting over het jaar 1830, aan Fl. 3 per ider: 6,00 Onderstand aan liefdadige gestichten. - Kosten van onderhoud van Joannes De Jonghe, verlaten kind, approximatief: 34,14 Eeredienst - Onderstand toegestaan aan de parochiale of succursale kerkfabriek: 386,00 Openbaar onderwijs - Jaarwedde van den onderwijzer (als vorige jaren): 410,00 Onvoorziene uitgaven en posten van herhaling. - Spaarfonds, 2% op de gewone inkomsten: 30,00 - Onderhoud van Francis Heymans, zinneloozen te Gheel, 1e half jaar 1828: 40,26 - Indemniteit aan eene geneesheer en heelmeester tot het bijwezen der kommissie van onderzoek van de schutting over het jaar 1828, aan Fl. 3 per ider: 6,00 - Onderhoudskosten van Jozef en Joannes De Jonghe, verlatene kinderen, over 1827 en vroeger jaren (in gesticht): 292,14 - Idem over 1828 en 1829 van Joannes De Jonghe, daar Jozef De Jonghe uit het gesticht den 2 april 1826 is uitgegaan: 68,28 Dat deze twee laatste sommen nog niet voldaan zijn is de oorzaak daar van dat de directeur van het gesticht te Brussel niet vroegtijdiger zijnen staat heeft overgemaakt.
178
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Aankoop van 220 plantsoenen tot het beplanten der gemeentegoederen, met vragt en planten tezamen: 70,00 Totaal der inkomsten: 2782,68 Totaal der uitgaven: 2706,68 Verschil in meer: 75,38 UC 519 - Malderen 15 september 1829 Archieven - Burgemeester en assessoren van Malderen ter voldoening aan 's heeren staatsraad gouverneur rondgaande brief van 28 augusty MA 129 deel 20, omtrent de archieven der godshuizen en verschillende gestichten van weldadigheid, verklaren en betuigen dat zij binnen hunne gemeente zelve nauwkeurig hebben doorzocht en daarin geene oude stukken van onderscheiden aard bevonden, welke eenig licht ter verspreiding van de algemeene geschiedenis der Nederlanden of de geschiedenis van de gewesten waarin die gestichten zich bevinden, opleveren. UC 520 - Malderen 17 september 1829 Aan den heer voorzitter der subcommissie der maatschappij van weldadigheid van het kanton Wolverthem te Meysse - In voldoening aan 's heeren staatsraad gouverneur rondgaande brief van den 5 dezer MA 132, deel 20, geef ik mij de eer Ue te berichten dat er binnen hunne gemeente geene inteekeningen voor de maatschappij van weldadigheid hebben plaats gehad, niettegenstaande alle pogingen die wij hebben aangewend tot het bekomen van inschrijvingen. De burgemeester UC 521 - Malderen 22 september 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening aan Ue missive dd 17 dezer nopens het opmaken der rolle tot herstelling der buurtwegen voor het loopend jaar geef ik mij de eer Ue te berichten dat wij in het geval niet zijn de bedoelde rolle op te maken daar de kosten voor de gezegde herstellingen in de begrootingsstaat uit de gewone gemeente inkomsten toegestaan zijn. De burgemeester UC 522 - Malderen 29 september 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De begrooting dezer gemeente over den jare 1830 met alle de vereischte stukken, behoudens nogtans de rekening en begrooting van het kerkfabriek de welke nog niet zijn opgemaakt maar Ue eerstdags zullen worden toegezonden. De burgemeester UC 523 - Malderen 10 october 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het lastkohier voor de verpachting onzer waag gedurende de jaren 1830, 1831 en 1832 voor de goedkeuring te ontvangen. De burgemeester UC 524 - Malderen 12 october 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De benoeming van twee raadsleden om gezamentlijk met de twee door de administratie aan te wijzen ambtenaren bij art. 58 der wet op de personele belasting ingestelde commissie uit te maken. De burgemeester GR N° 100 - 12 October 1829 (Kort) Benoeming van de leden van de bij art. 58 van de wet van 28 juni 1822 ingestelde commissie ter benoeming van schatters en bijschatters voor de personele (directe) belasting: Joannes Benedictus Lemmens en Pieter Kuyckens, raadsleden.
179
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 525 - Malderen 12 october 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het proces verbaal van installering van Egidius Van den Bossche tot de functie van raadslid binnen onze gemeente. De burgemeester GR N° 101 20 October 1829 De raad van de gemeente Malderen ... is overgegaan tot het aanstellen van Daelemans Antoon, raadslid dezer gemeente, in de hoedanigheid van assessor der zelve gemeente in vervanging van Slachmuylders Jozef overleden. Gezien statens besluit van den 7 dezer waar bij genoemden Daelemans tot assessor alhier benoemd is. Na hem lezing gegeven te hebben van het aangehaald statens besluit en ons verzekert te hebben dat hij, ingevolge art. 8 van het reglement op het bestuur ten platten lande vastgesteld bij K.B. van de 23 July 1825 nr. 132, wegens bloedverwantschap in geene termen van uitsluiting valt, heeft hij in handen van den heer burgemeester den eed bepaald bij art. 14 van het reglement voornoemd, afgelegd, als volgt: "Dat hij de bediening waar toe hij geroepen is met iver en getrouwigheid zal vervullen, overeenkomstig de grondwet, de algemeene landswetten en hetgeen hem bij het reglement van bestuur is voorgeschreven, dat hij de vergaderingen getrouwelijk zal bijwonen en voorts alles wat in zijn vermogen is, tot het welzijn der gemeente, zal aanwenden als mede dat hij om iets hoegenaamd in zijne ambtsbetrekking te doen of te laten van niemand eenige beloften of geschenken aangenomen heeft of aannemen zal, in eenigerlei manieren." Dit gedaan zijnde heeft den raad hem verklaard dat hij in zijne voorzegde betrekking aangesteld was. Waar van en van alle welke opgemaakt is het tegenwoordig proces verbaal te Malderen in zitting van date als boven. Judook Willocx, burgemeester, Adriaan Francis De Laet, Antoon Daelemans, Joannes Benedictus Lemmens, Pieter Kuyckens en Egidius Van den Bossche, raadsleden, en Joannes Baptist De Bock, sekretaris. GR N° 102 20 October 1829, 10u00 (Kort) Vervanging van een derde van de gemeenteraad. Uittredende leden op 2 januari 1830: - Adriaan Frans De Laet, assesor. - Pieter Kuyckens, raadslid Keuze van kandidaten voor hun opvolging: - Adriaan Frans De Laet, rentenier, ° Strijthem 25-1-1761, gehuwd, 2 kinderen, betaalt Fl. 62 provinciale belastingen, 5 stemmen. - Pieter Kuyckens, landbouwer, ° Malderen 4-5-1784, gehuwd, 4 kinderen, betaalt Fl. 22 gemeentetaks, 5 stemmen. - Pieter Boons, landbouwer, ° Malderen 18-12-1794, gehuwd, geen kinderen, betaalt jaarlijks Fl. 22 provincietaks, 4 stemmen - Caluwaerts Marinus, landbouwer, ° Malderen 27-2-1778, gehuwd, 4 kinderen, Fl. 29 provincietaks, 4 stemmen. En dien ten gevolge alle vier als kandidaten zijn benoemd geworden. Willocx, De Laet, Daelemans, Lemmens, Kuyckens, Van den Bossche, De Block UC 526 - Malderen 24 october 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het doet mij hartpijn dat ik alwederom de onagtzaamheid van onzen kantonale bode Ue moet kenbaar maken. Het is reeds van op het
180
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
einde der maand augusty jongstleden dat hij alhier de stukken heeft afgehaald. Wij zijn verpligt onze stukken ten zijnen huize te doen dragen om Ue op tijd dezelve te kunnen doen geworden. Hij van zijnen kant zend de papieren met de eene of andere occasie en komen ons dikwils toe 10 à 14 dagen nadat zij zijn uitgegeven. Voor hier omtrent een einde te maken en hem beter zijne pligten te doen kwijten, aanzoeke ik Ue van hem beter tie doen opkomen, en ingeval hij dit niet doet ik tegen hem zal verbaliseren. De burgemeester. UC 527 - Malderen 24 october 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ingevolge statens rondgaande brief van den 2 dezer MA 144, geef ik mij de eer Ue hier nevens over te maken het proces verbaal der benoeming van vier kandidaten om benoemd te worden in vervanging der raadsleden dewelke met 2 january aankomende moeten aftreden. De burgemeester UC 528 - Malderen 26 october 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het proces verbaal van installering van Antoon Daelemans tot de functie van assessor binnen deze gemeente. De burgemeester UC 529 - Malderen 17 november 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ingevolge Z.M. besluit van den 3 september jongstleden, staatsblad nr. 62, en de rondgaande brief van den heer staatsraad gouverneur van den 15 october laatst, MA 155, gehouden zijnde eene algemeene volkstelling tegen den 1 january 1830 te verrichten. Daar binnen deze gemeente gedurende den loop van augusty en september jongstleden eene algemeene volkstelling heeft plaats gehad en eene nieuwe register volgens het onderstaande model is aangelegd, zoo neme ik de vrijheid van Ue te aanzoeken van mij te willen berichten of het noodig is gezegde volkstelling op een nieuw te verrichten. De burgemeester DIV - 4 december 1829. Betaald aan den notaris De Bock eener zegel der petitie van 7 cents. UC 530 - Malderen 9 december 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het proces verbaal van aanbesteding der waag. UC 530 bis - Malderen 12 december 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Daar de invullingsbiljetten reeds aan de huizen zijn afgehaald en het tijdstip daar zijnde dat wij ons moeten onledig houden met het opmaken der registers, en door Ue slechts voor 1200 personen registerbladeren hebben ontvangen, en deze gemeente waarschijnlijk wel tot 1600 of meer personen zal beloopen, zoo geef ik mij de eer Ue te verzoeken mij zoo dra mogelijk nog 12 à 14 registerbladeren te willen laten toekomen. De burgemeester GR N° 103 19 December 1829 (Kort) Vernieuwing bij derde bureel van weldadigheid. Moest (bij lottrekking) aftreden op 2 januari 1830: Jozef Slachmuylders. Wordt benoemd tot nieuw lid: Antoon Daelemans, landbouwer te Malderen.
181
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 531 - Malderen 21 december 1829 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De beraadslaging houdende benoeming en vernieuwing van een derde gedeelte van den bureele van weldadigheid. De burgemeester. UC 532 - Malderen 28 december 1829 Aan de procureur des konings te Brussel - Voor te voldoen aan ue rondgaande brief van den 11 dezer omtrent de teekenaars van petitiën aan de 3de kamer der staten generaal over de zoogezegde grieven van het gouvernement, geef ik mij de eer Ue met veel genoegen te berichten dat er binnen deze gemeente geene soortgelijke petitieën bestaat noch bestaan heeft. De burgemeester DIV - 31 december 1829 (circa) Rekeninge van gewerkt voor het schoolhuys in 1829. Item noch een oog gemaekt voor de …. …. …. 0-12-0 Haast onleesbaar. het betreft een lijst van 17 stuks klein smeedwerk en reparaties, voor een totaalbedrag van 16 guldens 7 stuivers Brabants courant Ontfangen uyt handen van den borgemeester te Malderen den 10 january 1830. J. Rombout, smid.
182
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1830 **** PV-ZN Datum van het vonnis: 2-1-1830 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Meskens Antoon Beroep: Spinner Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 7,21 UC 533 - Malderen 2 january 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive dd 30 december omtrent Karel Aerts geef ik mij de eer Ue te berichten dat den jongeling aan deze gemeente toebehoorende maar de zelve uit de koloniën binnen deze gemeente nog niet terug is gekomen. De burgemeester UC 534 - Malderen 9 january 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Kopij van het lastkohier der verpachting van de waag dezer gemeente dienende tevens voor reglement. De burgemeester UC 535 - Malderen 9 january 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De begrootingsstaat van het fabriek der kerke dezer gemeente over 1830 en de rekening van de zelve fabriek over 1828 en de staat der goederen, renten en cijnzen het zelve fabriek toebehoorende. De burgemeester. UC 536 - Malderen 18 january 1830 Aan zijne excellentie den minister van Marine en Koloniën te 's Gravenhage - Dezelven brief als hier voren onder nr. 477. UC 537 - Malderen 25 january 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 30 december nopens Karel Hartz (= Aerts) geef ik mij de eer Ue te berichten dat dezen jongeling sedert zijne desertie uit de kolonie te Merxplas in deze gemeente niet terug gekomen noch gezien is. De burgemeester. UC 538 - Malderen 25 januari 1830 De burgemeester en assessoren van Malderen voor te voldoen aan de rondgaande brief van de gedeputeerde staten dd 5 dezer MA 7, omtrent de verleende autorisatiën tot oprichting van gebouwen of graven van putten binnen de kom der gemeenten aangelegde begraafplaatsen, verklaren dat binnen deze gemeente geene soortgelijke autorisatiën verleend noch gevraagd zijn. UC 539 - Malderen 25 january 1830
183
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heer militie commissaris te Brussel - Bij de rondgaande brief van de heer staatsraad gouverneur dd 11 dezer MA 11, houdende de benoeming der leden der plaatselijke besturen tot het teekenen en afgeven der certificaten over de Nationale Militie gedurende het loopende dienstjaar opgemerkt hebbende dat Slachmuylders Jozef tot het teekenen van deze certificaten binnen deze gemeente benoemd is, zoo moet ik Ue berichten dat dezen Slachmuylders is overleden en derhalven aanzoek ik Ue van een ander lid te willen doen benoemen. De burgemeester. UC 540 - Malderen 29 january 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De beraadslaging van den gemeenten raad waar bij zij de autorisatie van de gedeputeerde staten erlangen om op obligatie de aan deze gemeente toebehoorende som van fl. 2711,37 à 5 % aan den heer Rollier, grondeigenaar te Opdorp, te m ogen uitgeven. De burgemeester. UC 541 - Bestaat niet UC 542 - Malderen 5 february 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 12 january omtrent de rekening en uitdeelingsstaat van het armbestuur dezer gemeente, geef ik mij de eer Ue te berichten dat wij het journal van den uitgever van gemeld bestuur onderzocht hebben en het zelve beloopt ter som van fl. 699,21, en dat dienvolgens den uitgever in het opmaken zijns staat zal misgrepen hebben. De burgemeester. GR N° 104 7 february 1830 De raad van de gemeente Malderen ... is overgegaan tot het delibereren omtrent het gebruik of plaatsen eener som van 2711,37 guldens, toebehoorende aan deze gemeente en voortskomende van twee te kwijtene obligatiën en een grondcijns. Overwegende dat mevrouw douairière van de heer burggraaf de Beughem, rentenierster, wonende te Brussel, aan deze gemeente verschuldigd is: 1) De som van 500,00 guldens nederlandsch over restut van den koopschat der gemeentegoederen, verkogt bij proces verbaal van den voormaligen prefekt van het departement der twee Nethen, den 3 November 1813. 2) De som van 1028,57 gulden nederlandsch over het weiderecht der koeien (paturage) het welk de inwoners dezer gemeente hadden op zekeren grond haar toebehoorende, gelegen binnen deze gemeente omtrent haar buitengoed te Lippelo, welk recht haar ingevolge Z.M. speciaal besluit van den 22 December 1815 voor gezegde somme is afgestaan. 3) Eene jaarlijksche grondcijns van 59,14 guldens, gecreëerd van voor menschens geheugen op hare dreven gelegen binnen deze gemeente op de Kruisheide en waar van bij omwenteling van tijd de titels verleidt zijn, doch dat den zelven door haar altijd betaald geworden is. Overwegende dat genoemde mevrouw den aflos der twee gemelde obligatiën wilt en begeert te doen, alsmede den afkoop van den grondcijns aan den penning twintig, het welk uitmaakt eene hoofdsomme van fl. 1182,80. Overwegende dat de gemeente interesten vragen en vereischen dat deze gelden wederom zoodra mogelijk worden belegd. Overwegende dat de bank van Leening te Brussel slechts interest van 4 % betaalt en dat dit geld door den heer Adriaan Francis Rollier, advokaat en grondeigenaar te Opdorp, op obligatie aan den interest van 5 % gevraagd is die door vooren goede bouwlanden van dubbele waarde en gelegen binnen dit kanton zal verpanden.
184
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Overwegende dat de personaliteit van den heer Rollier voor goed erkend is en dat ten aanzien van den interest, het belang der gemeente vereischt van deze gelden op obligatie aan den heer Rollier uit te geven. Delibereert. Dat de gemelde somme van 2711,37 guldens op obligatie aan den interest van 5 % in het jaar aan den heer Rollier zal worden uitgegeven die daar voren goede bouw- of weilanden, genegen binnen dit kanton, van dubbelen waarde, en vrij, zuiver en onbelast van hypothekaire inscriptien zal moeten verpanden. Afschrift dezes, etc. Willocx, Daelemans, Kuyckens, Lemmens, De Bock. PV N° 22 16-2-1830 - Tegen Theresia Venne, Spinster te Malderen. Op heden dinsdag zestienden February achttien honderd en dertig ten negen uren voormiddag, voor mij Judook Willocx, burgemeester der gemeente Malderen, kanton Wolverthem, omtrek Brussel, provincie Zuid Braband, is gekomen Lucia Buggenhout, echtgenote van Francis Vranckaert, landbouwers wonende te Steenhuffel, dewelke verklaert heeft dat er bij hun in den nacht van den vijftienden dezer, omtrent vier muddens aardappels (zoogenaamde rooskens patatten) gestolen waren en dat zij vermeende dat zulks door inwoners dezer gemeente was begaan, op welke verklaring ik burgemeester verzeld voor Joannes De Schryver, veldwachter dezer gemeente, en de comparant Lucia Buggenhout, mij heb begeven, in de Beeckstraat binnen deze gemeente voor aldaar bij eenige inwoners de huiszoeking te verrichten en gekomen zijnde bij Theresia Venne, weduwe van Jozef Segers, spinster, hebbe ik burgemeester haar gevraagd of zij geene aardappels te koop (had), waar op een van haar dochters antwoordde van neen, want zij maar slechts nog voor twee à drie maaltijden daar van waren voorzien. Dan met de huiszoeking bij haar voordgegaan zijnde, hebben wij in een stalletje omtrent een mudde van de zoogenaamde rooskens patatten bevonden, en de zelve gevonden hebbende heeft de genoemde Theresia Venne mij aanstonds verklaerd dat zij die aardappels gewonnen had op het land van Joannes Baptist Cassier te Steenhuffel, alwaar zij omtrent de twee roeden nederlands aardappels geplant had. Op welke verklaring ik burgemeester mij bij de zelve Cassier heb begeven en hem hier omtrent ondervraagd hebbende heeft mij verklaard dat de genoemde Theresia Venne bij hem in het jongstleden jaar geene soortgelijke aardappels geplant heeft en zelfs dat hare aardappels die zij op zijn land geplant had altijd zijn uitgedaan geweest, naar mate dat zij die dagelijks noodig had en heel vroeg in het saisoen zijn uitgedaan geweest. Waar van en van alle welke ik burgemeester heb opgesteld het tegenwoordig proces verbaal, voor overgemaakt te worden aan wie het behoort. Te Malderen date als boven. J. Willocx, burgemeester. UC 543 - Malderen 17 february 1830 Aan den heer procureur te Brussel en brigadier der marechaussee te Vilvoorde - Het proces verbaal tegen Theresia Venne, weduwe Jozef Segers, voor in den nacht van 15 à 16 bij Frans Vranckaert te Steenuffel aardappelen gestolen te hebben. De burgemeester UC 544 - Malderen 26 february 1830 Aan den heer procureur des konings te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 24 dezer nr. 744 geef ik mij de eer Ue te berichten dat er ons tot heden geene andere klachten dan waar van kwestie is tegen genoemde Theresia Venne, weduwe van Jozef Segers, spinster te Malderen, zijn gedaan. De burgemeester DIV - Brussel 27 february 1830
185
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan d’ heer burgemeester van Malderen. Naar aanleiding der voordragt gedaan door den raad uwer gemeente bij deszelfs deliberatie in dato 9 dezer, magtigen de heeren gedeputeerde staten den zelven om de daarin vermelde kapitale som van gulden 2711,37 op rente te beleggen, tegen den intrest van 5 % ’s jaars, in handen van den heer Adriaan Francis Rollier, wonende te Opdorp, provincie Oost-Vlaanderen, die daarvoor tot hypotheek zal stellen zekere bouw- of weilanden van eene dubbele waarde en zijnde vrij en onbelast. De districtscommissaris ad interim, Van de Weyer. UC 545 - Malderen 6 maart 1830 Aan de heer controleur te Assche - Het register, legger en declaratoiren der patentschuldigen over 1830. De burgemeester UC 646 (100 nummers overgeslagen) - Malderen 14 maart 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 12 dezer nopens een door J.F. Pauwels dezer gemeente ingediend rekwest tot het bekomen eener schadeloos stelling over de verliezen door hem met den hagelslag ondergaan, geef ik mij de eer op Ue vragen de volgende inlichtingen mede te deelen: 1) J.F. Pauwels, oud 64 jaren, zijnde zonder lichaamskwalen en hebbende 5 kinderen. 2) Heeft omtrent het gevraagde nog geene onderstand genoten en bij mijne kennis heeft hij geene middelen van bestaan. 3) Zonder onderstand van het gouvernement zal hij zich in geene armoede bevinden maar waar is het, dat zijne landpachten aan de erfvolgers Van Nuffel over 1828 nog niet voldaan zijn. 4) Het beloop der geschatte schade is mij onbekend en verders is zijn rekwest met de waarheid overeenkomstig. De burgemeester. DIV - Brussel, den 18 maart 1830 Aan d’heer burgemeester te Malderen. Ik heb d’eer van aan ue te doen geworden afschrift van ’s konings besluit dd 28 february waar bij autorisatie wordt verleend om de landsjaarwedde, verbonden aan den ondermeesterplaats bij de openbare school in uwe gemeente over ’t jaar 1827, als gratificatie uit te betalen. Gelieft den belanghebbende met de schikkingen van dees besluit kennelijk te maken. En zal de ordonnantie van betaling aan ue door mijn tusschenkomst geworden. De distrikts-kommissaris ad interim, Graaf …. DIV - Assche, 20 maart 1830 Aan het plaatselijk bestuur van Malderen. Als gevolg der missive van den heer gouverneur de date 3 february jongstleden nr. 2084, heb ik de eer ue bij deze te doen geworden afschrift Z.M. besluit van 28 february jongstleden nr. 2, waarbij autorisatie wordt verleend om de landsjaarwedde verbonden aan de ondermeestersplaats uwer gemeentelijke openbare school over het jaar 1827 als gratificatie uit te betalen. Ik verzoek door de tusschenkomst van uwentwegen den belanghebbenden daarvan te willen berigten. De schoolopziener, N.J. Brancart Land-deken en pastoor UC 647 - Malderen 4 april 1830 De burgemeester en assessoren van Malderen ter voldoening aan 's heeren staatsraad gouverneur rondgaande brief van 22 maart MA 37, omtrent de instellingen van weldadigheid, verklaren en betuigen dat er binnen hunne gemeente geene doofstommen bestaan. 186
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 648 - Malderen 4 april 1830 Aan den heer militie commissaris te Brussel - De inschrijving met de daar in vervatte bewijsstukken der lotelingen van 1829 welke vrijstelling voor den dienst der nationale militie voor een jaar genoten hebben. De burgemeester SC N° 4 - 9 april 1830 De burgemeester en assesooren der gemeente Malderen, onderrigt zijnde dat er op den dag der wekelijksche markt dezer gemeente verscheidene overtredingen aan het Reglement op het Waagregt begaan worden, met in de herbergen vlasch en garens te verkoopen zonder dat het zelve op de markt komt en in de waag word aangeboden. Overwegende dat door deze sluiking een groot nadeel aan den koophandel en waag word toegebragt. Gezien de art. 13, 14 en 15 waarbij bepaald is: - Art. 13: Alle koopwaren die buiten de waag zullen worden gewogen zullen op staanden voet in voordeele van den bureele van weldadigheid dezer gemeente in beslag worden genomen, en zal dezelve bureele aan den adjudicataris daar van dubbel waagregt betalen. - Art. 14: Allen persoon die eenige hoegenaamde ter markt komende waren, buiten de waag zal wegen, zullen door het plaatselijk bestuur tot eene boete van 1 tot 3 guldens worden verwezen, welke boete insgelijks in voordeele van den bureele van weldadigheid zijn zullen. - Art. 15: Alle de ter markt komende waren zullen moeten de waag passeren, en niemand voor dat de uur der markt geluid is zijne waren mogen verkoopen, alles op straffe bij het art. 13 voorgeschreven. En willende alle sluikerij voorkomen en den koophandel bevoordelen. Besluiten. Art. 1 - Allen koopman zal verpligt zijn het waagbiljet bij elk gekogt voorwerp te vervoegen, op straffe dat de goederen alwaar dit biljet niet zal aangehecht zijn zullen beschouwd worden als in overtreding aan het reglement verkogt te zijn en zullen als dusdanig worden gestraft. Art. 2 - De veldwachter dezer gemeente en andere bevoegde overheden zullen op onverwagte uren in alle de huizen alwaar koopmans aanwezig zijn zich moeten begeven om op alle de ter markt komende waren onderzoek te doen en zich te verzekeren of die waren aan het waagregt hebben voldaan en aldaar geenen koophandel wordt bedreven. Art. 3 - Het tegenwoordig besluit zal in de huizen alwaar de koopwaren worden uitgeleid aangeplakt worden. Gedaan te Malderen den 9 april 1830. Op bevel, de sekretaris, J.B. De Bock - De burgemeester, Willocx DIV - Brussel, 17 april 1830 Aan d’heer burgemeester van Malderen. Ik verzoek ue den genaamde P. Lemmens, ondermeester in uwe gemeente, te berigten dat er zich in mijn kantoors een mandaat, groot 80 guldens, wegens gratificatie ten zijne behoeve afgelevert, rust. De distrikst-kommissaris ad interim. UC 649 - Malderen 20 april 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Ter voldoening aan ue missive van den 16 dezer omtrent het opmaken van den rol tot herstelling der buurtwegen dezer gemeente over het loopend dienstjaar, geef ik mij de eer Ue te berichten dat wij in het geval niet zijn de bedoelde rolle op te maken, aangezien de kosten voor de gezegde herstellingen in de begrootingsstaat uit de gewone inkomsten toegestaan zijn. De burgemeester
187
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 650 - Malderen 20 april 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Het kohier der schoolfonds dezer gemeente over den loopende jare, ten einde na Ue visa de noodige goedkeuring te ontvangen. De burgemeester DIV - Brussel, den 26 april 1830 Aan de plaatzelijke kommissie ter aanmoediging en ondersteuning van den gewapenden dienst in de Nederlanden, te Malderen. De Distrikts-Kommissie van Brussel, ter aanmoediging en ondersteuning van den gewapenden dienst in de Nederlanden. Wij gevens ons de eer ter uwer kennisse te brengen dat de heer H.J. Overman, tot dusverre kassier onze kommissie, opgehouden heeft als zulks te fungeren; diensvolgens verzoeken wij U.E.G. om voortaan het beloop der in uwer gemeente te doene kollekte, bij den Eerwaarden Heer Pastoor Lauwers, president der kommissie, wonende in de Nieuwe-brugge-straat alhier, te doen storten; welke heer hierover kwittantie zal geven, zullende deze storting moeten geschieden telkens des vrijdags. Wij maken ons deze gelegenheid ten nutte om U.E.G. andermaal de plaatzelijke kollekte binnen uwe gemeente ten sterksten aan te bevelen. Voor en namens de kommissie voornoemd. P. Lauwers J.B. Vanderdoodt, adj. sekr. DIV - Brussel, den 30 april 1830. Aan Mijnheer den burgemeester te Malderen. Ue.G. is in achterstel te voldoen aan de vraag gedaan door mijnen brief dd 7 dezer nopens het inzenden der kwittantie voor 14-00 voor onderhoudskosten van Davis Vermoesen in de colonie Ommerschum (?) Ik verzoek Ueg geenen langeren uytstel te brengen om mij uw antwoord ten dien opzigte te geven. Uwe indagtig makende maatregels die ik verpligt zal zijn te nemen volgens het besluyt van mr. den gouverneur van den 28 december 1822, welk onaangenaamheid ik uwe verzoek, zoo aan uw eigen dan aan mij te vermeiden. Den distrikts-kommissaris, Graaf … (Extract uit het voormeld besluit van den 28 december 1822: “de Distrikt-kommissarissen zullen bijzondere komissarissen in de nalatige gemeentens zenden welker reis en verblijfkosten ten laste der secretarissen zullen zijn.”) DIV - Brussel, den 1 mei 1830. Aan Mijnheer den burgemeester te Malderen. Ue.G. is in achterstel te voldoen aan de vraag gedaan doorde circulaire van zijne excellentie d’heer staatsraad gouverneur de dato 29 maart laatstleden nopens de trekpaarden enz. Ik verzoek Ueg geenen langeren uytstel te brengen om mij uw antwoord ten dien opzigte te geven. Uwe indagtig makende maatregels die ik verpligt zal zijn te nemen volgens het besluyt van mr. den gouverneur van den 28 december 1822, welk onaangenaamheid ik uwe verzoek, zoo aan uw eigen dan aan mij te vermeiden. Den distrikts-kommissaris, Graaf … (Extract uit het voormeld besluit van den 28 december 1822: “de Distrikt-kommissarissen zullen bijzondere komissarissen in de nalatige gemeentens zenden welker reis en verblijfkosten ten laste der secretarissen zullen zijn.”) DIV - Brussel den 1 mei 1830.
188
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan de heer burgemeester te Malderen. Ik heb de eer ueg. voor berigt te dienen dat de inspectie der verlofgangers plaats zal hebben te Londerzeel, 14 mei ’s middags. De militie-kommissaris adj., Graaf … GR N° 150 - 25 Mey 1830 De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het benoemen van twee leden uit deszelfs midden om uit te maken de commissie voorgeschreven bij het artikel 11 der wet van den 11 April 1827, staatsblad nr. 17, op de schutterij. Gezien het beroepen artikel 11 houdende onder andere "deze loting zal plaats hebben in het openbaar door de zorg van het plaatselijk bestuur en onder het opzicht van een commissie uit het zelven door het zelve benoemd." De raadsleden om te voldoen aan de bepaling van het aangehaald artikel, hebben bij meerderheid van stemmen benoemd zoo ende gelijk zij doen bij deze, de heeren Judook Willocx, burgemeester, en Adriaan Francis De Laet, assessor, dewelke binnen deze gemeente en over den loopenden jare zullen uitmaken de commissie die volgens meergemeld artikel belast is met het opzigt over de loting voor de schutterij. Gedaan en benoemd te Malderen in zitting van date als boven. Willocx, De Laet, Daelemans, Van den Bossche, Lemmens, Kuyckens, De Bock. GR N° 106 - 25 Mey 1830. De raad van de gemeente Malderen is overgegaan tot het benoemen der commissie met het onderzoek der eerste en tweede zitting voor den dienst der schutterij belast. Gezien de rondgaande brief van den heer staatsraad gouverneur d.d. 19 Mey 1829, M.A. 80, deel 19. Gezien de art. 1, 2, 3, 4 en 5 en 18 van het K.B. van den 28 Juny 1828 nr. 68, M.A. 108, tome 18, page 17. Heeft bij meerderheid van stemmen benoemd gelijk zij benoemen bij deze: 1) De heeren Judook Willocx, burgemeester, en Adriaan Francis De Laet, assessor, als werkelijke leden van het plaatselijk bestuur die, benevens den commandant der schutterij, zullen uitmaken over het dienstjaar 1830, binnen deze gemeente, de commissie van onderzoek nader omschreven in het art. 15 der wet voormeld. 2) Antoon Daelemans en Pieter Kuyckens, raadsleden, als plaatsvervangende leden, ten einde voor de werkelijke leden, in geval van tijdelijke verhindering, te kunnen optreden. 3) Joannes Benedictus Lemmens, raadslid, als sekretaris der bewuste commissie. 4) Ferdinandus Hubertus Van Bavegem, doctor in de medicijnen, wonende te Buggenhout, en 5) Hendrik Luytgaerens, heelmeester, wonende te Puurs, om de meergemelde commissie van onderzoek bij te staan. Afschrift dezes zal gezonden worden aan de twee laatstgenoemde genees- en heelkundige heeren tot informatie en naricht. Aldus gedaan en benoemd te Malderen in zittinge van date als boven. Willocx, De Laet, Daelemans, Lemmens, Van den Bossche, Kuyckens, De Bock. SC N° 5 - Malderen 1 juny 1830 De burgemeester en assessoren. Gezien de rondgaande brief van den heer Staatsraad Gouverneur d.d. ?, houdende dat de commissie van onderzoek der lotelingen voor de schutterij over den jare 1830, nader omschreven in het art. 15 der wet van den 11 april 1827, staatsblad nr. 17, terwijl er nog geene commandanten voor de rustende schutterij in de gemeenten zijn benoemd, door een loteling van dit jaar zal worden bijgestaan.
189
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Benoemen de heer Johan Baptist Snackaert, loteling en landbouwer, wonende te Malderen, ten einde de gemelde kommissie van onderzoek binnen deze gemeente over den loopende jare bij te staan, in plaatsvervanging van den kommandant der Schutterij. Gedaan en benoemd te Malderen den 1 Juny 1830. Op bevel, de sekretaris J.B. De Bock - De burgemeester, Willocx SC N° 6 Malderen 1 juny 1830 De burgemeester en assessoren der gemeente Malderen. Gezien het art. 11 der wet van 11 april 1827, staatsblad nr. 17, en des heeren gouverneurs rondgaande brief van den 29 mei 1828, M.A. nr. 84, omtrent de commissie belast met het opzigt der loteling voor de schutterij. Benoemen de heer Johan Baptist Snackaert, landbouwer, wonende te Malderen en ingeschreven loteling voor de schutterij ten einde deel te maken der kommissie die volgens gemeld artikel 11 belast is met het opzigt over de loting, voor de schutterij binnen deze gemeente voor den loopenden jaar. Gedaan en benoemd te Malderen den 1 juny 1830 Op bevel, de sekretaris, J.B. De Bock - De burgemeester, Willocx UC 651 - Malderen 22 juny 1830 Verjaardag van den gedenkwaardige overwinning bij Waterloo - De burgemeester en assessoren van Malderen verklaren en betuigen dat op zondag 20 dezer onmiddellijk na de groote misse met alle plechtigheden door den heer desservitor binnen de kerke een te deum is gezongen en de zelve door alle de autoriteiten en de binnen deze gemeente aanwezige ambtenaren is bijgewoond. GR N° 107 30 Juny 1830 (Kort) Gemeenterekening 1829 van Joannes Baptist Verstraeten, gemeenteontvanger. Algemene ontvangsten: 3521,65 Algemene uitgaven: 2820,27 Overschot: Fl. 700,78 UC 652 - Malderen 2 july 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - De rekening der gemeente 1829. De burgemeester UC 653 - Malderen 2 july 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Twee kwitantiën, de eenen groot fl. 14,98 en de andere fl. 5,82 wegens het verplegen van bedelaars in de koloniën der maatschappij van weldadigheid over het jaar 1828 verschuldigd volgens akten van changement dd 11 november 1828 en 18 maart 1830. De burgemeester UC 654 - Malderen 7 july 1830 Aan den baron Vanderlinden d'Hoogvorst te Meysse - Teruggestuurd de door Ue brief van 26 mei ontvangen staat omtrent het aankweken van den witten moerbezienboom en opbrenging der ... binnen deze gemeente;. De burgemeester UC 655 - Malderen 14 july 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 7 dezer nopens het inzenden der bewijsstukken van uitgaven der kerke rekening dezer gemeente over
190
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1828 geef ik mij de eer Ue te berichten dat ue dezelve bij mijn brief van den 9 january nr. 535 toegezonden zijn. De burgemeester GR N° 108 - 15 July 1830 (Kort) Rekening 1829 van de heer Van Malderen, bureel van weldadigheid, - Algemene ontvangsten: 790,88 - Algemene uitgaven: 612,54 - Batig saldo: 178,34, UC 656 - Malderen 5 augusty 1830 Aan de heer Vandevelde, ontvanger der registratie te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 31 july omtrent het storten der somme van 29 gulden verschuldigd aan de schatkist wegens verpleging en transporteren kosten van bedelaars in de kolonien der maatschappij van weldadigheid over 1828, moet ik Ue berichten dat de sommen van 15 en 14 vermeld in ue missive van den 3 en 9 juny laatst, den 6 july jongstleden bij den thesaurier der algemeene Nederlandsche maatschappij te Brussel zijn gestort. De burgemeester UC 657 - Malderen 5 augusty 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Drie kwitantiën, de 1ste groot fl. 15, de 2de fl. 14 wegens verpleegkosten van bedelaars in de koloniën van weldadigheid over 1828, en de 3de groot fl. 3,20 wegens onderhoudskosten van David Vermaesen in het bedelaarswerkhuis der provincie Zeeland van den 8 february 1828 tot den 24 der zelve maand, verschuldigd volgens akten van changement dd 31 maart, 6 mei en Ue missive van den 21 july laatst. De burgemeester UC 658 - Malderen 21 augusty 1830 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan ue missive van den 7 july geef ik mij de eer Ue de daar bij gevraagde bewijsstukken van uitgaven der kerke rekening over 1828 over te maken. De burgemeester SC N° 7 - Malderen 2 october 1830 Burgemeester en assessoren. Overwegende dat de burgernachtwacht opgeroepen wordt, en betaamt dezelve regulierelijk geschieden en heel de gemeente bewaakt wordt. Besluit. De nachtwacht zal verdeeld worden in drie wijken, te weten het Dorp, den Zavel en Boekxheide. De notaris De Bock zal het opzicht hebben over de geheele wacht; pachter Van Ingelgem de bijzondere opzicht over den wijk den Zavel en Gilles Van den Bossche de bijzondere opzicht over den wijk de Boekxheide. Gedaan te Malderen den 2 october 1830. Op bevel, de sekretaris, J.B. De Bock - De burgemeester, Willocx UC 659 - Malderen 4 octobre 1830 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris - Ingevolge omzendbrief nr. 101 van 30 september van de voorlopige provinciegouverneur aangaande het bondige verslag over wat er tot nu toe is gebeurd, over wat er nu gebeurt en voor wat er te gebeuren staat om het succes van de nationale zaak te verzekeren, kan ik u het volgende vertellen:
191
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1) Geen enkele ambtenaar of inwoner van deze gemeente heeft zich tot een instrument van de Hollandse onderdrukking gemaakt. 2) Wij hebben geweigerd - nadat we daartoe de ordonnantie gekregen hadden - om 8000 pond stro te leveren aan het kamp te Vilvoorde. 3) We hebben eveneens geweigerd om de miliciens van onze gemeente, die opgeroepen waren door de kolonel van de 1ste divisie, op te laten stappen. 4) Er werd een burgerwacht in activiteit gebracht. 5) Voor degenen die gewond raakten voor onze heilige zaak zamelen we geld en linnen in. 6) De Brabantse vlag is uitgehangen. 7) Wij zijn Belg en evenals al onze inwoners vastbesloten om met alle onze middelen de edele nationale zaak te ondersteunen. De burgemeester UC 660 - Malderen 12 octobre 1830 (Vertaald) Aan de commissaris ad interim van het arrondissement Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 7 dezer (MA 109) over de Burgerlijke Stand deel ik u mee dat ik verkies dat de registers van de burgerlijke stand van deze gemeente in het Vlaams worden gehouden, want mijn ingezetenen kennen geen andere taal. Gelieve de registers voor 1831 dus in het Vlaams te laten drukken. De burgemeester GR N° 109 Vrijdag 22 oktober 1830, 13u00 Province du Brabant Meridional District de Bruxelles Commune de Malderen Procès verbal de la séance du collège électoral pour la recomposition de l’administration locale de Malderen. (Vertaald) Het jaar 1830, vrijdag 22 oktober, om 1 uur in de namiddag, zijn de notabelen van de gemeente Malderen bij klokkengelui samengekomen op het secretariaat. Plaats en uur waren op de oproepingsbrieven van 19 oktober meegedeeld. Het voorzitterschap werd waargenomen door de heer Pierre Van den Eede, ouderdomsdeken, en hij werd bijgestaan door: 1) Jean François Pauwels 2) Emanuel Verdoodt 3) Pierre Kuyckens 4) Josse Willocx die, in de hoedanigheid van de grootste belastingbetalers onder de aanwezigen, de functie van stemopnemer vervullen, met uitzondering van de laatste, die de jongste is, die optreedt als secretaris. Het plaatselijk bestuur vervult wat door art. 6 van het besluit van de gouverneur van 12 dezer werd voorgeschreven en de voorlopige secretaris geeft lezing van: 1) Het besluit van de voorlopige regering van 8 oktober dat de wedersamenstelling van de lokale besturen gelast. 2) Het besluit van dezelfde regering van 14 dezer betreffende de kiesverrichtingen in de gemeenten met maximaal 3000 zielen waar geen 25 kiezers wonen die de vereiste belasting betalen. 3) Het besluit van de voorlopige gouverneur van Zuid-Brabant dat het verloop der operaties bepaalt. 4) Tenslotte de 2 omzendbrieven van dezelfde functionaris, beiden gedateerd op 16 oktober, de eerste betreffende de oplossing van twee problemen die aangaande deze operaties zijn ge-
192
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
rezen; de tweede met de bedoeling om fraude of handelingen die de verkiezingen zouden kunnen vervalsen of bederven te voorkomen. Er was geen contestatie. De vergadering gaat vervolgens, conform art. 4 van het besluit van de eerder vermelde voorlopige gouverneur, over tot de verkiezing, bij geheime stemming, van een president, 4 stemopnemers en een definitieve secretaris. Nadat het aantal stembulletins, herkend als zijnde 55, in een gesloten doos, heeft het ontvouwen der briefjes als resultaat gegeven dat de heer Willocx Josse, met een meerderheid van 52 stemmen, tot president verkozen werd, dat met een meerderheid van 50 stemmen de heer Adrien François De Laet tot eerste stemopnemer verkozen werd, de heer Kuyckens Pierre met een meerderheid van 33 stemmen tot tweede stemopnemer, de heer Verdoodt Emanuel met een meerderheid van 33 stemmen tot derde stemopnemer, de heer De Koker Pierre met een meerderheid van 19 stemmen tot vierde stemopnemer, en tenslotte, dat de heer De Bock Jean Baptist met een meerderheid van 50 stemmen tot secretaris werd verkozen. Nadat het bureau, dat aldus was gevormd, zich er van verzekerd had dat de beschikkingen van de hierboven geciteerde besluiten uitgevoerd waren door de zorgen van het lokaal bestuur, nodigde het de vergadering uit om, eveneens bij middel van geheime bulletins, over te gaan tot de verkiezing van een burgemeester. De bulletins werden in de hiervoor bestemde doos verzameld en daarna door de voorzitter geopend, en na gezien te hebben dat er 63 bulletins waren heeft het ontvouwen van deze brieven als resultaat gegeven dat de heer Willocx Josse tot burgemeester verkozen werd met een meerderheid van 52 stemmen. Vervolgens werd op dezelfde manier overgegaan tot de verkiezing van 2 schepenen en nadat bevonden was dat het aantal bulletins die in de doos gedeponeerd waren en waarop telkens 2 namen geschreven waren voor het vervullen van de aangegeven functie, 63 in getal waren, heeft het ontvouwen van deze stembrieven als resultaat gegeven dat de heer De Laet Adrien François met een meerderheid van 49 stemmen als eerste assessor verkozen werd en de heer Daelemans Antoine met een meerderheid van 24 stemmen als tweede assessor. Vervolgens werd overgegaan tot de verkiezing van 4 gemeenteraadsleden. In de doos werden 63 bulletins gevonden die elk zoveel namen bevatten als er leden te verkiezen waren. Het ontvouwen van deze brieven heeft als resultaat gegeven dat de heer Van den Bossche Egide als eerste gemeenteraadslid verkozen werd met een meerderheid van 24 stemmen, en vervolgens de heer Kuyckens Pierre met een meerderheid van 21 stemmen, de heer Lemmens Jean Benoit met een meerderheid van 20 stemmen, en de heer Slachmuylders Joseph met een meerderheid van 19 stemmen. Hiermee waren de kiesoperaties voor de reorganisatie van het gemeentebestuur van de gemeente Malderen voltooid en nadat met luide en duidelijke stem lezing gegeven was van het huidige proces verbaal en er over de kiesoperaties geen enkele aanmerking of klacht was ontvangen, Verklaart het kiescollege de nieuwe leden van het gemeentebestuur van Malderen geïnstalleerd in de functies tot dewelke ze respectievelijk door hun medeburgers werden verkozen, onder voorbehoud van erge onregelmatigheden die conform artikel 8 van het besluit van de voorlopige regering de nietigheid van de operaties voor gevolg zouden kunnen hebben. Gedaan in zitting te Malderen, dag, maand en jaar als hierboven. Willocx, De Laet, Kuyckens, Verdoodt, De Bock. UC 661 - Malderen 23 octobre 1830 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten het proces verbaal van de zitting van ons kiescollege voor de wedersamenstelling van ons gemeentebestuur. De burgemeester UC 662 - Malderen 23 octobre 1830
193
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten de kiezerslijst van onze gemeente voor het Nationaal Congres. De burgemeester. N° 110 - 25 October 1830. Toelichtende memorie op den ontvang en uitgaaf gebragt door den raad der gemeente Malderen in de begrootingsstaat voor den dienst 1831. Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren - Batig slot der begrooting van het jaar 1830: 73,30 - Batig slot der rekening van 1829 (provisoirlijk): 700,78 Totaal: 774,08 - Af te trekken het batig slot der begrooting 1829: - 133,14 Blijft: 640,93 Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. - Additionele centen op de grondlasten: 253,82 - Belasting op de honden: 31,50 - Pacht van land en landgoederen der gemeente: 309,49 - Grondrenten en interesten van kapitalen: 59,14 - Intresten van kapitalen in de bank van leening te Brussel: 2,42 geplaatst den 2 nov. 1816 voortkomende van de verkoopprijs der gemeentegoederen (kapitaal fl. 60,48 à 4%) - Waag en maatrechten, volg. aanbesteding van 5 dec. 1829 (raming): 565,00 - Interest van het restas kapitaal der verkogte gemeentegoederen verkregen door mevrouw de Beughem: 76,42 Deze hoofdssom door dezelve mevrouw gekweten zijnde en aan den heer Rollier te Opdorp met goedkeuring der voormalige gedeputeerde staten, wederom in obligatien belegd. - Omslag voor het schoolfonds (als vorige jaren): 310,00 Derde Hoofdstuk Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel dagblad: 8,50 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 8,00 - Drukkosten en zegels der registers van den burgerlijken stand: 44,80 - Jaarwedde van den burgemeester: 75,00 - Idem der 2 assessoren: 60,00 - Idem van den secretaris aan 10 cents per ziel: 162,00 - Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 30,00 - Voor het opwinden der horlogie: 20,00 - Taxatie van den gemeenteontvanger (exc. add. cents): Fl. 1354 à 4 % = 54,16 - Jaarwedde van den veldwachter (zelve somme als vorig jaar): 123,00 - Kosten voor kleeding van den veldwachter, pensioenen en suppletoir traktement der brigadiers (als vorig jaar): 40,00 - Jaarwedde aan den klokkenluider (als vorig jaar): 12,00 - Onderhoudskosten der buurtwegen (gelijk zij in vorige jaren is toegestaan): 70,00 - Aandeel in de jaarwedde van den commissaris over de wegen: 11,80 - Aandeel in de kosten van huisvesting der marechaussée: 13,93 - Jaarlijksche schadeloosstelling voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het geleide van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 2 guldens per uur der afgelegenheid (5 uren van Brussel): 10,00 - Kosten tot het zegelen eener dubbel der gemeenterekening over 1831: 1,21 - Indemniteit aan de geneesheren tot het bijwezen der kommissie van onderzoek van de schutting over het jaar 1830, aan Fl. 3 per ider: 6,00
194
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Onderstand aan liefdadige gestichten. - Kosten van onderhoud van personen in het bedelaarswerkhuis gedurende 1828: 32,83 - Aandeel der gemeente in het ontbrekende ter bestrijding der uitgaven van het bedelaarswerkhuis over 1829: 20,20 Eeredienst - Onderstand toegestaan aan de parochiale of succursale kerkfabriek: 386,00 Openbaar onderwijs - Jaarwedde van den onderwijzer: 410,00 Onvoorziene uitgaven en posten van herhaling. - Spaarfonds, 2% op de gewone inkomsten: 27,00 - Brand en licht van het wachthuis: 20,00 Daar de nachtwacht opgeroepen en in dienst gesteld is word alhier voor brand en licht deze som in evenredigheid van het benoodigde voorgedragen. - Een nieuw horlogiewijzer met letters: 30,00 Daar op den toren maar een enkel wijzer is die slechts van den eenen kant van het dorp kan gezien worden en de inwoners een tweede wijzer vragen wordt alhier daarvan de bekostiging voorgedragen. Totaal der inkomsten: 2248,72 Totaal der uitgaven: 1676,43 Verschil in meer: 572,29 UC 663 - Malderen 30 octobre 1830 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten de gemeentebegroting 1831 met ondersteunende stukken. De burgemeester. UC 664 - Malderen 3 novembre 1830 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de voorlopige gouverneur van 27 oktober (MA 127) laat ik u weten dat de lijst die we u op 13 oktober hebben gestuurd (op vraag van de gouverneur van 6 oktober) de namen van alle miliciens van onze gemeente bevat, want dezen waren immers al naar huis gekomen voor dat deze lijsten werden opgestuurd. De burgemeester. GR N° 111 - 13 november 1830 Den raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het benoemen van twee leden uit deszelfs midden de welke met den heer burgemeester als president den raad der Burgerwacht dezer gemeente zullen uitmaken. Gezien het besluit van het tijdelijk gouvernement van Belgenland d.d. 31 October 1830, voorschrijvende de benoeming van den raad der burgerwacht, belast met het onderzoek tot opstelling van den zelven dienst. Gezien de rondgaanden brief van den heer Gouverneur dezer provincie van den 9 november 1830, M.A. 144. Heeft bij meerderheid van stemmen benoemd zoo ende gelijk zij doen bij deze, de heeren Adriaan Francis De Laet, assessor, en Joannes Benedictus Lemmens, raadslid, de welke binnen deze gemeente met den heer burgemeester als president den raad der Burgerwacht, bij gemeld art. 1 omschreven, zullen uitmaken en ingevolge het art. 2 van meergemeld besluit belast zijn met het onderzoeken der ingeschreven van gezegde Burgerwacht. Gedaan te Malderen de date als boven. Willocx, De Laet, Daelemans, Lemmens, Slachmuylders, Kuyckens, Van den Bossche, J.B. De Bock. GR N° 112 13 november 1830
195
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Benoeming van den sekretaris. De raed der gemeente Malderen ... is overgegaen tot het benoemen van den sekretaris van het plaatselijk bestuer dezer gemeente. Gezien het art. 1 van het besluyt van de tijdelijke regering van Belgenland d.d. 28 october 1830, houdende dat de sekretarissen der plaatselijke besturen door de gemeenteraden moeten benoemd worden. En ingevolge van welke heeft den raed eenpariglijk herbenoemd zoo ende gelijk hij doet bij deze, den tegenwoordigen sekretaris de heer Joannes Baptist De Bock, wonende te Malderen, tot de functie van sekretaris van het plaetselijk bestuer dezer gemeente. Afschrift, etc. Gedaen te Malderen in zitting van 13 november 1830. Willocx, De Laet, Daelemans, Lemmens, Slachmuylders, Kuyckens, Van den Bossche, J.B. De Bock. GR N° 113 - 13 November 1830 De raed der gemeente Malderen ... is overgegaen tot het stemmen van een aen den heer Gouverneur aen te bieden voordragtslijst van kandidaten tot de benoeming van eenen gemeentenontvanger. Gezien art. 2 van het besluyt van het tijdelijk gouvernement van Belgenland dd 23 October 1830 voorschrijvende de benoeming der gemeente ontvanger. Gezien de rondgaende brief van den heer gouverneur de date 3 november 1830 M.A. 135. Na gedane voorlezing der artikels 45, 46, 47, 48 en 49 van het reglement op het plattelandsch bestuer, is het bureau van stemopneming samengesteld uyt de heeren Judook Willocx, burgemeester als president, en Adriaen Francis De Laet, assessor. Vervolgens overgegaen zijnde tot de verkiezing van den eersten kandidaet, is na dat gebleken was dat het getal der gesloten stembiljetten ten bedrage van zeven gelijk is aen het getal der stemmende leden na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat uytgebragt zijn de volgende stemmen als op de heer Joannes Benedictus Lemmens, die 4 stemmen bekomen heeft, en de heer Antoon Daelemans, 3 stemmen. En is alzoo den heer Joannes Benedictus Lemmens, raedslid, als eersten kandidaet geproclameert, hier aenwezig en die aenstonds verklaerd en beloofd heeft van, indien hij benoemd word, voor en in den interest der gemeente den ontvangst te doen aen 1,75 Gulden % van den gemeenteninkomst, de grondlasten begrepen. Daer naer overgegaen zijnde tot de verkiezing van den tweeden kandidaet is er nadat wederom gebleken was dat het getal der gesloten stembiljetten ten bedrage van zeven gelijk is aen het getal der stemmende leden na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat uytgebragt zijn de volgende stemmen als op de heer Joannes Baptist Van Ingelgem, die 5 stemmen bekomen heeft, en Antoon Daelemans, 2 stemmen. En is met dien den heer Joannes Baptist Van Ingelgem als tweeden kandidaet geproclameert, Daer naer overgegaen zijnde tot de verkiezing van den derden kandidaet is er nadat insgelijks gebleken was dat het getal der gesloten stembiljetten ten bedrage van zeven gelijk is aen het getal der stemmende leden na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat uytgebragt zijn de volgende stemmen als op de heer Antoon Daelemans, welken 5 stemmen bekomen heeft, en de heer Joannes Baptist Verstraeten, 1 stem. En is den heer Antoon Daelemans als derden kandidaet uytgeroepen. Dientengevolge zal de aen den heer gouverneur aen te bieden voordragtslijst van kandidaten (bestaen) uyt de volgende heeren: 1) Joannes Benedictus Lemmens, raedslid en koster, ° Lippeloo, wonende te Malderen. 2) Joannes Baptist Van Ingelgem, ° Willebroek, notarisklerk te Malderen. 3) Antoon Daelemans, ° Liezele, assessor te Malderen. Waer van en van alle welke wij hebben opgesteld ten dage voornoemd het tegenwoordig proces verbal het welk met de voordragtlijst van kandidaten zal overgemaekt worden aen den
196
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
heer distrikts kommissaris met verzoek om een en ander onder de oog van den heer gouverneur dezer provincie te brengen. Op bevel, J.B. De Bock, sekretaris. Willocx, Daelemans, De Laet, Slachmuylders, Van den Bossche, Kuyckens, Lemmens. UC 665 - Malderen 29 novembre 1830 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten: 1) Proces verbaal van de benoeming van de gemeentesecretaris. 2) Proces verbaal en kandidatenlijst voor de post van gemeente-ontvanger. 3) Schatting van de in onze gemeente aanwezige granen voor voeding. 4) De staat van het lager onderwijs in de gemeente. De burgemeester. UC 665 bis - Malderen 13 decembre 1830 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten: 1) Overzicht van wapens en riemwerk (buffeterie) in het bezit van de inwoners van deze gemeente. 2) Inlichtingen over de vaderlandslievende giften van deze gemeente. 3) De staat van het lager onderwijs. 4) De numerieke staat van de burgers van onze gemeente die ingeschreven zijn voor de dienst van de burgerwacht. De burgemeester. UC 666 - Malderen 22 decembre 1830 Burgemeester en schepenen van Malderen verklaren en verzekeren dat in onze gemeente niemand recht heeft op het pensioen of schadevergoeding die - bij besluit van de voorlopige regering van 6 november - verleend wordt aan de weduwen of kinderen van de burgers die gestorven of ernstig gewond zijn in de strijd voor de verovering van onze onafhankelijkheid. GR N° 114 27 December 1830. De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het stemmen van twee leden aan den heer gouverneur aan te bieden ten einde door den zelven ingevolgen het 185 der wet van 8 January 1817 op de nationale militie benoemd te worden tot het teekenen benevens het hoofd van het plaatselijk bestuur aan de lotelingen van het jaar 1831 af te geven attesten en certificaten. Gezien het artikel 185 hier voren aangehaald. De raadsleden aldus ten dien einde vergaderd zijnde hebben zij bij meerderheid van stemmen gekozen en benoemd de heeren Daelemans Antoon, assessor, en Slachmuylders Josephus, raadslid, dewelke naar door den heer gouverneur benoemd te zijn de attesten en certificaten gedurende het dienstjaar 1831 aan de lotelingen dezer gemeente af te geven, benevens het hoofd van het plaatselijk bestuur zullen teekenen. Gedaan te Malderen, etc. Willocx, De Laet, Daelemans, Kuyckens, Van den Bossche, Lemmens, Slachmuylders, De Bock. UC 667 - Malderen 28 decembre 1830 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 15 dezer, MA 188, deel ik u mee dat alle door de besluiten van 26 en 31 oktober, 5, 9 en 13 november 1930 voorgeschreven formaliteiten evenals die van de omzendbrief van 1 december, allemaal betrekking hebbende op de burgerwacht, in onze gemeente werden uitgevoerd.
197
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De burgemeester. UC 668 - Malderen 28 decembre 1830 (Vertaald) Burgemeester en schepenen van Malderen, ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 14 dezer, verklaren en verzekeren dat de gemeente noch gemeentelijke instellingen kapitalen of inschrijvingen bezitten op het grootboek of het hulpboek van de schuld van de voormalige Nederlandse regering. UC 669 - Malderen 29 december 1830 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten 1) Het proces verbaal van de presentatie van twee leden van het plaatselijk bestuur die in 1831 belast zullen worden met het tekenen van de certificaten die aan de miliciens van onze gemeente moeten worden uitgereikt. 2) Een inlichtingenstaat, gevraagd in de omzendbrief van de gouverneur van 8 dezer (MA 180), over de onderwijzers die betaald worden door de staat. De burgemeester.
198
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1831 **** UC 670 - Malderen 7 janvier 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingevolge uw missive van 4 dezer stuur ik u ingesloten onze gemeentestempel. De burgemeester. UC 671 - Malderen 7 janvier 1831 (Vertaald) Burgemeester en assessoren van Malderen - om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 29 december MA 195 betreffende de miliciens van de lichting 1830 die voor de legerafdelingen in Nederland waren voorzien en die nu bij Belgische regimenten moeten worden ingedeeld, verklaren en verzekeren wij dat alle miliciens van Malderen van deze lichting ingedeeld waren bij het 9de regiment Infanterie. GR N° 115 - 15 January 1831. Reglement voor de nachtwacht. De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het opmaken van een reglement voor de nachtwacht dezer gemeente. Overwegende dat het thans op het stuk bestaande reglement de gewenschte en vereischte maatregelen niet vervat, waar door den dienst van nachtwacht bijwijlen verzuimd wordt. Gezien het artikel 25 van het reglement van bestuur ten plattenlande, goedgekeurd den 23 July 1825. Gezien de wet van den 6 Maart 1818. Besluit. Art. 1 - Te beginnen van den eersten November van elk jaar zal de nachtwacht opgeroepen worden, en dezelve zal in haren dienst tot den eersten Maart naarvolgende volharden. Nogtans in geval van dringende omstandigheden zal de nachtwacht op andere tijdstippen kunnen opgeroepen worden door burgemeester en assessoren. Art. 2 - Alle de inwoners van den ouderdom van 18 tot 50 jaren zijn verpligt beurtelings den gemelden nachtdienst te doen, behoudens nogtans de wettige uitzondering waar over den burgemeester en assessoren zal beslissen. Art. 3 - De burgemeester en assessoren zijn gemagtigd iemand van hunnen 't wegen aan te stellen om het bevel te voeren over de gemelde nachtwacht. Art. 4 - Allen inwoner die tot den dienst der nachtwacht zal aangeschreven worden, is gemagtigd eenen plaatsvervanger te stellen, den welken nogtans door burgemeester of commandant moet goedgekeurd zijn. Art. 5 - Het is verboden van met houte schoenen of blokken op te komen op straffe van twee nachtwachten te moeten doen, met respijt van eenen dag tusschen beide. Art. 6 - Allen ingezetenen die behoorlijk opgeroepen en dags te vooren verwittigd zijnde, uitgenomen in bezondere voorvallen, zonder wettige reden den nachtwacht weigerde te doen, of zich op gestelde ure der bijeenkomst niet in het wachthuis zoude bevinden 't zij in persoon of door eenen plaatsvervanger, alsmede die door of binnen de bepaalde ure van den dienst zal vertrekken of zijnen post verlaten, zal voor de eerste maal gestraft worden tot eene boete van 2,83 guldens tot 4,72 guldens ingevolge den art. 475 van den wetboek van straffen. Art. 7 - In geval de oorzaak der afwezendheid goed gevonden en aan het plaatselijk bestuur 12 uren te voren aangekondigd word, zal er eenen anderen persoon opgeroepen worden om de plaats van den afwezenden te bekleeden. Art. 8 - Iederen rijze dat de reden van afwezendheid der opgeroepene zal goed gevonden zijn, zullen de zelve aangeteekent worden, om te dienen zoo haast als de belettende redenen geen
199
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
plaats meer zullen hebben, en ten dien opzigte zullen er zoodanige maatregelen genomen worden, dat deszelfs dienst 't zij door hun zelfs het zij door hunnen plaatsvervanger zoo dikwils zal verrigt worden, als of er geen beletsel zoude geweest zijn. Art. 9 - Allen inwoner die zonder wettige redens voor de tweede rijze den dienst niet zal opgepast hebben zal gestraft worden tot eene boete van 5 à 10 guldens. Art. 10 - De onbemiddelde en de gene openlijk bekent zijn buiten staat om te kunnen betalen, en die zich in 't geval van artikel 6 bevinden, zullen op aanzoek van den burgemeester of assessoren en bij wijze van straffe gehouden zijn twee nachtwachten te doen, met respijt van eenen dag tusschen beide, of wel tot eenen dag gevangenis verwezen worden. Art. 11 - Gedurende den nachtdienst zal het plaatselijk bestuur en den door hun benoemden commandant het wachthuis dikmaals bezoeken, en zij zullen alle middelen aanwenden om zich te verzekeren dat den dienst stiptelijk word volbragt. Art. 12 - Den koporaal der nachtwacht die zijnen post of dienst zonder toestemming van den burgemeester, assessor of den commandant zoude verlaten, zal gestraft worden met eene boete van 3 tot 6 guldens voor de eerste maal, en voor de tweede maal van 6 tot 10 guldens. Art. 13 - Geene hoegenaamde wapens zullen tot den dienst van den nachtwacht mogen gebruikt worden dan de piken der gemeente die daartoe bestemd zijn. Art. 14 - Alle de gemelde wapens zullen door de nachtwacht na dat hunnen dienst is afgeloopen en in het scheiden, moeten in het wachthuis gebragt en gesteld worden. Art. 15 - Den koporaal van elke wacht zal aansprekelijk en verantwoordelijk zijn over alle misbruiken die er zullen plaats hebben aan de meubelen van het wagthuis en wapens der gemeente en over alle de schade en verliezen die er zullen gedaan zijn, het zij door hem of zijne manschappen. In geval er meer dan eenen koporaal de wagt zal opgetrokken hebben en er niet kan bewezen worden door wie gezegde schade of verliezen gedaan zijn, zullen dezelve op alle de alsdan aanwezig geweest zijnde koporaals verhaald worden. Art. 16 - De nachtwacht is belast met het aanhouden van allen nachtklopper, vagebonds, dieven, vreemdelingen die van geene papieren voorzien zijn, en allen stoorder van de openbare rust, alsmede tot het bewaren en behouden der publieke veiligheid. Art. 17 - De koporaal van elke nachtwacht is verpligt van alle misbruiken en ongehoorzaamheden zijner manschappen alsook van alle aanhoudingen en bezondere voorvallen of omstandigheden aanstonds aan den burgemeester, een assessor of commandant der wagt, kenbaar te maken op pene dat hij verantwoordelijk zal zijn voor zijne onagtzaamheden en alle de daar uitspruitende vervolgingen. Art. 18 - De verdere regeltucht der nachtwachten, de uren op de welke die zullen verzamelen en vaneen scheiden, het getal der manschappen dat dagelijks zal opgeroepen worden, en eindelijk alle het gene in dit reglement niet voorzien is, zullen door burgemeester en assessoren bij een bijzonder reglement bepaald worden op den voet der schikkingen hiervoren gemeld.. Gedaan en besloten in buitengewone zittinge te Malderen date als boven. Willocx, De Laet, Slachmuylders, Daelemans, Lemmens, Van den Bossche, Kuyckens, De Bock. UC 672 - Malderen 21 janvier 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Proces verbaal van het besluit van onze gemeenteraad over de patrouilles van de nachtwacht. De burgemeester. GR N° 116 22 January 1831 De raad der gemeente Malderen ... Is overgegaan tot het delibereren omtrent het door den nieuw benoemden gemeenteontvanger dezer gemeente te stellen borgtocht.
200
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gezien het besluit van den heer gouverneur dd 18 January 1831, waar bij Lemmens Joannes Benedictus tot gemeenten ontvanger van Malderen benoemd is. Gezien het art. 108 van het reglement op het plattelandse bestuur. Gezien het nog in wezen zijnde besluit van den 25 september 1816 bepalende het beloop der door de gemeenteontvanger te stellen borgtocht. Gezien het besluit van het tijdelijk gouvernement dd 23 november 1830, houdende dat de borgtochten voortaan in numeraire moeten gegeven worden. Overwegende dat de jaarlijksche gewone inkomsten der gemeente beloopen tot 1650 gulden. Delibereert. Den door den nieuw benoemden gemeenten ontvanger te stellen borgtocht zal beloopen ter som van 400 guldens, de welke hij binnen de 10 dagen na de goedkeuring dezer in handen van den agent van 's Rijksschat te Brussel zal moeten betalen. Gedaan te Malderen. Op bevel, de secretaris J.B. De Bock. Judook Willocx, burgemeester, Adriaan Francis De Laet, Antoon Daelemans, Pieter Kuyckens, Joannes Benedictus Lemmens. Nota. Bij later besluit van den gouverneur, mag deze borgtocht in immeubele goederen gegeven worden (besluit van den ... 1831), hetwelk alzoo gedaan wordt (zie deliberatie N° 121) UC 673 - Malderen 13 mars 1831 (Vertaald) Aan de voorzitter van de kantonale raad van Wolvertem - U stuurde me de alfabetische lijst voor het opmaken van de controle van onze burgerwacht maar kader en controleformules ontbreken. Ik verlang dat u zelf deze controle doet en stuur u de alfabetische lijst dus terug. De burgemeester UC 674 - Malderen 19 maart 1831 (Vertaald) Burgemeester en assessoren van Malderen verklaren en verzekeren dat in onze gemeente niemand een militair pensioen geniet. UC 675 - Malderen 19 mars 1831 (Vertaald) Aan de gemeenteontvanger te Malderen - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 4 dezer (MA 50) vraag ik u om fl. 7,09 uit te betalen voor het abonnement op het Bulletin Officiel en om me dubbel van de kwitantie te sturen. De burgemeester. UC 676 - Malderen 19 mars 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 27 februari MA 46 over het aantal spiesen dat nodig is voor de dienst van onze burgerwacht, deel ik u mee dat 25 spiesen samen met degene die we al sedert vorig jaar hebben, volstaan voor de gewone dienst. De burgemeester. UC 677 - Malderen 19 mars 1831 (Vertaald) Aan de controleur der directe belastingen te Vilvoorde - Register, legger en declaraties van onze patentschuldigen over 1831. De burgemeester UC 678 - Malderen 20 mars 1831 (Vertaald) Aan de voorzitter van de kantonale raad te Wolvertem - Ingevolge uw missive van 20 dezer stuur ik u de alfabetische lijst van de personen die ingeschreven zijn in de burgerwacht, opgesteld conform de omzendbrief van de gouverneur van 17 januari 1831 MA 10.
201
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De burgemeester UC 679 - Malderen 31 mars 1831 (Vertaald) Aan de voorzitter van de kantonale raad van Wolvertem - Ingesloten de certificaten voor vrijstelling voor het 1ste bataljon van de burgerwacht van onze gemeente, waarvan de geïnteresseerden op 5 april voor de raad moeten verschijnen. De burgemeester UC 680 - Malderen 31 mars 1831 (Vertaald) Aan de voorzitter van de kantonale raad te Wolvertem - In uitvoering van de omzendbrief van de gouverneur van 24 maart nr. 65, ingesloten de namenlijst van het 1ste bataljon van onze burgerwacht. De burgemeester GR N° 117 4 april 1831 (Vertaald) Wij Adriaan Francis De Laet, eerste schepen, hebben ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 20 febr. nr. 36, op het secretariaat laten komen al degenen die in onze gemeente ingeschreven zijn in de 7de en 8ste compagnie van het 1ste bataljon, 1ste legioen van de kantonale Burgerwacht, om over te gaan tot de verkiezing van de verschillende graden in iedere compagnie. Voor de 7de compagnie. Bij geheime stemming door 34 stemmers werd, met een meerderheid van 28 stemmen, Charles Slachmuylders verkozen tot kapitein. Bij geheime stemming door 34 stemmers werd verkozen tot Luitenant Peeters Philippe met een meerderheid van 21 stemmen. Bij geheime stemming door 34 stemmers werden verkozen tot Onderluitenant: Pierre Verrest met een meerderheid van 22 stemmen en Victor Brusselmans, met een meerderheid van 21 stemmen. Bij geheime stemming door 34 stemmers werd, met een meerderheid van 28 stemmen, Jacques Van Doorslaer verkozen tot fourier. Bij geheime stemming door 34 stemmers werden verkozen tot Sergeant: Snackaert Joseph met een meerderheid van 26 stemmen, Van Keer Joseph met een meerderheid van 24 stemmen, Van Assche Livin met een meerderheid van 22 stemmen en De Smedt Damien met een meerderheid van 19 stemmen. Bij geheime stemming door 32 stemmers werden verkozen tot korporaal: Vander Plas Jean François met een meerderheid van 26 stemmen, Cooremans Charles met een meerderheid van 21 stemmen, Cooremans Jean met een meerderheid van 19 stemmen, Clairbout Jean Vital met een meerderheid van 17 stemmen, Van Riet Charles met een meerderheid van 17 stemmen, Meert Henri met een meerderheid van 16 stemmen, Goossens Joseph met een meerderheid van 15 stemmen, en Suys Alexandre met een meerderheid van 12 stemmen. Bij geheime stemming door 33 stemmers werden verkozen tot tamboer: Van Schoor Livin met een meerderheid van 26 stemmen en Van Keer Charles, met een meerderheid van 23 stemmen. Hierna heeft kapitein Charles Slachmuylders de heer Livin De Boeck, hier aanwezig, tot zijn sergeant-majoor benoemd. Voor de 8stee compagnie. Bij geheime stemming door 48 stemmers werd, met een meerderheid van 34 stemmen, Henri Vermeiren verkozen tot kapitein. Bij geheime stemming door 47 stemmers werd verkozen tot Luitenant De Schrijver Joseph met een meerderheid van 27 stemmen.
202
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Bij geheime stemming door 43 stemmers werden verkozen tot Onderluitenant: Van Ingelgem Jean met een meerderheid van 21 stemmen en Boons Pierre, met een meerderheid van 19 stemmen. Bij geheime stemming door 46 stemmers werd, met een meerderheid van 31 stemmen, De Bruyn Damien verkozen tot foerier. Bij geheime stemming door 45 stemmers werden verkozen tot Sergeant: Willockx Benoit met een meerderheid van 25 stemmen, Verdoodt Emanuel met een meerderheid van 16 stemmen, Selleslagh Jean met een meerderheid van 16 stemmen en Willocx Emanuel met een meerderheid van 12 stemmen. Bij geheime stemming door 39 stemmers werden verkozen tot korporaal: Uffelmans Joseph met een meerderheid van 18 stemmen, De Keersmaecker Jacques met een meerderheid van 17 stemmen, Cools François met een meerderheid van 16 stemmen, Vertongen Ferdinand met een meerderheid van 12 stemmen, Van Schoor Jacques met een meerderheid van 12 stemmen, Goossens Henri met een meerderheid van 11 stemmen, Van Schoor Pierre met een meerderheid van 10 stemmen, en Van Hoey Joseph met een meerderheid van 9 stemmen Bij geheime stemming door 42 stemmers werden verkozen tot tamboer: Vinck Charles met een meerderheid van 26 stemmen en Van Israel Jean met een meerderheid van 20 stemmen. Hierna heeft kapitein Henry Vermeiren de heer Rombauts Jacques, hier aanwezig, tot zijn sergeant-majoor benoemd. Daarmee werden de verkiezingen gesloten en met luide stem lezing hiervan gegeven. Aangezien er geen reclamaties waren hebben we dit proces-verbaal opgesteld. Te Malderen datum als boven. De eerste schepen, waarnemend burgemeester. UC 681 - Malderen 8 avril 1831 De burgemeester van Malderen verklaart dat geen enkele inwoner voldoende belasting betaalt om volgens de kieswet van 3 maart 1831 verkiesbaar te zijn voor kamer en senaat. UC 682 - Malderen 8 avril 1831 Burgemeester en assessoren van Malderen verklaren dat de bepalingen van de omzendbrief van de gouverneur van 2 maart aangaande het snoeien der bomen correct werden uitgevoerd in hun gemeente. UC 682 bis - Malderen 15 avril 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingevolge uw missive van 9 dezer deel ik u mee dat Joseph De Schrijver, onze gemeenteonderwijzer, tijdens het voorbije trimester geen enkele moment zijn post verlaten heeft, zelfs niet in de tijd van onze glorierijke revolutie. De burgemeester. UC 683 - Malderen 22 avril 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingevolge uw omzendbrief nr. 653 van 15 dezer deel ik u mee dat wij Van Puyenbroeck & zoon niet kennen. De burgemeester. UC 684 - Malderen 21 avril 1831 (Vertaald) Burgemeester en assessoren van Malderen verklaren dat er op 1 januari 1831 geen enkele honderdjarige in onze gemeente was. UC 685 - Malderen 23 avril 1831 (Vertaald) Aan de voorzitter van de raad der burgerwacht te Wolvertem - In antwoord op uw brief van 20 dezer over de verkiezing van de titularissen van onze burgerwacht, moet ik opmerken dat deze maar kan gebeuren na de goedkeuring van de controle van de compagnies
203
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
van het 1ste bataljon (conform de omzendbrief van de gouverneur van 10 dezer). Aangezien we het rapport over uw controleoperaties nog niet ontvangen hebben en we dus ook niet weten wie een vrijstelling heeft bekomen kunnen we dus tot deze verkiezing niet overgaan. Zodra de compagnies van het 1ste bataljon samengesteld zijn zullen we zonder uitstel tot de verkiezing van de verschillende graden overgaan. De burgemeester. UC 686 - Malderen 28 avril 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Dendermonde - Ingesloten de lijst der kiesgerechtigden voor de verkiezing der kamer van volksvertegenwoordigers. De burgemeester. UC 687 - Malderen 11 mai 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De personele belasting van de gemeenteschool voor het jaar 1831. De burgemeester UC 687 bis - Malderen 12 mei 1831 (Vertaald) Aan de voorzitter van de kantonale raad van de burgerwacht te Wolvertem - Ingesloten proces verbaal van de verkiezing der graden van onze burgerwacht. De 1ste schepen. UC 688 - Malderen 13 mei 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De overlijdensstatistiek per leeftijdscategorie, zoals gevraagd in de omzendbrief van de gouverneur van 6 dezer (MA 99). De 1ste schepen. GR N° 118 - Maandag 16 Mei 1831, 15u00. Province du Brabant Meridional District de Bruxelles Commune de Malderen (Vertaald) Verkiezing van een Burgemeester Het jaar 1831, maandag 16 mei, om 3 uur in de namiddag, zijn de notabelen van de gemeente Malderen bij klokkengelui samengekomen op het secretariaat. Plaats en uur waren op de oproepingsbrieven van 13 dezer meegedeeld. Het voorzitterschap werd waargenomen door de heer Jean Snackaert, ouderdomsdeken, en hij werd bijgestaan door: 1) Willocx Josse 2) Pauwels Jean François 3) Kuyckens Pieter 4) Slachmuylders Joseph Charles die, in de hoedanigheid van de grootste belastingbetalers onder de aanwezigen, de functie van stemopnemer vervullen en waarvan de laatste, die de jongste is, optreedt als secretaris. Het plaatselijk bestuur vervult wat door art. 6 van het besluit van de gouverneur van 12 dezer werd voorgeschreven en de voorlopige secretaris geeft lezing van: 1) Het besluit van de voorlopige regering van 8 oktober 1830. 2) Het besluit van dezelfde regering van 14 oktober 1830 betreffende de kiesverrichtingen in de gemeenten met maximaal 3000 zielen waar geen 25 kiezers wonen die de vereiste belasting betalen. 3) Het besluit van de gouverneur van Zuid-Brabant dat het verloop der operaties bepaalt. 4) De 2 omzendbrieven van dezelfde functionaris, beiden gedateerd op 16 oktober 1830, de eerste betreffende de oplossing van twee problemen die aangaande deze operaties zijn gerezen; de tweede met de bedoeling om fraude of handelingen die de verkiezingen zouden kunnen vervalsen of bederven te voorkomen. Er was geen contestatie. De vergadering gaat vervolgens, conform art. 4 van het besluit van de voorlopige regering over tot de verkiezing, bij geheime stemming, van een president, 4 stemopnemers en een de204
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
finitieve secretaris. Nadat het aantal stembulletins, herkend als zijnde 28, in een gesloten doos gedeponeerd waren heeft het ontvouwen der briefjes als resultaat gegeven dat de heer Willocx Josse, met een meerderheid van 12 stemmen, tot president verkozen werd, dat met een meerderheid van 11 stemmen de heer Kuyckens Pieter tot eerste stemopnemer verkozen werd, de heer Slachmuylders Charles met een meerderheid van 12 stemmen tot tweede stemopnemer, de heer De Koker Pierre met een meerderheid van 11 stemmen tot derde stemopnemer, de heer Verdoodt Emanuel met een meerderheid van 10 stemmen tot vierde stemopnemer, en tenslotte, dat de heer Van Ingelgem Jean met een meerderheid van 10 stemmen tot secretaris werd verkozen. Nadat het bureau, dat aldus was gevormd, zich er van verzekerd had dat de beschikkingen van de hierboven geciteerde besluiten uitgevoerd waren door de zorgen van het lokaal bestuur, nodigde het de vergadering uit om, eveneens bij middel van geheime bulletins, over te gaan tot de verkiezing van een burgemeester. De bulletins werden in de hiervoor bestemde doos verzameld en daarna door de voorzitter geopend, en na gezien te hebben dat er 71 bulletins waren heeft het ontvouwen van deze brieven als resultaat gegeven dat de heer Slachmuylders Joseph tot burgemeester verkozen werd met een meerderheid van 45 stemmen. Hiermee waren de kiesoperaties voor de verkiezing van een burgemeester van de gemeente Malderen voltooid en nadat met luide en duidelijke stem lezing gegeven was van het huidige proces verbaal en er over de kiesoperaties geen enkele aanmerking of klacht was ontvangen, verklaart het kiescollege de nieuwe Burgemeester van Malderen geïnstalleerd in de functies tot dewelke hij door zijn medeburgers werd verkozen, onder voorbehoud van erge onregelmatigheden die conform artikel 8 van het besluit van de voorlopige regering de nietigheid van de operaties voor gevolg zouden kunnen hebben. Gedaan in zitting te Malderen, dag, maand en jaar als hierboven. UC 689 - Malderen 19 mai 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten proces verbaal van de verkiezing der graden binnen onze burgerwacht. De 1ste schepen. UC 690 - Malderen 4 juin1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw missive van 31 mei deel ik u mee dat in onze gemeente iedere zaterdag een markt is maar geen foor. De burgemeester. GR N° 119 - 11 Juny 1831 De raad der gemeente Malderen ... is over gegaan tot de keus van kandidaten voor tot de functie van zetters binnen deze gemeente voor den jare 1832 te worden benoemd. Gezien het decreet van den 3 frimaire jaar zeven der fransche tijdrekening. De raad bij stembiljetten tot den keus den aan den heer gouverneur voor te dragen kandidaten om tot de functie van zetters der directe belastingen binnen deze gemeente over den jare 1832 te worden benoemd, voordsgevaren zijnde, en na dat gebleken was dat het getal der geslotene stembiljetten, ten bedrage van zes, gelijk was aan het getal der stemmende leden, is de opneming en oplezing dier biljetten gedaan, en bevonden dat de meerderheid van stemmen gevallen zijn op de volgende heeren: 1) De Laet Adriaan Francis, assessor te Malderen, 2) Cooremans Emanuel, landbouwer te Malderen. 3) Van den Bossche Egidius, raadslid te Malderen. 4) Lemmens Joannes Benedictus, raadslid te Malderen. 5) Van Tricht Maximiliaan, landbouwer te Malderen. Gedaan en voorgedragen in zitting van date als boven.
205
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
J. Slachmuylders, burgemeester, A.F. De Laet, Antoon Daelemans, Joannes Benedictus Lemmens, Pieter Kuyckens, Egidius Van den Bossche, raadsleden, en Jan Baptist De Bock, secretaris. UC 691 - Malderen 20 juin 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw missive van 18 dezer, deel ik u mee dat onze gemeenteonderwijzer Joseph De Schrijver zijn post op geen enkel moment verlaten heeft. De burgemeester. PV N° 23 30-6-1831 - Tegen Jozef De Schryver, Pieter Seghers en Jan Baptist De Schryver, arbeyders te Malderen, voor erwten gestolen te hebben. Heden donderdag dertigsten Juny achttien honderd een en dertig ten acht uren ‘s morgens, voor mij Jozef Slachmuylders burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel provincie Braband, zijn gekomen Victor Brusselmans onderluitenant der Garde Civique dezer gemeente en Charles Slachmuylders zoon Hendrik, zonder beroep, beyde wonend te Malderen, dewelke hebben verklaert dat zij in den jongsleden nagt van den negen en twintigsten à dertigsten der loopende maend omtrent middernagt hebben aengehouden, Jozef De Schryver, arbeyder en Pieter Seghers, zoon Jozef, mede arbeyder, beyde wonende te Malderen, die den eersten comparant, Brusselmans in hunnen hof met een zak had zien erwten stelen, en hun met den zak en erwten ten huyze van Joannes Verheycken, schoenmaker te Malderen gebragt hebbende, hebben zij Jozef De Schryver en Pieter Seghers, aen de comparanten en dito Verheycken, bekend dat zij benevens Joannes Baptist De Schryver, nog zonder beroep ook zoon van Pieter wonende te Malderen die de vlucht genomen heeft dezelve ertwen bestaende in omtrent een schepel, in den hof van Brusselmans, dito Verheycken en Hendrik Van Riet gestolen hadden, en, na hun den zak, die mij burgemeester is ter hand gesteld met de ertwen ontnomen te hebben, zij dezelve personen hebben laten naar huys keeren. Waar van en van alle welke ik burgemeester heb opgesteld dit tegenwoordig proces verbael, voor met den gezegden zak aan den kommissaris van het Gouvernement bij de regtbank te Brussel, overgemaekt te worden. Te Malderen den datum als boven. J. Slachmuylders. Datum van het vonnis: 27-7-1831 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Seghers Petrus Beroep: Wever Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 22,62 UC 692 - Malderen 2 juillet 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten de deliberatie van onze gemeenteraad over de vaststelling van de waarborg van onze gemeenteontvanger. De burgemeester UC 693 - Malderen 3 juillet 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De strook van een paspoort, hier op 2 juli uitgeleverd. De burgemeester.
206
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
GR N° 121 5 July 1831. De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het delibereren omtrent het door den nieuw benoemden gemeenteontvanger dezer gemeente te stellen borgtocht. Gezien het besluit van den heer gouverneur dd 18 January 1831, waar bij Lemmens Joannes Benedictus tot gemeenten ontvanger van Malderen benoemd is. Gezien het nog in wezen zijnde besluit van den 25 september 1816 bepalende het beloop der door de gemeenteontvanger te stellen borgtocht. Overwegende dat den nieuwbenoemden gemeenteontvanger verlangt zijne borgtocht in onroerende goederen te geven en hij mits dien heeft aangeboden een aan hem toebehoorend huis, gestaan te Malderen in het dorp wijk B N° 273, groot 03 roeden 14 ellen, palende noord de pastorij, oost en zuid Pieter De Koker, en west den Steenweg. Overwegende dat dit huis en grond beloopt ter waarde van 1400 guldens, zijnde vrij, zuiver en onbelast van alle hypothekaire inscriptien en privelegien. Overwegende dat de jaarlijksche gewone inkomsten der gemeente beloopen tot 1650 gulden. Delibereert. Het aangehaald huis, gebebouwden en ongebebouwden zal door den nieuwbenoemden gemeenten-ontvanger tot onderpand en waarborg zijner borgtocht gesteld worden. De borgtocht ten aanzien dat zij in onroerende goederen gegeven wordt zal beloopen tot de som van 800 guldens. Binnen de 10 dagen na de goedkeuring dezer, zal door den gemeentenontvanger daar omtrent eenen authentieken akt gepasseerd en de inscriptie genomen worden. Gedaan te Malderen in zitting van date als boven. Op bevel, de secretaris J.B. De Bock. Slachmuylders, De Laet, Daelemans, Kuyckens, Lemmens. UC 694 - Malderen 5 juillet 1831 (Vertaald) Erevlaggen voor gemeenten - Burgemeester en assessoren van Malderen - ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 25 juni over vrijwilligers die naar door de vijand bedreigde plaatsen zijn gegaan of die op een efficiënte wijze hebben bijgedragen tot het welslagen van de revolutie, verklaren dat onze gemeente geen dergelijke persoon kent. UC 695 - Malderen 5 juillet 1831 (Vertaald) Pensioenen en gratificaties uit het fonds van Waterloo - Burgemeester en schepenen van Malderen, ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 27 juni MA 132, verklaren dat in hun gemeente niemand van een dergelijk pensioen of gratificatie geniet. UC 696 - Malderen 5 juillet 1831 (Vertaald) Burgemeester en schepenen van Malderen verklaren dat er in hun gemeente geen doofstommen zijn (die in een instelling kunnen worden opgenomen). UC 697 - Malderen 9 juillet 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten de staat over de instellingen van weldadigheid (ivm doofstommen), gevraagd door de omzendbrief van de gouverneur van 21 juni (MA 125). De burgemeester UC 698 - Malderen 23 juillet 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Proces verbaal van de voorstelling van kandidaten 1832 voor de post van repartiteur der directe belastingen. De burgemeester
207
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 699 - Malderen 26 juillet 1831 (Vertaald) Burgemeester en assessoren van Malderen verklaren en verzekeren dat alle leden van het 1ste bataljon van de burgerwacht nog over geen uniform beschikken. PV N° 24 30-7-1831 - Tegen Gilles en Francis Caluwaert, zonen Jan Baptist, landbouwers te Buggenhout. Het jaer achttien honderd een en derig, den dertigsten der maend July ten tien uren voormiddag voor ons Joseph Slachmuylders, burgemeester der gemeente Malderen, kanton Wolverthem omtrek Brussel, provincie Braband, is gekomen den heer Antoon Daelemans, assessor en landbouwer dezer gemeente den welken heeft verklaard dat op gisteren negen en twintigsten der loopend maend July om kwart na den elf uren voor middag, Gilles Caluwaert en Francis Caluwaert, beyde zonen van Jan Baptist Caluwaert, landbouwers met hunne ouders inwonende te Buggenhout, kanton Dendermonde, provincie Oostvlaenderen met een karre en peerd over zijn land bezaeyd met boekweit, gelegen te Malderen, palende noord dito Jan Baptist Caluwaert, oost Jan Baptist De Vleminck, zuyds Hendrik Vermeiren, en west Jacobus Van Schoor, alsook over het land van Jan Baptist De Vleminck, landbouwer te Malderen, beplant met aerdappels, en het gene in gebruyk bij Pieter Van Assche ook landbouwer te Malderen en toebehoorde aen Hendrik Vermeiren, bezaeyd met slooren, en beyde gelegen neven de gemelde partij toebehorende aan den comparant, heeft gereden; En dat aengezien genoemden Jan Baptist Caluwaert, over de gemelde goederen, geenen uytweg nog toegang heeft tot het gebruyk van zijn land, het welk ter publieke straet genoemde de Holestraet paelt, hij comparant in de tegenwoordigheid van Damiaan De Vadder en Hendrik De Vadder, beyde zonen van Alex De Vadder, nog zonder beroep, wonende te Malderen, de opgenoemde Gilles en Francis Caluwaert heeft gecalangeert of in boete geslagen. Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld dit proces verbael, voor overgemaakt te worden aan wie het behoort Te Malderen date als boven. J. Slachmuylders, burgemeester. UC 700 - Malderen 1 août 1831 (Vertaald) Aan de vrederechter van het kanton Wolvertem - Proces verbaal tegen Egide en François Caluwaerts, landbouwers te Buggenhout, om de vruchten van Antoon Daelemans, assessor in Malderen, beschadigd te hebben. De burgemeester. PV N° 25 4-8-1831 - Heden donderdag vierden Augusty achttien honderd een en derig te negen uren ‘s morgen, voor ons Jozefus Slachmuylders, burgemeester der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Braband, is gekomen Coleta Vranckaert, dogter van Andreas, arbeyster wonende te Malderen, dewelke heeft verklaert dat Franciscus De Jonghe, arbeyder, wonende te Malderen op den Zavel, op Dynsdag zes en twintig July laetst in de tegenwoordigheid van Pieter Van Gucht, dienstbode wonende bij Mathys De Boeck, molenaar te Londerzeel, Karel De Boeck, broodmaeker, te Malderen, en Livinus De Boeck, zoon van dito Matthys, landbouwer te Londerzeel, haer drygementen heeft gedaan van haer, den eerstemael zij hem zou te ontmoet hebben eene goede rammeling (slagen) te geven en in het water te werpen, en in der daed, dat dito De Jonghe haer gisteren woensdag, derden dezer maend Augusty ten zeven ure ’s morgens ontmoet hebbende zeyde: “Ezel en metteko, wilt gij nu eens dansen” en zij hier op niet antwoorde, hij haer voor eerst eenen stamp met eenen drytand of mesthaek in den rugge, nadien enige schuppen en dan wederom eenen stamp met den zelven drytand in den rugge heeft toegebragt, en zij, om haer te bevrijden van verder slagen, naar het huys van Hendrik De Wachter, landbouwer, te Malderen, geloopen is en zijnde in den voor-
208
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
vloer van het zelve huys en in den oogenblik dat zij haer omdraeyde om te zien of hij nog vervolgde, hij in de tegenwoordigheid van genoemden Livinus De Boeck en van Anna Catharina Allaerd, echtgenoote van Adriaen Mertens, arbeydster wonende te Malderen, eenen slag met meergenoemden drytand in haer linkerhand, tusschen den duym en wysvinger heeft toegebragt dat er den getroffen tands dwers door stak en haer geheel hand tusschen den duym en wysvinger opengescheurd is. Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld dit proces verbaal om overgemaekt te worden aan wie het behoort. Te Malderen, date als boven. J. Slachmuylders. UC 701 - Malderen 5 augusty 1831, ten 6 uren 's avonds. Bevel - De burgemeester der gemeente Malderen, krachtens brief van den heer gouverneur dd 4 dezer, ontvangen op 5 dezer ten vijf uren 's avonds, beveelt aan Jan De Boeck, zoon Jan Baptist, weduwe Jozef Slachmuylders, ieder met een paard en wagen, en Jan Hulsbosch, dorp, en Jan Frans Pauwels, ieder met een paard, van zich op ontvangst dezer naar Brussel in de annonciaden J. Lovestraat te begeven. UC 702 - Malderen 5 août 1831 (Vertaald) Aan de procureur des konings bij de correctionele rechtbank te Brussel - Ingesloten proces verbaal tegen François De Jonghe, dagloner, wonend in onze gemeente, voor mishandeling van Coleta Vranckaert, dochter van André, dagloonster in onze gemeente. De burgemeester. UC 703 - Malderen 9 augusty 1831 Order - De burgemeester der gemeente Malderen, krachtens brief van de heer gouverneur dd 8 dezer, beveelt aan Hendrik Weymans, Pieter Boons, Benedictus De Boeck en weduwe Joseph Slachmuylders, van zich op heden ten vier uren namiddag elk met een karre en peerd te Brussel in de kazerne der annonciaden in de Onze-Lieve-Vrouw ter Sneeuwstraat, te bevinden. De burgemeester. UC 704 - Malderen 9 augusty 1831 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan §2 van den rondgaande brief van den heer gouverneur dd 8 dezer omtrent het verwisselen der militaire rijtuigen dezer gemeente de welke geplaatst zijn in de annonciaden te Brussel, geef ik mij de eer Ue te berichten dat wij verkiezen van de door deze gemeente in gezegde kazerne geplaatste rijtuigen allen acht dagen tegen andere te verwisselen, want de zelve in geene permanentie kunnen blijven. De burgemeester. UC 705 - Malderen 16 augusty 1831 Order - Den burgemeester van Malderen, krachtens brief van den heer gouverneur dd 15 augusty 1831, beveelt aan Jan Schampaert en Jan Van Ransbeeck van zich op heden 16 dezer ten 4 uren namiddag elke met een karre en paard te Brussel in de kazerne der annonciaten in de O.L.V. ter Sneeuw straat, te bevinden. UC 706 - Malderen 16 août 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De alfabetische lijst van de kiesgerechtigden voor de verkiezing van de leden van de kamer van volksvertegenwoordigers. De burgemeester
209
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 707 - Malderen 16 août 1831 (Vertaald) Aan de bestuurders van de centrale apotheek te Brussel - Conform de omzendbrief van de gouverneur van 8 dezer (MA 155) stuur ik u een baal linnen en een deel charpie (vulsel ?). De burgemeester. UC 708 - Malderen 19 août 1831 (Vertaald) Aan de controleur te Vilvoorde het mutatieregister voor 1832. De burgemeester UC 709 - Malderen 27 augusty 1831 Aan den heer districts commissaris te Brussel - Voor te voldoen aan de reclamen omtrent den onderstands domicilie van twee verlatene kinderen met name Joseph en Joannes De Jonghe, geef ik mij de eer Ue te berichten dat den genoemden Josephus De Jonghe waarlijk binnen deze gemeente is geboren, maar wat gezegde Joannes De Jonghe betreft, dien is alhier onbekend en niet geboren zoo als wij kunnen bewijzen bij de registers van den burgerlijken stand en doopregisters. Derhalve dat deze gemeente nooit voor zijne onderstands domicilie kan beschouwd worden noch daarvoor zullen erkennen. De burgemeester. UC 710 - Malderen 1 septembre 1831 (Vertaald) De burgemeester van Malderen verklaart dat er in zijn gemeente geen enkel wapen aanwezig is dat eigendom is van de staat (antwoord op omzendbrief van 21 augustus MA 162). UC 711 - Malderen 1 septembre 1831 (Vertaald) De burgemeester van Malderen verklaart dat zijn gemeente aan geen enkele militaire prestatie onderworpen is geweest, noch door de Hollandse, noch door de Belgische troepen (omzendbrief van de gouverneur van 18 dezer, MA 159). UC 711 bis - Malderen 9 septembre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De lijst van inwoners van deze gemeente die de bekwaamheid bezitten om de functie van gezworene uit te kunnen oefenen. De burgemeester UC 712 - Malderen 11 septembre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Kopij van de staat der bevolking model B op 1 januari 1830, volgens ouderdom. De burgemeester. UC 713 - Malderen 13 septembre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingevolge uw rappelbrief van 7 dezer over de gemeenterekening, deel ik u mee dat de gemeenteontvanger, ondanks herhaalde aanmaningen, ons zijn rekening nog niet heeft bezorgd. De burgemeester. GR N° 122 - 15 september 1831 De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het delibereren omtrent het door den nieuw benoemden gemeenteontvanger dezer gemeente te stellen borgtocht. Gezien het besluit van den heer gouverneur dd 18 January 1831, waar bij Lemmens Joannes Benedictus tot gemeenten ontvanger van Malderen benoemd is. Gezien het nog in wezen zijnde besluit van den 28 september 1816, geplaatst in het M.A. nr. 103 van 't jaar 1818, deel 2, bepalende het beloop der door de gemeenteontvanger te stellen borgtocht. Gezien het besluit van de gedeputeerde staten van den 24 february 1831, M.A. nr. 40, deel 23. Overwegende
210
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1) Dat de jaarlijksche gewone gemeente inkomsten beloopen tot 1600 guldens. 2) Dat alwaar de borgtocht in onroerend gegeven word, de zelve tot meer zekerheid van het bestuur van den ontvanger, werkelijk kan vergroot worden zonder dat den ontvanger daar door den minsten interest kan lijden. 3) Dat den nieuwbenoemden gemeenteontvanger weduwnaar is en hij met zijne twee eenige en meerderjarige kinderen uit zijn huwelijk met zijne overledene echtgenote Joanna Van Keer gewonnen, een huis groot 03 roeden 14 ellen, gestaan in het dorp te Malderen wijk B N° 273 en 274, palende noord de pastorij, oost en zuid Pieter De Koker, en west den Steenweg, in vollen eigendom bezit, zijnde vrij, zuiver en onbelast van alle hypothekaire inschrijvingen, blijkens het attest hier aangevoegd onder nr. 1 en het welk tegen den brand voor de somme van fl. 1000 door de Antwerpsche Maatschappij van verzekering Securitas, voor eenen termijn van 7 jaren, ingang genomen hebbende met 25 Augusty dezes jaars, is verzekerd mede blijkens het hier aangevoegd attest onder nr. 2. 4) Dat den nieuw benoemden nooit geene voogdijschap bestuurt heeft omdat zijne twee kinderen toestemmen en zich verbinden om de aan hun toebehoorende helft van het gemeld huis met deze borgtocht te verpanden, ook alles blijkende bij het attest hier aangevoegd. Men zegt "In aanmerking nemende dat aangezien het gezegd huis zonder den grond door den agent der maatschappij op de waarde van fl. 1000 geschat is en met den grond het zelve ten minsten tot eene waarde van fl.1200 beloopt, het vruchteloos is van nog eene nieuwe schatting te doen verrichten. En schoon de titels van eigendom, zooals bij het attest n° 3 verklaart is, met omstandiheden van tijden geëgareert zijn, het aan het plaatselijk bestuur en heel de gemeente bekend is dat den nieuwbenoemden ontvanger het zelve huis meerder dan 20 jaren in eigendom vredelijk heeft bezeten. Delibereert. De borgtocht van den nieuw benoemden ontvanger zal in onroerend goed gegeven worden en mits welke word de zelve bepaald op 800 guldens. Den nieuw benoemden ontvanger zal met zijne kinderen heel het gemeld huis voor deze borgtocht mogen verpanden op voorwaarde en op last van in den daar over te passeren akt zich te verbinden van de verzekering tegen brand zoo lang hij den ontvangerspost zal bekleden te continueren. Gedaan te Malderen in zitting van date als boven. Op bevel, de secretaris J.B. De Bock. Slachmuylders, De Laet, Daelemans, Kuyckens, Lemmens. UC 714 - Malderen 20 septembre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 6 dezer MA 177 over de uitrusting van het 1ste bataljon van onze burgerwacht, deel ik u mee dat iedereen in het bezit is van het klein materiaal. De burgemeester. UC 715 - Malderen 20 septembre 1831 (Vertaald) De burgemeester van Malderen verklaart dat er in zijn gemeente geen enkele gekwetste van de burgerwacht is en dat we derhalve geen lijst met aanvragen voor de verdere uitbetaling van soldij op zullen stellen (omzendbrief van de gouverneur van 9 dezer, MA 180). UC 716 - Malderen 20 septembre 1831 Aan den heer districtscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan uwen missive van den 1 dezer omtrent den onderstandsdomicilie van Joseph en Joannes De Jonghe, heb ik de eer Ue te berichten dat na onderzoek wij gevonden hebben dat er van wijlen Maria De Jonghe maar alleenlijk twee kinderen geboren zijn, met name Josephus en Joanna De Jonghe, blijkens de
211
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
nevensgaande geboorte akten en dat Joannes De Jonghe alhier onbekend is en ongetwijfeld mede met eene valsche declaratie in het gesticht op naam van Maria De Jonghe moeder zal gebragt zijn. Nadere bewijzen of inlichtingen kunnen wij ue hieromtrent niet bijbrengen, en hopen dat onze gemeente met dezen onderstand van Joannes De Jonghe niet zal belast worden terwijl er volgens verklaringen van bloedverwanten van wijlen Maria De Jonghe het maar enkelijk 2 kinderen van haar geboren zijn. De burgemeester . UC 717- Malderen 21 september 1831 Order - Den burgemeester van Malderen ingevolge brief van den heer gouverneur dd 18 dezer beveelt aan Jan Leemans, weduwe Jozef Slachmuylders, Jan Van Ingelgem en kinderen Van Keer, zijne inwoonders, van op den 22 dezer ten 6 uren 's morgens met karre en peerd uit deze gemeente te vertrekken om naar het kamp der Belgische troepen te Diest te vervoeren 500 kilogrammen roggestroo. UC 717 bis - Malderen 27 septembre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Het overzicht van de leveringen van stro aan de Belgische troepen in Diest. De burgemeester. GR N° 123 28 September 1831 (Vertaald) Begroting 1832. Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren - Batig slot der begroting van het jaar 1831: 650,48 - Batig slot der rekening van 1830 (voorlopig): 924,73 - Af te trekken het batig slot der begroting 1830: - 73,30 Blijft: 1648,51 Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. - Additionele centiemen op de grondlasten: 253,82 - Additionele centiemen op de personenbelasting: 47,48 - Belasting op de honden (benaderend): 25,00 - Pacht van land en landgoederen der gemeente: 309,49 (moeten voor begin volgend opnieuw verhuurd worden) - Intresten van kapitalen in de Mont de Piété te Brussel: 2,42 - Waag- en maatrechten, zoals vorig jaar: 565,00 - Interest van een obligatie ten laste van mr. Rollier te Opdorp: 135,57 (Kapitaal 2711,37 à 5%) Derde Hoofdstuk - Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel dagblad: 7,09 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 12,00 - Drukkosten en zegels der registers van den burgerlijken stand: 38,50 - Jaarwedde van den burgemeester: 75,00 - Idem der 2 assessoren: 60,00 - Idem van den secretaris aan 10 cents per ziel: 162,00 - Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 30,00 - Voor het opwinden der horloge: 20,00 - Taxatie van de (nieuwe) gemeenteontvanger: 18,15 ( Fl. 1037 ontvangsten à 1,75 %)
212
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Jaarwedde van de veldwachter (zelfde als vorig jaar): 123,00 Kosten voor kleding van de veldwachter: 40,00 Jaarwedde van de klokkenluider (als vorig jaar): 12,00 Onderhoudskosten der buurtwegen: 70,00 Aandeel in de jaarwedde van den commissaris der wegen: 11,80 Aandeel in de kosten van huisvesting van de rijkswacht: 13,93 Jaarlijkse vergoeding voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het begeleiden van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 2 guldens per mijl afstand (5 mijl van Brussel): 10,00 - Kosten voor het zegelen van het dubbel der gemeenterekening over 1832: 1,13 - Aandeel van de gemeente in de kantonale begroting voor de Burgerwacht: 17,65 Onderstand aan liefdadige gestichten. - Onderhoudskosten voor Jozef De Jonghe, verlaten kind, jaar 1827 en vroeger: 83,63 Eredienst - Onderstand toegestaan aan de parochiale of succursale kerkfabriek: 386,00 Openbaar onderwijs - Jaarwedde van de onderwijzer: 50,00 Het lokaal bestuur is van plan om de persoonlijke taks voor de scholieren (schoolfonds) in 1832 op te heffen. Wij voorzien 50 fl. voor de onderwijzer op voorwaarde dat hij gratis les geeft aan kinderen van arme ouders. Onvoorziene uitgaven en posten van herhaling. - Brand en licht van het wachthuis: 20,00 - Aandeel in het deficit van het bedelaarswerkhuis van Terkameren over 1830 : 36,40 - Aandeel in de staatslening van 12 miljoen: 60,00 Totaal der inkomsten: 2840,69 Totaal der uitgaven: 1358,28 Verschil in meer: 1482,41 GR N° 120 28 September 1831 (Kort) Gemeenterekening 1830, voorgedragen door gemeente-ontvanger Joannes Baptist Verstraeten. - Algemene ontvangsten: fl. 2617,89 - Algemene uitgaven: fl. 1693,16 - Batig slot: fl. 924,73.
DIV – Malderen ca 1 october 1831 Gedaene betaelingen door den borgemeester der gemeente Malderen beginnende met 1831. Guld. Stuyv. oord. Voor eerst van daghueren voor het werken aen de straeten 48 10 0 Gegeven aen Cassimirus Heremans voor het bewerken der leveran0 9 0
213
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
cie en verteer te saemen Alnog van de schouw te voegen van het wagthuys Betaelt aen de Beelaertbrugge, de somme Gemeente Londerzeel schuldig aen deese van Malderen Daervoor 118 guldens nederlands uyt de gemeentekas ontfangen, is in brabants courant 137-13-1 Dus meer betaelt als daervoor ontfangen te hebben Betaelt aen J. Rombouts, smet, van onkosten der gemeente Aen Peeter Kuyckens van rijsen voor de gemeente Aen Josef Van Doorslaer van 3000 pond kolen Antonius De Decker, metser, voor reparatie Alnog aen J. Van Doorslaer van kolen, de somme Alnog aen den selven de somme van Alnog gegeven aen J. Van Doorslaer van leveringen van steen en kalk, te saemen Alnog aen J. Van Mulders, strooydekker, voor de Sshilderhuysen te maeken en eenige wissen te leveren Gegeven aen Jan Baptist Van Doren (?) voor de militaire wagt bij hem te zijn Alnog aen Clement Verbergt, gelaesemaeker, voor ruyten in het wagthuys te zetten Alnog van een half pond keersen te koopen Gegeven aen J. Vermeiren (?) van een half pint smout voor het militair wagthuys Gegeven aen Jacobus Rombout, smet, van reparatie aen de stoof, de som van Alnog een mande voor de kolen Alnog aen J. De Keersmaeker van latten en kepers, te saemen Aan Van Doorslaer Alnog aen Jacobus Boelpaep, de somme van Alnog aen Jan Baptist Jacobs, van strooy en kepers Gegeven aen Frans Hofmans, van het wagthuys bij hem te zijn Aen Josef De Schrijver van levering van ligt voor de wagt Aen Joannes Hulsbosch , 50 busselen strooy, te saemen Aen Antonius De Decker van aerebeyd van een nieuwe goot (in de Cruysheydestraet op te metselen Van zijnen diender Alnog van 3000 Rupelmondsche steen en 15 sakken kalk Idem van 5 reysen naer den grooten ham tot Puers met een peerd Voor de feest van september 1831: - gegeven aen eenen sak tarwemeel, de somme van: - betaelt voor den dienst en bakken van brood en een pond poeder: - in het geheel van de prijsen:
0 117 21
4 3 9
2 3 2
28 5 3 16 2 9 6 7
14 11 0 17 12 11 0 1
2 0 0 0 0 0 0 0
3
17
0
3
6
2
0
16
0
0 0
3 3
2 1
12
14
0
0 0 7 13 1 3 0 4 3
4 15 6 16 13 6 8 0 6
2 0 0 2 0 2 1 0 0
1 10 3
10 6 10
0 0 0
10 4 14
0 10 15
0 0 2
UC 718 - Malderen 11 octobre 1831 (Vertaald) Ondergetekenden burgemeester en assessoren van Malderen verklaren dat de rekening van onze gemeenteontvanger gepubliceerd en geafficheerd werd op zondagen 2 en 9 dezer, conform art. 2 en 3 van het besluit van de regent van 15 maart 1831.
214
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 719 - Malderen 11 octobre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De gemeenterekening 1830 met alle stukken. De burgemeester UC 720 - Malderen 11 octobre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 28 september MA 190, over de Burgerlijke Stand, laat ik u weten: 1) Dat ik verkies dat deze registers in mijn gemeente in het Vlaams gehouden worden aangezien mijn inwoners geen andere taal kennen. 2) Dat ik in 1832 60 à 65 geboorten verwacht, 3) 40 huwelijken, 4) en ongeveer 48 overlijdens. De burgemeester. UC 721 - Malderen 22 octobre 1831 (Vertaald) Jaarlijkse gratificaties aan weduwen en broers in de orde van de Nederlandse Leeuw (Lion Belge) - De burgemeester van Malderen verklaart dat in Malderen niemand van deze gratificaties geniet (omzendbrief van de gouverneur van 6 dezer MA 196). UC 722 - Malderen 22 octobre 1831 (Vertaald) Aan de burgemeester van de stad Brussel - In antwoord op uw brief van 11 dezer aangaande de bijstandwoonst van de kinderen De Jonghe Joseph, zoon van Maria De Jonghe, en De Jonghe Jean, zoon van Albertine, deel ik u mee dat de eerste tot mijn gemeente behoort en dat zijn kosten door ons zullen betaald worden, maar dat de tweede ons onbekend is en we aldus aan de gouverneur hebben geschreven. De burgemeester van Malderen. DIV - Baesrode den 25 october 1831. Debet de gemeente Malderen, geordonneerd door de heer Slachmuylders te Malderen, borgemeester, aen Judocus E. Smekens te Baesrode. 27 juny 13 zakken kalk 12 stuyvers per zak 7-16-0 12 augustus 8 zakken kalk 12 stuyvers per zak 4-16-0 2 september 6 zakken kalk 12 stuyvers per zak 3-12-0 6 september 950 grooten steen 5 guldens per 1000 4-15-0 6 september 475 grooten steen 5 guldens per 1000 2-12-6 2 september Vertier 0-6-0 Total 13-17-6 Voldaen op 29 october 1831. J.E. Smekens UC 723 - Malderen 25 octobre 1831 (Vertaald) Aan de gemeenteontvanger te Steenhuffel - Gelieve binnen de 8 dagen te betalen: 1) 36,40 bij de ontvanger van het bedelaarswerkhuis van Terkameren als ons gemeentelijk aandeel in hun deficit van 1830. 2) 18,90 bij Van den Plas, uitgever, Fossé au loup, voor het abonnement op de "gazette des pays-bas" van 1829. De burgemeester UC 724 - Malderen 25 octobre 1831 (Vertaald) Mijnheer de provinciegouverneur - Ingevolge uw omzendbrief van 14 dezer (MA 202) vraag ik u om voor onze gemeente een zegel te laten maken en de kosten in de begroting 1832 te brengen. De burgemeester
215
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 725 - Malderen 27 octobre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De staat over het openbaar onderwijs, gevraagd door omzendbrief van de gouverneur van 13 dezer MA 199. De burgemeester UC 726 - Malderen 9 novembre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Onze gemeentebegroting 1832. De burgemeester UC 727 - Malderen 9 novembre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Processen verbaal van de verpachting van de gemeentegoederen en van de goederen van onze kerkfabriek, ter goedkeuring. De burgemeester. UC 728 - Malderen 26 novembre 1831 (Vertaald) Aan de controleur te Vilvoorde - Ingevolge uw brief 609 van 19 dezer bevestig ik ontvangst van het register der mutaties van onze bevolking. De burgemeester UC 729 - Malderen 2 decembre 1831 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Bij nazicht van de rekening 1830 van onze gemeenteontvanger, definitief door de deputatie gesloten op 20 oktober, viel het me op dat de deputatie de perceptiekosten van de ontvanger op andere ontvangsten dan de opcentiemen gebracht werd op 41,90 in plaats van 81,10. Ik merk op dat deze perceptiekosten betrekking hebben op een bedrag van fl. 1357,32 en dat dit à 4% een bedrag uitmaakt van 54,29 (en niet 41,90) en dat het bedrag dat aan de begroting werd toegewezen maar 60,96 en niet 123 bedraagt. Derhalve moet dit chapiter slechts met fl. 6,67 en niet met fl. 81,10 verminderd worden en stuur ik u de rekening ter correctie terug. De burgemeester N° 124 12 december 1831 Province du Brabant Meridional District de Bruxelles Commune de Malderen (Vertaald) Verkiezing van een lid van de gemeenteraad en van een plaatsvervanger. Het jaar 1831, maandag 12 december, om 3 uur in de namiddag, zijn de notabelen van de gemeente Malderen bij klokkengelui samengekomen op het secretariaat. Plaats en uur waren op de oproepingsbrieven van 13 dezer meegedeeld. Het voorzitterschap werd waargenomen door de heer Adrien François De Laet, ouderdomsdeken, en hij werd bijgestaan door: 1) Kuyckens Pieter 2) Antoon Daelemans 3) Jean Van Ingelgem 4) Slachmuylders Charles die, in de hoedanigheid van de grootste belastingbetalers onder de aanwezigen, de functie van stemopnemer vervullen en waarvan de laatste, die de jongste is, optreedt als secretaris. Het plaatselijk bestuur vervult wat door art. 6 van het besluit van de gouverneur van 12 oktober 1830 werd voorgeschreven en de voorlopige secretaris geeft lezing van: 1) Het besluit van de voorlopige regering van 8 oktober 1830.
216
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
2) Het besluit van dezelfde regering van 14 oktober 1830 betreffende de kiesverrichtingen in de gemeenten met maximaal 3000 zielen waar geen 25 kiezers wonen die de vereiste belasting betalen. 3) Het besluit van de gouverneur van Zuid-Brabant dat het verloop der operaties bepaalt. 4) De 2 omzendbrieven van dezelfde functionaris, beiden gedateerd op 16 oktober 1830, de eerste betreffende de oplossing van twee problemen die aangaande deze operaties zijn gerezen; de tweede met de bedoeling om fraude of handelingen die de verkiezingen zouden kunnen vervalsen of bederven te voorkomen. Er was geen contestatie. De vergadering gaat vervolgens, conform art. 4 van het besluit van de voorlopige regering over tot de verkiezing, bij geheime stemming, van een president, 4 stemopnemers en een definitieve secretaris. Nadat het aantal stembulletins, herkend als zijnde 28, in een gesloten doos, gedeponeerd waren heeft het ontvouwen der briefjes als resultaat gegeven dat de heer Kuyckens Pierre, met een meerderheid van 7 stemmen, tot president verkozen werd, dat met een meerderheid van 6 stemmen de heer Van Ingelgem Jean tot eerste stemopnemer verkozen werd, de heer Slachmuylders Charles met een meerderheid van 5 stemmen tot tweede stemopnemer, de heer Slachmuylders Charles François Henri met een meerderheid van 4 stemmen tot derde stemopnemer, de heer De Laet Adrien François met een meerderheid van 3 stemmen tot vierde stemopnemer, en tenslotte, dat de heer Daelemans Antoine met een meerderheid van 4 stemmen tot secretaris werd verkozen. Nadat het bureau, dat aldus was gevormd, zich er van verzekerd had dat de beschikkingen van de hierboven geciteerde besluiten uitgevoerd waren door de zorgen van het lokaal bestuur, nodigde het de vergadering uit om, eveneens bij middel van geheime bulletins, over te gaan tot de verkiezing van een gemeenteraadslid, ter vervanging van Slachmuylders Joseph, die tot burgemeester verkozen werd.. De bulletins werden in de hiervoor bestemde doos verzameld en daarna door de voorzitter geopend, en na gezien te hebben dat er 28 bulletins waren heeft het ontvouwen van deze brieven als resultaat gegeven dat de heer De Boeck Jean tot lid van de gemeenteraad verkozen werd met een meerderheid van 21 stemmen. Daarna werd overgegaan tot de keuze van een opvolger. Na gezien te hebben dat er 28 bulletins waren heeft het ontvouwen van deze brieven als resultaat gegeven dat de heer Van der Vorst Dominicus tot plaatsvervanger verkozen werd met een meerderheid van 14 stemmen. Hiermee waren de kiesoperaties voltooid en nadat met luide en duidelijke stem lezing gegeven was van het huidige proces verbaal en er over de kiesoperaties geen enkele aanmerking of klacht was ontvangen, verklaart het kiescollege het nieuwe lid van de gemeenteraad van Malderen geïnstalleerd in de functies tot dewelke hij door zijn medeburgers werd verkozen, onder voorbehoud van erge onregelmatigheden die conform artikel 8 van het besluit van de voorlopige regering de nietigheid van de operaties voor gevolg zouden kunnen hebben. Gedaan in zitting te Malderen, dag, maand en jaar als hierboven. GR N° 125 14 December 1831 (Kort) Benoeming van de leden van de bij art. 58 van de wet van 28 juni 1822 ingestelde commissie ter benoeming van schatters en bijschatters voor de personele belasting: Pieter Kuyckens en Joannes De Boeck, raadsleden. DIV - Malderen, 24 december 1831. Staet der onkosten en honorairen klevende aen de verpachting der landen die ten aenzoeke der kerkbestuerders van Malderen heeft plaets gehad door het ministerie van den notaris De Bock te Malderen op den 23 december 1831. kosten honorair
217
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13
Zegel der voorwaerden 0-57 Enregistrement der zelve 1-01 Vocatie op den afstand van vier uren 1-40 Kerkgeboden, af te lezen en aenplakken 0-75 0-50 Stellen proces verbael der verpagting 4 vacatiën 7-56 Twee timbren ad Fl. 0,45 van dit verbael 1-14 Oproepen 0-50 Getuygen gelden 0-30 Registratie regt (meml) Vocatie 1-40 Repertorium 0-20 Grosse en zegels (meml) Zegel dezer 0-19 Totael 4-16 11-36 Recapitulatie - Déboursen: 4-16 - Honorairen: 11-36 - Total: 15 guldens en 52 cents. Notaris De Bock. Gezien en goedgekeurd door de raedsleden van Malderen den 29 december 1831. Vu et approuvé par la députation des états, Bruxelles le 14 janvier 1832. DIV - Malderen, 24 december 1831. Staet der onkosten en honorairen klevende aen de verpachting der landen die ten aenzoeke van het gemeentebestuer van Malderen heeft plaets gehad door het ministerie van den notaris De Bock te Malderen op den 21 december 1831. kosten honorair 1 Zegel der voorwaerden 0-57 2 Enregistrement der zelve 1-01 3 Vocatie op den afstand van vier uren 1-40 4 Kerkgeboden, af te lezen en aenplakken 0-75 0-50 5 Stellen proces verbael der verpagting 4 vacatiën 7-56 6 Drij timbren ad Fl. 0,45 van dit verbael 1-71 7 Oproepen 0-50 8 Getuygen gelden 0-30 9 Registratie regt (memorie) 10 Vocatie 1-40 11 Repertorium 0-20 12 Grosse en zegels (memorie) 13 Zegel dezer 0-19 Totael 4-73 11-36 Recapitulatie - Déboursen: 4-73 - Honorairen: 11-36 - Total: 16 guldens en 9 cents. Notaris De Bock. Gezien en goedgekeurd door de raedsleden van Malderen den 29 december 1831. Vu et approuvé par la députation des états, Bruxelles le 14 janvier 1832. GR N° 126 29 December 1831
218
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het delibereren omtrent het door den nieuw benoemden gemeenteontvanger dezer gemeente te stellen borgtocht. Gezien het besluit van den heer gouverneur dd 18 January 1831, waar bij Lemmens Joannes Benedictus tot gemeenten ontvanger van Malderen benoemd is. Gezien het nog in wezen zijnde besluit van den 28 september 1816, geplaatst in het M.A. nr. 103 van 't jaar 1818, deel 2, bepalende het beloop der door de gemeenteontvanger te stellen borgtocht. Gezien het besluit van de gedeputeerde staten van den 24 february 1831, M.A. nr. 40, deel 23. Overwegende 1) Dat de jaarlijksche gewone gemeente inkomsten beloopen tot 1600 guldens. 2) Dat alwaar de borgtocht in onroerend gegeven word, de zelve tot meer zekerheid van het bestuur van den ontvanger, merkelijk kan vergroot worden zonder dat den ontvanger daar door den minsten interest kan lijden. 3) Dat den nieuwbenoemden ontvanger weduwnaar is en hij met zijne twee eenige en meerderjarige kinderen staande zijn huwelijk met zijne overledene echtgenote Joanna Van Keer gewonnen, een huis groot 03 roeden 14 ellen, gestaan in het dorp te Malderen wijk B N° 273 en 274, palende noord de pastorij, oost en zuid Pieter De Koker, en west den Steenweg, in vollen eigendom bezit, zijnde vrij, zuiver en onbelast van alle hypothekaire inschrijvingen, blijkens het attest hier aangevoegd onder nr. 1 en het welk tegen den brand voor de somme van fl. 1000 door de Antwerpsche Maatschappij van verzekering Securitas, voor eenen termijn van 7 jaren, ingang genomen hebbende met 25 Augusty dezes jaars, is verzekerd mede blijkens het hier aangevoegd attest onder nr. 2. 4) Dat den nieuw benoemden nooit geene voogdijschap bestuurd heeft en dat zijne twee kinderen toestemmen en zich verbinden om de aan hun toebehoorende helft van het gemeld huis met deze borgtocht te verpanden, ook alles blijkende bij het attest hier aangevoegd onder nr. 3 In aanmerking nemende dat aangezien het gezegd huis zonder den grond door den agent der maatschappij op de waarde van fl. 1000 geschat is en met den grond het zelve ten minsten tot eene waarde van fl.1200 beloopt, het vruchteloos is van nog eene nieuwe schatting te doen verrichten. Dat de titels van eigendom, zooals bij artikel 3 verklaart is, met omstandigheden van tijd geegareert zijn en het aan het plaatselijk bestuur blijkt bij de kwitantie hier aangevoegd onder nr. 4, dat den nieuwbenoemden ontvanger het zelve huis meerder dan 20 jaren vredelijk in vollen in eigendom heeft bezeten. Dat de heer Adriaan Francis De Laet voormeld, tot meerdere verzekering der gemelde borgtocht, boven het gezegd huis ook nog wilt laten hypothekeren de aan hem toebehoorende onverdeelde helft van eene partij lands voor deze verdeeld geweest in drij stukken, groot deze helft 60 roeden nederlandsch, gelegen in de waterbosschen te Malderen, breeder bij de twee nevens gaande titels gecoteerd nr. 5 omschreven, en volgens de aldaar uitgedrukte koopschatten waard 450 guldens, zijnde vrij, zuiver en onbelast van alle hypothekaire inschrijvingen blijkens het nevens gaande attest van den heer hypotheekbewaarder te Brussel. Delibereert. De borgtocht van den nieuw benoemden ontvanger zal in onroerend goed gegeven worden en mits welke word de zelve bepaald op 800 guldens. Dat den nieuw benoemden ontvanger met zijne twee kinderen het gemeld huis, en den heer De Laet zijn gemeld bouwland voor deze borgtocht zal moeten verleenen op voorwaarde en op last van in den daar over te passeren akt zich te verbinden van de verzekering tegen brand zoo lang hij den ontvangerspost zal bekleden te continueren. Gedaan te Malderen in zitting van date als boven. Op bevel, de secretaris J.B. De Bock. Slachmuylders, De Laet, Daelemans, De Boeck, Kuyckens, Vann den Bossche. UC 730 - Malderen 30 decembre 1831
219
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten: 1) Proces verbaal van de benoeming van een gemeenteraadslid. 2) Proces verbaal van de benoeming van de commissie der personele belasting, gecreëerd door art. 58 van de wet van 28 juni 1822. 3) Proces verbaal van de verpachting van gemeentegoederen. 4) Proces verbaal van de verpachting van goederen van de kerkfabriek. 5) Proces verbaal van de waarborg van onze gemeenteontvanger. De burgemeester
220
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1832 **** UC 731 - Malderen 4 janvier 1832 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - De inventaris model L van de certificaten uitgereikt voor het bekomen van vrijstelling van militaire dienst. De burgemeester. UC 732 - Malderen 4 janvier 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten: 1) Overzicht van geboorten, huwelijken en overlijdens van vorige maand. 2) Staat der overlijdens 1831. 3) Algemene staat van geboorten, huwelijken en overlijdens van 1831. 4) Overzicht van de personen die in 1831 de provincie verlaten hebben of er zijn komen wonen. 5) Lijst van inentingen 1831. 6) Alfabetische lijst der misdrijven in 1831. 7) Certificaat van ziekte van Hermans, grenadier bij het 1ste regiment, 4de bataljon infanterie. De burgemeester. DIV - Bruxelles, le 18 janvier 1832 A monsieur le bourgmestre de Malderen. (Vertaald) Ik retourneer u, met de goedkeuring van de gedeputeerde staten 1) het proces verbaal van de openbare notariële verhuring voor een termijn van 9 jaren van verschillende gronden van de gemeente voor een globaal bedrag van 309 guldens en 49 cents. 2) De staat van kosten en rechten die door deze verhuring veroorzaakt werden, namelijk 16 guldens en 9 cents. 3) Het proces verbaal van de openbare notariële verhuring, eveneens voor een termijn van 9 jaren, van verschillende gronden van de kerkfabriek, voor een globale jaarlijkse pachtsom van 366 guldens en 50 cents. 4) De staat van kosten en rechten die door deze verhuring veroorzaakt werden, namelijk 15 guldens en 52 cents. Wat betreft de drie gronden van de kerkfabriek die niet werden toegewezen bij gebrek aan geïnteresseerden, die mogen uit der hand worden verhuurd. De districtscommissaris. UC 732 bis - Malderen 18 janvier 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Conform uw missive van 12 dezer, ontvangen tijdens de avond van de 16de, retourneer ik u het certificaat model R, uitgereikt aan Hulsbosch, milicien van de lichting 1826, die recht op vrijstelling heeft als steun van een weduwe, wat hij geworden is door het huwelijk van zijn oudste broer Jean Hulsbosch, getrouwd op 6 november 1830 en die voor zijn huwelijk de steun van zijn moeder was. De burgemeester. UC 733 - Malderen 24 janvier 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 21 dezer over onze gemeenteonderwijzer, verklaar ik u dat Joseph De Schrijver nooit onze gemeente verlaten heeft om zich elders te gaan vestigen en nog steeds als onderwijzer in functie is. De burgemeester
221
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 734 – Malderen 24 janvier 1832 (Vertaald) Aan de voorzitter van de kantonale raad te Wolvertem - Het inschrijvingsregister van de burgerwacht van 1830. De burgemeester UC 735 - Malderen 24 janvier 1832 (Vertaald) Aan de controleur te Vilvoorde - Register, legger en declaraties van de patentschuldigen 1832. De burgemeester. UC 736 - Malderen 29 janvier 1832 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - Inschrijvingsregister en alfabetische lijst van de lotelingen voor het jaar 1832. De burgemeester UC 737 - Malderen 28 janvier 1832 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - Van Doorslaer Pierre, zoon van François en van Marianne Van Riet, milicien van Malderen van de lichting 1832, heeft recht op vrijstelling omdat zijn broer Jacques Van Doorslaer in militaire dienst is bij het 1ste regiment Infanterie, 3de bataljon, 2de compagnie. Omdat we niet weten in welke stad dit regiment in garnizoen is om daar certificaat I te vragen, ben ik zo vrij u te vragen om dit certificaat op te vragen of om mij anders de garnizoensplaats mee te delen. De burgemeester UC 738 - Malderen 30 janvier 1832 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - Het overlijdensextract van Marinus Hermans, milicien bij het 1ste regiment infanterie, overleden op 16 dezer in Londerzeel. De burgemeester UC 739 - Malderen 7 fevrier 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Aanvraag voor certificaat model I voor Van Doorslaer Jacques. De burgemeester UC 740 - Malderen 11 fevrier 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 8 dezer deel ik u mee dat alle personen die deel uitmaken van het 1ste bataljon van onze burgerwacht niet in het bezit zijn van een uniform maar daar geenszins over klagen. De burgemeester. DIV - Malderen, 1 april 1832. Deesen ondergeteekenden Peeter Kuyckens bekent ontfangen te hebben uyt de handen van Josef Slachmuylders, borgemeester in deese gemeente, 3 guldens courant geld over 2 reysen naer den Briel met den waegen en 1 met de kaer. UC 741 - Malderen 2 avril 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - 5 verklaringen over onkosten voor karren die door de gouverneur gedurende het 2de semester 1831 opgeëist werden voor het (wagen)park van Brussel. De burgemeester UC 742 - Malderen 7 avril 1832 (Vertaald) De burgemeester van Malderen verklaart - ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 16 maart MA 58 over de achterstallige pensioenen van de leden van het legioen van eer - dat er in zijn gemeente sedert 1814 geen weduwen, wezen of erfgenamen van dergelijke personen zijn. 222
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 743 - Malderen 3 mai 1832 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - In antwoord op uw missive 1179 van 28 april aangaande het gedrag van François Heymans, kan ik u zeggen dat deze van onze gemeente is, dat hij zich onberispelijk gedraagt en dat hij momenteel krankzinnig is. De burgemeester. UC 744 - Malderen 3 mei 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 21 april MA 89 kan ik u zeggen dat de sanitaire maatregelen die voorgeschreven worden door de omzendbrieven 230 van 9 december 1831 en 74 van 3 april 1831 ter bestrijding van de uitbreiding van de Cholera Morbus in onze gemeente uitgevoerd worden. De burgemeester UC 745 - Malderen 10 mai 1832 (Vertaald) De burgemeester van Malderen verklaart dat in zijn gemeente volgens de kieswet van 3 maart 1831 niemand genoeg belasting betaalt om verkiesbaar te zijn voor de senaat. UC 746 - Malderen 10 mei 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De alfabetische lijst der kiesgerechtigden van onze gemeente voor de keus der kamer van volksvertegenwoordigers. De burgemeester. UC 747 - Malderen 14 mai 1832 Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord aan uw brief van den 15 maart betrekkelijk de onderstands domicilie van het verlaten kind Joannes De Jonghe, geef ik mij de eer Ue te berichten dat ik na eenig nauwkeurig onderzoek, zoo bij de familie van Maria De Jonghe als hare geburen mij verzekerd heb dat er nooit van Maria De Jonghe een kind met name Joannes De Jonghe geboren is, maar wel eene Joanna De Jonghe, inder voegen, mijnheer, dat er geenen misslag op de registers van den civielen staat begaan is en het zeker is dat het genoemd kind Joannes De Jonghe aan deze gemeente niet toebehoort. De burgemeester UC 748 - Malderen 19 juin 1832 (Vertaald) Aan de majoor commandant van het 1ste bataljon 1ste regiment Infanterie, Lippeloo - Aangezien de levensmiddelen voor de mannen die in een gemeente logeren door de regering worden verstrekt en dat de inwoners min of meer verplicht zijn om er aardappelen en groenten aan te leveren, krijg ik iedere dag klachten. Om elke vergissing of ruzie tussen inwoners en militairen te voorkomen ware het wenselijk dat de manschappen zonder veldvoedsel zouden logeren voor fl. 0,35 per dag. Ik vraag u, mijnheer, in naam van mijn ingezetenen, om mee te werken om de mannen onder uw bevel te laten logeren tegen een vergoeding van 35 cents per dag. De burgemeester UC 749 - Malderen 30 juin 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 22 dezer laat ik u weten dat Lemmens Jan Baptist gemeenteontvanger zou willen worden. De burgemeester UC 750 - Malderen 9 juillet 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De namenlijst van de miliciens van de lichtingen 1826, 1827, 1828 en 1829. De burgemeester
223
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 751 - Malderen 20 juillet 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten het certificaat van de bisschop van Gent, met de vaststelling dat Charles Louis Van Assche, milicien van de lichting 1829, theologiestudent is in het seminarie van Gent. De burgemeester UC 752 - Malderen 20 juillet 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Proces verbaal van de gedeeltelijke vernieuwing van de raad van de kerkfabriek. De burgemeester UC 753 - Malderen 20 juillet 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw laatste brief van 18 dezer aangaande het certificaat van publicatie van onze gemeenterekening 1831, gevraagd met de omzendbrief van de gouverneur van 16 mei (MA 110), laat ik u weten dat ik hier nog niet kan aan voldoen omdat de (vroegere) gemeenteontvanger de heer Verstraeten tot op de dag van vandaag nog geen enkel stuk of fonds aan onze nieuwe gemeenteontvanger heeft overgedragen, en dit ondanks herhaalde vraag van onze kant. Daarom heeft de huidige ontvanger de rekening 1831 nog niet kunnen maken. Ik vraag u, mijnheer de commissaris, om de heer Verstraeten te bevelen om al zijn stukken en fondsen zo snel mogelijk over te dragen. De burgemeester UC 754 - Malderen 31 juillet 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten een declaratie van kosten voor het ter beschikking stellen van een kar aan de geneesheer van het 1ste bataljon van het 1ste regiment infanterie, voor het vervoer van zieken van dat bataljon naar het militair hospitaal te Mechelen. Eveneens ingesloten een staat van voedselleverantie aan het 5 de eskadron van het 1ste regiment jagers te paard gedurende het 1ste semester 1832. De burgemeester UC 755 - Malderen 12 augusty 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten de staat van inkomsten en uitgaven van onze kerkfabriek. De burgemeester. SC N° 8 - Malderen 29 augusty 1832 Den burgemeester ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Malderen. Gezien het artikel 4 der wet van den 8sten juny 1823, staatsblad nr. 21, houdende nadere bepalingen omtrent de ambtenaren en de registers van den burgerlijken stand. Overwegende dat op heden zijne huisvrouw van een kind gelegen is. Ingevolge de macht bij het artikel 4, hierboven beroepen, verleend. Benoemt specialijk bij deze de heer Antoon Daelemans, tweeden assessor dezer gemeente, als gedelegeerde tot het ontvangen declaratie van geboorte van Anna Carolina Slachmuylders, zijn kind, en dan af op den daar toe bestemden register den akt op te stellen. Afschrift van de tegenwoordige benoeming zal aan dito heer Daelemans overgemaakt worden, tot zijne onderrigtinge. Gedaan te Malderen en 29 augusty 1832. J. Slachmuylders, burgemeester. UC 756 - Malderen 1 septembre 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten het aantal kiezers op de kiezerslijst voor het jaar 1832. De burgemeester
224
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 757 - Malderen 14 septembre 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 12 dezer aangaande de vervanging van een gemeenteraadslid, kan ik u zeggen dat de heer Dominique Van der Vorst, landbouwer in Malderen, tot raadslid gekozen werd in vervanging van Jean Benoit Lemmens die gemeenteontvanger geworden is. De burgemeester UC 758 - Malderen 14 septembre 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De gemeenterekening 1831 met alle ondersteunende stukken. De burgemeester GR N° 127 - 15 september 1832 (Kort) - Gemeenterekening 1831, overgemaakt door ontvanger Joannes Benedictus Lemmens; - Algemene ontvangsten: fl. 2250,22 - Algemene uitgaven: fl. 1551,69 - Overschot: fl. 698,53 GR N° 128 29 September 1832 (Vertaald) Begroting 1833 (in francs). Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren - Batig slot der begroting van het jaar 1832: 3284,51 - Batig slot der rekening van 1831: 1555,40 Totaal: 4839,91 - Af te trekken het batig slot der begroting 1831: - 1376,67 Blijft: 3463,24 - Intresten op de obligaties van de lening van 12 miljoen: 6,34 - (kapitaal fl. 60 of fr. 126,98 à 5%) - Terugstorting van de obligatie van de lening van 12 milj, incl. intrest: 130,15 - Bedrag der obligaties van de lening van 10 miljoen: 132,61 Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. - Additionele centiemen op de grondlasten: 537,18 - Additionele centiemen op de personenbelasting: 100,46 - Belasting op de honden: 52,00 - Pacht van land en landgoederen der gemeente: 653,77 (verhuurd op 21 dec. 1831) - Intresten van kapitalen in de Mont de Piété te Brussel: 5,12 - Waag- en maatrechten, zoals vorig jaar: 1195,76 (voor 1833 nog toe te wijzen, dus als vorige jaren) - Interest van een obligatie ten laste van mr. Rollier te Opdorp: 286,92 (Kapitaal 5738,35 à 5 %) Derde Hoofdstuk - Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel dagblad: 15,00 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 25,40 - Drukkosten en zegels der registers van den burgerlijken stand: 68,90 - Jaarwedde van den burgemeester: 158,00 - Idem der 2 assessoren: 126,00 - Idem van den secretaris: 343,00
225
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 64,00 Voor het opwinden en onderhoud der horloge: 43,00 Taxatie van de (nieuwe) gemeenteontvanger: 49,54 ( fr. 2831,21 ontvangsten à 1,75%) - Jaarwedde van de veldwachter (zelfde als vorig jaar): 261,00 - Kosten voor kleding van de veldwachter, pensioen, supplem. brigadiers : 84,00 - Jaarwedde van de klokkenluider: 25,00 - Onderhoudskosten der buurtwegen: 150,00 - Aandeel in de jaarwedde van den commissaris der wegen: 22,00 - Aandeel in de kosten van huisvesting van de rijkswacht: 29,45 - Jaarlijkse vergoeding voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het begeleiden van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 2 guldens per mijl afstand (5 mijl van Brussel): 22,00 - Kosten voor het zegelen van het dubbel der gemeenterekening over 1833: 2,41 - Aandeel van de gemeente in de kantonale begroting voor de Burgerwacht: 106,92 - Aandeel in het deficit van het bedelaarswerkhuis van Terkameren over 1831: 77,03 - Onderstand toegestaan aan de parochiale of succursale kerkfabriek: 817,00 - Jaarwedde van de twee onderwijzers: 106,00 - Brand en licht van het wachthuis: 43,00 - Aandeel in de staatslening van 10 miljoen: 132,61 - Voor rectificatie van de rekening 1830 : 157,52 (taxatie van de gemeenteontvanger in 1830 moest zijn 6,67 ipv 81,10 Fl.) Totaal der inkomsten: 6563,55 Totaal der uitgaven: 2928,78 Verschil in meer: 3634,77 DIV - Malderen 5 october 1832. Rekening tot laste van den Armen – N° 5. (Kort) Voor het leveren – tussen 13 juli en 27 augustus – van 2 zakken meel (gebakken), lijnwaad, demit, finel, sokken en blokken: 9 guldens 56 stuyvers. Voldaen J. Van den Eynde UC 759 - Malderen 19 octobre 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 10 dezer aangaande de benoeming van een raadslid deel ik u mee dat door proces verbaal van de kiezing van 12 december 1831, waarvan we u een kopie stuurden, de heer Dominique Van der Vorst, landbouwer, gekozen werd als opvolger voor een gemeenteraadslid en dat hij werd geinstalleerd als raadslid op 15 september laatst. De burgemeester UC 760 - Malderen 28 octobre 1832 (Vertaald) Aan de controleur der directe belastingen te Vilvoorde - Conform art. 35 en 36 van de wet van 21 mei 1819 werden de kantonale dwangbeveldrager en Jean De Schrijver, veldwachter, aangeduid om de gepatenteerde voor 1832 te tellen. De burgemeester. UC 761 - Malderen 5 novembre 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De gemeentebegroting 1833. De burgemeester. UC 762 - Malderen 5 novembre 1832
226
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Het lastenboek voor de aanbesteding van de openbare waag voor de jaren 1833, 1834 en 1835, ter goedkeuring. De burgemeester UC 763 - Malderen 5 novembre 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De begroting 1832 van het bureel van weldadigheid. De burgemeester GR N° 129 27 November 1832 (Kort) Rekening bureel van weldadigheid 1830, voorgelegd door de heer Van Malderen, ontvanger. - Algemene ontvangsten (gulden): 802,96 - Algemene uitgaven: 552,42 - Batig slot: 250,54 DIV - Malderen den 30 november 1832. Rekening tot laste van den Armen – N° 1 3 ellen en alf finel à 9 ½ stuyvers 4 paeren zokken 2 november een paer zokken 2 november 2 ellen finel à 9 ½ stuyvers 4 november een paer zokken 6 november 4 paeren dito 8 november 9 ellen demit à 9 stuyvers 8 november 10 ellen barecatoen 8 november 2 ellen finel 12 november 2 ellen finel 13 november 2 paer zokken 18 november 1 el en alf demit 24 november 3 paer zokken 26 november 2 ellen finel à 9 stuyvers ½ 27 november 4 elen en drij vierdeel finel 27 november 5 ellen demit à 9 stuyvers Te saemen
1-13-1 1-16-2 0-10-0 0-19-0 0-6-0 1-2-2 4-1-0 2-7-2 0-19-0 0-19-0 1-0-0 0-13-2 1-11-0 0-19-0 2-5-0 2-5-0 22-17-1
Voldaen, P.J. Peeters. DIV - Malderen den 30 november 1832. Rekening tot laste van den Armen – N° 3. (Kort) Voor het leveren – tussen 13 oktober en 30 november - van 14 paar sokken, 7 paar blokken, 6 ellen katoen en 2 ellen demit. Totaal bedrag: 10 gulden en 6 stuyvers. Voldaen den 30 november 1832 J. Van den Eynde UC 764 - Malderen 1 decembre 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De rekening 1830 van ons bureel van weldadigheid. De burgemeester
227
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 765 - Malderen 1 decembre 1832 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Dendermonde - Een overzicht van het logement van troepen van het Franse leger, met lijsten G en, in drievoud, een exacte samenvatting van register K. De burgemeester GR N° 130 7 December 1832 (Kort) Benoeming van de leden van de bij art. 58 van de wet van 28 juni 1822 ingestelde commissie ter benoeming van schatters en bijschatters voor de personele belasting: Pieter Kuyckens en Joannes De Boeck, raadsleden. UC 766 - Malderen 13 december 1832 In antwoord aan Ue missive van den 5 dezer omtrent het tractement van Joseph De Schrijver, onderwijzer dezer gemeente, geef ik mij de eer Ue te berichten dat dezen onderwijzer met allen ijver en lof zijnen pligten volbrengt en er geene klagten bestaan in der voegen dat hij zich waardig maakt om zijn tractement te vernieuwen en te laten continueren. Ter dezer gelegentheid, mijnheer, zende ik Ue hier nevens copie van den budget dezer gemeente bij ue gemelden missive gevraagd. De burgemeester. UC 767 - Malderen 13 decembre 1832 Aan den heer controleur der directe belastingen te Vilvoorde - Geef mij de eer Ue te berigten als dat de heeren Joannes De Boeck en Pieter Kuyckens, leden van den gemeenten raad, bij besluit van den gemeenten raad in date 7 dezer benoemd zijn om de commissie ingevolge art. 58 der wet van den 28 juny 1822 op de personele belasting uit te maken, gelast zijnde om de schatters en bijschatters over den jare 1833 te benoemen. De burgemeester UC 768 - Malderen 29 december 1832 Aan den heer districts commissaris te Brussel - Het aanbestedings proces verbaal van het waagrecht dezer gemeente, gedurende de jaren 1833, 1834 en 1835, om de noodige goedkeuring te bekomen. De burgemeester DIV - Malderen den 31 december 1832. Rekening tot laste van den Armen – N° 7. Aen mijnheer Lemmens, kassier van den armen, gelevert, te weten: - den 5 december, 5 ellen demit van 28,5 cents = 2,555 - den 6 december, een paer sokken van 28 centen = 0,28 - den 7 december, 1 ¾ 1/8 finel à 43 = 0,81 - den 8 december, …. en een paer sokken van 41 = 0,515 - den 10 december, 10 ½ ellen finel à 43 = 4,515 - den 10 december, eenen crap catoen 1 ½ el à 30 = 0,45 - den 10 december, eenen crap catoen 2 ellen à 30 = 0,60 - den 10 december, eenen crap catoen 2 ½ ellen à 40 = 0,90 - den 10 december, eenen crap catoen 2 1/8 el à 36 = 0,765 - den 10 december, eenen crap dragard 1 ½ el à 20 = 0,34 - den 13 december, 2 ½ idem à 21 centen = 0,525 Totael tot 13 december: 12,23. Voldaen aen mij J. Van den Eynde - den 14 december, een paer sokken van 24 cents = 0,24
228
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- den 14 december, ½ el catoen wit van 19 = 0,95 - den 17 december, ¾ catoen wit van 19 = 0,145 - den 18 december, 6 ½ demit à 30 centen = 1,95 - den 18 december, 4 ellen catoen van 19 = 0,76 - den 20 december, ¾ catoen en ¾ 1/8 à 19 = 0,31 - den 24 december 3 ½ demit à 30 = 1,5 - den 24 december, 2 ellen catoen à 19 = 0,38 - den 27 december, 3 ¼ finel à 43 = 1,505 - den 30 december; 7 ellen finel van 43 = 3,1 - den 30 december, 4 ellen demit van 30 cents = 1,20 - den 30 december, 2 ½ ellen van 21 cents = 0,52 Totael van 14 tot 31 december: 11,17. Voldaen den 1 februarius 1833. J. Van den Eynde DIV - Buggenhout den 31 december 1832. Rekening tot laste van den Armen – N° 9 Debet den bureel van weldadigheyd der gemeente Malderen aen den ondergeteekenden doctor in de medecijnen te Buggenhout over het cureeren en leveren der noodige medecijnen aen de behoeftige der zelve gemeente Malderen, als volgt: Van 1 january tot 31 december 1832: Petrus Van den Broeck, Beekstraet: 7,96 guldens nederlands. Jan Baptiste Vertongen, Smisstraet: 6,47 Jan Daelemans, Mattestraet: 3,47 Nobus, Heyde: 0,77 Weduwe Jan Van Linthout, in de Bosschen: 0,73 Frans Caesbroeck, Beekstraet: 1,54 Casimirus Hermans, Dorp: 2,32 Petrus Van Schoor, Malderheyde: 3,30 Andreas Matthijs, Dorp: 14,32 Total: 40,85 guldens nederlands. Pour acquit. Van Bavegem.
229
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1833 **** DIV - 1 januari 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 11. Afgelevert aen den bureau van weldadigheyd 28 paeren blokken bedraegende in het geheel de somme van 5 guldens en 17 stuyvers en 2 oorden. Livinus De Bruyn DIV - 1 januari 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 12 Ontfangen van J.B. Lemmens de somme van 7 guldens 5 stuyvers courant over leveren van zakken voor den harmen van Malderen ten jaer 1832 en geve quittancie den 1sten januarius 1833. C. Van den Eede DIV - 1 januari 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 13 Rekeninge voor den koster van Malderen 1832. Item gemaekt een stoof met toebehoorten: Item alnoch een stoof met dito:
4-10-0 5-10-0 10-0-0 Ik onderschreeven bekenne deze somme ontfangen te hebben den zelven tijd. Fredericus De Roy UC 769 - Malderen 3 janvier 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten de opbrengst van de collecte (fl. 3,00) voor de slachtoffers van de orkaan van 14 juli 1832, gedaan op vraag van de gouverneur met omzendbrief van 27 september, nr. 202. De burgemeester. UC 770 - Malderen 3 january 1833 Aan den heer districts commissaris te Brussel - Te berichten dat wij de deliberatie houdende benoeming der commissie vereischt bij art. 58 der wet van 28 juny 1822 op de personele belasting, den 13 december laatstleden aan den heer controleur te Vilvoorde hebben ingezonden en alhier de schatters en bijschatters over 1833 benoemd zijn. De burgemeester UC 771 - Malderen 3 january 1833 Aan den heer districts commissaris te Brussel 1) De algemene staat van geboorten, huwelijken en overlijdens 1832 2) De tafel der sterftes over 1832 3) Proces verbaal der gedane visiten voor maten en gewichten 1832. 4) De staat der gevaccineerden 1832. De burgemeester. DIV - Malderen den 14 januarius 1833. Rekening tot laste van den Armen – N° 8 Gelevert aen M. Lemmens, te weten: (Kort) een lijst van geleverde stoffen finel, katoen, demit en dragard tussen 31 december 1832 en 11 januari 1833 voor een totaal bedrag van 19,56 fr.
230
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Voldaen den 14 januarius 1833. J. Van den Eynde. DIV - Bruxelles, le 18 janvier 1833. Quittance pour compte de la société. (Vertaald) Ik ondergetekende, schatbewaarder van de “Société Générale des Pays-Bas pour favoriser l’Industrie Nationale” te Brussel, erken voor rekening van de maatschappij ontvangen te hebben van de burgemeester van Malderen de som van 6,35 fr., zijnde de opbrengst van de collecte te voordele van de slachtoffers van de orkaan van 14 juli laatstleden DIV - Buggenhout onder Briel, 18 january 1833. Rekening tot laste van den Armen – N° 15 Den ondergeteekenden bekenne ontfangen te hebben van d’heer Lemmens, koster tot Malderen, de somme van 31 guldens 10 oorden Brabants courant over levering van steenkolen aen den armen van Malderen. J. Van Doorslaer. DIV - Malderen, den 21 january 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 6 Gelevert als volgt voor den armen van Malderen, van den 8 january tot 21 january. 10 brooden van 8,5 cent en 6 brooden van 17 centen, te samen: 1-87 Kaffé, suyker, bitter, zeep, zout, siroop, te samen: 3,165. 1 pont bitter: 0,34 Nog 1 once kaffé: 3 cent. Total: 5 guldens en 41,5 cent. De ondergeteekende Elisabeth Lemmens, huysvrouwe van J. Tielemans, winkelierster, woonende in de Beeckstraet te Malderen, bekent ontfangen te hebben van Jozef Slachmuylders, molenaer in dezelve Beeckstraet, de somme van 5 guldens 41,5 cents nederlandsch over geleverde winkelwaeren aen Andreas Polfliet, overleden in de Beeckstraet te Malderen. Voldaen aen mij, Elisabeth Lemmens. DIV - 26 january 1833. Rekening tot laste van den Armen – N° 16 Jan Van Doorslaer, onder Briel te Buggenhout. Gelevert als volgt voor den armen van Malderen, door orders van den heer Lemmens, in january 1833. dag naam ponden bedrag 16 Van den Broeck 150 0-15-0 16 Heymans 150 0-15-0 18 de wed. Jan Daelemans 150 0-15-0 18 de wed. Leon 150 0-15-0 18 Frans Van Hoeck 150 0-15-0 21 de wed. Jacob Van den Broeck 150 0-15-0 21 Jan Van den Houten 150 0-15-0 22 de wed. G. Heymans 150 0-15-0 22 Heymans 150 0-15-0 22 Van Riet 150 0-15-0 22 de wed. Caesbroeck 150 0-15-0 22 … Van Riet 150 0-15-0 22 Joannes Van Hirck 150 0-15-0 22 G. Van den Broeck 150 0-15-0 23 Van Schoor 150 0-15-0 24 J.B. Van Aken 150 0-15-0
231
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
24 24 25 25
de wed. G. Meert de wed. G. Van Aken Judocus Van Riet Joannes Van Hirck Totaal Voldaen, J. Van Doorslaer
150 150 150 150 3000
0-15-0 0-15-0 0-15-0 0-15-0 16-10-0
GR N° 131 - 28 January 1833 (Kort) Gekozen en benoemd - in plaats van Joseph Slachmuylders, thans burgemeester benoemd bij besluit van den gouverneur dd 20 december 1832 nr. 266 - de heer Peeter Kuyckens, raadslid, den welken naar door den heer gouverneur benoemd te zijn de attesten en certificaten gedurende het dienstjaar 1833 aan de lotelingen dezer gemeente af te geven, benevens het hoofd van het plaatselijk bestuur zullen teekenen. Gedaan te Malderen, etc. Slachmuylders, Daelemans, Kuyckens, De Boeck, Van der Vorst, Van den Bossche, De Bock. GR N° 132 - 28 January 1833 (Kort) Vernieuwing bij derde der leden van het bureel van weldadigheid. - Moest uittreden op 2 januari 1832: Adriaan Francis De Laet. - Wordt in zijn plaats benoemd (vanaf 2 januari 1832): Joannes Benedictus Lemmens, koster. UC 772 - Malderen 28 janvier 1833 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - In antwoord op de missive van de gouverneur van 5 dezer MA 3, deel ik u mee dat Malderen op 1 januari 1833 1646 zielen telde. De burgemeester UC 773 - Malderen 28 janvier 1833 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - De deliberatie van onze gemeenteraad met de aanduiding van een kandidaat-lid om in 1833 de militiecertificaten te tekenen in vervanging van J. Slachmuylders. De burgemeester UC 774 - Malderen 28 janvier 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De deliberatie van onze gemeenteraad over de nominatie van een lid van het bureel van weldadigheid. De burgemeester UC 775 - Malderen 28 janvier 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Hierbij een overzicht van de leveringsbonnen voor verwarming en verlichting van het wachthuis gedurende de 8 laatste dagen van deze maand, om deze over te maken aan het 4de bataljon van het 3de regiment. 8 dagen - 256 kolen en 2,5 kaarsen. De burgemeester UC 776 - Malderen 11 fevrier 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 6 dezer aangaande militaire prestaties, stuur ik u de door ons bestuur gecertificeerde declaraties samen met de bons die u ons terugstuurde. De burgemeester. UC 777 - Malderen 15 february 1833 De burgemeester van Malderen voor te voldoen aan den rondgaanden brief van den heer gouverneur van 5 dezer MA 24, verklaart dat er binnen zijne gemeente geene verandering in den lijst van geneesheeren heeft plaats gehad.
232
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
DIV - Buggenhout onder Briel den 23 february 1833. Rekening tot laste van den Armen – N° 17 Ontfangen van den heer Lemmens, koster te Malderen over levering van kolen voor rekening van den armen. - voor 44 zaken op 23 february 1833 de somme van 33 guldens Brabants courant - voor 18 zakken den 17 meert 1833, de somme van 13 guldens en 10 stuyvers Jan Van Doorslaer. DIV - Malderen den 26 februarius 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 22. Gelevert aen Lemmens, koster, voor den armen, van 14 januarius tot 25 februarius, te weten: (kort: lijnwaert, finel, blokken en demit): 16-69-1/2 Voldaen, Van den Eynde. UC 778 - Malderen 7 maart 1833 De burgemeester van Malderen verklaart dat er binnen zijne gemeente geenen personelen omslag bestaat en dat zij in het geval niet zijn het gevraagde kohier te moeten opmaken. UC 779 - Malderen 12 mars 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De statistiek over het lager onderwijs 1832. De burgemeester DIV - Malderen, den 19 meert 1833, aangevuld 2 april 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 21 Gelevert door mij H. Vermeiren, winkelier tot Malderen, aen B. Lemmens, koster van Malderen, tot onderhoud van den armen van Malderen, als volgt, te weten: 5 ½ ellen catoen à 12 stuyvers 3-6-0 26 ellen catoenet à 12 stuyvers 1-4-0 1 ¼ el voering à 4,5 stuyvers 0-5-2 1 ½ el catoen à 6 stuyvers 0-9-0 3 neusdoeken à 6 stuyvers stuck 0-19-2 1 neusdoek è 17 ½ stuyvers stuck 0-17-2 2 ½ ellen demit à 7 stuyvers 0-15-3 ¾ el graed lijnwaert (grauw lijnwaad) à 8 st. 0-6-0 20 ellen graed lijnwaert en 1 neusdoek à 11 st. 0-11-0 2 ellen catoent à 11 stuyvers 1-2-0 22 ellen catoenet en 5 neusdoeken à 3,5 stuyvers 0-17-2 30 ellen catoenet 4 ½, elken catoen à 10 stuyvers 2-5-0 Den 2 april 1833 3 ellen demit à 7 stuyvers 1-1-0 ¼ vierdeel graed lijnwaert à 8 stuyvers 0-2-0 3 ellen ¾ demiten een vierdeel graed lijnwaert 1-5-0 Total 15-6-3 Voldaen. H. vermeiren. UC 780 - Malderen 25 mars 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 22 dezer aangaande milicien Hobus Pierre, deel ik u mee dat conform uw brief van 15 februari wij hem bevel gegeven hebben om zich naar het militair hospitaal van Brussel te begeven, dat hij daar
233
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
op 4 maart is aangekomen en dat hij mij verzekerd heeft dat men hem daar heeft terug gestuurd. De burgemeester UC 781 - Malderen 30 mars 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 25 dezer bevestig ik dat wij de bankkwitantie voor het Journal Officiel van onze gemeenteontvanger ontvangen hebben op 23 augustus 1832. Ingesloten de kwitantie voor 1833. De burgemeester. DIV - Malderen den 1 april 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 23 Gelevert aen Lemmens, koster, voor den armen, van 26 februarius tot 19 meert, te weten: (kort: samois, neusdoeken, lijnwaert, catoen, oorne knoppen): 55-3-2 Brabants courant of 4732 nederlands. Voldaen, Van den Eynde. PV-ZN Datum van het vonnis: 16-4-1833 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Haverhals Gilles Beroep: Wever Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 15,18 Datum van het vonnis: 16-4-1833 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Haverhals Guillielmus Beroep: Wever Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 15,18 UC 782 - Malderen 17 avril 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten de kwitantie van de storting van de opbrengst van de collecte voor de slachtoffers van de orkaan van 14 juli 1832. De burgemeester DIV - 22 april 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 19 Ontfangen van de heer Lemmens, koster de somme van 3 guldens over levering van 4 zakken … kolen aen den armen van de zelve gemeente. Buggenhout-Briel. Jan Van Doorslaer DIV - ca 25 april 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 20 (Moeilijk leesbaar) Rik Van Dr…, een broeck, 6 stuyvers. Marinus Heymans, een broeck, 6 stuyvers.
234
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Van Israel, een broeck en sipon, 9 stuyvers. Voor Van Haken, 2 klackens (?), 14 stuyvers. Alnog 2 broecken en 1 sipon, 13 stuyvers. Peeter Van den Broeck, een broeck en sipon = … Voor de vrouw van Cornelis …, eenen rok, 3 stuyvers en 2 oorden. Voor de dogter een jak, 10 stuyvers. Voor de dochter van Peeter Brusselmans, een jak, 10 stuyvers. Samen 4 gulden 11 stuyvers, 2 oorden. UC 783 - Malderen 29 avril 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Ingesloten de kiezerslijst voor de verkiezing van de kamer van volksvertegenwoordigers van dit jaar. De burgemeester DIV - Bruxelles, le 1 mai 1833 Ministère de l’Intérieur - Instruction publique - N° 3517 A monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen. (Vertaald) Mijnheer de burgemeester, In uw brief van 9 april, gericht aan de minister van binnenlandse zaken, vroeg u een verhoging van de toelage van de staat voor uw gemeenteonderwijzer J. De Schrijver. Ik moet u dienaangaande informeren dat ik begrepen heb dat deze onderwijzer voor 1833 dezelfde vergoeding mag trekken als in 1832. De minister heeft echter uw gemeentebegroting bekeken en daar een overschot van fr. 3634,77 op gevonden. Hij laat me weten dat de plaatselijke overheid zonder enige hinder de vergoeding van de onderwijzer zelf kan dragen. Ondanks deze negatieve beslissing heb ik direct de provinciegouverneur gecontacteerd en die heeft me over de onderwijzer zeer gunstige inlichtingen gegeven, die van aard zijn, naar ik aanneem, om de minister zijn aanvankelijke beslissing te laten herzien. Vooraleer hem binnen weinige dagen de algemene studie aangaande de verlenging van de onderwijzersvergoedingen voor te leggen, zal ik de inlichtingen van de gouverneur met aanvullende overwegingen vervolledigen die de geciteerde hoge functionaris zullen overtuigen om de heer De Schrijver verder van een subsidie uit de staatskas te laten genieten. U ziet, mijnheer de burgemeester, dat ik, gezien wat voorafgaat, onder deze omstandigheden geen verhoging van de vergoeding kan voorstellen. Gelieve uw onderwijzer deze brief te tonen. Ik besluit niet zonder op te merken dat, met een dermate groot overschot, de gemeente gemakkelijk op zijn minst de gevraagde verhoging zou kunnen dragen. De middelen die door de kamers ter beschikking van de regering gesteld werden voor de steun aan het lager onderwijs zijn bedoeld om tussen te komen daar waar de lokale fondsen te matig zijn, hetgeen niet zo schijnt te zijn in uw geval. Ik vraag u, mijnheer de burgemeester, om mij aangaande dit punt, zo snel mogelijk een antwoord te geven. Hoogachtend, L’Administrateur-Général de l’Instruction Publique. Destroussart GR N° 133 - 3 Mey 1833 (Kort) Rekening bureel van weldadigheid 1831, voorgelegd door de heer Van Malderen, ontvanger. - Algemene ontvangsten (gulden): 872,47 - Algemene uitgaven: 616,85 - Batig slot: 255,62 gulden of 541,00 fr. GR N° 134 - 7 Mey 1833 (Kort) - Gemeenterekening 1832, overgemaakt door ontvanger Joannes Bened. Lemmens: - Algemene ontvangsten: fl. 3025,96
235
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Algemene uitgaven: fl. 1393,72 - Overschot: fl. 1632,23 of fr. 3434,47 DIV - Malderen den 13 mey 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 24 Gelevert aen Lemmens, koster, voor den armen, van 3 april 1833 tot 13 mey 1833, te weten: (kort: sokken, linten, demit, finel, catoen): 28-14-3 Brabants courant of 24-63 nederlands. Voldaen, Van den Eynde. UC 784 - Malderen 23 mai 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De door de gouverneur op 10 mei gevraagde staat van instellingen van weldadigheid. De burgemeester UC 785 - Malderen 23 mai 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De rekening 1831 van ons bureel van weldadigheid. De burgemeester. DIV - 1 junius 1833 Rekening tot laste van den Armen – N° 23 Ontfangen van J.B. Lemmens, koster in Malderen, de somme van 5 guldens 15 stuyvers drij oorden courant over levering van zakken voor den harmen seedert den 1ste januarius 1833 en geve quittancie den 1ste junius 1833. C. Van den Eede UC 786 - Malderen 10 juin 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De gemeenterekening 1832. De burgemeester UC 787 - Malderen 20 juin 1833 (Vertaald) Aan de ontvanger der registratie te Vilvoorde - In antwoord op uw brief van 3 dezer aangaande een weide in deze gemeente, belast met een jaarlijkse cijns van 4 stuivers, deel ik u mee dat deze weide eigendom is van Louis Joseph Fid'herbe, priester te Mechelen. De burgemeester UC 788 - Malderen 20 juny 1833 Aan den heer procureur des konings te Brussel - In antwoord aan Ue missive van den 14 dezer nr. 1804 betrekkelijk den dekhengst van de weduwe Joseph Slachmuylders, geef ik mij de eer Ue te berichten dat in den jare 1829 alswanneer den laatsten keur der dekhengsten te Brussel plaats gehad heeft, dezen hengst den vereischten ouderdom nog niet bereikte en sedert gezegd jaar binnen deze provincie geenen keur meer heeft plaats gehad, en mitsdien hij hem aan den keur niet heeft kunnen aanbieden. De burgemeester. UC 789 - Malderen 24 juny 1833 Aan de heeren kerkmeesters van Malderen - Door orders van den heer gouverneur moet ik aan Ue aanzeggen alle de rekeningen en budgets die ten agteren zijn van het kerkfabriek moeten binnen de tien dagen in mijnen bureau zijn voor daar over te kunnen delibereren met den gemeenten raad. Daar niet aan voldoende moet ik mij wederom verpligten. Den borgemeester UC 790 - Malderen 8 juillet 1833
236
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Mijnheer de commissaris - Ingesloten de staat gevraagd in uw brief van 27 juni. De burgemeester DIV - Malderen 23 julius 1833 Rekening tot laste van den armen van Malderen – N° 2. Den 3-12-1832 een paer zokken 5-12-1832 2 paer dito 6-12-1832 2 ellen samois 8-12-1832 2 ellen samois 13-12-1832 3 ellen ¼ demit 13-12-1832 1 el en alf samois 15-12-1832 2 ellen alf finel 17-12-1832 10 ellen dito 17-12-1832 4 ellen alf demit 17-12-1832 3 ellen 18-12-1832 5 ellen finel 20-12-1832 2 ellen alf dito 20-12-1832 3 ellen ¾ dito 20-12-1832 1 el ¾ demit 24-12-1832 3 ellen ½ finel 27-12-1832 3 ellen ½ finel 28-12-1832 3 ellen ¾ samois 28-12-1832 3 ellen ½ demit 31-12-1832 3 ellen ½ finel 3-1-1833 3-1-1833 4-1-1833 7-1-1833 11-1-1833 11-1-1833 14-1-1833
5 ellen demit 3 ellen ½ finel 3, ellen dito 2 ellen demit 6 ellen ½ 1/8 demit …. finel …. demit
27-1-1833 5-2-1833 5-2-1833 8-2-1833 21-2-1833 26-2-1833 26-2-1833 18-3-1833 19-31833 19-3-1833 21-3-1833 28-3-1833 9-4-1833 13-4-1833 19-4-1833
Voldaen, P.J. Peeters 3 ellen ½ finel 5 ellen demit 4 ellen ½ demit 3 ellen ½ finel 2 ellen demit 4 ellen demit 4 ellen demit 5 paar kausen 12 ellen kuyperscatoen 10 ellen demit 2 ellen ¾ samois 3 ellen demit eenen zak gebakken, nog 1 vat gebakken een paar kausen 3 ellen ½ demit
237
à
11 st. 12 st. 11 st. 9 ½ st. 9 ½ st. 9 st. 7 st. 9 ½ st. 9 ½ st. 9 ½ st. 7 st. 9 ½ st. 9 ½ st. 11 st. 9 ½ st. 9 ½ st. Totael 9 st. 9 ½ st. 9 ½ st. 9 st. 10 st. 8 st. 8 st. Totael 9 ½ st. 10 st. 6 st. 6 ½ st. 10 st. 10 st. 5 ½ st. 5 ½ st. 7 st. 10 st. 7 st.
9 st. 3/4
0-10-0 1-0-0 1-2-0 1-4-0 1-9-1 0-16-2 1-3-3 4-19-3 2-0-2 1-1-0 2-7-2 1-3-3 1-15-3 0-15-3 1-13-1 1-13-1 2-1-1 1-11-0 1-13-1 30-1-2 2-5-0 1-13-1 1-8-2 0-18-0 3-6-1 0-6-0 1-2-0 10-19-0 1-13-1 2-10-0 1-7-0 1-13-1 1-0-0 2-0-0 1-2-0 3-18-0 3-6-0 3-10-0 1-7-2 1-1-0 0-18-0 0-15-0 1-16-3
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
22-4-1833 24-4-1833 24-4-1833 25-4-1833 26-4-1833 13-4 en 1-5 7-5-1833 30-5-1833 4-6-1833 19-6-1833 19-6-1833
2 ellen ¼ demit 2 ellen ¼ demit ½ el demit 3 ellen demit 3 ellen ½ demit 10 ellen demit gebakken eenen zak korenbrood gebakken eenen zak korenbrood gebakken eenen zak korenbrood 9 ellen demit voering
9 st. 9 st. 7 st. 9 st. 9 st. 9 st.
9 ¼ st. Totael
1-0-1 1-0-1 0-3-2 1-7-0 1-11-2 4-10-0 0-15-0 0-15-0 0-15-0 4-5-2 0-5-2 44-5-3
Voldaen den 23 julius 1833 P.J. Peeters GR N° 135 - 3 Augusty 1833 De raad der gemeente Malderen ... is over gegaan tot de keus van kandidaten voor tot de functie van zetters binnen deze gemeente voor den jare 1834 te worden benoemd. Gezien het decreet van den 3 frimaire jaar zeven der fransche tijdrekening. De raad bij stembiljetten tot den keus den aan der heer gouverneur voor te dragen kandidaten om tot de functie van zetters der directe belastingen binnen deze gemeente over den jare 1834 te worden benoemd, voords gegeven zijnde, en na dat gebleken was dat het getal der geslotene stembiljetten, ten bedrage van vijf, gelijk was aan het getal der stemmende leden, is de opneming en oplezing dier biljetten gedaan, en bevonden dat de meerderheid van stemmen gevallen zijn op de volgende heeren: 1) Lemmens Joannes Benedictus, koster te Malderen. 2) Van Tricht Maximiliaan, landbouwer te Malderen. 3) Van den Bossche Egidius, landbouwer te Malderen. 4) De Boeck Joannes, landbouwer te Malderen. 5) Hulsbosch Jan Baptist, landbouwer te Malderen. J. Slachmuylders, burgemeester, Antoon Daelemans, assessor, Pieter Kuyckens, Joannes De Boeck, Dominicus Van der Vorst, raadsleden, en Jan Baptist De Bock, secretaris. UC 791 - Malderen 3 août 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De beraadslaging van onze gemeenteraad over de voorstelling van de kandidaten voor de repartitie van de directe belastingen 1834. De burgemeester. UC 792 - Malderen 30 juillet 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De lijst van 4 kandidaten waarvan er 2 moeten worden benoemd tot de functie van repartiteur der directe belastingen 1834 in vervanging van de heren De Laet A.F. en Cooremans Emanuel, overleden. De burgemeester DIV - Malderen den 4 september 1833 Rekening tot laste van den armen – N° 31 Aan M. Lemmens, koster, gelevert als volgt: (Samengevat) Vanaf 17 mei 1833 tot en met 3 september 1833: lijnwaert, catoen, voering, linten, kausen, somergoed, samoys, demit, neusdoeken, blokken, samen 85 guldens 5 stuyvers en 3 oorden. Voldaen den 4 september 1833. Van den Eynde
238
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
DIV - Malderen 9 september 1833. Rekening tot laste van den Armen – N° 26 Lemmens …. gelevert te weten - den 9 september 91 ¾ ellen demit à 7 ¼ - den zelven 20 ellen witten dis… à 5 ½ - den 14 idem 1/4 1/8 lijnwaert à 10 stuivers - den 16 idem een paar blokken à 10 oorden Voldaen. J. Van den Eynde (?)
33-5-1 0-11-0 0-3-3 0-2-2
UC 793 - Malderen 14 september 1833 Aan den heer districts commissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue geëerde van den 9 dezer alsmede aan den brief van den heer gouverneur van 5 dezer betrekkelijk het rekwest van den genoemden David Lemmens, milicien dezer gemeente, geef ik mij de eer Ue te berigten dat het valsch en onwaaragtig is dat den zelven Lemmens zijne behoorlijke bewijsstukken tot vrijstelling mij heeft overgelegd en zelfs dat hij aan de heeren leden der gedeputeerde staten uitmakende den militieraad toen hij voor hun verschenen is om vrijstelling te kunnen bekomen heeft verklaard dat hij de certificaten uit de stamboeken van zijnen broeders die van den dienst ontslagen zijn nog niet had ontvangen op welke verklaring de gezegde heeren gedeputeerde staten hem eenen delai hebben verleend, zonder dat hij met zijne stukken is opgekomen. Wat betreft de getuigen die op het certificaat nr. 2 hebben geteekend, die komen thans mij verklaren dat het hun onbekend is of mij de in kwestie zijnde stukken zijn overgeleverd of niet en dat zij van deze zaak geene de minste kennis hebben. De burgemeester GR N° 136 24 September 1833 (Vertaald) Begroting 1834 (in francs). Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren - Batig slot der begroting van het jaar 1833: 3755,34 - Batig slot der rekening van 1832: 3455,46 - Totaal: 7209,80 - Af te trekken het batig slot der begroting 1832: - 3284,51 - Blijft: 3925,29 Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. - Additionele centiemen op de grondlasten: 537,00 - Additionele centiemen op de personenbelasting: 100,00 - Pacht van land en landgoederen der gemeente: 653,77 (verhuurd op 21 dec. 1831): - Pensioenen en achterstallige renten: 40,09 - Isabelle Pauwels, wed. Henry Snackaert (14,52) - De kinderen van Jean François Van Keer (15,87) - Joseph Seghers (1,82) - De kinderen van Pierre De Schrijver (7,26) - De kinderen van Jean Piessens (0,64) Dezen grondlasten werden nooit betaald wegens insolvabiliteit, maar nu kunnen ze wel voldaan worden. - Intresten van kapitalen in de Mont de Piété te Brussel: 5,12 - Waag- en maatrechten, volgens toewijzing: 1250,00 - Interest van een obligatie ten laste van mr. Rollier te Opdorp: 286,92
239
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Kapitaal 5738,35 à 5 %) Derde Hoofdstuk - Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel dagblad: 15,00 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 25,00 - Drukkosten en zegels der registers van den burgerlijken stand: 68,65 - Jaarwedde van den burgemeester: 150,00 - Idem der 2 assessoren: 120,00 - Idem van den secretaris: 330,00 - Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 60,00 - Voor het opwinden en onderhoud der horloge: 40,00 - Taxatie van de gemeenteontvanger: 50,27 (fr. 2872,90 ontvangsten à 1,75%) - Jaarwedde van de veldwachter: 260,00 - Kosten voor kleding van de veldwachter, pensioen, supplem. brigadiers: 64,00 - Jaarwedde van de klokkenluider: 25,00 - Onderhoudskosten der buurtwegen: 150,00 - Aandeel in de jaarwedde van den commissaris der wegen: 20,80 - Aandeel in de kosten van huisvesting van de rijkswacht: 29,45 - Jaarlijkse vergoeding voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het begeleiden van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 4 fr. per mijl afstand (5 mijl van Brussel): 20,00 - Kosten voor het zegelen van het dubbel der gemeenterekening over 1834: 2,40 - Aandeel van de gemeente in de kantonale begroting voor de Burgerwacht: 100,00 - Onderstand toegestaan aan de parochiale of succursale kerkfabriek: 700,00 Werd verminderd met 117 fr. omdat de ontvangsten van de kerkfabriek gestegen zijn met stoelgeld (staat niet op de begroting). Openbaar Onderwijs - Jaarwedde van de twee onderwijzers (zoals vorig jaar): 100,00 Onvoorziene en herhaalde onkosten - Brand en licht van het wachthuis: 40,00 - Onderhoud van François Heymans in 't hospitaal der zinnelozen te Geel : 78,68 (reeds betaald) - Onderhoud van dezelfde Heymans voor 1834: 169,94 - Voor hert vieren van de septemberdagen 1830: 30,00 Totaal der inkomsten: 6798,19 Totaal der uitgaven: 2649,19 Verschil in meer: 4149,00 UC 794 - Malderen 30 september 1833 Viering der verjaardagen van september 1830. De burgemeester van Malderen, voor te voldoen an den rondgaanden brief van den heer gouverneur dd 11 dezer MA 164, verklaart dat de verjaardag der roemrijke strijddagen van september 1830, met alle plegtigheid en de hevigste toewijdingen van alle onze inwoners op de volgende wijze gevierd is: 1) Op woensdag 25 dezer is er eenen lijkdienst voor de overleden van september geschied dewelke door alle overheden en het grootste gedeelte de inwoners is bijgewoond geweest met uitdeeling van tarwebrood aan den armen. 2) Des naarmiddags hebben er de volgende speelen plaats gehad: - voor het mansvolk: mastklimmen, tornooien en ballen. - voor het vrouwvolk: in den zak loopen, tornooien met den blok en schieten op de vogelroede.
240
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 795 - Malderen 9 octobre 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - Het algemeen overzicht van het aantal hectares ingenomen door de teelt van het vlas, gevraagd bij omzendbrief van de gouverneur van 20 september MA 167. De burgemeester. GR N° 137 24 October 1833 (Ingekort) De raad der gemeente Malderen ... is over gegaan tot het aanstellen der heeren Joannes De Boeck en Joannes Baptist Hulsbosch in hoedanigheid van zetters der directe belastingen binnen deze gemeente, in vervanging van Adriaan Francis De Laet en Emanuel Cooremans, overleden. Gezien het besluit van en benoeming door den heer gouverneur dd 18 september 1833. GR N° 137bis - 29 October 1833 (Kort) Rekening bureel van weldadigheid 1832, voorgelegd door de heer Van Malderen, ontvanger. - Algemene ontvangsten (francs): 1798,39 - Algemene uitgaven: 1305,06 - Batig slot: 493,33 DIV - Strombeek-Bever le 10 novembre 1833. Justice de Paix du canton de Wolverthem, nr. 211 A M. le bourgmestre de Malderen. Monsieur, (Vertaald) Een meisje met een schijnbare ouderdom van 19 à 22 jaar, zeer slecht gekleed en Waals sprekend, werd gearresteerd, verbleef een jaar in een gemeente in de buurt van Leuven en werd dan, door krankzinnigheid aangetast, aan de Zwarte Zusters overgedragen. Dit meisje zegt Maria Catharina Beeckman te heten en weet niet waar ze geboren is. De hogere overheid wenst te weten of er in uw gemeente geen meisje met die naam verdwenen is. Gelieve u hieromtrent te informeren en ons zo snel mogelijk een antwoord te geven. De vrederechter, De Burtin D’Esschenbeek DIV - Strombeek-Bever le 10 novembre 1833. Justice de Paix du canton de Wolverthem, nr. 261 A M. le bourgmestre de Malderen. Monsieur, (Vertaald) Omdat ik nog geen antwoord heb gekregen op mijn brief nr. 211 van 10 november laatstleden, waarvan ingesloten een kopie, kan ik niet anders dan hierover mijn verbazing uitdrukken en ik vraag u om mij binnen de kortste tijd mij de in die brief gevraagde inlichtingen te verschaffen. Aangezien het weinig waarschijnlijk is dat er sedert 3 oktober laatst (de datum van de laatste declaratie die u mij heeft gestuurd) in uw gemeente niemand meer overleden is, neem ik deze gelegenheid te baat om u aan te bevelen om een beetje nauwkeuriger te zijn in het versturen van de staat van overlijden, zoals voorgeschreven door het besluit van 31 juli 1828, nr. 11. Hoogachtend, De vrederechter, De Burtin D’Esschenbeek GR N° 138 - 12 November 1833 (Kort) Benoeming van de leden van de bij art. 58 van de wet van 28 juni 1822 ingestelde commissie ter benoeming van schatters en bijschatters voor de personele belasting: Joannes De Boeck en Peeter Kuyckens, raadsleden.
241
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 796 - Malderen 12 novembre 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De gemeentebegroting 1834. De burgemeester GR N° 139 19 November 1833 (Kort) Vernieuwing bij derde der leden van het bureel van weldadigheid. - Moet uittreden op 2 januari 1834: Franciscus Karel Seghers. - Wordt in zijn plaats benoemd (vanaf 2 jan. 1834): Joannes De Boeck, landb. te Malderen. UC 797 - Malderen 19 novembre 1833 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel: 1) Een deliberatie van onze gemeenteraad aangaande de gedeeltelijke vernieuwing van het bureel van weldadigheid in 1834. 2) Een deliberatie van onze gemeenteraad over de benoeming van 2 leden van de gemeenteraad voor de vorming der commissie ingesteld door art. 58 van de wet van 28 juni 1822 op de personele belasting. De burgemeester UC 798 - Malderen 5 november 1833 Aan den heer districts commissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 27 november geef ik mij de eer ue te berichten: 1) dat het getal van behoeftige leerlingen aan welke de onderwijzer Joseph De Schrijver gratis het onderwijs gedurende het loopende jaar heeft gegeven beloopt tot 58 leerlingen. 2) dat gemelden onderwijzer een goed zedelijk en burgerlijk gedrag houd en alle de vereischte bekwaamheden bezit en met allen ijver en lof zijne pligten volbrengt in den voegen dat hij zich weerdig maakt om zijn tractement welken hij geniet van den staat over 1834 te laten voortduren. De burgemeester DIV - Bruxelles le 27 novembre 1833 A monsieur le bourgemaitre de Malderen. (Vertaald) Gelieve mij per kerende messagerie te laten weten aan hoeveel arme leerlingen de heer De Schrijver, uw gemeenteonderwijzer, dit jaar gratis les gegeven heeft en me enkele inlichtingen te geven over zijn gedrag en onderwijzerscapaciteiten. Graag ook uw gemotiveerd gedacht over de kwestie of het past om hem in 1834 verder van een vergoeding van de staat te laten genieten. De districtscommissaris. PV N° 26 2-12-1833 - Tegen Pieter Robberechts, landbouwer te Steenhuffel, Hyronimus Meert, dienstbode te Londerzeel. Het jaer duizend acht honderd drij en dertig den tweeden der maend December ten tien uren voor middag, voor ons Josephus Slachmuylders burgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Braband is gekomen Joannes Boomans, hoefsmid en herbergier wonende te Malderen, den welken verklaart heeft dat hij gisteren eersten December ten acht uren des avonds, aan zijne stoof staende en aen de vergadering zeyde “mannen het gaat tijd zijn om naar huys te gaan", op welk gezegden genoemden Pieter Robberechts, zoon Jacobus, wonende te Steenhuffel bij Pieter De Boeck, maelder, antwoorde “het is altijd met moeten naer huys te gaen", en in den zelven oogenblik hij aan dito Boomans eenen stokslag op zijn hoofd gaf dat het bloed zijn lijf afliep en zijne brandende stoof den huyze invloog en dadelijk Pieter Robberechts zonder eenige woordenwisseling, en zes andere personen van zijne compagnie, met stokken en kandelaers aen het slagen gevallen zijn op alle de personen die nog in het huys wa-
242
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
ren, en hij comparant, Pieter Robberechts afwerende, hij eenen stokslag op zijn hand van Hyronimus Meert, dienstbode bij de weduwe van Francis Slachmuylders, landbouwster te Londerzeel, heeft gekregen. wijders verklarende dat gemelde compagnie zijne stoof in stukken geslagen hebben, eenen ijzeren kandelaer en zijne klok hebben medegenomen en ook hun gelag niet betaeld hebben. Ook verklaert hij dat Joannes Kiekens, dienstbode bij Joannes De Boeck, landbouwer te Malderen, Joannes Clairbaut, vader landbouwer te Malderen, Henricus Van Aken, landbouwer in het Huys ten Halven te Londerzeel, Joannes Clairbaut zoone Joannes, landbouwer te Malderen, en Francis Spiessens dientbode bij Joseph Van Assche, landbouwer te Londerzeel, alle slagen ontvangen hebben en hunne kleederen doorsneden zijn. En eyndelijk verklaart hij nog dat alle het zelve geschied is in tegenwoordigheid van Pieter Joseph De Bondt, dienstbode bij Francis Van Hemelryck, landbouwer te Londerzeel, van Pieter Joannes De Bondt, dienstbode bij Antoon Van Eeckhout, landbouwer te Londerzeel aan den drij Toren, van Francis Spiessens, dienstbode bij Joseph Van Assche, landbouwer te Londerzeel, van Dominicus De Prins en Andreas De Prins, zoonen van Joannes, beyde landbouwers wonende te Londerzeel aan den drij Torens, op welke verklaringe wij burgemeester voor ons hebben doen verschijnen, 1) Joannes Kiekens voornoemd, den welken heeft verklaart dat hij stommelings van Pieter Robberechts voormeld eenen slag op zijn hoofd heeft gehad dat het bloed den huyze ingesprongen is, en al zijn kleederen, met een mes doorsneden zijn, 2) Joannes Clairbaut, vader, den welken verklaart heeft dat hij gezien heeft dat Pieter Robberechts voormeld, eenen slag heeft toegebragt aen gemelden Boomans, zonder dat er disputen geweest zijn en ook dat de stoof op zijn lijf gevlogen, waer van zijnen kiel, broek, regte kaek van zijn aengezicht en de kaeken van zijn achtersten geheel verbrand zijn, en ook nog gezien heeft dat er andere persoonen geslagen hebben zonder dezelve gekend te hebben. 3) Joannes Clairbaut, zoon voormeld, heeft verklaert gezien te hebben dat genoemden Pieter Robberechts aan dito Boomans eenen slag op zijn hoofd toegebragt als mede dat gemelden Meert ook Kiekens geslagen heeft. 4) Pieter Joseph De Bondt, den welken verklaert heeft gezien te hebben dat Pieter Robberechts voorzegd eenen slag aan Joannes Boomans voormeld heeft toegebragt, en ook dat genoemden Hyronimus Meert met zijnen stok tot drymael in vollen hoop heeft geslagen. 5) Pieter Joannes De Bondt voornoemd den welken heeft verklaart als dat Hyronimus Meert in den vooravond gezegd heeft dat Pieter Robberechts aldaer gekomen was om Kiekens en den baes Boomans dien avond te slagen, en verders dat hij gezien heeft dat Pieter Robberechts en Hyronimus Meert, Boomans, Kiekens en andere personen die daer ten huyze waeren, verscheyde mael met een stok geslagen hebben, alsmede dat Francis De Keersmaecker, dienstbode bij Michiel Van der Veken, landbouwer te Londerzeel aen de Linde, met eenen kandelaer op verscheyde personen geslagen heeft. Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld het tegenwoordig proces verbael voor overgemaakt te worden aen wie het behoort Te Malderen de date als boven. J. Slachmuylders. UC 799 - Malderen 3 decembre 1833 (Vertaald) Aan de procureur des konings, de districts commissaris en de brigadier van de gendarmerie te Vilvoorde - Proces verbaal tegen Pierre Robberechts, landbouwer in Steenhuffel, Hyrome Meert en François De Keersmaecker, knecht in Londerzeel. De burgemeester DIV - Bruxelles, le 3 decembre 1833 A M. le bourgemaitre de Malderen. (Vertaald) Aangezien de plaats van 2de assessor in uw gemeente vacant is, gelast de gouverneur mij om u uit te nodigen om uw kiezers bijeen te roepen teneinde in deze vacature te
243
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
voorzien, conform de beschikkingen van 8 oktober, 2 december en 6 december 1830. Gelieve mij zo vlug mogelijk een kopie van het proces verbaal te sturen. De districtscommissaris. DIV - Bruxelles, le 11 décembre 1833 Parquet du Tribunal de 1ière Instance séant à Bruxelles, n° 4929. A M. le bourgmestre à Malderen Monsieur le bourgmestre, (Vertaald) Het proces-verbaal tegen Pierre Robberechts – ofschoon zeer goed opgesteld – bevat niet de namen van de trawanten van dit individu – en het is niet duidelijk of het Meert is van wie Boomans een stokslag heeft gekregen. Het is mogelijk dat de kameraden van Robberechts onbekend gebleven zijn. In dat geval vraag ik u mij te berichten of er informatie werd ingewonnen om hen te herkennen. Hoogachtend, De procureur des konings, Hody DIV - December 1833 Deesen ondergeteekenden Joannes Van der Vorst, inwoonder van Malderen, bekent ontfangen te hebben uyt de handen van Jan Baptist Leemans over prijs van een half bunder land deputeerende aen de gemeente van Malderen de somme van 28 gulden courant geld. Declareert aen mij borgemeester niet te kunnen schrijven Geteekent J. Slachmuylders, burg. UC 800 - Malderen 13 decembre 1833 (Vertaald) Aan de vrederechter van het kanton Wolvertem te Strombeek - In antwoord op uw brief 211 van 10 november deel ik u mee dat Maria Catharina Beeckman niet van onze gemeente is. De burgemeester UC 801 - Malderen 17 decembre 1833 (Vertaald) Aan de vrederechter te Strombeek - In antwoord op uw brief 270 van 12 dezer laat ik u weten dat Ferdinand Noppe niet van onze gemeente is. De burgemeester GR N° 140 19 December 1833, 16u00 Rekening tusschen J. Verstraeten en J.B. Lemmens, gemeente-ontvanger. Heden zijn voor ons raadsleden der gemeente Malderen gekomen de heeren Joannes Baptist Verstraeten, afgaanden gemeenten ontvanger, en Joannes Baptist Lemmens, nieuw benoemden gemeenten ontvanger dezer gemeente, welken eerstgenoemden aan den tweeden comparant in hunne gemelde respective hoedanigheden en in onze tegenwoordigheid bij deze de volgende rekening heeft gedaan en overgegeven, te weten: Voor eerst doet den eersten comparant Verstraeten aanmerken dat hij in den loop van den jare 1831 door dito Lemmens vervangen is, en bij dien het batig slot van zijnen ontvangst, gelijkvormig de bepalingen van de circulaire van den heer gouverneur dd 3 April 1833, M.A. 62, wordt vastgesteld en bepaald worden in der voegen en manieren als volgt: - Excedant of batig slot der rekening van 1830: 1026,03 - Batig slot van den budget 1829: 133,14 - Batig slot der rekening van 1829: 700,78 (verschil in meerder: 567,64) Dus beloopt het batig slot van den afgaanden ontvanger tot 1593,67 Aan het welk nog moet bijgevoegd worden de volgende sommen die door hem nog ontvangen zijn:
244
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1) Opcenten der directe belastingen van 1831: 303,31 2) Een jaar intrest der obligatie verschuldigd door advokaat Rollier, verschenen 1831: 135,57 3) Ontvangst pacht der gemeentegoederen, verschenen 31 dec. 1831: 66,75 4) Item op de honden: 10,00 Totaal generaal: 2109,30 Op dezen generalen ontvangst heeft den afgaanden ontvanger nog betaald en door hem te korten: 1) Het beloop van 12 mandaten alhier gezien en 't samen bedragen: 841,85 2) Wegens rectificatie van een erreur in de rekening 1830, beloopende 157,52 fr., welke somme in den budget van 1833 is toegestaan en doende 74,42 3) Wegens verscheide restanten op het gemaal, schoolfonds, honden en wegwijzers alhier, bij rekening gezien, en beloopende tot: 47,76 Totaal uitgaaf : 964,03 Dus dat het batig slot beloopt: 2109,30 - 964,02 = 1145,27 Welk batig slot den heer Verstraeten belooft en zich verbindt bij deze op het mondelings aanzoek van het plaatselijk bestuur te betalen in goede gemunte geldspeciën, en zonder interest tot alsdan. En al het welk door partijen en ons, raadsleden, goedgekeurd en aangenomen word. Waarvan proces verbaal. Gedaan en opgemaakt onder alle verband als naar recht en wet, en door den heer Verstraeten, Lemmens en onze raadsleden geteekend na van alles gedane voorlezing. Slachmuylders, Daelemans, Kuyckens, Lemmens, Verstraeten, De Boeck, Van den Bossche, Van der Vorst, De Bock. Den nevenstaande somme van 1145,27 guldens aan mij ondergeteekenden gemeentenontvanger, door den heer Verstraeten voldaan. Malderen den 19 septemnber 1833 (get. Lemmens). UC 802 - Malderen 19 decembre 1833 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - In antwoord op uw brief 4929 van 11 dezer aangaande het proces verbaal tegen Pierre Robberechts en consorten kan ik u meedelen dat de kompanen van Robberechts door Boomans en de getuigen niet werden herkend maar door het openbaar gerucht en genomen inlichtingen werden ze geïdentificeerd als Louis De Velder, knecht in Merchtem bij landbouwer De Block, Pierre De Maerschalck en Gilles De Maerschalck, zonen van Guillaume De Maerschalck, landbouwer in Steenhuffel. Ik moet u nog vertellen dat volgens de mondelinge getuigenis van de heer Riemslagh, chirurgijn in Londerzeel die Boomans behandelt, deze zaak redelijk ernstig lijkt want Boomans is nog altijd niet in staat om zijn werk te doen; en dat dit misdrijf met voorbedachtheid is gebeurd gezien Pierre Van Campenhout, landbouwer te Malderen, genoemde Robberechts een paar dagen eerder horen zeggen heeft dat hij zondag bij Boomans alles ging kapot slaan en ook omdat Philippe De Jonghe, landbouwer te Malderen dat in Steenhuffel heeft gehoord. De burgemeester. DIV - Bruxelles, le 24 decembre 1833 Province de Brabant, 8e division, n° 1243 (Vertaald) Betreft: Kadaster. Mijnheer de burgemeester, Ik heb de eer u over te maken – met verzoek om ze aan de erin genoemde personen te bezorgen – drie brieven met daarin de beslissingen die de gouverneur getroffen heeft aangaande de reclamaties die door dezelfde personen werden ingediend inzake de klassering van de erin aangeduide eigendommen, allemaal in uw gemeente gelegen.. Gelieve mij de ontvangst ervan te bevestigen.
245
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Hoogachtend, De provinciale inspecteur van het kadaster, Blaez.
246
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1834 **** DIV - Malderen 1 january 1834 Rekeninge tot laste van den armen van Malderen – N° 35. Van het jaer 1832 Voor eerst een doodkist voor Elisabeth Selleslach Voor doodkist van Jan Baptist Michiels Idem een doodkist voor weduwe Michiels Idem een doodkist voor Marinus Daelemans Idem een doodkist Francus Van Causbroeck Iden eem doodkist voor Andries Mathijs Idem een doodkist voor het kind van Henricus Van Riet Idem een doodkist voor Joannes Daelemans Total Over het jaer 1833 Voor eerst een doodkist voor het kind van Francus De Ridder Idem een doodkist voor het kind van Cornelis Valckaert Idem een doodkist voor het kind van dochter van Joseph Segers Idem een doodkist voor kind Joseph Heymans Idem een doodkist voor de vrouwe Ferdinandus Vertongen Idem een doodkist voor zijn kind Idem een doodkist Joanna Brioen Total J. De Wijs
3-0 3-0 3-0 3-0 3-0 2-10 0-16 3-0 21-06 1-10 0-16 0-18 0-17 3-0 0-14 3-0 32-04
DIV - Buggenhout, 1 january 1834 Debet den bureel van weldadigheyd der gemeente Malderen aen F.H. Van Bavegem, doctor in de medecijnen te Buggenhout, over het cureeren van de behoeftige der zelve gemeente ten jaere 1833. Weduwe Jan Daelemans, Mattestraet 0 13 0 Frans Van den Broeck, Dorp 2 10 0 Weduwe Frans Van Riet, Malderheyde 4 1 0 Joseph Heymans, Malderheyde 1 11 0 Cornelius Valckaert 0 12 0 Guillielmus Obus, Malderheyde 1 13 0 Weduwe Philip De Dekker, Malderheyde 2 2 0 Laurentius Goossens, Mattestraet 4 3 0 Frans Cools, aen het Lemmeken 9 6 0 Ferdinand Vertongen, Malderheyde 7 5 0 Jan Baptiste Vertongen, Kauterstraet 6 11 0 Weduwe Joseph Seghers, Beekstraet 18 16 0 Henricus Van Riet, Malderheyde 8 5 0 Petrus Van den Broeck, Beekstraet 9 18 0 Weduwe Andreas Mathijs, Dorp 1 4 0 Totael 78 gulden 10 stuyvers en 0 oorden Brabants Courant = in nederlands: 66-9 = in francs: 142,40 247
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Pour acquit, Van Bavegem DIV - 1 januari 1834 Rekening tot laste van den Armen – N° 74 Ontfangen van J.B. Lemmens, koster in Malderen, de somme van 5 guldens 15 stuyvers 3 oorden courant over levering van zakken voor den harmen van Malderen sedert den 1ste junius 1833. C. Van den Eede DIV - Bruxelles, le 3 janvier 1834. Gouvernement de la province de Brabant, 2e Division, indicateur C552. (Vertaald) Kadaster. Gezien de wetten en onderrichtingen aangaande het kadaster, en met name art. 28 van de wet van 15 september 1807 en art. 766 van de methodieke verzameling. Gezien de onderrichting van de minister van Financiên van 23 november 1833, nr. 7195. Op voorstel van de provinciale inspecteur van het kadaster. Besluit de gouverneur: Art. 1 – De gemeenteraden van de gemeenten van het kanton Wolvertem worden samengeroepen op 17 januari eerstkomend, op hun gewone vergaderplaats, teneinde een afgevaardigde te benoemen die de Kantonale Vergadering, voorgeschreven door art. 28 van de wet van 15 september 1807 en voorzien voor 17 februari 1834, moet bijwonen. Art. 2 – Deze afgevaardigde moet eigendommen in de gemeente bezitten. Art. 3 – De burgemeesters moeten onmiddellijk een gecertifieerde kopij van de benoemingsakte aan het provinciebestuur overmaken. Getekend: Fr. De Coppin. GR N° 141 5 January 1834 Den raad der gemeente Londerzeel... is overgegaan met het delibereren wegens het plaatsen van het gemeentefonds. Gezien de circulairen der gedeputeerde staten dezer provincie dd 20 february 1832 M.A. 44, en 31 July 1833, MA 138, omtrent de tijdige gelduitzetting. Gezien den budget dezer gemeente van den jare 1833, alwaar het batig slot door de gedeputeerde staten vastgesteld is op en ter somme van frs. 3755,34. Overwegende dat er geene schulden nog interesten ten laste dezer gemeente bestaan, nog ook zij geene aanzienlijke extra-ordinaire werken of uitgaven te doen heeft, en alvolgens hare interesten vereisschen dat er een gedeelte van de gezegde fonds op interest geplaatst worden. Overwegende dat de Bank van Leening te Brussel slechts eenen interest van 4 % 's jaars betaalt, en dat deze gelden door den heer Adriaan Francis Rollier, advokaat en grondeigenaar te Opdorp, Oostvlaanderen, op obligatie aan den interest van 5 % gevraagd worden den welken tot waarborg dier, goede en suffisante goederen zal verpanden. En eindelijk overwegende dat genoemden heer Rollier, voor goed en solvabel erkend is en dat hij aan deze gemeente nog eene obligatie van frs. 5738,14 is verschuldigd, en ten aanzien van den interest, het belang van de gemeente vereischt van deze gelden op obligatie aan den heer Rollier uit te betalen. Delibereert. Dat er van het gezegd batig slot eene somme van 2761,86 francs, het welk met de voorgaande obligatie zal uitmaken 8500 francs, aan den interest van 5 % 's jaars, op obligatie aan den genoemden heer Rollier zal uitgegeven worden, mits tot waarborg van deze somme goede en suffisante bouw- of weilanden, en vrij, zuiver en onbelast van hypothekaire insscriptien zal moeten verpanden. Afschrift dezes zal ten behoorlijke goedkeuring gezonden worden. Gedaan te Malderen.
248
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Joseph Slachmuylders, burgemeester, Antoon Daelemans, assessor, Pieter Kuyckens, Jan De Boeck, Dominicus Van der Vorst, Egidius Van den Bossche en Peeter Kuyckens, raadsleden, en J.B. De Bock, secretaris. UC 803 - Malderen 7 january 1834 Aan de districtscommissaris te Brussel - De deliberatie van de gemeenteraad omtrent het plaatsen van gemeentefondsen. De burgemeester UC 804 - Malderen 7 january 1834 Aan den heer districts commissaris - Voor te voldoen aan Ue geëerden van den 31 december 1833 wegens het request van De Schrijver waarbij hij vraagt om voor zijnen zoon Jan Baptist De Schrijver, milicien dezer gemeente der lichting 1833 eenen plaatsvervanger te mogen stellen, geef ik mij de eer op de onderstaande vragen gedaan bij circulaire van den 25 october 1825 model ad. 51 de volgende inlichtingen mede te delen, te weten: Vragen Antwoorden Of zij ter ondersteuning van hunne familie Ja, terwijlen zijnen vader weduwnaar is met 4 noodzakelijk zijn? kinderen, waar van dito Jan Baptist den oudsten is en hun dient tot steun, alsook van zijnen vader die eene slegte lichaamsgesteltenis heeft. Of de plaatsvervanging in het belang der inge- De plaatsvervanging is noodzakelijk aangelijfden tot het aanleeren van een beroep of be- zien dezen milicien het bedrijf of beroep van drijf of tot voortzetten van hunne studiën zijnen vader, bestaande in eene kleine huidenoodzakelijk, of eindelijk tot vervordering vetterij, schoenmakerij en landbouwerij van eenig gewigtig belang der familie wen- voortzet en het welk hun enkel bestaan is. schelijk kan worden geacht? Of de middelen tot het stellen van eenen Neen, den vader heeft deze middelen van over plaatsvervanger vereischt, door toevallige om- eenige jaren bezeten. standigheden, eerst verkregen zijn na de inlijving? Of de ingelijfde eerst in mindering van het Opgeroepen in vermindering van het kontinkontingent is opgeroepen na het sluiten der gent na het sluiten der zittingen. zittingen van den militieraad tot het goedkeuren de plaatsvervangers bestemd? Of de ingelijfde al dan niet in reserve is ge- In reserve gesteld zonder tot heden opgeroesteld en in het eerste geval of hij ook onder de pen te zijn. lotelingen van de reserve van vroegere lichtingen behoort, die tot hier toe van den werkelijken dienst geheel zijn bevrijd gebleven? UC 805 - Malderen 11 january 1834 Aan den heer districts commissaris te Brussel - De algemeene staat van geboorten, huwelijken en overlijdens gedurende 1833. De burgemeester. UC 806 - Malderen 11 january 1834 Aan den heer president van den cantonalen raad der burgerwacht van het canton Wolverthem - Inschrijvingsregister der burgerwacht over den loopenden jare. Den burgemeester
249
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
DIV - Malderen 11 january 1834 Rekening tot laste van den Armen – N° 34 Ontvangen van den heer Lemmens, arme-meester der gemeente Malderenn de somme van 105,82 francs over voldoening der kosten en verschotten door mij ondergeteekende gedaen in zaeke van sieur Joannes Van Ingelgem tegens en ten laste van Joannes Baptist Van de Voorde, beyde landbouwers te Malderen, waerover kwittantie. Get. Caumans (?) DIV - Bruxelles, le 14 janvier 1834 A monsieur le bourgmestre de Malderen, (Vertaald) Alvorens de heren gedeputeerde staten een beslissing kunnen nemen aangaande de ingesloten deliberatie van uw gemeenteraad met de vraag om toegelaten te worden om een bedrag van 2761,86 fr. tegen intrest bij de heer Rollier te beleggen, is het nodig dat in de deliberatie gewag wordt gemaakt van de tot zekerheid aangeboden hypotheek. Gelieve deze informatie erbij te voegen en ze me zo snel mogelijk te bezorgen. De districtscommissaris. GR N° 142 17 January 1834 Den raad der gemeente Malderen... is overgegaan tot het benoemen van eenen der eigenaars welke goederen binnen deze gemeente bezitten, als gedelegeerden, ten einde de kantonale vergadering bij te wonen en er zijne stellige beweegredenen nopens de veranderingen die hij zou noodig oordelen of zijne eenvoudige toestemming aan de Cadastrale bewerkingen en schattingen der gemeenten het kanton uitmakende te geven. Gezien art. 1 en 2 van het besluit van den heer gouverneur dd 3 dezer C552. Benoemen. Meester Joannes Baptist De Bock, notaris te Malderen en eigenaar binnen deze gemeente, als gedelegeerden voor de gemeente Malderen, ten einde de kantonale vergadering, voorgeschreven bij art. 28 der wet van den 15 september 1807, welker bijeenkomst op den 17 february 1834 door aangehaald besluit bepaald is, bij te wonen. Afschrift dezer zal gezonden worden aan den heer gouverneur dezer provincie en aan den genoemden gedelegeerden, ten einde in de gemelde vergadering aangenomen te worden. Gedaan te Malderen. Joseph Slachmuylders, burgemeester, Antoon Daelemans, assessor, Pieter Kuyckens, Jan De Boeck, Egidius Van den Bossche, Dominicus Van der Vorrst, raadsleden, en J.B. De Bock, secretaris. UC 807 - Malderen 18 january 1834 Aan den heer districts commissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue missive van den 14 dezer geef ik mij de eer ue te berigten dat den keus van eenen assessor in vervanging van A.F. De Laet, overleden, vastgesteld is tegen den 1 february aanstaande. Den burgemeester DIV - Bruxelles, le 20 janvier 1834 A monsieur le bourgmestre de Malderen, (Vertaald) Alvorens gevolg te kunnen geven aan de beslissing van uw gemeenteraad van de geplande belegging bij de heer Rollier van een bedrag van 2761,86 fr., moet ik op een positieve manier weten welke hypotheek door hem tot zekerheid wordt aangeboden. Aan uw deliberatie te oordelen lijkt deze hypotheek mij immers dezelfde te zijn dan die welke voor de eerste obligatie werd aangeboden; in dat geval kan ik de aanvraag uiteraard niet steunen. De districtscommissaris.
250
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
DIV - Januari 1834 Rekening tot laste van den Armen – N° 29 Gelevert aen den armen van Malderen 66 ¼ balecatoen à 20 cent d’el 13-25 17 1/8 demid à 34 cent 5-82 31 ¼ baelecatoen à 20 cent 6-25 samen 25-32 Voldaen door J.B. Lemmens aen mij P.J. Vandevelde UC 808 - Malderen 21 janvier 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De statistiek der manufacturen, landbouw- en industriële bedrijven. De burgemeester UC 809 - Malderen 28 janvier 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De alfabetische lijst en inschrijvingsregister der lotelingen 1834. Den burgemeester DIV - Malderen, den 3 february 1834 Rekening tot laste van den armen van Malderen – N° 28 (vanaf 1 augustus 1833). 1 augustus 1833 17 ellen ½ finel à 9 stuyvers 3 augustus 1833 2 vaeten gebakken 23 augustus 1833 12 ellen samois a 9 ½ stuyvers 26 augustus 1833 een paer kausen à 17 stuyvers 4 november 1833 12 ellen finel à 10 ½ stuyvers 18 november 1833 10 ellen ½ finel à 10 ½ stuyvers 18 november 1833 nog 2 ellen ½ samois à 11 stuyvers 22 november 1833 gebakken eenen zak brood 13 december 1833 2 ellen ¼ finel à 10 ½ stuyvers 19 december 1833 een paer kausen à 14 stuyvers 13 januarius 1834 20 ellen finel à 10 stuyvers 29 januarius 1834 een paer kausen à 9 stuyvers 29 januarius 1834 gebakken eenen zak brood te saemen Voldaen. Ph. Jacques Peeters.
7-17-2 0-5-0 5-14-0 0-17-0 6-6-0 5-10-1 1-7-2 0-15-0 1-5-0 0-14-0 10-0-0 0-9-0 0-15-0 41-15-1
DIV – februari 1834 Rekening tot laste van den armen – N° 30 (diverse rekeningen samengevoegd) Den ondergeteekenden bekenne ontfangen te hebben de somme van van de heer J. Lemmens, koster tot Malderen, over levering van houillekolen van den harmen van Malderen. - levering 14-1-1834 7 guldens 16 stuyvers 3 oorden brabants courant - levering 18-1-1834 9 guldens 2 oorden brabants courant - levering 28-1-1834 10 guldens 13,5 stuyvers - levering 1-2-1834 4 guldens 19 stuyvers 3 oorden - levering 8-2-1834 8 guldens 12 stuyvers brabants courant - levering 15-2-1834 15 guldens - levering 22-2-1834 15 guldens 15 stuyvers (voor 3150 alve cillo) - levering 2-3-1834 5 guldens 5 stuyvers brabants courant (voor 1050 alve cillo) - levering 17-3-1834 13 guldens 10 stuyvers (voor 18 zakken kolen) Buggenhout onder Briel february 1834. Jan Van Doorslaer. 251
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
GR N° 143 8 februari 1834 Province du Brabant Meridional District de Bruxelles Commune de Malderen (Vertaald) Verkiezing van een lid van de gemeenteraad. Het jaar 1834, zaterdag 8 februari, om 3 uur in de namiddag, zijn de notabelen van de gemeente Malderen bij klokkengelui samengekomen op het secretariaat. Plaats en uur waren op de oproepingsbrieven van 13 dezer meegedeeld. Het voorzitterschap werd waargenomen door de heer Joseph Slachmuylders, burgemeester, en hij werd bijgestaan door: 1) Antoon Daelemans, assessor 2) Kuyckens Pieter, raadslid 3) Dominique Van der Vorst, raadslid 4) Egide Van den Bossche, raadslid. die de functie van stemopnemer vervullen en 5) Jan Baptist De Bock, die optreedt als secretaris. Het plaatselijk bestuur vervult wat door art. 6 van het besluit van de gouverneur van 12 oktober 1830 werd voorgeschreven en de voorlopige secretaris geeft lezing van: 1) Het besluit van de voorlopige regering van 8 oktober 1830. 2) Het besluit van de regering van 14 oktober 1830 betreffende de kiesverrichtingen in de gemeenten met maximaal 3000 zielen waar geen 25 kiezers wonen die de vereiste belasting betalen. 3) Van de 2 omzendbrieven van dezelfde functionaris, beiden gedateerd op 16 oktober 1830, de eerste betreffende de oplossing van twee problemen die aangaande deze operaties zijn gerezen; de tweede met de bedoeling om fraude of handelingen die de verkiezingen zouden kunnen vervalsen of bederven te voorkomen. Er was geen contestatie. Nadat het bureau, dat aldus was gevormd, zich er van verzekerd had dat de beschikkingen van de hierboven geciteerde besluiten uitgevoerd waren door de zorgen van het lokaal bestuur, nodigde het de vergadering uit om, bij middel van geheime bulletins, over te gaan tot de verkiezing van een assessor, ter vervanging van de heer De Laet Adriaan François, overleden. De bulletins werden in de hiervoor bestemde doos verzameld en daarna door de voorzitter geopend, en na gezien te hebben dat er 29 bulletins waren heeft het ontvouwen van deze brieven als resultaat gegeven dat de heer Egide Van den Bossche tot assessor verkozen werd met een meerderheid van 22 stemmen. Daarna werd overgegaan tot de keuze van een lid van de gemeenteraad, in vervanging van Egide Van den Bossche. Na gezien te hebben dat er 27 bulletins waren heeft het ontvouwen van deze brieven als resultaat gegeven dat de heer Jean Baptist Hulsbosch, landbouwer te Malderen, tot gemeenteraadslid verkozen werd met een meerderheid van 22 stemmen. Hiermee waren de kiesoperaties voltooid en nadat met luide en duidelijke stem lezing gegeven was van het huidige proces verbaal en er over de kiesoperaties geen enkele aanmerking of klacht was ontvangen, werden de aanwezige nieuw benoemden, na het afleggen van de eed, als geïnstalleerd in de functies tot dewelke hij door zijn medeburgers werden verkozen, onder voorbehoud van erge onregelmatigheden die conform artikel 8 van het besluit van de voorlopige regering de nietigheid van de operaties voor gevolg zouden kunnen hebben. Gedaan in zitting te Malderen, dag, maand en jaar als hierboven. Slachmuylders, Daelemans, Van den Bossche, Kuyckens, Van der Vorst, Hulsbosch, J.B. De Bock.
252
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 810 - Malderen 11 february 1834 Aan de districts commissaris te Brussel - Proces verbaal der benoeming van eenen assessor en raadslid dezer gemeente. Den burgemeester UC 811 - Malderen 11 february 1834 Aan de districts commissaris te Brussel - De deliberatie van den gemeenten raad nopens het plaatsen van eenige gemeentefondsen. De burgemeester UC 812 - Malderen 15 february 1834 Aan de districts commissaris te Brussel - De tabel der sterften over 1833, den staat der veranderingen in de bevolking voorgevallen in 1833. Den burgemeester UC 813 - Malderen 18 fevrier 1834 (Vertaald) Aan de controleur der directe belastingen te Vilvoorde - Register, legger en declaraties van de patentschuldigen 1834. De burgemeester DIV - Malderen den 22 february 1834. Rekening tot laste van den armen – N° 30 Ik bekenne ontfangen te hebben van den heer P. Lemmens, Malderen, de somme van 20 francs van geleverde hollekolen vanwegen het bestier van den armen van Malderen. J.B DIV - Namur, le 24 février 1834 7me Régiment d’Infanterie de Ligne, dépôt A monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen. (Vertaald) Mijnheer de burgemeester, Ingesloten een signalement van een milicien die ik wegens langdurige afwezigheid uit het stamboek van de legerafdeling heb geschrapt. Dat gebeurde na toelating van de minister van oorlog op 6 dezer, nr. 12, 2de afdeling. Gelieve, mijnheer de burgemeester, alle mogelijke opzoekingen te verrichten om deze persoon te vinden en hem naar mijn depot in Namen te sturen. De commandant-majoor, Parmentier. Signalement van Meert Dominique, milicien van de gemeente Malderen. - Vroegere rang: soldaat. - Naam van de vader: Jacques - Naam van de moeder: Van Bever Catherine - Geboorteplaats: Malderen. - Geboortedatum: 12 april 1808 - Laatste woonplaats voor zijn inlijving: Malderen. UC 814 - Malderen 25 february 1834 Aan de districts commissaris te Brussel - den staat der vaccine gedurende 1833. Den burgemeester UC 815 - Malderen 4 meert 1834 De burgemeester van Malderen voor te voldoen aan den rondgaanden brief van den heer gouverneur dd 21 february nr. 38, omtrent de paspoorten, verklaart en betuigt bij deze dat er gedurende 1834 binnen deze gemeente geene paspoorten zijn afgeleverd. DIV - Malderen, den 14 meert 1834
253
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den distrikst-kommissaris te Brussel. Mijnheer den commissaris, Geef mij de eer ue te berigten dat de obligatie van frs. 5738,14, verschuldigd door den heer Rollier aan deze gemeente, bezet is op de volgende goederen, te weten: 1) Een bosch, groot 48 roeden 40 ellen, gelegen te Opdorp in de Diepmeeren, wijk B nr. 319 van het plan cadastral. 2) Eene partij lands, groot 54 roeden 30 ellen, gelegen te Opdorp, wijk B nr. 94 van gemeld plan. 3) Eene partij lands, genaamd het Hooyveld, groot 91 roeden 30 ellen, gelegen te Opdorp, wijk B nr. 167 en 168. 4) Eene partij lands, genaamd de Eertbrugge, groot 97 roeden 30 ellen, gelegen te Opdorp, wijk B nr. 728. 5) Eene partij weyland, groot 84 roeden 10 ellen, gelegen te Opdorp, wijk B nrs 293 en 294. 6) Eene partij lands genaamd Putveld, groot 90 roeden, gelegen te Opdorp in de slogie, wijk A nr. 362. 7) Eene partij lands groot 1 bunder 28 roeden 40 ellen, gelegen te Opdorp in den binnenwijk. 8) Eene partij lands genaamd de Belle, groot 64 roeden, gelegen te Opdorp, wijk B nr. 824 van gemeld plan. 9) Eene partij lands groot 80 roeden 20 ellen, gelegen te Opdorp, wijk B nrs 693 ren 694 van meergemeld plan. Den Burgemeester J. Slachmuylders. Opmerking: op een ander papiertje – wellicht een klad – van dezelfde datum, komen 8 en 9 niet voor en treft men aan: 8b) Eene partij lands, groot 60 roeden 40 ellen, gelegen te Buggenhout, sectie B 600 en 601 van gemeld plan. 9b)Eene partij lands genaamd den Schriekweyde, groot 81 roeden 20 ellen, gelegen te Buggenhout, sectie A 1565 en 1266 van gemeld plan. DIV - Maart 1834 (circa) Rekening tot laste van den Armen – N° 32. - Voor Cornelius Valck, een broeck gemaekt, 6 stuyvers. - Van Haken, een broeck en eenen kiel gemaekt, samen 10 stuyvers. - Voor Hools, een sippon gemaekt, 6 stuyvers. - Voor den jongen van Vertongen, een broeck gemaekt, 5 stuyvers. - Voor het meysken Rich Van Tricht (of Van Dries), een jak gemaekt, 7 stuyvers. - Voor den jongen van Joannes Van Israel, een broeck gemaekt, 3 stuyvers en 2 oorden. - Voor de kinderen van Jozevus De Vadder, gemaekt 2 broecken en twee sipponnen, 18 stuyvers. - Voor de dochter van Cornelius Valckaert, een jak gemaekt, 10 stuyvers. - Voor Van Hackens, een broeck en sippon gemaekt, 9 stuyvers. - Voor het kind van Vertongen een kleeken (kleedje) gemaekt, 6 stuyvers. - Voor Vertongen, een sippon gemaekt, 7 stuyvers. - Voor het meysken van Frans De Ridder, een jak gemaekt, 7 stuyvers. - Voor den jongen van Joseph Heymans, een broeck en sippon gemaekt, 9 stuyvers. - Een jak gemaekt voor de vrouwe van Cooreman, 11 stuyvers. - Eenen kiel gemaekt voor Van Hakens, 7 stuyvers. - Voor den jongen van Jacobus Van den Broeck, een broeck en sippon gemaekt, 9 stuyvers. - Voor Peeter Brusselmans dogter een jak gemaekt, 12 stuyvers. - Voor Peeter Brusselmans een kleeken gemaekt, 8 stuyvers en 2 oorden. - Voor Cornelius Valckaert, een jak en eenen rok gemaekt, 10 stuyvers. - En een broeck en een sippon gemaekt, 8 stuyvers.
254
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Voor Peeter Brusselmans een broeck gemaekt en voor sijnen jongen, samen 10 stuyvers. Bedraegt in het geheel 8 gulden en 19 stuyvers. Joannes Van Causbroeck. DIV - Maart 1834 Rekening tot laste van den armen – N° 33 De ondergetekende bekenne ontfangen te hebben de somme van 5 guldens 5 stuyvers over levering van kolen voor den armen van Malderen en door orders van den heer Lemmens van Malderen. Vrouwe van J. Van Doorslaer UC 816 - Malderen 28 maart 1834 Aan de districts commissaris te Brussel - Budget van den bureel van weldadigheid over 1834 in drij dubbel. Den burgemeester DIV - Bruxelles, le 7 avril 1834 (Vertaald) De districtscommissaris stuurt de burgemeester van Malderen de ingesloten brief terug die hij pas op 5 dezer heeft ontvangen. Gelieve zijn brief van 14 januari 1834 te beantwoorden en de waarde van de aangeboden hypotheek op te geven. DIV - April 1834 (?) Geleverd aen den bureau van weldadigheyd 53 paer blokken. bedraegt in het geheel 11 guldens en 13 stuyvers en 2 oorden. Livinus De Bruyn. UC 817 - Malderen 12 april 1834 Aan de districts commissaris te Brussel - Den staat van het lager onderwijs, gevraagd bij brief van den heer gouverneur dd 10 maart laatstleden, MA 57. Den burgemeester UC 818 - Malderen 21 avril 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De staat over de wijzigingen in het personeelsbestand van het gemeentebestuur. De burgemeester. UC 819 - Malderen 24 avril 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De lijst van inwoners die de capaciteiten hebben om als gezworene op te treden. De burgemeester UC 820 - Malderen 24 april 1834 Aan de districts commissaris te Brussel - De deliberatie van den gemeenten raad ten einde de noodige magtiging te bekomen om aan den heer Rollier eene somme van 2761,86 op obligatie aan den interest van 5 % uit te betalen. Den burgemeester UC 821 - Malderen 24 avril 1834 (Vertaald) De burgemeester van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 29 maart, MA 67, over de gebouwen of monumenten die de aandacht van de regering verdienen vanwege hun ouderdom, de herinneringen die ze oproepen of door hun artistiek belang, verklaart dat die in zijn gemeente niet bestaan.
255
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
DIV - Bruxelles, le 1 mai 1834. Milice, levée de 1833. A monsieur le bourgmestre de Malderen. (Vertaald) Conform de omzendbrief van de gouverneur van 29 april laatst, vraag ik u om de hieronder aangeduide miliciens van uw gemeente op te dragen om zich op 16 dezer, om 9 uur in de morgen, aan te bieden in het Hotel du Gouvernement. De districtscommissaris. - Hermans Engelbert – Veldartillerie. UC 822 - Malderen 5 mai 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De alfabetische lijst van de kiesgerechtigden voor de verkiezingen van de kamer van volksvertegenwoordigers. UC 823 - Malderen 6 mai 1834 (Vertaald) De burgemeester van Malderen verklaart dat niemand in zijn gemeente volgens de kieswet van 13 maart 1831 genoeg belastingen betaalt om tot senator te kunnen worden verkozen. UC 824 - Malderen 8 mai 1834 (Vertaald) De burgemeester van Malderen, om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 25 april MA 82, verklaart dat er in zijn gemeente geen houtbewerkers zijn die deel uitmaken van de militielichting van 1833. DIV - Bruxelles, le 10 mai 1834 A monsieur le bourgmestre de Malderen, (Vertaald) Ingesloten een overzicht van de onderhoudskosten die uw gemeente schuldig is aan het tehuis voor gevonden en verlaten kinderen te Brussel. Gelieve de betaling zonder uitstel te verrichten en me binnen de 15 dagen uw motieven te laten kennen indien u dat mocht weigeren. Dit om juridische vervolging te vermijden die het regentschap van Brussel zinnens is om in te spannen ter voldoening van die schuld. De districtscommissaris. DIV - Bruxelles, le 23 mai 1834 A monsieur le bourgmestre de Malderen, (Vertaald) Betreft: belegging van een kapitaal van fr. 1761,86. De gedeputeerde staten verlenen uw gemeente de goedkeuring om op het beschikbare overschot van een gemeentebegroting 1833 een bedrag te lichten van 2761,86 fr. en om dit tegen een intrest van 5 % per jaar te beleggen bij de heer Adrien François Rollier, die zal laten hypothekeren de vier stukken grond die in uw deliberatie worden genoemd, samen groot 3 bunders, 46 dagwanden en 20 roeden, en die een geschatte waarde vertegenwoordigen van 6800 francs. De districtscommissaris. DIV - Vilvorde le 1 juin 1834 Ministère des Finances, enregistrement et domaines, bureau Vilvorde. A monsieur Charles Aerts. (Vertaald) U wordt uitgenodigd om u binnen de 8 dagen te presenteren op het bureel te Vilvoorde tot betaling van een bedrag van 12,17 fr., zijnde de gerechtskosten tot dewelke u veroordeeld bent door de correctionele rechtbank van Mechelen op 3 december 1833. Deze waarschuwing wordt gegeven teneinde vanaf 30 juni vervolgingskosten te vermijden. Voor de ontvanger der registratie.
256
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
DIV - Strombeek-Bever le 13 juin 1834. Justice de Paix du canton de Wolverthem, n° 156 A M. le bourgmestre à Malderen. (Vertaald) Mijnheer de burgemeester, Gelieve mij binnen de 10 dagen te laten weten of er in uw gemeente dubbels bestaan van registers van de burgerlijke stand van de tijd voordat het burgerlijk wetboek werd gepubliceerd en eventueel van voor de publicatie van de wet van 20 september 1792, toen de burgerlijke stand nog door de priesters bijgehouden werd. In positief geval zou ik graag het aantal en het jaartal van deze registers kennen. Deze informatie wordt gevraagd in een omzendbrief van de procureur-generaal. De vrederechter, De Burtin d’Esschenbeek. DIV - Bruxelles, le 15 juin 1834 Parquet du Procureur du Roi, n° 2084. A monsieur le bourgmestre de Malderen. (Vertaald) Mijnheer, Het hof, kamer van inbeschuldiging stelling heeft, bij besluit van 7 juni 1834, de genaamde Louis Lannoe, Jan Baptist Janssens, Pierre en Charles Blommaerts, allen in Londerzeel wonend, naar het assisenhof verwezen onder beschuldiging van diefstal. Artikel 245 van de wet op de criminele onderrichtingen verplicht mij om u daarvan in kennis te stellen. Hoogachtend, De procureur-generaal UC 825 - Malderen 16 juin 1834 (Vertaald) Aan de vrederechter te Strombeek - In antwoord op uw brief 156 van 13 dezer deel ik u mee dat er in deze gemeente geen dubbels zijn van de registers van de burgerlijke stand, ouder dan de publicatie van het burgerlijk wetboek en zelfs geen die ouder zijn dan de publicatie van de wet van 20 september 1792 aangezien die lijsten toen door de geestelijkheid werden bijgehouden. UC 826 - Malderen 16 juin 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De statistieken over de instellingen van liefdadigheid. GR N° 144 17 Juny 1834 Den raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het benoemen van eenen veldwachter binnen deze gemeente in plaatsvervanging van Joannes De Schrijver, alhier den 1 Juny overleden. Gezien de circulaire van den heer gouverneur dezer provincie van den 2 Juny 1823, M.A. 37. Gezien de circulaire der gedeputeerde staten dd 19 Mey 1834 nr. 61, M.A. 31. Overwegende dat Josephus De Bondt, zoon Jan Baptist, alhier geboren den 23 october 1812, als milicien der ligting van 1831 den 21 augusty 1832, in dienst gesteld geweest is bij de 1ste compagnie, 5de bataljon, 8ste regiment infanterie en van den zelven dienst bij congé définitif van den 24 january 1834 is ontslagen uit hoofde van het geheel verlies van den middelvinger der regter hand, een goed en onberispelijk gedrag houd en nooit geene klagten ten zijnen laste hebben bestaan. Heeft hij bij meerderheid van stemmen benoemd zoo ende gelijk hij doet bij dezen, den genoemden Josephus De Bondt tot de fonctie van veldwachter binnen deze gemeente. Vooraleer hij in fonctie zal treden zal de tegenwoordige benoeming overgemaakt worden aan de heeren gedeputeerde staten, ten einde hij door hun in zijne fonctie bevestigd word.
257
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gedaan te Malderen in zitting van date als boven. Joseph Slachmuylders, burgemeester, Antoon Daelemans, assessor, Jan De Boeck, Egidius Van den Bossche, Dominicus Van der Vorst, J.B. Hulsbosch, raadsleden, en J.B. De Bock, secretaris. UC 827 - Malderen 18 juin 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De deliberatie van onze gemeenteraad over de benoeming van een veldwachter in vervanging van Jean De Schrijver, overleden. DIV - Humbeek 1 juli 1834. Mijnheer den borgemeester, Ik neme de vrijheyd ue hier nevens over te maken de budget van het bureel van weldadigheyd der gemeynte Malderen met vriendelijk verzoek van het tweede capitel der uytgaven naer het verlangen der administratie te hebben ingevuld en door de belanghebbende geteekend te zijn, mij dezelve te doen terug geworden. Mij betrouwend op uwe gewoonlijke gedinstigheyd, doet mij verhoopen dat ik dezelve welhaest zal terug zien. Blijve met agting, uwen dienaer J.J. Van Malderen. DIV - Bruxelles, le 2 juillet 1834 De districtscommissaris retourneert ingesloten deliberatie aan de burgemeester van Malderen en laat opmerken dat, conform art. 73 van het bestuursreglement ten plattelande, het plaatselijk bestuur niet het recht heeft om kandidaten voor de plaats van veldwachter voor te stellen en zeker niet om hen te benoemen. Deze vergissing moet bijgevolg worden rechtgezet en er moet me een nieuwe resolutie gezonden worden. De districtscommissaris. DIV - Strombeek-Bever le 6 juillet 1834. Justice de Paix du canton de Wolverthem. A M. le bourgmestre à Malderen. (Vertaald) Mijnheer, Ingesloten een kopie van de omzendbrief nr. 2252 van de procureur des konings. Ik vraag u om de instructies hiervan punctueel op te volgen en me zonder fout, binnen de week, ontvangst van deze brief te bevestigen. De vrederechter, De Burtin d’Esschenbeek. Bruxelles le 4 juillet 1834. Parquet N° 2252 (Vertaald) Mijnheren, De bepalingen van de wet van 13 augustus 1833 (bulletin officiel nr. 994) betreffende de bedelaarswerkplaatsen hebben de dienst van deze inrichtingen in die zin verzekerd dat de wetten en reglementen aangaande de bestrijding van de bedelarij, nauwkeuriger kunnen worden uitgevoerd. Desalniettemin meent het hoger bestuur op te moeten merken dat in bepaalde lokaliteiten laks wordt omgesprongen met de geboden maatregelen en dat het aantal bedelaars gestegen is, vooral langs de wegen, hetgeen de huidige toestand van het land in het algemeen in een verkeerd daglicht kan stellen. Ik vraag u, mijnheren, om in uw kanton al de middelen waarover u beschikt aan te wenden om de vigerende wetten uit te laten voeren. De individuen die op heterdaad met bedelen worden betrapt, kunnen mits hun goedkeuring, direct naar het gesticht worden gebracht. Degenen die weigeren moeten direct naar Brussel worden geleid en ter mijner beschikking worden gesteld zodat ik ze door
258
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
magistraten kan laten ondervragen en hen eventueel voor de correctionele rechtbank kan brengen. Ik beveel u aan om een kopie van deze omzendbrief aan de burgemeesters of politieofficieren van uw kanton over te maken en hen een ontvangstbewijs naar ons te laten zenden. De procureur de konings, getekend Gustave Bosquet Voor eenvormige kopie, de vrederechter, De Burtin d’Esschenbeek DIV - Strombeek-Bever le 10 juillet 1834. Justice de Paix du canton de Wolverthem, nr. 207 A M. le bourgmestre à Malderen. (Vertaald) Mijnheer de burgemeester, Conform de instructies van de procureur des konings in zijn omzendbrief nr. 2291 van 8 dezer vraag ik u om er nauwlettend op toe te zien dat deze magistraat precies geïnformeerd wordt over alle misdrijven of verwerpelijke handelingen die in uw gemeente gepleegd worden en die het gevolg zijn van de gewoonte om soldaten buiten de diensttijd wapens te laten dragen. Hoogachtend. De vrederechter, De Burtin d’Esschenbeek. UC 828 - Malderen 11 juillet 1834 (Vertaald) Aan de vrederechter van het kanton Wolvertem - Wij bevestigen ontvangst van uw brief 191 van 6 dezer waarmee u ons een afschrift bezorgde van de omzendbrief van de procureur des konings, nr. 2252 van 4 juli. DIV – Bruxelles, juillet 1834 (Vertaald) IJZEREN WEG - Wet van 1 mei 1834 - Grondafstand Gemeente Malderen - Sectie E - Percelen E10, E40, E163, E164, E207 en E250 Brussel, juli 1834 - Aan de heren raadsleden van de gemeente Malderen en de eigenaars of gebruikers van de bovenvermelde gronden. Door de regering belast om in der minne over te gaan tot het verwerven van de gronden die nodig zijn voor het aanleg-gen van de ijzeren weg van Mechelen naar Dendermonde, gedecreteerd bij wet van 1 mei 1834, nodig ik u uit om op woensdag 20 augustus eerstkomend naar het lokaal “De Kroon” te Londerzeel te komen, waar ik van 9 tot 16 uur zal aanwezig zijn om met de eigenaars - onder voorbehoud van latere goedkeuring door de minister van binnenlandse zaken - een overeenkomst te treffen over de aankoop van de gronden die in uw gemeente zullen worden doorsneden. Ik vraag u met aandrang om op deze uitnodiging in te gaan of me de reden van uw weigering te laten kennen. De afgevaardigde van de regering, De Roy, Boulevard du Régent 13. DIV - Tournai, le 19 juillet 1834 4me Regiment d’Infanterie – Dépôt - N° 2977. A monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen. (Vertaald) Mijnheer de burgemeester, Ingesloten kopie van een brief van het ministerie van oorlog en een staat van de toestand van de genaamde Hobus Pierre Jean uit uw gemeente, soldaat bij het 4de Regiment, momenteel met onbepaald verlof. Gelieve Hobus opdracht te geven om naar Mechelen te gaan en zich, met de kopie van de ingesloten staat, aan te bieden in het militair hospitaal om er een tegenonderzoek te ondergaan. Daarna moet hij zich met een routeblad melden in het depot te Mechelen. Hoogachtend, De commandant-majoor.
259
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Bijlage: Bijlage 1. Bruxelles, le 18 juillet 1834. Ministère de la Guerre, 2ième Division, N° 7Md. A monsieur le commandant du dépôt du 4 Régiment d’ Infanterie. (Vertaald) Ingesloten een namenlijst van de militairen van uw depot die voorgesteld worden om uit de dienst te worden ontslagen, die een tegenonderzoek moeten ondergaan en zich hiervoor niet in het aangeduide hospitaal hebben aangemeld. Gelieve deze personen opnieuw te bevelen om zich zonder uitstel in het gemelde hospitaal aan te bieden en me de reden op te geven waarom ze dat niet de eerste keer hebben gedaan. De Brigadegeneraal Bijlage 2. Naamlijst van miliciens die worden voorgesteld om uit de dienst ontslagen te worden, die een tegen-onderzoek moeten ondergaan en die zich niet in een der aangeduide hospitalen hebben aangeboden: Hobus Pierre Jean, rangnummer 2, stamboeknr. 3524, graad: milicien, ontslag voorgesteld op 11 maart 1833, tegenonderzoek bevolen op 25 juli 1833, plaats van tegenonderzoek: hospitaal Mechelen. GR N° 145 26 July 1834. Den raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het voordragen van drij kandidaten tot het benoemen van eenen veldwachter binnen deze gemeente, in plaatsvervanging van Joannes De Schrijver, den 1sten Juny jongstleden overleden. Gezien de circulaire van den heer gouverneur dezer provincie van den 2 Juny 1823, M.A. 37. Gezien de circulaire der gedeputeerde staten dd 19 Mey 1834 nr. 61, M.A. 31. Overwegende, dat er bij bekendmaking van burgemeester en assessoren dezer gemeente dd 20 der loopende maand, opgeroepen zijn alle de personen die van den militairen dienst behoorlijk zijn ontslagen en de fonctie van veldwachter binnen deze gemeente zouden willen bekleeden. En uit welke aangebode personen de raadsleden de volgende kandidaten hebben gekozen in der manieren als volgt. Overgegaan zijnde tot de verkiezing van den eersten kandidaat, na dat gebleken was dat het getal der geslotene stembiljetten ten bedrage van zes gelijk is aan het getal stemmende leden, en na opening en oplezing dier biljetten die al in aanmerking genomen zijn, bevonden dat uitgebragt zijn de volgende stemmen, als op: 1) De Bondt Josephus, 3 stemmen. 2) Roelands Jan Baptist, 2 stemmen. 3) Uffelmans Josephus, 1 stem. En mitsdien is De Bondt geproclameerd als eersten kandidaat. Nadien in der voegen als voorzegd overgegaan zijnde tot het verkiezen van den tweeden kandidaat en na opening en oplezing der stembiljetten is er bevonden dat er Roelands Jan Baptist, 3 stemmen Caluwaerts Benedictus, 2 stemmen en Uffelmans Josephus, 1 stem bekomen hebben. En ingevolge van welke Roelands Jan Baptist als tweeden kandidaat is geproclameerd; En eindelijk en in der voegen als voorzegd overgegaan zijnde tot het verkiezen van den derden kandidaat en na opening en oplezing der stembiljetten is er bevonden dat er Caluwaerts Benedictus, 4 stemmen en Uffelmans Josephus, 2 stem bekomen hebben. En ingevolge van welke Caluwaerts Benedictus als derden kandidaat is geproclameerd. Waar van en van alle welke is opgesteld het tegenwoordig proces verbaal het welk zal overgezonden worden aan den heer gouverneur der provincie om uit deze kandidaten eenen veldwachter benoemd te worden.
260
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gedaan te Malderen in zitting van date als boven. Joseph Slachmuylders, burgemeester, Antoon Daelemans, assessor, Joannes De Boeck, Dominicus Van der Vorst, Pieter Kuyckens, J.B. Hulsbosch, raadsleden, en J.B. De Bock, secretaris. UC 829 - Malderen 26 juillet 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De deliberatie van de gemeenteraad met de lijst van kandidaten voor de benoeming van een veldwachter. De burgemeester DIV - Tournai, le 29 juillet 1834 4me Regiment d’Infanterie – Dépôt - N° 3000. A monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen. (Vertaald) Mijnheer de burgemeester, Na mijn brief nr. 2977 van 19 dezer, aangaande Hobus Pierre Jean uit uw gemeente, soldaat bij het 4de Regiment, heb ik van u geen enkel antwoord ontvangen over de maatregelen die u genomen heeft om er voor te zorgen dat deze man gebracht werd naar het militair hospitaal te Mechelen om er, conform het bevel van het ministerie van oorlog, er een tegenonderzoek te ondergaan door de hoofdgeneesheer van het garnizoen van Mechelen. Gelieve me direct te laten weten of deze persoon zich naar deze stad zal begeven. U zou me er zeer mee verplichten. De commandant-majoor. UC 930 (100 nummers overgeslagen) - Malderen 3 août 1834 (Vertaald) Aan de majoor commandant van het depot van het 4de Linieregiment te Tournay In antwoord op uw brief nr. 3000 van 29 juli, deel ik u mee dat Hobus Pierre Jean het bevel gekregen heeft om zich naar het militair hospitaal van Mechelen te begeven, conform de opdracht van het ministerie van oorlog, om er een tegenonderzoek te ondergaan door de hoofdgeneesheer van het gezegde hospitaal. De burgemeester GR N° 146 12 Augusty 1834 (Kort) - Gemeenterekening 1833, overgemaakt door ontvanger Joannes Benedictus Lemmens; - Algemene ontvangsten: fr. 6326,45 - Algemene uitgaven: fr. 2576,97 - Overschot: fr. 3749,48 ICL – Bruxelles le 12 août 1834. (Vertaald) Aan de burgemeester van Malderen. Ik laat u weten dat J. De Bondt, die tot veldwachter van Malderen benoemd werd, een postzegel van 45 centiemen moet opsturen om een kopie van zijn benoeming te ontvangen. De districtscommissaris DIV - Strombeek-Bever, le 14 août 1834. Justice de Paix du canton de Wolverthem, n° 107 A Monsieur le bourgmestre de Malderen, (Vertaald) Mijnheer, Conform de formele instructies die ik van de hogere overheid kom te ontvangen, vraag ik u om, in uw hoedanigheid als officier van de gerechtelijke politie, onderzoek te doen naar en onmiddellijk naar de procureur des konings te brengen, iedere vreemdeling die zich in uw
261
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
gemeente zou kunnen bevinden of er zich zou aanbieden zonder regelmatige papieren of zonder de referentie van een notabele inwoner. Gelieve ontvangst van deze brief te bevestigen en me vervolgens te laten weten welke maatregelen u heeft genomen om aan zijn inhoud te voldoen. De vrederechter, De Burtin D’Esschenbeek UC 931 - Malderen 18 août 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De gemeenterekening 1833. UC 932 - Malderen 23 août 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingevolge de omzendbrief 141 van de gouverneur van 24 juli aangaande de opbrengsten van de collectes gedaan voor 16 dezer, deel ik u mee dat er hier geen zijn geweest. DIV - Bruxelles, le 25 août 1834. A Monsieur le bourgmestre de Malderen. (Vertaald) Betreft: Gemeenterekening 1833. Mijnheer, Gelieve mij te laten weten om welke reden het bedrag van fr. 286,92 (door de heer Rollier verschuldigde intrest van een obligatie) niet in ontvangst in de gemeenterekening van 1833 werd gebracht. Ik zou ook graag weten waaruit de rectificatie bestaat van de rekening van 1830, in uitgave gebracht voor een bedrag van fr. 157,52. Met de meeste hoogachting, De commissaris van het district. UC 933 - Malderen 28 août 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingevolge uw brief van 25 dezer deel ik u mee dat het per vergetelheid was dat het bedrag van fr. 286,92, de intrest die de heer Rollier verschuldigd is, niet als ontvangst in de rekening van 1833 ingeschreven was. Wat de correctie van de rekening 1830 betreft, waar we voor fr. 157,52 in uitgaven hebben gebracht, dit komt voort uit een rekenfout van de provincieraad die de uitgaven van de rekening van 1830 verminderd heeft door de taxatie van de gemeenteontvanger op fr. 81,10 ipv op 6,67 te brengen, of een verschil van 157,52, welk bedrag naar de begroting van 1833 werd overgebracht. De burgemeester GR N° 147 - 3 September 1834 (Kort) Rekening bureel van weldadigheid 1833, voorgelegd door de heer Van Malderen, ontvanger. - Algemene inkomsten: 1661,66 - Algemene uitgaven: 1837,22 - Batig slot: 175,56 francs GR N° 148 - 1 October 1834 (Vertaald) Begroting 1835 Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren - Batig slot der begroting van het jaar 1834: 1145,80 - Batig slot der rekening van 1833: 4040,40 - Totaal: 5186,20
262
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Af te trekken het batig slot der begroting 1833: - 3454,46 Blijft: 1731,74 Intrest van een obligatie ten laste van mr. Rollier (vervaldag 31-12-1834): 90,27 Kapitaal 2761,55 à 5 % (akte notaris De Bock, 21-6-1834) Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. - Additionele centiemen op de grondlasten: 537,00 - Additionele centiemen op de personenbelasting: 100,00 - Pacht van land en landgoederen der gemeente: 653,77 (publieke toewijzing op 21 dec. 1831) - Pensioenen en achterstallige grondlasten: 40,09 - Isabelle Pauwels, wed. Henry Snackaert (14,51) - De kinderen van Jean François Van Keer (15,87) - Joseph Seghers (1,81) - De kinderen van Pierre De Schrijver (7,26) - De kinderen van Jean Piessens (0,64) Dezen grondlasten werden nooit betaald wegens insolvabiliteit, maar nu kunnen ze wel voldaan worden. - Intresten van kapitalen in de Mont de Piété te Brussel: 5,12 - Waag- en maatrechten, volgens toewijzing: 1250,00 - Interest van een obligatie ten laste van mr. Rollier te Opdorp: 425,00 - Kapitaal 8500 (incl. 2761,55 hierboven vermeld) à 5 % (akte notaris De Bock, 21-6-1834) Derde Hoofdstuk - Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel dagblad: 15,00 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 25,00 - Drukkosten en zegels der registers van de burgerlijken stand: 68,65 - Jaarwedde van den burgemeester: 150,00 - Idem der 2 assessoren: 120,00 - Idem van den secretaris: 330,00 - Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 60,00 - Voor het opwinden en onderhoud der horloge: 40,00 - Taxatie van de gemeenteontvanger: 52,70 (fr. 3010,98 ontvangsten à 1,75%) - Jaarwedde van de veldwachter: 260,00 - Kosten voor kleding van de veldwachter en supplement voor brigadiers: 64,00 - Jaarwedde van de klokkenluider: 25,00 - Onderhoudskosten der buurtwegen: 150,00 - Aandeel in de jaarwedde van den commissaris der wegen: 20,80 - Aandeel in de kosten van huisvesting van de rijkswacht: 32,56 - Jaarlijkse vergoeding voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het begeleiden van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 4 fr.per mijl afstand (5 mijl van Brussel): 20,00 - Kosten voor het zegelen van het dubbel der gemeenterekening over 1835: 2,40 - Aandeel van de gemeente in de kantonale begroting voor de Burgerwacht: 100,00 Eredienst - Onderstand aan de succursale kerkfabriek (als vorig jaar): 700,00 Openbaar Onderwijs - Jaarwedde van de twee onderwijzers (zoals vorig jaar): 100,00 Onvoorziene en herhaalde onkosten - Brand en licht van het wachthuis : 40,00 - Onderhoud François Heymans in 't hospitaal der zinnelozen te Geel in 1835: 170,00 - Voor hert vieren van de septemberdagen 1830 (als vorig jaar): 30,00
263
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Onderhouds- en verblijfkosten Franç. Heymans in St.-Janshospitaal Brussel: 17,60 (2de semester 1833, reeds betaald) - Onderhoud François Vanden Berghe in zothuis van Geel in 1834: 170,00 - Idem voor 1835: 170,00 Totaal der inkomsten: 4832,99 Totaal der uitgaven: 2933,80 Verschil in meer: 1899,19 DIV - Bruxelles, le 14 octobre 1834. A monsieur le bourgmestre de Malderen (Vertaald) Betreft: Onderhoudskosten voor gevonden en verlaten kinderen. Ik stuur u ingesloten een overzicht van het bedrag dat uw gemeente aan de stad Brussel schuldig is voor het onderhoud van gevonden en verlaten kinderen voor het jaar 1833 en vorige. Gelieve het betreffende bedrag in uw gemeentebegroting van 1835 te brengen. Mocht dit al besloten zijn dan kunt u de deputatie de middelen voorstellen om deze kosten te betalen, ofwel door die te lichten op het beschikbare overschot van de desbetreffende begroting, ofwel door de verdelingsrol van de personele belasting voor 1835 met het vereiste bedrag te verhogen. De districtscommissaris. Bijlage: - Naam en voornaam van de kinderen: De Jonghe Jean. - Geboortedatum: 31 mei 1807. - Geboorteplaats: Malderen. - Naam en voornaam van de ouders: De Jonghe Marie. - Plaats van de bijstandwoonst: Malderen. - Datum van opname in het tehuis: 17 maart 1819. - Datum van vertrek uit het tehuis: 1 juli 1832. - Achterstallig bedrag: fr. 812,15. UC 934 - Malderen 17 octobre 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - de statistiek over handenarbeid, landbouw en nijverheid. DIV - Tournai, le 17 octobre 1834 4me Regiment d’Infanterie – Dépôt - N° 3193. A monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen. (Vertaald) Mijnheer, Gelieve de genaamde Vermeere Albert uit uw gemeente, soldaat bij de 1ste compagnie van het depot van het 4de Infanterieregiment, te verwittigen dat hij zo snel mogelijk naar het depot van zijn corps moet gaan om er zijn toestand te laten onderzoeken. Ingeval de toestand van deze man het hem niet mogelijk zou maken moet u ons een door u afgestempeld certificaat sturen waarin wordt vastgesteld dat de genoemde Vermeere in de onmogelijkheid verkeert om naar dat onderzoek te komen. De commandant-majoor. DIV - Bruxelles, le 21 octobre 1834 A monsieur le bourgmestre de Malderen. (Vertaald) Militie. Het ministerie van oorlog komt me een lijst over te maken met de namen van de mannen van diverse legerafdelingen die zich in staat van desertie bevinden, waarvan het lot onbekend is of waarover men inlichtingen wenst te bekomen.
264
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Ingesloten stuur ik u een uittreksel van deze lijst met namen van personen van uw gemeente. Gelieve mij inlichtingen over hen te bezorgen en degenen die zonder toelating thuis zijn te arresteren en door de gendarmerie naar hun corps terug te laten brengen. Gelieve per kerende berichtendienst te antwoorden. De districtscommissaris. Namen Lichting Desertie Legerafdeling Hermans Marinus 1826 5 februari 1832 1ste Regiment Meert Dominique 1827 14 februari 1834 7de Regiment DIV - Tournai, le 24 octobre 1834 4me Regiment d’Infanterie – Dépôt - N° 3209. A monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen. (Vertaald) Mijnheer de burgemeester, Gelieve mij zo snel mogelijk een uittreksel uit de geboorteakte te sturen van Vermeire Albert uit uw gemeente, soldaat bij het depot onder mijn bevel, momenteel thuis verblijvend. Dit is noodzakelijk om het te voegen bij het voorstel dat ik aan de minister zal sturen om Vermeire een staatspensioen te bezorgen. De commandant-majoor. UC 935 - Malderen 4 novembre 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw missive van 21 oktober, de overlijdensextracten van 2 miliciens die ik u met mijn brief 738 van 30 januari 1832 bezorgde. UC 936 - Malderen 5 novembre 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De gevraagde statistiek UC 937 - Malderen 5 novembre 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De bevolking van deze gemeente bedroeg 1661 op 1 januari 1834. UC 938 - Malderen 5 novembre 1834 (Vertaald) De burgemeester van Malderen, op vraag van de gouverneur van 20 oktober, MA 218, bevestigt dat de gemeente over geen brandpompen beschikt. UC 939 - Malderen 7 novembre 1834 (Vertaald) Aan de majoor commandant van het depot van het 4de Linieregiment in Tournai In antwoord op uw brief 3209 van 24 oktober stuur ik u het geboorte-extract van Vermeire Albert, milicien van deze gemeente. UC 940 - Malderen 11 novembre 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De gemeentebegroting 1835. DIV - Tournai, le 17 novembre 1834 4me Regiment d’Infanterie – Dépôt - N° 3257. A monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen. (Vertaald) Mijnheer de burgemeester, Ik bevestig ontvangst van uw brief nr. 939 van 7 november evenals het geboorte-uittreksel van de genaamde Vermeire Albert. Het wordt onvermijdelijk dat deze naar zijn depot gaat zodat de hoofdgeneesheer van het garnizoen daar een beslissing over zijn lot kan nemen en voor hem bij het minsterire van oorlog een pensioen kan aanvragen.
265
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
In geval zijn lichamelijke gebreken hem zouden beletten om naar Tournay te komen, gelieve dan de goedheid te hebben om hem naar het dichtstbijzijnde militaire hospitaal te laten voeren om er door de garnizoensdokter onderzocht te worden en me daarna het certificaat van onderzoek toe te sturen. Ik zal me er daarna persoonlijk mee gelasten en alle stappen ondernemen om hem een pensioen van de staat te laten bekomen. De commandant-majoor. (Opmerking: Vermeiren Albert, blind en ongeletterd, ontving op 30 september 1871, nog een staatspensioen van 96,25 fr. voor het 3de trimester van 1871) GR N° 149 - 22 November 1834 (Kort) Benoeming van de leden van de bij art. 58 van de wet van 28 juni 1822 ingestelde commissie ter benoeming van schatters en bijschatters voor de personele belasting: Antoon Daelemans en Egidius Van den Bossche, beide assessoren. UC 941 - Malderen 25 novembre 1834 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Tijdens de zitting van de gemeenteraad van 22 dezer werden de heren Daelemans Antoine en Van den Bossche Egide aangeduid om deel uit de maken van de commissie belast met het onderzoek van de declaraties betreffende de personele belasting voor 1835. UC 942 - Malderen 29 november 1834 (Vertaald) Aan de controleur der directe belastingen te Vilvoorde - De dwangbeveldrager van het kanton en onze veldwachter werden benoemd om in 1835 de telling der patenthouders te doen, conform art. 35 en 36 van de wet van 21 mei 1819. UC 943 - Malderen 29 november 1838 Aan de districts commissaris te Brussel - Daar de uitdeeling van den kleinen tenu voor de veldwachters aanstaande is en Joseph De Bondt, onzen veldwachter, nog zonder kleederen is, ter oorzaak dat de gene van den overleden veldwachter verschoten en hem veel te klein waren, zoo geef ik mij de eer Ue te verzoeken van de noodige bevelen te willen geven op dat genoemden De Bondt nieuwe kleederen of ten minsten zijne kleinen tenu zoude kunnen bekomen. UC 944 - Malderen 30 novembre 1834 (Vertaald) De burgemeester van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 22 april MA 79 aangaande het toezicht op de vreemdelingen, verklaart dat er in zijn gemeente geen enkele vreemdeling woont. PV-ZN Datum van het vonnis: 2-12-1834 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: De Bondt Petrus Beroep: Wever Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 40,96 DIV - Strombeek-Bever, le 6 decembre 1834 Justice de paix du canton de Wolverthem, N° 300 A monsieur le bourgmestre à Malderen.
266
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Mijnheer de burgemeester, Ik stuur u hierbij een kopie van een omzendbrief van de procureur des konings en vraag u om u stiptelijk te richten naar de inhout ervan. Gelieve mij ontvangst hiervan zo snel mogelijk te bevestigen en me de naam te laten weten van de assessor die verantwoordelijk is voor de politiezaken. Gelieve me ook te laten weten welke maatregelen genomen werden of zullen worden om aan de inhoud van deze omzendbrief te voldoen. In afwachting van een onmiddellijk, duidelijk en gedetailleerd antwoord terzake, blijf ik, hoogachtend, De vrederechter De Burtin d’Esschenbeek. Bruxelles, le 23 novembre 1834. Parquet du Tribunal de Bruxelles n° 4375. Monsieur le juge, (vertaald) Het is rond deze tijd van het jaar dat doorgaans de meeste diefstallen, dikwijls vergezeld van verzwarende omstandigheden, gebeuren en des te meer ongerustheid onder de bevolking zaaien daar de meeste van deze misdadigers aan gerechtelijk onderzoek ontsnappen. Schijnen de maatregelen die door de poltieofficieren in uw kanton genomen worden u voldoende toe? Niets moedigt de misdaad sterker aan dan de gewettigde hoop op straffeloosheid. Ongetwijfeld voelen de burgemeesters de noodzaak aan om maatregelen te treffen, niet alleen om misdrijven en delicten te voorkomen, maar ook om de misdadigers te ontdekken, en richten ze hun aandacht vooral op degene die het meest van aard zijn om het heiligste doel van iedere populaire magistraat te bereiken, namelijk het verzekeren van de veiligheid van van eigendommen en personen in dit seizoen. Patrouilles van de burgerwacht, de nachtpatrouilles zoals men ze in zekere gemeenten noemt, de speciale bewaking van zekere oogsten en van verdachte personen, en vooral veroordelingen, de strikte toepassing van de politiereglementering aangaande het sluiten der herbergen, aangaande de logementshuizen en vooral aangaande de vreemdelingen, regelmatiger kontakt met de gendarmerie, dat zijn allemaal middelen die een intelligente burgemeester of een officier van politie met succes kan gebruiken. Wat betreft de redactie van de processen verbaal, die door de officier van de gerechtelijke politie moeten worden opgesteld telkens wanneer zich een feit voordoet dat strijdig is met de wet, wel daarover heb ik aan de burgemeesters verschillende opmerkingen te maken. Ik herinner eraan dat het, onmiddellijk na het voltrekken van een misdrijf en zelfs poging tot misdrijf, van het allegrootste belang is om direct het corpus delicti vast te stellen en een proces verbaal op te maken met de verklaringen van de getuigen wier geheugen later maar al te dikwijls te kort zal schieten. Men mag vooral nooit verwaarlozen om onmiddellijk een huiszoeking te verrichten in die gevallen waar dat door de wet wordt toegestaan. Een andere aanbeveling die ik aan de burgemeesters en de officier van politie geef is dat ze u evenals de gendarmerie zonder verwijl van ieder zwaar misdrijf moeten op de hoogte brengen. Dat zal u in staat stellen om vanaf het begin waardevolle inlichtingen te verzamelen die samen met het onderzoek door de plaatselijke overheid het politiewerk sterk zal helpen. Ik vraag u om van mijnentwege aan de heren burgemeesters van uw kanton een kopie van deze brief te sturen. Deze heren zullen u graag zonder uitstel deelachtig willen maken van wat ze tot nu toe hebben gedaan en wat ze nog zullen ordonneren in het belang van de veiligheid van de inwoners van hun gemeente. Daarna zult u me uw oordeel laten kennen over het waarschijnlijke succes van de u meegedeelde genomen en te nemen maatregelen. Ik twijfel er niet aan dat de burgemeesters of officieren van po-
267
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
litie het als hun plicht zullen beschouwen om op uw vragen, in mijn naam gesteld, een antwoord te geven. Ik kan niet genoeg aanbevelen aan alle officieren van de gerechtelijke politie, aan alle vrederechters en burgemeesters om de belangrijkheid van hun functie goed tot zich door te laten dringen en alle reglementen van het wetboek toe te passen. Mochten er, mijnheer de vrederechter, tegen alle verwachtingen in, in uw kanton toch ambtenaren van de gerechtelijke politie zijn die niet beantwoorden aan datgene wat ik rechtmatig van hen verlang, gelieve mij dat dan te signaleren zodat ik hun ijver kan aansporen. Hoogachtend, De procureur des konings Gustave Bosquet. UC 945 - Malderen 9 december 1834 (Vertaald) Aan de majoor commandant van het depot van het 4de Linieregiment te Tournai Conform uw brief 3257 van 17 november hebben we Vermeire Albert naar het dichtst bijgelegen militaire hospitaal gestuurd om er door de geneesheer van het garnizoen onderzocht te worden en hierbij stuur ik u het certificaat van dit bezoek. UC 946 – Malderen 12 decembre 1834 (Vertaald) Aan de vrederechter van het kanton Wolvertem - Ingevolge uw omzendbrief nr. 300 van 6 dezer deel ik u mee dat de assessor die in onze gemeente gelast is met politiezaken de heer Antoon Daelemans is en dat die strikte controle op alle vreemdelingen houdt evenals op alle min of meer verdachte huizen, en dat we nachtpatrouilles gaan organiseren. UC 947 - Malderen 20 decembre 1834 Zelfde als onder UC 944 UC 948 - Malderen 23 decembre 1843 (Vertaald) Aan de vrederechter van het kanton Wolvertem - Ik bevestig de ontvangst van uw omzendbrief nr. 322 van 16 dezer. UC 949 - Malderen 23 decembre 1843 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 14 november MA 250, deel ik u mee dat het aantal kinderen, van beiderlei kunne, ouder dan 7 jaar en dat niet naar de gemeenteschool gaat 65 jongens en 53 meisjes bedraagt. UC 950 - Malderen 23 decembre 1834 (Vertaald) De burgemeester van Malderen verklaart en bevestigt dat noch het bureel van weldadigheid noch de kerkfabriek inschrijvingen bezitten in het grootboek der openbare schuld te Amsterdam. DIV - Strombeek-Bever, le 27 decembre 1834. Justice de Paix du canton de Wolverthem, n° 350 A Monsieur le bourgmestre de Malderen, (Vertaald) Vertrouwelijk Mijnheer de burgemeester, Ingevolge ingewonnen inlichtingen en informatie betreffende de aanslag, gepleegd in Liedekerke de 8ste dezer maand op de weduwe Pisscher De Pamel, zou deze misdaad begaan zijn door twee bedelaars, vreemd aan de gemeente Liedekerke.
268
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De ene heeft zwarte haren en de haren van de andere zijn grijs. De tweede is robuuster dan de eerste. Er valt op te merken dat deze individuen, die steeds tezamen optrekken, sedert lange tijd iedere woensdag in Liedekerke worden gezien, waar ze verdachte huizen bezoeken, maar dat ze sedert de dag van het misdrijf niet meer in deze gemeente zijn verschenen. Volgens instructies van de procureur des konings nodig ik u vertrouwelijk uit om van nabij te surveilleren, aan te houden en voor de procureur des konings te leiden alle bedelaars of alle verdachte individuen die zich in uw gemeente zouden presenteren en vooral de bedelaars waarvan het signalement overeen zou komen met dat van de hierboven beschreven personen. Met de aanbeveling om met voorzichtigheid en omzichtigheid te handelen, om de daders van het misdrijf niet te alarmeren, vraag ik u, mocht het geval zich voordoen, om me over hun arrestatie te informeren. Hoogachtend, De vrederechter, De Burtin D’Esschenbeek
269
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1835 **** UC 951 - Malderen 2 janvier 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 13 december 1834 MA 279, laat ik u weten dat het aantal arme kinderen dat de weldaden van het lager onderwijs kan genieten, als volgt is samengesteld: 1) 24 jongens en 18 meisjes moeten gratis toegelaten worden in onze lagere gemeenteschool. 2) Er zitten er geen die er geplaatst zijn door het bureel van weldadigheid. 3) 21 jongens en 24 meisjes tussen 7 en 14 jaar gaan niet naar school DIV - St.-Bernard, le 2 janvier 1835 Monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen. (Vertaald) Register 2, nummer 1971. Mijnheer, Ingesloten stuur ik u een staat van een man die in uw gemeente geboren is en in onze instelling is opgesloten. Vanwege zijn ouderdom moet hij deelnemen aan de lottrekking voor de nationale militie, lichting 1835. Gelieve in de kolom “opmerkingen” de inlichtingen te schrijven die u nodig acht en in de kolom “of hij al geloot heeft” het lotnummer aanduiden. Graag zo snel mogelijk retour. De commandant-majoor. SC N° 9 Malderen 4 january 1835 Den burgemeester ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Malderen. Gezien het artikel 4 der wet van den 8sten juny 1823, staatsblad nr. 21, houdende nadere bepalingen omtrent de ambtenaren en de registers van den burgerlijken stand. Overwegende dat op gisteren derden dezer, zijne dochter Coleta Slachmuylders, overleden is. Ingevolge de macht bij het artikel 4, hierboven beroepen, verleend. Benoemt specialijk bij deze de heer Antonius Daelemans, eersten assessor dezer gemeente, als gedelegeerden tot het ontvangen declaratie van overlijden van zijne dochter Coleta Slachmuylders; en daar van op de daar toe bestemde register den akt op te stellen. Afschrift van de tegenwoordige benoeming zal aan dito heer Daelemans overgemaakt worden, tot zijne onderrigtinge. Gedaan te Malderen den 4 january 1835. J. Slachmuylders. UC 952 - Malderen 20 janvier 1835 Idem als UC 944 UC 953 - Malderen 29 janvier 1835 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - Register en alfabetische lijst van de lotelingen 1835. UV 954 - Malderen 29 january 1835 Mijnheer - Daar den genoemden De Decker Petrus, milicien van 1822 en gediend hebbende bij de 15de afdeeling Infanterie, 3de bataljon 2de compagnie, en in 1832 als remplacant van een jongeling der gemeente Oppuurs in dienst getreden zijnde, en gelijkelijk zijne congé heeft moeten inleveren en daar de copie der zelve tot vrijstelling van zijne broeder Joseph, loteling
270
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
dezes jares zou moeten dienen, zoo geef ik mij de eer Ue te verzoeken van door Ue tusschenkomst een extract uit het stamboek of ander bewijsstuk, geldende tot vrijstelling van dito Joseph te willen bezorgen. UC 955- Malderen 29 janvier 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 20 dezer laat ik u weten dat Charles Aerts, die in de bedelaarswerkplaats van Merksplas-Rijkevorsel binnengekomen is, van onze gemeente is. UC 956 - Malderen 5 fevrier 1835 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - De inventaris en certificaten van de lotelingen 1835 die vrijstelling van militaire dienst willen bekomen. UC 957 - Malderen 3 fevrier 1835 (Vertaald) De burgemeester van Malderen, om te voldoen aan de omzendbrief nr. 8 van de gouverneur van 12 januari, verklaart dat onze kerkfabriek in 1834 geen enkele toelating heeft gevraagd om beroep te doen op de mogelijkheid tot pleiten die door de gedeputeerde staten aan de kerkfabrieken werd gegeven door art. 77 van het keizerlijk decreet van 30 december 1809. UC 958 - Malderen 10 fevrier 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingevolge uw brief van 6 dezer aangaande Jean Baptiste De Schrijver, milicien van de lichting 1833, laat ik u weten dat deze van de minister van oorlog een uitstel van militaire dienst tot 5 maart ontvangen heeft. UC 959 - Malderen 21 fevrier 1835 Bestrijding van misdaden en misdrijven - De burgemeester van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 22 januari, MA 13, verklaart dat in deze gemeente strikt toezicht wordt gehouden: 1) op de aankomende vreemdelingen, 2) op alle min of meer verdachten personen en huizen, 3) op de sluiting der herbergen op het in het politiereglement voorziene uur. UC 960 - Malderen 23 fevrier 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 16 dezer laten wij u weten dat De Decker Pierre van Malderen, Charles Louis Hermans, loteling 17 van de lichting 1832 uit Puurs en niet uit Oppuurs, vervangen heeft. UC 961 - Malderen 23 fevrier 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Inlichtingen over de bevolking 1834. UC 962 – Malderen 10 mars 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 6 dezer laten wij u weten dat loteling Schampaert Pierre Louis, van de minister van oorlog een uitstel bekomen had tot 10 februari 1835 om een vervanger te vinden, maar aangezien hij die niet tijdig vond, heeft hij zelf op 10 februari zijn depot vervoegd. UC 963 - Malderen 10 mars 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingesloten de staat van traktementen en supplementaire traktementen toegekend aan de pastoors, onderpastoors en kapelanen van onze gemeente, zoals gevraagd door de omzendbrief van de goeverneur van 2 dezer (MA 48).
271
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 964 - Malderen 10 mars 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingesloten de staat der doofstommen. UC 965 - Malderen 10 mars 1835 (Vertaald) Aan de districtscommissaris te Brussel - De statistiek van het lager onderwijs 1834. UC 966 - Malderen 10 mars 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 5 dezer laat ik u weten dat in onze begroting een bedrag van fr. 150 ingeschreven staat voor het onderhoud der buurtwegen en we hiervoor bijgevolg geen belastingsrol op moeten maken. UC 967 - Malderen 10 mars 1835 De burgemeester van Malderen, om te voldoen aan de omzendbrief 31 van de gouverneur van 9 februari, verklaart dat er in zijn gemeente geen personele aanslag bestaat. UC 968 - Malderen 13 mars 1835 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - Ik bevestig ontvangst van uw omzendbrief 968 van 6 dezer aangaande de wetgeving op de natuurlijke kinderen. UC 969 - Malderen 13 mars 1835 (Vertaald) Aan de vrederechter van het kanton Wolvertem - Ik bevestig ontvangst van uw brief 79 van 7 dezer en van de ingesloten kopij van de omzendbrief 894 van de procureur des konings van 27 februari betreffende verlaten kinderen. UC 970 - Malderen 2 avril 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - We sturen u de namenlijst terug van de bedelaars opgesloten in de kolonie van Merksplas-Rijkevorsel. We hebben hierover geen enkele opmerking te maken. UC 971 - Malderen 8 april 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingesloten de statistiek van onze blinden, gevraagd door de omzendbrief van de gouverneur van 27 maart (MA 83). UC 972 - Malderen 8 avril 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingesloten de statistiek van onze krankzinnigen, gevraagd door de omzendbrief van de gouverneur van 27 maart (MA 84). UC 973 - Malderen 16 avril 1835 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - Het attest van de majoor-commandant van het correctiehuis (tuchthuis) St. Bernard, zeggende dat Pierre De Bondt, milicien uit Malderen van de lichting 1835, daar opgesloten zit voor 1 jaar. UC 974 - Malderen 2 mai 1835 (Vertaald) De burgemeester van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 24 april (MA 119) aangaande de tabaksteelt, verklaart dat er in zijn gemeente geen tabaksplantage bestaat. UC 975 - Malderen 11 mei 1835 De burgemeester van Malderen, om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 10 april (MA105) aangaande opmerkelijke schilderijen, standbeelden en bas-reliefs dien zich in de kerken en openbare etablissementen bevinden, verklaart dat onze kerkfabriek die niet bezit.
272
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 976 - Malderen 18 mai 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In het overzicht van de verblijfskosten van François Heymans in het krankzinnigengesticht van Geel gedurende het 2de semester van 1834 valt het me op dat iedere dag wordt aangerekend à 70 centimes in plaats van 47 zoals we altijd hebben betaald en dat het bedrag is doorgeschrapt. Ik zend deze staat dus terug om hem na te laten zien. UC 977 - Malderen 18 mai 1835 (Vertaald) Aan de raad van bestuur van het 7de regiment infanterie te Namen - Ingesloten het overlijdensextract van Meeus Dominique, milicien van de klasse 1827, gevraagd in uw brief 5741 van 30 april. UC 978 - Malderen 1 juin 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingesloten de wijzigingen op de lijst van personen die bekwaam zijn om als gezworene op te treden. UC 979 - Malderen 1 juni 1835 Aan den heer Vijgen , commissaris van politie te Gheel - In antwoord aan Ue geëerden van den 18 mei nopens de onderhoudskosten van Franciscus Van den Bergh, krankzinnigen dezer gemeente, besteed bij mevrouw Lievens uwer gemeente, geef ik mij de eer ue te berigten dat wij aan de gemelde Lievens duidelijk geene betaling zullen noch kunnen doen, aangezien dezen krankzinnigen aan den bewaking en zorg der administratie van het hospice der zinneloozen uwer gemeente is overgelaten, en zij ons van deszelfs onderhoudskosten eenen behoorlijken gecertificeerden staat zouden moeten doen toekomen, den welken tot staving der uitgaven aan de rekening dezer gemeente moeten dienen gelijk het aan Ue genoegzaam bekend is. Het zou mij zeer aangenaam zijn, mijnheer, de staten over den 1sten en 2den semester 1834 te ontvangen om daar van het beloop reeds in den budget dezer gemeente toegestaan te kunnen doen uitbetalen. Ontvang, mijnheer, de verzekering mijner hoogachting. UC 980 - Malderen 5 juin 1835 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - Ingesloten het gewicht dat door de bedienden in beslag werd genomen bij winkelier Van de Voorde Guilliam te Malderen op 24 november 1834. PV N° 27 6-6-1835 - Tegen Franciscus Meert, wever te Malderen. Het jaer duizend acht honderd vijf en dertig den zesden der maend juny ten negen uren voormiddag, voor mij Josephus Slachmuylders, borgemeester der gemeente Malderen, omtrek Brussel, provincie Braband, zijn gekomen Amelia Hermans, oud drij en twintig jaren, en Joanna Catharina Hermans, oud omtrent twintig jaren, arbeydsters, beyden wonende te Malderen in de Mattestraat, dogters van Petrus en van Cecilia Meert, dewelke verklaerd hebben, dat op gisteren vijfden Juny ten acht en half uren voor middag, op de straat staande regt over de woning van Dominicus Van der Vorst, gestaen in de Mattestraet binnen deze gemeente, den genoemden Franciscus Meert, wever, wonende binnen deze gemeente in de Mattestraat, hun passerende gevraegd heeft of zij nog kwaed waren, waarop genoemde Joanna Catharina Hermans antwoorde waarom zij niet meer kwaed zouden zijn, en het schoon manieren waren van jongens die hun niets misdeden met den avond af tewagten, en hun te slagen, waarop hij, Meert, vraegde of zij dit gezien had en zij geantwoord heeft van neen, maer zij hem had zien wederkomen en de deur opendoen, op welke antwoord genoemden Meert, zonder andere gezeggen of woordwisselingen te hebben gehad, eenen slag met eenen riek op de schouders van gezegde Amelia Hermans, daerna met denzelven riek twee slagen aen Joanna Catharina Her-
273
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
mans in den rug, eenen op haren linken arm, twee slagen aen Joanna Catharina Hermans, dan wederom aen Amelia Hermans eenen slag heeft toegebragt, en hij eyndelijk Joanna Catharina Hermans heeft bedreygd het hert af te steken en naer haer stekende zij achterwaerts is gesprongen en hij in haren regten arm heeft gestoken. wijders verklarende dat het zelve geschied is in de tegenwoordigheid van 1) Carolus Wauters, herbergier, in den boschkant te Sempst, 2) Joannes Van Keer, oud 26 jaren, wever, zoon van Petrus Van Keer, 3) Isabella Reyntens, oud drij en dertig jaren, vrouwe van Petrus Van der Vreken, spinster, 4) Carolina Vyvermans, oud dertig jaren, spinster, en van 5) Cornelia Segers, oud vijf en dertig jaren, spinster, wonende te Malderen, vrouwe van Francis Van der Plas, alle wonende binnen deze gemeente in de Mattestraat. Waer van en van alle welke wij hebben opgesteld het tegenwoordig proces verbael, voor overgemaekt te worden aen wie het behoort. Te Malderen date als boven. J. Slachmuylders. UC 981 - Malderen 6 juny 1835 Aan den heer districts commissaris te Brussel - Voor te voldoen aan Ue brief van den 2 dezer nr. 443, waarbij Ue mij tot advies hebt toegezonden een verzoekschrift der onderwijzers van het kanton Wolverthem, welke zich binnen deze gemeente onder het voorzitterschap van Joseph De Schrijver vereenigen en strekkende tot het bekomen eener subsidie van den staat, geeft ik mij de eer Ue te berigten: 1) Dat het van onze kennis niet is dat de petitionnarissen het voor dezen gezelschap bijgewoond hebben of niet. 2) Dat het grootste gedeelte der teekenaars nog kinderen zijn. 3) Dat alle de boeken welke aan het voorderen gezelschap toebehoorden, in bewaring bij Joseph De Schrijver, onderwijzer dezer gemeente, berusten, waarvan hij president was, en 4) dat mij dunkt dat het zou vruchteloos zijn dat het gouvernement een onderstand aan een gezelschap zou doen wiens president zelfs in staat niet is het onderwijs in het Frans te geven hetwelke nagenoeg het verlang van het grootste gedeelte onzer inwoners zouden wezen. UC 982 - Malderen 7 juin 1835 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel en de commandat van de gendarmerie te Vilvoorde - Proces verbaal tegen François Meeus (?) dezer gemeente wegens zware mishandeling van Amelie en Jeanne Cathérine Hermans uit Malderen. GR N° 150 - 11 Juny 1835 (Kort) - Gemeenterekening 1834 overgemaakt door ontvanger Joannes Benedictus Lemmens; - Algemene ontvangsten: fr. 8008,10 - Algemene uitgaven: fr. 6542,08 - Overschot: fr. 1456,02 PV-ZN Datum van het vonnis: 20-6-1835 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Brussel Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Brusselmans Petronilla Beroep: Arbeidster Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 5,05
274
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 983 - Malderen 27 juillet 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De statistiek van het aantal armen dat door het bureel van weldadigheid wordt ondersteund over de jaren 1833 en 1834, gevraagd met omzendbrief van de gouverneur van 1 juni (MA 147). UC 984 - Malderen 11 juillet 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 25 dezer laten wij u weten dat onze gemeenteontvanger, ondanks herhaald aandringen van onzentwege, het abonnement op het Bulletin Officiel voor 1835 nog niet heeft betaald en wij u daarom geen duplicaat van het betaalbewijs kunnen sturen. UC 985 - Malderen 11 juillet 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De gemeenterekening 1834. UC 986 - Malderen 18 juillet 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 11 dezer laat ik u weten dat de staat CC van de miliciens van de lichting 1835 gepubliceerd werd op 17 mei laatstleden. UC 987 - Malderen 25 juillet 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingesloten een akte bij opgestoken hand aangaande een hypotheek ten voordele van de kerkfabriek, ter goedkeuring door de gedeputeerde staten. UC 988 - Malderen 2 août 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Dendermonde - Ingesloten een certificaat van ziekte dat mij vandaag werd overhandigd door Van den Houten Jean, milicien bij het 1 ste infanterieregiment, die momenteel thuis is met een oogziekte. Gelieve ons mee te delen of wij deze milicien, die arm is, naar het militair hospitaal van Brussel mogen laten transporteren. UC 989 - Malderen 14 août 1835 (Vertaald) Aan de brigadier van de gendarmerie te Vilvoorde - Gelieve mij vandaag zo snel mogelijk 2 gendarmes te sturen, ik heb ze nodig. UC 990 - Malderen 14 augusty 1834 Aan den heer procureur des konings te Brussel - Geef mij de eer Ue te berigten dat er binnen deze gemeente met onze aanstaande kermis eenige personen zijn welke willen de rust stooren met eene tente op den gemeentengrond te zetten, en ik dezelve in den naam van den wet heb doen weg nemen en naar dat dezelve is weg genomen geweest, zij zeggen dat zij dezelve nog zullen plaatsen, en hun alzoo willen meester maken met geweld van den gemeentengrond en alzoo tegen het bestuur verzetten. Dienvolgens, mijnheer, verzoeke ue mij met brenger dezes te berigten wat mij in dit geval te doen staat, om de politie te kunnen bewaken. UC 991 - Malderen 14 août 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Proces verbaal van de verificatie van de kas van de gemeenteontvanger. De burgemeester PV N° 28 17-8-1835 - Aanhouding van Peeter Jan De Mul. Heden zeventienden der maend Augusty achttien honderd vijf en dertig ten acht uren des avonds, ik Josephus Slachmuylders, burgemeester, der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Braband, heb op den veertienden dezer Josephus De Bondt, veldwachter dezer gemeente, gelast te arresteren zekeren persoon somtijds residerende binnen deze ge275
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
meente, den welken op den dertienden dezer in den voormiddag aen Antoon Daelemans assessor en politie ambtenaer dezer gemeente Malderen, gerefuseerd heeft zijne papieren te toonen. En genoemden veldwagter den zelven persoon op den zestienden dezer maend ten zeven uren des avonds heeft aangehouden en in het gemeenten huys gebragt, en mij burgemeester aenstonds heeft geroepen en ik burgemeester mij aenstonds ten gemelden huyze heb begeven; en aen dezen persoon gevraagd hebbende zijn paspoort of andere bewysstukken, hij mij die geweygerd heeft te toonen en mij burgemeester geantwoord heeft dat, alwaer ik eenen duyvel was groot als den toren van Sint Rombout ik zijne papieren niet zou gezien hebben, waerop ik burgemeester gezegd heb “in dien gij eenige personen dezer gemeente konde bijbrengen waer ik vertrouwen in had, ik hem als dan zou gelost hebben"; en hij wederom heftig is beginnen toe te spreken en mij met de borst heeft gepakt en gezegd “burgemeester gij moet zwygen", en ik burgemeester hem alsdan met den veldwagter doen geleyden naer het wagthuys en gezegd dat hij aldaer moest verblijven, tot dat hij schriftelijk kon doen bewijzen wie hij was; en ik burgemeester des anderdags in den voormiddag heb geschreven naer den burgemeester der gemeente St.-Amands, waer aen hij zeyde toe te horen, nopens zijn gedrag, die mij zelfs eygenmondig is komen spreken in den voormiddag, en ons vergezeld naer het wagthuys, en naer dezen persoon gezien te hebben, gezegd dat het eenen zijner gemeente was, en hij mij schriftelijk heeft doen zien dat zijnen naem Pieter Joannes De Mul, was, geboortig van St.Amands, provincie Antwerpen, en gezegd dat hij eenen koopman in gist was, en hij nopens zijn gedrag weynig konde zeggen, aengezien dezen persoon sedert enige jaeren, in andere gemeenten veel zijne residentie had, waarop ik burgemeester, hem aanstonds heb lieberlijk laeten passeren. Waer van en van alle welke ik burgemeester hebbe opgesteld het tegenwoordig poces verbael, voor overgemaekt te worden aen wie het behoort. Malderen de date als bven. J. De Bondt J. Slachmuylders GR N° 151 - 20 Augusty 1835. De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan op de voordracht van den heer burgemeester tot het delibereren omtrent de voordragt van drij kandidaten tot het benoemen van eenen gemeentenontvanger dezer gemeente. Overwegende dat burgemeester en assessoren op den 14den loopenden maand Augusty de kas van d' heer Joannes Benedictus Lemmens, actuelen gemeenten ontvanger, hebben geverifieerd en eenen deficit van frs. 1313,94 hebben bevonden. Overwegende dat dito heer Lemmens aan burgemeester en assessoren geenen dagboek nog andere registers heeft kunnen toonen en hij hun verklaard heeft dat hij geene bezit en zijne stuks ongeregeld zijn. Overwegende dat er in de begrooting van den loopende jaare 1835, door de gedeputeerde staten eene somme van 1000 frs is toegestaan om in de spaarkas gestort te worden en waar aan tot heden den genoemden gemeenten ontvanger nog niet voldaan heeft, en ook hij nog aan andere betalingen zoo als drukkosten als onderhoud van eenen zinneloozen te Gheel, verachterd is. Delibereert. Dat er oogenblikkelijk zal worden overgegaan tot het benoemen van drij kandidaten om daar uit eenen gemeenten ontvanger door de gedeputeerde staten in plaatsvervang van genoemden heer Lemmerns, te worden benoemd. En ten gevolge van welke is er tot de inkwestie benoeming der kandidaten overgegaan in der maniere als volgt. Gezien art. 2 van het besluit van het tijdelijk gouvernement van Belgenland dd 28 October 1830 voorschrijvende de benoeming der gemeente ontvanger. Gezien den rondgaanden brief van den heer gouverneur de date 3 november 1830 M.A. 135.
276
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Na gedane voorlezing der artikels 45, 46, 47, 48 en 49 van het Reglement op het plattelandsch bestuer, is het bureau van stemopneming samengesteld uit de heeren Josephus Slachmuylders, burgemeester als president, en Antoon Daelemans, assessor. Vervolgens overgegaan zijnde tot de verkiezing van den eersten kandidaat, is na dat gebleken was dat het getal der gesloten stembiljetten ten bedrage van zeven gelijk is aan het getal der stemmende leden na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat uitgebragt zijn de volgende stemmen als op de heer Joannes Baptist Van Ingelgem, die 6 stemmen bekomen heeft, en de heer Joannes De Boeck, 1 stem. En is alzoo den heer Joannes Baptist Van Ingelgem als eersten kandidaet geproclameert. Daar na overgegaen zijnde tot de verkiezing van den tweeden kandidaet is er nadat wederom gebleken was dat het getal der gesloten stembiljetten ten bedrage van zeven gelijk is aen het getal der stemmende leden na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat uitgebragt zijn de volgende stemmen als op de heer Antoon Daelemans, welke 5 stemmen bekomen heeft, en Joannes De Boeck, 2 stemmen. En is alzoo den heer Antoon Daelemans als tweeden kandidaet geproclameert, Daer na overgegaan zijnde tot de verkiezing van den derden kandidaet is er nadat insgelijks gebleken was dat het getal der gesloten stembiljetten ten bedrage van zeven gelijk is aen het getal der stemmende leden na opening en oplezing dier biljetten bevonden dat uitgebragt zijn de volgende stemmen als op de heer Maximilianus Van Tricht, die 4 stemmen bekomen heeft, en de heeren Pieter Kuyckens en Gilles Van den Bossche, ieder 1 stem. En is mits dien den heer Maximilianus Van Tricht als derden kandidaet geproclameert. Dientengevolge zal de, aen den heer gouverneur aen te bieden voordragtslijst van kandidaten uyt de volgende heeren: 1) Joannes Benedictus Lemmens, raedslid en koster, ° Lippeloo, wonende te Malderen. 2) Antoon Daelemans, ° Liezele, assessor en landbouwer te Malderen. 3) Maxililianus Van Tricht, landbouwer te Malderen Waar van en van alle welke wij hebben opgesteld ten dage voornoemd het tegenwoordig proces verbaal het welk met de voordragtlijst van kandidaten zal overgemaakt worden aan den heer distrikts kommissaris met verzoek om een en ander onder de oog van den heer gouverneur dezer provincie te brengen. Op bevel, den secretaris: J.B. De Bock Slachmuylders, Daelemans, Van den Bossche, Van der Vorst, De Boeck, Kuyckens, Hulsbosch. DIV - Malderen den 29 augusty 1835 Order. Den burgemeester der gemeente Malderen, beveelt aen de kinderen Francis Van Keer, zijnen inwoner, van op heden ten 9 uren des morgens, met zijne karre en peerd eenen zieken milicien dezer gemeente naer Vilvorde te vervoeren. J. Slachmuylders. (Vu à Vilvorde le 29 août 1835. Pour le brigadier, Lambert.) UC 992 - Malderen 31 août 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De staat met inlichtingen over de gemeentegoederen. UC 993 - Malderen 29 augusty 1835 Aan de districts commissaris te Brussel - De deliberatie van den gemeentenraad houdende voordracht van kandidaten ten benoeming van eenen gemeenten ontvanger in vervanging van de heer J.B. Lemmens.
277
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 994 - Malderen 1 september 1835 Idem als UC 944 UC 995 - Malderen 4 september 1835 Aan de districts commissaris te Brussel - Voor te voldoen aan de circulaire van den heer gouverneur dd 11 july MA 189, geef ik mij de eer Ue te berigten dat den heer Van Malderen, ontvanger van den bureele van weldadigheid dezer gemeente, den 16 april 1816 in de bank van leening te Brussel eene borgtocht van 1297,80 francs tot verzekering zijns bestuurs voor het geheel kanton gestort heeft. De burgemeester UC 996 - Malderen 7 septembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 1052 van 4 dezer over de inlichtingen over de kandidaten, voorgesteld tijdens onze gemeenteraadszitting van 29 augustus, stuur ik deze bij deze. De burgemeester UC 997 - Malderen 15 septembre 1835 idem als UC 944 UC 998 - Malderen 15 septembre 1835 (Vertaald) De burgemeester van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 1 dezer (MA 231) aangaande de gemeentelijke tolgelden, verklaart dat er in deze gemeente helemaal geen tolplaatsen zijn. UC 998 bis - Malderen 19 septembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 1 dezer MA 232, stuur ik u in dubbel het in onze gemeente van kracht zijnde politiereglement. De burgemeester GR N° 154 - 22 September 1835 (Vertaald) Begroting 1836 Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren - Batig slot der begroting van het jaar 1835: 950,30 - Batig slot der rekening van 1834: 2514,69 - Totaal: 3464,69 - Af te trekken het batig slot der begroting 1834: - 4040,40 - Blijft: 575,41 - Opbrengst verkoop 56a50ca grond aan de staat voor aanleg spoorlijn: 852,71 - Vergoeding voor bomen, afgekapt voor de spoorlijn: 86,00 - Af te trekken, deficit van vroeger jaren: - 575,41 Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. - Additionele centiemen op de grondlasten: 537,00 - Additionele centiemen op de personenbelasting: 100,00 - Pacht van land en landgoederen der gemeente: 626,26 (publieke toewijzing op 21 dec. 1831) Was goedgekeurd voor 653,77 maar verminderd met fr. 27,51 vanwege verkoop van grond voor spoorlijn. - Pensioenen en achterstallige grondlasten: 40,09 - Isabelle Pauwels, wed. Henry Snackaert (14,51)
278
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- De kinderen van Jean François Van Keer (15,87) - Joseph Seghers (1,81) - De kinderen van Pierre De Schrijver (7,26) - De kinderen van Jean Piessens (0,64) Deze grondlasten werden nooit betaald wegens insolvabiliteit, maar nu kunnen ze wel voldaan worden. - Intresten van kapitalen in de Mont de Piété te Brussel: 5,12 - Intresten van kapitalen bij de spaarkas (voortkomende van verkoop van grond en verlies van bomen voor de spoorlijn): 40,00 - Waag- en maatrechten, volgens toewijzing (toewijzing 1836 nog niet gebeurd): 1250,00 - Interest van een obligatie ten laste van mr. Rollier te Opdorp: 425,00 Kapitaal 8500 à 5% (akte notaris De Bock, 21-6-1834) Derde Hoofdstuk - Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel dagblad: 15,00 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 25,00 - Drukkosten en zegels der registers van de burgerlijken stand: 68,65 - Jaarwedde van den burgemeester: 150,00 - Idem der 2 assessoren: 120,00 - Idem van den secretaris: 330,00 - Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 60,00 - Bijdrage der gemeentegoederen aan het gemeentehuis: 3,60 - Voor het opwinden en onderhoud der horloge: 40,00 - Taxatie van de gemeenteontvanger: 120,93 (fr. 3023,47 ontvangsten excl. dir. belast. à 4 %) - Jaarwedde van de veldwachter: 260,00 - Kosten voor kleding van de veldwachter en supplement voor brigadiers: 64,00 - Jaarwedde van de klokkenluider: 25,00 - Onderhoudskosten der buurtwegen: 190,00 De wegen zijn nagenoeg onbegaanbaar vanwege de grote aanvoer van materialen voor de spoorweg, vandaar de verhoging met 40 fr. - Brand en licht van het wachthuis voor de nachtpatrouilles: 40,00 - Aandeel in de jaarwedde van den commissaris der wegen: 20,80 - Aandeel in de kosten van huisvesting van de rijkswacht: 39,28 - Jaarlijkse vergoeding voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het begeleiden van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 4 fr.per mijl afstand (5 mijl van Brussel): 20,00 - Kosten voor het zegelen van het dubbel der gemeenterekening over 1835: 2,40 - Aandeel van de gemeente in de kantonale begroting voor de Burgerwacht: 100,00 Bijdragen aan liefdadige instellingen - Onderhoudskosten voor personen in de bedelaarsgestichten van Merksplas, Rijkevorsel voor het jaar 1836: 220,00 - Kosten voor plaatsing van krankzinnigen in Geel: 500,00 Eredienst - Onderstand aan de succursale kerkfabriek (als vorig jaar): 700,00 Openbaar Onderwijs - Jaarwedde van de onderwijzer (zoals vorig jaar): 100,00 Onvoorziene en herhaalde onkosten - Voor het vieren van de septemberdagen 1830 (als vorig jaar): 30,00 - Onderhoud van personen in het bedelaarsgesticht, 2de semester 1835: 110,00 Totaal der inkomsten: 3386,77 Totaal der uitgaven: 3254,66
279
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Verschil in meer: 132,11 GR N° 152 - 24 September 1835 (Kort) Rekening bureel van weldadigheid 1834, voorgelegd door de heer Van Malderen, ontvanger. - Algemene inkomsten: 1129,88 - Algemene uitgaven: 1981,30 - Batig slot: 851,42 francs UC 1000 - Malderen 24 septembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De lijst met ontvangstbewijzen voor de aan onze kiezers overhandigde oproepingsbrieven. De burgemeester UC 1001 - Malderen 26 septembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 18 september laat ik u weten dat Jean De Jonghe, vondeling, niet van onze gemeente is. De burgemeester UC 1002 - Malderen 1 octobre 1835 Idem als UC 944 UC 1003 - Malderen 6 octobre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw 1208 brief van 26 september, gisteren ontvangen, stuur ik u de wijzigingen in het personeelsbestand van het gemeentebestuur. De burgemeester UC 1004 - Malderen 9 octobre 1835. (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 1167 van 17 dezer stuur ik u de lijst van bedelaars die toegelaten werden in de repressie-kolonie en die hun bijstandswoonst in Malderen hebben, evenals het geboorte-uittreksel van de betreffende Joanne Maria Brusselmans, geboren in Wieze op 3 maart 1885, dochter van Petronelle Brusselmans, toegelaten in het werkhuis op 3 april 1835. Indien de vader, die zijn bijstandswoonst in Wieze heeft, echter het kind erkend heeft, dan is Wieze en niet Malderen haar domicilie van onderstand. UC 1005 - Malderen 9 octobre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Het lastenboek voor de verpachting van onze openbare waag voor de jaren 1826, 1837 en 1838, ter goedkeuring. GR N° 153 13 October 1835, 16u00 Rekening tusschen J.B. Lemmens en J.B. Van Ingelgem, gemeente-ontvanger. Heden zijn voor ons Josephus Slachmuylders, burgemeester, Antoon Daelemans, Egidius Van den Bossche, assessoren, Petrus Kuyckens, Joannes De Bock, Dominicus Vander Vorst, Joannes Baptist Hulsbosch, raadsleden, en Joannes Baptist De Bock, secretaris der gemeente Malderen, en in deze hoedanigheid handelende, gekomen de heeren Joannes Benedictus Lemmens, afgaanden gemeenten ontvanger, en Joannes Baptist Van Ingelgem, nieuw benoemden gemeenten ontvanger dezer gemeente. Welken eersten comparant aan den tweeden comparant in hunne gemelde respective hoedanigheden en in onze tegenwoordigheid bij deze de volgende rekening heeft gedaan en overgegeven, te weten:
280
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Batig slot der rekening van 1834 (vastgesteld door G.S. op 13-8-1835): 2514,69 - Wegens 9 maanden pagtgeld der waag van 1835: 937,50 - Wegens verkogte boeken in 1834 en in die rekening niet verantwoord: 44,00 Totaal ontvangst: 3496,19 Op dezen generalen ontvangst heeft den afgaanden ontvanger nog betaald en door hem te korten: 1) Uitgaaf voor levering van vivres en fourrages van het fransch leger, zijnde uit de rekening van 1834 verworpen, vermits daarvan geene behoorlijke staten waren opgemaakt: 1087,83 2) Het beloop van 5 mandaten, alhier gezien en te samen bedragende: 507,20 3) Betaald aan den veldwachter ter rekening zijner jaarwedde 1835: 162,14 4) Idem aan Joseph De Schrijver, onderwijzer, over 9 maanden 1835: 75,00 5) Taxatie van den gemeentenontvanger op de somme van frs. 720,43 na aftrok der verachterde gewone ontvangsten van 1834, beloopende fr. 207,07: 28,82 6) Voor levering van vuer en ligt en andere noodwendigheden aan het wachthuis van den jaar 1828 tot 1832: 23,56 7) Wegens 4 jaren interest van geplaatste gelden in den Berg van Bermhertigheid te Brussel, verantwoord in rekening van 1834 en voorgaande, en niet betaald: 20,48 8) Achterstellen 1834 en vorige, in ontvangst verantwoord en niet ontvangen: 217,07 - François Van Thienen over landpagt verschenen 31 december 1834 (13,27) - Francis Vijvermans over landpagt verschenen 31 december 1834 (22,21) - Henri Van Riet over landpagt verschenen 31 december 1834 (22,85) - Jan Van der Vorst over landpagt verschenen 31 december 1834 (12,23) - Gerardus Van den Eede over landpagt verschenen 31 december 1834 (76,19) - Albert Hermans over landpagt verschenen 31 december 1833 en 1834 (40,21) - Kinderen Francis Van Keer over landpagt verschenen 31 december 1834 (15,87) - Kinderen Petrus De Schrijver over landpagt verschenen 31 december 1834 (7,26) - Kinderen Jan Piessens over landpagt verschenen 31 december 1834 (0,64) - Weduwe Francis Van de Velde over schoolfonds 1831 (6,34) Totaal Uitgaven: 2122,10 Dus beloopt het batig slot: 3496,19 - 2122,10 = 1374,09 Welk batig slot den heer Joannes Benedictus Lemmens dadelijk aan den heer Joannes Baptist Van Ingelgem, ten aanzien van ons, raadsleden, heeft voldaan, en waar van kwitantie, mits alle welke verklaren de opgenoemde en ondergeteekende raadsleden, de tegenwoordige rekening, zonder eenige prejuditie van partijen, goed te keuren en den genoemden Lemmens bij deze te ontlasten en kwiteren. Waar van proces verbaal, gedaan en opgemaakt onder alle verband als naar recht en wet, en zonder eenige prejuditie van partijen, door den heer Lemmens, Van Ingelgem en ons raadsleden, geteekend na van alles gedane voorlezing. UC 1006 - Malderen 13 octobre 1835 (Vertaald) De burgemeester van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief nr. 1230 van de arrondissementscommissaris van 7 dezer aangaande de uitvoering van de wet van 22 september BA 643, verklaart dat in zijn gemeente enkele vreemdeling van buiten België verblijft. UC 1007 - Malderen 14 octobre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 955 van 8 dezer deel ik u mee dat de borgtocht van onze nieuwe gemeenteontvanger in grond zal worden gegeven, dus is het certificaat van de bewaarder der hypotheken vereist. Binnenkort zullen deliberatie en stukken ter goedkeuring naar u opgestuurd worden. UC 1008 - Malderen 17 octobre 1835
281
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Aan de kolonel-wapencommandant van de stad Brussel - Ik retourneer u de vragenlijst voor het ter beschikking stellen van een vervoermiddel voor het transport van een zieke milicien uit onze gemeente, die we van u op 7 dezer hebben gekregen. UC 1009 - Malderen 21 octobre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ik bevestig ontvangst van uw brief 1309 van 16 dezer in verband met het militair pensioen van Vermeiren Albert. UC 1010 - Malderen 27 octobre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Een deliberatie van ons bureel van weldadigheid om de toelating te bekomen om een bedrag van 400 francs, in de spaarkas gestort in 1833, te mogen gebruiken. UC 1011 - Malderen 2 novembre 1835 Idem als UC 944 UC 999 - Malderen 2 november 1835 Aan de districts commissaris te Brussel - kopij van den akt waarbij den gemeenten raad heeft verleend ... en geheele opheffing en toestemmende in de definitieve radiatie der inschrijving ten behoeve der gemeente Malderen tegen Joannes Lemmens, gewezen gemeenten ontvanger dezer gemeente, en verdere consoorten genomen, Ue tevens berigtende dat genoemden Lemmens aan het batig slot zijner definitive rekening voldaan heeft. UC 1012 - Malderen 7 novembre 1835 (Vertaald) Aan de vrederechter van het kanton Wolvertem - In antwoord op uw brief 302 van 31 oktober laat ik u weten dat het aantal inwoners van Malderen momenteel 1668 bedraagt. UC 1013 - Malderen 7 novembre 1835 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - In antwoord op uw missive 1327 van 31 oktober stuur ik u de namen van de twee kandidaten van de gemeenteraad die conform art. 185 van de wet van 8 januari 1817 aangeduid moeten worden om de militiecertificaten 1836 te tekenen. UC 1014 - Malderen 13 novembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 23 oktober MA 274 over de personele belasting 1836, laat ik u weten dat Pierre Kuyckens en Antoine Daelemans, raadsleden, aangeduid werden om deel uit te maken van de commissie ingesteld door art. 58 van de wet van 28 juni 1822. UC 1015 - Malderen 13 novembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 31 oktober MA 288 aangaande de geboorte van Martha Dulmen laat ik u weten dat deze naam niet in onze registers staat. UC 1016 - Malderen 17 novembre 1835 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De gemeentebegroting 1836. UC 1017 - Malderen 19 novembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 4 november, MA 289, stuur ik u de lijst van personen die in 1834 de provincie verlaten hebben of er zijn komen wonen.
282
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
GR N° 155 - 23 November 1835 Den raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het delibereren omtrent het door den nieuwe benoemde gemeenten ontvanger te stellen borgtocht. Gezien het besluit van den heer gouverneur date 10 september laatst nr. 1052 waar bij Joannes Baptist Van Ingelgem tot gemeenten ontvanger van Malderen, in vervanging sieur Joannes Benedictus Lemmens, benoemd is. Gezien het besluit van den 28 september 1816, geplaatst in het M.A. 103, deel 2 van het jaar 1818, bepalende het beloop der door de gemeenteontvangers te stellen borgtochten. Gezien het besluit der gedeputeerde staten van den 24 february 1831 MA 40, deel 23. Overwegende: 1) Dat de jaarlijksche gewone inkomsten beloopen tot 3000 francs. 2) Dat alwaar de borgtochten in onroerend goed gegeven worden de zelve tot meerder zekerheid van het bestuur van den ontvanger, merkelijk kan vergroot worden, zonder dat den ontvanger daar door den minsten interest kan lijden. 3) Dat den nieuwbenoemden gemeentenontvanger nooit geene voogdij bestierd heeft. 4) Dat er aan gemelden ontvanger, zijnen broeder en zuster (den Eerwaarden heer Joannes Franciscus Van Ingelgem, onderpastoor te Lippeloo, en Joanna Catharina Van Ingelgem, bijzondere te Mariekerke) in het gemeen toebehoort 1) eenen bosch groot 1 bunder 50 roeden 70 ellen, gelegen te Londerzeel in de Meiren, wijk A nr. 470 van het plan cadastral, palende a) Philippus Hiel, b) Jan Francis De Keersmaecker, 3) het voorder en 's heeren goed van Londerzeel en 4) dame Lapiese, blijkens de nevensgaande akten welk goed vrij, zuiver en onbelast van alle hypothecaire inschrijvingen, blijkens het attest hiernevens aangevoegd. In aanmerking nemende dat volgens de koopsomme in gemelde koopkontrakten uitgedrukt, gemelden bosch in het geheel waard is fr. 3492, het vruchteloos is eene nieuwe schatting te doen verrigten; Delibereert. De borgtocht van den nieuw benoemden gemeentenontvanger zal in onroerend goed gegeven worden en mitsdien word dezelve bepaald op 1500 francs. Dat gemelden bosch door den nieuw benoemden ontvanger, zijne broeder en zuster voor deze borgtocht zal moeten gegeven worden. Gedaan te Malderen. Slachmuylders, Daelemans, Van den Bossche, Kuyckens, De Boeck, Van der Vorst, Hulsbosch, J.B. De Bock. UC 1018 - Malderen 3 decembre 1835 Idem als UC 944 UC 1019 - Malderen 3 decembre 1835 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris te Brussel - De deliberatie van onze gemeenteraad over het vaststellen van de borgtocht van onze gemeenteontvanger, ter goedkeuring. UC 1020 - Malderen 3 decembre 1835 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - In antwoord op uw brief 5601 van 28 november over François Heymans, die door de politie van Aartselaar aangehouden werd, laat ik u weten dat deze wel degelijk van onze gemeente is en daarom vraag ik u om hem naar onze gemeente te brengen zodat wij hem kunnen plaatsen waar zijn toestand dat vereist. UC 1021 - Malderen 5 decembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Proces verbaal van de toewijzing van het openbare weeg- en meetrecht voor de jaren 1836, 1837 en 1838, ter goedkeuring.
283
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1022 - Malderen 10 decembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Ingesloten de waarborgen van onze gemeenteontvanger en van de ontvanger van het bureau van weldadigheid. UC 1023 - Malderen 11 decembre 1835 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Ter goedkeuring het proces verbaal van de toewijzing der meet- en weegrechten voor de jaren 1836, 1837 en 1838. GR N° 156 14 December 1835 De raadsleden der gemeente Malderen ... zijn overgegaan tot het delibereren omtrent het verlengen van den provincialen steenweg van Meysse, Wolverthem tot op de Schelde te Sint Amands en Themsche, langs Steenuffel, Malderen, Sint-Amands en Bornhem. Gezien den brief van den heer koninklijken distrikts kommissaris te Brussel de date 30 November laatst, waarbij berigt word dat er verscheide propositien aan het onderzoek der gedeputeerde staten tot het openen van steenwegen binnen dit kanton zijn voorgedragen, en door hun de noodzakelijkheid van het openen van nieuwe communicatien, binnen dit kanton die aldaar slecht verdeeld zijn, herkend is, maar dat de provincie in de geheele bekosting dier wegen voor den oogenblik niet kan voorzien. Overwegende. 1) Dat het geheel kanton van Wolverthem, hetwelk maar op eenen afstand van twee uren der Schelde gelegen is, en alwaar grooten koophandel bedreven word, gedurende de wintermaanden, uit oorzake van hare slechte wegen, geenen toegang heeft, schoon nogtans dat er twee derde van dit kanton hunne granen verkoopen om tot aan de Schelde gelevert te worden, en ook verpligt zijn, terwijl het de naast gelegene plaats is, den aankoop te doen van hun landvoedsel, bouwmaterialen en andere voorwerpen. 2) Dat deze en andere gemeentens van het kanton met geheel het kanton van Puurs, provincie Antwerpen, en een gedeelte van het kanton Dendermonde gedurende het wintersaisoen geene directe communicatie met de stad Brussel heeft, nog aldaar niet kunnen komen dan met eenen omweg van twee à drij uren te moeten doen, waardoor den landbouw en koophandel grootelijk benadeeld word. 3) Dat den inkwesten steenweg aanzienelijke en onschatbare voordeelen, zoo aan den landbouw als koophandel zal opleveren vermits hij eene communicatie met den steenweg van Vilvoorde op Aalst en den gene van Dendermonde op Mechelen, te Sint-Amands, zal hebben, en ook dat hij boven de aangehaalde kantons, nog aan een gedeelte der provincie OostVlaanderen, langs Temsche, eenen toegang tot den IJzeren weg, te Malderen zal opleveren, alwaar men verlangt en het te hopen is dat de remorqueurs zullen arreteren en eenen op en afgang zal zijn, aangezien dat er in den interest van den staat en het publiek op de sectie van Mechelen naar Dendermonde, twee standplaatsen tot op en afgang vereischt worden, waar van eene te Capellen op den Bosch, zijnde een uur en half van Mechelen en eene te Malderen, dat insgelijks een uur en half van Capellen op den Bosch en de stad Dendermonde gelegen is. 4) Dat den aankoop der gronden tot het openen van den voorhanden zijnde steenweg weinige kosten zal veroorzaken, vermits te beginnen van aan het dorp te Steenuffel tot Bornhem het regte en breede straten zijn. 5) En eindelijk dat onder den aangehaalden en meer andere rapporten den bedoelden steenweg eenen der noodzakelijksten is der provincie. Delibereren. Dat de gemeente Malderen in de kosten van constructie van den voren aangehaalden provincialen steenweg zal contribueren, ten welken einde, bij dezen, voor den tijd van 10 jaren, zeven additionele centimen op de grondcontributiën der gemeente toegestaan word. Gedaan en gedelibereert te Malderen in zitting van den 14 December 1825.
284
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Slachmuylders, Daelemans, Van den Bossche, Kuyckens, De Boeck, Van der Vorst, Hulsbosch, J.B. De Bock. UC 1024 - Malderen 15 decembre 1835 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 1577 van 11 dezer laat ik u weten dat wij over de nodige kasten beschikken om de kadastrale documenten in op te bergen en moeten dus geen meubelen laten maken zoals die voorgeschreven zijn in de omzendbrief 177 van de gouverneur van 3 juli. UC 1025 - Malderen 17 decembre 1835 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De deliberatie van onze gemeenteraad over de verlenging van de baan van Meise naar de Schelde over Steenhuffel, Malderen, Sint-Amands, Bornem en Temse. UC 1026 - Malderen 19 decembre 1835 (Vertaald) Aan de commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 1522 van 14 dezer over de borgtochten van de ontvangers van onze gemeente en bureel van weldadigheid, laat ik weten dat ik u daar met mijn brief 1022 van 10 december over geschreven heb. UC 1027 - Malderen 31 decembre 1835 (Vertaald) Aan de burgemeester en assessoren van de stad Antwerpen - In antwoord op uw brief, 1ste bureau, van 19 dezer en op deze van 12 oktober, laat ik u weten dat François Heymans, als zwakzinnige opgepakt in Antwerpen en voorlopig geplaatst in uw hospice, een inwoner van onze gemeente is en hier zijn bijstandsdomicilie heeft. UC 1028 - Malderen 31 decembre 1835 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 1665 van 22 dezer, bevestig ik ontvangst (op 2 december) van fr. 18, gestuurd door het correctiehuis van St. Bernard ten voordele van Pierre De Bondt, die er vastgezeten heeft en vrijgelaten werd. DIV - Malderen, 31 december 1835 Bureel van Weldadigheid - Ontfangsten in francs van den armen. - Den 20 februarie 1835 een mandaet in francs: 500,0 - Op den 15 meert van Engelbert Teugels: 4,64 - Den 2 april een mandaet van francs: 300,0 - Den 3 augusty een mandaet van francs: 77,85 - Uyt de arme schael den 15 october: 40,61 - Uyt de Spaerkas: 400,00 - Van Engelbert Teugels van den hof: 4,64 Toatal ontfangen: 1331,38 Voor memorie: - De Wachter P. moet nog verdienen met kleders te maeken: 5 guldens. - Wekelijks wordt in de winkels gehaelt: - voor Joanna Van Cateren (?) voor 50 centen bij C. Van den Eede. - bij Jacobus Boelpaep voor de weduwe Van de Voorde om 30 centen. - bij C. Sollie voor Annemieken om 25 centen. Gelevert in 1835 naer de betaeling van 219 guldens is volgt: - Voor eerst aen J. Peeters van een vat brood: 1-2-0 - Bij quitantie aen Henri Vermeiren: 3-11-0 - Aan C. Van den Eede den 22 february voldaen: 2-10-3
285
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Aen Raphael Borms, 1 maend mondkost van Joanna Van Schoor, betaelt tot 15 febr. 3-0-0 - Aen J. Verelst van mondkosten, twee maend, 15 february 1835: 6-0-0 - Aen J. Van den Eynde van specerijen betaelt: 4-19-0 - Aen J. Slachmuylders van verschoeten geld: 8-19-0 - Aen Lauwereys Goosen voor een hemd te koopen: 1-15-0 - Aen J. Van de Voorde voor den onderhoud te konnen doen van 2 oude menschen: 14-0-0 - De twee kinderen van knegt Mathijs zijn aen Henri Van Riet betaelt tot 1 meert 1835.
286
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1836 **** UC 1029 - Malderen 2 janvier 1836 Idem als UC 944 UC 1030 - Malderen 5 janvier 1836 (Vertaald) Aan de procureur des koning te Brussel - In antwoord op uw brief 5855 van 11 december 1835 laat ik u weten dat gezegde Heymans genezen is van zijn mentale ziekte en dat we in zijn levensonderhoud hebben voorzien. UC 1031 - Malderen 7 janvier 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Vier aanvragen voor certificaat model I voor miliciens van de lichting 1836. UC 1032 - Malderen 11 janvier 1836 (Vertaald) Aan de militie commissaris te Brussel - In drievoud de handtekeningen van 2 gemeenteraadsleden die aangesteld werden om, samen met de burgemeester, de militiecertificaten 1836 te tekenen. UC 1033 - Malderen 16 janvier 1836 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De lijst der inentingen 1835. UC 1034 - Malderen 18 janvier 1836 (Vertaald) Aan de vrederechter te Strombeek - In antwoord op uw brief van 15 dezer aangaande de klacht van voerman Dernoucour (?) tegen onze ingezetene Joseph Uffelmans, laat ik u weten dat deze Joseph Uffelmans me verklaard heeft dat deze voerman hem een bedrag schuldig is van frs 190,80 voor onkosten die hij gemaakt heeft voor het onderhoud van zijn paarden, dat het onjuist is dat hij de drie paarden, paardentuig en een kar gestolen heeft maar dat de voerman hem dat gegeven heeft als vergoeding voor het verschuldigde bedrag, en dat hij bereid is om alles terug te geven als hij betaald wordt zoals tussen beiden afgesproken is. Ik moet u bovendien meedelen dat het mij bekend is dat de gezegde voerman in mij gemeente vele schulden heeft, dat hij zich wegsteekt als er moet betaald worden en dat hij van de noen 14 uur wilt maken. Ik weet evenzeer dat Uffelmans hem over deze betaling mooie voorstellen heeft gedaan en dat hij de paarden en andere objecten als vergoeding gekregen heeft. UC 1035 - Malderen 20 janvier 1836 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw missive 1756 van 12 dezer aangaande de verdere uitbetaling van het traktement van de staat aan onze onderwijzer Joseph De Schrijver, laat ik u weten dat deze De Schrijver in alle opzichten recht heeft om verder een staatstraktement te krijgen want hij voldoet volledig aan de voorwaarden die hem zijn opgelegd, zowel wat betreft het onderwijzen der arme kinderen, de goede leermethoden en de promotie van het metrieke stelsel. Zijn gedrag is goed en hij vervult zijn taak met ijver. GR N° 157 25 January 1836 (Kort) Vernieuwing bij derde der leden van het bureel van weldadigheid. - Moet uittreden op 2 januari 1836: Antonius Daelemans.
287
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Wordt in zijn plaats benoemd (vanaf 2 jan.1836): Antonius Daelemans, (door herbenoeming). UC 1036 - Malderen 26 janvier 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 1780 van 15 dezer retourneer ik u het onteigeningsdossier van 2 huizen en een stuk grond die vallen binnen het tracé van de ijzeren weg van Mechelen naar Dendermonde. Deze onteigening gebeurde conform art. 2 van het besluit van de gouverneur van 14 ... UC 1037 - Malderen 26 janvier 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 1784 van 19 dezer bevestig ik ontvangst van brief model BIIbis nr. 55 voor Vermeiren Albert, gepensioneerd soldaat van Malderen. UC 1038 - Malderen 26 janvier 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Ingesloten: 1) Staat van geboorten, huwelijken en overlijdens van 1835. 2) Lijst van personen die in 1835 de provincie verlaten hebben of er zijn komen wonen. 3) De overlijdenstabellen 1835. UC 1039 - Malderen 29 janvier 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De inschrijvingslijst van de lotelingen voor het jaar 1836. UC 1040 - Malderen 1 fevrier 1836 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - De stukken over de benoeming van een nieuw lid van het bureel van weldadigheid. UC 1041 - Malderen 1 fevrier 1836 Idem als UC 944 DIV - Bruxelles, le 6 fevrier 1836. Gouvernement de la province de Brabant, 2e Division, littera C.553 A monsieur le bourgmestre de la commune de Malderen, (Vertaald) Betreft: kadaster. Mijnheer, Ik stuur u een oproepingsbrief voor de afgevaardigde van uw gemeente bij de kantonale assemblee en vraag u deze onmiddellijk op zijn adres te bezorgen. De gouverneur van de provincie Brabant. UC 1042 - Malderen 8 february 1836 Aan den heer districts commissaris te Brussel - In antwoord aan Uw brief van den 2 dezer N° 1882, nopens het beletzel dat eenige onze inwoners aan de werklieden van den ijseren weg zouden toegebragt hebben, onder voorwendsel van eene straat te behouden, heb ik de eer U hier omtrent het volgende te berigten. Den zoogenoemden putboer Willems heeft op den 25 January laatst de straate leydende naar den molen, den welke hij op den 22 der zelve maand had laten liggen, willen doorsteken, ten diepte van 15 à 17 voeten. Eenige van de daar tegen wonende inwoners hebben hun hiertegen verzet en hem doen opmerken dat hij, Willems, deze straate niet mogt vernietigen vooraleer hierover den ingenieur gesproken te hebben en er eerst eene provisoire brug zou moeten gelegd worden, aangezien zij dagelijks moeten daar rijden, zoo naar hunne landen als naar den
288
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
molen. En daar ik hier van geene klagten door genoemden putboer noch andere werklieden dien dag kennis gehad heb, ben ik in de onmogelijkheyd geweest hier omtrent maatregelen te nemen. En zelfs dunkt mij, mijnheer, dat deze opmerkingen onzer inwoners weynig beletzel gedaan hebben, aangezien de werklieden nog tot den 29 der zelve maand hebben gewerkt en het water en slegt weder de oorzaaken geweest zijn dat zij hunne werken op gezegd punt en op de andere zijde der gemeente, waar geene de minste beletzel plaats gehad hebben, teenemaal hebben gestaakt tot den 6 dezer maand. Den burgemeester. UC 1043 - Malderen 1 mars 1836 Idem als UC 944 UC 1044 - Malderen 7 mars 1836 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Statistiek over het lager onderwijs 1835 UC 1045 - Malderen 7 mars 1836 (Vertaald) De burgemeester van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 9 februari MA 31 over de hulpmiddelen die werden toegekend uit de schatkist voor de aankoop van schoolmateriaal verklaart dat zijn gemeente geen enkele hulp hiervoor ontvangen heeft. UC 1046 - Malderen 7 mars 1836 (Vertaald) De burgemeester van Malderen, in antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 16 februari MA 40, verklaart dat er sedert het jaar 1829 in zijn gemeente geen enkele zelfmoord heeft plaatsgevonden. SC N° 10 Malderen 30 meert 1836 Den burgemeester ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Malderen. Gezien het artikel 4 der wet van den 8sten juny 1823, staatsblad nr. 21, houdende nadere bepalingen omtrent de ambtenaren en de registers van den burgerlijken stand. Overwegende dat zijne zuster Coleta Slachmuylders, voornemens is zich ten huwelijk te begeven. Ingevolge de macht bij het artikel 4, hierboven beroepen, verleend. Benoemt specialijk bij deze de heer Antonius Daelemans, eersten assessor dezer gemeente, als gedelegeerden zoo tot het opstellen der akten van publicatiën als akte van huwelijk van zijne genoemde zuster Coleta Slachmuylders, op de daar toe bestemde registers. Afschrift van de tegenwoordige benoeming zal aan dito heer Daelemans overgemaakt worden, tot zijne onderrigtinge. Gedaan te Malderen den 30 meert 1836. J. Slachmuylders. UC 1047 - Malderen 1 avril 1836 Idem als UC 944 UC 1048 - Malderen 1 avril 1836 (Kort vertaald) In Malderen wordt zoals voorheen geen rol opgemaakt voor de repartitie der personele belasting. UC 1049 - Malderen 19 avril 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 2257 van 13 dezer bevestig ik ontvangst van de brief voor Vermeiren Albert, gepensioneerd soldaat. 289
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1050 - Malderen 19 avril 1836 (Vertaald) Aan de raad van bestuur van het 14de reserve regiment te Brussel - De namenlijst van de miliciens van de lichting 1826 die zich niet aangeboden hebben voor hun afrekening. Valckaert Jean Pierre heeft onze gemeente al meer dan een jaar geleden verlaten en woont momenteel in Londerzeel bij schepen Willocx. Hij en zijn ouders zijn behoeftig en worden zelfs door ons bureel van weldadigheid ondersteund. UC 1051 - Malderen 23 avril 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur nr. 91 van 14 dezer laten wij u weten dat de registers van de Burgerlijke Stand, conform art. 93 van de gemeentewet, in onze gemeente door de burgemeester bijgehouden worden. UC 1052 - Malderen 23 avril 1836 (Vertaald) Aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van Grimbergen - Ingesloten het overlijdens extract van Van Campenhout om in uw registers ingeschreven te worden. UC 1053 - Malderen 2 mai 1836 Idem als UC 944 UC 1054 - Malderen 2 mei 1836 (Kort) De uitgaven voor het onderhoud van de buurtwegen worden in Malderen uit de gewone gemeenteontvangsten betaald. UC 1055 - Malderen 2 mai 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 4 maart, MA 64, stuur ik u de alfabetische lijst van de kiesgerechtigden voor de kamer van volksvertegenwoordigers. PV - N° 29 5-5-1836 - proces verbael van diefte. Het jaer duizend acht honderd zes en dertig den vijfden der maend Mey ten negen uren voor middag voor ons Josephus Slachmuylders, burgemeester en politie ambtenaer der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Braband is gekomen Guillielmus Van de Voorde, herbergier, wonende te Malderen in de Beeckstraat, den welken ons heeft verklaerd dat hij op den eersten dezer maend Mey om elf uren des voormiddag is t’huys gekomen en vermeynende enige betalingen te doen, heeft hij bevonden, dat zijn geld uyt den koffer zijner vrouwe, den welken dezen open gelaten had, gestolen was, en bestaende in vijftien stukken van vijf francs, twee dubbele, drij enkele en een half franc, en zijne vrouw Joanna Meysmans, onder de hoogmis den genoemden Verhaegen Philippus, werkman aen den ijzeren weg, geboren te Lochristi en wonende te Zeveneken, arrondissement Gent, uyt de kamer waer haere kist stond heeft zien komen; en daer van geen achterdogt hadde, aenzien dezen Verhaegen gedurende tien weken bij hun zijne kosten heeft gekogt en dat genoemden Verhaegen, zonder iets te zeggen, met zijne papieren die in gemelde kamer lagen onmiddelijk vertrokken is, en daer er niemand anders in het huys of kamer geweest is, deze diefte door dito Verhaegen moet begaen zijn. Waer van en van alle welke ik burgemeester heb opgesteld het tegenwoordig proces verbaal, voor overgemaekt worden aen wie het behoort. J. Slachmuylders. UC 1056 - Malderen 5 mai 1836
290
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - Proces verbaal over een diefstal in onze gemeente ten nadele van Van de Voorde Guillaume, herbergier alhier. UC 1057 - Malderen 10 mai 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Conform uw brief 1186 van 20 september 1835 stuur ik u de ontvangstlijst van de aan de kiezers afgeleverde oproepingsbrieven. UC 1058 - Malderen 14 mai 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 30 april MA 115 stuur ik u de lijst van de 50 grootste belastingbetalers op onze kiezerslijst die gerechtigd zijn om onze gemeenteraad te kiezen. UC 1059 - Malderen 14 mei 1836 Mijnheer den districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van den 9sten dezer nr. 2429 betrekkelijk de straten en wegen langs den ijzereen weg, moet ik u berigten dat de straten en wegen waarover G. Caluwaerts en consoorten zich beklagen oogenblikkelijk in goeden staat zijn maar het mogelijk is dat dezelve met de menigvuldige werken en regen zich in slechten staat bevonden hebben. Wat aangaat de ommewegen die zij tot het gebruik van hunne landen moeten doen, dat de werken van den tunnel op den ijzeren weg daar van de oorzaken zijn, en dat er aan de heeren ingenieurs alle inlichtingen omtrent de straten en wegen gegeven zijn en zullen gegeven worden. UC 1060 - Malderen 25 mai 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 17 dezer MA 135 aangaande het resultaat van de publicatie van de kiezerslijst, laat ik u weten dat de moederlijst 123 burgers telt die in onze gemeente wonen en die volgens art. 7, 8, 9 en 10 van de gemeentewet voldoen aan de voorwaarden om de leden van de gemeenteraad te mogen kiezen. Hij werd opgemaakt op 27 april en van 1 tot 16 mei geafficheerd zonder dat er reclamaties gekomen zijn. Een aangepaste lijst opstellen was dus niet nodig. UC 1062 - Malderen 3 juin 1836 Idem als UC 944 UC 1063 - Malderen 3 juin 1863 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur nr. 91 van 14 dezer over het plan tot verlenging van de baan van Brussel over Wolvertem naar Temse, laat ik u weten dat de betreffende affiche tussen 1 en 21 mei heeft uitgehangen en dat we geen enkele aanmerking hebben gekregen. UC 1064 - Malderen 3 juin 1836 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 2526 van 30 mei aangaande de klacht van één van onze inwoners als zou ik een afloop in de Blomstraat hebben gesupprimeerd door zonder toelating een huis te (laten) bouwen op een stuk grond van "den armen", laat ik u weten dat sedert ik burgemeester ben er zonder autorisatie nog geen enkel huis op armengoed werd gebouwd en dat ook nooit zal gebeuren. Die supprimering van een afloop kan dus niet hebben plaats gehad. GR N° 158 - 6 Junius 1836 (Kort) - Gemeenterekening 1835 overgemaakt door ontvanger Joannes Baptist Van Ingelgem.
291
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
- Algemene ontvangsten - Algemene uitgaven - Overschot
fr. 5414,76 fr. 5078,71 fr. 336,05
SC N° 11 - Malderen 9 juny 1836 Het college van burgemeester en schepenen. Gezien het art. 93 der communale wet dd 30 meert 1836. Gezien het artikel 4 der wet van den 8sten juny 1823, staatsblad nr. 21, houdende nadere bepalingen omtrent de ambtenaren en het houden der registers van den burgerlijken stand. Overwegende dat Coleta Slachmuylders, zuster van den heer burgemeester en ambtenaar van den burgerlijken stand dezer gemeente, op gisteren van een kind gelegen is. Benoemen bij deze specialijk den heer Antoon Daelemans, eersten assessor dezer gemeente, als gedelegeerden tot het ontvangen declaratie van geboorte van Livinus De Boeck, zoon van Pieter Joannes en van genoemde Coleta Slachmuylders, en daar van op de daar toe bestemde registers den akt op te stellen. Afschrift van de tegenwoordige benoeming zal aan dito heer Daelemans overgemaakt worden, tot zijne onderrigtinge. Gedaan te Malderen en 9 juny 1836. J. Slachmuylders UC 1065 - Malderen 9 juny 1836 Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord aan uw brief van den 4 juny dezer nr. 2526 nopens de klacht gedaan aan den heer gouverneur dat ik zoude toegelaten hebben eenen waterloop langs de armengoederen gelegen in de Bloemstraat dezer gemeente te vullen en er een huisje zonder behoorlijke autorisatie te laten plaatsen, en hiervoor verscheide boomen zouden afgekapt zijn, en hier door meer dan 100 bunderen lands zouden benadeligd zijn geef ik mij de eer Ue te berigten dat ik op den 8 dezer een visite in gemelde Bloemstraate aan de eigendommen toebehoorende aan arme en kerk dezer gemeente heb gedaan, en dat aldaar geene hoegenaamde waterloop, beke of goote gevuld zijn, noch huisje gebouwd is, noch bemerkt heb dat er boomen zouden afgekapt zijn, en diens volgens geene benadeling aan de zoogezegde honderd bunderen gronden kan gedaan geweest zijn. UC 1066 - Malderen 16 juin 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De statistiek over het verbruik van suiker (gevraagd in de omzendbrief van de gouverneur van 28 mei, MA 152). UC 1067 - Malderen 26 juin 1836 (Vertaald) Het college van burgemeester en schepenen van Malderen verklaart en verzekert dat, conform de omzendbrief van de gouverneur in MA 97 van 14 april, de mededeling over de mogelijke verlenging van de provinciale steenweg van Brussel over Wolvertem naar Temse, gepubliceerd werd op 1 mei en vanaf die dag tot 21 mei heeft uitgehangen, zonder enige reactie. UC 1068 - Malderen 21 juin 1836 (Vertaald) Aan ingenieur Desart te Brussel - Ik heb verschillende klachten ontvangen over de afschaffing van de weg van Merchtem naar Opdorp en aangezien u al vele weken geleden beloofd heeft om voor de loswegen in onze gemeente een minnelijke schikking te treffen evenals voor de oversteken langs de spoorweg, vanaf magazijn nr. 2 naar Buggenhout en Opdorp, daarom vraag ik u om voor de 1ste juli naar hier te komen om met het plaatselijk bestuur het probleem van deze overwegen te regelen. Anders zou ik me verplicht zien om klacht in te dienen bij het gouvernement.
292
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1069 - Malderen 26 juin 1836 (Vertaald) Aan de districts commissaris te Brussel - Om te voldoen aan uw 3 uitnodigingen van 24 dezer, nr. 2586, stuur ik u het certificaat van publicatie van het advies van de gedeputeerde staten over de geplande verlening van de provinciale baan van Brussel naar Wolvertem naar Temse. UC 1070 - Malderen 30 juin 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Ingesloten de statistiek over de bevolking in de tehuizen en het aantal mensen dat door het bureel van weldadigheid ondersteund wordt. UC 1071 - Malderen 2 july 1836 Idem als UC 944 UC 1072 - Malderen 9 juillet 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Het college van burgemeester en schepenen van Malderen verklaart en bevestigt dat de namenlijst model CC van de personen uit hun gemeente die recht hebben op vrijstelling van militaire dienst voor 1 jaar of voor altijd, opgesteld door de militieraad te Brussel, conform art. 150 van de wet van 8 januari 1817 werd geafficheerd op zondagen 19 en 26 juni. UC 1073 - Malderen 9 juillet 1836 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Gelieve ons nog 12 bladen te sturen voor de opmaak van het overzicht van onze buurtwegen dat we volgens omzendbrief van de gouverneur van 22 februari, MA 49, in drievoud moeten versturen. De genen die we gekregen hebben zijn namelijk opgebruikt voor bewaring in het gemeentelijk archief. UC 1074 - Malderen 9 juillet 1836 (Vertaald) Het college van burgemeester en schepenen van Malderen, om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 30 mei, MA 154 aangaande de hulp ten voordele van de behoeftige slachtoffers van de Hollandse agressie, verklaart en bevestigt dat niemand in hun gemeente recht heeft op die hulp. UC 1075 - Malderen 9 juillet 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De lijst van de bevolkingsmutatie 1835. UC 1076 - Malderen 9 juillet 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Het overzicht van het aantal huizen en inwoners op 1 januari 1836, gevraagd door de omzendbrief van de gouverneur van 31 mei MA 157. UC 1077 - Malderen 9 juillet 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De statistiek van de vrije instellingen voor middelbaar onderwijs in onze gemeente. GR N° 159 10 July 1836 Den raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het delibereren nopens de somme van frs. 1087,83, voortskomende van geliquideerde prestatiën voor den dienst van het fransch leger van het noorden in 1831 en 1832.
293
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Gezien de circulaire van den heer gouverneur in date 10 October 1834, M.A. 206, waar bij hij aan de plaatselijke besturen beveelt van de vereffende en te vereffenen sommen voortskomende van gezegde prestatiën, zonder uitstel in de kas der gemeente te storten en ter zelver tijde aan den heer ontvanger op rang geteekende staten ter hand te stellen om de zelve, na door de ontvangene partijen geteekend zijnde, aan de rekening van 1834 gevoegd te blijven. Gezien de rekening dezer gemeente van den jare 1834, uit welke de heeren gedeputeerde staten gemelde verworpen hebben, aangezien dezen uitgaaf niet ondersteund was door den staat voorgeschreven bij gemelde circulaire. Overwegende dat gemelde somme van frs. 1087,83, door burgemeester en assessoren den 15 November 1833 aan de geregtigden is uitbetaald geweest, zonder daarvan kwitantiën in te trekken, dan tegen vertoon hunner ordonantiën. In aanmerking nemende dat de voren beroepene somme van frs. 1087,83 voor den ontvangst van den voren beroepen circulaire was uitbetaald, den inkwesten staat niet opgemaakt is geweest, ten welken einde den raad de heeren gedeputeerde staten aanzoekt om de gemelde somme van frs. 1087,83, gebragt in de rekening van 1835, in uitgaaf te willen aanveerden, zonder den gemelden staat te worden opgemaakt, vermits de uitbetaling deugdelijk is geschied. Gedaan te Malderen. Slachmuylders, Daelemans, Van den Bossche, Kuyckens, De Boeck, Van der Vorst, Hulsbosch, J.B. De Bock. GR N° 160 12 July 1836 Den raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het delibereren nopens het contribueren bij middel van opcenten ten laste der gemeente, in de kosten van verlenging van den provincialen steenweg van Brussel tot Wolverthem, langs Londerzeel tot op de Wolf. Gezien den brief van den heer koninklijken arrondissements commissaris te Brussel, de date 30 Juny laetst nr. 2586, waarbij hij, ingevolge brief der heeren gedeputeerde staten van den 29 der zelve maand, den burgemeester en schepenen dezer gemeente uitnoodigt van den gemeentenraad voor oogen te stellen de nuttigheid en voordeelen welke deze gemeente uit de verlenging van gemelden steenweg zou trekken, en hun op te wekken om bij middel van opcenten in der zelver bekosting te gelden. Overwegende dat de verlenging van gemelden steenweg langs Londerzeel aan deze gemeente geen nut noch voordeel kan opleveren, aangezien deze gemeente vijf kwartier uurs der gene van Londerzeel gelegen is, dat de straten zeer slecht zijn en de helft van het wintersaisoen, wanneer dezen steenweg het meest voordeel zou opleveren, onbruikbaar zijn. Overwegende dat de communicatie op Brussel, langs Merchtem, aan deze gemeente meer voordeel oplevert dan langs Londerzeel, vermits de straten daar goed en ten allen tijde des jaars gebruikbaar zijn, en die gemeente ook op den zelven afstand van deze gelegen is. Delibereert. Dat de gemeente Malderen in de kosten van constructie der verlenging van voren aangehaalden provincialen steenweg niet zal gelden, aangezien hij langs Londerzeel aan deze gemeente geen nut noch voordeel zal opleveren. Gedaan te Malderen. Slachmuylders, Daelemans, Van den Bossche, Kuyckens, De Boeck, Van der Vorst, Hulsbosch, J.B. De Bock. UC 1078 - Malderen 13 juillet 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De gemeenterekening 1835. UC 1079 - Malderen 13 juillet 1836
294
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 2586 van 30 juni aangaande het nut en voordeel voor onze gemeente van de geplande verlenging van de provinciale steenweg van Brussel via Wolvertem, Londerzeel en de Wolf naar Temse en de vraag om via opcentiemen in de kosten bij te dragen, sturen wij u ingesloten de beraadslaging van onze gemeenteraad dienaangaande. UC 1080 - Malderen 28 juillet 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Conform de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 22 februari MA 49, sturen wij u in viervoud de tabellen van al onze buurtwegen en onbevaarbare waterlopen. UC 1081 - Malderen 2 août 1836 Idem als UC 944 UC 1082 - Malderen 16 août 1836 (Vertaald) De burgemeester van Malderen, om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 14 juni Ma 174, aangaande de uitvoering van art. 5 van de provinciale wet, verklaart dat het advies dat bij deze omzendbrief was gevoegd, gepubliceerd werd en geafficheerd op 19 juni, en dat niemand zich heeft aangeboden om ingeschreven te worden op de supplementaire kiezerslijst voor de verkiezing van de provincieraad. UC 1083 - Malderen 27 août 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Het lastenboek voor de verpachting van goederen van het bureel van weldadigheid van onze gemeente, ter goedkeuring. GR N° 161 30 Augusty 1836 (Kort) Rekening bureel van weldadigheid 1835. - Algemene ontvangsten: 1971,46 - Algemene uitgaven: 2576,49 - Deficit: 605,03 francs UC 1084 - Malderen 31 août 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De rekening 1835 van het bureel van weldadigheid. UC 1085 - Malderen 1 septembre 1836 Idem als UC 944 UC 1089 - Malderen 3 septembre 1836 (Vertaald) Het college van burgemeester en schepenen van Malderen, om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur in MA 231 van 23 augustus, aangaande diverse wedstrijden gedurende de verjaardagen van september, verklaart dat geen enkele vereniging van deze gemeente aan die wedstrijden zal deelnemen. GR N° 162 10 Septembre 1836 (Vertaald) Begroting 1837 Eerste Hoofdstuk - Buitengewone ontvangsten. Overschot van vorige jaren
295
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Batig slot der begroting van het jaar 1836: 1415,51 Batig slot der rekening van 1835: 336,05 Totaal: 1751,56 Af te trekken het batig slot der begroting 1834: - 2514,69 Blijft, een deficit van 763,13 Vermoedelijk beschikbaar bedrag over dienstjaar 1836: 550,00 Vergoeding voor bomen, afgekapt voor de spoorlijn: 78,25 Deze werden uit der hand verkocht om kosten te sparen. Tweede Hoofdstuk - Gewone inkomsten. - Additionele centiemen op de grondlasten (volgens rol 1836): 297,12 - Additionele centiemen op de personenbelasting: 113,24 - Pacht van land en landgoederen der gemeente: 626,26 (publieke toewijzing op 21 dec. 1831) Was goedgekeurd voor 653,77 maar verminderd met fr. 27,51 vanwege verkoop van grond voor spoorlijn. - Pensioenen en achterstallige grondlasten: 40,09 - Isabelle Pauwels, wed. Henry Snackaert (14,51) - De kinderen van Jean François Van Keer (15,87) - Joseph Seghers (1,81) - De kinderen van Pierre De Schrijver (7,26) - De kinderen van Jean Piessens (0,64) Deze grondlasten werden nooit betaald wegens insolvabiliteit, maar nu kunnen ze wel voldaan worden. - Intresten van kapitalen in de Mont de Piété te Brussel: 5,12 - Intresten van kapitalen bij de spaarkas (voortkomende van reserves en verkoop van grond en verlies van bomen voor de spoorlijn): 77,85 - Waag- en maatrechten, volgens toewijzing: 1220,00 (toewijzing van 1 december 1836) - Interest van een obligatie ten laste van mr. Rollier te Opdorp: 425,00 Kapitaal 8500 à 5% (akte notaris De Bock, 21-6-1834) Derde Hoofdstuk - Gewone uitgaven. Onkosten voor het huishoudelijk plaatselijk bestuur - Prijs van het officieel dagblad: 15,00 - Memoriaal van administratie en andere drukkosten: 20,00 - Drukkosten en zegels der registers van de burgerlijken stand: 68,65 - Jaarwedde van den burgemeester: 150,00 - Idem der 2 assessoren: 120,00 - Idem van den secretaris: 330,00 - Kosten van het bureau van het plaatselijk bestuur: 60,00 - Bijdrage der gemeentegoederen / het gemeentehuis: 4,00 - Voor het opwinden en onderhoud der horloge: 40,00 - Taxatie van de gemeenteontvanger: 95,45 (fr. 2394 ontvangsten excl. opcentiemen. à 4 %) - Jaarwedde van de veldwachter: 260,00 - Kosten voor kleding van de veldwachter en supplement voor brigadiers: 64,00 - Jaarwedde van de klokkenluider: 25,00 - Onderhoudskosten der buurtwegen: 300,00 De wegen zijn nagenoeg onbegaanbaar vanwege de grote aanvoer van materialen voor de spoorweg, vandaar de verhoging met 110 fr. - Brand en licht van het wachthuis voor de nachtpatrouilles : 40,00 - Aandeel in de jaarwedde van den commissaris der wegen: 20,80 - Aandeel in de kosten van huisvesting van de rijkswacht: 39,28
296
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
-
Jaarlijkse vergoeding voor het lid van het plaatselijk bestuur, belast met het begeleiden van de lotelingen der Militie naar de hoofdplaats der provincie tegen 4 fr.per mijl afstand (5 mijl van Brussel): 20,00 - Kosten voor het zegelen van het dubbel der gemeenterekening over 1835: 2,40 Bijdragen aan liefdadige instellingen - Onderhoudskosten voor personen in de bedelaarsgestichten van Merksplas-Rijkevorsel voor het jaar 1837: 220,00 - Kosten voor verzorging van Franc. Vandenberghe in Geel, en van François Heymans, geplaatst in Malderen: 500,00 Eredienst - Onderstand aan de succursale kerkfabriek (als vorig jaar): 700,00 Openbaar Onderwijs - Onderhoud van schoollokaal en onderwijzerswoning (zie bestek): 75,00 - Jaarwedde van de onderwijzer (zoals vorig jaar): 100,00 Onvoorziene en herhaalde onkosten - Voor het vieren van de septemberdagen 1830 (als vorig jaar): 30,00 - Aankoop van 200 canada's te planten op gemeentegrond: 120,00 De gemeente bezit enkele niet ontgonnen terreinen zonder opbrengst en waarop canada's het goed doen. Totaal der inkomsten: 3432,60 Totaal der uitgaven: 3380,60 Verschil in meer: 52,00 UC 1086 - Malderen 10 septembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 3041 van 1 dezer bevestigen wij ontvangst van de brief van 27 augustus van de minister van oorlog (2de div. nr. 97) bestemd voor Vermeiren Albert, gepensioneerd soldaat. UC 1087 - Malderen 15 septembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 2984 van 12 augustus betreffende Valckaert Jean Pierre, milicien van 1826 uit Malderen, die zijn schuld niet heeft betaald, laten wij u weten dat deze op 16 augustus 1836 met zijn corps heeft afgerekend. UC 1088 bis - Malderen 19 septembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Conform art. 9 van de provinciale wet en om te voldoen aan de schikkingen van de omzendbrief van de gouverneur in Ma 246 van 7 dezer, sturen we u hierbij het bewijs dat de kiezers voor de provincieraad hun oproepingsbrief hebben ontvangen. UC 1088 - Malderen 1 octobre 1836 Idem als UC 944 UC 1090 - Malderen 1 octobre 1836 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 2882 van 21 september, pas vandaag ontvangen, aangaande de miliciens Hermans Marin van het 1ste infanterieregiment, en Meert Dominicus, van het 7de infanterieregiment, die als desserterurs worden beschouwd, stuur ik u hierbij de overlijdensextracten van deze soldaten. Bovendien merk ik op dat beide uittreksels reeds naar de militie-commissaris gestuurd werden met onze brieven 738 van 30 januari 1832 en 935 van 4 november 1834, en naar het bestuur van de regimenten in kwestie met onze brief 977 van 18 mei 1835. UC 1091 - Malderen 3 octobre 1836
297
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - Voor te voldoen aan de circulaire van de gouverneur nr. 247 in date 8 september jongstleden, nopens het vieren der feestdagen van september geven wij ons de eer Ue te berigten dat er ter gedachtenis der roemruchtige dagen van september de volgende spelen voor prijzen op zondag 25 september laatst binnen deze gemeente hebben plaats gehad, te weten: Voor het mansvolk: schieting op de wip, bollen, kaarten, kaatsen en op de schuiftafel. Voor het vrouwvolk: bollen, zakloopen, schieten op de wip, en met de teerlingen. Deze spelen hebben met de grootste eendrachtigheid en met vaderlandschen ijver plaats gehad en des avonds zijn de huizen verligt geweest. UC 1092 - Malderen 5 october 1836 Aan den heer procureur des konings te Brussel - Voor te voldoen aan den brief van den heer procureur des konings te Mechelen dd 30 september laatst nr. 1292, ons toegezonden bij Ue brief nr. 5590, nopens Francis Heymans, aangehouden in deszelfs regiment voor vagabondage, geef ik mij de eer Ue te berigten dat genoemden Heymans eertijds als krankzinnigen ten laste dezer gemeente te Gheel geplaatst geweest is, maar sedert 1834 is hij als genezen zijnde naar de gemeente weder gezonden. En hebben hem alsdan alhier besteed. Weder moet ik Ue berigten, mijnheer den procureur, dat hij sedert den tijd dat hij in de gemeente is, zich zedig en goed heeft gedragen en geene middelen van bestaan bezit. Diensvolgens verzoeke Ue van gemelden persoon naar deze gemeente te willen doen wederbrengen. UC 1093 - Malderen 13 octobre 1836 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - De begroting 1837 met opmerkingen alle betreffende stukken. UC 1094 - Malderen 14 octobre 1836 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Inlichtingen over onze gemeentesecretaris, gevaagd met uw omzendbrief 3170 van 10 dezer. UC 1095 - Malderen 22 oktober 1836. Aan den heer arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord aan den brief van den heer procureur des konings van het arrondissement Mechelen dd 11 dezer nr. 1326, aan den heer gouverneur dezer provincie en ons medegedeeld bij brief van den 15 dezer loopende maand nr. 3193; nopens den genoemden Francis Heymans dezer gemeente, aangehouden in deszelfs arrondissement voor landlooperij, geven wij ons de eer Ue te berigten dat genoemden Heymans sedert verscheide jaren ten laste der gemeente te Gheel geplaatst geweest is en van daar, op zijne vraag, als genezen zijnde in 1835 is terug gezonden. En wij alsdan hem bij zijnen broeder besteed hebben, en alzoo aan de verpligtingen voorgeschreven bij art. 95 en 16 van den 131 der communale wet voldaan hebben en geenszins ter kwader trouw gehandeld noch dezen ongelukkigen aan zich zelven zonder eenigen onderstand overgelaten hebben; en niettegenstaande Heymans sedert zijne wederkomst zich zedig en goed gedraagt, hebben wij besloten hem de aanstaande weke wederom te Gheel ten laste der gemeente te plaatsen, om alle gevolgen van eenen wankelenden geest te vermijden. UC 1096 - Malderen 22 octobre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw missive 3109 van 6 dezer betreffende het bedrag van 150 fr. die moet gestort worden in de kas van het 9de infanterieregiment, laten wij u weten dat De Schrijver Jean Baptiste, die zich door Hellebosch laten vervangen heeft, voor deze vervanging een contract heeft afgesloten bij de heer Van Troyen te Sint-Gillis-Brussel, aan wie we een kopie van uw missive hebben gestuurd en die ons beloofd heeft om zonder dralen deze storting te doen. PV N° 30
298
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
25-10-1836 - Tegen Jan Baptist en Albertus De Meyer, arbeyders te Steenhuffel. Het jaer duizend acht honderd zes en dertig den vijf en twintigsten der maend October ten negen uren des morgens, voor ons Josephus Slachmuylders, burgemeester der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant, is gekomen Petrus Gaubri, metser, werkende aen den ijzeren weg, en verblijvende bij Joseph Van Muylders), herbergier wonende te Malderen; denwelken mij heeft verklaert dat zijnen kamaraet Antoon Toen, metser, wonende te Hoboken, provincie Antwerpen, en verblijvende bij genoemden Joseph Van Muylders, op zondag drij en twintigsten dezer loopende maend October des avonds aen de herberg “De Zwaen” binnen deze gemeente verscheyde messteken gekregen had, op welks verklaer ik, burgemeester, mij aenstonds bij genoemden Van Muylders, alwaer genoemden Toen zich bevond, heb begeven; den welken mij heeft verklaert dat hij op den drij en twintigsten dezer ten negen en half uren des avonds, met Joannes Baptist Hamaite, steenhouwer, wonende te Ecaussines d’Enghien, provincie Henegouwen, en verblijvende bij Francis Hofmans, herbergier te Malderen in het dorp in de herberge "In de Zwaen", bij Joseph Uffelmans binnen deze gemeente is gekomen, en alwaer zijnde hij gehoord heeft dat Joannes Baptist De Meyer, Albertus De Meyer, arbeyders wonende te Steenhuffel, zoonen Henricus, en zekeren aen hem onbekenden persoon disputen hadden met Marinus Willem, opzigter der werklieden aen den ijzeren weg, geboren te Bergen op Zoom, Noord-Brabant, Franciscus Marchant, smed, wonende te Antwerpen, en beyde gelogeert te Malderen bij genoemden Uffelmans, en Joannes Veltbruggen, putbaes, wonende te St Troy in provincie Limbourg en logerende bij Joseph Lefeber, putbaes aen den ijzeren weg binnen deze gemeente; dat den baes Uffelmans enigen tijd daer na aan de compagnie gezegd heeft dat hij geen kwesten in zijn huys begeerde en zij alle acht te samen uytgegaen zijn, en slechts buyten zijnde, genoemden Albertus Demeyer en Willem elkanderen hebben vastgegrepen en in den gracht gevallen zijn, en genoemden Marchant er naer toe gegaen is, en gezegd heeft dat zij er moesten uytscheyden, dat het genoeg was, en hij toen in tusschentijd met genoemden Jan Baptist De Meyer stond te klappen, den welken hun zeyde “daer zullen er nog van mijnen stokken sterven“, waer op Willem voornoemd riep “Toen, pas op, hij zal u snijden", hetwelk nog slechts gezegd was of hij, Toen, van genoemden Jan Baptist De Meyer eenen messteek achter zijne linkse oor en eene snede in den hals heeft gekregen, en hij aldan aen Marchant gezegd heeft “Marchant, ik heb het al vast" en hij niet weet of dit door iemand gezien is, en hij alsdan aen het huys van Uffelmans voornoemd heeft geklopt en binnen gelaten is, alwaer zijne cameraeten zijne wonden hebben uytgewassen en hij daerna niets meer gezien heeft. wijders verklarende dat genoemden Hamaite ook eenen kleyne messteek in zijnen rug gehad heeft. Waer van en van alle welke wij burgemeester hebben opgesteld het tegenwoordig proces verbael voor overgemaakt te worden aen wie het behoort. Te Malderen den dag, maend en jare als bovengemeld. J. Slachmuylders. PV N° 31 25-10-1836 - Tegen Marinus Willem, Antoon Toen en consoorten, werklieden aen den ijzeren weg. Het jaer duizend acht honderd zes en dertig den vijf en twintigsten der maend October, ten elf uren voor middag, zijn voor ons Josephus Slachmuylders, burgemeester der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant, gekomen Joannes Baptist De Meyer, arbeyder, wonende te Steenhuffel, zoon Henricus, en Franciscus Van Ingelghem, arbeyder, wonende te Buggenhout aen den Bouw, provincie Oostvlaenderen, zoon Pieter, dewelke ons hebben verklaerd dat zij met Albertus, broeder van den eersten comparant op den drij en twintigsten dezer loopende maend October ten negen uren des avonds in de herberge de Zwaen, bij Joseph Uffelmans, herbergier te Malderen, waeren, en na enige woordewisselingen den genoemden Marinus Willem, opzigter der werklieden van den ijzeren weg, geboren te Bergen-
299
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
op-Zoom en verblijvende bij genoemden Uffelmans, na zijn frak uytgetrokken te hebben, uyt de kamer van genoemden baes Uffelmans is gesprongen en van Ingelghem, heeft willen buyten slypen, het welk den baes ziende, gezegd heeft dat hij geen kwesten in zijn huys wilde; en zij, de Meyers, Van Ingelghem, Willem, Antoon Toen, metser, Jan Baptist Hamaite, steenhouwer, Francis Marchant, smed, en Jan Baptist Veltbruggen, alle werklieden aan den ijzeren weg, buyten gegaen zijn en buyten zijnde Willem, den genoemden Albertus De Meyer heeft vastgenomen, en in den gracht gestamt, en Albert de Meyer, aldaer verscheyde wonden aen zijnen kop bekomen heeft; en de genoemde Toen, metser, hem Jan Baptist De Meyer mede in den gracht heeft gestampt en Toen en de andere personen hem aldaer verscheyde stokslagen hebben toegebragt, en daer na hem nog achtervolgt hebben. Waer van en van alle welke ik burgemeester hebbe opgesteld het tegenwoordig proces verbael, voor overgemaekt te worden aen wie het behoort. Te Malderen den dag, maend en jaer als boven. J. Slachmuylders. UC 1097 - Malderen 26 octobre 1836 Aan de procureur des konings te Brussel - Twee processen verbaal over een ruzie die op 23 dezer in onze gemeente heeft plaats gehad. UC 1098 - Malderen 29 octobre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Proces verbaal van het afleggen den de eed en van de installatie van de schepenen en raadsleden. GR N° 1 - 31 October 1836 Wij Joseph Slachmuylders, burgemeester de gemeente Malderen, ons begeven hebbende in het gemeentehuis dezer gemeente ten einde ingevolge ar. 2 van het besluit van den heer gouverneur dd 11 october loopende maand MA 272, den art. voorschreven bij het art. 61 der communale wet van den 30 meert 1836, van de nieuwbenoemde schepenen en raadsleden dezer (den eed) af te nemen en hun in hunne fonctiën te installeren, waarvan wij burgemeester van den 26 dezer hebbe bericht. Alwaar zijnde, zijn voor ons burgemeester gekomen de heeren: 1) Emmanuel Willocx 2) Egidius Van den Bossche, schepene 3) Jacobus Rombouts 4) Joannes Baptist De Vleminck 5) Emmanuel Verdoodt 6) Pieter De Koker 7) Dominicus Van der Vorst 8) Henricus Vermeiren, raadsleden Bij de opening dezer zitting hebben wij borgemeester de lezing gegeven: 1) Van het K.B. dd 8 dezer maand october n° 193, bij het welk wij tot de fonctiën van borgemeester dezer gemeente zijn benoemd. 2) Van het proces verbaal dd 29 dezer bij het welk blijkt dat wij burgemeester den eed hebben afgelegd en in onze fonctiën geïnstalleerd zijn. 3) Van het K.B. dd 8 dezer bij het welk de genoemde schepenen zijn benoemd. Waarna en na aan de heeren comparanten lezing te hebben gegeven van het art. 61 der communale wet en hun voor de eed ontluiking te hebben geherinnerd dat het decreet der eeuwige uitsluiting van de leden der familie van Orangnien-Nassau van alla macht in Belgiën van de constitutie deel maakt, hebben alle de comparanten ieder in het bijzonder den eed, opgemaakt volgens het model der akte van eedaflegging gevoegd aan het voren beroepen besluit van den heer gouverneur, in handen van ons burgemeester afgelegd en ontloken.
300
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Dit gedaan zijnde hebben wij burgemeester de comparanten in hunne respectieve fonctiën geinstalleerd verklaard. En dadelijk zijn wij, burgemeester, schepenen en raadsleden, ingevolge de depeche van mijnheer den Minister van Binnenlandsche Zaken tot het opmaken van den staat van rangorde der schepenen en raadsheeren, conform de K.B. van 8 october, overgegaan, zoo als volgt: Date der kiezing Namen der raadsleden Stemmen door ieder bekomen Rangorder 14 july 1836 Rombauts Jacobus 57 1 14 july 1836 De Vleminck Jan Baptist 53 2 14 july 1836 Verdoodt Emanuel 49 3 14 july 1836 De Koker Pierre 45 4 14 july 1836 Van der Vorst Dominicus 45 5 14 july 1836 Vermeiren Henri 43 6 Waar van proces verbaal opgemaakt in dobbel, en waarvan lezing aan de comparanten is gegeven. Te Malderen in openbare zitting den dag, maand en jaar als boven. UC 1099 - Malderen 2 novembre 1836 Idem als UC 944 GR N° 2 - 8 november 1836 De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het benoemen van twee leden aan den heer gouverneur aan te bieden ten einde door den zelven ingevolge het 185 der wet van 8 January 1817 op de nationale militie benoemd te worden tot het teekenen, benevens het hoofd van het plaatselijk bestuur, aan de lotelingen van het jaar 1837 af te geven attesten en certificaten. Gezien het artikel 185 hier voren aangehaald. De raadsleden aldus ten dien einde vergaderd zijnde hebben zij bij meerderheid van stemmen gekozen en benoemd de heeren Emmanuel Willocx, schepenen, en Hendrik Vermeiren, raadslid, dewelke na door den heer gouverneur benoemd te zijn de attesten en certificaten gedurende het dienstjaar 1831 aan de lotelingen dezer gemeente af te geven, benevens het hoofd van het plaatselijk bestuur zullen teekenen. Gedaan te Malderen in zitting van date als boven. Slachmuylders, Willocx, Van den Bossche, Rombouts, De Vleminck, De Koker, Van der Vorst, Verdoodt, Vermeiren, Van Ingelgem. UC 1100 - Malderen 8 novembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De deliberatie van de gemeenteraad van heden met de voorstelling van 2 raadsleden om in 1837 samen met de burgemeester de militiecertificaten af te geven en te tekenen, conform artikel 185 van de wet van 8 januari 1817. UC 1101 - Malderen 10 novembre 1836 (Vertaald) Aan de vrederechter van het kanton Wolvertem te Strombeek - In antwoord op uw brief 220 van 8 dezer, laat ik u weten dat er geen andere getuigen zijn dan degene genoemd in de twee processen verbaal en die allemaal min of meer aan de actie hebben deelgenomen. De belangrijkste aanvallers zijn de genoemde Willems en de twee De Meyer's. De bezoekcertificaten van de ... hebben we naar de procureur des konings gezonden. Volgens mij, mijnheer de vrederechter, is deze zaak ernstig genoeg om direct vervolgd te worden maar is het tegelijkertijd zeer moeilijk om de ware schuldigen te straffen omdat er geen andere getuigen zijn dan de beschuldigden zelf en dat beide partijen wensen dat er geen gevolg wordt aan gegeven.
301
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1102 - Malderen 26 novembre 1836 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - Proces verbaal van het deponeren van mijn handtekening als ambtenaar van de burgerlijke stand. UC 1103 - Malderen 26 novembre 1835 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur in MA 286 van 30 oktober, laten wij u weten dat de heren Egide Van den Bossche, schepen, en Emmanuel Verdoodt, raadslid, aangeduid werden om deel uit te maken van de commissie belast met het onderzoek van de verklaringen aangaande de personele belasting voor het jaar 1837. UC 1104 - Malderen 1 decembre 1836 Idem als UC 944. UC 1105 - Malderen 1 decembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 2882 van 26 november sturen wij u de modellen JJ en de overlijdensextracten van de miliciens Hermans Marin en Meert Dominique. Burgemeester en schepenen UC 1106 - Malderen 6 decembre 1836 Het college van burgemeester en schepenen van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van november, MA 310 blz. 526, aangaande soldaten met onbeperkt verlof die op het punt staan om vrijgesteld te worden van hun militaire verplichtingen maar die een nieuwe verbintenis aan zouden willen gaan, verklaart dat er hiervoor in hun gemeente geen liefhebbers zijn. GR N° 3 - 7 december 1836 De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het benoemen der raadsleden van den bureel van weldadigheid dezer gemeente. Gezien de circulaire van den heer gouverneur dezer provincie dd 24 october laatst MA 276 nopens deze benoeminge. Gezien het §2 van den 84sten artikel der gemelde wet van den 30 meert 1836. Gezien de voordrachtslijsten der kandidaten opgemaakt door de leden van den bureele van weldadigheid, den 3, en door het collegie van burgemeester en schepenen, den 5 dezer loopende maand december. Gezien het artikel 66 der boven gemelde wet. Overwegende dat de kandidaten gebracht op de gemelde lijsten in de drij eerste nummers van art. 48 en de beschikkingen van artikel 51 van gemelde wet niet vallen en de hoedanigheden vereischt door artikel 7 der zelve wet bezitten. Den raad, ingevolge de macht aan hem bij beroepen artikel 84 verleend, is aanstonds bij beslotene stembiljetten tot dezen keus en benoeming overgegaan, en na een gelijk getal stembiljetten van negen aanwezige leden in de bus te hebben bevonden, is er bewezen dat dezen keus de volgende stemmen heeft opgeleverd, als op de heeren, te wete: 1) De Marré Guillielmus, pastor, 9 stemmen. 2) De Vleminck Joannes Baptist, landbouwer, 9 stemmen. 3) De Boeck Joannes, rentienier, 9 stemmen. 4) De Wachter Joannes Baptist, landbouwer, 9 stemmen. 5) Van den Bossche Egidius, landbouwer, 9 stemmen. Benoemen de heeren voornoemd tot leden van den bureele van weldadigheid dezer gemeente. Slachmuylders, Willocx, Van den Bossche, Rombouts, De Vleminck, De Koker, Van der Vorst, Verdoodt, Vermeiren, Van Ingelgem.
302
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1107 - Malderen 8 decembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De afleveringsbewijzen van de oproepingsbrieven aan de kiesgerechtigden (kamer van volksvertegenwoordigers). Burgemeester en schepenen UC 1108 - Malderen 9 decembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op uw brief 3410 van 3 dezer waarin u ons uitleg vraagt over de petitie van de heer Rombauts Jacques, gemeenteraadslid, aan de koning, laat ik u weten dat deze ons verklaard heeft dat hij niet van plan is om zijn ontslag in te dienen maar alleen wenst te weten waarom hij niet tot eerste schepen werd benoemd, aangezien hij meer stemmen bekomen had dan degenen die wel tot schepen werden benoemd. UC 1109 - Malderen 9 decembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord de omzendbrief van de gouverneur van 24 oktober MA 276 sturen wij u de deliberatie van onze gemeenteraad van 7 dezer nr. 3 over de benoeming van de leden van het bureel van weldadigheid. UC 1110 - Malderen 12 decembre 1836 A Monsieur l’ingenieur Desart à Capellen-au-Bois. (Vertaald) Omdat wij op 2 januari eerstkomend de opening van de sectie van Mechelen naar Dendermonde van de ijzeren weg wensen te vieren en omdat wij de tunnel (brug) in onze gemeente wensen te versieren vragen wij u, mijnheer, om ons de toelating te geven om deze tunnel te mogen verfraaien met guirlandes, vlaggen en dennenmasten en ook om over de tunnel te mogen beschikken om er een muziekkorps op te plaatsen. Wij vragen u ook, mijnheer, om ons een klein plan voor deze verfraaiing te willen bezorgen of om een van uw conducteurs de opdracht te geven om deze werken te superviseren. UC 1111 - Malderen 12 decembre 1836 A Monsieur Desart, ingenieur du chemin de fer à Capellen. (Vertaald) In antwoord op uw brief van 10 dezer, aangaande het verzoekschrift van de gemeente Buggenhout om een tussenstation op de ijzeren weg te krijgen, delen wij u mee dat wij alle aantijgingen van dat gemeentebestuur afwijzen maar, omdat wij aannemen dat u de buurgemeenten van Buggenhout en Malderen even goed kent als wij, en omdat wij er van overtuigd zijn dat u het algemeen belang zult laten primeren boven dat van een particulier of dat van één enkele gemeente, merken wij alleen maar het volgende op: De Schelde ligt inderdaad slechts een halve mijl van Buggenhout. Aangezien die rivier echter ook in Antwerpen en Dendermonde passeert heeft een tussenliggend station geen enkel nut. Buggenhout is bovendien geen handelsgemeente. De gemeente Merchtem heeft geen enkele directe verbindingsweg met Buggenhout want graaf de Merode verbiedt om door zijn bos te passeren. Daardoor ligt Merchtem in de praktijk zelfs een kwart mijl dichter bij Malderen. De gemeenten Opwijk en Baasrode liggen bovendien veel dichter bij Dendermonde en zullen nooit slechte aardewegen naar een tussenstation nemen daar ze via de steenwegen naar Brussel en Mechelen over een directe verbinding met Dendermonde beschikken. Wat de gemeente Moerzeke betreft gaan wij er van uit dat de burgemeester uit solidariteit de petitie heeft ondertekend. Deze gemeente ligt immers op slechts één mijl afstand van Dendermonde, maar is twee mijl van Buggenhout verwijderd, waar het bovendien nog door de Schelde van afgesneden is.
303
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De verkeerssituatie van de gemeenten Londerzeel, Sint-Amands en Mariekerke vereist absoluut geen station in Buggenhout. Voor Londerzeel zou dat zelfs zeer nadelig zijn. Vermits het duidelijk is, mijnheer, dat het publiek- en staatsbelang eisen dat het station er in Malderen komt, hopen wij dat onze vraag gunstig zal worden ontvangen. Voor de rest vertrouwen wij volledig op uw integriteit. UC 1112 - Malderen 23 decembre 1836 Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Om te voldoen aan Ue circulaire van 13 dezer nr. 3425, betrekkelijk het lager onderwijs geven wij ons de eer Ue te berigten: 1) Dat het schoollokaal dezer gemeente in goeden staat en onderhoud bevind en groot genoeg is voor alle de leerlingen te plaatsen en dat het mobilier is samengesteld uit 14 lessenaars, 45 letterplanken, 9 leestafels, 1 leesmachien, 2 bordens, 1 meter, eenen vierkanten meter dienende ter uitlegging der oppervlakte, geheel het metriek stelsel volledig, bestaande in gewichten, alle de maten voor droge waren te beginnen met den 1/2 mudde tot en met het 1/2 maatje, en een kaarte generaal van het belgenland. 2) dat den onderwijzer de vereischte bekwaamheden bezit tot het onderwijzen van de Vlaamsche taal en de eerste beginselen van de Fransche taal. 3) Het getal leerlingen welke de school in 1836 hebben bijgwoond beloopt tot 109, daar onder begrepen 24 arme kinderen die gratis het onderwijs ontvangen. 4) Hij (de onderwijzer) geniet een jaarwedde der gemeente van frs. 100, de schrijvende leerlingen betalen 63 en de andere 43 centimen per maand. Hij geniet mede een jaarwedde van den staat van frs. 256 en daar den onderwijzer een goed en zedig gedrag houd en hij met ijver zijnen post waarneemt, zijn wij van gevoelen dat hem het gezegd tractement over 1837 nog mag toegestaan worden en zelfs verlangen wij het zelve. 5) En eindelijk, mijnheer, voegen wij hier nevens het rapport door den onderwijzer en door Ue circulaire gevraagd. UC 1113 - Malderen 27 decembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Proces verbaal over de vondst van een onbekend lijk, gevonden in deze gemeente op 25 december. De burgemeester. UC 1114 - Malderen 31 decembre 1836 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 12 november MA 304 aangaande de noden van de behoeftige klasse, laten wij u weten dat, teneinde werk te verschaffen aan de arme arbeiders die er bijna geen hebben, is het bestuur van het bureel van weldadigheid begonnen met het aankopen van vlasdraad om door de huishoudens die geen middelen van bestaan hebben te laten spinnen en van plan is om dat nog een hele winter lang te doen.
304
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
1837 **** UC 1115 - Malderen 2 janvier 1837 Idem als UC 944 PV-ZN Datum van het vonnis: 3-1-1837 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Persoon die het proces opmaakte: Naam en voornaam veroordeelde: Van Riet Jan Baptist Beroep: Landbouwer Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 90,65 UC 1116 - Malderen 12 janvier 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Ingesloten de bewijsstukken van milicien Daelemans Vital van de lichting 1836, die recht op vrijstelling heeft volgens art. 21 van de wet van 8 januari 1817, wegens het overlijden van een van zijn broers. UC 1117 - Malderen 14 janvier 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 10 december 1836 nr. 351, sturen we u in drievoud de handtekeningen van burgemeester en schepenen, evenals van de secretaris en gemeenteontvanger. UC 1118 - Malderen 14 janvier 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De staat der inentingen van 1836. De burgemeester. UC 1119 - Malderen 14 janvier 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Proces verbaal van verpachting der goederen van het bureel van weldadigheid. De burgemeester UC 1120 - Malderen 14 january 1837 Aan mijnheer den arrondissementscommissaris te Brussel - Als een gevolg onzen brief nr. 1113 van 27 december laatst en in antwoord aan Ue brief van den 7 dezer nr. 3525, nopens zoogenaamde Storme Anna, geven wij ons de eer Ue te berigten dat dezelve nooit binnen deze gemeente heeft geresideerd, maar naar menigvuldige gedane onderzoekingen hebben wij eindelijk vernomen dat deze zoude moeten toebehooren aan de gemeente Molhem, waar op wij onzen veldwachter bij den burgemeester dezer gemeente gezonden hebben om de noodige inlichtingen te bekomen tot het opmaken van den akt van overlijden, maar dezen heer alsmede zijnen eersten schepenen hebben hem verklaard dat zij zich noemde Anna Van Belle en dat Brussegem hare geboorteplaats was. Waarop hij zich bij den secretaris dier gemeente heeft
305
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
begeven den welken hem heeft verklaard dat zij op de geboorteregister dezer gemeeente niet voorkomt, nogtans zij in die gemeente of wel te Molhem geboren was, zelfs dat haren broeder Henricus Van Belle te Brussegem over eenige jaren overleden was. En daar deze heeren ons geene verdere inligtingen hebben gegeven, niet tegenstaande zij volgens hun eigene verklaringen om de eene of andere dier gemeenten toebehooren, zoo verzoeken wij Ue, mijnheer, deze besturen te willen bewilligen ons alle noodige inlichtingen nopens deze persoon mede te delen. UC 1121 - Malderen 14 janvier 1837 (Vertaald) Aan de voorzitter van de kantonale raad van de burgerwacht te Wolvertem - Ingesloten de lijst der personen, geboren in 1815, ingeschreven bij onze burgerwacht. SC N° 12 - Malderen 16 january 1837 Het collegie van burgemeester en schepenen der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant. Gezien de circulaire van mijnheer den Minister van Binnenlandsche Zaken dd 16 december laatst, geplaatst in het Memoriaal van Administratire nr. 355 vol. 34, betrekkelijk de uitvoering der wetten en reglementen van politie. Gezien het §4 van het art. 90 der communale wet dd 30 meert 1836, het welk het collegie van burgemeester en schepenen gelast met het uitvoeren der wetten en reglementen van politie. Benoemen en geven bij deze volmagt aan den heer Emmanuel Willocx, eersten schepenen, tot het uitoefenen der rechterlijken politie binnen de gemeente Malderen. Gedaan te Malderen den 16 january 1837. Op bevel, den secretaris, J.B. De Bock - J. Slachmuylders. UC 1122 - Malderen 18 janvier 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris, de procureur des konings te Brussel en de vrederechter te Strombeek - In antwoord op de omzendbrief van de minister van binnenlandse zaken, MA 355 van 16 december 1836, stuur ik u kopie van de delegatie van de dienst van de gerechtelijke politie aan Emmanuel Willocx, eerste schepen. De burgemeester UC 1123 - Malderen 21 janvier 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - We retourneren uw brief 3119 van 4 dezer aangevuld met de opmerkingen van het bestuur van het bureel van weldadigheid en van de gemeenteraad. UC 1124 - Malderen 21 janvier 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - We bevestigen ontvangst van de informatiebrief voor Vermeiren Albert, gepensioneerd soldaat. UC 1125 - Malderen 26 janvier 1837 Mijnheer den arrondissementskommissaris te Bruxelles - Daar er nog verscheide uitwegen en zijbanen aan en langs den ijzeren weg binnen deze gemeente te maken zijn, en de administratie van den zelven ons menigmaal beloofd heeft dat alle de zelve voor het wintersaisoen zoude gemaakt geweest hebben, zonder dat zij tot heden hier aan voldaan hebben, en daar wederom het saisoen nadert dat de inwoners welke van hun land gesneden zijn, dezelve moeten gaan bewerken, zoo geven wij ons de eer, Mijnheer den arrondissementskommissaris, Ued te verzoeken van deze heeren te willen doen bewilligen deze uitwegen en zijbanen in vriendschap te geven en maken, om hun alle verdere moeylijkheden en onaangename klagten en reclamatiën, zoo van wegens het bestuur als der belanghebbende partijen te vermeiden. Het collegie van burgemeester en schepenen van Malderen.
306
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1126 - Malderen 28 janvier 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - De inschrijving en alfabetische lijst der lotelingen van het jaar 1837. De burgemeester UC 1127 - Malderen 29 janvier 1837 (Vertaald) Aan de controleur der directe belastingen te Asse - Register, legger en declaraties van de patentschuldigen 1837. De burgemeester UC 1128 - Malderen 28 janvier 1837 (Vertaald) Burgemeester en schepenen van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gedeputeerde staten van 11 februari 1836 MA 33, aangaande de verzending in dubbel van de rekening over het onderhoud der wegen in 1835, verklaart en verzekert dat hun gemeente in deze kosten voorziet door de gewone inkomsten die groot genoeg zijn voor het onderhoud en de herstelling van de buurtwegen van 1ste klasse, en dat daarom in de gemeente geen speciale rol bestaat over geleverde prestaties en arbeidsdagen en er dus geen afrekening moet worden gemaakt. UC 1129 - Malderen 29 janvier 1837 (Vertaald) Aan de burgemeester van Brussegem - Conform art. 80 van het burgerlijk wetboek stuur ik u het uittreksel van overlijden van Anna Catharina Francisca Van Belle, hier overleden. De burgemeester, ambtenaar van de burgerlijke stand. UC 1130 - Malderen 29 janvier 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Conform uw brief 3525 van 25 dezer stuur ik u de twee brieven van de schepencolleges van Mollem en Brussegem terug die we van u met bovenvermeld schrijven hebben ontvangen. De burgemeester. UC 1131 - Malderen 3 fevrier 1837 Idem als UC 944 UC 1132 - Malderen 7 fevrier 1837 (Vertaald) Aan de commissaris der wegen te Merchtem - In antwoord op uw brief nr. 10 van 30 januari laat ik u weten dat de kosten van onderhoud van onze buurtwegen opgenomen zijn in de gemeentebegroting en dat er hier daarom geen rol voor onderhoud der buurtwegen bestaat. UC 1133 - Malderen 23 fevrier 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 29 december 1836, MA 372, sturen wij u de lijst van onze inwoners die de kwaliteiten bezitten om gezworene te zijn. De burgemeester. UC 1134 - Malderen 28 fevrier 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris - Ik bevestig ontvangst van het brevet van de nieuwe gemeentesecretaris met uw brief 3307 van 25 februari. De burgemeester UC 1135 - Malderen 2 mars 1837 Idem als UC 944
307
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1136 - Malderen 4 mars 1837 (Vertaald) Conform de omzendbrieven van de gouverneur van 16 en 17 januari nrs. 12 en 13, sturen wij: 1) De bevolkingsmutaties 1836. 2) Lijst van aantal woningen en inwoners per 1 januari 1837. Burgemeester J. Slachmuylders, secretaris J.B. Van Ingelgem. UC 1137 - Bestaat niet UC 1138 - Malderen 11 mars 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord op uw omzendbrief van 7 dezer nr. 3766, sturen wij u in dubbel de handtekening van de leden van de gemeenteraad die aangeduid werden om de militiecertificaten van 1837 te tekenen. UC 1139 - Malderen 1 avril 1837 Idem als UC 944 UC 1140 - Malderen 1 avril 1837 (Vertaald) Aan de provinciegouverneur van Brabant - Conform omzendbrief van de bestendige deputatie in MA 75 van 14 maart, sturen wij u de lijst van degenen die verkiesbaar zijn voor de senaat. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1141 - Malderen 11 april 1837 Aan den heer De Bock, notaris, gemagtigden van den staat, te Malderen. In antwoord aan ue brief van den 31 meert laatst nr. 97, nopens den akt van aankoop van 2a60ca grond, afgenomen van het nr. 250 wijk E van het plan cadastral, (voor de ijzeren weg), den welken Ue tegen het certificaat van betaling heeft aangeboden en ongeteekend gebleven is, geven wij ons de eer Ue te berigten dat den raad geenszins verstaat zonder nieuwe overeenkomsten eenige hoegenaamde gronden dezer gemeente toebehoorende af te staan, de welke buiten de als dan getrokkene tracé vallen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1142 - Malderen 12 avril 1837 (Vertaald) In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur van 9 november 1836, MA 301, sturen wij in dubbel de inventaris van het archief van onze gemeente. Een ander afschrift steekt bij het archief. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders DIV – Bijlage bij UC 1142 - Malderen 12 avril 1837 Archives generales du royaume de Belgique 1837 Extrait d'un volume intitulé à dos « Inventaire des archives communales, Province de Brabant, arrondissement de Bruxelles », pièce 66 « Inventaris der archiven, titel registers, boeken, verzaemelingen en andere papieren, berustende ter Secretarij der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant », opgemaekt door deszelfs bestuer, het welk in zijn fonctiën gehandhaeft is geweest, en verklaert dat hun onbekend is of er eenen vroegeren inventaris bestaet of bestaen heeft; en bestaende zoo en de gelijk als volgt: 1. Vijf registers van geboorten, huwelijken en overlijden, gemerkt La A,B,C,D,E en F, gehouden in de succursale kerke deser gemeente sedert en beginnende met den 2den september 1599, tot en met meert 1797.
308
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
2. Een register ingebonden behelsende de geboorten sedert den 1 Vendemiaire jaer 5 tot en met 30 fructidor jaer 12, 1ste deel. 3. Idem van geboorten der jaeren5, 6, 7, 8 en 9, de overlijden van het jaer 8 en huwelijken van het jaer 6 der fransche tijdrekening, welke met tijdsomstandigheden niet waeren overgebragt en opgemaekt. 4. Eenen idem van overlijden, beginnend met 1 vendemiaire jaer 9 tot en met 31 december 1813, ook inhoudende de overlijden der jaeren 5, 6, 7 en 8 der fransche republiek, welke met gegeven omstandigheden niet waeen opgesteld. 5. Eenen idem van huwelijken, beginnende met den 1 vendemiaire jaer 9 tot en met 31 december 1813. 6. Eenen idem van geboorten, beginnende met den 1sten vendemiaire jaer 13 tot en met 31 december 1813, 2de deel. 7. Een idem van geboorten beginnende met 1 january 1814 tot en met 1822. 8. Eenen idem van huwelijken beginnende met 1 january 1814 tot en met 31 december 1822. 9. Eenen idem van overlijden bevattende de jaeren van 1814 tot en met 1822. 10. Eenen idem van geboorten behelsende de jaeren van 1823 tot en met 1832. 11. Eenen idem van huwelijken, beginnende met het jaer 1823 en eyndigende met 1832. 12. Eenen idem van overlijden beginnende met het jaer 1823 tot en met het jaer 1832. Alle deze registers zijn met zorg gebonden en bewaert, en laten niet opmerken dat er eenige uytlatingen zijn gedaen en zijn met alle gewenschte zorg gehouden. 13. Vier registers van geboorten der jaeren 1833, 1834, 1835 en 1836. 14. Idem van huwelijken der jaeren 1833, 1834, 1835 en 1836. 15. Idem van overlijden der jaeren 1833, 1834, 1835 en 1836. 16. Tafel alphabetiek van geboorten, huwelijken en overlijden, beginnende met jaere 1794 tot en met het jaer 1822, in drie volumes. 17. Eenen register inhoudende alle de namen der geborene en overledene bij aphabetiek, beginnende met 1750 tot 1797, één volume. 18. Eenen idem van geboorten en overlijdens beginnende met het jaer 5 der fransche tijdrekening tot en met 31 december 1836. 19. Eene farde inhoudende 1) de formules der akten van geboorten, huwelijken, afkondigingen en overlijden in date 22 november 1813, 2) eene circulaire van den heer gouverneur des konings d.d. 14 december 1824 nopens het houden der registers van den burgerlijken stand en eenige proces verbalen van verificatie der gedeposerde registers. 20. Constitutie der fransche republiek in een volume ingebonden. 21. Bulletin der wetten, Journal officiel en Bulletin officiel, in 6 volumes ingebonden beginnende met jaer 7 der fransche republiek tot en met 1835 en 1836 oningebonden. 22. Bulletin administratif van het jaer 12 en 13, in één volume ingebonden. 23. Idem der jaeren 1812 en 1814; twee volumes ingebonden. Receuil des actes adm. émané du 1 novembre 1816 au 1er février 1817; 1 volume ingebonden. 24. Mémorial Administratif beginnende met 1817 tot en met 1835, in 30 volumes ingebonden en 1836 oningebonden. 25. Register van deliberatiën en processen verbalen van den gemeenten raed beginnende met 1820 tot october 1836. 26. Eenen idem, begonst met 31 october 1836. 27. Register van deliberatiën en besluyten van het collegie van burgemeester en schepenen. 28. Register van proces verbalen rakende de politie. 29. Idem van publicatiën. 30. idem van afgeleverde pasporten. 31. Idem van extract van gepleegde misdaden, etc. 32. Idem van bevolking. 33. Idem van bevolking, opgemaekt ingevolge circulaire van den heer gouverneur d.d. 19 december 1829, N° 185, in dubbel. 309
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
34. 288 afzonderlijke invullings biljetten gesloten in een pak onder het cachet van het bestuer vergezeld. 35. Register van correspondentiën beginnende met 1820. 36. De registers der patentschuldigen van 1816 tot en met 1836. 37. Register de uytgegevene patenten. 38. Budgets der gemeente van den jaere 10 der fransche tijdrekening tot en met den genen van 1837. 39. Rekeningen der gemeente over de jaeren 10 der fransche tijdrekening tot en met de gene van 1835. 40. Militie – Alle de stuks betrekkelijk de militie, beginnende met 1813 tot den dag van heden, bevattende: 1) La table générale de la conscription militaire, commençant de l’an 9 et 10 de la république française. 2) Lotings register van 1815 en 1816. 3) De registers alphabetiek van inschrijvingen, de nomina twee staten La CC, de staeten La DD. 41. Militie – De registers La JJ van 1819 tot en met 1836. 42. Schutterij – 12 registers van inschrijvingen, 12 alphabetiksche lijsten en 12 lotings registers, betrekkelijk de Schutterij. 43. Schutterij – 2 algemeene rollen bevattende de manschappen, geboren sedert 1794 tot en met 1805. 44. Schutterij – twee bezondere rollen der ingelijfde manschappen bij de schutterij in 1828 en 1829. 45. Schutterij – Algemeene naemlijst der in 1828 ingelijfde manschappen die door het lot overgegaen zijn tot de reserve. 46. Schutterij – Register van onderzoek van vrijstellingen bevattende de jaeren 1828, 1829 en 1830. 47. Burgerwagt – Register der inschrijvingen voor de burgerwagt opgemaekt ingevolge arrêté van het gouvernement provisoire d.d. 26 october 1830. 48. Burgerwagt – De lijst alphabetiek der zelve manschappen. 49. Burgerwagt – De inschrijvings registers voor de burgerwagt der jaeren 1831, 1832, 1833, 1834, 1835, 1836 en 1837. 50. Burgerwagt – De controlen van den eersten ban uytmaekende de 7e compagnie 1e Bataljon, 1e Legioen. 51. Burgerwagt – Idem van den tweeden ban, uytmaekende de 8e Compagnie, 1e Bataljon, 1e Legioen. 52. Burgerwagt – Extrakt uyt het proces verbael der zittingen der burgerwagt van 1831, 1832 en 1833. 53. Burgerwagt – 19 brieven betrekkelijk de burgerwagt. 54. Burgerwagt – Akte van eedaflegging der officieren der burgerwacht d;d. 14 mey 1831. 55. De statistieke tabellen der sterfgevallen van 1827, 1828, 1829, 1830, 1831, 1832, 1833, 1834, 1835 en 1836, en den tableau van het getal huyzen en inwooners dezer gemeente van 1835 en 1836. 56. Staet of register der gedaene visieten op de maeten en gewigten sedert 1 january 1826 tot en met 1832. 57. Register van het getal gevaccineerde kinderen sedert 1819 tot en met 1830. 58. Cohier der parochie en heerlijkheyd van Malderen getrokken uyt den kaertboek der generale parochie meting van d.d. 1784. 59. Generaele meting en caertboek der parochie en eerlijkheid van Malderen d.d. 27 augusty 1717. 60. Matrice der rolle der gemeente Malderen opgemaekt den 30 floréal jaer 13. 61. Idem opgemaekt den 23 juny 1806.
310
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
62. Staet indicatief opgemaekt den 8 fructidor jaer 9. 63. Staet van mutatiën voorgevallen in de eygendommen der gemeente Malderen sedert 1807 tot en met 1834. 64. Matrice cadastrale in 2 deelen, gesloten den 10 october 1834. 65. Tableau indicatif primitif, gesloten den 24 january 1834. 66. Kopij der verzameling der sectiën van de cadastrale kaert der gemeente Malderen, gemeten in 1821. 67. Kopij der kaert bladers Section A,B,C,D en E. 68. Plan cadastral, 6 kaertbladers in 5 sectiën/ 69. De proces verbaelen en lijst alphabetiek betrekkelijk de kiezingen der provinciale staten van het jaer 1818, 1819, 1820, 1821, 1822, 1823, 1824, 1825, 1826, 1827, 1828 en 1829. 70. Eene farde inhoudende 1) 12 tableaux constatant la remise des lettres de convocations à chacun de messieurs les electeurs. Art. 10 de la loi electorale du 3 mars 1831. 2) 6 listes alphabetiques des ayant-droit de voter pour la formation de la chambre des représentants. 3) Alphabetische lijst der geregtigde personen tot verkiezing van de volksraed, opgemaekt ingevolge besluyt d.d. 10 october 1830. 4) 3 lijsten der persoonen de welke de hoedanigheyd bezitten van den jury. 71. Eene idem inhoudende : 1) Lijst der burgers welke de hoedanigheyd vereenigen om mede te werken tot de kiezing van den gemeenten raed. 2) Proces verbael der kiezing van den gemeenten raed. 3) Lijst der kiezers voor de gemeente kiezingen. 4) Lijst der kiezers aengewesen om de fonctiën van president en secretaris in de gemeente kiezing uyt te oefenen. 5) tafereel bewijzende het afgeven van de brieven van bijeenroeping aen elken gemeenten kiezer. 72. Eene farde inhoudende 14 proces verbaelen van openbare verhuring van het waegregt dezer gemeente, beginnende met 1807 tot en met 1838. 73. Eene idem inhoudende 19 repertoriums gehouden door den secretaris van het plaetselijk bestuer. 74. Eene idem inhoudende 3 kwittanciën, 2 brieven, eenen staet en rapport generael betrekkelijk de aenmoediging en ondersteuning van den gewapenden dienst in de Nederlanden. 75. Eene farde inhoudende drij Koninklijke Besluyten vergunnende een tractement op den staet aen den onderwijzer, plan van het schoollokael, devis tot vergrooting van het zelve, benoeming van eene schoolcommissie en verscheyde statistieken, staeten en brieven betrekkelijk het lager onderwijs en schoollokael. 76. Eene farde inhoudende : 1) Staet of devis estimatif en proces verbael van aenbesteding d;d. 18 meert 1822 tot het opbouwen van het schoollokael en woning van den onderwijzer. 2) Staet van onkosten van het zelve. 3) Zeven brieven aen den heer districtscommissaris, hier toe betrekkelijk. 4) Plan van het zelve. 5) Een plan van vergrooting en staet van des zelfs onkosten. 77. Eene idem inhoudende: 1) Zeventien benoemingen van burgemeester, assessoren, raedsleden, secretaris en gemeenten ontfanger. 2) Twee staeten betrekkelijk hunne bekwaemheden en gedrag. 3) 22 proces verbalen van eedafleggingen en installatiën der zelve. 4) Besluyt der Gedeputeerde Staeten d.d. 19 september 1835, houdende destitutie van den gemeenten ontfanger Lemmens, en de benoeming van Van Ingelgem, en 5) Twee benoemingen van veldwagters. 78. Eene farde inhoudende verscheyde staeten en tariven nopens de broodzetting.
311
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
79. Eene farde inhoudende een reglement op de nagtwagt, twee idem op de herbergen en een idem van den brand voor te komen. 80. Eene farde inhoudende drij aenbestedingskohieren der zoo genoemde beelaers brugge, behoorlijk goedgekeurd. 81. Eene farde inhoudende; 1) Eenen staet der situatie van den bureele van weldadigheyd, opgemaekt den 22 december 1822. 2) Eenen staet van inlichtingen gevraegd bij circulaire in date 15 augusty 1822 N° 3. 3) Deliberatie van den gemeenten raed, behoorlijk goedgekeurd, houdende benoeming van twee leden van den bureele van Weldadigheyd. 4) Tien staeten betrekkelijk den huyszittenden armen, godshuysen, arme scholen en het getal bedeelde persoonen door den bureele van weldadigheyd. 82. Eene farde inhoudende: 1) Drij proces verbaelen betrekkelijk de openbare verhuring der gemeente goederen. 2) Twee staeten van onkosten en honoraire, alle behoorlijk goedgekeurd. 3) Een staet der verhuerde goederen toebehoorende aen de gemeente, aen den armen en aen het kerkfabriek. 83. Eene farde inhoudende den tableau generael van alle de straeten en wegen, idem der beken en waterloopen, opgemaekt ingevolge besluyt d.d. 14 juny 1820, en kopij der zelve, goedgekeurd door de aenhoudende deputatie van den provinciaelen raed, en verdere stuks hier betrekkelijk. 84. Eene idem inhoudende verscheyde statistieken als statistique manufacturière, agricole et industrielle en tableauw La A,B,C. 85. Een Koninklijk Besluyt in date 22 augusty 1827 N° 196, waer bij den bureele van weldadigheyd word gemagtigd tot het aenveerden der fondatie en het legaet gedaen door Isaac Reyers. 86. Eene grosse eener acte rentconstitutie van 8500 francs, erkend door den heer Adriaen Francis Rollier, advokaat, wonende te Opdorp, in voordeele en ten behoeve dezer gemeente, gepasseert voor den notaris De Bock te Malderen den 21 Juny 1834, behoorlijk geregistreerd en ingeschreven ter hypotheken te Brussel den 24 november daerna, vol.412 N° 194. 87. Eene farde inhoudende vijf benoemingen van repartiteurs. Gedeposeerde stukken door den ontfanger der directe belastingen. 88. De rolle van het foncier, patent en belasting op het vee, van 1822. 89. De rolle van het foncier, journal van ontfang, kohier der belasting op het personneel, journal van ontfangst N° 2, kohier op het patent, rolle der belasting geheven op het vee en rolle der verdeeling van de grondlasten over 1823. 90. Rolle van het foncier, journal van ontvangst, rolle der belasting op het personneel, idem suppletoire, kohier op het patent, kohier der belasting op het vee en verdeelingsrolle van het foncier over 1824. 91. Rolle van het foncier, journal van ontvangst Nr 1 en 2, kohier der personneele belasting, idem patent, idem op het vee, idem op het gemael, idem der plaetselijke belasting op de honden en idem der schoolfonds over 1825. 92. Rolle de belasting op het foncier, idem der verdeelingen, journal van ontfangst, kohier op het personneel, idem patent, idem op het vee, idem op het gemael, idem der plaetselijke belasting op de honden en schoolfonds over 1826 93. Rolle van belasting op het foncier, idem der verdeelingen, journal van ontvangst, kohier der belasting op het personneel, idem op het patent, idem op het vee, idem op het gemael, idem der plaetselijke belasting op de honden en rolle van het schoolfonds over het jaer 1827.
312
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
94. Rolle der belasting op het foncier, idem verdeeling, journal van ontvangst, kohier der personneele belasting, idem op het patent, idem op het vee, idem der plaetselijke belasting op de honden en rolle van de schoolfonds over 1828. 95. Drij farden inhoudende de correspondentie brieven der jaeren te beginnen met 1808 tot ende met 1836. 96. Het mobilier van het schoollokael bestaet in 14 lessenaers, 45 letterplanken, 9 leestafels, een leesmachien, 2 bordens, een meter, eenen vierkanten meter ter uytlegging der opppervlakte, geheel het metriek stelse volledig, bestaende in gewigten, alle de maeten voor drooge waeren, te beginnen met de halve midde tot en met het half maetje, en voor de natte waren, van den dubbelen liter tot en met het half maetje, en eene kaert generael van het Belgeland. 97. Twee kassen ter bewaring van vermelde archiven. 98. Cachet der gemeente. Verders verklaert men dat de gebouwen de gemeente toebehoorende, als pastoreel huys, schoollokael, woning van den onderwijzer, waeg en wachthuys, in goeden onderhoudstaet zijn. Aldus gedaen en opgemaekt in drij dubbel. Te Malderen, den 10 april 1837. het collegie van burgemeester en schepenen, geteekend J. Slachmuylders Op bevel, den secretaris, geteekend J.B. Van Ingelgem Voor gelijkvormige kopij Den secretaris van het bestuer J.B. Van Ingelgem. UC 1143 - Malderen 12 avril 1837 (Vertaald) Aan de ontvanger der registratie te Vilvoorde - Aangezien we de zegels der patenten voor dit jaar nog niet ontvangen hebben, gelieve deze zo snel mogelijk te sturen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1144 - Malderen 13 avril 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Bij onzen brief van den 26 january laatst nr. 1125 hebben wij de eer gehad Ue te verzoeken de administratie van den ijzeren weg wel te willen doen bewilligen de uitwegen en zijbanen aan en langs gezegden weg, binnen deze gemeente, in vriendschap te geven en maken, en daar er tot heden nog geene dezer werkzaamheden verrigt zijn, en wij dagelijks met klagten zoo van wegens de eigenaars als gebruikers welke gansch van hunne landen afgesneden zijn, en zich in de onmogelijkheid bevinden dezelve te kunnen bewerken, overlast zijn, zoo geven wij ons de eer Ued opnieuw te verzoeken hieraan gevolg te willen geven, op dat den landbouw hier door niet langer in lijden zou blijven. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders SC N° 13 - Malderen 15 april 1837 Het collegie van burgemeester en schepenen. Gezien den brief van den commissaris opzichter der wegen en straten van het kanton Wolverthem dd 14 dezer. Brengen bij deze ter kennis van hunne geadministreerde dat gezegden heer commissaris opzichter der straten en wegen zich op maandag 17 april 1837, ten 1 uur namiddag, binnen deze gemeente zal begeven om de eerste straatschouwing te doen. Dienvolgens worden alle degeene welke hem eenige belangen te kennen te geven of reclamen te maken hebben, aanzogt zich op gestelden dag en uur ter secretarij dezer gemeente te begeven. Gedaan te Malderen in zitting van den 15 april 1837.
313
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Op bevel, den secretaris, J.B. Van Ingelgem - Den burgemeester, J. Slachmuylders. SC N° 14 - Malderen 15 april 1837. Het collegie van burgemeester en schepenen. Gezien de circulaire van den heer gouverneur dezer provincie dd 13 meert laatst MA 74. Brengen ter kennis van hunne geadministreerde welke op den kiezerslijst voor de kiezingen der kamer der volksvertegenwoordigers niet gebragt zijn, en de vereischte hoedanigheden vereenigen om verkiezers te zijn, en den cijns bepaald op frs. 63,49 directe belastingen, daar onder begrepen de patenrechten, betalen. Dat zij voor den 1 mei aanstaande hunne aanslagbiljetten aan het plaatselijk bestuur moeten indienen en verzogt worden alle inligtingen te bezorgen die bekwaam zijn om dezelve te verbeteren of te doen aanvullen. De weduwen welken gezegden cijns betalen, mogen eenen hunner zoonen, de vereischte hoedanigheden bezittende, delegeren om mede te werken voor de kiezingen van de provinciale staten. De personen welke 15 francs belastingen aan de staat, daar onder 1/3 hunner huurlanden begrepen, betalen en de vereischte hoedanigheden bezitten en op den lijst der kiezers voor de gemeentekiezingen niet gebragt zijn, worden insgelijks aanzogt hunne reclamen, ondersteund door de aanslagbiljetten, binnen de 10 dagen aan het bestuur in te dienen, om op gezegden lijst te kunnen worden gebracht. Gedaan te Malderen den 15 april 1837 Op bevel, den secretaris, J.B. Van Ingelgem - Den burgemeester, J. Slachmuylders. UC 1145 - Malderen 20 avril 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Ingevolge uw brief 3934 van 13 dezer bevestigen wij ontvangst van het mandaat voor Albert Vermeiren, gepensioneerd soldaat. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1146 - Malderen 20 avril 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 3956 van 17 dezer laten wij u weten dat milicien Verheykens Jean Amand, waarvan de verlofverlenging geweigerd werd, niet van onze gemeente is en hier zelfs niet gekend is. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1147 - Malderen 30 avril 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - We ontvingen de vertrekorders voor de miliciens van de lichting 1837 en merken op dat volgens het order Vertongen Henri het nr. 22 zou hebben geloot waar dit in werkelijkheid 23 was. Bovendien is hij door de militieraad definitief vrijgesteld van militaire dienst omdat een broer in de lichting 1827 heeft gediend. Hier moet dus een schrijffout zijn gemaakt want het was François Louis Verdoodt die het nummer 22 heeft getrokken en geen vrijstelling heeft gekregen. Gelieve dit recht te zetten. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1148 - Malderen 2 mai 1837 Idem als UC 944 UC 1149 - Malderen 2 mai 1837 Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Conform de omzendbrief van de gouverneur van 13 maart, MA 74, sturen wij u de alfabetische lijst van de personen die mogen kiezen voor de kamer van volksvertegenwoordigers.
314
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1150 - Malderen 2 mai 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Gevolg gevend aan de omzendbrief van de gouverneur van 15 maart, MA 78, sturen wij u de alfabetische lijst van de kiesgerechtigden voor de provinciale verkiezingen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders GR N° 4 - 8 mei 1837. (Kort) Gemeenterekening 1836, voorgelegd door J.B. Van Ingelgem, gemeenteontvanger. - Algemene ontvangsten: 4088,33 - Algemene uitgaven: 3833,08 - Batig slot 255,25 francs UC 1151 - Malderen 13 mai 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Gevolg gevend aan de omzendbrief van de gouverneur van 10 april, MA 104, sturen wij u de statistiek over het lager onderwijs in onze gemeente over 1836. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1152 - Malderen 17 mai 1837 (Vertaald) Aan de raad van bestuur van het 7de Linieregiment te Namen - In antwoord op uw brief 624 van 11 dezer, sturen wij u het overlijdensextract van Meert Dominique, milicien van de klas 1827, nr. 9 van de loting. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1153 - Malderen 18 mei 1837 Aan mijnheer Van Moer, conducteur van den ijzeren weg te Vilvoorde - Niet tegenstaande wij menigmaal aen Mr. Rousseau geaclameerd hebben tot het maken der uitwegen en zijbanen aan en langs den ijzeren weg binnen deze gemeente en dezen heer ons altijd belooft hier aan binnen eenige dagen te volkomen, zonder dat hij tot heden hier aan voldaan heeft, en daar, door dezen uitstel zoo menigen landbouwer dezer gemeente groote interesten lijd, zoo verzoeken wij ued, zeer minnelijke mijnheer, deze werken zonder uitstel te willen doen verrigten en ons hierdoor de onaangenaemen reclamen te willen vermeiden. Doch indien tegen alle verwachting aan deze zoo rechtveerdige vraag geen gevolg gegeven wierd, zullen wij ons in het geval bevinden den uitvoer dezer werken met kragt aan het opperbestuur te vragen, waar voor wij geene moeitens noch arbeid zullen sparen. In afwagting dat Ued deze werken zonder uitstel wel zult willen ordonneren, etc... Den secretaris Van Ingelgem - Burgemeester Slachmuylders. PV-ZN Datum van het vonnis: 31-5-1837 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Naam en voornaam veroordeelde: Vijvermans Jacobus Beroep: Landbouwer Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 17,35 UC 1154 - Malderen 1 juin 1837
315
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Gevolg gevend aan de omzendbrief van de gouverneur van 11 april, MA 108 sturen wij in dubbel der lijst der gezworenen van onze gemeente. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1155 - Malderen 1 juin 1837 Idem als UC 944 UC 1156 - Malderen 1 juin 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Een deliberatie van ons bureel van weldadigheid, goedgekeurd door de gemeenteraad, met de vraag om een bedrag van fr. 401,11 in 1837 te mogen distribueren en om een bedrag van fr. 174,74, in 1835 geweigerd, in de rekening van 1836 te mogen brengen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1157 - Malderen 9 juin 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris te Brussel - De lijst van de aan onze kiesgerechtigden afgeleverde oproepingsbrieven. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1158 - Malderen 24 juin 1837 (Vertaald) Aan de kolonel van het 4de Linieregiment in Dendermonde - In antwoord op uw brief 111 van 10 dezer, laten wij u weten dat Hobus Pierre Jean, milicien van Malderen, die het hospitaal van Charleroi op 20 mei 1832 verlaten heeft, niet in het bezit was van een wapen, zelfs niet van zijn uniform. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1159 - Malderen 29 juin 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris - In viervoud, gemeenterekening 1836. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1160 - Malderen 1 juillet 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Gevolg gevend aan uw brief 4135 van 1 juni laten wij u weten dat wij geen opmerkingen hebben aangaande de ons gestuurde lijst van bedelaars uit onze gemeente die opgesloten zijn in de kolonie van MerksplasRijkevorsel. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1161 - Malderen 2 juillet 1837 (Vertaald) Het college van burgemeester en schepenen van Malderen verklaart en bevestigt dat er in de gemeente geen personele belasting bestaat en dat deze rol dus niet moet worden opgemaakt. UC 1162 - Malderen 5 juillet 1837 (Vertaald) Aan de directeur van het instituut voor gevonden en verlaten kinderen te Brussel In antwoord op uw brief van 10 juni laten wij u weten dat we onze gemeente niet erkennen als bijstandsdomicilie van François Aerts, geboren in Brussel op 18 augustus 1836, zoon van Petronella Aerts, omdat de moeder zonder onderbreking in Opdorp heeft gewoond en daar zelfs op 14 augustus 1809 in het huis van Pierre Van Damme geboren is. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders GR N° 5 - 10 july 1837
316
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Malderen, zitting van de raed van 19 july 1837. Waer dat tegenwoordig waren de heeren Josephus Slachmuylders, burgemeester, voorzitter, Emmanuel Willocx, Egidius Van den Bossche, schepenen, Jacobus Rombauts, Joannes Baptist De Vleminck, Emmanuel Verdoodt, Petrus De Koker, Dominicus Van der Vorst en Henricus Vermeiren, raedsleden, en Joannes Baptist Van Ingelgem, secretaris. Mijnheer den burgemeester doet eene voorstelling opdat den gemeenten raed zich aen Mijnheer den Minister van openbaere werken zoude adresseren ten eynde door hem de noodige uytwegen aen den ijseren weg binnen deze gemeente te bekomen. Den gemeenten raed rijpelijk overwegende 1) Dat niet tegenstaende burgemeester en schepenen zich menigmael aen de administratie van den ijseren weg gezegde uytwegen heeft gereclameert, de welke altijd beloofd heeft, van over 8 à 9 maenden, dezelve eerstdaegs te geven, zonder dat er tot heden iets verrigt is. 2) Dat het gemeenten bestuer zich dagelijks overvallen bevind met reclamen der interest lijdende partijen, de welke gansch van hunne landen gesneden zijn en teenemael buyten staet dezelve te kunnen bewerken en mesten, waer door deze landbouwers zoo aenzienelijke schaede leyden. 3) Dat de inwoners dezer gemeente aen zeer geringen prijs hunne goederen aen den staet hebben afgestaen aengezien hun alsdan stellig beloofd wierd dat zij geene hoegenaemde ongemakken met hunne lossingen en uytwegen zouden gehad hebben, hetwelk een merkelijker voordeel als den onkost dezer uytwegen aen den staet heeft opgelevert. 4) Dat in alle andere gemeentens op deze sectie Mechelen-Dendermonde de uytwegen nu reeds gemaekt en verleend zijn waer in tegendeel binnen deze gemeente nog niets verrigt is. Teenemael overtuygd zijnde van de regtveerdigheyd hunner reclamen en van de schaeden welke deze inwoners hier door leyde, hebben eenpariglijk besloten Mijnheer den Minister van openbare werken ootmoediglijk te verzoeken van zonder uytstel regt aen deze regtveerdige reclamen te doen met de zoo verlangde en noodige uytwegen aen den ijseren weg binnen deze gemeente te doen maeken. De tegenwoordige resolutie zal aen de deputatie van den provincialen raed worden overgemaekt, die ze wel zal willen doen geworden aen Mijnheer den minister van publieke werken. UC 1163 - Malderen 10 juillet 1837 (Vertaald) Het college van burgemeester en schepenen van Malderen, om te voldoen aan de brief van de ontvanger der registratie nr. 754/12 van 4 dezer, verklaart dat Charles Aerts, die op 3 december 1836 door de correctionele rechtbank van Mechelen tot een gevangenisstraf en tot een boete van fr. 11,75 veroordeeld werd, van hun gemeente is, ondanks dat hij deze al meer dan 15 jaar geleden verlaten heeft. UC 1164 - Malderen 19 juillet 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - We bevestigen ontvangst, met uw brief 4287 van 3 dezer, van de informatiebrief bestemd voor Albert Vermeiren, gepensioneerde soldaat. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1165 - Malderen 19 juillet 1837 (Vertaald) Aan de vrederechter te Strombeek - In antwoord op uw brief 139 van 13 dezer over de klacht van Van den Moortel Mathieu, gewezen knecht bij landbouwer Cleirbaut, laat ik u weten dat deze Cleirbaut Van den Moortel al zijn kleren en de rest van zijn loon gegeven heeft. De burgemeester UC 1166 - Malderen 23 juillet 1837
317
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
(Vertaald) - Ijzeren weg - Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Ingesloten een klacht van onze gemeenteraad van 19 dezer, nr. 5, over de loswegen in onze gemeente. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders GR N° 6 - Zitting van den 3 augusty 1837 (Kort) Rekening bureel van weldadigheid 1836, voorgelegd door de heer Van Malderen, ontvanger. - Algemene inkomsten 2050,02 - Algemene uitgaven 1990,50 - Batig slot 59,51 francs - De ontvangsten gedaan op het provisioneel op 205,76 - Gekweten kapitalen en onvoorziene opbrengst van kapitalen 1429,26 UC 1167 - Malderen 3 août 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - De rekening van het bureel van weldadigheid van 1836. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1168 - Malderen 7 août 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 3527 van 24 juli sturen wij u 1) de deliberatie van de gemeenteraad van 7 december 1836 over de benoeming van de raad van het bureel van weldadigheid, en 2) een inlichtingenstaat in verband daarmee. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders PV-ZN Datum van het vonnis: 11-8-1837 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Naam en voornaam veroordeelde: Vermeren Joannes Beroep: Landbouwer Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 196,90 Datum van het vonnis: 11-8-1837 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Naam en voornaam veroordeelde: Obus Joannes Beroep: Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 196,90 Datum van het vonnis: 11-8-1837 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Naam en voornaam veroordeelde: Buelens Charles Beroep: Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 196,90 Datum van het vonnis: 11-8-1837 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Naam en voornaam veroordeelde: Saerens Benedictus
318
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Beroep: Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 196,90 Datum van het vonnis: 11-8-1837 Tribunaal dat het vonnis uitsprak: Naam en voornaam veroordeelde: Van Schoor Charles Beroep: Woonplaats: Malderen Reden van de veroordeling: Gevangenisstraf: Geldboete, kosten: 196,90 PV N° 32 17-8-1837 - Tegen Joannes Van Ingelgem, Gilles De Maerschalck en Pieter De Velder te Steenhuffel. Het jaer duizend acht honderd zeven en dertig den zeventienden der maend Augusty, ten tien uren voor middag is voor ons Josephus Slachmuylders, burgemeester der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant, gekomen Franciscus Hofmans, herbergier, wonende te Malderen in het dorp, den welken ons heeft verklaert dat op eergisteren vijftienden dezer omtrent den negen uren des avonds zekeren persoon genaemd Van Ingelgem Joannes, zoon Jan, maeldersgast bij Pieter De Boeck, maelder te Steenhuffel, aen zijne dogter Maria Justina Hofmans, bij hem wonende, een fles bier vraegende waer voor zij achttien centiemen eyschte, gezegd heeft dat zij deugnieten en dieven waeren dat zij hun bier meerder verkogten als het weerd was, en dezelve fles in stukken heeft geworpen zonder die te betaelen. Waer op Gilles De Maerschalck, zoon Guillielmus, landbouwer te Steenhuffel, zonder enige geschillen al vloekende en doende mede de aengehaelde verwijtingen, op de tafel heeft beginnen te slagen, het welk hij comparant hoorende heeft willen beletten, en dat genoemden De Maerschalck alsdan hem heeft vastgenomen en verscheyde vuystslagen op zijn hoofd toegebragt, en dat Pieter De Velder, dienstbode bij genoemden Pieter De Boeck, hem ter zelver tijde nog eenige vuystslagen op zijn hoofd heeft gegeven. wijders verklarende dat zijnen zoon Charles Louis Hofmans, wever, ook bij hem wonende en Joannes Hofmans, landbouwer te Puers insgelijks enige vuystslaegen van genoemde personen hebben ontvangen. Al het welk geschied is in de tegenwoordigheid van Josephus Heymans, arbeyder wonende te Malderen, en Christiaen Demaeyer, zoon Jan Franciscus, landbouwer te Londerzeel aan het Wit Peerd. Waervan en van alle welke wij hebben opgesteld het tegenwoordig proces verbael voor overgemaekt te worden aen wie het behoort. Te Malderen den dag, maend en jaer als boven gemeld. J. Slachmuylders. UC 1169 - Malderen 17 août 1837 (Vertaald) Het college van burgemeester en schepenen van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur van 15 juli MA 186, verklaart en verzekert dat er in deze gemeente geen teelt van suikerbieten bestaat noch een fabriek van inlandse suiker is. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1170 - Malderen 18 août 1837 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - Proces verbaal tegen Jean Van Ingelgem, Egide De Maerschalck en Pierre De Velder, allen van Steenhuffel, wegens mishandeling van François Hofmans van Malderen. De burgemeester
319
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
PV N° 33 22-8-1837 - Tegen Albert Hermans voor diefte. Het jaer duyzend acht honderd zeven en dertig den twee en twintigsten der maend Augusty ten tien uren voor middag is voor ons Emmanuel Willocx, schepenen en politie ambtenaer der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant, gekomen, den heer Joannes Baptist Flament, surveillant op den ijzeren weg binnen deze gemeente, den welken ons heeft verklaert dat er in den nagt van 21 à 22 dezer, twee billen aen den ijseren weg in de Waterbosschen binnen deze gemeente en toebehorende aan den Staet gestolen waren. wijders verklaerende dat er over veertien dagen à drij weken nog negen weekhouten billen weggenomen zijn geweest. Op wlke verklaring wij ons vergezeld van Josephus De Smedt, veldwachter dezer gemeente, en Josephus Uffelmans, garde op den ijseren weg wonende te Malderen, eene huyszoekinge hebben en gekomen zijnde ten huyze van Albertus Hermans, arbeyder wonende te Malderen, eene der gestole billen en nog enige gekloven hout van billen gevonden hebben, en hem gevraegt hebbende waer hij gezegde billen gehaeld had, heeft ons openlijk bekend dat hij deze billen aen den ijzeren weg regt over zijn huys genomen had. Gezegde bille hebben wij aenstonds naer het gemeentenhuys dezer gemeente doen vertransporteren voor aldaer bewaerd te worden. Waer van en van alle welke wij hebben opgesteld het tegenwoordig proces verbael voor overgemaekt te worden aan wie het behoort. Te Malderen den dag, maend en aer als boven. E. Willocx UC 1171 - Malderen 23 août 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 4403 van 16 dezer over milicien Daelemans Jh die sedert het oproepen van de lichting 1835 zijn korps nog niet heeft vervoegd, laten wij u weten dat deze bij het oproepen zijn vrijstelling kunnen aantonen heeft met een certificaat afgeleverd door de aartsbisschop van Mechelen en overhandigd aan de heer Prosper Follez. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1172 - Malderen 23 août 1837 (Vertaald) Het college van burgemeester en schepenen van Malderen verklaart en verzekert dat de namenlijst model CC van de miliciens die dit jaar vrijgesteld werden van militaire dienst, gepubliceerd werd en geafficheerd op zondagen 13 en 20 dezer, conform art. 150 van de wet van 8 januari 1837. UC 1173 - Malderen 23 août 1837 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel en aan de brigadier van de gendarmerie te Wolvertem - Proces verbaal tegen Hermans Albert voor diefstal. De burgemeester SC N° 16 - Malderen, zitting van 26 augusty 1837 Verslag over het bestuur en den toestand van zaken van de gemeente Malderen over 1837, opgemaakt in gevolge art. 70 der gemeentewet van den 30 meert 1830, door burgemeester en schepenen der zelve gemeente, gedaan in openbare zitting van den gemeentenraad van den 6 september 1837 en waarvan het publiek bij plakschriften in date 27 augusty 1837 is berigt geworden. Stand der financiën van de gemeente. Blijkens de rekening opgemaakt door den gemeenten ontvanger over den jare 1836 en door den gemeentenraad in zitting van den 8 mei 1837 provisoirelijk gearreteerd, bestaat er nog een batig slot van frs. 255,25, schoon nogtans de gemeente sedert eenige jaren merkelijke uit-
320
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
gaven te bestrijden gehad heeft met het plaatsen van twee zinneloozen te Gheel en twee andere in het bedelaarswerkhuis te Merksplas-Rijkevorsel. Sedert verscheide jaren hebben de ontvangsten de uitgaven overtroffen tot zoo verre dat de gemeente in staat geweest is den 26 december 1836 frs. 1000 in de spaarkas te Brussel te plaatsen. Met het leggen van den ijzeren weg van Mechelen naar Dendermonde heeft de gemeente aan den staat eenige gemeentegronden afgestaan voor de somme van 938 francs, daar onder begrepen de indemniteit der boomen, welke somme insgelijks den 10 february 1837 in de spaarkas te Brussel is geplaatst. Eenige buitengewone uitgaven zal de gemeente gedurende 1838 te bestrijden hebben, als: 1. Aankoop van een pijl gewichten van 100 kilogrammen, voor de waag der wekelijksche markt. 2. Eenige banken voor de markt ter plaatsing van de boter en het vlas. 3. Voor doozen ter bewaring der gemeente archieven, het welk van een groot aanbelang is. Waar van de kosten kunnen begroot worden op omtrent 200 francs als mede eenige reparatiën aan bruggen en goten. Lager onderwijs. Den onderwijzer Joseph De Schrijver die met het kosteloos onderwijs der behoeftige kinderen belast is, kwijt met den aldergrootsten iver zijne pligten, hij houd een goed en zedig gedrag en geene de minste klagten bestaan er ten zijnen laste. Alle de schoolmeubelen zijn in goeden staat. De deuren en vensters van het schoollokaal en wooning van den onderwijzer zullen gedurende 1838 behooren geverft te worden. Archieven der gemeente. Alle deze archieven bevinden zich in goeden staat en worden behoorlijk bewaart, doch zou der zelver bewaring met ze in doozen te plaatsen waarvan hier voren gesproken is kunnen verbeterd worden. Brandblusmiddelen. Alle de brandblusmiddelen bevinden zich ook in goeden staat en op den zolder van het schoollokaal in bewaarnis. Politie. Geene criminele misdaden hebben er gedurende het loopende jaar binnen de gemeente plaats gehad. Van alle correctionele misdaden en wanbedrijven is er behoorlijk proces verbaal opgemaakt en zijn alle min of meer door de correctionele rechtbank gestraft geworden. Onvoorziene rampen en verliezen. Geene onvoorziene rampen of verliezen zijn er gedurende dit jaar binnen deze gemeente te betreuren geweest. Straten en wegen. Sedert twee jaren hebben de straten in slegten staat geweest door de menigvuldige transporten den welken den ijzeren weg binnen deze gemeente hebben veroorzaakt, doch zijn thans in zeer goeden staat. Hiertoe is teenemaal de somme van 300 francs, toegestaan in den begrootingsstaat van 1837, gebruikt geweest, en om de zelve in dezen staat te houden ware het noodzakelijk dat de zelve somme in den begrootingsstaat over 1838 wierd voorgedragen. Bureele van weldadigheid. Dit gesticht heeft dit jaar genoodzaakt geweest eene somme van 400 francs uit de spaarkas te trekken om haren deficit van voorgaande jaren te dekken, hetwelk het besteden der kinderen wiens ouders slachtoffers van den cholera geweest hadden veroorzaakt hebben. Alle de gelden voortskomende van gerembourseerde renten en cijnzen en afstand der goederen aan den staat tot het leggen van den ijzeren weg, zijn alle behoorlijk in de spaarkas te Brussel geplaatst.
321
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De inkomsten beloopen voor dit jaar tot 1300 à 1400 francs en zullen vergenoegen om de uitgaven te dekken. Het getal der bedeelde beloopt tot 172, waaronder er 5 bestedelingen zijn. Daar bestaan geene vondelingen noch verlatene kinderen. Kerkfabriek. Met de wet van den 9 january 1837, waar bij den Staat aan de heeren onderpastoors en jaarlijksch tractement van frs. 500 verleent, kan dit fabriek met den onderstand van 400 francs, welken de gemeente haar verleent, zeer wel in haar bestaan voorzien Aldus gedaan te Malderen in zitting van het collegie van burgemeester en schepenen den 26 augusty 1837. Op bevel, den secretaris, J.B. Van Ingelgem - Den burgemeester, J. Slachmuylders. UC 1174 - Malderen 30 août 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief 4430 van 23 dezer aangaande de motieven waarom Lauwers Pierre zijn zoon Jean Lauwers wenst te laten vervangen voor militaire dienst, laten wij u weten dat Jean de oudste zoon is en voor alles zorgt aangezien zijn vader daarvoor vanwege zijn hoge ouderdom (84 jaar) niet meer in staat is. Bovendien beschikt hij over genoeg middelen om de vervanger te betalen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders GR N° 7 - Séance du 4 septembre 1837 (Vertaald) Gemeentebegroting 1838 Overschot van voorgaande jaren Overschot van de rekening 1836 Totaal der buitengewone en gewone ontvangsten der begroting 1837, excl. het beschikbaar overschot van vorige jaren (gebracht aan begin dezer begroting) = Gewone ontvangsten op de begroting 1837: 2802,35 + Buitengewone ontvangsten op begroting 1837, incl. beschikbaar overschot der vorige jaren: 628,25 - Beschikbaar overschot vorige jaren (staat aan begin dezer begroting): 550,00 = Blijft beschikbaar: 2882,60 Totaal Af te trekken algemeen totaal der uitgaven in de begroting 1837 1 Blijft beschikbaar Buitengewone ontvangsten Verkoop van zand (voor herstelling van de spoorweg en getrokken uit een slecht stuk grond) en van 8 bomen (voor de ijzeren weg). 2 Totaal buitengewone ontvangsten Gewone ontvangsten 3 Opcentiemen op de grondbelasting, benaderend 4 Opcentiemen op de personele belasting, benaderend 5 Pacht van land en landgoederen der gemeente, volgens openbare aanbesteding van 21 december 1831 6 Pensioenen en achterstallige grondrenten 1) Isabelle Pauwels, wed. Henry Snackaert (14,51) 2) De kinderen van Jean François Van Keer (15,87) 3) Joseph Seghers (1,81) 4) De kinderen van Pierre De Schrijver (7,26) 5) De kinderen van Jean Piessens (0,64) 7 Intresten van kapitalen in de Mont de Piété te Brussel 322
255,25 2882,60
3137,85 - 3090,60 47,25 91,00
346,64 104,24 626,26 40,09
5,12
91,00
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
8 Intresten van kapitalen bij de spaarkas (voortkomende van reserves 77,52 en verkoop van grond en verlies van bomen voor de spoorlijn) 9 Waag- en meetrechten, volgens publieke toewijzing van 1-12-1835. 1220,00 10 Interest van een obligatie ten laste van mr. Rollier te Opdorp. Kapi425,00 taal 8500 à 5% (akte notaris De Bock, 21-6-1834) Totaal der gewone ontvangen 2844,87 Gewone uitgaven 1 Abonnement Bulletin Officiel 15,00 2 Memoriaal van administratie en andere drukwerken 20,00 3 Drukkosten en zegels voor de registers van de burgerlijke stand 68,65 4 Traktement van de burgemeester 150,00 5 Traktement van de schepenen 120,00 6 Traktement van de secretaris 330,00 7 Onkosten voor het bureel van het gemeentebestuur 60,00 8 Bijdrage van de gemeentegoederen 4,00 9 Traktement van de opwinder van de horloge 10,00 10 Taxatie van de gemeenteontvanger (fr. 2394 ontvangsten excl. op95,76 centiemen. à 4%) 11 Traktement van de champetter (omdat hij 10 centimes per kraam op 300,00 de markt ontvangt en niet meer kan eisen, stellen we een verhoging voor van 40 frs. 12 Kosten voor kleding veldwachter en supplement voor brigadiers 64,00 13 Jaarwedde van de klokkenluider (sluiten der herbergen) 25,00 14 Onderhoud van bruggen en goten (diverse vereisen onderhoud) 60,00 15 Onderhoud der buurtwegen 300,00 16 Kosten voor het wachthuis voor de nachtpatrouilles 40,00 17 Gemeentelijk aandeel in het traktement der wegencommissaris 20,80 18 Vergoeding voor het raadslid dat de lotelingen naar de provincie20,00 hoofdplaats begeleidt (4 fr. per mijl = uur) 19 Zegelkosten voor de gemeentebegroting 2,40 20 Viering van de dagen en feesten van september 30,00 21 Onderhoudskost voor personen in bedelaarswerkplaats Merksplas 148,16 22 Onderhoud François Van den Bergh en François Heymans in Geel 412,68 23 Subsidie aan de kerkfabriek (heeft dit jaar veel onvoorziene kosten 500,00 gehad; stellen verhoging voor van 100 fr.) 24 Onderhoud schoollokaal en onderwijzerswoning 75,00 25 Traktement gemeenteonderwijzer 100,00 Totaal der gewone uitgaven 3001,45 Buitengewone uitgaven 26 Aankoop gewichten van 100 kg en minder (fr. 100,00), zes banken 190,00 (3 m. lang) voor uitstalling van boter en vlas op de markt (fr. 60,00) en 20 archiefdozen voor het bureel (fr. 30) Totaal der buitengewone uitgaven 190,00 Totaal der ontvangsten: fr. 3533,12 Totaal der uitgaven: fr. 3191,45 Overschot: fr. 341,67 Slachmuylders, burgemeester, Willocx en Van den Bossche, schepenen, De Koker, Van der Vorst, Verdoodt, Vermeiren, Van Ingelgem.
323
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1175 - Malderen 5 septembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Conform uw brief 4458 van 31 augustus bevestigen wij ontvangst van de informatiebrief bestemd voor Albert Vermeiren, gepensioneerd soldaat. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1176 - Malderen 5 septembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Ingesloten, ter goedkeuring, de notariële akte door dewelke een lid van onze kerkfabriek, bij opgestoken hand, de rente van een kapitaal van fr. 423,28 schenkt aan Anna Maria Van Schoor, de weduwe van Charles Henri Cooremans, dagloonster alhier. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1177 - Malderen 9 septembre 1837 Het college van burgemeester en schepenen van Malderen om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur 1 dezer, MA 205, verklaart dat er in de gemeente geen hulpmiddelen bestaat voor drenkelingen en verstikten. UC 1178 - Malderen 14 septembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - gevolg gevend aan uw missive 4464 van 9 dezer laten wij u weten dat onze gemeenteonderwijzer Joseph De Schrijver zijn functie met ijver vervult, gratis les geeft aan het vereiste aantal arme kinderen, zich goed gedraagt en bijgevolg volgens ons ook in 1838 zijn traktement van de staat mag ontvangen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders PV N° 34 September 1837 - Het begin ontbreekt. Vervolg – Fidelia Van Schoor oud zeventien jaeren, naeyster, met hem inwonende naer de kerk gaende en gekomen zijnde, in de Holstraet binnen deze gemeente er drij schoten met een fusiel geschoten wierden, en op de eerste scheut opziende zij door de tweede Scheut op haren linker arm, aengezicht en oog gewont geweest is. Dan hem gevraegd hebbende of zijn dogter wist wie haer geschoten had hij geantwoord heeft van neen, maer dat de drij jagende personen waeren Petrus Van der Perre, landbouwer, Charles Philippus Slachmuylders, bezonderen, beyde wonende te Malderen in het dorp, en Antoon De Bondt, jager van den heer Van Nieuwenhuyze wonende te Calfort onder Puers, provincie Antwerpen. wijders verklaerende dat zulks geschied is in de tegenwoordigheid van Damianus De Smedt, landbouwer, Jacobus Gossé, wever, beide wonende te Malderen, en Joannes Caluwaerts, landbouwer wonende aen het Achterdenken te Buggenhout. Op welke verklaring wij schepenen aenstonds de genoemde Van der Perre en Slachmuylders voor ons hebben doen verschijnen en opgekomen zijnde, heeft genoemden Van der Perre ons verklaert dat genoemden De Bondt de twee eerste scheuten geschoten had en hij de derde, maer wel verzekerd was dat er niemand voor zijn scheut was. En den genoemden Slachmuylders heeft ons verklaert dat hij op enigen afstand ter regter zijde der gemelde jagers was en niet geschoten heeft, en zegt diensvolgens in gemelde zaeke geene pligt te hebben. Waer van en van alle welke wij hebben opgesteld het tegenwoordig poces verbael, voor overgemaekt te worden aen wie het behoort. Te Maldern den dag, maend en jaer als boven. E. Willocx SC N° 15 - Malderen 18 september 1837. Het collegie van burgemeester en schepenen. Gezien het art. 93 der gemeentewet dd 30 meert 1836. Gezien het artikel 4 der wet van den 8sten juny 1823, staatsblad nr. 21, houdende nadere bepalingen omtrent de ambtenaren en het houden der registers van den burgerlijken stand.
324
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
Overwegende dat Coleta Slachmuylders, echtgenote van Petrus Joannes De Boeck, landbouwer te Malderen en zuster van den heer burgemeester en ambtenaar van den burgerlijken stand dezer gemeente, op gisteren 17 dezer van een kind gelegen is. Benoemen bij deze specialijk den heer Emmanuel Willocx, eersten schepenen dezer gemeente, als gedelegeerden tot het ontvangen der declaratiën van geboorte en overlijdens der leden van familie van den heer burgemeester, vallende in de bepalingen van gezegden art. 4 der wet van 8 juny 1823, en daar van op de daar toe bestemde registers de akten op te stellen. Gedaan te Malderen in zitting van den 18 september 1836. Op bevel, den secretaris, J.B. Van Ingelgem - Den burgemeester, J. Slachmuylders. UC 1179 - Malderen 19 septembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Gevolg gevend aan de omzendbrief van de gouverneur van 22 dezer MA 240, sturen wij u een lijst van prestaties voor het onderhoud van de buurtwegen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1180 - Malderen 22 septembre 1837 Aan mijnheer Van Moer, conducteur op den ijzeren weg te Vilvoorde - Daar mijnheer Rousseau slechts de Steenuffelstraat heeft mogen doorsteken dan na den oprede van den tunnel gekalseid te hebben en ons positief beloofd heeft van in den zomer den welken wederom reeds verschenen is de kalseiding tot recht tegenover den put voorbij de schuur van Van Assche te verlengen en daar dien oprede zonder kalseide zeer slecht en in den winter ongebruikbaar is door het aanhoogen met de potaarde en hierover al wederom klachten bestaan, zoo verzoeken wij u zeer minnelijk, mijnheer, de kalseiding 15 à 20 meter te verlengen, want met de laatste reparatie hebben zij den zelven meer dan een meter verkort, alwaar eenen put gaat komen en alzoo bijna onmogelijk is van op de kalseide te kunnen komen. Ons op Ue rechtveerdige handelwijze betrouwende, voeden wij de zoete hoop dat gij aan ons verzoek wel zult willen volkomen. Intusschen gelieft de verzekering onzer hoogachting te aanveerden. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1181 - Malderen 3 octobre 1837 Feestdagen van september - Het collegie van burgemeester en schepenen van Malderen, voor te voldoen aan de circulaire van mijnheer den gouverneur dezer provincie in date 14 september laatst, M.A. 262, verklaart dat er ter gelengheid der gedachtenis van de roemruchtige dagen van september onder de hevigste toejuichingen onze inwoners de volgende spellen hebben plaats gehad, te weten: Bol-, kaart- en kaatsspelen, schieting op de wip, tournoyen, zakloopen, spelen op de schuiftafel en des avonds zijn de huizen verlicht geweest. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1182 - Malderen 5 octobre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Ingevolge de omzendbrief van de gouverneur van 6 september, MA 258, sturen we u de algemene statistiek. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1183 - Malderen 5 octobre 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke arrondissementscommissaris te Brussel - Gevolggevend aan de omzendbrief van de gouverneur van 13 juli MA 184, sturen wij u het proces verbaal van de controle van de gemeentekas. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders
325
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1184 - Malderen 5 octobre 1837 (Vertaald) Aan de inspecteur van het kadaster te Brussel - Conform omzendbrief MA 247 van 29 augustus van de gouverneur, vragen we u om ons 50 declaraties model 19 te sturen voor de opgave van de mutaties in de grondeigendom voor 1838. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders PV N° 35 - 14-10-1837 - kopij Het jaer duyzend acht honderd zeven en dertig den veertienden der maend October ten twaelf uren des middags, ik Josephus De Bondt, veldwachter der gemeente Malderen, arrondissement Brussel, provincie Brabant, op mijne gewoonlijke ronde zijnde en komende op het land aen den ijzeren weg binnen deze gemeente, in gebruyk bij Petrus Kuyckens, brouwer te Malderen, heb aldaer den genoemden Franciscus Caluwaerts, zoon van van Marinus, landbouwer te Malderen, vergezeld van zijnen broeder Josephus al jagende met een eenlopig jagtgeweer gevonden, en aengezien hij geenen permis de port d’arme heeft, heb ik veldwagter hem verklaerd dat ik tegen hem ging proces verbaliseeren, aengezien hij zich in overtreding op de jagt bevond, waer op zij de vlugt genomen hebben. Waer van en van alle welke ik veldwagter heb opgesteld het tegenwoordig proces verbael. Te Malderen den dag, maend en jaer als boven. Was getekend, J. De Bondt Voor gelijkvormige kopij, den schepenen ambtenaer van politie E. Willocx Akte van affirmatie Het jaer duyzend acht honderd zeven en dertig den veertienden der maend October ten vijf uren naer middag, is voor ons Emmanuel Willocx, schepenen en politie ambtenaer der gemeente Malderen, verschenen, den genaemden Josephus De Bondt, veldwagter dezer gemeente welken in onze handen, onder eed de waerheyd van het gemeld proces verbael heeft bevestigd en heeft gemelden veldwagter benevens ons deze akte van affirmatie getekend. Malderen den dag, maend en jaer als boven J. De Bondt - E. Willocx UC 1185 - Malderen 17 octobre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - De gemeentebegroting 1838 De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1186 - Malderen 17 octobre 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - Egide Van den Bossche, schepen, en Emmanuel Verdoodt, raadslid, werden aangewezen om deel uit te maken van de commissie die in 1838 de verklaringen over de personele belasting moet onderzoeken. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders SC N° 17 - Malderen 18 october 1837 Het college van burgemeester en schepenen. Gezien de circulaire van den heer gouverneur - Berigt dat zij op donderdag 19 october 1837 van 8 uren des morgens tot 5 uren des avonds in het secretariaat dezer gemeente de op- en afschrijving der veranderingen van eigendommen zullen doen. Alle de gene welke mutatiën te verrigten hebben, moeten hun van hunne titels van eigendommen voorzien, zonder welke er geene veranderingen kunnen gedaan worden. Op bevel, den secretaris, J.B. Van Ingelgem - Den burgemeester, J. Slachmuylders. UC 1187 - Malderen 19 octobre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Bevestigen ontvangst van een brief voor Vermeiren Albert, gepensioneerd soldaat. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders
326
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
UC 1188 - Malderen 24 octobre 1837 (Vertaald) Aan de procureur des konings te Brussel - In antwoord op uw brief 6247 van 20 dezer sturen wij u de inlichtingen die gegeven werden door Joanna Catharina Verhaeghen, meid bij de heer Cheval (of Chenal of Cheual). De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1189 - Malderen 26 october 1837 Aan den procureur des konings te Brussel - In antwoord aan ue brief van den 23 dezer nr. 6313 geef ik mij de eer ue te berigten dat de plaats alwaar de dochter Van Schoor Fidelia door de jagers Vander Perre en consoorten, al jagende gekwetst geweest is, eene strate is ter diepte van ten minsten eenen meter, dat op den kant van het land van waar geschoten is tronkeiken staan de welke tot onder getakkerd zijn, en dat er tusschen deze boomen klein onderhout staat, gevolgentlijk vermeen ik dat gezegde dochter van gezegde jagers slecht konde gezien zijn. Den schepen, ambtenaar van politie, E. Willocx. UC 1190 - Malderen 2 novembre 1837 (Vertaald) Aan de majoor commandant van het depot van het 7de Linieregiment te Namen - In antwoord op uw brief 1725 van 28 oktober aangaande Daelemans Joseph, milicien van 1835, laat ik u weten dat deze vrijstelling bekomen heeft omdat hij de kleine wijding gekregen heeft in het seminarie van Mechelen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1191 - Malderen 5 novembre 1837 (Vertaald) Aan de controleur der directe belastingen te Brussel - Conform de omzendbrief van de gouverneur van 16 oktober, MA 296, aangaande de telling der patentschuldigen van 1837, laten wij u weten dat Joseph De Bondt, onze veldwachter, en de heer Huyck, dwangbeveldrager uit Brussel, aangeduid werden om deze telling en controle, voorgeschreven door art. 35 en 36 van de wet van 21 mei 1819, te doen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1192 - Malderen 5 novembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord op uw missive 4623 van 27 oktober, sturen wij u de voordracht van twee leden van de gemeenteraad die door de gouverneur benoemd moeten worden om, samen met de burgemeester, de militiecertificaten te tekenen in 1838. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders GR N° 8 - Zitting van den 16 november 1837 Waer dat tegenwoordig waren de heeren Josephus Slachmuylders, burgemeester, voorzitter, Emmanuel Willocx, Egidius Van den Bossche, schepenen, Emmanuel Verdoodt, Petrus De Koker en Henricus Vermeiren, raedsleden, en Joannes Baptist Van Ingelgem, secretaris. De raad ... is overgegaan tot het delibereren nopens het verleenen der goedkeuring aan de deliberatiën van den bureele van weldadigheid en kerkfabriek in date 12 dezer n° 5, nopens het verkoopen van eenige afgaande boomen aan gezegden bureele van weldadigheid en kerkfabriek dezer gemeente toebehoordende. Gezien de deliberatiën van gezegden bureele van weldadigheid en kerkfabrieken raad den 12 november 1837 genomen. Overwegende dat de boomen vermeld en aangehaald in gezegde deliberatiën in eenen afgaanden staat zijn, dezelve noodig gekapt zijn. Delibereert.
327
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
De deliberatiën van den bureele van weldadigheid en kerkfabriekenraad dezer gemeente worden bij dezen goedgekeurd. UC 1193 - Malderen 16 novembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Het certificaat, afgeleverd door de aartsbisschop van Mechelen, vaststellende dat Josephus Daelemans, milicien van 1835, zich voorbeidt op de geestelijke staat. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1194 - Malderen 16 novembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - Hierbij de deliberatie van de raad van de kerkfabriek en van het bureel van weldadigheid, van 12 dezer, om de toelating te vragen aan de bestendige deputatie om openbaar enkele bomen te mogen verkopen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1195 - Malderen 23 novembre 1837 (Vertaald) Oude gemeentearchieven - Het college van Burgemeester en schepenen van Malderen, om te voldoen aan de omzendbrief van de gouverneur MA 302 van 23 oktober, aangaande oude gemeentearchieven, verklaart dat er geen enkele oude akte te reclameren valt. UC 1196 - Malderen 23 novembre 1837 (Vertaald) Aan de inspecteur van het kadaster te Brussel - Ingesloten 13 declaraties van wijziging van grondeigendom voor het jaar 1838. Een groot aantal wijzigingen moet nog gebeuren en houden hoofdzakelijk verband met de aanleg van de ijzeren weg, maar omdat we het overzicht van 1836 nog niet ontvangen hebben kunnen we daar nog niet mee beginnen teneinde geen fouten te maken. Gelieve dus maatregelen te treffen zodat er geen personen verkeerde aanslagen zullen krijgen en achteraf zullen moeten reklameren. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1197 - Malderen 23 novembre 1837 (Vertaald) Aan de koninklijke commissaris van het arrondissement Brussel - In antwoord op de omzendbrief van de gouverneur nr. 61 van 27 februari 1837 laten wij u weten dat onze gemeente geen specifiek wapenschild of gemeentezegel heeft, maar wel sedert 1832 een confidentiële stempel. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1198 - Malderen 2 decembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - We hebben het inschrijvingsregister van de miliciens van 1838 nog niet teruggekregen. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1199 - Malderen 7 novembre 1837 (Vertaald) Aan de arrondissementscommissaris te Brussel - In antwoord op uw brief van 12 dezer aangaande de betaling van de kosten voor onderhoud van de verlaten vondeling Jean De Jonghe, laten wij u weten dat die niet meer tot onze gemeente behoort en dat we dat aan het tehuis laten weten hebben. De secretaris, Van Ingelgem - De burgemeester, Slachmuylders UC 1200 - Malderen 10 december 1837 Order - Den burgemeester de gemeente Malderen, ingevolge brief van den heer Colonel, commanderende het 9de ligne regiment in date 3 december loopende maand nr. 2309, beveelt aan Petrus Seghers, voltigeur bij het 3de bataljon van gezegd regiment, thans in verlof binnen deze gemeente, van zich op woensdag 13 december loopende maand ten 9u30 des morgens
328
Malderen: kroniek 1820-1850 - Gemeentelijk Archief, bewerkt door Robert De Roeck en Louis De Bondt
voor den krijgsraad der 1ste en 2de divisie te Leuven te begeven, om getuigenis in de zake van den genoemden Van de Velde Joannes te geven. J. Slachmuylders GR N° 9 - Zitting van den 11 december 1837 Waer dat tegenwoordig waren de heeren Josephus Slachmuylders, burgemeester, voorzitter, Emmanuel Willocx, Egidius Van den Bossche, schepenen, Jacobus Rombauts, Joannes Baptist De Vleminck, Emmanuel Verdoodt, Petrus De Koker, Dominicus Van der Vorst en Henricus Vermeiren, raedsleden, en Joannes Baptist Van Ingelgem, secretaris. De raad der gemeente Malderen ... is overgegaan tot het benoemen en vernieuwen per vijfde der leden van den bureel van weldadigheid dezer gemeente voor den jare 1838. Gezien het decreet van den 7 Germinal jaar 13. Gezien de circulaire van den heer gouverneur dezer provincie dd 21 november 1837 MA 342 nopens deze vernieuwing. Gezien het §2 van den 84sten artikel der gemelde wet van den 30 meert 1836. Gezien de voordrachtslijsten der kandidaten opgemaakt door de leden van gezegden bureele van weldadigheid, den 4 (te weten Demarré Guillaume, Van Tricht Maximilien), en door het collegie van burgemeester en schepenen, den 6 dezer maand (te weten Demarré Guillaume en Sollie Charles). Gezien het artikel 66 der boven gemelde gemeentewet. Overwegende dat de kandidaten gebracht op de gemelde lijsten in de drij eerste nummers van art. 48 en de beschikkingen van artikel 51 van gemelde wet niet vallen en de hoedanigheden vereischt door artikel 7 der zelve wet bezitten. Ingevolge de macht bij aangehaald artikel 84 aan den raad verleend, heeft hij, bij geslotene stembriefjes en volstrekte meerderheid van stemmen gekozen en herbenoemd den heer Guillielmus Demarré, desservitor dezer gemeente, en bij lot uitgaande lid op den 2 january 1838, om in zijne vorige fonctiën als lid van den bureele van weldadigheid te treden. Bijlage (Vertaald) Leden van het bureel van weldadigheid. - Demarré Guillaume, desservitor, 56 jaar, benoemd op 7 december 1836, herbenoemd op 11 december 1837. - De Vleminck Jean Baptiste, landbouwer, 65 jaar, benoemd op 7 december 1836. - De Boeck Jean, rentenier, 52 jaar, benoemd op 7 december 1836. - De Wachter Jean Baptiste, landbouwer, 68 jaar, benoemd op 7 december 1836. - Van den Bossch