Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
1
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
De definitieve geschiedenis van het klooster van de Zusters van Zeven Weeën te Steenhuffel zal helaas niet snel geschreven worden. De zusters zijn er niet meer, de gebouwen evenmin. Hopelijk is het archief in goede handen bewaard gebleven. Ik weet niet waar. Intussen probeer ik hier te groeperen wat ik in mijn eigen archief over dit klooster gevonden heb. Dat is:
- Een krantenartikel uit 1853 over de opening van het klooster. - Een korte geschiedenis van de Congregatie, geschreven door moeder-overste Paula, naar aanleiding van de viering van de honderdste verjaardag van het klooster. - De redevoering, uitgesproken door burgemeester Frans De Donder op 29 juni 1953, maar geschreven door ‘meester’ Alfons De Pauw, ter gelegenheid van datzelfde eeuwfeest. - Enkele bijlagen met informatie afkomstig uit het gemeentearchief - Een korte geschiedenis van het klooster, geschreven door Francis Kiekens op 15 augustus 1990 - Een fotoreportage van de afbraak van het klooster. De foto’s werden door mijzelf genomen op 28 mei 2001. - Een krantenartikel uit het Nieuwsblad over de bestemming van het nieuwe kloostergebouw. Louis De Bondt
2
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
DE INHULDIGING IN 1853 Journal historique et littéraire, Volume 22? Pagina 301. Septembre 1853 On écrit de Steenhuffel: “Le couvent que M. Van Zeebroeck, curé de la paroisse, a érigé à ses frais, vient d'être inauguré par S. Em. le Cardinal-Archevèque. Les habitants n'avaient rien négligé pour donner à cette solennité tout l'éclat possible. L'église était richement décorée. Les plus beaux ornements qui servent à rehausser la majesté des cérémonies catholiques, étendards et drapeaux, décoraient le choeur et la grande nef. Les habitants avaient orné à leurs frais toutes les rues que les Sœurs devaient parcourir; des bannières flottant de toutes parts, des chronogrammes nombreux, des inscriptions, des discours prononcés par M. le bourgmestre, par M. l'avocat Van Cutsem, témoignaient de la joie des habitants. La messe a été célébrée par le Révérend Doyen du district; un sermon a été prononcé par le Révérend Doyen d'Anvers. Après la cérémonie, il y a eu une large distribution de pains aux pauvres. Vertaling : Men schrijft ons uit Steenhuffel: “Het klooster dat M. Van Zeebroeck, de pastoor van deze parochie, op eigen kosten heeft opgericht werd zopas door zijne eminentie de aartsbisschop ingehuldigd. De inwoners hadden niets verwaarloosd om alle mogelijke luister aan deze plechtigheid te verlenen. De kerk was rijkelijk versierd. De mooiste ornamenten die dienen om de grootsheid van de katholieke eredienst te op te tillen, wimpels en vlaggen, decoreerden het koor en de centrale beuk. De inwoners hadden op eigen kosten alle straten waarlangs de Zusters zouden moeten passeren versierd. De overal wapperende banieren, de talloze chronogrammen, de opschriften, de toespraken door de heer burgemeester en advocaat Van Cutsem getuigden allemaal van de blijdschap der mensen. De mis werd opgedragen door de eerwaarde deken van het district; een sermoen werd gehouden door de eerwaarde heer deken van Antwerpen. Na de plechtigheid had er een uitgebreide uitdeling van brood aan de armen plaats.
3
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
Dank zij Marc Van Wichelen en Evi Verduyckt uit Ramsel kwamen we in het bezit van een aantal belangrijke semi-historische documenten over Steenhuffel. Ze werden geschreven in het midden van de vorige eeuw en werden onlangs op een rommelmarkt aangetroffen. Het ligt in mijn bedoeling om grote gedeelten van deze teksten op deze website te publiceren. Ik begin met een korte maar toch gedetailleerde geschiedenis van het Klooster van Onze Lieve Vrouw van 7 Weeën. Uit de tekst valt af te leiden dat hij geschreven werd in 1954, zeer vermoedelijk door de toenmalige Overste van het klooster, moeder Paula. Het betreft hier een kladtekst, met een aantal schrappingen en aanvullingen. Om deze reden (en om deze reden alleen) is de stijl van het document – vooral op het einde- op een klein aantal plaatsen niet meer coherent. Toch heb ik geen wijzigingen willen aanbrengen aan de authenticiteit van dit waardevolle document. Een ander document bevat de toespraak die in 1953 door burgemeester Frans De Donder werd gehouden naar aanleiding van de honderdste verjaardag van de stichting van het klooster. Hij werd geschreven door “meester” Alfons De Pauw. Ook deze tekst druk ik hierna in extenso af. Het klooster en de eraan verbonden onderwijsinstellingen zijn niet weg te denken uit de geschiedenis van Steenhuffel van de voorbije 150 jaar. Ik ben (was) van plan er nog veel meer over te vertellen. De aanvullingen die ik nu al kan geven heb ik in voetnoten en in een aparte bijlage verwerkt.
4
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
KORTE GESCHIEDENIS VAN DE CONGREGATIE door Moeder-overste Paula, 1954
De Eerwaarde Heer Martinus Van Zeebroeck, geboren te Merchtem, 2 Augustus 1796, was gedurende 18 jaar Pastoor te Steenhuffel en bouwde er, met eigen middelen, in 1852 een klooster, gelegen nevens de kerk. Dan vroeg hij Religieuzen te Sint-Genesius-Rode, waar enkele jaren vroeger, in 1847, een klooster was opgericht, waarvan de stichteres met 2 oudere zusters hun opleiding te Gent, bij de … Fraye van Crombeem hadden ontvangen. De Eerwaarde Overste van Sint-Genesius Rode stond aan Eerwaarde Heer Pastoor vier zusters af om te Steenhuffel een nieuwe Congregatie te stichten, die evenals het klooster te SintGenesius-Rode onder de bijzondere bescherming werd gesteld van O.L.Vrouw van VII Weeen. Eén der vier zusters, de Eerwaarde Zuster Martha, werd tot Overste van de nieuwe stichting aangesteld 1. De nieuwe inrichting, zowel als haar H. grondregelen, werden door Zijn Hoogwaardigheid Mgr. Sterckx goedgekeurd en plechtig ingesteld op 20 September 1853. Van in ’t begin bestonden er twee klassen. Alhoewel het toenmalige onderwijs niet kon vergeleken worden met het hedendaagse (het verplichtend onderwijs bestond toen immers nog niet en de ouders waren in ’t algemeen zelf nog te weinig ontwikkeld om de noodzakelijkheid van een zekere geleerdheid in te zien) brachten de Zusters hun leerlingen toch al ver in ’t schrijven, lezen, spraakkunst en rekenen. Zelfs de beginselen der 2de taal werden onderwezen en aan de grootste meisjes werd het spellewerk aangeleerd. De gemaakte kanten werden deels verkocht om in de noodwendigheden van de Communauteit te voorzien. In sommige gevallen bezochten de Zusters ook de zieken, waakten er bij en bewezen de nodige diensten waar ze er om gevraagd werden. Uit eigen beweging gingen ze zelden, omdat andere bezigheden te veel hun tijd innamen. De Eerwaarde Heer Pastoor, stichter, stierf op 21 April 1861, tot groot verlies der jonge Communauteit. In 1865 werden een paar Zusters aangetast door de tering en de geneesheren verklaarden eenparig dat er ruimer plaatsen voor de Zusters moesten voorzien worden, hetgeen in het bestaande huis onmogelijk was. Door ziekte ondermijnd stierven in 1865 en 1869 twee jonge zusters 2. Nu mocht er niet langer uitgesteld worden met het aanschaffen van een ruimer klooster. Gelukkig bood zich in 1869 de gelegenheid daartoe aan en konden de Zusters een stuk grond van 65 aren aankopen van de Heer Vital Vertonghen. Dit stuk grond was gelegen op de hoek van Elst-Smisstraat. Daar werd dan overgegaan tot het bouwen van een nieuw klooster met 15 m. voorgevel, alsook van enige aanhankelijkheden, nodig voor een kleine boerderij, onontbeerlijk voor de Zusters, daar ze eigenlijk geen middelen van bestaan hadden. Zo werd het klooster, eertijds nevens de kerk gelegen, overgebracht naar de Smisstraat-Elst 3. Tezelfdertijd werden bij het nieuwe klooster ook twee nieuwe klaslokalen gebouwd. 1
Volgens de bevolkingsboeken waren er in 1857 al 7 zusters (zie bijlage). Moeder Paula noemt hun namen niet. In de parochieregisters is geen spoor van deze overlijdens te vinden. wellicht stierven ze niet in Steenhuffel maar in een verzorgingshuis (zie verder in de bijlage). 3 De bouwaanvraag voor het klooster hebben we nog niet gevonden, maar wel die voor de bouw van de omheiningmuur in 1870 (zie bijlage). 2
5
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
Was deze schrede een reuzensucces, toch bleek het weldra dat deze twee klassen overbevolkt waren. De Zusters profiteerden ervan om enkele lapjes grond, rond het klooster te koop, aan te schaffen, om alzo hun onderwijsinstellingen nog te kunnen verruimen. In ’t jaar 1879, met de liberale schoolwet, lieten de Zusters aan de Katholieke Gemeenteoverheid toe in hun hof een jongensschool te bouwen. Er bestond er wel een in het Dorp, maar omwille van de liberale wet werd ze nog door weinig jongens bijgewoond 4. Het nieuw lokaal werd als jongensschool gebruikt tot in 1886, toen werd het, volgens contract, aan het klooster afgestaan. De Zusters maakten er gebruik van om er in 1888 een Bewaarschool in te richten. In 1898 werd dit groot lokaal van 10 m. lengte door een scheidingsmuur in twee verdeeld, zodanig dat er plaats was om een derde lagere klas in te richten. In 1908 wilde het Schooltoezicht een tweede bewaarschoolklas omdat de eerste overbevolkt was. Zo kwamen de lapjes grond van pas om er wederom een nieuw lokaal op te zetten. Het aantal klassen was toen: 3 lagere en 2 bewaarschoolklassen. In 1923 drong de Inspectie er andermaal op aan om overbevolkte klassen te splitsen, zodat er wederom aan bouwen moest gedacht worden. We hadden toen 5 lagere en 2 bewaarschoolklassen. Daar bleef het nog niet bij, want in 1930 kwam er nog een derde bewaarschoolklas tot stand, zodat het aantal klassen alsdan 5 lagere en 3 bewaarschoolklassen bedroeg. Het klooster, met 15 m. voorgevel gelegen in de Smisstraat, bleef geruime tijd groot genoeg voor het aantal Zusters dat vele jaren maar zeven leden bedroeg om te beantwoorden aan de benaming “Zusters van O.L.Vrouw van VII Weeën” waardoor het klooster dan ook lang onbekend bleef. ’t Was maar in 1917 dat de toenmalige Overste, Eerwaarde Moeder Genoveva, inzag dat de uitbreiding noodzakelijk was en er daarom meer postulanten moesten aanvaard worden. Sindsdien kende onze congregatie op 36 jaar 36 roepingen, wat veel mag heten in vergelijking met de vroegere jaren, dan was het 17 op 63 jaar tijd. Meer Zusters eisten dan ook meer plaats, zodat er in 19xx weer uitbreiding aan het klooster zelf moest gegeven worden. Door die uitbreiding werd dan ook het gedacht opgevat een kostschool te openen voor jongentjes, ten einde de naburige kostscholen voor meisjes niet te benadelen. Dit werk werd goedgekeurd door de Bisschoppelijke Overheid in 1929. Dank zij de goede zorgen welke de jongetjes genoten groeide het getal leerlingen op twee jaar tijd van 40 tot 80. Voor meer was er geen plaats. De bestaande kapel was te klein geworden. Een grotere werd daarom in 1936, meestal met materiaal dat voor de expositie gediend had, gebouwd. In 1937 kwam Zijn Excellentie Monseigneur Carton de Wiart ze plechtig wijden. De oorlogsomstandigheden waren echter oorzaak dat de kostschool verdween. Andere uitbreiding werd daarom genomen, namelijk het stichten van enkele bijhuizen. In 1931 was reeds met toestemming van Zijn Eminentie de Kardinaal Van Roey en van Zijn Hoogwaardigheid Mgr. Kerkhofs, een eerste stichting ondernomen in Limburg, te Wijshagen, waar de Zusters op 13 September plechtig werden ingehuldigd. Vooraf had het moederhuis de bouw van een klooster op zich genomen - de grond hadden ze van een milde gever ontvangen – terwijl het gemeentebestuur zich met het bouwen van twee klaslokalen gelast had, bestemd voor één lagere en één bewaarschoolklas. Het aantal leerlingen nam echter toe, zodanig dat er in 1942 tot een splitsing kon overgegaan worden. Daardoor kwam het tot 2 4
De schoolkwestie woedde in Steenhuffel minder hevig dan in Londerzeel bijvoorbeeld. Cijfers over de schoolpopulaties tijdens deze periode zijn uit het gemeentearchief verdwenen. Die van de periode ervoor en erna geven we in bijlage. 6
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
lagere klassen. Er was echter geen lokaal voorzien. Daarom stonden de Zusters een plaats in ’t klooster af tot in t952; toen was de nieuwe bouw klaar van een vierde klas met keuken, alsmede een toneelzaal, door het gemeentebestuur in 1951 ondernomen. Op 8 September 1941 was het de beurt aan Neerglabbeek in Limburg om onze Zusters in te huldigen. Evenals in Wijshagen werd er aldaar vooraf door ’t Moederhuis een klooster gebouwd - ook hier werd de grond door een milde gever geschonken – waarvan twee plaatsen voorlopig als klassen gebruikt werden: één voor de lager, een ander voor de bewaarschool, dit tot in September 1948, waarop de Zusters het initiatief namen op eigen kosten klassen te bouwen, waarin ze gesteund werden door toelagen van Provincie en Gemeentebestuur. Nu staan daar schone, luchtige lokalen welke dienst doen voor twee lagere meisjes- en één bewaarschoolklas. Bij die klassen bouwden de Zusters insgelijks een zaal, die gebruikt wordt voor de Parochiale Werken. In 1943 kwam Eerwaarde Pater Bestuurder (pater Lauwers zaliger gedachtenis) van de Sociale School te Heverlee aan de deur van ’t klooster kloppen en vragen om Zusters af te staan voor zijn school, die voor de keuken van de leerlingen zouden kunnen instaan. Met toestemming van Zijn Eminentie vertrokken vier Zusters, langs de stoffelijke steun die ze ook …, mee te werken tot bloei van dit schoon en edel apostolaat. Een laatste uitbreiding werd genomen in September 1945, wanneer 3 Zusters naar Lozen vertrokken om een vierde affiliatie van ’t moederhuis te vormen. Voor die datum had Lozen nog geen Zusters gekend, toch niet door onmiddellijk contact ermede vermits er nog geen klooster van Zusters bestaan had. Deze stichting gebeurde vooral op het herhaaldelijk aandringen van E.H. Pastoor aldaar die maar niet afhield Zusters aan ’t Moederhuis te vragen. Nog geen klooster gebouwd zijnde bij de aanvang van deze stichting – er was geen zaad in ’t bakje – betrokken de Zusters tot in 1946 twee plaatsen bij goedhartige mensen, die deze plaatsen dan ook gratis afstonden. Ze konden nochtans niet als definitief verblijf dienen. Daarom werd dan ook op korte tijd het plan van een klooster opgevat alsook uitgewerkt, zodat de Zusters het in 1947 konden betrekken. Eerwaarde Algemene Oversten sedert de stichting in 1853. 1) Moeder Martha 2) Moeder Vincentia 3) Moeder Genoveva 4) Moeder Paula Dus maar vier in 100 jaar tijd. Eerwaarde heren Aalmoezeniers. Vroegere jaren geen. Dan woonden de Zusters Goddelijke Diensten in de kerk bij 5. In 1926, omdat het aantal Zusters toenam, werd een E.H. Aalmoezenier aangesteld. Later, in 1929, door het tot stand komen van de kostschool en het verder toenemen van roepingen, was een Aalmoezenier nog meer noodzakelijk geworden. 1) E.H. Abbeloos, gewezen pastoor van Sint-Jozef Londerzeel. 2) E.H. Sofferie, gewezen H. Deken van Herne. 3) E.H. Van der Veken, gewezen onderpastoor van Walhain St.-Paul.
5
Er liep een ondergrondse gang van het nabijgelegen klooster naar een ruimte naast het koor van de kerk. Deze ruimte was van het koor afgesloten door een traliewerk. 7
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
Aanvulling Aalmoezeniers (directeur-rector) van het klooster van Steenhuffel
P. Adolf Abbeloos Opwijk 12/9/1862 Steenhuffel 1932 (?) Pastoor van Sint-Jozef van 1911 tot 1926
Petrus Sofferie Broechem 16/5/1859 Steenhuffel 13/11/1938 Deken van Herne Steenh. 25/1/1932 – 13/11/1938
Eugene Vander Veken Lichtaart 1884 Steenhuffel 1953 Onderpast. Walhain St. Paul , Steenhuffel ? tot N
8
Jozef Bornauw Hekelgem 1917 Steenhuffel 1975. Directeur-rector klooster te Steenhuffel van 1954 tot 1975.
August Baeyens Kasterlee 21/10/1918 Steenhuffel 17/4/1996 Onderp. Steenh. 1942-‘65 Past. Ramsdonk 1965-1985 Aalmoezenier 1985-1996
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
BIJ DE VIERING VAN DE 100STE VERJAARDAG VAN HET KLOOSTER TE STEENHUFFEL Redevoering uitgesproken door burgemeester Frans De Donder op 29 juni 1953 Geschreven door Alfons De Pauw Monseigneur, Zeer Eerwaarde Heren, Eerwaarde Zusters, Geachte Vergadering, Op deze heuglijke, blije dag, is het mij zeer aangenaam, uit naam van al de inwoners, een dank- en huldewoord te kunnen toespreken, als burgemeester dezer gemeente. Er is vandaag vreugde in onze harten om een schone, onvergetelijke gebeurtenis. heden wordt de stichting van het klooster herdacht, honderd jaar geleden. Het edele, vruchtbare werk van een ganse eeuw zien wij nu bekroond. De Heer zal met welgevallen neerzien op dit prachtige feest. Hij heeft deze inrichting met zijn rijksten zegen bedeeld omdat hier het verhevenste doel wordt nagestreefd: langs de rechte weg naar God in christen deugd en offervaardigheid, zelfonthechting, naastenliefde. Wij kunnen nooit genoeg dankbaar zijn om de grote schat die onze gemeente aan deze klooster- en onderwijsinrichting bezit. Het is de krachtige kultuurbron waaruit wij allen putten. Immers hier hebben zovele moeders ter schole gegaan en werden ze gevormd tot een brave christene vrouw. Hier spelen onze kleine kleuters alsof zij thuis zijn. Hier leren jonge meisjes de taak van moeder kennen en wordt hun karakter gevormd door de wijze lessen en het stichtend voorbeeld van een ganse schare toegewijde zusters. Hier wordt in vele kinderharten een blijvende stempel gedrukt voor het latere leven, want de lucht die zij inademen is hier rein en ongerept. Binnen deze muren werken en ijveren onze jeugdgroeperingen en verspreiden hun actiewerk ver buiten de gemeentegrenzen. De Mariazaal is het gekende toevluchtoord, de geschikte plaats voor alle maatschappelijke arbeid. En geen enkele maal werd er ooit tevergeefs beroep gedaan op de bereidwillige toestemming of steun vanwege de zusters. Dat alleen reeds verdient onze hoogste waardering. Maar dat is op verre na niet alles! De schoonste daden van offervaardigheid en hulpbetoon zullen wel in groot getal ongekend verborgen blijven voor de mensen. Hoevele zieken en hulpbehoevenden mochten de milde steun ontvangen van dit klooster? Door de tedere zorgen van Eerwaarde Zusters werd menig lijden verzacht; door hun stichtend voorbeeld menig hart gesterkt en getroost in de laatste stonden. Dank Eerwaarde Zusters, hartelijk dank! Wij bewonderen U! En hierbij mogen we wel een bizonder woord van hulde en erkentelijkheid richten tot U, Eerwaarde Moeder Overste. Want op uw schouders rust de dubbelzware taak een graaggeziene Moeder te zijn, maar ook de geachte Overste die door wijs beleid eerbied weet af te dwingen in haar zustergemeenschap. Uw zorgzame toewijding en bekwaamheid zijn ons genoegzaam bekend. Er wordt met veel lof over U gesproken, Eerwaarde Zuster Overste, ook buiten deze school. Dat geeft U recht op ons aller eerbied. Gij hebt aan uw klooster en uw school een eigen vorm, een eigen richtlijn gegeven en alzo het opvoedingswerk alhier op goede banen geleid. De oprichting van prachtige bewaarschoolklassen is toch grotendeels uw eigen werk.
9
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
De juiste orde, de goede verstandhouding die hier heerst, dat alles getuigt van werkkracht, gezond oordeel, talent en moederlijke zorgen. Er zijn hier oudere zusters aanwezig die met mij getuigen zullen dat uw flinke persoonlijkheid zeker niet misstaat in de rij van de eveneens verdienstelijke Bestuursters en Zusters die U in deze inrichting reeds zijn voorafgegaan. Ook zij verdienen onze hulde want ze hebben allen ook schoon, ja wonderschoon werk verricht. Oversten, werkzusters, of zusters in het onderwijs, aan allen onze diep waarderende hulde ! Ook past het een groet, een ere-saluut, te brengen aan een zuster, die vandaag speciaal moet worden vernoemd, omdat ze zo een heilige eerbied verdient. Deze zuster heeft gans haar leven gewerkt en geijverd in de moeilijkste tak van het onderwijs, de opvoeding van de kleinsten. Oud van dagen is ze reeds, maar jong van harte. Klein van gestalte, maar een grote ziel, dat is Eerwaarde Zuster Josepha! Proficiat zuster, wij wensen U nog vele jaren! Wij wensen dat deze kloostergemeenschap steeds moge blijven bloeien onder leiding van een voorbeeldige Bestuurster en door de vereende krachten van bezielende zusters. Wij wensen haar de schoonste toekomst tegemoet. Wij zullen vanwege het gemeentebestuur niet nalaten materieel en geldelijk te steunen, zoveel het in onze macht ligt, om alzo een weinig mee te helpen aan de verwezenlijking van het grote ideaal waarvoor men hier ijvert, namelijk de verzorging van het zedelijk en geestelijk welzijn van ons volk! Steenhuffel, 29 juni 1953 Rede geschreven door Alfons De Pauw.
10
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
BIJLAGEN HET KLOOSTER VAN O.L.V. VAN 7 WEEËN TE STEENHUFFEL Louis De Bondt
I. De eerste kloosterzusters (ingetreden voor 1905). Burgernaam Blondeau Julia De Backer Joanna Barbara * en ** Clereys Sophia Constantia
geboren te Herne
Buysschaert Anastasia
Zwevegem
° op 11-5-1831
+ op 27-3-1890
ca 1829
23-121872 na 1911
kloosternaam Martha Angela Francisca
Opmerking overste 1853-1890 schoolbestuurster (1854-
29-11Vincentia overste 1890-na 1911 1830 Kestens Maria Joanna Pamel ca 1828 9-3-1890 Juliana Pauwels Barbara * ca 1829 Maria Angela De Brandt Rosalia Lebbeke ca 1840 3-7-1871 ? Hierboven de eerste 7 kloosterzusters van Steenhuffel – Tussen 1865 en 1905 traden daarna in: Boodts Barbara Maria Theresia Steenhuffel 2-10-1852 14-6-1883 Agnes Heymans Maria Theresia Merchtem ca 1848 26-5-1893 Maria Clara hulponderwijzeres (ca 1880Van Hoeymissen Joanna Francisca Steenhuffel 23-3-1848 1926 Antonia ook hulponderwijzeres (ca 1880Van Boom Anna Maria Rosalia Hoboken 2-12-1867 na 1911 Francisca Francisca Heymans Joanna Francisca Merchtem ca 1872 na 1911 Alphonse Van Seghbroeck Maria Sophia Puurs 12-1-1851 28-11Agnes 1911 Cobbaert Theodorina Clara Zedelgem 18-4-1865 na 1911 Ignatia schoolbestuurster- onderwijAugustina Virginia zeres (na 1896) De Ridder Rosalia Steenhuffel 3-8-1876 na 1811 Genoveva overste in 1917 – onderwijzeres Van den Bosch Anna Catharina Antwerpen 31-5-1888 na 1960 Josepha bewaarschool Francisca
* Mogelijk zijn deze zusters gestorven aan de gevolgen van de tering in 1865 en 1869, in een verzorgingshuis buiten Steenhuffel of in familiekring. ** In een document uit het gemeentearchief kwamen we ook de naam “De Decker Barbara” tegen. We vermoeden dat iemand de naam “De Backer Barbara” verkeerd gelezen en overgeschreven heeft. Met onze excuses als we ons vergissen.
II. De kloostermuur (1870).
11
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
Juli 1870: de aanvraag van moeder Martha (Julie Blondiau) aan de gemeente Steenhuffel om een muur te mogen laten bouwen rondom het pas gebouwde nieuwe klooster (wie heel goed kijkt kan het grondplan van het kloostergebouw herkennen).
III. De evolutie van de Steenhuffelse schoolbevolking. a) Periode 1853-1872 1853 1854 1855 1856 1857 1858 1859 1860 1861 1862 1863 1864 1866 1867 1868 1870 1872 Gemeenteschool Betalende kind. 80 65 58 61 60 40 53 46 45 45 40 47 43 30 31 ? ? Arme kinderen 121 5 60 65 63 64 62 64 65 64 70 67 68 76 75 67 71 Totaal 201 70 118 126 123 104 115 110 110 109 110 114 111 106 106 ? ? Aangenomen school (meisjes) Betalende kind. Arme kinderen Totaal
71 65 136
91 67 158
77 72 149
75 73 148
73 78 151
69 71 140
60 72 132
60 66 126
64 60 124
65 63 128
60 55 115
51 46 97
50 52 102
48 58 106
? 52 ?
? 52 ?
Algemeen totaal
206
276
275
271
255
255
242
236
233
238
229
208
208
212
?
212
-
-
-
Tot 1854 was de gemeenteschool gemengd. Ze bevond zich naast brouwerij Moortgat. De meisjesschool onder directie van dame Jeanne Barbe De Backer werd aangenomen vanaf het schooljaar 1854-1855 en was ondergebracht in het 1 jaar eerder gestichte klooster naast de kerk. Vanaf 1854 gingen er geen meisjes meer naar de gemeenteschool. Tussen 1844 en 1871 werd in de gemeentelijke jongensschool les gegeven door 1 onderwijzer (Joannes Marinus Meeus, tot 1879). Heel af en toe en voor korte periodes werd hij bijgestaan door een ongediplomeerde hulponderwijzer. Pas in 1872 werd een echte hulponderwijzer (Pieter Faes) aangesteld. In de aangenomen meisjesschool van de zusters werd vanaf 1854 les gegeven door 2 onderwijzeressen, waarvan 1 gediplomeerd (Jeanne Barbe De Backer). In beide scholen was het onderwijs gratis voor de kinderen van de ouders die door de gemeente als arm werden erkend. De kosten voor hun onderwijs werden betaald door de gemeente en door het Bureel van Weldadigheid.
Periode 1873-1884 Precies voor de periode waarin de schoolstrijd zich afspeelde beschikken we (nog) niet over precieze en betrouwbare cijfers. In 1878 volgde Eduard Casteels Pieter Faes op als hulponderwijzer in de gemeentelijke jongensschool. Toen 1 jaar later Meeus zijn ontslag gaf werd diezelfde Casteels onderwijzer. Er werd voorlopig geen nieuwe hulponderwijzer aangenomen ofschoon vanaf 1879 de school van de zusters niet meer erkend en betoelaagd werd en de gemeenteschool van meester Casteels in principe opnieuw meisjes moest aanvaarden. De school van de zusters bleef evenwel, ditmaal als privé-school. Er ontstond zelfs een katholieke privé-school voor jongens. In 1885, na de schoolstrijd, werd de meisjesschool opnieuw erkend. De privé-jongensschool van koster Sterck (die hulponderwijzer in de gemeenteschool werd) werd gesloten en alles werd terug als voorheen.
12
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
Periode 1885-1900 1885 1886 1887 1888 1889 1890 1891 1892 1893 1894 1895 1896 1897 1898 1899 1900 Jongens (gemeente) 119 Meisjes (klooster) 121 Totaal 240
128 126 254
134 132 266
142 137 279
149 150 299
150 149 299
158 152 310
163 157 320
163 157 320
160 159 319
167 160 327
160 146 306
161 156 317
135 165 300
?
134 162 296
Vanaf 1885 was het onderwijs gratis voor iedereen. In de gemeentelijke jongensschool onderwezen Casteels en Sterck (in 1888 vervangen door Hens). In de meisjesschool onderwees zuster Marie Claire (Maria Theresia Heymans); vanaf 1895 was dat zuster Ignatia (Theodorina Clara Cobbaert). In 1888 werd een nieuwe gemeentelijke jongensschoolschool gebouwd op de Elst.
De hoogste bewaarklas van de zusters in 1955. Achteraan de legendarische zuster Josepha
13
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
HET KLOOSTER VAN ONZE LIEVE VROUW VAN 7 WEEËN TE STEENHUFFEL door Francis Kiekens
Het eerste eigenlijke klooster te Steenhuffel dateert van 21 september 1853, officiële stichtingsdag van de congregatie. Het was Z.E.H. Pastoor Martinus Van zeebroeck die in Steenhuffel een klooster stichtte. Dit eerste klooster stond vroeger achter de kerk. Het was een gebouw met weinig stijl. Het was 19 meter lang, 7 meter breed en 6 meter hoog. De lokalen voor de zusters waren kelderkamers tot 1,20 meter boven de grond. Boven die lokalen bevonden zich twee klassen, en nog daarboven een zolder die als slaapplaats dienst deed voor de zusters. Het wa s zuster Martha die door de Kardinaal als eerste algemeen overste werd aangesteld op 11 September 1854 onder de bescherming van O.L.V. van 7 Weeën. Daarom bleef het tot in 1917 ook de gewoonte dat er maar 7 zusters in het klooster mochten verblijven! De eerste zusters leefden zeer arù, zij deden wat kantwerk en werkten op het veld om in hun onderhoud te kunnen voorzien! Hun stichter, pastoor Van Zeebroeck, overleed te Steenhuffel op 12 april 1861. Zijn grafsteen wordt bewaard in de tuin van het huidige klooster! Let wel, dit is niet zijn graf, maar alleen de grafsteen, als aandenken aan de stichter van het klooster! Hoewel Pastoor Van Zeebroeck zeer streng was voor de zusters, heeft hij hun toch bedacht in zijn testament! Negen dagen voor zijn dood liet hij het kloostergebouw en enkele waardevolle voorwerpen overmaken aan de zusters. Dit gebouw (het eerste klooster dus) zullen vele Steenhuffelnaren nog wel gekend hebben als zijnde de latere schuur van Buelens Jean (achter de kerk). Het was een zeer ongezonde woning. Het grondwater was besmet door de nabijheid van het kerkhof, zodat er zich tal van ziektes voordeden. Toen werd er uitgekeken naar een stuk grond voor de bouw van een nieuw klooster. Het gelukte Moeder Overste om 65 aren grond te kopen aan de Elst-Gertrudeveld, en het nieuwe klooster werd betrokken op 23 december 1872. In 1879 werd in de tuin van het klooster ook nog een school bijgebouwd; tot in 1960 heeft deze school dienst gedaan. In de volksmond “de kattekensschool”. Kattekop is immers de scheldnaam voor katholiek. In 1931 werd, naast de parochiale school, ook een pensionaat opgericht. Deze school werd druk bezocht door kinderen uit de omliggende gemeenten. De Mariazaal werd gebouwd in 1923-1924. De binnenmuren werden later met prachtige taferelen beschilderd door broeder Floribert, architect en leraar aan het Sint-Lucasinstituut te Brussel.
14
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
In 1936 werd een prachtige kapel gebouwd door bouwmeesqter Marcel Warné uit Malderen. Het ijzeren geraamte, nodig voor de onderbouw, alsook de prachtige natuursteen en marmer, was afbraak van een paviljoen van de wereldtentoonstelling te Brussel in 1935! De archtect was broeder Floribert! De kapel werd plechtig ingewijd in 1937 door Monseigneur Carton de Wiart, hulpbisschop van Mechelen; ook deken Fransen van Londerzeel, die bijgestaan werd door Emiel De Beukeleer, pastoor van Steenhuffel. Het klooster bezit ook nog tal van kunstschatten, waaronder 7 prachtige glasramen, voorstellende: Onze Lieve Vrouw van Zeven Weeën. Het gebouw in Steenhuffel is het hoofdklooster; men telt nog 3 bijhuizen (kloosters) te Wijshagen, Neerglabbeek en Lozen-Bocholt. De eerste aalmoezenier was E.H. Petrus Abbeloos, aangesteld in 1929. De eerste zeven zusters te Steenhuffel waren: zuster Martha, zuster Vincentia, zuster Juliana, zuster Aloysia, zuster Clara, zuster Antonia en zuster Agnes. Zij waren afkomstig van de orde van Sint Vincentius à Paulo uit Sint-Genesius-Rode! Tot hier deze korte beschrijving van het klooster van O.L.V. van 7 Weeën te Steenhuffel. Mogen we er aan troevoegen dat alle zusters die ooit in het klooster verbleven hebben en nog verblijven, nederige mensen waren en nog steeds zijn. Steenhuffel kan zijn zusters nooit genoeg dankbaar zijn. “Ad multos a,,os”!
Francis Kiekens Steenhuffel 15 augustus 1990
15
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
De Allerlaatste Foto’s 28 mei 2001 Louis De Bondt
16
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
17
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
18
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
19
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
Op de voorgaande bladzijden: Buitenopnames van de school, de speelplaats, het kloostergebouw en de kapel. Binnenopnames van de kapel, de inkomhal en kloostertrap, de kloostercellen, de klaslokalen, een zolder en de kelders met grootkeuken en wasplaats. Daarna volgden enkele zichten vanuit de kloosterhof. Kloosterhof is de naam van het woonerf dat in de plaats van het klooster gekomen is. Ik eindig deze fotoreportage met een symbolische blik naar de toekomst en met de foto van het nieuwe klooster van de enkele overgebleven zusters, genomen doorheen een afbraakgat in een muur van het oude.
20
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
En daarna Uit www.kerknet.be van 6 maart 2013 PERSMEDEDELING
STEENHUFFELSE PAROCHIE: NIEUWE BESTEMMING VOOR HET KLOOSTER Eind aan de leegstand Na de afbraak van het oude klooster te Steenhuffel liet de congregatie van O.L.V. van 7 Weeen enkele jaren geleden een nieuwbouw optrekken in de onmiddellijke buurt. Een klein aantal (bejaarde) zusters heeft de verhuis naar dit moderne complex nog kunnen meemaken, maar sinds het vertrek naar het rustoord van de laatste zuster, staat het gebouw leeg. De parochie van Steenhuffel wenst nu het 11 jaar oude gebouw een nieuwe bestemming te geven waardoor een eind moet komen aan de leegstand. Overeenkomstig de wil van de kloosterzusters zelf, wordt gekozen voor een sociaal project dat volledig in de lijn ligt van het engagement dat ook de zusters generaties lang in Steenhuffel aan de dag hebben gelegd. Sociale bestemming voor mensen met beperking In eerste instantie wordt de kans gegeven aan projecten rond mensen met een beperking, bij voorkeur “met lokale verankering”. Het (comfortabele) klooster kan zo een woonhuis worden waarin een achttal personen (bij voorkeur uit de nabije regio) kunnen verblijven. De parochie blijft eigenaar , en is bereid het pand in erfpacht te geven . In dit kader lopen er momenteel ernstige, verkennende gesprekken met een 2-tal officieel erkende organisaties die elders ook reeds ervaring hebben opgedaan in de gehandicaptenzorg. Zelfstandig wonen met assistentie Een van de mogelijke pistes is een woonhuis, naar het voorbeeld van enkele bestaande projecten in Edegem, Schilde, Blaasveld en Schelle. Daarin zouden een 8-tal volwassen personen quasi zelfstandig hun intrek kunnen nemen, met bijkomende service onder de vorm van assistentie voor de activiteiten van het dagelijkse leven (ADL). Het moet gaan om mensen die in staat zijn om zelf verantwoordelijkheid te dragen voor hun leven en die zich wensen te integreren in het dorp. Een andere mogelijkheid is de inschakeling van het woonhuis in het stilaan brede aanbod van een bekende vzw uit de regio, actief in de sector van de (residentiële) zorg voor mensen met een beperking. De bewoners kunnen in het comfortabele gebouw een eigen kamer betrekken met aanleunend sanitair en badkamer. Beneden is er een grote leefruimte, een keuken, berging, veranda en grote tuin.
21
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
Positieve effecten op de parochiegemeenschap De parochie kan zelf niet de beheersstructuur trekken (de sector is immers zeer geprofessionaliseerd) , en wenst daarom bij voorkeur te werken met een bestaande netwerkorganisatie. Via een aangepaste overlegstructuur zal de parochie toch nog voeling kunnen blijven houden met het project. De parochie meent dat dit project tal van positieve effecten kan teweeg brengen voor de lokale gemeenschap . Ondersteuning kan door veel mensen gegeven worden en niet alleen door professionelen uit de zorgsector. Samen met anderen aan de slag gaan is een verrijking (familie, vrienden, vrijwilligers,enz.). Contacten Mogelijke piste: Volwassenen met een beperking en die beschikken over een “persoonsvolgende convenant” dit is beschermd wonen, tehuis voor werkenden, tehuis voor nietwerkenden, kunnen zich ook wenden tot vzw Levedale, De Biest 10 1861 Wolvertem.
Uit ‘Het Nieuwsblad van vrijdag 1 november 2013 LEVEDALE BREIDT UIT MET NIEUWBOUW ‘TER HUFFEL’ VOOR ACHT MENSEN MET EEN VERSTANDELIJKE BEPERKING STEENHUFFEL - De vzw Levedale, een woonvoorziening voor mensen met een verstandelijke beperking, breidt uit met een vierde locatie. In de nieuwbouw van het klooster in de Van Doorselaerstraat kunnen acht mensen met een verstandelijke beperking wonen. Het sociale landschap is sinds de oprichting van Levedale vzw enorm veranderd. Om helemaal mee te zijn met de nieuwste ontwikkelingen kiest Levedale ervoor om een vierde locatie op te starten in het voormalige klooster van Steenhuffel (Londerzeel).
Ter Huffel ‘Het voormalige klooster van Steenhuffel, waar tot voor enkele jaren geleden nog bejaarde zusters verbleven, wordt een nieuw locatie van de vzw Levedale voor acht mensen met een verstandelijke beperking. De nieuwe locatie krijgt de naam Ter Huffel’, bevestigt directeur Danny Vanderstappen van de vzw Levedale. ‘Het klooster is een ruime villa. Op de benedenverdieping bevindt zich een grote inkomhal, een gemeenschappelijke living, eetplaats, keuken, veranda en één garage die in het huis is verwerkt. Buiten is er een mooie, grote tuin, een moestuin, een serre, een tuinhuis en plaats voor kippen voorzien.’ 22
Het Klooster van de Congregatie van de Zusters der Zeven Weeën te Steenhuffel
‘Op de eerste verdieping zijn er vijf kamers met eigen sanitair en drie kamers zonder eigen sanitair. Op deze verdieping is evenzeer een gemeenschappelijke badkamer ter beschikking. Alle kamers zijn ruim en voorzien van ingebouwde kasten. Er is geen kelder, maar wel een zolder die, indien nodig, kan worden gebruikt als extra opbergruimte. De lift en grote deuropeningen maken de woonst ook geschikt voor mensen die zich met een rolstoel verplaatsen.’ Moestuin ‘Zowel de woning als de tuin bieden een waaier aan mogelijkheden wat dagbesteding betreft. Enkele mogelijkheden zijn het onderhoud van een moestuin, onderhoud van de tuin in het algemeen enzovoort. ‘We kunnen ook sport of activiteiten op verplaatsing inlassen. Uiteraard is alles afhankelijk van de vraag’, aldus Vanderstappen. Levedale vzw werd eind 1974 opgericht in samenwerking met Meise, Londerzeel, Kapelleop-den-Bos, Merchtem en Grimbergen. Over de jaren heen groeide Levedale met hoofdzetel aan De Biest uit tot een voorziening met een erkenning voor 30 plaatsen ‘Tehuis Werkenden’ en 28 plaatsen ‘Tehuis Niet Werkenden’. Ook werkt Levedale met externe locaties. Zo verblijven twaalf bewoners - in afwachting van de nieuwbouw in Merchtem - in delen van het Psychiatrisch Ziekenhuis Sint-Alexius in Grimbergen. Een tweede externe locatie bevindt zich in de dorpskern van Merchtem waar vijf meer zelfstandige bewoners verblijven. Ook heeft Levedale één erkende plaats voor Beschermd Wonen. En nu komt daar dus Ter Huffel in Steenhuffel bij voor acht volwassen mensen met een lichte tot matige verstandelijke beperking, met eventueel bijkomende beperking(en). Er wordt wel verwacht dat een toekomstige bewoner vrij zelfstandig kan verblijven in de woonst. Auteur: Joris Herpol Foto: Doef
23