NICOVIJ 60 JAAR BROERS IJZERSTERK AANVOOR HET WOORD ELKAAR OUDSTE FAMILIEBEDRIJF LID IN BEELD
Oudste Nicovij- lid Van der Toorn en Stolp in Den Haag -sinds 1976-
‘IK ZOU ME GEEN RAAD WETEN ALS NICOVIJ MORGEN ZOU STOPPEN’ Max de Veld (1961) weet het nog goed. “Mijn vader Nol de Veld kreeg als filiaalhouder van één van de drie ijzerwarenwinkels van Van der Toorn en Stolp de kans om zo’n winkel over te nemen omdat zijn baas ermee stopte. In die tijd gingen ijzerwaren als een raket.
E
Er waren nog geen bouwmarkten en al helemaal geen internet. Samen met twee andere winkeliers kochten ze al regelmatig met zijn drieën partijen in. Op een gegeven moment kwam Nicovij in beeld. In die tijd was een inkoopcombinatie een revolutie. Het werken met een kernassortiment was even wennen. Maar je kon daarmee wel heel goedkoop inkopen.” Logistiek ging alles nog op zijn boerenfluitjes. “Nicovij had een soort voorbeeldwinkel, daar gingen we als leden kijken om met elkaar assortimentsonderdelen in te kopen. Simpel. Later kreeg je computeruitdraaien opgestuurd en kon je artikelen aanvinken. Als je dat met tegenwoordig vergelijkt… Het dge-systeem (winkelautomatiseringssoftware) is echt een heerlijkheid. Heel leuk om te zien. Van het plaatsen van een order tot het afleveren aan de klant. De automatisering is top bij Nicovij. Ze leggen het voorgeselecteerde assortiment op voorraad in Deventer. Dat is handig want daaraan kan ik zien wat het meest gangbare spul is, dat verkoop je altijd. Neem bijvoorbeeld nu het nieuwe kernassortiment deurbeslag. Vroeger
werkten we met ik weet niet hoeveel leveranciers. Nicovij bracht dat terug tot één leverancier, waardoor je inkoop veel goedkoper wordt. Of die nieuwe roosters en die nieuwe zwarte kapstokken; lopen als een tierelier. Heel eerlijk, ik zou me geen raad weten als Nicovij morgen zou ophouden te bestaan.” Naast de inkoopvoordelen en de automatisering looft Max ook de persoonlijke kant van de organisatie. “De contacten zijn door corona even iets minder geworden, maar zijn nog steeds heel goed. We hebben één keer per jaar een jaarvergadering waar alles aan bod komt en we gaan regelmatig vergaderen bij één van de leden in de buurt. Dat is heel leerzaam omdat je dan concreet ziet hoe een andere winkelier zijn tent runt. Je leert daar altijd van. Heel inspirerend.” Met twee winkels in de residentiestad is Van der Toorn en Stolp goed vertegenwoordigd op twee deftige straatnamen; de Prinsestaat en de Weimarstraat. Max heeft bewust gekozen voor een eigen identiteit zonder formulenaam. “Wij genieten dus alleen van het inkoopvoordeel en de logistiek in combinatie met onze eigen historie en identiteit.” FAMILIEBEDRIJF IN BEELD
15