JONG010 APRIL 2016 CENTRUM

Page 1

CENTRUM

april 2o16 - jaargang 6 - editie 8

Suzanne en angelique van

Jong010 maken kans om op

14 mei als ambassadeur van UNICEF naar Madagaskar te reizen. Als ze winnen, mogen ze daar een mooie reportage gaan maken over kinderprojecten. Dit is echt een droom van hen.

3

4

9

autismeweek 2016

Rotterdams feestje

hardlooptrainingen

Joey (11): ‘Ik reageer anders dan de meeste kinderen.’

Waar denk jij aan als je aan Rotterdam denkt?

oefenen om zo goed mogelijk een wedstrijd te lopen

Wil jij hen helpen om deze droom waar te maken door op ze te stemmen?

stem via www.opreismetingvoorunicef.nl

PLEZIER MET PANNENKOEKEN

Kimberly, Johanna, Mano en Moontje geven meneer de Groot een pannenkoek. Foto'S: Johannes Odé

CENTRUM – Leerlingen van de Jan Prins-

school bezochten op 18 maart het Havenziekenhuis. De leerlingen bakten pannenkoeken voor de patiënten en bezoekers van het ziekenhuis. ‘Doordat wij op visite komen, vergeten ze even dat ze ziek en oud zijn’, zegt Genesis (10). Tekst: Suzanne Huig

Remy (11): ‘Dit ziekenhuis is gespecialiseerd in ouderen. Deze zieke ouderen hebben weinig vrienden en kunnen niet vaak op pad. Ze voelen zich daardoor soms eenzaam. Wij verwennen ze vandaag met een pannenkoek.’

Heerlijke pannenkoeken

Kimberly (12), Johanna (11), Mano (10), Genesis en Moontje (11) brengen pannenkoeken bij de patiënten. ‘Alle mensen

hebben recht op plezier. Wij zorgen vandaag dat deze mensen plezier hebben’, zegt Genesis. ‘Jullie maken het een stuk gezelliger hier. En de pannenkoeken smaken heerlijk’, zegt meneer de Groot. Moontje: ‘Ik vind het heel leuk om bij deze mensen een pannenkoek te brengen. Ze lachen allemaal en worden blij van ons.’

Ouderen vaker helpen

Kimberly: ‘Veel ouderen zijn eenzaam doordat hun vrienden overleden zijn. Ik vind daarom dat we met de klas vaker iets moeten doen voor bejaarden. We kunnen bijvoorbeeld langsgaan in bejaardentehuizen om spelletjes te doen.’ ‘We kunnen ook helpen met boodschappen doen’, zegt Abdurrahmaan (11). Maike (10): ‘Het is ook gezellig om met ze te kletsen. De meeste oude mensen hier maken heel veel grapjes.’


dE rotterdamse kinderkrant april 2016

Mail JOUW MOP OF JOUW RAADSEL (samen met je voornaam en je leeftijd) naar

redactie@jong010.nl

2 slangen komen elkaar tegen in het moeras. De ene slang zegt tegen de andere: ‘Ik hoop dat ik niet giftig ben.’ Vraagt de andere: ‘Waarom?’ Zegt die ene weer: ‘Omdat ik net in mijn tong heb gebeten!’

Jannie (12) Wat krijg je als je een egel en een slang met elkaar kruist? Prikkeldraad

Leslie (9)

Waarom liggen konijntjes 's avonds zo vlug in bed?

K N U

T

S

E

L

E

N D R N

E

C A

T

I

E

A A A

E O R

T

T

T

N

E

T

N V

H N

E

F

R N S

D

E

S

I

T

A

I

I

N

E

T

E M V M L

O

L

Z

L

V

E

E

R

E

I

A

T

I

E

E

M Y M N R U

F

T

H

L

S

L

P A K

T

N

D M

I

C

B

E

P

G S S S

T

A A

E

A

I

O T

O F

T

H C U

B M A

D R

E

T

T

O R

A R C

H

T

E

C

T

D U

E

I

L

E E

LUCHTFOTO MEENT NACHTLEVEN

GAME HAVEN KNUTSELEN

SPORT STAD

CENTRUM DANS EDUCATIE FEEST FILM

D N P

ANIMATIE ARCHITECTUUR BIBLIOTHEEK

!

antwoord (4 woorDen) :

U U R

Omdat ze maar 2 tanden hoeven te poetsen.

regels: DE WOORDEN VIND JE HORIZONTAAL, VERTICAAL EN DIAGONAAL. Je mag letters meerdere keren gebruiken. Als je de overgebleven letters in de juiste volgorde zet krijg je het antwoord. Mail dIT WOORD samen met je voornaam, leeftijd en het telefoonnummer van je ouders of verzorgers (zodat we contact met je kunnen opnemen als je hebt gewonnen) naar antwoord@jong010.nl. Alleen de winnaarS krijgEN bericht.

Hasan (10)

PLANNEN PLEZIER ROTTERDAM SKYLINE SPEL

HET ANTWOORD VAN DE WOORDZOEKER VAN maart IS: zweminstructeur. DE WINNAAR IS maas (8).

Een bewaker van de gevangenis is zijn portemonnee kwijt. Hij gaat naar de cellen en vraagt: ‘Wie heeft mijn portemonnee gestolen?!’ Niemand zegt iets en hij vraagt het nog eens. Weer zegt niemand iets en dan zegt hij: ‘Als de dader nu niet bekent dat hij mijn portemonnee gestolen heeft, dan gooi ik er iemand uit!’ Opeens zegt iedereen: ‘Ik heb hem gestolen!’

Puzzelcorner.nl

Thomas (10) Weet jij waarom katten niet naar buiten gaan als het regent? Omdat het dan hondenweer is.

Ranita (9)

Jong010 wordt mede mogelijk gemaakt door: Jong010 - april Jaargang Oplage:

De gebieden: Kralingen-Crooswijk, Charlois, Centrum, Prins Alexander, Noord, Overschie, Feijenoord, Delfshaven, Hoogvliet en Rozenburg

6

2016

- Editie

40.000

8

kranten

Oprichter

Vormgeving

Angelique van Tilburg

Marcel van den Assem

hoofdredacteur

redactiemedewerker

Suzanne Huig

sasja hof

Journalisten

Aan deze editie werkten mee

Patricia Jaspers

Puzzelcorner

CARLA KOK

Richard van der Ven

FLoris Rietveld

MARJOLEIN VAN DER LINDEN

Fotografen Arjen Jan Stada Johannes Odé

gaby jongenelen


dE rotterdamse kinderkrant april 2016

ROTTERDAM – Van 2 tot en met 9 april was het Autismeweek 2016. In die week vroeg de Nederlandse Vereniging voor Autisme extra aandacht voor mensen met autisme. In Nederland zijn ongeveer 190.000 mensen autistisch. Autisme komt van het Griekse woord autós. Dat betekent op jezelf richten. Er zijn verschillende vormen. Tekst: Suzanne Huig

Wat is autisme? Iemand met autisme heeft meer moeite om te begrijpen wat er om hem heen gebeurt. En soms weet hij ook niet zo goed hoe hij op de dingen om hem heen moet reageren. Dat komt doordat sommige delen van de hersenen minder goed met elkaar samenwerken.

‘Als ik weet hoe mijn week eruitziet, is er niets aan de hand. Ik weet dan precies wat ik op een dag doe. Maar als er onverwachts een brandoefening is of de meester is ziek, dan vind ik dat heel lastig. Ik ben dan in de war en word boos. Ik neem iedere dag medicijnen in zodat ik me rustiger voel.’

Nadelen van autisme

‘Ik reageer en denk anders dan de meeste kinderen. Mijn leeftijdsgenootjes begrijpen vaak niet wat ik zeg of denk. Dat vind ik vervelend. Ik voel me dan anders

‘Ik reageer en denk anders dan de meeste kinderen’ PRINS ALEXANDER – ‘Ik ben Joey. Ik

ben 11 jaar oud. Ik heb autisme. Autisme is een soort stoornis in je hersenen. Door die stoornis vind ik sommige dingen moeilijk. Ik vind het bijvoorbeeld lastig om me te concentreren als er lawaai om me heen is. En ik vind het lastig als er iets onverwachts gebeurt. Ik kan dan heel boos en verdrietig worden.’ en alleen. Sommige meisjes uit mijn klas begrijpen mij gelukkig wel. Zij houden rekening met me. Als ik iets lastig vind, stellen zij mij gerust. Zij zeggen dat ik niet boos of verdrietig moet zijn en zoeken samen met mij naar oplossingen.’

Voordelen van autisme

‘Er zitten ook voordelen aan autisme. Ik ben bijvoorbeeld heel creatief en heb veel fantasie. Ik kan daardoor mooie dingen maken en heel goed toneelspelen. En ik kan heel precies werken door mijn autisme. Als ik een tekst moet leren voor school, onthoud ik de tekst precies. Ik haal daardoor heel goede cijfers.’

joey

Joey is heel creatief. Hij maakte van Jong010kranten een spaarvarken. Foto's: Arjen Jan Stada

3 tips van Joey voor kinderen met autisme

3 tips van Joey om om te gaan met iemand met autisme

1. Probeer uit te leggen hoe je je voelt, dan kunnen andere kinderen je begrijpen.

1. Toon begrip voor iemand met autisme. Vraag wat iemand fijn en niet fijn vindt.

2. Als je denkt dat iemand over je praat of je pest, vraag dat dan eerst na. Anders word je misschien onterecht boos op iemand.

2. Laat iemand rustig aan een nieuwe situatie wennen. 3. Maak geen grapjes over autisme. Iemand kan daardoor verdrietig worden.

3. Ga iets leuks doen als je boos bent. Je wordt dan rustiger en voelt je fijner.

Meryam (9)

Hidde (9)

‘Het lijkt mij heel lastig en niet leuk om autistisch te zijn. Het lijkt me lastig om zoveel gevoelens in je lichaam te hebben als er bijvoorbeeld iets verandert in je omgeving. Ik denk dat ik daar heel moe van zou worden. Als iemand in mijn klas het zou hebben, zou ik proberen rekening met hem of haar te houden. Hij of zij voelt zich dan denk ik fijner.’

‘Ik zou het niet fijn vinden om autisme te hebben. Stel, de meester heeft als verrassing een schoolreisje georganiseerd. Heel veel kinderen zijn dan blij. Maar voor kinderen met autisme is een onverwachts schoolreisje helemaal niet leuk. Het is voor hen lastig om met veranderingen om te gaan. Ik zou het niet leuk vinden om me dan zo anders te voelen.’ Foto's: suzanne huig


dE rotterdamse kinderkrant april 2016

ROTTERDAM – Dit jaar is het 75 jaar geleden dat Rotterdam gebombardeerd werd tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op 31 maart 1941 werd gestart met de wederopbouw van Rotterdam na het bombardement. Rotterdam viert daarom dit jaar feest met het project Rotterdam viert de stad.

Tekst en foto’s: Suzanne Huig

En hoe denk jij dat Rotterdam er over 75 jaar uitziet?

‘Ik vind de winkels het leukste aan Rotterdam. In Rotterdam is het altijd druk, dat vind ik gezellig. Ik denk dat er over 75 jaar veel minder winkels zijn. Ik denk dat iedereen dan alles via internet koopt. Ik zou dat wel jammer vinden.’

‘Als ik aan Rotterdam denk, denk ik aan het Stadhuis. Ik vind het een heel mooi gebouw door alle versiering in de muren. En het is een bijzonder gebouw, want het is blijven staan tijdens de oorlog.’

‘Ik vind dat de Maas echt bij Rotterdam hoort. De Maas loopt tussen Rotterdam Noord en Rotterdam Zuid. Via de mooie bruggen van Rotterdam kun je van het noorden naar het zuiden en andersom.’

‘Als ik aan Rotterdam denk, denk ik aan de Euromast. Heel veel steden hebben een speciale toren. In Parijs staat bijvoorbeeld de Eiffeltoren. Rotterdammers hebben de Euromast als speciale toren. Ik vind het leukste aan de Euromast dat je heel de stad kunt zien van bovenaf. Ik denk dat over 75 jaar alles automatisch gaat in de stad. Ik denk dat de trams, metro’s en auto’s dan geen bestuurders meer nodig hebben.’

‘De haven hoort echt bij Rotterdam. De Rotterdamse haven is één van de grootste havens van de wereld. Rotterdam staat daar om bekend. Ik denk dat de haven over 75 jaar nog moderner is. Ik denk dat dan bijna alles door robots en machines gedaan wordt in de haven.’

‘Als ik aan Rotterdam denk, denk ik aan De Kuip. Ik ben fan van Feyenoord. En ik vind De Kuip het mooiste voetbalstadion van Nederland.’

‘Ik vind Rotterdam een heel leuke stad voor kinderen. De stad heeft een eigen skatebaan en dierentuin. Ik ga daar graag naartoe. Ik denk dat over 75 jaar alles anders is. Ik denk dat je bij de winkels dan geholpen wordt door robots. En misschien kunnen mensen dan wel vliegen.’

‘Rotterdam is een stad waar je heel veel leuke dingen kunt doen. Je kunt er mooie gebouwen bekijken, er zijn winkels en er is zelfs een dierentuin. Ik denk dat over 75 jaar alle auto’s kunnen vliegen. Dat zou wel fijn zijn, want dan sta je nooit meer in de file in de stad.’ Met het project Rotterdam viert de stad worden tot en met 31 juli verschillende evenementen en activiteiten georganiseerd om feest te vieren. Kijk op www.rotterdamviertdestad.nl voor meer informatie.


dE rotterdamse kinderkrant april 2016

Wat werd er van 2 tot en met 9 april gehouden? pagina 3 Joey heeft autisme en is heel creatief, waardoor hij mooie dingen kan maken. Wat kan hij daardoor nog meer goed? Pagina 3 Waar denkt Aquela aan als ze aan Rotterdam denkt? Pagina 4 Mariam vertelt over de periode waarin je groeit, verandert en je lichaam volwassen wordt. Hoe heet deze periode? Pagina 7 Hoe noem je het als je anders of op een oneerlijke manier behandeld wordt? Pagina 7 Hoe heet het atletiekonderdeel waarbij pupillen leren zo snel mogelijk de 1.000 meter te rennen? Pagina 9 Wat leerden kinderen op 30 maart bij atletiekvereniging PAC Rotterdam? Pagina 9 Als er problemen zijn in huis of iemand ziek is, helpen kinderen vaak mee in het huishouden. Wat doen ze nog meer behalve koken en schoonmaken? Pagina 10 Hoe wordt iemand die voor een familielid zorgt ook wel genoemd? Pagina 10

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11

Wie zorgt ervoor dat alle leerlingen in Rotterdam muziekles kunnen krijgen? Pagina 11 Als je oefent met modern dansen, dan worden alle stappen uiteindelijk één vloeiende ........ ? Pagina 11

De lETTERS IN DE GELE BALK VORMEN EEN woord. Mail het antwoord uit deze balk, samen met je voornaam, leeftijd en het telefoonnummer van je ouders of verzorgers, naar antwoord@jong010.nl

We verloten de prijs onder de goede inzendingen. Alleen de winnaar krijgt bericht.

HET ANTWOORD VAN DE NIEUWSPUZZEL VAN MAART IS: ROTTERDAMPAS. DE WINNAAR IS LINDA (10). GEFELICITEERD!

WIL JE NOG MEER PUZZELEN? KIJK DAN EENS OP DE WEBSITE WWW.PUZZELCORNER.NL VOOR MEER LEUKE PUZZELS!

Op 9 en 10 april werd de marathon van Rotterdam gehouden. Op pagina 9 kun je van alles lezen over hardlopen. Lees hieronder hoe je samen met vrienden of klasgenoten een filmpje over hardlopen kunt maken.

Stap 1

Bekijk met elkaar een stukje van een hardloopwedstrijd. Onderzoek wat er allemaal gebeurt. Bedenk hoe de activiteiten eruitzien in slowmotion. Hoe gaan de bewegingen precies? Welke renners zijn al heel snel moe? Welke gezichtsuitdrukking hebben de hardlopers? Welke renners proberen in te halen? Wat doet het publiek?

Stap 2

Oefen met elkaar hoe je een kleine wedstrijd van meter in slowmotion na kunt spelen. De helft van loper. De andere helft hoort bij het publiek. Laat de gezichten en in de lichamen goed zien. Spreek elkaar af wat er in jullie filmpje gebeurt.

bijvoorbeeld 10 de groep is hardalle emoties op van te voren met

Stap 3

Zoek op internet ‘langzame’ muziek, die past bij de langzame bewegingen. Bijvoorbeeld op www.incompetech.com. Maak zelf ook geluiden tijdens het toneelspelen.

Stap 4

Presenteer jullie filmpje aan ouders, familie of klasgenoten. Je kunt de wedstrijd een aantal keer spelen, maar steeds met een andere afloop.

Ook nieuwsgierig naar hoe je met inspirerende dramalessen kinderen spelend kunt laten leren en ontdekken? Je kunt het boek ‘Spelend leren en ontdekken' bestellen via www.coutinho.nl


dE rotterdamse kinderkrant april 2016

ROTTERDAM – Krijg jij zakgeld? Zo ja, hoeveel? En wat doe je met je zakgeld? De leerlingen van groep 7/8 van basisschool Jacob Maris praatten met elkaar over zakgeld. Tekst en foto's: Suzanne Huig

Thymen (10): ‘Ik verdien geld door mensen te helpen. Ik masseer mijn moeder haar rug bijvoorbeeld als ze moe is. Ik krijg daar dan € 2,00 voor. Ik help mijn vader ook weleens in de tuin. Daar krijg ik dan ook € 2,00 voor.’

Groep 7/8 van basisschool Jacob Maris.

Maurits (11): ‘Ik krijg € 2,00 zakgeld per week. Doordat ik zakgeld krijg, leer ik dat ik moet sparen als ik iets wil kopen. Ik merk dat het best lang duurt totdat ik € 100,00 gespaard heb.’ ‘Ik krijg € 5,00 per week. Ik spaar daarvan € 4,00 en geef € 1,00 uit aan snoepjes. Ik leer door mijn zakgeld dat ik mijn geld niet in één keer moet uitgeven. Als je later in één keer je geld uitgeeft, kun je bijvoorbeeld je huis niet betalen’, zegt Ahmed (12). Nadenken over geld Chiara (11): ‘Ik krijg € 1,00 zakgeld per week. Toen ik net zakgeld kreeg, gaf ik alles in één keer uit. Ik neem tegenwoordig mijn moeder mee als ik iets ga kopen. Ik kijk dan samen met haar of ik iets echt nodig heb. Dat vind ik fijn.’ Miu (11): ‘Als ik iets koop, bedenk ik eerst of ik het echt nodig heb. Ik vind het zonde om geld uit te geven aan rotzooi.’

Vanaf je dertiende mag je in Nederland een bijbaantje hebben of vakantiewerk doen. Stel, je bent nog geen 13 jaar. Maar je wilt wel graag zelf wat geld verdienen. Hoe kun je dat doen?

Blij en trots ‘Ik krijg € 2,00 zakgeld per week. Ik vind het leuk om iets van mijn eigen geld te kopen. Ik heb dan het gevoel dat het echt van mij is. Dat maakt me blij’, zegt Emmy (12). Joris (11): ‘Ik krijg € 1,00 zakgeld per week. Ik bedenk steeds een doel waarvoor ik spaar. Als ik dan genoeg gespaard heb, ga ik het kopen. Ik ben dan trots op mezelf.’

Shanty (10): ‘Je kunt kijken of je je ouders kunt helpen met hun werk. Mijn vader heeft een Antilliaans restaurant. Ik help 2 keer per week in het restaurant. Ik doe dan boodschappen en maak hapjes. Ik vind het leuk om te doen. Ik krijg iedere week € 10,00 voor het werk dat ik doe.’

Geen zakgeld Hein (10) en Maurice (12) krijgen geen zakgeld. ‘Ik vind het niet erg dat ik geen zakgeld krijg. Als ik ouder word, leer ik vanzelf met geld omgaan’, zegt Hein. Maurice: ‘Ik krijg wel zakgeld als ik naar de middelbare school ga. Ik heb het geld dan nodig om schoolspullen te kopen.’

Beantwoord de vraag in de Rabobank rekenstrip en maak kans op een Rabobank prijzenpakket voor je klas. - In het pakket zit een voetbal, 3 keer het 500-spellenboek en het zakgeldspel.

BIBA BOEK

Hoeveel procent is het boek van de jongen goedkoper dan die van het meisje? Mail je antwoord * alleen of samen met je klas voor 12 mei 2016 naar antwoord@jong010.nl

Richard van der Ven - Cosh Studio

De winnaar van de REKENSTRIP van maart is GROEP 6A van Basisschool Charlois.

* Zet ook je school, klas, voornaam en achternaam in de e-mail. Dan kunnen we contact met je opnemen als je hebt gewonnen. We verloten de prijs onder de goede inzenders. Alleen de winnaar krijgt bericht.


dE rotterdamse kinderkrant april 2016

IJSSELMONDE – Weet jij wat de puberteit inhoudt? En weet je wat er allemaal verandert in de puberteit? De leerlingen van basisschool RK de Regenboog praatten daarover met jeugdverpleegkundige Dieneke Barendrecht en Ellen Agbor Ebot van Buurtsteunpunt Beverwaard. Tekst: Suzanne Huig ‘De puberteit is de periode waarin je groeit en verandert. Je lichaam wordt dan volwassen’, legt Mariam (11) uit. ‘Het is belangrijk dat je lichaam volwassen wordt, anders kun je geen baby’s krijgen’, zegt Emma (10). Veranderingen bij meisjes Emma: ‘Ik weet nu dat meisjes in de puberteit bijvoorbeeld borsten krijgen en ongesteld worden. Ik vind het goed dat ik nu weet wat ik later kan verwachten.’ ‘In de puberteit kan je ook puistjes krijgen. Je moet daarom minder zoetigheid eten en je gezicht extra goed wassen’, zegt Mariam. Veranderingen bij jongens ‘Jongens krijgen in de puberteit een baard en hun stem verandert’, weet Aryun (11). ‘En jongens kunnen een natte droom krijgen’, zegt Timo (11). Jeremiah (10): ‘Ik vind het belangrijk dat ik weet hoe mijn lichaam verandert. Als ik het niet weet, schrik ik misschien als er iets verandert of gebeurt met mijn lichaam.’

Dit artikel is gemaakt in samenwerking met

Groep 7a van basisschool RK de Regenboog met hun juf (links) en Ellen (rechts).

Een tip Mira (11): ‘Iedereen komt in de puberteit. Je hoeft je daarom nergens voor te schamen. Als er iets gebeurt, kun je het als meisje aan je moeder vertellen. En jongens kunnen het aan hun vader vertellen als er iets verandert. Je ouders hebben ooit ook in de puberteit gezeten, dus zij kunnen je helpen.’

Foto: Suzanne Huig

Anne Mieke Zwaneveld

kinderombudsman van Rotterdam

ROTTERDAM – In het verdrag van de Verenigde Naties staan 40 kinderrechten. Een verdrag is een afspraak tussen landen. 193 landen hebben de kinderrechten ondertekend. Daarmee geven ze aan deze rechten te respecteren en zich eraan te houden. De kinderrechten gaan over alles waar een kind mee te maken kan hebben. Tekst: Suzanne Huig

Eén van de rechten is dat alle rechten gelden voor alle kinderen. ‘De overheid moet ervoor zorgen dat ieder kind wordt beschermd tegen discriminatie. Discriminatie houdt in dat je anders of op een oneerlijke manier wordt behandeld. Ieder kind heeft recht op een gelijke behandeling. Het is belangrijk dat je zelf andere kinderen ook niet oneerlijk behandelt’, legt kinderombudsman Anne Mieke Zwaneveld uit.

Eenzaam voelen

Anne Mieke: ‘Er zijn heel veel verschillende manieren waarop je gediscrimineerd kan worden. Er kan bijvoorbeeld gezegd worden dat je niet mee mag spelen of

raar bent, doordat je een andere huidskleur hebt. Het kan ook zijn dat geen van je klasgenoten met je wilt praten of spelen, doordat je bijvoorbeeld gehandicapt bent en in een rolstoel zit. Hierdoor kan je je eenzaam voelen.’

foto: jong010 / Suzanne Heikoop

Stel, met een groep vrienden en vriendinnen ga je helpen bij een buurtfeest. De organisator van het feest zegt dat sommige kinderen niet mogen meehelpen, omdat ze een andere huidskleur hebben. Wat vind jij daarvan?

Chaima (9): ‘Ik vind

Hulp van de kinderombudsman

dat iedereen gelijk is. Ik

‘In Nederland zijn er verschillende regels tegen discriminatie. Je kunt naar de politie gaan als je wordt gediscrimineerd. De rechter kan mensen die discrimineren een straf geven. Je kunt mij ook om hulp vragen. Ik zal dan samen met jou kijken hoe de discriminatie kan stoppen’, zegt Anne Mieke.

zou tegen de organisator zeggen dat het niet eerlijk is wat hij doet. Ik zou hem uitleggen dat het niet uitmaakt hoe je eruitziet of waar je vandaan komt.’

Preston (9): ‘Ik vind dat

je niet mag discrimineren. Je

mag mensen niet buitensluiten door hun afkomst of huidskleur. Je afkomst of huidskleur zegt niets over of je aardig

Je kunt van 09.00 uur tot 16.00 uur gratis bellen naar 0800 2345 111 of mailen naar info@kinderombudsmanrotterdam.nl

bent. Ik zou zelf ook niet naar het feest gaan als mijn vrienden niet mochten komen.’

foto's: Suzanne Huig


dE rotterdamse kinderkrant april 2016

Wat vind jij leuk om buiten en in de natuur te doen? De welpen van Scouting Starrenburg in Overschie geven tips! Tekst: Angelique van Tilburg

/

Foto's: Johannes Odé

Felix (10), Maurits (11), Jindy (9) en Sam (7) spelen graag het spel Hollandse leeuwen. • Speel dit spel op een grasveld, met minimaal 5 kinderen. • Eén kind is de leeuw, die gaat in het midden van het veld staan. • De andere kinderen staan aan één kant van het veld. • De leeuw roept hard ‘Hollandse leeuwen!' • Daarna rennen alle kinderen van de ene kant van het veld naar de andere kant. • De leeuw probeert iemand te vangen. Als de leeuw iemand heeft gevangen, dan moet hij diegene 3 seconden optillen. Als dat lukt, is diegene ook een leeuw. • Het spel gaat door tot de laatste is gevangen.

Als de leeuw hard ‘Hollandse leeuwen!' heeft geroepen, rennen de anderen van de ene kant van het veld naar de andere kant.

Sam heeft een keer vuur gemaakt. ‘Dit moet je altijd doen met oudere kinderen of een volwassene erbij', zegt hij. ‘Als het vuurtje aan is, kun je er lekker worstjes of marshmallows op roosteren.'

Maarten, Laurentine, Samantha en Jindy maken een hut. ‘We zoeken grote takken. Die takken zetten we zo tegen elkaar dat we een indianentent krijgen. Zo'n tent noem je een tipi.'

‘In het bos kun je mooie dingen zoeken, bijvoorbeeld bladeren en takken. Maar je vindt er soms ook afval, zoals oude ballen. Daarmee kun je thuis gaan knutselen.'

‘Ik vind het leuk om naar de Speeldernis te gaan. Daar kun je zwemmen in de modder, hutten bouwen en klimmen.'

‘Ik speel buiten graag balletje trap. Dat is tikkertje en verstoppertje in één. Dit spel is het leukst om te spelen op een plek waar veel obstakels zijn, zoals in het bos of in een speeltuin.'

‘Ik vind het leuk om bij de Kralingse Plas te zwemmen. Ik vind het ook leuk om boomhutten te maken. Ik heb een keer een boomhut gemaakt in het Sidelingepark. Helaas hadden we die hut niet lang. Hij is weggehaald omdat daar geen hutten mochten staan.’


dE rotterdamse kinderkrant april 2016 ROTTERDAM – Wat is jouw tactiek als je een lange afstand moet rennen? Op atletiekvereniging Rotterdam Atletiek leren de pupillen zo snel mogelijk 1.000 meter rennen. Dit onderdeel heet lange afstand lopen. Jong010 bezocht op 4 april een training op de atletiekbaan. Tekst: Patricia Jaspers Bij een warming-up maak je je spieren los, voordat je gaat rennen.

‘Het belangrijkste van lange afstand lopen, is dat je je energie goed verdeelt. Als je aan het begin te hard gaat, kun je aan het einde niet meer’, legt Teuntje (10) uit. Ze traint voor een wedstrijd.

Teuntje: ‘In het begin ga ik hard, daarna langzamer. Bij de laatste 100 meter ga ik weer hard.’ Foto's: Arjen Jan Stada

Tactieken

Tuur: ‘Ik vind lange afstand lopen leuk, omdat je dan veel tijd hebt om mensen in te halen.’

Hidde, Michiel, Tuur en Stijn (allemaal 10) trainen ook voor een wedstrijd. ‘Bij een wedstrijd kun je er vanaf het begin vol voor gaan of het rustig opbouwen. Ik loop zelf liever als tweede. Ik kan degene voor mij dan op het eind inhalen’, zegt Hidde. Michiel: ‘Ik probeer bij de start vooraan te komen. Als je vooraan loopt, hoef je geen kinderen in te halen. Ik kan dan op mijn eigen tempo lopen.’

Tips

Stijn: ‘Ik doe mijn borst naar voren als ik tijdens de eindsprint gelijk opga met mijn tegenstander. Ik ben dan eerder over de finish en dan stopt de tijd.’ Hidde heeft nog een tip: ‘Let bij het rennen op je ademhaling. Adem door je neus naar binnen en door je mond naar buiten, anders krijg je een droge keel.’

KRALINGEN – Bij atletiekvereniging PAC Rotterdam leren kinderen sprinten. Op woensdag 30 maart werd er getraind op de atletiekbaan. ‘Sprinten is echt gaaf. Ik houd van rennen’, vertelt Ròbin (8). ‘Je begint bij een wedstrijd in het startblok. Je zet je dan af en rent zo hard als je kunt.’ Tekst: Floris Rietveld De sprinters oefenen verschillende afstanden. Najila (10): ‘De kortste afstand is 40 meter en de langste 400 meter. Ik vind de korte afstanden het leukst. Ik kan dan al mijn energie kwijt.’ Quinten (8): ‘Ik probeer altijd op mijn tenen te lopen, dan ga ik het snelst.’

Grote dromen

De sprinttalenten lopen ook wedstrijden. Ròbin: ‘Ik heb al 26 prijzen gewonnen. Ik hoop dat ik later Europees kampioen word.’ Quinten: ‘Het voelt geweldig als je als eerste over de streep komt.’ Najila heeft ook een droom: ‘Ik wil later graag de marathon lopen.’

ROTTERDAM - In het weekend van 9 en 10 april was de 36ste editie van de NN Marathon Rotterdam. Voor kinderen was er op zaterdag 9 april de Kids Runs. Tekst en foto's: Carla Kok Luna (10) loopt naar het startvak voor 2,5 kilometer. ‘Ik ben best zenuwachtig. Ik begin langzaam en ga later pas sneller lopen. Ik doe mee voor KiKa. KiKa doet onderzoek naar kinderkanker. Ik vind het belangrijk dat er onderzoek wordt gedaan zodat kinderen beter worden. Ik ben bij iedereen in de straat

Quinten, Ròbin en Najila houden van hardlopen. Foto's: Floris Rietveld

langs geweest om geld in te zamelen. Ik heb 35 euro opgehaald.’

Eén kilometer

Jairus (8) en Dayvano (8) finishen voor de run van één kilometer. Jairus: ‘Mijn hart klopt heel snel, omdat ik zo hard heb gelopen. Het ging heel goed! Volgend jaar doe ik mee met de wedstrijd van 2,5 kilometer.’ Dayvano wil ik ook meer lopen: ‘Ik vind rennen heel leuk, omdat ik merk dat het beter gaat als ik veel oefen. Ik wil graag de echte marathon lopen als ik groot ben.’

luna

Jairus en Dayvano


kinderstadskrant

dE rotterdamse kinderkrant april 2016

Rebecca helpt in het huishouden ROTTERDAM – Stel, je moeder, vader, broertje, zusje of iemand anders in je familie is ziek. Wat zou jij dan doen? Ruim één op de 10 kinderen groeit op in een gezin met een familielid dat ziek of gehandicapt is. Tekst en foto’s: Suzanne Huig Wanneer er problemen in huis zijn of iemand ziek is, nemen kinderen soms extra taken op zich. Ze doen dan bijvoorbeeld huishoudelijke taken, zoals boodschappen doen, koken of schoonmaken. Of ze helpen het zieke familielid bijvoorbeeld met medicijnen innemen of eten.

PRINS ALEXANDER – ‘Ik ben Rebecca (12). Mijn moeder heeft een hernia. Ze heeft daardoor vaak pijn en is snel moe. Ik help mijn moeder graag, dan kan zij een beetje uitrusten.’ ‘Ik deed vaak leuke dingen met mijn moeder, vader en zusje. We fietsten vaak of gingen bijvoorbeeld naar de bioscoop. Sinds 2 jaar is dat veranderd. Mijn moeder kreeg toen een hernia en complicaties tijdens en na de hernia operatie. Ze kan daardoor veel dingen niet meer. Ik vind dat heel jammer.’ Zorgen maken ‘Toen het net gebeurd was, maakt ik me veel zorgen om mijn moeder. Het maakte me verdrietig om te zien dat ze pijn had. Mijn vriendinnen, klasgenoten en juf steunden me toen. Ze knuffelden en praatten met me.’ Mijn moeder en vader helpen ‘Mijn moeder kookte, maakte schoon, deed de was en zorgde voor mij en mijn zus. Ze kan dat niet meer, daarom help ik haar nu. Ik ruim de vaatwasser in en uit. Ik maak mijn kamer schoon. En ik help met boodschappen doen en stofzuig.’

Rebecca ruimt de vaatwasser in.

CHARLOIS – Lakshmi (11): ‘Mijn moeder heeft suikerziekte en is vorig jaar aan haar hart geopereerd. Ik help mijn moeder daarom met het huishouden. En als het nodig is, verzorg ik haar.’ ‘Ik vind het niet erg om mijn moeder te helpen. Zij zorgt al vanaf mijn geboorte voor mij. Ik vind het daarom fijn dat ik nu ook voor haar kan zorgen.’ Zorgen voor mijn moeder ‘Toen mijn moeder na de operatie weer naar huis mocht, kon ze niet lopen. De eerste weken heeft

Tip voor andere kinderen ‘Als je problemen thuis hebt, praat er dan over met je vrienden en klasgenoten. Als zij zien dat je verdriet hebt, kunnen ze je helpen en meer begrip voor je hebben.’

ze op een bed in de woonkamer gelegen. Ze sliep heel veel. Mijn vader woont niet bij ons. Mijn zusje en ik moesten daarom voor onszelf en onze moeder zorgen. Ik veegde het huis, deed de was en haalde boodschappen. Ik verzorgde ook de operatiewond van mijn moeder.’ Zelfstandig en sterk worden ‘Mijn moeder voelt zich nu gelukkig iets beter. Ze mag nog steeds niet veel bewegen en geen zware dingen tillen. Ik help haar als dat nodig is. Ik vind dat meer kinderen thuis moeten helpen in het huishouden. Daar word je zelfstandig en sterk van.’

Thomas: ‘Mijn moeder heeft niet genoeg kracht om een flesje open te draaien. Ik help haar daarbij.’

‘Je moet rekening houden met zieke mensen’ PRINS ALEXANDER – ‘Ik ben Thomas (11). Mijn moeder heeft reuma. Reuma is een ziekte waarbij je pijn in je gewrichten en spieren hebt. Mijn moeder kan daardoor sommige dingen niet en is soms snel moe. Mijn vader, zusje en ik helpen haar dan.’ ‘Mijn moeder kan bijvoorbeeld geen blikje of flesje openmaken. En soms kan ze lastig de trap op lopen. Ik help haar dan. Als ze moe is

Rebecca stofzuigt, want dat is te vermoeiend voor haar moeder.

of pijn heeft, help ik haar ook met stofzuigen of opruimen.’ Rekening houden ‘Het is belangrijk om rekening te houden met mensen die ziek zijn. Als mijn moeder pijn heeft, mag ik bijvoorbeeld niet te druk zijn. Ik vind dat soms wel lastig. Ik ga dan naar buiten om te spelen, zodat mijn moeder kan uitrusten.’

Lakshmi: ‘Mijn moeder mag geen zware dingen tillen, dus ik zet de boodschappen in de koelkast.’

Wat zou jij doen als je vader of moeder ziek zou zijn? Hazal (10): ‘Ik vind het knap van Rebecca, Lakshmi en Thomas dat zij thuis zo goed helpen. Als mijn moeder ziek zou zijn, zou ik ook voor haar willen zorgen. Maar ik zou niet te veel willen helpen in het huishouden. Ik wil nog genoeg tijd over hebben om buiten te spelen.’ Micha (9): ‘Het lijkt mij wel lastig om voor je moeder of vader te zorgen. Ik denk dat je dan veel leuke dingen met je vrienden mist. Als iemand in mijn klas een ziek familielid heeft, zou ik hem of haar helpen. Ik zou dan bijvoorbeeld eten bij het gezin brengen of helpen met schoonmaken.’ Als je voor een familielid of vriend zorgt, ben je een mantelzorger. De gemeente Rotterdam wil mantelzorgers graag helpen. Op www.rotterdam.nl/mantelzorg kun je zien waar de gemeente je mee kan helpen.


dE rotterdamse kinderkrant april 2016

Enes: ‘Ik heb zin om met de klas op te treden. Ik vind het heel mooi klinken als je meerdere instrumenten door elkaar hoort.’ Foto's: Gaby Jongenelen

ROTTERDAM – Vind jij het belangrijk om muziekles te krijgen? De Muziekcoalitie zorgt ervoor dat alle leerlingen in Rotterdam muziek kunnen maken. Veel basisschoolleerlingen krijgen op school les van SKVR. SKVR organiseert samen met de Doelen en het Rotterdams Philharmonisch Orkest op 6 en 7 juni de Ieder Kind een Instrument concerten. Leerlingen kunnen zo ervaren hoe het is om met een groot orkest te spelen. Tekst: Suzanne Huig

Leerlingen van basisschool de Provenier oefenen voor het concert.

Wil je meer weten over de instrumenten die de leerlingen bespelen tijdens de Ieder Kind een Instrument-lessen? Kijk dan op http://orenopen.nl/#/story/ikeiklas Of lijkt het je leuk om met je klas te komen kijken bij het concert op 6 of 7 juni? Laat je juf of meester jullie dan aanmelden via onderwijs@skvr.nl

Enes (9) doet met zijn klas mee aan de concerten. ‘Wij krijgen iedere week muziekles in de klas. De helft van de kinderen speelt contrabas of cello. De andere helft speelt viool. Ik speel viool. Het geluid van een viool is zachter dan van een contrabas, dat vind ik mooi. Tijdens het concert treden we met heel de klas en de klassen van andere scholen op als orkest. We zingen dan ook.’

Optreden in een concertgebouw

De Ieder kind een Instrument concerten zijn in de Doelen.

‘We treden op in een heel grote zaal. Er komen dan veel mensen naar ons kijken. Ik vind het best spannend. Ik heb weleens op school opgetreden, maar nog nooit in een echt concertgebouw’, zegt Enes. Enes is een beetje zenuwachtig. ‘Ik moet mijn vingers steeds verplaatsen om een andere klank te krijgen. Dat vind ik wel lastig. Maar we oefenen heel veel, dus het kan haast niet fout gaan. En als ik toch een fout maak, kijk ik gewoon naar wat mijn klasgenoten doen.’

De Muziekcoalitie bestaat uit Music Matters, SKVR, kunsthogeschool Codarts Rotterdam, het Rotterdams Philharmonisch Orkest, de Doelen en Grounds.

Lijkt het jou leuk om te dansen? Er bestaan veel verschillende dansstijlen. Bij moderne dans maak je veel bewegingen op de grond. Na deze stappen kun je een beetje modern dansen. Foto’s: Rinie Bleeker

Rol om. Probeer jezelf klein te houden tijdens het rollen.

Zak langzaam naar de grond en maak jezelf klein. Maak je heel lang. Houd je benen bij elkaar. Probeer het plafond aan te raken.

Zet na de rol één onderbeen op de grond. Je andere been strek je. Je spreidt je armen.

Bedenk zelf een leuke eindpose. Als je oefent, worden alle stappen uiteindelijk één vloeiende beweging.

Vond je het leuk om deze pasjes te doen? Dan is moderne dans waarschijnlijk iets voor jou! Kijk op www.skvr.nl/dans voor een cursus die bij jou past.

Sara volgt dankzij het Jeugdcultuurfonds theaterlessen bij Klein n Krachtig. Tekst en foto: Angelique van Tilburg

Sara (11): ‘Ik speelde in de schoolmusical. Ik wilde daardoor wel vaker het toneel op. De juf vroeg of ik het leuk zou vinden om theaterlessen te volgen. Zij gaf me op. Ik voel me goed als ik zie dat mensen het leuk vinden om naar mijn toneelspel te kijken. Iedereen zou iets moeten doen dat hij of zij leuk vindt.’

Wil jij dansen, muziek maken, toneelspelen of zingen, maar is er thuis geen geld voor lessen? Kijk dan met je ouders, verzorgers of leerkracht op

www.jeugdcultuurfonds.nl/rotterdam


dE rotterdamse kinderkrant april 2016 CENTRUM – Vind jij het leuk om te stunten met je fiets?

Houwert (13), Thijs (13), Gal’vani (7) en Ides (7) stunten graag met een BMX-fiets. Op zaterdag 2 april kregen zij les van de instructeurs van de nieuwe BMX-fietsschool aan de G.J. de Jonghweg. Tekst: Carla Kok

Houwert: ‘Deze fiets is kleiner, steviger en minder zwaar dan een gewone fiets. Je kunt er daardoor makkelijk trucjes mee doen.’ Hij slalomt langs pionnen en springt van de lage schans. Instructeur Martijn geeft als tip om te blijven staan. ‘Je kunt je dan beter bewegen. Het is ook belangrijk om met 2 vingers je rem vast te houden voor onverwachte situaties.’

Instructeur Martijn geeft tips aan Houwert en Thijs. Bunny hop

Thijs maakt zijn eerste Bunny hop. Allebei de wielen van zijn fiets komen één voor één van de grond. ‘Bij het springen, is het belangrijk om je voeten stevig op de pedalen te zetten en zelf in het midden te blijven. Ik vind het heel leuk dat er een BMXfietsschool is.’ Ze fietsen met elkaar naar het Hefpark.

Foto'S: Arjen Jan Stada

Balans

Eigenaar Shurdon en zijn team leren kinderen trucjes, plotseling remmen, scherpe bochten maken en balans houden. ‘Je moet blijven trappen, anders val je om’, vertelt Gal’vani. Dat heeft hij net zelf ervaren. Met zijn buurjongen Ides racet hij vaak in het Hefpark. ‘Ik kan een wheely. Je moet dan eerst naar voren leunen en daarna snel naar achter leunen.’

CENTRUM – Wat is het beste boek van vorig jaar? Dat mo-

gen kinderen bepalen. Van 9 maart tot en met 20 april kun je stemmen op je lievelingsboek. Het boek dat de meeste stemmen krijgt, wint de Kinderjuryprijs. De leerlingen van basisschool Babylon vertelden op 30 maart op welk boek zij gaan stemmen.

Tekst EN FOTO'S: Suzanne Huig

Ahmed (12) heeft al gestemd. ‘Het boek ‘Archie Greene en het geheim van de magiër’ is mijn lievelingsboek. Het boek gaat over een jongen die in een heel vreemde wereld terechtkomt. Het is een heel spannend boek, daar houd ik van.’

Stemmen - Je kunt nog tot 20 april stemmen via www.kinderjury.nl -

Koutar (11) stemt op ‘Dagboek van een muts 7’. ‘Ik maak zelf ook weleens dingen mee die in het boek gebeuren. Ik kan me daardoor goed in de hoofdpersoon verplaatsen, dat vind ik leuk.’ ‘In het boek ‘Is dat even mazzel (of niet?)’ zitten veel versierde woorden en grapjes. Ik ga daarom op dat boek stemmen’, zegt Ilham (11).

Een boek kiezen

Maroua (11) twijfelt nog op

welk boek ze gaat stemmen. ‘Ik vind ‘Dagboek van een muts 7’ en ‘De knotsgekke wereld van Lotte Wirwar’ allebei heel leuk. Ze zijn grappig, een beetje spannend en er zit drama in. Ik heb van deze boeken veel geleerd doordat ik me in de situaties zoals een ruzie kan verplaatsen.’ Valon (10) weet ook nog niet op welk boek hij gaat stemmen. ‘Ik houd van boeken waarin iets engs gebeurt zoals een moord of ontsnapping. Ik ga nog even goed nadenken welk boek ik kies.’